dentista magazine voor het tandheelkundig team
2020 | 4
Thema: Parodontologie
Lodewijk Gründemann en Melle Vroom:
Parodontologen in de E-health De wetenschappelijke kennis tot nu toe
COVID-19 impact op de mondzorg Risicofactoren van peri-implantaire ontstekingen
Aanpassing van het paroprotocol
www.dentista-magazine.nl
Verkoop van mond hygiëneproducten in de praktijk
Spraakgestuurde
parodontium status.
gemakkelijk en snel uitvoerbaar heldere communicatietool helpt bij verbetering behandelresultaat hygiënisch en ergonomisch geen assistent nodig niet tevreden = geld terug
Een parodontium status inspreken met VoiceWorks Met VoiceWorks wordt gemakkelijk en snel een parodontium status gemaakt zonder een toetsenbord aan te raken. Zonder uit de mond op te hoeven kijken, wordt via spraakherkenning de status van het gebit in kaart gebracht. Veel waarde zit in de communicatie met de patiënt. De patiënt hoort direct wat de status van het gebit is. Het systeem zet de status direct om in een duidelijk document, dat met de patiënt besproken wordt. Bij een volgend bezoek worden veranderingen inzichtelijk gemaakt.
Bekijk meer informatie en video’s op straightdental.com/voiceworks
dentista| Colofon Tandarts
Mondhygiënist
Assistent
dentista| Redactioneel
Praktijkmanager
Tandarts
Mondhygiënist
Assistent
Praktijkmanager
Dentista is een uitgave van Dentista Media en verschijnt 4 keer per jaar.
Parodontologie
Redactie Ilko Alink, Joan Koele, Lies Ligtvoet
dentista Redactieadres
Dentista Media, Postbus 62, 7437 ZH Bathmen Contact: Ilko Alink, ilko@dentista-magazine.nl, Tandarts
Mondhygiënist
Assistent
055-5223154
Internet www.dentista-magazine.nl Instagram: @dentistamagazine
Aan dit nummer werkten mee Fridus van der Weijden, Dagmar Else Slot, Melle Vroom, Lodewijk Gründemann, Geerten-Has Tjakkes, Maarten de Beer, Mariette Lokken, Anna Berends van Loenen, Marenka
D
dentista
e tijd staat niet stil en dat geldt ook voor de tandheelkunde. NieuTandarts Mondhygiënist we ontwikkelingen volgen elkaar in rap tempo op en het vak digitaliseert steeds meer. Maar de manier waarop we onze patiënten proberen te motiveren doet dat niet. Die is in de basis nog hetzelfde als 20 jaar geleden. Terwijl de digitale mogelijkheden wel aanwezig zijn en apps een belangrijke rol kunnen spelen in die motivatie. Parodontologen Melle Vroom en Lodewijk Gründemann van Parodontologiepraktijk Friesland verdiepten zich in de E-health en de toepassingen binnen de tandheelkunde en ontwikkelden een E-health preventieprogramma met een app. Ze vertellen er uitgebreid over in deze uitgave van Dentista. Praktijkmanager
Franke, Martine Visser-de Rond, Monique de Bruin, Tim
Voor het slagen van een behandeling is het dus belangrijk dat je een patiënt motiveert, maar ook dat je individuele instructies meegeeft. Dat kan op papier, per mail, of via een E-health preventieprogramma. Daar hoort uiteraard het gebruik van mondhygiëneproducten bij. Je kunt ze daarvoor verwijzen naar een drogist, maar patiënten vinden het soms lastig om de juiste producten te vinden. Ze gebruiken dan misschien een verkeerd product, of stoppen helemaal met het gebruik. Dat gaat ten koste van de mondgezondheid en sommige praktijken kiezen er daarom ook voor om zelf dentale producten aan te bieden. We spraken drie praktijken die dat met succes doen.
Groesbeek, Tandartspraktijk Dokkum, Olaf Westening, Marloes Rust, Sara Soulami. Sjoerd Kuiken, David Rijkens, Frank Andriessen, James J.R. Huddleton Slater, Simone Eerenstein, Ferry Claessens, Saghar Wafae, Karim Ahabri, Solange de Groot, Naomi Doelen, Willemijn van Susante.
Vormgeving LDB Production, Levin den Boer
Abonneren Dentista wordt in gecontroleerde verspreiding toegezonden
Een andere ontwikkeling is de komst van de Periodieke Parodontale Screening (PPS). Vanaf januari 2021 adviseert de NVvP om hiervan gebruik te maken in plaats van de DPSI. Waarom? De PPS is een vereenvoudiging van de DPSI en qua pocketdiepte een internationaal geaccepteerde methode. Mondhygiënist Mariëtte Lokken geeft kort inzicht in de verschillen. Deze overgang heeft echter ook consequenties voor de manier waarop we werken in de praktijk en vraagt om aanpassing van het paroprotocol. Praktijkmanager Marenka Franke geeft aan hoe ze dit in de praktijk heeft aangepakt. En vind je het lastig om een paroprotocol op te stellen? We leiden je in zeven stappen naar een protocol dat werkt.
aan tandarts- en mondhygiënistenpraktijken in Nederland. Een vast abonnement kost € 42,50 (incl. btw) per jaar. Voor abonneren: www.dentista-magazine.nl
Adreswijzigingen Per e-mail: info@dentista-magazine.nl. Vermeld zowel je oude als nieuwe adres.
Adverteren Joan Koele, joan@dentista-magazine.nl, 06 – 477 859 78
In deze parodontologie-special ook nog aandacht voor parodontitis, peri-implantitis en regeneratie. En we ontkomen ook nog niet aan COVID-19. Wat is de impact op de mondzorg tot nu toe? Dagmar Else Slot en Fridus van der Weijden geven de stand van zaken vanuit de wetenschap.
Marketing Ilko Alink, ilko@dentista-magazine.nl, 06 – 267 060 67
Druk Wilco, Meppel
dentista
Veel leesplezier en voor meer informatie kun je terecht op onze website: www.dentista-magazine.nl. Tandarts
Mondhygiënist
Assistent
Praktijkmanager
©2013-2020 Dentista Media. Niets in deze uitgave mag worden overgenomen, vermenigvuldigd of gereproduceerd
Lies, Joan en Ilko.
zonder schriftelijke toestemming van Dentista Media of andere auteursrechthebbenden. Dentista Media kan geen aansprakelijkheid aanvaarden voor de juistheid en volledigheid van alle in deze uitgave opgenomen teksten en beelden.
dentista
Tandarts
dentista
Mondhygiënist
Assistent
Praktijkmanager
3
Assist
dentista| Inhoud Tandarts
Tandarts
dentista 4
dentista
MondhygiĂŤnist
Assistent
Praktijkmanager
MondhygiĂŤnist
Assistent
Praktijkmanager
16 22
30
38
58
68
Inhoud
DE IMPACT VAN COVID-19 OP DE MONDZORG FRIDUS VAN DER WEIJDEN & DAGMAR ELSE SLOT
E-HEALTH IN DE TANDHEELKUNDE
10 16
LODEWIJK GRÜNDEMANN & MELLE VROOM
REGENERATIE IN 4 CASES
22
GEERTEN-HAS TJAKKES
VAN DPSI NAAR PPS
28
MARIËTTE LOKKEN
AANPASSING VAN HET PAROPROTOCOL
30
MARENKA FRANKE
NAAR EEN PAROPROTOCOL DAT WERKT
34
ANNA BERENDS VAN LOENEN
PRODUCTVERKOOP IN DE PRAKTIJK
36
SERVICE VOOR BETERE THERAPIETROUW
COMMUNICEREN MET PATIËNTEN
64
WELKE KANALEN GEBRUIK JE?
En verder Productnieuws 7 Column Maarten de Beer 26 Team in beeld 38 Onderhoud van instrumentarium 40 Column Marloes Rust 43 De ideale vorm van kroon of brug 44 Een cultuur van geven en nemen 46
dentista
Implantologie: vast & zeker Kappen met recappen! Hoofd-halskanker herkennen Design in beeld Recruitment: de perfecte match Van assistent naar preventieassistent Column Naomi & Willemijn
Tandarts
Mondhygiënist
Assistent
Praktijkmanager
50 56 58 62 68 72 74
Voor een volledig schone mond:
DAGELIJKSE
® TRAV-LER SOFT-PICKS
COMFORT FLEX
interdentale reiniging #1 in interdentale reiniging*
BEHANDEL EEN PATIËNT, NIET ALLEEN EEN MOND
?
C
M
Y
De preventie en controle van tandvleesaandoeningen vraagt om een levenslange inzet: tandvleesaandoeningen kunnen alleen met een goede opvolging onder controle worden gehouden.* CM
?
MY
CY
CMY
K
?? NIEUW Gebruiksvriendelijke interdentale ragers en rubberen tandenstokers worden met betere opvolging, efficiëntie en resultaten geassocieerd**
VERKRIJGBAAR BIJ :
GEBRUIKSGEMAK VERGROOT DE MOTIVATIE RUBBEREN TANDENSTOKERS
INTERDENTALE RAGERS
PATIËNTEN-VOORKEUR Bijzonder gemakkelijk in gebruik en veroorzaakt minder beschadiging aan het tandvlees
GEMAKKELIJKER IN GEBRUIK dan floss: patiënten zijn EERDER BEREID OM ZE TE GEBRUIKEN
@
gum.nl
f
gumbenelux
gumbenelux
in
SUNSTAR Benelux B.V.
*Nielsen, Interdental Accessories, Value Share, Total Netherlands, 2016-2020. **Bronnen zijn opvraagbaar bij Sunstar Benelux bv.
G-ÆNIAL A’CHORD VAN GC: HET NIEUWE UNIVERSELE COMPOSIET MET UITZONDERLIJKE TECHNOLOGIE
G
E pre
-ænial A’CHORD blinkt uit in zijn non-stickiness, heeft een hoge polijstbaarheid en kan met zijn 5 standaardkleuren alle 16 klassieke Vita-kleuren dekken. Het product is de ideale mix van eenvoud, esthetiek en technologie. Eenvoud: een veelzijdig, universeel composietsysteem voor anterieure en posterieure restauraties. Het vereenvoudigde unishade-systeem geeft u met 5 standaardkleuren de resultaten van 16 klassieke Vita-kleuren. Of u nu met een handinstrument of een penseel werkt, het product is erg gebruiksvriendelijk dankzij het niet-klevende Biss-MEPP monomeer en de geoptimaliseerde vulmonomeercombinatie van onze FSC- en HPC-technologieën. G-ænial A’CHORD is bijzonder esthetisch dankzij de natuurlijke fluorescentie. De unieke vultechnologie bootst de reflectie van natuurlijk licht na, met indrukwekkende onzichtbare restauraties tot gevolg. Een andere troef van G-ænial A’CHORD is de FSC- en HPC-technologie. De silaancoating van de FSC creëert een sterke hechting tussen de partikels in de harsmatrix, wat leidt tot een hoge slijtvastheid, een groot kleurbehoud en een uitstekende radiopaciteit voor langdurige en natuurlijke restauraties. De HPC-vultechnologie zorgt daarnaast voor een verbeterd gebruiksgemak. Het keramische bestandsdeel draagt bovendien bij aan de duurzaamheid en gebruiksvriendelijkheid van het materiaal. Informatie: GC Benelux – https://europe.gc.dental GC Europe - Benelux Sales Department - info.benelux@gc.dental
CAVICIDE: DESINFECTIE VAN MEDISCHE HULPMIDDELEN EN OPPERVLAKKEN
C
aviCide is een multifunctioneel, intermediate level oppervlakte reinigings- en desinfectiemiddel speciaal aanbevolen voor instellingen en praktijken in de gezondheidszorg zoals poliklinieken, ziekenhuizen, particuliere huis- en tandartspraktijken, ambulances en langdurige zorginstellingen. Met CaviCide desinfectie-spray worden virussen, bacteriën, TBC en schimmels binnen 3 minuten gedood. Het is tevens effectief tegen het nieuwe COVID-19 coronavirus. De relatief lage alcoholformule (< 20%) zorgt niet alleen voor een werkzame verwijdering van microbiologische contaminatie, maar voorkomt ook ongewenste beschadiging van uw
investeringen bij herhaaldelijk gebruik. CaviCide is verkrijgbaar in sprayflacons van 200 en 700 ml en in een 5L navulverpakking. Tevens is CaviCide verkrijgbaar als gebruiksklare non-woven doekjes (CaviWipes).
Informatie: Kerr Dental – (+32) 43 74 08 10 – www.kerrdental.com
ICX CERICX-HEALING ABUTMENTS EN AFDRUKSTIFTEN
D
e nieuwe goudgekleurde ICX Cericx healingabutments zijn in verschillende gingivahoogten beschikbaar. Deze serie is speciaal ontwikkelt voor de ICX Cericx zirkonium abutments en de ICX Cericx kleefbasis abutments, maar kunnen ook in andere situaties succesvol toegepast worden. Met behulp van deze nieuwe abutments is een optimale aansluiting van de gingiva, als voorbereiding op het plaatsen van het definitieve abutment met kroon, gegarandeerd. Het is aan te raden om bij de vervanging van het healingabutment voor een normaal abutment drie tot vijf minuten te wachten. Als de gingiva niet genoeg ruimte heeft en druk uitoefent wordt na verloop van tijd de verbinding losser en gaat de belasting over de schroef en niet meer over de konus met alle mogelijke gevolgen van dien. De geometrie van deze nieuwe serie is speciaal aangepast zodat de rand van het abutment niet op de gingiva drukt en ook na lange tijd stevig op het implantaat blijft zitten. Men kan in alle gevallen kiezen voor deze nieuwe serie healingabutments en profiteren van de voordelen. Informatie: ICX Implants – (0222) 76 90 11 - www.icx-implants.nl
dentista
PRODUCT
7
CAVEX EXSENSE, EFFECTIEF TEGEN TANDGEVOELIGHEID
M
et de conditioner uit de ABC Masterkit heeft Cavex bewezen een goede en effectieve oplossing te kunnen bieden tegen gevoelige elementen. Uiteraard zijn er meerdere oorzaken van tandgevoeligheid. Gevoelige elementen komen het vaakst voor als gevolg van tanderosie en blootliggend dentine. Door het succes van ExSense als conditioner in de Cavex ABC Masterkit, is ExSense nu ook los als desensitizer verkrijgbaar met medisch keurmerk. De desensitizer biedt langdurig verlichting tegen gevoelige elementen. Niet alleen door acute gevoeligheid te minimaliseren, maar ook door het verminderen van chronische gevoeligheid. ExSense helpt daarnaast eventuele gevoeligheid te voorkomen. De samenstelling op basis van 2% hydroxyapatiet met een hydro-dispersing sol, penetreert diep in de tubuli en microcracks in het glazuur en sluit gevoelige gebieden volledig af. De toevoeging van kaliumnitraat draagt daarnaast bij aan de remineralisatie en micro-hardheid van de elementen. Door de gemakkelijke toepassing is Cavex ExSense zowel bruikbaar in de praktijk als thuis door de patiënt. Informatie: Cavex – (023) 530 77 06 - www.cavex.nl
DE NIEUWE NOBELPROCERA ZIRCONIA IMPLANT BRIDGE
D
e nieuwe NobelProcera Zirconium Implant Bridge legt de brug tussen tandtechnicus en tandarts dankzij zijn restauratieve vrijheid: • ASC functie tot 25° mogelijk op conische connectie én op Mulit-Unit om de plaats van het schroefgat te optimaliseren. Hierdoor wordt een mooier esthetisch resultaat en een geoptimaliseerd kauwvlak verkregen. Tevens is er een betere bereikbaarheid van de schroef en is minder ruimte in de mond nodig. • Schroefgat is 25% smaller voor een nog betere esthetiek. Makkelijk bereikbaar met de nieuwe Mini-Omnigrip schroevendraaier voor gebruik op Mul-
ti-Unit. • Beschikbaar in 10 Vita tinten, gaande van 2 tot 14 elementen. • Zeer grote buigsterkte van het zirconia (> 1200 Mpa). Voortaan kunt u Nobel Biocare’s hoogste kwaliteitsstandaard ook voor grote overkappingen aanbieden, volledig cement-vrij, in combinatie met een originele connectie en perfecte pasvorm! Cement-vrij, esthetisch en restauratieve flexibiliteit.
Informatie: nobelbiocare.com/nobelprocera
DOE MEE MET HET GOUDEN KRONEN PLAN Wist u dat de verwijderde kronen van uw patiënten levens kunnen redden? Door ze op te sturen naar het Rode Kruis, beschermt u gezinnen tegen natuurgeweld. De opbrengst gebruikt het Rode Kruis om mensen in rampgevoelige gebieden voor te bereiden op nieuwe rampen. Het Rode Kruis traint teams om vóór en tijdens de ramp in actie te komen. We geven voorlichting in goede hygiëne, bouwen en renoveren latrines en leiden vrijwilligers op om hulp te verlenen. Zo helpen we voor duizenden gezinnen de schade te beperken. Wilt u ook levens redden? Het enige dat u hoeft te doen, is de verwijderde kronen in een envelop opsturen naar het Rode Kruis. Informatie en aanmelden: www.rodekruis.nl/onze-activiteiten/het-gouden-kronen-plan
8
PRODUCT
dentista
Whitening
Voor elke patiënt een passende Philips Zoom! bleekbehandeling Patiënt aanbieding* Van € 99,- voor
€ 89,-
Nieuwe thuisbleekservice van Philips Zoom! en Excent Tandtechniek
per pakket (excl. btw)
Bleekgel en bleeklepels in 1 pakket geleverd Inclusief haal- en brengservice via Excent Aantrekkelijke prijs voor uw patiënt Geen gelvoorraad meer in de praktijk * 6 spuitjes, 16% NiteWhite en bleeklepel
Bestel via philips-dentalcare.com
|
Bleken in de praktijk met Philips Zoom! Nu gratis In Office bleekset voor twee medewerkers
Boek nu een Philips Zoom! In Office demo Maak een afspraak met onze Philips Zoom! specialist Rebecca Vellema voor een workshop of gratis Zoom!demonstratie in uw praktijk. Nu met gratis In Office bleekset voor het bleken van 2 medewerkers.
Rebecca Vellema Rebecca.vellema@philips.com
Benieuwd naar al onze aanbiedingen? Bekijk en bestel op www.philips-dentalcare.com of vraag meer informatie aan via: sonicarezoom.benelux@philips.com Aanbiedingen gelden tot 31 december 2020
De wetenschappelijke kennis tot nu toe
COVID-19 impact op de mondzorg Op 11 maart 2020 riep de WHO uit dat COVID-19 moest worden gezien als een pandemie.1 Tegelijkertijd werd de mondzorg geconfronteerd met de moeilijke keuze om praktijken tijdelijk te sluiten of open te houden. Op 15 maart riepen de mondzorgkoepels hun leden op om hun praktijken te sluiten voor niet-spoedeisende mondzorg. In een reactie daarop verscheen op 27 maart op www.dentista-magazine.nl een artikel met de titel ‘Verantwoorde mondzorg ten tijde van de uitbraak van het coronavirus’. Een artikel dat binnen Nederland zelf ook ‘viraal’ ging. Met destijds nog maar weinig wetenschappelijke literatuur voorhanden was de inhoud voor een deel gebaseerd op common sense. Na zeven maanden is het goed om te kijken wat er inmiddels aan wetenschappelijke kennis is opgebouwd.
Fridus van der Weijden en Dagmar Else Slot
I
n maart dit jaar kwam een Nederlands overzichtsartikel uit 2018 beschikbaar waarin werd geconcludeerd dat op basis van de onderzochte literatuur het risico van transmissie met als gevolg infectie in de mondzorgpraktijk onbekend is, maar niet kan worden uitgesloten. De auteurs adviseren daarom het strikt volgen van de gebruikelijke hoge standaard van infectiepreventie maatregelen in het belang van de patiënt en behandelaar, zoals in Nederland neergelegd in de ‘Richtlijn infectiepreventie in mondzorgpraktijken’ [PubMed ID 30524929]. Uit de in maart 2020 beperkte literatuur over COVID-19 in relatie tot de mondzorg, ongeveer 50 artikelen, leek dat de tandheelkundige setting naar aller waarschijnlijkheid niet de plek is waar
10
SARS-CoV-2 besmettingen ontstaan. In één van de destijds eerste artikelen met ervaringen uit Wuhan, schrijven de auteurs dat er geen gevallen bekend waren van mondzorgprofessionals die met het coronavirus geïnfecteerd zijn [PubMed ID 32127517]. Inmiddels is er een ware tsunami van informatie over het SARS-CoV-2 virus over ons heen gekomen. Binnen het voor iedereen toegankelijke publieke domein zoals radio en TV wordt het ene na het andere interview met deskundigen op dit gebied uitgezonden. Ook in de professionele pers blijft het een terugkerend onderwerp in nieuwsbrieven, webinars en op websites. De wetenschap doet daar niet voor onder. Figuur 1 toont aan dat ook in de medische literatuur men met 42.748 artikelen niet
dentista
Figuur 1. Een snelle search op PubMed toont dat medio november 2020 wat betreft het coronavirus SARS-CoV-2 er in de medische literatuur 42.748 artikelen beschikbaar zijn.
Figuur 2. Een snelle search op PubMed toont dat medio november 2020 wat betreft het coronavirus SARS-CoV-2 en de tandheelkunde er 615 artikelen beschikbaar zijn.
stil heeft gezeten. En dan te bedenken dat lang niet elk wetenschappelijk artikel dat in een tijdschrift is verschenen, in de PubMed database is opgenomen. Met andere woorden; er zijn er nog vele malen meer! Wil je realtime zien wat voor onderzoek er wordt gedaan kijk dan op www.covid-nma. com. Ook voor de mondzorg bleek dat de informatie in relatie tot SARS-CoV-2 met 615 artikelen behoorlijk was gegroeid (Figuur 2). Let wel, dit was ten tijde van het schrijven van dit stuk, bij publicatie is het aantal hoogstwaarschijnlijk nog hoger. Voor het huidige moment is een interessante vraag wat de impact van de COVID-19 uitbraak is op medewerkers in de mondzorgpraktijk. Zij werken immers al sinds HIV/AIDS en Hepatitis-B in de tachtiger jaren van de vorige eeuw zeer zorgvuldig met persoonlijke beschermingsmiddelen. Het uitgangspunt voor onze zoektocht op PubMed was om te kijken of er in de mondzorg sprake is van een verhoogd risico op besmetting met het SARS-CoV-2 virus en het ontwikkelen van de ziekte COVID-19. Opvallend is dat er heel veel artikelen zijn geschreven over maatregelen die men in de diverse landen heeft ingevoerd.2 Het zijn veelal dezelfde principes binnen een soortgelijk protocol in een net iets ander zorgsysteem. Echter voor veel van deze aanbevelingen ontbreekt vaak een wetenschappelijke onderbouwing en ook ontbreekt het in bijna alle gevallen aan een evaluatie in relatie tot mogelijke risico’s.
Asymptomatisch en presymptomatisch In tegenstelling tot eind maart 2020 is er inmiddels wel meer bekend over de asymptomatische patiënt. Op basis van de wetenschappelijke literatuur wordt er momenteel vanuit gegaan dat het percentage mensen dat besmet raakt met SARS-CoV-2, maar asymptomatisch blijft tijdens de infectie, ongeveer 20% is [PubMed ID 32960881]. Data over de presymptomatische patiënt zijn zeer lastig te vergaren door het fenomeen zelf, maar wel kan worden aangenomen dat het percentage besmettingen als gevolg van een presymptomatische patiënt groter is dan van een asymptomatische patiënt. De conclusie is daarom dan ook dat de meeste mensen die besmet raken niet asymptomatisch blijven. De kleine groep die dat wel blijft maakt dat we nog steeds extra preventieve maatregelen moeten nemen zoals handhygiëne, mond/neusmaskers, social-distancing en quarantaine.
Infection Fatality Rate (IFR) Naast dat we nu allemaal weten dat Wuhan een stad in China is hebben we ook geleerd wat een Infection Fatality Rate (IFR) is. Namelijk de proportie overleden patiënten in relatie tot het aantal geïnfecteerde patiënten. Van COVID-19 is deze niet zoals eerst gedacht werd 3,4 procent, maar op basis van een recent overzichtsartikel ligt de IFR waarschijnlijk rond de 0,2 procent. Wel ziet men een spreiding van uitkomsten tussen verschillende locaties en landen die
dentista
11
varieert van 0,09 tot 0,57 procent. Hoewel op basis van een andere meta-analyse ook een hoger IFR-percentage van 0,68 procent wordt gerapporteerd (range: 0,53–0,82 procent) [PubMed ID 33007452] ligt dit nog steeds veel lager dan waar men in het begin van de pandemie vanuit ging.
Artikelen risico’s mondzorgverleners Het aantal artikelen dat zich bezighoudt met het risico van een SARS-CoV-2 besmetting of COVID-19 voor de mondzorgverlener is voor zover via PubMed te achterhalen slechts beperkt tot vier. Een publicatie uit Italië beschrijft het risico voor de tandheelkundige staf in het epicentrum van de COVID-19 uitbraak, Milaan. Daar werden na 17 maart de tandheelkundige behandelingen beperkt tot uitsluitend het verlenen van noodzakelijk zorg. Verder werden extra maatregelen ingevoerd zoals handhygiëne voor staf en patiënten, 1 meter afstand in de wachtkamer, triage en daarnaast het reduceren van aerosol door het gebruik van een grote afzuiger en rubberdam. Geen van de betrokken mondzorgmedewerkers, tandartsen of assistenten, ontwikkelde COVID-19 in de periode van 20 februari tot 30 april [PubMed 32881190]. Een tweede artikel vanuit de American Dental Association beschrijft een inschatting van de COVID-19 prevalentie onder Amerikaanse tandartsen [PubMed ID 33071007]. In juni 2020 werd een vragenlijst via het internet verzonden die door 2.195 tandartsen werd beantwoord. Het betrof vragen met betrekking tot SARSCoV-2 testen, COVID-19 en infectie controlemaatregelen in de praktijk waar zij werkten. Uit de antwoorden bleek dat in de maand voorafgaande aan de survey 92,8 procent van de tandartsen aerosol genererende handelingen had uitgevoerd. De prevalentie van COVID-19 en positieve testuitslagen onder tandartsen bleek laag. De auteurs concluderen daarom dat met de huidige extra infectiepreventie maatregelen er voldoende bescherming lijkt te zijn. Veelvoorkomende maatregelen waren desinfectie van apparatuur en oppervlakken, COVID-19 screening, social distancing en het dragen van mond/neusmaskers.
ID 33151191]. Gedurende de periode van zes maanden tussen maart en september 2020 werden er 2.810 patiënten behandeld. Naast de corona maatregelen die we kennen uit de Nederlandse Leidraad werden een aantal extra maatregelen ingevoerd waaronder luchtreinigers in alle ruimten van de praktijk en het dragen van een disposable schort bij elke patiënt. Daarnaast nog een aantal maatregelen die we nog niet eerder tegen zijn gekomen, namelijk het vernevelen van HOCL gedurende 2-3 minuten na elke patiënt in de behandelkamer, een extra-oraal afzuigsysteem naast de stoel op minder dan 45 cm van de mond van de patiënt en een ultraviolet lamp (UVC) in elke behandelkamer. De toegevoegde waarde van al deze extra maatregelen in het midden latend bleek dat geen van de mondzorgverleners of behandelde patiënten een besmetting met SARS-CoV-2 had opgelopen. Het vierde en laatste artikel betreft een indrukwekkende wiskundige statistische exercitie waarin de data van diverse parameters op basis van de beschikbare literatuur in het model werden ingevoerd. Dit betrof parameters zoals de prevalentie van asymptomatische patiënten, leeftijdscategorie en kans op overlijden binnen deze categorie, de effectiviteit van persoonlijke beschermingsmiddelen, het aantal patiën-
Een derde artikel beschrijft de situatie in drie praktijken in New York, een epicentrum van COVID-19 ten tijde van de eerste piek, waar twee parodontologen en drie mondhygiënisten werkzaam zijn [PubMed
dentista
FFP2 masker Wat betreft het FFP2 masker heeft men bij de Federatie Medisch Specialisten niet stilgezeten. In hun leidraad van 1 oktober 2020.4 beschrijven ze een onderzoek uitgevoerd aan het RadboudUMC waarbij het FFP2 masker wordt vergeleken met een chirurgisch mond/neusmasker. De onderzoekers concluderen dat hun resultaten aansluiten bij twee recente systematische reviews [PubMed ID 32246890, 32167245] die erop wijzen dat chirurgische maskers in de klinische praktijk niet onder doen voor FFP2 maskers. Wel wordt benadrukt dat bij gebruik van alle typen maskers de overige basismaatregelen, zoals handhygiëne, reiniging en desinfectie, goed moeten worden uitgevoerd.
13
Tijd voor de optimale balans Zorgeloos genieten tussen werk ĂŠn privĂŠ.
Meer tijd voor wat ec ht belangrijk i s
www.infomedics.nl
ten dat per dag wordt gezien en het aantal dagen dat er per jaar wordt gewerkt. Op basis van deze ingewikkelde berekening geven de auteurs aan dat de kans dat een fulltime werkende tandheelkundig zorgverlener, die een FFP2 masker draagt (zie kader) geïnfecteerd raakt in een tandartspraktijk 1:13.000 is. Ter duiding een kans van 0,008 procent, wat zou gelden voor een gemiddelde plaats in Amerika op de piek van de pandemie. Deze risico inschatting is wel leeftijdsafhankelijk. Het risico onder de 70 jaar met een lage prevalentie van asymptomatische gevallen wordt gezien als verwaarloosbaar. Gelukkig hebben we op dit moment in Nederland een pensioengerechtigde leeftijd van 66 jaar op basis waarvan je dus zou kunnen afleiden dat werken in de mondzorg geen verhoogd risico met zich meebrengt [zie ook PubMed ID 33026101]. Dat roept de vraag op: Hoe staat het er nu in Nederland voor inzake het risico op besmetting met SARS-CoV-2 in de mondzorgpraktijk? Het antwoord daarop moeten we helaas schuldig blijven. Wel is er informatie over de besmetting van medisch personeel in de beginfase van de pandemie [PubMed ID 32437576]. Van de 9.705 medewerkers in de gezondheidszorg werden er 1.353 getest naar aanleiding van koorts of ademhalingsklachten. Daarvan bleken 86 (6 procent) geïnfecteerd met het SARS-CoV-2 virus. Let wel 6 van de 86 rapporteerden in China of Italië te zijn geweest of in contact te zijn geweest met een presymptomatische patiënt. Daarbij hadden de meeste besmette medewerkers milde klachten.
groter is dan de noodzaak voor een tandheelkundige controle of restauratieve behandeling. Hoe dan ook, het bleek dat de belangrijkste reden om weer ‘gewoon’ naar de mondzorgpraktijk te gaan is om te zien dat anderen dat ook doen.
Meldpunt mondzorg corona Om in de toekomst meer te kunnen zeggen over risico’s op besmetting binnen de mondzorg in Nederland hebben de mondzorgkoepels het ‘meldpunt mondzorg corona’ online gezet (www.meldpuntmondzorgcorona.nl). De bedoeling is dat iedere medewerker in de mondzorg die getest wordt de resultaten daarvan anoniem meldt ongeacht of het nu een positieve, of negatieve uitslag is. Het doel van het meldpunt is om in de gaten te houden wat de impact is van het virus op de mondzorg. De verkregen informatie moet helpen bij het evalueren van de huidige aanbevolen infectiepreventie maatregelen en het zo nodig instellen van nieuwe extra maatregelen. Het is belangrijk dat gedurende langere tijd de uitslag van testen wordt gemeld, zodat er geleerd kan worden van de verschillende fases in de pandemie. Zo kunnen we met elkaar in Nederland de SARS-CoV-2 Impact op de mondzorg zichtbaar maken.
www.meldpuntmondzorgcorona.nl
Bronnen:
Interessant is nog een artikel waarin werd geëvalueerd hoe patiënten staan tegenover het verlenen van mondzorg tijdens de COVID-19 pandemie [PubMed ID 33084491]. In mei dit jaar namen in Amerika 464 mensen deel aan een online vragenlijst. Hieruit blijkt dat de patiënten ervan uitgaan dat de mondzorgverlener zich houdt aan de landelijke richtlijnen. Daarnaast vermelden de auteurs van het artikel drie opvallende zaken. Ten eerste dat de grootste zorg van de patiënt is het oplopen van den SARSCoV-2 besmetting via een andere patiënt. Ten tweede dat ze ‘social distancing’ waarschijnlijk mede daarom belangrijk vinden. Verder dat de zorg van patiënten om COVID-19 op te lopen, met het daarbij behorende risico voor de algemene gezondheid,
dentista
1.
https://www.who.int/director-general/speeches/detail/ who-director-general-s-openingremarks-at-the-media-briefing-oncovid-19---11-march-2020
2.
https://oralhealth.cochrane.org/sites/oralhealth.cochrane.org/files/public/uploads/covid19_dental_reopening_rapid_review_07052020.pdf
3.
https://www.researchgate.net/publication/341505353
4.
https://www.demedischspecialist. nl/sites/default/files/LEIDRAAD%20 PBM%20SARS-COV-2%20V5.pdf
Fridus van der Weijden en Dagmar Else Slot
15
E-health in de tandheelkunde
Preventie 2.0 De tandheelkunde digitaliseert in rap tempo. Maar de manier waarop we onze patiënten proberen te motiveren doet dat niet. Die is in de basis nog hetzelfde als 20 jaar geleden. Terwijl de digitale mogelijkheden wel aanwezig zijn en apps een belangrijke rol kunnen spelen in die motivatie. Parodontologen Melle Vroom en Lodewijk Gründemann verdiepten zich in de E-health en ontwikkelden zelf een E-health preventieprogramma met een app. Lodewijk Gründemann en Melle Vroom
P
reventie binnen de tandheelkunde is een term die steeds meer aandacht krijgt. Als preventie wil aanslaan is gedragsverandering nodig bij de patiënt die voor langere tijd vastgehouden dient te worden. Met name in de dagelijkse mondhygiëne en voeding. Tijdens onze opleiding tot Parodontoloog was het boek van Jan Lindhe met de titel Clinical Periodontology and Implant Dentistry bestaande uit meer dan duizend pagina’s een soort ‘parodontale bijbel’ voor ons. Dit boek is de afgelopen 20-30 jaar in omvang toegenomen en veel behandeltechnieken zijn toegevoegd. Op het punt van technieken om gedragsveranderingen teweeg te brengen is echter alleen motivational interviewing als vernieuwing te beschouwen. In het hoofdstuk SPT - Supportive Periodontal Therapy - van 24 pagina’s dat is gewijd aan nazorg is er maar één zin die aangeeft dat het aanzetten van de patiënt tot een dagelijks toereikende mondhygiëne de essentie is voor een gezond en stabiel parodontium. Maar over hoe je dat dan moet doen en wat daarvoor nodig is wordt met geen woord gesproken. Vandaar dat het niet zo vreemd is dat in het onlangs verschenen rapport ‘kennisagenda mondgezondheid 2020’ op nummer één de vraag van tandheelkundige zorgverleners staat: “Wat is de meest effectieve methode
16
voor gedragsverandering ter bevordering van de mondgezondheid”.
Hindernissen Na ruim 20 jaar patiënten met parodontitis te hebben behandeld en vele gesprekken met onze mondhygiënisten, merkten we dat we eigenlijk telkens tegen dezelfde hindernissen aanlopen. Hindernissen die het vaak lastig maken om tot een dagelijks toereikende mondhygiëne bij de patiënt te komen. Maar waar hebben we het dan over? Regelmatig zijn het praktische zaken zoals; • Het niet kunnen vinden van de juiste hulpmiddelen in de winkel • De meegegeven informatie die is kwijtgeraakt • Niet meer weten welk hulpmiddel op welke manier gebruikt dient te worden. Soms vergeet men het gewoon maar dat kan ook komen door de spanning die de patiënt ervaart in de behandelkamer. Echter meestal lopen we tegen zaken aan die te maken hebben met gedrag, gewoontes en de moeilijkheid om bestaand gedrag te veranderen en te bestendigen. Hoe kunnen we de patiënt dan toch motiveren?
Digitalisering Binnen de tandheelkunde hebben de afge-
dentista
lopen 30 jaar door technische ontwikkelingen langzaam vele veranderingen plaatsgevonden. We hebben de papieren patiënten journaals ingeruild voor een computerprogramma, zijn van amalgaam naar composiet gegaan, van analoge röntgenfilms naar digitale opnames en 3D imaging, de opgewassen gouden kroon heeft plaatsgemaakt voor de gefreesde zirkonium kroon en langzaam wordt er meer digitaal afgedrukt. Een enorme digitalisering en het einde is nog niet in zicht. Maar in de manier waarop we de patiënt proberen te motiveren is nog niet heel veel veranderd. Die is in de basis min of meer nog hetzelfde als toen wij 30 jaar geleden als tandarts afstudeerden. We zijn ons gaan afvragen hoe we dit nu anders kunnen gaan doen en of digitalisering/ E-health ons hierin kan helpen.
E-health E-health is een term die afkomstig is uit de geneeskunde waar het jaren geleden zijn intreden heeft gedaan. Het wordt gezien als het gebruik van internet en andere digitale technieken voor het ondersteunen van de gezondheid en de gezondheidszorg. Wordt hierbij gebruik gemaakt van een smartphone dan noemen we het M-health. Diverse studies binnen de geneeskunde laten zien dat de inzet van E-health bij ge-
dragsverandering werkzaam is wanneer je: • Individuele informatie aanlevert • Doelen stelt • Positieve feedback geeft • Reminder afspraken maakt voor therapie • Gedragsverandering registreert en laat zien Als daarbij E-health gepersonaliseerd wordt laat een meta-analyse van 88 digitale interventie programma’s overtuigend de werking zien bij onder andere de behandeling van roken, overgewicht en bewegingsactiviteiten (Krebben et al. Preventive Medicin 2010). Daarbij kan door goed geplande interventies gedragsveranderingen langer worden vastgehouden. Ook blijkt dat door het risico persoonlijk te maken en te koppelen aan individueel gedrag en consequenties de patiënt gemotiveerd kan raken om zijn gedrag te veranderen. We zien dat die bestaande gedragstheorieën nu worden toegepast in E-health programma’s en de verwachting is dat verdere doorontwikkeling nieuwe technieken oplevert speciaal voor E-health. Een meta-analyse over de werkzaamheid van E-health in de tandheelkunde, met name binnen de orthodontie, laat een significantie verbetering zien in plaque bloe-
dentista
17
Gevoelige tanden? Directe* en langdurige verlichting begint met uw advies
elmex® SENSITIVE PROFESSIONAL met de unieke PRO-ARGIN®-technologie • Biedt superieure dentine tubuli afsluiting: 91% afsluiting in vergelijking met 67% met een tinfluoride/natriumfluoride technologie1,# • Blokkeert de route naar pijn onmiddelijk*: 60,5% reductie in gevoeligheid vanaf het eerste gebruik2, ** • Biedt langdurige verlichting van pijn: 80,5% reductie in gevoeligheid na 8 weken3, **
* Voor directe verlichting, direct met de vingertop aanbrengen op de gevoelige tand zacht 1 minuut inmasseren ** Invergelijking tot de basislijn # In-vitro studie, na 5 applicaties vs tinfluoride / natriumfluoride technologie (p<0.05) References: 1. Hines D, et al. Accepted poster, July 2018 IADR. Colgate-Palmolive Company 2018. 2. Nathoo S, et al. J Clin Dent. 2009;20(Spec Iss):123 –130. 3. Docimo R, et al. J Clin Dent. 2009;20(Spec Iss):17– 22.
ding en kennisniveau (Tonnazio 2019). De meeste onderzoeken maakten daarbij gebruik van tekstberichten. E-health werkt op langere termijn wanneer de inhoud interessant blijft, interactief is en eventueel in game-vorm wordt gepresenteerd. Dit betekent dat de app regelmatig vernieuwd moet worden.
E-health in de tandheelkunde Veelzeggend was een interview in het NT uit 2018 waar Nick Guldemond (Universitair Hoofddocent integrated care & technology Rotterdam) aangaf dat E-health in Nederland nog in de kinderschoenen staat. Hij verwacht echter dat in 2030 E-health een onmisbaar instrument in de tandartspraktijk is. Ten opzichte van de tandheelkunde is E-health binnen de geneeskunde verder ontwikkeld. Zo is in 2018 door de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) en het Nederlandse Huisartsen Genootschap (NHG) een handboek ontwikkeld met als titel ‘E-consult, Hoe regelen we dat?’. De Corona situatie heeft deze zorg op afstand en E-health in het algemeen in een stroomversnelling gebracht en tot meer acceptatie geleid bij zorgverleners en patiënten. Dit blijkt ook uit een recent document van de NZA met als titel: ‘Wegwijzer bekostiging digitale zorg’. De huidige E-health binnen de tandheelkunde laat diverse app-mogelijkheden (en een versnipperd landschap) zien die
volgens ons zijn onder te verdelen in een vijftal categorieën. Hieronder geven we per categorie een aantal voorbeelden. Voorbeelden van tandheelkundige apps: • Jeugd: Gericht op kinderen onder de tien jaar waar aan de hand van verhalen, filmpjes en spelletjes tips worden gegeven. Op die manier leren kinderen spelenderwijs om te gaan met hun gebit. Voorbeelden zijn Glansje en Tom en Trammelant in Tandenland. • Gerelateerd aan een merk/product: Hier gaat het om het verbeteren van poetstechniek en terugkoppeling van resultaten van het poetsen. Maar ook aanschaf van producten komt naar voren. Voorbeelden zijn: Phillips Sonicare, Braun Oral-B en Colgate. • Tandartspraktijk: Hier gaat het om je eigen praktijkwebsite waar je meer uitleg geeft over mondhygiëne en bijvoorbeeld het gebruik van ragers. • Voorlichting/ informeren/ diagnose: De mondige patiënt is op zoek gaat naar goede informatie over bepaalde behandelingen. Die is uiteraard te vinden op de website van het Ivoren kruis, maar ook andere partijen springen daarop in zoals Informed.plus. • Gedragsverandering: Het bevorderen van mondhygiëne, het vergroten van bewustwording van tandheelkundige risico’s en het verbeteren van mondgezondheidsgedrag staat hier voorop. Voorbeelden: Wit Gebit en MondMaatje/Dental Coach.
Voordelen van E-health • Nieuwe mogelijkheden voor preventie en gedragsverandering • Geeft structuur aan preventieve gedragsverandering • Zorgt voor interne motivatie bij de patiënt • Individueel toegespitst per patiënt • De zorg voor de patiënt gaat verder buiten de praktijk • Een icoontje op de smartphone creëert (urgentie)besef bij de patiënt
Nadelen van E-health • Vraagt aanpassing in de dagelijkse routine van de zorgverlener (gewenning en instelling) • Het is niet geschikt voor alle patiënten • Beschikbaarheid van een computer of smartphone is vereist en techniek afhankelijk (functioneren en updates) • Aandacht voor privacy van de gegevens (AVG) • Er kan een wildgroei aan apps ontstaan omdat verschillende partijen bezig zijn met ontwikkeling. Hierdoor kunnen patiënten het overzicht kwijtraken. Samenwerking tussen partijen is gewenst
dentista
19
ken - uitgevoerd door de opleiding Mondzorgkunde Utrecht en Amsterdam - is het programma inmiddels sterk uitgebreid en breed inzetbaar. Zo is hij te gebruiken in de cariologie, kindertandheelkunde, implantologie, orthodontie en de parodontologie.
De Wit Gebit app was het onderwerp van een promotieonderzoek in 2018 van Janneke Scheerman. Uit deze studie bleek dat de app een effectief middel is naast de gebruikelijke zorg om de hoeveelheid plaque bij orthodontiepatiënten te verminderen. Na het uitgevoerde onderzoek is deze app niet meer beschikbaar gebleven.
Mondmaatje/ Dental Coach Na het bestuderen van verschillende boeken over E-health en gedragsveranderingstechnieken zijn we vijf jaar geleden begonnen met het bouwen van een app met een tandheelkundig preventieprogramma. Daarmee wilden we een oplossing bieden voor allerlei praktische zaken waar we tegenaan liepen bij het motiveren van patiënten, het optimaliseren van de dagelijkse mondhygiëne en het verhogen van de therapietrouw. Het programma is begonnen als een rager, poets en kennisapp (MondMaatje december 2017) voor in eerste instantie onze eigen praktijk en bestaat uit twee delen. Een programma/dashboard op de computer van de zorgverlener en een app voor de mobiele telefoon van de patiënt. In het dashboard kan de zorgverlener informatie invullen die zichtbaar wordt in de app van de patiënt, maar ook andersom. Het is dus een interactief E-health systeem. We hebben dit systeem doorontwikkeld en er meer gedragsveranderingstechnieken aan toegevoegd om de patiënt ook buiten de praktijk te ondersteunen en te motiveren. Langzaamaan begonnen wij te realiseren dat het dashboard samen met de app, in feite een tandheelkundig E-health preventieprogramma is. Vanwege belangstelling van verschillende kanten is de app inmiddels ook in het Engels beschikbaar en omgedoopt tot Dental Coach, the e-health prevention program. Door input van gebruikers en verschillende onderzoe-
20
De hoeveelheid functies in MondMaatje/ Dental Coach is inmiddels zo groot dat het te ver voert om deze allemaal op te noemen en ook om het schetsen van een eenzijdige promotie verhaal te voorkomen. Maar dat we op de goede weg zijn met ons eigen initiatief blijkt wel uit een recent document van de NZA ‘Wegwijzer bekostiging digitale zorg’ waarin een link naar de website van MondMaatje/Dental Coach is opgenomen met de vermelding dat dit een aansprekend en goed voorbeeld is in de mondzorg. Omdat wij in onze praktijk nu twee tot drie jaar met het programma werken, willen wij onze eigen ervaring met E-health en een aantal uitkomsten van onderzoeken die door de studenten Mondzorgkunde van de Hogeschool Utrecht en Inholland Amsterdam zijn uitgevoerd delen.
Onderzoeken gebruik app Een recent onderzoek is uitgevoerd onder zes mondhygiënisten werkzaam in de Parodontologie Praktijk Friesland (PPF) die twee tot drie jaar gebruikmaken van MondMaatje bij parodontale behandelingen. De studenten Elaf Abukar en Thessa van Lonkhuijsen van de Hogeschool Utrecht-Mondzorgkunde onderzochten de gebruikservaring met het dashboard en het E-health preventieprogramma in de praktijk. Er werd geconcludeerd dat de ondervraagde mondhygiënisten de E-health applicatie als een toevoeging zien op hun werk en als effectief hulpmiddel voor verbetering van de mondgezondheid van de patiënt. Aan 62 patiënten die MondMaatje in de beginperiode gebruikten in de PPF is in een onderzoek van de Hogeschool Inholland gevraagd naar hun ervaringen en bevindingen. Dit onderzoek werd uitgevoerd door student Imane el Kadi. Het viel op dat de gebruiksvriendelijkheid niet afhankelijk was van de leeftijd. Waarmee wordt aangegeven dat het gebruik van de app niet specifiek iets is voor jonge mensen, maar geschikt is voor alle leeftijden. Daarbij komt dat hoe vaker men de app gebruikt, hoe beter hij wordt gewaardeerd. Twee pilotstudies uitgevoerd naar het effect van MondMaatje door de studenten aan de
dentista
Hogeschool Utrecht-Mondzorgkunde laten goed de mogelijkheden zien die E-health kan bieden. Studenten Maryam Latifi en Nurbanu Yuttagul laten in hun onderzoek, uitgevoerd in twee algemene tandartspraktijken, zien dat er een significante verbetering is voor plaque en bloeding. En dat met name het gebruik van interdentale reinigingsmiddelen en de poetsfrequentie verbeterde. Een meerderheid van de patiënten geeft ook de voorkeur aan de app als informatiekanaal. De studenten Hafsa Ben Allouch en Zayema Kakar bekeken het effect van het ondersteunen van patiënten met motivatieberichten in een algemene tandartspraktijk. Zij toonden aan dat het gebruik van dagelijkse push (motivatie)berichten een significant effect heeft op het verminderen van bloeding en plaque bij patiënten met gingivitis ten opzichte van de controlegroep die ook toegang hadden tot de app maar geen motivatieberichten ontvingen. In deze pilotstudie kwam naar voren dat de patiënten de motivatieberichten als erg positief ervaren. Het effect van de motivatieberichten zorgden voor intensiever gebruik van mondhygiënemiddelen ten opzichte van de controlegroep. De E-health applicatie werd beoordeeld met een 8,3.
Eigen ervaringen E-health Uit onze eigen ervaring met het toepassen van E-health binnen de praktijk komen een aantal punten naar voren die interessant zijn om te delen. Ten eerste reageren opvallend veel patiënten enthousiast op de mogelijkheid van een app en zijn ze deze ook daadwerkelijk gaan gebruiken. Ten tweede de constatering dat men als zorgverlener in de opleiding geen training in E-health heeft gehad. Daardoor kan men zich moeilijk een beeld vormen op welke manier E-health zou kunnen bijdragen aan het verbeteren van de mondgezondheid en hoe je dat naar eigen inzicht toepast. Hierbij is het mooi om te ervaren dat je per patiënt bekijkt welk deel van het programma bruikbaar of van toepassing is. Ten derde ervaar je door het gebruik van E-health dat je de patiënt ook kunt ondersteunen buiten de praktijk en dat veel patiënten dit wenselijk vinden. Ten vierde valt op dat als wij collega’s informeren over de mogelijkheden van E-health binnen de tandheelkunde men geïnteresseerd is maar koudwatervrees ervaart en niet zo snel de stap durft te zetten om dit zelf te gaan toepassen in
de eigen praktijk. Wij denken dan vaak aan de zin; ‘Onbekend maakt onbemind’. Zodoende kan ook gesproken worden van een noodzakelijke gedragsverandering bij de zorgverlener zelf en het durven loslaten van ingesleten patronen en zekerheden voordat deze E-health gaat implementeren in de eigen praktijk.
Huidige stand van zaken Hoeveel wordt E-health dan tegenwoordig gebruikt? Deze vraag werd in 2019 onderzocht door studenten Cécile van Wingerden en Ouijdan Bouchaten van de Hogeschool Utrecht-Mondzorgkunde. Een landelijke steekproef onder 73 respondenten (mondhygiënisten) leert dat 23 procent M-health adviseert bij hun patiëntengroep. Het zijn dan met name poetsapps (merk gebonden) die het meest worden geadviseerd. Ondanks dat maar een klein deel M-health actief toepast zijn de respondenten optimistisch over de implementatie en het gebruik van M-health in de mondzorg. Interessant is om in het achterhoofd te houden dat E-health, tot nu toe, vrijwel niet of nauwelijks werd onderwezen op de verschillende tandheelkundige, mondzorgkunde en preventieasisstent opleidingen. In deze periode van Covid-19 heeft bijna iedereen op één of andere manier, noodgedwongen, kennis kunnen nemen van technische mogelijkheden om op afstand te kunnen werken en leren. ‘Zorg op afstand’ bleek voor veel mensen (ook zorgverleners) een uitkomst te zijn en heeft tot nieuwe inzichten geleid. Positief om te noemen is dan ook dat diverse opleidingen in de mondzorg de mogelijkheden van E-health onderkennen, kansen zien het onderwijs te moderniseren en starten, of al plannen hebben, met het opnemen van E-health in het onderwijs.
Conclusie Concluderend kan worden gesteld dat E-health een nieuw stuk ‘gereedschap’ is binnen de tandheelkunde. Het biedt interessante mogelijkheden om de patiënt te begeleiden in het verkrijgen en behouden van een gezonde mond. E-health geeft door de snelle technologische ontwikkelingen een schat aan nieuwe onderzoeken behandelmogelijkheden, sluit naadloos aan bij de vraag naar gepersonaliseerde zorg én, in de huidige pandemie, ook bij de vraag naar zorg op afstand. Stap jij ook in de wereld van E-health?
dentista
Melle Vroom en Lodewijk Gründemann zijn beide werkzaam als parodontoloog (NVvP) en implantoloog (NVOI) in hun eigen praktijk, Parodontologie Praktijk Friesland (PPF) te Goutum/ Leeuwarden. In 2017 introduceerden zij de eerste versie van hun tandheelkundig E-health preventieprogramma met app, genaamd Mondmaatje (www.mondmaatje. nl). Inmiddels is het programma verder uitgebouwd en beschikbaar in het Engels onder de naam Dental Coach.
21
4 casussen, verschillende behandelingen
Regeneratie Geerten-Has Tjakkes
V
óór de behandeling van parodontale en peri-implantaire infecties is er vaak sprake van weefselverlies. Bij de behandeling ervan is het uitgangspunt dat er een goed te onderhouden parodontale conditie ontstaat. Het doel is dan vaak een lage plaque- en bloedingscore en ondiepe pockets. In een strikte nazorg met een goede compliance van de patiënt, met beheersing van de risicofactoren, zou deze nieuwe situatie na (actieve) behandeling kunnen worden beheerst. In de uitleg naar de patiënt over de ernst van een aandoening en de mogelijkheden voor behandeling wordt dan in de meeste gevallen aangegeven dat we helaas geen bot kunnen terugkrijgen, maar het tandvlees wel gezonder kunnen maken. Het tandvlees zal dus eerder terugtrekken als gevolg van vermindering van de zwelling van de ontsteking. Terwijl de meest ultieme uitkomst van een parodontale behandeling zou zijn om weer weefsel terug te krijgen, het aller-
liefst zoals het ooit was: restitutio ad integrum. Of dat volledig lukt is maar de vraag, maar in deze bijdrage wordt een aantal casussen besproken, waarbij er na verschillende soorten behandelingen toch sprake lijkt te zijn van regeneratie. In de parodontologie bestaat al langer de mogelijkheid om regeneratieve chirurgische behandelingen uit te voeren met behulp van Emdogain (Straumann). Dit is een gel waarin voornamelijk Amelogine-eiwitten zijn verwerkt die beogen om herstel te krijgen van cement, parodontaal ligament en bot. Het is zeker geen wondermiddel dat overal werkt. Het succes van de behandeling zit vooral in de indicatie van het te behandelen gebied. Naast patiëntfactoren - zoals mondhygiëne, roken en algehele gezondheid - en behandelaarfactoren is de vorm van het botdefect hierin bepalend. Een botdefect grenzend aan een gebitselement kan worden getypeerd door het aantal wanden dat het botdefect om-
1a
Afbeelding 1a. Röntgenopname voor regeneratieve behandeling
1b
Afbeelding 1b. Klinische metingen voor chirurgische behandeling
1c
Afbeelding 1c. Occlusale opname peroperatief
22
1d
Afbeelding 1d. Klinische metingen 6 maanden na regeneratieve behandeling
dentista
1e
Afbeelding 1e. Röntgenopname 6 maanden na regeneratie
geeft. Een éénwandig botdefect zal hierin het minst succesvol zijn, een driewandig heeft de meeste potentie.
Casus 1: botdefecten in het vierde kwadrant In deze casus wordt een patiënt na initiële behandeling chirurgisch behandeld. Afbeelding 1a toont de röntgenopname van twee te behandelen botdefecten in het vierde kwadrant met de klinische metingen in afbeelding 1b. Het peroperatieve beeld na opklap vanaf occlusaal is te zien in afbeelding 1c. Het is niet het meest voordehand liggende defect om met Emdogain te behandelen; er is sprake van een komvormig defect distaal en linguaal van de 46, dat om de distale radix doorloopt. Ook is distaal van de 45 sprake van een driewandig defect. Nadat al het ontstekingsweefsel is verwijderd en het worteloppervlak is gereinigd, zal er een voorbehandeling plaatsvinden met PrefGel (EDTA 24%), om de smeerlaag
te verwijderen van het worteloppervlak. Als dit is weggespoeld kan Emdogain worden aangebracht en kan de lap (primair!) worden gesloten. Het effect wordt doorgaans na zes maanden klinisch gemeten. De klinische metingen, zes maanden na chirurgie, laten al een flinke verbetering zien, (afbeelding 1d) en de röntgenfoto na zes maanden toont tekenen van botingroei (afbeelding 1e), waarbij moet worden opgemerkt dat het röntgenbeeld na één jaar of langer mogelijk nog een beter beeld zou hebben gegeven. Helaas was die mogelijkheid er bij deze casus niet.
Casus 2: botverlies rond implantaten Ook bij botverlies rondom implantaten zou regeneratie een ideale uitkomst zijn. De biologische achtergrond is uiteraard anders dan rondom natuurlijke wortels, wat de behandelmogelijkheden anders maakt. In deze casus wordt rondom een implantaat onder een steg ten behoeve van een onderkappingsprothese behandeld in verband met peri-implantitis. Het verwijderen van het implantaat zou waarschijnlijk geen functieverlies hebben betekend, maar hier is voor een behoudende aanpak gekozen. Een detail van de OPT laat peri-implantair botverlies bij de 42 zien (afbeelding 2a). Peroperatief is het typische komvormige defect te zien (afbeelding 2b). Er vindt eerst degranulatie plaats en een oppervlaktereiniging van het implantaat. Met Bio-Oss (Geistlich Pharma AG) wordt het defect gevuld en met Bio-Gide (Geist-
2a
2b
Afbeelding 2a. Detail van de OPT toont peri-implantair botverlies bij de 42
Afbeelding 2b. Peroperatief beeld
2c
2d
Afbeelding 2c. Met BioOss en BioGide gevuld en afgedekt defect
Afbeelding 2d. Detail van OPT 6 maanden na chirurgische behandeling
dentista
23
DE GOUDEN STANDAARD IN GUIDED BONE REGENERATION
Geistlich The Collagen expert
www.dent-medmaterials.nl
info@dent-medmaterials.nl
Tel. 0226 - 360 150
www.dentmedshop.nl
3a
3b
Afbeelding 3a. Röntgenopname van diep angulair defect voor behandeling
Afbeelding 3b. Röntgenopname van diep angulair defect na initiële behandeling met antibiotica en een jaar nazorg
lich Pharma AG) wordt het daarna afgedekt, waarna wordt overhecht (afbeelding 2c). Na zes maanden vindt er een klinische meting plaats, waarbij er nog pockets tot maximaal 4 mm worden gemeten. Er een overzichtsfoto gemaakt, in detail te zien in afbeelding 2d. Of er daadwerkelijk sprake is van re-osseo integratie is op een röntgenfoto natuurlijk niet te zien, maar er lijkt wel sprake van röntgenologische botgroei.
tot op de bodem van de pocket, om zo vezels van het parodontaal ligament te behouden. Deze vezels hebben de mogelijkheid om te zorgen voor nieuwe botvorming. Dit vereist dus een goede diagnostische fase en een behandeling met beleid.
Casus 3: diepe angulaire defecten Maar is het dan altijd nodig om iets uit een potje of spuitje te gaan gebruiken om regeneratie te verkrijgen? We zien op de röntgenfoto mesiaal van de 46 een diep angulair botdefect bij een jonge patient van 31 jaar (casus met dank aan dr. R.Z. Thomas, gebruikt met toestemming) (afbeelding 3a). Hij is nooit eerder parodontaal behandeld en er worden pockets gemeten van 13 mm mesiolinguaal van de 46 met bloeding en pusafvloed. Er wordt besloten om het element te behouden en mee te nemen in de initiële behandeling, die wordt ondersteund met antibiotica (Amoxicilline en Metronidazol). Bij de evaluatie van de initiële behandeling is er al een goede respons meetbaar. De restpockets zijn op dat moment nog te diep, maar er wordt besloten om te zien of met een driemaandelijkse nazorg het effect kan worden verlengd en na een jaar nazorg vindt er weer een meting plaats, waarbij de pockets mesiaal nog 5 mm. zijn. Ook wordt er een röntgenopname gemaakt (afbeelding 3b). Deze toont duidelijk tekenen van (röntgenologische) botingroei. Bij zo’n jonge patiënt met diepe angulaire defecten (en waarschijnlijk een ‘agressievere’ parodontitis) is het belangrijk om niet volledig te reinigen
Casus 4: 12 mm aanhechtingsverlies Maar hebben we dan altijd antibiotica nodig voor regeneratie? Ook dat blijkt niet zo te zijn, zoals blijkt uit de volgende casus. Deze patiënte van 56 wordt eerst initieel behandeld, waarbij ook de 36 mee wordt genomen in de behandelplanning (afbeelding 4a). De 36 heeft mesiobuccaal een pocket van 9 mm met een recessie van 3 mm, dus 12 mm aanhechtingsverlies. Het element reageert sensibel op de koudetest. Er vindt in deze casus geen ondersteuning met antibiotica plaats. Na de initiële behandeling en een jaar nazorg is de pocketdiepte nog 2 mm met een recessie van 7 mm. Er lijkt dus sprake van 3 mm (klinische) aanhechtingswinst. Om het botverloop op termijn te beoordelen wordt na een jaar nazorg besloten om een röntgenopname te maken (afbeelding 4b). Hier lijkt ook röntgenologisch sprake van regeneratie, zonder gebruik te hebben gemaakt van hulpmiddelen.
Conclusie Bij de behandeling van parodontitis en peri-implantitis lijken er dus mogelijkheden te zijn om toch tot een gezonder parodontium te komen, waarbij naast winst in gezondheid ook winst in bot te halen valt. Of en in welke mate dit gebeurt is sterk afhankelijk van de behandelaar, de patiënt en de klinische situatie.
Geerten-Has Tjakkes is als parodontoloog NvVP werkzaam in zijn eigen verwijspraktijk voor parodontologie en implantologie ‘De Parodontoloog’ in Groningen. Hij is voorzitter van de expertisegroep Parodontologie van het
4a
4b
Centrum voor Tandheelkunde en Mondzorgkunde van het UMC Groningen. Hij is tevens docent bij Parodontologica.
Afbeelding 4a. Röntgenopname voor initiële behandeling
Afbeelding 4b. Röntgenopname na een jaar nazorg
25
Maarten
Werken met vergroting
H
et is alweer bijna zes jaar geleden dat ik, in het laatste jaar van mijn studie, mijn eerste loupebril kocht. Een loupebril met 2.8x vergroting, best spannend vond ik het. Op de universiteit gebruikte niemand een loupebril, ik weet niet eens of het destijds wel was toegestaan.
om de bril alsnog te halen. Zo afhankelijk was ik inmiddels al geworden.
Ik wilde niet afhankelijk worden van zo’n brilletje en straks niet meer zonder kunnen werken. Daardoor heeft mijn loupe bijna het hele eerste jaar in de kast gelegen. Af en toe pakte ik hem, maar alleen wanneer ik echt iets moeilijks had. In het voorjaar van 2016 kwam de omslag. Ik had me voorgenomen om één dag volledig met loupebril te gaan werken, vooral omdat ik het anders maar zonde vond van de investering. Op deze dag veranderde alles, sindsdien heb ik mijn loupebril nooit meer af gedaan.
Tijdens mijn studie heb ik leren werken met een microscoop, maar deze gebruikte ik alleen voor wortelkanaalbehandelingen. In 2018 ben ik de microscoop ook voor andere restauratieve behandelingen gaan gebruiken. Toen heb ik mij als doel gesteld om een heel jaar de tijd te nemen om volledig met de microscoop te kunnen werken. De bovenkaak is goed te doen aangezien we al gewend zijn om in spiegelbeeld te werken, de onderkaak daarentegen is een volledig nieuwe dimensie. Dit vergt zoveel oefening om onder de knie te krijgen. Doordat ik in deze periode zo afhankelijk ben geworden van de microscoop, waarbij ik meestal in de range van 6x - 10x vergroting werk, vond ik mijn loupebril met 2.8x vergroting toch wel erg tegenvallen.
Tot op heden ben ik mijn loupebril (gelukkig) maar één keer vergeten. Die ochtend was zo vreselijk dat ik in de eerste pauze direct naar huis gereden ben
Begin dit jaar heb ik de knoop doorgehakt en heb ik een nieuwe loupebril gekocht, eentje met maar liefst 7.5x vergroting. De eerste dagen had ik zo’n spijt van mijn
26
COLUMN
dentista
keuze, ik had het idee dat ik te weinig overzicht had en daardoor niet fatsoenlijk kon werken. Maar aan het eind van de eerste week was ik verkocht, deze bril is perfect voor mij. Ondanks de hoge vergroting blijf ik toch verrassend veel zien. Zo kan ik een heel sextant zien op 7.5x vergroting (met de microscoop kan dit niet). De microscoop gebruik ik ook nog steeds omdat dit ergonomisch prettiger is maar de balans tussen microscoop en loupebril zou je inmiddels 50/50 kunnen noemen. Ik ben nu zo gewend aan 7.5x vergroting dat ik mij afvraag of ik in de toekomst wellicht een loupebril met nog meer vergroting wil. Met welke vergroting werk jij?
Maarten de Beer is als tandarts werkzaam bij IJsselstate Tandartsen in Dieren en Tandartspraktijk Apeldoornseweg 59 in Arnhem.
Nieuw! Duurzame interdentale ragers. Dezelfde hoogstaande kwaliteit voor gezonde tanden en een gezondere planeet. Vraag vandaag nog een gratis sample kit aan. Wees er snel bij want op is op.
Scan de QR code of ga naar www.tepe.com/nl/duurzaam TePe (1965) is een Zweeds familiebedrijf met een missie. Wij ontwikkelen samen met tandheelkundige experts hoogstaande mondverzorgingsproducten en -oplossingen die mensen inspireren om gezonder te leven. Met de introductie van onze eerste serie duurzame interdentale ragers zetten wij een volgende stap in onze koers naar een klimaatneutrale productlijn in 2022. TePe loopt hiermee voorop in de markt en wij zijn vastbesloten om duurzaamheid volledig te integreren in onze wereldwijde organisatie. Hierbij ligt de focus niet alleen op gezonde tanden voor elke patiĂŤnt, maar ook op een gezondere planeet voor iedereen.
Van DPSI naar PPS lastig? Mariëtte Lokken
Sinds 1998 wordt door veel mondzorgprofessionals gebruik gemaakt van de DPSI (Dutch Periodontal Screening Index) om de parodontale conditie van een patiënt te controleren. Vanaf januari 2021 wordt er onder andere door de NVvP geadviseerd om gebruik te gaan maken van de PPS (Periodieke Parodontale Screening) in plaats van de DPSI. De PPS is een onderdeel van de nieuwe richtlijn Parodontale Screening, Diagnostiek en Behandeling in de Algemene Praktijk, opgesteld door de NVvP. De PPS is een vereenvoudiging van de DPSI en qua pocketdiepte een internationaal geaccepteerde methode. Deze screening wordt dan ook in meerdere landen toegepast. Ook wordt er meer nadruk gelegd op het screenen in plaats van op diagnosticeren. Hierdoor wordt het risico op over- of undertreatment verminderd.
PPS 1
PPS 2
PPS 3
Pocketdiepte
Pocketdiepte
Pocketdiepte
0 - 3 mm
4 - 5 mm
≥ 6 mm
S
creenen is in het algemeen niet bedoeld om een diagnose te kunnen stellen, maar om bepaalde aandoeningen, in dit geval gingivitis en parodontitis, op het spoor te komen. Screenen geeft aan of er meer onderzoek nodig is, waaruit een eventuele diagnose en behandeling kunnen voortvloeien.
Het advies is om jaarlijks de PPS uit te voeren en vast te leggen. Doordat de PPS een
28
snelle methode is, hoeft dit niet veel tijd te kosten en valt het bij de meeste tandartsen en mondhygiënisten binnen hun routinematig handelen. Tijdens het uitvoeren van de PPS wordt er in eerste instantie alleen gekeken naar de pocketdieptes. De meting wordt per kwadrant genoteerd waarbij de hoogste score bepalend is. Hieronder volgt een schematische weergave: Bij de score PPS 1 en PPS 2 is preventie
dentista
Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen de DPSI en de PPS? DPSI
PPS
Meting per sextant
Meting per kwadrant
6 mogelijke scores
3 mogelijke scores
Minder ruimte voor motivatie en mogelijkheden patiënt
Meer ruimte voor motivatie en mogelijkheden patiënt
van parodontale aandoeningen het doel, bij PPS 3 volgt waarschijnlijk een parodontaal onderzoek en eventueel een parodontale behandeling. Tijdens het uitvoeren van de PPS is het wellicht handig om te realiseren wat de voorkeursplaatsen zijn van verdiepte pockets: • Approximaal onder het contactpunt • Furcatiegebieden • Palatinaal bovenkaak • Linguaal onderkaak
Net als bij de DPSI is het advies om de score jaarlijks vast te leggen. Het jaar 2020 wordt als overgangsjaar gezien. In 2021 zal de PPS als onderdeel van de richtlijn Parodontale Screening, Diagnostiek en Behandeling in de Algemene Praktijk in gebruik worden genomen.
Van DPSI naar PPS lastig? Welnee! Het zal even wennen zijn, maar lastig is de PPS zeker niet!
Mariëtte Lokken is mondhygiënist bij tandartspraktijk Odoorn en docent bij Dental Best Practice.
Instumenten voor dental professionals Optimus Dente is een tandarts groothandel voor de dental professional Wij leveren uitsluitend TOP kwaliteit instrumenten, ergonomisch en lange levensduur.
DENTISTA
1
GEBRUIK D E CODE OP DE WEB SITE EN ON TVANG
20% KOR
OP UW GEH TING ELE EE BESTELLIN RSTE G*
www.optimusdente.nl *Geldig tot 31 januari 2021
dentista
29
Praktijkmanagement
Aanpassing van het paroprotocol Vanaf januari 2021 adviseert de NVvP om voor parodontale screening gebruik te maken van PPS in plaats van DPSI. Die overgang heeft consequenties voor de manier waarop we werken in de praktijk en vraagt om aanpassing van het paroprotocol. Typisch een taak voor de praktijkmanager. Maar welke stappen zet je, wie betrek je daarbij en hoe communiceer je dit naar het team? Marenka Franke
L
aten we beginnen met de noodzaak van protocollen. Inmiddels zullen alle praktijken hier wel mee werken. Het is immers noodzakelijk voor de certificering van je praktijk, maar geeft ook aan wie welke rol vervult binnen het team. Zo kun je patiënten gemakkelijk indelen bij de juiste behandelaar. Het zorgt voor helderheid van taken en voorkomt verkeerde afspraken en daaruit voortvloeiende (onnodige) kosten voor zowel patiënt als praktijk. Nu ook jouw praktijk de overstap moet maken van DPSI (Dutch Periodontal Screening Index) naar PPS (Periodieke Parodontale Screening), is het goed om het protocol nog eens onder de loep te nemen. Of, wanneer het Paroprotocol nog niet aanwezig is, deze op te stellen. Als praktijkmanager is het belangrijk om hier op tijd mee te beginnen. Zo ben jij ook goed voorbereid bij eventuele vragen vanuit het team.
Wat houdt de verandering in? Mondhygiënist Mariette Lokken geeft in dit nummer van Dentista aan wat de verandering inhoudt. In het kort komt het erop neer dat de PPS een vereenvoudiging is van de DPSI. Het is qua pocketdiep-
30
PRAKTIJKMANAGEMENT
te ook een internationaal geaccepteerde methode waar meer nadruk wordt gelegd op het screenen in plaats van op diagnosticeren. Het advies vanuit de NVvP is om jaarlijks de PPS uit te voeren en vast te leggen. Doordat de PPS een snelle methode is hoeft dit niet veel tijd te kosten en valt het bij de meeste tandartsen en mondhygiënisten binnen hun routinematig handelen. Maar het vergt wel een andere manier van meten en registreren. Het team moet hierover worden ingelicht. Een taak voor de praktijkmanager om dit goed te organiseren en te regelen.
Breng je team op de hoogte De aanwezige mondhygiënisten, preventieassistenten en tandartsen binnen de praktijk moeten uiteraard weten hoe de PPS te meten en te registreren. Daar zit ten opzichte van de DPSI-verschil in. Breng dit onder de aandacht en vraag of zij hier al mee bekend zijn. Indien niemand van het team nog de exacte inhoud van de PPS weet is het raadzaam om eerst meer informatie in te winnen. Dat kan onder andere via de website van de NVvP. Ga hier niet met z’n allen naar op zoek, maar laat dit door één persoon doen die vervolgens het team inlicht. Bij ons in de prak-
dentista
tijk heeft de mondhygiënist hierover uitleg gegevens tijdens een werkbespreking. Zij heeft zich vooraf ingelezen in de aanwezige literatuur en collega mondhygiënisten in andere praktijken gevraagd hoe zij omgaan met de verandering. Op deze manier kan er in één keer worden besproken wat de verandering inhoudt, welke vragen er leven en hoe daarop het protocol kan worden aangepast. Houd hierbij ook rekening met het feit dat de PPS een screening is en geen diagnose zoals bij de DPSI. Uiteindelijk is het de bedoeling dat het gehele team op de hoogte is van de veranderingen, zodat iedereen weet waar welke patiënt met het reinigen ingedeeld moet worden. Bij vragen van patiënten kunnen de medewerkers deze dan ook juist beantwoorden. Dat geldt ook voor de balieassistenten die afspraken moeten maken bij de juiste personen en de stoelassistenten die moeten weten wat er in de status ingevoerd moet worden bij de screening.
De rol van de praktijkmanager Als praktijkmanager heb je de rol om de veranderingen in goede banen te leiden en te vermelden in het nieuwe paroprotocol. Let daarbij ook op of het patiëntenprogramma dat je gebruikt in de praktijk moet worden aangepast. Informeer hiernaar bij je softwareleverancier.
Belangrijk bij het opstellen van het protocol, of bij het herzien hiervan is dat meerdere personen uit de praktijk hierbij worden betrokken. Voor iedere ruimte zijn protocollen van toepassing, delegeer daarom het schrijven en opstellen van de protocollen naar de personen die in betreffende ruimte werkzaam zijn. Dat zorgt voor een stap voor stap beschrijving, scheelt een praktijkmanager een hoop werk en voorkomt dat er een protocol wordt gemaakt dat niet duidelijke genoeg is. Als praktijkmanager heb je wel de taak om de protocollen na te lezen en goed te keuren. Uiteraard zullen er nog opmerkingen volgen. Vindt men bijvoorbeeld dat de DPSI meer duidelijkheid geeft omdat zij hieraan gewend zijn en misschien net iets meer informatie geeft. Ik heb onder andere met de mondhygiënist gekeken hoe een patiënt met DPSI 3+ in de PPS3 terechtkomt, ook al geeft de screening aan dat het PPS2 is. De patiënt hoort toch echt thuis in de stoel van de mondhygiënist. Dit zijn zaken die goed uitgezocht moeten worden, zodat de patiënt bij de juiste behandelaar zit. Vermeld in het paro protocol ook duidelijk welke producten er geadviseerd worden met betrekking tot het reinigen van het gebit. Denk daarbij aan welke elektrische tandenborstel de voorkeur heeft, Oral B of Sonicare van Philips,
dentista
PRAKTIJKMANAGEMENT
31
maar ook welke interdentale reinigers je adviseert. Bij PPS 2 en 3 bijvoorbeeld met Interprox plus ragers, bij PPS 1 softpicks of houten stokers. Op deze manier is het voor de patiënt duidelijk en overzichtelijk wat het advies is en wordt er niet steeds iets anders geadviseerd. Er zullen binnen het team misschien nog wel meer vragen opkomen hoe dit in de praktijk opgepakt moet worden. Daarom is het als praktijkmanager belangrijk dat je op tijd inventariseert wat je nodig hebt om het protocol te laten slagen.
Geen mondhygiënist of preventieassistent? Ben jij werkzaam in een praktijk waar geen mondhygiënist en/of (paro)preventieassistent aanwezig is, dan lijkt het lastig om het protocol te maken, maar dat is het niet. Bespreek in dat geval met de praktijkeigenaar hoe je binnen het team omgaat met de procedure omtrent het reinigen van het gebit bij de patiënt. Ga op zoek naar een bestaand paroprotocol en verwerk hierin de procedure die bij jou in de praktijk gangbaar is.
Communicatie naar patiënten Als praktijkmanager heb je ook de taak om te zorgen voor goede patiëntencommunicatie. Dat geldt ook bij veranderingen zoals deze. Is een patiënt altijd alleen maar door een tandarts gereinigd, of door een preventieassistent en moet deze nu door de verandering in screening naar een mondhygiënist, dan is het goed dat de nodige informatie wordt (mee)gegeven. Er zijn verschillende manieren om dit te doen, denk bijvoorbeeld aan het opstellen van een standaard mail en/of brief die de patiënt krijgt na het doorverwijzen naar de mondhygiënist. Eventueel een huisfolder laten maken is ook een mooie oplossing. Wanneer je dat doet, vermeld het dan ook in het protocol. Heeft jouw praktijk een social mediakanaal dan kan je ook eens onder de aandacht brengen hoe belangrijk de gezondheid van het tandvlees is. Vermeld daarbij dan meteen hoe jullie daar in de praktijk mee omgaan.
• Verdiep je in protocollen en leer hoe je ze zelf kunt opstellen. TIP: lees in dit nummer van Dentista het artikel ‘7 stappen naar een protocol dat werkt’ van Anna Berends van Loenen. • Begin binnen het team op tijd met inventariseren wie al op de hoogte is van de verandering. TIP: loop eens langs bij je collega’s en informeer hiernaar. Zo worden zij alvast getriggerd . • Zoek de juiste mensen bij elkaar voor het opstellen van het protocol. • Communiceer de veranderingen die voortvloeien uit het nieuwe protocol met het team. TIP: plan ruim van tevoren een overleg in. • Zorg dat je aanwezige communicatiebronnen zoals folders, standaard E-mails en je website aanpast, of maak nieuw materiaal. TIP: informeer bij collega praktijmanagers of zij hier bestanden van hebben die je kan gebruiken. • Evalueer tijdig. Ook tijdens het traject van het opstellen of veranderen van het protocol. Dat geeft je de mogelijkheid om tussentijds obstakels aan te pakken. Na een paar maanden plan je vervolgens weer een moment om te bespreken hoe het nieuwe/ veranderde protocol verloopt in de praktijk. Vraag vooraf of iedereen eventuele obstakels wil noteren, zodat dit kan worden besproken. Iedere verandering is wennen, dat geldt voor alle medewerkers binnen het team. Een helder Paroprotocol kan daarbij helpen, maar het heeft tijd nodig om te landen binnen de organisatie.
Praktische tips Kort samengevat is het belangrijk om bij het opstellen of aanpassen van het Paroprotocol rekening te houden met de volgende zaken:
dentista
Marenka Franke is praktijkmanager bij Centrum voor Mondzorg Rhenen.
PRAKTIJKMANAGEMENT
33
In 7 stappen naar een protocol dat werkt Een tandartspraktijk moet aan een heleboel eisen voldoen en ik snap dat je als praktijkmanager af en toe horendol wordt van wat er allemaal moet. Is het allemaal wel echt nodig, zoals bijvoorbeeld het schrijven van protocollen? Je hebt sowieso protocollen nodig als je wilt certificeren. Maar ook als je die certificering niet wilt, pleit ik toch voor het schrijven van protocollen. Waarom? Je wilt dat iedereen weet wat hij moet doen en dat het duidelijk is. Die transparantie in je praktijk bereik je met het schrijven van protocol. Als het dan toch ‘moet’, hoe stel je dan goed en efficiënt protocollen op voor je mondzorgpraktijk?
Anna Berends van Loenen
Stap 1: Schrijf op wat je doet en doe wat je opschrijft Dat klinkt heel simpel maar is het niet. Je kunt niet zomaar een protocol van een andere tandartspraktijk overnemen, want jij bent uniek. Je werkt op een andere manier dan een andere praktijk en dat mag zichtbaar zijn in je protocollen.
Stap 2: Laat de gebruiker het protocol maken De balie-assistent heeft verstand van het opnemen van de telefoon, laat haar daar een protocol voor maken. Zij heeft verstand van zaken en weet precies hoe de normale gang van zaken is en ze weet wat wel werkt en wat niet.
Naast je eigen werkwijzen heb je ook wettelijke normen en die moeten ook meegenomen worden in je protocol.
Als je verstand van zaken hebt dan vergeet je waarschijnlijk geen stappen, of worden stappen ook niet anders voorgesteld dan dat ze daadwerkelijk zijn.
Zorg er in ieder geval voor dat wat in het protocol beschreven staat ook daadwerkelijk is hoe het gaat in jouw praktijk. Je wilt natuurlijk ook dat jouw medewerkers het protocol daadwerkelijk volgen. Als we niet doen wat we hebben opgeschreven dan heb je een probleem. Bijvoorbeeld bij een audit, want dan wordt er gecontroleerd of je werkt volgens wat je hebt opgeschreven.
34
Stap 3: Kijk hoe jij binnen je praktijk werkt Je mag kijken naar wat wel en wat niet bij jouw praktijk past, er is bijvoorbeeld geen wet die zegt dat je alles stap voor stap minutieus uit moet schrijven. Als jij niet zo van de vaste werkwijzen bent, dan hoef je jezelf daar nu niet ineens toe te dwingen omdat je nu eenmaal met een protocol moet werken.
dentista
Een protocol mag dus ook globaal zijn. En zijn er meerdere behandelaars binnen te praktijk, die allemaal eigen werkwijzen hebben, maak dan gewoon een algemeen protocol en zet een opmerking onder het protocol dat behandelaar X altijd dit doet, maar behandelaar Y wil altijd dat. Stap 4: Schrijf een kookboek Een protocol is net als een recept. Als je begint met schrijven denk dan aan de volgende punten: • Wat is het doel? • Welke instrumentarium heb ik nodig? • Welke materialen gebruiken we? • Werkwijze, hoe maken we bijvoorbeeld een vulling? • Eventuele criteria, extra opmerkingen bijvoorbeeld werkwijzen per behandelaar. Bouw alle ‘recepten’ op dezelfde manier op. Dat is handig voor alle mensen die er mee moeten werken. Stap 5: Vertrouwen is goed, maar controleren is beter Als een protocol geschreven is, laat het dan vervolgens redigeren door een collega.
Misschien heeft deze collega betere ideeën en daar kan dan over gesproken worden. Bespreek het protocol ook tijdens een werkoverleg, werkt het nog wel? Stap 6: Maak de protocollen voor iedereen toegankelijk Bewaar alle protocollen op een centrale plaats. Dat kan in een map in de kast, maar beter nog is op de computer of online. Zorg dat iedereen op de hoogte is waar de protocollen te vinden zijn en zorg dat je medewerkers ze gelezen hebben. Laat je medewerkers ook tekenen voor het feit dat ze op de hoogte zijn. Stap 7: Evalueer Er komen altijd hobbels. Een goede check is of stagiairs en nieuwe medewerkers de protocollen snappen. Kijk verder ook of de protocollen nog up-to-date zijn, of is er in de loop der tijd al van alles veranderd? Zijn bijvoorbeeld de materialen of instrumenten veranderd? Dan verandert het protocol. Evalueer dus regelmatig of het nog klopt en of het beter kan. Zo groei je samen naar een top-praktijk.
dentista
Anna Berends van Loenen is eigenaar van www.qanz.nl en trainer op het gebied van praktijkmanagement, organisatie en communicatie. Daarnaast is zij auteur van de boeken Praktijkmanagement talent, Teammanagement talent en Handboek voor de Balie Assistent.
35
Service en therapietrouw
Verkoop van mondhygiëneproducten in de praktijk Voor het slagen van een behandeling is het belangrijk dat je een patiënt motiveert en individuele instructies meegeeft. Daar hoort ook het gebruik van mondhygiëneproducten bij. Je kunt ze daarvoor verwijzen naar een drogist, maar patiënten vinden het soms lastig om de juiste producten te vinden. Ze gebruiken dan misschien een verkeerd product, of stoppen helemaal met het gebruik. Dat gaat uiteraard ten koste van de mondgezondheid en sommige praktijken kiezen er dan ook voor om zelf dentale producten aan te bieden.
M
ondhygiënist Martine Visser-de Rond werkt bij verwijspraktijk Paro Almere en verkoopt sinds een jaar mondhygiëneproducten in de praktijk. “Ik doe dit vanuit mijn bedrijf Rager op maat. Het verkopen van de interdentale en tandheelkundige hulpmiddelen staat los van de praktijk, echter helpen mijn collega’s wel in het adviseren en ondersteunen van de patiënten bij de aankoop. De producten zijn te vinden in een ‘vendingmachine’, ook wel bekend als een snoepautomaat. Deze is aangepast aan mijn wensen en de producten die we het meest adviseren in de praktijk. Betalen kan door middel van een contactloos betaalsysteem.” Waarom zijn jullie hiermee gestart? “Als zorgverleners helpen we de patiënten graag van A tot Z. Mijn visie was dan ook vanuit service het totaalpakket te kunnen aanbieden. Het is het jammer dat we patiënten een advies op een kaartje meegeven en ze zelf moeten gaan zoeken. Veel patiënten doen dit goed en kopen de juiste
36
maat ragers online of bij de drogist, echter merkte ik dat er genoeg klanten zijn die het snel opgeven als ze de juiste maat niet kunnen vinden. Ze kiezen dan voor een interdentaal middel dat kleiner is dan het advies, wat ertoe kan leiden dat de situatie in de mond verslechtert. Ik wilde graag de service bieden en de klanten de keus geven het product gelijk mee te nemen. Ik richt me dan ook niet op de massa, maar op de mensen die voor gemak kiezen.” Welke producten bieden jullie aan? “De automaat is gevuld met de meest geadviseerde producten uit de praktijk. Er zitten ragers in van Interprox (plus), Lactona (interdental cleaners) en Tepe (regular). Ook verkoop ik Perio-Aid spoelmiddel en spray omdat we hier chirurgische behandelingen uitvoeren, Vitis gezond tandvlees mondspoelmiddel en Vitis Sensitive tandpasta en opzetborstels van Oral B.” Wat levert het op? “Het bieden van deze service levert tevre-
dentista
den klanten op, klanten die de juiste maat gebruiken en daardoor een beter resultaat laten zien. Ik kan zeggen dat de verkoop ervoor zorgt dat de automaat gevuld kan blijven, wat voor mij al een heel fijn doel is. Het was mijn visie extra service te verlenen en een totaalpakket te kunnen bieden en dat is voor mij wat telt op dit moment. Daarnaast vind ik het enorm leuk om naast het werken aan de stoel een andere tak te belopen in de rol als ondernemer, hier leer ik ontzettend veel van.” Welke impact heeft de verkoop op de praktijk “Mijn collega’s en ik geven iedere patiënt een advies op maat, wat is veranderd voor de stoelmedewerkers is dat ze nu ook aangeven dat de producten in de praktijk te vinden zijn in de automaat tegenover onze balie. De baliemedewerkers helpen patiënten soms bij de aankoop.” Bieden jullie de producten ook via de eigen website aan? “Nee, er worden geen producten via een website aangeboden, ik heb hier de keus in gemaakt omdat er al grote websites bestaan waar de producten goed verkrijgbaar zijn.” Heb je tips voor collega’s die ook producten willen verkopen in de praktijk? “Mijn doel was niet direct om veel omzet te genereren, maar dit te doen vanuit de service kant en het ook te zien als een leerproces in ondernemen. Ik ben dus van deze hoek uit gaan zoeken naar wat de mogelijkheden waren. Mijn werkgever stond hiervoor open en heeft mij de kans geboden een mooi plekje te mogen gebruiken in de praktijk voor het neerzetten van mijn machine. Iedere praktijk is anders en heeft een individuele aanpak nodig.” Naast Martine van Paropraktijk Almere, spraken we nog twee andere praktijken die al langer dentale producten verkopen binnen de praktijk. Monique de Bruin, eigenaar van Mondhygiënepraktijk ‘De Ronde Venen’ uit Mijdrecht: “Wij zijn er lang geleden mee begonnen, omdat de producten hier in het dorp en de omgeving bijna niet te krijgen waren. Dat werpt een drempel op voor mensen waardoor ze geen mondhygiëneproducten gaan gebruiken. Bij instructie geven we ze daarom altijd een eerste verpakking mee met het juiste product. Bevalt het goed dan weet de pa-
tiënt dat ze het in de praktijk kunnen blijven kopen. Het gaat om alle producten die we zelf adviseren, maar voornamelijk om ragers.” Net als in de Paropraktijk Almere is het doel van Monique en haar praktijk ook service verlenen richting patiënten en therapietrouw. Zij maken echter geen gebruik van een automaat in de praktijk waar de materialen te koop zijn. “Bij ons zijn de producten aan de balie te krijgen, waar altijd een balie-assistent aanwezig is. Die kan het organiseren, factureren en in de patiëntenkaart zetten. Dus ook als iemand geen afspraak heeft kunnen ze tijdens openingstijden producten halen. De balie-assistent kan altijd in de patiëntenkaart zien welke producten eerder zijn aangeraden of verkocht. Hoewel we incidenteel aan passanten verkopen, is het echt bedoeld voor onze eigen patiënten. Dat is ook de reden dat we geen uitgebreide webshop gaan opzetten. Daar zijn er trouwens al genoeg van. Bedenk overigens wel dat de verkoop van mondhygiëneproducten BTW-plichtig is. De afgelopen jaren moest ik daarom ieder kwartaal de omzetbelastingaangifte doen. Deze verplichting is nu vervangen door de Kleineondernemersregeling. Dat geeft minder werk qua aangifte.” Ook bij Tandheelkundig Centrum Prinsenland uit Rotterdam verkopen ze al zo’n 10 jaar dentale producten, vertelt mondhygiënist, praktijkhouder en -manager Tim Groesbeek. “Ook wij merkten dat hetgeen wij adviseerden vaak slecht verkrijgbaar was. Dan kan je wel een sample meegeven en ze verwijzen naar een winkel, maar dat werkt dan niet. Daarbij bleek er veel vraag te zijn naar een eigen thuisvoorraad van de juiste producten. Het gaat bij ons dan voornamelijk om producten zoals ragers, (elektrische) tandenborstels, mondspoelmiddelen en floss die wij voorschrijven. Wat het ons oplevert? Met name dat patiënten de juiste/voorgeschreven producten gebruiken, met een betere mondgezondheid en therapietrouw als gevolg.” Zowel Martine, Monique en Tim geven aan dat er verschillende collega’s zijn die ook producten verkopen in hun praktijk, maar schatten in dat het er niet veel zijn. Verkoopt jullie praktijk mondhygiëneproducten?
dentista
37
Tandartspraktijk Dokkum Specialisatie: Implantologie en
Team
prothetiek
“Tandartspraktijk Dokkum is ontstaan uit een fusie van drie tandartspraktijken,” geeft praktijkmanager Romina Jager aan. “De praktijken - Tandarts Herbig uit Metslawier, Tandartspraktijk Beurze en de bestaande Tandartspraktijk Dokkum - zijn in augustus 2020 samengevoegd op onze nieuwe locatie aan de Aalsumerpoort in Dokkum. Een nieuwbouwlocatie met alle voorzieningen voor een moderne en efficiënte praktijkvoering. Daar werken we met een gemotiveerd en professioneel team van junior en senior tandartsen en andere mondzorgprofessionals aan de mondgezondheid van onze grote patiëntenpopulatie.”
Behandelkamers: 8 Patiënten: 11.000 Medewerkers: 6 tandartsen, 1 mondhygiënist, 4 preventieassistenten, 1 KPT-er, 9 tandartsassistenten, 3 frontofficemedewerkers
Communicatie “We beginnen de dag in onze personeelsruimte met een kopje koffie en een briefing. Aan het einde van de dag wordt er op de werkvloer kort teruggeblikt op wat wel/
38
TEAM IN BEELD
niet goed ging. Ook werken wij met een platform, genaamd DentalPlek. Een erg handige tool voor de communicatie en organisatie binnen ons team. Wij gebruiken dit platform voor alle werk gerelateerde communicatie. Ook zijn hier protocollen, agenda’s, vraagstellingen en leuke feitjes op te vinden. Daarnaast vergaderen we vier tot vijf keer per jaar met het hele team en is er tussendoor assistenten- en tandartsoverleg. Die overleggen worden gepland als er projecten of andere aandachtpunten zijn die niet kunnen wachten tot een volgend vergadermoment. Recentelijk overleg had natuurlijk te maken met de Leidraad Mondzorg Corona. En daarvoor hebben we een implementatie van Gewoon Gaaf gedaan.”
Locatie Sinds augustus 2020 is Tandartspraktijk Dokkum gevestigd in een voormalig bank-
dentista
is door middel van verlichting een duidelijk onderscheid gemaakt tussen schoon en vuil.”
Goed geregeld “Aan de receptie focussen we ons op de aanwezige patiënt. De telefoon en veel ander administratief werk wordt door onze backoffice collega’s afgehandeld. Deze aanpak heeft geleid tot beter geïnformeerde patiënten en minder no-shows door duidelijke afspraken. Ook is de frontoffice beter bereikbaar voor medewerkers. Door betere communicatie is er een fijne flow in werkzaamheden.”
dentista
TEAM IN BEELD
Foto: Levin den Boer - ldbfoto.nl
gebouw in het centrum van Dokkum. Een volledig gerenoveerd pand dat opnieuw is ingericht. Daarbij is rekening gehouden met alle voorwaarden van een moderne tandartspraktijk, met onder andere een grote centrale sterilisatieruimte, goede luchtcirculatie en behandelkamers met allemaal dezelfde moderne inrichting. Over de routing in de praktijk is tijdens de verbouwing goed nagedacht. De behandelkamers zijn voor de patiënt bereikbaar via de centrale gang. Aan de achterkant van de behandelkamers bevinden zich de sterilisatieruimtes. Wij werken met een traykastensysteem waardoor af- en aanvoer van instrumentarium sneller en volgens protocol verloopt. In de sterilisatieruimtes
Op de foto: E. Skoric, A.A. Herbig, I. van der Ploeg, F.R. Beurze, Nynke, Aryette, Joke, Thea, Monique, Elske, Greetje, Sippie, Gioya, Jeannette, Shaé, Marodi, Gerda, Joke, Tineke en Nanda. Niet op de foto: C.I. de Sousa, I. Frankulli, Dineke en Wietske.
39
Hoe ga je ermee om?
Tandheelkundig instrumentarium In de praktijk gebruiken we veel verschillende instrumenten die scherp moeten zijn om het beste resultaat te behalen tijdens een behandeling. Gebruik en reiniging hebben echter effect op de kwaliteit en levensduur van een instrument. Goed onderhoud en slijpen is dan essentieel.
Olaf Westening
T
andheelkundige instrumenten moeten volgens bepaalde richtlijnen worden gereinigd (desinfectie, sterilisatie). Deze reinigingsprocessen hebben echter effect op de kwaliteit en levensduur van een instrument. Zo worden scherpe instrumenten als scalers en curettes hierdoor sneller bot. Maar verliezen ze ook scherpte wanneer ze los in een desinfectiebak worden geplaatst en de metalen tegen elkaar komen. Dit geldt ook voor instrumenten die te lang in een desinfectie vloeistof liggen, waardoor het metaal wordt aangetast. Let in dit geval goed op wat de fabrikant van een desinfectie vloeistof voor instrumentarium voorschrijft over de contacttijd. Vaak is dit zeven minuten in een desinfectie bak en vijf minuten in een ultrasoon trilbad.
Slijpen Als scalers en curettes minder scherp zijn geworden door de reinigingsprocessen, en uiteraard door ermee te werken, dan moeten ze worden geslepen. Dat werkt immers veel prettiger. Echter is slijpen niet altijd mogelijk en afhankelijk van het materiaal waarvan ze zijn vervaardigd. Er bestaan voor scalers en curettes drie verschillende staalsoorten:
40
• Gehard staal met coating: de coating houdt het instrument langer scherp, maar mag niet worden geslepen. Doe je dat wel dan is de kans groot dat je worteloppervlakken beschadigt. Gecoate, hardstalen instrumenten blijven ongeveer 3 maanden scherp. • Gehard staal zonder coating: Omdat er geen coating aanwezig is, mag je deze wel slijpen. Niet gecoate, hardstalen instrumenten blijven ongeveer 3 maanden scherp. • Normaal staal: Wordt wat sneller bot en zal regelmatiger moeten worden geslepen. Normaal stalen instrumenten verliezen de scherpte na een paar weken. De informatie over het instrument, zoals staalsoort, productiedatum en land van herkomst, staat er meestal op vermeld. Dit is nuttig bij het onderhoud, maar ook handig voor eventuele garantie claims.
Scherpe instrumenten werken prettiger In een tandheelkundige praktijk komen, naast scalers en curettes, nog meer in-
dentista
strumenten voor die prettiger werken als ze scherp zijn. De behandelaar hoeft immers veel minder kracht uit te oefenen op het instrument. Een onscherp instrument kan zelfs breken, omdat er teveel kracht op wordt uitgeoefend. Zorg dan ook dat ze goed zijn geslepen. Voor de meeste instrumenten kun je dat gemakkelijk zelf doen in de praktijk, maar er bestaan ook slijpservices en de fabrikant van een instrument kan het ook verzorgen. De instrumenten die kunnen worden geslepen zijn: • Excavatoren • Luxatoren • Furcatie Files • (Hecht) Scharen • Raspatorium • Bot curettes • Scalers en curettes • Glazuurmessen, carvers • Ortho Cutters Voor elk instrument is er een speciale slijpsteen. Belangrijk hierbij is dat je een instrument altijd slijpt na een desinfectie proces! Het instrument is dan schoon en kan na het slijpen nog worden gesterili-
seerd, zodat het bij de volgende patiënt steriel en scherp is.
Onderhoud Instrumenten Het is belangrijk om scharnierend instrumentarium zoals ortho tangen, extractie tangen, knabbeltangen, scharen en naaldvoerders in een open positie te (thermo) desinfecteren en steriliseren. Vuilresten kunnen op deze manier veel beter worden verwijderd. Tevens is het van belang om de scharnierende instrumenten te oliën, zodat het instrument soepel blijft bewegen en alle vuilresten tussen het scharnierpunt verdwijnen. Kijk na een behandeling altijd of er geen cementresten aan de composiet instrumenten zitten. Deze moeten worden verwijderd voor het desinfectie en sterilisatieproces, voor het uitgehard is. De cement resten zijn erg lastig te verwijderen van een instrument na een sterilisatieproces. Maak de cementresten niet met een staalborstel schoon. Dan ontstaan er krassen op het metaal waardoor composiet te veel blijft plakken aan het instrument.
dentista
Olaf Westening is als Country Manager Nederland, Denemarken, Aruba, Bonnaire & Curacao verantwoordelijk voor het tandheelkundig instrumentarium van fabrikant Hu-Friedy Mfg. Co.,LLC. Als gastdocent geeft hij slijpcursussen aan de opleidingen tandheelkunde en mondhygiëne.
41
HUFRIEDYGROUP INTRODUCES
HARMONY SCIENTIFICALLY PROVEN ERGONOMIC SCALERS AND CURETTES
Designed with TrueFit™ Technology, the optimized shape with double helix grip reduces pinch force up to 65% 1 . Its optimal proportions and ideal width provides a secure and nimble grasp, which may alleviate hand fatigue and injury risk due to repetitive motions. All Harmony ™ scalers and curettes have EverEdge™ 2.0 working ends, ensuring you have sharp, long lasting blades to efficiently remove calculus while applying less pinch force when holding the handle. Learn How to Scale in Perfect Harmony at HuFriedy.eu/Harmony-Scaler For more information or to place an order please contact Olaf Westening (Country Manager the Netherlands) E-Mail: owestening@hu-friedy.com Phone: +31 654 96 44 45
All company and product names are trademarks of Hu-Friedy Mfg. Co., LLC, its affiliates or related companies, unless otherwise noted. 1. Compared to other leading scaler designs. Data on file. Available upon request. ©2020 Hu-Friedy Mfg. Co., LLC. All rights reserved. HFL-482/0820
Hu-Friedy is now a proud member of
™
Foto: artstudio23.com
Marloes
Later als ik groot ben
W
at wil jij later worden? Later als ik groot ben, wil ik politieagent / ballerina / brandweerman / juf / beroemd worden. Eigenlijk wordt (tandarts)assistent of mondhygiënist niet veel genoemd. Hoe zou dat toch komen?
Ik heb een neefje van dertien jaar oud die in de tweede klas van het voortgezet onderwijs zit. Laatst vroeg ik hem wat hij het allerliefste zou willen worden. Zijn antwoord is de afgelopen jaren wel een aantal keren veranderd en ik was benieuwd of er al een nieuwe keuze gemaakt zou zijn. Vorig jaar wilde hij nog advocaat worden, want dan zou hij veel geld gaan verdienen. Toen hij erachter kwam dat er toch wel wat lees en leerwerk verricht moest worden tijdens een studie rechten, haakte hij spontaan af. De laatste maanden heeft hij uitgevonden dat je door dansjes te doen op TikTok of YouTube ook wel ‘gemakkelijk’ geld kan verdienen. En... je hoeft er niet al te veel voor te lezen. Een bijkomend pluspunt voor hem. Na wat geklets, kwam ik erachter dat hij toch nog geen idee heeft. Eigenlijk niet zo heel gek voor een dertienjarige.
Destijds vond ik het ook een moeilijke keuze en heb er veel ideeën over gehad. Toch zat de interesse in het vak er vroeg in. Mijn ouders hebben al mijn poppen een keer aangetroffen met witte mondjes. Toen mijn ouders vroegen wat ik had gedaan, antwoordde ik dat ik alle tanden van de poppen had gepoetst. Mét een kindertandpasta. Het zat er al best vroeg in. Mijn interesse werd pas echt gewekt toen ik maandelijks een afspraak bij de orthodontist had. Ik vond het best interessant al die draden en elastiekjes. Ook vond ik het heel leuk dat de assistenten de behandelingen voor het grootste deel uitvoerden. Onder toeziend oog van de orthodontist natuurlijk. Na de middelbare school, een baan als tandartsassistent, een diploma en wat cursussen verder, kwam ik erachter dat ik het zelfstandig werken eigenlijk het leukste vond. Hierna volgde de opleiding tot mondhygiënist. Mijn beste keuze ooit. Van patiënten krijg ik zo nu en dan te horen dat ze mijn beroepskeuze niet helemaal
dentista
COLUMN
begrijpen. Hoe iemand de hele dag in van die vieze monden durft te werken is voor hen onduidelijk. Meestal reageer ik dan met het volgende: “Ach, ik zou er niet aan moeten denken om de hele dag aan iemand zijn voeten te moeten werken”. En dat terwijl dat vast ook heel uitdagend kan zijn. Sowieso heeft iedereen weer andere kwaliteiten. Ik zie het ook niet zitten om de hele dag cijfertjes te zien en bovendien is dat niet mijn sterkste punt. Zo zijn er meer beroepen waarvan ik zeker weet dat mensen er plezier in hebben en zeer vaardig in zijn. Nee, geef mij maar lekkere dikke, zwarte subgingivale tandsteenranden. Of van die goed verstopte, opgevulde concaviteiten. Ach... iedere gek z’n gebrek, toch?
Marloes Rust, MondZorgVuldig Mondhygiënisten Dordrecht Deze column komt tot stand in samenwerking met TePe Benelux B.V.
43
De ideale vorm Er worden jaarlijks wereldwijd vele implantaten geplaatst. De meeste daarvan worden voorzien van een supra-structuur in de vorm van een kroon of brug. Een logische vraag in dit kader is wat de ideale vorm van een dergelijke restauratie zou moeten zijn om een gezonde peri-implantaire situatie te waarborgen. Een uitgebreide literatuur search geeft aan dat het antwoord daarop niet zo eenvoudig te vinden is. Sara Soulami en Fridus van der Weijden
D
Afbeelding 1. Schematische weergave van het meten van de ´emergence angle´.
e prevalentie van peri-implantitis wordt geschat op ongeveer 22 procent.1, 2 Als je bedenkt dat de indicatie voor tandvervanging door implantaten jaarlijks blijft toenemen3, is te verwachten dat ook de incidentie zal stijgen. De etiologie van peri-implantitis is niet alleen multifactorieel, maar ook complex. 4, 5 Naast plaque gerelateerde aspecten kan ook de vormgeving van de prothetische restauratie ten grondslag liggen aan het ontstaan van de peri-implantaire ontsteking.6 Een bolle, omvangrijke kroon is zo’n voorbeeld van een protethiek gerelateerd aspect. Omvangrijke restauraties kunnen enerzijds de reinigbaarheid belemmeren, maar anderzijds ook een zorgvuldige klinische screening in de weg staan.4, 5 Hierdoor bestaat de kans dat de diagnose van een peri-implantaire ontsteking onjuist, of te laat wordt gesteld. De vormgeving van de kroon op een implantaat begint al op abutment niveau.4 Om een evidence-based aanbeveling te kunnen doen over vormgeving in relatie tot peri-implantitis werd de literatuur doorzocht op de ‘emergence angle’ van een abutment. Dit is de hoek die een implantaat abutment maakt ten opzichte van de lengte as, vanaf het implantaat gemeten (afbeelding 1).7, 8 Dit wordt ook wel beschreven als ‘emergence profile’ waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen recht, convex en concaaf.
Teleurstellend Op basis van een uitgebreide search werden slechts twee onderzoeken gevonden die informatie gaven over vormgeving. Als
44
je dat afzet tegen de grote hoeveelheid andere artikelen in het kader van de dentale implantologie is het teleurstellend dat er zo weinig aandacht aan het aspect vormgeving wordt besteed. Het aantal patiënten in de studies van Katafuchi et al. (2018) en Yi et al. (2020) varieerde van 96 tot 169. Het aantal implantaten lag tussen de 168 en 349. Uit deze (retrospectieve) onderzoeken komt naar voren dat de ‘emergence angle’ een belangrijk aspect is in relatie tot de kans op het ontstaan van peri-implantaire ontstekingen. De prevalentie van peri-implantitis is bij een hoek groter dan 30 graden significant groter in vergelijking met abutments die een ‘emergence angle’ kleiner dan 30 graden hebben.7, 8 Opvallend detail was dat dit alleen geldt voor bone-level implantaten en niet voor tissue-level implantaten. Op zich niet verwonderlijk omdat bij een tissue-level implantaat de doorgang door het weefsel niet bepaald wordt door de prothetische voorziening, maar door de vormgeving van het implantaat zelf. Het verschil tussen tissue-level en bone-level kan ook komen doordat het implantaatplatform bij tissue-level implantaten op enige afstand van het crestale botniveau ligt, waardoor er minder risico ontstaat op bacteriële kolonisatie dicht bij de botrand.7, 9, 10 De relatie tussen de ‘emergence profile’ en peri-implantitis verschilde per onderzoek. Hoewel beide laten zien dat wanneer een omvangrijke kroon (convex) werd gecombineerd met een ‘emergence angle’ van 30 graden of meer, de relatie met peri-implantitis significant groter was dan bij implantaten met een ander emergence
dentista
profiel en een kleinere ‘emergence angle’.7, Eén onderzoek vond ook dat een convex emergence profiel, als solitaire factor, significant gerelateerd is met peri-implantitis in vergelijking met een minder bol emergence profiel (concaaf of recht)8, terwijl dit uit het andere onderzoek niet zo duidelijk naar voren kwam.7 8
‘Emergence angle’ > 30 graden Hoewel het tweetal onderzoeken een geringe basis vormen voor aanbevelingen zijn de beide uitkomsten over het effect van de contour van een implantaat abutment uitgedrukt in ‘emergence angle’ wel eenduidig. Namelijk dat een emergence hoek boven de 30 graden, een grotere peri-implantitis prevalentie geeft ten opzichte van een hoek onder de 30 graden. Omdat de literatuur beperkt is, is ook informatie over factoren die de grootte van de ‘emergence angle’ kunnen beïnvloeden summier. Wel worden platform switching en de implantaat positionering als mogelijke aspecten benoemd.4, 5, 7, 8>
te zorgen dat de ‘emergence angle’ niet te groot is.4 Daarmee heeft implantaatpositionering een indirecte invloed op het handhaven van de peri-implantaire gezondheid.
Ter afsluiting Ervaring in de praktijk leert dat er in het algemeen weinig begrip is voor de aspecten die van invloed zijn op de juiste vormgeving van een implantaatkroon. Een implantaatgedragen restauratie wordt vaak zonder specifieke instructies van de tandarts door de technieker vormgegeven met dimensie die op de ontbrekende tand of kies gelijken. Het lijkt verstandig dat er in de relatie tandarts-technieker meer communicatie komt om de ideale vorm te bereiken. Een techniekbon met ‘gaarne kroon op implantaat’ volstaat niet en in menig geval wordt een grote kans op mislukking daarmee al ingebouwd.
Literatuur: 1. Figuero E, Graziani F, Sanz I, Herrera D, Sanz M. Management of peri-implant mucositis and peri-implantitis. Periodontol 2000. 2014;66(1):255-273.
Platform switching
2. Jepsen S, Berglundh T, Genco R, et al. Primary preventi-
Bij platform switching is de diameter van het abutment kleiner dan de implantaat diameter. Met dit principe is de aanname dat er minder bot remodellering nodig is en daardoor minder botverlies plaatsvindt dan bij een matching platform. Echter, juist doordat de diameter van het abutment kleiner is dan die van het implantaat zelf is er een groter risico dat er een te bolle kroon wordt geplaatst.4, 11 Bij de keuze voor een platform-switch implantaat ontwerp zal daarom gekozen moeten worden voor een grotere implantaat diameter. Of het implantaat zal relatief dieper geplaatst moeten worden om een ‘emergence’ te krijgen met de juiste hoek en bolling van het abutment met de implantaat kroon.
on of peri-implantitis: Managing peri-implant mucositis. J Clin Periodontol. 2015;42(S16):S152-S157. 3. Cochran D, Froum S. Academy Report: Peri-Implant Mucositis and Peri-Implantitis: A Current Understanding of Their Diagnoses and Clinical Implications. J Periodontol. 2013;84(4):436-443. 4. Dixon DR, London RM. Restorative design and associated risks for peri-implant diseases. Periodontol 2000. 2019;81(1):167-178. 5. Koutouzis T. Implant-abutment connection as contributing factor to peri-implant diseases. Periodontol 2000. 2019;81(1):152-166. 6. Canullo L, Tallarico M, Radovanovic S, Delibasic B, Covani U, Rakic M. Distinguishing predictive profiles for patient-based risk assessment and diagnostics of plaque induced, surgically and prosthetically triggered peri-implantitis. Clin Oral Implants Res. 2016;27(10):1243-1250. 7. Katafuchi M, Weinstein BF, Leroux BG, Chen YW, Daubert DM. Restoration contour is a risk indicator for peri-implantitis: A cross-sectional radiographic analysis. J Clin Periodontol. 2018;45(2):225-232. 8. Yi Y, Koo KT, Schwarz F, Ben Amara H, Heo SJ. Association of prosthetic features and peri-implantitis: A
Implantaatpositie Ook de bucco-palatale positie van een implantaat kan van invloed zijn op de convexiteit van de restauratie en grootte van de ‘emergence angle’. Een implantaat moet daarom niet te ver naar palatinaal of linguaal worden gepositioneerd.11 Wanneer dit wel zo is vraagt een restauratie om een bolle buccale contour om met de tandboog mee te gaan. Zoals ook al hierboven besproken in relatie tot platform-switch: hoe smaller een implantaat platform, des te waarschijnlijker dat een implantaat relatief dieper moet worden geplaatst om
dentista
cross-sectional study. J Clin Periodontol. 2020;47(3):392403. 9. Sasada Y, Cochran D. Implant-Abutment Connections: A Review of Biologic Consequences and Peri-implantitis Implications. Int J Oral Maxillofac Implants. 2017;32(6):1296-1307. 10. Tallarico M, Canullo L, Caneva M, Özcan M. Microbial colonization at the implant-abutment interface and its possible influence on periimplantitis: A systematic review and meta-analysis. J Prosthodont Res. 2017;61(3):233241. 11. Scutellà F, Weinstein T, Lazzara R, Testori T. Buccolingual implant position and vertical abutment finish line geometry: Two strictly related factors that may influence the implant esthetic outcome. Implant Dent. 2015;24(3):343348.
45
Utopie of daadwerkelijk haalbaar?
Een cultuur van ‘geven en nemen’ Tijdens de door mij uitgevoerde praktijkanalyses wordt regelmatig binnen de praktijken een scheve verhouding ervaren tussen werkgever en werknemer als het gaat om ‘geven en nemen’. Veel praktijkhouders willen dat hun medewerkers betrokken zijn bij de praktijk. Medewerkers denken veelal dat ze te weinig aandacht en respect krijgen en niet kunnen zeggen wat ze echt denken. Hoe is het mogelijk deze twee stellingnames te verzoenen? En is een cultuur van ‘geven en nemen’ eigenlijk wel haalbaar? Of vooral een utopie? Dit artikel geeft antwoord. Sjoerd Kuiken
A
ls tandarts-praktijkhouders of medewerkers praten over hun praktijk en aangeven dat het ‘geven en nemen’ niet gelijkwaardig is, dan is altijd het gevoel dat diegene meer geeft dan terugkrijgt. Terwijl men graag ziet dat het ‘geven en nemen’ wel in balans is. Echter, is dit niet een utopie? Aangezien de uitgangspunten van een praktijkhouder en die van de medewerkers niet gelijkwaardig zijn. Namelijk: • De praktijkhouder loopt (grote) ondernemersrisico’s met daartegenover ook een grotere financiële beloning als de praktijk goed draait. Hoe meer tijd en energie je als praktijkhouder in een praktijk stopt, hoe groter de kans op financieel succes. De medewerker daarentegen werkt een afgesproken aantal uren in de week voor een vast salaris. • De praktijkhouder heeft de praktijk gestart of overgenomen en daarmee de ‘nek uitgestoken’. Het voelt voor een praktijkhouder vaak als je eigen kind of een ‘levenswerk’. Daarentegen wil een medewerker positief bijdragen aan de praktijk en zich ook persoonlijk ontwikkelen. • De praktijkhouder zoekt naar flexibili-
46
teit en wil zich niet te veel vastleggen op hoge, vaste kosten, zoals de personeelskosten. De medewerker zoekt vooral naar zekerheid en continuïteit van het inkomen. • Het ondernemerschap geeft vaak een gevoel van vrijheid en de mogelijkheid zelf richting te bepalen. Het werknemerschap daarentegen betekent dat je wordt gevraagd je te conformeren aan de afspraken in de praktijk en de geldende hiërarchie. Uit eigen ervaring kan ik beamen, dat het zijn van werknemer dan wel ondernemer een totaal ander uitgangspunt vormt. En daarmee een andere insteek vormt van hoe je je werk ervaart, beleeft en wilt uitvoeren. Ondanks dat je in beide situaties dezelfde persoon bent. Praktijkvoorbeeld 1 Deze tandarts-praktijkhouder geeft letterlijk aan, dat zij de praktijk als haar ‘kindje’ ziet. En zij – als control freak – ervoor waakt de reputatie van de praktijk hoog te houden. Dit maakt het voor haar heel lastig om praktijkzaken over te dragen en te delegeren aan
dentista
haar medewerkers, die dan ook nauwelijks de ruimte krijgen zich persoonlijk te ontwikkelen. Ook niet tot nauwelijks gehoord worden in de praktijkvoering. De praktijkhouder zelf ervaart het praktijkmanagement als een last op haar schouders en voelt de financiële druk. Met als resultaat het gevoel dat zowel de praktijkhouder als de medewerkers ervaren meer te geven dan te nemen.
De wet van geven en nemen In het boek ‘De 7 spirituele wetten van succes’ wordt de ‘wet van geven en nemen’ beschreven, waarbij alles met elkaar in verbinding staat middels ‘geven en nemen’. Als je met goede energie geeft, of met veel aandacht, dan zal je dat ook terugontvangen. Door altijd – en allereerst – te geven, zet je het proces van geven en nemen in gang. Daarbij gaat het veelal niet om materiële, maar veel vaker om immateriële zaken. Tot slot, wordt in deze ‘wet’ aangereikt, dat naast het geven ook belangrijk is om open te staan om te ontvangen en met waarde te ontvangen. Drie belangrijke lessen kunnen uit deze wet worden herleid: 1. Het proces van ‘geven en nemen’ breng je op gang door allereerst te ‘geven’. 2. Het ‘geven’ gaat veelal om immateriële zaken, zoals het uiten van je waardering en het schenken van aandacht. 3. Sta ervoor open om – met waarde – te ontvangen.
Wees kritisch naar jezelf De onvrede komt voort uit het gevoel meer te geven dan terug te krijgen. Men kijkt dan vooral naar wat je zelf aan de ander ‘geeft’. Daarbij is het wel belangrijk ook kritisch te zijn naar jezelf. Bijvoorbeeld door jezelf de twee volgende vragen te stellen: 1. Wat geef ik daadwerkelijk? Van proefpersonen die een test moeten ondergaan, schat de meerderheid vooraf in dat ze bovengemiddeld zullen scoren, terwijl per definitie 50% onder het gemiddelde scoort. Wij mensen zijn van nature chronische zelfoverschatters. Als het over onszelf gaat, zijn we eerder positief dan negatief. Ons brein stelt onszelf graag in een goed daglicht. Als we onze kwaliteiten namelijk moeten inschatten ten opzichte van die van anderen, overschatten we ze structureel.
2. Is hetgeen ik geef wel datgene waar de ander waarde aan hecht? Het is duidelijk dat de uitgangspunten van een praktijkhouder en die van de medewerkers niet gelijkwaardig zijn. In het verlengde lijkt ook dat hetgeen je geeft niet altijd zodanig wordt gewaardeerd door de ‘ontvanger’. Medewerkers hebben onder andere behoefte aan waardering, zekerheid en duidelijkheid. Terwijl een praktijkhouder het ‘geven’ vooral ziet in de vorm van een goed salaris en altijd alle aanvragen voor vakantiedagen goedkeurt. Praktijkvoorbeeld 2 In persoonlijke gesprekken met de praktijkhouder en medewerkers wordt van beide kanten letterlijk benoemd, dat men meer geeft dan ervoor terugkrijgt. De praktijkhouder geeft aan teleurgesteld te zijn in het team. Medewerkers geven aan ontevreden te zijn onder andere doordat de samenwerking met de praktijkhouder niet soepel verloopt.
Positief teamwork Uit bovenstaande komt een negativiteit naar boven die niet wenselijk is binnen de praktijk. Het gevoel van een scheve verhouding als het gaat om ‘geven en nemen’ resulteert in wantrouwen wat de onderlinge samenwerking negatief beïnvloedt. Om dit binnen de praktijk om te keren is het goed om toch eerst bij jezelf te rade te gaan en te beginnen met ‘geven’. Voorkom dat je als een kind gaat lopen roepen om het snoepje dat je niet krijgt. Door zelf meer of anders te gaan ‘geven’ zet je het circulatieproces
dentista
47
ONDER NARCOSE BEHANDELEN IN UW EIGEN PRAKTIJK?
Anesthesia & Intensive Care Services B.V.: AIC is gespecialiseerd in het verzorgen van hoogwaardige medische zorg binnen de anesthesiologie en intensive care geneeskunde. Met ons VOLWAARDIG MOBIEL ANESTHESIETEAM inclusief apparatuur, monitoring, medicatie, gasvoorziening, disposables en al het nodige personeel kunnen wij op een voor u wenselijke locatie op 4 behandelkamers tegelijk algehele anesthesie toedienen aan uw cliĂŤnten, zonder dat u ook maar iets hoeft aan te passen aan de inrichting van uw kliniek. Tandheelkundige klinieken die behandelingen onder algehele anesthesie willen aanbieden: Als u aan uw cliĂŤnten behandelingen onder algehele anesthesie wilt aanbieden zonder dat u dure investeringen hoeft te doen in uw kliniek, dan bent u bij ons aan het juiste adres. Wij kunnen met ons MOBIEL ANESTHESIETEAM in elke kliniek op 4 behandelkamers tegelijk volledig de anesthesie verzorgen zonder dat u daar naar hoeft om te kijken. Wij zijn volledig selfsupporting. Wij kunnen in elke tandartspraktijk de anesthesie verzorgen. Uw praktijk hoeft dus niet aan speciale voorwaarden te voldoen!! Bel voor een gratis en vrijblijvende offerte: Schroom niet om te bellen of te emailen voor een gratis en vrijblijvende offerte. Zonder enige verplichting komen wij graag bij u langs om de situatie in uw kliniek te beoordelen en de wensen en mogelijkheden met elkaar te bespreken.
Weena 1197 3013 AL Rotterdam Tel: + 316 247 257 37 www.aicservices.nl info@aicservices.nl
van ‘geven en nemen’ in gang. Hetgeen je als praktijkhouder allereerst kunt geven is een gezonde mate van vertrouwen. Juist het wantrouwen wil je omzetten in vertrouwen. En dat kun je als praktijkhouder vaak veel meer gaan ‘geven’. In zijn boek ‘De 5 frustraties van teamwork’ beschrijft Patrick Lencioni hoe je ervoor kunt zorgen dat het samenwerken leuk blijft. In zijn model begint teamwork met het opbouwen van vertrouwen. Het ‘geven’ van vertrouwen betekent volgens Lencioni dat je binnen het team in alle openheid fouten en zwakheden kunt toegeven. En eerlijk feedback geeft op elkaars functioneren (in plaats van op de persoon). Praktijkvoorbeeld 3 Een mooi voorbeeld van ‘geven’ van iets waar de praktijkhouder behoefte aan heeft. Als op vrijdag één van de tandartsen zich ziekmeldt, neemt de baliemedewerker zelfstandig het initiatief om de agenda voor de maandag erna uit te printen en mee naar huis te nemen. Vanuit het idee dat als de betreffende tandarts op maandag nog steeds ziek is, zij op zondagmiddag alvast de eerste patiënten kan afbellen.
Maak verwachtingen duidelijk Wat verwacht je als praktijkhouder dan eigenlijk van je medewerkers? Het is belangrijk om de onderlinge verwachtingen helder te krijgen. 1. Vraag het je medewerkers Durf als praktijkhouders je medewerkers te vragen: “Wat kan ik voor je doen, zodat je jouw werk beter kunt uitvoeren? Of dat je meer plezier uit je werk haalt?”
zeker haalbaar is en wel via het doorlopen van de volgende stappen: 1. Accepteer verschillende uitgangspunten Allereerst is het belangrijk om je eigen verwachtingen aan te passen door de onderlinge verschillen tussen praktijkhouder en werknemer te accepteren. Het is niet reëel om te verwachten dat een medewerkers evenveel ‘geeft’ als een praktijkhouder. Net zomin als dat een werknemer op financieel vlak ook niet evenveel uit de praktijk ‘neemt’ als de praktijkhouder. 2. Kijk kritisch naar jezelf Het proces van ‘geven en nemen’ kan een positieve cirkel opleveren door allereerst te gaan ‘geven’. Daarbij is het uiteraard van groot belang om kritisch te zijn naar jezelf en jezelf niet te overschatten. Wat ‘geef’ je de ander? En is dat ook hetgeen wat de ander echt waardeert en graag wil ‘nemen’? 3. Focus op het verbeteren van de samenwerking Het negatieve gevoel dat overheerst en wordt geuit als een gebrek aan ‘geven en nemen’ is in werkelijkheid vaak het ontbreken van een goede onderlinge samenwerking. Advies is dan ook om vooral te focussen op het verbeteren van deze samenwerking. Lencioni heeft hiervoor 5 stappen beschreven, waarvan het creëren van onderling vertrouwen de basis vormt. Als je als praktijkhouder hieraan gaat werken, ben ik ervan overtuigd dat het uiteindelijk vanzelf zal leiden tot een cultuur van ‘geven en nemen’. Zo’n cultuur is namelijk meer een resultaat van een proces dan iets waar je je primair op gaat richten.
2. Leg het je medewerkers voor Geef aan je medewerkers aan hoe zij nog meer van toegevoegde waarde kunnen zijn voor de praktijk. Geef duidelijkheid over wat jij als praktijkhouder van hen verwacht. Bij bovenstaande punten gaat het niet zozeer over iemands functie of takenpakket, maar veel meer over de niet-tastbare, immateriële zaken.
Bronnen • Negativiteit Mania. De waan van het negativiteitsdenken. Rijn Vogelaar, 2018 (AnderZ). • De 7 spirituele wetten van succes. Een praktische gids voor het vervullen van je dromen. Deepak Chopra, mei 2015 (Altamira).
Hoe pas je dit toe? Blijft een cultuur van ‘geven en nemen’ dan vooral een utopie of is het ook echt haalbaar? Het is duidelijk dat dit momenteel in meerdere praktijken als een utopie wordt ervaren. Toch ben ik van mening, dat dit
dentista
• De 5 frustraties van teamwork. Hoe je ervoor zorgt dat het samenwerken leuk blijft. Patrick Lencioni, 2015 (Business Bibliotheek).
Sjoerd Kuiken is eigenaar van Kuiken Praktijkmanagement. Hij adviseert en begeleidt tandartsen in het opzetten en professionaliseren van de praktijk. Verder heeft hij het gratis E-boek ‘Werken in en aan je zorgpraktijk’ geschreven en biedt hij online praktijkmanagement cursussen aan. www.kuikenpraktijkmanagement.nl
49
Welke factoren zijn van invloed op het ontstaan?
Peri-implantaire ontstekingen In voorgaande edities van deze rubriek bespraken wij de juiste manier van diagnosestelling rondom het nazorgtraject bij implantaten en de behandelmogelijkheden rondom het voorkomen en behandelen van peri-implantaire infecties. Deze artikelen zijn terug te lezen op de website van dentista via de QR-code hiernaast. In deze editie van Vast en Zeker zullen we dieper ingaan op de factoren die de kans op het ontstaan van peri-implantaire ontstekingen vergroten; de zogenaamde risicofactoren. Frank Andriessen en David Rijkens
P
eri-implantaire weefsels rond implantaten kunnen, net zoals de weefsels rond natuurlijke elementen, ontstoken raken. Rond implantaten noemen we deze ontstekingen ook wel peri-implantaire ontstekingen. Peri-implantaire ontstekingen zijn onder te verdelen in: 1. Peri-implantaire mucositis 2. Peri-implantitis Peri- implantaire mucositis wordt gedefinieerd als een ontsteking van de mucosa rond het implantaat zonder dat er sprake is van botverlies. Peri-implantitis wordt gedefinieerd als een ontstekingsproces van de peri-implantaire mucosa waarbij wel sprake is van botverlies, in vergelijking met een eerdere 0-meting (afbeelding 1).1, 2
Peri-implantaire mucositis of per implantitis? De diagnose peri-implantaire mucositis wordt gesteld aan de hand van de volgende parameters:
50
VA S T E N Z E K E R
1
Afbeelding 1. Peri-implantitis rond implantaat 46: een kenmerkende krater door botverlies rond het implantaat is zichtbaar
• Bloeding na voorzichtig sonderen en/of pusafvloed zonder toegenomen pocketdiepte ten opzichte van de voorgaande pocketmetingen • Geen botverlies ten opzichte van de nulmeting De diagnose peri-implantitis wordt gesteld met: • Bloeding na voorzichtig sonderen en/of pusafvloed
dentista
• Toegenomen pocketdiepte vergeleken met de voorgaande pocketmetingen • Wel botverlies ten opzichte van de nulmeting Als data van voorgaande metingen niet beschikbaar zijn kan de diagnose worden gebaseerd op de combinatie van: • Bop en/of pusafvloed na voorzichtig sonderen • Pocketdiepte ≥ 6 mm; • Botniveau ≥ 3mm apicaal van het meest coronale gedeelte van het implantaat dat in het bot hoort te staan.3
belasten van het implantaat zogenaamde bot-remodeling optreden. Als gevolg van bot-remodeling vindt door de werking van osteoclasten en osteoblasten uiteindelijk osseointegratie van het geplaatste implantaat plaats. Onder invloed van onder andere eventueel chirurgisch trauma (oververhitting, overbelasting bot), mucosadikte, implantaatpositie, prothetische connecties kan gedurende de osseointegratie botverlies optreden. We spreken op dit moment nog niet over peri-implantitis maar over ‘initieel botverlies’.4-6 Enkele weken na het plaatsen van de suprastructuur dient de conditie van het tandvlees en het botniveau te worden vastgelegd in een zogenaamde 0-meting. Men kan spreken van peri-implantitis wanneer progressief botverlies optreedt ten opzichte van deze 0-meting na het plaatsen van de suprastructuur.
2
Afbeelding 2. Sonderen rond een implantaat: rond een implantaat met een bredere kroon kan beter een plastic pocketsonde worden gebruikt omdat deze meebuigt met de contour van het kroon-abutment.
3
Afbeelding 3. Plastic pocketsonde welke terugklikt als de maximale sondeerkracht van 25ncm is bereikt. De punt is flexibel en kan dus meebuigen langs de kroon.
4
Afbeelding 4. Aanwezigheid van bloeding en pusafvloed na sonderen.
Bot-remodeling Botverlies rond een implantaat betekent niet altijd dat er sprake is van peri-implantitis. Immers, er kan in de periode tussen het plaatsen van het implantaat en
Risicofactoren voor peri-implantaire ontstekingen Peri-implantaire mucositis wordt als een voorstadium van peri-implantitis beschouwd.7-9 Het is dan ook belangrijk om het ontstaan van peri-implantaire mucositis te voorkomen en indien het toch ontstaat het zo snel mogelijk te diagnosticeren en te behandelen. Peri-implantaire mucositis ontstaat als reactie van het weefsel op de aanwezigheid van plaque.10-12 In de literatuur worden een slechte mondhygiëne, een slecht reinigbare suprastructuur, het ontbreken van gekeratiniseerde mucosa en aanwezigheid van cementresten als risicofactoren genoemd voor het ontstaan van peri-implantaire mucositis. Als een peri-implantaire mucositis onbehandeld blijft kan de infectie van het peri-implantaire weefsel voortschrijden, waardoor ook het omliggende bot rondom het implantaat geïnfecteerd raakt. We spreken dan over peri-implantitis. Het ontstaan van peri-implantitis is een multicausale aandoening. Dit betekent dat er meerdere factoren zijn die een risico vormen voor het ontwikkelen van peri-implantitis. Zo loopt iemand die rookt een grotere kans op het ontstaan ven peri-implantitis, maar niet iedereen die rookt ontwikkelt peri-implantitis. Andersom geldt ook dat niet iedereen die peri-implantitis heeft rookt. Daarom moet gekeken worden naar de combinatie van verschillende risicofactoren om patiënten goed te kunnen
dentista
VA S T E N Z E K E R
51
Werkt u al met AirSmile®? Dé aligner van Excent! Steeds meer tandartspraktijken krijgen ermee te maken; patiënten die niet helemaal tevreden zijn met de stand van hun tanden maar geen slotjesbeugel willen. Om aan de wens van de patiënten te kunnen voldoen is er AirSmile®. De beugel die uitneembaar en nagenoeg onzichtbaar is.
• • • • • • •
www.airsmile.eu
Laagdrempelig voor behandelaar Innovatie in de praktijk Uitneembaar & comfortabel Nagenoeg onzichtbaar Snel resultaat Scherpe prijsstelling Excent, 40 jaar advies in ortho!
Wilt u meer weten over AirSmile® en de mogelijkheden bij u in de praktijk? Neem dan contact op met Theo van Berkel, Business Unit Manager AirSmile® via 06 4623 2683 of t.vanberkel@excent.eu
informeren over de kans die zij lopen op het ontwikkelen van peri-implantitis. Slechte mondhygiëne Alle onderzoeken laten een duidelijke relatie zien tussen een slechte mondhygiëne en het ontstaan van peri-implantaire mucositis. De mondhygiëne dient dan ook op orde te zijn alvorens een implantaat wordt geplaatst. Ook na de implantaatbehandeling dient een goede mondhygiëne instructie te worden gegeven.14-19
ven van cement na het plaatsen van een supra-structuur een peri-implantaire ontsteking kan veroorzaken.32-39 Het advies heden ten dage is dan ook om zoveel mogelijk te werken met verschroefbare suprastructuren. Als dit niet mogelijk is met individueel vervaardigde abutment (afbeelding 7) met een kroonrand welke supragingivaal ligt, zodat cementresten verwijderd kunnen worden.
6
Opmerkelijk genoeg zijn ook onderzoeken die geen directe relatie vinden tussen een slechte mondhygiëne en het ontstaan van peri-implantitis.20-23
5 7
Afbeelding 5. Slechte mondhygiëne.
Design van de supra-structuur en implantaatpositie De implantaatpositie en supra-structuur moet de patiënt de mogelijkheid geven deze goed te kunnen reinigen. Als dit niet het geval is zal er een groter risico optreden op het ontstaan van peri-implantaire ontstekingen.9, 24, 25 Aanwezigheid van gekeratiniseerde mucosa De aanwezigheid van gekeratiniseerde mucosa blijft een controversieel onderwerp binnen de implantologie. Aangenomen wordt dat wanneer een zone gekeratiniseerde en vaste mucosa afwezig is, het reinigen van de suprastructuur wordt bemoeilijkt en de risico op infectie wordt vergroot. Er zijn veel onderzoeken beschikbaar die het als een risicofactor aanwijzen voor peri-implantaire ontstekingen als deze zone van gekeratiniseerde mucosa smaller is dan 2mm.26-31 Er zijn echter ook onderzoekers die geen relatie vinden tussen de breedte van de gekeratiniseerde mucosa en het ontstaan op peri-implantaire ontsteking.8 Cementresten Inmiddels weten wij dat het achterblij-
Afbeelding 6 en 7. Standaard abutment vs. individueel vervaardigd abutment.
Geschiedenis van parodontitis Er is zeer sterk bewijs dat een verleden van parodontitis bij een patiënt een risicofactor is voor het ontwikkelen van peri-implantitis.8, 40 Algemeen geaccepteerd en bekend is dat roken een risicofactor is voor chronische parodontitis en verlies van natuurlijke elementen.40, 41 Ook bij peri-implantitis zijn er veel onderzoeken die een relatie laten zien tussen patiënten die roken en het ontstaan van peri-implantitis. Vele onderzoeken laten zien dat er meer verlies is van implantaten bij mensen die roken vergeleken bij niet-rokers. Zo laten resultaten van een onderzoek zien dat er na 10 jaar bij 18 procent van patiënten die roken peri-implantitis ontstaat ten opzichte van slechts 6 procent bij niet-rokers.43 Er zijn ook diverse onderzoeken die roken aanwijzen als risicofactor op het ontwikkelen van peri-implantitis.20, 44-46 Echter, andere onderzoeken kunnen niet bevestigen dat roken een risicofactor is.21, 47-50
dentista
VA S T E N Z E K E R
53
START JANUARI 2021
Opleiding Implantologie
DĂŠ enige opleiding in Nederland waarbij je zelfstandig 3 patiĂŤnten implanteert, met behulp van jouw eigen assistent. Dit alles onder begeleiding van implantoloog Thibaut de Jong.
Inclusief opleiding voor jouw assistent! Ga snel naar onze website en schrijf je in!
www.academiae-implantologica.nl
Een mogelijke verklaring dat er tussen de diverse onderzoeken geen consensus is zou mogelijk kunnen worden verklaard met het feit dat veel rokers parodontitis ontwikkelen. Oftewel, een verleden met parodontitis zou dan de echte risicofactor zijn voor het ontstaan van peri-implantitis en niet het roken zelf.8 Diabetes Ook in het geval van diabetes is er geen consensus tussen verschillende onderzoeken. Er zijn onderzoeken die het hebben van diabetes aanwijzen als risicofactor voor het ontstaan van peri-implantaire infecties.51-53 Echter, vele andere onderzoeken kunnen deze relatie niet aantonen.17, 22, 23, 48, 49, 54, 55
De conclusie van een uitgebreide systematic review uit 2015 was dat de overleving van implantaten bij goed gereguleerde diabetespatiënten gelijk is aan de overleving bij niet-diabetici.58
Overbelasting? Hoewel overbelasting natuurlijk van invloed kan zijn op technische complicaties (zoals breuk van suprastructuur of implantaat), is er geen duidelijke relatie met peri-implantitis aangetoond.56-57
Conclusie Peri-implantaire ontstekingen rondom implantaten zijn onder te verdelen in peri-implantaire mucositis en peri-implantitis. We kunnen pas spreken van peri-implantitis wanneer er botverlies is ten opzichte van een 0-meting na het plaatsen van de suprastructuur. Het vastleggen van de gezondheid van het tandvlees en het botniveau na het plaatsen van de suprastructuur is dus van groot belang voor diagnostiek op lange termijn. Risicofactoren voor het ontstaan van peri-implantaire ontstekingen, zoals in dit artikel besproken, dienen zoveel mogelijk te worden geëlimineerd om een implantaatbehandeling ook op lange termijn succesvol te laten zijn.
Frank Andriessen is werkzaam als tandarts-implantoloog bij het Tandheelkundig Centrum Wilhelminapier (www.tand-implant. nl) te Rotterdam. David Rijkens is werkzaam als tandart-implantoloog bij Mondzorg Kudelstaart (www.mondzorgkudelstaart.nl). Zij zijn daarnaast beiden cursusleider en docent van de MasterClass Implantologie van het ACTA (http://www.acta-de.nl).
®
Er is geen betere collageenbarrière dan OSSIX® Plus OSSIX® Plus is een natuurlijk (via suikers) cross-linked collageen membraan voor Guided Bone Regeneration (GBR) en Guided Tissue Regeneration (GTR). Het OSSIX® Plus collageen membraan is sinds de lancering in 2001 in honderdduizenden casussen wereldwijd toegepast. Met ruim 115 peer-reviewed publicaties behoort OSSIX® Plus tot de best wetenschappelijk gedocumenteerde barrièremembranen op de markt. OSSIX® Plus voordelen • Behoud van barrièrefunctie gedurende 4 tot 6 maanden • Barrièrebehoud bij blootligging gedurende 3 tot 5 weken • Ossificatie van membraan vanwege excellente biocompatibiliteit • Excellente handling-eigenschappen • 100% natuurlijke cross-linking door GLYMATRIX® technologie
* Combinaties van verschillende formaten zijn mogelijk. OSSIX® Plus is verkrijgbaar in 15x25mm, 25x30mm en 30x40mm. Het voordeligste membraan is gratis.
Scan de e Q R vo o r d rs star te g* aanbiedin
MEMODENT B.V | T +31 (0) 53 430 66 63 | E info@memodent.nl | W www.memodent.nl
20006 Advertentie OSSIX Plus_A5_met_QR_november_2020_v3.indd 2
dentista
VA S T E N Z E K E R
19-11-20 12:55
55
Kappen met recappen Al negen jaar geleden is in Nederland in het Arbobesluit opgenomen dat het terugzetten van de dop op een injectienaald, het zogenaamde recappen, is verboden. De Europese richtlijn, waaraan we in Nederland als lidstaat gehouden zijn, geeft geen enkele ruimte voor uitzonderingen: het terugzetten van doppen op naalden is verboden. Uit diverse onderzoeken blijkt namelijk dat recappen makkelijk tot onnodige prikaccidenten leidt. Maar omdat zelfstandig ondernemers niet onder het Arbobesluit vallen, geldt het besluit alleen voor medewerkers die in loondienst zijn. En dat maakt waarschijnlijk dat recappen moeilijk uit te roeien is. Immers, in een gemiddelde praktijk zullen er werknemers zijn die niet mogen recappen en medewerkers (de ondernemers, waarnemers) zijn voor wie de maatregel niet geldt. Feitelijk moeten alle medewerkers in loondienst een gecontamineerde spuit door een zelfstandig ondernemer laten recappen. Dat is natuurlijk onwerkbaar en geeft onduidelijkheid, want iedereen moet toch zo veilig mogelijk werken? Laten we daarom met elkaar de pragmatische stap maken naar een veilige werkplek en eens kijken naar de alternatieven voor recappen. James J.R. Huddleston Slater
E
ven voor de duidelijkheid: ook het recappen met behulp van een metalen houder, de zogenaamde needle jenker, valt onder dit besluit. En, ook het losdraaien van de gebruikte naald en het daarna recappen met het ‘kleine dopje’ mag niet. Recappen is recappen en is dus verboden volgens het Arbobesluit. Dat betekent in concreto dat bijvoorbeeld een intraligamentaire anesthesie met behulp van een paroject niet zelfstandig door een tandarts, of mondhygiënist in loondienst uitgevoerd kan worden. Tenzij iemand die niet in loondienst is (de tandarts-eigenaar van de praktijk bijvoorbeeld) de naalden recapt. Dat is natuurlijk geen werkbare, en al helemaal geen veilige situatie. Gebruikte naalden moeten immers meteen worden afgevoerd. Naalden zijn gevaarlijker dan overige instrumentarium. Omdat een naald hol is, heeft een gecontamineerde naald altijd een vochtig reservoir in zich en dat maakt de naald in principe gevaarlijker dan een in-
56
strument met een glad oppervlak waarop het bloed al wat is ingedroogd.
Alternatieven Er zijn twee echte alternatieven voor recappen. 1. Recaploze naalden. Ongeveer de hele geneeskunde gebruikt inmiddels recaploze naalden. Deze zijn er ook voor de tandheelkunde, maar worden nog niet door iedereen gebruikt. Het systeem heet Ultra Safety Plus Twist en is van Septodont. Het is de opvolger van de Ultra Safety Plus XL. De ‘Twist’ is een draaisluiting en beschermt de huls tegen overwacht loskomen. Dit injectiesysteem levert een naald voor éénmalig gebruik die is voorzien van een beschermhuls en een handvat. Na gebruik van het injectiesysteem wordt een huls van achter naar voor over de naald geschoven, zodat je je niet kunt prikken (je schuift immers van de scherpe punt áf). Dan kan je de naald even neerleggen (op de tray bijvoorbeeld)
dentista
en eventueel weer oppakken. Je schuift dan de huls terug. Ook bij wisseling van de carpule is het systeem veilig, want ook dan schuif je de huls weer veilig over de naald. Het systeem is transparant zodat een aspiratie beoordeeld kan worden. De naalden zijn zelf-aspirerend: aspiratie gebeurt door de druk op de plunjer te verminderen. Er zijn meer voordelen aan het systeem. De plunjers zijn van kunststof en heel licht, en ook nog eens goedkoop. Bij elke doos naalden wordt een plunjer meegegeven, zodat je op een gegeven moment meer dan genoeg plunjers in je praktijk hebt. Een tweede voordeel is dat de huls van de naald een indicatie heeft waar de bevel zit. Er is ook een intraligamentair handvat, dat groter en wat lomper is dan het bekende intraligamentaire handvat. Nadelen zijn er helaas ook. Net als met elk systeem kun je je altijd prikken. Ook met het Ultra Safety Plus Twist systeem. Het werken met het systeem is niet moeilijk maar je moet het een paar keer oefenen. Een tweede nadeel is dat de beschermhulzen iets groter zijn en misschien net niet in een laatje passen. Voordeel is wel dat elke beschermhuls individueel is verpakt en dus heel hygiĂŤnisch is. En de kosten? Klein beetje kostbaarder dan een conventionele naald, maar niet veel. 2. De NeedleOff. Dit systeem heeft een elektrisch verwijderingssysteem voor naalden. De gebruikte naald wordt, terwijl ze nog op de spuit is bevestigd, in de naaldinvoer-opening gestoken. Vervolgens wordt door middel van een intern klauwmechanisme, dat de naald vastgrijpt en vervolgens losschroeft van de spuit, de naald verwijderd. Het automatisch mechanisme deponeert de naald dan rechtstreeks in de naaldcontainer (de Sharptainer). Het mooie van het systeem is dat je niets hoeft te doen en alleen de naald in het apparaat steekt. Op het apparaat zit een display waarop je kunt zien wanneer je de naald weer kan uitnemen en of de container vol zit (het systeem kan 400 naalden per container aan). De opening kan worden uitgenomen en in de thermodesinfector worden gereinigd. Het apparaat heeft een accu en kan dus draadloos worden gebruikt, waardoor het overal inzetbaar is.
Recaploze naald: Ultra Safety Plus Twist
gens de fabrikant namelijk elk merk naalden en de meeste spuiten aan. Een duidelijk verschil met Ultra Safety Plus XL is dat met NeedleOff alleen de kale naaldjes (en dus niet langer de dopjes en carpules) in het medisch afval terechtkomen. De hoeveelheid specialistisch te verwerken afval wordt zo aanzienlijk gereduceerd. Nadeel is dat de naald na gebruik een onbeschermde route moet afleggen naar het apparaat, maar dankzij de accu kan NeedleOff wel pal naast de behandelaar worden gebruikt. Ander nadeel is dat het apparaat 599 euro (ex btw) kost, wat op zich niet duur is voor een apparaat van deze kwaliteit. Sharptainers zijn 20 euro (ex btw) per stuk, maar vullen zich alleen met kale naaldjes waardoor ze veel langer meegaan dan reguliere naaldcontainers.
Conclusie Het is niet zo moeilijk om een keuze te maken voor een systeem, het gaat eerder om een verschil in smaak. Omdat beide producten voor- en nadelen hebben is er niet een systeem dat beter is dan het andere. Gebruik je veel intraligamentaire anesthesie, dan is waarschijnlijk de NeedleOff de betere keus. De Ultra Safety Plus is een systeem dat goedkoop te implementeren is. Ongeacht je keuze: feit is dat recappen nu echt tot het verleden moet behoren.
Groot voordeel is dat met dit systeem de bestaande anesthesiespuiten gebruikt kunnen blijven worden. Het systeem kan vol-
dentista
De NeedleOff
Meer informatie:
James J.R. Huddleston Slater is
www.septodont.nl/producten/usp-twist
als tandarts-gnatholoog werk-
www.needleoff.com
zaam in zijn eigen praktijk in Groningen.
57
Op welke symptomen moet je letten als mondzorgprofessional?
Hoofd-halskanker herkennen Oplettendheid is hét middel voor een tijdige diagnose van hoofd-halskanker. Het redt levens door mensen te helpen bij het herkennen van de symptomen. Mondzorgprofessionals kunnen hier een rol in spelen. Dr. Simone Eerenstein, Hoofd-hals chirurg geeft aan op welke manier.
H
oofd-halskanker staat in de top 10 van de meest voorkomende vormen van kanker in Nederland. Toch is deze ziekte nog altijd vrij onbekend. Bij veel van de symptomen van hoofd-halskanker, zoals keelpijn of aanhoudende heesheid, denken mensen niet direct aan hoofd-halskanker. Met huismiddeltjes of zelfzorgmedicijnen wordt getracht de klachten te verminderen. Echter, alertheid is geboden als de klachten aanhouden. Want hoe eerder men erbij is, hoe groter de kans op genezing.
zij zich opeens grote zorgen maakte over haar tanden en opnieuw contact opnam met haar tandarts. Na een nieuwe verwijzing en onderzoek werd in februari mondkanker geconstateerd en volgde in maart een operatie waarbij zes voortanden, inclusief een deel van de bovenkaak en een deel van het gehemelte, werden verwijderd. Met een speciale prothese (klosprothese) worden het gat in haar gehemelte en de missende voortanden sindsdien opgevuld.
Het verhaal van Nicky
Omdat hoofd-halskanker zich dus ook in de mond kan uiten, geeft Dr. Simone Eerenstein, Hoofd-hals chirurg namens de Nederlandse Werkgroep Hoofd-hals Tumoren antwoord op veel gestelde vragen vanuit de tandheelkunde.
Twee jaar geleden ontstond bij Nicky (48) een afwijkende plek in het tandvlees boven haar voortanden. In eerste instantie dacht zij aan een slechte weerstand als gevolg van de bestralingen die zij op dat moment onderging voor de behandeling van een voorstadium van borstkanker. Na enige tijd aankijken werd Nicky door de tandarts doorverwezen. Een periode van diverse onderzoeken volgde, maar door de atypische symptomen tastten verschillende specialisten lange tijd in het duister. In januari 2020 zat Nicky in de trein naar een vriendin toen
58
Vragen vanuit de tandheelkunde
Hoe kan hoofd-halskanker zich uiten in de mond? “Hoofd-halskanker in de mond ontstaat meestal in de bedekkende laag (plaveiselepitheel) van de slijmvliezen en kan zich daardoor op elke plek in de mond bevinden. De meest voorkomende plaatsen voor
dentista
Oplettanol is onderdeel van de campagne waarmee men aandacht vraagt voor hoofd-halskanker.
een mondholtetumor zijn de tongrand en de mondbodem en tumoren ter plaatse van het tandvlees.” Welke oneffenheden kunnen zichtbaar worden? “Meestal uiten tumoren in de mond zich als een pijnloze ulcererende zwelling, die soms door een gebied van leukoplakisch veranderd slijmvlies omgeven wordt. Dikwijls hebben patiënten zelf de afwijking nog niet bemerkt of gezien en valt de tumor pas op bij tandartscontrole.” Op welke symptomen moeten mondzorgprofessionals letten? “Dikwijls hebben patiënten geen klachten als de tumor ontdekt wordt, maar een aantal symptomen mogen wel als ‘alarmbel’ beschouwd worden. Aanhoudende uitstralende pijn naar een oor of een zwelling nabij de kaak in de hals zijn klachten die bij hoofd-halskanker kunnen passen. Ook problemen met het kunstgebit terwijl dat jarenlang goed gepast heeft en nu ineens niet meer past vanwege afwijkend weefsel, of gebitselementen die plotseling problemen gaan geven, kunnen uitingen zijn van
een mondholtetumor. De EHNS (Europese Hoofd-hals vereniging) heeft daarom de 1voor3-regel opgesteld. Hiermee wordt de boodschap uitgedragen dat als iemand 1 bepaalde klacht of symptoom langer dan 3 weken heeft dat hij/zij naar een arts moet gaan voor nader onderzoek.” Wat kunnen mondzorgprofessionals doen om symptomen te herkennen? “Uiteraard zijn (mond)zorgprofessionals geschoold in het herkennen van tumoren. Het lastige is vooral dat hoofd-halskanker een zeldzame vorm van kanker is. Slechts 5% van alle tumoren van het menselijk lichaam bevinden zich in het hoofd-halsgebied, en dan is deze 5% ook nog eens verdeelt over tumoren in de mondholte, de keelholte, neusbijholtes en de huid van hoofdhuid en aangezicht. Met ongeveer 3.000 nieuwe hoofd-hals patiënten in heel Nederland per jaar heeft maar een klein percentage hiervan een tumor in de mondholte. Als je dan nog bedenkt dat patiënten met een mondholtetumor natuurlijk niet allemaal bij dezelfde tandarts komen, dan is het aantal patiënten dat een tandarts in zijn professionele carrière met een mond-
dentista
59
STOP MET RECAPPEN VOORKOM PRIKACCIDENTEN VEILIG
Enkelhandig gebruik, beveiligd tegen overvullen & geïntegreerde Sharptainer.
UNIVERSEEL
Draait iedere dentale naald met schroefdraad automatisch van de spuit.
GEBRUIKSVRIENDELIJK
Ingebouwde accu, snel verwisselbare consumables & eenvoudig onderhoud.
DUURZAAM
Hoge opslagcapaciteit, minder medisch afval & recycle plastic naalddoppen. Interesse in een demonstratie of een vrijblijvende proefplaatsing? Vraag uw leverancier naar NeedleOff of neem contact met ons op. WWW.NEEDLEOFF.COM
#whdentalwerk video.wh.com
Nu bij uw dealer, wh.com of office.benelux@wh.com
Getting it right optimale hygiëne in recordtijd
Registre
uw prod er uct en profi teer wh.com
Perfecte onderhoudscyclus in 10 seconden
20200723_AD_AssistinaTwin_Lisa_190x135mm_Benelux_Button.indd 1
Snelle sterilisatie in slechts 12 minuten
23.07.2020 13:13:56
holtetumor ziet heel erg laag. Zo laag zelfs dat het om enkele individuen gaat. Juist dat maakt het vaak toch nog lastig een tumor als tumor te herkennen.” Wat moet een mondzorgprofessional doen bij een verdenking van hoofd-halskanker? “Als er een afwijking wordt gezien die niet pluis voelt of niet direct als tumor herkend wordt dan is het belangrijk de patiënt door te sturen naar een kaakchirurg dichtbij huis of naar een hoofd-halschirurgisch team. In een dergelijk team werken hoofd-halschirurgen vanuit zowel mondheelkunde- en kaakchirurgie alsook KNO-artsen nauw samen. Patiënten zijn altijd welkom en kunnen laagdrempelig worden ingestuurd, immers hoe eerder de patiënt weet waar hij/zij aan toe is en hoe eerder de behandeling wordt ingezet hoe beter.” Stel een patiënt heeft hoofd-halskanker in de mond gehad, in hoeverre vraagt dat een andere aanpak van mondzorgprofessionals? Waar moeten zij bij behandeling van een dergelijke patiënt op letten? “Een patiënt die een mondholtetumor heeft gehad blijft sowieso minimaal vijf jaar onder controle na behandeling. In het begin zijn de tussenliggende periodes tussen de controlemomenten kort en naar mate de jaren verstrijken worden deze tussenpozen ruimer. Ook de mondzorgprofessional kan zeker een bijdrage leveren in controle van de patiënt, en bij nieuwe afwijkingen van het slijmvlies de patiënt weer insturen!” “Verder is het zo dat patiënten als onderdeel van hun behandeling bestraald kunnen worden. Als er bestraling is geweest dan is een bekende complicatie osteoradionecrose van het bot in het bestraalde gebied. Daarom is het noodzakelijk om ingrepen in bestraald gebied heel goed te overwegen omdat hier mogelijke complicaties op de loer liggen. Infecties kunnen heviger verlopen en tot osteoradionecrose leiden, waardoor het zaak is bij bijvoorbeeld wortelkanaalbehandelingen in bestraald gebied reeds daags voorafgaand aan de ingreep antibioticaprofylaxe te starten. Voor bijvoorbeeld extracties van gebitselementen of implantaten in dit bestraalde gebied geldt echt overleg met de behandelend kaakchirurg en/of stuur de patiënt hiervoor in.”
Hoofd-halskanker In 2018 werden in Nederland ruim 3.000 mensen gediagnosticeerd met hoofd-halskanker. Deze vorm van kanker komt het meest voor bij mannen vanaf vijftig jaar, maar het aantal jongeren met deze ziekte neemt wereldwijd toe. Hoofd-halskanker omvat tumoren in het hoofd-halsgebied, met uitzondering van de hersenen of de ogen. Er zijn meer dan dertig gebieden binnen het hoofd en de hals waar zich kanker kan ontwikkelen. Door meer bekendheid over de ziekte en de symptomen kan eerdere herkenning en verwijzing naar de specialist plaatsvinden. Dit is van levensbelang, omdat een tijdige diagnose de overlevingskans aanzienlijk vergroot.
Oplettendheid is hét middel voor een tijdige diagnose van hoofd-halskanker. Oplettanol redt levens door mensen te helpen bij het herkennen van de symptomen. De introductie van Oplettanol in Nederland vindt plaats ter gelegenheid van de Europese Make Sense Campagne waarmee aandacht gevraagd wordt voor hoofd-halskanker. En ligt in het schap bij Boots, de plek waar mensen ook bijvoorbeeld hun neusspray kunnen kopen. De bijsluiter bevat informatie en het ‘1-voor3 schema’ dat door experts vanuit heel Europa is opgesteld. Als mensen na drie weken nog steeds last hebben van een pijnlijke tong, niet genezende zweertjes, rode of witte vlekjes in de mond, keelpijn, aanhoudende heesheid, pijn en/of problemen met slikken, een zwelling in de hals of bloederige afscheiding uit de neus wordt een controle door een (huis)arts geadviseerd. Wees er dus op tijd bij! Want hoe eerder men erbij is, hoe groter de kans op genezing.
dentista
Voor meer informatie bezoek de website www.1voor3.nl
61
Praktijk: Tandartspraktijk Claessens, Echt Tandarts-eigenaren: Dorien Claessens-Schutte en Ferry Claessens Website: www.tandartsclaessens.nl Architect: Architectenbureau Buro/S Architects - ir. Saghar Wafae, ir. Mahyar Nikkhoy en ir. Faisal Samim.
Vraag van de opdrachtgever De vraag was om een oud schoolgebouw uit de jaren 60 te transformeren in een moderne tandartsenpraktijk met zes behandelkamers. De basis van het gebouw moest intact blijven, maar qua isolatie, luchtventilatie en routing volledig worden aangepast aan de huidige tijd.
Specifieke wensen “We wilden een ruime kantine en grote wachtkamer,” vertelt Ferry Claessens. “Zaken waar we nu in deze Corona tijd erg blij mee zijn. Daarbij moest de routing van patiënten en tandheelkundig personeel volledig gescheiden zijn. Maar wel alles transparant door middel van veel glas en daglicht. Net als in een sterrenrestaurant moest onze sterilisatie-keuken, achter glas, zichtbaar zijn zodat de patiënten goed kunnen zien dat het reinigen van instrumentarium een zorgvuldig stappenproces is. De sterilisatieassistent is zo ook meer betrokken bij de algemene gang van zaken. Qua esthetiek moest het ook iets bijzonders worden. Een tijdloos en uniek design. Rustgevende kleuren en lijnen met aparte oplossingen qua verlichting en glas.”
Invulling architect “Na vroegtijdig samen met de opdrachtgevers een PVE (programma van eisen) te hebben opgesteld is er een studie gestart naar de mogelijkheden van het gebouw,” geeft architect Saghar Wafae aan. “Binnen de kaders van het
dentista
bestaande gebouw is met zo min mogelijk constructie wijzigingen een ontwerp gemaakt dat invulling geeft aan alle wensen van de opdrachtgevers. Eén van de belangrijkste uitdagingen bij dit ontwerp was het creëren van een balans tussen aan de ene kant transparantie, maximale lichttoetreding en uitzicht en aan de andere kant privacy waarborging van de patiënten. De voormalige klaslokalen, waar zich de huidige behandelkamers bevinden, zijn aan de voorzijde opengebroken om daglichttoetreding naar binnen mogelijk te maken. De bestaande gang van het schoolgebouw naar de klaslokalen is gehandhaafd en er is een tweede gang aan de achterzijde van de lokalen gerealiseerd voor de behandelaars. Deze gang is tevens verbonden met alle andere functies die alleen voor de behandelaars toegankelijk moeten zijn zoals de sterilisatieruimte, personeelsruimte, kleedruimtes, backoffice en receptiebalie. Bij binnenkomst heeft de bezoeker zicht op de langgerekte receptiebalie van essenhout die in de ontvangstruimte tegenover de hoofdingang is gesitueerd. Vanuit de ontvangstruimte is er ook een directe visuele relatie met de patiëntengang. Deze gang zorgt voor een overzichtelijke ontsluiting van alle behandelkamers.”
Foto's: Stijn Poelstra
Design in Beeld
Reacties Ferry Claessens: “De patiënten zijn zeer aangenaam verrast. Ze vinden het allemaal heel mooi geworden en noemen met name de ruimte, het licht en het aparte design. Allemaal complimenten die we graag in ontvangst nemen. Een behoorlijk aantal patiënten hebben hier als kind nog op school gezeten. Vooral op onze open dag kwamen er dan ook velen kijken en vielen van de ene in de andere verbazing over hoe zo’n oude school getransformeerd kon worden in een frisse, moderne praktijk. Hun mond viel bijna open.”
63
Welke (online) kanalen gebruik je?
Communiceren met patiënten Beter en makkelijker communiceren met nieuwe en bestaande patiënten? Online marketing specialist Karim Ahabri legt uit welke zes kanalen je als praktijkhouder kunt inzetten om patiënten te bereiken. Karim Ahabri
1. Website In de eerste maanden van dit jaar stegen de online bestedingen, mede door corona, tot recordhoogte en regelden steeds meer mensen hun zaken online. Eens te meer bleek dat een goed functionerende website onmisbaar is voor iedere mondzorgpraktijk. Een goede praktijkwebsite is een online brochure die helpt om via een aanmeldformulier nieuwe patiënten te genereren, ook na sluitingstijd. Veel patiënten kiezen voor een tandarts op basis van de indruk die ze krijgen via de website, zonder daadwerkelijk de behandelaar te hebben gesproken of de praktijk te hebben bezocht. Zo kon het gebeuren dat een aantal praktijkhouders met een goede, vindbare website hun patiëntenbestand zelfs tijdens de lockdown van dit voorjaar zagen groeien. Minder onnodige telefoontjes Ik merk dat veel praktijkhouders worstelen met de inhoud van hun website. Iedereen begrijpt dat een website gebruiksvriendelijk moet zijn, maar welke informatie moet je vermelden? Een goede website beantwoordt de vragen van de bezoeker en geeft hem of haar een positief gevoel bij jouw praktijk. Adresgegevens, openingstijden, informatie over de behandelaars, reviews en een aanmeldformulier mogen natuurlijk niet ontbreken. Maar ook actuele informatie, bijvoorbeeld over hoe jouw praktijk
64
omgaat met de corona-maatregelen heeft tot gevolg dat patiënten minder snel met vragen naar de praktijk bellen. Als het online totaalplaatje klopt, ga je dat echt merken aan de balie. Smartphone Het is cruciaal dat je website ook een prettige beleving biedt op de smartphone. Vorig jaar bleek uit onderzoek dat bijna vijftien miljoen Nederlanders over een mobiele telefoon met internet beschikken. Die telefoon wordt de hele dag door gebruikt, ook om een tandarts te zoeken of een afspraak te maken met de tandarts. De stijgende populariteit van de smartphone zie ik ook terug in de rapportages van mijn klanten. Over de gehele linie stijgt het aantal bezoekers via ‘mobiel’ en bij meerdere praktijken komt zelfs het grootste deel van de bezoekers via de smartphone. Een ontwikkeling om bij stil te staan: hoe wordt de huidige informatie op jouw website op een smartphone getoond?
2. Google Mijn Bedrijf Één van de meest onderschatte kanalen is Google Mijn Bedrijf. Dit is een gratis tool waar je eenvoudig adresgegevens, openingstijden en andere basisinformatie over je praktijk kunt invullen. Wat veel mensen niet weten of niet goed benutten is dat je hier ook tijdelijke mededelingen over de
dentista
praktijk kunt plaatsen. Deze bedrijfsinformatie verschijnt hoog in de zoekresultaten als mensen zoeken naar een tandartspraktijk in jouw plaats, wijk of straat. Bijkomend voordeel is de automatische koppeling met Google Maps, de routeplanner van Google. Ook daarin is je praktijk zichtbaar en vindbaar met daaraan gekoppeld de openingstijden.
mensen in jouw verzorgingsgebied. Dus ook bij mensen die jouw bedrijfspagina nog niet hebben geliked. Tip: zet communicatie op de agenda en maak binnen de praktijk één persoon verantwoordelijk voor het plaatsen van de Facebook-berichten of de afstemming met een specialist die de berichten voor jullie plaatst op de Facebookpagina.
Patiënten kunnen op jouw Google-bedrijfspagina een referentie invullen waarin ze aangeven hoe ze jouw praktijk, medewerkers of behandelingen hebben ervaren. Daarnaast worden hier - bij een volledig ingevuld profiel - ook referenties getoond die op Facebook, ZorgkaartNederland, VergelijkMondzorg en andere websites zijn ingevuld. Dit gaat automatisch en kost je geen geld.
4. Instagram
3. Facebook Bedrijfspagina Wel of geen bedrijfspagina aanmaken bij Facebook? Geregeld krijg ik de terugkoppeling van praktijkhouders dat ze het te veel gedoe vinden om zo’n pagina bij te houden. Een gemiste kans, want de bedrijfspagina van Facebook biedt veel mogelijkheden om te communiceren met bestaande en toekomstige patiënten. Denk aan berichten over aangepaste openingstijden, veilige zorg in coronatijd en ga zo maar door. Bijkomend voordeel van een Facebook Bedrijfspagina is dat je die ook effectief kunt inzetten voor betaalde promotie. Je kunt een bericht zeer gericht onder de aandacht brengen bij een vooraf geselecteerde groep
Met meer dan 5,6 miljoen gebruikers in Nederland is Instagram een krachtig kanaal dat je als praktijkhouder eigenlijk niet kunt negeren. Instagram richt zich vooral op het visuele aspect en was in eerste instantie vooral razend populair onder jongeren. In de afgelopen jaren heeft ook de groep 20-60 Instagram omarmd en worden er massaal foto’s en video’s (stories) gedeeld en geliket. In totaal 3,4 miljoen Nederlanders maken dagelijks gebruik van Instagram, ongetwijfeld ook een deel van jouw patiëntenbestand. Als tandartspraktijk kun je hier handig op inspelen door binnen enkele minuten een bedrijfspagina aan te maken en zelf ook foto’s en video’s te gaan delen. Bijvoorbeeld van een jarige medewerker, een breed glimlachende patiënt of de schoolklas die (als corona voorbij is) op bezoek komt in de praktijk. Er zijn ook tandartsen die Instagram inzetten om hun ‘portfolio’ te tonen met bijvoorbeeld before en after foto’s. Als je slimme #hashtags gebruikt, zoals de plaats waar de praktijk is gevestigd, is de
dentista
65
088 606 0810 www.e-dental.nl
Behandelunits Röntgen Sterilisatie en Hygiëne Compressoren
Afzuiginstallaties CAD-CAM Meubilair Verlichting
Showroom elke 1e zaterdag van de maand open van 9:00 tot 14:00
9 januari
6 februari
6 maart
088 606 0810 www.dentalbuild.nl
Turn-Key bouw Praktijkontwerp
Interieurbouw Bouwbegeleiding
Hét adres voor geaccrediteerde nascholing binnen de tandheelkunde! Wij bieden een uitgebreid programma voor het gehele tandheelkundige team. Ons programma bevat leergangen, cursusdagen, workshops en symposia. We bespreken graag de mogelijkheden voor nascholing bij u in de praktijk of op een locatie naar keuze.
Kijk voor meer informatie op onze website: 9 januari 2021
Assisteren begint hier!
23 januari 2021
Cracks deep...deeper...deepest understanding
23 januari 2021
QP Congres Bijzondere patiëntengroepen
27 januari 2021
Basiscursus Angstbeheersing in de praktijk
6 maart 2021
Orofaciale pijn en disfunctie
(Livestream)
Heeft u vragen over ons aanbod of een specifieke cursus, neem dan contact op met een van onze cursuscoördinatoren. Kijk op onze website: www.acta-de.nl voor meer informatie over onze producten en diensten. Gustav Mahlerlaan 3004, 1081 LA Amsterdam, T 020 - 5980 308, ade@acta.nl
kans groot dat je snel de eerste likes in ontvangst kunt nemen. Gratis reclame! Uiteraard kun je ook bij Instagram gesponsorde berichten inzetten om een nog groter publiek te bereiken. Eventueel kun je er voor kiezen om Facebook en Instagram aan elkaar te koppelen. Voordeel is dat je met een paar drukken op de knop berichten op beide platforms plaatst.
5. Online nieuwsbrief Patiënten op de hoogte houden van de laatste ontwikkelingen binnen de praktijk? Een online nieuwsbrief is daarvoor een krachtig middel. De emailadressen heb je al, nu de berichten nog. Er is handige software beschikbaar die helpt bij het samenstellen en versturen van de nieuwsbrief. Houd daarbij wel rekening met de richtlijnen van privacywet AVG. Bied ontvangers van de nieuwsbrief bijvoorbeeld altijd de mogelijkheid om zich af te melden voor toekomstige nieuwsbrieven. Als je nieuwsbrieven wilt versturen naar potentiële patiënten gelden er strengere richtlijnen.
aan-huis kranten nog een hoge attentiewaarde bij de lokale doelgroep. Bijkomend voordeel is dat de meeste kranten tegenwoordig ook een website hebben. Met een beetje geluk verschijnt je bericht zowel in de krant als online. De meeste kranten hebben een hoge online autoriteit opgebouwd bij Google en andere zoekmachines. Als de redacteur aan het artikel op de nieuwssite een linkje toevoegt naar de website van jouw praktijk is dat weer goed voor je eigen lokale vindbaarheid.
Karim Ahabri is online marketing specialist en eigenaar van TopPraktijk.nl
advertentie
6. Schermen in de wachtkamer Je komt ze in steeds meer wachtkamers tegen: schermen met informatie over de praktijk. Een effectief kanaal om wachtende patiënten te informeren over gebeurtenissen in de praktijk. Denk aan een nieuwe behandeling of nieuwe collega, een jubileum of gewijzigde openingstijden. Er zijn in Nederland meerdere aanbieders van deze zogeheten ‘narrowcasting’. Eventueel kun je er ook voor kiezen om je eigen nieuwtjes af te wisselen met algemene berichten over mondzorg.
ICX, het FAIRE Duitse Premium Implantaatsysteem
MAXIMALE KWALITEIT, FAIRE PRIJZEN, TRANSPARANTIE!
7. LinkedIn Net als Facebook biedt ook LinkedIn de mogelijkheid om voor jouw praktijk een bedrijfspagina aan te maken. Dit platform is vooral gericht op professionals en studenten. Je zult LinkedIn waarschijnlijk niet gebruiken voor de communicatie met patiënten, maar jouw pagina is wel erg handig voor de zoektocht naar personeel. Tip: richt de pagina in, plaats af en toe een bericht en profiteer van een krachtig communicatiekanaal als je een vacature hebt.
8. Bonustip: plaatselijke krant Ga je de praktijk verbouwen, vier je binnenkort een jubileum of heb je een interessant verhaal te vertellen over mondzorg in coronatijd? Dat mag in de krant! Ook in het huidige online tijdperk hebben huis-
dentista
OSSEOÏNTEGRATIE METEN IN ÉÉN SECONDE DECL AR ATIECOD
E J34
www.penguinrfa.nl
WIJ OVERTUIGEN AL 16 JAAR MET STABIELE PRIJZEN VOOR EEN ORIGINEEL DUITS/ZWITSERS IMPLANTAATSYSTEEM Boodtlaan 10 · 1796 BE De Koog · Tel.: 0222 - 76 90 11 E-mail: info@icx-implants.nl · Web: www.icx-implants.nl
67
interview Solange de Groot
”De perfecte match” Solange de Groot loopt al aardig wat jaartjes mee in tandheelkundig Nederland. Ze begint als tandartsassistent, waarna ze na een periode als accountmanager, productspecialist en recruiter in 2011 haar eigen werving- en selectiebureau start. Dit jaar heeft ze daar een vacaturebank voor de complete dentale sector aan toegevoegd. Hoe kijkt zij aan tegen de arbeidsmarkt, hoe gaat ze te werk en welke tips heeft ze voor praktijken die op zoek zijn naar een nieuwe medewerker?
S
olange heeft de arbeidsmarkt in de loop der tijd zien veranderen van voornamelijk solopraktijken naar groepspraktijken met medewerkers in loondienst of als ZZP-ers in dienst. Ook de krapte op de arbeidsmarkt is alleen maar toegenomen.
Is het werven en selecteren lastiger geworden? “Er is inderdaad een tekort aan gediplomeerde tandartsen, mondhygiënisten en assistenten en tuurlijk kost het mij tegenwoordig meer moeite, maar het is altijd al uitdagend geweest om de perfecte match tussen werkgever en werkzoekende te maken. Dat luistert gewoon heel erg nauw. Naast dat een werkzoekende over de juiste technische vaardigheden moet beschikken, moet hij of zij ook binnen het team passen. Het moeten bevlogen mensen zijn die met passie hun beroep uitoefenen en bovenal ook leuke en fijne persoontjes zijn. Regelmatig moet ik nog aangeven dat verdiensten niet het belangrijkste zijn. Dat is geen goede drijfveer. Plezier in je werk houden, blijven doen wat je leuk vindt en ontwikkelen daarentegen wel. In de loop der jaren heb ik heel wat extra mensenkennis opgedaan en kan ik, door de intensieve en persoonlijke gesprekken die ik met zowel praktijk als werkzoekende heb gevoerd, een goede inschatting maken. Daarbij geef ik, indien gewenst, praktijken ook advies hoe ze het team beter op elkaar kunnen afstemmen. De regio speelt overigens ook een rol bij het vervullen van vacatures. In
68
het westen is er meer aanbod en zie je ook een groter verloop binnen praktijken. Dat is ook iets dat met de huidige generatie te maken heeft.”
Welke verschillen zie je tussen generaties? “Waar je vroeger als tandarts na je studie ervaring ging opdoen en vervolgens een solopraktijk begon, zie je dat de huidige generatie meer vrijheid zoekt. Ze plannen minder en willen meer van de wereld zien. Dat zie je overigens niet alleen bij tandartsen. Ook mondhygiënisten en assistenten kiezen voor meer flexibiliteit in hun werk om ruimte voor andere zaken te hebben. Toch zie ik ook wel weer verandering en kiezen mondzorgverleners voor een goede sfeer en waardering binnen de praktijk waar ze aan de slag gaan. Het goed uitspreken van verwachtingen is daarom belangrijk in de gesprekken die ik heb. Want als zaken vooraf helder zijn en je daar open en eerlijk over hebt gepraat met elkaar, kom je minder voor verrassingen te staan. En dat zorgt voor stabiliteit. En een stabiel en goed draaiend team straalt ook weer positief uit op je klanten.”
Hoe ga je te werk? “Als een praktijk mij inschakelt wil ik precies weten met wie ik te maken heb. Hoe werken ze, wat is hun visie, wat voor mensen zijn het, hoe ziet de agendaplanning eruit, wie zijn de huidige teamleden, wat zijn de toekomstplannen. Ik wil echt zoveel mogelijk weten. Alleen dan kan ik een
dentista
goede afweging maken en een goede kandidaat vinden die past binnen de praktijk. Uiteraard geeft mijn opdrachtgever aan wat voor iemand ze zoeken en waarom. Daarna kan ik aan de slag en stel ik allereerst een profiel op. Vervolgens zoeken en contacten we potentiele kandidaten en heb ik intakes met geschikte kandidaten. Die gesprekken vind ik heel belangrijk, omdat ik vooraf precies kan inschatten of iemand qua persoonlijkheid past bij de praktijk. Heb ik de juiste mensen gevonden dan stel ik ze voor. Mijn werk bestaat, zoals sommige mensen denken, uit meer dan alleen een cv doorsturen.”
hem of haar relevante vacatures bekijken, maar ook het CV plaatsen zodat ze door potentiele werkgevers kunnen worden gevonden.”
Vacaturebank Ook start Solange met een dentale vacaturebank genaamd SOdenti.nl. “Ik merkte dat er een gat was tussen de opdrachtgevers die ik als werving- en selectiebureau kan en wil bedienen en alle overige dentale organisaties die ook op zoek zijn naar een nieuwe medewerker. Evenals de diverse kandidaten die ik sprak die wellicht ook meer bij deze organisaties passen. Met SOdenti.nl als centraal platform verwacht ik dit gat te kunnen opvullen. Werkgevers plaatsen hun vacatures zelfstandig op de website en kunnen ook zelf op zoek naar beschikbare kandidaten. De andere kant op kan een werkzoekende via verschillende filtermogelijkheden makkelijk de voor
Praktische tips voor de opdrachtgever: Goede voorbereiding is het halve werk als het om werving van een nieuwe praktijkmedewerker gaat. Praktijken hechten veel waarde aan de presentatie van sollicitanten, maar hoe presenteert de praktijk zichzelf naar de sollicitant? Leg je de loper uit voor een kandidaat? 1. 2.
Start op tijd met het zoeken van een kandidaat en weet wat je vraagt Houdt er rekening mee dat er enige tijd overheen gaat voordat een nieuwe medewerker in je praktijk aan de slag kan. Denk hierbij aan de tijd die nodig is voor: het vinden van geschikte kandidaten, de selectieprocedure, meeloopdagen, opzegtermijn van een kandidaat. 3. Het zou zonde zijn als je door tijdsdruk te snel moet beslissen over een kandidaat en hierdoor een verkeerde keuze maakt, met alle gevolgen van dien. 4. Zorg voor een helder profiel 5. Voor hoeveel uren/dagen per week zoek je een medewerker? Met wie gaat de nieuwe medewerker samenwerken? Welke opleiding is vereist voor deze functie? Bespreek met het team of enkele collega’s welke eigenschappen van de nieuwe medewerker gewenst of juist niet gewenst zijn. 6. Neem de tijd voor het ontvangen van de kandidaten 7. Denk hierbij aan: Het eerste sollicitatiegesprek; zorg dat je op tijd bent en de kandidaat ‘ziet’. Het vervolggesprek plant met aanwezigheid van directe collega’s uit het team. Meeloopdagen organiseert met een koffie- en lunchmoment ter kennismaking van het team. Zorg ervoor dat de teamleden op de hoogte zijn als er een meeloop is ingepland. 8. Vraag en deel 9. Presenteer jezelf en je praktijk op een positieve én eerlijke manier. Deel met de kandidaat jouw visie over de praktijk, toekomstplannen en verwachtingen. Zorg dat collega’s op de hoogte zijn van de sollicitant. 10. Stel een overeenkomst op 11. Word je blij van elkaar? Bezegel dit dan ook! Zorg voor een door beide getekende overeenkomst met alle rechten en plichten waar je op terug kunt vallen. Vooraf deze persoonlijk doornemen is het meest duidelijk. Maak er een leuk moment van als jullie het contract/ de overeenkomst gaan tekenen. Zorg voor een kleine attentie (bloemen/ zijn/haar naam op de website bij teamleden/ iets wat past bij de organisatie). 12. Plan gelijk een evaluatie-moment in. Alles is nieuw voor kandidaat én team. Neem tijd en aandacht voor een goed start!
dentista
Solange de Groot is oprichter en eigenaar van SOdental.nl en SOdenti.nl info@sodental.nl en info@sodenti.nl
69
Advertorial
Interview Giorgia Andrisani
“DE WERELD IS MIJN LEERSCHOOL” Als kind van een Italiaanse tandartsfamilie, met haar Spaanse diploma en haar werk in een Nederlandse praktijk heeft Giorgia Andrisani een internationale blik op het tandartsvak. Een blik die haar steeds nieuwsgierig houdt. Ze vertelt waarom ze inmiddels meer dan driehonderd aan uur bij- en nascholing op de teller heeft staan.
“Toen ik zes was, wilde ik al tandarts worden. Niet gek, want ik maakte mijn huiswerk in de praktijk in de Zuid-Italiaanse stad Matera, waar mijn vader tandarts was, mijn moeder zijn assistente en mijn oma achter de balie zat. Mijn liefde voor het vak kwam met de paplepel.”
Sleutel van de praktijk “In Italië was ik wel ingeloot voor geneeskunde, maar niet voor tandheelkunde. Daarom week ik uit naar Spanje. In Madrid haalde ik versneld binnen vier jaar mijn diploma. Terug in Matera drukte mijn vader de sleutel van de praktijk in mijn handen: mijn ouders besloten op een tweede huwelijksreis te gaan. Dat was voor mij natuurlijk een sprong in het diepe. Heel leerzaam om met patiënten om te gaan die allemaal vragen waar je vader is. Ik moest mezelf letterlijk in de praktijk bewijzen. Toen ik daar het klappen van de zweep kende, wilde ik ergens anders meer ervaring opdoen en een opleiding orthodontie volgen. Daarvoor keek ik ook over de grens. In Nederland kon ik snel terecht, want daar was in 2015 een tekort aan tan-
70
dartsen.”
Beste van beide werelden “Door veel met mensen af te spreken, was de taalbarrière snel doorbroken. Al was het even wennen dat Nederlanders elkaar vooral thuis ontmoeten en minder voor koffie of een lunch buiten de deur, zoals in Italië. Een ander groot verschil is dat het zorgsysteem in Nederland een praktijk oplevert die veel preventiever is. In Italië ga je naar de tandarts als je pijn hebt. En dan betaal je. In Nederland wordt veel vergoed, hoewel dat systeem niet altijd even doorzichtig is. En met de gewoonte van halfjaarlijkse controles ben je veel mondproblemen voor. De tandzorg is hier sowieso meer gestructureerd en vastgelegd in protocollen. Waar in veel andere landen tandartsen vooral hun ervaring als bron gebruiken, leunen tandartsen hier meer op de systematiek. Ik probeer het beste van beide werelden te combineren.”
Scherpen aan collega’s “Ik ontmoet in Nederland veel jonge tandartsen, die leergierig zijn en veel aan bij-
dentista
en nascholing doen. Zij inspireren me, want die honger naar kennis heb ik ook. Inmiddels staat er meer dan driehonderd uur aan scholing op mijn teller, die ik overzichtelijk kan inzien via het KRT. De opleiding ortho50% dontie, cursussen over röntgenfoto’s en anesthesie, workshops rond tandesthetiek, vullingen en implantaten: ik wil steeds weten wat de nieuwste technologie70%is en me zeker ook scherpen aan de kennis, ervaring en meningen van collega’s. Tandzorg Delft, waar ik werk, is aangesloten bij DentConnect en dat netwerk biedt me een mooi 100% en breed programma aan scholing. Voor toekomstige cursussen kijk ik ook naar het buitenland, want ik zie nog steeds de hele wereld als mijn leerschool en ik weet dat 130% ze bijvoorbeeld in Spanje heel goed zijn in esthetiek.”
en. Mijn droom is om mijn hele familie hier te hebben. Dat lukt aardig: mijn zus is hier met een Nederlander getrouwd en mijn broer komt als chef-kok in Nederland werken. Mijn ouders hebben beloofd te komen als het hier ook het grootse deel van het jaar lekker warm is. Dat zal dus nog wel even duren. Ik voel me als Italiaanse inmiddels thuis in dit land én in de Nederlandse tandartspraktijk. Het niveau van het vak, de leergierigheid en de open houding houden me bij de les. Dat is mooi, want ik ben nog lang niet uitgeleerd. Dat ben je als tandarts nooit, vind ik.”
Wat Italiaanse levenskunst “Ondank de buitenlandse uitstapjes die ik blijf doen, is Nederland echt mijn thuisbasis geworden. Het is mooi om te merken dat patiënten en collega’s het stukje Italiaanse levenskunst dat ik meebreng wel waarder-
Nieuw: Studenten kunnen zich sinds dit jaar al vanaf de masterfase (gratis) inschrijven. Bekijk het complete tandheelkundige scholingsaanbod op krt.nu of download de KRTapp.
dentista
Tekst: Marnix Simonis - Fotografie: Joni Israeli
Advertorial
71
”Uitbreiding en afwisseling in mijn werk”
Van assistent naar preventieassistent Het werk als tandartsassistent uitbreiden en nog afwisselender maken, dat is volgens preventieassistent Rilana één van de beweegredenen om de cursus tot preventieassistent te volgen. Deze cursus is bedoeld voor ervaren en gemotiveerde tandartsassistenten, die zich verder willen bekwamen in de tandheelkundige preventie en mondhygiëne. Centraal in de cursus staat het zelfstandig uitvoeren van diverse preventieve taken binnen de tandheelkunde. De cursus tot preventieassistent is een erkende opleiding, wat wil zeggen dat de gediplomeerde beschikt over de door de branche vastgestelde competenties en de kwaliteit binnen de opleiding is gewaarborgd. In dit item spreken we zes preventieassistenten, die de cursus recentelijk of wat langer geleden hebben afgerond en vragen hen hoe ze dit hebben ervaren.
Waarom een cursus tot preventieassistent volgen? “Ik wilde graag meer leren over mondzorg, beter kunnen uitleggen wat zich in de mond afspeelt en patiënten van informatie kunnen voorzien over wat ze zelf kunnen doen om hun mondhygiëne te verbeteren”, vertelt Marieke. Christel sluit zich hierbij aan, daarnaast wilde zij graag meer verdieping in haar vak. Een groot voordeel van het afronden van de cursus is volgens de assistenten dat je patiënten - onder toezicht - zelf mag gaan behandelen en mede daardoor meer afwisseling in het werk ervaart. De cursus bestaat uit een deel theorie en oefenen in de praktijk. Volgens Marieke sloot de theorie erg goed aan op de huidige kennis die al was opgedaan gedurende de tandartsassistentopleiding. Daarnaast is de theorie volgens Malou ook goed te volgen en krijg je duidelijke uitleg, een voor
72
haar belangrijk aspect. Maar ook het praktijkgedeelte ervaarden de assistenten als heel prettig. ‘’Het is zeker een spannend moment om zelf aan de slag te gaan, maar met de juiste begeleiding op de praktijk en tijdens de cursus op zaal ben ik trots op waar ik nu sta”, aldus Christel. Rilana vond het vooral erg prettig om samen met de tandarts in de eigen praktijk te kunnen oefenen met eigen vertrouwde patiënten, “Dat is een prettige manier om het te leren”. Tevens hebben de assistenten veel geleerd van mede-collega’s, door hen om advies te vragen en zaken te overleggen. Register preventieassistenten Wanneer je als tandartsassistent de cursus tot preventieassistent volledig hebt behaald en afgerond, kun je je inschrijven in het register voor preventieassistenten. In dit register worden alleen preventieassistenten opgenomen die een erkend
dentista
beroepscertificaat hebben. Zo kunnen de geregistreerde preventieassistenten aantonen dat zij vakbekwaam zijn en kennis hebben van de huidige standaarden. Dit met als doel om de kwaliteit van mondzorg te waarborgen en duidelijk herkenbaar te zijn voor patiënten. Dat laatste is volgens Marieke een belangrijke reden om zich in te schrijven, “Patiënten vinden het prettig op te kunnen zoeken waar je voor bent opgeleid”. Ruby is het daarmee eens en vult aan dat het van belang is dat patiënten altijd moeten kunnen opzoeken of ze behandeld worden door iemand die ook echt de kennis en papieren heeft, “Zo kunnen er ook geen misverstanden ontstaan”. Aan het werk als preventieassistent Volgens Christel heeft het volgen van de cursus tot preventieassistent haar baan nog leuker gemaakt. Zij werkte al vele jaren met veel plezier als tandartsassistent en sinds maart 2019 dus ook als preventieassistent, “Het is geweldig om patiënten te motiveren, behandelen en de juiste instructie te geven”. Hierop vult ze aan ‘’Ik heb een heerlijke baan en geniet iedere dag weer als een patiënt tevreden de kliniek verlaat”. Ook Ruby is enthousiast en hoort van haar werkgever regelmatig terug dat ze goed haar werk doet en over de juiste kennis beschikt. Ook werkgevers zijn dus enthousiast over de cursus. Zo vertelt Rilana dat de tandarts nu ook meer tijd kan geven aan patiënten, doordat taken kunnen worden op-
gepakt door de assistenten. Tanja kan dit beamen, haar werkgever was erg blij met de vaardigheden die geleerd zijn tijdens de cursus en had veel vertrouwen in haar. De reden dat de werkgevers achter het volgen van de cursus stonden, was onder andere dan ook dat het voor meer efficiëntie kon zorgen. Maar met name het ondersteunen van assistenten om door te groeien en hun vaardigheden verder te ontwikkelen stond centraal als reden de assistenten de cursus te laten volgen. Op de hoogte blijven van nieuwe theorie Wanneer de assistenten gevraagd wordt of er behoefte is aan bij- en nascholing om bij te blijven met nieuwe theorie, reageren allen positief. Ze vinden het belangrijk om op de hoogte te blijven van de laatste ontwikkelingen en te blijven leren. Ook het overleggen met, en leren van collega preventieassistenten en mondhygiënisten wordt als een belangrijk element gezien. Volgens Rilana kun je hier veel van leren en tegelijkertijd evalueren wat goed gaat binnen de praktijk en wat nog verbeterd kan worden. Hierop vult Malou aan: ‘’Het liefst zou ik meer in groepjes willen overleggen over problemen die je wel eens tegenkomt”. Congressen en themadagen worden als zeer nuttig ervaren en mogen van de assistenten nog wel vaker georganiseerd worden, om zo kennis te delen en te leren van elkaars ervaringen.
dentista
Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met het preventieregister.
Ben je ook geïnteresseerd in het volgen van een cursus tot preventieassistent? Of al erkend preventieassistent, maar nog niet geregistreerd? www.registerpreventieassistenten.nl
73
Naomi en Willemijn
Autotransplantaten indiceren kun je leren!
T
andheelkunde staat bol van de metaforen en prachtige zinspelingen; bijvoorbeeld: ‘get your removables fixed’, of ‘failing to plan is planning to fail’ en niet te vergeten: ‘als tanden konden kiezen’. Toch is deze er echt één om te onthouden: ‘you can only see the outside of the box, when you’re outside the box’. Ja, dat is een doordenker. Logisch: we proberen vanuit de bekende box (de oplossingen die wij in ons hoofd als optie zien) een creatieve en nieuwe oplossing te vinden. Onlogisch natuurlijk, het is jouw box en zo lang je daar geen nieuwe opties aan toevoegt, heeft deze altijd dezelfde oplossingen. Daarom is het voor ons beiden een voorrecht om te werken met parodontologen. Het thema Parodontologie van deze Dentista is dan ook een feestje én we kunnen het onderwerp autotransplanteren niet onbelicht laten – wat ons betreft echt de outside van de box. Waar we met de komst van de implantologie tijdelijk zijn afgedreven van ‘zo veel mogelijk op eigen fundament’
74
(logisch – implanteren is een fantastische kunst), maken eigen tanden weer een comeback. Met een goed teamwork tussen de getrainde orthodontist, restauratieve tandarts, endodontoloog en parodontoloog met de juiste handen – en gezamenlijke hersenen is er voor een kind met vier missende front elementen na een trauma, weer uitzicht op tanden. Je moet het alleen wel willen zien. Zo divers als de adhesieve tandheelkunde nu is, zo divers is ook het indicatiegebied voor een autotransplaat. Een premolaar ombouwen tot centrale incisief, een derde molaar transplanteren om vervolgens om te bouwen tot een eerste molaar. Maar ook het ‘verslepen’ van een premolaar om overal waar het element geweest is bot achter te laten (PDL induceert botaanmaak!), zodat daar geïmplanteerd kan worden en nog zoveel meer. Eerlijk gezegd hadden we nooit echt geweten waarom en wat er precies kan als het niet door de parodontologen van deze tijd bij ons, zo breed werd gedragen. Maar even een reality check: uiteraard
COLUMN
dentista
is niks permanent (ook een nieuwe heup niet). En zo ook zijn implantaten, kroonen brugwerk en autotransplantaten niet heilig en waarschijnlijk niet voor altijd. Ja, ze groeien wel mee, in tegenstelling tot implantaten, en ze vormen bot (dus botkorrels, augmentatie en membranen zijn niet nodig), maar nee, vaak falen ze uiteindelijk na 20-25 jaar ook. Maar wat wel heel fijn is, is het semipermanente karakter van autotransplantaten voor mensen in de groei. En daarmee is het eigenlijk, het beste alternatief voor een verloren tand na trauma. Immers zien we bijna dagelijks kleine en grote traumata. Gelukkig zijn het vaak ongecompliceerde fractuurtjes, maar wordt het spannender en gaan er elementen missen: try to get to see the outside of the box!
Naomi Doelen - algemeen- & restauratief tandarts i.o. bij DentiQ Tandartsen Maarssen, Willemijn van Susante algemeen- & restauratief tandarts i.o. bij XQdent in Bilthoven.
Opleiding Tandarts Assistent Opleiding Preventie Assistent Opleiding Paro-Preventie Assistent
VOUCH t.w.v.
ER
€200,-
Deze vo uc voor ee her is een jaar g n andere e cursus o ldig en inzetba a f opleid ing van r DBP.
Meld je vóór 15 december 2020 aan voor de opleiding Tandarts Assistent, Preventie Assistent of Paro-Preventie Assistent en ontvang een opleidingsticket t.w.v. €200,-. *m.u.v. individuele trajecten.
De opleiding Preventie Assistent is een erkende opleiding voor het Register Preventieassistenten
LUNCH & LEARN
GRATIS Waterpik® Waterflosser
Waarom zou je geen Waterpik® waterflosser uitproberen? Plan vandaag nog een gratis en vrijblijvende educatieve Lunch en Learn. I.v.m. Corona beschikbaar als webinar of in de praktijk als dat veilig kan. Deze sessies zijn voor het gehele team.
Schrijf je in voor een educatieve sessie: www.waterpik.nl/professioneel/lunch-learn
DE WETENSCHAP IS DUIDELIJK
Waterpik® heeft meer dan 75 onafhankelijke onderzoeken met duizenden patiënten die de voordelen, veiligheid en doeltreffendheid aantonen.