Veekijkernieuws varken-oktober 2024

Page 1


Algemene infectieziekten;

Streptococcus suis

Streptokokken, en in het speciaal Streptococcus suis, zijn bekende ziekteverwekkers in de varkenssector. Het is de meeste gemelde waarschijnlijkheidsdiagnose in de Online Monitor, vaak onderwerp van gesprek aan de Veekijkertelefoon en ook in secties vaak aangeduid als hoofddiagnose. Opvallend is dat streptokokken in de Online Monitor en bij pathologisch onderzoek een bijna even groot aandeel hebben. Bij 22 procent van meldingen van gezondheidsklachten in de Online Monitor wordt gedacht aan streptokokken. Bij 21 procent van de secties wordt een infectie met streptokokken ook als hoofddiagnose aangemerkt, wat de meldingen in de Online Monitor onderbouwt (zie figuur).

Via VeekijkerNieuws houden wij u elk kwartaal op de hoogte van nieuws uit de monitoring van diergezondheid bij varkens. Mocht er tussendoor iets belangrijks spelen dan sturen wij u daarover een e-mail.

Figuur: Het percentage meldingen in de Online Monitor waarbij streptokokken als waarschijnlijkheidsdiagnose zijn aangegeven, het percentage vragen over streptokokken, en in de laatste kolom het percentage secties waarbij streptokokken infectie als hoofddiagnose is vermeld (eerste halfjaar 2024).

In het geval van pathologisch onderzoek komt Streptococcus suis in 18 procent van alle hoofddiagnoses in het eerste halfjaar van 2024 terug. Streptococcus suis wordt dan het vaakst aangetoond als veroorzaker van sepsis en meningitis, wat voornamelijk terug wordt gezien bij gespeende biggen. Gespeende biggen zijn ook de diercategorie waarbij streptokokken de grootste impact hebben, 68 procent van de streptokokken gerelateerde diagnoses worden gevonden bij gespeende biggen.

Tenslotte zijn van Streptococcus suis verschillende serotypes bekend. Een recente inventarisatie van de stammen die getypeerd zijn, toont aan dat Serotype 9 het meest wordt gevonden (41 procent), gevolgd door bijna een derde van de isolaten die niet als type 1, 2, 4, 7, 8, of 9 herkend zijn. Serotypering kan bijdragen aan een juiste diagnose en in combinatie met een antibiogram helpen in een passend behandelplan.

Aanmelden

sectiemateriaal

U kunt dieren 24 uur per dag, 7 dagen per week aanmelden voor pathologisch onderzoek via www.gddiergezondheid.nl/ophaaldienst of 088 20 25 500. Wij halen dieren die ’s avonds voor 22.00 uur zijn aangemeld de eerstvolgende werkdag op. Voor een optimaal onderzoek is het belangrijk om een volledige anamnese toe te voegen. Ook is het van belang vers materiaal in te sturen (koelen in warme tijden en bij strenge vorst op een droge afgeschermde plek binnen plaatsen) en een dier te selecteren dat representant is van het probleem.

Streptokokken gemeld als waarschijnlijkheidsdiagnose in Online Monitor
Vragen aan Veekijkertelefoon over streptokokken
Streptokokken infectie als hoofddiagnose in secties

Bijzondere bevindingen

App: serotype 13 of serotype 7

Eind vorig jaar werden op een SPF-bedrijf zeugen in de kraamstal ziek. Zeugen hadden koorts, aten niet en er gingen enkele zeugen dood. De zeugen werden opgestuurd voor pathologisch onderzoek naar GD. Macroscopisch werd door de patholoog een fibrineuze pleuropneumonie beschreven, passend bij infectie met Actinobacillus pleuropneumoniae (App). Dit is een zeldzame bevinding in deze diergroep, en specifiek wanneer er geen respiratoire verschijnselen worden benoemd in de anamnese. De dierenarts is direct gecontacteerd om meer achtergrondinformatie over deze casus te verkrijgen. Omdat het om een bedrijf ging dat eigenlijk vrij zou moeten zijn van App is besloten om de stam op te slaan voor mogelijk vervolgonderzoek en te laten serotyperen. Serotyperen van App-isolaten gebeurt normaal gesproken met monoclonale antistoffen tegen referentiestammen van serotypes. GD besteedt dit onderzoek uit. Uit het regulier bacteriologisch onderzoek bleek dat het ging om App biotype 1, die voor groei afhankelijk is van NAD. Uit serotypering met antistoffen bleek er een positieve reactie voor App serotype 13 te zijn, welke normaal tot biotype 2 (NAD onafhankelijke groei) behoort. Van deze variant van App serotype 13 zijn in het verleden nooit meldingen in Europa geweest.

Om de vermeende klassificering als App serotype 13 biotype 1 te bevestigen, is het isolaat opgestuurd voor een andere typeringsbepaling via PCR. Opvallend genoeg bleek bij dit vervolgonderzoek de test voor App serotype 13 negatief en voor serotype 7 positief. Na terugkoppeling van dit resultaat naar het eerste lab is daar de serotypering herhaald, met hetzelfde resultaat. Er blijft daarbij dus een incongruentie tussen de uitslagen van de twee externe laboratoria. Deze incongruentie is erg spijtig, maar op dit moment niet direct op te lossen. Voor Nederland is het relevant dat beide varianten van App relatief weinig voorkomen en daarmee zal de impact van deze matige diagnostiek relatief beperkt zijn. De dierenarts heeft met een andere expert de gezondheidssituatie en de verspreiding van App op het bedrijf nader in kaart gebracht. De App-bacterie heeft zich in het bedrijf breed verspreid en daarmee bleek er geen mogelijkheid meer te zijn om de App-vrijstatus terug te krijgen. Er wordt inmiddels gevaccineerd om de klinische impact bij zowel de fokdieren als bij de gespeende biggen en vleesvarkens te verminderen. De casus is een voorbeeld van hoe de diergezondheidsmonitoring bijdraagt aan twee doelen dat zicht houdt op bekende aandoeningen en mogelijke introductie van bekende aandoeningen die nog niet in Nederland voorkomen.

Toltrazuril-resistente coccidiën

In juni 2024 werd contact opgenomen met de Veekijker vanwege coccidiose problematiek bij biggen ondanks behandeling met toltrazuril. Er werd besproken om de uitvoeren van de behandeling en de dosering eens heel goed na te kijken. Hierna is wederom contact geweest en omdat de manier van behandelen en de dosering in orde was op dit bedrijf, maar nog altijd cocciodiose problematiek ondanks behandeling bleef bestaan, is men verder gaan kijken wat er aan de hand kan zijn. Er is contact gezocht met een veterinair parasitoloog met veel ervaring met coccidiën. Deze heeft een resistentie van de op het bedrijf voorkomende coccidiën tegen toltrazuril vastgesteld.

Toltrazuril is de enige werkzame stof die we ter beschikking hebben om coccidiose bij biggen te behandelen. Er wordt op een groot deel van de Nederlandse zeugenbedrijven toltrazuril ingezet. Op dit bedrijf wordt nu ingezet op gebruik van een desinfectans met cresolen om het aantal infectieuze oocysten zo laag mogelijk te houden. De resistentie is volgens procedure door de dierenarts gemeld bij CBG-Meb. In Nederland is eerder een casus beschreven in 2017 (Shrestha A, Freudenschuss B, Jansen R, Hinney B, Ruttkowski B, Joachim A. Experimentally confirmed toltrazuril resistance in a field isolate of Cystoisospora suis. Parasit Vectors. 2017 Jun 29;10(1):317.). Bij gebrek aan effectieve alternatieven voor toltrazuril is een herhaalde bevinding van resistentie reden voor toegenomen alertheid en mogelijk vervolgonderzoek.

Bel de Veekijker

Op werkdagen kunt u rechtstreeks contact opnemen met de Veekijker: 088 20 25 555. Via het keuzemenu kiest u de diersoort waar u informatie over wilt hebben. Het Veekijkerteam varken is bereikbaar op werkdagen tussen: 08.30-12.00 uur en 12.45-17.00 uur.

Royal GD

Arnsbergstraat 7

Postbus 9, 7400 AA Deventer

T. 088 20 25 500

info@gddiergezondheid.nl www.gddiergezondheid.nl

Varkensgezondheid

Ziekte/aandoening/ gezondheidskenmerk

in Nederland, tweede kwartaal 2024

Situatie in Nederland/Europa

Artikel 15 ziekten (aangifte- en bestrijdingsplichtig)

Mond-en-klauwzeer (MKZ)

Nederland is vrij sinds 2001. Tweede kwartaal 2024 geen uitbraken in Europa.

Klassieke varkenspest (KVP) Nederland is vrij sinds 1997. Sinds 2015 geen uitbraken meer in Europa.

Afrikaanse varkenspest (AVP) Nederland is vrij sinds 1986.

Brucellose Nederland is vrij sinds 1973.

Ziekte van Aujeszky (ZvA) Nederland is vrij sinds 2007. Aangetoond in Frankrijk.

Artikel 100 ziekten (aangifteplichtig)

Salmonella Pathologisch onderzoek 2 keer vastgesteld. Ingezonden mestmonsters 3 keer aangetoond.

Monitoring: Veekijker

Circovirus Toename in aantal vragen in eerste halfjaar 2024.

Diercategorie Een kwart van de vragen is van toepassing op zeugen.

Monitoring: pathologisch onderzoek

Streptococcus suis Sepsis (bloedvergiftiging) door Streptococcus suis is de meest gestelde diagnose bij pathologisch onderzoek.

Gespeende biggen Gespeende biggen worden het vaakst ingestuurd, 36 procent van alle inzendingen.

Online Monitoring

Respiratieklachten

Klachten van het ademhalingsapparaat worden het vaakst gemeld in de Online Monitor. Gezondheidsklachten In 78 procent van de meldingen in de Online Monitor is er geen sprake van een gezondheidsklacht.

Monitoring Diergezondheid

Sinds 2002 voert Royal GD de diergezondheidsmonitoring in Nederland uit in nauwe samenwerking met onder andere de diersectoren, het bedrijfsleven, het ministerie van LVVN, dierenartsen en veehouders. De informatie die in de monitoring wordt gebruikt, wordt op verschillende manieren verzameld waarbij het initiatief gedeeltelijk bij dierenartsen en veehouders en gedeeltelijk bij Royal GD ligt. De informatie wordt integraal geïnterpreteerd om de doelstellingen van de monitoring, het snel signaleren van diergezondheidsproblemen enerzijds en het volgen van trends en ontwikkelingen anderzijds, te bereiken. Samen werken we aan diergezondheid in belang van dier, dierhouder en samenleving.

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.