De Eerstelijns Nummer 5 2011

Page 1

Jaargang 3 • editie 5 • juni 2011

De Eerstelijns Magazine voor de samenwerkende zorgverlener

Eerstelijns Transparantie Congres zet zorgkwaliteit in etalage

Farmacie: de gevolgen van vrije prijzen in 2012

Tanzaniaanse huisarts in Rotterdamse achterstandswijk •

Zorginkoop: zorgen om de toekomst!


heidslaperig Snurkt u? Voelt u zich slaperig Snurkt u? Voelt u zich slaperig overdag? vermoeidoverdag? overdag? g? Obstructieve ofofvermoeid Slaapapneusyndroom

Obstructieve Slaapapneusyndroom

Misschien u aan het Obstructieve Slaapapneusyndroom lijdtlijdt u aan het Obstructieve Slaapapneusyndroom oom Misschien

Herken het op tijd in de praktijk!

apapneusyndroom symptomen leiden... Slaapapneusyndroom Het Obstructieve Het Obstructieve Slaapapneusyndroom Heeft uw tot patient lastvolgende van snurken, slaperigheid of vermoeidheid overdag? kan de symptomen leiden... kan tot de volgende symptomen leiden... Is er sprake van onderstaande volgende symptomen: Overdag

n

Overdag

‘s Nachts Ochtendhoofdpijn

Overdag

‘s Nachts Luid snurken

Luid snurken Zich slaperig endhoofdpijn voelen Partner merkt Partner pauzes in de merkt pauzes in de ademhaling Zich slaperig ademhaling Verminderd voelen concentratieHappen vermogen naar lucht Happen Verminderd naar lucht concentratiePrikkelbaar vermogen zijn Onrustig

Overdag

Ochtendhoofdpijn

Ochtendhoofdpijn Zich slaperig voelen Zich slaperig

voelen

Verminderd concentratieVerminderd vermogen concentratie-

vermogen

Prikkelbaar zijn

slapen

Onrustig Prikkelbaar slapen Indommelen tijdens Regelmatig routineactiviteiten zijn toiletbezoek

Regelmatig toiletbezoek

Prikkelbaar zijn

Indommelen tijdens routineactiviteiten

Indommelen tijdens routineactiviteiten

mmelen tijdens behandeld blijft, ...en wanneer dit onbehandeld blijft, ineactiviteiten p: verhoogt het risico op: ...en wanneer dit onbehandeld blijft, Wanneer het OSAS onbehandeld blijft, verhoogt het het risico op een Hoge bloeddruk Beroerte Hoge bloeddruk beroerte, op: een hoge bloeddruk, hartritmestoornissen & type 2-diabetes verhoogt het risico Type 2-diabetes Hartritmestoornissen

Beroerte

Type 2-diabetes

Bespreek hetHoge tijdig bloeddruk met uw patiënt!

w arts Praat Hartritmestoornissen erover met uw artsType 2-diabetes

Praat erover met uw arts © 2009 Philips Electronics N.V. All rights are reserved. RIT.EDU.005.Be

* OCT 2009

2/11/09 15:58:05 12062_RIP_OSA_A2Poster_Flemish_v4.indd 1

© 2009 Philips Electronics N.V. All rights are reserved. RIT.EDU.005.Be

2/11/09 15:58:05

* OCT 2009


Redactioneel

De € 50.000 patiënt, tijd voor het Schippers-overleg!

De minister van Financiën meldde laatst dat hij zich meer zorgen maakt over de kostenontwikkeling in de zorg dan om de financiële crisis van Griekenland. Klare taal die veel meer zegt dan € 1,4 miljard overschrijding over 2010. We hebben ons zorgstelsel zo ingericht dat het lijkt of er niet echt een probleemeigenaar is. Het probleem ligt mooi bij minister Schippers en zolang zij nog de ruimte krijgt in het kabinet, sukkelen we voort. Hier en daar eens een zogenaamd ferme maatregel. Vaak paradoxaal, want duurzame oplossingen zijn te ingewikkeld en stranden in een moeras van politieke en sectorale belangen. Toch moeten we ons zorgen maken want straks betalen “Henk en Ingrid” meer aan de zorg dan aan wonen en vrije tijd samen. Met andere woorden: we staan aan de vooravond van het verdwijnen van de onderlinge solidariteit die ons gemiddeld genomen veel gezondheid oplevert. De eerste lijn drijft op deze solidariteit en heeft een prachtige positie om een bijdrage te leveren aan een duurzaam systeem. Laten we gewoon, naar voorbeeld van Kaiser Permanente in de VS, starten met een driemaandelijkse bespreking van de patiënten die meer dan € 50.000 per jaar aan zorg consumeren. Huisarts, verpleegkundige (casemanager?) en de medisch adviseur van de zorgverzekeraar bespreken in een vaste structuur de grootverbruikers. Ze maken samen (met de patiënt?) een verbeterplan. Gemakshalve noemen we dit maar even het Schippers-overleg, om aan te geven dat niet alleen de minister verantwoordelijkheid moet zijn voor zuinig en zinnig gebruik van zorg. Wat levert het Schippers-overleg op? Graag zie ik uw berekeningen tegemoet. De beste inzending staat een mooie prijs te wachten (uw reacties naar kliphuis@lvg.org). In dit nummer staan de verhalen over het Eerstelijns Transparantiecongres, over Chinees bezoek in Rotterdam en over apotheker die speciale aandacht heeft voor palliatieve zorg. Hiernaast nemen we een kijkje in de keuken van de financiële wereld: van de beoordeling van risico’s en kredietwaardigheid van zorgaanbieders.

Wilt u reageren? Stuur een email naar kliphuis@lvg.org

Leo Kliphuis MPH is directeur van de Landelijke Vereniging Georganiseerde eerste lijn en is lid van de redactie-

Voorts besteden we aandacht aan de farmacie. Hoe kunnen we het werk van de apotheker beter positioneren in de integrale zorg? Het is hoog tijd om de discussie te verleggen van prijzen en logistiek naar de toegevoegde waarde van de farmacie in de zorg. Het lijkt erop dat de nieuwe NZa beleidsregels hieraan een forse bijdrage kunnen leveren. Maar zoals vaak in de zorg zijn we het snel eens over de WAT-vraag en lijkt de HOE-vraag te stranden in sectorale belangen.

raad van de De Eerstelijns.

Veel leesplezier. • .

3

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


In een maatschappij met steeds meer ouderen is menselijkheid vaak het beste medicijn. Maar als geneesmiddelen nodig zijn, hoe zorgen wij er dan voor dat ze zo goed mogelijk worden ingezet?

Voor uw medische vragen: 0800 - 8600 800 E-mail algemeen: info.nl@astrazeneca.com


In dit nummer Redactioneel 03 HET EERSTELIJNS TRANSPARANTIECONGRES 06 ‘Het is meten of gemeten worden’

06

AWBZ ALS KATALYSATOR VOOR DE EERSTE LIJN 08 ROS STRATEGIE 11 De slagkracht in Friesland ONTWIKKELINGEN IN DE FARMACIE 2010 14 Garanderen vrije prijzen een hogere kwaliteit?

14

SLIMMER ORGANISEREN 19 Het wordt tijd voor een driedeling in de zorg ZONMW MET PROGRAMMA OP ÉÉN LIJN 20 Fysiotherapeuten in beweging RISICO’S EN KREDIETWAARDIGHEID 22 Graydon treedt de eerste lijn binnen

20

GGZ IN DE EERSTE LIJN 24 Mentaal Beter stimuleert zelfredzaamheid COLUMN JAN ERIK DE WILDT 27 Olifantengeheugen

24

BIJZONDERE ZORGVERLENER 28 Tanzaniaanse huisarts in Rotterdamse achterstandswijk CHINESE DELEGATIE IN KATENDRECHT 31 COMPETENTIEPROFIEL EERSTELIJNSBESTUURDER 33 Digitaal onderzoek naar capaciteit, persoonlijkheid en drijfveren

28

Het Eerstelijns Transparantie Congres:

JAN VAN ES INSTITUUT OVER OPLEIDINGEN 34 Van zorginhoudelijk professional naar eerstelijnsleider ABN AMRO MEER IN PRAKTIJKBEMIDDELING 36 Adviseur tijdens hele levenscyclus

minister Edith Schippers,

39

NICOLE KIEN OVER ZORGINKOOP 44 Zorgen om de toekomst

Gert Westert (lb), Hans van Bijsterveldt (m) en Maarten Klomp (r) Fotografie:

GEZONDHEIDSCENTRUM VATHORST GEOPEND 39 Stap in anderhalve lijn PALLIATIEVE ZORG BIJ SERVICE APOTHEEK MALDEN 42

Cover: Sprekers op

Marjon Zijlstra.

44

DE EERSTELIJNS AGENDA 46 5

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


‘Het is meten of gemeten worden’

Eerstelijns Transparantie Congres zet zorgkwaliteit in etalage BELEID & POLITIEK

Met 276 sterk betrokken bezoekers, gerenommeerde sprekers en druk bezochte werksessies is het Eerstelijns Transparantie Congres een succes geworden. In Den Haag ontstonden de contouren voor wat minister Edith Schippers (VWS) is haar openingstoespraak omschreef als: ‘Transparantie moet een gezamenlijk project zijn, het hoort bij de intrinsieke motivatie van de zorgverlener. Dit is in het belang van de patiënt en het verbindt de verschillende zorgpaden tot één mooi buurtplan.’ één blauwdruk, de eerste lijn moet een oplossing zijn voor plaatselijke problemen en plaatselijke kenmerken. Met goede kwaliteit. Die kwaliteit moet inzichtelijk zijn met een beperkt aantal indicatoren. Vermijd vooral de valkuil van de ziekenhuis dbc’s, waarvan er 30.000 zijn. De indicatoren moeten onderdeel van het normale werkpatroon vormen, anders leidt het tot een administratieve last.’

Laat zien wat je doet. Dat is de centrale boodschap tijdens het Eerstelijns Transparantie Congres. De eerste lijn levert veel goede zorg, maar het moet ook zichtbaar zijn. Hoe zet je de kwaliteit in de etalage? Minister Schippers: ‘De eerstelijnszorg moet goed toegankelijk zijn, in locatie, in houding en toegankelijk in begrip. Dat kan in een gezondheidscentrum met alle zorgverleners onder één dak, maar het kan ook op verschillende locaties in een zorgnetwerk. Er is dus niet Snelle evaluatie Direct na het congres is via internet een evaluatie

Professor Niro Siriwardena,

verricht. De eerste uitslagen tonen het volgende.

Primary and Prehospital

De meest gewaardeerde plenaire sprekers:

Health Care University of

• Aldien Poll

Lincoln, licht de Engelse

• Gert Westert

situatie toe. Deze is moeilijk te

• Niro Siriwardena

vergelijken met de Nederlandse,

De beste subsessies:

alleen al vanwege het

• Door clienten bekeken: Jan Benedictus en

buitengewoon hoge bedrag

dat de Engelse overheid heeft

Michael Rutgers

• Ketentransparantie: Hedi ter Braak, Stannie

besteed aan de totstandkoming

van een landelijk indicatorenset.

Driessen en Martine de Clercq

Organisatie: Goed Top 5 van opmerkingen: • Breder inzetten op hele eerstelijnszorg • Catering kan beter • Centrale locatie in het land beter bereikbaar • Twitteren leuk • Mag concreter en praktijkvoorbeelden

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

6


verantwoording. Dat kan natuurlijk niet. Stimuleer Van autonomie naar verantwoordelijkheid Volgens professor Gert Westert mag Nederland trots met indicatoren geïntegreerde eerstelijnszorg in plaats zijn op zijn eerste lijn. ‘De gidsfunctie bij eerstelijns- van monodisciplinaire verrichtingen. Op een eenduizorg is heel belangrijk. De patiënt door het complexe dige manier verzameld, verwerkt en gepresenteerd. zorgsysteem leiden. Maar dan moet je weten wat de Ondersteund door de bestaande Regionale Data beste plek is, met de juiste zorg. Mensen denken dat Centra.’ Waarop de voortreffelijke dagvoorzitter alle artsen dezelfde goede zorg leveren, maar dat is Maarten Klomp, huisarts en medisch directeur van niet het geval. Daarom is transparantie essentieel.’ Zijn De Ondernemende Huisarts, concludeert dat transboodschap: ‘We moeten van professionele autonomie parantie moet. ‘Met als hoger doel dat transparantie naar professionele verantwoordelijkheid. Zorg daarbij bijdraagt aan een betere kwaliteit van zorg in de eerste lijn. Ik heb vandaag begrepen dat wij niet bang moewel dat je zelf de regie neemt. Want het is meten of gemeten worden!‘ Professor Guus Schrijvers geeft de ten zijn om transparant te zijn, want we doen het juist randvoorwaarden aan. ‘Stel eerst de doelen, verbeter erg goed.’ • daarop de ICT en ga dan aan de slag met de indicatoren. Laat zorgverzekeraars of de inspectie nooit vragen naar indicatoren die niet te leveren zijn met de huidige systemen!’ Hans van Bijsterveldt, programmadirecteur Zichtbare Zorg benadrukt dat indicatoren geen doel zijn. ‘We willen komen tot zorg die beter, betaalbaar en bereikbaar is. Kwaliteitsindicatoren zijn daarbij een middel. Zichtbare zorg biedt ondersteuning bij het vergelijkbaar maken van kwaliteit. We willen werken volgens één taal, één loket en één werkDe eerstelijns wijze over alle sectoren heen, met gebruikmaking van opgedane ervaringen.’

Aldien Poll, strategisch adviseur bij Aldien.nl met jarenlang ervaring als zorgverlener en bij zorgverzekeraars, was de hoogst gewaardeerde spreker tijdens het Transparantie Congres.

het eerstelijns Organisatie Het Eerstelijns TransparantieCongres (HETC) is een initiatief van De Eerstelijns en het Jan van Es instituut.

DOelgrOep HETC richt zich op beleidsmakers, bestuurders, onderzoekers, zorgverzekeraars, commerciële aanbieders, kaderartsen en eerstelijns zorgaanbieders. Zowel werkzaam in gezondheidscentra als georganiseerd in zorggroepen. lOcatie World Forum in Den Haag. Programma van 09.00 ontvangst tot en met 17.30 borrel.

inschrijven en kOsten Het Eerstelijns TransparantieCongres (HETC) kost € 295,- per persoon (exclusief BTW). Meerdere personen uit dezelfde organisatie krijgen 15% korting als er tegelijk ingeschreven wordt. U ontvangt een factuur. Inschrijving vindt plaats in volgorde van ontvangst en verplicht tot betaling.

accreDitatie Voor het congres wordt accreditatie aangevraagd.

infOrmatie Voor praktische vragen kunt u terecht bij Elita Zoer Congresmanagement BV, elita@elitazoer.nl of tel. 0183354057. Heeft u inhoudelijke vragen, dan kunt u contact opnemen met Marc Bruijnzeels, te bereiken via e-mail m.bruijnzeels@jvei.nl. Meer informatie over het programma vindt u op www.de-eerstelijns.nl.

Beurs Naast sprekers is er ruime aandacht voor alle partijen die op de een of andere manier een bijdrage leveren aan het transparantieproces in de eerstelijnszorg. Zij presenteren zich op het beursplein en in kleinschalige sessies, waarin netwerken en lunchen gecombineerd worden.

annulering Bij annulering vóór 29 april krijgt u uw inschrijfgeld retour onder aftrek van € 65,00 administratiekosten (excl. BTW). Bij latere annulering bent u het volledige inschrijfgeld verschuldigd. Uiteraard kan iemand in uw plaats deelnemen.

Transparantie moet Samenvattend concludeert Marc Bruijnzeels, directeur van het Jan van Es Instituut: ‘We gebruiken nu indicatoren uit interne kwaliteitssystemen voor externe

U vindt de presentaties van alle sprekers op www.de-eerstelijns.nl. 7

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


De AWBZ als katalysator voor BELEID & POLITIEK

De AWBZ is in tientallen jaren zodanig weggegroeid van de onverzekerbare risico’s, dat de regeling zelf een onverzekerbaar risico dreigt te worden. Dit komt door het beleid om de zorg te intramuraliseren en de AWBZ te gebruiken om allerlei soorten zorg onder te brengen, waarvan je je af kan vragen of die er thuis horen. Maar hoe nu verder? Voor Den Haag is de AWBZ misschien een zorgenkindje, voor de eerste lijn vormen veranderingen een grote uitdaging. momenteel hebben 130.000 mensen een PGB. Door de regeling te versoberen, kan er bespaard worden. Ook kan een inkomenstoets worden ingesteld, zodat arme mensen een hoger PGB krijgen dan rijken. Het PGB is een populaire maatregel en steunt de eigen verantwoordelijkheid. Daarom kan besloten worden om de PGB van een maatregel te veranderen in een wet. De uitvoering van onderdelen van de AWBZ, ten tweede, wordt overgeheveld van zorgkantoren naar zorgverzekeraars. Doordat daarmee de kosten tot uitdrukking komen in de premies, schuift de overheid de hete aardappel door naar de zorgverzekeraars en vertrouwt men op de positieve premie-effecten van zorginkoop door zorgverzekeraars. Een ander deel van de AWBZ gaat naar de gemeenten en wordt bijvoorbeeld onderdeel van de WMO. De Wet Maatschappelijke Ondersteuning is geen recht en de gemeente kan haar eigen beleid voeren. Burgers hebben geen garantie op WMO, wel op AWBZ. Binnen de WMO kan gesneden worden in de kosten. Tussen gemeenten zullen verschillen ontstaan. In de derde plaats zal in de intramurale AWBZ de woon­component nu echt gescheiden gaan worden van de zorg. De bewoners betalen dan huur en kunnen fiscaal gecompenseerd worden als het inkomen te laag is. Dat geldt niet voor mensen boven een bepaalde inkomensgrens. Ten vierde zal de AWBZ worden ontdaan van alle zorg die geen echt onverzekerbare zorg is. Deze zal onder worden gebracht in het particuliere circuit. Oftewel de burgers betalen dit zelf of besluiten zich hiervoor aanvullende te verzekeren. De AWBZ moet worden gemoderniseerd. Helaas ontbreekt het tot nu toe aan daadkracht en visie. Daardoor blijven zorginstellingen op dezelfde manier

Van de 60 miljard collectief gefinancierde zorg wordt 23 miljard (38%) in de AWBZ uitgegeven. Daarvan gaat ruim de helft om in de ouderenzorg en zorg voor chronisch zieken. Hiernaast gaat een kwart naar de gehandicaptenzorg en van de rest wordt het grootste deel opgesoupeerd door de geestelijke gezondheidszorg. Nederland is daarmee Europees koploper en de concurrentiepositie van Nederland zal in de problemen komen. Dus komen er maatregelen. Grofweg zijn vier maatregelen te onderscheiden Het persoonsgebonden budget wordt in de eerste plaats versoberd. Het PGB is een groot succes en

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

8


de eerste lijn

op pragmatisme en kosteneffectiviteit. Ook het WMO pakket heeft veel samenhang met de eerstelijnszorg. Dus ook daar is afstemming nodig. Een mooie taak voor de ROS om namens de gezamenlijke eerstelijnszorg op te treden. Het scheiden van wonen en zorg zal er toe leiden dat er veel meer ouderen thuis zullen blijven wonen en dus extra druk geven op de eerstelijnszorg. Daardoor zal de behoefte aan een geriatrische functie in de eerstelijnszorg toenemen. Daarom ook zullen verpleegkundig ouderen specialisten, casemanagers, begeleiders en vele andere functionarissen worden ingezet. Liefst gecombineerd en geïntegreerd in de eerstelijnszorg, kleinschalig in de wijken en buurten. Voor Den Haag is de AWBZ misschien een zorgenkindje, maar voor de eerstelijnszorg zijn de onvermijdelijke veranderingen een grote uitdaging die beter vandaag dan morgen kan worden opgepakt. Wie droomt van een sterke eerste lijn, kan de versobering van de AWBZ verwelkomen als een katalysator om die droom verder te realiseren. •

werken zonder grootschalig tot innovatie over te gaan. Terwijl de uitdagingen voor het grijpen liggen. Zeker door de bril van de eerste lijn! Wat merkt de eerstelijnszorg van deze maatregelen? Het PGB heeft weinig effect, omdat het vooral informele zorg betreft. Een aantal thuiszorgorganisaties biedt ook PGB zorg aan en die zullen wat minder omzet krijgen. Het effect van deze maatregel op de eerstelijnszorg is niet groot. Ook het uitkleden van het pakket zal weinig directe invloed op de eerstelijnszorg hebben, maar indirect kan het een tweedeling tot gevolg hebben en die treft dan minder vermogende ouderen, chronisch zieken en GGZ patiënten. De effecten daarvan treffen wel de eerstelijnszorg. De overheveling van de AWBZ naar de Zorg­ verzekerings­wet (ZVW) heeft naar verwachting grote effecten op de eerstelijnszorg. De samenhang tussen eerstelijnszorg, ouderenzorg, zorg voor chronisch zieken en GGZ is groot. Er zullen nieuwe samenhangende zorgconcepten ontstaan. Kleinschalig, in wijken en buurten. Met een lage overhead, onder regie van de huisarts of de wijkverpleegkundige en ingebed in een eerstelijnsteam. Niet gebaseerd op ideologie, maar

Door het scheiden van wonen en zorg zullen veel meer ouderen thuis blijven wonen.

Prof. dr. J.J. Polder TRANZO en J.E. de Wildt MHA Commonsense/Cartoon: Thijs Wessels

9

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


ROS-strategie in afgebakend gebied

De slagkracht in Friesland BELEID & POLITIEK

Twintig ROS’en werken aan het realiseren van geïntegreerde eerstelijnszorg. Elk in hun eigen regio en op hun eigen wijze. Want de aanpak in een grote stad is anders dan die op het platteland. Hoe anders? De Eerstelijns nam een kijkje bij ROS Friesland. Innovatiekracht Dat men elkaar snel weet te vinden versterkt de innovatiekracht. Zo heeft ROS Friesland met de huisartsen de implementatie van ZorgDomein in heel Friesland georganiseerd. Dit is een verwijsapplicatie van de huisartsen naar het ziekenhuis. ‘We hebben met alle ziekenhuizen dezelfde afspraak gemaakt voor de implementatie. Daardoor is Friesland met ZorgDomein echt een koploper.’ ZorgDomein is verder ontwikkeld tot de Zorg­ aan­ bieders­ gids. In deze digitale applicatie worden alle eerstelijnszorgaanbieders opgenomen. ‘Zij kunnen op

ROS Friesland heeft als werkgebied. jawel, Fries­land. ‘Een afgebakende regio’, constateert directeur Rob van Boxtel. ‘We hebben te maken met één GGD, één huisartsenvereniging, één zorgverzekeraar, vijf ziekenhuizen en een revalidatiecentrum. Dat maakt het overzichtelijk.’ Hij wijst ook op het nadeel. ‘Partijen zijn tot elkaar veroordeeld, er is geen escape mogelijk. Het is van groot belang om de relatie goed te houden en gezamenlijk te gaan voor de inhoud.’

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

10


tegelijkertijd gewerkt aan netwerkontwikkeling. Nu ligt er zelfs een projectaanvraag bij ZN voor netwerkontwikkeling rondom bewegen gecombineerd met de inzet van sociale media.

beveiligde wijze naar elkaar verwijzen. Maar ze kunnen elkaar ook consulteren. Zo kan de huisarts een vraag stellen aan de fysiotherapeut over een patiënt.’ Van Boxtel geeft aan dat er ook een publieksversie komt. ‘Deze vernieuwing is geen makkelijk traject, maar er zijn goede resultaten. Dankzij de goede samenwerking van partijen die elkaar goed kennen, die vertrouwen in elkaar hebben en die werkzaam zijn in de hele provincie.’

Samenwerkingsattitude Het klinkt ideaal, maar het ging niet vanzelf. Bij de oprichting, ruim vijf jaar geleden, bestond er een flinke weerstand tegen het fenomeen ROS. Daarvan is nu niets meer te merken. ‘Wij moesten eerst het veld leren kennen en het veld moest ROS Friesland leren kennen. Dat betekende onder andere de vragen vanuit het veld goed boven water krijgen. Pas als je die kent, is vraaggerichte dienstverlening mogelijk. Het grote voordeel is dat op het platteland sprake is van wederzijdse afhankelijkheid. Dat maakt dat mensen elkaar opzoeken, zich met elkaar verbonden voelen, waardoor al een bijna vanzelfsprekende samenwerkingsattitude bestaat. Het is goed om als ROS daarvan gebruik te maken.’ Hij benadrukt: ‘We gaan altijd uit van de positie van de eerste lijn en versterking daarvan. Samenwerking met andere partijen, zoals gemeenten, wordt daarbij steeds belangrijker.’ •

Informeren en adviseren Elke ROS heeft als functies: informatieverschaffer, adviseur en aanjager. Hoe vult ROS Friesland dit in? Rob van Boxtel: ‘Uiteraard brengen we een nieuwsbrief uit, is er een website en we hebben folders. Daarnaast verzorgen we symposia en scholingen over allerlei aspecten die de eerste lijn aangaan. We organiseren ook eerstelijnscafé’s, waar zorgverleners elkaar kunnen treffen.’ ROS Friesland heeft vijf adviseurs in dienst. ‘Zij zijn echt de kennismakelaars. Ze vertalen landelijke ontwikkelingen naar de regio en wisselen kennis uit met de klanten.’ Daarnaast heeft ROS Friesland een beleidsmedewerker. ‘Deze kijkt per dossier naar actuele ontwikkelingen. Zo heeft ze een document samengesteld over ouderenzorg. Hierin staat wat landelijk en in Friesland gebeurt rondom ouderenzorg, wat dit betekent dit voor eerstelijnszorgaanbieders en voor de dienstverlening van ROS Friesland. Daarmee wordt de slagkracht van de organisatie flink vergroot.’

Tekst: Gerda van Beek/Fotografie: ROS Friesland En dan Amsterdam….. ROS 1ste Lijn Amsterdam vertoont opvallend genoeg veel gelijkenissen met ROS Friesland. Ook 1ste Lijn Amsterdam heeft te maken met één dominante verzekeraar. Er is ook één GGD, één huisartsenkring en er zijn zes ziekenhuizen. Die ziekenhuizen hebben echter geen duide-

Aanjagen en bewegen Als aanjaagfunctie ziet Van Boxtel ook het aanwakkeren van urgentiebesef. ‘Aan de hand van de WijkScan hebben we de gevolgen van vergrijzing van zorgaanbieders laten zien. Er komt een grote uitstroom en de instroom is lastig. Met de Friese huisartsen en de zorgverzekeraar brengen we het capaciteitsprobleem verder in kaart.’ Glimlachend: ‘Dat is maar één voorbeeld van de aanjaagfunctie. Zo kan ik er nog wel een paar noemen.’ Als goed voorbeeld van een combinatie van de drie functies noemt Van Boxtel nog de BeweegKuur. ‘Met de GGD Fryslân, Sport Fryslân en De Friesland Zorgverzekeraar hebben we een stuurgroep gevormd, met ROS Friesland als voorzitter. Op deze wijze geven we samen vorm aan de verantwoording en hebben

lijke verzorgingsgebieden. Een praktijk zit vaak op de grens van twee tot drie ziekenhuizen. De aanwezigheid van een bepaalde tramhalte is soms een belangrijk verwijscriterium. ‘Terwijl we het zorgaanbod juist wijkgericht willen invullen’, verzucht Rien van Hoeve, directeur 1ste Lijn. ‘In Amsterdam is sprake van grootstedelijke onoverzichtelijkheid. Zorgverleners kennen elkaar niet, terwijl ze vlak bij elkaar zitten. Bovendien zijn er ruim 40 thuiszorgorganisaties actief. Probeer daar maar afspraken mee te maken.’ Speciaal is de aandacht voor achterstandsproblematiek. ‘Denk aan zuigelingensterfte, de explosieve toename van diabetespatiënten en veel ggz-problematiek.’ Wil hij ruilen met ROS Friesland? ‘Een keuze uit praktijken met een voor- en achtertuin en een paard in de wei of praktijken onderin het flatgebouw met last van muizen?’ vat Van de Hoeve samen. ‘Twee weken in een huisje in Eagum of Garijp lijkt me wel wat, maar voor altijd? Nee, geef mij dan maar stadslucht die zo af en toe wat stinkt!’

11

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


De effecten van andere financiering in farmacie

Vrije tarieven apotheek vanaf 2012 BELEID & POLITIEK

De farmaceutische advisering en medicatie komen niet in de beleidsregel geïntegreerde eerstelijnszorg per 2012. Daarmee komt een einde aan de onduidelijkheid die hierover bij huisartsen, zorggroepen en apothekers heerst. Er komen wel vrije tarieven voor de farmaceutische advisering. Dat zal flinke invloed hebben op de apothekers en op de eerstelijns DBC’s voor diabetes, copd en cvrm. gemiddeld ca €7,50 per receptregel. Dat levert per apotheek ca € 500.000 aan omzet op. Van dat bedrag moeten medewerkers, apotheker, ICT, gebouw, voorraad, etc worden betaald. Hiernaast hebben apothekers inkoopvoordelen op medicatie. Die zijn aanzienlijk beperkt door de invoering van het preferentiebeleid en de clawbackregeling waarmee de zorgverzekeraars inkoopvoordelen hebben afgeroomd.

In Nederland wordt zo’n € 4.8 miljard aan farmaceutische hulp via openbare apotheken uitgegeven. Daarvan gaat 900 miljoen naar de apotheekvergoedingen en het overige zijn geneesmiddelkosten. De huidige bekostiging van de apotheek vindt plaats door middel van de receptregelvergoeding. Sinds 1 juli 2008 is deze vaste vergoeding vervangen door een gedifferentieerde prestatiebekostiging. Het bedrag is in 2011

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

12


stige) arbeidsmarktschaarste. Daar is de zorggroep als hoofdcontractant op zoek naar andere partijen dan de huisartsenpraktijk om taken uit de keten DBC (verantwoord) te kunnen delegeren. Omdat de capaciteit aan praktijkondersteuners te gering is. Daarnaast zijn er ook de Geneesmiddelenwet en de Wet BIG. Die stellen eisen aan de uitvoering die zijn strenger dan de algemeen omschreven Zorg­ verzekeringswet. Het is dan ook de vraag of en hoe de functionele omschrijving geoperationaliseerd wordt.

Bekostiging vanaf 2012 Per 2012 worden door de NZa deze tarieven niet meer vastgesteld; dit wordt aan de marktpartijen overgelaten. Bovendien zullen door de NZa naast de huidige prestaties zoals de ‘terhandstelling van een geneesmiddel’ met een aantal toeslagen, ook beschrijvingen van nieuwe prestaties worden vastgesteld. Deze nieuwe prestaties omvatten farmaceutische zorg die niet direct gerelateerd is aan het ter hand stellen van geneesmiddelen. Het ter hand stellen van geneesmiddelen mag op grond van de Geneesmiddelwet uitsluitend door de apotheker of onder toezicht van de apotheker plaatsvinden. (Zie kader: 10 NZa prestaties.)

Garanderen vrije prijzen een hogere kwaliteit?

Functioneel omschreven De nieuwe prestaties zijn functioneel omschreven in het kader van de Zorgverzekeringswet. Apothekers maar ook anderen kunnen voor deze prestaties worden gecontracteerd door zorgverzekeraars. Bij sommige prestaties is dat meer aannemelijk dan bij andere. Neem bijvoorbeeld de prestatie ‘Instructie patiënt geneesmiddel - gerelateerd hulpmiddel’ waaronder valt de instructie van een inhalator bij longmedicatie. De apotheker vindt dit zijn domein; het werk kan echter ook gedaan worden door een praktijkondersteuner somatiek of door een fysiotherapeut. Hierover moeten onderlinge afspraken worden gemaakt. Nu kan het voorkomen dat verschillende instructies worden gegeven, naar elkaar wordt verwezen of dat niets gebeurt. Het maken van afspraken daarover is te vrijblijvend, terwijl door de nieuwe bekostiging op basis van prijs/ kwaliteit kan worden beoordeeld wie deze prestatie het beste kan leveren. Maar dan ontstaat wel een probleem.

Geen historie, kwaliteit inzichtelijk Een probleem voor apothekers en -organisaties is het ontbreken van een eenduidige zorgregistratie op het niveau van de 10 prestaties. Er is geen historie. Ze zijn nu druk doende de zorg in kaart te brengen. Voor de meeste chronische aandoeningen zijn richtlijnen opgesteld. Samenvattingskaarten, vergelijkbaar met de NHG-standaarden, zijn inmiddels beschikbaar voor diabetes, copd, astma en cvrm en zijn te vinden op de KNMP website. Alle veldpartijen hebben samengewerkt om tot een verrichtingentabel te komen. Hierin staat alle zorg die mogelijk door een apotheker geleverd zou kunnen worden. De franchiseformules en de apotheekketens sluiten daarop aan en vertalen deze richtlijnen naar de praktijk door het aanreiken van 10 NZa prestaties farmaceutische zorg 2012 1. Instructie patiënt geneesmiddel - gerelateerd hulpmiddel

Ongelijk speelveld De apotheek en fysiotherapeut krijgen in de nieuwe situatie alleen een vergoeding voor de prestaties, terwijl de huisarts een gecombineerde bekostiging met het abonnementtarief, modules en/of verrichtingen kent. Het maken van een zuivere vergelijking van kosten is daarmee lastig. De huisarts zal daardoor wellicht lagere kosten aan de prestatie kunnen toerekenen. Dat is het probleem van een ongelijk speelveld. In een aantal regio’s waar al meerdere DBC’s zijn gecontracteerd, wordt de verdeling niet alleen vanuit prijs en kwaliteit bezien, maar ook uit (toekom-

2. Medicatiebeoordeling chronisch geneesmiddelgebruik 3. Extra begeleiding van chronische of ernstige zieke patiënten met

complexe geneesmiddelenproblematiek

4. Voorlichting farmaceutisch zelfmanagement voor patiëntengroep 5. Farmaceutische begeleiding i.v.m. ontslag uit het ziekenhuis 6. Farmaceutische begeleiding bij ziekenhuisopname of polikliniekbezoek 7. Advies farmaceutische zelfzorg 8. Advies reizen 9. Onderlinge dienstverlening 10. Vrije prestatie

13

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Gedurende een of enkele jaren kiest men grotendeels voor de voortzetting van de status quo. Zo zouden zorgverzekeraars kunnen kiezen om 90% van het farmaciebudget toe te kennen aan ‘de terhandstelling’ en die bij de bestaande partijen contracteren. Dan kan de overige 10% verdeeld worden over de andere prestaties. Daarmee wordt enerzijds een nieuwe bekostigingssystematiek geïntroduceerd en wordt de innovatie niet geremd. De 10% vertegenwoordigt een dusdanig aandeel dat het zeker voldoende impact heeft op de gewenste marktwerking en innovatie, zonder dat bestaande partijen direct van de markt verdwijnen. Kennis, kunde en infrastructuur kunnen met de toenemende zorgvraag hard nodig zijn.

werkinstructies, het geven van scholing en collegiale toetsing. In de apotheekinformatiesystemen (AIS’en) moeten de gedefinieerde prestaties van de verrichtingentabel volgens vaste formats geregistreerd kunnen worden, om dit om te kunnen zetten naar rapportages. Ook de Inspectie draagt haar steentje bij met ‘zichtbare zorg’ waarbij de apotheek prestatieindicatoren moet invullen op elektronische vragenlijsten, die de Inspectie controleert en publiceert. Kortom er is nu al volop beweging.

Het lijkt onvermijdelijk dat de dichtheid van de apotheken

Aanvullende polis of abonnement Zal er meer differentiatie gaan ontstaan met minder afhankelijkheid van de zorgverzekeraar en meer rechtstreeks zakendoen met de klant? Gemaksdiensten hoeven dan niet door de zorgverzekeraar betaald te worden maar door de cliënt zelf, als deze daaraan behoefte heeft. Wellicht dat apothekers en zorgverzekeraars aan de onderhandelingstafel komen tot samenwerking in de vorm van een aanvullende polis of een akkoord dat een apotheek een abonnement mag aanbieden voor sommige diensten of diensten apart mag prijzen. (Zie figuur met voorbeelden.)

zal afnemen. Opnieuw onzekerheid Het is natuurlijk de vraag hoe deze inzichtelijke kwaliteit zal worden gewaardeerd door zorgverzekeraars. Na de jaren van preferentiebeleid zijn in 2009 – 2010 een aantal apotheken in zwaar weer terecht gekomen. (Zie figuur: Financiële rating apothekers 2008-2010.) Deze wijziging in financiering betekent opnieuw onzekerheid. Zorgverzekeraars hebben alleen inzicht in de historische kosten, maar niet op basis van de nieuwe zorgprestaties. In andere deelsectoren van de zorg is soms gekozen voor een geleidelijke implementatie.

De huidige marktverdeling zou wel eens kunnen gaan veranderen. (Zie taartdiagram met marktverdeling.) Vrije prijzen gekoppeld aan prestaties in een markt met vol-

Financiële rating apothekers 2008-2010

2008

2009

2010

0,50 0,45 0,40 0,35 0,30 0,25

De rating AAA is financieel zeer gezond

0,20

– de rating D is zeer ongezond.

0,15 0,10 0,05 0,00

AAA

Bron: Graydon

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

AA

A

BBB

BB

B

CCC

CC

C

D

2011 © De Eerstelijns Graphics

14


Betaald door de verzekeraar

Betaald door de zorggroep

Individuele dienst of service

Als pakket/collectief

Basispakket • Tarieven NZa • Tarieven die door apothekers worden voorgesteld en waar zorg­ verzekeraars voor willen betalen

Aanvullende polis • Synchroniseren van alle chronische receptuur • Geen preferente producten/altijd NL specialité • 24/7 toegankelijkheid van de eigen apotheker b.v. stervensbegeleiding

• •

Jaarlijkse meter-check bij diabeten Opsporing nieuwe diabeten, longpatiënten of CVRM patiënten

• • • •

Betaald en beslist Cafetariamenu door de klant zelf • Reizigers advies • Baxteren van medicatie zonder medische noodzaak Onbetaalde maatschappelijk georiënteerde farmazorg

Aanvragen van een machtiging voor een client die niet weet hoe het werkt

Analyses maken voor voorschrijvers op populatieniveau Zorg-indicatoren inzichtelijk maken Zorgen dat er een formularium is en in stand blijft FTO overleg organiseren en faciliteren

Abonnement bij de apotheek • Proactief herhalen, aanvragen van herhaalrecepten en synchroniseren van alle middelen • •

Voorbeelden van nieuwe dienstverlening. Alle velden van deze figuur kunnen worden gebruikt voor diensten van de apotheek. . De nieuwe NZa prestaties hebben betrekking op het basispakket. De andere farmaceutische prestaties kunnen privaat, in aanvullend pakket of business-to-business aangeboden worden.

Scholing aan thuiszorg over geneesmiddel­gebruik Inzamelen en afvoeren van gebruikte geneesmiddelen

en experimenten zullen de meest innovatieve partijen positioneren. Ook politheken zullen zich nadrukkelijker op de extramurale markt begeven, omdat door de wijzigingen in de ziekenhuisfinanciering de DBCopbrengsten verminderen.

doende aanbod, levert gegarandeerd wijzigingen op. Toegevoegde waarde, efficiënte bedrijfsvoering, schaalvergroting in de back office, farmacie geïntegreerd in chronische zorgprogramma’s, aanpassingen in de franchiseconcepten, alternatieve distributiekanalen

Marktverdeling apotheken Service apotheek (619 = 32,75%) Kring apotheek (298 = 15,77%) Mediq (210 = 11,11%) Escura (154 = 8,15%) Dienstenapotheek (100 = 5,29%) Ziekenhuisapotheek (98 = 5,08%) diverse kleinere ketens (95 = 5,03%) Medsen (68 = 3,60%) Poliklinische apotheek (50 = 2,65%) overig (200 = 10,58%) 2011 © De Eerstelijns Graphics

15

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Diabetes kan onszelf of onze naasten ieder moment treffen. Liam en zijn broer Jordan kregen er al op zeer jonge leeftijd mee te maken en dit had, zoals vaak gebeurt, een grote impact op hun hele familie. Met Changing Diabetes速 wil Novo Nordisk beter luisteren, meer te weten komen en verder kijken dan de behandeling alleen, om zo beter te kunnen inspelen op de behoeften van mensen en families die met diabetes leven. Changing Diabetes速 is onze unieke aanpak waarmee we mensen leren zelf met hun aandoening om te gaan, voor een volwaardig en voorspoedig leven, nu en in de toekomst. Kom meer te weten op changingdiabetes.nl

Changing Diabetes速 and the Apis bull logo are registered trademarks of Novo Nordisk A/S

LIAM CARSTENS Let op zijn broertje, Zuid-Afrika Liam en Jordan hebben diabetes type 1


Apothekersgroepen Om zich voor te bereiden op de wijzigingen en om – vanaf 2013 – actief te kunnen gaan participeren in chronische zorgprogramma’s hebben apothekers zich regionaal georganiseerd in apothekersgroepen. Net als in de jonge ontstaansgeschiedenis van de huisartsenzorggroepen is er een grote differentiatie in vorm en activiteiten. In sommige regio’s wordt nauw overlegd met huisartsen, in andere regio’s moet dat nog opstarten. Dat ligt overigens niet alleen aan de apothekers, maar ook aan de huisartsen(zorggroepen). Hoewel de farmacie dus (nog) niet in de beleidsregel geïntegreerde zorg voor diabetes, copd en cvrm wordt opgenomen, maakt de farmaceutische zorg altijd al deel uit van goede zorg. In de diabetesstandaard wordt de farmaceutische zorg nu ook opgenomen. Dat betekent dat de samenwerking en afstemming tussen ketenpartners zal moeten verbeteren. Is het niet per 2012 dan wel per 2013 of 2014. Dat zijn vaak ingewikkelde processen. De regionale ondersteuningstructuur (ROS) die vanaf 2011 ook de apothekers ondersteunt, heeft er een mooie taak bij gekregen.

Tools voor meten kwaliteit Waar vroeger één gemiddelde prijs voldeed, schuiven we op via een systeem met een bandbreedte met maximumtarieven naar een verder gedifferentieerd functioneel bekostigingssysteem met vrije tarieven voor de farmaceutische zorg. De apothekers hebben hun strategische positie de laatste jaren al flink zien veranderen. Vrije prijzen betekent opnieuw aanpassingen, met name op de zorgmarkt, waar de functionele omschrijving mogelijk voor nieuwe concurrentie kan zorgen. Maar ze bieden apothekers ook kansen om zich te onderscheiden en te positioneren. Op de zorginkoopmarkt waar de zorgverzekeraars het inkoopbeleid moeten aanpassen aan de nieuwe bekostiging, heeft de zorgverzekeraar echte tools in handen om voor kwaliteit te gaan betalen. Het is te hopen dat partijen verantwoord met dit veranderingsproces omgaan en de positieve en negatieve effecten goed wegen om te voorkomen dat het niet alleen op kostenbeheersing uitdraait. •

In een spagaat Wat zijn de effecten op de patiënt? De belangrijkste zorg lijkt het borgen van de continuïteit, de toegankelijkheid en de medicatieveiligheid. De veranderingen komen met name voort uit de wens om de bekostiging te moderniseren en hiermee de transparantie op de inkoopmarkt te vergroten. Om de kosten te beheersen, wat macro-economisch noodzakelijk en gewenst is. Zeker ook voor verzekerden waar solidariteitsprincipes van ons zorgsysteem door stijgende premies worden ondermijnd. Maar de effecten op de (oudere chronische) patiënt mogen in dit veranderingsproces niet uit het oog worden verloren. Apotheken komen in een spagaat. Enerzijds noodzaakt de lagere omzet door het preferentiebeleid om de kosten te reduceren en bijvoorbeeld het aantal apothekersassistentes te verlagen. Anderzijds moet er juist in kwaliteit geïnvesteerd worden (farmaceutische diensten). Het lijkt onvermijdelijk dat de dichtheid van de apotheken zal afnemen. Daarmee staat het effect van een andere farmaceutische bekostiging op gespannen voet met de wens van minister Schippers om de zorg in de buurt te versterken.

Drs. Brigitte C. Drees MBA apotheker POLOS BV en J.E. de Wildt MHA Commonsense BV/Foto’s: Hugo Vernonde Kenmerken van een normapotheek • Bedient ongeveer 9000 patienten • Heeft 65.000 WMG en 20.000 niet-WMG receptregels • WMG = Wet Marktordening Gezondheidszorg • De omzet van een normapotheek is ca € 2,5 miljoen • Kosten zijn geneesmiddeleninkoop en bedrijfsvoering • Receptregelvergoeding ca € 7,50 • 8 % van de Nederlanders heeft een apotheekhoudende huisarts

17

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Het kan zo eenvoudig zijn... Patiëntgericht samenwerken. Als zorgverleners beter met elkaar willen samenwerken, moet de onderlinge communicatie in elk geval optimaal zijn georganiseerd. Dat is het uitgangspunt van al onze ICT-oplossingen. Dat geldt natuurlijk ook voor de communicatie met de patiënt. Via het patiëntenportaal MijnGezondheid.net vergroten huisartsen bijvoorbeeld hun bereikbaarheid en bieden zij patiënten een uitstekende service. MijnGezondheid.net geeft betrouwbare informatie over medicijnen en aandoeningen en stimuleert patiënten meer regie te nemen over hun eigen gezondheid. Patiënten kunnen een afspraak noteren in de opengestelde delen van de agenda, een e-Consult aanvragen, eerder voorgeschreven medicijnen bestellen en hebben de mogelijkheid om een deel van hun dossier in te zien. MijnGezondheid.net is gebaseerd op open standaarden en op dit moment volledig geïntegreerd met het huisartseninformatiesysteem Medicom®. Dit betekent dat u als huisarts nauwelijks extra handelingen hoeft te verrichten voor de online communicatie met uw patiënten.

Dimensies in samenwerken Meer weten over MijnGezondheid.net? Kijk op www.pharmapartners.nl


Column Jeroen Cornelissen

Tweedeling in de zorg is ongewenst; het wordt tijd voor een driedeling De verschillende kampen in de discussie over marktwerking in de zorg komen uiteindelijk tegenover elkaar te staan bij het beantwoorden van de vraag: ‘Is de huidige situatie gewenst?’ Het ene kamp geeft dan als antwoord: ‘Nee, we zijn halverwege de invoering van de marktwerking blijven steken, we moeten nu doorpakken’. Het antwoord van het andere kamp is: ‘Nee, de marktwerking is al te ver doorgevoerd, we moeten een paar stappen terug zetten’. Het antwoord zou echter ook geheel anders kunnen luiden.

SLIMMER ORGANISEREN

Toen de gezondheidszorg zo’n 125 jaar gelden ontstond in de vorm die wij nu kennen, was deze gericht op ‘beter maken’. Je was ziek of je had een ongeluk geleden en dat moest worden gerepareerd. De meeste mensen moesten de artsen zelf betalen, want je kon je daar toen nog niet voor verzekeren. Later kwamen er ziekenfondsen en particuliere ziektekostenverzekeraars; die sloten aan op de situatie van toen. Sindsdien is er veel verbeterd in de zorg, worden steeds meer ziekten bestreden en is het aandeel van de chronische ziekten sterk gegroeid. Nu gaat ongeveer 70% van alle ziektekosten op aan chronische zorg. De naam van de verzekeraars is daarin meegegroeid, want zij heten nu zorgverzekeraars. Wat niet is meegegroeid, is onze kijk op de gezondheidszorg. Het wordt tijd dat we dat gaan nuanceren. De Amerikaan Clayton Christensen heeft die nuance aangebracht. Hij heeft de gezondheidszorg in drie groepen ingedeeld: Gekende zorg, Onderzoekszorg en Chronische zorg. In de Gekende zorg zijn de verbanden tussen oorzaak en gevolg bekend. Ziekten en kwalen als urineweginfecties zijn eenduidig vast te stellen en te genezen; je zou bij de behandeling zelfs een garantiebewijs kunnen afgeven. Bij Onderzoekszorg is dat verband er niet zo duidelijk: daar moeten huisartsen en specialisten door middel van Trial and Error en vaak meerdere diagnosemiddelen de oorzaak proberen te achterhalen. Bij Chronische zorg is een prominente rol voor de patiënt weggelegd die, in samenspel met de (huis)arts en de praktijkondersteuner, zoekt naar een stabilisatie of geleidelijke verbetering van de ziekte. Marktwerking kan uitstekend toegepast worden op de Gekende zorg, maar in het geheel niet op de Onderzoekszorg. Marktwerking in de Onderzoekszorg is als een jonge koe in de lente loslaten in een wei met sappig gras: The Sky Is The Limit en als het dier de kans krijgt, wordt de hele wei afgegraasd. Niet omdat het dier zo gulzig is, maar omdat de natuur zo werkt. Het enige wat de boer moet doen, is de koe in de juiste wei loslaten. De eerder gegeven antwoorden moeten dan ook niet op één vraag worden teruggevoerd, maar op twee. Marktwerking is nog niet ver genoeg doorgevoerd bij de Gekende zorg, maar is al veel te ver doorgedrongen in de Onderzoekszorg. Als we dit erkennen, kunnen beide kampen elkaar misschien weer de hand reiken.. • 19

Jeroen Cornelissen is eigenaar van iC25 en lid van NZE.

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Fysiotherapeuten in beweging OP ÉÉN LIJN

Het programma Op één lijn is ingezet voor versterking van de organisatiekracht in de samenwerkende eerste lijn. Dé eerste lijn bestaat niet. Het is een bundeling van verschillende disciplines, die elk op hun eigen gebied actief zijn. Hieronder staan twee projecten, geïnitieerd vanuit de fysiotherapie.

Project hartfalen: een stap erbij Meer doorverwijzingen Een van de doelen is om méér patiënten met hartfalen in de eerste lijn te trainen. Dat moet haalbaar zijn. Want uit de nulmeting bleek dat van de 3.360 patiënten bekend bij het Medisch Spectrum Twente, slechts 42 patiënten fysiotherapie krijgen. ‘Met de maatschap cardiologie maken we afspraken voor meer doorverwijzingen naar fysiotherapeutische zorg’, geeft Vunderink aan. ‘Daarbij starten patiënten in het ziekenhuis met 24 behandelingen. De follow-up vindt plaats in de eerste lijn. Vervolgens kijken wij of ze kunnen doorstromen naar beweegactiviteiten in de buurt. Het uiteindelijke doel is dat de fysiotherapeutische zorg is ingebed in een standaard zorgprogramma.’

In Enschede zet het netwerk van eerstelijnsfysiotherapeuten zich al tien jaar in voor patiënten met COPD. Ze vormen een samenwerkingverband met de longartsen en tweedelijnsfysiotherapeuten en werkten ook samen in een wetenschappelijk onderzoek. Daarbij was hartfalen een exclusie-criterium. Terwijl fysieke training van patiënten met hartfalen leidt tot een beter inspanningsvermogen en tot een verbeterde kwaliteit van leven.’ Er zou een nieuw onderzoek volgen voor patiënten met zowel hartfalen als COPD. Dit werd uitgesteld, maar een aantal fysiotherapeuten had zich al specifiek geschoold en wilde aan de slag met mensen met hartfalen. Op dat moment deed de mogelijkheid van Op één lijn zich voor. ‘Dat hebben we aangegrepen’, meldt Erik Vunderink. ‘Revalidatie van patiënten met hartfalen is van groot belang. Dat kan in een intramurale setting, maar het kan ook in de eerste lijn. Dankzij de ervaring met het COPDnetwerk konden we een onderbouwde aanvraag indienen. Bij de uitwerking hebben we de adviezen van ZonMw meegenomen. Zoals het betrekken van de patiëntenorganisatie en monitoring vanuit de zorgverzekeraars..’

Vertrouwen in eigen kunnen ‘Mensen met hartfalen moeten weer vertrouwen krijgen in hun eigen kunnen’, benadrukt Erik Vunderink. ‘Deze groep heeft vaak last van vermoeidheid en kortademigheid. Daardoor gaan ze minder bewegen en dat leidt tot een negatieve spiraal. Fysiotherapeuten kunnen hen ondersteunen bij een actievere leefstijl. Vaak gaat het om kleine, maar belangrijke stapjes. Het verschil tussen thuisblijven of zelf boodschappen doen, bijvoorbeeld.’ In de projectgroep zijn cardiologen, hartfalenverpleegkundigen en eerste- en tweedelijnsfysiotherapeuten vertegenwoordigd. ‘Zij hebben een commitmentverklaring getekend. Dat is van belang, je kunt elkaar aanspreken op gemaakte afspraken.’

Derde subsidieoproep Programma Op één Lijn Begin juni is de derde ronde voor praktijkprojecten binnen het programma Op één lijn geopend. Mis het niet en kijk dus op de website van ZonMw: www.zonmw.nl/opeenlijn

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

20


Innovatie is inspirerend ‘Innovatie is inspirerend, stelt Vunderink vast. ‘Je kunt iets betekenen voor de individuele mens. Het gaat om teamwerk: als professionals de randvoorwaarden scheppen waardoor mensen zo goed mogelijk kunnen functioneren met zo min mogelijke beperkingen. Je moet die zorg regionaal organiseren. Innovatie betekent ook dat er kartrekkers nodig zijn en zij moeten worden gefaciliteerd. Daarom is het goed dat het programma Op één Lijn is uitgezet. Er is veel behoefte aan effectieve samenwerking in de eerste lijn, in ketens. Het geheel is nu eenmaal meer dan de som der delen.’

Participatie vraagt om bewegen Daarom zetten we een sportnetwerk op met sportverenigingen, trainers en begeleiders. Mensen moeten zo lang mogelijk gezond blijven bewegen. Nu haken mensen vaak af omdat ze de veertigers niet meer kunnen bijhouden. Daarvoor moet aandacht zijn. Inmiddels is er al een breed aanbod voor ouderen in de wijk: wandelen, fietsen, hardlopen, fitness, nordic walking. Het is de kunst om daar brede bekendheid aan te geven.’ Als mensen zich aanmelden, vindt eerst een intake plaats. Met conditie-, kracht- en balanstesten. ‘Dan bespreken we welke activiteit goed bij de persoon zal passen. Mensen kunnen meer dan ze zelf vaak denken. Ze moeten vertrouwen krijgen. Wij fungeren als doorgeefluik en kunnen ze net dat zetje geven dat nodig is.’ •

Fysiotherapeute Lenny Diepenmaat voelt zich erg betrokken bij ouderen. Ze heeft tien jaar in een verpleeghuis gewerkt en werkt vijf jaar in een eerstelijnspraktijk waar ze vooral ouderen ziet. Ook volgt ze de specialisatie fysiotherapie geriatrie en is projectleider van ‘Participatie vraagt om bewegen’. Dit project richt zich op 65-plussers in de Leeuwardense wijken Nylân en Huizum-West. Netwerk zorg en welzijn ‘In deze wijken wonen veel ouderen, licht Lenny toe. ‘In totaal gaat het om bijna 1.800 65-plussers. De meesten daarvan willen in hun eigen wijk blijven wonen. Behoud van maatschappelijke participatie en gezondheid is daarbij van groot belang. Daarom willen we een programma ontwikkelen voor bewegen en leefstijl van ouderen. Dat gebeurt door de opzet van een netwerk van fysiotherapeuten, huisartsen, specialisten ouderenzorg, thuiszorg, diëtisten, psycholoog en ergotherapeuten. In samenwerking met de gemeente, zorgverzekeraar en Welzijn Leeuwarden. Gezamenlijk kun je de mensen echt iets bieden op gebied van preventie en behandeling van functiebeperkingen en het stimuleren van maatschappelijke participatie.’

Tekst: Gerda van Beek

TNO doet mee Het project past naadloos in de proeftuin ‘De Vitale Oudere’ van TNO. Daarom doet TNO ook mee aan de ontwikkeling. ‘Het is fijn om gebruik te kunnen maken van hun kennis en kunde’, geeft Lenny Diepenmaat eerlijk toe. ‘Het is interessant om te zien hoe netwerkvorming tot stand komt. Met veel mensen uit verschillende disciplines en culturen. We

Sportnetwerk Er komt een tweede netwerk. ‘Er zijn tal van gezonde 65-plussers die je anders niet in het vizier hebt.

spreken soms een andere taal. Maar het doel is hetzelfde: kijken wat we kunnen betekenen voor de oudere inwoner.’

21

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Graydon treedt de eerste lijn binnen

Beoordeling van risico’s en kredietwaardigheid BEKOSTIGING & CONTRACTERING

Graydon is één van de grootste kredietinformatiebureaus van Europa. Wat heeft zo’n bureau met de kleine eerstelijnszorg? Gertjan Kaart, algemeen directeur van het van oorsprong Nederlandse Graydon, geeft de antwoorden. aantal zorgaanbieders dat failliet gaat nog zeer beperkt is, zijn er apothekers en tandartsen die in de financiële problemen zitten. De aandacht voor de financiële bedrijfsvoering, kredietmanagement en het beheer van openstaande posten wordt belangrijker.’

Wat zijn de belangrijkste redenen voor activiteiten in de eerste lijn? ‘De eerstelijnszorg is een relatief nieuwe sector voor Graydon. We screenen de kredietwaardigheid van alle sectoren en we zien nu dat er steeds meer vragen komen uit de eerstelijnszorg. Veroorzaakt door de schaalvergroting, de effecten van de financiële crisis, de marktwerking en de eigen betalingen aan tandarts of apotheek. Schaalvergroting zien we bij huisartsen, apothekers en fysiotherapeuten. Maar ook bij tandartsen die zich ontwikkelen tot mondzorgbedrijfjes met enkele miljoenen omzet. De marktwerking en de betere oriëntatie op de klant zorgen voor meer transparantie en hogere service. Dat vraagt weer om grotere investeringen, meer bedrijfskapitaal en dus worden grotere risico’s gelopen door zorgbedrijven en leveranciers.’

Wat is een kernactiviteit van Graydon? ‘Het screenen van leveranciers of klanten op financiële risico’s. Zorgverzekeraars, ziekenhuizen en toeleveranciers zijn oude bekenden voor Graydon, maar nu worden ook zorggroepen van huisartsen gescreend. Graydon helpt bedrijven met inventariseren van risico’s en het verbeteren van financiële bedrijfsprocessen. Hierdoor worden de risico’s verminderd en is de continuïteit beter gegarandeerd. Koepel- en franchiseorganisaties kunnen Graydon vragen om de leden te screenen op financiële instabiliteit. Het goede imago van de groep moet behouden blijven; het effect van een faillissement van één zorgaanbieder kan de goede naam van een hele groep beschadigen.’

Werden zorgaanbieders eerder niet beoordeeld? ‘Als kleine ondernemers werden ze natuurlijk al langer beoordeeld op kredietwaardigheid. Bijvoorbeeld bij de aanschaf of de huur van een bedrijfspand of een auto. Dat waren vooral privé of gecombineerde privé-werk screeningen. Het gaat nu steeds meer om de bedrijfsvoering zelf. De financiële crisis heeft geleerd dat er geen enkele sector is die geen risico’s kent. Hoewel het

Geeft u eens een concreet voorbeeld? ‘De technische ontwikkeling zorgt voor steeds meer decentralisatie van de zorg. Een echo-apparaat in een huisartsen- of fysiotherapiepraktijk kost al snel € 30.000. Dus worden apparaten geleasd. Voordat een leasebedrijf een contract tekent, is de kans groot dat Graydon om advies wordt gevraagd over de kredietwaardigheid van de zorgaanbieder. Met behulp van verschillende bronnen kan de kans op financiële problemen of discontinuïteit haarfijn worden voorspeld. Dit leidt tot een positief advies, tot een waarschuwing voor een verhoogd risico of tot een gefundeerde afwijzing.’

Controleer de financiële gezondheid van uw relaties. www.graydon.nl

Hoe kijkt u naar de markt in de eerste lijn? ‘Wij rekenen op een groeimarkt. Veroorzaakt door de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

22


meerdere banken? Risicomanagement is een speerpunt van Graydon en een blinde vlek van veel bestuurders.’

Gertjan Kaart, managing director van Graydon: ‘Schaalvergroting

De marktwerking zorgt voor meer transparantie voor de patiënten en zorgverzekeraars. Wat zijn de gevolgen? ‘De vrijblijvendheid wordt minder. Daardoor worden hogere eisen gesteld aan bedrijfsprocessen en uitkomsten. Er is meer efficiency nodig met lagere marges, doordat het werk toeneemt en de vergoeding niet groeit. In andere markten is dat al gebruikelijk, in de zorg is dit in opkomst. Je kunt je financiële ratings voorstellen voor ziekenhuizen; ofwel hoe staat het met de solvabiliteit. Ook informatie als transmurale afspraken, verwijsgedrag of preferentiebeleid bij medicatie kunnen effect hebben op de kredietbeoordeling van een zorgorganisatie.’

zorgt voor concentratie van de activiteiten, maar ook voor concentratie van de risico’s.’

Is een financieel keurmerk een optie? ‘Een aantal zorgaanbieders heeft al keurmerken of is geaccrediteerd, gericht op kwaliteit en soms klanttevredenheid. In de toekomst kan een financieel keurmerk aan de orde komen. Hiermee kan een koepelorganisatie of een zorggroep de financiële robuustheid en daarmee betrouwbaarheid en continuïteit etaleren. Een dashboard om deze ontwikkelingen te monitoren is voor sommige bedrijfstakken al gebruikelijk. Ik ben ervan overtuigd dat dit in de zorg ook ontstaat.’ •

vrije prijzen, hoofdaannemers voor eerstelijns DBC’s, diagnostiek in de eerste lijn, hulpmiddelen en farmacie in de integrale bekostiging en substitutie van de tweede naar de eerste lijn. Er zijn steeds meer gebouwen in de eerstelijnszorg nodig om de extra arbeidskrachten te huisvesten. Niet alleen leveranciers zullen Graydon benaderen, maar ook groepen zorgaanbieders die een aannemer in de zorg willen beoordelen of een ICTleverancier willen screenen vanwege de levering van een KIS systeem.’

Tekst: Kees Kommer/Fotografie: Graydon

Naast bedrijfsinformatie levert Graydon Incasso­ diensten en Interim Professionals. Meer informatie: www.graydon.nl en telefoon 020 567 97 50. Wilt u op dit interview reageren? Stuur een mail naar Mattijs van de Weijer: m.van.de.weijer@graydon.nl

Dus een kritische omgang met alle toeleveranciers? ‘Stel dat je net alle ICT-systemen ingericht hebt en de leverancier gaat failliet. Of je bent een eerstelijnscentrum aan het bouwen en de aannemer stopt. Op dit soort problemen kun je anticiperen met een kredietbeoordeling. Na een debacle met declaraties van enkele jaren terug, zijn er nu zorgorganisaties die de declaraties van eerstelijns DBC’s hebben uitbesteed. Zijn deze bedrijven gescreend? Welke garanties zijn er dat de declaraties op de bankrekening van de hoofdaannemers terechtkomen? Is het werkkapitaal verdeeld over

Tandarts met of zonder “leasebak” Een tandarts bestelt een nieuwe auto met financiering. Zonder dat de tandarts dit weet, wordt Graydon gevraagd de kredietwaardigheid in te schatten. Dit gebeurt op basis van openbare en eigen bronnen. Omdat er nog enkele onduidelijkheden zijn, wordt de tandarts door Graydon gebeld. De man weigert informatie te verschaffen. Hij krijgt vervolgens van de dealer te horen dat de auto niet doorgaat. Wanneer hij een dag later wèl aanvullende informatie levert op www.graydon.nl, kan hij twee maanden later trots in zijn nieuwe auto rondtoeren.

23

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Mentaal Beter stimuleert zelfredzaamheid binnen de GGZ

‘Naar voren denken bij groeiende vraag naar psychische hulp’ NIEUWE ORGANISATIEVORMEN

‘De GGZ is een verzamelbak geworden. Ging het vroeger om mensen met psychiatrische problemen, in de loop van de tijd is alle psychische hulp onder de noemer van GGZ bijeengeveegd. Nu dreigt de hulpverlening te verzuipen in problemen als adhd, autisme, angststoornissen, somberheid, relatieproblemen, leervraagstukken en depressies. We moeten beter filteren. Het verwijsmodel naar de GGZ via de huisartsen werkt contraproductief. Te vaak schrijven huisartsen zelf medicijnen voor of sturen cliënten direct door naar de tweedelijns GGZ. We moeten naar voren denken en inzetten op zelfredzaamheid van de cliënt.’ Martin de Heer, voorzitter van de Raad van Bestuur van Mentaal Beter, is ervan overtuigd dat zorgverleners de vraag naar psychische hulp straks niet meer aan kunnen. ‘Daarom wil onze organisatie bijdragen aan een goed toegankelijke en betaalbare geestelijke gezondheidszorg voor huidige en toekomstige cliënten. Personele en financiële ontwikkelingen vragen om een nieuwe ordening van de zorg. Het gedrag en de gezondheid van mensen zijn hierbij steeds het vertrekpunt.’

ten afhankelijk van kunnen worden, meer gericht op eigen kracht en mogelijkheden. Hulpverleners van de toekomst zullen niet alleen vakinhoudelijk excellent moeten zijn, maar ook sociale intelligentie en vaardigheden nodig hebben om mensen te overtuigen en te activeren. We noemen deze houding en competentie bij mensen en zorgprofessionals zelfredzaamheid. Zelfredzaam is iets anders dan er alleen voor staan. Het is de kunst om mensen zodanig te helpen dat ze zelf weer verder kunnen met hun leven, ook al brengt dat bepaalde beperkingen met zich mee. De omgeving waarin mensen leven is daarbij van belang. Mensen kunnen juist zichzelf beter redden als er gezonde interactie is met hun leefomgeving, zoals school, werk, kennissen en vrienden.’

Wat kan een cliënt wel! Hij filosofeert verder: ‘We zien mensen die uit balans zijn geraakt en moeite hebben hun zelfredzaamheid te behouden of het zelfs helemaal kwijt zijn geraakt. We richten ons dan niet alleen op het behandelen van klachten, maar ook op het versterken van de mogelijkheden die iemand wèl heeft. Mentaal Beter ziet dan een gezondheidszorg die dat proces ondersteunt. Hulpverlening met minder zorginstinct, waar cliënE-mental health

Mensen helpen vitaler te worden Hoe zich dat vertaalt in de hulpverlening? Martin de Heer spreekt over ‘naar voren denken’. Want: ‘Mensen kunnen zelfredzaam zijn als ze hun problemen aanpakken voor die echt uit de hand lopen. De zorg heeft van nature de neiging om haar energie op zware gevallen achter in de keten te richten. Naar voren denken betekent niet beginnen bij de klachten, maar bij het terug-

E-mental health behandelingen worden steeds belangrijker. Het Britse programma Beating the Blues kan bij lichte tot milde depressie face-toface behandelingen vervangen. Moodfilter is een zelfhulpprogramma voor somberheid in een vroeg stadium. Het programma Fearfighter brengt cognitieve gedragstherapie voor angst- en paniekstoornissen naar het internet. Bijkomend voordeel van e-mental health behandelingen: de cliënt kan direct starten.

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

24


Franchise en eigen vestigingen De eigen verantwoordelijkheid telt ook voor de eigen professionals en ondernemers in de franchise-organisatie van Mentaal Beter. ‘Wij stellen professionals in staat om hun vak zo goed mogelijk uit te oefenen, zonder dat hiervoor grote, logge organisaties en structuren nodig zijn. Mentaal Beter ondersteunt vrij gevestigden door hen samen een gezicht en een stem te geven en door hen administratie uit handen te nemen. De franchiseorganisatie helpt de professional om zich in te zetten vanuit de eigen autonomie met een gezamenlijk

brengen van risico’s door mensen te helpen vitaler te worden en op hun verantwoordelijkheid te wijzen. Deze filosofie koppelen we aan een “stepped and matched care model” dat helpt om ggz naar voren te halen, in de eerste lijn waar ze licht en efficiënt kan zijn (zie figuur). Zware zorg wordt niet afgeschaft maar wordt juist geconcentreerd en voorbehouden voor de die mensen die wel last hebben van ernstige psychiatrische klachten. In een steeds groter deel van de gezondheidszorg kan en moet dus psychische hulp in de eerste lijn worden geboden.’

Martin de Heer was samen met Evelien Parigger in 2005 een van de eerste franchisenemers. De praktijken die zij samen hebben opgericht, behoren nu tot de eigen vestigingen van Mentaal Beter.

Stepped and matched care De filosofie van “naar voren denken” vertaalt zich in een zorgmodel dat inzet op brede, maar lichte zorg met een sterk e-health component en goede filtering zodat cliënten met zwaardere psychische klachten goed worden doorverwezen. Vooral in de “lage treden” is veel te winnen. 25

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


trale vraag, legt Martin de Heer uit. ‘We streven naar een zo optimaal mogelijk effect van de behandeling van kinderen, jeugdigen, volwassenen en ouderen. De lijnen zijn kort, de professionals zijn toegankelijk, aanspreekbaar en koppelen snel terug. Ze onderhouden goede relaties met verwijzers, scholen en werkgevers, dus plaatsen waar de cliënt te vinden is. In mei zijn de voorbereidingen voor een pilot gestart met de zorggroep PoZoB waarbij de huisartsen en de poh’s ggz ondersteund worden in online screening en het werken met e-mental health behandelingen. Dit project, dat de huisarts ook helpt in zijn functie van poortwachter naar de tweede lijn, wordt uitgevoerd in samenwerking met de zorgverzekeraars CZ en UVIT, tevens zijn VWS en de NZa geïnformeerd, die positief hebben gereageerd en graag volgen hoe deze pilot verloopt.’ •

kwaliteitssysteem, bijvoorbeeld met HKZ-certificering en intercollegiale toetsing. Hiernaast hebben we een twaalftal eigen vestigingen, waarin we verbeteringen van zorg- en werkprocessen ontwikkelen en toetsen. De proefkamer voor zorglogistiek en e-health. We geven jonge mensen de kans zich in het vak te ontwikkelen, met bijvoorbeeld 30 opleidingsplekken voor psychologen.’ De lijnen zijn kort Het kwaliteitssysteem is sterk op het resultaat gericht. Wat levert een behandeling op, is voor ons een cenOnderdeel Interhealth Mentaal Beter is een WTZi-toegelaten zorginstelling. De 420 psychologische, psychotherapeutische en psychiatrische specialisten (80% is vrouw) werken uit 150 kleinschalige praktijken, verspreid over Nederland. Mentaal Beter maakt als zelfstandige eenheid deel uit van

Tekst: Kees Kommer/Fotografie: Esther van de Sandt

Interhealth in Dordrecht, waaronder ook het reïntegratiebedrijf AIMNZC valt.

Wegens groei en uitbreiding van de activiteiten zoekt De Eerstelijns een

DE EERSTELIJNS

ACCOUNTMANAGER DE EERSTELIJNS De accountmanager verricht in opdracht de volgende werkzaamheden: • • •

Leggen van commerciële contacten, bedenken van commerciële activiteiten Adviseren van de directeur en hoofdredacteur over commerciële activiteiten Verkoop van De Eerstelijns activiteiten of producten; • Advertenties • Abonnementen • Advertorials • Presentaties • Banners, website • Activiteiten

Het voor opdrachtgevers ontwikkelen van geïntegreerde communicatieconcepten met een optimale inzet van print, online en social media.

De accountmanager stelt een plan van aanpak op voor marktbenadering en werkt hierbij samen met de directeur en de senior accountmanager. De accountmanager verwerkt de contacten, prognoses en resultaten in het CRM systeem. De accountmanager wordt gehonoreerd op basis van een percentage van de omzet. Voor meer informatie kunt u mailen naar je.dewildt@de-eerstelijns.nl of bellen met 06-51821078. Personeelsadvertentie.indd 1

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

19-05-11 19:19

26


Column Jan Erik De Wildt

Olifantengeheugen Over twee jaar kent de zorg zo’n groot personeelstekort dat eerstelijns zorgaanbieders kunnen kiezen met welke zorgverzekeraar ze contracten willen afsluiten. De capaciteit is beperkt, zodat niet iedereen bediend kan worden. Door substitutie en zorg in de buurt kan vooral de eerstelijnszorg de vraag niet aan. Dus zullen prijzen stijgen. En zal de NZa ingrijpen. Want de kosten van de zorg maken onderdeel uit van het budgettaire kader zorg; ofwel het plafond wat we in Nederland met zijn allen aan zorg willen uitgeven. Toch moet een redelijke prijs worden betaald, want anders worden de gewenste kwaliteit niet gerealiseerd. Als alternatief kan de zorgverzekeraar altijd nog de dure ziekenhuiszorg inkopen. Dat werkt dan natuurlijk gelijk door in de premie en het eigen risico van de verzekerden en dat kost dus gegarandeerd gezonde verzekerden. Maar ja, dat is het ondernemersrisico. Terug naar het personeelstekort. Zorgverzekeraars die nu extreem moeilijk doen over contracten, innovaties en nieuwe ontwikkelingen, zorgverzekeraars die nu zorgaanbieders in de kou laten staan, zouden wel eens problemen kunnen krijgen met hun zorgplicht. Want hoewel een zorgaanbieder liever helemaal niet selecteert aan de voordeur, heeft het versnipperde contracteerbeleid van dit moment wel dat effect. Als de zorgaanbieders gewend zijn om met voorkeursverzekeraars te werken, bevalt ze dat misschien wel goed. Dan draaien vraag en aanbod zich om en krijgen we een situatie waarin de zorgaanbieder elk jaar de verkoopvoorwaarden aanpast. Bijvoorbeeld: certificering voor de zorgverzekeraar, eisen die worden gesteld aan transparantie; het salaris van ieder lid van de Raad van Bestuur en het marketingbudget dat beschikbaar wordt gesteld voor de voetbalclub. Dat moet worden omgerekend in de kosten per verzekerde en afgezet tegen de meerwaarde. Let wel: graag in het format van de hoofdcontractant op tijd ingeleverd. Ook geen bedrijfsreserves meer voor de zorgverzekeraars en we tekenen alleen maar meerjaren contracten. De eerstelijnszorg nodigt u in juni wel uit voor een bespreking van het contract met terugwerkende werking tot 1 januari. Wilt u niet? Geen probleem voor u drie andere. Zonder transparantie, geen contract. Dat staat in de verkoopvoorwaarden van de eerstelijnszorgaanbieder. Want die heeft in de markt met vrije prijzen (tegen die tijd met maximum tarieven) de zorgverzekeraars voor het uitkiezen. Bij wijze van spreken dan, want er zijn er dan nog maar weinig over. Als de zorgverzekeraar nu een onuitwisbare indruk achterlaat met zijn inkoop- en contracteerbeleid, dan zullen eerstelijnszorgaanbieders met een olifantengeheugen nog wel eens aan hem denken.

Jan Erik de Wildt is eigenaar van Commonsense BV en houdt zich bezig met redesign van de eerste lijn

Hetzelfde gebeurt met hoofdcontractanten (huisartsenzorggroepen) die nu onderaannemers niet netjes behandelen, uitbuiten of uitsluiten. Ook daar bestaan zorgaanbieders met een olifantengeheugen. Kortom, de lange termijn effecten van het huidige inkoopgedrag zijn heel erg “natuurlijk” voorspelbaar ……….. • 27

Wilt u reageren? Stuur een mail naar je.dewildt@de-eerstelijns.nl.

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Huisarts Athumani Athumani is echt een vertrouwensfiguur

‘Werken in achterstandswijk moet honderd procent bewuste keuze zijn’ MENSEN & MOTIVATIE

‘Hé brother’, begroeten zijn Afrikaanse patiënten hem. Waarop de uit Tanzania afkomstige huisarts Athumani Athumani met enig gezag reageert: ‘Ik ben niet je brother, maar je dokter, je adviseur’. Soms krijgt hij aan het eind van het consult nog snel de groeten van oma uit Marokko. Hij zegt het lachend, want het zijn juist deze kleurrijke patiënten die maken dat hij met veel plezier als huisarts in het Rotterdamse gezondheidscentrum Tarwezigt werkt. Al blijft zijn hart ook trekken naar zijn Afrikaanse geboorteland. ‘De mensen daar hebben me harder nodig dan hier.’ internet. Het lijkt wel of mensen hun klachten opsparen. “Zes maanden geleden had ik hoofdpijn dokter, wat zou dat kunnen zijn?” Hoe weet ik dat nu, zeg ik dan.’

‘Kijk, als ik mijn arm zo rond mijn hoofd vouwde en mijn schouder kon aantikken, dan mocht ik naar de lagere school’, zegt Athumani, terwijl hij de beweging voordoet. Hij had geen geboorteakte, dus dit was destijds de manier om te bepalen of hij oud genoeg was om naar school te mogen. ‘De klas zat onder een grote boom en als het regende ging ik niet. Het kon soms weken achter elkaar regenen’, herinnert hij zich. Ieder jaar keert hij een week of zes terug naar Mnyuzi, waar hij geboren is, om daar als arts te werken. ‘Waar ik als jongetje van zes met alleen een kakibroekje aan door de modder struinde.’ Het is keihard werken, elk dag spreekuur van acht tot soms wel tien uur ’s avonds. Zodra de mensen weten dat hij er weer is, staan ze voor hem in de rij. ‘De tam tam werkt sneller dan

Geen rolmodel De kamer van Athumani, vol met gebruiksvoorwerpen, beelden en foto’s, getuigen van zijn afkomst. In zijn boekenkast staan Chinese boeken en op de achtergrond klinkt zacht salsamuziek. Hij spreekt vloeiend Mandarijns. Hij groeide op in Tanzania en vertrok, net als een aantal vrienden, naar China om daar geneeskunde te gaan studeren. De liefde bracht hem naar Nederland en aan de Erasmusuniversiteit volgde hij de huisartsenopleiding. Na eerst in onder meer Rockanje te hebben waargenomen, koos hij voor gezondheidscentrum Tarwezigt, waar hij sinds 2005 werkt. ‘Dat was een bewuste keuze en dat moet ook. Ik heb hier meer contact met mijn patiënten. Je wordt bij de hele familie betrokken. Ze vertellen me heel veel en nemen me in vertrouwen. Ik geef hen advies en samen overleggen we wat te doen. Goede communicatie met de mensen is de basis van mijn werk hier. Ik moet geduld opbrengen, zorgen dat ik hen begrijp en dan ontstaat er vertrouwen. Hier werken is wat ik wil.’ Athumani wekt niet de indruk dat het werken in een achterstandswijk hem zwaar valt. Maar zijn patiënten zijn lang niet altijd doorsnee en vergen meer tijd. Ze komen uit alle windstreken. De laatste tijd ziet hij ook

Terug naar Tanzania? Hoewel Athumani op zijn plek is in Tarwezigt, laat zijn geboorteland hem niet los. Zijn broers en zussen zijn na een verblijf in het buitenland teruggekeerd naar hun vaderland, waar hun vader nog woont. Af en toe speelt Athumani met de gedachte om dat ook te doen, maar hij heeft een dochter van zestien waar hij rekening mee wil houden. Wel gaat hij elk jaar terug. ‘Ik sponsor de school en ga nu bijvoorbeeld zorgen dat er goede toiletten komen. Ook ben ik betrokken bij het voetbal- en basketballteam. Mijn patiënten weten van mijn projecten daar. Ze waarderen me en willen kennelijk iets terugdoen. Een aantal heeft mutsen gebreid en ze verzamelen tweedehands kleding voor me. De bovenetage van mijn huis lijkt wel een tweedehandskledingzaak.’

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

28


Zorg asielzoekers is topsport Meerdere malen benadrukt Athumani dat hij vrijwel elke dag met een positief gevoel naar huis gaat. ‘De hele dag moet ik wel alert zijn. Ik ben hier niet alleen huisarts, maar vaak ook psycholoog. Mensen komen met psychosomatische klachten, ze hebben veel problemen, ook financiële. Je moet goed op de hoogte zijn van de sociale kaart hier. Mensen laten me allerlei formulieren zien, omdat ze niet weten wat ze ermee moeten. We werken hier multidisciplinair, ik weet snel wie ik kan benaderen. Een aantal patiënten is analfabeet, soms hebben ze diabetes. Ik ben daarom zo blij met onze praktijkondersteuner. Deze patiënten hebben bijzondere zorg nodig, zij heeft de tijd om alles drie keer uit te leggen.’ Wekelijks heeft Athumani een spreekuur in het asielzoekerscentrum. ‘Een totaal ander spreekuur, deze patiënten zijn allemaal getraumatiseerd. Ze zitten al jaren in een kleine kamer en mogen niet werken, niets. Daar raken ze nog getraumatiseerder door. Ze spreken amper Nederlands. Het werken met een tolkentelefoon vind ik lastig. Het onderbreekt het contact met de

veel Oost-Europeanen. ‘Je moet geen vooroordelen hebben. Je weet dat sommigen een andere ziektebeleving hebben, je moet veel uitleggen, dat wij bijvoorbeeld terughoudend zijn met het voorschrijven van antibiotica. Soms komen ze met een aantal familieleden naar het spreekuur. In het begin vond ik het vermoeiend, vroeg ik me af hoe ik al die patiënten op die ene ochtend kon zien.’ Voelt hij zich wel eens overvraagd? Na lang nadenken: ‘Ik heb een rol als arts hier. Maar patiënten vragen me ook vaak of ik hier geboren ben. Nee, antwoord ik dan. Voorzichtig vertel ik dat ik door keihard te werken hier wat bereikt heb.’ Hij beschouwt zichzelf liever niet te veel als een rolmodel. ‘Dat vind ik een te grote verantwoording.’

‘We zijn strenger geworden, hebben regels afgesproken’ 29

Athumani Athumani houdt in zijn geboortedorp elke dag spreekuur van acht uur ’s morgens tot soms wel tien uur ’s avonds.

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Bij de les blijven Gezondheidscentrum Tarwezigt werkt mee aan het versterken van de eerste lijn. Het centrum is NHGgeaccrediteerd en is aangesloten bij het Rotterdamse netwerk van academische praktijken dat de komende tijd gestalte krijgt. Dat betekent onder meer dat de huisartsenpraktijken hun database met patiëntgegevens gaan openstellen voor onderzoek. ‘Je moet bij de les blijven’, zegt Athumani. Hij is ervan overtuigd dat het huisartsenvak gediend is met goed wetenschappelijk onderzoek. ‘Als huisarts volg je natuurlijk nascholing en doe je mee aan het Farmacotherapeutisch Overleg. Maar het is ook goed om mee te doen aan wetenschappelijk onderzoek, je daarin te verdiepen en de uitkomsten daarvan met elkaar te bespreken. Het levert niet alleen betere patiëntenzorg op, maar ook kwalitatief goede huisartsenzorg, het versterkt het vak.’ Een mooi voorbeeld van innovatie is een project rond ouderenzorg. ‘Onze praktijkondersteuner gaat op de fiets ouderen thuis bezoeken. Ze gaat na of ze zich nog kunnen redden in het dagelijks leven en hoe het is gesteld met de polyfarmacie.’ •

patiënt. Iemand klaagt over buikpijn, ik moet goed vragen waar de alarmsymptomen zitten. Is het koliekpijn, vraag ik. Blijkt dat woord niet te bestaan in sommige talen. Daar werken, vind ik topsport. Een simpele verkoudheid wordt met allemaal toeters en bellen gepresenteerd.’ Werken met een tolk is soms ook frustrerend, zegt hij eerlijk. ‘Het komt voor dat een tolk een heel verhaal maakt van die ene zin die ik zeg.’ Hij is ook geen voorstander van tolkende kinderen. ‘Laatst kwam hier een vrouw met gynaecologische klachten met haar zoontje van zes. Hij moest vertalen, maar dat heb ik direct stop gezet. Dat kan ik niet accepteren, het kind weet niet eens wat menstruatie is. Soms haal ik onze Turkse assistente erbij.’ Grenzen stellen hoort erbij. Patiënten die twee keer niet komen opdagen worden eerst uitgenodigd voor een gesprek, voordat ze een nieuwe afspraak krijgen. ‘Vaak kwamen ze met de smoes dat hun beltegoed op was. We zijn strenger geworden en hebben regels afgesproken. In het begin was dat lastig, maar nu gaat het beter.’

Tekst: Corina de Feijter/De foto’s zijn in Tanzania gemaakt

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

30


De eerste lijn door Chinese ogen

De Chinese delegatie voor het gezondheidscentrum Katendrecht

Hoeveel patiënten zie je dagelijks? Hoe hebben jullie de zorg na vijf uur geregeld? Wat is het verschil tussen een doktersassistent en praktijkondersteuner? De groep Chinese beleidsmakers, artsen, doktersassistenten en verpleegkundigen die vorige maand een aantal Rotterdamse gezondheidscentra bezocht, zat vol vragen over hoe wij de eerste lijn organiseren.

MENSEN & MOTIVATIE

leeft dat een dokter in een ziekenhuis meer aanzien heeft. De animo onder hen is niet groot om in een praktijk te gaan werken op het platteland waar de faciliteiten stukken minder zijn dan in een ziekenhuis.

Het ijs is bij binnenkomst direct gebroken. Hoe kan het ook anders als de gastvrouw en gastheer je in je eigen taal verwelkomen. Maatschappelijk werkster Lai Ming Cheung, werkzaam in gezondheidscentrum Katendrecht en Athumani Athumani, huisarts in gezondheidscentrum Tarwezigt, gaan het gesprek moeiteloos aan. De zestien mensen uit Shanghai willen van alles weten. Het gaat er informeel aan toe. “Jullie moeten een goede relatie met de tweede lijn hebben”, merkt iemand op. Hij denkt dat de huisarts voor iedere patiënt die hij verwijst een bepaald bedrag krijgt. Hoe pakken we infectieziekten aan? Een instantie als onze GGD kennen ze in China niet.

Klachten onbekend fenomeen In haar kleine notitieboekje noteert de Chinese vrouw de stappen die we hier ondernemen als een patiënt een klacht heeft. Ze kijkt verbaasd, want een patiënt met een klacht, dat kennen ze niet in haar land. Of neem zoiets als triage. Onze assistenten en dokters kijken naar de symptomen en vragen die goed uit middels triage. Chinese dokters zijn niet gericht op symptomen, maar kijken naar alle klachten van de patiënt. Dat maakt triage een stuk lastiger. Uitleggen hoe onze verzekeringsstelsel in elkaar steekt en wat een eigen risico is, valt niet mee. De bezoekers kijken er van op dat patiënten na een bezoek aan de huisarts zo door kunnen lopen naar de aangrenzende apotheek. •

Liever stad dan platteland Onze eerste lijn kenmerkt zich door laagdrempeligheid en zorg dicht bij de mensen in de wijk. Is dat iets om ook in Shanghai, een stad met 22 miljoen inwoners, door te voeren? De Chinese huisarts bestaat niet. Zorg wordt geleverd vanuit ziekenhuizen; zonder geld en relaties kom je niet ver. Ook China kent een toenemende vergrijzing, meer chronische ziekten en comorbiditeit. De beleidsmakers zouden graag zien dat hun dokters en verpleegkundigen ook zorg in de wijk gaan leveren. Dat vergt een cultuuromslag: het idee

Later die week bezochten ze een gezondheidscentrum in Capelle aan de IJssel, waar ze werken met een medicijnrobot, en in Nesselande. dat zich ontwikkelt in de richting van een anderhalflijns centrum. De organisatie was in handen van ROC Zadkine, dat contacten met de Universiteit van Shanghai onderhoudt. 31

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Interactie tussen wetenschap, praktijk en zorgvraag

E X E C U T I V E M A S T E RC L A S S E E R S T E L I J N S B E S T U U R D E R S De eerstelijns gezondheidszorg is een dynamisch werkveld. Er komen nieuwe organisaties op, er is behoefte aan ondernemerschap en aan bestuurders die inzicht hebben in geavanceerde bedrijfsvoering, zoals met zorggroepen en facilitaire organisaties. De nieuwe marktregels en het politieke krachtenveld vragen om strategisch inzicht. Patiëntenparticipatie, zelfmanagement en klanttevredenheid zijn vernieuwende elementen in het zorgproces. Er is behoefte aan een op de praktijkgerichte leergang die de snelle veranderingen kan duiden en een handvat biedt om goed te besturen: de Executive Masterclass Eerstelijns Bestuurders.

V O O R B E S T U U R D E R S VA N E E R S T E L I J N S O R G A N I S AT I E S De Masterclass wordt gegeven voor bestuurders van eerstelijns organisaties die strategisch leiding geven aan gezondheidscentra, thuiszorg-organisaties, zorggroepen, huisartsenlaboratoria, regionale ondersteuningsorganisaties voor eerstelijnszorg, huisartsenposten, GGD, directies van koepel-, branche- of patiëntenorganisaties en commerciële eerstelijns organisaties. Accreditatie voor professionals wordt aangevraagd. A C T U E L E O N T W I K K E L I N G I N P E R S P E C T I E F VA N E E R S T E L I J N In de Executive Masterclass presenteren topdocenten en ervaringsdeskundigen de actuele ontwikkelingen in het perspectief van de eerstelijns zorg. De vier aandachtsterreinen in het programma zijn: - Organisatiestrategie [positionering, onderscheidend vermogen, marketing, samenwerken of concurreren, macro-economische ontwikkelingen, patiëntenperspectief] - Bedrijfsprocessen [ketenzorg, shared service centers, communicatie & connectivity, ICT, sturen op resultaat, kennis- en veranderingsmanagement] - Financiering [ketenfinanciering, substitutie, financiering door banken, bouwen/gebouwbeheer] - Juridische zaken [private public samenwerking, rol van toezichthouders NMa en NZa, juridische constructies, wetgeving, ethisch ondernemen] A C H T B I J E E N K O M S T E N VA N T W E E D A G E N De Masterclass omvat acht bijeenkomsten van twee aaneengesloten dagen met overnachting in een vergaderhotel in het centrum van het land (totaal 40 dagdelen). Data 2011: 15 – 16 september, 13 – 14 oktober, 17 – 18 november 2011 Data 2012: 12 – 13 januari, 16 – 17 februari, 15 – 16 maart, 12 – 13 april, 24 – 25 mei 2012. Gekozen is voor een kortdurend programma met beperkte overhead, conform de cultuur van de eerste lijn. De kosten per deelnemer bedragen € 9100 (betaling in twee termijnen mogelijk); exclusief kosten van overnachting.

O R G A N I S AT I E De Executive Masterclass voor Eerstelijns Bestuurders wordt georganiseerd door TRANZO, Wetenschappelijk centrum voor transformatie in zorg en welzijn van Tilburg University. Er is accreditatie verleend voor huisartsen, verloskundigen, eerstelijns psychologen en apothekers. Accreditatie voor andere 1e lijn disciplines is aangevraagd. Programmaleiding: Prof. dr. Dinny de Bakker en Jan Erik de Wildt MHA. Meer informatie of voor aanmelding: Jan Erik de Wildt csense@planet.nl 06 – 51821078 of Emely Scharbaai e.m.scharbaai@tilburguniversity.edu 013 – 4663628

De Masterclass zet actuele ontwikkelingen in een theoretisch kader


Digitaal zelfonderzoek naar capaciteit, persoonlijkheid en drijfveren

Competentieprofiel eerstelijnsbestuurders Door de schaalvergroting en de toenemende complexiteit en verantwoordelijkheid in de eerstelijnszorg, groeien de eisen die aan eerstelijnsbestuurders worden gesteld. Ook voor zittende bestuurders is het investeren in competentieontwikkeling te overwegen. Maar over welke competenties moet een eerstelijns bestuurder beschikken?

ADVERTORIAL

citeitstest (78 minuten), een persoonlijkheidsvragenlijst (20 minuten) en een drijfverentest (10 minuten). Elke deelnemer krijgt een individuele rapportage toegestuurd. De screening wordt begeleid door de arbeidsen organisatiepsycholoog Sara Bloemers, die telefonisch een terugkoppeling geeft over de testresultaten. Uw gegevens worden anoniem gebruikt om de database van eerstelijnsbestuurders verder te ontwikkelen. De onderzoekers van Van Campen Consulting zijn verplicht tot geheimhouding. Het is niet toegestaan om aan derden enige mededeling te doen over uw score en/of organisatie.

In het kader van de Masterclass eerstelijnsbestuurders heeft Van Campen Consulting een database met competentieprofielen tot haar beschikking. Daarnaast is een expertgroep van ervaren eerstelijnsbestuurders verzocht om de competenties te beoordelen. Op basis hiervan zijn de volgende acht kerncompetenties geselecteerd uit een groep van 36 competenties die aan de functie van eerstelijnsbestuurder zijn gekoppeld. • Analyseren • Besluitvaardigheid • Omgevingsbewustzijn • Pro-activiteit • Overtuigingskracht • Integriteit • Ondernemerschap • Visie

Anoniem zelfonderzoek via een

Beoordeling Voor eerstelijns bestuurders die zichzelf willen beoordelen en benchmarken bestaat een internetapplicatie. Naast een persoonlijke en individuele beoordeling kan ook gekozen worden voor een uitgebreidere screening door collegabestuurders, toezichthouders of managers te bevragen. Tot slot kan gekozen worden voor een doorlopende meting, waarbij periodiek de competentieontwikkeling gemeten wordt.

internetapplicatie

Meedoen? De kosten van dit competentieonderzoek bedragen € 250 per deelnemer. Door sponsoring van TRANZO/ Universiteit van Tilburg/Masterclass eerstelijnsbestuurders betalen de eerste 50 deelnemers slechts € 200 per deelnemer. Voor inschrijving voor dit competentie-onderzoek of uitgebreidere onderzoeken met meerdere personen, kunt u contact opnemen met drs Sara Bloemers arbeids- en organisatiepsycholoog bij Van Campen Consulting, telefoon 0413 – 375711 of mail info@vancampenconsulting.nl. •

Zelfonderzoek Wilt u weten of u aan het profiel van een eerstelijnsbestuurder voldoet? Of wilt u weten op welke onderdelen u zich verder kunt bekwamen? Dan kunt u deelnemen aan een anoniem zelfonderzoek via internet. Dit is een gevalideerd onderzoek dat bestaat uit een capa33

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Eerstelijnsopleidingen:

van zorginhoudelijke professional naar Eerstelijnsleider! JAN VAN ES INSTITUUT

Dat in de opleidingen meer aandacht besteed moet worden aan de verschillende competenties die nodig zijn om binnen en buiten de eerste lijn meer met elkaar te gaan samenwerken, is een open deur! Recent herhaalden 40 experts dit cliché. De wijze waarop dat moet gebeuren, blijft onduidelijk. Evenals de betekenis voor de huidige generatie zorgverleners die opgeleid is in een ‘ouder’ paradigma. Dit artikel beschrijft de consequenties voor het opleiden aan de hand van twee recente ontwikkelingen: een Lancet-rapport over het opleiden van zorgprofessionals en de entree van nieuwe beroepen in de eerste lijn. Wereldwijd hebben alle systemen daar moeite mee, ook in Nederland. De basis voor de verandering moet worden gelegd in de opleidingen. Maar de zorgopleidingen passen zich niet in hetzelfde tempo aan.

In december 2010 verscheen een lijvig rapport en artikel over Health Professionals for a new century [1]. Aanleiding voor dit rapport zijn vier belangrijke ontwikkelingen. • Snelle demografische en epidemiologische veranderingen zetten alle gezondheidszorgsystemen onder druk. • Toenemende eisen van de bevolking voor gezondheidszorg op maat. • Technologische innovaties. • Professionele taakdifferentiatie.

Hardnekkige problemen De huidige cultuur van zorginhoudelijke professionals houdt een aantal hardnekkige problemen in stand. Zoals: • mismatch van zorginhoudelijke competenties met de noodzakelijke mens- en populatiegerichte competenties; • slecht multidisciplinair teamwerk; • persisterende man/vrouw verschillen naar professionele status; • beperkte focus op de technologische veranderingen; • focus op episode georiënteerde zorg in plaats van continue zorg; • dominante ziekenhuisoriëntatie ten koste van de eerste lijn, of anders gezegd een dominante ziekteoriëntatie in plaats van generieke mensoriëntatie; • zwak leiderschap in de zorgsector.

Het gevolg is dat de zorg kostbaarder en meer complex wordt en dus meer eisen stelt aan de huidige werkers in de zorg en aan het zorgsysteem.

De inspanningen om de veranderingen in te voeren strandden meestal door het zogenaamde ‘tribalism of the professions’. In andere woorden: de neiging van de diverse professies om in isolatie of zelfs in competitie met anderen te handelen. Deze analyse is zeker ook de Eerstelijns nr. 3 ~ april 2011

34


van toepassing op de Nederlandse situatie, waar vrijwel geen enkele opleiding de behoeften van de patiënt en populatie centraal zet. Veel opleidingen gaan nog uit van de monodisciplinaire kennis en zetten mondjesmaat in op interprofessionele competenties.

Opleiden nieuwe leiders Het Jan van Es Instituut wil zich met haar partners in haar scholingsactiviteiten nadrukkelijk profileren om deze paradigmashift te realiseren. Met masterclasses, leergangen en trainingen voor zorgverleners en bestuurders in de eerste lijn worden nieuwe leiders met aanvullende competenties opgeleid.

Paradigmashift? Om een verandering in gang te zetten ziet de Lancet commissie de oplossing in ander opleidingsconcept: van een dominant via een interprofessioneel naar een concept van transformative learning. Met als doelstelling change agents op te leiden (zie figuur). Transformationeel leren vraagt om drie fundamentele veranderingen: • van feitenkennis naar een actieve leerhouding, gericht op onderzoek, analyse en synthese voor besluitvorming; • van zoeken vanuit professionele waarden naar kerncompetenties voor effectieve samenwerking en • van kritiekloze adoptie van het geleerde naar creatief gebruik van (wereldwijde) hulpbronnen om deze in te zetten voor de lokale prioriteiten.

Recente nieuwe beroepen Door de toename en de grotere complexiteit van de zorgvraag en de demografische veranderingen van het arbeidspotentieel in de eerste lijn, zien we veel nieuwe beroepen hun intrede doen, met name in de huisartspraktijk. De noodzaak van effectief teamwerk is aan de orde van de dag voor elke groeiende organisatie. De toenemende druk op de eerste lijn om meer zorg in de buurt te leveren die is afgestemd met alle andere zorgverleners en het weghouden van zorg uit de tweede lijn (substitutie) vraagt om een ander type zorgverlener en nieuw leiderschap (change agents). Aanvullende competenties Effectief en systematisch teamwerk in termen van samenwerking, communicatie en gedeelde visie en verantwoordelijkheden, niet alleen met de andere zorgverleners maar bovenal samen met de patiënt, èn eerstelijnsleiderschap met een focus op de noden van de populatie, zijn noodzakelijke aanvullingen op de huidige competenties. De opleidingen hebben deze competenties nog onvoldoende opgenomen. Voor de beschrijving van deze competenties bevelen wij aan om aan te sluiten bij de CanMEDS [2] methodiek en de elementen van het Expanded Chronic Care Model [3]. De vruchten van deze paradigmashift zullen nog lang op zich laten wachten. Intussen zal de huidige generatie zorgverleners zo goed mogelijk moeten worden ondersteund om de noodzakelijke cultuurverandering door te voeren. •

Met andere woorden, we zoeken naar nieuwe professionals en nieuw leiderschap in de zorg die in staat zijn om de steeds snellere ontwikkelingen te vertalen naar een steeds weer passend zorgaanbod. Het gaat niet meer alleen om kennis van professionals, maar om een competentie bij alle zorgverleners om steeds weer te kunnen schakelen in de nieuwe omgeving. De vakinhoudelijke kennis en het zijn van professional moet worden ingezet in een multidisciplinaire omgeving, waarbij men in een team van rol moet kunnen wisselen, afhankelijk van de noden van de patiënt. Deze cultuurverandering sluit nauw aan bij de essentiële elementen die volgens ons nodig zijn om het door de burger ervaren vloeiende proces van zorg- en dienstverlening in de eerste lijn te realiseren.

Bronnen: [1] Health professionals for a new century: transforming education to strengthen health systems in an interdependent world; The Lancet Vol 376 December 4, 2010 [2] CanMEDS: Royal College of Physicians and Surgeons of Canada [3[ Expanded Chronic Care Model: World Health Organization 35

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Adviseur tijdens hele levenscyclus

ABN AMRO neemt praktijkbegeleiding nog meer in eigen hand PRAKTIJKORGANISATIE EN BEDRIJFSVOERING

Bij het komende afscheid van Wil Hameleers, medisch specialist in de regio Zuid bij de divisie Medici & Vrije Beroepen van ABN AMRO, bevestigt de bank haar strategie. Waar praktijkbegeleiding veelal in het verleden naar het intermediair ging, wordt dat nu zelf steeds meer ter hand genomen. ‘Wij kennen de klant als geen ander en met het toegenomen ondernemerschap in de eerste lijn, moeten we deze dienstverlening niet meer onnodig uitbesteden,’ verklaart Ronald Dijkstra. Ronald Dijkstra is Hoofd Financiële Planning en Medici & Vrije Beroepen bij ABN AMRO in ZuidNederland. Hij legt uit: ‘Onze klanten in het medische beroep zijn veranderd. Net zoals de bakker en de

slager niet meer op de hoek van de straat hun winkels hebben, zijn de huisartsen en paramedici veelal toegetreden tot grotere organisaties of hebben zich op grotere, centraal gelegen locaties gevestigd. Gebleven is de behoefte van de patiënt aan persoonlijk contact met zijn zorgverlener in de eerste lijn. Wat evenmin verandert, is de persoonlijke band tussen de zorgprofessional en zijn adviseur in de bancaire wereld. De contacten worden veelal in de studietijd gelegd, of soms nog eerder als kinderen in de medische voetsporen van hun ouders stappen. Daarna houden we de hele levenscyclus contact met elkaar.’

‘Bij het groeien van het ondernemerschap hoort praktijkbegeleiding’ Steeds meer ondernemerschap ‘Tijdens de levenscyclus passeren allerlei belangrijke momenten: studeren en specialiseren, de eerste praktijkvoering, een eventuele inkoop in een maatschap, de ontwikkeling van een nieuw gezondheidscentrum en

Ronald Dijkstra: Als we alle kennis en knowhow zelf in huis hebben, waarom doen we de praktijkbegeleiding dan niet zelf ? de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

36


Wil Hameleers gelooft het zelf nog niet,

ADVERTORIAL

maar neemt aanstaand najaar afscheid van zijn functie als medisch specialist bij ABN AMRO.

tenslotte de overdracht van de praktijk.’ Zo vervolgt Ronald Dijkstra. ‘Door de opkomst van zorggroepen, de uitbreiding van maatschappen en taakherschikking in de praktijk naar een groter aantal medewerkers, worden de geldstromen groter en ingewikkelder. Het komt steeds meer aan op ondernemerschap, hoewel de zorgverlener hiervoor niet is opgeleid. deskundigheidsbevordering stimuleren. Daarom heeft ABN AMRO besloten om landelijk nog meer zelf de praktijkbegeleiding voor onze cliënten te gaan doen. Zij kunnen hiervan optimaal profiteren. Onze cliënt kan zijn leven lang in alle (medische) aspecten op ons blijven rekenen.’’ •

Van onze kant, alsmede vanuit de Autoriteit Financiële Markten, worden steeds meer vragen gesteld bij kredietverstrekking. Goede jaarcijfers, een gedegen risicoanalyse en een marktverkenning moeten een gezonde praktijkvoering onderbouwen.’

Wilt u meer weten over uw financiële mogelijkheden? Stuur dan een mailtje naar ronald.dijkstra@

Het gelijk aan zijn kant ‘We zijn steeds meer de praktijkbegeleiding gaan doen, want als bank hebben we alles in huis om dat zelf te doen. Onze medisch specialist Wil Hameleers heeft hierin altijd voorop gelopen. Hij kan zich als geen ander inleven in een klant en heeft nooit begrepen waarom ABN AMRO in deze fase van de levenscyclus niet meer prominent aanwezig was.

Tekst: Kees Kommer/Fotografie: ABN AMRO.

nl.abnamro.nl.

Dankzij zijn passie Wil Hameleers is al bijna 40 jaar werkzaam in het zakelijk advies bij ABN AMRO Bank N.V. Sinds 1994 is hij als medisch specialist verbonden aan de Financiële Planning voor Medici & Vrije Beroepen in Zuid-

Het is niet alleen een interessant en leuk onderdeel van ons vak, juist door onze enorme kennis van de klant kunnen we hem als geen ander begeleiden, zo stelde hij altijd. Hij heeft het gelijk steeds meer aan zijn kant gekregen nu het ondernemerschap en de risico’s in de praktijkvoering meer op de voorgrond treden.’

Nederland. In het najaar staat zijn pensioen voor de deur, nadat hij al vanaf 1974 voor de bank de relaties in diverse sectoren in Limburg heeft behartigd. Na jaren van zakelijk en agrarisch advies, stapte hij een kleine 20 jaar geleden over naar het medisch specialisme. Elke arts of specialist en tal van paramedici in Limburg kennen Wil Hameleers. ‘Hij wordt vaak beschouwd als een nestor voor het vak, een man die meer dan 24 uur per dag voor zijn klanten klaar staat, die zich kan

Netwerk van experts Ronald Dijkstra verklaart verder: ‘Als we alle kennis en knowhow zelf in huis hebben, waarom doen we praktijkbegeleiding dan niet zelf ? Naast een goed advies en een gedegen uitvoering hebben we een uitgebreid netwerk onafhankelijke fiscalisten, juristen, accountants, notarissen en projectontwikkelaars beschikbaar. Een netwerk waarin we de onderlinge contacten en de

inleven, vertrouwd de zaken doet en familiair de relatie op de eerste plaats stelt. Op het moment dat hij in het najaar afscheid neemt van de bank en zijn cliënten, is een lang gekoesterde wens in vervulling gegaan. Hij heeft er jarenlang voor gepleit om praktijkbegeleiding meer prominent als dienstverlening binnen ABN AMRO aan te bieden. Dat is mede gebeurd door de passie die Wil Hameleers heeft voor het vak van bancair specialist.’

37

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Bij MSD werken wij mee aan een gezonde wereld. Hoe? Door innovatieve geneesmiddelen en vaccins te verstrekken aan mensen over de hele wereld. We bieden ook toonaangevende oplossingen waarmee we het leven van miljoenen patiënten verbeteren. We

Not just healthcare.

luisteren goed naar patiënten, artsen en onze andere partners en anticiperen op hun behoeften.

Wij vinden dat het ook onze verantwoordelijkheid is om onze geneesmiddelen en vaccins bij de mensen te krijgen die ze nodig hebben, ongeacht waar ze wonen en of ze er geld voor hebben. Om dit te verwezenlijken hebben we vele verreikende programma’s en samenwerkingsverbanden opgezet. Meer informatie vind je op onze website msd.nl. Door de fusie tussen MSD en Schering-Plough hebben we meer en betere mogelijkheden om mee te helpen om de wereld gezonder te maken. Onze doelstellingen zijn duidelijk en onze betrokkenheid is groot, om gezondheidsvraagstukken op te lossen en nieuwe antwoorden te vinden.

Copyright ©2010 Merck Sharp & Dohme Corp., a subsidiary of Merck & Co., Inc., Whitehouse Station, NJ, USA. All Rights Reserved.


Medisch Centrum Vathorst opent met concept voor complete basiszorg

Stap in anderhalve lijn PRAKTIJKORGANISATIE & BEDRIJFSVOERING

Uiteindelijk kwam het er toch. Minister Edith Schippers van VWS opende in mei het Medisch Centrum Vathorst. Ze toonde zich bijzonder enthousiast over de grote variatie in zorg onder één dak. Hiervoor moesten de zorgverleners een faillissement van het stichtingsbestuur overleven. Samen met Casa Medica hebben zij de verdere ontwikkeling ter hand genomen. Hun onderlinge band is gegroeid en er is in deze Amersfoortse Vinexwijk invulling gegeven aan een steeds meer omarmd concept van complete basiszorg. Meer dan “pluis” en “niet pluis” ‘Dit laat zien dat we naar een compleet aanbod in de eerste lijn streven. Een brede basiszorg, inclusief preventie, maatschappelijke ondersteuning, gemeentelijke taken en geestelijke gezondheidszorg. Een gezondheidscentrum is bijvoorbeeld niet compleet als het geen bijdrage kan leveren in jeugdzorg. Het moet een centrum zijn waarop de bewoners in de wijk trots kunnen zijn. Het is hun centrum, waar ze zich hartelijk ontvangen voelen en het verblijf geen straf is. Het is mooi dat je als huisarts hier verder kunt gaan dan in het traditionele aanbod van eerstelijnszorg. Wij zetten hier stappen naar anderhalvelijnszorg met kleine chirurgische verrichtingen. We gaan verder dan “pluis” en “niet pluis”. In een aantal gevallen kunnen we door een gespecialiseerde arts of verpleegkundige een diag-

‘We kennen elkaar als zorgaanbieders goed, het is beslist geen bedrijfsverzamelgebouw geworden,’ vertelt huisarts Felix van den Wissel. ‘De constructie zit zo in elkaar dat we zeven hoofdhuurders hebben die bij de woningcorporatie Portaal Eemland hun ruimte huren. Dit zijn de huisartsen van Arcanum, de Escura Apotheek, Fysiotherapie Fyzie, de GGD MiddenNederland, het RIAGG Amersfoort, Trajectum en de thuiszorgorganisatie Beweging 3.0. De andere zorgaanbieders zijn onderhuurders. Met logopedie, eerstelijns psychologie, verloskunde, Mensendieck, podotherapie, het Centrum voor Jeugd & Gezin, diagnostiek van Saltro, de KNO-arts van Van Linschoten Specialisten, LIV Voeding & Leefstijladvies en het eerstelijns chirurgisch centrum van de Oranje Klinieken komen we op 20 zorgaanbieders.’

Minister Edith Schippers en Felix van den Wissel tijdens de opening van Medisch Centrum Vathorst.

39

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Het interieur van een van de spreek- en behandelkamers.

nose laten stellen, waarop vervolgens in het ziekenhuis een behandeling volgt. Het ziekenhuis moet dan de D uit de nieuw te openen DBC schrappen.‘

die de patiën­ten vooraf kenbaar maken. De KIS heeft een eigen wachtkamer met 2 ruimtes waar de diagnose wordt gedaan, vergelijkbaar met een ziekenhuis.’

Klantgericht Inloop Spreekuur Tijd voor een voorbeeld? ‘Bij een sterilisatie bij een man in de eerste lijn ligt het percentage complicaties op slechts 2%, terwijl dat in het ziekenhuis op 6 – 8% ligt. Vergeet ook niet hoe veel prettiger het voor een patiënt is dat hij voor een kleine ingreep snel in zijn gezondheidscentrum in de wijk terecht kan en niet naar een ziekenhuis hoeft. Ik ben er voorts van overtuigd dat 80% van de bezoeken aan een huisartsenpost geen direct spoedeisend karakter heeft. Met webconsult en een betere triage aan de telefoon kan de ANWdienst gedeeltelijk terug naar een gezondheidscentrum. Wellicht verklaart dit de grote populariteit van ons KIS: het Klantgericht Inloop Spreekuur, waar onze patiënten 24 uur per dag, 5 dagen vooruit, zelf een afspraak kunnen maken via de website. Het is een innovatieve service voor een beperkt aantal “kleinere” klachten

Je moet keuzes maken Sinds de invoering van de Zorgverzekeringswet, weet Felix van den Wissel hoe hij zich als huisarts moet opstellen. ‘We werden ondernemers, stapten over van het publieke naar het private domein. In een vraag- en aanbodgestuurde markt moet je ondernemend zijn en ondernemend handelen. Je moet een keuze maken: ondernemer of zorgverlener. Huisartsen proberen vaak nog beide professies te combineren, dat werkt steeds minder goed.’ Eerder stond hij voor een andere beslissing. Hij raakte tijdens zijn studie Geneeskunde geïnteresseerd in orthopedie. Maar gaandeweg die specialisatie zag hij in dat het specialisme zijn belangstelling voor het totale mensbeeld in de weg stond. ‘Het werk was veel meer gericht op armen en benen, dan op de mens erachter. Ik miste het holistische.’

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

40


De initiatiefnemers Frans Fluitsma (l.) en Jan Pier van Kooten met Ariane Hamming.

verpleegkundig specialisten. Met een goede schifting komt ook een deel van de poliklinische zorg in de eerste lijn. Uiteraard volgens NHG-standaarden en uitgevoerd in gecertificeerde praktijken. Voor de tweede lijn rest dan de taak om topklinische zorg te leveren. We hebben hierover langdurig overlegd met het Meander Medisch Centrum, het topklinische ziekenhuis in Amersfoort, maar zijn er niet uitgekomen. Ondanks dat past het Medisch Centrum Vathorst uitstekend in die nieuwe schil.’ •

Differentiëren en specialiseren Hij besloot te kiezen voor het vak waarom hij ooit geneeskunde was gaan studeren. ‘Ik ben dokter met heel mijn gevoel. Daarom ben ik naar de huisartsenopleiding overgestapt. Daar heb ik me een beeld van de zorg van de toekomst gevormd. Als huisartsen meer gaan differentiëren en specialiseren, zoals ik zelf eigenlijk heb gedaan, kunnen zij meer taken van ziekenhuizen overnemen. Hiervoor heb ik het Win4 model bedacht: de patiënt moet er beter van worden, de verzekeraar wil doelmatigheid en kwaliteit, de zorgaanbieder wil leuk werk doen en geld verdienen en de overheid wil antwoord op grote zorgvragen. Je houdt de zorg alleen betaalbaar als je de tweede lijn ontlast, daarom moet de eerste lijn sterker worden. Geen onnodige verwijzing naar het ziekenhuis, geen onnodige opening van kostbare tweedelijns DBC’s.’ Zaagt een anderhalve lijn zo aan de stoelpoten van het ziekenhuis? ‘Het is niet anders: er zijn te veel ziekenhuizen.’

Tekst: Kees Kommer/Fotografie: Daniëlle Jaspers

Casa Medica Na het faillissement van de Stichting Gezondheids­ centrum Vathorst, veroorzaakt door “te hoge onderzoeks-, advies- en exploitatiekosten”, hebben

In een nieuwe schil Het komt er volgens Felix van den Wissel op neer dat zich rond de tweede lijn een nieuwe schil ontwikkelt die zorg van ziekenhuizen overneemt, zonder de kostbare DBC’s te openen. ‘Het is zorg op basis van een veel goedkoper consultatietarief, bijvoorbeeld voor

de huisartsen Casa Medica ingeschakeld om het slepende project vlot te helpen trekken. Sinds januari 2009 is aan de nieuwe ontwikkeling gewerkt en het medisch centrum is door het zusterbedrijf Built By De Wildt op fraaie wijze verder afgebouwd.

41

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Palliatieve zorg, georganiseerd door Service Apotheek Malden

‘Vast aanspreekpunt voor mensen met veel vragen’

NIEUWE ORGANISTIEVORMEN

Ze las in het Pharmaceutisch Weekblad over het Congres Oncologie van de KNMP. Terwijl ze in de apotheek merkte dat het voor kankerpatiënten in de laatste levensfase heel belangrijk is om een vast aanspreekpunt te hebben. Zo ontwikkelde zich bij Lotte Sijben in Service Apotheek Malden de gedachte om een grotere rol te spelen in palliatieve zorg. In samenwerking met alle huisartsen en de thuiszorgorganisatie.

Malden, v.l.n.r. Lotte Sijben, Marco Lourens en Gertie van Gemert.

assistenten. Deze “buddy’s” hebben hun werktijden op elkaar afgestemd, zodat altijd iemand beschikbaar is bij vragen over medicatie in de laatste levensfase. In deze fase richt zich de hulpverlening op het beperken van lichamelijke klachten en de zorg voor emotionele

Lotte Sijben is farmaceutisch consulent in deze apotheek. Ze startte begin dit jaar samen met haar apotheker Marco Lourens, het project Palliatieve Zorg. ‘Om continuïteit in palliatieve zorg te kunnen waarborgen, zijn in de apotheek koppels gevormd van apothekersde Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

In Service Apotheek

42


aspecten. Het is een periode waarin veel vragen op een antwoord wachten. Hieraan kunnen we via de apotheek een bijdrage leveren, uiteraard in nauwe samenwerking met de huisartsen en de thuiszorg.’ Met haar HBO-diploma is ze verantwoordelijk voor de aansturing en begeleiding van het project. Extra aandacht, extra kennis Palliatief wijkverpleegkundige Gertie van Gemert van de Zorggroep Zuid-Gelderland (ZZG) ervaart in de thuiszorg het verschil. ‘Je kunt nu echt samenwerken met de apotheek. In de palliatieve zorg wijzigt de medicatie geregeld. Het is bijzonder fijn dat de apotheek voorraad houdt van een breed scala medicijnen en hulpmiddelen. Dat bijvoorbeeld een morfinecassette direct geleverd kan worden. Zo nodig bezorgt de apotheek de medicijnen snel, ook op de niet standaardtijden. Zodat de patient binnen een kwartier zijn materialen heeft! Via de buddy’s is altijd iemand met extra kennis over wondverzorging, mondverzorging, slikproblemen, drinkvoeding of incontinentie beschikbaar in de apotheek. Zij kennen de patiënten, denken mee en zijn het vaste aanspreekpunt. Deze zorg van de apotheek is een belangrijke bijdrage om kwaliatief goede zorg te leveren voor mensen in de laatste levensfase.

Gertie van Gemert, palliatief

Lotte Sijben: farmaceutisch consulent en

wijkverpleegkundige in de thuiszorg.

“buddy” in de palliatieve zorg van de apotheek.

gezondheidswinst oplevert in relatie tot de zorgkosten. De vraag was of wij de palliatieve patiënten aan een enquête konden laten meedoen, maar dat vind ik in deze levensfase moeilijk te realiseren.’ Project dat navolging verdient De wijkverpleging, de huisartsen en de patiënten kennen inmiddels de weg naar Service Apotheek Malden voor palliatieve zorg. ‘We hebben het project duidelijk gepresenteerd in het maandelijks overleg tussen apothekers, verpleegkundigen en huisartsen in de gezondheidscentra De Vuursteen en De Kroonsteen. Er is een folder beschikbaar met alle informatie. Het is een project dat navolging verdient,’ vindt Lotte Sijben. ‘Niet alleen in de palliatieve zorg, we denken aan uitbreiding naar patiënten met complexe aandoeningen. We zijn als buddy’s inmiddels breed geschoold en kunnen de farmaceutische zorg uitstekend inhoud geven met zulke projecten.’ •

Er hoeft beduidend minder aan medicijnen en hulpmiddelen weggegooid te worden. Innovatief door kostenreductie Apotheker Marco Lourens heeft ook naar de kostenkant gekeken. ‘Wij leveren de medicijnen en hulpmiddelen op maat. Een specialist van het ziekenhuis schrijft bijvoorbeeld een recept voor twee maanden aan hulpmiddelen uit, maar wij zorgen in overleg met de thuiszorg voor “gedoseerd” afleveren. Er hoeft beduidend minder aan medicijnen en hulpmiddelen weggegooid te worden. Ook wat dat betreft, beschouw ik dit project als een zorginnovatie. Ik heb het als zodanig bij zorgverzekeraar Achmea voorgelegd. Toch is het project niet gecontracteerd, met als argument dat het geen

Tekst: Kees Kommer/Fotografie: Mandy Brander-FARMAidee

Farmazorg Nijmegen Service Apotheek Malden maakt deel uit van een groep van elf apothekers in Nijmegen en omstreken die de maatschap Farmazorg Nijmegen hebben gevormd. Hieronder valt sinds 2010 de dienst­ apotheek Nijmegen in het Canisius Wilhelmina Ziekenhuis. Service Apotheek in De Kroonsteen heeft een nevenvestiging in gezondheidscentrum De Vuursteen in Molenhoek. De palliatieve zorg wordt vanuit De Kroonsteen georganiseerd.

43

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


Zorginkoop: zorgen om de toekomst! BEKOSTIGING & CONTRACTERING

Veel vragen die de laatste tijd door de eerste lijn aan Nicole Kien gesteld worden, hebben betrekking op zorgverzekeraars. Het gaat er met name om hoe zij zich gedragen in de onderhandelingen bij de inkoop van eerstelijnsketenzorg. Zij geeft hier haar persoonlijke visie Ervaring met onderhandelen Natuurlijk adviseren wij de eerste lijn met alle ervaring en deskundigheid die wij in tien jaar tijd met Kien Legal hebben opgebouwd over de wijze waarop dergelijke probleemsituaties kunnen worden voorkomen of doorbroken. Als juristen hebben we immers wel de nodige onderhandelingservaring opgebouwd. Gelukkig leidt dat regelmatig tot een opgeloste situatie. Als zo´n discussie toch niet in der minne kan worden opgelost, is er een echt probleem. Harde juridische acties zijn namelijk moeizaam. Er kan vaak wel een beroep worden gedaan op de in ons rechtssysteem neergelegde ‘preconctractuele goede trouw’ of op het marktordeningsrecht of mededingingsrecht; het slagingspercentage van die acties is vooralsnog laag.

Zorginkoop door zorgverzekeraars lijkt in de praktijkvoorbeelden die ik de laatste tijd krijg aangereikt een spel te zijn waarin macht, geld, onkunde en ongenuanceerdheid meer aan de orde zijn dan dat er geprobeerd wordt een innovatie in de eerste lijn te stimuleren. Een vernieuwing met kwalitatief verantwoorde zorg voor een chronisch zieke patiëntengroep die de komende 20 jaar alleen maar meer zorg gaat vragen. In sommige eerstelijnsorganisaties lijkt de wijze van zorginkoop door de betrokken zorgverzekeraars er zelfs toe te leiden dat de eerste lijn overweegt te stoppen met het leveren van integrale zorg aan de chronische patiënten van deze zorgverzekeraars. Daarmee zou, naar mijn mening, een fantastische ontwikkeling in de ketenzorg, waar de eerste lijn uitermate trots op mag zijn, door macht en geld weer om zeep worden gebracht.

Kostprijzen verschillen Is dat omdat de eerste lijn ongelijk heeft? Ik vind van niet. De eerste lijn bestaat doorgaans niet uit geldwolven, artsen die alleen maar voor het geld werken of investeerders die het grote geld ruiken. Andere terreinen van de zorg laten dergelijke karakteristieken soms wel zien, maar de eerste lijn heeft die karakteristieken niet of nauwelijks. De harde opstelling van zorgverzekeraars bij de inkoop van zorg in de eerste lijn begrijp ik dus niet. Zo kom ik wel tegen dat er aan zorggroepen gevraagd wordt of zij hun kostprijs tot op de laatste cijfer en komma willen uitleggen en dat anders niet gecontracteerd wordt. In plaats daarvan zou moeten worden gesproken over de prijs-kwaliteitverhouding van het zorgprogramma. Die kostprijs wordt door de zorgverzekeraar dan openlijk vergeleken met die van een andere zorggroep, waarna de vraag komt of de zorggroep zich daaraan wil conformeren, ongeacht of dat praktisch haalbaar is. Nog even en zorg-

Nicole Kien: ‘De harde opstelling van zorgverzekeraars bij de inkoop van zorg in de eerste lijn begrijp ik niet.’

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

44


Plichten vervullen Daar waar zorgverzekeraars voor hun verzekerden een wettelijke plicht hebben om ervoor te zorgen dat zij de zorg die zij nodig hebben gewoon conform de stand van de wetenschap en de praktijk kunnen krijgen, denk ik dat zorgverzekeraars nog maar eens heel goed moeten bedenken of zij die plicht langs de huidige weg van zorginkoop in de komende jaren kunnen blijven vervullen. Ik voorspel namelijk dat, als zij zich blijven opstellen zoals ik nu in veel gevallen die aan mij worden voorgelegd zie gebeuren, zorgverkopers in de eerste lijn (zorggroepen en anderen) de komende jaren de moed op gaan geven. Als zorgverzekeraars zorginkoop op deze wijze doorzetten, schat ik in dat die zorginkoop de ontwikkeling van innovatie in de eerstelijnsgezondheidszorg ernstig in de weg gaat staan. Ik hoop dat het nooit zo ver komt. •

groepen kunnen beter in Nederland alle kostprijzen en zorgprogramma´s vooraf naast elkaar leggen om vervolgens een afgestemd product aan te bieden….. Of nee, dat mag weer niet van de mededingingsautoriteiten! De definitie van vrij onderhandelbare tarieven krijgt hiermee een heel andere dimensie. Is dit nu verantwoorde zorginkoop? Geen onredelijk tarief Ik kom ook tegen dat een zorggroep gewoon de eis van de zorgverzekeraar krijgt om het tarief voor een zorgprogramma te laten zakken, ongeacht het feit dat datzelfde tarief al langere tijd door de dominante zorgverzekeraars wordt aanvaard. Een onredelijk tarief kan het dan toch eigenlijk niet zijn anders was het nooit al langer gecontracteerd? Toch houden zorgverzekeraars in dergelijke gevallen ongenuanceerd voet bij stuk en is het als het ware slikken of stikken. Soms wordt naar het tarief in een andere zorggroep verwezen. Maar dat die zorggroep de keten tegen die voorwaarden heeft weten te organiseren met een dergelijke prijs, hoeft toch niet te betekenen dat dat overal in Nederland tegen diezelfde voorwaarden kan? Stel nu dat de zorggroep niet tot overeenstemming met de zorgverzekeraar komt. Wat gebeurt er dan feitelijk met de verzekerden van die verzekeraar? Zijn wij in Nederland inmiddels bereid om te aanvaarden dat die patiënten dan geen geïntegreerde eerstelijnszorg ontvangen, terwijl andere patiënten dat wel ontvangen? Ik denk dat onze wetgeving dat zelfs in de weg staat.

Nicole Kien

Naschrift: Zoals ik al vaker uitleg, bereiken mij in mijn praktijk altijd alleen de situaties waarin zaken fout gaan. Daarmee is mijn beeld van de realiteit mogelijk wat te negatief. Als u zorginkoop wel op prettig wijze ervaart en het resultaat mag er ook naar zijn, feliciteer ik u en uw zorgverzekeraar daarmee van harte en wens u een voorspoedige voortzetting uw goede verstandhouding toe. 45

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011


eerstelijns Agenda 01-07 5e Nationale Congres Chronische Zorg Educatorium UMC Utrecht 9.30 - 16.30 uur www.unitzorginnovatie.nl 14-09 Zorggroepencongres 2011 ’t Spant, Bussum 9.00 – 17.00 uur www.bsl.nl/zorggroepencongres 15-09 Executive Masterclass Eerstelijns Bestuurders Tranzo, Tilburg University 15-09-2011 t/m 25-05-2012 Aanmelden: csence@planet.nl of e.m.scharbaai@tilburguniversity.edu

15-09 Leergang nieuwe ROS-adviseurs 16-09 4-daagse training in Conferentiecentrum Kaap Doorn en in Jan van Es Instituut, Almere (op 22/09 en 11/11) www.jvei.nl 04-11 4e Congres Eerste Lijn Schouwburg, Almere 9.30 – 16.30 uur www.integratedcare.org 23-11

1e Oostelijke Eerstelijnsdag Apeldoornse Congres & Evenementenhal De Americahal, 10.00 – 18.00 uur www.eerstelijnsdag.nl

15-09 Jaarcongres V&VN Praktijkverpleegkundige en Praktijkondersteuners Regardz De Eenhoorn, Amersfoort 9.00 - 16.30 uur www.praktijkverpleegkundigen praktijkondersteuners.nl

Colofon De Eerstelijns is een vakmagazine voor alle samen­­werkende zorgverleners in de eerste lijn en is een uitgave van de Eerstelijns BV. ISSN: 2210-643X Uitgever: Jan Erik de Wildt REDACTIERAAD: Leo Kliphuis en Jan Erik de Wildt Advertenties: Marjon Zijlstra, De Eerstelijns B.V. Postbus 5034, 5201 GA ‘s-Hertogenbosch t. 06 28 84 58 12, e. info@de-eerstelijns.nl REDACTIE: Gerda van Beek, Kees Kommer (hoofdredacteur) Redactieadres: De Eerstelijns B.V. Postbus 5034, 5201 GA ‘s-Hertogenbosch t. 073 610 46 57 e. redactie@de-eerstelijns.nl www.de-eerstelijns.nl Vormgeving: De Vormstrateeg Opmaak: Knijnenburgproducties.nl

de Eerstelijns nr. 5 ~ juni 2011

Aan dit nummer werkten mee: Athumani Athumani, Mandy Brander, Jeroen Cornelissen, Brigitte Drees, Corina de Feijter, Daniëlle Jaspers, Nicole Kien, Leo Kliphuis, Johan Polder, Esther van de Sandt, Hugo Vermonde, Thijs Wessels, Jan Erik de Wildt, Marjon Zijlstra. Abonnementeninfo: Opgave en vragen over abonnementen: Abonnementenland, Postbus 20, 1910 AA Uitgeest t. 0900-ABOLAND of 0900-226 52 63 (€ 0,10 per minuut) f. 0251-31 04 05 Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Beëindigen abonnement: Opzeggingen (uitsluitend schriftelijk) dienen 8 weken voor afloop van de abonnementsperiode in ons bezit te zijn. Abonnementskosten: € 66,- per jaar, 10 uitgaven. Prijswijzigingen voorbehouden. Collectieve abonnementen: vanaf 10 ex. € 62,-, vanaf 30 ex. € 60,-, vanaf 70 ex. € 55,-; zie de website www.de-eerstelijns.nl.

46

Info disclaimer Alle auteurs- en/of databankrechten worden uitdrukkelijk voorbehouden. Behoudens de in de Auteurswet gestelde uit­ zonderingen, mag niets uit deze uitgave van De Eerstelijns zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever worden verveelvoudigd, opgeslagen in enig geauto­ matiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt in enigerlei vorm of op enige wijze. Aan de verstrekte informatie in deze uitgave van De Eerstelijns kunnen geen rechten worden ontleend. Hoewel aan het samenstellen en het totstandkomen van deze uitgave van De Eerstelijns de uiterste zorg is besteed, kan de afwezigheid van (druk)­fouten, onjuistheden, onvolkomenheden en/of onvolledig­ heden niet worden gegarandeerd en aanvaarden de auteur(s), de redacteur(en) en de uitgever geen enkele aan­sprakelijk­heid voor eventueel voorkomende (druk)fouten, onjuistheden, onvolkomen-heden en/of onvolledigheden, noch ook voor de gevolgen hiervan. De uitgever legt de gegevens van de ontvangers van De Eerstelijns vast voor toezending van de uitgaven De Eerstelijns, welke zodanige gegevens ook door de uitgever kunnen worden gebruikt om hen informatie te ver­ strekken over relevante producten en diensten. Bij bezwaar daartegen kan contact worden opgenomen met de uitgever.


ACCU-CHEK, CLIXMOTION en FASTCLIX zijn handelsmerken van Roche. © 2011 Roche.

Eén klik, dat is alles.

Accu-Chek® FastClix – de prikpen die werkt met slechts 1 klik. Ontdek het nieuwe prikken met unieke houder met 6 lancetten, dus geen losse lancetten meer om aan te raken. Zeer gebruiksvriendelijk: aanspannen en prikken in 1 klik. • Eenvoudig: aanspannen en prikken in 1 klik – eenvoudig in gebruik. • Zacht: met Clixmotion® technologie en 11 verschillende diepte-instellingen – vrijwel pijnloos • Uniek: 6 lancetten in een houder: lancetten zijn niet zichtbaar en aanraken van lancetten is niet nodig – handig en veilig De vingertoppen van uw patiënten zullen u dankbaar zijn.

Ontdek wat mogelijk is. Ga voor meer informatie naar www.accu-chek.nl of neem contact op met uw Accu-Chek Account Manager. Roche Diagnostics Postbus 1007 1300 BA Almere


De ontwikkelingen in de gezondheidszorg volgen elkaar snel op. Dat plaatst uw financiën en het afdekken van zakelijke en privérisico’s in een ander daglicht. ABN AMRO biedt u daarom geheel vrijblijvend aan om uw verzekeringsportefeuille door te lichten, bijvoorbeeld op het vlak van uw arbeidsongeschiktheids-, aansprakelijkheidsen autoverzekering. U krijgt vakkundig advies hoe u het meeste voordeel kunt realiseren met het Medisch Verzekeringspakket van ABN AMRO. Kijk op abnamro.nl/secondopinion

UW VERZEKERINGSPORTEFEUILLE GEEFT AANLEIDING TOT EEN SECOND OPINION


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.