Industrielinqs 1, 2024

Page 1

www.industrielinqs.nl www.industrielinqs.nl

FEBRUARI2020 2024 SEPTEMBER

industrie linqs VERBINDT INDUSTRIËLE KETENS

Naamloos-2 1

31-07-20 14:43

‘We moeten ons niet van de industrie afkeren’ Iron+ ziet grote kansen voor

Prorail wil terug naar hoger ijzerbrandstof in Delfzijl veiligheidsniveau

C_Inhoud.indd 4

‘Duidelijk zijn over wat we wel Energietranstie en niet doen’ kost 52 miljard euro

Emissieloze waterstof kent Gunvor begint alsnog aan meerdere alternatieven uitgestelde stop

31-01-2024 09:48


Vermijd risico’s in de productie met voedselveilige smeermiddelen

Meer weten? Scan de QR-code. Geautoriseerd Bel-Ray distributeur, Van Meeuwen Lubrication Leeuwenveldseweg 5A, 1382 LV Weesp, Nederland T +31 294 494 494 E info@vanmeeuwen.com www.vanmeeuwen.com

C_Inhoud.indd 4

31-01-2024 09:49


INHOUD

3

10 INTERVIEW ‘We moeten ons niet van de industrie afkeren’ Professor Guido Mul maakt zich zorgen over de toekomst van faculteiten chemische technologie. Verschillende universiteiten twijfelen – onder meer onder druk van Extinction Rebellion – over de samenwerking met de fossiele industrie. Echter een groot deel van het onderzoek in deze faculteiten is gebaseerd op publiek private samenwerking. En wil je de industrie veranderen, dan kun je maar beter de samenwerking in stand houden of, liever nog, uitbreiden.

WATERSTOF 14 THEMA Emissieloze waterstof kent meerdere alternatieven Grootschalige groene waterstofproductie in zonovergoten landen – met lage stroom­prijzen – lijkt een realistisch toekomstbeeld. In het wat grauwere Noordwest-Europa lijkt de waterstofpuzzel ingewikkelder. Windenergie is duurder per kilowattuur en de elektriciteits­netten raken overvol. Uiteraard wordt nagedacht over import, maar wat zijn de alternatieven?

24 PROJECT Iron+ ziet grote kansen voor ijzerbrandstof in Delfzijl Waar deuren sluiten, gaan andere open. Als het aan de initiatiefnemers van Iron+ ligt, verrijst op de fundamenten van de failliete productiebedrijven PMC en Aldel in Delfzijl een geheel nieuwe keten rond ijzerpoeder, als opslagmedium voor grote hoeveelheden duurzame energie. Het moet een proof of concept worden, die volgens de initiatiefnemers sowieso veel aandacht en straks wereldwijd navolging verdient.

30 PLANTMANAGER ‘Duidelijk zijn over wat we wel en niet doen’ Op de productievestiging van Corbion aan de Linge in Gorinchem wordt al sinds 1871 suiker verwerkt. Het oude fabrieksgebouw staat er nog steeds, maar heeft in de loop der tijd de nodige verbouwingen ondergaan. Nu worden op de site hoogwaardige bio-ingrediënten gemaakt van melkzuur, suiker en natuurlijk azijnzuur. Zoals extreem zuiver schoonmaakmiddel voor chips in elektronica, vertelt site en plant director Martijn Janissen. ‘Elk mobieltje, of ander apparaat waarin een chip zit, heeft iets van Corbion gezien.’

ASSET MANAGEMENT 34 TOPIC ChatGPT: ‘Menselijke expertise ontmoet AI-revolutie’ In 2030 ziet het onderhoudsteam van industriële bedrijven als Heineken, Shell, Huntsman, Nobian en Vopak er aanzienlijk anders uit dan we gewend zijn, stelt ChatGPT. Als voorbereiding op het congres iMaintain 2024, laten we AI aan het woord. De integratie van geavanceerde technologieën zoals inspectierobots, kunstmatige intelligentie en predictive maintenance verandert het industriële onderhoud nu al. Die invloed zal alleen maar toenemen.

En verder 5 6 36 38

Commentaar Actueel Industrielinqs platform Column

www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

C_Inhoud.indd 3

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:32


19, 20 & 21

MAART 2024 EVENEMENTENHAL

GORINCHEM DRINK WATER

PROCES WATER

AFVAL WATER

STEDELIJK WATER & RIOOLBEHEER

WWW.AQUANEDERLAND.NL

Advertenties.indd 4

30-01-2024 17:33


COMMENTAAR

5

Choose your battles Ik zie regelmatig discussies voorbijkomen over mensen die snelwegen blokkeren om aandacht te vragen voor klimaatverandering. Ze zouden onwetend zijn. Geen oog hebben voor wat er allemaal nodig is om te veranderen. En de journalistiek doet er beter aan om die demonstranten maar eens goed te ontmaskeren. ‘Stel ze eens de vraag wat het verschil is tussen kooldioxide en CO2’, schreef iemand onlangs smalend op LinkedIn. Stroomversnelling In het hoofdinterview van dit nummer maakt professor Guido Mul zich zorgen over de toekomst van faculteiten Chemische Technologie. Verschillende universiteiten twijfelen – onder meer onder druk van Extinction Rebellion – over de samenwerking met de industrie. Hij begrijpt de zorgen in de samenleving over het klimaat, en ook die van bijvoorbeeld activistische studenten, die steeds meer de aandacht op zich weten te vestigen. Verandering komt echter vaak van binnenuit. Ik verwacht bij onze lezersgroep niet veel aanhangers van Extinction Rebellion en andere activisten. Daarom misschien een advies zonder ontvangst: maak er geen oude stomme film van met alleen goeieriken en slechteriken. Er is veel onderzoek nodig voor de industriële transformatie en dat kost heel, heel veel geld. Laat de industrie daarvoor betalen. Nee, laat de bedrijven daar nog veel meer voor betalen, zodat verduurzaming in een stroomversnelling komt. Gescripte taal Ik denk ook dat vooral de industrie aan zet is. Als de bezorgde activisten dan zo onwetend zijn, maak ze dan wetend! Kruip niet terug in je eigen LinkedIn-groepje van vijftigers met een industriële achtergrond, dat het toch wel roerend met elkaar eens is. Vertel de samenleving welke puzzels de industrie aan het leggen is. Over de hoopgevende innovaties en projecten, want die zijn er genoeg. En ook over de enorme dilemma’s. Stuur je CEO’s wat vaker naar de talkshowtafels. En laat ook de medewerkers, experts en bijvoorbeeld innovators en young professionals spreken. Ga vloggen, bloggen, debatteren en meer. Maak de samenleving minder onwetend. En verschuil je minder achter juridische en gescripte taal. Ga verbinden in plaats van polariseren.

Wim Raaijen hoofdredacteur

Met medewerking van Jacqueline van Gool, Monique Harmsen en Reinier Grimbergen

Colofon Nummer 1 - 2024

Traffic Breg Schoen 020 312 20 88 breg@industrielinqs.nl

SEPTEMBER 2020

www.industrielinqs.nl

industrie linqs Naamloos-2 1

Commercieel Janet Robben 06 512 795 73 janet@industrielinqs.nl

31-07-20 14:43

Uitgave van Industrielinqs pers en platform Postbus 36420 1020 MK Amsterdam info@industrielinqs.nl 020 312 20 88

Lay-out Bureau OMA BV, Doetinchem Coverfoto’s BASF, Monique Harmsen, Wim Raaijen

Hoofdredactie Wim Raaijen wim@industrielinqs.nl

Advertentieverkoop Jetvertising www.jetvertising.nl Robbin Hofman 070 3990 000 robbin@jetvertising.nl

Eindredactie Liesbeth Schipper en Breg Schoen redactie@industrielinqs.nl Prorail wil terug naar hoger veiligheidsniveau

Energietranstie kost 52 miljard euro

Breg

Wim

Gunvor begint alsnog aan uitgestelde stop

Liesbeth

Suzanne

Monique

Drukwerk Veldhuis Media Abonnementsprijzen: Abonnement NL/BE Abonnement buiten NL/BE Losse verkoopprijs

€ 144,00 € 168,00 € 21,00

Opzeggen Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aan­ gegeven nummers. Opzeggen en wijzigen kan per e-mail naar abonnementen@ industrielinqs.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is acht weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw

opzegging door ons is ontvangen. Als u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Mail voor overige vragen naar abonnementen@industrielinqs.nl of neem telefonisch contact met ons op via 020 312 20 88. Prijswijzigingen voorbehouden. ISSN: 2667-1123 © Industrielinqs pers en platform BV Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever. Papier:

Jacqueline

www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

B_Commentaar-Colofon.indd 5

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:34


6

ACTUEEL

Kort nieuws

Pryme start productie Rotterdamse fabriek op

Shell is eind januari begonnen met een grote onderhoudsstop op het Shell Energy & Chemicals Park in Rotterdam. Het bedrijf gaat diverse installaties van binnen en van buiten inspecteren en schoonmaken, en verschillende onderdelen vervangen. In totaal zullen er zo’n 2.500 extra mensen op de site aanwezig zijn. Op het bedrijfsterrein van het Shell Energy and Chemicals Park Rotterdam in Pernis staan ongeveer zestig verschillende fabrieken. Het bedrijf verwerkt er jaarlijks twintig miljoen ton ruwe olie. De stop duurt tot half april.

Pryme heeft de productie van haar eerste fabriek in Rotterdam ‘Pryme One’ succesvol opgestart. In de eerste fase zal het bedrijf het proces kalibreren voor plastic grondstoffen met diverse specificaties.

Odfjell gaat haar Noord Natie Odfjell Antwerp Terminal (NNOAT) uitbreiden. Het bedrijf heeft de definitieve investeringsbeslissing hiervoor genomen. Het bedrijf gaat in Antwerpen tien nieuwe opslagtanks bouwen en een extra laadstation. NNOAT voegt met de uitbreiding 27.500 kubieke meter opslagcapaciteit toe aan haar tankpark. In de afgelopen vijf jaar bouwde de onderneming al vijf nieuwe tank pits in Antwerpen. De laatst toegevoegde tank pit bestaat uit zes opslagtanks met elk een capaciteit van 6.000 kubieke meter. In totaal is de capaciteit op de Antwerpse site nu ruim 460.000 kubieke meter. Brusche Process Technology gaat voor het Oostenrijkse OMV een CO2-afvang-installatie ontwerpen en bouwen. Het bedrijf ontwerp en bouwt de installatie in Almelo om deze vervolgens in delen naar Oostenrijk te transporteren. De installatie dient voor OMV als proef om een procesontwerp en technologie te selecteren voor toekomstige grootschalige afvang van CO2 bij haar productielocaties. Brusche verwacht dat de nieuwe installatie in maart 2025 in gebruik kan worden genomen. Volgens het bedrijf gaat het om een ‘miljoenenopdracht’. www.industrielinqs.nl

FOTO: NYRSTAR

Verborg Group heeft haar bioraffinaderij in Farmsum opgestart. Het bedrijf investeerde zo’n 35 miljoen euro in de nieuwe installatie met een capaciteit van zo’n 600 ton olie per dag (200 kiloton per jaar). Het levert palm-, palmpit- en kokosolie voor technische toepassingen en de diervoederindustrie. Vanaf maart levert het deze oliën ook in voedingsmiddelenkwaliteit. Verborg Group bouwde de raffinaderij op de site van Contitank in Farmsum op het voormalige Nedalco-terrein.

Gedurende de eerste fase (januari en februari) voedt Pryme verschillende types niet vloeibaar industrieel en ‘post-consumer’ afvalplastic aan de reactor. In deze fase kalibreert het bedrijf het proces voor de verschillende grondstoffen en optimaliseert het de prestaties van de fabriek. Na deze eerste fase wil Pryme via extruders gesmolten plastic aan de reactor voeden. In

deze fase worden de front-end (grondstof toevoegen) en de back-end (reactor en condensator) op elkaar aangesloten om de productie te kunnen opvoeren. Deze tweede fase zal doorlopen tot in het derde kwartaal van dit jaar. In de derde fase gaat het bedrijf toewerken naar de maximale capaciteit. Jaarlijks zou de installatie 40.000 ton plastic afval kunnen omzetten in 30.000 ton vloeibaar plastic afval: first oil. Een belangrijke mijlpaal hiervoor bereikte het bedrijf in januari toen het lukte de reactor tot meer dan 600 graden Celsius te verhitten. Bij deze temperatuur werd het niet-gesmolten plastic afval omgezet in first oil en as.

Nyrstar’s zinksmelter in Budel stilgelegd Nyrstar’s zinksmelter in Budel is in zogenoemde ‘care & maintenance’ genomen. De aanhoudende en verwachte hoge energiekosten en verslechterde marktomstandigheden maken dat de productie op dit moment niet economisch verantwoord is. De fabriek in Budel is volgens Nyrstar een

van de meest efficiënte, primaire zinksmelters ter wereld. Nyrstar zegt geen personeel te ontslaan, maar geeft aan dat de stopzetting wel impact zal hebben op de medewerkers. Het bedrijf hoopt de activiteiten ‘te zijner tijd’ weer te kunnen hervatten. Op volle capaciteit kan de fabriek in Budel 315 kiloton zink per jaar produceren.

Shell voorziet Braskem van gezuiverde pyrolyse-olie Shell Chemicals heeft een overeenkomst gesloten met Braskem voor de levering van pyrolyse-olie. Shell levert volgens de overeenkomst pyrolyse-olie die is bewerkt in de nieuwe pyrolyse-olie upgrader in Moerdijk. Deze kan kan jaarlijks 50.000 ton pyrolyse-olie verwerken. In de installatie worden onzui-

verheden uit de pyrolyse-olie verwijderd, zodat het product beter geschikt is om chemicaliën te produceren. Pyrolyse-olie kan worden gemaakt uit plastic afval en moeilijk te recyclen plastics. Braskem gebruikt de circulaire grondstof van Shell om haar polypropeenfabriek in het Duitse Wesseling te voeden.

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

D_Actueel.indd 6

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:35


ACTUEEL

Sp Da cij

7

GIGA Storage gaat in Dilsen-Stokkem in België een energieopslagproject met een totale opslagcapaciteit van 2400 MWh ontwikkelen. Het project, met de naam Green Turtle, wordt gebouwd naast een nieuw 380kV hoogspanningsstation van Elia. Het batterijpark is bedoeld om hernieuwbare energie op te slaan en te leveren op momenten dat er minder zonne- en wind-

energieproductie is. Hierdoor wordt de afhankelijkheid van klassieke energiecentrales verminderd. De gekozen locatie staat in verbinding met het Nederlandse net. Dit energieopslag project is momenteel het grootste batterijproject van Europa. GIGA Storage denkt dat er nog veel meer opslagcapaciteit nodig is. Daarom wil het bedrijf 5 GW geïnstalleerd vermogen realiseren tegen 2030. Het bedrijf werkt aan een grote batterij in Delfzijl en heeft nog

FOTO: GIGA STORAGE

GIGA Storage ontwikkelt grootste batterijpark van Europa in België

meerdere van dit soort projecten in Europa in de planning.

Nieuw fonds van 500 miljoen euro voor Europese batterijmaterialen EIT InnoEnergy en Demeter Investment Managers hebben een fonds van 500 miljoen euro gelanceerd ter ondersteuning van de Europese batterij-industrie. Het fonds is bedoeld voor projecten in de hele waardeketen van batterijmaterialen. Het EBA Strategic Battery Materials fonds is in het leven geroepen om de afhankelijkheid van buitenlandse partijen voor de toelevering van batterijmaterialen te reduceren. Dit is in lijn met de Critical Raw Materials Act van de EU, waarin ook belangrijke batterijgrondstoffen zoals lithium, nikkel, kobalt, mangaan en grafiet zijn opge-

nomen. Het nieuwe fonds bouwt op het succes van de Europese Battery Alliance en richt zich specifiek op projecten die nog vroeg in de ontwikkelingsfase zitten. Demeter treedt op als manager van het fonds. EIT richt zich op de scouting van veelbelovende projecten. Société Générale treedt op als financieel adviseur. Ten minste zeventig procent van de investeringen uit het EBA Materials Fund is bedoeld om de waardeketen voor batterijmaterialen in de EU en naburige landen te ondersteunen, van winning tot recycling. De overige dertig procent zal worden gebruikt voor samenwerking met landen als Canada, Namibië en Argentinië.

Tata Steel opent drie ontstoffingsinstallaties in IJmuiden

Het staalbedrijf plaatste smidse kappen bij de hoogovens, een ontstoffingsinstallatie voor de rookgassen bij de pelletfabriek en een extra afzuiginstallatie in de oxystaalfabriek. Daarnaast is het bedrijf begonnen met de bouw van een windscherm om de verwaaiing van grondstoffen verder

FOTO: TATA STEEL

Tata Steel in IJmuiden heeft drie nieuwe ontstoffingsinstallaties in gebruik genomen. Met de installaties wordt de uitstoot van stof, lood en andere zware metalen gereduceerd.

tegen te gaan. Ook bouwt Tata Steel een DeNOx-installatie bij de pelletfabriek. De nieuwe doekfilterinstallatie bij de

pelletfabriek moet de uitstoot van lood, zware metalen en stof met tachtig procent reduceren. Het doekfilter bij de staalfabriek zuigt lucht en stof weg. Hierdoor wordt de uitstoot van stof en zware metalen bij het kiepen van ruwijzer met vijftig procent gereduceerd, aldus het staalbedrijf. De zogeheten smidse kappen van de hoogovens zijn te vergelijken met grote afzuigkappen. Deze zijn geplaatst boven de plek waar tapgaten worden geboord. Volgens Tata Steel zorgt dit voor 75 procent minder stofuitstoot bij aftappen van vloeibaar ruwijzer.

Infinity Recycling investeert in Ioniqa’s PET-recycling technologie Infinity Recycling investeert in Ioniqa Technologies. Ioniqa gebruikt de investering om haar PET en polyester recycling technologie versneld op te schalen. TU Eindhoven spin-off Ioniqa heeft een innovatieve technologie ontwikkeld om laagwaardig plastic afval op te waarde-

ren tot grondstoffen met dezelfde eigenschappen als nieuw plastic. Met de technologie van Ioniqa kan gekleurd plastic worden verwerkt. Hierdoor kan ook plastic dat momenteel niet te recyclen is, wel worden gebruikt om een materiaal te produceren. Het gerecyclede plastic is ook geschikt voor toepassing in voedingsmiddelenverpakkingen.

www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

D_Actueel.indd 7

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:35


- Advertorial -

10.000 kubieke meter water per uur wegpompen? Geen probleem! Al meer dan 10 jaar werken het Vlaamse Antec BV en Nederlandse Vanderkamp Pompen samen op het gebied van tijdelijke pompsystemen. Een samenwerking gebaseerd op vertrouwen, snelheid en efficiëntie.

me iedere keer weer verrassen. Dat kan alleen met een uitstekende voorbereiding en duidelijke afspraken. Vanderkamp laat niets aan het toeval over en is bijzonder efficiënt in ieder aspect van een project”, aldus Peter Matthijssen, CEO van Antec BV.

Antec is gespecialiseerd in de verkoop, installatie en het onderhoud van onder andere pompsystemen. Wanneer zij een tijdelijke pompinstallatie nodig hebben, schakelen ze Vanderkamp in. Zo ook toen er tijdelijke pompsystemen nodig waren ter vervanging van een aantal defecte pompen bij een grote klant in Antwerpen. Maatoplossingen die soms tot wel meer dan 10.000 kubieke meter per uur moesten wegpompen. “De snelheid waarmee Vanderkamp zulke systemen op- en afbouwt blijft

3D-model van de bestaande situatie om vervolgens met een passende maatoplossing te komen. Doordat over ieder detail vooraf is nagedacht, kan een tijdelijke pompinstallatie snel worden opgebouwd. Autonome sturing met remote monitoring en noodstroomsystemen zorgen ervoor dat eventuele problemen vroegtijdig worden gesignaleerd en opgelost. En de klant? Die merkt daar helemaal niets van. Dat is pas klantvriendelijk! Bent u net als Antec geïnteresseerd in een samenwerking met Vanderkamp? Of wilt u meer informatie over de innovatieve maatoplossingen van VanderKamp voor tijdelijke pompinstallaties? Kijk voor meer informatie op www.vdkamp.eu

Vanderkamp maakt met behulp van drones, scans en tekeningen een

Vanderkamp Pompen biedt maatoplossingen voor tijdelijke pompinstallaties. Met onze slimme, innovatieve technieken hebben wij altijd een oplossing in huis voor vraagstukken op het gebied van oppervlaktewater, rioolwater, koel- en proceswater, bluswater of zelfs drinkwater. Kijk voor meer informatie op www.vdkamp.eu

Wij zijn VanderKamp. The Dutch Water Engineers. Contact info@vdkamp.eu +31 (0)38 4222009 Meer informatie: www.vdkamp.eu

Advertorial Vanderkamp 210x297mm.indd 1 Advertenties.indd 8

23-01-2024 19:44 30-01-2024 17:33


ACTUEEL

Sp Da cij

9

ArcelorMittal neemt biokool-installatie in Gent in gebruik

ArcelorMittal berekende dat de jaarlijkse CO2-uitstoot dankzij dit project met 112.500 ton wordt gereduceerd. De nieuwe installatie, die de naam Torero kreeg, zet jaarlijks 88.000 ton afvalhout om in 37.500 ton biokool. Het biokool wordt in het hoogovenproces omgezet in biogas. Dit wordt in de Steelanol-installatie omgezet tot ethanol. De geproduceerde ethanol wordt door ArcelorMittal en LanzaTech gezamenlijk op de markt gebracht onder de merknaam Carbalyst. Voor het Torero-project werkt ArcelorMittal samen met Joanneum Research, de Universiteiten van Graz en Chalmers en Perpetual

FOTO: ARCELORMITTAL

ArcelorMittal heeft een installatie in gebruik genomen waarmee het afvalhout in biokool kan omzetten. Het bedrijf kan het biokool inzetten als alternatief voor fossiele kool bij de staalproductie in Gent. Met de bouw van de installatie is een bedrag van 35 miljoen euro gemoeid.

Next. Dit samenwerkingsverband kreeg voor de ontwikkeling van de installatie een bijdrage van de Europese Unie.

Equinor en Linde ontwikkelen samen blauw waterstofproject in Eemshaven Equinor en Linde gaan gezamenlijk het H2M Eemshaven waterstofpro­ ject ontwikkelen. De twee bedrijven hebben hiertoe een overeenkomst gesloten. In het H2M project wordt aardgas omgezet in waterstof en CO2. De CO2 wordt hierbij afgevangen en opgeslagen. Volgens de overeenkomst zorgt Equinor

voor het transport en de opslagcapaciteit van CO2. Het bedrijf brengt ook de waterstof naar de markt. Linde bouwt de waterstofproductie-installatie en de faciliteiten voor de afvang en de transmissie van CO2. De nieuwe installaties zouden jaarlijks zo’n 235.000 ton waterstof kunnen produceren. De bedrijven willen de installaties in de Eemshaven bouwen. Voor de waterstofproductie zetten de bedrijven Noors aardgas

in. Meer dan 95 procent van de vrijkomende CO2 wordt afgevangen en opgeslagen onder de Noorse Noordzee. De partijen willen de productie eind 2028 opstarten. De waterstof zal worden gevoed aan de onshore waterstofleidingen die in Nederland en Duitsland worden aangelegd. Equinor heeft de ambitie om tegen 2035 in drie tot vijf belangrijke industriële clusters waterstof te produceren.

Evolution Terminals dient MER in voor ammoniakterminal en kraker Evolution Terminals heeft eind november een Milieu­ effectrapport ingediend bij de Provincie Zeeland voor de realisatie van een bulkterminal voor de opslag van ammoniak, methanol en biobrandstoffen in Vlissingen. De MER maakt deel uit van de aanvraag voor een om­ gevingsvergunning voor de terminal. Evolution Terminal wil in Zeeland 36 opslagtanks bouwen voor de opslag van ammoniak, methanol en biobrandstoffen. In totaal krijgt de terminal een capaciteit van 850.000 kubieke meter. Het bedrijf ontwikkelt de Green Energy Hub in fases. De eerste fase voorziet in de bouw van 400.000 kubieke meter opslagcapaciteit en bijbehorende infrastructuur. Daarvan is 150.000 kubieke meter gereserveerd voor de opslag van ammoniak, 180.000 kubieke meter voor methanol en 70.000 kubieke meter voor biobrandstoffen. In de tweede en derde fase wordt de opslagcapaciteit voor ammoniak verhoogd en zijn er plannen voor een ammoniakkraker, om geïmporteerde ammoniak in waterstof om

te zetten. Evolution Terminals onderzoekt de mogelijkheden om de terminal aan te sluiten op de European Hydrogen Backbone, het Europese waterstofdistributienetwerk. Het bedrijf denkt de terminal in 2026 in gebruik te kunnen nemen. Uniper en Vesta Ook Uniper en Vesta werken aan de ontwikkeling van ammoniak­opslag in Vlissingen. De twee partijen willen de komende jaren een bestaande terminal van Vesta in Vlissingen opknappen en uitbreiden voor de opslag van ammoniak. Vesta Terminals heeft momenteel in Vlissingen 60.000 kubieke meter gekoelde opslagcapaciteit voor ammoniak. De terminal zal als toekomstige hub een initiële doorvoercapaciteit van 0,96 miljoen ton per jaar aankunnen. In een tweede fase kan de doorvoercapaciteit van de faciliteit worden verdubbeld tot 1,92 miljoen ton per jaar. De start van de werkzaamheden is gepland voor begin 2026.

www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

D_Actueel.indd 9

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:35


INTERVIEW GUIDO MUL UNIVERSITEIT TWENTE

FOTO’S: WIM RAAIJEN

10

www.industrielinqs.nl

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

H_Interview.indd 10

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:40


11

‘We moeten ons niet van de industrie afkeren’ Professor Guido Mul maakt zich zorgen over de toekomst van faculteiten chemische technologie. Verschillende universiteiten twijfelen – onder meer onder druk van Extinction Rebellion – over de samenwerking met de fossiele industrie. Echter een groot deel van het onderzoek in deze faculteiten is gebaseerd op publiek private samenwerking. En wil je de industrie veranderen, dan kun je maar beter de samenwerking in stand houden, of liever nog, uitbreiden.

Wim Raaijen

Het verbreken van de

Bijna al het chemisch technologisch onderzoek aan de Nederlandse universiteiten is gericht op meer efficiëntie, minder uitstoot van schadelijke broeikasgassen, alternatieve energiebronnen en grondstoffen en dus duurzamere processen voor de industrie. Zo ook het onderzoek van professor Guido Mul en zijn directe collega’s aan de Universiteit Twente (UT). ‘Wij richten ons met name op twee onderwerpen: fotokatalyse en elektrochemie’, vertelt de hoogleraar. ‘Het eerste onderwerp is vooral fundamenteel. Het inzetten van licht in industriële processen is nog ver weg. Wel kijken we nu hoe fotokatalyse kan worden gebruikt voor de zuivering van lucht en water. Zo onderzoeken we met AkzoNobel de mogelijkheden van lichtgevoelige coatings om lucht te zuiveren.’

samenwerking met de fossiele industrie kan voor chemische

Holle vezel

en chemisch technologische

Elektrochemie staat al dichter op de industrie. Sterker nog, bij onder meer de productie van chloor is elektrolyse al decennialang de belangrijkste route. En nu waterstof een onmisbaar puzzelstukje lijkt te worden in de industriële transformatie, staan verschillende elektrochemische technologieën volop in de aandacht. Denk aan de verschillende soorten elektrolyzers zoals PEM, Alkaline

opleidingen juist averechts werken, denkt professor Guido Mul van de Universiteit Twente. ‘Hoe leiden we de chemisch technoloog van de toekomst op – denk aan stages en afstudeeropdrachten – als we niet met bedrijven mogen samenwerken?’

en Solid Oxide. Om die technologieën straks beter toe te passen is nu veel gedetailleerd onderzoek nodig. Mul: ‘Hier onderzoeken we onder meer het gedrag van de gasbellen die bij de elektrodes ontstaan, om daar straks ons voordeel mee te doen.’ Ook is zijn groep momenteel bezig met verdere ontwikkeling van de holle-vezel-elektrode, waarin nauwkeurig en effectief reacties kunnen plaatsvinden. Met trots laat Guido Mul een poster zien waarop zo’n holle, poreuze elektrode is afgebeeld. De holle-vezel-elektrode is een parade­ paardje van de groep aan de UT. Al eerder hebben onderzoekers van de universiteit patent op deze vinding aangevraagd en hun onderzoeksresultaten gepubliceerd in onder meer Nature Communications. Als basis ontwikkelden ze een holle koperen vezel waarmee je zeer efficiënt CO2 kunt omzetten naar CO, koolmonoxide. De vezel, die dient als elektrode, is voorzien van talloze minuscule poriën. Als je de vezel in een carbonaat bevattend waterbad plaatst, er spanning op zet en CO2 door de poriën laat borrelen, wordt het CO2 aan de buitenzijde heel efficiënt omgezet naar CO. Voor de verduurzaming van de industrie kan dit een zeer interessante ontwikkeling zijn. Waar CO2 enorm www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

H_Interview.indd 11

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:40


12

INTERVIEW GUIDO MUL UNIVERSITEIT TWENTE

moeilijk ‘tot leven is te wekken’, is CO een interessante chemische bouwsteen.

Stuk voor stuk Het overgrote deel van het onderzoek wordt gefinancierd uit publiek-private samenwerkingen. Denk aan ARC CBBC, een samenwerking tussen verschillende universiteiten en de grote bedrijven AkzoNobel, Shell en BASF. Deze samenwerking maakt veel promotieonderzoek mogelijk op verschillende universiteiten, waaronder de UT. Ook de uitvoering van technologieontwikkeling in Groeifondsen is gebaseerd op publiek private samenwerking. Zo is Mul betrokken bij het groeifonds Groenvermogen. Met name bij het zogenoemde Werkpakket 1: het kostenefficiënt op grote schaal produceren van koolstofneutrale waterstof. Het door NWO geïnitieerd programma Release is ook een mooi voorbeeld van een consortium van universiteiten, hogescholen en bedrijven. Release werkt aan nieuwe technologische mogelijkheden op het gebied van energieopslag, waarbij elektrische energie wordt opgeslagen en vervolgens weer kan worden gebruikt. Het project concentreert zich op drie technologieën: waterstofproductie, koolwaterstofprowww.industrielinqs.nl

‘Collega technologen die bij Shell werken, zitten echt wel met de afgenomen focus op duurzaamheid.’ GUIDO MUL PROFESSOR UNIVERSITEIT TWENTE

ductie uit CO2 en flowbatterijen. Stuk voor stuk zijn de programma’s gericht op een schonere toekomst en stuk voor stuk kunnen ze niet zonder de samenwerking met en een financiële bijdrage van grote bedrijven als Shell, stelt Mul.

Van binnenuit Hij begrijpt zeker de zorgen in de samenleving over het klimaat, en ook die van bijvoorbeeld activistische studenten, die steeds meer de aandacht op zich weten te vestigen. ‘Hier op de Universiteit Twente hebben we ook een akkefietje gehad. Activistische studenten wilden een groep werktuigbouwstudenten tegenhouden die op het punt stonden te vertrekken naar Shell, voor een excursie. Uiteindelijk is het met een sisser afgelopen en is de bus vertrokken. Begrijp me niet verkeerd. Met mij maken veel wetenschappers zich ook zorgen over het klimaat. Er zijn nog maar heel weinig wetenschappers

die klimaatverandering ontkennen. We ondersteunen de duurzame koers die bijvoorbeeld de UT wil varen. En we gaan met liefde met de trein naar veel buitenlandse conferenties, in plaats van bijvoorbeeld met het vliegtuig.’ Het helpt ook niet dat de huidige CEO van Shell weer grotendeels terug wil naar focus op aardolie en -gas en minder wil uitgeven aan duurzame activiteiten, stelt Mul. ‘Gericht op het vergroten van kortetermijnwinst en de aandeelhouderswaarde. Succesvol, want na die aankondiging stegen de aandelen van Shell tientallen procenten. Collega-technologen die bij Shell werken, zitten echt wel met de afgenomen focus op duurzaamheid. En ik denk nog steeds niet dat we ons van de industrie moeten afkeren.’ Verandering komt vaak van binnenuit, impliceert hij daarmee. ‘Je kunt maar beter de samenwerking in stand houden of, liever nog, uitbreiden.’

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

H_Interview.indd 12

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:40


13

Uitgehold De acties van studenten en ook brieven van verontruste wetenschappers bereiken wel de bestuurders van universiteiten. En die lijken nu steeds meer de samenwerking met de chemische industrie in twijfel te trekken. Met de Universiteit Utrecht voorop. Een half jaar geleden maakte de universiteit bekend dat het alleen nog onderzoekssamenwerkingen aan gaat met fossiele bedrijven en organisaties als die “zich intensief en aantoonbaar inzetten voor versnelling van de energietransitie, in lijn met het Klimaatakkoord van Parijs”. Ook andere universiteiten volgden met soortgelijke statements. Mul: ‘Daarbij gaat het niet alleen om de duurzame ambities van de universiteiten. De besturen zijn ook bang voor de publieke opinie. Ze denken dat ze door samenwerking met de chemische industrie uiteindelijk minder studenten zullen trekken. Dan komt er minder geld beschikbaar voor onderwijs, zou het logische gevolg zijn.’ De hoogleraar vreest dat verbreken van de samenwerking voor chemische en chemisch technologische opleidingen juist averechts zal werken. Als er minder geld voor publiek private samenwerking beschikbaar komt, worden het onderzoek en de studies uitgehold. ‘En hoe leiden we de chemisch technoloog van de toekomst op – denk aan stages en afstudeeropdrachten – als we niet met bedrijven mogen samenwerken?’

Hold Om er meer eenduidigheid in te krijgen, wordt de discussie nu ook gevoerd binnen de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen (KNAW), de hoeder en duider van de wetenschap in Nederland. Er lijkt op meerdere universiteiten een ethische commissie te komen die voorstellen gaan beoordelen op hun groene intenties. Hoewel samenwerking

‘De universiteitsbesturen zijn bang voor de publieke opinie.’ GUIDO MUL PROFESSOR UNIVERSITEIT TWENTE

met bedrijven als Shell en BP niet wordt geblokkeerd, staat professor Mul ook niet meteen te juichen. ‘De beoordeling door zo’n commissie kan enorm vertragend werken, met name als er geen heldere en eenduidige richtlijnen zijn voor beoordeling van voorstellen door deze commissies. Ik ken al onderzoeksprogramma’s die tijdelijk op een hold waren gezet, bijvoorbeeld bij de UvA. Op de Universiteit Utrecht kan een onderzoeksprogramma nog steeds niet worden uitgevoerd, omdat het zich klaarblijkelijk onvoldoende voor versnelling van de energietransitie inzet.’

Luchtje Dat kan de noodzakelijke industriële transformatie juist vertragen, stelt

Mul. No time to waste, was toch een belangrijke leus van de milieubeweging? Het onderzoek is juist nodig om straks versneld stappen te kunnen zetten. ‘Nu lijkt het erop dat voorstellen voor publiek private samenwerking met de chemische industrie langs de ethische commissies moeten gaan. Terwijl van heel veel voorstellen uit de samenvatting al duidelijk blijkt dat ze op verduurzaming gericht zijn en de verantwoordelijkheid voor de duurzaamheidscriteria bij de indieners van de voorstellen kan blijven liggen. Waarom niet alleen de programma’s beoordelen waar de indieners twijfelen of wordt voldaan aan de richtlijnen en waar mogelijk een luchtje aan zit? Dat zou, samen met heldere richtlijnen voor beoordeling, al een boel schelen.’ www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

H_Interview.indd 13

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:40


14

THEMA WATERSTOF

Emissieloze waterstof kent meerdere alternatieven Grootschalige groene waterstofproductie in zonovergoten landen – met lage stroom­ prijzen – lijkt een realistisch toekomstbeeld. In het wat grauwere Noordwest-Europa lijkt de waterstofpuzzel ingewikkelder. Windenergie is duurder per kilowattuur en de elektriciteits­ netten raken overvol. Uiteraard wordt nage­ dacht over import, maar wat zijn de alternatie­ ven?

Monique Harmsen/Wim Raaijen

Er zijn veel plannen, maar nog weinig finale investeringsbeslissingen in Noordwest-Europa als het gaat om groene waterstofprojecten. Er worden inmiddels zelfs plannen op een hold gezet. Zo stelde HyCC eind vorig jaar het groene-waterstof­ project H2eron uit. Op zijn vroegst wordt het project nu in 2028 gerealiseerd. De tragere ontwikkeling van de waterstofmarkt en de stijgende kosten worden als reden aangevoerd. Misschien dat de verwachtingen ook wat hooggespannen waren. Waterstof moet een belangrijke impuls aan de energietransitie geven en vooral de elektrolyse van water krijgt daarbij de meeste aandacht. Toch is het moeilijk om investeringen op dit vlak rond te krijgen. De bouw van grote elektrolyzers is enorm kostbaar. En alles moet wel kloppen: voldoende afname, beschikbaarheid van betaalbare groene stroom en veel meer.

Uit de grond

BEELD: PORTHOS

En er zijn alternatieven voor de emissieloze productie van waterstof. Zo produceert de industrie al veel waterstof via steam methane reforming. Extra investeringen om de CO2 af te vangen en op te slaan en wellicht te hergebruiken worden rendabeler naarmate de prijs voor CO2-rechten hoger wordt. En er zijn meer alternatieven. Wat te denken van coproductie van waterstof met koolstof of een koolwaterstof via de turquoise route. Of gaan we waterstof straks gewoon uit de grond winnen? We zetten de alternatieven op een rijtje en kijken naar de situationele en geografische mogelijkheden. Niet op ieder potje past hetzelfde dekseltje.

www.industrielinqs.nl

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

K_Thema Waterstof.indd 14

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:43


Sp Da

BEELD: PORTHOS

15

Vanaf 2026 wordt in de Rotterdamse haven via Porthos ongeveer 2,5 megaton CO2 per jaar getransporteerd en opgeslagen in lege gasvelden onder de Noordzee.

Beeld 1: Blauwe waterstof De snelste en meest effectieve route naar reductie van CO2-emissies door de industrie en energiesector is blauwe waterstof. Door de CO2-uitstoot van met fossiele brandstof­ fen geproduceerde, grijze waterstof af te vangen en op te slaan, kan tachtig procent van de emissies worden geredu­ ceerd.

in Rotterdam zal naar verwachting in 2026 operationeel zijn. Ook Onyx Power gaat blauwe waterstof produceren. Het bedrijf wil naast zijn bestaande centrale op de Maasvlakte een nieuwe waterstoffabriek met een capaciteit van 1.200 MW bouwen. De installatie zou tegen 2028 in bedrijf kunnen worden genomen.

Publieke opinie Nederland verkeert in de gunstige positie dat het de kennis en kunde heeft om CO2 af te vangen én beschikt over lege gasvelden in de Noordzee om deze in op te slaan. Hiervoor kan een deel van de bestaande gasinfrastructuur worden benut. In de Rotterdamse haven wordt vanaf 2026 via Porthos ongeveer 2,5 megaton CO2 per jaar getransporteerd en opgeslagen in lege gasvelden onder de Noordzee. En er zijn plannen voor een tweede carbon capture and storage (CCS) project: Aramis. Dit is een initiatief van EBN, Gasunie, Shell en Total om ook industrieën buiten de Rotterdamse haven de mogelijkheid te bieden hun CO2 af te vangen en op te slaan. Air Products is een van de bedrijven in de Rotterdamse haven die gebruik gaat maken van CCS. Het bedrijf bouwt een CO2afvanginstallatie bij zijn bestaande waterstoffabriek. Hiermee wordt de CO2-emissie met de helft gereduceerd. De installatie

Het grote voordeel van blauwe waterstof is dat gebruik kan worden gemaakt van de bestaande industriële infrastructuur. Industrieën kunnen hun processen relatief eenvoudig en kosten­efficiënt aanpassen. Bijkomend voordeel is dat de opgeslagen CO2 in een later stadium weer kan worden gebruikt als bouwsteen voor basischemicaliën. Terwijl de industrie ervan overtuigd is dat blauwe waterstof de weg is zolang groene waterstof nog in de kinderschoenen staat, is de publieke opinie kritisch op het gebruik van fossiele brandstoffen. De technologie van elektrolyzers is echter nog in ontwikkeling en bij het omzetten van elektriciteit in waterstof gaat veel energie verloren. Voordeel van de productie van grijze waterstof in combinatie met CO2-afvang – blauwe waterstof – is dat de processen van CCS bestaan en op grote schaal kunnen worden ingezet. www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

K_Thema Waterstof.indd 15

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:43


16

THEMA WATERSTOF

Beeld 2: Groene Waterstof De Nederlandse ambities voor de productie van groene waterstof zijn groot. De doelstelling in het Klimaatakkoord van 2019 gaat uit van 4 GW aan elektrolyzers voor de pro­ ductie van groene waterstof in 2030. Sinds de oorlogen in de Oekraïne en het Midden-Oosten klinkt vanuit de politiek de roep om deze capaciteit versneld op te voeren naar 8 GW. De grote vraag is of en hoe we dit gaan bereiken, want de praktijk blijkt weerbarstig te zijn. Er zijn wel plannen voor grootschalige groene waterstoffabrieken. Zo heeft Eneco een vergunningaanvraag ingediend voor de bouw van een elektrolyzer op de Maasvlakte met een capaciteit van 800 MW. En er staan nog drie vergelijkbare projecten gepland op deze locatie. Het tweede conversiepark op de Maasvlakte is gereserveerd voor de winnaar van de tender van windpark IJmuiden Ver. Daar is ruimte voor een waterstoffabriek van 1.000 MW. En op de eigen locatie heeft de elektriciteitscentrale van Uniper een waterstoffabriek gepland die kan opschalen naar 500 MW. Echter, tot nu is toe is Hydrogen I van Shell met een capaciteit van 200 MW het enige initiatief op grote schaal dat op korte termijn, in 2025, operationeel wordt.

Offshore productie

Kloof Toch is de vraag of groene waterstof de oplossing is om een grote stap voorwaarts te maken in het terugdringen van de CO2-emissies. Er is veel stroom van windmolens en zonneparken nodig om één kilo waterstof te maken en dat maakt groene waterstof in Nederland duur. Er wordt dan ook gekeken naar import van groene waterstof uit landen met veel wind en zon, zoals Spanje, Portugal, Marokko en het Midden-Oosten waar de prijzen voor groene stroom veel lager zijn. De geproduceerde groene waterstof kan er worden omgezet in groene ammoniak voor transport naar Europa. In de havens van Rotterdam en Vlissingen wordt de terminalcapaciteit voor de import van waterstof al opgevoerd. Rotterdam wil zich ontwikkelen tot de green energy hub van Europa. Voordat groene waterstof in de gewenste hoeveelheden beschikbaar komt, zijn er nog wel hindernissen te nemen. Volgens Reinier Grimbergen van Science to Innovate is er sprake van een kloof tussen wat we willen en wat er kan. ‘Iedereen heeft het over grote elektrolyzers maar deze bestaan nog niet. Voordat je een apparaat hebt gebouwd dat veilig en robuust is, en is getest in een industriële omgeving, ben je heel veel jaren verder. Er zijn diverse partijen mee bezig maar dat soort opschalingsprocessen kost vele jaren. Elektrolyzers zijn wel geschikt voor andere toepassingen, bijvoorbeeld voor kleinere hoeveelheden waarbij je op een locatie waar geen waterstofleidingen liggen groene waterstof kunt maken voor het proces. Dat kan, maar voor we grote industriële hoeveelheden kunnen produceren gaan we richting 2040. We moeten de techniek wel ontwikkelen, maar het belang in de toekomst is kleiner dan we denken of hopen.’

FOTO: SHELL

Met veel grote windparken voor de kust is de uitgangspositie van Nederland goed. De stroom van deze parken komt via kabels aan land in de industriële clusters van Rotterdam en de Eemsdelta. Het consortium PosHYdon experimenteert ook met de offshore productie van waterstof. Door windenergie direct in waterstof om te zetten, kan bestaande gasinfrastructuur onder de Noordzee worden hergebruikt voor waterstoftransport. Op basis van de uitkomsten van PosHydon wil het consortium H2opZee de offshore productie van groene waterstof opscha-

len. Het is de bedoeling dat er een elektrolyzer van 300 tot 500 MW ver in de Noordzee komt.

Shell bouwt met Holland Hydrogen I de grootste groene waterstoffabriek van Europa die naar verwachting in 2025 operationeel is. De 200 MW elektrolyzer wordt gebouwd op de Tweede Maasvlakte in de Rotterdamse haven en gaat 60.000 kilogram hernieuwbare waterstof per dag produceren. De hernieuwbare stroom voor de elektrolyzer komt van Hollandse Kust (noord), het windpark op zee dat deels eigendom is van Shell.

www.industrielinqs.nl

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

K_Thema Waterstof.indd 16

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:43


Sp Da

FOTO: BASF

17

BASF heeft in Ludwigshafen een demonstratie-installatie voor pyrolyse van methaan gebouwd.

Beeld 3: Coproductie via de turquoise route Nog steeds is de interessante turquoise route om waterstof te produceren onderbelicht. Met verschillende technie­ ken, zoals pyrolyse en plasma, is methaan om te zetten in waterstof én een waardevol koolstofproduct – zonder CO2-uitstoot. Denk bijvoorbeeld aan bruikbare producten voor landbouw en chemie als carbon black, grafiet en zelfs etheen. De route levert dus door de coproductie sowieso extra waarde op. Ook aan de kostenkant zijn er voordelen. Volgens BASF gebruikt een door haar ontwikkelde techniek ongeveer een kwart meer energie dan het traditionele steam methane reforming, maar daar staat tegenover dat er geen afvang en opslag van CO2 nodig is. En de groene route – de elektrolyse van water – vraagt om een tienvoud aan energie, stellen onderzoekers van het concern. Het moet zich allemaal nog wel op industriële schaal bewijzen. Er staat nog nergens een commerciële fabriek op dit vlak.

Europa Daar kan de komende jaren verandering in komen. Methaanpyrolyse lijkt het dichtst bij vercommercialisering. Veel partijen doen er onderzoek naar, waaronder TNO in Nederland. Voor het Russische Grazprom leek het een paar jaar geleden de toekomstbestendige technologische route om blijvend de

aardgasbronnen in Europa te gelde te maken: grootschalig omzetten in waterstof. Dat scenario kan voorlopig en misschien wel voorgoed de prullenbak in. Van de grote bedrijven is vooral BASF voortvarend aan de slag gegaan. Midden op haar enorme terrein in Ludwigshafen staat inmiddels een demonstratie-installatie. Het plan was aanvankelijk om in 2025 de eerste commerciële fabriek te bouwen. Dat lijkt inmiddels niet meer haalbaar, met name door de geopolitieke omstandigheden. Europa lijkt bovendien niet geweldig gelegen met de huidige nog steeds relatief hoge aardgasprijzen.

Grotere schaal Het Duitse bedrijf Graforce laat zich daardoor echter niet afschrikken. Het benodigde methaan hoeft immers niet per se aardgas te zijn, maar kan ook bijvoorbeeld als biogas uit mest worden gewonnen. Momenteel voert het innovatieve bedrijf verschillende tests uit in de opstartfase van een fabriek voor de omzetting van methaan in waterstof en carbon black door zijn plasmalyse-techniek. Doordat het proces zonder zuurstof plaatsvindt, ontstaat geen CO2. De installatie is in september opgeleverd en officieel geopend. Graforce werkt momenteel aan de uitbreiding van haar strategische partnerships met investeerders om de technologie versneld op de markt te kunnen brengen. www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

K_Thema Waterstof.indd 17

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:43


18

THEMA WATERSTOF

In Australië lijkt het bedrijf Hazer ook voortvarend. Vlak voor de kerst heeft het de reactor van zijn commerciële demonstratie-plant (100 ton per jaar) succesvol getest. Terwijl andere bedrijven naast waterstof ook carbon black produceren, is bij de installatie van Hazer grafiet het coproduct. Daarbij gebruikt het bedrijf ijzererts als proceskatalysator. Hazer heeft verschillende internationale projecten in ontwikkeling voor toepassingen op grotere schaal.

Plasma

Beschikbaarheid Coproductie via turquoise routes lijkt een serieuze optie voor veel regio’s. Sowieso omdat het meerdere, waardevolle producten oplevert en dus meer geld om de kosten te dekken. Hoe hoger de toegevoegde waarde van de co-producten, hoe beter dat natuurlijk is. Elektrolyse van water levert naast waterstof alleen zuurstof op, met nauwelijks enige marktwaarde. Bovendien kost de elektrolyse van water heel veel elektrische energie. Dat is in zonovergoten landen, met lage kosten voor PV-stroom, minder een probleem. Maar bijvoorbeeld in Noordwest-Europa en zeker in binnenlandse industrieclusters zijn het komende decennium wellicht slimmere keuzes te maken. Helemaal als de beschikbaarheid van elektriciteit voorlopig een issue blijft.

FOTO: SHELL

De inzet van plasmatechnologie voor waterstofproductie uit methaan lijkt ook hoopgevend, maar staat nog wat verder af van vercommercialisering. In het plasmalaboratorium van Brightsite op Chemelot wordt bijvoorbeeld onderzocht hoe methaan met plasmatechnologie efficiënt kan worden omgezet in acetyleen of etheen in combinatie met waterstof. Brightsite wil daarvoor een pilot plant bouwen in Geleen. De grote

uitdaging is vooralsnog om deze route betaalbaar te maken. Blijft bijvoorbeeld de CO2-prijs stijgen, dan gaat deze route zich op den duur wel rond rekenen.

Het Innovatiefonds van de Europese Unie kende een jaar geleden 108 miljoen euro toe aan het project FUREC van RWE om afval om te zetten in waterstof. FUREC staat voor ‘Fuse Reuse Recycle’ (vloeibaar maken, hergebruiken, recyclen).

Beeld 4: Waterstof uit afval Er zijn meerdere bronnen om aan waterstof te komen, zo ook afval. Bekend in Nederland is natuurlijk het Furec-pro­ ject van RWE op het Limburgse industriepark Chemelot. RWE wil straks afval omzetten in waterstof en andere chemische bouwstenen. www.industrielinqs.nl

Als onderdeel van het project wil RWE een voorbehandelings­ installatie bouwen in het nabijgelegen Zevenellen. Hier zet het concern niet-recyclebaar vast huishoudelijk afval om in brandstofpellets. De pellets worden vervolgens in een tweede RWE-fabriek op Chemelot omgezet in waterstof. De fabriek zal

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

K_Thema Waterstof.indd 18

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:43


19

naar verwachting 54.000 ton waterstof per jaar produceren. Potentiële industriële afnemers van het waterstof zijn er genoeg op het industriepark. Levering aan Rotterdam en het Ruhrgebied is in de toekomst ook denkbaar. De bij de waterstof­productie vrijkomende CO₂ wordt afgevangen en kan worden opgeslagen of in de toekomst als grondstof worden gebruikt door de industrie. Als het aan RWE ligt, is dit project de eerste in een reeks. Ook in andere industriële clusters kunnen dergelijke installaties en infrastructuur voor een enorme, circulaire stap zorgen. Vorig jaar januari kende het Innovatiefonds van de Europese Unie 108 miljoen euro toe aan het Furec-project. Het is de verwachting dat RWE dit jaar de definitieve investeringsbeslissing neemt.

Verenigd Koninkrijk Ook elders zijn verschillende projecten gaande op dit gebied. Een interessante technologie is die van het Britse innovatieve bedrijf Advanced Plasma Power (APP). Haar gasplasma-proces combineert plasma-vergassing met een plasma-conversietechnologie. Deze technologie converteert gemeentelijk vast afval en andere afvalsoorten in een syngas dat rijk is aan waterstof. Ook PowerHouse Energy in het Verenigd Koninkrijk heeft aanzienlijke vooruitgang geboekt in het gebruik van zijn Distributed Modular Gasification (DMG) technologie voor de productie van waterstof via syngas uit niet-recyclebaar plastic afval. De eerste faciliteit die deze technologie gebruikt, is in aanbouw op de Protos-site in het noordwesten van Engeland. De DMG-technologie van PowerHouse Energy kan tot 2 ton waterstof van brandstofkwaliteit of meer dan 58 MWh exporteerbare elektriciteit per dag genereren.

Operationele kosten De technologieën voor het omzetten van afval in waterstof, zoals plasmavergassing of gasificatie, kunnen hoge initiële investeringskosten met zich meebrengen. Dit komt door de complexiteit van de technologie en de noodzaak van geavanceerde zuiverings- en verwerkingsinstallaties. Grootschalige aanpak kan wel zorgen voor een relatief lage prijs per ton waterstof, afhankelijk van de operationele kosten. Die kunnen variëren en zijn onder meer afhankelijk van de beschikbaarheid en de prijs van afval als grondstof.

Beeld 5: Witte waterstof In de energietransitie is de aandacht vooral gericht op groene en blauwe waterstof, met daarnaast nog de tur­ quoise route en waterstof uit afval. Maar sinds enige tijd wordt ook gesproken over natuurlijke of witte waterstof. Op verschillende plekken in de wereld wordt onderzoek gedaan naar natuurlijke waterstof in de bodem en moge­ lijke winning hiervan. Witte waterstof heeft als voordeel lage productiekosten en weinig uitstoot van broeikasgas­ sen. Kan natuurlijke waterstof een gamechanger worden in de energietransitie? Dat waterstof van nature in de diepere grondlagen van de aarde voorkomt, is al lang bekend. Het ontstaat daar door chemische reacties, bijvoorbeeld van water met ijzer. Maar het werd tot voor kort nooit in grote hoeveelheden gevonden. Waarschijnlijk omdat er niet op grote schaal naar werd gezocht of op de verkeerde plekken. Natuurlijke waterstof komt voor in gebieden waarin ijzerrijke rotsen en water bij elkaar komen. Daarnaast is er een bodemstructuur nodig, waardoor de waterstof niet uit de grond ontsnapt. Inmiddels wordt in Afrika, Zuid-Amerika, Australië, de VS,

Frankrijk en Spanje naar witte waterstof gezocht. In Spanje is in de uitlopers van de Pyreneeën een reservoir met natuurlijke waterstof ontdekt. Ook in het dorp Folschviller (Lotharingen) in het noordoosten van Frankrijk werden significante concentraties witte waterstof ontdekt. Proefboringen toonden aan dat de vloeistoffen die in de rotsformaties werden gevonden 15 procent waterstof bevatten op een diepte van 1.093 meter. Schattingen gaan uit van een concentratie van 98 procent op 3.000 meter onder de grond. Voor de Franse regering was dit aanleiding om een exploratievergunning met bijbehorende financiële steun af te geven.

Optimistische verwachting De verwachtingen zijn hooggespannen en niet alleen in Frankrijk. De Amerikaanse Geological Society (GSA) stelt, op basis van een voorlopig onderzoeksmodel, dat natuurlijke waterstof de potentie heeft om een belangrijke energiebron te worden. Het gaat volgens de GSA om honderden miljoenen tonnen per jaar tot het jaar 2100. Hiermee kan het voorzien in de helft van de wereldwijde behoefte aan waterstof. Er zijn wel vraagtekens te zetten bij deze optimistische ver­ www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

K_Thema Waterstof.indd 19

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:43

Sp Da


THEMA WATERSTOF

FOTO: WIM RAAIJEN

20

Natuurlijke waterstof wordt gevormd in gebieden waar ijzerrijk gesteente en water met elkaar reageren.

wachting. GSA geeft zelf aan dat het op dit moment onmogelijk is om potentiële hoeveelheden grondstof nauwkeurig te bepalen. Vanwege onzekerheden over het ontstaan, de migratie en accumulatie en het behoud van waterstof in de ondergrond. ‘Maar ondanks deze onzekerheden zijn het voorkomen en het gedrag van waterstof in de ondergrond niet volledig onbekend. Er kunnen aanvullende conclusies over het voorkomen van waterstof in de ondergrond worden getrokken door gebruik te maken van kennis die is verkregen uit onderzoek naar andere geologische bronnen, zoals aardolie, geothermische energie en edelgassen’, aldus de GSA. Mochten de voorspellingen uitkomen dan biedt natuurlijke waterstof een aantal voordelen. Het is van nature aanwezig en heeft een lage carbon footprint. En in tegenstelling tot waterstof geproduceerd uit aardgas of door elektrolyse is er voor de winning van witte waterstof geen water en energie nodig en neemt dit weinig land in beslag. Wetenschappers voegen

hieraan toe dat de productie niet afhankelijk is van wisselvallige hernieuwbare energie.

Uitdagingen Ondanks deze positieve geluiden is er geen plek waar witte waterstof op grote schaal wordt ingezet. Tegenover de voordelen staan namelijk ook aanzienlijke uitdagingen. De vraag is hoe toegankelijk de afzetting is en hoe groot het volume aan waterstof is. Er is een bepaalde schaalgrootte nodig voor commercieel gebruik. Ook de zuiverheid van de afzetting varieert sterk. Vaak is het gemengd met methaan, stikstof of andere gassen die moeten worden verwijderd voor gebruik. Dat kost energie en kan lei­­ den tot uitstoot van broeikasgassen. Bovendien moet onder­ zoek worden gedaan naar de veiligheid van opslag en transport en het effect op het milieu, voordat het gebruik van natuurlijke waterstof op grote schaal kan worden uitgerold.

WATERSTOF PROJEC TEN Wie: Air Liquide Wat: 200 MW elektrolyzer Waar: Terneuzen Wanneer: 2027

Air Liquide wil een 200 MW elektrolyzer bouwen in Terneuzen. Het project, ELYgator genaamd, integreert op een slimme manier twee verschillende elektrolysetechnologieën (PEM en alkaline) in één ontwerp. Als het project doorgaat, kan de installatie in 2027 beginnen met de productie van groene waterstof.

Wie: Eneco Diamond Hydrogen Wat: 800 MW elektrolyzer Waar: Europoort Rotterdam Wanneer: 2029

Eneco wil in de Rotterdamse Europoort een groene-waterstoffabriek realiseren. Het bedrijf werkt hiervoor samen met moederbedrijf Mitsubishi in de joint venture Eneco Diamond Hydrogen. De elektrolyzer krijgt een vermogen van 800 MW. De start van de bouw van de waterstoffabriek staat gepland voor 2026. Dan kan in 2029 de productie beginnen.

www.industrielinqs.nl

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

K_Thema Waterstof.indd 20

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:43


21

Wie: Engie, OCI en EEW Wat: 100 MW elektrolyzer Waar: Eemshaven/Delfzijl Wanneer: 2026

Engie, OCI en EEW werken samen aan een grootschalige op waterstof gebaseerde waardeketen in Noord-Nederland. De eerste fase van het HyNetherlands (HyNL) project bestaat uit een 100 MW elektrolyzer, die wordt aangedreven met offshore windturbines. De installatie moet waterstof gaan produceren voor onder andere de productie van e-methanol uit biogeen CO2.

Wie: Equinor en Linde Wat: waterstoffabriek Waar: Farmsum Wanneer: eind 2028

Equinor en Linde gaan samen het H2M Eemshaven waterstofproject ontwikkelen. Noors aardgas wordt daarbij omgezet in waterstof en CO2. Het CO2 wordt afgevangen en opgeslagen. De fabriek moet jaarlijks zo’n 235 kiloton waterstof gaan produceren. De partijen willen de productie eind 2028 opstarten.

Wie: Eurus Energy Wat: 20 MW elektrolyzer Waar: Farmsum Wanneer: 2025

Eurus Energy wil een elektrolyse installatie van 20 MW in Farmsum bouwen: Oosterhorn Hydrogen. De elektrolyzer gebruikt windenergie voor de productie van groene waterstof en wordt direct gekoppeld aan bestaande infrastructuur. Eurus verwacht in 2024 een investeringsbesluit te nemen. De installatie wordt naar verwachting in 2025 in bedrijf genomen.

Wie: o.a. Gasunie en Shell Wat: windpark en elektrolyzer Waar: Eemshaven Wanneer: 2040

Gasunie, Shell, RWE, Equinor en Eneco werken samen aan het project NortH2. Kern is de bouw van een enorm windpark in de Noordzee met een vermogen van tien gigawatt. En de bouw van een waterstoffabriek in de Eemshaven. De partners verwachten zo’n 800.000 ton groen waterstof per jaar te produceren in 2040. OCI is aan het project verbonden als afnemer van de waterstof.

Wie: HyCC en Port of Amsterdam Wat: 500 MW elektrolyzer Waar: Amsterdam Wanneer: 2027

HyCC en Port of Amsterdam hebben plannen voor de bouw van een groene-waterstoffabriek van 500 MW in Amsterdam: H2era. Deze zou in 2027 operationeel kunnen zijn. De fabriek wordt aangesloten op wind op zee via het hoogspanningsnetwerk van TenneT, waarmee belasting van het lokale netwerk wordt voorkomen.

Wie: HyCC en BP Wat: 250 MW elektrolyzer Waar: Rotterdam Wanneer: onbekend

HyCC en BP willen op de Maasvlakte in Rotterdam een 250 megawatt elektrolyser bouwen. De groene waterstof van H2-Fifty, maximaal 45.000 ton per jaar, wordt ingezet om de raffinaderij van BP en andere industrieën in het havengebied te verduurzamen.

Wie: HyCC en Tata Steel Wat: 100 MW elektrolyzer Waar: IJmuiden Wanneer: 2026

HyCC en Tata Steel willen een 100 MW elektrolyser op het terrein van Tata Steel in IJmuiden bouwen. Deze gaat – naast zuurstof – maximaal 15.500 ton waterstof per jaar produceren. Het project heeft de naam H2ermes gekregen.

Wie: HyCC en Gasunie Wat: 20 MW elektrolyzer Waar: Delfzijl Wanneer: onbekend

HyCC en Gasunie werken samen aan het waterstofproject Djewels. De partners installeren een twintig megawatt elektrolyzer in Delfzijl voor de productie van waterstof als basis voor bijvoorbeeld groene methanol. Een investeringsbeslissing over het project moet nog worden genomen.

Wie: HyCC en SkyNRG Wat: 40 MW elektrolyzer Waar: Delfzijl Wanneer: 2028

In het project H2eron werkt HyCC samen met SkyNRG om een waterstoffabriek van 50 MW in Delfzijl te bouwen. SkyNRG neemt de waterstof af om te gebruiken voor de productie van kerosine. Een definitieve beslissing moet nog worden genomen. Doel is om in 2028 te beginnen met de bouw van de fabriek.

Wie: Lhyfe Wat: 200 MW elektrolyzer Waar: Delfzijl Wanneer: 2026

Lhyfe wil een waterstoffabriek met een capaciteit van 200 megawatt bouwen in Delfzijl, die voor de elektrolyse gebruik zal maken van offshore windenergie. De installatie krijgt een jaarlijkse productiecapaciteit van meer dan 20 kiloton groene waterstof. De ingebruikname van de groene waterstofinstallatie is ten vroegste gepland voor 2026.

www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

K_Thema Waterstof.indd 21

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:43

Sp Da


Advertorial

Thermische batterij ENERGYNEST jaar in bedrijf bij Yara ENERGYNEST installeerde begin 2023 bij kunstmestproducent Yara een thermische batterij van 4 MWh die rechtstreeks op het stoomnet van de productiefaciliteit in Porsgrunn (Noorwegen) werd aangesloten. Het systeem is inmiddels een jaar operationeel en leidt tot een energiebesparing van 12 gigawattuur per jaar. Carlijn Lahaye, managing director van de Nederlandse vestiging van ENERGYNEST, en Michiel Carbo, projectmanager bij Yara, lichten het project toe. Lahaye: ‘Dankzij de thermische batterij kunnen bedrijven het afblazen van overtollige stoom drastisch verlagen door de energie op te slaan en onmiddellijk vrij te geven tijdens kortstondige cyclische piekvragen in het stoomnet. Warmteopwekking gebeurt vaak via fossiele brandstoffen, maar daar komt door de elektrificatie geleidelijk aan verandering in. De energietransitie vraagt daarnaast dat bedrijven de energie-efficiëntie van hun productie-installaties verhogen. Overtollige proceswarmte tijdelijk opslaan voor hergebruik op een later tijdstip kan daarbij helpen. Het leidt tot kostenbesparingen en decarbonisatie van productieprocessen.

‘Dankzij de thermische batterij kunnen bedrijven het afblazen van overtollige stoom drastisch verlagen door de energie op te slaan en onmiddellijk vrij te geven tijdens kortstondige cyclische piekvragen in het stoomnet.’ Carlijn Lahaye managing director ENERGYNEST in Nederland De mogelijkheid om energie op te slaan en later te gebruiken, biedt meer voordelen, stelt Lahaye. ‘Bedrijven kunnen goedkope energie, gegenereerd uit hernieuwbare elektriciteit buiten de piekuren opslaan en gebruiken op tijdstippen dat er minder energie beschikbaar is en de prijzen hoger zijn. Ze kunnen zich hiermee beschermen tegen prijsschommelingen en marktprijsrisico’s, fluctuerende gasprijzen en CO2-compensatiekosten. Daarnaast kunnen flexibiliteits- en netbalanceringdiensten worden geleverd aan de netbeheerders Elia of TenneT.’

‘Voor ons is een snelle laad- en ontlaadtijd een belangrijke voorwaarde.’ Michiel Carbo projectmanager Yara Michiel Carbo, projectmanager bij Yara: ‘Yara is een grote kunstmestfabrikant. In het productieproces maken we gebruik van een lagedruk stoomnet waarbij het stoomgebruik fluctueert door batchprocessen. Het intermitterend stoomgebruik is variabel en de

cycli zijn vrij kort, denk aan vijf à zes cycli per uur. We kwamen daardoor al snel tot de conclusie dat conventionele technologieën zoals stoomaccumulatoren hiervoor minder geschikt zijn omdat ze een exact terugkerend profiel vereisen, terwijl het ritme van de productieprocessen in onze case niet constant hetzelfde ritme volgen. Daarnaast is voor ons een snelle laad- en ontlaadtijd een belangrijke voorwaarde.’ Yara zag in de thermische batterij van ENERGYNEST de geschikte oplossing, waarbij de laad- en ontlaadtijd van de thermische batterij typisch vijf minuten bedraagt, en stoom ontladen instantaan plaatsvindt. Resultaten Het eindresultaat is een werkende thermische batterij waarmee Yara jaarlijks 12 gigawattuur elektriciteit en 6.000 ton indirecte CO2-emissies bespaart. Dit komt overeen met het jaarlijkse elektriciteitsverbruik van ongeveer vijfduizend huishoudens in Nederland. Bekijk het volledige interview door deze QR code te scannen:

Voor meer informatie: energy-nest.com/nl/

Advertenties.indd 22

30-01-2024 17:33


23

Wie: Onyx Wat: waterstoffabriek Waar: Maasvlakte Wanneer: 2028

Onyx Power wil op de Maasvlakte een fabriek bouwen voor de productie van blauwe waterstof, dus waterstof geproduceerd uit aardgas waarbij de CO2 wordt afgevangen en opgeslagen. De fabriek krijgt een capaciteit van ongeveer 300 kiloton waterstof. Het is de bedoeling dat de installatie tegen 2028 in bedrijf wordt genomen.

Wie: Ørsted Wat: 500 MW elektrolyzer Waar: Zeeland Wanneer: onbekend

Ørsted wil in twee fasen een elektrolysecapaciteit van 1 GW realiseren. Het bedrijf wil die koppelen aan een groot windmolenpark (2GW) in het Nederlandse deel van de Noordzee. In een eerste fase gaat het om 500 MW aan elektrolysecapaciteit. De ontwikkeling van deze fase begint zodra de regelgeving en een regionaal waterstofnetwerk klaar is.

Wie: Ørsted Wat: 100 MW elektrolyzer Waar: Sluiskil Wanneer: onbekend

Ørsted en Yara willen in Sluiskil samen groene ammoniak gaan produceren. Een 100 megawatt elektrolyzer moet de windenergie van Ørsted omzetten in groene waterstof, waarmee Yara zo’n 75.000 ton groene ammoniak per jaar kan maken, en vervolgens groene meststoffen.

Wie: Plug Power Wat: 100 MW elektrolyzer Waar: Antwerpen Wanneer: 2025

Het Amerikaanse Plug Power wil een 100 megawatt groene waterstoffabriek bouwen in de Antwerpse Haven. De eerste productie van groene waterstof wordt eind 2025 verwacht.

Wie: RWE Wat: 600 MW elektrolyzer Waar: onbekend Wanneer: onbekend

RWE wil 600 megawatt vermogen van offshore windpark Hollandse Kust West gebruiken voor de productie van groene waterstof. Al eerder gaf het concern aan project Eemshydrogen, een 50 MW elektrolyzer in de Eemshaven, op termijn te willen uitbouwen tot een vermogen van 600 MW. De kans dat de 600 MW elektrolyzer in de Eemshaven terecht komt, lijkt dus groot.

Wie: RWE Wat: 50 MW elektrolyzer Waar: Eemshaven Wanneer: 2025

Het project Eemshydrogen van RWE omvat de bouw van een 50 MW-elektrolyzer in de Eemshaven met een directe aansluiting op windpark Westereems van RWE. Als RWE in 2024 een definitieve investeringsbeslissing neemt, kan het in 2026 groene waterstof produceren. BioMCN is dan de eerste klant. Mogelijk neemt Evonik ook groene waterstof af.

Wie: Shell Wat: 200 MW elektrolyzer Waar: Tweede Maasvlakte Wanneer: 2025

Shell bouwt een 200 MW elektrolyzer op de Tweede Maasvlakte in de Rotterdamse haven, de Holland Hydrogen I. De waterstoffabriek kan straks 60 ton waterstof per dag produceren met energie van het windmolenpark Hollandse Kust (noord). Naar verwachting is de fabriek in 2025 operationeel.

Wie: Uniper Wat: 100 MW elektrolyzer Waar: Rotterdam Wanneer: 2026

Uniper wil groene waterstof gaan produceren op haar Maasvlakte-locatie. Het bedrijf onderzoekt de mogelijkheden van een elektrolyse-installatie die om te beginnen een capaciteit van 100 MW krijgt. In de verdere toekomst kan de capaciteit groeien naar 500 MW.

Wie: VoltH2 Wat: 25 MW elektrolyzer Waar: Terneuzen en Vlissingen Wanneer: 2026

VoltH2 bouwt twee groene-waterstoffabrieken met een capaciteit van 25 MW, in Terneuzen en Vlissingen. Beide fabrieken zullen vanaf 2026 ongeveer 2 kiloton groene waterstof per jaar produceren. In een tweede fase, vanaf 2028, breidt het bedrijf uit van 25 MW naar 125 MW. Dan produceert VoltH2 jaarlijks zo’n 10 kiloton groene waterstof.

Wie: VoltH2 Wat: 50 MW elektrolyzer Waar: Delfzijl Wanneer: 2025

Naast de aankondiging van twee Zeeuwse waterstoffabrieken in Vlissingen en Terneuzen heeft VoltH2 ook plannen voor een 50 MW elektrolyzer in Delfzijl. De fabriek vereist een investering van 80 tot 100 miljoen euro. Als alles volgens plan verloopt, begint de bouw in 2024.

www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

K_Thema Waterstof.indd 23

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:43

Sp Da


24

PROJECT

Iron+ ziet grote kansen voor ijzerbrandstof in Delfzijl Waar deuren sluiten, gaan andere open. Als het aan de initiatiefnemers van Iron+ ligt, verrijst op de fundamenten van de failliete productiebedrijven PMC en Aldel in Delfzijl een geheel nieuwe keten rond ijzerpoeder, als opslagmedium voor grote hoeveelheden duurzame energie. Het moet een proof of concept worden, die volgens de initiatiefnemers sowieso veel aandacht en straks wereldwijd navolging verdient.

Wim Raaijen

Tijdens de jaarwisseling hebben we het allemaal weer vol kunnen aanschouwen. Verbranden we metalen in poedervorm, dan kan dat vuur de meest mooie kleuren opleveren. In vuurwerk geeft magnesium bij ontbranding helder, wit licht, koper geeft groen of blauw en ijzer rood licht. Oftewel de kleur van hun roest, het geoxideerde metaalpoeder. Feitelijk zorgen vuurpijlen in de lucht voor uitbarstingen van de energie die metalen in zich dragen. Bijna een decennium geleden vond professor Philip de Goey het hoog tijd om wat meer te gaan doen met die bijzondere eigenschap van metalen. Hij startte aan de Technische Universiteit Eindhoven onderzoek naar metaalpoeder als energiedrager. Daaruit bleek vooral ijzerpoeder uitstekend geschikt om te verbranden – oxidatie – en zodoende veel energie af te geven. Daarna kan het roestpoeder dat daarbij ontstaat met voldoende duurzame energie weer terug worden omgezet in ijzerpoeder, oftewel via een reductieproces. Daarmee creëer je een interessante optie om grote www.industrielinqs.nl

hoeveelheden duurzaam opgewekte energie op te slaan en te transporteren.

Directer Om het concept in de industriële praktijk toe te passen en op te schalen richtte De Goey in 2016 het innovatiecentrum Metalot op. In het Future Energy Lab van Metalot deden De Goey en collega-onderzoekers veel onderzoek. Ze wisten al verschillende concrete stappen te zetten in een continue zoektocht. ‘Apple begon ook bij iPhone 1, en ze zijn nu bij 15’, stelt hij. In 2020 werd demonstreerde het Metal Power Consortium voor het eerst een 100 kilowatt systeem bij de Swinkels brouwerij in Lieshout. En in 2023 heeft de bierbrouwer opnieuw meegewerkt aan een succesvolle test met een vijf keer groter – 0.5 megawatt – en sterk verbeterd systeem. Elke keer wordt weer een extra stapje gezet. Bijvoorbeeld in het reductieproces van roestpoeder naar ijzerpoeder. ‘Daarvoor hebben we voorlopig nog waterstof nodig. Gebruik je daar groen geproduceerde waterstof voor, dan is dat duur. Zeker op plaatsen waar duurzaam opgewekte energie kostbaar is. We blijven onderzoeken of de reductie directer en goedkoper kan, ook zonder tussenkomst van waterstof. Denk bijvoorbeeld aan de inzet van plasmatechnologie of directe elektrolyse. Bij Pometon in Italië is een proefopstelling gebouwd om de efficiëntie te testen van de regeneratie van roest naar ijzerpoeder. Het aantal malen reduceren van roest naar ijzerpoeder en de efficiëntie van het verbranden van het ijzer geeft meer inzicht in de business case.’

Asbesthoudende pijpleidingen Om de technologie dichter bij de markt te brengen, was Metalot ook betrokken bij de oprichting van startups waaronder Iron+. Deze joint venture heeft tot doel hele ketens aan te leggen rond ijzerpoeder. Professor De Goey was met Metalot mede grondlegger van Iron+ in 2022, samen met EM Group als branderbouwer en poederproducent Pometon. Inmiddels is ook het bedrijf Nowit ingestapt dat beschikt over technologie om goedkoop waterstof en ijzerpoeder te produceren. Vervolgens stapte Metalot uit de joint venture. Het innovatiecentrum blijft als kennisinstelling echter wel nauw betrokken bij de vervolgstappen van Iron+, net als bij diverse andere startups die intussen wereldwijd worden opgericht. In haar zoektocht naar een geschikte regio voor de aanleg van een ijzerpoederketen stuitte Iron+ op unieke mogelijkheid in de Eemsdelta. Vooral de spiksplinternieuwe fabriek van het failliete Purified Metal Company (PMC) biedt een interessante

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

M_Project.indd 24

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:44


Sp Da

FOTO: WIM RAAIJEN

25

Het voormalige Aldel-terrein in Delfzijl.

kans. PMC bouwde een paar jaar geleden een fabriek in Delfzijl waarin het bedrijf met asbest vervuild staal zodanig wilde verhitten dat de asbestvezels kapotgaan en het staal smelt. Daarmee is het asbest onschadelijk geworden, terwijl het ruwijzer dat overblijft weer kan worden ingezet in producten.

‘We blijven onderzoeken of de reductie directer en goedkoper kan, ook zonder tussenkomst van waterstof.’ PHILIP DE GOEY PROFESSOR TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN

Eind 2022 ging het innovatieve bedrijf echter failliet. Aan de ene kant was er te weinig aanvoer van vervuild schroot. Volgens PMC kwam dat doordat de overheid schroot met chroom-6 vervuiling niet de status ‘gevaarlijk’ gaf, waardoor het bedrijf lagere tarieven moest rekenen. Daarnaast zorgden de gestegen energiekosten ervoor dat het bedrijf in financiële nood kwam.

Feit blijft dat in Delfzijl een nieuwe fabriek staat die prima in staat is om ijzer uit schroot te produceren om daar het benodigde ijzerpoeder uit te maken. Over de aanvoer van schroot, een eerder struikelblok, maken de initiatiefnemers zich geen zorgen. ‘Ons voordeel is dat we uit de asbestverwerking komen. We kennen die markt dus’, stelt ondernemer Chris Kamp van Iron+. ‘We hebben goede contacten met bedrijven als Shell, NAM en Gasunie, die onder meer van hun asbesthoudende pijpleidingen af willen. We beschikken bovendien over een ictsysteem dat een robot heeft ontwikkeld die alle staalhoudende toepassingen in het Landelijk Asbest Volgsysteem kan detecteren. Als PMC opnieuw opstart, gaan we contact zoeken met de eigenaren, om vanuit de metaalstroom van PMC staalpoeder te produceren. Dit geeft voor PMC een betere business case dan voorheen en voor het ecosysteem van Iron+ de gelegenheid om de keten in Delfzijl te realiseren.’

Proof of concept De fabriek van PMC kan een belangrijk startpunt vormen van een hele keten, de productie van circulair ijzerpoeder. Daarnaast moeten op zijn minst nog drie andere installaties worden gebouwd om de keten compleet te maken. Het terrein www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

M_Project.indd 25

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:44


EEN MAN EEN MAN

EEN WOORD EEN WOORD

Muehlhan belooft en maakt waar Specialisten in staalconservering, steigerbouw en rope access

Interesse in een afspraak? Bel 010-4264960

www.muehlhan.nl staalconservering – steigerbouw – rope access

On-site diensten

wereldwijd chemisch technisch reinigen op locatie klant en proces specifieke oplossingen voor complexe vervuilingen

Global specialist in metal surface treatment

Expert op het gebied van chemisch technisch reinigen en metaal oppervlaktebehandeling. Neem contact op met onze specialisten voor een advies op maat.

The Vecom way - deskundig en veilig voor mens, metaal en milieu

Workshop diensten

conditioneren en chemisch reinigen van roestvast staal en andere metalen meerdere locaties in Nederland, België en het Verenigd Koninkrijk

www.vecom.nl info@vecom.nl T. +31 10 59 30 299 ON-SITE DIENSTEN

Advertenties.indd 26

METAAL OPPERVLAKTEBEHANDELING

AFVALWATER VERWERKING

METAAL BEHANDELINGSPRODUCTEN

30-01-2024 17:33


27

van de eveneens failliete aluminiumsmelter Aldel zou daarvoor een geschikte locatie zijn. Centraal komt dan de nieuw te bouwen installatie van Iron+ zelf. Daarin moet roestpoeder met waterstof weer worden gereduceerd tot ijzerpoeder, en dus veel energie opslaan. Het roestpoeder kan, met name per schip, overal vandaan komen en het ijzerpoeder kan overal heen worden gebracht waar energie nodig is. Om te worden omgezet in stroom of warmte. Dat maakt het terrein van Aldel ook zo geschikt, omdat het aan diep water ligt. Metaal in poedervorm is per schip relatief gemakkelijk te transporteren. Op die manier kunnen dus grote hoeveelheden energie worden verscheept. De Goey laat berekeningen zien dat ijzerpoeder, hoewel het zwaar is, per volume-eenheid 7,3 keer zoveel energie kan meenemen als waterstof onder een druk van 350 bar. En 2,2 keer zoveel als bijvoorbeeld ammoniak, waar momenteel ook veel aandacht voor is. Bovendien is ijzerpoeder veiliger dan ammoniak en niet giftig. De Goey: ‘Daarom is het zo belangrijk om hier aandacht voor te vragen. Overal wordt gesproken over waterstof en ammoniak als energiedragers van de toekomst. Bijna niemand heeft het over ijzerpoeder, terwijl dat in veel situaties grote voordelen biedt. Niet als concurrent van andere dragers, maar als aanvulling daarop. Het is van groot belang om met de nieuwe keten aan een proof of concept te werken.’

lijken zonnige kustgebieden in Afrika of bijvoorbeeld Australië veel beter gelegen voor een proof of concept. De Goey en Kamp beamen dat ze hun plannen in de Eemsdelta met groen geproduceerd waterstof niet rond kunnen rekenen. Daarom kiezen ze niet voor waterelektrolyse, maar voor waterstofproductie uit slib en groen gas. Dat moet gebeuren

‘Bijna niemand heeft het over ijzerpoeder, terwijl dat in veel situaties grote voordelen biedt.’ PHILIP DE GOEY PROFESSOR TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN

met de twee andere nieuwe fabrieken die op het voormalige terrein van Aldel zouden moeten worden gebouwd. Het bedrijf Xirqulate wil met een nieuwe installatie keramische bouwmaterialen en groene stoom produceren uit verontreinigd haven- en rivierslib. Met de groene stoom kan een nieuw te bouwen installatie van Re-Forme waterstof produceren uit groen gas.

Kolencentrales Slib en groen gas Het is logisch om ijzerpoederketens te bouwen waar grote hoeveelheden ijzer- en roestpoeder gemakkelijk af en aan te voeren zijn, maar waar ook – met de huidige stand van de techniek – betaalbare emissievrije waterstof ruim voorradig is. Dat eerste zit wel snor in de Eemsdelta met haar ligging aan diep water. Echter, de beschikbaarheid van duurzaam geproduceerde en betaalbare waterstof is vooralsnog een grote uitdaging. Zonovergoten gebieden kunnen momenteel veel goedkoper waterstof produceren via waterelektrolyse dan bijvoorbeeld Noordwest-Europa, gewoonweg omdat zonnestroom daar veel goedkoper is. Op het eerste gezicht

Met de drie nieuwe installaties op het voormalige Aldelterrein en de fabriek van PMC lijkt de keten nog niet helemaal af. De ontbrekende schakel is een energiecentrale waar het ijzerpoeder wordt omgezet in stroom of warmte. De Goey: ‘Het zou kunnen dat we op dat vlak ook een demonstratieinstallatie willen bouwen, maar misschien is dat niet nodig.’ Het interessante van ijzerpoeder is dat het gemakkelijk is te verschepen naar plaatsen waar een tekort is aan duurzaam opgewekte energie. Of om bijvoorbeeld kolencentrales te verduurzamen door die om te bouwen. Daarnaar heeft de groep rond De Goey al eerder onderzoek gedaan, en dat blijkt ook goed mogelijk te zijn. www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

M_Project.indd 27

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:44

Sp Da


28

BRANDED CONTENT BILFINGER TEBODIN

Realisatie van Capex-projecten in tijden van energietransitie De enige constante voor bedrijven in de procesindustrie is continue verandering. Een belangrijke drijfveer van deze veranderingen is de energietransitie. Bedrijven worden via subsidies gestimuleerd energiebesparende maatregelen te treffen terwijl tegelijkertijd ook de stok wordt gehanteerd om ze in deze richting te dwingen. Niet alleen grote bedrijven hebben hiermee te maken, dit sijpelt door naar kleinere ondernemingen. Het komt nu meer dan ooit aan op aanpassingsvermogen.

Bedrijven willen weerbaarder worden voor externe factoren, stelt Wouter van Gerwen. Hij is verantwoordelijk voor New Business en Innovation bij Bilfinger Tebodin, het advies- en ingenieursbureau dat vooral actief is in de procesindustrie, en merkt dit in de praktijk. ‘Het snel kunnen inspelen op veranderingen staat bovenaan de agenda’, aldus Van Gerwen tijdens een break-out sessie van de Industry & Energy Summit 2023 in Antwerpen. ‘Traditionele Capex-projecten nemen van idee tot daadwerkelijke productie vaak meer dan twee jaar in beslag. In die tijd kunnen de beslissingscriteria aanzienlijk veranderen, onder invloed van bijvoorbeeld gasprijzen, stikstofdepositie en personeelstekorten.

Bilfinger Tebodin is een internationaal opererend advies- en ingenieurs­ bureau. Het bedrijf werkt samen met klanten en stimuleert innovatie met geïntegreerde consultancy- en engineeringsoplossingen, gecombineerd met professioneel projecten constructiemanagement. Bilfinger Tebodin kan een beroep doen op de ervaring, expertise en passie voor technologie van 1.350 professionele consultants en ingenieurs.

www.industrielinqs.nl

Daarbij komt dat bedrijven niet alleen te maken hebben met hun eigen milieu- en bedrijfsvergunningen, maar ook met de toenemende eisen die worden gesteld aan hun klanten.’

Licence to sell ‘Duurzaamheid is de licence to sell’, concludeert Stefan Ceulemans, country director België bij Bilfinger Tebodin. ‘Wij werken aan projecten vanaf het eerste idee tot een werkende installatie, inclusief alle vergunningen en optimalisaties. Het duurzaamheidsaspect wordt hierbij steeds belangrijker. Zo zijn we in België betrokken bij biobased productieprocessen, duurzame voedselprojecten, plastic recyclingprojecten en energietransitieprojecten.’ In alle projecten neemt de energietransitie een belangrijke plek in. ‘Dat begint met energieoptimalisatie en CO2-reductieprogramma’s in productie-installaties door de installatie van warmtepompen en elektrificatie. We zijn ook betrokken bij het opwaarderen van elektrische transportnetwerken en de aanleg van transportnetwerken voor warmte, waterstof, ammoniak en CO2. En we werken ook aan projecten voor het afvangen, gebruiken, transporteren en opslaan van CO2.’

Net Zero Roadmap De hoeveelheid nieuwe regelgeving en mogelijkheden voor CO2-reductie

maakt het voor bedrijven moeilijk door de bomen het bos te zien. Om hen een structuur te bieden, ontwierp Bilfinger Tebodin de Net Zero Roadmap. Van Gerwen vat samen hoe die structuur eruitziet: ‘De eerste stap is op basis van data en informatie het verbeterpotentieel vaststellen en de hiervoor benodigde investeringen plannen. Een volgende stap is de site bezoeken en contacten leggen met de mensen die daar werken. Zij kennen de site en weten vaak wat er anders en beter kan. Deze bevindingen nemen we mee in de oplossing. Daarbij wordt ook gekeken naar de omgeving. Is er bijvoorbeeld een waterstofnetwerk dichtbij of zijn er andere ondersteunende factoren? Wat zijn de mogelijkheden van het grid? Hieruit ontstaat een lijst van maatregelen en investeringen en die zetten we af tegen kansen en risico’s.’ Van Gerwens persoonlijke tip is om niet te beginnen met de projecten die de meeste reductie opleveren, maar eerst te focussen op de projecten die de snelste reductie opleveren. ‘Verder is een goede rapportagestructuur om ambities met meetbare doelen en resultaten te verbinden, onontbeerlijk.’ Michiel Geurds, consultant Industrial Sustainability bij Bilfinger Tebodin, is op dit moment programmamanager voor de net zero ambitie van een voedingsmiddelenbedrijf met productielocaties op verschillende continenten. ‘Geen site

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

31-07-20 14:43

X1_Branded content Bilfinger.indd 28

30-01-2024 17:45


FOTO: BOB DE VRIES

29

Interactie met het publiek bij de break-out sessie van Bilfinger Tebodin tijdens de Industry & Energy Summit 2023 in Antwerpen.

is hetzelfde, er zijn heel veel verschillende opties voor de verschillende landen die allemaal hun eigen randvoorwaarden hebben. Dat is uitdagend. We beginnen met studies naar energieminimalisatie, dan cascadering van warmteniveaus, warmteopslag en temperatuurverhoging met warmtepompen en elektrische ketels. We zouden ook gasketels kunnen gebruiken op

een gestructureerde oplossing nodig. We kunnen een grote stap maken met CO2-afvang en opslag en in de toekomst het direct gebruiken van deze CO2 als grondstof.’ De directe toepassing van CO2 als grondstof vindt nu al plaats in de tuinbouw waar ruim twee miljoen ton CO2 wordt gebruikt voor de groenteteelt. In Nederland zijn het de afvalverwerkers

‘Een goede rapportagestructuur om ambities met meetbare doelen en resultaten te verbinden, is onontbeerlijk.’ Wouter van Gerwen New Business en Innovation Bilfinger Tebodin

biogas dat we in vergisters maken van afvalstromen.’ Volgens Geurds zijn er in de voedselsector relatief eenvoudig besparingen te behalen door warmteoptimalisatie.

CCUS Hoewel de industrie inzet op maatregelen om tot een net zero footprint te komen, zijn deze onvoldoende om de klimaatdoelstellingen te halen, stelt René de Schutter, business development manager Carbon Capture, Utilisation, Transport and Storage (CCUS) bij Bilfinger Tebodin. ‘Klanten hebben nu

en energiecentrales die inzetten op de afvang en opslag van CO2. Volgens De Schutter wordt deze ontwikkeling versneld met projecten van Yara en Porthos, waarbij afgevangen CO2 wordt opgeslagen in lege gasvelden onder de Noordzee.

Omgaan met onzekerheid Al deze nieuwe ontwikkelingen in een snel veranderde omgeving stellen niet alleen asset owners maar ook adviesen ingenieursbureaus voor extra uitdagingen. Geurds: ‘In ons reguliere risicomanagement voegen we vola-

tiliteitsrisico toe. Bijvoorbeeld: wat gebeurt er met de business case als de energieprijzen verdubbelen en wat is de waarschijnlijkheid dat dit gebeurt? Dit kan resulteren in een mitigerende maatregel in het ontwerp die het externe energieverbruik vermindert.’ Een andere manier om met onzeker­ heden om te gaan, is door deze te ondervangen met kortere engineering circles, stelt Ceulemans. ‘We brengen de belangrijkste stakeholders in een sessie bij elkaar, die kijken naar de uitdagingen en nemen voor een deel op basis van aannames een beslissing. De aannames met de grootste impact worden als eerste opgepakt en moeten zo snel mogelijk worden gevalideerd. Vanaf dat punt dwingen we de volgende reeks beslissingen af.’ Samenvattend concludeert Van Gerwen dat alles begint met ambities die via een gestructureerde aanpak en proces­analyse worden verbonden met verbeterpotentieeel. ‘Hieruit volgt een plan van aanpak met meetbare doelen en processen om deze doelen te bereiken. Een transparante rapportage­ structuur is hierbij erg belangrijk, net als het continu evalueren van resultaten en het aanpassen van doelstellingen met de belangrijkste stakeholders. Onze Pitstop-workshop is daarbij een belangrijk gereedschap om snelheid te combineren met het betrokken houden van de belangrijkste partijen.’ www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

X1_Branded content Bilfinger.indd 29

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:45


30

PLANTMANAGER MARTIJN JANISSEN CORBION

‘Duidelijk zijn over wat we wel en niet doen’ Op de productievestiging van Corbion aan de Linge in Gorinchem wordt al sinds 1871 suiker verwerkt. Het oude fabrieksgebouw staat er nog steeds, maar heeft in de loop der tijd de nodige verbouwingen ondergaan. Nu worden op de site hoogwaardige bio-ingrediënten gemaakt van melkzuur, suiker en natuurlijk azijnzuur. Zoals extreem zuiver schoonmaakmiddel voor chips in elektronica, vertelt site en plant director Martijn Janissen. ‘Elk mobieltje, of ander apparaat waarin een chip zit, heeft iets van Corbion gezien.’

Monique Harmsen

Niet alleen de fabriek van Corbion is in Gorinchem gevestigd, maar ook een aantal corporate afdelingen zoals R&D, Marketing en Operations. Martijn Janissen is als site en plant director verantwoordelijk voor de site en alle 650 personen die hier werken. ‘Ik heb eigenlijk twee petten op’, stelt hij. ‘Ik ben verantwoordelijk voor de elf productielijnen van de fabriek en de waterzuivering. Het is mijn taak ervoor te zorgen dat de juiste producten van de juiste kwaliteit veilig worden gemaakt tegen de juiste kosten. Met de managers in de fabriek stel ik de kaders vast en ik ben de liaison naar de rest van de organisatie.’ Daarnaast is Janissen verantwoordelijk voor de behuizing en het algemeen welzijn van de medewerkers op de site. ‘Naast basale taken zoals zorgen dat de kantine blijft draaien, ben ik ook verantwoordelijk voor de algemene veiligheid. Verder ben ik het primaire contactpunt voor de ondernemingsraad en de buitenwereld.’ In de praktijk komt het erop neer dat Janissen ongeveer drieënhalve dag bezig is met de fabriek en anderhalve dag met andere site-gerelateerde zaken.

Aandacht

De plantmanager In deze rubriek ‘De plantmanager’ laten wij elke keer een andere plant of site manager aan het woord over zijn werk, visie en bedrijf. Hoe lukt het hen om succesvol te zijn en kunnen ze anderen daarin inspireren? Kent u interessante plantmanagers? Mail dan naar redactie@industrielinqs.nl

www.industrielinqs.nl

Janissen is sinds 2005 bij Corbion werkzaam. In eerste instantie werkte hij in technische functies op het snijvlak van R&D en operatie. Hij voerde verschillende projecten uit, werkte in operations en in supply chain. Nadat hij een aantal jaren voor Corbion in Thailand had gewerkt, kwam hij terug naar Nederland waar hij sinds 2023 site en plant director in Gorinchem is. Bij zijn aantreden trof hij een fabriek die aandacht nodig had. Janissen: ‘Productielijnen draaiden niet optimaal waardoor we niet alles konden produceren wat we wilden. Dat had heel veel met aandacht te maken, en met focus. Het had ook effect op de mensen in de organisatie, er was onrust. Door duidelijk richting te geven en prioriteiten te stellen, is het engagement van de mensen omgebogen van negatief naar positief. We draaien nu goed en onze interne klanten zijn tevreden. En de medewerkers zijn, voor zover ze dat toegeven aan mij, heel tevreden’, concludeert Janissen trots. Het meekrijgen van de mensen in veranderingen, is volgens hem een kwestie van duidelijk het goede voorbeeld geven en je aan de regels houden, bijvoorbeeld op het gebied van veiligheid. ‘Ik loop regelmatig door de fabriek om te zien en te ervaren wat de mensen moeten doen. Als er problemen zijn, kan ik terugkoppelen wat eraan wordt gedaan. Het goede voorbeeld geven helpt. Een ander punt is: duidelijk zijn over dingen die we wel en dingen die we niet doen.’

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

J_Plantmanager.indd 30

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:46


Sp Da

FOTO’S: MONIQUE HARMSEN

31

Verduurzamen Dit jaar staan er bij heel Corbion diverse projecten op het programma om te voldoen aan de European Energy Directive. Voor de fabriek in Gorinchem is een aantal specifieke projecten opgestart. ‘Wij hebben bijvoorbeeld geïnvesteerd in een nieuwe energie-efficiënte indamper. In plaats van een gasgestookte stoomturbine gaan we gebruikmaken van elektrisch aangedreven mechanische dampcompressie. Dat is energetisch gunstiger en we gebruiken groene elektriciteit in plaats van gas. Dat geldt trouwens voor de hele site.’ De locatie van de site maakt het volgens Janissen lastig om met andere lokale industrieën op te trekken in verduurzaming. ‘Voor verdere elektrificering hebben we meer capaciteit nodig in de elektriciteitsvoorziening. In dat kader hebben we gekeken naar samenwerking met andere bedrijven maar uiteindelijk bleek dat niet kostenefficiënt te zijn. We kijken wel naar mogelijkheden om lage-temperatuur-restwarmte nuttiger in te zetten, bijvoorbeeld in een warmtenet in de wijk, maar daar zijn we nog lang niet. Dit jaar staat een pinch-analyse op de agenda om een beter inzicht te krijgen in wat onze mogelijkheden zijn.’

Kostenoptimalisatie Naast verduurzaming ligt de focus dit jaar ook op kostenoptimalisatie. ‘De afgelopen jaren was de aandacht vooral gericht

‘Door duidelijk richting te geven en prioriteiten te stellen, is het engagement van de mensen omgebogen van negatief naar positief.’ MARTIJN JANISSEN SITE EN PLANT DIRECTOR CORBION GORINCHEM

op capaciteitsoptimalisatie’, aldus Janissen. ‘Daar loopt een aantal projecten voor. We zijn bijvoorbeeld overgestapt van ons oude ERP-systeem naar SAP. Dat is twee jaar geleden gebeurd maar er valt nog veel te halen door alles goed in te richten. Daar zijn we eind vorig jarig mee begonnen en dat willen we dit jaar uitrollen.’ Verder staat in 2024 een uitbreiding van de biomaterialenfabriek op het programma. In eerste instantie wordt nog dit jaar het gebouw zelf aangepakt zodat het geschikt is voor groei. De tweede fase is een uitbreiding van de productielijn voor biomaterialen. Een ander investering – op wat langere termijn – voor een lijn waarvan het product toepassing vindt in de micro-elektronica, wordt voorbereid. Janissen: ‘Elk mobieltje bevat diverse www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

J_Plantmanager.indd 31

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:46


ADVERTENTIE-INDEX Abonnees.............................................................................................................32 Castro Communicatie........................................................................................22 Easyfairs Nederland............................................................................................. 4 KROHNE Nederland............................................................................................32 Mainnovation......................................................................................................39

Veilige en draadloze

bediening van het instrument zonder

procesonderbreking

Muehlhan.............................................................................................................26 OMV Gas Marketing Trading & Finance........................................................40 Van Meeuwen Industries.................................................................................... 2 Vanderkamp Pompen......................................................................................... 8 Vecom Group.......................................................................................................26

OPTIMASS x400 series – Coriolis massaflowmeters met Bluetooth® • Hoge turndown ratio en meetnauwkeurigheid onder veeleisende condities, temperaturen van –200° tot +400°C en drukken tot 200 bar • Met de OPTICHECK- app kunt u on-site uw KROHNE instrumenten verifiëren en monitoren, ook in Ex Zone 1 • krohne.com/safety

ADOPTEER EEN PUP

ADOPTEER EEN PUP

krohne.link/optimass-nl

EN HELP ’M BLINDENGELEIDEHOND WORDEN.

WWW.ADOPTEEREENPUP.NL

EN HELP ’M BLINDENGELEIDEHOND WORDEN. products

Advertenties.indd 32

solutions

services

WWW.ADOPTEEREENPUP.NL

30-01-2024 17:34


33

chips die voor gebruik moeten worden schoongemaakt. Deze chips zijn zo klein en gevoelig dat het schoonmaakmiddel heel erg zuiver moet zijn. Dat schoonmaakmiddel maken wij. Eigenlijk kun je zeggen dat elk mobieltje, of ander apparaat waarin een chip zit, iets van Corbion heeft gezien.’

‘Ik heb een rol in het bewijzen dat de chemische industrie, in ons geval biochemische industrie, wel degelijk duurzaam kan en moet zijn.’

Toekomst

MARTIJN JANISSEN SITE EN PLANT DIRECTOR CORBION GORINCHEM

Terwijl de maatschappelijke druk op de algemene chemie toeneemt, is Janissen positief over de toekomst. ‘We maken producten die in allerlei toepassingen een bijdrage leveren en slechts een minimale footprint achterlaten op de wereld. Per definitie is dat bestaansrecht er voor ons en de biochemie in Nederland. Het is ook evident dat we, ondanks wat we nu al doen om duurzaam te zijn, nog stappen moeten maken om dat bestaansrecht te behouden. Daar zijn we mee bezig. We kijken daarbij ook naar de impact die we op onze directe omgeving hebben.’ Corbion is altijd bezig met het optimaliseren van processen om zo duurzaam mogelijk te zijn met minimale inzet van chemica-

Corbion Corbion is producent van bio-ingrediënten op basis van suiker dat via fermentatie en een aantal zuiveringsstappen wordt omgezet in eindproducten. Wereldwijd heeft het bedrijf 2.600 werknemers. Op de site in Gorinchem werken 650 werk­nemers waarvan 350 in de fabriek en 300 op andere afdelingen.

liën, energie en water, stelt Janissen. ‘Vooral water wordt steeds belangrijker. We gebruiken relatief veel water en daar willen we zorgvuldig mee omgaan. Onze waterzuivering bestaat uit een anaerobe reactor die de organische stoffen in ons afvalwater omzet in biogas dat we gebruiken in onze ketels. Wat er overblijft, wordt met aerobe omzetting verder gezuiverd. We zouden het water direct kunnen lozen maar wij voeren dit af naar de regionale afvalwaterzuivering Scherluiden.’ Het streven van Corbion is niet alleen zo duurzaam mogelijk te produceren maar ook tijdig te kunnen reageren op ontwikkelingen in de markt door de diversiteit aan productielijnen. ‘We hebben allerlei technologieën die we kunnen inzetten.’

Drijfveer De persoonlijke drijfveer van Janissen is om de wereld een beetje beter achter te laten, volgens het credo van Corbion: Dat wat belangrijk is behouden. ‘Dat doen we intrinsiek door de producten die we maken en de manier waarop we dat doen. In mijn huidige functie heb ik een rol in het bewijzen dat de chemische industrie, in ons geval biochemische industrie, wel degelijk duurzaam kan en moet zijn.’ www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

J_Plantmanager.indd 33

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:46

Sp Da


34

TOPIC ASSET MANAGEMENT

ChatGPT: ‘Menselijke expertise ontmoet AI-revolutie’ In 2030 ziet het onderhoudsteam van indus­ triële bedrijven als Heineken, Shell, Huntsman, Nobian en Vopak er aanzienlijk anders uit dan we gewend zijn, stelt ChatGPT. Als voorberei­ ding op het congres iMaintain 2024, laten we AI aan het woord. De integratie van geavan­ ceerde technologieën zoals inspectierobots, kunstmatige intelligentie en predictive main­ tenance verandert het industriële onderhoud nu al. Die invloed zal alleen maar toenemen.

Door: ChatGPT

Op het moment is de grootste verandering in industrieel onderhoud de opkomst van inspectierobots en -drones. Deze robots, uitgerust met sensoren, camera’s en geavanceerde analysetools, kunnen inspecties uitvoeren in omgevingen die gevaarlijk of ontoegankelijk zijn voor mensen. Bij bedrijven als Shell en Huntsman worden robots ingezet voor het inspecteren van pijpleidingen, opslagtanks en reactoren. Deze robots leveren realtime gegevens aan de onderhoudsteams, waardoor snelle en nauwkeurige besluitvorming mogelijk is. De samenwerking tussen mensen en robots is gebaseerd op een complementaire relatie. Terwijl robots routinematige en gevaarlijke taken uitvoeren, concentreren menselijke medewerkers zich op complexe besluitvorming en probleemoplossing. Deze samenwerking verhoogt de veiligheid en efficiëntie in industriële omgevingen.

Kostenbesparingen Ook kunstmatige intelligentie speelt inmiddels een belangrijke rol in de transformatie van onderhoudsstrategieën. AI-systemen bij bedrijven als Nobian en Vopak analyseren grote hoeveelheden gegevens van sensoren en machines om patronen en anomalieën te detecteren. Deze systemen kunnen poten­

iMaintain 2024 Op 6 februari organiseert Industrielinqs samen met MaxGrip het iMaintain-congres. Talkers en tafelgasten gaan dan samen praten en discussiëren over Het Asset Management Team van 2030. Op het podium: Anne Arkenbout (Nobian en Plant Manager of the Year 2023), Rogier Berben (Agristo), René van Eerten (Vopak), Dennis van der Plas (Heineken), Dimphy Wilms (Shell) en Charles De Wolff (Huntsman).

‘De digitale revolutie en de opkomst van AI raakt asset management volop. Dit biedt veel kansen, maar alleen technologie voldoet niet. Wij zijn aan het leren hoe we onze werkzaamheden hier zo goed mogelijk op kunnen aansluiten.’

Moderatie: Wim Raaijen (Industrielinqs).

DIMPHY WILMS ENGINEERING MANAGER SHELL

Tafelheren: Justin Satink en Erwin de Witt (MaxGrip).

‘De essentie van goed onderhoud is vakmanschap. Het is de kunst om nieuwe technologie zo in zetten dat het deze vakmensen versterkt.’

Plaats: Landgoed De Horst in Driebergen. Lees meer over het programma en aanmelden: https://industrielinqs.nl/imaintain/

ANNE ARKENBOUT PLANT MANAGER MEB NOBIAN

www.industrielinqs.nl

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

31-07-20 14:43

L_Topic Asset management.indd 34

30-01-2024 17:47


35

tieel falende apparatuur identificeren voordat er daadwerkelijk storingen optreden, waardoor predictive maintenance mogelijk wordt. In tegenstelling tot de traditionele reactieve of schemagebaseerde aanpak stelt predictive maintenance onderhoudsteams in staat om proactief te handelen. Door storingen te voorspellen en preventief onderhoud te plannen, kunnen bedrijven ongeplande stilstanden en dure reparaties vermijden. Dit leidt tot aanzienlijke kostenbesparingen en verbeterde operationele efficiëntie.

Kritisch denken Hoewel technologie een centrale rol speelt, blijft de menselijke factor essentieel. Ook in 2030. Onderhoudsprofessionals moeten zich wellicht aanpassen aan de nieuwe technologische omgeving. En uiteraard andersom. Dit vereist training en opleiding in het werken met geavanceerde systemen, data-analyse en besluitvorming op basis van AI-aanbevelingen. De focus ligt op het ontwikkelen van vaardigheden als kritisch denken, problemen oplossen en samenwerken met technologische systemen.

Energieverbruik Deze technologische verschuiving brengt uitdagingen met zich mee, zoals de noodzaak van aanzienlijke investeringen in nieuwe technologieën en training van personeel. Er is ook een voortdurende zorg over cyberveiligheid, aangezien industriële systemen steeds meer verbonden en afhankelijk worden van digitale technologieën. Aan de andere kant biedt de integratie van AI en robots in onderhoud kansen voor verbeterde duurzaamheid en milieubescherming. Door efficiënter onderhoud kunnen energieverbruik en afvalproductie worden verminderd, wat bijdraagt aan de milieudoelstellingen van bedrijven.

Samenspel Het onderhoudsteam in grote industriële bedrijven wordt nog meer dan vandaag een geavanceerd samenspel van mensen,

‘Maintenance blijft mensenwerk’ CHARLES DE WOLFF AREA PLANT MANAGER HUNTSMAN

‘Technologie, data en digitale oplossingen veranderen het werkveld van de mens. Via voorbeelden hiervan in de tankopslag deel ik mijn inzichten.’ RENÉ VAN EERTEN GLOBAL MAINTENANCE MANAGER VOPAK

‘Ik zie het asset management team van Heineken in 2030 als een wereldwijd samenwerkend netwerk van maintenance managers en technisch specialisten.’ DENNIS VAN DER PLAS MANAGER MAINTENANCE & ASSET CARE HEINEKEN

robots en AI. Deze integratie resulteert in verbeterde veiligheid, efficiëntie en duurzaamheid. Hoewel er uitdagingen zijn, zoals de behoefte aan investeringen en training, biedt deze technologische vooruitgang aanzienlijke voordelen en opent het nieuwe mogelijkheden voor de toekomst van industrieel onderhoud. www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

L_Topic Asset management.indd 35

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:47

Sp Da


36

PLATFORM

Industrielinqs heeft partners, leden en experts die het netwerk versterken. Partners Industrielinqs

Leden Industrielinqs

Competence Development Center

CIRCULAIR

KOELWATER

Meer weten over partnering of lidmaatschap van Industrielinqs? Neem contact op met Janet Robben - janet@industrielinqs.nl of kijk op www.industrielinqs.nl www.industrielinqs.nl

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

Platform 01-2024.indd 36

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:49


PLATFORM 37

Experts Industrielinqs Henk Akkermans

Michel Grijpink

Universiteit Tilburg/WCM

Hogeschool Utrecht

Geanne van Arkel

Niels Groot

AmbassadorWise

Dow Benelux

Corine Baarends

Quirine Consulting

Theo Knijff

Peter Schokker

Johan Wolt

Dow Chemicals

Koninklijke Vezet

Nobian

TKI Energie en Industrie

Richard Schouten

Tim Zaal

SA3M

TZConsultancy

Mark Haarman

Martijn Kruisweg

Diana Seijs

Mainnovation

Nijhuis Industries

Bilfinger Tebodin

Erik Bijlsma

Maarten Habets

Cor van de Linde

Jan Willem Slijkoord

TNO

Shin-Etsu

iTanks

SPIC Emmen

Dennis Braamse

Aaldrik Haijer

Celeste Martens

LambWeston/ Meijer

Water & Energy Solutions

Croonwolter &dros

Annemarie Burgemeester

Hans Hennekam

Rijkswaterstaat

Yokogawa

Van Meeuwen Industries

Michael Donders

Rob de Heus

André Mepschen

Hans van der Spek

Unilin Insulation

HeusConsult

Water Alliance

FME

Leo van Dongen

Geert-Jan van Houtum

Johan van Mourik

Frank Tielens

Universiteit Twente

TU Eindhoven

ZMP

HeatMatrix Group

Ivo van der Gaag

Ton Huibers

Fokko Mulder

Roy Tummers

JIP Project Support

Humaintain

TU Delft

VEMW

Sjoerd Delnooz

Simon Jagers

Frank Oesterholt

Kiwa

Samotics

KWR

voormalig NAM/ Profion

Mark Oosterveer

Arne Verliefde

iTanks

Universiteit Gent

Petrus Postma

Binne Visser

&Flux

Philips

Rob Kreiter

Han Slootweg

Enexis

Taco Mets Henri Spanjers

TU Delft

Roelf Venhuizen

Giel Jurgens

Bird & Bird

Havenbedrijf Rotterdam

Teus van Eck

Nico van Kessel

Teus van Eck Energie en Milieu

voormalig Tata Steel

Marcel Galjee

Ton Klinkenberg

Nouryon

Phijns

Martijn de Graaf

Paul Kloet

VoltaChem/TNO

Iv-Water

Sophie Dingenen

Johan Raap

Waterschap Aa en Maas

Ron Wever

Schiphol Group

Jacques Reijniers

voormalig Nyenrode

Ad van Wijk

TU Delft

www.industrielinqs.nl

01 | 2024

Naamloos-2 1

Platform 01-2024.indd 37

SEPTEMBER 2020

industrie linqs

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:49


38

COLUMN

Niet vooruit, maar achteruit! Ook dit jaar heb ik weer de Omdenken scheurkalender gekregen voor mijn verjaardag. Het is inmiddels een ritueel geworden om de dag te starten met een kop koffie, ontbijt en wat inspiratie van de kalender. Ik hoor je denken: maar wat is omdenken dan precies? Omdenken begint altijd met een probleem, lees ik op de website. Zonder problemen geen omdenken. En een probleem bestaat uit twee dingen: feiten en verwachtingen. Zodra je een tegenstelling ervaart tussen die twee – tussen wat-zou-moeten-zijn en wat-is – ervaar je iets als een probleem. Door de feiten en verwachtingen grondig te onderzoeken, kun je de stap maken van ja-maar (het is niet wat het zou móeten zijn en dat is een probleem) naar ja-en (het is wat het is). Vervolgens kijk je welke nieuwe mogelijkheden er ontstaan door de feiten volledig te accepteren, dus volledig ‘ja’ te zeggen tegen de realiteit.

Begin van de keten Laten we het Omdenken-concept toepassen op klimaatverandering en onze huidige waardeketens. Het probleem is dat we moeten omschakelen van lineaire fossiele naar volledig circulaire en klimaat-neutrale ketens binnen 26 jaar. De afgelopen decennia is de focus van innovatie binnen waardeketens steeds verder vooruitgeschoven, namelijk REINIER GRIMBERGEN PRINCIPAL CONSULTANT SCIENCE TO INNOVATE van procesinnovatie voor de productie van basisproducten zoals kunstmest, staal, cement, chemicaliën, polymeren en brandstoffen naar productinnovaties die gebruik maken van deze basisproducten. Maar daarmee kunnen we onze klimaatambities nooit realiseren. Voor klimaatneutraliteit en circulariteit moet de denkrichting voor innovatie worden omgekeerd naar het begin van de keten. Er moeten nieuwe productieprocessen worden ontwikkeld om onze basisproducten emissievrij en met hernieuwbare grondstoffen te produceren. Een mooi voorbeeld daarvan is de productie van etheen en propeen, de basisbouwstenen van plastics en chemicaliën. BASF en Sabic zijn bezig om de kraakovens van hun stoomkrakers te elektrificeren, wat de procesemissies kan reduceren tot bijna nul wanneer er gebruik wordt gemaakt van lage-emissie-elektriciteit. Ik vraag me nog wel af hoe concurrerend de geëlektrificeerde kraker zal zijn ten opzichte van de meer disruptieve rotodynamic technologie waar de startup Coolbrook aan werkt op Chemelot.

Voor klimaatneutraliteit en circulariteit moet de denkrichting voor innovatie worden omgekeerd naar het begin van de keten.

Concurreren Er wordt in de industrie dus hard gewerkt aan het opschalen van duurzame productieprocessen, maar het blijft een enorme uitdaging. De nieuwe processen moeten immers concurreren met processen die de afgelopen decennia volledig zijn uitontwikkeld. Het goede nieuws is dat de kosten voor de industriële transformatie naar een klimaat-neutrale en circulaire industrie relatief klein zullen zijn ten opzichte van de maatschappelijke kosten die klimaatverandering teweegbrengt. De moraal van dit verhaal: we zullen eerst achteruit moeten om vooruit te komen.

Reinier Grimbergen is principal consultant op het gebied van Industriële Transformatie reinier.grimbergen@sciencetoinnovate.com

www.industrielinqs.nl

SEPTEMBER 2020

industrie linqs 01 | 2024 Naamloos-2 1

G_Column.indd 38

31-07-20 14:43

30-01-2024 17:50


Mainnovation, grondlegger van de Value Driven Maintenance methodologie, biedt MEERwaarde. Wij geloven in de kracht van Reliability Engineering plus Maintenance Engineering. Wie effectief en structureel verbeteringen wil doorvoeren op het gebied van Maintenance & Asset Management, heeft RE én ME capaciteit nodig. Haal het maximale uit de assets, minimaliseer storingen en ga aan de slag met preventieve onderhoudsschema’s voor optimale betrouwbaarheid, beschikbaarheid en compliance. RE studies daadwerkelijk implementeren én borgen: ME + RE = MEERwaarde.

Meer info op mainnovation.com/nl/meerwaarde

C_Inhoud.indd 4

31-01-2024 09:50


Deze dynamische tijden vragen om flexibele oplossingen. Als internationale aardgasleverancier werken wij met prijs- en leveringsconcepten op maat en weten we alles van risicomanagement. Graag analyseren wij met u de risico’s waardoor onze oplossingen aansluiten op uw behoeften. Zoekt u een professionele partner? Op ons kunt u rekenen. Neem contact met ons op als u wilt weten wat onze energieoplossingen voor uw bedrijf kunnen betekenen: omv-gas.nl

210x297_omv_anz_nl_0921_rz.indd 2 C_Inhoud.indd 4

24.09.21 09:50 11:29 31-01-2024


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.