VOOROP IN DIERGEZONDHEID NIEUWSBRIEF VOOR PRACTICI • JAARGANG 26 • NUMMER 8 • AUGUSTUS 2020
Veterinair Verbeterde diagnostiek Spotty Liver Disease Spotty Liver Disease is de naam van de ziekte waarbij hennen, vaak rond de periode van piekproductie, doodgaan met als meest opvallende letsel een ‘spotty liver’, oftewel gevlekte lever. Zo’n lever heeft heel veel kleine witte puntjes, die onder de microscoop kleine haardjes van acuut verval blijken te zijn. Koppels met uitloop hebben een verhoogd risico op de ziekte. De oorzaak was lange tijd onbekend, maar recent is aangetoond dat dit de bacterie Campylobacter hepaticus is. Dit is een bacterie die met reguliere methoden erg moeilijk is te kweken. Dit zorgde er tot voor kort voor dat het moeilijk was om een goede diagnose te stellen. Sinds kort beschikken we bij GD over een PCR-test en een specifieke kweekmethode voor het aantonen van C. hepaticus. Deze testen kunnen worden uitgevoerd op levermateriaal van dieren die voor sectie binnenkomen. Voor het kweken van C. hepaticus is het nodig dat de dieren levend binnenkomen, omdat na de dood van het dier de bacterie ook snel doodgaat. Voor PCR is dat niet nodig, omdat C. hepaticus hiervoor niet meer in leven hoeft te zijn. Bij verdenking op deze bacterie wordt aangeraden om dieren voor sectie in te sturen, waarbij levende acuut zieke dieren de voorkeur hebben. drs. Robert Jan Molenaar, dierenarts pluimvee en dr.ir. Erik van Engelen, veterinair microbioloog
Handig: materiaalzoeker op VeeOnline Wist u dat u naast bloed ook materialen, zoals spoelsels, biopten, melk en mest digitaal kunt inschrijven op VeeOnline? Gebruik hiervoor voorgestickerde buizen of losse barcodestickers. U kunt de materiaalzoeker ook gebruiken als u niet weet onder welke materiaalgroep een bepaald onderzoek staat. U vult het onderzoek in bij de materiaalzoeker en VeeOnline toont alle soorten monsters die passen bij het onderzoek. Als u meerdere materialen combineert in één inschrijving, dan betaalt de veehouder slechts eenmaal de basiskosten.
Online Monitor varkensgezondheid: het nieuwe interactieve dashboard
Meer informatie vindt u op www.veeonline.nl.
In opdracht van de overheid en de sector voert GD de monitoring van de varkensgezondheid in Nederland uit. Een onderdeel daarvan is de Online Monitor.
Vragen? Neem contact op!
Sinds 2015 registreren practici in Nederland in opdracht van de varkenshouders tijdens bedrijfsbezoeken of sprake is van gezondheidsklachten bij varkens en zo ja, welke. Tot nu bestond de terugkoppeling van gegevens uit een statisch maandelijks overzicht. Vanaf nu bestaat de mogelijkheid om de informatie veel beter te benutten dankzij het nieuwe interactieve dashboard. Daarin is alle informatie van de eigen praktijk verwerkt en van de individuele klanten van de praktijk. Het dashboard maakt het mogelijk om zelf te analyseren hoe de waarnemingen van de praktijk zich verhouden tot de rest van Nederland of van een bepaalde regio. Daarnaast is de informatie te bekijken voor individuele varkensbedrijven of collega’s binnen de praktijk. Behalve de actuele stand van zaken, kunnen ook trends in de tijd van gezondheidsklachten, of van gestelde diagnoses, in ogenschouw worden genomen. Op deze manier krijgt de informatie van de Online Monitor ook toegevoegde waarde voor de praktijk. Het dashboard is te vinden door in te loggen op VeeOnline en vervolgens te kiezen voor 'Registratie’ > ‘Veekijker’ > ‘Dashboard Online Monitor'. Met vragen kunt u contact opnemen via 0900-1770. Of bekijk het webinar dat onlangs is gehouden op www.gddiergezondheid.nl/webinar-onlinemonitor.
Voor veterinaire vragen kunt u de Veekijker rechtstreeks bellen op 0900 - 7100 000. Via het keuzemenu kiest u de diersoort waar u informatie over wilt hebben. Voor de verschillende diersoorten gelden andere openingstijden: Rund: 08.30 – 12.00 uur en 12.45 – 17.00 uur Rund UGA: 15.00 – 17.00 uur Kleine Herkauwers: 15.00 – 17.00 uur Varken: 08.30 – 12.00 uur en 12.45 – 17.00 uur Pluimvee: 08.30 – 17.00 uur, spoedgevallen 24/7 Paard (Helpdesk): alleen voor infectieuze aandoeningen 15.00 – 17.00 uur
dr. Theo Geudeke, dierenarts varken Veterinair, augustus 2020 -
1
Ryan van Egmond dierenarts rund
Kans op fouten verkleinen Veel veehouders hebben hun bedrijf de afgelopen decennia sterk laten toenemen in omvang. In eerste instantie door keihard te werken, om er daarna achter te komen dat voor ieder mens maar 24 uur in een dag zitten. Zo zijn ook veel veehouders erachter gekomen dat dingen verkeerd gaan doordat ze het niet altijd meer onder controle hebben. Veel van deze veehouders worstelen na dit inzicht met de vraag hoe het anders kan. Om toch een eindproduct melk en vlees te kunnen leveren dat van onberispelijke kwaliteit is.
PPID-actieperiode najaar 2020 Voor PPID kunt u het beste in het najaar testen. Van 1 september tot en met 31 oktober kennen de PPID-testen daarom weer een gereduceerd tarief. Boehringer Ingelheim biedt deze samen met GD aan met ruim 50 procent korting (exclusief btw en basiskosten). PPID, vroeger Ziekte van Cushing genoemd, is een hormoonstoring waarbij het pars intermedia van de hypofyse te veel hormonen afgeeft. Dit kan opvallende symptomen geven als een lange, krullende vacht en slecht verharen, maar ook hoefbevangenheid en verminderde prestaties of sloomheid. Daarnaast zien we ook algemenere symptomen, zoals spierverlies en gevoeligheid voor infecties. Met name bij oudere paarden en pony’s komt PPID regelmatig voor, maar ook jongere paarden kunnen het ontwikkelen. Het is verstandig om dieren met deze symptomen te laten testen. Hiervoor is het mogelijk zowel EDTA-volbloed als EDTA-plasma aan te leveren. Vermoedt u PPID en wilt u dit laten testen? De PPID-materialen en voucher die u nodig heeft voor een inzending naar GD kunt u gratis aanvragen via 0900-1770 optie 5 of via KCApaard@gddiergezondheid.nl. Hierbij krijgt u ook een instructieformulier voor het nemen en insturen van een monster. Digitaal inschrijven met de actie kan ook. Bij de ACTH/PPID-bepaling in VeeOnline verschijnt een pop-up met een link. Gebruik deze link om de vragen op de voucher digitaal in te vullen. Let op: hierbij is het belangrijk om ook het inschrijfnummer in te vullen, deze ontvangt u na afronding van de inschrijving in VeeOnline. Kijk voor meer informatie op www.gddiergezondheid.nl/ppid. Tara de Haan MSc, projectleider paard
Als dierenarts kom ik nu vaak in beeld op het moment dat fouten zijn opgetreden in de processen op het melkveebedrijf. Dierenartsen en adviseurs kunnen een belangrijke rol spelen in het slimmer werken en optimaliseren van cruciale bedrijfsprocessen. Door het goed in beeld hebben van de belangrijkste stappen in het productieproces van melk en vlees kunnen zij de veehouder begeleiden. Door hen te helpen meer planmatig te werken, zodat ze in minder tijd meer foutloos werk verzetten. Door werkprocessen planmatig aan te pakken is het tevens mogelijk te evalueren en waar nodig te verbeteren. Zo kun je als dierenarts en adviseur een zeer waardevolle bijdrage leveren om slimmer te werken en continu een eindproduct af te leveren van onberispelijke kwaliteit waar de veehouder de hoogst haalbare marktprijs voor ontvangt. De vraag naar een adviseur die een bijdrage kan leveren neemt toe, want de schaalvergroting in de melkveehouderij gaat nog steeds door. Wilt u meer weten over het eigen maken van deze rol? Volg dan het gratis webinar ‘Planmatig werken op het melkveebedrijf’, donderdag 17 september van 13.00 tot 14.00 uur. Aanmelden kan op www.arbeidenmelken.nl.
2
Verwerpersonderzoek belangrijk om meerdere redenen Brucellose is een besmettelijke aandoening die bij runderen wordt veroorzaakt door de bacterie Brucella abortus. De bacterie wordt door rundvee voornamelijk opgenomen door de bek via voer en drinkwater. In het lichaam nestelt Brucella abortus zich bij voorkeur in de uier, de baarmoeder en de gewrichtskapsels. In de baarmoeder veroorzaakt de bacterie een aandoening van de vruchtvliezen, waardoor de voeding van de ongeboren vrucht wordt belemmerd en deze vroegtijdig wordt afgedreven. Na het verwerpen blijft de koe zelf aan de nageboorte staan. Bij het mannelijke dier kunnen ontstekingen van het geslachtsapparaat en daarmee de kans op onvruchtbaarheid optreden. Brucellose is een zoönose, met name personen die in nauw contact komen met geïnfecteerde dieren, zoals veehouders, dierenartsen en slachthuispersoneel, lopen een verhoogd risico. Ook het consumeren van rauwe melk of het eten van ongepasteuriseerde zuivelproducten vormt een risico. Vanwege het gevaar voor de volksgezondheid geldt voor brucellose een meldingsplicht en de vrijstatus is nodig voor onbelemmerde export van producten en dieren. De bewaking van de vrijstatus gebeurt in Nederland aan de hand van bloedonderzoek van verwerpers. Veehouders zijn verplicht om runderen die verwerpen tussen de 100 en 260 dagen van de dracht binnen 7 dagen te laten onderzoeken op brucellose. De kosten van de visite en het bloedtappen door de dierenarts en de kosten van het onderzoek worden uit het diergezondheidsfonds vergoed. Het zogenoemde ‘verwerpersbloedje’ biedt u ook de kans te zoeken naar andere infectieuze oorzaken van verwerpen. In Nederland zijn de belangrijkste oorzaken die via het bloed kunnen worden onderzocht: BVD, salmonella en neospora. Voor veehouders die deelnemen aan de GD-programma’s voor IBR, leptospirose, neospora en salmonella wordt het bloedmonster ook automatisch en zonder extra kosten onderzocht op de ziekte waarop het programma betrekking heeft. Daarnaast kunt u altijd extra onderzoek aanvragen tegen betaling van die onderzoekskosten. Harmke Schrijver BSc, projectleider monitoring en dr. Thomas Dijkstra, dierenarts rundvee
Nieuw: Mycoplasma bovis antistoffenELISA in tankmelk
Fotosensibiliteit bij schapen
GD introduceert een nieuw product: de Mycoplasma bovis antistoffen-ELISA (tankmelk). Een antistoffen-ELISA is een eerste, eenvoudige en goedkope bedrijfsscreening om te bepalen of een Mycoplasma (M.) bovis-infectie op een bedrijf is opgetreden.
Vorig jaar, in de periode van augustus 2019 tot januari 2020, onving de Veekijker een aantal meldingen met betrekking tot fotosensibiliteit bij schapen. Zowel schapen als lammeren vertoonden onrust en ernstige jeuk, waarbij ze de kop tot bloedens toe langs bomen en omheining schuurden.
Er is een verband tussen de aanwezigheid van M. bovis-antistoffen in de tankmelk en de aanwezigheid van seropositieve dieren, zo blijkt uit onderzoek van GD. Bij een positieve tankmelk is het percentage melkkoeien met antistoffen tegen M. bovis naar verwachting hoger dan 15 procent. Deze uitslag geeft aanleiding tot actie in de vorm van verhoogde alertheid op het vóórkomen van typische verschijnselen van M. bovis, screening van het jongvee, individueel onderzoek van verdachte dieren en maatregelen tegen verspreiding van de kiem over het bedrijf. De nieuwe tankmelkELISA is dan ook zeer geschikt voor een eerste bedrijfsscreening. De tankmelkELISA (artikelnummer 11933) is beschikbaar per 1 september. De test kost 29,65 euro (exclusief btw) en heeft een doorlooptijd van tien dagen. Het melkmonster dient geconserveerd te worden aangeleverd. Bepaling antistoffen-ELISA M. bovis in serum wordt beter Op dit moment voert GD ook een verbetering door van de huidige bepaling van (M.) bovis-antistoffen in serum. De verbeterde bepaling is zeer specifiek en aanmerkelijk gevoeliger. Zodra deze beschikbaar is, hoort u het van ons. drs. Patty Penterman, dierenarts rundvee en dr. Marian Aalberts, onderzoeker R&D
Acute benauwdheid en sterfte bij paarden door nog onbekende oorzaak De laatste jaren wordt er in Nederland en in het buitenland op verschillende bedrijven zogenaamde 'groepsgewijze keelverlamming' gezien. De symptomen worden meestal bij in een groep gehouden jonge paarden (opfok) waargenomen, bij zowel hengsten als merries, maar ook bij oudere paarden. Het ziektebeeld wordt gekenmerkt door acute aanvallen van ernstige benauwdheid, snurken, schuim al dan niet met bloedbijmenging uit de neus of mond, met name bij inspanning. Onmiddellijke toediening van 0,06 mg/kg dexamethason i.v. lijkt in sommige gevallen (tijdelijk) te helpen. Een aantal van de dieren sterft acuut. Bij scopie van de keel worden in de groep verschillende gradaties van één- of beiderzijdse verlamming van de stembanden gezien tot een complete keelverlamming. Stembandafwijkingen komen ook voor bij dieren die geen acute symptomen vertonen. De incidentie van cornage is behoorlijk verhoogd in een dergelijke groep. In sommige gevallen wordt een (lichte) mate van ataxie samen met de benauwdheid gezien, maar ook bij paarden die geen benauwdheid hebben vertoond. Er is vanuit GD en de faculteit Diergeneeskunde een werkgroep opgericht die dit ziektebeeld onderzoekt. Het doel is de oorzaak te identificeren, zodat er daarna een advies kan worden opgesteld met betrekking tot management, behandeling en preventie van de aandoening. Daarvoor is nu allereerst bekendheid van de problematiek en verder onderzoek noodzakelijk. De werkgroep heeft daarvoor onder andere een gedetailleerde vragenlijst en een uitgebreid sectieprotocol opgesteld. In september zal een artikel worden gepubliceerd in Dier en Arts met meer achtergrondinformatie en beschrijving van enkele recente casussen in en buiten Nederland. Richting de paardenhouders zullen binnenkort berichten volgen om meer bekendheid te geven aan het probleem, omdat het nog niet altijd wordt onderkend. Neem bij verdenking of wanneer u meer informatie heeft (ook uit het verleden) contact op met dr. Kees van Maanen (c.v.maanen@gddiergezondheid.nl) of met prof. dr. Marianne Sloet (m.sloet@uu.nl). De werkgroep verwerkt gegevens natuurlijk anoniem.
Op lichte en dun bedekte delen van het lichaam, met name rondom de ogen, de lippen en de oren, was de huid hyperemisch en in meer of mindere mate oedemateus. In een later stadium kreeg de huid een perkamentachtig aspect. Daarnaast waren enkele dieren duidelijk icterisch. Klachten verdwenen zodra dieren binnen werden gehuisvest, maar kwamen in de veel gevallen weer terug wanneer deze weer werden geweid. Fotosensibiliteit is bij meerdere diersoorten beschreven, maar komt in Nederland bij schapen niet vaak voor. Er bestaan verschillende vormen van fotosensibiliteit: een primaire, een congenitale en een hepatogene vorm. Bekende oorzaken voor hepatogene fotosensibiliteit zijn ernstige kobalt- of vitamine B12-deficiëntie en opname van bepaalde hepatotoxische planten of schimmels. Na opvolging van de meldingen, zijn zowel het klinische beeld als pathologisch onderzoek suggestief voor fotosensibiliteit ten gevolge van opname van de sporidesmin producerende schimmel Pithomyces chartarum. Het is bekend dat deze schimmel goed gedijt op dood plantaardig materiaal na lange periodes van droogte. Om het beeld sluitend te maken is GD geïnteresseerd in nieuwe casussen van fotosensibiliteit. Herkent u bovenstaande klachten bij een dier in uw praktijkgebied? Neem dan vooral contact op met de Veekijker via 0900 - 7100 000. drs. Eveline Dijkstra, dierenarts kleine herkauwers Veterinair, augustus 2020 -
3
Nieuws en mededelingen Checklist voor effectieve PRRS-preventie Op veel varkensbedrijven zijn nog verbeteringen mogelijk als het gaat om preventieve maatregelen tegen PRRS, zo blijkt uit ervaring van GD. Daarom stellen we online een checklist voor effectieve PRRS-preventie beschikbaar. De checklist bevat de belangrijkste in- en externe maatregelen voor PRRS-preventie. Wanneer varkenshouders alle in de lijst genoemde punten hebben doorgevoerd, staan zij sterk in de strijd tegen PRRS. En uiteraard zijn deze maatregelen ook effectief om andere ziekteverwekkers aan te pakken. Omdat de rol van bedrijfsvoering erg belangrijk is voor PRRSpreventie, gaan de meeste punten van de lijst daarover. Het kan uiteraard zo zijn dat varkenshouders in de bestaande bedrijfssituatie niet alle veranderingen kunnen doorvoeren. GD kan dan helpen bij het vertalen van deze maatregelen naar bedrijfssituaties en bij het opstellen van een bedrijfsontwikkelingsplan. Ook beschikken wij over een uitgebreidere variant van de checklist. De checklist is te downloaden via www.gddiergezondheid.nl/prrs.
Veterinair is een uitgave van Royal GD | Redactie Marian Aalberts, Tara de Haan, Linda van Duijn, Sylvia Greijdanus-van der Putten, Daphne de Leeuw, Rob Nijland, Theo Geudeke | Eindredactie Jessica Fiks | Vormgeving Dock35 Media B.V. | Druk Senefelder Misset Doetinchem B.V. | Uitgever GD | Verschijningsf requentie 12 keer per jaar | Overname van artikelen is toegestaan na schriftelijke toestemming van GD. ISSN 1388-4042 Postbus 9, 7400 AA Deventer T. 0900-1770, F. 0570-63 41 04 www.gddiergezondheid.nl info@gddiergezondheid.nl Alle genoemde tarieven zijn exclusief btw en basiskosten.
Leptospirose-besmettingen In het tweede kwartaal van 2020 zijn zeven leptospirose-besmettingen vastgesteld. Dat is een stijging in vergelijking met de periode daarvoor. Een leptospirosebesmetting kan voor een bedrijf grote gevolgen hebben. Bij deze besmettingen is de oorzaak in de meeste gevallen te herleiden naar aanvoer van buitenlandse dieren. Ons advies is dieren uit het buitenland altijd voor te screenen. Laat het onderzoek bij GD uitvoeren: de test die wij gebruiken is veel gevoeliger dan de test van buitenlandse laboratoria. Adviseer ook een-op-een transport naar Nederland. Ook tijdens het transport kan er een besmetting plaatsvinden. Plaats de dieren daarom eerst vier tot zes weken in quarantaine. Als de dieren direct na aanvoer al zijn onderzocht, onderzoek de dieren dan aan het einde van de quarantaineperiode nogmaals. Bovenstaande adviezen gelden uiteraard ook voor dierverplaatsingen in Nederland als het herkomstbedrijf niet leptospirosevrij is. drs. Katrien van den Brink, dierenarts rundvee
Monsters insturen met warm weer
Actietarief luchtweginfecties
Met de warme dagen is extra zorg vereist voor het insturen van materiaal. Met name wanneer het onderzoeksmateriaal lang onderweg is, kan een warme omgeving nadelig zijn voor de kwaliteit. Dit kan bijvoorbeeld resulteren in foutief verhoogde of foutief verlaagde bloedwaardes. Wanneer EDTA-bloed wordt bewaard bij 2 tot 8 graden Celcius is tot 48 uur na bloedafname hematologisch onderzoek mogelijk, bij kamertemperatuur is dit tot 24 uur. Dit heeft te maken met het optreden van hemolyse. Voor microbiologisch onderzoek geldt dat gekoelde opslag het afsterven van relevante kiemen en overgroei door niet-relevante kiemen remt. Koelelementen meesturen kan een uitkomst bieden. Zorg er echter wel voor dat het monstermateriaal niet tegen het element aan bevriest door er een buffer tussen te plaatsen.
Het najaar komt eraan, waarbij er doorgaans meer aandacht is voor luchtwegproblemen bij de kalveren op melkvee- en vleesveebedrijven. Om, in geval van problemen, een correcte diagnose te stellen is bacteriologisch onderzoek cruciaal. GD hanteert daarom in de maand september een actietarief van 25 euro (exclusief btw) voor het bacteriologisch onderzoek op neusswabs en longspoelingen (artikelnummers 11634 en 11624). De monsters zullen daarnaast geanonimiseerd worden gebruikt voor het ontwikkelen van snellere diagnostiek van luchtwegpathogenen in de toekomst. Voor het inzenden van monsters kan het reguliere inzendformulier worden gebruikt, de korting wordt automatisch verrekend.
Praktijkbijeenkomst bacteriologie rund Voor dierenartsen, dierenartsassistenten en PTS-deelnemers rund, organiseert GD Academy een praktijkbijeenkomst bacteriologie. Hierin bespreken Annet Heuvelink (GD) en Kees Veldman (WBVR) de laatste uitkomsten van de rondzendingen ‘Identificatie bacteriestammen’ en ‘Antibioticumgevoeligheidsbepaling bacteriestammen rundvee’. Christian Scherpenzeel (GD) neemt u mee in de meest recente inzichten op het gebied van mastitisonderzoek. Hierna volgt een interactieve sessie en vragenrubriek. Tot slot bespreken we de door u zelf meegebrachte moeilijk te interpreteren platen in het GD-laboratorium. De bijeenkomst is 17 september van 14.00 tot 18.30 uur en kost 495 euro (inclusief diner, exclusief BTW). Schrijf u in met een collega en ontvang beiden 25 procent korting. Meer informatie en aanmelden: www.gddiergezondheid.nl/labnetwerk