Emile en Ferdinand nr 2016/3

Emile& Ferdinand Magazine van

2016 | N°3 Gratis magazine

Afgiftekantoor: 3000 Leuven Masspost | P919288

’’

Woord van de uitgever

10

Uitgeven, een actueel en toekomstgericht beroep: E&F licht een tipje van de sluier...

DE LARCIER WETBOEKEN 2016 Deel III Economisch Recht

Volume 1

3

Innovatie Het Wetboek Notariaat evolueert digitaal Frédéric de Grave

6

Terugblik Justitie quo vadis?

Interview met Hans van Bossuyt

12

ctualiteit A De gerechtsdeurwaarder: een volwaardige en moderne actor binnen het justitieel apparaat op kruissnelheid.

Interview met Bert Nelissen.

En ook

N iet te missen

data

...



EDITORIAAL

Beste auteurs, beste klanten, Beste LEZERS,

Veel

leesplezier!

Voor u ligt nummer 3 van Emile & Ferdinand, het Nederlandstalige magazine van Larcier Group.

In september verschijnt de zevende editie van het Wetboek Notariaat, een vaste waarde in het notariaat. Het liep ook altijd op kop in het aanwenden van de nieuwste digitale evoluties.

Frédéric de Grave, coauteur, stelt nu de meest recente realisatie in het digitale verhaal voor: de LarcierGrp app, waarmee u meteen kunt zien of bepaalde wetsartikelen al dan niet gewijzigd werden. Zo ja, wordt u onmiddellijk doorgestuurd naar de meest recente versie van deze wetsartikelen.

Eind vorig jaar heeft Hans Van Bossuyt, gewaardeerd auteur van diverse publicaties bij Larcier Group een punt gezet achter zijn professionele loopbaan. Hij ging graag in op ons verzoek om terug te blikken op zijn jaren in de magistratuur. Hij maakt daarbij een zeer interessante analyse van de diverse problemen bij justitie (onvoldoende omkadering in personeel en infrastructuur, haperende informatisering, toegang tot jurisprudentie, …).

Het verschijnen van de nieuwe basiseditie van de Larcier Wetboeken, een van de paradepaardjes van Larcier Group, is de geknipte gelegenheid om u een beter zicht te bieden op het specifieke métier van uitgeven. Via twee interviews kunnen we een aantal misvattingen en vooroordelen m.b.t. de rol van uitgevers uit de weg ruimen.

Roxane Jungbluth, uitgeefster, vertelt met passie over de bestaansreden van het uitgeefvak.

Ze benadrukt hierbij dat Larcier Group een bevoorrecht partner blijft van de magistratuur die hierdoor kan blijven genieten van het wetgevende aanbod (papier en digitaal!). Larcier Group en de FOD Justitie staan voortdurend in contact met elkaar en er is nooit sprake van geweest om de levering van inhoud, of die nu in print of online is, te onderbreken.

Aankoopverantwoordelijke Eddy Packeu legt uit dat de waarden van Larcier Group strikte selectiecriteria opleggen in de productieketting: lokale en Europese fabricage, de vermindering van de ecologische voetafdruk,…

COLOFON Hoofdredacteur Herman Verleyen Redactieteam Herman Verleyen, Bert Van Vaerenbergh, met medewerking van Elisabeth Courtens en Anne-Laure Bastin

Potpourri I tot de recent gepubliceerde Potpourri III impliceerden veel veranderingen, o.m. ook voor het beroep van de gerechtsdeurwaarder. Emile & Ferdinand geeft dan ook graag het woord aan Bert Nelissen, gerechtsdeurwaarder en medewerker aan de Codex Gerechtsdeurwaarders.

Bert Nelissen bekijkt met ons de ontwikkelingen in de twee jaar sedert de goedkeuring van het nieuwe statuut van gerechtsdeurwaarder én blikt vooruit op nieuwe projecten die de gerechtsdeurwaarderspraktijk in de nabije toekomst zullen beïnvloeden.

We wensen u veel leesgenot!

De redactie van Emile & Ferdinand

Lay-out Julie-Cerise Moers (Cerise.be) © Larcier Group n.v.

Verantwoordelijke uitgever Marc-Olivier Lifrange, CEO Larcier Group n.v.

Hoogstraat 139, Loft 6 - 1000 Brussel Berichten die bestemd zijn voor de redactie kunnen worden verzonden via e-mail: emileenferdinand@larciergroup.com

2|Emile & Ferdinand|Nr.3|2016

Dit magazine is ook van u!

Aarzel niet om ons artikels over te maken. Ook uw suggesties of opmerkingen op gepubliceerde bijdragen zijn welkom!

Stuur ons uw berichten op: emileenferdinand@larciergroup.com

INNOVATIE

Het Wetboek Notariaat evolueert digitaal

Graphisme : Geluck-Suykens, d’Andrimont

s

Wetboek Notariaat 2016-2017

en

LARCIER WETBOEK NOTARIAAT 2016-2017

Uw wetboeken zijn het hele jaar door bijgewerkt met de LarcierGrp app

7de editie LARCIER WETBOEK NOTARIAAT 2016-2017

in samenwerking met VLN

NIEUW GRATIS

7 editie de

Frédéric de Grave Christoph Castelein Maarten Bunkens Michel Somers Met wetenschappelijk advies van: Frank Buyssens Maarten De Clercq Katrin Roggeman Annelies Wylleman Thibault Denotte Lévi Rosu Salvino Sciortino

in samenwerking met VLN Frédéric de Grave Christoph Castelein Maarten Bunkens Michel Somers Met wetenschappelijk advies van: Frank Buyssens Maarten De Clercq Katrin Roggeman Annelies Wylleman Thibault Denotte Lévi Rosu Salvino Sciortino

Het Wetboek Notariaat kreeg vorm in 2010 in navolging van de Franstalige Code du Notariat van Larcier. Het wetboek bevat een zo groot mogelijke selectie van de regelgeving die in het notariaat gehanteerd wordt (federaal, Vlaams en Brussels), en dit in betaalbare vorm.

De samenstelling van het wetboek is er op gericht om zowel notarissen en medewerkers, als studenten in de opleiding Notariaat en stagiairs die zich voorbereiden op het examen van kandidaat-notaris een nuttig instrument aan te bieden.

Frédéric de Grave Notaris te Brussel (Sint-Jans-Molenbeek)

Bij Larcier Group verschijnt in september de zevende editie van het Wetboek Notariaat. Sedert de eerste uitgave in 2010, is deze codex een begrip geworden in het notariaat. Bovendien worden de nieuwste digitale evoluties aangewend om de gebruiker nog beter van dienst te zijn, via elektronische bijwerkingen, ontsluiting via Strada lex en Strada not,… Frédéric de Grave, coauteur, stelt nu de meest recente realisatie in het digitale verhaal voor: de LarcierGrp app. Met deze gratis app kunt u op uw smartphone of tablet een pagina in het Wetboek scannen en meteen zien of de artikelen al dan niet gewijzigd werden. Zo ja, wordt u onmiddellijk doorgestuurd naar de meest recente versie van het artikel.

Vruchtbare samenwerking tussen VLN en Larcier

Het Wetboek Notariaat ontstond in de schoot van de Vereniging Nederlandstalige Licentiaten en Masters Notariaat (afgekort VLN), in samenwerking met Larcier. Het opzet is steeds geweest om een kwalitatief en betaalbaar wetboek op de markt te brengen. De editors zijn of waren allen bestuursleden van VLN, zodat de band steeds behouden blijft. Daar waar de standaard marktprijs reeds zeer scherp is, wordt aan de leden van VLN

nog een korting van meer dan 50% toegestaan. Voor studenten geldt een nog lager tarief.

Door de band met de bron via de VLN te behouden, kunnen de auteurs rekenen op input vanuit haar leden, namelijk notariële juristen en kandidaat-notarissen.

Er wordt geprobeerd zoveel mogelijk rekening te houden met de suggesties die de gebruikers van het Wetboek overmaken.

...

2016|Nr.3|Emile & Ferdinand|3

INNOVATIE

LARCIER WETBOEKT RIAA NOTA 16-2017 20

ng met VLN in samenwerki e Frédéric de Grav elein Christoph Cast s Maarten Bunken Michel Somers

bekomen met de integrale tekst van alle in het Wetboek aangehaalde bronnen.

Op die manier kon men verder zoeken dan de belangrijkste bepalingen die in de papieren versie waren opgenomen. In de papieren versie is dit aangeduid met de zin “De integrale tekst is beschikbaar op de digitale versie van dit wetboek”.

7de editie Met wetenschappelijk advies van: Frank Buyssens q Maarten De Clerc n Katrin Roggema n Annelies Wyllema tte Thibault Deno Lévi Rosu Salvino Sciortino

...

Bovendien wordt de redactie ondersteund door gewaardeerd wetenschappelijk advies van de leden van de adviesraad, die stuk voor stuk gevestigde waarden zijn in het notariaat als professor en/of notaris.

Constante actualisatie

Het Wetboek verschijnt jaarlijks, net voor de start van het academiejaar (en gerechtelijk jaar). Zo’n snelle opeenvolging van edities is noodzakelijk aangezien de wetgeving enorm snel wijzigt.

Bovendien wordt drie maal per jaar een update van het Wetboek ter beschikking gesteld aan de gebruiker. Deze tussentijdse actualisatie in pdf is te downloaden vanop de website van Larcier onder het Wetboek. De gebruiker die dit wenst, wordt verwittigd van de publicatie van deze updates, op eenvoudig verzoek (via een formulier vooraan in het Wetboek).

Het Wetboek wordt op die manier bij-

4|Emile & Ferdinand|Nr.3|2016

In de loop der jaren bleek het gebruik van DVD’s wat uit de mode te zijn geraakt, en was de uitgever overgeschakeld op een moderner medium: het e-boek.

Deze digitale versie van het wetboek met de volledige teksten bood als voordeel onder meer dat het eenvoudig op iPad of andere tablet kon geïnstalleerd worden, dat er markeringen konden aangebracht worden, en dat er op trefwoorden kon gezocht worden.

gewerkt tot respectievelijk 1 oktober, 1 februari (net voor het examen van kandidaat-notaris) en 1 april (telkens volgens publicatiedatum in het Belgisch Staatsblad).

Niet alleen op papier

Van in den beginne werd de papieren versie van het Wetboek aangevuld met extra’s. De trimestriële bijwerkingen in pdf op de website werden reeds hierboven toegelicht.

Het bleek reeds van bij de start niet mogelijk om alle wetten, decreten, besluiten, … waarin door het notariaat gehanteerde bepalingen te vinden waren, integraal op te nemen in het Wetboek.

De belangrijkste artikelen worden daarom in een uittreksel van de wet opgenomen in de papieren versie van het Wetboek. Bijkomend werd de eerste jaren de mogelijkheid geboden aan de gebruikers om bij de uitgever kosteloos een DVD te

Het nadeel van het e-boek bleek de onmogelijkheid tot het updaten van de jaarlijkse uitgave. Naar aanleiding van de zesde editie van het Wetboek worden de integrale teksten van het Wetboek online geplaatst. Via Strada lex of Strada not (waartoe alle notariskantoren gratis toegang hebben via de website e-notariaat. be) heeft de geabonneerde op het Wetboek gratis toegang tot de digitale versie van het Wetboek Notariaat, waar de wetgeving regelmatig geüpdatet wordt, en waar tevens de full text te vinden is van de wetten en besluiten die niet integraal zijn opgenomen in de papieren vorm van het Wetboek. De mogelijkheden die op deze site worden geboden, kunnen niet op: men kan zoeken op trefwoorden of artikelnummer en zoekacties opslaan voor toekomstige raadpleging, de historische versies van de artikelen kunnen geconsulteerd worden via een tijdslijn, …

De digitale evoluties volgen elkaar in snel tempo op, maar de auteurs en de uitgever proberen jaarlijks in te spelen op die nieuwe mogelijkheden.

INNOVATIE

Hoe werkt het?

De toekomst is digitaal

De laatste realisatie in het digitale verhaal is de ontwikkeling van een applicatie voor smartphones en tablets: de LarcierGrp app.

Voor een demo Download gratis de LarcierGrp app.

Scan met uw smartphone of tablet de pagina in uw Wetboek.

LARCIER WETBOEK NOTARIAAT 2016-2017

in samenwerking met VLN

7de editie

Frédéric de Grave Christoph Castelein Maarten Bunkens Michel Somers Met wetenschappelijk advies van: Frank Buyssens Maarten De Clercq Katrin Roggeman Annelies Wylleman

De lijst met artikelen op de pagina die u gescand heeft, verschijnt automatisch en geeft duidelijk aan of de artikelen al dan niet gewijzigd werden.

Deze app kan gratis gedownload worden in de Apple Store of op Google Play. Met de app kunt u een pagina in het Wetboek scannen, waarbij de app de pagina herkent (een beetje zoals een QR-code). Vervolgens verschijnt automatisch de lijst met artikelen op de pagina die u gescand heeft, waarbij aangegeven wordt of de artikelen al dan niet gewijzigd werden sedert de uitgave van de editie die u in handen heeft. Indien u het artikel aanklikt dat u interesseert, wordt u onmiddellijk LARCIER doorgestuurd naar de meest recente verWETBOEK sie van het artikel. Op die manier heeft u NOTARIAAT 2016-2017 van dag tot dag de laatste versie van alle bepalingen uit het Wetboek bij de hand.

Handige verzameling van de basisteksten per rechtstak

Dit notarieel wetboek bevat een zeer uitgebreide selectie van wetten en besluiten die het meest worden gebruikt in het Belgisch notariaat (zowel federaal, Vlaams als Brussels). De auteurs hebben dit wetboek samengesteld op basis van hun dagelijkse ervaring in het notariaat, met advies van de wetenschappelijke kennis van het redactiecomité.

Wetboek Notariaat 2016-2017

De app biedt echter nog meer kansen om het Wetboek interactief te maken. Ook hier zou het bijvoorbeeld mogelijk moeten zijn om de full text toe te voegen van een wet of decreet die op een bepaalde pagina in uittreksel is opgenomen. En door het opnemen van de wetshistoriek in de app, zouden er vele pagina’s voetnoten weggelaten kunnen worden in de papieren versie, wat ons dan weer de mogelijkheid geeft om de Waalse wetgeving terug op te nemen in de zevende editie van het Wetboek (september 2016).

De teksten in deze codex zijn bijgewerkt tot 1 augustus 2016.

Multidisciplinaire verzameling per rechtsonderwerp

Becommentarieerde wetgeving

Samen met De Larcier Wetboeken vormen zij het rijke aanbod inzake wetgeving

Dankzij de applicatie Larcier Grp blijft uw codex interactief.

LarcierGrp

Deze nieuwe applicatie informeert u in real time over de geldigheid van de gepubliceerde artikelen in uw codex. Op die manier wordt u een aanvullende dienst aangeboden, zijnde het comfort van de consultatie op papier in combinatie met een digitale update. Meer informatie vindt u binnenin de codex.

Dit wetboek notariaat is online raadpleegbaar via Strada lex of Strada not.

Graphisme : Geluck-Suykens, d’Andrimont

DUIDING THEMA FUNDAMENTELE

Thibault Denotte Lévi Rosu Salvino Sciortino

Op deze manier gaat de digitale evolutie hand in hand met een kwaliteitsvol papieren Wetboek.

LARCIER WETBOEK NOTARIAAT 2016-2017

Uw wetboeken zijn het hele jaar door bijgewerkt met de LarcierGrp app

in samenwerking met VLN

7de editie

Frédéric de Grave Christoph Castelein Maarten Bunkens Michel Somers Met wetenschappelijk advies van: Frank Buyssens Maarten De Clercq Katrin Roggeman Annelies Wylleman Thibault Denotte Lévi Rosu Salvino Sciortino

Klik op het artikel dat u interesseert.

U wordt dan automatisch doorgestuurd naar de meest recente versie van het artikel.

!! visuel à me fournir en HD LARCIER WETBOEK NOTARIAAT 2016-2017

in samenwerking met VLN

NIEUW GRATIS

7de editie

Frédéric de Grave Christoph Castelein Maarten Bunkens Michel Somers Met wetenschappelijk advies van: Frank Buyssens Maarten De Clercq Katrin Roggeman Annelies Wylleman Thibault Denotte Lévi Rosu Salvino Sciortino

www.larciergroup.com • www.stradalex.com

KLTHENOT.B16 ISBN 978-2-8044-9187-1

Wetboek Notariaat 2016-2017- September 2016 circa 15OO p. • A4 formaat • € 230 (VLN-leden: € 99)

2016|Nr.3|Emile & Ferdinand|5

TERUGBLIK

Justitie

Quo vadis?

Hans Van Bossuyt Ere-kamervoorzitter Hof van beroep Gent

6|Emile & Ferdinand|Nr.3|2016

Op 30 september 2015 heeft Hans Van Bossuyt, een gewaardeerd auteur en editor van diverse publicaties bij Larcier Group een punt gezet achter zijn professionele loopbaan. Hij ging graag in op het verzoek van E&F om terug te blikken op zijn jaren in de magistratuur. Hij deelt ons graag zijn ervaringen mee. Hij erkent dat binnen Justitie de laatste jaren heel wat inspanningen zijn geleverd, al blijft de opgelopen achterstand groot. Hij maakt daarbij een zeer interessante analyse van de diverse problemen bij justitie (onvoldoende omkadering in personeel en infrastructuur, haperende informatisering, toegang tot jurisprudentie,‌).

TERUGBLIK

“

J ustitie kan zijn functie slechts

Emile & Ferdinand: Hoe evalueert u globaal genomen uw rijk gevulde carrière als magistraat?

“

Hans van Bossuyt: Ik kijk met heel veel genoegen te-

rug op mijn loopbaan in de zetelende magistratuur, begonnen met de voorbereidingsweg als plaatsvervangend vrederechter (1986), benoeming in de rechtbank van eerste aanleg Gent (1988) en verder gezet in het hof van beroep Gent (1996).

In al die jaren heb ik kennis kunnen maken met de diverse materies van het recht, zowel burgerlijk als strafrecht wat mij een ruime kijk heeft gegeven op enerzijds het reilen en zeilen van Justitie als dusdanig en anderzijds de maatschappij, de maatschappelijke evolutie. Ik heb mensen mogen ontmoeten op alle niveaus die mij blijvend goede herinneringen geven.

“

Wat gaf u de meeste voldoening?

Ongetwijfelde de jaren als jeugdrechter en jeugdrechter in beroep, spijts de blijvende problemen van plaatstekorten en het gebrek aan mogelijkheden tot gepaste hulpverlening. Maar roeiend met de riemen die ter beschikking staan, kon in de mate van het mogelijke toch in een gepaste hulpverlening worden voorzien. Dat ik daarbij steeds beroep kon doen op de bijstand van toegewijde en bekwame griffiers is een niet te veronachtzamen element. De rol van de griffier, het wakend

waarmaken indien het over voldoende middelen beschikt ”

oog van en voor de magistraat, wordt te vaak onderschat en ondergewaardeerd. Hetzelfde geldt voor al die medewerkers die achter de schermen in stilte onnoemelijk veel werk verzetten.

Magistraten zijn zich vaak te weinig bewust van de onmisbare taak die door deze mensen wordt vervuld.

Wanneer in september 2014 de familie- en jeugdrechtbanken in werking traden, was dit voor mij de realisatie van een lang gekoesterde droom. Reeds in 1978 publiceerde ik (samen met J. Colaes) een artikel over de wenselijkheid van de oprichting van (toen genoemd) de gezinsrechtbank waarin de verschillende bevoegdheden zouden gebundeld worden in het belang van de partijen en een goed procesverloop.

Is dan alles peis en vree, of ziet u toch pijnpunten?

“

Een groot probleem is dat niet is voorzien in een voldoende ondersteuning en omkadering, vooral inzake de dagelijkse werking.

Dit brengt ons bij een eerste punt dat de achillespees vormt van Justitie. Justitie kan zijn functie slechts waarmaken indien voldoende middelen ter beschikking worden gesteld en indien

...

2016|Nr.3|Emile & Ferdinand|7

TERUGBLIK

...

deze optimaal worden aangewend, zowel wat de infrastructuur als de personele omkadering betreft.

Omtrent de infrastructuur is reeds heel wat te doen geweest.

Een constante gedurende mijn volledig loopbaan was steeds het aanklagen van de gebrekkige infrastructuur in de diverse jaarverslagen. Het is onbetwistbaar dat de voorbije jaren ernstige inspanningen zijn geleverd (een aantal nieuwe gebouwen), de overheid geconfronteerd wordt met noodzakelijke besparingen en budgettaire beperkingen, met bijkomende noden die moeten ingevuld worden (bv. beveiliging) maar dit neemt niet weg dat een goede huisvader vooruitziend is, goed budgetteert en provisies aanlegt. Een rondgang in diverse gerechtsgebouwen toont de soms erbarmelijke toestand waarin de medewerkers van het gerecht moeten werken, en waarin moet gezeteld worden. De falende infrastructuur waarmee de rechtzoekende geconfronteerd wordt, toont een gebrek aan respect ten aanzien van deze rechtzoekende. De gebouwen en wie of wat er in huist zijn het gezicht van Justitie. Voor de ogen van de mensen een metaaldetector voorzien aan de ingang die niet werkt wegens verstreken onderhoudscontract is maar één voorbeeld.

Zijn er dan ook lichtpunten?

“

Gelukkig zijn er de toegewijde medewerkers, griffiers en magistraten. Hoewel de personele bezetting vandaag on-

8|Emile & Ferdinand|Nr.3|2016

der spanning staat (en dit is voorzichtig uitgedrukt in het kader van de onderbezetting), blijft iedereen zich op een bijna idealistische wijze inzetten om in de mate van het mogelijke binnen een redelijke termijn aan de rechtzoekende en de medewerkers van het gerecht (advocaten, gerechtsdeurwaarders, …..) een oplossing te geven. Is het ook maar in enige zin te verantwoorden dat wettelijk vastgelegde kaders onder het mom van financieel moeilijke tijden en responsabilisering niet worden ingevuld en feitelijk worden afgebouwd? Er kunnen herschikkingen gebeuren, verschuivingen en optimalisaties maar dan nog volstaat dit niet om een goede werking te waarborgen die nu zonder twijfel in het gedrang is gebracht door de beduidende onderbezetting. Iedereen kreunt onder de werklast en om Cicero in zijn eerste rede tegen Catilina te parafraseren: “Quousque tandem abutere patientia nostra” (Hoe lang nog zult u misbruik maken van ons geduld?). Ooit zal de lijn knappen. Thans de hete appel doorschuiven naar het College van hoven en rechtbanken, naar het College van procureurs-generaal is niet onmiddellijk het bewijs van (politieke) verantwoordelijkheid opnemen.

Is het dan enkel kommer en kwel geworden?

“

Zeker niet. Het verlaten van de “politieke benoemingen”, de objectivering van de benoemingen in de magistratuur, de verschillende toegangswegen (gerechtelijke stage, beroepsbekwaamheid), de tussenkomst van de Hoge Raad voor de Justitie (via de Benoemings- en Aanwijzingscommissie) hebben er voor gezorgd dat er een kwaliteitsinjectie bij de magistratuur heeft plaatsgevonden, zonder daarmee afbreuk te doen aan de talloze bekwame magistraten die via de “politieke weg” magistraat zijn geworden. De gerechtelijke stage trekt gemotiveerde mensen aan en op vandaag hebben gerechtelijke stagiairs van vroeger reeds de weg gevonden naar de hoogste rechtsprekende functies.

De informatisering lag u nauw aan het hart…

“

Gedurende mijn loopbaan heb ik de explosieve ontwikkeling meegemaakt van de bureautica en de informatica.

Vertrekkend bij de mechanische typmachine, evoluerend naar de eerste elektrische schrijfmachines, de eerste machines met een beperkt geheugen en de telex, zijn we vandaag aangeland bij performante computers en informatica programma’s. Vroeger kwam de postbode eenmaal per dag, nu komt hij permanent langs. Hardware en software zijn niet meer weg te denken in een modern bedrijf.

Binnen Justitie zijn gedurende vele jaren (weliswaar met vertraging) grote inspanningen gedaan om aansluiting te vinden

TERUGBLIK

“

M ijn vrees is dat Justitie de

bij deze ontwikkelingen en evoluties. Elke medewerker van Justitie kan nu beschikken over een computer of laptop. Deze zijn niet up-to-date en het kan steeds beter, maar de ter beschikking gestelde toestellen volstaan voor het dagelijkse gebruik dat zich voor magistraten toch hoofdzakelijk beperkt tot het gebruik van Word. Van thuis uit kan er nu ook gewerkt worden, hoewel dit nog steeds niet vlekkeloos verloopt. Dit alles heeft een enorme budgettaire impact wat deels de moeilijke uitrol van de informatica en het informaticamateriaal verklaart.

Toch blijft op vandaag elke instantie nog werken met zijn eigen applicatie. Het veelvoud (meer dan 10) niet compatibele en vaak verouderde applicaties maken een geïnformatiseerde doorstroming van data onmogelijk.

Hoe schat u de gevolgen hiervan in?

“

Mijn vrees is dat Justitie definitief de boot gemist heeft om over een uniform en geïntegreerd informaticasysteem te beschikken. Ik zie aan de verste einder geen visie op een geïntegreerd systeem. Jaren terug was er het Phenix-project dat faliekant is afgelopen maar in het kader waarvan heel wat werk is gepresteerd dat niet als verloren moest worden beschouwd (BPM, toegankelijkheid en beveiliging, archivering, beveiliging, centrale printing, elektronische betalingen, authentieke bronnen, authenticatie en identificatie, veranderingsmanagement, …). Daarnaast was er een unieke (wettelijke) structuur op punt gesteld met vertegenwoordigers van administratie en rechterlijke orde die, mochten deze het vertrouwen gekregen hebben van politiek, administratie en rechterlijke orde, tot concrete realisaties zouden kunnen gekomen zijn. Vandaag zijn er diverse deelprojecten die vaak ontstaan via lokale initiatieven, die naast andere projecten hun weg vinden.

Is dit een goede zaak of stelt dit nieuwe vragen?

“

Deze deelprojecten hebben elk op zich hun verdienste, maar bieden geen oplossing, laat staan dat ze kaderen in een unitair project. Het elektronisch neerleggen van conclusies is mogelijk bij diverse instanties (e-deposit), maar is dit te integreren in verouderde applicaties? Zou dit project de toets aan de Europese regelgeving kunen doorstaan nu enkel houders van een Belgische e-ID hiervan gebruik kunnen maken? Reeds jaren is er Justscan (het scannen van strafdossiers), maar is dit echt overal ingeburgerd geraakt? Is er personeel voldoende om dit te doen? Zal dit naar de toekomst toe uitbreidbaar zijn? Er liggen nog heel wat uitdagingen te wachten, maar één daarvan blijf ik benadrukken: waar blijft de totaalvisie?

boot gemist heeft om over een uniform en geïntegreerd informaticasysteem te beschikken... ” Een ander heikel punt blijft de toegang tot de rechtspraak...

“

Inderdaad, rechtspraak is uiteindelijk het eindproduct van Justitie. Een tiental jaren terug kreeg de toen bestaande databank Juridat een upgrade naar jure.juridat. Via een performante applicatie (zoeken via trefwoord of vrije woorden) en door de opleiding van meer dan 200 magistraten, griffiers en medewerkers was het de bedoeling dat de diverse instanties hun relevante geanonimiseerde rechtspraak zelf zouden inbrengen. Na een veelbelovende start en enthousiaste reacties van de gebruikers moet op vandaag worden vastgesteld dat hier niet verder in geïnvesteerd is. Sedert enkele jaren is het project Vaja (vonnissen-arresten-jugements-arrêts) gestart op het niveau van de hoven van beroep.

Dit betekent dus een vooruitgang?

“

Alle uitspraken worden in dit systeem nu opgeslagen (niet-geanonimiseerd). Maar een zoekmotor om relevante rechtspraak op te zoeken is niet ter beschikking, laat staan dat dit mogelijk zou zijn voor mensen die niet tot de instantie behoren. Een gemiste kans. Magistraten en andere geïnteresseerden kunnen gelukkig terugvallen op de publicaties van commerciële uitgevers zoals Larcier waarvoor de FOD Justitie bereid is vele tienduizenden euro per jaar te betalen aan abonnementen. Hetzelfde geldt voor de wetgeving: de geconsolideerde wetgeving van de FOD Justitie is niet betrouwbaar, deze van een commerciële uitgever zoals Larcier (en geconcretiseerd in de Larcier wetboeken) wel…

U heeft een zeer interessante analyse gemaakt, waarvoor dank. Wat is uw conclusie?

“

Bij wijze van conclusies durf ik te stellen dat binnen Justitie de laatste jaren heel wat inspanningen zijn gedaan. De eerlijkheid gebiedt echter te zeggen dat deze onvoldoende zijn. De opgelopen achterstand is dermate groot dat de vraag rijst of deze achterstand nog zal kunnen goedgemaakt worden in budgettair moeilijke tijden. De komende jaren blijft de uitdaging bestaan waarbij de personele onderbezetting primair aandacht verdient.

2016|Nr.3|Emile & Ferdinand|9

WOORD VAN DE UITGEVER

DE LARCIER WETBOEKEN 2016 Deel III Economisch Recht Volume 1

Uitgeven, een actueel en toekomstgericht beroep: E&F licht een tipje “

Emile & Ferdinand: Zou u, met de hoeveelheid informatie die online beschikbaar is en alle mogelijkheden om zelf uit te geven, het beroep van uitgever nog aanraden aan de jongere generatie?

ROXANE JUNGBLUTH:

van de sluier...

Het verschijnen van de nieuwe basiseditie van de Larcier Wetboeken, een van de paradepaardjes van Larcier Group, is de geknipte gelegenheid om u een beter zicht te bieden op het specifieke métier van uitgeven. We schotelen u dan ook twee interviews voor.

Wij spraken met een uitgeefster, Roxane Jungbluth, verantwoordelijk voor het wetgevende aanbod van Larcier Group, en met de aankoopverantwoordelijke, Eddy Packeu, Purchase & Manufacturing Director. Hiermee kunnen een aantal misvattingen en vooroordelen uit de weg geruimd worden.

Roxane Jungbluth vertelt met passie over de bestaansreden van het uitgeefvak: toegevoegde waarde bieden, des te meer noodzakelijk in een context van “gratis” online beschikbare tools en inhoud, én zich voortdurend aanpassen aan de evolutie van de juridische beroepen, hun behoeften en hun werkgewoonten...

Hieruit volgt dat Larcier Group een bevoorrecht partner blijft van de magistratuur die hierdoor kan blijven genieten van het wetgevende aanbod (papier en digitaal!). Larcier Group en de FOD Justitie staan voortdurend in contact met elkaar EN ER IS NOOIT SPRAKE VAN GEWEEST OM DE LEVERING VAN INHOUD, OF DIE NU IN PRINT OF ONLINE IS, TE ONDERBREKEN. Eddy Packeu legt uit dat de waarden van Larcier Group strikte selectiecriteria opleggen in de productieketting: LOKALE EN EUROPESE FABRICAGE, DE VERMINDERING VAN DE ECOLOGISCHE VOETAFDRUK...

10|Emile & Ferdinand|Nr.3|2016

Absoluut: het beroep van uitgever of tal van andere beroepen die noodzakelijk zijn voor de productie en de verspreiding van informatie.

Mijn kinderen willen trouwens alle vier later “boeken maken”. Toen ze nog heel klein was, vroeg de oudste wat ik overdag deed. Eerst was ze onder de indruk dat ik “boeken maakte”, maar daarna al gauw teleurgesteld toen ze besefte dat ik niet schreef wat er werd gedrukt, dat ik geen grote drukmachines liet draaien, dat ik de boeken niet eens zelf verkocht…

Tot mijn grote vreugde kozen haar leerkrachten op school dat jaar ervoor om het uitgeversvak en de productieketting van het boek te bestuderen. Een mooi schemaatje illustreerde het werk van uitgever en uitgeverij, met alle tussenpersonen die noodzakelijk zijn voor het maken van een boek.

Maar liefst tien verschillende actoren namen deel aan het proces: van de auteur tot de boekhandelaar, de grafische ontwerper tot de corrector, de informaticus, de opmaker of de marketeer, ...

Ik voelde een grote trots voor mijn beroep toen ik haar hoorde zeggen: "Is dat allemaal nodig om een boek te maken?".

Sindsdien heeft ze geen enkele regel meer toegevoegd aan haar manuscript over een uil.

Dus, ja. Het beroep van "uitgever" (in brede zin) is aan te bevelen. Het impliceert het bestaan van een buitengewoon rijke

WOORD VAN DE UITGEVER

menselijke activiteit die op wieltjes loopt en gericht is op een en hetzelfde doel: relevante informatie verstrekken aan de lezers. In ons vak: mensen in staat stellen en helpen om hun werk doen!

Zijn de tools en inhoud die gratis online beschikbaar zijn niet voldoende? Wat is nog het nut van boeken, en vooral van wetboeken?

“

Sommige bronnen zijn gratis online beschikbaar. Ze zijn vaak uitstekend.

Ze bevinden zich verspreid over het web, zijn aanwezig op verschillende websites. De wetgeving is dus gratis online beschikbaar, op voorwaarde dat de professional ten minste vier verschillende websites raadpleegt, al naargelang hij Belgische, Europese, fiscale, federale, ... teksten wil raadplegen.

Aangezien een tekst op zich zelden voldoende is, zal het aan de professional zijn om de links tussen de verschillende bronnen van het recht te leggen (Europese akte -> federale tekst -> parlementaire handelingen -> uitvoeringsbesluit -> ...).

Hoewel de teksten als dusdanig online gratis zijn, is het werk dat noodzakelijk is om er nuttige en bruikbare informatie van te maken niet zonder waarde. In dit verband is de term “gratis” helemaal niet geschikt.

Het doel van de Collecties die wij uitgeven is om al die links te leggen, de vele bestaande teksten te ordenen, ze op een intelligente wijze te organiseren, ze met relevante inhoud te verrijken die helpt bij de interpretatie en toepassing ervan.

De rol van een juridisch uitgever gaat veel verder dan het publiceren van gratis online teksten. We moeten ons voortdurend aanpassen, de informatie en de manier waarop deze informatie ter beschikking wordt gesteld voortdurend laten

evolueren. Het web is wel handig, maar het houdt geen rekening met de ontwikkelingen van de juridische beroepen, met de behoeften van de juridische professionals hun werkgewoonten, hun mobiliteit, ... Wat een uitgeverij wel doet!

Nu we het toch over de ontwikkeling van de beroepen en over mobiliteit hebben, geruchten doen de ronde over het feit dat de uitgeverijen hun onderhandelingen met de FOD Justitie hebben stopgezet. Dus vanaf 1 juli 2016 zouden de magistraten geen toegang meer hebben tot documentatie?

“

Die informatie is volstrekt onjuist, althans voor wat de publicaties van Larcier Group betreft. Larcier Group en de FOD Justitie staan voortdurend in contact met elkaar en er is nooit sprake van geweest om de levering van inhoud, of die nu in print of online is, te onderbreken.

“ Er is nooit sprake van geweest om de levering van inhoud, of die nu in print of online is, te onderbreken.”

Ondanks de lange duur van de onderhandelingen werd de dienstverlening nooit onderbroken.

Larcier Group heeft er altijd op gestaan om redelijke voorstellen te doen die aangepast zijn aan de behoeften van de magistraten en om verder te gaan dan de gevraagde dienstverlening.

Vandaag krijgen de magistraten nog steeds alle gewenste documentatie, zowel via een database als in gedrukte vorm.

Larcier Group heeft altijd zeer veel aandacht besteed aan de behoeften van de professionals en staat open voor discussie.

Emile & Ferdinand: Kunt u, als Manufacturing Director, ons uitleggen wat uw criteria bij de keuze van drukkers zijn?

“

EDDY PACKEU:

Onze drukkers moeten een uitstekende prijs-kwaliteitsverhouding bieden, zij moeten flexibel zijn en in staat zijn om aan elke vraag te voldoen. Zij moeten ook lokaal zijn, want onze stromen zijn zeer strak. De productietijden moeten zo kort mogelijk zijn, vandaar de keuze voor digitale druk voor 95% van onze boeken.

Als uitgever die nog veel op papier publiceert, krijgen wij vaak te horen dat wij de schuldigen aan de ontbossing zijn. Klopt dat?

“

Nee, de boom en de pulp die eruit gewonnen wordt, vertegenwoordigen slechts een klein deel van de samenstelling van het papier.

De bomen bestemd voor papierfabricage in Europa zijn gewoonlijk van lokale oorsprong, ze worden gekapt op gecontroleerde wijze, gevolgd door heraanplanting. Er is, bijvoorbeeld, meer hectare bossen vandaag in Frankrijk dan in de 19e eeuw. De ontbossing zoals wij die kennen wordt voornamelijk veroorzaakt door de behoeften aan hout voor meubilair.

Hoeveel ton papier verbruiken wij in een jaar?

“ “

Tussen 200 en 300 ton.

Hoeveel ton papier was er nodig voor de nieuwe basiseditie 2016 van de Larcier Wetboeken?

70 ton.

2016|Nr.3|Emile & Ferdinand|11

ACTUALITEIT

De

gerechtsdeurwaarder: een volwaardige en moderne actor binnen het justitieel apparaat op kruissnelheid

Een interview met Bert Nelissen.

Emile & Ferdinand: Welk professioneel parcours heeft u tot op heden afgelegd?

Bert Nelissen Gerechtsdeurwaarder te Leuven

Potpourri I tot de recent gepubliceerde Potpourri III impliceerden veel veranderingen, o.m. ook voor het beroep van de gerechtsdeurwaarder.

Dit was een goede gelegenheid voor Emile & Ferdinand om het woord te geven aan Bert Nelissen deurwaarder te Leuven, en medewerker aan de Codex Gerechtsdeurwaarders, waarvan onlangs een nieuwe, derde editie verscheen en aan Duiding Deontologie juridische beroepen Gerechtsdeurwaarders. Bert Nelissen overloopt met ons de zaken die veranderd zijn in de 2 jaar sedert de goedkeuring van het nieuwe statuut tot op heden, duidt de toepassing in de praktijk en geeft ons enkele interessante cijfers.

Vermits het nieuwe statuut allerminst een eindpunt is, geeft Bert Nelissen ons ook al een interessante vooruitblik op de diverse grote en kleinere projecten die op stapel staan.

12|Emile & Ferdinand|Nr.3|2016

“

Bert Nelissen: Mijn professio-

nele carrière is relatief klassiek.

Nadat ik mijn licentiaatsdiploma in de Rechten aan de KU Leuven behaalde in 1995, vatte ik meteen mijn stage aan. Na het homologatie-examen in 1998 werd ik kandidaat-gerechtsdeurwaarder en in juni 2013 werd ik op 42-jarige leeftijd, hetgeen relatief jong is in het beroep, benoemd tot gerechtsdeurwaarder in het gerechtelijk arrondissement Leuven, waar ik thans deel uitmaak van de associatie HEYLEN-NELISSEN-DEDROOG. Als verantwoordelijke voor het statuut binnen het directiecomité van de NVKG, maakte ik de totstandkoming ervan mee van op de eerste rij. Momenteel ben ik plaatsvervangend afgevaardigde in de Algemene Vergadering van de Nationale Kamer van Gerechtsdeurwaarders van België (NKGB). Voorts ben ik gastlector aan verschillende hogescholen en auteur en editor van diverse teksten en publicaties, waaronder het ThemaWetboek Gerechtsdeurwaarders, de Duiding Deontologie juridische beroepen: Gerechtsdeurwaarders en Duiding Burgerlijk procesrecht van Larcier.

Welke wijzigingen heeft de hervorming van het statuut van de gerechtsdeurwaarder hoofdzakelijk met zich meegebracht voor het beroep?

“

Samengevat bracht ons nieuwe statuut (ingevoerd bij wet van 7

ACTUALITEIT Enkele statistieken

VERGELIJKEND EXAMEN 2014-2015 januari 2014, B.S. 22 januari 2014) in hoofdzaak vier wijzigingen van primordiaal belang tot stand.

De eerste grote wijziging betreft de objectivering van de benoemingsprocedures door de invoering van een onafhankelijke en gemengd samengestelde benoemingscommissie, naar het model van het notariaat waar deze reeds meer dan 10 jaar zeer behoorlijk functioneerde. Deze commissie is voortaan samengesteld uit 3 gerechtsdeurwaarders en 3 externe leden. Zij is bevoegd voor de organisatie van het vergelijkend examen om tot kandidaat-gerechtsdeurwaarder te worden benoemd, dat in de plaats komt van het vroegere homologatie-examen.

De facto komt dit neer op de invoering van een numerus-claususprincipe bij de toegang tot het beroep. Diezelfde benoemingscommissie is echter eveneens bevoegd om aan de Minister van Justitie de 3 meest geschikte kandidaten voor te dragen voor effectieve benoeming tot gerechtsdeurwaarder-titularis na publicatie van een vacante plaats daartoe.

De bottleneck inzake benoemingen en vele (succesvolle) procedures voor de Raad van State toonden immers maar al te duidelijk aan dat er nood was aan modernisering. Voor de inwerkingtreding van het nieuwe statuut lag immers het zwaartepunt van de benoemingsprocedure bij de lokale betrokken arrondissementsraden.

Een tweede grote verandering betreft de opwaardering van de kandidaat-gerechtsdeurwaarder. Zij worden voortaan door de koning bij K.B. benoemd bij gunstige rangschikking na het vergelijkend examen en de "kandidaat-gerechtsdeurwaarder" wordt daarmee een beschermde titel. Verder worden de kandidaten volwaardig geĂŻntegreerd in de structuren en interne organen van het beroep.

Keerzijde van de medaille is dat zij op hun beurt integraal onderworpen worden aan het nieuwe tuchtrecht. Tot slot worden de plaatsvervangingen beperkt

...

Aantal geslaagden

Opengestelde plaatsen

27 FR + 48 nl

8 FR + 6 nl

VERGELIJKEND EXAMEN 2015-2016 Inschrijvingen schriftelijk gedeelte:

Opengestelde plaatsen

27 FR + 48 NL

82

stagiair-gerechtsdeurwaarders

Aantal geslaagden na schriftelijk gedeelte

WAARONDER

8 FR + 14 nl

Fr

NL

32

50

WAARONDER

Aantal geslaagden na mondeling gedeelte

6 FR + 11 nl

23

9

27

23

TOTAAL AANTAL Studies, gerechtsdeurwaarders, kandidaten en stagiairs

546 GERECHTS-

WAARVAN

DEURWAARDERS

301 STUDIES

WAARVAN

83 vrouwen

15%

463 mannen

85%

351 kandidaatgerechtsdeurwaarders

Fr

NL

225 Franstaligen

Nederlandstaligen

41%

321

59%

207 stagiair-

gerechtsdeurwaarders

AANTAL NIEUWE stagiairs

2013: 48 2014: 50 2015: 48 2016|Nr.3|Emile & Ferdinand|13

ACTUALITEIT Enkele cijfers:

INNING FEDERALE BELASTINGEN 2015 DIRECTE BELASTINGEN ☛ € 132.128.710,00 BTW ☛ € 179.182.208,00 TOTAAL

☛

€ 311.310.918,00

Het nieuwe statuut had daarenboven een open portaal benadering en legt de verantwoordelijkheid voor de verdere uitwerking deels bij het beroep zelf middels de mogelijkheid tot zelfregulering in functie van de noden van het beroep.

Prompt werden diverse reglementen aangenomen, zoals het reglement van inwendige orde, het reglement met betrekking tot het houden van en de controle op de kwaliteitsrekeningen, het reglement inzake de permanente vorming en het vademecum met betrekking tot het tuchtrechtelijk onderzoek. Tegelijkertijd werden ook de benoemingscommissies en de tuchtcommissies geïnstalleerd.

REGISTRATIERECHTEN 2015 € 23.314.283,76

Het beroep heeft de ommezwaai gerealiseerd die de gerechtelijke wereld van haar verwachtte door zich op dergelijk korte termijn te conformeren aan dit nieuwe statuut en is daarmee uitgegroeid tot een volwaardige actor binnen Justitie.

SAMENWERKING VLAAMSE BELASTINGDIENST (VLABEL) EN DE GERECHTSDEURWAARDERS (DIAM) :

Zij versterkte door deze vlotte implementatie het vertrouwen van Justitie dat een eerste aanzet had gekregen middels de realisatie van het Centraal Bestand van Berichten in 2011, dat tot ieders grote tevredenheid werkt.

...

Inning op 4 jaar tijd:

☛

tot 180 dagen per jaar per titularis, waar in het verleden deze mogelijkheid onbeperkt gold, hetgeen aanleiding gaf tot misbruiken.

Ten derde voorziet het nieuwe statuut in een sluitende regulering voor de continuïteit van kantoren middels de mogelijkheid tot aanstelling van een waarnemend gerechtsdeurwaarder en voor de uitstroom van het beroep ingeval van overlijden, ontslag of afzetting.

Laatste en misschien wel meest ingrijpende verandering is gelegen in de deontologie en het tuchtrecht. De straffen werden aanzienlijk verzwaard en uitgebreid, het tuchtrecht wordt uit de arrondissementele sfeer gehaald en opgetild naar tuchtrechtspraak op het niveau van het hof van beroep. Zij is niet langer meer exclusief in handen van beroepsgenoten. Externen doen ook hier hun

14|Emile & Ferdinand|Nr.3|2016

+ € 269.000.000,00

intrede, hetgeen de geloofwaardigheid en aanvaarding van tuchtbeslissingen bij de buitenwereld, en de klager in het bijzonder, verhoogt. De verwijzing naar de tuchtrechtcommissies werd exclusief, met uitsluiting van de arrondissementsraden, toebedeeld aan het directiecomité van de nationale kamer van gerechtsdeurwaarders.

Hoe heeft het beroep gereageerd op de invoering van dit nieuwe statuut?

“

Het beroep had een slecht imago, leek verouderd en niet aangepast aan de 21e eeuw. Ondanks de revolutionaire omwenteling die deze hervorming voor het beroep betekende, werd zij met open armen onthaald door de hele beroepsgroep. Deze hervorming was de aanzet voor een noodzakelijke modernisering.

De toegang tot het beroep is fundamenteel gewijzigd zowel voor de stagiairs als voor de kandidaatgerechtsdeurwaarders. Wat zijn de hulpmiddelen die hen ter beschikking worden gesteld om zich hieraan te kunnen aanpassen?

“

De meest radicale omwenteling geldt inderdaad voor de stagiairs, die moeten slagen in een diepgaand tweeledig vergelijkend examen alvorens door de Koning tot kandidaat-gerechtsdeurwaarder te worden benoemd.

Om hieraan tegemoet te komen heeft het beroep, met de medewerking van Larcier, een Themawetboek Gerechtsdeurwaarders ter beschikking van de stagiairs gesteld dat alle wetgevende teksten en regelgeving, toepasselijk op ons beroep, omvat. Deze Codex, waarvan editie 2016 dit voorjaar verscheen, is zonder enige twijfel een performant werkinstrument en ideale voorbereiding op het examen.

Daarnaast biedt SAM-TES, het juridisch-maatschappelijk kenniscentrum

ACTUALITEIT

voor gerechtsdeurwaarders, de stagiairs kwalitatief hoogstaande en gratis opleidingen aan om hen in ideale omstandigheden naar het vergelijkend examen te loodsen.

De laatste maanden brachten heel wat nieuwe reglementeringen. Denken we aan de wet die de griffierechten hervormde en aan de recente "Potpourri I"-wet van 19 oktober 2015, die onder meer de invordering van niet-betwiste schuldvordering introduceerde in handelszaken. Hoe kijkt u aan tegen deze hervormingen en hoe zet u ze in praktijk om?

“

Bepaalde regelgeving wordt op gemengde gevoelens onthaald. De onderwerping aan de BTW, de hervorming van de registratierechten en de recente hervorming van de griffierechten hebben geleid tot een aanzienlijke verzwaring van de kost van aktes. Bij dagvaardingen voor de Rechtbanken van Eerste Aanleg of de Rechtbanken van Koophandel, bestaat de kost van een akte voor maar liefst 67% uit directe belastingen.

Ook de administratieve werklast is er niet op verbeterd met de recent ingevoerde "pro-fisco" verklaring. Al deze maatregelen maken de invordering van kleine schuldvorderingen, zeker in commerciële zaken, uiterst moeilijk en ontmoedigen kleine en middelgrote ondernemingen, die niet meer tot dagvaarding durven over te gaan. Niet zelden raken zij daardoor zelf in betalingsproblemen, waarmee de vicieuze cirkel rond is.

In die zin kan de invoering van de nagelnieuwe procedure voor invordering van onbetwiste geldschulden in handelszaken (de zogenaamde IOS-procedure, ingevoerd door de Potpourri I-wet) enkel toegejuicht worden. De Belgische wetgever gaf hiermee uitvoering aan artikel 10 van de richtlijn 2011/7/EU betreffende de bestrijding van betalingsachterstand bij handelstransacties, met de bedoeling inning van niet betwiste geldvorderingen voor ondernemingen goedkoper, sneller en eenvoudiger te maken.

De procedure voert overigens, en dit is uniek in het Belgisch recht, een omgekeerd contentieux in, waarbij het niet de schuldeiser is die de (reeds overbelaste) rechter moet vatten, maar wel de schuldenaar

wanneer deze het "buiten-gerechtelijk" initiatief van zijn schuldeiser wil betwisten.

Het is andermaal de gerechtsdeurwaarder die de spilfiguur is in deze nieuwe procedure, en die na betekening van een aanmaning en de opstelling van een proces-verbaal van niet betwisting reeds na een termijn van 1 maand en 8 dagen een uitvoerbare titel kan bekomen.

Hiervoor wordt een nieuw Centraal Register opgericht (het CROS), een geïnformatiseerde gegevensbank in beheer en onder controle van de NKGB, die op dit vlak reeds bij herhaling haar expertise bewees.

Vooralsnog geldt de regeling uitsluitend in een B2B-omgeving, maar niets sluit de verruiming van het toepassingsgebied in de toekomst uit.

Staan er nog nieuwe projecten op stapel die de nabije toekomst van de gerechtsdeurwaarders zullen beïnvloeden?

“

Het nieuwe statuut gold in zekere zin als een "fresh start". Het is echter allerminst een eindpunt en er staan nog diverse grote en kleinere projecten op stapel.

Belangrijk is daarbij nogmaals de essentiële rol van SAM-TES te beklemtonen.

Via dit kenniscentrum spreekt de beroepsgroep met één stem, wat toelaat om het ‘merk’ van de gerechtsdeurwaarder positief in de markt te zetten, vertrouwensbanden op te bouwen met alle stakeholders en accuraat in te spelen op opportuniteiten.

tot de benoemingscommissies, zodat opnieuw vacatures voor benoeming tot titularis kunnen worden gepubliceerd. De (facultatieve) elektronische betekening, zowel in strafzaken als in burgerlijke zaken, is een feit en dient uitgewerkt. Er is sprake van een volwaardige ombudsman voor het beroep en er rest nog veel werk aan de opmaak van een nieuwe deontologische code.

Uitdagingen dus in overvloed. Het beroep, dat eerder aarzelend aan de 21e eeuw was begonnen, is daarmee ook op volle kruissnelheid gekomen. Of om het met de woorden van nationaal Voorzitter Marc Brackeva in het jaarverslag 2015 te zeggen: "Waar 2014 het jaar van de vernieuwing was, was 2015 het jaar waarin we de daad bij het woord voegden". 2016 wordt daarmee alvast het jaar van de bevestiging!

Uw wetboeken zijn het hele jaar door bijgewerkt met de LarcierGrp app

LARCIER THEMA WETBOEKEN

Gerechtsdeurwaarders

2016 Patrick Gielen Bert Nelissen

NIEUW GRATIS

Pascal Lombardi Karolien Dockers Philippe Grumbers François-Michel Huwart

ThemaWetboek Gerechtsdeurwaarders Bert Nelissen & Patrick Gielen 2016 • 1342 p. • A4 formaat • € 200 (Stagiairs: € 99)

De politiebijstand blijft een heikel werkpunt, zeker in tijden van verhoogde terreurdreiging, waar deze als niet-prioritair wordt aanzien. De BTW over pro deo-prestaties van gerechtsdeurwaarders werd recent afgeschaft. Er werden protocolakkoorden gesloten die digitale toegang tot het centraal register van huwelijksovereenkomsten en tot het kadaster impliceren.

De procedure met betrekking tot onbetwiste geldschulden moet op korte termijn operationeel zijn. We streven naar een ontsluiting van het Centraal aanspreekpunt (CAP) bij de NBB en de SIDIS databank en ijveren voor een ruimere toegang tot het DIV. In de potpourri IIIwet zitten aanpassingen met betrekking

Duiding Deontologie juridische beroepen: Gerechtsdeurwaarders Patrick Gielen, Bert Nelissen & Pascal Lombardi 2015 • 158 p. • 17,5 x 24 cm • € 40

2016|Nr.3|Emile & Ferdinand|15

SAVE THE DATES

MAAK KENNIS MET ONS AANBOD OPLEIDINGEN ➔ STUDIENAMIDDAG DELEGATIE EN TAAKVERDELING IN DE NV

11 oktober 2016 - Communicatieloft Gent Sarah De Geyter, Ingrid De Poorter en Emmanuel Leroux

➔ COLLOQUIUM “IN MEMORIAM LUC HUYBRECHTS:” HET DOUANESTRAFRECHT VANDAAG/ LE DROIT PÉNAL DOUANIER AUJOURD’HUI 27 oktober 2016 - Claeys & Engels Brussel Francis Desterbeck, Filip Van Volsem, Erik Gevers, Eric Van Dooren, Ludovic Andreacola, Thierry Henne en Gustave Steffens

➔ STUDIEAVOND ECHTELIJKE MOEILIJKHEDEN & DE VENNOOTSCHAP EN DE ECHTSCHEIDING

17 november 2016 - Communicatieloft Gent Nele Matthys, Stephanie van den Brande, Guy De Coen en Frederik Tack

➔ STUDIENAMIDDAG HET DECREET COMPLEXE PROJECTEN IN DE PRAKTIJK: LEIDEN DE EERSTE PILOOTPROJECTEN TOT TIJDSWINST EN MEER RECHTSZEKERHEID? (REEKS OMGEVING TERECHT)

17 november - Radisson Blu Antwerpen Els Empereur, Ive Van Giel, Kristof Hectors en Team Complexe Projecten

➔ BERICHT AAN HET NOTARIAAT Praktijkgerichte ochtendsessies 10 sessies (februari tot november 2016), exclusief voorbehouden aan notarissen en kandidaat-notarissen, over concrete vraagstukken die leven binnen de notariële praktijk.

• Het bewijsrecht bij de vereffening en verdeling praktisch toegelicht (29/9 De Pinte) • De schenking van onroerende goederen (11/10 - Berchem) • Een praktische toelichting van de vermogensplanning met levensverzekeringen (25/10 - Zedelgem) • Praktische notariële aandachtspunten bij internationale planningen (15/11 Diepenbeek) • Familiale vermogensplanning bij kinderen met een beperking (29/11 – Leuven)

➔ STUDIENAMIDDAG ONROEREND ERFGOED (REEKS OMGEVING TERECHT) 6 december 2016 - Radisson Blu Antwerpen Dominique Devos, Michiel Deweirdt, Lise Vandenhende, Paul Vansant en Bert Van Herreweghe

➔ STUDIENAMIDDAG BEËINDIGING VAN VENNOOTSCHAPSMANDATEN

24 november 2016 - Redloft Gent Vera Caimo en Bram Van Dael

➔ STUDIENAMIDDAG BASISOPLEIDING ONTSLAGRECHT

1 december 2016 - Redloft Gent Vicky Buelens en Peter Stroobants

➔ DRIE AVONDSESSIES ‘HET LEVEN VAN EEN VENNOOTSCHAP' (De Pinte)

Dirk Van Gerven • De oprichting van een vennootschap (15 november 2016) • Joint Venture en geschillenbeslechting (22 november 2016) • Ontbinding en vereffening van een vennootschap (6 december 2016)

> SURF NAAR WWW.LARCIERGROUP.COM om de interviews met onze auteurs en redactieleden te ontdekken, en kom er alles te weten over de komende events en onze nieuwe publicaties

GAZLARNL3 ISBN : 9781-1009-7700-3

16|Emile & Ferdinand|Nr.3|2016

INFORMATIE EN INSCHRIJVINGEN: Larcier Opleiding opleiding@larciergroup.com Online inschrijvingen via www.larciergroup.com/opleiding

Follow us on

Bent u nog niet geabonneerd op Emile & Ferdinand?

Abonneer u gratis op emileenferdinand@larciergroup.com