Samen werken aan diergezondheid NIEUWSBRIEF VOOR PRACTICI • JAARGANG 25 • FEBRUARI 2019
Mannheimia haemolytica bij melkkoeien Eind december werd de Veekijker geconsulteerd over drie uitbraken van Mannheimia (M.) haemolytica onder melkkoeien in zowel Noord- als Zuid-Nederland. Ten tijde van de melding waren door de uitbraken respectievelijk twee, vier en tien koeien gestorven. M. haemolytica is met name bij kalveren een ‘oude bekende’. GD ziet de laatste jaren echter ook regelmatig een (per)acuut en fataal aflopende fibrineuze pleuropneumonie bij volwassen melkvee. Bij zieke koeien met hoge koorts wordt vaak terecht gedacht aan een IBR-, BVD- of salmonella-uitbraak. Maar vooral als het ziektebeeld zeer agressief, snel en dodelijk verloopt, met symptomen van pleuropneumonie (gedempte longauscultatie, kraken), mag M. haemolytica als different iaaldiagnose niet worden vergeten. Soms worden binnen een dag meerdere dieren ziek en sterven. Vooraf monsters nemen Kunt u M. haemolytica niet uitsluiten, stel dan direct een behandeling in. Neem vóóraf monsters (longspoeling) of stuur een gestorven dier in voor sectie om de waarschijnlijkheidsdiagnose te controleren. Vanwege mogelijke antibioticumresistentie raden wij aan een antibiogram te laten maken om de antibioticumkeuze te onderbouwen en de behandeling zo nodig bij te stellen. Wees, totdat M. haemolytica is uitgesloten, voorzichtig met vaccinaties; deze kunnen het ziektebeeld verergeren. drs. Jasper het Lam, dierenarts rund
Nieuwe PCR voor Equine Coronavirus Vanaf nu kunt u bij het GD-laboratorium een real-time PCR voor Equine Coronavirus (ECoV) aanvragen. ECoV is bij veulens al langer bekend als mogelijke (co-)pathogeen. Sinds enkele jaren weten we dat ECoV ook ziekteverschijnselen kan veroorzaken bij volwassen paarden. Over het algemeen zijn de symptomen van ECoV-infecties bij volwassen paarden betrekkelijk aspecifiek. Met name worden (soms hoge) koorts, lusteloosheid, gebrek aan eetlust en bij globaal 10 tot 20 procent van de zieke paarden diarree of slappe mest en lichte koliek genoemd. Opvallend is dat de infectie vaak, door de korte incubatietijd en de besmettelijkheid, snel ‘door de stal heen gaat’. Omdat in Nederland ook gevallen worden gerapporteerd waarbij meerdere dieren soortgelijke symptomen vertonen, maar waarbij regelmatig geen oorzaak kan worden aangetoond, heeft GD voor het onderzoeken van fecesmonsters van verdachte paarden in 2018 een ECoV real-time PCR ontwikkeld en gevalideerd. De methode heeft een hoge gevoeligheid, specificiteit en reproduceerbaarheid. Recent werden al fecesmonsters van een dergelijke casus positief bevonden.
Veterinair
02
Komt u op stallen problemen met bovengenoemde verschijnselen tegen en vermoedt u dat ECoV een rol speelt, dan heeft u nu dus de mogelijkheid om fecesmonsters in te sturen voor een real-time PCR. Heeft u vragen of behoefte aan overleg, dan kunt u contact opnemen met Kees van Maanen of Linda van den Wollenberg via 0900-1770 (optie 5, paard). dr. Kees van Maanen, microbioloog en drs. Linda van den Wollenberg, dierenarts paard
Verbeter uw labresultaten met Labnetwerk
GD beschikt over één van de grootste veterinaire laboratoria ter wereld en een team van dierenartsen, specialisten en wetenschappers. Door deze combinatie van diagnostiek en diergezondheidsexpertise heeft GD, onder de naam ‘Labnetwerk’ veel te bieden aan dierenartsenpraktijken die de resultaten van hun laboratorium willen verbeteren en hun kennis willen vergroten met trainingen gericht op laboratoriumonderzoek. Labnetwerk biedt bovendien de mogelijkheid van een onafhankelijke audit. Onder de naam ‘Servicelab’ biedt GD ook maatwerk in de vorm van consultancy, levering van kritische controlemonsters en uitvoering van (project)opdrachten. Meer weten? Vraag ernaar bij uw relatiebeheerder of kijk op www.gddiergezondheid.nl/labnetwerk. Veterinair, februari 2019 -
1
dr. René van den Brom, Europees Spec ialist Gezondheidszorg Kleine Herkauwers
Voorjaarsdagen Kleine Herkauwers Dit jaar viert GD haar 100ste verjaardag. Tijdens dit speciale jaar heeft GD verschillende (wetenschappelijke) activiteiten gepland. Zo hebben we samen met de Europese veterinaire conferentie Voorjaarsdagen als 'kleineherkauwersgroep' van GD in Den Haag een congres gepland op donderdag 11 april met als thema 'Another century of small ruminant health challenges'. Sprekers congres We zijn erg blij u te kunnen aankondigen dat tijdens dit congres zullen spreken: prof. Neil Sargison, prof. Snorre Stuen, dr. Inge SantmanBerends, drs. Daan Dercksen, dr. René van den Brom, dr. Piet Vellema en dr. Christianne Bruschke (Chief Ve terinary Officer bij LNV). Extra dag voor dierenartsen Woensdag 10 april organiseert GD een extra dag voor dierenartsen die op 11 april ook bovengenoemd congres op de Voorjaarsdagen bezoeken. De specialisten in opleiding van het ECSRHM (European College of Small Ruminant Health Management) bieden wij de mogelijkheid om een presentatie te geven over een onderwerp waar ze bij betrokken zijn. Ook roepen wij andere dierenartsen op om samenvattingen in te dienen om casuïstiek over de gezondheid van kleine herkauwers te presenteren. Meer informatie over deze twee dagen treft u in de bijlage, of kijk op www.gdanimalhealth.com/ voorjaarsdagen. Wij hopen u op 10 en 11 april te mogen verwelkomen op dit unieke internationale kleineherkauwercongres.
Overal ter wereld monsters voor moleculaire diagnostiek insturen naar GD Het is mogelijk om monsters van over de hele wereld voor moleculaire diagnostiek in te sturen naar het laboratorium van GD. Door middel van FTA cards kunnen monsters veilig en betrouwbaar verzonden en onderzocht worden. Een FTA card is een chemisch behandeld filterpapier dat zeer geschikt is voor het verzamelen, bewaren en verzenden van monsters voor PCR-onderzoek en sequentieanalyse. De chemicaliën lyseren en inactiveren bacteriën en virussen en preserveren het DNA en RNA voor onderzoek. Hierdoor kunnen monsters van overal ter wereld in ons laboratorium worden onderzocht. De FTA cards kunnen ongekoeld en met de reguliere (express)post worden verstuurd, zonder aanvullende papieren zoals invoervergunningen of commerciële documenten. GD kan alle materialen testen op FTA cards, behalve melk en sperma. Bij twijfel of vragen, neem contact op met GD. Instructievideo Op onze internationale website www.gdanimalhealth.com/fta staat een instructie video waarin wordt uitgelegd hoe het monster op de FTA card moet worden aangebracht en hoe deze veilig te verzenden is. Welke testen GD op de FTA cards kan uitvoeren staat op de speciale FTA-inzendformulieren, te vinden op www.gdanimalhealth.com/forms. FTA cards zijn te bestellen via support@gddiergezondheid.nl. Annemiek Kolkman, accountmanager Marktteam Business Development
Antistoffen meten in serum pasgeboren dieren De Biestopnamecheck is een gevalideerde laboratoriumtest om de hoeveelheid antistoffen (immuunglobuline G) in het serum van pasgeboren dieren te meten. Via deze test komen veehouders op een snelle, eenvoudige en betrouwbare manier te weten of het nodig is om het biestmanagement op hun bedrijf nader te evalueren. Voor een goede start van het jonge dier is opname van antistoffen via de biest van groot belang. Met de Biestopnamecheck kunnen veehouders screenen of het pas geboren dier voldoende antistoffen opgenomen heeft. Hiermee kunnen ze, samen met u als begeleidend dierenarts, het biestmanagement evalueren. Zo werken we samen aan een gezonde start van het jonge dier. De Biestopnamecheck is met name interessant voor: • bedrijven met problemen bij jonge dieren: (te veel) diarree, luchtweg aandoeningen, andere ziekteproblemen of sterfte; • bedrijven die de weerbaarheid van de dieren willen meten en verbeteren; • bedrijven die het biestmanagement willen controleren en zo nodig (verder willen) optimaliseren; • bedrijven waar te veel dieren doodgaan in de eerste levensdagen, en die willen weten of dit komt door onvoldoende biestopname. Benodigde bloedmonsters per bedrijf voor een goed inzicht in het biestmanagement: • Kalveren: minimaal 5 bloedmonsters (serum) in de leeftijd van 2 tot 7 dagen. • Lammeren: minimaal 5 bloedmonsters (serum) in de leeftijd van 2 tot 3 dagen. • Biggen: minimaal 25 bloedmonsters (serum) in de leeftijd van 1 tot 4 dagen, verspreid over verschillende tomen. Het tijdelijk actietarief is 9,95 euro per monster; deze actie loopt tot 30 juni 2019.
2
De dynamiek van Mortellaro-infecties bij vaarzen Wat weet u over de dynamiek van Mortellaro-infecties? Tijdens een studie in Denemarken werd dit thema onderzocht bij 39 vaarzen tijdens de eerste zes maanden van de lactatie. Hierbij zijn verschillende niveaus van Mortellaro, of Digitale Dermatitis, bij koeien in kaart gebracht. Ook is de relatie tussen klinische diagnose van Digitale Dermatitis en laboratoriumbevindingen onderzocht. Digitale Dermatitis (DD), verwijst naar een pijnlijke laesie die vooral de huid in het balgebied van de achterpoten van melkvee aantast. Tijdens een Deense studie werden drie verschillende categorieën voor DD geïdentificeerd: 1. de consistent gezonde koe; 2. dieren die een eenmalige cyclus van infectie doormaken; 3. permanent geïnfecteerde dieren (die het belangrijkst zijn voor het onderhouden van een infectie op het bedrijf). Leeftijd bij afkalven De categorieën werden geassocieerd met leeftijd bij het afkalven. Het afkalven op oudere leeftijd ging gepaard met een significant grotere kans om geïnfecteerd te worden. Tijdens de onderzoeksperiode werden 161 DD-laesies geïdentificeerd bij 28 van de 39 koeien (72 procent). Een klinische diagnose van DD werd bevestigd via histopathologie en kolonisatie van Treponema spp. Van de 28 koeien waren 13 koeien permanent geïnfecteerd. De overige 11 van de 39 koeien (28 procent) vertoonden lichte ver-
dikking van de huid zonder pijn (vijf koeien) en geen tekenen van huidveranderingen (zes koeien) op basis van histopathologisch onderzoek van, en fluorescentie-in-situhybridisatie op materiaal van huidbiopten. Overeenkomsten met GD-onderzoek Deze bevindingen komen sterk overeen met een recent bij GD uitgevoerd onderzoek. Voor dit onderzoek werden op zeven rundveebedrijven gemiddeld 90 melkkoeien op moment van koppel bekappen door getrainde medewerkers gescoord voor DD. Ruim 30 procent van de scores betrof een actieve laesie, die bij een tweede score zes maanden later, nog steeds aanwezig was. Zo'n 60 procent van de koeien zat in een chronisch stadium van DD, dat bij deze dieren zes maanden later opnieuw werd gescoord. Bekend is dat een deel van deze koeien vaak levenslang in dit stadium verkeert; afvoeren van deze dieren zou overwogen kunnen worden. dr. Menno Holzhauer, dierenarts, specialist rundergezondheid
Even voorstellen: dr. Deon van der Merwe, veterinair toxicoloog
Na lange, droge zomer toch leverbot?
Voer, water en lucht zijn nodig voor dieren, maar kunnen soms verkeerde stoffen bevatten en dan schadelijk zijn. Voor een veterinair toxicoloog een interessant en uitdagend werkgebied. Vanwege het naderende vertrek van de huidige veterinaire toxicoloog is dr. Deon van der Merwe gestart bij GD om dit vakgebied in te vullen. Veterinaire toxicologie is een onderdeel van de Monitoring Diergezondheid.
Bij twee bedrijven die het jongvee op laaggelegen natte grond hadden lopen, zijn in december bij pinken afweerstoffen tegen leverbot aangetoond.
Dr. Deon van der Merwe rondde zijn opleiding tot dierenarts af aan de Universiteit van Pretoria in Zuid-Afrika. Daarna werkte hij enige tijd in een dierenartsenpraktijk in ZuidAfrika en later in het Verenigd Koninkrijk. Vanwege zijn interesse in de veterinaire farmacologie en toxicologie koos Van der Merwe ervoor zijn doctoraat te doen aan de North Carolina State University in de Verenigde Staten. Hij doceerde toxicologie aan de Kansas State University en leidde de afdeling toxicologie van het Laboratorium voor Veterinaire Diagnostiek in Kansas. Hierbij lag het accent op de werking en schadelijkheid van planten, opname van stoffen door de huid en de diagnostiek van toxicologische verdenkingen. Ook nieuwe technieken zoals remote sensing voor het volgen van toxische algenbloei in water waren zijn werkgebied. Van der Merwe neemt de werkzaamheden van de huidige veterinair toxicoloog dr. Guillaume Counotte over vanaf medio mei.
De pinken hadden het jaar ervoor nog geen weidegang gehad en hebben de infectie dus in 2018 opgelopen. Hoewel de kans op besmetting in 2018 zeer klein was, kan dus in specifieke laaggelegen natte gebieden besmetting met leverbot zijn opgetreden. Mestonderzoek Vindt u afweerstoffen bij dieren die in 2017 ook al weidegang hebben gehad? Laat dat op zich geen reden zijn om te gaan behandelen. Laat eerst met mestonderzoek bevestigen of het om een recente infectie gaat. In de meeste gevallen zal blijken dat dit niet het geval is. Zo voorkomt u onnodige behandelingen. drs. Debora Smits, dierenarts rundvee
Veterinair, februari 2019 -
3
Nieuws en mededelingen Bezoek GD op de Dutch Poultry Expo
Calprotectine: biomarker voor darmontsteking
Naast het bekende laboratorium en de bijbehorende testen heeft GD de pluimveesector nog veel meer te bieden. Dit willen wij u graag laten zien tijdens de Dutch Poultry Expo op 19 en 20 maart in Hardenberg. De Dutch Poultry Expo is een nieuw vakevent voor de pluimveesector. Het vervangt, samen met de Dutch Pork Expo, de voormalige Landbouwdagen Intensieve Veehouderij (LIV). Vanwege het 100-jarig bestaan van GD is onze stand extra feestelijk ingericht en is er bovendien nog een leuke win actie. U bent van harte uitgenodigd op standnummer 431!
Het is nu mogelijk om bij GD calprotectine in mest van varkens te bepalen. Calprotectine is een biomarker die bij darmontsteking vrijkomt uit witte bloedcellen. De concentratie van calprotectine in de mest is daarmee een maat voor de ontstekingsactiviteit in de darm. De calprotectinebepaling wordt humaan veel gebruikt bij de diagnostiek van (chronische) darmaandoeningen.
Uitslagen PRRS-PCR met Ct-waarde Bij onderzoek naar PPRS met een PCR-test op monsters van varkens wordt op de uitslag voor elk positief getest monster of pool het volgende vermeld: • de Ct-waarde met twee cijfers achter de komma • virustype: Europese en/of Amerikaanse stam Een voorbeelduitslag is: ‘24,76 Europese stam aangetoond’. Van monsters die een Ct-waarde van 32 of lager hebben kan een sequentie-analyse worden uitgevoerd.
Gezocht: melkveebedrijven voor onderzoek diagnostiek maagdarmwormen GD is voor onderzoek naar diagnostiek van maagdarmwormen bij melkkoeien op zoek naar (vrijwel) gesloten bedrijven zonder leverbothistorie, waar het jongvee nooit weidegang heeft gehad en het melkvee wel. Ook zoeken we bedrijven die als controlebedrijf willen fungeren. Op deze (vrijwel) gesloten bedrijven worden zowel het jongvee als de volwassen koeien niet geweid en er wordt geen vers gras gevoerd. Hebt u veehouders in de praktijk die hiervoor in aanmerking komen en mee willen werken? Bel dan voor meer informatie naar Debora Smits, GD-rundveedierenarts (0570-660485) of Heleen Worm, GD-projectleider (0570-660375).
Checklist kalverdiarree eerste veertien dagen Veterinair is een uitgave van de Gezondheidsdienst voor Dieren Redactie Marian Aalberts, Carlijn ter Bogt-Kappert, Guillaume Counotte, Linda van Duijn, Sylvia Greijdanus-van der Putten, Daphne de Leeuw, Jeanine Wiegel | Eindredactie Margreet Pasman | Basisontwerp de PLOEG communicatie | Vormgeving Dock35 Marketing Doetinchem | Druk Senefelder Misset Doetinchem | Uitgever GD Deventer | Verschijningsfrequentie 12 keer per jaar | Overname van artikelen is toegestaan na schriftelijke toestemming van GD. ISSN 1388-4042 Postbus 9, 7400 AA Deventer, T. 0900-1770, F. 0570-63 41 04 www.gddiergezondheid.nl, info@gddiergezondheid.nl Voor veterinaire vragen kunt u de Veekijker rechtstreeks bellen op 0900 - 7100 000. Via het keuzemenu kiest u de diersoort waar u informatie over wilt hebben. Voor de verschillende diersoorten gelden andere openingstijden: Rund: 08.30 – 12.00 en 12.45 – 17.00 Rund UGA: 15.00 – 17.00 Kleine Herkauwers: 15.00 – 17.00 Varken: 08.30 – 12.00 en 12.45 – 17.00 Pluimvee: 08.30 – 17.00, spoedgevallen 24/7 Paard (Helpdesk): 15.00 – 17.00 Alle genoemde tarieven zijn exclusief btw en basiskosten.
Samen werken aan diergezondheid
Elk melkveebedrijf kan tijdens de melkperiode te maken krijgen met diarree bij kalveren. Een vervelend probleem, zowel voor de kalveren als voor de veehouder. Kalveren met diarree kunnen een groeiachterstand oplopen en soms zelfs sterven. Kalverdiarree kan vele oorzaken hebben, dus het is altijd goed om naar meerdere factoren te kijken, zoals biestmanagement, voeding en huisvesting. Kijk voor een checklist die kan helpen bij het vinden van de oorzaak en het oplossen van het probleem op www.gddiergezondheid.nl/checklistkalverdiarree.
Resultaten monitoring antibioticum gevoeligheid pluimveepathogenen Voor een project vanuit de monitoring sturen dierenartsenpraktijken al sinds 2014 bacteriestammen uit zieke dieren in naar GD. Dit project is destijds gestart om de antibioticumgevoeligheid (ABG) van pluimveepathogenen in Nederland op een representatieve wijze te kunnen monitoren. De resultaten van de ABG-bepalingen vormen, samen met de resultaten uit de reguliere monsterstroom van GD (met name vanuit secties), overzichten die dierenartsen kunnen gebruiken bij de besluitvorming rondom therapiekeuze. Ook kunnen trends en ontwikkelingen in ABG worden gemonitord. De overzichten worden ieder kwartaal geüpdatet en zijn terug te vinden op www.gddiergezondheid.nl/ab-gevoeligheid-pluimvee.