24 minute read

Bouwschade

Next Article
Arbitrage

Arbitrage

Millimeters brede scheuren

De bewoners van een hoekwoning uit 1910 wilden meer ruimte. Geen scheuren. Je kunt nog zoveel rekenen en tekenen, maar als je dat vervolgens niet toepast op het echte werk krijg je een situatie zoals deze. Waarin vijf jaar na de realisatie van een aanbouw millimeters brede scheuren ontstaan in de muren en het plafond van de woning.

Loze hoekjes krijgen kastjes, er worden multifunctionele meubels gekocht en ook andere slimme oplossingen van een zeker blauwgeel woonwarenhuis worden niet geschuwd. Toch blijft het voor de bewoners van een hoekwoning daterend uit 1910 telkens weer schipperen met de ruimte. Ze willen er meer van. Veel meer. Zonder te hoeven verhuizen. Want het aanbod op de woningmarkt is niet denderend en als ze al iets vinden, is de prijs torenhoog. Dan liever een stuk van de achtertuin opofferen voor een aanbouw. Tot 2,5 meter en met een grote pui voor extra licht.

Dilataties

In de directe omgeving wordt een aannemer met kennis van zaken gevonden. Hij bespreekt de wensen van de eigenaren. Er wordt gerekend en getekend. Wat volgt, is de daadwerkelijke realisatie van de aanbouw. Waar de woning is gefundeerd op staal, krijgt de aanbouw een paalfundering. Om eventuele werking op te vangen, brengt de vakman in het buitenblad tussen de kopgevel van de woning en de aanbouw een dilatatie aan. Datzelfde gebeurt tussen de nieuw gebouwde aanbouw en de aanbouw van de buren.

Scheurvorming

Blij dat ze hun plannen hebben doorgezet, genieten de bewoners volop van de extra ruimte. Tot vijf jaar na oplevering scheuren zichtbaar worden. Ter hoogte van de overgang van het oude woonhuis op de aanbouw. En dan vooral in de

Haarscheurtjes kun je deze millimeters brede scheuren niet meer noemen. Er zijn te weinig dilataties aangebracht om de zettingsverschillen op te kunnen vangen.

muur van de woonkamer en de muren en het plafond van de badkamer. Geen haarscheurtjes, maar scheuren van enkele millimeters breed. Bovendien blijft op het dak van de aanbouw regenwater staan. Tegenschot voorkomt dat de hemelwaterafvoeren het water goed kunnen afvoeren. Ontsteld gaan de bewoners te rade bij Bureau voor Bouwpathologie.

Zettingsverschillen

De bouwpatholoog heeft niet veel tijd nodig om tot een conclusie te komen. Door de tekening van de aanbouw te vergelijken met de huidige situatie weet hij waar het werk aan schort: er ontbreken dilataties. Door zettingsverschillen zijn de woning op staal en de aanbouw op palen afwijkend van elkaar gaan zakken. De dilatatie in het buitenblad alleen kan dat niet opvangen. De aannemer heeft de getekende dilataties bij de dragende binnenmuren en in de vloer namelijk niet toegepast. Met forse schade tot gevolg.

Herstel

Het versterken van de fundering is voor de oude woning beperkt mogelijk. Injecteren is geen optie; daar leent de ondergrond zich niet voor. Het aanbrengen van een paalfundering is alleen mogelijk als de hele rij woningen daarvan wordt voorzien. Doe je dat alleen bij de hoekwoning zelf, dan ontstaan er problemen bij de aansluiting met de buurwoning. En dus beveelt de bouwpatholoog een versterking van de fundering op staal niet aan. Dat de woning zettingen ondergaat en daarmee hoogteverschil ontstaat met de aanbouw is niet te voorkomen. De bewoners moeten dit accepteren.

Om te voorkomen dat er in de toekomst nieuwe scheuren ontstaan, moeten in de wanden en de vloer alsnog dilataties worden aangebracht. Met de kanttekening dat nadien moet worden gecontroleerd of de constructieve samenhang nog is gewaarborgd. Zijn de dilataties tussen de dragende onderdelen van de aanbouw en de oude woning eenmaal aanwezig, dan kunnen de scheuren worden hersteld.

De woning op staal en de aanbouw op palen zijn afwijkend van elkaar gaan zakken

Vraag naar hergebruikt hout ‘beperkt, maar elke dag groter’

Groothandel in hout, plaat- en bouwmaterialen PontMeyer gaat op de circulaire toer. Naast wiggen en piketpalen gaat de houthandel nu ook balken van opgewaardeerd sloophout aanbieden. Productmanager Benjamin Collard ziet een toenemende behoe te aan circulaire en duurzame producten. Ook de in Noord-Holland opererende bouwmaterialenhandel Bakker Bouwen & Wonen hee t gebruikt bouwhout in haar assortiment opgenomen. Daarbij gaat het vooral om balkhout in vuren en grenen in hoofdzakelijk diktes van 70 en 100 mm in diverse breedte- en lengtematen. Volgens directeur Dirk Ploegstra “bestaat er geen afvalhout. Er is voor elk stuk hout een toepassing te vinden.”

‘Wij willen klaar zijn voor de toekomst en ons steentje bijdragen aan een beter milieu’ BENJAMIN COLLARD

Productmanager PontMeyer

“De vraag is nog beperkt, maar wordt elke dag groter. Wij willen klaar zijn voor de toekomst.

Bovendien wil PontMeyer haar steentje bijdragen aan een beter milieu”, aldus Benjamin Collard, hier rechts op de foto met links Axel Hendriks van

Beelen NEXT. Met name de eindklant van de aannemer die bij PontMeyer de bouwmaterialen afneemt, vraagt steeds meer om circulaire producten. “De particulier die vanuit overtuiging duurzaam wil bouwen of een instantie die vanuit fi nancieel voordeel in een aanbestedingstraject of door wet- en regelgeving gestimuleerd wordt om duurzamere materialen in te zetten.”

In dit traject werkt PontMeyer samen met sloopbedrijf Beelen. Onder de noemer Beelen NEXT oogst Beelen het sloophout uit slooppanden, sorteert de materialen uit en behandelt het hout zodanig dat de producten verkoopbaar zijn. “We hebben een uitgebreide sorteerinstructie met

Beelen NEXT opgesteld. Zo wordt het hout geschaafd, ontspijkerd en gecontroleerd op onder andere lijmresten, verfresten, rot en cementsluier.

Daarmee wordt het product van gelijkwaardige kwaliteit als ‘nieuw’ hout”, legt Collard uit.

Momenteel biedt PontMeyer nog een beperkt volume circulair balkhout met een dikte van 50 x 75 mm en lengte van 2700 mm. De ambitie is om het volume en het aantal maten en soorten uit te breiden. De producten dragen het certifi caat FSC-

Recycled 100%. Dat wil zeggen dat een ona hankelijke derde partij, een certifi ceerder, hee t vastgesteld dat het hout in deze producten aantoonbaar a komstig is uit gerecyclede bron.

PontMeyer signaleert tot dusver twee typen klanten die veel interesse hebben in circulaire houtproducten. “Dat zijn de lokale aannemers die dikwijls met ecologische bouwprojecten of met (prefab) houtbouw bezig zijn, zoals Dijkhuis uit

Hardenberg. Daarnaast zien we een behoe te bij landelijk opererende bouwbedrijven, zoals

Heijmans, die vanuit overtuiging en naar wens van hun klanten duurzamer hout inzetten.”

‘ Voor elk stuk hout is een toepassing te vinden’

DIRK PLOEGSTRA

Algemeen directeur Bakker Bouwen & Wonen

“We zitten aan het begin van de transitie naar een circulaire economie. Voor ons en onze partners is dit een noodzakelijke investering die zich op de langere termijn zal terugverdienen.” Bakker Bouwen & Wonen trekt in het circulaire traject op met ‘De

Heren van Demonteren’. Dit bedrijf is onderdeel van Boy Limmen Sloopwerken en verzamelt tijdens sloopwerkzaamheden alle materialen die anders bij het afval terechtkomen. Deze materialen worden gereedgemaakt voor een ‘tweede leven’. “Het hout wordt vrijgemaakt van bevestigingsmiddelen en de koppen worden schoon gezaagd. Bij het plaatmateriaal gebeurt feitelijk hetzelfde”, legt Ploegstra uit. Door middel van visuele inspectie wordt het gebruikte hout tijdens de sloop geselecteerd. “Het hout mag niet aangetast zijn door schimmels en/of insecten en de constructieve waarde moet niet geleden hebben onder de gebruikte bevestigingsmaterialen.”

Volgens Ploegstra (rechts op de foto) is er een latente behoe te onder klanten, waaronder ook veel regionale en lokale aannemersbedrijven, naar circulaire houtproducten. “Echter we staan nog maar aan het begin. De vraag zal top-down doorsijpelen.

Gecommitteerde opdrachtgevers en bedrijven zullen in de nabije toekomst steeds meer invloed uitoefenen op de toepassing van circulaire grondsto en in het bouwproces.”

Op de vraag of de prijs van het gebruikte bouwhout hoger wordt dan die van primaire houtproducten, zegt Ploegstra: “De prijs zal rond het marktniveau liggen van ‘nieuw’ hout, maar dat is sterk a hankelijk van de toepassing. Bovendien verwacht ik dat de vraag naar gereviseerd hout fors zal toenemen, waardoor de behoe te het aanbod ruim zal overstijgen. Dat zal natuurlijk invloed hebben op de prijs.”

‘We willen flinke schaalsprongen maken’

Op Building Holland werd het Gilde van Verduurzamers gepresenteerd, een nieuwe beroepsvereniging van professionals voor verduurzaming van de gebouwde omgeving. Bouwers, installateurs, beleidsmakers en adviseurs gaan samen de vergroening gestalte geven met het nieuwe vak van verduurzamer. Voorzitter Suze Gehem: “Kom maar op met je toffe ideeën.”

De maatschappij heeft een schreeuwend tekort aan technische vakmensen om de verduurzaming van de gebouwde omgeving te realiseren. Van planvorming tot uitvoering: in alle stadia van het proces zijn er personeelstekorten (en materiaaltekorten zorgen voor extra stagnaties). Daar wil het Gilde van Verduurzamers iets aan doen. Het gilde gaat met talentvolle vakmensen aan de slag om kennisdeling en kennisoverdracht op het gebied van verduurzaming te faciliteren. Initiatiefnemers zijn Wietse Walinga (kennisplatform Duurzaam Gebouwd), John Lens (kennisinstituut TVVL) en Harm Valk (Nieman Raadgevende Ingenieurs). Voorzitter Suze Gehem (De Groene Grachten) is de moedige kruisridder die de troepen aanvoert.

Waarom is deze organisatie zo hard nodig?

“Veel duurzaamheidsvraagstukken in de bouw en techniek zijn niet op te lossen door één vakdiscipline. We willen de puzzel leggen vanuit verschillende invalshoeken. Bouwers, installateurs, beleidsmakers en adviseurs hebben elkaar nodig om kennis te delen en ervaringen uit te wisselen. Verduurzamer willen we als nieuw vak op de kaart zetten.”

Wat is je plan voor de komende drie jaar?

“We willen groeien naar een volwaardige vereniging met drieduizend leden. De eerste zestig professionals zijn al door TVVL en Squarewise opgeleid tot verduurzamer en kregen het certificaat. In januari gaan we echt los en kan iedereen zich aanmelden. Belangstellenden kunnen nu al hun gegevens achterlaten op de website. In de loop van het nieuwe jaar zullen we onze eerste bijeenkomsten organiseren voor ondernemers.”

Wat houdt het nieuwe vak van verduurzamer precies in?

“Het vak zelf is er al langer. Wij gaan het expliciet maken. Mensen moeten trots zijn op hun rol als verduurzamer. Deze professionals kijken verder dan hun neus lang is. Zij vinden verduurzaming belangrijk, ook voor toekomstige generaties. Er is niks mooiers dan met goede mensen aan betekenisvolle projecten werken. Daar sturen wij op aan, ook bij de opleidingen. We verbinden de verschillende opleidingsrichtingen, zodat ze van elkaar gaan leren in een multidisciplinaire aanpak. En ervaringen gaan uitwisselen, zodat ze niet allemaal zelf het wiel uitvinden en eindeloos rondjes draaien. We moeten nu naar een flinke schaalsprong toe. Dat voelen veel mensen aan. Maar het moet nog wel gebeuren.”

‘Verduurzamers kijken verder dan hun neus lang is’

Wat ontbreekt er nu aan?

“Technisch is er veel mogelijk, maar procesmatig en sociaal kunnen we de meeste vooruitgang boeken. Samen willen we oplossingen vinden om professionals in beweging te krijgen door te versterken wat er al is. En door nieuwe samenwerkingsvormen aan te gaan.”

Hoe grijpen techniek en gedrag in elkaar?

“Als je een technische achtergrond hebt, ligt het voor de hand om een probleem technisch aan te vliegen. Tot voor kort waren techniek en gedrag twee aparte werelden. Nu zien we dat ze steeds dichter bij elkaar komen. Dat is ook nodig voor acceptatie en opschaling. Je kunt een technische oplossing er wel doorheen willen duwen, maar dat werkt niet.”

Verduurzamers moeten ‘over de schutting’ van hun eigen vakgebied kijken. Hoe zie je dat voor je?

“Je kunt vanuit je eigen invalshoek naar de uitvoering van een project kijken, maar vroeg of laat loop je tegen de belangen van een ander aan. Wij willen samenwerken vanuit co-creatie en uitwisseling van ideeën. Als je een warmtepomp gaat installeren en niet weet hoe het zit met de monumentale waarde van een pand, heb je nieuwe kennis nodig. Dat gegeven willen we breed uitrollen voor allerlei technische vraagstukken die elkaar overlappen. Ik ken de uitvoerende partijen in Amsterdam die zo samenwerken. Deze co-creatie moet straks in heel Nederland mogelijk zijn.”

Is een kleine ondernemer bereid om over de schutting te kijken en isolatie te verkopen in plaats van een warmtepomp?

“Wel als hij gericht is op de klant. Een echte ondernemer weet dat cashen op de korte termijn geen garantie is voor een relatie op de lange termijn. Het gaat erom te leren luisteren naar de behoeftes van de klant.”

Wie is Suze Gehem

Ir. Suze Gehem is oud-studente van de TU Del t. Zij is oprichter van Roo top Revolution, dat werkt aan het vergroenen van daken. Daarnaast richtte zij tien jaar geleden technisch adviesbureau De Groene Grachten op, een organisatie die zich sterk maakt voor verduurzaming van historische gebouwen en gebieden in heel Nederland. Het begon met Amsterdamse grachtenpanden, daarna volgden theaters, musea, hotels, kerken en watertorens. “Als we historische panden kunnen verduurzamen, lukt het ook met woningen en maatschappelijk vastgoed”, aldus Gehem. “Samen met installateurs en bouwteams zoeken we naar creatieve oplossingen.” Gehem is tevens oprichter van Green Light District en zit in de Raad van Bestuur van het Nationaal Groenfonds. De ervaringen die ze opdeed bij al deze organisaties, komen nu goed van pas bij het Gilde van Verduurzamers. Scan de QR-code voor meer informatie over het Gilde van Verduurzamers.

Bouwers en installateurs zijn huiverig voor het zoveelste praatclubje. Waarom gaat het gilde het maken?

“Omdat dit niet alleen over bouwers en installateurs gaat. Dit is een gezamenlijk project waarin iedereen zijn rol vervult, ook bewoners en beleidsmakers. Het gilde is een club die wordt gedragen door creativiteit en verbindingen. Ik hoor overal die schreeuw. En wij gooien het open. Dus kom maar op met je toff e ideeën! Wat heb je nodig? Waarom lukt het op de oude manier niet? Heb je zelf een project op het oog? Hoe kunnen wij faciliteren? Daarvoor is het gilde.”

Wat zijn verdienmodellen van de toekomst? Moeten bouwers en installateurs meer kijken naar verbruik in plaats van bezit?

“Niet alleen bouwers en installateurs. Het gaat om alle betrokkenen, van plan tot realisatie. De Energie Prestatie Garantie is een goed voorbeeld van een nieuwe contractvorm. We zien steeds meer all-in pakketten ontstaan voor het ontzorgen van bewoners en verduurzamen van gebouwen. Ook bij makelaars zien we interessante ontwikkelingen. Het wordt zelfs een risico als je niet gaat verduurzamen, zo lezen we in trendrapporten. Er gebeurt heel veel. Architect Thomas Rau kwam ooit met verlichting als dienst. Misschien kunnen verduurzamers as a service-concepten gaan bedenken en aanbieden. Ook de ESCo wil ik noemen. De Energy Service Company is een bedrijf dat door toepassing van verschillende maatregelen energiebesparing voor een gebouweigenaar garandeert. Een sleutelrol daarin speelt het prestatiecontract.”

Hoe kunnen ondernemers slimme samenwerkingen aangaan?

“Ik zou zeggen: geef de verduurzamers in je organisatie de ruimte, zodat zij de noodzakelijke verbindingen kunnen leggen en een concept tot realisatie kunnen brengen. Ervaring opdoen werkt nu het allerbeste.”

Bouwbesluit in de praktijk

Een bestaande fundering, een nieuw bouwwerk … mag dat zo maar? Deze casus komt – samen met nog negen andere – aan bod tijdens de cursus Bouwbesluit in de praktijk, te volgen in de Online Bouw Academie. Ontwikkeld voor iedere professional die in de praktijk te maken krijgt met het Bouwbesluit.

De reden waarom we een Bouwbesluit hebben in Nederland is eigenlijk een eenvoudige. Een bouwwerk en gebouw moeten altijd veilig gebouwd zijn. Veilig voor bouwer, bewoners en gebruikers en voor de omgeving. Een bouwwerk mag dus geen gevaar, risico of letsel opleveren voor bewoners, gebruikers en omgeving. Juist om ervoor te zorgen dat iedereen dezelfde uitgangspunten hierbij hanteert, is het Bouwbesluit gemaakt. De regels uit het Bouwbesluit maken voor iedereen duidelijk wat de minimale normen zijn voor het veilig bouwen, renoveren en gebruiken van bouwwerken. Daarom hee t de overheid in het Bouwbesluit 2012 en in het Besluit Bouwwerken Leefomgeving (2022) voorschri ten voor veiligheid, gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en milieu (duurzaamheid) vastgelegd. Een bouwwerk moet dus altijd volledig voldoen aan al die voorschri ten. Een nieuw bouwwerk moet voldoen aan de voorschri ten bij eisen voor nieuw te bouwen bouwwerken: nieuwbouw. Een bestaand bouwwerk moet ten minste voldoen aan de voorschri ten bij eisen die gesteld werden, ooit, ten tijde van de vergunningsaanvraag. Verder moeten alle gebouwen te allen tijde voldoen aan het laagste eisenniveau: bestaande bouw. Een bouwwerk dat niet voldoet aan de verplichte eisen is een illegaal bouwwerk en mag niet betreden worden zonder dat de afwijkingen eerst worden hersteld. Het is overigens niet verboden om zo’n illegaal bouwwerk te bezitten. Het mag alleen niet in gebruik worden genomen.

Cursus

Het Bouwbesluit is zeer uitgebreid. In deze online cursus krijg je een eerste introductie. Je leert hoe het Bouwbesluit werkt en op welke wijze je de regels dient toe te passen in de praktijk. Aan de hand van tien praktijkvoorbeelden wordt uitgelegd welke regels er zijn, hoe ze op elkaar inwerken en hoe je het Bouwbesluit nu precies moet lezen en toepassen. In de cursus worden tien veelvoorkomende situaties uit de praktijk van alledag behandeld.

Docent

Ir. Rens ten Hagen is hoofddocent van deze online cursus Bouwbesluit in de praktijk en verbonden aan BouwProfs als docent duurzaamheid, en beheer en onderhoud vastgoed. Hij is zelfstandig docent op het gebied van inspectie, rapportage, advisering, beheer en onderhoud, NEN 2767, BOEi, duurzaamheid, innovatie en functionaliteit.

Online Bouw Academie

Online Bouw Academie verzorgt door specialisten geschreven cursussen voor verschillende vakgebieden binnen de bouwbranche. Online Bouw Academie is een samenwerking tussen Eisma Bouwmedia BV en BouwProfs. Als abonnee van Aannemer ontvang je korting op de diverse cursussen. Klik op de QR-code om naar de website te gaan.

Bio-variant van het dakelement

Kingspan Unidek introduceert een bio-variant van het Unidek Aero dakelement. De EPS-kern bestaat bij deze variant uit biologische grondstoffen, namelijk organisch afval en biogas. De Unidek Aero Bio levert daarmee een bijdrage aan CO2-reductie tijdens het productieproces van de EPS-kern en er wordt geen gebruik gemaakt van fossiele grondstof als styreen.

Desondanks zal Kingspan Unidek nog niet helemaal overschakelen op de biologische variant. Er worden ook nog Unidek Aero elementen met styreen geproduceerd en geleverd. Volgens marketingmanager Bram Geurts hebben klanten ook nog behoefte aan de conventioneel geproduceerde elementen voor vrijstaande en geschakelde woningen vanwege de prijs.

Biologische grondstoffen

De EPS-kern van het traditionele Unidek Aero element bestaat voor 98 procent uit lucht en 2 procent uit styreen, een koolwaterstof dat in kleine hoeveelheden voorkomt in boomharsen en steenkoolteer. Styreen is een fossiele stof dat verwerkt wordt in een groot aantal verschillende kunststoffen. De overkoepelende Kingspan Groep heeft wereldwijd het duurzaamheidsprogramma Planet Passionate uitgerold om onder andere energie- en koolstofreductie te bewerkstelligen. De Unidek Aero Bio heeft een gunstig effect op de Life Cycle Analysisscore en loopt daarmee vooruit op de Milieu Prestatie Gebouwen (MPG)-berekening. Die wordt mogelijk over drie jaar al verlaagd van 0,8 naar 0,5 voor een woning. Hoe lager dat getal, hoe beter voor het milieu. www.kingspan.com

Meerlaagse harde vloer

CERATOUCH is een meerlaagse harde vloer die zowel de sterkte als uitstraling van een keramische tegel combineert met het plaatsingsgemak van een COREtec-vloer. De CERATOUCHvloeren zijn makkelijk te verwerken. Voor plaatsing is geen cement nodig. Bestaande vloeren of ondergronden hoeven niet eerst geëgaliseerd te worden. De beschermende vlek-, kras- en schuurbestendige thermische toplaag biedt een krasbestendigheid die minstens die van een keramische tegel evenaart. De vloer is volledig waterproof en eenvoudig te reinigen. Binnen de CERATOUCH-collectie is er keuze tussen drie verschillende formaten: een kleine tegel (A-formaat: 61 x 30,5 cm), een grote tegel (B-formaat: 91,5 x 45,7 cm) en een plank (C-formaat: 122 x 18 cm). USFloors Europe

www.bouwproducten.nl

Veiligheidshandschoen voor nauwkeurig werk

De Uvex Phynomic serie veiligheidshandschoenen is geschikt voor alle activiteiten die nauwkeurigheid vereisen, bijvoorbeeld bij precisiewerk, fijnmontage en algemeen onderhoud. De Uvex Phynomic veiligheidshandschoenen hebben een goede pasvorm en zijn buitengewoon flexibel. De X-Foam HV is een unieke handschoen in deze serie. De handschoen heeft namelijk een naadloze breeksectie in de vingers die zorgt voor een vermindering van het risico op handletsel en een verlaging van de scheurweerstand. De X-Foam HV is geschikt voor gebruik in droge en (licht) vochtige omgevingen. De handschoen biedt goede grip en is luchtdoorlatend. CoolSafety

www.bouwproducten.nl

Bevestigingssysteem voor zonnepanelen

Het RENOLIT ALKORPLAN Solar bevestigingssysteem is een ultralicht kunststof profiel met aluminium versteviging dat oorspronkelijk is ontwikkeld om zonnepanelen vast en betrouwbaar op een kunststof dak te bevestigen. Het profiel vindt intussen ook zijn weg naar talloze toepassingen voor esthetische afwerkingen van daken. Via warme lucht wordt het profiel versmolten met de dakbaan, waardoor het gegarandeerd vastzit en de waterdichtheid niet in het geding komt. De lichtgewicht profielen zijn in te zetten als basisstructuur voor het bevestigen van houten shingles, aluminium platen, cederhout of traliewerk voor begroeiing. Het biedt architecten praktisch onbeperkte en creatieve mogelijkheden om een gebouw de gewenste esthetische look te geven. RENOLIT Belgium nv

www.bouwproducten.nl

Vorstbestendige buitenkraan

Een intelligente, technische oplossing zorgt bij de POLAR II buitenkraan voor vorstbescherming: zodra de kraan gesloten is, leegt een binnenventilatiesysteem automatisch de gehele buitenmuurarmatuur. Zo kan de kraan na elke waterafname helemaal leeglopen en blijft de buitenkraan ook in de winter inzetbaar. Externe invloeden zoals bladeren, stof en pollen hebben geen invloed op het volledig legen. De kraan is gedurende de hele koude periode tegen bevriezing beschermd. POLAR II is volledig gemaakt van hoogwaardig metaal. Het mat verchroomde oppervlak en de beschermende coating voorkomen contact van de kraan met het metselwerk en zorgen zo voor de nodige bescherming tegen corrosie. Schell

www.bouwproducten.nl

Compacte accu-schuurmachines

De 12 Volt accu-range van Metabo is uitgebreid met drie compacte schuurmachines: de excenterschuurmachine SXA 12-125 BL, de schuurmachine SRA 12 BL en de multi-schuurmachine SMA 12 BL. De machines zijn speciaal ontwikkeld op de behoeften van professionele eindgebruiker en bieden bij uiteenlopende materialen een oplossing voor alle toepassingsgebieden. Door de platte en compacte vorm kan met de machines gecontroleerd en zeer dicht op het werkstuk worden gewerkt zonder hinderlijk snoer. De machines hebben een borstelloze motor en een afneembare protector. Deze beschermt niet alleen de aangrenzende oppervlakken tijdens het werk, maar ook het materiaal, zoals de schuurschijf zelf. Metabo Nederland B.V.

www.bouwproducten.nl

Tijdelijke hemelwaterafvoer

Een snelle en goedkope oplossing om de gevel te beschermen tegen wateroverlast tijdens de nieuwbouw of renovatie is een tijdelijke hemelwaterafvoer van Tilmar (TT-HWA). Hemelwaterafvoeren worden in de bouw altijd als laatste aangebracht, na het afvoegen van het metselwerk. Ruim voor het afwerken van het metselwerk is het dak inclusief dakgoot en uitlopen meestal al klaar en wordt gewacht met het aanbrengen van de hemelwaterafvoer om de voeger niet in zijn werk te belemmeren. In die tussentijd moet de gevel worden beschermd tegen vervuiling en wateroverlast. TT-HWA is in twee maten leverbaar Ø80mm en Ø100mm. De slang is makkelijk aan te brengen en te verwijderen. Het is een sterke dikke PE flexibele slang in blauwe kleur en is bedoeld voor eenmalig of enkele malen gebruik. Tilmar BV

www.bouwproducten.nl

Veilig hijsen van houten elementen

Hijsen op en rond de bouwplaats is een risicovolle activiteit. Het is in ieders belang dat dit veilig gebeurt. In principe is het hijsen op de bouw niks nieuws. Wel is in de loop der tijd de werkwijze op de bouwplaats veranderd. Door prefabricage wordt er meer, groter en zwaarder gehesen.

Houten bouwproducten hebben een relatief laag eigengewicht in vergelijking met producten van staal en beton. Waar in het verleden met name kozijnen met of zonder enkele beglazing werden gehesen, gaat het er tegenwoordig forser aan toe. Kozijnenleveranciers leveren hun producten veelal beglaasd. Glas is ongeveer vijf keer zwaarder dan hout en maakt naar verhouding vaak een groot deel van het gewicht uit. Los van de beglazing – tegenwoordig dubbel of zelfs triple glas – zijn ook de afmetingen van de kozijnelementen zélf groter geworden. Niet alleen bij kozijnen worden hogere prestaties van de hijsvoorziening verwacht. Door hogere Rc -eisen is het isolatiepakket van een prefab dakelement een stuk dikker, met hogere sporen als gevolg. En ook gevelvullende elementen worden zwaarder, door gebruik van zware beplating (zoals vezelcement gebonden platen). Tevens wordt het element

Het gevelelement wordt gehesen inclusief steenstrips.

Het element wordt door de fabriek getransporteerd.

compleet afgewerkt – tot en met de steenstrips aan toe – aan de haak geslagen. En dakkapellen? Het liefst woningbreed gedimensioneerd en geplaatst. Al met al vraagt dit extra aandacht voor de hijsvoorziening. Temeer omdat deze voorziening vaak plaatselijk wordt aangebracht aan het hout.

Hijsbanden

Veelal wordt met hijsen gebruikgemaakt van hijsbanden waarvan de maximale belasting bekend is (WLL, ofwel Working Load Limit). Maar bij het hijsen moet met meer rekening worden gehouden dan enkel de hijsbanden. Op de eerste plaats mag de WLL (afgedrukt op de hijsband) – al dan niet met een correctiefactor – alleen worden aangehouden als de band wordt toegepast zoals is voorgeschreven. Dan dient de band dus bijvoorbeeld puur als een mandje, als lus of gestropt om het element te worden gebruikt. En dat is bij de toepassing van houten elementen vaak niet het geval. De band wordt geperforeerd met nieten, nagels of schroeven, waardoor de maximale sterkte niet meer wordt bereikt. Ook het lussen door objecten kan ervoor zorgen dat de band in zichzelf snijdt. Een tweede, belangrijker fenomeen, is dat de hijsband vaak niet maatgevend is. In veel gevallen zal de houten stijl eerder bezwijken dan de hijsband. Van andere hulpmiddelen zoals een ketting of een hijsoog is de bezwijklast vaak onbekend. Wanneer traditionele verbindingsmiddelen worden gebruikt, zijn de rekenregels meestal ontoereikend. Door het geheel te testen wordt een indruk gekregen over de hijszekerheid.

Door prefabricage wordt er meer, groter en zwaarder gehesen

Handvatten en richtlijnen

SKH-publicatie 02-06 ‘Hijsvoorzieningen’ geeft handvatten en richtlijnen ten aanzien van het veilig hijsen van een houten element. Deze publicatie is opgesteld door belanghebbende partijen. De werklast van hijsvoorzieningen, bepaald volgens deze publicatie, kan door een certificerende instelling zoals SKH worden opgenomen in het KOMO-certificaat van het betreffende product. Producenten van houten elementen hebben verschillende motivaties voor het vrijwillig laten beoordelen van hun hijsvoorziening. Het geeft een stukje zekerheid, maar ook kunnen er verzekeringstechnische redenen zijn of verlangt de opdrachtgever het gewoonweg om de voorziening onafhankelijk te laten beproeven. Aan de hand van de publicatie kunnen door middel van

gecontroleerde laboratoriumtesten door een onafhankelijk laboratorium zoals SHR, de maximale hijslasten van het ontwerp van de hijsvoorziening worden bepaald. Traditioneel gezien worden veel fabriekseigen oplossingen gebruikt, die ontwikkeld zijn vanuit eigen kennis en ervaring. Inmiddels voeren ook leveranciers van hijsbanden onderzoek uit, zodat zij daarmee de timmerfabriek kunnen ontzorgen. Om actueel te blijven, is SKH publicatie 02-06 recent voorzien van een update. Zo was er de vraag vanuit te markt hoe om te gaan met het kantelen van houten elementen. Denk bijvoorbeeld aan situaties in het productieproces, tijdens transport of waarbij het kozijn als halff abricaat in een groter element wordt geïntegreerd. Kantelen van elementen levert zijn eigen uitdagingen op, zo kunnen er bijvoorbeeld trekspanningen loodrecht op de houtvezel ontstaan. Dit is de zwakke richting van hout. Indien noodzakelijk moeten hier extra maatregelen getroff en worden.

Evenaar

Het onderbouwen van de hijsvoorziening door middel van beproeven is niet genoeg. Verantwoordelijk gebruik van de hijsvoorziening blijft voor alle betrokkenen een aandachtspunt. Zo wordt bij de bepaling van de belasting ervan uitgegaan dat er een evenaar gebruikt wordt. Wordt hiervan afgeweken, dan moet men extra zorgvuldigheid betrachten.

Het puur testen van een hijsvoorziening is dus geen garantie voor een veilige bouwplaats. Het is een klein onderdeel van het geheel. Daarnaast is het belangrijk dat men goed kijkt naar alle veiligheidsaspecten en dat er een goed risicomanagement is met aandacht voor een juiste toepassing en heldere communicatie tussen verwerker en producent van het product.

Gevelelementen op de vrachtwagen. Links: met behulp van een evenaar wordt het element gehesen. Hierdoor is de last per hijspunt gelijk aan de helft van het gewicht van het element. Rechts: zonder evenaar wordt gehesen, de belasting per hijspunt verdubbelt doordat een horizontale component is geïntroduceerd bij de ophanging onder een hoek van 60 graden.

De geactualiseerde SKH-publicatie 02-06 ‘Hijsvoorzieningen’ gee t handvatten en richtlijnen omtrent het veilig hijsen van een houten element. Scan de QR-code om de publicatie te lezen.

This article is from: