1 minute read

2.2 De aangeboren of niet-specifieke immuniteit

De niet-specifieke immuniteit is de eerste verdedigingslinie en wordt opgebouwd door een reeks van systemen die volgende kenmerken vertonen:

• De respons is vrij snel maar niet-specifiek.

Er wordt dus geen onderscheid gemaakt naargelang het type indringer.

• Er is geen sprake van een geheugenfunctie.

Het niet-specifiek systeem zal dus bij een volgende aanval met eenzelfde ziekteverwekker gewoon op dezelfde manier reageren, alsof het afweersysteem de ziekteverwekker nog nooit ontmoette.

De niet-specifieke immuniteit wordt o.a. mee opgebouwd door externe en interne aangeboren factoren.

2.2.1 Aangeboren immuniteit: extern de huid en bijhorende secreties

Deze vormen een natuurlijke mechanische en chemische barrière: door het afgescheiden zuur, zweet en talg krijgen micro-organismen het moeilijk om zich verder te ontwikkelen. de slijmvliezen

Slijmvliezen bedekken o.a. de darmen, de luchtwegen en de vrouwelijke genitaliën. Ze beschikken over een antibacteriële werking. De heersende pH zorgt mee voor een dodende/ remmende werking en trilhaarbewegingen verwijderen de micro-organismen mechanisch.

2.2.2 Aangeboren immuniteit: intern fagocytose

Bepaalde leukocyten zoals macrofagen (en monocyten) kunnen door fagocytose andere cellen omsluiten en vernietigen.

Natural Killer cellen (NK-cellen)

NK-cellen zijn lymfocyten die kankercellen herkennen en cellen die geïnfecteerd zijn met virussen.

Ontstekingsreacties

Wanneer weefsels worden beschadigd door bacteriën, een trauma, toxines, hitte of een andere oorzaak, kan een ontstekingsreactie optreden. De beschadigde cellen geven chemicaliën vrij, waaronder histamine, bradykinine en prostaglandinen. Deze chemicaliën zorgen ervoor dat de haarvaten meer doorlaatbaar worden en de toename aan weefselvocht veroorzaakt een zwelling. De versterkte doorbloeding gaat gepaard met roodheid en warmte. Extra leukocyten (zoals macrofagen) infiltreren in het weefsel en gaan de oorzaak van de ontsteking te lijf: bacteriën worden gefagocyteerd.

Ontstekingsreacties

Weefselbeschadiging: chemische signalen (zoals histamine) worden vrijgegeven door geactiveerde macrofagen. Op de plaats van de verwonding zorgen deze macrofagen ervoor dat haarvaten verwijden.

Stollingseiwitten zetten een kettingreactie in gang die ervoor zorgt dat het bloed stolt.

De afgegeven chemische signalen trekken andere witte bloedcellen aan uit het bloed naar de plaats van de verwonding. De pathogenen worden gefagocyteerd en het weefsel geneest.

This article is from: