
1 minute read
Gedichten over: ’t Uitzicht blijft
from Avondrood
’t Uitzicht blijft
Zacht tikt de klok in het middaguur Rood is de gloed van hetwarmende vuur Grootmoeder zit in de kamer en breit Gaat in gedachten terug in de tijd Toen het nooit stil was en zij nooit alleen Altijd de kind’ren, haar man om haar heen Er waren wel zorgen, ze had het wel druk Maar in haar huis woonde liefde en geluk Nu is ze alleen en nu denkt ze daaraan Stilletjes glijdt langs haar wangen een traan.
Grootmoeder wordt van dat denken zo moe Zachtjes vallen haar ogen toe En in haar sluimer is ze aangekomen In het gelukkige land van haar dromen Wie zal vertellen wat of ze daar zag? Kijk om haar mond glijdt een vrolijke lach Ze is weer terug in het leven van toen Speelt met de kinderen, geeft ze een zoen Waarom gaaat toch al dat mooie zo vlug? Grootmoe ontwaakt, in de werk’lijkheid terug!

Grootmoeder zit in de kamer en breit Ze is weer terug in haar eenzaamheid ’t Is weer zo stil en zo leeg om haar henen Maar Grootmoeders glimlach, die is niet verdwenen Ze kent het geluk dat de weemoed verdrijft Grootmoeder weet van het Uitzicht dat blijft. ’t Aardse geluk en dejeugd mag vergaan ’t Uitzicht naar Boven zal blijven bestaan Daarop houdt Grootmoe haar ogen gericht Grootmoeder leeft onder Eeuwigheidslicht!
46