Emile& Ferdinand Magazine van
2019/2 | N°14 Gratis magazine
Afgiftekantoor: 3000 Leuven Masspost | P919288
5
Soft skills voor juristen Time is money... ook als je netwerkt. De 2 minuten pitch in de juristenwereld. Deel 3: Sluit je pitch krachtig af
Aline Van Bever
3 Woord van de uitgever
Paul-Etienne Pimont
9 Event
Tweede Dag van de Rechtsstaat Interview met Bart Willocx
13 Team Spirit
JTT - Journal des tribunaux du travail: wissel van de wacht Interview met Claude Wantiez en Pierre Joassart
17 Actualiteit
Naar een meer efficiënte uitvoering van geldstraffen: De vermogenscel bij het Parket-generaal van Gent Francis Desterbeck
En ook
N iet te missen data
...
EDITORIAAL
Veel
leesplezier!
Beste auteurs, beste klanten, Beste LEZERS, U heeft het tweede nummer van de vierde jaargang van Emile & Ferdinand in handen, met alweer een mooie mix van theoria en praxis, stof tot nadenken én calls to action! Zoals u misschien al had gemerkt aan het nieuwe logo op het voorblad, waait er een nieuwe wind door onze uitgeefgroep. Om u en andere juridische en fiscale professionals nog beter te ondersteunen met innovatieve oplossingen, bundelen Larcier, Indicator, Intersentia en Bruylant hun krachten. Onze Managing Director Larcier Legal legt uit hoe ons nieuwe logo veruitwendigt wie we zijn én ook wat we morgen zullen worden.
COLOFON Hoofdredacteur Herman Verleyen Redactieteam Herman Verleyen, Bert Van Vaerenbergh, met medewerking van Anne-Laure Bastin Lay-out Julie-Cerise Moers (Cerise.be) © Larcier Verantwoordelijke uitgever Paul-Etienne Pimont ELS Belgium NV Hoogstraat 139, Loft 6 - 1000 Brussel Publiciteitsregie The Future is Now bvba Laurence Thomsin 0032 471 63 67 01 info@the-future-is-now.net Berichten die bestemd zijn voor de redactie kunnen worden verzonden via e-mail: emileenferdinand@larcier.com
2|Emile & Ferdinand|Nr.14|2019
Onderhandelen, netwerken, efficiënt leiding geven, delegeren, prioriteren… Soft skills zijn belangrijk voor juristen. Aline Van Bever, communicatieadviseur, leert u in een driedelige reeks over efficiënt en effectief netwerken om een succesvol gesprek aan te knopen zonder u of uw diensten op te dringen, via een gefocuste, pittige en gestructureerde pitch. In het derde afsluitende deel zetten we de kroon op het werk. We krijgen tips om onze pitch te laten nagalmen. Scoor en doe uw toehoorder tot de actie overgaan! Vorig jaar vond voor de eerste maal (en meteen een schot in de roos) de Dag van de Rechtsstaat plaats te Mechelen, als verlengstuk van het stadsfestival
OP.RECHT.MECHELEN (2016-2018). Emile & Ferdinand berichtte reeds eerder over dit festival dat via een veelzijdig cultuuraanbod erin geslaagd is de begrippen recht en rechtvaardigheid emotioneel te vertalen naar het grote publiek. Omdat het thema van de rechtsstaat brandend actueel blijft, onder meer door de recente discussies omtrent ‘activistische’ rechters en ‘politici die de rechtsstaat niet kennen’, wordt een tweede dag georganiseerd. Bart Willocx, voorzitter van de organiserende vzw, licht al een tipje van de sluier! Larcier geeft sedert 1970 JTT – Journal des tribunaux du travail (Arbeidsrecht, sociale zekerheid, sociaal procesrecht, sociaal strafrecht) uit. Vorig jaar werd Claude Wantiez opgevolgd door Pierre Joassart als hoofdredacteur. Emile & Ferdinand had een gesprek met beiden over verleden en toekomst van dit uniek tijdschrift. De cirkel is rond: het belang van efficiënte communicatie wordt geïllustreerd door een toepassing in de praktijk. Francis Desterbeck legt uit hoe de succesvolle samenwerking tussen Justitie en Financiën bij de uitvoering van geldstraffen op één jaar tijd verbluffende resultaten opgeleverd heeft.
Veel leesplezier!
De redactie van Emile & Ferdinand
Dit magazine is ook van u! Aarzel niet om ons artikels over te maken. Ook uw suggesties of opmerkingen op gepubliceerde bijdragen zijn welkom! Stuur ons uw berichten op: emileenferdinand@larcier.com
WOORD VAN DE UITGEVER
Samen klaar voor morgen
Samen klaar voor morgen Als trouwe lezer en, voor sommigen van u, als auteur heeft u wellicht gemerkt dat de visuele identiteit van Larcier radicaal is geĂŤvolueerd. Maar waarom zo'n verandering?
Paul-Etienne Pimont Managing Director Larcier Legal
De juridische en fiscale wereld maakt een ware revolutie door. De digitalisering, de inflatie van de wetgeving en de juridisering van onze samenleving stellen de beoefenaars van juridische beroepen voor nieuwe uitdagingen en veranderen de verwachtingen van klanten, burgers en rechtzoekenden. Om een beter inzicht te krijgen in de ingrijpende veranderingen die we doormaken, hebben we in vijf Europese landen een grootschalige bevraging gehouden over innovatie in de juridische en fiscale sector. Laten we even focussen op BelgiĂŤ en Luxemburg, zonder al te veel in detail in te gaan op deze studie. (De volledige resultaten en conclusies zal u kunnen lezen in een volgend nummer van Emile & Ferdinand, gewijd aan innovatie). Dan blijkt dat slechts een beperkt aantal bedrijven en professionals al concrete acties hebben opgezet om de digitale transformatie te ondersteunen, hoewel men zich meer en meer bewust wordt van deze veranderingen. Onze ambitie, als juridische uitgever en speler in de kenniseconomie, is om u te begeleiden in deze diepgaande evolutie. Dankzij de technologie natuurlijk, maar ook met oplossingen en inhoud die perfect afgestemd zijn op uw behoeften.
...
2019|Nr.14|Emile & Ferdinand|3
WOORD VAN DE UITGEVER
...
Om deze uitdaging aan te gaan, kan Larcier rekenen op de groep Lefebvre-Sarrut, de Europese leider op het gebied van publicaties en juridische en fiscale opleidingen, alsook op de verschillende Belgische en Luxemburgse merken. Larcier, Indicator, Bruylant ĂŠn Intersentia, dat zich eind 2018 bij ons heeft aangesloten, bundelen hun krachten om uw dagelijks werk te vergemakkelijken en uw bevoorrechte partner te worden, of u nu jurist, tax & accountancy specialist, academicus, bedrijfsleider of zelfstandige bent.
Om deze nieuwe unieke onderneming in al haar dimensies te belichamen, juridisch en fiscaal, specialistisch en praktijkgericht, Nederlandstalig en Franstalig, Belgisch en internationaal, krijgen onze vier merken geleidelijk aan een nieuwe gemeenschappelijke identiteit. Ons nieuwe logo is moderner en resoluut kleurrijker. Het symboliseert de diversiteit, dynamiek en aantrekkelijkheid van de wereld van het recht en de fiscaliteit. We hebben het opgevat als een link tussen merken. Het bevestigt ons gemeenschappelijk DNA en onze gezamenlijke inzet voor uitmuntendheid en kwaliteit, zonder de specialiteiten en de eigen markten van Larcier, Indicator, Intersentia en Bruylant te miskennen. Want allemaal samen zijn we klaar voor morgen.
Ontdek onze nieuwe identiteit op www.larcier.com/nl/samen
LARCIER | INDICATOR | INTERSENTIA | BRUYLANT
4|Emile & Ferdinand|Nr.14|2019
SOFT SKILLS VOOR JURISTEN
De 2 minute pitch in de juristenwereld.
Time is money... ook als je netwerkt. Deel 3: Sluit je pitch krachtig af
Onderhandelen, netwerken, efficiënt leiding geven, delegeren, prioriteren… Soft skills zijn belangrijk voor juristen. Een belangrijk punt is netwerken. E&F geeft in een driedelige reeks het woord aan Aline Van Bever, communicatieadviseur en vormer die ons de kneepjes van het vak leert. In het eerste deel in nummer 2018/4 stond je stil bij je doelstelling en je doelgroep. Je bepaalde je focus en ontdekte dat een pitch met een strakke focus kansen creëert. Dan was het tijd om je kansen te vergroten, te beginnen met een heldere, originele en overtuigende boodschap. Een boodschap waarmee je “raak” schiet. Hoe je dat doet, bekeken we in het tweede deel (E&F nr. 2019/1). Dat een gefocuste, pittige en gestructureerde pitch je helpt als je naar een netwerkevent gaat, weet je dus al. Hoe zorg je er nu voor dat je pitch nagalmt en je toehoorder tot actie overgaat? Je ontdekt het in dit derde en laatste deel, waarin we je leren te zorgen voor een blijvende afsluiter en concrete call to action.
Aline Van Bever Aline Van Bever is communicatieadviseur, content manager, vormer & spreker. Ze is tevens doctor in de Rechten. Zie ook https://be.linkedin.com/in/ alinevanbever
De laatste seconden om je voor te stellen, tikken weg. Tijd om je pitch pittig af te sluiten en krachtig te doen nagalmen. Behoud je focus en voorzie een overtuigend slot argument. Interessante toehoorders wil je weerzien. Zorg er voor dat jullie ontmoeting niet beperkt blijft tot een enkele keer. Nodig je toehoorder uit tot een vervolgstap met een
klare call to action en houd de communicatie gaande. Put uit jullie ontmoeting zoveel mogelijk kansen. Scoor! Train jezelf daarom in het pitchen: test je pitch zoveel mogelijk uit in tal van contexten en tegenover een brede waaier mensen. Varieer, leer daaruit en stel je pitch nonstop fijn. Vertrouw erop en blijf bij...
...
2019|Nr.14|Emile & Ferdinand|5
SOFT SKILLS VOOR JURISTEN
... 3.1.
“
Laat je pitch nagalmen
3.1.1. Blijf gefocust tot de laatste seconde Pitchen doe je met een doel. Of het nu een persoonlijk doel is of een van zakelijke aard, vergeet niet om welke reden je een gesprek aangaat. Benadruk wat je zoekt en/of waarom net jij voor jouw toehoorder van betekenis kan zijn. Pitch je met de bedoeling om iets van je toehoorder te bekomen, maak dan specifiek en meetbaar wat juist. Hoe concreter en selectiever je vraag, hoe minder vrijblijvend ze klinkt. Presenteer je toehoorder een klare kijk. Sta je bijvoorbeeld oog in oog met een belangrijke investeerder bij wie je middelen zoekt, leg dan uit wat je nodig hebt en voor welk doel. Een suggestie: “Ons kantoor loopt goed. Daarom gaan we de komende drie maanden onze trainingen uitbouwen en investeren we in automatisering tools. We zoeken daarvoor € 1500 extra kapitaal.” Houd je verhaal gestructureerd, logisch en overzichtelijk. Bewaar je focus. Houd je doel en jouw concrete toehoorder strak in je vizier en ga er recht op af. Blijf dicht bij de essentie.
odig je toehoorder uit voor een N opvolggesprek. Of zorg dat hij of zij jou uitnodigt of iets voorstelt. Vergeet je contactgegevens niet te delen. Ga er alleszins niet vanuit dat je toehoorder het contact met jou spontaan zal heropnemen, hoe zelfverzekerd je er ook stond en hoe gestructureerd je pitch ook klonk…
”
nieuwsgierig, maar mijd dat hij of zij een punthoofd krijgt. Klonk je verhaal geladen of was je voorstelling overweldigend, neem dan op het einde van je pitch wat druk van de ketel. Houd het luchtig. Dat kan op meerdere manieren, zoals met een grap of woordspeling.
Een “verluchtend” voorbeeld: “U zoekt een kantoor dat billable hours correct rekent? Reken op het onze en stop met zoeken. Bij ons primeert content boven de cijfers, opdat de klant na de afrekening niet “mis-content” vertrekt.” Of: “U zoekt een expert verzekeringsrecht? Ik verzeker u een onbevooroordeelde en heldere kijk op het recht. Zo stapt u met een gerust gevoel door het leven.” Of zo: “Jij vindt de juiste woorden niet? Ik vind ze voor jou. Ik jongleer met letters, goochel met taal, werk met woorden en doe woorden werken voor jou. Maak je punt. Ik tik het uit voor jou!”
3.1.2. Houd je laatste woorden luchtig
3.1.3. Zorg voor een klinkend slot argument of uitnodigende cliffhanger
Blijf pitchen. Voer geen monoloog. Prikkel je toehoorder, maak hem of haar
Ga voor een prikkelende laatste zin om je toehoorder ervan te overtuigen dat
6|Emile & Ferdinand|Nr.14|2019
je iets betekent voor hem of haar. Land met een krachtig argument waarmee je een positieve indruk nalaat. Gebruik daarbij de kennis die je (vóór of) tijdens je pitch over hem hebt opgedaan. Speel, waar je kan, ook jouw ambities, capaciteiten, expertise en kenmerkende eigenschappen uit. Benadruk jouw meerwaarde. Straal zelfvertrouwen uit. Ontmoet je de HR-verantwoordelijke van het kantoor waar jij aan de slag wil gaan, terwijl je weet dat die iemand zoekt met jouw profiel, benader hem of haar dan zo: “U zoekt een fiscalist met veel boekhoudkundige ervaring? Leg mijn nauwgezette en betrouwbare aard naast mijn neus voor zaken, voeg daarbij een portie passie en vind in mij dé jurist om uw financiën overzichtelijk te houden.” Ook een sappige cliffhanger laat je toehoorder geprikkeld achter. Rond af op een punt dat de spanning het grootste is en maak je toehoorder nieuwsgierig naar de rest van je verhaal. Er zijn verschillende technieken om spanning in te bouwen in jouw pitch. Een populaire is de ‘open vraag’. Een open vraag heeft vele voordelen. Het ver-
SOFT SKILLS VOOR JURISTEN
zacht het bruuske einde van je verhaal en houdt jou uit de monoloog-modus. Eindig je met een vraag, dan lok je direct een reactie uit. Je creëert interactie, je krijgt extra informatie, je leert hoe je pitch overkwam en houdt het gesprek levendig. Je geeft je toehoorder uitdrukkelijk een plek in jouw verhaal. Zo scoor je, zeker op netwerkevents! Dat is belangrijk als je het contact wil bewaren. Het vorige voorbeeld klinkt zo als cliffhanger: “Mijn neus voor zaken, oog voor detail, mijn kop vol cijfers en een cv dat een kijkje waard is, zijn mijn troeven als fiscalist. Zoekt u geen betrouwbaar persoon om uw boeken waardevol te houden?” Of: “Ik kluts in zinnen, wik en weeg woorden om en breek verhalen open. Jij zoekt iemand die jouw punt kan maken? Zal ik alvast dat punt uittikken?”
3.2.
Zet aan tot actie
De vragende cliffhanger van zonet kan ook de vorm aannemen van een klare call to action. Daarmee houd je de communicatie open. Nodig je toehoorder uit voor een opvolggesprek. Of zorg dat hij of zij jou uitnodigt of iets voorstelt. Vergeet je contactgegevens niet te delen. Ga er alleszins niet vanuit dat je toehoorder het contact met jou spontaan zal heropnemen, hoe zelfverzekerd je er ook stond en hoe gestructureerd je pitch ook klonk. Oproepen tot actie doe je zo: “U wil een bekwame fiscalist. Ik zoek berekende deals om op te volgen. Laten we een datum prikken om samen een break-even te vinden.
Wat past voor u?” Of: “Moeilijkheden op vlak communicatie? Of op zoek naar communicatietraining? Contacteer me. Check mijn LinkedIn profiel of vraag de uitgever mijn gegevens.”
3.3. Oefen je pitch. Varieer en pas aan Bijna rond! In dit artikel en de vorige twee delen vind je tips en suggesties om je helder, origineel en pittig voor te stellen. Je pitcht al met punch. Laat nu je pitch rijzen en rijpen. Kom los van de eerste versie in je hoofd of op papier. Neem afstand van je pitch. Trek erop uit voor een koele kijk. Ga naar buiten. Wees verrast door originele inzichten die je kritisch doen kijken naar je pitch. Vertrek vanuit een andere invalshoek en zie hoe punten die eerst logisch of pittig klonken misschien complex of langdradig overkomen. Pas je pitch dan aan.
Voel vooreerst bij elke nieuwe pitch beurt weer het klimaat aan. Het bepaalt op welk ritme, in welke stijl en met welke technieken en trucs je jezelf voorstelt. Plaats je in de leefwereld en gedachtegang van je toehoorder. Hij of zij moet je verhaallijn volgen. Weet je toehoorder wie jij bent, wat je doet en waarom het voor hem of haar interessant kan zijn om later nog af te spreken? Klinkt jouw boodschap overtuigend genoeg om je toehoorder tot actie te doen overgaan? Ben je überhaupt zeker dat de kern van je verhaal hem of haar bereikt? Durf variëren. Er zijn meerdere formules om jouw toehoorder mee te krijgen met je verhaal. De kern en hoofdlijn ervan staan vast, maar speel daarmee. Werk alternatieve pitches uit. Kies dan telkens de pitch die past bij je toehoorder, de concrete context en het klimaat.
...
2019|Nr.14|Emile & Ferdinand|7
SOFT SKILLS VOOR JURISTEN
... Sprokkel inspiratie bij anderen. Sta stil bij hun taal, woordkeuze, stijl en techniek. Observeer hen en ontleed hun pitch. Bouw ervaring op op uiteenlopende evenementen door simpelweg te kijken en te luisteren. Grijp dan zelf ook de kans om je mond te openen en stel je voor. Exploiteer je oefenterrein en vraag je klankbord om raad: vrienden of collega’s die zowel jou als je toehoorder kennen. Verwerk hun feedback, pas je verhaal aan waar nodig en herhaal dat testproces meermaals. Train je. Schaaf jezelf non-stop bij. Trek met alle tips en feedback voort en bouw je pitch stapsgewijs sterker uit. Schrijf hem uit, lees hem luidop. Klinkt je pitch vloeiend? Kropen er geen stopwoorden in of gemak termen? Volgt je pitch het ritme van je gedachten? Of moet je tijdens je pitch naar adem snakken, waardoor je jouw boodschap verwarrend uit stottert? Check je taal. Pitch je luchtig? Verschuil je jezelf niet achter clichés en buzzwoorden? Begeef je je niet op expertisegebied? Gebruik je de juiste woorden en hanteer je ze correct? Pak er bij twijfel een woordenboek bij of vind het antwoord online, bijvoorbeeld op www.taaltelefoon. be of www.taaladvies.net. Wees je ten slotte bewust van je presentatie en verzorg die. Bewaak je houding
8|Emile & Ferdinand|Nr.14|2019
en gebruik je lichaam als een volwaardig communicatiekanaal. Sta er zelfverzekerd en enthousiast. Hoe kan je jouw toehoorder anders enthousiast maken? Net zo enthousiast als jij bent over dit hele artikel over pitchen. Ja, je hebt de
finish bereikt. Ik heb mijn punt gemaakt (laat dat nu net míjn sterkte zijn). Maar, heeft dat punt jou geraakt? Laat het weten. Opmerkingen en suggesties welkom! Wie alle voorbeelden aandachtig las, weet intussen dat je mijn gegevens vind via LinkedIn of de uitgever. Tot gauw!
Aline Van Bever geeft ook de training 'Doelgerichte en begrijpelijke rechtstaal’ Tijdens twee opleidingsvoormiddagen leert de juridische professional juridisch correct, precies én helder formuleren en communiceren, met praktische oefeningen over mondelinge en schriftelijke communicatie naar niet-professionelen. De opleiding is praktijkgericht en gebouwd rond 3 assen: • Taalkundige correctheid én juridische correctheid - een moeilijk evenwicht • Helder communiceren (begrijpelijke rechtstaal): schrijven (zowel procedurele als niet-procedurele stukken) & spreken • Doelgericht communiceren: focus op doel en toehoorder (zowel juridische professionals & cliënt-leken) en diens voorkennis
EVENT
Tweede
DAG VAN DE RECHTSSTAAT Op 15 mei 2018 organiseerde de vzw 400 voor de eerste maal de Dag van de Rechtsstaat te Mechelen, als verlengstuk van het stadsfestival OP.RECHT.MECHELEN (20162018). Dit stadsfestival is met vlag en wimpel geslaagd in zijn ambitie justitie dichter bij de mensen te brengen en beeldende kunstenaars, theatermakers, musici, én last but not least, het grote publiek te laten nadenken over recht en rechtvaardigheid. Hierover werd reeds bericht in Emile & Ferdinand nr. 5 (voorjaar 2017). Wegens groot succes wordt dit jaar op 7 mei een nieuwe Dag van de Rechtsstaat georganiseerd (www.dagvanderechtsstaat.be). Het thema van de rechtsstaat blijft brandend actueel, onder meer door de discussie van de afgelopen maanden omtrent ‘activistische’ rechters en ‘politici die de rechtsstaat niet kennen’. Maar ook de invloed van internationale conventies, de grenzen van natiestaten… komen aan bod. Emile & Ferdinand sprak hierover met de voorzitter van de vzw 400, de heer Bart Willocx.
Bart Willocx Voorzitter van de rechtbank van de provincie Antwerpen, voorzitter vzw 400
E&F: Vooreerst: waarvoor staat vzw 400?
“
Bart Willocx: De vzw 400 is op-
gericht door de justitiële actoren te Mechelen (de rechtbanken te Mechelen, het Openbaar Ministerie, de balie, het notariaat,…)
De concrete aanleiding voor de oprichting van de vzw was de vierhonderdste verjaardag van de installatie van de Grote Raad in het voormalige paleis van Margaretha van Oostenrijk te Mechelen,
...
2019|Nr.14|Emile & Ferdinand|9
...
OP.RECHT.MECHELEN Stadsfestival 2016-2018
het Hof van Savoye (1616), waardoor er in dit unieke gebouw een voor België unieke situatie bestaat. Het is namelijk de plaats waar gedurende meer dan 400 jaar tot op heden onafgebroken recht wordt gesproken… De vzw 400 organiseerde samen met de Stad Mechelen het twee jaar durende stadsfestival rond recht en rechtvaardigheid, OP.RECHT.MECHELEN. Met dit festival vierde Mechelen niet alleen 400 jaar rechtspraak in haar stad maar stelde ook de fundamentele vrijheden waarop onze samenleving gebouwd is centraal. Via het rijke cultuuraanbod wou het stadsfestival in al haar diversiteit de begrippen recht en rechtvaardigheid emotioneel vertalen voor het grote publiek. In dit kader werden heel uiteenlopende activiteiten georganiseerd, van theatervoorstellingen in het Hof van Savoye, tot rechtshistorische tentoonstellingen, van juridische congressen tot klassieke concerten, enz.
10|Emile & Ferdinand|Nr.14|2019
© Toerisme Mechelen
EVENT
Hof Van Savoye, ook wel Paleis van Margaretha van Oostenrijk genoemd: zetel van de Grote Raad van Mechelen (1616-1795), en huidig gerechtsgebouw te Mechelen
De vzw was ook de gangmaker voor het Groenboek, 15 voorstellen voor een betere justitie. Dit kwam tot stand op basis van rondetafelgesprekken, georganiseerd over het hele land, over de toekomst van justitie. Hieraan namen heel verschillende interne en externe belanghebbenden van justitie deel, van een topondernemer tot een straathoekwerker en van een bode aan de zittingszaal tot een procureur-generaal, volgens de methodiek die ook werd toegepast bij de G1000. Op basis van de aldus verzamelde informatie werden vervolgens drie congressen georganiseerd, over justitie en welzijn, over justitie en diversiteit, en over justitie en management. Al deze informatie werd uiteindelijk door de vzw samen gevat in 15 concrete beleidsvoorstellen. Hiervan zijn er een aantal in uitvoering. Hopelijk kunnen ze ook de politieke partijen wat inspireren bij de komende verkiezingen...
Waarom wordt de Dag van de Rechtsstaat in Mechelen georganiseerd?
“
De stad Mechelen heeft een lange geschiedenis met recht. In de Bourgondische tijd was de Grote Raad, de voorloper van onze huidige internationale rechtscolleges, er gevestigd. Maar ook de Kazerne Dossin ligt in Mechelen en die staat net symbool voor een negatie van wet, recht en rechtvaardigheid. De geschiedenis van de Kazerne Dossin geeft precies aan wat er in het extreme kan gebeuren wanneer in het publieke debat principes van de rechtsstaat zoals de scheiding der machten of het respect voor bepaalde grondrechten worden veronachtzaamd.
Willen jullie dan met de Dag van de Rechtsstaat hieraan verhelpen?
EVENT
“
“
Het opzet van de dag van de rechtsstaat is inderdaad in eerste instantie bewustwording. We merken dat het concept rechtsstaat voor velen onbekend is, zowel wat het zo al inhoudt, als waarom het belangrijk is. Dit maakt de rechtsstaat vanzelfsprekend kwetsbaar waardoor meer kennis en alertheid ter zake nodig is. We merken dat “de rechtsstaat” ook vaak te pas en te onpas wordt ingeroepen. Maar verder is het ook zo dat het begrip rechtsstaat niet absoluut vaststaat. Het is evident dat de invulling ervan voorwerp moet kunnen zijn van debat en desgevallend evolutie. We willen naast bewustwording dan ook het debat aanzwengelen over wat de rechtsstaat moet betekenen in een tijd waarin we door allerlei spanningen toch wel zoekende zijn.
Concreet richten we ons zowel op jongeren als op het grote publiek. We willen de kennis over het concept rechtsstaat bij jongeren vergroten, en dit door hen te laten kennis maken met mensen die hierover inspirerend kunnen praten, maar ook, en vooral, door hen te laten discussiëren over concrete gevallen die aan de rechtsstaat raken, zoals bij voorbeeld een vrijspraak door een procedurefout, of een minister die zich niet wil neerleggen bij een rechterlijke uitspraak. Wat het grote publiek betreft werken we in hoofdzaak rond een jaarlijkse conferentie waarin we binnen- en steeds ook buitenlandse sprekers van formaat laten komen, een debat organiseren, het contact leggen met plaatsen waar de rechtsstaat onder druk staat, enz. We proberen er een verzorgd en boeiend totaalprogramma van te maken, met internationale aspecten. We proberen ook uitdrukkelijk ruimer te kijken dan het strikt constitutionele of juridische. Zo was vorig jaar Gherardo Colombo aanwezig, een Italiaans oud-onder-
oe soeverein moet een land H kunnen zijn ten aanzien van de internationale rechtsorde en mensenrechtenverdragen? Hoe breed hoort het speelveld van rechters te zijn? Bestuurders willen slagkrachtig kunnen besturen, maar begrenzen van overheidsmacht is net cruciaal in een rechtsstaat...
”
zoeksrechter, lid van het Schone Handenteam in Milaan, die van de promotie van de rechtsstaat zijn levensdoel heeft gemaakt. Er was een video met een opmerkelijk relaas vanwege de stafhouder van Warschau, en een geanimeerd debat met hoogleraar moraalfilosofie Patrick Loobuyck en juriste en auteur Rachida Lamrabet onder de titel “Uw rechtsstaat is de onze niet”. Hoofdspreker was Frans Timmermans, eerste vicevoorzitter van de Europese Commissie met onder meer rechtsstatelijkheid in zijn portefeuille. Hij had het in een zeer boeiende toespraak onder meer over de problemen in Polen en de reactie van de EU hierop. Alle begrippen die Frans Timmermans hanteerde, van de macht van de overheid tot de macht van de rechter, stonden het voorbije jaar, in ons land maar ook elders, opnieuw voortdurend in het middelpunt van de belangstelling. De toespraken van Frans Timmermans en deze van Gherardo Colombo ('Education and democracy: the role of parents and teachers') zullen worden gepubliceerd in een boekje dat aan de deelnemers van de tweede 'Dag van de Rechtsstaat' zal worden overhandigd. Het thema van de rechtsstaat blijft dus brandend actueel. Kunt u al een tipje van de sluier oplichten over de nieuwe editie in mei?
“
Eén van de innovaties dit jaar is dat we vanuit de vzw 400 nog meer dan voorheen samenwerken met andere partners. Zo werkten we reeds nauw samen met de OVB voor de organisatie van de dag van de rechtsstaat, maar nu ook met de Hoge Raad voor de Justitie, de Universiteit Antwerpen en met de Vlaamse Juristenvereniging. Dit vergroot het draagvlak en verruimt de inhoudelijke basis. De nieuwe editie in mei vindt dus plaats op dinsdag 7 mei 2019. In de namiddag is er opnieuw een programma voor scholieren voorzien, in de avond is er een tweede uitgave van onze conferentie. Het programma ligt omzeggens vast. De thema’s zijn verscheiden, maar we gaan zeker ook in op de discussie van de afgelopen maanden omtrent de “politieke rechters” (rechters die aan politiek (zouden) doen) en de “politici die de rechtsstaat niet kennen”. Hoe soeverein moet een land kunnen zijn ten aanzien van de internationale rechtsorde en ten aanzien van mensenrechtenverdragen? Hoe breed hoort het speelveld van rechters te zijn? Bestuurders willen slagkrachtiger kunnen besturen,
...
2019|Nr.14|Emile & Ferdinand|11
EVENT
... maar begrenzen van overheidsmacht is net cruciaal in een rechtsstaat, enz. Er zal een tussenkomst zijn van professor Patricia Popelier, onder de titel “Rechters en politiek in de democratische rechtsstaat. Over georganiseerd vertrouwen en wantrouwen.”, een debat tussen justitie-columnist en OVB-bestuurder Hugo
12|Emile & Ferdinand|Nr.14|2019
Lamon, en socioloog Mark Elchardus (VUB), en (waarschijnlijk) een tussenkomst van de stafhouder van Wenen. Hoofdspreker wordt Geert Corstens, oud-voorzitter van de Hoge Raad in Nederland en auteur van een boek over de rechtsstaat: “De rechtsstaat moet je leren”. Hij is een boeiend spreker en schrijft speciaal voor België en onze or-
ganisatie een nieuwe tekst. Afsluiter is de jonge juriste Mariame Keita, zij werkt voor de Vlaamse Jeugdraad en sprak vorig jaar namens België de VN toe. Wij kijken alvast uit naar deze nieuwe editie en staan ook altijd open voor suggesties of bedenkingen, zie www.dagvanderechtsstaat.be
TEAM SPIRIT
JTT - Journal des tribunaux du travail Arbeidsrecht, sociale zekerheid, sociaal procesrecht, sociaal strafrecht
Claude Wantiez geeft de fakkel door aan Pierre Joassart
Pierre Joassart Advocaat bij de balie van Brussel en Waals-Brabant en wetenschappelijk medewerker aan de UCL. Hoofdredacteur van het JTT.
Claude Wantiez Advocaat bij de balie van Brussel, Docent aan de Université de Namur en aan de ICHEC. Hoofdredacteur van het JTT van 1981 tot 2017.
In vorig nummer (E&F 2019/1) verschenen twee interessante bijdragen over arbeidsrecht: een eerste over privacy op de werkvloer: ‘Welke bewijswaarde kennen Facebook-berichten, Twitter-meldingen en LinkedIn-profielen bij een ontslag om dringende reden?’; en een tweede over het gebruik door een (ex-)werknemer van bedrijfsinformatie van zijn (ex-) werkgever*. Larcier heeft heel wat expertise in huis qua sociaal recht. Het geeft sedert 1970 JTT – Journal des tribunaux du travail (Arbeidsrecht, sociale zekerheid, sociaal procesrecht, sociaal strafrecht /Droit du travail, droit de la sécurité sociale, droit judiciaire social, droit pénal social) uit. Vorig jaar is Pierre Joassart Claude Wantiez opgevolgd als hoofdredacteur. Emile & Ferdinand had een gesprek met beiden over verleden en toekomst van dit uniek tijdschrift.
...
*
Aan deze problematiek is ook een Witboek gewijd. Download dit kosteloos (zie p.16)
2019|Nr.14|Emile & Ferdinand|13
TEAM SPIRIT
JTT_1323_29_2018.fm Page 475 Thursday, December 20, 2018 12:12 PM
2018
... Emile & Ferdinand: Kunnen jullie ons iets vertellen over jullie carrières?
“
Claude Wantiez: Mijn professioneel parcours is voor een deel onlosmakelijk verbonden met het JTT. Al sinds de start van mijn loopbaan als advocaat, in 1968, ben ik gefascineerd door het sociaal recht en in het bijzonder door arbeidsrecht. Tijdens mijn derde doctoraatsjaar – vroeger studeerde men af als doctor in de rechten – volgde ik lessen voor een bijzondere licentie sociaal recht. In die lessen leerde ik Marcel Taquet kennen, een docent die later mijn stagemeester zou worden en met wie ik nog lange tijd zou samenwerken. Samen met Jean Dal, hoofdredacteur van het Journal des tribunaux en Louis Duchâtelet, magistraat bij het Hof van Cassatie vatte Marcel Taquet het plan op om bij het ontstaan van het arbeidsgerecht – de vroegere werkrechtersraad – meteen een tijdschrift op te richten, gewijd aan de beslissingen van het 'nieuwe' gerecht.
“
Pierre Joassart: In 2004 begon mijn carrière als advocaat bij het kantoor Taquet, Clesse & van Eeckhoutte. Daarna werd ik advocaat-vennoot bij Gérard & Associé in 2011, om uiteindelijk in 2016 mijn eigen advocatenkantoor op te richten: Deckers & Joassart. Van 2004 tot 2017 was ik assistent aan de Université Catholique de Louvain en gedurende twee jaar was ik dat ook aan de Université Libre de Bruxelles. Sinds 2017 ben ik wetenschappelijk medewerker aan de UCL. Het Journal des tribunaux de travail bestaat al bijna 50 jaar. Kan u ons wat toelichting geven bij enkele van de belangrijkste data voor het JTT sinds zijn oprichting in 1970?
“
Claude Wantiez: Op 15 april 1970 rolde het eerste Journal des tribunaux du travail van de pers. Ik was toen een van de redacteurs, samen met Thierry Claeys en Guy Rommel – die trouwens nog altijd bij het JTT werkt.
Het tijdschrift onderscheidde zich meteen van zijn grote broer, het Journal des tribunaux, door zijn tweetaligheid: de gepubliceerde uitspraken kwamen uit alle rechtsgebieden van het land en er werden samenvattingen in twee talen opgesteld. Vanaf 1984 werd het Journal des tribunaux de travail vaker uitgegeven: eerst verscheen het tweemaal per maand, vanaf dan driemaal.
14|Emile & Ferdinand|Nr.14|2019
RECHTSPRAAK ■ JURISPRUDENCE
OPMERKINGEN Loon « ten laste van de werkgever » als heffingsbasis voor sociale zekerheidsbijdragen Achtergrond 1. — Het besproken arrest van het arbeidshof te Brussel (8ste kamer, een Franstalige kamer) betreft de loonnotie in het sociale zekerheidsrecht, en de vraag of een bepaald voordeel (in casu een verkooppremie) wel loon vormt voor heffing van sociale zekerheidsbijdragen. Het dossier is vrij bijzonder en uitzonderlijk : een producent van cosmetica (Sisley) betaalt aan werknemers van onafhankelijke retailers (Planet Parfum), die de Sisley producten in hun gamma te koop aanbieden, een premie bij verkoop van die producten. Die premie beantwoordt alvast aan het loonbegrip in zoverre de werknemers deze verkrijgen ingevolge hun dienstbetrekking, want als tegenprestatie voor door hen geleverde prestaties. Aangezien de premie niet door de werkgever wordt betaald maar door een derde, zegt de betaler dat deze premie niet onderhevig is aan sociale zekerheidsbijdragen, want niet « ten laste van de werkgever » in de zin van artikel 2, 1o of 3o van de Loonbeschermingswet (« LBW »). De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (« RSZ ») daarentegen houdt voor dat de premie zonder enige twijfel een tegenprestatie vormt voor de geleverde arbeid (bij Planet Parfum), dat deze premie door de derde-producent als mandataris van de werkgever is betaald en dus wel degelijk loon vormt voor sociale heffing. Het arbeidshof analyseert eerst de loonnotie met diens drie onderscheiden componenten : « waarop de werknemer recht heeft » « uit hoofde van de dienstbetrekking » en « ten laste van de werkgever ». Het komt tot de eenvoudige vaststelling dat de toekenning van de premie een integraal onderdeel vormt van de door de verkopers/verkoopsters van Planet Parfum geleverde arbeid (nl. de verkoop van allerhande cosmetica, incl die van Sisley). Indien als tegenprestatie voor deze verkooparbeid een premie wordt toegekend vormt deze onbetwistbaar loon (voor de Arbeidsovereenkomstenwet (« AOW »), en zeker in de ruimere zin van de LBW), want de enige oorzaak voor de toekenning van de premie is de uitvoering van de arbeid voor de werkgever. Dat deze premie dan wordt toegekend (en gedragen) door een derde, maakt voor het arbeidshof niet uit, aangezien de premie — als tegenprestatie voor de uitsluitend ten behoeve van de werkgever geleverde arbeid — door de werkgever had kunnen/moeten worden betaald. De betaling door een derde kan in casu dan ook enkel worden gezien als de toepassing van de zgn. « derdebetaler » regeling, waarbij de derde in feite geacht wordt in naam en voor rekening van de werkgever te betalen. 2. — Voor alle duidelijkheid : tegen het arrest is of wordt, zo begrijpen wij, een voorziening in cassatie ingesteld, en het is derhalve niet definitief. Dit nuanceert uiteraard de draagwijdte van het arrest evenals de waarde van de observaties in deze noot.
Toch lijkt het ons van belang nu reeds kort in te gaan op dit arrest aangezien het blijkbaar ook mede als basis dient voor een door de administratie (RSZ) verruimde interpretatie van het loonconcept, in het bijzonder het vereiste van « ten laste van de werkgever » (1). Loondefinitie met constitutieve elementen 3. — Men weet dat de notie « loon » voor heffing van sociale zekerheidsbijdragen — behoudens beperking of verruiming bij KB (2) — deze is van de LBW (3). Deze houdt, zoals hoger gesteld, drie constitutieve componenten in, bovenop het vereiste dat het voordeel in geld waardeerbaar moet zijn. Rechtspraak uit de jaren ’70 heeft uitgeklaard dat het recht op loon erg ruim dient te worden gelezen (4) en daaromtrent is er recent nog weinig betwisting gerezen. Het vereiste oorzakelijk verband tussen de loontoekenning en de geleverde arbeid (« uit hoofde van de dienstbetrekking ») geeft ook sinds het begin van dit millennium nog slechts sporadisch aanleiding tot betwisting (5). Zoals later nog wordt aangestipt, lijkt de RSZ dit vereiste meer en meer centraal te stellen in haar lezing van de loonnotie, en dit volledig in lijn met o.m. de fiscale wetgeving (en de notie « bezoldiging » (6)). Vooral het laatste vereiste (« ten laste van de werkgever »), hetgeen de loonnotie in sociale zekerheidsrecht nochtans fundamenteel onderscheidt van het fiscale loonbegrip (7), heeft in de voorbije jaren (en nog erg recent) voor heel wat onduidelijkheid en controverse gezorgd. « Ten laste van de werkgever » in twee mogelijke dimensies Uit de rechtspraak omtrent dit begrip blijkt dat een voordeel ten laste is van de werkgever in één van de volgende situaties : 4. — Vooreerst en meest eenvoudig, een voordeel is « ten laste van » wanneer de werkgever rechtstreeks of onrechtstreeks de financiële kost (1) RSZ, Administratieve instructies RSZ – 2018/3, « Instructies ten behoeve van de werkgevers », versie 2018/3, loonnotie, « ten laste van de werkgever ». (2) Artikelen 19-20, KB van 28 november 1969 (zoals van tijd tot tijd gewijzigd) (« Uitvoeringsbesluit »). (3) Artikelen 14, Wet van 27 juni 1969 (« RSZ-wet ») en artikel 23, Wet van 29 juni 1981 (« RSZbeginselenwet ») verwijzen allebei naar artikel 2, 1o, 3o, Loonbeschermingswet van 12 april 1965. (4) Cass., 10 april 1977, JTT, 1978, 180 ; Cass., 20 april 1977, R.W., 1977-1978, 1871 en Pas., 1977, 856 ; Cass., 26 februari 1979, R.D.S., 1980, 120 ; Cass., 29 oktober 1979, JTT, 1980, 130 ; Cass., 26 november 1979, JTT, 1980, 8 ; Cass., 10 september 1990, Pas., 1991, 24. (5) Cass., 11 september 1995, R.W. 1995-1996, 877 (Agfa-Gevaert), rond dividenden uit winstbewijzen ; Cass., 19 juni 2000 (Colruyt), JTT, 2000, 313 ; Cass., 4 februari 2002 (HBK), JTT, 2002, 371. (6) Artikel 31 WIB. (7) « Bezoldiging van werknemers » dekt in fiscalibus gewoon alles wat uit hoofde of naar aanleiding van het uitoefenen van de beroepswerkzaamheid wordt verkregen, zonder enige « last » vereiste, artikel 31, tweede lid, 1o, 2o, WIB.
475
ervan draagt. Rechtstreeks de kost dragen is eenvoudig : de werkgever betaalt voor het voordeel, of neemt de kost van het voordeel te zijnen financiële laste (8). Onrechtstreeks de kost dragen wil zeggen dat een derde de kost financieel ten laste neemt maar deze doorrekent aan de werkgever. Indien een derde (al dan niet verbonden onderneming) dus de kost/last van een bonus, aandelen of ander in geld waardeerbaar voordeel draagt bij de toekenning ervan aan werknemers van een andere onderneming, dan is dat voordeel ten laste van de werkgever, indien die derde de kost ervan doorrekent of aanrekent aan de werkgever (9). 5. — Iets minder eenduidig is de juridische dimensie van « ten laste van ». Een voordeel is ten laste van de werkgever indien de werkgever de juridische verantwoordelijke is voor de (niet-) toekenning van het voordeel. Dit vereiste wordt vervuld wanneer de werkgever zich contractueel of eenzijdig verbonden heeft tot toekenning van het voordeel (ook al draagt een derde — al dan niet verbonden — de financiële kost ervan) en hij dus de juridisch aansprakelijke is bij betwistingen rond het voordeel (10). Het Cassatie-arrest van 10 oktober 2016 (11) betrof een zaak waar de financiële kost werd gedragen door een derde (de moedervennootschap van de werkgever), terwijl de werkgever zelf zich in de arbeidsovereenkomst met de werknemers tot de toekenning van het voordeel had verbonden. In dat geval is het voordeel — zo zegt het Hof van Cassatie — wel degelijk « ten laste » van de werkgever, aangezien deze zich juridisch heeft verbonden tot de toekenning, ongeacht wie de financiële kost draagt. De kernvraag betreft dus wie juridisch gebonden, verantwoordelijk en aansprakelijk is, m.a.w. jegens welke persoon de werknemer een schuldvordering heeft : is dat een derde dan is het voordeel niet ten laste van de werkgever ; indien de werkgever wel de schuldenaar is, dan is het voordeel wel ten laste van de werkgever (12). Laat ons wel duidelijk wezen : juridisch gebonden, verantwoordelijk en aansprakelijk zijn als werkgever is van een heel andere (juridische) orde dan te zijn tussengekomen of enige rol te hebben gespeeld in het beslissingsproces rond de toekenning van enig voordeel, dan wel « tussenpersoon » te zijn in de fiscale zin des woord (art 270 WIB) (13). In elk dossier dient al(8) Cass., 19 juni 2000 (Colruyt) waar de vraag rees of de vennootschap dan wel diens aandeelhouders de financiële kost droegen van de aandelenbijdrage in de coöperatieve vennootschap ; zie ook M. De Vos, « Winstdeling door werknemers en de sociaalrechtelijke loonbegrippen », R.W., 19651996, 868, 870-871 (noot bij Cass., 11 september 1995). (9) Dat gebeurt vaak vrijwillig of soms, onder bepaalde voorwaarden, op grond van voorgeschreven of aanbevolen regels (van boekhoudkundige aard, bv US GAAP regels). (10) Cass., 24 mei 2004, JTT, 2004, 465. (11) A.R. nr. S.15.0118.N, www.juridat.be. (12) M. De Vos, Loon naar Belgisch arbeidsovereenkomstenrecht, Maklu, 2001, 1444-1445 ; W. Van Eeckhoutte, Begip loon in de bijdrageregeling van de sociale zekerheid voor werknemers, die Keure, 2005, 56. (13) P. De Koster en I. Vanderreken, Financiële participatie voor werknemers, Ced.Samsom, 2001, 64.
In 1992 werd besloten om enkel nog het acroniem JTT te gebruiken in plaats van de volledige naam. Zo verdween de connotatie met het Frans en benadrukten we dat het een nationale publicatie was. Ook kwam er een tweetalige ondertitel: “Arbeidsrecht, sociale zekerheid, sociaal procesrecht, sociaal strafrecht /Droit du travail, droit de la sécurité sociale, droit judiciaire social, droit pénal social” Heeft u bijzondere anekdotes rond het JTT?
“
Claude Wantiez: Eigenlijk niet, neen. Het JTT heeft altijd prima op eigen benen gestaan, zonder problemen. De redactie is nooit onder druk gezet om publicaties van een bepaalde stroming op te nemen, maar heeft altijd een onafhankelijke lijn behouden. Het JTT is nooit een tijdschrift voor de vakbonden geworden, net zo min als het tijdschrift van het VBO. Hoe verliep de opdracht tussen jullie twee?
“
Claude Wantiez: Die is probleemloos verlopen. Ik ken-
de Pierre al persoonlijk, omdat we bij het advocatenkantoor Taquet al hadden samengewerkt. Hij bezit de perfecte combinatie van pragmatisme en wetenschappelijke kennis die
TEAM SPIRIT
Bureau de dépôt : Louvain 1 - Trois fois par mois, sauf juillet-août Afgiftekantoor : Leuven 1 - Drie maal per maand, behalve juli/augustus P301032
JTT_1329_05_2019.fm Page 65 Wednesday, March 13, 2019 9:54 AM
20.II.2019 - N or 1329
Droit du travail, droit de la sécurité sociale, droit judiciaire social, droit pénal social, droit social européen Arbeidsrecht, sociale zekerheid, sociaal procesrecht, sociaal strafrecht, europees sociaal recht
JURISPRUDENCE ■ RECHTSPRAAK SOCIALE ZEKERHEID VAN DE WERKN E M E R S . — Ve ro rd e n i n g ( E E G ) nr. 1408/71. — Materiële werkingssfeer. — Waarborgregeling voorzien door artikel 13 CAO nr. 36bis. — Richtlijn 96/71/EG. — Arbeidsvoorwaarden en – omstandigheden. — Toepasselijke wetgeving. SÉCURITÉ SOCIALE DES TRAVAILLEURS SALARIÉS. — Règlement (CEE) no 1408/71. — Champ d’application matériel. — Système de garantie prévu par l’article 13 de la CCT no 36bis. — Directive 96/71/CE. — Conditions de travail et d’emploi. — Législation applicable. Cass. (3de k.), 8 X 2018 Zet. : Chr. Storck, A. Smetryns (sect.voorz.), K. Mestdagh, M. Delange, en A. Lievens (raads.). Op. min. : H. Vanderlinden (adv.-gen.). Pleit. : mr. W. van Eeckhoutte. (Mise en Place Euro bv t. Sociaal Fonds Voor Uitzendkrachten — A.R. nr. S.16.0074.N). De waarborgregeling die strekt tot de bescherming van de uitzendkrachten tegen de niet-nakoming door het uitzendkantoor van zijn verplichting tot betaling van de aan de werknemers toekomende lonen en vergoeding van hun arbeidsprestaties valt niet onder de materiële werkingssfeer van de Verordening (EEG) nr. 1408/71. Het uitzendbedrijf moet met betrekking tot de arbeidsvoorwaarden en – omstandigheden bedoeld in artikel 3, § 1, eerste lid, Richtlijn 96/71/EG, de nationale bepalingen van de uitzendstaat niet toepassen. Le système de garantie qui tend à la protection des travailleurs intérimaires contre le non-respect par l’entreprise de travail intérimaire de son obligation de paiement des rémunérations qui
leur reviennent et de l’indemnité pour leurs prestations de travail ne tombent pas dans le champ d’application matériel du règlement (CEE) no 1408/71. L’entreprise de travail intérimaire ne doit pas appliquer, en ce qui concerne les conditions de travail et d’emploi dans les matières visées à l’article 3, § 1, alinéa 1er, de la directive 96/71/CE, la loi nationale de l’État de détachement des travailleurs.
I. — Rechtspleging voor het Hof. Het cassatieberoep is gericht tegen het arrest van het arbeidshof te Brussel van 24 mei 2012. Advocaat-generaal Henri Vanderlinden heeft op 14 september 2018 een schriftelijke conclusie neergelegd. Raadsheer Koen Mestdagh heeft verslag uitgebracht. . . . . . . . . . . . . II. — Cassatiemiddelen. De eiseres voert in haar verzoekschrift dat aan dit arrest is gehecht, twee middelen aan. III. — Beslissing van het Hof. Beoordeling. Eerste middel. 1. — Verordening (EEG) nr. 1408/71 van de Raad van 14 juni 1971 betreffende de toepassing van de sociale zekerheidsregelingen op werknemers en zelfstandigen, alsmede op hun gezinsleden, die zich binnen de Gemeenschap verplaatsen, is krachtens artikel 4 ervan van toepassing op alle wettelijke regelingen betreffende de in lid 1 vermelde takken van sociale zekerheid, op de verplichtingen van de werkgever met betrekking tot de in lid 1 bedoelde prestaties, evenals op de in lid 2bis bedoelde bijzondere niet op premie- of bijdragebetaling berustende prestaties. 2. — De waarborgregeling waarin werd voorzien door artikel 13 van de CAO nr. 36bis, gesloten op 27 november 1981 in de Nationale Arbeidsraad, betreffende de oprichting van een
hem tot een prima hoofdredacteur maken. Ik blijf trouwens met plezier deel uitmaken van de redactie en neem dus nog deel aan de vergaderingen die hij organiseert – vaker dan ik, mag ik wel zeggen.
“ “
Pierre Joassart: Dat ging vlekkeloos. Ergens in juli
2017 beslisten we al dat de overdracht zou plaatsvinden, waardoor we nog tot januari 2018 de tijd hadden om alles goed voor te bereiden en de redactie gedeeltelijk te vernieuwen.
Hoe wordt het JTT opgesteld?
Pierre Joassart: In het team achter het JTT heerst wederzijds respect en hechte vriendschap, dat heb ik van bij het begin ondervonden. Het team draait al heel wat jaren in de huidige bezetting en dat merk je aan een aantal automatismen. Ik wil die gewoontes zo veel mogelijk bewaren, want zij vormen de basis van de vlotte werking van het JTT.
Heel concreet: eerst worden relevante uitspraken verzameld, dan worden er samenvattingen en vertalingen van gemaakt. Die taken worden onder alle redactieleden verdeeld. De hoofdredacteur coördineert alles en heeft ook een faciliterende func-
« Fonds voor bestaanszekerheid voor de uitzendkrachten » en vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 9 december 1981 (hierna : CAO nr. 36bis), die strekt tot de bescherming van de uitzendkrachten tegen de niet-nakoming door het uitzendkantoor van zijn verplichting tot betaling van de aan de werknemers toekomende lonen en vergoeding van hun arbeidsprestaties, is geen regeling van sociale zekerheid zoals bedoeld in de Verordening (EEG) nr. 1408/71 en houdt daar evenmin enig verband mee. Die waarborgregeling valt bijgevolg niet onder de materiële werkingssfeer van de Verordening (EEG) nr. 1408/71. Het middel dat van het tegendeel uitgaat, faalt in zoverre naar recht. 3. — Krachtens artikel 1, lid 1, en lid 3, c), van de richtlijn 96/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten, hierna Richtlijn 96/71/EG genoemd, is deze richtlijn van toepassing op in een lidstaat gevestigde ondernemingen die in het kader van transnationale dienstverrichtingen als uitzendbedrijf werknemers ter beschikking stellen van een ontvangende onderneming die op het grondgebied van een andere lidstaat gevestigd is of er werkzaamheden uitvoert. Artikel 3, lid 1, eerste alinea, Richtlijn 96/71/ EG bepaalt dat de lidstaten erop toezien dat de in artikel 1, lid 1, bedoelde ondernemingen — ongeacht het recht dat van toepassing is op het dienstverband — voor de op hun grondgebied ter beschikking gestelde werknemers, wat de hierna genoemde aangelegenheden betreft, de arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden garanderen die, in de lidstaat waar het werk wordt uitgevoerd, zijn vastgelegd : — in wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen, of, — in collectieve arbeidsovereenkomsten of scheidsrechterlijke uitspraken die algemeen verbindend zijn verklaard in de zin van lid 8, voor zover deze betrekking hebben op de in bijlage genoemde activiteiten : a) maximale werk- en minimale rustperioden ; b) minimumaantal betaalde vakantiedagen ; c) minimumlonen, inclusief vergoedingen voor overwerk ; d) voorwaarden voor het ter beschikking stellen van werknemers, inzonder-
tie. Hij zorgt bijvoorbeeld voor goede relaties met schrijvers van de rechtsleer en waakt over de wetenschappelijke kwaliteit van de bijdragen, voornamelijk door ze te onderwerpen aan een peer review. Hoe zien jullie de toekomst van het tijdschrift?
“
Pierre Joassart: Bloeiend, natuurlijk! Maar om je vraag serieus te beantwoorden: het JTT zal ook in de komende jaren een van dé referentiewerken blijven. Ik wil het evenwicht tussen het aantal gepubliceerde uitspraken in het Frans en het Nederlands herstellen, om het belang en de rijkdom van een van de laatste tweetalige tijdschriften rond sociaal recht te bewaren. De artikels over rechtsleer zijn in de twee talen al evenredig vertegenwoordigd, dat vind ik een zeer goede zaak. Welke uitdagingen zal het JTT in de komende jaren nog voorgeschoteld krijgen?
“
Pierre Joassart: We zullen, net als alle andere tijd-
...
schriften, rekening moeten houden met de groeiende
2019|Nr.14|Emile & Ferdinand|15
TEAM SPIRIT
... digitalisering. Daarnaast heeft iedereen in de juridische sector directe toegang tot alle rechterlijke besluiten. Het is wel duidelijk dat de jongere generaties door de digitalisering het JTT eerder consulteren via Strada lex in plaats van het om de tien dagen te lezen... Ik denk dat we zowel moeten blijven tegemoetkomen aan de liefhebbers van de papieren versie – vooral aan het leesplezier en de interesse van wie het JTT als een goed boek leest – als een optie voorzien waarmee de belangrijkste uitspraken eenvoudig vindbaar zijn via een zoekmachine. Op een bepaald moment zullen er nog uitgebreidere collecties van rechterlijke uitspraken bestaan; ook al zijn we er nog (lang)
16|Emile & Ferdinand|Nr.14|2019
niet, ooit zullen ze allemaal online beschikbaar zijn. Toch blijft het JTT zijn toegevoegde waarde dan ook nog behouden: we verzamelen immers de belangrijkste uitspraken en zorgen voor een relevante indeling van die uitspraken. Het tijdschrift moet nu zijn belang blijven aantonen ten opzichte van andere media die juridisprudentiële beslissingen publiceren (zoals de knappe website www.terralaboris.be), indien nodig de beslissingen van commentaar voorzien en dat allemaal op zeer korte tijd. Het JTT zal zijn nut en toegevoegde waarde moeten blijven aantonen, maar we hebben alle troeven in de hand om die tweeledige uitdaging aan te gaan.
ACTUALITEIT
Naar een meer efficiënte uitvoering van geldstraffen De vermogenscel bij het Parket-generaal van Gent Een meer efficiënte samenwerking tussen Justitie en Financiën bij de uitvoering van geldstraffen leverde op één jaar tijd verbluffende resultaten op. Belangrijk hierbij is efficiënte communicatie. Daarmee zijn we terug bij het uitgangspunt van het tweede artikel, waarin we werden wegwijs gemaakt in communicatie.
Francis Desterbeck Voorzitter van ivzw centrum voor de studie van het Europees Strafrecht, eerste advocaat-generaal bij het Hof van beroep Gent en co-editor van ‘Duiding Beslag en verbeurdverklaring in strafzaken’
De invordering van geldstraffen: een drama
noemde de advocaat-generaal terecht, dramatisch.
Op 3 september 2018, bij de opening van het nieuw gerechtelijk jaar, hield de Antwerpse advocaat-generaal Penne een rede met als titel: ‘Strafuitvoering: het kneusje van de strafketen1’.
Grootse plannen, maar resultaten laten op zich wachten
In de rede besprak zij de problemen inzake gevangenisbeleid, de gebrekkige opvolging van personen, die in vrijheid gesteld werden onder voorwaarden, en de problematiek van de inning van de ‘geldstraffen’. Geldstraffen omvatten niet alleen de penale boeten, maar ook de bijzondere verbeurdverklaringen en de gerechtskosten. Inzonderheid de uitvoering van correctionele geldstraffen 1
Op federaal niveau is men op de hoogte van de problemen. In 2014 publiceerde het Rekenhof een auditrapport, dat de tekortkomingen bij de uitvoering van penale boeten duidelijk omschrijft. In dit auditrapport worden zowel de ministers van Financiën en Justitie als het openbaar ministerie hiervoor verantwoordelijk gesteld. Onder druk van dit rapport keurde de Ministerraad op 7 februari 2015 een ‘Actieplan voor de inning van
...
eze mercuriale ‘Strafuitvoering: het kneusje van de strafketen’, verschijnt in het R.W. van 31 D maart 2019
2019|Nr.14|Emile & Ferdinand|17
ACTUALITEIT
... de penale geldboetes’ goed. Dit plan lijst 32 actiepunten op om aan de kritiek van het Rekenhof tegemoet te komen. Aan grote plannen geen gebrek, dus. Maar wat de concrete resultaten van de uitvoering van al dat moois betreft blijft het bij alle belanghebbenden opvallend stil. De praktijk aan de basis
Maar op lokaal niveau is men ook niet bij de pakken blijven zitten. De theorie wil dat de uitvoering van geldstraffen gebeurt door Financiën, in opdracht van het openbaar ministerie. De ontvangers van Financiën hebben evenwel geen inzage van het strafdossier, dat aan een strafrechtelijke veroordeling vooraf gaat. Voor de uitvoering van hun opdracht moeten ze zich baseren op een vonnis- of arrestuittreksel, dat ze krijgen van Justitie. Niet zelden zijn deze uittreksels alles behalve duidelijk wat het bedrag betreft, waartoe een beklaagde precies werd veroordeeld. Dit laatste lijkt op het eerste gezicht een beetje raar, maar verbeurdverklaringen bijvoorbeeld worden vaak zo ingewikkeld geformuleerd dat geen mens er nog wijs uit raakt. Gebrek aan samenwerking tussen Justitie en Financiën
De uitvoeringsdiensten van het Parket-generaal van Gent stelden vast dat er, spijts alle beweringen van het tegendeel op beleidsniveau, in de praktijk een hopeloos gebrek aan communicatie heerste tussen Justitie en Financiën wat de uitvoering van geldstraffen betreft. Daarenboven stelden ze vast dat de strafdossiers, die aan de basis lagen van strafrechtelijke veroordelingen, dikwijls zeer interessante informatie bevatten over
18|Emile & Ferdinand|Nr.14|2019
Stefaan Bradt en Bart Vinck, secretarissen bij het Parket-generaal te Gent die de vermogenscel draaiende houden. het hebben en houden van veroordeelden. Zoals gezegd baseren fiscale ontvangers zich alleen op een vonnis- of arrestuittreksel, en beschikken ze dus over die informatie niet. Het belang van een efficiënte communicatie
Voor de uitvoeringsdiensten van de parketten is het maar een kleine moeite na te gaan of tijdens het strafonderzoek financiële rekeningen, onroerende goederen of roerende goederen in beslag genomen werden. Wanneer die moeten vrijgegeven worden is het ook maar een kleintje om de ontvanger hiervan op de hoogte te stellen, zodat die zijn rechten kan laten gelden door een burgerlijke beslagmaatregel vooraleer vrijgave gebeurt. Op die manier kon recent een terug te geven uurwerk ter waarde van 5.700 EUR in beslag genomen worden ter delging van openstaande penale boeten. Essentieel is hier de snelheid, waarmee opgetreden wordt, en uiteraard de manier, waarop de belanghebbenden verwittigd worden. In Gent wordt de ontvanger altijd als eerste verwittigd. Borgsommen
Borgsommen, die worden opgelegd in het kader van de voorlopige hechtenis,
om te verzekeren dat een aangehoudene na zijn of haar vrijstelling op elke proceshandeling verschijnt en de opgelegde straf ook effectief ondergaat, moeten uiteraard worden teruggegeven in geval van vrijspraak, of in geval van veroordeling, na uitvoering van de gevangenisstraf. Wanneer de gedetineerde na betaling van de borgsom de benen neemt en verdwijnt wordt een vonnis of arrest uitgelokt om de borgsom vervallen te horen verklaren aan de Staat. Beslag op borgsom
Teruggave van een borgsom gebeurde destijds zonder meer wanneer de voorwaarden daartoe vervuld waren, na uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf. Recent werd met de ontvangers van de FOD Financiën een specifieke procedure afgesproken, die in geval van teruggave gevolgd wordt. Vooraleer teruggave gebeurt wordt de ontvanger ‘niet-fiscale invordering’ van de FOD Financiën van de nakende vrijgave op de hoogte gesteld. Deze kennisgeving moet hem in staat stellen via een vereenvoudigde procedure bij de Deposito- en Consignatiekas, dat de borgsommen beheert, uitvoerend beslag te leggen om nog openstaande schulden aan te zuiveren.
ACTUALITEIT
Aanvankelijk bracht dit moeilijkheden met zich mee, omdat borgsommen in de praktijk vrijwel nooit door de gedetineerde zelf worden betaald. Betaling gebeurt via de raadsman of door de familie. Dat beslag werd gelegd op gelden, die niet door de gedetineerde zelf werden gestort en hem dus niet toebehoorden, werd destijds vaak betwist. Kan dat wel? Het Hof van Cassatie zag hierin uiteindelijk geen graten, dus jawel, het kan. Internationaal
Wanneer een buitenlander veroordeeld wordt tot een geldboete of een verbeurdverklaring, maar naderhand naar zijn land van herkomst verdwijnt, staat de fiscale ontvanger niet-fiscale invordering in de praktijk machteloos. Onze strafwetgeving is inmiddels aangepast aan de Europese richtlijnen wat de invordering van geldboeten en verbeurdverklaringen betreft, zodat het parket hier soelaas kan brengen, althans, wanneer de buitenlander in kwestie onderdaan is van de Europese Unie. Geldboeten
De overdracht van geldboeten is zonder meer mogelijk, maar de geldboete komt dan ten goede aan de buitenlandse overheid, wanneer ze er in slaagt die te innen. In geval van overdracht van de invordering van geldboeten moet de Belgische ontvanger niet-fiscale invordering zijn pogingen tot invordering staken. Al een keer werd een overdracht van een geldboete met succes uitgevoerd. Het betrof een Nederlander, die onvermogend bleek te zijn. In tegenstelling tot ons land voert Nederland de zgn. ‘vervangende gevangenisstraffen’ wel degelijk uit, zodat de onfortuinlijke Nederlander een tijdje achter de tralies is moeten ver-
dwijnen wegens niet-betaling van de Belgische boete.
het buitenland beschikt, en belangrijk is hier ook een mogelijk gevoel van straffeloosheid tegen te gaan.
‘Confiscation orders’ En wat brengt dat dan op?
Interessanter op dit punt zijn de ‘confiscation orders’, de overdracht van verbeurdverklaringen. De Belgische en de buitenlandse overheid voeren in dit geval parallel uit, waarbij uiteraard het totaal bedrag van de uitvoering het bedrag van de verbeurdverklaring niet te boven mag gaan. Bedragen, geïnd door buitenlandse overheden, mag de buitenlandse overheid voor zich houden tot een bedrag van 10.000 EUR. Sommen, die dit bedrag overstijgen, worden gedeeld door de Belgische en de buitenlandse overheid, die ze heeft geïnd.
In 2018 kon door het uitsluitend toedoen van de vermogenscel een bedrag van 3.609.699 EUR effectief ingevorderd worden. Zonder het optreden van de vermogenscel zou dit bedrag dus als oninvorderbaar moeten afgeboekt worden. Na twee maanden werking staat de teller voor 2019 op een kleine 400.000 EUR. Voor een bedrag van een goede 30 miljoen EUR werden de invorderingen aangevat, maar zijn de procedures nog in volle gang.
Belangrijke verbeurdverklaringen werden reeds uitgesproken lastens Nederlandse drugcriminelen, die hier niet meer aan te treffen zijn.
Van dit laatste bedrag is de uiteindelijke inning zeker, maar de objectiviteit gebiedt te zeggen dat een nu nog niet nader te bepalen deel ervan normaal ook door de fiscale ontvangers alleen volgens de klassieke procedures zou geïnd kunnen worden.
In de praktijk wordt in zo’n geval altijd een ‘confiscation order’ opgemaakt, ook al valt er bij de veroordeelde ogenschijnlijk niets te rapen. Men weet echter nooit over welke fondsen de veroordeelde in
In elk geval, efficiency rules, zeker wanneer men bedenkt dat de vermogenscel gerund wordt door twee secretarissen, die hier elk slechts een halftijdse bezigheid aan hebben.
In voorbereiding: Duiding Beslag en verbeurdverklaring in strafzaken Francis Desterbeck & Jan Van Droogbroeck (eds.) Larcier • Nieuwe herwerkte editie • mei 2019 • circa 750 p. Artikelsgewijze commentaar bij de weten regelgeving in verband met beslag en verbeurdverklaring in strafzaken (m.i.v. de douanewetgeving en internationale aspecten)
2019|Nr.14|Emile & Ferdinand|19
SAVE THE DATES ➔ STUDIENAMIDDAG DE CONSUMENT & KREDIETEN 23 april 2019 - Kasteel Tivoli Mechelen Emilie Van Tricht en Christophe Verhelst ➔ S TUDIENAMIDDAG: ADR IN DE BELGISCHE CONTEXT VAN INTERNATIONALE ZAKELIJKE TRANSACTIES 25 april 2019 - VBO Brussel Yves Herinckx, Vanessa Foncke, Guido De Clercq, Manon Schonewille, Arthur Leahy, Charles Demoulin en Dirk Demeulemeester
➔ S TUDIENAMIDDAG SOCIALE VERKIEZINGEN - OVERZICHT VAN RECHTSPRAAK 6 juni 2019 - Claeys & Engels Brussel Olivier Wouters en Ward Bouciqué ➔ STUDIENAMIDDAG HET PACHTRECHT IN BEWEGING 11 juni 2019 - Hotel Mercure Roeselare Ivan Snick en Marc Snick
➔ STUDIENAMIDDAG UPDATE VAN AFTREKREGELS INZAKE BTW 30 april 2019 - Intersentia Mortsel Luc Heylens
➔ THEMADAG GRENSOVERSCHRIJDENDE TEWERKSTELLING 14 juni 2019 - Holiday Inn Gent Expo Bruno De Pauw, Sophie Maes, Tom Messiaen, Luc Eliaerts, Line Hellemans, Sammy Bouzoumita, Melissa Claesens, Gunther Valkenborg, Danaïs Fol en Jan Van Gysegem
➔ O PLEIDINGSVOORMIDDAGEN DOELGERICHTE EN BEGRIJPELIJKE RECHTSTAAL (MONDELING EN SCHRIFTELIJK) 3 mei 2019 en 17 mei 2019 - Crowne Plaza Antwerpen Aline Van Bever
➔ S TUDIENAMIDDAG DE NIEUWE EBITDA INTERESTAFTREKBEPERKING: PRAKTISCH BEKEKEN 18 juni 2019 - Syntra Antwerpen Pieter-Jan Wouters
➔ S TUDIENAMIDDAG VERMOGENSSTRUCTURERING EN BELEGGINGSVERZEKERINGEN ANNO 2019 7 mei 2019 - VBO Brussel Paul Van Eesbeeck
➔ THEMADAG ONDERNEMINGSSTRAFRECHT 20 juni 2019 - Serwir Hotel Sint-Niklaas Joachim Meese, Kristof Salomez, Patrick Waeterinckx, Jacques Vandeuren, Ruben Van Herpe en Jürgen Egger
➔ S TUDIENAMIDDAG HET NIEUWE FISCALE CONSOLIDATIESTELSEL: PRAKTISCH BEKEKEN 14 mei 2019 - Syntra Antwerpen Pieter-Jan Wouters
➔ S TUDIEDAG HET BELANG VAN HET KIND: OUDERS VOOR ALTIJD? 20 september 2019 - Stadscampus UAntwerpen
➔ THEMADAG BOUWRECHT: 8 ACTUELE THEMA’S 14 mei 2019 - Serwir Hotel Sint-Niklaas Siegfried Busscher, Dieter Dejonghe, Stefaan Van Dyck, Dario Petosa, Simon Verhoeven, Frank Burssens, Sofie Logie en Kristof Uytterhoeven
➔ STUDIEAVOND WERK & PRIVACY 17 oktober 2019 - Kantoor Claeys & Engels Antwerpen Inger Verhelst, Leen Peeters, Wouter Van Loon en Sam Conix
ZOMERACADEMIE LARCIER
➔ THEMADAG OVERHEIDSOPDRACHTEN ANNO 2019 23 mei 2019 - Serwir Hotel Sint-Niklaas Tony Mortier, Kristof Uytterhoeven, Stephanie Moras, Peter Teerlinck, Peter Flamey, Maarten Somers, Carlo Cardone, Carlos De Wolf en Elke Casteleyn ➔ S TUDIENAMIDDAG DCCR: CONSUMENTENRECHT EN GEGEVENSBESCHERMING: EÉN JAAR NA DE INWERKINGTREDING VAN DE AVG: IS DE CONSUMENT NU BETER BESCHERMD? 23 mei 2019 - KU Leuven (CVO Lethas) Brussel ➔ S ERVO-TRAINING HOUD STRESS EN BURN-OUT OP EEN AFSTAND (TWEE CURSUSDAGEN) 1 juni 2019 + 15 juni 2019 - Koningsteen Kapelle-op-den-Bos Jeff Keustermans
➔ PERSONEN- EN FAMILIERECHT (Keuze uit 4 sessies) 2 juli 2019 - 3Square Zwijnaarde ➔ AANSPRAKELIJKHEID (Keuze uit 4 sessies) 4 juli 2019 - Salons Van Edel Wilrijk
➔ STUDIENAMIDDAG WONEN IN BELGIË, WERKEN IN NEDERLAND 4 juni 2019 - Huis Vanstraelen Hasselt Ruth De Baere en Chantal Hendrickx
> SURF NAAR www.larcier.com/nl om de interviews met onze auteurs
INFORMATIE EN INSCHRIJVINGEN: training@larcier.com Online inschrijven via www.larcier.com/nl/opleidingen.html
Follow us on
en redactieleden te ontdekken, en kom er alles te weten over de komende events en onze nieuwe publicaties
GAZLARNL14 ISBN : 978-1-1010-1244-4
20|Emile & Ferdinand|Nr.14|2019
Bent u nog niet geabonneerd op Emile & Ferdinand? Abonneer u gratis via het online inschrijfformulier op https://www.larcier.com/ nl/in-de-kijker/emile-ferdinand.html