EERSTE HULP VOOR MENSEN MET EEN IDEE
STAPPENPLAN VAN IDEE TOT MARKT
STAPPENPLAN VAN TOT MARKT
STAP 1 ANALYSEER JE IDEE
09 STAP 5 BESCHERM JE IDEE
STAP 2 IS ER NOOD AAN JE IDEE?
13 STAP 6 MAAK EEN PROTOTYPE VAN JE IDEE
25 STAP 9A PRESENTEER JE IDEE OVERTUIGEND
51
STAP 3 IS JOUW IDEE HAALBAAR?
17 STAP 7 JE IDEE ZELF OP DE MARKT BRENGEN OF VERKOPEN?
37 STAP 10A ZOEK FINANCIERING VOOR JE IDEE
41 STAP 8B PRESENTEER JE IDEE OVERTUIGEND
55
SURF NAAR SOSIDEE.BE
61
STAP 4 BESTAAT JE IDEE AL?
21 STAP 8A STEL EEN ONDERNEMINGSPLAN OP VOOR JE IDEE
47
Je hebt een idee. Het blijft hangen. Je wilt er graag iets mee doen, maar je weet niet goed hoe eraan te beginnen. Heeft er wel iemand nood aan je idee? Bestaat het al? Moet je het beschermen, en hoe? Is er een markt voor? Waar vind je financiering of een koper voor je idee? Deze handleiding overloopt welke stappen je moet nemen om je idee op de markt te brengen. Je werkt een pril idee uit tot een marktklaar concept, waarmee je financiers of geïnteresseerde bedrijven kunt benaderen. Per hoofdstuk geven we – naast informatie en praktische tips – ook een aantal adressen van organisaties die je verder kunnen helpen. Heb je nog vragen, contacteer ons dan gerust via sosidee.be Veel succes!
DRAAI DEZE PAGINA OM VOOR HET STAPPENPLAN ‘VAN IDEE TOT MARKT’
STAP 1
STAP 1 ANALYSEER JE
9
HEB JE EEN GOED IDEE DAT JE GRAAG WIL UITWERKEN? NEEM HET DAN EERST GRONDIG ONDER DE LOEP.
DOEN Schrijf de kern van je idee in één zin op Stel jezelf een aantal vragen bij je idee Verzin een goede naam Bedenk een aantal varianten
1. SCHRIJF DE KERN VAN JE IDEE IN ÉÉN ZIN OP
Bijvoorbeeld: Je hebt een idee om kinderen op het strand armbandjes te geven met een symbool dat aangeeft in welke zone hun ouders zitten (aangegeven door een paal met hetzelfde symbool). Zo kunnen ze sneller terug met hun ouders herenigd worden als ze afdwalen.
Dat verplicht je om na te denken over wat de essentie is, en welke zaken minder belangrijk zijn. Als je je idee niet in één zin kan uitleggen, is het vaak geen goed idee.
Kern van het idee: Een accessoire voor kinderen waarmee ze bij afdwalen op het strand gemakkelijker met hun ouders herenigd kunnen worden.
Welke voordelen biedt het? Welke partijen zijn er nodig? Wat zijn de valkuilen? ...
2. STEL JEZELF EEN AANTAL VRAGEN OVER JE IDEE oefening p.3 – p.6
10
STAP 1
3. VERZIN EEN GOEDE NAAM
met een concept dat ook lekker bekt. ‘Spuitbus met peper en andere kruiden voor gebruik in de keuken’ is geen goede conceptnaam. ‘Herbspray’ wel.
Bedenk een aantrekkelijke naam voor je idee. Je overtuigt anderen nu eenmaal gemakkelijker
Het gebeurt geregeld dat één van de varianten een beter idee blijkt dan het oorspronkelijke idee. Is dat het geval, durf dan ook verder te gaan met de variant.
4. BEDENK EEN AANTAL VARIANTEN VAN JE IDEE Door varianten te bedenken, dwing je jezelf om verder te denken dan wat voor de hand ligt.
11
STAP 2
STAP 2 IS ER NOOD AAN JE ?
13
SOMS ZIJN MENSEN ZO ENTHOUSIAST OVER HUN IDEE, DAT ZE HET METEEN UITWERKEN, EEN PROTOTYPE MAKEN OF BESCHERMING NEMEN. ZONDER ERBIJ STIL TE STAAN OF ER WEL EEN MARKT IS VOOR HET PRODUCT/DE DIENST. OF – IN HET GEVAL VAN EEN MAATSCHAPPELIJK IDEE ZOALS DE VERDWAALBANDJES – ER WEL VOLDOENDE NOOD AAN IS. EEN IDEE WAAR GEEN BEHOEFTE AAN IS, ZAL NIET AANSLAAN.
DOEN Stel jezelf 3 vragen: • Wat is het probleem? • Hoe lost jouw idee het probleem op? • Waarom is jouw idee beter dan bestaande oplossingen? Bepaal je doelgroep Doe marktonderzoek
1. DE JUISTE VRAGEN
In het voorbeeld van het ‘verdwaalbandje’ wordt dat: • Tijdens de zomermaanden verdwalen veel kindjes op het strand. Het duurt soms enkele uren voor de medewerkers van een hulppost de ouders opgespoord hebben. Dat zorgt voor traantjes en stress bij ouders en kinderen, en een zware belasting van de medewerkers.
Begin met jezelf de volgende vragen te stellen: • Wat is het probleem van de mogelijke klant/ gebruiker? • Hoe lost jouw idee dat probleem op? • Waarom is jouw idee beter dan de oplossingen die nu al bestaan voor het probleem? Beter kan betekenen: meer kwaliteit, tijd- of geldbesparing voor de klant, beperking van het risico.
• Dankzij het ‘verdwaalbandje’ en bijbehorende ‘verdwaalpaal’ vinden kinderen gemakkelijker hun ouders terug op het strand. Bovendien is het voor de redders of medewerkers van de hulpposten ook gemakkelijker om de ouders te lokaliseren.
14
STAP 2 • Voor de ‘verdwaalbandjes’ geïntroduceerd werden, waren er niet veel alternatieven. Ouders hingen een opvallend voorwerp aan de parasol waaronder ze zaten of hingen een kaartje met gegevens rond de hals van hun kind. Beide oplossingen lossen nooit het
volledige probleem op: ofwel helpen ze het kind om z’n ouders terug te vinden, ofwel helpen ze de hulpverleners om de ouders op te sporen. Met de nieuwe oplossing wordt het risico voor kind en ouders beperkt. De hulpverleners besparen bovendien tijd.
2. DE DOELGROEP
Besluit je om zelf marktonderzoek te doen, dan kan je:
Bedenk wie de toekomstige gebruikers zijn van je product of dienst. Zo kan je je product/ dienst perfect bij hun wensen laten aansluiten. Belangrijk is ook om te weten hoeveel geld ze willen betalen voor jouw product/dienst.
• Oplijsten wie je concurrenten zijn. Wat bieden zij aan? Waar doen ze dat? Tegen welke prijs? Welke service bieden zij? • Uitzoeken wie je doelgroep is. Wie zou jouw product of jouw dienst gebruiken? (bijvoorbeeld: alle jongeren tussen 10 en 15 jaar, alle kustgemeenten of alle papierverwerkende bedrijven)
Om inzicht te krijgen in je doelgroep (wie zijn ze, wat zijn hun wensen, wat willen ze betalen) en de bestaande markt (wie zijn de concurrenten…) is er marktonderzoek nodig. Je kan zelf marktonderzoek doen of het uitbesteden aan een marktonderzoekbureau (zoek op google.be of in de Gouden Gids) of aan studenten, bijvoorbeeld via het Centrum voor Ondernemen (www.centrum-voor-ondernemen.be). De kosten van een commercieel bureau zijn hoger, maar hun ervaring is groter. Bovendien zijn zij vaak gespecialiseerd in bepaalde markten.
• Bevraag een aantal mensen uit je doelgroep. Welke wensen hebben zij? Zouden ze je product kopen? Welke prijs zijn ze bereid te betalen? Let wel weer op met wie je spreekt over je idee en wat je precies zegt (zie stap 4: Bestaat je idee al?). Een marktonderzoek geeft je inzicht in de haalbaarheid van je idee en maakt deel uit van het ondernemingsplan (zie stap 8A: Stel een ondernemingsplan op voor je idee ).
15
Lean startup
effectief prototype voor te schotelen (zie stap 6: Maak een prototype van je idee).
Driekwart van alle ideeën wordt nooit succesvol. Soms omdat ze technisch niet haalbaar zijn (zie stap 3: Is jouw idee haalbaar?), maar meestal omdat ze niet optimaal zijn afgestemd op de doelgroep die je voor ogen hebt.
Enkele voorbeelden van nieuwe inzichten die je kan bijleren als je jouw aannames echt kritisch test met de doelgroep: • Jouw idee is zeer uitgebreid en in de praktijk blijkt jouw doelgroep slechts geïnteresseerd in één eigenschap van jouw idee. In dat geval kan je jouw idee best reduceren en beperken tot precies dat ene sterke punt.
In zijn boek “The Lean Startup” schetst ondernemer Eric Ries hoe je dit kan vermijden. Zijn uitgangspunt is dat je tijdens het proces van idee tot realisatie zo veel mogelijk moet proberen bij te leren over jouw idee, over jouw klanten en over hoe jouw idee hun problemen of verwachtingen kan inlossen.
• Het omgekeerde kan ook: jouw idee lost wel een deel van het probleem op, maar niet alles. Je kan het idee best uitbreiden, zodat je doelgroep met jouw idee volledig geholpen wordt.
Als je pas begint met het uitwerken van je idee, dan kan je niet anders dan vertrekken vanuit jouw eigen veronderstellingen over hoe je doelgroep aankijkt tegen je idee. Volgens de principes van de Lean Startup moet je die veronderstellingen zo concreet mogelijk toetsen aan de praktijk. Als dan blijkt dat bepaalde aannames niet kloppen, dan pas je jouw idee aan. Eric Ries noemt dat dan een “pivot”.
• Soms is je idee heel goed, maar is de doelgroep die jij voor ogen had niet de juiste om op te focussen. Stel bijvoorbeeld dat jij verdwaalbandjes wil verkopen aan ouders van kinderen op het strand. Als uit tests blijkt dat ouders het verdwaalbandje wel een interessant idee vinden, maar dat ze er niet voor willen betalen, dan moet je het anders aanpakken. Een alternatief zou kunnen zijn: verdwaalbandjes verkopen aan kustgemeentes die ze dan gratis kunnen uitdelen.
Veronderstellingen toetsen kan door mensen vragen te stellen (marktonderzoek), maar soms nog beter door mensen een
Doorbraakideeën Ideeën waar geen behoefte aan is, slaan zelden aan. Maar soms doen ze dat wel. Bij nieuwe technologie is dat bijvoorbeeld het geval. Niemand zat te wachten op internet, maar toch is het een gigantisch succes geworden. Net als de iPod of de auto. De Amerikaanse autobouwer Henry Ford zei ooit ‘Als ik gedaan had wat de klant vroeg, dan had ik een sneller paard gebouwd’.
oefening p.7 – p.8
16
17
STAP 3
STAP 3 IS JOUW HAALBAAR?
EEN IDEE KAN NOG ZO LEUK KLINKEN, ALS HET NIET FINANCIEEL EN TECHNISCH HAALBAAR IS, DAN KAN JE HET NIET REALISEREN.
TECHNISCH HAALBAAR Een idee is technisch haalbaar als het in de praktijk uit te werken is, met technieken die voorhanden zijn.
DOEN Vergeet de natuurwetten niet Onderzoek de haalbaarheid Zoek eventueel een technische partner
1. NATUURWETTEN
in de praktijk niet mogelijk om een machine te ontwerpen die blijft werken zonder dat er energie (bijvoorbeeld brandstof of spierkracht) wordt toegevoegd. Zo’n uitvinding noemen we ook wel een perpetuum mobile.
Een idee kan technisch onmogelijk zijn omdat het in strijd is met de natuurwetten. Zo is het
hebt voor een app, maar je kan zelf geen apps ontwikkelen, dan is jouw idee voor jou niet technisch haalbaar. Maar je kan uiteraard een expert zoeken die wel de nodige vaardigheden heeft om het idee samen met jou (of in opdracht van jou) uit te werken.
2. EXPERTISE Als je zelf onvoldoende technisch onderlegd bent, dan is het aangewezen om een beroep te doen op partners. Stel dat je een goed idee
• Met een prototype kan je de werking van je idee testen (zie stap 6: Maak een prototype van je idee).
3. ONDERZOEK Soms is het niet meteen duidelijk of een idee technisch haalbaar is, het kan dan nodig zijn om onderzoek te doen.
• Als je niet de juiste kennis hebt, dan kan je als (startend) ondernemer gratis terecht bij het LED-netwerk van de Vlaamse hogescholen. Er kunnen binnen dit kader zelfs technische tests gebeuren. Kijk daarvoor op lednetwerk.be.
18
• Via de kmo-portefeuille (kmoportefeuille. be) kan je subsidies krijgen voor een technologieverkenning. Je moet dan wel beschikken over een btw-nummer (zelfstandigen in bijberoep komen ook in aanmerking).
Het Agentschap Ondernemen (agentschapondernemen.be) en het Innovatiecentrum (innovatiecentrum.be) in jouw buurt kunnen je advies geven over die subsidies. • Particulieren kunnen te rade gaan bij de Innovatievereniging Vlaanderen (ivv-vzw.be), een ledenorganisatie voor uitvinders.
STAP 3
• Als kmo kan je daarnaast ook IWTsubsidies krijgen voor een meer uitgebreide haalbaarheidsstudie (zie sosidee.be/ haalbaarheidsstudie).
FINANCIEEL HAALBAAR Of je idee nu commercieel is of eerder maatschappelijk getint, het is altijd belangrijk dat het financieel haalbaar is. Neem het voorbeeld van de verdwaalarmbandjes uit het vorige hoofdstuk. Als de productie van de bandjes een fortuin zou kosten, dan zou geen enkele kustgemeente interesse hebben.
DOEN Weet dat omzet niet gelijk is aan winst! Bekijk of je vraagprijs in verhouding is tot je kosten
• Gewoonlijk krijgt de winkel of supermarkt 40 % van de kostprijs (excl. btw) van het product (voor sommige producten, zoals designmeubels of -kleding is dat zelfs nog meer). Dus van je product van € 100 gaat er € 40 naar de winkelier. Dan schiet er nog € 60 over.
Op basis van je marktonderzoek (zie stap 2: Is er nood aan je idee?) heb je ongeveer een idee van de prijs die je voor je product/dienst kan vragen. Op basis van de grootte van je doelgroep (en eventueel van de verkoopcijfers van bestaande alternatieven) kan je ook een schatting maken van het aantal producten (of eenheden dienstverlening) die je kan verkopen. Als je die twee cijfers met elkaar vermenigvuldigt, krijg je een schatting van de omzet.
• Stel dat de productiekosten van je product € 15 bedragen, dan rest er nog € 45. • Van dat bedrag moeten ook nog de ontwikkelingskosten (bv. maken prototype, voeren onderzoek), de promotiekosten (bv. website, reclame) en eventueel servicekosten (dienst na verkoop, herstellingen) afgetrokken worden.
Stel dat je product in de winkel € 100 exclusief btw (€ 121 inclusief) kost en je verkoopt 5.000 stuks, dan bedraagt de omzet € 500.000. Omzet is natuurlijk niet gelijk aan winst! Eerst moeten nog alle kosten afgetrokken worden.
• Als je zelf je product op de markt wil brengen, dan zijn er ook nog overheadkosten (huur kantoor, computer, telefoon, verzekeringen…) en rente die je op je lening betaalt. Anderzijds kom je dan ook in aanmerking voor subsidies.
In het geval van een product voor de consument is dat bijvoorbeeld: • De btw in België bedraagt meestal 21%. Na aftrek van de belasting blijft er van € 121 nog € 100 over.
• Wat uiteindelijk overblijft, is de winst.
19
In het boekje ‘Ik heb een goed idee. Wat nu?’ van Jasper Baggerman (ISBN 9078369108) vind je een aantal tips om na te gaan of je idee commercieel interessant is.
In het geval van een product of dienst voor bedrijven (business-to-business) blijft het grootste deel van de bovenstaande kostenposten behouden. Als je rechtstreeks verkoopt, valt wel de 40% voor de verdeler (bv. winkel) weg.
• Als je heel erg veel geld moet investeren om een klein beetje winst te maken, dan is je idee commercieel niet interessant. Waarschijnlijk kan je meer verdienen door je geld op de bank te zetten en er rente voor te krijgen.
Let wel op als je start met rechtstreekse verkoop (bv. via een webshop) en er een kans bestaat dat je later ook via winkels zal verkopen. Dan moet je vanaf het begin rekening houden met de marge van de winkelier. Die zal het immers niet aanvaarden dat jij hetzelfde product goedkoper in jouw webshop verkoopt. En de prijs in jouw webshop fors verhogen tot de prijs in de winkels, zullen jouw klanten dan weer niet pikken.
• Als er veel tijd zit tussen investeringen en inkomsten, dan is je idee meestal minder interessant. Let op: voor echte doorbraakideeën (zoals volledig nieuwe technologie) kan het wel 10 jaar duren voor er winst gemaakt wordt. • Ook belangrijk is het risico: als de winst bij een kleine afwijking in de kosten teniet gedaan wordt of als je je - als het even minder gaat - diep in de schulden moet steken, dan is je idee waarschijnlijk niet goed. • Ten slotte speelt ook de moeite die je moet doen een rol. In de beginfase moet je keihard werken voor weinig geld. Maar die situatie kan natuurlijk niet blijven duren.
“ Maar is de verwachte winst aantrekkelijk, de investering beperkt, de terugverdientijd (hoelang het duurt voor je winst begint te maken) redelijk en het afbreukrisico aanvaardbaar, dan heb je daadwerkelijk een goed idee.” – Jasper Baggerman
20
21
STAP 4
STAP 4 BESTAAT JE AL?
WIE EEN GOED IDEE HEEFT, TWIJFELT ER VAAK AAN OF HET TOCH NIET AL EERDER BEDACHT IS. DE ENIGE MANIER OM DAAR ACHTER TE KOMEN, IS DOOR EEN GRONDIG ONDERZOEK TE DOEN.
DOEN Zoek op internet met de juiste zoektermen Vraag na bij vrienden en familie Zoek bij een technisch idee in een octrooidatabank Leg een creatiedatum vast via een i-DEPOT
1. INTERNET
• Zoek op een aantal kernwoorden uit je idee, bijvoorbeeld de combinatie ‘verdwalen’ en ‘tattoo’. Vervolgens kan je ook zoeken op synoniemen van die woorden of op een vertaling. Let wel op met het gebruik van aanhalingstekens. Als je twee zoektermen tussen aanhalingstekens plaatst, krijg je enkel resultaten waarin de woorden in precies die volgorde staan.
Zoekmachines op het internet zijn een belangrijke bron om uit te zoeken of je idee al bestaat. Google is de bekendste, maar je kan natuurlijk ook een andere zoekmachine gebruiken. Neem je tijd om te zoeken: even snel ‘googlen’ met één zoekterm zal niet volstaan. Een aantal tips:
• Bedenk hoe anderen met hetzelfde idee het product of de dienst genoemd zouden kunnen hebben (in het Nederlands of in een andere taal). Zoek ook op die woorden.
• Begin met een zoekterm die zo goed mogelijk jouw idee omschrijft, zoals ‘verdwaalbandje’. Vertaal die zoekterm ook eens naar het Engels of het Frans.
22
met wie je spreekt over je idee. Kies mensen uit die je vertrouwt of die er weinig baat bij hebben om met je idee aan de haal te gaan. Als je twijfelt, geef dan misschien niet alle details vrij, beperk je tot de kern.
Mensen leggen hun idee vaak ook voor aan vrienden of familie. Dat is goed, want met twee (drie, vier…) weet je meer dan alleen. Als je vrienden ook nog nooit gehoord hebben van jouw idee, is de kans weer een stuk groter dat het niet bestaat. Bovendien stellen zij misschien vragen die je aan het denken zetten of geven ze kritische opmerkingen. Let wel een beetje op
Het is een beetje zoeken naar het evenwicht tussen met mensen praten over je idee en het geheimhouden. Wie zijn idee té veel beschermt en er met niemand over praat, beperkt zijn kansen om het op de markt te krijgen.
Op de website van het Nederlandse Octrooicentrum vind je een handleiding. Zie sosidee.be/octrooizoeken.
3. IN OCTROOIDATABANKEN Is je idee technisch van aard, ga dan na of er al een octrooi (of patent, dat is hetzelfde) op genomen is. Dat kan je in een octrooidatabank opzoeken, al dan niet samen met een technisch expert in het vakgebied van je innovatie. De beste databank is die van het European Patent Office: be.espacenet.com. Die kan je gratis raadplegen.
JE IDEE BESTAAT NOG NIET?
Goed zoeken in een octrooidatabank is niet gemakkelijk. Trek er de nodige tijd voor uit. Je kan de opzoeking ook laten uitvoeren door een octrooigemachtigde (sosidee.be/ octrooigemachtigden) of via de Federale Overheidsdienst economie, Dienst voor de Intellectuele eigendom. Die laatste instelling kan je bereiken op 02 277 90 11 of via Piie_doc@economie.fgov.be. Zij rekenen gemiddeld € 75 à € 150 aan voor een opzoeking. Een opzoeking bij een octrooigemachtigde is duurder.
Leg dan zo snel mogelijk een creatiedatum vast via een i-DEPOT. Meer daarover lees je onder stap 5: ‘Bescherm je idee’.
oefening p.9 – p.11
23
STAP 4
2. BIJ VRIENDEN/FAMILIE
STAP 5
STAP 5 BESCHERM JE
25
ALS JE IDEE NOG NIET BESTAAT, DAN KAN JE HET BESCHERMEN. IN DIT HOOFDSTUK KRIJG JE EEN OVERZICHT VAN DE VERSCHILLENDE MOGELIJKHEDEN.
DOEN Beschermen of niet? Leg een creatiedatum vast via i-DEPOT Geheimhoudingsverklaring? Bekijk de verschillende opties • Auteursrecht • Octrooi • Modelrecht • Merkenrecht • Registreer je domeinnaam
1. BESCHERMEN OF NIET?
Zelfs als het mogelijk is om je vinding te beschermen, is het niet altijd noodzakelijk. Sommige vormen van bescherming zijn immers erg duur en het is niet voor alle producten mogelijk om de investering terug te verdienen. Bovendien is het soms interessanter om voor geheimhouding te kiezen. Bij recepten is dat vaak zo: een recept dat geheim is, kan je niet kopiëren. Coca-Cola houdt bijvoorbeeld haar exacte samenstelling geheim. Het recept zit in een kluis in Atlanta, waarvan slechts 3 mensen de code kennen. Geheimhouding is bovendien – net als auteursrecht – gratis.
Een idee kan je niet beschermen. Ideeën zijn in de regel immers vrij. Wat je wel kan beschermen is de concrete uitwerking van een idee, de veruitwendiging. Het idee om een opzetstukje voor een tankdop te maken – waardoor je geen benzine kan tanken in een dieselauto – kan je niet beschermen, het opzetstukje zelf kan eventueel wel beschermd worden. Of een ander voorbeeld: het idee voor een boek dat je in je hoofd hebt, is niet beschermd, de uitgeschreven tekst wel.
26
tijd om bekend te worden en marktaandeel uit te bouwen. Je kan op dat moment ook de naam of het logo van jouw dienst beschermen via het merkenrecht (zie p.33).
2. I-DEPOT
Online Je kan een i-DEPOT direct online indienen via portal.boip.int. Dat gaat snel, het is gemakkelijk, goedkoop en vooral veilig. In een aantal stappen wordt je gevraagd om je referentiegegevens in te vullen en een omschrijving of weergave van je concept of idee toe te voegen.
Het is in elk geval nuttig om een i-DEPOT op je idee te nemen bij het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BBIE). Dat is goedkoop (€ 35-45) en kent een datum toe aan je idee. Zo kan je bewijzen dat je eerst was, mocht iemand je idee willen kopiëren. Het i-DEPOT is bruikbaar voor zowel product-ideeën als voor ideeën voor een nieuwe dienst.
Nadat de betaling is verwerkt, ontvang je een bevestiging per e-mail en kan je jouw i-DEPOT bewijs meteen downloaden. Je kan er ook voor kiezen dat bewijs pas te downloaden op het moment dat je het wil gebruiken, bijvoorbeeld bij een juridisch geschil of conflict.
Maar opgelet: een i-DEPOT geeft geen rechtsbescherming! Echte bescherming krijg je pas via het patent-, merk- of modelrecht en auteursrecht. Toch vormt het in combinatie met een geheimhoudingsverklaring (zie kaderstuk p.28) een goede eerste stap om met partners of producenten te gaan praten.
Het i-DEPOT bewijs is digitaal ondertekend door het BBIE. Daardoor is de echtheid van het document gewaarborgd.
Een i-DEPOT kan je online indienen of via een i-DEPOT-envelop.
Een online depot kost € 35 voor 5 jaar. Via Flanders DC krijg je € 10 korting op een i-DEPOT. Surf naar sosidee.be/idepot voor meer info.
27
STAP 5
Heb je een idee voor een dienst, dan kan je dat concept op zich ook niet beschermen. Uiteraard kan je wel het voordeel van het ‘eerst op de markt zijn’ (first mover advantage) uitspelen. Eer concurrenten jou gekopieerd hebben, heb jij de
document waarin je creatie zo helder mogelijk omschreven of afgebeeld is. Je stuurt de beide envelopdelen terug naar het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom. Bij ontvangst wordt je i-DEPOT-envelop door het BBIE gedagtekend. Eén deel (dat je niet mag openen) wordt naar je teruggestuurd, het tweede deel wordt ongeopend in hun archief bewaard. Je kan dat tweede deel eenmalig opvragen als bewijsmiddel bij een juridisch geschil of conflict.
i-DEPOT-envelop De i-DEPOT-envelop kan je gebruiken als je jouw concept of idee niet in een elektronisch formaat wil vastleggen, of als je niet elektronisch wil of kan betalen. Het BBIE stuurt je de i-DEPOT-envelop toe na ontvangst van het aanvraagformulier (te downloaden op boip.int). Het ingevulde formulier stuur je naar: Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom Postbus 90404 NL-2509 LK Den Haag Nederland
Een i-DEPOT via envelop kost € 45 voor 5 jaar. Wil je meer info over het i-DEPOT? Surf dan naar boip.int of bel tijdens de kantooruren naar het nummer 070 244 242.
De i-DEPOT-envelop bestaat uit twee delen. In elk van beide delen stop je een identiek
3. GEHEIMHOUDINGSVERKLARING
Laat de verklaring aan het begin van het gesprek ondertekenen en hecht na ondertekening de beschrijving van je idee vast aan het document.
Een geheimhoudingsverklaring (ook wel aangeduid met de Engelse term nondisclosure agreement) is een contract dat ervoor moet zorgen dat de ene partij de unieke onderdelen van een product of dienst die wordt toegelicht door een andere partij niet kan gebruiken voor eigen doeleinden, en informatie die samenhangt met een product, dienst of idee voor zich houdt en, met uitzondering voor medewerkers in het bedrijf zelf, geheimhoudt.
Weet ook dat niet iedereen een eigen geheimhoudingsverklaring kan of wil ondertekenen. Overheidsorganisaties of andere organisaties met een publieke opdracht, zoals ook Flanders DC, mogen geen geheimhoudingsverklaring ondertekenen. Toch hoef je niet bang te zijn om je idee met hen te delen: dankzij diezelfde publieke opdracht zijn zij er wel toe gebonden om vertrouwelijk om te gaan met je idee. Specialisten in intellectuele eigendom zoals octrooibureaus of advocaten zijn dan weer gebonden aan hun beroepsgeheim. Sommige bedrijven zullen je verklaring niet willen tekenen omdat ze een eigen geheimhoudingsverklaring hanteren.
Een geheimhoudingsverklaring houdt in dat de partij aan wie het product, de dienst of het idee wordt voorgelegd: • De informatie als vertrouwelijk beschouwt en strikt geheimhoudt voor derden.
Een geheimhoudingsverklaring wordt het best op maat gemaakt door een advocaat (zie sosidee.be/advocaat) of een octrooigemachtigde (zie sosidee. be/octrooigemachtigde). Maar als je maar een beperkt budget hebt, kan je ook een sjabloon gebruiken. Je kan er een downloaden via sosidee.be/ geheimhoudingsverklaring.
• Degene die het product, de dienst of het idee heeft toegelicht schadeloos stelt als er inbreuk wordt gemaakt op eigenschappen van product, dienst of idee. Heb je een afspraak met een bedrijf, producent of andere mogelijke partner, mail of stuur dan op voorhand je geheimhoudingsverklaring op. Let wel: beschrijf je idee nog niet in dat document.
28
4. VERSCHILLENDE OPTIES Wie een octrooi heeft, kan een ander verbieden die uitvinding na te maken, te verkopen of in te voeren. Een octrooi heeft een beperkte geldigheidsduur (meestal 20 jaar). Na afloop van de octrooiduur is de uitvinding vrij te gebruiken door iedereen. De Dienst voor de Intellectuele Eigendom (zie sosidee.be/die) van de Federale Overheidsdienst Economie zorgt voor de octrooiverlening. Zij kunnen je ook meer informatie verschaffen over de verschillende octrooiprocedures. Je kan hen bellen op 02 277 90 11 of mailen naar Piie_doc@economie.fgov.be.
Auteursrecht Auteursrecht is het recht van de maker van een werk van literatuur, wetenschap of kunst om te bepalen hoe, waar en wanneer zijn werk wordt openbaar gemaakt of verveelvoudigd. Het auteursrecht ontstaat in de meeste landen (waaronder Nederland en België) automatisch. Je hoeft dus niets te deponeren of te registreren. Aanvankelijk was het auteursrecht bedoeld voor de tekst van boeken, maar intussen is het ook op veel andere zaken van toepassing, zoals toespraken, software, foto’s, films, opgenomen muziek, beeldende kunstwerken, bouwwerken en journalistiek werk.
Een octrooi of niet? Denk goed na of het nuttig is om jouw idee te octrooieren. Aan een octrooi zijn immers niet enkel voordelen verbonden, maar ook nadelen. De hoge kostprijs bijvoorbeeld (zie kaderstuk p.30).
STAP 5
Als je wil bewijzen dat jij een werk gemaakt hebt nog voor het publiek werd gemaakt, kan je dat doen via een i-DEPOT.
Octrooi (patent) Een octrooi, ook wel patent genoemd, is een vorm van bescherming voor producten, niet voor diensten. Het geeft je een uitsluitend en tijdelijk recht van exploitatie voor een uitvinding die: • Nieuw is: dat wil zeggen dat je uitvinding nog niet bestaat (zie stap 4: Bestaat je idee al?) én dat de uitvinding nog niet publiek gemaakt is. Stel dat je op een beurs staat met je vinding of dat er een artikel over verschijnt, dan kan je je vinding niet meer beschermen met een patent. • Op uitvinderswerkzaamheid berust: de vinding moet vernieuwend zijn. • Industrieel toepasbaar is: de uitvinding moet gaan over een technisch aantoonbaar functionerend product of productieproces.
“Wie een octrooi heeft, kan een ander verbieden die uitvinding na te maken, te verkopen, in te voeren of in stock te hebben.”
29
De voordelen van octrooien
De nadelen van octrooien
• Een octrooi verleent je de exclusieve exploitatierechten op een uitvinding. Wens je de uitvinding niet zelf te exploiteren, dan kan je ze steeds overdragen of in licentie geven.
• Octrooieren brengt heel wat kosten met zich mee en je kan zelden voorspellen of een uitvinding een commercieel succes wordt. • Bij het indienen van een octrooiaanvraag moet je jouw uitvinding duidelijk en volledig beschrijven. Die beschrijving wordt daarna raadpleegbaar door derden. Eventueel kunnen zij daarin strategische informatie vinden of verder werken op de door jou uitgevonden technologieën. Octrooiering impliceert dus het openbaar maken van anders eventueel geheime informatie.
• Daarnaast kan een octrooi de onderhandelingspositie versterken wanneer een samenwerking met andere bedrijven wordt beoogd. Zo kan bijvoorbeeld het octrooieren van een verbetering op een eerdere uitvinding de kansen verhogen om een licentie te bekomen op die eerdere uitvinding. Vaak zal dat akkoord resulteren in een kruislicentie met de houder van het eerdere octrooi.
• Octrooien hebben een beperkte geldigheidsduur, dat in tegenstelling tot geheimhouding. In bepaalde gevallen kan geheimhouding je dus voor langere tijd een concurrentiële voorsprong bezorgen dan octrooiering.
• Ten slotte is octrooieren ook vaak goede reclame. Derden weten zo dat je actief bent in het betreffende domein en dat je in die sector technologisch sterk staat.
• Door een octrooigemachtigde
Je kan je hierover ook laten adviseren:
Voor wie? Iedereen Kosten? Octrooigemachtigden geven vaak een eerste consult gratis (vraag hiernaar), nadien rekenen zij, net als advocaten, een uurtarief aan.
• Door het Innovatiecentrum in jouw provincie Voor wie? Mensen die een eigen zaak hebben of sterk overwegen om er een te starten.
Meer info: Online vind je een lijst van erkende gemachtigden (zie sosidee.be/ octrooigemachtigden).
Kosten? Het innovatiecentrum geeft gratis advies. Meer info: innovatiecentrum.be.
Als je besloten hebt dat je een octrooi neemt, is het aangewezen:
• Door de Innovatie Vereniging Vlaanderen Voor wie? Particulieren met een idee, maar zonder onmiddellijke plannen voor de oprichting van een eigen zaak.
• Dat je je laat bijstaan voor het schrijven en het indienen van het octrooi, bijvoorbeeld door een octrooigemachtigde (zie sosidee.be/ octrooigemachtigden).
Kosten? Je kan gratis een afspraak maken bij de IVV. Als je je bij hun vereniging aansluit, betaal je € 30 per jaar.
• Dat je beslist welke procedure je zult volgen: ga je voor een Belgisch, een Europees of een internationaal octrooi? (zie kaderstuk hiernaast).
Meer info: ivv-vzw.be.
30
Belgisch octrooi
Vanaf 2014 kunnen uitvinders ook een eengemaakt Europees octrooi (of Gemeenschapsoctrooi) indienen. Dat heeft volgende voordelen:
Als je je uitvinding enkel in België op de markt wil brengen, dan is het aangewezen om de nationale procedure te volgen. Die weg heeft een aantal voordelen. Je kan starten met een Belgisch octrooi en na 12 maanden beslissen of je het al dan niet uitbreidt naar andere landen. Ook voor die landen geldt dan als aanvraagdatum de datum waarop je je Belgisch octrooi aanvroeg. Dat noemt men het recht van voorrang. Die weg is goedkoper dan meteen voor de Europese procedure te kiezen en vervolgens de landen die je niet interesseren te laten vallen.
• Lagere octrooikosten (minder vertalingen nodig) • Eenvoudige bescherming in 25 EUlidstaten middels 1 procedure • Er is één systeem voor de regeling van geschillen Dat laatste kan echter ook een nadeel zijn: als het octrooi in 1 land wordt verworpen, gebeurt dat automatisch ook in de andere landen. De octrooi-aanvrager zal kunnen kiezen of hij voor de klassieke Europese procedure of voor de eengemaakte procedure gaat.
De Belgische procedure is relatief eenvoudig omdat er geen onderzoek naar de octrooieerbaarheid plaatsvindt. Er wordt echter wel een nieuwheidsrapport afgeleverd dat de nieuwheid, de uitvinderswerkzaamheid en de industriële toepasbaarheid onderzoekt. Dit belet echter niet de verlening van een Belgisch octrooi. Met andere woorden: elke octrooiaanvraag resulteert automatisch in een octrooi. Mocht er later een betwisting ontstaan omtrent de geldigheid van het octrooi, dan moet een rechter oordelen.
Wil je ook buiten Europa octrooibescherming genieten, dan biedt het Octrooisamenwerkingsverdrag (Patent Cooperation Treaty of PCT) vaak een efficiënte oplossing. Het grote voordeel is dat je slechts één aanvraag moet indienen die dan samen met een internationaal nieuwheidsverslag en, eventueel, een internationale voorlopige beoordeling van de overige octrooieerbaarheidsvoorwaarden (nieuwheid, uitvinderswerkzaamheid en industriële toepasbaarheid) wordt toegezonden aan de verschillende gekozen nationale of regionale octrooibureaus. De aanvraag wordt daarna in de aangewezen landen verder behandeld alsof het een nationale aanvraag was, dus volgens lokale procedures en regelgeving.
Europees octrooi Wens je je vinding te beschermen in een aantal Europese landen, dan kan het voordeliger zijn om een Europees octrooi aan te vragen. Met één aanvraag en één procedure kan je zo een octrooi bekomen dat geldig is in meerdere landen van de momenteel 38 lidstaten van het Europese octrooiverdrag. Wel is de Europese procedure ingewikkelder en duurt ze langer dan de Belgische, wegens een verplicht onderzoek naar de materiële octrooieerbaarheidsvoorwaarden. Anderzijds maakt dat het octrooi ook sterker.
Het voordeel van die procedure is dat je tot 31 maanden na de indiening van de internationale aanvraag kan wachten vooraleer te beslissen om, en in welke landen, je de procedure op nationaal niveau verder wil zetten. Dat betekent dus uitstel voor verdere procedure- en vertaalkosten. In de tussentijd kan je ook partners zoeken of een handelsstrategie plannen.
Meer info? Bezoek de website van de Dienst voor de Intellectuele Eigendom van de FOD Economie (zie sosidee.be/belgischoctrooi, sosidee.be/europeesoctrooi, sosidee.be/pct) of bel 02 277 90 11.
31
STAP 5
Internationaal octrooi
Op welk moment neem je een octrooi?
Hoeveel kost een octrooi? De kosten om een octrooi te krijgen, kunnen aanzienlijk zijn. Wil je een octrooi nemen dan moet je onder meer rekening houden met de volgende uitgavenposten: • Aangezien het aangeraden is om je te laten bijstaan door een deskundige, moet je alvast rekening houden met het ereloon van de octrooigemachtigde (zie sosidee.be/ octrooigemachtigden).
Wanneer je het best een patent aanvraagt, verschilt per project. Doe je de aanvraag te vroeg en veranderen er nog essentiële elementen van je uitvinding, dan kan de aanvraag waardeloos zijn. Je zult dus een balans moeten vinden tussen de druk om iets snel te beschermen en het voortgangsproces van het project.
• Afhankelijk van de landen waarin je bescherming wenst, kunnen de vertaalkosten hoog oplopen.
Haalbaarheidsstudie en marktonderzoek
• Als je octrooi eenmaal is verleend, kan het aangewezen zijn om actief inbreuken op te sporen en er tegen op te treden. Het spreekt voor zich dat dat tijd en geld kost.
Een idee kan nog zo goed zijn, als de markt er niet klaar voor is, of er is een goedkoper alternatief, dan heeft investeren in bescherming weinig zin. Zorg er daarom voor dat je werk gemaakt hebt van marktonderzoek (zie stap 2: Is er nood aan je idee?) alvorens te investeren in een octrooi.
• Ten slotte moet je ook steeds de officiële indienings-, procedure- en instandhoudingstaksen betalen.
Een technische haalbaarheidsstudie gaat na of je idee technisch realiseerbaar is. Het is bijzonder vervelend als na het aanvragen van een octrooi blijkt dat je idee toch niet werkt of niet zoals op de beschreven manier. Mogelijk kan je zelf nagaan of je vinding werkt, bijvoorbeeld door een prototype te maken (zie stap 6: Maak een prototype van je idee). Kan je dat niet zelf, dan zijn er een aantal hogescholen, universiteiten en kenniscentra die je daarbij kunnen helpen (zie hoofdstuk 3: Is jouw idee haalbaar?).
Afhankelijk van de territoria en de duur van bescherming kunnen de totale kosten variëren tussen enkele duizenden euro’s tot enkele tienduizenden euro’s. Als je een octrooi wenst binnen een heel complex domein en waarbij je, naast Europa, ook bescherming wenst in verschillende andere grote markten (VS, Japan, India…) kan het kostenplaatje wel eens oplopen tot meer dan € 100.000. Een voorbeeld: Je wil een Belgisch octrooi en laat dat eerst schrijven door een octrooigemachtigde. Dat kost je gemiddeld tussen de € 1.500 en € 6.000. Bij de indiening van het octrooi betaal je € 50 taks en € 300 voor het nieuwheidsonderzoek. Twee jaar later begin je instandhoudingstaksen te betalen (die beginnen bij € 35, maar stijgen elk jaar). Als je na een jaar besluit om je octrooi uit te breiden naar een aantal andere landen, betaal je ook in die landen de vereiste procedurekosten. Die laatste kosten kunnen snel oplopen. Meer info? Bezoek de website van de Dienst voor de Intellectuele Eigendom van de FOD Economie (zie sosidee.be/octrooikosten) of bel 02 277 90 11.
32
Merken
Benelux-merk
Een merk is een teken waarmee je jouw producten of diensten onderscheidt van die van je concurrenten. Dat teken kan de naam zijn voor je product of dienst, maar ook een logo of de vorm of verpakking van een product, zoals het Coca-Colaflesje. Niet enkel voor grote bedrijven zijn merken belangrijk, ook voor kleine. Het kan schadelijk zijn als anderen je merk namaken of als anderen een merk gebruiken dat verwarring kan wekken met het jouwe. Enkel door je merken te registreren kan je daartegen optreden.
Wil je een merk registreren, controleer dan eerst of het nog beschikbaar is. Je kan zelf zoeken in het merkenregister (zie sosidee.be/ merkenregister), of een merkgemachtigde (bmm.eu) tegen betaling voor jou laten zoeken.
Wat kan geen merk zijn?
immers, in de woorden van het Europese Hof van Justitie, geen “ongebruikelijke wending” die het geheel voldoende onderscheidend maakt om als merk te kunnen dienen.
Niet alle tekens kunnen een merk zijn. Er zijn een aantal wettelijke redenen op basis waarvan het BBIE verplicht is de inschrijving van een aanvraag te weigeren. Bovendien kan de rechter om die redenen oordelen dat een merk niet geldig is. Hij verklaart de inschrijving in dat geval alsnog nietig. De voornaamste redenen voor weigering of nietigverklaring zijn:
• Het teken is misleidend Een logo waarop bijvoorbeeld duidelijk koffie is afgebeeld kan niet voor iets anders (zoals thee of slaapmiddelen) worden geregistreerd en gebruikt, omdat het publiek daardoor misleid kan worden.
• Het merk mist onderscheidend vermogen
• Overlapping met andere intellectuele eigendom
Deze veruit meest voorkomende uitsluitingsgrond vloeit eigenlijk al voort uit de definitie van een merk. Een merk is een teken ter onderscheiding van de waren of diensten van een onderneming, dus een teken dat dat niet kan is geen merk.
Zo zal de vorm van bijvoorbeeld een stoel of een lamp eerder als model worden gezien dan als een vormmerk. Het gedeponeerde teken bestaat uit vlaggen, wapens en andere officiële emblemen van staten of internationale organisaties die geregistreerd staan volgens artikel 6ter van het Verdrag van Parijs. Zulke merken kunnen alleen in het Benelux-register worden ingeschreven met toestemming van de betreffende staat of organisatie.
Hieronder vallen onder meer beschrijvende tekens. Het woord ‘Biomild’ voor yoghurt is een voorbeeld van een teken dat niet onderscheidend genoeg is. ‘Bio’ geeft namelijk aan dat de yoghurt op biologische wijze geproduceerd is. ‘Mild’ zegt iets over de smaak. En de samenstelling van ‘Bio’ en ‘Mild’ maakt het teken als geheel niet onderscheidend. Ook al is het een nog niet bestaand woord. De samenstelling bevat
Het merk is strijdig met openbare orde en goede zeden. Dat komt in de praktijk zeer weinig voor.
33
STAP 5
Ga ook na of jouw merk aan de voorwaarden voor een merk voldoet (zie kaderstuk hieronder). Bestaat het merk nog niet en voldoet het aan de voorwaarden, dan kan je het online of via een invulformulier laten deponeren bij het Benelux-Bureau voor de intellectuele eigendom. Ook voor vragen omtrent Benelux-merken kan je hen contacteren via boip.int of op het nummer 070 244 242.
Modellen en tekeningen
Europees merk
Een model of tekening is het uiterlijk van een voortbrengsel of een deel ervan. Onder voortbrengselen worden zowel op industriële als op ambachtelijke wijze vervaardigde voorwerpen verstaan. Het model moet nieuw zijn en een eigen karakter hebben. Het uiterlijk wordt afgeleid uit de kenmerken van de lijnen, de omtrek, de kleuren, de vorm, de textuur of de materialen van het voortbrengsel zelf of de versiering ervan. Als je een model wil beschermen, moet je net als bij een merk controleren of het al bestaat. Daar bestaan een aantal databanken voor (zie sosidee.be/ modellendatabank). Een merken- en modelgemachtigde (bmm.eu) kan je helpen bij het onderzoek naar de nieuwheid of het beschermen van je model.
Wil je bescherming in heel Europa, dan kan dat via een gemeenschapsmerk. Voordeel daarvan is dat je met slechts één aanvraag bescherming kan krijgen in alle landen van de Europese Unie. Nadeel is dan weer dat als het merk in een van de landen niet geldig is (bijvoorbeeld omdat het onderscheidend vermogen mist), het merk geweigerd of nietig verklaard kan worden in alle lidstaten. Best is dus om de hulp van een deskundige (bmm.eu) in te roepen. Indienen gebeurt via het Europees Merkenbureau (oami.europa.eu).
Internationaal merk Ook wereldwijde bescherming is mogelijk via een internationale procedure. Net als bij octrooien geldt hier ook het recht van voorrang. Dat wil zeggen dat je eerst een Benelux-merk indient en na 6 maanden kan beslissen of je je merk ook in andere landen wil registreren. In dat geval geldt de eerste aanvraagdatum ook voor de andere landen. Ook in het geval van een wereldwijde bescherming roep je het best de hulp in van een deskundige (bmm.eu). Voor meer info kan je terecht bij de World Intellectual Property Organisation: wipo.int of bij het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom: boip.int. De laatste organisatie kan je ook bellen op het nummer 070 244 242.
Model registreren Een model of tekening kan je beschermen in de Benelux, in Europa (gemeenschapsmodel) of internationaal. Het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom kan je inlichten omtrent de verschillende procedures. Je kan hen contacteren via boip.int of via het nummer 070 244 242. Ook voor modellen geldt, net als voor merken, een voorrangsrecht van 6 maanden. Dat wil zeggen dat je 6 maanden de tijd hebt om na de indiening van je Beneluxdepot, je model ook in andere landen te beschermen met behoud van de eerste indieningsdatum.
Wat kost merkbescherming? De basisprijs voor een Benelux-merkregistratie bedraagt € 240 voor 10 jaar. Een Europees merk kost € 900 à € 1000, terwijl de kost van een internationaal merk afhangt van het aantal landen waarin je bescherming wil.
Maak je een model publiek, bijvoorbeeld: je toont een meubel op een beurs of in een tijdschrijft, dan ontstaat er een nietgeregistreerd gemeenschapsmodel. Dat wil zeggen dat je gedurende 3 jaar anderen kan aanvechten voor opzettelijke namaak. Het voordeel is dat die vorm van bescherming gratis is, het nadeel dat je die periode niet kan verlengen.
Wat kost een modelregistratie? Een Benelux-modelregistratie kost € 108, plus € 10 per bijgevoegde tekening, voor een periode van 5 jaar.
34
Senseo
STAP 5
Alessi
Bescherm je domeinnaam Als je een naam voor je product, dienst of onderneming hebt gekozen, vergeet dan niet de domeinnaam te registreren. Dat kan via een registrar (lijst vind je op dns.be) of vraag het aan de persoon die/het bedrijf dat jouw website maakt. Registreer ook variaties of andere schrijfwijzen van de naam. Je kan ook verschillende extenties, bijvoorbeeld .be, .nl of .com vastleggen. Een domeinnaam registreren is niet duur (vanaf 15 euro/jaar), dus je registreert er beter eentje te veel dan te weinig. Zo voorkom je dat een concurrent of iemand die van slechte wil is, met de domeinnaam aan de haal gaat.
Neem een kijkje op beschermmijnidee.be om na te gaan voor welke vorm van bescherming jouw idee in aanmerking komt.
Vergeet ook niet om een profiel aan te maken op social media als Facebook, Twitter, Pinterest,‌. Ook al maak je er nu nog geen gebruik van, later wil je dat misschien wel. En opnieuw wil je ook voorkomen dat anderen de profielen inpalmen. oefening p.13 – p.15
35
STAP 6
STAP 6 MAAK EEN PROTOTYPE VAN JE
37
ALS JE EEN IDEE VOOR EEN NIEUW PRODUCT HEBT, DAN KAN JE DAT MET EEN PROTOTYPE TASTBAAR EN GOED PRESENTEERBAAR MAKEN. DANKZIJ EEN PROTOTYPE KAN JE OOK GEMAKKELIJK DE WERKING TESTEN.
DOEN Maak zelf een eenvoudig prototype Doe een beroep op: • FabLabs • Studenten • Productontwikkelaar • Modelmakerij of 3D-printing bedrijf
1. EEN EENVOUDIG PROTOTYPE
boutjes gebruiken als scharnierpunten. Zelfs een stuk tuinslang, een oude kapstok, allerhande huis-, tuin- en keukenmateriaal worden plots bruikbaar om jouw idee te gaan uitproberen. Het maakt in deze fase nog niet uit of het er mooi uitziet.
Een eenvoudig prototype (dummy) kan je misschien zelf maken of laten maken door een handige kennis. Het kan ook nuttig zijn om de hulp in te roepen van een technische- of beroepsafdeling van een secundaire school in je buurt.
Tip: Verdeel je totaalidee in kleinere deeloplossingen. Maak een dummy van de verschillende kleinere onderdelen en voeg ze dan samen tot een groter geheel.
Hoe sneller je een idee test, hoe sneller dat de voor- en nadelen zichtbaar worden. Met eenvoudige goedkope en gratis materialen kan je al aan de slag. Haal bij een doe-het-zelfzaak in de buurt grote platen stevig karton (uit de papiercontainer). In combinatie met een stevig breekmes en papiertape maak je tastbare oplossingen. Zo kan je allerlei zaken al testen nog voor dat je complexe en vaak dure prototypes gaat bouwen. Je kan splitpennen of
Je kan op deze manier handig en goedkoop proberen of je idee groot/klein genoeg is. Is het hoog, wendbaar, opvouwbaar, stevig,... genoeg? Past het in de koffer van de auto? (Indien van toepassing). Je idee komt op deze manier tot leven, niet enkel voor jezelf, maar ook om mensen te overtuigen van de goede werking ervan.
38
2. EEN INGEWIKKELDER PROTOTYPE
Studenten Hogescholen en universiteiten met een afdeling industrieel ontwerp of productontwikkeling (zie creativeskills.be/ opleidingen).
Voor een ingewikkelder prototype, of als je prototype er ook meteen goed moet uitzien, kan je een beroep doen op:
Productontwikkelaar
FabLabs
Modelmakerij of 3D-printingbedrijf Een aantal modelmakerijen (zoek op google.be of in de Gouden Gids). Bedrijven die gespecialiseerd zijn in 3D-printen of rapid prototyping, zoals Materialise (i.materialise.com).
In Vlaanderen kan je terecht in: • Leuven (fablab-leuven.be) • Gent (timelab.org)
HEB JE EEN IDEE VOOR EEN DIENST?
• Genk (fablabgenk.be) • Kortrijk (budalab.be)
Zorg dan voor een testfase waarin potentiële klanten je dienst kunnen uitproberen. Je krijgt op die manier waardevolle feedback.
• Antwerpen (fablabplus.be) • Erpe-Mere (fablaberpemere.be) In Brussel kan je terecht bij fablabxl.be en imal.org
39
STAP 6
Productontwikkelaars en ontwerpbureaus (zoek op google.be of in de Gouden Gids).
Een FabLab is een relatief kleine locatie met een aantal innovatieve machines waarmee (bijna) alles kan ontworpen en gerealiseerd worden, of ten minste een prototype ervan. Zo kan iedereen zijn of haar creatief idee tegen een lage kostprijs fysiek vorm geven. De apparatuur is onder normale omstandigheden niet toegankelijk voor het grote publiek wegens de hoge kostprijs. Een speciale machine die gebruikt wordt in FabLabs is de 3D-printer. Die printer bouwt 3D-objecten laagje per laagje op. Zo kunnen er hele ingewikkelde vormen gemaakt worden (zie foto). Overal ter wereld zijn er FabLabs.
STAP 7
STAP 7 JE ZELF OP DE MARKT BRENGEN OF VERKOPEN?
41
BEDENK WAT JE WIL BEREIKEN MET JE IDEE. WIL JE HET ZELF OP DE MARKT BRENGEN EN EEN ZAAK STARTEN? OF LAAT JE DAT LIEVER AAN IEMAND ANDERS OVER? EN IN DAT GEVAL: WIL JE GELD VERDIENEN AAN JE IDEE? OF VIND JE HET AL LEUK GENOEG DAT JOUW PRODUCT OF DIENST OP DE MARKT KOMT? OF WIL JE GRAAG BEKENDHEID VERWERVEN ALS BEDENKER VAN JOUW IDEE? Vanaf het volgende hoofdstuk wordt dit stappenplan opgesplitst. De eerste 3 hoofdstukken zijn relevant voor wie zelf een zaak start, het laatste voor wie zijn of haar idee liever wil verkopen.
Het is belangrijk om al vroeg in het proces te bedenken wat je precies wil, omdat dat bepaalt welke volgende stappen je neemt. Als je nu nog geen keuze maakt, loop je het gevaar een beetje ‘stuurloos’ te worden.
DOEN Als je het zelf op de markt wil brengen Zelf produceren of niet? Zoek een partner Start je eigen zaak Als je je idee wil verkopen Zoek bedrijven Maak een afspraak Bescherm je rechten
42
1. JE IDEE ZELF OP DE MARKT BRENGEN Eigen productie Als je je productidee zelf op de markt brengt, kan je ervoor kiezen om zelf te produceren of om de productie uit te besteden. Je product zelf produceren heeft een aantal voordelen, maar ook een aantal nadelen.
De voordelen van eigen productie
De nadelen van eigen productie
• Succes of falen blijven in eigen hand.
• Er zijn flinke investeringen nodig, niet alleen voor octrooiaanvragen, maar ook voor het opzetten van productiefaciliteiten en voor marketing.
• Je behoudt de controle over de uitvinding, de reputatie en de kwaliteit.
• Starters opgelet: ondernemerskwaliteiten en een goed netwerk (lees: veel mensen kennen) zijn voorwaarden. Een netwerk bouw je op door je aan te sluiten bij relevante verenigingen, door te netwerken op evenementen, via sociale netwerkingsites als LinkedIn.com, … Als je eenmaal je contacten hebt opgebouwd, is het ook belangrijk dat je ze onderhoudt. Als je idee een dienst betreft, dan is het iets gemakkelijker om het heft in eigen handen te nemen. Je hebt dan immers geen hoge productiekosten. Wel blijft het hebben van een netwerk enorm belangrijk.
Productie uitbesteden Het is ook mogelijk om een ander bedrijf je idee te laten uitvoeren, terwijl je zelf de marketing en verdeling in handen houdt. Op die manier hoef je niet te investeren in dure machines en specifieke knowhow. Eva en Martine Boonen van Mammae, bekend van het televisieprogramma De Bedenkers, kozen voor die aanpak (zie kaderstuk p. 44).
43
STAP 7
• Bestaande producenten hebben vaak een grote kennis van het materiaal en de productietechnieken, kennis die jij nog moet opbouwen.
Mammae: de elegante en praktische borstvoedingsbeha
krijgen. Bij gesprekken met banken liep het al vlug mis. Zij vroegen te veel waarborgen, die Eva en Martine niet konden geven. Gelukkig zijn ze toen in contact gekomen met BAN Vlaanderen, het Business Angels Netwerk Vlaanderen. Ze vonden een business angel die geloofde in hun project en met wie ze dadelijk een goede ‘klik’ hadden. Toen was de beslissing snel genomen. Beiden namen loopbaanonderbreking en richtten samen met de business angel een bedrijfje op.
Toen Eva en Martine Boonen voor de eerste keer moeder werden, wilden ze zich goed voelen en stralend voor de dag komen. Helaas voelden ze zich met de huidige borstvoedingsbeha’s meer een ‘bomma’ dan een mama. Bovendien voelden ze zich erg bloot tijdens het voeden. Andere borstvoedende vriendinnen hadden dezelfde problemen. Sommigen gaven zelfs aan dat ze gingen stoppen met borstvoeding om van het ‘geklungel’ af te zijn.
• Productie Omdat het maken van lingerie een erg specifiek vakmanschap is, was zelf produceren niet aan de orde. Daarom gingen de vriendinnen Boonen op zoek naar een producent die de kwaliteit kon leveren die ze voor ogen hadden. Ze maakten afspraken bij verschillende grote confectiebedrijven en vroegen om een offerte voor een prototype en productie. Uiteindelijk vonden ze een Nederlands bedrijf dat qua visie en missie bij hen paste. Er werden verschillende beha’s gemaakt die door borstvoedende mama’s werden uitgetest. Behalve met de feedback van de testpersonen, werd in het ontwerp ook rekening gehouden met de opmerkingen van vroedvrouwen, vriendinnen, ervaringsdeskundigen…
• Wedstrijden Dat bracht Eva en Martine op het idee om zelf de ‘perfecte’ borstvoedingsbeha te ontwerpen en te laten produceren. Hun idee kreeg meer vorm (prototype, modelbescherming…) en de reacties waren enorm positief. Ondertussen schreven ze zich in voor verschillende wedstrijden. Dat bleek een schot in de roos: ze wonnen de Comeva startersaward en bij De Bedenkers (programma VRT) en Bizidee eindigden ze bij de finalisten. Bij Bizidee schreven ze onder begeleiding een volledig ondernemingsplan. Ze ontmoetten er ook investeerders en marketingspecialisten. • Verkopen of zelf op de markt brengen?
In het najaar van 2009 kwamen de borstvoedingsbeha’s op de markt. Eva en Martine huren een opslagruimte en verdelen hun producten zelf aan gespecialiseerde winkels. Intussen zijn er al 300 verkooppunten in België en Nederland. Ook in andere landen groeit de interesse.
Met de € 10.000 die Martine en Eva kregen als winnaar van Comeva lieten ze een eerste professioneel prototype maken. Vervolgens kregen ze de eerste aanbiedingen van bedrijven die hun concept wensten te kopen. Daardoor kwamen ze al vlug voor de keuze te staan: verkopen of zelf commercialiseren. Een keuze waar ze goed over nagedacht hebben. Liefst wilden ze zelf hun beha’s op de markt brengen. Maar omdat ze zelf onvoldoende middelen hadden om de nodige investering te dragen, moesten ze het financiële plaatje natuurlijk rond
Eva en Martine startten wegens grote vraag ook met de verkoop van speciale borstvoedingskledij, zelfontworpen kledingstukken die discreet voeden mogelijk maken. mammae.be
“ Met de 10.000 euro die ze kregen als winnaar van Comeva lieten ze een eerste professioneel prototype produceren.” 44
Eigen zaak Wie zijn idee zelf op de markt brengt – of de productie nu uitbesteed wordt of niet – start uiteraard een eigen zaak. Essentieel bij de voorbereiding daarvan is de opmaak van een ondernemingsplan (zie stap 8A: Stel een ondernemingsplan op voor je idee). Verschillende organisaties zoals het Agentschap Ondernemen, Unizo en Voka helpen starters bij het opzetten van een eigen zaak. Een overzicht vind je op sosidee.be/hulpbijstart.
WAAR VIND IK COMPLEMENTAIRE PARTNERS?
Maar hoe vind je zo’n complementaire partner? Netwerken is de boodschap! Zoek binnen je eigen netwerk van familie, vrienden en kennissen. Zorg er wel voor dat je goede afspraken maakt, zodat zaken en vriendschap elkaar niet in de weg staan.
Ieder heeft zijn eigen talent en je kan niet in alles even sterk zijn. Daarom is het goed om – als je een eigen zaak wil starten – samen te werken met mensen die jouw tekortkomingen aanvullen. Stel dat je enorm creatief bent, maar weinig kaas gegeten hebt van verkopen, dan kan je er baat bij hebben om de handen in elkaar te slaan met een kennis met commercieel talent.
Sluit je aan bij een netwerkorganisatie voor jonge ondernemers zoals Bryo (bryo.be) of JCI (jci.be). Daar kom je ongetwijfeld iemand tegen met dezelfde ondernemende ingesteldheid. Ga naar conferenties, netwerkevenementen, recepties,…
STAP 7
oefening p.17 – p.18
45
2. JE IDEE VERKOPEN
Op afspraak Ook als je de juiste bedrijven gevonden hebt, is het niet altijd gemakkelijk om een afspraak te versieren. Een aantal praktische verkoopstips kunnen helpen (zie stap 8B: Presenteer je idee overtuigend). IDExpress in Nederland is een organisatie die bemiddelt tussen bedenkers en mogelijke kopers of licentienemers van hun idee. Pas als er een overeenkomst is met een bedrijf, sta je 15% van de prijs van de deal af. In Vlaanderen bestaat er momenteel nog geen gelijkaardig initiatief.
Als bedenker zonder zakeninstinct en zonder kennis van de markt (of zonder een partner die dat wel heeft) is verkopen vaak de beste optie. Je neemt weinig risico en je idee brengt snel op. Maar het verkopen van een idee is ingewikkeld en kost veel tijd.
Geïnteresseerde bedrijven Om te beginnen moet je de juiste bedrijven vinden. Via internet kan je opzoeken welke bedrijven er binnen een bepaald domein actief zijn. Nuttig is ook een opzoeking in een octrooidatabank (be.espacenet.com) (zie stap 4: Bestaat je idee al?): welke bedrijven hebben octrooien die aanleunen bij jouw vinding? Soms is het interessant om niet de grootste speler op de markt te contacteren, maar de tweede grootste. De grootste wil veelal het status-quo behouden, terwijl de tweede eerder interesse heeft in nieuwigheden, precies om de grootste te kunnen worden.
Als je naar een bedrijf stapt met je idee kan je het best beschermen. Neem in elk geval een i-DEPOT en vul aan met een geheimhoudingsverklaring (zie stap 5: Bescherm je idee). Het is in sommige gevallen ook mogelijk om een octrooi of modelbescherming te nemen, en dit in licentie aan het bedrijf te geven. Nadeel is dan wel dat je een grotere investering doet (zeker in het geval van een octrooi) zonder dat je weet of er interesse is in je vinding. Een idee voor een dienst is heel moeilijk te verkopen, omdat een dienst slechts beperkt te beschermen is. Daartegenover staat dat het gemakkelijker is om zelf een dienstverlening op de markt te brengen.
“ Bestaande producenten hebben vaak een grote kennis, kennis die jij nog moet opbouwen.”
HET VERVOLG VAN DIT STAPPENPLAN IS ONDERVERDEELD IN 2 STUKKEN. Overweeg je om zelf een zaak te starten, dan kan je gewoon verder lezen. Stap je liever naar een bedrijf met je idee? Blader dan meteen door naar pagina 61.
46
JE IDEE OP DE MARKT BRENGEN
STAP 8 A
STAP 8A STEL EEN ONDERNEMINGSPLAN OP VOOR JE
47
ALS JE OVERWEEGT OM EEN EIGEN ZAAK TE STARTEN, STEL DAN ZEKER EEN ONDERNEMINGSPLAN OP. ZO’N PLAN IS VRIJ OMVANGRIJK, MAAR ERG NUTTIG. EEN ONDERNEMINGSPLAN HELPT JE OM JE STRATEGIE EN DOELEN TE BEPALEN EN IS EEN MUST OM POTENTIËLE PARTNERS (FINANCIERS, LEVERANCIERS…) TE OVERTUIGEN.
DOEN Maak een businessmodel of ondernemingsplan Onderdelen van een ondernemingsplan Waar vind ik hulp?
1. MAAK EEN BUSINESSMODEL OF ONDERNEMINGSPLAN
• Welke taken horen er bij mijn product of dienst? Denk aan ontwikkeling, productie of uitvoering, marketing, verzending en verpakking…
Een businessmodel vormt het fundament van je ondernemingsplan. Met een businessmodel maak je je idee of concept concreter aan de hand van de volgende vragen:
• Welke taken voer ik zelf uit? En welke taken besteed ik uit aan partners? • Welk materiaal, welke kennis of welk personeel heb ik nodig?
• Wat is mijn idee precies? Wat is het aanbod dat ik bied aan mijn klanten?
• Wat zijn mijn grootste kosten? Zij vormen de grootste slokop in het financieel plan.
• Wie zijn mijn klanten? Verkoop ik aan iedereen, of enkel aan specifieke doelgroepen?
• Hoe kan ik geld verdienen met mijn product of dienst? Ga ik het per stuk verkopen? Of verkopen anderen het en krijg ik daar een deel van? Of wordt het een abonnementssysteem? Of geef ik iets gratis en verdien ik later geld met de verkoop van verbruiksartikelen (bv. printers zijn relatief goedkoop en de fabrikanten verdienen veel geld met de inktpatronen)?
• Hoe breng ik mijn product bij de klant? Start ik een winkel? Of kunnen mijn klanten het kopen in andere winkels? Voor diensten: ga ik zelf de dienst uitvoeren? Of werk ik via anderen? • Waarom kopen klanten bij mij? En hoe zorg ik ervoor dat ze blijven terugkomen?
48
Een handig sjabloon om je businessmodel overzichtelijk op te stellen, is het business model canvas. Je vindt een Nederlandstalig exemplaar in het midden van de oefenbrochure. Een Engelstalig business
model canvas kan je downloaden via businessmodelgeneration.com/canvas. Nadat je je businessmodel hebt opgesteld, kan je het verder aanvullen met cijfermateriaal tot een volledig ondernemingsplan.
2. ONDERDELEN VAN EEN ONDERNEMINGSPLAN
• Een commercieel/marketingplan: Hoe ga je je idee commercialiseren? Hoe ga je promotie voeren? Hoe bepaal je je prijs? …
Een ondernemingsplan bestaat gebruikelijk uit:
• Een organisatieplan: Ga je voor een eenmanszaak of een vennootschap? Neem je personeel aan? …
• Een projectvoorstelling: Omschrijf je idee en je plannen. • Een omgevingsanalyse: Hoe ziet de markt eruit? Wie zijn je klanten, je concurrenten? …
• Unizo Startsimulator (unizo.be/startsimulator): met deze online simulator kan je gratis je ondernemingsplan en financieel plan van A tot Z uitwerken.
3. WAAR VIND IK HULP? Handige invuldocumenten en simulators:
• De meeste banken en sociale secretariaten bieden ook een invuldocument aan.
• Startkompas (zie sosidee.be/startkompas) van het Agentschap Ondernemen: een handig invuldocument om de haalbaarheid van je project in kaart te brengen. Daarna kan je je plan verder uitwerken aan de hand van tips in de praktische leidraad.
Begeleiding: Word je graag geholpen bij het opstellen van je ondernemingsplan, dan zijn er verschillende mogelijkheden:
49
STAP 8 A
• Een financieel plan: Wat zijn de geplande investeringen? Hoe ga je ze financieren? Welke omzet verwacht je te behalen? …
• Haalbaarheidsstudie. Als kandidaatondernemer kan je terecht bij Unizo voor advies en begeleiding bij de opmaak van een haalbaarheidsstudie. De overheid subsidieert deze haalbaarheidsstudie, waardoor je slechts € 100 ipv € 900 betaalt. Meer info: go4business.be. De haalbaarheidsstudie vormt al een goede basis voor je ondernemingsplan. • De ondernemingsplanwedstrijd Bizidee. Wie deelneemt aan die wedstrijd werkt onder begeleiding zijn idee uit tot een haalbaarheidsstudie en vervolgens tot een ondernemingsplan. De beste ondernemingsplannen krijgen een mooi startkapitaal. Meer info op bizidee.be. • Je kan je ondernemingsplan ook volledig door studenten (onder begeleiding van een coach) laten maken. Tegen een vrij lage kost krijg je een volledig ondernemingsplan of een onderdeel ervan. Je bent wel gebonden aan bepaalde deadlines om je aanvraag in te dienen. De meest uitgebouwde dienstverlening vind je momenteel bij het Centrum voor Ondernemen van de Hogeschool Gent. Meer info op centrum-voor-ondernemen.be.
Vul het business model canvas in dat je in het midden van de oefenbrochure vindt. Dit canvas helpt je om je idee of concept meteen een stuk concreter te maken.
50
JE IDEE OP DE MARKT BRENGEN
STAP 9A
STAP 9A PRESENTEER JE OVERTUIGEND
51
ALS JE JE IDEE ZELF OP DE MARKT BRENGT, ZUL JE PARTNERS, LEVERANCIERS EN FINANCIERS MOETEN OVERTUIGEN. ENKELE VUISTREGELS.
DOEN Verkoop jezelf Trek de aandacht Maak een Elevator Pitch Wees voorbereid
1. VERKOOP JEZELF
overkomt, dan doet je idee dat ook niet. Zorg ervoor dat je er professioneel uitziet en let op de details. Kleed je gepast en maak een professioneel visitekaartje. Zorg ook voor een professioneel e-mailadres en voicemailbericht.
Wie zijn idee goed wil verkopen, moet eerst zichzelf verkopen. Als jij niet overtuigend
bedrijf PaperNuts scheurden tijdens hun pitch in het tv-programma Dragon’s Den een doos met klassiek opvulmateriaal voor verpakkingen stuk en meteen erna ook een doos met hun nieuwe opvulmateriaal. Aandacht gegarandeerd en de investeerders ontdekten meteen ook de voordelen van het nieuwe product.
2. TREK DE AANDACHT Zorg ervoor dat je meteen de aandacht vangt. Dat is zowel nuttig om een afspraak met een partner of financier te versieren, als om van start te gaan met je verhaal. Goed begonnen is immers half gewonnen. De oprichters van het
52
bestaat al). Je kan je pitch dan beginnen met een verhaaltje van iemand die in een verstrooide bui z’n wagen verkeerd tankt en zo zware schade aanricht aan z’n wagen. Dat is heel herkenbaar: iedereen kent wel iemand in die situatie. Je kan ook de VAB citeren: “Verkeerd tanken kost de Belg jaarlijks bijna 1 miljoen euro.”
3. ELEVATOR PITCH (VERKOOPSPRAATJE) Als je de aandacht hebt, moet je die ook vasthouden. Giet je verhaal in een Elevator Pitch: een vlotte presentatie van je idee in ongeveer 1 minuut. Je moet je voorstellen dat je met je gesprekspartner in de lift staat en enkel die tijdspanne hebt om hem te overtuigen. Wezenlijk bij een Elevator Pitch is een vlotte presentatie met denkbeelden, vergelijkingen en voorbeelden. Voor een succesvolle Elevator Pitch tellen niet alleen gegevens en feiten, maar is ook het aanspreken van de emotie van belang. Geef zeker aan:
Daartegenover plaats je dan jouw opzetstukje, dat amper € 4 kost. Chauffeurs zullen die kleine investering graag maken om een groot risico te vermijden. En leasingmaatschappijen kunnen er heel wat geld mee besparen. Zorg ervoor dat de boodschap door iedereen te begrijpen is, maak het niet te ingewikkeld en gebruik geen vaktaal. Zorg ervoor dat het voor de toehoorder duidelijk is welk probleem jouw idee oplost en hoe belangrijk dat probleem is.
• Wat het probleem is van de potentiële klant/ gebruiker • Hoe jouw product of dienst dat probleem oplost Stel dat je een opzetstukje bedacht hebt, waarmee je kan voorkomen dat iemand benzine tankt in een dieselauto (dit idee
4. BEREID JE GOED VOOR
Oefen je pitch voor een vriend of kennis en vraag hem om kritische vragen te stellen.
Na je pitch gaan je toehoorders je ongetwijfeld een aantal bijkomende – en soms lastige – vragen stellen. Voorkom dat je met je mond vol tanden staat en stel op voorhand een lijstje op met mogelijke vragen. Zorg er ook voor dat je de belangrijke cijfers uit je ondernemingsplan uit het hoofd kent.
Op YouTube (youtube.com) kan je een aantal voorbeelden van goede, en minder goede, pitches bekijken. Zoek op Dragon’s Den. Nog meer tips om je idee te laten plakken bij je toehoorder, vind je in het boek ‘De Plakfactor’ van Dan en Chip Heath (ISBN 9789043014076).
oefening p.21
53
STAP 9A
Leg ook sterk de nadruk op de voordelen die jouw idee kan opleveren voor het bedrijf of de partner. Probeer je helemaal in te leven in je gesprekspartner: pas je argumenten en je woordgebruik aan.
JE IDEE OP DE MARKT BRENGEN
55
STAP 10A
STAP 10A ZOEK FINANCIERING VOOR JE
WIE MET ZIJN GOED IDEE EEN EIGEN ZAAK OPZET, HEEFT NATUURLIJK KAPITAAL NODIG. MAAR WAAR VIND JE DAT?
DOEN Breng eigen geld in Bekijk je opties • Familie en vrienden • Crowdfunding • Bank • Durfkapitalisten • Overheid
1. EIGEN INBRENG
zal in jouw project willen investeren als je zelf niet bereid bent om middelen in je zaak te stoppen. Je moet minimum 10% – maar in de regel eerder 20-40% – eigen middelen inbrengen.
Eigen geld inbrengen is belangrijk voor het verkrijgen van externe financiering. Niemand
opstarten van een bedrijf risico’s inhoudt. Stel dat je failliet gaat, dan is ook jouw vriend of familielid mogelijk een deel van zijn/haar geld kwijt. Maak daarover duidelijke afspraken.
2. STEUN VAN JE OMGEVING Familie en vrienden De personen in je onmiddellijke sociale omgeving zijn vermoedelijk de eersten bij wie je aanklopt om financiële steun te zoeken. Via de Winwinlening (zie sosidee.be/winwin) (tot maximaal € 50.000) kan dat voor beide partijen interessant zijn. ParticipatieMaatschappij Vlaanderen wil met die lening particulieren aanmoedigen om geldmiddelen ter beschikking te stellen van startende ondernemingen. Wie als vriend, kennis of familielid een Winwinlening toekent aan een startend bedrijf, krijgt jaarlijks een belastingkorting van 2,5% van het geleende bedrag. Houd er wel rekening mee dat het
Crowdfunding Crowdfunding, vrij vertaald “financiering door de menigte (the crowd)” is een alternatieve vorm van financiering, waarbij (startende) ondernemers, die moeilijk toegang krijgen tot de traditionele financieringskanalen, een eerste deel van de benodigde financiering online bij het grote publiek kunnen inzamelen om vervolgens eventueel aan te kloppen bij de professionele investeerders (banken, business angels,…).
56
Het principe van Crowdfunding verloopt als volgt: een internetplatform biedt online een overzicht van bedrijfsprojecten die op zoek zijn naar financiering. Dit zijn de crowdfundingprojecten. Vindt een project tijdens een vooropgestelde tijdsperiode weerklank, dan krijgt het een aantal believers achter zich. Deze believers zullen (kleine) geldsommen investeren in/ lenen aan/ doneren aan het project. Indien een vooropgesteld bedrag binnen de deadline wordt opgehaald, dan is het crowdfundingproject geslaagd en wordt het geld door het internetplatform aan de ondernemer overgemaakt. De investeerders krijgen meestal een – op voorhand afgesproken – beloning. Zie sosidee.be/crowdfunding voor meer info.
Ook kan je je lening opsplitsen: een stuk lenen bij de bank, een stuk lenen bij de overheid (Participatiefonds Vlaanderen). Zie participatiefonds.be.
Risicokapitaal Durfkapitalisten investeren in ondernemingen die hoog risco lopen, meestal startende ondernemingen. In ruil nemen zij participatie in het bedrijf. De durfkapitalist gokt erop dat het jonge beloftevolle bedrijf sterk zal groeien en in waarde zal stijgen. Na enkele jaren verkoopt hij zijn aandeel dan weer met winst.
Banken Banken bieden talrijke financiële producten voor starters. Ga na welke formule het best is voor je zaak. Bespreek een kaskrediet voor plotse, grote uitgaven. Indien je veel materiaal nodig hebt, kan je dat misschien van de bank leasen. Een vuistregel blijft: een bank is eerder geneigd een financiering af te sluiten bij een minimaal eigen risico. Zij willen dan ook garanties, bijvoorbeeld jouw huis als borg, terwijl jij privé en werk liever gescheiden houdt. Als de bank meer zekerheden wil dan jij kan bieden, dan kan je mogelijk een beroep doen op de waarborgregeling (zie sosidee.be/waarborgregeling) van de ParticipatieMaatschappij Vlaanderen.
57
STAP 10A
Durfkapitalisten kunnen maatschappijen zijn, gespecialiseerd in het verschaffen van risicokapitaal (bv. pmv.eu of gimv.com) of particulieren. Tot die laatste categorie rekenen we de business angels: dat zijn (ex-) ondernemers die investeren in startende of snelgroeiende ondernemingen. Naast financiële steun stellen zij ook hun jarenlange ervaring, expertise en contacten ter beschikking van de ondernemer. Business angels zijn dus persoonlijker betrokken bij de onderneming waarin ze investeren, bijvoorbeeld als adviseur of tijdelijk mededirecteur. Vlaamse business angels kan je onder meer via BAN Vlaanderen (ban.be) contacteren.
4. OVERHEID Bij de overheid kan je als starter terecht voor goedkope leningen, bijvoorbeeld via het Participatiefonds Vlaanderen (participatiefonds. be). Ook subsidies zijn mogelijk. Zo kan je subsidies voor advies, kennis en opleiding verkrijgen via de kmo-portefeuille. Finmix (finmix.be), een project van Agentschap Ondernemen, geeft de ondernemer die op zoek is naar risicokapitaal de mogelijkheid om zijn project voor te stellen aan een panel van financieringsexperten.
Je hoeft niet altijd een gigantisch kapitaal bijeen te harken om een eigen zaak te starten. Ook met beperkte middelen kan je heel wat realiseren. Een aantal tips en voorbeelden vind je in ons dossier ‘Dossier bootstrap en bricolage: veel doen met weinig middelen’ (zie sosidee. be/bootstrap).
58
TOT SLOT
Ben je benieuwd naar hoe anderen hun idee verder uitwerkten, neem dan zeker een kijkje in onze ‘wall of fame’ via sosidee. be/wall-of-fame. Hopelijk kunnen we jou op een dag ook aan deze gallerij toevoegen!
In dit stappenplan kon je lezen hoe je jouw idee uitwerkt tot een marktklaar product (of dienst), waarmee je financiers of mogelijke partners kan benaderen. Voor sommigen gaat het verhaal natuurlijk verder. Wie ervoor kiest om een eigen zaak te beginnen, kan voor verder advies terecht bij de startersloketten. Zij kunnen je begeleiden bij de uitbouw van je onderneming.
“Met de begeleiding van SOS idee kreeg onze Buggy Booker service concreet vorm en ging de buggy pas echt aan het bollen”, zegt Frank over het advies dat hij bij SOS idee kreeg: “Tijdens het traject evolueerden we van een leuk idee tot een marktklare Buggyservice voor jonge gezinnen in steden”. – Frank Verheijden, BuggyBooker
“SOS Idee is voor mij een soort van ‘dating-bedrijf’. De juiste mensen en talenten worden gekoppeld met wat je op dat moment nodig hebt, waardoor je goesting krijgt.”
59
STAP 10A
– Wim Ballieu, Balls ‘n Glory
Niet gelukt?
Tot slot vatten we het stappenplan nog even samen in 14 actiepunten
Is je idee onderweg ergens afgevallen, omdat het al bestond of economisch niet haalbaar bleek? Niet getreurd: voor elk succesvol idee op de markt zijn er misschien 100 die het niet gehaald hebben. Je hebt in elk geval veel bijgeleerd, en wie weet lukt het met je volgende idee wel.
• Definieer je idee • Vul het ideeformulier in • Ga na of er nood is aan je idee • Wie is je doelgroep en wat willen ze? • Bereken of je idee commercieel haalbaar is • Ga na of je idee al bestaat, via Google en een octrooidatabank
Heb je nog vragen of opmerkingen, contacteer ons dan gerust via SOSidee.be.
• Neem een i-DEPOT via boip.int • Zoek de juiste bescherming voor je idee • Maak een prototype (voor een product) of een mooie presentatie (dienst) • Stel een ondernemingsplan op • Maak een goed verkoopspraatje (pitch) • Presenteer je idee overtuigend voor financiers of kopers • Zoek financiering • Richt een eigen zaak op
60
JE IDEE VERKOPEN?
STAP 8 B
STAP 8B PRESENTEER JE OVERTUIGEND
61
JE IDEE VERKOPEN IS NIET GEMAKKELIJK. MAAR MET EEN GOED IDEE ÉN DE NODIGE OVERTUIGINGSKRACHT KAN HET LUKKEN. (Zie daarvoor ook stap 7: Je idee zelf op de markt brengen of verkopen?)
DOEN Maak een lijstje van potentieel geïnteresseerde bedrijven Maak een afspraak met de juiste persoon Neem eventueel bescherming Presenteer wijs Maak een overeenkomst
1. POTENTIEEL GEINTERESSEERDE BEDRIJVEN
Op de website uitvinders.nl (sosidee.be/ verkoopstips) vind je een aantal tips om bij de juiste contactpersoon te komen en een afspraak met hem of haar te maken. Als je twijfelt aan je eigen verkoopstalent, kan je ook een kennis met verkoopstalent inschakelen. Hij/zij kan dan de afspraak maken en je idee verdedigen. Maak op voorhand wel goede afspraken met hem/haar.
Als je eenmaal een bedrijf hebt gevonden dat mogelijk geïnteresseerd is in je idee, moet je achterhalen aan wie je het het best kan presenteren. Dat kan voor een kleiner bedrijf de directeur zijn, voor een groter bedrijf het hoofd marketing of productontwikkeling. Sommige bedrijven hebben zelfs een aparte afdeling die zich richt op het scouten van ideeën van buitenaf.
Als je een afspraak hebt met een bedrijf, zorg dan voor een minimale bescherming van je idee (i-DEPOT en geheimhoudingsverklaring, zie stap 5: Bescherm je idee).
professioneel visitekaartje. Zorg ook voor een professioneel e-mailadres en voicemailbericht.
2. VOOR HET GESPREK ZELF ZIJN ER ENKELE VUISTREGELS
Trek de aandacht
Verkoop jezelf
Zorg ervoor dat je meteen de aandacht vangt. Dat is zowel nuttig om een afspraak met een partner of financier te versieren, als om van start te gaan met je verhaal. Goed begonnen is immers half gewonnen. De oprichters van het bedrijf PaperNuts scheurden tijdens hun pitch
Wie zijn idee goed wil verkopen, moet eerst zichzelf verkopen. Als jij niet overtuigend overkomt, dan doet je idee dat ook niet. Zorg ervoor dat je er professioneel uitziet en let op de details. Kleed je gepast en maak een
62
in het tv-programma Dragon’s Den een doos met klassiek opvulmateriaal voor verpakkingen stuk en meteen erna ook een doos met hun nieuwe opvulmateriaal. Aandacht gegarandeerd en de investeerders ontdekten meteen ook de voordelen van het nieuwe product.
Daartegenover plaats je dan jouw opzetstukje, dat amper € 4 kost. Chauffeurs zullen die kleine investering graag maken om een groot risico te vermijden. En leasingmaatschappijen kunnen er heel wat geld mee besparen. Zorg ervoor dat de boodschap door iedereen te begrijpen is, maak het niet te ingewikkeld en gebruik geen vaktaal. Zorg ervoor dat het voor de toehoorder duidelijk is welk probleem jouw idee oplost en hoe belangrijk dat probleem is.
Elevator Pitch (verkoopspraatje) Als je de aandacht hebt, moet je die ook vasthouden. Giet je verhaal in een Elevator Pitch: een vlotte presentatie van je idee in ongeveer 1 minuut. Je moet je voorstellen dat je met je gesprekspartner in de lift staat en enkel die tijdspanne hebt om hem te overtuigen. Wezenlijk bij een Elevator Pitch is een vlotte presentatie met denkbeelden, vergelijkingen en voorbeelden. Voor een succesvolle Elevator Pitch tellen niet alleen gegevens en feiten, maar is ook het aanspreken van de emotie van belang. Geef zeker aan:
Leg ook sterk de nadruk op de voordelen die jouw idee kan opleveren voor het bedrijf of de partner. Probeer je helemaal in te leven in je gesprekspartner: pas je argumenten en je woordgebruik aan.
Bereid je goed voor Na je pitch gaan je toehoorders je ongetwijfeld een aantal bijkomende – en soms lastige – vragen stellen. Voorkom dat je met je mond vol tanden staat en stel op voorhand een lijstje op met mogelijke vragen. Zorg er ook voor dat je de belangrijke cijfers uit je ondernemingsplan uit het hoofd kent.
• Wat het probleem is van de potentiële klant/ gebruiker • Hoe jouw product of dienst dat probleem oplost Stel dat je een opzetstukje bedacht hebt, waarmee je kan voorkomen dat iemand benzine tankt in een dieselauto (dit idee bestaat al). Je kan je pitch dan beginnen met een verhaaltje van iemand die in een verstrooide bui z’n wagen verkeerd tankt en zo zware schade aanricht aan z’n wagen. Dat is heel herkenbaar: iedereen kent wel iemand in die situatie. Je kan ook de VAB citeren: “Verkeerd tanken kost de Belg jaarlijks bijna 1 miljoen euro.”
Op YouTube (youtube.com) kan je een aantal voorbeelden van goede, en minder goede, pitches bekijken. Zoek op Dragon’s Den. Nog meer tips om je idee te laten plakken bij je toehoorder, vind je in het boek ‘De Plakfactor’ van Dan en Chip Heath (ISBN 9789043014076).
63
STAP 8 B
Oefen je pitch voor een vriend of kennis en vraag hem om kritische vragen te stellen.
Presenteer wijs Heb je een prototype, toon dat dan niet onmiddellijk, maar bewaar het tot halverwege je presentatie. Zo rekent het op extra aandacht en vermijd je het dipje in het midden van een presentatie. Presenteer je je verhaal op de computer, vermijd dan speciale effectjes, clip art of te veel grapjes. Je riskeert dan immers om minder serieus genomen te worden of de aandacht af te leiden van je idee.
NUTTIGE LECTUUR OMTRENT HET PRESENTEREN VAN JE IDEE ‘Ik heb een goed idee. Wat nu?’ (Jasper Baggerman, ISBN 9078369108) ‘De plakfactor’ (Dan en Chip Heath, ISBN 9789043014076)
Let er ook op dat je tijdens het eerste gesprek niet te veel met cijfers goochelt. Anders ontstaan er discussies over jouw schattingen in plaats van of het bedrijf wel of niet geïnteresseerd is in jouw idee.
3. OVEREENKOMSTEN WAT IS JE IDEE WAARD? Als je je idee wil verkopen, bestaan er twee soorten overeenkomsten:
Volgens het boekje ‘Ik heb een goed idee. Wat nu?’ van Jasper Baggerman hangt de hoogte van de afkoopsom of de licentievergoeding onder meer af van:
• Je doet volledig afstand van je rechten (bv. je verkoopt je octrooi). • Je behoudt je rechten en geeft het bedrijf toestemming om je idee te ontwikkelen en op de markt te brengen. In ruil krijg jij een vaste afkoopsom of een percentage op elk verkocht product.
• De kracht van het idee • De mate waarin het idee is uitgewerkt • De toegevoegde waarde die jij nog kan leveren bij de ontwikkeling of introductie
In beide gevallen kan je kiezen voor een vaste afkoopsom of een percentage op elk verkocht product (bv. 3 %). In het laatste geval deel jij in het succes. Flopt het product, dan krijg je natuurlijk weinig geld. Je kan ook kiezen voor een combinatie van een vaste som en royalty’s.
• De winst die de marktpartij uit het idee verwacht • Het risico dat de marktpartij denkt te lopen • De hoogte van de investeringen die nog moeten worden gedaan
Om je in de verkoopsonderhandelingen bij te staan, contacteer je het best een gespecialiseerde advocaat. Een overzicht van advocaten vind je op de website van de Vlaamse Balies (sosidee.be/advocaat).
oefening p.23
• Het aantal andere marktpartijen die interesse hebben getoond in het idee De hoeveelheid tijd, moeite en geld die je zelf hebt geïnvesteerd, is vaak niet van invloed op de hoogte van de vergoeding.
64
TOT SLOT In dit stappenplan kon je lezen hoe je jouw idee uitwerkt tot een marktklaar product (of dienst), waarmee je potentieel geïnteresseerde bedrijven kan benaderen. Ben je benieuwd naar hoe anderen hun idee verder uitwerkten, neem dan zeker een kijkje in onze ‘wall of fame’ via sosidee.be/wall-of-fame. Hopelijk kunnen we jou op een dag ook aan deze gallerij toevoegen!
“SOS Idee is voor mij een soort van ‘dating-bedrijf’. De juiste mensen en talenten worden gekoppeld met wat je op dat moment nodig hebt, waardoor je goesting krijgt.” – Wim Ballieu, Balls ‘n Glory
65
STAP 8 B
“Met de begeleiding van SOS idee kreeg onze Buggy Booker service concreet vorm en ging de buggy pas echt aan het bollen”, zegt Frank over het advies dat hij bij SOS idee kreeg: “Tijdens het traject evolueerden we van een leuk idee tot een marktklare Buggyservice voor jonge gezinnen in steden”. – Frank Verheijden, BuggyBooker
Niet gelukt?
Tot slot vatten we het stappenplan nog even samen in 12 actiepunten
Is je idee onderweg ergens afgevallen, omdat het al bestond of economisch niet haalbaar bleek? Niet getreurd: voor elk succesvol idee op de markt zijn er misschien 100 die het niet gehaald hebben. Je hebt in elk geval veel bijgeleerd, en wie weet lukt het met je volgende idee wel.
• Definieer je idee • Vul het ideeformulier in • Ga na of er nood is aan je idee • Wie is je doelgroep en wat willen ze? • Bereken of je idee commercieel haalbaar is • Ga na of je idee al bestaat, via Google en een octrooidatabank
Heb je nog vragen of opmerkingen, contacteer ons dan gerust via SOSidee.be.
• Neem een i-DEPOT via boip.int • Zoek de juiste bescherming voor je idee • Maak een prototype (voor een product) of een mooie presentatie (dienst) • Maak een afspraak met mogelijk geïnteresseerde bedrijven • Maak een goed verkoopspraatje (pitch) • Presenteer je idee overtuigend
66
BIJLAGEN Sjabloon geheimhoudingsverklaring De Word-versie van dit sjabloon vind je op www.SOSidee.be/geheimhoudingsverklaring
Geheimhoudingsovereenkomst Tussen de uitvinder: Ondergetekende (naam of firma): Adres: Postcode/Plaats: Ondernemingsnummer (eventueel): En de partner: Ondergetekende (naam of firma): Adres: Postcode/Plaats: Ondernemingsnummer (eventueel): Gelet op het volgende: a. De uitvinder heeft een intellectuele schepping gemaakt, verder te noemen de “creatie”, die in de bijlage van deze overeenkomst nader is omschreven. De creatie kan elke schepping uitmaken die door een intellectueel recht kan worden beschermd (met name door het octrooirecht, het auteursrecht, het merkenrecht, etc.) of kan bestaan uit vertrouwelijke informatie, zoals technische, operationele, financiële of zakelijke informatie die tijdens de uitvoering van deze overeenkomst wordt uitgewisseld en wordt aangeduid als vertrouwelijk of die uit haar aard als dusdanig dient te worden beschouwd. b. De partner heeft interesse om kennis te nemen van de creatie met het oog op het beoordelen van de creatie en/of het onderzoeken van een eventuele samenwerking met de uitvinder. Komen de partijen overeen wat volgt: 1. De partner verbindt zich ertoe de creatie strikt vertrouwelijk te behandelen en in het bijzonder zal hij de creatie niet reproduceren of meedelen aan derden tenzij hij hiervoor de voorafgaande, schriftelijke toestemming bekomt van de uitvinder. De partner zal de creatie slechts kenbaar maken aan zijn werknemers en medewerkers voor zover dit strikt noodzakelijk is voor de uitvoering van deze overeenkomst en voor zover zijn werknemers of medewerkers een vertrouwelijkheidsovereenkomst hebben ondertekend met dezelfde verbintenissen als deze van onderhavige overeenkomst. De partner zal de creatie niet voor zichzelf of ten behoeve van derden gebruiken tenzij ter uitvoering van deze overeenkomst. 2. De verplichtingen van deze overeenkomst gelden zolang als de creatie en/of de vertrouwelijke informatie niet bekend is bij het publiek.
67
3. De verplichtingen van deze overeenkomst gelden niet voor enige informatie : a. waarvan de partner kan bewijzen dat zij reeds in zijn bezit was of hem reeds bekend was van vóór de ondertekening van deze overeenkomst, op voorwaarde dat de partner dit onmiddellijk en schriftelijk meldt aan de uitvinder; of b. die publiek bekend is of publiek beschikbaar wordt zonder fout van de partner; of c. die verkregen is door de partner via een derde persoon zonder dat deze een inbreuk pleegt op een verplichting van vertrouwelijkheid t.a.v. wie dan ook; of d. die zonder voorbehoud openbaar is gemaakt door de uitvinder; of e. die dient openbaar gemaakt te worden ingevolge een bevel van de overheid of ingevolge de toepassing van de wet, op voorwaarde dat de partner de uitvinder hiervan onmiddellijk in kennis stelt en dat hij de uitvinder de mogelijkheid laat om maatregelen te nemen ter bescherming van de creatie. 4. De partner verbindt zich ertoe om binnen het kader van deze overeenkomst loyaal samen te werken met de uitvinder. Indien de partner interesse heeft om een verdere samenwerkingsovereenkomst af te sluiten met de uitvinder, zullen beide partijen te goeder trouw over zo’n overeenkomst onderhandelen. Indien de partner geen verdere overeenkomst wil afsluiten of indien de partijen geen overeenkomst bereiken na de onderhandelingen, zal de partner alle kopieën van en informatie over de creatie aan de uitvinder terugbezorgen indien deze dat wenst, of anders te vernietigen. 5. In geval van schending van deze overeenkomst door de partner, is hij gehouden de uitvinder volledig te vergoeden voor de geleden schade. De uitvinder heeft altijd recht op een minimumvergoeding die de partijen forfaitair schatten op 10.000 EUR, maar hij kan een hoger bedrag vorderen indien hij een hogere schade kan bewijzen. 6. Deze overeenkomst is exclusief onderworpen aan het Belgische recht en enkel de rechtbanken van Brussel zijn bevoegd om kennis te nemen van eventuele geschillen. Opgemaakt op … / … / … (datum) in twee originele exemplaren, één voor de uitvinder en één voor de partner. Voor de uitvinder:
Voor de partner:
(handtekening, naam, functie)
(handtekening, naam, functie)
Bijlage: beschrijving van de creatie
68
BRONNEN • ‘Ik heb een goed idee, wat nu? (Jasper Baggerman, ISBN 9078369108) • economie.fgov.be/nl/ondernemingen/Intellectuele_Eigendom/index.jsp • boip.int • banvlaanderen.be • flandersdc.be • innovatiecentrum.be • novu.nl • octrooicentrum.nl • pmv.eu • uitvinders.nl • agentschapondernemen.be • businessmodelgeneration.com • guykawasaki.com/the-only-10-slides-you-need-in-your-pitch • entrepreneur.com • custdev.com
69
BESTAAT MIJN IDEE AL? IS ER NOOD AAN MIJN IDEE? MOET IK HET BESCHERMEN? HOE BRENG IK HET OP DE MARKT? ...
JE HEBT EEN IDEE, MAAR OOK EEN HELEBOEL VRAGEN? SOS IDEE BIEDT JE GRATIS ADVIES!
DA’S EEN GEDACHT!
SURF NAAR SOSIDEE.BE
EERSTE HULP VOOR MENSEN MET EEN IDEE
OEFENBROCHURE VAN IDEE TOT MARKT
Met deze oefenbrochure kan je je idee verder uitwerken. Gebruik het samen met het SOS Idee stappenplan. In elk hoofdstuk van de brochure word je naar een oefening verwezen. Wil je graag een extra oefenbrochure? Download dan een prinvriendelijke versie via sosidee.be/ stappenplan.
STAP 1
HET INVULLEN VAN EEN IDEEFORMULIER DWINGT JE OM EXPLICIET NA TE DENKEN OVER JE IDEE.
KERNIDEE • Naam van je idee: (Voorbeeld: verdwaalbandje)
• Beschrijf de kern van je idee in één zin. (Voorbeeld: een accessoire voor kinderen waarmee ze bij afdwalen op het strand gemakkelijker met hun ouders herenigd worden.)
VOORDELEN • Beschrijf wat we meer/beter/sneller/goedkoper kunnen met dit idee. (Voorbeeld: de kinderen dragen een armbandje met daarop een symbool (bv. vis, bal, boot) dat overeenstemt met de strandzone waarin de ouders zitten. Zo vinden a) de kinderen gemakkelijker hun ouders terug en b) is het voor hulpverleners gemakkelijker om verdwaalde kinderen te herenigen met hun ouders. Het armbandje is goedkoop, gemakkelijk aan te doen en te verwijderen, bestand tegen zand, zee en zonnecrème.)
3
NADELEN, VALKUILEN, BELEMMERINGEN (Voorbeeld: afhankelijk van goodwill ouders om het bandje om te doen – kinderen willen het bandje niet aandoen – geen contactgegevens)
OPLOSSINGEN • Welke oplossingen zien we daarvoor of hoe kunnen we de nadelen vermijden? (Voorbeeld: sensibiliseringscampagne – gratis uitdelen – leuke of coole symbolen op de bandjes – ouders kunnen met een stift hun gsm-nummer op het bandje schrijven – printmachine om het bandje verder te personaliseren)
4
STAP 1 IMPACT • Beschrijf wat er op het eerste zicht zou (moeten) veranderen. (Voorbeeld: het strand moet in zones worden onderverdeeld – er moeten goed zichtbare palen (met dezelfde symbolen als die op de bandjes) op het strand geplaatst worden – er moeten voldoende verdeelpunten voor de bandjes opgericht worden (kunnen worden ondergebracht bij redders, het Rode Kruis) – er moeten sensibiliserings-/reclamecampagnes opgezet worden)
NODIGE PARTIJEN • Maak een lijstje van alle mensen of organisaties die nodig zijn voor de realisatie van dit idee. (Voorbeeld: gemeente – eventueel provincie – redders)
5
VARIANTEN • Bedenk een aantal varianten die hetzelfde doel bereiken als jouw idee. (Voorbeeld: een neptatoeage met een herkenningssymbool – een gepersonaliseerd zwembroekje met het gsmnummer van de ouders – een armband met gps-functie die de ouders waarschuwt als hun kind te ver afdwaalt)
• • • • •
6
WAT IS HET PROBLEEM? (Voorbeeld: kinderen verdwalen op het strand. Denk hier over het echte probleem, soms moet je ook nadenken over de vraag achter de vraag of het probleem achter het probleem.)
WIE KRIJGT MET DIT PROBLEEM TE MAKEN? (Voorbeeld: de kinderen zelf, de ouders, maar uiteraard ook de professionele hulpverleners of andere mensen op het strand. Denk aan de mogelijke gebruiker of klant van jouw oplossing, maar misschien ook aan mensen in de omgeving van de klant.)
7
STAP 2
BEANTWOORD DEZE VIER VRAGEN
HOE LOST JOUW IDEE HET PROBLEEM OP? (Voorbeeld: denk goed na of jouw idee werkelijk een oplossing is: kinderen vastbinden aan een lang touw, is zeer efficiënt, maar niet wenselijk. Zorg ervoor dat jouw oplossing niet meer andere problemen veroorzaakt.)
WAAROM IS JOUW IDEE BETER DAN BESTAANDE OPLOSSINGEN? (Voorbeeld: vergelijk jouw oplossing met alle alternatieven. Vergeet daarbij niet dat “geen oplossing” soms ook een alternatief is. Meer nog: voor de gebruiker of de klant is dat vaak goedkoper!)
8
GOED ZOEKEN IS EEN KUNST, EN VRAAGT OOK TIJD. IN DIT LIJSTJE KAN JE BIJHOUDEN MET WELKE ZOEKTERMEN JE AL GEZOCHT HEBT.
VIA GOOGLE (OF ANDERE ZOEKROBOT) • Zoekterm 1:
STAP 4
Andere taal 1: Andere taal 2: Interessante zoekresultaten:
• Zoekterm 2: Andere taal 1: Andere taal 2: Interessante zoekresultaten:
• Zoekterm 3: Andere taal 1: Andere taal 2: Interessante zoekresultaten:
9
• Zoekterm 4: Andere taal 1: Andere taal 2: Interessante zoekresultaten:
• Zoekterm 5: Andere taal 1: Andere taal 2: Interessante zoekresultaten:
10
VIA EEN OCTROOIDATABANK: (best in het Engels zoeken) • Zoekterm 1: Resultaten:
• Zoekterm 2:
STAP 4
Resultaten:
• Zoekterm 3: Resultaten:
• Zoekterm 4: Resultaten:
• Zoekterm 5: Resultaten:
11
TEST JE KENNIS
OP WELKE MANIEREN ZIJN DEZE OBJECTEN BESCHERMD?
STAP 5
1
2
3
4
13
KUNNEN DEZE WOORDEN OF LOGO’S ALS MERK GEREGISTREERD WORDEN? 1
2
3
PROEF PLEZIER
4
5
6
14
15 OPLOSSINGEN • Op welke manier zijn deze merken beschermd? 1. Modelbescherming, woordmerk (‘Crocs’) en beeldmerk (logo) 2. Beeldmerk 3. Auteursrecht 4. Patenten (meer dan 1000!), modelbescherming (vorm), auteursrecht (op software) woordmerk (iPhone, Apple), beeldmerk (Apple-logo), geheimhouding • Kunnen deze woorden of logo’s als merk geregistreerd worden? 1. Werd als merk aanvaard. Colbert zou niet aanvaard worden wegens te beschrijvend voor kleding, maar Coolbert is een leuke woordspeling. 2. Geweigerd, wegens te beschrijvend voor een fitnesszaak. Omlijning is niet voldoende onderscheidend om er een beeldmerk van te maken. 3. Plezier proeft men niet, dus de woordcombinatie is niet beschrijvend. Aanvaard als merk. 4. De schrijfwijze is niet origineel genoeg om het beschrijvend karakter op te heffen. Werd niet als merk aanvaard. 5. Supergood is te beschrijvend, maar het logo werd wel aanvaard als beeldmerk. 6. Werd aanvaard als merk. ‘Osama’ en ‘Laden’ zijn eigennamen en die zijn niet beschrijvend voor het bier.
STAP 5
SCHUILT ER EEN ONDERNEMER IN MIJ?
• Ik houd van onverwachte verrassingen Waar Niet waar • Ik spring zuinig om met mijn geld Waar Niet waar • Ik stel het oplossen van problemen vaak uit Waar Niet waar • Ik kan me goed aanpassen aan onverwachte omstandigheden Waar Niet waar • Ik ben gevoelig voor stress Waar Niet waar
• Ik ben een doorbijter Waar Niet waar • Ik heb genoeg geld (of kan aan voldoende geld geraken) om mijn eigen zaak te starten Waar Niet waar • Ik ga graag lange termijn verbintenissen aan Waar Niet waar • Ik neem niet graag initiatief Waar Niet waar
17
STAP 7
• Ik neem graag risico’s Waar Niet waar
• Ik houd me altijd aan gemaakte afspraken Waar Niet waar • Ik werk liever niet ’s avonds en tijdens het weekend Waar Niet waar • Ik zie het zitten om mijn comfortabele levensstijl op te geven als ik een zaak start Waar Niet waar • Als iets niet lukt, stop ik en ga ik iets anders doen Waar Niet waar • Als ik het een jaar zonder loon moet doen, kan ik toch nog vrij comfortabel leven Waar Niet waar • In groep neem ik graag de leiding Waar Niet waar • Ik vind voorspelbaarheid leuk Waar Niet waar
RESULTAAT Hoeveel keer heb je ‘ ’ geantwoord? 0-3 keer: Je mist de juiste vaardigheden om te ondernemen en verkiest zekerheid in je leven. Ondernemen is niet echt iets voor jou. Ook om je idee te verkopen, moet je een zekere graad van ondernemerschap tonen. Eventueel kan je een kennis die van aanpakken weet, vragen om je hierbij te helpen. 4-8 keer: Je ervaart problemen met de onzekerheid die bij het ondernemerschap komt kijken en mist ook een aantal vaardigheden. Dat neemt niet weg dat je als werknemer ook binnen jouw organisatie ondernemend kan zijn. Zo vermijd je risico’s en haal je toch voldoening uit het realiseren van een idee. Je kunt met je idee ook naar een ander – mogelijk geïnteresseerd – bedrijf stappen. 9-12 keer: Je voelt wel wat ondernemerskriebels, maar twijfelt of je je zekerheden wil opgeven. Praat met een zaakvoerder over wat het precies inhoudt om ondernemer te zijn. 13-15 keer: Je hebt ondernemersbloed door je aderen stromen. Heb je ook de middelen om een zaak te starten? 16-17 keer: Je bent een geboren ondernemer en je hebt de middelen. Waar wacht je nog op?
18
BUSINESS MODEL CANVAS
VISUALISEER JE BUSINESSMODEL
STAP 8 A
• Vul het business model canvas in dat je in het midden van deze brochure vindt.
19
SLIM PRESENTEREN
• Maak een Elevator Pitch door deze zin aan te vullen: VOOR (doelgroep) DIE (een bepaalde nood hebben) IS (mijn product) DE (categorie) DIE (een specifiek voordeel) heeft IN TEGENSTELLING TOT (belangrijkste concurrent) DOEN WIJ (unieke differentiator)
STAP 9A
• Maak een presentatie. Je kan de slidestructuur gebruiken die je kan vinden op sosidee.be/presentatiepitch.
21
BEDRIJVENLIJST
JE IDEE VERKOPEN • Maak een lijst van bedrijven waar je je idee kan gaan voorstellen. Het bedrijf waar je het liefst heen wil, zet je op de eerste plaats. Houd er rekening mee dat de grootste speler vaak minder interesse heeft in nieuwe ideeÍn. Vaak is het beter om de tweede grootste te contacteren. Probeer er achter te komen hoe de persoon die je wil spreken (bijvoorbeeld de R&D-verantwoordelijke, de marketing manager of de zaakvoerder) heet. Soms vind je die naam op de website, en anders kunnen netwerksite LinkedIn of een zoekrobot zoals Google soelaas bieden. Contactpersoon en functie
Naam bedrijf 1
2
3
STAP 8 B
4
5
23
BESTAAT MIJN IDEE AL? IS ER NOOD AAN MIJN IDEE? MOET IK HET BESCHERMEN? HOE BRENG IK HET OP DE MARKT? ...
JE HEBT EEN IDEE, MAAR OOK EEN HELEBOEL VRAGEN? SOS IDEE BIEDT JE GRATIS ADVIES!
DA’S EEN GEDACHT!
SURF NAAR SOSIDEE.BE