HockeyStyle Magazine 14

Page 1

MAGAZINE VOOR DE HOCKEYLIEFHEBBER

Hockeystyle N◦

iets met schieten en scoren...

1

www.hockeystyle.nl


2


3


Nummer 14 van HockeyStyle Magazine is een feit. Een bijzonder nummer. Niet alleen voor mij maar ook voor vele anderen. De meest bekende nummer 14 was wel Johan Cruijff – mijn persoonlijke sportheld – en met hem al zijn mooie uitspraken, zoals: “Je moet schieten om te kunnen scoren” en “Ieder nadeel heb zijn voordeel”, maar ook: “Je gaat het pas zien als je het door hebt”, “Je moet altijd zorgen dat je een doelpunt meer scoort als de tegenstander.” Hij zette mensen aan het denken en bij hem leek het spelletje simpel. Hij doet mooie dingen voor de sport, met zijn foundation, zijn cruijfcourts en opleiding. Ik heb de enorme mazzel gehad om een klein jaar zijn buurvrouw te mogen zijn in Amsterdam – als hij er was tenminste, want het grootste deel van het jaar woont hij in Barcelona. ’s Ochtends ging hij op zijn racefiets even een broodje halen en in de middag zat hij vaak in de vondeltuin met andere bekende voetballers. Een vriendelijke en gezellige buurman. Op een dag vroeg de conciërge van ons gezamenlijk appartementen complex of wij zijn ‘oude’ sidetable overnemen, want zijn vrouw Danny wilde een nieuwe. Natuurlijk wilden we dat! We hebben ‘m nog steeds natuurlijk en hij is omgedoopt in Cruijftafel. Hij gaat nooit meer weg. Hopelijk blijft Johan ook nog een tijd. Een andere bekende nummer 14 was Teun de Nooijer. De held van het hockeyveld. De eerste keer dat ik hem interviewde was ik bloednerveus, maar toen ik tijdens de EHL op Bloemendaal de wedstrijd – zijn laatste – kon en mocht verslaan en vooral hand in hand met zijn moeder en de moeder van teamgenoot Eby Kessing zat, was de angst om hem aan te spreken voorbij, de adoratie niet overigens. Die is gebleven net als voor Johan. Gelukkig is ook hij weer terug in de hockeywereld en ook van hem hoop ik nog heel erg veel mooie sportieve zaken te mogen zien en vooral meebeleven. Hockeykanjer Floris Evers speelde met rugnummer 14 bij AH&BC en knaller Robbert Kemperman wilde altijd al met rugnummer 14 spelen voor het NL elftal en daar speelde hij ook mee toen hij tijdens het laatste EK voor Oranje uitkwam – en goud won. Nummer 14 is dus kennelijk een rugnummer waarmee je goud scoort! Alyson Annan & Marieke Dijkstra, beiden bondscoach en hockeytoppers hadden andere rugnummers, maar wel gouden medailles en veel mooie successen. Kanjers en doorzetters zijn het en ook mijn sporthelden – niet alleen vanwege hun enorme prestaties, maar vooral vanwege hun persoonlijkheid! Teun Rohof & Robbert Tigges, teamgenoten en vrienden, hadden ook geen rugnummer 14, maar wonnen vorig jaar wel goud met het Oranje elftal in de zaal en behaalden daarnaast meerdere mooie titels. Het zijn enorm gedreven spelers en daarnaast gewoon hele leuke mannen die met veel lol maar wel heel erg doelgericht de top weten te bereiken! Wat ze allemaal gemeen hebben met dé nummer 14? Gewoon doen, doorgaan en vooral scoren!

Da’s toch logisch? Fijne winterstop en zaalhockeyseizoen allemaal! Francisca Blanco – hoofdredacteur

4


6 Alyson & Marieke 12 Teun & Robert 18 Rie & Ank 27 Coen van Bunge 34 Barman Marijn 40 Anna Flannagan 48 Train the Player 52 Fusine Govaert 55 Jasper Nagtzaam 60 Roger Rosner

5


Hockey Toppers aan de leiding: Alyson Annan & Marieke Dijkstra Bondscoaches Alyson Annan Oranje Dames veld & Marieke Dijkstra Oranje Dames zaal. Twee topcoaches die naast techniek, proces en inhoud ook naar de EQ kant van het spelletje kijken. Naast hun enorme berg ervaring, liefde voor de sport en recht-door-zee mentaliteit houden ze het spel graag simpel maar wel met mooie eindresultaten.

Alyson Annan

1. Je bent sinds 13 oktober bondscoach van de Nederlandse dames, een datum die voor jou ook erg belangrijk was want jaren eerder kwam je op die dag naar Nederland. Wat betekende het voor jou om tot bondscoach te worden te worden gekozen? Het is een eer om bondscoach te zijn van het Nederlands Elftal. Ik stel mezelf ten doel om Oranje optimaal voor te bereiden op de Olympische Spelen en

6


daar het maximale uit het team te halen. Daarbij wil ik graag het team beter maken, maar ook alle speelsters zelf. 2. Maartje Paumen krijgt rust van je. Na 12 jaar non stop bikkelen gaat ze niet mee naar Rosario. Kan zij onder jouw leiding nog groeien – want zij heeft immers ook al alles gezien, gedaan en gehaald op het hoogste niveau? Ieder speelster/speler/coach kan groeien. Het doel is om iedere speler zo veel mogelijk te helpen groeien, om de beste speelster te worden die zij kan worden. 3. Je bent een heleboel dames aan het testen met je HWL selectie. Wat ga jij anders doen dan je voorgangers? Ik vind het nu vooral belangrijk een goed beeld te krijgen van onze speelstijl ten opzichte van onze tegenstanders en onze speelstijl verder door ontwikkelen. 4. Talent heb je genoeg aan boord, maar je kijkt ook naar interactie en wil een duidelijke lijn uitzetten, hoe ga je met de jonge garde om ten opzichte van de ervaren internationals? Kijk je ook naar de mentale kant en hun bijpassende jeugdigheid of wordt iedereen gelijk getraind? Het doel is om zowel het team als individuele speelsters beter te maken. Dat zullen we op doen op zowel individueel als team basis. 5. Je hebt zelf de ultieme top bereikt, staat bekend als een rechtvaardige doorzetter die eerlijk en fair handelt en denkt. Met die houding heb je direct een (positieve) toon gezet bij de eerste training. Geef je de dames ook je eigen ervaring als international mee of ga je er uitsluitend als coach in? Natuurlijk deel ik mijn ervaringen mee, ervaring delen is belangrijk om mee te geven maar mag nooit leidend zijn. 6. Wat is volgens jou de grootste verandering ten opzichte van jouw internationale carrière – hockey technisch – in de voorbereiding naar de grote toernooien? In de voorbereiding naar een toernooi, niet zoveel. Er wordt op dezelfde aspecten getraind en de focus ligt op ongeveer dezelfde punten. Alleen het spel is veranderd, zowel met speeltijd en regels.

7


7. Je bent coach pur sang. In je maatschappelijke leven met o.a. Beyond the Limits, ben je ook bezig met coachen, wat kan en moet er veranderen binnen het coachen en trainen van de topspelers, maar ook bij de jeugd? We trainen/coachen allemaal op technisch en tactisch aspecten. Sommige coaches trainen alleen op ‘coachen’ de mentale aspecten. Ieder coach heeft zijn eigen manier. Ik probeer een balans in alles te brengen waardoor IQ (Inhoud/proces) is niet de enige wat een rol speelt maar ook EQ (interactie/ gevoel). Wat ik denk, wat ik voel, wat ik doe en wat ik zeg - in balans brengen. Ik pleit ook voor terug naar simpel. Ik heb liever dat we minder technieken leren en de meest voorkomende technieken functioneel leren gebruiken, Een slag bijv. heeft al 4 verschillende gebruiksaanwijzingen. Op welke wijze gebruik je de slag techniek? 8. Hoe belangrijk waren jouw coaches zoals Ric Charlesworth? Wat is je het meest bijgebleven en pas je dat zelf ook toe? Ric is mijn leermeester. Ik heb veel van hem geleerd. Er is veel bij mij gebleven, hoe hard hij gewerkt heeft, hoe innoverend hij was. Hoe vooruitstrevend hij was. Ric was de eerste die begon met statistieken, spelers individueel analyseren op technisch en tactisch niveau. In de rust kregen we te zien hoe vaak we aan de bal waren en wat onze effectiviteit was, geturfd op papier, zodat we in de 2e helft meer aan de bal kon komen, of minder. Ik heb zelfs nog oude sheets van hem nog met mijn eigen scores erop. 9. Zijn quote was: The interesting thing about coaching is that you have to trouble the comfortable, and comfort the troubled. Wat is jouw quote? Ik heb geen een specifieke quote. Ik gebruik veel quotes, ook uit het verleden met Ric, maar er is er 1 die me altijd is bijgebleven en die ik vaak gebruik:

“We are what we repeatedly do. Excellence, then, is not an act, but a habit.” - Aristotle -

Het Nederlandse damesteam zaalhockey gaat een maandje later na een gouden WK dit jaar naar een EK, hoe kijk jij tegen zaalhockey aan en bondscoach Marieke Dijkstra en wat wil jij nog aan haar zeggen? Zaalhockey is leerzaam voor het veld. Ik wens Marieke veel succes met het EK. Ze gaat het zeker goed doen.

8


Marieke Dijkstra: 1. Als bondscoach van het Nederlands Dameselftal in de zaal heb je alweer de nodige mijlpalen bereikt, wat verwacht je van het komende toernooi in Minsk en wat pas je toe uit je eigen ervaring? Na twee jaar de volledige focus te hebben gehad op het spelen in 5v5 mogen we nu weer terug naar ons vertrouwde spelletje 6v6. Erg leuk en ook weer een omschakeling aangezien we het geweldig gedaan hebben in 5v5. De oude beelden en analyses zullen dan ook weer gebruikt gaan worden en we zullen zeker aspecten uit het 5v5 spel meenemen. Dit jaar zullen we naast een paar ervaren speelsters met een jong en talentvol team naar het EK gaan. Van de WK-groep zijn namelijk enkele speelsters gestopt (o.a. einde carrière, blessures, nat. Veldteam). Een mooie uitdaging om er weer het maximale uit te halen. 2. Naast bondscoach zaalhockey, ben je ook de trainer coach van de heren van Voordaan – een pittige klus voor dit team wat net weer terug is in de hoofdklasse, is je aanpak bij mannen anders dan bij vrouwen en zo ja hoe dan? Zo nee, waarom niet? De afgelopen periode is met Voordaan zeker pittig en ook erg leuk geweest. Met vallen en opstaan hebben we hard gewerkt om het maximale eruit te halen. Mijn aanpak daarin is in grote lijnen hetzelfde… Duidelijke lijnen en doelen, eigen verantwoordelijkheid nemen, open en directe communicatie. Beide teams lijken eigenlijk wel op elkaar. Mooie teams met respect voor elkaar, humor en de bereidheid om als team en individu hard te werken om ons doel te bereiken. 3. Je kijkt niet alleen naar de fysieke kant, maar vooral ook naar het psychologische aspect. Hoe belangrijk is dat voor een coach? Gebruik je technieken die je uit de MDA haalt? Belangrijk om inderdaad alle aspecten steeds mee te nemen in je coaching. Fysiek, tactisch, technisch en ook mentaal. Waar staan we voor als team en individuele spelers, waar liggen onze kwaliteiten, wat doen we onder druk en hoe zorgen we dat we alles zo goed mogelijk kunnen inzetten op de momenten dat het moet.

4. Je werd eerder dit jaar wereldkampioen in de zaal in Leipzig, hoe bereid jij je voor op het Eurohockey Indoor en hoe train je de dames die nu nog grotendeels op het veld spelen?

9


De afgelopen weken hebben we vooral alle voorbereidingen getroffen; oefenwedstrijden, trainingen en selectie. Het zal een korte intensieve periode worden waarin we snel stappen moeten en willen maken 5. Is het moeilijk om bij veldhockeyspeelsters de ‘knop’ om te zetten naar zaalhockey en hoe doe jij dat? (of is het helemaal niet nodig?) De speelsters die gaan zaalhockey hebben een passie voor zaalspelletje. Ze kijken er dan ook naar uit om een veel te gaan zaalhockeyen met als einddoel een gaaf EK in Minsk te spelen. 6. Zaalhockey is goed voor de techniek op het veld en de snelheid, toch zijn er nog veel jongeren die het spelletje niet leuk vinden, zou het volgens jou een verplicht onderdeel moeten zijn en wat is volgens jou het voordeel van zaalhockeyen? In mijn ogen is zaalhockey juist bij de jeugd populairder geworden. Steeds meer clubs nemen het serieus en veel kinderen gaan zaalhockeyen. Sommige clubs zaalhockeyen zelfs al gedurende het veldseizoen om de techniek en handelen in de kleine ruimte te vergroten. Een positieve ontwikkeling, hopelijk zet dit zich de komende jaren nog meer voort. 7. De regels zijn weer wat veranderd, wat vind jij van al die veranderingen? Wat moet blijven en wat moet anders? Mooi om weer ons oude vertrouwde spelletje terug te hebben! Ik ben benieuwd of er accentverschillen anders zullen worden aangezien we nu ook de ervaringen van het 5v5 spel mee zullen nemen. Wat betreft de regels ben ik nu samen met andere internationale spelers, coaches en gedelegeerden aan het kijken of we nieuwe regels willen om het spelletje nog attractiever te maken. We zullen zien. Voor nu is het goed dat er niet teveel gewijzigd is. 9. Trial and terror is jouw uitspraak maar heb je ook wat meegekregen van een van jouw coaches en wie was jouw grote voorbeeld qua coaching? Als speelster heb ik van elke coach wel iets geleerd op het gebied van training geven, manier van coachen of kleine slimme tactische dingen. Verder leer ik veel van de mensen met wie ik samenwerkt. De discussies of andere inzichten zorgen ervoor dat ik steeds open blijf staan voor nieuwe dingen. Dit geldt ook in mijn contact met het team, die komen ook met goede ideeën. 10. Het Nederlandse damesteam veldhockey gaat een maandje eerder naar de HWL in Rosario. Je hebt Alyson de afgelopen tijd mogen ondersteunen, hoe kijk jij tegen dat toernooi aan en wat wil jij nog aan haar meegeven? Het was erg leuk om de eerste trainingen erbij te zijn. Goede en open sfeer. Het straalde weer plezier en gedrevenheid uit. Ik wil Alyson, de staf en het team heel veel plezier en succes wensen de komende tijd. Ik heb er alle vertrouwen in dat ze de komende periode veel stappen zullen maken om uiteindelijk GOUD op Rio te winnen.

10


11


KAMPIOENEN & KNOKKERS Teun Rohof & Robert Tigges

Ze schelen maar 1 jaar, spelen allebei voor de Amsterdamse Hockey & Bandy Club (AH&BC), zijn internationals en kampioenen op het veld en in de zaal en vooral knokkers. Niet tegen maar met elkaar. Op het veld en in de zaal. Ze vullen elkaar aan, zelfs in dit interview. Over zaalhockey, clinics, spelregels, maatjes zijn, scoren en de EHL winnen. Meet: Teun Rohof en Robert Tigges Teun en Robert, vrienden voor het leven en teamgenoten, hoe is dat zo gekomen? Teun: Robert en ik hebben veel samen meegemaakt en gewonnen. We zien elkaar elke week minimaal 4 keer en hebben naast hockey ook nog dezelfde hobby’s. We leerden elkaar echt kennen tijdens een 4-weekse trip in Amerika waar we training gaven aan World Camp USA. Daarnaast gingen we elke winter samen zaalhockeyen. In 2009 kwam Robert bij Amsterdam spelen, een versterking voor het team en een vriend in het veld, top dus! Robert: Onze vriendschap is vooral ontstaan tijdens de jaren bij Amsterdam ja! Daar zijn we echt naar elkaar toegegroeid, binnen Amsterdam zijn we namelijk van dezelfde lichting/ leeftijd. We zijn de oudste van het team inmiddels. We komen elkaar volgens mij al 15 jaar tegen op de hockeyvelden en in de zalen. Ik ben blij dat ik niet meer tegen hem speel, maar met hem. ;-) Zaalhockey en veldhockey – wat is het leukst en waarom, of kun je/ wil je geen keuze maken? Teun: Hoe kouder en natter het buiten wordt, hoe meer ik verlang naar het zaalseizoen. In

12


het zaalseizoen is eigenlijk alles intenser. Je speelt met een kleinere groep die je daardoor allemaal goed kent. Het spel gaat stukken sneller en je moet het meer van afgesproken systemen hebben. Ik vind het altijd jammer als het zaalseizoen er weer op zit. Veldhockey krijgt over het algemeen meer aandacht en dat is altijd leuk, je hebt meer teamgenoten en je speelt meer wedstrijden en toernooien. Dat de KNHB het veldhockey serieuzer neemt dan het zaalhockey is ook nog een groot verschil. Het is lastig kiezen, zeker in Nederland waar je ongeveer gedwongen wordt de periode in de zaal heel kort te houden. Ik wil eigenlijk niet kiezen, het is allebei te leuk. Robert: Het begint natuurlijk allemaal met veldhockey, de droom om ooit voor het Nederlands elftal te mogen spleen en met Oranje mee te doen aan grote toernooien. Toen ik net afviel bij Jong Oranje werd ik uitgenodigd voor Oranje zaal. Dat leek mij een mogelijkheid om eventueel aansluiting te vinden met de veldploeg. Uiteindelijk werd het zaalhockey door ons zo serieus genomen dat we ook enorme stappen maakten en met de zaalploeg van de B naar de A-poule promoveerden en direct een medaille pakten tijdens ons eerste grote toernooi in Almere. Sindsdien heb ik geen winter overgeslagen en vind ik het super om weer de hal in te mogen! Als ik moet kiezen zou ik kiezen voor het zaalhockey, vanwege de snelheid en de betrokkenheid van elke speler. Maar ik doe beide met alle liefde! Vorig jaar werden jullie landskampioen en wereldkampioen in de zaal en deze winter gaan jullie op voor het Eurohockey Indoor in Praag, met sterke tegenstanders uit o.a. Duitsland, Oostenrijk en Polen, hoe ga je daar naartoe werken? Is winnen vanzelfsprekend of ben je zo goed als je laatste kampioenschap? Teun: Ten opzichte van vorig jaar zijn er jongens gestopt en zullen er weer nieuwe spelers bij komen. Het grootste verschil zit hem naar mijn idee echter in het feit dat we nu met 6 spelers zullen gaan aantreden in plaats van 5. De afgelopen 2 jaar hebben wij het spelen met 5 spelers ons specialisme gemaakt met een wereldtitel tot gevolg. Ik ben ongeveer de enige in de wereld die het spelletje met 5 spelers leuker vond. Ik denk dat ik persoonlijk als doel, we beginnen pas met het team eind november, de halve finale halen heb. Het spelen van finales is het leukst en daar hebben we vorig jaar een onvergetelijke ervaring mee opgedaan. We gaan het zien, we hebben er zin in! Robert: Winnen is absoluut niet vanzelfsprekend. Duitsland had afgelopen jaar ook het WK moeten winnen, dat was vanzelfsprekend geweest, maar zoals we inmiddels weten is dit niet het geval. Ik denk dat we dit jaar vooral weer bezig zullen zijn met de omschakeling naar 6 spelers. Wij waren met Oranje erg sterk in het 5 tegen 5 spel, ik ga daarin ook mee met Teun door te zeggen dat deze vorm mijn voorkeur heeft. We zitten in een pittige poule, ons doel zal zijn om daar de eerste twee te halen, maar ik denk dat we het van wedstrijd tot wedstrijd moeten bekijken. Gelukkig mogen we weer selecteren uit de Jong Oranje jongens, waardoor we weer over veel kwaliteit kunnen beschikken tijdens onze voorbereiding. Hoe combineren jullie het oranjehockey zaal met clubzaal en je werk? Teun: Oranje hockey in de zaal is een hobby. Een uit de hand gelopen hobby kunnen we wel stellen. We zijn in de weken van zaalhockey veel meer met hockey bezig dan tijdens het veldseizoen. De uren die we maken zijn vergelijkbaar met het Nederlands veldteam.

13


Verschil is dat wij niet in Papendal slapen maar thuis, maar ook wij zijn 3 dagen in de week non-stop met hockey bezig en om als team beter te worden om een prestatie van formaat te leveren. Werken is dan secundair. Wat we wel proberen is onze passie te delen met andere enthousiaste zaalliefhebbers. We geven clinics door het land, we zijn de Oranje Zaalhockey Tour gestart. Robert: Ik werk 24 uur per week bij Bovelander & Bovelander en beheer daar alles rondom de clinics. Dit is natuurlijk een super hockey bedrijf en zij gunnen het mij van harte om mijn carrière in de zaal voort te zetten en dus te combineren met mijn werk. Ik kan dan ook af en toe van huis of vanuit het buitenland werken. Verder ben ik net als Teun ook veel actief op het veld. Ik heb een eigen bedrijfje voor hockeyadvies, (privé-) training en coaching. Inmiddels sta ik ook op het veld bij Hurley dames 1 als trainer. Dus wie weet dat die gaan verrassen dit jaar in de zaal… ;-) Waarom is zaalhockey zo belangrijk – ook voor de breedte en de jeugd en wat is er zo leuk aan? Teun: In de zaal leer je echt als team te spelen. Het spelletje is zo snel, ik herinner me bijvoorbeeld een wedstrijd tegen Duitsland waar wij binnen 40 seconden een 6-4 achterstand goedmaakten en uiteindelijk 6-6 speelden, op z’n Duits…. De basistechnieken zijn zo belangrijk. Hoe harder en secuurder je passt, hoe meer kans je hebt om een tegenstander uit te spelen. Daarnaast leer je goed laag te verdedigen en wordt je echt fit, als je het serieus aanpakt. Robert: Vooral de handelingssnelheid en inzicht in zowel spel als ruimte zijn voor mij essentieel als het gaat om jeugdhockey in de zaal. Het brein wordt gewoonweg vaker en scherper getriggerd in de zaal. Het zal altijd zijn vruchten afwerpen als jeugdspelers goed getraind en gespeeld hebben in de zaal. Voor elke speler geldt dat je meer balcontacten en duels zult hebben dan bij welke veldwedstrijd ook, daar hockeyt volgens mij iedereen voor.

14

Robert: Wat is de kracht van Teun in het veld en in de zaal? Teun is een echte terriër! Ik ken geen speler die zo bevlogen is tijdens het hockey als Teun! Hij gaat er met zijn hele hebben en houwen voor. Hij pakt alle ballen af; 1v1 intercepties, dubbels, alles is voor hem. Ook is hij met zijn snelheid aanvallend vaak belangrijk. Hij kan makkelijk een man uitschakelen en heeft altijd overzicht voor degene met de beste scoringskansen. Teun is ook tactisch erg sterk, hij denkt vooraf na over wat er in een wedstrijd kan


gebeuren. Vaak heeft hij fantastische aanvullingen op het idee van coaches en in een wedstrijd kan hij ook goed herkennen en schakelen. TEUN IS EEN ECHTE STRIJDER! Teun: Wat is de kracht van Robert in het veld en in de zaal? Robert is de man die de goals maakt. Of het nou corners, schoten, intikkers of onmogelijke ballen van de achterlijn zijn, hij scoort ze. Ook is Robert het aanspeelpunt voorin. Na 9 jaar samenspelen weet ik precies waar hij de bal wil hebben. Je ziet daarnaast terug dat Robert gewend is op meerdere posities te spelen, hij kan in de aanval verdedigen als de beste, als het moet zal hij opbouwen om anderen vrij te zetten, maar zijn unique selling point is toch: SCOREN. Jullie organiseren inmiddels ook clinics op zaalhockey gebied, samen met Oranje en AH&BC-keeper Laurens Goedegebuure, vertel daar eens wat meer over; wie kan eraan mee doen en wat is het doel? Teun: Ons doel is het belangrijkste, de zaalsport vanuit de jeugd nog populairder maken. Je ziet dat de hockeybond ook in de jeugd juist de sport wel serieus neemt. De beste zalen worden ingevuld door jeugdwedstrijden en de jeugd traint op de fijne uren. Wij willen onze kennis delen en onze kunde met enthousiasme delen. Wat wij bereikt hebben met keihard trainen en uren maken in de zaal, zou de jeugd ook kunnen bereiken. Sterker nog zij kunnen nu een voorsprong winnen op de jeugd uit andere Europese landen, een voorsprong die wij niet hadden. Dat besef willen we graag delen. Inschrijven voor onze clinics kan via onze Facebook Pagina “Oranje Zaalhockey Tour� of per e-mail zaalclinics@ahbc.nl. Als je met je team een zaal hebt, kunnen wij de training invullen en overnemen. Robert: We willen onze expertise graag overdragen aan kinderen en coaches om het zaalhockey in Nederland naar een nog hoger niveau te tillen. Met AH&BC wonnen jullie een wildcard voor de EHL en kwamen jullie met zelfs dubbele cijfers door de 1e ronde en zijn dus door naar de KO 16. Hoe ervaar je de EHL en is het niet een beetje veel allemaal met de reguliere competitie & de zaal op club en internationaal niveau? Teun: De EHL is een waar spektakel. Door het telkens vernieuwen van de regels en dit op een spectaculaire manier in beeld brengen en aan de liefhebbers tonen is de EHL een platform dat zijn weerga niet kent. Natuurlijk is het zo dat wij meer wedstrijden spelen dan

15


16


bijvoorbeeld een HGC of Rotterdam, maar wedstrijden zijn naar mijn idee het allerleukst en hier leer je het meest van, dus nee het is niet wat veel. Robert: Hockey is leuk, dus je wilt zoveel mogelijk spelen. Over het algemeen kunnen we in de zomer 2 a 3 maanden rusten. Maar belangrijk is wel om altijd goed naar je lichaam te luisteren. Zodra je dat even niet doet en geblesseerd raakt kun je zo een hoop wedstrijden missen! De EHL is natuurlijk een schitterend platform, spelen tegen de beste teams uit Europa is natuurlijk super gaaf. Dat er binnen Europa verschillen zijn in sterkte van competitie is niet te ontkennen, maar dat alle landen wel mee mogen doen en de ervaring van het Europese hockey kunnen delen vind ik wel een goede zaak! Wat vinden jullie van het doorlopend wijzigen van de spelregels? Kun je daar makkelijk mee overweg? Teun: Sommige regels zijn beter dan andere. Ik denk dat het goed is dat hockey zich blijft ontwikkelen en dat de hockeysport een pionier kan zijn voor andere sporten, met bijvoorbeeld de self-pass en video referee, dingen die niet meer weg te denken zijn op het hoogste niveau.Robert: Hier ga ik volledig met Teun mee, ik moet wel zeggen dat de nieuwe regel voor vrije slagen binnen de 5-meterlijn en het verdedigen daarvan erg onduidelijk waren en volgens mij nog steeds een hoop onrust veroorzaken. Wat doe je nog naast hockeyen? Heb je een maatschappelijke carrière en komt hockeyen en je ervaring daarin weer terug en van pas? Teun: Hockey staat bij mij op 1, dat is mijn passie en ik ben heel blij dat ik bevoorrecht ben om zoveel te mogen sporten. Daarnaast werk ik als freelancer voor Vrijwilliger-OK. Een initiatief dat sportclubs helpt in hun streven naar een veilig verenigingsklimaat. Wij faciliteren sportclubs in VOG-aanvragen. Daarnaast geef ik training bij verschillende (jeugd-)teams en probeer ik mijn hockeykennis en passie over te brengen. Robert: Alles wat ik doe heeft dus te maken met hockey. Part time werken bij Bovelander & Bovelander, een eigen bedrijfje genaamd Tip-In voor hockeyadvies, training en coaching, trainer bij Hurley dames 1, manager bij Nederlands Jongens A.

Wat is na alles wat jullie al hebben bereikt en gedaan nog een hele grote wens binnen de hockeysport? Teun: Op clubniveau nog meer prijzen winnen. Het terugbrengen van zaalhockey op de nationale hockeykalender en genieten van elk moment dat ik op het veld sta, als speler, trainer of coach. Robert: Ik zou dit jaar toch echt wel de EHL willen winnen. Daar ben ik een aantal keer en voornamelijk 1 keer heel dichtbij geweest, dus dat lijkt me heel gaaf.

17


TOPHOCKEYMOEDERS!

Tophockeymoeders, maar vooral topmoeders, dat zijn Rie Sanderson en Ank de Voogd. Allebei met een kind die in het Nederlands elftal speelt. Rie is de moeder van Eva de Goede en Ank de moeder van Bob de Voogd. Ze leven en beleven alle hoogtemaar ook dieptepunten van hun kinderen mee, maar hebben en doen nog zoveel meer in hun leven. Op de achtergrond voor het grote publiek, maar absoluut op de voorgrond voor hun eigen omgeving en vooral voor hun gezin. Het vergt nogal wat van je, maar daar zijn het dan ook tophockeymoeders voor.. Rie: Je bent als moeder van Eva de Goede (bijna) bij iedere wedstrijd aanwezig. Als moeder, maar ook als (hobby)fotograaf, maar daarnaast heb je nog heel veel andere zaken, ben je (hobby)schilder en heb je nog andere talentvolle kinderen. Je zoon die ook op hoog niveau tennist en je andere mooie talentvolle dochter. Kun je wat meer vertellen over wat je doet en hoe je leven eruit ziet? Sinds een tijdje ben ik gestopt met werken. Ik was fysiotherapeut en vroeger ,voor ik kinderen kreeg ook docent L.O. op een middelbare school. Nu ik 65+ ben kan ik inderdaad nog meer tijd besteden aan creatieve hobby’s die ik zeer waardeer, zoals schilderen, boetseren, fotograferen, tuinieren, lezen en koken. De kinderen wonen alle drie nu elders, maar komen regelmatig naar huis om elkaar en ons te treffen en bij te kletsen. Ik heb nu ook meer ruimte om op stap te gaan en hen bij hun ondernemingen en sportactiviteiten te volgen. Ik ga binnenkort naar Argentinië om de Oranje Dames te volgen tijdens de HWL in Rosario. Dan kan ik weer lekker achter mijn lens zitten en weer wat “memories” opslaan. Ank: Je bent als moeder van Bob de Voogd ook bijna bij iedere wedstrijd aanwezig, maar bent ook de eigenaresse van de dansschool Ank de Voogd in Helmond waarmee je ook heel erg

18


intensief en op hoog niveau in de dans- en theaterwereld bezig en natuurlijk ook nog met je geweldige lieve dochter. Hoe ziet jouw leven er uit? Zoals je zelf al aangeeft heb ik een balletschool in Helmond en dat neemt veel tijd in beslag. Ons lesprogramma bestaat uit diverse disciplines zoals peuterdans, algemene dansvorming, klassiek ballet, jazz/modern, hiphop en breakdance als ook bewegingslessen zoals bodyfit en pilates. En dat voor alle leeftijden. Dat doe ik inmiddels al 20 jaar samen met een fijn team van docenten. En…….. op eigen kracht, zonder subsidies of wat dan ook. Daar ben ik trots op! Daarnaast werk ik regelmatig aan theaterproducties; meestal chorografie soms regie. De meest recente was Berry de musical, een musical over oud voetballer Berry van Aerle. Deze musical haalde zelfs de landelijke pers en we hebben 10 uitverkochte voorstellingen gedraaid in het Speelhuis in Helmond. Dat is ook topsport Inmiddels zijn we weer volop bezig met het volgende project. Dus ik zit niet stil letterlijk en figuurlijk. Mijn kinderen (Bob en dochter Noor) zijn al weer een tijdje het huis uit en wonen zelfstandig. Een andere fase maar zeker niet minder leuk. Daarbij moet gezegd worden dat ze beiden altijd heel zelfstandig zijn geweest en natuurlijk heel leuke kinderen, maar ik krijg nu minder prikkels en moet ze echt loslaten, wat voor mij een hele kluif is! Want ik heb de neiging overal de controle over te houden. Noor woont in Amsterdam. Gelukkig werkt ze in Eindhoven en zie ik haar zeker 1x per week wanneer ze nog een keertje thuis slaapt omdat ze nog steeds bij mijn studio danst. Intussen hockeyt ze bij hockeyclub Amsterdam in dames 13. Het kan zomaar gebeuren dat ik in de toekomst in Amsterdam langs de lijn sta en Amsterdam ga aanmoedigen…..weer eens wat anders!! Bob woont in Helmond, bijna op loopafstand. Die valt regelmatig binnen. Natuurlijk neemt het hockey een belangrijke plaats in. We (Addo en ik) gaan inderdaad bijna elke wedstrijd kijken. We passen zelfs onze zeilweekenden er voor aan. Rie en Ank: Hoe is het allemaal begonnen voor jouw kind? Wat vond jij ervan toen zij/hij telkens hoger ging spelen en uiteindelijk in het NL elftal terecht kwam? Rie: Sport en spel heeft altijd een grote plek in ons gezinsleven gehad. Als docenten zijn we ook altijd met beide activiteiten in ons dagelijks leven intensief bezig geweest : Frans , mijn echtgenoot nog steeds! We zijn altijd in het weekend met de kinderen in de weer geweest. Eerst zwemmen (ook met de baby’s) en al gauw kleutergym en ballet. In verder verloop van tijd werden voetbal (zoon), atletiek, tennis, ballet, skiën en hockey met plezier beoefend. De kinderen hebben we in hun eigen keuzes gesteund. Noela, onze oudste, heeft vanaf 4 jaar op turnen en ballet gezeten. Ballet tot aan haar studie. Hier met geweldige theatervoorstelling met z’n allen zeer van genoten. Eva en David (7 en 6) gingen samen op tennis. En jarenlang met veel plezier en ook beide in jeugdselecties van de bond. David heeft zich op het tennissen gefocust en speelt hoog op nationaal niveau en ook nog in de Eredivisie. Eva wilde met klasgenootjes mee naar hockey toen ze 9 was. Op Phoenix in Zeist begon ze met hockey ,daarna bij Schaerweijde en Kampong , en nu 5 jaar bij Amsterdam .De bondstrainingen met tennis heeft ze verlaten toen ze 13 was. Haar keuze was de teamsport hockey. Via het jeugdteam Midden Nederland en DOD’s is ze geselecteerd voor Meisjes NED B., vervolgens NED A, het Nederlands Indoorteam en tot slot de Oranje Dames. De weg ernaar toe hebben we als ouders gesteund met de mogelijkheden die we hadden: gezellig thuis zijn, halen en brengen, lekker eten ,ook andere dingen met elkaar doen en met interesse elkaars sport bezoeken en elkaar steunen en dat doen we alle 5 nog altijd graag. Ank: Het begint heel natuurlijk. Het bleek al heel snel dat Bob een goed balgevoel had en ook altijd met een bal wilde spelen. Ik weet nog dat hij, toen hij net zijn eerste stapjes kon zetten, op het hoc-

19


keyveld in Helmond met een grote stick liep te sjouwen. Bij zijn geboorte had hij van heren 1 van HMHC, waar Addo toentertijd deel van uitmaakte, een klein stickje gekregen. Daar is hij snel mee aan de gang gegaan. Waar een bal was, was Bob en waar Bob was, was een bal. In onze buurt werd door de kinderen (gelukkig) veel buiten gespeeld en vaak gevoetbald etc. Op zijn 6e ongeveer is Bob begonnen met hockey. Eerst bij HMHC en later bij de fusieclub HC Helmond. In zijn jeugd heeft hij altijd training gehad van Hans de Jager die al veel talenten heeft opgeleid….. Vanaf het begin bleek Bob al talentvol. Hij had de drive om steeds beter te willen worden, te winnen etc. Dat botste soms wel eens met zijn teamgenootjes. Zit waarschijnlijk in de genen. Wat ik daarmee wil zeggen is dat e.e.a. als vanzelf ging. Via districtselecties is Bob in regio Zuid terecht gekomen. Het eerste jaar was hij nog afgevallen maar de tweede keer lukte het hem om in de A selectie voor Zuid te komen. Voor hem een verademing om te trainen met alleen maar jongens die kunnen hockeyen en dezelfde drive hebben. En dat alles vind je natuurlijk hartstikke mooi want je ziet dat het hockey een passie is voor je kind. Maar wel weer een hoop geregel met brengen en halen naar trainingen maar je merkt dat je snel iets kunt afspreken met ouders die in hetzelfde schuitje zitten. De rijschema’s waren zo gemaakt….. Maar toen ging het rap……al heel snel (na 2 maanden) werd Bob geselecteerd voor jongens Ned B. Dat was tijdens een DOD in december. Dan ben je natuurlijk onwijs trots maar dat betekende ook weer trainingen in Utrecht………Dat werd praktisch lastiger omdat er minder jongens vanuit de directe omgeving daar naar toe moesten. Maar dat is allemaal op te lossen en uiteindelijk is Bob al heel snel gaan treinen. Was ook gewoon noodzakelijk omdat de trainingen op dagen waren waarop wij (Addo en ik) beiden moesten werken. Uiteindelijk heeft Bob alle jeugdelftallen doorlopen en daar groei je als ouders in mee. Je krijgt ervaring met de drukke hockeyagenda van je kind, met het combineren van deze agenda met school en de spaarzame vrije tijd, met het wel of niet geselecteerd worden voor de toernooien (vooral met de spanningen daarom heen) en met wanneer je wel je mening moet geven en wanneer even niet. En dan komt de stap naar het ‘grote’ Oranje. Dat is een lastige. De ‘vaste’ krachten kunnen nl. jaren mee en er vindt niet zo’n snelle doorstroming plaats als bij de jeugd. Dus je moet van goed huize komen en een lange adem hebben om daar uiteindelijk je plek weten te bemachtigen, die overigens ook nooit zeker is…….. Wat voor invloed had dat op de rest van het gezin en hoe gaan jullie daarmee om? Rie: Sommige dingen gaan vanzelf .Misschien omdat je dat als ouders op een bepaalde manier met elkaar en met je gezin vorm geeft naar persoonlijk voorkeur. Wij vinden het prettig om elkaar zo te enthousiasmeren, of het een expositie, een balletvoorstelling, een workshop of een wedstrijd is. Iedereen is trots en dat zal bij anderen net zo zijn. Wij beleven door Eva’s hockey geweldige evenementen mee en we genieten er alle vijf enorm van. Ank: Wij gaan daar denk ik redelijk relaxed mee om. Het hoort gewoon bij ons leven. We zijn allemaal hartstikke trots op Bob. Wat dat betreft is er vanuit de omgeving altijd de bereidheid geweest om Bob te ondersteunen. En dan bedoel ik met zijn omgeving niet alleen zijn directe familie maar ook zijn vrienden. We hebben er als ouders ook nooit druk op gezet. Als je ziet wat je er als sporter uiteindelijk jarenlang voor moet doen en laten, dan moet die motivatie echt vanuit de sporter zelf komen. Bob moet de focus opbrengen om voor de sport te gaan met alle consequenties van dien zoals beperkte vrije tijd, proberen te blijven studeren naast je hockey (wat dus een heel lang traject wordt), niet altijd beschikbaar zijn voor de vakanties en andere gelegenheden. Het enige wat wij kunnen doen is faciliteren, bewaken en er gewoon zijn op momenten dat het nodig is. We krijgen al jaren vanuit de omgeving veel reacties op de successen van Bob. Soms lijkt het wel of heel Helmond

20


meeleeft. Ze hebben het dan ook altijd over ‘onzen Bob’. Dat is natuurlijk heel leuk. Vaak word je gezien als moeder van Bob. Of zusje van Bob. En gaat het ook vaak over Bob. Zelfs als Noor vroeger bij de tandarts of zo was. En dat is ook niet altijd even fijn. Maar als dat alles is….waar hebben we dan het over. Moet wel zeggen dat ik er soms moeite mee heb dat ik van anderen altijd de opmerking krijg dat ik wel heel trots zal zijn. Op Bob wordt dan bedoeld. Begrijpelijk. Maar onze dochter Noor is een prachtige jonge vrouw die het ook heel goed doet. Daar zijn wij zeker zo trots op. En dat zeg ik dan ook vaak. Eva heeft zware blessure momenten gehad waarin ze uiteraard erg goed begeleid werd, maar niet kon spelen en waar ze natuurlijk niet erg blij van werd. Hoe ving jij dat op? Hoe gaan jullie daar als gezin mee om? Kun je überhaupt iets betekenen als ouder in zo’n situatie? Rie: Een blessure is een ramp en een streep door je sportleven. Of het een pechmoment is (bal op je kaak) of een belasting probleem , het komt altijd ongelegen. Je kunt er echter niets aan veranderen, je moet herstellen en de draad weer oppakken. De intensiteit van je trainingsprogramma moet anders, je leven moet even, of langere tijd, anders en dat valt niet mee. Meeleven, afleiding , gezelschap, hulp, begrip , that’s it ! En de sporter gaat daar naar behoefte mee om. Onze eigen hoop is dat er weer volledig herstel is en je kind weer kan doen waar ze dol op is. Vorig jaar besloot de toenmalige bondscoach om Bob niet mee te nemen in zijn selectie, dat was een moeilijk moment voor hem. Hoe ving jij dat op? Hoe gaan jullie daar als gezin mee om? Kun je überhaupt iets betekenen als ouder in zo’n situatie? Ank: Bob belt mij meestal als eerste. Terwijl hij weet dat ik vrij direct en emotioneel zal reageren. Dat was nu dus ook . Hij belde me terwijl ik aan het lesgeven was. Dan voel je al dat het niet goed zit. Wat een vreselijk bericht was dat. Addo gaat daar veel rustiger mee om. Dus we houden elkaar wat dat betreft in balans…… Bob had wel eens vaker, in de begintijd bij het grote Oranje, een ‘slecht nieuws’ bericht gehad maar deze kwam totaal niet verwacht. Natuurlijk ben je nooit zeker van je plek en weet je dat je ook kunt afvallen. Deze keer was dat zeker ook. Dat blijft altijd een heel spannend moment…….Bob had het jaar ervoor het EK gemist vanwege een hardnekkige voetblessure. Nadat hij, na zijn langdurig herstel, de draad weer had opgepakt, ging het in de competitie steeds beter met het hockey. Oranje wint de WHL, OZ wordt landskampioen en speelt de finale van de EHL. Bob was een van de dragende spelers voor OZ en op dat moment weer helemaal terug op zijn niveau. Het missen van het WK kwam daardoor redelijk onverwacht. Hij zou een blessure hebben hoor je dan in de media. Ik kan je zeggen: dat was niet zo. En dat maakt het zo zuur. Het voelt als oneerlijk en daar kan ik niet zo goed tegen. Maar mijn emotie is niet het belangrijkste op dat moment. In zo’n situatie probeer je aan te voelen wanneer je iets kunt zeggen/vragen. Je bent zelf natuurlijk ook heel teleurgesteld. Die emoties vertroebelen het dan ook en je staat erg dichtbij. Je vindt het vooral zo erg voor Bob zelf. En dat kun je niet echt voor hem oplossen. Dat moet slijten……Bob wilde het vooral zelf een plaats geven. Door een voorval in zijn directe omgeving zag hij het ook meteen weer in dat alles relatief is. Maar niettemin was het heel erg moeilijk. Gelukkig kreeg hij de mogelijkheid om even het land uit te gaan en afstand te nemen. Vanuit Spanje kwam zijn eerste reactie naar buiten via facebook. Die was zo volwassen, zo goed verwoord hoe hij zich voelde, zo vanuit zichzelf, vanuit zijn eigen kracht geschreven….. Heel knap en zeker iets om trots op te zijn. Daar kan ik nog van leren……Daarnaast heeft Bob een paar heel goede vrienden. Zo kan iedereen zijn steentje bijdragen

21


en elkaar aanvullen om dit soort tegenslagen op te vangen. Rie en Ank: Er wordt langs de lijn door te ouders en de fans soms wel erg hard commentaar gegeven. Daar is ook op hoofdklasse niveau nog heel wat over te doen geweest bij de diverse clubs. Hoe gaan jullie hiermee om en hoe los je dat op? Ank: Langs de lijn heb ik er niet zo’n last van. Kan me wel erg storen aan de reacties via de diverse media (internet). Ik lees ze wel maar soms (of eigenlijk vaak) wordt het zo’n domme discussie. Dat mag en kan allemaal. Maar ik vind vooral de manier waarop over spelers en coaches geoordeeld wordt, soms pijnlijk en onfatsoenlijk. Dan heb ik de neiging te reageren maar blijf dan toch maar de wijste. Rie:Ik heb niet veel daarvan meegemaakt. Sommige mensen leven erg mee, maar ik ga zelf altijd met de camera lekker langs de lijn staan en richt me op de wedstrijd. Achter de camera is het ook minder spannend, ik zie immers niet alles ! Verder bespreken we ieders belevenis van de wedstrijden na afloop . Het is jammer als mensen rivaliteit en vijandigheid niet kunnen scheiden. Ik vind het naar als fans en supporters zich vijandig opstellen naar spelers van de tegenpartij : in elke sport. Ben je bevriend met andere ouders en met ouders van ‘tegenstanders’ of uitsluitend met de ouders van de spelers van het NL elftal? Of misschien helemaal niet? Ank: Bij OZ speelt een aantal spelers die samen met Bob ook de jeugdelftallen van Oranje hebben doorlopen. Deze ouders ken je natuurlijk al lang en je hebt al veel gedeeld. Dat schept een band en dan ontstaat er wel een soort van vriendschap. Maar natuurlijk is ook het contact met andere ouders goed. Ondertussen ken je ook heel wat ouders van de spelers bij de tegenstander. Daar spelen ook vaak jongens die al lang met Bob samen in Oranje spelen. Altijd weer leuk om die ouders langs de lijn te ontmoeten. Wat dat betreft hebben we als ouders een dubbelrol: bij Oranje kijken we gezamenlijk naar onze zonen en moedigen we ze eensgezind aan. De sfeer in Londen tijdens de OS in 2012 bijv. vond ik erg goed. We stonden als ouders als een team achter de spelers. Mooie tijd was dat…….En tijdens de competitie staan de neuzen, natuurlijk alleen tijdens de wedstrijd, weer eventjes niet dezelfde kant op ! Rie: In de loop van de afgelopen jaren hebben we veel gezellige, enthousiaste, meelevende, lieve en trotse ouders van…. ontmoet. Het is altijd leuk elkaar te spreken voor en na de wedstrijd, zowel ouders van medespelers als van tegenstanders. We verzamelen ons af en toe bij elkaar voor koffie, taart en gesprekjes voor een wedstrijd. Als we naar toernooien in het buitenland kunnen gaan, bv met de NL Dames, dan treffen de aanwezige ouders elkaar altijd en we trekken met elkaar op voor en na de wedstrijden. Voor wie wil en kan, ondernemen we uitstapjes met elkaar . Dat zijn dan ook hele leuke vriendschappen. Rie Je bent een enorm goede fotografe en je zegt altijd dat je dat voor de lol doet, maar ondertussen heb je toch veel bekendheid, daarnaast schilder je nog. Wat doe je nog meer en waarmee ‘scoor’ jij? Ik vind het leuk te fotograferen en die specifieke momenten te bundelen in fotoalbums. Het is een hele leuke tijdrovende hobby. Net als schilderen en voor allebei geldt : hobby ! Ik probeer me goed te verdiepen in de verschillende technieken, maar de professionele fotografen zijn echt de toppers. Ik heb geen opleidingen daarin gevolgd. Pure pret voor mij !!

22


Helpt het je als hockeymoeder om via de lens naar het spel van je kind te kijken? Doe je dat ook bij je zoon? Zoals gezegd vind ik het zelfs rustgevend. Ik concentreer me op andere dingen die de wedstrijdspanning wat verminderen. Tennistoernooien van David volg ik ook als het kan en daar zoek ik ook naar leuke shots. Ik fotografeer niet zozeer bij feestjes en etentjes maar wel op vakanties, uitstapjes en bij onze sportactiviteiten. Ank: Je bent een geweldige danseres en hebt daarmee erg veel succes. Met welke bijzondere projecten ben jij nu bezig en waarmee is voor jou de ‘gouden’ medaille bereikt? Nou ja….geweldig…………begin ook ouder te worden. Dit jaar bestaat mijn dansschool 20 jaar en sluiten we weer af met een dansvoorstelling in ons mooie theater in Helmond. Daarnaast gaan we weer starten met een nieuwe musical die eind 2016 rond de feestdagen zal worden uitgevoerd. Dat zijn natuurlijk de kersen op de taart. Laten zien aan het ‘grote’ publiek waar je met je leerlingen aan werkt. Maar voor mij is de ‘gouden’ medaille dat mijn studio binnen Helmond gezien wordt als een bekende vaste waarde waarvan mensen weten: daar is het goed. Dat zou heel mooi zijn!

Bewegen en vooral goed op je lijf letten is in jouw vak en leven heel erg belangrijk. Geef je Bob daarin ook adviezen? Natuurlijk geef ik advies. Dat wordt me natuurlijk niet altijd in dank afgenomen omdat je dan toch vaak als een overbezorgde moeder wordt gezien. En ik ben natuurlijk geen arts of fysio. Wanneer ga je na een blessure de draad weer oppakken, oftewel volledig belasten door wedstrijden te spelen? Vanuit hockey oogpunt wil men een speler natuurlijk weer zo snel mogelijk op het veld, desnoods met kunstgrepen. Snappen doe ik dat wel omdat ik uit ervaring weet hoe jammer het is als je een goede danser moet missen bij een voorstelling. Intussen weet Bob zelf vrij goed hoe hij met pijntjes om moet gaan maar dat heeft hij wel moeten leren. In het begin moest je hem vaker tegen zichzelf in bescherming nemen vanwege zijn erg hoge pijngrens. Niettemin vind ik dat je een blessure goed moet ‘uitzieken’. Mijn opmerking is altijd: je hebt maar een lijf en daar moet je het je hele leven mee doen. Daarnaast vind ik de belasting bij het hockey groot. Zoals nu bijvoorbeeld. Oranje gaat 3 dagen intern om samen te trainen. Daarnaast gaat de competitie ook gewoon door en ga je dus bij je club ook nog eens flink aan de slag. Allemaal heel begrijpelijk maar al met al een volle week. Internationaal gezien loopt de hockeyagenda ook altijd door. Competitie, EHL, WHL, Champions Trophy, EK, WK en Olympische spelen. De trein dendert maar door. Er zijn (te) weinig rustmomenten. Rie en Ank: Wat is jouw ultieme tip voor alle hockeymoeders of moeders van topsporters? Rie: Geniet van alles en … BE THERE !! Ank: Geniet bovenal en altijd met volle teugen van alle mooie momenten maar blijf realistisch met beide voetjes op de grond en zorg voor een stabiel thuisfront.

23


Wifi is meer dan een gemak. Het is uw sparring-partner! Uw bezoekers gaan ervan uit dat u het aanbied. Uit een onderzoek die onder de bezoekers van diverse sportclubs en –gelegenheden is gehouden, is gebleken dat ze, naast een lekker kopje koffie/thee, GRATIS WIFI erg op prijs stellen! Gratis wifi is niet meer weg te denken en is zelfs een noodzaak geworden, maar hoe kunt u uw voordeel ermee doen? Door meer te bieden dan alleen maar een gratis internet verbinding. PinkFreeWifi® is een marketingtool voor uw sportvereniging of bedrijf, waarmee u meer kunt dan op eerste gezicht blijkt. Zodra uw bezoekers bij u inloggen met PinkFreeWifi® via hun social media kanaal, weten hun vrienden en volgers direct dat ze bij u op de locatie zijn en daarmee wordt direct een mondop-mond reclame voor uw bedrijf gecreëerd. Dat is prettig, maar hoe kunt u er meer sponsoring of inkomsten mee genereren en hoe leert u hun voorkeur kennen? PinkFreeWifi® heeft een uitgebreide en sterke database gebouwd waarin alle gegevens staan die u nodig heeft. De openbare gegevens van de Social Media profielen van uw bezoekers zijn opgeslagen op uw gepersonaliseerde PinkFreeWifi® portal, en zijn direct zichtbaar en beschikbaar. Deze database geeft uitgebreid inzicht over uw bezoekers (aantal, leeftijd, geslacht, frequentie, herkomst en voorkeuren). Daarmee heeft u waardevolle gegevens tot uw beschikking, waarmee u gerichte sponsoracties kunt bedenken, feestavonden kunt organiseren en uw sponsors onder de aandacht van de leden kunt brengen, maar ook productgerichte en promotie mailingen kunt maken. Via het PinkFreeWifi® platform, wat we geheel aangepast hebben op uw huisstijl, of uw eigen systeem. Eenvoudig en betaalbaar. Wij zorgen voor groei en tevredenheid bij uw bezoekers. Neem gerust contact met ons op. We delen graag onze kennis met u! PinkFreeWifi® Likes2Share !

24


25


Anna is Clear®voorkomt dat kleine mee-eters en puistjes zich verder ontwikkelen, gaan infecteren en eventueel levenslange littekens geven. De basis van de formule is een uniek roggeferment die de verantwoordelijke bacterie normaliseert zonder de gezonde huid aan te tasten. Anna is Clear® bevat geen agressieve ingredienten. Kortingscode ‘hockeystyle2016’ geeft 15% korting op een eerste aankoop via onze webshop: www.annaisclear.com Anna is Clear® is verkrijgbaar via iedere apotheek en drogist. Was je gezicht/helm na iedere training en let op je eet- en drinkgewoontes die van invloed zijn op jouw huid!

26


De naam is Coen, Coen van Bunge. Bondscheidsrechter onderweg naar Rio Van speler bij Cartouche – keeper – naar bondsscheidsrechter met ook nog eens de uitnodiging om op de Olympische spelen in Rio 2016 te fluiten, hoe gaaf is dat, maar vooral, hoe is dit zo gekomen? Tsja…dat is een simpele vraag met een heel lang antwoord…Van vroeg af aan vond ik het fluiten erg leuk en werd ik hierin gestimuleerd door mijn toenmalige coach Philip Schellekens. Hij was mijn coach toen ik in de C1 speelde. Zelf was hij scheidsrechter en zo moesten wij altijd zelf ook fluiten op trainingen. Hij coachte mij en zag een talent in mij, zo ben ik eigenlijk in aanraking gekomen met het fluiten. Op een gegeven moment dacht ik dat ik met fluiten hoger zou kunnen komen dan als speler en dat bleek een goede beslissing. Je begint als kandidaat bondsscheidsrechter en groeit zo in het district. Mijn eerste doel was in de 1e klasse fluiten in het district, toen dat gelukt was wilde ik graag landelijk fluiten met uiteindelijk doel de hoofdklasse. Niet lang daarna stond ik in het landelijk en waren mijn eerste twee wedstrijden in Nijmegen en Venlo. Vanuit Voorburg was dat meteen een behoorlijke ontgroening in de overgangsklasse. In 2008 werd ik vanuit de KNHB uitgenodigd om met jong oranje mee te gaan naar een toernooi in Kuala Lumpur…dat was het begin van mijn internationale carrière die steeds mooier wordt. Toen de verlossende mail van de FIH binnen kwam was ik zo blij, niet normaal. Het was onwerkelijk dat een van mijn dromen op deze manier is uitgekomen, maar ik kan het nog steeds niet bevatten. Het was vooral mooi en emotioneel omdat dit een van laatste wensen was van mijn moeder voordat zij eerder dit jaar plotseling overleed. Zij heeft mij altijd gesteund en toen ik nog geen rijbewijs had van hot naar her heeft gereden. Een van de dingen die ik nooit zou vergeten was dat ik een keer mijn linker hockeyschoen thuis was vergeten…ik kwam erachter vlak voordat ik moest fluiten. Toen belde ik haar en is ze mijn schoen komen brengen….de wedstrijd begon ook iets later. Mijn ouders zijn altijd een grote steun voor mij geweest net als mijn vriendin die mij vele dagen in het jaar moet missen wanneer ik weer naar toernooi ga. Gelukkig begrijpt ze het en kan ik altijd op haar steun rekenen. Zonder die steun was Rio een droom gebleven. Er is heel vaak commentaar op de beslissingen van een scheidsrechter, soms met nare gevolgen

27


van dien, maar toch moet diezelfde scheids positief om weten te gaan met commentaar. Hoe doe je dit en lukt dit ook altijd? De nare gevolgen zijn volgens mij op één hand te tellen. Gelukkig is het niet zo dat iedere beslissing door de spelers en publiek wordt aangevochten. Je weet dat je als scheidsrechter altijd extra in the picture staat als je een zware beslissing neemt. Wat voor de ene ploeg een goede beslissing lijkt kan voor de andere ploeg weer juist een ‘dure’ beslissing zijn. Je moet niet vergeten dat wij moeten fluiten door een fout of een overtreding van een speler….dus als zij geen fouten maken hoeven wij niet te fluiten…. Als wij dan toch moeten fluiten dan helpt het wel dat je de beslissing goed hebt en dat je de beslissing goed verkoopt. Heel veel regels zijn ter interpretatie van de scheids. Ik begrijp ook dat de spelers soms een andere interpretatie hebben dan wij. Wij zijn neutraal en hebben geen enkel belang bij welke beslissing wij nemen. Zelf denk ik dat je beter een goede manager kunt zijn op het veld dan een betweterige spelregelkenner. Ieder weekend heb je te maken met minimaal 22 spelers die allemaal willen winnen. De ene speler doet dat met meer emotie dan de ander, daarom moet je het goed kunnen managen. Een goede tip die ik vaak geef is: behandel een speler net zoals jij behandeld wil worden. Dit geldt natuurlijk ook andersom voor spelers. Als jij tegen een speler gaat schreeuwen en je krijgt een grote mond terug dan bereik je het tegenovergestelde. Gelukkig is er niet een boekje waarin beschreven staat hoe je moet handelen in bepaalde situaties. Iedere scheids is anders en lost het op de manier op die hij of zij het meest comfortabel vindt. De mogelijkheden die je hebt worden alleen maar meer naar mate je meer fluit of mee hebt gemaakt. Persoonlijk vind ik het goed dat iedere scheids met een eigen interpretatie kan én mag fluiten. Niet zoals bij het voetbal waarbij iedere scheids hetzelfde hoort te fluiten. Juist omdat er zoveel interpretatie mogelijk is kun je de situatie managen op een manier waarvan jij denkt dat dát de beste oplossing is. Als je er over nadenkt en uiteindelijk tot een goede beslissing komt die goed uitpakt dan kan iedereen tevreden zijn. Zo hoef je niet altijd een kaart te trekken, bedenk wat de wedstrijd nodig heeft voor het management van de wedstrijd en dan kan een stichtelijk woord vaak een beter resultaat hebben dan het trekken van een kaart. Kies als scheids altijd voor de simpele oplossing en probeer niet extra moeilijk te maken voor jezelf door een onmogelijke beslissing te nemen, ‘keep it simple’ door te fluiten voor wat je ziet en niet wat je denkt dat je ziet. Je moet juist de olie uit het vuur halen en er niet meer olie op gooien. Respect krijg je van de spelers wanneer je gewoon ‘normaal’ doet en niet arrogant of ver boven de partijen staat. Wees menselijk en straal plezier uit, de spelers zien dat ook en dan zullen zij meer van je respecteren, ook al maak je een keer een foutje. De mensen om het veld heen moeten zich realiseren dat de spelers vaker een fout maken dan de scheidsrechters. Alleen heb ik nog nooit het publiek horen fluiten of roepen wanneer een keeper of een verdediger een cruciale fout maakt….

28


Wat vindt je van de ontwikkeling van de GoPro umpire (waarmee ‘het publiek’ kan zien wat de scheids allemaal ziet?). Het is goed om het publiek te betrekken in het spel, zo kunnen zij zelf een mening vormen over een beslissing en worden zij zo onderdeel van het spel. Dit komt ten goede aan de hockeysport en de ontwikkeling ervan. Hockey is een snelle sport, maar als je de regels niet kent kan het ook een moeilijke sport zijn. Daarom moet het attractief en innovatief zijn om meer mensen te bereiken. Op veel sporten lopen we voor qua innovatie maar je moet oppassen dat je niet gaat vernieuwen om het vernieuwen. De umpire cam/ gopro cam zie je eigenlijk alleen maar bij de EHL en het wordt ook niet vaak gebruikt in de uitzending. Het is trouwens een behoorlijk iets wat je moet dragen als scheids en niet echt comfortabel. Het is goed om het publiek te betrekken bij de sport, zo hebben we soms bij een live uitzending bij de NOS microfoontjes op waardoor de commentator en de kijkers thuis ons hoort communiceren. Dit helpt ook een hele hoop in de verslaglegging en het in de meningen van de mensen thuis. Tijdens het EK konden de mensen in het stadion ook horen welke vraag er naar de video umpire ging. Zo zijn de mensen meteen op de hoogte en krijg je mooie vibe in het stadion wanneer het publiek de herhaling van de beslissing op de grote schermen ziet. Zo weten zij al snel welke beslissing er gaat komen….als het goed is Zelf ben je ook video umpire geweest o.a. in België. Wat vindt je daarvan? Duren de beslissingen soms niet erg lang – zoals dit jaar bij de shoot-outs in de finale van de EHL? Video umpire zijn is echt heel leuk en het was een super ervaring, je ziet de wedstrijden vanaf de best seat in the house en je kunt alles in replay zien als je wilt. Het heeft mij in ieder geval veel geholpen! Als videoscheids neem je vaak grote beslissingen, dus je moet een goede regelkennis hebben en je moet uiteindelijk een beslissing nemen in wat je ziet en niet wat je denkt dat je ziet. Ook hier geldt weer keep it simple. Het mooie van hockey is dat we ons snel kunnen aanpassen naar de situatie. Als videoscheids ben je afhankelijk van de beelden die beschikbaar zijn. Als de producer niet precies weet waar je naar opzoek bent dan krijg je de verkeerde beelden, dan kan het inderdaad wat langer duren dan normaal. Maar ik denk dat iedereen liever de juiste beslissing wilt hebben en dat het misschien een halve minuut langer duurt dan dat je een beslissing ‘afraffelt’ en het uiteindelijk niet goed hebt. De shoot outs bij de EHL was een voorbeeld van hoe het niet moest, daar wat iedereen het mee eens. Dus was gebeurt er dan….een maand later waren de regels voor het gebruik van de video scheids tijdens de shoot outs aangepast. Super! Iedereen begrijpt dat deze wijzigingen ten goede komen aan de sport. Hoe kunnen we op clubniveau – breedte hockey – nog beter begrip krijgen voor de scheidsrechter en is de ondersteuning vanuit de bond goed op weg? (lees vedrer op pag. 32)

29


De Nationale Hockeykampen Zaalhockey in de kerstvakantie, Nationale Hockey- en Keepersdag op zaterdag 27 februari! Sinds 2003 worden de Nationale Sportkampen georganiseerd. Komend jaar staan de kampen in het teken van de Olympische Spelen. Zo zijn de thema’s, oefeningen en sporten allemaal gericht op de Olympische Spelen. Op locaties door heel Nederland worden de Nationale Sportkampen georganiseerd. Zo is er altijd wel een kamp of clinic bij jou in de buurt te vinden. Hier wil jij toch ook bij zijn!

Zaalhockeykampen door heel Nederland

Gouden medaille winnares Joyce Sombroek geeft keepersclinics

Zaalhockeykampen (5-17 jaar) Tijdens de Nationale Zaalhockeykampen krijg je veel leuke oefeningen, speel je veel wedstrijdjes en krijg je tips van de beste zaalhockeyers in Nederland! Je zult merken dat je met stappen vooruit gaat. In de kerstvakantie vinden er ook zaalhockeytoernooien plaats voor de C- en D-jeugd.

De Nationale Hockey- en Keepersdag: clinic van Joyce Op zaterdag 27 februari vindt de Nationale Hockey- en Keepersdag plaats. Naast international Joyce Sombroek komen er veel topspelers clinics geven. Deelname aan de Nationale Hockey- en Keepersdag kost maar â‚Ź49,- dus wees er snel bij.

De beste en leukste begeleiding Met trainers uit heel Nederland hebben we niet alleen de leukste begeleiders van Nederland, maar ook de beste. Je krijgt veel individuele aandacht en er wordt getraind in kleine groepen. Zo kun jij echt een betere hockeyer worden. De begeleiders zijn opgeleid door zaalhockeyspecialist Marieke Dijkstra.

Vroegboekkorting op de kampen van 2016 Snelle beslissers hebben voordeel. Schrijf je nu in voor 2016 en profiteer van aantrekkelijke kortingen. Er is keuze genoeg. Zo kan je kiezen voor een 3-daags of 5daags dagkamp of 7-daags kamp met overnachting.

30

Meer info op www.nationalesportkampen.nl


31


Regelmatig sta ik langs de lijn bij clubs en dan erger ik mij weleens aan de regelkennis van de hardschreeuwers. Gelukkig word dit in de meeste gevallen gecorrigeerd door de mensen die er omheen staan. Maar het begint bij de clubs, wil je als club te boek staan als een vervelende club waar het publiek over de schreef staat? Waarom hockey het gaat winnen van voetbal is omdat er nog met respect met elkaar wordt omgegaan. Dat moeten we écht waarborgen! Als club moet je er dus bovenop zitten wanneer jouw publiek dit niet doet. Het begint bij de clubs met het organiseren van regelkennisavonden of iets dergelijks en ook moet je bedenken dat de mensen die kijken altijd een met een gekleurde bril kijken en altijd regels en beslissingen interpreteren naar hun voordeel. Zoals gezegd doen wij dat niet omdat wij neutraal zijn. Ik denk dat de KNHB hier de clubs goed in ondersteunt wanneer nodig, zeker ook met de campagne Respect & Sportiviteit. Internationaal uitwijzen van de scheidsrechters vanaf de 1e klasse is een optie om binnen Europa te kijken of we nog wat van elkaar kunnen leren. Zie je daar mogelijkheden? Vanaf de 1e klasse? Nee, niet vanaf de 1e klasse. Het fluiten in het buitenland is echt iets anders, ik denk dat er genoeg in Nederland te leren is. Het is niet zo dat alle Nederlandse scheidsrechters goede internationale scheidsrechters zijn. Internationaal fluiten betekent dat je een goede manager moet zijn omdat je veel minder verbaal aanwezig kunt zijn. Bijvoorbeeld bij Korea – Japan dan kun je nog zo goed Engels spreken maar dan gelden er écht andere dingen die je heel goed moet doen. Onlangs floot ik in de Italiaanse Serie A, en dat vond ik al heel spannend. Mijn Italiaans is niet mijn beste taal dus dan moet je door je uitstraling en je management skills alles in goede banen leiden. Dus voordat alles uit de hand loopt moet je eigenlijk weten wat er gaat gebeuren. Dat weet je alleen door veel te fluiten op hoog niveau. Veel ‘vlieguren’ maken als scheids, praten met betere en andere scheidsrechters en vooral veel video kijken, dat maakt je beter. Als je heel goed bent dan mag je uiteindelijk internationaal fluiten. Fluiten op het veld is leuk, maar daarnaast fluit je ook in de zaal. Wat is het leukst en waarom? Het zijn twee verschillende sporten maar als scheids kun je jezelf beter maken door in de zaal te fluiten. Juist omdat deafstanden korterzijn kun jehiermeercommuniceren met despelers,dezeervaring kun jelater ook weer gebruiken op het veld. Ook omdat de ruimtes kleiner zijn word je technisch beter als scheidsrechter. Het is jammer dat de FIH hoogstwaarschijnlijk de stekker uit het zaalhockey gaat trekken. Hierdoor is de sport alleen in Europa nog groot. Ik hoop de dat de scheidsrechtercommissie ons blijft supporten als internationale scheidsrechters en ook meer Nederlandse scheidsrechters blijft stimuleren om een internationale carrière te starten. Je wordt echte een betere scheids door indoor te fluiten. Zelf vind ik het veld het leukst….juist ook omdat je een heel seizoen fluit en niet zes weken zolang het zaalseizoen is. Ik kan meer mijn ei kwijt op het veld. Ik ben trouwens ook internationaal zaalscheidsrechter. Naast fluiten in de zaal ben je ook een van de medeorganisatoren van het NK Zaal voor umpires wat ieder jaar eind januari plaatsvindt (voor de 7e keer in 2016) – kun je ons daar wat meer over vertellen hoe dat toernooi in elkaar zit, welke teams doen er aan mee en mag je altijd meedoen of moet je bondsscheidsrechter zijn? Ja, dat is leuk dat je het vraagt. Lang geleden floot ik in Zuid Holland en was ik de organisator van de zogenaamde Sociëteit. Deze organiseert avonden voor de scheidsrechters om gezellig samen te

32


komen. Zo heb ik vanuit die gedachte een ‘Battle of the Umpires’ georganiseerd op de velden van Kampong. Teams van scheidsrechters speelden hier om een beker. Later heb ik het Dutch Umpire Hockey Team opgericht. Dit is een team van hockeyende landelijke scheidsrechters die minimaal één keer per jaar samenkomen om te spelen. Eerst hebben we twee keer een EK gespeeld tegen België, Frankrijk en Engeland in Antwerpen en in Lille. Omdat het prikken van een datum na het seizoen nogal lastig bleek om een veldeditie te organiseren heb ik een zaal editie georganiseerd. Dit bleek al snel een succes en het succes is alleen maar groter geworden. Op het toernooi spelen teams van scheidsrechters die de verschillende districten vertegenwoordigen. Dus scheidsrechterteams van Noord Holland, Oost Nederland, Midden Nederland, Noord Nederland, Zuid Nederland het DUHT en de winnaars van vorig jaar Zuid Holland spelen mee. Het is een écht mooi event waar iedereen naartoe leeft. Dit jaar is het op 8 januari in de Sporthallen Zuid en de toegang is gratis dus iedereen die wilt komen kijken is van harte welkom. Je bent nu op het punt dat je met fluiten tijdens de Olympische spelen toch wel de hoogste top hebt bereikt. Hoe kijk je daarnaar uit? Wordt je dan nog extra getraind? En heb je nog wensen voor wat betreft je arbiters carrière ? Ik ben constant bezig met mezelf beter maken, of dat nou in een training is of op het veld. Jezelf blijven pushen om nog beter te worden vind ik mooi. In augustus fluit ik inderdaad in Rio maar dat betekent dat ik nog niet de top heb bereikt. Natuurlijk is het top dat ik daar fluit maar de top halen in gemakkelijker dan aan de top blijven. De druk is wel anders geworden, elke wedstrijd moet je laten zien waarom jij naar Rio gaat en de ander niet. Ook probeer ik het niveau van mijn collega’s omhoog te brengen door hem of haar te coachen en zo mijn kennis over te dragen. In mijn ‘Road to Rio’ ben ik opzoek gegaan naar mensen buiten de sport die samen met mij deze road willen bewandelen. Zo heb ik een Australische trainer gevonden die mij getest heeft en een programma heeft samengesteld om mij nog fitter in Rio te krijgen. Met zijn kennis en ervaring van andere sporten zoals voetbal en cricket, kom ik in aanraking met andere kennis en dat maakt mij sterker. Ook het mentale aspect speelt een rol, zo ben ik via Topsport Haarlem in contact gekomen met sportpsychologen die mij gaan begeleiden richting Rio. Een veel gehoord kritiek van spelers is: “Wij trainen 4x per week en jullie doen niets.” Diegene die dat denken nodig ik van harte uit om een keer mee te trainen. Ik weet zeker dat ze anders piepen als zij écht zich in onze wereld gaan verdiepen. Wij hebben inderdaad geen teamgenoten waar wij 4x per week mee gaan trainen, vaak zijn het eenzame trainingen op een slecht verlicht veld of een fietsrit van 70km. Degene die zich aangesproken voelen kunnen zich bij mij melden via twitter @CoenvB om een kijkje te nemen in de scheidsrechterwereld die weinigen kennen. Wensen heb ik genoeg maar vooral dromen Ik zou graag nog een keer WK willen fluiten, dan heb ik de 3 grootste hockeytoernooien gefloten, Champions Trophy, WK en Olympische Spelen. Maar het liefst wil ik de komende jaren aan de top blijven en collega’s beter maken. Of dat nu in Noord- Holland is of Italië maakt mij niet uit. Daarom ben ik gestart met de ‘Coen van Bunge Umpire Academy’. Hiermee organiseer ik workshops en kunnen clubs mij inhuren om de clubarbitrage op een hoger plan te krijgen en meer scheidrechters te werven die het leuk vinden om te gaan fluiten. Mijn ervaring als internationaal scheidsrechter samen met mijn marketing achtergrond zijn een perfecte combinatie hiervoor.

33


Wie is de barman?

Marijn van den Bos – barman en gastheer bij HBS Bloemendaal Met zijn 17 jaar bestiert hij de bar bij HBS Bloemendaal, alsof hij al jarenlang niets anders doet, daarnaast is hij vooral gastheer, want gasten vriendelijk en prettig ontvangen staat bij HBS Bloemendaal (officieel: Mixed Hockeyclub Houdt Braef Standt ) hoog in het vaandel. Hij zorgt keurig net voor de drankjes van de spelers, zorgt ervoor dat er heerlijke koffie wordt gezet, dat de trainers hun natje en droogje hebben, ruimt ondertussen de tafels snel op en zet daarbij nog een lekker muziekje op. De stemming is prettig en vooral vrolijk als Marijn achter de bar staat. Hoe hij dat op zijn leeftijd al zo professioneel doet en waar zijn passie voor de club vandaan komt, wilden we vooral weten? Vertel ons even wanneer je bent begonnen met deze mooie taak en hoe je aan de club verbonden bent? Ik werk nu anderhalf jaar achter de bar op MHC HBS wat ik met veel plezier elke keer weer doe. Ik ben verbonden aan de club omdat mijn zus hier al 22 jaar hockeyt dus eigenlijk al van kinds af aan loop ik hier rond. Wat is voor jou het allerbelangrijkste als je achter de bar staat? Het belangrijkste voor mij als ik achter de bar sta is dat het clubhuis er netjes en verzorgd uitziet, dat mijn bar er opgeruimd en schoon is maar vooral dat het heel gezellig is en er een goede sfeer hangt.

34


Hockey je zelf nog en zo ja in welk team en zijn er nog meer familieleden lid? Twee jaar lang heb ik gehockeyd op MHC HBS maar omdat ik het met school heel erg druk kreeg heb ik hockey helaas moeten laten vallen, ik woon namelijk in Heemstede en van Heemstede Bloemendaal is het toch nog een eindje fietsen. Maar ik ben van plan om volgend jaar weer te gaan starten op MHC HBS omdat ik het wat rustiger krijg met school en ik hockey toch niet los kan laten. MHC HBS is ook in onze familie de familieclub. Mijn vader en mijn tante hebben hier vroeger gehockeyd, nu mijn zus en nichtje en mijn achternichtje dus dat is wel heel leuk. Wat is jouw favoriete avond of dag en waarom? Mijn favoriete dag is eigenlijk toch wel de zondag omdat of onze Dames 1 of onze Heren 1 thuis spelen en dat maakt het lekker druk en er hangt dan ook een gezellige sfeer waardoor het dan lekker druk is en veel leuk contact hebt. Waar moet een gastheer aan voldoen volgens jou? Een gastheer moet mensen op hun gemak kunnen stellen, dingen kunnen aanbieden waar vraag naar is door de klant, helpen waar nodig is en goed kunnen aansturen. Maar bovendien gezellig en vrolijk en klantvriendelijk zijn ! Je studeert nog, ligt dat in de lijn van je werkzaamheden bij de club en wat wil je later worden als je groot bent? Ik wil later het onderwijs in dus dat is wel iets anders, het zijn wel allebei dienstverlenende beroepen. Het ligt dus niet echt in lijn met elkaar maar in beide heb ik veel plezier Kom je ook wel eens bij andere clubs en wat kan er volgens jou sowieso beter en leuker? In de tijd dat ik nog zelf hockey speelde kwam ik wel op andere clubs, maar ik moet zeggen dat ik geen club ken met een gezelligere sfeer dan bij HBS zeker bij de leden onderling. Wat ik vind wat eventueel beter kan is dat na dat er een nieuw clubhuis is neergezet de aankleding een beetje vergeten is maar er zijn vrijwilligers bezig om dit te realiseren dus met de aankleding zal het in de toekomst wel goed komen. Wat betekent HBS Bloemendaal voor jou en wat wil jij nog bijdragen aan de club? MHC HBS betekent best wel wat voor mij, ik ben er toch deels opgegroeid. Wat ik nog wil bijdragen aan de club is dat het nog gezelliger en nog leuker wordt dan dat het eigenlijk als is op mijn club, MHC HBS!

35


36


37


voor meer info: info@hockeyacademie.nl

Wat heeft de Online Hockey Academie (www.hockeyacademie.nl) uw club te bieden? De inhoud van de Hockey Academie is mede tot stand gekomen in samenwerking met de Denktank, bestaande uit: Sjoerd Marijne (Bondscoach Nederlandse Dames), Roelant Oltmans (Technisch Directeur India - oud-bondscoach Nederland), Toon Siepman (Strafcornerspecialist - en oud ass. bondscoach diverse teams) en Jeroen Delmee (Bondscoach België, ex. aanvoerder Nederlands Heren). Deze denktank blijft nauw betrokken bij de verdere ontwikkeling - en vernieuwing van de inhoud van de Hockey Academie. OEFENSTOF:

- Meer dan 1200 oefeningen - gerangschikt naar leeftijd en doelgroep - Voor Veldhockey, Zaalhockey, loopscholing en Keepers. - Oefeningen bestaan uit uitleg in tekst, tekening en animatie (en bij Technische vormen de bijbehorende techniek in beeld. - Bestaande oefeningen zelf bewerken / aanpassen - Zelf oefeningen maken

LEERLIJN:

- Volledig uitgewerkte Leerlijn per leeftijdscategorie (van Benjamin’s tot A-breed) voor Veld -en Zaalhockey. Met 2 trainingen per week (4 veldperiodes per seizoen van 8 weken = 64 trainingen per leeftijdscat. 8 zaaltrainingen per leeftijdscat.) - De leerlijn kan iedere club desgewenst zelf aanpassen door oefeningen te veranderen / verwijderen en/of zelf oefeningen toe te voegen. - De leerlijntrainingen kunnen klaar gezet worden voor de trainers (evt. na het aanpassen / bewerken) en zijn tevens uit te printen als pdf. - Volledige keepersleerlijn met 1 training per week / per leeftijdcategorie (binnenkort beschikbaar)

TECHNIEKBEELDEN: - Meer dan 220 technieken (veldhockey, keepen, loopscholing), uitgevoerd door

(jeugd)internationals en/of hoofdklasse spelers zijn prachtig op Þlm gezet en per techniek te bekijken. - Bij techniekoefeningen zijn deze techniekbeelden al gekoppeld aan de oefening, zodat je deze direct kunt bekijken. - Voor spelers is er een losse applicatie beschikbaar (individueel abonnement), waarbij de spelers de technieken zelf kunnen bekijken. ACTIE: Voor spelers van een club die nu een abonnement met de Hockey Academie afsluit is deze applicatie gratis.

SPELER VOLG SYSTEEM:

- Een volledig speler volg systeem waarbij coaches -en trainers de spelers kunnen beoordelen / de ontwikkeling kunnen volgen / bijhouden. - Door de Hockey Academie-denktank ingericht. - Zelf aan te passen / aan te maken door de vereniging - Inclusief een module om testen aan te maken - Rapportage over meerdere jaren voor individuele spelers of door u te bepalen leeftijdsgroepen etc.

TECHNISCHE DETAILS:

38

- Synchronisatie met LISA van Trainers, coaches, teams en spelers mogelijk - Volledig responsive, dus ook prima mee te werken op smartphone of tablet. - 3 gebruikerslagen: Beheerder die het systeem aanstuurt (overal bij kan), Coördinatoren die een deel van de trainers kunnen aansturen / mee kunnen kijken bij trainers en Trainers die de trainingen kunnen zien die klaar gezet zijn door de beheerder of coördinator.


PAELLA CUP (35+) 17 juni t/m 19 juni 2016 Great Tournament

International Veterans Tournament

PROGRAMMA VRIJDAG

06:40 – 09:10 – Vliegreis naar Valencia 09:10 – 11:00 – Transfer naar het hotel en inchecken 11:00 – 11:15 – Ontvangst fietsen 11:15 – 15:30 – Vrij programma en lunch 16:00 – 17:00 – Transfer naar de club 17:00 – 21:00 – Eerste ronde wedstrijden 21:00 – 00:00 – BBQ op de hockeyclub

ZATERDAG

08:00 – 09:00 – Ontbijt 09:00 – 10:00 – Transfer naar de club 10:00 – 14:00 – Tweede ronde wedstrijden 15:00 – 15:30 – Transfer naar de stad 15:30 – 18:30 – Fietstour door Valencia o.l.v. een gids 19:00 – 22:00 – Tapastour o.l.v. een gids 22:00 – 00:00 – Drankje in de stad

ZONDAG

08:00 – 09:00 – Ontbijt en uitchecken 09:00 – 10:00 – Transfer naar de club 10:00 – 15:00 – Finale ronde wedstrijden 15:00 – 17:00 – Paella lunch op de hockeyclub 17:30 – 20:00 – Transfer naar het vliegveld 20:00 – 22:30 – Vliegreis vanuit Valencia

39

www.paellacup.es - info@paellacup.es


Once upon a time

there were two young & talented Australian players who left their sunny side of the world to come and play in our small and wet country ! They enjoyed it but – unfortunately for us – had to get back ‘downunder’ to serve their countries’ squad – the Hockeyroos – to prepare for Rio 2016. We do miss them both and as one of them is a blogger for HockeyStyle Magazine she interviewed the other one and answered some questions herself!.

40


Anna Flanagan & Casey Sablowski-Eastham on:

Hockey in Holland How was your time in Holland? Casey: I really enjoyed my time in Holland, it was great to experience living in such a vibrant European city and getting to know the culture. Anna: I loved living in Holland and exploring when I wasn’t training. The history and architecture was really interesting and so different from anything in Australia. What did you think of the standard? Casey: The standard was exceptionally high due to, I think, the large number of participants in Holland. It was great to be able to play against some of the nations best players week to week as well as some of the other best international players. Anna: I was really impressed with the standard for a club competition. I think the way it is run, and the facilities in Holland mean that there are many more people involved in hockey. There is a lot of depth and even the bottom teams have really strong players. It is definitely at a higher standard than the Australian competition because we do not have the amount of high quality players.

What was the biggest difference from hockey in Holland to Australia? Â Casey: I think the love and passion for the game from both players and spectators is far greater in Holland than it is in Australia. In Australia we compete against a lot of other sports for participation and Hockey is not considered as large here as it is in Holland. The other big difference is that they get to play the best players in the nation every week where as in Australia, as it is such a large country, we only have one 10 day tournament (AHL) where the best players

41


compete against one another. Even though we train day in day out with one another I think it is really advantageous for developing game knowledge to be able to play against each other more regularly. Anna: Well firstly our competition does not allow the best players to be playing against each other week in week out- the size of Australia makes that hard also so the league gets centralized over two weeks. Instead we train as a national team together to get the intensity and training needed. In Holland there seems to be hockey fields everywhere! Our biggest clubs still only have two turfs… where Den Bosch has eight or nine. I think we play much more aggressively in Australia, where as I think in Holland teams focus on the build up and ball possession. We very rarely play fall away and yet playing at MOP we fell away all the time in the press. Would you go back to Pinoke or MOP? Casey: Yes, I would return to play for Pinoke, I loved the club and the girls a lot. For me I felt I could have a real influence on the team and I found that invaluable. Anna: I would return to MOP as they really took care of me while I was in Holland and made good friends with the girls in my team. In saying this to grow my hockey I would also consider playing at another club to see how they train. I did miss the training environment in Australia but loved the passion of the Dutch people for their hockey. Is the injury prevention good enough? Casey: It is hard to comment on, as it is quite different to back home. I think in Australia we expose our younger players to a lot more gym (strengthening) exercises that help get them strong and help prevent injuries. Watching our team complete gym exercises it was clear that they had not been taught correct techniques for certain exercises which could have lead to injury. Anna: I think this is the area that the Australian competition is ahead in. We ice bath after each session and take time in both warming up and cooling down. In Holland we had a sufficient warm up but then generally just left and went home without cooling down. The girls also do not do weights, or to the extent that we do in Australia. Whether or not this impacts positively or negatively to injury prevention, but it is something that is necessary when playing in Australia.

42


TRAINING

COACHING

COORDINATIE

Hockeyschool Noord Holland Hockeyschoolnoordholland.nl /HSNH.nl

@HockeyschoolNH

43


Ontdek het

vernieuwde en complete

softwarepakket

voor hockeyverenigingen

44

Kleintjes worden

groot


gertificeerd partner van

Alleen bij AllUnited GRATIS

Gratis ‘Mijn club’-app voor lid én vereniging

Organiseer feesten en kampen

met een directe inschrijf- en betaalmogelijkheid (iDeal)

Verdien geld met ons pakket via narrowcasting & ads to sport

Vrijwilligers puntensysteem beheer de vrijwilligerstaken

Persoonlijke nieuwsbrieven

in een handomdraai relevant nieuws voor de leden

Neem voor meer informatie over de mogelijkheden en onze zeer aantrekkelijke tarieven contact op met Rolf de Blanken AllUnited BV

+31(0)71 364 11 70

www.AllUnited.nl

rolf@AllUnited.nl

45


46


De Johan Cruyff Foundation brengt jeugd in beweging waardoor ze samen kunnen spelen en groeien in hun ontwikkeling. Door sport en spel worden kinderen fitter, leren ze met elkaar omgaan en ontwikkelen zij zichzelf. Maar kinderen hebben te weinig tijd, ruimte en aandacht voor bewegen. Daarom brengen wij elke week duizenden kinderen in binnen- en buitenland in beweging met onze projecten zoals:

Schoolplein14

Sportprojecten voor gehandicapte kinderen

Cruyff Courts

cruyfffoundation | @JCFfoundation | johancruyfffoundation

www.cruyff-foundation.org

47


Train the player, train the brain Trainen is technisch de oefeningen onder de knie krijgen, maar het brein wil ook wat. Sterker nog de een kan niet zonder de ander. Brendon Koolen (sportpsycholoog) & Gert-Jan de Haas (neuropsycholoog) vertellen ons hoe dit zit: Hockeycoach zijn is een vak. Zoals bij elk beroep zijn er verschillende facetten die tot goede resultaten of topprestaties leiden. Het verschil tussen het gewenste en het behaalde resultaat kan nogal eens groot zijn. Training en oefenen zijn volstrekt zinloos, of zelfs schadelijk, indien deze niet aansluiten bij wat het brein nodig heeft om te leren. Dit lijkt een open deur; no brain, no gain, maar dit principe wordt al te vaak met voeten getreden. Ons brein is ingesteld als overlevingssysteem. Dit kan je onderverdelen in drie gebieden. In de hersenstam (ijshoorntje) via lichaamsfuncties, arousal en reflexen. In de diepe hersenkernen (bolletje op hoorntje) via emotionele functies en aangeleerde motorische vaardigheden. In de neocortex (slagroom over hele bolletje) via analytisch denken en bewuste handelingen. Dat is interessant, want in de sport gaat het om overleven. Wie het brein kent, kent de sporter, het team en het spel. Wie echt weet hoe het brein werkt, kan de principes van hersenfuncties toepassen binnen alle aspecten van sport. Het zijn namelijk niet steeds andere principes, maar steeds dezelfde. Analyses worden dus direct kernachtiger. Adviezen doelgerichter en realistischer. Hierdoor kan de coach beter met de speler en het team afstemmen, met de trainer, de assistenten, de sportarts, de sportpsycholoog, en de fysiotherapeut. Binnen het mentale gebied zijn er diverse onderdelen, onder andere neuropsychologie, sportpsychologie, sportpsychiatrie en sportrevalidatie. Ongeacht op welk gebied je wilt verbeteren, de basis van alles is het bewustzijn hoe je in elkaar zit. Deze zelfkennis is de start van de training. Hierdoor weet je hoe en wat je moet trainen om uiteindelijk je optimale niveau te behalen. Het mentale facet is daarin niet belangrijker dan de overige, maar het mentale kan wel het verschil maken in het presteren wanneer het om de knikkers gaat! Diep in ons brein ligt de hersenstam. Het afstemmen met een medespeler vindt daar plaats, het onvoorspelbaar worden voor een tegenstander eveneens. Dit doen we met behulp van biological oscillators in de hersenstam (gevormd door metabotrophe glutamaatreceptoren, voor wie het weten wil). Als we goed afstemmen op onze medespelers ziet het brein van de tegenpartij ons niet meer als separaat, maar als ĂŠĂŠn, maar dan heel groot, en sterk, en indrukwekkend. Zijn brein weet van niets, maar wij wel! Kennis is ook hier macht. We kunnen ons brein dus ook gewoon trainen. Veel voorkomende problemen liggen binnen het zelfvertrouwen van de speler. Gaat het wel lukken vandaag? Wat denken ze van mij als het niet lukt? Dit zijn gedachten die trainers en coaches zelf ook regelmatig ondervinden.

48


De speler die een strafbal neemt, de rechterhoek kiest, maar ook even denkt ‘ als die maar niet naast gaat’! De hersenen maken meteen het beeld dat de bal naast gaat en sturen vervolgens alle signalen naar de spieren om de bal naast te pushen, hetgeen dan ook keurig gebeurt. De woorden en beelden die je in je hoofd zet hebben een groot effect op de prestatie. Daarnaast zien we als trainers genoeg concentratieproblemen, motivatieproblemen, problemen met het omgaan met wedstrijdspanning, maar ook problemen in communicatie en vertrouwen in elkaar. Al het bovenstaande is onontkoombaar getraind in onze hersenen. De goede of de verkeerde kant op. We kunnen niet om het brein heen. Elk doen en beleven loopt via ons brein. Gebruik dat dus om begeleiding, training of return to play te beoordelen. Wie scherprechter is met het brein in de hand kan onmiddellijk vaststellen of een programma goed, onzin, of zelfs schadelijk is. Met het brein in de hand kan elke professional een vertaalslag maken naar zijn eigen toepassingsgebied en weten dat het in de kern goed zit.

Gert-Jan de Haas (neuropsycholoog) en Brendon Koolen (sportpsycholoog) werken al vele jaren samen op het gebied van ondersteuning van topsporters en toppresteerders, met name als de belangen groter worden, of de casus complexer. Daar waar het er echt op aan komt. Gert-Jan de Haas is directeur van NAR-Lab, internationale organisatie voor de ondersteuning van toppresteerders en topteams, neuropsycholoog, consultant en hockeytrainer jeugd. Brendon Koolen is sportpsycholoog bij Koolen Performance, oud hoofdklasse speler en huidig trainer coach heren eerste klasse. In het verleden hoofdcoach in de overgangsklasse en assistent in de hoofdklasse en assistent Bondscoach Nederlands Meisjes A.

49


In februari 2016 organiseert Hockeyreizen.nl weer winterstages in Barcelona. De ideale manier om je voor te bereiden op de tweede seizoenshelft. De afgelopen jaren hebben we onder andere de volgende teams gehad: Amsterdam MB1, Apeldoorn H1, Berkel en Rodenrijs H1, Cartouche D1, HDM H1, HGC D1, Hurley H1, Kampong H1, Kikkers H1, Klein Zwitserland D1, Leiden D1, Leiden H1, Leonidas D1, Leonidas H1, Rotterdam D1 Stages

Trainingen Wedstrijden Hostel Hotel

3 nachten 2 1

4 nachten 3 2

5 nachten 4 2

€ 190 € 230

€ 225 € 280

€ 270 € 330

De prijzen zijn per persoon en gebaseerd op een team van 20-25 personen. Toeslag eenpersoonskamer: €30 per nacht

Accommodatie Hostel: Casa Gracia, centraal gelegen tophostel Hotel: HCC Covadonga, 3-sterrenhotel met zeer centrale ligging. Trainingsaccommodatie: Estadi Pau Negre de Montjuïc, Olympisch hockeystadion. Twee watervelden, op 15-20 minuten rijden van het hotel. Voor het dagelijks vervoer zetten wij touringcars in, zowel naar trainingen als wedstrijden. Inclusief Overnachting in uitstekend hostel of hotel met uitgebreid ontbijtbuffet Vervoer van/naar luchthaven per touringcar Vervoer trainingen en wedstrijden per touringcar Trainingssessies en wedstrijden op waterveld plus trainingsmaterialen Nederlandse scheidsrechters Begeleiding Hockeyreizen.nl ter plaatse Exclusief Vlucht

50


51


Sporthelden‌ Fusine Govaert, voormalig speelster bij AH&BC MB1, verhuisde enkele jaren geleden met haar ouders naar de Verenigde Staten en speelt sindsdien bij Rye Field Hockey Club en het Futures Elite Program, blogt maandelijks voor ons over haar leven in de VS en vooral hockey! Er zijn verschillende soorten sporthelden. De helden die beroemd zijn, degenen die je op het veld ziet staan en de helden achter de schermen die vaak minder credit krijgen omdat niemand ze ziet. Zonder de helden achter de schermen geen helden op het veld! Hier in Amerika zijn de helden achter de schermen nog belangrijker dan in Nederland. Je kunt hier niet op je fietsje naar training of naar een wedstrijd want alles is echt ver weg. Ik heb dus altijd mijn ouders nodig om mij te brengen. Anders dan in Nederland is het hier ook super belangrijk dat je jezelf promoot. In Nederland zou ik nooit van mezelf zeggen dat ik ergens de beste in ben, ik zou niet durven! Maar hier is dat heel gewoon en wordt het zelfs van je verwacht: je wilt indruk maken op de universiteit van jouw keuze en anders kom je er niet. Jezelf in de kijker spelen en bouwen aan je CV is, naast mooie cijfers op je rapport, een van de belangrijkste dingen in High School. In het begin, toen wij hier net woonden, stuurden mijn ouders

52


mij gewoon ‘op z’n Hollands’ met anderen mee naar belangrijke selectie-dagen een paar uur bij ons vandaan. Ik was het enige kind zonder ouders langs de lijn, vond dat helemaal prima en heb me tijdens die selecties lekker uitgeleefd. Mijn moeder hoorde later van andere moeders dat ik in de hoogste trainingsgroep had mogen meedoen. Wist ik veel. Pas toen ik vervolgens nooit meer een uitnodiging ontving voor het vervolgtraject en iedereen om ons heen zich daarover begon te verbazen, ging er bij ons toch een lampje branden: misschien dat we toch wat actiever aan de weg hadden moeten timmeren. Ik probeer altijd het beste uit mezelf te halen als ik op het veld sta, maar hier in Amerika moet iemand ervoor zorgen dat ik überhaupt het veld op kan! Mijn moeder is degene die dit al snel in de gaten had: in mijn eentje zou ik het hier nooit gered hebben. Hockey is hier bijna een individuele sport en spelers moeten hun eigen opportunities creëren. Je hebt niet 1 team waarmee je het hele jaar speelt: elk seizoen (en er zijn hier dus 4 hockey seizoenen per jaar) speel je met andere mensen en voor andere clubs. Het is een heel geregel en gedoe. Ouders en coaches zitten echt bóvenop ‘hun’ spelers en laten niets aan het toeval over: het is voor veel kinderen de enige manier om bij de universiteit van hun keuze binnen te komen. Dit maakt hockey voor veel Amerikaanse spelers meer een “moetje” dan een leuke vrije tijdsbesteding... Ik wil hockeyen omdat ik het leuk vind, niet omdat ik moet. Die universiteit boeit me niet zoveel, dat komt wel goed. Er zijn best momenten geweest dat ik wilde stoppen met hockeyen, niet omdat ik hockey niet leuk vind, ik zou het echt enorm missen om niet te hockeyen, maar omdat er hier in de US gewoon te weinig kansen zijn om een beetje leuk op niveau te kunnen spelen. Gelukkig heb ik een ‘creatieve’ moeder die steeds voor mij op zoek gaat naar nieuwe mogelijkheden en die mij altijd weet te motiveren met leuke uitdagingen, waardoor ik elke keer plezier heb als ik op het veld sta. Daar ben ik haar heel dankbaar voor. Eind deze maand mag ik selectie doen voor het USA U19 nationale jeugd team. Zonder mijn moeder die achter de schermen alle logistiek voor mij regelt zou ik nooit zo ver gekomen zijn dat is waarom mijn moeder mijn sportheld is. Mijn voorbeeld om te blijven doen wat ik leuk vind. Thanks Mam! :)

53


54


“Ook binnen kun je niet buiten fluiten” Door Jasper Nagtzaam – KNHB arbitrage Net zoals op het veld, geldt ook in de zaal: zonder scheidsrechters geen wedstrijden. Dat betekent dat ook de zaaladepten onder de hockeyscheidsrechters zich langzaamaan beginnen voor te bereiden op het zaalseizoen. Hoewel niet veel regels zijn veranderd, zijn de aanpassingen die zijn doorgevoerd van aanzienlijke invloed op het spel. Betrokkenen en geïnteresseerden doen er dan ook goed aan op www.knhb.nl zowel spelregels als briefing goed door te lezen. Zo komt niemand voor verrassingen te staan en kan iedereen maximaal plezier beleven aan het zaalseizoen. Dit zijn de spelregelwijzigingen: 1. Zaalhockey wordt weer 6 tegen 6, zowel bij de junioren als bij de senioren. 2. Mondbescherming (bitje) is net als bij veldhockey verplicht voor alle veldspelers. 3. Het aantal momenten waarop een keeper mag worden gewisseld is net als vorig seizoen gelimiteerd tot maximaal twee momenten. Alleen het wisselen van een volledig uitgeruste keeper met een andere volledig uitgeruste keeper telt niet langer mee als wisselmoment. 4. Een speler die in balbezit is mag niet opgesloten worden in de hoek van het veld of aan de zijbalk door tegenstanders met hun stick plat op de grond. Tegenstanders moeten een opening laten waar de bal doorheen kan worden gespeeld. 5. Een groene kaart voor een speler betekent naast een waarschuwing ook een tijdstraf van 1 minuut. 6. Een vrije push dichtbij de cirkelrand wordt niet meer teruggelegd tot 3 meter buiten de cirkel maar genomen op de plaats van de overtreding. Voordat de bal echter de cirkel in gespeeld mag worden moet deze: -

Drie meter hebben gerold, of

-

Geraakt zijn door een tegenstander, of

-

Eerst de balk hebben geraakt.

55


56


Bondsarbitrage Bondsscheidsrechters bereiden zich op het zaalseizoen voor door briefingdocumenten te lezen die spelregelduiding geven en briefings erover bij te wonen. Tijdens die bijeenkomsten wordt door de briefers (allen leden van de spelregelcommissie) mondeling toegelicht wat er in de geschreven briefing staat. Verder vertonen zij filmpjes die helpen verduidelijken hoe van bondsscheidsrechters verwacht wordt dat zij de regels toepassen. Coaches van teams die bondsarbitrage krijgen zijn immer van harte uitgenodigd deze gelegenheden bij te wonen. Aanvoerders of andere vertegenwoordigers trouwens ook. Instructies op de verenigingen De Zaalhockeycommissie van het district Noord-Holland heeft enkele jaren geleden aan de Districtscommissie Bondsarbitrage (DBa) van datzelfde district gevraagd of zij briefings wil geven aan clubscheidsrechters. Zo geven bondsscheidsrechters hun kennis weer door op verenigingen. Dit succesvolle initiatief heeft ook dit jaar weer enkele malen plaatsgevonden, daarmee een groot aantal clubscheidsrechters, spelers én coaches de gelegenheid gevend betere kennis te nemen van de regels – zowel de oude als de nieuwe. Soms nemen verenigingen zelf dit initiatief, individueel of in gezamenlijkheid met een buurvereniging, en nodigt men een expert uit (vaak een bondsscheidsrechter uit de eigen gelederen) om zulke uitleg te geven. De KNHB moedigt dat van harte aan. Gezellig! De speeldagen van het zaalseizoen worden vaak gekenmerkt door een drukke boel, met soms wel honderden tot duizenden zaalhockeydeelnemers bijeen op dezelfde locatie – spelers, begeleiding, scheidsrechters, fans. Dit geeft veel gezelligheid, maar soms leidt de drukte ook tot ongewenst gedrag. Waardoor het precies komt is ongewis, maar het heeft de schijn dat men elkaar ook in negatieve zin soms aansteekt met geroep tegen spelers van de tegenstander en tegen de arbitrage. Bovendien lijkt soms dat hoe jonger de teams zijn, hoe fanatieker de aanhang zich gedraagt – ook weer in positieve én negatieve zin. Emoties zijn beslist begrijpelijk en scheidsrechters fluiten vrijwel nooit foutloos. Het lijkt daarom verstandig om van twee kanten begrip hebben voor deze situatie: publiek mag meeleven met de teams en vergeeft de arbitrage het enkele foutje, en de arbitrage doet er goed aan de enkeling te negeren die een keer in een opwelling iets onaardigs zegt. En als je als toeschouwer ziet dat er iets te veel opwelt bij een ander, of een scheidsrechter meer dan een paar foutjes lijkt te maken – spreek elkaar aan. Vraag fanatieke aanhang die zich al te luid negatief uitdrukt met een glimlach en een vriendelijk knikje of men het ook zo naar de zin heeft – dat is vaak al voldoende. Benader ook gerust een scheidsrechter eens na een wedstrijd en vraag hem of haar naar bepaalde spelsituaties en resulterende beslissingen. Al naar gelang de omstandigheden zijn ze veelal ontvankelijk voor een open discussie. Je zal niet altijd tot overeenstemming komen, maar dan geldt het adagium:

let’s agree to disagree… And have a beer.

57


Hockey-kwartet is een groot succes! Hockeyschool Hockeyplezier nu in alle 4 grote steden! Wie zijn jullie? Wij zijn Hockeyschool Hockeyplezier! Al sinds 2008! Wie ben jij? Mijn naam is Jesse Feijtes (27), ik speel zelf al 15 jaar op MMHC Voordaan. Ik ben de hockeyschool gestart omdat mijn achter nichtje graag wilde hockeyen en niet op een club werden toegelaten. Mijn reactie was toen: “Dat kan toch niet waar zijn?� Wat doen jullie? Wij geven buiten trainingen aan wachtlijstkinderen en kinderen die hockey willen uitproberen. Jongens en meisjes vanaf 5 tot 12 jaar. Waar doen jullie dat? In Utrecht, Amsterdam, Den Haag, Groenekan, Vleuten en vanaf maart 2016 in Rotterdam en opnieuw in Maarssen. Daar zijn we heel blij mee! Waarom geven jullie trainingen? Om kinderen te behouden voor de mooie hockeysport. Hoe gaat dat verder? Je geeft je op voor de 12 trainingen via de site: www.hockeyplezier.nl. Daarnaast betaal je 25 E voor een sweater met je eigen naam erop. Kinderen vinden dat prachtig!

58


Doe je nog meer dan alleen de 12 trainingen? Ja, we doen ook aan ‘zomerhockey’ in de maand juni. We geven dan 4x extra training aan kinderen die dat graag willen! Voor alle kinderen die meer dan 12 trainingen hebben gevolgd hebben we een interne competitie opgezet 1 x per 14 dagen. Op de velden van USHC op de Uithof in Utrecht. Een heel groot succes. Alle teams hebben een naam gekregen van een van de hoofdklasse teams! Een heel spannende competitie voor 5/6/7 jarigen en 8/9/10 jarigen.

Wat is jullie insteek? We willen daar zijn waar dat nodig is, zie ons maar als een “pop up store”! We hebben trainingen gegeven in Diemen, Amersfoort, Haarlem, Leiden, Houten, Maarssen, daarna zijn alle kinderen ingestroomd in een reguliere hockeyclub. Dat is geweldig! Ze zijn dan gemotiveerd en kunnen al een beetje hockeyen. De clubs zijn erg blij met ons! Onze nieuwste locatie is op de hockeyvelden van HC Rotterdam. Wat vinden de kinderen & ouders zelf? Die zijn erg blij en gelukkig met ons! Veel Hockeyplezier! Kijk maar eens op Youtube en tik Hockeyplezier in. Er staan daar heel leuke filmpjes op, ook van RTV Utrecht van onze Roos. Zij is inmiddels toegelaten bij Kampong. We hebben begin 2015 een enquête gehouden onder de ouders, we kregen toen een vette 8!! Trainen jullie op de velden van de clubs? Ja, ook bij clubs zoals MMHC Voordaan in Groenekan, HCKZ in Den Haag en HC Rotterdam en op USHC in Utrecht. Maar in Vleuten en Amsterdam trainen we op korfbalvelden. Wat doen jullie nog meer? We hebben een web-shop en verkopen een mooi kwartetspel om kinderen & hun ouders vertrouwd te maken met de hockeysport. Te koop in meer dan 60 sport- winkels in Nederland! Er zijn er al meer dan 15.000 van verkocht in Nederland! In Frankrijk en België zijn de kwartetten ook te koop en binnenkort in Duitsland. Daarnaast ook mooie T-shirts voor jongens en meisjes met leukte teksten. Voor de meisjes zoals: “Ik ben te snel voor jou”, “top-scoorster”, “en … ik kan ook nog hockeyen”. Voor de jongens: “mij kom je niet voorbij”, “Baas”, “man of the match”! Tenslotte? Zijn er wachtlijsten bij jou in de buurt? Laat het ons weten, mail: info@hockeyplezier.nl. Voor meer info: www.hockeyplezier.nl TOP, Hartelijk dank!!

59


Met hart voor de club – de clubhuismanager

Roger Rosner is clubhuismanager en dat doet hij met hart en ziel, o.a. voor hockeyclub VVV in Amsterdam en voor hockeyclub Almere. Hij regelt allerhande zaken, zoals de bar, de scheidsrechters, de veldbezetting, trainersondersteuning en is daarmee de rechterhand van de voorzitter, de technische commissie en nog veel meer afdelingen. Sinds kort heeft hij er nog een tak van sport bij: materialen regelen voor een vereniging.

Roger, wat doe je allemaal doet op dat gebied? Sinds kort lever ik ook veldscheidingsmateriaal, wat niet na een half seizoen al in stukken ligt.. Je hebt bijzondere materiaaloplossingen bedacht – kun je daar wat meer over vertellen? Ik werk met PVC buizen die UV bestendig zijn, hanteerbaar voor iedereen en die heel creatief gebruikt kunnen worden, blijkt nu. Met iedereen bedoel ik ook iedereen, ik zie zelfs E en F jeugd zelf veldjes neerleggen, gewoon met een vierkant en ballen. Is er keepers training, dan worden de buizen aan alle kanten neergelegd en de training kan starten! Wat zijn de voordelen voor de club als jij deze zaken regelt? Met mijn 25 jaar ervaring in Nederland Hockeyland, weet ik inmiddels mijn

60


weg te vinden als het gaat om allerhande hockey gerelateerde zaken, daarnaast regel ik vanuit mijn beroep als clubhuismanager van alles met allerlei leveranciers. Opdrachten als: “Donderdagochtend om 10.15 uur komt firma Jansen langs voor het water, het dak of om bomen te kappen” zijn voor mij de gewoonste zaak ter wereld en bij de clubs waar ik werk zorg ik dan ook dat het clubhuis open is en dat dit soort opdrachten gewoon kunnen doorgaan op doordeweekse dagen.. Denk je ook mee met de club of wordt er gewoon opgedragen wat jij moet regelen? Dat is dus precies wat je van een echte clubhuismanager mag verwachten. De persoon M/V die luistert naar de leden, zelf met ideeën komt, voorstellen doet en dan zorgt dat het geregeld wordt Kan iedere club of vereniging bij jou terecht of doe je dit uitsluitend voor de clubs waar je al voor werkt? Graag! Naast de clubs waar ik al werk ben ik namelijk (bijna) altijd bereikbaar voor nieuwe vragen en opdrachten. Ik kan veel online doen, maar eenmaal op de club dan ben ik er om daadwerkelijk supervisie te houden en om zelf aan de slag te gaan. Hoe kunnen clubs jou benaderen met hun vragen op materiaalgebied? Bellen of mailen, ik ben bijna 24/7 bereikbaar en beschikbaar. Deze maand wordt mijn website bijgewerkt om in elk geval het veldscheidingsmateriaal onder de aandacht te brengen. En als clubs aan de andere kant van het land jouw diensten willen inzetten, hoe gaat dat dan in zijn werk? De diensten van een Clubhuismanager zijn landelijk in te zetten – als het echter om mij persoonlijk gaat dan ben ik uitsluitend in het Westen van Nederland voorhanden. Ik kan dus wel in andere delen van het land een Clubhuismanager regelen die via mij wordt aangestuurd. Voor sociale media en telefonische ondersteuning ben ik natuurlijk wel landelijk in te zetten. Daarnaast ben ik dus voor alle soorten clubmaterialen in te zetten en voor materiaalbeheer, want ook dat is een vak apart. Gewoon bellen, mailen en wij regelen het voor de club! www.clubhuismanager.nl

61


Mode Uitzendbranche Media Franchise Sport Kรถster Advocaten N.V. Postbus 5287 2000 CG Haarlem T: +31 (0)23 512 50 25 M: +31 (0)6 53 57 71 77 F: +31 (0)23 512 50 60 E: info@kadv.nl W: www.kadv.nl

62


63


Toernooien WYHT U12 & U14

64

26 maart 2016

www.thehockeydepartment.com


Trainingkampen MALAGA

het hele jaar

info@thehockeydepartment.com

65


66


COLOFON: TEKST:

Francisca Blanco (hoofdredactie) Marc Coreen (eindredactie) Extra images: Coen Suyk Frank Uijlenbroek

UITGEVER:

TrulyDutch Publishing © Trulyducthpublishing@gmail.com Hockeystylemagazine@gmail.com Traffichs@gmail.com www.hockeystyle.nl +31-629072132

SPONSORS: Mercian Hockey Equipment Pink Free Wifi Mor Sports Hockeypartner Caja Sport Software NAC Sports Hockey in Valencia Nationale Sportkampen Anna is Clear Jawa Sport Hockeyreizen HSNH HockeyPlezier Clubhuis Manager Empaso Europe BV Hockey Academie House of Marley The Hockey Department All United Pro Hockey Trainers Koster Advocaten

BEELD:

TrulyDutch Media © (beeldredactie) HSNH (layout/fotografie) @Dan_HD (ontwerp/cover) Ben Haeck hockeyfotografie.nl Jan Willm de Venster De Venster Fotografie

SOCIAL MEDIA:

Facebook Hockeystylemagazine

Trainers4Trainers (hockeytrainers&coaches)

Twitter:

@Hockeystyle @Hockeyclubnews BEELD: mercianhockey.com pinkfreewifi.com hockeypartner.nl nacsports.com/nl hockeyinvalencia.nl nationalesportkampen.nl annaisclear.nl jawasport.nl hockeyreizen.nl hockeyschoolnoordholland.nl clubhuismanager.nl hockeyplezier.nl mijnteamkrat.nl/www.trainersbox.nl hockeyacademie.nl thehouseofmarley.nl thehockeydepartment.com allunited.nl prohockeytrainers.nl kadv.nl

67


PROUDLY PRESENTS

TEUN

DE NOOIJER

CONSTANTIJN JONKER

CONCEPT & DESIGN BY NIKOLAI CARELS BOO

ROGIER HOFMAN

ST I Q

D

TE PATEN

MEER BALCONTROLE N O LO G Y

GLENN

SCHUURMAN

KIM

LAMMERS

RODERICK WEUSTHOF

FLORIS EVERS

CH

TIM

JENNISKENS

TE

WOUTER JOLIE

TIJDENS HET SLAAN, DRIJVEN EN STOPPEN

BETERE BACKHANDSLAG MET MINDER STICKSCHADE

MINDER VIBRATIES

TIJDENS HET SLAAN Made in Holland

68

DIEDE

VAN PUFFELEN

kijk voor de verkooppunten op: www.princesssportsgear.com


SCHIEDAM AMSTELVEEN

69


70


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.