www.destentor.nl
De praktijk in beeld duurzaam in elke vezel
EuroSkills: stoer en interessant Afvalverwerking biedt kansen werken aan een schonere wereld Technische studies: in trek bij jongeren
Een initiatief van
Duurzame technologie heeft de toekomst
ll
si
and
g in kin r e enw sam met
a
speci oa
Innovatie speelt sleutelrol: gezuiverd afwalwater en afbreekbare spiderplug
e edit l a ie
Samenwerking en nieuwe synergieĂŤn: cruciaal om te overleven in de toekomst
december 2014 - nr. 7
s s c r e ent
We zullen in de toekomst nog meer en beter moeten samenwerken als Ondernemers, Overheid, Onderzoek en Onderwijs. Het veranderen van deze technologische wereld gaat zo verschrikkelijk snel dat we nu moeten schakelen in alle sectoren. Niets in deze wereld gaat zonder techniek en die hebben we zelf ontwikkelt maar kunnen de meesten dit nog volgen als we niets doen aan de juiste opleidingen en samenwerking van Overheid, Onderwijs en Ondernemers.
Haarman Management Advies BV Vrieswijk 1 8103 PB Raalte Tel: 0572 - 362540 Fax: 0572 - 362547 Email: info@haarmanmanagementadvies.nl Internet: www.haarmanmanagementadvies.nl
Zorgt u voor minder file?
SLIM REIZEN STEDENDRIEHOEK
Ontvang tot 40.000 euro!
Wilt u de fietsenstalling van uw bedrijf uitbreiden? Oplaadpunten voor de e-bike plaatsen? Of bent u als werkgever bezig met een andere maatregel die bijdraagt aan minder automobilisten in de spits? Vraag dan een financiële bijdrage tot maximaal 40.000 euro om van uw plannen werkelijkheid te maken. Minder files, sneller op het werk en bij klanten, dat willen we toch allemaal?! Daarom levert Slim Reizen Stedendriehoek een financiële bijdrage aan werkgevers die zorgen voor een beter bereikbare regio Stedendriehoek. U kunt nog tot maart 2015 van deze regeling profiteren.
Reizen Stedendriehoek bedraagt maximaal 50% van uw projectbegroting, met een maximum van € 40.000 per aanvraag. Gaat het bij uw aanvraag om een (uitbreiding van een) fietsenstalling, dan geldt een maximale bijdrage van € 250 per te realiseren fietsplek.
Bij welke maatregelen is een financiële bijdrage mogelijk?
Aan welke voorwaarden moet u voldoen?
Denk bijvoorbeeld aan: – de aanleg of uitbreiding van een fietsenstalling voor uw werknemers; – de aanleg van oplaadpunten voor e-bikes; – de ontwikkeling van een app die medewerkers helpt carpoolmaatjes in de buurt te vinden; – de aanschaf van dienstfietsen; – allerlei andere maatregelen waarmee u uw werknemers stimuleert de spits te mijden. Het kan hierbij gaan om een investering in uw eigen bedrijf maar ook om een gezamenlijke investering van meerdere bedrijven.
Wat is de hoogte van de bijdrage? Als ondernemer neemt u minstens de helft van de projectkosten voor uw rekening. De financiële bijdrage van Slim
U kunt in aanmerking komen voor de financiële bijdrage als u voldoet aan een aantal voorwaarden: – Het project wordt voor eind maart 2015 ingediend en in 2015 uitgevoerd; – U moet kunnen aantonen dat door het project uw werknemers minder in de spits reizen. Een compleet overzicht van de voorwaarden staat op onze site.
Meer informatie of aanvragen Alle informatie over deze regeling (voorwaarden en procedure) vindt u op de website slimreizenstedendriehoek.nl/slimondernemen onder de knop Subsidieregeling. Daar kunt u uw aanvraag ook digitaal indienen. Wilt u op voorhand nagaan of uw idee of maatregel in aanmerking komt voor een financiële bijdrage? Neem dan contact op met: Rob de Vree, mobiliteitsregisseur: rob.devree@slimreizenstedendriehoek.nl/ mobiel 06 - 416 249 82.
‘Een mooie fietsenstalling dankzij de subsidie’ “Ons bedrijf heeft geen fietsenstalling, we gebruiken daar de werkplaats voor. Maar steeds meer collega’s fietsen en ons bedrijf groeit, dus ook het aantal fietsers groeit. We overwogen al een fietsenstalling te bouwen, dus de subsidie van Slim Reizen Stedendriehoek kwam als geroepen! Binnenkort start de bouw en krijgen we een mooie fietsenstalling, inclusief oplaadpunten voor e-bikes” Tom Dekker, directeur van het Apeldoornse bedrijf IMD dat organisaties helpt bij het optimaliseren van hun waterhuishouding
december 2014 - nr. 7
3
samenwerking Oasis Center Salland wordt etalage voor innovaties uit de regio
,,De toekomst is een gedeelde verantwoordelijkheid’’ Duurzaamheid
D
Vlnr: Willy Kemper, Harry te Riele, Theo Kalfs, Marco Westerhof, Jeroen Bonhof, Gerard Vennenman, Willy Haarman bij Carmel College Salland in Raalte. tekst: Fiona de Heus foto: Liselotte Kolthof
H
et onderwijs van nu is veel te weinig gericht op de toekomst. We zullen ons meer moeten focussen op innovatie.” Dat vindt Theo Kalfs, oud-docent en nu onder meer verbonden aan de Raad van Advies van het in oprichting zijnde duurzaamheidscentrum Oasis Center Salland. Verschillende stakeholders uit het onderwijs, bedrijfsleven, wetenschappelijk onderzoek, overheid, maatschappelijke organisaties en media hebben zich inmiddels aan dit initiatief gecommitteerd.
Kartrekkers Kalfs, met 43 jaar ervaring in diverse functies binnen het onderwijs, verbaast zich er onder andere over dat ondanks alle nieuwe technologieën, materialen en oplossingen, het onderwijs vaak moeilijk los kan komen van de traditionele manier van lesgeven. In zijn laatste rol in zijn werkzame leven hield Kalfs zich bezig met onderwijsvernieuwing en nu hij met pensioen is, heeft hij die rol weer enthousiast opgepakt. In Marco Westerhof van projectbureau WildWorld B.V. vond hij een medestander. Westerhof richt zich vanuit zijn bureau onder meer op projectontwikkeling en het ontwerpen van verduurzamingsprocessen. Samen met een groeiende groep betrokkenen trekken ze de kar om in Raalte een duurzaamheidscentrum van de grond te krijgen, waarin stakeholders elkaar weten te vinden en samen het (technisch) onder-
wijs toekomstbestendig kunnen maken. Beiden zijn van mening dat het onderwijs veel meer gericht moet zijn op de toekomst en op duurzame innovaties, dat het bedrijfsleven daar veel meer bij betrokken moet worden, met als ultieme doel om veel meer jonge mensen te interesseren en voor te bereiden op een carrière in wetenschap en technologie. „Ik ben er van overtuigd dat er veel banen op dit gebied aan zitten te komen”, aldus Kalfs. „Nu kiest één op de tien leerlingen voor een technische opleiding, dat moeten er zes op de tien worden. Maar dan moet er wel snel iets veranderen. Als we zo doorgaan als nu, dan raken de grondstoffen op, loopt het wegennet vol, het landelijk gebied leeg en loopt de economie vast.” Westerhof vult hem aan: „We hebben nieuwe, duurzame technologieën en verdergaande innovaties nodig om oplossingen te bieden voor de uitdagingen waarvoor we ons gesteld zien, nu en in de toekomst.” Het betreft complexe materie, want op dit moment kiezen te weinig leerlingen voor wetenschap en technologie, groeien ze te langzaam mee in de snelle ontwikkelingen in het werkveld en ontbreekt het de scholen (en de overheid) aan middelen om doorlopend in bijvoorbeeld stateof-the-art apparatuur en de bijbehorende kennis te investeren.
Aansluiting Kalfs is ook van mening dat veel jongeren nog altijd op een te jonge leeftijd moeten beslissen over hun toekomst, en daardoor de aansluiting met dit fascinerende werkterrein missen. Toch denken Kalfs
en Westerhof met het concept van het duurzaamheidscentrum Oasis Center Salland een oplossing te hebben gevonden om deze vicieuze cirkel te doorbreken. Westerhof: „Duurzame processen kenmerken zich door het feit dat ze permanent kunnen worden toegepast, omdat ze de aarde niet uitputten. Behoud van biodiversiteit, inzet van hernieuwbare energie, afval beschouwen als grondstof en denken in kringlopen, het zijn allemaal cruciale onderdelen in deze ontwikkeling. Om verduurzaming te realiseren is het noodzakelijk dat we de processen waaraan we zo gewend zijn geraakt herontwerpen, en onze economie ombuigen naar een circulaire economie. Daar is visie, kennis en inzicht voor nodig.”
Draagvlak Er wordt al enkele jaren gewerkt aan de realisatie van het centrum, dat met de werktitel Duurzaamheidscentrum Raalte van start ging, maar inmiddels de naam Oasis Center Salland draagt. Carmel College Salland in Raalte is de aangewezen locatiepartner in het project en momenteel wordt onderzoek gedaan of inderdaad op het terrein van de onderwijsinstelling een fysiek centrum gerealiseerd kan worden. „Er is nu zoveel draagvlak, dat het echt haalbaar is. In plaats van bedrijven te vragen naar sponsoring of het beschikbaar stellen van afgedankte machines, vragen wij bedrijven om partner in ons plan te worden en hun innovaties te delen”, aldus Kalfs. „Dat stelt ons in staat om jonge mensen op continue basis op te leiden volgens de geldende standaar-
den in het werkveld ”, vult Westerhof aan.
Etalage Het idee is om van Oasis Center Salland een etalage te maken voor innovaties uit de regio, waarbij deze rechtstreeks aansluiten op de onderwijsprogramma’s. „De innovaties uit het bedrijfsleven moeten leidend zijn in het onderwijs en jonge mensen uitdagen om nieuwe oplossingen te blijven bedenken. Ze moeten triggeren om zelf aan de slag te gaan. Redactieteams met uiteenlopende specialisten en onderwijskundigen worden geformeerd om ‘science center-achtige’ modelopstellingen op basis van de innovaties te ontwerpen en te realiseren.” Dit onderwijsprogramma zal vanzelfsprekend sector-overstijgend worden, met behalve aandacht voor wetenschap en technologie ook aandacht voor de ontwikkeling van de zogenaamde ‘21th century skills’, voor concepten als cradle-to-cradle productontwerp, ecotechnologie, crowdfunding, de deeleconomie en de maakindustrie. Westerhof verwacht met het vrij toegankelijke centrum een ‘kruisbestuiving’ te bewerkstelligen. Alle stakeholders komen elkaar in een inspirerende setting tegen en op onderwijsgebied bestrijk je dan meteen het hele spectrum van basisonderwijs, voortgezet onderwijs en mbo tot hbo. „We willen waarde creëren in de keten, want daar zitten de kansen en de oplossingen. De toekomst is een gedeelde verantwoordelijkheid.” www.oasiscenters.nl
uurzaamheid. Wat is dat? Als je kijkt naar de definitie dan is de strekking ‘eigenschap van lang goed te blijven of te blijven bestaan’. Daar kun je nogal wat kanten mee op. Tijd voor een waarborg of een keurmerk zou je denken. Maar die zijn er ook al in overvloed. Is dat iets waar we ons druk over moeten maken of moeten we juist blij zijn met al die aandacht voor het zeer brede onderwerp ‘duurzaamheid’. In het woord duurzaamheid staat ‘duur’ voorop. Duur heeft dan betrekking op tijd. Maar ik kan duur in duurzaamheid niet los zien van geld. Want is het niet zo dat veel duurzame producten, diensten en oplossingen vaak meer geld kosten? Als je over de grens kijkt dan ontstaan weer andere inzichten. Aan de andere kant van het Kanaal noemen ze het durability. En onder de Eiffeltoren heet het durabibilté. Daarin zit ‘dur’, hetgeen moeilijk betekent. Ook daar kan ik me van alles bij voorstellen, want duurzaam is meestal niet de makkelijkste weg. Duurzaamheid is uitdagend en daar houden ondernemers in onze regio wel van. Op de meest onverwachte plekken vind je prachtige bedrijven die op hun vakgebied aan de top staan, maar bij het grote publiek nog onbekend zijn. Het aantal ondernemingen groeit gestaag. Als de overheid de voorwaarden blijft scheppen en blijft verbinden, dan voorzie ik een duurzame groei van dit soort bedrijven waarmee we de toekomst in kunnen. Alain Schepers algemeen redactiechef a.schepers@wegenermedia.nl Twitter: @alainschepers Foto voorpagina: Shutterstock
(Advertorial)
Carmel College Salland duurzaam in de samenleving De wereld verandert in hoog tempo. Als gevolg van technologische innovaties bestaan bepaalde beroepen mogelijk over een aantal jaren niet meer. En andersom, binnenkort zijn er beroepen die nu nog niet bestaan en waarvoor dus nog geen opleiding is. Hoe bereiden we de jongeren voor op deze toekomst? En wat vraagt dat van het onderwijs?
Als gevolg van alle technologische ontwikkelingen neemt de behoefte aan goed geschoolde technici toe. Om het tekort aan personeel in de techniek en technologie op te vangen is het belangrijk dat jongeren andere beelden krijgen bij het werken in deze branche. Aan het onderwijs de uitdaging om de jongeren te laten zien wat werken in de techniek tegenwoordig inhoudt. Bovendien is de tijd dat je veertig jaar bij dezelfde ‘baas’ in dienst was voorbij. Dat vraagt om een andere houding ten opzichte van werk. Carmel College Salland wil leerlingen zodanig ‘toerusten’ dat zij mee kunnen in die veranderende wereld. Dat vraagt een investering in vaardigheden als creativiteit en probleemoplossend vermogen. Al deze snelle veranderingen brengen weer nieuwe uitdagingen met zich mee. Hoe gaan wij om met de aarde en met onze energiebronnen? Hoe kunnen wij ‘verduurzamen’? Deze vragen hebben ook hun impact op het onderwijs. De school laat leerlingen inzien dat duurzame ontwikkelingen nodig zijn voor een leefbare samenleving nu en in de toekomst. Maar ook dat duurzaamheid meer is dan aandacht voor zonnepanelen en afvalscheiding. Bij het enthousiasmeren van jongeren voor duurzaamheid, techniek en technologie werkt Carmel College Salland samen met
Maik ten Have tijdens de workshop bij Van Wijhe Verf ondernemingen en andere scholen uit de omgeving. Gezamenlijk werken zij aan een zogenaamd ‘duurzaamheidscentrum’: Oasis Center Salland. (Elders in dit katern is hierover meer informatie te vinden). Voor veel leerlingen is het inspirerend om technische en exacte vakken te kunnen plaatsen in een context. Daarom werkt Carmel College Salland in de lessen natuur en techniek met de ‘Zeven werelden van techniek’. Deze werelden laten zien dat techniek en technologie nodig zijn om problemen op te lossen. Een voorbeeld van zo’n wereld is ‘Water, energie en natuur’,
waar het gaat om het leefbaar houden van onze planeet. Zonder water zou Nederland Nederland niet zijn. Met teveel water zou Nederland er ook niet zijn. Daarom is er behoefte aan mensen die zich bezig houden met onze waterhuishouding. Denk aan de waterwerken of aan de enorme sluizen bij de havens. En grote Nederlandse bedrijven helpen internationaal bij het bestrijden van waterrampen. Ook laat het Carmel de vmbo-ers kennismaken met de leuke en vaak onbekende mogelijkheden van techniek middels het project ‘Make the Match’. Hierbij gaan
leerlingen aan de slag met een actueel vraagstuk en bedenken er zelf oplossingen voor. Het volgende project is hier een goed voorbeeld van. Senioren die gebonden zijn aan een scootmobiel gaven aan dat zij met regenachtig weer niet naar buiten konden. Een groepje leerlingen ontwierp een overkapping voor een scootmobiel. Bij de uitwerking betrekken de leerlingen lokale bedrijven. Tijdens het project wordt leerlingen gevraagd om na te gaan wat zij leuk vinden en welke rol bij hen past. Bijvoorbeeld de rol van onderzoeker, ontwerper of maker. Daarnaast ervaren zij ook dat er meer mogelijk is in de techniek en technologie. Daar waar zij enthousiast over zijn, kan weer bepalend zijn voor de keuzes die zij maken m.b.t. de richting die zij opgaan. Make de Match leert dat samenwerken met de omgeving noodzakelijk is. Het Carmel College Salland ziet het als haar maatschappelijke opdracht om jongeren bewust te maken van het feit dat wij zorgzaam moeten omgaan met de wereld, zodat de toekomst een toekomst heeft.
Marit Nijmeijer en Fabienne Schotman
december 2014 - nr. 7
5
opleidingen
Technische studie in trek bij jongeren Technische opleidingen stijgen in populariteit binnen het middelbaar beroepsonderwijs en hoger onderwijs. De keuze van middelbare scholieren voor de techniek is een positieve ontwikkeling omdat er een steeds nijpender tekort aan technici dreigt. Wie na zijn opleiding verzekerd wil zijn van een baan kiest voor een technische studie. Met een tekort aan vakkundig personeel, beleven de technische opleidingen door het hele land hoogtijjaren. Teun Gerritsen, team manager van de sector techniek en mobiel bij Aventus. tekst: Tom Veldhuijzen foto’s: Liselotte Kolthof en Hogeschool Windesheim
S
teeds meer meisjes kiezen een technische en exacte onderwijsrichting. Het aandeel meisjes binnen het Natuur en Techniekprofiel nam toe van 15% naar 26% op de havo en van 20% naar 38% op het vwo. In natuur en techniekopleidingen op het hbo steeg dit aandeel van 14% naar 20%. Dit staat in de CBS Emancipatiemonitor 2014 die deze week verscheen. Uit ouder onderzoek van het CBS blijkt dat in het mbo twintig procent van de deelnemers een opleiding in de richting techniek, industrie of bouw volgt. Ook op universiteiten en het hbo stijgt het aantal inschrijvingen voor een technische
opleiding. Deze positieve omwenteling heeft vooral te maken met het beleid van het beroepsonderwijs en hoger onderwijs.
Proefjes „Onderzoek toont aan dat het keuzeproces voor een opleiding al op jonge leeftijd begint, vanaf een jaar of zeven ongeveer. Samen met basisscholen zorgen we ervoor dat kinderen in aanraking komen met techniek”, vertelt Marianne Laarman, directeur Bètatechniek Saxion, ,,We organiseren Bèta promotie- en educatie activiteiten voor primair onderwijs en voortgezet onderwijs. Bijvoorbeeld de First Lego League, Fun Park Challenge en de Red Engineers Challenge. Voor lagere scholen wordt op de woensdagmiddag Zabuki georganiseerd. Dan wordt bijvoorbeeld het begrip energie
uitgelegd. Vervolgens laten we ze dat beleven door middel van proefjes. De kinderen zijn na afloop van zo’n dag razend enthousiast.” Om de potentiële techniekstudenten in het voortgezet onderwijs vervolgens enthousiast te houden organiseert het vervolgonderwijs een groot scala aan meeloopdagen, evenementen en projectweken. „Op het moment dat scholieren moeten kiezen voor een richting of opleiding zijn wij op de scholen aanwezig om voorlichting te geven”, zegt Teun Gerritsen, team manager van de sector techniek en mobiel bij Aventus. Daarnaast kunnen scholieren ook een dag gekoppeld worden aan een student, om zo het reilen en zeilen op Aventus te ontdekken.” Het voortgezet onderwijs beschikt vaak niet over de juiste middelen om grote projecten voor vmbo scholieren te realiseren. Aventus organiseert samen met middelbare scholen projectweken, zodat scholieren alvast op het mbo aan de slag kunnen. „Op die manier nemen scholieren een kijkje in de keuken. Ze komen hier een dagdeel aan het werk en gaan aan de slag met bijvoorbeeld projecten over autotechniek, airconditioning en wieluitlijning.”
Techniekweek
Marianne Laarman, directeur Bètatechniek Saxion.
„Een aantal weken terug hadden wij op Windesheim de carrièredagen. Allerlei bedrijven komen dan naar de campus met stands en voorlichtingen”, zegt Ineke van der Wal, directeur domein Techniek op Windesheim, „Daarnaast organiseren we de techniekweek. Middelbare scholen komen dan op bezoek om gericht kennis te maken met alle facetten van de techniek. Samen met de scholieren maken we fietslampjes, of kunststofproducten. We proberen de programma’s ook aantrekkelijk te maken voor vrouwen. Het evenement Techgirls is daar een voorbeeld van. We merken dat vrouwen veel meer geïnteresseerd zijn
in de maatschappelijke betekenis van techniek.”
Baankans De baankans voor net afgestudeerde technici ligt hoog. Dit komt veelal door het nijpende tekort aan vakkundig opgeleide technici, vooral in Oost-Nederland. „Het contact met bedrijven is heel belangrijk, we moeten het namelijk samen doen. We hebben de maatschappelijke opdracht om het tekort van technici aan te vullen. Technologische ontwikkelingen volgen elkaar in rap tempo op. De uitstroom van technici omdat ze met pensioen gaan is veel groter dan dat wij kunnen aanleveren. We leiden mensen op voor banen die nu nog niet eens bestaan”, zegt Laarman. Volgens Ineke van der Wal ondervinden studenten nauwelijks problemen bij het zoeken naar een baan. „Het bedrijfsleven heeft een enorme interesse in onze studenten. We trekken daarnaast veel op met de educatieve opleidingen. Ook de toekomstige juffen en meesters moeten zich interesseren voor techniek, zodat zij deze kennis op basisscholen kunnen overbrengen.” Om een goede kans te maken op de banenmarkt is een uitgebreid netwerk van groot belang. „We laten onze studenten vanaf het begin van de opleiding stage lopen bij bedrijven. Daarmee leggen ze al in een vroeg stadium belangrijke contacten met het bedrijfsleven. We zien dat veel van onze studenten uiteindelijk blijven hangen bij het bedrijf waar ze stage hebben gelopen”, vertelt Gerritsen. „We proberen de verbinding te leggen tussen de student en het bedrijf. Het belangrijkste wat onze studenten tijdens de opleiding leren is het oefenen van vaardigheden en het aannemen van de juiste beroepshouding.” Duurzaamheid vormt een belangrijk thema binnen de technische opleidingen. Er is in het werkveld veel vraag naar creatieve oplossingen voor bijvoorbeeld energiebesparing.
Ineke van der Wal, directeur domein Techniek Windesheim. „Onze studenten moeten bij het ontwerp van een product al nadenken over de uiteindelijke recycling. We gebruiken veel milieuvriendelijke materialen, zoals biocomposiet. Dat is een natuurlijk product waar geen fossiele brandstoffen voor worden gebruikt”, legt Van Wal uit. „Tot voor kort deed een team Windesheimstudenten mee aan de Solar Races, met een speciaal ontworpen boot. Nu bouwen verschillende opleidingen samen mee aan een ecologische auto, die uiteindelijk gebruikt gaat worden tijdens een race.”
Speerpunt Ook op Aventus is duurzaamheid een speerpunt. „Duurzaamheid moet een mindset worden. We hebben een platform opgezet, waar docenten van verschillende opleidingen samen komen om een rode draad te ontwikkelen binnen alle technische opleidingen. Bij elke onderwijsontwikkeling proberen we duurzaamheid te integreren”, zegt Gerritsen. Met een toenemend tekort aan technici en belangrijke ecologische problemen die een oplossing nodig hebben, blijft een technische opleiding wat kansen op de arbeidsmarkt betreft het veiligst.
(Advertorial)
Grondstoffen en voedsel: hoekstenen van een duurzame economie
Cleantech Tomorrow: 2 en 3 februari 2015 gaat de reis verder De voorinschrijving is nog maar net van start gegaan en nu al schreven veel mensen zich in voor Cleantech Tomorrow 2015. Het jaarlijkse congres Cleantech Tomorrow wordt dit keer gehouden op 2 en 3 februari 2015 in Apeldoorn bij Theater Orpheus. Twee dagen waarin ondernemers, onderwijs en overheid ervaringen en reisverhalen uitwisselen over hun reis naar de schone en circulaire toekomst. Net als in 2014 wordt een inspirerend en prikkelend programma georganiseerd. Een programma rondom cleantech: schone technologie voor bedrijfsleven, overheid en burgers. Het overbrengen van inspiratie, het aanjagen van een duurzame economie en de rol van de mens daarin staan centraal. Het accent in 2015 ligt op grondstoffen en voedsel Cleantech Tomorrow is interessant voor iedereen die in wil zetten voor een duurzame en economisch florerende economie. Vorig jaar bleek de aanwezige partijen uit het bedrijfsleven, overheid, onderwijs en burgerinitiatieven die aanwezig waren op Cleantech Tomorrow een succesvolle en inspirerende mix. DINSDAG 3 FEBRUARI TOPSPREKERS Op 3 februari zullen Louise Fresco, John D. Liu en Wiebe Draijer als spreker op het congres in Apeldoorn aanwezig zijn. Ook expeditieleider Robert Swan mogen we weer verwelkomen. Als landbouw- en voedseldeskundige en bestuursvoorzitter van de universiteit van Wageningen, zal Louise Fresco ingaan op het belang van efficiëntie en duurzaamheid in de landbouw en voedselvoorziening in de wereld. John D. Liu, journalist, filmmaker en oprichter van het Environmental Education Media Project, vertelt over zijn ecologische projecten in o.a. China en zijn missie voor biodiversiteit en ecologisch herstel. Liu is
John D. Liu
vastberaden en wil aantonen dat ecologisch herstel niet alleen mogelijk is, maar ook nog eens economisch zinvol – zowel voor de plaatselijke bevolking als voor overheden. Als voorzitter van de raad van bestuur van de Rabobank belicht Wiebe Draijer de economische kant van een duurzame economie. Met het nationaal energieakkoord heeft hij als voormalig voorzitter van de SER een brug kunnen slaan tussen economie en ecologie. Expeditieleider en oprichter van de Stichting 2041 Robert Swan schudde ons vorig jaar tijdens het congres wakker. Wat is er sindsdien gebeurd? Swan gaat in op de ontwikkelingen rondom zijn Educational Bases (E-bases) wereldwijd, de activiteiten van de Stichting 2041 en de link naar jongeren in de Cleantech regio.
lossing voor een actueel vraagstuk van het bedrijfsleven. Ook zullen innovatieve bedrijven en lokale initiatieven op het gebied van cleantech zich presenteren op Cleantech Tomorrow.
EO WIJERSPRIJS VOOR ENERGIENEUTRALE REGIO Nieuwe duurzame initiatieven stimuleren, dat is ook het doel van de prijsvraag “De Stedendriehoek - naar een energieneutrale stedelijke regio” die regio Stedendriehoek onlangs uitschreef. De regio werd eerder dit jaar door de EO Weijers-stichting uitgeroepen tot prijsvraagregio. Het thema van de prijsvraag dit jaar is de verandering van energietransitie en economische slagkracht in stedelijke regio’s. Multidisciplinaire teams van bedrijven, deskundigen maar ook burgers en verenigingen kunnen tot 20 januari 2015 innovatieve, creatieve en realiseerbare plannen indienen om de regio energieneutraal te maken. Voor meer informatie, kijk op www.eowijers.nl voor de prijsvraagbrochure.
CLEANTECH SESSIES Tijdens de cleantech sessies kunt u kennis opdoen over diverse duurzame onderwerpen. Er is volop keuze uit inspirerende thema’s. Het aantal sessies wordt wekelijks bijgehouden, dus houd de website in de gaten voor het volledige overzicht.
MAANDAG 2 FEBRUARI 2015 De maandag staat volledig in het teken van het onderwijs. Op tal van middelbare scholen in Apeldoorn en Deventer wordt een sprankelend middagprogramma georganiseerd rondom schone technologie en circulaire economie.
POLITIEK DEBAT ‘GREEN POLITICS’, I.S.M. DE GROENE ZAAK In het kader van de provinciale verkiezingen op 18 maart aanstaande organiseert Cleantech Tomorrow, i.s.m. De Groene Zaak, een pittig interprovinciaal lijsttrekkersdebat vol tegenstellingen op 3 februari.
CLEANTECH REGIO De regio Stedendriehoek staat bekend als Cleantech Regio en bevat veel bedrijven die zich bezig houden met schone technologie. Zowel qua producten, afvalstromen en processen zijn veel bedrijven in de Stedendriehoek bezig met onderwerpen als cleantech, circulaire economie en biobased productie. Een regio vol innovatie. Daarnaast bevat de regio een meer dan gemiddeld aantal ‘bottum up’ initiatieven op het gebied van duurzaamheid. Inwoners zijn zich meer dan gemiddeld bewust van de noodzaak om schone maatregelen te verankeren in de samenleving. Het aantal burgerinitiatieven rondom duurzaamheid is relatief gezien hoog.
REGISTREER NU In 2014 vond het eerste succesvolle editie van ‘Cleantech Tomorrow’ plaats in Deventer. Het congresprogramma stond in het teken van ‘een reis naar een schone toekomst’. De reis wordt vervolgd op 2 en 3 februari in Apeldoorn. Reist u mee? Voor reisinformatie en boekingen kunt u terecht op www.cleantechregio.nl . Namens de hele bemanning heten wij u welkom aan boord.
MATCH TUSSEN BEDRIJFSLEVEN EN ONDERWIJS: TALENT EVENT Ook is er op Cleantech Tomorrow veel aandacht voor onderwijs. Zo worden in het Talent Event jonge, talentvolle studenten gematcht met bedrijven. En we maken bekend wie de winnaar is van de finale van de Holland Cleantech Challenge – daarbij ontwikkelden studenten een duurzame op-
december 2014 - nr. 7
7
cradle to cradle
Chemicus Michael Braungart: ,,Alle producten moeten recyclebaar zijn’’ tekst: Tom Veldhuijzen
W
e moeten alles opnieuw uitvinden, omdat veel van onze huidige producten schadelijk zijn voor het milieu en onze gezondheid”, zegt chemicus Michael Braungart. Hij is de bedenker van Cradle to Cradle, alle producten moeten na hun levenscyclus hergebruikt of afgebroken worden. Zo ontstaat er geen afval meer. „De krant die nu voor u ligt, bevat ruim vijftig giftige chemicaliën. Als u besluit om deze bijlage in de open haard te gooien, al dan niet nadat u de artikelen gelezen heeft, komen er schadelijke gassen vrij die ernstige gevolgen kunnen hebben voor uw gezondheid.” Dat zegt professor Michael Braungart. Hij wil direct een oproep doen aan de lezer om goed na te denken over de schadelijke effecten van alledaagse producten. Samen met de Amerikaanse architect William McDonough is de Duitse chemicus Braungart de bedenker van het business concept Cradle to Cradle, letterlijk vertaald als: van wieg tot wieg. Het achterliggende idee is om de vervuilende industrie te transformeren naar een ecologisch verantwoorde industrie. En dat betekent dat alle producten recyclebaar moeten zijn. „Het proces begint bij het ontwerp. Cradle to cradle houdt in dat elk product opnieuw uitgevonden moet worden. Duurzaamheid alleen is niet voldoende, we moeten hoger inzetten. Stel, ik kom met een nieuwe autoband aanzetten die twee keer zo lang meegaat. Mag ik mijzelf dan op de borst kloppen? Nee, want mijn omgeving ademt nog steeds de giftige stoffen in die vrijkomen. De uitvinding is wellicht een beetje minder slecht, maar nog steeds slecht.” Michael Braungart gelooft dat de mens op een positieve manier producten
kan ontwikkelen die bijdragen aan een beter milieu. Als jonge activist voor Greenpeace verbleef hij enkele dagen in een boom uit protest. Nu krijgt hij tal van prijzen voor zijn vooruitstrevende kijk op het milieu en geeft hij les aan de universiteiten in Rotterdam en Enschede. Hij ergert zich aan de hoeveelheid giftige stoffen in producten die dagelijks door onze handen gaan. „Het is verbazingwekkend hoe weinig mensen hiervan afweten. Op de euromunt zit een grote hoeveelheid schadelijke nikkel. De inkt op parkeerkaarten, kassabonnen en bioscooptickets is verre van gezond. Colaflessen bevatten giftige stoffen.” De lijst van ongezonde producten is volgens hem eindeloos. „We moeten onze hele denkwijze en manier van ontwerpen veranderen en daar hebben wij de jeugd bij nodig.”
Revolutionair De visie van Braungart en McDonough is revolutionair. „We moeten niet minder consumeren, maar juist meer. Dat kan, als we ophouden met het maken van ‘minder slechte’ producten en uitsluitend nog intelligente producten ontwerpen, gemaakt van materialen die we steeds weer kunnen teruggeven aan technische of biologische kringlopen. Het helpt niet om de ecologische voetafdruk te verminderen, daarmee los je het probleem niet op. In China overcompenseren ze de opgeleverde ‘winst’ binnen een paar seconden”, vindt Braungart. Grote bedrijven als Nike, Philips en Ford omarmen het concept Cradle to Cradle. Ook uit Hollywood, een opmerkelijke hoek, komt er steun voor de ecologisch verantwoorde herontwikkeling van reeds be-
Chemicus Michael Braungart gelooft dat de mens op een positieve manier producten kan ontwikkelen die bijdragen aan een beter milieu. Braungart is de bedenker van Cradle to Cradle. staande producten. Steven Spielberg en Brad Pitt loven openlijk en enthousiast de nieuwe omwenteling. Limburg is uitgeroepen tot de eerste Cradle-provincie van Nederland. Het stadskantoor en de sporthallen in Venlo zijn deels gebouwd op basis van de Cradle-filosofie. „Voor Philips heb ik meegeholpen aan het ontwerp van een innovatieve televisie, bestaande uit grotendeels gerecycled aluminium. Het toestel heeft een lager energieverbruik en bevat halogeenvrije bedrading. Daarnaast zit-
ten er geen jodium en chloorverbindingen in het apparaat, waardoor het product na een lang leven eenvoudig gerecycled kan worden.”
Maak het verschil Braungart hoopt de jeugd te enthousiasmeren voor het concept en laat tijdens zijn colleges de studenten actief meedenken. „Iedereen kan het verschil maken. Op universiteiten en hogescholen zitten heel veel intelligente studen-
ten die straks de producten maken voor de toekomst. Denk mee aan innovatieve en creatieve ideeën. Deel je visie op internetfora. Je hoeft niet noodzakelijk een wetenschapper te zijn die de producten opnieuw ontwikkelt en uitvindt. Het is ook heel belangrijk dat de producten op de markt komen. Er is veel vraag naar jonge ondernemers en marketeers.” Voor de geïnteresseerden is er het boek ‘Cradle to Cradle – afval = voedsel’, dat uiteraard gemaakt is van uitsluitend afbreekbare producten.
Publiek investeert graag in duurzaamheid hanteren een gematigd risicoprofiel. Er zijn verschillende opties die ook afhangen van de levensfase waarin de onderneming zich bevindt, maar het blijkt dat bedrijven toch vaak onbekend zijn met de mogelijkheden. Bovendien geven ze veelal de voorkeur aan een bancaire financiering. Immers, wanneer derden investeren in je bedrijf willen ze daar vaak ook zeggenschap voor terug, iets waar veel autonome ondernemers niet op zitten te wachten.
tekst: Fiona de Heus foto: Shutterstock
V
oor innovaties is vaak geld nodig, maar waar haal je dat vandaan? In plaats van, zoals ‘vroeger’, voor een financiering alleen bij een bank aankloppen, is er steeds vaker sprake van een gestapelde financiering, waarbij verschillende partijen samen de totale som financieren. De keus is groot, met participatiefondsen, kredietunies, regionale investeringsmaatschappijen en informal investors. Tegenwoordig kan daar ook crowdfunding aan worden toegevoegd. Crowdfun-
Crowdfunding wordt veel toegepast bij duurzame technologie en energie. ding is het stadium van het produceren van cd’s ontgroeid en is een volwaardige financiering gewor-
den. Ondernemers zijn gedwongen om breder te zoeken voor hun financiering, want banken
Crowdfunding groeit echter hard in Nederland. Het is een manier van financieren waarbij een groot publiek benaderd wordt om te in-
vesteren in een project. Deze alternatieve vorm werd eerder vooral ingezet bij creatieve projecten van bijvoorbeeld muzikanten en kunstenaars, maar nu steeds vaker door bedrijven, die op een andere manier niet gemakkelijk hun financiering kunnen organiseren. Van alle projecten lijken vooral die op het gebied van duurzame technologie en energie het goed te doen. Op de site van branchevereniging Start Crowdfunding, mede mogelijk gemaakt door het ministerie van Economische Zaken, is te lezen dat er volgend jaar, in 2015, vermoedelijk zo’n 100 miljoen euro in Nederland ‘gecrowdfund’ zal worden.
december 2014 - nr. 7
8
in be
Lupines als voedselbron, energieneutrale woningen en klimaatbeheersing tot elektriciteit uit plan
„Bij duurzaamheid gaat het uitein
tekst: Leo Polhuys foto’s: Liselotte Kolthof
Kristel Leerkes-Boerhof, directeur van Boerhof Projectinrichters: „We zijn sterk op innovatie gericht en zoeken actief samenwerking met klanten en leveranciers om producten duurzamer te maken”.
Als je ‘s middags tussen drie en kwart over drie met Bepacom-directeur Willy Kemper door het bedrijf loopt, is het in de meeste ruimtes donker. Om kwart over drie als medewerkers weer op hun werkplek komen, floept het licht automatisch aan. Het is één van de praktijkvoorbeelden van het duurzaamheids- en energiebeleid van bedrijven. Duurzaamheid begint bij jezelf. De overheid kan van allerlei regels op het gebied van milieu en duurzaamheid opleggen, maar uiteindelijk gaat het om de mentaliteit. Een andere manier van omgaan met de steeds spaarzamer worden grondstoffen en het ons omringende milieu. Verbeter de wereld en begin bij jezelf, is een alom bekende slogan. Een cliché misschien maar daarom niet minder waar. We willen immers dat onze kinderen ook nog een toekomst hebben? Uit een aantal praktijkvoorbeelden blijkt dat het bedrijfsleven al veel doet om haar producten duurzamer te maken. Ook woningen worden steeds energieneutraler. Bovendien komen er nieuwe vormen van voeding aan. Diverse instellingen zijn daar mee bezig. We moeten nog wennen aan insecten of lupines als voedingsbron, maar toch...
Kemper: „We hebben het zo ingesteld, dat tijdens de koffiepauze in de ochtend en middag het licht automatisch uitgaat. Het gaat maar om paar kwartiertjes per dag, maar op jaarbasis tikt de besparing behoorlijk aan.’’ Het Raalter bedrijf ontwerpt en levert besturingstechniek voor het totale gebouwenbeheer bij bedrijven, zorginstellingen en kantoren. Klimaatbeheersing, besturing van verlichting, de zonwering, aanwezigheid, noem maar op. Kemper: „Wij integreren deze onderdelen zodat alles vanuit een centraal punt of op afstand kan worden geregeld, bediend en beheerd. Vaak zie je een aparte klimaatinstallatie (werktuigbouwkundig) en een domotica-installatie (elektrotechnisch). Integratie van deze twee levert echter veel voordelen op. Minder en eenvoudiger bekabeling en een makkelijker communicatie van de installatieonderdelen onderling. Daarom zouden wij ook het liefst bij nieuwbouwprojecten meteen vanaf het begin meepraten en niet achteraf. In een be-
staand gebouw is het immers duurder om voorzieningen aan te brengen. Bij nieuwbouw brengen deze nauwelijks extra kosten met zich mee. Ik heb meegemaakt dat door twee partijen afzonderlijk van elkaar een weersstation werd geplaatst. Eén voor de klimaatinstallatie en één voor de zonwering. Door goed overleg voorkom je dit soort uitwassen. Als ik bij een willekeurig bedrijf zou binnenstappen en het zou doorlichten op energieverbruik, geef ik je op een briefje dat mijn adviezen zonder meer tot zo’n tien procent besparing leiden. Alleen al door het optimaliseren van de instellingen zonder dat er ook maar iets aan de bestaande installaties hoeft te worden veranderd. Verduurzamen is mooi en energiebesparing is goed, maar je kunt al heel veel doen door de mentaliteit te veranderen en zonder dat het al te veel geld kost. Duurzaamheid begint bij jezelf.” Bepacom beheert installaties in gebouwen van klanten op afstand. Kemper: ,,Dit is ook duurzaam. Immers, we lossen een sto-
december 2014 - nr. 7
9
eeld
nten
ndelijk om je mentaliteit” ring in een cv-installatie op, zonder dat er een monteur in de auto hoeft te stappen. Dit scheelt veel kilometers, dus veel benzine, dus veel uitstoot.”
Antisliplaag Kristel Leerkes–Boerhof, directeur van Boerhof Projectinrichters in Heeten, vertelt dat de onderneming sterk op innovatie is gericht en actief de samenwerking zoekt met klanten en leveranciers om producten duurzamer te maken. ,,Een goed voorbeeld is de cradle-to-cradle tapijttegel van Desso. Dit product was een Europese primeur toen wij het in 2009 bij het Ministerie van LNV in Deventer hebben gelegd. Een ander voorbeeld is de Shawtegel die in 2013 bij Tennet in Arnhem is gelegd en is voorzien van LokDots. Deze kleine contactpunten maken de antisliplaag overbodig, wat leidt tot minder materiaalgebruik. Bovendien blijven er na verwijdering geen lijmresten achter. Samen met ‘de groenste fabriek van Europa’, Unipro in Haaksbergen (voor het leggen en onderhouden van vloeren) hebben we Cube it Simple ontwikkeld. Een duurzaam alternatief voor lijm in een emmer, namelijk lijm in een doos.
„Duurzaamheid zit in onze genen” De lijm wordt nu in een zak bewaard die kan worden hergebruikt. Vaak testen we onze producten in de praktijk bij opdrachtgevers die ook het belang van duurzaamheid inzien”. Op de vraag waarom duurzaam-
heid zo belangrijk is voor Boerhof wijst Kristel Leerkes op het jaarverslag 2013 waarin het beleid ten aanzien van maatschappelijk verantwoord ondernemen wordt toegelicht. ,,In dit jaarverslag zijn foto’s opgenomen van de kinderen van onze medewerkers. We denken aan de toekomst. Duurzaamheid zit in onze genen. Als voorzitter van branchevereniging Platform Project Inrichting weet ik dat het thema in de branche ook erg leeft.”
Plant op je bord Lovende woorden afgelopen zomer van staatssecretaris Sharon Dijksma van Landbouw, toen ze een werkbezoek bracht aan Vivera in Holten. Trots werd de bewindsvrouw de oogst getoond van lupine als vleesvervanger.
Lupine als vleesvervanger Accountmanager Richard Jansen: „Wij ondervinden een toenemende vraag naar duurzame vleesvervangers van retailers uit heel Europa. Natuurlijke vleesvervangers kunnen makkelijk worden klaargemaakt en bevatten vele voedingsstoffen die ook in vis en vlees voorkomen, zoals vitamine B12 en ijzer”. Jansen: „De producten worden gemaakt van plantaardige, niet genetisch gemodificeerde grondstoffen. De meeste producten worden bereid op basis van soja, een klein aantal andere op basis van rijst of wortel. Vivera maakt uitsluitend gebruik van scharrelkippenei-eiwit. De producten zijn drie maanden houdbaar en verkrijgbaar in
䡵 Richard Jansen van Vivera in Holten: „Het produceren van vleesvervangers is veel minder milieubelastend dan de
productie van vlees.” een groot aantal supermarkten. Vivera is het enige bedrijf op deze schaal in Europa dat zich enkel en alleen bezig houdt met het maken van vleesvervangers. Onze productielocatie van Vivera is vleesvrij. Uniek in Europa. Wij liggen in Nederland bij alle supermarktketens (behalve bij Aldi & Lidl). Het produceren van vleesvervangers is veel minder milieubelastend dan de productie van vlees.”
Vivera gebruikt onder andere een extrudeermachine voor het verwerken van de zelfgeteelde lupine en soja.
Energie uit planten Het Wageningse bedrijf Plant-e van Marjolein Helder en David Strik, verbonden aan de Wageningen Universiteit, doet onderzoek naar elektriciteit uit planten. Zij ontdekten dat je energie kunt halen uit vrijwel iedere plant. Plant-e, ontwikkelde een brandstofcel die dat ook daadwerkelijk doet. De Plant-Microbiële Brandstofcel haalt energie uit de natuurlijke wisselwerking tussen levende plantenwortels en bodembacteriën. Marjolein Helder: „Simpel gezegd gaat het erom dat we elektronen in de bodem ‘vangen’ en ze vervolgens omzetten in elektriciteit. De brandstofcel laat de elektronen van de ene pool naar de andere stromen. Zo ontstaat elektriciteit.”
Duurzame woningen niet alleen voor elite
Willy Kemper: „Je kunt al heel veel doen door de mentaliteit te veranderen en zonder dat het al te veel geld kost”.
Inmiddels levert de PlantMicrobiële Brandstofcel al meer Watt per vierkante meter begroeiing op, dan bijvoorbeeld de vergisting van biomassa doet. De verwachting is dat dit nog verder kan worden opgehoogd. Marjolein Hel-
der: „Deze nieuwe techniek levert geen vervuiling op en er hoeft geen kostbare landbouwgrond te worden opgeofferd. We moeten nog wel veel onderzoeken zoals de exacte prijs van de stroom en welke planten het meest geschikt zijn.”
Starterswoningen Ook woningen worden steeds duurzamer door energieneutraliteit, gebruik van zonnepanelen en stevige isolatie. Het mooie is dat duurzame woningen niet alleen meer bereikbaar zijn voor een elite. Ook starters kunnen ze kopen. In Leesten (Zutphen) is onlangs de tweede fase begonnen van de bouw van energieneutrale woningen voor starters. Wethouder Engbert Gründemann feliciteerde de aanwezige kopers met hun duurzame woning, waardoor zij straks hun steentje bijdragen aan een duurzamer en meer energieneutraal Zutphen. De 42 woningen krijgen een kwalitatief zeer goede bouwkundige schil en een zeer energiezuinige installatie, waardoor het energieverbruik extreem laag is. Het dakvlak op de zuidzijde van de woningen is volledig voorzien van PV-panelen die zorgen voor een energieopwekking. Een energieneutraal gebouw heeft over een jaar gemeten een energieverbruik van ten hoogste nul, of wekt zelfs energie op. Dus niet alleen het milieu wordt gespaard, ook de portemonnee.
Snoeien of Bloeien
Andre van der Vegt van Kompaszie
Hoe sociale innovatie bijdraagt aan duurzame bloei van uw bedrijf en aan optimale groei van uw medewerkers Tuinders weten hoe het werkt Voor optimale bloei van struiken en bomen is het cruciaal om op het juiste moment en met de juiste maat te snoeien. Dezelfde tuinder weet ook dat duurzame groei en ontwikkeling alleen slagen wanneer zijn planten van vruchtbare voeding worden voorzien. Voor de ondernemer die gaat voor duurzame bloei en ontwikkeling van zijn bedrijf, gelden dezelfde natuurwetten. Veel bedrijven vergeten echter, juist in tijden van economische recessie in personeel te investeren. Investeren in technologie werpt zijn vruchten af. Belangrijker nog is te realiseren dat de meeste winst te behalen valt uit het potentieel talent dat aanwezig is onder uw medewerkers, maar (nog) niet wordt benut: uw medewerkers hebben meer in hun mars dan u denkt. Het belang van sociale innovatie voor duurzame groei Groeien wil ieder bedrijf. Een gangbare opvatting is dat de mate waarin dit lukt, afhankelijk is van de economische omstandigheden van de markt waarin de onderneming opereert. Die afhankelijkheid is er maar ten dele. Want waarom slaagt de ene organisatie wel en de andere niet? Omdat dit afhangt van het vermogen tot
aanpassing en innovatie. En medewerkers zijn de motor achter innovaties mits de potentie van uw medewerkers gezien en benut wordt. Belangrijk is het scheppen van het juiste klimaat voor medewerkers om te groeien en te presteren en zich met de organisatie te verbinden. Bundeling van deskundigheid, zelfstandigheid en flexibiliteit maakt het mogelijk innovatief in te spelen op nieuwe kansen die er altijd zijn. Dat noemen we investeren in sociale innovatie. Goed loopbaanondernemerschap en goed werkgeverschap gaan samen. U als ondernemer schept daarvoor de voorwaarden. U bepaalt het succes. Internationale onderzoeken bevestigen dat innovatiesucces voor driekwart afhangt van het menselijk kapitaal. Het is daarom van levensbelang sociale innovatie hoog op de agenda te zetten. Hoe speel je innovatief in op nieuwe omstandigheden? Hoe doe je meer met minder mensen?
tevredenheidonderzoek komt. Maar medewerker tevredenheid is iets anders dan betrokkenheid. Wilt u innovatie betekenis geven in uw organisatie en realiseert u zich dat de bijdrage van uw medewerkers hierin cruciaal is? Weet dan dat betrokken medewerkers 25 % beter presteren. Investeer dan ook vooral in de betrokkenheid van uw medewerkers. Betrokkenheid met hun werk en met uw onderneming. Zij dragen de continuïteit van uw organisatie; ook in moeilijke omstandigheden.
Investeren in het beter benutten van het potentieel van uw medewerkers? Of doorgaan met louter bezuinigen? Als u kiest voor de eerste optie, weet dan dat u met een geringe investering de latent aanwezige competenties binnen uw organisatie boven tafel krijgt. En weet dat uw medewerker zich gezien, gehoord en gewaardeerd voelt en daardoor meer betrokken is.
Kiezen voor snoeien of bloeien Als u gaat voor een duurzame onderneming die in 2024 nog steeds bloeit en zich blijft aanpassen aan de eisen van de tijd. Waar kiest u dan voor?
Medewerkers die plezier hebben, energiek zijn, effectief werken en bijdragen aan de innovatiekracht van uw organisatie. Weet dat dit ook binnen uw organisatie mogelijk is.
Specialist in Loopbaanondernemerschap:
Betrokken medewerkers presteren 25 % beter Uit nationaal onderzoek blijkt dat van de Nederlandse werknemers 9% betrokken is, 80% niet betrokken en 11% actief niet betrokken is. Met veel schade a.g.v. tijdverlies door fouten, lagere productiviteit, enz. Alle lichten staan op rood als dit uit uw eigen medewerker
Zet uw talenten in de etalage zodat ze gevonden worden waar ze nodig zijn. Wilt u meer weten? Bel of mail naar: meerweten@kompaszie.com
Van Lente biedt haar klanten in de procestechniek, innovatieve totaaloplossingen voor het gehele productieproces. Onder het motto “Samen Denken, Samen Doen”geeft van Lente advies, denkt met relaties mee en ondersteunt van ideevorming tot nazorg. Onze principes: Respect, Ambitie en Betrouwbaarheid zijn stevig verankerd in onze bedrijfsprocessen. Dit maakt ons een aantrekkelijke partner voor huidige en toekomstige klanten en natuurlijk voor onze medewerkers.
professionele collega gezocht Van Lente Systeemintegratie B.V. is in verband
SAMEN DENKEN SAMEN DOEN
Een uitgebreide beschrijving van de vacature vind je op www.vanlente.nl.
met uitbreiding op zoek naar een:
Hardware Engineer Je verricht al het voorbereidende- en interne begeleidingswerk dat verbonden is aan het realiseren van industriële installaties.
Solliciteren of meer informatie? Spreekt bovenstaande functie je aan en wil je graag meewerken in een prettige werkomgeving, waarin respect, ambitie en betrouwbaarheid tot de kernwaarden
Technische Automatisering Technische Installaties Technisch Beheer
behoren, stuur dan een sollicitatiebrief inclusief C.V. (bij voorkeur per e-mail) naar Van Lente Systeemintegratie B.V. t.a.v. Monica Ubas, Postbus 588, 7400 AN Deventer. E-mail: pz@vanlente.nl
www.vanlente.nl
december 2014 - nr. 7
11
recyclen
Ommer Bedrijfsvloeren maakt krijgt wekelijks duizenden tonnen aan kabeltjes, sliertjes en stroken van pvc binnen die als grondstof dienen voor vloertegels.
Afvalverwerking: goed voor het milieu en goed voor de economie tekst: Jos Fluitsma foto: E. Kramer
G
las, kunststof, drankkartons, blik, papier: veel Nederlanders leveren hun afval gescheiden in. Goed voor het milieu, want het afval kan worden hergebruikt, wat leidt tot minder grondstofgebruik. Ook goed voor de economie, want er is geld te verdienen of te besparen met gescheiden inzameling van afval. Er zijn steeds meer bedrijven die actief zijn op het gebied van recycling en hergebruik. Het gaat daarbij
ook om minder voor de hand liggende soorten afval. Ommer Bedrijfsvloeren in Luttenberg legt vloeren van gerecycled kunststofmateriaal en Van Klaveren ccc uit Deventer recyclet oude cartridges en mobiele telefoons. Afvalverwerker VAR in Wilp-Achterhoek, recyclet kunstgras. Er wordt steeds meer kunstgras gebruikt in Nederland. Voor sportvelden, speelveldjes, groenstroken, golfbanen, tuinen en dakterrassen. Er komt een moment waarop dat kunstgras moet worden vervangen. In het betaald voetbal gebeurt dat elke vijf jaar, bij ander gebruik is de levens-
Afvalbeheer in de praktijk: hoe hoger op de Ladder van Lansink, hoe beter Hergebruik staat op de tweede plaats op de Ladder van Lansink. Dat is een standaard op het gebied van afvalbeheer, genoemd naar de Nederlandse politicus Ad Lansink.
De Ladder van Lansink is opgebouwd uit de volgende ‘treden’:
De Ladder van Lansink geeft in een rangorde aan wat de meest milieuvriendelijke manieren van afvalverwerking zijn. Hoe hoger op de Ladder van Lansink, hoe milieuvriendelijker de vorm van afvalverwerking.
* Recyclen
* Voorkomen dat afval ontstaat * Hergebruiken
* Energie * Verbranden * Storten
duur zo’n vijftien jaar. Die oude kunstgrasvelden moeten worden gerecycled, want het is sinds 2012 verboden om kunstgras te storten. VAR (onderdeel van Attero) is sinds 2001 actief op het gebied van recycling van kunstgras. Eind 2012 heeft VAR daarvoor een nieuwe installatie in bedrijf genomen op haar terrein in Wilp-Achterhoek waarmee alle soorten kunstgras voor 95 procent te recyclen zijn.
Cartridges Gebruikte cartridges voor printers in de afvalbak gooien kost geld. Want bedrijven en particulieren betalen voor hun restafval. Het levert dus wat op om cartridges apart te laten inzamelen. Bijvoorbeeld door Van Klaveren dat lege cartridges en gebruikte mobiele telefoons inzamelt via Eeko®. „Wij recyclen cartridges en toners die particulieren en bedrijven voor goede doelen inzamelen”, vertelt Gerhard van Klaveren. „Met de opbrengst van die inzamelingsacties kunnen zij een deel van hun kosten dekken. Verder werken we samen met afvalverwerkers, gemeenten, bedrijven en instellingen. Het inleveren is eenvoudig en kost niets. Wij zorgen voor de inzameldozen en het transport. Je krijgt zelfs een vergoeding voor de lege cartridges én je draagt bij aan verantwoord hergebruik van kantoor-
benodigdheden en dus aan een beter milieu.” Van Klaveren sorteert de verschillende types lege cartridges van allerlei merken en brengt ze naar een productiebedrijf. Dat maakt er nieuwe hervulde cartridges van, die Van Klaveren weer verkoopt. „Lege printercartridges hebben waarde, want door ze apart te laten inzamelen besparen bedrijven op hun kosten van afval. Gebruikte mobiele telefoons zijn nog goed te verkopen in veel landen overal ter wereld. Ook de opbrengst daarvan gaat voor een groot deel naar goede doelen.” Van Klaveren heeft moeite om dingen zomaar weg te gooien en is al lang actief in hergebruik: „Maatschappelijk verantwoord ondernemen gaat niet zonder de P van Profit. Mijn bedrijf moet kunnen investeren in nieuwe methoden en technieken. Maar de P van Planet blijft het belangrijkste. We kunnen de aarde niet oneindig uitputten. Een cartridge wordt gemaakt van plastic, plastic wordt gemaakt van olie, olie raakt een keer op. Daarom moeten we hergebruik stimuleren. Daarvoor biedt afval kansen. Met wat wij doen, besparen we een paar honderd zeecontainers afval per jaar.” Ommer Bedrijfsvloeren legt vloeistofdichte vloeren aan van tegels die zijn gemaakt van gerecycled materiaal. Het bedrijf bestaat dertien jaar,
sinds vier jaar zijn Marinka Kortstee en haar man eigenaar. „Het afbreken van pvc is een zeer milieubelastend proces”, vertelt Marinka. „Onze Nederlandse leverancier zet zich in voor een tweede leven van de gebruikte grondstof in de vorm van vloertegels. Cradle-to-cradle in optima forma”.
Kabeltjes Vanuit de Europese kabelindustrie, automotive en vloerbedekkingsbranche komen wekelijks duizenden tonnen aan kabeltjes, sliertjes en stroken de fabriek binnen. Ze worden in een grote shredder tot kleine brokjes vermalen, gegranuleerd en van vervuiling ontdaan. Daarna wordt het afval gesmolten en geperst tot tegels van 1 cm dik. Marinka: „Van die tegels leggen wij vloeistofdichte vloeren. Duurzaam, slijtvast en tegen marktconforme prijzen. Alle restafval brengen we terug naar de fabriek zodat het weer kan worden gerecycled.” Ommer Bedrijfsvloeren doet mee met Oasis Center Salland. „Door leerlingen van het Carmel College Salland te laten zien hoe wij werken, brengen wij de praktijk bij de school. Zo maken we hen bewust hoe je met producten en energiebeheer kunt omgaan. Het is belangrijk dat we dat overbrengen op volgende generaties.”
december 2014 - nr. 7
beroepskeuze 12 ,,Bezig met toekomstige vraagstukken’’ spelen, ook buiten de universiteit.”
tekst: Tom Veldhuijzen
D
e TU Delft heeft duurzaamheid hoog in het vaandel staan. De universiteit bestaat grotendeels uit technische opleidingen en ziet het als haar opdracht om technologische oplossingen aan te dragen die bijdragen aan een duurzame maatschappij. Joep Hoefsloot (19) uit Gorssel studeert sinds het begin van dit studiejaar Technische Natuurkunde aan de TU in Delft. „Onze universiteit is niet bezig met de vraagstukken voor morgen, maar met de relevante oplossingen voor vraagstukken over tien jaar. De studenten spelen daar een heel belangrijke rol in”, vertelt Joep. Hij merkt dat de TU veel bezig is met
Complexe theorieën Het ‘technische’ gedeelte van de opleiding houdt in dat de lesstof toepasbaar is in de praktijk. Zelf houdt Joep zich graag bezig met hoe de wereld in elkaar steekt en dat leer je op de TU.
Joep Hoefsloot studeert Technische Natuurkunde aan de TU in Delft. het thema duurzaamheid. „Ieder jaar doet een team mee aan de Solar Races in Australië. Dat geldt overigens voor meer projecten en wedstrijden. Iedereen bij ons op
de universiteit is het erover eens dat duurzaamheid belangrijk is en dat er verandering moet komen. Duurzaamheid zal de komende jaren een maatschappelijke rol gaan
„We krijgen tijdens de hoorcolleges heel veel interessante informatie, maar het is ook hard werken om alles bij te houden. De focus van mijn opleiding ligt voornamelijk op het analyseren van problemen en daar vervolgens een oplossing voor vinden. Laatst hadden we het tijdens de colleges over grafeen, het allerdunste laagje koolstof dat er bestaat. Met dit materiaal is heel veel mogelijk, zoals
het produceren van een microfoon. Vervolgens krijgen wij de opdracht om daar een ontwerp van te maken. We leren om te gaan met hele complexe theorieën.” De studenten duiken in de wereld van natuurkundige verschijnselen, zoals elektromagnetisme en kwantummechanica. Voor Joep is dit de uitdaging die hij zoekt. „De opleiding is erg moeilijk, maar dat heb ik nodig. Ik wil dit graag leren en ontdekken waarom bepaalde natuurkundige processen zich voordoen. Met deze studie daag ik mijzelf uit om later verder te komen. We worden heel breed opgeleid. Ik kan bijvoorbeeld gaan werken in het zakenleven, dat spreekt mij wel aan. Het liefst ontwikkel ik met de kennis die ik nu opdoe een nieuw concept waar mensen wat aan hebben.”
,,Combinatie techniek en zorg is mooi’’ tekst: Tom Veldhuijzen foto: Liselotte Kolthof
V
rouwen in de techniek zijn schaars. Ze zijn op zoek naar rolmodellen en vinden de maatschappelijke betekenis van techniek belangrijk. Het Carmel College Salland in Raalte ontwikkelt een programma om vroegtijdig meisjes bij de techniek te betrekken. Weinig vrouwen kiezen voor een carrière in de techniek, maar meisjes zijn even goed in technische vakken als jongens. Dat blijkt uit recent onderzoek van de Organisation for Economic Co-operation and Development (OECD). Romy Tutert (15) volgt een technische VMBO-opleiding aan het Carmel College Salland in Raalte. Zij weet al precies wat ze later wil gaan doen. „Ik ben derde-
jaars en volg het lesprogramma Wonen, daar doe ik veel praktijkervaring op en werk ik met hout en meubels. We doen veel proefjes en maken bijvoorbeeld shampoo en tandpasta. Ik ben heel nieuwsgierig aangelegd en wil precies weten hoe technische apparaten werken.”
Speciaal lesprogramma Op het Carmel College Salland krijgen leerlingen extra begeleiding en hulp bij het kiezen van een geschikte vervolgopleiding. Het aangeboden vakkenpakket is breed, zodat kinderen pas op latere leeftijd een keuze hoeven te maken. „Onze docenten gaan veel met ons op stap. Laatst nam onze mentor alle meiden mee naar een laboratorium. Ook ga ik binnenkort al open dagen bekijken, zodat
Romy Tutert volgt een technische VMBO-opleiding. ik goed weet welke mogelijkheden er zijn en waar ik mij straks het beste kan ontwikkelen.” Om meisjes op jonge leeftijd enthousiast te maken voor de technische
wereld ontwikkelt het Carmel College Salland een speciaal lesprogramma. Het is de bedoeling dat meiden als groep worden aangesproken en de eerste twee jaar van
hun vmbo-opleiding gescheiden van de jongens en op een andere manier les krijgen. Naast Romy is ook de rest van het gezin veel met techniek bezig. Dat heeft haar enorm geholpen bij het kiezen van de juiste school en een toekomstige vervolgopleiding. „Mijn vader werkt bij BAM infratechniek en vertelt vaak waar hij mee bezig is. Daarnaast is hij thuis en bij kennissen altijd aan het klussen. Ik vind dat heel interessant en hij heeft mij veel geleerd.” Romy weet al precies welke richting ze na haar vmbo-eindexamen opgaat. „Het wordt revalidatietechniek. Ik wil instrumenten maken voor mensen die aan het revalideren zijn, bijvoorbeeld het verbeteren van een prothese of robotarm. Op die manier kan ik zorg en techniek combineren. Dat vind ik mooi.”
,,Ik kan straks overal aan het werk’’ tekst: Tom Veldhuijzen foto: Liselotte Kolthof
E
en werktuigbouwkundige houdt zich bezig met de dingen die ons leven makkelijker en aangenamer maken. Van het ontwikkelen van een klushamer tot een ingewikkelde robotarm voor in de ruimte. Overal vormen ze een onmisbare schakel en afgestudeerde studenten zijn zeer gewild door bedrijven. Werktuigbouwkunde is een brede technische opleiding en wordt aangeboden op het MBO, HBO en de universiteit. Mathijs Bruins (20) zit in zijn derde jaar op hogeschool Windesheim in Zwolle. ,,In grote lijnen komt het er op neer dat studenten werktuigbouwkunde aan de universiteit nieuwe
Mathijs Bruins volgt Werktuigbouwkunde op hogeschool Windesheim. en toekomstgerichte theorieën leren ontwikkelen. Vervolgens doen wij daar praktijkgericht onderzoek naar en maken een ontwerp. De studenten van het MBO ma-
ken uiteindelijk de apparaten. Werktuigbouwkunde is heel breed. We ontwerpen bijvoorbeeld een schroevendraaier, maar ook grote installaties voor fabrie-
ken.” Alles draait om een efficiënt ontwerp, zodat het eindproduct een lang leven beschoren is. „Het is de kunst om zo min mogelijk afval te produceren gedurende de productiefase. We krijgen veel les over recycling en slim consumeren. Minder afval produceren is duurzaam en het scheelt bovenal in de kosten. Bij het ontwerp moeten we leren om zuinig om te gaan met ons materiaal. Dat maakt een product economisch veel aantrekkelijker. Natuurlijk is duurzaamheid een van onze prioriteiten, maar het draait uiteindelijk wel om een goed product. Liever een kwalitatief hoogstaand product, dan een volledig recyclebaar apparaat dat na twee keer gebruiken stuk gaat. Daar schiet je niets mee op.” Veel zorgen om een baan later maakt Mathijs zich niet, tijdens
zijn zoektocht naar een stage moest hij zelfs bedrijven afwijzen.
Nieuwe technici „Er zijn veel bedrijven op zoek naar nieuwe technici. Ik zoek nu een stage, maar omdat je bij zoveel bedrijven terecht kunt heb ik nu de luxe om te kiezen tussen mijn favorieten. Mijn huisgenoten, die allemaal andere studies volgen, hebben minder keuze.” Hoewel er een tekort dreigt aan technici in het werkveld, ziet Mathijs de instroom van nieuwe studenten binnen zijn vakgebied groeien. „Ik hoor van mijn docenten dat ze moeite hebben om een plek te vinden voor de enorme toestroom aan nieuwe werktuigbouwkundestudenten. Misschien ontstaat er over vier jaar, zolang duurt de opleiding, wel weer een overschot.”
december 2014 - nr. 7
13
innovatie
Restwater uit gezuiverd afvalwater zorgt voor warm zwembad De Tijenraan Bij veel bedrijven speelt innovatie een sleutelrol. Zo wordt het water in het Raalter zwembad De Tijenraan verwarmd met restwarmte uit het gezuiverde afvalwater, afkomstig uit de rioolwaterzuiveringsinstallatie een halve kilometer verderop. tekst: Leo Polhuys foto: Liselotte Kolthof
B
edrijven en particulieren spoelen dagelijks veel warm water weg en een deel van die warmte is nog aanwezig na het zuiveren. Het gemeentelijk sportbedrijf bespaart hiermee ongeveer een derde op de jaarlijkse energierekening. „We gebruiken op zich dezelfde hoeveelheid energie als vroeger, maar eenderde van de energie (warmte) komt nu uit het afvalwater en dat is gratis warmte. Dat is het grote verschil”, zegt vakspecialist duurzaamheid Jasper Arends van de gemeente Raalte over het innovatieve project. „De uitvoering werd vergemakkelijkt doordat zwembad en waterzuivering vlak bij elkaar liggen. Het rioolwater is altijd tussen de acht en twintig graden. De warmte die we anders zouden weggooien, hergebruiken we nu. Het mooie van dit project is dat het duurzaamheid op de lange termijn bereikt.’’ Het Raalter
bad is het eerste in Nederland waar wordt gezwommen in water dat wordt verwarmd met restwarmte uit het riool. Het water wordt gebruikt voor alle baden, dus ook voor het doelgroepenbad dat een constante watertemperatuur van circa 32 graden vereist.
Workshop Het project is door de gemeente uitgevoerd in nauwe samenwerking met Waterschap Groot Salland, dat initiatiefnemer was. Het idee voor winning van warmte uit afvalwater ontstond in 2010 toen Arends samen met onder anderen Ben Sluiter van het Waterschap een workshop over warmtewinning uit rioolwater bijwoonden. Arends: ,,Het systeem werd toen al toegepast in Zwitserland en wij vroegen ons af of het in Nederland ook kon. De totale investering bedroeg 470.000 euro, onder meer voor de bouw van de transportleiding, waterbuffers in een speciale kelderruimte, de realisatie van warmtepompen en warmtewisselaars”.
„Dit project krijgt heel veel belangstelling” Arends: „Met Europese subsidie konden we het project realiseren in het kader van het Europese project Inners dat onderzoek doet naar energieterugwinning in de gehele afvalwaterketen, met in totaal elf deelnemers. Het gaat om
Jasper Arends van de gemeente Raalte en Ben Sluiter van Waterschap Groot Salland bij het door rioolwater verwarmde zwembad Tijenraan. een demonstratieproject, wat onder meer inhoudt dat ‘Europa’ geen geld terug hoeft te hebben. Eén van de subsidievoorwaarden was dat we veel voorlichting geven, zowel in Nederland als daarbuiten. Er is grote belangstelling voor deze vorm van warmtewinning. Kennisdeling met andere Europese partners, overige waterschappen, gemeenten en overige geïnteresseerden dan ook een belangrijke doelstelling van dit project.” In Raalte wordt over enkele jaren een nieuw zwembad gereali-
seerd. Arends: „Doordat daar bij het ontwerp en bouw van deze installatie rekening mee gehouden is kunnen we veel meenemen, zoals de warmtepompen en hoeven we minder te investeren in het nieuwe bad. Ook dat is duurzaamheid...”
Warmtewisselaar Technisch gezien werkt een warmtepomp als volgt. Via warmtewisselaars wordt een graad of 3 onttrokken aan het gezuiverde riool-
water. In een warmtewisselaar stromen twee vloeistoffen vlak langs elkaar gescheiden door een dunne aluminium wand, hierdoor wordt de warmte van de warmste naar de koudste vloeistof getransporteerd. Via vier warmtepompen wordt het water opgewaardeerd naar ongeveer 45 graden en opgeslagen in een buffervat. Via warmtewisselaars in het zwembad wordt de warmte uitgewisseld met het badwater. De werking van een warmtepomp is omgekeerd aan die van een koelkast.
Innovation Award voor de Spider Plug lijks 250 miljoen vierkante meter van dit onderliggende materiaal weggegooid. Slechts één procent wordt hergebruikt. Met onze techniek is de afvalstroom tot bijna nul teruggebracht. Het systeem werkt inmiddels in de praktijk in een drukkerij in Zeeland. Gebruikers zijn blij dat ze geen afval meer hebben en dat het productieproces bovendien wordt bekort doordat de bedrukking van de etiketten nu in één machinegang plaatsvindt.”
tekst: Leo Polhuys foto: Liselotte Kolthof
D
e Maan Group in Raalte houdt zich bezig met de ontwikkeling en productie van lijm- en hechtingsmaterialen. Naast onder meer de afdeling Research en Development die specifieke klantvraagstukken praktisch oplost, werkt engineering aan de bouw van klantspecifieke machines. Maan Group oogstte veel lof met haar Spider Plug waarmee de Cross Over Innovation Award is gewonnen. Directeur André Jansen van Maan Group vertelt dat het product zeer goed is ontvangen in de tuindersbranche. Jonge plantjes kunnen ongehinderd groeien in het kleine potje. Verpotten kan daarna automatisch. De Spiderplug is volledig biologisch afbreekbaar. Jansen: „Sterker nog: tijdens het afbraakproces komen stoffen vrij die de bodem verrijken. De afbraakperio-
Folie
André Jansen van Maan Group Raalte is trots op de volledig biologisch afbreekbare Spiderplug. de sturen we door de samenstelling van het materiaal.” Tweede recente duurzame innovatie van de
Maan Group is de techniek waardoor er geen dragers meer nodig zijn voor etiketten die bijvoor-
beeld in de voedingsmiddelenindustrie worden gebruikt. Jansen: „In Nederland wordt jaar-
De derde technologie waarmee de Maan Group uitpakte is de plasmatechniek waarmee folie geschikt wordt gemaakt voor het printen van zonnecellen. Jansen: ,,Deze cellen hechtten in het verleden niet goed maar met behulp van onze techniek is de hechting nu geen probleem meer. Afnemers zijn producten van zonnecellen.’’ Maan Group werkt voor deze plasmatechniek samen met andere partners in de productieketen.
december 2014 - nr. 7
energieneutraal 14 Krachten gebundeld voor energietransitie
E
nergieneutraal zijn in 2030. De ambitie van de regio Stedendriehoek is helder. „Het is een van de belangrijkste pijlers onder ons profiel van Cleantech Regio.” Samen met Sebastiaan van ’t Erve (burgemeester van de gemeente Lochem) staat Henk Mulder begin volgend jaar aan het roer van de Tafel Energietransitie. ,,Geen praatclub, maar een doeclub. Anders had ik er voor bedankt.”
Slagkracht
Samen met Sebastiaan van ’t Erve staat Henk Mulder (foto) begin volgend jaar aan het roer van de Tafel Energietransitie.
De Strategische Board Stedendriehoek, waarin ondernemers, overheid en onderwijs & onderzoek samen aan een duurzaam en gezond klimaat in de Stedendriehoek werken, wil met de Tafel Energietransitie kracht zetten bij de ambitie. Henk Mulder, zelf werkzaam bij technisch dienstverlener Cofely, werd samen met Sebastiaan van ’t Erve benaderd als voorzitter. ,,Met deze twee kapiteins aan het roer, hebben we kennis vanuit zowel de ondernemerskant als de bestuurlijke kant. Dat geeft ons de slagkracht die nodig is om in 2030 de eerste energieneutrale regio in Europa te zijn.” Een boost voor energieprojecten. Mulder staat te popelen. „Het is be-
langrijk om een evenwichtige tafel te creëren. In de regio zijn particuliere en private partijen, overheid en consumenten dagelijks met het onderwerp energie bezig. Die wil ik om de tafel krijgen. Mensen die het onderwerp een warm hart toedragen.”
Boost geven Gezamenlijk wil Mulder in beeld brengen wat er in de regio speelt op het gebied van energietransitie. „Naast het opstarten van nieuwe projecten, bestaande initiatieven in de regio een boost geven. Bijvoorbeeld door kennis te delen, nieuwe vormen van samenwerking te zoeken en in co-creatie tot duurzame oplossingen te komen”.
mooiste regio van het land. Die moet mooi blijven. En daar wil ik aan bijdragen.” Met de energietransitie koerst de regio af op een nieuw tijdperk. Waarin nieuwe, duurzame bedrijvigheid bijdraagt aan de economische versterking. Waarin duurzaamheidsdoelen worden bereikt met innovatieve en bewezen technologie en waarin gedragsverandering bij de eindgebruiker wordt gestimuleerd. „De Strategische Board heeft daarbij een mooie doelstelling neergezet: Meer van minder. Dat gaan we realiseren. Dat gaan we dóen.” Meer informatie: www.cleantech.nl
Sterk besef Dat er een sterk besef heerst in de regio om het gebruik van fossiele brandstof terug te dringen, is een van de drijfveren van Mulder. „Zowel in mijn werk als privé word ik dagelijks geconfronteerd met de omslag van fossiel naar duurzaam gebruik. De energietransitie is een maatschappelijke ontwikkeling waarin ons bedrijf een belangrijke rol in speelt. Ook privé raakt het onderwerp me. Ik woon in de
Bestel nu je kaarten via www.overuit.nl/tickets 50 € 12, 50
€ 9,
MET KORTING NAAR HET IJSBEELDEN FESTIVAL Uitjes met korting www.OverUit.nl
december 2014 - nr. 7
15
talenten
„Werken met je handen is machtig mooi”
Stefan Heerink en Remco Harink van Bouwbedrijf Vosman in Raalte: „De bouw is tegenwoordig een moderne, innoverende bedrijfstak waar een prima boterham in te verdienen is”.
tekst: Leo Polhuys foto: Liselotte Kolthof
S
tefan Heerink weet het zeker: werken met je handen is ook duurzaamheid. Een ambachtelijk beroep zoals dat van timmerman associeert men immers al gauw met zaken die wel even blijven staan. Een houtconstructie of een muur voor een woning gaat vele jaren mee. Stefan werkt bij bouwbedrijf Vosman in Raalte en werd afgelopen zomer de onbetwiste nummer één tijdens EuroSkills 2014 in Lille bij het onderdeel bouwtimmeren. EuroSkills heeft als doel het promoten van vakmanschap en beroepsonderwijs. Zijn maat was Jasper de Luft van bouwbedrijf Haarhuis uit het Twentse Albergen. Samen kregen ze de gouden medaille uitgereikt, gevolgd door een toespraak van voorzitter Maxime Verhagen van Bouwend Nederland.
Lekker buiten „Techniek heeft altijd een negatief imago gehad”, zegt de negentienjarige Heetenaar. „Onterecht. Natuurlijk moet je soms iets zwaars optillen maar daar hebben we tegenwoordig meestal machines voor. En je loopt wel eens in de kou, maar hoe vaak is het nu echt
hartstikke koud? Bovendien: afgelopen jaar hadden we een prachtige zomer en terwijl anderen dan op kantoor zitten te puffen, loop ik lekker buiten.”
Nadenken Vosmans directeur Remco Harink knikt heftig als hij Stefans verhaal aanhoort. „Techniek is niet alleen maar vuile-handen-werk. De werkomstandigheden zijn veel beter dan vroeger en ook bij werken in de bouw moet je heel goed nadenken. Je moet bijvoorbeeld een uitslag maken om een kap voor een woning te kunnen construeren, wiskundig inzicht is dus wel belangrijk. Wij zijn een modern, maar traditioneel bouwend bouwbedrijf waar we veel zelf op de bouw maken. Zo min mogelijk prefab, want dat gaat ten koste van de flexibiliteit voor onze opdrachtgevers en natuurlijk de ambacht. Jammer dat zoveel basisschoolleerlingen en middelbare scholieren alleen maar op hoogopgeleide banen gefocust zijn. De bouw is tegenwoordig een moderne innoverende bedrijfstak waar een prima boterham te verdienen is. Hier ligt nog een mooie taak voor onze bedrijfstak, vooral ook richting de ouders.” Volgens Harink zit de bouw binnenkort met een ,,gigantisch probleem’’ als er niet snel iets wordt gedaan aan instroom
van nieuwe vakmensen. „We zijn een erkend leerbedrijf en hebben altijd leerlingen opgeleid. Op dit moment leiden we vier leerlingen op. Met de komst van nieuwe ambachtslieden verzekeren we ons mooie vak en ons bedrijf van een toekomst. Duurzaamheid zit niet alleen in het werken met natuurlijk materiaal en goede isolatie maar ook in je personeel. Daarom investeren wij veel in personeel, en dat begint bij de leerlingen.” Toen Paul Christenhusz, chefmonteur en praktijkopleider bij van Van Lente Systeemintegratie in Deventer destijds een nieuwe groep stagiaires voor zich had, viel Mattijn Stegeman hem meteen op. Niet alleen door diens lengte van 2.04 meter maar vooral door zijn
enorme technische talent. „Mattijn werkt in vier uur af waar een ander zestien uur over doet. Hij is een enorm technisch talent.” Mattijn werd zesde in de categorie Industriële Automatisering op EuroSkills 2014 en mag zich daarom Vakkanjer noemen. Mattijn: „Ik volgde de opleiding elektrotechniek op Deltion en hoorde van mijn leerkrachten dat Van Lente een goede stageplek is. Dat is ook waar gebleken. Ik word goed begeleid en ondersteund in mijn deelname aan EuroSkills. Paul is mee geweest naar Lille”. Paul: „En als Mattijn naar World- Skills in Brazilië gaat, ga ik ook mee. Van Lente heeft jaarlijks een flinke instroom van leerlingen. Dit jaar hebben we er zo’n zeventien. Dat is belangrijk
Stefan Heerink: „Ik heb altijd eer van mijn werk” Stefan Heerink werkt vier dagen per week bij Bouwbedrijf Vosman in Raalte en volgt een één dag scholing bij bouwopleiding Bouwmensen in Deventer. Heerink: „Ik werkte al op zaterdagen bij Vosman toen ik nog op de middelbare school zat. Toen ik in het kader van de Beroeps Begeleidende Leerweg een leerbedrijf moest kiezen, was de keuze snel gemaakt. Ik moet nog twee jaar leren en daarna ga ik misschien verder voor assistent uitvoerder. Werken in de bouw is machtig mooi. Ik heb altijd eer van mijn werk. Als ik door Heeten of Raalte fiets, kan ik concreet aanwijzen aan welke woning ik heb meegebouwd en hoe het contact met de klanten is verlopen.”
voor ons als bedrijf, want velen van hen vinden bij Van Lente een vaste baan. Zo waarborgen we de kwaliteit en duurzaamheid van het vak in de toekomst. Wij zijn niet alleen leerbedrijf maar ook praktijkopleidingscentrum. Er zit nog steeds een gat tussen de kennis en vaardigheden die de leerlingen op school opdoen en de praktijk. Wij dichten dat gat.”
Trainen Mattijn: ,,Mijn voordeel is dat ik bij meerdere bedrijven stage heb gelopen. Ik train enorm veel voor mijn deelname aan de voorrondes voor EuroSkills en WorldSkills. ‘s Avonds zit ik met gemak een paar uur aan mijn opdrachten te werken.” Paul: ,,Ik heb daar enorm veel respect voor. Mattijn gaat tot het uiterste en wordt zelfs mentaal begeleid om de druk aan te kunnen. Want tijdens zo’n wedstrijd is de tijdsdruk enorm en staat de jury je constant op de vingers te kijken. Van Lente geeft veel voorlichting aan scholen en ouders en steeds weer hameren we erop dat techniek een mooi en schoon vak is met – in het geval van Van Lente – paneelbouw, besturingstechniek en engineering ofwel het schrijven van software. Onze medewerkers bouwen vaak ingewikkelde systemen waarvoor de nodige intelligentie vereist is.”
Superfood is geen trend maar een levensstijl
TOP 5 pakket
Elders: € 68,70 Lezersprijs
€
29,95
gratis thuisbezorgd
Hoe gezond wilt u zijn?
Als je gezond eet, merk je dit meteen. Je hebt minder stress, bent positiever en je energie neemt toe. Kortom: het is het begin van een beter gevoel. Gezond eten is een levensstijl. Het moet uit jezelf komen en je moet de wil hebben om je eetpatroon aan te passen. Creëer een structuur en met een beetje discipline kom je heel ver. Maak een lekkere groene smoothie of een heerlijke maaltijdsalade met superfood elementen als aanvulling. Je merkt snel dat je je beter gaat voelen en de fitheid toeneemt. In het teken van gezondheid hebben wij speciaal voor de lezers van De Stentor een uitgebalanceerd superfoodspakket samengesteld voor een speciale lezers prijs.
Speciaal voor u selecteerden wij de volgende Nutrivian producten:
Elders € 12,95 Lezersprijs
€
6,95
1. Goji bessen
Goji bessen bevatten vitamines, mineralen, eiwitten en antioxidanten. Ze kunnen worden toegevoegd aan salades, smoothies, yoghurt of muesli, maar ze kunnen ook als tussendoortje gegeten worden.
Elders € 12,95 Lezersprijs
€
7,95
4. Cacao poeder
Cacao poeder bevat vitamines, mineralen, eiwitten, antioxidanten en essentiële vetzuren. Het kan worden toegevoegd aan smoothies of yoghurt en het kan worden verwerkt in gerechten zoals desserts.
BESTELBON
Elders € 12,95 Lezersprijs
Elders € 9,95 Lezersprijs
7,95
€
€
2. Hennep zaden
3. Cacao nibs
Hennep zaden bevatten vitamines, mineralen, eiwitten, antioxidanten en essentiële vetzuren. Ze kunnen worden toegevoegd aan salades, smoothies, yoghurt en muesli en ze kunnen worden verwerkt in gerechten.
Elders € 12,95 Lezersprijs
€
5,95
Cacao nibs bevatten vitamines, mineralen, eiwitten, antioxidanten en essentiële vetzuren. Ze kunnen worden toegevoegd aan smoothies, yoghurt of fruit en ze kunnen worden verwerkt in gerechten zoals desserts.
Elders € 12,95 Lezersprijs
6,95
€
7,95
6. Moerbei bessen
5. Chia zaden
Chia zaden bevatten vitamines, mineralen, omega 3 vetzuren, eiwitten en antioxidanten. Ze kunnen worden toegevoegd aan salades, smoothies, yoghurt of muesli en ze kunnen worden verwerkt in gerechten zoals desserts.
Moerbei bessen bevatten vitamines, mineralen, eiwitten en antioxidanten. Ze kunnen worden toegevoegd aan smoothies, yoghurt en in gerechten zoals desserts, maar ze kunnen ook als tussendoortje gegeten worden.
Naam:
x 1. Goji bessen (200 gram) à € 6,95, verzendkosten € 1,95
Straat + nr.:
x 2. Hennep zaden (200 gram) à € 7,95, verzendkosten € 1,95
Woonplaats:
x 3. Cacao nibs (200 gram) à € 5,95, verzendkosten € 1,95
Postcode:
x 4. Cacao poeder (200 gram) à € 7,95, verzendkosten € 1,95 x 5. Chia zaden (200 gram) à € 6,95, verzendkosten € 1,95 x 6. Moerbei bessen (200 gram) à € 7,95, verzendkosten € 1,95 x TOP 5 pakket: bestaande uit 1 x Goji bessen, 1 x Hennep zaden, 1 x Cacao nibs, 1 x Chia zaden, 1 x Moerbei bessen à € 29,95, gratis thuisbezorgd
Telefoon: E-mail: Ik machtig Buckeroo Paymant Services in opdracht van Wegener Media eenmalig het verschuldigde bedrag + € 1,95 verzendkosten (geen verzendkosten TOP 5 pakket) te incasseren van:
IBAN:
NL
Uw bestelling snel in huis? Bestel nu op destentor.nl/webwinkel
Handtekening
Stuur deze bon in een gefrankeerde envelop naar:
Webwinkel, Postbus 1090, 5004 BB Tilburg
DS laj44ban
Superfoods zijn bepaalde voedingsmiddelen met een positief effect op ons lichaam. Vaak beschikken deze producten over geneeskrachtige eigenschappen. Doordat deze superfoods veelal in het buitenland worden geteeld, weten veel mensen niet van het bestaan af.