Rotterdam in de jaren 50

Page 1

Herman romer

Rotterdam in de jaren vijftig D e s t a d v a n d re u n e n d e h e i p a l e n

aprilis


Veel bekijks voor een antieke auto op Koninginnedag in de 1e Middellandstraat in 1957.


R OT TERDAM I N DE J A R EN VIJFTIG D E S TA D VA N D R E U N E N D E H E I PA L E N

HERMAN ROMER

APRILIS


In liefdevolle herinnering aan Henny Oosterom-Groothuijs

De uitgave van dit boek werd mede mogelijk gemaakt door financiële steun van: - Stichting Bevordering van Volkskracht te Rotterdam - Departement Rotterdam der Maatschappij tot Nut van ‘t Algemeen - Stichting Organisatie van Effectenhandelaren te Rotterdam

Vormgeving: Foxy Design – Zaltbommel

ISBN: 978 90 5994 158 8 NUR 693

© 2007 Herman Romer / Uitgeverij Aprilis – Zaltbommel

Spelling en schrijfwijze bij het citeren van eertijds gedane publicaties en uitspraken zijn gehandhaafd zoals deze indertijd luidden.

Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voorzover

A

het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16b Auteurswet 1912 juncto het Besluit van 20 juni 1974, Stb. 351 zoals gewijzigd bij Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 artikel 17 Auteurswet 1912 dient men

Uitgeverij Aprilis

de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de uitgever. Voor het overnemen van gedeelte(n) uit

Postbus 141

deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de

5300 AC Zaltbommel

uitgever te wenden.

telefoon: 0418.512 088 fax: 0418.684 908

Zoveel mogelijk is getracht de eventuele rechthebbenden van de afbeeldingen te achterhalen. Zij die in dit verband niet

info@aprilis.nl

konden worden benaderd kunnen zich met de uitgever in verbinding stellen.

www.aprilis.nl


INHOUD

TER INTRODUCTIE 7

DRAMATISCHE GEBEURTENISSEN 107

WEDEROPBOUW NA VERWOESTING 9

STERKE DRANG NAAR VERMAAK 115

TRAAG GROEIENDE WELVAART 23

ANDERE ONTSPANNING 131

AMERIKANISME 39

DE LEKKERE TREK VAN OLIFANTJES 139

STRENGE BESCHUTTING 49

DE WENTELWIEK EN ANDER VERVOER 143

ACTIVITEITEN IN DE HAVEN 59

JEUGD TART GEZAG 147

HARTZEER IN DE WOESTENIJ 67

LITERATUUR EN VERANTWOORDING 157

DE MISÈRE VAN DE WONINGNOOD 85

HERKOMST ILLUSTRATIES 160

PAAL ERIN, TON VERDIEND, WEGWEZEN 93

REGISTER 161


Ter gelegenheid van het 8ste lustrum van het Rotterdams Studentencorps was van 10 tot 24 december 1953 de stad in feestverlichting. Hier het standbeeld van Erasmus tegen het decor van de Coolsingel.

6

ROT TERDAM IN DE JAREN VIJFTIG


TER INTRODUC TIE

Een terugblik op de jaren vijftig levert tegenstrijdige ge-

het stadshart. Het was de woestenij waar geselend weer

voelens op. Voor velen was het een decennium van on-

mensen deed voortjachten naar de beschutting van be-

schuld, eenvoud en fatsoen, voor anderen een tijd van

bouwing.

benepenheid, behoudzucht en preutsheid. En vooral niet

Schoksgewijs kwam in die dagen in de zwaargeschonden

te vergeten, van overdreven gezagsbewustheid.

Maasstad opnieuw een samenhang tot stand. Vergeleken

Maar waar de meesten het in elk geval over eens zullen

met de latere jaren zestig was het vooral tijdens de eerste

zijn: het was een tijd van onbekrompen gemeenschaps-

jaren een statische tijd, overdekt door een grauwsluier. De

zin. Mensen in de penarie vonden altijd wel een helpende

welvaart moest zich nog aandienen.

hand. Men voelde zich geborgen.

Toch waren er voor goede verstaanders al stemmen te

Moreel moest de samenleving na de verschrikkingen van

beluisteren dat er andere tijden aan de deur klopten: er

de Tweede Wereldoorlog weer worden opgebouwd. Die

moesten meer individuele vrijheden worden veroverd. De

rampspoed had velen hun jeugd ontstolen. ‘Nederland zal

verzuilde samenleving moest op de schop, morele en so-

herrijzen,’ was de leus. Discipline moest opnieuw worden

ciale dwang geliquideerd.

bijgebracht.

In het daarna volgende decennium vloog het deksel van

In die begintijd waren de lonen laag en bleef de consump-

de pan met de overkokende inhoud.

tie beperkt. Pas in de tweede helft van de jaren vijftig begon de welvaart aan te trekken. De nadruk lag op geloof in vooruitgang, waarbij de collectiviteit overheerste. Indi-

Herman Romer

vidualisering en radicalisering hadden nog niet voluit toegeslagen in het door de oorlog verwoeste en leeggeplunderde land. Speciaal Rotterdam was een zwaar brandmerk van dat leed aangewreven. Bij vooruitgang dacht men niet direct aan vernieuwing, maar aan herstel van de vooroorlogse situatie, aan de maatschappelijke inrichting van weleer. Gezagsdragers wilden terug naar de tijd van toen. Rond de enorme Rotterdamse bouwput zag men in de beginjaren van de wederopbouw reikhalzend uit naar de concretisering van de nieuwe stad, waarvan de contouren al globaal waren geschetst. Illusies over die nieuwe stad, aangemoedigd door de plaatselijke overheid, bewogen zich aanvankelijk als vrije vogels in de Grote Leegte van

TER INTRODUCTIE

7


Volksdansen, provinciaals vermaak in de grote stad, voor de Hollandsche Bank-Unie op de Coolsingel in 1952.

8

ROT TERDAM IN DE JAREN VIJFTIG


WEDEROPBOUW NA VERWOESTING

Rotterdam was in de jaren vijftig een geheel andere stad dan

ken, werken en nog eens werken. Elke dag opnieuw zwoegden

die we tegenwoordig kennen. Voor de eigen bewoners had

en slaafden zij op de hun voorgehouden weg naar een nieuwe

het begrip havenstad in die dagen een sterker accent dan nu.

toekomst. Onder de aansporing ‘Morgen is er wéér een dag’,

De havens hadden nog niet de grote verschuiving richting zee

was laat naar bed gaan er voor hen niet bij.

gemaakt, dus zag je veel matrozen op straat op zoek naar ver-

Gedurende de eerste tijd kwam in veel gezinnen bij het warme

maak.

maal maar eenmaal per week vlees op tafel. De welvaart moest

Maar vermaak in de openbare ruimte kende wél zijn grenzen.

nog worden geboren, de consumptiemaatschappij bevond

Een voorbeeld: het weinige groen in de stad was nog voor-

zich achter de horizon.

zien van bordjes met de strenge bepaling ‘Verboden zich in

Vooral onder de arbeidersstand werd bij de melkboer en de

het gras te bevinden. Artikel 461 wetboek van strafrecht’. Daar

bakker, bij de waterstoker en de sigarenwinkel, dikwijls gepoft.

hadden ook matrozen zich met hun tijdelijk liefje aan te hou-

Een schuld die doorgaans werd voldaan als aan het einde van

den.

de werkweek, waarin men langer dan vijf dagen aan de slag

Tegen volksdansen in de openlucht, voor een grote stad een

moest, het loon werd uitbetaald.

wat kneuterig tijdverdrijf, had het gezag daarentegen geen

Niet voor niets had Eddy Christiani in 1953 veel succes met een

bezwaar. Dat werd als een uiting van gezonde ontspanning

liedje waarvan het refrein luidde:

beschouwd. Toch was er in dat Rotterdam van toen, voor een belangrijk

Maar zaterdagsmiddags is alles voorbij,

deel braakliggend en grauw, een aantal inwoners dat nog wat

Dan zijn er weer centjes, dus moeder lacht blij.

kleur aan de stad gaf. Een van hen was de Reus van Rotterdam

Dan kan ze weer halen, en alles betalen.

(Rigardus Rijnhout), een ongelukkig en goedmoedig man, dik-

‘t Is even voorbij met de uitkienerij.

wijls een mikpunt van spot door de jeugd. Een ander was het al in de vooroorlogse tijd opererende Duivenvrouwtje, bij de

Voedseldistributie was na afloop van de oorlog niet meteen

burgerlijke stand bekend als mejuffrouw Hendrieka van Ham.

afgelopen geweest. Daar zouden nog jaren overheen gaan. Als

Deze Rotterdamse, wier roepnaam Trijntje was, werd ook vaak

laatste artikel hoefde voor koffie geen bon meer overhandigd

door jeugdige plaaggeesten op de korrel genomen.

te worden. Dan schrijven we 1952 en hebben we het al sinds

Een derde bekende was de wat stuurse sandwichman Charley

1940 met zo’n bon moeten doen.

(Nicolaas Morelis), die op straat een reclamebord op zijn borst

De buurtwinkel had in die dagen ruime klandizie. Zo was de

en rug droeg. En wie heugt zich niet de accordeonist Blinde

levensmiddelenzaak van A.L. van Meerwijk in de Gaffelstraat in

Piet (Piet de Kubber)? Blinde Piet was de bekendste straatmu-

het Oude Westen tevens een waterstokerij. Verder verkocht die

zikant, herkenbaar aan de wijze waarop hij met zijn hoofd bij-

nering onder meer zeep, petroleum, kolen en bosjes brand-

na op zijn harmonica lag.

hout.

Rotterdammers in de kaalgeslagen stad, met op de meeste da-

Specifieke handelaren in brandstoffen leverden hun produc-

gen dreunende heipalen om hen heen, aten in die jaren gedul-

ten aan huis af. De gas- en oliekachels zouden zich wat later in

dig hun boterham-met-tevredenheid. Alles draaide om wer-

de samenleving aandienen.

WEDEROPBOUW NA VERWOESTING

9


Kolen worden thuis bezorgd door een kolensjouwer.

Levensmiddelenwinkel en waterstokerij A.L. van Meerwijk in de Gaffelstraat omstreeks 1955.

In de zaak van een zelfstandige winkelier werden de artike-

bezorger van de krant en die van de leesportefeuille met tijd-

len eerst gewogen en verpakt. De winkel vormde, ook als so-

schriften deden dat eveneens.

ciaal brandpunt, het cement van de buurt. Behalve de plek om boodschappen te doen, had hij een neutrale functie als

Een emmer water over de stoep

ontmoetingsplaats. Er werden persoonlijke contacten gelegd, nieuwtjes gehoord en meningen uitgewisseld. De buurtwinkel

De ouders van Maxy van Gorcum-van Elburg hadden sinds

bood intimiteit, niet het minst aan alleenstaanden. Hij hield de

1938 een bekende winkel in tabaksartikelen aan de Nieuwe

mensen bij elkaar, voordat hij werd weggesaneerd of anders-

Binnenweg 197. ‘Elvrie’ heette die zaak, deel uitmakend van

zins verloren ging.

een familiebedrijf dat meer winkels onder die naam in de stad

Leveranciers met levensmiddelen of andere artikelen kwamen

had.

ook aan huis. Hoewel je vanaf de start van de jaren vijftig al

De winkel aan de Nieuwe Binnenweg floreerde in de jaren vijf-

melk in flessen kon kopen, leverde de melkboer aan de deur

tig uitstekend. Aan de nabije Mathenesserlaan, ‘s-Gravendijk-

tevens vers getapte melk af. (Melk in kartonnen verpakking

wal en Claes de Vrieselaan woonde destijds de betere midden-

kwam pas halverwege de jaren zestig in ons land in gebruik.)

stand. Maar ook de Volmarijnstraat en omgeving en de winke-

Ook haalde de schillenboer het benodigde aan de deur op.

liers aan de Nieuwe Binnenweg leverden klandizie op.

Verder kwam niet alleen de bode van het ziekenfonds en de

Maxy Van Gorcum-van Elburg: ‘We moesten als kinderen altijd

ophaler van de huishuur wekelijks langs voor de pecunia, de

doosjes lucifers plakken met het speciale etiket “Elvries klan-

10

ROT TERDAM IN DE JAREN VIJFTIG


ten zijn nooit zonder lucifers”. Reclame hè. Bij elk pakje dat

diende, zwart natuurlijk, kreeg hij vaak die vijftien cent van de

gekocht werd, kregen ze zo’n doosje cadeau. En ‘s morgens

geholpen klanten. Dus die man had een leuke bijbaan.’

om zeven uur ging een emmer water over de stoep heen. Dan

Op een dag moesten de ouders van Maxy naar een bruiloft

kwamen fietsers voorbij, havenarbeiders en kantoorlui en zo,

buiten de stad, waardoor zij de hele dag bezig was met geld

en die zagen dat we al open waren. Dus die kwamen binnen

uitleggen. En de nieuwe pakjes had ze al klaar staan. Alleen

voor een pakje shag en een pakje vloeitjes.’

was het wettelijk niet toegestaan de automaten tussentijds bij

Elvrie maakte niet minder op een andere manier reclame. In

te vullen.

die dagen dat niet iedereen over een telefoon thuis beschikte,

‘We hadden toen een keukentrapje dat je als stoel kon gebrui-

mochten de klanten gratis bellen in de telefooncel in de zaak.

ken. Maakte ik zo’n automaat open, dan had ik die sigaretten

Nadat de tabak van de bon was gegaan, verschenen buiten

in een doos naast me staan. Ook had ik een schroevendraaier,

voor de winkel sigarettenautomaten die op kwartjes liepen.

een tangetje en zo bij me. Als de politie kwam en zei: “U bent

Het vullen hiervan was geen gering karwei.

hem aan het bijvullen”, dan zei ik: “Nee, ik ben hem aan het re-

‘Het hing bij onze winkel helemaal vol met automaten. Het

pareren”. Nou ja, ik stond wat capriolen uit te halen, maar tege-

was de grootste sigarettenautomatiek van ons land. Mijn zus-

lijk stond ik al die bakken te vullen.’

jes hadden een hekel aan dat vullen, maar ik vond het wel leuk. Het was toen zó druk dat we elke avond, van zeven tot elf, een geldwisselaar met een grote tas voor de deur hadden staan. Die hielp mensen die geen gepast geld hadden. Hij wisselde guldens voor kwartjes. In de winter had hij laarzen en dikke sokken aan. En dan werd hij steeds binnengeroepen voor koffie en soep en dergelijke.’ Bij een prijs van bijvoorbeeld vijfentachtig cent voor een pakje sigaretten, moesten de klanten vier kwartjes in de automaat werpen. In zo’n pakje zat dan vijftien cent als teruggave. ‘Behalve dat de geldwisselaar twintig gulden in de week ver-

Melkboer Beijer met een ‘ijzeren hond’ in de Pieter de Raadtstraat,

Vuinismannen legen de vuilnisbakken.

vermoedelijk halverwege de jaren vijftig.

WEDEROPBOUW NA VERWOESTING

11


De zelfbedieningszaak van De Gruyter in de Lusthofstraat in 1952.

Een Amerikaans principe

hun geringe ruimte afbraken om hun waren naar het hen uitkwam in schappen te plaatsen. ‘Over strategische plaatsing op

De grote supermarkt moest nog opkomen, grootschaligheid

ooghoogte werd pas later nagedacht.’

nog worden geboren. In de kruidenierszaken werden artikelen

Maar de ontwikkeling op dit terrein ging verder. Op 24 mei

vanachter de toonbank verkocht. Wel waren sommige winke-

1955 werd in Albert Heijn aan de Nieuwe Binnenweg 276, al

liers gaandeweg ertoe overgegaan, in beperkte mate bij voor-

een paar jaar een zelfbedieningszaak, een supermarkt – toen

verpakte producten zelfbediening toe te passen.

‘supermart’ genoemd – geopend. ‘Dat wil zeggen, dat behalve

Het levensmiddelenconcern van De Gruyter in de Lusthof-

de normale kruidenierswaren ook voorverpakte aardappelen,

straat ging in 1952, als eerste van die onderneming, met een

groente, fruit en diepvriesvis verkocht worden,’ schrijft De Ha-

zelfbedieningszaak van start. Bij zelfbediening werd met min-

venloods kort daarna. ‘Daar komt bij dat als unicum voor ons

der personeel volstaan, waardoor de prijzen lager konden zijn.

land ook vers vlees, in voorverpakte vorm, ten verkoop zal

Alleen was poffen er niet bij.

worden aangeboden.’

Die eerste zelfbedieningszaken waren van een beperkter ka-

De onderneming van Albert Heijn had een volstrekt geloof in

rakter dan de supermarkten van onze tijd. In zijn boek De Ame-

de nieuwe verkoopgedaante. ‘Overal in Nederland zal straks

rikaanse droom in Nederland memoreert Jan Donkers, dat het

dit Amerikaanse principe, waarmee de moeilijke taak van de

doorgaans krapbehuisde winkeliers waren, die de toonbank in

huisvrouw zo aanzienlijk wordt vergemakkelijkt, worden ver-

12

ROT TERDAM IN DE JAREN VIJFTIG


In ons kinderrijke gezin was winkelen onverbrekelijk gekoppeld aan de kinderbijslag

wezenlijkt.’ Aldus het bedrijfsblad AllerHande in oktober 1955.

dan de allernoodzakelijkste was, op grond van de geleide

Omdat met minder personeel kon worden volstaan, konden

loonpolitiek van de regering, weinig ruimte. Beschikte een

de prijzen lager worden gesteld.

man nog over een redelijk goed kostuum, dan werd dit als het

Onderwijl had het concern van De Gruyter, al bekend van haar

zondagse pak bestempeld.

artikelen met tien procent korting, in het begin van de jaren

Terwijl de moeder en de zussen van Wolters voor nieuwe kle-

vijftig de landelijke campagne ‘Het snoepje van de week’ geïn-

ding naar modehuis Gerzon uit winkelen gingen, toog zijn va-

troduceerd. Het ging hier om een zakje met snoep, vergezeld

der met hem en zijn broers daarvoor naar Esders.

van een spelletje of speelgoedfiguurtje, tegen betaling van

Wolters: ‘Pa kocht bij Esders goedkope maar wel degelijke

een dubbeltje. Dit op voorwaarde dat er vier gulden aan bood-

broeken en jasjes. Als oudste knul was ik daarmee het best af.

schappen werd gekocht. Naderhand veranderde die prijs.

Mijn afdankertjes gingen naar de kleine broers. Van hun af-

Het bewuste levensmiddelenbedrijf had in die tijd ongeveer

dragertjes naaide moeder eigenhandig nog wel iets voor het

300 winkels in ons land. De benaming ‘Het snoepje van de

broertje of zusje waarvan ze in verwachting was.’

week’ werd daarna zo populair, dat hiermee zelfs een attractief

Kortom, de consumptie bleef beperkt. Met verjaardagen en

meisje werd aangeduid. Mensen spaarden vlijtig zegeltjes voor sommige producten, terwijl ze als luxe beschouwde artikelen, zoals een radiomeubel, op afbetaling kochten. Wensdromen vielen niet meteen te vervullen. Het eerste grote eigendom Al lag de oorlog alweer enige tijd achter de rug, aan schaarste en armoe viel in de eerste helft van de jaren vijftig niet te ontkomen. Velen kunnen zich die tijd van grote beperkingen nog goed heugen. In Het Vrije Volk van 28 maart 1989 haalt Rein Wolters daaraan herinneringen op. ‘In ons kinderrijke gezin was winkelen onverbrekelijk gekoppeld aan de kinderbijslag. Elk kwartaal bezorgde de postbode een postwissel. In ruil voor dat grauwe stukje papier ontving moeder op het postkantoor klinkende munt. Daarvan betaalde ze eerst de pof bij de melkboer, bakker en de waterstoker. Het restant was bestemd voor nieuwe kleding en huisraad.’

Prijzenslag in juni 1951 bij de kledingzaak van Coster op de West-

De arbeidende bevolking, die bij kou zelfgebreide truien

Kruiskade. Grote voorraden waren onverkocht gebleven door de

droeg, kon zich niet goed roeren. Voor andere bestedingen

hamsterwoede wegens de Korea-oorlog.

WEDEROPBOUW NA VERWOESTING

13


Rotterdam

in de jaren vijftig D e stad van dreunende heipalen rotterdam was in de jaren vijftig een andere stad dan die we tegenwoordig kennen. Het in de oorlog weggebombardeerde stadshart was één grote bouwput waarin dagelijks de heipalen dreunden. Het was de woestenij waar mensen in slecht weer voortjachtten naar de beschutting van bebouwing. Voor de eigen bewoners had het begrip havenstad toen een sterker accent dan nu. pendelarbeiders moesten het tekort aan werkkrachten in de haven opvangen, die nog niet de grote verschuiving richting zee had gemaakt. Dus zag je veel matrozen op straat op zoek naar vermaak. elke dag opnieuw zwoegden en slaafden de rotterdammers op weg naar een nieuwe toekomst, binnen een sfeer van niet geringe morele en sociale dwang. in de samenleving domineerde de verzuiling, het individualisme had nog niet voluit toegeslagen. Het was een tijd van huiselijkheid en idealisme. De welvaart moest nog worden geboren, de consumptiemaatschappij bevond zich achter de horizon.

Herman Romer publiceerde zowel fictie als non-fictie. in 1971 won hij de anna Blamanprijs voor literatuur. in 2004 ontving hij de laurenspenning, de culturele onderscheiding van rotterdam. Bij aprilis verscheen van hem als non-fictie onder meer Fantasie, illusie en betovering. Herinneringen aan Rotterdamse bioscopen 1896-2004. Zijn meeste recente literaire werken zijn De vlammende stad, verhalen over de Tweede Wereldoorlog, en De danszaal in het duister, zijn verrassende roman over een verloren stad. (Voor meer informatie zie www.hermanromer.nl)

De jaren vijftig kenmerkten zich ook door ernstige woningnood, verrassende nieuwbouwprojecten, de zucht tot emigratie en de misère door de watersnoodramp. maar er was ook een rijk verenigingsleven doordat de mensen vanwege hun magere inkomsten grotendeels zelf voor hun ontspanning moesten zorgen. Rotterdam in de jaren vijftig is een boek dat ons eraan herinnert hoe de stad zich in zeer zware tijden omhoog moest worstelen.

A

Uitgeverij Aprilis – Zaltbommel


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.