Samen werken aan diergezondheid
Herkauwer
Melkveehouder Ruud Timmermans en Hans Miltenburg (GD):
“Samen werken aan uiergezondheid” De kracht van
tankmelkonderzoek
4 december: Uiergezondheidscongres
GD-buitendienst
‘on the road’
74 NOvEMbER 2013
Melkmonsters?
Met UbroCare box je het voor elkaar! Vraag ernaar bij je dierenarts.
Voor meer informatie over producten en diensten van Boehringer Ingelheim kun je terecht op de website: www.ubrocare.nl
UBROCARE
Partner in uiergezondheid
| Voorwoord
| INHOUD 04 Nieuws & Tips 09 Vraag & Antwoord
10
10 De kracht van
tankmelkonderzoek
12 “Samen werken aan uiergezondheid”
14 Monitoring
14
17 Leverbot, jaar met twee gezichten
19 E. coli-diarree bij
kalveren voorkomen
21 Goede klauwgezondheid begint bij DigiKlauw
21
23 GD-buitendienst ‘on the road’
24 Diergezondheid volgens: Gerard Overmars
Bereikbaarheid U kunt de GD telefonisch bereiken via 0900-1770. Van maandag tot en met vrijdag van 08.00 tot 17.00 uur. Tarieven Alle genoemde GD-tarieven in deze uitgave zijn exclusief btw en € 9,40 basiskosten. Ophaaldienst voor sectie- en monstermateriaal Aanmelden: telefonisch 0900-202 00 12 (24 uur per dag). Wij halen het materiaal dan zo spoedig mogelijk bij u op. Sectie- en monstermateriaal kunt u brengen van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 17.00 uur.
COLOFON
GD Herkauwer is een uitgave van de GD | Uitgever GD Deventer | Redactie Ria Huijben, Jet Mars, Linda van Wuijckhuise, Erik de Vries | Eindredactie Helen de Roode | Redactieadres GD, Marketingsupport & Communicatie, Postbus 9, 7400 AA Deventer, T. 0900-1770, F. 0570-63 41 04, redactie@gddeventer.com, www.gddeventer.com | Productiecoördinatie Senefelder Misset Doetinchem basisontwerp Fokko-Ontwerp | VORMGEVING X-Media Solutions Doetinchem Druk Senefelder Misset Doetinchem | Abonnementen GD Herkauwer wordt gratis toegezonden aan relaties van de GD. Een jaarabonnement (4 nummers) voor personen buiten de doelgroep kost € 16,00 (excl. BTW) | Advertenties PSH Mediasales, T. 026-750 18 00 | Verschijningsfrequentie 4 keer per jaar Suggesties Als u suggesties heeft voor dit blad, kunt u deze doorgeven aan de redactie via redactie@gddeventer.com. Overname van artikelen is toegestaan uitsluitend na toestemming van de uitgever.
ISSN: 1875a-2594 Adreswijzigingen: bel 0900 1770 (lokaal tarief)
Vol van uiergezondheid Op het moment dat deze GD Herkauwer bij u in de brievenbus valt zijn wij druk bezig met de laatste voorbereidingen voor het Nationaal Uiergezondheidscongres. Tijdens dit evenement, dat we organiseren samen met Boerderij, beloven we zoveel mogelijk actuele kennis op het gebied van uiergezondheid op een praktische manier met u te delen. Onder het thema ‘Mastitis verandert’ zullen gerenommeerde sprekers ingaan op de nieuwste inzichten rondom de preventie en behandeling van mastitis. Maar u kunt ook deelnemen aan diverse workshops, er is een informatiemarkt en we reiken de Uiergezondheid Awards uit aan melkveehouders die in 2012 een bijzondere prestatie hebben neergezet op het gebied van uiergezondheid. Om u alvast ‘warm’ te maken voor het congres, staat deze GD Herkauwer voor een groot deel in het teken van uier gezondheid. En we hebben goed nieuws te melden: de uiergezondheid in Nederland laat een positieve trend zien. Uit de uiergezondheidsmonitoring die de GD halfjaarlijks uitvoert blijkt onder andere dat het gemiddelde tankcelgetal in de afgelopen vijf jaar is gedaald van 215.000 cellen/ml naar 199.000 cellen/ml. Meer hierover leest u op pagina 14 en 15. Op pagina 12 en 13 kunt u lezen welke maatregelen ‘robotboer’ Ruud Timmermans neemt om de uiers van zijn koeien gezond te houden en zo problemen te voorkomen. Dit doet hij onder andere door zijn tankmelk regelmatig te laten onderzoeken op de belangrijkste mastitisverwekkers. Wat nu de kracht is van dit tankmelkonderzoek leest u op pagina 10 en 11, waar we u ook meer vertellen over ‘UGA’, de nieuwe UierGezondheidsAanpak van de GD. Bij UGA hoort ook een UGA-team: vijf GD-uiergezondheidsspecialisten die dagelijks met u en uw dierenarts werken aan gezonde uiers en dus aan meer melk. U kunt hen onder andere ontmoeten tijdens het Nationaal Uiergezondheidscongres. Noteert u woensdag 4 december in uw agenda? Aanmelden kan via www.nationaaluiergezondheidscongres.nl. IR. LIEUWE ROOSENSCHOON, SECTORMANAGER HERKAUWERS
GD Herkauwer | November 2013 |
3
NIEUWS & TIPS Mineralenvoorziening rundvee aan het eind van de weideperiode De overgang van weide naar stal is een goed moment om te peilen hoe het met de mineralenvoorziening op uw rundvee-
De overgang van weide naar stal is een goed moment om de mineralenvoorziening te peilen.
bedrijf is gesteld. Gras bevat van zichzelf mineralen, maar niet altijd in hoeveelheden die overeenkomen met de behoefte van de koe. In het algemeen komen de mineralen kalium, ijzer en mangaan in gras in overmaat voor. Voor de mineralen magnesium, koper en seleen is vaak het tegenovergestelde het geval. De laatstgenoemde elementen zijn bij de overgang van de weide naar de stal regelmatig aan de lage kant voor dieren die verder niet bijgevoerd worden. Om een indruk te krijgen van de mineralenvoorziening bij dieren die volledig afhankelijk zijn van de mineralen in ruwvoer kunt u het best bloedonderzoek laten doen bij het oudere jongvee. Advies is om direct bij het opstallen 3-5 stuks ouder jongvee te laten onderzoeken op koper en selenium. Zo kunt u, in overleg met uw veevoeradviseur, tijdig het rantsoen aanpassen en voorkomt u problemen. Voor de melkgevende dieren, die tijdens weide-
gang vaak ook andere producten krijgen (waarmee het aanbod van mineralen wordt verhoogd), geldt dat u via tankmelkonderzoek (GD Tankmelk Mineralen) een goed beeld kunt krijgen van de mineralenvoorziening. Zie www.mineralencheck.nl.
GD in top 10 beste werkgevers De GD staat in de top 10 ‘Beste Werkgevers in de dierlijke sectoren 2013’ die is samengesteld door het blad V-focus. De lijst is samengesteld op basis van een onderzoek onder 600 werknemers in de veehouderij, overwegend hbo’ers en wo’ers. In het onderzoek, uitgevoerd door marktonderzoeksbureau Geelen Consultancy in Wageningen, zijn gegevens over 150 werkgevers verzameld. Meer informatie en de complete top 10 is te vinden op www.v-focus.nl.
GD en MSD samen ‘de boer op’ De BVD- en IBR-specialisten van de GD en farmaceutisch bedrijf MSD Animal Health gaan in de maanden november en december 2013 samen ‘de boer op’ om met melkveehouders in gesprek te gaan over het nut en de noodzaak van een gedegen BVD- en IBR-strategie op melkveebedrijven. Tijdens deze masterclasses komen vragen aan de orde als: Hoe kom je tot een optimale BVD- en IBR-aanpak op je bedrijf? Hoe word je vrij? Hoe blijf je vrij? En hoe blijf je beschermd? Het onderwerp voor de masterclasses is
aangedragen door de deelnemers aan GD Melkmeesters. Hun keuze voor IBR en BVD is niet verwonderlijk gezien er de laatste maanden in diverse vakmedia veel geschreven is over deze infectieziekten en er volop aandacht is voor het beleid in onze buurlanden (waar veelal sprake is van een landelijke aanpak van IBR en BVD). Hoe is dat tot stand gekomen? In Nederland ontstaan lokale initiatieven om BVD uit te bannen. Hoe zit dat? En waar hebben we het eigenlijk over als het om BVD en IBR gaat?
Bij het verschijnen van deze GD Herkauwer zijn de eerste masterclasses inmiddels gehouden in Goes en in Raalte. Kijk op www.melkmeesters.nl voor alle data en locaties. Hier kunt u zich ook digitaal aanmelden. Voor deelnemers aan GD Melkmeesters is deelname aan de masterclasses kosteloos. Melkveehouders die geen deelnemer zijn aan GD Melkmeesters betalen eenmalig € 19,50 excl. btw. Wanneer u zich tijdens een masterclass aanmeldt voor GD Melkmeesters (€ 64,95 excl. btw per jaar), ontvangt u de € 19,50 retour.
Tijdens de masterclasses is er altijd veel ruimte voor vragen en discussie.
4
tEkSt: REDACTIE |
NIEUwS & TIPS
Ynte Hein Schukken directeur Diergezondheid GD
Pepsinogeenonderzoek einde eerste weideseizoen Sinds 1 oktober 2013 is het mogelijk om bij de GD gepoold bloedonderzoek (5 kalveren) naar pepsinogeen te laten uitvoeren. Dit onderzoek dient uitgevoerd te worden binnen 7-10 dagen na opstallen en geeft een goede indicatie van de maagdarmwormbelasting bij uw koppel jongvee. Zo voorkomt u onnodig ontwormen (en dus onnodige kosten) en bouwen de kalveren een betere afweer tegen worminfecties op. Te veel ontwormen bij jongvee geeft een minder goede opbouw van de eigen weerstand en dus een grotere kans op problemen bij het melkvee, zich uitend in een verminderde melkproductie.
Op 1 augustus 2013 is Ynte Hein Schukken (53 jaar) gestart als directeur Diergezondheid bij de GD, waar hij nu samen met algemeen directeur Jan Jansen de directie vormt. Schukken zal zich met name richten op de marktkant en met de diverse diersectoren werken aan het versterken en de uitbreiding van de GD-activiteiten in Nederland en het buitenland. Voor meer informatie, zie www.gddeventer.com.
Het einde van het eerste weideseizoen is hét moment om pepsinogeenonderzoek uit te laten voeren bij uw koppel kalveren.
Ter introductie van dit nieuwe gepoolde pepsinogeenonderzoek geldt een speciaal tarief van € 35,- (exclusief btw en basiskosten). Daarnaast is de test voor individueel pepsinogeenonderzoek verbeterd en is het tarief voor dit onderzoek per 1 oktober 2013 verlaagd naar € 21,30 (exclusief btw en basiskosten). Om de keuze voor het wel of niet inzetten van medicijnen goed te onderbouwen heeft gepoold onderzoek de voorkeur boven individueel onderzoek.
Effe checken… …of u een objectieve blik op uw eigen bedrijf heeft? Of uw (ver)bouwplannen “biosecure” zijn? Of u uw vee straks weer veilig kunt opstallen? Vul dan de ‘checklist preventiewijzer’ in. Een unieke kans om een advies op maat te krijgen waarbij u doelgericht het risico op in- en versleep van dierziekten op uw bedrijf kunt verkleinen. Het invullen van de checklist is eenvoudig en leidt u langs mogelijke risicofactoren op uw bedrijf. U kunt de checklist bijvoorbeeld invullen terwijl u samen met uw dierenarts een rondgang over het bedrijf maakt. Wanneer u de ingevulde checklist opstuurt naar de GD, ontvangt u binnen twee weken een advies op maat waar u meteen mee aan de slag kunt. De kosten hiervoor bedragen € 25,00 (excl. btw). De checklist is in oktober als bijlage bij de kwartaalfactuur naar melkveehouders gestuurd en is eventueel ook nog aan te vragen via www.gddeventer.com. Inzenden kan tot en met 31 december 2013.
Ynte Hein Schukken
Onderzoek op salmonella via de MPr
Het invullen van de ‘checklist preventiewijzer’ is eenvoudig en leidt u langs mogelijke risicofactoren op uw bedrijf.
Veehouders vragen de GD regelmatig hoe zij hun melkmonsters via de MPR op salmonella kunnen laten onderzoeken. Dit onderzoek kunt u aanvragen met het inzendformulier ‘individueel melkonderzoek’ (zie www.gddeventer.com/rund -> formulieren -> formulieren GD-laboratorium). Om ervoor te zorgen dat de monstername automatisch verloopt en tijdig in de planning van de veeverbetering wordt opgenomen, adviseren wij u het inzendformulier minstens één week vóór de MPR-monstername in te sturen/mailen/faxen naar de GD. In enkele situaties is automatische bemonstering via de veeverbetering niet mogelijk en ligt het initiatief bij uzelf. Deze situaties zijn op het aanmeldformulier verder toegelicht. GD Herkauwer | November 2013 |
5
Nationaal
Nationaal
Uiergezondheids Uiergezondheids CONGRES CONGRES
WOENSDAG 4 WOENSDAG 4 DECEMBER 2013 ONTVANGSTLOCATIE: IJSSEL ONTVANGSTLOCATIE: IJSSELHALLEN, ZWOLLE
Thema: ‘Mastitis verandert’ Thema: ‘Mastitis verandert’ Nieuwste inzichten in preventie en beha Nieuwste inzichten in preventie en behandeling
Boerderij en de Gezondheidsdienst voor dieren organiseren dit jaar samen het vo Boerderij en de Gezondheidsdienst voor De dieren organiseren dithet jaarevenement samen hetluidt: voormalige UGCNUiergez zomersymposium. nieuwe naam voor “Nationaal zomersymposium. De nieuwe naam voor het evenement luidt: “Nationaal Uiergezondheidscongres”.
Kom ook naar het Nationaal Uiergezondheidscongres en: • Laat u inspireren door de nieuwste inzichten op het gebied van uiergezondheid; Kom ook naar het Nationaal Uiergezondheidscongres en: • Leer hoe u in de praktijk de uiergezondheid kunt verbeteren; • Laat u inspireren door de nieuwste inzichten op het gebied van uiergezondheid; • Ontmoet collega melkveehouders en dierenartsen en discussieer met • Leer hoe u in de praktijk de uiergezondheid kunt verbeteren; u ijfsprekers. Schr • Ontmoet collega melkveehouders en dierenartsen en discussieer met sprekers. nu in! Tijdens dit evenement worden ook de Uiergezondheid Awards uitgereikt Tijdens dit evenement worden ook de Uiergezondheid Awards uitgereikt Kortom: een evenement dat u niet mag missen! Kortom: een evenement dat u niet mag missen!
Sch nu
www.nationaaluiergezondheidscongr www.nationaaluiergezondheidscongres.nl ORGANISATIE NATIONAAL UIERGEZONDHEIDSCONGRES:
ORGANISATIE NATIONAAL UIERGEZONDHEIDSCONGRES:
3610 Uiergezondheid 215x285.indd 1
HOOFDSPONSORS:
SUBP
HOOFDSPONSORS:
SUBPONSORS:
tekst: REDACTIE |
NIEUWS & TIPS
Onderzoek naar coccidiose bij kalveren: verschuiving van verwekker Een van de belangrijkste oorzaken van diarree bij kalveren in de leeftijd van één tot zes maanden is coccidiose. De GD heeft met financiering van de farmaceutische industrie onderzoek gedaan naar de verschillende veroorzakers van kalvercoccidiose. Kalvercoccidiose wordt veroorzaakt door eencellige darmparasieten uit het geslacht Eimeria. Één van de conclusies van het onderzoek is dat er een verschuiving plaatsvindt in het soort Eimeria dat kalvercoccidiose veroorzaakt: de aandoening blijkt steeds vaker te worden veroorzaakt door Eimeria alabamensis in plaats van door Eimeria bovis en Eimeria zuernii.
Een van de belangrijkste oorzaken van diarree bij kalveren in de leeftijd van 1 tot 6 maanden is coccidiose.
Heeft u onze nieuwe film al gezien? Samen werken aan diergezondheid, in het belang van dier, dierhouder en samenleving. Dat is waar de GD al bijna honderd jaar voor staat. Dit motto vormde ook het uitgangspunt voor de nieuwe GD-bedrijfsfilm. De film toont in vijf minuten hoe
de GD samen met u, uw dierenarts, de overheid, de Productschappen en andere partijen, dagelijks werkt aan gezonde dieren. Nieuwsgierig? Ga naar www.gddeventer.com -> Over de GD -> Wat doen we?
Deze verschuiving is niet onbelangrijk omdat coccidiose veroorzaakt door E. alabamensis andere verschijnselen geeft. Coccidiose door E. bovis en/of E. zuernii uit zich veelal in bloederige diarree en persen op de mest. Coccidiose veroorzaakt door E. alabamensis zorgt vooral voor (waterdunne) diarree. Het is dus zaak om niet alleen bij bloederige diarree en persen op de mest, maar ook bij ‘gewone’ kalverdiarree (bij kalveren vanaf drie weken) te denken aan coccidiose. Uw dierenarts kan met ondersteuning van de GD een juiste diagnose stellen en u adviseren over de behandeling en preventie. Bij een tijdige behandeling heeft coccidiose een goede prognose, waarbij het verlies aan conditie van de dieren beperkt kan worden.
Rundvee & Mechanisatie Vakdagen Gorinchem
‘Samen werken aan diergezondheid’ is het thema van de nieuwe GD-bedrijfsfilm.
Van dinsdag 19 t/m donderdag 21 november kunt u de GD weer ontmoeten tijdens de Rundvee & Mechanisatie Vakdagen in de Evenementenhal Gorinchem. U bent van harte welkom op de GD-stand (standnummer 184). Hier praten onze buitendienstmedewerkers u graag bij over actuele zaken rond diergezondheid. Uiteraard kunt u ook bij ons terecht met vragen over uw eigen bedrijfsvoering. Graag tot ziens in Gorinchem! GD Herkauwer | November 2013 |
7
NIEUW
Méér dan Tochtdetectie alleen Nieuw: Nedap Smarttag Hals voor Tochtdetectie met Vreetmonitoring Verhoog de melkproductie van uw totale veestapel en het resultaat van uw bedrijf door Nedap Tochtdetectie met Vreetmonitoring. De technologie informeert u tijdig over tochtige dieren of dieren met mogelijke gezondheidsproblemen in uw koppel. U bespaart tijd en bent in controle om van ieder dier optimale productie prestaties te behalen en te behouden, hoe groot uw veestapel ook is. • 24/7 zeer nauwkeurige tochtdetectie. • Ten minste 90% detectiepercentage. • Vreetmonitoring detecteert mogelijke gezondheidsproblemen.
• Detectie tot wel 1.000 meter rondom de antenne. • Optionele identificatie voor managementtoepassingen (ISO).
• Smarttag hangt goed onderaan de hals door optimale vorm en gewicht. • Meer controle op productie prestaties van ieder dier: snelle terugverdientijd.
Nedap Tochtdetectie
Verschillende leveranciers in de melkveehouderij gebruiken Nedap Tochtdetectie techniek. Vraag ernaar bij uw melkmachine dealer of veeverbeteraar. Voor meer informatie zie nedap.com/livestockmanagement
nedap.com/tochtdetectie
KALVERENHOTEL
De specialist in kalveropfok! Het kalverenhotel is de op een na beste opvang voor uw pas geboren kalf! Voor meer informatie bel: 0317-619918 of 06-27122638 Of kijk op: www.kalverenhotel.nl
Loopt de kalveropfok niet? Neem contact op met de specialist...!
Tel. +31 (0)577 408111
In de rubriek ‘Vraag & Antwoord’ beantwoorden GDmedewerkers vragen vanuit de praktijk die ons op de één of andere manier bereiken.
?
raag: Mijn dierenarts heeft mijn BGP en BBP V aangemaakt in VeeOnline. Hoe onderteken ik mijn plannen digitaal?
Antwoord van Jessica van Stek, marktmanager VeeOnline: Voor het digitaal ondertekenen van uw BGP en BBP gaat u naar www. veeonline.nl en logt u linksboven in met uw gebruikersnaam en wachtwoord. Als u geen inloggegevens (meer) heeft kunt u deze eenvoudig aanvragen via de linkjes onder het inlogscherm; u ontvangt uw inloggegevens dan binnen 2 minuten per e-mail. Na inloggen gaat u in de blauwe bovenbalk naar ‘Mijn bedrijf’ en selecteert u ‘Bedrijfsgezondheidsplan’ of ‘Bedrijfsbehandelplan’. Uw historie van plannen wordt getoond; klik op het plan dat u wilt ondertekenen. Nadat u het plan heeft bekeken, klikt u rechtsboven op ‘ondertekenen’. Uw plan is nu ondertekend en altijd te raadplegen in VeeOnline. Let op: beide plannen hebben een aparte handtekening nodig. Bij controle volstaat het tonen van uw plan in VeeOnline. Tip: laat uw dierenarts uw e-mailadres invullen in uw BGP en/of BBP. U ontvangt dan automatisch een e-mail met een link naar VeeOnline en een korte instructie voor het ondertekenen.
?
Vraag: Een kalfje is “blind” geboren. Hoe komt dat?
Antwoord van GD-dierenarts Hilmar van Weering: Deze vraag is dit jaar al ongeveer 10 keer aan de GD Veekijker gesteld. Het blijkt meestal te gaan om een aangeboren vorm van “staar” ofwel een blijvende troebeling van de lenzen van beide ogen. Afhankelijk van de ernst is het gezichtsvermogen aangetast. In ernstige gevallen zijn de dieren nagenoeg blind. Bij minder ernstige gevallen is er sprake van geringe troebeling, zodat de dieren nog redelijk kunnen zien en normaal functioneren. Hierdoor worden deze gevallen niet altijd opgemerkt. Waardoor de aangeboren troebeling wordt veroorzaakt is niet bekend. Verondersteld wordt dat de aandoening ontstaat in de eerste drie maanden van de dracht. Het komt hoofdzakelijk voor bij kalveren van koeien die al één of meerdere keren hebben afgekalfd. Dat wijst meer op een algemene omstandigheid tijdens de aanleg van de ogen dan op een lokale oorzaak in het oog zelf. De GD heeft de invloed van BVD, IBR en de vader van het kalf uitgesloten.
Vraag & Antwoord
?
Vraag: Wanneer ik, in verband met de diergezondheidsstatus van mijn bedrijf, bloedonderzoek wil laten uitvoeren bij een aangekocht rund, mag ik dit dan laten doen op het bedrijf van herkomst? Of is het noodzakelijk dit na aankomst op mijn bedrijf te doen?
Antwoord van Bert de Roo, hoofd binnendienst: Wanneer u dieren aanvoert van een bedrijf met een lagere gezondheidsstatus kunt u bij wijze van ‘voorscreening’ bloedonderzoek op het bedrijf van herkomst laten doen. Zo kunt u de risico’s op de insleep van ziekten inschatten. Dit onderzoek is echter niet geldig voor de GD-diergezondheids programma’s. Hiervoor dient het bloedonderzoek op het bedrijf van aankomst te gebeuren. Uitzondering hierop vormt het bloedonderzoek op BVD-virus: wanneer een kalf na bloedonderzoek op het bedrijf van herkomst geen BVDvirusdrager blijkt te zijn, hoeft het na aankomst op uw bedrijf niet opnieuw te worden getest. Een kalf dat geen ‘drager’ is kan namelijk niet alsnog een drager worden. Voor het bloedonderzoek op BVD-virus dient het kalf wel minimaal 1 maand oud te zijn. Voor alle andere GD-diergezondheidprogramma’s geldt dat het bloedonderzoek plaats moet vinden tussen de 0-8 weken na aankomst van de dieren op uw bedrijf. Heeft u toch dieren op het bedrijf van herkomst laten onderzoeken, dan zegt de uitslag iets over oudere, doorgemaakte infecties. Om de kans op insleep van acute infecties te verkleinen, kunt u aangekochte dieren het beste in quarantaine zetten tot de uitslag van het bloedonderzoek na aanvoer bekend is. Om infecties rondom/tijdens het transport op te sporen kunt u het beste 4-8 weken na aanvoer onderzoek laten doen.
Ook een vraag? Laat het ons weten en mail uw vraag naar redactie@gddeventer.com onder vermelding van Vraag & Antwoord GD Herkauwer.
GD Herkauwer | November 2013 |
9
GD-PrODUCTEN | tEkSt: DRS. JANTIJN SWINKELS
UGA: gezonde uiers, meer melk
de kracht van
tankmelkonderzoek Het verbeteren van de uiergezondheid is voor veel melkveehouders een belangrijk speerpunt. Gezonde uiers betekent immers fittere koeien, minder medicijngebruik en meer melk. Om u nog beter bij te staan in de
mooi op tijd bij. Vervolgens kunt u aan de hand van de volgende uitslagen ook zien of managementmaatregelen het gewenste effect hebben.
strijd tegen mastitis lanceert de GD dit najaar UGA (UierGezondheidsAan-
basis en Standaard
pak). De motor van het programma: tankmelkonderzoek.
GD Tankmelk Uiergezondheid (TMU) is er in twee uitvoeringen:
Nederlandse melkveebedrijven worden steeds groter. Nu het einde van het quotumtijdperk in zicht komt, is de verwachting dat de schaalvergroting nog sneller zal gaan. De druk om meer te produceren neemt toe en dus tellen de liters melk die u verliest door bijvoorbeeld mastitis extra zwaar. Doordat de bedrijven groeien, wordt efficiënt werken ook steeds belangrijker en is er minder tijd voor de individuele koe. In dit kader is tankmelkonderzoek een uitkomst: het is dé manier om de gezondheid van uw dieren op koppelniveau in de gaten te houden. En het kost u geen tijd.
10
Weinig werk, veel inzicht Met Tankmelk Uiergezondheid (TMU) wordt uw tankmelk periodiek bacteriologisch onderzocht op de zeven belangrijkste mastitisverwekkers. Het nemen van de melkmonsters gaat automatisch; u hoeft er niets voor te doen. De hoeveelheid ziektekiemen die in de tankmelk voorkomt wordt in de uitslag vereenvoudigd en vertaald naar een overzichtelijk puntensysteem. Zo ziet u in één oogopslag welke mastitisverwekkers wel of geen rol spelen op uw bedrijf. U houdt op een makkelijke manier de vinger aan de pols en als er een bacterie of bacteriegroep ‘piekt’ bent u er
Pakket Basis (6 metingen per jaar) • Inzicht tijdens de risicovolle perioden • Uitslagdata 2014: februari, maart, april, juli, augustus, september • Kosten: € 225,- per jaar Pakket Standaard (10 metingen) • Jaarrond inzicht in mastitiskiemen op het bedrijf • Uitslagdata 2014: iedere 5 weken • Kosten: € 360,- per jaar U kunt uw TMU-pakket online bestellen via www.gddeventer.com/UGA of door te bellen naar 0900-1770 (optie 1).
4 december: Uiergezondheidscongres TMU Basis of TMU Standaard Met de lancering van UGA, waaronder alle uiergezondheidsproducten van de GD vallen, zijn de mogelijkheden van Tankmelk Uiergezondheid uitgebreid. Zo kunt u nu kiezen uit TMU Pakket Basis en TMU Pakket Standaard (zie kader). Bij Pakket Basis wordt uw tankmelk zes keer per jaar onderzocht, waarbij we ons concentreren op de risicoperiodes voor mastitis: in de zomer wordt drie keer een monster genomen en in de winter wordt drie keer een monster genomen. Bij Pakket Standaard wordt de tankmelk tien keer per jaar onderzocht en heeft u doorlopend inzicht in de meest voorkomende mastitiskiemen.
Op 4 december organiseren de GD en Boerderij voor de eerste maal samen het Nationaal Uiergezondheidscongres (voorheen: UGCN zomersymposium). Onder het thema ‘Mastitis verandert’ zullen diverse (UGA-) uiergezondheidsspecialisten u bijpraten over de laatste ontwikkelingen rondom de preventie en behandeling van mastitis. Tijdens de informatiemarkt is er ruime gelegenheid
Wijzer met de UGA Wijzer Behalve de keuze uit twee pakketten biedt Tankmelk Uiergezondheid nu ook een uitgebreider advies bij de uitslag, gericht op praktische managementmaatregelen.
Even voorstellen: het UGA-team UGA wordt mogelijk gemaakt door een sterk team van GD-uiergezondheidsspecialisten. Door middel van onder andere praktijkonderzoek werken zij dagelijks samen met u en uw dierenarts aan het voorkomen en genezen van mastitis. Vraagt uw tankmelkuitslag om directe actie, dan neemt één van de uiergezondheidsspecialisten contact met u op om de uitslag te bespreken. Ook kunt u, samen met uw dierenarts, de hulp van een uiergezondheids-
specialist inschakelen bij het opstellen van een bedrijfsspecifiek plan van aanpak. Desgewenst komt hij of zij bij u langs om uw situatie ter plekke te bekijken en bijvoorbeeld uw melkmachine en melktechniek te analyseren (‘Natte Meting’). Heeft u vragen over een uitslag of een andere vraag over uiergezondheid, dan kunt u het UGA-team bereiken via 09001770 (optie 1). Zij staan elke werkdag voor u klaar.
om bij te praten met collega’s en branchegenoten. Een van de hoogtepunten van de dag: de uitreiking van de Uiergezondheid Awards (voorheen: UGCN Awards) aan melkveehouders die het afgelopen jaar een bijzondere prestatie hebben geleverd op het gebied van uiergezondheid. Meer informatie & aanmelden: www.gddeventer.com/rund
Met de ‘UGA Wijzer’ kunt u naar aanleiding van de ‘scores’ op uw uitslag uitzoeken wat concrete aandachtspunten in uw bedrijfssituatie zijn. Door, samen met uw dierenarts, de online vragenlijst in te vullen krijgt u een duidelijk overzicht van de maatregelen die u zou kunnen nemen om de uiergezondheid op uw bedrijf (en dus uw tankmelkuitslag) te verbeteren.
Kiem- en celgetal op de uitslag Op de uitslag staan, op uw verzoek, tegenwoordig ook het tankmelkcelgetal en kiemgetal vermeld, zo heeft u al deze belangrijke gegevens mooi bij elkaar op één uitslag. Doordat wij het celgetal nu in de uitslag verwerken, kunnen wij u ook gerichter advies geven en informatie weglaten die niet voor u van toepassing is.
Extra service TMU-deelnemers kunnen vanaf nu ook extra service van de GD verwachten. Nieuwe deelnemers ontvangen na de eerste uitslag een telefoontje van één van de leden van het UGA-team om samen de uitslag te bespreken. Voor alle deelnemers geldt dat het UGA-team contact opneemt als de uitslag afwijkend is en directe actie van belang is.
Van links naar rechts: Jantijn Swinkels, Anton Gosselink, Sabine Tijs, Hans Miltenburg en Christian Scherpenzeel.
Mocht u vragen hebben, dan kunt u zelf ook altijd contact opnemen met het UGAteam (zie kader). Zij kunnen u ook meer vertellen over de andere UGA-producten van de GD, zoals individueel bacteriologisch onderzoek (eventueel aangevuld met een gevoeligheidsbepaling), de ‘Natte Meting’ (waarbij uw melktechniek en melkmachine/robot worden geanalyseerd door een uiergezondheidsspecialist) en strooiselonderzoek (dé manier om te weten of uw strooisel klebsiella-vrij is). Voor elke situatie is er een passend product. Zo werken wij samen met u aan gezonde uiers en meer melk.
GD Herkauwer | November 2013 |
11
rEPOrTaGE | tEkSt: DRS. HELEN DE ROODE
“Samen werken a
Melkveehouder Ruud Timmermans: “De kernwoorden voor gezonde uiers en een laag celgetal zijn rust, reinheid en regelmaat.”
Een ‘stokpaardje’, zo mogen we het onderwerp uiergezondheid in het geval van Ruud Timmermans wel noemen. Bescheiden, maar moeiteloos en met bevlogenheid spreekt de melkveehouder uit het Limburgse Maria Hoop over de maatregelen die hij en zijn vader nemen om de uiers van hun koeien vitaal te houden. “Samen met onze dierenarts en de GD.” “Ruud en zijn vader zijn voorbeeldfiguren als het gaat om uiergezondheid”, zegt dierenarts Peter Vermoesen enthousiast als we met hem en GD-uiergezondheidsspecialist Hans Miltenburg bij Ruud aan de keukentafel zitten. “Ze zijn heel perfectionistisch en nemen veel preventieve maatregelen om uiergezondheidsproblemen te voorkomen. Het hele jaar door blijft het celgetal hier rond de 100.000, ook in de
12
zomermaanden.” “Ze zitten ‘boven op’ de uiergezondheid”, zegt ook Hans Miltenburg. “Als blijkt dat er bepaalde mastitisverwekkers in de tankmelk zitten, wordt daar meteen actie op ondernomen. Zo zijn ze de problemen voor.”
Robots voor de toekomst Ruud en zijn vader houden samen 110 melkkoeien en 100 stuks jongvee. Bij de
boerderij hoort 85 hectare gras- en bouwland waar aardappelen, suikerbieten, mais en granen worden verbouwd. In 2010 is een nieuwe stal gebouwd waarin inmiddels twee melkrobots staan. De productie ligt op 1,1 miljoen kilo melk per jaar, met een melkfrequentie van drie melkingen per dag. Ruud: “Ik heb altijd gezegd dat ik een miljoen liter melk alleen wil kunnen melken, daarom hebben we met het oog op de toekomst, gekozen voor melkrobots. Het melken loopt heel goed, we hebben maar twee achterblijvers. Het scheelt dat we geen maximale bezetting hebben, dat geeft ruimte en enige fl exibiliteit bij storingen. Ik loop minimaal drie keer per dag naar de melkrobots om de attentielijsten te controleren en te kijken of alles nog soepel loopt en goed functioneert. Het is belangrijk om onvolkomen-
an gezonde uiers” heden snel te ontdekken; er gaat lang niet altijd een alarmbel rinkelen, terwijl het systeem wel doormelkt.”
ik haal ze uit de machine en leg ze in een bak met ontsmettingsmiddel.”
de drie R’s
“Bij de droge koeien letten we extra op de hygiëne in de boxen en strooi ik vaker. De koeien die drooggezet worden, zijn de eerste 14 dagen niet bij de andere droogstaande dieren gehuisvest om besmetting te voorkomen.” Alle droge koeien worden behandeld met een droogzetter en een teatsealer. Selectief koeien droogzetten zonder antibiotica doet Ruud (nog) niet. Peter: “Als hiervoor één veehouder geschikt is, dan is het Ruud wel. Als hij wat aanpassingen zou doen in zijn management en huisvesting, zou het hier goed gaan.”
De kernwoorden voor gezonde uiers en een laag celgetal zijn volgens Ruud ‘rust, reinheid en regelmaat’. “We hebben een strakke organisatie, de alledaagse dingen hebben een vast verloop en we besteden veel aandacht aan de uier- en stalhygiëne.” “Dat laatste is op robotbedrijven van extra groot belang”, vult Hans aan. “Een robot maakt bij de voorbehandeling geen onderscheid in vuile en schone spenen. Het is dus essentieel dat de koeien schoon de robot ingaan.” Ruud: “We scheren de staarten en ontharen de uiers regelmatig. We zijn consequent in het schoonhouden en ruim instrooien van de ligboxen. En in de zomer doen we aan vliegenbestrijding; op beide robots is een ventilator gericht. Verder verwissel ik de tepelvoeringen standaard na 2.500 melkingen. Ik gebruik gewone rubberen tepelvoeringen omdat deze voor mijn gevoel beter leegmelken dan siliconen tepelvoeringen, zeker als de koeien kortere spenen hebben. Op het moment dat ik de tepelvoeringen verwissel geef ik de borstels ook een extra reinigingsbeurt;
Dierenarts Peter Vermoesen: “Het hele jaar door blijft het celgetal hier rond de 100.000, ook in de zomermaanden.”
droge koeien apart
attentie voor attentiekoeien Ruud kijkt drie keer per dag naar de lijst met attentiekoeien. “Iedere nieuwe koe die op de attentielijst komt, daar is iets mee, dus daar doen we iets mee. We zoeken de koe even op, en testen de melk met een vierkwartierenschaaltje. We willen een uierontsteking het liefst in een zo vroeg mogelijk stadium detecteren. Als je het vroeg weet is het soms voldoende om alleen te behandelen met mintzalf.”
GD-uiergezondheidsspecialist Hans Miltenburg: “Op verzoek van veehouders geven we sinds kort meer gericht advies bij de uitslag van Tankmelk Uiergezondheid”
we aan wat de belangrijkste aandachtspunten zijn. Daarnaast kunnen veehouders naar aanleiding van hun uitslag advies op maat krijgen door het invullen van een online checklist (meer hierover op pagina 10 en 11, red.).”
Oogje in het zeil
Samen werken
Sinds begin 2008 zijn Ruud en zijn vader deelnemer aan GD Tankmelk Uiergezondheid. De tankmelk wordt tien keer per jaar automatisch onderzocht op de zeven belangrijkste mastitisverwekkers. “Zo houden we op een eenvoudige manier een oogje in het zeil”, aldus Ruud. “We willen niet achter de feiten aanlopen maar preventief werken en er vroeg bij zijn bij eventuele besmettingen.” Peter: “Tankmelkonderzoek is een hele eenvoudige manier om, zonder extra werk, de uiergezondheid op bedrijfsniveau in de gaten te houden. Je kunt veel uit de uitslag halen; je ziet precies welke mastitisverwekkers wel of geen rol spelen op een bedrijf; dat geeft handvatten voor de te nemen maatregelen.” “Op verzoek van veehouders geven we sinds kort meer gericht advies bij de uitslag”, vult Hans aan. “Als een bepaalde bacterie erg vaak wordt gevonden, geven
De tankmelkuitslagen van het bedrijf van Ruud en zijn vader zijn over het algemeen heel goed, maar soms is bij een bepaalde bacterie een ‘uitschieter’ te zien. Ruud: “Vorig jaar december had ik bijvoorbeeld ineens een piek in de omgevingsstreptokokken. Naar aanleiding hiervan ben ik met Peter door de stal gelopen. Hij merkte op dat de mest vrij dun was, waardoor de koeien sneller vuil zijn. Ik ben toen wat meer structuur gaan voeren. Ook had ik al mijn twijfels bij de reiniging van de borstels in één van de robots omdat ik daar soms wat aanslag zag op de vloer. Ik heb de concentratie van het reinigingsmiddel gemeten en gecorrigeerd. Verder ben ik een andere, kiemgroeiremmende, kalk gaan gebruiken. Inmiddels hebben we alweer een aantal keer een gunstige uitslag gehad voor omgevingsstreptokokken. We blijven het mooi monitoren; het geeft ons de bevestiging dat we goed bezig zijn.” GD Herkauwer | November 2013 |
13
MONITOrING | tEkSt: DR. IR. INGE SANTMAN-BERENDS, DR. IR. GERDIEN VAN SCHAIK EN DRS. CHRISTIAN SCHERPENZEEL
Positieve ontwikkelingen uiergezondheid De uiergezondheid in Nederland is de afgelopen jaren verbeterd. Dat blijkt
Ook het percentage koeien dat bij de melkcontrole een nieuwe niet-zichtbare mastitis heeft opgelopen (op basis van het celgetal) en het percentage koeien met een hoog celgetal is gedaald. In het eerste kwartaal van 2013 heeft 18,1% van de koeien een hoog celgetal, daarmee ligt dit percentage op het laagste punt van de afgelopen vijf jaar (zie figuur 2). In iets minder dan de helft van deze hoogcelgetalkoeien (8,3%) betreft het een nieuw hoog celgetal.
uit de uiergezondheidsmonitoring die de GD halfjaarlijks in het kader van de rundermonitoring uitvoert. Nederlandse melkveehouders blijken in de huidige tijd van terughoudend en verantwoord antibioticumgebruik, uitstekend in staat om een goede uiergezondheid te realiseren. met 31 maart 2013). Was het gemiddelde tankmelkcelgetal in 2008 nog 215.000 cellen/ml, in 2012 is dit onder de grens van 200.000 cellen/ml gekomen (199.000 cellen/ml). In het eerste kwartaal van 2013 is het gemiddelde tankmelkcelgetal met 188.000 cellen/ml vergelijkbaar met hetzelfde kwartaal in 2012.
Ook het percentage bedrijven met veel koeien met een hoog celgetal na droogstand neemt af in de tijd. In het eerste kwartaal van 2013 heeft nog 2,4%
© GD Monitor 2013
werkelijke waarden 220.000
trend 200.000
180.000 1
2
3
2008
4
1
2
3
2009
4
1
2
3
2010
4
1
2
3
2011
4
1
2
3
2012
4
% hoog celgetal
trend
20% 18%
© GD Monitor 2013
Figuur 1: Gemiddeld tankmelkcelgetal op melkveebedrijven per kwartaal in de periode 1 april 2008 – 31 maart 2013 (Bron: GD data-analyse op basis van Qlip en I&R).
Als sinds 2002 26%houdt de Gezondheidsdienst voor Dieren (GD) zich intensief bezig met de uitvoering van de diergezondheidsmonitoring in Nederland. Hiervoor werken wij intensief werkelijke samen met onder andere de diersectoren, waarden de zuivel, het ministerie van EZ, dierenartsen en 24% veehouders. Deze rubriek verhaalt over bijzondere gevallen, speciaal onderzoek en opvallende resultaten die het werk van de monitoring oplevert. Samen werken we aan diergezondheid in het belang22% van dier, dierhouder en samenleving.
14
1
kwartaal
dalend tankmelkcelgetal In figuur 1 is goed te zien hoe het gemiddelde tankmelkcelgetal over de afgelopen vijf jaar is gedaald (1 april 2008 tot en
Minder bedrijven met veel hoogcelgetalkoeien in droogstand
240.000
cellen/ml
De GD voert de uiergezondheidsmonitoring elk half jaar uit op basis van samengevoegde gegevens van I&R, Qlip en CRV. Hierbij worden steeds de getallen over de afgelopen vijf jaar geanalyseerd om zo de trends en ontwikkelingen in de melkveesector te kunnen volgen. Kengetallen die in de analyse worden meegenomen zijn onder andere het tankmelkcelgetal, het percentage runderen met een hoog celgetal en het percentage runderen met een nieuw hoog celgetal. Ook wordt gekeken naar het percentage bedrijven met veel vaarzen en koeien die voor het eerst een hoog celgetal krijgen in de eerste 60 dagen van de lactatie en naar het percentage bedrijven met veel koeien met een aanhoudend hoog celgetal na droogstand. ‘Veel’ staat in dit kader voor meer dan 25% van de aanwezige dieren. Met een hoog celgetal wordt bedoeld: een celgetal boven de 150.000 cellen/ml bij vaarzen en boven de 250.000 cellen/ml bij oudere kalfskoeien.
Minder koeien met hoog celgetal
MONITORING
© GD Monitor 2013
240.000
werkelijke waarden cellen/ml
(ongeveer 400) van de melkveebedrijven veel 220.000 koeien met een hoog celgetal na de droogstand. In 2008 was dit nog 3,6% van de bedrijven. Het percentage melkveebedrijven waar, 200.000 in de eerste 60 dagen na afkalven, veel hoogcelgetalkoeien voorkomt blijft gelijk. Dit is zowel zichtbaar bij de vaarzen (eerstekalfs; 33,9% van de bedrijven) als bij de 180.000 oudere kalfskoeien (7% van de bedrijven). 1
2
3
2008
4
1
2
Blijven monitoren
3
2009
4
1
Duidelijk moge zijn dat de gegevens een gunstige trend in uiergezondheid in Nederland laten zien. Zowel de ontwik-
kelingen in de Nederlandse als Europese melkveesector, zoals de veranderende regelgeving, het afschaffen van het melkquotum en veranderingen in de bedrijfstrend voering, kunnen echter weerslag gaan hebben op de uiergezondheid. Zaak blijft dus om voldoende aandacht te besteden aan en oog te hebben voor de uiergezondheid op het bedrijf om daarmee op lange termijn een goed bedrijfsrendement te 2 3 4 1 2 3 4 1 2 3 4 1 kunnen realiseren. de uierge2010 2011De GD zal 2012 zondheid blijven monitoren om zicht te kwartaal houden op de effecten van de ontwikkelingen in de sector. Daarmee werken we samen met u aan diergezondheid.
© GD Monitor 2013
% hoog celgetal
26%
werkelijke waarden
24% 22%
trend
20% 18% 16% 1
2
3
2008
4
1
2
3
2009
4
1
2
3
2010
4
1
2
3
2011
4
1
2
3
2012
4
1
kwartaal
Monitoring van MRSA in mastitismonsters De monitoringstaken van de GD op het gebied van uiergezondheid zijn breder dan in dit artikel besproken. De GD houdt bijvoorbeeld ook bij welke mastitisverwekkers er in melkmonsters worden gevonden en hoe de gevoeligheid van deze bacteriën voor diverse antibiotica is. In dit kader is het goed om te weten dat de GD, in het belang van zowel de individuele veehouder als de sector, in monsters waarin penicilline-ongevoelige Staphylococcus aureus wordt aangetroffen altijd onderzoekt of het de MRSA-bacterie betreft. In de incidentele gevallen dat MRSA wordt aangetoond, worden veehouder en dierenarts daarvan telefonisch op de hoogte gebracht en krijgen zij advies over de aanpak op het bedrijf. Behandelen heeft dan meestal geen zin; besmette dieren moeten worden afgevoerd. De ervaring leert dat bedrijven waar dit volledig gebeurt van het probleem afkomen. De extra testen om MRSA te onderzoeken worden gesubsidieerd door Productschap Zuivel en dus niet bij u als veehouder in rekening gebracht.
Figuur 2: Gemiddeld percentage hoogcelgetalkoeien op melkveebedrijven per kwartaal in de periode 1 april 2008 – 31 maart 2013 (Bron: GD data-analyse op basis van Qlip en I&R).
GD Herkauwer | November 2013 |
15
Mastitis; je kunt er niet snel genoeg bij zijn. Daarom gebruik ik Tankmelk Uiergezondheid.” Harry Hollink, melkveehouder in Tubbergen
Tankmelk Uiergezondheid helpt u vooruit U wordt er regelmatig mee geconfronteerd: mastitis. Door uw tankmelk te laten onderzoeken op de belangrijkste mastitisverwekkers, brengt u eenvoudig de uiergezondheid van uw veestapel in kaart. Dankzij Tankmelk Uiergezondheid en de ondersteuning van het UGA-team, loopt u op de zaken vooruit en weet u altijd welke volgende stap u kunt nemen. Want gezonde uiers betekent meer melk. Dát is UGA, de UierGezondheidsAanpak van de GD.
Optimaal inzicht = maximaal rendement Tankmelk Uiergezondheid biedt u de keuze uit pakket Basis (6x per jaar, €225,-) en pakket Standaard (10x per jaar, €360,-). Voor beide pakketten geldt dat uw tankmelk automatisch wordt onderzocht; u hoeft verder niets te doen. De uitslagen zijn voorzien van een helder, gericht advies en vormen een goede aanvulling op uw MPR-uitslagen en uw tankcelgetal.
Bestel direct uw Tankmelk Uiergezondheid-pakket online via www.gddeventer.com/UGA of bel naar 0900-1770 (optie 1).
UGA IS DE UIERGEZONDHEIDSAANPAK VAN DE GD. SAMEN WERKEN AAN DIERGEZONDHEID. Postbus 9, 7400 AA Deventer, T. 0900-1770. www.gddeventer.com/uga
tEkSt: LAMMERT MOLL, MSC | DIErZIEKTEN
Leverbot, jaar met twee gezichten De leverbotsituatie is dit jaar bijzonder te noemen: in het voorjaar van 2013 hadden we nog te maken met een ernstige leverbotbesmetting, maar dit lijkt tot nu toe niet te hebben geresulteerd in meer infectie in het najaar. Binnenkort staat de definitieve leverbotprognose op www.gddeventer.com. Een voorjaarsinfectie komt regelmatig voor, maar de kans dat dit zorgt voor een ernstige leverbotbesmetting is klein. Dat we het afgelopen voorjaar wel te maken hebben gehad met een ernstige besmetting met leverbot komt vooral door de uitgangssituatie in de herfst van 2012 (toen er sprake was van een ernstige leverbotbesmetting) en de weersomstandigheden in het voorjaar van 2013.
Najaar 2012 In de herfst van 2012 zijn er niet alleen veel besmettelijke cysten op het gras afgezet, er waren ook nog zeer veel besmette slakken aanwezig. De ontwikkeling van cysten in deze slakken staat stil bij een temperatuur beneden 10 0C, maar kan later wel weer op gang komen. Leverbotslakken gaan niet of nauwelijks dood tijdens de Nederlandse winters.
voorjaar 2013 In maart/april 2013 bleven de temperaturen beneden normaal en waren er geen perioden met veel zonlicht, droogte en hoge temperaturen, zodat een zeer groot deel van de aanwezige overwinterde slakken en besmettelijke cysten kon overleven. Vanaf de tweede week van mei gin-
Jaar van resistentie: 1998 1999 2000 2001 2004 2005 2006 2007 2008 2010 2011 2012 2013
1 3 5 4 2 8 21 10 5 3 3 5 18
gen de temperaturen langzaam omhoog tot boven de 10 0C en viel er gedurende drie weken dagelijks veel neerslag. Dit waren ideale omstandigheden voor de in ruime mate aanwezige besmette slakken om hun infectie eind mei af te zetten op het gras. Samen met de nog aanwezige besmettelijke cysten hebben de vele besmettelijke cysten uit de overwinterde slakken dit voorjaar gezorgd voor een ernstige leverbotinfectie.
Najaar 2013 Pas tijdens de droogte en de veel hogere temperaturen in juli 2013 zijn deze besmettelijke cysten afgestorven. Daarna was het ook in augustus zeer droog waardoor de slakkenpopulatie duidelijk is teruggedrongen. Alleen door de natte periode in september is het mogelijk dat er nog een najaarsinfectie op het gras is afgezet. Op bedrijven met verhoogde waterstand waar tijdens de droogte de percelen vochtig zijn gebleven, kan het hele jaar een leverbotinfectie zijn opgetreden.
advies De Werkgroep Leverbotprognose adviseert om op bedrijven waar vorig jaar een leverbotbesmetting heeft plaatsgevonden te controleren of schapen en/of runderen een infectie hebben opgelopen. Dit is mogelijk door middel van (gepoold) mestonderzoek van minimaal vijf dieren. Indien hierbij leverbot wordt aangetoond is het advies om, in overleg met de eigen dierenarts, de schapen te behandelen en te verweiden, bij voorkeur naar goed ontwaterde percelen. Wanneer bij runderen een infectie wordt aangetoond, adviseert de werkgroep om contact op te nemen met de eigen dierenarts. Bij twijfel over een najaarsinfectie is het zinvol om bloedonderzoek of na 1 januari mestonderzoek te laten uitvoeren. Bij voorkeur worden van minimaal vijf dieren na hun eerste weideseizoen bloed- en/of (gepoolde) mestmonsters onderzocht.
Uitbreiding resistentie van leverbotten in Nederland Met financiering van het Productschap Zuivel heeft de GD onderzoek uitgevoerd naar de uitbreiding van de resistentie van leverbotten in Nederland. Dit onderzoek heeft geleid tot de vaststelling van leverbotresistentie voor het middel triclabendazol op 18 nieuwe rundvee- en schapenbedrijven verspreid over Nederland (in 2013). Kijk voor meer informatie over (het voorkĂłmen van) leverbotresistentie en hoe te handelen bij (een vermoeden van) resistentie op www.gddeventer.com onder ‘nieuws’. Dierenartsen en veehouders worden gevraagd om vermoedens van leverbotresistentie te melden bij de GD via 0900-7100 000.
De uitbreiding van leverbotresistentie voor triclabendazol in Nederland door de jaren heen.
GD Herkauwer | November 2013 |
17
Jubileumactie
De “enige echte” Engelse waxjas
Marineblauw
Groen
Duurzaam zachte corduroy kraag – klassieke vorm, aangenaam op de huid
Afgedekte ritssluiting tegen wind
Made in England Topkwalitatief model en materiaal
Een goede waxjas herkent men aan het typische model en aan het onmiskenbare karakter van het materiaal. Klassieke waxjassen zijn recht Korting en lang van model want bij i.p.v. 199,00* regenachtig weer moeten Personalshopprijs deze droog, warm en behaaglijk zijn. Het buitenmateriaal van de jas wordt met een speciale beArt.nr. zie tekst handeling geïmpregneerd en de vele details zorgen ervoor dat het Engelse karakter en typische landhouse Bestelmaten: stijl behouden blijft.
–74%
:
2 insteekzakken aan de voorkant, beide met 2 drukknopen te sluiten
Personalshop bestelformulier met 30 dagen omruil- en retourrecht Aantal
Art.nr.
Bestelmaat
Prijs per stuk
Artikelbeschrijving
98.209.641
Waxjas groen
98.209.654
Waxjas blauw
PRODUCT INFO • Buitenmateriaal: 100% gewaxt katoen • Voering: 100% katoen • Mouwvoering en onderkant rug: 100% polyester
S
M
49.
99
L
XL
XXL XXXL
• Geïmpregneerd met natuurlijke was • Binnenzakje links met ritssluiting te sluiten
www.personalshop.com Afzender (AUB in blokletters invullen): P Mevrouw P Heer
Verwerking- en verzendkosten à : 5,90
Achternaam, Voornaam
Geboortedatum
N3019L
toegang te krijgen tot de webshop kunt u gebruik maken van de veiligheidscode hiernaast.
0800/020 33 77
GRATIS PERSOONLIJK VOOR U AANWEZIG
Straat en huisnr. Postcode en plaatsnaam
VEILIGHEIDSCODE Hier vindt u nog meer geweldige aanbiedingen! Om
FAX 0314/390 007
5-sterren Personalshop garantie
Aanbieding alleen geldig voor de lezers van dit magazine
Actie nr. 3019
Levering gebeurt op rekening in de volgorde van de ontvangen bestellingen. Alstublieft geen betaalmiddelen meezenden. Aanbiedingen gelden alleen in Nederland en zolang de voorraad strekt.
H 2 jaar garantie zonder “maar” H Hoogste kwaliteitsgarantie H Laagste prijs garantie
versturen aan:
Personalshop Postbus 16 7030 AA Wehl
H Snelle levering H 30 dagen niet goed, geld terug garantie * i.p.v.-prijzen hebben betrekking op de fabrikantenprijslijst of de verkoopadviesprijzen van de fabrikant
tekst: DRS. ANJA SMOLENAARS | DIERZIEKTEN
E. coli-diarree
bij kalveren voorkomen Biest is het beste medicijn in de strijd tegen E. coli-diarree.
Bijna iedere veehouder krijgt wel eens te maken met kalverdiarree. Een belangrijke veroorzaker van zeer dunne ontlasting bij jonge kalveren is de bacterie Escherichia coli (E. coli). Hierover worden regelmatig vragen gesteld aan de GD Veekijker. Devies blijft dat voorkómen belangrijker is dan genezen, zeker nu het antibioticagebruik aan banden is gelegd. Biest speelt hierbij een cruciale rol. Tijdens en direct na de geboorte komt een kalf met mest en ziektekiemen in aanraking. Dit zorgt voor een opbouw van weerstand, maar wanneer er teveel kiemen tegelijk een rol spelen, kan het kalf ernstig ziek worden. Omdat een kalf (in tegenstelling tot een baby) wordt geboren zonder antistoffen, is ze voor de bestrijding van binnengekomen ziektekiemen volledig afhankelijk van de afweerstoffen die ze vanuit de biest krijgt.
De rol van E. coli Er zijn diverse E. coli’s die diarree bij een kalf kunnen veroorzaken. E. coli is daarnaast ook een normale bewoner van het maagdarmkanaal van warmbloedige dieren en komt algemeen voor in de omgeving. De bekendste E. coli die kalverdiarree kan veroorzaken is E. coli K99. Als E. coli K99 in de darmen komt en zich daar snel kan vermeerderen vóórdat het kalf voldoende biest heeft gekregen, kan de bacterie zich hechten aan de darmcellen
en vervolgens gifstoffen produceren. Hierdoor krijgt het kalf waterdunne diarree, met mogelijk sterfte tot gevolg. Om diarree te voorkomen is het daarom vooral van belang te voorkomen dat de E. coli K99 zich kan binden. Afweerstoffen in de biest bestrijden de bacteriën en voorkomen grotendeels de binding aan de darmcellen. Onvoldoende of een te late biestvoorziening zijn daarom de belangrijkste risicofactoren voor het optreden van E. coli-diarree. Geef een kalf dus tijdig voldoende biest, dat is het beste medicijn (zie kader). Daarnaast is het van belang om een kalf met zo min mogelijk mest in aanraking te laten komen zodat het aantal bacteriën dat ze binnenkrijgt beperkt is.
Tips om kalverdiarree te voorkomen • L aat de koe afkalven in een schone afkalfstal en vang het kalf direct na de geboorte op in een schoon eenlinghokje, hierdoor komt het kalf met zo min mogelijk diarreeverwekkers in aanraking. • Melk de koe direct na het afkalven uit. De eerstemelksbiest heeft de hoogste kwaliteit. Zodra de koe gekalfd heeft zal er verdunning van de biest optreden, omdat de koe dan melk gaat produceren. • Verstrek het kalf binnen 4 uur na de geboorte 3 liter biest, waarvan in ieder geval 2 liter binnen 2 uur na geboorte. Geef vervolgens binnen 12 uur na de geboorte nogmaals 2 liter. Zo heeft een kalf binnen 12 uur 5 liter biest opgenomen. Antistoffen worden alleen in de eerste 24 uur door de darmwand opgenomen in het bloed, daarna niet meer. De eerste 12 uur vindt de beste opname plaats, daarom is het belangrijk om zoveel mogelijk biest binnen de eerste 12 uur aan het kalf te geven. Advies is om binnen de eerste 24 uur in totaal 6 liter biest te verstrekken. • Voer na de eerste 24 uur ook nog enkele dagen eerste- en tweedemelksbiest, dit geeft in de dagen na de geboorte nog extra bescherming in de darmen tegen diarreeverwekkers.
GD Herkauwer | November 2013 |
19
Naamloos-1 1
18-10-13 9.09
DE NIJBORG AGRI B.V. by vdk
Voor levering en montage van:
EEN UNIEK CONCEPT ... Nr.
1
silo’s & vijzels in Gebruiksvriendelijkheid
• Leverbaar met of zonder verrijdbaar frame.
• Eenvoudig te reinigen
doordat hok en rooster scharnierbaar zijn.
voederinstallaties ventilatiegordijnen stalinrichtingen De Hooge Hoek 8 - 3927 GG Renswoude Tel. 0318-572923 - fax 0318-572725 www.nijborgagri.nl - info@nijborgagri.nl
ADVERTEREN IN DIT MAGAZINE? Neem contact op met: Bas van Deventer T 026-750 18 22 E bas.van.deventer@pshmediasales.nl I www.pshmediasales.nl
VDK products Moergestel T: 013 - 513 36 17 E: info@calfotel.com
www.calfotel.com
tEkSt: DR. MENNO HOLZHAUER | KLaUwEN
MPR-data, maar dan voor klauwen
goede klauwgezondheid begint bij
digiklauw klauw
Kreupele koeien komen op ieder melkveebedrijf voor en vormen vaak een grote zorg. Het gevoel ‘altijd maar achter die kreupele koeien aan te moeten lopen waarbij niets lijkt te helpen’, zal menig veehouder herkennen. Maar weet u wat precies het effect van uw managementmaatregelen is op de klauwgezondheid van uw koppel? DigiKlauw geeft inzicht en helpt bij een structurele aanpak. Alle klauwaandoeningen resulteren vroeg of laat in kreupelheid, daarom is het van groot belang om preventief te werken en bij problemen vroegtijdig in te grijpen. Welke maatregelen het beste passen hangt af van welk type klauwaandoening het meest op uw bedrijf voorkomt en van de praktische uitvoerbaarheid van de maatregelen. Voor elk bedrijf geldt in ieder geval dat het belangrijk is om voldoende structuur in het rantsoen te hebben en de vlakliggende roosters regelmatig schoon te maken. Maar klauwgezondheid is van veel meer factoren afhankelijk. Denk aan het soort koeien, de voersamenstelling, de mogelijkheid tot selectie, de stalbezetting, het gebruik van voetbaden, het wel of niet toepassen van weidegang en de wijze van bekappen.
Overzicht en inzicht DigiKlauw (zie kader) geeft inzicht in de belangrijkste oorzaken van kreupelheid op uw bedrijf. Doordat uw klauwverzorger de bevindingen van alle individuele koeien in het softwareprogramma verwerkt, ontstaat een bedrijfsover-
Uw klauwverzorger kan de klauwgezondheidgegevens die hij verzamelt tijdens het bekappen, vastleggen in DigiKlauw.
zicht waaruit in één keer duidelijk wordt hoe het er met de klauwgezondheid voorstaat. Het programma laat ook zien wat bepaalde specifieke maatregelen voor de klauwproblemen op uw bedrijf zouden kunnen betekenen. Zo kunt u meten wat het effect is van de toevoeging van een extra structuurbron in het rantsoen om zoolbloedingen en wittelijnaandoeningen te voorkomen of hoe het vaker toepassen van een voetbad infecties als Mortellaro helpt tegengaan.
klauwgezondheidsscore DigiKlauw verwerkt de door de klauwverzorger ingevoerde data tot een klauwgezondheidsscore. Uw dierenarts en voeradviseur kunnen uw helpen bij het vertalen van deze score naar gerichte managementmaatregelen. Vraag uw klauwverzorger naar de mogelijkheden van DigiKlauw. Goed gebruik van de data in combinatie met kennis van de risicofactoren, zal op den duur de klauwgezondheid van uw veestapel duidelijk verbeteren.
2014: verbeterde versie In 2014 komt er een nieuwe, verbeterde versie van DigiKlauw beschikbaar. De klauwgezondheid kan hiermee nog eenvoudiger worden geregistreerd. Bovendien is het advies in de nieuwe versie uitgebreid met onder andere praktische tips per aandoening.
achtergrond DigiKlauw is een softwareprogramma waarmee de klauwgezondheidsgegevens die verzameld worden bij het bekappen in één systeem worden vastgelegd, bewerkt én digitaal raadpleegbaar gemaakt. Het programma is ontstaan uit een samenwerking tussen de klauwverzorgers van de Agrarische bedrijfsverzorging (AB), de Vereniging voor rundveepedicures in Nederland, de GD en CRV. De gegevens in DigiKlauw
zijn gebaseerd op diverse onderzoeken, uitgevoerd door de GD en kenniscentra in binnen- en buitenland. Alleen professionele klauwverzorgers werken met DigiKlauw. Zij kunnen zorgen voor de juiste toepassing en dataverwerking. De klauwverzorger kan tien verschillende aandoeningen per koe registreren en daarnaast nog drie andere kenmerken vastleggen. GD Herkauwer | November 2013 |
21
tEkSt: IR. ANNE-MARIE RITSKES | GD BUITENDIENST
Buitendienst ‘on
the road’ Walter Schouten Regio NoordwestNederland en polder
Samen werken aan diergezondheid. Dat is het motto van de GD. Daarom zijn de 16 buitendienstmedewerkers van de GD sinds kort rechtstreeks bereikbaar voor melkveehouders. Ze worden gebeld met allerlei vragen.
Nico Mark Jan
Nico Sabine Walter
Anton
Chantal
Anita Walter
“Een aantal maanden geleden werd ik gebeld door de heer Elsenga. Hij was net gestopt met zijn fouragehandel en was nu bezig een melkveebedrijf op te starten in Lelystad. Hij had een bedrijf met stallen overgenomen maar zonder vee. Van mij wilde de heer Elsenga graag ondersteuning bij het verkrijgen van de gewenste statussen op zijn bedrijf. Samen hebben we de juiste stappen gevolgd en het bedrijf is inmiddels begonnen met melken. Pas nog hebben we voor dit bedrijf een veterinaire eenheid gemaakt met een jongveeopfokker. Wat mij betreft een goed voorbeeld van samen werken aan diergezondheid.”
Sietske
Chris
Petra
Leonie
Heleen Sietske zantinge Regio Achterhoek
Toine Theo Hans
Theo Toine
theo Scheepens Regio Zuid Nederland “In mijn gebied in West-Brabant, Zeeland en Zuid-Holland, zitten ongeveer 2.000 melkveehouders. Ik word regelmatig gebeld met vragen over statussen, certificeringsprogramma’s en veterinaire eenheden en heb ook al veel veehouders bezocht voor een kennismaking. Dan bespreken we wat ik op het gebied van diergezondheid kan betekenen. Ik kan bijvoorbeeld voorlichting geven over de mogelijkheden die de GD biedt om Neospora en Salmonella op het bedrijf aan te pakken. Het is mooi werk en de gesprekken worden gewaardeerd. Er is ook geen enkel misverstand over wie ze bellen als er een koe ziek is. Gewoon de dierenarts. Ieder zijn vak.”
“Een veehouder vroeg mij laatst of ik tijdens een studiegroepbijeenkomst iets wilde vertellen over mineralen. Dit vind ik een van de leukste kanten van mijn werk als buitendienstmedewerker; tijdens zulke bijeenkomsten is er altijd veel interactie en worden er veel ervaringen uitgewisseld. We hebben een rondgang gemaakt over het bedrijf en besproken hoe iedereen met zijn mineralenmanagement omgaat. Er zaten in de studiegroep verschillende deelnemers aan GD Tankmelk Mineralen. De uitslagen van hun tankmelkonderzoek heb ik van tevoren geanalyseerd en tijdens de bijeenkomst hebben we deze met elkaar bediscussieerd. Een uitslag krijgt zo veel meer waarde en nut, dat is mooi om te zien.”
Ook een vraag? Kijk op www.gddeventer.com/contact voor meer informatie en voor de buitendienstmedewerkers bij u in de regio!
GD Herkauwer | November 2013 |
23
Diergezondheid volgens: Gerard Overmars “Samen met mijn vrouw en mijn zoon, die het bedrijf gaat overnemen, heb ik een melkveebedrijf in Broekland. Mijn werk is mijn passie. De kunst is om ook af en toe stil te staan en te genieten van het boerenleven. Als ik dan zo over het pas ingezaaide land kijk, dan ben ik blij om boer te zijn en trots op het bedrijf dat we samen hebben opgebouwd.”
Statussen “We hebben 80 melkkoeien en 70 stuks jongvee. De gezondheid van de veestapel is topprioriteit voor ons; we zijn altijd heel bewust bezig geweest met onze gezondheidsstatussen. We zijn gecertificeerd vrij van BVD, IBR en Leptospirose. Daarnaast hebben we paratbc status A en is het bedrijf Salmonella-onverdacht. Het geeft ons een goed gevoel en een goede diergezondheid betekent al gauw een goed dierenwelzijn.”
BVD-vrij “Het BVD-vrij-certificaat is het laatste certificaat dat we hebben gehaald. We deden mee aan GD Tankmelk BVD en toen we 2 jaar lang “tankmelk onverdacht” waren, konden we vrij eenvoudig het certificaat behalen. Niemand wil BVD op zijn bedrijf; als je het eenmaal hebt kan het grote schade aanrichten en je komt er moeilijk vanaf.”
Scherp blijven “We hebben niet de illusie dat ons nu niks meer kan gebeuren; we zijn ons bewust van de risico’s en nemen diverse maatregelen om de insleep van ziekten te voorkomen en onze statussen te behouden. Zo zijn we scherp op de hygiëne, hebben we een gesloten bedrijfsvoering en zijn we vijf jaar geleden gestopt met deelname aan de fokveedagen. Als je iets zo secuur hebt opgebouwd, doe je je best het te behouden.”
GD, Postbus 9, 7400 AA Deventer, T. 0900-1770, F. 0570-63 41 04, www.gddeventer.com, info@gddeventer.com