Veterinair mei 2023

Page 1

Veterinair

Nationale influenza-surveillance

Het is bekend dat op varkensbedrijven influenza A-virusinfecties frequent voorkomen, maar er is minder informatie bekend over de variatie in de verschillende influenzastammen. Om dit gebrek aan kennis op te lossen is een surveillanceprogramma voor influenza op varkensbedrijven opgezet.

Zeven varkenspraktijken werd gevraagd om bij varkens met klinische verschijnselen passend bij een influenza A-infectie, waaronder koorts en respiratoire klachten zoals niezen en hoesten, speekselmonsters en neusswabs te verzamelen. GD heeft deze monsters met een PCR getest op aanwezigheid van het Influenza A-virus. Vervolgens zijn de positieve monsters verder getypeerd door middel van whole genome sequencing. GD werkt in dit project samen met het RIVM, WBVR en het EMC.

Van november 2022 tot maart 2023 zijn 522 luchtwegmonsters verzameld op 37 varkensbedrijven. Van deze monsters was 45 procent (235/522) PCR-positief (Ct<40). Er is een selectie gemaakt van 48 monsters met een CT-waarde lager dan 35. Op deze monsters is met behulp van nanopore-sequencing whole genome sequence uitgevoerd. Het bleek dat 27 monsters tot het A/H1N1-subtype en 21 tot het A/H1N2-subtype behoorden. Verdere fylogenetische analyse van het hemagglutinine toonde aan dat 13 stammen tot het classical swine (CS)-lineage behoorden, 4 tot de human seasonal (HS)-lineage en 22 tot de Eurasianavian (EA)-lineage. Eén Influenza A/H1N2-virusstam van de Eurasian-avian lineage is ook aangetroffen bij een humane patiënt in november 2022 (A/Netherlands/11748/2022).

De informatie ontwikkeld in dit project, geeft een beter inzicht over de verscheidenheid en karakterisering van influenzavirussen die bij varkens circuleren.

drs. Bas Engel , dierenarts

Hulp gevraagd: monitoring westnijlvirus

Het westnijlvirus (WNV) komt al geruime tijd voor in het zuidoosten van Europa en in het Middellandse Zeegebied. Het virus breidde het zich uit richting Centraal-Europa, waaronder het centrale deel van Duitsland (2018). In 2020 is WNV voor het eerst in Nederland aangetoond in wilde vogels, muggen en een beperkt aantal mensen. In 2022 is WNV wederom bij een wilde vogel aangetoond, maar zijn er voor zover bekend geen humane gevallen of besmette paarden geweest.

Op diverse manieren wordt geprobeerd om WNV-circulatie zo vroeg mogelijk op te sporen. Hierbij kunnen paarden een belangrijke rol spelen, door middel van syndroomsurveillance bij paarden met neurologische verschijnselen. Heeft u tijdens het vectorseizoen, van mei tot en met november, een paard met neurologische verschijnselen? Stuur dan een serummonster naar GD. Dit monster wordt dan onderzocht op antistoffen tegen WNV, in het kader van uitsluitingsdiagnostiek. Deze diagnostiek wordt middels een ministeriële subsidie gefinancierd. Het is goed om te weten dat de test geen onderscheid maakt tussen gevaccineerde en geïnfecteerde paarden. Uw medewerking wordt zeer op prijs gesteld! Om de kosten van de WNV-diagnostiek vergoed te krijgen, dient u een speciaal inzendformulier te gebruiken.

Carlijn ter Bogt MSC , projectleider paard

Ophaaldiensten

Voor het ophalen van monstermateriaal werken we samen met PS Nachtdistributie. Zij halen op Hemelvaartsdag (18 mei) en tweede pinksterdag (29 mei) geen monstermateriaal op. U kunt monsters voor de eerstvolgende werkdag in het webportaal of via de app aanmelden en tot 18.00 uur wijzigingen doorgeven. PS Nachtdistributie haalt de monsters de eerstvolgende nacht waarin wordt gereden weer op. De ophaaldienst voor sectiemateriaal rijdt ook niet. De ophaaldienst kan indien gewenst tegen het vaste spoedtarief dieren ophalen en gekoeld bewaren tot de eerstvolgende werkdag.

De Veekijker: voor alle veterinaire vragen

Voor veterinaire vragen is de Veekijker rechtstreeks te bereiken op 088 20 25 555. Via een keuzemenu kiest u de diersoort waar u informatie over wilt hebben. Voor de verschillende dier soorten gelden andere openingstijden:

Rund: 08.30 – 12.00 uur en 12.45 – 17.00 uur

Rund uiergezondheid:

15.00 – 17.00 uur

Kleine Herkauwers:

15.00 – 17.00 uur

Varken: 08.30 – 12.00 uur en 12.45 – 17.00 uur

Pluimvee: 08.30 – 17.00 uur, spoedgevallen 24/7

Paard (Helpdesk): alleen voor infectieuze aan doeningen

15.00 – 17.00 uur

NIEUWSBRIEF VOOR PRACTICI • JAARGANG 29 • NUMMER 5 • MEI 2023
SCAN DE QR-CODE VOOR HET FORMULIER Veterinair, mei 2023 - 1 VOOROP IN DIERGEZONDHEID

Gumboro

Sinds 1986 komt in Nederland de zeer virulente Gumboroveldstam (vvIBDV) voor. Dit virus veroorzaakte immuunsuppressie en hoge sterfte. We zien in Nederland sinds 2014 genetische veranderingen in de vvIBDV-stammen.

De recente stammen, met 98,1% homologie ten opzichte van de oudere stammen (98,1% DV86), domineren. De monitoringsdata laten zien dat de veranderde vvIBDV-stammen jaarlijks op tientallen bedrijven (vleeskuikens en opfok) worden aangetoond. De koppels waarin de veranderde vvIBDV-stammen worden aangetroffen, vertonen wisselende beelden. De meest genoemde klachten zijn sluimerend verhoogde uitval, natte stallen, verminderde groei en verlaagde technische resultaten. De pathogeniteit van dit virus is in 2019 onderzocht onder proef omstandigheden. Het virus ver oorzaakte geen sterfte bij legkuikens en vleeskuikens, maar wél langdurige en ernstige bursaschade.

De vraag omtrent Gumboro is of de recente veldstam klinisch relevant is. Het klassieke ziektebeeld wordt nog zelden waargenomen. Het is echter onduidelijk of een infectie vanaf twee weken leeftijd leidt tot klinisch relevante immuunsuppressie. Een mogelijk effect van de recente veldstam zou een verminderde respons op vaccinaties kunnen zijn of meer problemen door andere ziekteverwekkers. Eind 2022 en begin 2023 is samen met de Veterinaire Monitoring Pluimvee het voorkomen van de recente Gumborostam onderzocht in: (1) klinisch gezonde koppels, (2) koppels met tegenvallende technische resultaten en (3) koppels met klinische problemen. Zo krijgen we een beter beeld van de prevalentie van de ziekte van Gumboro én de rol die het virus speelt bij het ontstaan van (sub)klinische problemen. Op het moment van schrijven, loopt dit prevalentieonderzoek nog.

Neospora-aanpak

Bij ongeveer 10 procent van de runderen op 80 procent van uw rundveebedrijven komt neospora voor. Op de meeste van deze bedrijven is ook een boerderijhond aanwezig. Weliswaar is de belangrijkste infectieroute die van moeder op nakomeling (verticale besmetting), maar ook door honden kunnen nieuwe infecties optreden. Deze nieuwe (horizontale) besmettingen kunnen een abortusstorm veroorzaken.

Ook op niet-probleembedrijven zien we dat 1,4 nieuwe horizontale besmettingen per 100 dieren zijn veroorzaakt door een hond. In tegenstelling tot runderen die vóór de geboorte zijn besmet, kunnen runderen die na de geboorte zijn besmet de besmetting weer kwijtraken. In het document ‘De aanpak van neospora’ staat dat een aanpak gericht op rundvee altijd gecombineerd moet worden met maatregelen tegen besmetting door de hond. Verder leest u daar onder meer in dat een bedrijfsscreening niet plaatsvindt op basis van een tankmelkomslag (maar bij 60 procent of meer neospora aangetoond bij verwerpers), hoe de uitslag van een enkel dier wordt geïnterpreteerd en over de bedrijfsaanpak bij voldoende en onvoldoende selectieruimte. Een individueel rund hoeft op basis van een uitslag van veel/weinig aangetoond nooit te worden afgevoerd.

Diagnostiek naar de oorzaak van abortus bij zeugen

Wanneer een zeug aborteert is er, in tegenstelling tot bij runderen, geen verplichting om onderzoek in te stellen naar oorzakelijke verwekkers.

In geval van een incidentele verwerper levert nader onderzoek vaak geen diagnose op, maar ook een negatieve uitslag kan relevante informatie zijn wanneer dat bijdraagt aan monitoring van de ziektestatus of wanneer infecties planmatig worden bestreden (bijv. PRRSv). Indien sprake is van meerdere verwerpers in een bepaalde periode en een infectieuze oorzaak wordt vermoed op basis van het verspreidingspatroon of andere verschijnselen bij de zeug, kan nader onderzoek geïndiceerd zijn.

Het drachtstadium is mede bepalend voor het insturen van materiaal. Wanneer de zeug minder dan 35 dagen drachtig was, levert nader onderzoek zelden een diagnose op. Bij verwerpers zo kort na inseminatie is zelden sprake van een infectieuze oorzaak. Bij een verwerper met een drachtlengte vanaf ~D42 is het raadzaam om de hele toom biggen samen met de vruchtvliezen in te sturen. In weefsel of vloeistof van de vruchtjes kunnen verwekkers worden aangetoond. Standaard wordt dan onderzoek ingezet voor parvovirus, PRRSv en PCV2. Echter, enkel het wel of niet aantonen van een verwekker is niet voldoende om een conclusie te trekken over de oorzaak van de abortus. Beoordeling van de vliezen (bijvoorbeeld aanwezigheid van een placentitis) en het foetale hart (myocarditis/aanwijzingen voor vasculitis) is nodig om conclusies te trekken over de oorzaak of om verder vervolgonderzoek in te zetten, naar bijv. PCV3 of EMCV. Op basis van de bevindingen kan de patholoog besluiten tot vervolgonderzoek of na afstemming tussen de Veekijkerdierenarts en de praktiserend dierenarts. Om een goede afweging te kunnen maken voor vervolgonderzoek is het raadzaam om het anamneseformulier volledig in te vullen (met informatie over drachtlengte, overige toomgenoten, pariteit van de zeug, vaccinatiestatus, ziekteverschijnselen bij de zeug én bij recent geboren biggen, etc.) of vooraf al contact op te nemen met de Veekijker.

dr. Tijs Tobias , Europees specialist varkensgezondheidszorg

OM NAAR HET DOCUMENT TE GAAN 2
SCAN DE QR-CODE

Epizootic Hemorrhagic Disease (EHD)

Epizootic Hemorrhagic Disease is een virale ziekte die wordt overgedragen door stekende insecten van het geslacht Culicoides (knutten). Een eerste uitbraak van EHD binnen Europa werd begin november 2022 aangetoond bij enkele runderen op verschillende Italiaanse rundveebedrijven op het eiland Sardinië en later op Sicilië. In november en december volgden meldingen van geïnfecteerd vee in Spanje.

Het virus dat de ziekte veroorzaakt is familie van het blauwtongvirus en behoort tot het genus orbivirus. Zowel gedomesticeerde als wilde herkauwers kunnen besmet worden. Bij runderen geeft infectie met het virus slechts incidenteel klinische symptomen, terwijl het voornamelijk bij herten voor ernstige ziekte en sterfte zorgt. Symptomen die kunnen worden waargenomen bij ziekte zijn anorexie, koorts, verminderde productie, conjunctivitis, nasale en oculaire uitvloeiing, overmatig speekselen, stomatitis, orale en nasale erosies, kreupelheid en dyspneu. EHD is geen zoönose en behoort tot de categorie dierziekten D en E, waarvoor maatregelen nodig zijn om te voorkomen dat ze zich verspreiden, en waarvoor bewaking nodig is binnen de EU. De diagnose gebeurt op dit moment in Nederland door het WBVR en berust op het aantonen van het virus in weefsel (milt) of bloed door middel van bijvoorbeeld PCR. Ook serologische testen zijn mogelijk, antistoffen kunnen meestal na 10 tot 14 dagen worden aangetroffen. Er is geen vaccin tegen EHD voor rundvee verkrijgbaar. De behandeling bestaat uit ondersteunende therapie.

Hersenverschijnselen bij varkens

We zien vaak vermelding van hersenverschijnselen bij inzendingen van varkens voor sectie. Voorbeelden van dergelijke symptomen zijn zwakte, stupor, blindheid, ataxie en convulsies. De klinische diagnostiek kan lastig zijn, pathologisch onderzoek via sectie aangevuld met bijvoorbeeld histopathologie en bacteriologie biedt dan uitkomst. We noemen hier een aantal aandoeningen die relevant kunnen zijn bij hersenverschijnselen.

Neonatale dieren kunnen hypoglycemisch worden door onvoldoende voeding, omdat de gluconeogenese nog tekortschiet. Dit kan leiden tot convulsies en coma. Bij sectie letten we op vullingsgraad van het maagdarmkanaal en de kleur van de lever. Bij oedeemziekte/’slingerziekte’ veroorzaakt door Shigatoxine-producerende E. coli (STEC), komen bacteriële toxinen vrij die bloedvaten beschadigen, onder andere in het cerebellum. Het oedeem kan macroscopisch worden gezien in de oogleden, subcutis, maagwand en het mesocolon en microscopisch vooral rond bloedvaatjes in de hersenen. Zoutvergiftiging of watergebrek kan hersenverschijnselen veroorzaken, microscopisch zien we soms necrose van neuronen, en infiltraties met eosinofiele granulocyten in de hersenvliezen.

Meningitis kan veroorzaakt worden door bacteriën, zoals Streptococcus suis of Glaesserella parasuis (ziekte van Glässer). Streptococcus suis is een veelvoorkomende bacterie en potentieel zoönotisch. Listeriose is een ziekte waaraan gedacht kan worden bij varkens met vrije uitloop, maar komt vooral voor bij herkauwers. Verder is natuurlijk trauma een mogelijke oorzaak van hersenschade. Ten slotte dienen we te beseffen dat er meldingsplichtige ziekten zijn die zich kunnen uiten in hersenverschijnselen. Het klassieke varkenspestvirus (KVP) kan de aanleg van onder andere het cerebellum verstoren en congenitale tremor veroorzaken, met name na infectie rond dag 30 van de dracht. Verder noemen we Afrikaanse varkenspest (AVP), de ziekte van Aujeszky (pseudorabiës), rabiës en de ziekte van Teschen. Elk bij GD aangeboden varken wordt onderzocht op KVP en AVP. Let wel, klinische verdachte dieren/verdenkingen van meldingsplichtige ziekten dienen te worden gemeld bij de NVWA en niet ingezonden te worden naar GD.

Klarenbeek , veterinair patholoog

Nieuwste ‘klauwinzichten‘

Klauwhoornlaesies zijn de meest voorkomende niet-infectieuze oorzaken van kreupelheid. Bij onderzoek van de Nottingham Universiteit is gekeken naar het herstel van wittelijnaandoeningen en zoolzweren bij recent kreupele koeien met deze laesies.

Dieren op vijf bedrijven werden iedere 14 dagen gescoord en in het onderzoek meegenomen als zij plotselinge kreupelheid en een laesie aan één klauw vertoonden, terwijl dit de twee keer daarvoor niet het geval was. Na een functionele en een therapeutische bekapping werden de dieren ingeschreven in één van de vier behandelingen:

• Uitsluitend zo goed mogelijk bekappen (TRM).

• Zo goed mogelijk bekappen + blokje onder de binnenklauw (TB).

• Bekappen en drie dagen NSAID (TN).

• Combinatie van bekappen, blokje en NSAID (TBN).

De eerste uitkomstparameter was een locomotiescore op dag 35 na behandeling door een derde waarnemer, die geblindeerd was voor de behandelingsgroep. Het aantal genezen verklaarde koeien was 11/45 (24,4%) voor TRM, 14/39 (35,9%) voor TB, 12/42 (28,6%) voor TN en 23/41 (56,1%) voor TBN. Het verschil tussen TRM en TBN was significant en het verschil werd groter wanneer puur werd gekeken naar kreupel/niet kreupel en als er een aantal parameters in acht worden genomen, zoals seizoen, grootte van de laesie et cetera. Het onderzoek toonde duidelijk aan dat de kans op herstel wordt gemaximaliseerd met een behandeling waarbij bekappen, blokje en een NSAID worden gecombineerd en als de koeien in een vroeg stadium worden behandeld.

Veterinair, mei 2023 - 3

Nieuws en mededelingen

Agenda

GD Academy

De komende periode is er weer een interessant aanbod van GD Academy. Scan de QR-code om aan te melden.

• Masterclass rund: Iedere verwerper is één te veel, 1 juni

• Masterclass pathologie paard, 28 september

• Masterclass voeding geit, 21 september

• Masterclass klauwgezondheid, 26 september

Save the date: Nationale Veterinaire Wielerronde 2023

De 36ste editie van de Nationale Veterinaire Wielerronde vindt plaats op woensdag 21 juni 2023. Covetrus, Dactari, Dopharma en GD slaan de handen opnieuw ineen om een prachtige tocht met aansluitend een mooi buffet aan te bieden. Er wordt zowel voor de tour- als voor de recreatiefietsers een route uitgezet. Verdere berichtgeving en de mogelijkheid om aan te melden volgen spoedig.

Gumboro-sneltest beschikbaar

De ziekte van Gumboro, ook wel infectious bursal disease (IBD) genaamd, wordt veroorzaakt door het Gumborovirus. De ziekte kan veel schade veroorzaken, zelfs als de dieren nauwelijks symptomen hebben. Een PCR-test op bursamateriaal (en genotypering indien positief) is de manier om erachter te komen of Gumboro-veldvirus een rol speelt. Een snelle (20 minuten) en betaalbare manier om hierin een voorselectie te doen is de Gumboro-sneltest. Met deze sneltest kunt u ook een Gumboro-vaccinatie controleren. Drie tot vijf dagen na een vaccinatie met een levend vaccin via drinkwater hoort de sneltest positief te zijn, na tien dagen negatief.

Laatste update IBR

In januari berichtten we over acht IBR-vrije melkveebedrijven in NoordNederland die in korte tijd te maken kregen met een IBR-besmetting. Er kwamen in dat gebied geen nieuwe bedrijven met een infectie bij.

Veterinair is een uitgave van Royal GD | Redactie: Marian Aalberts, Tara de Haan, Daphne de Leeuw, Katrien van den Brink, Annemieke Medema, Klaas Peperkamp | Eindredactie: Jessica Fiks |

Vormgeving: Dock35 Media B.V. | Druk: Senefelder Misset Doetinchem B.V. |

Uitgever: GD | Verschijnings frequentie: 12 keer per jaar

Overname van artikelen is toegestaan na schriftelijke toestemming van GD.

ISSN 1388-4042

Postbus 9, 7400 AA Deventer

T. 088 20 25 500, www.gddiergezondheid.nl info@gddiergezondheid.nl

Alle genoemde tarieven zijn exclusief btw en basiskosten.

SCAN DE CODE VOOR EEN INSTRUCTIEFILM OVER DEZE NIEUWE TEST

Pakket Diarree (PCR) nu ook voor los faecesmonster

Met het Pakket Diarree (PCR) onderzoeken we de meestvoorkomende infectieuze oorzaken van diarree bij paarden en veulens. Dit pakket werd al aangeboden voor faecesmonsters op basis van E-swabs. Rectale afname van faeces met behulp van een E-swab is een gemakkelijke en schone monsternamemethode. E-swabs zijn te vinden in onze webshop per tien stuks (artikelnummer VDDIS064). Vanaf nu staat het pakket ook open voor ‘gewone’ mestmonsters.

De PCR-pakketten diarree bevatten de volgende onderzoeken:

• Pakket Diarree Paard (PCR): Clostridium difficile toxine-gen B, Clostridium perfringens toxine-genen CPA, CPB en CPB2, equine coronavirus, Salmonella spp.

• Pakket Diarree Veulen/jaarling (PCR): Clostridium difficile toxine-gen B, Clostridium perfringens toxine-genen CPA, CPB en CPB2, equine coronavirus, Salmonella spp., equine rotavirus en Lawsonia intracellularis

Monsters voor de PCR-pakketten zijn digitaal in te schrijven via VeeOnline of maak gebruik van het (meest actuele) inzendformulier ‘Monsters paard PCR’ van onze website.

Openstaande onderzoeken altijd in beeld

Het is altijd fijn om op tijd te weten wanneer u in actie moet komen. En om te weten welke onderzoeken nog openstaan bij klanten. In het nieuwe overzicht Verzoeken en Mededelingen op VeeOnline, is nu in één oogopslag zichtbaar welke onderzoeken moeten gebeuren. Met het handige zoekfilter bepaalt u zelf wat u wilt zien. Ook is het gemakkelijk om openstaande onderzoeken te kopiëren naar een monsternamelijst. Erg handig ter voorbereiding van een bedrijfsbezoek.

4
SCAN DE QR-CODE VOOR HET HELE BERICHT

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.