NUMMER 4 dec. ‘17/jan. ‘18 21e JAARGANG
d
MAANDBLAD VOOR STUDENTEN (KUNST)GESCHIEDENIS AAN DE UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM
d
EINDELOOS
De uitbundige massa prijst een Nederlandse melkgigant
Reboelje yn Ljouwert Rutger Hoekstra - De maand november is in Friesland een maand van reboelje, want is het niet het blokkeren van een snelweg anno 2017, dan is het wel het slaags raken met de politie op een plein in Leeuwarden op 16 november 1951. Dat Friezen mogen spreken van een taal hebben ze namelijk voor een groot deel te danken aan die dag die ook wel bekend staat als ‘De slag op het Zaailand’ of Kneppelfreed, ‘Knuppelvrijdag’. Toen stonden de journalisten Fedde Schurer (hoofdredacteur Heerenveense Koerier) en Tsjebbe de Jong (redacteur
Bolswarder Nieuwsblad) terecht voor ‘belediging van de magistratuur’. Zij hadden kantonrechter mr. Wolthers uit Heerenveen in hun beider kranten beledigd. Hoewel de politie in knuppelde op eenieder die zich op het plein bevond die dag, pakten de gevolgen positief uit voor de emancipatie van het Fries. Kneppelfreed kwam niet uit de lucht vallen, de kiem van de gebeurtenissen lag al in 1948. Het was namelijk niet de eerste keer dat kantonrechter Wolthers in opspraak raakte. In 1948 maakte hij twee melkboe-
ren belachelijk die moesten voorkomen omdat ze Friese benamingen voor melk en karnemelk (respectievelijk molke en sûpe) op hun melkbussen wilden zetten. Gezegd moet worden dat de rechter de wet aan zijn kant had staan en de boeren schuldig bevond, maar ze geen straf opgelegd kregen. Door Wolthers’ benadering van de beide verdachten kreeg de zaak echter aandacht. In de rechtszaal bespotte hij beide boeren door als volgt te reageren op het verzoek de zaak in het Fries te voeren: ‘U bent toch op school geweest? U spreekt toch Nederlands?’ Hier was Fedde Schurer niet >>>
Oproer in Leeuwarden
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 2
EINDELOOS
HOOFDREDACTIONEEL Beste lezer, Het einde van het kalenderjaar is al weer in zicht. De goedheiligman is met zijn Pieterbazen vertrokken en de kerstbomen worden in de huiskamers geïnstalleerd. Zelfs de eerste winterse bui hebben we al gehad. Traditie getrouw kruipt menige student in de vakantie achter het scherm om de laatste afleveringen van die leuke serie te kijken. Even geen zin meer in al dat felle, flitsende gebeuren? Wellicht dat het luisteren naar een vijf uur durend marathoninterview dan uitkomst biedt. Cor Galis, ‘dé stem der VPRO’, voert je een wereld in vol interessante gesprekken. Of verdiep je in de historische achtergrond van Game of Thrones. Het verbaast me telkens weer met welk een verrassende variatie de redactieleden op de proppen komen als we weer eens een themaloos nummer willen maken. We hebben deze maand dan ook weer een afwisselend pakket. Een enkeling is blijven hangen in het Eerste Wereldoorlog-thema. Op de voorpagina heeft u kunnen lezen over een heuze Friese opstand. Ook het altijd zo actuele Jeruzalem en de Tempelberg komen in dit nummer voorbij. Een arrogante, ondankbare Belg en een heuze, ietwat zielige prins passeren de revue, alsmede twee Amsterdamse ‘volkszangers’. Op de centerfold komt u alles te weten over winterse wonderweetjes. Wat is een ‘Bradbury doen’? Zoals gebruikelijk hebben we weer een ‘Historicus van de maand’. Valerie Veenvliet, projectleider bij het Amsterdam Museum en eigenaar van ViaVerleden, komt aan het woord.
van gediend, zo liet hij in een hoofdredactioneel commentaar blijken. In zijn krant ontstond via ingezonden stukken een levendige discussie over de werkwijze van Wolthers. Het fundament voor de gebeurtenissen in het najaar van 1951 was gelegd. In oktober 1951 deed eenzelfde soort zaak zich voor en wederom was Wolthers de kantonrechter van dienst. Op 17 oktober van dat jaar stond dierenarts Sjirk van der Burg terecht en hij eiste op grond van het feit dat de zaak in Friesland behandeld werd, dat deze ook in het Fries gevoerd zou worden. Wolthers leek mee te willen werken en zou een tolk regelen, maar nadat hij Van der Burg een tijd had laten wachten, bleek een tolk niet voor handen. Van der Burg legde zich daar niet bij neer, sprak Fries en Wolthers zei: ‘Officieel versta ik u niet.’ Daaruit kan geconcludeerd worden dat Wolthers ‘gewoon’ Fries had kunnen verstaan. Ook nu reageerde Fedde Schurer in zijn krant in scherpe bewoordingen. Hij had de zaak persoonlijk bijgewoond en noemde Wolthers ‘de laatste man van de Zwarte Hoop’, een roversbende die Friesland begin 1500 teisterde uit naam van de Saksen die toen het gebied overheersten. Daarnaast schreef hij dat Wolthers ‘officieel geen kind meer was’. Tsjebbe de Jong reageerde een paar weken later en suggereerde dat de rechter een psychiater moest bezoeken. Voor het Openbaar Ministerie was dit genoeg reden om Schurer en De Jong aan te klagen voor belediging van de magistratuur, waarmee het OM zijn reputatie Anti-Fries te zijn bevestigde. Toen de zaak op 16 november moest voorkomen, was de belangstelling groot. Een nieuwsgierigen, journalisten en demonstranten hadden zich op het
Zaailand verzameld in afwachting van de uitspraak van de rechter. Noodgedwongen, want besloten werd dat de zaak in een kleine zaal werd behandeld. Toen geinteresseerden werden tegengehouden, begon de eerste onrust. Bij het verlaten van het gebouw werden de eerste gummiknuppels gebruikt en buiten schreeuwde de menigte: Wy wolle Wolthers net! (‘Wij willen Wolthers niet!’). Nadat de politie de demonstranten van het bordes van het justitieel paleis verwijderd had, verplaatste de groep zich naar de achterkant waar spreekkoren en strijdliederen werden ingezetten. De eerste charges werden uitgevoerd. Fotografen die dat wilden vastleggen, kregen ook de stok in hun nek. Toen de demonstranten van geen wijken wilden weten en doorgingen met provocaties, werden later op de dag waterkannonnen ingezet en het plein schoongeveegd. Schurer en De Jong werden beiden schuldig bevonden aan belediging. Schurer kreeg in hoger beroep een boete van 150 gulden. De Jong moest zeven dagen in de cel doorbrengen. Ironisch genoeg werd de zaak nu wel in het Fries gevoerd. De heisa die de rechtszaak veroorzaakte, zorgde uiteindelijk voor een versnelde emancipatie van het Fries. In Den Haag en in de landelijke dagbladen was men zeer geschrokken van het oproer. Daarom werden in 1955 tweetalige scholen toegestaan en in 1956 mocht het Fries gebruikt worden in de rechtszaal. Daarna bleef de taalstrijd doorgaan, met als resultaat dat tegenwoordig vastgelegd is dat het Fries en Nederlands binnen Friesland eenzelfde status hebben en het Fries binnen Nederland een officiële taal van het koninkrijk is. Zonder Kneppelfreed was dit wellicht niet mogelijk geweest. d
‘U bent toch op school geweest? U spreekt toch Nederlands?’
Veel leesplezier!
Bente Marschall
Sinds wanneer is een ritje in de zijspan een straf?
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 3
De Belg Paillard
De Belg Paillard
‘1 uit 5 sterren’ - Paillard
Suzanne Nellestijn – We gaan honderd jaar terug in de tijd. De Eerste Wereldoorlog raast door Europa en ondanks de Nederlandse neutraliteit laat de oorlog ook ons land niet ongemoeid. Schaarste is aan de orde van de dag en onder andere brood gaat op rantsoen. Alleen al in Amersfoort worden duizenden Belgische vluchtelingen opgevangen. Velen maakten er het beste van en voeren in Kamp Zeist met een toneelgroep zelfs toneelstukken op. Eén man kan de Amersfoortse gastvrijheid echter niet waarderen. De geïnterneerde Belgische militairen in Kamp Zeist moesten een verklaring tekenen waarin ze toezegden niet ze toezegden niet te zullen proberen te vluchten. Wanneer de krabbel gezet was, mochten zij zich vrij door het kamp bewegen en het kamp zelfs verlaten. Wel hadden zij ’s ochtends en ’s avonds een meldplicht. De Belgische vlieger Paillard, op 9 juli na een crash terechtgekomen in het kamp, weigerde aanvankelijk deze verklaring te tekenen. Toen hij dit eenmaal wel gedaan had, bleek kort daarna dat hij waarschijnlijk een ander doel voor ogen had gehad. Meer dan vier maanden later, op 29 november 1917, lezen we in de
Amersfoortsche Courant hoe Paillard uit Nederland weggevlucht is en in Parijs zijn verhaal uit de doeken doet aan Le Journal. De beste man kwam vermoedelijk van goeden huize gezien de behandeling die hij duidelijk verwachtte – maar naar eigen zeggen niet kreeg – van zijn Nederlandse gastheren. ‘Hij klaagde over de strenge behandeling hem te Zeist ten deel gevallen. Alleen vergezeld door vier schildwachten en een sergeant mocht hij uitgaan, het eten was slecht en men betrachtte te zijnen opzichte niet de minste égards.’ Dat ook in een land dat officieel buiten de oorlog stond de orde bewaard moest worden en dat ook de Amersfoorters zelf geen luxe maaltijden voorgeschoteld kregen, kwam waarschijn-
Ondanks zijn wil om te ontsnappen uit het kamp leek hij geen haast te hebben het land te verlaten lijk niet in hem op. Bijna drie maanden na zijn aankomst in het kamp had Paillard de gelofte niet te zullen vluchten alsnog getekend. Hij kreeg een vrije kamer en mocht het kamp
overdag verlaten, maar was natuurlijk wel gebonden aan de meldplicht. Je voelt het al aankomen, meneer Paillaird lapte deze plicht schaamteloos aan zijn laars. ‘Den 4en November ging hij heen in Belgisch uniform om niet terug te keeren.’
Ondanks zijn wil om te ontsnappen uit het kamp leek hij geen haast te hebben het land te verlaten. Hij verbleef nog een aantal dagen in Den Haag, ‘waar hij zelfs met rood geverfd haar, een bril op den neus en een prachtigen valschen rooden baard de opera bezocht.’ Maar op 9 november ging hij in Rotterdam aan boord van een stoomschip en zo lukte het hem Frankrijk te bereiken. Een land dat in tegenstelling tot Engeland, België en Duitsland geen verdrag had getekend dat het militairen die ontvlucht waren uit internering terug zou sturen. Al met al een mooi gevalletje stank voor dank, zullen we maar zeggen. d
De Tempelberg
EINDELOOS NUMMER - PAGINA 4
Het decor van de wereldpolitiek De Tempelberg
Jawel, zelfs een steen woont ruimer dan jij
Jet van der Steijle – Jeruzalem is een hot topic. De remake van Murder on the Orient Express begint in de stad en de eerste etappe van de Giro d’Italia 2018 wordt er verreden, waardoor de stad veelvuldig in de media zal verschijnen. En Trump doet er uiteraard nog een schepje bovenop. Het jaar 2017 zal in Jeruzalem te boek staan als een jaar met, weer, zomerse spanningen en rellen in de oude stad tussen Israëliërs en Palestijnen. De oorzaken van deze spanningen zijn de religieuze groeperingen in de stad, die hun macht willen laten gelden. Het oude gedeelte van de stad is een van de belangrijkste plaatsen in het christendom, jodendom en de islam. Jezus Christus kwam er te overlijden, de Tempel heeft er gestaan en Mohammed heeft in deze stad gesproken met God. Drie redenen die de stad tot de heiligste plek maken. Centraal in de Oude Stad staat de Tempelberg of Haram al-Sharif.
Zowel joden als moslims willen deze plek voor zichzelf hebben en aan veel confrontaties tussen leger en burgers ligt hij ten grondslag. Waarom is die Tempelberg zo belangrijk? Jodendom De Tempelberg is de heiligste plek in het jodendom. Voordat het huidige jodendom vorm kreeg, waarin de synagoge de belangrijkste religieuze plek is, was er het
Daarnaast huisde de Tempel het Heiligste der Heiligen, het huis van G’d (of Jahweh) tempeljodendom. De Tempel in Jeruzalem, gesitueerd op de Tempelberg, was de belangrijkste plek om te bidden en er werden
dagelijks meerdere diensten gehouden en offers gebracht. Daarnaast huisvestte de Tempel het Heiligste der Heiligen, het huis van G’d (of Jahweh) waar Hij ook aanwezig zou zijn. Ook zou de Ark des Verbonds, die de Tien Geboden bevat, er liggen. Het Heiligste der Heiligen was alleen toegankelijk voor de Hogepriester, de belangrijkste religieuze persoon in het tempeljodendom, op Jom Kippoer, de belangrijkste feestdag in het jodendom. Kortom, het jodendom draaide om de Tempel en het was de belangrijkste plek binnen het geloof. In het jaar 70 werd Jeruzalem tijdens de Joodse Oorlog door de Romeinen met de grond gelijk gemaakt, inclusief de Tempel. Hierna ging men over naar het ‘reguliere’ jodendom zoals we het nu kennen, maar met de overtuiging dat er ooit een nieuwe Tempel zal worden gebouwd. Eén muur van de omheining van het complex waar de Tempel stond is overeind gebleven, de Klaagmuur. Dit is de heiligste toegankelijke plek in het jodendom >>>
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 5
De Tempelberg
geworden en vele joden trekken als pelgrim naar Jeruzalem om de muur te kunnen bezoeken. Omdat het Heiligste der Heiligen niet door elke leek betreden mocht worden en het niet precies duidelijk is waar deze heilige plek op de Tempelberg gesitueerd was, is door het rabbinaat een verbod aan joden opgelegd om het complex te betreden. De angst bestaat dat zij het huis van God betreden en bezoedelen, een doodzonde. Niet iedereen accepteert dit. Een bekende uitspraak over het jodendom is: ‘Waar drie joden samenkomen, worden vier synagogen gesticht’, omdat ze het nooit met elkaar eens zijn. Zo zijn er ook joden die het complex wel betreden, de meesten met het doel om er de Derde Tempel zelf te bouwen en het gebied alvast te verkennen. Dat leidt tot grote spanningen bij islamitische bezoekers van de Tempelberg. Islam Binnen de islam mogen er geen fysieke plekken of gebouwen, beelden, of artefacten worden aanbeden. Dit zou afleiden van de aanbidding van de profeten en andere heiligen. Er zijn echter drie locaties uitgezonderd: Mekka, Medina en Jeruzalem. Jeruzalem is de plek waar de Bijbelse figuur Abraham zijn zoon Isaac probeerde te offeren, als test van God. Volgens de islam was het echter niet Isaac, maar zijn halfbroer Ismaël die Abraham op de offersteen had gelegd. Ismaël is de stamvader van de Arabieren, en de offersteen zou op de Tempelberg liggen als funderingssteen van de Rotskoepel (Omar)moskee, de oudste moskee van de islam. Vanaf dezelfde steen zou Mohammed naar de hemel zijn gereisd. Na nachtelijk bezoek van de aartsengel Gabriël vloog hij op zijn gevleugelde paard Buraq naar Jeruzalem, bad hij onder andere met Abraham, Mozes en Jezus en bezocht hij God om te onderhandelen over het aantal keer dat moslims per dag moesten bidden. Zo wist Mohammed het aantal van vijftig te verlagen naar vijf. In de funderingssteen zou Mohammeds voetafdruk staan, waar de Rotskoepel omheen is gebouwd. Jeruzalem werd hiermee na Mekka en Medina de heiligste plek op aarde, zo belangrijk dat moslims in de beginjaren van het geloof niet tot Mekka, maar tot Jeruzalem baden. Het complex van de Tempelberg bevat ook de al-Aqsa moskee, een ‘normale’ moskee waar moslims kunnen bidden. Omdat de moskee op de Haram al-Sharif (de Tempelberg) staat, is het echter een van de belangrijkste moskeeën ter wereld. Voor islamitische Palestijnen die in de buurt wonen is het de plek waar zij hun
Vrijdagmiddaggebed doen, het belangrijkste gebed van de week. Het toeval wil dat de wijdst aangenomen plek van het Heiligste der Heiligen van het jodendom onder de Rotskoepel zou liggen. Dit zou de plek zijn waar de Derde Tempel moet komen. Hiermee maken beide godsdiensten aanspraak op het complex. Zowel joden als moslims willen de Tempelberg in hun bezit hebben. Momenteel valt het complex onder Jordaans/Palestijns gezag, nadat het door de eeuwen heen in bezit is geweest van veel verschillende overheersers. Israëlische militairen bewaken alle ingangen. Maar zodra je het complex betreedt, bewaken Jordaanse militairen het gebied. De joden die, ondanks het verbod, het gebied toch betreden, worden als provocerend ervaren door de moslims die er verblijven. Dit veroorzaakt extra spanningen op een toch al gespannen en beladen plaats. De rellen van afgelopen zomer ontstonden toen Israëlische militairen de toegang tot de Tempelberg op vrijdag ontzegden aan grote groepen Palestijnse (moslim)mannen. Dit gebeurde nadat twee Israëlische militairen werden gedood door Palestijnse aanvallers. Israëlische autoriteiten beheersen de toegangspoorten naar Palestijns ‘bezit’, wat voor veel woede zorgt. Zo ligt een religieus conflict aan de basis van deze escalatie. Het IsraëlPalestinaconflict is groot en duurt al eindeloos, maar kan worden samengevat in de paar vierkante meter van de Tempelberg. d
Advertentie
‘Want zonder het verleden bestaat geen enk’le tijd’ Kijk v oor K leio’s activiteiten op: www.kleio-amsterdam.nl
of like Kleio op facebook!
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 6
Prins Sneu
Prins Sneu
Prins Faalips Niemand-will-em van Sneuranje
Bente Marschall – Leven in de schaduw van een beroemde vader en een fameuze broer moet niet altijd even makkelijk zijn geweest voor prins Filips Willem van Oranje. Zijn jongere broer, Maurits, zou later in alle geschiedenisschoolboeken terug te vinden zijn, evenals zijn vader, Willem van Oranje. Zelfs een heroïsche dood gelijkend op die van zijn vader, of een rustig natuurlijk heengaan zoals die van zijn jongere broer, waren voor hem niet weggelegd. Op 19 december 1554 was het eindelijk zover. Willem van Oranjes lang gekoesterde wens een mannelijke opvolger te hebben, werd vervuld. Deze eerste zoon kreeg een grootse peetvader, de latere koning Filips II. De relatie tussen Van Oranje en het Spaanse hof was toen nog redelijk goed. Niet voor niets meldt het Wilhelmus: ‘Den Coninck van Hispanjen Ick altyt hebbe’ ge-eert.’ Dat
zijn zoon later zulke onfortuinlijkheden zouden overkomen, had Willem natuurlijk niet voorzien. Filips Willem heeft zijn moeder, Anna van Buren, nauwelijks gekend. Vier jaar na zijn geboorte komt zij na een kort ziekbed te overlijden. Op elfjarige leeftijd gaat hij studeren aan de universiteit van Leuven. Zo nu en dan overkomt een student iets ongewoons, zeker als je vader het te bont maakt. In februari 1568 wordt Filips
Zo nu en dan overkomt een student iets ongewoons, zeker als je vader het te bont maakt Willem op bevel van Fernando Álvarez de Toledo y Pimentel, de hertog van Alva, ontvoerd en naar Spanje overgebracht. Antoine
Perrenot de Granvelle, die het oor van Filips II had, zou het brein achter deze ontvoering zijn geweest. De jonge Filips Willem zal zijn vader nooit meer terugzien. Aan het Spaanse hof geniet hij in het begin enige vrijheid. Zo mag hij zijn studie voortzetten, aan de universiteit van Alcalá. Er zijn echter ook regels waar hij zich aan dient te houden. Zo wordt van hem verwacht dat hij het Rooms-Katholieke geloof praktiseert. Uiteraard wordt hij aan het Spaanse hof volgens de daar gangbare opvattingen gevormd. Meermaals wordt het plan geopperd hem in te zetten in de Nederlanden, als katholiek tegenover zijn vader en halfbroer Maurits. Het doel is een wig te drijven tussen de twee en daarmee de positie van de opstandelingen te verzwakken. Maar wanneer het conflict in de Nederlanden zich verscherpt, wordt Filips Willem overgeplaatst naar de burcht van Arévalo in Castilië. Het kleine beetje >>>
Prins Sneu
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 7
bewegingsvrijheid dat hij had, wordt nu drastisch ingeperkt. Dag en nacht wordt hij streng bewaakt. Filips Willems volle jongere zus Maria laat het er niet bij zitten. Zelf had zij haar opvoeding voor een gedeelte genoten aan het hof van de landvoogdes Margaretha van Parma. Haar vader vroeg haar terug en nam haar mee op zijn vlucht naar en ballingschap in Duitsland. Korte tijd later wordt Filips Willem gegijzeld. Maria vindt het maar niets dat haar ‘grote broer’ als ‘politiek gevangene’ in Spanje wordt vastgehouden. Waar ze waarschijnlijk nog minder gelukkig mee is, zijn de aanspraken die Maurits, haar halfbroer, maakt op Filips Willems gebieden en rechten na de dood van hun vader Willem van Oranje. Ze laat geen steen op de andere en probeert met kracht en macht haar broer vrij te krijgen. Voorstellen van haar kant om Filips Willem te ruilen tegen andere belangrijke gevangenen lopen op niets uit. Pas in 1596 keert Filips Willem, na de nodige omzwervingen, in het gevolg van aartshertog Albrecht terug naar de Nederlanden. Het is een gebaar van goede wil van de koning. Zijn vrijheid zal hem zijn tegengevallen. De Noordelijke Nederlanden vertrouwen deze ‘Spaanse sympathisant’ voor geen meter en ontzeggen hem dan ook de toegang tot de Republiek. Hij mag zich niet met politiek bemoeien, al krijgt hij wel zitting in de Raad van Staten. Zijn bezittingen in de Zuidelijke Nederlanden zijn geconfisqueerd en ook daar kan hij dus niet terecht. In zijn prinsdom Orange wordt het hem ook niet makkelijk gemaakt. Tegen de hugenootse gouverneur, die Maurits in zijn afwezigheid hier heeft aangesteld, weet hij zich niet goed te handhaven. Er lijkt lange tijd geen einde te komen aan de spanningen tussen de twee broers. Op 51-jarige leeftijd begint een huwelijk een toch wat dringende kwestie te worden. Maar voor een verbintenis op hoog niveau moet natuurlijk wel de juiste kandidaat gevonden worden. Na meermaals aandringen door de Franse koning Hendrik IV is diens nicht, Eleonora de Bourbon-Condé, de gelukkige. Het wordt een merkwaardige huwelijksvoltrekking. Zelf kan Filips Willem namelijk niet aanwezig zijn op de bruiloft. Op 19 november 1606 trouwen
zij bij volmacht. De Franse koning Hendrik IV erkent na dit huwelijk Filips Willem als prins van Oranje. Later betrekt het echtpaar samen hun residenties in Orange, Brussel, Breda en in de heerlijkheid Diest. Het huwelijk blijft kinderloos, wat natuurlijk de nodige gevolgen heeft voor de erfopvolging. In 1608 ontmoet Filips Willem zijn halfbroer Maurits voor het eerst. Een jaar later weet Maurits het voor elkaar te krijgen dat hij zo ongeveer de enige erfgenaam wordt. Lichamelijk gaat het ook allemaal niet zo lekker. Kwade sappen zorgen voor de nodige kwalen. Reinigen van het lichaam kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld door middel van een klysma. Om de darmen schoon te spoelen en daarmee kwade sappen af te voeren, wordt een klisteerspuit in de prinselijke anus gebracht. De betreffende arts, of wie dan ook de helpende hand biedt, is niet erg competent en de punt van de klisteerspuit breekt af in de endeldarm. Een vervelende infectie is het gevolg. Op 28 februari 1618 overlijdt Filips Willem aan de gevolgen van deze onfortuinlijke gebeurtenis. De infectie van de endeldarm is hem fataal geworden. Er zijn prettiger manieren om de pijp uit te gaan. Zoveel tegenslagen in het 63-jarige leven en dan ook nog zó om het leven komen, het zat deze prins van Oranje niet mee. Maurits kan na de dood van zijn oudere halfbroer eindelijk het begeerde ‘Van Oranje’ aan zijn titulatuur toevoegen. Ongeveer een jaar later zal Filips Willems echtgenote haar man in de dood volgen. d
Op 51-jarige leeftijd wordt een huwelijk een dringende kwestie
Nog een treurigere dood dan stikken in een Sultana tijdens de RTL Boulevard
Advertentie
Bijeenkomsten voor fans van de Middeleeuwen Sinds dit jaar zijn wij van Mediëvistenmiddagen weer begonnen met het organiseren van bijeenkomsten voor liefhebbers van de Middeleeuwen. Het komende semester staan onder andere een stadswandeling en een filmmiddag gepland. Omdat wij als organisatie nog maar net begonnen zijn, staan wij ook open voor input van buitenaf. Dus als je bijvoorbeeld een goed onderwerp weet voor een debat, een briljante tentoonstelling hebt gezien of iets anders wat te maken heeft met de Middeleeuwen, laat dit ons dan weten via het volgende emailadres: medievistenmiddagen@gmail. com. Via dit emailadres kan je je ook aanmelden voor onze maandelijkse nieuwsbrief. Wij hopen jullie te ontmoeten tijdens de bijeenkomsten! Het team van Mediëvistenmiddagen Astrid de Bruin Naomi Donderwinkel
HAPKLARE HISTORIE
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 8
Winter Won Code rood is afgekondigd. Moeizaam ploeteren de dapperen onder ons door bergen sneeuwprut. Binnen enkele seconden zien zwarte jassen wit van de door een harde wind voortgestuwde sneeuw. Treinen rijden aangepaste schema’s, files breken nieuwe lengterecords. Hoog tijd voor wat frivole winterweetjes.
De Schaatster van Schiedam Suzanne Nellestijn – We zien het allemaal voor ons, Erben Wennemars die bij De Wereld Draait Door zit te huilen over de Elfstedentocht. Alle liefhebbers hadden de afgelopen twintig jaar wellicht meer tot de Heilige Liedewij of Liduina moeten bidden. Deze veertiende-eeuwse heilige raakte verlamd nadat ze bij een valpartij op het ijs een rib brak. Dit maakte haar tot beschermheilige van langdurig zieken, maar ook van schaatsers. Niet iedereen kan immers vallen, verlamd raken, plotseling stigmata verwerven en heiligverklaard worden. Het koudvuur dat zorgde voor de verlamming, veroorzaakte tevens hallucinaties, die door de godvrezende Schiedamse als goddelijke visioenen werden geïnterpreteerd. Op de plek van haar graf werd een kapel opgericht en tot op de dag van vandaag krijgt ze niks voor elkaar.
In haar woede brak Liedewij het ijs even hard terug
Doing a Bradbury
De beschermheilige van alle zesjesstudenten
Tycho Hofstra - Is 2002 al geschiedenis? Tijdens de Olympische winterspelen in Salt Lake City streed de Australische schaatser Steven Bradbury mee op de 1000 meter. Omdat de Australische winter precies één graad onder perfect strandweer zit, gaf niemand de Australiër een serieuze kans. Via een diskwalificatie van een ander haalde Bradbury uiteindelijk toch de halve finale. Het noodlot sloeg echter toe toen alle schaatsers in de halve finale in de laatste bocht onderuit gingen. Alle schaatsers? Nee, Bradbury lag achter en kon zo gemakkelijk als eerste over de finish glijden. De bliksem slaat blijkbaar twee keer in op dezelfde plek, want Bradbury overkwam in de finale precies hetzelfde. Australië won zijn eerste schaatsgoud en kreeg er een nieuwe uitdrukking bij; iedereen die in Australië onverwacht wint ‘is doing a Bradbury’.
Controversieel ballet in de winkelstraat Pouwel van Schooten - Kerstmis heeft een aantal standaardassociaties, zoals alle Home Alone-films kijken met je familie na het kerstmaal en de Notenkraker-deuntjes in de winkelstraten. Ja, Pjotr Tsjaikovski’s ballet De Notenkraker is voor velen niet weg te denken in de komende winterse maanden. Zelfs als je niet als jongeling door een grootmoeder bent meegesleurd naar het theater, en dus niet hebt gezien hoe Clara en haar levende notenkrakerpop/prins de muizenkoning verslaan, ben je bekend met de mierzoete melodieën van de suikerboonfee en consorten. (‘Padada-padada-padadadieda’. Muziek bewoorden blijft toch een lastige klus, zo blijkt hier.) In tegenstelling tot de hedendaagse populariteit was het stuk na de première in 1892 erg controversieel. Critici vonden de overgang van realiteit naar fantasiewereld abrupt, zagen de choreografie als amateuristisch, en hekelden het grote aantal kinderen in de voorstellig. Tsjaikovski zelf had daarom weinig hoop. Mede dankzij een aantal aanpassingen werd het stuk pas in de twintigste eeuw echt populair. Maar vooral omdat het ballet steeds wéér werd opgevoerd. Volharding is dus het antwoord voor succes, net als de vervelende kerstmuziek in de winkelstraat: uiteindelijk begin je het toch mee te neuriën!
‘Het mooie linnengoed! Hoe durf je!’
HAPKLARE HISTORIE
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 9
der Weetjes Kerst in de modder Loes Knijn - Wist je dat er in de winter van 1914 ook aan het front Kerst werd gevierd? Veel Duitse en Engelse soldaten probeerden er het beste van te maken in hun toch hopeloze situatie. Vol goede moed waren de mannen in de zomer van 1914 vertrokken naar het front, maar al snel bleek de oorlog een eeuwigdurende, nutteloze strijd te worden. De bevelen van de legerleiding negerend, kwamen sommige soldaten tijdens de kerstdagen bijeen in vijandig gebied, om samen Kerst te vieren. Deze zogeheten kerstbestanden duurden van enkele uren tot soms enkele dagen. Ook in 1915 hebben enkele kerstbestanden plaatsgevonden. Nadat de maatregelen verder werden aangescherpt, met onder andere executies tot gevolg, kwam er een einde aan de kerstbestanden, helaas.
Vergeet je het kerstbestand niet op te slaan?
Oliekoeck Bente Marschall – Het einde van het kalenderjaar is weer in zicht. Daarmee verschijnen er op menige straathoek ‘Oudhollandse’ oliebollen- en appelflappenkramen. De oliebol, of oliekoeck zoals hij vroeger werd genoemd, wordt door velen gebakken en gegeten. Over de oorsprong van deze lekkernij bestaat wat onduidelijkheid. Eén van de verhalen die de ronde doen, leidt de oliebol terug naar de Friesen en Germanen. Tijdens de Winterzonnewende zouden zij deze vette ballen hebben genuttigd. Rond deze periode brachten zij verschillende offers aan de godin Perchta, een figuur uit de Germaanse mythologie. Perchta was niet de liefste onder de goden. Ze had de gewoonte buiken open te rijten met haar zwaard. Het vette voedsel moest ervoor zorgen dat het gevreesde zwaard uit zou glijden en zo haar potentiële slachtoffers gespaard zouden blijven. Is het een volle pan of een volle po?
Middeleeuwse ballen Tycho Hofstra - Voor de middeleeuwse mens betekende de winter handen vol ballen. Nee, wacht... Laat mij uitleggen! Dankzij overgebleven kalenderillustraties weten wij dat sneeuwballengevechten een favoriet tijdverdrijf in de middeleeuwen waren. Jong en oud, rijk en arm, iedereen deed mee. Zo zijn er afbeeldingen waarop de meest chique jonkvrouwen helemaal worden ingepeperd. Wat doe je daarna als middeleeuwse sneeuwpop? Juist, een handwarmer gebruiken. Deze bestonden uit metalen bollen waarin een gloeiend kooltje gestopt kon worden. Dit hield de handen warm wanneer de mensen in, bijvoorbeeld, een tochtige kerk of troonzaal zaten. Mensen zonder handwarmers moesten hun handen maar in hun broek steken. Toch nog een hand vol. Middeleeuwen? More like middelsneeuwen
Het Marathoninterview
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 10
Ode aan het Marathoninterview Er is nog zoveel niet gezegd…
Na drie uur marathoninterview beginnen de hallucinaties
Maroesjka Verhagen – Radioprogramma’s zijn nog helemaal niet zo oud en toch al behoorlijk op hun retour. De eerste Nederlandse radio-uitzending werd georganiseerd in 1919 en bijna honderd jaar later luisteren jonge Nederlanders nog nauwelijks naar het medium. De televisie kwam. De ‘praatradio’ leverde al aardig in voor dit visuele medium. Inmiddels hebben, dankzij digitale media, relatief weinig mensen nog een radiotoestel. Radio begint grotendeels plaats te maken voor podcasts, die steeds meer aan populariteit winnen. Radioprogramma’s kunnen beluisterd worden wanneer het je uitkomt. Gelukkig, zegt deze Eindelozer, want het luisteren naar pratende medemensen mag niet verloren gaan. Ik neem de lezer hier dan ook graag mee naar mijn favoriete radioprogramma, opdat dit niet in de vergetelheid raakt. Spits je oren voor deze ode aan het geluid.
Je hoort boksgeluiden en een koor dat aanzwelt, en dan I Wanna Rule the World van 10cc: ‘I wanna be a boss, I wanna be a big boss, I wanna boss the world around, I wanna be the biggest boss that ever bossed the world around’. De sfeer is gezet, en dat in slechts vijftien seconden. Dan spreekt daar Cor Galis (1910-1997), dé ‘stem der VPRO’. Je
Wat gaat er de komende uren gebeuren? Want waar moeten ze het in godsnaam vijf uur lang over hebben? zit gekluisterd aan de radio, of in mijn geval: glunderend voor een nietszeggend laptopscherm. ‘Dit is het eerste uur… Het begin van een vijf uur durende radio-ontmoeting. Dit is het eerste uur van VPRO’s Marathoninterview.’ Cor Galis wenkt je verder deze
behagelijke geluidswereld binnen: ‘een geheel van de buitenwereld afgesloten ruimte. In de hoek druppelt een ontbrekend fonteintje, er staat een ongebruikt koffiezetapparaat, wat kopjes, twee glazen, en een schaars gevulde ijskast. Verder in het midden: twee monumentale lederen fauteuils, daartussen op de grond een zwaar versleten tijgervel mét de kop er nog aan. Waarin één oog slechts de gasten constant volgt door heel het vertrek. Én er staan microfoons, veel microfoons, en die gaan de komende vijf uur niet meer dicht. Wat gaat er de komende uren gebeuren? Gaan er maskers vallen? Of alleen maar lange stiltes? Want waar moeten ze het in godsnaam vijf uur lang over hebben? […] de microfoons gaan nu open. U hoort de eerste woorden… Goedemorgen, hoe is de stemming?’ De beeld-loze sfeer voelt als een warm bad. Je voelt aan dat je getuige gaat zijn van een briljant concept. Een interview met één persoon dat vijf uur duurt, klinkt >>> misschien onnodig lang, maar
Het Marathoninterview
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 11
De sfeer is nu minder sterk, maar in het archief van de VPRO is al die oude glorie gewoon terug te luisteren. De twee aanwezige gesprekspartners zijn een niet onbelangrijk onderdeel. De relaties tussen beiden zijn soms al genoeg reden om te luisteren. Vaak zijn de twee personen opvallend goed aan elkaar gewaagd en ontstaat er een interessante dynamiek. Zo nu en dan is de verhouding scheef, maar ook dat is weer heel karakteristiek. Zoals wanneer Johannes van Dam steeds meer zijn geduld verliest met Olaf Oudheusden en hem op autoritaire toon zegt toch echt geen antwoord te gaan geven op zo’n ‘domme vraag’. In die drie tot vijf uur is zo’n tweetal volledig op elkaar aangewezen, met krioelende spanningsbogen als gevolg. Soms worstelen ze zich er doorheen, zoals wanneer Freek de Jonge aan Deze ontvangt alleen nog Radio Oranje het einde van zijn eerste uur verzucht: ‘God, wat duurt dat lang, zo’n uur’. ‘Vind je?’ vraagt Ischa Meijer. Daarna liggen beide heren wanneer er tijd is om verder te komen dan de voor de hand liggen- een uur lang onder tafel van het lachen, dankzij geweldige anekde onderwerpen, ontstaan er bijzonder interessante momenten. dotes van Freek de Jonge. Door die lange gesprekstijd vergeet de Initiatiefnemer Roel van Broekhoven had het geïnterviewde zijn pr-training en ontstaat er oorspronkelijk vierentwintig uur willen laten Soms worstelen ze zich er iets oorspronkelijks. Als luisteraar kun je heerduren, maar uiteindelijk werd besloten dat vijf doorheen, daarna liggen lijk meedeinen op die golvende vijf uur. Soms uur al ‘schier onmogelijk’ leek. De gasten variëdroom je even weg, net als het duo uit de speaker ren van politici tot schrijvers, wetenschappers, de beide heren een uur misschien, tot er ineens een scherpe vraag of opcabaretiers, noem maar op. Ze hebben stuk lang onder de tafel van merking valt die het lome moment doorprikt en je voor stuk in ieder geval genoeg te vertellen. op het puntje van je stoel zit. het lachen Ook de interviewers zelf zijn overigens niet Er zijn 695 uren aan Marathoninterview te bemis. De eerste elf sessies werden uitgezonden in 1986, met onder luisteren. Daar zit voor iedereen wel iets tussen. Op de fiets, tijdens meer Karel van het Reve, Freek de Jonge en Joop van der Reijden. het afwassen, op een lome zondagochtend: dompel je onder in ulSindsdien worden er nog steeds elk najaar interessante gasten en tieme radio-nostalgie, met een aflevering uit 1986 als must. Na vijf interviewers uitgenodigd voor Marathoninterviews. Wel zijn de uur wil je meer. Zoals Cor Galis aan het einde van elk uur afsluit: ‘Er uren inmiddels ingekort naar drie, en is de intro Vivaldi geworden in is nog zoveel niet gezegd…’ d plaats van het boksgeluid en 10cc. Ook is de stem van Cor Galis een groot gemis in de latere interviews.
‘.....en daarom is wit brood mijn favoriete brood om tosti’s mee te maken. Hoe lang heb ik nog?’
Game of the Roses
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 12
Game of the Roses
‘Ah toe! Ruik dan aan mijn roos!’
Loes Knijn – De kerstvakantie komt eraan: een uitgelezen kans om je te verdiepen in de wereld van Game of Thrones. Of je nu de boekenreeks van George R.R. Martin gaat lezen of de serie op HBO bekijkt, het zal je niet ontgaan dat het verhaal veel overeenkomsten vertoont met de middeleeuwen. Kunnen we Westeros zien als het West-Europa van de 15e eeuw of gaat deze vergelijking niet helemaal op? Het verhaal van Game of Thrones speelt zich af op de twee continenten Westeros en Essos. Op Westeros leven de zeven koninkrijken ‘gebroederlijk’ naast elkaar. Ieder rijk heeft zijn eigen gebied, schild, slagzin en adellijke familie. De verschillende inwoners van elk gebied lijken zelfs in karaktereigen-
‘Daar trap ik niet nog een keer in’
schappen en uiterlijke kenmerken op elkaar. De zeven koninkrijken waren ooit zeven aparte staten, maar na de verovering van Westeros door de familie Targaryen werden de zeven koninkrijken één gebied. Na een periode van 300 jaar werd koning Aerys II
Lannisters en Lancasters, khal en Khan Targaryen, ofwel Aerys de krankzinnige, vermoord door een verbond tussen vijf belangrijke adellijke families: de Baratheons, de Starks, de Arryns, de Tullings en de Lannisters. De serie kent drie belangrijke verhaallijnen. De eerste speelt zich af op
Westeros. De koning, Robert Baratheon, gaat onder verdachte omstandigheden dood en zijn zoon prins Joffrey ‘Lannister’ volgt hem op. Ned Stark, de adviseur van de koning, ontdekt dat Joffrey een bastaardzoon is en dat de broer van Robert Baratheon meer recht heeft op de troon. Nadat Ned Stark is onthoofd door koning Joffrey, ontstaat er een strijd tussen de verschillende adellijke families om de troon. In deze strijd komen de Lannisters en de Starks al snel tegenover elkaar te staan. De overeenkomsten met de historische beroemde War of the Roses in vijftiende-eeuws Engeland zijn talrijk. Na de honderdjarige oorlog kwam Engeland in sociale en financiële problemen. Koning Hendrik VI, van het huis van Lancaster, was geestelijk niet helemaal gezond en niet in staat >>>
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 13
Game of the Roses
om het land goed te besturen. Verschillende edelen kwamen in opstand en Richard III, de hertog van York, claimde vervolgens succesvol de troon van Engeland. In de daaropvolgende periode van 1455 tot 1487 hebben de Lancastrians - de rode rozen - en de Yorkists - de witte rozen - verschillende keren gevochten om de Engelse troon. De tweede verhaallijn in Game of Thrones speelt zich af in het noorden van Westeros. De zeven koninkrijken worden door een grote muur gescheiden van het ruige noordelijke gebied. Deze muur wordt bewaakt door een zogeheten Nachtwacht: een groep krijgers die hun leven in Westeros verruild hebben voor een leven op de muur. Aan de andere kant wonen de ‘Wildlings’, een volk dat zich onder geen enkele koning schaart en al plunderend rondtrekt. Naast deze relatief onschuldige volkeren leven er ook ‘White Walkers’ ten noorden van de muur, een soort magische wezens die alleen gedood kunnen worden door een zwaard van drakenglas. De inwoners van Westeros voelen gedurende het verhaal een steeds sterkere dreiging vanuit het Noorden. De muur in het verhaal speelt een belangrijke rol: hij beschermt niet alleen de zeven koninkrijken, maar vormt ook de grens van de beschaafde wereld. Deze muur vertoont overeenkomsten met die van Hadrianus, die ten tijde van het Romeinse rijk de grens markeerde met het wilde Schotland. Ook met de middeleeuwse legende van de muur van Alexander de Grote valt een parallel te trekken. Alexander de Grote zou in de Kaukasus een muur hebben gebouwd, om de ongeciviliseerde volkeren op afstand te houden. Deze volkeren werden veelal geassocieerd met de Bijbelse volken Gog en Magog, die tegen het einde der tijden de strijd zouden aangaan met het volk van God. De derde verhaallijn speelt zich af in Essos. Daenerys Targaryen, de dochter van de vermoorde Aerys de krankzinnige, probeert met een groep volgelingen haar weg terug te vinden naar Westeros, om het koningschap terug te claimen. Haar krankzinnige broer Viserys Targaryen heeft haar uitgehuwelijkt aan khal Drogo, de krijgsheer van het nomadische volk de Dothraki. De Dothraki leven samen in verschillende ‘khalasars’ en aan het hoofd van elke khalasar staat een khal, of in het geval van Daenerys een khaleesi. Dothraki zijn ruiters, die bekend staan om hun vechtkunsten. De Dothraki met de langste paardenstaart is de machtigste man en
dus de khal van de khalasar. Een soortgelijke machtsstructuur zagen we ook bij de Mongolen. De bekendste Mongoolse leider is Dzjengis Khan, die het Mongoolse rijk stichtte in 1206. Door opstandige stammen te verdelen over verschillende leiders, strenge wetten toe te passen en door zowel de bevolking als het leger op te delen in groepen van tien of honderd, wist Dzjengis Khan een enorm georganiseerde samenleving te creëren. De voorliefde voor paarden en het veelvuldig inzetten van cavalerie in de serie zien we terug bij de Mammelukken in Egypte. Dit waren voormalige slaven van de Abbasiden, die in 1250 Caïro wisten te veroveren op de Ajjoebiden. De Mammelukken stonden zelfs in de tijd van Napoleon nog bekend om hun cavalerie. Lannisters en Lancasters, khal en Khan: het scheelt onderling niet zoveel. Toch ontbreken er jammer genoeg ook tal van middeleeuwse elementen in het verhaal van Westeros. De enorme invloed van het christendom op de samenleving of de impact van de pest bijvoorbeeld. Kunnen we Westeros zien als het West-Europa van de 15e eeuw? Nee, maar het is wel leuk om naar overeenkomsten te zoeken. d
Is dit inmiddels de hele cast? Is de rest dood? Ik loop een paar seizoenen achter.
Geef mij
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 14
Aan de voet van die ouwe Wester
‘Miiijjjn ideeaaaal... Het is de mooiste club van allemaaaaaaal’
Alan van Rijn - Aan de voet van de Westertoren groeiden twee neven op tot nachtegaaltjes: Johannes van Musscher en Carel Verbrugge (respectievelijk linkst en rechts op de foto), of zoals zij later bekend kwamen te staan, Johnny Jordaan en Willy Alberti. Met Zo, zo, zo is de Jordaan, Bij ons in de Jordaan en natuurlijk Geef mij maar Amsterdam zette Johnny met zijn galmende stemgeluid de Jordaanballade op de kaart. Tegelijkertijd brak Alberti door als operatenor. Ooit zong hij zelfs in het Mekka van de opera, ‘La Scala’ in Milaan. Twee zangers, vol van de Jordanese gezelligheid, die de wereld wat mooier lieten klinken. De jongens groeiden samen op in de Jordaan, waar Johnny een oog verloor toen hij als koter met Willy stoeide. De twee leerden elkaar zingen, maar gingen later hun eigen weg. Al toen de twee heren nog twee knapen waren, zongen zij om wat centen te ver-
dienen in cafés en in de schaduw van de Westerkerk. Aan het begin van de oorlog brak Alberti door als operazanger. In de loop van de jaren vijftig groeide zijn populariteit ook omdat hij steeds meer Nederlandse liedjes maakte, waaronder liedjes voor en over Ajax. In hetzelfde decennium brak Johnny door met Geef mij maar Amsterdam. De Jordanese volksmuziek werd in één klap
Geef mij maar Amsterdam beroemd, ook omdat zijn liedjes werden uitgezonden door de AVRO. De VARA vond het te ordinair. Het leven was voor Johnny Jordaan niet alleen gezelligheid en feest. De arme man was jarenlang ongelukkig vanwege zijn verborgen homoseksualiteit. Met zijn vrouw Totty kreeg hij twee dochters, maar hij kon in deze tijd, waarin andere opvattin-
gen golden, niet uitkomen voor wie hij was. Zijn depressies werden zelfs zo erg dat hij poogde zelfmoord te plegen. In de jaren zestig kwam hij uit de kast en werd hij met zijn nieuwe partner (Ton) gelukkiger. Johnny, het Amsterdamse levenslied en de Jordanese gezelligheidscultuur werden dankzij hem op de kaart gezet. Alberti begon hoe langer hoe meer met zijn dochter Willeke de Nederlandse muziekwereld te veroveren. Nog altijd betoverde hij met zijn opgewekte Italiaanse liederen en Nederlandse smartlappen. Hij leidde Willeke op tot een begaafde zangeres. Samen namen zij vele duetten op, waaronder een nieuwe versie van één van Willy’s mooiste liedjes, De Glimlach van een Kind. Ook Johnny’s dochter heette Willeke, de band met haar was net zo hecht. Johnny en Willy hadden buiten de liefde voor hun kinderen altijd een voorliefde voor Amsterdam. Bijna alle liedjes hebben op de een of andere manier iets te maken met de stad. En dan vooral >>>
maar Amsterdam
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 15
met de Jordaan en in het bijzonder met één monumentaal gebouw. Als je langs de Prinsengracht loopt, kom je geheid de Westerkerk, met zijn mooie spits, tegen. Technisch gezien staat hij net buiten de Jordaan, maar dat even terzijde. De toren vormt een constante aanwezigheid voor Jordanezen, ‘Waar ik ook loop in de Jordaan, je volgt me overal’ zong Alberti in O mooie Westertoren. Ook Tabé, ouwe Wester behoorde tot zijn repertoire. Er
bestaat ook een Westertorenduet dat de twee neven samen uitbrachten, lang na hun gezamelijke optredens in de cafés: het prachtige Aan de voet van die ouwe Wester. De Amsterdamse Tenor en de Jordanese volkszanger stierven in de jaren tachtig, en lieten een stukje cultureel erfgoed achter waar je u tegen zegt. En dat de Westerkerk technisch gezien net buiten de Jordaan valt? Alleen een VARA-lid dat daar om meiert.d
Oud Nieuws Een willekeurige greep uit de wereldgeschiedenis.
December & Januari
(door Karel de Grote heilagmanoth en wintarmanoth genoemd) 1979, 11 december - Groot-Brittannië erkent de onafhankelijkheid van Rhodesië/Zimbabwe. 1955, 11 december - Israëlische militairen vallen Syrische stellingen bij het Meer van Tiberias aan. 1944, 4 januari - Het Britse invasieleger begint de aanval op de Gustav-linie bij Montecassino in Italië. 1931, 22 januari - Vanuit de Amsterdamse Diamantbeurs verzorgt de VARA experimentele televisie-uitzendingen. 1898, 13 januari - Emile Zola’s J’accuse, een open brief aan de president over de zaak Dreyfus, verschijnt in de Franse krant l’Aurore. 1821, 21 januari - Een groot deel van Paramaribo wordt door brand verwoest. Er vallen vier doden. 1782, 11 januari - Het Nederlandse garnizoen van Trincomalee op Ceylon geeft zich over aan de Engelsen.
Advertentie
1636, 14 december - Lodewijk XIII wil Frederik Hendrik voortaan betitelen als ‘Son Altesse’, waarmee hij gelijk gesteld wordt aan Franse en Spaanse prinsen.
Schrijven voor Eindeloos?
1574, 28 december - Willem van Oranje stelt de Staten van Holland en Zeeland voor een eigen universiteit te stichten.
Vormgeven voor Eindeloos?
1477, 5 januari - De Bourgondische hertog Karel de Stoute sneuvelt bij Nancy in de strijd tegen het Zwitserse Eedgenootschap.
Over de rij voor het Anne Frankhuis zingt dan weer niemand liederen
Tekenen voor Eindeloos? Fotograferen voor Eindeloos? Kom langs bij Eindeloos! Stuur een mailtje naar: eindeloos@kleio-amsterdam.nl
1430, 10 januari - Filips de Goede sticht de Orde van het Gulden Vlies. 1262, 28 januari - Een noordwester storm teistert de Vlaamse en Hollandse kust. 1066, 25 december - Willem I de Veroveraar wordt gekroond tot koning van Engeland. 955, 25 december - Bisschop Ratherius van Luik wordt afgezet na een oproer. 722, 1 januari - Hofmeier Karel Martel schenkt bisschop Willibrord de ruïnes van de Romeinse castella Utrecht en Vechten.
EINDELOOS NUMMER 4 - PAGINA 16
Interview
Historicus van de maand In het museum
Valerie Veenvliet
Projectleider bij het Amsterdam Museum en eigenaar van ViaVerleden Tijdens haar master Publieksgeschiedenis liep Valerie stage bij het conservatorenteam van het Amsterdam Museum. Ze kwam erachter wat ze wilde, projectleiding werd haar roeping! Jet van der Steijle Wat heb je allemaal gedaan, tijdens en na de opleiding? Tijdens mijn bachelor Geschiedenis heb ik altijd bijbaantjes gehad. Werkervaring opdoen vind ik belangrijk, zelfs als het een andere sector is, omdat het je toont hoe verschillende organisaties werken. Ik heb tijdens de laatste twee jaar van mijn bachelor gewerkt bij Nespresso als ‘coffee specialist’ en ook al had het niks met geschiedenis te maken, heb ik veel geleerd over hospitality, sales en marketing. Tijdens mijn master Publieksgeschiedenis aan de UvA heb ik drie maanden stage gelopen in het Amsterdam Museum als conservator. Voor het eerst kon ik daadwerkelijk opgedane kennis in de praktijk brengen. Na mijn stage heb ik mij ingeschreven als zzp’er om losse klussen te kunnen blijven doen in de museumsector. Na een reis en het afronden van mijn studie ben ik uiteindelijk als projectleider bij het Amsterdam Museum aan de slag gegaan. In hoeverre heb je voor-
deel gehad van je opleiding Geschiedenis? Vooral mijn master is een toevoeging geweest voor mijn huidige werk. Het overbrengen van geschiedenis op een niet-academisch publiek staat zowel in de master Publieksgeschiedenis als in musea centraal. Dit sloot in mijn geval dus naadloos aan. Daarnaast heb ik mijn masterthesis geschreven over de opkomst en uitvoering van publieksparticipatie in de Nederlandse museale sector. Mijn huidige werkgever vond de kennis die ik hierover meebracht ontzettend interessant en geeft mij de vrijheid om projecten op te pakken waar publieksparticipatie centraal staat. Zo kan ik hier advies over geven! Ook merk ik dat andere partijen specifiek in mijn masterthesis geïnteresseerd zijn. Ik ben gevraagd lezingen te geven en artikelen te schrijven. Mijn opleidingen hebben er dus zeker voor gezorgd dat er interesse op de arbeidsmarkt in mij was! Welke tips zou je studenten willen meegeven? Loop stage! Deze ervaring was van ongekende waarde voor mij, om te ontdekken
wat je zelf leuk vindt en om ‘grote-mensen-werkervaring’ op te doen. Behalve de ervaring en mooie kansen zorgde mijn stage ervoor dat ik er achter kwam dat ik projectleiding leuker vind dan conservator zijn. Iets wat ik tot dan toe altijd voor ogen had als mijn dream job. Ook werkte het voor mij altijd beter om de vakken te volgen die ik oprecht leuk vond, en niet omdat ze beter bij elkaar zouden passen. Ik geloof erin dat, als je iets doet vanuit jouw passie, het uiteindelijk altijd goed komt. Ook met je toekomstige carrière! Als laatste wil ik graag meegeven dat je niet bang moet zijn om risico’s te nemen. Toen ik mij inschreef als zzp’er was dit een grote gok, maar dit bleek uiteindelijk succesvol. Het resulteerde in mijn huidige baan. Ik heb me ook gewaagd aan de lerarenopleiding, wat een minder goede zet bleek; het paste totaal niet bij me. Door te proberen weet je uiteindelijk wat je drijft, of juist niet, binnen je werk. Vind uit wat je leuk lijkt en jaag het na! Dan kom je er uiteindelijk wel. d
EINDELOOS COLOFON
Hoofdredactie Bente Marschall Secretaris Rutger Hoekstra Eindredactie Silvio Algra Coks Donders Tycho Hofstra Bente Marschall Vormgeving Bente Marschall Drukwerk Speed-o-Print, Amsterdam Redactie Rutger Hoekstra Tycho Hofstra Loes Knijn Devrim Kroese Bente Marschall Suzanne Nellestijn Alan van Rijn Pouwel van Schooten Tim van Spanning Jet van der Steijle Maroesjka Verhagen Redactieraad Dr. Jouke Turpijn Dr. Willem Melching Prof. Dr. Wyger Velema Dr. Wendelien van Welie Uitgever: Stichting Eindeloos Eindeloos is een onafhankelijk periodiek van en voor de studierichtingen Geschiedenis en Kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Amsterdam. Het blad wordt uitgegeven door de Stichting Eindeloos en is gelieerd aan studievereniging Kleio. Eindeloos ligt iedere maand in de bladenbakken van het P. C. Hoofthuis en het Bushuis. Reacties, ingezonden stukken, liefdesverklaringen en hatemail kunt u sturen naar eindeloos@kleio-amsterdam.nl Deze uitgave kwam tot stand met subsidie van de Universiteit van Amsterdam. Zie ook: eindeloosweblog.wordpress.com