Samen werken aan diergezondheid NIEUWSBRIEF VOOR PRACTICI • JAARGANG 23 • JULI 2017
Ook paarden met overgewicht hebben hoger risico op gezondheidsproblemen Tijdens het achtste European Equine Health & Nutrition Congress in Antwerpen werd aandacht besteed aan de relatie tussen overgewicht bij paarden en het daaruit voortvloeiende risico op gezondheidsproblemen. De schatting is dat in Nederland 55 procent van de 350.000 hobbymatig gehouden paarden als ‘te dik’ wordt geclassificeerd op basis van de Body Conditie Score. Overgewicht kan ontstaan door te veel energie in het rantsoen ten opzichte van de behoefte óf door een gestoorde energie- en vetstofwisseling (het zogenaamde equine metabool syndroom, EMS). Andersom kan overgewicht ook een aantal hormonale processen in het paard verstoren, waardoor het risico op insulineresistentie of –dysregulatie, en daarmee hoefbevangenheid, sterk toeneemt. Onderzoek is gaande naar de bruikbaarheid van vetgerelateerde biomarkers zoals adiponectine en leptine en het toepassen van orale glucose-challengetesten in de diagnostiek van EMS. Het bepalen van insulineresistentie door middel van het GD-pakket EMS (nummer 10287) is tot op heden nog steeds een goede eerste screening bij verdenking op EMS. Drs. Linda van den Wollenberg, internist paard, Dr. Guillaume Counotte, toxicoloog
Dunne naald aspiratiebiopten Dunne naald aspiratiebiopten (DNAB’s) worden bij gezelschapsdieren als hond en kat in groten getale afgenomen. Ook bij de grotere gezelschapsdieren als het paard en bij landbouwhuisdieren kan deze techniek worden toegepast. In het algemeen is het nemen van een DNAB een weinig invasieve techniek waarvoor het dier niet onder narcose gebracht hoeft te worden. Voor een representatieve celopbrengst is het wel raadzaam om meerdere uitstrijkjes op verschillende voorwerpglaasjes te maken. Bij paarden en landbouwhuisdieren is deze techniek bij uitstek geschikt voor massa’s in de huid en voor vergrote lymfeknopen. Soms kan de conclusie van het cytologisch onderzoek niet verder gaan dan een differentiaaldiagnose of globale indicatie van de aard van het proces. Dan is het nodig om een histologisch vervolgonderzoek in te stellen.
Veterinair
07
Een korte instructievideo over het nemen van dunne naald (aspiratie)biopten is te zien op www.gddiergezondheid.nl/diergezondheid/management/bioptname Drs. Sylvia Greijdanus - van der Putten, patholoog
Symposium: Kalvergezondheid basis voor gezonde toekomst
Op 5 oktober organiseren Denkavit, GD en ForFarmers een symposium in Voorthuizen, speciaal voor dierenartsen die zich (willen) verdiepen in jongvee. Gezonde kalveren zijn immers de basis voor een gezonde veestapel en daarmee een gezonde toekomst van het melkveebedrijf. Wij zijn verheugd dat de internationaal gerenommeerde dierenarts Kerstin Müller naar Nederland komt als keynote speaker van het symposium. Daarnaast presenteren Denkavit, GD en ForFarmers de laatste ontwikkelingen en inzichten opgedaan in eigen (recente) praktijkonderzoeken. Binnenkort wordt het definitieve programma bekend gemaakt. Noteer de datum alvast in uw agenda! Veterinair, juli 2017 -
VET1707.indd 1
1
11-07-17 12:00
Drs. Linda van Duijn, dierenarts rund
Salmonellose bij geitenlammeren Salmonella Typhimurium is in het voorjaar van 2017 opnieuw aangetoond in mest van geitenlammeren en in geitenlammeren die werden aangeboden voor pathologisch onderzoek.
75 procent deelname aan BVD-programma’s Steeds meer melkveehouders gaan aan de slag met BVD. Onlangs werd de 75 procent-grens gepasseerd, wat betekent dat meer dan driekwart van de melkveehouders in Nederland nu deelneemt aan een BVD-programma. Een heel mooie gezamenlijke prestatie van de Nederlandse melkveehouders en van u als dierenarts. Van de deelnemende melkveebedrijven doen er meer dan elfduizend mee aan het programma BVD-vrij Certificering en ongeveer 2.500 aan BVD Tankmelk Onverdacht. Daarnaast zit nog een kleine groep in een jongveebewakingsprogramma. Het aanpakken van BVD op een bedrijf is in het voordeel van de melkveehouder en de runderen op dat bedrijf. Als op zoveel bedrijven BVD wordt aangepakt leidt dat tot minder BVDviruscirculatie in de Nederlandse rundveepopulatie. Hierdoor daalt de prevalentie van BVD in Nederland en daarmee ook de totale schade die BVD veroorzaakt: een groot voordeel voor de gehele rundveesector. Nu nog de uitdaging om de laatste 25 procent van de melkveehouders in beweging te krijgen. Het advies is om op bedrijven waar de BVD-situatie onbekend is een QuickScan BVD te doen. Op basis van de uitslag kunnen dan vervolgstappen voor het bedrijf geadviseerd worden. Geen ander land startte de collectieve bestrijding van BVD met zoveel veehouders die al op weg zijn!
Vóór 2013 werd salmonellose bij geiten incidenteel vastgesteld en in die gevallen meestal als oorzaak van abortus. In de jaren na 2013 is salmonellose meerdere malen aangetoond bij lammeren op melkgeitenbedrijven. In alle gevallen betrof het een infectie met Salmonella Typhimurium. De ziekte zorgt voor diarree, uitdroging, sepsis en uitval. Salmonellose bij kinderen aangetoond In 2016 werd door de GGD op een tweetal melkgeitenbedrijven bij kinderen salmonellose aangetoond. Op deze bedrijven waren bij de lammeren problemen met salmonellose. Op verzoek van de opdrachtgevers van de monitoring bezoekt GD voor een nadere inventarisatie in de komende weken een aantal bedrijven met recente salmonellaproblematiek. Meldingplicht voor salmonellose Salmonellose is een meldingsplichtige aandoening op basis van de Gezondheidsen Welzijnswet voor Dieren. Wanneer u geconfronteerd wordt met klinische klachten die kunnen passen bij salmonellose kan door middel van nadere diagnostiek (mestonderzoek en/of pathologisch onderzoek) de diagnose worden bevestigd. In geval van klinische verschijnselen bij mensen dient contact met de huisarts te worden opgenomen. Dr. René van den Brom, dierenarts kleine herkauwers
Benchmarkrapporten antibioticumgebruik pluimvee Onlangs verschenen de benchmarkrapporten met betrekking tot antibioticumgebruik in de pluimveesector. De nieuwe rekenmethode, waarmee in het rapport 'Antibioticagebruik pluimveesector in 2016' voor het eerst is gewerkt, is nu ook in deze benchmarkrapporten gebruikt. De benchmarkrapporten uit de pluimveesector zijn inmiddels verstuurd naar pluimveeveehouders en dierenartsen. Daarnaast hebben voerleveranciers en broederijen ook een individueel benchmarkrapport ontvangen. Nieuw in de rapporten In de rapporten is een aantal dingen vernieuwd. Zo is de pluimveesector overgegaan naar een nieuwe rekenmethode, die voor het eerst werd gebruikt in het rapport 'antibioticagebruik pluimveesector in 2016'. Vanaf 1 juli 2017 wordt de nieuwe rekenmethode ook in de benchmarkrapporten gebruikt. Daarmee sluit de pluimveesector beter aan bij de rekenmethode van Stichting Diergeneesmiddelenautoriteit, die ook door de andere veehouderijsectoren wordt gebruikt. Het antibioticagebruik is nu uitgedrukt in DDDAF. Daarnaast is de verslagperiode gewijzigd. Voorheen ontvingen dierenartsen elk kwartaal een rapport over het afgelopen half jaar. De verslagperiode is verlengd naar een jaar. U krijgt nu dus vier keer per jaar een rapport over het afgelopen (voortschrijdende) jaar. Op www.avined.nl/antibiotica/sop vindt u nadere uitleg en een uitgebreide omschrijving van de nieuwe rekenmethode, de Standard Operating Procedure (SOP). Drs. Jeanine Wiegel, dierenarts pluimvee
2
VET1707.indd 2
11-07-17 12:00
Bloedonderzoek botmetabolisme varkens De Veekijker varken krijgt heel veel vragen over kreupelheid, vooral bij opgroeiende (vlees)varkens. Naast gewrichtsontstekingen door bijvoorbeeld Streptococcen spp. of Mycoplasma hyosynoviae, kunnen metabole stoornissen een rol spelen. De belangrijkste zijn osteochondrose en ‘metabolic bone disease’. ‘Metabolic bone disease’ is een verzamelnaam voor aandoeningen zoals rachitis, osteoporose en osteomalacie. De aandoening is geassocieerd met een verstoorde calciumhuishouding door een onevenwichtig calcium-fosfor aanbod, een incorrecte kation-anion balans, een verstoord zuur-base evenwicht of door hypovitaminose D3. De diagnose kan gesteld worden door pathologisch onderzoek. Bloedonderzoek op botparameters kan sterke aanwijzingen geven over een verstoord calciummetabolisme. De bloedspiegels van calcium en fosfor zijn ongevoelige indicatoren, maar de biomarkers osteocalcine (maat voor botopbouw) en CTx (maat voor botafbraak) zijn geschikt. Nieuwe referentiewaarden biomarkers De referentiewaarden voor opgroeiende (vlees)varkens zijn na een uitgebreide inventarisatie van datasets van GD en van De Heus Voeders recent bijgesteld. Bij gezonde varkens in de leeftijd van zes weken tot zes maanden is de osteocalcine-concentratie in serum tussen 15 en 40 (gemiddeld 27 µg/L). Het CTx ligt tussen 0,15 en 0,50 (gemiddeld 0,30 µg/L).
Gevolg slechte calciumvoorziening Een slechte calciumvoorziening kan leiden tot lage osteocalcineen hoge CTx-concentraties, aangezien een dier de calciumspiegel in het bloed op peil wil houden. Een te hoog osteocalcine-niveau bij relatief laag CTx kan duiden op een herstelreactie na een voorgaande periode van slechte calciumvoorziening. Als opvallend veel dieren extreem lage CTx-spiegels hebben (<0,10 µg/L), dan kan sprake zijn van een artefact doordat serummonsters niet snel genoeg gekoeld zijn aangevoerd naar het laboratorium. Botparameters kunnen gepoold (twee tot zes monsters per pool) onderzocht worden. Het is onverstandig om ernstig kreupele dieren te bemonsteren, aangezien die vaak sterk afwijkende bloedwaarden hebben. Beter is het om dieren in de risicogroep te onderzoeken om een beeld van de bedrijfssituatie te krijgen bij een bepaalde categorie dieren. Dr. Theo Geudeke, dierenarts varken
Mestputonderzoek op Salmonella spp. bij runderen Kweek van Salmonella spp. uit een mengmonster uit de mestput op een rundveebedrijf wordt voor twee doelen ingezet: voor detectie van een salmonella-infectie op het bedrijf en voor het vaststellen van de serogroep of het serotype van de salmonella-infectie die hier een rol speelt. De gevoeligheid van mestputonderzoek om een recente salmonella-infectie op het bedrijf te detecteren is 45 procent. In combinatie met tankmelkonderzoek en een steekproefbloedonderzoek van de jongste vijf kalveren ouder dan 90 dagen neemt de gevoeligheid toe tot 96 procent. Isoleren via mestputonderzoek Om de serogroep of het serotype van een salmonella-infectie op een bedrijf te bepalen is isolatie van de salmonellabacterie nodig. Op bedrijven waar nog geen salmonella is geïsoleerd uit faeces of sectiemateriaal, is mestputonderzoek hiervoor een bruikbare route. Mestmonsters nemen Voor een mengmonster uit een mestput verzamelt u op tien plaatsen een mestmonster. Hiervoor kunt u een ¾ inch PVC-buis gebruiken. Plaats vervolgens een leeg mestmonsterpotje waarin u het mengmonster wilt bereiden op een weegschaal. Breng van ieder mestmonster 3 gram over naar dit potje. Meng het mengmonster intensief en stuur alleen het potje met het mengmonster in. Stuur voor iedere mestput een apart mengmonster in. Vraag de bepaling ‘salmonella-kweek klinisch, typering (artikelnr. 10568)’ aan.
Sprekers opening GD-laboratorium bekend De verbouwing van ons laboratorium is inmiddels de laatste fase ingegaan en de grote opening op 22 september 2017 komt snel dichterbij. In juli ontvangen onder andere alle Nederlandse dierenartsenpraktijken een uitnodiging van ons om dit feestelijke evenement bij te wonen.
Digitaal inschrijven Eind augustus wordt het mogelijk om mestputmonsters ook digitaal in te schrijven.
Sprekers en rondleiding Ook het programma voor die middag krijgt steeds meer vorm. Zo zullen naast onze Directeur Diergezondheid Ynte Schukken ook Jeanette van der Ven (Portefeuille houder Gezonde dieren, LTO) en Christianne Bruschke (Chief Veterinary Officer, ministerie van Economische Zaken) ons bijpraten over diergezondheid in Nederland en de rol van het laboratorium van GD. Daarna krijgt u een rondleiding door ons vernieuwde laboratorium en kunt u, onder het genot van een hapje en drankje, bijpraten met vakgenoten en onze diergezondheidsexperts.
Dr. Maarten Weber, dierenarts, specialist rundergezondheid
U komt toch ook? Meld u aan op www.eventlogin.nl/GD. Veterinair, juli 2017 -
VET1707.indd 3
3
11-07-17 12:00
Nieuws en mededelingen Formulieren pluimveemonsters vernieuwd
Cursus Bacteriologie Gezelschapsdieren
De standaard inzendformulieren voor pluimveemonsters zijn vernieuwd en te downloaden via www.gddiergezondheid.nl/ formulieren (serologie en PCR). Ook de aangestuurde formulieren zijn verbeterd: de lijst van aanvullende testen op de achterzijde is geactualiseerd met de meest aangevraagde testen. Het volledige aanbod van GD staat op de website. Belangrijk: schrijf aanvullende testen niet in het informatievlak op de voorkant, maar kruis ze aan op de achterzijde van het formulier.
Laatste kans! Speciaal voor paraveterinairen verzorgen wij in samenwerking met EduPet de tweedaagse cursus Bacteriologie Gezelschapsdieren op 19 en 20 september. Het programma bestaat uit e-learning, gevolgd door twee dagen practicum. Hierna wordt deze cursus voorlopig niet opnieuw aangeboden, dus wacht niet langer met aanmelden. Vol = vol. De kosten bedragen 475 euro. Het inschrijfformulier is te vinden op www.gdacademy.nl.
Pakket Diarree BIG: Clostridium Perfringens
Vijfdaagse Poultry Training in september
De PCR-testen in het Pakket Diarree BIG leveren u onder andere een bepaling van de aanwezige Clostridium perfringensbacteriën. Voor de interpretatie van de uitslagen is op DAP Contact een toelichting beschikbaar. Voor Clostridium perfringens geldt: als het alfa- én bèta-toxine zijn aangetoond in de PCR-testen (eventueel in combinatie met een bèta 2-toxine) kan dat vertaald worden als een C. perfringens type C-infectie (necrotiserende enteritis). Wanneer het alfa en het bèta 2-toxine zijn aangetoond, dan is dat een bevestiging van een C. perfringens type A infectie (neonatale diarree).
Van 11 tot en met 15 september organiseren wij, samen met PTC+, voor de derde keer de Engelstalige Poultry, Health, Climate and Feed training. Onderwerpen als biosecurity, intestinal en respiratory diseases, post mortem en sampling techniques, interpretation of lab results, climate, feed en housing komen in deze vijf dagen aan bod. Deze training biedt een uitgelezen kans te sparren met collega’s uit andere landen. De cursuskosten bedragen 2.495 euro inclusief hotel en vervoer. In overleg kunnen hotel en vervoer achterwege worden gelaten. Kijk voor meer info en aanmelden op www.gdacademy.nl.
Inschrijving voor Pig Health training geopend Veterinair is een uitgave van de Gezondheidsdienst voor Dieren Redactie Carlijn ter Bogt-Kappert, Guillaume Counotte, Linda van Duijn, Theo Geudeke, Sylvia Greijdanus-van der Putten, Helen de Roode, Jeanine Wiegel | Eindredactie Margreet Pasman | Basisontwerp de PLOEG communicatie | Vormgeving X-Media Solutions Doetinchem | Druk Senefelder Misset Doetinchem | Uitgever GD Deventer | Verschijningsfrequentie 12 keer per jaar | Overname van artikelen is toegestaan na schriftelijke toestemming van GD. ISSN 1388-4042 Postbus 9, 7400 AA Deventer, T. 0900-1770, F. 0570-63 41 04 www.gddiergezondheid.nl, info@gddiergezondheid.nl Voor veterinaire vragen kunt u de Veekijker rechtstreeks bellen op 0900 - 7100 000. Via het keuzemenu kiest u de diersoort waar u informatie over wilt hebben. Voor de verschillende diersoorten gelden andere openingstijden: Rund: 08.30 – 12.00 en 12.45 – 17.00 Rund UGA: 15.00 – 17.00 Kleine Herkauwers: 15.00 – 17.00 Varken: 08.30 – 12.00 en 12.45 – 17.00 Pluimvee: 08.30 – 17.00, spoedgevallen 24/7 Paard (Helpdesk): 15.00 – 17.00 Alle genoemde tarieven zijn exclusief btw en basiskosten.
Voor varkensdierenartsen staat de vijfdaagse Pig Health Training op de agenda van 25 tot en met 29 september. Tijdens deze Engelstalige training vormen sectie, histopathologie en de interpretatie van labresultaten een belangrijk onderdeel van het programma. Naast diverse ziekten, darmgezondheid en vruchtbaarheid wordt ook aandacht geschonken aan biosecurity, locomotie en klimaat. De cursuskosten bedragen 2.495 euro inclusief hotel en vervoer. In overleg kunnen hotel en vervoer achterwege worden gelaten. Meer informatie en het aanmeldformulier vindt u op www.gdacademy.nl.
Meer onderzoeken per monster digitaal inschrijven Met digitaal inschrijven in VeeOnline is het mogelijk om aan één buis meerdere onderzoeken toe te voegen. Wanneer u bijvoorbeeld een koppel van 35 dieren wilt onderzoeken, waarbij dertig dieren op IBR en BVD moeten worden onderzocht en vijf alleen op BVD, werkt het als volgt: start een nieuwe inschrijving en scan de eerste buis, selecteer IBR en BVD, vink 'Overnemen bij volgend monster' aan en kies 'Volgend monster toevoegen'. Scan de volgende 29 buizen voor beide onderzoeken, haal IBR met het prullenbakje weg en scan als laatste de vijf buizen alleen voor BVD. U kunt meerdere monsters ook met de monsternamelijst toevoegen. Meer weten? Ga naar www.gddiergezondheid.nl/veeonline.
Samen werken aan diergezondheid
VET1707.indd 4
11-07-17 12:00