Amateurvoetbalbijlage regio Apeldoorn

Page 1


www.destentor.nl dinsdag 1 september 2009

2 | amateurvoetbal

AP-D02

Stienus Haan honkvast tot het eind Met een beetje fantasie zou je hem de Alex Ferguson van de regio Apeldoorn kunnen noemen. Stienus Haan is zo honkvast als het maar kan, gaat al weer zijn vijfde seizoen bij ZVV’56 in. ,,Alle clubs waar ik getraind heb, hebben nog steeds een plekje in mijn hart.’’ door Martijn Krullaars

H

ij zit er ontspannen bij op z’n balkon. Sinds 1 juli is Stienus Haan marechaussee-af en dat bevalt hem uitstekend. De extra vrije tijd geeft hem de mogelijkheid nog meer tijd te steken in zijn tweede liefde: ZVV’56. Een coach die ook de wedstrijdkleding van de selectie wast, kom daar anno 2009 nog maar eens om. Hij is de langst zittende trainer in de regio en heeft het woord honkvast welhaast uitgevonden. In 27 jaar trainerschap diende Haan niet meer dan vijf clubs. Of eigenlijk vier, want de episode Schalkhaar duurde maar een jaartje. ,,Na zes weken wist ik daar al dat het bij één seizoen zou blijven’’, vertelt hij. ,,Als club en trainer lagen we niet op één lijn. Ik hou van gemoedelijkheid en miste daar de warmte van een echte voetbalvereniging. Ik voelde me een beetje de vreemde eend in de bijt.’’ Dat was hij allerminst bij de andere clubs waar hij (met succes) werkte: Colmschate, Columbia, KCVO en ZVV’56. Als Haan mensen van die clubs tegenkomt is het nog altijd vertrouwd. Iedereen krijgt een warme hand. ,,En als het kan een zoen erbij. Al die clubs hebben nog steeds een

warm plekje in mijn hart.’’ De meeste ruimte is echter ingeruimd voor ZVV’56, de club waar hij zijn vijfde seizoen ingaat als hoofdtrainer. Hij begon er ooit zijn carrière als jeugdtrainer en heeft altijd beloofd dat hij er zijn loopbaan zou afsluiten. ,,John Leliveld, de voorzitter, belde me de voorbije jaren bijna elk jaar op, maar ik had het prima naar mijn zin bij KCVO. Toen hij me belde toen ik bij Schalkhaar zat, zei ik: ‘Nu heb je geluk. Ik kom’. Wat ik in dat seizoen bij Schalkhaar had meegemaakt, wilde ik niet meer. Geen druk meer van: moeten dit, moeten dat. Tuurlijk, sportief gezien was het een stap terug. Maar dat vond ik geen probleem. Ik had toch al een beetje de naam van opbouwtrainer. Op Schalkhaar na ben ik met elke club gepromoveerd.’’ Dat was telkens het loon voor clubtrouw en inlevingsvermogen. ,,Ze zeggen wel eens: een trainer is een passant. Ik vind het een onzinnige opmerking, want eigenlijk ga je dan al met de verkeerde intentie met elkaar in zee. Als trainer moet je je inleven in de hele vereniging, niet alleen in het eerste elftal.’’ Uit ervaring weet hij inmiddels dat ZVV een ‘heel normale club’ is. ,,Een echte volksclub waar iedereen achter en voor elkaar staat. Er is geen verschil tussen de voorzitter en een barmedewerker, al merk ik wel dat het steeds moeilijker wordt om mensen te vinden die de helpende hand toesteken.’’ Wat dat betreft mag ZVV zich in de handen wrijven met iemand als Haan, die probeert ‘een voorbeeld’ te zijn binnen de club. Hij doet de was na de wedstrijden, probeert reclameborden te slijten bij bedrijven en voelt zich niet te groot om de ramen van het clubhuis te lappen. ,,En onlangs hebben we met het eerste elftal alle reclameborden schoongemaakt. Ziet er weer top uit.’’ Zoals het hele complex er momenteel als een plaatje uitziet, betoogt Haan. ,,Een heel verschil met zes, zeven jaar geleden, toen het echt nog een ‘club achter de heg’

Stienus Haan, op zijn plek bij ZVV’56. ,,Als trainer moet je je inleven in de hele vereniging.’’ foto Maarten Sprangh

was.’’ Haan wil er maar mee zeggen dat ZVV destijds amper ambities had. ,,De club speelde altijd in de vijfde of zesde klasse en hoefde niet zo nodig hogerop. Dat is nu wel anders, als vierdeklasser spelen we op hetzelfde niveau als de meeste Apeldoornse ploegen.’’ Haan bracht ZVV al van de vijfde naar de vierde klasse en blijft ambitieus. ,,Altijd. Ik heb het voetbal niet uitgevonden, maar je moet wel altijd de ambitie hebben om er iets van te maken. Dat verlang ik ook van mijn spelers. Als de jongens zaterdagnacht tot vier, vijf uur in de kroeg willen hangen, prima, als ze er zondag maar weer staan.

Ze hoeven echt niet allemaal zo gek te zijn als ik vroeger was. Ik ging gerust om elf uur naar bed, terwijl de visite nog beneden zat.’’ Die verdwazing is nu wel wat minder, maar Haan blijft fanatiek. ,,Soms nog wel té, denk ik, maar ik probeer me steeds minder druk te maken over bepaalde dingen. Ik loop nu langzaam richting de zestig en de kans is wel heel erg groot dat ZVV echt mijn laatste kunstje is. Alhoewel, je weet maar nooit. Kijk maar naar Piet Panman, die is tien jaar jonger geworden bij Beekbergen. Daar wil ik me graag aan spiegelen.’’

De voetbalschoen: nu ook in het zwart Goed nieuws voor de meer behoudende voetballiefhebber. Met de Mercurial keert Nike terug naar de kleur zwart. De moderne schoen in een klassiek jasje slaat aan. „Het is uitdelen”, zegt Pim Mulder van Sportshop Walter van den Belt ‘100% voetbal’ in Apeldoorn. Bij wijze van spreken dan natuurlijk. Grofweg 350 euro kost de topper in de serie, maar met zestig euro op zak glij je gelukkig al in het instapmodel. „We zien dat volwassenen vooral uit het midden en het hoge segment kiezen”,

zegt Mulder over de algehele trend. „Je betaalt voor comfort. Het is een vergissing dat een topschoen langer meegaat. Ik ben van mening dat je negen tot twaalf maanden met een schoen moet kunnen doen, al zie je wel dat het kunstgras veel schade toebrengt.” Kinderen kunnen ook met een goedkoper model toe. „Ze zijn eruit gegroeid voordat de schoen kapot gaat.” Adidas scoort met de cyaanblauwe F50-i (184,95 euro). Het paradepaardje van het Duitse sportmerk is voor de deuren van het slachthuis weggelopen. „De schoen heeft het heel moeilijk gehad”, weet Mulder. „Ze hebben overwogen om het uit de collectie te halen, maar met een enorme campagne is toch nog een keer alles op alles gezet. Je kwam de reclame zelfs in bushokjes tegen. Je werd er mee doodgegooid.” Dat Lionel Messi ze - voor een ongetwijfeld leuk bedrag - voor het oog van de camera wilde aantrekken en ze daarmee miljoenen huiskamers binnen-

bracht, gaf de doorslag. „Voetballers willen voetballen waar de profs op voetballen.” Het is daarom ook niet verwonderlijk dat de animo groot is om de nieuw verworven schoenen ter plekke laten bedrukken met de eigen naam. De Adidas-klassiekers Copa Mondial - ‘Dunner leer dus soepeler’ - en Kaiser Liga - ‘Dikker dus steviger’ - hebben gewoon hun vaste plekje in de collectie behouden. Zoals de naam doet vermoeden richt Van den Belt zich volledig op de voetballer. Leden van verenigingen in de regio kopen er met korting, spelers van de eerste elftallen komen er om hun schoenenbon te verzilveren. „En hoe meer de leden kopen, hoe meer de club kan verdienen. We keren het aan het eind van het seizoen uit in ballen.” Zo vlak voor de start van de nieuwe competitie is het daarom topdrukte in de winkels in Apeldoorn en Deventer. „Verstand op nul en doorgaan.”


dinsdag 1 september 2009 www.destentor.nl

amateurvoetbal | 3

AP-D02R

Na tien jaar weer samen Broers Erik en Arjan van Norel gaan met AGOVV de strijd aan in de tweede klasse. ,,Het allerleukste is de start van een nieuw voetbaljaar, al is het lastig inschatten waar AGOVV staat.’’ door Christiaan Buitenhuis

S

tephan en Boy Nuesink van WSV zijn waarschijnlijk de bekendste gezamenlijk voetballende broers van Apeldoorn, maar er zijn er meer. Erik en Arjan van Norel hopen in het nieuwe voetbalseizoen in het blauw van AGOVV hoge ogen te gooien in de tweede klasse. De broers uit Kerschoten voetballen sinds de voorbereiding voor het eerst sinds tien jaar weer samen. ,,WWNA, AGOVV, Vitesse, twee jaar beloften en nu het eerste jaar bij de amateurs van AGOVV.’’ Arjan van Norel, met zijn twintig jaren de jongste van de broers, somt zijn voetballoopbaan tot dusverre maar eens op. ,,Dan hebben we nu al tien seizoenen niet meer in hetzelfde elftal gespeeld’’, luidt de conclusie. Erik (22): ,,In de jeugd van WWNA hebben we dan voor het laatst samen gespeeld. Bij de d’tjes. Toen hadden we best een leuk team hoor, met spelers als Mickael Koller, Jan Derk Wassink en Cynthia Beekhuis. Heel af en toe komen we er nog wel eens.’’ Maar komend seizoen dragen beide spelers het tricot van de amateurs van AGOVV. Erik van Norel gaat zijn vijfde jaar in als amateur, Arjan staat voor zijn vuurdoop in de amateurwereld. Het avontuur bij de beloften mislukte de voorbije jaren jammerlijk. ,,Ik had altijd de droom om prof te worden en ik ben er nog steeds van overtuigd dat ik het had aangekund, maar door alle blessures de laatste jaren bleek het snel afgelopen.’’ Het medisch dossier van de aanvaller mag als ‘flink’ betiteld worden. Tweemaal een meniscusblessure, tweemaal de enkelbanden en een opspelende achterste kruisband zorgden ervoor dat de droom niet verwezenlijkt kon worden. ,,Ik heb me ermee verzoend. Vorig seizoen speelde ik maar vijf of zes wedstrijden. Nu ben ik gelukkig weer fit en kan ik weer van het voet-

,,Ik heb ook met wat andere clubs gesproken, maar ik werd door mijn ouders wel een beetje naar AGOVV gelokt’’, grapt Arjan van Norel (l.) over de hereniging met broer Erik. ,,Dan hoeven ze namelijk niet te kiezen naar welke zoon ze kijken.’’ foto Kevin Hagens ballen genieten. Ik heb ingezien dat andere dingen ook belangrijk zijn.’’ De aanvaller doelt daarmee op zijn studie Commerciële Sporteconomie aan de Johan Cruijff University in Amsterdam. ,,Sinds de blessures vind ik het weer leuk om te studeren. Straks ga ik stage lopen bij een bedrijf dat zich richt op sportreizen naar de Formule 1 of naar voetbalwedstrijden. Misschien zit er voor mij dan ook wel een wedstrijdje in Engeland in. Arsenal is de allermooiste club. Ik wil dat nieuwe stadion wel eens zien.’’ Beide broers zijn gek van voetballen en omdat ze allebei nog thuis wonen is zondag de dag waarop louter over sport gesproken wordt. ,,Ook mijn vader is heel serieus met voetbal bezig’’, aldus Erik. ,,En hij heeft er nog kijk op ook, al heeft hij zelf nooit gevoetbald’’, vult Arjan aan. ,,Maar ja, bij WWNA voetbalden we al sinds ons vierde of vijfde en sindsdien heeft hij ons overal gevolgd. Met de jaren

heeft hij meer en meer verstand van gekregen.’’ Toch hoeven de broers niet altijd op liefkozende opmerkingen te rekenen. Erik: ,,Als je slecht speelt, krijg je dat ‘s avonds aan tafel echt wel te horen. ,,Maar aan de andere kant zal hij je ook nooit afzeiken of zo’’, verdedigt Arjan. ,,En als je een keer een meningsverschil met de trainer hebt, mag je het zelf opknappen. ‘Dat is iets tussen jou en de trainer’, zegt-ie dan.’’ De mannen kijken uit naar het komende voetbalseizoen. ,,Het is natuurlijk hartstikke leuk om weer samen te voetballen’’, aldus de rechtsback. ,,Het is toch je broertje en dat maakt het wel speciaal. Maar het allerleukste is de start van een nieuw voetbaljaar, al is het lastig inschatten waar AGOVV staat. We zijn vlak voor de overschrijvingstermijn nog twee belangrijke spelers kwijt geraakt. Niels van Geerenstein ging naar Bennekom en Ronald Dibbink naar Albatross. Dat zal trouwens een leuke pot worden tegen Albatross, want we willen

toch bewijzen dat-ie een verkeerde keuze gemaakt heeft.’’ Voor broertje Arjan is het amateurvoetbal volledig nieuw. De enige houvast is het weerzien met zijn broer en met Roberto Klomp, de trainer die hij ook bij de beloften tegenkwam. ,,Afgezien van Albatross en Epe ken ik de tegenstanders niet, maar ik zie wel dat er bij ons veel jonge jongens in de groep zitten die allemaal mogelijkheden hebben.’’ Die jeugdige gretigheid was voor Van Norel een belangrijke reden om voor AGOVV te kiezen. ,,Ik heb ook met andere clubs gesproken, maar ik werd door mijn ouders wel een beetje naar AGOVV gelokt’’, grapt Arjan. ,,Dan hoeven ze namelijk niet te kiezen naar welke zoon ze kijken. Maar goed, Roberto en ik kennen elkaar. Dat speelde wel mee net als een groep met zoveel jonge jongens. We willen meedoen om promotie. En voor mezelf wil ik vooral heel blijven en veel spelen.’’

Eén keer zonder, een leven lang spijt De scheenbeschermer. Ach, de scheenbeschermer. Bron van ergernis en eeuwige discussie. Toch kunnen we er kort over zijn: dragen! Voor een paar tientjes heb je er twee. Regel 4 van de FIFA Spelregels Veldvoetbal is duidelijk: ‘Scheenbeschermers horen bij de verplichte standaarduitrusting van een speler’. Het wielrennen kende met de helm dezelfde discussie. De dood van Fabio Casertelli ten spijt. Nu is het dragen ervan verplicht en hoor je er niemand meer over. Ploegleiders stellen het zelfs verplicht in trainingen. Net als Co Adriaanse de scheenbeschermers trou-

wens. Edgar Davids onderstreepte twee jaar geleden in Deventer onbedoeld nog maar eens het belang ervan. De Ajacied droeg ze niet toen hij in de oefenwedstrijd tegen Go Ahead Eagles op Alper Göbel stuitte. Hij brak zijn scheenbeen. ‘Een duur grapje’, schreven de kranten. ‘Want zonder Davids miste Ajax deelname aan de Champions League en was het Uefa Cupavontuur na één rondje al voorbij’. Alle ellende had voor nog geen twintig euro voorkomen kunnen worden. Wellicht. Want honderd procent garantie bieden scheenbeschermers nooit. Volgens Consument en Veiligheid voldoen de meeste typen namelijk ‘niet aan de eisen met betrekking tot verwerken van puntvormig inwerkend geweld’. Daar zal iedere voetballer zich wel een beeld bij kunnen vormen. ‘Daarnaast bedekken ze onvoldoende oppervlakte van onderbeen en enkels’. Het loont daarom de moeite deskundig advies in te

winnen. Wie zelf wat op internet rondshopt loopt de kans zomaar uit te komen op sites als Celtic Britain waar je voor nog geen honderd euro een replica van een paar messingen scheenbeschermers uit de oudheid krijgt thuisgestuurd. Leuk voor boven de open haard misschien. Beter is het de voorkeur te geven aan scheenbeschermers van harde kunststof (polyester) die comfortabel zitten, maar ook voldoende oppervlakte bedekken. Modelletje bierviltje of nog kleiner valt daarmee af. Let ook op deze punten: 䊳 Controleer de maat, door de beschermer te passen. 䊳 Zorg ervoor dat je de scheenbeschermers makkelijk uit en aan kunt doen. 䊳 Controleer of je ze makkelijk kunt vastmaken en of ze blijven zitten als je beweegt. 䊳 Koop geen beschermers op de groei. Het vermindert het draagcomfort en daarmee de motivatie om ze aan te trekken.


www.destentor.nl dinsdag 1 september 2009

4 | amateurvoetbal

AP-D04

Voetbalhumor verzekerd Hij geldt als de Heintje Davids van Apeldoorns Boys. Maurice van de Werd (34) maakt net als twee seizoenen terug weer een comeback in het eerste. Zijn laatste, verzekert hij: ,,Ik blijf één jaar. Dan is het mooi geweest.’’ door Arnoud Heins

D

e meest trouwe volgers van Apeldoornse Boys durfden afgelopen seizoen niet eens meer bij het eerste elftal te komen kijken. Bang voor wéér een nederlaag bleven ze op zondagmiddag thuis en op internet lazen ze dan dat hun club inderdaad verloren had. Degradatie - de tweede in drie jaar tijd - naar de vijfde klasse bleek onvermijdelijk. De club speelt nu zelfs op het laagste niveau sinds de oprichting in 1918. Maurice van de Werd vond dat het zo niet langer kon en keerde terug op het oude nest. Garanties voor promotie kan hij niet geven, wel is zeker dat dit seizoen de voetbalhumor terugkeert in de kleedkamer van ‘de Boys’. Het is de vroege vrijdagmorgen na de eerste donderdagavondtraining van het seizoen. Hoewel de oefensessie rond half tien ten einde was, lag Van de Werd toch pas midden in de nacht in bed. Hij heeft in de stad nog enkele afzakkertjes genomen. Voorheen voor veel voetballers een standaard gebruik, tegenwoordig laten (jeugdige) voetballers de kantine steeds vaker links liggen. Het opgelopen vochttekort zuiveren ze liever thuis aan om vervolgens achter de pc te kruipen. ,,Ik heb begrepen dat er vorig jaar op donderdagavond maar drie of vier jongens bleven zitten na de training. Natuurlijk valt of staat dat voor een groot deel met het resultaat. Maar er heeft natuurlijk een enorme mentaliteitsverandering plaatsgevonden’’, weet de man die als tiener onder trainer Karel Bonsink in het eerste van AGOVV debuteerde en in de glorietijd nog eerste klasse speelde met Apeldoornse Boys. Van de Werd wil beslist niet overkomen als een bejaard mannetje dat continu verkondigt dat vroeger alles beter was. Toch spreekt hij zijn zorgen uit over het huidige amateurvoetbal en de situatie bij zijn in

Maurice van de Werd: ,,Ik heb nu een paar keer getraind en het valt me op dat de voetbalhumor verdwenen lijkt. Misschien snappen ze het ook wel niet altijd. Geintjes als tegen elkaar aan pissen onder de douche en broeken vastspijkeren.’’ foto Maarten Sprangh verval geraakte club in het bijzonder. ,,Ik heb vorig jaar vier of vijf wedstrijden van ze gezien. Er werd best goed gevoetbald, maar het was geen team.’’ Ook van de 2-2 bij Robur et Velocitas, waardoor degradatie een feit werd, was hij begin mei getuige. ,,Achteraf denk ik: ‘was ik er maar nooit geweest’. Want er werd natuurlijk meteen gevraagd wanneer ik de voetbalschoenen weer aan ging trekken.’’ En eigenlijk was er niet veel voor nodig om de op dat moment in het vierde van AGOVV actieve Van de Werd over te halen om in het vlaggenschip te gaan spelen. Zoals zijn hart hem twee seizoenen terug al eens deed besluiten terug te keren, besloot hij ook nu een comeback te maken. ,,Het is een schande dat Apeldoornse Boys in de vijfde klasse zit. Als dat over drie jaar nog zo is, dan is de club naar de kloten. Terwijl er juist nu zo veel goede jeugd is.’’ ,,Ik ga de jonge jongens niet met fluwelen handschoenen behandelen. Het valt of

staat met discipline. Iedereen zal daarin mee moeten. Het kan niet zo zijn dat ze niet komen trainen omdat opa of oma jarig is. Maar ik kan dat niet alleen; ook jongens die inmiddels enige ervaring hebben als Lino (Jankie, red.) en Frankie (Witteveen, red.) moeten daarbij helpen.’’ Naast het aanhalen van de touwtjes is ook veel lachen volgens Van de Werd een belangrijke pijler voor het te bouwen succes. ,,Ik heb nu een paar keer getraind en het valt me op dat de voetbalhumor verdwenen lijkt. Misschien snappen ze het ook wel niet altijd. Geintjes als tegen elkaar aan pissen onder de douche en broeken vastspijkeren.’’ Hoewel de nieuwbakken aanvoerder dus niet om een geintje verlegen zit, zijn de leukste grappen en grollen voorbehouden aan de grootste komiek van de club, Ronald Bouwmeester. ,,Hij is assistent-trainer geworden en daar is hij een perfecte gozer voor. Ronald is een clown eerste klas en ie-

dereen die met hem heeft gevoetbald, heeft wel een verhaal. Vertelde hij op donderdagavond in de kantine tegen de mensen dat ze ‘s zondags op tijd moesten zijn. ‘Binnen twintig minuten staan we met 4-0 voor’, zei-ie dan.’’ De ingrediënten discipline en humor moeten de receptuur zijn voor een overheerlijk voetbalmaal dat Apeldoornse Boys terugbrengt naar waar het minimaal hoort, de vierde klasse. ,,Het hoofddoel is promoveren. Een kampioenschap komt misschien nog wat te snel, maar een plek bij de eerste vier moet haalbaar zijn.’’ Promotie of niet, Van de Werd zwaait daarna sowieso af. ,,Ik blijf één jaar. Dan is het mooi geweest.’’ Wat-ie daarna gaat doen, is nog een groot vraagteken. In ieder geval niet meer in een lager elftal spelen. ,,Het jaar in het vierde van AGOVV is me heel slecht bevallen. Ik had vooral moeite met het gezeik onderling. Ik denk dat ik er gewoon ook te fanatiek voor ben.’’

Pas douchen als alle ballen terecht zijn Desnoods wordt er doorgezocht tot de lichtmasten zijn gedoofd. Niemand gaat de kantine in voor alle trainingsballen achter slot en grendel in het ballenhok zitten. Het is, naast het op tijd komen voor de training, een gouden stelregel bij menig amateurclub. Het belang van de bal valt niet te onderschatten. „De beste ballen kosten 110 euro, daar wil je wel zuinig op zijn”, verwoordt materiaalman Albert Muis van HHC Hardenberg de zorg voor het speeltuig. „Vliegt er tijdens de wedstrijd een bal de provinciale weg op, dan gaat er met-

een een wisselspeler achteraan.” Met een ledenbestand van ruim vijftienhonderd heeft de hoofdklassekampioen van 2007 en 2008 zo’n zevenhonderd leren knikkers in beheer. Vermenigvuldig dit aantal met een euro’tje of zestig en een behoorlijke begrotingspost is geboren. Mazzelt HHC even met kledingsponsor Nike. Muis krijgt ieder seizoen vijftig splinternieuwe ballen voor de eerste selectie cadeau. „Een jaar of zeven geleden deed je nog drie jaar met een bal.” De voetbal is door de jaren geëvolueerd. Vandaag de dag worden er hele studies aan gewijd. Gewicht, model en materiaal zijn voor ieder EK of WK een headline in het nieuws. Over de zwabberbal is de laatste discussie nog lang niet gevoerd. „Door aparte binnenkamers in de bal, komt er een rechte lijn in het schot”, verklaart gelegenheidsexpert Robert Prins van de gelijknamige sportzaak in Harden-

berg. Prins, die ballen aan negen regionale verenigingen levert, verwacht dat de evolutie nog wel even doorgaat. „Een aantal jaren terug dacht men dat tennisrackets niet meer lichter konden worden. Door gaten in het frame te maken, kon het toch nog lichter. Het zal met de voetballen net zo gaan.” Op de amateurvelden wordt de materiaalman op de vingers getikt wanneer hij te weinig lucht door het ventiel blaast. „Ik doe er altijd precies één bar in. Geheid dat jongens als Gerard Kocks en Kenny Kroeze naar me toekomen als ik er een tikje teveel of te weinig in pomp.” Met Muis heeft HHC een perfectionist binnen de gelederen. „De randverschijnselen moeten top zijn.” Zo denken ze er zelfs bij bescheiden laagvliegers als Lutten en Kloosterhaar over. Ook zij tikken in het ballenpaleis van Prins minstens zonder morren vijftig euro af voor een fijne knikker. „Op ballen bezuinigt niemand.”


dinsdag 1 september 2009 www.destentor.nl

amateurvoetbal | 5

AP-D04R

Vrede met plek in schaduw Jordi Grobbee (KCVO) en Gino de Zeeuw (Albatross) zijn er niet rouwig om dat een profloopbaan er niet meer inzit. ,,Ik heb niet meer de motivatie om drie keer per week te trainen. Het is nu belangrijk om fit te zijn en lekker te voetballen.’’ door Gert Kramer

J

ordi Grobbee (26) is vijf jaar ouder dan Gino de Zeeuw, maar verder zijn er veel parallellen tussen de voetballers. Ze genoten beiden een opleiding bij een profclub, redden het niet in het betaalde voetbal en spelen thans in dienst van een promovendus uit het zondagvoetbal. Grobbee hult zich tegenwoordig in het tenue van de Vaassense derdeklasser KCVO. De Zeeuw debuteert dit seizoen bij de kersverse tweedeklasser Albatross. Ze vinden het voorlopig prima zo. De begroeting ia allerhartelijkst. Jordi Grobbee en Gino de Zeeuw voetbalden jaren geleden regelmatig samen op straten en pleintjes in het centrum van Apeldoorn. Grobbee doorliep bij GA Eagles de jeugdopleiding met De Zeeuws oudere en bekendere broer Demy. ,,Jordi kwam vroeger vaak bij ons thuis’’, meldt De Zeeuw. ,,Dan pakten we al gauw een bal en liepen we urenlang te pielen op straat.’’ Grobbee: ,,Gino was een stuk jonger dan wij, maar kon goed meekomen. Je kon toen al zien dat hij talent had.’’ De Zeeuw was destijds tamelijk ambitieus. Hij wilde graag profvoetballer worden en dat verlangen werd aangewakkerd door Grobbee en broer Demy. ,,Die jongens hadden het bij ons thuis vaak over Go Ahead en maakten me lekker met hun verhalen. Ik speelde toen in de D’tjes van AGOVV en wilde koste wat kost prof worden.’’ Dat leek aanvankelijk te lukken. De Zeeuw verhuisde naar GA Eagles, waar hij twee jaar in de C’tjes voetbalde. Vervolgens keerde de multifunctionele voetballer terug naar AGOVV, waar hij via de beloftenploeg in de A-selectie belandde. ,,Ik trainde twee seizoenen lang elke dag mee met

Gino de Zeeuw (l.) en Jordi Grobbee hebben het prima naar de zin bij respectievelijk Albatross en KCVO. foto Maarten Sprangh de A-selectie en zat vaak op de bank. Maar op de één of andere manier voelde ik me daar niet lekker bij. Klopt, dat klinkt raar voor iemand die als jochie dolgraag prof wilde worden. Maar ik ging steeds vaker met tegenzin naar AGOVV. Kon het niet

meer opbrengen. Ik had zo weinig zin meer in voetbal, dat ik een jaar stopte. Ik speelde alleen in de zaal, bij FC Sedap.’’ Intussen was ook Grobbee’s profloopbaan uitgemond in een doodlopende straat. Na GA Eagles belandde hij via de amateurtak

van AGOVV, FC Lienden en CSV Apeldoorn bij KCVO. ,,Sportief gezien een neerwaartse spiraal, dat klopt. Maar ik heb nu een prachtig leven. Ik heb een lieve vriendin met twee dochtertjes en een zoontje uit haar vorige relatie en een goede baan. Ik had dit seizoen nog wel bij hogere amateurclubs kunnen spelen voor geld, maar dat hoeft voor mij niet meer. Ik heb niet meer de motivatie om drie keer per week te trainen. Sinds m’n vertrek bij AGOVV ben ik vaak geblesseerd geweest. Het is nu belangrijk om fit te zijn en lekker te voetballen bij KCVO.’’ De Zeeuw kreeg medio vorig jaar weer zin in voetballen. Via een vriend kon hij terecht bij Kon. UD in Deventer. ,,Dat was me het seizoen wel. Ik heb bij UD drie trainers meegemaakt. Daarnaast zwierf ik door het hele elftal. Ik begon als laatste man, schoof daarna op naar het middenveld en eindigde als links- of rechtsbuiten. Ik had het op zich wel aardig naar m’n zin bij UD, maar wilde toch iets anders.’’ Dat werd dus Albatross, de stuntploeg die ondanks talloze schorsingen en blessures via de nacompetitie de derde klasse ontsteeg. ,,Ik ken wat jongens van Albatross. De club beviel me meteen. Het is gezellig bij Albatross, maar de club is óók enorm ambitieus. Dat zie je wel aan de selectie, die is stevig versterkt.’’ Naast De Zeeuw kwamen onder anderen Ronald Dibbink (tweedeklasser AGOVV) en Sander van Hal (hoofdklasser WSV) naar de Ugchelse ploeg. ,,Albatross heeft een prima selectie voor de tweede klasse. We spelen tegen AGOVV, dat is voor mij natuurlijk best wel speciaal. De rest van de tegenstanders ken ik niet. Ik ben niet bepaald een voetbalgek. Ik weet wanneer ik moet trainen en om hoe laat de wedstrijden beginnen. Ik verdiep me niet zo in tegenstanders en kijk amper naar wedstrijden op tv. Als Demy moet voetballen, kijk ik natuurlijk wel. Ik ging vaak naar Alkmaar voor wedstrijden van AZ en naar de grote toernooien van Oranje. Maar daar houdt het ook wel mee op.’’ Grobbee is maar 26 jaar, maar desondanks - samen met keeper Herman Balk - de nestor bij KCVO. Grobbee scoorde als spits doorgaans aan de lopende band, maar zal het komend seizoen als aanvallende middenvelder gaan proberen. ,,Ik kreeg als spits niet zoveel aanvoer, stond er af en toe wat verloren bij. Als schaduwspits kom je veel meer in balbezit. Ik hoop wel dat ik blijf scoren. Want dat geeft nog steeds het lekkerste gevoel dat er is.’’

Nooit meer grabbelen met Catch Control Ortho-tec fingerprotection, mega-grip foam, airvent-systeem, expanded finger tips, catch control... Je zou bijna gaan denken dat iedere doelpoging bij voorbaat gedoemd is in de handen van de keeper te verdwijnen. Ervaringsdeskundige Albert Flier over het geheim van een goede keepershandschoen. ,,Ik heb ook met fingerprotection (vingerbescherming) gekeept. Van der Sar deed het ook. Het was een rage. Hans Vonk haalde de bescherming er uit, maar gebruikte de handschoenen wel. Voor commerciële doeleinden.’’ Albert Flier (28) doorliep de

jeugdopleiding van Heerenveen, ging naar Cambuur, stond een jaar in het doel van Be Quick‘28 en heeft inmiddels meer dan 200 duels bij SC Genemuiden achter zijn naam staan. In die stad is hij ook de eigenaar van Flier Sport en Fashion. Hij is hofleverancier voor zijn eigen club. ,,Trainingspakken, tassen, slippers, coach-jassen. Bedenk het maar, ik lever het allemaal.’’ Uit zijn eigen collectie haalt Flier zijn Puma-keepershandschoenen van ongeveer 60 euro. ,,Een vrij simpel model, maar met een elastieken band, klittenband en een goede griplaag. Goedkopere handschoenen zijn vaak minder stevig. Het foam is minder dik, dus het dempt ook minder.’’ Zonder de dure Engelse termen uit de folder weet Flier ook wel waar de handschoenen aan moeten voldoen. ,,Ze moeten ten eerste gewoon comfortabel zitten. Het moet een goed gevoel geven. Net als een

schoen. Je kunt wel een leuk model zien, maar als-ie veel te groot is heb je er nog niks aan. Een volwassene heeft gemiddeld maat 9, maar hou er rekening mee dat de maten per merk verschillen.’’ De keuze is wat dat betreft reuze. Flier noemt naast de bekende merken ook Reusch, Stanno en Uhlsport. Een ander belangrijk punt is uiteraard grip. ,,De moderne bal is licht en er zit een coating op die hem glad maakt, vooral als de bal nieuw is. Op goede handschoenen zit ook een coating. Het geeft meer grip. Je moet ze iets nat maken, dan plakt de bal aan de handschoenen.’’ Toverwoord is het foam. ,,Dat begint op een gegeven moment los te laten. Dan moet je ze wisselen.’’ Tijd om een emotionele band op te bouwen met de handschoenen die een fantastische penalty stopten, is er dus niet. ,,Nee, ik heb gemiddeld een paar of tien per seizoen nodig.’’


www.destentor.nl dinsdag 1 september 2009

6 | amateurvoetbal

AP-D06

De bescheidenheid voorbij Vaassense zaterdagclub gaat, gesteund door een fikse kwaliteitsinjectie, voor de titel in de derde klasse. door Gert Kramer

V

ios Vaassen redde vorig seizoen op het nippertje het vege lijf. Vaassens enige zaterdagclub behield op de valreep het derdeklasserschap. Werd in de voetbaljaargang 2008/2009 nog vaak angstvallig omlaag gekeken, dit seizoen moet alles anders worden op sportpark De Kouwenaar. Een fikse kwaliteitsinjectie moet ervoor zorgen dat de selectie van trainer Jan de Ruiter zich mengt in de titelstrijd. ,,We moeten gewoon kampioen worden. Voor minder doen we het niet.’’ Diedrik Peppelman zegt het met een stalen gezicht. De 31-jarige middenvelder is één van de vijf nieuwe veldspelers in de Vios-selectie. Nou ja, nieuw... Peppelman is teruggekeerd op het oude nest, evenals aanvaller Tijmen Eggink (26). Beiden deden bij SDC Putten hoofdklasse-ervaring op en maakten Wesley Gerritsen (23) warm om tevens Putten in te ruilen voor Vaassen. Voorts kwam aanvaller Erik Koldenhof (26) van CSV Apeldoorn en de talentvolle, 18-jarige verdediger Marciano Leuwol van hoofdklasser Jodan Boys uit Gouda. De vijf zetten zich op de dag van het oefenduel met Vitesse - begin juli - aan één van de vele picknicktafels op het Vios-complex. Opvallend: Peppelman, Eggink en Gerritsen hebben hun voetbalspullen opgeborgen in een sporttas van SDC Putten. ,,We moeten nog even wachten op een nieuwe tas’’, verklaart Peppelman. Het gesprek komt al snel op de prima randvoorwaarden die Vios in de loop der jaren heeft gecreëerd. ,,Dit is het mooiste sportpark van Vaassen’’, oordeelt Gerritsen. ,,De doucheruimtes hebben een verwarmd vloertje en de velden liggen er schitterend bij. Deze accommodatie is tenminste eerste-klassewaardig.’’ Gerritsen koos heel bewust voor een stapje terug. ,,Ik word in september voor de eerste keer vader en wil in elk geval gedurende een jaar genoeg tijd hebben voor

De vijf aanwinsten van zaterdag-derdeklasser Vios Vaassen (vlnr): Erik Koldenhof, Tijmen Eggink, Wesley Gerritsen, Diedrik Peppelman en Marciano Leuwol. foto Hans van de Vlekkert het gezin. Bij Putten zou ik meer verplichtingen hebben dan hier. De mensen van Vios vinden het niet erg als ik in september een paar trainingen oversla.’’ Peppelman en Eggink maakten Gerritsen enthousiast voor Vios. De twee getogen Vios-voetballers keerden terug op het oude nest omdat ze in Putten geen basisplaats hadden. Eggink: ,,Klopt, ik offer hoofdklassevoetbal op. Maar daar staat tegenover dat ik in Vaassen wekelijks speel. Dat is me wel wat waard.’’ Peppelman denkt er precies hetzelfde over. ,,Maar toen we in maart ons jawoord gaven aan Vios, wilden we wel de garantie hebben dat er meer versterkingen zouden komen. Nou, daar is de club prima in geslaagd.’’ Koldenhof was bij CSV Apeldoorn niet verzekerd van een basisplaats. Daarnaast hield hij geen goed gevoel over aan een ge-

sprek met de nieuwe trainer Bram van Aken. ,,Toen was voor mij de keuze niet moeilijk. Ik werd daarin nog gesterkt door de komst van al die andere nieuwe jongens. We hebben een sterke selectie, die gewoon bovenin moet meedraaien. Vios is voor het komende seizoen terecht erg ambitieus.’’ In het brandende verlangen om naar de tweede klasse te promoveren werd op 31 mei - de laatste overschrijvingsdag in het amateurvoetbal - Leuwol ingelijfd. De jonge defenseur heeft lange tijd in Vaassen gewoond en speelde in de jeugd van AGOVV, GA Eagles en Vitesse. Leuwol had het in Gouda niet meer naar zijn zin, hoewel hij bij Jodan Boys regelmatig speeltijd kreeg in de hoofdmacht. ,,Ik zat bij Jodan Boys niet lekker in mijn vel, hou het daar maar op. Toen Vios me benaderde en ik

hoorde hoeveel versterkingen ze al hadden gehaald, was ik snel om.’’ Peppelman benadrukt vervolgens dat het kwintet nieuwelingen het niet alleen kan doen. ,,Wij kunnen wel een belangrijke rol gaan spelen. Met onze ervaring kunnen we de andere spelers sturen. Maar zij zullen ook de overtuiging moeten hebben dat we kampioen kunnen worden. Want de titel is het doel. Zo denkt onze trainer er ook over.’’ Koldenhof: ,,Ik heb begrepen dat de spelers van Vios elkaar vorig seizoen amper corrigeerden. Hopelijk kunnen wij daar verandering in brengen.’’ Ergo: de verwachtingen zijn hooggespannen bij Vios. Gerritsen: ,,Maar dat is niet meer dan logisch. Qua organisatie kan Vios al mee in de eerste klasse, denk ik. Nu is het aan ons om dat niveau ook daadwerkelijk te bereiken.’’

Predators knappen af op kunstgras De trainer in Marco Koorman smult van kunstgras. Onder elke weersomstandigheid een strak laken en een ideaal ondergrond voor verzorgd voetbal. Maar de ondernemer in hem fronst zijn wenkbrauwen als er weer een klant met afgescheurd schoeisel zijn winkel binnenstapt. ,,Ik denk dat kunstgras wordt onderschat.” Koorman, franchise-eigenaar van COACH Zwolle, mag gerust een ervaringsexpert worden genoemd. Als ex-jeugdtrainer van FC Zwolle en Be Quick’28 heeft de huidige coach van FC Twente B1 de ontwik-

keling van het kunstgras aan de schoenen ondervonden. Het verschil: „Het veld past zich niet meer aan de schoen aan, maar het schoeisel moet zich aanpassen. In gewoon gras zakt je schoen weg in de aarde, met kunstgras kom je tijdens het afzetten de aarde niet in.” Niet de gewrichten van de voetballer, maar het leer vangt door de wrijving de grootste klappen op. Zolen en neuzen slijten in sneltreinvaart. „Ik heb mensen in de winkel gehad die na twee maanden terugkwamen met een kapotte schoen.” Dat kan natuurlijk niet de bedoeling zijn. De ontwikkeling van het kunstgras zelf mag dan ijlings zijn, de schoenenmarkt holt er niet bepaald achteraan. „De kennis ontbreekt en het aanbod in kunstgrasschoenen is niet groot.” Met de Predator - het paradepaardje van Adidas - om

je voet is het vragen om problemen. Het model bestaat uit drie verschillende onderdelen (hak, voetholte en bovenstuk) en diverse materialen. De stiknaden springen als veren open zodra ze bloot worden gesteld aan kunstgras. „Ik denk dat we terug moeten naar de basis”, pleit Koorman voor een zo eenvoudig mogelijke voetbalschoen. „Waarbij de zool en de de schoen uit één stuk leer bestaan.” De trainer twijfelt er niet aan dat de ontwikkeling van een aparte kunstgrasschoen vroeg of laat op gang gaat komen. Al zal het nog wel even kunnen duren eer er een tastbaar exemplaar op de markt komt. „Er wordt veel getest, maar de profclubs spelen bijna allemaal op normaal gras, dus wordt er weinig aandacht aan de kunstgrasschoen besteed.”


dinsdag 1 september 2009 www.destentor.nl

amateurvoetbal | 7

AP-D06R

Pereboom valt terug op zijn eerste liefde Terug op het oude nest. Na acht jaar speelt Niels Pereboom weer in het vertrouwde oranjezwart van Voorwaarts. Bij Vitesse bleek de concurrentie te groot, bij Go Ahead Eagles werd hij weggesaneerd. Nu mag hij het met de promovendus gaan proberen in de eerste klasse. door Stef de Bont

I

k ben weer thuis.” Een voorzichtige glimlach verschijnt op het gezicht van Niels Pereboom als hij het Voorwaarts-logo bij de ingang van het sportcomplex ziet. Ondanks zijn gave gezicht is hij getekend door de harde profwereld. Bankzitter in Arnhem, zonder team in Deventer. Pas achttien lentes jong, maar nu al bezig zijn voetbalgeluk te hervinden. ,,Ik wil weer genieten van het spelletje.” Het verhaal van Niels Pereboom begon als een jongensboek. Als D-speler van Voorwaarts werd de tot op dat moment onopvallende linksbuiten opgemerkt door Vitesse. Het was tegen AGOVV als hij het zich goed kan herinneren. ,,Iemand vroeg aan de trainer wie dat jochie op linksbuiten was. Een week later ontving ik een brief voor een testwedstrijd en voor ik het wist was ik speler van Vitesse”, blikt Pereboom trots terug. ,,Daar liep ik als dorpsjongen tussen al die stadsen. Het was echt een hele leuke ervaring.” Met spelers als Ricky van Wolfswinkel en Alexander Büttner mengde Vitesse zich in de landelijke jeugdtop. Toch leerde de jonge Pereboom in Arnhem ook de harde voetbalwereld kennen. Onder oud-interna-

tional Jan Jongbloed speelde hij als eerstejaars B-speler in een heel seizoen nog geen negentig minuten. Dat waren de eerste scheurtjes in de relatie met Vitesse. ,,Dan moest je uit naar ADO Den Haag en zat je alleen maar op de bank. Ik vroeg me af waar ik het allemaal voor deed. Dat trainen, dat reizen naar Arnhem. Dat seizoen duurde zo verschrikkelijk lang.” Met het oog op het nieuwe seizoen leek het Vitesse beter om uit elkaar te gaan. Pereboom, die inmiddels was omgeschoold tot linksback, zou de concurrentiestrijd gaan verliezen van huidig FC Twente-speler Nicky Kuiper. Nog geen drie dagen nadat Pereboom het slechte nieuws had gehoord, hing Go Ahead Eagles al aan de lijn. Het leek de ideale oplossing. Dichtbij huis, een treetje lager. Hoewel hij een geslaagd eerste seizoen beleefde in Deventer, kreeg hij in zijn tweede seizoen slecht nieuws. De afzender kwam uit Enschede. ,,Op ouderavonden werd de fusie met FC Twente belicht. Al snel werd duidelijk dat het beloftenelftal van Go Ahead zou verdwijnen. We moesten ons best maar doen om bij FC Twente in beeld te komen”, verzucht Pereboom een half jaar na dato nog altijd. ,,De jeugd van FC Twente is al jaren landelijke top. Bij de eerste bijeenkomst wist ik al genoeg; ik was bezig aan mijn laatste seizoen als prof.” Gelukkig bestaat er nog zoiets als jeugdliefde. Toen zijn oude club hem polste, hoefde de inmiddels 18-jarige speler niet lang te dubben. Na één gesprek met Voorwaarts was Pereboom al overtuigd. ,,Ik heb altijd een bijzondere band gehouden. Toen ik bij Vitesse speelde, heb ik wel eens stiekem meegetraind. Bovendien sprak het verhaal van de trainer (Hans van der Hoop, red.) me aan.” Hoewel de stap van het Gelredome en de Adelaarshorst naar sportpak de Laene een grote lijkt, bleek dat in de praktijk heel anders. ,,Het niveau van de trainingen ligt hoger dan bij de jeugd van Go Ahead. Vooral fysiek is het zwaar.” Toch was dat niet de grootste verrassing

Niels Pereboom keerde vanuit de Adelaarshorst terug naar Voorwaarts Twello: ,,Hier is alles tien keer beter geregeld dan bij de Eagles.’’ foto Ronny te Wechel voor Pereboom. In zijn eerste weken keek hij vooral zijn ogen uit waar het gaat om faciliteiten. ,,Hier is alles tien keer beter geregeld dan bij de Eagles. Bij trainingen van Go Ahead moesten we het soms zonder verzorger doen en was de medische ruimte niet meer dan een omgebouwd washokje. Hier hebben we twee kleedkamers. In meerdere opzichten is Voorwaarts veel professioneler.” Die professionaliteit is een gevolg van de

prestaties van de laatste jaren. Als trouwe supporter zag Pereboom zijn club steeds een stapje omhoog gaan, met als voorlopig hoogtepunt de titel van afgelopen seizoen. De nieuweling tempert de verwachtingen voor het eerste seizoen in de eerste klasse. ,,Een eerste jaar in zo’n klasse is nooit eenvoudig. Handhaven moet ons allereerste doel zijn. Het is wel duidelijk dat er veel potentie in dit team zit. Eerst handhaven en dan maar kijken wat er te halen valt.”

Voetbalshirt identiteitsbewijs van club Voetbaltricots zijn doordrenkt met trots en nostalgie. Een identiteitsbewijs voor de supporter. Het bezit dat nog machtiger is dan het clubwapen. Met het clubtenue strak om het lijf staat de voetballer net dat beetje steviger met zijn schoenen in de Hollandse aarde. Zeker diegenen die het voorrecht hebben het klassieke wit met rode diagonale baan van Koninklijke UD te dragen. Alleen de naam al. Onderscheiden door Hare Majesteit en gesticht in

1875, waarmee Utile Dulci (het nuttige met het aangename) de oudste veldsportvereniging van Nederland is. „Samen met het nationale elftal van Peru hebben we dit shirt als enige op de hele wereld”, vertelt voorzitter Anne van der Heyden. „Een uniek exemplaar, het mooiste shirt van Nederland”, durft de preses te stellen. Het is niet eens een vorm van misplaatste arrogantie. Bijkans alles is in anderhalve eeuw veranderd, maar het klassieke shirt van Koninklijke UD is nog gelijk aan zijn oorsprong. Zelfs shirtsponsoren moesten hun wensenpakket aan het historische besef van UD aanpassen. „Er zijn wel eens sponsoren geweest die iets met de rode band wilden doen, maar dat hebben we nooit toegestaan.” Met een marktaandeel van ruim vijftig procent is

Hummel de meest voorname speler op de vaderlandse shirtjesmarkt. Ook de shirtjes van Koninklijke UD en Go Ahead Eagles rollen over de toonbank van het Deventer hoofdkantoor. „Dit jaar hebben we het stadsaangezicht van Deventer op de achterkant van het shirt nagebootst. Uniek in Nederland”, vertelt PR & marketingmanager Martijn Pothoven. Hij merkt dat er door clubs steeds meer met uitshirts wordt geëxperimenteerd. Retro modellen en aparte kleuren zijn in, katoenen shirts zijn definitief verleden tijd. „Nu moeten ze vooral ademend en vochtdoorlatend zijn, zodat het lichaam zo droog mogelijk blijft.” De fabrikant spreekt van kwaliteit, prijs en leverbaarheid, maar voor fans draait het nog altijd om trots en identiteit als ze het voetbalshirt van hun favoriete club over het hoofd trekken.


www.destentor.nl dinsdag 1 september 2009

8 | amateurvoetbal

GA-

Wiltink vindt nieuw podium Epe promoveerde vorig seizoen met overmacht naar de tweede klasse. Eén van de pijlers onder dat succes was middenvelder Dennis Wiltink. Er zit muziek in de Eper ploeg, vindt Wiltink. Maar hij focust zich vooral op zijn zangcarrière. door Gert Kramer

O

oit was het zijn droom om zijn naam te horen uit de monden van duizenden voetbalfans. Nu hoopt hij dat een stadion vol muziekliefhebbers ooit zijn naam zal scanderen. Dennis Wiltink (22) heeft een nieuw podium gevonden. De voetballer van het naar de tweede klasse gepromoveerde Epe werd drie jaar geleden afgedankt door FC Zwolle, maar probeert tegenwoordig een ander talent te verzilveren. Onder de eenvoudige artiestennaam Dennis werkt de in Heerde woonachtige middenvelder/verdediger aan een carrière in de wereld van de Nederlandstalige muziek. Het begon in 2006 allemaal als een geintje. Samen met vrienden een beetje aan karaoke doen in café De Kastelein in Epe. ,,Die hobby is uit de hand gelopen’’, weet Dennis Wiltink nu. ,,M’n vrienden gaven de microfoon steeds vaker aan mij, ze vonden me blijkbaar een goede zanger.’’ De vrijblijvende zangpartijtjes mondden alras uit in een officieel podiumdebuut in De Kastelein. ,,Dat was op 26 november 2006, die datum staat in m’n geheugen gegrift. Ik was strontzenuwachtig.’’ ‘Dennis’ verzorgde destijds het voorprogramma van ‘Mannes’, een band die vooral in het Vechtdalgebied rondom Ommen op enige populariteit kan bogen. Het ging Wiltink goed af. Sindsdien is het crescendo gegaan met Wiltinks zangcarrière. Inmiddels heeft hij in de zomermaanden elk weekeinde wel ergens een optreden. Zo zong hij in augustus bij de voetbalclubs KCVO (tijdens het Toyota Wagenmaker toernooi) en Epe (tijdens het feest ter ere van het 70-jarig bestaan). Wiltinks repertoire bestaat vooralsnog uit covers van onder anderen André

Epe-voetballer Dennis Wiltink wil zich het komende jaar volledig op zijn zangcarrière storten. ,,Eerst werken aan m’n eerste CD en daarna de single promoten.’’ foto Sacha Wunderink Hazes, Nick en Simon, Jeroen van den Boom en Jan Smit. De Heerdenaar zingt vooral veel materiaal van laatstgenoemde. ,,Mijn stem lijkt nogal op die van Jan Smit, dus is het logisch dat ik veel nummers van hem zing.’’ Wiltink mag hopen dat hij het ooit zo ver schopt als de florerende Volendammer. ,,Volgens mij krijgt Jan Smit zo’n 14.000 euro voor drie kwartier optreden. Dat doet hij een paar honderd keer per jaar, dus tel uit je winst. Voorlopig zing ik uit liefde voor de muziek, maar het zou prachtig zijn als ik er m’n brood mee kan verdienen.’’ Het komende jaar wordt belangrijk voor de zanger Dennis. Hij is bezig met het schrijven van eigen nummers. ,,Dat doe ik samen met Rutger Kanis uit Zwolle. Hij heeft ook al materiaal voor De Toppers geschreven. Het is de bedoeling dat ik voor het einde van dit jaar m’n eerste CD’tje uitbreng. Het wordt een single, met een bal-

lad en een feestelijk knalnummer. Ik weet het, het is lastig om met Nederlandstalige muziek door te breken. De markt is behoorlijk verzadigd. Je moet met een fris geluid komen, wil je potten kunnen breken. Maar ik ben positief over de CD.’’ Die CD moet een succes worden, want Wiltink wil ook buiten De Veluwe bekend worden. Daar wil hij graag tijd en energie in steken. Als alles volgens planning verloopt, studeert hij over twee weken af aan de Cruyff University en mag hij zich commercieel sporteconoom noemen. ,,Daarna wil ik me zeker een jaar lang op de muziek storten. Eerst werken aan de CD en daarna de single promoten.’’ Dat laatste wil hij vanaf het voorjaar van 2010 doen middels een Veluwse campingtoer. ,,Op een camping heb ik een groot bereik. Daar komen mensen uit het hele land, die misschien voor positieve mondtot-mondreclame kunnen zorgen. Voorlo-

pig regel ik de promotie en de optredens zelf, ik heb nog geen manager. Maar áls m’n CD een succes wordt en ik meer ga optreden, wordt het wel tijd voor een manager. Dan moet ik gewoon iemand hebben die de zakelijke kant goed regelt.’’ Wiltink geeft eerlijk toe dat zingen voor hem op dit moment belangrijker is dan voetbal. ,,De meeste optredens zijn op vrijdag of zaterdag, maar soms moet ik ook op zondag aan de bak. Dat weet trainer Bert Veldwijk en daar doet hij niet moeilijk over. Ik begon ooit bij Epe met voetballen, daarna volgden zeven jaar FC Zwolle en een jaartje WSV. Ik ben teruggekeerd op het oude nest en de club gaat me aan het hart. Maar zingen staat nu op nummer één. Ik heb de kans gehad om met voetbal m’n brood te verdienen, maar was daar uiteindelijk niet goed genoeg voor. Nu wil ik er alles aan doen om dankzij het zingen iets moois op te bouwen.’’

TKA en Victoria Boys na ruzie en fu Het is elk jaar weer de vraag: hoe verloopt het nieuwe seizoen? In plaats van de glazen bol gebruiken we voor deze ene keer de dikke duim. door Arnoud Heins

September TKA zorgt direct voor opschudding in de Apeldoornse voetbalwereld. De club boycot alle duels met Victoria Boys. Aanleiding is het niet ontvangen van een uitnodiging voor de feestelijke opening van het kunstgrasveld van afgelopen weekeinde.

Wim Tamboer.

foto Archief

Oktober Paniek in Emst. De bestuurders van de plaatselijke VV slaat de schrik om het hart als het eerste elftal na vier wedstrijden bo-

venaan staat met twaalf punten. De club heeft al jaren de ambitie een stabiele vijfdeklasser te worden en promotie past niet in dat plaatje. Voorzitter Arie Post grijpt met succes in. De spelers beloven in ruil voor een maand lang gratis bier en wat overgebleven karbonades van het oefenduel met GA Eagles alle duels in oktober te verliezen. November Bram van Aken stapt zelf op als trainer van hekkensluiter CSV Apeldoorn. Alleskunner Wim Tamboer neemt de honneurs bij de hoofdklasser waar. Ook blijft hij teammanager, secretaris, lid van de sponsorcommissie en inval-grensrechter. Hij posteert good-old Ruud Dijkman onder de lat en prompt wordt er gewonnen.

December Jan(tje) Roossien maakt wederom een opmerkelijke rentree bij Alexandria. In maart viel hij na rust al eens in om twintig minuten en twee treffers later het veld moegestreden te verlaten. In de thuiswedstrijd tegen V en L maakt hij het nog bonter. Tien minuten na rust komt de routinier bij de zesdeklasser in het veld en binnen een kwartier maakt hij een hattrick. Na zijn derde doelpunt is de pijp alweer leeg en verlaat de gedrongen aanvaller het veld. Januari Victoria Boys-secretaris Lea Strik blijkt TKA in augustus wel degelijk geïnviteerd te hebben voor de opening van het kunstgras. Postbode en WSV-trainer Hans uit den Bogaard komt de brief tijdens een


dinsdag 1 september 2009 www.destentor.nl

amateurvoetbal | 9

GA-

Twee titels als ultiem doel Reza Ngarigota is pas 20 jaar, zit boordevol ambities. De speler van WSV ondernam afgelopen zomer diverse - vergeefse pogingen om als prof elders aan de slag te kunnen. door Gert Kramer

R

eza Ngarigota was afgelopen zomer dichtbij een profavontuur bij FC Dac. Iedereen bij de Slowaakse eredivisieclub hoopte dat de Apeldoorner zou blijven, maar Ngarigota (het jongere broertje van WSV-spits Joey) keerde terug naar Nederland. Voorts was de rijzige jongeling nog een aantal dagen op proef bij het Turkse Kasimpasa en wist hij zich in de warme belangstelling van een aantal hoofdklassers. Is Reza Ngarigota - nu al uitgekeken op WSV? ,,Nee hoor, ik heb het er prima naar m’n zin. Maar ik ben nog jong en wil nog steeds slagen als profvoetballer.’’ Ngarigota doorliep de opleiding van FC Zwolle en was een tijdje actief bij AGOVV Apeldoorn. Hij heeft geroken aan het betaalde voetbal en die geur beviel hem wel. Maar zijn brood verdienen als prof mag niet ten koste gaan van alles. Zo vond Ngarigota het bij FC Dac maar ‘een barre boel’. De middenvelder, die ook als centrumverdediger uit de voeten kan, was in juli anderhalve week op stage bij de Slowaakse eredivisieclub. ,,Ik moet zeggen dat het daar tijdens trainingen en wedstrijden hartstikke lekker ging. Iedereen was ook tevreden over mij. Ze wilden dat ik bleef. Maar ik wist na een week al dat het een eenmalig avontuur zou zijn. Een paar spelers spraken redelijk Frans en van hen hoorde ik dat sommige spelers al zeven maanden zaten te wachten op hun salaris. Ik wil graag een keer in het buitenland voetballen, maar niet ten koste van alles. Ik doe een studie SCW (sociaal cultureel werk, red.)

en kan misschien later dit jaar een leuke baan krijgen. Dat wil ik wel opgeven voor een profclub, maar die moet dan wel goed in elkaar steken.’’ Ook een verblijf in Turkije leverde Ngarigota geen profcontract op. Hij trainde vier dagen mee met het naar de hoogste voetbalklasse gepromoveerde Kasimpasa. Een ambitieuze club, zo merkte Ngarigota al snel. Hij spreekt weliswaar geen Turks, maar hoorde met behulp van speler en tolk Ugur Yildirim - geboren Apeldoorner en oud-voetballer van onder andere GA Eagles - dat Kasimpasa een blijvertje wil worden in de Turkse eredivisie. ,,De club had al twee Brazilianen en twee Denen aangetrokken en toen ik er op stage was, werd Nourdin Boukhari gecontracteerd. Het Turkse voetbal kent een strenge buitenlander-regeling, dus ik wist dat ik weinig kans had op een contract. Want Boukhari is wel even van een andere orde dan Reza Ngarigota...’’ Eenmaal terug in Nederland toonden een zaterdag- en zondaghoofdklasser belangstelling. ,,Het heeft geen zin om de namen van die clubs te noemen, want hun belangstelling werd nooit concreet.’’ Wél wil Ngarigota nog kwijt dat hij vóór zijn trip naar Slowakije bijna rond was met zaterdaghoofdklasser Go Ahead Kampen. ,,Maar ik heb nog geen rijbewijs en zou dan vaak op en neer moeten met de trein. En financieel kwamen we er ook niet uit.’’ Dus meldde Ngarigota zich gewoon weer bij WSV. Met frisse moed, benadrukt hij. ,,Je moet mijn stages in Slowakije en Turkije niet zien als een vluchtpoging. Ik vind WSV een mooie club. Maar ik ben nog jong en denk dat ik het profvoetbal aankan. Ik ben nog erg ambitieus.’’ Ngarigota en WSV spelen dit seizoen in de eerste klasse. Hij kan er nog niet over uit dat de Apeldoornse club vorig seizoen uit de hoofdklasse kukelde. ,,We hadden echt de kwaliteit om bij de eerste vijf te eindigen. Waarom het mis ging? We zijn een paar keer genaaid door de arbitrage, maar daar mogen we de degradatie niet aan ophangen. Ik vind dat we ons te vaak aanpasten aan de tegenstander en op de beslissende momenten teveel fouten maakten. We verloren de laatste zes wedstrijden en dan

Reza Ngarigota vertoont zijn kunsten komend seizoen ‘gewoon’ in WSV-shirt. ,,Je moet mijn stages niet zien als een vluchtpoging. Ik vind WSV een mooie club.’’ foto Kevin Hagens is het je eigen schuld als je degradeert. Maar dit seizoen zie ik vol vertrouwen tegemoet. WSV is in de breedte sterker geworden en moet gewoon gaan voor het kampioenschap. Miquel Huigen is teruggekeerd. Hij zorgt voor routine en is ook nog eens een aanjager die vanaf het middenveld regelmatig scoort. Met Miquel, m’n broer Joey en Boy Nuesink hebben we een sterke as.’’ De jongste Ngarigota wordt één van de twee controlerende middenvelders voor de WSV-defensie. In de zaal - bij de Vaassense eredivisionist FC Sedap - speelt hij op een totaal andere positie: diepe spits. ,,Dat gaat me uitstekend af. Ik maakte vorig seizoen 39 competitiegoals en eindigde

daarmee in de top van het topscorersklassement.’’ Sedap miste op een haar na promotie naar de Topdivisie. Dat moet worden rechtgezet, vindt Ngarigota. ,,Ook in de zaal mik ik op een kampioenschap. We hadden al een sterke ploeg en daar is Anouk Roest (dit seizoen assistent-trainer bij WSV en een erkend futsal-topper, red.) nog eens bijgekomen. Bovendien traint m’n broer Joey bij ons mee. Hij heeft nog geen club in de zaal en gaat misschien wel voor Sedap spelen. Als Joey er bijkomt, hebben we helemaal een grote kans op de titel. Ik wil dit jaar twee feestjes vieren, zowel op het veld als in de zaal. En dat profavontuur? Dat komt heus nog wel een keer...’’

usie samen verder als FC Orderbos grondige opruimbeurt in zijn fietstas tegen en overhandigt het epistel alsnog. De clubs verzoenen zich en besluiten zelfs te gaan fuseren. Ze gaan het nieuwe seizoen verder als FC Orderbos. De KNVB veegt een protest van SV Orderbos van tafel. Februari De Grolsch Apeldoorn Beugel Cup is ter ziele. Het toernooischema ligt door een aanhoudende vriesperiode en onwelwillendheid van de deelnemende clubs zover in de war, dat doorgaan geen zin meer heeft. Het Apeldoornse trainersgilde ontvangt het nieuws met gejuich. Maart WSV wordt in het derde weekend van maart al kampioen van de eerste klasse. De

Apeldoorners winnen de uitwedstrijd bij Vaassen diep in blessuretijd met 0-1. Matchwinnaar is de na langdurig blessureleed teruggekeerde Koen de Brouwer, die tijdens het juichen echter opnieuw gekwetst raakt. De in extreme extase verkerende middenvelder loopt tegen een doelpaal. Het fuifnummer moet het titelfeest door een hersenschudding laten schieten. April Albatross-trainer Jeroen Burghout moet op zoek naar een nieuwe aanvoerder. Berry de Wilde, al jaren drager van de band, wordt tijdens de traditionele playbackshow in de Ugchelse kantine gescout door de toevallig aanwezige talentenjager Henkjan Smits. Hij biedt de zingende visboer na diens wervelende vertolking van het num-

mer ‘Welkom in de Hel van Ugchelen’ een niet te weigeren platencontract aan. Mei Ronald Dekker, die zijn contract als trainer van Vaassen in de winterstop met een jaar heeft verlengd, kent net als een jaar eerder de grootste moeite om zijn selectie rond te krijgen. Zijn traditionele belronde levert hem behalve een immense telefoonrekening vlak voor het verstrijken van de overschrijvingstermijn toch nog iets op. Coen Westerveld en Bertwin Bos komen over van de Hoenderlose zesdeklasser Beatrix. Wim Tamboer haalt een huzarenstukje uit en promoveert met CSV Apeldoorn naar de Topklasse. Als beloning volgt hij de naar Willem II vertrekkende John van den Brom op bij AGOVV Apeldoorn.

Koen de Brouwer.

foto Archief


www.destentor.nl dinsdag 1 september 2009

10 | amateurvoetbal

AP-D10

Duidelijkheid boven alles Vijfdeklasser SV Orderbos naarstig op zoek naar eerherstel na seizoenen van sportieve tegenslag. door Christiaan Buitenhuis

O

nze accommodatie is van het niveau Hilton, terwijl de prestaties op het veld de laatste jaren te vergelijken zijn met het niveau van een budgethotel.’’ Het zijn stevige woorden van Gerard Kool, de man die nu tien maanden voorzitter is van zondagvijfdeklasser Orderbos. De vergelijking is verre van onjuist. Het sportpark van de Omnivereniging ligt er uitstekend bij. De opstallen zijn de laatste jaren flink onderhanden genomen en het trainingsveld op het oude terrein van OBV is een mondain oord. ,,AC Milan heeft dan misschien Milanello, hier hoor ik steeds vaker dat wij Ordanello hebben’’, aldus hoofdtrainer Rob Wegerif, die deze zomer de taken overnam van Roberto Tuinstra. Het klinkt allemaal te mooi om waar te zijn. Op sportief gebied en qua clubgevoel was de laatste jaren echter een ander beeld op te tekenen. Het ledenbestand liep terug, Apeldoornse voetballiefhebbers wisten de club evenmin te vinden en de prestaties van het eerste elftal waren ronduit slecht. In 2007 kwam het vlaggenschip van de vereniging nog uit in de derde klasse, maar in het seizoen 2009/2010 speelt de hoofdmacht voor het tweede seizoen op een rij in de vijfde klasse. Het trotse Orderbos dreigde de afgelopen periode af te glijden naar een erbarmelijke status. Sinds oktober 2008 werd met Kool aan het roer een nieuw hoofdbestuur geformeerd. Acht echte ‘Orderbossers’ moesten de club weer terug op de kaart krijgen. De voortekenen zijn sindsdien goed. Sportief lijkt het diepste dal te zijn gepasseerd. Het eerste elftal dwong na de winterstop van het vorige seizoen zelfs een plekje af in de nacompetitie, waar het uiteindelijk net tekort kwam. Voor de competitie die komende week van start gaat, zijn de verwachtingen nu hoog gespannen. ,,Een prijsje is het minimale waar we voor gaan’’, meent Wegerif, die in het verleden werkzaam was voor Columbia en de afgelopen drie seizoe-

Gerard Kool, Henny van Amersvoort en Rob Wegerif (vlnr). ,,Een prijsje is het minimale waar we voor gaan’’ nen de scepter zwaaide bij de selectie van de zaterdagafdeling van Wilp. Met ‘een prijsje’ doelt de Apeldoornse oefenmeester op een periodetitel, maar stiekem wordt bij Orderbos op veel meer dan dat gehoopt. ,,Zoals deze groep er nu voor staat, moeten we overal voor mee gaan doen.’’ De 48-jaruge Wegerif is ambitieus en gedisciplineerd en een dergelijke persoon paste precies in het beleidsplaatje dat bestuurslid voetbalzaken Henny van Amersvoort voor ogen had toen hij afgelopen najaar de gesprekken met mogelijke nieuwe trainers startte. Het aanscherpen van onderlinge afspraken en het creëren van duidelijkheid was door de hele vereniging een vereiste, niet in de laatste plaats bij de selectie. ,,Ik heb behoorlijk wat gesprekken gevoerd met trainers, maar steeds kwam ik terug met Rob. Ook de spelersraad was enthousiast. Hij past bij de club’’, meent Van Amersvoort.

,,Het wordt tijd dat we met deze selectie weer heel goed naar de toekomst gaan kijken’’, aldus Wegerif. ,,Deze club moet terug naar de kenmerkende sfeer uit het verleden. Wij moeten op ons eigen sportpark weer de dienst gaan uitmaken. Daarbij moet het voor de spelers een eer zijn om voor het eerste elftal van Orderbos te mogen spelen. Het mag geen vanzelfsprekendheid meer zijn.’’ Van Amersvoort: ,,Als het wat minder gaat binnen de vereniging ebt het clubgevoel wat weg, vervagen de normen en waarden. Je slaat eens een training over, je komt te laat voor een kantinedienst. Dat sluimert er langzaam in bij de gehele vereniging. Dus is het belangrijk dat je duidelijkheid creëert, regels stelt en laat zien hoe je het wilt hebben. Het gaat om afspraken nakomen. En kun je dat niet opbrengen, dan ga je maar wat anders doen.’’ ,,Als bestuur hebben we sinds oktober

foto Maarten Sprangh

naar veel Orderbossers geluisterd. Wat vinden zij dat goed is voor de club? En wat we allemaal gehoord hebben, proberen we om te zetten in daden’’, spreekt Kool ferm. Enkele van die gespreksonderwerpen zijn al in de praktijk gebracht. ,,Het was te zot voor woorden, maar het kwam voor dat uitgedeelde boetes niet werden geïnd. Van de F-pupillen tot het eerste elftal. Daardoor gaf je ruimte om het wat minder nauw te nemen met de discipline. We zijn strenger geworden, dat is waar. Als je een kwartaal je contributie niet betaalt, nemen we het spelerspasje in en kun je niet voetballen. Het zijn een paar voorbeelden, maar het helpt wel om de club met elkaar naar een hoger plan te krijgen. Duidelijkheid is zó belangrijk.’’ ,,Ik proef nu weer het gevoel dat we met zijn allen bezig zijn de club naar een hoger plan te tillen’’, geniet Van Amersvoort. ,,Er waait hier een frisse wind.’’

Hip ondergoed sieraad voor het lichaam Zoals Gertjan Verbeek vorig seizoen bij Feyenoord werd weggehoond om zijn moderne, en daarom afwijkende trainingsideeën, zo kregen de fabrikanten van sportkleding de voetballer met geen mogelijkheid uit zijn katoenen ondergoed. ,,Maar ze beginnen aan het idee te wennen’’, weten ze bij de sportsmegastores van Telstar. ,,Het begint bij een icoon, bij een speler van Oranje die zijn shirt uittrekt. Voetballers kennen namen in onderkleding als Odlo en Craft niet. Het verandert nu Nike en Adidas

gasgeven’’, zegt Marc Schraverus. Op de afdeling inkoop van de enorme sport- en modewinkels in Deventer, Harderwijk en in het stadion van FC Zwolle ziet hij de voetballer steeds vaker nadenken bij wat voor de hardloper en de wielrenner al jaren heel normaal is. ,,Voetballers dragen nog vaak katoenen t-shirts, maar dat is uit den boze. Het houdt vocht vast, het lichaam koelt af. Voetbal is de laatste vijf jaar een andere fysieke sport geworden, ook door het kunstgras. Sneller, maar ook harder. Spieren krijgen meer op hun duvel.’’ Vandaar ook de toenemende vraag naar slidingbroeken. ,,Voetballers zijn bezig aan een inhaalslag.’’ Telstar speelt daar op in door ook de producten van McDavid aan te bieden. Het merk dat zich vooral op sportmedische bescherming richt, bedacht een broek met pads die extra bescherming bieden. ,,En het houdt de spieren op hun plek. Het is ideaal voor keepers én spelers’’, zegt Schraverus.

Belangrijk is te weten dat de slidingbroek niet bepaald een modeartikel is. Volgens de spelregels van de KNVB dient het altijd van dezelfde kleur te zijn als de voetbalbroek erboven, en is het niet langer dan kniehoogte. De speler die zich op een andere manier denkt te moeten onderscheiden dan op zijn voetbaltechnische kwaliteiten is de bond trouwens al jaren een doorn in het oog. Met de huidige regels van de voetbalbond is het type ‘Winston Bogarde’ in ieder geval in theorie simpel van de velden te weren. Gelukkig maar. Een speler mag niets dragen dat gevaarlijk is voor hem of een andere speler. Daarom zijn álle sieraden verboden. ‘Dus geen halskettingen, ringen, armbanden, oorbellen, leren bandjes, rubber bandjes’, verduidelijkt de bond. Ook het afplakken van de sieraden is trouwens niet toegestaan. Blijft over de roze voetbalschoen, de oversized tattoo. En nu ook het ondergoed.


dinsdag 1 september 2009 www.destentor.nl

amateurvoetbal | 11

AP-D10R

Nestor als stand-in voor ‘oldie’ Eerbekenaar Jeroen Gerritsen knoopt er tenminste nog een jaartje aan vast. De reeds 40-jarige nestor van de regionale amateurkeepers fungeert dit seizoen bij zondageersteklasser Vaassen als stand-in voor de ook al op leeftijd geraakte, want 36-jarige, Benno Voorhorst. door Gert Kramer

H

oe ouder hoe beter? ,,In het geval van keepers vaak wel’’, meent Jeroen Gerritsen. Hij voelt zich nog steeds topfit, ondanks een uitpuilende bagage van 22 jaar keeperswerk in standaard-elftallen. ,,Kwestie van jezelf goed verzorgen en op tijd naar bed gaan. Ik heb altijd geleefd voor m’n sport en daar pluk ik nu de vruchten van.’’ Ook is het een pre dat Gerritsen zijn geld verdient als gymnastiekleraar van moeilijk opvoedbare kinderen. ,,Ik ben vrijwel dagelijks met sport bezig, dat houdt je in vorm. Een mooie baan, al bots ik nog wel eens op m’n werk. Ik ben iemand van de oude stempel. Vroeger waren lastige kinderen vervelende ettertjes. Nu wordt er meteen een wetenschappelijk etiket als ‘adhd’ opgeplakt en wordt er vervolgens een ingewikkeld traject bewandeld... Dat irriteert me wel eens.’’ Gerritsens keeperscarrière kent tot dusverre een merkwaardig verloop. In 1993 verloor hij bij FC Zwolle de concurrentiestrijd van Henk Timmer. ,,M’n laatste wedstrijd was tegen Den Haag. Daarna is Henk niet meer uit de goal geweest bij Zwolle. We scheelden niet veel qua niveau, maar de toenmalige trainer Ben Hendriks koos voor Henk. Achteraf gezien is het natuurlijk geen schande geweest om de strijd van hem te verliezen. Henk heeft een mooie carrière gehad...’’ Twaalf jaar later maakte Gerritsen bij AGOVV Apeldoorn een comeback in het profvoetbal. De toenmalige eerste goalie Raimond van der Gouw raakte geblesseerd en Gerritsen stond op Het Kasteel onder de lat tegen Sparta. ,,We verloren met 3-1, maar ik keepte best aardig.’’ Oh, hij heeft best kansen gehad om elders als profkeeper aan de slag te gaan. ,,Het

De 40-jarige keeper Jeroen Gerritsen lijkt niet kapot te krijgen. ,,Ik heb altijd geleefd voor m’n sport en daar pluk ik nu de vruchten van.’’ foto Cees Baars Schotse Motherwell wilde me een keer hebben, maar ik moest heel snel beslissen. Té snel, vond ik. En MVV had op een bepaald moment belangstelling, maar ook dat ketste af.’’ En zo heeft Gerritsen vooral zijn veste met hand en tand verdedigd bij clubs uit de top der amateurs. Rheden bijvoorbeeld, toen die club onder trainer Jan van Eijk furore maakte. Of Spakenburg. ,,Bij Spakenburg ging toen het gerucht dat Dennis Bergkamp er zou gaan afbouwen. Zijn vrouw komt uit Spakenburg, dus de link was snel gelegd. Helaas is het er nooit van gekomen. Ik had graag een jaartje met

Dennis samengespeeld...’’ AGOVV heeft veelvuldig gebruikgemaakt van Gerritsens diensten. Hij was jarenlang keeper bij de amateurs en tot en met vorig seizoen maakte hij deel uit van de Apeldoornse beloftenploeg. Toen dat gezelschap werd opgeheven, leek Gerritsens loopbaan ten einde. Tot het moment dat Ronald Dekker belde. De Vaassen-trainer zat met de handen in het haar na het vertrek van doelman John van de Vosse, die terugkeerde naar Epe om daar met vrienden in een lager elftal te gaan spelen. Dekker kende Gerritsen nog van zijn AG-

OVV-periode en polste de doelwacht, die prompt toehapte. Bij Vaassen neemt Gerritsen genoegen met een plekje in de schaduw. Hij komt alleen in actie wanneer eerste keus Benno Voorhorst - met 36 jaar ook al een gerijpte keeper - iets overkomt. Is het niet schrijnend dat twee ‘oldies’ bij Vaassen keeper zijn? ,,Het zegt wel wat natuurlijk. Blijkbaar zijn er bij Vaassen geen jonge keepers die het eerste-klasseniveau aankunnen. Nou moet ik wel zeggen dat jonge keepers het - vooral in het profvoetbal - tegenwoordig een stuk moeilijker hebben dan in mijn jonge jaren. Ze krijgen amper de tijd om zich te ontwikkelen. Eén foutje en ze staan er naast. Er staan tegenwoordig zóveel camera’s om het veld, dat elke misser genadeloos wordt blootgelegd. En dan ook nog vanuit tenminste vier verschillende hoeken. Een keeper heeft vertrouwen nodig, dus veel speeltijd. Krijgt-ie niet veel tijd, dan heb je een probleem. Kijk maar naar Ajax vorig seizoen. Vermeer en Stekelenburg hebben elkaar als het ware kapot geconcurreerd.’’ Gerritsen moet erkennen dat de (internationale) top van het keepersgilde voor een belangrijk deel wordt bevolkt generatiegenoten. ,,Van der Sar is onomstreden bij Manchester United, Jens Lehmann is nog steeds top bij VfB Stuttgart, David James staat in de Engelse ploeg en Rob van Dijk doet het uitstekend bij Feyenoord. Hoe ouder, hoe beter, hè. Oude keepers hebben zóveel ervaring dat ze in staat zijn elke wedstrijd constant te presteren. We hebben een stevige, degelijke basis.’’ Gerritsen heeft Lehmann in Gelsenkirchen vaak ‘live’ aan het werk gezien. De Eerbekenaar is een hartstochtelijk Schalke 04-fan en zag in het verleden veel wedstrijden van de Duitse volksclub. ,,Lehmann heeft me altijd bekoord als keeper. Hij keepte heel on-Duits: ver voor zijn goal, goed meevoetballend. Een beetje van de Nederlandse school. Toen Schalke verhuisde naar het nieuwe stadion, ging ik er niet meer naartoe. Het werd een stuk ingewikkelder om aan kaartjes te komen. Vroeger kocht ik aan het loket een kaartje van negen mark voor de Südkurve. Nu moet je internet op en maar hopen dat er nog tickets zijn. ’’ Van Lehmann heeft Gerritsen geen relikwie. Wél is hij in het bezit van een shirt van Van der Sar (een souvenir van het oefenduel AGOVV-Oranje in het jaar 2000) en een paar handschoenen van de gewezen Duitse topgoalie Oliver Kahn. ,,Dat soort mooie dingen koester ik.’’

Voetbalsters Elspeet van niets tot titelkandidaat door Eric Mondeel

In den beginne was er niets. De vrouwen van Elspeet wierpen de bal onderhands in, alsof zij aan het kegelen waren. Het spelonderdeel waarin zij zich het meest konden bekwamen, was de aftrap. De teller van het aantal tegendoelpunten stokte niet zelden pas boven de twintig. Twee jaar later is Elspeet ineens titelkandidaat nummer één. Een succesverhaal dankzij het doorzettingsvermogen in een klein dorp. Zoals bij veel verwekkingen gebeurt, werd ook de wedergeboorte van het vrouwenvoetbal in Elspeet op een feest ingeleid. Dat ging twee jaar geleden voortvarend in zijn werk. Enkele dames wierpen hun charmes in de strijd en regelden nog dezelfde avond een sponsor, een trainer en een lei-

der. Unaniem werd besloten om zich meteen in het competitievoetbal te storten. Aan trainer Fernand Dijkgraaf de taak om de nieuwe lichting het spelletje te leren. „Enkele dames hadden ervaring, maar de meesten hadden nog nooit gevoetbald”, zegt de nu 24-jarige oefenmeester. „Ik heb ze meteen gewaarschuwd dat ze vaak zouden verliezen. Nou dat deden ze, met grote cijfers. Maar ze hielden de moed er al die tijd in. Vaak met een flinke dosis humor. Zelfs als ze met 11-0 achter stonden, pepten ze elkaar op. ‘Het worden er niet meer dan vijftien’, zeiden ze dan. Ze bleven knokken tot het laatste fluitsignaal.” Dijkgraaf voedde de speelsters voortdurend met uitleg tijdens partijspelletjes, hij gaf ze conditie- en krachttraining. Hij verzorgde in het clubhuis een bijeenkomst

met beamer, teneinde hen de fijne kneepjes van de spelregels bij te brengen. Al deze investeringen bleven niet zonder gevolgen. Na de winterstop verloren ze nog met ‘slechts’ 9-1 van een opponent, van wie eerder met 20-0 was verloren. Dan werd dat ene doelpunt gevierd als een titel. De eerste grote beloning voor teamgeest en doorzettingsvermogen volgde op 8 maart 2008. Na veertien duels, waarin de vrouwen van Elspeet 233 tegentreffers hadden geïncasseerd, veroverden zij hun eerste punt. „We speelden in en tegen Wapenveld en stonden met 3-2 achter. Sandra Huisman liep toen bij een botsing met een tegenstander een hersenschudding op. Zij is op een brancard naar de kantine afgevoerd. De tegenstander dacht al dat wij ermee wilden stoppen, want er waren nog

maar drie minuten te gaan, maar wij zijn doorgegaan. En uiteindelijk is het ons nog gelukt om gelijk te maken: 3-3.” Een nog belangrijker dag in de annalen van het vrouwenvoetbal in Elspeet was 27 september 2008. „Ik was die dag met de A-junioren op pad, maar zag op een gegeven ogenblik het aantal oproepen op zijn mobiele telefoon de pan uitrijzen. „Allemaal gejubel vanuit de kleedkamer. De dames hadden de uitwedstrijd tegen Stroe met 1-0 gewonnen.” De vrouwen van Elspeet hebben komend jaar grote kans om kampioen te worden. Oud-international Sanne Pluim heeft besloten om de gelederen te versterken. „Veel mensen in Elspeet begrijpen niet waarom ze van de eredivisie afdaalt naar de vierde klasse. Maar voor ons is het mooi.”


dinsdag 1 september 2009 www.destentor.nl

amateurvoetbal | 13

AP-D12R

Jong, maar door wol geverfd Bram van Aken volgt bij CSV Apeldoorn Peter Wesselink op als trainer/coach. Hij valt met de neus in de boter, want de ploeg promoveerde afgelopen seizoen naar de hoofdklasse. ,,Eerst maar eens hanhaven, daarna zien we wel verder.’’ door Gert Kramer

I

n de persoon van Bram van Aken strikte CSV Apeldoorn een relatief onbekende als opvolger van de naar SVZW vertrokken trainer Peter Wesselink. Van Aken was - als speler en trainer - voorheen actief bij zondagclubs in de regio Arnhem/Nijmegen. De Arnhemmer kijkt reikhalzend uit naar het avontuur bij het zaterdagvoetbalbolwerk van Apeldoorn en omstreken. ,,Toen ik vroeger wel eens in het Orderbos kwam, dacht ik: hier wil ik ooit eens werken.’’ ,,Wat is jong?’’ De 39-jarige Bram van Aken stelt de wedervraag met grote nadruk. Hij wil er maar mee zeggen dat leeftijd niet alles zegt. ,,Ik train al acht jaar seniorenelftallen. Het ‘trainer-zijn’ heeft er altijd al ingezeten bij mij.’’ Als speler van Eldenia was Van Aken immer verbaal aanwezig. Daar droeg de toenmalige libero/verdedigende middenvelder ook de aanvoerdersband. ,,Ik heb bij Eldenia dertien jaar in het eerste gevoetbald. Er was wel regelmatig belangstelling van andere clubs. Zo wilde Vitesse me ooit hebben toen ik nog in de jeugd speelde. Maar het clubgevoel gaf steeds de doorslag. Ik heb me altijd thuisgevoeld bij Eldenia.’’ Ook bij CSV Apeldoorn voelt Van Aken zich - nu al - senang. Daar heeft hij zelf ook veel moeite voor gedaan. Nadat hij medio december vorig jaar een akkoord bereikte met de club, heeft hij zijn gezicht zoveel mogelijk laten zien bij de rood-gelen. ,,Ik heb sindsdien op twee duels na alle wedstrijden bezocht. Ook de oefenwedstrijden. Daarnaast heb ik veel met mensen binnen de club gepraat. Uit alle geledingen. Ik wil goed voorbereid zijn als ik ergens aan de slag ga. Wil de club kennen.’’ Vroeger kwam Van Aken wel eens als trai-

Bram van Aken: ,,Toen ik vroeger wel eens in het Orderbos kwam, dacht ik: hier wil ik ooit eens werken.’’ ner van de tegenpartij - bijvoorbeeld Jonge Kracht uit Nijmegen - naar het Orderbos. ,,Dan dacht ik meteen: hier wil ik ooit nog eens werken. CSV Apeldoorn ademt gewoon sfeer en ambitie. Neem alleen al de Balkonside. Uniek. Of de speciale presentatiekrant voor dit seizoen. Die ziet er professioneel en gelikt uit. Qua sponsoring heeft de club haar zaakjes prima voor elkaar. Wout van Zoeren van de Stichting (sponsoring en promotion, red.) levert uitstekend werk af. Ook het technische beleid spreekt me aan. De club weet precies wat zij wil en is erin geslaagd alle belangrijke spelers te behouden. Daar heb ik trouwens ook nog een bescheiden rolletje in gespeeld.’’ Basiskrachten als centrumverdediger Peter de Waal en spits Mark Fennebeumer speelden zich vorig seizoen nadrukkelijk in de kijker en waren gewild bij diverse tophoofdklassers. Van Aken: ,,Ik heb een paar

keer op ze ingepraat en dat heeft er blijkbaar mede toe bijgedragen dat ze zijn gebleven.’’ Van Aken is bij CSV Apeldoorn toe aan zijn eerste ‘zaterdagklus’. ,,Zaterdagvoetbal leeft veel meer dan zondagvoetbal. Ik ken mijn voorganger Peter Wesselink vanuit het voetbalwereldje. Toen ik van hem hoorde dat hij zou vertrekken bij CSV Apeldoorn, heb ik meteen gesolliciteerd. Dat de ploeg naar de hoofdklasse promoveerde, is een prachtige bonus. Trainen in de hoofdklasse, dat is wat ik uiteindelijk altijd heb gewild. Ik begon bij De Bataven als assistent van Frans Koenen (oud-speler van NEC, red.), toen proefde ik voor het eerst van hoofdklasse-voetbal. Dat smaakte naar meer.’’

Boys - Go Ahead K., Staphorst - Be Quick‘28, Flevo Boys Nunspeet. 14 november: SC Genemuiden - HHC, ACV - Berkum, PKC‘83 - Excelsior‘31, Go Ahead K. - CSV Apeldoorn, Be Quick‘28 - Harkemase Boys, Nunspeet - Staphorst, WHC Flevo Boys. 28 november: SC Genemuiden - WHC, HHC - ACV, Berkum - PKC‘83, Excelsior ‘31 - Go Ahead K., CSV Apeldoorn - Be Quick‘28, Harkemase Boys - Nunspeet, Staphorst - Flevo Boys. 5 december: ACV - SC Genemuiden, PKC‘83 - HHC, Go Ahead - Berkum, Be Quick‘28 - Excelsior‘31, Nunspeet CSV Apeldoorn, Flevo Boys - Hark. Boys, Staphorst - WHC. 12 december: WHC - ACV, Genemuiden - PKC‘83, HHC Go Ahead, Berkum - Be Quick‘28, Excelsior‘31 - Nunspeet, CSV Apeldoorn - Flevo Boys, Hark. Boys- Staphorst.

DERDE PERIODE

Via Jonge Kracht en DVV (Duiven) belandde Van Aken bij CSV Apeldoorn. Verwacht daar geen trainer die alles tot in de

foto Maarten Sprangh

kleinste details gaat behandelen. ,,Het belangrijkste is om een hechte groep te smeden. Teambuilding is meer dan de helft van het werk. Daarbij is het belangrijk om de reserves gemotiveerd te houden. Dat is vaak niet eenvoudig, maar ik denk dat ik dat kunstje wel beheers. Klopt, voetballers zijn tegenwoordig een stuk mondiger. Maar dat vind ik juist goed. Ik wil dat spelers nadenken over het spelletje, erover praten en hun eerlijke mening geven. Ze moeten niet alles zomaar klakkeloos accepteren.’’ Volgend jaar wordt de Topklasse ingevoerd. Kunnen we CSV Apeldoorn dan al op dat niveau verwachten? ,,Nee, dan zeker nog niet. De groep is jong, heeft kwaliteit en de rek is er nog lang niet uit. Maar het is niet realistisch om te verwachten dat we bij de eerste vier eindigen. Eerst maar eens in de hoofdklasse blijven. Daarna zien we wel verder.’’

SPEELSCHEMA HOOFDKLASSE C EERSTE PERIODE 5 september: Harkemase Boys - WHC, Staphorst - CSV Apeldoorn, Flevo Boys - Excelsior‘31, Nunspeet - Berkum, Be Quick - HHC, Go Ahead - Genemuiden, PKC‘83 - ACV. 12 september: CSV Apeldoorn - Hark. Boys, Excelsior‘31 Staphorst, Berkum - Flevo Boys, HHC - Nunspeet, Genemuiden - Be Quick‘28, ACV - Go Ahead K., WHC - PKC‘83. 19 september: CSV Apeldoorn - WHC, Hark. Boys - Excelsior‘31, Staphorst - Berkum, Flevo Boys - HHC, Nunspeet Genemuiden, Be Quick‘28 - ACV, Go Ahead K. - PKC’83. 26 september: Excelsior‘31 - CSV Apeldoorn, Berkum Hark. Boys, HHC - Staphorst, SC Genemuiden - Flevo Boys, ACV - Nunspeet, PKC‘83 - Be Quick‘28, WHC - Go Ahead. 3 oktober: Excelsior‘31 - WHC, CSV Apeldoorn - Berkum, Hark. Boys - HHC, Staphorst - Genemuiden, Flevo Boys ACV, Be Quick’28 - Go Ahead K., Nunspeet - PKC‘83. 10 oktober: Berkum - Excelsior‘31, HHC - CSV Apeldoorn, Genemuiden - Harkemase Boys, ACV - Staphorst, PKC‘83 Flevo Boys, Go Ahead K. - Nunspeet, WHC - Be Quick‘28. 17 oktober: Berkum - WHC, Excelsior‘31 - HHC, CSV Apeldoorn - Genemuiden, Harkemase Boys - ACV, Staphorst - PKC‘83, Flevo Boys - Go Ahead, Nunspeet - Be Quick‘28. 31 oktober: HHC - Berkum, SC Genemuiden - Excelsior‘31, ACV - CSV Apeldoorn, PKC‘83 - Harkemase Boys, Go Ahead K. - Staphorst, Be Quick‘28 - Flevo Boys, WHC Nunspeet. TWEEDE PERIODE 7 november: HHC- WHC, Berkum - SC Genemuiden, Excelsior‘31 - ACV, CSV Apeldoorn - PKC‘83, Harkemase

23 januari: WHC - Harkemase Boys, CSV Apeldoorn - Staphorst, Excelsior‘31 - Flevo Boys, Berkum - Nunspeet, HHC - Be Quick‘28, SC Genemuiden - Go Ahead K., ACV PKC‘83. 30 januari: Harkemase Boys- CSV Apeldoorn, Staphorst Excelsior‘31, Flevo Boys - Berkum, Nunspeet - HHC, Be Quick‘28 - Genemuiden, Go Ahead - ACV, PKC‘83 - WHC. 6 februari: WHC - CSV Apeldoorn, Excelsior‘31 - Harkemase Boys, Berkum - Staphorst, HHC - Flevo Boys, SC Genemuiden - Nunspeet, ACV - Be Quick‘28, PKC‘83 - Go Ahead K. 20 februari: CSV Apeldoorn - Excelsior‘31, Harkemase Boys - Berkum, Staphorst - HHC, Flevo Boys - SC Genemuiden, Nunspeet - ACV, Be Quick‘28 - PKC‘83, Go Ahead K. - WHC.

27 februari: WHC - Excelsior‘31, Berkum - CSV Apeldoorn, HHC - Harkemase Boys, Genemuiden - Staphorst, ACV - Flevo Boys, PKC‘83 - Nunspeet, Go Ahead K. - Be Quick‘28. 6 maart: Excelsior‘31 - Berkum, CSV Apeldoorn - HHC, Harkemase Boys-Genemuiden, Staphorst - ACV, Flevo Boys - PKC‘83, Nunspeet - Go Ahead, Be Quick‘28 - WHC. 13 maart: WHC - Berkum, HHC - Excelsior, Genemuiden CSV Apeldoorn, ACV - Harkemase Boys, PKC‘83 - Staphorst, Go Ahead K. - Flevo Boys, Be Quick‘28- Nunspeet. 27 maart: Berkum - HHC, Excelsior‘31 - Genemuiden, CSV Apeldoorn - ACV, Harkemase Boys - PKC‘83, Staphorst Go Ahead K., Flevo Boys- Be Quick‘28, Nunspeet - WHC. 10 april: WHC - HHC, SC Genemuiden - Berkum, ACV Excelsior‘31, PKC‘83 - CSV Apeldoorn, Go Ahead K. Hark. Boys, Be Quick - Staphorst, Nunspeet - Flevo Boys. 17 april: HHC - SC Genemuiden, Berkum - ACV, Excelsior‘31 - PKC‘83, CSV Apeldoorn - Go Ahead K., Harkemase Boys - Be Quick‘28, Staphorst - Nunspeet, Flevo Boys WHC. 24 april: WHC - SC Genemuiden, ACV - HHC, PKC‘83 Berkum, Go Ahead K. - Excelsior‘31, Be Quick‘28 - CSV Apeldoorn, Nunspeet - Harkemase Boys, Flevo Boys - Staphorst. 1 mei: SC Genemuiden - ACV, HHC - PKC‘83, Berkum Go Ahead K., Excelsior‘31 - Be Quick‘28, CSV Apeldoorn Nunspeet, Harkemase Boys - Flevo Boys, WHC - Staphorst. 8 mei: ACV - WHC, PKC‘83 - SC Genemuiden, Go Ahead K. - HHC, Be Quick‘28 - Berkum, Nunspeet - Excelsior‘31, Flevo Boys - CSV Apeldoorn, Staphorst - Harkemase Boys.

COLOFON Eindredactie/coördinatie: Martijn Krullaars. Redactie: Gert Kramer, Arnoud Heins, Eric Mondeel, Martijn Krullaars, Christiaan Buitenhuis, Stef de Bont, Jan-Pieter Borgmeijer. Fotografie: Maarten Sprangh, Kevin Hagens, Ronny te Wechel, Hans van de Vlekkert, Sacha Wunderink. Opmaak: Angelique Volkers. Graphics: Arte Westerbaan. Foto voorpagina: Frans Paalman.

Ook op de site 䢇 Deze

bijlage is ook digitaal nog eens door te bladeren. 䢇 Kijk daarvoor op onze website: www.destentor.nl/sport




Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.