![](https://assets.isu.pub/document-structure/210622104417-480c8893ed7f978df1f12db441e2237a/v1/79bb3a9b4d44cd729bc7eff305daae2a.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
1 minute read
Manieren-van-begeleiden
c. Geef bij elke uitdrukkingsvaardigheid met twee voorbeelden aan hoe je deze gebruikt.
d. Beschrijf ook waarom je deze vaardigheden op deze manier gebruikt.
Als medewerker sport en recreatie begeleid je sporters en gasten individueel en in groepen. Iedere sporter, gast of groep heeft zijn eigen kenmerken en vraagt een passende manier van begeleiden. Er zijn verschillende manieren waarop je kunt begeleiden: participerend of niet-participerend en autoritair of laisser-faire.
Participerend en niet-participerend
Bij een participerende begeleiding doe je als begeleider zelf ook mee aan de activiteit. Je staat dus niet aan de zijlijn, maar doet mee. Bij een niet-participerende begeleiding doe je zelf niet mee aan de activiteit. Je legt uit en begeleidt daar waar nodig.
Participerend begeleiden.
Als je participeert tijdens een activiteit is het gemakkelijker om sporters of gasten te motiveren. Je doet voor hoe een activiteit gedaan wordt en laat zien dat het leuk is. Een valkuil is dat je te veel bezig bent met je eigen activiteit en daarbij je sporters of gasten uit het oog verliest. Participeer je in een sportieve activiteit met spelregels, dan moet je voorkomen dat je sporters of gasten gaan denken dat je partijdig bent.
Bij een niet-participerende begeleiding heb je alle aandacht voor je sporters en gasten. Je kunt aan de zijlijn kijken hoe de activiteit verloopt. Bij een activiteit met spelregels kun je makkelijker onpartijdig blijven, je doet immers zelf niet mee met het spel.
Autoritair en laisser-faire
Als tweede kun je kijken naar de manier waarop je als medewerker sport en recreatie stuurt tijdens een activiteit. Je spreekt dan van een autoritaire stijl of een laisser-faire stijl.
Bij een autoritaire begeleiding ben jij de ‘baas’. Jij zegt wat je sporters of gasten moeten doen. Zij zijn van jouw uitleg afhankelijk en doen wat jij zegt. Bij de laisser-fairestijl is de begeleiding heel losjes. Je geeft je sporters of gasten veel ruimte en vrijheid tijdens de activiteit. Je reageert alleen op vragen.
Opdracht 7 Participerend of niet?
Is het verstandig om wel of niet begeleidend te participeren? Zet een kruisje. Vul ook in waarom.
Activiteit
Taart bakken met kinderen op de buitenschoolse opvang Voetbalwedstrijd voor tieners
Kerstversiering knutselen met ouderen
Na afloop van een knutselmiddag ruimen de kinderen de gebruikte materialen op
Wel participeren Niet participeren
Opdracht 8 Autoritair of laisser-faire?
a. Welke begeleidingsstijl past het beste bij jou?