deOndernemer Apeldoorn 14 februari 2015

Page 1

www.deondernemer.destentor.nl

www.destentor.nl

februari 2015 - nr. 2

Thema: Health & food Streekproducten: van Sallandse asperges tot het Veluws stoofpotje Puttens ondernemer Maarten Vergeer zet studenten in als mantelzorger

Congres Cleantech Tomorrow schakelt tussen onderwijs en bedrijfsleven Schildersbedrijf Van Losenoord opnieuw in de prjjzen Starter Ellis Kooistra houdt het op biologisch

Een initiatief van

Rolof Mulder helpt de wereld met de Hospitainer


Meerdere typen woningen vanaf € 120.500,- incl. BTW/excl. grond

Afm. 8.40x11.84 m1, EPC 0.6 volgens bouwbesluit 2012 Wijziging van indeling en kozijnen mogelijk Bouwtijd 8 tot 10 weken, casco oplevering mogelijk

• 28 t/m 31 mei • In de Kazernetuin van de Boreel

W W W. O N G E W O O N . N L

Vraag onze brochure aan of maak een afspraak voor een vrijblijvend gepsrek Aalsvoort 127, Postbus 117, 7240 AC Lochem Telefoon (0573) 441 248, Fax (0573) 441 802 www.bouwbedrijfschot.nl info@bouwbedrijfschot.nl

WWW. DE SMAAK VAN DEVENTER . NL MEDIAPARTNER

Een eigen bedrijf beginnen?

Bezoek onze inloopavond.

Klaar voor de start Voor jezelf beginnen? Dan heb je ongetwijfeld veel vragen. Om jou als starter op weg te helpen, organiseren wij op donderdag 19 februari van 19.00 tot 21.00 uur een inloopavond op onze vestiging aan de Eendrachtstraat.

www.ikstartnu.nl Een aandeel in elkaar

R E C L A M E B U R E A U

De Smaak. Hét culinaire evenement van Deventer.

Kozijnen, ramen, deuren, trap hardhout, gemetselde spouwmuren, vloeren beton

O N G E W O O N

Gezellig netwerken met lekker eten en drinken? Bestel uw business arrangement op onze website!

R E A L I S AT I E

NETWERK

E N

OP MAAT GEMAAKT

O N T W E R P

SYSTEEMBOUW SMAAKMAKEND


februari 2015 - nr. 2

3

pas begonnen In deze Ondernemer extra aandacht voor: Health & food Pagina 5 De beste tijd van Wim Maas moet nog komen

Pagina 7 De mobiele hospitaals van Rolof Mulder

Topsport

Pagina 11

O

De Disq, een nieuwe manier van trainen

Pagina 12 en 13 Boeren over het maken van hun streekproducten

Pagina 15 De volgende stap van Marian Heezen

Pagina 21 Team Auping wint Cleantech Battle 2015 Foto voorpagina: Maarten Sprangh

„Ik word echt blij van het ondernemerschap” tekst: Chantal Zwaag foto: Casper Heij

A

ls klein meisje ontdekte Ellis Kooistra (30) dat ze niet tegen suiker en melk kon. Hierdoor is ze zich al jarenlang bewust van wat ze eet. In augustus begon ze met het concept ‘BeterBio’ in Apeldoorn. BeterBio bestond al op andere plekken in het land. In Groningen loopt het al vijftien jaar en een nicht van Kooistra heeft BeterBio een paar jaar geleden geïntroduceerd in Utrecht. ,,In het westen van het land is biologisch eten al heel normaal’’, legt Kooistra uit. ,,Hier in Apeldoorn zit er nog een soort ‘lading’ aan het woord biologisch en ik hoop dat er een beetje uit te krijgen bij de mensen. Tegenwoordig staat er op veel producten het woord ‘biologisch’, maar wij gebruiken zelf eigenlijk alleen de producten met het EKO-keurmerk. Daarvan weten we zeker dat ze onbespoten zijn en dat er geen toevoegingen in zitten die een natuurlijk proces kunnen verstoren.’’

1

Bij de online webwinkel BeterBio bestellen klanten producten en deze worden thuisbezorgd met een bus die rijdt op groen gas. Behalve groenten en fruit kan er ook gekozen worden voor snoep, wijn, kaas en vlees. Kooistra is als zzp’er helemaal op haar plek. ,,Ik heb op een kantoor gewerkt en in de horeca, maar nu merk ik dat ik me helemaal thuis voel. Ik word echt blij van het ondernemerschap.’’ Ondanks dat ze in de afgelopen maanden wel wat goede adviezen heeft gekregen van mensen uit haar omgeving, waren de eerste reacties toch wat negatiever. ,,Veel mensen vroegen me: ‘waar begin je aan?’. Ik heb toen eigenlijk heel eigenwijs gedaan en ben er toch mee gestart.’’ Bruikbare adviezen kreeg ze ook wel, vertelt ze. ,,Mijn ouders staan altijd achter me en mijn moeder adviseerde me om mijn hart te volgen. Verder ben ik ook veel in gesprek met mezelf. Ik houd een soort dagboekje bij waarin ik dingen opschrijf en die ik regelmatig teruglees. En ik heb veel gehad aan gesprekken met com-

Wat was uw eerste baan? Buiten een krantenwijk en donderdagavond/zaterdag hulp bij Vroom & Dreesmann was mijn eerste echte baan Management Trainee bij Credit Lyonnais Bank Nederland.

2 Wat wilde u vroeger worden? Kinderarts in een academisch ziekenhuis.

3 Waarom bent u weg bij de Rabobank Apeldoorn? Het is goed om na een aantal jaren weer iets anders te doen. Dat houdt je scherp en dat geeft nieuwe energie. Gelukkig is Zutphen niet ver van Apeldoorn ;-)

4 Wat zou u doen als u dit werk niet deed? Ronald van Wetering, directeur bedrijven Rabobank Noord- en Oost-Achterhoek.

Dat zou ik iets voor mezelf beginnen…ondernemer worden.

5 Met wie zou u wel een dag willen ruilen van baan? Koning Willem Alexander en niet alleen om Maxima!

door Esther Talboom

municatiespecialist Fred Koolhof.’’ Toch is er ook wel iets wat haar is tegengevallen. ,,Voordat de producten bij een klant zijn, moet het product langs veel ‘schijven’. Ik kan zelf heel goed mijn doel voor ogen houden, maar je moet wel iedereen in die verschillende ‘schijven’ met de neus dezelfde kant op krijgen. Dat is soms best lastig. Ik heb dan ook vaak echt mijn mannetje moeten staan.’’ Qua financiën heeft ze alles met eigen geld gedaan. ,,Gelukkig hoef ik weinig voor te financieren. Iemand bestelt, ik koop de producten in en na de bezorging vindt vrijwel direct de betaling plaats. Natuurlijk heb ik er zelf wel wat geld in gestoken, maar ik merk ook dat er een bepaalde gunfactor is op dit gebied.’’ Ze doelt hiermee op haar opslagruimte die ze niet hoeft te betalen. ,,Die zit in Apeldoorn Noord en die mag ik gratis gebruiken van Van Laar’s Fruithandel.’’ In de komende maanden wil Kooistra gaan uitbreiden. ,,Behalve Apeldoorn wil ik me ook gaan richten op Deventer en Zutphen.’’

ndernemen is topsport. Daar waar een topsporter 24/7 met zijn lijf bezig is, is de ondernemer 24/7 met zijn business bezig. Een topsporter volgt een uitgebalanceerd dieet, dat hem van alle benodigde voedingsstoffen voorziet. Zo heeft de atleet altijd de juiste hoeveelheid energie en kan hij pieken op de momenten die er toe doen. En hoe is dat bij ondernemers? Veel mensen die ik ken denderen maar door. ’s Ochtends vroeg een ontbijtje, als er tenminste tijd is. ’s Middags wordt de lunch vaak overgeslagen of er wordt buiten de deur gegeten. Een zakenlunch is nog tot daar aan toe, maar vaak is het ook een tankstation waar de vette hap verleidelijk lacht. ’s Avonds een diner, glaasje wijn erbij en daarna vergadering of een businessmeeting met bier en de famous bitterbal. Te laat naar bed in de wetenschap dat de wekker over een paar uur onverbiddelijk is. Stel je voor dat een topsporter deze dagindeling een paar weken zou volhouden. Een ding weet je zeker: hij gaat niet optimaal presteren tijdens de komende wedstrijd. Nu wil ik niet pleiten voor een Spartaans regime. Maar zoveel mogelijk regelmaat, wat meer slaap en vooral goede voeding zorgen er al binnen enkele dagen voor dat je met meer en betere energie aan de dag begint. Je bent geconcentreerder, scherper en beter gehumeurd. Het begin van een opwaartse spiraal. Alain Schepers Algemeen redactiechef a.schepers@wegenermedia.nl Twitter: @alainschepers

6 Waar heeft u een hekel aan? Luiheid en ongeïnteresseerdheid.

7 Vertel eens iets verrassends over uzelf? Ik kan op sterrenniveau koken.

8 Hoeveel kantoren heeft de Rabobank nog over 10 jaar? Lastige vraag. Een verwacht antwoord zou zijn minder dan nu, maar ... We zullen steeds scherp blijven kijken naar de beweging en wensen van onze klanten en hier passend op reageren.

9 Waar gelooft u heilig in? Dat de veranderingen alleen maar sneller zullen gaan en dat permanente aandacht voor innovatie en samenwerking voor ondernemers van groot belang is.

10 Nog een tip voor ondernemers? Als je snel wil gaan, doe het alleen en als je ver wil komen, doe het samen… Dus ga samenwerken!


februari 2015 - nr. 2

kort 4 Studenten als vervangende mantelzorgers tekst: Chantal Zwaag foto: Cees Baars

V

ia de website mijnmantelzorgstudent.nl kunnen sinds kort studenten die een zorgopleiding volgen gekoppeld worden aan een oudere of iemand die gezelschap zoekt. Eigenaar Maarten Vergeer (26) uit Putten hoopt hiermee vraag en aanbod op elkaar af te stemmen. „Via dit bedrijf willen we proberen om vervangende mantelzorg voor iedereen bereikbaar te maken’’, zegt hij. ,,Een student kan natuurlijk in de supermarkt gaan werken om wat te verdienen, maar op deze manier kan hij of zij ook gelijk wat extra ervaring opdoen.” Vergeer komt geregeld situaties tegen waarin hij merkt dat mensen

De jonge ondernemer Maarten Vergeer zet studenten in als mantelzorger. die hulp kunnen gebruiken niet altijd familie in de buurt hebben. ,,Ik zie het zelf ook bij mijn eigen oma. Zij woont in Den Haag en ik in Putten en ik kan nou eenmaal

niet voor elk wissewasje naar haar toe, hoe graag ik dat ook zou willen. Door een student aan haar te koppelen, geeft dat mij weer een stukje verlichting dat ze in goede

handen is.’’ Een zorgstudent die gekoppeld wordt, kan voor verschillende dingen ingezet worden. Vergeer: ,,Het kan heel breed zijn. De student kan de hond voor diegene uitlaten, mee naar de dokter gaan, mee naar de stad of gewoon een kopje koffie drinken. Alles wat kleinkinderen of kinderen ook kunnen, maar waar zij niet altijd tijd voor hebben.” Momenteel zijn er drie studenten die ouderen helpen. ,,Twee van de mensen die geholpen worden hebben hun familie niet gelijk naast de deur wonen en de andere mevrouw heeft niet echt familie die haar kan helpen. Ze heeft wel vriendinnen, maar die zijn natuurlijk van dezelfde leeftijd.’’ Vergeer benadrukt dat ouderen zelf ook vaak hun familie niet willen belasten met de taken van een

mantelzorger. ,,Familie is vaak druk genoeg en dan willen ze hen niet tot last zijn. Op deze manier kunnen ze op een betaalbare manier toch geholpen worden.’’ Een hulpvrager kan zelf bepalen hoeveel uur per week de student langs mag komen. ,,Meestal gaat het om een paar uurtjes in de week’’, zegt Vergeer. ,,De drempel om een buurvrouw te vragen is vaak ook dat die buurvrouw misschien wel verhalen doorverteld. Die drempel is op deze manier weg. En ze horen zo ook gebeurtenissen uit de leefwereld van de jongeren.’’ Als een student of een oudere zich aanmeldt, dan gaat Vergeer op zoek naar een goede match. ,,Ik ga in gesprek met beide partijen. Het leuke is dat er hele leuke dingen ontstaan. We laten de studenten vrij om zelf ook creatief om te gaan met situaties”, aldus Vergeer.

„Werving en selectie is geen koehandel” tekst: Esther Talboom foto: Fototainer.nl

E

en ‘gamechanger’ noemt Bart Diepenbroek zijn bedrijf ISA|Bear Management in Apeldoorn. Vorig jaar maart startte hij dit bedrijf samen met Richard Henderiks. Een nieuwe dienst is Sourcing Advice. Werving en selectie, maar dan anders. Diepenbroek: „Wij noemen dit ook wel dé nieuwe manier van werving & selectie. Werving en selectie staat momenteel namelijk achterhaald in de markt”. Diepenbroek werkte tien jaar in loondienst bij een bureau voor project- en interim-management. Hij merkte dat hij een bepaalde aversie had tegen werving en selectie van vaste krachten; dat werk deed hij niet graag. „Ik vroeg me

af waarom en merkte dat niemand er enthousiast over was. Dat komt omdat het een wat transactionele manier van werken is. Een beetje dozen schuiven. En vooral niet transparant. Als een bedrijf een vacature heeft, leggen ze die bij een bureau voor. Wat het bureau daar vervolgens mee doet, daar hebben ze geen zicht op. De klant ziet alleen op een gegeven moment cv’s van kandidaten. De rest is een grote black box. Vaak is er ook sprake van eigenbelang. Sommige recruiters willen een collega-recruiter pas de naam van een kandidaat geven als ze een deel van de marge krijgen. Soms staat het eigen belang voorop. Dat staat me zo tegen.” Diepenbroek en zijn compagnon doen het anders, transparanter. Daarnaast wil hij een discussie op gang helpen: „Het is tijd voor een ander model. Wij werken met

Richard Henderiks en Bart Diepenbroek. een stappenplan. Alle stappen zijn transparant. We worden niet betaald om een kandidaat te leveren, maar om de klant het beste resultaat te geven. Het is geen koehan-

del. Werving- en selectiebureaus brengen doorgaans 20 tot 30 procent van het jaarsalaris van de geselecteerde kandidaat in rekening aan hun klant. Wij laten ons beta-

len voor uren procesbegeleiding. Het is meer consultancy en daardoor kunnen bedrijven 50 tot 85% besparen op de kosten voor werving en selectie. Per maand laten we zien hoeveel uren we besteden. Het is heel erg ‘customer intimate’ en erg leuk om zo met mensen samen te werken. Je zit naast elkaar in plaats van tegenover elkaar”. Kandidaten selecteren uit een groot netwerk, een integriteitstoets, diploma’s, referenties nabellen, ISA|Bear doet het desgewenst allemaal. Alles draait om kwaliteit leveren. Diepenbroek: „Waarom zet je een werving- en selectiebureau in als werkgever? Niet voor het leveren van een kandidaat. Het is geen koehandel. De werkgever moet zeggen ‘Hé, dit is wat ik zocht’, en de werknemer: ‘Hier word ik gelukkig van’.”

Weer onderscheiding voor Van Losenoord tekst: Chantal Zwaag foto: Ruben Schipper

V

oor de tweede keer heeft Schildersbedrijf van Losenoord uit Putten de ‘GlansGarant Klantenvertellen Award’ gewonnen. Eind december ontving eigenaar Alidaan van Losenoord deze onderscheiding. Een 9,4 is het eindcijfer wat het Schildersbedrijf kreeg van de klanten. „Klanten die een abonnement hebben bij GlansGarant, een tienjarig onderhoudsabonnement voor schilderwerk, wordt altijd gevraagd om een tevredenheidsenquête in te vullen”, meldt Van Losenoord. ,,De vragen gaan dan bijvoorbeeld over het nakomen van afspraken, het omgaan van onze schilders met de spullen van de klant, het netjes achterlaten van de werk-

plek, het nakomen van de gemaakte afspraken en de verhouding van de prijs en kwaliteit.” Het schildersbedrijf van Losenoord bestaat sinds 1946. ,,Het was van mijn

opa, daarna van mijn vader en nu van mij’’, legt Van Losenoord uit. Naast het schildersbedrijf is ook Verfspeciaalzaak Verf en Wand van Losenoord gevestigd aan de

Da Costastraat in Putten. Van Losenoord geeft aan dat klanten niet alleen uit de directe omgeving komen: ,,Veel klanten komen van ver, vooral voor het merk Pure & Original. Dit is een fabrikant van krijt- en kalkverf.” Sinds oktober is Van Losenoord ook voorzitter van BNI (Business Network International) in Putten. Deze internationale netwerkorganisatie voor ondernemers komt elke donderdag samen in het Hof van Putten. „Die vergadering bereid ik voor en natuurlijk doe ik daarnaast de nodige hand- en spandiensten voor de BNI. Gelukkig lukt het me goed alles te combineren. Het hoort gewoon bij mijn werk.” Van Losenoord is blij dat mensen toch het belang inzien om het huis of bedrijfspand te laten schilderen: „Er komt een leeftijd waarop mensen hun huis niet

meer zelf schilderen. Vaak als ze een jaar of vijftig zijn, dan laten ze er toch een schilder voor komen. Het kost even een paar centen, maar meestal zijn de kinderen dan het huis uit en dan heeft deze groep mensen er wel wat over om de woning te laten schilderen.’’ Van Losenoord Schildersbedrijf werkt over het algemeen in een straal van vijftig kilometer om Putten heen. Zo hebben de negen schilders van het bedrijf ook regelmatig projecten in Leiden, ‘t Gooi en Zeist. ,,Vaak worden we dan door aannemers die daar werken of door bestaande klanten aanbevolen en zo gaat het balletje dan rollen.’’ Om wat extra op te vallen in de schilderswereld, is het bedrijf ook te vinden op verschillende social media-kanalen. ,,We merken toch wel dat dat klanten bereikt.”


februari 2015 - nr. 2

5

het portret

,,Architectuur is meer dan vier muren’’ tekst: Nadine Kolkman foto: Patrick van Gemert

Het was al vroeg duidelijk wat Wim Maas wilde worden. Hij hield van tekenen, ontwerpen en keek altijd met een nieuwsgierige blik naar zijn omgeving. Architect, dat werd het levenspad dat hij moest bewandelen. Maar rechtlijnig is dat pad niet geworden. ,,Wat mensen zelf willen is veel belangrijker dan mijn ego.’’ Maas blaast niet graag hoog van de toren en denkt dat hij zich als architect nog verder moet doorontwikkelen. ,,Mijn beste tijd moet nog komen’’, zegt hij. In een drafje komt Wim Maas van de statige trap aflopen van zijn architectenbureau Maas Architecten aan ‘t Ei in Lochem. Zijn grijze krullen dansen even op en neer. De donkere bril met ronde glazen en de donkerblauwe schipperstrui geven Maas een nonchalante look. Het past in het plaatje van artistieke ondernemers. Eenmaal plaatsgenomen aan de grote vergadertafel, omringd met foto’s van huizen die ontworpen zijn door het Lochemse architectenbureau, komt al snel de pen te voorschijn. En een grote rol papier. Alles wat Maas wil zeggen of uitleggen tekent hij. Bedachtzaam, maar snel. Heel snel. Voordat je het weet, staat er weer ergens een streep door en tekent Maas op een andere plek op het papier een vertrek, een huis, een garage, omgevingsfactoren of een pijl die de richting van het zonlicht weergeeft.

Creatief Als klein jongetje tekende Maas er ook al lustig op los. Schrijven en rekenen interesseerde hem niet. Tijdens zijn basisschooltijd in Winterswijk, waar hij geboren en getogen is, was het al snel duidelijk waar Maas goed in was. ,,Bij het organiseren van evenementen of het ontwerpen van een decor

voor een schoolvoorstelling werd ik veelal ingezet. Mijn creativiteit viel blijkbaar op’’, lacht Maas, die een gezellige en zorgeloze jeugd beleefde in de Achterhoek samen met zijn ouders en drie jaar jongere broertje.

Opwelling Na de middelbare school koos Maas voor de HTS om vervolgens na twee jaar diensttijd te gaan studeren aan de Academie van Bouwkunst. ,,Ik ging twee dagen in de week naar de academie in Arnhem en daarnaast werkte ik vier dagen in de week voor architectenbureau Van Hogevest in Amersfoort. Het waren pittige jaren ja, maar ik vond het leuk. Ik mocht van mijn hobby mijn werk maken. Dus ik deed het zeker niet met tegenzin. Vandaar dat ik er na mijn studie nog even ben blijven werken.’’ In 1991 startte Maas in een schuur van hotel Bon A’parte tussen Lochem en Barchem zijn eigen architectenbureau. Dit tot de schrik van zijn vrouw, zij was op dat moment hoogzwanger van hun tweede dochter. ,,Eigenlijk zegde ik van de een op de andere dag mijn baan op. Het was een soort opwelling. Ik had namelijk nooit de ambitie om ondernemer te worden. Maar ik kan zeker ook niet zeggen dat ik ondernemer tegen wil en dank ben. Architectuur heeft mijn passie, ik ben architect. Altijd met mijn omgeving bezig, waar ik ook ben.’’

Weerstand

De fascinatie voor bouwen was al vroeg aanwezig bij Wim Maas.

In zijn rol als architect stuit Maas regelmatig op weerstand. Hij wijst naar de grote Gudulakerk, die pal tegenover zijn architectenbureau staat. ,,Zo’n gebouw zal in deze huidige tijd nooit meer gebouwd kunnen worden. Niet op zo’n prominente plek en met alle bestemmingsplannen van dien. Vroeger bestonden al deze procedures niet. Tegenwoordig heb je als ontwerper van een pand altijd te maken met welzijnscommissies. En iedereen heeft er een mening over. Is het klassiek of te modern?’’ Maas

Wim Maas begon in 1991 met zijn, inmiddels landelijk bekende, architectenbureau Maas Architecten in Lochem: ,,Ondernemen vormde voor mij geen leidraad, maar ik ben ook geen ondernemer tegen wil en dank.’’ pakt zijn pen op en tekent een notariswoning. ,,Vroeger was dit een huis met status. En veel mensen zouden hier tegenwoordig nog graag in willen wonen, maar als je het goed bekijkt is het een vierkant gebouw met vier muren. En ja, hier plaats je een raam en hier een deur’’, zegt hij terwijl zijn hand over het papier schiet. ,,Maar je moet kijken naar de manier van wonen, van leven. Waar staat je pand? Waar komt de zon op? In welke vertrekken begeef je je graag en wanneer? Wat doe je er precies?’’ Hij trekt aan de rol papier. De notariswoning verdwijnt weer van tafel en een schoon vel dient zich aan. Hierop tekent hij een woning die hij onlangs heeft ontworpen aan de weg tussen Laren en Markelo. ,,De locatie vanaf de weg is zichtbaar. Maar als je op de plek staat valt mij als eerste de beek op die er langs stroomt. Op de ochtend dat ik er voor het eerst was scheen de zon en zaten er twee zwanen langs de waterkant. Prachtig. Dat uitzicht moet je natuurlijk niet belemmeren met een muur in je huis. Dat zicht moet je behouden met een glazen pui bijvoorbeeld. Tegelijkertijd wil je dat de verschillende vertrekken in elkaar overlopen. Je moet in de keuken contact hebben met de woonkamer. En boven moet je contact kunnen hebben met beneden.’’ Maas geeft aan dat zijn ontwerpen meestal eye-openers zijn voor zijn klanten. ,,Maar het is het belangrijkste dat zij het mooi vinden, dat

zij er in kunnen leven. Daar gaat het om. Het wil wel eens voorkomen dat het creatieve proces stagneert, en dan ga ik te rade bij Frank Vijftigschild of Gerard Plug, twee collega-architecten van het

,,Door samen te werken kom je tot de mooiste oplossingen’’ bureau. Als ontwerpers versterken wij elkaar, en van dit gegeven maken we dan ook dankbaar gebruik. We doen binnen dit bureau heel veel dingen samen, met het hele team overigens. Zo kom je tot de mooiste oplossingen.’’ Het doet Maas nog altijd pijn dat hij de afgelopen jaren afscheid moest nemen van 13 van de 25 medewerkers. De crisis in de bouwsector dwong hem tot dit besluit. ,,Op werkgebied is dit mijn dieptepunt. Voor behoud van werkgelegenheid en service aan onze klanten in het midden en het westen van het land, zijn we in april 2014 wel een tweede vestiging gestart in Zeist. We vonden het altijd jammer dat opdrachtgevers niet voor ons kozen op basis van de afstand naar de Achterhoek.’’ Hoogtepunten kent Maas gelukkig ook genoeg. Zoals toen zijn bureau de Publieksprijs Architectuur in ont-

vangst mocht nemen voor een woning in De Parken in Apeldoorn, ontworpen door architect Frank Vijftigschild. Eerder won het bureau ook al twee keer de publieksprijs en twee keer de juryprijs in de Achterhoek. Maar een project opnoemen van zijn eigen hand waar de architect het meest trots op is, kan hij weer niet. ,,Mijn beste tijd moet nog komen. Ik ben erachter gekomen dat je je door kunt blijven ontwikkelen. Het is een soort rijpingsproces. Elke opdracht wil je weer iets beter doen.’’

Thuis voelen Op de vraag of Maas woont in een door hemzelf ontworpen woning antwoordt hij bedachtzaam: ,,Nee en ik denk dat ik het ook niet zou kunnen. Ik denk dat dit ook te maken heeft met mijn rijpingsproces. Ik woon nu in een prachtig huis in Epse dat ontworpen is door architect Anthony Williams uit Deventer. Hij is helaas zeer recent overleden. Toen ik het kocht had het jaren zeventig elementen. Dat heb ik er helemaal uitgehaald, zonder iets af te doen aan het ontwerp van het huis. Want dat is prachtig. Ik voel me er thuis en dat is het belangrijkste.’’ Wim Maas siert de voorpagina van deze Ondernemer. De foto is gemaakt bij een door hem ontworpen woning aan de Koningin Wilhelminalaan in Schalkhaar.


februari 2015 - nr. 2

innovatie 6 Zinkend schip of op koers naar nieuwe economie? tekst: Fiona de Heus foto: Eigen foto

edrijven trekken weg. De werkgelegenheid wordt minder. Er wordt gekort op de zorg. Grote onderwijsmerken zijn verdwenen. Tijd voor een wake-up-call voor Deventer, vinden Harry Webers (Witteveen+Bos) en Martin Kleine Schaars (I’M Architecten). Ze willen de economische situatie van de stad ombuigen. „Per saldo zinkt het schip. De vraag is wat de volgende honderd jaar ons gaan brengen”, zegt Webers zorgelijk. Webers, onder meer oud-voorzitter van Deventer Kring van Werkgevers, somt op welke industriële activiteiten in de afgelopen decennia geheel uit Deventer zijn ver-

B

dwenen of gaan verdwijnen: textiel, tapijt, ijzer, de fietsfabriek en de chemie. In de krant staan voortdurend negatieve berichten zoals: ‘AkzoNobel: sluiting Deventer definitief’ en ‘Verlies 120 banen bij Avantor’. Webers: „Deventer is een stad van nevenvestigingen geworden.”

Zorgen Zeven jaar geleden maakten Webers en zijn oud-collega Kleine Schaars zich al zorgen over de crises: de financiële crisis, de bankencrisis, de huizencrisis en de crisis in de pensioensector. „Het is nu vooral de sociale crisis waar ik me zorgen over maak”, zegt Kleine Schaars. Hoogopgeleide mensen kunnen nauwelijks een baan vinden, velen trekken weg naar de

Randstad. „Ik heb goede studenten begeleid, die nu drie uur per dag bij het postsorteercentrum werken - meer werk is er niet.” Webers: „Ondertussen worden de grote steden sterker, de kleine steden zwakker en de regio heeft het nakijken. Wij vinden dat de Deventer ondernemers, overheden en onderwijsinstellingen zich meer zorgen moeten maken.”

Bottom-up Tijd dus voor actie. In navolging van de NV Bergkwartier, willen Webers en Kleine Schaars een ‘NV Economische Herstel. Voor stad en regio’ oprichten. „Bottom-up, vanuit de ondernemers”, benadrukt Kleine Schaars. „Economische groei ontstaat in de eerste plaats door bevolkingsgroei. Maar economische groei ontstaat ook door innovatie”, zegt Webers. „Bijvoorbeeld op het gebied van digitalisering, nanotechnologie en robottechnologie”, vult Kleine Schaars aan. ,,We moeten zorgen dat wij een stap verder zijn dan de rest van de wereld.” Hierin speelt Stedendrie-

ODA.DONNA E.SI DAMES- & HERENMODE

Harry Webers: „Deventer is een stad van nevenvestigingen geworden.“ hoek Innoveert een grote rol, die makelt en schakelt om bedrijven vooruit te helpen met innovatie. Kleine Schaars en Webers doen diverse suggesties, zoals: ‘Kijk niet alleen naar de Randstad, maar zoek ook de samenwerking met Duitsland’, ‘Stel Duits weer verplicht op scholen’, ‘Zorg dat bedrijven, die willen innoveren geld kunnen lenen’, ‘Investeer in smart industries’. Niet voor niets verwijst De Nieuwe Hanze naar de oude Hanzetijd waarin de regionale econo-

mie dankzij durf en lef, verbondenheid en samenwerking, ondernemerschap, en burger- en gemeenschapszin floreerde. „Resultaten uit het verleden zíjn een garantie voor de toekomst”, verzekert Webers. Snel schakelen voor uw innovatie? Stedendriehoek Innoveert is opgericht voor en door ondernemers die innovatie in de genen hebben. Ga naar www.stedendriehoekinnoveert.nl.

LENTE/ZOMER 2015

D A M E S 10DAYS / HUMANOID / BY MALENE BIRGER / NIKKIE / DNA / SAMSOE & SAMSOE / P448 H E R E N STRELLSON / WINDSOR / JOHN MILLER / DRAKEWOOD / DNA / SAMSOE & SAMSOE / P448

STATIONSSTRAAT 113 / ERMELO / WWW.MODADONNAESI.NL


februari 2015 - nr. 2

7

mijn drive

„Mooi dat ik mensen echt kan helpen” tekst: Chantal Zwaag foto: Maarten Sprangh

V

oordat de Apeldoornse Rolof Mulder (55) ict’er werd, was hij verpleegkundige. Toen hij zijn ict-bedrijf startte, bouwde hij onder meer containers met ict-apparatuur voor Afrika. ,,Dat kan ook met medische apparatuur”, dacht hij. In de moestuin van zijn overbuurman creëerde hij de eerste medische containers. Samen vormen de containers een chirurgische unit, Hospitainer. Inmiddels is dat ruim vijf jaar geleden en wordt zijn eigen bedrijf ‘Hospitainer’ een steeds groter succes. ,,Bij de aardbeving in Haïti stortte daar het ziekenhuis in’’, legt Mulder uit. ,,Ik heb toen de containers daarheen gestuurd en ben er zelf achteraan gevlogen.” In deze eerste officiële Hospitainer werden in totaal tweeduizend patiënten behandeld. ,,We focussen ons hiermee vooral op ingrepen die vaak in dat soort landen levensreddend zijn. Denk bijvoorbeeld aan een liesbreuk. Hier ga je daar niet aan dood, maar in veel landen wel en op deze manier kunnen we mensen helpen om dit te overleven.’’ Het behandelen van een liesbreuk is nog maar één voorbeeld waar de Hospitainers voor worden ingezet. Mulder: „Jaarlijks sterven in het buitenland driehonderdduizend vrouwen bij de bevalling. Ook hier kunnen we bij helpen.’’ Momenteel worden er ruim 25 containers ingezet, waarvan er een aantal gebruikt wordt in gebieden waar ebola heerst. ,,We hebben daar drie laboratoria en twee behandelcentra en de afgelopen tijd is het voor ons erg druk geweest.’’ Mulder geeft aan dat hij in de afgelopen anderhalf jaar meer op reis is geweest dan thuis. ,,Ik vind het heerlijk om hiermee bezig te zijn. Het is zo mooi om te zien dat je mensen echt kunt helpen. Mensen zeggen wel eens dat ik in feite geld verdien met het leed van een

Rolof Mulder bij de hospitainer in Apeldoorn. Hij wil er de komende jaren vijftienhonderd verspreiden over de hele wereld. ander, maar ik zie het zo: als je zelf hulp nodig zou hebben, zou je ook blij zijn dat er iemand is die hulp aanbiedt.” Hij vertelt dat

„Hier ga je niet dood aan een liesbreuk, maar in veel landen wel” zijn geloof hem vooral motiveert om door te gaan met Hospitainer. ,,Ik geloof dat we hier niet op aarde zijn alleen om te overleven. Ik denk dat we hier ook met een doel zijn, om bijvoorbeeld andere mensen te helpen.”

Afgelopen november wist de gedreven Rolof Mulder dan ook de prijs ‘Rabo Starter van het jaar’ binnen te slepen. „De nominatie hiervoor was voor mij echt een hele verrassing. Ik bleef over met twee andere bedrijven en won dus. Daar ben ik nog steeds erg blij mee. Het is natuurlijk goed dat je bedrijf even in de schijnwerpers staat en het geeft ook een stukje vertrouwen aan mensen in Hospitainer.”

Winst Het jaar 2014 was dan ook het eerste jaar dat het bedrijf Hospitainer winst maakte. „We hebben eerst flink moeten investeren, maar gelukkig gaat het steeds beter.” Op dit moment heeft Mulder in totaal

zeven mensen op zijn kantoor aan de Vlijtseweg 95 werken, onder wie zijn eigen zoon en dochter. „Het is een soort familiebedrijf”, lacht hij. „En het mooie is dat ik iedereen qua enthousiasme eerder moet afremmen dan dat ik ze moet stimuleren.’’ Naast de werknemers, helpen ook bedrijven mee met het concept. ,,Iemand die er vanaf het begin bij is, is het bedrijf Harleman Constructies. Zij verzorgen het laswerk aan de containers. Zo kan je iemand zijn vakgebied inzetten hiervoor.’’ De komende jaren wil Mulder zo’n vijftienhonderd Hospitainers verspreiden over de hele wereld. ,,Er is nog zoveel te doen. Kijk bijvoorbeeld naar Syrië. Daar zijn

ontzettend veel mensen die binnenkomen met schotwonden, maar ook slachtoffers van seksueel misbruik.’’ Het feit dat Hospitainer zich op het buitenland richt, heeft een duidelijke reden. ,,Armoede hier in Nederland is iets heel anders. Hier in Nederland hoef je bijvoorbeeld als moeder niet bang te zijn dat je kind als seksslaaf wordt ingezet.’’ Mulder zelf is bijna dag en nacht bezig met zijn bedrijf. „Ik ben misschien zo’n vijftig uur per week op kantoor, maar daarnaast ben ik er eigenlijk altijd mee bezig. ‘s Nachts word ik vaak rond drie of vier uur wakker en dan heb ik weer ideeën. Deze schrijf ik dan op, zodat ik er de volgende dag mee bezig kan.”

Notaris Willem van Rozen na 45 jaar met pensioen tekst: Esther Talboom

W

illem van Rozen kan terugkijken op een notariële carrière van maar liefst 45 jaar. Vorige maand ging de 70-jarige notaris bij De Notarissen van Naam in Apeldoorn met pensioen. Volgens de wet is een notaris op zijn 70ste verplicht met pensioen te gaan. „Ik mag niet zeuren, want toen ik bijna 65 werd, stond in de wet dat een notaris met 65 jaar moest stoppen”, zegt Van Rozen. Echt afscheid neemt Van Rozen niet, want hij blijft aan als adviseur van het kantoor. Van Rozen begon zijn loopbaan in 1970 bij notaris J.H. van der Hoe-

ven aan het Raadhuisplein in Apeldoorn. Dat kantoor veranderde daarna vaak van naam: H.W. Semmelink, Semmelink & Dijkstra, Dijkstra Kok & Van Rozen, Dijkstra de Graaff, Nysingh Dijkstra de Graaff, Nysingh en tenslotte De Notarissen van Naam. Dit jaar fuseerde het kantoor met het notariskantoor van Chris Jan Schuite en Harold de Boer in Apeldoorn.

Taken Collega-notaris Leo Kok werkt sinds 1974 met Van Rozen. Hij haalde in zijn toespraak tijdens de afscheidsbijeenkomst in het Apeldoornse Marialust herinneringen op uit die begintijd met Harry

Dijkstra: „We verdeelden de taken en vakgebieden. Harry de ondernemingsrechtpraktijk en primus inter pares. Willem personen- en familierecht en de echte notaris. Ik heb onroerend goed en het management. Ieder had zijn eigen netwerken. We bleken een goede combinatie van personen te vormen”. Notariskantoor Dijkstra de Graaff ontstond in 1989, een kantoor met zestien notarissen in zeven vestigingsplaatsen. De uitbreiding met advocatuur volgde door de fusie met Nysingh in 1998. „Willem en ik besloten in 2008 weer terug te gaan naar het klassieke notariaat in ons oude kantoorpand. Op 1 januari 2009 startte De Notarissen van Naam. We boden tijd en aan-

dacht voor persoonlijke zaken. Het werd een zware start, de crisis bleek zwaarder dan die in de jaren tachtig”, aldus Kok. Van Rozen begon als allrounder en specialiseer-

Notaris Van Rozen werd geridderd.

de zich later in persoonlijk familierecht: „Het is een erg leuk vak, je praat met veel mensen en hoort veel persoonlijke verhalen als je er tijd voor neemt. Je hoeft geen roman meer te lezen”. Uitgaande van drie betrokken personen per akte, gaat Van Rozen ervan uit dat hij in 45 jaar ruim 100.000 mensen aan tafel heeft gehad. Op de vraag of hij bedreigingen voor het vak ziet, zegt Van Rozen: „Wellicht dat de kwaliteit door de vrije tarieven onder druk komt te staan”. Tijdens de afscheidsbijeenkomst werd Van Rozen tot zijn verrassing benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Hij kreeg deze onderscheiding voor zijn verdiensten op het maatschappelijke vlak.


februari 2015 - nr. 2

blogger in beeld 8 Derya Özugur: „Mensen verbinden met smaak” tekst: Liza Bruggeling

Derya Özugur (36) is een echte kooktante en heeft een grote passie voor koken. Zij heeft een ludiek concept voor teambuilding en relatiebeheer in één opgericht: Koken met Derya. (www.kokenmetderya.nl) Daarnaast organiseert zij Netwerken Met Smaak (www.netwerkenmetsmaak.nl), waarmee ze mensen met elkaar verbindt. Ze blogt voor www.deondernemer.destentor.nl Waarom koken en netwerken? „Koken is mijn passie, dat heb ik van mijn oma meegekregen. Ik ben twee jaar geleden voor mezelf begonnen. Eerst op het gebied van training en coaching, maar dat liep niet zoals ik wilde, totdat ik bedacht dat ik het kon combineren met mijn grote passie. Op die manier is Koken met Derya voor teambuilding en relatiebeheer ontstaan. Vanuit deze gedachte heb ik daarna Netwerken Met Smaak opgericht. Tijdens deze netwerkavonden koken ondernemers samen en is er een gastspreker aanwezig die

vertelt over een thema dat voor ondernemers nuttig is. Koken is het middel, mensen verbinden met smaak het doel.” Waarom ben je begonnen met bloggen? „Voor deOndernemer blog ik sinds juni 2014 over mijn ondernemerschap. Ik heb zelf de stoute schoenen aangetrokken en contact gezocht met de redactie. Ik wilde erg graag bloggen maar zag ook steeds de drempel: ‘kan ik het wel? Willen mensen mijn gedachten wel lezen?’ Daar wilde ik vanaf. Er zijn altijd mensen die aanspreekt wat jij te vertellen hebt, daarom ben ik uiteindelijk die drempel over gestapt. Voor mijn eigen website blog ik sinds september 2014, met name over wat voor mijn klanten van belang is.” Waar haal je je inspiratie vandaan? „Als ondernemer maak ik natuurlijk allerlei dingen mee, zoals laatst een vossenjacht met een collega-ondernemer. Ik geloof in het ondernemerschap en dat was een droom die ik achterna ben gegaan.

Daar is nog altijd genoeg over te vertellen.” Reageren lezers vaak op wat je schrijft? „Ik krijg zeker reacties. Dat ik kort en bondig, maar wel leuk schrijf. Ik kan grappen maken over mijzelf en mijn onderneming en kan me dus kwetsbaar opstellen. Ik geef aan dat ik wel eens fouten maak en dat accepteer ik ook. Lezers waarderen dat.” Waar houd je tijdens het bloggen rekening mee? „Ik vind het belangrijk om het kort te houden; ik hou niet van lange teksten. Ook probeer ik in elke blog een persoonlijke noot te verwerken, zodat mensen mij herkennen in wat ik schrijf.” Ben je vaak te vinden op social media? „Absoluut. Ik gebruik Twitter en Facebook zowel privé als zakelijk en op Linkedin zie je me ook regelmatig voorbijkomen. Ik deel mijn blogs ook op deze media, de zichtbaarheid die je dat oplevert is heel belangrijk.

Derya Özugur: „Ik merk dat lezers het fijn vinden als je je blog persoonlijk houdt”. Lezers gaan je herkennen en dan zoeken ze je blog eerder op. Ik hoor ook vaak van lezers dat ze me op Facebook vaak zien. Die zichtbaarheid geeft ook direct resultaat: dankzij het bloggen heb ik samengewerkt met iemand op het gebied van relatiebeheer met smaak. Je wordt je dankzij het bloggen ook bewuster van je eigen ondernemerschap.”

Heb je tips voor beginnende bloggers? „Gewoon doen en altijd vanuit jezelf schrijven. Niet om reclame voor jou of je bedrijf te maken, maar om je ervaringen met anderen te delen. Ik merk dat lezers het fijn vinden als je het persoonlijk houdt. Ik haak zelf ook snel af als ik een blog lees met daarin alleen maar zinnen over hoe goed de schrijver wel niet is.”

(advertorial)

INNOVATIEVE ONDERNEMERS; MAAK GEBRUIK VAN DE INNOVATIEBOX!

Maarten Hekkelman (belastingadviseur)

De innovatiebox is een belastingfaciliteit waarmee je 5% vennootschapsbelasting betaalt over de innovatieve winst binnen je bv, in plaats van 20-25%. Dit is dus erg aantrekkelijk! Maar hoe kan het dan dat uit een recente analyse door het ministerie blijkt dat maar zo weinig (middelgrote) bedrijven gebruik maken van deze faciliteit? Het antwoord is simpel: de meeste ondernemers denken dat ze niet innovatief genoeg zijn. Mijn stelling is echter dat vrijwel elk Nederlands productiebedrijf in de bv/nv vorm aan innovatie doet. De productiebedrijven die niets met de innovatiebox kunnen, zijn bedrijven die nooit iets doen aan productontwikkeling en alleen maar massa’s de deur uitstampen. Dit soort massaproductie wordt ech-

ter veelal ondergebracht in landen waar de productiekosten navenant lager zijn. Elk Nederlands productiebedrijf doet in mijn beleving daarom aan enige vorm van technische (door)ontwikkeling in haar producten of haar productieproces. Dit is al voldoende voor de innovatiebox. Als je iets gaat doen dat technisch nieuw is voor je bedrijf (of de buurman het allang kan is dus niet van belang), dan kwalificeer je in principe al. De enige serieuze randvoorwaarde is dat je ook meedoet aan de WBSO, dit is een subsidie op de loonkosten voor Speur- en Ontwikkelingswerk, of over een patent/ octrooi beschikt. Een patent/octrooi registreren is vaak kostbaar en duurt lang, daarom ga ik in de praktijk meestal uit

van WBSO. Ik hoor echter nog steeds te vaak van ondernemers “ik doe niets met de WBSO want het is teveel rompslomp met uren bijhouden enzo” of “ik ben volgens mij niet innovatief genoeg voor de innovatiebox”. Er zijn goede subsidieadviseurs die je bijna alle werk uit handen kunnen nemen op no cure no pay basis. Dus als het niets oplevert, kost het ook niets. Mijn advies aan alle productiebedrijven in Nederland is daarom: vraag WBSO aan en sluit vervolgens een deal met de belastingdienst over de Innovatiebox. Dat is dubbel voordeel. Gewoon doen dus! Voor meer informatie kun je contact met mij opnemen via m.hekkelman@bonsenreuling.nl of telefoonnummer 0570- 50 30 20.

Verleng de levensduur van uw projectmeubilair

Voor:

Zorg

Kantoor

herstoffering

Overheid

Horeca

Onderwijs

w w w . j o u s t ra h e r s t o f fe r i n g . n l Duurzaam - Sociaal - Besparen


februari 2015 - nr. 2

9

retail

,,Vergeet de prijs, kijk naar de beleving’’ Gaan de winkels het redden? Hoe moeten de retailers omgaan met kansen en bedreigingen in hun sector? Deze vragen kwamen aan bod tijdens het online seminar van De Wijzen Van Het Oosten. Gespreksleider Gerbrand Pot ontving Cor Molenaar aan tafel. Molenaar is schrijver van het zojuist verschenen boek ‘Red de winkel’. Over het van de ondergang geredde V&D zegt de bijzonder hoogleraar E-marketing & Distant Selling: ,,Er zit geen geur of kleur aan. Typisch een gevalletje anorexiamanagement.’’

tekst: Nadine Kolkman foto: Crystal Park New Media en Patrick van Gemert (foto onder)

A

norexiamanagement? Wat is dat? Molenaar: ,,Doordat er te weinig omzet en te weinig rendement is gaan retailers besparen op de kosten. De huur moet omlaag en de kosten voor het personeel ook. Met als resultaat: geen vernieuwing, wel lagere kosten. Maar de klant komt hier niet voor.’’ Molenaar geeft aan dat er in twee à vier jaar tijd wezenlijk iets veranderd is. ,,Een klant gaat tegenwoordig niet meer naar V&D omdat het V&D is. Er heerst een heel andere cultuur. V&D heeft geur noch kleur. Ze hebben geen bekende merken, de winkel is niet leuk, inspireert niet. De Bijenkorf doet dit wel.’’ Twee jaar geleden waarschuwde Molenaar al dat V&D in de gevarenzone zit. ,,Toen zeiden ze: onze doelgroep is de wereldburger. Onzin. Je moet kijken naar de gemiddelde Nederlander. En die vindt het niet meer leuk om naar V&D te gaan. We hebben andere kooppatronen.’’ Molenaar geeft aan dat retailers niet hebben geluisterd naar de ontwikkeling. ,,In 1995 moest je naar de winkel om iets te kopen. De

enige keuze die je had was: naar welke plaats ga ik? In 2000 kwamen er steeds meer webwinkels. Per jaar steeg dit aantal met vijftien à twintig procent.’’ Volgens Molenaar hebben de smartphone en tablet bijgedragen aan het succes van online shoppen. ,,Als de man des huizes naar voetbal kijkt, zit de vrouw naast hem op de bank te shoppen op internet. Makkelijker kan niet.’’ De hoogleraar E-marketing & Distant Selling geeft aan dat zich een tweesplitsing heeft voorgedaan. ,,Bewust kopen doe je op internet, inspiratie opdoen doe je in winkels.’’ Molenaar is ervan overtuigd dat winkels die inspringen op nieuwe concepten de toekomst hebben. ,,Voor retailers die bij het oude blijven, zoals V&D, Blokker en Hema is het einde in zicht.’’ Alibaba is volgens Molenaar het nieuwe businessmodel. Marktplaatsen zijn de basis van Alibaba, het verbinden van partijen met elkaar: klanten met winkels, klanten met fabrikanten en business met business. Alibaba verbindt, leidt en faciliteert.

Recreëren Molenaar heeft als specialist op het gebied van retail een tip voor een winkelstad. ,,Je moet je afvra-

Retailexpert Cor Molenaar: ,,de onderkant van de markt draait als een tierelier.’’ gen waarom iemand naar jouw plaats zal gaan. Daar moet je namelijk wel redenen voor zien anders is het einde oefening. Een reden kan zijn de historische binnenstad. Je ziet in plaatsen als Ootmarsum, Delden en IJsselstein ook dat het werkt. Historie is de aantrekkingskracht van de toekomst. Het is eigenlijk recreëren. Je moet de prijs vergeten, maar kijken naar de beleving”. Molenaar legt een link met de man die graag naar Mediamarkt gaat. ,,Niet om de acties, niet om te horen dat een televisie niet meer op voorraad is, maar omdat het leuk moet zijn om daar naar binnen te gaan. Het moet er gezellig zijn. Als retailer moet je er niet met de kaasschaaf over heen gaan zodat alleen het product en de prijs overblijft, anders creëer je anorexiamanagement.’’ Hij geeft tevens aan dat er momenteel een kanteling zichtbaar is. ,,We gaan van een aanbodeconomie naar een vraageconomie.’’

Veel leed

Cor Molenaar geeft regelmatig lezingen over de kansen en bedreigingen in de retail.

De hoogleraar geeft aan dat er heel veel leed is in de retail. Ondernemers zitten met hoge huurlasten en teren vaak in op hun pensioen. Dus er moet wel wat gebeuren. Maar wat? Hoe doe je mee, vraagt Gerbrand Pot aan zijn gast aan tafel. Molenaar zegt dat er niet alleen gewezen moet worden op internet. Er zijn volgens hem drie zaken die de kern vormen van het

probleem. ,,Ten eerste gaat tien procent van ons geld naar producten die vier jaar geleden niet bestonden. Smartphone, apps, internet en digitale televisie. We kunnen niet meer zonder. Omdat we tien procent meer moeten bezuinigen om dit geld terug te verdienen, gaan we niet meer naar

,,Hoe dom kun je zijn om in de stad gratis wifi aan te bieden?’’ C&A, maar naar Primark. Niet meer naar de Albert Heijn, maar naar de Lidl. De onderkant van de markt draait als een tierelier’’, aldus Molenaar. ,,Ten tweede bestaat dertig procent van onze huishoudens uit singles. Jongeren, ouderen, mensen die gescheiden zijn. Die mensen hebben een ander levenspatroon. Die kopen niet bij de gewone supermarkt, maar bij een Albert Heijn way to go. Die sporten en eten onderweg nog ergens een hapje.’’ Ten derde komt pas de impact van internet om de hoek heen kijken stelt Molenaar. ,,Je kunt alles vinden op internet. Je hebt een mooie lamp gezien in een lampenzaak. Hup, even googlen op internet en dan bestel je die goedkoper bij Bol.com. Hoe dom kun je zijn om in de binnenstad gratis wifi aan te

bieden?’’ Gerbrand Pot stelt dat er veel mensen buiten hun eigen plaats winkelen. Toch denkt Molenaar dat dit gaat veranderen:. ,,Eerst moest alles groot. Nu vinden mensen juist de kleine winkelstraatjes leuk.’’ Het gesprek komt automatisch op het wel of niet gratis parkeren. Molenaar denkt dat je met gratis parkeren veel meer bezoekers kunt aantrekken. Hij is van mening dat de handhavingskosten hoger zijn dan de opbrengsten.

Tips Molenaar geeft de volgende tips: ,,Ga samenwerken met elkaar. Winkels moeten zich meer richten op inspiratie en beleving. Maak het gezellig. Zet in op service. Ondernemers moeten bijvoorbeeld thuis gaan bezorgen. Neem barrières weg. Verander je openingstijden. Vernieuw snel je collectie. Werk samen met de horeca. Zorg ervoor dat je punten krijgt in de winkels die je gelijk in de horeca kunt inleveren voor een kopje koffie. Met dit alles stimuleer je mensen om te kopen.’’ Tenslotte zegt hij: ,,Kijk anders aan tegen het koopgedrag van de consument. Het zijn niet de webshops die het de winkelier moeilijk maken, maar het is die single die net ander koopgedrag vertoont en het is de nieuwste smartphone waar mensen graag geld aan uitgeven.’’


Sprekers Cleantech Tomorrow eensgezind:

We moeten NU iets doen

John D. Liu, Willem Ferwerda en z.k.h. Prins Carlos de Bourbon de Parme waren duidelijk: als we nu niets doen, is het te laat. Afgelopen 3 februari vond de tweede editie van Cleantech Tomorrow plaats, dit jaar in Apeldoorn. Ruim 750 belangstellenden stapten aan boord. Het kon dit jaar niet op: de lijst van sprekers was indrukwekkend. Inspiratoren als Eva Gladek en John D. Liu deden op het podium van de Rabobankzaal in Orpheus verslag van een reis naar een duurzame toekomst. Het middagprogramma stond in het teken van de Cleantech Battle 2015, gewonnen door de bedenkers van het levensloop bestendige bed. JOHN D. LIU “We live in paradise. Make sure we don’t get expelled”

In 1997 begint Liu het Environmental Education Media Project (EEMP), dat zich richt op ecologisch herstel: het doen terugkeren van biomassa, organische materie en biodiversiteit. Zijn missie: aantonen dat ecologisch herstel niet alleen mogelijk is, maar ook nog eens economisch zinvol – zowel voor de plaatselijke bevolking als voor overheden. Liu is ferm en duidelijk: “We have global problems. We have to adress them.” Daarbij sprak hij ons aan als mensheid, niet als Nederlanders. “We moeten echt stoppen met denken in bevolkingsgroepen. We moeten dit samen, als mensheid oplossen.”

WILLEM FERWERDA “Restoring our soil is restoring our soul”

Eensgezindheid is ook waar Ferwerda voor pleit. “Er wordt steeds meer actie genomen op het gebied van duurzaamheid, maar aan de andere kant gaat onze biodiversiteit harder achteruit dan ooit.“ Inzet van het juiste kapitaal is daarbij de sleutel. Willem Ferwerda is directeur en oprichter van Commonland, een organisatie die gedegradeerde gebieden op basis van een businessmodel herstelt in samenwerking met lokale partijen, bedrijven en investeerders. Daarbij resulteert elk te herstellen gebied in vier ‘returns’; inspirationele, sociale, natuur en financiële returns. “De eerste returns geef je aan de mensen die er wonen. Return of inspirational capital. Het kan! Het is allemaal bewezen.” Z.K.H. PRINS CARLOS DE BOURBON DE PARME “Iedereen is in potentie een leider” “Duurzaamheid is niet links of rechts, maar gewoon hard nodig. De wereld verandert enorm snel en we moeten nu iets doen. Ook u bent de samenleving.” Daarmee doet de prins een direct appel op onze eigen verantwoordelijkheid. Prins Carlos de Bourbon de Parme is directeur van INSID, Institute for Sustainable Innovation & Development. Een onafhankelijke stichting die als doel heeft het versnellen van duurzaamheid. Het doel is duidelijk: heel Nederland energieneutraal in 2050.

“Daarbij moet iedereen zijn verantwoordelijkheid nemen.”

RICHARD DUNNE

ONDERWIJS EN JEUGD Het congres werd maandag 2 februari al afgetrapt met een programma voor en door studenten op tal van middelbare scholen in Apeldoorn en Deventer. Op het Etty Hillesum Lyceum in Deventer gingen leerlingen in gesprek met Robert Swan van Stichting 2041 en Richard Dunne. Daarnaast presenteerden de leerlingen hun projecten. Twee maanden lang zijn ze bezig geweest met het thema duurzaamheid. Ook Roderick Bunschoten, die vorig jaar mee reisde met de Aventus Cleantech Antarctic Expedition, presenteerde zijn verhaal. ROBERT SWAN inspireert leerlingen

Robert Swan wordt beschouwd als een van ‘s werelds beste en meest inspirerende sprekers. Na zijn wandeltochten naar de beide poolgebieden zette hij zijn leven in het teken van het behoud van Antarctica, dat slechts tot het jaar 2041 beschermd gebied is. Swan wil de jeugd, de toekomstige generatie wereldleiders, inspireren om zich in te zetten voor een duurzame economie en schone toekomstige technologieën. “The greatest threat to our planet is the believe that someone else will save it,” aldus Swan.

De Britse hoofdonderwijzer Dunne nam in 2011 deel aan een expeditie naar Antarctica onder leiding van Robert Swan en kwam volledig geïnspireerd terug. Zijn school is nu op alle fronten bezig met duurzaamheid. Energie- en kosten besparen zijn geen project, maar een voortdurende activiteit waar kinderen vanaf 6 jaar een verantwoordelijkheid in krijgen. In acht jaar maken de kinderen kennis met allerlei verschillende categorieen, zoals het individu, de samenleving, voedsel, energie. CLEANTECH BATTLE Een bed dat eenvoudig begint, groeit als je gaat samenwonen, omhoog kan als je kinderen krijgt en luxe wordt als je meer gaat verdienen. Dat was het idee van het winnende team dat meedeed aan de Cleantech Battle 2015. Andere teams bogen zich over onder meer het comprimeren van plastic afval en duurzame verpakkingen bij webwinkels. Het congres werd afgesloten door Femke Mostert, die op luchtige wijze een serieus onderwerp bezong, namelijk de Cleantech Agenda. Met deze agenda is de koers gezet voor de Cleantech Regio. Meer weten over wat het programma allemaal bracht? Ga naar www.cleantechregio.nl voor meer informatie en meld u aan voor de nieuwsbrief.


februari 2015 - nr. 2

11

eureka

De Disq: een nieuwe manier van fit worden tekst: Jos Fluitsma foto: Maarten Sprangh

H

et is de beste krachttrainingstool in de wereld. Dat zegt Apeldoorner Robbert Boekema over de DISQ. Hij is een en al enthousiasme als hij vertelt over de DISQ die hij ontwikkelde. „Vanuit mijn ervaring in de topsport wil ik mensen helpen om fit te worden. Met de DISQ train je met weerstand en dat is de meest effectieve manier om conditie en kracht op te bouwen.” De DISQ bestaat uit twee kleine schijven die je met een riem vastmaakt rond je heupen, en twee enkelbanden. In de schijven zit een opgerold koord waarvan je de weerstand kunt instellen. Door het koord uit te trekken functioneert het als een gewicht waarmee je je spieren traint. Ook je benen, als je het koord aan de enkelbanden vastmaakt. Met de DISQ (prijs: 199 euro) kun je kracht- en

conditietraining doen, binnen of buiten, op elke tijd en plaats. Robbert Boekema (zoon van olympisch schaatskampioene Ans Schut) was een paar jaar lid van de Nederlandse schaatsploeg, waar hij ploeggenoot was van olympisch kampioen Stefan Groothuis.

Schaatsbewegingen Robbert: „Net als elke andere topsporter was ik voortdurend aan het zoeken hoe ik kon trainen op een manier die zo dicht mogelijk bij de schaatsbewegingen bleef. Je wordt niet sterker door alleen maar steeds meer te schaatsen, maar vooral door krachttraining. Tijdens onze trainingen op afgelegen plaatsen hadden we niet altijd mogelijkheden voor krachttraining. Ik bleef altijd nadenken over een goed alternatief. Toen ik tijdens een skivakantie in 2006 aan het trekkoord van mijn skipas trok om die langs de scan te halen, had ik het. Ik merkte dat dat koord een constante weerstand

gaf vanuit het centrum van mijn lichaam, net als de schaatsbeweging. Zo is het idee voor de DISQ ontstaan.”

Constante weerstand Vanuit dat idee werkte Robbert aan de ontwikkeling van de DISQ, samen met Stefan Groothuis en Jelle van den Berg, kleinzoon van Elfstedentochtwinnaar Jeen van den Berg. „Met de DISQ creëer je - anders dan bij elastiek waarmee in sportscholen wordt getraind - een constante weerstand. Je werkt vanuit het centrum van je lichaam en een sterk centrum met sterke buik- en rugspieren zorgt voor een sterk lichaam. Met de DISQ werk je aan fitheid én conditie. Je kunt er altijd en overal mee trainen, je lichaam is het fitnesscentrum. Je doet een effectieve work-out met simpele bewegingen, je hoeft niet te springen of te dansen. Iedereen kan het doen, de DISQ is op elke weerstand instelbaar. Een apparaat als de DISQ, met een constante weerstand, was er nog niet. Het is echt een andere manier van trainen.” Robbert, Stefan en Jelle hebben een app ontwikkeld waarmee je via tablet of telefoon je training kunt doen en het zo een onderdeel van je dagelijks leven kunt maken. „We hebben verschillende work-outs gemaakt, om sterker te worden, om je energieniveau omhoog te brengen en om je conditie te verbeteren. Ieder kan het programma gebruiken dat op zijn doel is afgestemd. Omdat je met de DISQ veel energie verbruikt en zo veel calorieën verbrandt, kun je er ook flink mee afvallen.”

Voor alle sporten Het trainingsapparaat bestaat uit twee kleine schijven die je met een riem vastmaakt rond de heupen. Vandaar de slogan: the work-out you wear.

Robbert presenteerde de DISQ in 2013 op de FIBO in Keulen, een toonaangevende internationale

Robbert Boekema, zoon van olympisch schaatskampioene Ans Schut, geeft een DISQ-les. vakbeurs voor fitness, wellness & gezondheid. In 2014 introduceerde de grootste, meest exclusieve fit-

„We willen het denken over fit worden gaan veranderen” nessketen in Amerika de DISQ in hun clubs in onder meer New York, Hollywood, Miami en Washington. Oprah Winfrey besteedde aandacht aan de DISQ en hij stond op de cover van de Wall Street Journal. Je ziet de DISQ ook in de fitnesscentra van Hard Candy die zijn opgezet door Madonna.

Boekema: „We hebben ons eerst gericht op fitnesscentra omdat je daar met je eigen DISQ kunt meedoen aan groepslessen onder begeleiding van een instructeur, maar daarnaast ook zelf thuis kunt trainen. We gaan de DISQ nu verder ontwikkelen voor andere sporten. Want je kunt hem ook heel goed gebruiken bij golf, Pilates, voetbal, wielrennen, basketbal en hardlopen en zelfs professionele ballerina’s werken ermee. Voor heel veel sporten is het goed om vanuit het centrum van je lichaam te trainen. Door te trainen met de DISQ worden je spieren sterker en dat kan blessures voorkomen. Een sterk lichaam is een fit en snel lichaam. De DISQ is dé nieuwe manier van bewegen gericht op krachttraining.’’

Valentijnsdag

S

amen komen ze binnen. Meneer een klein beetje voorop zodat de deur open schuift waardoor mevrouw makkelijk door kan lopen. Hij neemt haar jas aan, duwt het sjaaltje in de mouw, wacht totdat ze haar haar in de spiegel heeft gestyled en lacht als hij ziet dat ze klaar is. Al babbelend lopen ze naar hun tafeltje.....nog nèt niet hand in hand. Ik hoef de stoel niet aan te schuiven want meneer doet dat liever zelf voor zijn vrouw. We brengen de drankjes en glimlachend tikken ze de glazen tegen elkaar aan: ‘chin chin!’

Nel Koot-Geluk is eigenaresse van restaurant de Brugwachter in Apeldoorn, dat ze sinds 2002 runt met haar team.

Eén voor één komen ze binnen, meneer vér vooruit zodat de schuifdeur al lang weer dicht is en zijn vrouw zich bijna een bult stoot aan de glazen deur. Hij hangt zijn jas op en kijkt belangstellend hoe zijn vrouw staat te wurmen met tas, jas, sjaal en

handschoenen. We helpen snel met het ophangen en zien hoe de man zijn eerste biertje al bij de bar heeft besteld. Als zij aanschuift, is hij al druk in de weer met zijn mobiel. Geen aandacht voor haar. Facebook is al véél te lang alleen geweest! Terwijl mevrouw wacht op de verse jus d’orange is zijn tweede biertje in aantocht. En zonder op haar te wachten tilt hij het biertje relaxed op: ‘Nou....proost meid!’ ’Het is zo commercieel, hè?’ Dat is dé dooddoener die zich altijd aandient bij Valentijnsdag. Dubbele moraal naar mijn idee, want met Kerst hoor ik daar geen kip over (kalkoen klinkt eigenlijk leuker). En wordt de boom weer helemaal ‘à la glitter en glamour’ en volgens de laatste trend gerestyled. Trouwens met Pasen denken ook hele generaties dat het de nationale verjaardag is

van broer konijn. Inclusief choco-hazen en uitbundig versierde paastakken. Maar afijn... Valentijn is dus commercieel. Nou en? Je hoeft elkaar toch geen nieuwe auto te geven? Weet u, het gaat om de aandacht voor je partner. En dat maakt het zó leuk. Een kaartje met lieve woordjes. Een post-it op zijn boterham met een klein gedichtje. Samen zalig dineren. En een dag hoffelijkheid! Want daar leent Valentijnsdag zich uitstekend voor: de auto ‘s morgens ijsvrij maken. De container alvast buiten zetten. Haar favoriete drankje bestellen... Ik wens u een dag vol liefde toe. Zoals het hoort op Valentijn. En dat u de glazen lachend tegen elkaar aan tikt. Chin Chin!


februari 2015 - nr. 2

12

bree

Streekproducten zijn terug van weggeweest

Zelfs de supermarkt zwicht voor

tekst: Jelte Posthumus foto’s: afkomstig uit het boek ‘Koken met het beste van Veluwse bodem’

Fruitsap uit het Vechtdal, een Veluws stoofpotje, Sallandse asperges: streekproducten worden steeds populairder. Maar alleen op basis van een hoog ‘aaibaarheidsgehalte’ redt je het niet als ondernemer op het gebied van streekproducten, zo ervaren drie ondernemende boeren uit Overijssel en Gelderland.

Definitiekwestie Steeds vaker duikt de naam ‘streekproduct’ op, net als de toevoeging ‘ambachtelijk’. Wat er precies bedoeld wordt is echter lang niet altijd duidelijk. ‘Elk product wordt ergens geteeld, verbouwd, gehouden of geproduceerd en komt dus uit een streek’, schreef Edwin Palsma van marketingbureau The Food Agency eerder over dit thema. De emotionele relatie tussen consument en product is volgens hem in ieder geval cruciaal. Mede om die reden verwachten marktkenners dat de meeste streekproducten vooral aanslaan bij lokale consumenten en zich niet lenen voor landelijk marketing en verkoop. De vrijwel overal bekende Limburgse vlaaien, Zeeuwse mosselen en Groningse mosterd blijven in dat geval dus uitzonderingen.

Marry Reinders van boerderij Den Hoek in Wilp-Achterhoek verkoopt in haar boerderijwinkel onder andere zelfgeproduceerde kazen.

W

at van dichtbij komt, is vertrouwd. De toevoeging ‘ambachtelijk’ is in de mode. En de economische crisis heeft de consument nog bewuster gemaakt van de prijs-kwaliteitverhouding van zijn aankopen. Of het nu om kleding, energie of voedingsmiddelen gaat. Geen wonder dus dat de populariteit van streekproducten - waarvan overigens talloze definities bestaan waarschijnlijk al jaren toeneemt. Uit een enquête onder personeel in de voedingsmiddelenbranche, uitgevoerd door website EVMI.nl, bleek in 2008 bijvoorbeeld dat 69 procent van de respondenten verwachtte dat streekproducten het helemaal zouden gaan maken. Vier jaar later was dat al 90 procent. Zo hebben ijsalons het de laatste jaren vaak moeilijk gekregen - vorig jaar nam de totale ijsconsumptie volgens het IJscentrum niet toe - maar snoepen ambachtelijke ijsbereiders volgens het centrum steeds meer marktaandeel af van de industrie. Supermarktketen Jan Linders, actief in de driehoek Maastricht - Eindhoven - Arnhem, profileert zich steeds vaker met lokale producten.

Zoals Limburgse vlaaien en groente en vlees van ondernemers uit het zuiden van het land. En op welke markt verschenen de laatste jaren nu geen nieuwe marktkramen met lokale en biologische producten? Schattig, die kleine lokale initiatieven, maar hebben grote supermarktketens oog voor individuele boeren die streekgebonden producten aan de man willen brengen? En wie controleert de kwaliteit en voedselveiligheid van al die ondernemers die aan de weg of op hun erf een eigen winkel beginnen? Volgens LTO Nederland, de brancheorganisatie die de belangen van de land- en tuinbouwsector behartigt, zijn dat aandachtspunten die voor de verdere ontwikkeling van de markt voor streekproducten van groot belang zijn. En waar kleine, individuele boeren moeten gaan samenwerken om samen hun streekproducten in de markt te zetten, ontstaan soms al snel problemen. Neem de Overijsselse coöperatie De Oorsprong, bij Deventer. De provincie Overijssel stak jaren geleden tonnen subsidie in het project. Maar


februari 2015 - nr. 2

13

eduit

producten uit eigen streek als snel daarna kreeg de groep oorspronkelijke oprichters onderling slaande ruzie en ging de coöperatie failliet. Van de duurzame ambities was weinig terechtgekomen. Maar de vraag naar onderscheidende, gezonde en als het even kan lokale producten zal alleen maar toenemen, zo is de verwachting. De Ondernemer sprak daarom met drie ondernemers die van streekproducten hun toekomst maken. Over hun liefde voor hun product en hoe zij hun streekproducten aan de man brengen.

Boerenhart (Scherpenzeel): coöperatie van eigenzinnige boeren Anderhalf jaar geleden ging deze coöperatie in Scherpenzeel, gelegen tussen Amersfoort en Veenendaal, van start. Inmiddels zit de vaart er al goed in, vertelt Pieter Vink. De ex-medewerker van de Rabobank, een van de financiers en initiatiefnemers van het project, is nu in dienst van de coöperatie waarbinnen twaalf producenten van groente, fruit, vlees, dranken en zuivel samenwerken. „De gedachte is dat ook in onze regio heel veel lokale producenten actief zijn, maar dat zij vaak wat onzichtbaar blijven. Ze zijn goed in het maken van een mooi product, dat zeker, maar vaak hebben ze geen tijd en focus voor marketing, de verkoop en de communicatie met consumenten. Via deze samenwerking kan je elkaar daar-

Ton Verbeek van Fruittuin Verbeek in Oldebroek. bij juist versterken.” De coöperatie richt zich op de zakelijke markt, waaronder vooral veel horeca, bedrijven en instellingen. „Die hebben absoluut interesse in streekproducten, maar ze hebben geen zin in acht verschillende busjes op de oprit en acht verschillende facturen”, aldus Vink. „Wij werken daarom op al die gebieden samen en we hebben één

centraal logistiek centrum. Een groep eigenzinnige boeren die gaan samenwerken, dat is een hele uitdaging. Maar iedereen beseft dat we allemaal belang hebben bij deze samenwerking.” Naast de zakelijke markt bereiken de ondernemers van Boerenhart ook steeds meer consumenten via de supermarkt. „De Jumbo hier in Scherpenzeel heeft voor onze pro-

Bart Boon van boerderij Eco Fields in Wekerom, die aangesloten is bij coöperatie Boerenhart.

ducten ruimte vrijgemaakt in de streekhoek”, vertelt Vink. „En andere Jumbo’s hier in de buurt hebben ook al interesse getoond.”

Boerderij Den Hoek (Wilp-Achterhoek): pure kaas, zo van de koe Al achttien jaar lang maakt Marry Reinders van boerderij Den Hoek (tussen Deventer en Apeldoorn) kazen. „De laatste jaren zie je inderdaad steeds vaker de term ‘streekproducten’ opduiken. De populariteit neemt toe, dat klopt. Dat heeft vast ook iets te maken met de wereld om ons heen: die wordt groter en groter. Daardoor krijgen mensen, zo lijkt het, juist meer oog en waardering voor wat er bij hen om de hoek gebeurt”, aldus Reinders. „Maar besef wel: vroeger waren er natuurlijk veel meer ambachtelijke bedrijven dan nu. Alleen al in onze branche, de kaasmakers, zijn de afgelopen decennia ontzettend veel bedrijven verdwenen of opgeslokt door grote, internationale bedrijven.” Op de boerderij van Reinders geen ingewikkelde productieprocessen, de melk waarvan de kazen gemaakt worden is maximaal 48 uur eerder door haar eigen koeien geproduceerd. „Bezoekers kunnen hier zelf bekijken hoe wij onze producten maken en we hebben speciale dagen waarop kinderen met hun ouders kunnen komen kijken. Kaas in de supermarkt is vaak fabriekskaas, die onder meer gepasteuriseerd is. Er is veel mee gesleept, vrachtauto’s hebben het naar fabrieken gebracht, er zitten ontzettend veel stappen tussen de koe en de kaas. En dat komt de kwaliteit en dus de smaak niet ten goede.”

Via de winkel bij de boerderij vinden de kaas, yoghurt, slagroom en andere zuivelproducten gretig aftrek bij consumenten in de omgeving. En ook in de schappen van onder meer de Plus-supermarkt in Heerde liggen nu de producten. „Zouden wij nog meer willen verkopen? Ja, natuurlijk”, aldus Reinders. „Maar we willen ons graag beperken tot deze regio. En meer produceren zit er nu sowieso even niet in. Wij zitten aan de max van onze productiecapaciteit.”

Fruittuin Verbeek (Oldebroek): alleen nog zelf verkopen Zeventien jaar lang produceerde fruitteler Ton Verbeek voor supermarkten. Maar eindeloos produceren terwijl de lekkerste, meest rijpe producten teruggestuurd werden omdat ze niet geschikt waren voor grootschaligheid, daar had hij op een gegeven moment genoeg van. „Wij produceren nu alleen nog wat wij zelf kunnen verkopen. Meteen na de oogst, via onze boerderijwinkel, of later in de vorm van onder meer sappen en jams.” Hij ontvangt er gemiddeld zo’n duizend particuliere klanten per week, met name afkomstig uit de directe omgeving. „Het opbouwen van zo’n klantenkring duurde even, maar langzaam gingen de verhalen over onze producten steeds meer van mond tot mond.” Het boek ‘Koken met het beste van Veluwse bodem’, waarin onder andere de hier genoemde ondernemers zich presenteren, is een project van Lekker Veluwe: een nieuw concept om liefhebbers van eten, drinken, koken en streekproducten met elkaar te verbinden. Zie: lekkerveluwe.nl.


februari 2015 - nr. 2

thema 14 Culinair genieten van ‘wellness food’ tekst: Fiona de Heus foto: Patrick van Gemert

N

atuurlijk draait het ook om smaak en presentatie, maar gezondheid is vooral heel belangrijk”, vindt chef-kok René Staartjes van restaurant Intens in Voorst. In het restaurant, dat gevestigd is hotel Thermen Bussloo, presenteert hij elke jaargetijde een nieuwe, verrassende menukaart. Eind februari gaat de nieuwe kaart weer in. „Dutch cuisine wordt nu overal gepromoot, maar wij begonnen daar eigenlijk drie jaar geleden al mee.” Mensen uit de omgeving stappen nog niet zo snel binnen bij restaurant Intens voor een lekker etentje. Je gaat niet zo snel naar een hotelrestaurant en mensen hebben soms – ten onrechte – het beeld dat de gasten hier in badjassen aan tafel zitten. Dat wil René Staartjes direct rechtzetten. In het wellnessresort naast het hotel is ook een restaurant waar dat wel gebeurt, maar in Intens zijn badjassen niet toegestaan. Bovendien zijn mensen uit de omgeving juist welkom.

Variatie Hoewel het restaurant veel tafels heeft – „Momenteel doen we elke

avond zo’n honderd couverts” – heeft het niet de uitstraling van een eetzaal. Dankzij de zorgvuldige kleuren en zachte materialen doet het warm en sfeervol aan. „Wellness is niet alleen gezondheid, het is ook genieten”, vindt Staartjes. En daar is het restaurant ook op ingericht. De menukaart biedt veel variatie en laat de gasten vrij in hun keuze. Opvallend is wel de verhouding vlees en groente in de gerechten. „In plaats van 170 gram vlees kiezen wij voor 110 gram vlees. En in plaats van één soort groente krijgen de gasten bij ons vier tot zeven soorten groenten. Ik kijk ook meer naar de groenteseizoenen dan naar de vleesseizoenen. Ik bedenk eerst welke groente we willen gebruiken en dan naar welk vlees we daar bij doen. Dat is anders dan in de meeste restaurants, waar het vlees bepalend is.”

Ontwikkeling Voor Staartjes was het een hele ontwikkeling om vanuit de klassieke Franse keuken de omslag te maken naar wat hij nu ‘wellness food’ noemt. Staartjes studeerde aan de Cas Spijkers Academie en

Thuis gezond koken

Chef-kok René Staartjes volgt in het voorjaar een cursus bij gezondheidsactivitiste en schrijver Kyra de Vreeze. De nieuwe kennis werkt hij samen met alle kennis die hij al heeft tot een nieuwe workshop om gasten te leren hoe ze zelf gemakkelijk gezonde maaltijden thuis kunnen maken. Deze workshop is onderdeel van het BanyanCentre, het bewustwordingscentrum in Hotel Thermen Bussloo. Zie t.z.t. www.banyancentre.nl en www.restaurantintens.nl.

Chef-kok René Staartjes van restaurant Intens, dat gevestigd is in Thermen Bussloo, maakte de omslag van een Franse keuken naar wat hij nu ‘wellness food’ noemt. werkte onder andere bij Toine Hermsen in Maastricht, Boode in Bathmen en Dorset in Borne. Bijna drie jaar geleden, een half jaar voordat het hotel open ging, begon hij als sous-chef bij Thermen Bussloo en vanaf het moment dat het restaurant de deuren opende werd hij chef-kok. „Ik kon het, in overleg met de directie natuurlijk, helemaal naar mijn hand zetten. Ik heb echt gezocht naar een kookstijl.”

Moeilijke balans De combinatie van gezond eten en genieten is een moeilijke balans, vindt Staartjes. De ingrediënten zijn zoveel mogelijk biologisch. „Het hotel heeft de Green Key Gold certificering, onder andere omdat het gebouwd is volgens de nieuwste eisen en de WKK voor de sauna. Het hotel kan daardoor gedeeltelijk verwarmd worden met de warmte die vrijkomt in de sauna. Voor de certificering is het ook nodig dat je biologische producten gebruikt. Van de 24 pro-

ductgroepen moeten er minimaal elf biologisch zijn en wij hebben er zeventien. We maken zelf jam, hebben onze eigen kruidentuin voor kruiden en eetbare bloemen zoals goudsbloem en viooltjes, we maken rosbief van IJselvalleirunderen, de geitenkaas komt uit Terwolde en veel van onze melk en kaas komt van de biologische en biodynamische zorgboerderij De Vijfsprong in Vorden.” „We zouden graag een Bib Gourmand willen en om hiervoor in aanmerking te komen heb ik nu een voorstel ingediend voor een menukaart met wat luxere gerechten, zoals geschaafde eendenlever. Dit gaan we nu proberen als supplement, zodat de gasten er zelf voor kunnen kiezen. Net als zwezerik. Ik heb een mooie biologische zwezerik gevonden, die we nu – ook als supplement – op de kaart krijgen.” Maar het belangrijkste blijft dat het eten gezond is. Niet alleen door de productkeuze, maar ook door de manier van be-

reiden, bijvoorbeeld op lage temperaturen en sous-vide om de vitamines te behouden, groenten rauw laten of ‘pickelen’. Tijdens stages in Thailand leerde Staartjes de gezonde Aziatische keuken kennen, wat heeft geleid tot de oosterse invloeden op het menu, zoals het gebruik van gember.

Vijfelementenleer Begin volgende maand wordt ook, na een jaar ontwikkelen, het Vijf Elementen Menu toegevoegd aan de menukaart. Dit menu is opgebouwd uit vijf gangen, die volledig volgens de Chinese vijfelementenleer zijn samengesteld. Elke gang is één element, tot en met het dessert dat alleen producten passend bij het element metaal bevat. „Van onze menukaart van drie jaar geleden is bijna niets meer over. Dat was klassiek Frans, in onze huidige menukaart leer je de pure smaak van de producten waarderen en hebben we gestreefd naar die balans tussen gezondheid en genieten.”

Het lijden is voorbij in het jaar van de Geit

L

et op, op 15 februari begint het Jaar van de Geit. Het wordt een jaar barstensvol energie. Maar pas op, want stress en een burnout liggen op de loer. Het wordt een fantastisch jaar als je precies weet wat je wel en vooral ook wat je niet moet doen. Het is tijd voor het nieuwe leiderschap. Het lijden - met de lange ij - is voorbij. Als ondernemer moet je nu een positie kiezen en durven om bestaande business modellen los te laten. De veranderingen gaan zo ontzettend snel. Wie nu niet in beweging komt, is passé. Het is nog maar goed vijf jaar geleden dat we kennismaakten met de tablet, met de iPad. En kijk nu eens. De iPad is niet meer weg te denken uit ons dagelijks bestaan. De ene revolutie volgt de ander op. Dit jaar breekt de smartphone door als betaalmiddel. Je iPhone wordt je portemonnee. Daar moet je

je als ondernemer bewust van zijn en de kansen grijpen die deze ontwikkeling met zich meebrengt. Apple komt binnenkort met een horloge, dat ongekende mogelijkheden gaat bieden en ons leven nog een stuk comfortabeler gaat maken. We hoeven straks niet meer na te denken, wanneer we ons pilletje tegen een hoge bloeddruk of trombose moeten innemen. Dat signaleert het horloge. En niet omdat het tijd is, maar omdat het apparaat kan signaleren dat het lichaam er behoefte aan heeft of niet! Het voorkomt dat wij te veel medicijnen slikken, het is dus goed voor ons lichaam, het bespaart geld en omdat we minder medicijnen slikken, belandt er ook minder chemische troep in het riool. Denk bijvoorbeeld ook eens aan wat dit voor het onderwijs betekent. De kinderen adopteren deze techniek razendsnel. Hoe

ga je hier mee om als docent? Verbied je het apparaat? Dat vind ik het domste wat je kunt doen. Generatie Z weet niet beter dan dat Google de derde hersenhelft is! Dus ga je met de leerlingen bekijken welke nieuwe kansen dit biedt om de lessen effficiënter in te richten en misschien ook nog leuker te maken? Ondernemers moeten hun klanten een nog comfortabeler gevoel geven. In een schoenenwinkel zie ik schoenen staan, die ik graag wil kopen. Maatje 41 is net te klein en maatje 43 net te groot. 42 was uitverkocht! Het domste wat een winkelier op dat moment kan doen is te zeggen dat hij ze kan bestellen en dat je over twee of drie dagen je schoenen kunt ophalen. Daar neemt een consument geen genoegen meer mee. Die zoekt diezelfde avond de schoenen op op internet en bestelt maatje

42. De volgende dag worden de schoenen aan huis geleverd. De winkelier moet de klant niet meer de winkel uit laten gaan. Hij biedt aan de schoenen te bestellen en ervoor te zorgen dat de volgende dag de schoenen thuis bij mij bezorgd worden. Dat is service. Service met een smile. De winkel wordt een showcase, een etalage. Een winkelier kan niet alles op voorraad hebben, maar hij kan er wel voor zorgen dat wat de klant vraagt nog diezelfde dag of uiterlijk de volgende dag bij hem wordt thuisbezorgd. Dus wat kan jij doen om de techniek voor je te laten werken? René Boender is keynote-speaker en brain-agent. De inspirator wordt regelmatig door bedrijven als Apple, Amazon, Starbucks maar ook BMW, Boeing of ING gevraagd om verse ideeën en energie te brengen.


februari 2015 - nr. 2

15

de volgende stap

Marian Heezen moet noodgedwongen stoppen met haar modezaak Collona in Wilp. Momenteel werkt ze hard aan haar nieuwe business: het ontwikkelen van apps. ,,Ik zie overal mogelijkheden en kijk ernaar uit dat ik straks de tijd heb mijn ideeën uit te werken.’’

Van het runnen van een modezaak naar het ontwikkelen van apps tekst: Monique Mulder foto: Liselotte Kolthof

D

at Marian Heezen noodgedwongen moet stoppen met haar modezaak Collona in Wilp ziet ze niet direct als een probleem. Ze was al begonnen met het ontwikkelen van apps, maar had liever gewacht tot haar nieuwe activiteiten winstgevend waren. Nu gunt ze zichzelf een half jaar om met betere verdienmodellen een inkomen uit haar communicatie business te halen.

Ideeën uitwerken Wat Heezen vooral niet zal missen, als ze op 28 februari de deuren sluit, is de kleding. ,,Het klinkt misschien raar, maar ik had geen plezier meer in het mooi presenteren van collecties in mijn winkel. Daar had ik gelukkig hele prettige en creatieve collega’s voor. Ik verheug me er vooral op dat ik meer tijd krijg. Om te trainen voor mijn vijfde marathon. En om de ideeën uit te werken die ik vooral tijdens het hardlopen krijg.” Het was voor de buurvrouw van de grote modezaak Piet Zoomers niet echt een bewuste keuze om

,,Ik merkte wel dat het steeds lastiger was te concurreren met grotere partijen. Leuke boetiekjes vind je vanwege de hoge huren niet op A-locaties in grote steden en niet iedereen gaat in een stad op ontdekking in zijstraatjes.” Daarom ontwikkelde ze in 2013 al de app leuke boetiekjes. Een handleiding voor iedereen die in Nederland op Dat deed ze ook in de winkel die zoek wil naar de favoriete merken, ze al vijftien jaar runt. ,,Toen was modezaakjes met karakter of geik vooral veel bezig met klantenwoon wil shoppen naar een eigen binding. Ik organiseerde allerlei favoriete stijl. Het waren voor Maevenementen en was heel actief op social media. Het toppunt was rian allemaal uitgangspunten die ze mee wilde nemen in de ontwikeen groot pizzafeest met modeshow dat ik in mijn eigen tuin or- keling van haar eigen app. En dat ganiseerde voor 160 klanten.” Die terwijl ze zelf nog nooit had geprohouding hielp haar door de afgelo- grammeerd. pen crisisjaren heen, maar ook Collona ontkwam niet aan de landelijVerdienmodel ke omzetdalingen. Ze zocht contact met een intermediair die het ontwikkeltraject kon Uitgangspunten begeleiden. Achteraf heeft ze meer Toch dacht ze er twee jaar geleden moeten investeren dan nodig, zoabsoluut niet aan met verkopen wel qua tijd als geld. ,,Halverwege van luxere dameskleding te stopmoest ik bijvoorbeeld van propen. Ze geniet nog elke dag van grammeur wisselen, omdat de app het contact met de klanten en had voor Android niet op tijd werd geliever wat meer tijd gehad om afleverd. Gelukkig heb ik voor volscheid te nemen van haar winkel. gende apps en websites genoeg van de vrouwenkleding weer over te stappen naar haar eigen vakgebied: communicatie. Voordat ze eigenaar werd van Collona, was Heezen communicatieadviseur. Zelf denkt ze dat het meer te maken heeft met haar drang om voor elk probleem een oplossing te zoeken.

kennis dit zelf te begeleiden.” Ook valt haar de tijd die ze nodig heeft alle informatie over de boetiekjes in de app up to date te houden flink tegen. ,,Ik zat regelmatig tot midden in de nacht te werken. Ik ben begonnen met 450 adressen die ik allemaal zelf heb ingevoerd en zit nu op 650. Om de wisselingen daarin bij te houden, moet je vakbladen lezen, Facebook-pagina’s bekijken en alle informatie die ik krijg via mijn netwerk verwerken. Wel is dat meteen mijn sterke punt, want ik blijf veel actueler dan andere shop apps waarin vaak duizenden adressen zitten.” Succesvol was de introductie wel. De app werd getipt in de glossy Linda en is al bijna negenduizend keer gedownload. “Passeer ik de grens van de tienduizend, dan wordt het voor adverteerders ook weer interessanter.”

Duurzame mode Een valkuil bij de ontwikkeling van haar app is wel dat ze zich teveel op slechts één verdienmodel heeft gefocust. Nu brengt de gratis app haar alleen geld op als boetiek-

jes of merken adverteren. „En dat is nu juist het probleem, want marketing-budgetten staan de laatste jaren erg onder druk. Ik werk op dit moment aan een oplossing daarvoor en wil binnenkort andere verdienmodellen introduceren.” Nu ze meer kennis heeft van het werken met data blijven de ideeën komen. Ze is bezig met een website voor de inkoop van mode en is ook gevraagd voor Koningsdag in Apeldoorn iets met duurzame mode te doen. ,,Hiervoor kan ik mijn netwerk natuurlijk heel goed gebruiken.”

Ideeën En dat er nu tijdens het hardlopen nóg meer ideeën opborrelen voor nieuwe business-modellen was eigenlijk wel te verwachten. ,,Ik zie overal zoveel mogelijkheden en kijk ernaar uit dat ik straks de tijd heb mijn ideeën uit te werken. Ik zal het daarom niet missen dat mijn dag bepaald wordt door de openingstijden van de winkel. Zeker toen het slechter ging, was ik daar snel zestig uur per week mee bezig.”


Succes via de digitale snelweg met deOndernemer Thema 14 maart: ICT

Extra aandacht voor ICT in de uitgave van 14 maart Interesse? Bel voor meer informatie: Regio Groot Apeldoorn Jarno Smit 06 - 1028 9225 j.smit@wegenermedia.nl Een initiatief van:

Regio Groot Deventer Marcel Rood 06-4114 6389 ma.rood@wegenermedia.nl

Regio Groot Zwolle Remco Sigger 06 - 5170 9134 r.sigger@wegenermedia.nl


februari 2015 - nr. 2

17

de rechtbank

Schuldsanering, ook voor ondernemers? tekst: Paul Bierbooms

H

oewel als uitgangspunt natuurlijk geldt dat iedereen zijn rekeningen moet betalen, zijn er situaties denkbaar waarbij aan een sanering van schulden niet valt te ontkomen. Dat is zuur (en duur) voor schuldeisers, maar voortploeteren is in dat soort gevallen vaak evenzeer zuur en duur. Ik heb het hier niet over de Griekse crisis maar over de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen, beter bekend als de WSNP. Die wet geldt sinds december 1998 en maakt het mogelijk voor natuurlijke personen om van hun schulden af te komen. Om toegelaten te worden tot de schuldsanering moet de schuldenaar aannemelijk maken dat zijn schulden te goeder trouw zijn ontstaan. Ik hoor u al denken: welke schuld is nou te goeder trouw? Als je geen geld hebt, moet je het niet uitgeven. Daar heeft u zeker een punt. Daar staat tegenover dat onze economie voor een groot deel drijft op de mogelijkheid om schulden te maken. Dat geldt zo-

wel voor bedrijven als voor particulieren. Als ik eerlijk ben, komt de toetsing aan de goede trouw van de schuldenaar in de praktijk vaker neer op een onderzoek of er geen sprake is geweest van kwade trouw, dus fraude e.d. Eenmaal toegelaten tot de schuldsanering, dient de schuldenaar drie jaar lang zijn uiterste best te doen om te sparen ten behoeve van zijn schuldeisers. Dat is streng gereguleerd en wordt gecontroleerd door een bewindvoerder en de rechtbank. Soms weet een schuldenaar in de schuldsanering zoveel te sparen dat alle schuldeisers voor 100% betaald krijgen. Dat is heel uitzonderlijk, meestal wordt maar een klein percentage van de schuld alsnog voldaan en het komt ook voor dat er helemaal geen aflossing kan plaatsvinden. Als de schuldenaar zich heeft gehouden aan allerlei eisen die de wet stelt, dan krijgt hij na drie jaar de schone lei. Dat wil zeggen dat zijn schulden die bestonden voor aanvang van de schuldsanering niet langer geïnd kunnen worden. Houdt hij zich niet aan de regels dan kan de schuldsanering worden beëindigd zonder toekenning

van een schone lei. Ik schat dat circa 15% van de schuldsaneringen eindigt zonder schone lei. Ook ondernemers kunnen een beroep doen op de WSNP om een schuldenvrij bestaan op te kunnen bouwen. Dat geldt voor al die mensen die niet ondernemen in de vorm van een rechtspersoon (zoals een BV), maar voor eigen rekening. De ZZP-ers, eenmanszaken, deelnemers aan een VOF. Zelfs ondernemers die wel als BV opereren kunnen, bij financiële nood van het bedrijf, op de schuldsanering aangewezen raken. Zeker in het MKB blijkt de financiële situatie van de bestuurder privé vaak nauw verweven met de zakelijke kant, bijvoorbeeld door borgstelling. Als het bedrijf in de problemen komt, zie je ook vaak bij de bestuurder privé financiële problemen ontstaan. Ik schat dat bij ons circa 20% van alle schuldsaneringen ondernemers betreft. Een schuldsanering blijft een noodoplossing met pijnlijke gevolgen voor de direct betrokkenen, met name de schuldeisers. Voor de economie als geheel is het, zo blijkt uit diverse onderzoeken, vaak de minst slechte oplossing. En de schuldenaar krijgt weer perspectief. Paul Bierbooms is civiele rechter in de rechtbank Gelderland. Voor meer informatie over de rechtspraak en rechtbank Gelderland, zie www.rechtspraak.nl

Zelfs ondernemers die als BV opereren kunnen, bij financiele nood van het bedrijf, op de schuldsanering aangewezen raken. Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP) Deze wet geldt sinds december 1998 en maakt het mogelijk voor natuurlijke personen om van hun schulden af te komen. Een schuldenaar moet eerst naar de Gemeentelijke kredietbank (GKB) of de Sociale Dienst in de gemeente gaan om een schuldhulpverleningtraject te starten, het zogenaamde minnelijke traject. Ook kan een faillissement worden omgezet in een schuldsanering. Deze route wordt meestal gevolgd door (ex) ondernemers. De toetsing is in beide gevallen gelijk: zijn de schulden te goeder trouw ontstaan. De rechter beslist of de schuldenaar wordt toegelaten tot de WSNP en benoemt een bewindvoerder die tot taak heeft te controleren of de schuldenaar zich aan de verplichtingen van de WSNP houdt. Een rechter commissaris controleert op zijn beurt het werk van de bewindvoerder.

e

15

Zwolse Halve Marathon

13 juni 2015 ! N I U N E J F J I HR C S

www.halvemarathonzwolle.nl


n e k r e m e z On

p o o k r e v uit ! g in rt o k % 0 5 e ti c lle o Totale winterc

Oude Vismarkt 40, 8011 TB Zwolle, t. 038 421 70 09, info@yms.nl,

 @youngmensshop  facebook.com/youngmensshop

www.yms.nl


februari 2015 - nr. 2

19

binnenkijken bij Succesvolle eerste weken voor Wereldrestaurant A1 in Deventer

Restaurant haalt de wereld binnen tekst: Nadine Kolkman foto’s: Moric van der Meer

V

ol. Bommetje vol. Wereldrestaurant A1 in Deventer mocht zich de afgelopen weken verheugen op een grote stroom aan gasten. De chefkoks liepen de benen uit het lijf om de gasten te voorzien van de lekkerste wereldgerechten volgens het live cooking concept. Want dat is dé specialiteit van het restaurant. Bedrijfsleiders André en Jack Chen zijn blij met de succesvolle eerste weken van het restaurant, dat pal naast snelweg A1 is gelegen bij de afslag Deventer-Oost.

Try-outweken André Chen: ,,Op 15 december hebben we de deuren geopend voor onze try-outweken. In deze weken, die duurden tot eind januari, gold een korting van twintig procent. In die periode hebben we niet stil gezeten. Dat is natuurlijk mooi, maar je merkt ook dat bepaalde kleine dingen blijven liggen. Zo moeten er nog enkele lampen worden opgehangen en hebben we nog geen tijd gehad om onze benedenzaal echt af te maken. De verwachting is echter dat we deze zaal binnen een paar weken open kunnen doen. De eerste hectische weken hebben plaatsgemaakt voor wat meer rust en kunnen we de laatste puntjes op de i zetten. Straks kunnen mensen hier ook lunchen. Handig voor mensen die werken op handelspark De Weteringen.’’ Het Wereldrestaurant A1 is geves-

De Italiaanse chefkok zorgt ervoor dat het de gast aan niets ontbreekt. Een eigen pizza samenstellen? Dat kan. Gastheerschap staat voorop. tigd op de eerste en tweede verdieping van een spiksplinternieuw pand aan de Maagdenburgstraat. Koopmans Bouw is gevestigd op de begane grond. Het wereldrestaurant heeft de eerste en tweede etage tot haar beschikking. Eenmaal op de tweede etage, waar de ontvangstbalie en de keukens zijn gevestigd, aangekomen dient de geur van lekker eten en de gezelligheid van het restaurant zich aan. De

Het restaurant wordt gerund door de familie Chen. Vlnr. Jack Chen, zijn broer Atsan Chen en diens zoon André Chen.

gastheer of gastvrouw neemt de gast mee langs de verschillende wereldkeukens voor een korte uitleg om ze vervolgens naar hun tafel te begeleiden. het is duidelijk: gastheerschap staat voorop.

Moderne inrichting Wat verder opvalt is de moderne en sfeervolle inrichting. Grijs en zwarttinten overheersen, maar door de bijzondere lichteffecten voelt de enorme ruimte van 2.100 vierkante meter warm aan. Grote bolvormige lampen van chroom aan de ene kant en de enorme oranje en witte lampenkappen aan de overkant zijn ware eyecathers. Ook de blauwe ‘bubbelverlichting’ langs de rand van de keukens valt op. Door de opstelling van de tafels, waar ronde zithoeken met de ruggen naar elkaar toe staan, hebben de gasten de nodige privacy. Ook zijn er houten wandjes met ronde en vierkante doorkijkgaten die ervoor zorgen dat je niet bij de buurman op het bord kijkt. Chen: ,,Het is natuurlijk een heel groot restaurant, maar toch moeten de mensen een knus gevoel krijgen. De inrichting hebben we zelf bedacht en uitgezocht. Een binnenhuisarchitecte heeft onze plannen vervolgens verder uitgewerkt.’’ André Chens vader en oom zijn de eigenaren van het Wereldrestaurant. Zij begonnen ruim vijf jaar geleden met de uitwerking van de plannen. Door de economische crisis liep dit echter vertraging op. ,,Het was de bedoeling dat er een heel groot pand zou worden gemaakt, waar allerlei bedrijven zich in zouden vestigen. Door de leegstand in Deventer ging dit niet

door. Daarom is er uiteindelijk een kleiner pand gekomen’’, verklaart Chen. Het idee van een wereldrestaurant deden zijn vader Atsan Chen (die eerder het Chinese Indisch Restaurant Fong Fou in Raalte runde, red.) en oom Jack Chen op in Azië. ,,Hier is het heel gewoon dat er allerlei restaurants gevestigd zijn op een centraal overdekt plein en dat mensen in het hart van dit plein zitten te eten. Overal halen ze hun eten in kleine porties vandaan’’, aldus de bedrijfsleider.

Onderscheiden Het concept van het wereldrestaurant is vrij nieuw in Nederland, maar niet uniek. Chen: ,,Maar door onze inrichting en onze apparatuur onderscheiden we ons.’’ Chen wijst als voorbeeld naar tandooroven en de ambachtelijke pizzaoven. ,,Hier wordt door een echte Italiaanse pizzabakker pizza’s bereid die de gast zelf samenstelt. Alles is vers. We hebben hier dus ook geen kant- en klare pizzabodems liggen, maar alles wordt nog met de hand gemaakt.’’

De vergelijking met een wokrestaurant wil Chen absoluut niet maken. ,,We maken hier veel meer dan alleen wokgerechten. We bieden diverse lekkernijen aan uit diverse werelddelen. Italiaans, Chinees, Indisch, Hollands, Frans, Japans, noem maar op. Ook is er een uitgebreid toetjesbuffet met een chocoladefontein. Verder is er een aparte drankenbar met flesjes fris, alcoholische dranken en diverse soorten koffie en thee.’’ Aan alles en iedereen lijkt gedacht. Zelfs aan de jongste gast. Zij kunnen pannenkoekjes of poffertjes laten bakken en er is op de eerste verdieping een speelruimte gecreëerd. Bestaande uit een groot speel- en klimtoestel, een interactieve playground, een voetbaltafel en een bioscoopje met dertig stoelen. De naam Wereldrestaurant A1 werd is bewust gekozen. ,,We mikken op een publiek uit een brede regio. De naam geeft aan dat we goed bereikbaar zijn vanuit alle hoeken en gaten.’’ En met deze gedachte hoopt de familie Chen de wereld binnen te halen.

* Oppervlakte van 2.100 m2 * Diverse wereldkeukens * Live cooking concept * Drankenbar * Uitgebreide speelplek inclusief bioscoopje * Mogelijkheden voor kinderfeestjes, vergaderingen en bedrijfsfeesten * Dagelijks geopend van 12.00 tot 22.00 uur Meer informatie en voorwaarden: www.restaurant-a1.nl



februari 2015 - nr. 2

21

actueel Vijf studenten bedenken een levensbestendig bed voor beddenfabrikant uit Deventer

Team Auping wint de Cleantech Battle Een bed dat een heel leven lang meegaat. Wie daarvoor een oplossing weet te bedenken heeft een zeer duurzaam product te pakken. Het overkwam vijf studenten die in opdracht van Koninklijke Auping uit Deventer een levensbestendig bed ontwierpen. Tijdens het congres Cleantech Tomorrow in Apeldoorn werd het idee beloond met de eerste plaats. tekst: Nadine Kolkman foto: Rob Voss Fotografie

leantech. Een begrip dat steeds meer verankert raakt met de regio Stedendriehoek. Veel bedrijven zetten in op schone technologie. Ieder op hun eigen manier. Auping heeft duurzaamheid hoog in het vaande geschrevenl. Niet voor niets werd het bedrijf partner van het congres Cleantech Tomorrow, dat begin februari in Apeldoorn plaatsvond. Het was dan ook in dit kader dat ze een opdracht verzonnen voor de Holland Cleantech Battle 2015. Luc Kikkert van Auping: ,,Onze opdracht was: kom met een oplossing voor een levensbestendig bed. Een zeer duurzame oplossing dus. Nu kopen mensen meerdere malen in hun leven een nieuw matras of compleet bed. Alle grondstoffen en energie die in dat bed zitten worden weggegooid. Dat is natuurlijk zonde en ook nog eens slecht voor het milieu. De bedframes van Auping

C

gaan al bijna een heel leven lang mee, maar matrassen dien je tussen de acht tot tien jaar te vervangen. Vooral hierin lag er een uitdaging voor de studenten’’, aldus Kikkert, die een brede vraag neerlegde bij de studenten. ,,Het ging niet alleen om het bedenken van een duurzame oplossing, maar ook om het vermarkten van het product.”

Bedrijfsbezoek De groep studenten, bestaande uit Floris Halbertsma (Hogeschool Arnhem Nijmegen, Industrieel product ontwerp), Anouk de Groot (Aventus, chemisch analist), Bjorn Janssen, Jasper de Winkel en Lonneke Stikkelorum (Hogeschool Arnhem Nijmegen, Embedded system engineering) hadden een mooie uitdaging. ,,We hebben een bezoek gebracht aan de fabriek van Auping om te kijken hoe het er hier aan toe gaat’’, vertelt Lonneke Stikkelorum. ,,Dit leverde belangrijke inzichten op. Met ons vijfjes kwam het aan op samenwerken. Iedereen heeft zo zijn eigen expertise en dat maakte het zo interessant’’, aldus de enthousiaste studente. ,,Je leert echt om met een duurzame bril naar een product te kijken.’’ Tijdens de halve finale in het Cleantech Center in Zutphen moest het vijftal voor het eerst ‘hun’ product presenteren. Een

De vijf studenten die een levensbestendig bed ontwierpen voor Auping wonnen de Cleantech Battle 2015. dag later volgde de finale, waar ze samen met de twee andere finalisten voor een volle zaal in Theater Orpheus in Apeldoorn hun kunstje nog eens mochten opvoeren. Ze toonden een frame dat met behulp van extra buizen kon worden aangepast aan de diverse levensfasen van een persoon (zoals jonge kinderen, kraamvrouwen en senioren). Ook de matras bestond uit delen. Een dunne matras voor jonge mensen en een dikke matras voor de ouderen onder ons. Tevens kon je de matras in stukken uit elkaar halen en omdraaien, wat de hygiëne ten goede

kwam. Lonneke over de finale: ,,Het was echt zo spannend. Toen we hadden gewonnen konden we ons geluk niet op. We wonnen met de battle een bezoek aan het Windmolenpark bij Egmond aan Zee.’’

Vruchten van plukken Luc Kikkert van Auping vertelt dat dit niet zo maar een tripje is. ,,Wat er niet bij verteld is, is dat het Windmolenpark zo’n vijftien kilometer op zee is’’, lacht hij. Kikkert geeft aan zeer trots te zijn op het team. ,,We hebben ze een beet-

je op weg geholpen, maar uiteindelijk hebben ze een groot deel zelf bedacht. We gaan kijken of we hier binnen ons bedrijf nog wat verder mee gaan doen. Natuurlijk hebben wij onze eigen productontwikkeling, maar wat is er nu mooier om een groep jonge mensen aan een oplossing te zien werken. Een mens is tussen zijn 16e en 22e levensjaar het creatiefst. Daar kunnen wij alleen maar de vruchten van plukken.’’ De Holland Cleantech Battle is een initiatief van het Cleantech Center (Oost-)Nederland.

Acht gemeenten in regio willen afvalketens sluiten

O

Olaf Prinsen (links): ,,Dit is weer een stap in de richting van een circulaire samenleving.’’ Foto Misja Boonzaayer.

p 3 februari is tijdens het duurzaamheidsevent Cleantech Tomorrow in Apeldoorn het gezamenlijke streven ondertekend om te komen tot een cleantech regio die circulair is. Ondertekenaars zijn onder meer de gemeenten Apeldoorn, Bronckhorst, Brummen, Deventer, Doesburg, Epe, Lochem en Zutphen. Wethouder Olaf Prinsen van de gemeente Apeldoorn is, namens deze gemeenten, trots op het resultaat. ,,Dit is weer een stap in de richting van een circulaire samenleving. We maken een start met een circulaire keten voor de papierindustrie. Daarvoor dagen we de komende periode bedrijven uit om mee te doen.” De gemeenten

hebben al één van de hoogste scheidingspercentages van Nederland en lopen voorop als het gaat om de vermindering van de hoeveelheid restafval. Gemiddeld wordt er door de gemeenten nog maar 149 kilo per persoon per jaar aangeboden terwijl dit landelijk circa 240 kilo is.

hoff van Circulus-Berkel. ,,Daarvoor is innovatiekracht nodig en worden partners gezocht.” Hun bijdragen kunnen liggen op economisch, milieutechnisch en vooral ook sociaal vlak, en van toepassing zijn op elk onderdeel van de keten, van productie tot aan verwerking.

Maar de regio wil verder. Verder met afvalscheiding en verder met het verminderen van het restafval. ,,Er mag geen verlies meer zijn van grondstoffen die uitstekend gebruikt kunnen worden. Door afval te gebruiken als grondstof, kunnen we ketens sluiten en het gebruik van primaire grondstoffen beperken,” aldus Michiel Wester-

De gemeenten beschikken samen over 121.000 ton aan grondstoffen die nu goed kunnen worden ingezameld en verwerkt. Maar ze weten dat dit beter kan, bijvoorbeeld door hoogwaardiger hergebruik van grondstoffen. Papier is de eerste afvalstroom waarvan ze de keten nader willen onderzoeken, optimaliseren en zo mogelijk sluiten.


februari 2015 - nr. 2

tien tips 22 „Bij ons staan de belangrijkste mensen ook echt bovenin het organigram” Bakker Kees Pater van koekjesbakkerij Veldt uit Veenendaal won meerdere prijzen met zijn bedrijfsvoering en personeelsbeleid. Niet op basis van de theorie maar op basis van zijn eigen, jarenlange ervaring geeft hij tien tips aan ondernemers die net als hij de waarde inzien van gemotiveerde, betrokken en gezonde medewerkers. tekst: Kees Pater/Jelte Posthumus foto: Koekjesbakkerij Veldt

1. Maak je doelen duide-

ik volledig achter kon staan.

lijk

3. ...en kernwaarden

Bij veel bedrijven weten de medewerkers niet wat de hoogste doelstelling is. Als je ernaar vraagt krijg je allerlei antwoorden. Bij ons is dat continuïteit. We willen volgende week nog bestaan, volgend jaar nog en ook over tien jaar. Wat is daarvoor nodig? Kwaliteit volgens wens van de klant, leverbetrouwbaarheid en efficiency. En medewerkers willen ook continuïteit, zij willen volgende week en over tien jaar nog interessant werk doen en hun rekeningen betalen. En dus hebben we een gezamenlijke doelstelling die we samen moeten behalen.

Hoe willen we samenwerken? We hebben dit besproken en samengevat in vier kernwaarden: Samen, Vakkundig, Ambitie en Aarde & Waarde. Deze waarden hebben we uitgeschreven in tien regels waar we ons allemaal aan houden.

2. Stel samen met je collega’s een visie op... Voorheen had ik een prachtige missie en visie voor ons bedrijf bedacht. Maar dat waren mijn missie en visie. We hebben deze drie jaar geleden opnieuw geformuleerd. Ik mocht in eerste instantie niets zeggen, ik moest gewoon kijken wat er uitkwam. En zonder mijn inmenging ontstonden er een missie, een visie en een strategie waar

4. Wees duidelijk over

Kees Pater steekt veel energie in de sfeer en het werkplezier van de medewerkers binnen zijn bakkerij.

wat je verkoopt Als je vraagt wat wij verkopen, zal iedereen zeggen: koek. Maar wij verkopen geen koek, wij verkopen grondstoffen, uren, verpakking, transport en energie. Dat zijn de vijf variabele kosten en die bepalen onze directe kostprijs. Deze meten en bespreken we dagelijks: hoe kunnen we die op een slimme manier verlagen?

5. Draai organigram om Als de directie een dag weg is draait vaak alles door. Als je een dag weggaat met alle productiemedewerkers staat alles stil. De mensen die werkelijk produceren zijn in onze optiek de belangrijkste mensen en zij staan dan ook bo-

venin het organigram. De directie staat onderaan en van onder naar boven vragen wij ons af: wat hebben diegenen boven mij van mij nodig om te presteren?

6. Controleer niet, maar rapporteer Het rapporteren gebeurt volgens ons organigram daarom nu ook van boven naar beneden. Voorheen werden de mensen hier vooral door hun leidinggevenden gecontroleerd. Nu zijn wij veel meer aan het rapporteren. We laten vooral zien dat alles onder controle is en wat we kunnen leren van onze fouten.

Directeur Kees Pater van koekjesbakkerij Veldt draagt innovatie hoog in het vaandel. Niet alleen wat betreft zijn producten, ook op het gebied van bedrijfsvoering en personeelsbeleid. Dat leverde hem al twee prijzen op. ElkeDagBeterAward (2014) Pater sleepte vorig jaar de ElkeDagBeterAward in de wacht. Hij kreeg de trofee van minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De koekjesbakkerij kreeg deze prijs omdat medewerkers op een vernieuwende manier bij het gehele productieproces betrokken worden. Het bedrijf uit Veenendaal zet zich volgens de minister ‘op een uitzonderlijke manier in voor de duurzame inzetbaarheid van de werknemers.’ Slimste bedrijf van Nederland (2011) Deze titel kreeg bakkerij Veldt tijdens de Energiedag in Arnhem, een initiatief van Syntens. De jury - onder voorzitterschap van Hans Biesheuvel, destijds voorzitter van MKB-Nederland - beoordeelde de inzendingen op onderdelen als leiderschap, flexibilisering, zeggenschap van medewerkers en benutting van talent en vakmanschap.

7. Iedereen operator Elke medewerker kan de rol van eerste operator uitvoeren, het is bij ons een rol en geen functie. De eerste operator is geen baas of chef maar de contactpersoon voor nieuwe medewerkers die de dagrapporten maakt, die de contactpersoon is bij calamiteiten. Elke week is iemand anders de eerste operator.

voorlichting en zeggen tegen niemand wat hij moet doen. We geven alleen tips en trucs.

9. Gebruik talenten In elk bedrijf lopen mensen met talenten. Zo hebben wij Otto, die hardlopen als hobby heeft. We hebben hem gevraagd of hij collega’s wil trainen zodat ook zij vijf kilometer hard kunnen lopen.

8. Laat iedereen meeden-

10. Luister echt naar je

ken over vitaliteit

personeel

Om te zorgen voor fitte en vitale medewerkers hebben we de medewerkers gevraagd mee te denken over vitaliteit. Elke maand hebben we een ander thema onder de aandacht gebracht, zoals beweging, roken en ontspanning. We geven

De belangrijkste tip betreft het luisteren naar de ideeën en oplossingen van medewerkers. Dat verbetert niet alleen de sfeer; medewerkers zien in de praktijk vaak ook eerder oplossingen voor problemen.

Interessante transfer binnen uw bedrijf? Tip deOndernemer! Heeft u een nieuwe marketingmanager aangenomen die uw bedrijf een stap verder gaat helpen? Is er binnen uw bedrijf een nieuwe directeur gestart? Heeft u een getalenteerde manager P&O weten te strikken, of een innovatieve communicatieadviseur? Vanaf volgende maand start deOndernemer met een nieuwe rubriek met daarin een overzicht van dergelijke interessante ‘transfers’ bij bedrijven binnen deze regio. Een mooie kans voor ondernemingen om hun nieuwe medewerker in het zonnetje te zetten en om kort iets te vertellen over de achtergronden bij een belangrijke personele wijziging. Daarnaast gaan wij kort nieuws publiceren over startende bedrijven, nieuwe vestigingen, uitbreidingen en overnames. DeOndernemer ontvangt hierover daarom graag tips. Deze kunt u mailen naar: redactie@deondernemerapeldoorn.nl. De volgende Ondernemer, met als thema ‘ICT’, verschijnt op zaterdag 14 maart.


februari 2015 - nr. 2

23

netwerken

Marlou van Paridon (links) begeleidde het socratisch gesprek.

Marjon Roefs (Het Centrum voor Commissarissen & Toezichthouders) en Theo Cieremans, voorzitter van de Maatschappij, departement Apeldoorn en Epe.

Voorzitter Theo Cieremans van de Maatschappij departement Apeldoorn & Epe in gesprek met Ankie Swakhoven van Sease.

Na afloop van de socratische dialoog praatten de mannen na over het praktijkvoorbeeld: een steile bergweg oprijden in Afrika. Rechts op de foto Guus Bosman.

Socratische dialoog voor meer openheid en begrip tekst: Esther Talboom foto’s: Liselotte Kolthof

Z

eg wat je denkt, stel je oordeel uit en denk zelf. Dat zijn in het kort de spelregels voor het socratisch gesprek. De Nederlandsche Maatschappij voor Nijverheid en Handel hield vorige week zo’n socratisch ge-

sprek in Voorst. Bij dit gesprek onderzoeken mensen wat de gedachten over een van tevoren vastgesteld onderwerp zijn en waarom. De gespreksdeelnemers proberen niet hun mening te verdedigen maar reflecteren op hun handelen en de principes die daaraan ten grondslag liggen. Door de wijze van converseren en het vragenstellen komen de deelnemers samen

Tips of nieuws voor de Ondernemer? Mail het naar: redactie@deondernemerapeldoorn.nl Kijk ook eens op www.deondernemer.destentor.nl

tot nieuwe inzichten. De dialoog is voor iedereen die meer openheid en begrip wil in een veranderende maatschappij. Plaats van het gesprek was het Banyan Centre in Thermen Bussloo in Voorst. Patricia van Walstijn van het Banyan Centre en Marlou van Paridon van Het Socratisch Gesprek hielden in november vorig jaar al een bijeenkomst voor de Maatschappij waarbij de socratische gespreksvorm de basis vormde. Deze maand hielden de departementen Zutphen, Apeldoorn & Epe en Deventer een vervolg voor alle leden van De Maatschappij. Het gespreksthema was ‘Omgaan met onzekerheid’. Theo Cieremans, voorzitter van het departement Apeldoorn & Epe en Van Walstijn hielden een korte inleiding, waarna Marlou van Paridon de socratische dialoog op gang bracht. Na een inventarisatie onder de deelnemers van situaties die hen onzeker maakten, werd gekozen voor het praktijkvoorbeeld van management consultant Ankie Swakhoven. Zij vertelde dat zij na een aantal jaren in loondienst

AGENDA 䊳

Zaterdag 14 februari

Valentijnsdiner Locatie: Parksociëteit Marialust Aanvang: 17.00 uur 䊳

te hebben gewerkt, voor het ondernemerschap koos. Maar eerst ging ze een jaar in haar eentje door Namibië reizen per auto. Tijdens deze reis kwam ze aan bij een hoge berg, met een steile, smalle weg. Ze reed de berg op, maar halverwege, voor een bocht waar ze het vervolg van de weg niet kon zien, keerde ze om. Ze reed terug en stond voor een dilemma. Omrijden kostte drie uur en betekende rijden in het donker, wat gevaarlijk was. De bergweg bracht haar binnen het uur op de plaats van bestemming. Onzekerheid troef. Toen er een auto voor haar de berg opging, besloot ze toch de bergweg te rijden. Van Paridon vroeg de deelnemers aan de dialoog wat zij zouden voelen, denken en doen als ze in de situatie van Swakhoven zouden zijn geweest en dat gaf verrassende uitkomsten. Iedereen gaat anders met onzekerheid om. Voorbereiding kan onzekerheid verkleinen en het zoeken naar zekerheden kan de balans tussen zekerheid en onzekerheid positief beïnvloeden, zo was een van de conclusies.

Maandag 16 februari

Bijeenkomst Ladies Business Apeldoorn met Jelle Bartels, directeur Next Step Factor Locatie: restaurant De Wilde Pieters 䊳

Dinsdag 17 februari

Informatieavond gemeente bestemmingsplan De Maten; presentatie Ondernemersfonds BKA Locatie: Raadzaal, gemeentehuis Apeldoorn Aanvang: 19.00 uur 䊳

Donderdag 19 februari

Bijeenkomst Zakenclub Apèl: ‘Zit de achterdeur op slot?’ (Wat doe jij om klanten binnen te houden? Aanvang: 7.00 uur Info: www.zakenclubapel.nl 䊳

Informatieavond Rabobank voor startende ondernemers ‘Ik ga starten’. Locatie: Rabobank, Eendrachtstraat 133, Apeldoorn Aanvang: 19.00 uur 䊳

Vrijdag 20 februari

Online seminar De Wijzen van het Oosten, Rene Savelberg over groeikracht Locatie: Studio Y28, Zutphen Aanvang: 12.00 uur 䊳


Ziet u zichzelf al zitten op onze nieuwe hoofdtribune?

Meer weten over Businessclub lidmaatschap Go Ahead Eagles? Mail dan naar: commercie@ga-eagles.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.