Investeren in duurzame groei Programma Duurzaam
Gemeente Rotterdam Programma Duurzaam
omslag Programma Duurzaam versie2.indd 1
Investeren in duurzame groei Programma Duurzaam
email: info@rotterdam.nl internet: www.rotterdam.nl
04-05-11 13:40
Investeren in duurzame groei Programma Duurzaam
Programma Duurzaam | pag 3
Programma Duurzaam | pag 4
Leeswijzer Voor u ligt het programma Duurzaam van het college van B&W van Rotterdam. De structuur van dit document is als volgt. Allereerst vindt u het voorwoord. In het inleidende hoofdstuk 1 beschrijven we de achtergrond van dit programma en de manier waarop het tot stand gekomen is. Hoofdstuk 2 gaat in op de noodzaak van een duurzame ontwikkeling voor onze stad. Hoofdstuk 3 behandelt onze ambities op het gebied van duurzaamheid. In hoofdstuk 4 staat beschreven wat we voorstellen te gaan doen met de verschillende partners in de stad en ook wat de eigen inzet van de gemeente is. In hoofdstuk 5 komen de randvoorwaarden voor de uitvoering van het programma aan bod, zoals de wijze van monitoring, de communicatie, de samenwerking met andere overheden en de financiĂŤle paragraaf. In kaders door het document heen vindt u beschrijvingen van organisaties die op hun eigen, unieke, manier werk maken van duurzaamheid en van inspirerende projecten die al in uitvoering zijn of nog op stapel staan, de icoonprojecten. Tot slot zijn enkele bijlagen opgenomen waarnaar we op diverse plaatsen in dit programma verwijzen.
Programma Duurzaam | pag 5
Programma Duurzaam | pag 6
Inhoudsopgave Voorwoord
9
1. De achtergrond van dit programma Duurzaam
11
2. Waarom duurzaamheid steeds belangrijker wordt
15
2.1 Internationale ontwikkelingen.................................................................................................................15 2.2 De Rotterdamse situatie vrĂĄĂĄgt om duurzaamheid................................................................................17
3. Ambitieus werken aan een schone, groene en gezonde stad
23
3.1 De Rotterdamse ambitie........................................................................................................................23 3.2 Concreet werk maken van de Rotterdamse opgaven............................................................................25
4.
Samen werken aan een duurzame wereldhavenstad
47
4.1 Inwoners van Rotterdam........................................................................................................................47 4.2 Haven, industrie en grote bedrijven.......................................................................................................51 4.3 Ondernemers, verenigingen en instellingen...........................................................................................54 4.4 Corporaties, beleggers en ontwikkelaars...............................................................................................57 4.5 Automobilisten, transporteurs, (openbaar)vervoerbedrijven en logistieke dienstverleners....................58 4.6 Scholen, beroepsopleidingen en kennisinstellingen..............................................................................62 4.7 Gemeentelijke organisatie en deelgemeenten.......................................................................................65
5. Over de grens samenwerken en praktische aspecten van de uitvoering
73
5.1 Over de gemeentegrenzen heen ..........................................................................................................73 5.2 Communiceren met en over de duurzaamste wereldhavenstad in zijn soort......................................... 74 5.3 Organisatie en financiĂŤn........................................................................................................................75 5.4 Meten en evalueren van de voortgang...................................................................................................78 Bijlage 1. Overzicht van activiteiten en resultaten.........................................................................................81 Bijlage 2. Visie Rotterdam 2042: Verbonden HavenStad..............................................................................87
Programma Duurzaam | pag 7
Programma Duurzaam | pag 8
Voorwoord Over dertig jaar zijn de kinderen van nu groot en volwassen. In welke wereld leven zij dan en hoe ziet onze stad Rotterdam er dan uit? In 2042 is Rotterdam een bruisende metropool, waarin haven en stad met elkaar zijn vervlochten. Schone productie en gezond wonen zijn weer elkaars naaste buur. De restwarmte van bedrijven maakt het klimaat in de stad behaaglijk; kennis en vakmanschap zorgen voor een welvarende economie. Stad en haven voeden elkaar vanuit een Achmed Aboutaleb
symbiotische relatie en laten elkaar groeien. Wat we nu nog “stad aan de rivier” noemen, is dan een samenstel van stromen en kringlopen van water, energie, grondstoffen, goederen en afval. Een netwerk van informatie en kennis, van synergie en daadkracht. Rotterdam geldt dan als het schoolvoorbeeld van ‘het goede leven’: in balans met de omgeving, sociaal ingesteld, met respect voor diversiteit, in goede gezondheid en zich permanent ontplooiend. Ten opzichte van nu is er een verdubbeling van het aantal
Alexandra van Huffelen
inwoners van de binnenstad en een minimalisering van de milieudruk. In 2042 is Rotterdam een stad met een hoge kwaliteit van bewust leven, wonen, werken en verplaatsen. In dit programma Duurzaam kijken we 30 jaar vooruit, één generatie verder. Dat sluit aan bij wat veel Rotterdammers als de belangrijkste drijfveer in hun leven zien: een betere toekomst voor hun kinderen en kleinkinderen, of voor de komende generaties. De wereld niet vermorsen, maar in goed beheer overdragen aan de mensen die na ons komen, dat is onze opgave. Die opgave bereiken we alleen door met z’n allen de schouders eronder te zetten, want we hebben met elkaar een toekomst te winnen. Door samenwerking kunnen we onze scope verbreden en hogere ambities stellen. En dat moet ook, want een echt duurzaam beleid is niet een beetje minder van alles, maar kiezen voor het allerbeste. In Rotterdam gaan we niet voor minder slecht, maar voor echt goed!’
Achmed Aboutaleb, Burgemeester Alexandra van Huffelen, Wethouder duurzaamheid, binnenstad en buitenruimte
Programma Duurzaam | pag 9
Programma Duurzaam | pag 10
Foto: Erno Wientjes i.o.v. Woonbron
1.
De achtergrond van dit Programma Duurzaam
Stevige ambities voor een duurzame stad Een schone, groene en gezonde stad. Dát is wat het college van B&W van Rotterdam wil realiseren. Een stad die economisch sterk is, waar bedrijven zich graag vestigen, ondernemers de ruimte krijgen en waar aantrekkelijk en hoogwaardig werk te vinden is. Een groene stad waar je met plezier woont en recreëert. Een gezonde stad met een goede luchtkwaliteit en weinig geluidsoverlast. En Foto: Jan van der Ploeg
een stad waar je tot goede leerprestaties komt en je je talent optimaal kunt ontwikkelen. Een stad met een hoge kwaliteit van leven. Dat is waaraan we in de periode tot en met 2014 hard werken. Duurzame ontwikkeling is daarin een cruciale factor. In de hele stad. We streven naar een goede balans tussen sociale (people), ecologische (planet) en economische (prosperity) belangen bij het nemen van beslissingen
generaties willen we dat onze stad een plek is waar het
en het uitvoeren van activiteiten – nu en in de toekomst.
prettig, veilig en gezond is om te wonen én waar de Rot-
Duurzame ontwikkeling betekent voor ons dat we willen
terdamse economie, met name de haven, kan floreren.
voorzien in huidige behoeften zonder dat dit ten koste
Dat is onze vertaling van een stad met een hoge kwaliteit
gaat van de mogelijkheden van toekomstige genera-
van leven.
ties van Rotterdammers. Rotterdam kiest daarom in dit waarmee we óók winst boeken op sociaal en econo-
Duurzaamheid is in Rotterdam een gezamenlijke uitdaging
misch terrein. Op korte én op lange termijn. We slaan
Duurzaamheid vinden we als college van het allergroot-
daarmee drie vliegen in één klap: ons milieu wordt er in
ste belang voor de ontwikkeling van onze stad. Daarin
tal van opzichten beter van, de economie vaart er wel
staan we niet alleen. Sterker: tal van partijen vinden
bij en Rotterdammers voelen zich prettiger en wonen,
dat al lang en dragen daaraan hard bij. Van individuele
werken, studeren en recreëren in een gezondere, meer
bewoners tot verenigingen en instellingen. Van scholen
kindvriendelijke omgeving. We geven dus volop ruimte
en woningcorporaties tot mkb-ondernemers en multina-
aan duurzaamheid, in al z’n hoedanigheden: we verlagen
tionals. Van vervoersbedrijven en medeoverheden tot
de uitstoot van CO2, dringen het energieverbruik terug,
aan automobilisten en kennisinstellingen. Een ‘bloem-
bevorderen schone energie en grondstoffen, stimuleren
lezing’ van deze initiatieven, initiatiefnemers en andere
de vermindering en het hergebruik van afval, dringen
betrokkenen is in kaders in dit programma opgenomen.
geluidhinder terug en verbeteren de luchtkwaliteit. En we
Ze maken duidelijk dat we duurzaamheid in Rotterdam
werken letterlijk aan meer groen en een grotere biodiver-
nu al zien én voelen als een gezamenlijke uitdaging en
siteit in de stad. Daarnaast gaan we onverkort door met
verantwoordelijkheid. Dat werkt ook door in de rol die we
het vergroten van de klimaatbestendigheid van de stad
als gemeente moeten oppakken. Die rol is er niet één
en de haven. Bescherming tegen overstromingen nu én
van ‘in alles vooropgaan’. Daarmee zouden we immers
in de toekomst zijn randvoorwaardelijk om Rotterdam een
tal van lopende initiatieven wel eens voor de voeten
duurzame deltastad te laten zijn. Ook voor toekomstige
kunnen lopen. De gemeentelijke rol zal er vooral een
programma voor ecologisch verantwoorde oplossingen
Programma Duurzaam | pag 11
duurzame economische ontwikkeling van de regio, zetten we voort. We bouwen daarbij door op de kennis, ervaring en resultaten van de afgelopen vier jaar. Maar in de jaren die voor ons liggen vragen we een nog prominentere rol van de samenwerkingspartijen in de stad. Vanuit onze rol zijn we als college voor het opstellen van dit programma op diverse momenten het gesprek
Foto: Hannah Anthonysz
aangegaan met de vele partijen in de stad. Met als centrale vragen: wat willen we met elkaar op het terrein van duurzaamheid bereiken en hoe kunnen we dat het beste doen? Daarvoor zijn er verschillende “Drijvende Krachten”-bijeenkomsten gehouden in het Drijvend Paviljoen in de Rijnhaven, hét icoon voor drijvend bouwen in Rotterdam. We zijn ook het gesprek aangegaan met medeoverheden, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties. We constateerden dat we een groen hart van samenwerkingspartner zijn. Waar nodig zullen we
voor de stad met elkaar gemeen hebben. Een betere
partners faciliteren, voorwaarden scheppen en blokka-
basis kunnen we ons niet voorstellen!
des wegnemen, waar wenselijk de richting aangeven die onze publieke taak zullen we zorgen voor voorzieningen,
Meer dan zestig partijen droegen bij aan dit programma
de juiste infrastructuur om duurzaamheid te bevorderen
De uitkomsten van deze “Drijvende Krachten”-bijeenkom-
en handhaving waar dat nodig is. Rotterdam past deze
sten zijn medebepalend geweest voor het formuleren van
rol goed; we hebben dat bewezen in samenwerkingspro-
de ambities die we hebben vastgelegd in ons College-
gramma’s als Project Mainportontwikkeling Rotterdam
werkprogramma 2010-2014 “Werken aan talent en onder-
(PMR), het onlangs gestarte programma voor econo-
nemen”. En ze zijn verwerkt in het consultatiedocument
mische structuurversterking, Clean Tech Delta en het
dat aan dit programma ten grondslag ligt. Op dit consul-
Rotterdam Climate Initiative (RCI). Dit unieke partnership
tatiedocument is door meer dan zestig partijen - waaron-
waarin de gemeente, het Havenbedrijf, het bedrijfsle-
der de gemeenteraad - gereageerd en van aanvullingen,
ven verenigd in Deltalinqs en de DCMR Milieudienst
onderbouwingen, goede voorbeelden en commentaar
Rijnmond samenwerken aan een beter klimaat en een
voorzien. Organisaties als Stedin, de Kamer van Koop-
Foto: Freek van Arkel
ons gezamenlijk belang dient. En waar dat voortvloeit uit
Programma Duurzaam | pag 12
Foto: Roel Dijkstra
Hogeschool Rotterdam en ook woningcorporaties,
Iedereen moet z’n verantwoordelijkheid nemen en aan de slag!
bouwers, ontwikkelaars en vele andere partijen hebben
Nu komt het erop aan dit programma ook écht te laten
aangegeven actief te willen meewerken aan het realise-
werken. Ervoor te zorgen dat het niet bij mooie woorden
ren van de ambities. Daarnaast zijn er diverse nieuwe
en voornemens blijft. En dat verantwoordelijken voor
onderwerpen ingebracht en vroegen veel partijen om
onderdelen uit het programma hun verantwoordelijk-
nadere uitleg van de keuzes. Veel van de vragen betrof-
heid ook daadwerkelijk nemen. Het college zal zich
fen de langetermijninzet op luchtkwaliteit en de sociale
daarmee actief bezighouden. Over de uitvoering van de
winst die er te behalen is door te werken aan duurzame
onderdelen van het programma gaan en blijven we in
oplossingen. Daarnaast benadrukten meerdere personen
gesprek met de partners in de stad. En andersom mogen
en organisaties het belang van biodiversiteit, een goed
samenwerkingspartners ook het college aanspreken op
binnenklimaat, het betrekken van scholieren en studen-
haar verantwoordelijkheid. Door elkaar scherp te houden
ten bij duurzaamheid en de behoefte aan zichtbaarheid
wordt het écht een breed gedragen én breed uitgevoerd
van initiatieven op het gebied van duurzaamheid in Rot-
programma. Voelt iedereen zich betrokken, geïnspireerd
terdam. Het BurgerPanelRotterdam en het Rotterdams
en uitgedaagd. Ontstaat, méér dan een programma, een
Milieucentrum in het bijzonder vroegen aandacht voor het
gemeenschappelijke beweging. En boeken we meer re-
betrekken van de inwoners van de stad bij de uitvoering
sultaten dan we als gemeentelijke overheid of individuele
van het programma. Al die reacties hebben een plek
partij alléén ooit zouden kunnen behalen!
handel, R’damse Nieuwe, RET, Erasmus Universiteit,
gekregen in dit uiteindelijke programma. Samen vormen ze dit programma Duurzaam. Daarmee is dit programma meer dan ‘een stuk’ van het college. Dit programma is van álle Rotterdammers.
Programma Duurzaam | pag 13
Programma Duurzaam | pag 14
2.
Waarom duurzaamheid steeds belangrijker wordt
2.1 Internationale ontwikkelingen
teruggedrongen ten opzichte van 1990 2 . De European Climate Foundation 3 heeft inmiddels onderzocht dat dit niveau technisch haalbaar is en tevens: dat dit kan leiden
Veel vraagstukken zijn het gevolg van een gebrek aan duurzame oplossingen
tot een positief effect op de economie. In de Routekaart naar 2050 stelt de Europese Commissie werk te willen maken van de overgang naar een concur-
Veel van de grote vraagstukken waarvoor onze wereld
rerende CO2-arme economie. Om dat proces te versnel-
staat - en die vooral in steden steeds sterker spelen - zijn
len is een belangrijke rol weggelegd voor het Europese
terug te voeren op een gebrek aan duurzame oplossin-
emissiehandelssysteem; door te sturen op de prijs van
gen. Grondstoffen, schoon water, voedsel en makkelijk
koolstof lokt dit systeem investeringen in CO2-arme
winbare fossiele energiebronnen worden in snel tempo
technologieën uit. Voor het vervoerssysteem hamert
schaarser en duurder. Daarop moeten we nu al antici-
de Europese Commissie op de samenhang met andere
peren. Het Internationaal Energieagentschap laat in het
duurzaamheidsdoelstellingen, zoals het verminderen van
energierapport van 20101 zien dat de wereldwijde vraag
de afhankelijkheid van aardolie en een betere luchtkwa-
naar energie nog sterk zal stijgen en dat we daar met
liteit in steden. Dit kan een impuls geven aan de grote
de huidige voorraden fossiele brandstoffen niet (makke-
inspanningen die nodig zijn om elektrische voertuigen
lijk) in kunnen voorzien. Recentelijk nog werd de wereld
te ontwikkelen en te introduceren en om de ontwikkeling
geconfronteerd met de gevaren van kernenergie en de
van alternatieve brandstoffen te versnellen. Voor gebou-
risico’s van oliewinning op moeilijk bereikbare plaatsen
wen is het tussendoel dat alle nieuwe gebouwen vanaf
en in politiek instabiele regio’s. De snelgroeiende wereld-
2021 nagenoeg klimaatneutraal zijn. Daarnaast is vooral
bevolking - en toenemende concentratie ervan in steden
aandacht nodig voor de bestaande bouw. Als we erin sla-
- in samenhang met inefficiënt gebruik van grondstoffen
gen dáár het energieverbruik aanzienlijk te verminderen
en fossiele brandstoffen dwingen dan ook tot ingrijpende
beschermen we niet alleen (woon)consumenten tegen de
veranderingen in denken en doen. Vooral ook omdat de-
stijgende prijzen van fossiele brandstoffen, maar dragen
cennia van sterke groei van de uitstoot van CO2 hebben
we ook bij aan een betere volksgezondheid. De indus-
geleid tot nu al merkbare klimaatverandering.
trie moet er rekening mee houden dat na 2035 op grote
Nationale en Europese klimaatambities
Al deze voorbeelden maken duidelijk dat het langeter-
Wereldwijd hebben landen inmiddels afspraken gemaakt
mijnplan van de Europese Commissie in sterke mate de
over het verkleinen van de gevolgen van klimaatveran-
richting bepaalt van veel toekomstige ontwikkelingen.
dering via het terugdringen van de uitstoot van broeikas-
schaal CO2-afvang en -opslag (CCS) wordt ingevoerd.
door in beleid en regelgeving op basis van concrete
Voorbereiden op de gevolgen van klimaatverandering
doelstellingen op de korte termijn (o.a. 20% reductie van
De gemaakte (internationale) afspraken om de CO2-
CO2 in 2020 t.o.v. 1990). De Europese Commissie heeft
uitstoot terug te dringen zijn waarschijnlijk niet genoeg
voor 2050 een langetermijnkader geformuleerd waarin
om de fysieke gevolgen van klimaatverandering helemáál
de CO2-uitstoot in Europa met 80% tot 95% moet worden
te voorkomen. Vooral steden merken dit als het gaat om
gassen. In Europees verband werken deze afspraken
2 Routekaart naar één concurrerende koolstofarme economie in 2050, Europese Commissie, 2011 1 World Energy Outlook 2010, IEA, 2010
3 http://www.roadmap2050.eu/
Programma Duurzaam | pag 15
de leefbaarheid en veiligheid. Ze krijgen bijvoorbeeld te maken met een toenemende kans op overstromingen als gevolg van zeespiegelstijging en extremer weer. Door hierop nu al in te spelen, werken steden aan het behoud van het vertrouwen bij ondernemers om in deze steden te blijven investeren.
EU-milieunormen bepalen steeds meer wat er mag en kan Europese steden hebben ook sterk te maken met de overige milieunormen van de EU. Deze milieunormen, waaraan decennialang is gewerkt, behoren tot de strengste tegen klimaatverandering, maar hebben ook als doel de biodiversiteit in stand te houden en de luchtkwaliteit en gezondheid te verbeteren. Ook dragen ze eraan bij dat we verstandiger omspringen met natuurlijke hulpbronnen.
Foto: R.Keus
van de wereld. Ze zijn niet alleen ingegeven door de strijd
Deze EU-milieunormen bepalen dan ook steeds meer wat er mag en kan. Dat geldt in nog sterkere mate voor
mende concentratie van mensen en economische acti-
Nederland, door de directe koppeling tussen nationale
viteit in steden trekt immers een grote wissel op de leef-
ruimtelijke wetgeving en door Europese milieuwetgeving
baarheid in die steden en de gezondheid van mensen.
bepaalde normen en grenswaarden. Overigens: ook al
Verstedelijking vraagt overheden dan ook veel aandacht
vormen de bescherming van het milieu en het verbete-
te besteden aan het werken aan een schone lucht en
ren van de leefomgeving het belangrijkste doel van deze
energiezuinige huisvesting, een doordachte ruimtelijke in-
normen, ze dragen óók bij aan economische groei omdat
richting, zo min mogelijk geluidsoverlast en een gezonde
ze innovatie en ondernemingsgeest stimuleren.
leefomgeving. Alleen zo houden we het leven in de stad
Steden en stedelijke regio’s spelen een steeds belangrijkere rol
prettig, betaalbaar en gezond.
Habitat 4 zien dat er een grote wisselwerking is tussen
Duurzaamheid biedt economische kansen en grote sociale meerwaarde
de gevolgen van verstedelijking en de effecten van het
Duurzaamheid, in al zijn verschijningsvormen, wint snel
klimaatvraagstuk. Die wisselwerking bedreigt nu al de
terrein. Economisch is het wereldwijd een zeer snel
ecologische, economische en sociale stabiliteit. Vandaag
groeiende sector waarin veel kennisontwikkeling plaats-
de dag leeft meer dan de helft van de wereldbevolking in
vindt. Innovaties zijn er aan de orde van de dag. Steeds
en om steden. In Europa doet die trend zich nog sterker
sterker dringt daarnaast het besef door dat duurzaamheid
voor: naar verwachting zal in 2020 80% van de Europea-
ook sociaal van groot belang is. Denken in termen van
nen in een stedelijk gebied wonen. Een groot deel van de
duurzaamheid en de relatie met gezondheid, armoede-
CO2-uitstoot - wereldwijd tot 70% - is dan ook gerelateerd
bestrijding, welbevinden en leerprestaties betekent dat
aan economische activiteiten in steden. Bovendien liggen
er veel aandacht moet zijn voor het terugdringen van ge-
veel steden aan het water en in laaggelegen deltagebie-
luidsoverlast, voor veel groen in en om de stad, voor een
den, met toenemende risico’s op overstromingen. Ook
schone buitenlucht en een gezond binnenklimaat. Inves-
al richten internationale klimaatafspraken zich vooral op
teren in energiezuinige gebouwen is ook van belang om
landelijke overheden, het zijn dus vooral de steden die
de woonlasten op langere termijn beheersbaar te houden.
de bepalende rol (moeten) spelen bij de aanpak van het
Een betaalbare woning is immers steeds meer: een ener-
energie- en klimaatvraagstuk.
giezuinige woning! Kortom: het ontwikkelen en vermarkten
Tegelijk doet zich een andere tendens voor. De toene-
van duurzame oplossingen biedt aanknopingspunten voor
De Verenigde Naties laten in een rapport van UN-
ondernemerschap, kennisontwikkeling, werkgelegen4 Global Report on Human Settlements 2011 - Cities and Climate Change, UN Habitat, 2011
heid en reïntegratie. En kan zo bijdragen aan een betere sociale cohesie.
Programma Duurzaam | pag 16
2.2 De Rotterdamse situatie vráágt om duurzaamheid
mogelijk te maken. De Stadsvisie 5 stelt niet zonder reden dat een goede milieukwaliteit en gezondheid voor Rotterdam onontbeerlijk zijn. Als stad hebben we gekozen voor een verdere verdichting, door werken en wonen dichter
De specifieke Rotterdamse situatie geeft éxtra aanlei-
bij elkaar te brengen. Het verder blijven werken aan een
ding om duurzaamheid hoog op de agenda te houden.
dergelijke ‘compacte’ stad heeft gunstige effecten, zoals
Als laaggelegen delta- en havenstad is Rotterdam extra
minder mobiliteit. Duidelijk is wel dat we dit hand in hand
kwetsbaar voor wisselende en extreme rivierwaterstan-
moeten laten gaan met het verbeteren van de leefom-
den, meer regenval en een stijgende zeespiegel. Dat
geving. Verdichting kan, met andere woorden, alléén als
maakt anticiperende maatregelen voor stad en haven
ook aan de eisen van meer groen, een schone lucht en
essentieel. Het Rijnmondgebied wordt in het tweede Nati-
minder geluid wordt voldaan, nog afgezien van een zo
onale Deltaplan daarom gezien als sleutelgebied. Rot-
efficiënt mogelijk energieverbruik.
terdam behoort nu tot de veiligste havens ter wereld. Dat termijn maatregelen nodig waarmee we nu al rekening
Tal van partijen verduurzamen vanuit een intrinsieke motivatie
moeten houden bij de ruimtelijke ontwikkelingen.
Werken aan economische groei, intensivering van het
willen we graag zo houden. Daarom zijn op middellange
Duurzaamheid is een grote kans voor de Rotterdamse haven
ruimtegebruik in de haven en verdichting van de stad en tegelijk werken aan een verbetering van de kwaliteit van de leefomgeving: dat is de gecombineerde doelstel-
Economisch blijft de haven voor Rotterdam enorm
ling waaraan we hard werken. En dat kan een enorme
belangrijk. Veel van deze havenactiviteiten zijn energie-
economische impuls betekenen. Het bewijs daarvoor is
gerelateerd: van de petrochemie en de overslag tot het
in de afgelopen jaren al geleverd door bedrijven als Dura
transport en de productie. Tegelijk wordt de uitstoot van
Vermeer, General Electric en Kema: bedrijven waarvoor
CO2 meer en meer aan banden gelegd. De noodzaak
de duurzaamheidsfocus van Rotterdam een doorslagge-
groeit met de dag om meer economische activiteit samen
vend vestigingsmotief was. En door reeds in Rotterdam
te laten gaan met minder grondstoffen, minder afval,
gevestigde bedrijven als Croon Elektrotechniek, Eneco,
minder geluid en minder uitstoot van schadelijke stoffen.
Greenchoice, OVG en Unilever die duurzaamheid tot
Verduurzaming van de Rotterdamse haven is dan ook
ondernemingsstrategie hebben gemaakt. Daarin staan
om tal van redenen zeer gewenst. Er is veel te winnen
deze bedrijven in een lange traditie. Rotterdammers,
door de schaalvoordelen van het industriële complex te
zowel bewoners als ondernemers, hebben zich altijd
benutten. Bovendien is er tussen bedrijven sprake van
al maatschappelijk zeer betrokken getoond. Daarvan
een sterke onderlinge verwevenheid en afhankelijkheid.
getuigen vele voorbeelden uit bijvoorbeeld de jaren van
Vanuit de historie is er in het havengebied al veel erva-
de wederopbouw. Ook nu zien we dat in tal van sectoren
ring met het samen laten gaan van economische groei
een dergelijke betrokkenheid aan de dag wordt gelegd.
en het terugdringen van luchtverontreiniging. Energie-
Bij veel van deze Rotterdamse partijen is sprake van
besparing, afvang en opslag van CO2 en het bevorderen
een grote intrinsieke motivatie om te verduurzamen. De
van duurzame energie en biomassa als grondstof zetten
gemeente speelt hierbij een belangrijke rol, maar hoeft
juist in de haven, door de schaal van de activiteiten die
daar dus zeker niet overal het voortouw in te nemen. Dat
daar plaatsvinden, veel zoden aan de dijk. Los hiervan is
is typisch Rotterdams te noemen.
berekend dat de verwachte verdubbeling in economische alleen mogelijk is als de haven zich maximaal inspant om
Gezondheid verbeteren door betere luchtkwaliteit, minder geluidhinder en meer groen
te verduurzamen. De manier waarop werkt het Havenbe-
Op sommige kenmerken zijn we allesbehalve trots. Zo
drijf in zijn Havenvisie 2030 verder uit.
kenmerkt onze stad zich door een in verhouding slech-
(haven)activiteiten en intensiever gebruik van de ruimte
Verdichting kan alleen door verduurzaming
tere gezondheidssituatie dan gemiddeld in Nederland. Rotterdammers hebben een aanzienlijke achterstand
Ook voor het stedelijk gebied geldt de noodzaak van
in levensverwachting (1,3 tot 1,6 jaar) ten opzichte van
verduurzaming om nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen
het Nederlandse gemiddelde. Circa 10% tot 12% van 5 Stadsvisie Rotterdam, http://www.rotterdam.nl/stadsvisie
Programma Duurzaam | pag 17
deze achterstand in gezondheid is terug te voeren op
en New Orleans vragen onze stad bijvoorbeeld mee te
de matige luchtkwaliteit. Andere verklaringen zijn een
denken over het ontwikkelen van water- en adaptatieplan-
ongezondere leefstijl en (vooral) verschillen in opleidings-
nen. Deze (inter)nationale profilering van Rotterdam als
niveau en inkomen. Voor deze laatste oorzaken zoeken
daadkrachtige en innovatieve wereldhavenstad heeft een
we oplossingen via andere programma’s, zoals het pro-
sterk aanzuigende werking op (economische) activiteiten
gramma Binnenstad, programma Regionale en Stedelijke
en initiatieven op het gebied van energie, duurzaamheid
Economie, programma Arbeidsmarkt en programma
en watermanagement.
Samen Werken aan een Goede Gezondheid. Vanuit het van de gezondheid van de Rotterdammer door meer
De tien duurzaamheidsopgaven voor Rotterdam
groen te realiseren, via het terugdringen van geluidhinder
Het wereldwijd gegroeide belang van duurzaamheid én
en via het verbeteren van de luchtkwaliteit. Hoewel de
de specifieke Rotterdamse situatie maken duidelijk waar
Rotterdamse luchtkwaliteit in de afgelopen decennia fors
de grote kansen en uitdagingen liggen voor onze stad.
is verbeterd en zich inmiddels nagenoeg overal binnen
Wat dit voor de komende periode betekent, hebben we
de geldende normen bevindt, blijft dit een bron van zorg.
vertaald in tien opgaven. Dit zijn de opgaven waarop wij
Het verband tussen gezondheidsklachten en een minder
ons met het programma Duurzaam in de periode tot en
goede luchtkwaliteit blijkt immers keer op keer. Recent
met 2014 richten:
programma Duurzaam dragen we bij aan het verbeteren
nog toonde onderzoek het zeer schadelijke effect aan van zwarte rook: het fijnste deel van fijnstof. De uitstoot
1. Vooroplopen bij het verminderen van de CO2-uitstoot.
hiervan vindt voornamelijk plaats door wegverkeer (met
2. Verbeteren van de energie-efficiëntie.
name vrachtverkeer), scheepvaart en industrie. Willen
3. Omschakelen naar duurzame energie en biomassa
we de luchtkwaliteit verder verbeteren dan zullen we dat
als grondstof.
vooral moeten doen door ons op deze bronnen te richten.
4. Bevorderen van duurzame mobiliteit en transport.
Wegverkeer en industrie zijn óók de voornaamste bron-
5. Verminderen van geluidsoverlast en bevorderen van
nen voor geluidhinder in de stad. Echt stil zal het nooit
schone lucht.
worden in de stad. Wel kan en moet het aantal mensen
6. Groener maken van de stad.
dat last heeft van geluid fors omlaag om het woonplezier
7. Vergroten van duurzame investeringen en bevorderen
te verbeteren en om gezondheidsschade te voorkomen. Dit willen we vooral doen via maatregelen die óók goed
van duurzame producten en diensten. 8. Vergroten van het draagvlak voor duurzaamheid en
zijn voor de luchtkwaliteit en die tegelijk óók bijdragen
verankering van duurzaamheid in onderwijs en onder-
aan het terugdringen van de uitstoot van CO2.
zoek.
Steeds meer steden maken dezelfde keuze als Rotterdam
9. Voorbereiden op de gevolgen van klimaatverandering. 10. Bevorderen van duurzame gebiedsontwikkeling.
Rotterdam staat natuurlijk niet alleen in zijn vraagstuk-
Als gemeente zélf hebben we uiteraard een voorbeeld-
ken, afwegingen en keuzes. Net als onze stad kiezen
functie en een grote eigen verantwoordelijkheid. Duur-
steeds meer steden ervoor te investeren in duurzame
zaamheid moet in onze ogen voortdurend en steeds
ontwikkeling, met Hamburg, Kopenhagen, Oslo, Stock-
vanzelfsprekender verweven zijn met onze dagelijkse
holm en Vancouver als voorbeelden van steden die voor-
werkzaamheden en processen. En als gemeente moeten
oplopen in het verbeteren van de kwaliteit van leven in
we dit actief uitdragen en in praktijk brengen. Onder meer
de stad via een integrale aanpak. Binnen de C40 Large
door zelf groene stroom en groen gas te gebruiken, het
Cities Climate Leadership Group (ondersteund door het
wagenpark te verduurzamen, een duurzaam stadskan-
Clinton Climate Initiative) maken we als stad Rotterdam
toor te laten bouwen én (in 2015) 100% duurzaam in te
deel uit van een groep grote wereldsteden die samen-
kopen. Daarmee willen we anderen stimuleren hetzelfde
werken aan bestrijding van en aanpassing aan klimaat-
te doen en het draagvlak voor duurzaamheid vergroten.
verandering. Rotterdam geldt hier als voorbeeldstad met zijn grote haven, integrale klimaataanpak en ervaring op het gebied van watermanagement. Buiten Europa zijn diverse deltasteden geïnteresseerd in de kennis en aanpak van Rotterdam. Steden als Ho Chi Minh City, Jakarta
Programma Duurzaam | pag 18
Wethouder Jeannette Baljeu (haven, economie, verkeer en vervoer)
“Het mes snijdt aan twee kanten: met duurzaamheid zijn ook bedrijfseconomische voordelen te halen” “In de afgelopen jaren heb ik gemerkt dat bij bedrijven het
ties af te dekken. Zeker bij de écht nieuwe initiatieven als
bewustzijn is gegroeid dat economische kracht en duurza-
CO2 -opslag ligt er wel een taak voor de diverse overheden
me groei beter met elkaar in balans moeten zijn. Denken in
om bij te dragen aan een goede businesscase.”
termen van duurzaamheid is veel vaker een vast onderdeel “Komende jaren willen we als college ook in de stad zelf
omdat men inziet dat het mes aan meerdere kanten snijdt:
een grote slag maken. Het bewustzijn in de haven, bij de
energie-efficiëntie bijvoorbeeld is niet alleen goed voor het
industrie en bij grote organisaties in de stad hebben we in
milieu, maar ook bedrijfseconomisch zijn er steeds grotere
de afgelopen jaren zien groeien. Nu is het zaak om ook de
voordelen. Dat voordeel is niet altijd alleen op eigen kracht
‘gewone’ Rotterdammers mee te krijgen. Dat is, denk ik,
te halen, door samenwerking binnen een keten lukt dat
vooral ook een kwestie van laten zien wat er kan. Elek-
vaak veel beter. Het gaat erom te werken aan een goed
trisch vervoer is daarvan een goed voorbeeld. Via duur-
verbonden systeem binnen het hele haven-industriële
zame mobiliteit, vooral in het openbaar vervoer, boeken
complex. Het Havenbedrijf zoekt bijvoorbeeld altijd naar
we winst met de luchtkwaliteit, de geluidsoverlast én de
de ontbrekende schakels in de productieketen waardoor
CO2 -uitstoot. En zien is geloven. We zetten daar dan ook
het ene bedrijf gebruik kan maken van wat het andere
stevig op in. Het mooie van dit programma Duurzaam is
bedrijf over heeft. Via een dergelijke benadering ontstaat
ook dat we er als verschillende wethouders heel concreet
veel meer efficiëntie in een hele productieketen. Een goed
mee aan de slag kunnen, ieder op z’n eigen terrein. Waar
voorbeeld daarvan is de uitwisseling van restwarmte. Onze
we gezamenlijk naar zoeken en streven is een goede ba-
rol, samen met het Havenbedrijf, is daarbij vooral om de
lans tussen economische dynamiek enerzijds en een hoge
massa in beweging te krijgen. Dat kan bijvoorbeeld door de
kwaliteit van de leefomgeving anderzijds. Dat kan heel
voorlopers in de schijnwerpers te zetten. Ook voeren we,
goed samengaan. Duurzaamheid biedt bovendien voor
vooral ook binnen RCI-verband, een actieve lobby richting
veel bedrijven ook enorme kansen voor innovatie én kan
Den Haag en Europa om belemmeringen weg te nemen en
een substantiële bijdrage leveren aan de werkgelegenheid.
onder meer het risico van financieringen bij grote innova-
Ook dat is natuurlijk heel welkom in deze tijd.”
Foto: Hannah Anthonysz
van de bedrijfsvoering. Er zijn grote stappen gemaakt, ook
Programma Duurzaam | pag 19
Wethouder Hamit Karakus (wonen, ruimtelijke ordening en vastgoed)
“Als gemeente moeten we het voortouw nemen in het aantonen van de creatieve mogelijkheden” “Het andere knelpunt vormen de koopwoningen. Ook daar
agenda. Bij de ambities die we dat jaar hebben verwoord in
zou het energieverbruik meegenomen moeten worden bij
de Stadsvisie realiseerden we ons al dat dit een belangrijk
het bepalen van de hypotheekhoogte. Maar banken zijn
issue zou worden. Wil je de stad verdichten, dan ontkom je
huiverig. Het vraagt ook creativiteit en flexibiliteit. Dan kan
er namelijk niet aan dat op een duurzame manier te doen.
er veel. Kijk naar de manier waarop we als gemeente onze
Anders stuit je op den duur op onoplosbare problemen.
zwembaden nu hebben aanbesteed. Ook die constructie
We zijn al snel met de diverse marktpartijen om tafel gaan
was nieuw voor marktpartijen, het was nog niet eerder
zitten om daar bindende afspraken over te maken. Dat is
gedaan, maar we doen het nu wél. En het scheelt ons wel
voortvarend opgepakt. Los van de maatschappelijke en
enórm in de energielasten. Een ander voorbeeld is de wijze
emotionele kant heeft duurzaamheid immers ook een za-
waarop we ons stadskantoor nu ontwikkelen tot duur-
kelijke aspect. Afspraken over 50% minder energieverbruik
zaamste van Nederland in zijn soort. Ook daar gaan we
voor nieuw te bouwen kantoorpanden konden we maken
voorop. Als gemeente moeten we het voortouw nemen in
omdat er gewoon een markt voor is. Er is dus geld mee
het aantonen van dit soort creatieve mogelijkheden. Laten
te verdienen. Dat kan óók in de woningmarkt. De kunst is
zien hoe het óók kán! Zo zijn we nu ook in de Rijnhaven
wel het zo te organiseren dat eigenaren en investeerders
aan het onderzoeken of we er een complete drijvende wijk
er ook echt van mee profiteren als ze bij huurwoningen in
kunnen laten bouwen, compleet met straten, plantsoenen
energiebesparende maatregelen investeren. Dat voordeel
en sportvelden. Door een dergelijk project interesseer je
komt nu alleen bij de huurder terecht. Daardoor pakken we
bedrijven, daag je uit tot innovaties. Zo trek je innovatieve
in de bestaande woningvoorraad nu maar 2000 panden
bedrijven aan en werk je aan een economische kansen
per jaar aan, wat makkelijk 8 tot 10.000 woningen kan
voor de stad. We zitten als gemeente ook zeer regelmatig
zijn. Maar daar is wel andere regelgeving voor nodig. We
aan tafel met marktpartijen om samen na te denken over
maken ons daar hard voor, maar het vraagt een nieuw
waar we tegenaan lopen, om oplossingen te bedenken,
systeem waarin energielasten worden meegenomen in de
afspraken te maken. Sommigen zeggen dat dat uniek is
puntenberekening voor huurwoningen. En dat heeft wat
voor Rotterdam. Voor mij is het vooral heel logisch. Ik zou
voeten in de aarde.”
niet anders willen.”
Foto: Hannah Anthonysz
“Duurzaamheid staat al sinds 2007 prominent op onze
Programma Duurzaam | pag 20
Programma Duurzaam | pag 21
Foto: Hannah Anthonysz
Foto: Hannah Anthonysz
Foto: Marc Heeman
Programma Duurzaam | pag 22
3.
Ambitieus werken aan een schone, groene en gezonde stad
3.1 De Rotterdamse ambitie
De langetermijnambitie voor geluid is dat in 2025 30%
Onze ambitie is, kort en krachtig, om van Rotterdam de
minder mensen dan in 2007 last hebben van geluid. Voor
duurzaamste havenstad in zijn soort te maken: schoon,
luchtkwaliteit geldt dat we een bredere aanpak ontwikke-
groen en gezond. Zoals we in het inleidende hoofdstuk
len gericht op structurele verbetering, met name met het
stellen, streven we naar een betere balans tussen sociale
oog op het bereiken van een betere gezondheidsituatie.
(people), ecologische (planet) en economische (prosperi-
Op de korte termijn willen we werken aan het oplossen
ty) belangen. Dat willen we doen via ecologisch verant-
van de knelpunten in de stad. Hierover hebben we inmid-
woorde oplossingen waarmee we óók winst boeken op
dels afspraken gemaakt in het kader van het Nationaal
sociaal én economisch terrein. Zo werken we samen met
Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL).
tal van partners aan een stad waar het prettig, veilig en gezond toeven is én waar de Rotterdamse economie kan
Verder hanteren we als uitgangspunt dat elke ruimte-
floreren. Hoe Rotterdam er dan uiteindelijk uit kan zien,
lijke verandering moet leiden tot een verbetering van de
is voor ons uitgewerkt door het Dutch Research Institute
kwaliteit van de leefomgeving. Op die manier dragen we
for Transitions (Drift), instituut van de Erasmus Universi-
niet alleen bij aan het voorkomen van nieuwe knelpunten
teit en Doepel Strijkers Architects. Dat toekomstbeeld is
op het gebied van luchtkwaliteit en geluidsoverlast, maar
opgenomen in het kader op pagina 12.
waarborgen we ook dat de leefomgeving bijdraagt aan een aantrekkelijkere stad en een betere gezondheid van
Bij het realiseren van onze ambitie hebben we helder voor
de Rotterdammers.
ogen welke kansen en uitdagingen er op dit gebied liggen voor Rotterdam. Daar horen ook doelen en ambities bij, waarmee we richting geven aan onze inspanningen.
Duurzaamheid raakt uiteraard ook de klassieke milieutaken (zoals externe veiligheid, waterkwaliteit
Boven alles geldt dat we onverkort vasthouden aan de
en rioolwaterzuivering). Het (huidige) beleid op deze
hoofddoelstelling van het Rotterdam Climate Initiative:
dossiers zetten we voort; vanuit het programma
in 2025 is de CO2-uitstoot ten opzichte van 1990 gehal-
Duurzaam zijn hiervoor geen extra ambities nodig.
veerd en is Rotterdam 100% klimaatbestendig. Voor de korte termijn leveren we met de uitvoering van dit programma een belangrijke bijdrage aan het realise-
Met deze ambities en targets werken we samen met
ren van de volgende collegetargets:
bewoners, bedrijven en instellingen aan de oorzaken en
1. Aan het einde van de collegeperiode is in Rotterdam
de gevolgen van de klimaatverandering. Zo werken we
en de haven voor minimaal €350 miljoen in duur-
voortvarend aan het totale duurzaamheidsdossier.
zaamheid geïnvesteerd. 2. 15.000 Rotterdammers hebben aan het einde van
Tegelijk zien we het als een mooie uitdaging om duur-
de collegeperiode in hun woning een geluidbelasting
zaamheid in deze collegeperiode een ‘normale’, vanzelf-
als gevolg van verkeerslawaai die minimaal 3 decibel
sprekende plaats te geven in de andere collegeprogram-
lager ligt dan in 2010.
ma’s. Slagen we daarin, dan is een programmatische
3. Aan het einde van deze collegeperiode is het areaal groen en water toegenomen in de tien buurten die in
inzet op duurzaamheid in een volgende collegeperiode op deze manier niet meer nodig.
2010 het minst groen waren.
Programma Duurzaam | pag 23
Door zijn unieke aanpak is Rotterdam nu al een inspi-
duurzame steden die hoge prestaties op het gebied van
rerend voorbeeld voor andere steden. Om dit te onder-
duurzaamheid laten zien, werken aan ambitieuze duur-
strepen willen we in 2014 in aanmerking komen voor de
zaamheidsdoelstellingen en als inspiratie voor andere
European Green Capital Award, een Europese titel voor
steden dienen.
Een glimp van de toekomst Hoe ziet de stad Rotterdam eruit als onze duurzaamheidsambities gerealiseerd zijn? Het is maar lastig voor te stellen. Daarom schetsten het Dutch Research Institute for Transitions (Drift), instituut van de Erasmus Universiteit, en Doepel Strijkers Architects op uitnodiging van het college, als een soort geschreven ‘artists impression’, samen een beeld van het Rotterdam van de toekomst. Hieronder vindt u een samenvatting van Rotterdam 2042: Verbonden HavenStad. De volledige tekst is opgenomen in bijlage 2. Rotterdam 2042: Verbonden HavenStad
Het haven-industrieel complex heeft zich tussen 2011
Rotterdam in 2042 is een bruisende metropool, waarin
en 2042 ontwikkeld tot een industriële ecologie. Deze
haven en stad met elkaar vervlochten zijn door stromen:
is erop gericht zo schoon mogelijk te produceren door
zowel fysiek als virtueel. Fysieke stromen als energie,
maximaal hergebruik van grondstoffen en materialen
materialen, goederen, water en mensen en virtuele stro-
en met gebruikmaking van technieken gebaseerd op
men als kennis, informatie en geld. Beide stromen zor-
natuurlijke processen. De haven is volledig gebaseerd
gen voor een continue, dynamische uitwisseling tussen
op allerlei vormen van bio-grondstoffen. De transitie van
haven en stad. De reststromen van de één vormen de
petrochemie naar een duurzame bio-economie (‘bio-
voeding voor de ander: industriële restwarmte voedt de
based economy’), zoals destijds beschreven in de Port
gebouwen in de stad, kennis en werknemers ontwikkelen
Compass, is vrijwel voltooid. Stadshavens Rotterdam
de haven, grondstof- en goederenstromen doorkruisen
is uitgegroeid tot een manifest knooppunt dat haven en
de stad en leveren economische meerwaarde op voordat
stad met elkaar verbindt. In dit oude havengebied konden
ze doorstromen naar het achterland. Water wordt binnen
de nieuwste systemen voor het sluiten van kringlopen als
de stad vastgehouden en gefilterd en vervoert nieuwe
eerste grootschalig aangelegd worden, terwijl gelijktijdig
grondstofstromen weer terug naar de haven.
andere experimenten in samenhang konden worden opgezet. Vrijbuiters en pioniers uit de hele wereld zijn
Rotterdam in 2042 is een echte havenstad, en niet meer
begonnen met de herontwikkeling van de oude havenge-
‘een stad met een haven’. Haven en stad voeden elkaar
bieden en hebben dat stap voor stap uitgebouwd.
vanuit een symbiotische relatie en laten elkaar bloeien.
Het herorganiseren van het gebruik aan hulpbronnen,
In 2011 zijn de transities van zowel stad, de stadshavens
het upcyclen van afval en het sluiten van kringlopen voor
als haven een versnelling ingegaan met het programma
grondstoffen, materialen en energie hebben geleid tot
Duurzaam, de duurzaamheidsstrategie van de stads-
fors minder vervuiling, transport en energiegebruik en tot
havens en de nieuwe havenvisie Port Compass. Deze
een hogere leefbaarheid en omgevingskwaliteit. Een tref-
programma’s versnelden een omslag in denken en
fend voorbeeld hiervan is de verdubbeling van het aantal
werken aan stedelijke, economische en sociale duur-
inwoners van de binnenstad en de tegelijk gerealiseerde
zaamheid. De grootschalige ruimtelijke transformatie
halvering van de milieudruk. Er zijn vrijwel geen schade-
die daardoor werd gerealiseerd, vloeide voort uit een
lijke emissies meer, de stad is 100% klimaatbestendig,
aantal breedgedragen richtinggevende principes: schone
de luchtkwaliteit is goed en de geluidsoverlast is door de
energie en het sluiten van kringlopen van energie, water,
technische ontwikkelingen in het vervoer minimaal. Door
afval en materialen; groene economische groei; hoge
de state-of-the-art duurzame omgeving, met alle voor-
kwaliteit van bewust leven, wonen en verplaatsen. Met de
zieningen op loopafstand, willen veel mensen in de stad
geslaagde transities in haven en stad heeft Rotterdam de
wonen, werken en recreëren. Leven in Rotterdam geldt
80% CO2-reductiedoelen van de EU acht jaar eerder dan
nationaal en internationaal als het schoolvoorbeeld van
afgesproken bereikt, en dat terwijl de opgave hier met de
‘het goede leven’: in balans met de omgeving, sociaal
aanwezige industrie extra groot was.
ingesteld, met respect voor diversiteit, in goede gezondheid en zich ontplooiend.
Programma Duurzaam | pag 24
3.2 Concreet werk maken van de Rotterdamse opgaven Opgave 1. Vooroplopen bij het verminderen van de CO2-uitstoot
Het belangrijkste en overkoepelende doel van RCI is het
Wat willen we bereiken? We willen de uitstoot van CO2 in 2025 met de helft teruggebracht hebben ten opzichte van het niveau 1990. De CO2-uitstoot in 2025 moet dus hooguit 12 Mton worden. Dit is 27 tot 34 Mton lager dan het niveau bij ongewijzigd beleid en zonder klimaataanpak. De door het RCI nagestreefde CO2-reductie in 2015 is 4,2 Mton.
versnellen van de transitie naar een CO2-arme economie om daarmee een concurrentievoordeel te creëren.
Hoe gaan we het doel bereiken? Voor het verminderen van de CO2-uitstoot richten we
De economie in de Rijnmond draagt circa 8,5% bij aan
onze aanpak op drie sectoren: de industrie, de gebouwde
het bruto binnenlands product. In verhouding daarmee
omgeving en de sector verkeer en vervoer.
is de bijdrage in de Nederlandse CO2-uitstoot van circa 16% is de CO2-intensiteit van onze economie hoog. En
Het Rotterdamse cluster van petrochemie en energie is
dit percentage zal in Rotterdam nog verder stijgen als we
belangrijk voor de Rotterdamse en Nederlandse eco-
geen werk maken van de vermindering van CO2-emissie.
nomie. Tegelijkertijd zijn deze activiteiten zeer CO2-
Bij een zelfstandige ontwikkeling zonder dat we op CO2-
intensief en dragen ze voor een relatief groot deel bij
reductie gerichte maatregelen nemen is de verwachting
aan de Nederlandse CO2-uitstoot. Daarmee is dit gebied
dat de CO2-uitstoot in 2025 stijgt naar 39 tot 46 Mton CO2.
ook kwetsbaar wanneer CO2 een hoge prijs krijgt of aan
Daarmee zou de koolstofuitstoot nagenoeg verdubbelen
strikte banden wordt gelegd. Via RCI willen we daarom
in plaats van halveren (het RCI-doel) ten opzichte van de
bijdragen aan de omschakeling naar een werkelijk duur-
24 Mton in 1990. Deze stijging komt grotendeels door de
zaam industrie- en energiecluster. Via een hoge energie-
groeiende bedrijvigheid die samenhangt met de komst van
en productefficiëntie en de aanleg van een infrastructuur
Maasvlakte II én door de ingebruikname van twee nieuwe
voor uitwisseling van restenergie en CO2 wordt het moge-
elektriciteitscentrales op Maasvlakte I.
lijk om op een verantwoorde manier te blijven produceren. Daarmee maken we Rotterdam tevens aantrekkelij-
Momenteel komt 88% van de CO2-uitstoot in Rotterdam
ker als vestigingsplaats én verkleinen we de bijdrage aan
voor rekening van de industrie en energieopwekking in
klimaatverandering. Tegelijkertijd ontwikkelen we écht
het havengebied. 7% van de uitstoot is afkomstig van
duurzame vormen van energieopwekking en industriële
verkeer en vervoer, 5% komt uit de gebouwde omgeving.
activiteiten. Hierin staan het gebruik van biomassa, wind-
Dit laatste percentage is relatief laag, doordat het elektri-
en zonne-energie centraal en vindt onderzoek plaats
citeitsverbruik in de gebouwde omgeving wordt meege-
naar mogelijke vormen van duurzame energie die de
nomen bij de uitstoot van de sector industrie. Dáár vindt
Rotterdamse bodem biedt.
immers de bij elektriciteitsopwekking gepaard gaande uitstoot van CO2 plaats. Uitgangspunt van RCI is dat al deze
De reductiebijdrage die de sector industrie levert, is
drie sectoren streven naar een halvering van de uitstoot.
essentieel om de halveringsdoelstelling te realiseren.
Figuur 1. Monitoring van uitstoot t/m 2009 en een schatting van de toekomstige uitstoot (zonder klimaatbeleid) op basis van de CO2-Verkenning 2010 (DCMR 2010 en ECN 2010)
Programma Duurzaam | pag 25
Die bijdrage moet dan bestaan uit een combinatie van
nagenoeg voldoende voor de beoogde halvering van de
energie-efficiëntie verbeteringen, biomassatoepas-
CO2-uitstoot in 2025 t.o.v. 1990. De overige ruim 1 Mton
singen en CCS. Via afvang en opslag van CO2 kunnen
reductie moet komen uit de sectoren gebouwde omge-
we relatief snel een forse verbetering bereiken. Of het
ving en verkeer en vervoer.
mogelijk is om deze maatregelen in de gewenste omvang te realiseren is echter afhankelijk van vele factoren.
De CO2-uitstoot van de sector gebouwde omgeving was
Zo zijn we afhankelijk van nationale en internationale
1.305 kiloton in 1990. Het doel voor 2025 is een uitstoot
klimaatafspraken, financiële en juridische ondersteuning
van 650 kiloton. Zonder aanvullende maatregelen voor
van de gekozen maatregelen door hogere overheden
2025 komen we uit op 1.160 kiloton. Kortom: deze sector
(Rijk en EU) en ook van de inrichting van het emissiehan-
moet nog 510 kiloton aan reductie bijdragen. Die moet
delssysteem voor CO2 en de daaruit volgende prijs voor
vooral komen van de inzet van corporaties, warmteleve-
CO2-uitstootrechten.
ring en de reductie door midden- en grootverbruikers van energie (kantoren, zorginstellingen, etc.) in de stad. Alles
De haalbare besparing van CO2-uitstoot via CCS is 17,5
bij elkaar kunnen we zo 400 kiloton extra reduceren,
Mton in 2025. Samen met het potentieel voor energie-
bijna voldoende dus om tot een halvering van de CO2-
efficiëntie bij de industrie (4 Mton) en dat voor groene
uitstoot te komen. We onderzoeken voor het resterende
grondstoffen in de chemie en biomassa voor bijstook (4,5
deel aanvullende besparingen door verdere verduurza-
Mton) is er in het haven- en industriecomplex in 2025 dus
ming van het warmtenet en energiebesparing bij bestaan-
een besparing mogelijk van in totaal 26 Mton CO2. Dit is
de gebouwen.
Figuur 2. Effect maatregelen RCI 2015 (DCMR, 2011)
Figuur 3. Effect maatregelen RCI 2025 (DCMR, 2011)
Programma Duurzaam | pag 26
Voor de sector verkeer en vervoer is het behalen van de beoogde halvering helaas niet realistisch. De verwachting is zelfs dat de CO2-uitstoot van deze sector in de
Elf bedrijven werken samen aan Rotterdams CCS-netwerk
periode tot 2025 nog sterk zal toenemen. Voor de sector verkeer en vervoer is het doel 725 kton in 2025 en is de
CO2-afvang en –opslag (CCS) vormt een belangrijke
prognose van de CO2-uitstoot zelfs 2.600 kton zónder kli-
pijler onder de ambitieuze klimaataanpak van het Rot-
maataanpak. Er is dus een reductie van 1.875 kton nodig.
terdam Climate Initiative. In de regio Rijnmond wordt
Het verwachte effect van het stimuleren van biobrand-
hard gewerkt aan de grootschalige opslag van CO2 onder
stoffen en elektrisch vervoer en de komst van steeds
de bodem van de Noordzee. De aanwezigheid van lege
zuiniger motoren is met 600 kiloton niet voldoende om
olie- en gasvelden net uit de kust, én de concentratie van
een halvering binnen deze sector te bereiken. Dit bete-
energie-intensieve industrie maken deze regio bij uitstek
kent dat we met het Rijk en met steun van de inwoners
zeer geschikt voor deze techniek. Diverse bedrijven
en lokale ondernemers op zoek gaan naar extra oplos-
maken dit zichtbaar. Het Rotterdam Afvang en Opslag
singen. Onderdeel hiervan is onderzoek naar toepassing
Demonstratieproject (ROAD) bijvoorbeeld is een van de
van waterstof voor distributie in de stad door middelgrote
grootste demonstratieprojecten ter wereld voor CCS. En
vrachtwagens en voor het vervoer op haventerminals.
OCAP levert al enige jaren CO2 afkomstig van de Shell Raffinaderij aan de glastuinbouw in het Westland. Elf Rotterdamse bedrijven werken aan de ontwikkeling van een gezamenlijk, regionaal CCS-netwerk: op de ‘Rotterdam CO2 Common Carrier Pipeline’ (R3CP) die is verbonden met potentiële offshore-opslaglocaties kunnen grote emitters in de regio worden aangesloten. Het RCI verwacht dat dit netwerk bijdraagt aan een gunstig investeringsklimaat in de haven en aan een geschikte infrastructuur voor overslag, transport en verwerking van CO2. De schaalvoordelen van het gezamenlijke netwerk zorgen voor versnelling van de ontwikkeling van CCS-technieken en lagere kosten voor marktpartijen die hun CO2 willen afvangen en transporteren. Het netwerk bevestigt de koploperpositie van het RCI en zijn partners binnen de ontwikkeling van CCS wereldwijd. Hans Schoenmakers (ROAD): “CCS is voor Rotterdam niet alleen een belangrijke technologie voor het realiseren van de klimaatdoelstellingen, maar is ook van belang voor de duurzame economische ontwikkeling van de Rotterdamse regio.” Kerngegevens Betrokken partijen: RCI, E.ON Benelux, Electrabel Nederland/GDF-SUEZ, Havenbedrijf, OCAP, Gasunie, Stedin, Air Products, Air Liquide, Shell, Vopak, Antony Veder, Maersk, TAQA. Doel: CO2-reductie, economische versterking regio, hergebruik CO2 voor tuinders en gas- en oliewinning.
Programma Duurzaam | pag 27
Opgave 2. Verbeteren van de energieefficiëntie
kton. Het tussendoel voor 2015 is om in de gebouwde omgeving 100 kton CO2-reductie te realiseren.
Een belangrijk Europees en nationaal klimaatdoel is om te komen tot een besparing van 20% van het huidige
Hoe gaan we het doel bereiken?
jaarlijkse verbruik van primaire energie tegen 2020.
De grote concentratie van logistieke en industriële ac-
Het verwezenlijken van dit doel maakt het mogelijk de
tiviteiten in het Rotterdamse havengebied biedt unieke
gevolgen voor de klimaatverandering en de afhankelijk-
kansen om landelijke en lokale ambities met elkaar te
heid van ingevoerde fossiele brandstoffen te verminde-
verbinden via een pragmatische aanpak. We richten ons
ren. Maar er pleit nog meer voor het verbeteren van de
niet alleen op de individuele bedrijven, maar kijken vooral
energieprestaties van producten, gebouwen en diensten.
naar kansen door samenwerking tussen bedrijven. De in
Zo versterkt het de concurrentiekracht van de industrie,
2025 te behalen reductie van 4 Mton CO2-uitstoot is te
levert het een bijdrage aan de ontwikkeling van nieuwe
bereiken langs drie lijnen:
technologieën en stimuleert energiebesparing de werk-
1. Door omvangrijke vervangings- en innovatieinveste-
gelegenheid. Met de gerealiseerde besparingen kunnen we bovendien de investeringen in vernieuwende technologieën terugverdienen en de kosten van energie voor huishoudens en bedrijven omlaag brengen.
ringen bij bedrijven (1,0 Mton CO2-reductiepotentieel). 2. Via co-siting, ketenvorming, ontwikkeling van warmteen stoomnetwerken (2,0 Mton CO2-reductiepotentieel). 3. Door technologische innovaties in de processen van bestaande bedrijven (1,0 Mton CO2-reductiepotentieel).
Wat willen we bereiken? We nemen het besparingsdoel van 20% in 2020 over. Vooral de industrie zal hieraan een grote bijdrage moeten
In de stad liggen de mogelijkheden bij winkels, bedrijven
leveren. Het doel is om de verbetering van de energie-
en instellingen die energiebesparende maatregelen tref-
efficiëntie bij industriële bedrijven in het havengebied
fen en daar bij voorkeur verder in gaan dan het wettelijk
dusdanig te stimuleren dat zij hiermee in 2025 4 Mton
minimum voorschrijft. Daarnaast bij woningcorporaties
CO2-uitstoot kunnen vermijden. Daarvoor is het wel nodig
die investeren in het energiezuiniger maken van hun
dat bedrijven hun energie- en productefficiëntie elk jaar
bezit en daarover afspraken maken met hun huurders.
verbeteren met zo’n 2% per jaar. Het tussendoel voor
En bij bedrijven en consortia van bedrijven, financiers en
2015 is om hiermee 900 kton CO2-reductie te realiseren.
uitvoerders die eigenaren en huurders met overtuiging en resultaatafspraken kunnen ‘ontzorgen’ bij het energie-
Voor de gebouwde omgeving (zie ook de vorige para-
zuiniger maken van huizen. Maar bij ook de gemeente
graaf) is het doel eveneens om de uitstoot van CO2 in
die bij haar eigen gebouwen en bij de openbare verlich-
2025 te halveren t.o.v. 1990. De reductieopgave is 510
ting energiebesparing realiseert. Via het aanleggen van koudenetten en het uitbreiden van het warmtenet zullen we een grote stap kunnen maken. Streven is dat in de periode tot 2015 alle nieuwbouw (woningen en kantoren) op het warmtenet worden aangesloten en daarnaast ook 4.000 bestaande woningen. Op basis van de huidige inzichten kunnen we met de aangegeven maatregelen in de gebouwde omgeving 400 kton besparen. Omdat de reductieopgave 510 kton is, moet er dus nog een aanvullende besparing van 110 kton
Foto: Ben Wind Fotografie
worden behaald in de gebouwde omgeving. De komende
periode onderzoeken we de mogelijkheden om dit ‘gat’ te dichten. We verwachten dat dit haalbaar is met het verder verduurzamen van het warmtenet en via de door het Rijk beoogde schaalvergroting in de energiebesparing bij gebouwen. Hierbij kijken we ook naar de mogelijkheden om het elektriciteitsgebruik terug te dringen. Minder elektriciteitsgebruik vertaalt zich niet direct in een
Programma Duurzaam | pag 28
CO2-reductie binnen de gemeentegrenzen van Rotter-
Hoe gaan we het doel bereiken?
dam, maar is uiteraard net zo essentieel voor de aanpak
We geven invulling aan onze rol als Bioport van Europa
van het energie- en klimaatvraagstuk. Én heeft positieve
door de handel en overslag in biomassa makkelijker te
economische en sociale effecten.
maken, door te bevorderen dat energiebedrijven bio-
Opgave 3. Omschakelen naar duurzame energie en biomassa als grondstof
massa als brandstof gaan gebruiken in kolencentrales en biomassa-energiecentrales, door het lokaal gebruik van biobrandstoffen te stimuleren en door onderzoek, pilots
Uiteindelijk willen we een energie- en grondstoffenhuis-
en bedrijvigheid op het gebied van groene chemie te
houding realiseren met een fors lagere CO2-intensiteit.
faciliteren in Rotterdam.
Niet alleen omdat dit tot een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen leidt, maar ook omdat dit ons minder
Naast het stimuleren van biomassatoepassingen richten
afhankelijk maakt van (ingevoerde) fossiele brandstoffen.
we ons ook op het vergroten van de hoeveelheid wind-
Windenergie, zonne-energie en energie uit biomassa
energie in Rotterdam en onderzoeken we de mogelijkhe-
bieden een goed alternatief voor energie uit fossiele
den om investeringen in zonne-energie te versnellen. Het
brandstoffen. Biomassa, mits duurzaam geproduceerd,
Rotterdamse havengebied is nu al een groot windpark
kan ook ingezet worden als groene grondstof in de
met een opgesteld vermogen van 151 MW. Dit is in 2020
chemie om zo fossiele grondstoffen te vervangen bij het
verdubbeld: dan staat er in het openbare gebied van
maken van producten en als basis voor transportbrand-
de haven 300 MW. Daarnaast willen we met bedrijven
stoffen. Vooral de biomassatoepassingen hebben grote
samenwerken om op hun eigen terreinen ook windmo-
economische kansen. Biomassa zorgt ervoor dat we een
lens te plaatsen. En onderzoeken we de mogelijkheid van
continue en betrouwbare voorziening van energie en
het plaatsen van windmolens in Hoek van Holland en in
chemie kunnen bieden aan de haven, de regio, Neder-
Rozenburg. Inschatting is dit tot 50 MW aan extra door
land en Noordwest-Europa. Dat deed Rotterdam vanaf
wind opgewekt vermogen leidt.
het begin van de 20e eeuw; die rol willen we blijven spelen. Daarom investeren we in nieuwe ontwikkelingen en ontwikkelen we ons tot “Bioport”.
Op het gebied van zonne-energie en kleinschalige windenergie zijn vooral daken van bedrijfspanden en collectieve installaties in de gebouwde omgeving kansrijk. Veel
Wat willen we bereiken?
Rotterdammers willen hiermee (gezamenlijk) aan de slag.
We willen bereiken dat het aandeel duurzame energie
Momenteel zijn er echter nog veel (wettelijke) belem-
en grondstoffen flink groeit. Dit doen we in lijn met de
meringen. Doel is dat we voor 2012 uitsluitsel hebben of
gemaakte afspraken in het - ook door Rotterdam onder-
Rotterdammers bij investeringen in collectieve installaties
tekende - Covenant of Mayors om in 2020 dit aandeel
voor duurzame energieopwekking van dezelfde belas-
20% te laten zijn.
tingvoordelen kunnen profiteren als wanneer ze investeren in duurzame energieopwekking thuis.
Doel is ook om vanaf 2025 elk jaar 3 miljoen ton bioaan een reductie van 4,5 Mton CO2. Verder willen we in
Opgave 4. Bevorderen van duurzame mobiliteit en transport
de periode tot 2025 een start maken met de vergroening
Rotterdam moet een bereikbare stad zijn op een duurza-
van de chemie. Dit is echter een zaak van lange adem,
me manier. De keuzes die in de Stadsvisie gemaakt zijn
die naar verwachting pas ná 2025 tot significante hoe-
voor de stad zijn uit het oogpunt van mobiliteit bij uitstek
veelheden vermeden CO2-uitstoot zal leiden.
keuzes voor duurzaamheid. Het is daarvoor nodig om
massa bij te stoken in de energiecentrales. Dit staat gelijk
transport en mobiliteit slimmer te organiseren. MomenVoor windenergie is ons doel om in 2025 350 MW aan
teel groeit de behoefte aan mobiliteit nog steeds. Zeker
windvermogen binnen de Rotterdamse gemeentegren-
in een steeds stedelijker wordende omgeving schiet het
zen te hebben opgesteld. Het tussendoel voor 2015 is
wegennetwerk daarvoor te kort. Rotterdam wordt hier-
dat opwekking en gebruik van hernieuwbare energie een
door steeds slechter bereikbaar. Daarnaast is er sprake
CO2-reductie van 600 kton oplevert.
van een groeiend milieubewustzijn en de wens om in een gezonde, schone en aantrekkelijke stad te wonen en te werken. Dat terwijl we ook actief willen bijdragen aan de verdere groei van de haveneconomie.
Programma Duurzaam | pag 29
Wat willen we bereiken?
Hoe gaan we het doel bereiken?
De uitdagende opgave is om een duurzaam (gebruik van
Om dit alles te realiseren volgen we drie sporen:
het) mobiliteitssysteem te realiseren. Dit houdt in: beper-
1. Het ‘schoon’ gebruik van het mobiliteitssysteem, voor
ken van het aantal gereden (vracht)autokilometers, stimu-
zowel personen- als goederenvervoer. Dit houdt in
leren van het gebruik van de meeste schone vormen van
dat we gaan investeren in de aanleg van fietspaden
mobiliteit en terugdringing van de hinder die het gebruik
en stallingsplaatsen voor fietsen in de binnenstad.
van niet-duurzame mobiliteit oplevert.
Verder stimuleren we maatregelen op het gebied van mobiliteitsmanagement. En realiseren we een
De doelen die we hierbij hanteren voor 2025 6 zijn:
systeem voor dynamisch verkeersmanagement. Het
• Een toename van het openbaarvervoergebruik met 40%.
beperken van het aantal vrachtautokilometers willen
• Een afname van het aantal geluidsgehinderden met
we bereiken door allerlei vormen van efficiënte logis-
30% t.o.v. 2008.
tiek, waaronder de Binnenstadservice. Daarnaast
• Een toename van het fietsverkeer met 30%. • Het reduceren van ‘sluipvrachtverkeer’ door de stad tot nul.
stimuleren we de verduurzaming van de binnenvaart en zeescheepvaart. 2. Schone en stille voertuigen. We gaan hiervoor in-
• Een stijging van het aantal voetgangers met 10% op nader te bepalen plekken.
vesteren in het ‘schoon’ maken van het gemeentelijk wagenpark door verdere introductie van elektrische en hybride voertuigen. Ook stimuleren we de aan-
De doelen voor 2014 zijn:
schaf en gebruik van elektrische fietsen en elektri-
• Minder autoverkeer in de spits naar werkplekken in
sche scooters, onder meer door een sloopregeling
het centrum, de Kralingse Zoom, Alexander en bedrij-
voor (benzine)scooters. En we realiseren een oplaad-
ven in het havengebied.
infrastructuur voor elektrische voertuigen. Samen
• Meer gebruik van fiets, deelauto’s en bevorderen van efficiënte binnenstedelijke distributie. • Gelijkmatigere doorstroming van het verkeer van en naar het centrum.
met diverse marktpartijen realiseren we daarnaast een aantal innovatieve projecten op het gebied van elektrisch vervoer. 3. Schone brandstoffen. Op het gebied van “alternatie-
• Minder (doorgaand) verkeer in de Binnenstad.
ve” brandstoffen richten we ons op het toepassen van
• Forse groei van elektrisch vervoer.
biodiesel bij vrachtverkeer. Specifiek voor de binnen-
• Praktijkervaring met schone brandstoffen bij vracht-
vaart onderzoeken we de toepassing van vloeibaar
verkeer en binnenvaart.
aardgas.
6 Zie ook Collegevisie Duurzame Mobiliteit, brief aan de gemeenteraad met kenmerk 08/1470, 2008
De geplande maatregelen zijn nog niet voldoende om de toename van CO2-uitstoot door de groeiende mobiliteit op te vangen. Bij onze zoektocht naar extra oplossingen betrekken we de recent gepubliceerde vervoerstrategie 2050 van de Europese Commissie als inspiratiebron. Uitgangspunten van deze vervoerstrategie zijn: • Een vermindering van de CO2-uitstoot door vervoer met 60% in 2050. • Geen auto’s meer in steden die op conventionele brandstoffen rijden. • Een verschuiving van 50% van het middellange passagiers- en goederenvervoer over de weg naar het spoor en het water. • Een vermindering van de uitstoot van de scheepvaart met minstens 40%.
Programma Duurzaam | pag 30
Elektrisch Vervoer Centrum brengt elektrisch vervoer dichterbij
Elektrisch Scooterparadijs Rotterdam wordt hét Elektrisch Scooterparadijs. Samen
Zomer 2011 opent het Elektrisch Vervoer Centrum (EVC)
met de Hogeschool Rotterdam onderzoekt de gemeente
zijn deuren, vlak naast het Centraal Station Rotterdam.
de mogelijkheden om het gebruik van elektrische
Bedrijven en consumenten kunnen hier terecht met al
scooters in de stad te stimuleren. Een tiental openbare
hun vragen over elektrisch vervoer en kunnen zelf erva-
fietsenstallingen is al voorzien van laadpunten voor
ren hoe het is om met een elektrische auto of scooter te
elektrische fietsen en scooters. En sinds mei 2010 testen
rijden, door bijvoorbeeld een proefrit te maken door de
vierhonderd inwoners en werknemers van Rotterdam
stad. Ruim dertig publieke en private partijen gaan zich
veertig weken lang hoe het is om je met een elektrische
inzetten voor het centrum.
scooter door de stad te verplaatsen. De ‘e-scooters’ worden gratis ter beschikking gesteld door het Vervoer
Paul Hoffschult van Het Nieuwe Rijden: “Wij denken
Coördinatie Centrum Rijnmond (VCCR). Het devies hier-
dat dit initiatief elektrisch vervoer een concrete stap
bij is dat proberen ook overtuigt.
verder brengt en verbinden graag onze naam aan dit project.”
Frank Rieck (Hogeschool Rotterdam): “Elektrisch vervoer zorgt voor een schonere lucht en minder
Kerngegevens
verkeerslawaai. Als er gebruik wordt gemaakt van
Betrokken partijen: Green Mobility, gemeente Rotterdam,
groene stroom, levert het bovendien een aanzienlijke
Het Nieuwe Rijden en dertig andere publieke en private
bijdrage aan de Rotterdamse klimaatdoelstelling.”
partijen. Doel: stimuleren elektrisch vervoer en daarmee bijdragen
Kerngegevens
aan CO2-reductie, verbeteren luchtkwaliteit en terugdrin-
Betrokken partijen: gemeente Rotterdam, Hogeschool Rot-
gen geluidhinder.
terdam, VCCR. Doel: mobiliteit verduurzamen, CO2-reductie, verlagen fijnstof, verminderen geluidoverlast.
Programma Duurzaam | pag 31
Opgave 5. Verminderen van geluidsoverlast en bevorderen van schone lucht
Niet alleen de kwaliteit van de lucht bĂşiten moet goed zijn, maar ook bĂnnen. In dit kader zijn vooral schoolgebouwen en woningen van belang. In het bijzonder
Voor driekwart van de Rotterdammers speelt milieu een
(sociale) huurwoningen. Op dit moment voldoen nog niet
belangrijke rol bij de waardering van het woongenot.
alle schoolgebouwen aan de uitgangspunten van een
Zo overweegt eenderde van de in de Omnibus enquĂŞte
gezond binnenmilieu. Door hieraan te werken dragen we
van 2010 ondervraagde Rotterdammers een verhuizing vanwege milieuhinder. Hierbij gaat het vooral om luchtkwaliteit en geluidsoverlast. Meer dan 108.000 Rotterdammers hebben last van het geluid van wegverkeer, railverkeer, industrie en vliegtuiggeluid, zo laat de geluidkaart Rotterdam 2007 zien. Met 88.000 mensen die last hebben van wegverkeer vormt wegverkeerslawaai veruit de voornaamste bron. Een hoge geluidbelasting heeft negatieve gezondheidseffecten, zoals slaapstoornissen, stress, concentratiestoornissen en het verergeren van hart- en vaatziekten. Ook de slechte luchtkwaliteit heeft negatieve gezondheidseffecten. Circa 60.000 mensen wonen op dit moment binnen 50 meter van een drukke binnenstedelijke of provinciale weg of binnen 100 tot 300 meter van de snelweg. Dit zijn gebieden met een relatief slechte luchtkwaliteit. Uit het onderzoek van GGD en Erasmus MC uit 2008 naar de benodigde inspanningen om de gezondheidsachterstand van Rotterdam ten opzichte van Nederland weg te werken volgt dat de relatief slechte luchtkwaliteit in Rotheid kan verklaren. Het verminderen van geluidsoverlast en het blijvend verbeteren van de luchtkwaliteit draagt bij aan het realiseren van een voldoende goede gezondheid van de Rotterdammers.
Programma Duurzaam | pag 32
Foto: R.Keus
terdam circa 10% tot 12% van de achterstand in gezond-
ook bij aan betere leerprestaties en aan het verminderen
maatregelen die zo zijn gekozen dat ze niet alleen bijdra-
van ziekteverzuim van leraren.
gen aan het oplossen van knelpunten op het gebied van luchtkwaliteit, maar ook aan andere doelen. Zoals het
Wat willen we bereiken?
terugdringen van de uitstoot van CO2, het bevorderen van
Op het gebied van geluid hebben we een duidelijk doel
de gezondheid en het verbeteren van de bereikbaarheid.
geformuleerd: 15.000 Rotterdammers hebben in 2014 in
Dit doen we voor een groot deel door het schoon gebruik
hun woning een geluidbelasting als gevolg van verkeers-
van het mobiliteitssysteem te stimuleren, schone en
lawaai die minimaal 3 decibel lager ligt dan in 2010. De
stille voertuigen te stimuleren en met de inzet op schone
langetermijnambitie is dat in 2025 30% minder Rotter-
brandstoffen (zie ook opgave 4). Daarnaast hebben we
dammers last ondervinden van geluid ten opzichte van
gerichte acties op ondermeer de luchtkwaliteit van de
2007. De helft van deze ambitie kunnen we halen door
binnenstad (milieuzone) en onderzoeken we de mogelijk-
inspanningen van gemeentelijke kant. De andere helft
heden voor gedifferentieerd parkeren.
verwachten we doordat anderen inspanningen leveren, zoals de Europese Unie, het Rijk, de stadsregio Rotter-
De maatregelen die we nemen ter verbetering van de
dam, bewoners en bedrijven.
luchtkwaliteit dragen eraan bij dat de grenswaarden voor luchtkwaliteit in 2015 niet meer worden overschreden.
Op het gebied van luchtkwaliteit is ons doel op de korte
Hiervoor is het noodzakelijk dat ook het Rijk en regionale
termijn dat we voldoen aan de wettelijke normen voor fijn-
overheden hun deel van de voorgenomen maatregelen
stof in 2011 en stikstofdioxide in 2015. Met het oog op de
uitvoeren. Voor het halen van de doelstellingen in 2015
lange termijn gaan we aan slag met het structureel verbe-
moeten van meerdere kanten dus alle zeilen worden
teren van de luchtkwaliteit, vooral om zo de gezondheid
bijgezet. De aanpak van geluidsoverlast in de komende
te verbeteren.
periode bestaat vooral uit het aanbrengen van stil asfalt en het isoleren van gevels. En we gaan in gesprek met
Op het gebied van de kwaliteit van het binnenmilieu ligt
het Rijk over de aanleg van geluidschermen.
onze prioriteit bij schoolgebouwen en gebouwen voor kinderopvang. Onze langetermijnambitie is dat al deze
In aanvulling op het verbeteren van de buitenluchtkwa-
gebouwen ĂŠn alle huurwoningen in 2025 voldoen aan de
liteit richten we ons op het verbeteren van het binnen-
uitgangspunten van een gezond binnenmilieu.
klimaat op scholen, kinderopvanglocaties en sociale huurwoningen. Dit doen we samen met respectievelijk de schoolbesturen en corporaties.
Hoe gaan we het doel bereiken? De verbetering van de luchtkwaliteit pakken we aan met
Programma Duurzaam | pag 33
Opgave 6. Groener maken van de stad
met de stadsregio Rotterdam, de provincie Zuid-Holland
Met meer groen in en om de stad dragen we bij aan
en natuurbeschermingsorganisaties) aan de ontwikkeling
een groot aantal centrale doelstellingen van Rotterdam.
van ecologische routes en groengebieden rond de stad
Zo kunnen we met meer groen in de stad regenwater
bevorderen we zowel de recreatiemogelijkheden als de
opvangen en wateroverlast voorkomen (groene daken en
biodiversiteit.
groene gevels). Met de inzet van bomen, struiken, planten, groene gevels, geveltuinen en groene daken maken
Wat willen we bereiken?
we de stad aantrekkelijker en kunnen we de gevolgen
Op het gebied van het groener maken van de stad is ons
van temperatuurstijging beperken, waardoor hittestress
doel dat in 2014 de hoeveelheid groen en water is toege-
(gezondheidseffecten en eerder overlijden) vermindert.
nomen in de tien buurten die in 2010 het minst groen zijn.
Gezondheid bevorderen we ook doordat nabijheid van
Ook willen we meer bomen in de stad. Ons doel is jaar-
en zicht op groen stress vermindert en doordat bomen
lijks 2.000 extra bomen te planten in 2011 en 2012. We
en struiken verkeerslawaai en hinderlijke geluiden van
willen meer groene daken en gevels in de stad; 160.000
industrie maskeren. Tot slot dragen groene daken niet
m2 in 2014. Daarnaast willen een grotere betrokkenheid
alleen bij aan meer waterberging in de stad, maar zijn ze
van Rotterdammers bij groen bereiken.
ook energiebesparend en verlengen ze de levensduur Voor de langere termijn willen we dat ‘groen’ een stan-
van daken.
daard onderdeel is van de instrumenten waarmee doelen Sommige stedelijke groengebieden kunnen dienen als
op het gebied van ondermeer gezondheid, geluid, kli-
productiegebied voor gezond en duurzaam geproduceerd
maat, wateropgave en luchtkwaliteit worden gerealiseerd.
voedsel. En door het bevorderen van groen in de open-
Daarmee laten we zien dat ook een sterk verstedelijkte
bare ruimte en op daken en gevels maken we ook Rotter-
en industriĂŤle omgeving goed samengaat met een grote
dam als woonstad aantrekkelijker. Door verder te werken
biodiversiteit.
aan kwalitatief goed groen en (in nauwe samenwerking
Programma Duurzaam | pag 34
Veel bewoners en ondernemers dragen al bij aan het realiseren van onze groenambities. Onder de noemer stadslandbouw zijn in Rotterdam bijvoorbeeld al groepen bewoners en ondernemers bezig met het opzetten van initiatieven. Organisaties als Eetbaar Rotterdam, Transition Towns en Rotterdamse Oogst zijn hiervan aansprekende voorbeelden. Deze organisaties combineren de behoefte aan gezond en duurzaam geproduceerd voedsel samen met andere behoeften. Zoals duurzaam beheerde landschappen om de stad en stedelijke groengebieden. En het betrekken van (in het bijzonder jonge) Rotterdammers bij het produceren van voedsel via natuur- en milieueducatie. Stadslandbouw is dus een prima middel om andere doelen te bereiken. Ook zijn er in diverse buurten door bewoners al groene initiatieven gerealiseerd. Met als inspirerend voorbeeld de buurttuin “Schat van Schoonderloo” in Delfshaven. Ook zijn bewoners en ondernemers, ondersteund door onze subsidieregeling voor groene daken, al aan de slag Foto: Jan van der Ploeg
met het aanleggen van groene daken en groene gevels.
Landbouw in de stad Drijvende tuinen, moestuindaken, zelfvoorzienende horecagelegenheden en innovatieve gebouwen op basis van gesloten kringlopen. Dat is de droom van Eetbaar Rotterdam, een netwerk van betrokken Rotterdammers die zich
Hoe gaan we het doel bereiken?
inzetten om de voedselketen beter zichtbaar te maken in
Met dit programma zetten we onze aanpak van de
de stad. De vereniging ziet kansen voor stadslandbouw
afgelopen jaren voort om meer groen, maar bovenal
als handelsmerk van Rotterdam; door stadslandbouw
meer groen op de juiste plek toe te passen in de stad. De
onderdeel te laten uitmaken van de plaatselijke ruimte-
focus ligt op ‘versteende’ plekken in de stad. Meer dan
lijke ordening en ondernemende bewoners de ruimte te
ooit vragen wij bewoners, ondernemers, instellingen en
geven projecten te realiseren waarin de voedselkring-
deelgemeenten bij te dragen aan het verwezenlijken van
loop centraal staat. Eetbaar Rotterdam verzamelt en
deze ambitie. Ook met waterschappen werken we samen
verspreidt kennis over stadslandbouw, onder andere via
aan het groener maken van de stad, met name bij het
haar website met inspirerende stadslandbouwprojecten
realiseren van meer groene daken en groene gevels om
in Rotterdam en ver daar buiten.
zo alternatieve waterberging te creëren in de stad. Paul de Graaf (Eetbaar Rotterdam): “Als voedsel dichter bij huis groeit, krijgen de stadsbewoners de mogelijkheid het voedselproductieproces te zien en te ervaren.” OVG voelt zich mede verantwoordelijk voor het aantrekkelijker en duurzamer maken van Rotterdam en
Kerngegevens
heeft aangeboden om een bijdrage te leveren aan het
Betrokken partijen: Eetbaar Rotterdam, bewoners van de
groener maken van de stad. Samen met OVG onder-
stad Rotterdam.
zoeken we de mogelijkheden om meer groen toe te
Doel: vergroten van kennis bij stadsbewoners over land-
voegen aan de Wilhelminapier.
bouw en voedsel.
Programma Duurzaam | pag 35
Opgave 7. Vergroten van duurzame investeringen en bevorderen van duurzame producten en diensten
Onderzoek van Roland Berger (1) laat zien dat zoge-
Wereldwijd laten duurzame bedrijven een sterke eco-
tot aan 2030 wereldwijd meer dan 20 miljoen nieuwe
nomische groei zien. Ons streven is om een flink deel
banen zullen genereren. In 2008 werd wereldwijd
van deze groei in Rotterdam te realiseren. Clusters met
voor het eerst meer geïnvesteerd in nieuwe duur-
grote kansen voor investeringen zijn bijvoorbeeld groene
zame energiecapaciteit dan in traditionele bronnen
chemie en energie, CCS, water- en deltatechnologie,
(€ 10 mrd). In een studie van Buck Consultants (2)
maar ook de ontwerp-, installatie- en bouwsector en
is de verwachting onderbouwd dat de werkgelegen-
duurzame mobiliteit. Vanuit dit programma Duurzaam
heid in duurzame energie tot 2030 in de wereld groeit
én het programma Regionale en Stedelijke Economie
met 2,2% tot 9,5% per jaar. Naar verwachting is er
en de Clean Tech Delta willen via deze clusters werken
daarentegen een terugloop van werkgelegenheid in
aan een verdere duurzame economische versterking van
traditionele energiesectoren met 1% tot 2,7% per jaar.
Rotterdam.
De huidige ontwikkelingen in het Midden-Oosten en in
noemde clean tech-investeringen naar verwachting
Japan zullen de vraag naar duurzame energiebronnen verder vergroten. Steeds meer bedrijven zien commerciële kansen in duurzaamheid. Zo is in Rotterdam bijvoorbeeld VOPAK één van de bedrijven die een rol willen spelen bij de op- en overslag van CO2 waarmee, vanuit haar bestaande expertise op tankterminal-gebied, nieuwe groeimarkten worden aangeboord. Daarbij wordt nauw samengewerkt met het Havenbedrijf, Air Liquide, Stedin, OCAP en Maersk. Ook KEMA, General Electric en Siemens zijn voorbeelden van partijen die in Rotterdam grote groeikansen zien op dit gebied. De Boston Consulting Group (3) concludeert in een studie dat “sustainability will become increasingly important to business strategy and management over time, and the risks of failing to act decisively are growing”. Unilever is één van de vooroplopers op dit gebied. Topman Paul Polman zegt daarover in een interview met ANP over Unilevers duurzaamheidsstrategie (7/4/2011): “De consument vraagt het, de overvloed aan natuurlijke grondstoffen verdwijnt en de wereldbevolking groeit sterk. Op dit moment verbruiken we al drie keer de aarde. De noodzaak is er dus om duurzamer te werk te gaan, willen we de steeds verder groeiende bevolking kunnen voeden”. In hetzelfde interview wordt ook een financieel analist van de ING aangehaald: “Nu is water nog gratis, over tien jaar zeker niet meer. ‘Business as usual’ zal door de schaarste niet meer mogelijk zijn.” Foto: Sebastiaan Knot
Bedrijven die dit als eerste begrijpen en maatregelen
treffen, kunnen hier flink van profiteren. In opdracht van RCI heeft de Boston Consulting Group (4) een inschatting gemaakt van de directe
Programma Duurzaam | pag 36
economische impact van de projecten die in Rotterdam op
direct ruim 1.000 en tijdelijke werkgelegenheid is per jaar
het gebied van verminderen van de CO2-uitstoot worden
maximaal 940 banen. Tot aan 2025 is het totale werk-
uitgevoerd. Tussen 2011 en 2025 zal naar schatting voor
gelegenheidseffect van het werken aan de wateropgave
€ 11,3 miljard moeten worden geïnvesteerd. Binnen het
van Rotterdam gemiddeld per jaar maximaal 3.140
huidige kader van wet- en regelgeving en met de huidige
extra banen. In een studie van de Rotterdam School of
prijs van CO2 binnen het huidige emissiehandelssysteem
Management (RSM) (6) wordt op basis van interviews
en met de huidige (energie)prijzen en is hiervan nu al €
onder bedrijven in de regio en experts geconcludeerd
3,5 miljard economisch rendabel uit te voeren. Het is de
dat Rotterdam wordt gezien als één van de vaandeldra-
opgave voor de gemeente en de Rotterdamse partners
gers van Nederland Waterland: “met een concentratie
om met provincie, Rijk en EU ook de andere investeringen
van kennisinstellingen. Interessante ontwikkelingen
mogelijk te maken. Een groot deel van de investeringen
op het gebied van adaptatie (vraag vanuit de publieke
zijn nodig voor pijpleidingen, netwerken en installaties.
èn private sector) en goede internationale contacten.”
Gemiddeld per jaar zijn met deze investeringen en met
Veel van de geënquêteerde bedrijven verwachten dat
de daaruit voortkomende operationele werkzaamheden
klimaatadaptatie leidt tot nieuwe banen. Bedrijven die
bijna 3.400 banen gemoeid. In de periode 2011- 2015 is dit
hiermee raakvlakken hebben, zijn in de Rotterdamse
aantal groter: ruim 4.500 extra banen per jaar. Met De kli-
regio bovengemiddeld vertegenwoordigd. RSM schat
maatopgave voor Rotterdam betreft ook het beperken van
in dat in de bouw, bij architecten, ingenieursbureaus,
de schade als gevolg van een veranderend klimaat. Onder
verzekeraars en ICT bedrijven nu ongeveer 3.600 ar-
de noemer Rotterdam Climate Proof wordt hieraan vanuit
beidsplaatsen in de regio verband houden met klimaat-
het programma Duurzaam gewerkt. Rotterdam is hierin
adaptatie. Arbeidsplaatsen bij kennisinstellingen en
proactief en loopt voor op andere kwetsbare deltasteden in
overheden zijn hierbij niet mee gerekend.
de wereld. Wanneer Rotterdam louter passief aan stedelijk water- en rioolbeheer zou doen en zich enkel zou beper-
Bronnen:
ken tot de wettelijke taken, dan zal dat op middellange ter-
1. Roland Berger Strategy Consultants, “Op weg naar de Dutch Cli-
mijn juist leiden tot economische schade en een verkeerde perceptie van Rotterdam als wereldhaven. Een passieve houding ten aanzien van stedelijk waterbeleid is daarom geen optie. Op grond van een studie van Ecorys (5) kan geconcludeerd worden dat het klimaatbestendig maken van Rotterdam in 2025 tot aan dat jaar naar schatting tussen de € 4 en € 5 miljard aan investeringen zal vergen. Het
mate Delta”, Rotterdam 2009 2. Buck Consultants International, “Marktpotentie van Duurzaamheid”, Rotterdam 2010 3. B oston Consulting Group, “The Business of Sustainability”, Boston 2009 4. B oston Consulting Group, “CO2 Besparingsmaatregelen in Rotterdam, Economisch en Technisch Potentieel”, Amsterdam, 2011
gaat dan om maatregelen op het gebied van buitendijks
5. Ecorys, “Quick-scan Economische Spin-off RCP”, Rotterdam, 2010
bouwen, versterking van de primaire dijken, waterberging,
6. Rotterdam School of Management, “Verdienen aan Klimaatverande-
stadsklimaat en lokale bereikbaarheid. De belangrijkste in-
ring”, Rotterdam 2011
vesteringen zullen, zoals het er nu uitziet, moeten worden ingevuld door de overheid, naar schatting zo’n 80%. Mogelijk kunnen publiek-private samenwerkingsconstructies een groter aandeel particuliere investeringen bewerkstelligen. Ecorys heeft tevens berekend wat de directe en indirecte werkgelegenheidseffecten zijn van het werken aan de wateropgave van Rotterdam. Directe effecten zijn direct gekoppeld aan de te plegen investeringen, de indirecte effecten betreffen spin-off effecten als gevolg van inkoop en uitbesteding door partijen die direct werken aan de realisatie van de maatregelen. Hierbij is ook het profileren van Rotterdam als duurzaamste wereldhavenstad van belang. Direct genereert dit tot maximaal 1.200 banen per jaar, in-
Programma Duurzaam | pag 37
Hoe gaan we het doel bereiken?
randvoorwaarden te creëren die zorgen voor een
Het stimuleren van duurzaam ondernemen, produceren
structurele innovatieaanpak en versterking van de
en consumeren willen we op de volgende manieren gaan
kansrijke sectoren. Voorbeeld hiervan is onze deel-
doen:
name aan het innovatiefonds ICOS Cleantech Early
•
Stage Fund II (ICF II).
We ondersteunen de communicatie van bedrijven en organisaties die koplopers zijn op het gebied van
•
Om de concurrentiekracht van bestaande bedrijven in Rotterdam te vergroten bevorderen we dat bedrij-
stimuleren in hun voetspoor te treden.
ven, kennisinstellingen en beroepsopleidingen zich
We stimuleren de markt voor duurzame producten
meer richten op innovaties en kennisontwikkeling op
en diensten. Onder meer door het stimuleren van de
het gebied van duurzaamheid, en betrekken hierbij
vraag naar duurzame producten en diensten via het
ook cradle-to-cradle principes.
duurzame inkoopbeleid van de gemeente. •
•
duurzaam ondernemen. Hun ‘verhaal’ kan anderen
•
Door meer op duurzaamheid gerichte acquisitie (‘red carpet treatment’) willen we bereiken dat meer bedrij-
We positioneren onze stad als proeftuin voor relevante pilots en voorbeeldprojecten.
•
We richten ons op het sluiten van kringlopen. We
ven die duurzaamheid als core business hebben zich
stimuleren nuttige toepassingen van restwarmte. We
in Rotterdam gaan vestigen.
maken afspraken over duurzaam slopen en maken
•
We werken aan de verdere ontwikkeling van het
een start met een betere scheiding en hergebruik
•
We willen dat er meer geïnvesteerd wordt in duur-
Nederlands Watercentrum.
van afval. •
We continueren onze inspanningen om Rotterdam
zaamheid in Rotterdam. Dit bevorderen we onder
internationaal te profileren als daadkrachtige en in-
meer via de continuering van de samenwerking met
novatieve wereldhavenstad.
het bedrijfsleven via o.a. RCI, convenanten met wo-
•
ningcorporaties en ontwikkelaars, het uitvoeren van
Met deze inzet en het creëren van een aantal specifieke
voorstudies, gerichte lobby’s richting Den Haag en
randvoorwaarden voor investeringen willen we ons doel
Brussel, handhaving en kennisoverdracht.
bereiken. Met het creëren van die specifieke randvoor-
Samen met de kansrijke sectoren (groene chemie
waarden denken we onder meer aan:
en energie, CCS, water- en deltatechnologie, de
•
CCS demonstratieproject(en).
ontwerp-, installatie en bouwsector en duurzame
•
Productie-, op- en overslagcapaciteit voor biobrand-
mobiliteit) en de kennisinstellingen gaan we het stimuleringsbeleid verder vormgeven. Dit doen we
stoffen. •
in samenwerking met het programma Regionale en Stedelijke Economie en Clean Tech Delta. Doel is
Het nuttig toepassen van stoom, restwarmte en koude.
•
Wind- en zonne-energieprojecten realiseren
Programma Duurzaam | pag 38
•
energiezuinigheid van de bestaande bouw en het
•
Energiebesparing van gemeentelijke gebouwen en
Opgave 8. Vergroten van het draagvlak voor duurzaamheid en verankering van duurzaamheid in onderwijs en onderzoek
voorzieningen realiseren.
Om een duurzame ontwikkeling te realiseren moeten we
Adaptief bouwen (groene daken, waterpleinen, aan-
niet alleen investeren in het vinden en in uitvoering bren-
gepast bouwen).
gen van duurzame oplossingen, maar ook in draagvlak
MKB stimuleren.
•
• Oplaadvoorzieningen voor elektrische voertuigen
voor de oplossingen en in enthousiasme voor duurzaamheid. Een belangrijk instrument hierbij is het verankeren
aanleggen.
van duurzaamheid in de educatie van jongeren. Dit vergroot het inzicht en kennis om verantwoorde keuzen
Innovatieve, duurzame metamorfose voor Stadshavens Rotterdam
als burger en professional te maken. Wanneer duurzaamheid integraal onderdeel uitmaakt van opleidingen en leidraad is voor onderwijs en onderzoek vergroot dit bovendien de mate waarin we in staat zijn grote strategi-
In het hart van Rotterdam vindt een duurzame metamor-
sche opgaven van de stad structureel met onderzoek en
fose plaats van 1.600 hectare voormalig havengebied.
kennisopbouw te ondersteunen.
In Stadshavens, van oudsher het economisch centrum van de stad, ontwikkelt Rotterdam een hoogwaardig
Wat willen we bereiken?
vestigingsklimaat voor maritieme dienstverleners, voor
Ons doel voor 2025 is dat duurzaamheid integraal deel
innovatieve (maak)bedrijven en voor kennisinstituten
uitmaakt van opleidingen en leidraad is voor onderwijs
(Clean Tech Delta). Deze grootschalige, binnenstede-
en onderzoek. In 2015 hebben we met de beroepsop-
lijke gebiedsontwikkeling beoogt naast het versterken
leidingen, hogescholen en universiteit afspraken over
van de innovatiekracht van de regionale economie ook
duurzaamheid gemaakt en worden deze ook uitgevoerd.
de aantrekkelijkheid van het leefklimaat te vergroten. In Stadshavens komt de Clean Tech Delta tot stand: een
Hoe gaan we het doel bereiken?
samenwerkingsverband van bedrijven, kennisinstellingen
Samen met basisscholen voeren we het natuur- en
en overheden in de regio Rotterdam-Delft dat innovatieve
milieueducatieprogramma uit. Scholieren en studenten
en schone technologie stimuleert en daadwerkelijk in de
van het voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs en
praktijk brengt. Deelgebieden RDM/Heijplaat en Merwe-
kennisinstellingen brengen we in contact met bedrijven,
Vierhavens bieden een ideale proeftuin om innovaties
medeoverheden en instellingen met als doel ze te laten
op het gebied van Clean Tech in een werkend gebied te
werken aan concrete duurzaamheidsvraagstukken uit
realiseren en etaleren.
de Rotterdamse praktijk. We maken afspraken met de beroepsopleidingen en de kennisinstellingen over het
Clean Tech is de verzameling van technologieën
verduurzamen van de curricula. We gaan een strategi-
gericht op: energie-efficiëntie, transitie naar niet
sche kennisagenda opzetten zodat we een betere basis
fossiele energieopwekking, klimaatbestendig maken
hebben om de kloof tussen onderzoek en de Rotterdam-
van de bebouwde omgeving, duurzaam gebruik van
se praktijk te verkleinen. De opgaven uit het programma
grond- en afvalstoffen en nieuwe vervoersconcepten.
Duurzaam fungeren als basis voor deze agenda.
Kerngegevens Betrokken partijen: ARCADIS, Eneco, Erasmus Universiteit Rotterdam, Hogeschool Rotterdam, Hoogheemraadschap Delfland, Gemeente Delft, Gemeente Rotterdam, TU Delft, TNO, Van Gansewinkel Groep en Vestia. Doel: energie-efficiëntie, klimaatbestendig maken van bebouwde omgeving, transitie naar niet-fossiele energieopwekking, duurzaam gebruik van grond- en afvalstoffen, nieuwe vervoersconcepten.
Programma Duurzaam | pag 39
Duurzame Diergaarde
Duurzaamheid beter zichtbaar op Erasmus Universiteit
De koeling van het pinguïnverblijf vindt plaats met energie afkomstig van maar liefst 3.400 zonnepanelen. De
De Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) kenmerkt zich
giraffen- en krokodillenverblijven zijn aangesloten op een
door een moderne kijk op de wetenschap en de maat-
houtsnipperkachel en het nieuwe, ui-vormige Savan-
schappij. Het onderwerp ‘duurzaamheid’ komt in vrijwel
nehuis is volgens de principes van ‘cradle-to-cradle’
alle opleidingen ruim aan de orde. Veel verschillende
gebouwd. Duurzaamheid is al jarenlang één van de
mensen binnen de universiteit houden zich bezig met de
speerpunten van Diergaarde Blijdorp, maar de ambities
brede thematiek van innovatie duurzaamheid. Hierdoor
van Blijdorp gaan verder: binnen een paar jaar wil de
is het intern maar ook extern niet altijd duidelijk welke
dierentuin alle benodigde energie zelf, op een duurzame
activiteiten er worden ontplooid. Het nieuwe programma
manier, opwekken. De dierentuin onderzoekt op dit
ESPRIT (Erasmus Sustainability Program InitiaTive) wil
moment de mogelijkheden van een vergistingsinstal-
een einde maken aan dit versnipperde beeld en beleid.
latie voor de productie van biogas. De installatie wordt
ESPRIT heeft als doel: een betere zichtbaarheid voor
gevoed met mest, takken, blad, enzovoorts. De bedoeling
externe partijen, een betere onderlinge afstemming en
is om het vergistingsproces zichtbaar te maken voor de
meer mogelijkheden voor fondsenwerving. Concreet
bezoekers. Dit dient niet alleen een educatief doel, maar
betekent dit dat de faculteiten nauwer gaan samenwer-
motiveert bezoekers (zo’n 1,5 miljoen per jaar) ook zelf
ken, de EUR een ‘minor Duurzaamheid’ ontwikkelt en het
actief bij te dragen aan een beter milieu.
aantal bestaande opleidingen op het gebied van duurzaamheid wordt uitgebreid. Hierbij werkt de EUR nauw
Marc Damen (Diergaarde Blijdorp): “Het zou gewel-
samen met de TU Delft.
dig zijn als Blijdorp zelf voldoende biogas zou kunnen produceren met het eigen restafval. Het ideale
Als onderzoekers de handen ineen slaan krijgen ze
concept is helemaal ‘cradle-to-cradle’: de hoefdieren
meer voor elkaar: meer multidisciplinair onderzoek,
eten groenvoer dat op eigen terrein wordt gekweekt,
meer innovatie, meer zichtbaarheid voor hun oplos-
de mest wordt omgezet in biogas, dat weer dient
singen en meer financiën om ze te realiseren.
voor verwarming en elektriciteit.” Kerngegevens Kerngegevens
Betrokken partijen: Erasmus Universiteit Rotterdam, TU
Betrokken partijen: Diergaarde Blijdorp, gemeente Rot-
Delft.
terdam, provincie Zuid-Holland, AgentschapNL.
Doel: versterken van onderwijs en onderzoek naar in-
Doel: energiebesparing, kostenbesparing, duurzame
novatieve duurzaamheid.
energieproductie, vergroten bewustzijn voor milieu en klimaat d.m.v. educatie en voorlichting.
Programma Duurzaam | pag 40
Heijplaat proeftuin voor duurzaamheid
Eneco en WNF werken samen aan duurzame energie
Het monumentale RDM-terrein op Heijplaat is sinds 2009 de vestigingslocatie van de Hogeschool Rotterdam en
Energiebedrijf Eneco en het Wereld Natuur Fonds
het Albeda College. Op de RDM-Campus werken onder-
werken nauw samen aan de verduurzaming van de
wijs, wetenschap en bedrijven samen aan duurzame en
energievoorziening. Als eerste energiebedrijf ter wereld
innovatieve oplossingen op het gebied van bouwen, mo-
ontving Eneco de Climate Saver-erkenning van het WNF.
biliteit en energie. Het vooroorlogse tuindorp Heijplaat is
‘Climate Savers’ nemen volgens het WNF het voortouw in
daar een ideale proeftuin voor. Bewoners en woningcor-
de transitie naar een ‘low-carbon economy’. Ze laten zien
poratie Woonbron werken hier samen met de gemeente,
dat het verminderen van CO2-uitstoot en economische
de deelgemeente Charlois en de Hogeschool Rotterdam
groei hand in hand kunnen gaan. Zo is een van Eneco’s
aan een klimaatneutrale en klimaatbestendige woonwijk.
doelstellingen om over drie jaar 20% van de elektriciteit
Daarbij kunnen ze een beroep doen op de kennis van
op duurzame wijze te produceren. Samen zetten Eneco
het Innovatie Centrum Duurzaam Bouwen (ICDuBo), dat
en WNF in dat kader acties op om mensen bewust te
sinds 2010 ook op Heijplaat is gevestigd. Het onafhanke-
maken van het belang van energiebesparing en groene
lijke kenniscentrum wil duurzame en innovatieve toepas-
energie. Bijvoorbeeld door het ontwikkelen van innova-
singen in de gebouwde omgeving bevorderen. En richt
tieve energieconcepten voor de stad van de toekomst.
zich op kennisdeling en samenwerking tussen overheid,
In Rotterdam zijn er vergevorderde plannen voor een
kennisinstellingen en bedrijfsleven. Bij het ICDubo is een
pilot-project met als doel duurzame energie dichter bij
aantal interessante voorbeeldprojecten te zien, zoals
de consument te brengen, door samen energie te gaan
een duurzaam klaslokaal en warmte- en koudeopslag
opwekken. Zo kan iedereen een duurzame energieprodu-
met een boring naar 35 meter diepte. Zo komt alles op
cent zijn.
Heijplaat samen: kennisontwikkeling, praktijkonderzoek (samen met de bewoners) en uithangbord voor duurzame
Hans Kursten (Eneco): “Eneco en het WNF willen met
innovaties.
deze samenwerking een voorbeeldfunctie vervullen als aanjager voor de verduurzaming van onze ener-
Onder het motto Research, Design & Manufacturing,
gievoorziening.”
werken onderwijs en bedrijven op Heijplaat samen aan duurzame en innovatieve oplossingen op het
Kerngegevens
gebied van bouwen, mobiliteit en energie.
Betrokken partijen: Eneco, Wereldnatuurfonds. Doel: energievoorziening verduurzamen, CO2-reductie, natuurbescherming, innovatie energievoorziening.
Kerngegevens Betrokken partijen: ICDuBo, Hogeschool Rotterdam, Havenbedrijf Rotterdam, Albeda College, e.a. Doel: innovatie, educatie, bevorderen en stimuleren van duurzame toepassingen in gebouwde omgeving.
Programma Duurzaam | pag 41
Opgave 9. Voorbereiden op de gevolgen van klimaatverandering
heid van diverse adaptatiemaatregelen. Deze bevorderen
Het klimaat verandert. Dat heeft ook voor Rotterdam
bouwen en aan waterpleinen). Ook dragen zij direct
gevolgen. De regenbuien worden nu al heviger waardoor
bij aan het terugdringen van het waterbergingstekort.
er meer wateroverlast in de stad ontstaat. Op termijn zul-
Drijvend bouwen is een voorbeeld van adaptief bouwen
len we als laaggelegen deltastad tevens te maken krijgen
dat bij uitstek past bij Rotterdam. We werken samen met
met een zeespiegelstijging en een rivierstand die soms
bedrijven en kennisinstellingen aan kennisontwikkeling
heel hoog is en soms heel laag. Ook de temperatuur in
en aan concrete experimenten (o.a. in de Nassauhaven).
de stad zal stijgen waardoor steeds meer mensen last
We onderzoeken waar drijvende woningen ontwikkeld
krijgen van hittestress.
kunnen worden, met focus op Stadshavens Rotterdam.
daarnaast de noodzakelijke innovatie (denk aan drijvend
De ervaringen met deze innovatieve, duurzame bouwOm de klimaatverandering niet als een bedreiging maar
vorm wordt (door de bedrijven) verder vermarkt. Water-
als een kans te zien heeft Rotterdam het programma Rot-
pleinen zijn in Rotterdam ontwikkeld met als doel om
terdam Climate Proof gestart. Blijvende bescherming en
overtollig regenwater een tijdelijke (aantrekkelijke) plek
bereikbaarheid van de regio Rotterdam staan hier cen-
in de openbare ruimte te geven waar het geen overlast
traal. Het programma is volledig gericht op extra kansen
vormt. Rotterdam heeft al wateroverlast en tegelijkertijd
voor een aantrekkelijke stad om te wonen, te recreëren,
verandert het klimaat, regent het vaker en zijn de buien
te werken en te investeren. Toonaangevend onderzoek,
heviger. Omdat Rotterdam niet overal voldoende ruimte
innovatieve kennisontwikkeling en daadkrachtige uitvoe-
heeft om regenwater op te vangen en vast te houden zijn
ring resulteren in sterke economische impulsen. Samen
slimme oplossingen zoals waterpleinen nodig.
met vooraanstaande partners wordt Rotterdam dé innovatieve waterkennisstad van de wereld en inspirerend
Tot slot is in 2014 bereikt dat bedrijven en kennisinstel-
voorbeeld voor andere deltasteden.
lingen de Rotterdamse kennis en ervaring op het gebied van water en adaptatie internationaal uitdragen zodat de
Wat willen we bereiken?
Rotterdamse economie en kennisinfrastructuur versterkt
Ons doel is dat Rotterdam in 2025 100% klimaatbesten-
worden. Het netwerk Connecting Delta Cities kan hier
dig is. In 2014 hebben we de Rotterdamse Adaptatie
een uitstekende rol in spelen.
Strategie opgesteld, vastgesteld en is de uitvoering gestart.
Ook op nationaal niveau wordt met het Deltaprogramma gewerkt aan een klimaatbestendig Nederland. Dit
Hoe gaan we het doel bereiken?
programma zal in 2014 leiden tot een aantal ‘deltabe-
Klimaatadaptatie is een zaak van de lange adem. De
slissingen’ door het kabinet die van invloed zijn op de
inspanningen op het gebied van adaptatie in de peri-
ruimtelijk-economische ontwikkelingsrichting van de regio
ode tot 2014 richten zich daarom op het opstellen en in
Rijnmond-Drechtsteden. Rotterdam is intensief betrok-
uitvoering brengen van de strategie waarmee we in 2025
ken bij dit programma. Hierin vindt uitwisseling plaats van
zorgen dat Rotterdam klimaatbestendig is: de Rotter-
Rotterdamse en nationale kennis over klimaatadaptatie
damse Adaptatie Strategie (RAS). Op dit moment worden
en worden strategieën op één lijn gebracht.
de aard en grootte van de verwachte problemen door de klimaatverandering in Rotterdam in beeld gebracht. Dit
Al deze activiteiten leiden in 2014 tot een adaptatiestra-
geeft ons inzicht in effectieve en toepasbare maatrege-
tegie die in de organisatie verankerd is. Met aanspre-
len. De status van hotspot binnen het landelijk onder-
kende voorbeelden van adaptatiemaatregelen in de stad
zoeksprogramma Kennis voor Klimaat draagt hieraan bij.
en samenwerkende bedrijven en kennisinstellingen die
Eén van de belangrijke aandachtspunten voor Rotterdam
(innovatieve) initiatieven nemen om Rotterdam klimaat-
is de veiligheid van het buitendijks gebied, waar in de
bestendig te maken. Het Nederlands Watercentrum zal
regio Rijnmond-Drechtsteden 60.000 mensen wonen en
hierin een spilfunctie vervullen en bijdragen aan het
werken. Met Rijk en regio wordt hiervoor een veiligheids-
imago van Rotterdam als internationale deltastad. Uitvoe-
toetsing ontwikkeld.
ring van deze strategie zal in 2025 leiden tot een klimaatbestendige stad en haven.
Tegelijkertijd zijn er in 2014 relevante (pilot)projecten uitgevoerd waardoor we meer weten over de haalbaar-
Programma Duurzaam | pag 42
Foto: Sebastiaan Knot
Nederlands Watercentrum versterkt Rotterdamse positie op waterkaart
Opgave 10. Bevorderen van duurzame gebiedsontwikkeling Nieuwe ontwikkelingen en herstructureringen in de stad bieden een goede gelegenheid om duurzaamheid con-
Het Nederlands Watercentrum in Rotterdam is de inter-
creet en tastbaar te maken. Stadshavens Rotterdam en
nationale etalage en ontmoetingspunt voor de watersec-
Heijplaat, het gebied Rotterdam Central District rond het
tor in Nederland. De keuze voor de havenstad is logisch:
Centraal Station en Hart van Zuid zijn hiervoor aanspre-
Rotterdam profileert zich met durf, doorzettingsvermogen
kende voorbeelden. Bij deze gebiedsontwikkeling ontstaan
en eigen initiatief op het snijvlak van klimaatadaptatie en
kansen om meerwaarde te creëren voor zowel de stad
innovatie. Het NWC heeft in 2010 zijn eerste visitekaartje
en het desbetreffende gebied als voor Rotterdammers
al afgegeven met de opening van het Drijvend Paviljoen
en partijen zoals ontwikkelaars, corporaties, bouwers en
in de Rijnhaven; een markant voorbeeld van klimaatbe-
beleggers. Deze kansen ontstaan wanneer het lukt om
stendig bouwen in buitendijks gebied en etalage voor
samen met de betrokken partijen in het gebied de unieke
innovaties in water- en deltatechnologie.
locatiekenmerken en (bouw)ontwikkelingen op elkaar af te stemmen vanuit het perspectief van duurzaamheid. Derge-
Het Nederlands Watercentrum wordt hét verzamel-
lijke afstemming en samenwerking kan bijvoorbeeld leiden
punt van kennis en ervaring op gebied van water-
tot winst op het gebied van afval, biodiversiteit, buiten-
management. Een sector die de komende decennia
ruimte, energie-efficiëntie, duurzame energie, duurzame
mondiaal nog belangrijker wordt.
mobiliteit en openbaar vervoer, geluid, groen, luchtkwaliteit en waterberging.
Kerngegevens Betrokken partijen: Arcadis, DHV, Dura Vermeer, Evides,
Voor veel duurzaamheidsthema’s is een gebiedsgerichte
Ahoy, Hogeschool Rotterdam, TU Delft en de gemeente
insteek noodzakelijk om ook écht voortgang te kunnen
Rotterdam.
boeken. Vooral wanneer er geen sprake is van nieuwe
Doel: vergroten van kennis en ervaring over water-
(bouw)ontwikkelingen in een gebied. Binnen onze stad
management. Klimaatbestendig bouwen en innovatie
hebben de deelgemeenten hierbij een centrale rol. Bij-
stimuleren.
voorbeeld om draagvlak te creëren onder de inwoners. De deelgemeenten zijn tenslotte het eerste aanspreekpunt voor Rotterdammers en ze voeren de regie in de wijken. Wat willen we bereiken? Ons doel is een zo hoog mogelijke duurzaamheidsprestatie te bereiken als we gebieden ontwikkelen. Zowel bij
Programma Duurzaam | pag 43
nieuwe ontwikkeling als bij herstructurering maken we
Bij elke ontwikkeling in de stad gaan we op ook zoek
de doelen en ambities van het programma Duurzaam
naar fysieke mogelijkheden binnen de projecten om de
leidend. Ons streven is dat elke ruimtelijke verandering
relatieve gezondheidsachterstand van de Rotterdammer
moet leiden tot een betere leefomgeving. En daarmee tot
te verbeteren. Vooral door verbetering van de luchtkwa-
economische waarde.
liteit en vermindering van geluidsoverlast. Duurzame gebiedsontwikkeling en het Kader Leefomgevingskwaliteit,
Hoe gaan we het doel bereiken?
KLOK, worden een integraal onderdeel van de gemeen-
De belangrijkste gebieden in de stad waar we kansen
telijke uitvoeringspraktijk.
zien voor duurzame gebiedsontwikkeling zijn de Bin-
Samen met de deelgemeenten werken we aan een
nenstad, Stadshavens Rotterdam en Rotterdam-Zuid. De
gebiedsgerichte vertaling van de doelstellingen van het
uitgangspunten die we hebben vastgelegd in REAP, de
programma. Met hen gaan we op zoek naar manieren
Rotterdamse Energieaanpak, vormen hiervoor de basis.
om, via het creëren van draagvlak bij bewoners en lokale
In deze aanpak staat uitwisseling van energiestromen
bedrijven, investeringen in bijvoorbeeld groen, energie-
centraal. Samen met de marktpartijen gaan we hier aan
besparing, duurzame energieopwekking van de grond te
de slag om op gebouw- én op gebiedsniveau te werken
krijgen. Pilotgebied hiervoor is Heijplaat.
aan een schone, groene en gezonde stad. Heel concreet doen we onder meer door slim te plannen waardoor we met minder energie kunnen volstaan, door warmte- en koudenetten aan te leggen en door meer (innovatieve)
Koudenet houdt Rotterdam Central District koel
vormen van waterberging aan te leggen. Drijvend bouwen is een andere mogelijkheid; vooral Stadshavens Rot-
Eneco onderzoekt de mogelijkheden om ‘Rotterdam Cen-
terdam leent zicht hier uitstekend voor. Klimaatbestendig-
tral District’ uit te rusten met een energiezuinige koeling.
heid bouwen we in binnen de Rotterdamse planvorming.
Uitgangspunt van dit collectieve koudenet is dat koude wordt onttrokken aan de Nieuwe Maas. Een nadeel van traditionele klimaatinstallaties is dat ze warmte uitblazen om te kunnen koelen. Dit is een van de belangrijkste oorzaken van smogvorming en hitte-eilandeffect in de zomer. Eneco wil in het Rotterdam Central District bewoners en bedrijven zoveel mogelijk comfort bieden, en tegelijkertijd de CO2-uitstoot beperken. Kerngegevens Betrokken partijen: Eneco, DWA, ontwikkelaars Doel: verbeteren comfort (met name in zomer), vergroten duurzame energieproductie, voorkomen hitte-eilandef-
Foto: David Rozing
fect, beperken CO2-uitstoot.
Programma Duurzaam | pag 44
Foto: R. Keus
Programma Duurzaam | pag 45
Foto: Marc Heeman
Programma Duurzaam | pag 46
4.
Samen werken aan een duurzame wereldhavenstad
Alle geformuleerde opgaven, doelen en ambities maken
kan zijn. Periodiek bepalen we of de uitgezette koers
tevens duidelijk dat de uitvoering van dit programma
nog steeds verstandig is, of dat er bijsturing nodig is.
alleen mogelijk is als we nauw samenwerken met de
Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn bij veranderingen in
partners in en om de stad. Samenwerking is in dit pro-
wet- en regelgeving of bezuinigingen bij het Rijk. Bijstu-
gramma Duurzaam dan ook een sleutelbegrip waarbij
ring kan zich vertalen in het aanpassen van activiteiten,
gedeelde verantwoordelijkheid centraal staat. In dat ka-
het schrappen van activiteiten en het introduceren van
der zullen we ook zoveel mogelijk aansluiten bij huidige
nieuwe activiteiten.
initiatieven van bewoners, bedrijven en instellingen. Op die manier bereiken we simpelweg meer en boeken we betere en snellere resultaten. De gemeente bevordert
4.1 Inwoners van Rotterdam
deze initiatieven en samenwerking tussen deze partijen,
Voor het programma Duurzaam vormt de bewuste keus
maakt concrete afspraken met partijen, creëert rand-
van Rotterdammers om duurzaam te werken en te leven
voorwaarden voor investeringen, haalt blokkades weg en
een belangrijke drijfveer en succesfactor. We constateren
neemt infrastructurele maatregelen. Daarnaast lobbyen
dat het voor steeds meer inwoners inmiddels niet meer
we voor betere regelgeving en zullen we zowel handha-
de vraag is óf er duurzamer en gezonder gewoond, ge-
ven en aanspreken op gemaakte afspraken als stimule-
werkt, verplaatst en geconsumeerd moet worden, maar
ren, aanmoedigen en aanjagen. Natuurlijk: garanties dat
hóe. Juist dat laatste blijkt nog niet zo eenvoudig. Door
op deze wijze alle doelen ook daadwerkelijk gerealiseerd
juridische hobbels, lastige financieringsmogelijkheden,
worden hebben we niet. We denken wel dat het de beste
onbekendheid met wat er kan en wat het oplevert, blijkt
voorwaarden voor succes creëert. Uiteindelijk is het
het moeilijk ook echt tot handelen over te gaan. Ook zijn
noodzakelijk dat de samenwerking met de partners in
duurzame producten en diensten vaak niet of moeilijk
de stad ook daadwerkelijk leidt tot onder meer minder
verkrijgbaar. Het blijft hierdoor vaak bij ideeën en voorne-
CO2-uitstoot, meer investeringen in duurzaamheid en een
mens. Terwijl Rotterdammers zelf veel kúnnen doen om
ander gedrag. Tijdens de uitvoering van het programma
de stad schoner, groener en gezonder te maken. In het
meten en evalueren we daarom de voortgang en bereikte
bijzonder door:
(tussen)resultaten periodiek.
• Hun huis te isoleren en energie te besparen. • Zelf of samen met anderen te investeren in duurzame
Voor deze aanpak hebben we de partners waarmee we de samenwerking zoeken als volgt gegroepeerd:
energieopwekking, in een groen dak of een groene gevel.
•
Inwoners van Rotterdam.
•
Haven, industrie en grote bedrijven.
•
Ondernemers, verenigingen en instellingen.
• Duurzame keuzes te maken als consument
•
Corporaties, beleggers en ontwikkelaars.
• Streekproducten te kopen.
•
Automobilisten, transporteurs, (openbaar) vervoerbe-
• Meer te fietsen en elektrische auto’s, fietsen en scoo-
•
Scholen, beroepsopleidingen en kennisinstellingen.
•
Gemeentelijke organisatie en deelgemeenten.
• Met hun straat, vereniging, of school energie te be-
drijven en logistieke dienstverleners.
sparen.
ters en het openbaar vervoer te gebruiken. • Zorgvuldiger met afval om te gaan. We willen de Rotterdammer die wil meewerken aan een
Per groep geven we aan wat we voorstellen om ge-
duurzamere stad zó helpen dat wij én zij van woorden
zamenlijk te gaan doen, wat we hier van personen en
naar daden komen en resultaten boeken. We richten ons
organisaties verwachten en wat de gemeentelijk rol hierin
hierbij op het wegnemen van praktische obstakels (zoals
Programma Duurzaam | pag 47
• Samen met consortia aan de slag om huiseigenaren en verenigingen van eigenaren te benaderen met het aanbod om via geïntegreerde pakketten van energiebesparing woningen energiezuiniger te maken (activiteit 2). Voor deze activiteit zoeken we de aansluiting met de blok-voor-blok aanpak van het Rijk. Deze aanpak richt zich op het versnellen van energiebesparing in de bestaande bouw. Hiermee gaan we tevens invulling geven aan de uitvoering van de motie Klimaat op Maat. Bij het benaderen van de verenigingen van eigenaren sluiten we aan bij de werkzaamheden van VVE-010. • Het stimuleren van de aanleg van groene daken en groene gevels (activiteit 3). Het subsidieprogramma Groene Daken dat we hiervoor hebben, loopt nog tot eind 2014. • Bij het groener maken van de stad rekenen wij op (financiële) bijdragen van burgers en bedrijven. We starten pilots met publiek-private samenwerking. Hierin wordt minimaal één lokaal ondernemersfonds betrokken (activiteit 4). • Huishoudens met lage inkomens worden benaderd door energieadviseurs, waarbij we Rotterdammers betrekken met een afstand tot de arbeidsmarkt (activiteit 5). • Samen met de G4 organiseren we een gezamenlijke belemmerende regels, lastige financieringsmogelijkhe-
inkoop van (groene) elektriciteit en gas voor huishou-
den), het maken van afspraken met groepen bewoners
dens met lage inkomens. Hieraan koppelen we (posi-
en woningcorporaties, het bepleiten van regelingen (bij het Rijk en de EU) en op het aanleggen van infrastructuur
tieve) prikkels voor energiebesparing (activiteit 6). • Kansrijke initiatieven van Rotterdammers op het ge-
(laadpunten voor elektrische voertuigen, verbeteren van
bied van duurzaamheid ondersteunen met een fonds
fietsroutes, aanleg warmtenet) en het ondersteunen van
voor burgerinitiatieven en het organiseren van ‘meet
kansrijke initiatieven van Rotterdammers op het gebied
and green’-sessies voor inwoners en ondernemers
van duurzaamheid.
van de stad (activiteit 7). • Met de bewoners van Heijplaat gaan we aan de slag
In de voorgaande periode hebben we ons vooral gericht
om samen met hen een strategie uit te werken om
op het geven van informatie over milieu en klimaat (websi-
Heijplaat klimaatneutraal en klimaatbestendig te ma-
tes DCMR, RCI en Rotterdam.nl), voorlichting over ener-
ken (activiteit 8). Hierbij betrekken we de mogelijkheid
giebesparing en subsidieverstrekking (o.m. voor groene
om een pilot uit te voeren op het gebied van zelfleve-
daken). Ook hebben we het werk en de projecten van het
ring van zonne-energie en een pilot met smart grids
Rotterdams Milieucentrum (RMC) ondersteund. Onder meer vanwege een groot besef onder Rotterdammers dat
(activiteit 9). • We gaan meer voorzieningen voor fietsers realiseren:
het anders moet, is er - zo tonen ook enquêtes aan - een
we gaan het aantal stallingen in de binnenstad uitbrei-
steeds grotere bereidheid tot het maken van duurzame
den met 1.000 plaatsen (activiteit 10). Als onderdeel
keuzes. Nu vraagt men om handelingsperspectief. Om de
hiervan gaan we naar specifieke oplossingen zoeken
Rotterdammer te stimuleren met ons de doelstellingen te
voor de stallingsproblemen bij de locaties Coolsingel/
bereiken gaan we voor en met Rotterdammers in ieder
Beurstraverse, station Blaak en het Schouwburg-
geval de volgende activiteiten uitvoeren:
plein. We willen het fietsen ook bevorderen door een langeafstands-fietsroutes aan te leggen, zoals De
• Het stimuleren van energiebesparingcompetities tussen straten en buurten (activiteit 1).
Hofpleinroute tussen Den Haag en Dordrecht (activiteit 11). Speciaal om het fietsverkeer richting het
Programma Duurzaam | pag 48
centrum te stimuleren willen we daarnaast een aantal ontbrekende schakels in de hoofdroutes van het fietsroutenetwerk gaan aanpakken (activiteit 12).
Stadspark Schoonderloo: van, voor en door bewoners
• Het aantal elektrische fietsen en elektrische scooters willen we de komende jaren verder uitbreiden. Om
Bewoners van de wijk Delfshaven sloegen de handen
dit te bereiken investeren we in infrastructuur (acti-
ineen en transformeerden een braakliggend terrein,
viteit 13) (een dekkend netwerk van oplaadpunten),
bestemd voor woningbouw, in een groene oase: de
in een sloopregeling om benzinescooters snel door
schat van Schoonderloo. De buurt ontwierp het park
elektrische scooters te vervangen (activiteit 14) en
en beheert het groen van hun ‘schat’.
in communicatie (om marktpartijen en bewoners te enthousiasmeren). Dit laatste doen we samen met het
Ruth Schov, actief lid van de Vereniging De Schat
Elektrisch Vervoer Centrum.
van Schoonderloo: “Wij vinden ‘groen’ een basisvoorwaarde voor een pret-
Daarnaast voeren we meer activiteiten uit die direct of
tig leven. De buurtbewoners willen een leefbare buurt
indirect duurzame resultaten opleveren voor de inwoners
en daar hoort groen bij. Het initiatief van de buurt om
van deze stad. Naast de hierboven opgenomen activitei-
dat kleine lapje grond te veranderen in een park, heeft
ten zijn dit bijvoorbeeld ook:
gezorgd voor een enorm saamhorigheidsgevoel. Het is
• De investeringen in meer groen in de stad, in het
nu dé ontmoetingsplek van de buurt. De inrichting en het beheer van het park doen wij als buurtbewoners zelf.
bijzonder in stenige wijken. • Het beschikbaar stellen van verbruikscijfers voor elek-
Daarbij staat samenwerking voorop. We willen zoveel mogelijk gebruik maken van ieders talenten en mogelijk-
triciteit, aardgas en warmte. • De investeringen in het voorkomen van geluidhinder,
heden; dus ook een duurzame manier van met mensen
het investeren in gevelisolatie van woningen en het
omgaan. Waar nodig, krijgen we hulp van de ‘huisbaas’,
verbeteren van de luchtkwaliteit.
de deelgemeente Delfshaven. De ‘schat’ is er voor de
• De afspraken met corporaties over energiebesparing
hele buurt. Het heeft een open en uitnodigende sfeer.
en daarmee gepaard gaande woonlastenreductie in
Duurzaamheid is een van de drie pijlers van het park: we
de sociale woningvoorraad.
streven een maximale levensduur na bij de inrichting, het
• De beoogde samenwerking met scholen, beroepsop-
proces van tuinieren en gebruik van het park.”
leidingen en kennisinstellingen. • De inzet op een toename aan investeringen in duurzaamheid in stad en haven en de daarbij behorende
Foto: Jan van der Ploeg
werkgelegenheid.
Programma Duurzaam | pag 49
Duurzaamste VvE van Nederland
Samenwerking op straatniveau Rotterdam is een van de actiefste steden in Nederland
Bij de renovatie van het appartementen- en winkel-
in de Nationale Klimaatstraatfeestcampagne. In 2011
complex op de Nieuwe Binnenweg speelt duurzaam-
deden in Nederland bijna 5.100 straten mee aan deze
heid een belangrijke rol. De Vereniging van Eige-
energiebesparingscompetitie. De best scorende Kli-
naren koos voor ledverlichting, een groen dak en
maatstraten krijgen een Klimaatstraatfeest. Nummer 1 in
binnenkort een aansluiting op het warmtenet.
Rotterdam is de Schieveenstraat. De straat is met 64.802 punten twaalfde in Nederland, onder meer door allerlei
Wietze Gorter, tuinarchitect en voorzitter van de VvE
duurzame acties. Zo ging een Kinderklimaatteam langs
Nieuwe Binnenweg:
de deuren om lege batterijen, oud papier en elektrische
“Uitgangspunt van ons renovatieplan is duurzaamheid.
apparaten in te zamelen. De vijf beste straten in Rot-
Het begon met een uitgekiend lichtplan aan de voorge-
terdam krijgen een bijzondere straattheatervoorstelling
vel. Het was niet alleen energiezuinig, maar ook gewoon
aangeboden. Het Klimaatstraatfeest sluit goed aan de
mooi. Bovendien geeft het omwonenden een gevoel van
campagne opZUINIG! van het Rotterdams Milieucentrum
veiligheid. De bewoners waren hier erg enthousiast over.
(RMC). Via deze campagne krijgen bewoners prakti-
Hierna ontstond grote betrokkenheid voor andere duur-
sche handvatten om energie en water te besparen in
zame initiatieven. Bij volgende grote renovatiewerkzaam-
eigen huis en straat. Zo organiseert het RMC de cursus
heden hebben we bewust gekozen voor duurzame oplos-
Milieucoach. Bewoners worden opgeleid om voorlichting
singen. Naast het milieu-aspect, zijn energiebesparing en
over energie- en waterbesparing te geven. Ook komt de
comfort minstens zo belangrijk. Een groen dak ziet er niet
‘GroeneKlusjesMan’ langs met tips over energiebespa-
alleen mooi uit, het zorgt voor de opname van overtollig
rende maatregelen.
regenwater, het isoleert goed in zomer en winter, en het neemt stof en geluid op. Bij onze duurzame plannen heb-
Emile van Rinsum (RMC): “Het Klimaatstraatfeest
ben we aangeklopt bij de gemeente, en niet voor niets.
stimuleert energiebesparing op een leuke en sociale
Daar waar nodig, konden we rekenen op financiële steun
manier. Het versterkt het ‘straatgevoel’ en maakt dat
en deskundig advies.”
bewoners extra energiebesparende maatregelen treffen.” Kerngegevens Betrokken partijen: Landelijke klimaatcampagne HIER. NU, Rotterdams Milieucentrum (RMC) en gemeente Rotterdam. Doel: CO2-reductie, energiebesparing, kostenbesparing, bevorderen bewustzijn voor energiebesparing en duur-
Foto: Jan van der Ploeg
zaamheid.
Programma Duurzaam | pag 50
4.2 Haven, industrie en grote bedrijven
heeft weer positieve effecten op de luchtkwaliteit in de meestal - benedenwinds gelegen stad.
De Rotterdamse haven, het industriële complex en grote
Rotterdam zoekt hierin ook nadrukkelijk de samenwer-
bedrijven in en om Rotterdam vormen ook in de toekomst
king met het Rijk en de EU voor financiering van innova-
een zeer belangrijke economische factor. Daarnaast
ties en op gang brengen van de transitie. Samen bekijken
zijn ze onmisbaar bij het realiseren van de duurzaam-
we hoe onrendabele toppen voor bedrijven die hun nek
heidsambities van Rotterdam. Terwijl er sprake was van
uitsteken gefinancierd zouden kunnen worden en hoe
een sterke groei van haven en industrie zijn hier in de
daarbij risico’s het beste kunnen worden verdeeld. Hierbij
afgelopen jaren de grote slagen gemaakt op het gebied
gaat het ook om het aanpassen van wet- en regelgeving
van het verbeteren van de luchtkwaliteit, vermindering
als dat nodig is om de beweging mogelijk te maken.
van geluidsoverlast, verhoging van de energie-efficiency, het opwekken van schone energie en het gebruik van
Door de omvang van deze sectoren zijn de mogelijke
biomassa. Deze lijn van gelijktijdige economische groei
besparingen en verminderingen zeer aanzienlijk. Over
en verdere verduurzaming willen we graag continueren.
deze gebiedsgerichte aanpak zijn inmiddels afspraken
Daarom willen we eraan bijdragen deze sectoren verder
gemaakt met de partners binnen RCI. Daarnaast zijn in de
te versterken, maar dan wel zo ‘schoon’ mogelijk. Dit kan
voorgaande periode al diverse samenwerkingsafspraken
vooral als men in deze sectoren verder werkt aan:
gemaakt tussen bedrijven en plannen voorbereid voor
• Vergroten van de energie-efficiency van de processen.
bijvoorbeeld de aanleg van infrastructuur voor hergebruik
• Investeringen in ketens voor uitwisseling van (rest-)
van stoom door bedrijven. Via meer dan dertig workshops is voorlichting gegeven aan medewerkers en beslissers
energie. • Investeringen in technische ontwikkeling en toepassingen van groene grondstoffen voor de chemie.
van bedrijven over mogelijkheden voor energiebesparing via techniek, proces en gedrag. Ook is een windconvenant
• Investeringen in duurzame energieopwekking.
afgesloten dat voorziet in minimaal een verdubbeling van
• Terugdringen van de uitstoot van vervuilende stoffen
de capaciteit van 150 naar ruim 300 MW in 2020 in het ha-
en vermindering van industrielawaai.
vengebied op openbaar terrein. Diverse mijlpalen maken
• De handel in en het gebruik van duurzame biomassa.
daarnaast duidelijk hoe de verduurzaming vorm krijgt. Van
• Samenwerking aan het realiseren van een CO2-infra-
de realisatie van testlocatie Plant One, waar innovatieve
structuur.
technieken voor energiebesparing in de procesindustrie op
• CO2 afvangprojecten.
ware schaalgrootte (dus niet laboratoriumschaal) kunnen worden getest en de levering van CO2 aan tuinders in het
De verdere verduurzaming van het haven- en industrie-
Westland, tot de komst van vier biobrandstoffabrieken en
complex levert een belangrijke extra economische impuls
toekenning van diverse omvangrijke Europese subsidies
voor de stad op. Dit verduurzamen zal vooral door het
voor projecten in het kader van CCS. In internationaal
bedrijfsleven en het Havenbedrijf zélf opgepakt moeten
verband heeft Rotterdam 55 wereldhavens in het World
worden. De gemeente heeft hierin vooral een stimulerende
Ports Climate Initiative bijeengebracht en zijn er afspraken
en faciliterende rol: we willen belemmeringen voor deze
gemaakt om de uitstoot van havenactiviteiten en scheep-
verduurzaming zoveel mogelijk wegnemen, partijen bij
vaart aan te pakken.
elkaar brengen, en waar wenselijk een gebiedsgerichte aanpak mogelijk maken. De grote concentratie van logis-
Inzet van de gemeente
tieke en industriële activiteiten in het havengebied leent
Om de haven, industrie en grote bedrijven te stimuleren
zich bij uitstek voor een dergelijke aanpak. De afgelopen
het doel te bereiken stellen we voor om nadere afspraken
jaren laten zien dat het voor bedrijven zeer lastig is om
te maken over energie- en productefficiency (activiteit 15).
op eigen kracht energiebesparingsdoelen te halen. Door
Daarbij willen we met bedrijven businesscases opstellen
slimmer samen te werken - bijvoorbeeld door samen
voor het nuttig toepassen van restwarmte en stoom (ac-
duurzame energieopwekking te realiseren en bijvoorbeeld
tiviteit 16) en over de toepassing van smart grids door de
warmte- of koudeoverschotten te delen – worden deze
bedrijven in het distripark Maasvlakte (activiteit 17). Samen
doelen wél haalbaar. Dit leidt niet alleen tot besparing op
met het Warmtebedrijf werken we aan een concreet voor-
het energiegebruik maar ook tot een forse vermindering
beeldproject voor de uitwisseling van warmte tussen bedrij-
van de uitstoot van CO2 en andere vervuilende stoffen. Dat
ven in de haven en de stad (activiteit 18). Met de bedrijven
Programma Duurzaam | pag 51
De bestaande milieugebruiksruimte moeten we daarom zo efficiënt mogelijk benutten. Bijvoorbeeld op het gebied van geluid. Samen met de bedrijven gaan we onderzoeken hoe, en met welke innovaties, verdere intensivering van bedrijvigheid samen kan gaan met het verminderen van de benodigde geluidruimte (activiteit 24). Het realiseren van al deze plannen vraagt inzet, betrokkenheid en bemoeienis van een groot aantal partijen. Naast het Havenbedrijf, DCMR, Deltalinqs en grote bedrijven in het haven-en industriegebied zijn dat ook de landelijke overheid, de provincie Zuid-Holland en de EU. Als college zullen we hierin een bindende en stimulerende rol hebben.
ECT: marktgedreven naar duurzame innovatie Containeroverslagbedrijf ECT - met drie terminals in de Rotterdamse haven - reduceert zijn CO2-uitstoot Foto: Huntsman
met twintig procent tussen 2009 en 2012. De nieuwe Euromax Terminal Rotterdam is zo duurzaam mogelijk en het bedrijf heeft een nieuwe achterlandverbinding ontwikkeld die het wegverkeer ontlast. Rob Bagchus, Chief Public Affairs en Public
in de haven onderzoeken we verder de mogelijkheden van
Relations Officer van ECT:
uitwisseling van grond- en reststoffen (activiteit 19).
“Rotterdam is een dichtbevolkt gebied met veel activiteiten; dan heb je een grote verantwoordelijkheid. Daar-
Voor de gemeente is daarnaast een belangrijke rol weg-
naast nemen wij als bedrijf ook zelf onze verantwoorde-
gelegd voor het aantrekken van Europese subsidie(s) en
lijkheid, en klanten vragen het van ons. Dat zijn drijfveren
het voeren van de lobby voor aanpassing van belemme-
om te werken aan duurzaamheid. Het mooie aan duur-
rende wet- en regelgeving op het gebied van duurzame
zaamheid is dat milieu-, maatschappelijk en economisch
energie, biomassa en vooral CCS. In het verlengde
voordeel hand in hand gaan. We houden onze proces-
hiervan voeren we samen met de bedrijven ons biomas-
sen continu tegen het licht – overal waar het slimmer,
saprogramma uit (activiteit 20), en dragen we bij aan het
efficiënter en duurzamer kan, doen we dat. Eigenlijk is
verder ontwikkelen van een goede infrastructuur voor
het niet nieuw voor ons; we doen dat al heel lang. Zo is
CO2-transport (activiteit 21). Het Rotterdam Opslag en
ECT’s laatste aanwinst, de Euromax Terminal Rotterdam,
Afvang Demonstratieproject (ROAD) fungeert hierbij als
de duurzaamste en efficiëntste terminal ter wereld. Bij
stimulerend voorbeeld. Tot slot werken we aan het verder
de bouw daarvan hebben we ingezet op ‘duurzaam wat
uitvoeren van het windconvenant; dat moet resulteren
duurzaam kan’. We bieden ook nieuwe diensten aan:
in een verdubbeling van de capaciteit van windenergie
bijvoorbeeld European Gateway Services: een verbinding
in het havengebied (activiteit 22). Ook maken we werk
met terminals in het achterland. Tussen de diepzeeter-
van het plaatsen van windmolens op bedrijventerreinen.
minals en deze achterlandterminals garanderen wij een
De toepassing van zonne-energie door het plaatsen van
goede verbinding - vooral via spoor en binnenvaart.
zonnepanelen op bedrijfsdaken en leidingstraten gaan
En we blijven kijken naar nieuwe verbeteringen, zowel
we onderzoeken (activiteit 23).
in en om de terminal als van en naar het achterland. Die veranderingen worden meer gedreven door de markt dan
De verwachte verdubbeling in economische (haven-)activi-
door de overheid.”
teiten en intensivering van het ruimtegebruik is alleen haalbaar als we ons maximaal inspannen voor verduurzaming.
Programma Duurzaam | pag 52
Havenstrategie en gemeentelijk beleid versterken elkaar “Een bloeiende haven maakt dat de Rotterdamse duurzaamheidsambities makkelijker zijn te realiseren.” Zo vat Pieter van Essen, projectdirecteur RCI namens het Havenbedrijf Rotterdam NV, de relatie tussen stad en haven kernachtig samen. Het duurzaamheidsbeleid van gemeente en haven sluiten dus naadloos op elkaar aan. Het Havenbedrijf zette het afgelopen jaar de toekomstvisie op papier. In Port Compass 2030 staat hoe de markt zich de komende decennia ontwikkelt en hoe de haven daarop anticipeert. Er zijn vier scenario’s uitgewerkt: van behoudende tot stormachtige groei. Van krimp is in géén van de varianten sprake. Daarbij neemt het belang van de energieen oliesector toe. “Al was het maar omdat Europa slechts beperkt beschikt over eigen grondstoffen,” zegt Pieter van Essen. CO2 is een gewoon product Met de groei van de haven zijn de Rotterdamse inspanningen erop gericht de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen. Hoe draagt het Havenbedrijf daaraan bij, in de wetenschap dat het havengebied nu al circa 90% van de uitstoot voor haar rekening neemt? “We willen de uitstoot van CO2 zoveel mogelijk voorkomen en terugdringen,” stelt Van Essen. “Bijvoorbeeld door emissie-eisen te stellen aan Maasvlakte 2 en bij gronduitgifte in te spelen op de veranderende energiemix. Denk aan de verwachte sterke groei van elektrisch vervoer in de komende jaren – de gemeente legt daar ook veel nadruk op. Er komen nieuwe elektriciteitscentrales op de Maasvlakte om in de toenemende energievraag te voorzien. De productie vindt naast gas en kolen ook plaats met biomassa. Biomassa is ook speerpunt van het gemeentelijk beleid. Dat sluit goed aan bij de havenactiviteiten, want het dat moet allemaal aangevoerd, op- en overgeslagen worden. Bij de centrales vangen we de CO2 vervolgens af voor hergebruik in het Westland of opslag onder zee. Dat betekent investeren in CO2-transportleidingen die toegankelijk moeten zijn voor verschillende aanbieders en afnemers. En er zal een terminal komen zodat CO2 ook per tanker kan worden vervoerd. Daarmee is CO2 voor ons dus een gewoon product. Net als biomassa en andere grondstoffen. Zo ontwikkelt de haven zich, werken we samen met de gemeente en neemt de uitstoot van CO2 per saldo af.” Flexibel inspelen op veranderende energiemix Een ander voorbeeld van hoe de strategie van het Havenbedrijf en het gemeentelijk duurzaamheidsbeleid elkaar versterken is op het gebied windenergie. De gemeente wil het opgesteld vermogen verdubbelen tot 2020. Het Havenbedrijf werkt daaraan vanzelfsprekend mee. “In het havengebied moet er voor 300 MW aan windturbines staan,” aldus Van Essen. Ook op het gebied van LNG – vloeibaar aardgas – speelt dit. “Het belang van aardgas neemt de komende decennia verder toe,” zegt Van Essen. Dit jaar opent in Rotterdam de eerste LNG-terminal van Nederland. LNG is een relatief schone brandstof, en het Havenbedrijf wil daarom proberen om de binnenvaartsector zo ver te krijgen dat zij LNG gaat gebruiken als vervoerbrandstof. Van Essen: “Hierin trekken wij samen op met de gemeente; we starten gezamenlijk een pilot. Want om schippers zo ver te krijgen dat ze LNG gebruiken, moet het concurrerend zijn. Hoe krijg je dat voor elkaar? Daarbij spelen er zaken op het gebied van veiligheid en regelgeving. Want je wilt niet dat een schip met LNG mag varen tot de grens, en dan niet verder kan omdat de wetgeving elders anders is.” Zo’n project kost volgens Van Essen veel tijd, maar het heeft grote voordelen voor de emissies. Niet alleen in Rotterdam overigens, maar ook in het omringende gebied waar de schepen doorheen varen. “Zo’n project is echt uniek,” stelt hij. “Dat vind je nergens anders in de wereld. We willen echt een spilfunctie vervullen in de Nederlandse ambitie om uit te groeien tot dé energierotonde van Europa. We willen voorop lopen en flexibel kunnen inspelen op veranderingen. Dat is de rode draad van de havenvisie en dat sluit naadloos aan op het Rotterdamse duurzaamheidsbeleid.”
Programma Duurzaam | pag 53
Deltalinqs Energy Forum: samen werken aan energie-efficiency in de haven
4.3 Ondernemers, verenigingen en instellingen Verduurzaming biedt op diverse manieren kansen voor
Het Deltalinqs Energy Forum (DEF) stimuleert energiebe-
ondernemers. Allereerst is verduurzaming bedrijfseco-
sparing en innovaties in industriële processen en instal-
nomisch steeds aantrekkelijker door de stijgende prijzen
laties. Met het programma wil ondernemersorganisatie
van grondstoffen en (fossiele) brandstoffen. Duurzaam
Deltalinqs de energie-efficiency in de Rotterdamse haven
produceren wordt daardoor relatief goedkoper en de
en industrie verbeteren en de CO2-uitstoot verminde-
markt voor duurzame producten en diensten groeit
ren. Doel is duurzaam ondernemen te versterken én
bovendien snel. Ondernemers kunnen zich daarnaast in
de internationale concurrentiepositie van Rotterdam te
positieve zin van concurrenten onderscheiden door het
verbeteren.
leveren van duurzame producten en diensten en door
De drie pijlers van het kennisplatform zijn: bevorderen
maatschappelijk verantwoord te ondernemen. Grote
van energie- en productefficiency, het vergroten van
(en kleine) Rotterdamse bedrijven pakken dit inmiddels
het aandeel duurzame energie en grondstoffen, en de
serieus op. Deels vanuit een maatschappelijke betrok-
uitvoering van CCS-projecten. Daarnaast verkent DEF
kenheid, maar vooral ook omdat hiermee simpelweg geld
de economische kansen van ketenvorming, als onderdeel
te verdienen is. Hierdoor draagt deze groep aanzienlijk
van het CoSiR–programma (Co-Siting Rijnmond). Dit
bij aan het realiseren van onze ambities. Vanuit het pro-
heeft al geleid tot een wereldprimeur in Rotterdam: een
gramma Duurzaam sluiten we dus aan bij het momentum
gezamenlijk stoomnetwerk voor bedrijven in de Botlek.
dat bij veel bedrijven en in veel branches al aanwezig is.
Bedrijven die hogedrukstoom produceren of over hebben,
Ook bij verenigingen en instellingen is verduurzamen na-
leveren de stoom aan het Stoompijpnetwerk. Andere be-
drukkelijk aan de orde. Vanuit de intrinsieke motivatie om
drijven in de omgeving nemen stoom af van dit nieuw aan
hierin de eigen verantwoordelijkheid te nemen en daar-
te leggen netwerk. Dat scheelt jaarlijks 400.000 ton CO2–
naast ook door de sterk stijgende kosten van energie.
uitstoot. En vanuit het CoSiR-programma heeft DEF een nieuwe, duurzame keten ontwikkeld voor de verwerking
Met het programma hebben we een aantal sporen
van biologisch zuiveringsslib. Op een centrale locatie
waarlangs we de beweging rond duurzaam ondernemen,
wordt het slib uit installaties voor afvalwaterverwerking
produceren en consumeren stimuleren.
verwerkt tot bioslib, dat weer dient voor de productie van biogas. Zo gaan milieu en economie hand in hand.
Er is steeds meer vraag naar duurzame producten en diensten, maar het aanbod is nog beperkt. Daarom willen
Cees Jan Asselbergs (Deltalinqs): “Er is veel te winnen
we deze markt stimuleren, door zowel de vraag verder
door de schaalvoordelen van het Rotterdamse industriële
aan te wakkeren als bedrijven aan te sporen tot het
complex te benutten. Met de innovatieve aanpak voor
vergroten van het aanbod. In dat licht gaan we duurzame
ontwikkeling van de Stoompijp Botlek, realiseert Rotter-
producten en diensten bevorderen via het inkoop- en
dam het samengaan van economische groei, verhoogde
aanbestedingsbeleid van de gemeente. We willen berei-
efficiency, verbeterde luchtkwaliteit en terugdringen van
ken dat meer Rotterdamse bedrijven zich gaan richten
CO2.”
op het produceren van duurzame producten en/of het leveren van duurzame diensten en dat meer bedrijven die
Kerngegevens
duurzaamheid als kernactiviteit hebben zich in Rotterdam
Betrokken partijen: Deltalinqs, Rotterdam Climate Initia-
gaan vestigen. Uit onderzoek blijkt overigens dat een
tive.
aanzienlijk deel van de bedrijven in de Rotterdamse regio
Doel: energie-efficiency, CO2-reductie, kostenreductie,
deel uitmaken van de ‘productieketen van klimaatadapta-
productiviteitsverhoging, MVO, kennisdeling, advisering
tie’, denk aan ingenieursbureaus, architectenbureaus en
en facilitering aangesloten bedrijven.
(water)bouwbedrijven. Dit biedt goede aanknopingspunten voor economische versterking en innovatie. We bevorderen investeringen in energiebesparing van winkels, bedrijven, instellingen en verenigingen. Voor de grootverbruikers zullen we dat grotendeels via handha-
Programma Duurzaam | pag 54
ving doen. Voor kleinverbruikers (o.a. verenigingen en
rende maatregelen te vergemakkelijken. Bijvoorbeeld via
stichtingen) verwachten we meer van stimulering.
een revolverend fonds of via het bieden van garanties. We ondersteunen de Diergaarde Blijdorp bij de uitvoering
En we richten ons op het sluiten van kringlopen. Op het
van hun energieplan (activiteit 27).
gebied van afval is nog veel winst te boeken. In directe zin door bijvoorbeeld goede waterzuivering en betere
Met bedrijven die innovaties in de praktijk willen uittesten
afvalscheiding en -hergebruik, maar ook in de keten van
gaan we aan tafel om te horen wat zij daarvoor van de
producenten van verpakking tot de inzamelaar van rest-
gemeente nodig hebben. Hierbij werkt het programma
afval en de verwerkers van reststromen. Hierbij betrek-
Duurzaam samen met programma Regionale en Stede-
ken we ook cradle-to-cradle principes.
lijke economie en Stadshavens Rotterdam en de Clean Tech Delta. Op die manier snijdt het mes aan twee
Inspanningen
kanten. De ondernemer kan een belangrijke stap zetten
Bedrijven en organisaties die koplopers zijn op het
naar het ‘marktrijp’ maken van zijn product en Rotterdam
gebied van duurzaam ondernemen ondersteunen we
wordt een ‘living showcase’. Een ontwikkeling als de
met het actief communiceren van hun ervaringen en
RDM-campus is hiervan al een goed voorbeeld. Voor in-
boodschap (activiteit 25). Een voorbeeld hiervan is dat
dustriële innovaties biedt Plant One in de Botlek demon-
de Kamer van Koophandel al sinds 2001 werkt volgende
stratiefaciliteiten. Ook werken we aan een innovatiefonds
de principes van duurzaam ondernemen, en een voor-
en onderzoeken we de mogelijkheid om uitzonderlijk
beeldrol kan en wil vervullen richting het Rotterdamse
goede ideeën op het gebied van duurzaamheid van
bedrijfsleven.
Rotterdamse ondernemers actief te ondersteunen. Deze economische instrumenten werken we in de komende
Om meer energiebesparing te bereiken bij bedrijven en
periode verder uit (activiteit 28).
instellingen zetten we de branchegerichte aanpak uit de afgelopen jaren voort (activiteit 26). Concreet is ons doel
Onderdeel van de ‘living showcase’ is de rol van Stads-
dat in 2014 bij 900 (van de 1.200 te benaderen) bedrij-
havens Rotterdam als co-locatie van een Europees
ven energiebesparende maatregelen met een terug-
Knowledge Innovation Community Climate (KIC-Climate).
verdientijd van maximaal vijf jaar zijn genomen. In de
Doel van dit KIC-Climate is om via Europese samenwer-
afgelopen twee jaren hebben de gemeente en de DCMR
king en schaalvergroting klimaatinnovaties te realiseren
gezamenlijk het stimuleringsprogramma opgezet. Dat
die het bedrijfsleven in staat stellen om klimaatoplossin-
begint nu haar vruchten af te werpen. Voor de komende
gen versneld te vermarkten.
jaren liggen er nog vele kansen die met de huidige opzet verzilverd kunnen worden. Om dit te bereiken willen we
Specifiek voor de watersector werken we verder aan de
de succesvolle workshops ten behoeve van de branches
(inter)nationale profilering van de Rotterdamse aanpak
voortzetten. Daarnaast willen we (markt)partijen, zoals
op het gebied van klimaatadaptatie. We organiseren een
installateurs en financiers, met de bedrijven in contact
evenement voor professionals waarin de Rotterdamse
brengen om maatregelen te realiseren en eventuele
aanpak en resultaten op het gebied van klimaatadaptatie
knelpunten aan te pakken. Ook zal energiebesparing en
centraal staan (activiteit 29). En we dragen de ervaringen
duurzaamheid (vooral duurzame producten) een speer-
van Rotterdam op het gebied van duurzaamheid en water
punt zijn in de aanpak van winkelgebieden in Rotterdam.
uit in het buitenland, leidend tot nieuwe opdrachten en
Daarmee willen we bereiken dat de benaderde bedrijven
nieuwe omzet voor (Rotterdamse) bedrijven (activiteit
uiteindelijk gemotiveerd raken om méér te doen dan wat
30).
wettelijk is verplicht. Dit doen we zoveel als mogelijk samen met andere partijen die dit ook als doel hebben.
Met bedrijven en kennisinstituten uit de watersector en
Bijvoorbeeld de ‘stoere vrouwen’ die laten zien dat je met
betrokken overheden maken we afspraken over vorm, in-
je aankoopgedrag invloed kan uitoefenen op de markt
houd en financiering van het Nederlands Watercentrum.
voor duurzame alternatieven en eerlijke producten.
De gemeente (activiteit 31) en in het bijzonder de Clean Tech Delta gaan dit faciliteren. Hiermee fungeert het Ne-
Specifiek voor verenigingen en stichtingen (bijvoorbeeld
derlands Watercentrum als een van de bouwstenen van
sportverenigingen, theaters en musea) onderzoeken we
het cluster water- en deltatechnologie.
de mogelijkheden om de financiering van energiebespa-
Programma Duurzaam | pag 55
Kamer van Koophandel biedt podium voor duurzame initiatieven
Wattnou: pionier in duurzame winkelstraat Energie verspillen is zonde. Dat weten ze bij Wattnou
De Kamer van Koophandel zet zich actief in om
maar al te goed. In de energiebesparingswinkel aan de
Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) te
Nieuwe Binnenweg is alles te vinden op het gebied van
stimuleren bij ondernemers in Rotterdam. Ze biedt
energiebesparing. Van ledverlichting, een zeer groot
koplopers op het gebied van duurzaamheid een po-
assortiment spaarlampen tot tochtstrips en waterbespa-
dium en ondersteunt bij de realisatie van duurzaam-
rende douchekoppen. Ook kan je er terecht om aan de
heidsinitiatieven.
keukentafel laagdrempelig grote en kleine energievragen te bespreken. Dat energiebesparing loont, bewijzen de
Anneloes Brand, beleidsadviseur KvK:
energiescans die Wattnou uitvoert bij klanten. De scan
“Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen is een van
brengt de besparingsmogelijkheden in beeld en rekent uit
de tien speerpunten van de KvK. En duurzaamheid
hoeveel de besparing opbrengt. Dit deed Wattnou al voor
maakt uiteraard onderdeel uit van goed MVO-beleid. We
twintig winkeliers in het kader van het project ‘Dubbele
merken dat de laatste jaren steeds meer ondernemers
winst aan de Nieuwe Binnenweg’. De energiewinst zat
vragen hebben over duurzaamheid, in de breedste zin
voor de ondernemers vooral in energiezuinige verlichting.
van het woord. Ze horen er veel over, ze hebben het
Daarmee is de Nieuwe Binnenweg hard op weg om de
gevoel ‘we moeten wat met duurzaamheid’, maar ze we-
meest duurzame winkelstraat van Rotterdam te worden.
ten niet zo goed wat. En daar komt onze rol om de hoek kijken. We opereren als een spin in het web. We kunnen
Frank Belderbos (projectmanager Revitalisering
ondernemers in aanraking brengen met aansprekende
Nieuwe Binnenweg): “De energiebesparingswinkel
voorbeelden van duurzaam ondernemen, kennisdeling
Wattnou was de pionier voor duurzaamheid in de
bevorderen en waar nodig faciliteren. Natuurlijk hebben
de Nieuwe Binnenweg. We zien nu dat meer onder-
we zelf ook een belangrijke voorbeeldfunctie. Zo wer-
nemers met een duurzaam profiel kiezen voor deze
ken we zelf al sinds 2001 volgens de principes van Het
winkelstraat als vestigingslocatie.”
Nieuwe Werken. Wij geloven hier sterk in en dragen dit Kerngegevens
alleen bij aan een goede balans tussen werk en privé,
Betrokken partijen: Wattnou, Make&Co, gemeente Rot-
maar ook aan een vermindering van fileproblemen, een
terdam, Rotterdam Climate Initiative, DCMR Milieudienst
betere bereikbaarheid en daarmee ook minder uitstoot
Rijnmond.
van CO2. Alle kleine beetjes helpen, en iedereen kan
Doel: energiebesparing, kostenbesparing, maatschappe-
daar aan bijdragen.”
lijk verantwoord ondernemen.
Foto: R. Keus
uit naar ondernemers. Het Nieuwe Werken draagt niet
Programma Duurzaam | pag 56
4.4 Corporaties, beleggers en ontwikkelaars
ING, Maarsen Groep, Multi Vastgoed, OVG en Vestia/ Estrade. Deze inmiddels bijna zestig bedrijven willen een bijdrage leveren aan het concreet en meetbaar maken
De vastgoedsector is een onmisbare partij om de Rotter-
van duurzaamheid bij nieuwbouw, bestaande bouw en
damse duurzaamheidsambities te realiseren. Duurzaam-
gebiedsontwikkeling in Rotterdam. Samen leveren ze een
heid - energiezuinigheid in het bijzonder - speelt een
belangrijke en concrete bijdrage aan het realiseren van de
snel groeiende rol in de algehele exploitatiekosten van
Rotterdamse ambities op het gebied van duurzaamheid.
panden. Een duurzaam pand heeft meerwaarde en kan op grotere belangstelling rekenen van huurders. Mede
Voor gebouwgebonden energie streven we naar een CO2-
daardoor zijn corporaties, beleggers en ontwikkelaars
reductie van 30% in 2020 ten opzichte van 2010. Voor
meer en meer bereid om bij te dragen aan het realiseren
nieuwbouw geldt nu al de gezamenlijk uitgesproken ambi-
van onze doelen. Deze insteek staat centraal in onze
tie van halvering ten opzichte van het Bouwbesluit 2006.
samenwerking met ontwikkelaars, bouwers, beleggers,
Met de hierbij betrokken partijen hebben we afspraken
corporaties en particuliere verhuurders.
gemaakt om duurzaamheid integraal en ambitieus op te pakken conform (inter)nationaal geaccepteerde maatsta-
De duurzaamheidsuitdaging is vooral groot voor bestaan-
ven zoals BREEAM. In de komende periode geven we hier
de panden. De transformatie van de bestaande voor-
uitvoering aan (actiepunt 35). Naast CO2-reductie gaat het
raad zal in de komende periode, méér dan nieuwbouw,
om een veelheid aan duurzaamheidsaspecten: energie,
de agenda bepalen. Hoe de herontwikkeling duurzaam
water, adaptief bouwen, slopen, afval, gezondheid, lucht-
plaats kan vinden en gefinancierd kan worden is ook in
kwaliteit, landgebruik, groen, buitenruimte, mobiliteit en
dit programma een belangrijk vraagstuk. Creatieve con-
transport en (bouw)management. Iedere partij met wie we
cepten kunnen hier een grote rol in vervullen. Onze eigen
afspraken maken levert (ten minste) één concreet project
ervaringen met het afsluiten van energieprestatiecontrac-
dat bijdraagt aan een duurzamer Rotterdam. Een geza-
ten voor de zwembaden verbreden we daarom naar de
menlijke marktstuurgroep begeleidt en rapporteert over
corporaties, beleggers en ontwikkelaars (activiteit 32).
de gemaakte afspraken. De gemeente ondersteunt deze samenwerking tussen marktpartijen in de uitvoering.
Corporaties Met de Rotterdamse corporaties werken we samen (ac-
Warmte- en koudeaansluitingen
tiepunt 33) om ook in de sociale woningvoorraad tot een
Binnen de samenwerking met corporaties, beleggers en
halvering van de CO2-uitstoot te komen. Ook voor deze
ontwikkelaars gaat veel aandacht uit naar het vergroten
samenwerking zoeken we aansluiting bij de Blok-voor-
van het aantal nieuwe en bestaande gebouwen in de stad
Blok aanpak van het Rijk. We hebben afspraken gemaakt
dat is of wordt aangesloten op restwarmte (activiteit 36).
om in de periode tot 2015 10% CO2-uitstootreductie te
Samen met corporaties, ontwikkelaars en warmteleve-
realiseren. Met de corporaties hebben we ook afspra-
ranciers gaan we alle geplande nieuwbouw aansluiten op
ken gemaakt over het stimuleren van warmtelevering uit
‘warmte’ in plaats van op aardgas. Met corporaties, vereni-
restwarmte, het gebruik van groene stroom door huur-
gingen van eigenaren en energiebedrijven werken we sa-
ders, het bevorderen van een gezond binnenklimaat, het
men aan het aansluiten van 4.000 bestaande woningen op
zoveel mogelijk toepassen van FSC-hout, toepassing van
het warmtenet. We onderzoeken ook wat de haalbaarheid
groene daken en duurzaam slopen. De gemeente helpt
is van collectieve koudenetten. Voor de binnenstad werken
bij het in kaart brengen van de energieverbruikgegevens
we aan een masterplan voor de ondergrond, om zo regie
en onderzoekt de mogelijkheden om de ontwikkeling van
te houden op de mogelijkheden die de bodem biedt voor
smart grids te versnellen. Hierbij werken we samen met
dit type energie-toepassingen (activiteit 37). We ontwik-
Stedin, Eneco en Nuon (activiteit 34). De corporaties
kelen een visie op koudelevering aan gebouwen (activiteit
monitoren de inspanningen en behaalde resultaten en
38) en werken samen met onder meer Eneco aan een
vermelden deze in hun jaarverslag.
haalbaarheidsstudie naar een koudenet in de binnenstad (activiteit 39). Samen met marktpartijen onderzoeken we
Ontwikkelaars en beleggers
tot slot de mogelijkheden van vergroening van het warm-
We werken samen met bedrijven die in onze stad vast-
tenet op basis van geothermie, restwarmte, biomassa en
goed ontwikkelen, beheren of erin investeren. Het gaat
warmte uit asfalt (activiteit 40).
daarbij onder meer om AM, Blauwhoed, Dura Vermeer,
Programma Duurzaam | pag 57
4.5 Automobilisten, transporteurs, (openbaar)vervoerbedrijven en logistieke dienstverleners
zorgen voor minder geluid- en stankoverlast en er wordt straks meer gefietst in Rotterdam. Bedrijven gaan gebruikmaken van slimme vervoersconcepten en reduceren zo het aantal in de stad gereden kilometers. Verkeersgeleiding zorgt voor betere doorstroming en minder gere-
Rotterdam wil ook in de toekomst goed bereikbaar zijn.
den kilometers. De gemeente Rotterdam geeft zelf het
Maar dan wel op een duurzame manier. Een belangrijk
goede voorbeeld met schone voertuigen en duurzaam
deel van de uitdagingen op het gebied van luchtkwaliteit,
mobiliteitsmanagement. Ook op het water gaan schepen
CO2-uitstoot en geluidhinder heeft direct te maken met
minder vervuilende stoffen uitstoten door het toepas-
verkeer op de weg en vervoer over water. Verwachting
sen van schonere brandstoffen, zuiniger motoren en het
is dat de mobiliteitsvraag de komende jaren sterk zal
gebruik van walstroom. Havenbedrijf en de Koninklijke
groeien. Om die vraag zo duurzaam mogelijk op te van-
Nederlandse vereniging van Reders (KNVR) hebben een
gen, volgen we meerdere sporen. Dankzij technologische
belangrijke rol bij het verder stimuleren van milieuverant-
ontwikkelingen (schonere motoren, stillere en efficiëntere
woorde zeevaart.
banden) is er al veel progressie om de vervoerssector schoner, stiller en efficiënter te maken. Dit is – vooral
Voor de stad is een belangrijke rol weggelegd voor
door de verder groeiende mobiliteit - echter onvoldoende
openbaar vervoer. Met de RET werken we aan het beter
om al onze ambities op het gebied van luchtkwaliteit,
inzetten van openbaar vervoer om het vervoersysteem
CO2-uitstoot en geluidhinder waar te maken.
te verduurzamen. Ons doel daarbij is onder meer om een betere afstemming tussen duurzame vervoerwijzen
Het totale pakket aan maatregelen op het gebied van
bereiken. Denk aan de fiets als voor- en natransport
mobiliteit levert wel een aanzienlijke bijdrage aan het
naar ov-haltes en stations; maar ook aan het parkeren
realiseren van de luchtkwaliteitsdoelen: het aantal elek-
van auto’s aan de rand van de stad en verder reizen met
trische voertuigen neemt sterk toe, elektrische scooters
openbaar vervoer en het in één pakket aanbieden van gebruik van deelauto’s, fietsen en openbaar vervoer. Met de RET onderzoeken we ook de mogelijkheid om nieuwe pilots op te starten in het kader van het programma Rotterdam Elektrisch (zie ook activiteit 44). De komende periode werken we verder aan het slimmer organiseren en schoner en stiller maken van transport en mobiliteit in onze stad. Dit doen we in ieder geval door samen met automobilisten, transporteurs, (openbaar) vervoerbedrijven en logistieke dienstverleners de volgende activiteiten uit te voeren:
Slimmer organiseren van transport en mobiliteit Het zoveel mogelijk voorkomen van (auto)mobiliteit willen we bereiken via het slimmer organiseren van mobiliteit en aanreiken van goede alternatieven (activiteit 41). Bijvoorbeeld via de VerkeersOnderneming en het programma
Foto: Hannah Anthonysz
SlimBereikbaar, waarbij we samenwerken met Kamer
van Koophandel en VNO-NCW. Dit programma biedt een breed palet aan alternatieven als carpoolen, gebruik van elektrische fietsen en telewerken om te komen tot een structurele gedragsverandering. Verder bevorderen we het aanbod en gebruik van deelauto’s en het gebruik van de logistieke diensten zoals de Binnenstadservice. We investeren in een betere routegeleiding voor bezoekers
Programma Duurzaam | pag 58
aan de binnenstad zodat bestuurders minder kilometers
wordt toegepast als brandstof voor binnenvaartschepen
rijden om op hun bestemming te komen (activiteit 42).
(activiteit 49). In dat kader doen we onderzoek naar de
Stimuleren elektrisch vervoer: Rotterdam Elektrisch
veiligheidsaspecten van LNG bij de binnenvaart en gaan we het mogelijk maken dat vier schepen die regelmatig de Rotterdamse haven aandoen voor een periode van enkele
Onder de noemer ‘Rotterdam Elektrisch’ gaan we ons
jaren gebruik gaan maken van LNG. Het Deltalinqs Energy
als stad sterk inzetten voor het stimuleren van elektrisch
Forum doet onderzoek naar toepassing van waterstof voor
vervoer. We onderzoeken de mogelijkheid om via de
distributie in de stad door middelgrote vrachtwagens en
introductie van gedifferentieerd parkeren schone auto’s
vervoer op haventerminals (activiteit 50).
te stimuleren (activiteit 43). Hiervoor is wel nodig dat de experimenteerwet Gedifferentieerd Parkeren wordt aangenomen. Samen met (markt)partijen gaan we diverse
Binnenstadservice: schoner en stiller
initiatieven ondersteunen op het gebied van elektrisch vervoer. (activiteit 44). Voor de komende periode zijn
Binnenstadservice Rotterdam verzamelt op een
dit onder meer het opzetten van het Elektrisch Vervoer
centraal distributie- en overslagpunt op bedrijventer-
Centrum, de introductie van elektrische deelauto’s door
rein Noord-West goederen die bestemd zijn voor win-
Greenwheels, experimenten met elektrische auto’s bij
keliers in de binnenstad. Twee keer per dag bezorgt
Politie Rotterdam Rijnmond en het afronden van het
BS Rotterdam op een schone manier én kosteloos
onderzoek naar de vervanging bij de RET van bussen die
de gebundelde goederen bij de zestig aangesloten
gebruikmaken van traditionele brandstoffen door (hybride)
winkeliers in het centrum.
elektrische bussen. Om het gebruik van elektrische auto’s te stimuleren gaan we de aanleg van een oplaadinfra-
Wouter Blok,voorzitter stichting Binnenstadservice
structuur ondersteunen. Dit doen we onder meer door een
Rotterdam:
financiële bijdrage te leveren aan de eerste 1.000 oplaad-
“De meeste winkeliers hebben regelmatig beperkte
punten in Rotterdam (activiteit 45) en door aanleg van een
zendingen. Hierdoor komt het vaak voor dat de vracht-
oplaadinfrastructuur op te nemen bij de bouw van nieuwe
wagens die hen bevoorraden, niet optimaal beladen
parkeergarages (activiteit 46).
zijn. Er is daardoor sprake van een groot aantal ‘kleine’ leveringen op verschillende tijdstippen van de dag, door
Optimalisatie grondstromen
verschillende leveranciers. Het gevolg: slechte bereik-
Samen met andere overheden en marktpartijen gaan
baarheid van de binnenstad, onveilige situaties, geluido-
we onderzoeken hoe we het (vervuilende) transport van
verlast, luchtvervuiling, files enzovoort. Met de Binnen-
zand, grond en andere materialen kunnen verminderen
stadservice dragen we bij aan een bereikbare, schone,
(activiteit 47).
leefbare binnenstad, die daardoor ook economisch beter functioneert. Hiervoor gebruiken we de meest duurzame
Schonere brandstoffen
transportmiddelen, die we zo efficiënt mogelijk inzetten.
Naast het schoner maken van het mobiliteitsysteem sti-
Onze elektrische bestelwagen en bestelwagen op aard-
muleren we het gebruik van schone brandstoffen. Volledig
gas komen bijvoorbeeld niet leeg terug. We nemen ook
elektrisch rijden is voor het vrachtverkeer in de komende
retourstromen mee, zoals piepschuim, pallets of andere
jaren maar zeer beperkt mogelijk. Daarom is het gebruik
verpakkingsmaterialen. Deze verwerken we vervolgens
van alternatieve en hernieuwbare brandstoffen noodzake-
weer op een duurzame manier. Ook bieden we de aan-
lijk. Een praktijkproef met biodiesel op basis van restvet-
gesloten winkeliers de mogelijkheid voor tijdelijke opslag
ten (activiteit 48) moet de haalbaarheid van grootschalige
van hun goederen, of het om- en verpakken van goede-
inzet van deze brandstof aantonen. Vaak zijn ook andere
ren waarna ze direct bij de consument worden geleverd
soorten biobrandstof inzetbaar voor het vrachtverkeer.
of in gedeelten naar de winkeliers gaan. Binnenstadser-
Samen met het Havenbedrijf, biobrandstofproducenten,
vice Rotterdam krijgt nu nog subsidie van de gemeente,
vrachtwagenleveranciers en vervoerders werken we aan
maar op termijn is het de bedoeling dat leveranciers zelf
verdere toepassing van dergelijke biobrandstoffen.
gaan betalen voor de ‘last mile’. Onze service scheelt hen ook veel tijd, en dus geld.”
Samen met het Havenbedrijf en het bedrijfsleven gaan we een proef uitvoeren waarbij vloeibaar aardgas (LNG)
Programma Duurzaam | pag 59
Greenwheels start proef met elektrische deelauto’s Ruim vijftien jaar geleden begon Greenwheels in Rotterdam met het toen nog onbekende fenomeen autodelen. Inmiddels zijn de rode Greenwheelsauto’s een bekend verschijnsel in de meeste steden Foto: Robin Utrecht Fotografie
van Nederland. Dit jaar gaat een pilot met 25 elektrische deelauto’s van start. Jan Borghuis, directeur en oprichter Greenwheels: “Elektrisch vervoer is ideaal in de stad. Een gemiddelde rit van de Greenwheels-automobilist is namelijk kort: 90 procent van de ritten kan op één acculading worden gereden. Een elektrische deelauto combineert de voordelen van elektrisch vervoer en autodelen. Denk aan schone lucht, en stil en zuinig rijden. Daarnaast neemt een deelauto minder ruimte in beslag en bovendien draagt
RET: enkeltje duurzaamheid
het bij aan bewust autogebruik. Kortom, het is beter voor het milieu en je hebt toch de vrijheid om te rijden. In de
Openbaar vervoer draagt al bij aan schonere lucht:
vier grote steden van Nederland gaan dit jaar elektrische
mensen die de tram, bus of metro nemen, zitten im-
Peugeot iOn’s rijden die op 25 locaties kunnen opladen.
mers niet in een auto om zich te verplaatsen en dat
Zo’n 20.000 automobilisten die bij Greenwheels zijn
scheelt CO2-uitstoot. Maar de Rotterdamse RET gaat
aangesloten, doen mee aan de proef. We willen met
veel verder en zoekt milieu- en energiebesparing
deze pilot op grote schaal ervaring opdoen met elektrisch
over de volle breedte van de bedrijfsvoering.
vervoer in de stad en duurzame mobiliteit in de praktijk stimuleren.
Pedro Peters, algemeen directeur RET:
Door autodelen zo aantrekkelijk mogelijk te maken, over-
“Als bedrijf willen we wát we doen, zo duurzaam mogelijk
tuig je mensen van de voordelen. Bijvoorbeeld door het
doen. Voor de toekomst van de stad is dat cruciaal. Een
aantal autodeelplaatsen te vergroten en gebruikers de mo-
mooi voorbeeld is onze nieuwe remise in de Beverwaard.
gelijkheid te bieden gratis te parkeren. Daar hebben we de
We doen daar alles duurzaam als dat technisch en finan-
ondersteuning van de gemeente hard bij nodig. Maar, daar
cieel haalbaar is. Zoals dubbel grondgebruik door een
staat tegenover dat wij een uitstekende oplossing bieden
parkeerplaats voor 500 auto’s op het dak. En het wassen
voor een aantal stedelijke problemen zoals ruimtegebrek,
van de trams en het spoelen van de wc’s met regenwater.
files, geluidoverlast, fijnstof en parkeerdruk.”
Maar we hebben ook speciale heipalen gebruikt voor warmte- en koude-uitwisseling met de grond. In de zomer van 2011 neemt de RET de nieuwe, duurzame remise in gebruik. Natuurlijk spelen er ook economische motieven. We betalen per jaar 16 miljoen euro aan stroom, dus het is logisch dat we ook naar besparingen zoeken. Besparingsmaatregelen kunnen bijvoorbeeld zitten in het opwekken en gebruiken van stroom die vrijkomt als een metro of tram afremt. Belangrijke inspiratiebron voor ons zijn de ambities van het Rotterdam Climate Initiative.”
Programma Duurzaam | pag 60
Foto: Hannah Anthonysz
Programma Duurzaam | pag 61
4.6 Scholen, beroepsopleidingen en kennisinstellingen
Maar eerst en vooral zijn onderwijsinstellingen voor ons natuurlijk de ingang om de jonge Rotterdammer te bereiken. Om te beginnen met de jongste generatie. Speciaal voor kinderen op basisscholen loopt vanuit de gemeente
Investeren in draagvlak voor duurzaamheid begint met
een natuur- en milieueducatieprogramma en is er een
het verankeren van duurzaamheid in de educatie van
uitgebreide ondersteunende infrastructuur bestaande uit
jongeren. Dit vergroot het inzicht en kennis om nu en in
kinderboerderijen, centra voor natuur- en milieueducatie
de toekomst verantwoorde keuzen als burger en pro-
en educatieve tuincomplexen met kindertuintjes. Hier-
fessional te maken. De essentiële partners om deze
mee bereiken we een groot deel van de Rotterdamse
opgave van onze duurzaamheidsagenda uit te voeren
basisscholen. Uitgangspunt is dat we door kinderen in
zijn uiteraard zijn de basisscholen, scholen voor voort-
aanraking te brengen met groen en natuur bijdragen aan
gezet onderwijs, het beroepsonderwijs, hogescholen en
betere leerprestaties en ook: dat kinderen beter in hun
universiteiten.
vel zitten. Het blijkt bovendien dat volwassenen die op jonge leeftijd natuur- en milieueducatie hebben genoten
Aan de basis hiervan staat dat de schoolgebouwen en
meer waarde hechten aan natuur, milieu en duurzaam-
onderwijscomplexen ook zelf voldoen aan duurzaam-
heid en beter in staat zijn daarnaar te handelen.
heidsambities die we aan de stad stellen. Dit betekent dat we actief aan de slag gaan ervoor te zorgen dat school-
Samen met de scholen van voortgezet onderwijs, het
gebouwen en campussen een gezond binnenklimaat
beroepsonderwijs en de kennisinstellingen willen we het
hebben en zo veel mogelijk gevestigd zijn op locaties met
volgende realiseren:
een goede luchtkwaliteit. Daarnaast willen we stimuleren
• We willen scholieren, studenten en onderzoekers
dat onderwijsorganisaties duurzaamheid in hun eigen
gezamenlijk en interdisciplinair laten werken aan in-
bedrijfsvoering opnemen.
novatieve oplossingen voor duurzaamheidsvraagstukken die wij, de gemeente, het bedrijfsleven en andere partijen als urgent beschouwen. • We willen duurzame ontwikkeling meer integreren als leidraad in onderwijs en onderzoek. • We willen bereiken dat we beter dan nu in staat zijn om grote strategische opgaven van de stad structureel met onderzoek en kennisopbouw te ondersteunen. Om dit te bereiken gaan we samen met de scholen, beroepsopleidingen en kennisinstellingen het volgende doen: Herijking programma Natuur-en Milieu Educatie In de komende periode gaan we het programma voor natuur- en milieueducatie opnieuw bekijken en toetsen aan de meest recente ontwikkelingen en inzichten (activiteit 51). Kern is een overgang van natuur- en milieueducatie naar duurzaamheidsparticipatie. Hierbij zetten we kinderboerderijen, natuurtuinen en milieucentra in als centra om educatie en participatie op het gebied van duurzaamheid te versterken. In de vorm van een duurzaamheidscoalitie willen we meer samenwerking bereiken tussen de verschillende organisaties op het gebied van natuur, milieu en duurzaamheid. Hierbij gaan we ook het bedrijfsleven betrekken.
Programma Duurzaam | pag 62
Frisse Scholen
Doorlopende leerlijn
Niet alle schoolgebouwen in Rotterdam voldoen aan de
Op initiatief van de docentenopleidingen van de hoge-
uitgangspunten van een gezond binnenmilieu. Vanuit de
school Rotterdam wordt er samen met de scholen en de
‘Regeling verbetering binnenklimaat huisvesting primair
gemeente een Rotterdamse doorlopende leerlijn voor
onderwijs 2009’ zijn in 2010 en deels in 2011 maatrege-
duurzaamheid ontwikkelt. Het ideaalbeeld is dat leer-
len getroffen waarmee het binnenklimaat in vijftig scholen
lingen in elke fase van het onderwijs een programma
is verbeterd. In de periode tot en met 2014 voeren we
duurzaamheid krijgen dat aansluit en voorbouwt op de
samen met de schoolbesturen deze verbeteracties uit
vorige fase. De gemeente is partner in het traject om hier
(activiteit 52). Deze zijn gericht op het verbeteren van het
een projectorganisatie voor in te richten (activiteit 54).
binnenklimaat en het energiezuinig maken van de overige scholen. We geven een binnenmilieuadvies aan alle
Strategische kennisagenda
scholen met natuurlijke ventilatie, passen het programma
Om de grote strategische opgaven van de stad struc-
en ambitieprofiel ‘Frisse Scholen’ toe bij alle nieuwbouw
tureel met onderzoek en kennisopbouw te ondersteu-
en renovaties en maken afspraken met schoolbesturen
nen gaan we een strategische kennisagenda opzetten.
over onderhoud en beheer van installaties in schoolge-
Duurzaamheid is een van de vijf thema’s op deze agenda
bouwen die van invloed kunnen zijn op het binnenmilieu.
waarmee we de kennisorganisatie van de gemeente
Bij het verder verduurzamen van het gemeentelijk vast-
verder vorm gaan geven (activiteit 55). Dit doen we om
goed (zie ook 4.7.1) nemen we ook de schoolgebouwen
onze beleidsprogramma’s beter te kunnen onderbouwen,
mee in het vervolg van het programma “Rotterdamse
de uitvoerende taken efficiënter te verrichten en om de
Groene Gebouwen”.
onderzoek- en onderwijsprogramma’s van kennisinstellingen beter te laten aansluiten op de opgaven uit de Rot-
Scholen voor duurzaamheid
terdamse praktijk. De kennisagenda is leidend in onze
Voor scholieren van het voortgezet onderwijs hebben
positionering in de diverse kennisnetwerken en geeft
we het project Scholen voor Duurzaamheid. Leerlingen
richting en focus in de zoektocht naar provinciale, rijks-
uit het voortgezet onderwijs geven in het kader van dit
en/of Europese cofinanciering voor innovatieve projecten
project advies over actuele duurzaamheidsvraagstukken
en kennistrajecten.
van Rotterdamse bedrijven. In de komende periode gaan we samen met de deelnemende bedrijven onderzoeken
Verduurzamen curricula beroepsonderwijs en kennisin-
of we dit project kunnen voortzetten en of we het ook
stellingen
geschikt kunnen maken voor studenten van beroepsop-
Duurzaamheid willen we meer als leidraad laten fungeren
leidingen (activiteit 53).
in onderwijs en onderzoek. In het vervolg op de succes-
RDM Campus
volle samenwerking met het opzetten en uitvoeren van
Programma Duurzaam | pag 63
een duurzaamheidsagenda met de Hogeschool Rotter-
Voor studenten vinden we het belangrijk dat ze de kans
dam (via het convenant tussen RCI en de Hogeschool)
krijgen om gezamenlijk en interdisciplinair te werken
en de Erasmus Universiteit (onder meer via het project
aan innovatieve oplossingen voor urgente duurzaam-
Greening the Campus) gaan we daar actief mee aan de
heidsvraagstukken. De komende periode geven we deze
slag. Initiatiefnemer is de Erasmus Universiteit Rotter-
samenwerking met studenten verder vorm in het kader
dam in samenwerking met de TU Delft. Wij dragen hier
van onze strategische kennisagenda (actiepunt 59). We
onder meer aan bij door vanuit de Rotterdamse praktijk
vinden wel dat de beroepsopleidingen en kennisinstel-
concrete vraagstukken aan te dragen en met de scholen
lingen hier meer het voortouw in moeten nemen. Hierbij
voor beroepsonderwijs en kennisinstellingen afspraken
betrekken we ook de vraag of en op welke wijze we onze
te maken over verduurzamen van de curricula (activiteit
samenwerking met samenwerkingsverbanden als Aida
56). Dit doen we niet alleen om de uitvoering van onze
en KISSZ voortzetten.
strategische kennisagenda door de kennisinstellingen te borgen. We merken ook dat studenten enthousiast raken als dat ze merken dat ze een concrete bijdrage kunnen leveren aan milieu en sociale problemen in de buurt én
Naoorlogse school krijgt duurzame metamorfose
daarvan direct het effect zien. Het schoolgebouw van De Wilgenstam is 56 jaar oud, Kennis voor klimaat
ongeïsoleerd en voldoet niet meer aan de eisen van
Een bijzonder element van de kennisagenda op het
deze tijd. Duurzame oplossingen staan centraal bij
gebied van duurzaamheid is onze bijdrage aan het
de renovatie. De basisschool in Schiebroek krijgt
onderzoeksprogramma Kennis voor Klimaat (activiteit
een nieuwe isolerende schil, een decentraal CO2-
57). Binnen dit nationale onderzoeksprogramma worden
gestuurd ventilatiesysteem en lokale energieopwek-
kennis en diensten ontwikkeld die nodig zijn om de inves-
king met behulp van WKO-installatie, zonnepanelen
teringen in ruimte en infrastructuur die de komende 20
(en windenergie).
jaar zijn voorzien te beoordelen op klimaatbestendigheid en zonodig aan te passen. In het deelprogramma Hotspot
Peter Bergen, directeur OBS Wilgenstam:
Regio Rotterdam werken we samen met kennisinstellin-
“Het gebouw is energieverslindend en heeft een zeer
gen en het bedrijfsleven. De focus ligt hier op vraagstuk-
slecht binnenklimaat. Samen met een bevriend architect
ken op het raakvlak van het klimaatbestendig maken van
is, na een duurzame renovatie van ons andere gebouw,
Rotterdam en tegelijkertijd de stad en haven optimaal
de school gaan dromen: stel dat we veel geld zouden
aantrekkelijk te maken voor werken en wonen. Samen
hebben, hoe zouden we dit gebouw dan willen verbou-
werken we aan het in beeld brengen van de effecten van
wen? En toen bleek er ineens ook geld beschikbaar.
klimaatverandering op de binnenvaart, het identificeren
Onze droom bleek uit te komen. Straks hebben we zeer
van kansen voor veilige en multifunctionele dijken in Rot-
laag energieverbruik, en de weinige energie die we nodig
terdam, het stedelijk hitte-eiland effect in Rotterdam en
hebben, wordt lokaal opgewekt. Ook het binnenklimaat
de kwetsbaarheid van buitendijkse gebieden in relatie tot
wordt heel aangenaam. Maar misschien nog wel het
klimaatverandering.
meest belangrijk; we willen met dit project onze leerlingen bewust maken van duurzaamheid. We willen dat ze
Stimuleren van samenwerking tussen bedrijfsleven en
zich medeverantwoordelijk voelen voor het gebouw, en
scholen, beroepsopleidingen en kennisinstellingen
dat ze zich realiseren dat je niet alleen een gebouw moet
Op de arbeidsmarkt en binnen het bedrijfsleven is steeds
aanpassen, maar ook je gedrag. Het is de bedoeling dat
meer vraag naar kennis en kunde op het gebied van
de leerlingen het schoolplein duurzaam gaan inrichten,
duurzaamheid. Daarom willen we ‘contextrijk leren’ en
met een groene tuin. Ook bestaat het plan om de buurt
partnerships tussen bedrijfsleven en (met name) be-
te betrekken bij deze duurzame renovatie. We hopen dat
roepsopleidingen stimuleren. Concreet voorbeeld hiervan
de gemeente inziet hoe uniek dit project is als inspirerend
is onze steun aan het Centrum voor Innovatief Vakman-
leermiddel voor leerlingen en wijkbewoners. We kunnen
schap in Onderhoud Mobiliteit (CIVOM) en het Koude-
wel een steuntje in de rug gebruiken.”
Warmtecentrum van Zadkine (activiteit 58).
Programma Duurzaam | pag 64
4.7 Gemeentelijke organisatie en deelgemeenten
Deze ‘interne’ onderdelen komen aan bod in 4.7.1. De gemeente staat niet alleen voor de taak om duur-
Goed voorbeeld doet goed volgen. We krijgen meer par-
zaamheid te integreren in de eigen bedrijfsvoering. We
tijen in beweging als ook de eigen inzet van de stad op
zijn vanuit ons publieke taak ook verantwoordelijk voor
het gebied van duurzaamheid overtuigt. Sterker: dit pro-
het inzamelen van restafval en voor de inrichting en
gramma ontleent z’n legitimiteit mede aan de gemeente-
beheer van de buitenruimte. Daarnaast zijn we een cen-
lijke inzet op het verduurzamen van de bedrijfsvoering.
trale partij bij gebiedsontwikkelingen in de stad. Met het
Deze voorbeeldfunctie is niet alleen van symbolische
programma focussen we ons op:
waarde. Door de omvang van de gemeentelijke vastgoed-
• Duurzame gebiedsontwikkeling en een gebiedsge-
portefeuille en het grote inkoop- en aanbestedingsvolume
richte benadering.
betekent het een flinke stimulans voor verduurzaming van
• Aanpak van geluidhinder en luchtkwaliteit.
Rotterdam.
• Het groener maken van de stad. • Afval.
Met de activiteiten die we vanuit dit programma uitvoeren
• Energie-efficiënte openbare verlichting.
willen we bereiken dat duurzaamheid een standaard onderdeel wordt van de gemeentelijke bedrijfsvoering. We
Deze ‘externe’ onderdelen komen aan bod in 4.7.2.
richten ons hierbij op: • Verduurzaming van het gemeentelijke vastgoed.
Daarnaast is het de taak van de gemeentelijke organisa-
• Integreren van duurzaamheid bij het gemeentelijk
tie om duurzaamheid in de lijnorganisatie en de ove-
facilitair bedrijf.
rige collegeprogramma’s te verankeren. Dit moet ertoe
• Duurzaam inkopen.
bijdragen dat een programmatische inzet op duurzaam-
• Verduurzaming gemeentelijk wagenpark.
heid in een volgende collegeperiode niet meer op deze
Programma Duurzaam | pag 65
manier nodig is. Maar standaard onderdeel uitmaakt van de gemeentelijke uitvoeringspraktijk. De gemeentelijke organisatie wordt meer gericht op het faciliteren van
Gemeente maakt haar vastgoed slim zuiniger en comfortabeler
(lopende) initiatieven van de partners in de stad. Hier hoort een andere rol bij. Een rol waarbij de gemeentelijke
Een duurzame en kostenefficiënte vastgoedportefeuille.
organisatie zich vooral als samenwerkingspartner op stelt
Dat is het streven van de gemeente voor haar bestaande
en minder gericht is op ‘in alles vooropgaan’.
gebouwen. De variatie binnen deze portefeuille is groot: van sporthallen, scholen, kantoren, theaters tot zwembaden. Elk gebouw vraagt dan ook om een specifieke
4.7.1 Verduurzamen van de gemeentelijke bedrijfsvoering Verduurzaming gemeentelijk vastgoed
aanpak om te komen tot duurzame en kostenefficiënte oplossingen. Om de komende jaren de 1.500 gemeentelijke panden te verduurzamen is het programma ‘Rotterdamse Groene Gebouwen’ gestart. Inmiddels is een start gemaakt het aanpakken van de eerste reeks gebouwen: negen gemeentelijke zwembaden, grootverbruikers van
Het nieuw te bouwen Stadskantoor gaan we zo duur-
energie en water. De energiebesparende maatregelen
zaam mogelijk herontwikkelen. Binnen de kaders op het
worden getroffen volgens het zogeheten ‘Building Re-
gebied van stedenbouw, architectuur, duurzaamheid en
trofit concept’. De zwembaden worden gemoderniseerd
financiën gaat het gebouw ten minste voldoen aan de
zonder dat het de gemeente meer kost. Een private partij
standaard BREEAM Excellent, een internationaal er-
– Strukton in dit geval – schiet de investeringen voor en
kende standaard voor de duurzaamheid van gebouwen.
voert renovaties/besparingen door. De opbrengst van
Niet eerder behaalde een binnenstedelijk project deze
die besparingen vloeit weer terug naar dit bedrijf. De
kwalificatie. Daarnaast maken we met het Stadskantoor
gemeente gaat het slimme principe van ‘building retrofit’
een start met het nieuwe huisvestingsconcept dat tot
ook toepassen bij andere duurzame renovaties.
minimaal 20% minder energieverbruik zal leiden. De verduurzaming van de negen zwembaden moet Om de komende jaren de vastgoedportefeuille van de
leiden tot een daling van het energieverbruik met
gemeente te verduurzamen en de CO2-uitstoot sterk te
34% in de komende tien jaar, wat neerkomt op een
verminderen hebben we het programma ‘Rotterdamse
bedrag van liefst 3,4 miljoen euro. Dit leidt tot een
Groene Gebouwen’ gestart. Doel is marktpartijen te
CO2-reductie van bijna 2.000 ton per jaar en een
selecteren met wie we een prestatiecontract afsluiten
verbetering van de water- en luchtkwaliteit van de
over het onderhoud en energiezuinig maken van ons
zwembaden. Daarnaast besteedt de gemeente hier-
vastgoed. Hierbij werken we nauw samen met het Clinton
mee het beheer en onderhoud van deze zwembaden
Climate Initiative. Begin 2011 hebben we zo een contract
voor de komende tien jaar uit wat een besparing
afgesloten voor negen gemeentelijke zwembaden (acti-
oplevert van 1,1 miljoen euro.
viteit 60). De geselecteerde marktpartij draagt zorg voor uitvoering van de energiebesparende maatregelen, geeft
Kerngegevens
garanties over de energiebesparing en zorgt voor de fi-
Betrokken partijen: Gemeente Rotterdam, Rotterdam
nanciering. Uitgangspunt is dat verlaging van de energie-
Climate Initiative.
en waterlasten de investering en onderhoudskosten dekt.
Doel: besparen van energie, CO2-reductie, lagere on-
In de tweede helft van 2011 bepalen we of, en zo ja: voor
derhoudskosten, hoger comfort door slimme duurzame
welke gebouwen (o.a. schoolgebouwen) we een tweede
ingrepen, ontzorgen gemeente.
aanbesteding gaan organiseren (activiteit 61). We delen onze ervaringen met de private sector en corporaties.
Programma Duurzaam | pag 66
In Rotterdam gaan we dit beleid uitvoeren en de markt aanspreken op hun verantwoordelijkheid (activiteit 63). • We gaan ons meer richten op duurzaamheid in inkooptrajecten onder de Europese aanbestedingsgrens (activiteit 64). Deze meervoudig onderhandse aanbestedingen bieden tevens de mogelijkheid de Rotterdamse en regionale economie een impuls te geven. • We gaan verkennen hoe we meer aan zowel de voorkant (ontwerpen, gebiedsontwikkeling, bedrijfsvoering) als aan de achterkant (hoe duurzaam zijn de daadwerkelijke leveringen, diensten en werken ze in de praktijk?) de mate van duurzaamheid kunnen vaststellen (activiteit 65).
Verduurzaming gemeentelijk wagenpark In de periode 2006-2010 is 75% van het gemeentelijk
Integreren van duurzaamheid bij het gemeentelijk facilitair bedrijf
wagenpark ‘verschoond’ naar minimaal Euro 4. Voor de komende periode streven we ernaar dat minimaal 25% van het gemeentelijk wagenpark in 2014 elektrisch of
Met onze energieleverancier Greenchoice werken we
hybride is (activiteit 66). Roteb lease is hierbij de centrale
samen aan het verbeteren van de gemeentelijke inkoop
partij. In totaal gaat het om ongeveer 350 voertuigen,
van elektriciteit en gas. Onderdeel van de afspraak is dat
waaronder sowieso honderd elektrische scooters ter
Greenchoice risicodragend deelneemt in de ontwikkeling
vervanging van gewone scooters en auto’s. De eerste
van deze dienstverlening en een deel van haar voordeel
twintig elektrische auto’s zullen onderdeel zijn van het
gebruikt om binnen de gemeentelijke organisatie het
proeftuinproject 75-EV-RO waarin we samenwerken met
verbruik van energie terug te dringen. Voor de volgende
Stedin en Eneco.
aanbesteding van elektriciteit en gas willen we de levering van elektriciteit en gas koppelen aan een jaarlijkse vermindering van het energieverbruik (activiteit 62). Rotterdam is als klant groot en interessant genoeg voor
4.7.2 Borging van duurzaamheid in de
marktpartijen om op deze manier samen naar duurzame
gemeentelijke uitvoeringspraktijk
oplossingen te zoeken. Wat hier ontwikkeld wordt, kan elders in Nederland vermarkt worden. We gaan om deze reden ons verder als proeftuin voor duurzame dienstverlening opstellen.
Duurzame gebiedsontwikkeling en een gebiedsgerichte benadering Duurzaamheid draagt bij aan de kwaliteit van leven in de
Duurzaam inkopen
stad. Nieuwe ontwikkelingen (inclusief hergebruik, trans-
De afgelopen periode is veel aandacht besteed aan duur-
formatie en herstructurering) bieden een aangrijpingspunt
zaam inkopen: van groene stroom, het nieuw te bouwen
om dit te realiseren. Zo maken we duurzaamheid concreet
Stadskantoor tot kopieermachines en warmedranken-auto-
en tastbaar bij nieuwe ontwikkelingen. We hanteren de
maten. De komende jaren gaan we door met het opnemen
volgende algemene principes als uitgangspunt:
van duurzaamheidsaspecten in de aanbestedingen. We
• Elke ontwikkeling moet leiden tot een meer kindvrien-
hebben als doel om in 2015 100% duurzaam in te kopen.
delijke, groene, schone en gezonde leefomgeving.
Daarnaast gaan we ons in het bijzonder voor een paar zaken extra inspannen:
toekomstbestendigheid.
• We willen geen zaken doen met leveranciers die niet hun ketenverantwoordelijkheid nemen voor internatio-
• Elke ontwikkeling moet leiden tot waardecreatie en • Elke ontwikkeling moet leiden tot minimaal 50% CO2 reductie en 100% klimaatbestendig in 2025.
nale arbeidsnormen (zoals kinderarbeid). De interna-
Bij dit alles geldt dat we samenwerken met de markt en
tionale sociale criteria maakten tot nu toe geen deel
bewoners en afrekenbaar zijn en communiceren over de
uit van de duurzaamheidscriteria van AgentschapNL.
ambities en de resultaten.
Programma Duurzaam | pag 67
Ook in gebieden zonder veel (bouw)ontwikkelingen liggen
Aanpak geluidhinder en luchtkwaliteit
overigens veel kansen. Via een gebiedsgerichte benade-
Een groot deel van de maatregelen om de geluidhinder te
ring pakken we deze samen met de deelgemeenten op.
verminderen en de luchtkwaliteit te verbeteren pakken we vooral op in samenwerking met de partners in de stad:
We zetten hierbij in op:
inwoners, de transporteurs, et cetera. Een aantal acties
• Het opnemen van duurzaamheid in de instrumenten
ligt primair op het bord van de gemeente:
en werkwijze bij stedelijke ontwikkeling. Onderdeel hiervan is het formuleren van een duurzaamheids-
Aanleg stille wegdekken
paragraaf bij ruimtelijke plannen (activiteit 67).
De belangrijkste bijdrage aan doelstelling de geluidover-
Speerpunten hierbij zijn de Binnenstad, Stadshavens
last te verminderen komt van stille wegdekken. De aanleg
Rotterdam en Rotterdam-Zuid.
hiervan koppelen we aan het reguliere onderhoudspro-
• Een in de organisatie geborgde aanpak voor klimaat-
gramma van gemeentelijke wegen met een maximumsnel-
adaptief (her)ontwikkelen van bestaande en nieuwe
heid van 50 km/u en hoger (activiteit 76). Hiermee kunnen
gebieden: de Rotterdamse Adaptatie Strategie (RAS)
we op de lange termijn het aantal mensen dat last heeft
(activiteit 68). Onderdelen hiervan zijn:
van verkeerslawaai met ongeveer 20% verminderen.
- Het realiseren van meer waterbergende capaciteit, die tevens bijdraagt aan de kwaliteit van de buiten-
Geluidsanering gevels en geluidschermen
ruimte. We onderzoeken en realiseren innovatieve
In de komende tijd saneren we ruim 300 woningen die
vormen van waterberging; waterpleinen (activiteit
aan drukke wegen liggen en niet voldoende gevelisolatie
69) zijn hiervan voorbeelden.
hebben om het binnen voldoende stil te hebben (activiteit
- Het realiseren van gebouwen en buitenruimte die
77). Aan deze aanpak draagt het Rijk financieel bij via
bestand zijn tegen de gevolgen van klimaatver-
het ISVIII. In Rozenburg pakken we samen met Prorail
andering (adaptief bouwen). Bijvoorbeeld drijvend
500 woningen aan om de geluidbelasting als gevolg van
bouwen in de Nassauhaven (activiteit 70), adap-
verkeer over de Calandbrug te verlagen (activiteit 78). Bij
tieve woningen op Heijplaat (activiteit 71) en een
het Rijk bepleiten we de aanleg van een geluidscherm
beleidskader buitendijks bouwen (activiteit 72).
voor de A16 en de A20 (activiteit 79).
- Het ruimte bieden voor het beproeven van innovatieve vormen van bouwen en bescherming
Actieplan geluid
tegen het water, bijvoorbeeld een proeflocatie voor
In het kader van de Rotterdamse aanpak geluidhinder
innovatieve waterkeringen; dit als voorbereiding
laten we nieuwe geluidkaarten opstellen, evenals een
op praktijktoepassing in Stadshavens Rotterdam.
nieuw actieplan geluid 2013-2018 (activiteit 80).
• Onderzoek in Hoek van Holland en op Rozenburg naar de mogelijkheden voor windenergie (activiteit 73). • Afronden van onderzoek in Pernis naar het concept
Aanpak luchtkwaliteit en verkeer voor lange termijn In de periode na 2015, wanneer het Nationaal Samen-
‘duurzame weg’ (activiteit 74). Afhankelijk van de
werkingsprogramma Luchtkwaliteit is afgerond, gaan we
uitkomsten van dit onderzoek en mogelijkheden voor
verder met acties om de kwaliteit van de lucht te verbe-
financiering gaan we dit concept promoten.
teren. Niet zozeer om aan de normen te voldoen, maar
• Uitvoering van het actieprogramma Milieu Overschie,
vooral: om de gezondheid te verbeteren. Hierbij betrek-
samen met deelgemeente Overschie (activiteit 75).
ken we de Vervoerstrategie 2050 van de Europese Com-
Hierin werken we samen aan een betere score op
missie. Deze dient als inspiratiebron voor het opstellen
milieukwaliteit binnen Overschie en aan een beter
van scenario’s voor de Rotterdamse praktijk. Onderdeel
imago voor de deelgemeente wat betreft milieu.
van de aanpak luchtkwaliteit en verkeer op de lange ter-
• Samenwerking in Charlois met de deelgemeente, het
mijn is het formuleren van een visie gericht op bestaande
Havenbedrijf, Woonbron, Hogeschool Rotterdam en
milieubelaste gebieden. Daarnaast gaan we maatregelen
de bewoners van Heijplaat aan een klimaatneutraal
ontwikkelen en uitvoeren met een focus op blootstel-
en klimaatbestendig Heijplaat (zie ook activiteit 8).
ling aan luchtverontreinigde stoffen die de gezondheid het meest negatief kunnen beïnvloeden (ultrafijn stof en zwarte rook). Ook willen we op zoek gaan naar extra oplossingsrichtingen gericht op het volledig realiseren van de beoogde halvering van de CO2-uitstoot in de
Programma Duurzaam | pag 68
Foto: Roel Dijkstra
sector Verkeer en Vervoer (activiteit 81). Hierbij werken
legd (activiteit 85). Samen met de scholen, bewoners en
we samen met het programma Samen Werken aan een
mede-overheden gaan we op zoek naar geld voor het ont-
Goede Gezondheid.
wikkelen en aanleggen van meer groene schoolpleinen.
Milieuzone Binnenstad
Verder ondersteunen we initiatieven op het gebied van
De bestaande milieuzone in de binnenstad willen we in
stadslandbouw en het vermarkten van regionale produc-
stand houden en mogelijk uitbreiden met de categorie
ten. Vanuit de gemeente dragen we hieraan bij door de
lichte bedrijfsvoertuigen. Dit onderzoeken we samen
markt in Rotterdam voor de afzet van streekproducten te
met vervoerders en verladers en met de winkeliers in het
vergroten door de inkoop van de gemeentelijke organisatie
centrum (activiteit 82).
aan te passen (activiteit 86) en doordat we particuliere ini-
Het groener maken van de stad
tiatieven op het gebied van stadslandbouw vooruit helpen (activiteit 87). Dit doen we onder meer door aan te geven
Om de stad groener te maken planten we in 2011 en
waar we in Rotterdam stedelijke voedselproductie wel
2012 jaarlijks gemiddeld 2.000 bomen (activiteit 83). In
en niet zien zitten en door ons in te zetten voor het (voor
samenwerking met buurtbewoners maken we tien ‘ste-
zover nodig en mogelijk) aanpassen van belemmerende
nige’ plekken in de stad groener (activiteit 84). Hiermee
regelgeving. Waar mogelijk willen we afnemers en produ-
versterken we ook de ecologische structuur in de stad.
centen van voedsel in en rond de stad bij elkaar brengen.
Een bijzondere manier om stenige plekken te vergroenen
Afval
is om dit bij schoolpleinen te doen, samen met omwonen-
Op het gebied van afvalinzameling is in de afgelopen jaren
den en scholieren. Niet alleen bevordert deze werkwijze
al veel winst geboekt. Overal in de stad zijn ondergrondse
de cohesie in de buurt; schoolpleinen zijn plekken waar
afvalcontainers geplaatst. De hoeveelheid restafval per
kinderen veel tijd doorbrengen en daarom bij uitstek ge-
huishouden is met 730 kg per huishouden per jaar wel
schikt om er een groene speelomgeving van te maken. In
relatief hoog. In de hele afvalketen is nog winst te boe-
totaal zijn eind 2011 twaalf groene schoolpleinen aange-
ken. Producenten van verpakkingen, verwerkers en de
Programma Duurzaam | pag 69
inzamelaar(s) van restafval zouden beter moeten samen-
geïnvesteerd in duurzame openbare verlichting. We zijn
werken om zo te komen tot een optimaal hergebruik van
overgestapt op energiezuiniger wit licht en op door-
grondstoffen. De gemeente sluit hierbij aan met een betere
gaande wegen dimmen we de verlichting in de nachtelijke
methodiek en techniek van inzamelen. Vooral nascheiding
uren (tussen 23.00 en 05.00 uur). Bij het bepalen hoeveel
willen we op een hoger plan brengen als scheidingsmetho-
licht nodig is een bepaalde straat houden we landelijke
de voor het Rotterdamse huisvuil. Dit met uitzondering van
richtlijnen aan. Er wordt niet minder, maar zeker ook niet
die afvalstromen waarvoor bronscheiding beter is, zoals
meer licht geplaatst dan volgens de richtlijnen noodza-
bijvoorbeeld papier, glas en textiel. De reden dat we vooral
kelijk is. Bij het vervangen van lampen gebruiken we
voor nascheiding kiezen is dat dit voor onze stad goedko-
lampen met een verlengde levensduur. Ook passen we
per, effectiever, efficiënter en milieuvriendelijker is dan zelf
armaturen toe die zo min mogelijk lichtvervuiling veroor-
afval scheiden. Doel is dat we uiterlijk in 2013 starten met
zaken door naast de weg ook de hemel te verlichten. In-
nascheiding van het Rotterdams huisvuil om zo hergebruik
novaties in de openbare verlichting volgen we op de voet.
mogelijk te maken en dat we er vervolgens aan gaan wer-
Op diverse plaatsen in de stad doen we ervaring op met
ken om dit hergebruik te bevorderen (actiepunt 88). Het
nieuwe technologie zoals LED; hiermee experimenteren
afval dat overblijft en niet hergebruikt kan worden, wordt
we nu bijvoorbeeld in onze proeftuin op de Kop van Zuid
in de Afvalverbrandingsinstallatie Rozenburg verbrand. De
(W.G. Witteveenplein).
warmte die daarbij vrijkomt zetten we in voor het verwarmen van de gebouwen in de stad en voor het opwekken
Ondanks de toename van het aantal lampen met 16% in
van elektriciteit.
2010 t.o.v. 2005 is het energiegebruik voor de openbare
Energie-efficiënte openbare verlichting
verlichting in deze periode met 15% afgenomen. De komende jaren gaan we op dezelfde voet door met het
Duurzaamheid is één van de pijlers van het Lichtplan
verhogen van de energie-efficiëntie van onze openbare
Rotterdam. De afgelopen jaren heeft Rotterdam veel
verlichting (activiteit 89).
Programma Duurzaam | pag 70
Foto: Esther Kokmeijer
Programma Duurzaam | pag 71
Foto: Ben Wind Fotografie
Programma Duurzaam | pag 72
5.
Over de grens samenwerken en praktische aspecten van de uitvoering
Bij uitvoering van het programma Duurzaam staat Rotter-
gemeenschappelijke beweging naar breed gedragen en
dam niet alleen. Rotterdam opereert in een regionale, na-
breed uitgevoerde duurzame ontwikkeling. Regionaal is
tionale, Europese en mondiale context. Op tal van fronten
de samenwerking gericht op het realiseren van concrete
is nauwe samenwerking nodig met anderen om de eigen
projecten. We doen dit onder meer binnen de stads-
ambities te kunnen realiseren. En anderen kunnen niet
regio Rotterdam wanneer het gaat om bijvoorbeeld de
om Rotterdam heen om hĂşn doelen te halen. Daarnaast
aanbesteding van het openbaar vervoer, het maatrege-
is Rotterdam sterk afhankelijk van nationale en Europese
lenpakket duurzame mobiliteit, windenergie, warmte- en
richtlijnen, normen en wetten. In paragraaf 6.1 van dit
koudelevering en de aanpak van de luchtkwaliteit. Ook
hoofdstuk schetsen we enkele voorbeelden van de wijze
op het gebied van groen is deze samenwerking relevant.
waarop dit gestalte krijgt.
In nauwe samenwerking met de stadsregio Rotterdam, de Provincie Zuid-Holland en natuurbeschermingsorga-
Daarnaast geven we in dit hoofdstuk een beeld van de
nisaties zorgen wij voor de ontwikkeling van ecologische
communicatieve (5.2), organisatorische en financiĂŤle (5.3)
routes en groengebieden rond de stad.
aspecten van het programma Duurzaam, en de wijze waarop de voortgang en resultaten meten (5.4).
Regionaal/Nationaal In het kader van het Nationaal Deltaplan werken we
5.1 Over de gemeentegrenzen heen Regionaal
samen met alle relevante partners uit de regio RijnmondDrechtsteden en het Rijk aan de regionale uitwerking van de ruimtelijke en waterstaatkundige consequenties van de klimaatverandering.
Duurzame ontwikkeling kent geen grenzen. Afstem-
Nationaal
ming en samenwerking met partijen buiten de directe
Politieke besluitvorming in Den Haag over de Rotterdam-
omgeving is belangrijk, biedt kansen en versterkt de
se CCS demonstratieprojecten, bijstook van biomassa,
Programma Duurzaam | pag 73
energiebesparing in de industrie, de stimulering van grootschalige duurzame energieproductie, zelflevering van zonne-energie en over het meetellen van warmtelevering bij normeringen voor nieuwbouw en bestaande gebouwen bepaalt in belangrijke mate of we onze doelstellingen kunnen realiseren. Samenwerking met het Rijk is ook essentieel om de kansen op het gebied van biomassatoepassingen voor energieproductie, transportbrandstoffen, chemie, hoogwaardiFoto; Marion Baas
ge batterijproductie en -recycling en elektrisch vervoer te realiseren. Dit vraagt om een integrale overheidsbenadering om innovaties in Rotterdam te faciliteren en hindernissen, zoals strijdige regelgeving en contraproductieve belastingen, weg te nemen. De samenwerking met het Rijk krijgt onder meer vorm via de Green Deal en de voorgenomen aanpak van de Topsectoren. We zien vooral bij de sectoren chemie, water, energie en transport kansen voor samenwerking. In het bijzonder bij de watersector hebben we grote ambities.
5.2 Communiceren met en over de duurzaamste wereldhavenstad in zijn soort
De Nederlandse watersector wil haar exportpositie versterken door in eerste instantie haar kennis en projecten
Samen werken we aan het bereiken van de Rotterdamse
letterlijk in de etalage te zetten. Zij hebben hiervoor Rot-
duurzaamheiddoelen en maken we duurzame resultaten
terdam als vestigingslocatie gekozen.
zichtbaar. Bijvoorbeeld via een duurzaamheidsroute door de stad. Meer en meer profiteren we van de economi-
Europees
sche meerwaarde van de duurzaamste wereldhavenstad
In het bijzonder op het gebied van luchtkwaliteit, trans-
in zijn soort. Het merk RCI blijft de afzender van alle
port, energie- en klimaat en geluid hebben we een
communicatie-uitingen hierover. Uitgangspunt is dat
actieve Brusselse lobby. Water staat sinds kort ook de
communicatie in gezamenlijkheid plaatsvindt met con-
Europese agenda. Gelet op het belang van dit onderwerp
crete uitvoeringsprojecten.
voor Rotterdam, volgen we dit nauwlettend. Het is essentieel om in de consistente boodschap over
Mondiaal
de Rotterdamse aanpak van duurzaamheid een aantal
In internationaal verband zijn we als ‘affiliate city’ onder-
elementen telkens terug te laten komen. Afhankelijk
deel van de C40, een netwerk van de grootste steden ter
van doelgroep en context kan de focus variëren. Hierbij
wereld dat ondersteund wordt door het Clinton Climate
werken we met een kernboodschap die RCI-breed kan
Initiative. We participeren ook internationaal in Con-
worden gebruikt en niet alleen de gemeente en de stad
necting Deltacities, een Rotterdams initiatief waarin de
betreft maar duidelijk en meer promotioneel de aanpak
deltasteden ter wereld kennis en best practices uitwis-
en ambitie van de stad én de haven verwoordt:
selen en aan gezamenlijke instrumentontwikkeling doen. Hoofdonderwerp is klimaatadaptatie. Concrete samen-
Als daadkrachtige en innovatieve wereldhavenstad neemt
werkingsovereenkomsten zijn er met Ho Chi Minh City,
Rotterdam samen met bewoners, bedrijven en instel-
Jakarta en New Orleans. Ook dit netwerk wordt gesteund
lingen haar verantwoordelijkheid voor een duurzame
door het Clinton Climate Initiative.
toekomst. Door zowel de oorzaken als de gevolgen van de klimaatverandering aan te pakken, de luchtkwaliteit te verbeteren en de geluidsoverlast te beperken, werkt Rotterdam met RCI voortvarend aan het totale duurzaamheiddossier. Door deze unieke aanpak is Rotterdam een inspirerend voorbeeld voor andere steden. De ambities
Programma Duurzaam | pag 74
en resultaten op het gebied van milieu, klimaat, energie, biodiversiteit en water dragen bij aan een groene,
5.3 Organisatie en financiën
schone, gezonde en economisch sterke stad en maakt
Organisatie
van Rotterdam de duurzaamste wereldhavenstad in zijn
Het programma Duurzaam is een breed programma met
soort.
raakvlakken met veel, zo niet alle beleidsterreinen van de gemeente Rotterdam. Om de gewenste resultaten
Het programma Duurzaam is het inhoudelijk kader van
te bereiken zijn veel inspanningen van ‘derden’ nodig.
de communicatie over en met duurzaam Rotterdam: alle
Partijen in de stad die aan zet zijn om een bijdrage te le-
communicatie-inspanningen richten zich uiteindelijk op
veren worden daar dan ook op aangesproken en worden
het uitdragen, versterken en versnellen van de doelstel-
waar nodig en mogelijk ondersteund in de uitvoering. De
lingen en ambities. Centraal in de communicatiestrategie
activiteiten uit het programma zijn voor een groot deel
over duurzaam Rotterdam staan drie kernwaarden die
hier op gericht (zie bijlage 1).
de basis vormen voor de uitwerking naar doelgroepen, doelstellingen en middelen. Dit zijn:
De praktische uitvoering van het programma en het
1. Dialoog met bewoners, bedrijven en instellingen.
rapporteren over de voortgang ervan is een taak van het
2. Actie, door het zichtbaar ontsluiten van Rotterdamse
programmabureau Duurzaam. Dit programmabureau
klimaatinformatie en actief aanbieden van handelings-
omvat 23 FTE en omvat ook de coördinatie van de regu-
perspectieven.
liere milieutaken van de gemeente. De uitvoering van de
3. Profileren van Rotterdam als duurzaamste wereldhavenstad in zijn soort. We verbreden de profilering van
individuele activiteiten is en blijft de verantwoordelijkheid van de ‘gewone’ gemeentelijke organisatie.
Rotterdam daarmee van klimaatstad naar duurzaamste wereldhavenstad.
Overige taken van het programmabureau zijn: • Faciliteren van het samenwerkingsverband RCI. • Onderhouden van de netwerken met de belangrijkste (gemeentelijke) uitvoerders van de activiteiten uit het programma en met de andere collegeprogramma’s. • Borgen van duurzaamheid in alle facetten van de gemeentelijke organisatie (de diensten), bij deelgemeenten en bij de relevante (publieke en private) partners buiten de gemeente. • Onderhouden en ontsluiten kennisnetwerken en netwerken relevant voor de uitvoering van het programma. • Aanjagen, faciliteren, regisseren, verbinden • Organisatie van communicatie en participatie rond programma Duurzaam. Daarnaast is in het programmabureau Duurzaam de opdrachtgeversrol van de gemeente bij de DCMR ondergebracht.
Financiën Voor de uitvoering van het programma Duurzaam maken we gebruik van een aantal financieringsbronnen. Naast
Foto: Ben Wind
de reguliere middelen voor onder meer de uitvoering van
de afvaltaken, het programma natuur- en milieueducatie en de investeringen in en onderhoud van groen betreft het hier de impuls voor duurzaam zoals vastgelegd in het collegewerkprogramma, de restanten van RCI en RCP en de (grotendeels gelabelde) budgetten beschikbaar voor
Programma Duurzaam | pag 75
luchtkwaliteit, geluidhinder, bodem en vergunningverlening en -handhaving. Eind 2011 is bekend welk deel van de 4e tranche luchtgelden beschikbaar komt. Mogelijk gaat het hierbij om € 13 mln. Dit is echter nog onzeker. Het betreft hier de volgende budgetten:
Budget
2011
2012
2013
2014 Tabel 1 Overzicht beschik-
Duurzaamheid (gemeente)
€ 6.000
€ 7.000
€ 8.500
€ 9.500
Restanten RCI en RCP (gemeente)
€ 5.000
€ 1.800
Kapitaallasten RCP (gemeente)
€ 657
€ 1.330
€ 1.653
€ 1.653
Algemene middelen Milieu (gemeente)
€ 17.100
€ 17.100
€ 17.100
€ 17.100
Doeluitkering bodem (Rijk)
€ 1.401
€ 1.401
€ 1.401
€ 1.401
ISVIII, bodem milieu (Rijk)
€ 2.900
€ 2.900
€ 2.900
€ 2.900
ISVIII, bodem plan (Rijk)
€ 1.300
€ 1.300
€ 1.300
€ 1.300
Luchtgelden (Rijk)
€ 20.800
€ 10.800
€ 1.800
Externe veiligheid (via provinciaal programma EV)
€ 100
€ 100
€ 100
bare budgetten voor de uitvoering van programma Duurzaam 2011-2014 (bedragen * 1.000,-)
De begrote besteding van de impuls voor duurzaamheid is
Foto: Hannah Anthonysz
als volgt:
Programma Duurzaam | pag 76
€ 100
15, 16 & 18
Opgave 3. Omschakelen naar duurzame energie en biomassa als grondstof
9
17, 20, 22 & 23
Opgave 4. Bevorderen van duurzame mobiliteit en transport
10, 11, 12, 13 & 14
3,4
60, 62 & 88
4.400
€ 4.500
83
4.500
€ 3.500
66
600
€ 1.500
€ 500
58
63, 64, 65 & 89
€ 2.500
39
51, 53, 54, 55, 56 & 59
86
€ 2.500
57
68, 69, 70, 71 & 72
€ 4.000
67
€ 3.500
Opgave 9. Voorbereiden op de gevolgen van klimaatverandering
3
35, 3
Opgave 10. Bevorderen van duurzame gebiedsontwikkeling
8
35, 37, 38, 39 & 40
€ 4.500
€ 8.000
83, 84, 85 & 87
52
35
€ 9.000
17.500
€ 500
25, 28, 29 & 31
€ 4.500
61
66, 74, 77, 78, 79, 80, 81 & 82
42
1, 5 & 7 Opgave 8. Vergroten van draagvlak voor duurzaamheid en verankering van duurzaamheid in onderwijs en onderzoek
Totaal:
47
41, 43, 44, 45, 46, 48, 49 & 50
Opgave 7. Vergroten van duurzame investeringen en bevorderen duurzame producten en diensten
36
24
Opgave 5. Verminderen van geluidsoverlast en bevorderen van schone lucht
Opgave 6. Groener maken van de stad
26 & 27
Totaal:
6
CO2-reductie in 2025 (Mton)
Opgave 2. Verbeteren van de energie-efficiëntie
33, 35 & 40
Gemeentelijke organisatie en de deelgemeenten
21
Scholen, beroepsopleidingen en kennisinstellingen
2
Automobilisten, transporteurs, (openbaar) vervoerbedrijven en logistieke dienstverleners
Opgave 1. Vooroplopen bij het verminderen van de CO2uitstoot
Corporaties, beleggers en ontwikkelaars
* 1.000,-)
Ondernemers, verenigingen en instellingen
impuls duurzaam (bedragen
Haven, industrie en grote bedrijven
Inwoners van Rotterdam
Tabel 2 Begrote besteding
€ 2.000
Programma Duurzaam | pag 77
€ 2.000
€ 4.000
€ 5.000
€ 31.000
Middelen voor de activiteiten die behoren bij de opgaven
ting, luchtkwaliteit en duurzame investeringen) de actuele
4, 5 en 6 komen vooral uit de luchtgelden, ISVIII en de
situatie en zetten we deze af tegen de targets voor die
reguliere begrotingen (o.a. voor groen).
thema’s.
De algemene middelen milieu, de budgetten voor bodem
Programmamonitoring
en de middelen voor externe veiligheid worden verant-
Ook brengen we via de bestuursrapportages de voort-
woord via het deelprogramma Milieu. De luchtgelden
gang van het programma in beeld. Het gaat hierbij om
worden via het deelprogramma RAP/RAL besteed en
de rapportage over de voortgang van de collegetargets
verantwoord.
en de rapportage over de voortgang op de in het programma benoemde activiteiten en eventuele voorstellen
Bijdragen derden aan samenwerkingsprogramma’s RCI
voor koerswijzigingen, vertaald in het aanpassen van
en luchtkwaliteit
activiteiten, het schrappen van activiteiten en het introdu-
Daarnaast zijn er bijdragen van derden aan activiteiten
ceren van nieuwe activiteiten. Een opsomming van deze
die in RCI verband worden uitgevoerd. Hierbij gaat het
activiteiten is opgenomen in Bijlage 1.
om: • Bijdrage van bedrijven die deelnemen aan het Delta-
Prognoses
linqs Energy Forum aan de uitvoering van activiteiten
Om in beeld te krijgen of de benoemde activiteiten nog
binnen het onderdeel energie- en productefficiëntie
voldoende zijn om de targets te halen worden prognoses
van € 200.000.
gemaakt van de verwachte autonome ontwikkelingen
• Bijdrage van externe partijen (GCCSI, European Sci-
en het effect daarvan op de belangrijkste thema’s. Dat
ence Foundation en Rotterdamse bedrijven) aan de
maakt duidelijk of extra inspanningen nodig zijn om
uitvoering van CCS-activiteiten van € 2.155.000.
toekomstige normen (bijv. voor NOX) en doelstellingen te
• Bijdrage Havenbedrijf (out of pocket en in uren) van
halen. Voor CO2 stellen we elke vier jaar zo’n prognose op. De eerstvolgende prognose wordt in 2015 opgesteld.
€ 1.730.000. • Bijdrage Havenbedrijf aan uitvoering eigen luchtkwaliteitsprogramma (o.a. walstroom, groen vlootplan,
Geluidsmeting
stimuleringsregeling binnenvaart en uitrol NOx-ma-
De geluidsituatie actualiseren we om de vijf jaar. De
nagement) van € 4.440.000.
huidige aanpak geluidhinder is in 2009 opgesteld aan de
• Bijdrage stadsregio Rotterdam aan fietsinfrastructuur,
hand van de prognoses voor 2020. Op basis van de in 2012 nieuw op te stellen geluidbelastingkaart zullen we
SlimBereikbaar en luchtkwaliteit. • Bijdrage waterschappen aan vergroten capaciteit voor waterberging en groene daken en groene gevels.
5.4 Meten en evalueren van de voortgang
onderzoeken of aanpassing van onze aanpak geluidhinder nodig is. Meting luchtkwaliteit Jaarlijks wordt via het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit de actuele luchtkwaliteit bepaald en op basis van de verwachte ontwikkelingen (tot aan
Het programma werkt alleen als het leidt tot tastbare
2020) getoetst aan de wettelijke normen voor stikstofdi-
en concrete resultaten én als de bedoelde effecten ook
oxide en fijnstof. Op basis van deze gegevens bepalen
daadwerkelijk optreden. De vragen of het programma op
we of we nog op koers liggen om in 2015 tot een situatie
koers ligt om de targets en doelstellingen te halen en of
te komen zonder knelpunten op het gebied van luchtkwa-
er voldoende zicht is op verwachte ontwikkelingen moet
liteit.
tijdens de uitvoering van het programma beantwoord worden. Dit doen we als volgt: Effectmonitoring Om de effecten van het programma Duurzaam te monitoren stellen we jaarlijks een effectrapportage op. Daarin tonen we aan de hand van indicatoren voor de belangrijkste thema’s (groen, CO2-reductie, adaptatie, geluidbelas
Programma Duurzaam | pag 78
Foto Beelden van Enith
Programma Duurzaam | pag 79
Programma Duurzaam | pag 80
Bijlage 1
Overzicht van activiteiten en resultaten
Inwoners van Rotterdam Activiteit
Resultaat
1
Energiebesparingscompetities stimuleren tussen straten en buurten
500 energiebesparingcompetities
2014
2
Bevorderen dat consortia huiseigenaren een aanbod doen voor het energiezuiniger maken van woningen
Afspraak met minimaal 1 consortium voor benaderen minimaal 10% van de particuliere Rotterdamse woningen leidend tot 30% tot 50% CO2-reductie per woning.
2012
3
Stimuleren van groene daken en gevels
160.000 m2 aan groene daken en gevels
2014
4
Het betrekken van burgers en bedrijven bij het groener maken van de stad. Hierin wordt minimaal één lokaal ondernemersfonds betrokken
Pilots met publiek-private samenwerking op het gebied van groen
2014
5
Vervolg in 2010 gestart traject gericht op geven energieadvies aan huishoudens met lage inkomens
20.000 huishoudens benaderd
2012
6
Huishoudens met lage inkomens een inkoopvoordeel bieden en helpen bij energiebesparing
Aanbesteding voor gezamenlijke inkoop van (groene) elektriciteit en gas voor minima
2011
7
Ondersteunen kansrijke initiatieven van Rotterdammers
Minimaal 2 "meet and greensessies" en een fonds voor burgerinitiatieven
2014
8
Samen met bewoners van Heijplaat aan de slag om een strategie uit te werken om Heijplaat klimaatneutraal en klimaatbestendig te maken
Afspraakkader over realiseren klimaatneutraal en klimaatbestendig Heijplaat en maatregelen in uitvoering
2012
9
Uitvoeren van een project met toepassen van smart grids bij huishoudens en een project waarin huishoudens de mogelijkheid krijgen om te investeren in een collectief zonneenergie systeem (zelflevering)
Een omvangrijke praktijkproef met smart grids en een praktijkproef met zelflevering van zonne-energie op Heijplaat
2014
10
Het creëren van nieuwe stallingsplaatsen voor fietsen in de binnenstad
1.000 nieuwe stallingsplaatsen
2014
11
Aanleg van lange afstandfietsroute
Lange afstandfietsroute naar Den Haag en Dordrecht
2014
12
Aanleg van nieuwe fietspaden
fietspaden toegevoegd aan de hoofdroutes van het fietsroutenetwerk in de stad
2014
13
Stimuleren van aanschaf en gebruik van elektrische fietsen en elektrische scooters
Een dekkend netwerk van laadinfrastructuur voor elektrische fietsen en scooters en minder geluidhinder van (benzine-)scooters
2014
14
Programma Rotterdam Elektrisch Scooterparadijs, waaronder sloopregeling voor benzinescooters
Vervanging van minimaal 4.000 benzine scooters door elektrische scooters
2014
Haven, Industrie en grote bedrijven
Activiteit
Resultaat
15
Afspraken maken met bedrijven over verhogen energie- en productefficiency
Afspraken met RCI-partners en bedrijven over verhogen energie- en productefficiency bij bedrijven met gemiddeld 2% op jaarbasis
2011
16
Bevorderen dat de businesscase voor de "stoompijp Botlek" wordt uitgewerkt
Een businesscase voor de uitwisseling van stoom en warmte in de Botlek
2012
Programma Duurzaam | pag 81
17
Bevorderen van smart grid toepassingen op de Maasvlakte
Toepassing van smart grids door de bedrijven in het distripark Maasvlakte
2012
18
Voorbeeldproject uitwisseling warmte haven en stad
Levering van warmte uit de haven aan de stad
2013
19
Onderzoek naar mogelijkheden van uitwisseling van gronden reststoffen.
Onderzoeksrapportage
2013
20
Uitvoering van het biomassa-programma op basis van position paper "Biomassa in de Rotterdamse Haven"
Afspraken met RCI-partners en bedrijven over stimuleren biomassa-toepassingen, leidend tot 0,6 Mton CO2-reductie in 2015
2014
21
Bevorderen van de realisatie van een infrastructuur voor afvang, transport, opslag en hergebruik van CO2
Afspraken met RCI-partners en bedrijven over CO2-afvang, transport en opslag leidend tot 2,5 Mton CO2-reductie in 2015
2014
22
Uitvoering windconvenant Rotterdamse Haven
Besluitvorming over locaties leidend tot minimaal 150 MW extra windenergie in 2020
2014
23
Onderzoek naar toepassen van windenergie en zonne-energie op respectievelijk bedrijfsterreinen en bedrijfsdaken
Onderzoeksrapportage en uitvoeringsprogramma
2012
24
Onderzoek naar de mogelijkheden om verdere intensivering van bedrijvigheid samen te laten gaan met het verminderen van de benodigde geluidruimte
Onderzoeksrapportage en afspraken met bedrijfsleven
2014
 Ondernemers, verenigingen en instellingen Activiteit
Resultaat
25
Communicatie van bedrijven en organisaties ondersteunen die koplopers zijn op het gebied van duurzaam ondernemen
Een zichtbaar Rotterdams netwerk van koplopers op het gebied van duurzaam ondernemen
26
Bedrijven via een branchegerichte aanpak stimuleren tot het investeren in energiebesparende maatregelen
Bij 900 van de 1200 benaderde bedrijven zijn de energiebe- 2014 sparende maatregelen genomen met een terugverdientijd van 5 jaar
27
Voorstel uitgewerkt om stichtingen en verenigingen (bijvoorbeeld sportverenigingen) te ondersteunen (bijvoorbeeld via een garantiefonds) die (te) weinig mogelijkheden hebben om investeringen in energiebesparing gefinancierd te krijgen
Besluitvorming over ondersteuning van stichtingen en verenigingen bij het gefinancierd krijgen van energiebesparende maatregelen. En ondersteuning van Stichting Diergaarde Blijdorp bij uitvoering energieplan
2012
28
Set van economische instrumenten uitwerken om duurzame bedrijven te stimuleren en te acquireren
Randvoorwaarden (o.a. op duurzaamheid gerichte acquisitie van bedrijven, (innovatie)fondsen, garantieregelingen) voor economische stimulering duurzame bedrijven
2013
29
(Inter)nationale profilering van de Rotterdamse aanpak op het gebied van klimaatadaptatie
Evenement voor professionals waarin de Rotterdamse aanpak en resultaten op het gebied van klimaatadaptatie centraal staan
2012
30
(Inter)nationale profilering van de Rotterdamse aanpak op het gebied van duurzaamheid waaronder European Green Capital Award, netwerk Connecting Delta Cities
Internationale bekendheid van Rotterdam op het gebied van 2011-2014 duurzaamheid en water, leidend tot nieuwe opdrachten en nieuwe omzet voor (Rotterdamse) bedrijven
31
Facilitering Nederlands Watercentrum
Afspraken met watersector en bedrijven over vorm, inhoud en financiering Nederlands Watercentrum in Stadshavens Rotterdam
2014
2014
 Corporaties, beleggers en ontwikkelaars Activiteit
Resultaat
32
Delen van de ervaring met afsluiten energieprestatiecontrac- Uitwisselingsbijeenkomsten voor professionals ten (Rotterdamse Groene Gebouwen) met de private sector en corporaties
2011
33
Uitvoering geven aan de afspraken met corporaties over 10% CO2-uitstoot in 2014
Jaarlijkse voortgangsrapportage over inzet betrokken corporaties en geboekte voortgang
jaarlijks
34
Bevorderen dat informatie wordt verstrekt over energieverbruik en uitvoeren onderzoek naar smart grids
Toegankelijk overzicht verbruikgegevens elektriciteit, gas en warmte en een onderzoekrapportage smart grids
2013
Programma Duurzaam | pag 82
Jaarlijkse voortgangsrapportage over inzet betrokken organisaties en gerealiseerde projecten
jaarlijks
35
Uitvoering geven aan de afspraken met ontwikkelaars, beleggers, bouwers en beheerders over duurzaamheid in nieuwbouw, bestaande bouw en gebiedsontwikkeling
36
Aansluiten van nieuw te bouwen en bestaande gebouwen op Toename van het aantal gebouwen aangesloten op warmte. 2014 restwarmte i.p.v. aardgas Alle geplande nieuwbouw wordt aangesloten en 4.000 bestaande woningen
37
Masterplan voor de ondergrond
Masterplan voor de ondergrond van de Binnenstad
2012
38
Opstellen van een visiedocument op het leveren van koude aan gebouwen
Visiedocument koudelevering
2012
39
Uitvoeren van een haalbaarheidsstudie naar een koudenet in Haalbaarheidsstudie en besluitvorming over vervolgtraject de binnenstad
2012
40
Onderzoek naar verdere vergroening van het warmtenet op basis van geothermie, restwarmte en biomassa
2012
Onderzoekrapportage
Automobilisten, transporteurs, (openbaar) vervoerbedrijven en logistieke dienstverleners Activiteit
Resultaat
41
Ontwikkeling en uitrol van een set instrumenten (SlimOntwikkeling en uitrol aanpak om alternatieven te bieden voor solistisch (vracht)autogebruik, met een focus op mobilit- Bereikbaar, bevorderen aanbod en gebruik deelauto's, Binnenstadservice, Europees project Ecostars en vervoer eitsmanagement van en naar de binnenstad over water) ten behoeve van mobiliteitsmanagement van en naar de binnenstad
2014
42
Realiseren van een systeem voor dynamisch verkeersmanagement.
Verbeteren doorstroming verkeer en vermindering van onnodige autokilometers
2012
43
Voorbereiding van een experiment met gedifferentieerd parkeren
Collegebesluit over uitvoeren van een experiment met gedifferentieerd parkeren
2014
44
Uitvoeren van innovatieve projecten op het gebied van elektrisch vervoer (Rotterdam Elektrisch)
Een portfolio van innovatieve projecten op het gebied van elektrisch vervoer. Waaronder elektrische bussen, taxi’s, deelautos, bezorgscooter en Elektrisch Vervoer Centrum
2014
45
Realiseren van oplaadinfrastructuur voor elektrische voertuigen
1.000 oplaadpunten voor in Rotterdam geregistreerde elektrische voertuigen
2014
46
Opstellen van een programma van eisen voor laadinfrastruc- Nieuwe parkeergarages worden zo ontworpen dat ze tuur in nieuwe parkeergarages voorbereid zijn op de komst van elektrische voertuigen ("EV-Ready")
2014
47
Uitvoeren van een onderzoek naar mogelijkheden om het transport van grond en andere materialen te optimaliseren
Onderzoeksrapportage naar optimalisatie grondstromen
2012
48
Uitvoeren van een praktijkproef met de inzet van biodiesel op basis van restvetten
Uitsluitsel over geschiktheid van grootschalige toepassing van biodiesel op basis van restvetten
2012
49
Uitvoeren van een praktijkproef met de inzet van vloeibaar aardgas bij binnenvaartschepen
Een praktijkproef met de toepassing van vloeibaar aardgas bij vier binnenvaartschepen
2012
50
Onderzoek naar toepassing van waterstof voor distributie in de stad door middelgrote vrachtwagens en voor vervoer op haventerminals
Onderzoeksrapportage en besluitvorming over ondersteuning Rotterdams waterstofnetwerk
2013
Scholen, beroepsopleidingen en kennisinstellingen
Activiteit
Resultaat
51
Toetsen van het programma Natuur- en Milieueducatie aan recente ontwikkelingen en inzichten
Nieuw beleidskader Natuur- en Milieueducatie (samen met deelgemeenten)
2011
52
Uitvoeren acties gericht op het verbeteren van het binnenklimaat en het energiezuinig maken van scholen
Binnenmilieuadvies aan alle scholen met natuurlijke ventilatie. Nieuwbouw en renovaties voldoen aan ambitieprofiel “frisse scholen”. Afspraken met de schoolbesturen over verbeteren binnenmilieu door beter onderhoud en beheer van installaties in schoolgebouwen.
2014
53
Betrekken van scholieren van voortgezet onderwijs en MBO bij actuele duurzaamheidsvraagstukken van bedrijven
Overeenkomst met scholen en bedrijven over continueren en uitbreiden van het project Scholen voor Duurzaamheid
2011
Programma Duurzaam | pag 83
54
Ontwikkelen van een doorlopende leerlijn voor klimaat en energie
Een doorlopende leerlijn voor klimaat en energie
2012
55
Opstellen van een (gemeentelijke) strategische kennisagenda duurzaamheid
Een strategische kennisagenda duurzaamheid
2012
56
Bevorderen dat de kennisinstellingen duurzaamheid integreren in onderwijs en onderzoek
Overeenkomsten met kennisinstellingen
2014
57
Deelname aan onderzoeksprogramma Kennis voor Klimaat
Regiospecifiek, klimaatgerelateerde onderzoeksrapportages over kennis en diensten die nodig zijn om de Regio Rotterdam klimaatbestendig te maken en houden
2012
58
Stimuleren samenwerking bedrijfsleven en beroepsopleidingen op het gebied van duurzaamheid
Een opleidingscentrum waarin samenwerking bedrijfsleven en beroepsopleiding vorm krijgt
2011
59
Studenten betrekken bij de uitvoering van strategische kennisagenda duurzaamheid
Afspraken met kennisinstellingen over inzet van studenten voor uitvoering strategische kennisagenda duurzaamheid
2012
 Gemeentelijke organisatie en deelgemeenten
Activiteit
Resultaat
60
Uitvoering programma Rotterdamse Groene Gebouwen
Uitvoering contract voor 9 zwembaden
2011
61
Uitvoering programma Rotterdamse Groene Gebouwen
go/no-go voor een tweede aanbesteding
2011
62
Koppeling aanbesteding elektriciteit en gas aan energiereductie
aanbesteding energiecontract aangrijpen om te sturen op jaarlijkse vermindering van het energieverbruik
2013
63
Marktpartijen aanspreken op verantwoordelijkheden m.b.t. internationale arbeidsnormen
Opname van internationale sociale criteria bij aanbestedingen
2014
64
Uitbreiding van het aantal aanbestedingen waar duurzaamheidsaspecten in opgenomen worden
Opname van duurzaamheid in inkooptrajecten onder de Europese aanbestedingsgrens
2013
65
Onderzoek naar de mogelijkheden om mate van duurzaamheid beter vast te kunnen stellen bij aanbestedingen
Onderzoeksrapportage en implementatie
2014
66
Schoon maken van het gemeentelijk wagenpark door verdere introductie van elektrische en hybride voertuigen en standaard toepassen van De Nieuwe Band
Minimaal 25% van het eigen voertuigpark is elektrisch of hybride. 100% van de voertuigen zijn voorzien van stille, zuinige en veilige banden
2014
67
Integreren duurzame gebiedsontwikkeling (inclusief kader leefomgevingskwaliteit) in ruimtelijke projecten
Duurzaamheidsparagraaf bij alle ruimtelijke plannen, leidend tot een verbetering van de leefomgevingskwaliteit
2011-2014
68
Opstellen en in de uitvoering borgen van een Rotterdamse Adaptatie Strategie
In uitvoering gebrachte Rotterdamse Adaptatie Strategie, leidend in de praktijk tot meer waterbergende capaciteit, voorbeelden van adaptief bouwen en een proefproject voor innovatieve waterkeringen
2014
69
Waterpleinen realiseren
4 waterpleinen
2014
70
Adaptief bouwen stimuleren
Drijvende woningen in de Nassauhaven
2014
71
Adaptief bouwen stimuleren
Adaptieve woningen op Heijplaat
2013
72
Adaptief bouwen stimuleren
Beleidskader buitendijks bouwen
2013
73
Onderzoek naar de mogelijkheden voor windenergie in Hoek Besluitvorming over windenergie in Hoek van Holland en van Holland en Rozenburg Rozenburg
2012
74
Afronding lopend onderzoek naar het concept Duurzame weg in Pernis
Onderzoeksrapportage en afspraken over eventueel vervolgtraject
2012
75
Uitvoering actieprogramma Milieu Overschie
Een betere score op milieukwaliteit binnen Overschie en een beter imago voor de deelgemeente wat betreft milieu
2014
76
Aanleggen van stille wegdekken op momenten van vervanging van gemeentelijke wegen
30 kilometer stil wegdek
2014
77
Gevelsanering van woningen in geluidbelaste gebieden
Sanering van 300 woningen aan drukke wegen
2014
78
Gevelsanering van woningen in Rozenburg
Sanering van 500 woningen in Rozenburg (door Prorail)
2014
79
Lobby richting Rijk voor geluidschermen A16 en A20
Besluitvorming over geluidschermen A16 en A20
2014
80
Opstellen van een nieuw actieplan geluid
Actieplan geluid
2013
Programma Duurzaam | pag 84
81
Opstellen lange termijn aanpak luchtkwaliteit en verkeer
Lange termijn aanpak luchtkwaliteit en verkeer
2012
82
Voortzetting milieuzone kernwinkelgebied en besluitvorming over uitbreiding naar categorie
Besluit over uitbreiding milieuzone met lichte bedrijfsauto's
2012
83
Bomen planten
4.000 bomen
2012
84
Stenige plekken in de stad groener maken
10 stenige plekken zijn groener gemaakt
2014
85
Schoolpleinen en speelplekken in de stad groener maken
12 groene schoolpleinen en afspraken over vervolg
2012
86
Vergroten markt voor afzet van streekproducten
Opname streekproducten in aanbod gemeentelijke kantines 2014
87
Faciliteren van initiatieven op het gebied van stadslandbouw
Concrete projecten op het gebied van stadslandbouw
2014
88
Nascheiding van Rotterdams huisvuil en formuleren aanpak hergebruik
Aanbesteding nascheiding restafval en aanpak hergebruik in uitvoering
2013
89
Verhogen energie-efficiĂŤntie openbare verlichting
Hogere energie-efficiĂŤntie van de openbare verlichting, leidend tot afname van 15% in 2014 t.o.v. 2010
2014
Programma Duurzaam | pag 85
Programma Duurzaam | pag 86
Bijlage 2
Rotterdam 2042: Verbonden HavenStad
1
Het transitiebeeld 2042
doorkruisen de metropoolregio Rotterdam Den-Haag en
Rotterdam in 2042 is een bruisende metropool, waarin
leveren economische, ecologische en sociale waarde op.
duurzame verbindingen als blauw-groene draden door
Regionale duurzame voedselketens zorgen voor arbeids-
haven en stad lopen. Het is een echte havenstad (in
plaatsen, herstellen de relatie tussen mensen en voeding
plaats van een stad met een haven) waarin haven en
en dragen bij aan de gezondheid. Het water wordt binnen
stad vanuit een symbiotische relatie elkaar voeden en
de stad vastgehouden en gefilterd en vervoert tevens de
laten bloeien. Haven en stad zijn verbonden door stro-
grondstof- en afvalstromen weer terug naar de haven.
1
men: zowel fysieke als virtuele stromen. Fysieke stromen als energie, materialen, goederen, water en mensen en
Rotterdam is hiermee een van de meest duurzame
virtuele stromen als kennis, informatie en geld worden
havensteden ter wereld. Sinds 2010 zijn de transitie van
continu uitgewisseld. De restproducten van de één
zowel haven als stad een versnelling ingegaan met het
vormen de voeding voor de ander. Industriële restwarmte
stedelijke duurzaamheidsprogramma, de Stadshaven-
voedt de woningen in de stad, biomassa uit het West-
visie 2 en de nieuwe havenvisie Port Compass 2030 3 .
land en vlas en hennep uit de Hoekse Waard worden
Deze programma’s markeerden een omslag in denken
grootschalig gebruikt als basisgrondstof voor industriële
en werken aan stedelijke, economische en sociale
productie in de haven en voor isolatie van gebouwen in
duurzaamheid. De gemeente Rotterdam legde met deze
de stad. Kennis en werknemers ontwikkelen de haven,
stukken de basis voor een nieuwe rol van de overheid,
stad en de stadshavens. Grondstof- en goederenstromen
die vooral gericht was op het faciliteren van initiatieven uit de markt en het opschalen van de ontwikkelingen
1 Deze visie is gebaseerd op allerlei wetenschappelijke inzichten, ideeën van koplopers uit de duurzaamheidswereld, innovatieve plannen en projecten in haven en stad en een flinke dosis eigen creativiteit. Het is met nadruk een maatschappelijke visie, een mogelijke richting, waarvan wij de bouwstenen overal om ons heen zien. Dat deze niet geheel uit de lucht gegrepen is proberen we te illustreren met verwijzingen naar lopende initiatieven in de stad en aan het einde geven we een aantal verwijzingen naar (wetenschappelijke) bronnen die ons inspireerden.
door nieuwe coalities tussen gemeente, marktpartijen en
2 1600 ha, Creating on the edge, projectbureau Stadshavens Rotterdam, mei 2008 3 Port Compass 2030, havenbedrijf Rotterdam NV, zomer 2011
Programma Duurzaam | pag 87
inwoners. Nadat Rotterdam in 2014 de European Green
Nieuwe ondersteunende duurzame diensten hebben
Capital Award won, bleef de havenstad het internatio-
gezorgd voor diverse vormen van werkgelegenheid voor
nale voorbeeld van een industrieel-stedelijke Delta die
zowel hoog-, midden- als laagopgeleide Rotterdammers.
zichzelf telkens opnieuw wist uit te vinden op het gebied
Met de constante innovatie op het gebied van natuur,
van duurzaamheid.
klimaat en techniek zijn onderwijs-, en onderzoeksprogramma’s in de regio Rotterdam-Den Haag wereldwijd
De grootschalige ruimtelijke transformatie die de volgen-
toonaangevend. De integrale samenwerking tussen be-
de decennia op deze manier werd gerealiseerd, werd ge-
leid, praktijk en wetenschap heeft tot werkelijk duurzame
dreven door een aantal breed gedragen richtinggevende
ontwikkeling en groei van alle sectoren geleid.
principes: schone energie en het sluiten van kringlopen van energie, water, afval en materialen; groene econo-
De ROC’s, hogescholen en universiteiten hebben samen
mische groei; hoge kwaliteit van bewust leven, wonen
met het bedrijfsleven en corporaties, groene beleg-
en verplaatsen. Met de geslaagde transities in haven en
gingsfondsen en lokale MKB’ers na het deelprogramma
stad heeft Rotterdam de 80% CO2 reductiedoelen van de
Hotspot regio 5 het eerste Europese Maatschappelijke
EU al in 2042 bereikt, en dat terwijl de opgave hier met
Vennootschap opgericht. Hiermee ontstond een mas-
de aanwezige industrie extra groot was.
sief onderwijscluster, dat een springplank bood voor duizenden jongeren uit de regio, die scholingstrajecten
De belangrijkste drijvende kracht achter de versnelde
en huisvesting op maat konden combineren met werk in
ontwikkeling van de havenstad was de bundeling van
de opkomende economische clusters in haven en stad.
de energie van bewoners, bedrijven en andere belang-
De hogescholen en het Zadkine-college namen al in
hebbenden in het gezamenlijk en versneld duurzaam
2011 het voortouw door onderwijsclusters op te richten
ontwikkelen van stad en haven. Zo was er veel ruimte
voor de duurzame arbeidsmarkt met de oprichting van
voor bottom-up initiatieven zoals informeel zelfbeheer,
kenniscentra op het gebied van wijkontwikkeling, mobi-
ontwikkeling van duurzame infrastructuren op lokaal
liteit en warmte/koude opslag. De hoogwaardige maak-,
niveau en diverse vormen van participatieve bouw4 . Om
en kennisindustrie omtrent duurzame innovatie creëerde
het mede-eigenaarschap onder bewoners en bedrij-
veel (groene) arbeidsplaatsen op verschillende niveaus:
ven te stimuleren zijn er nieuwe financiële, sociale en
dakdekkers, slopers, installateurs, materiaalbewerkers,
beleidsmatige structuren ontwikkeld. Rotterdam benutte
energieadviseurs, maar ook nieuwe ambachten zoals
hierin haar rol als experimenteerruimte en verbinder: niet
daktuinmannen, groenbeheerders, stadsboeren, groen
alleen bood het plek aan bedrijven, overheden en andere
energetici en mobiliteitsmakelaars. Bovendien begon
steden om nieuwe oplossingen te ontwikkelen, maar
Rotterdam de kennis en ervaring die werd opgedaan met
tegelijk exporteerde Rotterdam de ontwikkelde kennis en
de overschakeling naar grootschalige inzet van zon-,
ervaringen.
wind- en bio-energie te exporteren op het moment dat de meeste systemen gerealiseerd waren.
In Rotterdam was deze gezamenlijke stadsontwikkeling mogelijk omdat organisaties als de Erasmus Universiteit,
Met de vele onderwijsmogelijkheden gelieerd aan de
het Boijmans en de Kunsthal, Eneco, Greenchoice, Van
praktijk werden de schooluitval en werkloosheid onder
Gansewinkel, Unilever en OVG al langere tijd intensief
jongeren in Rotterdam teruggebracht tot vrijwel nul. In de
aan de stedelijke ontwikkeling bijdroegen en gaandeweg
regio werken jongerengemeenschappen interactief en in
ook hun internationale netwerken in stelling brachten.
samenwerking met gelijkgestemde groepen over de hele
Met nieuwe business modellen die de maatschappelijke
wereld aan complexe vraagstukken voor Delta-gebieden 6
meerwaarde van sociaal-ecologsche initiatieven in Euro’s
op het gebied van klimaat, energie, zorg, water en ver-
vertaalde, leverde de inzet van bewoners en bedrijven op
voer. Tal van intensieve experimenten werden opgezet in
dit gebied nu ook werkelijk inkomsten. Dit stimuleerde de
de oude stadswijken op Zuid en bij de ontwikkeling van
langdurige betrokkenheid en het gevoel van verantwoor-
de Stadshavens. Dit vormde een belangrijke factor in
delijkheid voor de ontwikkeling van stad en haven alleen
de verduurzaming en verdichting van de binnenstad, de
maar meer. 5 http://knowledgeforclimate.climateresearchnetherlands.nl/rotterdam 4 DGO 12:21 Provincie Zuid Holland, Global Archs, www.sev.nl
6 www.cleantechdelta.nl, http://www.clintonfoundation.org/whatwe-do/clinton-climate-initiative/
Programma Duurzaam | pag 88
STEDELIJKE STROMINGEN LINEAIR
INVOER BRONNEN
UITVOER BRONNEN STEDELIJKE SYSTEMEN & PROCESSEN
goederen voedsel
niet organisch afval organisch afval rioolwater
water
emisie
energie materialen
afvalstoffen
pendelaars
pendelaars
migranten
migranten
STEDELIJKE STROMINGEN KRINGLOOP
UITVOER BRONNEN
INVOER BRONNEN goederen
voedsel
STEDELIJKE SYSTEMEN & PROCESSEN
niet organisch afval
organisch afval
water
rioolwater
energie
emisie
materialen
afvalstoffen
pendelaars
pendelaars
migranten
migranten
grondstoffen warmte grijs water
figuur 1: Circulair metabo-
biomassa
lism- REAP+
hergebruikt materialen
DOORVOER RE/UP CYCLE
HEDENDAAGSE STEDEN
INVOER BRONNEN
UITVOER BRONNEN STEDELIJKE SYSTEMEN & PROCESSEN
LEEFBAARDHEID
AFVAL & EMISSIES
TOEKOMSTIGE STEDEN
UITVOER BRONNEN
VERMINDERD GEBRUIK BRONNEN VERBETERDE STEDELIJKE SYSTEMEN & PROCESSEN
GROTERE LEEFBAARDHEID
figuur 2: Verhoogde leefbaarheid door optimalisatie van stedelijke processen (gebaseerd op schema VERMINDERDE AFVAL & EMISSIES
Programma Duurzaam | pag 89
Newman)
grootschalige renovatieprogramma’s die Rotterdam-Zuid
vervoersbewegingen in het OV sterk toegenomen en het
energieneutraal hebben gemaakt en de ontwikkeling van
autoverkeer afgenomen.
de drijvende stad in het Stadshavensgebied. Leven, wonen en werken in Rotterdam in 2042 staat Het herorganiseren van het gebruik aan hulpbronnen,
gelijk aan ‘het goede leven’: in balans met de omgeving,
het upcyclen van afval en het sluiten van kringlopen voor
sociaal ingesteld, met respect voor diversiteit, in goede
grondstoffen, materialen en energie heeft geleid tot fors
gezondheid en zich ontplooiend. Rotterdammers hebben
minder vervuiling, transport en energiegebruik. Deze
tegenwoordig een bovengemiddeld hoge levensverwach-
winst leidt direct en indirect tot een hogere leefbaarheid
ting door de combinatie van een goed leefklimaat, veel
en omgevingskwaliteit. Er zijn vrijwel geen schadelijke
vormen van onderwijs, gezonde voeding, veel beweging
emissies meer, de stad is 100% klimaatbestendig, de
en sterke sociale netwerken.
luchtkwaliteit is goed en de geluidsoverlast is door de technische ontwikkelingen in het vervoer minimaal. De inwoners kunnen zonder consequenties voor hun gezondheid bij de snelweg wonen en zelfs daar horen ze voornamelijk vogels wanneer ze lekker in de tuin zitten.
De transitie naar een duurzame stad: het goede leven
Veel mensen willen nu juist weer in de stad wonen door
De ecologie is in de Rotterdamse stad gekropen de af-
de duurzame leefomgeving waar een veelheid aan voor-
gelopen decennia. Daken zijn vergroend, vele gebouwen
zieningen op loopafstand zijn. Minimale afstanden tussen
zijn voorzien van kameleongevels die energie opwekken
wonen en werken, voorzieningen en recreëren zijn nu het
en de lucht zuiveren, en stadslandbouw is een wezenlijk
belangrijkste uitgangspunt bij de stedelijke ontwikkeling.
onderdeel van het stadsbeeld. Het groen is verweven met een blauwe structuur: blauwe daken (daken met
Rondom de knooppunten van weg, water en OV zijn
pv-panelen), blauwe pleinen (waterpleinen), drijvende
dichte clusters van wonen werken en specifieke voor-
wijken en volop ontwikkeling langs de boorden van de
zieningen ontstaan. Juist de dichtheid en de diversiteit
Maas en havens. Door de duurzame verdichting van de
aan programma zorgt voor voldoende contacten, per-
binnenstad is hier levendigheid, leefbaarheid en een echt
soonlijke mogelijkheden voor ontplooiing en een binding
stedelijk hart ontstaan. Het inwoneraantal is verdubbeld
met de buurt. Fietspaden en wandelroutes zijn dan ook
terwijl de milieudruk is gehalveerd. De binnenstad is een
de dominante infrastructuren in de stad. Doordat het
kwaliteitsplek geworden waar bewoners, bedrijven en
OV-netwerk is uitgebreid met onder andere een de snelle
bezoekers verblijven, ontmoeten en vermaakt worden 8 .
Randstadmetro en een metroverbinding op Zuid , zijn de
In het openbare gebied zijn door gemeenschappelijke
7 Halte Zuid, onze lijn, Gemeente Rotterdam, okt 2009
8 Binnenstadsplan 2008-2020 , dS+V, apr 2008
7
Programma Duurzaam | pag 90
initiatieven van stedelingen vormen van stadslandbouw,
voedsel. Een van de eerste aanzetten voor deze nieuwe
mooie openbare ruimte of duurzame energievoorzie-
ecologie was de inzet op het nascheiden van afval. Toen
ningen ontwikkeld. Zij werden bijvoorbeeld ge誰nspireerd
dit functioneerde werden terugwerkend hele productke-
door de initiatieven van Creatief Beheer9 of de bewoners
tens fundamenteel verduurzaamd zodat afvalstromen nog
van de Schoonderloostraat in Delfshaven . Ze hebben
slechts hoogwaardige en herbruikbare materialen bevat-
hun eigen openbaar gebied heroverd, waardoor hun
ten. Zo ontstonden kwalitatief hoogwaardige stromen van
huizen in waarde stegen, een diversiteit aan openbare
stoffen en energie die op allerlei manieren bijdragen aan
ruimtes gezamenlijk ontworpen en onderhouden werd en
de economie. Dit gebeurt afwisselend op straat-, buurt-,
de sociale onveiligheid af nam. Eindelijk is ook de Maas
wijk- en stadsniveau, via een cascade van schaalniveaus
een bindende factor geworden tussen Rotterdam-Zuid en
en kringlopen11. Door de kleinschalige herontwikkeling
Noord, Oost en West. De brede rivier geeft de stad een
van lokale duurzame gebieden is een stedelijk weefsel
indrukwekkende en eigen ruimtelijke kwaliteit, maar voor-
ontstaan dat bestaat uit een diversiteit aan goede woon-
ziet ook in nieuwe mogelijkheden voor recreatie, wonen,
milieus met passende voorzieningen en openbare ruimte.
transport en mobiliteit.
Ieder kan zijn droomplek in de stad realiseren, omdat
10
er vele mogelijkheden zijn voor collectief en particulier In achterstandswijken zijn ecosystemen en decentrale
opdrachtgeverschap. Door de omgevingskwaliteit en de
duurzame energiesystemen een verbindende schakel
directe relatie met de natuur maken Rotterdammers pro-
voor sociale en fysieke verandering geworden. Initiatieven
ductief en recreatief gebruik van de openbare ruimte en
en beleid gericht op stedelijke ontwikkeling zijn geba-
voelen zich verbonden met hun buurt of wijk12 . De wijze
seerd op de werking van de natuur; het (zoveel mogelijk)
waarop Rotterdam de fysieke en sociaal-economische
sluiten van kringlopen op verschillende schaalniveaus van
opgave wist te verbinden en in te zetten voor de omslag
energie, grondstoffen, bouwmaterialen, afval, water en 9 http://www.creatiefbeheer.nl/ 10 De schat van Schoonderloo, http://www.schatvanschoonderloo. nl/dedroom.htm
11 Agropolis een symbiose tussen stad en land, innovatienetwerk mei 2005 12 Stadsvisie Rotterdam 2030, dS+V, nov 2007
Programma Duurzaam | pag 91
naar een duurzame stad is internationaal trendsettend.13
De directere samenhang tussen de inrichting van de
Het vervoer is volledig overgeschakeld op biobrandstof-
woonomgeving en de burger heeft veel nieuwe vormen
fen, hybride of elektrisch en een variëteit aan schone en
van ondernemerschap opgeleverd. Hierdoor ontstaan
stille vervoersmiddelen is voorhanden: van flexifuel auto’s
lokaal diverse nieuwe economische markten, lokale
tot elektrische scooters, van hybride tuk-tuks en taxi’s tot
zorgvoorzieningen en sterke sociale cohesie en zelforga-
segways en van gemeenschappelijke fietsen tot elek-
nisatie op lokaal niveau14 . De bewoners worden door de
trische watertaxi’s. Mobiliteitsmakelaars en slimme ICT
nieuwe participatiemogelijkheden maximaal gestimuleerd
oplossingen brengen bewoners effectief en schoon van
om zichzelf te ontplooien en te ontwikkelen; zelfredzaam-
deur tot deur, waardoor privé-bezit van auto’s nagenoeg
heid wordt op alle mogelijke manieren gesteund.
verdwenen is. Slimme koppelingen met de gebouwen en slimme energienetten maken mogelijk dat de voertuigen binnen een gebied gebruikt kunnen worden als buffer bij piekmomenten in de lokale elektriciteitsnetten. Een fors deel van het vervoer vindt plaats over het water, tal van
De transitie naar een duurzame haven: The green portal to Europe
aanlegplaatsen zorgen voor snelle en effectieve verbin-
De omslag die de haven heeft doorgemaakt is zo moge-
dingen. De bestaande infrastructuur is daarmee voor
lijk nog indrukwekkender. Door de positie als een van de
een groot deel ontlast en veranderd in groene corridors.
meest veilige en duurzame in de wereld, heeft de haven
Meervoudige maaivelden met daaronder parkeervoorzie-
zijn oorspronkelijke glans als mondiale tophaven terug-
ningen en bijpassende woningtypologieën creëren vele
gewonnen. Dit kwam, naast de expertise op klimaatadap-
autoluwe gebieden waar kinderen veilig buiten kunnen
tatie en watermanagement vooral door de transitie van
spelen. Zelfs de fameuze Coolsingel is een groene wan-
de havenactiviteiten naar een functionerende industriële
delpromenade geworden waar toeristen van over de hele
ecologie. Deze transitie was erop gericht zo schoon
wereld als ook Rotterdammers zelf dagelijks flaneren.
mogelijk te produceren door maximaal hergebruik van
13 Pact op Zuid, 2006, Kwaliteitssprong op Zuid, 2011
14 http://www.rotterdampioneers.nl/, http://rotterdam.the-hub.net/, http://www.transitiontownrotterdam.nl/, http://www.ourcommonfuture.nl, http://www.rotterdam2040.nl/, http://www.arminiusmanifest.nl/, http://www.rotterdamcommunity.nl/
LINEAIRE ECONOMIE
INVOER
EXTERN PRODUCERENDE BEDRIJVEN
UITVOER LOKALE ECONOMIE SOCIALE WAARDE
MULTISTORE
KRINGLOOP ECONOMIE
INVOER
LOKAAL PRODUCERENDE BEDRIJVEN € € € €
€
figuur 3. Economie - geSOCIALE WAARDE
€ €
€
UITVOER LOKALE ECONOMIE
€ €
TRANSPORT KOSTEN & EMISSIE
Institute for Applied Material
€ €
Programma Duurzaam | pag 92
baseerd op schema door Flow Management (IfaS),
TRANSPORT KOSTEN & EMISSIE
2010
grondstoffen en materialen, en technieken gebaseerd
materialen, technologische bio-innovatie als opleidingen
op natuurlijke processen. Het heeft ertoe geleid dat er
zijn gehuisvest. Een multifunctioneel havenlandschap,
bijna geen schadelijke emissies zijn. De haven van Rot-
getransformeerd van een petrochemisch post-apocalyp-
terdam is na de realisatie van de eerste grootschalige
tisch naar een groen industrieel landschap, levert een
bio-raffinage in de wereld, de proeftuin geworden van het
scala aan producten en diensten voor de maatschappij.
baanbrekende onderzoek op het gebied van plantaardige
Net als in de stad is zo goed als alle transport geautoma-
productieketens van de Wageningse Universiteit en het
tiseerd of schoon. Het afvoerputje van Europa waar de
Energie Centrum Nederland. Dit heeft geleid tot een ster-
haven de grootste vervuiler was, is getransformeerd tot
ke band met het Westland waar zeer gericht biomassa
de bron van nieuwe energie en duurzame welvaart voor
wordt geproduceerd voor hoogwaardige toepassing in de
Rotterdam, de Randstad en Noordwest Europa.
biochemie. De transitie van petrochemie naar een duurzame bio-economie (‘biobased economy’), zoals destijds
In de combinatie haven en Westland is het antwoord op
beschreven in de Port Compass is vrijwel voltooid.
voedselproductie en de productie van hoogwaardige bioproducten gevonden. Een gedeelte van het Westland
De groene Rotterdamse haven vormt het hart van de
drijft in de haven, waar grote hoge gestapelde kassen
Nederlandse en Noordwest Europese bio-economie. Rot-
grondstoffen voor chemicaliën, bioplastics of biobrand-
terdam was een van de eerste havens in de wereld die
stoffen produceren. Het andere gedeelte bestaat uit
transformeerde richting biobased, renewable en groene
gesloten kassen waar via hoogstaande techniek (hydro-
chemie. Biomassa wordt gebruikt voor transport (bio-
ponics), effectieve productie van biologische producten
brandstoffen), elektriciteit (houtsnippers), energie (groen
mogelijk is. De vergevorderde ontwikkeling van de voed-
gas, algen), chemie (bioplastics, kunststoffen en harsen),
selproductie zorgt ook voor voldoende exportproducten,
en landbouw (bio-energie en reststromen). De voedselin-
die in gekoelde containers direct vanaf het Westland
dustrie en farmaceutische bedrijven halen eerst de hoog-
worden vervoerd. De bebouwing van de buitengebie-
waardige fracties uit de gewassen en wat overblijft wordt
den is, door de groene verdichting van de stad en de
gebruikt voor de chemie, staalproductie en veevoer. Alle
compactheid van de industriële productie in de haven,
reststromen worden gebruikt en opnieuw ingezet voor
zelfs teruggedrongen. In het groene hart is een land-
energie en in de industriële productie. Dat betekent dat
schappenpark ontwikkeld, waar de geschiedenis van de
het onderscheid tussen product, co-product, restproduct
Nederlandse landbouw, inpolderen en waterbeheer voor
en afval is verdwenen.
het internationale en regionale publiek tentoongesteld worden en vele vormen van recreatie en verblijf mogelijk
De Rotterdamse haven is daarnaast een moderne
zijn. Veel stedelingen hebben in dit vergroende natuurge-
emissie-marktplaats geworden, waar zowel het verhan-
bied een autarkisch weekendverblijf.
delen CO2 en reststromen, upcycling van grondstoffen en
Programma Duurzaam | pag 93
De transitie van de Stadshavens: The Green Machine
bood. Het hele buitendijkse gebied is inmiddels ‘klimaatproof’, deels door ophogingen en deels door adaptieve woon- en werkvormen (op het land en op het water).
Het belangrijkste knooppunt in het verbinden van de
Speerpunten van de nieuwe industrie in Rotterdam zijn:
transities in haven en stad en het realiseren van de
drijvend en waterproof bouwen, groene dak- en gevel-
Verbonden Havenstad was het Stadshavensgebied; dit is
ontwikkeling, duurzame energie, biomassa als grondstof
het nieuwe kloppende hart van de havenstad geworden.
voor een groene chemie in de haven, elektrisch vervoer,
In dit oude havengebied konden de nieuwste systemen
brede dijkontwikkeling, de zandmotor, groene diensten en
voor het sluiten van kringlopen als eerste grootschalig
duurzame kennis. Deze maak- en kennisindustrie rondom
aangelegd worden, terwijl gelijktijdig andere experimen-
duurzame innovatie heeft veel hoogopgeleide kenniswer-
ten in samenhang werden opgezet. Vrijbuiters en pioniers
kers aangetrokken. Zij hebben in de Stadshavens de ge-
uit de hele wereld zijn begonnen met de herontwikkeling
schikte ruimte en voorzieningen gevonden voor diverse
van de oude havengebieden en hebben dat stap voor
vormen van produceren, werken, wonen en recreëren.
stap uitgebouwd. Het upcyclen van elektronisch afval is een groot succes geworden en de Stadshavens vormen
Door gerichte sturing en investeringen is een mondiale
het knooppunt van de wereldhandel op dit gebied. Door
Trade Zone (handelszone) ontstaan voor bedrijven die
de regionale ontwikkeling van de ondergrondse infra-
Rotterdam hebben gekozen als toegangspoort naar de
structuur vormt het Stadshavensgebied als het ware de
hele wereld15 . De producten en kennis die voortkomen uit
draaischijf tussen haven en stad en pompt als hart de
de ‘Clean Tech’ industrie worden mede ontwikkeld door
levenssappen rond van de groenblauwe havenstad.
internationale bedrijven. In plaats van een markt in het buitenland te creëren is de buitenlandse markt ter plekke
Een nieuwe maak- en kennisindustrie rondom klimaat-
ontwikkeld in het gebied. Buitenlandse bedrijven zijn in
adaptatie, stedelijke deltatechnologie en duurzaam wa-
steeds grotere getale naar de Stadshavens gekomen om
terbeheer is ontstaan in de Stadshavens; de Clean Tech
te participeren in kennis- en productontwikkeling, zodat
Delta. Rotterdam heeft, samen met Delft, Den Haag en
die innovatieve kennis en producten in de eigen landen
Dordrecht, systematisch geïnvesteerd in de ontwikkeling
toegepast konden worden. Dit was als het ware een
van deze industrie. Daarmee hebben deze deltasteden
inverse handelsmissie, waarbij de mondiale markt naar
tijdig ingespeeld op het veranderende klimaat en proble-
Rotterdam is gehaald.
men die werden veroorzaakt door hitte in de stad, zeespiegelstijgingen en hogere rivierstanden. Zij beseften al vroeg dat een duurzamere omgang met de ruimte, het
15 gelijk aan het ‘greenzone’ concept, EDBR 2010 ; een economische zone waarin een hoogwaardig serviceconcept voor de buitenlandse bedrijven, die investeren in schone technologie.
DE URBANISTEN
water en het klimaat een vereiste was en tegelijk kansen
Programma Duurzaam | pag 94
Klimaatbestendig woon, werk en productielandschap
Stadshavens is niet alleen het innovatieve centrum voor
voor initiatieven in stad en haven in de gewenste richting.
de Clean Tech Delta en de nieuwe maak- en kennisin-
Onderdeel hiervan is ook dat gaandeweg barrières voor
dustrie, maar ook een hoogwaardig vestigingsgebied.
gewenste innovaties worden weggenomen.
Met behoud van het stoere havenkarakter zijn bijzondere woonmilieus ontstaan aan en op het water, waar
Het lijkt duidelijk dat de in Rotterdam gestelde ambities
tienduizenden mensen op af zijn gekomen. Hier werden
en doelen op het gebied van duurzaamheid een meer
de eerste grootschalige vormen van stadslandbouw16
fundamentele verandering in stad en haven vereisen die
ontwikkeld waarbij veel van de langdurig werklozen in de
ook nog eens relatief snel tot stand moet komen. Het
stad bij konden dragen aan de stedelijke voedselvoor-
impliceert zowel een massale en samenhangende inzet
ziening en tegelijk gezond bezig zijn en sociale bijdrage
op innovatie als een gerichte strategie ten aanzien van
leveren. Veel uit de stad vertrokken Rotterdammers zijn
het omvormen van bestaande instituties, beleid, routines,
teruggekeerd naar het nieuwe stadshart van Rotterdam
financiële kaders en infrastructuren. Juist de extra snel-
of wonen in de drijvende wijken. Hier leven bloeiende
heid en richting (en dus coördinatie) die een dergelijke
gemeenschappen op het water, die zich op kleine schaal
omslag vereisen, vragen om een slimme manier van
organiseren en veel activiteiten samen doen zoals geza-
sturen en organiseren. De inzet op een nieuwe rol van de
menlijk duurzame energie opwekken, voedsel produce-
gemeente ten aanzien van een versnelling van duur-
ren maar ook hun eigen zorg17 en sociale leven orga-
zaamheid is hiervan onderdeel.
niseren. Het getransformeerde Stadshavensgebied als bestendig stedenbouwkundig concept is toonaangevend
Selectie van relevante bronnen voor verdere verdieping
in de wereld. Honderdduizenden toeristen, bijvoorbeeld
• BLOOMBERG, 2010. Global trends in Sustainable
fysiek en sociaal duurzaam, energieneutraal en klimaat-
Brazilianen, Chinezen, Indiërs en Japanners, komen
Energy investment 2010. New York: United Nations
jaarlijks kijken naar de stedenbouwkundige en bedrijfs-
Environment Programme and New Energy Finance,
kundige innovaties. Rotterdam heeft de interesse en het vertrouwen van bewoners, bezoekers, bedrijven en
2010. • BULKELY, H. and BETSILL, M., 2005. Rethinking
investeerders, doordat het de veiligste havenstad is in het
Sustainable Cities: Multilevel Governance and the
Delta gebied dat koploper is op het gebied van transities
‘Urban’ Politics of Climate Change. Environmental Politics, 14(1), pp. 42-63.
naar duurzaamheid.
• DE GRAAF, R. and VAN DE VEN, F., 2006. The Clo-
Proloog
sed City as a strategy to reduce vulnerability of urban
Nu, in 2011, zijn op allerlei terreinen de tekenen van verandering waar te nemen en zijn onderdelen van een duurzame toekomst van haven en stad al zichtbaar. De
areas for climate change, Innovations in coping with water and climate risks 2006, IWA. • DEMPSEY, N., BRAMLEY, G., POWER, S. and
uitvergroting van allerlei initiatieven en ideeën in deze
BROWN, C., 2009. The social dimension of sustaina-
visie biedt hopelijk een inspirerend en richtinggevend
ble development: Defining urban social sustainability.
perspectief dat richting en snelheid kan geven aan de aanwezige initiatieven en nieuwe ideeën en acties kan
Sustainable Development, pp. n/a-n/a. • DOBBELSTEEN A. van den; ‘Towards closed cycles
uitlokken. De gewenste transities van haven en stad, nog
– New strategy steps based on the cradle to cradle
even los van de vraag wat nu de gewenste richting is, zijn
approach’, in: Proceedings of the Passive and Low
echter niet vanzelfsprekend: ze vereisen een langdurige, gezamenlijke en proactieve inzet. Een duurzaamheids-
Energy Architecture • DUBBELIN M, De duurzame stad is van alle tijden,
visie en de transitiebeelden voor Rotterdam zijn dan
http://www.duurzaamgebouwd.nl/20090821-de-duur-
ook niet zozeer een doel op zich, maar moeten vooral
zame-stad-is-van-alle-tijden
een vertrekpunt bieden voor een breed maatschappe-
• ERNSTSON, H., VAN DER LEEUW, S., REDMAN, C.,
lijk vernieuwingsproces. Deze visie probeert op deze
MEFFERT, D., DAVIS, G., ALFSEN, C. AND ELMQ-
manier ook bij te dragen aan de doelstellingen van het
VIST, T., 2010. Urban transitions: on urban resilience
duurzaamheidsprogramma dat beoogt ruimte te creëren
and human-dominated ecosystems. AMBIO: A Journal of the Human Environment, 39(8), pp. 531-545
16 http://www.stadslandbouw.wur.nl/NL/, http://www.eetbaarrotterdam.nl/ 17 http://www.transitiearena.nl/arena/10/22/3/10/get.aspx
Programma Duurzaam | pag 95
• ELKINGTON, J., 2006. Governance for sustainability. Corporate governance, 14(6), pp. 522-529. • EUROPEAN CLIMATE FOUNDATION, 2009. Road-
Bioscience, 7(2), pp. 105-117. • TILLIE N., DOBBELSTEEN A. van den, DOEPEL D., JAGER W. de, JOUBERT M. & MAYENBURG D.;
map 2050: A Practical Guide to a Prosperous, Low-
Towards CO2 Neutral Urban Planning – Introducing
Carbon Europe. The Hague, Brussels: European
the Rotterdam Energy Approach & Planning (REAP);
Climate Foundation.
in Journal of Green Building, vol 4, No. 3, 2009 (103-
• FOLKE, C., 2006. Resilience: The emergence of a perspective for social-ecological systems analysis. Global environmental change, 16, pp. 253-267. • GRIN, J., ROTMANS, J., SCHOT, J., WITH, I.C., LOORBACH, D. and GEELS, F.W., 2010. Transitions
112) • VAN DEN BERGH, J. C. J. M., BRUINSMA,F.R., ed, 2008. The Transition to Renewable Energy: Theory and Practice. Cheltenham: Edward Elgar. • VERSTEGEN, 2003; Urban Metabolism Desk Study:
to Sustainable Development; New Directions in the
Study on Urban Environments, Well-being and He-
Study of Long Term Transformative Change. New
alth, in: Royal Commission of Environmental Pollution, London: RECP, 2003
York: Routledge. • IEA, 2008. World Energy Outlook. International
• WHEELER, S., Sustainable Urban Development: A Literature Review and Analysis, Berkley: University of
Energy Agency. • KATES, R. W., CLARK, W. C., CORELL, R., HALL, J. M., JAEGER, C., LOWE, I., MCCARTHY, J. J.,
California, 1996 • WALKER, B., ANDERIES, J.M., KINZIG, A.P. and
SCHELLNHUBER, H. J., BOLIN, B., DICKSON, N.
RYAN, P., 2006. Exploring Resilience in Social-
M., FAUCHEUX, S., GALLOPIN, G. C., GRUBLER,
Ecological Systems. Collingwood Victoria, Australia:
A., HUNTLEY, B., JAGER,J. and JODHA, N. S.,
CSIRO Publishing.
KASPERSON, R. E., MABOGUNJE, A., MATSON, P., MOONEY, H., MOORE, B., O’RIORDAN, T. EN SVEDIN,U., 2001. Environment and development Sustainability science. Science, 292(5517), pp. 641642. • LOORBACH, D., 2010. Transition Management for Sustainable Development: a Prescriptive, ComplexityBased Governance Framework. Governance, 23(1), pp. 161-183. • McDONOUGH, W. & BRAUNGART, M.; Cradle to Cradle - Remaking the Way We Make Things; NorthPoint Press, 2002 • RAVETZ, J. and ROBERTS, P., 2000. City-region 2020: integrated planning for a sustainable environment. London: Earthscan. • ROLAND BERGER, 2009. Clean Economy, Living Planet; building the Dutch clean energy technology industry. • ROTMANS, J., KEMP, R. and VAN ASSELT, M., 2001a. More evolution than revolution: Transition management in public policy. Foresight, 03(01), pp. 15-31. • ROTMANS, J., KEMP, R., VAN ASSELT, M., GEELS, F., VERBONG, G. and MOLENDIJK, K., 2001b. Transitions & Transition management: The case for a low emission energy supply. Maastricht: ICIS. • SANDERS, J., SCOTT, E., WEUSTHUIS, R. and MOOIBROEK, H., 2007. Bio-Refinery as the BioInspired Process to Bulk Chemicals. Macromolecular
Programma Duurzaam | pag 96
Investeren in duurzame groei Programma Duurzaam
Gemeente Rotterdam Programma Duurzaam
omslag Programma Duurzaam versie2.indd 1
Investeren in duurzame groei Programma Duurzaam
email: info@rotterdam.nl internet: www.rotterdam.nl
04-05-11 13:40