5 minute read

Schatten langs de kust

Next Article
Werelderfgoedweken

Werelderfgoedweken

Zeeschatten langs de vloedlijn

Wanneer een flinke storm grote hoeveelheden zeedieren uit de bodem loswoelt en die laat aanspoelen op het strand, is het feest voor meeuwen én wandelaars. Zwaardschedes of mesheften, zeesterren en skeletten van zee-egels laten iets zien van de rijkdom van het zeemilieu. Ook andere bijzondere natuurlijke aanspoelsels bieden een glimp van de onbekende onderwaternatuur.

TEKST: HANS REVIER

NATUUR

pijlinktvis .

In juni kun je de eiersnoeren van de gewone pijlinktvis wel eens op het strand vinden. In de gelatineuze dreadlocks kun je soms de kleine inktvisjes al zien zitten. De gewone pijlinktvis is de meest algemene inktvis van de Noordzee. Ze komen voornamelijk in diep water voor, waar de snelle zwemmers jagen op vissen. Daarom spoelen de volwassen dieren nauwelijks aan. Wel is een paar keer een grote pijlinktvis op het strand aangetroffen. Deze soort kan twee meter lang worden en komt algemeen voor in de Atlantische Oceaan. De trek in de winter en het vroege voorjaar naar baaien en fjorden in Ierland, Noord-Schotland en Noorwegen loopt ook voor een deel door de Nederlandse kustwateren.

HENK POSTMA

haas .

Op het eerste gezicht lijken deze dieren op mosselen, maar ze zijn verwant aan zeepokken en behoren tot de kreeftachtigen. Dat kun je zien aan de vangpootjes. Die steken ze regelmatig als een ‘schepnetje’ naar buiten om plankton uit het water te vissen. De eendenmosselen komen vooral voor in zuidelijke wateren. Daar groeien ze met hun lange stelen op rotsen en andere harde structuren. De stelen zijn eetbaar en ze eendenmossel .

worden in Zuidwest-Europa op vismarkten verkocht. Groeien de eendenmosselen op materiaal dat blijft drijven, dan kunnen ze ook in onze streken aanspoelen. Tot in de 17e eeuw dacht men dat eendenmossels aan bomen groeiden. Sommige geleerden beweerden zelfs dat ze de eieren waren van rotganzen. Van deze ganzen vond men namelijk nooit de nesten. Die kwamen alleen hier om te overwinteren of als doortrekkers.

ECOMARE/WIKI

wolharige. neushoorn.

Zo’n 40.000 jaar geleden, tijdens de laatste ijstijd, bestond het gebied dat we nu kennen als de Noordzee uit onafzienbare steppes, waar de wolharige neushoorn en mammoet zich tegoed deden aan het harde gras. Na de laatste ijstijd vulde het Noordzeebekken zich en stierven de dieren uit. Regelmatig vangen vissers op de Noordzee fossiele resten van deze grote grazers. Ook komen botresten en kiezen van deze dieren op de stranden terecht. Vooral na zandsuppleties, waarbij zand uit de diepere delen van de Noordzee is gebruikt, heb je kans de wervel van een wolharige neushoorn of een kies van een mammoet te vinden.

shell-. schelp.

Soms kun je naast de bekende kokkel- en strandschelpen bijzondere soorten tegenkomen. De wijde mantel, ook wel bekend als Shell-schelp is zo’n soort. Deze winter spoelden honderden exemplaren aan op de stranden van Terschelling. De soort heeft zich waarschijnlijk naar noordelijke wateren uitgebreid en komt nu in grote aantallen op de bodem van de Noordzee in de buurt van Terschelling voor. Wijde mantels kunnen goed zwemmen en bewegen snel door het water. Ze trekken daarvoor de spier samen waarmee de schelphelften aan elkaar vastzitten. In de koude wintermaanden zijn ze minder beweeglijk en worden ze met de stroom mee op het strand geworpen.

FOTO FITIS

NATUUR

maanvis .

Een maanvis die op het strand wordt gevonden, trekt altijd veel bekijks en is vaak goed voor een stukje in de plaatselijke krant. Het zijn dan ook vreemde vissen. Het lijf is rond, sterk afgeplat en voorzien van twee puntige vinnen. Maanvissen zijn de grootste beenvissen ter wereld en komen voor in alle gematigde en tropische oceanen. Een volwassen dier kan wel 2.300 kilo wegen en - van vin tot vin gemeten - 4 meter hoog worden. Grote maanvissen zijn echter zeldzaam in de Noordzee. Maanvissen hebben een dikke taaie huid, die op sommige plekken wel 7,5 centimeter dik is en bedekt met tandjes en slijm in plaats van schubben. Over het algemeen neemt men aan dat maanvissen plankton en kwallen eten. In de grote oceanen komen ze vooral in de diepere delen voor. Af en toe verschijnen de maanvissen dan aan de oppervlakte om zich door de zon te laten opwarmen.

FOTO FITIS

Barnsteen komt vooral voor in het Oostzeegebied, maar af en toe vind je ook op de Waddeneilanden kleine stukjes. Deze halfedelsteen is gefossiliseerde hars van dennenbomen die 35 miljoen jaar geleden daar voorkwamen. De geluksvogel die denkt barnsteen te hebben gevonden moet wel oppassen. Soms zijn het stukken of stukjes van harsverbindingen die in de scheepvaart worden gebruikt. Harpuis, bijvoorbeeld, is een mengsel van hars, terpentijn

en lijnolie, dat al eeuwenlang in de scheepvaart wordt gebruikt. Aangespoelde brokken lijken erg op barnsteen. Kun je met een gloeiende naald makkelijk in zo’n stukje prikken dan is het waarschijnlijk geen barnsteen.

ADOBESTOCK

barnsteen .

NATUUR

veenresten .

Na de laatste ijstijd steeg niet alleen de zeespiegel, maar ook het grondwaterpeil. Langs de kust ontstonden grote moerassen, die dikke pakketten veen vormden. Zo’n 4.000 jaar geleden bestond half Nederland, waaronder het waddengebied, uit veen. Door afwatering en ontginning is het veen in de loop der tijd ingeklonken en stormvloeden deden de rest.

Grote delen van het veengebied werden verzwolgen door de golven of met een laagje slib bedekt. Soms komen op het strand weer veenresten naar boven of spoelen brokken veen aan.

Paardenoogboon, zeehart, golfbalnoot of kokosnoot zijn voorbeelden van tropische drijfzaden die heel af en toe op onze stranden aanspoelen. Verschillende tropische planten verspreiden zich door zaden te vormen die lange tijd in zeewater kunnen drijven. De kokosnoot is daar het meest bekende voorbeeld van. Naar verluidt is ooit op Engelsmanplaat een kokosnoot aangespoeld en daar ook daadwerkelijk ontkiemd. Rond de vondst van opvallende grote soorten als de paardenoogboon of het zeehart zijn in Noordwest-Europa allerlei legendes ontstaan. Vind je een zeehart, dan ontmoet je spoedig de ware geliefde. Het drinken van een tinctuur van de zaden van deze bonensoort, met twee meter lange peulen, zou helpen bij een bevalling. tropisch drijfzaad . ADOBESTOCK

wadwaaier

Ook zo benieuwd wat je op het strand of wad hebt gevonden? Met de Wadwaaier zoek je snel en eenvoudig alles op wat drijft, kruipt of groeit. Dankzij het handige formaat past het in elke broek- of jaszak en heb je het altijd bij de hand. www.wijsmetdewaddenzee.nl

This article is from: