Vlaanderen 118de jaargang | maart - april 2014 | tweemaandelijks tijdschrift voor de beweging rond Don Bosco | Kantoor van afgifte: 3000 Leuven mail | P209042
Kijk met je h rt
2
Hoofdredacteur
Steven Pinnoo
Adviesraad
R. Burggraeve H. Cauwenberghs A. De Cocker M. Den Haerynck D. Deraeve E. De Ridder E. Haelvoet B. Hoogwijs D. Schoofs F. Vanspauwen S. Veulemans
Een salesiaanse Een
kijk
op de wereld op de salesiaanse wereld
inhoud
Ingeblikt
3
Schuld en boete
4
Eindredactie en redactieadres
Mark Den Haerynck Stationsstraat 87 3150 Haacht dbsocom@donbosco.be
Adreswijziging
Don Bosco Vlaanderen Fr. Gaystraat 129 1150 Brussel centrale.propaganda@donbosco.be
Verantwoordelijke uitgever
Mark Tips, provinciaal Fr. Gaystraat 129 1150 Brussel mark.tips@donbosco.be
Gegrepen door de inspiratie van Turijn
6
(Mieke en Jan Poncelet) Het Bijbelse hart
8
Kijken en luisteren met je hart
9
Citaat
10
Algemeen kapittel in Rome
11
Drukkerij Van der Poorten nv Kessel-Lo
Engageren = je laten beroeren
12
De bijdragen verschijnen onder de verantwoordelijkheid van de auteur.
Dolle honden of mismeesterde pups –
Lay-out en druk
Uw persoonlijke gegevens zijn voor u ter inzage. Ze worden nooit aan derden doorgegeven en dienen enkel voor de verzending van Don Bosco Vlaanderen. In Vlaanderen: www.donbosco.be www.zustersvandonbosco.be In de wereld: www.sdb.org www.cgfmanet.org Don Bosco Vlaanderen is een gratis blad. Giften zijn daarom steeds welkom op het onderstaande adres en rekeningnummer, met vermelding van ‘Don Bosco Vlaanderen’: Don Bosco Centrale vzw Fr. Gaystraat 129 1150 Brussel Tel. 02 771 21 00 IBAN: BE27 4272 1008 4573 BIC: KREDBEBB
Over agressie(beheersing) bij jongeren
14
Hart tegen hart
16
Studiedag rond Don Bosco in Oud-Heverlee
17
Positief naar de dingen kijken (Fries Verschaete)
18
De Boekenplank
20
In memoriam
21
Onze missionarissen – het avontuur wordt voortgezet
22
Ruggespraak
24 Foto voorpagina: Mark Den Haerynck
Tekst: Steven Pinnoo Foto: Telomi
| INGEBLIKT
Kijk met je hart Veel was er bij het graf niet te zien, die eerste dag van de week. Met z’n tweeën waren ze erheen gehold, maar al wat ze zagen, was dat er niets meer te zien was: Jezus was niet alleen vermoord, Hij was nu ook verdwenen… Maar toch gebeurt hier iets bijzonders, iets dat maakt dat het verhaal van Jezus ook vandaag nog doorgaat: we lezen dat een leerling “zag en geloofde”. We kennen hem als de ‘beminde leerling’, degene die ook het eerst bereid was om te kijken met de ogen van zijn hart… Het vraagt inderdaad een heel aparte blik, een kijk met het hart om het mysterie van Pasen te kunnen ontwaren, om dit leven écht te kunnen vieren. Ook Don Bosco was niet in de eerste plaats een opvoeder met nieuwe denkbeelden, maar wel een ‘beminde leerling’. Hij zou niet ver gekomen zijn als hij niet had
leren ‘kijken met het hart’. Ook hij zag verder dan zijn neus lang was, verder – én dieper! – dan de vooroordelen en de beperkingen waar ‘zijn’ jongens mee worstelden. Ook hij was er steeds toe bereid nieuwe mogelijkheden te zien met een door ‘amorevolezza’ geoefende blik. Want net als in De Kleine Prins had het ook een uitspraak van Don Bosco kunnen zijn: “Het belangrijkste kun je niet met je ogen zien…” Een paasspiritualiteit die een heel concrete vertaling vond in het leven en de opvoeding van alledag. Al zouden we graag in Don Bosco’s voetstappen treden, soms zwichten we voor de verleiding om met oogkleppen in de wereld te staan, met een afgestompte en wazige blik… Om niet hartelijk, maar hard te zijn in ons zien, ons oordelen, ons handelen. Mag de weg naar Pasen dan dé tijd bij uitstek zijn om de blik vanuit ons hart weer aan te scherpen, opnieuw te zien waar het echt op aankomt? Een tijd om het jonge, nieuwe leven te leren koesteren dat aan ons wordt toevertrouwd? 3
PIT IN ‘T KLOKHUIS | Tekst: Roger Burggraeve en Steven Pinnoo Foto: Eindredactie Pittige Bijbelverhalen voor gezinnen vandaag
Een sprookjeswereld valt in duigen
Tegelijk zien we dat zijn broer Abel in zijn offer het alVer hoeven we niet te lezen in de Bijbel, of het gaat al lerbeste geeft wat hij kan: het is geen cadeautje van fout met de mens – gróndig fout… Al bij de kinderen dertien in een dozijn, maar een écht geschenk waarin van de eerste mens is er niet alleen sprake van ruzie hij het beste van zichzelf geeft. Heel mooi, natuurlijk. en jaloezie, maar zelfs van de ergste gruwel: broederMaar misschien wil hij zo zijn broer ‘voorbijsteken’? Pinmoord. Het is alsof de Bijbel een duidelijk statement wil gelt ook Abel niet naar waardering – juist die erkenning maken: hij wil de lezer niet laten wegdromen in een waarop zijn broer recht meent te hebben? idyllische sprookjeswereld, maar onderdompelen in de Een mens kan niet leven zonder erkenning, mensen soms harde realiteit waarin gaan er voortdurend naar ook de mogelijkheid van het op zoek. Ze willen niet alDurven we de vicieuze cirkel kwaad bestaat. Het is ook in leen zichzelf ontwikkelen, van het geweld doorbreken en díé wereld dat God zijn vermaar ook erkenning krijgen de moeilijke weg zoeken van de haal schrijft met de mens. vanwege de ander. Ook jonbroederschap? De Bijbelse schrijver blijft geren die een verantwoorhierbij niet onaangeroerd delijkheid op zich nemen aan de kant staan. Want één ding lijkt voor hem zevoor een schoolfeest of een klasuitstap, verwachten teker: het geweld komt nooit zomaar ‘uit de lucht vallen’. recht dat ze daar waardering voor krijgen. Daarom krijgt de aandachtige lezer elementen aangeEn wat gebeurt er wanneer we niet de erkenning krijreikt om te begrijpen waar dit geweld vandaan komt. gen waarop we menen aanspraak te mogen maken? Tegelijk is deze uitnodiging tot beter begrip geen poDan voelen we ons kwaad worden… ging om het kwaad onder tafel te vegen of goed te praten. Wel wil de Bijbel al van bij de start het signaal Wilde woede geven dat je mensen niet mag vereenzelvigen met het “Een wilde woede greep Kaïn aan”, zo lezen we. Het gaat blijkbaar om iets ‘aangrijpends’, een drift die de kwaad dat zij doen. En zo doet de Bijbel voortdurend mens ‘driftig’ maakt en op zijn gezicht te lezen staat. iets dat ook belangrijk is in de opvoeding: een kind niet Het is een woede die ‘wild’ is, die naar buiten uitslaat. vastpinnen op de fouten die het maakt, maar proberen te begrijpen hoe het tot bepaalde daden komt, aanKaïn is geen ‘binnenvetter’ die zijn woede opkropt. Gedacht besteden aan de persoon, aan het verhaal achter lukkig maar, want opgekropte bitterheid en woede kan het kwaad. de ziel van een mens kapot maken. Maar juist doordat deze woede tot uiting komt, kan God haar opmerken Godenkind tegen lichtgewicht en erop reageren. De persoon van Kaïn zal bij de doorsnee lezer niet op Ook hier toont de Bijbelse auteur zich een ervaren opveel begrip en sympathie kunnen rekenen. Toch schuilt voeder. Want ook in de opvoeding is het nooit heilzaam ook achter deze figuur een heel verhaal, met een verkinderen te leren om hun woede te verbergen, om haar rassende doorkijk op de realiteit waarin wij ook van‘op te eten’, want dan zijn ze er niet meer op aandaag leven… spreekbaar. Jaren van opgekropte woede kunnen veel Het verhaal dat Kaïn uiteindelijk tot de gruwel van het later soms nog een enorme agressie doen losbarsten. geweld zal voeren, begint al bij zijn geboorte. Hij is de Hetzelfde geldt ook voor andere emoties, zoals triesteerstgeborene, en zelfs zijn naam verraadt dat hij een heid of argwaan: het is niet goed als kinderen voor de bijna goddelijke betekenis krijgt – dat in tegenstelling welvoeglijkheid leren om hypocriet te worden… tot zijn broer Abel, een ‘pluimpje’ dat niet veel gewicht Wel wil de Bijbel ons op het hart drukken dat een mens in de schaal legt. Is het dan verwonderlijk dat Kaïn behierin een ‘tegenover’ nodig heeft, een ‘Ander’ die hem paalde verwachtingen koestert, dat hij het vanzelfspreaanspreekt, in vraag stelt, waarschuwt. Een God die kend vindt dat hij erkenning krijgt? Kaïn op die manier wél erkenning schenkt en de hand 4
onze scholen en gezinnen. Ook al duikt het geweld in duizend vormen op, de Bijbel daagt ons uit om te blijven geloven dat opvoeden tot broederschap mogelijk is. Hij daagt ons uit om bij de opvoeding de vraag te durven stellen: welke keuze maken wij? Kiezen wij zoals de Romeinen voor het geweld van de ‘wet van de sterkste’? Kiezen we voor de onverbiddelijke vergelding van de zerotolerantie en de doodstraf? Of durven we de vicieuze cirkel van het geweld doorbreken en de moeilijke weg zoeken van de broederschap? Een verhaal, even radicaal als de Bergrede, dat zeker stof tot nadenken én voor de dialoog met jongeren in zich draagt…
Bijbelse verhalen, vaak alom gekend, maar soms zo weinig herkenbaar, zo denken we. Hoe kan een oud verhaal als dat van Kaïn en Abel (Genesis 4,1-16) nog iets betekenen voor ónze wereld, in óns leven? Bij een aandachtige lezing ontbolstert dit oude verhaal zich echter tot een beklijvende beschouwing over enkele van de meest fundamentele levenservaringen. reikt. Maar Kaïn sluit zich hiervoor af, hij sluit zich op in zijn woede en weigert deze bespreekbaar – en beheersbaar – te maken. Het is zo dat zijn woede ontspoort en uitmondt in moord. Het probleem met Kaïn is niet dat hij kwaad wordt, maar dat hij weigert iets met zijn woede te doen, dat hij de dingen niet durft uitspreken. Nochtans, door te verklaren waarom hij zo kwaad en bitter is, had hij tegelijk zijn woede recht kunnen doen én de angel eruit kunnen halen.
“Waar is je broer?” Wanneer deze vraag weerklinkt, neemt de geschiedenis een nieuwe wending voor Kaïn – en met hem voor de hele mensheid: het is het ontstaan van het ‘geweten’, de stem van de Ander in ons. Door deze kritische vraag brengt God een ‘crisis’ binnen: Hij wil in Kaïn een besef van verantwoordelijkheid opwekken. Pas wanneer hij dit weigert, confronteert God Kaïn frontaal met het kwaad, met zijn vreselijke misdaad. Merk op hoe het verhaal na de veroordeling van Kaïn tot een merkwaardige pointe komt, waar echter vaak overheen wordt gelezen. Want God weigert hier de logica te volgen van ‘oog om oog, tand om tand’. God is blijkbaar geen voorstander van zerotolerantie: Hij veroordeelt zelfs het doden van de doder! En Kaïn ontvangt zelfs een merkteken om te voorkomen dat hij gedood zou worden.
Schuld en boete
De geweldscirkel doorbreken Het verhaal van Kaïn en Abel klinkt ons zo bekend in de oren dat we nog moeilijk beseffen hoe revolutionair het wel is. In deze verhalende studie over het geweten toont de Bijbel hoe men het kwaad en het geweld wel kan proberen te begrijpen, maar het toch moet veroordelen. Dit is niet zo vanzelfsprekend. Zo is de Romeinse cultuur gebouwd op het stichtingsverhaal van Romulus en Remus – ook een verhaal van broedermoord, maar waarbij de moordenaar het haalt, zonder veroordeling: een gewetenloze cultuur die het geweld legitimeert. Zo biedt dit Bijbelse verhaal een beschouwing die uit het leven gegrepen lijkt – het leven in
Het is niet goed als kinderen omwille van de welvoeglijkheid leren om hypocriet te worden… 5
TE GAST | Tekst: Wilfried Wambeke Foto: Eindredactie DBV plaatst iets of iemand voor het voetlicht In dit nummer is Don Bosco Vlaanderen te gast in SintLambrechts-Herk bij moeder en zoon Poncelet. Voor veel Turijnreizigers van de afgelopen jaren zijn Mieke (59) en Jan (34) zeker geen onbekenden. Hun leven kreeg een ‘salesiaanse’ wending toen het gezin in 1989 op zoek ging naar een internaat voor Tom, de oudere broer van Jan…
maal de Don Boscomicrobe te pakken hebt, raak je ze nooit meer kwijt.”
Het engagement kleurt salesiaans
De vier gezinsleden waren voorheen ook al sterk geëngageerd: in de Chirowerking, de parochie, de misdienaarswerking… Ze baatten het parochiecentrum uit en waren dus nauw betrokken bij het reilen en zeilen van veel verenigingen. De Don Boscospirit die ze in Hechtel De Don Boscomicrobe ontdekten, met een sterke klemtoon op verantwoordeDe inschrijving van Tom in het internaat in Don Bosco lijkheid en engagement, sloot daar wonderwel bij aan. Hechtel was een gebeurtenis die het leven van pa en Jan herinnert zich de sfeer van respect, de gezonde disma Poncelet en de twee zonen danig zou kleuren. Of cipline, het solidariteitsgevoel in de internaatsgroep, de ze daarvoor ooit van Don Bosco gehoord hadden? Toch nabijheid van salesianen en leerkrachten. Er was altijd wel: toen Jan geboren werd, had zijn opa – ook Jan wel een reden om iets te organiseren of te vieren. Ma – gezegd dat hij zijn naamfeest op 24 juni moest vieheeft kilo’s wafels gebakken ren “want dat was ook het voor allerlei acties. Jan genaamfeest van Don Bosco”! Vooral tijdens de reizen naar tuigt dat hij geworden is wie En toen een leraar van Don Turijn heeft Mieke ervaren hij nu is dankzij die jaren in Bosco Helchteren te horen Don Bosco. Vooral vanaf het kreeg dat Tom naar Don wat Don Bosco teweeg heeft vierde jaar bloeiden Tom en Bosco zou gaan, had die hen gebracht en nog steeds in Jan open door moni te worgewaarschuwd: “Als je eenbeweging kan brengen.
Gegrepen door de inspiratie van Turijn 6
den bij de speelplaatsanimatie, door mee te reizen naar wel ergens iemand nodig die inspiratie biedt, getuigt Don Bosco in Turijn, door deel te nemen aan de oaseze, en voor haar is dat Don Bosco. weekends in Don Bosco Groot-Bijgaarden, enz. Mieke Jan noemt Don Bosco zijn inspiratiebron en rustpunt. Het helpt ook hem om gevoegt eraan toe dat haar lovig in het leven te staan: kinderen in Hechtel veel niet op een theoretische kansen gekregen hebben, Jan herinnert zich de sfeer van wijze, maar in heel conanders dan je ze thuis zou respect, de gezonde discipline, crete dingen. Hij zal ook kunnen geven. het solidariteitsgevoel in de niet nalaten hierover het internaatsgroep, de nabijheid van gesprek aan te gaan met Op zoek naar salesianen en leerkrachten. ieders talent de internen als de gelegenheid zich voordoet. Om gezondheidsredenen kon Jan zijn studies in het hoger onderwijs niet afwerken, maar al snel kon hij aan Het verhaal gaat door de slag in Don Bosco Hechtel, nu als opvoeder. Toen het Zowel Mieke als Jan zijn ervan overtuigd dat je die ininternaat in 2010 definitief de deuren sloot, nam hij zijn spiratie moet blijven voeden en dat je ze nooit voor uitgebreide ervaring als internaatsopvoeder mee naar jezelf alleen kunt houden. Mieke is daarom bij de Meeen ander internaat waar hij nog steeds werkzaam is. dewerkers van Don Bosco. Maandelijks neemt ze deel Ook daar wil hij er garant voor staan dat jonge menaan de vormingsavonden in Hechtel. Ze volgt daarnaast sen gelukkig worden. Hij gaat op zoek naar ieders tanog de twee jaar durende Don Boscocursus die in Oudlent, hoe klein het volgens de jongere zelf soms ook is, Heverlee ingericht wordt door Don Bosco Vorming & en dat wil hij álle kansen tot ontplooiing geven, met Animatie. Daar ontmoet ze anderen die evenzeer gerespect voor het tempo van iedere jonge mens. Gaanmotiveerd zijn om Don Bosco een toekomst te geven. Je deweg probeert hij zo een aantal salesiaanse accenten neemt dingen op, zo zegt ze, om weer te investeren op in te brengen in zijn huidige werkcontext. Vooral bij andere plaatsen. Dat dit haar actief engagement kleurt, het ontwikkelen van een visietekst over opvoeding in zowel in de parochie als in de Don Boscobeweging, dat internaat kreeg hij veel ruimte om zijn ideeën in te vindt ze vanzelfsprekend. “Don Bosco mag er gerust in brengen. zijn dat zijn werk doorgaat!” Voor Jan laat de drukte van zijn engagementen het niet Naar Don Bosco in Turijn echt toe om nog veel contacten te onderhouden met Tom en Jan kwamen thuis met enthousiaste verhalen Don Bosco, maar hij mist het wel enorm. Hij deelt de zorg over hun eerste reis naar Turijn. Eerst gingen ze mee als om de salesiaanse identiteit niet verloren te laten gaan. deelnemer, maar al snel kregen ze de kans om de reis Het verminderend aantal salesianen in het werk houdt mee te begeleiden als gids voor andere jongeren. Het volgens hem een risico in. Anderzijds is er gelukkig een was een bijna vanzelfsprekende stap voor Mieke en Flogoed onderbouwd aanbod van salesiaanse vorming. ry, hun ouders, om deze ervaring ook te mogen proeEen droom voor de toekomst ven. In 1996 namen ze voor het eerst deel aan een reis Jan wil een bron van inspiratie kunnen blijven voor jonvoor volwassenen en datzelfde jaar ging Flory in Turijn geren, als opvoeder of via zijn andere passies: muziek de fietsen ophalen van een groep jongeren die vanuit en kunst. Jongeren een thuis geven en hun artistieke Vlaanderen naar Turijn gefietst was. Ondertussen is talenten tot ontplooiing brengen, is een droom die hij Mieke 35 keren in Turijn geweest – als deelnemer, als lid ooit wil realiseren. Enkele jaren geleden tekende Jan van de kookploeg bij jongerenreizen en fietstochten, zijn idealen uit in een tattoo die hij op zijn been liet zetals gids – en bij Jan staat de teller op 33. ten. Er loopt een lijn doorheen met drie kernknopen: geloof, hoop en liefde. Don Bosco inspireert Mieke droomt ervan om nog meer mensen op sleepVooral tijdens de reizen naar Turijn heeft Mieke ervaren touw te nemen in Turijn omdat de ontmoeting met Don wat Don Bosco teweeg heeft gebracht en nog steeds in Bosco in zijn eigen context enorm motiveert om er iets beweging kan brengen. Hij heeft voor haar een voormee te doen. beeldfunctie om als gelovige te leven. Iedereen heeft 7
UITGELEZEN | Tekst: Eric Haelvoet Foto: Eindredactie
Het oog is een prachtig wonder! Wat buiten ons is en gebeurt, kunnen we zien omdat ontelbaar veel beelden door onze ogen op onze hersenen geprojecteerd worden. Heeft iemand ooit berekend hoeveel beelden we zo opslaan? Als we in een grote groep komen, vinden we onmiddellijk en van op afstand wie we zoeken. Haar of zijn beeld zit opgeslagen in het geheugen van ons brein, waardoor we de ander moeiteloos herkennen. Bovendien gaat dit alles supersonisch snel. Zien: een schitterend wonder.
Maar kijken doen we niet enkel met onze fysieke ogen. De barmhartige Samaritaan wordt door medelijden bewogen (Lc 10,33): hij kijkt met zijn hart en voelt mee met de ellende van de man langs de weg. En wat meer is: die bewogenheid zet hem in beweging. Hij helpt op een zeer concrete manier. Dit kijken is anders, dieper en vooral levengevend, dus creatief.
In de Bijbel staat het hart voor de persoon, meer bepaald voor zijn kern, zijn diepste wezenspunt. Het hart representeert hem daarom. Het is die dimensie in de mens waarmee hij in relatie staat met God en “Maria bewaarde al deze woordus gelooft. Het maakt hem tot een religieus den in haar hart en bleef erover wezen. In zijn hart is de mens verbonden met nadenken… Hij [Jezus] reisde God. Dit hart ‘ziet’ op het diepste niveau. Mamet hen terug naar Nazaret en ria laat de woorden en de gebeurtenissen toe was hun voortaan gehoorzaam. tot in die persoonskern. Wat de engelen bij de Zijn moeder sloot alles wat er geboorte van Jezus over Hem zeggen en wat er met Hem gebeurd was, op in gebeurt met de twaalfjarige Jezus in de tempel: haar hart.” Maria ontvangt het in haar hart en overweegt (Lc 2,19.51) het daar. Gods Woord en zijn handelen mogen haar helemaal bewonen. Daarom blijft zij precies bij Jezus terwijl Hij lijdt aan het kruis (Joh 19,25). De drie niveaus van kijken gaan hier op een zeer harmonieuze wijze samen. Maria ziet Jezus tijdens zijn laatste uren. Ze wordt bewogen door zijn lijden en dood. En ze blijft met Hem verbonden vanuit haar wezenskern.
Het Bijbelse hart 8
Het is opvallend dat Maria niet in zwijm valt. Een moeder die haar Kind zo ziet lijden, beseffend wie Hij is en wat zijn roeping en zending is! En toch blijft ze staan. Ze zegt niets. Ze is verbonden met Jezus. Bij de stervende Jezus staat niet alleen Maria. Ook de door Jezus beminde leerling staat er. Nergens in het Nieuwe Testament vernemen we zijn naam. Ook hij kijkt met de ogen van zijn diepste wezenskern. Op Pasen loopt hij sneller dan Petrus naar het graf. Petrus gaat als eerste binnen, maar het is de beminde leerling die binnengaat en gelooft (Joh 20,9). Zien en geloven staan hier onmiddellijk bij elkaar. Zien met het Bijbelse hart is geloven. En geloven traint de mens om met de ogen van zijn diepste persoonskern te zien.
Tekst: Wim Hanssens Foto: Eindredactie
| GROEIRUIMTE BIJ CRISIS
Groeien naar een conflictpositieve omgeving
Kijken en luisteren met je hart Enkele uitgangspunten: • Conflicten zijn eigen aan het samenleven, net zoals harmonie in het samenzijn een essentieel onderdeel uitmaakt van het leven. • Mensen stellen slechts uitzonderlijk intentioneel de structief gedrag naar zichzelf of anderen. Grensoverschrijdend gedrag wordt meestal gestuurd door een onderliggende pijn, frustratie, angst, verdriet… Het is vaak een smeekbede naar een luisterend oor. • Het louter sanctioneren leidt vrijwel nooit tot inzicht, groei en/of een zinvol leerproces in het constructief leren omgaan met stress.
Wanneer een jongere dus schijnbaar uit het niets agressief reageert, roept, tiert, scheldt, slaat, wegloopt… dan wil de jongere ons duidelijk iets vertellen. Toch brengt dit gedrag ons uit evenwicht, bezorgt dit ons een gevoel van onbehagen, onveiligheid. De meest menselijke manier om hierop te reageren is door het gebruik van tegenagressie of door onmiddellijk te sanctioneren in de hoop het gedrag te stoppen, te onderdrukken. We missen hierbij de kans tot het opzetten van een belangrijk leerproces.
Kijken en luisteren met ons hart vereist enkele belangrijke vaardigheden en persoonskenmerken zoals: een oprechte interesse, onvoorwaardelijke verwondering voor het verhaal van de jongere, een open houding, respect en liefde. De kunst van het luisteren is op een schitterende wijze weergegeven in het Mandarijns teken. Dit teken is harmonieus opgebouwd uit vijf afzonderlijke componenten: • Oor: we hebben twee oren en één mond – onze ziel heeft oren nodig om te communiceren. • Oog: luisteren doen we door te kijken naar het onuitspreekbare. • Koning: respect, erkenning voor het verhaal en de persoon die we beluisteren. • Onverdeelde aandacht: aandacht als teken voor ware, oprechte bekommernis. • Hart: aandacht voor het woordeloze, voor de gevoelens die schuilen in het hart.
Niets komt uit het niets. Wanneer een jongere grijpt naar agressief gedrag tegen zichzelf of de ander, dan vertrekt dit gedrag vanuit een emotie die de gedachten en gevoelens kleuren (zie het januarinummer). Willen we streven naar alternatief gedrag, dan dienen we in steun te blijven staan en via communicatie inzicht te verwerven in deze onderliggende gedachten en gevoelens bij deze jongere en dit inzicht ook door te geven aan de jongere. Geen eenvoudige opgave! Communicatie is immers veel meer dan spreken met en/of spreken tegen de jongere. Bij oprechte communicatie dienen we ons oordeel over het waarneembare gedrag uit te stellen, afstand te doen van ons ‘Groot Gelijk’ en onze ‘bril’ af te zetten om de werkelijkheid te bekijken en te beluisteren door de ‘bril’ van de jongere.
Door te vertrekken vanuit de emoties, gedachten en gevoelens van de jongere in stresserende situaties, streven we vier doelen na. We leren alternatief en constructief gedrag aan, vergroten het zelfvertrouwen van de jongere, verminderen de angst van de jongere en verhogen het begrip en het inzicht in het eigen gedrag, in de eigen gevoelens en die van anderen. 9
Vaak cultiveren volwassenen een negatief beeld over jongeren en hebben ze al te gemakkelijk hun oordeel en kritiek klaar. Deze uitspraak van Don Bosco toont ons de weg waarlangs hij het vertrouwen en de hoop in de jeugd wist te herwinnen: door zijn jongeren met een positieve en doelgerichte houding nabij te blijven, door naar hen te kijken met een blik vanuit het hart…
“In ieder van deze jongeren, ook de meest ongelukkige, zit er iets dat vatbaar is voor het goede. De taak van de opvoeder bestaat erin die gevoelige snaar te vinden en haar te laten trillen.” 10
Tekst: Wilfried Wambeke Foto: Eindredactie
| EEN WOORD WAARD
De moeite waard om ter sprake te brengen
Algemeen kapittel in Rome Van 22 februari tot 12 april 2014 vindt te Rome het 27ste algemeen kapittel van de salesianen plaats. In de Constituties van de salesianen wordt deze belangrijke gebeurtenis omschreven als ‘het hoogste gezag in de Sociëteit’. Verder beschrijven de Constituties het algemeen kapittel als “een broederlijk treffen waarin de Salesianen zich gemeenschappelijk bezinnen om trouw te blijven aan het evangelie en aan het charisma van de Stichter en voeling te houden met de noden van tijd en plaats”. Daarom verzamelen de kapittelleden eerst in Turijn waar ze broederlijk enkele dagen in bezinning en gebed doorbrengen ‘bij de bron’, op de plaatsen waar Don Bosco leefde en werkte. Daarna verhuizen ze met z’n allen naar het Salesianum in Rome waar de werkzaamheden zullen plaatsvinden.
Vertegenwoordiging
Beleidsopties
Toen het eerste algemeen kapittel van de salesianen in 1877 samenkwam duurden de werkzaamheden van de 23 kapittelleden onder het voorzitterschap van Don Bosco 13 dagen. Anno 2014 zullen er ruim 200 medebroeders aan het kapittel deelnemen. Voor onze provincie Vlaanderen-Nederland zijn dat Mark Tips, provinciaal, en Wilfried Wambeke, die door de medebroeders gekozen werd als afgevaardigde van de provincie.
Algemene kapittels zijn telkens mijlpalen geweest in de geschiedenis van de salesiaanse congregatie. Het gedachtegoed van Don Bosco wordt er bij de tijd gebracht: geen gemakkelijke opgave als je bedenkt in hoeveel verschillende culturen en omstandigheden de salesianen werkzaam zijn. Een intense manier van werken moet er voor zorgen dat er na zeven weken een aantal beleidsopties op tafel liggen die richtinggevend zullen zijn voor de komende jaren.
Getuigen van evangelische radicaliteit In 2012 werden de salesianen wereldwijd uitgenodigd door hun Algemeen Overste don Pascual Chávez om zich te bezinnen over hun identiteit als religieuzen: als ons leven en ons werken geen diepe wortels (radices) heeft in het evangelie, zo schreef hij, wijkt het fundamenteel af van de oorspronkelijke visie van Don Bosco en dreigt het te verzanden in activisme. Daarmee was het thema gelanceerd waarover het algemeen kapittel zou handelen: de salesianen als ‘Getuigen van evangelische radicaliteit’. Alle medebroeders van de hele wereld werden betrokken in het denkproces over hun identiteit, eerst op lokaal vlak en naderhand op provinciaal niveau. Alle provinciale documenten werden dan verwerkt tot het basisdocument dat de leidraad zal zijn voor de besprekingen.
Een nieuwe opvolger van Don Bosco Naast het inhoudelijke werk heeft dit algemeen kapittel nog een andere belangrijke opdracht. Wanneer de kapittelleden elkaar in de loop van de werkzaamheden beter hebben leren kennen, wordt tegen het einde van het kapittel een nieuwe hoofdraad gekozen, met als eerste stap de verkiezing van een nieuwe Algemeen Overste als tiende opvolger van Don Bosco. De hele salesiaanse wereld kijkt met grote verwachtingen uit naar dit algemeen kapittel en zijn resultaten, in de overtuiging dat het evangelisch geïnspireerde charisma van Don Bosco ook voor onze tijd richtinggevend blijft in het werken voor en met jonge en gewone mensen. 11
GENEGEN.BE | Tekst: Don Bosco Vorming & Animatie Foto's: Björn Larsson, eindredactie Samen Don Bosco een plaats geven Waar het hart vol van is, daar vloeit de mond van over. Mirte Wolfs en Firmin Vanspauwen zijn hier het levende bewijs van. Het weerzien tussen oud-leerling en oud-leerkracht is hartelijk. Samen rond de tafel getuigen ze hoe Don Bosco vandaag een plaats krijgt in hun leven. Twee ervaringsdeskundigen aan het woord. Ieder vanuit zijn eigen geschiedenis, ieder met zijn eigen dromen.
Een heilige als de anderen “Ik ben al enkele jaren weg van Don Bosco Hechtel. Ik volgde ondertussen een zevende jaar kunst in Antwerpen en een grafische opleiding in Gent. En vandaag volg ik een lerarenopleiding aan een CVO”, begint Mirte. “Toch blijf ik nog steeds verbonden met Don Bosco en dan vooral in mijn engagement voor speelplein Groene Zone bij de zusters in Heverlee. Dat doe ik nu bijna tien jaar.” “Sinds februari 2013 mag ik genieten van mijn pensioen. Negenendertig jaar heb ik hier in Hechtel lesgege-
ven, wiskunde en fysica”, vertelt Firmin. “Al laat ik de school en Don Bosco niet helemaal los. Via een aantal projecten en activiteiten blijf ik betrokken op de school en op de beweging, bijvoorbeeld via de vormingen voor nieuwe personeelsleden en de werkgroep die het feestjaar 2015 voorbereidt.” “En zeggen dat ik Don Bosco nauwelijks kende toen ik hier in 1974 be-
Engageren = je laten beroeren 12
gon. Op dat moment was hij voor mij een heilige als de anderen. Ik was pas afgestudeerd en op zoek naar werk. Maar je voelde direct dat deze school anders was. Geen omheining rond het terrein, direct contact tussen leerlingen en leerkrachten, enzovoort. Mijn ogen gingen open.” “Dat voel je ook als leerling”, pikt Mirte in. “Ik kwam hier terecht in het derde jaar via mijn oudere zus, Edse. Ik mocht me direct thuis voelen. Nog voor het eerste belsignaal werd ik aangesproken door een leerkracht, mijnheer Duchateau. Die warme sfeer mocht ik wat later ook ontdekken bij de zusters in Heverlee.”
Je hoort wel wat “Gaandeweg leer je als leerling ook de figuur van Don Bosco kennen. Je ziet zijn beeltenis overal en je leert over zijn leven en werken in lessen of bezinningen. Of op het feest van Don Bosco. Hetzelfde geldt voor het speelplein. Maar vooral als lid van de pastorale animatiegroep leerde ik hem beter kennen, door als groep na te denken over hoe we hem vandaag een plaats kunnen geven.”
zorgt ervoor dat je niet praat over ‘de’ school, maar wel over Don Bosco Hechtel, ‘mijn’ school”, stelt Firmin.
Kaarsjes uitblazen “Je wilt je leerlingen iets meegeven, iets meer dan je vak. Je probeert hun, vanuit een salesiaanse traditie, waarden mee te geven. Ik denk aan dienstbaarheid ten aanzien van de andere, je laten raken, je laten bewegen door de andere. Je roept hen op die manier op zin te geven aan het leven.” “Zulke dingen neem je mee als leerling”, getuigt Mirte. “Je laten raken, het positieve blijven zien in iedere mens en het steeds weer opnieuw kansen geven zijn waarden die ik op school en thuis heb meegekregen. Ik probeer ze op mijn beurt door te geven, bijvoorbeeld aan de moni’s op het speelplein.” “Je kunt enkel maar aanreiken, het is de ander die kiest. In 2011 deed ik mee aan de Wereldjongerendagen in Madrid. Het heeft me enorm getroffen hoe makkelijk wij, jongeren uit de westerse wereld, mogen en kunnen geloven. De Bijbel is voor ons een leidraad waaruit je kan en mag putten, geen wettekst. Je gelooft omdat je zélf gelooft, niet omdat je ouders of school dat vragen.”
“Toen ik startte, was Don Bosco nog veel indringender aanwezig op school. In het lessenrooster was wekelijks een eucharistieviering ingebouwd. Dit 33ste lesuur bestaat trouwens nog steeds, maar is uiteraard, samen met de tijd, geëvolueerd naar een titularisuur, een pastoraal-pedagogisch uur. Je kon met andere woorden als leerkracht niet om Don Bosco heen.” “Ik heb samen met anderen twee kijkspektakels gemaakt over zijn leven, in 1988 en 2005. Tijdens de voorbereiding heb ik heel wat research moeten doen, boeken moeten lezen. Door dit werk leerde ik Don Bosco nog veel beter kennen en groeide mijn fascinatie. Als je erin stapt, als je je engageert, word je zo meegezogen.”
“Don Bosco is ook geloven”, vertelt Firmin. “Dat wil je alleszins meegeven als bijvoorbeeld duizend leerlingen in de sporthal verzamelen voor de eucharistie naar aanleiding van het feest van Don Bosco. Maar ook als opvoeder. Ik ging wel eens naar de kapel en vroeg hem dan: ‘Awel, Giovanni, hoe is ’t?’ Of ik dreigde al zijn kaarsen uit te blazen als hij niet voor goed weer zorgde.”
“En je krijgt bij Don Bosco veel kansen om zo’n verantwoordelijkheid te nemen, ook als jongere. Je wordt uitgedaagd om telkens je grenzen te verleggen”, gaat Mirte door. “In alle vrijheid, in alle authenticiteit. Het vertrouwen dat leerkrachten geven, doet je openbloeien.” “De ruimte krijgen om je passie te tonen in je werk,
“Wat de toekomst voor mij brengt, weet ik nog niet. Ik wil graag met Jeugddienst Don Bosco op reis naar Zambia, ik wil mij ook voor andere projecten engageren. Misschien samen met anderen zelf iets uitbouwen. En leerkracht zijn. We zien wel. Ik wil een puzzelstukje zijn in de puzzel van jongeren. Ik wil hun mee kleur geven.”
Een puzzelstuk zijn “Mijn toekomst ligt vandaag thuis, bij mijn gezin. Al wil ik mij op één of andere manier toch steeds blijven engageren om het erfgoed van Don Bosco mee uit te dragen. Want er is meer dan ooit nood aan.”
13
GROEISTOOT | Tekst: Dirk Schoofs Foto's: Dirk Schoofs, eindredactie Praten over opgroeien en de perikelen daarbij
Dolle honden of mismeesterde pups Over agressie en agressiebeheersing bij jongeren Is de agressie bij jongeren toegenomen?
Vanwaar dan toch die perceptie?
JVA: Neen, maar we moeten eerst definiëren wat we JVA: Via allerhande professionele en niet-professionele met agressie bedoelen. We maken een onderscheid tusmediakanalen zitten we tegenwoordig met de neus op sen verbale en fysieke agressie. Verbale agressie kunnen ieder incident. Wanneer er op een school een agressiedreigementen zijn, terwijl intimidatie of slaan fysiek is. incident plaatsvindt, wordt dit in de media breed uitBovendien kun je niet alle agressie over dezelfde kam gesmeerd en dat was vroeger niet het geval. Ook socischeren. Gaat het om ernstige feiten of om een eerder ale media spelen hierbij een rol. Leerlingen nemen zelf milde vorm? De cijfers bewijzen dat het aantal zware filmpjes op en publiceren die op YouTube – denk maar agressiedelicten de afgelopen vijftig jaar nauwelijks is aan het bekende filmpje van de leraar die een leerling gestegen. De cijfers van jeugdcriminaliteit zijn zelfs gemet het hoofd in een emmer mortel duwt. Chauffeurs daald vanaf 1995, tegen alle verwachtingen in. Bij berijden met een goedkoop cameraatje op het dashboard paalde etnische groepen is het en filmen agressief rijgedrag. aantal agressiegevallen toegeDaar praat men weken, zelfs Bepaalde straffen van nomen, maar ook daar gaat het maanden over, het lokt debatouders zijn een toonbeeld om kleine percentages. Je moet ten uit en dit alles creëert de van agressie. Dat gedrag de verhalen over stijgende criperceptie dat de agressie uit de zullen kinderen imiteren minaliteit dus sterk relativeren. hand loopt op onze scholen. op school en tegenover Meer nog, de perceptie dat leeftijdsgenoten. jeugd alsmaar gewelddadiger Heeft agressie te maken met de wordt, is van alle tijden. Tijdens gezinssfeer of de schoolsfeer? mijn lezingen citeer ik vaak uit een encyclopedie van mijn grootvader waarin staat dat tussen 1895 en 1898 JVA: Het is een combinatie van factoren. Ik denk in eerste de kindermisdadigheid met 35% is toegenomen. Als instantie aan biologische factoren, zeg maar erfelijke factoren. Er zijn een beperkt aantal kinderen, pakweg 5%, deze tendens zich had doorgezet, zouden alle huidige die vanaf de geboorte met een moeilijk temperament jongeren criminelen zijn… 14
Terwijl ik het interview van gisteren met Juliaan Van Acker laat bezinken, klinkt door de ochtendradio hoe een bende jongeren een scholier in een bushokje hardhandig hebben aangepakt. Voor zijn koptelefoon… Om de haverklap worden we opgeschrikt door berichten over terreur door jongelui en zelfs kinderen. Is dit een teken aan de wand? We vroegen het aan Juliaan Van Acker, emeritus hoogleraar orthopedagogiek. ‘Probleemgedrag in de klas en agressie op school’, ‘De gerespecteerde leraar’, ‘Gezinsproblemen pedagogisch oplossen’ zijn enkele van de werken waarin hij zijn deskundigheid deelt op het vlak van probleemgedrag bij jongeren. Op zijn website www.ministrando.org vind je trouwens veel praktische tips voor ouders, leraren en hulpverleners.
op de wereld komen. Deze impulsieve jongeren kunnen zich moeilijk bezinnen over hun gedrag en beschikken onvoldoende over het vermogen om te anticiperen. Ze zijn nauwelijks in staat de gevolgen van hun gedrag te overzien. Wanneer deze kinderen niet goed worden opgevoed terwijl ze vaak slechte straffen krijgen, dan kan het helemaal fout lopen. Bepaalde straffen van ouders zijn een toonbeeld van agressie. Dat gedrag zullen deze kinderen imiteren op school en tegenover leeftijdsgenoten. Het is evenmin een kwestie van beschaving, want met deze term leg je de fout te zeer bij het kind, terwijl gedrag altijd aangeleerd wordt: gedrag komt niet uit de lucht vallen. Ouders en zelfs leerkrachten kunnen onbewust agressief gedrag uitlokken bij bepaalde leerlingen.
Interpreteert u een straf als een vorm van agressie? JVA: Ik ben niet tegen straffen, maar harteloos gegeven straffen doen meer kwaad dan goed. Ouders die voornamelijk fysieke straffen toepassen, geven een fout voorbeeld. Als je nooit de kwaliteiten van een kind in de kijker zet en alleen het negatieve in de aandacht brengt door bestraffing, is de prognose ongunstig.
Welke vuistregels geeft u mee aan leraars, opvoeders en ouders die met agressie bij jongeren worden geconfronteerd? JVA: In mijn boeken en op mijn website staan een aantal tips. Laat ik er enkele opsommen… Je hoeft je door driftige pubers niet persoonlijk aangesproken te voelen. Blijf er rustig onder en blijf in alle omstandigheden zelf beleefd. Probeer hen niet onmiddellijk te confronteren met hun gedrag. Je hoeft trouwens meestal niet meteen te reageren. Vermijd dat de jongere in kwestie gezichtsverlies lijdt. Spreek de jongere consequent met
zijn voornaam aan. Belangrijk is dat je zegt welk gedrag je verwacht. In plaats van te gebieden “Doe niet zo stom” zeg je beter: “Ik verwacht dat je je beleefd gedraagt.” Probeer de boodschap positief te verwoorden en vermijd zelf dreigend over te komen. Dreiging lokt vaak nog meer frustratie en agressie uit.
Zijn er leerkrachten die zonder dat ze er erg in hebben, zelf ook agressie uitstralen?
JVA: Het grote probleem van iemand die agressief is, is dat hij signalen van anderen als tekenen van agressiviteit interpreteert terwijl die niet zo bedoeld zijn. Als iemand te dicht bij de andere staat, of de handen in de heupen plaatst, wordt dit snel door een opgewonden persoon als agressief gepercipieerd. Je moet rust en zelfverzekerdheid uitstralen.
Worden leraren hier voldoende op voorbereid? JVA: Het is belangrijk dat leerkrachten de signalen van agressief gedrag tijdig herkennen. In de fase van escalatie is het meestal te laat. Je let als goede leerkracht op de houding van zo’n kind, op zijn ademhaling om te anticiperen op zijn gedrag. Leerlingen die woest naar buiten lopen moet je in de meeste gevallen niet tegenhouden of achternazitten. De opvoedingsmethoden die bij de meeste kinderen wél werken, zullen het bij kinderen met gedragsstoornissen niet doen. En dat maakt leerkrachten radeloos. Je zult zo maar één of twee leerlingen in de klas hebben. Dat stelt hoge eisen aan leerkrachten. Als orthopedagoog ben ik bekommerd om de leerlingen die steeds uit de boot vallen. Ik pleit niet voor de softe aanpak, maar leerkrachten moeten wel leren om op een systematische manier om te gaan met gedragsgestoorde leerlingen. Dat is geen gemakkelijke opgave. Mocht dit in de opleiding van het regulier onderwijs getraind worden, dan zouden veel doorverwijzingen naar buitengewoon onderwijs type 3 vermeden worden. Dat is een beleidskwestie. Ik zit al zo lang in het vak en nog steeds komt omgaan met gedragsproblemen in de klas veel te weinig aan bod in de lerarenopleiding. 15
BROODJE CURSIEF | Tekst: Lieve Pinxten Foto: Etienne Leconte Luchtig cursiefje vanuit het dagelijks leven Dylan kwam heel onverwacht in mijn leven. Via het scherm. Er was een tv-reportage over twee leerlingen die op internaat in Montfort zaten. Dat hoorde ik met een half oor terwijl ik aardappelen stond te schillen. De voice-over had meteen mijn volle aandacht; misschien kende ik wel één van de twee gevolgde leerlingen. Dat was niet direct het geval, maar Dylan liep wel school in ons BSO. Hij vertelde over zijn leven op internaat en over zijn leven daarbuiten. Hij nam de reporters mee naar het huis van Jacqueline, een oudere alleenstaande vrouw die hij eerder toevallig had leren kennen op één van zijn wandeltochtjes met de hond. Tussen Jacqueline en Dylan groeide een unieke vriendschap. Ik keek en mijn ogen schoten vol. Dylan raakte me met zijn verhaal heel diep vanbinnen. Mijn mond viel open om zoveel levenswijsheid, om zoveel vreugde om eenvoudige dingen ook. Hij heeft het thuis niet altijd even gemakkelijk, het leven is niet altijd even mild voor hem en toch is er in dat grote hart van hem een apart plaatsje voor Jacqueline. Van haar hangt er ook een foto op zijn kamer, van zijn mama niet want die kan hij elke dag bellen. Baf! Raak! Gewoon zoals het is. Die oprechtheid, die open blik, dat grote vertrouwen in wat is. Die kleine dappere jongen wordt daar voor mijn ogen een grote mijnheer en ik voel een vreemd soort ontzag, trots ook dat Dylan een leerling op onze cam-
pus is. Hij heeft het leven begrepen. Hij gaat voor echt. De dag erop doe ik assistentie in de eetzaal. Speciaal voor Dylan. Ik zoek hem op aan zijn tafel en feliciteer hem met zijn tv-debuut. En daar in het alledaagse geroezemoes van meer dan vijfhonderd leerlingen, tussen boterhammen, wafels en cola heb ik één van de bijzonderste ontmoetingen van mijn leven. Ik sluit – nog een beetje onbewust misschien – vriendschap met Dylan. Wanneer ik door het TSO/BSO-gebouw loop, kijk ik altijd stiekem rond. Mijn dag is heerlijk en vol kleur wanneer ik Dylan heb gezien. Goede morgen, goede middag, een vrolijke lach in de werkplaats, een verre, enthousiaste zwaai! Ik ben trots wanneer Dylan mijn gerepareerde grasmaaier naar mijn auto brengt en we lachen omdat ik die vuile machine gewoon op de achterbank – van wat ooit een chique Audi was, godbetert – laat zetten. Tja, ik zit nu eenmaal met een onbeweeglijke hoedenplank… Tijdens de eetdagen staan we lang te keuvelen in de keuken: over het internaat, over Jacqueline, over zijn familie die is komen eten… maar veel meer nog voeren we een gesprek van hart tot hart. Ik mag hem ontzettend graag, ik heb een ongelooflijk groot respect voor hem, kortom ik zie hem graag met alles wat ik heb! Dylan zit ondertussen in het vierde jaar basismechanica, ik ben een adjunct-directeur van veertig, maar Dylan en ik… dat is voor altijd dik aan!
Hart tegen hart 16
Tekst: Colette Schaumont en Dieter Verpoest Foto: Eindredactie
| SPROKKEL
Sinds een aantal jaren organiseren Don Bosco Vorming & Animatie en de werkgroep ‘Opnieuw van Don Bosco vertrekken’ een studiedag rond Don Bosco. Dit jaar vond deze dag plaats op 25 januari en werd opnieuw een buitenlandse spreker uitgenodigd: don Aldo Giraudo, salesiaan en een van de grootste Don Boscokenners op dit ogenblik, verliet voor de gelegenheid zijn bureau aan de Pauselijke Salesiaanse Universiteit om een aantal dagen in onze provincie te vertoeven.
Don Bosco als opvoeder en spirituele begeleider Studiedag rond Don Bosco Het centrale thema van de studiedag was “Don Bosco als opvoeder en spirituele begeleider”. In het voormiddaggedeelte hield de spreker een reflectie op drie biografieën die Don Bosco schreef over jongeren die bij hem in het Oratorio kwamen: Domenico Savio, Michele Magone en Francesco Besucco. Deze op het eerste gezicht voor ons nogal vroom overkomende verhalen lijken ver van onze tijd af te staan. Don Giraudo reikte de toehoorders echter een aantal leessleutels aan die uitdagen om er ons toch verder in te verdiepen. Van meer nabij bekeken blijken het niet alleen biografieën, maar vooral ook autobiografieën te zijn, waarin we Don Bosco zelf als opvoeder en spirituele leider ontmoeten. Het referaat van don Giraudo leerde ons dat de aanpak van de negentiende-eeuwse Don Bosco nog steeds actueel en uitdagend is. Na een lekkere en goed verzorgde broodmaaltijd, waar de ruim negentig aanwezigen wat konden nakaarten over het eerste gedeelte van de studiedag, werd dieper ingegaan op de spiritualiteit en religieuze gevoeligheid van de negentiende eeuw, om er Don Bosco in te kaderen. Don Bosco was in de eerste plaats priester die leefde vanuit een verbondenheid met God. De spreker beklemtoonde de eigen accenten die Don Bosco gelegd heeft vanuit zijn persoonlijke gevoeligheden. Bij Don Bosco gaan werk en gebed hand in hand en hij toont zich kritisch ten opzichte van een drang naar het mys-
tieke, zonder verankering in het dagelijkse leven. Don Bosco slaagde er in om de beide polen in evenwicht te houden en is ook zo voor iedereen die salesiaans bewogen is, een voorbeeld. In navolging van zijn grote voorbeeld, Franciscus van Sales, richt hij de blik op de heiligheid van het alledaagse. Het gaat daarbij niet om vroomheid, versterving of ascese, maar over het leven met overgave voor God en de ander. Aan het einde van de studiedag werd don Giraudo bedankt met Belgische pralines en een uitgebreid applaus. Daarmee was de dag echter nog niet ten einde, want er was ook nog iets te vieren. Dit jaar bestaat Don Bosco Vorming & Animatie vijftien jaar, en deze studiedag was een ideale gelegenheid om met een grotere groep het glas te heffen op het verleden, het heden én de toekomst. Er werd van de gelegenheid ook dankbaar gebruik gemaakt om de digitale versie van de Memorie Biografiche voor te stellen. De voorbije jaren werkte de familie Biesmans met monnikengeduld aan de digitalisering van dit grote werk. Terwijl deze negentiendelige reeks in vele salesiaanse bibliotheken vaak onaangeroerd staat, is dit nu handig te raadplegen op de computer. Dit goede nieuws bereikte ook de Algemeen Overste don Pascual Chávez, die een mooie brief schreef naar de twee medebroeders en hun zus die dit voor elkaar brachten. Het was een inspirerende dag voor wie met Don Bosco verder op weg wil gaan. 17
DE SPREEKSTOEL | Tekst: Fons Ceustermans Foto: Steven Pinnoo Voor wie spreekt van uit salesiaanse verantwoordelijkheid
Positief naar de dingen kijken – de leerschool van ‘meester Fries’ Wie, zeg je?
Soetkin en Willem. Maar na een tijd kwam aan het licht Meester Fries Verschaete vertelt met een klare en duidat ze beiden aan een ongeneeslijke ziekte leden. Toen delijke stem, wellicht een restant uit de tijd toen hij les begon een lange lijdensweg. In 2008 overleed Soetkin gaf aan klassen van 26 en nog méér leerlingen. Met op zeventienjarige leeftijd en enkele jaren daarna ook rustpauzes tussenin, als om zijn gedachten telkens op Willem; hij werd 23 jaar jong… Het waren donkere jaeen rijtje te zetten. ren voor Fries en zijn echtgenote, jaren van eindeloos Na omzwervingen in het (buitengewoon) lager en buiverdriet en sombere dagen. Maar zo schrijft hij: “Rouw tengewoon secundair onderwijs belandde Fries in 1989 is als de golven van de zee. Op bepaalde ogenblikin Kinderland waar hij begon als ‘meester’ in het derde ken zijn de golven klein en worden ze nauwelijks opleerjaar, in een grote klas. En het waren niet allemaal gemerkt, maar op een ander moment, als men dit het engeltjes in die klas! Maar de sterminst verwacht, kan een felle golf ke geest van Don Bosco onder het de voeten onder je wegvegen.” Zorgend omgaan personeel heeft hem vlug stevig Fries en zijn vrouw hebben o.a. met leerlingen is zijn doen staan als leerkracht en opbij Manu Keirse, een specialist in voeder. “Tot mijn schande,” zegt het begeleiden van mensen in een levensvervulling en hij, “kende ik Don Bosco en zijn rouwproces, veel hulp en steun gezijn arbeidsvreugde. pedagogie nauwelijks. Langzaam vonden. Samen met de steun en maar zeker werden we ingewijd, bemoediging van zoveel andere al doende zoals het er toen aan toe ging, en groeide mensen om hen heen én het voorbeeld dat hun beide ook in mij de overtuiging dat in Don Bosco Kinderland kinderen hun gaven door altijd positief naar de dingen mogen lesgeven, de ‘max’ is.” Een aantal jaren is hij te kijken, is hun leven intussen wat gestabiliseerd en (deeltijds) directeur geweest van de school. Maar de slehebben ze de draad van het leven weer kunnen opnepende ziekte van zijn twee kinderen en de daaropvolmen. Fries gebruikt in dit opzicht wel het evangelische gende dood van beiden hebben hem de beslissing doen beeld van het ‘geknakte riet’. Niets is meer hetzelfde nemen om terug deeltijds onderwijzer te zijn. Nu is hij sinds hun kinderen overleden zijn, ook al zijn er duizend herinneringen en concrete dingen die hun leven zorgleerkracht voor de vierde, vijfde en zesde leerjaren. En in deze taak voelt hij zich als een vis in stromend even doen oplichten, als in een droom. Maar slechts een droom… water. Want zorgend omgaan met leerlingen is zijn levensvervulling en zijn arbeidsvreugde.
Als de golven van de zee… Samen met zijn vrouw Katelijne vormden ze een gelukkig gezin, met twee kinderen: een dochter en een zoon, 18
Het dirigeerstokje
In de opleiding als onderwijzer heeft Fries o.m. geleerd om blokfluit te spelen en dat kwam goed van pas in de lessen. Zuster Maria Poelmans had intussen in Kinder-
In onze Spreekstoel zit vandaag de zorgleerkracht van groot en klein die iedereen kent in basisschool Kinderland te Kortrijk: meester Fries. Hij staat er zelf versteld van dat hij dit jaar al een kwarteeuw in Kinderland aan de slag is. Als opgejaagde wolken aan de hemel verglijden de jaren, onhoudbaar, onweerstaanbaar, en wij, wij drijven mee…
land een koortje opgericht. “Ik heb me daar vlug bij aangesloten en na een korte tijd – het was in 1992 – kreeg ik van haar het dirigeerstokje. Het Kinderlandkoor is intussen uitgegroeid tot een vaste waarde op school en ver daarbuiten. Het heeft al heel wat optredens achter de rug. Onlangs nog hebben we de viering met het reizende beeld van Don Bosco in de kathedraal van Gent mogen opluisteren. We beefden en rilden er, niet alleen van de winterse koude in de kathedraal, maar ook van emotie toen we mét en voor al die Don Boscovrienden mochten zingen. We stonden intussen al meermaals op de planken met Willem Vermandere, met Elly en Rikkert, met Freddy Birset en met tal van orkesten en volwassenenkoren. Ik stel er prijs op om met deze kinderen en met de koorjuffen Griet en Lieselot te mogen zingen in de eucharistievieringen op onze school en op andere plaatsen waar men ons vraagt. En het doet de kinderen ook zichtbaar deugd dat te mogen doen. Ik ben er gerust in, Don Bosco – die ook van muziek hield – zal met plezier meeluisteren als ons koor één van de Don Boscoliederen zingt. Ja, ik moet het eerlijk toegeven: het dirigeerstokje is me lief en het schenkt me arbeidsvreugde!”
En morgen? Het rommelt in het onderwijs. Politici en kenners van het onderwijs Ik ben er gerust in, denken dat er belangrijke veranDon Bosco – die ook deringen nodig zijn om in het Euvan muziek hield – ropa van vandaag en morgen mee zal met plezier te kunnen. Misschien is dit waar. meeluisteren als ons Maar wat er ook van zij, zo besluit koor één van de Don Fries: “Ik probeer in Kinderland in Boscoliederen zingt! de voetsporen van Don Bosco te treden. Al jaar en dag probeer ik door middel van een assisterende en dialogerende opvoedingsstijl een onmisbare steun te zijn voor onze leerlingen, om ze zo volop kansen te bieden om als goede mensen uit te groeien.” Na deze woorden volgt een lange stilte en hij glimlacht. Tevreden kijkt hij voor zich uit, alsof hij in de toekomst blikt en naar ‘morgen’ uitkijkt… 19
DE BOEKENPLANK | Tekst: Patricia Segers Foto’s: Centrale Propaganda
Ideaal voor de Goede Week en Pasen! Kruisweg voor jongeren
N51 € 3,50 (port inbegrepen)
Ik versier Pasen
Een echte aanrader voor de passietijd! Deze Kruisweg voor jongeren werd uitgewerkt als een rollenspel met verschillende spreekpartijen, zodat de actieve deelname van iedereen bevorderd wordt. De illustraties zijn fris en modern, suggestief en niet gruwelijk. Men kan deze kruisweg gemakkelijk bidden in het gezin, met het catechese- of vormselgroepje, thuis, in een kerk…
Auteur: Charles Singer, Vertaling: Marc Dedapper, 16 blz.; 21 x 15 cm
Hoe je (klein)kinderen zinvol over Pasen spreken en ze inleiden in dit mooie mysterie? Gebruik de middelen die hen boeien. Bijvoorbeeld dit knutselboek met vijf knutseltaakjes in verband met Pasen. Voor kinderen van 5 tot 10 jaar!
N70 € 4,00 (port inbegrepen)
Onmisbaar bij de catechese! Voor de kleinsten (4 tot 7 jaar) Mijn missaal Dit misboekje is geschikt voor kinderen vanaf de leesleeftijd. Moeilijke sleutelwoorden krijgen de nodige uitleg. Kortom: het ideale gebedenboekje, dat kinderen kunnen gebruiken als ze actief de viering willen meevolgen.
N19 € 7,00 (port inbegrepen)
Auteurs: M-J Cura e.a. Vertaling: Myriam De Keyser 68 blz.; 10,5 x14,5 cm
Vanaf 8 jaar Het leven van Jezus Kaartspel via de evangelies. Een spelboek dat je kunt verknippen tot 32 kaarten, en tevens tot een doosje N11 waarin je de kaarten kunt € 4,00 (port opbergen. Een ‘trivial pursuit’-spel met vrainbegrepen) gen en antwoorden voor twee of meer spelers. Zo leert een kind wegwijs worden in het lezen van Bijbelse teksten. Speels geleerd en jong gedaan! Auteurs: M-J Cura e.a., 16 blz.; 21 x15 cm 20
Voor catecheten en oudere leerlingen: Filmgids bij ‘The Passion of the Christ’
Kostprijs DVD:
€ 21,50 (port inbegrepen) Nu speciale actieprijs: boek + DVD voor de prijs van
€ 27,00 (port inbegrepen)
Deze weliswaar harde film is een aangrijpende lijdensmeditatie. De omvattende symboliek vergt ongetwijfeld een toelichting. Met deze filmgids reist de lezer minuut per minuut door de bioscoopprent, het evangelie in de hand. Naast een reliN46 gieuze duiding bevat het boek ook een uitgebreide filmische uitleg, die ook de niet-gelovige toelaat deze bijzondere prent beter te verstaan. Ook voor catecheten kan – in de aanloop naar de Goede Week – het bekijken en bespreken van ‘The Passion of the Christ’ een beklijvende religieuze ervaring opleveren voor de oudere leerlingen. Dit boek geeft de leerkracht alle nodige informatie hiertoe. Auteur: Marc Dedapper Met 18 foto’s uit de film (Cinéart) / 112 blz.; 13,5 x 19 cm
IN MEMORIAM Zuster Augusta Loret ° 30.04.1923 + 29.11.2013 Augusta, de zevende in een rij van tien kinderen, opende zich voor het leven te Tessenderlo, te midden van een gezonde, warme familiekring waar ze het christen-zijn als vreugde en inzet leerde beleven. Op 21 november 1941 trad zij in het noviciaat bij de Zusters Reguliere Oblaten van de H. Benedictus in Heverlee. Op 27 november 1944 sprak zij haar eerste geloften uit en op 1 november 1966 werd zij zuster van Don Bosco. Meer dan vijftig jaar heeft zr. Augusta zich zomaar, uit pure zorg voor kinderen en medezusters, onvoorwaardelijk ingezet om iedereen het nodige te verschaffen. Ze wist anderen daarbij te betrekken: medezusters, familie, weldoeners.
Zonder te denken aan eigen verdienste heeft ze in haar zorg voor kinderen de Heer zelf gediend. De laatste jaren werden de rollen omgekeerd. Zr. Augusta had zorgen nodig. Zij werd de kleine, de hulpeloze. Maar haar leven werd er niet minder vruchtbaar door. Integendeel. In haar hulpeloosheid maakte zij in ons het beste van onszelf wakker: goed-zijn, zich inzetten uit pure zorg. Zonder te denken aan eigen verdienste mochten we in haar de Heer zelf dienen. Zr. Augusta mocht de overgang maken naar het eeuwige Leven in de kring van haar medezusters die biddend en zingend rond haar stonden. Alle droefheid werd diepe vrede en stille bewondering.
René Hoste ° 14.10.1933 + 7.12.2013 Als jong salesiaan leefde René zich enthousiast en creatief uit op school, internaat, speelplein en in de Kaderschool. Wat hij, tot volle ontplooiing gekomen als schooldirecteur in Hoboken, vanuit zijn ideeën over schoolorganisatie, beheer van financies, bouwprojecten, pedagogische en pastorale visies uitbouwde, is te veel om op te noemen. Kordaat en minzaam overlegde hij, schonk het volste vertrouwen en stond, zonder veel woorden, achter zijn medewerkers en leerkrachten. De jongeren, die hem na aan het hart lagen, vergat hij nooit. Zoveel als mogelijk was hij bij hen. Hij liet voelen dat hij van
hen hield. Zijn inspiratiebron was voelbaar in bezielende morgenwoordjes, gebedsmomenten, sponsortochten en de kindernamiddag op het feest van Don Bosco. Eens met pensioen was hij in alle eenvoud en mensbetrokken econoom, directeur, hulpvaardige computerspecialist, gelegenheidskok… René, voor velen was je een echte herder in het spoor van Don Bosco. Dank. Draag nu, geborgen bij de Grote Herder, zorg voor allen en alles wat je tijdens je leven ter harte ging.
Jaak Goemaere ° 31.12.1923 + 01.01.2014 Jaak werd in 1923 in Kortrijk geboren. Het was een kroostrijk gezin met zes jongens en een meisje. Zijn diepe geloofsovertuiging heeft hij van thuis uit meegekregen. Het was een praktische kerel. Hij wilde ook priester worden. Daarom ging hij Latijn studeren bij de late roepingen in Kortrijk. Hij leerde er de salesianen kennen en bleef levenslang een rasechte volgeling van Don Bosco. Jaak was een heel pastoraal bewogen man. Hij kreeg heel wat verantwoordelijke taken als econoom, bouwheer, directeur, pastoor. Doorheen al zijn materiële en economi-
sche bekommernissen realiseerde hij zijn salesiaanse roeping. Zijn voorkeur ging uit naar de jongens van Eeklo, waar hij voor hen de bouwwerken heeft bezield. Ook de jongeren bij Eigentijdse Jeugd in Groot-Bijgaarden droegen zijn voorkeur weg. Het was een levensvervulling van hem pastoor te mogen zijn in Hechtel. Hij verbleef 12 jaar in het WZC H. Hart te Kortrijk. Ook hier bleef hij de minzame priester tot het einde. Hij stierf op 1 januari 2014, daags na zijn negentigjarige verjaardag. Hij ruste nu in vrede. 21
VERBONDEN | Tekst: Kilian de Jager Foto's: Maarten Byttebier, eindredactie De link tussen Noord- en Zuidwerking
Anno 2014 zijn er niet veel Belgische salesiaanse missionarissen meer. In aantal worden ze al lang voorbijgestreefd door medebroeders uit India, Vietnam en Polen. Ook al zijn ze op leeftijd, de overblijvers volharden in hun dienstbaarheid aan bevolkingsgroepen die nauwelijks te bereiken zijn. In België kunnen ze nog steeds rekenen op een trouwe achterban die hun ‘avonturen’ volgt via nieuwsbrieven en bezoeken. Met dit artikel kunt u zelf ook meeproeven.
Padre Cayetano in Peru
Onze miss
het avontuur w
Lares is een klein district in het zuidelijke deel van het veel kinderen en jongeren niet naar school omdat de Peruviaanse Andesgebergte. Het district bestaat uit een afstand die ze moeten afleggen te groot is. Om les te grote vallei en ligt op een hoogte van 3200 m. Verspreid kunnen volgen, zijn sommige kinderen dagelijks vijf tot over 24 gehuchten leven hier een vierduizendtal menacht uur onderweg! Als ze al les mogen volgen, want sen, vooral landbouwers. veel ouders zetten hun kinderen liever in bij het harde De streek heeft een rijke geschiedenis. Op enkele uren labeur op het veld. rijden van de districtshoofdstad Lares ligt het wereldbeEetzaal wordt internaat roemde Machu Picchu, een Om de kansen tot een geIn het olierijke paradijs dat van de zeven ‘nieuwe’ weslaagde opleiding voor de Ecuador is, ontpopt Delporte reldwonderen, en iets zuijongeren te vergroten, tovert zich tot beschermheer en delijker ligt Cuzco, de langst de Belgische salesiaan Gaetan steunpilaar van de Shuar, een bewoonde stad van het wesCamauer in 1994 een eetzaal tot de verbeelding sprekende telijk halfrond die zich, tot in Lares om tot een klein interinheemse indianenstam. de overrompeling door de naat dat de naam ‘La Casita de Spaanse conquistadores in de Domingo Sabio’ krijgt. Klein, zestiende eeuw, de keizerlijke want aanvankelijk kunnen hoofdstad van de Inca’s mocht noemen. slechts twaalf jongeren tijdens het schooljaar gebruik Maar ondanks deze beroemde plaatsen leven de inwomaken van de nieuwe faciliteiten. Het selectiecriterium is ners van Lares in armoede. De grond is moeilijk te bede afstand die de kinderen moeten afleggen: enkel jonwerken en de teelt van hun basisvoedsel – aardappelen geren die langer dan vijf uur onderweg zijn, kunnen in en maïs – is arbeidsintensief. Ook veeteelt is moeilijk het internaat terecht. Dankzij de ‘gewonnen’ tijd schiet omdat er te weinig grasland is. er voor deze kinderen eindelijk tijd over om te studeren Behalve de armoede heeft ook de relatieve onbereiken – niet te vergeten – te spelen en jong te zijn! baarheid van de dorpen in Lares invloed op de onIn de twee decennia die daarop volgen, groeit het inderwijskansen van de jongeren uit de regio. Zo gaan ternaat stelselmatig onder impuls van Padre Cayetano, 22
Dankzij de ‘gewonnen’ tijd schiet er voor deze kinderen eindelijk tijd over om te studeren en – niet te vergeten – te spelen en jong te zijn.
ionarissen
ordt voortgezet zoals de mensen van Lares hem kennen. Onder andere dankzij een financiering door de congregatie van de salesianen, een peterschap door een parochie in de Italiaanse provincie Véneto en giften van familie, vrienden en sympathisanten in België kan dit initiatief uitgroeien tot een internaat waar op dit ogenblik zestig kinderen een tweede thuis gevonden hebben.
Welkom in het land van de gekrompen hoofden Ook de nu 71-jarige José Delporte heeft van het versterken van de maatschappelijke positie van de kansarme jeugd in Latijns-Amerika zijn missie gemaakt. Delporte leeft hier al bijna veertig jaar: hij volgde zijn opleiding tot priester in Uruguay, werkte enkele jaren in een Paraguyaanse missiepost en belandde in 2001 in het oerwoud van Ecuador. In het olierijke paradijs dat Ecuador is, ontpopt Delporte zich tot beschermheer en steunpilaar van de Shuar, een tot de verbeelding sprekende inheemse indianenstam die in westerse reis- en avonturenverhalen van de 20ste eeuw vaak werd opgevoerd omdat zijn leden in het verleden de koppen van hun verslagen vijanden snelden en opzetten – de zgn. ‘gekrompen hoofden’. Pater Delporte is er verantwoordelijk voor een parochie van
een dertigtal dorpen in het kanton Taisha, diep in het ondoordringbare oerwoud in het zuidoosten van Ecuador. Wegen of paden zijn er amper te bekennen. Het belangrijkste transport gebeurt nog altijd via de lucht. Maar ondanks de moeilijke bereikbaarheid loopt de levenswijze én de leefwereld van dit relatief kleine volk gevaar door het toenemende contact met de moderne wereld. Niet in het minst door de dreigende olieontginning in het tropische oerwoud van de Amazone. De grote oliemaatschappijen doen er namelijk alles aan om hier voet aan de grond te krijgen en meer en meer individuele gelukszoekers vestigen zich in het gebied in hun zoektocht naar het zwarte goud. En dat leidt nog geregeld tot conflicten. De jeugd ervaart de toekomst vaak als uitzichtloos, waardoor zelfmoord jammer genoeg vaak voorkomt. Jongeren die de moed hebben om naar de stad te trekken, op zoek naar een beter leven, geraken daar vaak van de regen in de drop. Honger drijft hen tot diefstal en zo komen ze al snel in de gevangenis terecht. Een opleiding die hun mogelijkheden op de arbeidsmarkt verbetert, kan hun kansen doen keren. Levenskwaliteit verbeteren Delporte kwam dan wel in Ecuador terecht als missiepater, hij doet heel wat meer dan enkel voor de spirituele gezondheid van de Shuar zorgen. Hij probeert vooral hun levensomstandigheden te verbeteren. Omdat er in de parochie veel jonge mensen leven, richt Delporte een jeugdcentrum op waar de jongeren kunnen samenkomen. En ondertussen hebben verschillende dorpen ook kleine bibliotheken en toegang tot internet. De situatie verbetert langzaam maar zeker. Momenteel gebruikt José Delporte de steun van het thuisfront voor het inrichten van opleidingen die jonge Shuar toelaten de te volgen weg naar een beter leven met meer inzicht te kiezen en zo hun vooruitzichten voor de toekomst te verbeteren. Mogelijk is dit de laatste generatie van Belgische missionarissen, maar de vruchten van hun werk worden zeker nog jaren geplukt! 23
RUGGESPRAAK | Tekst: Firmin Vanspauwen Foto: Rachel Gilmore
Kijk met je hart Blinde jongen, vreemde jongen, vreemd omdat jij me anders bekijkt. Je richt je ogen naar mij, kijkt naar mij, ziet me niet. Ik kijk naar jou, je ziet het niet. We wisselen elkaars licht niet uit, alleen geluid en geur, ook warmte als ik je aanraak. In jouw nabijheid ervaar ik de wereld anders, intenser, omdat ik, wat ik zie voor jou vertalen wil in gevoel. Dan voel ik de wereld beter aan, hij dringt dieper tot me door. Jij leert mij, hoe paradoxaal ook, de wereld beter bekijken. Jij confronteert me met de beperktheid van mijn ogen. Hoe wonderbaarlijk ze ook zijn, ze geven me slechts een lichtbeeld van de werkelijkheid. Jij dwingt me om anders, dieper en scherper te kijken met een fijner instrument, met mijn hart.
24