NUMMER 6 April 2016 18e JAARGANG
d
MAANDBLAD VOOR STUDENTEN (KUNST)GESCHIEDENIS AAN DE UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM
d
KONINGSHUISSPECIAL
EINDELOOS MET HISTORISCHE SCHANDALEN, MOORDEN, TITELS, DE WINNAAR JWSN-PRIJS, VERRAAD, KRONEN EN VEEL MEER
PRINS THE RIPPER? Suzanne Nellestijn - In 1888 werd het Londense Whitechapel-district opgeschrikt door de moorden op vijf vrouwen. Deze slachtoffers werden aan elkaar gelinkt door de gruwelijke wijze waarop zij om het leven kwamen en achtergelaten werden: de halsslagaders waren doorgesneden en de buiken lagen opengesneden, waarbij in een aantal gevallen zelfs organen verwijderd waren. De moordenaar is nooit gevonden, maar over zijn identiteit bestaan vele theorieën. De meest
opvallende verdachte is misschien wel de hertog van Clarence en Avondale, prins Albert Victor, kleinzoon van koningin Victoria. Tijdens zijn leven was de reputatie van prins Albert Victor, prins Eddie voor vrienden en familie, al niet best. Hij zou een niet al te intelligent kind zijn geweest en in zijn latere leven schijnt dit niet te zijn verbeterd. Er bestonden toen al verschillende controverses rond prins Eddie, zoals de vermeende betrokkenheid bij het Cle-
veland Street-schandaal. Hierbij werd in 1889 een mannelijk bordeel opgerold waarvan prins Eddie een regelmatige bezoeker zou zijn. Albert Victor wordt in maar liefst drie verschillende theorieën verbonden aan de Whitechapel-moorden. Deze theorieën kwamen echter pas op in de jaren 1970 en houden geen van allen lang stand wanneer ze kritisch onderzocht worden. In de eerste theorie wordt onze prins Eddie zelf neergezet als Jack the Ripper. Volgens de papieren van een arts uit >>>
COMPLOTTHEORIE
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 2
EINDELOOS
HOOFDREDACTIONEEL Hooggeachte lezer, Koningsdag staat voor de deur, dus dat betekent wuiven naar de koninklijke familie voor sommigen en zuipen voor de rest. Om al helemaal in de stemming te komen heeft Eindeloos deze maand een koninklijk tintje. Hoezee! Horror en sensatie op de voorpagina met Suzannes artikel over Jack the Ripper. Was de beroemdste seriemoordenaar de kleinzoon van Queen Victoria? Pas op! Achter je! Oh, te laat. Op pagina 3 vertelt Anna je alles over de stormachtige geschiedenis van het Spaanse koningshuis. Franco, Hitler en coups, allemaal de realiteit in Spanje. En het rommelt nog steeds. Lees vanaf pagina 4 het winnende artikel van de JWSN-prijs voor het beste populairwetenschappelijke eerstejaarsartikel. Een geschiedenis die Catherina de Grote heeft proberen weg te poetsen. Bente en ‘pseudo-tsar’ Poegatsjov zetten Rusland op zijn kop. Eindeloos zou Eindeloos niet zijn zonder Hapklare historie. De redactie heeft deze maand zes bijzonder geflipte vorsten opgeduikeld. Blader snel door naar pagina 8 voor ‘maffe majesteiten.’ Musicalfan? Dan heb je vast gehoord van de The King and I. Het waargebeurde achter dit waargebeurde verhaal verdient echter wel wat uitleg. Pouwel legt de feiten op tafel met ‘The King and Lies’ op pagina 10. Wat hebben een koe, een streepje en Willem-Alexander met elkaar te maken? Hint: it’s all in the name baby. Silvio verlost jullie uit de spanning op pagina (‘ik ben toch geen) nummero’ 12. Tot slot onze eigen koningshuisgroupie Koen over de Italiaanse koning Victor Emmannuel III, die samen met Mussolini een interessant stukje Italiaanse geschiedenis heeft gemaakt. Lees dit grote stuk over de kleine koning op pagina 14. Wij sluiten deze Eindeloos af met de centenbakkies van de Habsburgers in Prent van de Maand. Geen koningshuisnummer is namelijk compleet zonder een gezonde dosis inteelt. Veel leesplezier, Tycho Hofstra
de tijd zelf, William Gull, zou Albert Victor syfilis gehad hebben. De ziekte en de pijn als gevolg daarvan zouden hem gek gemaakt hebben. Gekke Eddie zou vervolgens aan het moorden zijn geslagen. De overheid zou hier echter van op de hoogte zijn geweest en Albert Victor werd opgesloten in een psychiatrische inrichting. De niet al te slimme prins Eddie zou het op de een of andere manier voor elkaar gekregen hebben om te ontsnappen en nóg een vrouw van het leven te beroven. Hij werd opnieuw opgesloten in de inrichting, waar hij stierf, niet aan de griep, zoals zijn officiële doodsoorzaak luidt, maar door een ‘softening of the brain’. Er bestaat echter bewijs (onder andere dagboeken van koningin Victoria) dat hij ten tijde van de moorden helemaal niet in Londen was. Volgens de tweede theorie zou prins Eddie niet zelf de moordenaar zijn, maar de aanleiding voor de moorden, of misschien zelfs een handlanger. De werkelijke moordenaar zou James K. Stephen zijn: een leraar die het intelligentieniveau van de onnozele prins meer op het niveau van een toekomstige
‘de moorden zouden daarmee een stille boodschappen vormen van de macht van de Vrijmetselarij’ koning moest zien te krijgen. De twee zouden echter een relatie begonnen zijn. Toen de prins het leger in moest, werd de relatie afgebroken, waarop Stephen zich zou hebben willen wreken op Eddie omdat deze hem verlaten had. Deze wraak zou, om een niet nader te verklaren reden, bestaan hebben uit de moorden op Londense vrouwen. Ook deze theorie ruimt een plaats in voor psychische aandoeningen: er zou bij Stephen een steekje los hebben gezeten als gevolg van een ernstige hoofdwond. Een alternatieve versie houdt in dat Eddie niet zozeer de aanleiding was voor de Whitechapel-moorden, maar een helpen van Stephen. De relatie zou volgens deze versie dan ook voortgezet zijn na de moorden. Tot slot de ‘Royal Conspiracy’: hierin is de sullige prins Eddie slechts indirect betrokken bij de moorden. Hij zou in Cleveland Street geen bordelen bezocht hebben, maar een leuk, katho-
liek (oh jee!) meisje gevonden hebben: ene Annie Crook. De twee zouden zich hebben teruggetrokken in het Londense East End en daar een dochtertje hebben gekregen (natuurlijk kan een prins dit volledig onopgemerkt doen). Toen de koningin op de hoogte werd gebracht van de situatie, gaf ze opdracht hier meteen een einde aan te maken. De overtuiging dat een katholieke troonpretendent aanleiding zou zijn voor een revolutie, was voor haar reden genoeg om hard op te treden. Annie werd weggevoerd en overgedragen aan de eerder genoemde William Gull, die experimenten op haar uitvoerde in een poging haar geheugen te wissen. Ook Eddie werd weggevoerd. Hun kindje, Alice, ontsnapte echter dankzij haar nanny Mary Kelly. Zij vertelde het verhaal aan drie van haar vriendinnen. En natuurlijk: het eerste wat zij deden was de overheid chanteren met het verhaal. Dit kon de koninklijke familie uiteraard niet zomaar over haar kant laten gaan. Opnieuw werd William Gull ingeschakeld. Deze bedacht dat de vrouwen het beste via maçonnieke rituelen om het leven konden worden gebracht: de moorden zouden daarmee een stille boodschap vormen van de macht van de Vrijmetselarij en moesten vooral angst zaaien onder de bevolking. De moordenaars gingen echter zo nauwkeurig te werk dat ze ook nog een verkeerde vrouw van het leven beroofden, omdat zij zich regelmatig zou hebben voorgedaan als Mary Kelly. Opvallend is dat deze theorieën allemaal pas een kleine eeuw na de daadwerkelijke voorvallen zijn ontstaan. De vermeende bewijzen waarop ze gebaseerd zouden zijn, blijken bij nader onderzoek telkens onvindbaar. Het heeft er af en toe alle schijn van dat de bedenkers van deze verhalen het gewoon gemunt hebben op de arme prins Eddie. Wat hem zoveel jaar na dato tot zo’n populaire zondebok maakt is een raadsel: hij moet gezien zijn alibi’s echt een tovenaar zijn geweest om deze moorden ongemerkt te hebben uitgevoerd. Misschien zeggen de wilde aantijgingen aan uitgerekend zijn adres vooral iets over de mate waarin deze zaak nog altijd tot de verbeelding spreekt. d
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 3
SPANJE
Bourbon en Spanje Een koninklijke knipperlichtrelatie
Anna Teijeiro - Corruptie, amoureuze escapades, vriendjes zijn met Franco, allemaal dingen die in verband worden gebracht met het Spaanse koningshuis en diens Spaanse koningen, prinsen en prinsessen. In Spanje zelf zijn de meningen verdeeld over de deugdzaamheid van de Bourbonse monarchie en velen twijfelen dan ook over de legitimiteit van het Spaanse koningshuis. Sommige Spanjaarden zien de oud-koning Juan Carlos als een held van de democratie, anderen zien hem als een opportunistische man die tijdens Franco’s dictatorschap volledig aan zijn zijde stond, maar na de dood van Franco wel ging kletsen met diens aartsvijanden, de socialisten en communisten. Deze tweestrijd heeft zijn oorsprong in het opnieuw invoeren van de Bourbonse dynastie als officieel Spaans koningshuis tijdens de dictatuur van Franco. In de geschiedenis zijn verschillende koningshuizen aan de macht geweest op het Iberisch schiereiland. Zo had je het huis van Trastamara en ook de Habsburgers, waaronder de welbekende Karel V en Filips II. De Bourbons kwamen aan de macht tijdens de Spaanse Successieoorlog 1701-1713, toen Filips V, telg van het Franse koningshuis, de strijd om de Iberische troon won. Tijdens de napoleontische oorlogen moesten de Bourbons de weg vrijmaken voor een andere Franse dynastie onder Jozef Bonaparte, de oudere broer van de Franse keizer. Nadat het Bonaparte-imperium in 1813 ineenzakte, werd het koningschap van de Bourbondynastie weer in ere hersteld. In 1868 werd erfopvolger Isabella II van Bourbon echter afgezet tijdens de Spaanse Revolutie. De regering die toen aan de macht kwam, koos uiteindelijk voor een nieuwe koning, Amadeus van Savoye. In 1873 trad Amadeus ook af en vluchtte hij naar Italië. Vervolgens werd de Eerste Spaanse Republiek uitgeroepen. Een jaar later werd het koninkrijk echter weer hersteld: het huis van Bourbon maakte zijn comeback. De Bourbons bleven aan de macht tot in 1931. In dit jaar deed koning Alfons XIII afstand van de troon en werd de Tweede Spaanse Re-
publiek uitgeroepen. Deze republiek hield stand tot 1939. Door het uitbreken van de Spaanse Burgeroorlog vanaf 1936, waarin linkse groeperingen en de fascistische bewegingen het land aan gort schoten, was er van een Spaanse Republiek geen sprake meer. Eind 1939 greep generaal Franco, gesteund door Hitler en Mussoli-
‘Het herstel van het koningshuis lag bijzonder gevoelig’ ni, de macht over heel Spanje. In 1947 riep hij het herstel van de Spaanse monarchie uit. Degene die recht op de troon had, Juan de Bourbon, graaf van Barcelona, mocht echter de troon niet bestijgen. Pas twintig jaar later besloot Franco dat de zoon van Juan de Bourbon, Juan Carlos de juiste opvolger zou zijn. Toen Franco uiteindelijk stierf in 1975, werd de restauratie een feit. Juan Carlos was Koning van Spanje. Voor veel Spanjaarden, als je überhaupt over het eensgezinde woord Spanjaard kan spreken, lag dit herstel van het Spaans koningshuis gevoelig. Ze hadden al enkele decennia in een Republiek doorgebracht, dus de plotselinge wisseling naar de monarchie viel niet direct in goede aarde. Daarnaast werd het huis van Bourbon geassocieerd met ‘rechts’, de oligarchie en de rijke landeigenaren. Ook zagen veel Spanjaarden Juan Carlos als een marionet van Franco.
Anderzijds is het koningshuis wel een stabiele factor geweest in de overgang van de dictatuur onder Franco naar de democratie. Hoewel veel Spanjaarden sceptisch waren over Juan Carlos, heeft deze koning meteen na de dood van Franco toenadering tot de socialisten en communisten gezocht en snel een aantal hervormingen doorgevoerd. Op 28 december 1978 werd een nieuwe democratische grondwet aangenomen en kon Spanje als democratie een nieuwe start maken. In 1981 werd er nog wel een poging tot een staatsgreep gedaan door een aantal conservatieve militairen en mensen van de Guardia Civil. De koning sprak direct hierna via de televisie zijn afkeur tegen de coup uit, en hij benadrukte dan ook dat de militairen zich van anticonstitutionele daden moesten onthouden. Het merendeel van het leger steunde Juan Carlos en de coup verloor snel alle steun waardoor de staatsgreep mislukte. Juan Carlos had zijn respect afgedwongen, zowel nationaal als internationaal, en de rust kon eindelijk terugkeren in Spanje. Het land kon hervormen, de verschillende partijen in het land konden zich enigszins verzoenen en het werd mogelijk gemaakt dat Spanje zou toetreden tot de Europese Unie. De vraag blijft natuurlijk of de keuzes en daden van Juan Carlos te danken zijn aan zijn vaderlandsliefde, de goede wil voor het volk en zijn moraliteit, of dat het voor hem eerder een manier van overleven was. d
‘Als je nu niet kapt met dat gerel smack ik je met deze hand.’
WINNAAR JWSN 2016
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 4
Eindeloos feliciteert de winnaar van de
Jan Willem Schulte Nordholtprijs 2016 Bente Marschall voor het beste eerstejaarsessay Geschiedenis
d Pseudo-tsaar Poegatsjov d Een ongeletterde Kozak zet Rusland op stelten
Het hof van Poegatsjov. door: Vasily Perov, 1875
Bente Marschall - In 1773 leidt Jemeljan Poegatsjov één van de grootste opstanden uit de Russische geschiedenis. Door zich voor te doen als de ‘verdwenen’ tsaar Peter III weet hij hele hordes opstandelingen achter zich te krijgen. Poegatsjov vormt een serieuze bedreiging voor Moskou. De dood van Catharina’s echtgenoot tsaar Peter III in 1762 is omgeven met de nodige geheimzinnigheid. Er werd beweerd dat Catharina haar man had laten vermoorden. Maar er waren ook geruchten dat Peter III helemaal niet dood was. Verschillende mannen hebben daarvan gebruik gemaakt door zich voor te doen als de tsaar. Ze probeerden op de één of andere manier voordeel te halen uit hun bedrog. De meeste van deze ‘pretendenten’ vielen
snel door de mand. Er was er één die met zijn misleiding meer succes had. In het Westen heerst het beeld dat de Russische revolutie van 1917 uit het niets is komen vallen. Maar Rusland had al eerder opstanden gekend. In 1772 kreeg tsarina Catharina de Grote te maken met een revolte onder de Yaik-Kozakken. Deze revolte legde de kiem voor een veel grotere opstand onder leiding van de Kozak Jemeljan Ivanovitsj Poegatsjov in het daaropvolgende jaar, een revolte die een roerig verloop kende. Wat waren de achtergronden en wat was het verloop van deze opstand? Spanningen Vanaf de regeerperiode van Peter de Grote werd Rusland steeds meer gecentraliseerd en verenigd in één Rusland.
Bevolkingsgroepen die tot dan toe relatieve autonomie hadden genoten, werden nu onder het toezicht van Moskou geplaatst. Zij verloren vrijwel al hun privileges. Eén van deze bevolkingsgroepen was de YaikKozakken. Zij raakten het recht op de visvangst en de zoutwinning bij de rivier de Yaik kwijt. Ook werden de Kozakken gedwongen zich te onderwerpen aan de dienstplicht. Velen weigerden, mede omdat zij dan verplicht werden hun baard af te scheren. Deze ontwikkelingen zorgden voor groeiende spanningen tussen de autoriteiten en de Kozakken. In 1772 kwam het tot een uitbarsting en grepen de Kozakken naar de wapens. Moskou wist deze opstand door onenigheid binnen de groep opstandelingen nog gemakkelijk neer te slaan. Veel Kozakken werden wreed gestraft. Zij kregen slagen met de knoet of
WINNAAR JWSN 2016
of de zweep, werden gebrandmerkt en hun neusgaten werden ingesneden. Deze straffen werden in het openbaar voltrokken. Moskou dacht de Yaik-Kozakken de mond gesnoerd te hebben. Maar ondergronds groeide de onvrede alleen maar verder. De Kozakken waren rijper dan ooit voor een opstand. Het enige dat nog ontbrak, was een leider. Deze leider vonden zij in Jemeljan Ivanovitsj Poegatsjov. Pseudo-tsaar Poegatsjov was een deserteur die de voorgaande jaren op de vlucht was geweest voor Moskou. Door zijn jaren in het leger beschikte hij over de nodige militaire kennis. De autoriteiten zagen hem als oproerkraaier en hielden hem in de gaten. Nog voordat hij het plaatsje Malykovka, het huidige Volgsk, bereikt had, en een flink aantal aanhangers om zich heen had weten te verzamelen, werd hij verraden en gearresteerd. Poegatsjov wist echter te ontsnappen en veranderde van tactiek. Poegatsjov ging zich voordoen als tsaar Peter III, in de hoop zo veel medestanders te krijgen. Hij verzamelde een groep vertrouwelingen om zich heen en gaf ze opdracht om de namen van hoogwaardigheidsbekleders van Catharina te gebruiken. Poegatsjov richtte zijn eigen variant van een militaire academie op, gelijkend op de militaire academie van de tsarina, liet zich aanspreken met ‘Uwe Excellentie’ en richtte zijn persoonlijke lijfwacht op. Ook installeerde hij een rebellenregering met zichzelf, als Peter III, aan het hoofd en voerde hij zijn eigen hof in Berda, van alle luxe voorzien. In Poegatsjovs hoofdkwartier hing zelfs een portret van de tsarevitsj, de troonopvolger, Paul Petrovitsj, de enige erkende zoon van Peter III en Catharina de Grote. Poegatsjov deed hiermee iets wat zijn voorganger-pretendenten uit de 18de eeuw nooit hadden gedaan. Hij speelde daadwerkelijk de rol van tsaar. De Kozakken volgden ‘tsaar’ Peter III maar al te graag. Of de Kozakken ook echt geloofden dat Poegatsjov Peter III was, of dat deze pseudo-tsaar hen gewoon goed uitkwam, is de vraag.
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 5
tsaristische macht in de regio, kon hij niet stormenderhand innemen. Er zat niets anders op dan de stad te belegeren. Tijdens deze lange ‘zit’ doken er in de stad verschillende oproerkraaiers van Poegatsjov op, die het moreel van de bewoners omlaag probeerden te halen. De vertegenwoordigers van de hogere sociale klasse gingen een onzekere tijd tegemoet. Poegatsjov voerde een schikbewind. De meeste landeigenaren die hij zelf te pakken kreeg, liet hij onmiddellijk ophangen. Hij stelde zijn manschappen grote geldbedragen en de rang van generaal in het vooruitzicht in ruil voor het vermoorden van landeigenaren en andere hoge heren en het verwoesten van hun huizen. Poegatsjov voerde een sterke ‘mediacampagne’. De manifesten die hij liet uitbrengen, zetten hem neer als een combinatie van Jezus, die de armen redt, en Mozes, die de Israëlieten naar het Beloofde Land leidt. Deze vorm van imagebuilding hielp Poegatsjov aan veel aanhangers. Vrijwel alle onderdrukte bevolkingsgroepen bood hij een mooi toekomstperspectief. Er was alleen wel een probleempje. Poegatsjov kon niet lezen en schrijven. Als ‘tsaar’ werd hij geacht zijn manifesten zelf op te stellen en te ondertekenen. Zijn helpers schreven de manifesten, en hij vertelde zijn mannen dat hij pas iets zou ondertekenen als hij, als tsaar, weer in ere zou zijn hersteld. Van Bibikov tot Michelson Moskou had ondertussen haar handen vol aan de Russisch-Turkse oorlog, die vrijwel alle middelen opeiste. Bovendien schatte Catharina de situatie in het gebied rond de Yaik helemaal verkeerd in. Ze ging ervan uit dat de revolte een zwakke voortzetting was van de opstand in 1772. Toen het tot haar doordrong dat deze revolte toch wel iets meer was dan dat, had Poegatsjov al de nodige successen geboekt. In paniek stuurde ze generaal Bibikov, een generaal met een grote staat van dienst, naar het gebied. Bibikov zou Poegatsjovs nachtmerrie worden. De generaal was strategisch gezien zijn meerdere. De ene na de >>>
Revolte en terreur Een tsaar is niets zonder onderdanen en een leger. Met de groep Kozakken die Poegatsjov om zich heen had verzameld, trok hij op naar Iletsk. Deze stad had al de nodige voorbereidingen getroffen om weerstand te bieden aan de rebellen. Maar nog voordat de strijd losbarstte, stelde Poegatsjov de inwoners van Iletsk, vooral Kozakken, vrijheid in het vooruitzicht. De inwoners liepen massaal over naar de ‘tsaar’. De leidinggevenden in de stad die toch verzet bleven bieden, werden door Poegatsjov opgehangen. Iletsk was één van de eerste grote ‘veroveringen’ van Poegatsjov en zijn rebellenleger. Bij elke stad, bij elk dorp en bij elk fort paste hij dezelfde tactiek toe. Hij boekte vele successen en zijn leger bleef groeien. Maar de grote stad Orenburg, het centrum van de Catharina de Grote werd in 1729 geboren als prinses Sophie Augusta Frederike von Anhalt-Zerbst. In 1744 vertrok ze naar Rusland om in 1745 de echtgenote te worden van haar neef, de Russische troonopvolger. Haar man kwam in 1762 als Peter III aan de macht. Tsaar Peter III was een volkomen geschifte debiel. Zijn echtgenote ging dan ook al snel haar eigen weg. Een samenzwering met steun van de geestelijkheid en de gardeofficieren bracht haar nog in datzelfde jaar 1762 aan de macht. Ze werd uitgeroepen tot keizerin. Peter III werd enige dagen na haar regeringsaanvaarding vermoord. De naam Catharina had ze aangenomen toen ze in 1744 overging tot de Orthodoxe Kerk Catherina de Grote en Peter III door: George Grooth, 1745
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 6
Poegatsjov in gevangenschap.
andere confrontatie werd door Poegatsjov verloren. Steden die hij reeds had veroverd, verloor hij weer aan Bibikov. Poegatsjov was genoodzaakt te vluchten, samen met een kleine groep vertrouwelingen. Onverwacht overleed Bibikov in de lente van 1774. Zijn opvolger, generaal Michelson, deed er meer dan twee maanden over om het opstandige gebied te bereiken. Toen hij arriveerde, bleek de opstand allerminst door Bibikov gebroken te zijn. Poegatsjov had zijn manschappen weer weten aan te vullen. Hij verplaatste zijn leger steeds en vermeed directe con-
WINNAAR JWSN 2016
frontaties zoveel mogelijk. Al snel had hij 20.000 man verzameld en trok hij op naar de stad Kazan. Een poging om de stad te veroveren, draaide uiteindelijk op niets uit. Poegatsjov werd daarna meerdere malen verslagen en hij vluchtte naar het gebied van de Don-Kozakken en naar de rivier de Wolga. Ondertussen braken er in de regio, met name langs de Wolga, verschillende opstanden uit als steunbetuiging aan Poegatsjov. Ondanks dat hij geen grote overwinningen meer boekte, en voornamelijk op de vlucht was voor Michelson en diens troepen, groeide zijn aanhang als nooit te voren. Het waren alleen wel steeds minder getrainde troepen die zich bij hem aansloten. De beslissende slag tussen zijn rebellenleger en de Russische troepen resulteerde dan ook in een grote nederlaag voor Poegatsjov. Opnieuw moest hij vluchten, ditmaal met nog maar een paar van zijn aanhangers, die steeds meer de moed verloren. Deze vertrouwelingen waren bang dat Moskou hen op een verschrikkelijke manier zou straffen wanneer ze gepakt zouden worden. Ze besloten het op een akkoordje te gooien met de autoriteiten. Poegatsjov werd door zijn eigen mannen gevangengenomen en uitgeleverd aan Moskou. Op 10 januari 1775 dromde een grote groep mensen samen. Het leek wel of heel Moskou was uitgelopen. De daken en straten zagen zwart van de mensen. De beulen op het schavot bereidden zich op hun taak voor door een flinke hoeveelheid alcohol te nuttigen. Poegatsjov werd naar voren geleid. Op bevel van de tsarina ontfermden de beulen zich over hem. Binnen een mum van tijd zwaaide Poegatsjovs hoofd door de lucht. Zijn ledematen werden van zijn romp gescheiden. De meute vond het allemaal geweldig. Catharina liet vervolgens alles wat naar Poegatsjov verwees, van de aardbodem verdwijnen. Pas decennia later zullen we Poegatsjov terugvinden in de officiĂŤle geschiedschrijving. d
Catherina’s grote schoonmaak De executie van Poegatsjov was voor Catharina niet voldoende om de nare herinnering van zich af te schudden. Direct na Poegatsjovs terechtstelling vaardigde ze een aantal edicten uit. De rivier de Yaik, de Yaik-Kozakken en de hoofdstad van de provincie, Yaitsk, kregen een nieuwe naam. De rivier zou voortaan de Oeral heten, de Yaik-Kozakken werden de Oeral-Kozakken en Yaitsk werd Oeralsk. Het geboortedorp van Poegatsjov moest het ook ontgelden. Zimoveiskaya Stanitsa werd volledig afgebroken en onder de naam Potemkinskaya weer opgebouwd op de andere oever van de Don. Het beetje zelfstandigheid dat de Kozakken nog restte, werd hun ontnomen. Alles wat aan de opstand herinnerde, moest voor eeuwig in de vergetelheid raken en in stilzwijgen gehuld zijn. De Poegatsjov revolte werd een taboe.
MEER WETEN? LEES:
Alexander Poesjkin, De geschiedenis van Poegatsjov en Paul Avrich, Russian rebels. 1600-1800
Het gebied van de Poegatsjovs opstand, geprojecteerd op een kaart van hedendaags Rusland. Linksbovenin is Moskou.
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 7
PAGINAGROTE ADVERTENTIE YEAH!
GRATIS RECHTSHULP NODIG? Heb je problemen met je inschrijving? Onterecht beschuldigd van plagiaat? Of wil je de statuten van je studentenvereniging wijzigen? Kortom, heb je iemand nodig die jouw onrecht bestrijdt? Het ASVA rechtsbureau staat gratis voor je klaar.
www.asva.nl/rechtsbureau
Advertentie
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 8
HAPKLARE HISTORIE
MAFFE Smakelijk hebben wij allemaal gelachten om koning Willy, de hardcore-luisterende vorst die ‘toch geen nummer is.’ Gelukkig voor Nederland is deze mafketel een heerlijke persiflage van onze prima functionerende Wim-Alexander. De geschiedenis leert ons echter dat koning Willy maar al te vaak een realiteit was, verknipte vorsten zijn schering en inslag in de geschiedenisboekjes. Daarom zijn de redacteuren van Eindeloos deze maand op zoek gegaan naar de meest maffe majesteiten, krankzinnige koningen en cray-cray kroonprinsen.
Kapotgevallen Karel
Pouwel van Schooten - In 1380 stond Frankrijk op verliezen in de honderdjarige oorlog (1337-1453). Een gestoorde koning is dan het laatste wat je wil. Wat kregen de Fransen toen de Karel VI op twaalfjarige leeftijd de troon besteeg? Juist ja, een gestoorde koning. Arme Karel was belast met vlagen van krankzinnigheid. Op bepaalde momenten dacht hij dat van glas was gemaakt, herkende hij zijn vrouw en kinderen niet meer, en viel hij uit het niets zijn bediendes aan. Frankrijk werd zonder een sterke koning een chaotisch politiek spel waarin verschillende edellieden de de macht wilden grijpen. Het land was hierdoor reddeloos tegen de meerdere aanvallen van de Engelsen. Karel was niet zo bezorgd over interne machtstwisten en Franse verliezen, hij maakte zich vooral zorgen dat hij niet kapot zou vallen in glasscherven.
‘Aangezien ik van glas ben moet ik mijzelf vullen met wijn, dat klinkt logisch.’
Sissi en Sonja Winke Wiegersma - Met een taille van veertig centimeter – de omtrek van een gemiddelde theepot – had Keizerin Sissi van Oostenrijk één van de smalste tailles ooit. Sissi had zo’n ziekelijke obsessie met haar uiterlijk dat ze niet alleen drie uur per dag spendeerde aan het kappen van haar haar, maar zichzelf ook dagelijks aan een onmenselijk zwaar fitnessregime onderwierp. Woog ze meer dan vijftig kilo, dan hongerde ze zichzelf wekenlang uit of leefde enkel op melk. Ook dronk ze regelmatig sapjes van rauw kalfsvlees. Op haar dieptepunt woog ze drieënveertig kilogram en met een lengte van ruim 172 centimeter viel haar BMI dus in de categorie ‘zwaar ondervoed’.
‘Zitten daar gluten in?’
Ludieke Lodewijk
Tycho Hofstra - Het mooiste kasteel ter wereld, Neuschwannstein, herbergde ook de vreemdste vorst die Beieren ooit gekend heeft. Lodewijk II (van Beieren) werd na een spartaanse opvoeding als achttienjarige op de troon gezet. Dit maakte Lodewijk een beetje raar, waardoor hij als hobby bijvoorbeeld urenlang hetzelfde rondje om de stal reed. Verder was Lodewijk geobsedeerd door sprookjes en liet hij de prachtigste kastelen bouwen. Zijn lievelingskasteel, slot Linderhof, had bijvoorbeeld een geheime druipsteengrot waar Lodewijk vanuit een gouden sloepje naar mensgemaakte regenbogen kon kijken. Om dit, en Neuschwannstein, te financieren bedacht hij het plan om een bank te beroven. Toen dit mislukte besloot hij maar heel Beieren te verkopen. Om dit voorkomen werd Lodewijk gek verklaard en vermoord. Een treurig einde, de exentrieke Lodewijk bedoelde het allemaal niet slecht. Ook tijdens het poseren kon Lodewijk het niet laten even weg te dromen.
HAPKLARE HISTORIE
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 9
MAJESTEITEN Bijtende Byzantijn
Coks Donders - Justinus II van Byzantium (circa 520-578) had een hoop waar te maken: zijn oom en voorganger Justinus I werd “Justinus de Grote” genoemd om zijn goede relatie met Perzië en dankzij het veroveren van delen van het voormalige Romeinse Rijk. Justinus I raakte binnen een mum van tijd slaags met de Perzen, verloor de strijd en liet zich liever door zijn paleis rondrijden in een troon op wielen, terwijl hij omstanders uitlachte en uitschold. Vanuit zijn stoel zou hij mensen geslagen, gebeten en soms zelfs (deels) hebben opgegeten. Naar mate Justinus ouder werd, werd hij ook manischer en eiste hij door het hele paleis enkel luid orgelspel te horen. Zijn latere opvolger Tiberius II trad toen al op als zijn regent.
‘DRAAI NU DUBSTEP’ WOPWOPWOPBRRRGGKRZZZZBRAAAAP
Romanticus zonder remmen Koen Molenaars - De eerste periode van Tsaar Ivan IV zijn heerschappij verliep redelijk standaard. Hij vergrootte het Russische rijk door wat Tataren af te slachten en Siberië te veroveren. Maar zoals een echte romance betaamt, draaide hij helemaal door toen zijn vrouw stierf. Overtuigd dat ze was vergiftigd, probeerde Ivan de Russische adel buitenspel te zetten en te vervangen door Oprichniki, zijn persoonlijke ruiters die met bezems en hondenkoppen terreur zaaiden in het land. Ivan was niet alleen romantisch, maar ook een dynastieke ramp: in een woedeaanval spietste hij zijn favoriete erfgenaam per ongeluk aan een puntige staf, waarna zijn geesteszieke broertje kroonprins werd.
Alsof iemand een hondenkop op een bezem heeft gezet. Hey, wacht eens..
Interessante Ieb
Zará Kars - Ibrahim I, ook wel de Ibrahim de Waanzinnige genoemd, regeerde vanaf 1640 over het Ottomaanse Rijk. Zijn tijd als sultan kwam nogal onverwacht en was niet echt voorspoedig. Ibrahim was depressief, als de dood vermoord te worden en had last van obsessies. Met obese vrouwen onder andere. Zo verzocht hij zijn onderdanen de dikste vrouw ter wereld op te sporen en naar hem te brengen. Ook gaat het verhaal dat hij bijna zijn hele harem heeft laten verdrinken door de vrouwen aan zware takken te binden en ze vervolgens in de rivier te gooien. Dit ging toch zijn tegenstanders echt te ver: in 1848 werd hij afgezet en gewurgd.
‘Zoek een vrouw bij wie ik slank lijk!’
BROADWAY
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 10
The King and Lies Feit en fictie in The king and I
Pouwel van Schooten - ‘One-two-threeand-one-two-three/shall we dance/ shall we dance!’ luidkeels zingen twee acteurs terwijl ze de polka dansen, dit alles te midden van een decor waar Edward Said u tegen zou zeggen. Het betreft een van de vele scènes uit de befaamde Rogers en Hammerstein musical The King and I, dat de geschiedenis vertelt van de intellectuele ietwat koppige gouvernante Anna en haar avonturen aan het hof van het negentiende-eeuwse Siam (het hedendaagse Thailand). In de musical probeert ze uit alle macht de Siamese koning Mongkut en zijn kinderen wat Westerse waarden bij te brengen (door middel van muziek natuurlijk!). De musical was een enorme hit in de jaren vijftig, en wordt nu nog steeds opgevoerd. De grote creatieve vrijheden die de makers namen zijn zeker niet onomstreden: het verhaal van Anna en de koning is immers gebaseerd op historische feiten.
Er heeft inderdaad een koning Mongkut bestaan. Toen hij in 1850 de troon van Siam besteeg werd hem algauw duidelijk dat de Europese grootmachten bezig waren om zo’n beetje de hele wereld over te nemen. De enige verdediging hiertegen was om datzelfde spel mee te spelen. Mongkut probeerde uit alle macht zijn land te moderniseren naar Westerse model, om zo het expansionistische Groot-Brittannië en Frankrijk de wind uit de zeilen te nemen. Dit lukte vrij goed: Siam bleef als enige staat in Zuidoost-Azië onafhankelijk en Mongkut kreeg de bijnaam ‘vader van wetenschap en technologie’. Bij de Westerse modernisering hoorde ook een Europese opvoeding voor zijn kinderen, en daarom nam de koning in 1861 de Britse Anna Leonowens aan. Het was een aanbod dat de enigszins verarmde en in een slechte sociale positie verkerende Anna maar al te graag aannam. Anna was namelijk de dochter van een Indiase officier en een Britse moeder, iets wat niet echt werd geaccepteerd in het morele en racistische
Victoriaanse Engeland. Zelf worstelde zij nogal met haar identiteit: zo hield ze vol dat haar ‘donkere huid’ van haar voorvaderen uit Wales kwam. Anna werd de lerares van Mongkut’s kinderen van 1862 tot 1867. Daarna
‘Mongkut probeerde uit alle macht zijn land te moderniseren naar Westers model’ ging ze weer terug naar Engeland. Eenmaal daar stierf de koning, en hoefde zij ook niet meer terug te komen. Wel onderhield ze een lange brievenwisseling met haar voormalige leerling en huidige koning Chulangkron. Aangezien zij nu geen baan meer had besloot ze om zich toe te leggen op het schrijven van haar boeken.
Aangezien Mongkut de grootste hoed had, werd hij automatisch de koning. Zo gingen die dingen eenmaal.
ORIENTALISME
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 11
Al snel publiceerde ze haar herinneringen over het Siamese hof in The English Governess at the Siamese Court (1870) en Romance of the Harem (1873). Hoewel ze betoogde dat deze memoires een ‘strong basis of truth’ hadden, kwamen haar verhalen totaal niet overeen met de werkelijke gebeurtenissen in Siam. Mongkut beschreef ze niet als de progressieve koning die hij was, maar als een stereotype Oosterse despoot. Alleen zij, de arme Britse vrouw, kon hem de manieren van het Westen bijleren. Ook putte ze meer uit het paleisgeroddel dan uit haar briefwisselingen met de nieuwe koning. Zo schreef ze over de brute marteling en executie van een van de concubines van Mongkut - een bewering die voor velen in Siam als compleet absurd werd gezien: de koning was overtuigd boeddhist en zou zoiets nooit doen. Hoewel Anna’s boeken een groot succes waren, kregen ze al in de negentiende eeuw veel kritiek. Vooral de koning van Siam was niet blij en schreef dat haar verzinsels op zijn zachtst gezegd ‘gebrekkige
‘Mede dankzij Anna Leonowens kent Thailand nog steeds een bijzonder strenge wetgeving omtrent majesteitsschennis’ herinneringen’ waren. Veel mocht het niet baten voor de reputatie van Siam (dat vanaf 1939 Thailand zou heten), de memoires bleken invloedrijker dan de echte geschiedenis. Meer dan een halve eeuw later werden de memoires van Anna opgepikt door schrijfster Margaret Landon. Zij maakte er een exotisch, sensationeel, en in grote mate fictief verhaal van. Anna and the King of Siam kwam uit in 1944. Hoewel deze titel wellicht neutraal lijkt, blijken uit de ondertitel wederom de neerbuigende oriëntalistische tendensen van de auteur: ‘The Famous True Story of a Splendid Wicked Oriental Court’. Niet veel later werd het boek bewerkt door beroemd musicalduo Rogers en Hammerstein, die waarschijnlijk meer zochten naar entertainment value dan historische feiten. Ook werd het meerdere keren verfilmd. De meeste films werden in Thailand verboden omdat ze de herinnering aan hun geliefde koning zouden beledigen. Het land kent nog altijd een bijzondere wetgeving omtrent majesteitsschennis. Met dank aan Anne Leonowens dus. d
‘Alsof ik dans met een volle stofzuigerzak’
‘Oh oh oh kinderen, ik heb jullie papa in mijn boeken een concubine laten vermoorden.’
‘Niet zeuren, walsen!’
‘lol’
KONINGSNAMEN
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 12
Gewoon Willem-Alexander Over koeien, Napoleon en verbindingsstreepjes
De geboorteakte van onze koning, inclusief het ‘eerste streepje’.
Silvio Algra - ‘‘Je bent geen nummer. Willem IV staat naast Bertha 38 in de wei”; met deze inmiddels klassieke dijenkletser maakte onze toenmalige kroonprins een kleine drie jaar geleden wereldkundig onder welke naam hij wilde regeren. Hij was “gewoon” Willem-Alexander: “Ik zou ’t heel raar vinden om dat nu overboord te moeten zetten omdat je koning wordt van een land”. Toch was de door hem gekozen analogie wellicht niet de meest gelukkige. Onze koning heeft namelijk wel degelijk iets gemeen met de gemiddelde Nederlandse melkkoe: geen van beide lijkt over een echte achternaam te beschikken. Het concept van een voor- en achternaam is binnen de westerse samenleving lang niet altijd vanzelfsprekend geweest. Zo deden de oude Grieken nooit aan lange namen: Plato was gewoon Plato, Aristoteles zal hooguit met “Arie” zijn aangesproken en Zeno van Citium – stichter van het Stoïcisme – wordt alleen zo genoemd om misverstanden te voorkomen (er bestaan namelijk ook Zeno’s van Elea, Sidon en Tarsus). Hoewel de Romeinen wel met enig succes een van de Etrusken overgenomen systeem met familienamen invoerden verviel West-Europa na de val van het Romeinse rijk algauw in de oude gewoonte van enkelvoudige eigennamen. In deze (grotendeels rurale) vroegmiddeleeuwse samenlevingen bestond simpelweg geen behoefte voor lange namenreeksen: het hele dorp wist – desnoods na een beetje doorvragen – immers toch al welke Frederik, Ophelia of Gundobad je precies bedoelde.
Er bestond natuurlijk ook een groep die nooit zomaar genoegen zou nemen met eenvoudige namen: de heersende elite. Om de eigen verhevenheid te benadrukken laat een beetje vorst zich immers graag aanspreken met “zijne majesteit” en “koning der [naam van domein]”, dikwijls aangevuld met de titels van aangetrouwde families. Door troonpretendenten dikwijls te vernoemen naar eerdere telgen van de familie werden de dynastieke pretenties van een vorstenhuis nog eens extra onderstreept: wanneer een
‘De Grieken deden niet aan lange namen. Plato was gewoon Plato.’ Franse koning zijn oudste zoon “Lodewijk” noemde (tussen 1600 en 1785 gebeurde dit wel vijf keer op rij) plaatste hij deze impliciet in één lijn met alle Lodewijken van weleer – en dat waren er nogal wat. Ook pausen kozen graag namen uit die associaties opriepen met illustere voorgangers. Historisch gezien vervulden voornamen onder de heersende klasse feitelijk een vergelijkbare functie als familienamen. De eerste historische figuur die – voor zover bekend – nog een stapje verder ging door zich al bij leven aan te laten spreken met een nummer was de laat dertiende-eeuwse paus Johannes XXI. Het curieuze is dat in deze periode – zeker binnen het tamelijk verstedelijkte deel van Europa waarin deze Paus opgroeide – allang weer de gewoonte bestond
om kinderen een vaste, erfelijke familienaam mee te geven (Johannes werd dan ook geboren als Pedro Julião). Ook in de Nederlanden gold een combinatie van voor- en achternaam tegen de late middeleeuwen als de norm, al was dit zeker nog niet verplicht. Zo is bijvoorbeeld Erasmus alleen onder zijn roepnaam gedoopt (de naam “Desiderius Erasmus Roterodamus” bedacht hij later zelf). In Nederland werd de burgerlijke stand pas met de komst van Napoleon ingevoerd. Tot dat moment stonden veel Nederlanders nog altijd niet formeel bij hun gemeente ingeschreven, en zij die dat wel waren hadden lang niet altijd een achternaam opgegeven. Ook toen Willem I in 1815 arriveerde werd de standaardisering van de Nederlandse naamregistratie doorgezet. De Franse regelgeving werd licht versoepeld (onder Napoleons naamwet was de registratie van traditionele Friese namen bijvoorbeeld verboden) al bleef het basisprincipe gehandhaafd: elke burger moest ten minste een voor- en achternaam hebben. De huidige Nederlandse wet stelt eigenlijk maar twee eisen aan voornamen: deze mogen niet ‘ongepast’ zijn en kunnen ook niet te veel lijken op gangbare achternamen. Een kind mag dus wel “Xess Xava” heten maar niet “Timmermans ShakeWeight van Dijk”. Hiermee vergeleken gold de naamwetgeving van vóór 1970 nog als relatief streng: het was vroeger bijvoorbeeld lastig om kinderen onder een naam te registreren die niet al in de bevolkingsregisters voorkwam (wie een Engelse naam wilde opgeven was dus vaak ‘the Jack’). Er bestond echter een categorie die bij de burgerlijke stand een voorkeursbe-
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 13
GEEN NUMMER
genoot: de koninklijke familie. Een vlugge blik in de archieven leert ons dat de rijksoverheid geregeld een oogje dichtknijpt wanneer het aankomt op de wensen van ons vorstenhuis. Neem de geboorteakte van onze huidige koning: hierop noteerde prins Claus de naam “Willem-Alexander Claus George Ferdinand” (louter voornamen). Op de volgende regel van het document prijkt de tekst “Prins der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Jonkheer van Amsberg”. Of deze tweede reeks officieel dienstdoet als één lange achternaam is niet geheel duidelijk, maar het strookt in ieder geval niet met de regel dat adellijke titels geen deel mogen uitmaken van een
‘De rijksoverheid knijpt geregeld een oogje dicht wanneer het aankomt op de gewenste namen van ons koningshuis’ eigennaam. Dat het een serie titels betreft valt moeilijk te ontkennen: sinds de kroning van Willem-Alexander is het woordje “Prins” uiteraard vervangen door “Koning”, terwijl de naam van een gewone sterveling natuurlijk nooit zomaar mee mag veranderen met een ambtswisseling. Om een dergelijke naamswijziging te ondergaan zou de doorsnee burger een gerechtelijke procedure moeten doorlopen. Ook de toevoeging van twee komma’s is apart (leestekens zijn normaliter streng verboden), evenals het streepje in de naam “Willem-Alexander”: tot de geboorte van de prins wees de Utrechtse burgerlijke stand elk verzoek om dit verbindingsstreepje in voornamen toe te staan nog resoluut af, ook al was dit elders in Nederland meestal geen probleem. Een ouderpaar verloor hier zelfs een rechtszaak over in 1965, maar toen de huidige koning in 1967 ter wereld kwam in het Utrechts Academisch Ziekenhuis durfden de verantwoordelijke ambtenaren natuur-
‘Wat lees ik hier!’
lijk geen nee meer te zeggen. Het inkoppertje dat de oranjes weer een “streepje voor” hadden (auw) was dan ook snel gemaakt. Wie nog dieper in de stof duikt en de Oranjes door de jaren heen bestudeert zal uiteindelijk concluderen dat er geen pijl te trekken valt op de koninklijke naamconventies (volgens verschillende bronnen zouden bijvoorbeeld alle namen en titels van kroonprinses Amalia geregistreerd staan als een lange familienaam). De moderne Nederlandse naamwetgeving lijkt simpelweg niet verenigbaar met de traditionele waarden die onlosmakelijk verbonden zijn aan een monarchie. Misschien doet het er ook niet zo toe onder welke naam onze koning precies geregistreerd staat in zijn woonplaats: iedereen weet toch wel wie hij is. Het is niettemin een geruststellende gedachte dat de beste man ondanks deze kennis toch zo gewoon is gebleven. Zoals hij zelf ooit zei: “Voor de historici ben je Willem IV, maar je wordt niet in de straat aangesproken als ‘Hallo Willem IV’: dan ben je Willem. Dus ik zeg ‘dan maar m’n eigen naam’: dat is gewoon Willem-Alexander [Claus George Ferdinand, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, Jonkheer van Amsberg]”. d
‘Kijk wat lekker bijdehant van die boertjes, Max. Bel de AIVD.’
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 14
ITALIAANS KONINGSHUIS
In de schaduw van Mussolini Koen Molenaars - Over Victor Emmanuel III is een hoop gezegd en geschreven. Als koning van Italië in de eerste helft van de twintigste eeuw had hij het ook niet makkelijk. De roerige jaren van crisis, maar bovenal de opkomst van Benito Mussolini schoven een hoop moeilijkheden op zijn bordje. Hoewel hun agenda’s grotendeels op een lijn lagen, waren ze elkaar uiteindelijk beu. Il Duce had alle macht naar zich toegetrokken, maar toch zou de Italiaanse koning een belangrijke bijdrage leveren aan het afzetten van de dictator in zijn koninkrijk.
kingen. De ontevredenheid over de Eerste Wereldoorlog, de slechte prestaties en de weinige terreinwinsten, maakten de weg vrij voor heftige ideologische gevechten tussen Italiaanse fascisten en socialisten. De kleine Victor had bewondering voor de fascistische leider Mussolini, die ook bij het volk tot de verbeelding sprak en de nationale trots wist aan te wakkeren. De socialisten waren vanzelfsprekend republikeins van aard, wat de voorkeur van de koning versterkte. Toen Mussolini in 1922
het persmoment ‘de Mars op Rome’ organiseerde, was Victor Emmanuel er als de kippen bij om hem een regering te laten vormen. Mussolini’s leiderschap pakte op veel vlakken positief uit voor de koning. In 1929 sloot de dictator het Verdrag van Lateranen. Hij wist de banden tussen paus en Italië weer aan te halen. De verovering van de Pauselijke Staat in 1870 was de sluitsteen geweest van de Risorgimento (de Italiaanse eenwording) en sindsdien zat de paus opgesloten in zijn Vaticaan.
Tijdens zijn jeugd wilde hij maar niet groeien. Toch wist hij zich van een zekere statuur te verzekeren, maar zijn lengte zou hem later nog parten spelen. Toen zijn vader koning Umberto I in 1900 werd vermoord, besteeg hij op zijn 31e de troon. Regeren was echter niet zijn ding. Hij was meer een man van jagen, munten verzamelen en bloemschikken. Zijn vader had zich een actief staatsman getoond, maar ‘Victorretje’ probeerde zoveel mogelijk de constitutie te respecteren en een symbolische functie aan te houden. Umberto I had bovendien actief betrekkingen opgebouwd met OostenrijkHongarije en Duitsland, maar zijn zoon
‘Mussolini’s leiderschap pakte op veel vlakken positief uit voor de koning’ kwam niet in actie toen de twee bondgenoten in 1914 verwikkeld raakten in de Eerste Wereldoorlog. Geen strategisch en diplomatiek genie, ging Victor in op het aanbod van Groot-Brittannië en Frankrijk om aan hun kant te strijden, met de belofte nieuwe gebieden aan Italië toe te mogen voegen. Het leger presteerde echter zeer slecht, waardoor er slechts enkele overwinningen in Tirol werden omgezet in grondgebied. De geallieerde machten weigerden daarom meer gebied uit te onderhandelen tijdens de vredesbespre-
‘Zo mannetje, gaan wij eens lekker Ethiopië veroveren dan?’
ROYALTY EN FASCISME
EINDELOOS NUMMER 6 - PAGINA 15
Mussolini accepteerde de onafhankelijkheid van Vaticaanstad, waarna paus Pius XI officieel zijn steun uitsprak voor het koninkrijk. De populariteit van Victor Emmanuel III steeg daardoor enorm. Victor had stilletjes gedroomd van een groter Italiaans Rijk, zeker na de nederlaag van de Eerste Wereldoorlog. Mussolini’s militaire overwinningen maakten Victor ook nog Koning van Albanië en Keizer van Ethiopië –de laatste titel werd helaas door
‘Van de drieduizend geplande manschappen kwamen er uiteindelijk dertien opdagen.’ geen enkele grote mogendheid erkend. Voor het binnenland was het echter een groot charme-offensief. Mussolini ging behendig om met zijn mediapersoonlijkheid en dat kwam aanvankelijk goed van pas. In toenemende mate ging Mussolini echter in de weg zitten, zoals op foto’s van het paar tezamen. Mussolini stond met opgeheven borst en strenge blik te poseren, met naast hem de wat ongemakkelijke en kleine Victor Emmanuel. Maar de spierballentaal van Il Duce maakte van Italië geen sterkere militaire macht dan in de Eerste Wereldoorlog. Terwijl Hitler in Noord-Europa aan alle fronten oorlog voerde, opende Italië een offensief in Noord-Afrika, om de Engelse en Franse koloniën te veroveren. De puinhoop die de Italianen vervolgens in de maghrebijnse zandbak veroorzaakten, moest weer door Duitse soldaten worden opgeruimd. Wederom moesten bondgenoten de Italianen te hulp schieten om erger te voorkomen. Dat zat veel fascistische hotemetoten dwars en ook de
Victor naast koning Albert I van België, koningbonus!
‘Ik heb je gefriend op facebook, Benito. Accepteer je koning.’
Italiaanse koning vond de situatie zorgwekkend. In 1943 werden de Italianen definitief verslagen in Noord-Afrika en verloren de Italianen ook Ethiopië en Albanië. Er moest wat gebeuren. Op aanraden van een van de leden liet Mussolini de Fascistische Grote Raad bijeenkomen. Daar kwam plotseling een motie ter sprake om de dictator af te zetten. Toen een meerderheid voor afzetting stemde, kwam Mussolini tot de conclusie dat de Raad slechts een adviserend orgaan was en dat hij niet hoefde te luisteren. Hij ging naar huis en liet de groep zwarthemden verbouwereerd achter. Nu zou Victor Emmanuel zijn duit in het zakje doen, door de politie op te roepen de dictator te arresteren. Mussolini werd in 1943 afgezet en Italië capituleerde. Zoals we weten, waren er nog twee jaar oorlog te voeren. Onverwachts bevrijdden de Duitsers Il Duce en lieten hem een nieuwe revolutie te starten in het noorden van Italië. Deze verliep ook niet voortvarend en zou tot 1945 weinig terreinwinst maken. Nadat de Duitsers capituleerden probeerde Mussolini nog een guerilla-oorlog te voeren in de Alpen tegen de communistische partizanen van Tito vanuit Joegoslavië. Toen uiteindelijk dertien van de drieduizend geplande manschappen kwamen opdagen, liet hij het erbij zitten. Mussolini probeerde met de SS mee te vluchten maar werd bij de Zwitserse grens aangehouden. De partizanen executeerden hem een dag later, op 28 april 1945. Die dag nog werd het lichaam bij een tankstation aan de voeten opgehangen. Voor Victor Emmanuel en de Italiaanse monarchie was het ook einde spel. Zijn associatie met Il Duce maakte zijn positie onhoudbaar nu de socialisten een grotere invloed hadden gekregen in het land. Vlak voordat er een referendum over de monarchie zou worden gehouden, trad Victor af ten faveure van zijn zoon, maar ook die wist de monarchie niet te redden. Daarop vertrok Victor naar Alexandrië in Egypte, waar hij tot zijn dood zijn muntenverzameling voortzette. d
EINDELOOS NUMMER 6- PAGINA 16
PRENT VD MAAND
PRENT VAN DE MAAND
Geen koningsnummer zou natuurlijk compleet zijn zonder de portretten van onze favoriete inteeltfamilie. Feest je ogen op drie Habsburgers en onthoud: in de portretten worden ze altijd mooier afgebeeld dan dat zij werkelijk waren. Aiii. Schoonheid is niet natuurlijk niet alles, maar wat.. natuurlijk charisma is altijd handig bij het besturen van een rijk. Moge de heren hebben geregeerd als hun centenbakkies: uitstekend! Boven: Keizer Karel V en Albert II Onder: Incestprins Karel II van Spanje
COLOFON
Hoofdredactie Tycho Hofstra Eindredactie Silvio Algra Coks Donders Tycho Hofstra Koen Molenaars Vormgeving Tycho Hofstra Drukwerk Speed-o-Print, Amsterdam Redactie Silvio Algra Lennart Bolwijn Jetske Brouwer Coks Donders Tycho Hofstra Emma Kabel Zarรก Kars Thijs van Leeuwen Bente Marschall Koen Molenaars Suzanne Nellestijn Pouwel van Schooten Anna Teijieiro Fokkema Winke Wiegersma Redactieraad Dr. Jouke Turpijn Dr. Willem Melching Prof. Dr. Wyger Velema Dr. Wendelien van Welie Uitgever: Stichting Eindeloos
Kijk voor onze Meiactiviteiten op: www.kleio-amsterdam.nl
of like ons op facebook!
Eindeloos is een onafhankelijk periodiek van en voor de studierichtingen Geschiedenis en Kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Het blad wordt uitgegeven door de Stichting Eindeloos en is gelieerd aan studievereniging Kleio. Eindeloos ligt iedere maand in de bladenbakken van het P. C. Hoofthuis en in de Oudemanhuispoort. Reacties, ingezonden stukken, liefdesverklaringen en hatemail kunt u sturen naar eindeloos@kleio-amsterdam.nl Deze uitgave kwam tot stand met subsidie van de Universiteit van Amsterdam.
Zie ook: eindeloosweblog.wordpress.com Advertentie