Vlaanderen 118de jaargang | juli - augustus 2014 | tweemaandelijks tijdschrift voor de beweging rond Don Bosco | Kantoor van afgifte: 3000 Leuven mail | P209042
4
Verleg je grenzen
Hoofdredacteur
Steven Pinnoo
Adviesraad
R. Burggraeve H. Cauwenberghs A. De Cocker M. Den Haerynck D. Deraeve E. De Ridder E. Haelvoet B. Hoogwijs D. Schoofs F. Vanspauwen S. Veulemans
Een salesiaanse Een
kijk
op de wereld op de salesiaanse wereld
inhoud
Ingeblikt
3
Van stem tot bestemming
4
Eindredactie en redactieadres
Mark Den Haerynck Stationsstraat 87 3150 Haacht dbsocom@donbosco.be
Adreswijziging
Don Bosco Vlaanderen Fr. Gaystraat 129 1150 Brussel centrale.propaganda@donbosco.be
Verantwoordelijke uitgever
Mark Tips, provinciaal Fr. Gaystraat 129 1150 Brussel mark.tips@donbosco.be
Lay-out en druk
Drukkerij Van der Poorten nv Kessel-Lo De bijdragen verschijnen onder de verantwoordelijkheid van de auteur.
Begeleiden en laten openbloeien in salesiaanse eigenheid
6
(Paul Van Haute) Grenzeloos
8
Waarom luistert niemand naar mij?
9
Citaat
10
‘Uit zijn droom geboren’ – Wij vieren 200 jaar Don Bosco
11
Gemeenschap maakt roeping mogelijk
12
Hogere sferen, nuchter bekeken – Over alcohol- en druggebruik bij jongeren
14
Uw persoonlijke gegevens zijn voor u ter inzage. Ze worden nooit aan derden doorgegeven en dienen enkel voor de verzending van Don Bosco Vlaanderen.
De grens ver leggen of verleggen?
16
Met Jeugddienst Don Bosco naar Turijn
17
In Vlaanderen: www.donbosco.be www.zustersvandonbosco.be
Met de nodige humor kleur geven aan de school
In de wereld: www.sdb.org www.cgfmanet.org
De Boekenplank
20
Sprokkel
21
De transformatie van Majes
22
Ruggespraak
24
Don Bosco Vlaanderen is een gratis blad. Giften zijn daarom steeds welkom op het onderstaande adres en rekeningnummer, met vermelding van ‘Don Bosco Vlaanderen’: Don Bosco Centrale vzw Fr. Gaystraat 129 1150 Brussel Tel. 02 771 21 00 IBAN: BE27 4272 1008 4573 BIC: KREDBEBB
(Jan Crabeels)
18
Foto voorpagina: Jos Cauberghs
Tekst: Steven Pinnoo Foto: Eindredactie
Zomervakantie! Eindelijk mag de boog eens wat minder gespannen staan, kunnen we eens tijd maken voor de dingen die we al zolang willen doen, maar waar we nooit tijd voor hebben! Een tijd waarin we de dagelijkse sleur en de bijbehorende grenzen kunnen doorbreken. Velen trekken ook letterlijk de grens over om andere streken te gaan opzoeken, anderen gaan ook thuis eens iets totaal anders aanpakken. In heel dit gebeuren zetten onze jongeren met hun jeugdig enthousiasme graag de toon. Toch is dit niet zó anders dan wat we in de Don Boscobeweging al de hele tijd willen realiseren met onze jongeren: grenzen verleggen. Of het nu gaat om een schoolse omgeving, om hun vrije tijd, of om het kader van het gezin, het internaat, de instelling… De vakantie is gewoon een ándere manier om jongeren te stimuleren tot groei, tot het verleggen van hun gren-
| INGEBLIKT
zen. En tegelijk ook een tijd om te ontdekken dat we het ook zelf misschien eens anders kunnen aanpakken. Hierbij willen we trouw blijven aan datgene waar Don Bosco voor stond, en blijft staan: wij zijn immers ‘uit zijn droom geboren’. Volgend jaar mogen we met dit thema de tweehonderdste verjaardag van zijn geboorte vieren, en midden augustus gaat het feestelijke voorbereidingsjaar op deze viering van start. Vanaf dit nummer, maar vooral vanaf het septembernummer, houden we jullie in Don Bosco Vlaanderen graag op de hoogte van wat er in dit jubileumjaar zoal gebeurt – met een hartelijke uitnodiging om ook jullie steentje bij te dragen aan het feest!
Verleg je grenzen 3
PIT IN ‘T KLOKHUIS | Tekst: Roger Burggraeve en Steven Pinnoo Foto's: Eindredactie Pittige Bijbelverhalen voor gezinnen vandaag
Samuël schrikt wakker Een heel gewone jongen, nog volop in opleiding, zo lijkt Samuël wel wanneer we hem in het verhaal leren kennen. Toegegeven, geen school zoals we die vandaag kennen, maar hij verblijft toch bij Eli om van hem ‘het vak te leren’. Het beeld van een jongen die slaapt, zich niet bewust van wat er om hem heen gebeurt, volledig overgeleverd aan wat het leven te bieden heeft. Iedereen weet wel hoe er plots verandering komt in dit tafereel, en in het leven van deze jongen: Samuël schrikt op van een stem die zijn naam roept. Hij antwoordt: “Hier ben ik!” en loopt naar zijn meester. Zoals zo vaak in de Bijbel bestaan alle goede dingen ook hier uit drie: pas nadat dit tafereel zich driemaal heeft herhaald begint Eli te begrijpen dat er iets bijzonders aan de hand is… En wij? Gaan wij ook begrijpen dat er toch iets vreemds aan de hand is, ook al weten we allang hoe het verhaal verder loopt? Want het verhaal spreekt niet alleen over
‘De roeping van Samuël’? “Samuël! – Hier ben ik…” Ja hoor, dát verhaal kennen we allemaal! Eigenlijk wel mooi hoe God het leven van deze jongen binnentreedt… Alleen: wat ben ik daar nu mee? Want zo’n stemmetje heb ík althans nooit gehoord… Of zit er toch iets méér in dan een vroom verhaal voor het slapengaan? We snuisteren eens dieper in het verhaal van 1 Samuël 3.
iets vreemds in het leven van een gewone jongen lang geleden, het wil ook iets oplichten van het wonderlijke in het leven van mensen vandaag.
Een verhaal met een voorgeschiedenis Al te vaak wordt het verhaal van de ‘roeping’ van Samuël apart gelezen, los van zijn voorgeschiedenis. Die is nochtans belangrijk: zo ontdekken we in het verhaal van zijn moeder dat Samuël al eerder ‘geroepen’ is!
Van stem tot bestemming Samuël leeft ook vandaag
4
Samuëls moeder Hannah leren we kennen als een voorbeeld van het Bijbelse type van de ‘onvruchtbare vrouw’: ze is wel de lievelingsvrouw van haar man, maar haar onvruchtbaarheid maakt haar diep ongelukkig. Ze voelt zich geen vrouw in de echte zin van het woord, ze wordt zelfs bespot. In haar lijden en verlorenheid richt ze zich tot de Heer, en in de tempel legt ze een belofte af: “Als U mij een zoon schenkt, zal ik hem voor zijn hele leven aan U afstaan.” (1 Samuël 1,11) Zo gebeurt het ook… Samuël wordt bestemd tot een soort leven waar helemaal geen vrije keuze aan te pas komt. Wat een vreemd verhaal! Laat het ons maar tegen de borst stuiten, een contrastervaring oproepen: wij kunnen niet aanvaarden dat iemand ons leven zou sturen zonder dat we daar zelf iets in te zeggen hebben! Maar laten we tegelijk ook eerlijk zijn: het verhaal staat niet zo ver van onze realiteit als we zouden denken. Ook wij worden in een bepaalde mate door onze ouders bepaald, door onze herkomst, ons verleden. Er zit ook in ons bestaan heel wat waarin we door anderen ‘bestemd’ zijn. Het verhaal is herkenbaar in het feit dat Samuël opgroeit in een kader waarvoor hij zelf niet gekozen heeft.
Mensen bestemmen elkaar Het verhaal van Samuël openbaart ons niet wat het zou moeten zijn, maar wel wat het vaak is – de situatie waar mensen mee moeten leren leven. Mensen van alle tijden zijn getekend door positieve, maar ook negatieve ‘bestemmingen’. Ook vandaag erven jongeren vaak ongevraagd de problemen die in hun familie en opvoeding voorkomen: kansarmoede, alcoholisme, familiaal geweld… Wie in dit kader opgroeit, lijkt soms wel ‘gedoemd’ of ‘vervloekt’ om in dezelfde fouten te vervallen. Mensen ‘bestemmen’ elkaar. Gelukkig kunnen we een mens ook in een positieve lotsbestemming plaatsen, hem of haar ‘bestemmen’ voor iets goeds. Dit wordt bij christenen het sterkst uitgedrukt in het doopsel, met beloften en zegeningen waardoor een mens positief getekend wordt. Maar zoals we verder zullen zien, is het ‘bestemmingsverhaal’ van de gedoopte daarmee niet ten einde: hier begint juist de uitdaging om die bestemming in alle vrijheid op te nemen en waar te maken.
Bestemd tot… vrijheid Het bekende verhaal van de ‘roeping’ van Samuël is het verhaal van zijn tweede ‘bestemming’. Daarin horen we het woord ‘stem’: de stem van de Ander treedt Samuëls bestaan binnen en ‘be-stemt’ hem. Pas zo is Samuël in staat om antwoord te geven: hij is niet de initiatiefnemer, de oorsprong van een verhaallijn die zijn hele leven zal tekenen, maar is een aangesprokene die antwoord geeft. Door dit antwoord wordt de ‘roeping’ tot ‘bestemming’, tot ‘zending’. Samuël krijgt ongevraagd een zending die niet van de poes is, een ‘mission impossible’ die “beide oren zal laten tuiten van iedereen die het hoort” (v. 11). Een zending die hem niet bepaald populair zal maken… We begrijpen heel goed hoe Samuël opziet tegen deze zending, dat hij niet leuk vindt wat hij te doen krijgt. Maar hier gaat Eli zijn rol spelen: hij helpt hem begrijpen dat hij zijn verantwoordelijkheid moet opnemen, maar dat hij daar ook voor kan leren kiezen. Ook al staat Samuëls vrije beslissing niet aan de oorsprong van zijn taak, zijn vrijheid wordt wel ingeschakeld: hij kan zelf gaan zoeken hoe hij zijn bestemming best kan verwezenlijken. Dit is een belangrijk thema in de Bijbel: zo zal ook Maria creatief en vrij vorm kunnen geven aan de bestemming die haar leven tekent als moeder van Jezus. Het relaas van de jongen Samuël helpt ons een realistische maar ook bevrijdende blik te werpen op het verhaal van ons leven. Zelfs wanneer je voorgeschiedenis steeds weer een struikelblok lijkt te zijn, ben je niet ‘gedoemd tot…’ Je kan je ‘bestemming’ zelf opnemen en betekenis geven. Ze vormt een oproep voor je vrijheid. Ze kan bijvoorbeeld een leerschool worden om de dingen zelf anders aan te pakken. Zoals Samuël word je als persoon aangesproken en ingeschakeld, en op die manier ook ‘aansprakelijk’ voor je leven. Daarom heeft het verhaal over ‘bestemming’ alles te maken met het geloof in God: door ons geloof in een God die mensen aanspreekt en oproept weigeren wij te aanvaarden dat iemand definitief ‘verdoemd’ is – desnoods tegen alle hoop in. De realiteit van de ‘bestemming’ van jongeren heeft te maken met alles waar Don Bosco voor stond – met alles waar ‘Don Bosco’ ook vandaag voor staat… 5
TE GAST | Tekst: Piet Stienaers en Paul Van Haute Foto: Eindredactie DBV plaatst iets of iemand voor het voetlicht
Een ‘eigentijdse’ opvoeding
Ingrijpende ervaringen
‘Ik ben op 18 juli 1962 in Tielt geboren,” begint Paul. “Hoewel ik trots ben op die West-Vlaamse roots, ben ik toch van alle provincies thuis. Ik ben met een Antwerpse getrouwd, woon in Oost-Vlaanderen en werk in Vlaams-Brabant.” Paul en zijn tweelingbroer Pieter zijn de jongste van een groot gezin met zeven kinderen. “Samen hebben we veel kattenkwaad uitgestoken,” geeft Paul glimlachend toe. Hun unieke band is de laatste jaren nog sterker geworden door fietstochten naar Compostela en Rome. Ze groeiden wel op onder de glazen stolp van een streng katholieke opvoeding en werden wereldvreemd, introvert en volgzaam.
Daarin kwam verandering toen Paul naar het Don Boscocollege te Kortrijk gestuurd werd. Zowel op school als in het internaat kwam hij in contact met een andere visie op het geloof en leerde hij toffe kameraden kennen uit die ‘gevaarlijke buitenwereld’. Dankzij enkele hartelijke, ruimdenkende en geëngageerde salesianen en leerkrachten kreeg hij er veel kansen om zijn talenten te ontdekken en te ontwikkelen: “Ik mocht in de atletiekploeg van de school, leerde foto’s maken bij Bert Joosten en tekenen bij Eddy. Bernard en Jos motiveerden me om uit mijn schulp te kruipen en me uit te drukken.”
Begeleiden en laten openbloeien in salesiaanse eigenheid De levensweg van Paul Van Haute
Van een wereldvreemde jongere tot een voortrekker in salesiaans engagement… Het levensverhaal van Paul Van Haute leest als een roman die velen mag inspireren in het spoor van Don Bosco. 6
“Twee weken nadat Pieter en ik vijftien jaar geworden waren, nam ons leven een forse wending toen papa tijdens een reis in Zwitserland onverwachts stierf aan een hartaderbreuk. Mama moest een groot gezin en een textielbedrijf in haar eentje verder runnen. Zij heeft dat schitterend gedaan. Ze leek te zijn herboren en maakte doordacht gewaagde keuzes. Waar papa ons met goede bedoelingen had beschermd, gaf zij ons de ruimte om open te bloeien. We konden met haar over alles praten en hebben het vertrouwen dat ze ons gaf nooit geschonden,” mijmert Paul verder. Door dit alles werd Paul een andere persoon. Hij durfde aan tafel zijn mening te uiten en mocht rebelleren tegen het geloof uit zijn kindertijd; hij werd animator op het speelplein in Oud-Heverlee en scoutsleider; hij kreeg een aantal goeie vrienden in een parochiaal bezinningsgroepje dat jeugd- en gezinsvieringen uitwerkte en verzorgde; hij werd vredesactivist bij Pax Christi en nam deel aan alle antiraketbetogingen.
Don Bosco. “Op een hartelijke en liefdevolle manier duidelijk en consequent zijn, in het belang van de kinderen grenzen trekken, blijven geloven in hun unieke groeikansen en de deur altijd open laten staan, daar gaat het om”, zegt Paul resoluut.
Je ervaring delen Intussen kreeg Paul de kans om zijn ervaring te delen met leerkrachten en directies van andere Don Boscoscholen. Eerst halftime als inspecteur-begeleider godsdienst en daarna ook als schoolbegeleider en hoofdbegeleider voor het secundair onderwijs.
Aangestoken door het voorbeeld van een paar salesianen ging hij godsdienstwetenschappen studeren. Even had hij er zelfs aan gedacht om salesiaan worden, maar hij was nog te zoekend en twijfelend. Vooral in de Universitaire Parochie ontdekte hij weer andere facetten van het geloof. In de pastorale werkgroep van Herman Servotte leerde hij de liefde voor de literatuur en de kunst van het interpreteren. In de peda van Don Bosco genoot hij van de ontbijtgesprekken met Roger Burggraeve. Als verantwoordelijke nam Freddy Staelens Paul op in het een bezinningsgroepje en vroeg hem de pastorale rubriek van het pedakrantje te verzorgen.
Wanneer mensen hem vragen of hij zijn leerlingen mist, zegt hij steevast dat hij dat in het begin zo ervaarde, maar dat werken met volwassenen minstens even boeiend en leerrijk is. “Ik kan de pedagogie en de spiritualiteit van Don Bosco evenzeer inzetten en mijn talenten eigenlijk nog meer ontplooien,” beweert Paul. “Ik heb twaalf jaar piano gespeeld, kon tijdens mijn burgerdienst acht uur per week avondschool tekenen en schilderen volgen en heb mijn basisvaardigheden fotografie verder verfijnd in de kunstacademie. Die talenten komen momenteel erg van pas wanneer ik presentaties of bezinningen maak voor nascholingen. Ik loop en fiets ook graag. Tijdens trainingen en occasionele fietstochten naar scholen kan ik mijn hoofd zodanig leeg maken dat ik dan de beste invallen krijg.” Gaandeweg heeft hij ontdekt dat hij eerder een zorgende en begeleidende dan een leidinggevende persoonlijkheid heeft en dat hij liefst een waarderende, verbindende en procesmatige aanpak hanteert.
Aan het werk bij Don Bosco
De toekomst
Toen Jos Gregoire Paul na zijn burgerdienst liet weten dat ze in Don Bosco Sint-Denijs-Westrem een nieuwe godsdienstleerkracht zochten, solliciteerde hij prompt. “De confrontatie met deze mij totaal onbekende wereld was hard en leerrijk. Mijn beroepsleerlingen hebben me geleerd voor mezelf op te komen en onmiddellijk ter zake te komen als het ging over zowel de actualiteit als het Bijbels-christelijk geloof waarvan ik een bevoorrechte getuige mocht zijn. Enkele salesianen en oudere leerkrachten brachten me de salesiaanse spiritualiteit en pedagogie bij.” Twintig jaar lang combineerde Paul godsdienst geven met extra taken in de pastorale animatiegroep, de cel leerlingenbegeleiding, de leerlingenraad en het beleidsteam en talloze andere activiteiten.
Toen Paul drie jaar geleden de kans kreeg om de Don Boscocursus te volgen, met de pastorale werkgroep secundair onderwijs mee te reizen naar Turijn en toe te treden tot de ad hoc werkgroep die het opvoedingsproject herschrijft, werd hem nog duidelijker waar het bij Don Bosco om te doen is. “Ik ben ervan overtuigd dat de spiritualiteit en de pedagogie van Don Bosco een meerwaarde kunnen bieden in onze huidige samenleving die op een keerpunt staat,” verklaart hij. “Hierbij moeten we m.i. bescheiden blijven en zeker geen exclusivisme claimen. Ik ontmoet buiten de wereld van Don Bosco veel onderwijsmensen die preventief en assisterend, hartelijk, redelijk en met een groot geloof bij hun leerlingen staan. Dat mag ons er echter niet van weerhouden om onze salesiaans-christelijke identiteit expliciet te blijven benoemen en op een salesiaanse manier beleid te voeren en vorming en begeleiding aan te bieden in grote openheid voor andersdenkenden.”
Bij de opvoeding van hun eigen kinderen hebben Paul en Catherine ook veel gehad aan de pedagogie van
7
UITGELEZEN | Tekst: Eric Haelvoet Foto: Jennifer Luebbers
Grenzeloos Om naar Tyrus te gaan overschrijdt Jezus een grens, namelijk de grens van Galilea. Tyrus ligt immers aan de kust van de Middellandse Zee ten noordwesten van Galilea. Maar als een vrouw hem vraagt haar kind te genezen, antwoordt Jezus nogal bruut. We zijn het niet gewoon dat Jezus iemand zo duidelijk afwijst. Met ‘kinderen’ bedoelt Jezus de joodse gelovigen. Het was in eerste instantie zijn overtuiging dat hij enkel tot de joodse gelovigen gezonden was. Daarom meent hij dat hij deze vrouw niet kan helpen, nog meer, niet mág helpen. Hij gelooft dat de Vader hem dat niet toestaat. Dat verklaart waarom hij over de hondjes spreekt, een woord voor de heidenen. De vrouw laat zich niet afschepen. Ze kruipt niet in de slachtofferrol, maar getuigt van een diep joods geloof. Juist daaruit put ze een zeer verrassend sterke moed. Ze neemt het beeld van Jezus over: “De hondjes eten van de kruimels die de kinderen op de vloer laten vallen.” Ze is ervan overtuigd dat God ook haar door Jezus wil helpen. Ze ziet Jezus’ universele zending eerder dan hijzelf. De aanspreektitel is veelzeggend: “Heer.” Ze erkent hem dus als God.
Hij ging weg en vertrok naar de omgeving van Tyrus. […] Er kwam meteen een vrouw die over hem gehoord had, naar hem toe en zij viel voor zijn voeten neer. Ze had een dochter die door een onreine geest bezeten was. Deze vrouw was van Syro-Fenicische afkomst en geen Jodin ; ze smeekte hem om bij haar dochter de demon uit te drijven. Hij zei tegen haar: “Eerst moeten de kinderen genoeg te eten krijgen; het is niet goed om de kinderen hun brood af te pakken en het aan de honden te voeren.” De vrouw antwoordde: “Heer, de honden onder de tafel eten toch de kruimels op die de kinderen laten vallen.” Hij zei tegen haar: “Dat hebt u goed gezegd. Ga naar huis, de demon heeft uw dochter al verlaten.” En toen ze thuiskwam, lag haar kind op bed en bleek de demon verdwenen te zijn. (Mc 7,24-30) 8
Jezus’ reactie is zeer verrassend. Hij ziet in haar woorden Gods eigen Woord. Hij ziet in haar boodschap de wil van zijn Vader om zich ook te richten tot de heidenen. Het is zijn bekering. Hij maakt een ommezwaai, en hoe! En hij geneest de dochter van die vrouw. Op dat moment breekt Jezus zijn grens open. Want over de grens van het jodendom gaan betekent de hele wereld ingaan. Voortaan is zijn zending grenzeloos. En Marcus toont hoe sterk de bekering van Jezus is. Want onmiddellijk na dit verhaal gaat Jezus terug naar Galilea, maar hij trekt er helemaal doorheen naar… een gebied over de grens, met name Dekapolis. Daar geneest Hij een stomme. Christenen kunnen niet anders dan een grenzeloos hart hebben. Gods liefde is universeel en sluit geen enkele mens uit. Hoe zouden wij dat dan wel kunnen doen? Ook Don Bosco sloot zich niet op binnen de grenzen van het eengemaakte Italië. Hij had een wereldwijde visie. Vanaf 1875 breekt hij de grenzen open en zendt salesianen naar Frankrijk, Spanje, Argentinië… Het is heerlijk om een wereldbreed hart te hebben!
Tekst: Wim Hanssens Foto: Eindredactie
| GROEIRUIMTE BIJ CRISIS
Groeien naar een conflictpositieve omgeving Wie ooit geconfronteerd werd met jongeren die ernstig storend gedrag stellen of gedragsproblemen vertonen, heeft ervaren hoe intens dit gedrag kan inbeuken op jou als mens. Op zo’n momenten valt de vanzelfsprekendheid in de opbouw van een contact, van woord en wederwoord, plots weg. Je wordt gegrepen, overvallen, door een stortvloed aan intense emoties.
Waarom luistert niemand naar mij, waarom gelooft niemand mij? Agressie, destructie… we kunnen dit niet vatten, kunnen niet begrijpen wat iemand drijft om agressief gedrag te stellen. Dit ‘hoort’ niet en is toch zo zinloos! We grijpen dan ook, vanuit ons eigen waardekader, naar een rijkdom aan argumenten om de ‘dader’ te overtuigen van het foutieve van het gestelde gedrag. Uiteraard gaan we hierbij uit van de stelling dat gedrag rationeel gestuurd wordt. Maar is dat wel (altijd) zo? Een voorbeeldje: in voorbereiding op de zomerperiode ondernam menigeen een poging om te vermageren in de hoop slank te kunnen verschijnen in een zomers tenue. Er werden motiverende argumenten aangereikt om deze uitdaging tot een goed eind te brengen: gezondheid, bewegingsvrijheid… En velen zijn geslaagd in deze uitdaging – althans, de eerste dagen. Tot we die heerlijke Magnum voorgeschoteld kregen met het knapperige laagje chocolade. Weg de ratio en welkom die frisse, welverdiende hap. Ratio of emotie? Even terug naar het uitgesproken storend, moeilijk of onhandelbaar gedrag van de jongere. Stel dat dit gedrag niet enkel het resultaat is van een rationeel proces, maar mogelijks sterk emotioneel en vanuit stress gestuurd wordt, welke zinvolle rol kunnen we als volwassen begeleider dan vervullen? Zelf opteer ik voor de rol als bemiddelaar. Een bemiddelaar tussen de stress, de reactie van de jongere, de reacties van anderen en
de gevoelswereld waarmee deze jongere niet kan omgaan zonder de hulp van een betrouwbare volwassene. Een bemiddelaar en geen rechter! Jongeren komen vaak in conflict omdat ze er niet in slagen de betekenis te zien van een gebeurtenis. Ze lezen de gebeurtenis vanuit hun eigen context, hun ervaringen. Het inzicht in een gebeurtenis wordt gekleurd door hun intense emotionele reactie en hun stress. De rol van de bemiddelaar bestaat erin om samen met de jongere verbanden te leggen tussen het gestelde gedrag, de stress en mogelijk de onderliggende angst. De sleutel voor het welslagen van dit proces is vertrouwen tussen de jongere en de volwassene. Praten met jongeren, zeker ook in crisissen, creëert omstandigheden waarin de jongere motivatie tot verandering opbouwt omdat er vertrouwen groeit in de integriteit en deskundigheid van de begeleiding. Daar waar de volwassene de stress van de jongere ernstig neemt, het (levens)verhaal en de gevoelens respectvol benadert, oog heeft voor de bedoelingen van de jongere, daar groeit ruimte voor vertrouwen en is er openheid om te groeien naar alternatief, constructief gedrag. Zolang we hierin niet slagen zal de jongere zijn of haar eenzaamheid en machteloosheid blijven uitschreeuwen: “Waarom luistert nooit eens iemand naar mij?” 9
Don Bosco was een man van vertrouwen. Iemand die doorging als er geen uitzicht was, die stappen zette, ook al waren de wegen nog niet gebaand. Vooral in zijn opvoedingswerk vertrouwde hij op God en het goede in mensen. De jongens met wie hij werkte, waren niet de gemakkelijkste. Op veel vertrouwen van hun omgeving konden zij niet rekenen. Door hun vertrouwen te geven en hen te laten voelen dat ze het waard waren, deed hij hen openbloeien en hun grenzen verleggen.
“Vertrouw op God, wat er ook gebeurt.� 10
Tekst en foto: Eindredactie
| EEN WOORD WAARD
De moeite waard om ter sprake te brengen
Uit zijn droom geboren Wij vieren 200 jaar Don Bosco! Op 16 augustus 2014 start het salesiaanse jubeljaar waarin we toeleven naar de 200ste verjaardag van de geboorte van Don Bosco. Wereldwijd wordt dit gevierd, en ook wij zetten alles op alles om dit gebeuren niet onopgemerkt voorbij te laten gaan. Don Bosco had een droom waaruit een hele wereldwijde beweging is ontstaan. Als thema voor dit jubeljaar werd daarom gekozen voor: Uit zijn droom geboren. Daarmee wordt in de eerste plaats verwezen naar de droom die Don Bosco had op negenjarige leeftijd, een droom die hem zijn levenskeuze al voorstelde. Als vanzelfsprekend verwijst het ook naar de andere dromen die Don Bosco geleid hebben in de keuzes die hij gemaakt heeft, en die onze beweging gemaakt hebben tot wat ze vandaag is. Allen maken wij deel uit van die beweging, jong en oud, in zoveel uiteenlopende vormen van engagement, vaak als vrijwilliger. Of gewoon als sympathisant, met een warm hart voor jongeren en voor wat ‘Don Bosco’ voor hen betekent. Ook wij kunnen op onze beurt verder dromen. Op die manier leeft de droom van Don Bosco verder, tot op vandaag… bijna tweehonderd jaar na zijn geboorte. Don Bosco Vlaanderen wenst je alvast een boeiende zoektocht in het achterhalen van jouw dromen – en in het waarmaken ervan!
Onze Don Boscobeweging wil een feestelijk startschot geven voor dit jubeljaar op een Open Happening. Graag willen we jong en oud, alle vrienden uit die ruime ‘familie’ van Don Bosco uitnodigen in het Don Boscocollege te Zwijnaarde op zaterdag 20 september 2014 vanaf 10 uur voor een dag van ontmoeting en animatie. In het aanbod: attracties voor de kinderen, lancering van een cd met nieuwe Don Boscoliederen, een tentoonstelling, een goede spreker, spektakel, optredens, workshops, muziek en dans en nog zoveel meer. Kortom, een dag waarop we onze deuren opengooien en Don Bosco duidelijk op de kaart zetten.
Graag willen we ook jou ontmoeten op deze happening. Houd dus zeker een plaatsje vrij in je agenda!
11
GENEGEN.BE | Tekst: Wouter Goolaerts Foto's: Eindredactie Samen Don Bosco een plaats geven Zending “Ik leef in een kleine gemeenschap,” begint Princy. “Met drie zusters wonen wij in het internaat van Wijnegem, al generaties lang een thuishaven voor kinderen van schippers en foorkramers. En naar het voorbeeld van Mornese leven wij bij de kinderen. Buiten een eigen kamertje hebben wij geen aparte ruimtes. De leefgroep is tevens onze leefruimte, de gebedsruimte staat open voor iedereen.” “Bij ons in Heverlee zijn we met acht,” vertelt Koen. “Wij zijn in de eerste plaats een vormingsgemeenschap. Drie jonge medebroeders studeren theologie aan het Johannes XXIII-seminarie in Leuven. Daarnaast is er de verbondenheid met Jeugddienst Don Bosco, waar ik
zelf actief ben als stafmedewerker zingeving. De collega’s zitten ’s middags mee aan tafel. Hun aanwezigheid geeft een eigen dynamiek aan ons huis.” “Zo werken bij ons niet alleen zusters op het internaat. Opvoeders leven met ons mee, zoals ook wij vaak mogen delen in hun leven. Je vormt gemeenschap met iedereen die binnenkomt. Dat is eigen aan een salesiaanse hartelijkheid.” Ieder huis heeft zijn zending. En die is natuurlijk bepalend voor het gemeenschapsleven. “Zo wordt onze dagorde als zustergemeenschap sterk bepaald door de kinderen”, illustreert Princy. “Het ochtendgebed is reeds om 6.30 u. Vanaf 7.15 u. zijn we bij de kids. Een
Gemeenschap maakt roeping mogelijk Op verschillende plaatsen in Vlaanderen, en ruimer in de wereld, leven salesianen en zusters in gemeenschap. Door samen te leven, te werken en te bidden willen ze Christus een plaats geven, naar het voorbeeld van Don Bosco en Maria Mazzarello. Princy, zuster van Don Bosco, en Koen, salesiaan, getuigen openhartig.
12
Het Woord delen “Die gedragenheid is belangrijk voor het beleven van mijn roeping. De medezusters helpen mij in het waarmaken ervan. Dat doen ze op vele manieren. Door te bevestigen, maar ook te confronteren. Door mij te steunen, maar ook door mij aan te spreken. Ieder op haar manier. Met andere woorden, het is de gemeenschap die mijn roeping mogelijk maakt.”
gezamenlijk avondgebed hebben we bijvoorbeeld niet. Je neemt deel aan het avondwoordje in de leefgroep of sluit de dag individueel af.”
Gevormd door mensen “Elke gemeenschap heeft haar eigenheid. In de ene wordt al eens meer gelachen; in de andere is er wat meer individuele ruimte. Ook de manier waarop het gebedsleven wordt beleefd, verschilt,” mocht Koen ervaren, “Een gemeenschap wordt niet gemaakt door de constituties alleen, maar wordt gedragen door de concrete mensen. Het is steeds opnieuw samen zoeken naar manieren om iedereen tot zijn recht te laten komen binnen een gedeelde, salesiaans-christelijke visie.” “Verschillende personen betekenen verschillende belevingen, visies, achtergronden en temperamenten. De uitdaging is met andere woorden groot, al is ze zeker niet onmogelijk. Tijdens mijn noviciaat in het Italiaanse Pinerelo lukte dit zelfs met 26 jonge medebroeders van over heel de wereld. Wij groeiden uit tot een hechte gemeenschap. Ondanks het luidruchtige snurken van een Kroatische medebroeder…” “Waar mensen samenleven, is het natuurlijk niet elke dag rozengeur en maneschijn,” vult Princy aan. “We hebben onder de zusters al eens meningsverschillen. Het is dan ook wonderlijk dat dit samenleven telkens opnieuw lukt. Je kiest niet voor elkaar als persoon, maar je bent wel aan elkaar toevertrouwd. Je bent en blijft sterk verbonden met elkaar. Je voelt dat. Als een medezuster weg is, ervaar je een gemis. Als je zelf weg bent, weet je je gedragen.”
“Ik ben op mijn achttiende gestart in de priesteropleiding van het bisdom. Ik wou nooit in een klooster gaan, juist wegens het leven in gemeenschap. Nu zou ik niet meer zonder kunnen. En dan gaat het mij niet over de mogelijke, praktische voordelen, maar wel over de steun en houvast die je elkaar biedt in het gebedsleven. Dat is voor mij de grootste rijkdom.” “Samen bidden en eucharistie vieren is de basis voor iedere religieuze gemeenschap. Je deelt samen rond het Woord,” pikt Princy in. “Op dergelijke momenten voel je wat de medezusters en mij zo aan elkaar bindt, meer bepaald de keuze voor Jezus Christus. Met de verhalen van Maria Mazzarello en Don Bosco als inspiratie.”
Geen grenzen “Die onderlinge verbondenheid gaat verder dan de muren van de eigen gemeenschap,” stelt Princy. “Op provinciale bijeenkomsten geef je elkaar steun en bevestiging. Het is dan ook belangrijk die momenten te hebben. Tijdens mijn noviciaat, met medezusters van over heel de wereld, mocht ik proeven van een verbondenheid binnen een internationale salesiaanse gemeenschap. Zo is er vandaag zelfs een internationale facebookgroep voor jonge zusters van Don Bosco.” “Je maakt deel uit van een wereldcongregatie. Zowel de vele contacten in het buitenland als de buitenlandse medebroeders in onze eigen gemeenschap verruimen je blik op de wereld en bieden inspiratie. Dan besef je ook: we werken allemaal aan eenzelfde project,” vult Koen aan. “En daar moet je op inzetten, te beginnen in de provincie. Aanwezig zijn op bijvoorbeeld vieringen, begrafenissen en bezinningsdagen toont je onderlinge verbondenheid. Maar samen werken en bidden voor het realiseren van Don Bosco’s droom doet pas écht grenzen verleggen.” 13
GROEISTOOT | Tekst: Dirk Schoofs Foto's: Dirk Schoofs, eindredactie Praten over opgroeien en de perikelen daarbij
Op 13 maart van dit jaar werden de Belgische resultaten bekend gemaakt van een wereldwijd drugsonderzoek: de Global Drug Survey. Uit de cijfers van het WHO bleek dat meer dan de helft van de alcoholgebruikers matige tot zeer ernstige indicaties vertoont voor problematisch gebruik. En 41,8% van de respondent-studenten heeft cannabis gebruikt in het laatste jaar, waarvan de helft meer dan vijftig keer. Cijfers om van wakker te liggen? We vroegen de mening van een deskundige. De Vereniging voor Alcohol- en andere Drugsproblemen (VAD) bestaat 32 jaar. Door haar opgebouwde expertise is de VAD voor de Vlaamse overheid de gesprekspartner bij uitstek. We spraken met de directeur, Marijs Geirnaert, over hoe zij de trends in alcohol- en illegale druggebruik interpreteert.
Hogere sfere nuchter beke
Is er een evolutie op het vlak van alcohol- en druggebruik?
Over alcohol- en drug
MG: Verslaving is het laatste stadium van een problematisch gebruikspatroon. Het komt erop aan snel in te grijpen. Gelukkig hebben we weinig met verslaafde jongeren te maken, maar er zijn wel heel wat jongeren met problematisch gebruik. In de voorbije tien jaar zijn de gebruikspatronen gewijzigd. Het alcoholgebruik van de jongeren tussen 12 en 18 is verminderd. Bij jongeren onder de 16 is dat zelfs spectaculair gedaald. We hebben nu een wetgeving die veel strikter en duidelijker is: geen alcohol onder de leeftijd van 16 en geen sterke drank onder 18. Vooral de groep kinderen tussen 12 en 14 die op familiefeestjes hun eerste glas alcohol dronken, is gedaald. Ouders zijn ervan doordrongen dat alcohol een gevaarlijk product is dat inwerkt op de hersenen en dat je dit dus niet zomaar aan kinderen van die leeftijd geeft. Bij de analyse over illegale drugs maken we een onderscheid tussen cannabis en andere illegale drugs. Cannabis is voornamelijk populair bij de groep tussen 16 en 30 jaar. Daar zien we weinig beweging in de cijfers. De andere illegale drugs worden bij jongeren in het secundair onderwijs bijna niet gebruikt, maar in het uitgaansmilieu wel. 14
Niets dan goed nieuws? MG: Het slechte nieuws is dat de manier waarop men middelen gebruikt, is veranderd. We zien de trend dat jongeren drinken om dronken te worden, niet meer omdat het sociaal is of omwille van de gezelligheid. Met alle gevolgen van dien, zoals binge drinking of comazuipen. Dit gedrag verhoogt het risico. Jongeren belanden in de spoedafdeling en in zeldzame gevallen overlijden ze als gevolg van zo’n coma. Daarnaast zijn er een hoop problemen die zich in de marge van alcoholgebruik bevinden: vandalisme of verkeersslachtoffers, relaties die stuk gaan, financiÍle problemen, schoolprestaties die teruglopen‌ Jongeren die vroeg beginnen te drinken, lopen bovendien een hoger risico om dit gedrag op latere leeftijd voort te zetten en dan ligt de weg wel open naar afhankelijkheid en verslaving. En helaas is hulpverlening een erg langdurig en moeizaam proces met erg veel herval.
n, ken gebruik bij jongeren Wanneer is volgens u middelengebruik problematisch? MG: Voor alcohol zijn er grenzen bepaald. Aanvaardbaar alcoholgebruik is verschillend voor mannen en voor vrouwen. Voor mannen is dat maximaal 21 drankjes per week, een regulier glas wijn en een normaal glas sterke drank zijn telkens één eenheid. Liefst moet men ook twee alcoholvrije dagen per week inbouwen en per gelegenheid nooit meer dan vijf eenheden gebruiken. Bij vrouwen hebben we het over 14 glazen per week, ook twee alcoholvrije dagen en per gelegenheid niet meer dan drie eenheden. Vrouwen zijn anders van constitutie, kunnen dus veel minder goed tegen alcohol en lopen veel meer kans op kanker dan mannen. Bij illegaal druggebruik is de samenstelling van de drugs nooit gekend. In principe kun je dus van één pil doodgaan omdat je niet weet wat ze precies bevat. Je weet evenmin hoe het lichaam zal reageren. Elk gebruik van deze producten is risicovol. Ook hier zien we meer riskante gebruikspatronen opduiken. Men gaat bijvoorbeeld drugs combineren, wat we polydruggebruik noemen. Vroeger
had je een groep die het hield bij cannabis, terwijl anderen tijdens het uitgaan xtc gebruikten. Nu merk je dat cocaïne, amfetamine, cannabis en xtc vlotjes circuleren en dat men het combineert. Een combinatie van producten is bijzonder gevaarlijk omdat het in sommige gevallen meer dan een optelsom is. De combinatie van twee verdovende middelen is veel zwaarder dan de dubbele dosis van één middel. Soms geeft de combinatie ook conflicten. Ten slotte zijn er de nieuwe psychoactieve stoffen (nps) stoffen die worden gemaakt met legale producten. Hier vertrekt men bijvoorbeeld van meststof voor planten en leert men via het internet en sociale websites hoe er drugs van te maken. Daar is de controle helemaal onbestaande. Als hulpverlener en wetgever kom je daarbij altijd te laat. Dit is in België gelukkig niet zo populair: 1 à 2 % van het druggebruik richt zich tot die producten, maar op het vlak van volksgezondheid en risico’s zijn die bijzonder gevaarlijk.
Scholen ontraden uiteraard druggebruik en hebben contacten met hulpverlening, met wisselend succes. Dealers worden meestal onmiddellijk aan de deur gezet. Soms is de grens tussen dealers en jongeren die drugs delen smalletjes. Hoe denkt u daarover? MG: Het hangt met zoveel zaken samen. Wat is de problematiek van een deler/dealer? Vaak zijn er al een aantal persoonlijke problemen aan gekoppeld van moeilijk gedrag op school en dat moet mee de evaluatie bepalen. Soms kun je zo’n jongeren via een begeleidingstraject nog helpen. Mijn advies is dat de school nagaat hoe groot de overlast is die ze van deze leerling ervaart. Kunnen we hem of haar nog een begeleidingstraject geven of moet de leerling op een andere school een nieuwe kans krijgen? In hoever brengt zo’n jongere de veiligheid van anderen in gevaar? Bij professionele dealers heb je geen keuze, die zijn een gevaar, punt. Gaat het om tussengevallen, dan zou ik eerder aanraden om toch een begeleidingstraject op te starten. Als je tijdens dit traject merkt dat de jongere zijn gedrag niet wenst te wijzigen, heb je nog steeds een stok achter de deur. 15
BROODJE CURSIEF | Tekst: Lieve Pinxten Foto: Eindredactie Luchtig cursiefje vanuit het dagelijks leven Ze is lang en smal en snel. Correctie. Ze was snel. Dat is niet langer zo. Iets heeft gemaakt dat ze is stilgevallen, dat ze niet meer loopt, dat ze niet meer op tijd komt, dat ze niet langer lacht. Naar school komen is een opgave geworden, de regels respecteren lukt niet langer. Alles valt haar zwaar. Dat is ook wat haar ouders ondervinden. Hun vrolijke, sportieve dochter komt thuis van school, ploft in de zetel en blijft daar hangen. Tot zij haar er bijna letterlijk uit plukken. Ze komt nu nagenoeg iedere ochtend te laat. Haar mama en papa zijn het huis al uit als zij naar school moet vertrekken. Ze blijven roepen, porren, trekken en sleuren om haar aan de ontbijttafel te krijgen, en dan maar hopen dat de boterham verorberd zal zijn tegen de tijd dat ze haar schoenen moet gaan zoeken. Niet dus. Ze slentert de dag in, fietst op een sukkeldrafje naar school en komt daar ver na het belsignaal aangesloft. Ze is nu al doodop en de dag moet nog beginnen. Ze slaagt er bovendien ook nog eens feilloos in om bij dit alles een zekere arrogantie tentoon te spreiden en haar gezicht
De grens ver leggen of verleggen?
nog langer te maken dan het al is. Tegen de tijd dat haar verlate aankomst in haar agenda genoteerd staat, heeft ze het voltallige secretariaat al helemaal op de kast. En als het even echt tegenzit, meteen ook elke leerkracht die toevallig in de gang passeert. Het hoeft geen betoog dat zo’n soort exuberant gedrag op een klassenraad niet onopgemerkt passeert. Dat kind gaat gretig en duchtig over de tongen en het spreekt voor zich dat er na afzienbare tijd ontegensprekelijk een duidelijk gevolg moet gegeven worden aan zoveel dwars gemanoeuvreer. Vooral het recidief karakter haalt iedereen het bloed van onder de nagels. Een volgkaart is het onafwendbaar verdere verhaal. En zo komt ze dus in mijn bureau terecht. Stug, bokkig, ongenaakbaar, nors. Ik controleer de volgkaart van de eerste week. Catastrofaal… Geen enkele dag op tijd maar wel plus over de hele lijn bij de twee strengste leerkrachten die ze heeft. Ik frons mijn wenkbrauwen en vraag om uitleg, terwijl ik haar tegelijkertijd prijs voor het feit dat ze het net bij die twee klaarspeelt om volledig in orde te zijn. “Die laten me zijn wie ik ben.” En voor het eerst een flauw glimlachje. Ik smelt maar ik laat niets merken. Ik eis verbetering voor de volgende week. Die komt er onder de vorm van twee van de vijf dagen op tijd. De rest van de volgkaart blijft redelijk rampzalig. Haar moeder weet het allang niet meer. Zij vreest voor verdere sancties, een verbod zelfs om zich volgend jaar nog te mogen inschrijven… Zij antwoordt laconiek: “Mevrouw Pinxten zet mij niet buiten.” Ik zie de vertwijfeling in de ogen van mama en mijn ogen worden vochtig. Bij die wekelijkse controle van de volgkaart zie ik haar vooruitgang maken, haar best doen. Elke afspraak die ik met haar maak, komt ze na. Ze staat nog voor ik er zelf ben, aan mijn deur en samen halen we vijf dagen op vijf op tijd. Ze wordt weer groter en ze glundert. Gelukkig is er dit jaar de stempel met de pluim. Ik hanteer hem enthousiast en knal een groot aantal pluimen op de kaart. Er ontsnapt haar een hoog, ondeugend lachje. Een lachje dat zegt: “Mevrouw toch, wat doet u nu?” Als ik aan dat moment terugdenk, dan word ik helemaal warm. Mevrouw toch…
16
Tekst en foto: Jeugddienst Don Bosco vzw
| SPROKKEL
Ieder jaar trekt Jeugddienst Don Bosco in de paasvakantie met een groep jongeren naar Turijn, de bakermat van Don Bosco’s werk. Ook dit jaar vertrok er een kleine, maar o zo fijne, groep van twaalf jongeren en een aantal begeleiders: allen klaar om Don Bosco te ontmoeten, in Turijn en bij elkaar. Knikkende knieën, een beetje onwennig, spanning voor wat komen gaat. Amper een uurtje later een heel ander tafereel: lachende gezichten, arm in arm hangende en dansende jongeren, gezelligheid troef met een hapje en een drankje… Het ijs is gebroken, iedereen is klaar om naar Turijn te vertrekken!
Don Bosco ontmoeten Met Jeugddienst Don Bosco naar Turijn We mogen logeren op amper enkele meters van de plaats waar Don Bosco werd geboren en zijn jeugdjaren doorbracht. De eerste dag verkennen we Giovanni’s jeugdjaren vanuit de droom die de oorsprong vormde voor zijn latere levenswerk. Met een gezellige gezelschapsspelletjesavond sluiten we de eerste dag af. De tweede dag trekken we onze wandelschoenen aan om de hele weg vanaf de Becchi over Morialdo naar Mondonio te voet af te leggen. Tijdens deze mooie wandeling onder een stralende zon maken we vooral kennis met het leven van Dominiek Savio, de beroemde leerling van Don Bosco. In de namiddag verstoren we de siësta van de bevolking in Castelnuovo om op een speelse manier de plaats te bezoeken waar Don Bosco lagere school liep. ’s Avonds spelen we verder in een avondspel waar de jongeren het opnemen tegen de begeleiding: een soort ‘één tegen allen’ met ook nog een mol in het spel! En we blijven spelenderwijs Don Bosco ontdekken. Op de derde dag brengt een stadsspel in Chieri ons verder door de studentenjaren van Don Bosco en bezoeken we de grootstad Turijn: het magnifieke panorama van de Mole Antonelliana, een bezoek aan het filmmuseum, een heerlijke picknick bij ondergaande zon op de Su-
perga, een heuvel aan de rand van de stad. We maken een tussenstop aan de rivier Po om de dag neer te leggen bij een overheerlijk Italiaans ijsje. De volgende dag verkennen we het leven van Maria Mazzarello, de vrouw in wie Don Bosco de figuur zag om voor de meisjes te doen wat hij voor zijn jongens deed. We bezoeken de plekken waar zij leefde en werkte, maken het even stil op de Valponasca en maken een lentewandeling door de wijngaarden. En voor we het goed en wel beseffen, dient de laatste avond zich al aan. Er wordt gelachen, gedanst, geknuffeld, gespeeld, gequizd… Op de laatste dag van de reis bezoeken we Valdocco, de plaats waar Don Bosco zijn levenswerk startte en het uitbreidde over de hele wereld. We sluiten de dag en de reis af met een stemmige viering in de Pinardikapel. Een nachtelijke reis brengt ons met onze beide voeten terug op Belgische bodem – maar ons hart, dat zit nog steeds bij Don Bosco en bij elkaar!
Volgend jaar vindt de Turijnreis van Jeugddienst Don Bosco plaats van 11 tot 17 april. Meer info: www.jeugddienstdonbosco.be 17
DE SPREEKSTOEL | Tekst en foto’s: Mark Den Haerynck Voor wie spreekt van uit salesiaanse verantwoordelijkheid Wie is die man? Je hebt mensen die zich graag laten opmerken, die de spotlights zelfs opzoeken en meestal op de eerste rij staan. Anderen zijn vooral backstage actief, doen hun werk onopvallend en laten de bloemen door anderen uitdelen. Jan Crabeels hoort thuis bij die laatsten. Hij is directeur van de Basisschool Don Bosco Halle, maar kandideren voor die functie zou hij nooit gedaan hebben, mocht niet iemand anders zijn capaciteiten doorzien en hem gestimuleerd hebben. Dat Jan een moment in de spreekstoel van Don Bosco Vlaanderen kwam zitten, vroeg ook enige overredingskracht.
De prille jeugdjaren van Jan liggen in Congo, waar hij in 1958 zijn eerste kreten liet horen in Leopoldstad. Het land koloniseren was voor hem niet weggelegd want bij de opstand in 1960 kwam het gezin Crabeels terug naar België. Vader gaf als licentiaat economie les op de missiepost van Scheut en vond een nieuwe werkplek in Waregem. Na zijn humaniora in het Sint-Amandscollege werd Jan zonder veel inspraak ingeschreven in SintThomas voor een onderwijzersopleiding, maar meester Jan kon er zich niet volledig in vinden. De creatieve vermogens prikkelden toen al, en tekenen was zijn hobby. Hij trok naar Sint-Lucas in Gent voor een regentaatsopleiding plastische opvoeding. In die beginjaren in het
Met de nodige humor kleur geven aan de school Aan tafel bij Jan Crabeels, algemeen directeur Basisschool van Halle onderwijs sprokkelde hij uren in scholen te Kortrijk en Harelbeke, en was hij zelfs een korte tijd verkoper in een Bata-schoenwinkel. Het is zijn vrijetijdsengagement bij de taalkampen dat hem via Hugo D’hoker en Walter Duprez in Don Bosco Halle deed belanden. In 1983 kreeg hij er een fulltime opdracht plastische opvoeding in alle klassen van de eerste graad. Van toen af verdween Don Bosco niet meer uit zijn leven. 18
De overstap Jan deed de niet zo natuurlijke overstap van het secundair naar het lager onderwijs. Vanzelfsprekend is dat niet, maar naar eigen zeggen zit het bij hem in de genen om zich te laten uitdagen. In 2006 nam hij met gemengde gevoelens de fakkel van het directeurschap over, met enerzijds de fierheid om zich te kunnen bewijzen, maar niettemin met een klein hart. Hij stelde weinig verwachtingen voorop en door omstandigheden kreeg hij maar een beperkte voorbereidingstijd. Het team kende hij niet, alles was nieuw, maar het positieve van het hele verhaal waren de open kansen voor hem en het team. Na acht jaar beleidsvoering vindt Jan zijn opdracht tof en dat heeft te maken met de kansen die hij kreeg om zelfstandig en in gedeelde verantwoordelijkheid met het Don Bosco Onderwijscentrum gestimuleerd zijn werk te doen. De dagelijkse werking is in een lagere school anders dan wat hij voorheen kende. De administratieve ondersteuning is beperkt en blijft onderbezet, en een leerkracht die ziek uitvalt is al helemaal een probleem want hoe vang je de klas op? De sterkte en de kracht van de dagelijkse werking hangt dus af van de draagkracht van het team en voor dat onderwijsteam heeft Jan heel wat lovende woorden. Als algemeen directeur heeft hij de medewerking van Reinhilde die het pedagogisch luik voor haar rekening neemt. Door hun vlotte samenwerking en uitwisseling zijn ze als communicerende vaten. En toch, je staat soms in de wind, want als je de eindverantwoordelijkheid draagt en er loopt iets mis, ben jij het enige mikpunt. Als kapitein op het schip ben je de eerste en de laatste, en gelukkig beseft Jan dat die consequenties zijn eigen draagkracht niet mogen overschrijden.
Eigen stijl Ondertussen weten de collega’s dat Jan met de nodige humor het leven op school kleur en klank geeft. Ook letterlijk brengt hij kleur op school, want met zijn harmonie voor kleuren kregen klassen en gangen al een flinke opfrisbeurt. Jan is een opendeurdirecteur, met een open geest en bereikbaar. Die eigen stijl maakt hem tot een toegankelijk man, iemand die zijn mening geeft en geen mensen wegstuurt in onduidelijkheid. Wie met een vraag naar Jan toestapt, krijgt een antwoord, beargumenteerd met feiten. Zijn antwoorden zijn geen losse flodders en met enig doorzicht in mensen brengt zijn humor vaak rust in de groep. Jan heeft een natuurlijke aanleg om te relativeren en knopen door te hakken, zoals hij ook de juiste mensen tracht te detecteren om de kar te trekken van nieuwe ideeën en initiatieven die worden gelanceerd. Het is gebruik maken van de sterkten van je collega’s.
Iets raar In een Don Boscoschool mag de vraag naar de eigen accenten van het pedagogisch project niet ontbreken. Dat effect en de weerslag op de schoolwerking is echter niet meetbaar en mathematisch te becijferen, maar het is als een zuurdesem die alles doordringt en beïnvloedt. Jan noemt het daarom iets raar, waarvan je de feitelijkheid ervaart wanneer een interim vraagt om in de school te mogen terugkomen. Er zijn de ouders en oud-leerlingen die de barometer van hartelijkheid en een open ingesteldheid aanwijzen. En waar heb je meer deugd aan dan aan mensen die je ziet openbloeien en zich goed in hun vel voelen? En dat is ook de kracht van een team, jonge leerkrachten nemen over wat de ouderen voorleven.
Met de tijd mee Van scholen wordt vaak veel verwacht, maar de daad volgt niet altijd de droom. Een gezond financieel beleid zorgt ervoor dat er binnenkort een nieuwbouw staat, een droom van jaren. De centen zijn er en de bouwvergunning is in orde. De eerstesteenlegging volgt spoedig. Vernieuwing gebeurt echter elke dag op de werkvloer van het klasgebeuren. Op drie lokalen na werkt elke klas met een ‘activboard’, een digitale versie van een gewoon schrijfbord met heel veel mogelijkheden. Zonder veel bijscholing doet iedereen mee. Jan ondersteunde die visie en bezorgde daarom elke juf en meester een laptop. Het digitale tijdperk is begonnen en het zijn de kleinsten die grote stappen zetten. Niemand zal betwijfelen dat de prikkels voor een voortdurende vernieuwing door hun directeur worden gegeven. Is hij dan nooit moe? Jan heeft een vluchtheuvel, want thuis heeft hij een eigen ruimte voor zijn hobby: juwelen maken – en dat doet hij met passie. Daarvoor volgde hij aan de academie een opleiding en die hobby is ondertussen een eigen leven gaan leiden. Misschien mogen we hem daarom wel een directeur-kunstenaar noemen. 19
DE BOEKENPLANK | Tekst: Patricia Segers Foto’s: Centrale Propaganda
Leer Don Bosco kennen tijdens de vakantie! Loop naar de pomp! Wil je via mooie verhalen meer vernemen over Don Bosco? De Oostenrijkse schrijfster Lene Mayer-Skumanz leert ons deze boeiende jeugdheilige kennen in 21 verrassende gebeurtenissen, opgegraven na geduldig onderzoek vanuit nieuwe invalshoeken. Ze legt het geheim bloot waarom N35 Don Bosco erin slaagt – ook nu nog € 10,00 – jongeren voor zijn idealen warm te (+ € 3,00 port) maken. Auteur: Lene Mayer-Skumanz 128 blz.; 14,7 x 20,9 cm Genaaid, hardcover.
Don Boscostrip
N36 € 15,00
De meest gelezen religieuze strip in Vlaanderen! Hoeveel volwassen Vlamingen hebben niet de beroemde Don Boscostrip van Jijé – ‘Don Bosco Robbedoes’ – verslonden! Deze dubbeldikke strip – een zesde, gedigitaliseerde herdruk! – zal je tot de 110de bladzijde boeien.
(+ € 3,00 port)
Duo-pack: N36 + N65:
Grijp je kans! Betaal voor beide boeken samen: € 17,50 (+ € 5,00 port)
20
Bestellingen tijdens de maanden juli en augustus genieten 10% korting boven op de normale verkoopprijs.
“Da mihi animas…” – Keuzes en bezieling in het leven van Don Bosco Vanuit de bekommernissen en uitdagingen van onze tijd geeft Colette Schaumont een eigen kijk op het leven en werk van de dynamische man en priester-opvoeder Don Bosco. Dit boek schetst zijn leven op baN86 sis van de keuzes die hij maakte en € 14,00 de bezieling die hem daarbij dreef. (+ € 3,00 port) Het typeert hem in zijn menselijkheid als kind van zijn tijd, getekend door zijn persoonlijke ervaringen met een eigen temperament, met zijn gaven en gebreken, worstelend met vele uitdagingen en problemen. We herontdekken een Jan Bosco die ook vandaag een gids en inspiratiebron kan zijn voor ieder die gelooft in jongeren en met hen op weg wil gaan. Auteur: Colette Schaumont
Waar de droom begon – Een bezinnende tocht in de voetsporen van Don Bosco
Het doet deugd langs dit rijk geïllustreerde boek kennis te maken met de Becchi (Giovanni Bosco’s geboorteplek), met Chieri, waar Giovanni studeerde en seminarie liep, met Valdocco, de stadswijk in Turijn waar hij als priester zijn opvoedingswerk uitbouwde. Wie Don Bosco’s drukke leven kent, weet dat al N65 die plaatsen ons veel te vertellen heb€ 12,50 (+ € 3,00 port) ben. Laat je meevoeren in dit brede kijkboek met zijn bladvullende foto’s en zijn originele teksten. Auteur: Daniël Federspiel, e.a. Vertaling: Marc Dedapper 96 blz.; 25 x 19 cm (liggend) Gebonden, softcover.
Tekst en foto's: Eindredactie
| SPROKKEL
Godzijdank een menselijk verhaal Een nieuwe uitgave van Don Bosco Vorming & Animatie De grote verhalen uit het evangelie staan in ons collectieve geheugen gegrift, maar vaak lijken ze wel tot een andere wereld te behoren. Voor velen sluiten ze niet aan bij het dagelijkse leven. In Godzijdank een menselijk verhaal wil Piet Stienaers juist het tegengestelde illustreren: naast een getuigenis over Jezus Christus is het evangelie ook de neerslag van de menselijke worsteling met het bestaan. Het gaat over mensen die hopen en liefhebben, die lijden en gelukkig zijn, die slagen en mislukken. In deze uitgave herleest Piet Stienaers veertig evangelieverhalen vanuit deze insteek, zodat ze voor de lezer een uitnodiging worden om na te denken over het eigen bestaan en om bewuster met de werkelijkheid om te gaan. Een stuk pretentieloze wijsheid opgebouwd tijdens een jarenlang en veelzijdig salesiaans engagement vindt er zijn weerslag.
De teksten van het boek kunnen op vele momenten gebruikt worden: voor persoonlijke lectuur, als start van een vergadering, tijdens een bezinning, gebedsmoment, lectio divina of viering, bij een retraite, in de veertigdagentijd… De foto’s van Roel Verleyen brengen een tweede, dit maal visuele interpretatie van de evangelische boodschap. De dialoog tussen tekst en foto’s verleent een meerwaarde aan het geheel.
Godzijdank een
menselijk verhaal Teksten Piet Stienaers
Zo plaatst hij spiritualiteit in de realiteit van het leven, een bron van inspiratie bij het wel en wee van het bestaan.
Fotografie Roel Verleyen
Don Bosco Vorming & Animatie
Godzijdank een menselijk verhaal verschijnt op 15 augustus 2014 en kan aan € 18 besteld worden bij Don Bosco Vorming & Animatie: vormingenanimatie@donbosco.be.
Don Bosco en de Bijbel in het jubeljaar Don Bosco 200 Ook tijdens het jubeljaar zal er elke week een bijdrage verschijnen over Don Bosco en de Bijbel. Er zijn telkens zes onderdelen: de tekst: het evangelie van de komende zon- of feestdag; uitnodiging om het Woord in stilte te laten binnenkomen; enkele elementen van wat Don Bosco in zijn tijd over die tekst zei; een hedendaagse salesiaanse lezing van de tekst; enkele vragen tot actualisatie in eigen leven en een salesiaans gebed.
Deze bijdragen zullen verschijnen op de websites www.donbosco.be en www.bartimeus.be (bezinningen). Ze zullen een week voor de zon- of feestdag gepubliceerd worden, zodat ze kunnen gebruikt worden voor een woordje, homilie, meditatie, bezinning, gebedsmoment…
21
VERBONDEN | Tekst: Eric Joris Foto's: Eindredactie De link tussen Noord- en Zuidwerking
Het Majes-Siguas project is niet zonder controverse. De afgelopen jaren werden de bouwwerken voor de dam stilgelegd na botsingen met bewoners uit het naburige departement Espinar, die hun watervoorraden meer en meer onder druk zien staan. De bevolking van Espinar eiste een diepgaand onderzoek naar de impact van deze bouwprojecten op de watervoorziening van hun gebied. De zaak ging helemaal tot het Grondwettelijk Hof. Eind 2013 kwam van daaruit toch groen licht voor de tweede bouwfase, die dit jaar van start zal gaan. Die beslissing zal zeker ook gevolgen hebben voor el Pedregal, het stedelijke centrum van het Majes irrigatieproject, dat uit zijn voegen dreigt te barsten.
Volksverhuizing Het uitgebreid irrigatiesysteem dat de overheid de afgelopen decennia heeft aangelegd na de bouw van de Condoromadam in de jaren 1970, en dat de hoogvlakte van Majes omtoverde tot een vruchtbaar landbouwgebied, bracht een ware volksverhuizing op gang, vooral uit Arequipa, de hoofdstad van de gelijknamige regio. De verpauperde bevolking, samengepakt in sloppenwijken, zag haar kans schoon om een nieuw bestaan op te bouwen in el Pedregal. Op veertien jaar tijd groeide de bevolking van de nederzetting uit tot niet minder dan 70.000 zielen! Fase twee van het damproject zal allicht een nieuwe toeloop op gang brengen van mensen op zoek naar een beter leven. Ik spreek in el Pedregal onder meer met de tiener Amaro. Hij vertelt hoe zijn familie drie jaar geleden de grote 22
De transform tocht naar het beloofde land heeft gemaakt. Net als elke andere nieuwe bewoner bestond hun eerste daad in het afbakenen van het aan hen toegewezen stuk land. Een haast magisch moment: voor het eerst in generaties had de familie van Amaro iets in haar bezit. Niet dat hun woonst veel voorstelt, maar t贸ch vindt Amaro dat het leven van zijn familie erop vooruit is gegaan. In Arequipa trachtte de jongen zijn kost bij elkaar te scharrelen door te bedelen en door het plegen van kleine diefstallen. Nu volgt hij een drie maanden durende opleiding tuinbouw in de lokale salesiaanse beroepsschool. Vele stedelingen die naar el Pedregal komen, hebben immers geen kennis van of ervaring met land- of tuinbouw. Los van de problemen die het omstreden damproject veroorzaakt, zag de Don Boscogemeenschap in Are-
Het district Majes, in het departement Arequipa in het zuiden van Peru, vormde tot vijftien jaar geleden een bijzonder dor woestijngebied. Maar sindsdien heeft de streek een ware transformatie ondergaan. Door grootscheepse overheidsinvesteringen in de bouw van een dam en irrigatiewerken is te midden van deze uitgestrekte woestenij een grote, groene oase ontstaan, toegelegd op exportgerichte landbouw.
atie van Majes quipa een opdracht in de toestroom van ongeletterde jongeren en in 2000 richtten de salesianen in de nieuwe provinciehoofdstad een beroepsschool op. De werk omstandigheden waren uiterst moeilijk en er waren aanvankelijk totaal geen voorzieningen. In een eerste fase verbleven de onderwijzers in containers die men had aangevoerd. De hitte veranderde deze primitieve behuizing in ware sauna’s terwijl men tijdens de koude nachten lag te klappertanden. Door deze extreme werkomstandigheden vonden de salesianen amper leerkrachten om er onderricht te komen geven. Ondertussen hebben de salesianen ateliers gebouwd waar verschillende beroepsopleidingen worden gegeven, en voor de leerkrachten en de vrijwilligers van het project werd een huisje gebouwd. Iedereen heeft nu zijn eigen kamer.
Explosieve groei De school kent onder de nieuwe omstandigheden een explosieve groei. Momenteel volgen 250 leerlingen een twee jaar durende opleiding. Ze kunnen kiezen tussen lassen, metselen of de mechanica van landbouwmachines, opleidingen die specifiek gericht zijn op een stad die zich ontwikkelt in een agrarische regio. De meeste jongeren in el Pedregal hebben echter niet de voorkennis, noch de financiële mogelijkheden om
twee jaar te studeren. Hun eerste zorg is namelijk samen met het gezin werken op het veld. Daarom hebben de salesianen recent besloten om ook in te zetten op kortlopende en praktijkgerichte modules. Want de meeste van deze jongeren hebben de lagere school niet kunnen afwerken. De korte opleidingen geven de jongeren een basisopleiding in land- of tuinbouwtechnieken, metselen, klein onderhoud van landbouwmachines… Sinds kort doen een groeiend aantal boeren namelijk ook aan veeteelt. Deze korte opleidingen vergroten de kans van de leerlingen om snel werk te vinden in de agriculturele sector of in de bouwnijverheid.
Nood aan financiële ademruimte De school in el Pedregal is de enige school in de wijde omgeving die technisch en beroepsonderwijs aanbiedt. Het voordeel is dat de jongeren na hun opleiding gemakkelijk werk vinden dicht bij huis. Elke nieuw gecreëerde mogelijkheid bezorgt de salesianen ook nieuwe kopzorgen. De korte opleidingsmodules beantwoorden aan een duidelijke nood, maar zorgen er ook voor dat de school opnieuw gebrek aan ruimte en opleidingsmateriaal heeft. De salesiaanse gemeenschap probeert de klaslokalen en het didactisch materiaal optimaal te benutten door de leerlingen in groepen op te delen. Sommigen hebben ’s ochtends vroeg les, anderen in de namiddag en nog anderen ’s avonds. Jammer genoeg blijkt deze oplossing niet meer te volstaan. De beroepsschool in el Pedregal heeft dringend financiële ademruimte nodig. De salesianen zijn vastbesloten om jongeren zoals Amaro en de volgende generaties een kans te bieden op een menswaardig leven. Dankzij hun doorzettingsvermogen en uw solidariteit kunnen we ervoor zorgen dat de transformatie van Majes de bevolking ten goede komt. 23
RUGGESPRAAK | Tekst: Firmin Vanspauwen Foto: Bruce Montgomery
Grenzen verleggen is in deze tijd cool en hot tegelijk. Extreme sporten en games zijn in. Aan extreme sporters wordt, in interviews, niet gevraagd óf maar wel hoe dikwijls botten gebroken werden. Grenzen worden helaas ook verlegd naar een negatieve limiet. Roekeloos rijgedrag, zinloos geweld, extreem misbruik van genotsmiddelen… zijn er voorbeelden van. Toch moeten grenzen verlegd worden, zo niet is er geen vooruitgang. Als Columbus de veilige haven niet was uitgevaren, als denkers en wetenschappers de grenzen van kennis en wetenschap niet hadden opgezocht, dan zou de wereld vandaag er helemaal anders uitzien. Om grenzen te verleggen moeten we ze soms met berekend risico overschrijden. De zomervakantie biedt jongeren hiervoor tijd en ruimte. Sporten, inzet op speelpleinen, reizen, op kamp gaan met de jeugdvereniging, samen zijn met vrienden of met het gezin… bieden uitstekende gelegenheden om op zoek te gaan naar de positieve limiet.
Verleg je grenzen 24
Prettige vakantie!