NUMMER 2 Oktober 2017 21e JAARGANG
d
MAANDBLAD VOOR STUDENTEN (KUNST)GESCHIEDENIS AAN DE UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM
d
EINDELOOS d Film- en Literatuurnummer d
‘Na een karaf wijn vind ik iedereen knap’, aldus Esmeralda
‘Zij hebben het geraamte van de kunst aangevallen’ Pouwel van Schooten - Voor diegenen die alleen de 1996 Disney verfilming hebben gezien, is De Klokkenluider van de Notre-Dame een vrolijk tekenfilmavontuur. Hoewel het uiteindelijke happy end aanvankelijk wordt bevochten door de wrede rechter Claude Frollo, vindt beeldschone Esmeralda de liefde van haar leven en wordt de gebochelde Quasimodo eindelijk geaccepteerd door de maatschappij. Het werkelijke verhaal rond dit meesterwerk is veel duisterder en mist een goed einde voor bijna alle personages. Behalve één dan:
la Notre-Dame de Paris zelf. Want Victor Hugo’s boek is, naast een overzicht van laatmiddeleeuws(e geloofscorruptie in) Parijs, een hardvochtig pleidooi voor architectuur. De Franse schrijver Victor Hugo (18021885) was nog geen dertig toen hij de laatste woorden van De Klokkenluider van de Notre-Dame schreef. Het was een direct succes. Het publiek smulde van het grootse dramatische overzicht van middeleeuws Parijs. Vreemd genoeg is de klokkenluider uit de titel niet het hoofd-
personage. Dat recht gaat eerder naar de beeldschone zigeunerin Esmeralda, die wordt belaagd door de ongewilde avances van verschillende mannen, waaronder de corrupte priester Claude Frollo. Daarnaast neemt Pierre Gringore, een arme schrijver die vooral bitter klaagt over zijn gebrek aan erkenning, (en daarmee te depri is voor Disney) de eerste vijftig pagina’s de hoofdrol op zich. Over onze gebochelde kerkbewoner wordt nauwelijks iets gerept. Nee, De Klokkenluider van de Notre Dame draait meer om het noodlot en de kathedraal dat deze personages verbindt. De werkelijke ti- >>>
Victor Hugo
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 2
EINDELOOS
HOOFDREDACTIONEEL Gewaardeerde lezer, De bladeren aan de bomen verkleuren, Hollandse stamppotten vinden steeds vaker hun weg naar de tafel en de avond valt steeds vroeger; het is weer herfst! Met haar vele regenbuien en stormen lijkt dit jaargetijde bijna gemaakt voor het lezen van stapels boeken of het binge watchen van films en televisieseries. En laat nou net de Eindeloos van deze maand naadloos aansluiten op dit gegeven met ‘film en literatuur’ als thema. Het Boek der Boeken mag dan natuurlijk niet ontbreken en krijgt de nodige aandacht in het artikel van Marie, waarin ze schrijft over de (her)ontdekking door ‘de ongelovigen’ van de Bijbel als literair meesterwerk. Charlotte Salomons levensverhaal in gouaches is het onderwerp van het artikel van Jet. Dat ook een futuristische serie als Star Trek meer dan genoeg filosofische, bijna religieuze stof tot nadenken kan geven, bewijst Maroesjka. En nu we het toch over ‘geloven’ hebben… Devrims stuk gaat over de meedogenloze propagandamachine van het land van de goddelijke leider Kim Jong-un. Iets vriendelijkere propaganda droeg bij aan de redding van de Notre Dame, lees je in Pouwels pennenvrucht. Ook voor Hollywood is meer dan genoeg aandacht, met de achtergrond van The Godfather, de invloed van Joseph Cambells The hero with a thousand faces op Hollywoods hedendaagse heldenverhalen en de eerste geluidsfilms. In de centerfold vind je alles over verboden boeken. Kortom, een gevarieerd nummer.
tel, Notre-Dame de Paris onthult de ware protagonist van het boek. Want de (melo) dramatische escapades van Esmeralda, Quasimodo en Frollo, worden constant afgewisseld door beschrijvingen van de kathedraal. Waarom? Hugo probeerde met zijn boek de kathedraal eigenhandig te redden van de ondergang. Aan het begin van de negentiende eeuw had de Notre-Dame nog maar weinig weg van de oorspronkelijke middeleeuwse glorie. De tand des tijds had natuurlijk toegeslagen, maar geen eeuw was zo ‘vernietigend’ geweest als de achttiende. Een van de radicale maatregelen tijdens de Franse Revolutie was namelijk de ontchristelijkingcampagne. Tijdens de maanden van de bloedige Terreur van de Jacobijnen werden kerken ontheiligd en herbruikt voor de nieuwe staatsreligie: de cultus van de Rede en de cultus van het Opperwezen. Omdat de Notre-Dame midden in het revolutionaire Parijs stond, was het gebouw de uitgewezen plaats om deze nieuwe praktijk toe te passen. Een van de torens werd neergehaald, sommige klokken werden omgesmolten en verschillende beelden werden vernietigd. Het Maria altaar werd ingewisseld voor een Vrijheidsbeeld. De ontchristelijkingcampagne bleek echter een grote mislukking en hielp mee aan de val van het Jacobijnse terreurbewind. Desondanks viel de kathedraal in verval en werd in de jaren daarop als stal en pakhuis gebruikt. Hugo’s boek hielp bij het creëren van een waardering voor het middeleeuwse verleden door te laten zien dat het bouwvallige godshuis (een doorn in het oog voor menig Parijzenaar in 1830) ooit een glorieus bouwwerk was geweest. De gotische architectonische hoogstanden van de kathedraal kregen niet voor niets uitgebreide beschrijvingen in zijn boek. De gotiek had namelijk in de zeventiende- en achttiende eeuw een slechte naam gekregen. Maar volgens Hugo was het juist
de modernisering die de teloorgang van de architectuur inluidden: ‘ Zij hebben in het vlees gekerfd, zij hebben het geraamte van de kunst aangevallen, zij hebben het gebouw gesneden, gehouwen, ontwricht, gedood, naar zijn vorm zowel als naar zijn betekenis, in zijn samenhang zowel als in zijn schoonheid.’ Het was dan ook niet per se de revolutie die de Notre-Dame zo had toegetakeld, maar juist eerdere renovaties (zoals het vervangen van het glas in lood naar normaal glas voor beter licht) hadden de oorspronkelijke schoonheid aangetast. De Klokkenluider was geen eenling in de hernieuwde waardering voor de middeleeuwen. Hugo sloot namelijk haarfijn aan bij de Romantiek: een intellectuele stroming gekenmerkt door de nadruk op emotie en verheerlijking van het verleden, en de middeleeuwen in het bijzonder. De Romantici adoreerden zich aan de gotische bouwstijl van de middeleeuwen en uitte dit in een nieuwe architectuurvorm: de neogotiek. Vijftien jaar na de publicatie van De Klokkenluider kwam Hugo’s wens uit en begon er een grootschalig restauratieproject door Eugène Emmanuel Viollet-le-Duc. De Notre-Dame werd eindelijk weer hersteld naar haar oude glorie, en zo kreeg in ieder geval één personage uit Hugo’s vaak zwartgallige roman een goed einde. Of toch niet? De Romantiek was een verheerlijking van het verleden, en zo was de restauratie ook van een geromantiseerde versie van de Notre-Dame. Viollet-le-Duc was berucht om het toevoegen van anachronismen tijdens zijn restauraties om het gebouw er ‘authentieker’ te doen ogen. Zo kreeg de Notre-Dame een hogere toren, nieuwe beelden en nooit eerder bestaande waterspuwers. De Notre-Dame, een middeleeuwse kathedraal, werd mede door Victor Hugo en latere renovaties middeleeuwser gemaakt dan het originele middeleeuwse exemplaar. Een disneyfication avant la lettre zou je het kunnen noemen. d
Renovaties hadden de originele schoonheid aangetast
Veel leesplezier! Bente Marschall & Tim van Spanning In het gedisneyficeerde Parijs was dit de eerste versie van Space Mountain
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 3
Heilige literatuur
Heilige literatuur
Een lezende bril maakt nog geen leesbril
Marie Keulen - Het bekendste, meest gelezen en veelvuldig verfilmde boek is waarschijnlijk de Bijbel. Zowel de Hebreeuwse Bijbel, ofwel het Oude Testament - dat meer dan tweeduizend jaar oud is - als haar jongere zusje, het Nieuwe Testament, worden sinds hun geboorte bestudeerd door gelovige lezers. Volgens schrijver Nicolaas Matsier lijken deze gelovigen over het algemeen weinig oog te hebben gehad voor de Bijbel als literair werk. Immers, ‘tussen geloven en lezen kan een complete wereld liggen’. De Bijbel is voor gelovigen het woord van God en daarmee een religieus boek. Toch kan dit heilige boek ook gelezen worden als een literair werk. Dit is echter wel een betrekkelijk moderne benadering die hand in hand ging met de secularisatie en individualisering van de 20ste eeuw. In het Oude Nabije Oosten, de geboorteplek van de Hebreeuwse Bijbel, was
het lezen van deze tekst allesbehalve een literaire activiteit. De Bijbel, of de Bijbelse verhalen, werden in die tijd überhaupt niet gelezen, maar kenbaar gemaakt via orale overlevering. Er heerste zogezegd helemaal geen leescultuur en de geschreven teksten dienden enkel ter ondersteuning van de vertelde verhalen. Wanneer we dan ook als hedendaagse lezer beginnen te lezen bij de welbekende verhalen uit Genesis, zal het ie-
Niet enkel gelovigen lezen nu de Bijbel dereen al snel opvallen dat alles als in een vogelvlucht voorbijkomt zonder een enkele adempauze. De droge manier van vertellen bevat eveneens veel herhalingen. We moeten met betrekking tot het literaire gehalte van de Bijbel daarom eerder spreken van een ‘potentie tot een roman’. Zoals het woord ons al vertelt, is
de Bijbel, afgeleid van het Griekse woord biblia dat ‘boeken’ betekent, eerder een bibliotheek aan boeken dan één boek. Verschillende genres zijn er in vertegenwoordigd: verhalend proza, aforismen, wetten, geschiedschrijving, poëzie en liederen. Het is nogal een verschil of je de droge wetten omtrent reinheid uit het boek Leviticus leest, of het literaire verhaal van Jozef uit Genesis. Met ‘de dood van God’ ontstond er een nieuwe groep in de maatschappij: de ongelovigen. Vandaag de dag maken zij een groot deel uit van de samenleving. Niet enkel gelovigen lezen nu de Bijbel, maar ook ongelovigen wagen zich aan deze waanzinnig grote ‘bibliotheek’. In 2012 kwam er zelfs een zogenaamde Bijbel voor Ongelovigen uit, een literaire vertelling van Guus Kuijer. Op deze manier wordt dit eeuwenoude boek vandaag de dag op een nieuwe manier gelezen: als ‘heilige’ literatuur. d
SPOILERS ALS JE HET BOEK NOG NIET HEBT GELEZEN. KIJK WEG!
Utopisch wereldbeeld
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 4
UTOPISCH TOEKOMSTBEELD EN GESCHIEDENIS INEEN STAR TREK: THE NEXT GENERATION
‘Waddup nerds’
Maroesjka Verhagen - ‘Space, the final frontier. These are the voyages of the Starship Enterprise. Its continuing mission: to explore strange new worlds, to seek out new life and new civilisations, to boldly go, where no one has gone before’, begint de autoritaire doch dromerige stem van captain Jean-Luc Picard aan het begin van elke aflevering, gevolgd door de titelmuziek die losbarst in een bijzonder vrolijk en opzwepend orkest. Een goedpassende intro voor de sfeer van Star Trek: The Next Generation (TNG), een van mijn favoriete series. TNG gaat niet over oorlog voeren tegen andere planeten en rassen, of over het vergaren van economisch gewin, in deze serie staat de nieuwsgierigheid van de mens centraal. Enterprise is een ontdekkingsschip zoals de missie al stelt in de intro. TNG heeft dan ook een bijzonder filosofische ondertoon die haar immer relevant maakt.
TNG is de tweede Star Trek-serie, bestaande uit zeven seizoenen en oorspronkelijk uit-
gezonden tussen 1987 en 1994. TNG volgde de bekende The Original Series met Kirk en Spock op. Aan het hoofd van de nieuwe Enterprise: captain Picard, een no-nonsense man die volledig opleeft van cultuur. Zowel de menselijke cultuur en geschiedenis als die van nieuwe planeten en rassen, en daarvan passeren er aardig wat de revue. In de
In de eerste aflevering meldt Q dat de gehele mensheid barbaars en inferieur is en terecht moet worden gesteld eerste aflevering wordt de Enterprise al bezocht door een ‘Q’. De Q zijn almachtige, extra-dimensionale wezens. Wat hun eigenlijke vorm is is niet geheel duidelijk, maar ze nemen een vorm aan die in dit geval voor de mens te begrijpen is: een medemens. De Q kunnen onder meer door tijd reizen en objecten en personen uit de tijd verwijderen,
waardoor ze zichzelf boven andere rassen plaatsen. In de eerste aflevering treedt deze Q dan ook op als een rechter en meldt de Enterprise dat de gehele mensheid als barbaars en inferieur terecht moet worden gesteld. Picard ontkent dat en stelt dat de mens veel progressie heeft gemaakt door de jaren heen. Deze rechtszaak en Q zijn een terugkerend thema gedurende de serie, tot ergernis van Picard. Picard heeft gelijk wanneer hij het heeft over progressie. Wellicht klinkt het voor de almachtige Q als minimaal en onbenullig, maar TNG speelt zich af in de 24ste eeuw: in deze eeuw is de Aarde inmiddels hersteld van de Derde Wereldoorlog (20262053) die onder meer ging over genetische manipulatie (ook van menselijke genomen) en zorgde voor een nucleaire holocaust. Kort daarna maakte de mens ‘first contact’ met de Vulcans (het punt-orige ras dat logica aanhangt. Een soort ultieme stoïcijnen.) en betrad daarmee officieel de ruimte. Tegen 2100 beginnen ze, met hulp van de Vulcans, Aarde weer op orde te krijgen, en hoe: honger, armoede en oorlog ver- >>>
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 5
Star Trek
dwijnen bijna volledig, mede dankzij het verdwijnen van het monetair systeem. Hierdoor begonnen zaken als wanhoop, hebzucht en wreedheid ook tot het verleden te horen. Hoe precies het monetair systeem verdwenen is, is mij onbekend, maar het verdween hoe dan ook rond de tijd van first contact en zal iets te maken hebben gehad met de komst van de replicator, een apparaat dat op de Enterprise in elke kamer aanwezig is. De replicator kan in principe materie omzetten in alle mogelijke vormen. Hoewel TNG niet officieel is aangeboden als utopie haal ik het altijd aan als goed voorstelbaar toekomstbeeld dat ik bovendien erg zie zitten. Het is hoopvol. De mens is niet geheel vrij van honger naar macht of hebzucht, maar het grootste gedeelte leeft in vrede met elkaar en houdt zich bezig met creativiteit, onderzoek, educatie of verzorging. De bemanning van de Enterprise is nooit egoïstisch en is niet bang zichzelf in de strijd te gooien om een ander te beschermen. Dit is een aspect dat ook erg inspirerend is voor het meest geliefde karakter van TNG: Data. Data is een android, hij ziet er daarom uit als een mens, maar is in wezen een robot, weliswaar een zeer geavanceerd model. Hij is een soort Pinoccio met zijn fascinatie voor het menszijn, zijn analyse is dat onder andere humor iets typisch menselijks is en hij probeert gedurende de serie doormiddel van uitgebreide studie en experimenten dan ook te ontdekken wat het ‘geheim’ van humor is. De aanwezigheid van Data zorgt voor een aantal geweldige afleveringen, waaronder ‘The measure of a man’, waarin een rechtszaak wordt gevoerd over het feit of Data zeggenschap over zichzelf zou moeten krijgen of niet. Een scherp vraagstuk over slavernij en de menselijke neiging zich dingen toe te eigenen: een goed voorbeeld van een aflevering waarvan het onderwerp nog altijd relevant is. Gedurende de zeven seizoenen blijf ik me verwonderen over de scherpe vraagstukken, de hoopvolle toekomstbeelden en
hoge mate van creativiteit. Ondanks de relatief weinig indrukwekkende special effects van de jaren ’90. Zo komen er diverse levende organismen voorbij. Niet elk ras lijkt qua anatomie op de mens. Sommigen bestaan uit licht, of zijn grote organismen die zich als planeten door de ruimte bewegen, anderen zijn als parasieten en hebben een host nodig om te kunnen bestaan. Ook als ze wel op ‘ons’ lijken in uiterlijk, is er een enorme diversiteit in hoe een ras vorm krijgt. Bijzonder is bijvoorbeeld de aflevering ‘Darmok’, waar Picard gestrand is op een planeet en probeert te communiceren met een soort dat enkel blijkt te spreken in metaforen uit hun eigen mythologie. Uiteindelijk begrijpt Picard hoe het werkt en verblijdt hij zijn metgezel door een mythologisch verhaal van Aarde te vertellen: Gilgamesh. Elke TNG-fan krijgt tranen in de ogen bij het horen van ‘Darmok and Jalad at Tanagra’. Er is eindeloos veel te schrijven over TNG en dat is ook gedaan: Star Trek-fans zijn mogelijk de grootste fanatiekelingen die er zijn (denk bijvoorbeeld aan Klingon-woordenboeken). Tijdens het schrijven van dit artikel heb ik met plezier door http://memory-alpha.wikia.com gemanoeuvreerd. Het schrijven over een geschiedenis die nog niet is gebeurd is bovendien iets heel bijzonders. Er is overigens veel aandacht in TNG voor de geschiedenis, met name dankzij Picard, die veel cultuur- en literatuurgeschiedenis aanhaalt. Ook wordt er gerefereerd aan diverse oorlogen en wetenschappelijke ontwikkelingen. Dit omdat de serie uiteindelijk draait om het analyseren van de mens, wat voor soort wij zijn, of kunnen zijn, en waar we heengaan in de toekomst. Daarvoor is geschiedenis zeer behulpzaam. Zoals in de ‘ship’s mission’ is opgenomen door regisseur Gene Roddenberry (1987): ‘to provide further understanding of the universe and humanity’s place in it. ‘Who are we? Where have we come from? What are we about? And where are we going?’’ d
De Aarde is inmiddels hersteld van de Derde Wereldoorlog
In de toekomst is de hoofddoekfilter vaste prik op ieder stuk toekomstglas
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 6
Propaganda filmpjes
Noord-Koreaanse propagandistische bombarie
De VS bleken niet bestand tegen Noord-Korea’s echte superwapen: een heel grote boze man
Devrim Kroese - ‘Als de Amerikaanse imperialisten nog eenmaal in onze richting wijzen, zullen wij ze vergelden met onze nucleaire wapens’. Het kan je de afgelopen maanden haast niet ontgaan zijn: Noord-Korea. Op 15 april – de geboortedag van de opa van Kim Jong-un – werd er in Noord-Korea een propagandafilmpje getoond waarop te zien was hoe Washington getroffen werd door een nucleaire aanval. Achteraf bleek dit een loos dreigement, maar betekent dit dat de wereldgemeenschap zich geen zorgen hoeft te maken? Al maandenlang provoceren het stalinistische regime van Kim Jong-un en de Verenigde Staten van Donald Trump elkaar. Noord-Koreaanse raket-lanceringen, nucleaire tests en propagandafilmpjes zijn trending topic in de media. De wereld kijkt gespannen toe, behalve Donald Trump. Trump liet weten dat Noord-Korea bij een nieuw dreigement kon rekenen op ‘fire and fury’ zoals de wereld niet eerder gezien heeft. Deze boodschap maakte iedereen angstig, behalve Kim Jong-un en zijn volk. Integendeel, men kreeg in Noord-Korea een bevestiging van hun vijandbeeld: Amerika wil ons vernietigen. ‘Godzijdank hebben we ballistische raketten en atoombommen om te voorkomen dat de Amerikanen ons vernietigen’, is bij de Noord-Koreanen
de gedachtegang. Expliciet liet Kim himself weten niet onder de indruk te zijn van de dreigementen van Trump en zei raketten af te schieten op het eilandje Guam bij verdere dreigementen van de kant van de VS. Een gestoorde, gevaarlijke, vadsige gek zou je denken. Het tegendeel is echter waar. Kim heeft een duidelijk plan: zijn regime en Noord-Korea consolideren met behulp van een atoombom. De atoombom moet ervoor zorgen dat het regime gevrij-
Een gestoorde, gevaarlijke, vadsige gek zou je denken waard blijft van buitenlandse interventies en moet voorkomen dat Kim hetzelfde lot ondergaat als andere dictators. Ook de binnenlandse politiek stelt Kim veilig met de atoombom. De bom geeft prestige en legitimiteit. Kim houdt immers het land veilig en zorgt ervoor dat Noord-Korea zich kan meten met grootmachten als China, Rusland en de Verenigde Staten. Onder invloed van eindeloze propaganda creëert Kim dus een gevoel van dankbaarheid onder zijn volk. Propaganda kan catastrofale effecten hebben, zo leert de geschiedenis ons. In Nazi-Duitsland werd de bevolking
door het Ministerie van Volksvoorlichtingen en Propaganda eindeloos beïnvloed, teneinde geestelijk klaargestoomd te worden voor een oorlog en een genocide op de joden. Propagandafilms waarin joden en de overwinnaars van de Eerste Wereldoorlog gedemoniseerd werden, waren iets van alledag in Nazi-Duitsland. We weten allemaal waar dat uiteindelijk toe geleid heeft. Noord-Korea lijkt hetzelfde pad te willen bewandelen. De vooruitzichten variëren van afwachten tot mass destruction. De Chinese staatskrant Global Times heeft al geschreven dat China zal ingrijpen in het geval van een Amerikaans-Zuid-Koreaanse aanval op Noord-Korea. Zuid-Korea ziet echter geen heil in militaire acties, terwijl Trump alle opties openlaat. De nucleaire dreiging van de Iraniërs kon nog door middel van goede diplomatie afgewend worden, maar voor Noord-Korea lijkt die optie achterhaald. Kim heeft een niet te ontmantelen vernietigingsmachine ter beschikking. Moet de wereldgemeenschap bidden voor een goede afloop? Als we naar de geschiedenis kijken niet. Ten tijde van de Koude oorlog zorgde wederzijdse afschrikking juist voor het behoud van de vrede. Misschien is het goed om tot slot even stil te staan bij het feit dat de Sovjet-Unie niet ten onder is gegaan door militaire acties van de Verenigde Staten, maar door hun eigen ‘idiote’ systeem.d
Going tot the talkies
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 7
Going to the talkies
De overgang van stomme naar gesproken film
‘Heb jij ook al last van je nek, mammy?’
Bente Marschall – Lekker onderuit gezakt kijk je vanuit je bioscoopstoel naar de nieuwste films. Het geluid lijkt van alle kanten uit de zaal te komen. Knisperende blaadjes onder een schoen, geritsel van papiertjes, het gefluister van twee kinderen, maar vooral een originele soundtrack, alles is even goed te horen. Deze beleving van beeld en geluid is niet altijd zo (perfect) geweest als nu. ‘Wait a minute; wait a minute. You ain’t heard nothing yet!’ The Jazz Singer (1927) wordt vaak beschouwd als de eerste gesproken film, maar al vanaf het begin waren er pogingen ondernomen om films een stem te geven. In de Verenigde Staten, in Engeland, in Frankrijk en in Duitsland deden pioniers pogingen om beeld en geluid synchroon te combineren. Zo ook Thomas Edison. Nog voordat hij patent aanvroeg op zijn Kinetoscope, een apparaat waarmee men, na het inwerpen van een munt, individueel een kort filmpje kon bekijken, gaf hij zijn assistent W. K. Laurie Dickson de opdracht iets te verzinnen waardoor de Kinetoscope en de eerder door hem bedachte fonograaf samen kwamen. Al in 1889 demonstreerde Dickson vol trots de werking van de Kinetophone aan zijn werkgever. Dit apparaat bestond uit een Kinetoscope en een soort stethoscoop waarmee één persoon geluid van een grammofoonplaat te horen kreeg bij het afgespeelde filmpje. Dit nieuwste vernuft werd op kleine schaal uitgeprobeerd, maar veroverde de harten van het publiek niet en succes bleef dan ook uit. Met het afbranden van de Edison-werkplaats in 1914 kwam er
een einde aan hun geëxperimenteer met geluidfilms. Natuurlijk kwam daarmee geen einde aan het zoeken naar de talkies. Bij sommige van de eerste ‘geluidfilms’ werden acteurs, zangers en mensen die voor de achtergrondgeluiden moesten zorgen, achter het scherm gepositioneerd. Zo goed en zo kwaad als het ging, begeleidden zij de beelden die het publiek aanschouwde. Dit zorgde vaak voor de nodige discrepanties tussen hetgeen men hoorde en zag. In de verdere ontwikkeling vormden zich al snel twee ‘kampen’. De ene richting probeerde de film aan het praten te krijgen door geluidsopnames synchroon af te spelen met het beeld. De andere ging een andere kant op en probeerde het beeld en bijbehorende geluid tegelijk op te nemen om het zo synchroon af te kunnen spelen. Dit was de tijd dat het nu zo grote Warner Brothers behoorde tot de kleinste en weinig financieel stabiele productiemaatschappijen van Hollywood. Met Western Electronic als partner zette zij alles op alles om van hun Vitaphone, een systeem om geluid en beeld tegelijk op te nemen, een succes te maken. En zo’n succes hadden ze hard nodig. Eind jaren ’30 waren ze zo goed als failliet. Al hun hoop was gevestigd op hun paradepaardje, The Jazz Singer. Die zou op 6 oktober 1927 in New York in première gaan. The Jazz Singer is de geschiedenis in gegaan als de eerste gesynchroniseerde hoofdfilm. Deze ‘revolutionaire’ film was eigenlijk nog een stomme film, maar dan vermomd. Zo nu en dan waren er geluiden en enkele muzikale passages te horen. En zo nu en dan werden de tussentitels afgewis-
seld met in totaal 354 gesproken woorden, waaronder de beroemde woorden van de hoofdrolspeler, Al Jolson. ‘Wait a minute; wait a minute. You ain’t heard nothing yet’, roept hij na het eerste lied dat hij in de film zingt. Het enorme (financiële) succes van The Jazz Singer gaf Warner Brothers goede moed. Nog geen jaar later brachten zij een volledig ‘gesproken’ film uit. Nu een kleine studio de hete hangijzers uit het vuur had gehaald, volgden de grote reuzen snel. Niemand wilde deze ‘supersonische’, winstgevende boot missen. Een paar jaar later had de komst van de geluidsfilm geleid tot zo’n 100 miljoen bioscoopbezoekers per week. De winsten rezen de pan uit: Warner Brothers streek in 1929 17 miljoen dollar winst op. En toen kwamen de gevolgen van de Great Depression. De opkomst van de talkies had niet alleen maar leuke kanten. Veel acteurs en actrices werden ontslagen omdat hun stem niet aan de eisen voldeed. De filmmusical Singin’ in the Rain (1952) vertelt het verhaal van de overgang naar de talkies. Hier wordt een andere oplossing bedacht voor de afgrijselijke stem van één van de populairste actrices van ‘Monumental Pictures’, Lina Lamont, die het tot dan toe alleen van haar uiterlijk hoefde te hebben. Lina wordt nagesynchroniseerd en er is niets meer aan de hand. De komst van de geluidsfilm had aanvankelijk filmtechnisch en speltechnisch de nodige gevolgen. Acteurs richtten zich niet meer tot hun gesprekspartners, maar tot de verborgen microfoons in vazen en paraplubakken. Van grote films moesten verschillende versies gemaakt worden voor de verschillende talen.d
HAPKLARE HISTORIE
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 8
Verboden Tegenwoordig kun je je bijna niet meer voorstellen dat bepaalde boeken ooit verboden zijn geweest. De discussies rond de beschikbaarheid en verkoop van Mein Kampf laaien steeds weer op. Mein Kampf is een van de voorbeelden van een ‘verboden’ boek, in dit geval verboden door overheden. Maar ook de kerk kon er wat van. Bevalt een mening je niet? Gewoon verbieden. Alsof die mening of dat feit daarmee verdwijnt.
Het zwarte schaap Loes Knijn – Waarschijnlijk één van de bekendste boeken uit de Index Librorum Prohibitorum is het boek Dialogo uit 1632 van de Italiaanse natuurkundige en astronoom Galileo Galilei. De Index Librorum Prohibitorum is een lijst van verboden boeken, vastgesteld door de paus. In het boek Dialogo heeft Galilei de heliocentrische theorie van Copernicus verder uitgewerkt. De katholieke kerk ging uit van een geocentrisch wereldbeeld, waarin de aarde centraal stond en bestempelde de theorieën van Copernicus tot ketters. Na enkele waarschuwingen en aanpassingen van de tekst werd het boek in 1633 alsnog verboden en kreeg Galilei huisarrest tot aan zijn dood in 1642. Het boek heeft tot 1835 op de index gestaan, achtenzeventig jaar langer dan de geschriften van Copernicus. Galilei is in 1992 door de paus in zijn eer herstelt en heeft zelfs een rol bemachtigd in Pirates of the Caribbean 5!
‘Geocentrisch? More like gay-o-centrisch, am I right?’ - Galileo Galilei
Lolita
Tim van Spanning - Lo-li-ta. Alleen al als ik de naam uitspreek, voel ik me licht ongemakkelijk. Niet voor niets werd het boek, waarin de obsessie van pedofiel Humbert Humbert voor ‘nymfetten’ - meisjes van een jaar of elf - centraal staat, in de ban gedaan in Frankrijk, Engeland, Argentinië, Nieuw-Zeeland en Zuid-Afrika. Dat het verscheen tijdens de preutse jaren ‘50 deed hoogstwaarschijnlijk ook niet veel goed. Ondanks, of misschien wel dankzij, alle ophef prijkt Lolita op de vierde plaats van de Modern Library’s 100 Best Novels-lijst, waarin de mooiste literaire pareltjes van de twintigste eeuw worden opgesomd. Ik sla het boek voorlopig echter niet meer open.
Vandaag de dag zou Lolita uit 200 pagina’s aan ongewenste dickpics bestaan
Werther-Fieber Pouwel van Schooten - Die Leiden des jungen Werthers van Johann Wolfgang von Goethe was al direct na de publicatie in 1774 een enorm succes. De achttiende-eeuwers konden geen genoeg krijgen van de romantische, passievolle Werther en diens liefde voor Charlotte. Zo ontstond er een ware ‘Werther-Fieber’: jonge mannen gingen zich kleden en gedragen naar de protagonist van het boek. Helaas hield dit ook het tragische einde van Werther in. Diezelfde jonge mannen eindigden hun leven vaak, net zoals de hoofdpersoon, met zelfmoord. Dit baarde de Duitse autoriteiten ernstig zorgen en in 1775 werd het boek (en de iconische Wertherkleding) verboden. Snel volgden Italië en Denemarken met een soortgelijk verbod. Hoewel het verbod in 1825 werd opgeheven, staat copycat suicide nog altijd bekend als het ‘Werther-effect’. De friendzone avant la lettre
HAPKLARE HISTORIE
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 9
Boeken Achterhuis Jet van der Steijle – Het Dagboek van Anne Frank is een wereldberoemd werk van een wereldberoemd, normaal meisje. Overal ter wereld wordt het boek gelezen, zou je denken. Niet dus. In Libanon is het boek verboden, omdat het joden in positief daglicht stelt. Wie de moderne geschiedenis van Libanon en buurland Israël kent, snapt een anti-Israël-houding: het Israëlische leger dat de hoofdstad belegerde, waardoor duizenden doden vielen, en het schenden van de Libanese nationale grenzen over land, water en lucht. Maar een anti-joodse houding? Naast het Dagboek zijn ook Schindler’s Ark (waar de film Schindler’s List op gebaseerd is) en Sophie’s Choice verboden, om dus een positief beeld over joden tegen te gaan.
Het positief daglicht was ook Annes enige daglicht
Alice in Wonderland
‘Alle coole kinderen doen het ook, Alice...’
Maroesjka Verhagen – Er kleven aardig wat theorieën en geruchten aan Alice’s adventures in Wonderland (1865) en haar schrijver Lewis Carroll (Charles Dodgson), van een onderliggend wiskundig verhaal tot beschuldigingen van pedofilie in de richting van Dodgson. Dat het boek op meerdere momenten en plekken op de verboden boekenlijst is beland, verbaast dan eigenlijk niet. In 1900 werd het in de Verenigde Staten op een school verboden omdat het boek zou hinten naar masturbatie en seksuele fantasieën. Zo’n dertig jaar later deed een provincie in China Alice in de ban in verband met het antropomorfisme. Het plaatsen van dieren op hetzelfde niveau als mensen zou catastrofaal zijn voor de samenleving. Ten slotte maakten ouders in Amerika zich in de jaren ’60 zorgen over de toespelingen op hallucinogene drugs die in het boek en de Disneyfilm zouden voorkomen.
Angst voor gezond verstand Suzanne Nellestijn – De katholieke kerk verzette zich – met name, maar niet uitsluitend, in de middeleeuwen – het hardst tegen mensen met enig gezond verstand. En zo kwam ook het werk De Praestigiis Daemonum of Bedriegerijen van de Duivel van Johannes Wier op de Index van verboden boeken terecht. In dit werk had Wier kritiek op de Malleus Maleficarum of de Heksenhamer, een handboek voor de heksenjacht. Zo stelde hij dat marteling geen betrouwbaar middel was om bekentenissen los te krijgen, en zouden juist de beulen en inquisiteurs geleid worden door de Duivel, niet de vermeende heksen die enkel aan een psychische stoornis zouden lijden. Dit viel uiteraard niet in goede aarde bij alle Dominicaanse ‘martelwerktuigen’ van de Paus. ‘Jongens, misschien moeten we ff dimmen’
Nederlands Hollywood
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 10
Hol(lywood)land
‘Zijn we begonnen? Draaien we al? Ja? Kan ik?’
Tim van Spanning - In 1888 schreef de befaamde uitvinder en zakenman Thomas Alva Edison in een brief dat hij iets wilde ontwikkelen ‘for the Eye what the phonograph does for the Ear, which is the recording and reproduction of things in motion’. De ontwikkeling van de kinetoscoop, een kijkdoos waarmee de met een kinetograaf geschoten filmpjes bekeken konden worden, was enkele jaren en 24.000 dollar later een feit. De Amerikaanse cinema en filmindustrie was geboren en deed al snel zijn intrede in Nederland. De opkomst van ‘Hollandwood’ volgde al snel. Vanaf 27 december 1894, ongeveer anderhalf jaar na de eerste presentatie van het apparaat in New York, kon ook het Amsterdamse publiek zich vergapen aan de bewegende beelden van werkende smeden, vechtende kroegtijgers en de ‘serpentine dance’ van de danseres Annabelle Moore. Hoewel het voor slechts enkele minuten vermaak behoorlijk duur was - voor hetzelfde geld bezocht men een lange vaudeville-voorstelling - sloeg het toestel wereldwijd in als een bom. Ondanks al het succes paten-
teerde Edison de kinetoscoop niet buiten de Verenigde Staten, zodat ook in Europa een periode van veel geëxperimenteer en vooruitgang op filmgebied kon aanbreken. De gewoonlijk zo vooruitstrevende denker zag bovendien het nut niet in van projectie, waardoor het slechts een kwestie van tijd was voordat in Europa een verbeterde
Een periode van veel geëxperimenteer en vooruitgang op filmgebied brak aan versie van Edisons apparaat op de markt zou komen. Zo kwamen de Franse gebroeders Lumière met hun cinematograaf, die zowel camera als projector was. Wereldberoemd werden zij met hun uitvinding en destijds spannende korte films met weinig verhullende namen als La sortie de l’usine Lumière à Lyon (Het uitgaan van de Lumière-fabriek in Lyon), Le repas de bébé (De kindermaaltijd), L’arrivée d’un train en gare de La Ciotat (De aankomst van een trein op het station van La Ciotat) en L’arosseur aros-
sé (De besproeide besproeier), die de boeken is ingegaan als de eerste speelfilm en komedie. Vanaf 12 maart 1896 waren in navolging van Edisons kijkdoos ook deze geprojecteerde films te zien in Amsterdam. Het bleef allemaal niet bij turen alleen voor de verwonderde Nederlanders. Slechts één jaar nadat de gebroeders Lumière hun eerste film maakten met de cinematograaf, doken ook de eerste Nederlandse producties op. De Gestoorde Hengelaar, een helaas niet-bewaard gebleven film, geschoten door de Amsterdamse fotograaf M.H. Laddé, wordt aangewezen als de eerste Nederlandse speelfilm. Laddé, die zelf een fervent hengelaar was en naar het schijnt elke week een dag vrij hield om te gaan vissen, wist zijn hobby naadloos met zijn beroep te verweven. Dit bood, zoals wel vaker, echter geen garantie voor succes. Net zoals de gebroeders Lumière, staakte ook Laddé zijn Nederlandse producties al snel. Vuurwerk bleek een betere investering. Wegens het kleine afzetgebied was er geen plaats voor een Hollandwood, een probleem dat de Nederlandse filmindustrie tot op de dag van vandaag achtervolgt. d
Charlotte Salomon
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 11
Graphic novel avant la lettre: Charlotte Salomon
Het origineel is een beetje blauwig. Heb je nu niks aan, maar toch.
Jet van der Steijle - Weinig kunstenaars zijn bekender dan hun werk zelf. Van Gogh en Picasso zijn van die mensen, maar sinds 2014 kan een Duitse kunstenares in ieder geval in Frankrijk aan het lijstje worden toegevoegd. In dat jaar verscheen het boek Charlotte van David Foenkinos, een roman over het leven en de kunst van Charlotte Salomon. Wekelijks zie je Fransen speurend het Joods Historisch Museum doorlopen op zoek naar sprankjes Charlotte. Wat maakt haar zo bijzonder? En wat heeft een kunstenares met literatuur te maken? Charlotte Salomon werd in 1917 geboren in Berlijn, als kind van joodse ouders. Haar moeder pleegde zelfmoord toen ze negen jaar oud was en op haar zestiende kwam de nazipartij aan de macht. Zelfmoord en depressie werden hierna een terugkerend onderwerp in haar leven. Ondanks haar afkomst begon ze aan de Kunstacademie in 1936, maar moest in 1938 al het veld ruimen vanwege de anti-joodse maatregelen. De familie Salomon, inclusief de grootouders, besloot, na een korte gevangenschap van vader Salomon in Sachsenhausen, om naar Zuid-Frankrijk te vluchten. Hier pleegde haar oma zelfmoord. In 1941 besloot Charlotte om haar
levensverhaal uit te werken. Niet door te schrijven, maar door gouaches te maken, een soort waterverfschilderijen. Ze schilderde meer dan duizend van deze gouaches en legde ze op volgorde, waardoor haar volledige leven op papier stond. Ze nummerde uiteindelijk bijna achthonderd werken die ze met tekst illustreerde. Hiermee creëerde ze een graphic novel als nooit tevoren - in 1941. Het werk, getiteld
Haar levenswerk gaf ze aan vrienden om te bewaren Leben? Oder Theater? was in 1943 voltooid. Haar leven nam hierna een andere wending. In Zuid-Frankrijk zat ze ondergedoken bij een rijke Amerikaanse dame, maar de Jodenvervolging werd in 1943 opgeschaald. Haar levenswerk gaf ze aan vrienden om te bewaren en ondanks de onzekere tijden, trouwde ze met medevluchteling Alexander. Toen Charlotte vijf maanden zwanger was, werden ze opgepakt en begin oktober 1943 stierf ze in Auschwitz. Charlottes vader overleefde de oorlog en kreeg, samen met zijn nieuwe vrouw, het levenswerk van zijn dochter in handen.
In 1971 werd alles aan het Joods Historisch Museum geschonken en inmiddels zijn er talloze (kunst)boeken, opera’s en een speelfilm verschenen, allen over haar leven. De bekendheid rondom Charlotte als persoon groeide, maar aan de basis daarvan lag het boek, waarin haar diepste persoonlijke gevoelens werden geuit. Haar twijfels over depressies, haar obsessieve liefdes en haar familieleven worden allemaal verteld tegen een politieke achtergrond. De gebeurtenissen in de tijd kunnen niet losgekoppeld worden van het prentenboek, zoals je het oneerbiedig zou kunnen noemen, net als Charlottes tragische levensverhaal. Haar tragische levenseinde heeft ervoor gezorgd dat haar levenswerk, de graphic novel, zo wereldberoemd werd.. d
Meer weten? Lees David Foenkinos’ Charlotte of kom vanaf 20 oktober naar het Joods Historisch Museum om, voor het eerst, alle gouaches samen en op volgorde tentoongesteld te zien.
The Hero with
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 12
DÉ HELD VAN GEORGE LUCAS
Dit is hem. De held van George Lucas.
Suzanne Nellestijn - Literatuur of film, zonder een goed verhaal zou geen van beide interessant zijn. Mythen zijn de vroegste verhalen die op schrift zijn overgeleverd, nadat ze al eeuwenlang oraal werden doorgegeven. Deze oeroude vertellingen vormen nog steeds de basis voor een populair genre in Hollywood: het heldenverhaal. Dit alles hebben we mede te danken aan het levenswerk van Joseph Campbell. De Reis van de Held Na het bestuderen van vele verschillende mythen, afkomstig uit de hele wereld, kwam Campbell tot de conclusie dat er binnen elk ‘heldenverhaal’ sprake is van een monomythe. Dat wil zeggen dat al deze mythen – of de held hierin nou Odysseus, Mozes, Boeddha of Tezcatlipoca heet – voldoen aan een universeel patroon. De Held, het archetype bedacht door Carl Jung, was een belangrijke inspiratie voor deze monomythe van de held. Jung stelde dat het leven van de held een verhaal van there and back again was. Maar waar de held van Jung zich losmaakte van zijn ‘gewone’ leven, zelf een familie en bestaan opbouwde en daarna pas een psychologische reis maakte, begon de universele held van Campbell zijn reis juist
met een duik in het onderbewuste – of het onbekende zoals te zien valt in de visuele weergave van de ‘Reis van de Held’. Natuurlijk wordt dit alles niet als zodanig voorgesteld – al heeft men dit in Inception wellicht geprobeerd. Nee, de ontdekking van het onbewuste wordt beschreven met een symbolische reis. De held verlaat zijn huis, ontdekt onbekende streken en vergaart hier kennis over de wereld. Ondertussen leert hij
Mythen voldoen aan een universeel patroon uiteraard met name zichzelf kennen. Uiteindelijk keert hij terug van zijn reis en kan hij zijn nieuwe kennis met de wereld delen. Omdat de teruggekeerde held vaak gewantrouwd wordt door zijn gemeenschap gaat dit echter niet altijd zonder slag of stoot. Zoals Campbell het zelf samenvat: ‘Een held waagt het om uit de gewone wereld te vertrekken naar een gebied vol bovennatuurlijke en wonderbaarlijke zaken; hij wordt geconfronteerd met fabelachtige machten en behaalt een definitieve
overwinning; de held keert terug van dit mysterieuze avontuur met de kracht om gunsten te verlenen aan zijn medemens.’ Hoewel Campbell dit alles bedoelde als een beschrijving van de heldenmythe, dus een analyse van bestaande verhalen, is het ook als voorschrift opgevat. De reis van de held werd voor verhalenvertellers een blauwdruk voor hun eigen films, boeken en strips. Psychisch zelfinzicht bij het publiek is hierbij hoogstwaarschijnlijk geen prioriteit meer. Luke Skywalker Zo gebruikte George Lucas de universele held van Campbell als inspiratie voor Star Wars. Zelfs Bilbo Baggins, de hoofpersoon uit Tolkiens De Hobbit, voldoet aan het heldenpatroon – dit terwijl Tolkien dit boek schreef nog voordat Campbell zijn bekendste werk, The Hero with a Thousand Faces, publiceerde. Tolkien probeerde dan ook een eigen mythologie te schrijven; het is daarom geen verrassing dat de oude mythologie hiervoor de basis was. Hoewel de there and back again wellicht duidelijker zichtbaar is bij de Tolkien-mythologie – Bilbo schreef zijn verhaal zelfs onder deze titel – zien we ook bij Luke Skywalker de ‘Reis >>>
a Thousand Faces
van de Held’ terug. Zo groeide hij op bij adoptiefouders en beleefde een vrij onopvallende jeugd: een periode uit het leven van de held waar volgens Campbells patroon vaak weinig over bekend is. We herkennen dit bijvoorbeeld in het verhaal van Mozes die in zijn mandje terechtkwam aan het Egyptische hof en Oedipus die elders opgroeide naar aanleiding van een profetie. Wanneer hij de volwassenheid bereikt heeft, wordt de held uit dit rustieke bestaan gerukt door een oproep tot avontuur. Deze bereikt Luke Skywalker in de vorm van een boodschap van prinses Leia die R2-D2 bij zich draagt. Vaak gaat de held aanvankelijk niet op de oproep in maar kan hij het uiteindelijk toch niet laten, al dan niet uit noodzaak. Voor Luke Skywalker zorgde de dood van zijn oom en tante ervoor dat hij niet meer terug kon, terwijl bijvoorbeeld Bilbo Baggins – ja daar is hij weer, I regret nothing – het avontuur simpelweg niet kon weerstaan. In de Griekse mythologie zijn het vaak goden die de held inzicht geven en belonen met een magisch object dat hem moet helpen op zijn queeste. In het Star Wars universum wordt dit inzicht geleverd door de force, de lightsaber neemt de plaats in van objecten als Excalibur en Mjölnir. Wanneer de held eenmaal zijn reis begint is het belangrijk dat hij gezelschap krijgt, want – hoe heldhaftig hij ook is – hij kan het allemaal niet alleen. Daar verschijnen Han Solo en de welbespraakte Chewbacca op het toneel. Er is een prinses te redden! Nog een typisch element uit de heldenmythe. Vaak mondt dit uit in een relatie tussen de held en de prinses – in dit geval kunnen we echter opgelucht ademhalen dat deze eer toekomt aan Han Solo en Luke Skywalker niet met zijn tweelingzus (*GASP*) hoeft te trouwen. De Held verslaat het kwaad (meerdere malen, want zo simpel kan het allemaal niet zijn) en maakt tijdens dat proces een verandering door in het onderbewuste. Bij terugkeer wordt hij echter niet begrepen en gewantrouwd en is men niet overtuigd van de nieuwverworven kennis. Luke Skywalker bewijst zijn
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 13
verworven vaardigheden als Jedi daarom door nog een monster te verslaan, waarna hij aan de haal gaat met de (superschattige) Ewoks. Ze verslaan the Empire, alles is pais en vree, en we gaan weer door naar de volgende film. Maar oneindige spoileralert: nu je het verhaal kent van dé Held, ken je het verhaal van elke held. d
Verder lezen: Joseph Campbell, The Hero with a Thousand Faces (New York 1949). www.starwarsintheclassroom.com
Eindeloos feliciteert het nieuwe Kleio-bestuur Kijk voor hun activiteiten op: www.kleio-amsterdam.nl of like Kleio op facebook!
Geromantiseerde maffia
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 14
Geromantiseerde delinquenza De Amerikaanse maffia als inspiratiebron
‘Stoor mij niet, ik probeer dit artikel te lezen’
Rutger Hoekstra - Misschien ben je bekend met de slotscène van The Godfather – spoiler alert! – waarin de Corleone-familie definitief de macht naar zich toe weet te trekken door de kopstukken van de overige New Yorkse maffiafamilies koud te maken. Dat daar vier families figuurlijk worden onthoofd en een vijfde de macht grijpt, is geen toeval. Net zoals bekende misdaadfilms en series als Narcos, Boardwalk Empire en Scarface hun plot baseren op waargebeurde verhalen, zo doet de filmklassieker uit 1972 dat ook. Overigens is de film in feite een verfilming van een boek met dezelfde naam uit 1969 geschreven door Mario Puzo. Die vijf families die in Puzo’s verhaal om de macht strijden in New York zijn allesbehalve fictief en zouden in naam nog steeds moeten bestaan. Het zijn prachtig klinkende namen: Bonanno, Colombo, Gambino, Genovese en Lucchese. Het mag geen verrassing heten dat de vijf ontstaan zijn uit Italianen die
eind negentiende en begin twintigste eeuw in grote getalen naar Amerika emigreerden, zoals je geleerd hebt bij Nieuwste Geschiedenis, of dat nog gaat doen. Het leven voor die immigranten was niet gemakkelijk in Amerika. Waar de Verenigde Staten bekend stonden als the land of the free, viel dat in
Waar de Verenigde Staten bekend stonden als the land of the free, viel dat in werkelijkheid tegen werkelijkheid tegen. Want doordat niet alleen Italianen emigreerden, maar ook grote aantallen Ieren, Scandinaviërs en andere Europeanen die het zich konden veroorloven naar de VS trokken, ontstond een sfeer van argwaan. De grote influx van nieuwe bewoners resulteerde dan ook in striktere immigratiewetgeving vanaf de jaren twintig, met als gevolg dat immigranten de criminaliteit opzochten.
In de jaren dertig werd dit extra versterkt toen de Amerikaanse economie na de Beurskrach van 1929 op zijn gat lag. Het verhaal wil dan ook dat in de zomer van 1931 de van Sicilië afkomstige Salvatore Maranzo (hoofd van de Bonnano-familie) de maffia officieel oprichtte. Dit als gevolg van een moord op Joe Masseria (hoofd van de Genovese-familie) waarmee de Castellammarese oorlog eindigde. Deze oorlog ging over de vraag wie de macht had over de andere Italiaans-Amerikaanse straatbendes. Maranzo greep de moord aan om op hiërarchische wijze zijn eigen bende te organiseren, maar ook om de macht over de andere straatbendes op die manier naar zich toe te trekken. De structuur bestond onder andere uit een capo aan het hoofd van de familie, met een consigliere (adviseur) en caporegime (kapitein) als linker- en rechterhanden, met boven de capo de capo di tutti capi (baas der bazen). Uiteraard moest Maranzo zelf de eindbaas zijn. Ironisch genoeg kwam hij daardoor wel bij de vissen te slapen. In ieder geval waren de straatbendes nu officieel uitgegroeid >>>
Geromantiseerde maffia
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 15
tot machtige, centraal georganiseerde criminele groeperingen: de maffia. Althans, dat is het geromantiseerde beeld. Historici stellen namelijk twijfels bij deze lezing. Allereerst kennen we die prachtige Italiaanse termen vooral door The Godfather. David Critchley schreef in 2010 over de New Yorkse maffia in de periode 1891-1931 en stelt dat criminaliteit in die vorm niet bestond. Hoewel de genoemde bendeoorlog wel degelijk heeft plaatsgevonden, resulteerde dat volgens hem niet in een hiërarchische maffiawereld die we kennen uit films en boeken. Ook gaat hij in tegen het beeld dat door auteurs uit de jaren zestig is opgeworpen waarin Italianen met voorbedachten rade van Sicilië naar Amerika zijn gestuurd om daar een groter netwerk op te zetten. Critchley beaamt dat er natuurlijk contact is geweest, want ze waren afkomstig van hetzelfde eiland, maar dat uit niets blijkt dat daar verder iets achter zat. Volgens hem waren het losse verbonden die tegen elkaar en soms met elkaar streden, maar vooral het eigen belang nastreefden. Het klassieke beeld van de maffia is, als we kijken naar de context, niet geheel verrassend ontstaan in de zestiger jaren. Dwight Smit schrijft dat dit de peri-
ode van de eerste grootschalige justitiële acties tegen maffiafamilies was. De maffiapraktijken kwamen in de openbaarheid en naar aanleiding daarvan zijn vele studies en fictieve boeken geschreven, zoals The Godfather in 1969. Sterker nog, dat boek was de aanzet tot een grote toename aan maffiafictie. Verschenen er in 1968 nog drie boeken over de maffia, in 1970 waren dit er al dertien en in 1974 zelfs negentig. Tussen 1968 en 1975 verschenen in Amerika, onder invloed van The Godfather, bij elkaar wel driehonderd boeken over de maffia bij 22 uitgevers. Smith plaatste zijn kritische noot over het vertekende beeld rond de maffia al in 1976. Deze lijkt decennia later nog altijd relevant. Want na The Godfather in 1972 verschenen nog talloze films die bendecriminaliteit op romantische wijze in beeld brachten én brengen: Goodfellas, The Sopranos, Scarface, Boardwalk Empire en in zekere zin ook de recente Netflix-hit Narcos – hoewel deze niet om de Italiaanse maffia draait. Voor een waarheidsgetrouw beeld rond het fenomeen van georganiseerde misdaad zijn de dichterlijke vrijheden niet goed, maar ze schotelen ons wel films voor die wij (bijna) niet kunnen weigeren. d
Tussen 1968 en 1975 verschenen in Amerika driehonderd boeken over de maffia
Oud Nieuws In de rubriek Oud Nieuws loopt Eindeloos u door de historische nieuwtjes van de afgelopelen maand. Wel zo makkelijk.
Antimoon vind je tegenwoordig vooral terug in elektrische apparaten. Maar bij de Romeinen zat het blijkbaar ook in het leidingwater, zo hebben Deense onderzoekers ontdekt. Ze troffen het metaal aan in de waterleidingen van Pompeï. Nu denk je vast: de Romeinen dronken toch allemaal uit loden leidingen? En daarom werden ze langzaam gek? Nee, waarschijnlijk hadden de inderdaad loden waterleidingen van de Romeinen een beschermende kalklaag die loodvergiftiging grotendeels voorkwam. Maar goed, antimoon is dus nog vele malen slechter voor een mens. En geen kalklaag die daar tegenop kan. Vanaf nu kunnen we er dus vanuit gaan dat het Romeinse rijk is gevallen door antimoonvergiftiging.
Historisch onderzoek heeft aangetoond dat de Amsterdamse voetbalclub Ajax zich vanaf het jaar 1966 altijd heeft weten te plaatsen voor Europees voetbal. Vers in het geheugen van mening Amsterdammer ligt natuurlijk nog de glorieuze optocht naar de Europa-Leaguefinale in mei van dit jaar, waar de strijd jammerlijk werd verloren van een sluw Manchester United. Om dan maar te zwijgen over het veroveren van vier Europacup I/Champions-Leaguebekers in de loop der jaren. Het is een mooie traditie die de club heeft opgebouwd, om toch elk jaar op zijn minst weer mee te spelen op Europees niveau. Wij van de redactie Oud nieuws zeggen trots: nog vele jaren, Ajax! Ga zo door! ‘Nyeeh, see.’ *wilde handgebaren*
EINDELOOS NUMMER 2 - PAGINA 16
Interview
Historicus van de maand In de media
Coks Donders
Daar is ze weer!
28 jaar, eindredacteur bij Libelle TV en freelancer bij de VPRO Deze import-Amsterdammer is inmiddels een BU’er (Bekende UvA’er) én trouwe redacteur bij Eindeloos, maar heeft een interessant traject belopen sinds ze haar studie startte in 2009 (over het jaartal praten we verder niet). Inmiddels is ze afgestudeerd. Jet van der Steijle Vertel, wat heb jij allemaal gedaan de afgelopen jaren? Al snel na de start van mijn studie wist ik dat ik de journalistiek in wilde. In de eerste jaren van mijn studie paste ik veel op, en via het bedrijf waar ik dit deed, werd ik gekoppeld aan een oud-presentatrice van het Jeugdjournaal. Van haar heb ik tips gekregen hoe ik de eerste stappen in het tv-vak kon zetten. Op een studiereis leerde ik een studente kennen die stage liep bij VPRO Tegenlicht. Ik kwam toen net terug van een uitwisseling met de University of Virginia in de VS en bij Tegenlicht zochten ze een manusjevan-alles die vloeiend Engels sprak. Ik kon gelijk aan de slag, werkte me een ongeluk en sleepte mijn eerste contract binnen. Daarnaast ben ik voorzitter van Kleio geweest, de studievereniging voor Geschiedenis en Kunstgeschiedenis. Ook heb ik nog gestudeerd in Rome, stagegelopen bij Andere Tijden, waar ik onder andere een prachtige aflevering over prinses Juli-
ana heb mogen maken, en ben ik gastdocent geweest bij de UvA. Vanwege al deze werkzaamheden heb ik mijn scriptie pas kort geleden af kunnen maken. Ik had er simpelweg geen tijd voor! Heb jij gemerkt dat werkgevers specifiek in je geinteresseerd waren vanwege je opleiding? Absoluut. Ik heb me de afgelopen jaren in verscheidene onderwerpen gespecialiseerd, waaronder de Verenigde Staten en koningshuizen, omdat ik wist dat deze onderwerpen terugkerende items op televisie waren. Dankzij mijn kennis over Amerika (ik heb ook Amerikanistiek gestudeerd) mocht ik als junior producer aan de slag voor de NOS in Washington. Ook werkte ik mee aan een documentaire over moderne slavernij in Amerikaanse gevangenissen. Ik heb een paar meter bij Obama vandaan gestaan en samengewerkt met een Oscarwinnaar. Zonder mijn opleiding was dit allemaal nooit gelukt. Op dit moment werk ik trouwens bij een totaal ander medium, de Libelle. Ik wilde
iets anders proberen. Ik ben eindredacteur van het online tv-kanaal van het tijdschrift en van de website libelle.nl, waarop we dagelijks nieuwsberichten publiceren. Ook hier ben ik aangenomen vanwege mijn kennis, ditmaal van het koningshuis. Wat zou jij (nieuwe) studenten aanraden? Wees niet bang om fouten te maken, wees niet bang voor de toekomst en haal alles uit je studententijd. Ik heb het niet alleen over feesten, maar vooral over alle mogelijkheden die je als student kan krijgen als je maar hard genoeg werkt en plezier hebt. Als je je vak leuk vindt, zullen anderen dat merken. Ga op uitwisseling naar het buitenland, loop stage, doe een bestuursjaar of word lid van een commissie. Al die ervaring neem je mee naar een volgend stadium in je leven. Wie veel onderneemt, bouwt vanzelf een netwerk op, waardoor de kansen uiteindelijk voor het oprapen liggen. Maar, mijn Gouden Tip is: neem de tijd, je moet nog lang genoeg werken. d
EINDELOOS COLOFON
Hoofdredactie Bente Marschall Tim van Spanning Eindredactie Silvio Algra Coks Donders Tycho Hofstra Bente Marschall Vormgeving Bente Marschall Maroesjka Verhagen Drukwerk Speed-o-Print, Amsterdam Redactie Rutger Hoekstra Marie Keulen Loes Knijn Devrim Kroese Thijs van Leeuwen Bente Marschall Suzanne Nellestijn Pouwel van Schooten Tim van Spanning Jet van der Steijle Maroesjka Verhagen Redactieraad Dr. Jouke Turpijn Dr. Willem Melching Prof. Dr. Wyger Velema Dr. Wendelien van Welie Uitgever: Stichting Eindeloos Eindeloos is een onafhankelijk periodiek van en voor de studierichtingen Geschiedenis en Kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Het blad wordt uitgegeven door de Stichting Eindeloos en is gelieerd aan studievereniging Kleio. Eindeloos ligt iedere maand in de bladenbakken van het P. C. Hoofthuis en het Bushuis. Reacties, ingezonden stukken, liefdesverklaringen en hatemail kunt u sturen naar eindeloos@kleio-amsterdam.nl Deze uitgave kwam tot stand met subsidie van de Universiteit van Amsterdam. Zie ook: eindeloosweblog.wordpress.com