Iedereen een
woonkamer,
De trend van huiselijke gezelligheid op de werkplek heeft zich de afgelopen jaren vergaand gemanifesteerd. Inside Information berichtte in 2013 over de ‘verwoonkamering’ van het kantoor in een artikel van producent BuzziSpace. Thuiswerken werd vervangen door huiswerken op kantoor. En dit jaar schreef ik over de vervlechting van meubelmerken die zich van oorsprong op de zakelijk markt begaven en zij die zich op de consumentenmarkt oriënteerden. Inmiddels zijn beide markten volledig fluïde en beide partijen acteren op ieders thuismarkt.
Auteur: Edwin van de Velde. Foto pagina 60-61: Jasmijn Tan. Als de woonkamer niet letterlijk herkenbaar is, dan is het wel als concept. Het concept ‘woonkamer’ staat voor een vormtaal en kleur- en materiaalgebruik dat warmte en persoonlijkheid uitstraalt. Het concept staat voor het ontmoeten van en praten met anderen en voor Hollandse gezelligheid. Niet alleen in de kantoorbranche, ook daarbuiten heeft het woonkamerconcept de afgelopen jaren breed om zich heen gegrepen. In de retail is bijvoorbeeld een gelijke ontwikkeling herkenbaar. Er is een segment van de markt waar onpersoonlijke rijen kledingrekken en zitbanken tot het verleden behoren. De andere kant van de markt zet de winkel juist voller en gooit het op prijsconcurrentie. In de winkelruimte waar de woonkamer wordt omarmd, is plaats ingeruimd voor een vintage toonbank, een groot vloerkleed en materiaalgebruik met een tactiele luxueuze uitstraling. Van pop-up shop tot warenhuis en supermarkt (denk aan Marqt), de trend vindt navolging. En dat is natuurlijk niet voor niets. In elke 60
Inside Information
commerciële branche is uiteindelijk de euro leidend. Schijnbaar is het zo, dat de woonkamer (of enkele conceptuele kenmerken daarvan) zorgt voor een klant die vaker terugkomt, langer verblijft, meer koopt en daarmee een hogere omzet genereert. Eén van de meest letterlijke implementaties van de woonkamer in de retail is bij de hedendaagse koffieshop. Starbucks, CoffeeCompany, DE Café, Doppio, Bagels & Beans, allemaal doen ze hun uiterste best om het er in de winkel zo relaxed mogelijk uit te laten zien. Meubels uit de professionele markt worden afgewisseld met eenmalig ontworpen items. Fauteuilles, krukjes, tafeltjes en een grote leestafel worden neergezet in een opstelling die menigeen ook wel thuis zou willen hebben. Kranten, tijdschriften, muziek en gratis wifi complementeren de ‘woonkamer’. Behalve in de kantoor- en retailmarkt is de woonkamer ook opgerukt in hotels,
en dan? restaurants en onze publieke ruimten. Dit laatste gebied is minder het werkterrein van de interieurprofessional, maar met een bibliotheek die zich presenteert als woonkamer van de stad, biedt het niettemin vele kansen. Menig ambtelijke stadsontwikkelaar werkt hard om bezoekers welkom te heten in een uitnodigende omgeving.
Meubels die zowel binnen als buiten kunnen staan, doen het immers ook goed in parken en op pleinen. Deze locaties hebben van nature de ontmoetingsfunctie van de woonkamer. Het semi-publieke perron van de NS heeft ‘gezellige’ betonnen poefjes. Speels neergezet werkt het goed als ontmoetingsplek. En ook het interieur van de
ICM-trein heeft in de afgelopen jaren een woonkamer-update gekregen. Schilderijtjes aan de wand, met stof beklede stoelen en een behangprint van cappuccino bruine schaduwbladeren. Je voelt je er als in je luie stoel thuis. Bij eerder genoemde branches is een tweedeling herkenbaar aan de hand van de woonkamer. Zo is er een werkkantoor en een ontmoetkantoor ontstaan. De eerste met concentratieplekken en alle bureaufunctionaliteiten, de tweede met gezellige ruimten en goede koffie. In de retail is er de functionele koopwinkel en de feelgoodwinkel. De eerste noemen we over 10 jaar enkel nog webshop, de tweede is een belevingswereld, die in een flagship store gecreëerd wordt. In de restaurantbranche is er een meeneemrestaurant en een eetrestaurant. De eerste richt zich puur op haar functie van voedselverstrekking, terwijl de tweede een welkom gevoel van verzorging en aandacht geeft. De opmars van de woonkamer is misschien wel het meest prominent in de hotelbranche. Daar is de splitsing tussen functionele dienstverlening – slapen – en woonkamerbeleving maximaal uitgenut. Recentelijk openen meer en meer vier en vijf sterren-hotels de deuren waar de klok rond vermaak wordt geboden. Van ontbijt, via vergadering en workshop, naar de lunch, om via een demonstratie naar de chille borrel te gaan, te dineren en tot slot in de club tot in de late uurtjes te genie-
Hedendaagse koffieshops, zoals Bagels & Beans, hebben duidelijk een woonkameruitstraling. Inside Information
61
ten. En o ja, ook nog een paar uurtjes slapen. Het welkome gevoel wordt er in tot in elke haarvat doorgevoerd. Veelal wordt de inrichting gedaan met exclusieve meubelmerken uit de consumentenmarkt, aangevuld met een speciaal ontworpen bar, wandmeubel of lichtarmatuur binnen het overkoepelende interieurconcept. Het oprukken van de woonkamer is zonneklaar. Het is interessant om te kijken waar deze ontwikkeling naar toe gaat. Grofweg zijn er drie opties. In het eerste scenario gaat de ontwikkeling gestaag door. Onze meubels en inrichting worden stapsgewijs verbeterd. Zittend en staand werken wordt ergonomisch geoptimaliseerd, kantoorlucht wordt verder geschoond
Ook in de hotelbranche, zoals in het Conservatorium Hotel in Amsterdam, wordt er volop gekozen voor het woonkamergevoel.
62
Inside Information
en koffiecorners worden gezellig aangekleed. De projectinterieurbranche kan opgelucht adem halen en werkt gewoon door. In het tweede scenario vindt er een kentering plaats in de woonkamertrend. In een fauteuil kan je immers niet lang typen en RSI en rugpijn nemen hand over hand toe. Na het hoogtepunt van de trend is iedereen klaar met ‘hip en chill’ en gaan we in 2020 terug naar perfect ergonomische meubels, die door scanners, computers en 3D-printers op maat van ons lichaam worden geproduceerd door de alom bekende merken. Home-sweet-home, maar dan in verlichte zit. Het laatste scenario gaat uit van een versnelde ontwikkeling van de woonkamertrend. Het kantoorgebouw en het formele zitten verdwijnen in zijn geheel uit het Nederlandse werkveld. Vaste werkplekken en ook de quasimobiele plekken in flexkantoren bestaan niet meer. We swipen, chat-
ten en video-conferenceren door ons netwerk om klanten aan producenten en ander netwerkpartners te koppelen. De echte productie vindt plaats in fabrieken. Zo zijn er fabrieken met zoevende 3D-scanners en 3D-printers, fabrieken met snorrende megaservers en zijn er fabrieken met hard werkende robots. Onze werkplek, met of zonder woonkamer, is verdwenen. Gelukkig zijn meubelproducenten, interieurarchitecten, inrichters en adviseurs in elk scenario noodzakelijk. Maar als je koploper wilt zijn, is het van belang de toekomstrichting te kennen.
www.buzzispace.nl www.bagelsbeans.nl