Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta
Nr. 2 - 2024 www.petrochem.nl • losse verkoopprijs € 23,50
moeten onze strategische assets koesteren’ • Chemelot: Samen in transitie Finalisten Plant Manager of the Year 2024 bekend • Topic: Procesoptimalisering
‘We
Deze dynamische tijden vragen om flexibele oplossingen. Als internationale aardgasleverancier werken wij met prijs- en leveringsconcepten op maat en weten we alles van risicomanagement. Graag analyseren wij met u de risico’s waardoor onze oplossingen aansluiten op uw behoeften. Zoekt u een professionele partner? Op ons kunt u rekenen. Neem contact met ons op als u wilt weten wat onze energieoplossingen voor uw bedrijf kunnen betekenen: omv-gas.nl
10 ‘KOESTER ONZE STRATEGISCHE ASSETS’
Terwijl de Europese procesindustrie het moeilijk heeft, investeert het Finse Neste momenteel meer dan 2,5 miljard euro in innovatieve projecten in de Rotterdamse haven. Gestuwd door een groeiende Europese markt voor biobrandstoffen. Volgens Bart Leenders van Neste ligt daar ook een sleutel voor een toekomstbestendige chemische industrie. ‘Verplicht voor plastics ook het bijmengen van circulaire en biogebaseerde grondstoffen, dan creëer je ook op dat vlak een markt voor duurzamere alternatieven.’
14 CHEMELOT: SAMEN IN TRANSITIE
Chemelot, het grote industriecluster in Nederlands Limburg, wil de eerste volledig circulaire chemische site van Europa worden. Deze ambitie is niet alleen een technische uitdaging, maar behelst ook een ingrijpende maatschappelijke opgave. Het behouden van een licence to operate, oftewel maatschappelijke acceptatie, is hierbij cruciaal.
24 ‘DOEL IS DAT WE KONINKLIJKE EPT WORDEN’ Vijfentwintig jaar geleden begon Miguel Anento-Glim als maintenance engineer bij wat toen nog DSM was en nu Arlanxeo is. Inmiddels is hij sitemanager en streeft hij naar het behalen van de titel Koninklijke EPT. Dit predicaat wordt pas verleend bij een honderdjarig bestaan en een onberispelijke reputatie. Om dit te bereiken, moet hij de toekomst van het bedrijf ten minste voor de komende 45 jaar veiligstellen.
28 TOPIC PROCESOPTIMALISERING
Shell Moerdijk krijgt een ander aanzicht. Zestien oude fornuizen worden vervangen door acht nieuwe exemplaren. Ook zullen vier schoorstenen verdwijnen. De enorme operatie dient een belangrijk doel: het verhogen van de efficiency van het kraakproces en het verminderen van de CO2-emissie.
32 FINALISTEN PLANT MANAGER OF THE YEAR
Maak kennis met de finalisten voor de verkiezing van de Plant Manager of the Year 2024. Dit jaar strijden Miguel Anento-Glim (Arlanxeo), Marjan Rijckaert (Avient), René Stoel (Koole Terminals) en Guliz Talay (Dow) om de titel. Op 13 juni wordt tijdens Chemelinqs24 in Geleen de opvolger van Anne Arkenbout (Nobian) bekendgemaakt.
IN DEZE EDITIE PETROCHEM 2 - 2024 3
Commentaar 5 Feiten en cijfers • Rechtbank vernietigt omgevingsvergunning N05-A platform • Indorama Ventures wil PET- en PTA-fabrieken Rotterdam sluiten 6 Petrochem platform 36 Column • Chris Aldewereld 38
EN VERDER
Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta
UITGAVE VAN: Industrielinqs pers en platform BV, Vlielandstraat 2 – unit 263, 1506 ZK Zaandam redactie@industrielinqs.nl website: www.petrochem.nl
HOOFDREDACTIE: Wim Raaijen | wim@industrielinqs.nl
REDACTIE: Jacqueline van Gool, Monique Harmsen, Liesbeth Schipper, Breg Schoen redactie@industrielinqs.nl
VASTE MEDEWERKERS:
Chris Aldewereld, Henk Leegwater, Wim Soetaert, Francis Voermans, Evi Husson
LAY-OUT: Bureau OMA, Doetinchem
OMSLAGFOTO: Shell
ADVERTENTIEVERKOOP: Jetvertising BV, Robbin Hofman 070 3990 000 | robbin@jetvertising.nl
TRAFFIC: Breg Schoen | breg@industrielinqs.nl
COMMERCIEEL MANAGER: Janet Robben | 06 38 73 70 39 | janet@industrielinqs.nl
DRUKWERK: Veldhuis Media
ABONNEMENTEN (excl. 9% BTW)
Nederland/België € 191,- per jaar
Overig buitenland € 223,- per jaar Losse verkoopprijs € 24,-
Meer informatie vindt u via www.petrochem.nl/abonneren
OPZEGGEN: Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen en wijzigen kan via abonnementen@industrielinqs.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door ons is ontvangen. Als u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Overige vragen kunt u stellen via abonnementen@industrielinqs.nl
ISSN: 1380-6386
Prijswijzigingen voorbehouden. © Industrielinqs pers en platform BV
Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever.
Papier:
ADVERTENTIE-INDEX Aannemingsbedrijf Qualm 30 Delta Heat Services ........................................................... 4 Delta Temp 30 Logisticon Water Treatment .............................................. 8 Mainnovation 18 Market review ................................................................. 34 NSI Mobile Water Solutions 20 OMV Gas Marketing Trading & Finance .......................... 2 RijnDijk Staalconstructies 39 Van Meeuwen Industries ................................................ 40 Vecom Group 34 VEGA Meet- en Regeltechniek ....................................... 26 +31(0)187 - 496940 | WWW.DELTA-HEAT-SERVICES.COM Vestigingen: Stellendam • Elsloo • Antwerpen
SPECIALIST IN HEAT TREATMENT
Nummer 2 - 2024
Het is een transitie, geen revolutie. Een transitie vraagt geduld van de samenleving en de politiek.
Snelkookpan
Industriële transformatie heeft een lange adem nodig. Maar hoe eerder je die inzet, hoe sneller je tot resultaat komt. No time to waste. Twee industriële reuzen, Sabic en Neste, toonden nog voor de COVID-19 pandemie en de Oekraïne-crisis een vooruitziende blik die verschillende andere bedrijven nog ontberen. De twee crises hebben de noodzaak van een Europese industriële transformatie alleen maar versterkt. De noodzaak sudderde een tijdje in een braadpan. Die is nu ingewisseld voor een snelkookpan.
Naadloos
Het sluiten van Sabic’s kraker Olefins-3 op Chemelot is geen symptoom van industriële aftakeling, maar een dappere stap richting noodzakelijke verandering. Een noodzaak die door het concern vroegtijdig – en hopelijk op tijd – is herkend. In een tijdperk waar pandemieën en geopolitieke crises de regels van het spel herdefiniëren, is stilstand nog meer synoniem geworden aan achteruitgang.
Sabic’s recente turnaround is niet zomaar groot onderhoud; het is een shift van binnenuit. Ingrijpende vernieuwingen, ondersteund door investeringen in chemische recycling en elektrificatie, zijn niet slechts aanpassingen maar een heruitvinding van Sabic’s bedrijfsvoering in Europa. Doel: een toekomst met steeds minder uitstoot en een verschuiving naar biogebaseerde en circulaire grondstoffen.
Parallel hieraan is Neste’s gigantische financiële injectie van 2,5 miljard euro in verschillende projecten in Rotterdam niet zomaar een zakelijk slimme uitbreiding. Het is een schaakzet die de afhankelijkheid van Europa van fossiele brandstoffen moet verminderen. Neste’s plannen voor een nieuwe bioraffinaderij en hernieuwbare vliegtuigbrandstof zijn niet alleen investeringen in de toekomst van het bedrijf, maar in de toekomst van de planeet. Waar anderen aarzelen, handelt Neste met een geen-woorden-maar-daden-ethos dat naadloos aansluit bij de Rotterdamse nuchterheid.
Geen revolutie
Deze initiatieven zijn voorbeelden van hoe de Europese industrie kan en moet veranderen. Het gaat hier niet om optionele
aanpassingen, maar om een urgente transitie die essentieel is voor zowel de mondiale leefbaarheid als de economische stabiliteit. De oude, vervuilende fabrieken die deel uitmaken van ons industriële landschap? Die tijd is voorbij. Voor de industrie is het tijd om stevig te vernieuwen of het risico te lopen irrelevant te worden.
Deze omschakeling is geen eenvoudige onderneming. Het vereist visionair leiderschap, robuuste investeringen en een onwrikbare toewijding aan duurzaamheid. Laat dit een oproep zijn aan alle Europese industrieën: de tijd van halfslachtige maatregelen en oppervlakkige verduurzaming is voorbij. Het is tijd voor radicale innovatie en echte verandering. Bedrijven die deze uitdaging aangaan, zullen de leiders zijn in een nieuw tijdperk. Zij die weigeren zullen achterblijven. De mars naar duurzaamheid is niet alleen een ecologische noodzaak, het is een strijd om economische relevantie in een snel veranderende wereld.
Samen
Het is tegelijkertijd ook een oproep aan de samenleving en de politiek. Vooropgesteld: zorgen om het klimaat zijn terecht. Verschillende bedrijven, zoals Sabic en Neste, voelen die noodzaak voor verandering ook. Maar het is een transitie, geen revolutie. Een transitie vraagt geduld van de samenleving en de politiek. Het gaat om enorme investeringen, veelal in innovatieve technologieën en nieuwe ketens. Technologieën die vaak nog deels ontwikkeld moeten worden. Zoveel pasklare technologie ligt er niet op de plank. Bovendien staat de chemie bekend als een kapitaalintensieve industrie. Ook daardoor kan een totale transformatie niet van de ene op de andere dag. Het is vooral belangrijk om het idealisme en het realisme bij elkaar te brengen. Ook door met elkaar in gesprek te gaan. Transitie vraagt niet om polarisatie, maar om verbinding. Transitie doe je samen. Reageren? Via de mail: wim@industrielinqs.nl
COMMENTAAR PETROCHEM 2 - 2024 5
Waterzuiveringsspecialist Paques start een pilottest om natuurlijke vlokmiddelen te produceren uit afvalwater. Deze biobased vlokmiddelen kunnen worden gebruikt als alternatief voor de nu veel gebruikte polyacrylamides. Paques begon twee jaar geleden met de ontwikkeling van een reactor voor de productie van dit type biopolymeren. Nu is het bedrijf begonnen met de bouw ervan om pilottests uit te voeren. Paques heeft al laten zien dat polymeren die op deze manier worden gemaakt, geschikt zijn om vaste stoffen uit baggerwater te verwijderen. De pilotinstallatie zal op verschillende sites worden getest met verschillende types afvalstromen en afvalwater.
Delamine heeft plannen om een deel van haar productie te elektrificeren Door middel van thermische en mechanische damprecompressie denkt de ethyleenamine-producent in Delfzijl veel energie te kunnen terugwinnen. Het bedrijf gaat nu het aanpassen van de elektrische infrastructuur en het plaatsen van een mechanische dampcompressor in een voorproject nader uitwerken. Daarna neemt het bedrijf de investeringsbeslissing. Als deze positief is, zullen de projecten in 2025/2026 worden uitgevoerd. Delamine is een joint venture van Nouryon en Tosoh Corporation Japan. Het bedrijf wil uiterlijk in 2030 de totale carbon-footprint met vijftig procent reduceren.
Nederland, Noorwegen, Denemarken, België en Zweden hebben afspraken gemaakt over grensoverschrijdend transport en opslag van CO2. Deze overeenkomst volgt op diverse bilaterale afspraken tussen de verschillende landen. Met de overeenkomsten vallen obstakels weg naar een goed functionerende markt voor CO2-afvang en -opslag in het Noordzeegebied. De samenwerking is een belangrijke stap in de ontwikkeling van een open Europese CCS-markt. Demissionair minister Rob Jetten gaf aan goede hoop te hebben dat binnenkort een concreet project tussen Nederland en Noorwegen volgt.
SABIC SLUIT OLEFINS-3 KRAKER GELEEN NA ONDERHOUDSSTOP
Sabic is begonnen met een turnaround op haar locatie in Geleen. Met het onderhoudsproject is een investering van meerdere miljoenen euro’s gemoeid. Naast de Olefins 3 naftakraker worden vijf andere installaties van het krakercomplex stilgelegd. Omdat de krakersectie van Olefins 3 definitief uit bedrijf wordt genomen, wordt deze tijdens de turnaround ontkoppeld. Twee jaar geleden was er al sprake van een eventuele sluiting van één van de twee krakers van Sabic op Chemelot. Het bedrijf stelde toen dat het bezig was met een strategische heroriëntatie waarbij het sluiten van een kraker een eventuele optie was. De Olefins-3 kraker is ruim vijftig jaar oud. Naftakraker Olefins 4 blijft normaal functioneren.
Een van de belangrijkste onderdelen van de strategie voor de site in Geleen is nu de ontwikkeling van de recyclingfabriek van Sabic Plastic Energy Advanced Recycling. Deze fabriek om kunststoffen chemisch te recyclen nadert afronding, laat Sabic weten.
GASUNIE INVESTEERT 4 MILJARD IN ONDERHOUD EN AANLEG INFRASTRUCTUUR
Gasunie heeft tienjarige raamovereenkomsten afgesloten met zes aannemers. Met de overeenkomst is een investering van vier miljard euro gemoeid, verspreid over een periode van tien jaar. Het zwaartepunt van de investeringen ligt op het behoud van een veilig en betrouwbaar gasnetwerk. Daarnaast investeert Gasunie in nieuwe leidingen voor het transport van waterstof en CO2
Gasunie ondertekent de tienjarige contracten met Heijmans Infra, A. Hak Leidingbouw, Visser & Smit Hanab, Combinatie Van Voskuilen Industrie / Van Gelder Kabel-, Leiding-, en Montagewerken, MVOI en de Combinatie De Romein Infra & Milieu / Max Streicher.
RECHTBANK VERNIETIGT OMGEVINGSVERGUNNING N05-A PLATFORM
De rechtbank heeft de omgevingsvergunning voor de aanleg van het N05-A platform van ONE-Dyas ten noorden van Schiermonnikoog vernietigd. De redenen hiervoor zijn dat het bedrijf volgens de rechter onvoldoende heeft gekeken naar de stikstofdepositie en de verstoring van beschermde zeezoogdieren door onderwatergeluid ONE-Dyas wil gas winnen in de Noordzee op ongeveer twintig kilometer ten noorden van Schiermonnikoog. De gasvelden liggen deels in Nederlandse territoriale wateren en deels in Duitse territoriale wateren. De staatssecretaris van Economische zaken en Klimaat had toestemming gegeven om in totaal 14,2 miljard kubieke meter aardgas te produceren gedurende een periode van maximaal 35 jaar. Ook verleende hij een vergunning voor het oprichten en in gebruik nemen van een boorplatform. Deze is nu vernietigd. De rechtbank oordeelt dat de besluiten die gaan over het winnen van aardgas en het aanleggen van een pijpleiding en een elektriciteitskabel in stand blijven. One-Dyas nam in 2022 samen met partners EBN en Hansa de definitieve investeringsbeslissing voor de ontwikkeling van het platform. Hiermee is een investering van ruim een half miljard euro gemoeid. In december 2022 begon de bouw van platform N05-A bij HSM Offshore Energy in Schiedam. Het platform is nu bijna gereed voor transport naar locatie N05-A in de Noordzee. One-Dyas heeft aangegeven dat het doel blijft om eind 2024 het eerste aardgas beschikbaar te hebben.
FEITEN & CIJFERS PETROCHEM 2 - 2024 6 Blijf op de hoogte en schrijf u in voor de nieuwsbrief op www.petrochem.nl
INDORAMA VENTURES WIL PET- EN PTA-FABRIEKEN ROTTERDAM SLUITEN
Indorama Ventures overweegt sluiting van haar PTA- en PET-fabrieken in de Rotterdamse haven. Het bedrijf gaat in overleg met de vakbonden over de gevolgen van deze ontwikkelingen voor de site.
Volgens Indorama drukken stijgende kosten voor personeel, grondstoffen en energie en de goedkope import vanuit andere landen op de concurrentiekracht van de site in Rotterdam. Het bedrijf wil PTA en PET na sluiting van de fabrieken in Rotterdam vanaf andere sites aan klanten leveren. Indorama Ventures nam de Rotterdamse site in 2008 over van Eastman Chemical Company. Het bedrijf produceert er 700.000 ton PTA en 200.000 ton PET per jaar.
BASF, SABIC EN LINDE STARTEN ELEKTRISCHE KRAKER OFFICIEEL OP
BASF, Sabic en Linde hebben hun elektrische stoomkraakinstallatie op de site van BASF in Ludwigshafen officieel in gebruik genomen. De drie partijen werkten drie jaar aan het ontwerp, de engineering en de bouw van de faciliteit.
Normaal gesproken worden de hoge temperaturen waarbij het kraakproces plaatsvindt, bereikt door verbranding van fossiele brandstoffen. Met de demo-installatie willen BASF, Sabic en Linde laten zien dat het mogelijk is om een continue olefineproductie te realiseren met elektrisch verwarmde fornuizen. De demo-installatie gaat olefines zoals etheen en propeen produceren en mogelijk ook zwaardere olefines uit andere grondstoffen. De kraker is geïntegreerd met de bestaande stoomkrakers op de site in Ludwigshafen. In de komende periode gaan de partijen data en informatie verzamelen, onder andere over het gedrag van de gebruikte materialen in commerciële procescondities. Het is de bedoeling dat de technologie daarna breder in de markt toepasbaar zal zijn. De drie partners testen twee verschillende verwarmingsconcepten in twee verschillende kraakovens. In het ene fornuis passen de partijen directe verwarming toe met een elektrische stroom op de kraakbuizen. In het tweede fornuis wordt indirecte verwarming gebruikt door verwarmingselementen rondom de buizen te plaatsen. Met de twee fornuizen kunnen de bedrijven ongeveer vier ton grondstoffen per uur verwerken. Hierbij verbruikt de installatie zes megawatt aan – hernieuwbare – elektriciteit.
ENGIE INVESTEERT IN GROEN GAS IN NEDERLAND
Engie neemt twee groen-gasinstallaties in Hardenberg en Alkmaar over. De installaties hebben een jaarlijkse productiecapaciteit die overeenkomt met respectievelijk 90 GWh en 47 GWh. Voor Engie in Nederland zijn het de eerste productie-installaties voor groen gas.
Engie wil tegen 2030 tweehonderd miljoen kubieke meter groen gas produceren in Nederland. Daarbij loopt Engie vooruit op aankomende wet- en regelgeving. In 2026 wordt een bijmengverplichting van kracht, die ervoor moet zorgen dat in 2030 ongeveer 1,1 miljard kubieke meter groen gas wordt bijgemengd in het Nederlandse aardgasnet.
In Frankrijk is Engie al marktleider in de productie van groen gas, met een productiecapaciteit van 0,7 TWh. Met de overnames in Nederland en twee recente overnames in het Verenigd Koninkrijk, komt de totale productiecapaciteit van groen gas in Europa op 1,1 TWh. Engie wil dit in 2030 opschalen tot 10 TWh.
Rubis Terminal in Rotterdam heeft de officiële aftrap gegeven voor een nieuw uitbreidingsproject. Phase 4 omvat de bouw van negen nieuwe opslagtanks met een totale capaciteit van 28.000 kubieke meter. Het bedrijf wil de nieuwe opslagtanks in april 2025 in gebruik te nemen. De nieuwe tanks zijn geschikt voor opslag van verschillende (petro)chemicaliën, biobrandstoffen en circulaire producten zoals pyrolyse-olie. De tanks worden in Antwerpen gebouwd door Ivens. Dura Vermeer Haven & Industrie is als contractor in de arm genomen.
Linde Engineering gaat bij Yara in Sluiskil een grootschalige installatie bouwen om CO2 vloeibaar te maken. Dit project maakt deel uit van het streven van Yara om jaarlijks 800.000 ton CO2 af te vangen, vloeibaar te maken en naar een permanente opslag onder de Noorse Noordzee te brengen. De installatie komt naast de bestaande ammoniakfabriek van Yara te staan. De opstart van de nieuwe faciliteit is voor 2026 voorzien. In de installatie wordt het CO2 afkomstig uit de ammoniakproductie klaargemaakt voor transport. Hierbij wordt het gecomprimeerd, gedroogd en met een koelmiddel vloeibaar gemaakt. Yara slaat het vloeibare CO2 op in horizontale tanks met een totaal opslagvolume van 15.000 kubieke meter. Hierna gaat het per schip naar de definitieve opslaglocatie.
Covestro neemt op zijn Antwerpse site de eerste fabriek voor de productie van polycarbonaat copolymeren op industriële schaal in gebruik. De nieuwe technologie, die intern werd ontwikkeld, is gebaseerd op een innovatief en oplosmiddelvrij smeltproces in combinatie met een nieuw reactorconcept. Dit maakt de productie van polycarbonaten met aanpasbare eigenschappen mogelijk. Met de productie-installatie is een investering van ongeveer 50 miljoen euro gemoeid. Het nieuwe productieproces is aangesloten op de bestaande infrastructuur in Antwerpen met al vier productielijnen voor polycarbonaat.
PETROCHEM 2 - 2024 7
Hergebruik met een spetterende indruk
Verminder uw water-footprint en hergebruik uw (afval)water efficiënter! Logisticon helpt uzoeken naar alternatieve waterbronnen en behandelt deze met slimme innovatieve technieken om het gebruik van (drink)water te verminderen en zo tot duurzame oplossingen te komen voor uw productieproces.
Kies uit permanente, mobiele of pilot-oplossingen - koop, lease, huur of volledige outsourcing. Al 35 jaar is Logisticon Water Treatment uw bewezen partner voor heldere oplossingen.
Logisticon Water Treatment B.V.
Logisticon Verhuur B.V.
Energieweg 2
2964 LE Groot-Ammers, Nederland
T +31 (0)184
60
82 60
E water@logisticon.com
W www.logisticon.com
MAKING WATER WORK Sales. Rental. Service.
EERSTE BORING PORTHOS ONDER ZEEWERING MAASVLAKTE
Met de eerste boring onder de zeewering op de Maasvlakte, is de fysieke aanleg van het CO2-transport en -opslagproject Porthos van start gegaan. De afgelopen maanden vonden voorbereidende werkzaamheden plaats.
Het project voorziet in transport van afgevangen CO2 in de Rotterdamse haven via een compressorstation op de Maasvlakte, en vanaf daar via een pijpleiding naar een platform op ongeveer twintig kilometer uit de kust. Vanaf het platform wordt het CO2 permanent opgeslagen in lege gasvelden op drie tot vier kilometer onder de Noordzeebodem. Nu is de boorgang geboord die onder de zeewering op de Maasvlakte door loopt. De boor die dit werk uitvoert heeft een diameter van ruim driehonderd millimeter. De boorgang loopt onder de zeewering door tot vlak onder de zeebodem. De mantelbuis waardoor de CO2-leiding zal lopen, heeft een diameter van achthonderd millimeter. De boorgang zal daarom nog worden verruimd. De mantelbuis heeft een totale lengte van zeshonderd meter en bestaat uit 34 aan elkaar gelaste buizen. De mantelbuis zal vanaf landzijde door het boorgat worden geduwd. Volgend jaar zal het consortium de CO2-leiding zelf door de mantelbuis leiden. Porthos is een joint venture van EBN, Gasunie en Havenbedrijf Rotterdam. Porthos gaat ongeveer 2,5 Mton CO2 per jaar opslaan gedurende vijftien jaar, tot een totaal van ongeveer 37 Mton. Als alles volgens planning verloopt kan Porthos vanaf 2026 beginnen met de opslag.
CONTRACTEN VOOR UITBREIDING BOTLEK STOOMNETWERK
Een groep industriële spelers in het Botlekgebied in Rotterdam heeft contracten ondertekend voor de uitbreiding van het Botlek Stoomnetwerk. De voorbereidende werkzaamheden zijn al begonnen. NetVerder, dochter van netwerkbedrijf Stedin Groep, is verantwoordelijk voor de uitbreiding van het Botlek Stoomnetwerk. Aannemer A.Hak gaat de bouw van de uitbreiding uitvoeren. Deze zal naar verwachting begin 2026 gereed zijn. Afvalverwerker AVR en chemiebedrijf Cabot Corporation genereren stoom uit teruggewonnen energie van hun bedrijfsprocessen. Hierdoor is minder aardgas nodig om stoom te produceren. LyondellBasell wordt de grootste afnemer van deze stoom. Daarnaast gebruikt ook Huntsman stoom uit dit stoomnetwerk. Lanxess is al vanaf 2013 aangesloten op het stoomnetwerk van NetVerder en blijft stoom van AVR en Cabot gebruiken. De uitbreiding wordt overgedimensioneerd aangelegd. Dit betekent dat het netwerk is voorbereid op toekomstige ontwikkelingen en veel meer aankan dan nu nodig is.
De Noorse energieproducent Statkraft gaat de ontwikkeling van een elektrolyzer in de Port of Den Helder onderzoeken in het kader van het groene-waterstofproject Zephyros. In de eerste fase van het project zal Statkraft een elektrolyse-capaciteit van 1 tot 2 MW installeren. Hiermee kan het 100 tot 200 ton groene waterstof per jaar produceren. Het bedrijf wil deze elektrolyzer in 2026 realiseren. In een volgende fase wil het bedrijf de capaciteit opvoeren. Uiteindelijk wil Statkraft ongeveer vijftien- tot twintigduizend ton groene waterstof per jaar in Nederland gaan produceren. Het Zephyros-project is een initiatief van Port of Den Helder, TotalEnergies, Engie en DAMEN. Doel van het project is om een volledig groene-waterstofketen in de haven van Den Helder te realiseren waarbij de waterstof wordt ingezet in de maritieme sector.
OCI Terminal Europoort heeft een vergunning verkregen om een grote ammoniakopslagtank te bouwen in de Rotterdamse haven. De nieuwe opslagtank krijgt een capaciteit van 60.000 ton ammoniak en gaat voldoen aan de PGS12-richtlijn (Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen voor ammoniak). Hierin staan de Beste Beschikbare Technieken voor ammoniakop- en overslag omschreven. Deze richtlijn wordt op initiatief van DCMR geactualiseerd omdat deze is verouderd en minder geschikt is voor grootschalige ammoniakopslagen. Binnenkort stelt de werkgroep een conceptversie hiervan vast. Vooruitlopend hierop heeft DCMR de eisen uit deze nieuwe concept-PGS12 al gebruikt om de vergunningaanvraag van OCI te toetsen. Een voorbeeld van een nieuwe eis is dat de opslagtank een dubbele stalen wand en een betonnen buitenwand heeft.
Borealis werkt op haar site in Antwerpen aan een upgrade van de faciliteit die halfgeleiderverbindingen produceert voor direct stroom (DC) hoogspanningstoepassingen, voor offshore wind en interconnector-projecten. Het project moet het derde kwartaal van dit jaar worden opgeleverd.
FEITEN & CIJFERS PETROCHEM 2 - 2024 9
PRIJS PER VAT IN US DOLLARS 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 96 15 12 11 10 98543228272625222120 19 141815 1312 11 87654129282726 februari 2024 maart 2024 april 2024
BRENT RUWE OLIEKOERS
‘We
moeten strategische assets koesteren’
INTERVIEW PETROCHEM 2 - 2024 10
Terwijl de Europese procesindustrie het moeilijk heeft, investeert het Finse Neste momenteel meer dan 2,5 miljard euro in innovatieve projecten in de Rotterdamse haven. Gestuwd door een groeiende Europese markt voor biobrandstoffen. Volgens Bart Leenders van Neste ligt daar ook een sleutel voor een toekomstbestendige chemische industrie. ‘Verplicht voor plastics het bijmengen van circulaire en biogebaseerde grondstoffen, dan creëer je ook op dat vlak een markt voor duurzamere alternatieven.’
Wim Raaijen De cultuur van het Finse Neste lijkt prima te passen bij de Rotterdamse mentaliteit. Geen woorden maar daden. ‘We zijn meer van het doen, dan van het praten’, stelt Bart Leenders, executive vice president Technology and Projects bij het concern. Zonder het te veel te tamboereren, investeert het bedrijf in Rotterdam in een periode van vijf à zes jaar meer dan 2,5 miljard euro in verschillende innovatieve installaties. Waaronder de bouw van een nieuwe bioraffinaderij naast de bestaande fabrieken op de Maasvlakte. De nieuwe raffinaderij moet in 2026 in gebruik worden genomen. Twee jaar geleden nam het hoofdkantoor de definitieve investeringsbeslissing voor deze investering van bijna twee miljard euro. En het koos voor de Rotterdamse haven en niet voor het Finse Porvoo, omdat een afweging van de kosten significant in het voordeel van Rotterdam uitviel. Doorslaggevend waren de lagere investeringskosten. Verder speelde de goede beschikbaarheid van waterstof met een lage CO2-voetafdruk mee, net als de bereikbaarheid en nabijheid van nieuwe markten.
2,7 miljoen ton per jaar
Toch was het allesbehalve een gemakkelijke beslissing. Leenders: ‘De Nederlandse stikstofdebatten sijpelden ook door bij ons hoofdkantoor.’ Die zetten de Rotterdamse kans op een tweede raffinaderij stevig onder druk. ‘Rotterdam leek zelfs even geen optie meer. We moesten heel goed uitleggen wat wel mogelijk was en gelukkig hebben we hiervoor ook verschillende Nederlandse ministeries kunnen mobiliseren. Die hebben echt met lef gehandeld, door bijvoorbeeld een bijmengverplichting voor vliegtuigbrandstoffen te implementeren en het
PETROCHEM 2 - 2024 11
FOTO’S: NESTE
CO2-opslagproject Porthos mogelijk te maken. Bij ons hoofdkantoor viel dat goed. Natuurlijk moeten plannen goed overwogen worden en een paar keer heen en weer, maar uiteindelijk moet er een keuze worden gemaakt. Dan kunnen de handen uit de mouwen.’
Ook is Leenders zeer te spreken over de ambities van enkele vliegmaatschappijen. Zo sloot Neste eind 2022 een overeenkomst met Air France-KLM voor de levering van meer dan een miljoen ton duurzame vliegtuigbrandstof. Het bedrijf levert de biokerosine over een periode van acht jaar, met ingang van 2023. Daarmee gaat de vliegmaatschappij verder dan de wettelijke verplichting om zes procent biokerosine bij te mengen. Leenders: ‘Dus ze hoeven niet zo ver te gaan, maar doen het wel. Dat is heel belangrijk voor het creëren van
een nieuwe markt. Biokerosine is zeker niet goedkoper dan de bestaande fossiele variant.’
De nieuwe fabriek voor hernieuwbare brandstoffen wordt gebouwd op de Maasvlakte in Rotterdam. Het bedrijf heeft daar al een raffinaderij voor hernieuwbare diesel, waarover Leenders tussen 2010 en 2015 als directeur de scepter zwaaide. Hij kwam in 2010 over van chemiebedrijf Huntsman toen de bouw van de raffinaderij net was begonnen, net als de werving van het personeel. Voor Rotterdamse begrippen is de bestaande fabriek nog relatief nieuw en met een huidige capaciteit van 1,4 miljoen ton op dit moment de grootste bioraffinaderij in Europa. Met de nieuwe productie-eenheid komt er nog eens 1,3 miljoen ton per jaar bij. De totale capaciteit voor hernieuwbare producten in
Bart Leenders: ‘Als je goed betaalt, zijn de mensen er wel. En dan kun je ook eisen stellen aan de kwaliteit van de mensen. Dat is de basis.’
Rotterdam komt dan op 2,7 miljoen ton per jaar, waarvan 1,2 miljoen ton duurzame vliegtuigbrandstof.
Solid oxide elektrolyzer Tegelijkertijd met de bouw van de nieuwe raffinaderij lopen op de Maasvlakte-site ook nog andere projecten. Al eerder, in 2021, begonnen de werkzaamheden voor aanpassing van de bestaande raffinaderij. Die maakt vanaf dit jaar de productie van maximaal 500 kiloton duurzame vliegtuigbrandstof per jaar mogelijk. Het gaat om een investering van ongeveer 240 miljoen euro. Een nieuw fornuis zal het gebruik van brandstofgassen die tijdens het proces worden geproduceerd, maximaliseren. Daardoor verminderen de broeikasgasemissies van de hele productielocatie met zeven procent.
Ook installeert Neste een hoge-temperatuur elektrolyzer voor de productie van groene waterstof. Twaalf elektrolyse-modules hebben samen een capaciteit van 2,6 megawatt. Dat is de grootste capaciteit voor een hoge-temperatuur elektrolysesysteem in een industriële omgeving.
Het gaat om een relatief nieuw type elektrolyzer, de zogenaamde solid oxide. De temperatuur kan in deze elektrolyzer oplopen tot 850 graden Celsius. Daarbij maakt het systeem gebruik van industriële restwarmte, waarbij stoom wordt omgezet in waterstof. Leenders: ‘Door hoge-temperatuur stoom te gebruiken, is beduidend minder elektriciteit nodig, waardoor we de waterstof tegen lagere kosten kunnen produceren.’ Een belangrijke ontwikkeling, omdat elektrolyse van water in minder zonovergoten landen relatief duur is, doordat duurzame stroom er kostbaarder is.
Waterzuivering
Ook op het gebied van waterzuivering loopt er een grote investering van 200 miljoen euro. ‘We breiden de bestaande waterzuivering uit. Onze grondstoffen zijn afval- en reststromen. Daar zit veel water in en we moeten de verontreinigingen die ook in de grondstoffen meekomen eruit halen zodat we schoon water kunnen lozen. Sowieso moeten we onze afvalwaterzuivering uitbreiden vanwege de groeiende capaciteit.’ De bouw van een nieuwe waterzuiveringsinstallatie
INTERVIEW PETROCHEM 2 - 2024 12
is bovendien noodzakelijk om te voldoen aan regelgeving, vooral als het gaat om de stikstofconcentratie in het effluent van het afvalwater. De nieuwe installatie is gereed voor toekomstige ontwikkelingen en wordt dicht bij de bestaande raffinaderij gebouwd. Naar verwachting wordt de nieuwe waterzuiveringsinstallatie in de tweede helft van dit jaar in gebruik genomen.
Reststromen
En dan nam Neste eind 2020 ook nog eens de Rotterdamse raffinaderij van Bunge Loders Croklaan over. De raffinaderij staat naast die van Neste en bestaat uit een voorbehandelingsinstallatie, een tankpark, aanlegsteigers en een pijpleidingverbinding naar het terrein van Neste. Met de overname van de raffinaderij wil Neste de voorbehandelingscapaciteit voor hernieuwbare grondstoffen in Rotterdam sneller opschalen en een steeds complexere afval- en reststoffenstroom kunnen verwerken. Leenders: ‘We bouwen de Bunge-fabriek daarom om van plantaardige oliën als grondstof naar afval- en reststromen.’ De voltooiing van deze ombouw wordt volgend jaar verwacht.
Mensen
Leenders is tevreden over hoe de werkzaamheden tot nu toe verlopen. ‘Allereerst op het gebied van veiligheid. Daar gaat heel veel aandacht naartoe. Ook loopt alles op schema en dat is tegenwoordig niet eenvoudig.’ Hoge kosten voor materiaal en personeel en bovendien krapte op de arbeidsmarkt, zetten investeringsprojecten stevig onder druk. ‘We merken dat we er vooral zelf meer werk aan hebben. Maar als je goed betaalt, zijn de mensen er wel. En dan kun je ook eisen stellen aan de kwaliteit van de mensen. Dat is de basis. Beschikbaarheid van goede mensen is de belangrijkste factor.’
Nieuw ecosysteem
Voor het succes van de strategie van Neste is groei van de Europese markt voor duurzame brandstoffen heel belangrijk. Leenders: ‘Op twee terreinen heeft Europa grote uitdagingen. Op het gebied van klimaat en op dat van geopolitiek. Natuurlijk zullen er global supply chains blijven bestaan, maar Europa moet ook
Bart Leenders: ‘Door een markt in een markt te creëren, versterk je ook de strategische autonomie van Europa.’
op zichzelf kunnen staan. Tijdens de coronaperiode werden we al met de neus op de feiten gedrukt. Dat werd door de Oekraïne-crisis en de stijgende energieprijzen alleen maar versterkt. We moeten echt onze strategische assets koesteren en verduurzamen. Daar is veel lef voor nodig. En we moeten denken in oplossingen in plaats van problemen.’ Er valt volgens Leenders veel te leren van het ontstaan van een markt voor biobrandstoffen. ‘We hebben in het begin veel partijen moeten overtuigen, maar nu zien ook milieuorganisaties ons onderdeel van de oplossing. De verplichte bijmenging van biobrandstoffen is goed voor het klimaat want het gebruik van onze biodiesel realiseert negentig procent minder CO2-uitstoot in vergelijking met fossiele diesel. Door een markt in een markt te creëren, versterk je ook de stra-
tegische autonomie van Europa. Dat is een goed voorbeeld voor andere sectoren, bijvoorbeeld de chemische industrie.’ Elke sector moet oplossingen zoeken, stelt Leenders. ‘Verplicht op Europees niveau bijvoorbeeld het bijmengen van circulaire en biogebaseerde grondstoffen voor plastics. Dat creëert ook op dat vlak een markt voor duurzamere oplossingen. Op die manier kunnen bedrijven investeren en creëer je een nieuw ecosysteem, waarbij niet alleen wordt gekeken naar wat vandaag de goedkoopste route is met het risico dat de verduurzaming stilstaat. Gelukkig is Europa op dat vlak in gesprek met de industrie en roepen Nederland, Ierland, Tsjechië en Frankrijk de Europese Commissie op om met een European Sustainable Carbon Policy Package te komen. Vooralsnog lijkt dat de beste manier om het voor elkaar te krijgen.’ ■
PETROCHEM 2 - 2024 13
Samen in transitie
Chemelot, het grote industriecluster in Nederlands Limburg, wil de eerste volledig circulaire chemische site van Europa worden. Deze ambitie is niet alleen een technische uitdaging, maar behelst ook een ingrijpende maatschappelijke opgave. Het behouden van een licence to operate, oftewel maatschappelijke acceptatie, is hierbij cruciaal.
Wim Raaijen
De voormalige DSM-site, heeft door haar historie een diepgewortelde integratie van productie, energievoorziening en watermanagement. Dat biedt ook interessante kansen voor verduurzaming van de volledige productieketens. Dat wordt verder versterkt door de synergie tussen de Brightlands Chemelot Campus en de aanwezige bedrijven met veel integratiemogelijkheden voor onderwijs, onderzoek en industriële ontwikkeling.
CHEMELINQS24
Wat: middagcongres en diner
Wanneer: donderdag 13 juni
Waar: Hanenhof Geleen
Thema: Samen in Transitie
Het transitieplan van Chemelot, zoals gepresenteerd in haar recente strategiedocument Chemelot circulair, de routekaart, legt de focus op het sluiten van grondstoffen-, energie-, en watercycli. Deze circulaire benadering, noodzakelijk voor strategische autonomie in Nederland en Europa, vereist echter aanzienlijke systeemaanpassingen en investeringen.
Vergunningprocedures
Het chemiepark gaat volledig van het gas af en wil in 2050 circulair en emissieloos zijn. Hierbij is hulp van de overheid nodig voor de benodigde infrastructuur en een consistent overheidsbeleid voor de chemische industrie. Dat stelde Chemelot-directeur Loek Radix begin maart bij de presentatie van de routekaart. In 2030 moet 25 tot 50 procent van het aardgas dat onder meer als grondstof wordt gebruikt voor de productie van waterstof, vervangen zijn door op afval en biomassa gebaseerde grondstoffen. In datzelfde jaar moet het gebruik van nafta gedaald zijn met 15 tot 30 procent. Radix hield een pleidooi voor meer begrip voor multinationals omdat hier de oplossingen om het klimaatprobleem aan te pakken vandaan moeten komen.
Inschrijven: www.industrielinqs.nl/chemelinqs24/
De chemische industrie biedt oplossingen voor de verduurzaming van de samenleving. Zo maakt zij het mogelijk om alledaagse producten klimaatneutraal en circulair te maken. Met haar innovatiekracht kan de chemie ook in de toekomst zorgen voor goedbetaalde banen en een schonere leefomgeving.
Naast begrip moet er ook geld komen om deze stappen te kunnen zetten. Verder dringt hij aan op een consistent overheidsbeleid waarbij niet telkens nieuwe maatregelen worden getroffen in reactie op incidenten. Ook de vergunningprocedures moeten worden versneld.
Stakeholders
Chemelot staat zelf voor de taak om haar rol binnen de gemeenschap en de bredere maatschappij te herzien. Met een geschiedenis van meer dan honderd jaar industriële activiteit is het duidelijk dat de weg naar een circulaire economie tijd en geduld vergt. De sociale licentie om te opereren vereist een continu dialoog met en vertrouwen van de lokale gemeenschap en stakeholders. Het vraagt naast continue nadruk op veiligheid ook om nieuwe, innovatieve productketens die de samenleving verder helpen te verduurzamen op het gebied van materialen en zelfs ook voedingsmiddelen. Denk aan recycling van afval, innovatieve technieken om het waterbeheer te monitoren en te verduurzamen en biotechnologische processen om bijvoorbeeld hoogwaardige proteïne uit waterstof en kooldioxide te produceren.
Bovendien is Nederland met eigen productie minder afhankelijk van andere landen. Steun en betrokkenheid van de samenleving is onmisbaar om deze ambitie waar te maken. De band tussen de gemeenschap en de chemische sector is echter niet vanzelfsprekend. Hoe kunnen we de kloof overbruggen, wederzijds begrip creëren, en samen op pad gaan naar een duurzamere toekomst?
Tijdens Chemelinqs24 gaan de industrie en samenleving met elkaar de dialoog aan. Ook zet het event de mensen die in deze sector werken in de schijnwerpers met de verkiezing van de Plant Manager of the Year 2024.
PETROCHEM 2 - 2024 14 REGIO CHEMELOT
Momenteel worden de eerste stappen in de transformatie van Chemelot al zichtbaar en concreet. Sabic heeft dit voorjaar een turnaround met een onomkeerbaar grote impact. De Olefins-3 naftakraker van Sabic en vijf andere installaties van het krakercomplex worden voor onderhoud uit bedrijf gehaald. Olefins 3 wordt tijdens de turnaround echter volledig ontkoppeld De ruim vijftig jaar oude kraker wordt definitief niet meer terug in gebruik genomen.
Waar deuren sluiten gaan andere open. Een belangrijk ander onderdeel van de verduurzamingsstrategie van het chemieconcern is de bouw van de geavanceerde recyclingfabriek Sabic Plastic Energy Advanced Recycling op Chemelot. Deze fabriek nadert parallel aan de sluiting van Olefins-3 haar afronding en gaat vervolginstallaties op Chemelot van circulaire grondstoffen voorzien. De nieuwe recyclingfabriek, een joint venture van Sabic en Plastic Energy, is ontworpen om jaarlijks 20 kiloton
pyrolyse-olie, bekend als Tacoil, te produceren uit afvalplastic. Deze Tacoil vervangt traditionele, fossiele feedstocks bij de productie van kunststoffen. Deze kunststoffen zijn chemisch identiek aan de huidige producten die Sabic vervaardigt.
De grote veranderingen op de site markeren een belangrijke stap in de verduurzaming en het aanpassen aan veranderende marktomstandigheden, stelt John Bruijnooge, general manager bij Sabic in Geleen. ■
PETROCHEM 2 - 2024 15
FOTO: SABIC
Beeld 1: Van naftakraker naar recyclingfabriek
Beeld 2: Minder microplastics in afvalwater
De integrale afvalwaterzuiveringsinstallatie op Chemelot, beheerd door Circle Infra Partners, zuivert afvalwater van meer dan zestig verschillende fabrieken. Volgens de watervergunning van Circle Infra Partners mag er per jaar maximaal 14.000 kilo aan plastics in het water zitten, dat na waterzuivering richting de Maas gaat. Uit het
recente rapport Chemelot op weg naar minder microplastics blijkt dat circa 3.000 kilo microplastics per jaar met het gezuiverd water terug naar de Maas gaan.
De professionele waterzuiveringsinstallatie van Circle Infra Partners speelt hierin een belangrijke rol. CEO Christian Wid-
Voedselproductie in een chemisch cluster is geen gebruikelijk beeld, maar dat kan het wel worden. Er is al een eiwittentransitie gaande, waarbij dierlijke proteïne beetje bij beetje worden vervangen door plantaardige. En in de verte gloort een volgende transitiestap: nieuwe biotechnologische routes.
Traditioneel worden enzymen, bacterien, gisten en schimmels al ingezet voor de productie van bijvoorbeeld kaas, yoghurt, wijn, brood en meer. De moge-
lijkheden van moderne biotechnologie lijken echter verder te reiken. Zo richten verschillende bedrijven zich op de productie van eiwitten uit kooldioxide en waterstof. En waar zijn deze grondstoffen het meest voorradig? Inderdaad in chemieclusters.
Mobiele proefinstallatie
Het Nederlands-Britse Deep Branch kan inmiddels met CO2, water, waterstof en micro-organismen hoogwaardige eiwitten maken, die bruikbaar zijn als
dershoven: ‘In algemeen perspectief vervullen we een koplopersrol. Niet alleen met deze watervergunning – de strengste in Nederland – maar ook door vaak nog niet gestandaardiseerde meetmethodes voor microplastics (verder) te ontwikkelen en het vrijkomen van microplastics zoveel mogelijk te reduceren.’
De watervergunning van Circle Infra Partners voor de bedrijven op Chemelot, is de eerste in Nederland waarbij alle stoffen die op de site worden gebruikt bij naam genoemd staan. Deze stoffen komen lang niet allemaal voor in het gezuiverde afvalwater. Van de 2,3 miljard kilo plastic die op Chemelot wordt geproduceerd, gaat slechts 0,00013 procent naar het water. Widdershoven: ‘Dat betekent niet dat we gaan stilzitten, integendeel. We monitoren continu de kwaliteit van het afvalwater voor de lozing en ontwikkelen mee aan methodes om stoffen in het water steeds beter te kunnen meten en karakteriseren, ook plastics.’
Met de recente meetresultaten heeft Chemelot voor het eerst een meer concrete indicatie van de omvang van het verlies aan microplastics naar het afvalwater. Dit geeft inzicht in waar nog reductie mogelijk is. Met deze aanknopingspunten gaat Circle Infra Partners samen met bedrijven op Chemelot gericht aan de slag om de verliezen aan microplastics verder te reduceren. ■
ingrediënt voor kippenvoer en visvoer. Zo heeft het bedrijf een proefinstallatie draaien op Brightlands Chemelot Campus om het de proteïne Proton te produceren. Volgens Deep Branch is er vanuit de hele wereld vraag naar het eencellige eiwit voor diverse toepassingen. Ook vanuit de food en feed. Die industriële sectoren zijn zeer geïnteresseerd in duurzame high-protein ingrediënten die geen dierlijke bestanddelen hebben. Met de nieuwe proeffabriek hoopt Deep Branch straks de technologie uit te rollen om op
PETROCHEM 2 - 2024 16 REGIO CHEMELOT
FOTO: CIRCLE INFRA PARTNERS
Beeld 3: Chemie en eiwittenrevolutie
commerciële schaal te kunnen produceren en te ontdekken hoe het de volumes verder kan ontwikkelen.
Inmiddels heeft het bedrijf een mobiele proefinstallatie in Rotterdam staan, die
gebruikmaakt van CO2 geproduceerd in de haven. Het Carbon Craft-project is een samenwerking met Ocap, een dochteronderneming van gassenproducent Linde, die kooldioxide levert aan kas-
Beeld 4: Plasma als game changer
In het plasmalaboratorium van Brightsite wordt intensief gewerkt aan het ontwikkelen van plasmatechnologie,
een veelbelovende oplossing voor de chemische industrie om de klimaatimpact drastisch te verminderen. Plas-
sen waar groenten en bloemen worden geteeld. Deze kooldioxide, afkomstig uit de haven van Rotterdam, wordt door Ocap gezuiverd en via een pijpleiding geleverd. ■
matechnologie maakt het onder meer mogelijk om methaan in de vorm van aardgas of biogas, maar ook een veelvoorkomend bijproduct in krakers, om te zetten in chemische bouwstenen. Denk aan waterstof, acetyleen en bijvoorbeeld etheen, zonder de hoge CO2-emissies zoals bij traditionele chemische processen.
Deze ontwikkeling kan een grote verandering teweegbrengen in de manier waarop we omgaan met chemische productie. De inzet van plasmatechnologie, in combinatie met elektrisch kraken waarbij groen opgewekte stroom wordt gebruikt, opent de deur naar een dubbele winst voor zowel efficiëntie als duurzaamheid. Dit zou niet alleen een vermindering van de CO2-uitstoot betekenen, maar ook een verbeterde benutting van methaan door het om te zetten in extra waardevolle producten.
PETROCHEM 2 - 2024 17
BEELD: WIM RAAIJEN/AI
FOTO: WIM RAAIJEN
Mainnovation, grondlegger van de Value Driven Maintenance methodologie, biedt MEERwaarde. Wij geloven in de kracht van Reliability Engineering plus Maintenance Engineering. Wie effectief en structureel verbeteringen wil doorvoeren op het gebied van Maintenance & Asset Management, heeft RE én ME capaciteit nodig. Haal het maximale uit de assets, minimaliseer storingen en ga aan de slag met preventieve onderhoudsschema’s voor optimale betrouwbaarheid, beschikbaarheid en compliance. RE studies daadwerkelijk implementeren én borgen: ME + RE = MEERwaarde
Meer info op mainnovation.com/nl/meerwaarde
Het plasmalab werkt onder andere aan de ontwikkeling van apparatuur voor plasmatechnologie. Brightsite werkt samen met de Universiteit van Maastricht, TNO en Sitech Services aan de opschaling van de technologie. Met de geplande bouw van een pilot plant in Geleen zet Brightsite aanzienlijke stappen in die richting. Volgens Hans Linden, projectmanager bij TNO/ Brightsite, en professor Gerard van Rooij van de Universiteit Maastricht, ligt de
uitdaging overigens niet alleen in de technologische ontwikkeling, maar ook in het betaalbaar maken van het proces.
Van methaan naar etheen
Eind 2023 kreeg Brightsite een bijdrage van het NXTGEN Hightech project, een onderdeel van het Groeifonds, om plasmatechnologie op industriële schaal in te zetten. Het onderzoek van het NXTGEN Hightech project baseert zich op het proces om methaan om te zetten
in waterstof en acetyleen. De onderzoekers denken dat het mogelijk is om dit proces efficiënter en selectiever te maken. De focus van het onderzoek ligt eerst op omzetting naar acetyleen. Een volgende stap zou het rechtstreeks omzetten van methaan naar etheen kunnen zijn. Er wordt ook gekeken naar andere mogelijkheden voor de toekomst. Zo is de technologie veelbelovend voor de productie van kunstmest en kunststoffen binnen de stikstofketen. ■
Beeld 5: AI en Veiligheid
Onlangs kwamen verschillende bedrijven op Chemelot negatief in het nieuws door rechtszaken op het gebied van veiligheid, gebaseerd op incidenten en ongelukken van jaren geleden. Dat trok veel aandacht. Wellicht daardoor blijft onderbelicht dat er ook op het gebied van veiligheid innovatieve stappen worden gezet.
Een sleutelinitiatief in deze ambitie is het project BLIC vooruit, de ontwik-
keling van een voorspellend model voor procesveiligheid. Dit model zou potentieel in staat zijn om incidenten te voorspellen voordat ze plaatsvinden. Het borduurt voort op goede resultaten van een eerder door Brightsite ingezet project naar procesveiligheid, uitgevoerd met het chemiebedrijf AnQore. AI geeft de mogelijkheid om sneller te leren van incidenten die al hebben plaatsgevonden en om potentiële toekomstige problemen te identificeren voordat ze escaleren.
De chemische industrie heeft een schat aan data uit fabrieken, maar benut slechts een fractie ervan. BLIC vooruit streeft ernaar om deze data actief te gebruiken voor veiligheid. De ambitie is niet alleen om de veiligheid van processen te verbeteren, maar ook om het model zo op te zetten dat andere partijen binnen en buiten de chemische industrie er gebruik van kunnen maken. Zodat zij het wiel niet telkens opnieuw hoeven uitvinden. ■
PETROCHEM 2 - 2024 19 REGIO CHEMELOT
BEELD: WIM RAAIJEN/AI
Verbetering van Watermanagement: Mobiele Oplossingen voor Operational Excellence
Verbetering van Watermanagement: Mobiele Oplossingen voor Operational Excellence
Verbetering van Watermanagement: Mobiele Oplossingen voor Operational Excellence
De petrochemische industrie staat voor meerdere uitdagingen op het gebied van watermanagement, variërend van milieu zorgen, strenge wet en regelgeving tot operationele complexiteiten. Arezoo de Rijk-Arjangi, Sales & Business Developer bij NSI Mobile Water Solutions Nederland, duikt in de transformerende rol van mobiele watervoorziening en waterzuivering voor het bevorderen van operational excellence en het optimaliseren van behandelingsprocessen binnen de sector.
De petrochemische industrie staat voor meerdere uitdagingen op het gebied van watermanagement, variërend van milieu zorgen, strenge wet en regelgeving tot operationele complexiteiten. Arezoo de Rijk-Arjangi, Sales & Business Developer bij NSI Mobile Water Solutions Nederland, duikt in de transformerende rol van mobiele watervoorziening en waterzuivering voor het bevorderen van operational excellence en het optimaliseren van behandelingsprocessen binnen de sector.
De petrochemische industrie staat voor meerdere uitdagingen op het gebied van watermanagement, variërend van milieu zorgen, strenge wet en regelgeving tot operationele complexiteiten. Arezoo de Rijk-Arjangi, Sales & Business Developer bij NSI Mobile Water Solutions Nederland, duikt in de transformerende rol van mobiele watervoorziening en waterzuivering voor het bevorderen van operational excellence en het optimaliseren van behandelingsprocessen binnen de sector.
Diverse casestudies hebben aangetoond dat on-site mobiele watervoorziening voor operational excellence kan zorgen door het bieden van op maat gemaakte oplossingen die specifiek gelden voor de petrochemische industrie. Deze oplossingen garanderen de betrouwbaarheid, efficiëntie en veiligheid van kernactiviteiten door continuïteit te waarborgen tijdens noodsituaties, geplande activiteiten of lange termijn behoefte aan behandeld water.
Voorbeelden uit het praktijk Neem als voorbeeld de gevolgen van waterschaarste en de toenemende verontreinigingen in het oppervlaktewater. Hierdoor kwam het behalen van de benodigde waterkwaliteit voor het voedingswater van de raffinaderij activiteiten van een van de grootste internationale olie- en gasbedrijven van Europa in het gedrang. NSI Mobile Water Solutions (MWS) leverde een modulaire op maat gemaakte oplossing bestaande uit drie mobiele omgekeerde osmoseunits (MORO) met een totale capaciteit van 150 m³/u permeaat, waarbij een consistente zout verwijdering van 90-95% werd bereikt. Deze oplossing heeft voor een betrouwbare toevoer van gedemineraliseerd water gezorgd en additioneel operationele efficiëntie geoptimaliseerd en tevens kostenreductie behaald. Met een flexibel huurcontract van 2 jaar, kreeg de klant gemoedsrust en tevens de mogelijkheid om zijn proces te optimaliseren.
Voorbeelden uit het praktijk Neem als voorbeeld de gevolgen van waterschaarste en de toenemende verontreinigingen in het oppervlaktewater. Hierdoor kwam het behalen van de benodigde waterkwaliteit voor het voedingswater van de raffinaderij activiteiten van een van de grootste internationale olie- en gasbedrijven van Europa in het gedrang. NSI Mobile Water Solutions (MWS) leverde een modulaire op maat gemaakte oplossing bestaande uit drie mobiele omgekeerde osmoseunits (MORO) met een totale capaciteit van 150 m³/u permeaat, waarbij een consistente zout verwijdering van 90-95% werd bereikt. Deze oplossing heeft voor een betrouwbare toevoer van gedemineraliseerd water gezorgd en additioneel operationele efficiëntie geoptimaliseerd en tevens kostenreductie behaald. Met een flexibel huurcontract van 2 jaar, kreeg de klant gemoedsrust en tevens de mogelijkheid om zijn proces te optimaliseren.
Voorbeelden uit het praktijk Neem als voorbeeld de gevolgen van waterschaarste en de toenemende verontreinigingen in het oppervlaktewater. Hierdoor kwam het behalen van de benodigde waterkwaliteit voor het voedingswater van de raffinaderij activiteiten van een van de grootste internationale olie- en gasbedrijven van Europa in het gedrang. NSI Mobile Water Solutions (MWS) leverde een modulaire op maat gemaakte oplossing bestaande uit drie mobiele omgekeerde osmoseunits (MORO) met een totale capaciteit van 150 m³/u permeaat, waarbij een consistente zout verwijdering van 90-95% werd bereikt. Deze oplossing heeft voor een betrouwbare toevoer van gedemineraliseerd water gezorgd en additioneel operationele efficiëntie geoptimaliseerd en tevens kostenreductie behaald. Met een flexibel huurcontract van 2 jaar, kreeg de klant gemoedsrust en tevens de mogelijkheid om zijn proces te optimaliseren.
Mobiele water oplossingen bieden modulair op maat gemaakte behandelingsmogelijkheden, variërend van traditionele methoden tot geavanceerde technologieën zoals membraanfiltratie en omgekeerde osmose. Met een volumedebiet variërend van 1 m³/u tot 1.000 m³/u stellen deze oplossingen petrochemische faciliteiten in staat om te voldoen aan specifieke eisen voor waterkwaliteit, chemie gebruik te minimaliseren en water herstel te maximaliseren.
Mobiele water oplossingen bieden modulair op maat gemaakte behandelingsmogelijkheden, variërend van traditionele methoden tot geavanceerde technologieën zoals membraanfiltratie en omgekeerde osmose. Met een volumedebiet variërend van 1 m³/u tot 1.000 m³/u stellen deze oplossingen petrochemische faciliteiten in staat om te voldoen aan specifieke eisen voor waterkwaliteit, chemie gebruik te minimaliseren en water herstel te maximaliseren.
Mobiele water oplossingen bieden modulair op maat gemaakte behandelingsmogelijkheden, variërend van traditionele methoden tot geavanceerde technologieën zoals membraanfiltratie en omgekeerde osmose. Met een volumedebiet variërend van 1 m³/u tot 1.000 m³/u stellen deze oplossingen petrochemische faciliteiten in staat om te voldoen aan specifieke eisen voor waterkwaliteit, chemie gebruik te minimaliseren en water herstel te maximaliseren.
Bovendien maakt zo’n modulair ontwerp het mogelijk om opschaalbare configuraties snel te implementeren en biedt het operationele flexibiliteit die is afgestemd op specifieke waterbehoeften. De integratie van mobiele water- en afvalwaterbehandeling in de petrochemische industrie biedt mogelijkheden voor synergetische samenwerking en optimalisatie van hulpbronnen over de hele procesketen.
Bovendien maakt zo’n modulair ontwerp het mogelijk om opschaalbare configuraties snel te implementeren en biedt het operationele flexibiliteit die is afgestemd op specifieke waterbehoeften. De integratie van mobiele water- en afvalwaterbehandeling in de petrochemische industrie biedt mogelijkheden voor synergetische samenwerking en optimalisatie van hulpbronnen over de hele procesketen.
Bovendien maakt zo’n modulair ontwerp het mogelijk om opschaalbare configuraties snel te implementeren en biedt het operationele flexibiliteit die is afgestemd op specifieke waterbehoeften. De integratie van mobiele water- en afvalwaterbehandeling in de petrochemische industrie biedt mogelijkheden voor synergetische samenwerking en optimalisatie van hulpbronnen over de hele procesketen.
Diverse casestudies hebben aangetoond dat on-site mobiele watervoorziening voor operational excellence kan zorgen door het bieden van op maat gemaakte oplossingen die specifiek gelden voor de petrochemische industrie. Deze oplossingen garanderen de betrouwbaarheid, efficiëntie en veiligheid van kernactiviteiten door continuïteit te waarborgen tijdens noodsituaties, geplande activiteiten of lange termijn behoefte aan behandeld water.
Diverse casestudies hebben aangetoond dat on-site mobiele watervoorziening voor operational excellence kan zorgen door het bieden van op maat gemaakte oplossingen die specifiek gelden voor de petrochemische industrie. Deze oplossingen garanderen de betrouwbaarheid, efficiëntie en veiligheid van kernactiviteiten door continuïteit te waarborgen tijdens noodsituaties, geplande activiteiten of lange termijn behoefte aan behandeld water.
Voordelen van Mobiele Water Oplossingen Mobiele water oplossingen worden ook ingezet voor het behandelen van afvalwater, waarbij grote stappen gezet kunnen worden in afvalwatermanagement. Door onsite modulaire waterbehandeling oplossingen in te zetten, worden meer mogelijkheden gecreëerd om de operationele efficiëntie te fine-tunen. Hierdoor kan direct ingespeeld worden op onverwachte situaties waardoor de betrouwbaarheid en veiligheid van de kernactiviteiten in de petrochemische sector gewaarborgd worden.
Voordelen van Mobiele Water Oplossingen Mobiele water oplossingen worden ook ingezet voor het behandelen van afvalwater, waarbij grote stappen gezet kunnen worden in afvalwatermanagement. Door onsite modulaire waterbehandeling oplossingen in te zetten, worden meer mogelijkheden gecreëerd om de operationele efficiëntie te fine-tunen. Hierdoor kan direct ingespeeld worden op onverwachte situaties waardoor de betrouwbaarheid en veiligheid van de kernactiviteiten in de petrochemische sector gewaarborgd worden.
Voordelen van Mobiele Water Oplossingen Mobiele water oplossingen worden ook ingezet voor het behandelen van afvalwater, waarbij grote stappen gezet kunnen worden in afvalwatermanagement. Door onsite modulaire waterbehandeling oplossingen in te zetten, worden meer mogelijkheden gecreëerd om de operationele efficiëntie te fine-tunen. Hierdoor kan direct ingespeeld worden op onverwachte situaties waardoor de betrouwbaarheid en veiligheid van de kernactiviteiten in de petrochemische sector gewaarborgd worden.
Door waterzuiveringsinstallaties te decentraliseren en mobiele waterbeheersystemen op te zetten, kunnen petrochemische bedrijven kosten minimaliseren, de afhankelijkheid van traditionele watervoorzieningen verminderen en algehele operationele veerkracht verbeteren. Tot slot is een goed samenwerkingsverband tussen technologie aanbieders, onderzoeksinstellingen en regelgevende instanties essentieel voor de petrochemische industrie. Dit om ook in de toekomst te kunnen voldoen aan de wijzigingen in de wet en regelgeving en tevens de proces continuïteit te kunnen waarborgen ondanks het veranderende klimaat, waarbij waterschaarste een steeds grotere uitdaging zal vormen.
Door waterzuiveringsinstallaties te decentraliseren en mobiele waterbeheersystemen op te zetten, kunnen petrochemische bedrijven kosten minimaliseren, de afhankelijkheid van traditionele watervoorzieningen verminderen en algehele operationele veerkracht verbeteren. Tot slot is een goed samenwerkingsverband tussen technologie aanbieders, onderzoeksinstellingen en regelgevende instanties essentieel voor de petrochemische industrie. Dit om ook in de toekomst te kunnen voldoen aan de wijzigingen in de wet en regelgeving en tevens de proces continuïteit te kunnen waarborgen ondanks het veranderende klimaat, waarbij waterschaarste een steeds grotere uitdaging zal vormen.
Door waterzuiveringsinstallaties te decentraliseren en mobiele waterbeheersystemen op te zetten, kunnen petrochemische bedrijven kosten minimaliseren, de afhankelijkheid van traditionele watervoorzieningen verminderen en algehele operationele veerkracht verbeteren. Tot slot is een goed samenwerkingsverband tussen technologie aanbieders, onderzoeksinstellingen en regelgevende instanties essentieel voor de petrochemische industrie. Dit om ook in de toekomst te kunnen voldoen aan de wijzigingen in de wet en regelgeving en tevens de proces continuïteit te kunnen waarborgen ondanks het veranderende klimaat, waarbij waterschaarste een steeds grotere uitdaging zal vormen.
Voor meer informatie: mws@nijhuisindustries.com www.nsimobilewatersolutions.com
Voor meer informatie: mws@nijhuisindustries.com www.nsimobilewatersolutions.com
Voor meer informatie: mws@nijhuisindustries.com
www.nsimobilewatersolutions.com
Advertorial
Advertorial
Advertorial
PROJECTEN CHEMELOT
Opdrachtgever: Deep Branch
Waar: Geleen
Investering: onbekend
Afronding: onbekend
Opdrachtgever: ETB Global
Waar: Geleen
Investering: 10 miljoen euro
Afronding: 2025
Opdrachtgever: Itero
Waar: Sittard-Geleen
Investering: 25 miljoen euro
Afronding: 2024
Opdrachtgever: Resolved Technologies
Waar: Geleen
Investering: onbekend
Afronding: onbekend
Opdrachtgever: RWE
Waar: Geleen
Investering: onbekend
Beslissing: 2024
Opdrachtgever: Sabic Plastic Energy
Advanced Recycling
Waar: Geleen
Investering: onbekend
Afronding: 2024
Opdrachtgever: Syclus
Waar: Geleen
Investering: 130 miljoen euro
Afronding: 2026
Opdrachtgever: Uniper
Waar: Chemelot
Investering: onbekend
Afronding: 2028
Opdrachtgever: Vibrantz Technologies
Waar: Sittard
Investering: 20 miljoen euro
Afronding: 2025
Biotechbedrijf Deep Branch wil een proeffabriek bouwen op Chemelot. Het bedrijf gebruikt micro-organismen om CO2 en waterstof om te zetten in eiwitten. Met de proeffabriek wil het bedrijf informatie verzamelen voor het engineeringontwerp van haar eerste productiefaciliteit op commerciële schaal. Die fabriek zou in 2024 moeten produceren.
ETB Global wil een demonstratiefabriek voor de productie van biobased butadieen bouwen op de Brightlands Chemelot Campus in Geleen. Het bedrijf denkt het ontwerp voor de installatie medio 2023 klaar te hebben, waarna het in het vierde kwartaal met de bouw wil beginnen. De demo-installatie krijgt een capaciteit van 100 kilo per dag. Tegen 2026 denkt de startup dat commerciële productie mogelijk is.
Het Britse Itero bouwt op de Brightlands Chemelot Campus een demonstratiefabriek voor het omzetten van moeilijk te recyclen plastic afval in een grondstof voor nieuwe plastics. De unit krijgt een capaciteit van 27.000 ton gemengd plastic afval per jaar. Voor toekomstige fabrieken kunnen meerdere modules naast elkaar worden gezet.
Resolved Technologies bereidt de bouw voor van een proeffabriek op de Brightlands Chemelot Campus. Deze gaat kunststoffen recyclen door ze op te lossen in een organisch oplosmiddel. Het gaat nog steeds om een fysieke route, maar met een extra stap na de mechanische recycling waardoor de kwaliteit van het gerecyclede materiaal vergelijkbaar is met dat van virgin plastic.
RWE wil op Chemelot een installatie bouwen die organische reststromen verwerkt tot grondstoffen-pellets, om die via vergassing om te zetten in circulaire waterstof. Over de afname van deze waterstof is RWE in gesprek met OCI, het moederbedrijf van kunstmestproducent OCI Nitrogen.
Sabic en Plastic Energy bouwen binnen een 50/50 joint venture een fabriek die moeilijk recyclebare kunststoffen omzet in synthetische oliën. Deze Tacoil gaat als grondstof naar de installaties van Sabic op Chemelot. Die maakt er opnieuw polymeren van. De fabriek is de eerste installatie op commerciële schaal en krijgt een capaciteit van 15.000 ton Tacoil per jaar.
Startup Syclus wil op Chemelot in Geleen een installatie bouwen die duurzame ethanol omzet in etheen. De installatie krijgt een capaciteit van 100.000 ton etheen per jaar. Met de ontwikkeling van de fabriek is een investering van ruim 130 miljoen euro gemoeid. In 2026 zou de plant operationeel moeten zijn.
Uniper wil op Chemelot een fabriek ontwikkelen voor de productie van syngas. Uniper gaat hiertoe biomassa torrificeren en daarna omzetten in syngas. Uniper voorziet de eerste operationele fase voor 2028. In de daaropvolgende jaren kan de fabriek verder worden opgeschaald.
Kleurstoffenproducent Vibrantz Technologies investeert zo’n twintig miljoen dollar in optimalisatie-projecten om de productiecapaciteit van haar productiefaciliteit in Sittard op te voeren. En het bedrijf plant op de site een nieuwe fabriek die in 2025 in gebruik moet worden genomen.
PETROCHEM 2 - 2024 21
Startup vraagt om flexibiliteit bij engineering proeffabriek
Paebbl zet CO 2 uit de atmosfeer of uit rookgassen van fabrieken nuttig in voor de productie van een grondstof voor de cementindustrie. De startup wil deze technologie nu snel klaarstomen voor grootschalige productie. ‘Het vereist flexibiliteit en een bepaalde manier van denken om buiten de gebruikelijke projectprocedures om zo snel mogelijk een proeffabriek te realiseren’, stelt projectmanager Marijn van Bergen. ‘Dat hebben we gezocht en bij Vicoma gevonden tijdens de selectieprocedure voor een engineerings bureau.’
‘Natuurlijk, je kunt CO2 afvangen en opslaan in de zeebodem zoals het Porthos-project gaat doen, maar het gebruiken ervan is daarop een interessante toevoeging’, stelt Marijn van Bergen, projectmanager bij Paebbl. ‘Zeker in ons geval, omdat we er een nuttig ingrediënt voor cement mee maken, waarmee we voorkomen dat er CO2 wordt uitgestoten.’
Een belangrijk ingrediënt van cement en beton is kalk en bij de productie daarvan wordt veel CO2 uitgestoten. ‘Ons CO2-negatieve product kan kalk vervangen. Dus enerzijds halen we CO2 uit de lucht door het op te slaan in een mineraal en vervolgens gaat dit naar de cementindustrie die dankzij ons product ook nog eens een hoop minder CO2 uitstoot.’
Meedenken
Globaal gezien is de cement/beton-industrie verantwoordelijk voor acht procent van de totale CO2-emissie. De belangstelling vanuit deze branche voor de technologie
Vicoma Consultancy & Engineering is een vernieuwend, onafhankelijk en flexibel bureau. Het werkt al ruim zestig jaar voor verschillende klanten binnen de industrie aan single- en multidisciplinaire projecten en doet dat met een pragmatische en flexibele aanpak. De engineers begeleiden de meest uiteenlopende projecten van begin tot eind en voeren de engineering uit. Vicoma schakelt snel, met flexibele teams en korte lijnen in de communicatie. Maak kennis met dit familiebedrijf op het iAsk Techniekfestival op 31 mei in de Onderzeebootloods in Rotterdam.
van Paebbl is dan ook groot. ‘Vertelden we vijf jaar geleden ons verhaal bij wijze van spreken nog tegen dovemans oren, nu krijgen we volop de aandacht. Het leuke is ook dat leveranciers die we benaderen voor de bouw van onze proefinstallatie heel enthousiast reageren op wat we doen. Ze willen graag met ons meedenken.’
Deze proefinstallatie komt te staan op de RDM-campus in Rotterdam. Het proces zelf is op labschaal, op wat grotere schaal in een batchreactor van vijf liter en sinds november vorig jaar in een batchreactor van vijfhonderd liter al geoptimaliseerd. Deze laatste kan ruim honderd kilo CO2 per dag opslaan. ‘Een batchreactor is echter beperkt. Je moet er elke dag iets in stoppen en het product er aan het eind van de dag uit halen. We gaan nu een continue proeffabriek ontwerpen en daarmee het proces integreren in een complete installatie waar voeding in gaat en ons product uiteindelijk in poedervorm uit komt.’
Er komen daarvoor twee direct air capture units bij de RDM-campus te staan. De CO2 die deze units uit de lucht halen, gaat Paebbl verwerken in de proefinstallatie die de startup op dit moment aan het ontwerpen is. ‘Dit doen we samen met Vicoma’, vertelt Van Bergen. Het engineeringsbureau doet de basic en detailed engineering voor de proeffabriek.
Snelheid
‘Paebbl wil de proefinstallatie voor het einde van dit jaar in bedrijf hebben’, vertelt Leila Seyedi, proces lead engineer voor het Paebbl-proces bij Vicoma. ‘Dat vergt snelheid en een andere aanpak dan gewoon is bij de engineering van nieuwe installaties. Bij green field projecten, met name in de olie-, gas- en petrochemische industrie, werk je vaak met duidelijk gedefinieerde fases, waarin je bepaalde stappen doorloopt en telkens een beslissing
PETROCHEM 2 - 2024 22 BRANDED CONTENT
neemt om al dan niet door te gaan.’ Van Bergen vult aan: ‘Bij een startup weet je echter dat de installatie zal worden gebouwd, omdat je aan je investeerders moet kunnen aantonen dat het proces werkt. Er zijn dus voortdurend beslismomenten gedurende het hele ontwerp- en bouwproces.’
Dit betekent dat veel zaken parallel lopen. Van Bergen: ‘Zodra we een onderdeel kunnen specificeren, schaffen we dit aan, terwijl we nog bezig zijn met het ontwerp. Zo hebben we speciale pompen die een levertijd van een jaar hebben, vorig jaar al ingekocht. Niet elk ingenieursbureau kan met deze manier van werken omgaan.’
Flexibiliteit
Paebbl heeft in de selectieprocedure voor een ingenieursbureau daarom flexibiliteit als een van de belangrijkste criteria meegewogen. Van Bergen: ‘We zochten een bureau dat die flexibiliteit aankan – de organisatie maar ook de mensen die er werken – om dit project samen met ons in een sneltreinvaart te ontwikkelen. Vicoma maakte op ons duidelijk de beste indruk. Het bureau heeft ons ook goede mensen gegeven om mee samen te werken, met senioriteit en dus weinig leercurve. Zij kunnen direct met ons meedenken en het project overzien.’
Seyedi zelf is enthousiast over het project omdat het uniek is. ‘Het is een one-of-a-kind-plant. Er zijn geen vergelijkbare installaties dus we moeten echt alles zelf uitzoeken. En het werken met Paebbl is bijzonder omdat het bedrijf in een stroomversnelling zit, alles gaat heel snel. Dat vergt naast technisch kennis veel creativiteit, proactiviteit en flexibiliteit. En het motiveert ook om aan een project te werken dat zo duurzaam ingestok en is.’
Uitdagingen
Het proces van Paebbl is gebaseerd op een natuurlijk proces waarbij het mineraal olivijn CO2 vastlegt. Van Bergen:
‘De natuurlijke reactie gaat alleen heel langzaam, in ons proces gaat het een miljoen keer sneller. We versnellen de reactie door de omstandigheden aan te passen.’ Uiteraard leveren die speciale omstandigheden wel struikelblokken op. ‘Het proces werkt bij hoge druk en temperatuur’, vertelt Seyedi. ‘Het werken met een abrasieve en corrosieve vloeistof onder dergelijke omstandigheden stelt het project voor grote, technische uitdagingen. Het vinden van oplossingen die voldoende snel te realiseren en praktisch zijn, is het resultaat van veel brainstormen en nauwe samenwerking tussen de Paebbl- en Vicoma-teams.’
Van Bergen legt verder uit: ‘Olivijn wordt gemalen tot steenpoeder, dat we in water oplossen. Zie het als een modderstroom waarmee je je installatie aan het zandstralen bent. Het gesteente is vrij hard, dus dat geeft slijtage in het leidingwerk en eigenlijk het hele systeem, want ook de instrumenten moeten daartegen kunnen. En de pompen die de slurry verpompen moeten eveneens slijtvast zijn.’
Bovendien slaan de vaste stoffen in de vloeibare proces stroom neer wanneer deze wordt gestopt. Seyedi: ‘Om sedimentatie te voorkomen, moet het procesmedium voortdurend in beweging blijven. Maar verhoog je de snelheid waarmee het medium beweegt, dan versterk je tegelijkertijd de erosie. We moesten dus een optimale snelheid bepalen, rekening houdend met verschillende technische overwegingen en verschillende operationele cases.’
Steile groeicurve
Paebbl heeft een steile groeicurve ingezet om zo snel mogelijk op substantiële schaal te kunnen produceren.
Van Bergen: ‘We willen in 2027 een demofabriek hebben staan die honderd tot duizend keer meer gaat produceren dan de proeffabriek die we nu gaan bouwen.’
PETROCHEM 2 - 2024 23 ■
Het Paebbl team bij de batchreactor in Rotterdam.
FOTO: PAEBBL
‘Mijn doel is dat we ooit Koninklijke EPT worden’
Vijfentwintig jaar geleden begon Miguel Anento-Glim als maintenance engineer bij wat toen nog DSM was en nu Arlanxeo is. Inmiddels is hij sitemanager en streeft hij naar het behalen van de titel Koninklijke EPT. Dit predicaat wordt pas verleend bij een honderdjarig bestaan en een onberispelijke reputatie. Om dit te bereiken, moet hij de toekomst van het bedrijf ten minste voor de komende 45 jaar veiligstellen.
Monique Harmsen
Met zijn opleiding tot maritiem officier en zeven jaar ervaring op zee leek Miguel Anento-Glim aanvankelijk een vreemde eend in de bijt bij de EPDM-fabrieken van DSM en later Arlanxeo. Maar hij voelde zich na zijn overstap al snel thuis in de wereld van het rubber, waar het hard aanpakken is en het nooit rustig wordt. Hij klom via verschillende functies op van maintenance engineer naar site manager en inmiddels spreekt de geboren Amsterdammer vloeiend Limburgs.
‘Ik heb nooit de drive gehad om sitemanager te worden, deed gewoon wat ik leuk vond, maar het is een mooie job. Je hebt de mogelijkheid om via persoonlijke inbreng, visie en de benodigde investeringsaanvragen voor een deel de koers te bepalen om zodoende de toekomst van de site veilig te stellen. Verder ondersteun ik mijn team met wat ze nodig hebben. Er is niets mooiers dan mensen vormen en bij te dragen in hun ontwikkeling.’
Een soort bandenplaklijm
Op de Chemelot-site staan drie fabrieken die EPDM maken, een flexibel, weer- en ozonbestendig soort rubber voor toepassingen in bijvoorbeeld de automobielindustrie en de bouw. EPT 1 (sinds 1969 in productie) en EPT 2 (1971) produceren vooral specialties. EPT 3, de grootste fabriek die net zoveel produceert als de andere twee fabrieken samen, is er in 2003 bij gekomen. Deze
In deze rubriek ‘De plantmanager’ laten wij telkens een andere plantmanager aan het woord over zijn werk, visie en bedrijf. Hoe lukt het plantmanagers om succesvol te zijn en kunnen ze anderen daarin inspireren? Kent u interessante plantmanagers? Mail dan naar redactie@industrielinqs.nl
fabriek produceert meer commodities. ‘Het mooie van onze fabrieken is dat we niet alleen een polymerisatie hebben maar ook de eindverwerking. Mensen zien bij ons dus het product dat eruit komt’, vertelt Anento-Glim. Hij voegt eraan toe: ‘Het rubber is overigens spierwit en niet zwart.’
Etheen, propeen en een derde monomeer worden opgelost in hexaan aangevoerd als grondstoffen voor de reactor. ‘Uit de reactor komt vervolgens een solutie – voor de beeldvorming: dit is een soort bandenplaklijm – waarna het oplosmiddel met stoom wordt verdampt en het product wordt verkregen als kruimdeeltjes in water. Via verschillende droogstappen ontstaat het eindproduct, witte kruimkorrels, die vervolgens in balen van 25 kilo worden geperst.’
Om al deze processen zonder storingen te laten verlopen, is er regelmatig een turnaround nodig op de site van Arlanxeo. De grootste fabriek EPT 3 vergt eens in de zes jaar groot onderhoud en de twee kleinere fabrieken EPT 1 en EPT 2 eens in de vier jaar. ‘We hebben door deze intervallen bijna elk jaar een turnaround.’
Rubber plakt
Omdat elke fabriek ongeveer tien verschillende producten produceren, is er veel proces-dynamiek. Anento-Glim: ‘Het is een continu-plant met vloeiende overgangen naar verschillende producttypes, met ieder een eigen productiesnelheid en productspecificatie. Dat maakt het heel interessant. Zodra een product-overgang in de polymerisatie wordt uitgevoerd, moet ook de eindverwerking omschakelen. Om vervuiling van het eindproduct te voorkomen, wordt er schoongemaakt en onderhoud gepleegd aan het transport- en verpakkings-
PETROCHEM 2 - 2024 24
PLANTMANAGER
PLANTMANAGER
DE
gedeelte in de eindverwerking. Je moet bij iedere overgang echt aan de slag en dat maakt het een heel bewerkelijke maar ook leuke fabriek.’
Het vergt wel een specifieke mentaliteit van medewerkers. ‘Wij zeggen: “Rubber plakt.” Of je houdt ervan, of niet. Het geeft wel een familiegevoel. Toen ik hier begon, noemden ze de EPT gekscherend “het strafkamp”. We hadden toen met twee fabrieken elke week wel een keer een stop. Het was hard aanpoten. Dat bindt mensen, omdat ze samen dingen moeten oplossen. Dat geldt voor een deel nog steeds. De polymerisatie is door nieuwe technologische ontwikkelingen wel veel stabieler geworden, maar het blijft aanpakken.’
Kruimeltje
Net als andere site managers op Chemelot heeft ook Anento-Glim te maken met de krappe arbeidsmarkt. Ook hij vraagt zich af wat hij zijn mensen kan bieden ten opzichte van concurrenten. Het antwoord zit volgens hem in het familiegevoel en de verbondenheid. ‘Rangen en standen hebben we niet echt. Er is een hiërarchie maar dat merk je niet in gedragingen, wel in verantwoordelijkheden. Ik stel me open op, ik maak ook
Miguel Anento-Glim: ‘Er werd over veiligheid gesproken als onze eerste prioriteit, maar dat suggereert dat er iets te kiezen valt.’
fouten. Dat mag, als je er maar van leert. Als ik rondloop, mag ik als site manager bijvoorbeeld niets aanraken en bedienen. Ik heb me te houden aan dezelfde regels en gedragingen als het hele team. Doe ik dat niet, dan spreken ze me daarop aan. Normen en waarden zijn voor iedereen de basis, net als respect voor de ander. Dat geldt ook voor de werknemers van contractors. We kunnen niet zonder elkaar, samen lossen we de dingen op, ook als het tegenzit. Dan heb je het over een familie, waarbij geldt: onderling mogen we klagen, maar er mag niemand iets slechts over ons zeggen. Dat bindt ons.’
Om binding met de fabriek te houden, maakt Anento-Glim zeer regelmatig een rondje op de site om even te praten. ‘We praten dan niet alleen over veiligheid en performance maar ook over hoe het thuis gaat en waar medewerkers in de praktijk tegenaan lopen. Ik schrijf iedere week een nieuwsbrief, Kruimeltje geheten, over veiligheid, gezondheid, milieu en
performance, gebeurtenissen op de site maar soms ook persoonlijke verhalen.’
Vanuit het hart
Over zijn verantwoordelijkheden als site manager is Miguel helder. ‘Ik ben allereerst eindverantwoordelijk voor het borgen van de veiligheid voor al onze medewerkers inclusief contractors. Ons moederbedrijf, Saudi Aramco, is hier zeer expliciet in. Een fabriek wordt stilgelegd als de veiligheid niet op orde is. Het is aan mij, mijn team en alle mensen op de site om ervoor te zorgen dat mensen zich hiernaar gedragen. Dat is de moeilijkste taak.’
Een paar jaar geleden werd het veiligheidsbeleid nog verder aangescherpt. ‘Dat zit soms in kleine dingen. Zo werd over veiligheid gesproken als onze eerste prioriteit, maar dat suggereert dat er iets te kiezen valt. Veiligheid is feitelijk een waarde vanuit het hart, die gewoon altijd en overal aanwezig moet zijn. Onze waarde is: iedereen komt gezond naar
PETROCHEM 2 - 2024 25
FOTO’S: MONIQUE HARMSEN
100
betrouwbaar persoonlijk deskundig betrokken oprecht
%
het werk en gaat ook weer gezond naar huis. Dat begint met regels die waarde toevoegen aan veiligheid, vakmanschap, vertrouwen en uiteindelijk supervisie.’
Volgens Anento-Glim is er pas echt sprake van een veilige werkomgeving als iemand die al 42 jaar in de meetkamer werkt tijdens een discussie in alle openheid durft te zeggen dat hij iets niet weet, zonder dat hij daarom wordt uitgelachen. ‘Ik heb als site manager de wijsheid niet in pacht. Ik maak ook fouten en daar moet ik eerlijk in zijn. Daarmee geef ik aan: zeg het gewoon, we vinden samen wel een oplossing.’
Koninklijke EPT
Zijn tweede belangrijke verantwoordelijkheid als site manager is ervoor te zorgen dat Arlanxeo, ondanks alle veranderingen in de wereld, de komende 45 jaar rubber blijft produceren in Geleen. ‘Als je als bedrijf honderd jaar bestaat, kun je het predicaat Koninklijk krijgen. Mijn doel is dat we ooit “Koninklijke EPT” worden.’
Dat betekent dat de site competitief moeten blijven, weet Anento-Glim. ‘Niet alleen ten opzichte van de buitenwereld, maar ook binnen Arlanxeo dat ook EPDM-fabrieken heeft in China en Brazilië. Dit kan alleen door te blijven innoveren en verbeteren. De ontwikkelingen en veranderingen in de wereld gaan steeds sneller en wij moeten ervoor zorgen dat we een frontrunner blijven. Energie en CO2 zijn hierbij een belangrijke factor. Er staat dan ook een aantal projecten op stapel om energie-efficienter te worden en de CO2-footprint te reduceren.’
Contact
Voor de lange en korte termijn staan verschillende projecten op de agenda om te
Miguel Anento-Glim: ‘Ik heb als site manager de wijsheid niet in pacht. Ik maak ook fouten en daar moet ik eerlijk in zijn.’
voldoen aan de huidige en toekomstige milieuwetging. Een van deze langetermijnprojecten heeft te maken met de waterwetvergunning. Om te kunnen voldoen aan nieuwe wetgeving moet de site, die gezuiverd water loost op de Maas, voldoen aan zeer strikte normen. Deze vragen onder meer een reductie van de emissie van vanadium, een metaal dat wordt gebruikt in de katalysator voor de polymerisatie, van meer dan zeventig procent. Anento-Glim: ‘We hebben met zeven bedrijven en universiteiten, en zeventien gespecialiseerde technologieën onderzoek gedaan naar een mogelijkheid om dit te bereiken. Het vergt grote investeringen om de fabrieken te kunnen laten draaien. Dit leidt tot een hogere kostprijs, maar doe ik het niet, dan moet ik fabrieken stoppen. Hierover maak ik mij wel zorgen.’
Anento-Glim pleit dan ook voor ondersteuning van innovatie en het ondernemingsklimaat in Nederland en Europa. ‘Ik begrijp dat activisten strijden voor een beter milieu voor ons en onze kinderen, dat wil ik zelf ook. Maar als je vervolgens kiest voor dezelfde producten die in het buitenland worden geproduceerd, ondersteun je de innovatie in Europa niet. Eigenlijk zeg je daarmee dat je het beter vindt dat het product met minder regelgeving en meer vervuiling elders in de wereld plaatsvindt. Als je de wereld wilt verbeteren, zou je moeten kiezen voor ondersteuning van de lokale producenten. In de chemie zijn we een beetje het contact met onze omgeving, de mensen, verloren. Een groot deel van alles wat we in huis hebben en de wereld doet draaien, komt van Chemelot af. Dat moeten we meer duidelijk maken.’
PETROCHEM 2 - 2024 27 ■
Efficiënter kraken met vernieuwde fornuizen
Shell Moerdijk krijgt een ander aanzicht. Zestien oude fornuizen worden vervangen door acht nieuwe exemplaren. Ook zullen vier schoorstenen verdwijnen. De ombouw-operatie levert indrukwekkende beelden op. Van een imposante ringkraan, één van de grootste ter wereld, en van enorme onderdelen die met uiterste precisie op hun plaats worden gehesen, te midden van draaiende fabrieken. De enorme operatie dient een belangrijk doel: het verhogen van de efficiency van het kraakproces en het verminderen van de CO2-emissie.
Jacqueline van Gool
Elektrisch kraken, dat is de heilige graal waarnaar de petrochemische industrie streeft. Als elektrische kraakovens de energie-intensieve kraakfornuizen vervangen – en draaien op duurzame elektriciteit – kan de CO2-uitstoot met grote hoeveelheden worden teruggedrongen. Maar zo simpel als het klinkt, is het niet. Aan de ene kant zijn er technische uitdagingen, aan de andere kant is de beschikbaarheid van voldoende (groene) stroom nu nog een groot vraagteken. Elektrisch kraken is daarom vooralsnog toekomstmuziek. Voorlopig zullen grootschalige krakers nog gewoon worden verwarmd met brandstofgestookte fornuizen. Echter, de ontwikkeling van technologie die traditionele krakers efficiënter maakt, staat niet stil. Grote bedrijven investeren wel degelijk in het optimaliseren van gestookte kraakprocessen.
Beschikbare ruimte
Nieuwe installaties – al zijn die in Europa niet heel dik gezaaid – kunnen gebruikmaken van state-of-the-art technologie. Een in het oog springend voor-
beeld daarvan is Project One van Ineos in Antwerpen. De nieuwe ethaankraker van Ineos is ontworpen om de best in class te zijn. Bij het ontwerp heeft het bedrijf maximaal ingezet op warmte-integratie en heeft het rekening gehouden met mogelijke toekomstige aanpassingen, bijvoorbeeld het gebruik van waterstof en het afvangen van CO2. In bestaande krakers zijn de vrijheden een stuk beperkter. De gemiddelde Europese kraker is ruim vijftig jaar oud en verweven met en omringd door andere installaties. Toch zoeken bedrijven binnen de beschikbare ruimte naar manieren om de processen te optimaliseren en de sites concurrerend te houden. Zo ook op het Shell Chemicals Park in Moerdijk. ‘Al sinds begin jaren zeventig vormt de kraker het hart van onze site in Moerdijk. Zestien van de twintig kraakfornuizen stammen uit de begintijd van deze locatie. Deze zijn aan vernieuwing toe’, vertelt Wilco Voogdt. Hij is eindverantwoordelijk voor het Skyline project van Shell in Moerdijk, waarbij de zestien oudste fornuizen plaatsmaken voor acht nieuwe fornuizen. ‘De totale capaciteit van de kraker blijft hetzelfde, maar de nieuwe installaties zijn een significante verbetering voor wat betreft energieverbruik en emissies. Na ingebruikname zal het totale energieverbruik van de kraker met tien procent worden gereduceerd, wat zal resulteren in een emissiereductie van de site Moerdijk met tien procent. Bovendien kunnen we een slag maken op het gebied van onderhoud, omdat het aantal installaties wordt teruggebracht.’
Warmte terugwinnen
De nieuwe fornuizen zijn groter dan de oude installaties. ‘Een fornuis bestaat uit een kraak- en een convectiesectie.
PETROCHEM 2 - 2024 28 TOPIC PROCESOPTIMALISERING
Het convectiegedeelte, waar de warmte-uitwisseling plaatsvindt, wordt een stuk hoger dan bij de oude installatie. Hierdoor kunnen we meer warmte terugwinnen. De rookgassen koelen af van tweehonderd tot ongeveer honderd graden Celsius. Deze teruggewonnen warmte gebruiken we weer in het proces.’ Ook het stoomverbruik kan worden gereduceerd. ‘Om goed te kunnen kraken, voegen we stoom aan de voeding toe. In de nieuwe opstelling is minder van deze verdunningsstoom nodig. Dit zorgt ook voor een reductie van de energiebehoefte.’
Wilco Voogdt: ‘We hebben veel geleerd van het vervangen van het eerste fornuizenpaar.’
EUROPEES PROJECT IMPROOF
Het verbeteren van de efficiency van krakers was ook het doel van het Europese project IMPROOF dat tot 2020 liep. Hieraan werkte onder andere Dow Benelux mee. In dit project onderzochten verschillende partijen hoe ze de vorming van coke op de reactorwand van krakers konden reduceren. Coke-vorming zorgt voor een slechtere warmte-overdracht en daardoor een hogere energieconsumptie. Door geavanceerde materialen te gebruiken voor de warmtewisselaars, verbeterde ontwerpen en procesregeling, is de warmte-overdracht meer uniform. Door het gebruik van speciale coatings kon de energieconsumptie nog verder worden verbeterd.
Als onderdeel van de vernieuwing van de fornuizen worden ook geavanceerdere materialen toegepast. Zo worden de buizen waarin het kraakproces plaatsvindt, vervangen door een ander materiaal dat langer meegaat. Dit heeft als voordeel dat het onderhoudsinterval van een fornuis aanmerkelijk wordt verlengd. Ook zijn de acht nieuwe fornuizen identiek aan elkaar, en ontworpen met het oog op de grondstoffentransitie in de toekomst: ‘De nieuwe fornuizen zijn geschikt om een maximale productrange te kunnen verwerken. Zo zijn ze al geschikt voor pyrolyse-olie (eindproduct van chemisch gerecycled plastic, red.) uit de pyrolyse-upgrader die we hier op Moerdijk bouwen’, vertelt Voogdt.
Kleine ruimtes
Skyline is geen nieuwbouw- maar een ombouwproject. ‘De kraaksectie van
PETROCHEM 2 - 2024 29
FOTO’S: SHELL
Hoogwaardige blussystemen en grondwerkzaamheden
0181-212822
• Meer dan 90 jaar ervaring in ontwerp, aanleg, reparatie en onderhoud.
• Specialist in de industrie, petrochemie, logistiek en infrastructuur.
• Uitvoeren van grondwerkzaamheden en gas- en drinkwaterleidingen.
info@qualm.org
QUALM.org
Flexibele koeloplossingen huren voor optimale bedrijfsprocessen.
Delta-Temp is dé specialist inzake verhuur van industriële koeling. Onze moderne chillers zijn geschikt voor zware industriële toepassingen. Bij Delta-Temp huurt u eenvoudig extra koelvermogen op maat van uw project
info@delta-temp.nl
BLUSSYSTEMEN
LEIDINGWERK
23006-291 QUALM adv Industrie Bouw.indd 1 30-06-2023 13:06
GWW-WERKEN
| 24/7 support
www.delta-temp.nl 0800 25 25 25 6 Verhuur | Verkoop
Verhuur van koelmachines | Industriële airco | Luchtbehandelingskasten | Rooftops | Low Temp units
acht van de zestien fornuizen blijft staan, die wordt hergebruikt. Alleen de convectiesectie wordt vervangen door een grotere installatie’, vertelt Voogdt. Het is een ingewikkelde operatie. De ruimtes waarin wordt gewerkt, zijn klein en het equipment dat moeten worden ingepast, is groot. En daarbij blijft de kraker gewoon draaien. ‘Daarom bouwen we de fornuizen gefaseerd om. We hebben het eerste fornuizenpaar vervangen en het eerste nieuwe fornuis in gebruik genomen. We hebben veel geleerd van het vervangen van het eerste fornuizenpaar. Omdat je in kleine ruimtes werkt, moet je goed plannen welke werkzaamheden je eerst uitvoert en bijvoorbeeld welke piping je eerst gaat inbrengen. Voor het einde van 2025 kunnen we het project afronden.’
Ringkraan
Omdat de kraker in bedrijf blijft en de productie op de site niet wordt stilgelegd voor de werkzaamheden aan de fornuizen, besloot Shell om de onderdelen modulair offsite te bouwen. ‘Zo hebben we een miljoen manuren op de site minder. Dat is vooral belangrijk met het oog op de veiligheid. Maar daarnaast hebben we in Nederland ook te maken met een schaarste aan technische mensen. Daarom is het voor Shell aantrekkelijker om de installaties in het buitenland te laten bouwen.’
Voogdt benadrukt dat deze manier van werken niet per se goedkoper is: ‘Denk aan het vervoer van de installaties en aan het inhijsen van de nieuwe fornuisonderdelen op de site. We hebben hiervoor samen met Mammoet een speciale ringkraan – een van de grootste ter wereld – op de site moeten installeren. Hiervoor hebben we ook speciaal een fundering moeten aanleggen.’
Wilco Voogdt: ‘Elektrisch kraken is echt nog lang geen realiteit.’
Vergroeningsplan
Het vervangen van de kraakfornuizen maakt deel uit van het vergroeningsplan voor de site in Moerdijk. Zo worden stoomturbines waar dat kan vervangen door elektromotoren. Eerder, in 2019, verving Shell tijdens een grote stop de stoomaandrijving van de MSPO-1-fabriek door een elektrische aandrijving. Dit zorgde op jaarbasis voor een CO2-reductie van 13.000 ton. ‘Maar elektrisch
kraken is echt nog lang geen realiteit’, geeft Voogdt aan.
Hoewel verschillende partijen op het gebied van elektrificatie belangrijke stappen zetten – Shell werkt sinds 2020 samen met Dow aan e-cracking technologie – zal het nog wel wat jaren duren voordat de eerste elektrische krakers realiteit zijn. De kraker op de site in Moerdijk wordt klaargemaakt voor de meer nabije toekomst.
PETROCHEM 2 - 2024 31 ■
PLANTMANAGER
Finalisten Plant Manager of the Year 2024 bekend
Maak kennis met de finalisten voor de verkiezing van de Plant Manager of the Year 2024. Dit jaar strijden Miguel Anento-Glim (Arlanxeo), Marjan Rijckaert (Avient), René Stoel (Koole Terminals) en Guliz Talay (Dow) om de titel. Op 13 juni wordt tijdens Chemelinqs24 in Geleen de opvolger van Anne Arkenbout (Nobian) bekendgemaakt.
Monique Harmsen
De jaarlijkse verkiezing van de Plant Manager of the Year is een initiatief van Industrielinqs in samenwerking met de VNCI, Votob en het Petrochem platform. Kandidaten komen uit de procesindustrie. Denk daarbij aan de energiesector, raffinage en de staal-, papier- en voedingsmiddelenindustrie. En natuurlijk de chemie, waarin de huidige Plant Manager of the Year Anne Arkenbout werkzaam is.
De verkiezing draagt bij aan een positief imago van de Nederlandse procesindustrie door de inspanning en prestaties van plantmanagers te benoemen en te waarderen. De focus ligt hierbij op veiligheid, gezondheid, milieu, productivi-
Miguel Anento-Glim
Miguel Anento-Glim is sitemanager van Arlanxeo in Geleen. De site op Chemelot bestaat uit drie fabrieken waarin EPDM wordt gemaakt. Dit is
een flexibel weer- en ozonbestendig rubber voor toepassingen in de automobielindustrie, bouw en medische sector. Anento-Glim begon 25 jaar
teit, maatschappelijke betrokkenheid en duurzaamheid.
Teamprestatie
Een vakkundige jury beoordeelt de finalisten onder andere op maatschappelijke betrokkenheid, leiderschap en communicatieve vaardigheden. Tijdens het congres Chemelinqs24 op 13 juni presenteren de finalisten zich aan het publiek, dat ook mee kan stemmen in de zaal en via internet. Tijdens het evenement wordt de winnaar bekendgemaakt. De meeste finalisten en winnaars zien de nominatie en uitverkiezing als een teamprestatie. Daarom is er ook veel aandacht voor de medewerkers van de kandidaat.
geleden als maintenance engineer bij wat toen nog DSM was en is na verschillende functies nu site manager.
Anento-Glim is niet iemand die graag op de voorgrond staat. Zijn eerste reactie op de nominatie was dan ook afhoudend. ‘Ik ben niet de beste en wil het ook niet zijn, maar ik ben heel trots op mijn mensen’, stelt Anento-Glim. ‘Ik doe het om te laten zien waar we samen voor staan. Als het tegenzit, maakt het verschil of je blijft en ervoor gaat of dat je vlucht. Juist dan gaan we met z’n allen samenzitten om te kijken hoe we een stap verder komen. Dan heb je het over een echt familiegevoel.’
Als plantmanager maakt hij zich sterk voor veiligheid en het borgen van de toekomst van de fabriek voor volgende generaties. ‘Ik streef ernaar dat we over 45 jaar nog bestaan om mee te mogen maken dat we het predicaat Koninklijke
PETROCHEM 2 - 2024 32
FOTO: MONIQUE HARMSEN
EPT krijgen.’ Dat vereist dat Arlanxeo tot de frontrunners op het gebied van innovatie en verduurzaming blijft behoren. Een aantal grote projecten op het gebied van circulariteit en energieefficiency staat al op het programma. Voor alle critici die uit het oogpunt van klimaat protesteren tegen de che-
mische industrie in Nederland heeft Anento-Glim een dringende boodschap. ‘Hiermee ondersteun je de innovatie in Europa niet. Je zegt eigenlijk dat je het veel beter vindt dat de productie met minder regelgeving en meer vervuiling elders plaatsvindt. Als je de wereld wilt verbeteren, zou je moeten kiezen voor
ondersteuning van innovatie in Europa.’ Hij steekt hierbij de hand ook in eigen boezem: ‘We moeten onze boodschap duidelijker brengen. Een groot deel van alles wat we in huis hebben, komt uit de chemie.’
Marjan Rijckaert
Marjan Rijckaert is sinds twee jaar plantmanager van Avient Protective Materials, het voormalige DSM Dyneema, in Heerlen. Binnen DSM vervulde ze een breed palet aan functies in zowel de fabriek als op het hoofdkantoor op corporate niveau. Het past bij Rijckaert die van uitdagingen houdt. ‘Als het te voorspelbaar wordt, moet je mij niet hebben.’
Rijckaert is vereerd en verrast door de nominatie. ‘Voor mijn gevoel ben ik pas net begonnen in deze rol en kan ik daar nog zeker verder in groeien. Ik vind het wel een enorme erkenning voor hoe ik de rol invul. Mijn baas en zijn baas hebben mij genomineerd. Dat betekent dat ze herkennen dat ik met de juiste zaken bezig ben voor de site van APM in Heerlen en daar ook op een goede manier invulling aan geef.’
Dat wordt ondersteund door de engagement survey die Avient jaarlijks houdt. ‘We hebben een engagement score van 75 procent overall. Op de specifieke vraag of de mensen onze site een “Great Place to Work” vinden beantwoord 89
René Stoel
René Stoel is terminalmanager van Koole Tankstorage Pernis. Dit is een belangrijke speler in de opslag van plantaardige oliën en vetten in de haven van Rotterdam. De afgelopen jaren hield hij zich bezig met verduurzaming van de terminal en een cultuurverandering, waarbij
procent van de mensen die vraag positief. Dat is een verdienste voor het hele leiderschapsteam van onze site. Ik voel me er verantwoordelijk voor dat we blijven zorgen dat mensen met plezier naar het werk komen en gezond weer naar huis gaan, en dat onze site een goede toekomst heeft.’
Om ervoor te zorgen dat bedrijven blijven investeren in de industrie in Nederland en om deze te verduurzamen, zouden bedrijven volgens Rijckaert meer
moeten samenwerken. ‘Alleen samen kunnen we ervoor zorgen dat we een aantal zaken oplossen. Met samen bedoel ik bedrijven en overheid, maar ook bedrijven onderling. Je ziet al initiatieven ontstaan op bedrijventerreinen om onder andere gezamenlijk de beperkte energiebeschikbaarheid op te lossen. Ik denk dat site managers een belangrijk rol kunnen (en moeten) spelen om naar oplossingen voor dit soort zaken toe te werken.’
de nadruk vooral op veiligheid en teamwork ligt.
Stoel is vereerd met zijn nominatie die hij ziet als een prachtig compliment voor de mensen die iedere dag het verschil maken. ‘Vanuit faciliterend leiderschap zijn we iedere dag bezig met de mensen
om te zorgen dat iedereen aan het einde van de werkdag weer veilig en gezond naar huis gaat, zich in de werkomgeving thuis voelt en dat dit een plek is waar we elkaar helpen en ontwikkelen.’ Als plantmanager haalt Stoel veel energie uit de vooruitgang in de ontwikkeling van zijn mensen. ‘Ik heb altijd oog voor
PETROCHEM 2 - 2024 33
FOTO: MONIQUE HARMSEN
DEMONTAGE
DDM Demontage B.V.
Demontage, Sloopwerken
Industriële verhuizingen, Asbestsanering
3454 PW DE MEERN
Tel: +31(0)30- 666 97 80
E-mail:info@ddm.eu
Website:www.ddm.eu
MANUFACTURING EXECUTION SYSTEMS (MES)
batenburg | magion
Wolga 5
2491BK DEN HAAG
Tel: +31(0)70- 444 27 70
Fax: +31(0)70- 444 20 82
E-mail:info@magion.nl
Website:www.magion.nl
Dutramex B.V.
Energieweg 19
4143 HK LEERDAM
Tel: +31(0)345 - 61 40 11
E-mail: sales@dutramex.com
Website: www.dutramex.com
Veerhangers & -supports
Hydraulische Schokdempers
Trillingsdempers
Bewegingsbegrenzers
Pijpophangingen
Pijpondersteuningen
Klemsystemen
Glijplaten
Isolatiepakketten
Counter Weight Systemen
Staalconstructies
Indien u ook vermeld wilt worden in de Market Review van Petrochem, neemt u dan contact op met Jetvertising, Robbin Hofman, tel. 070 399 0000.
PROCESS CONTROL
batenburg | magion
Wolga 5
2491BK DEN HAAG
Tel: +31(0)70- 444 27 70
Fax: +31(0)70- 444 20 82
E-mail:info@magion.nl
Website:www.magion.nl
WARMTEBEHANDELING
Elektrisch voorwarmen en gloeien / Inductie verwarmen / Stationaire en mobiele gloeiovens / Uitdrogen beton en coatings
Delta Heat Services B.V.
Scheelhoekweg 2
3251LZ STELLENDAM
Postbus 52
Global specialist in metal surface treatment
STUDBOLTS BC Basco
MANUFACTURER OF HIGH INTEGRITY
BOLTING
Vierschaarstraat 7A
9160 LOKEREN
Tel:+32 9 348 21 35
E-mail: sales@basco.be
Website: www.beck-industries.com
3250AB STELLENDAM
Tel: +31(0)187- 49 69 40
Fax: +31(0)187- 49 68 40
E-mail:info@delta-heat-services.nl
Website:www.delta-heat-services.nl
SMIT Heat Treatment
PO Box 117
5430 AC Cuijk
Locatie Rotterdam: Scheepsbouwweg 45, Rotterdam +31 78 699 96 90
rotterdam@smit-industrial.com
Locatie Cuijk: Havenlaan 16, Katwijk NB cuijk@smit-industrial.com
www.smit-ht.com
On-site diensten wereldwijd chemisch technisch reinigen op locatie klant en proces specifieke oplossingen voor complexe vervuilingen
Expert op het gebied van chemisch technisch reinigen en metaal oppervlaktebehandeling. Neem contact op met onze specialisten voor een advies op maat.
www.vecom.nl
The Vecom way - deskundig en veilig voor mens, metaal en milieu
info@vecom.nl T. +31 10 59 30 299
Workshop diensten
conditioneren en chemisch reinigen van roestvast staal en andere metalen meerdere locaties in Nederland, België en het Verenigd Koninkrijk
MARKET REVIEW
PIPE SUPPORTS
PET02_MartketReview-liggend2024.indd 50 23-04-2024 09:06
ON-SITE DIENSTEN METAAL OPPERVLAKTEBEHANDELING AFVALWATER VERWERKING METAAL BEHANDELINGSPRODUCTEN
de kracht van de mens en het geven van de bijbehorende verantwoordelijkheden.
Naar elkaar luisteren, voor elkaar zorgen en bovenal als team samenwerken.
Met deze ingrediënten zijn we in staat gebleken om in een relatief korte periode goede resultaten te boeken op het vlak van safety, leiderschap, verbeterprojecten en verduurzamingsinitiatieven.’
Het meest trots is Stoel op de resultaten die iedere dag worden geboekt op het vlak van veiligheid, de energietransitie en de ontwikkeling van mensen. ‘Hiervoor hebben we een programma opgestart: Safety, people en performance. Dit helpt als kapstok om onze doelstellingen te realiseren. We willen een cultuur creëren waarin we naar onze mensen luisteren en zij actief deelnemer zijn in het proces, dus eigenaarschap ontwikkelen.’
Mocht hij Plant Manager of the Year
2024 worden, dan zet hij zich graag in om ervoor te zorgen dat mensen een positief gevoel krijgen bij zijn sector. ‘Een voorbeeld is de samenwerking met ons buurbedrijf om stoom af te nemen voor de verwarming van onze tanks. Dit
Guliz Talay
Guliz Talay is plantmanager van de MDI-fabriek van Dow Chemical in Delfzijl. MDI is met polyol een belangrijke grondstof voor polyurethaan, dat wordt toegepast in harde en zachte schuimen voor matrassen, meubels en isolatiematerialen. Hoog op de agenda van Talay staan de onderwerpen verduurzaming, diversiteit en inclusiviteit en samenwerking.
Talay is vereerd met de nominatie tot Plant Manager of the Year 2024 maar
het meest trots is ze op haar mensen en de veranderingen die ze proberen te maken. ‘Niet alleen bij Dow Delfzijl maar in de hele industrie. Allereerst de veranderingen op het gebied van veiligheid. Als je kijkt naar de ongevallenstatistieken van veertig tot vijftig jaar geleden en de huidige, dan zijn de veiligheidscijfers sterk verbeterd. Als engineer, operator en plantmanager kunnen we een groot verschil maken.’ Een nog grotere verandering is de industriële revolutie of, zoals Talay het noemt, de duurzame industriële revolutie. ‘Veranderingen gaan erg snel en we moeten
project is bij uitstek een voorbeeld van hoe we een brug kunnen slaan tussen het bedrijfsleven en de overheid. Als we goed naar elkaar luisteren en met elkaar verbinden, kunnen we nog vele mooie en noodzakelijke stappen zetten.’
leren omgaan met deze veranderingen. Dat betekent voor ons focussen. Hoe kunnen we elektrificeren, hoe kunnen we onze energiebalans verbeteren, hoe kunnen we kleine veranderingen bewerkstelligen die een grote impact hebben?’ Op dit moment wordt het dak van de cold room van Dow vervangen door een dak met extra isolatie waardoor het energieverbruik aanzienlijk daalt. ‘Dit jaar verkopen we ook onze eerste circulaire MDI afkomstig van afval.’ Het zijn maar een paar onderdelen van de roadmap voor de komende tien jaar, die Talay samen met haar team opstelde om de CO2-footprint te verlagen en de circulariteit te verhogen.
Talay is ervan overtuigd dat meer samenwerking nodig is om de toekomstige uitdagingen te overwinnen. ‘We moeten ophouden met concurreren en beginnen met samenwerken! Het gaat niet om persoonlijke successen of om Dow Chemical. Kijk naar de natuur, dan zie je dat alles met elkaar samenhangt. Als plantmanager heb ik steun van de overheid nodig en van de universiteiten die mij de materialen bieden waarmee ik nieuwe circulaire bestanddelen kan maken.’
PETROCHEM 2 - 2024 35 ■
FOTO: MONIQUE HARMSEN FOTO: WIM RAAIJEN
Het Petrochem platform brengt experts, gebruikers en leveranciers van producten en diensten bijeen om bij te dragen aan transparante informatievoorziening rond de olie- en chemische industrie. Het Petrochem platform bereikt zijn doelgroep via het vakblad Petrochem, de website www.petrochem.nl, de nieuwsbrief en events, zoals een jaarcongres.
PARTNERNIEUWS PARTNERS VAN HET PETROCHEM PLATFORM
In de Human Capital Coalitie Energietransitie werken Rotterdamse partijen samen aan een passend arbeids- en onderwijsaanbod, om daarmee de energietransitie in het havenen industriegebied van Rotterdam mogelijk te maken. Na een jaar zijn de eerste resultaten bereikt: een nieuwe studierichting voor de energietransitie, een goed bezocht digitaal platform met banenwijzer en honderd baangaranties voor jongeren uit Rotterdam-Zuid. De Human Capital Coalitie Energietransitie is een samenwerking van Deltalinqs, Havenbedrijf Rotterdam, Gemeente Rotterdam, Hogeschool Rotterdam, Techniek College Rotterdam en het STC.
Bekijk de partnerfilmpjes op www.petrochem.nl/partners-en-leden
CONTENTPARTNERS
Evides Industriewater levert demiwater voor de elektrolyzer die Shell bouwt in het Conversiepark op de Maasvlakte. Daarvoor moet echter wel het demiwaternet met zes kilometer worden uitgebreid. Na een lang voorbereidingstraject begon Evides Industriewater in november 2023 met het aanleggen van de leiding. Het is een veelzijdig project met diverse sleufloze technieken, waaronder een gestuurde boring. De leiding kan binnenkort op het bestaande demiwaternet worden ingebouwd. Aan het einde van dit jaar volgen de aansluitingen op het Conversiepark.
Nobian heeft vergunningen gekregen om acht nieuwe zoutwinlocaties aan te leggen bij Haaksbergen. Het bedrijf begon in 2010 met een verkenning naar een nieuw zoutwingebied in de regio Twente. Op basis van de dikte en de kwaliteit van de zoutlaag kwam Haaksbergen als meest geschikte locatie naar voren. De afgelopen jaren werkte Nobian intensief samen met lokale overheden en de omgeving aan het verkrijgen van de benodigde vergunningen. In de komende periode gaat Nobian verder met de voorbereidende werkzaamheden voor de zoutwinning. Naar verwachting begint de bouw rond de zomer van 2024.
Wilt u meer weten over lidmaatschap of partnering van het Petrochem platform, kijk dan op www.petrochem.nl of neem contact op met Janet Robben:
janet@industrielinqs.nl - 06 38 73 70 39
LEDEN VAN HET PETROCHEM PLATFORM
LEADER IN HIGH TEMPERATURE SOLUTION
‘QU TES’
Verplicht op Europees niveau het bijmengen van circulaire en biogebaseerde grondstoffen voor plastics. Dat creëert ook op dat vlak een markt voor duurzamere oplossingen. Op die manier kunnen bedrijven investeren en creëer je een nieuw ecosysteem, waarbij niet alleen wordt gekeken naar wat vandaag de goedkoopste route is met het risico dat de verduurzaming stilstaat.’
Bart Leenders, executive vice president Technology and Projects bij Neste, in het hoofdinterview van deze editie.
Helaas weer een bedrijf in de voor de Nederlandse economie o zo belangrijke chemische industrie die het Nederlandse vestigingsklimaat niet langer ziet zitten
Enrico Lammers, managing director Pro6com, op LinkedIn over de sluiting van de PET- en PTA-fabrieken van Indorama.
De Vlaamse regering stelt 70 miljoen euro in het vooruitzicht om de industrie te steunen in de klimaatomslag. Fossiele brandstoffen vervangen door elektriciteit is nog steeds een pak duurder. Een deel van die extra kostprijs kan straks worden bijgepast. (…) Met Voka-Vlaams netwerk van ondernemingen hebben we aangedrongen op de invoering van deze nieuwe steunvorm volgens het principe van contracts for difference. Onze buurlanden hebben een grote voorsprong, deze nieuwe maatregel stelt onze bedrijven in staat om bij te benen.
Frank Beckx, directeur kennis- en lobbycentrum Voka, op LinkedIn.
HET EXPERTPANEL VAN HET PETROCHEM PLATFORM BESTAAT UIT DE VOLGENDE SPECIALISTEN
Johan Alebregtse Manufacturing & Technology Executive Consultancy
Frank Beckx Kennis- en Lobbycentrum Voka, directeur
Jos Benders voormalig topman Lyondell
Sandra de Bont VOTOB Academy, directeur
Jan Bout Stichting HaskoningDHV, bestuurslid
Jan Van Doorslaer voormalig woordvoerder BASF Antwerpen
Niko van Gent voormalig woordvoerder Huntsman Holland
Michel Grijpink Hogeschool Utrecht, Learning & Development consultant
Ronald Hoenen Equans, regio directeur
Plant Manager of the Year 2015
Joris Hurenkamp Havenbedrijf Rotterdam, senior business manager
Emre Kaya Organik Kimya, global supply chain director
Plant Manager of the Year 2017
Cor Kloet voormalig algemeen directeur SPIE Nederland
Tijs Koerts EPSC, operations director
Cas König Groningen Seaports, directeur
Enrico Lammers Pro6com en DWG Process & Safety managing director
Henk Leegwater Lexxin, consultant
Bart Leenders Neste, vice president production
Frank de Leng ACTAD, operations manager
Michel Leyseele Pipelink, managing director
Marit van Lieshout Kenniscentrum Duurzame Havenstad, Iector Procesoptimalisatie en -intensificatie
Cor van de Linde iTanks, managing director
Michel Meertens DSM, vice president premix operations
Genserik Reniers TU Delft, professor Safety and Security Science Group
Elsbeth Roelofs Nationaal Klimaat Platform, Programma manager Ondernemers
Egbert Schellenberg FNV, vakbondsbestuurder procesindustrie
Dik Schipper voormalig production leader Dow Benelux
Gerald Schotman Shell, senior vice president
Jaap Schouten TU Eindhoven, professor
Wim Soetaert Universiteit Gent, professor
Wouter Stam Flowid, managing director
Niek Stokman
Bilfinger Tebodin West Nederland, sales manager oil & gas
Tschin Plant One Rotterdam, managing director
COO
Venendaal BTG Biomass Technology Group, algemeen directeur Roelf Venhuizen voormalig voorzitter Profion en directeur NAM Roelof van Wijk Teijin Aramid, plantmanager Maaike de Wit Straatman Koster advocaten, advocaat Jeroen van Woerden Jitink, managing director Plant Manager of the Year 2016 Cor Zijderveld voormalig voorzitter SBE
Gabriel
Henk Veldink Vynova Group,
René
Dit soort overheidssubsidies zijn bedoeld voor innovatieve projecten, en daarbij houdt men dus rekening met het risico dat projecten kunnen mislukken. Het is bijvoorbeeld voldoende als ondernemers kunnen aantonen dat ze hebben geprobéérd duurzame energie te produceren.
Het beoogde doel
Groene energie, recycling van plastic, productie van waterstof uit afval. Allemaal goede initiatieven die we nodig hebben om de klimaatdoelstellingen te behalen en verdere opwarming van de planeet te voorkomen. Daarom is het logisch dat de overheid dit soort initiatieven een warm hart toedraagt en zelfs helpt de benodigde technologieën te ontwikkelen. Dit gebeurt onder andere met het verstrekken van subsidies. En dat is maar goed ook, want de roep om werkelijke veranderingen die leiden tot verduurzaming wordt steeds luider.
Stinkende initiatieven
Echter niet alle initiatieven zijn even zuiver en sommige lijken zelfs te stinken. En dan niet omdat het om afval gaat. Nee, zoals altijd weer blijkt: waar geld te halen valt, zijn er kapers op de kust die graag een graantje meepikken zonder uiteindelijk te leveren waar het geld voor bedoeld is. NRC publiceerde hier in februari al over. Volgens het dagblad is er een kleine groep investeerders die wel subsidie opstrijkt voor het ontwikkelen van ‘schone technologieën’, maar een duurzaam project nooit werkelijk tot uitvoering brengt
En dat is geheel volgens de regels. Dit komt doordat dit soort overheidssubsidies bedoeld zijn voor innovatieve projecten, en daarbij houdt men dus rekening met het risico dat projecten kunnen mislukken. Het is bijvoorbeeld voldoende als ondernemers kunnen aantonen dat ze hebben geprobéérd duurzame energie te produceren. Het is geen harde eis dat er ook werkelijk duurzame energie wordt geproduceerd en al helemaal niet op grote schaal door een industriële installatie, waarmee we een besparing op ons gebruik van fossiele middelen kunnen verwezenlijken.
Schril contrast
Toch raar. Want dit staat in schril contrast met het feit dat de overheid grote bedrijven steeds harder aanpakt om verduurza-
ming af te dwingen en hun uitstoot te verlagen. Zo ligt er nu weer een plan op tafel om de heffingen op bepaalde emissies te verhogen, met als idee dat de industrie als gevolg van die prikkel verder gaat verduurzamen. Of dat systeem echt werkt, is maar de vraag. Want het is inmiddels duidelijk dat menig multinational sterk betwijfelt of Nederland nog wel interessant genoeg is om te blijven investeren in productiefaciliteiten. En door dit soort wendingen in het politieke beleid is het voor bedrijven lastig een goed langetermijnbeleid te voeren. Duurzaamheid vraagt om investeringen die niet over de korte termijn gaan.
Allesbehalve winst
Hoewel de intenties van de overheid goed zijn en het streven naar meer duurzaamheid een noodzakelijk gemeengoed is, kan dit averechts uitpakken. Want wat als de grote bedrijven besluiten naar het buitenland te gaan en daar hun investeringen doen? Zolang de eisen daar lager of soepeler zijn dan in Nederland, kunnen ze daar dus verder zonder aanpassingen en zonder de beoogde verduurzaming. Op grotere schaal gezien hebben we dan allesbehalve winst geboekt. Klimaatproblematiek stopt niet bij de grens, maar regels daaromtrent helaas vaak wel. Het is dus waardevol dit soort belangen op ten minste Europees niveau te behartigen en vooral een op lange termijn gerichte, stabiele koers uit te zetten. En daarnaast op de juiste wijze initiatieven (financieel) te stimuleren. Maar dan graag wel als dat ook werkelijk een bijdrage gaat leveren aan het beoogde doel.
Chris Aldewereld is ingenieur Scheikundige Technologie en werkzaam als Specialist Industriële Veiligheid.
Aldewereld@gmail.com
COLUMN PETROCHEM 2 - 2024 38
Duidelijkheid | professionaliteit | veiligheid (VCA-P)
RijnDijk Staalconstructies is een speler van formaat voor (middel)grote staalconstructieprojecten in de (petro) chemische industrie, zware industrie, energiemarkt en complexe utiliteitsbouw. Tot de opdrachtgevers behoren industriële multinationals, EPC-contractors en grote aannemers in binnen- en buitenland. Projectmanagement, engineering, productie en montage worden in eigen beheer uitgevoerd.
• Duidelijkheid, professionaliteit en een unieke combinatie van knowhow en productiefaciliteiten binnen één bedrijf.
• Complete service door de aanwezigheid van alle disciplines (project management, engineering, productie en montage) in eigen beheer.
• ISO-certificering, EN 1090-certificering, VCA-P certificering en diverse internationale erkenningen maken RijnDijk Staalconstructies tot een betrouwbare, full service partner bij de realisatie van (staal)constructieprojecten in elke grootte.
RijnDijk Staalconstructies is een zelfstandige werkmaatschappij binnen Andus Group: een internationaal opererende holdingmaatschappij met gespecialiseerde werkmaatschappijen die wereldwijd actief zijn in een breed industrieel werkveld.
Kennismaken? Graag. Bel of kijk op www.rijndijk.com of www.andusgroup.com
RijnDijk Staalconstructies BV | Fabrieksstraat 104, 6021 RE Budel, NL | T +31 (0)40 - 246 72 28 | E info@rijndijk.com
THE SOLUTION FOR LUBRICATING WITH HIGH PERFORMANCE, BIO-BASED OILS WITH EU ECOLABEL
Meer weten?
Scan de QR-code.