Varken 98 november 2021

Page 1

VOOROP IN DIERGEZONDHEID

varken November 2021 - nummer 98

PRRS TERUGDRINGEN

Alfred van Lenthe en Linda Janssen over de PRRS-aanpak

SALMONELLA

Waar in de stal zit een besmetting?

VITAMINEN

Meten is weten


heet voortaan

• Hetzelfde product • Dezelfde samenstelling • Dezelfde drievoudige bescherming • Dezelfde services

ADV-SWI-SUISE-NL-NL-024

SUISENG® is een toonaangevend vaccin voor bescherming tegen neonatale diarree en acute zeugensterfte

Ook benieuwd waarom SUISENG® van SUIISENG® Samenstelling: Elke dosis van 2 ml bevat: F4ab fimbria-adhesine van E. coli ≥65% ER60 *F4ac fimbria-adhesine van E. coli ≥78% ER70; F5 fimbria-adhesine van E. coli ≥79% ER50; F6 fimbria-adhesine van E. coli ≥80% ER25; LT Enterotoxoide van E. coli ≥55% ER70; Toxoide Clostridium perfringens, type C ≥35% ER25. Toxoide naam is Clostridium novyi ≥50% ER120 *% ERx: Percentage van geimmuniseerde konijnen met een X-serologische EIA-respons. Adjuvans: luminiumhydroxide (0,5 mg) en ginsengextract (4 mg). Indicaties: Biggen: Voor de passieve bescherming van neonatale biggen via actieve immunisatie van fokzeugen en biggen om de mortaliteit en veranderd? klinische symptomen van neonatale enterotoxicose te verminderen, zoals diarree veroorzaakt door enterotoxigene Escherichia coli, wat zich uit in F4ab (K88ab), F4ac (K88ac), F5 (K99) of F6 (987P) adhesinen. Het voortbestaan van deze antilichamen is niet vastgesteld. Voor de passieve immunisatie van neonatale biggen tegen necrotische enteritis via actieve immunisatie van fokzeugen en biggen om de seroneutraliserende antilichamen tegen het β-toxine van Clostridium perfringens type C te induceren. Het Houd de voortbestaan van deze antilichamen is niet vastgesteld. Zeugen en jonge zeugen: Voor de actieve immunisatie van fokzeugen en biggen om de seroneutraliserende antilichamen tegen α-toxine van Clostridium novyi Type B te induceren. De persistentie van deze antilichamen werd niet bepaald. Toedieningsweg: Intramusculair, in de vakmedia in de nekspieren. Varken: 2 ml/dier. Het basisschema bestaat uit twee doses: de eerste dosis ongeveer 6 weken voor het werpen en een tweede dosis ongeveer 3 weken voor het werpen. Het wordt aangeraden om de tweede dosis bij voorkeur aan de andere kant te geven. Hervaccinatie: geef bij elke volgende dracht een dosis, 3 weken voor de verwachte gaten! werpdatum. Interactie met andere medische producten: Er is geen informatie beschikbaar over de veiligheid en doeltreffendheid van dit vaccin wanneer gebruikt met een ander veterinair medisch product. Een beslissing om dit vaccin te gebruiken voor of na een ander veterinair medisch product moet voor elk geval afzonderlijk worden genomen. Gelieve de roductverpakking/informatiefolders te raadplegen voor informatie over bijwerkingen & contra-indicaties en voorzorgsmaatregelen. Contra-indicaties: geen Bijwerkingen: op injectieplaats kan een klein granuloom onstaan, kleine (<3cm) plaatselijke, voorbijgaande zwelling ontstaan (gedurende 24- 48u), kleine knobbeltjes worden waargenomen die binnen 2-3weken verdwijnen. voorbijgaande lichte verhoging van de lichaamstemperatuur (4-6u na injectie). in zeldzame gevallen kan de rectale temperatuur met meer dan 1.5°C verjogen (houdt <6u aan) Wachttijden: (orgaan)vlees en slachtafval: nul dagen. Gebruik tijdens dracht, lactatie of leg: kan worden gebruikt tijdens de dracht vanaf 6 weken voor de verwachte werpdatum Houdbaarheid: In het spierweefsel op de injectieplaats kan een klein granuloom ontstaan. De vaccinatie kan een voorbijgaande lichte verhoging van de lichaamstemperatuur veroorzaken in de periode na de vaccinatie (4-6 uur na de injectie). Houdbaarheid na het openen van de primaire verpakking: 8-10 uur. Verpakking: Flesjes van 10, 25, 50 en 125 doseringen. Bewaren en vervoeren bij 2°C – 8°C (in een koelkast).Beschermen tegen licht. Niet in de vriezer bewaren. Buiten het zicht en bereik van kinderen bewaren Vergunningshouder: LABORATORIOS HIPRA, S.A. Avda. La Selva, 135 17170- AMER (Girona) SPANJE Tel. +34 972 430660 Fax. +34 972 430661. Vergunningsnummer: REG NL 103101. BE - V347295. Op veterinair recept UDD. Gebruik geneesmiddelen op verantwoorde wijze. Meer informatie vindt u ook in de Samenvatting van de productkenmerken (SPC) en op http://www.hipra.com.

HIPRA BENELUX Nieuwewandeling 62 9000 Gent, België Tel.: +32 (0) 9 296 44 64 · benelux@hipra.com · www.hipra.com


voorwoord

SAMEN VOOR PRRS-VRIJ De tijd vliegt, ik werk alweer een half jaar bij GD. Mede door hele fijne en behulpzame collega’s weet ik inmiddels mijn weg goed te vinden. Eén van die collega’s, Tom Duinhof, nam 24 juni tijdens het PRRSsymposium afscheid van zijn werkzame leven in de wetenschap. Ruim 30 jaar aan wetenschappelijk werk, met als zwaartepunt PRRS, dat virus dat de varkenssector ook al zo’n 30 jaar bezig blijft houden. Een inspirerend voorbeeld. Inspirerend, dat is ook de doelstelling die door POV-voorzitter Linda Janssen is uitgesproken: Nederland vrij van PRRS in 2050. Ze zette hiermee een stip op de horizon om de komende jaren als varkenssector gezamenlijk naar toe te werken. Een ambitieus project waarbij we niet vaak genoeg de nadruk kunnen leggen op dat ene woord: gezamenlijk. Een begin zal worden gemaakt door het ontwikkelen van een benchmark voor PRRS in Nederland. Zodat elke varkenshouder in Nederland zijn

PRRS-status in beeld kan brengen. Een belangrijke stap, want je moet weten waar je vandaan komt om verbeteringen te kunnen meten. In deze Varken leest u meer over dit uitdagende project waar we ons als varkenssector SAMEN hard voor gaan maken. Overige artikelen Natuurlijk vindt u meer onderwerpen in deze editie. Zoals een artikel over belangrijke vitaminen. We leggen uit wat de gevolgen zijn van een teveel of een tekort aan vitaminen A, D3 en E en hoe u kunt nagaan of de varkens voldoende opnemen. Handig om bij de hand te hebben. Het is najaar en de winter staat voor de deur, we zien dan vaak een piek in de meldingen van luchtwegklachten. Daarnaast krijgen we via de Veekijker meer vragen over verhoogde uitval. In een artikel analyseren we de data uit de Online Monitor en die van onze pathologen. Kortom, een boeiende Varken om te lezen tijdens de komende wintermaanden. Karlijn Eenink, varkensdierenarts

inhoud 04 Actueel 07 Terugblik PRRS-symposium 09 Samen PRRS terugdringen: Alfred van Bereikbaarheid Royal GD is op werkdagen telefonisch bereikbaar van 07.30 tot 19.00 uur via 0900-1770.

Lenthe en Linda Janssen in gesprek

07

over de PRRS-aanpak

Tarieven Alle genoemde GD-tarieven in deze uitgave zijn exclusief btw en basiskosten.

11 Uitval zeugen door

Ophaaldienst voor sectie- en monstermateriaal

maagdarmproblemen

Aanmelden: telefonisch 0900-202 00 12 (24 uur per dag). Wij halen het materiaal dan zo spoedig mogelijk bij u op. Sectie- en monstermateriaal kunt u brengen van maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 17.00 uur.

15 Vitamine A, E en D3 uitgelegd

COLOFON

Varken is een uitgave van Royal GD Redactie Manon Houben, Theo Geudeke, Karlijn Eenink, Annemieke Medema en Eva Onis | Beeldredactie Wendy van de Streek | Eindredactie Jessica Fiks | Redactieadres GD, Marketing & Communicatie, Postbus 9, 7400 AA Deventer, T. 0900-1770, F. 0570-63 41 04, redactie@gddiergezondheid. nl, www.gddiergezondheid.nl | Productiecoördinatie Senefelder Misset Doetinchem B.V. | Basisontwerp Studio Kaap | Vormgeving Dock35 Media B.V. | Druk Senefelder Misset Doetinchem B.V. | Abonnementen Varken wordt gratis toegezonden aan relaties van GD. | Advertenties Dock35 Media, T. 0314-35 58 52 | Verschijningsfrequentie twee keer per jaar | Suggesties Als u suggesties heeft voor dit blad, dan verzoeken wij u deze door te geven aan de redactie. Overname van artikelen is uitsluitend toegestaan na toestemming van de uitgever. | Disclaimer Royal GD en de redactie zijn niet verantwoordelijk en daardoor niet aansprakelijk voor de inhoud van de geplaatste advertenties en advertorials. ISSN: 1875-2594 Wilt u dit blad niet meer ontvangen of wilt u een adreswijziging doorgeven? Dat kan via 0900-1770, vraag naar klantdatabeheer (lokaal tarief) of mail naar brbs@gddiergezondheid.nl.

18 De Slofjesmethode gebruiken om 18

salmonella te ontdekken

20 Monitoring luchtwegklachten 21 De PRRS-kaart van Nederland 22 De stand van zaken van BIGinzicht 21

24 Diergezondheid volgens Christiaan Sanderman

Varken, november 2021 - 3


Volg ons ook op Facebook … en blijf op de hoogte van nieuws en ontwikkelingen over onder andere PRRS en Afrikaanse varkenspest. Wij informeren u graag!

Nieuw: blijf alert met de PRRS-radar Hoe groot is de kans dat in uw regio de komende weken een PRRS-uitbraak plaatsvindt? Op deze vraag krijgt u eenvoudig een antwoord via de PRRS-radar, onze gratis app, die u sinds kort kunt downloaden via Google Play en de App Store. De voorspellingen die de app geeft zijn gebaseerd op verschillende factoren, zoals uitslagen van GD-laboratoriumonderzoeken, weersomstandigheden en varkensdichtheid. Het risico op een PRRS-uitbraak wordt per regio weergegeven: hoe donkerder de kleur, hoe groter de kans op een PRRS-uitbraak. De app geeft een waarschuwingsmelding (met een !) wanneer het risico op een uitbraak verhoogd is. VOLG ONS OP FACEBOOK WWW.FACEBOOK.NL/GDDEVENTER

KIJK VOOR MEER INFORMATIE OVER DE PRRS-RADAR OP WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/PRRS

Gezocht: diergezondheidsverbeteraars Blij en vereerd nam varkensdierenarts Rudolf Raymakers onlangs de Anne Veenbaas-penning in ontvangst als winnaar van 2020. De zoektocht naar nieuwe kandidaten voor de Anne Veenbaaspenning is inmiddels begonnen. Iedereen die een bijdrage levert aan het verbeteren van de diergezondheid komt in aanmerking.

4 - Varken, november 2021

Handige service voor periodiek bloedonderzoek Voor Aujeszky, klassieke varkenspest, blaasjeziekte (SVD) en salmonella bent u verplicht om periodiek onderzoek te laten uitvoeren. GD helpt u graag om tijd en geld te besparen met onze service voor de periodieke bloedonderzoeken, in combinatie met een attendering via VeeOnline. U betaalt alleen de onderzoeken die voor uw bedrijf worden uitgevoerd, in overleg met de dierenarts. Daarnaast kunt u eenvoudig onderzoeken toevoegen aan uw inschrijving. Alle uitslagen komen overzichtelijk op VeeOnline te staan. Wilt u het periodiek onderzoek laten uitvoeren of heeft u vragen? U kunt ons telefonisch bereiken via 0900 - 1770, optie 2. Onze expert op het gebied van periodiek onderzoek is varkensdierenarts Karlijn Eenink.

MEER INFORMATIE:

KIJK VOOR MEER INFORMATIE OVER VEEONLINE OP

WWW.ANNEVEENBAAS.NL

WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/VEEONLINE


actueel

Hoe werkt de PRRS sequentie-diagnostiek?

AVP al ruim een jaar in Duitsland Duitsland strijdt nu al ruim een jaar tegen Afrikaanse varkenspest (AVP). Het AVPvirus werd op 10 september 2020 voor het eerst aangetoond bij wilde zwijnen in deelstaat Brandenburg en sinds 31 oktober 2020 ook in deelstaat Saksen. Het virus is duidelijk nog niet verslagen, want het aantal besmettingen blijft oplopen. In Nederland richt het preventieteam AVP zich op alle mogelijke preventieve maatregelen om insleep van AVP in ons land te voorkomen. Op onze speciale websitepagina houden wij u op de hoogte van de laatste ontwikkelingen. Ook vindt u hier de antwoorden op veelgestelde vragen, zoals: ‘Welke vormen van laboratoriumonderzoek zijn er voor AVP?’, ‘Welke hygiëneprotocollen zijn noodzakelijk en besmettingen te voorkomen?’ en ‘Wat is het belang van sectie?’ LEES ALLE AVP-INFORMATIE OP WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/AVP

Als er problemen zijn, maar ook om de PRRS-status te monitoren, stuurt de dierenarts monsters naar ons laboratorium. In de monsters gaan we op zoek naar het virus. Als het virus aanwezig is, bekijken we met een sequentie-analyse hoe het virus eruitziet. Bovendien kunnen we, door het virus te vergelijken met de vaccinstammen, zien of het gaat om een veld- of vaccinvirus. Daarnaast kan, op basis van de sequentie van eerder gevonden PRRS-virussen op het bedrijf, bepaald worden of een virus al op het bedrijf aanwezig was, of juist nieuw geïntroduceerd is. Zo kan geadviseerd worden de bedrijfsvoering op bepaalde vlakken aan te passen, bijvoorbeeld door het aanpakken van externe biosecurity als er een nieuw virus gevonden wordt, om zo insleep te voorkomen. Ook kan het advies zijn om juist extra aandacht voor de interne biosecurity te hebben als het virus eerder al gevonden is op het bedrijf. In het laatste geval is het doel om verspreiding binnen het bedrijf te voorkomen. LEES MEER OVER PRRS-DIAGNOSTIEK OP WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/PRRS

Zo toont u schurft gemakkelijk aan Een schurftinfectie is niet altijd zichtbaar en kan maandenlang ongemerkt op uw bedrijf aanwezig zijn en zich snel uitbreiden. De schurftmijt veroorzaakt onrust en kan daarmee veel schade aanrichten, zoals slechtere resultaten, een hogere voeder-conversie en meer doodgelegen biggen. De GD-Schurftscan is een eenvoudig middel om dit te voorkomen. Bij deelname aan de SchurftScan worden drie keer per jaar zes bloedmonsters onderzocht op afweerstoffen tegen schurft. Met de uitkomsten kunt u zien of behandelen nodig is. Als behandelen nodig is, ontvangt u een behandelplan. Met de SchurftScan kunt u vervolgens het effect van de behandeling op de voet volgen. Bij een gunstige uitslag adviseren we om te stoppen met behandelen en de situatie met de SchurftScan in de gaten te houden. MEER OVER DE SCHURFTSCAN OP WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/VARKEN

Varken, november 2021 - 5


MINDER DIARREE

GEEN NAALD

MEER GROEI MINDER UITVAL

HYGIËNISCH BETER DIERENWELZIJN1,2

MENGEN MET PORCILIS PCV ID IS MOGELIJK

DOOR KLEIN INJECTIEVOLUME MINDER KANS OP BIJWERKINGEN3

www.pia-preventie.nl

1. Goller et al, ESPHM 2015 2. Scollo, et al 2020. Livestock Science 3. Temple et al. Porcine Health Management (2017) 3:9 Porcilis PCV ID, emulsie voor injectie voor varkens - Porcine circovirus type 2 ORF2 subunit antigeen: ≥ 1436 AU/dosis - indicaties Actieve immunisatie van vleesvarkens om de viremie, virusload in longen en lymfatisch weefsels, en virusuitscheiding als gevolg van PCV2 infectie te reduceren. Bovendien, om gewichtsafname en sterfte geassocieerd met PCV2-infectie te reduceren.- contra-indicaties Geen. - bijwerkingen Voorbijgaande harde en niet-pijnlijke zwelling (diameter tot 2 cm, in individuele varkens vaak tot 4 cm en met roodheid) op de injectieplaats komen zeer vaak voor. Vaak wordt een reactie gezien die een patroon in twee fasen volgt (toename en afname gevolgd door nog een toename en afname in grootte). Bij gelijktijdige toediening met Porcilis M Hyo ID Once: injectieplaatsreacties in individuele varkens kunnen toenemen tot 6 cm en vaak komt op de dag van vaccinatie een voorbijgaande toename in lichaamstemperatuur van ongeveer 0,2 °C (in individuele varkens tot 2 °C) voor. Binnen ongeveer 5 weken na vaccinatie verdwijnen alle lokale reacties volledig. - dosering en toedieningsweg Enkelvoudige dosis (0,2 ml), intradermaal, vanaf 3 weken leeftijd. - wachttijd Nul dagen. - voorzorgsmaatregelen. Raadpleeg in geval van accidentele injectie onmiddellijk een arts. Beschikbare gegevens tonen aan dat dit vaccin op dezelfde dag met Porcilis M Hyo ID ONCE gegeven kan worden, toegediend op verschillende plaatsen (bv. verschillende zijden van de nek), of op dezelfde plaats met een minimale afstand van 3 cm. - MSD Animal Health - EU/2/015/187/001-004 - UDD - REG NL 115932 - verdere informatie op aanvraag beschikbaar – 27 may 2020 Porcilis Lawsonia ID, lyofilisaat en suspendeervloeistof voor emulsie voor injectie voor varkens, - Lawsonia intracellularis stam SPAH-08 ≥ 5323 U - indicaties actieve immunisatie vanaf een leeftijd van 3 weken ter vermindering van, diarree, verlies van dagelijkse gewichtstoename, intestinale laesies, bacteriële uitscheiding en mortaliteit veroorzaakt door Lawsonia intracellularis infectie. - contra-indicaties Geen. - bijwerkingen Verhoging van de lichaamstemperatuur (gemiddeld 0,1 °C, bij individuele varkens tot 1,4 °C) die binnen 1 dag weer normaliseert en reacties op de toedieningsplaats, in de vorm van zwelling (gemiddelde diameter +/- 1 cm, individueel tot 5 cm) die binnen 4 weken verdwijnen, kunnen zeer vaak optreden. - dosering en toedieningsweg Enkelvoudige dosis (0,2 ml) gereconstitueerd vaccin, intradermaal - wachttijd Nul dagen. voorzorgsmaatregelen. Raadpleeg in geval van accidentele injectie onmiddellijk een arts. Beschikbare gegevens ten aanzien van de veiligheid en werkzaamheid, behalve voor bescherming tegen mortaliteit, tonen aan dat dit vaccin kan worden gemengd met Porcilis PCV ID en toegediend. - UDD - MSD Animal Health - REG NL 125976 - verdere informatie op aanvraag beschikbaar – 11 feb 2021

NL-IDA-210300002

Porcilis Lawsonia ID, bescherm tegen PIA met naaldloze vaccinatie


terugblik

Annemieke Medema, marktmanager en Jessica Fiks, redacteur

THEMA: 30 JAAR PRRS BESPROKEN

Het PRRS-symposium: een prachtige middag

Het verleden, heden én de toekomst van het PRRS-virus stonden centraal tijdens een symposium dat we donderdag 24 juni hielden. Thema van die middag was: ’30 jaar PRRS: de zorgen van toen en de kennis van nu’. We spraken samen over PRRS en vierden ook het werk van onze PRRS-specialist Tom Duinhof. Hij kreeg in 2020 de diagnose ALS en nam tijdens die middag afscheid van zijn werkzame leven in de wetenschap. Wat was het mooi om met vijftig mensen bij elkaar te zijn en kennis te delen. Met Tom Duinhof en zijn vrouw Joke, familieleden, collega’s, oud-collega’s en varkensdierenartsen. We hebben gelachen, een traantje gelaten en vooral genoten. Vanwege de coronamaatregelen kon maar een beperkte groep mensen fysiek aanwezig zijn, gelukkig namen ook nog eens 120 deelnemers online aan het symposium deel.

Prof. Tomasz Stadejek besprak, middels een live-verbinding vanuit Polen, verschillende typeringen en mutaties van PRRS vanuit veldvirussen, maar ook van verzwakte levende vaccins. Hij deed een oproep om sequentie-analyses te delen om zo de kennis over de verspreiding van de verschillende PRRS-stammen te vergroten. Voor de Amerikaanse varkenshouderij blijft PRRS de belangrijkste frustratiebron, zo vertelde onze derde spreker Dr. Cesar Corzo. De aanpak moet volgens hem vooral op het gebied van externe en interne biosecurity liggen, aangezien het PRRS-virus continu evolueert.

Dertig jaar PRRS in vogelvlucht Dr. Gert Wensvoort was de eerste bevlogen spreker. Op 23 januari 1991 meldde het Nederlandse tv-journaal het eerste geval van deze mysterieuze varkensziekte in Nederland. Wat daarna volgde was voor Gert en de rest van het Nederlandse veterinaire veld een grote primeur.

Varken, november 2021 - 7


Samen werken om PRRS-vrij te worden Tom Duinhof nam ons mee op reis. Een reis van 29 jaar langs PRRS en GD. Een tijdlijn om trots op te zijn. Het symposium eindigde met een mooie kijk in de toekomst: ‘The road to succes: Nederland in 2050 PRRS-vrij.’ POV-voorzitter Linda Janssen sprak de ambitie uit voor een sectorbrede aanpak. Een combinatie van bewustwording, monitoring en de daadwerkelijke individuele aanpak. Tom Duinhof sloot de middag af: “Ik heb altijd genoten om met collega’s samen te werken, zowel aan de telefoon als op bedrijven en intern bij GD. Dat deed ik altijd met plezier. Nu word ik daar op een vroegtijdig moment tussenuit getrokken, om het maar even zo te zeggen. Ik wil jullie er graag op wijzen dat onze zoon Maarten, samen met zijn studievriend Harm, een marathon gaat lopen op 7 november 2021. Hij doet dit samen met een groep ALS-runners. Het is inderdaad zo dat er op dit moment geen goede therapieën zijn, maar die kunnen nog wel komen. Als er maar onderzoek wordt gedaan. Dat hopen we hiermee te stimuleren.”

Scan de QR-cod

e en kijk het PRRS-symposiu m terug.

STEUN TOM IN DE STRIJD TEGEN ALS! Tom Duinhof: “Ik heb sinds oktober 2020 ALS en wil u vragen het onderzoek naar deze genadeloze ziekte te steunen.” Maarten: “Bij mijn vader is in 2020 de ongeneeslijke ziekte ALS geconstateerd. Ik maak daardoor van dichtbij mee wat deze verschrikkelijke ziekte doet met zowel de patiënt als zijn naaste omgeving. Het gevoel van onmacht is daarbij groot, omdat er geen geneesmiddel is en het constant aanpassen blijft aan de verslechterende omstandigheden. Mijn persoonlijke motivatie om mee te doen met de marathon van Barcelona is daarom om op deze wijze iets terug te doen voor mijn vader, die zich mentaal heel sterk houdt en positief blijft. Daarnaast wil ik op deze wijze een bijdrage leveren aan alle huidige en toekomstige ALS-patiënten door meer onderzoek mogelijk te maken, zodat deze ziekte in de toekomst wel geneesbaar wordt!” Maarten heeft inmiddels de marathon met succes afgerond, Maarten en Tom steunen kan nog steeds door te doneren via www.als.nl.

8 - Varken, november 2021


interview

Jessica Fiks, redacteur

ALFRED VAN LENTHE EN LINDA JANSSEN IN GESPREK

Waarom we samen PRRS willen terugdringen Het PRRS-virus is een belangrijke ziekteverwekker in de Nederlandse varkenshouderij en veroorzaakt vaak secundaire infecties. Door het terugdringen ervan willen we samen zorgen voor een lagere ziektedruk van andere ziektekiemen. Met de PRRS-aanpak willen we met elkaar werken aan het voorkomen van PRRS-infecties op Nederlandse bedrijven. Om deze ambitie waar te maken, is een sectorbrede aanpak nodig. Met ketenpartners, bedrijven die betrokken zijn geweest bij eerdere initiatieven (in Noord Nederland), aangevuld met allerlei expertises. Linda Janssen van Producenten Organisatie Varkenshouderij (POV) en Alfred van Lenthe van Coalitie Vitale Varkenshouderij (CoViVa) praten ons bij. Waarom is het belangrijk om juist aan PRRS iets te doen? Alfred: “PRRS veroorzaakt secundaire infecties, waar vaak weer antibiotica tegen moeten worden ingezet. Dat zorgt voor economische schade, ook op het gebied van export. Het aanpakken van PRRS heeft ook effect op andere ziektekiemen. Zo verhogen we de diergezondheidsstatus en voorkomen we ziektes bij dieren.”

Met het Programma Vitale Varkenshouderij zet de Coalitie een concrete aanpak per ambitie neer met duidelijke doelstellingen en termijnen. De PRRS-aanpak past binnen deze ambities. Kijk op www.vitalevarkenshouderij.nl voor meer informatie.

Linda: “PRRS is de grondlegger van een weerstandsprobleem bij varkens en is de basis voor ellende. PRRS aanpakken begint in de stal. We willen de kennis die we van eerdere projecten hebben opgedaan verder uitrollen. Met diverse ketenpartners, ook alle regio’s van de POV zetten zich voor dit doel in.” Er is een stip op de horizon gezet, waar gaan we met elkaar naartoe? Linda: “We werken naar PRRS-vrij in 2050, maar dat is nogal wat. Je bent van heel veel factoren afhankelijk, waaronder de aanpak van landen om ons heen. Het wordt niet simpel, maar ik geloof dat we het met elkaar kunnen.” Alfred: “We hebben op weg naar 2050 natuurlijk tussendoelen, van waaruit we bijsturen. Het klinkt ver weg, maar voor het vrij worden van een virus is het een korte tijd. In 2025 willen we dat de helft van de biggen die van bedrijven vertrekken richting bijvoorbeeld vermeerderaars, PRRS virus-negatief zijn. De komende jaren werken we aan het opdoen van kennis en bekijken we hoe we dit ambitieuze plan verder uitrollen.” Wat levert het de individuele veehouder op? Linda: “PRRS-schade kost de Nederlandse varkenshouderij tientallen miljoenen euro’s per jaar. Het virus komt op vrijwel alle bedrijven voor, muteert en recombineert makkelijk, ook met vaccinstammen. Zieke dieren wil je niet, het is economisch gezien niet goed en ook niet voor je werkplezier. Gezonde dieren, daar doen we het voor.”

Varken, november 2021 - 9


PRRS PRRS PRRS


Theo Geudeke, varkensdierenarts

achtergrond

Uitval zeugen door maagdarmproblemen

We ontvangen de laatste tijd aan de Veekijkertelefoon wat meer vragen dan in voorgaande periodes over verhoogde uitval bij zeugen. Deze vragen komen van dierenartsen, veehouders en (voer)voorlichters. Dat wil nog niet zeggen dat ‘verhoogde uitval’ ook een groot gezondheidsprobleem is, maar het vraagt wel om nadere analyse. We kijken daarvoor naar data uit de Online Monitor en naar informatie van onze afdeling pathologie. Wat valt op en wat kunnen we leren van de data?

Varken, november 2021 - 11


Het aantal meldingen in de Online Monitor van verhoogde uitval als gezondheidsklacht bij zeugen vertoont een stijgende trend sinds begin 2019. Het loopt geleidelijk op van 2 naar rond de 8 procent van alle gemelde gezondheidsklachten bij zeugen. Dat lijkt een forse stijging, maar bij zeugen worden relatief weinig gezondheidsklachten gemeld. Analyse van de diagnoses van ingezonden gestorven zeugen voor sectie-onderzoek leert dat een derde van de oorzaken van uitval gerelateerd is aan nietinfectieuze problemen van het maagdarmkanaal (zie tabel). Dat zijn vaak draaiingen van maag, darm, lever of milt of de gevolgen van maagzweren. Wederom geen grote aantallen, maar wel een langzaam stijgende lijn.

12 - Varken, november 2021

Andere bekende oorzaken van zeugenuitval zijn ernstige beenwerkproblemen, acute sterfte door een hartstilstand en bloedvergiftiging. Infectieziekten spelen bij zeugen geen grote rol als oorzaak van uitval. Maagdraaiing De ophanging van de maag in de buikholte is bij het varken niet bijzonder stabiel. Het draaien van de maag treedt daardoor relatief makkelijk op, enigszins vergelijkbaar met de situatie bij bepaalde grote hondenrassen. Als de maag erg beweeglijk is of snel wordt gevuld, doordat de zeugen schrokkerig eten, is de kans op een maagdraaiing verhoogd. Als de maag is gedraaid, is


achtergrond

Theo Geudeke, varkensdierenarts

Tabel: Diagnoses gesteld bij sectie-onderzoek van gestorven zeugen (2021) Diagnose pathologie

het lastig om gevormde gassen uit de maag af te voeren. Gassen hopen zich op in de maag en de maag zet sterk uit waardoor cruciale bloedvaten kunnen worden dichtgedrukt en de toestand snel levensbedreigend wordt. Gelukkig kan de maag ook vaak weer terugdraaien. Een bekend klassiek voorbeeld van verhoogde uitval door maagdraaiingen is het geval waarbij zeugen op zondag op een later tijdstip en in een andere volgorde werden gevoerd dan op weekdagen. In de groep die gewend was om als eerste te worden gevoerd, kwamen veel maagdraaiingen voor. Dat zou kunnen komen door stress, verhoogde beweeglijkheid van de lege maag of door het extra gulzig opnemen van het voer. Daardoor was bij het bedrijf de uitval vooral op zondag verhoogd. Miltdraaiing en miltatrofie De milt ligt strak tegen de maag aan. Als de maag draait, draait de milt doorgaans mee. De bloedvaten van en naar de milt kunnen daardoor worden afgeklemd. Als bloed de milt alleen nog instroomt en niet meer naar buiten stroomt, kan de milt sterk opzwellen en uiteindelijk scheuren. Daardoor kan een zeug inwendig verbloeden. Als er alleen nog bloed de milt uit kan en niet erin, dan kan de milt na enige tijd verschrompelen (‘miltatrofie’) en zijn functie verliezen. Volwassen dieren kunnen zonder milt overleven. Omdat dit orgaan onder andere belangrijk is voor de afweer tegen bacteriële infecties, kan de zeug daarvoor gevoeliger worden. Dergelijke infecties kunnen in sommige gevallen noodlottige gevolgen hebben, bijvoorbeeld als het uitdraait op een bloedvergiftiging. Uit een recente pilotstudie van GD is gebleken dat miltatrofie voorkomt bij 8,4 procent van de gestorven zeugen die voor sectie-onderzoek naar ons worden gestuurd. Dat is significant meer dan bij zeugen aan de slachtlijn (3,6 procent). Leverlobdraaiing De laatste jaren komt een draaiing van de lever steeds vaker voor bij zeugen, niet alleen in Nederland maar ook in Vlaanderen. De lever is opgebouwd uit een aantal lobben en het is steevast de linker leverlob die gaat draaien. Dit probleem ontstaat naar alle waarschijnlijkheid als volgt: als de maag vaak verwijdt en weer verkleint, verslapt op den duur de ophangband van het linkerdeel van de lever. Deze ophangband ligt vlakbij de maag. Daardoor blijft de linker leverlob minder goed op zijn plek zitten en ontstaat de kans op een draaiing. Als gevolg van deze draaiing wordt vaak de afvoerende leverader afgeklemd, en dan zwelt dit deel van de lever sterk op en kan scheuren.

Percentage

Maagdraaiing

5%

Miltdraaiing/ruptuur

9%

Draaiing leverkwab/ruptuur

5%

Darmdraaiing

2%

Darmperforatie/invaginatie

5%

Maagzweer/maagperforatie/vernauwing maagingang/verbloeding door maagzweer

7%

Totaal NIET-INFECTIEUZE maagdarmklachten in samenhang met uitval

33%

Uitval door beenwerkproblemen (osteochondrose, gewrichtsontstekingen)

22%

Hartproblemen, shock, stress

16%

Algemene infectieziekten, bijvoorbeeld bloedvergiftiging

8%

Longontsteking

8%

Baarmoederontsteking, prolapsen

4%

Maagdarminfectie (PIA)

2%

Overige oorzaken van zeugenuitval Geen diagnose

60% 7%

Door de inwendige bloeding die ontstaat, ziet men bij sectie een grote hoeveelheid bloederig vocht in de buikholte. Dit probleem is gekoppeld aan het regelmatig sterk verwijden van de maag. Dat komt vooral voor bij zeugen die erg snel eten en bij het verstrekken van grote hoeveelheden (brij)voer in één voerbeurt. Als het brijvoer bovendien de belangrijkste vochtvoorziening is van de zeugen neemt het risico toe in warme perioden, als de zeugen meer dorst hebben. Het eenmaal daags voeren van (brij)voer vergroot sterk de kans op maagverwijding en uiteindelijk op leverlobdraaiingen. Darmdraaiing Draaiingen van het darmkanaal zijn vooral gerelateerd aan gasvorming. Door gas in het darmkanaal, kunnen darmdelen zich verplaatsen in de buikholte. Als het daarbij tot een draaiing komt, kunnen darmdelen afgekneld raken waardoor het gas niet meer weg kan en het probleem snel escaleert. Gasvorming in de darm kan het gevolg zijn van bepaalde voersamenstellingen. Hierbij valt te denken aan makkelijk verteerbare koolhydraten

Varken, november 2021 - 13


achtergrond

waardoor de darmflora verstoord raakt, of het aanbieden van veel onverteerbaar eiwit. Ook bedorven of verontreinigd voer (schimmels en gisten) kan zorgen voor te veel gasvorming. Darminvaginatie (-perforatie) Als gevolg van darmdraaiingen of van verhoogde beweeglijkheid van het darmkanaal, kunnen invaginaties ontstaan. Daarbij schuift een deel van de darm als het ware in zichzelf. Vervolgens kan een zeer ernstige verstopping ontstaan, maar kan ook darmweefsel afsterven. Als dat gebeurt, kan darminhoud gaan lekken naar de buikholte (‘perforatie’) met een ernstige acute buikvliesontsteking tot gevolg. Maagzweer De maagwand van zeugen is lang niet altijd een perfect glad slijmvlies. Anderzijds komen echte ernstige maagzweren weinig voor. Maagwandbeschadigingen en maagzweren zijn het gevolg van de overmatige inwerking van maagzuur op het maagslijmvlies, vooral bij de ingang van de maag. Dat treedt vooral op bij een lege maag dus als het voer snel de maag passeert (zoals bij hoge maalfijnheid), bij zieke dieren en bij een slechte eetlust. Bij wilde zwijnen komen maagwandbeschadigingen en maagzweren nauwelijks voor, omdat die vrijwel de hele dag scharrelen en zelden een lege maag hebben.

14 - Varken, november 2021

Theo Geudeke, varkensdierenarts

Als door een ernstige maagzweer lekkage van de zure maaginhoud naar de buikholte ontstaat, kan een buikvliesontsteking het gevolg zijn. Bij een bloedende maagzweer kan een dier inwendig verbloeden. Bij een maagbloeding valt op dat de mest vaak zwart kleurt door de aanwezigheid van bloedkleurstof. Dit beeld kan sterk lijken op acute PIA (Lawsonia-infectie). Het is belangrijk om dat onderscheid te maken, want de aanpak van bloedende maagzweren is uiteraard anders dan van PIA. Maagzweren kunnen herstellen. Maar daarbij ontstaat soms een vernauwing (strictuur) van de maagingang. Die kan zo ernstig zijn dat er nauwelijks voer kan passeren. Dergelijke varkens zullen wegkwijnen en soms ziet men zelfs braken, wat bij varkens een zeldzaam verschijnsel is. Bij sectie-onderzoek ziet men dan vaak een ernstig verwijde slokdarm. Bedrijfsprobleem Vaak beschouwt men in de praktijk verhoogde uitval door nietinfectieuze maagdarmproblemen als een incidentele kwestie of een toevallige bevinding. Er kan echter wel degelijk sprake zijn van een bedrijfsprobleem. Uit het bovenstaande is af te leiden dat uiteenlopende aspecten van de voeding en voerstrategie hieraan ten grondslag kunnen liggen. Goed om eens onder de loep te nemen, mocht u problemen ervaren.


Theo Geudeke, varkensdierenarts

diergezondheid

Vitamine A, E en D3: belangrijk bij afweer tegen ziekte Vitaminen zijn essentiële voedingsstoffen die het lichaam in kleine hoeveelheden nodig heeft. Meestal zijn het structuren die het lichaam zelf niet of moeilijk kan aanmaken. Het is dan cruciaal dat ze via de voeding worden opgenomen. Welke vitaminen zijn belangrijk, waarom en hoe weet je of de varkens genoeg opnemen? Vitaminen spelen een rol bij allerlei stofwisselingsprocessen en in een aantal gevallen ook bij de afweer tegen ziekten. In dat kader richten we ons hier op de vitaminen A, D3 en E. Weliswaar spelen ook de vitaminen K, B6, B12, C en foliumzuur een rol bij de afweer tegen ziekten, maar die laten we in dit artikel buiten beschouwing. Onder de loep: vitamine A Vitamine A (retinol) kennen we vooral van het effect op het gezichtsvermogen. Het bekendste effect van een tekort is nachtblindheid. De meeste dieren maken retinol aan uit caroteen, de oranje kleurstof in bijvoorbeeld worteltjes. Dit is de basis van de klassieke grap: ‘waarom zie je nooit konijnen met een bril? Omdat ze veel worteltjes eten.’ De opname van te veel retinol verhoogt de kans op leveraandoeningen, botproblemen en kan ongunstig zijn voor ongeboren vruchten. In varkensvoer in Nederland zit tussen de 6.500 en 16.000 IE per kilogram afhankelijk van de leeftijdscategorie. In zeugenvoer zit gemiddeld 12.000 IE. Het verstrekken van een hoge dosis, door bijvoorbeeld een extra vitaminemix te geven, is voor retinol waarschijnlijk overbodig of zelfs nadelig. Door bloedonderzoek (niet bij GD) is na te gaan of de retinolvoorziening in orde is. Hoe het zit met vitamine D Vitamine D3 (cholecalciferol) heeft een belangrijke functie in de calciumstofwisseling en dus bij de botvorming, maar ook

rond het werpen. Cholecalciferol wordt in het lichaam eerst omgezet in calcidiol en dan in calcitriol. Die laatste is de actieve, werkzame vorm van vitamine D3. Bij een tekort kunnen bij jonge dieren ontwikkelingsproblemen ontstaan in de botvorming en het kan bij oudere dieren zorgen voor poreuze en breekbare botten. Als er te veel vitamine D3 wordt opgenomen, kan dit resulteren in te veel calciumopname, waarna het calcium kan neerslaan in diverse organen met orgaanbeschadigingen als gevolg. Vanwege dat risico is de hoeveelheid toegestaan vitamine D3 in varkensvoer in de EU wettelijk op maximaal 2.000 IE per kilogram voer bepaald. Voerleveranciers houden die maximale hoeveelheid ook vrijwel altijd aan. Omdat snelgroeiende varkens en hoogproductieve zeugen in de praktijk soms toch niet genoeg aan deze maximale hoeveelheid lijken te hebben, wordt tegenwoordig vaak calcidiol (HyD®) in plaats van cholecalciferol aan het voer toegevoegd. Dat scheelt een omzetting in het lichaam en heeft waarschijnlijk een gunstig effect op de gezondheid en op de botstofwisseling. Vitamine D3 is door GD in de vorm van calcidiol te meten in het bloed. Bij een bloedwaarde lager dan 50 nmol per liter is de kans op gezondheidsklachten (kreupelheid, infectieziekten) verhoogd. Bij een concentratie van 50 tot 75 nmol per liter zijn op termijn nadelige effecten mogelijk, vooral bij jonge dieren. Bij een bloedconcentratie hoger dan 250 nmol per liter is er kans op vergiftiging. Dat laatste kan optreden bij het toedienen van te veel supplementen of door het eten van bepaalde planten (nachtschade-achtige planten). Dieren die buiten lopen maken, onder invloed van UV-licht, zelf vitamine D3 aan in de huid. De eigen productie van vitamine D3 leidt nooit tot te hoge bloedwaarden.

Varken, november 2021 - 15


Verzeker jezelf van optimale bio security in jouw bedrijf Dé ultieme tools voor dieptereiniging, desinfectie, onderhoud en veiligheid

LEARN MORE

Meer weten? Ga naar www.intracare.nl

2021_intra_hygiene_pigs_190x126_adv_nl_01_d01.indd 1

15-04-2021 10:55

Houd uw stal 6 tot 8 graden koeler met ons ventilatie- en vernevelingssysteem

Voorkom hittestress bij uw vee


Theo Geudeke, varkensdierenarts

Last but not least: vitamine E Vitamine E (tocoferol) functioneert vooral als een antioxidant en beschermt het lichaam tegen bijvoorbeeld ‘vrije radicalen’. Het is belangrijk voor de stabiliteit van celmembranen en heeft zo een cruciale rol bij de afweer tegen ziekteverwekkers. Een tekort verhoogt de ziektegevoeligheid en kan resulteren in spierdegeneratie of levernecrose. Te veel tocoferol is niet snel een probleem. In varkensvoer zit doorgaans rond de 100 mg per kilogram (ppm). In zeugenvoer varieert het gehalte in de praktijk van 50 tot 250 mg per kilogram. De gewenste hoeveelheid is mede afhankelijk van de voersamenstelling. Als daarin relatief veel onverzadigde vetzuren zitten, is meer antioxidans gewenst om deze gevoelige vetzuren te beschermen tegen oxidatie. Om de tocoferolvoorziening te onderzoeken, is bloedonderzoek mogelijk. Bij zeugen is de bloedconcentratie tussen de 4 en 13 μmol per liter en volgens onderzoekers is het minimaal gewenste niveau bij gespeende biggen 7 tot 9 μmol per liter. Dit zijn eigenlijk nog altijd vrij lage waarden aangezien men bij mensen als norm hanteert 10 tot 45 μmol per liter. Het is dan ook waarschijnlijk veiliger om naar een minimumconcentratie van 10 μmol per liter te streven.

diergezondheid

Conclusie De vitaminen A, D3 en E (retinol, cholecalciferol, tocoferol) hebben diverse belangrijke functies in het lichaam en zijn belangrijk voor een goede afweer tegen ziekten. In de praktijk bestaan er geregeld twijfels over de voorziening van cholecalciferol en tocoferol bij varkens. Om daarover duidelijkheid te krijgen is bloedonderzoek mogelijk. In overleg met uw dierenarts kunt u bloedmonsters insturen. Tekorten zijn via het voer aan te vullen. Het zo nu en dan toedienen van een ‘vitaminestoot’ is minder gunstig. Weliswaar worden deze drie vitaminen in het lichaam opgeslagen in onder andere vetweefsel, maar hoge doses kunnen ook negatieve effecten hebben op de gezondheid. Multivitaminepreparaten bevatten ook vaak wateroplosbare vitaminen (B, C). Daarbij heeft het toedienen van een vitaminestoot geen toegevoegde waarde omdat een overschot van deze vitaminen niet in het lichaam wordt opgeslagen, maar afgevoerd via de urine. Door te meten en zo dus te weten hoe het met de vitaminevoorziening is gesteld, kunnen vitaminen gericht worden ingezet in de voervoorziening.

Varken, november 2021 - 17


WETEN WAAR SALMONELLA ZICH BEVINDT

De meerwaarde van de Slofjesmethode Besmetting met salmonella komt op vrijwel elk varkensbedrijf voor en hoewel het bij varkens vaak zonder ziekteverschijnselen verloopt, is het belangrijk om te bestrijden. Salmonella is een zoönose en moet vanuit het oogpunt van de volksgezondheid worden aangepakt. Daarnaast streeft de varkenssector naar gezonde dieren en daar past een salmonellabesmetting niet bij. Hoe krijgt en houdt u salmonella onder de duim? Varkens die met de salmonellabacterie zijn besmet, dragen die bij zich in hun darmen. Besmetting met salmonella treedt op door contact met salmonella-besmette dieren of materialen, met name mest. Besmette mest kan worden verspreid via diercontact, door de verplaatsing van mest (bijvoorbeeld via wagens) of door vliegen, vogels of bezoekers op het bedrijf. Om salmonella effectief aan te kunnen pakken, is het belangrijk te weten waar de besmetting plaatsvindt of zich bevindt. Regelmatig mestmonsters laten onderzoeken op de aanwezigheid van salmonellabacteriën geeft handvatten om inzicht te krijgen. Slofjesmethode GD heeft enkele jaren geleden de slofjesmethode geïntroduceerd, om op een juiste wijze de mestmonsters te kunnen verzamelen en laten onderzoeken. De slofjesmethode maakt inzichtelijk waar in het bedrijf de salmonellabesmetting zit. Door met slofjes monsters te nemen op verschillende plekken en bij verschillende leeftijdsgroepen, kunt u bepalen op welk moment de varkens besmet raken en welke leeftijdsgroepen salmonella uitscheiden.

18 - Varken, november 2021


salmonella

Jessica Fiks, redacteur

2

3

1 Handen wassen

7

Aseptisch of steriel monstermateriaal

Monsterverpakking merken

6

4

5 Lopen met de overschoentjes

8

De witte overschoentjes in de stal verpakken

Eerst blauwe en dan witte overschoentjes aantrekken

9

Handen desinfecteren of handschoenen uittrekken

In het kort komt de slofjesmethode erop neer dat u hygiënisch werkt en met speciale slofjes door de verschillende afdelingen loopt om mest te verzamelen. Besmette varkens scheiden niet dagelijks salmonella uit en doordat u door de hele afdeling loopt, is de pakkans groter. Voordat u het eerste hok betreedt, trekt u de blauwe plastic slofjes over uw laarzen, om te voorkomen dat eventuele mest onder uw laarzen in het monster terechtkomt. Daarna trekt u de witte stoffen slofjes over de plastic slofjes en loopt door de afdeling om mest te verzamelen. Het is belangrijk om kruisbesmetting te voorkomen en hygiënisch te werken. Uiteindelijk trekt u de slofjes weer uit en stuurt ze naar ons op. Zie de afbeelding voor het stappenplan. Aangekomen in ons lab De monsters worden in ons laboratorium bacteriologisch onderzocht. We gebruiken aparte ruimten voor de verschillende stappen van het onderzoek en binnen het laboratorium wordt een belangrijk deel van de werkwijze bepaald door het voorkomen van kruisbesmetting. Uiteraard worden alle materialen individueel gemerkt en wordt voor elk monster apart steriel materiaal gebruikt. Om hygiënisch werken in het laboratorium te controleren worden twee controlemonsters meegenomen. De positieve controle bestaat uit een aparte salmonellastam die opvalt als deze in

Handen desinfecteren of handschoenen aantrekken

10

Schone laarzen of overlaarzen over de drempel aantrekken

11

Voor de volgende stal opnieuw beginnen bij stap 4

Als alle stallen gedaan zijn: monsters samen verpakken, inzendformulier toevoegen en insturen

andere monsters terechtkomt. De negatieve controle is een blanco monster, als daar salmonella in groeit is er duidelijk sprake van kruisbesmetting. Het invoeren van de uiteindelijke uitslag wordt ook nog eens gecontroleerd om invoerfouten te voorkomen. De uitslag en aanpak U ontvangt de uitslag en kunt daarmee de besmettingsbron achterhalen: bij welke diergroep en op welke plekken zit de bacterie? Deze informatie kunt u samen met uw dierenarts gebruiken om een risicoanalyse en preventieplan te maken. Salmonellabestrijding vraagt namelijk een bedrijfsspecifieke aanpak, omdat de dynamiek van de salmonellabacterie op elk varkensbedrijf anders is. De bestrijding ervan is een kwestie van de lange adem. Is eenmaal de goede aanpak gevonden? Dan zorgt dit vaak voor een algehele verlaging van de ziektedruk op een bedrijf, omdat de bestrijding ook vaak goed werkt tegen andere ziekteverwekkers, vooral veroorzakers van aandoeningen zoals PIA, dysenterie en coli-diarree. Een win-winsituatie dus! MEER HIEROVER WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/AANPAKSALMONELLA

Varken, november 2021 - 19


DE VIER BELANGRIJKSTE ZIEKTEVERWEKKERS

Monitoring luchtwegklachten In de Online Monitor schrijven dierenartsen ongeveer een derde van de gezondheidsklachten bij varkens toe aan luchtwegproblemen. De meest genoemde oorzaken zijn infecties met Actinobacillus pleuropneumoniae (App), Influenza (griep), Mycoplasma hyopneumoniae (Mhyo) en PRRS. Tezamen goed voor de helft van alle luchtwegklachten. Door de jaren heen is een zeer duidelijk seizoenspatroon te zien. Dat komt vooral door de seizoensfluctuatie in griep en App met duidelijke pieken in de winterperiode.

Mhyo 11% PRRS 19%

Mhyo 15% App 42%

Griep 29%

App 57%

Griep 8%

Online monitor

Seizoenspatroon herkenbaar Eén op de zes varkens die naar ons wordt gestuurd voor sectieonderzoek, heeft een luchtwegaandoening. De ziekteverwekkers App, influenza, Mhyo en PRRS-virus zijn daarbij goed voor in totaal ruim 10 procent van alle gezondheidsklachten. Ook hierin is een seizoenspatroon te ontwaren, net als bij data uit de Online Monitor.

PRRS 19%

Sectie-onderzoek GD

Figuur 2. Verdeling van diagnoses van luchtweginfecties door dierenartsen (Online Monitor) en pathologen (sectieonderzoek)

In figuur 2 is te zien dat de dierenartsen relatief vaak griep als oorzaak van luchtwegklachten aanwijzen vergeleken met onze pathologen. Dat is deels te verklaren doordat het griepvirus maar korte tijd in een geïnfecteerd dier aantoonbaar is.

35,0%

% PRRS % M. hyopneumoniae

30,0%

% influenza % App

25,0% 20,0% 15,0% 10,0% 5,0% 0,0%

J F M A M J J A S O N D J F M A M J J A S O N D J F M A M J J A S O N D J F M A M J J A S O N D J F M A M J J A S O N D J F M A M J

2016

2017

2018

2019

2020

2021

Figuur 1. Percentage meldingen van gezondheidsklachten door App, Influenza, Mhyo en PRRS (Online Monitor, periode 2016 – 2021)

20 - Varken, november 2021


Theo Geudeke, varkensdierenarts

monitoring

Risico op PRRS in november 2021 Heel laag Laag Gemiddeld Hoog Heel hoog

De aanpak van PRRS Hoe klein of groot is de kans op PRRS in uw regio? Hoe herkent u PRRS? En welke preventieve maatregelen kunt u nemen? Ga nu aan de slag met de aanpak van PRRS!

De vier veroorzakers van luchtwegklachten komen in Nederland op heel veel bedrijven voor, misschien wel op bijna allemaal. Toch zijn er grote verschillen tussen bedrijven in de mate waarin zij daadwerkelijk voor problemen zorgen. Dat komt deels doordat er varianten van de ziekteverwekker bestaan die meer of minder ernstige verschijnselen geven, zoals bij App. Anderzijds is het door die varianten soms lastig om effectieve vaccins te maken tegen de ziekteverwekker, zoals bij influenza en PRRS.

Biosecurity De belangrijkste maatregel om luchtwegproblemen te voorkomen of te beperken is uiteraard door te zorgen voor een goed stalklimaat (temperatuur, tocht, stof, ammoniak). Om de infectiedruk te verminderen is een goede biosecurity noodzakelijk (hygiëne, hokbezetting, contactstructuur, looplijnen, geen stress) en om de algemene afweer tegen infecties te verbeteren, zijn goed voer en drinkwater cruciaal (vitaminen, mineralen).

Varken, november 2021 - 21


Advertentie

Ioniserende lampen: minder uitval dankzij beter stalklimaat De Werdt bouwde vijf jaar geleden een nieuwe stal voor zijn 3500 vleesvarkens. De biggen koopt hij aan. De gezondheid liep niet als gepland. De biggen hadden longproblemen en liepen een groeiachterstand op. “Het klimaat in het hok was voor mij de voornaamste reden om contact op te nemen met Freshlight. Ik had van de ioniserende lampen gehoord en wilde kijken in hoeverre we daadwerkelijk fijnstof en ammoniak konden reduceren.”

Ioniserende lampen De beloftes werden volgens De Werdt ingewilligd. Het klimaat in de afdeling met de ioniserende lampen verbeterde zienderogen. “Voorheen was het geregeld dompig in de afdeling. Vooral bij sterk wisselend weer was het moeilijk met het klimaat in de stal. Nu is het klimaat droog en fris. Een sterke verbetering voor mens en dier.” De bestaande verlichting had De Werdt aanvankelijk puur voor de ionisatie vervangen in de hoop op een beter klimaat. “Hierdoor veranderde ook de verlichting zelf. We kregen er een mooi helder licht voor in de plaats. Een slecht klimaat in de stal zorgt op zichzelf al voor problemen, zoals een verminderde activiteit en longproblemen. Alles hangt aan elkaar. Onder goede omstandigheden zijn de varkens vitaler en gezonder waardoor ze ook efficiënter voer opnemen en dus beter groeien.” Positieve resultaten

Over het boekjaar constateert de Brabantse varkenshouder dat de resultaten een stuk verbeterd zijn, Ioniserende lampen: sinds de nieuwe lampen er zijn gekomen. Het uitvalspercentage daalde met meer dan een procent, van drie naar onder de twee. “Dat is enorm positief. Dat terwijl we verder niets hebben veranderd. Het zijn dezelfde biggen, hetzelfde voer, alleen hangen er andere lampen. Dat dit zoveel effect zou hebben, had ik van te voren niet bedacht. Het is een forse investering, maar die komt in een heel ander perspectief als je bedenkt wat het ons allemaal oplevert.” Positieve resultaten

De lampen van Freshlight hangen in één stal. Ondertussen denkt De Werdt wel na om uit te breiden. “Door de nieuwe stikstofeisen zullen de andere stallen op termijn aangepast moeten worden. Dan komen de ioniserende lampen er ook zeker te hangen. Daar hoef ik niet lang over na te denken, dat durf ik wel aan.”

Wil u meer weten? Neem gerust contact met ons op!

www.freshlight.eu | info@freshlightgroup.com | +31(0)55 - 302 00 21


de boer op

1151 BIGGEN ZIJN AL VIA BIGINZICHT BEOORDEELD

STAPPEN ZETTEN IN VERMINDEREN AANTAL DOODGEBOREN BIGGEN Bigoverleving blijft een belangrijk aandachtspunt in de varkens­ houderij. Wij hebben afgelopen voorjaar twee nieuwe producten gelanceerd om bigvitaliteit meetbaar te maken, de QuickScan Biestmanagement en BIGinzicht. BIGinzicht brengt op basis van ingestuurde doodgeboren biggen en mummies in kaart wanneer de biggen zijn gestorven en of de biggen voldoende ontwikkeld waren. De resultaten worden in de vorm van een dashboard aan u en uw dierenarts gecommuniceerd.

MEER HIEROVER

Sinds de introductie van BIGinzicht afgelopen voorjaar zijn al 1151 biggen van meer dan twintig verschillende UBN’s beoordeeld. Tijd voor een update van de belangrijkste resultaten dus. Het overgrote deel, ongeveer 86 procent van de ingestuurde biggen en mummies, zijn doodgeboren biggen, zo’n 14 procent zijn mummies. Toch kan het aantal mummies per inzending duidelijk groter zijn, tot wel 51 procent van de ingestuurde dieren. Een duidelijk voorbeeld van: ’elk bedrijf en elk probleem is anders en vraagt om een bedrijfsspecifieke aanpak.’

Alle ingestuurde doodgeboren biggen worden gewogen in de sectiezaal, waarbij de gehanteerde grenswaarde voor “te lichte biggen” bij 800 gram ligt. Het gemiddelde gewicht van alle biggen in de dataset is 1061 gram, zo’n 20 procent van de doodgeboren biggen is echter lichter is dan 800 gram. Het geboortegewicht is dus regelmatig een belangrijk aandachtspunt op het bedrijf. Naast het wegen van de biggen wordt ook bepaald op welk moment de biggen zijn uitgevallen; meerdere dagen voor, vlak voor, tijdens of na de geboorte. Over het algemeen valt het grootste gedeelte van de biggen uit tijdens het geboorteproces, maar ook hier is duidelijk te zien dat het per bedrijf anders kan zijn. Zo zijn er ook inzendingen waarvan zo’n 30 procent van de ingestuurde biggen meerdere dagen voor de geboorte gestorven is. Voor een dergelijk bedrijf ligt het zwaartepunt van de maatregelen dan uiteraard niet bij het geboorteproces, maar in de overgang van de zeugen van de dracht- naar de kraamstal.

WWW.GDDIERGEZONDHEID.NL/BIGINZICHT

vraag & antwoord

KAN BIESTMANAGEMENT ALTIJD BETER?

Vaak wel. Het is belangrijk dat alle biggen in een toom voldoende biest opnemen. Als vuistregel houden we aan dat ze de eerste dag tenminste 250 – 300 ml (gram) biest zouden moeten opnemen. Bij twijfel is een eerste indruk te krijgen door biggen kort na geboorte te wegen en opnieuw een dag later. De QuickScan Biestmanagement kan meer gedetailleerde informatie opleveren over

biestopname en biestkwaliteit. Bij zeer grote tomen kan het helpen om tijdelijk een deel van de biggen bij de zeug weg te houden, zodat iedereen een kans krijgt om te drinken, maar niet te veel biggen (altijd twaalf tot veertien bij de zeug laten) en niet te lang (maximaal een uur). Zwakke biggen hebben snel energie nodig en dat halen ze uit biest. Dergelijke biggen aanleggen aan de uier is dus effectiever dan onder de lamp leggen.

Varken, november 2021 - 23


diergezondheid volgens Christiaan Sanderman Christiaan Sanderman wist al vroeg dat hij iets wilde betekenen voor de diergezondheid in Nederland. Zijn studie biologie heeft hij afgerond en na een succesvolle stage bij GD, versterkt hij daar nu de sector Varken, waar hij zich onder meer bezighoudt met de Online Monitor. “Samen kun je het verschil maken. De kwaliteit van de monitoring hoog en relevant houden, want data heb je nodig om te kunnen sturen.” Christiaan woont in Rijssen, houdt van kickboksen en gaat binnenkort samenwonen. Hij heeft altijd al affiniteit gehad met de veehouderij en werkte op een melkveebedrijf. Hij heeft door zijn studie een achtergrond in celbiologie en dierziektes. Voor zijn afsluitende stage en masterthesis wilde hij zich inzetten voor de diergezondheid en kwam zo bij GD terecht. Hij onderzocht of en hoe je cameratoezicht kunt inzetten om de diergezondheid van varkens in de gaten te houden en te verbeteren. Christiaan: “Kun je op de beelden bepaald gedrag herkennen en zo vroegtijdig iets signaleren? Dat onderzoek ging goed en ik heb een eerste visie gemaakt. Nu bekijken we of het onderzoek door kan gaan. Ik vind het leuk om binnen GD met innovatieve projecten bezig te zijn. Zodat we meerwaarde leveren voor de varkenshouder en deze zijn werk goed kan doen.” Online Monitor sterk houden Naast innovatie, houdt Christiaan zich vooral bezig met de Online Monitor. Hij analyseert de data die binnenkomen, om te zorgen dat de kwaliteit op een hoog niveau blijft. “De meldingen die bij de Veekijker binnenkomen zijn heel belangrijk, vooral om het grote plaatje in beeld te hebben. Door het goed gebruiken van de data die via de Online Monitor en Veekijker binnenkomen, kunnen vraagstukken of ziekteverschijnselen naar boven komen die anders onopgemerkt zouden blijven. Zijn er seizoensgebonden ziekten, waardoor je als varkenshouder bepaalde handelingen dan beter niet kunt doen? En misschien heb jij geen problemen op je bedrijf, maar zijn er wel opkomende trends richting jouw bedrijf. Als je dat weet, kun je daarop anticiperen. Doordat je kennis hebt en weet dat er vorig jaar rond diezelfde tijd in het jaar iets was. Je ziet symptomen, legt verbanden, kunt bijsturen en het bedrijfsmanagement aanpassen.” Positieve invloed diergezondheid Christiaan: “Dataverzamelingen en analyses kunnen varkenshouders helpen bij het maken van keuzes in hun bedrijfsvoering. Om op die manier een steentje bij te kunnen dragen aan de diergezondheid, dat vind ik belangrijk. Dat het goed gaat met het dierenwelzijn en de varkenshouder, daar zet ik mij graag voor in, samen met de dierenartsen en varkenshouders. We zitten al op een hoog niveau, maar er is altijd ruimte voor verbetering.”

Postbus 9, 7400 AA Deventer, T. 0900-1770, www.gddiergezondheid.nl, info@gddiergezondheid.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.