GD Veterinair december

Page 1

Samen werken aan diergezondheid NIEUWSBRIEF VOOR PRACTICI • JAARGANG 19 • DECEMBER 2013

12

Het belang van drinkwaterkwaliteit voor melkkoeien wordt nogal eens onderschat. In 2012 waren ammonium, hardheid en kiemgetal de belangrijkste redenen voor afkeuren. De waterkwaliteit voor rundvee was in 2012 ongeveer hetzelfde als in de vorige drie jaren: 72% van de watermonsters die zijn ingestuurd naar de GD voor onderzoek bleken geschikt als drinkwater voor koeien, 20% was minder geschikt en 8% van de monsters bleek ongeschikt. Vooral een te hoge ammoniumwaarde, een te hoge waterhardheid en een te hoog totaal kiemgetal waren redenen voor het afkeuren van het water. Ook het ijzergehalte was regelmatig verhoogd: in 14% van de ongeschikte monsters was ijzer de reden voor afkeuren. Hogere gehalten aan ijzer verdringen de opname van zink en koper uit het voer. Maar ook lagere ijzergehalten zijn niet gewenst, omdat ze de smakelijkheid van het water sterk beïnvloeden.

Ook de andere genoemde parameters verminderen de smaak van het water. Koeien zijn hier gevoelig voor: zodra het water minder smakelijk wordt, drinken koeien minder. Minder wateropname leidt tot minder opname van droge stof en dus minder melkproductie. Het reinigen van leidingen met ontsmettingsmiddelen (biociden) is bij melkkoeien minder gewenst, omdat deze de penswerking negatief beïnvloeden. Het is verstandig om bij twijfels over waterkwaliteit in combinatie met lastig te verklaren gezondheidsproblemen wateronderzoek uit te laten voeren. Dr. Guillaume Counotte, veterinair toxicoloog

Meldingen van cloacitis (Vent Gleet) Sinds enige maanden krijgt de GD signalen van problemen met cloacitis bij vermeerderingspluimvee (cloacaontsteking). In vijf gevallen zijn dieren opgestuurd naar de GD. Na onderzoek is duidelijk geworden dat het een aandoening van de vaginawand betreft, waarbij in eerste instantie geen uitwendige beschadigingen zijn vastgesteld. Het beeld in de stal is als volgt: • Problemen vanaf het begin van de leg tot ongeveer 35 weken. Hierna lijken de problemen voorbij te zijn. Er is één melding van terugkeer van de problemen op 40 weken. • Te veel uitval: tot 1% per week. • Vuile natte konten, ook bij de dode dieren. • Bij een deel van de dieren is een uitstulping van de cloaca te zien. Bij een ander deel is een rode, te vochtige, ontstoken cloaca zichtbaar bij uitstulping. Soms zijn ulceraties aangetroffen. • Pikkerij is een mogelijke complicatie.

(hormonale veranderingen), overgewicht, infecties met M. synoviae, schimmels en bacteriën.

Factoren die volgens de literatuur een rol kunnen spelen zijn: genetica, vroeg in productie komen

Drs. Merlijn Kense, pluimveedierenarts

Aangezien we op basis van signalen uit de sector denken dat het probleem groter is dan de vijf gevallen die bij de GD binnen zijn gekomen, roepen we dierenartsen en voerleveranciers op om koppels met bovenstaande problemen te melden en daarnaast dieren in te sturen naar de GD voor nader onderzoek. De GD zal zich bij het vervolgonderzoek van de secties met name richten op een ziektekundige oorzaak door infecties.

Veterinair

Drinkwaterkwaliteit voor melkkoeien

Definitieve leverbotprognose bekend

De Werkgroep Leverbotprognose geeft elk jaar twee keer een voorspelling uit van de te verwachten leverbotproblemen, de zogenaamde leverbotprognose. In november is de definitieve leverbotprognose voor najaar en winter 2013-2014 bekendgemaakt. De complete prognose en het advies van de Werkgroep zijn te vinden op www.gddeventer.com. GD Veterinair | december 2013 |

1


Dr. Piet Vellema Sectormanager kleine herkauwers

Nulmeting antibioticumgebruik kleine herkauwers Het antibioticumgebruik in de schapenen geitenhouderij is laag met gemiddeld ruim 0,5 dierdagdoseringen per jaar op niet-melkleverende bedrijven. Dit blijkt uit het onderzoek dat de GD heeft uitgevoerd in opdracht van staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken en minister Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Aan dit onderzoek hebben twaalf dierenartsenpraktijken meegewerkt met in totaal 5.399 bedrijven met kleine herkauwers; dit is 16% van de hele sector kleine herkauwers. Tijdens het onderzoek kwamen nog wel enkele onvolkomenheden aan het licht: • De identificatie en registratie was lang niet altijd op orde. • Een enkele keer werd een oogzalf gebruikt met chlooramfenicol terwijl dit antibioticum niet meer is toegestaan voor voedselproducerende dieren. • Er zijn relatief veel tweedekeusmiddelen gebruikt: in 2011 betrof het 85% en in 2012 71% van de gebruikte middelen. Daarbij is echter wel de kanttekening te plaatsen dat de nieuwe formularia dateren van juli 2012; daarvoor was 90% van deze middelen een middel van eerste keus. • Er zijn aanwijzingen dat een deel van de beroepsmatige schapenbedrijven antibiotica via andere kanalen dan de eigen dierenartsenpraktijk krijgt. Dit onderzoek bevestigt het lage antibioticumgebruik bij kleine herkauwers. De gesignaleerde onvolkomenheden zijn voor dierenartsen makkelijk oplosbaar, behalve het laatstgenoemde punt. De collegae die aan dit onderzoek hebben meegewerkt wil ik langs deze weg hartelijk dank zeggen voor al hun inspanningen.

Nieuwe soorten Brachyspira en de betekenis voor de diagnostiek In diverse delen van de wereld zijn bij varkens infecties door Brachyspira hampsonii aangetoond, onder andere in Canada, de VS, Zweden en Spanje. Deze B. hampsonii is net zo pathogeen als B. hyodysenteriae. Ook wordt melding gemaakt van pathogene stammen van B. intermedia. Uit onderzoek in Spanje blijkt dat trekganzen de besmetting met B. hampso­ nii overbrengen, waarschijnlijk zijn deze ganzen van nature besmet. Voor zover bekend komen infecties met B. hampsonii en B. intermedia in Nederland nog niet voor. Mocht u echter een sterke verdenking van dysenterie hebben op een bedrijf terwijl de PCR voor B. hyodysenteriae negatief blijft, dan is het aanvragen van kweek noodzakelijk. De GD voert geen kweken voor Brachyspira uit, deze monsters kunt u naar het laboratorium van DGZ Vlaanderen in Torhout sturen. Zij kunnen ook een antibiogram voor u uitvoeren, daarbij is het belangrijk dat u duidelijk aangeeft welke antibiotica u getest wilt hebben. Voor de kweek is verse mest nodig. Dr. Peter van der Wolf, varkensdierenarts

Monsters gepoold faecesonderzoek paratuberculose op leeftijd sorteren Het is noodzakelijk om handschoenen met faecesmonsters voor gepoold onder­ zoek op paratuberculose al op het rundveebedrijf op leeftijd te sorteren en per vijf handschoenen te verpakken. Kalveren zijn gevoeliger voor paratuberculose-infecties dan oudere runderen. Blootstelling van een groep kalveren aan de paratuberculosebacterie (Mycobacterium avium subsp. paratuberculosis, afgekort als Map) leidt vaak tot infecties bij meerdere kalveren. Daardoor komen paratuberculose-infecties op veel rundveebedrijven in leeftijdsclusters voor. De leeftijdsclustering van paratuberculose-infecties is van belang bij het poolen van faecesmonsters voor onderzoek op Map. Bij gepoold onderzoek heeft het voordelen om de runderen uit zo’n leeftijdscluster bij elkaar in één of twee pools te hebben. Dit vergroot de kans dat het cluster van geïnfecteerde runderen wordt gedetecteerd en vermindert het aantal pools waarbij vervolgens individueel onderzoek moet worden gedaan. Poolen op volgorde van leeftijd geeft daarom een beter inzicht in de verspreiding van de infectie op het bedrijf en lagere kosten voor de veehouder. De kwaliteit van het gepoolde onderzoek is alleen geborgd als de monsters op volgorde van leeftijd worden gepoold. Het is noodzakelijk om dit al op het rundveebedrijf te doen. De geboortedata van de runderen staan vermeld op het inzendformulier en de barcodestickers zijn reeds genummerd op volgorde van leeftijd. Verpak na het sorteren de handschoenen met de monsters van de vijf oudste runderen in één plastic zak of handschoen, vervolgens de volgende vijf, enzovoort. Door de handschoenen per vijf te verpakken neemt de kans af dat het lekken van een handschoen tijdens het transport leidt tot vervuiling van de buitenkant van handschoenen die in andere pools komen. Vervuiling verhoogt het risico op kruisbesmetting bij het openen van de handschoenen. Dr. Maarten Weber, dierenarts, specialist rundergezondheid

2


Worminfecties Rundvee 2013 Ieder jaar onderzoekt de GD de tankmelk van deelnemers aan GD Tankmelk Worminfecties op afweerstoffen tegen longwormen, leverbot en maagdarmwormen. De uitslagen van de tankmelkonderzoeken in 2013 zijn inmiddels bekend. De resultaten laten zien dat bedrijven in bepaalde gebieden in Nederland een groter risico liepen op een besmetting dan bedrijven buiten deze gebieden. De uitslagen van GD Tankmelk Worminfecties dienen als een leidraad voor nader advies en eventuele behandeling, maar staan niet op zichzelf. Zo kunnen bijvoorbeeld veel afweerstoffen gevonden worden tegen longworm in afwezigheid van klinische klachten. In deze gevallen kan van behandeling weinig effect worden verwacht. De uitslag voor maagdarmwormafweerstoffen geeft informatie over de opbouw van immuniteit bij het jongvee in relatie tot de besmettingsdruk bij de melkkoeien tijdens het afgelopen weideseizoen. De uitslag is te gebruiken om het weide- en wormmanagement van jongvee en melkkoeien te evalueren en waar nodig bij te stellen. De uitslagen voor leverbotafweerstoffen hebben vooral waarde op die bedrijven die van geen afweerstoffen naar weinig of veel

afweerstoffen verschuiven. Door middel van selectief mestonderzoek van bepaalde groepen dieren (bijvoorbeeld vaarzen) is het mogelijk om de infectie te dateren. Op basis van de tankmelkuitslagen van oktober/november 2013 is voor de verschillende wormsoorten een zogenaamde clusteranalyse uitgevoerd. Voor longwormen en maagdarmwormen werd 1 cluster gevonden (zie respectievelijk het kaartje links en in het midden). Voor leverbot werd een cluster gevonden in West-Nederland, rond Nijkerk en op de grens Groningen-Friesland (zie rechter kaartje). Dr. Menno Holzhauer, dierenarts, specialist rundergezondheid Weergave van de uitslagen van tankmelkonderzoek voor worminfecties in oktober/november 2013. Van links naar rechts: long­ wormen, maagdarmwormen en leverbot. Clusters waarbin­ nen de kans op een positieve uitslag significant hoger was dan elders, zijn omcirkeld. Bedrijven binnen de cirkel en bloot­ gesteld aan de infectie hebben een 2.4x, 1.7x en 4x grotere kans op het hebben van veel/zeer veel afweerstoffen in de tankmelk voor respectievelijk long­ wormen, maagdarmwormen en leverbot.

Casus: oude koeien plotseling dood kort na de partus In de maand september 2013 zijn bij de GD tenminste twee koeien aangeboden wier dood zich met dezelfde pathogenese laat verklaren. Uit de aangegeven anamnese bij beide dieren kan worden opgemaakt dat in de klinische differentiaaldiagnose aan hun uiteindelijke doodsoor­ zaak niet is gedacht. Een vijf jaar oude koe kalft vlot af, zij vreet goed, er is niets aan te zien en er lijkt niks aan de hand. De volgende dag ligt de koe dood in de stal. Een zes jaar oude koe kalft zonder complicaties veertien dagen te vroeg af en gaat dezelfde dag dood. De anamnese vermeldt alleen dat er veel uitval is onder de koeien en dat er veel vroeggeboorten voorkomen. Bij sectie blijkt de eerste koe veel maaginhoud in de mondholte te hebben maar ook in de neusholte en de luchtpijp tot in de uiterste eindvertakkingen van de bronchiaalboom. De tweede koe toont macroscopisch zeer ernstig longoedeem en een atonische uterus. Bij histologisch onderzoek blijken in de longblaasjes veel pensprotozoën en plantendelen te zitten. Bij beide dieren is histologisch (nog) geen ontstekingsreactie in de long gevonden. Bij runderen wordt (sub)klinische kalfziekte (doordat het slikmechanisme dan onvoldoende gecoördineerd verloopt) aangemerkt als een belangrijke oorzaak voor verslikken en het vervolgens

ontwikkelen van een verslikpneumonie (als de dieren daaraan toekomen). De anamnese (oude koeien, kort na de partus, opeens dood) maar ook het vastgestelde verlaagde calciumgehalte in het oogvocht bij de eerste koe en de atonische uterus bij de tweede, zijn suggestief voor een subklinische hypocalcaemie bij beide dieren. Hoewel in het kader van de doodsstrijd om een andere reden, een dier zich bijkomstig ook kan verslikken, lijkt in deze twee gevallen primair het aspireren van maaginhoud toch een fatale rol te hebben gespeeld. Een casus die hierbij aansluit betreft een acht jaar oude koe die vanwege een pootprobleem moeilijk overeind kon komen en uitdrogingsverschijnselen vertoonde. Zij werd gedrencht met 40 liter vloeistof en ging enkele uren later dood. Ook bij de sectie van dit dier was maaginhoud aanwezig in het gehele luchtaanvoerende gedeelte van de long. Drs. Thijs Roumen, veterinair patholoog GD Veterinair | december 2013 |

3


Nieuws en mededelingen Openingstijden feestdagen in december De GD is gesloten op 25 en 26 december 2013 en op 1 januari 2014. Op 25, 26 en 31 december worden er geen monsters opgehaald door TNT Innight. Op 24 december (nacht van 24 op 25 december) en op 1 januari (nacht van 1 op 2 januari) worden de monsters wel opgehaald en naar de GD gebracht. Houdt u hierbij rekening met mogelijk langere doorlooptijden en de beperkte houdbaarheid van bepaalde monsters.

Dutch Bovine Conference 2014 Op 12 en 13 februari 2014 wordt de 4e editie van Dutch Bovine Conference (DBC) georganiseerd. De GD is ‘Platinum Partner’ van deze conferentie, die bestaat uit een congresdag (woensdag) en een praktijkdag op verschillende moderne melkveebedrijven (donderdag). Sprekers tijdens het congres zijn: Miel Hostens (BE), Sergio Calsamiglia (SP), Christiane Brandes (DE) en Walter Grünberg (NL). Nieuw in het programma is onder andere het DBC Nieuwsuur waarin Petra Kock van de GD, Maaike van den Berg als rundveepracticus en Walter Grünberg van de Universiteit Utrecht vanuit verschillende invalshoeken nieuws bespreken voor de rundveepraktijk. Bezoek voor meer informatie, deelnameprijzen en het uitgebreide programma www.dutchbovineconference.nl.

Redactie Guillaume Counotte Linda van Duijn Theo Geudeke Catholine Koster Helen de Roode Thijs Roumen Christiaan ter Veen Erik de Vries ISSN 1388­4042 Overname van artikelen is toegestaan na schriftelijke toestemming van de GD.

Succesvolle roadshow voor rundveedierenartsen Ruim 160 rundveedierenartsen bezochten 29 en 30 oktober 2013 de roadshow “praktisch gebruik van tankmelk uiergezondheid’, georganiseerd door het UGA-team van de GD. Tijdens de roadshow werden de nieuwste inzichten op het gebied van de bewaking van uiergezondheid op koppelniveau gepresenteerd door Peter Edmondson van de Shepton Veterinary Group (Engeland) en Jasper het Lam van Dierenartsenpraktijk Zuidhorn. Hans Miltenburg van de GD ging in op de vraag hoe je een labuitslag vertaalt naar het dagelijks management op een bedrijf en legde in dit kader de meerwaarde van de nieuwe UGA Wijzer uit. Nieuwsgierig? De presentaties zijn terug te vinden op www.gddeventer.com onder 'rund voor dierenarts'. In de bijlage die bij deze GD Veterinair is gevoegd leest u meer over de UGA Wijzer.

Nieuwe manier van digitaal ondertekenen Sinds 10 december 2013 kunt u enkel met uw individuele Z login op VeeOnline een digitale handtekening plaatsen onder een BGP of BBP. Bij het definitief maken van uw plannen wordt u automatisch doorgeleid naar de nieuwe manier van digitaal ondertekenen. Voor het ondertekenen heeft u uw OTP-responder (token) nodig die u bijvoorbeeld al gebruikt voor VetCIS. Met de nieuwe manier van digitaal ondertekenen voldoen het BGP en BBP in VeeOnline aan de eisen die worden gesteld door de Stichting Geborgde Dierenarts. Meer informatie vindt u op www.gdddeventer.com (rund voor dierenarts ––––> producten en diensten ––––> veeonline). Hier leest u ook hoe u individuele Z logins en OTP-responders kunt aanvragen.

Prepress en productiecoördinatie Senefelder Misset Doetinchem Basisontwerp de PLOEG communicatie Vormgeving X­Media Solutions Doetinchem Drukwerk Senefelder Misset Doetinchem Uitgever GD Deventer Verschijningsfrequentie 12 keer per jaar

Postbus 9, 7400 AA Deventer T. 0900-1770, F. 0570-63 41 04 Voor veterinaire vragen: GD Veekijker, T. 0900-7100 000 www.gddeventer.com, info@gddeventer.com Alle genoemde tarieven zijn exclusief btw en basiskosten. Samen werken aan diergezondheid

Checklist preventiewijzer De GD Preventiewijzer houdt per 1 januari 2014 op te bestaan. Een onderdeel van de GD Preventiewijzer is de checklist Preventiewijzer. Deze checklist kan door de veehouder, al dan niet samen met de dierenarts, ingevuld worden en geeft inzicht in de risicofactoren op het bedrijf als het gaat om insleep en versleep van dierziekten. Tot en met 31 december 2013 kunnen er nog ingevulde checklists naar de GD opgestuurd worden. Op basis van de ingevulde checklist ontvangt de veehouder een gericht advies. De checklist en het advies kunnen een goede tool zijn voor het invullen van het bedrijfsgezondheidsplan en tevens een goede leidraad voor de bedrijfsbegeleiding. Voor nietdeelnemers aan de GD Preventiewijzer kost het eenmalig advies bij de checklist €25,00 excl. btw. U kunt de checklist aanvragen via www.gddeventer.com.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.