Wie heeft God gemaakt? (Edgar Andrews)
door Maarten Hertoghs - De Godhypothese De Godhypothese is het idee dat God Schepper en de oorsprong van alle leven is. Het doel van Edgar Andrews met ‘Wie heeft God gemaakt’, is aantonen dat de Godhypothese in veel gevallen aanvaardbaar is. Het is, volgens Andrews, zelfs meer dan aanvaardbaar, want op heel wat vlakken is het logischer dan evolutie. Hij toont dit door onder andere uit te leggen wat mutaties zijn of hoe complex cellen in elkaar zitten. Andrews’ stelling is dat wetenschap vertrekt bij hypothesen en dat we dus mogen vertrekken bij de hypothese dat God bestaat. Andrews breekt in zijn boek een lans voor eerlijke wetenschap. Wetenschap heeft als doel om de materiële wereld te beschrijven. Dat is anders dan de materiële wereld verklaren. Uitleggen wat iets is, is verschillend aan uitleggen waarom iets is. Mag een wetenschapper niets zeggen over dat laatste? Natuurlijk wel, dat doet Andrews zelf ook, maar een wetenschapper moet eerlijk zijn over wat er wel en niet bewezen is. Die fout wordt massaal gemaakt. Wetenschappers doen vaak uitspraken over het ‘waarom’, terwijl ze in feite alleen maar het ‘wat’ onderzocht en al dan niet bewezen hebben. Volgens Andrews moeten we tegelijkertijd beseffen dat veel wetenschappers meer twijfels hebben over de evolutietheorie dan ze laten uitschijnen. Sterren zien ‘Wie heeft God gemaakt’ bijt zich stevig vast in de wereld van DNA, moleculen, mutaties, tijd, natuurwetten, cellen, … Ik moet toegeven dat ik regelmatig spreekwoordelijke sterren gezien heb. Andrews zegt overigens zelf in het boek dat het niet erg is als je niet alle finesses van een biologische uitleg begrijpt. Waar Andrews naartoe wil, is over het algemeen wel duidelijk.