Nr. 9 - 2017
www.petrochem.nl • losse verkoopprijs € 22,-
Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta Petrochem Nr. 9 - 2017
Inkoper moet leveranciers tot innovaties verleiden • Het oersaai maken van een fabriek • Finalisten Northern Enlightenmentz 2017 • Thema: Offshore
PET09 omslag los.indd 1
16:34 30-08-17 08:22
Bezoekonze onze Bezoek stand1.162 1.162op op stand OffshoreEnergy Energy Offshore Amsterdam! Amsterdam!
www.wagenborg.com www.wagenborg.com A-Voorplaat.indd 2 PET9PET9 A-Voorplaat.indd 2 PET09 omslag los.indd 2
30-08-17 16:34
RD St RD Staalco
IN DEZE EDITIE
10 INKOPER MOET LEVERANCIERS TOT INNOVATIES VERLEIDEN In de meeste productieketens staan chemische bedrijven ver af van de uiteindelijke markt en voelen daardoor minder de toenemende druk van consumenten om te verduurzamen. Toch zijn de BMW’s, Ikea’s en Coca-cola’s van deze wereld bij de verbetering van hun producten grotendeels afhankelijk van hun leveranciers. Volgens Jacques Reijniers, inkoopadviseur en voormalig hoogleraar bij Nyenrode, moeten hun inkopers leren van verkopers en marketeers. Ze moeten hun leveranciers ‘verleiden’ om te innoveren.
50 THEMA: OFFSHORE In 2015 zijn in de territoriale wateren van Senegal grote olie- en gasreserves ontdekt. Interessant! Maar hoe kunnen Nederlandse bedrijven hier de vruchten van plukken? Platforms en installaties zijn daardoor overbodig en moeten een nieuwe functie krijgen of worden afgebroken. Er wordt hiervoor momenteel druk gewerkt aan een nationaal platform decommissioning dat in oktober wordt gelanceerd.
15 DEMONSTRATIEFABRIEK VOOR VETZUREN UIT VOEDSELRESTEN De scale-up Chaincraft bouwt een demonstratiefabriek van zes miljoen euro in het havengebied van Amsterdam om de vergisting van groente- en fruitresten tot vetzuren op industriële schaal te demonstreren. Hiervoor is een uniek proces ontwikkeld.
16 HET OERSAAI MAKEN VAN EEN FABRIEK Bij Wilmar Oleochemicals in de Rotterdamse Botlek hebben ze een drukke tijd achter de rug. In 2014 is hun splinternieuwe fabriek opgestart, een mooie maar ook spannende periode. Toen de fabriek eenmaal draaide was een ander soort leiderschap nodig. Plantmanager Eduard Reitsema moest de rust terugbrengen in de organisatie na de bouw en zorgen dat de fabriek gewoon goed draait. ‘We zijn bezig oersaai te worden.’
36 FINALISTEN NORTHERN ENLIGHTENMENTZ De Northern Enlightenmentz verkiezing is bedoeld om de industrie in de noordelijke provincies te inspireren bij het toepassen van hoopgevende innovaties. En om innovaties en processen die de groene industriële revolutie kunnen veroorzaken een duwtje in de rug te geven. Dit jaar zijn de genomineerden BioMCN, HeatMatrix en de samenwerking tussen ESD-SIC en ENGIE.
EN VERDER Commentaar 5 Feiten en cijfers • Evonik breidt uit in Antwerpen • Kunstmestfabriek na brand gemoderniseerd • Waterstof als brandstof in deel Magnum-centrale 6 Eerste vervolgstappen in de Eemsdelta 21 Projecten 22 Slim is het nieuwe gewoon 29 ChemieLink 30 Producten 33 Agenda 35 Spoordiensten maken chemiecluster aantrekkelijker 40 Innovatie 44 Onbevangen • Chris Aldewereld 49 Column • Henk Leegwater 62
PETROCHEM 9 - 2017 3
PET9 B-Inhoud.indd 3
30-08-17 08:26
Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta Nummer 9 - 2017 UITGAVE VAN: Industrielinqs pers en platform BV, Gedempt Hamerkanaal 155, 1021 KP Amsterdam E-mail: redactie@industrielinqs.nl, website: www.petrochem.nl HOOFDREDACTIE: Wim Raaijen 020 312 2081 EINDREDACTIE: Miriam Rook 020 312 2086 Liesbeth Schipper 020 312 2083 REDACTIE: Dagmar Aarts 020 312 2084 Laura van der Linde 020 312 2083 VASTE MEDEWERKERS: Chris Aldewereld, David van Baarle, Katrien Bogaerts, Jan Van Doorslaer, Jacqueline van Gool, Inge Janse, Henk Leegwater, Wim Soetaert, Cyril Widdershoven LAY-OUT: Bureau OMA bv, Wehl OMSLAGFOTO: WIm Raaijen ADVERTENTIEVERKOOP: Jetvertising BV, Arthur Middendorp t: 070 399 0000 - arthur@jetvertising.nl TRAFFIC: Breg Schoen 020 312 2088 COMMERCIEEL MANAGER: Janet Robben 020 312 2085 DRUKWERK: PreVision Graphic Solutions ABONNEMENTEN (excl. 6% BTW) Petrochem verschijnt 11x per jaar. Nederland/België € 175,- per jaar Introductieabonnement NL/B met 25% korting € 131,25 per jaar Overig buitenland € 204Losse verkoopprijs € 22,Studentenabonnement € 40,50 Proefabonnement 3 mnd € 29,OPZEGGEN: Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen kan via www.aboland.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door Abonnementenland is ontvangen. Indien u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Adreswijzigingen kunt u doorgeven via www.aboland.nl, per post of per telefoon. Overige vragen kunt u stellen op www.aboland.nl of neem telefonisch contact met Abonnementenland op. ABONNEMENTENLAND: Postbus 20, 1910 AA Uitgeest Tel: 0900-226 52 63 (€ 0,10 per minuut) Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Prijswijzigingen voorbehouden. © Industrielinqs pers en platform Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever.
Papier binnenwerk:
Papier omslag:
PAPER & BOARD
www.hi-force.com
MADE OF
AGRI-WASTE WWW.PAPERWISE.EU
PET9 Advertenties.indd 4
30-08-17 08:32
COMMENTAAR
‘Waar privépersonen voor zonnepanelen een terugverdientijd van zeven tot acht jaar als acceptabel ervaren, zullen de meeste bedrijven die veel te lang vinden. Een grote uitzondering daarop vormen familiebedrijven.‘
Verleiden Wat zullen voor de procesindustrie bepalende stimuli zijn om te verduurzamen? Natuurlijk, in de industrie werken veel mensen, ook op beslissingsniveau, die het goede met de wereld voor hebben. Als consument maken ze ook meer en meer bewuste beslissingen. Zo hebben, of overwegen, velen zonnepanelen op hun dak en ook zijn ze kieskeuriger geworden bij de koop van voedingsmiddelen. Hun duurzame ambities verder doorvoeren in hun werkzame levens, lijkt wat complexer. Dan gaat de derde P van People, Planet, Profit op bedrijfsniveau een belangrijkere rol spelen. Waar privépersonen voor zonnepanelen een terugverdientijd van zeven tot acht jaar als acceptabel ervaren, zullen de meeste bedrijven die veel te lang vinden. Een grote uitzondering daarop vormen familiebedrijven. Die denken vaak niet als een economisch systeem met aandeelhouderswaarde en winstoptimalisatie op de korte termijn als belangrijkste criteria, maar meer als een privépersoon. De eigenaar brengt meer dan eens zijn of haar overtuigingen binnen en handelt daar ook vaak naar. Bovendien durft die meer op de langere termijn te denken, wat voor verduurzaming essentieel is. Toenemende druk Ook kleinere, niet-beursgenoteerde chemiebedrijven willen nogal eens een duurzame koers varen. Ze zijn voor investeringen vaak grotendeels aangewezen op vreemd kapitaal. En juist externe financiers als banken, pensioenfondsen, maar ook privé-investeerders stellen steeds nadrukkelijker hun eisen op het gebied van verduurzaming. Ook gebeurt het dat klanten van deze kleinere chemiebedrijven gaan mee-investeren in nieuwe fabrieken als het om duurzamere producten gaat. Deze klanten staan dichter bij de consument en voelen dus ook de toenemende druk om met duurzamere producten te komen. Innovatieve, duurzamere tussenproducten zijn dan zeer welkom. Met kortingen op de geleverde producten verdienen ze dan later hun financiering terug. Een mooie ontwikkeling.
Wind mee Toch blijft het daar gelukkig niet bij. Verschillende beursgenoteerde bedrijven als AkzoNobel, DSM en BASF zien dat een duurzamere koers wel degelijk veel voordelen heeft. Zo komen ze tegenwoordig gemakkelijker aan goed personeel als ze duidelijke duurzame ambities hebben. Erg belangrijk met de toenemende schaarste aan goed opgeleid technisch personeel. Maar het gaat verder dan dat. Een bedrijf met een duurzame strategie krijgt ook eerder de maatschappelijke en politieke wind mee bij nieuwe investeringen. En zelfs de aandeelhouderswaarde wordt steeds minder als een belemmering gezien. In tegendeel, het aandeel van Covestro, voormalig onderdeel van Bayer, is na de beursgang een paar jaar geleden alleen maar in waarde gestegen. Dat heeft zeker ook te maken met de duurzame doelstellingen van het bedrijf. Nieuwe vaardigheden Een andere hoopgevende ontwikkeling is dat steeds meer bedrijven in de keten het dichtst bij de consumenten staan en de toenemende druk voelen om de totale footprint van hun producten te verkleinen. Het besef dringt ook door dat ze daarvoor met name hun leveranciers nodig hebben. In deze Petrochem pleit inkoopexpert Jacques Reijniers daarom voor een belangrijkere rol voor de inkoper in de transitie naar duurzamere productketens. Die zal zich nieuwe vaardigheden eigen moeten maken. Hij moet net als goede verkopers kunnen verleiden. Hij moet leveranciers mee krijgen om samen te gaan innoveren en duurzamere producten te ontwikkelen. Heel anders dan veel inkopers gewend zijn, en helemaal als ze altijd vooral naar prijs, prijs en nog eens prijs hebben gekeken. En de leveranciers, waaronder de meeste chemiebedrijven, moeten zich dan wel laten verleiden. Maar dat moet wel lukken, toch? Reageren? Via de mail: wim@industrielinqs.nl of via Twitter : @wimraaijen
PETROCHEM 9 - 2017 5
PET9 C-Commentaar.indd 5
30-08-17 08:32
Groningen Seaports legt een industriewaterleiding aan tussen de bedrijven AkzoNobel en Zeolyst op het industrieterrein Oosterhorn in Delfzijl. AkzoNobel haalt pekelwater uit Zuidwending en verdampt dat om er zout uit te halen. Het water dat overblijft, is van industriekwaliteit en wordt nu nog geloosd in de Eems. Zeolyst, producent van synthetische zeolieten, gebruikt op dit moment drinkwater voor zijn proces, terwijl water van industriekwaliteit volstaat. Via de nieuwe leiding kan AkzoNobel het water leveren aan Zeolyst, wat voor beide bedrijven voordelig is. Ook eventuele andere bedrijven kunnen in de toekomst op de leiding aansluiten, want deze utiliteit is voor algemeen gebruik. Naar verwachting zal de nieuwe leiding in augustus van dit jaar operationeel zijn.
PETROCHEM 9 - 2017 6
PET9 D-FeitenCijfers.indd 6
EVONIK BREIDT UIT IN ANTWERPEN Evonik investeert miljoenen euro’s in de uitbreiding van de capaciteit voor pyrogene silica in Antwerpen. De nieuwe installaties moeten in de zomer van 2019 operationeel zijn. Typische toepassingen van deze silica (Aerosil genoemd door Evonik) zijn verven en lakken, moderne lijmsystemen, transparante siliconen en niet-brandbare hoogwaardige isolatiematerialen. ‘De investering past goed bij onze strategie om ons meer te concentreren op activiteiten met een duidelijke focus op speciaalchemie en ons portfolio geleidelijk meer in balans te brengen’, zegt Christian Kullmann, voorzitter van de Raad van Bestuur van Evonik Industries. Silica behoort tot de ‘Smart Materials’, een van de vier strategische groeimotoren van Evonik met een bovengemiddelde marktgroei en margepotentieel. Naast de geplande overname van de silica-business van Huber en de continue uitbreiding van de capaciteit voor geprecipiteerde silica, is de uitbreiding in Antwerpen de volgende logische stap volgens Kullmann. Dankzij de uitbreiding zal Evonik vanuit Antwerpen niet alleen hydrofiele maar ook hydrofobe silica aan haar klanten kunnen leveren. Een modernisering van de silaancapaciteit moet de aanvoer garanderen van grondstoffen voor de Aerosil-productie en voor silanen die worden gebruikt in de bandenindustrie. Het pyrogene silica Aerosil wordt verkregen door hydrolyse van silanen bij verhoogde temperatuur in een waterstofvlam. Evonik heeft niet naar buiten gebracht hoeveel miljoen euro ze investeert, alleen dat het om een ‘hoog tweecijferig miljoenenbedrag’ gaat. CORBION DOET BOD OP ALGENBEDRIJF TERRAVIA Biochemiebedrijf Corbion heeft een bod van twintig miljoen dollar uitgebracht op het Amerikaanse TerraVia, dat voedings- en speciale ingrediënten maakt op basis van microalgen. Aangezien TerraVia’s activiteiten op het moment verlieslatend zijn, verwacht Corbion dat de totale financiële verplichtingen aanzienlijk groter zijn dan de koopprijs in contanten. TerraVia zet zijn microalgenplatform in voor de productie en levering van hoogwaardige ingrediënten, zoals omega-3 voor diervoeding en speciale oliën, gestructureerde vetten en proteïnen voor voedings- en biochemische toepassingen. Het bedrijf heeft een R&D-centrum in San Francisco en twee productiefaciliteiten: één in Peoria, Illinois en een tweede in Brazilië (een joint venture met Bunge). De acquisitie van het microalgenplatform van TerraVia zou betekenen dat Corbions productportfolio wordt uitgebreid met vetzuren en proteïnen op algenbasis, naast een nog betere benutting van de fermentatie- en downstream-capaciteiten van Corbion. TerraVia maakte bekend zelf faillissement te hebben aangevraagd op 2 augustus. SPECTACULAIR VERVOER OFF-SITE GEBOUWDE TANK De laatste off-site gebouwde tank is eind juni naar HES Botlek Tank terminal vervoerd. Dit bijzondere transport is de afsluiter van een project waarbij in totaal zeven tanks met een inhoud van ieder 10.000 kubieke meter compleet afgebouwd vanuit de bouwlocatie van SJR Group op de Heijplaat over het water naar HES Botlek Tank Terminal (HBTT) worden vervoerd. Het bouwen en leveren van deze tanks maakt deel uit van een overkoepelend project waarbij de tankopslagcapaciteit van HBTT meer dan verdubbeld wordt van 200.000 naar 477.000 kubieke meter. Zeven van de vijftien nieuwe tanks zijn bij SJR Group gebouwd en vervolgens per stuk door de drijvende bok Matador 3 naar de Botlek vervoerd. Daar worden de tanks op de eerste fundering gezet en vervolgens met speciale trailers naar hun plaats gereden. De zeven tanks zijn 36 meter hoog, hebben een diameter van 19 meter en wegen circa 250 ton per stuk.
FOTO: SJR
Afvalverwerker Suez en Kempenaars Recycling gaan samenwerken aan slimme oplossingen om harde kunststoffen geschikt te maken voor recycling. Zo kunnen zij hoogwaardige grondstoffen leveren aan de kunststofproducerende industrie op basis van gebruikte plastics. De twee bedrijven gaan een joint venture aan onder de naam SK Polymers. Dit bedrijf gaat nieuwe grondstoffen produceren die conventionele grondstoffen voor kunststofproducten kunnen vervangen. De afhankelijkheid van schaarse fossiele grondstoffen, zoals olie, wordt hierdoor kleiner. Suez zet hierbij haar expertise en ervaringen met onder andere haar sorteerinstallatie voor kunststof verpakkingsafval in Rotterdam in. Kempenaars stelt haar ervaringen met het sorteren van kunststoffen en een deel van haar locatie in Roosendaal beschikbaar. De vraag van fabrikanten en kunststofverwerkers naar secundaire grondstoffen voor nieuwe kunststoffen neemt volgens de bedrijven sterk toe. ‘De vraag naar kunststoffen in Europa bedraagt ruim vijftig miljoen ton per jaar, met als afnemers de verpakkingsindustrie, de bouwsector, de elektronica en de automotive industrie.’
FOTO: EVONIK
FEITEN & CIJFERS
Blijf op de hoogte en schrijf u in voor de nieuwsbrief op www.petrochem.nl
30-08-17 08:37
FOTO: OCI NITROGEN
KUNSTMESTFABRIEK NA BRAND GEMODERNISEERD Eind 2015 veroorzaakte een binnenbrand een verwoestende schade aan de kunstmestfabriek van OCI Nitrogen in Geleen. Van die gelegenheid heeft het bedrijf gebruik gemaakt om dat deel van de fabriek volledig te moderniseren. De brand beperkte zich tot de kelderruimte voor de verlading van kunstmest. Maar vanwege de hitte raakte ook de energievoorziening van de hele installatie onherstelbaar beschadigd. De elektriciteit viel ter plekke volledig uit. Met man en macht is gewerkt om de fabriek weer te kunnen opstarten. Cruciaal daarin was de vervanging van een volledig nieuwe E-installatie. Na ruim vijf maanden kon de kunstmestproductie weer worden opgestart. Bij de herstart van de productie werd nog wel gewerkt met tijdelijke voorzieningen voor de logistiek. De verlading van kunstmestkorrels stamde uit de jaren zestig en was met de nodige aanpassingen tot aan de brand nog steeds functioneel. Met de herstelwerkzaamheden is besloten de verlading volledig te vernieuwen. De capaciteit van de verlading is verhoogd tot 1,5 miljoen ton kunstmest per jaar en er zijn krachtige afzuiginstallaties geïnstalleerd. De ruimte is ergonomisch ingericht voor een betere bediening en onderhoud. Daarnaast is de ruimte voorzien van energiezuinige LED-verlichting. Ook zijn er allerlei preventieve en repressieve maatregelen genomen waaronder camera’s en een sprinklerinstallatie. De voorheen tamelijk stoffige kelder van zo’n 120 meter lang is een schone prettige werkomgeving geworden met actuele technische voorzieningen. De elektriciteitsvoorziening voor de kunstmestproductie was ruim vijftig jaar oud. Plantmanager Jos Claassen: ‘Als je daar de nodige uitbreidingen en aanpassingen bij optelt, dan kom je tot tientallen kilometers kabels en legio verdelers en transformatoren. Deze zijn volledig vervangen door twee nieuwe moderne transmitterruimtes die separaat geplaatst zijn van de fabriek. Ook voor deze ruimtes geldt dat alle mogelijke veiligheidsmaatregelen zijn genomen.
Chemisch technologiebedrijf Avantium heeft een contract getekend met AkzoNobel voor de eerder aangekondigde bioraffinaderij op Chemie Park Delfzijl. AkzoNobel levert diverse faciliteiten en diensten. De pilotfabriek moet de technische en economische haalbaarheid van Avantiums Zambezi-proces valideren. Het doel is om houtsnippers en andere tweede generatie biomassa om te zetten in grondstoffen voor de chemische industrie, zoals glucose en lignine. De fabriek zal naar verwachting operationeel zijn in het tweede kwartaal van 2018. Er komen ongeveer twintig mensen te werken. In februari kondigde Avantium een partnership aan met AkzoNobel, Chemport Europe, RWE en Staatsbosbeheer voor de ontwikkeling van de bioraffinaderij.
SHELL KOOPT DRIJVEND OLIE- EN GASPLATFORM Shell heeft aangekondigd het drijvende olie- en gasplatform Turritella te willen kopen van SBM Offshore. De Turritella kan aardolie en -gas winnen, opslaan en behandelen. Shell wil het drijvende platform in gaan zetten in de Golf van Mexico. De Turritella heeft een dagelijkse productiecapaciteit van ongeveer zestigduizend vaten olie en vijftien miljoen kubieke meter aardgas en past goed in Shell’s wereldwijde diepwaterportfolio, waaronder activiteiten in de Golf van Mexico, Brazilië, Nigeria en Maleisië. Met de koop is zo’n één miljard dollar gemoeid volgens RTL Z.
FOTO: SBM OFFSHORE
TOTAL BEGINT MET PRODUCTIE ETHYLEEN UIT ETHAAN Total is begin juli in Antwerpen begonnen met de productie van ethyleen met als grondstof ethaan, dat uit aardgas wordt geëxtraheerd en aanzienlijk goedkoper is dan feedstock uit olie. Total heeft bijna 60 miljoen dollar geïnvesteerd om een van de twee stoomkrakers van het platform te vernieuwen en de terminal van de site aan te passen om de invoer van 200.000 ton ethaan per jaar in te kunnen zetten. Het ethaan komt per schip vanuit Noorwegen. ‘Het Antwerpse project maakt deel uit van Total’s strategie om zijn grote geïntegreerde platforms te upgraden en zijn petrochemische bedrijfstak uit te breiden om voordeel te kunnen halen uit goedkope grondstoffen’, aldus Bernard Pinatel, president Total Refining & Chemicals. ‘De Antwerpse investering maakt de site flexibeler en biedt toegang tot de meest competitieve grondstoffen.’ Het project maakt deel uit van een bredere upgrade van de Antwerpse faciliteit, die ook de bouw van een nieuw raffinagecomplex omvat om grotere hoeveelheden zware stookolie om te zetten in lichte producten waarnaar steeds meer vraag is.
Het hypermoderne bunkerschip Cardissa van Shell is in Rotterdam aangekomen. Met dit schip kan het bedrijf klanten door heel Europa bevoorraden met liquefied natural gas (LNG) vanuit de Gate terminal in Rotterdam. De Cardissa kan 6.500 kubieke meter LNG vervoeren. Het schip krijgt Rotterdam als standplaats en geeft extra flexibiliteit om een breed scala aan klanten te bevoorraden, met inbegrip van vaartuigen op Europese binnenwateren. ‘LNG als scheepsbrandstof heeft een belangrijke rol te spelen in de energiemix van de toekomst’, zegt Steve Hill, executive vice president van Shell Energy. ‘Met deze bunkerschepen en de Gate terminal laten we zien dat Shell is toegewijd aan het bouwen van een robuuste bevoorrading van onze klanten. Met strengere regels voor emissies aan de horizon, blijven we werken aan schonere energieoplossingen.’ Steeds meer scheepseigenaren en -operators kiezen voor het schoner brandende LNG in plaats van traditionele brandstoffen. Dit in reactie op regelgeving voor de uitstoot van zwavel en stikstofoxiden, inclusief de recente beslissing van de International Maritime Organization (IMO) om het zwavelgehalte van scheepsbrandstoffen te beperken tot 0,5 procent.
PETROCHEM 9 - 2017 7
PET9 D-FeitenCijfers.indd 7
30-08-17 08:37
Betrouwbare en veilige Remote Access; onze geschiedenis én toekomst. WESTERMO heeft een jarenlange geschiedenis in het ontwikkelen en fabriceren van betrouwbare Remote Access oplossingen. Zo hebben wij alleen al in Nederland tienduizenden analoge industriële modems van WESTERMO geleverd, waarvan er nog vele in gebruik zijn. De opgedane kennis van toen is gebruikt om slimme, veilige en eenvoudig te configureren oplossingen te ontwikkelingen voor een nieuwe generatie Remote Access als LTE/4G, ADSL en VDSL. Betrouwbaarheid staat hierbij voorop; dit geldt toch ook voor uw installaties?
Robust Industrial Data Communications - Made Easy
www.modelec.nl Tel. 0318-636262 sales@modelec.nl
adv_WmoA4_BreedbandRouter.indd 1 PET9 Advertenties.indd 8
05-01-17 11:47 30-08-17 08:31
FOTO: NUON
FEITEN & CIJFERS WATERSTOF ALS BRANDSTOF IN DEEL MAGNUM-CENTRALE Nuon, Gasunie en het Noorse Statoil gaan waterstof inzetten als brandstof voor de Magnum-centrale in de Groninger Eemshaven. Zij starten een innovatieproject dat erop is gericht om vanaf 2023 een van de drie units van de centrale over te schakelen op waterstof. Dit is een belangrijke stap op weg naar een honderd procent CO2-vrije energievoorziening. De Magnum-centrale is hier heel geschikt voor omdat deze is ontworpen voor toepassing van meerdere brandstoffen. Binnen de samenwerking richt Statoil zich op de productie van waterstof. Dit gebeurt door Noors aardgas om te zetten in waterstof en CO2. De CO2 wordt in Noorwegen ondergronds opgeslagen voor de Noorse kust, waar Statoil al ruim twintig jaar CO2 afvangt uit het Sleipner-veld. Gasunie doet binnen dit project onderzoek naar de mogelijkheden voor het transport van de waterstof naar de Magnum-centrale en de mogelijkheden om de waterstof zo nodig tijdelijk op te slaan. Nuon zet de waterstof in voor verbranding in Magnum voor elektriciteitsproductie. Wat resteert, is voornamelijk waterdamp. Waar de waterstof in 2023 geproduceerd zou kunnen worden met aardgas, kan het vanaf 2030 mogelijk met duurzaam geproduceerde ammoniak worden gemaakt. Dit wordt dan geproduceerd met elektriciteit uit wind en zon – bijvoorbeeld bij een overschot aan duurzame energie. Vervolgens kan op een later moment uit de ammoniak weer waterstof worden gehaald. Ammoniak fungeert dan dus als opslagmedium voor waterstof. Op dit moment is het produceren van ammoniak of waterstof uit duurzame elektriciteit nog duur en zijn overschotten van groene elektriciteit in Nederland nog niet aan de orde. Daarom is tot die tijd de inzet van CO2-neutrale waterstof uit aardgas een goede optie. Met de kennis en ervaring die met dit project worden opgedaan, kunnen ook andere gascentrales in de toekomst worden omgebouwd. GROEN LICHT VOOR LNG TERMINAL GASUNIE, OILTANKING EN VOPAK Gasunie LNG Holding , Oiltanking en Vopak LNG Holding hebben van de Europese Commissie goedkeuring gekregen om een joint venture te vormen die een terminal voor vloeibaar aardgas (LNG) gaat opzetten en beheren. De drie bedrijven onderzoeken de mogelijkheden voor het aanleggen en bedrijven van een multi-service LNG terminal, waar zowel import als small-scale LNG diensten worden geleverd. De joint venture kijkt naar een locatie bij Brunsbüttel, aan de Elbe, niet ver van Hamburg. Op dit moment wordt een haalbaarheidsstudie gedaan, waarbij wordt gekeken naar economische, technische en nautische aspecten, als ook regelgeving en vergunningsprocedures. BRENT RUWE OLIEKOERS 53 52 51
PRIJS PER VAT IN US DOLLARS
50 49 48 47 46 45 44 43
20
22
24
Juni 2017
26 28
30
4
6
10
Juli 2017
12
14
18
20
24
26 28
2
4
8
10
14
16
18
BASF Antwerpen investeert 16 miljoen euro in het hergebruik van methaangas voor haar ammoniakproductie. De Vlaamse Regering steunt het project met een strategische ecologiesteun van een miljoen euro. BASF wil voor haar productie van ammoniak gebruik gaan maken van vrijgekomen methaangas. Daardoor zal niet alleen het aardgasverbruik van BASF dalen, maar zal ook zo’n zestig procent minder methaanoverschot moeten worden afgefakkeld.
PERSONALIA Jon Sletten, de huidige plantmanager van Yara Sluiskil, is benoemd tot plantmanager in Porsgrunn (Noorwegen). De productielocatie van de multinational Yara International ASA in Porsgrunn maakt zogenaamde NPK meststoffen en behoort naast de vestiging in Sluiskil tot de grootste kunstmestfabrieken van Europa. De Noor Jon Sletten is vanaf 1 augustus 2012 actief in Sluiskil als algemeen directeur. In de periode 2004 tot 2009 was hij ook al werkzaam in Sluiskil als productiemanager NitraatUreum. Zijn primaire taak vond hij het leiden van veilige en excellent presterende fabrieken waarin iedere medewerker de aandacht krijgt die hij of zij behoeft. Piet-Hein Daverveldt, algemeen directeur NEN, zal per 1 november vertrekken bij NEN, kennisnetwerk voor normalisatie in Nederland. Onder zijn leiding is NEN de afgelopen vijf jaar erin geslaagd om zijn maatschappelijke impact sterk te vergroten. Het besluit om te vertrekken, is genomen in overleg met het bestuur van NEN. Beiden hebben dezelfde organisatiedoelstellingen voor ogen maar leggen andere accenten met betrekking tot de wijze waarop hieraan gestalte wordt gegeven. Piet-Hein Daverveldt blijft tot 1 november zijn functie als algemeen directeur vervullen. In de tussentijd wordt naar een opvolger gezocht.
Augustus 2017
PETROCHEM 9 - 2017 9
PET9 D-FeitenCijfers.indd 9
30-08-17 08:37
INTERVIEW
Inkoper moet leveranciers tot innovaties verleiden
PETROCHEM 9 - 2017 10
PET9 O-Interview.indd 10
30-08-17 08:26
In de meeste productieketens staan chemiebedrijven ver af van de uiteindelijke markt. Ze maken geen auto’s, meubelen, cola of andere tastbare consumptieartikelen. Ze voelen daardoor minder de toenemende druk van consumenten om te verduurzamen. Tegelijkertijd zijn de BMW’s, Ikea’s en Coca-Cola’s van deze wereld bij de verbetering van hun producten grotendeels afhankelijk van hun leveranciers. Volgens Jacques Reijniers, inkoopadviseur en voormalig hoogleraar bij Nyenrode, moeten hun inkopers leren van verkopers en marketeers. Ze moeten hun leveranciers ‘verleiden’ om te innoveren. Wim Raaijen
FOTO: WIM RAAIJEN
Een paar jaar geleden, in zijn afscheidsrede als hoogleraar, greep hij terug naar zijn ervaring bij ASML, waar hij eind jaren tachtig enige tijd werkzaam was. Toen al zette de huidige wereldleider in high-end lithografiemachines technologisch enorme stappen vooruit. De algemene overtuiging was toen dat machines nooit patronen van minder dan 70 nanometer zouden kunnen etsen. Een veel te voorzichtige inschatting, zo blijkt. Jacques Reijniers: ‘Nu maakt ASML machines die onder de 22 nanometer duiken en met een nieuwe generatie machines in de maak is het einde van deze ontwikkeling nog niet in zicht.’ Hoewel ASML hier uitgebreid voor wordt geroemd, bereikte het bedrijf deze resultaten niet in zijn eentje. ‘Deze resultaten waren enkel te behalen met onder meer de meest hoogwaardige optische systemen – en die koopt ASML in bij de Duitse lenzenproducent Carl Zeiss. Deze onderneming is al sinds de oprichting begin jaren tachtig strategisch partner van ASML en voor iedere machine gaat er met speciale vrachtwagens een complete set lenzen richting Veldhoven.’ Interessante inzichten Begin juni dit jaar was Reijniers aanwezig bij het Deltavisie-congres als juryvoorzitter van de Inespo duurzaamheidsolympiade. Met overweldigende trots zag hij daar de winnaars van de nationale wedstrijd de harten stelen van de aanwezigen. Met hun plan om glasvezel uit windmolenbladen te herwinnen brachten vier vwo-leerlingen van het Bonhoeffer College uit Enschede verschillende industriëlen op een idee. Hij zag ook dat de chemische industrie met tal van innovaties PETROCHEM 9 - 2017 11
PET9 O-Interview.indd 11
30-08-17 08:26
INTERVIEW bezig is ter verbetering van de veiligheid en duurzaamheid van hun processen. ‘Geweldig om te zien hoe gedreven bedrijven met de verbetering van de veiligheidscultuur bezig zijn.’ Ook hoorde hij vaker dan verwacht het woord duurzaamheid en het ging veel over ketenverantwoordelijkheid. De chemische industrie herbergt tal van oplossingen voor een duurzamere toekomst. En dat besef is ook groeiende bij chemiebedrijven zelf. De leus ‘we create chemistry for a sustainable future’ van BASF kent al verschillende formuleringen bij collega-bedrijven. Het inspireert Reijniers enorm. Juist doordat de chemische industrie een heel andere sector is dan bijvoorbeeld de machinebouw, die hij meer van binnen kent, vindt hij de verschillen en ook de overeenkomsten heel verfrissend. Sowieso is het goed om over de grens van sectoren heen te kijken. Reijniers: ‘Niet lang geleden werd me gevraagd om een aantal workshops te geven aan medisch specialisten over inkoopbeleid. Toen de organisator me vroeg, had ik toch wel wat bedenkingen, maar hij wist me te overtuigen. En werkelijk, het waren zeer inspirerende sessies. De gesprekken gaven niet alleen de cursisten, maar ook mij interessante inzichten.’ Prioriteit Er zijn ook duidelijke cross-sectorale overeenkomsten. In welke sector dan ook, als bedrijven of organisaties met verduurzaming aan de slag willen, dan zullen ze eerst moeten definiëren wat ze daar precies mee bedoelen. En wat dat betekent voor hun specifieke situatie. Reijniers: ‘Wat is duurzaamheid? En kom dan niet met algemene definities aan. Het jammere is dat er veel te veel aan copy/paste wordt gedaan. Daar kan het ook heel erg op misgaan. Het begrip duurzaamheid heeft voor elke organisatie een andere specifieke invulling nodig.’ Hij geeft een voorbeeld uit de publieke sector. ‘Voor de stad Amsterdam is de congestie in de binnenstad en de uitstoot van voertuigen de grootste zorg op het
gebied van duurzaamheid. De allerhoogste prioriteit ligt bij het terugdringen van de emissies en fijnstof. Van auto’s tot rondvaartboten en cruiseschepen. Dat ligt heel anders voor een dorp op de Veluwe. In de frisse landelijke lucht zijn bijvoorbeeld helemaal geen roetproblemen. Duurzaamheid krijgt daar een hele andere invulling, die veel meer in bijvoorbeeld het sociale domein zal liggen. Bijvoorbeeld bij een bewuste inkoop van werkkleding. Is die wel duurzaam geproduceerd?’ Losgetrokken Overigens geldt de gewenste precisie niet alleen voor het begrip duurzaamheid. Wat wil een bedrijf, wat zijn de doelstellingen en waarop ligt de focus? Elk commercieel bedrijf is opgericht om ook geld te verdienen voor de continuïteit. Daar is volgens Reijniers ook helemaal niks mis mee, maar er zijn meer doelen die voor een bedrijf belangrijk kunnen zijn. ‘Het is goed om te bepalen waar de echte prioriteit ligt. Nog steeds draait het bij veel inkoopactiviteiten, als het er echt op aankomt, om prijs, prijs en nog eens prijs. Het is veel belangrijker voor bedrijven om te zoeken naar unieke toegevoegde waarde. Bijvoorbeeld op het vlak van verduurzaming’ Want één ding is duidelijk: de noodzaak van verduurzaming is onontkoombaar. Reijniers: ‘De tekenen zijn niet langer te verloochenen. Onze “take-make-waste” levenscyclusbenadering van grondstoffen en fossiele energiebronnen is op den duur niet houdbaar. We moeten om meerdere, urgente redenen toe naar een circulaire economie waarin grondstoffen worden hergebruikt door het sluiten van kringlopen en waarin de inzet van hernieuwbare energie de norm is. En we moeten ook naar minder verbruik.’ Een hele uitdaging, maar tegelijkertijd staat geen bedrijf er alleen voor. Reijniers: ‘Aangezien de inkoopwaarde van veel organisaties zeer aanzienlijk is, kunnen leveranciers versneld helpen duurzaamheidsdoelstellingen te realiseren. Vernieuwde kennis en innovatieve
Reijniers: ‘Wat is duurzaamheid? En kom dan niet met algemene definities aan. Het jammere is dat er veel te veel aan copy/paste wordt gedaan.’
oplossingen zijn veelal reeds voorhanden bij leveranciers of kunnen door de juiste manier van inkopen uit de markt worden “losgetrokken” – bijvoorbeeld door duurzaamheid te hanteren als ‘knockout’ criterium. Maar ook door leveranciers ruimte hiervoor te geven. Verduurzamen door duurzaam in te kopen is dan ook de meest effectieve wijze van verduurzamen.’ Tegendenken De sleutel ligt dus steeds meer bij de inkoper, is de stellige overtuiging van Reijniers. Hoewel veel chemiebedrijven, vooral de rol van leverancier spelen, hebben ook zij leveranciers. Chemiebedrijven kunnen hun grondstoffen duurzamer inkopen, maar vooral beter naar de goede ideeën van hun leveranciers luisteren en hen er vroegtijdig bij betrekken. Ook op het gebied van innovatieve technologie, denk aan innovaties die de chemische productieprocessen efficiënter maken. Reijniers gaat hierin nog wel een flinke stap verder. Inkopers kunnen daarin nog veel actiever worden en kunnen daarin een voorbeeld nemen aan hun traditionele tegenspelers van de verkoop en marketing. Verkopers hebben geleerd om hun klanten te verleiden. ‘Daar kunnen inkopers echt veel van leren’, stelt hij. ‘Wat mij fascineert, is dat we inmiddels heel veel weten van inkoopprocessen, maar dat het vaak niet lukt om onze kennis goed toe te passen. Ondanks meerdere decennia van onderzoek, evaluaties, publicaties en benchmarking blijven succesvolle strategische inkoopvernieuwingen achter.’ Verandering heeft volgens Reijniers meer nodig dan goede theorie en verbeterde modellen. Het begint bij een goede visie en doelstellingen. Bovendien moet de weerstand tegen verandering worden afgebroken en er moet ook voldoende potentieel zijn, inclusief professionele competenties, om daadwerkelijk te kunnen veranderen. Uiteindelijk is echter de overtuigingskracht van mensen misschien wel het meest essentieel om de boel in beweging te zetten. Van inkopers vraagt dit volgens Reijniers de kwaliteit om hun omgeving te enthousiasmeren en te verleiden tot verbetering. ‘Alles draait immers om samenwerking en samenwerking vraagt elkaar
PETROCHEM 9 - 2017 12
PET9 O-Interview.indd 12
30-08-17 08:26
te kennen, te begrijpen en te vertrouwen. Maar het gaat ook om tegendenken. Nog te vaak is de inkoper bang om zich bloot te geven of om toe te geven dat hij niet alles weet. Dat leidt tot non-samenwerking, opdracht geven op basis van ‘specificaties’ en strikt houden aan de procedures.’ Zo wordt een belangrijke ader voor innovatie afgesneden. Meer navolging Innovatie en verduurzaming vraagt om inkoopprofessionals die volgens Reijniers in staat zijn om relaties te ontwikkelen en te onderhouden. En die ‘stakeholders’ in het veranderingsproces positief kunnen verleiden. ‘Een goede, charismatische inkoper weet niet alleen waarde te creëren door leveranciers en collega’s te verleiden tot de juiste acties, maar doet ook zo dat het hem als het ware gegund wordt, dat hij het verdient.’ Het is nog een nadrukkelijkere oproep aan de inkopers van bedrijven die met hun eindproducten dicht bij de consument staan. Inkopers waarvan veel chemische productiebedrijven afhankelijk zijn voor de afname van hun chemische bouwstenen. Net als in het voorbeeld
van ASML en Carl Zeiss zijn autoproducenten – om maar eens een groep te noemen – bij hun vernieuwende en verduurzamende oplossingen grotendeels afhankelijk van hun directe en indirecte toeleverende partijen. Door de jaren heen zijn auto’s bijvoorbeeld lichter geworden doordat er kunststoffen en composieten zijn ontwikkeld voor dashboards, bekleding en nu ook steeds meer voor de carrosserie. Er zijn steeds meer holistische concepten nodig om bijvoorbeeld elektrische auto’s een grotere actieradius te geven, zonder aan comfort in te boeten. Chemiebedrijven kunnen autofabrikanten helpen om batterijen een grotere opslagcapaciteit te geven per kilogram en tegelijkertijd kan dat doel ook worden bereikt door de auto lichter te maken. Er zijn ultralichte kunststofvelgen mogelijk die hun lichtmetalen voorgangers met verve kunnen vervangen. Nieuwe materialen kunnen stoelen niet alleen lichter, maar vooral ook dunner maken, waardoor er meer beenruimte ontstaat. Dergelijke vormen van cocreatie zijn natuurlijk op velerlei terreinen mogelijk, bijvoorbeeld in de bouwsector voor
innovatieve bouwproducten en met name isolatiematerialen. En zeker ook in de energiesector waar innovatieve composieten, ontwikkeld door de chemische industrie, windmolenbladen lichter en sterker maken. Denk bijvoorbeeld ook aan innovatieve materialen die zonnecellen efficiënter en goedkoper maken, en meer mogelijkheden bieden voor nieuwe ontwerpen als zonnedakpannen, transparante zonnecellen in gebouwen en autodaken. Laten verleiden Veel chemiebedrijven staan steeds meer open voor cocreatie met hun klanten en zelfs de klanten van hun klanten. Ze ontwikkelen inmiddels mee aan elektrische concept-cars die volledig van kunststoffen en composieten zijn vervaardigd. En ze zijn bijvoorbeeld betrokken bij bouwprojecten voor energieneutrale woningen. Wat Reijniers betreft verdienen dergelijke samenwerkingen nog veel meer navolging. En waar inkopers meer de leveranciers moeten verleiden om met hun oplossingen te komen, is het aan de leveranciers om zich daartoe te laten verleiden. ■ PETROCHEM 9 - 2017 13
PET9 O-Interview.indd 13
30-08-17 08:26
PET9 Advertenties.indd 14
30-08-17 08:51
INNOVATIE
Demonstratiefabriek voor vetzuren uit voedselresten De scale-up Chaincraft bouwt een demonstratiefabriek van zes miljoen euro in het havengebied van Amsterdam om de vergisting van groente- en fruitresten tot vetzuren op industriële schaal te demonstreren. Hiervoor is een uniek proces ontwikkeld.
zuren, waarna we ethanol toevoegen om middellange vetzuurketens te krijgen. Vervolgens vindt er nog een hele trein aan opwerkingsstappen plaats om het product op te zuiveren. Op deze manier maken we van een laagwaardige grondstof een hoogwaardig product.’
Biomassa Volgens Van Stralen is er behoefte aan hun middellange vetzuren. Die worden nu namelijk vooral gemaakt uit fossiele olie en palmpit- of kokosnootolie. ‘Je merkt dat er een kentering gaande is en bedrijven een duurzaam alternatief willen voor deze producten. Daarnaast is het C6-vetzuur, dat wij het meeste maken, beperkt beschikbaar. Daarvan zit maar heel weinig in palmpit- en kokosnootolie.’ Chaincraft gebruikt groente-, fruit en voedselresten als grondstof voor haar vetzuren. Met behulp van een mengcultuur (verschillende culturen van bacteriën die in de natuur voorkomen) worden de resten omgezet in vetzuren. Van Stralen: ‘In de reactor breken we eiwitten, koolhydraten en vetten eerst af tot korte vet-
ILLUSTRATIE: CHAINCRAFT
Dagmar Aarts
De bouw van de demonstratiefabriek is in volle gang, halverwege 2018 moet zij operationeel zijn. Het doel is om duizend ton vetzuren per jaar te produceren om als toevoeging te gebruiken in diervoeding, coatings, verf en smeermiddelen. Diervoederfabrikanten hebben al de garantie gegeven de producten van de demonstratiefabriek af te nemen.
Demonstratiefabriek Het grote voordeel van een mengcultuur ten opzichte van een pure cultuur of genetisch gemodificeerde organismen is dat je niet steriel hoeft te werken, waardoor je een goedkopere grondstof kunt gebruiken en de operationele kosten ook lager zijn. Van Stralen: ‘Doordat de bacteriën zichzelf voeden en in leven houden, kan je met continue processen werken. Een nadeel is dat je iets minder goed naar een eindproduct kunt sturen dan wanneer je een gemodificeerd organisme gebruikt. Maar door procescondities te sturen, kunnen wij het productspectrum goed bepalen.’ Halverwege volgend jaar moet de demonstratiefabriek de eerste tonnen vetzuur gaan leveren. Maar Chaincraft denkt al groter. In 2021 wil het Amsterdamse bedrijf een commerciële fabriek neerzetten die jaarlijks tienduizenden tonnen op moet gaan leveren. De investering in deze fabriek zal in de tientallen miljoenen euro’s lopen. Van Stralen: ‘Daarnaast zijn we bezig met het ontwikkelen van twee nieuwe technieken, waarbij we ook gebruik gaan maken van mengculturen. We zullen alleen andere grondstoffen gebruiken en andere producten maken. Denk bijvoorbeeld aan afvalwater als grondstof om bepaalde polymeren te maken.’ Chaincraft zoekt ook actief naar innovatieve partijen in de chemische industrie om samen substituten en nieuwe toepassingen te ontwikkelen. ■ PETROCHEM 9 - 2017 15
PET9 W-Chaincraft.indd 15
30-08-17 08:34
PLANTMANAGER
Het oersaai maken van een fabriek Bij Wilmar Oleochemicals in de Rotterdamse Botlek hebben ze een drukke tijd achter de rug. In 2014 is hun splinternieuwe fabriek opgestart, een mooie maar ook spannende periode. Toen de fabriek eenmaal draaide, was een ander soort leiderschap nodig. Plantmanager Eduard Reitsema moest de rust terugbrengen in de organisatie. ‘We zijn bezig oersaai te worden.’
Dagmar Aarts
Na de bouwfase en de opstart kon de fabriek tijdens het opereren wel een andere leiding gebruiken. Plantmanager Eduard Reitsema werd aangesteld om een eigen team samen te stellen. ‘Alle operators zijn overigens gebleven’, zegt Reitsema. ‘Zij zijn al vanaf de bouw bij de fabriek betrokken. De aansturing is nu alleen anders.’ De nieuwe compacte fabriek staat op haventerrein 5210 in Rotterdam, in de volksmond ook wel de Huntsman-site genoemd. Er werken 32 mensen, waarvan er 20 operator zijn in het volcontinu bedrijf. Hoewel op de site maar een klein aantal medewerkers rondloopt, is Wilmar geen kleine jongen. In Azië is het bedrijf, met zijn zetel in Singapore, marktleider op het gebied van activiteiten met agrarische grondstoffen. Wereldwijd heeft het concern vijfhonderd plants en daar werken zo’n negentigduizend mensen. Wilmar’s activiteiten bestaan uit het cultiveren van palmbomen op haar plantages, het produceren en raffineren van plantaardige oliën, de productie en raffinage van suiker, de productie van speciale plantaardige vetten zoals oleochemische producten en biodiesel, de productie van kunstmest en het verwerken van granen. ‘Hier in Rotterdam zetten wij een bewerkt product uit palmpitolie, methylesters genaamd, middels een hydrogeneringsproces om naar
PLANTMANAGER In deze nieuwe rubriek ‘De plantmanager’ laten wij elke keer een andere plant– manager aan het woord over zijn werk, visie en bedrijf. Door over het hek van anderen te kijken, zijn situaties te herkennen en geven de verschillen juist inspiratie voor verbeteringen. Hoe lukt het plantmanagers om succesvol te zijn en kunnen ze anderen daarin inspireren?
een vetalcohol’, legt Reitsema uit. ‘Wij maken een bulkproduct dat in andere fabrieken verder wordt bewerkt, zodat het uiteindelijk als basis kan dienen voor zeep en cosmetica.’ Onrust Toen Reitsema in 2015 bij Wilmar kwam werken, was er onrust en onvrede in de organisatie, hoewel de betrokkenheid van iedereen wel hoog was. Met zijn team zette hij een visie neer van waaruit voortaan ging worden gehandeld. Op die manier zijn problemen stapsgewijs opgelost. Communicatie was een van de problemen. Reitsema: ‘Tijdens de constructieperiode werd er gewoon tegen iedereen gezegd wat hij moest doen, maar dat werkt niet meer als een fabriek draait. Nu laten we mensen goed zijn in de dingen waar ze goed in zijn, zodat ze vanuit hun eigen kracht kunnen acteren. Door gesprekken aan te gaan en te onderzoeken waar de verschillen in inzicht liggen, is het gelukt om de onvrede uit de organisatie weg te nemen.’ Hoge betrokkenheid Doordat ze in Rotterdam met zo weinig mensen zijn, krijgt iedereen veel verantwoordelijkheid en een diversiteit aan taken. Reitsema: ‘Als wij een probleem hier niet oplossen, doet niemand het. Een operator houdt hier niet alleen toezicht, maar stelt ook procedures op en helpt bij de voorbereiding op karweien. Sommige klussen voert hij ook zelf uit, zoals het vervangen van een afsluiter. Als hij verder geen ingewikkelde technische middelen nodig heeft, kan hij dat goed zelf doen. De betrokkenheid is er op dat gebied. Operators zeggen dat ze het onzin vinden als een aannemer voor zoiets moet komen. Maintenance wordt
PETROCHEM 9 - 2017 16
PET9 P-Plantmanager.indd 16
30-08-17 08:38
FOTO’S: DAGMAR AARTS
vanuit ons aangestuurd, maar de uitvoering gebeurt door een contractor.’ Sommige mannen werken al vanaf de bouw bij de fabriek en dat zorgt voor een hoge betrokkenheid. Reitsema: ‘Ze zijn in een avontuur gestapt. Het opstarten van zo’n fabriek is natuurlijk bloed, zweet en tranen, maar daarna is er trots bij iedereen als hij draait. Ik merk dat er veel drang is om te verbeteren. De medewerkers willen nog steeds vooruit en zijn kritisch naar zichzelf om het steeds beter te doen.’ De Rotterdamse fabriek is een kopie van een fabriek in Azië, maar in het aanvankelijke ontwerp was bijvoorbeeld geen rekening gehouden met de klimatologische verschillen tussen Nederland en landen in Azië. ‘Een nieuwe fabriek is niet zonder kinderziektes helaas. Daar hebben we ons de afgelopen jaren doorheen gewerkt. Twee jaar geleden hebben we echt stappen gezien en kwam die rust. Nu zijn we de fabriek aan het optimaliseren door bijvoorbeeld para-
Eduard Reitsema: ‘De allereerste stop van de nieuwe fabriek was een mega-klus.’ meters anders in te stellen om te kijken wat het effect daarvan is. We zijn nu al gekomen tot een volwassen en stabiele bedrijfsvoering.’ Eerste onderhoudsstop Zelf is Reitsema het afgelopen jaar druk geweest met de allereerste grote onderhoudsstop van de fabriek. Zij moest wettelijk worden gekeurd en verbeteringen konden worden doorgevoerd in deze periode. Het was een mega-klus volgens de plantmanager, want eerst moest hij helder krijgen wat er moest gebeuren en daarna moest worden bedacht hoe ze dat voor elkaar gingen krijgen. ‘Medewerkers hadden onderdelen wel in elkaar geschroefd zien worden tijdens de bouw, maar ze waren nog nooit uit elkaar gehaald. Veel onderhoud was nieuw
voor ons. Met de aannemer zijn we gaan zitten om te kijken hoe we dit moesten aanpakken. Het vergt veel tijd om zoiets in goede banen te leiden.’ Als hij het hele constructieproject opnieuw had mogen doen, was Reitsema eerder over onderhoud gaan nadenken. ‘Ik kwam hier pas werken toen de fabriek al draaide. Tijdens de design- en constructiefase is niet goed nagedacht over hoe je onderdelen uit elkaar haalt en of je ergens goed bij kan. Natuurlijk hoef je met een nieuwe auto niet meteen naar de garage, maar de eerste jaren heb je het hartstikke druk en kost het tijd voordat je grote structurele dingen gaat oppakken. Zorg nou dat het onderhoud bij de start-up gelijk goed is. Eigenlijk hadden er mensen tijdens de bouw mee moeten kijken en moeten nadenken hoe ze werkPETROCHEM 9 - 2017 17
PET9 P-Plantmanager.indd 17
30-08-17 08:38
S C H R IJ F N U IN!
COLLEGEREEKS PLANT MANAGEMENT NEXT EEN EFFICIËNTER PRODUCTIEPROCES EN BETERE RESULTATEN
Nieuwe technieken bieden nieuwe kansen, maar wanneer leveren innovaties daadwerkelijk wat op voor het Moderne Plant Management? Speciaal voor u ontwikkelden Nyenrode Business Universiteit en Petrochem de Collegereeks Plant Management Next. RETURN ON EDUCATION:
UW INVESTERING
• Inzicht in de kansen en uitdagingen voor het moderne Plant Manage-
€ 1.995,- excl. BTW.
ment. • Ontwikkel professionele vaardigheden en stuur uw teams en fabrieken met verbeterde impact aan.
STARTDATUM 31 januari 2018
• Praktische handvatten om hedendaagse uitdagingen om te zetten in effectieve strategieën op het gebied van communicatie, innovatie, veiligheid en leiderschap. Ontwikkel een nieuwe kijk op eigenaarschap en help het moderne Plant
IN SAMENWERKING MET
Management aan betere resultaten! MEER INFORMATIE EN INSCHRIJVING VIA
PP@NYENRODE.NL
+31 (0)346 291 717
EXECUTIVEEDUCATION.NL
NYENRODE. A REWARD FOR LIFE
PMN_A4adv_w34_01.indd PET9 Advertenties.indd 18 1
22-08-17 30-08-17 14:27 08:31
processen gaan regelen, hoe meldingen bijgehouden gaan worden in het maintenance management systeem en hoe we preventief onderhoud aan gaan pakken. Maar bij de bouw en start was de gedachte dat het belangrijkste was om de fabriek te snappen, het onderhoud zou daarna wel komen. Inmiddels zijn we de puntjes op de i aan het zetten voor een aantal preventieve onderhoudsplannen.’ Vallen en opstaan Toch is zo’n ingewikkelde eerste stop juist wat Reitsema zo leuk vindt aan zijn werk. ‘Het is absoluut uniek dat je een jonge organisatie hebt met een hagelnieuwe fabriek. Ik vind het een uitdaging om over te gaan naar iets dat stabiel is. Het is een reis waar je voor jezelf het eindpunt hebt gekozen: een stabiel en veilig bedrijf. Hoe je daar gaat komen, blijft een zoektocht en het gaat met vallen en opstaan. Soms laat de techniek je in de steek, soms moet je erkennen dat de mens ook maar een mens is of dat we de fabriek nog niet van voor tot achter kennen. De afgelopen jaren was er altijd wel iets dat aandacht behoefde, dat wordt nu steeds minder. Onze ervaringen leggen we vast in procedures om uiteindelijk onze herhaalbaarheid te vergroten. Ik ben trots dat het allemaal werkt. Het is nog niet allemaal perfect, maar we gaan nu gewoon doorpakken. We zijn bezig oersaai te worden, maar wel betrouwbaar.’ Samenwerken Niet alleen wat er in de fabriek zelf gebeurt, is daarbij belangrijk, Reitsema is ook veel bezig met stakeholdermanagement. ‘Met zo’n installatie is het van belang dat je actief contact zoekt met buurbedrijven, omwonenden en overheden. Dan kunnen ze ons bellen als ze willen weten wat er aan de hand is, het is hier niet altijd rozengeur en maneschijn. We proberen hun telefoontje voor te zijn door zelf te bellen als er een voorvalletje is. Gelukkig weten we onze buren steeds beter te vinden. Tijdens de opstart van de fabriek was dat anders, toen waren we erg naar binnen gericht, want het belangrijkste was dat die fabriek ging draaien. Maar je kan je omgeving nooit vergeten, je moet er altijd rekening mee houden.’ Reitsema zou ook meer willen samen-
Reitsema: ‘We rennen allemaal achter onze eigen belangen aan.’ werken met de andere bedrijven op het bedrijventerrein. ‘We hebben gemeenschappelijke belangen en eigen belangen, en je ziet nu dat het gemakkelijker is om allemaal achter onze eigen belangen aan te rennen en het gemeenschappelijke belang uit het oog te verliezen. Daarbij komen ook nog allerlei kaders, de NMa (Nederlandse Mededingingsautoriteit, red.) vindt bijvoorbeeld ook weer wat van samenwerkingen. Dan is het extra gemakkelijk om te denken dat iets niet mag. Maar het zou mooi zijn om te kijken waar we elkaar kunnen helpen. Als Benjamin en kleintje ben ik natuurlijk gebaat bij het delen van informatie,
maar ten aanzien van de commitment van mijn staf en de vrijheid van handelen, heb ik ook kennis te bieden. Dat je elkaar daar eigenlijk nog niet echt in kan vinden, is jammer. Volgens mij moeten er meer synergiën zijn. We doen allemaal onderhoud en zijn allemaal druk bezig om dat via inkoop te regelen en er afspraken over te maken. Zit daar niet iets van een gemene deler in? Ik weet dat een aantal andere bedrijven ervoor open staan. De vraag is hoe het in het prioriteitenspel past dat op zo’n terrein heerst en bij alle verschillende belangen. En de hamvraag is: wat levert het uiteindelijk op?’ ■ PETROCHEM 9 - 2017 19
PET9 P-Plantmanager.indd 19
30-08-17 08:38
FRIJNS INDUSTRIAL GROUP WE CONSTRUCT YOUR STEEL De FRIJNS INDUSTRIAL GROUP is met meer dan 80 jaar ervaring een internationale staalbouwer en specialist op het gebied van engineering, productie,conservering, montage, onderhoud, dak-en wandbeplating en project management van staalconstructies en turn-key projecten voor de industrie. Heeft u interesse in een vrijblijvende afspraak? Bel ons voor informatie of kijk op www.frijnsgroup.com
FRIJNS INDUSTRIAL GROUP De Valkenberg 14 6300 AD Valkenburg aan de Geul T F
+ 31(0) 43 601 0101 + 31(0) 43 601 0102
E W
info@frijnsgroup.com www.frijnsgroup.com
Vakspecialisten met een hart voor staal.
FIG_B&S_ad_1-2_dec2014.indd 1
PET9 Advertenties.indd 20
20-11-14 10:54
30-08-17 08:30
EEMSDELTAVISIE 2017
Eerste vervolgstappen in de Eemsdelta EemsDeltavisie beleeft op donderdag 14 september alweer zijn vierde editie. Elk jaar neemt het congres de stand op van de ontwikkelingen. Inmiddels zijn verschillende plannen van het ‘Rapport Willems’ gerealiseerd. Zo is er geïnvesteerd in een infrastructuur voor biostoom en is de RIG-subsidie een succes. Tijd voor vervolgstappen. En die dienen zich ook al aan. Een mooie basis voor de industrie-agenda die momenteel in de maak is.
Wim Raaijen
De industrie in de Eemsdelta laat de laatste maanden goed van zich horen. Zo bracht Nuon het nieuws dat ze haar Magnum-centrale deels om wil laten bouwen naar een waterstofcentrale. Eerst wil het energiebedrijf daar waterstof voor importeren uit Noorwegen, geproduceerd uit aardgas, waarbij het restgas CO2 ondergronds wordt opgeslagen. Uiteindelijk is het de bedoeling dat het waterstof wordt vervangen door duurzaam geproduceerd waterstof, bijvoorbeeld door elektrolyse van water met windenergie. Ook buurman RWE heeft grote plannen. Haar kolencentrale in de Eemshaven moet op den duur helemaal op biomassa draaien. Het concern wil vanaf de eerste helft van 2019 al de eerste vijftien procent van de steenkool vervangen door biomassa. Zambezi Het chemiebedrijf BioMCN heeft de daad bij het woord gevoegd. De producent van methanol stookte haar reststroom waterstof tot voor kort nog op om er elektriciteit van te maken. Inmiddels heeft de methanolproducent een hoogwaardigere toepassing voor de waterstof gevonden. Door de waterstof te binden aan CO2, kan het bedrijf extra methanol
produceren. Een zeer interessante ontwikkeling, waarmee BioMCN koploper is bij de inzet van CO2 als grondstof. Ook Engie en ESD-SIC haalden het nieuws. De productie van siliciumcarbide vergt veel stroom. Het interessante is dat het proces eenvoudig aan en uit is te schakelen. Daardoor leent het zich prima om vol te produceren als er meer aanbod is dan vraag, bijvoorbeeld op een winderige of zonnige dag. Is de vraag juist veel groter, dan kan de productie zonder grote gevolgen worden stilgelegd. En Engie mag dat mag bepalen. Het gaat om een samenwerking die voorbij gaat aan de traditionele klant/leverancier-relatie. En dan natuurlijk de plannen voor de komst van een bioraffinaderij. Onlangs werd een go gegeven voor de bouw van een pilot-plant. Op basis van haar Zambezi-project wil Avantium in samenwerking met AkzoNobel, RWE, Staatsbosbeheer en Chemport Europe, straks glucose en andere suikers produceren uit houtafval. Wat er daarna overblijft, kan dan in elektriciteit worden omgezet. Op die manier kan afval grotendeels een hogere toegevoegde waarde krijgen. Industrie-agenda Stuk voor stuk kunnen deze ontwikkelingen een duurzame groei van het industriële cluster in de Eemsdelta verder op gang helpen. De belangrijkste doelstelling van de industrieagenda voor de Eemsdelta die momenteel in de maak is. Tijdens Deltavisie zullen de eerste gedachtelijnen van deze industrie-agenda worden gepresenteerd. Tijdens een Lagerhuisdebat kunnen de bezoekers van het congres meediscussiëren over de verdere invulling de agenda. Meer over Eemsdeltavisie vindt u op www.eemsdeltavisie.nl
PETROCHEM 9 - 2017 21
PET9 Y-Concept.indd 21
30-08-17 08:36
PROJECTEN CHEMIE Opdrachtgever: Dow Waar: Terneuzen Investering: onbekend Afronding: halverwege 2017
Dow bouwt in Terneuzen een fabriek voor de productie van CPP en verdubbelt daarmee de capaciteit. Het CPP, copolymer polyol, wordt in Saoedi-Arabië verwerkt tot eindproduct. De vestiging in Terneuzen is uitgekozen omdat het productieproces veel kennis vraagt, die hier volop aanwezig is. De fabriek moet halverwege 2017 operationeel zijn.
NIEUW PROJECT Opdrachtgever: Evonik Waar: Antwerpen Investering: hoog tweecijferig miljoenenbedrag Afronding: medio 2019
Evonik investeert in een uitbreiding van de capaciteit voor pyrogene silica in Antwerpen. De nieuwe installaties moeten in de zomer van 2019 operationeel zijn. Dankzij de uitbreiding zal Evonik vanuit Antwerpen niet alleen hydrofiele maar ook hydrofobe silica aan haar klanten kunnen leveren. Evonik heeft niet naar buiten gebracht hoeveel miljoen euro ze investeert, alleen dat het om een ‘hoog tweecijferig miljoenenbedrag’ gaat.
Opdrachtgever: Inovyn Waar: Antwerpen/Lillo Investering: onbekend Afronding: 2017
Inovyn, een 50/50-joint venture van Solvay en Ineos, investeert in een kaliumhydroxide (KOH) productie-eenheid in Antwerpen/Lillo. De nieuwe eenheid krijgt een capaciteit van 160 kiloton KOH en zal in 2017 in gebruik worden genomen
Opdrachtgever: Kaneka Waar: Westerlo Investering: 34 miljoen euro Afronding: eind 2018
Kaneka investeert 34 miljoen euro in een extra lijn voor silicone polymeren, harsen die worden toegevoegd aan afdichtmiddelen, lijmen en coatings, om ervoor te zorgen dat deze uitharden nadat het product is aangebracht. Kaneka heeft momenteel twee productielijnen in het Belgische. Het bedrijf wil tegen het einde van 2017 beginnen met de uitbreidingswerkzaamheden. Eind 2018 moet de installatie operationeel zijn.
Opdrachtgever: Lanxess Waar: Antwerpen Investering: 25 miljoen euro Afronding: onbekend
Lanxess investeert 25 miljoen euro in zijn geïntegreerde productiecomplex voor polyamide en voorproducten voor plastics in Antwerpen. Het geld gaat vooral naar maatregelen om de efficiëntie te verhogen.
Opdrachtgever: Nippon Shokubai Waar: Zwijndrecht Investering: 350 miljoen euro Afronding: 2018
Het Japanse Nippon Shokubai investeert 350 miljoen euro in een uitbreiding van de productiecapaciteit voor superabsorberende polymeren (SAP) en de bouw van een nieuwe productie-eenheid voor acrylzuur in Zwijndrecht. De nieuwe installaties moeten in het tweede kwartaal van 2018 operationeel zijn. Lees meer hierover in Petrochem 6, 2015
NIEUW PROJECT Opdrachtgever: Teijin Aramid Waar: Emmen Investering: onbekend Afronding: eerste kwartaal 2019
Teijin Aramid gaat haar aramide-productiecapaciteit voor de Twaron supergaren uitbreiden. Het bedrijf investeert daartoe in een nieuwe spin-technologie voor de fabriek in Emmen. De nieuwe technologie zorgt ook voor verdere automatisering van het spin-proces, waardoor operators aanzienlijk minder fysiek belastend werk hebben. Het project moet in het eerste kwartaal van 2019 gereed zijn.
Opdrachtgever: Yara Waar: Sluiskil Investering: 241 miljoen euro Afronding: half 2017
Yara Sluiskil investeert ruim 241 miljoen euro in een nieuwe ureumgranulatiefabriek, die een capaciteit krijgt van 660.000 ton per jaar. De plant (Ureum-8) zal halverwege 2017 in gebruik worden genomen.
Opdrachtgever: Yara Waar: Sluiskil Investering: 27,2 miljoen euro Afronding: derde kwartaal 2017
Yara Sluiskil investeert 27,2 miljoen euro in een nieuw laadgebouw voor ureum dat in het derde kwartaal van 2017 operationeel moet zijn.
PETROCHEM 9 - 2017 22
PET9 K-Projecten.indd 22
30-08-17 08:25
PROJECTEN GROEN EN BIO Opdrachtgever: ArcelorMittal Waar: Gent Investering: 87 miljoen euro Afronding: half 2017
Staalconcern ArcelorMittal, LanzaTech en Primetals Technologies investeren 87 miljoen euro in de Gentse vestiging van ArcelorMittal om bio-ethanol te maken uit gassen die vrijkomen bij staalproductie. Verwacht wordt dat de productie halverwege 2017 begint.
NIEUW PROJECT Opdrachtgever: BioMCN Waar: Farmsum Investering: onbekend Afronding: onbekend
BioMCN in Farmsum gaat een productielijn voor methanol renoveren, die al sinds 2005 in de mottenballen ligt. De herstart van de lijn zal 430.000 ton aan de productiecapaciteit toevoegen (nu jaarlijks 360.000 ton). Ook investeert het bedrijf 1,2 miljoen euro in een installatie waarmee CO2 die ontstaat bij de productie van biogas, kan worden omgezet in bio-methanol. Dit levert zo’n 15.000 ton bio-methanol op (nu jaarlijks 60.000 ton).
Opdrachtgever: DSP Waar: Delft Investering: onbekend Afronding: eind 2017
DSM Sinochem Pharmaceuticals (DSP) breidt haar fabriek in Delft uit met een nieuwe vergister. Doel is om aan de groeiende vraag naar duurzaam geproduceerd 7-ADCA, een belangrijk ingrediënt voor antibiotica, te voldoen. Naar verwachting is de uitbreiding van de fabriek eind 2017 volledig operationeel.
Opdrachtgever: ERS Waar: Antwerpen Investering: 3,7 miljard euro Afronding: 2020
Het Saoedische chemiebedrijf Energy Recovery Systems (ERS) wil 3,7 miljard euro investeren in een productie-eenheid voor groene ammoniak en groen ureum in Antwerpen. Als de plannen doorgaan, kan de fabriek vanaf 2020 jaarlijks 3,5 miljoen ton afvalgrondstof verwerken tot 1,2 miljoen ton groene ureum en 645.000 ton groene ammoniak.
Opdrachtgever: Lowlands Methanol Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: medio 2018
Het nieuwe bedrijf Lowlands Methanol is van plan een methanolfabriek te bouwen in de haven van Rotterdam. De afvalverwerkingsinstallatie moet per jaar 150.000 ton biomassa en afval gaan verwerken. In de fabriek worden hout en RDF (Refuse Derived Fuel) bewerkt en vergast. Naar verwachting is de installatie medio 2018 operationeel.
Opdrachtgever: Synvina Waar: Antwerpen Investering: 250 tot 300 miljoen euro Afronding: 2021
Synvina, de joint venture van Avantium en BASF, bouwt een furaandicarbonzuur-fabriek (FDCA) voor de productie van biologisch plastics op de Verbund-site van BASF in Antwerpen. De fabriek krijgt een capaciteit van 50.000 ton per jaar en is de eerste commerciële FDCA-fabriek ter wereld.
OLIE, GAS EN OFFSHORE Opdrachtgever: NAM Waar: tussen Hoogeveen en Meppel Investering: onbekend Afronding: onbekend
NAM werkt aan de tweede fase van het Aardgas+-project om de laatste tien procent gas met stikstofinjectie uit een veld in regio tussen Hoogeveen en Meppel te kunnen winnen. Er worden stapsgewijs elf putten geboord die stikstof injecteren in het gasveld.
Opdrachtgever: OOS International Waar: Serooskerke Investering: 1 miljard euro Afronding: 2019
Het Zeeuwse bedrijf OOS International gaat met het Chinese China Merchant Industry Holdings twee nieuwe schepen bouwen voor het slopen en installeren van offshore-platforms. De investering bedraagt bijna een miljard euro. De schepen moeten in 2019 klaar zijn.
RAFFINAGE Opdrachtgever: ExxonMobil Waar: Rotterdam Investering: 1 miljard dollar Afronding: 2018
ExxonMobil breidt de hydrocracker-installatie op zijn raffinaderij in Rotterdam uit. De hydrocracker-installatie zal zwaardere producten omzetten in hoogwaardige eindproducten zoals EHC Group II basisolie en ultra-laagzwavelige diesel. De investering bedraagt meer dan 1 miljard dollar.
PETROCHEM 9 - 2017 23
PET9 K-Projecten.indd 23
30-08-17 08:25
PROJECTEN Opdrachtgever: ExxonMobil Waar: Antwerpen Investering: 730 miljoen euro Afronding: eind 2017
ExxonMobil investeert 730 miljoen euro in de Antwerpse raffinaderij. Het bedrijf bouwt een delayed coker unit, een kraker die zware, hoogzwavelige restolie omzet in schonere olieproducten en transportbrandstoffen, zoals gasolie voor de scheepvaart en diesel.
Opdrachtgever: Gunvor Waar: Rotterdam Investering: 300 miljoen dollar Afronding: 2019
Gunvor investeert driehonderd miljoen dollar in een upgrade (doorontwikkeling en infrastructurele verbeteringen) van de Rotterdamse raffinaderij. Gunvor wil de raffinaderij integreren in haar raffinaderijen in Antwerpen en Ingolstadt (Duitsland). Lees meer over de overname van en plannen met de raffinaderij in Petrochem 1, 2016
Opdrachtgever: Shell Waar: Pernis Investering: onbekend Afronding: 2018
Shell bouwt een nieuwe fabriek in Pernis: een solvent deasphalter (SDA). De SDA zal zwaardere fracties uit aardolie verwijderen, zodat de raffinaderij een groter deel van de ruwe aardolie kan verwerken tot lichtere, hoogwaardige producten. De nieuwe eenheid zorgt voor een andere samenstelling van het productportfolio.
Opdrachtgever: Total Waar: Antwerpen Investering: 1 miljard euro Afronding: najaar 2017
Total investeert een miljard euro in de modernisering van haar Antwerpse raffinaderij via de projecten OPTARA (uitbreiding van de bestaande olieraffinaderij met een solvent deasfaltering-eenheid) en ROG (valoriseren van koolwaterstoffen in het gasnetwerk). Lees meer hierover in Petrochem 10, 2014
TANKOPSLAG Opdrachtgever: BTT Waar: Botlek Rotterdam Investering: onbekend Afronding: medio 2017
Botlek Tank Terminal (BTT) breidt de opslagcapaciteit in Rotterdam uit van 200.000 naar 467.000 kubieke meter. Hiervoor worden veertien opslagtanks gebouwd die medio 2017 in gebruik moeten worden genomen. Uiteindelijk wil BTT de opslagcapaciteit in Rotterdam uitbreiden tot zo’n 750.000 kubieke meter.
Opdrachtgever: EBS Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: onbekend
EBS gaat in Rotterdam-Botlek de capaciteit voor gesloten opslag van agri-producten, biomassa en mineralen verder uitbreiden. Op de terminal wordt een loods met een capaciteit van 126.000 kubieke meter gebouwd. Daarnaast zijn er plannen voor de bouw van een loods op de Europoort-locatie met een capaciteit van 40.000 kubieke meter.
Opdrachtgever: LBC Tank Terminals Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: eerste helft 2017
LBC Tank Terminals investeert in een uitbreiding van haar Rotterdamse terminal tot een capaciteit van 250.000 kubieke meter. Volgens planning zal de eerste expansie van 36.000 kubieke meter in de eerste helft van 2017 operationeel zijn. Lees meer hierover in Petrochem 6, 2015
Opdrachtgever: OTAG Waar: Antwerpen Investering: ruim honderd miljoen euro Afronding: 2019
Oiltanking Antwerp Gas Terminal (OTAG) investeert ruim honderd miljoen euro in nieuwe tankopslagcapaciteit en een nieuwe steiger. Met de bouw van een 135.000 kubieke meter butaantank zal in 2019 de capaciteit van de terminal bijna verdubbelen tot 273.000 kubieke meter. OTAG bouwt de butaantank voor Ineos als tussenopslagcapaciteit om butaan als feedstock te gebruiken voor zijn naftakrakers in Keulen.
Opdrachtgever: Rubis Terminal Waar: Rotterdam Investering: 120 miljoen euro Afronding eerste fase: oktober 2016
Rubis Terminal breidt haar terminal in Rotterdam in vijf fases uit. In totaal bestaat de uitbreiding uit 45 tanks met een totale capaciteit van bijna 150.000 kubieke meter, waarmee een totale investering van 120 miljoen euro is gemoeid. Fase 1 van de uitbreiding is eind 2016 afgerond. Lees meer hierover in Petrochem 3, 2016
PETROCHEM 9 - 2017 24
PET9 K-Projecten.indd 24
30-08-17 08:25
PROJECTEN Opdrachtgever: Sea-Tank Terminal Waar: Antwerpen Investering: 250 miljoen euro Afronding eerste fase: eind 2018
Sea-Tank Terminal bouwt in Antwerpen een dedicated tankterminal voor een wereldspeler uit de chemiesector. In eerste instantie krijgt de terminal een capaciteit van 750.000 kubieke meter. In een tweede fase wordt er mogelijk meer capaciteit bijgebouwd. Naar verwachting duurt de bouw van de terminal twee jaar. De investering wordt geraamd op 250 miljoen euro.
Opdrachtgever: Sea-Tank Terminal Waar: Antwerpen Investering: 50 miljoen euro Afronding eerste fase: onbekend
Sea-Tank Terminal gaat voor haar klant Total een nieuwe installatie voor vloeibare bulk inrichten aan het Hansadok in de haven van Antwerpen. Het gaat om een investering van vijftig miljoen euro.
Opdrachtgever: Sea-Tank Terminal Waar: Antwerpen Investering: 100 miljoen euro Afronding eerste fase: onbekend
SEA-invest bouwt extra tankcapaciteit in het Hansadok in de haven van Antwerpen. In een eerste fase zal 160.000 kubieke meter aan opslagcapaciteit worden gebouwd voor Total. De extra capaciteit geldt als uitbreiding van de naastgelegen bestaande terminal van Sea-Tank Terminal (die momenteel een capaciteit van 860.000 kubieke meter heeft).
Opdrachtgever: Vopak Waar: Antwerpen Investering: onbekend Afronding: onbekend
Vopak bouwt op zijn ACS-terminal in Antwerpen een nieuw laadstation voor het laden van treinwagons met acetyls. Dit zijn basisgrondstoffen voor eindproducten als dashboards, coatings, verpakkingen en farmaproducten. Het overgrote deel van de verwerking gebeurt in Duitsland, waarbij de Antwerpse haven als bundelings- en opslaghub fungeert. Met het nieuwe laadstation zal de capaciteit van Vopak om bloktreinen te laden richting Duitsland met vierhonderd procent toenemen.
Opdrachtgever: VTTI Waar: Rotterdam en Antwerpen Investering: onbekend deel van 400 miljoen dollar Afronding: onbekend
Tankopslagbedrijf VTTI investeert vierhonderd miljoen dollar in acquisities en uitbreiding van terminals. Zo zal de capaciteit van de Rotterdamse dochter ETT worden uitgebreid met ruim tien procent (174.000 kubieke meter) om flexibeler brandstoffen te kunnen opslaan. Daarnaast krijgt de ATPC-terminal in Antwerpen er twee nieuwe lpg-tanks van vijftienduizend kubieke meter bij.
Opdrachtgever: Zenith Energy Waar: Antwerpen Investering: 250 miljoen euro Afronding eerste fase: onbekend
Zenith Energy wil een tankterminal bouwen in Antwerpen. Het bedrijf heeft al een terminal in Amsterdam. Zodra de concessie in Antwerpen is toegekend, kan Zenith in een eerste fase 500.000 kubieke meter aan capaciteit bouwen en daarna uitbouwen tot 1.000.000 kubieke meter.
UTILITIES NIEUW PROJECT Opdrachtgever: DOW Waar: Terneuzen Investering: onbekend Afronding: onbekend
Dow krijgt van de provincie Zeeland ruim zes ton subsidie voor een stoomrecompressieproject in de Kanaalzone. Het bedrijf wil elektriciteit uit wind en zon, en warmte uit processen gaan gebruiken voor chemische processen in de fabriek. Tot nu toe wordt de warmte voor die processen opgewekt met aardgas.
Opdrachtgever: Ecluse Waar: Antwerpen Investering: onbekend Afronding: onbekend
Ecluse gaat de energievoorziening op basis van aardgas van meerdere chemiebedrijven in Antwerpen vervangen door een warmtenet van ongeveer vijf kilometer lengte. Afnemers met een ‘letter of intent’ om warmte af te nemen, zijn Ineos, Lanxess, ADPO, Ashland, DNCP en Monument Chemical. Het netwerk kan op termijn groeien.
NIEUW PROJECT Opdrachtgever: EEW Energy from Waste Waar: Delfzijl Investering: onbekend Afronding: onbekend
EEW Energy from Waste breidt haar productiecapaciteit uit met een derde lijn. EEW levert energie in de vorm van stoom en elektriciteit aan de omliggende industrie op het chemiepark Delfzijl en in het industriegebied Oosterhorn. Het bedrijf maakt groene energie uit diverse soorten afval.
PETROCHEM 9 - 2017 25
PET9 K-Projecten.indd 25
30-08-17 08:25
Continu optimaliseren van energie- en waterverbruik
Reduceren CO2 • Benutten restwarmte • Verlagen waterfootprint Dagelijks werkt Evides Industriewater aan oplossingen op het gebied van proceswater en afvalwaterzuivering. Maatschappelijk verantwoord en duurzaam ondernemen is daarbij prioriteit. Die verduurzaming realiseren wij door constant het energie-, chemie-, en waterverbruik te optimaliseren. Voor interne processen Ên in de keten tussen klant en leverancier.
Evides Industriewater, vindingrijk
evidesindustriewater.nl
PET9 Advertenties.indd 26
30-08-17 08:30
PROJECTEN
Opdrachtgever: Evides Industriewater Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: eind 2017
Evides Industriewater realiseert een tweede demiwaterfabriek op de Maasvlakte om de Botlek, Europoort en Maasvlakte 1 en 2 van hoogwaardig proceswater te kunnen voorzien. De fabriek kan straks 800 kubieke meter demiwater per uur produceren. De bouw is in volle gang, de ingebruikname staat gepland voor het vierde kwartaal van 2017.
Opdrachtgever: Evides Industriewater Waar: Botlek Investering: onbekend Afronding: onbekend
Het Rotterdamse haven- en industriegebied Botlek krijgt een centrale afvalwaterzuivering. AkzoNobel Industrial Chemicals, Huntsman, Emerald Kalama Chemical en Kemira hebben een intentieverklaring voor het project getekend. Evides Industriewater is de projectontwikkelaar en toekomstige bedrijfsvoerder van de nieuwe afvalwaterzuivering.
Opdrachtgever: Havenbedrijf Rotterdam Waar: Europoort en Pernis Investering: 50 miljoen euro Afronding: 2019
Het Havenbedrijf Rotterdam wil tussen Europoort en Pernis een 25 kilometer lange pijpleiding aanleggen voor het transport van laagzwavelige dieselolie. Het zogenoemde Diesel Common Carrier System is bedoeld voor meerdere gebruikers. Hiermee kunnen dus alle bedrijven in de productie, opslag en handel in dieselbrandstoffen met elkaar worden verbonden. De bouw begint in 2017 en de ingebruikname is gepland voor 2019.
Opdrachtgever: o.a. Shell Waar: Rotterdam Investering: 16 miljoen euro Afronding: onbekend
Shell, Warmtebedrijf Rotterdam en Havenbedrijf Rotterdam gaan restwarmte, die vrijkomt bij de raffinaderij van Shell Pernis, leveren aan de regio Rotterdam. Het project moet energie leveren om in de warmtebehoefte van 16.000 huishoudens te kunnen voorzien. Met het project is een totale investering van ongeveer 16 miljoen euro gemoeid.
PILOTS EN PLANNEN NIEUW PROJECT Opdrachtgever: o.a. Avantium Waar: Chemie Park Delfzijl Investering: 110 miljoen euro Afronding: 2022
AkzoNobel, Avantium en RWE willen samen een bioraffinaderij van 100.000 ton bouwen op het Chemie Park Delfzijl. In de raffinaderij zullen zuivere suikers worden gemaakt uit houtsnippers. Die suikers kunnen vervolgens worden gebruikt als grondstof voor verven en lakken, als vervanging van fossiele grondstoffen. Avantium bouwt eerst nog een proefinstallatie om de techniek geschikt te maken voor inzet op industriële schaal. De grote fabriek zal mogelijk in 2022 in gebruik kunnen worden genomen en zal zo’n 100 miljoen euro kosten.
NIEUW PROJECT Opdrachtgever: Bio Base Europe Pilot Plant Waar: Gent Investering: 9 miljoen euro Afronding: eind 2019
De Bio Base Europe Pilot Plant breidt uit met een nieuwe proceshal van duizend vierkante meter. De nieuwe hal moet eind 2019 klaar zijn en vergt een investering van 9 miljoen euro. In de Pilot Plant testen bedrijven uit Europa, de VS, Canada en zelfs Japan biogebaseerde ontwikkelingen
NIEUW PROJECT Opdrachtgever: o.a. Enerkem Waar: Rotterdam Investering: onbekend Afronding: onbekend
Een samenwerkingsverband van AkzoNobel, Van Gansewinkel, Air Liquide, AVR, Enerkem en Havenbedrijf Rotterdam wil een waste-to-chemicals-fabriek in Rotterdam realiseren. De fabriek moet uit restafvalstromen synthesegas en vervolgens methanol gaan produceren. Daarbij wordt vergassingstechnologie van het Canadese Enerkem ingezet. Een vergelijkbare fabriek is sinds 2015 in bedrijf in Edmonton, Canada. Het consortium beslist in 2017 of de bouw van de fabriek daadwerkelijk doorgaat.
NIEUW PROJECT Opdrachtgever: o.a. Nuon Waar: Eemshaven Investering: onbekend Afronding: 2023
Nuon, Gasunie en het Noorse Statoil werken samen om waterstof in te zetten als brandstof voor de Magnum-centrale in de Groninger Eemshaven. Zij hebben een innovatieproject opgestart om vanaf 2023 één van de drie units van de centrale over te schakelen op waterstof. De Magnum-centrale is hier heel geschikt voor omdat deze is ontworpen voor toepassing van meerdere brandstoffen. Met de kennis en ervaring die met dit project worden opgedaan, kunnen in de toekomst ook andere gascentrales worden omgebouwd. PETROCHEM 9 - 2017 27
PET9 K-Projecten.indd 27
30-08-17 08:25
Verhuur stoom- en heetwaterketels
Eco Ketelservice Verhuur bv
www.eco-steamandheating.com +31 (0)13 583 94 40 | info@eco-steamandheating.com
Petroleum, Refining, Environmental Technologies CONFERENCE EXHIBITION & SEMINARS 29CONFERENCE th - 30 th NOVEMBER 2017 - ANTWERP, BELGIUM EXHIBITION & SEMINARS
2017
29th - 30th NOVEMBER 2017 - ANTWERP, BELGIUM ANTWERP 29 th & 30th BELGIUM NOVEMBER
No wasted time! Meet Manufacturers and suppliers of Petrochemical and Oil Analysis Instruments all in one place and at one time, compare products, technology and applications. Antwerp is an ideal location for visitors as it is placed in the heart of Europe with easy access by car and by rail with excellent Air links for visitors from the Middle East, Africa, Asia and the Americas.
Peftec 2017 is a focused international Conference and Exhibition for Industry professionals specialising in monitoring and analytical technologies for the Petroleum, Refining and Environmental Industries.
CONFERENCE EXHIBITION & SEMINARS Peftec offers international visitors and experts an extensive conference and seminar programme on 29CONFERENCE th - 30 th NOVEMBER 2017 - ANTWERP, BELGIUM EXHIBITION & SEMINARS case studies, regulation, standards and analytical techniques with a focussed exhibition of product and 29th - 30 th NOVEMBER 2017 - ANTWERP, BELGIUM service providers.
The need to produce accurate analytical and monitoring data is essential to industry.
For more information email: info@peftec.com
www.PEFTEC.com
Topics and products featured at Peftec 2017 will include: • Laboratory Testing and Measurement • Petrochemical Analysis • Emissions Monitoring in Air, Water and Soil • Portable and Field Sampling • Process Monitoring • Reference Materials • Oil Analysis • Calibration • Regulation and Standards
Organiser: International Labmate Ltd, Publisher of Petro Industry News, International Environmental Technology, Asian Environmental Technology, International Labmate and Lab Asia.
185x132.indd 1
PET9 Advertenties.indd 28
09/08/2017 10:56
30-08-17 08:30
REGIOLINQS
Slim is het nieuwe gewoon Het bedrijfsleven loopt qua technische innovaties ver achter op de consument. Kleine kinderen groeien spelenderwijs op met tablets, virtual reality en 3D-brillen. ‘De conclusie is dat we de technische dingen kunnen, maar je moet ze ook durven’, zegt Henk Akkermans, directeur van WCM, tijdens de eerste WCM Regiolinqs. Edwin Langstraat van het Scheepvaart en Transport College is niet bang en wil een ‘Plant of the Future’ creëren op zijn school.
Dagmar Aarts
Toekomstfabriek Ook uniek is wat Edwin Langstraat, projectmanager Scheepvaart en Transport College (STC), op zijn school wil doen. Het STC biedt vmbo- en mbo-opleidingen aan voor iedereen die aan de slag wil in de scheepvaart, het transport of de haven. Het STC kijkt vijf jaar vooruit om het onderwijs aan te passen aan de capaciteiten die nodig zijn in bedrijven. Daarom wil Langstraat de oefenfabriek van de school veranderen in een ‘Plant of the Future’. Hier worden allround onderhoudsmedewerkers en operators opgeleid. De vraag die de school zich stelt is in hoeverre de rol van de operator in de fabriek van de toekomst verandert als het bedienen en bewaken naar de achtergrond gaan en hij meer wordt ingezet bij het organiseren en uitvoeren van smart maintenance? De komende vier jaar wordt de oefenfabriek van STC omgebouwd naar een fabriek met allerlei nieuwe technieken. Langstraat: ‘Het gaat veel flexibiliteit vergen om je als operator staande te houden in de toekomst. Een paneloperator moet ook het veld in kunnen en wat onderhoud kunnen doen. Er zal ook behoefte blijven aan sleutelaars, maar dan sleutelaars met denkvermogen. Voor onze school is het een avontuurlijke reis.’ ■
Lang liep de industrie qua techniek en toepassingen voor op de consument, maar dat veranderde rond het jaar 2000. Akkermans: ‘In 2007 ging het echt hard, want toen kwam de iPhone uit en die was niet bedoeld voor de zakelijke markt. Daarna kwam de iPad, waardoor kinderen van drie al voorliepen op het bedrijfsleven.’ En zo kan Akkermans nog wel even doorgaan. Bij een pak wasmiddel krijg je al een drone cadeau, maar hoeveel bedrijven hebben er nu al een in gebruik? Augmented reality is normaal geworden door Pokémon GO en onze auto’s zitten vol met sensoren. Zelfs condition based maintenance passen we al toe. Onze mobiele telefoon meet continu hoeveel batterij we hebben en kan overschakelen op een energiebesparingsstand. ‘Slim is het nieuwe gewoon’, zegt Akkermans.’We zijn al ver op technologisch gebied en we kunnen al veel, maar we moeten het ook durven.’ Volgens Akkermans zijn de verschillende fieldlabs in Nederland heel erg belangrijk om slimme techniek het bedrijfsleven in te krijgen. ‘De fieldlabs die wij hebben zijn uniek in de wereld.’
FOTO: BRAD FLICKINGER
WCM REGIOLINQS WCM Regiolinqs zijn bijeenkomsten waarbij elke keer een aansprekend voorbeeld uit de betreffende regio wordt behandeld. De tweede WCM Regiolinqs vindt plaats op 9 november bij Philips in Drachten. Het programma en aanmelden vindt u op: www.imaintain.info/wcm-regiolinqs
PETROCHEM 9 - 2017 29
PET9 V-Regiolinqs.indd 29
30-08-17 08:34
CHEMIELINK Nieuw consortium stimuleert innovatief MKB In Gelderland gaat op 12 oktober een nieuw regionaal ontwikkelingsprogramma officieel van start. Het ‘Business Generator Health & High Tech’-programma is gericht op het stimuleren en faciliteren van innovatie en ondernemerschap in de regio. Daarnaast staat het vergroten van werkgelegenheid in de topsectoren Chemie, Life Sciences & Health en High Tech Systemen & Materialen hoog op de agenda. Verschillende activiteiten zullen de ondernemingen ondersteunen, hen investor-ready maken en hen leiden naar financiering. De activiteiten zijn zowel gericht op startups en scale-ups als op grown-ups en MKB die willen innoveren. Novio Tech Campus is een van de initiatiefnemers. Biobased Network helpt bedrijven met toepassing biomaterialen Zes applicatiecentra uit Zuid-Nederland, waaronder de Green Chemistry Campus, hebben het Biobased Network opgericht. Dit laagdrempelige netwerk zet samen met het bedrijfsleven ideeën en vragen om in marktklare biobased producten. Het Centre of Expertise Biobased Economy legt de link naar onderzoek en onderwijs. Een applicatiecentrum is een ontwikkelwerkplaats waar een bedrijf of ondernemer terecht kan met een biobased idee, concept of vraagstuk. Elk centrum heeft zijn eigen biobased expertise, waaronder biobased kleuren, biopolymeren, teelt gewassen, groene chemie en natuurvezels.
Deze pagina’s worden mogelijk gemaakt door CHEMIELINK ChemieLink is een netwerk van innovatieve hotspots in de chemie. Bij ChemieLink zijn 10 erkende innovatielaboratoria (iLABs) , 6 Centers for Open Chemical innovation (COCi’s) en een Center of Expertise aangesloten.
STARTUPFEST EUROPE: MATERIALEN VOOR EEN DUURZAME WERELD ‘New Materials’ is een van de hoofdthema’s van Startupfest Europe. Plant One in Rotterdam zal als partner van ChemieLink op 25 september gastheer zijn voor dit afwisselende evenement van en voor toonaangevende startups en gevestigde chemiebedrijven. Centraal staan innovatieve materialen voor duurzame voedselproductie, een circulaire chemische industrie en de volgende generatie energieopslag. Het programma geeft inzicht in toekomstplannen van de industrie en biedt startups in de agrarische, voedsel- en chemische industrie de kans om eenop-een te spreken met CEO’s en CTO’s uit de industrie. Hoofdsprekers zijn William Mc Donough, oprichter van het Cradle to Cradle Products Innovation Institute en Eva Gladek, oprichter en CEO bij Metabolic. Daarnaast zijn er workshops: Business cases in de waardeketen, Financiering van uw innovatie, en Uitdagingen voor starters. En tenslotte voert een InnovatieTour langs pilot-installaties van starters en innovatieve MKB-ondernemers. BEDRIJVEN WERKEN SAMEN OM IMMUUNSYSTEEM TE VERSTERKEN Nutrileads gaat samen met NIZO Food Research en Friesland Campina nieuwe voedselingrediënten ontwikkelen die de weerstand tegen infecties verbeteren. Tegelijkertijd gaan ze betaalbare voorspellende onderzoeksmodellen ontwerpen. Het consortium heeft onlangs het EFRO-project CHALLENGE van 3,7 miljoen euro gehonoreerd gekregen. NutriLeads is een Nutrition & Health startup uit Wageningen, die voedingsstoffen ontwikkelt voor voedingssupplementen, medisch voedsel en functioneel voedsel met aangetoonde gezondheidseffecten voor specifieke consumentengroepen. Het doel is om de immuunfunctie te ondersteunen en de weerstand tegen algemene infectieziekten zoals verkoudheid en griep te verhogen. Het CHALLENGE-consortium is een volgende stap om de werking van het hoofdbestanddeel - een nieuw type polysaccharide - Immunomodulerende Plant Polysaccharide, aan te tonen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van klinische trials om te ontdekken of en welke actieve bestanddelen een lichamelijke respons veroorzaken bij gezonde vrijwilligers. PROEFSTROOK FIETSPAD VAN BIOCOMPOSIET In Emmen is op een fietspad een proefstrook van biocomposiet aangelegd. Het fietspad is verdeeld in vier stukken. Ieder stuk heeft een andere samenstelling van biocomposiet en een andere toplaag. Biocomposiet wordt gemaakt van (hout)vezels en biohars. De komende twee jaar wordt de constructie en het fietscomfort van de verschillende toplagen getest. Studenten van de Stenden Hogeschool zullen diverse tests uitvoeren. Duitse en Nederlandse ondernemers en kennisinstellingen hebben samen het fietspad ontwikkeld: Sweco Nederland, EVA-Optic, Stenden Hogeschool, Green PAC, Naftex en BG&M Bouw. De ontwikkeling krijgt organisatorisch en financieel ondersteuning van de Europese Unie via het samenwerkingsprogramma INTERREG VA Deutschland-Nederland. In de buurt van het traject staan ook enkele biocomposieten lantaarnpalen met ecodynamische verlichting. De ecodynamische verlichting maakt gebruik van LED en slimme sensoren, waarmee de lichtkleur en lichtintensiteit wordt geregeld.
PETROCHEM 9 - 2017 30
PET9 M_innovatielink.indd 30
30-08-17 08:20
AGILEBIOTICS GEEFT BESTAANDE ANTIBIOTICA TWEEDE LEVEN Bacteriën worden steeds resistenter tegen antibiotica. Om hierin verandering te brengen is, na jaren onderzoek aan de Rijksuniversiteit Groningen, in maart het farmaceutische bedrijf AGILeBiotics van start gegaan. De inzet van deze spin-off is om de technologie en kennis voor de ontwikkeling van nieuwe antibiotica tegen multiresistente bacteriën in de praktijk toe te passen. Met speciale aandacht voor de optimalisatie en herintroductie van bestaande antibiotica. Resistentie beperkt de klinische toepassing van antibiotica uit complexe natuurlijke producten. ‘Zonder een snellere ontwikkeling van antibiotica zal het sterftecijfer tegen 2050 in Europa tot 250.000 en wereldwijd tot tien miljoen oplopen’, zegt dr. Andreas A. Bastian, CEO en medeoprichter van AGILeBiotics, dat gevestigd is in het InnoLAB in Groningen. ‘Bovendien houdt de farmaceutische industrie zich steeds minder bezig met het ontwikkelen van nieuwe antibiotica, omdat dit economisch gezien niet interessant is. Er zijn nog maar vier grote bedrijven over.’ Schaalbare chemische reactie AGILeBiotics heeft een gepatenteerde synthetische methode OxaSelect ontwikkeld. Tijdens een schaalbare chemische reactie worden bestaande antibiotica, die hun effectiviteit hebben verloren, omgezet in nieuwe, werkzame antibiotica. Op deze manier omzeilt de startup de kostbare en tijdrovende stap om nieuwe antibiotica op te sporen, terwijl de klinische testen veel succesvoller verlopen. OxaSelect verlaagt de kosten tijdens preklinische studies met veertig procent en in de klinische fase met twintig procent. Aldus creëert het bedrijf een bibliotheek van nieuwe antibiotica kandidaten, biedt het veelbelovende antibiotica een tweede leven en laat het nieuwe antibiotica sneller en goedkoper op de markt komen. SEKISUI S-LEC VESTIGT ZICH OP BRIGHTLANDS CHEMELOT CAMPUS Sekisui S-Lec, onderdeel van Sekisui Chemical uit Japan, gaat een Europees onderzoekscentrum vestigen op Brightlands Chemelot Campus. Daarnaast wil het bedrijf de productiecapaciteit op Chemelot Industrial Park en bij de vestiging in Roermond uitbreiden om te kunnen inspelen op de groeiende wereldmarkt voor folie dat dient als tussenlaag voor gelamineerd glas. Sinds 1997 produceert Sekisui S-Lec in Nederland al PVB (polyvinylbutyral) S-Lec folie, vooral voor de automobielindustrie en de bouw in Europa. Het bedrijf produceert verschillende soorten folie zoals transparante, gekleurde en verduisterende folies, als tussenlaag voor gelamineerd glas. Dit glas wordt toegepast voor een betere veiligheid, bescherming, isolatie en bescherming tegen zonlicht en geluid. Voor de toepassing in auto’s ontwikkelt Sekisui Chemical nieuwe functies, met name ‘Head-Up Display’ (HUD) systemen (zie afbeelding). Zo’n HUD-systeem kan informatie als rijsnelheid en rijbaan op de voorruit van voertuigen projecteren om veilig rijden te bevorderen. Brightlands Chemelot Campus in Sittard-Geleen legt zich toe op slimme materialen en duurzame chemieproducten. Het Europese onderzoekscentrum van Sekisui S-Lec zal zich in eerste instantie richten op nieuwe toepassingen in auto’s. Het nieuwe onderzoekscentrum is in juni 2017 van start gegaan.
Amsterdam Circulair Challenge Amsterdam heeft een wedstrijd uitgeschreven voor startups om met innovatieve ideeën voor een circulair havengebied te komen. Op 27 september krijgen de zes finalisten van de Amsterdam Circulair Challenge de gelegenheid hun idee te pitchen in Prodock. Amsterdam ziet zich voor drie grote uitdagingen gesteld om een circulaire haven te realiseren. De hoofdstad zoekt technologieën en processen om biomassa in waardevolle grondstoffen om te zetten. Daarnaast is er behoefte aan technologieën om koolstofdioxide te zuiveren en om te zetten naar producten en ten slotte aan startups die gebruik maken van data, connectiviteit en slimme algoritmen als basis voor een circulaire economie. De drie winnaars krijgen gratis werkfaciliteiten, middelen, ondersteuning en coaching, digitale data en toegang tot het netwerk van CleanCapital Amsterdam. Dit is een samenwerkingsverband tussen AEB Amsterdam, Waternet en het Havenbedrijf Amsterdam. Het Innovatielaboratorium Amsterdam is nauw betrokken bij de organisatie. Eerste beweegbare biobased brug Onder de vlag van Green PAC gaan studenten van Stenden en Windesheim zich het komende jaar bezighouden met het onderzoek naar en het ontwerp van een brugdek dat volledig gemaakt is van biocomposiet. De bouw van de beweegbare brug over het Van Harinxmakanaal in het Friese Ritsumasyl zou in 2018 van start kunnen gaan. De ambitie is om de eerste beweegbare brug in de wereld te maken van honderd procent natuurlijke materialen. Biobased composiet is een nieuw bouwmateriaal dat bestaat uit natuurlijke hars en vezels. Tot nu toe werd vaak een combinatie gebruikt van tachtig procent bio-vezels en twintig procent glasvezel. De studenten onderzoeken onder meer de sterkte en de levensduur van verschillende samenstellingen van biomateriaalcombinaties. Het ontwerp van de brug in Ritsumasyl ontstaat tijdens deze onderzoeksfase en is dus afhankelijk van het bouwmateriaal. Green PAC ondersteunt dit project met alle kennis die zij eerder heeft opgedaan over biocomposiet en maakt daarbij ook gebruik van de expertise van TU Delft, Hochschule Osnabrück en NHL. In het bouwteam van de brug Ritsumasyl nemen naast Green PAC en de provincie Fryslân ook aannemerscombinatie Reef Infra, Jansen Venneboer, Antea Group, Sweco, Witteveen+Bos en composietproducent Infra Composites deel.
PETROCHEM 9 - 2017 31
PET9 M_innovatielink.indd 31
30-08-17 08:20
Brabanthallen Den Bosch 10, 11 & 12 oktober 2017
Samen de energietransitie versnellen!
Registreer direct voor gratis toegang via www.vakbeursenergie.nl. Energie & Industrie is uitsluitend
Gespecialiseerde congressen, lezingen en workshops, o.a.: • Seminar Stoom en Techniek 2017 • Industrial Morning • Masters of Industry: Ultradiepe aardwarmte voor de industrie • Seminar ‘De business case voor stoom – Financiën’
toegankelijk voor professionals.
Awards: Toegang is gratis bij voorregistratie
• Energie Professional 2017
t/m 9 oktober 2017.
• Energie Talent 2017
Registratie en toegang tijdens de beursdagen kost € 25,- excl BTW.
Co-locatie • Vakbeurs Energie • Ecomobiel, vakbeurs voor duurzame innovatie in mobiliteit
Ontmoet bijna 350 toonaangevende exposanten en partners! Samenwerkende partners o.a.:
www.vakbeursenergie.nl PET9 Advertenties.indd 32
30-08-17 08:29
PRODUCTEN
ENKELGASMONITOR MET SMART SENSOREN De Scott Protégé SG is een universele draagbare enkelgasmonitor met uitwisselbare plug-and-play smart sensoren voor detectie van LEL (IR), H2S, CO, O2, O3, HCN, NO, NO2, PH3, SO2, NH3, Cl2 of ClO2. De gebruiker wordt bij een potentieel gevaarlijke situatie gewaarschuwd met visuele en akoestische signalen en een trilalarm. Met een IP66/67 klassering, wereldwijde wettelijke goedkeuringen, meerdere beschikbare talen op het LCD-display en interne datalogging voor maximaal 5000 gebeurtenissen, biedt de Protégé SG maximale flexibiliteit. Meer informatie: www.euro-index.nl SOFTWAREPLATFORM Honeywell Sotera™ is een softwareplatform met verbonden oplossingen voor industriële werkers, die zijn ontwikkeld om klanten te helpen hun faciliteiten en personeel veilig te houden, productiviteit te verbeteren, naleving te vereenvoudigen en administratieve kosten te verlagen. Het platform ondersteunt verschillende soorten verbindingen met de werker zoals onderlinge communicatie, geo-locatie en automatische veiligheidswaarschuwingen om werkgevers direct op de hoogte te stellen als er veiligheidsincidenten plaatsvinden en biedt de mogelijkheid om snel te reageren als een werknemer gewond raakt op een afgelegen locatie. Meer informatie: www.honeywellsafety.com INDUSTRIËLE NETWERKSWITCH De licht beheerde Allen-Bradley Stratix 2500-switch biedt de beveiliging, veerkracht, netwerksegmentatie en bandbreedteoptimalisatie van een beheerde switch, maar zonder de noodzaak van arbeidsintensief configuratiewerk. De industriële ethernet-switch is direct inzetbaar voor het op prioriteit indelen van bedrijfskritisch dataverkeer binnen industriële netwerken. De switch kan ook worden geconfigureerd in aansluiting op toepassingsspecifieke behoeften. Dankzij deze flexibiliteit kunnen fabrikanten hun productieprocessen toekomstbestendig maken. Meer informatie: www.rockwell.com LADDERS, TRAPPEN EN PLATFORMEN OP MAAT De online configurator van ZARGES, waarmee klanten hun wensen op het gebied van constructies kunnen configureren, is uitgebreid zodat er meerdere en complexere constructies kunnen worden geconfigureerd. Alle elementen zijn geprefabriceerd en voorgemonteerd en de behoefte aan speciale onderdelen is minimaal. Door de voormontage, zijn er maar enkele stappen en hulpmiddelen nodig om een product in elkaar te zetten. Het modulaire systeem maakt een einde aan lange wachttijden. Levertijden worden teruggebracht naar tien dagen tot een paar weken. Trappen, mobiele en vaste platformen, werk- en onderhoudsplatformen: in de industriële omgeving zijn deze toegangssystemen nodig voor verschillende taken. De mobiele oplossingen op basis van het modulaire concept zijn veelzijdig en helpen de kosten te verlagen. Meer informatie: www.zarges.nl
BAG PLACER De fillpac kan worden gebruikt om materialen van de bouw-, cement-, mineralen- en chemische industrie efficiënt in zakken te vullen. Voor deze installatie heeft de systeemleverancier nu de bag placer ontwikkeld, waarmee het vermogen en de efficiëntie van de vulmachine nog verder toenemen. De aandrijvingseenheid en de grijperarm worden automatisch via servomotoren nauwkeurig en energie-efficiënt aangedreven. Vanwege de geselecteerde aandrijvingstechnologie en de elektrische koppeling van de beide servo-aandrijvingen van de grijperarm en de opschieteenheid is het aantal mechanische onderdelen tot een minimum beperkt. De doordachte kinematica reduceert bovendien de trillingen in de machine. Hierdoor neemt de levensduur significant toe. Een olievrij venturimondstuk zorgt voor onderhoudsvrij gebruik. Meer informatie: www.beumergroup.com KOELMACHINE Aggreko heeft een nieuwe koelmachine met variabele snelheid gelanceerd die kan werken van 100% tot slechts 10% vermogen. De nieuwe koelmachine is voorzien van de bedrijfseigen ARM-technologie (Aggreko Remote Monitoring) die 24 uur per dag rechtstreeks data zendt naar de technici in het Remote Operating Centre (ROC). Zij kunnen problemen beoordelen, op afstand oplossingen leveren, proactief storingen voorkomen en het energieverbruik en de efficiëntie in het oog houden. Het koelvermogen ligt tussen -15°C tot +21°C. De nieuwe oplossing is ontwikkeld als ondersteuning van toepassingen in diverse bedrijfstakken, waaronder comfortkoeling, net als commerciële en procestoepassingen, zoals temperatuurregeling voor datacenters en voor de drank- en voedingsindustrie. Meer informatie: www.aggreko.com
PETROCHEM 9 - 2017 33
PET9 F-Producten.indd 33
30-08-17 08:24
Together beyond Standards Applus+ RTD levert innovatieve, betrouwbare en kwalitatief hoogwaardige technologieën en diensten voor Niet-destructief Onderzoek, Inspecties en Certificatie.
NDO
Wij nemen graag uw zorg uit handen en bieden: de efficiëntste oplossing om de effectiviteit van uw installatie zo hoog mogelijk te krijgen: minder downtime, meer uptime, terwijl de risico’s voor mens en omgeving geminimaliseerd worden.
Certificatie
Toegewijd, proactief en vakbekwaam personeel is overal ter wereld beschikbaar om helder inzicht te bieden in de integriteit van uw installaties.
Inspectie Training & Ontwikkeling Stralingsbescherming
T + 31 10 716 60 00 E info.netherlands@applusrtd.com
www.ApplusRTD.nl
Organised by EASYFAIRS
VA KBEURS
Dé Nederlandse vakbeurs voor technologie en innovatie in pompinstallaties en industriële componenten
Schrijf je nu in met code: Gelijktijdig met:
2100
www.easyfairs.com/pumps-nl 170822 PV17_185x132_Adv_Petroch.indd 1
PET9 Advertenties.indd 34
22/08/17 15:28
30-08-17 08:29
Newsline GAS FLOW MEASUREMENT
Uitgave 4 | 2017
KROHNE gas flowmeters: Standard and demanding applications KROHNE has unique expertise when it comes to flow measurement. We don’t just demonstrate our ability with standard applications, but also with applications that are demanding and require custom solutions. For KROHNE, customer orientation starts as early as research and development. Many of our products, which are considered today’s industrial standards, were developed in cooperation with our customers. Today, users around the world benefit from KROHNE innovation. For example in gas flow measurement: • Ultrasonic flowmeters for steamflow measurement, standard up to 540 °C and 200 bar
• Ultrasonic Biogas flowmeters enables the online measurement of methane content in biogas • Ultrasonic flowmeters for custody transfer, working according to the time-offlight method • Vortex measuring devices with integrated pressure and temperature compensation and the vortex flowmeter with integrated density compensation, all perfectly equipped for the ISO 50001 energy management standard Variable area flowmeters: established KROHNE’s business in 1921. Today we can’t imagine KROHNE without them, if a local display is to ensure the redundancy and the certainty of the system, but also available with the latest communication protocols. In the Netherlands one of the world’s largest production facilities of Ultrasonic Gas flowmeters is located. KROHNE Dordrecht employs more than 400 people, including 90 employees in Research and Development. Do you need the assistance of a specialist in gas flow application’s, don’t hesitate to ask our technical advisers for help. They are always in your region.
OPTISONIC 7300 Biogas OPTISONIC 7300 Biogas 2-beam ultrasonic flowmeter determines the flow of biogas with maximum reliability, precision and durability. Highlights • Reliable measurement of dry and humid (saturated) biogas with variable CO2 content •M easurement of methane content • Integrated calculation of standard volume with optional pressure sensor • Large measurement range; starts measuring from zero flow; accurate from 1 m/s • Ex-approval for zone 1
Establishing energy efficiency with ultrasonic steam flowmeter
• Diameter range DN100...600/4...24", extended range up to DN1000/40"
Solvay is a provider of utilities including electricity, compressed air and superheated steam. At a chemical plant they would like to measure superheated steam at a temperature of 275 °C, a pressure of 31 bar and a flow rate of 60 t/h to establish energy efficiency in the cogeneration facilities.
• Accurate measurement without pressure loss
This leads to many requirements for the measuring points:
Highlights OPTISONIC 8300 • Ultrasonic flowmeter for high temperature gas and steam
• Excellent long term stability, no recalibration, no maintenance • Diagnostics guarantee proper operation and support verification • Integrated solution for mass flow and enthalpy measurement
• larger flow range, particularly at low flows; • bidirectional measurement because in the event of a stoppage an external source must use the same pipelines in the opposite direction; • low pressure loss to avoid wasting energy
KROHNE supplied an OPTISONIC 8300 ultrasonic flowmeter with a 10" ASA 300 lbs connection, installed at the production outlet towards the units on a horizontal carbon steel pipeline. Featuring an integrated mass flow calculation and a direct input for pressure and temperature measurement, the OPTISONIC 8300 is able to provide measurements in t/h (mass flow). Solvay has reduced its energy consumption. Customers of the chemical plant were consuming 900.000 tonnes of steam per year. Since making the new investments, this consumption has been reduced to 350.000 tonnes per year as a result of new, more energy efficient energy measurement. The OPTISONIC 8300 has become the reference meter for all the other measurements. Also the process safety has been enhanced thanks to the self-diagnostics. • Accurate flow measurement of superheated steam • Reduction in energy consumption • Long-term stable and reliable measurement due to integrated meter verification
Highlights OPTISONIC 7300 • Excellent accuracy and long term stability • No moving parts and no obstructions (no pressure loss) • Nominal size: DN100 ….DN600 (special solutions on request) • Diagnostics to validate flowmeter and process • Integrated molar mass calculation (no separate computer needed) • Low investment, low operational costs
Management of gas burning process in chemical plant Residual hydrocarbon gases arise as a side product from chemical processes. Often, these gases are burned in boilers to generate steam. The composition however can change from pure hydrogen gas to heavier hydrocarbon gases as a function of the process they evolved from. The caloric value varies strongly and the burner has to be adjusted to guarantee an optimal burning with minimal emissions. In order to optimize the burning process the measurement has to fulfill two requirements. First requirement is the adjustment of the burner to the gas composition to have an oxygen/fuel ration of 1 to 1.2. Traditionally, this is measured by a lambda sensor in the exhaust gas. Better is to measure directly the caloric value of the fuel gas. Second requirement is a repeatable gas flow measurement independent of gas properties. OPTISONIC 7300 meet both. The 2 beam ultrasonic flowmeter provides an accurate measurement of the volume flow of gas, independent of the gas density. It entails an integrated molar mass calculation. It requires input of the adiabatic index and the temperature. The first is en-
tered via the menu, the second is provided by an external temperature sensor connected to the flowmeter’s 4-20 mA input. Based on highly accurate measuring results, the burner control can be adjusted according to the caloric value to minimize emissions and improve energy efficiency. • Measurement of residual gases • Continuous ultrasonic measurement of volume flow and caloric value • Measuring accuracy independent of gas density
Measuring seal gas at gas seals in turbo compressors A manufacturer of compressors produces turnkey solutions for the gas industry. The compressors are designed to concentrate natural gas under pressure for transportation. With a seal gas system to seal the shafts. Mechanical gas seals prevent the flammable natural gas from leaking out and protect the compressors, which operate under significant pressures and high temperatures. Due to axial movement, the seals are subject to wear and can fail, so they are equipped with seal gas systems. These systems flush the seals with nitrogen to generate counter pressure. The measurement is to determine the amount of nitrogen used (3.0 to 30 kg p/h) to ensure a continuous gas flow over de seals and monitor the amount of leakage.
Because the measuring instruments were supplied with NPT screw process connections, the assembly time was shortened and allowed a flexible, space-saving installation. The 2 wire FOUNDATION™ FIELDBUS version design enabled direct integration into the end customer’s communication network without additional power supply or converters. • Equipping seal gas panels for natural gas compressors • Variable area flow measurement in accordance with IECXEx-i • Metering devices connected to DCS via FOUNDATION™ fieldbus
Highlights H250 M40 • Sturdy construction for high pressure, temperature and media resistance • Wide range of flowmeters for a few liters per hour up to DN 100 for 120 m³/h liquid or 2800 Nm³/h gas flow
The devices has to be certified in accordance with IECEx-I, and all information should be transferred to a DCS via FOUNDATION™ fieldbus communication.
• Many process connection variants: flanged, screwed, clamped, weld-on ends • Universal Ex concept: Ex i or Ex d
With the H250 M40 devices, KROHNE met the customer’s requirements, which included providing evidence of pressure tests and carrying out radiographic tests.
• Modular scalability - from mechanical to fieldbus • Measuring inaccuracy: 1.6% of measured value according to VDI/VDE 3513, sheet 2 (qG=50%)
The continuous nitrogen flow measurement enable leaks and defective seals to be recognized quickly, to prevent damage to the compressors.
Nominal volume flow measurements in offshore operations on production platforms On production platforms, different types of gases have to be measured in order to get exact definitions about production quantities and mixtures.
Highlights OPTISWIRL 4200 • 2-wire device with integrated p/t compensation
Process parameters of the measured gases (explosion hazardous areas): Media
Fuel gas & CH Mix gas
Nominal Volume flow
up to 25000 Nm³ (subject to change)
Pressure
up to 5.2 Bar (subject to change)
Process density
up to 6.9 kg/m³ (subject to change, nominal density is constant)
Viscosity
0,018 mPa·s
Product temperature
up to 93 °C
The composition remains constant while pressure and temperature can change. All devices must be protected against sea water (special paint), NACE compliance and supplied with a material quality certificate as well as pressure and hardener tests. For this application, KROHNE delivers six OPTISWIRL 4200 vortex gas flowmeters Ex-d-ia. With flange connections and P/T compensation.
• Non-wearing, fully welded stainless steel construction with high corrosion, pressure and temperature resistance • Advanced technology for signal filtering - AVFD (Advanced Vortex Frequency Detection) The installation size for Fuel gas is 2 x ½" and 2 x 1", each in 300 lb and for CH Mix, in 6" and 8" also in 300 lb. Because of the OPTISWIRL 4200 wide measurement area range in combination with the integrated pressure and temperature sensors, the exact gas quantities can be recorded much more accurately. Apart from the low investment costs, the simple installation of the measuring device was a decisive factor for the operating company. • Volume flow, temperature and pressure measurement • Simple installation with 2-wire connection technology • Problem-free replacement
• Maintenance-free measuring sensor design • SIL 2 certified according to IEC 61508 (edition 2) • Pressure and temperature available via HART • Integrated gross and net heat calculation for steam and hot water
Fiscal metering with ultrasonic flowmeters Oranje-Nassau Energie (ONE) is a private Dutch exploration and production company with a long track record in running a diversified upstream portfolio. In 2015 ONE completed the acquisition of a 50% operated interest in the Sean field, after which a quality improvement program was carried out. The program included the replacement of existing orifice plates by ultrasonic flowmeters for the fiscal metering of natural gas that is supplied into a dedicated 107 km 30" pipeline to the Bacton terminal in the UK. In additional also coriolis meters were installed for the measurement of fuel gas which is used as input for the CO2 emissions calculations. For the fiscal metering of natural gas, KROHNE supplied a meter run with two ALTOSONIC V12 ultrasonic meters in series. Defined as a Pay and Check set-up with a different path configuration, one ALTOSONIC V12 was supplied with a reflective acoustic path
configuration while the other ALTOSONIC V12 was supplied with a direct (non-reflective) path configuration. For the fuel gas system two OPTIMASS 6400 coriolis flowmeters were installed, enabling a measurement of the fuel gas directly in mass instead of in volume. The meters were connected to SUMMIT 8800 flow computer, where the full colour touch screen shows a visualisation of the process with live readings of the flowmeters and other field instruments. A SYNENERGY III super visory HMI system has been placed on top, allowing the operator to report production figures and energy balance outputs of the complete platform with the click of a mouse. KROHNE supplied the complete system with single vendor responsibility. Due to the seamless integration of meter diagnostic data in the flow computers future maintenance needs are recognized well in advance, reducing maintenance costs and avoiding unexpected downtime.
Highlights SUMMIT 8800 • Lower OPEX and CAPEX due to modern design and communication • Low inventory cost with one computer fits all due to modularity of hard and software • More effective maintenance and operator due to colour graphics touch screen • Minimize service cost and automatic remote metering with unsurpassed network support • Increased accuracy and reduce recalibrations with automatic performance monitoring
Highlights ALTOSONIC V12 • 12 acoustic chords for excellent swirl immunity and built-in redundancy • No flow conditioner required • Just 5D straight inlet piping required to comply to AGA9, ISO 17089 and MID • First ever ultrasonic flowmeter to receive OIML R137 class 0.5 approval by NMi • Meter accuracy evaluated 24/7 by optional web-based KROHNE Care expert system
OPTIMASS 6400
ALTOSONIC V12
SUMMIT 8800
Ontmoet ons op de beurs KROHNE neemt deel aan een groot aantal nationale en internationale beurzen. De belangrijkste evenementen voor onze Nederlandse klanten zijn: • Food Technology Event, 3 oktober 2017, De Fabrique Utrecht • KROHNE Academy Service, 12 oktober 2017, Dordrecht • Aquatech, 31 oktober – 3 november 2017, Rai Amsterdam • Europort, 7 – 10 november 2017, Ahoy Rotterdam De volledige internationale beursagenda vindt u op onze website www.krohne.com
Neem voor meer informatie contact op met: KROHNE Nederland B.V. Postbus 110 3300 AC DORDRECHT Kerkeplaat 14 3313 LC Dordrecht Nederland Tel.: +31 (0)78 - 6306 200 Fax: +31 (0)78 - 6306 405 e-mail: infonl@krohne.com KROHNE Belgium N.V. Noordkustlaan 16 1702 Groot-Bijgaarden België Tel.: +32 (0)2 - 4 66 00 10 Fax: +32 (0)2 - 4 66 08 00 e-mail: krohnebelgium@krohne.com www.krohne.com
AGENDA SEMINAR / CURSUS / MASTERCLASS Industrielinqs pers en platform MASTERS OF INDUSTRY: INDUSTRIËLE KOEL- EN www.mastersofindustry.nl KETELWATERBEHANDELING Tijdens dit Masters of Industry college licht Mark Boeren, directeur van Water Innovator of the Year 2017 Pathema, toe hoe de Industrial Vortex Generator koelwater kan behandelen zonder de inzet van chemicaliën. Onderzoeksinstelling KWR toont de resultaten van het onderzoek naar koelwaterconditionering bij chemiebedrijf Sabic in Geleen en Tata Steel in IJmuiden. Tijdens Masters of Industry wordt telkens een actueel onderwerp onder de loep gehouden, om meer diepgang te geven aan veelbelovende industriële ontwikkelingen.
21 september 2017 Tilburg
CONGRES / BEURS / EVENEMENT Petrochem platform www.eemsdeltavisie.nl
EEMSDELTAVISIE 2017: NIEUWE SYNERGIE 14 september 2017 Synergie is op meerdere vlakken mogelijk. Tussen energiesector, de landbouw Evenementenhal en de chemie bijvoorbeeld. Of tussen overheid, onderzoek en bedrijfsleven. Delfzijl Maar ook op het gebied van innovatie. Zo kan synergie tussen oude en nieuwe technologie bestaande installaties een nieuw leven geven. Slimme sensoren, big data en analytische systemen kunnen ageing assets efficiënter, veiliger en duurzamer maken. Ofwel gereed voor een nieuwe toekomst.
Mikrocentrum www.kunststoffenbeurs.nl
KUNSTSTOFFEN 2017 Kunststofproducten zijn onmisbaar geworden voor toepassingen in de industrie en handel, bouwnijverheid, verpakkingsindustrie en consumentenproducten. Daarnaast zorgt de wetgeving ervoor dat het gebruik van kunststof kritisch bekeken wordt. Op deze beurs staan specialistische bedrijven uit Nederland, België en Duitsland zoals productontwikkelaars, grondstofleveranciers, spuitgiet- en extrusiebedrijven etc.
27-28 september 2017 NH Conference Centre Koningshof, Veldhoven
Management Producties www.scheldeconferentie.com
SCHELDE CONFERENTIE 2017 Tijdens deze 11de editie gaat het over innovatieve projecten op het gebied van data en CO2-reductie, strategische visies op het achterland, en hoe ‘fit for
4 oktober 2017 Gent
the future’ de Scheldehavens zijn. Met sprekers van Zeeland Refinery, Port of Antwerp, Monument Chemical, Alco Bio Fuel en NedCargo Multimodal. Easyfairs www.easyfairs.com
PUMPS & VALVES 2017 Pumps & Valves is de vakbeurs voor ‘liquid’ industrie. Iedere twee jaar komen diverse sectoren samen in Rotterdam Ahoy om zich te oriënteren op nieuwe oplossingen en innovaties voor hun eigen industrie. De bewerking en verwerking van vloeistoffen staat centraal. In combinatie met Solids is dit het grootste processing evenement voor vloeibare en droge industrie in Nederland.
4-5 oktober 2017 Rotterdam Ahoy
IIR iir.nl/events/opslagtanks
OPSLAGTANKS 8 & 9 november vindt de 27e editie plaats van de conferentie Opslagtanks: het kennis en netwerkplatform voor tankprofessionals in Nederland en België. Tijdens dit event hoort u alles over de laatste actualiteiten, discussiepunten, uitvoering van opgelegde acties en implementaties van de regels en impact voor uw bedrijf.
8-9 november 2017 Carlton Oasis, Spijkenisse
ILM Exhibitions www.ilmexhibitions.com/ peftec
PEFTEC 2017 PEFTEC is a specialist conference and exhibition for the petrochemical, chemical and oil industries. Visitors to PEFTEC will be process mangers and laboratory scientists who test and analyse petrochemicals and oil as well as environmental managers who monitor and water and air emissions in and out of the processing plant.
29-30 november 2017 Antwerpen
PETROCHEM 9 - 2017 35
PET9 H-Agenda.indd 35
30-08-17 08:43
NORTHERN ENLIGHTENMENTZ
Finalisten Northern Enlightenmentz 2017 De Northern Enlightenmentz verkiezing is in het leven geroepen door Industrielinqs pers en platform, uitgever van onder meer Petrochem. De verkiezing is bedoeld om de industrie in de noordelijke provincies in Nederland te inspireren
bij het toepassen van hoopgevende innovaties. En om innovaties en processen die de groene industriële revolutie kunnen veroorzaken een duwtje in de rug te geven. Dit jaar zijn de genomineerden BioMCN, HeatMatrix en de samenwer-
king tussen ESD-SIC en ENGIE. 14 september, tijdens ons congres EemsDeltavisie in Delfzijl, wordt de winnaar bekend gemaakt. Dagmar Aarts/Wim Raaijen
BioMCN neemt voortouw bij CO2 als grondstof CO2 als grondstof voor de chemie. Van probleem naar oplossing. Er wordt inmiddels veel over geschreven en er lopen enkele projecten onder andere in Duitsland. In Nederland lijkt BioMCN met haar nieuwste investering de leiding te nemen op dit gebied. Door CO2 te binden aan haar restgas waterstof kan het extra groene methanol produceren.
Wie zit erachter? Het chemiebedrijf BioMCN, dat sinds 2015 een volle dochter is van OCI Nitrogen. In Delfzijl produceert BioMCN methanol uit aardgas. Op basis van groengas-certificaten mag het bedrijf een deel van de productie toch groen noemen. Door inzet van dit groen gas
PETROCHEM 9 - 2017 36
PET9 N-Enlightenmenz.indd 36
30-08-17 08:39
NORTHERN ENLIGHTENMENTZ
voldoet dit deel aan de eisen voor de bijmenging in brandstoffen. Een groeiende markt, te meer omdat in 2020 de verplichte bijmenging naar tien procent wordt opgeschroefd. Wat doet het nieuwe proces? Waterstof was bij BioMCN tot voor kort een restproduct van de productie van methanol uit methaan. Door waterstof aan CO2 te binden, is extra, of meer groene methanol te maken. Door een molecuul kooldioxide (CO2) aan drie moleculen waterstofgas (H2) te binden, ontstaat een molecuul methanol (CH4O) en een molecuul water (H2O). Dat betekent dat twee derde van de reststroom waterstof in methanol wordt omgezet. Afgelopen voorjaar maakte het bedrijf de investering in dit proces bekend en inmiddels is op deze manier de eerste methanol geproduceerd. Hoe groen is deze omzetting? Een eis om methanol groen te mogen noemen is dat er meer dan vijftig procent CO2 bespaard is ten opzichte van fossiele productie. Het is dus ook zoeken naar de meest optimale mix. Zo mag H2 als restproduct van een proces met aardgas als grondstof niet het label groen dragen. Op korte termijn lijkt het de beste optie om het aandeel groen gas in de feedstock te vergroten. Wat is de volgende stap? Het project van BioMCN kan een vliegwiel zijn naar een nog veel groenere productie van methanol. Dat kan dus bijvoorbeeld door het aandeel biogas in de feedstock te verhogen, maar ook door nog meer CO2 te binden aan waterstof. Op den duur is het zelfs mogelijk dat dit ‘bijproces’ het hoofdproces van BioMCN wordt. Dan kan alsnog meer waterstof wordt ingezet, dat duurzaam is geproduceerd door bijvoorbeeld elektrolyse van water met duurzaam opgewekte stroom. Het huidige project kan dus in Noord-Nederland een belangrijke rol spelen in de transitie naar grootschalige inzet van waterstof en een verstevigde inzet van elektrochemie. Ook onderzoekt BioMCN de optie om zelf te investeren in een biomassavergister die zowel biomethaan als CO2 produceert.
Waarom moet BioMCN de Northern Enlightenmentz winnen? Al jaren staat BioMCN te boek als een innovatief bedrijf, dat niet altijd de wind mee had. Maar ondanks lastige marktomstandigheden en wisselingen van eigenaren, heeft het zich staande gehouden en is niet opgehouden om te innoveren. Met deze nieuwe ontwikke-
ling waarbij CO2 als grondstof wordt ingezet en de reststroom waterstof niet lager wordt verbrand, maar een hoogwaardigere toepassing krijgt, laat het bedrijf weer zien dat het vooroploopt. Bovendien bereidt het bedrijf de weg voor duurzamere chemische routes als elektrochemie met grondstoffen uit de nabije omgeving.
PETROCHEM 9 - 2017 37
PET9 N-Enlightenmenz.indd 37
30-08-17 08:39
NORTHERN ENLIGHTENMENTZ
Warmte uit rookgassen met polymere warmtewisselaar
Warmte terugwinnen uit rookgassen was altijd erg lastig. Door de zure stoffen in rookgas corroderen warmtewisselaars snel. HeatMatrix heeft een warmtewisselaar van kunststof gemaakt die zelfs in de corrosieve omgeving van CPVC-fabrikant Lubrizol in Delfzijl blijft staan.
Wie zit erachter? Het Gelderlandse bedrijf HeatMatrix, dat in 2008 is ontstaan als spin-off van Shell Chemical legacy Hexion. Wat doet HeatMatrix? Wie uit rook- of uitlaatgassen van bijvoorbeeld drogers warmte wil terugwinnen, stuit op een probleem. Door de zure stoffen in rookgas corroderen warmtewisselaars van metaal, waardoor de apparatuur snel kapot gaat. CEO Frank Tielens: ‘Een andere oplossing is om een exotisch materiaal te gebruiken dat tegen corrosie kan, maar dat is heel duur en dan heb je geen businesscase. Daarom doet niemand iets met warmtewisselaars.’ HeatMatrix bedacht voor dit complexe probleem een simpele oplossing. Ze maakten de warmtewisselaar van een polymeer. Tielens: ‘Anderen hebben dat in het verleden ook geprobeerd, maar die stuitten weer op een ander probleem: de kunststof breekt door hevige trillingen in de luchtstroom. Wij hebben dat opgelost door de buizen over de hele lengte met een mannetje-vrouwtje-verbinding aan elkaar te zetten, waardoor een stabiele honingraatstructuur ontstaat.’
Wat kan er met deze warmtewisselaar? Overal waar zure rookgassen zijn, kan nu warmte worden teruggewonnen. Met die warmte, meestal van tweehonderd graden Celsius, wordt koude buitenlucht opgewarmd die vervolgens teruggevoerd kan worden naar het verbrandingsproces. Tielens: ‘Doordat daar in plaats van koude lucht warme lucht wordt verbrand, bespaar je automatisch energie. Dat kan tot vijf procent oplopen. En omdat je minder brandstof nodig hebt, stoot je automatisch een zelfde percentage minder CO2 uit. Hetzelfde is met de uitlaatgassen van drogers te doen. Het principe is daar net iets anders. Daar wordt met de warme lucht uit de droger ook weer koude buitenlucht opgewarmd, maar deze wordt rechtstreeks teruggevoerd in het proces. Tielens: ‘Die lucht wordt niet eens verbrand en daardoor krijg je een energiebesparing die tot wel 25 procent kan gaan.’ Wat is er bij Lubrizol gedaan? Bij Lubrizol maken ze gechloreerd PVC-granulaat. Dit product is onder andere terug te vinden in kunststofleidingen, fittingen, afsluiters voor watersystemen, sprinklerinstallaties, creditcards en gevelbeplating. Tielens:
‘Lubrizol wilde meer energie besparen en bijdragen aan het milieu. Onze warmtewisselaar kon daarbij helpen.’ Als het granulaat uit de productie komt, is het nog wat vochtig en moet het worden gedroogd. De warme uitlaatgassen van de droger wilden ze opnieuw gebruiken in hun proces. Maar daar zit het probleem, want bij de productie is zoutzuur aanwezig. Een gewone warmtewisselaar zou gaan corroderen. Tielens: ‘Wij hebben die van ons op het dak gezet. Hij trekt lucht uit hun CPVC-granulaatdroger en daarmee warmen we koude buitenlucht op en die stoppen we terug in het proces, waardoor een kringloopsysteem ontstaat. We zijn superblij dat het werkt, want als het bij Lubrizol werkt, dan werkt het overal.’ Waarom moet HeatMatrix de Northern Enlightenmentz winnen? HeatMatrix heeft ervoor gezorgd dat alle bedrijven een warmtewisselaar kunnen inzetten om energie te besparen en hun CO2-uitstoot te verminderen. De uitvinding van het Gelderlandse bedrijf bespaart tot 5 megawatt. De terugverdientijd van de kunststof warmtewisselaar is drie jaar of korter.
PETROCHEM 9 - 2017 38
PET9 N-Enlightenmenz.indd 38
30-08-17 08:39
NORTHERN ENLIGHTENMENTZ
Unieke samenwerking brengt elektriciteitsnet in balans Producent van siliciumcarbide ESD-SIC en energiebedrijf ENGIE gaan een unieke samenwerking aan. Engie mag vanaf nu bepalen wanneer het bedrijf wel of niet produceert. Omdat ESD haar productieproces per direct kan aan- of uitschakelen, kan ze dus produceren wanneer er bijvoorbeeld veel zonne- en windenergie beschikbaar is. De productie kan uit wanneer de stroomvraag groot is, of er weinig zon en wind is.
Wie zitten erachter? Producent van siliciumcarbide ESD-SIC en energiebedrijf ENGIE. Vanaf 1973 produceert Elektroschmelzwerk Delfzijl (ESD) siliciumcarbide op de bestaande locatie in Farmsum bij Delfzijl. Hoeveel stroom gebruikt ESDSIC? Voor het produceren van siliciumcarbide is veel energie nodig is. ESD-SIC verbruikt jaarlijks zo’n 420.000 megawattuur. Daarmee is het bedrijf in grootte de achtste stroomafnemer van Nederland.
Alleen al om kosten te besparen heeft het bedrijf verschillende energiebesparende maatregelen getroffen. Welke energiebesparende maatregelen zijn er al genomen? Een belangrijke troef van ESD-SIC is dat het de productie van siliciumcarbide kan beginnen en stilleggen wanneer het maar wil. Dat biedt interessante mogelijkheden bij afname van overschotten duurzame energie. Tot voor kort kocht en verkocht ESD-SIC stroom op de onbalansmarkt. Het kocht bij zodra er een overschot aan stroom op het net was. Bijvoorbeeld als gevolg van een ‘teveel’ aan windenergie. Of andersom. De productie werd afgeschakeld zodra er zeer hoge prijzen werden gerekend omdat er onverwacht te weinig stroom werd geproduceerd. Op dat moment werd de stroom die eerder voor de productie was ingekocht weer verkocht. Binnen twee minuten kan het volledige productieproces worden stilgelegd. De energiebehoefte van ESD-SIC is zo groot dat dit op het Nederlandse stroomnet een neutraliserend effect heeft. De twee inkopers die het bedrijf in dienst had, bespaarden ESD zodoende veel geld. Waarom de samenwerking met Engie? Energie-inkoop is niet de corebusiness
van ESD. Na een lange zoektocht heeft het bedrijf in Engie een energiebedrijf gevonden dat mag ingrijpen in de energiehuishouding van ESD. Plat gezegd kan het energiebedrijf in de off-peak nu bepalen wanneer ESD al dan niet produceert. Op deze manier heeft het energiebedrijf een geweldig instrument in handen om vraag en aanbod van met name duurzaam opgewekte energie in het elektriciteitsnet te reguleren. Waarom moeten ESDSIC en Engie de Northern Enlightenmentz winnen? Het is een samenwerkingsverband dat uitgaat van een gezamenlijk optimum, waarbij niet alleen naar de klant en toeleverancier wordt gekeken. Ze zien het grotere belang. De stabiliteit in het net wordt bevorderd. Op korte termijn kan je hier al overschotten van duurzame energie mee opslaan. Door de enorme groei van duurzaam opgewekte energie zullen de komende jaren steeds meer van dit soort oplossingen nodig zijn om overschotten niet te laten vervliegen. Elektrochemische processen kunnen zodoende een essentiële rol spelen in de energietransitie. ■ Kijk op www.petrochem.nl om uw stem uit te brengen voor de verkiezing.
PETROCHEM 9 - 2017 39
PET9 N-Enlightenmenz.indd 39
30-08-17 08:39
LOGISTIEK
Spoordiensten maken chemiecluster aantrekkelijker Europa wil minder vrachtvervoer via de weg. De EU heeft de ambitie om een ‘modal shift’ (het vervangen van een deel van het vervoer over de weg door andere vormen, red.) van dertig procent te bereiken ten gunste van ‘low-carbon’-vervoer via spoor en via schip. Rondom Antwerpen zijn de wegen standaard geblokkeerd door files. Deze twee gegevens vormden de basis voor een consortium onder leiding van Lineas (het voormalige B-Logistics) om een Europees project op poten te zetten dat zich specifiek richt op het ontwikkelen van logistieke oplossingen voor de chemische industrie in de haven van Antwerpen. Het doel van dit samenwerkingsverband is om het railvervoer voor de chemische industrie in de Antwerpse Haven aantrekkelijker te maken en het cluster hierdoor te versterken.
Jacqueline van Gool
‘Bij de vraag hoe je een cluster kunt versterken, komt een aantal zaken steeds terug. Denk aan het verminderen van de regeldruk vanuit overheden, hoe om te gaan met stijgende loonkosten, de beschikbaarheid van goede arbeidskrachten. Logistiek is zeker ook zo’n lopend thema. Voor de concurrentiekracht van het chemische cluster in de Antwerpse haven is het belangrijk om deze op logistiek gebied goed te bedienen. Het wegtransport rondom Antwerpen is momenteel problematisch. ‘Congestie op de wegen is een groot issue’, zegt Frank Beckx, gedelegeerd bestuurder van Essenscia Vlaanderen. Jelle De Parade, public affairs & projects van Lineas, voegt toe: ‘De wegsituatie rondom Antwerpen is de afgelopen vijf tot tien jaar erg verslechterd en de vooruitzichten zijn de volgende jaren niet rooskleurig. Ook wegtransporteurs zoeken wanhopig naar intermodale oplossingen. Terwijl de haven groeit, is het wegvervoer naar het achterland een problemenkind. Het doel is om een shift naar meer spoorvervoer te verkrijgen waardoor de wegen zullen decongestioneren.’ Just in time Momenteel gaat slechts vijf procent van het chemicaliënvervoer via het spoor. ‘Terwijl deze modaliteit juist te verkiezen is’, vertelt Beckx. ‘Het is veiliger en duurzamer dan wegvervoer. Zo is het om veiligheidsredenen niet gewenst om sommige stoffen via de weg te transporteren. Bovendien is spoorvervoer ook betrouwbaarder, bijvoorbeeld vanuit het oogpunt van ‘just in time’ leverancies. En in bepaalde gevallen is het ook goedkoper. Overheden zetten in op deze modal shift, bijvoorbeeld door het wegvervoer extra te belasten via kilometerheffing en dergelijken.’
Low-carbon Beckx wil wel aantekenen dat voor een groot deel van het chemische transport al gebruik wordt gemaakt van alternatieven voor wegvervoer. ‘75 procent gaat al via pijpleidingen, zee- en binnenvaart en spoor. Dit kadert ook in de ambitie van de chemische industrie om low-carbon te opereren. Dat zie je terug op productieniveau, maar ook transport maakt een belangrijk deel uit van de carbon-footprint van de sector. De CO2-uitstoot van wegtransport in West-Europa is zo’n drie keer hoger dan vervoer via spoor.’ De Parade voegt toe: ‘Volgens een studie uit 2014 van Transport & Mobility Leuven komen de externaliteiten van het wegtransport op ruim zeventien euro per duizend tonkilometer (tkm= het vervoer van één ton over één kilometer, red.). Bij het spoor is dit slechts 1,18 euro per duizend tkm. Het spoor heeft dus nog wel meer voordelen dan enkel CO2-uitstoot-besparing.’ De Parade geeft aan dat ook de (binnen-)scheepvaart deel uitmaakt van de modal shift en zeker ook een interessante optie kan zijn. ‘Maar niet alle chemische clusters zijn te bereiken. Soms kunnen schepen bijvoorbeeld de Rijn niet helemaal afvaren omdat de waterstand te laag is, andere hubs zijn niet bereikbaar via de waterwegen.’ Optimaal Om de modal shift voor de chemische industrie in het Antwerpse havengebied een zetje in de goede richting te geven, zette Lineas het Europese project ‘Less than wagonload’ op poten. ‘Om meer vervoer via het spoor te bereiken, moet het aanbod van deze modaliteit optimaal zijn. Met name voor kleine hoeveelheden lading is het spoor op dit moment nog geen optimaal alternatief voor wegtrans-
PETROCHEM 9 - 2017 40
PET9 Q-Logistiek.indd 40
30-08-17 08:33
FOTO’S: LINEAS
port. Door verschillende kleinere hoeveelheden te bundelen kan een kostenefficiënte oplossing worden ontwikkeld’, aldus De Parade. Handlingskosten ‘Een belangrijk doel van het project is het ontwikkelen van een volautomatisch systeem voor het laden en lossen van kleine hoeveelheden lading, single pallets. Veel van deze kleine lading gaat nu via het wegtransport. Er zijn in het verleden al plannen geweest voor kleinere laadsystemen, maar er waren problemen op het gebied van de handlingskosten. Door het ladingssysteem volledig te automatiseren kunnen de handlingskosten met wel 25 procent worden gereduceerd.’ Tijdsbesparing Het systeem wordt ontwikkeld door het Nederlandse bedrijf Ancra Systems, dat gespecialiseerd is op het gebied van automatische laad- en lossystemen voor vrachtauto’s. Door gebruik te maken van een automatisch systeem in plaats van vorkheftrucks of handpallettrucks kan de laad- en lostijd van vrachtauto’s worden ingekort van een half uur tot enkele minuten. Voor het spoor is een automatisch laad- en lossysteem nieuw, maar de
De Parade: ‘Door het ladingssysteem volledig te automatiseren kunnen de handlingskosten met wel 25 procent worden gereduceerd.’ verwachting is dat ook hier een dergelijke tijdsbesparing kan worden behaald. Totaalpakket Maar de titel ‘Less than wagon load’ dekt eigenlijk niet geheel de lading van het project, zegt De Parade. Naast dit innovatieve ladingssysteem wordt in het kader van het project een aantal nieuwe ondersteunende diensten voor de chemische industrie in Antwerpen toegevoegd. ‘Het gaat om het totaalpakket dat wordt geboden en waardoor de haven én tegelijkertijd het spoorvervoer aantrekkelijker worden. Denk aan tijdelijke opslag van tankwagons, buffering van gevaarlijke goederen, cleaning en onderhoud van de wagons’, zegt De Parade. Tevens wordt ingezet op het verbeteren van de spoorverbindingen naar meer verschillende bestemmingen, onder andere door meer gebruik te maken van gemengde treinen, waarbij allerlei volumes kunnen worden gecombineerd. Het gaat dan zowel om containers als om conventionele ladingen, zoals wagons met
schuifdeuren of met staalproducten zoals coils. Die bundeling zorgt voor meer flexibiliteit en maakt het mogelijk om de frequentie naar alle bestemmingen hoog te houden. Deze extra flexibiliteit maakt het transport via spoor economisch aantrekkelijker, omdat in het verleden is gebleken dat juist daar een slag kan worden gemaakt. Leegcapaciteit Een van de belangrijke aandachtspunten is cleaning van de tankwagons. De capaciteit voor tankcleaning is in België op dit moment nog te beperkt. Het komt nu voor dat wagons naar Duitsland moeten worden gebracht om te worden gereinigd. De Parade: ‘Je kunt je voorstellen hoe groot de leegcapaciteit is en hoeveel je kunt winnen in efficiency als de wagons direct ter plekke kunnen worden schoongemaakt. Als alle diensten op dezelfde plaats worden aangeboden, in de haven zelf, kan de grootste efficiencyslag worden gemaakt.’ Hiertoe zal de terPETROCHEM 9 - 2017 41
PET9 Q-Logistiek.indd 41
30-08-17 08:33
PATHEMA | TILBURG | 21 SEPTEMBER 2017
[Sch
rijf
u nu
in]
INDUSTRIËLE KOEL- EN KETELWATERBEHANDELING Conditionering van koel- en ketelwater voorkomt problemen met scaling, fouling en corrosie. Tot nog toe worden hiervoor veel chemicaliën gebruikt. Min of meer toevallig stuitte Pathema op een manier om koelwater op mechanische wijze te conditioneren. Kleinere, zogenaamde comfortkoelingen, worden standaard al behandeld, maar bij grote koelsystemen in de petrochemie of de staalindustrie gebeurt dit nog niet. Toch kan ook voor dit soort systemen conditionering van het water voordelig zijn. Tijdens deze Masters of Industry toont Mark Boeren (directeur Pathema en Water Innovator of the Year 2017) hoe de Industrial Vortex Generator koelwater kan behandelen zonder inzet van chemicaliën. Nienke Koeman (onderzoeker bij KWR) geeft inzicht in de resultaten van het onderzoek dat zij deed naar de conditionering van koelwater bij open recirculerende systemen. Meer informatie over deze bijeenkomst kunt u vinden op www.mastersofindustry.nl
Programma 15.00 uur
Ontvangst
15.30 uur
Start bijeenkomst met presentaties van Mark Boeren (Pathema) en Nienke Koeman (KWR) gevolgd door een discussie met sprekers en publiek
17.30 uur
Netwerkborrel
18.00 uur
Einde
AANMELDEN Op www.mastersofindustry.nl kunt u zich registreren voor deze bijeenkomst. Deelname kost €195 excl. BTW. De bijeenkomst is KOSTELOOS voor partners en experts van al onze platforms en genodigden. Partners kunnen met hun VIP-code voor twee personen inschrijven voor dit event. Bedrijfsleden van onze platforms kunnen de bijeenkomst met €100 korting bijwonen. Uw VIP-code geldt hier als kortingscode.
Initiatiefnemer:
www.mastersofindustry.nl Advertentie MoI 21 september.indd 1 PET9 Advertenties.indd 42
21-06-17 30-08-17 10:04 08:28
minal worden uitgebreid. Er is een stuk land beschikbaar dat al tot het havengebied behoort. Hier kan ook nog een extra parking worden voorzien, of een ruimte voor picking bijvoorbeeld. Behoefte Voor Lineas geeft dit project invulling aan de vernieuwde bedrijfsfilosofie. De Parade: ‘Sinds kort heeft onze onderneming een nieuwe naam. Met de transformatie van het vroegere – staatsbedrijf – B-Logitics naar het meer internationale Lineas willen we laten zien dat we de overlevingsfase hebben afgesloten en nu in de groeimodus gaan. Dat maakt dat we een veel klantgerichtere koers varen. Ons aanbod wordt beter afgestemd op de vraag van de sectoren die we bedienen. Zo ook dit project, dat voortkomt uit een concrete behoefte uit de chemische industrie in de Antwerpse Haven.’ De rol van Essenscia bestaat er in om de conclusies uit de marktstudie af te toetsen bij de chemiebedrijven in de Antwerpse haven. ‘Met dit project willen we het railvervoer een betere aansluiting geven op de werkelijke noden van de ondernemingen’, zegt Beckx. Belangrijke spelers zoals BASF, Evonik, Covestro en Ineos zullen hierbij worden betrokken. Zij maken al deel uit van de werkgroep logistiek van Essenscia.
Beckx: ‘Met dit project willen we het railvervoer een betere aansluiting geven op de werkelijke noden van de ondernemingen.’
Smart Volgens De Parade en Beckx hoeven de ondernemingen zelf geen grote investeringen te doen om te kunnen profiteren van de voordelen van het automatische laadsysteem. ‘Het is vooral een mental shift. Ze zullen hun logistieke processen moeten aanpassen. Maar dit project past helemaal in het Industrie 4.0-idee, smart logistics, smart supply chain, digitalisering.’ Ambitie Voor het einde van het project zullen de uitkomsten worden gevalideerd in de
logistieke hub van Nola, op zo’n dertig kilometer van Napels in Italië. Het project loopt nog tot 30 april 2020, maar De Parade kijkt al verder. ‘Ik denk zeker dat een automatisch laad- en lossysteem voor het kleinschalige spoorvervoer ook interessant kan zijn voor andere sectoren zoals de FMCG, maar ook de staalindustrie en automotive. In deze sectoren gaat al veel vervoer via spoor. Het uitbreiden van de diensten en het beter aanpassen op de vraag van de klant, zal sowieso zorgen voor een boost in het spoortransport en is een goede stap in de richting van de ‘modal shift’-ambitie. ■
PROJECT LESS THAN WAGON LOAD • • • • •
Elf partners uit Nederland, België, Slowakije, Duitsland en Italië In het kader van Horizon 2020 Societal Challenges - Smart, Green And Integrated Transport Gestart: 1 mei 2017 Looptijd: drie jaar Totale EU bijdrage: ca. vier miljoen euro
PETROCHEM 9 - 2017 43
PET9 Q-Logistiek.indd 43
30-08-17 08:33
ROBOT SCHROBT SCHEEPSHUID OLIETANKER Een 180 meter lange olietanker heeft een schrobbeurt van een robot van Fleet Cleaner gekregen tijdens het laden en lossen in de Amsterdamse haven. Dat was de eerste keer. Deze robot reinigt scheepshuiden van schepen en ontdoet deze van aangroei zoals slijm, algen en mosselen. Door het verwijderen van aangroei kunnen rederijen een aanzienlijke hoeveelheid brandstof besparen en daardoor duurzamer opereren. De robot is in staat om het gehele schip te reinigen, zowel onder als boven water en over gekromde oppervlakten van allerlei scheepstypes. De verwijderde aangroei vangt de robot op. Via de toevoerslag wordt dit naar het filtersysteem op het werkschip gepompt en daar in verschillende stappen gefilterd. Fleet Cleaner mag met een vergunning van Rijkswaterstaat in alle Nederlandse havens schepen reinigen. De installatie is daarnaast gecertificeerd om in petroleumhavens te mogen werken.
iTANKS-LEDEN Petrochem Platform
FOTO: FLEETCLEANER
INNOVATIE
DEZE RUBRIEK WORDT MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR
FOTO: JIM TEBBUTT
VLOEIBAAR METAAL BESCHERMT FUSIEREACTOR Een dunne damplaag rondom een vloeibaar metaal zou wel eens de oplossing kunnen bieden voor toekomstige fusiereactoren. Dit onthult het Nederlandse onderzoeksinstituut Differ. Een van de uitdagingen bij kernfusie is het feit dat het plasma zo heet wordt dat de wanden van de reactor smelten. Onderzoeker Stein van Eden vond een oplossing hiervoor door de energie weg te leiden via vloeibare metalen wanden. De Iter onderzoeksreactor is nog in aanbouw in het zuiden van Frankrijk. Om de enorm hoge temperaturen en bombardementen van plasmadeeltjes te kunnen overleven, is de uitlaat van de reactor gemaakt van wolfraam. De onderzoekers kijken echter verder en onderzoeken ook de condities van fusiecentrales die daadwerkelijk stroom produceren. De condities waaronder die centrales werken, zullen nog een stap extremer zijn dan in Iter. De zogenaamde Demo-reactoren komen dicht bij de condities van sterren zoals de zon. Hoewel het onderzoek tot nog toe theoretisch is, bedacht Van Eden een manier om de wanden van de reactor onder deze extreme hitte te beschermen. De wand zal nog steeds uit wolfraam worden opgetrokken, maar door kanaaltjes in het materiaal stroomt ook nog een vloeibaar metaal zoals bijvoorbeeld tin of lithium. Het voordeel hiervan is dat de wand eventuele opgelopen schade direct zelf repareert. Bovendien verdampt een deel van het metaal en die damp kan weer een deel van de hitte en inkomende deeltjes absorberen. Hoe heter het plasma wordt, hoe meer vloeibaar metaal verdampt en de temperatuur wordt getemperd. Daarmee reguleert de reactor zichzelf ook nog eens.
PETROCHEM 9 - 2017Â Â 44
PET9 G-innovatie.indd 44
30-08-17 08:35
2,5 MILJOEN VOOR SNELLERE EN EFFICIËNTERE WATERZUIVERING Een consortium van Belgische investeerders en Dow doen een initiële investering in Blue Foot Membranes (BFM) van 2,5 miljoen euro. BFM is een spin-off van VITO, het resultaat van jarenlang onderzoek naar innovatieve membraantechnologie. BFM produceert de membranen in gebruiksklare vorm voor zogenaamde membraanbioreactoren (MBR), die worden gebruikt in waterzuiveringsinstallaties voor zowel industrieel als huishoudelijk afvalwater. BFM zal membranen produceren en aanleveren voor efficiëntere waterzuivering van industrieel en huishoudelijk afvalwater, gebaseerd op de nieuwe en gepatenteerde Integrated Permeate Channel (IPC) technologie. Deze technologie bevat een open 3D-textiel uit kunststof. Op deze weefselstructuur wordt rechtstreeks een membraanlaag aangebracht die mechanisch verankerd is in het weefsel. Dankzij de mechanische verankering van de membraanlaag aan de weefselstructuur kan het membraan worden ‘teruggespoeld’. Dit betekent dat het gezuiverde water, met tussenpozen, in de andere richting kan worden gestuurd waarbij het IPC-membraan wordt schoongemaakt. Dit voorkomt verstoppingingen. Deze unieke membranen zijn volgens het bedrijf wereldwijd de eerste volledig terugspoelbare vlakkeplaatmembranen en kunnen worden geïnstalleerd in zowel bestaande als nieuwe membraanbioractoren. IPC-membranen zouden de productiecapaciteit per vierkante meter met 100 procent verhogen en verlagen de operationele kost met minstens 50 procent, verge-
iTANKS-LEDEN Petrochem Platform
leken met MBR’s die zijn uitgerust met conventionele filtratiemembranen. MEMBRANEN HELPEN UITSTOOT CO2 VERMINDEREN De Universiteit Twente en het Duitse onderzoekscentrum Jülich werken samen aan membranen voor een efficiënte scheiding van gassen voor bijvoorbeeld de productie van zuurstof of waterstof. De keramische ionengeleidende membranen zijn een alternatief voor bestaande, dure afscheidingsprocessen en dragen bij aan het verminderen van de CO2-uitstoot. De nieuwe technologie kan binnen vijf tot tien jaar beschikbaar komen, verwacht Wilhelm Meulenberg, hoogleraar Inorganic Membranes aan de Universiteit Twente. Bestaande technieken voor het afvangen van CO2, zoals chemisch wassen (Water Wash), zijn volgens de universiteit kostbaar en gaan gepaard met veel energieverlies. Ook de oxyfuel-technologie, waarbij brandstoffen CO2-neutraal worden verbrand met zuivere zuurstof, is met de huidige technologie geen ideale oplossing. De productie van zuivere zuurstof door destillatie bij –190 graden Celsius vergt namelijk veel energie. Een veel beter en efficiënter alternatief is volgens de onderzoekers het inzetten van membranen die in staat zijn om zuurstof te scheiden. Zo kan de brandstof alsnog met zuivere zuurstof worden verbrand en een gas met een heel hoge concentratie CO2 worden geproduceerd. Een van de mogelijkheden is ook de productie van synthetische brandstoffen, die ontstaan door de reactie van CO2 met waterstof over een membraan. De Universiteit Twente en onderzoekscentrum Jülich hebben de samenwerking gezocht om hiervoor keramische ionengeleidende membranen te ontwikkelen. Deze membranen zijn bedoeld voor membraanreactoren, die onder extreme omstandigheden (hoge temperaturen, hoge druk) het scheidingsproces combineren met een chemische reactie en zo synthetische brandstoffen of basischemicaliën produceren.
DEZE RUBRIEK WORDT MEDE MOGELIJK GEMAAKT DOOR
PETROCHEM 9 - 2017 45
PET9 G-innovatie.indd 45
30-08-17 08:36
Het Petrochem platform brengt experts, gebruikers en leveranciers van producten en diensten bijeen om bij te dragen aan transparante informatievoorziening rond de olie- en chemische industrie. Het Petrochem platform bereikt zijn doelgroep via het vakblad Petrochem, de website www.petrochem.nl, de nieuwsbrief, rondetafelbijeenkomsten, het jaarcongres Deltavisie en andere events.
PARTNERNIEUWS
PARTNERS VAN HET PETROCHEM PLATFORM
Organisaties tekenen intentieverklaring Groene Corridor Een groot aantal bedrijven, overheden en onderzoeksinstellingen hebben eind juni hun handtekening gezet onder een intentieverklaring om een van de eerste groene en duurzame corridors van Europa te realiseren. Nedcargo, provincie Zuid-Holland, Heineken, Havenbedrijf Rotterdam, gemeente Alphen a/d Rijn, Zeeman, Hartog & Bikker, RWS, Eneco en gemeente Bodegraven-Reeuwijk willen laten zien dat het ontwikkelen van nieuwe business en het halen van klimaatdoelen hand in hand kunnen gaan. AkzoNobel en The Ocean Cleanup bundelen krachten Door de samenwerking is de volledige opruiming van plastic in de wereldzeeën een stap dichterbij gekomen. The Ocean Cleanup wil de helft van de zogenoemde ‘Great Pacific Garbage Patch’ in slechts vijf jaar opruimen. Hiervoor gebruikt het U-vormige schermen die plastic afval in zee op een centraal punt bij elkaar brengen. Het plastic wordt vervolgens uit het water gehaald, waarna het kan worden hergebruikt. In de komende twaalf maanden wil de organisatie met de schoonmaak beginnen. Voor alle apparatuur, waaronder het drijvende opruimingssysteem, levert AkzoNobel vijf jaar lang geavanceerde biocidenvrije coatings.
Bekijk de partnerfilmpjes op www.petrochem.nl/partners-leden
CONTENTPARTNERS
LEDEN VAN HET PETROCHEM PLATFORM
KLEUREN: LOGO CITTÀ ROMANA PANTONE
CMYK
ROOD: PMS 1797 ORANJE: PMS 158 LICHT ORANJE: PMS 1505
ROOD: 5-90-75-0 ORANJE: 5-70-90-0 LICHT ORANJE: 0-30-70-0
Bedrijfsauto’s HU rijden op zonneenergie met duurzame opslag De nieuwe bedrijfsauto’s van de Hogeschool Utrecht rijden op zonneenergie die op het Utrecht Science Park wordt opgewekt. Ook kunnen de auto’s energie terugleveren via het oplaadpunt. Zo fungeren ze als duurzaam vervoer en als accu’s voor energieopslag. Het idee van LomboXnet zal stap voor stap worden toegepast in de hele regio Utrecht.
Wilt u meer weten over lidmaatschap of partnering van het Petrochem platform, kijk dan op www.petrochem.nl of neem contact op met Janet Robben: janet@industrielinqs.nl - 020 312 2085
PET9 L-Platform.indd 46
30-08-17 08:21
‘EXPERTQU TES’ Voor de concurrentiekracht van het chemische cluster in de Antwerpse haven is het belangrijk om deze op logistiek gebied goed te bedienen. Het wegtransport rondom Antwerpen is momenteel problematisch. Congestie op de wegen is een groot issue.’ Frank Beckx, gedelegeerd bestuurder van Essenscia Vlaanderen, over het versterken van het Antwerpse chemiecluster via het spoor.
De elektriciteit voor die stekkerauto’s gaan we steeds meer duurzaam opwekken. Langzaamaan worden de raffinaderijen dus werkeloos. [...]Maar er komt ook iets nieuws voor in de plaats: de productie van PV-zonnecellen die naast windenergie voor een belangrijk deel de elektriciteitsproductie zullen gaan verzorgen.’
Ik heb me al eens betrapt op het feit dat ik bij een huurhuisje op een vakantiepark van een bekende keten de afdeling E&I wilde inschakelen voor een gesprongen zekering. Gelukkig bedacht ik net op tijd dat de receptionist niet zou begrijpen wat ik zou bedoelen. Dit weerhield me er echter niet van om toch eruit te flappen dat ik een storingsmelding wilde doen en dat hij een notification in zijn onderhoudssysteem moest maken. Chris Aldewereld over de vakantieperiode in zijn column in deze Petrochem.
Henk Leegwater in zijn column in deze Petrochem.
HET EXPERTPANEL VAN HET PETROCHEM PLATFORM BESTAAT UIT DE VOLGENDE SPECIALISTEN Johan Alebregtse AkzoNobel Industrial Chemicals, BU director Advanced Manufacturing
Frans Brüning KH Engineering, business development manager
Hans Kerkhoven voormalig topman Shell Global Solutions
Michel Leyseele Havenbedrijf Antwerpen, Head of Energy & Chemicals Department
John Schonewille Stratt+ Industrial Management, directeur
Roelf Venhuizen voormalig voorzitter Profion en directeur NAM
Cees Jan Asselbergs voormalig algemeen advi seur Deltalinqs
Jan Van Doorslaer voormalig woordvoerder BASF Antwerpen
Cor Kloet voormalig algemeen directeur SPIE Nederland
Cor van de Linde iTanks, managing director
Jaap Schouten TU Eindhoven, professor
Cyril Widdershoven Verocy, partner/ founder
Frank Beckx Essencia Vlaanderen, gedelegeerd bestuurder
Niko van Gent voormalig woordvoerder Huntsman Holland
Tijs Koerts Sr. Process Safety con sultant
Michel Meertens DSM, site director
Wim Soetaert Universiteit Gent, professor
Roelof van Wijk Avebe, site director Foxhol
Jos Benders voormalig topman Lyondell
Michel Grijpink Hogeschool Utrecht, Learning & Development consultant
Cas König Groningen Seaports, directeur
Elsbeth Roelofs MVO Nederland, sectormanager Chemie, Inter nationaal MVO programma
Wouter Stam Flowid, managing director
Maaike de Wit Straatman Koster advocaten, advocaat
Katrien Bogaerts Kaneka, production engineer
Ronald Hoenen DSM Dyneema, site manager
Enrico Lammers Pro6com en DWG Process & Safety managing director/ partner
Chris Roubos Evides Industriewater, manager Sales & Marketing
Niek Stokman Tebodin West Nederland, sales manager oil & gas
Jeroen van Woerden Kemira, managing director Plant Manager of the Year 2016
Sandra de Bont VOTOB, directeur
Eward Hofstede Avebe, project director flavour development
Henk Leegwater Lexxin, consultant
Ruud Schenk ENGIE West Industrie, algemeen directeur
Gabriel Tschin Plant One Rotterdam, managing director
Cor Zijderveld SBE, voorzitter
Jan Bout Bout&Co, partner
Joris Hurenkamp Havenbedrijf Rotterdam, business manager
Bart Leenders Neste, managing director
Egbert Schellenberg FNV, vakbondsbe stuurder procesindustrie
Henk Veldink Hexion, site manager
Chris Bruijnes InnovatieLink, directeur
Emre Kaya Organik Kimya, site director
Frank de Leng Segin, new business manager
Dik Schipper voormalig pro duction leader Dow Benelux
René Venendaal BTG Bioliquids, algemeen directeur
Plant Manager of the Year 2015
Plant Manager of the Year 2017
PET9 L-Platform.indd 47
30-08-17 08:21
HET OUDE MAGAZIJN | AMERSFOORT | 4 OKTOBER 2017 [Sch
rijf
Wat is het nut van ervaring als de industrie en de infrasector continu in beweging zijn? Ageing assets kunnen bijvoorbeeld met sensoren en realtime monitoring een nieuw leven krijgen, maar de besturing en het onderhoud vragen dan wel om andere kennis en capaciteiten. We moeten ervaren wat vernieuwing voor ons inhoudt. Ook nieuwe contractvormen, vaak in combinatie met innovatieve technologie, zorgen voor de nodige beweging. Nieuwe ervaring bouwen we daarbij op vanuit bestaande ervaring. Waar staan we nu en wat kunnen we nog meer verwachten? En hoe kunnen we daar op een zo effectieve manier op anticiperen?
nu i
n]
Programma 10.00 uur
Onvangst
10.30 uur
Aanvang congres: presentatie van onderzoek - Opening door dagvoorzitters Piet van der Linden (NVDO Suto) en Laura van der Linde (iMaintain) - Professor Leo van Dongen (NS en Universiteit Twente) en promovendus Jan Jaap Moerman presenteren resultaten Suto-onderzoek: Betrouwbare Organisatie en Smooth Introduction
12.00 uur
Netwerklunch
13.15 uur
Middagprogramma: showcases - Systeemgerichte Contractbeheersing bij Rijkswaterstaat - Huub de Lange (Rijkswaterstaat) - Reliability Centered Maintenance bij Heineken Gerben Niehof (Stork) - Strategische innovatiepartners bij de Johan Cruijff ArenA - Francesco Franchimon (BAM)
14.45 uur
Netwerkpauze
15.15 uur
Vervolg programma: best practices en interactieve sessie - Videoreportage Smooth Introduction - Interactieve sessie met stellingen - Debat: Asset Lifecycle Management
17.00 uur
Afsluiting en netwerkborrel
18.15 uur
Aanvang avondprogramma en diner Lezing van Ira Helsloot (Hoogleraar Besturen van Veiligheid, Radboud Universiteit Nijmegen)
Initiatiefnemers:
www.imaintain.info/prestatie Hele pagina PRES.indd 1 48 PET9 Advertenties.indd
03-08-17 30-08-17 12:08 08:28
ONBEVANGEN
‘In het buitenland wordt onbewust mijn aandacht getrokken door chemie en gevaarlijke stoffen. Zo kijk ik onderweg naar de vakantiebestemming vaak een extra keer naar een tankwagen met gevaarlijke stoffen.
Omschakelen Bij het uitkomen van deze Petrochem is de zomervakantie voor de meesten verleden tijd en kijken enkelen zelfs alweer vooruit naar de wintersport. Het schrijven van dit stuk gebeurt echter op een bijzondere locatie, namelijk op de camping, terwijl ik normaal gesproken mijn column gewoonlijk thuis schrijf, op de bank. Laat het lezen dan een mooie gelegenheid zijn om nog eens terug te denken aan een zonnig oord. Met die gedachte wil ik dan ook starten, want het valt mij elk jaar tijdens de vakantie op, zeker in het buitenland, dat ik toch een bepaalde beroepsdeformatie heb ontwikkeld. Herkent u dat? Misschien heeft u beeld bij een van de onderstaande voorbeelden. Emergency respons In het buitenland wordt onbewust altijd mijn aandacht getrokken door chemie en gevaarlijke stoffen. Zo kijk ik onderweg naar de vakantiebestemming op de snelweg vaak een extra keer naar een tankwagen met gevaarlijke stoffen, om te zien of die hetzelfde is als bij ons of dat er interessante verschillen zijn. Ook bij het passeren van chemische industrie wordt een gok gedaan wat voor product er in die fabriek wordt gemaakt, beschouwd hoe de algemene uitstraling is en een vlugge blik geworpen op zichtbare veiligheidsmaatregelen. Maar ook kleine zaken als de gastank op de camping zelf of het bovengrondse reservoir bij het LPG-tankstation ontkomen niet aan een vlugge beschouwing op basis van een soort ‘zoek-de-tien-verschillen’. Per slot van rekening kun je misschien ook slimme oplossingen mee terugnemen naar huis. Ook de familie doet vrolijk mee. Zo wordt in elk dorpje steevast de brandweer ontdekt en uitbundig vermeld als hij is gevonden door mijn kinderen. Het is niet alleen vanwege de leeftijd dat mijn kinderen de brandweer zeer interessant vinden, zoals bijna alle jongentjes op kleuterleeftijd doen, maar ook omdat hun vader zich actief bezighoudt met emergency respons. Zelfs zij zien op hun jonge leeftijd dan al de verschillen. Onderhoudsprogramma Een ander fenomeen is het vakjargon en de drive om vanalles te willen optimaliseren. Ik heb me al eens betrapt op het feit dat ik bij een huurhuisje op een vakantiepark van een bekende keten de afdeling E&I wilde inschakelen voor een gesprongen
zekering. Gelukkig bedacht ik net op tijd dat de receptionist niet zou begrijpen wat ik zou bedoelen. Dit weerhield me er echter niet van om toch eruit te flappen dat ik een storingsmelding wilde doen en dat hij een notification in zijn onderhoudssysteem moest maken. Het gezicht van de man was onvergetelijk. Later terugdenkend aan deze vergissing, kwam toch het plan naar boven dat zo’n vakantiepark goed af zou zijn als ze alle apparatuur (en misschien zelfs het meubilair) zouden voorzien van tag-nummers, waarbij dit dan zou moeten starten met het nummer van het huisje, maar het vervolgnummer voor alle huisjes hetzelfde zou zijn. De keukenapparatuur in de 100-serie, woonkamer in de 200, de slaapkamer in de 300, etc. Afijn, u snapt het wel. Een mooi onderhoudsprogramma als het beroemde SAP of Ultimo ertegenaan en draaien maar. Ambacht Een binnen onze familie bijna klassieke anekdote is een geval dat mij in Zuid-Spanje is overkomen. Na het arriveren op de camping, na een lange en vermoeiende reis, nodigde de eigenaresse ons uit om de volgende dag mee te gaan op een excursie naar een ‘oil factory’. Uiteraard waren wij zeer geïnteresseerd, maar ik vroeg mij toch af waar die raffinaderij zich dan zou moeten bevinden. Er was niets in de omgeving dat wees op de aanwezigheid van een dergelijk groot, chemisch complex en het verbaasde mij te meer dat zich een dergelijk industrieel object zo ver in het binnenland kon bevinden. Waar haalden ze dan hun koeling vandaan? Want ook rivieren waren schaars in die regio. Eigenlijk was er niets anders te bekennen dan olijfbomen in de wijde omgeving. Gelukkig werd ik snel uit mijn droom geholpen toen bleek dat het juist om die olijven te doen was; het betrof een ambachtelijke olijfolie-fabriek!
Chris Aldewereld is ingenieur Scheikundige Technologie en werkzaam als Adviseur Industriële Veiligheid. Aldewereld@gmail.com PETROCHEM 9 - 2017 49
PET9 J-Onbevangen.indd 49
30-08-17 08:19
PETROCHEM 9 - 2017 50
PET9 X-Themaspread.indd 50
30-08-17 08:24
FOTO: ØRJAN RICHARDSEN-WOLDCAM - STATOIL
THEMA OFFSHORE
• Bedrijven kijken graag over de grenzen naar internationale kansen en mogelijkheden. In 2015 zijn in de territoriale wateren van Senegal grote olie- en gasreserves ontdekt. Hoe kunnen Nederlandse bedrijven hier de vruchten van plukken? • Olie- en gasvelden in de Noordzee raken uitgeput en ook onshore raken velden leeg. Platforms en installaties zijn daardoor overbodig en moeten een nieuwe functie krijgen of worden afgebroken. Om het ontmantelen en hergebruiken van Nederlandse platforms gezamenlijk aan te kunnen pakken, wordt druk gewerkt aan een nationaal platform decommissioning, dat in oktober wordt gelanceerd.
PETROCHEM 9 - 2017 51
PET9 X-Themaspread.indd 51
30-08-17 08:24
OFFSHORE
Internationaal kansen pakken Soms is de 41.543 km² die Nederland groot is, te klein. Dan kijken bedrijven over de grenzen naar internationale kansen en mogelijkheden. Naar Iran bijvoorbeeld waar zich de grootste gasreserves ter wereld bevinden of naar Zuid-Afrika, dat behoort tot de grootste goud-, platinaen steenkoolproducenten ter wereld. In 2015 zijn in de territoriale wateren van Senegal grote olie- en gasreserves ontdekt. Interessant! Maar hoe kunnen Nederlandse bedrijven hier de vruchten van plukken?
Laura van der Linde
De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) stimuleert Nederlandse ondernemers bij duurzaam, agrarisch, innovatief en internationaal ondernemen om op die manier hun kansen te vergroten en de (internationale) positie te versterken. Dit doet zij onder andere door het geven van adviezen, het ondersteunen van initiatieven door (financiële) regelingen en door het organiseren van netwerkbijeenkomsten en internationale handelsmissies. In mei van dit jaar ging een handelsmissie van vijftien Nederlandse bedrijven naar Senegal, speciaal voor de maritieme en de olie- en gassector. Senegal zit stevig in de lift. In de afgelopen twee jaar vertoonde het land een economische groei van boven de 6,5 procent en de vooruitzichten voor de komende jaren zijn nog beter. Er zijn grote olie- en gasreserves ontdekt in de territoriale wateren en in het grensgebied van Mauritanië en er zijn plannen om één of meer grotere havens net buiten de hoofdstad Dakar aan te leggen. De Nederlandse ambassade vond het de hoogste tijd om dit kenbaar te maken aan de Nederlandse industrie. Economische kansen ‘Als ambassadeur behartig ik de belangen van Nederland in deze regio’, vertelt Theo Peters. ‘Senegal heeft veel te bieden. Wat hier in de maritieme en offshore olie- en gassector gebeurt, is zeer interessant. Wij willen Nederlandse bedrijven zo goed mogelijk informeren en positioneren zodat ze maximaal kunnen profiteren van de kansen hier. Daarnaast willen wij Senegal helpen om de risico’s op het gebied van milieu, sociaaleconomische omstandigheden, visserij en transparantie op te vangen.’ Het winnen van de offshore gas en olie van een pas
ontdekt olieveld in de oceaan kan immers ook negatieve gevolgen hebben voor bijvoorbeeld milieu of de visserij. ‘Ze moeten hier in Senegal nog een heleboel zaken gaan regelen en het is belangrijk dat ze rekening houden met alle belangen. Iedereen moet het gevoel hebben er beter van te worden, ieder wil zijn zegje doen en tegelijkertijd moet er een helder regulatoir framework komen waarmee de industrie goed uit de voeten kan. Senegal moet een beetje gaan polderen, zeg maar. Wij denken dat onze Nederlandse ervaring daarbij behulpzaam kan zijn en ik zie ook dat de Senegalese overheid daar benieuwd naar is.’ Peters legt uit dat het in Senegal helpt als bedrijven samen met een overheidsinstantie binnen komen. Dat geldt ook voor landen in Azië, zoals China en Japan. ‘Het opent deuren die anders mogelijk gesloten blijven.’ Ook de Franse en Britse ambassades hebben dergelijke missies georganiseerd, maar op dit vlak heeft Nederland wellicht een streepje voor. ‘Feit is dat Nederland over uitstekende en vaak unieke expertise beschikt op het gebied van olie, gas en offshore. Met de Rotterdamse haven hebben wij de vierde grootste haven ter wereld in huis en ze zijn ook geïnteresseerd in hoe Amsterdam haar haven heeft herontwikkeld. Nederland heeft Senegal veel te bieden.’ Niet alleen Senegal is ‘upcoming’ voor de olie- en gasindustrie. Eerder dit jaar hebben vijf toeleveranciers in de olieen gasindustrie, onder aanvoering van FME-exportplatform Dutch Energy Solutions, een ‘Partners for International Business’ (PIB) samenwerkingsverband ondertekend met de RVO. Iran wil de komende decennia voor zo’n tweehonderd miljard dollar investeren in hun olie- en gasindustrie en voor de Neder-
PETROCHEM 9 - 2017 52
PET9 X1-Afrika.indd 52
30-08-17 08:33
FOTO’S: MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN
landse toeleveranciers in de olie- en gasindustrie betekent dit dat er kansen liggen. Cultuurverschillen Tijdens de voorbereidingen van de handelsmissie hield de RVO intakegesprekken om per deelnemer in te kunnen zoomen op bedrijfsspecifieke kansen. Ook werden gedragsregels die bij de zakencultuur van Senegal horen, doorgenomen. Zo is het bijvoorbeeld goed om te weten dat Senegalezen bij onderhandelingen conflictsituaties zo veel mogelijk vermijden en dat het uitoefenen van druk hierbij geen enkel effect heeft. En wanneer een ondernemer echt zaken wil gaan doen in Senegal, dan doet hij er goed aan een persoonlijke band op te bouwen. Een ondernemer die de namen van de kinderen heeft onthouden en hier belangstellend naar vraagt, heeft direct een streepje voor. Zo heeft ieder land haar eigen zakencultuur. Nederlanders kunnen zeer direct zijn en deze karaktereigenschap wordt bijvoorbeeld in China niet altijd gewaardeerd. Daar doet een ondernemer er goed aan om uitvoerig te investeren in de
Peters: ‘We willen laten zien wat Nederland in technische zin te bieden heeft.’ relatie, door bij wijze van spreken eerst drie keer mee te gaan naar de karaokebar. Maar ook dichtbij huis zijn er verschillen. Wanneer een Brit een voorstel als ‘interesting’ beoordeelt, bedoelt hij meestal ‘wat een bizar slecht idee’. En in Duitsland moet je vooral niet tutoyeren of te laat op de afspraak komen. Onder het mom van ‘de eerste indruk kun je maar één keer maken’, is het goed om van deze (zakelijke) gebruiken op de hoogte te zijn. Nederlanders staan niet alleen bekend als ‘direct’ maar ook als betrouwbaar en als een land dat staat voor kwaliteit. Peters: ‘Men weet dat het niet goedkoop is, maar daar staat dan ook een goede kwaliteit tegenover. En op Nederlanders kan men bouwen, afspraak is afspraak. En dat is heel wat waard.’ Offshore Maarten Meeder nam deel aan de handelsmissie namens Van Oord, een
Nederlandse baggermaatschappij gespecialiseerd in de aanleg en het onderhoud van havens en vaarwegen, het beschermen van kusten en oevers en offshore werkzaamheden. ‘In Senegal wordt een hub gebouwd voor het laden en lossen van schepen. Daar willen wij letterlijk en figuurlijk een steentje aan bijdragen. Ook het feit dat de huidige haven van Dakar aan zijn grenzen zit en dat wordt gekeken of twintig kilometer buiten de stad een nieuwe haven kan worden gebouwd, vinden we interessant.’ Meeder is enthousiast over de missie. ‘De ambassade introduceerde ons bij ministeries en bij ondernemers die hoog in de boom zitten. Er was een goed programma opgesteld waar alle ruimte was om kennis te maken met mensen die zeer nauw betrokken zijn bij de projecten waar we mogelijk op kunnen aanhaken.’ Concreet heeft deze handelsmissie ertoe geleid dat Van Oord mee doet aan het pre-kwalificatieproces. De aanleg van PETROCHEM 9 - 2017 53
PET9 X1-Afrika.indd 53
30-08-17 08:33
Bezoek onze nieuwe website
www.hansestaalbouw.nl
Ook in de industriebouw klinkt ons sterke verhaal! Hanse Staalbouw is gespecialiseerd in de bouw van staalconstructies voor o.a. industrie en utiliteit. Indien gewenst kunnen wij dit turn-key voor u uitvoeren, van ontwerp tot oplevering. Hanse Staalbouw is o.a. gecertificeerd volgens de VCA**, NEN-EN 1090 en de ISO 3834-2 norm en heeft ruime ervaring in fabricage en montage van industrieprojecten, in binnen- en buitenland.
De Weel 13 • 4306 NV Nieuwerkerk (Z) • 0111 641 333 • info@hansestaalbouw.nl • www.hansestaalbouw.nl
hanse + staal een sterk verhaal PET9 Advertenties.indd 54
30-08-17 08:28
een nieuwe haven is overigens een zeer omvangrijk en kostbaar project. Meeder: ‘Mogelijk wordt daar een consortium voor opgericht of wordt dit opgepakt in een joint venture verband, daar valt nog niets over te zeggen. Maar het is fijn dat we in beeld zijn.’ Commitment Ook collega-baggermaatschappij Boskalis was een van de participanten. Bruno Fresel spreekt ook zijn waardering uit over deze missie. ‘De ambassade heeft de juiste mensen aan tafel gekregen. Een goede mix vanuit overheid en de private sector plus diverse bedrijven uit de olie, gas en maritieme sector.’ Volgens hem
is de sterke commitment van de Nederlandse ambassade hier een belangrijke sleutel tot het succes. Natuurlijk is ambassadeur Theo Peters blij met deze complimenten. ‘Goed om te horen dat het de bedrijven ook echt waardevolle contacten heeft opgeleverd. Daar doen we het voor. Ik zie het als onze kernrol om bedrijven te informeren, deuren te openen en partijen bij elkaar te brengen. Ook al horen we achteraf niet altijd precies wat er uitkomt.’ Maar het is niet zo dat de ambassade achterover leunt zodra iedereen weer voet op Nederlandse bodem heeft gezet. ‘We blijven betrokken en beschikbaar bij een vervolgbezoek.’
Ook is de ambassade druk bezig met het organiseren van een vervolgmissie van belangrijke besluitnemers vanuit Senegal naar Nederland. ‘Vanaf 9 oktober brengen we de belangrijkste sleutelfiguren van de Senegalese overheid op het gebied van olie en gas naar Nederland, inclusief de adviseur van President Macky Sall en de directeur-generaal van het Staatsoliebedrijf Petrosen. We willen hen laten zien wat Nederland in technische zin te bieden heeft. En we geven inzage in wat Nederland gedaan heeft met het gas, hoe we onze instituties en het regulatoire framework geregeld hebben en wat we nu wellicht anders zouden doen.’ ■
INTERNATIONALE HANDELSMISSIES De RVO organiseert met enige regelmaat internationale handelsmissies en netwerkmogelijkheden voor de Nederlandse industrie. De komende maanden staan onder andere de volgende events op de agenda: • 13 t/m 15 september - Innovatiemissie industriële elektrificatie en Power-to-X, Noordrijn-Westfalen. Bedoeld voor bedrijven in de procesindustrie met interesse in industriële elektrificatie of de omzetting van elektriciteit in andere vormen van energie of producten. •
10 en 11 oktober - Internationale matchmaking tijdens Offshore Energy 2017 te Amsterdam. Voor bedrijven die op zoek zijn naar potentiële internationale samenwerkingspartners op het gebied van offshore energy (olie, gas en wind op zee).
•
23 t/m 25 oktober - Jaarlijkse missie energiesector naar Internationale Financiële Instellingen in Washington DC. Voor consultants, leveranciers of producenten van energieapparatuur en voor bedrijven die willen investeren in energieprojecten in ontwikkelingslanden.
•
26 t/m 30 november - Economische missie naar Zuid-Afrika. Voor bedrijven in water- en technologie-georiënteerde producten, diensten en oplossingen. Deze missie biedt deelnemers de gelegenheid aan te sluiten bij de bredere thematiek van clean oceans, sustainability en de circulaire economie.
Kijk voor meer informatie op www.rvo.nl
PETROCHEM 9 - 2017 55
PET9 X1-Afrika.indd 55
30-08-17 08:34
DECOMMISSIONING
Decommissioning offshore in beeld gebracht De komende twee decennia gaat decommissioning een vlucht nemen. Olie- en gasvelden in de Noordzee raken uitgeput en ook onshore raken velden leeg. Platforms en installaties zijn daardoor overbodig en moeten een nieuwe functie krijgen of worden afgebroken. Om het ontmantelen en hergebruiken van Nederlandse platforms gezamenlijk aan te kunnen pakken, wordt druk gewerkt aan een nationaal platform decommissioning. In oktober wordt dit platform gelanceerd.
Dagmar Aarts
Op initiatief van Nogepa, Energie Beheer Nederland (EBN) en IRO (de branchevereniging van Nederlandse toeleveranciers in de upstream onshore en offshore olie- en gasindustrie) is vorig jaar november het masterplan decommissioning en re-use uitgebracht om de stappen inzichtelijk te maken die moeten worden genomen om een nationaal platform en een veilige, efficiënte en effectieve ontmantelingsmarkt neer te zetten. Ook wordt gekeken hoe de kosten en de footprint zo laag mogelijk te houden zijn. Hiervoor is samenwerking nodig van verschillende partijen. In Engeland is er een vergelijkbaar initiatief: Decom Northsea. In het rapport is gekeken wat er moet gebeuren, wat belangrijk is en wie er bij betrokken moeten zijn. ‘We doen het nu allemaal individueel’, zegt Yvonne Hoddenbach, woordvoerder van het nationale platform. ‘Er is geen samenwerking. Een van de doelen van het nationaal platform is dat we decommissioning samen gaan doen, want dan kunnen we slimmer en goedkoper gaan werken. We kunnen projecten gaan combineren, zodat bijvoorbeeld een heavy lifting bedrijf twee projecten bij elkaar in de buurt in één keer aan kan pakken. Het masterplan moest het totale plaatje van decommissioning en het hergebruiken van assets in beeld brengen om de partijen die de uiteindelijke uitvoering moeten doen een duidelijk beeld te geven.’ Kosten Voor de totstandkoming van het masterplan is met heel veel stakeholders gesproken, van ngo’s tot toeleveranciers. Hoddenbach: ‘Het commentaar van toeleveranciers was dat ze eigenlijk onvoldoende beeld van de decommissioningopdracht hadden. Wat is de scope, de orde van
grootte, wanneer gaat het gebeuren en hoeveel moet er worden ontmanteld?’ Op al dat soort vragen zijn antwoorden gezocht. De verwachting is dat het ontmantelen de komende twee decennia een vlucht gaat nemen, omdat veel olie- en gasvelden uitgeput raken. Uit het rapport blijk dat er on- en offshore zo’n tweeduizend putten zijn die reeds zijn verlaten, 23 platforms zijn al verwijderd, 150 staan er nog in de Nederlandse Noordzee. Daarnaast is tweehonderd kilometer van de 3.500 kilometer pijpleiding op het Nederlands continentaal plat ontmanteld. De huidige schatting van de kosten van decommissioning zijn 7 miljard euro waarvan de Nederlandse staat ongeveer 5 miljard bijdraagt via EBN en lagere gasinkomsten. Kosten van ontmanteling zijn namelijk aftrekbaar. Van de 7 miljard is 5 miljard euro offshore nodig. Het uiteindelijke financiële plaatje is onzeker omdat in de geschiedenis schattingen niet accuraat bleken te zijn. De kosten pakten soms wel 50 procent hoger uit. Bedrijven zijn verantwoordelijk voor het opruimen van de platforms, maar EBN doet namens de Staat bijna in alle projecten voor 40 procent mee. De belastingbetaler heeft dus meegeprofiteerd van de winning van olie- en gas, maar draagt ook bij aan het ontmantelen. Hergebruik In het plan is ook veel aandacht voor het hergebruik van assets. Als infrastructuur of platforms op een andere manier nog van waarde kunnen zijn, is ontmantelen niet nodig. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het omzetten van windenergie op platforms in energiedragers als waterstof of methaan. Daarnaast kan een deel van de infrastructuur mogelijk worden hergebruikt voor toekomstige CO2-opslag. >>
PETROCHEM 9 - 2017 56
PET9 X2-Decommissioning.indd 56
30-08-17 08:39
FOTO: WINTERSHALL
PARTIJEN SPRINGEN OP DECOMMISSIONINGMARKT Ook andere partijen zien dat de markt voor decommissioning aan gaat trekken en springen daar op in. Zo bouwt de Haven van Rotterdam een Offshore Center dat zich richt op offshore windenergie, de olie- en gasmarkt en decommissioning van platforms op de Noordzee. Ook worden er meer grote schepen gebouwd die platforms gemakkelijk in één keer kunnen verwijderen. Het havenbedrijf wil de offshore nauwer aan Rotterdam verbinden en de offshore hub van Europa worden. Voor het centrum wordt een compleet nieuw haventerrein opgespoten. De offshore sector is een belangrijke pijler onder de maritieme industrie in de regio Rijnmond. Veel bedrijven zijn van internationale allure, werken wereldwijd en hebben als thuisbasis Rotterdam en omstreken. Volgens een rapport van Ecorys werken er ruim 900 bedrijven in de maritieme industrie en offshore. Rotterdam wil op Maasvlakte 2 platformen gaan ontmantelen. ‘Het is een markt die zich volop ontwikkelt, waar groei in zit en die werk oplevert’, laat een woordvoerder via een e-mail weten. ‘We bouwen geen solitaire decom-terminal. Veel werk dat daarop zou moeten plaatsvinden, gebeurt al in Rotterdam. We willen in ons centrum een aantal offshore-markten bij elkaar brengen. In de huidige haven is er geen plaats voor iets dergelijks.’ Het idee is dat soortgelijke bedrijven een plaats
krijgen en van elkaars aanwezigheid kunnen profiteren. Denk daarbij aan het gezamenlijk gebruik van infrastructuur. Hefschepen Het Offshore Center Maasvlakte 2 (OCMV2) komt in de Prinses Alexiahaven tegen de zeewering te liggen ter hoogte van de ligplaats van de Pioneering Spirit. Het bekendste mammoetschip dat in één keer de topside van een platform kan verwijderen. Ook het Zeeuwse bedrijf OOS International springt in op de decommissioningmarkt. Samen met China Merchant Industry holdings gaat zij twee nieuwe schepen bouwen voor het slopen en installeren van offshore platforms. De twee semi-submersible crane vessels (SSCV) krijgen de namen Serooskerke en Walcheren en kunnen 4400 ton tillen. Op elk schip komen twee kranen die worden gemaakt door Huisman. Tegelijkertijd heeft het schip een functie als hotel, waardoor er 750 medewerkers een poosje op kunnen verblijven. De schepen moeten in 2019 klaar zijn. Mammoetschip de Pioneering Spirit liet eind april voor het eerst zien wat het kan toen het de topside van het Brent Delta platform in één keer liftte. Het duurde slechts tien seconden om het platform compleet op te tillen. Niet eerder werd zo’n groot platform door één schip verwijderd.
PETROCHEM 9 - 2017 57
PET9 X2-Decommissioning.indd 57
30-08-17 08:39
100 jaar Professionals in:
• Elektrotechniek • Meet- & Regeltechniek • Data- Telecommunicatie • Brandmeldinstallaties • Veiligheidsinstallaties • Atex installaties • Ondersteuning technische diensten • Engineering • Keuren installaties, arbeidsmiddelen, trappen & ladders
Kijk voor meer informatie op: www.pietersen.nl Pietersen Elektriciteit B.V. Westhavenkade 98, 3133 AV Vlaardingen Postbus 259, 3130 AG Vlaardingen Tel: (010) 434 32 66 E-mail: pe@pietersen.nl
Activities: Sinus Jevi Electric heating is based in Medemblik, the Netherlands and from there operates as the Electrical Heating specialist and supplier throughout the world. We serve several industries such as the Petrochemical On- and Offshore industry, the Chemical and Process industry, Food, Building and other industries with electrical heating products and associated controls equipment. Fan Heater type VLEx
As one of the pioneers in the field of Explosion proof Heating equipment we today still operate at the forefront. We run IEC-Ex as well as Atex and TR-CU Ex- certified product lines. For all Heaters we can offer the appropriate Control Panel of our own design. Both our engineered and our standardized products are ATEX and IEC-Ex certified. The associated Vessels are engineered and calculated to EN 13445, ASMI-VIII, RtoD or AD2000. Sinus Jevi Electric Heating B.V. is part of the NIBE group, listed on the Stockholm Stock Exchange
Inline Heater
Air Cooled Brake Resistor
Sinus-Jevi Electric Heating B.V. Aambeeld 19 1671 NT Medemblik tel.:0227-549100 www.sinusjevi.com info@sinusjevi.com
PET9 Advertenties.indd 58
30-08-17 08:27
FOTO: ALLSEAS
De Pioneering Spirit verwijdert het Brent Delta platform.
En er zijn meer voorbeelden: ‘Engie heeft op dit moment een pilot genaamd rigs to reef om te kijken wat er met de natuur om een platform heen gebeurt’, zegt Hoddenbach. ‘Met het platform willen we bijdragen aan de energietransitie. Tegelijkertijd moeten de kosten voor publiek en industrie worden verminderd.’ Prioriteiten Het masterplan is opgedeeld in prioriteiten op de korte en lange termijn. Tot eind juni is aan de eerste vier belangrijkste prioriteiten gewerkt binnen een joint industry project. Daarin is onderzocht hoe de organisatie van zo’n nationaal platform er uit moet zien. Moet het een vereniging worden of een bv bijvoorbeeld? En omdat het belangrijk is om informatie met elkaar te delen, zijn er mechanismes voor ‘shared learning’ ontwikkeld. Ook is er gekeken welke regelgeving er is rondom decommissioning en of deze moet worden aangepast. Als laatste is gewerkt aan een database
Hoddenbach: ‘Met het platform willen we bijdragen aan de energietransitie. Tegelijkertijd moeten de kosten voor publiek en industrie worden verminderd.’
waarin alle informatie over de ontmantelingswerkzaamheden inzichtelijk wordt gemaakt. De partijen werken nu toe naar een lancering van het nationaal platform op
10 oktober tijdens de beurs Offshore Energy. Dan worden meer details en ook de naam van het platform bekendgemaakt. ■
DECOM NORTH SEA In Engeland bestaat er al een soort nationaal platform decommissioning, Decom North Sea genaamd. Alle bedrijven die betrokken zijn bij het ontmantelen van platforms kunnen zich hierbij aansluiten. Sinds haar oprichting in 2010 is het aantal leden gestegen naar meer dan 350. Decom North Sea werkt als een non-profit organisatie aan het verbeteren van de kennisoverdracht en vergemakkelijkt samenwerkingsactiviteiten om ‘innovatieve modellen’ te leveren die de ontmantelingskosten minimaliseren, waardoor de beste waarde voor belastingbetalers wordt gewaarborgd en het bedrijfspotentieel voor haar leden wordt gemaximaliseerd.
PETROCHEM 9 - 2017 59
PET9 X2-Decommissioning.indd 59
30-08-17 08:40
MARKET REVIEW ALGEMEEN
EXPLOSIEVEILIGE VERLICHTING & OFFGRID/HYBRIDE POWER SOLUTIONS
ERIKS bv
Toermalijnstraat 5 1812 RL ALKMAAR Postbus 280 1800 BK ALKMAAR Tel: +31 (0)72 514 15 14 Fax: +31 (0)72 515 56 45 E-mail: info@eriks.nl Website: www.eriks.nl Aandrijftechniek Afdichtings- & Rubbertechniek Stromingstechniek Industriële kunststoffen Gereedschappen, Onderhouds- & Veiligheidsproducten
Outback Power
Gedistribueerd door: Eurotronic B.V. Curieweg 8d 2408 BZ ALPHEN AAN DEN RIJN Postbus 582 2400 AN ALPHEN AAN DEN RIJN Tel: +31 (0)172 - 49 10 76 Fax: +31 (0)172 - 49 29 37 E-mail: info@eurotronic.nl
Ridderpoort 14 2984 BG RIDDERKERK Postbus 257 2980 AG RIDDERKERK Tel: +31 (0)180- 41 59 88 Fax: +31 (0)180- 41 71 70 E-mail: info@noordchem.nl Website: www.noordchem.nl
DEMONTAGE
Gedistribueerd door: Eurotronic B.V. Curieweg 8d 2408 BZ ALPHEN AAN DEN RIJN Postbus 582 2400 AN ALPHEN AAN DEN RIJN Tel: +31 (0)172- 49 10 76 Fax: +31 (0)172- 49 29 37 E-mail: info@eurotronic.nl Website: www.eurotronic.nl
Industriële verhuizingen Demontage – Sloopwerken Transport – Asbestsanering Offshore Postbus 253 3454 ZM DE MEERN Tel: +31 (0)30- 666 97 80 Fax: +31 (0)30- 245 91 27 E-mail: info@ddm.eu Website: www.ddm.eu
Industrieweg 11 7251 JT Vorden Tel: +31(0)575 55 73 06 E-mail: info@emsbroek.nl Website: www.emsbroek.nl
Postbus 70 2280 AB Rijswijk Tel: 088- 998 4621 Fax: 088- 998 4420 Email: inspectie@kiwa.nl Internet: www.kiwa.nl
MANUFACTURING EXECUTION SYSTEMS (MES)
MAGION Process Control Engineering B.V. Advies, specificaties, cursus, inspecties en audits volgens Internationale CINI Standaard Hofweg 1, 3208 LE Spijkenisse Tel: +31 181 698030 Email: info@ncti.nl Website: www.ncti.eu Onafhankelijk kennisinstituut voor procesisolatie in industrie
MEETDIENSTEN IN HOOGSPANNINGSTECHNIEK
Foutlocalisatie- en kwaliteitsmetingen aan kabelverbindingen, transformatoren en schakelaars. Power Quality metingen en thermografie. Kabelmontage (moffen en eindsluitingen 25 – 170KV gecertificeerd) en kabelreparatie.
Joulz Energy Solutions B.V.
Zalmstraat 7a, 3016 DS Rotterdam Postbus 19230, 3001 BE Rotterdam Tel.: +31 (088) 895 88 88 E-mail: meetdienst@joulz.nl Website: www.joulz.nl/diensten/ meetdiensten
INDUSTRIE ISOLATIE
NCTI
DDM Demontage B.V.
Emsbroek B.V.
Kiwa Inspecta Nederland B.V. Victor Lighting
De Noord Chemicals b.v.
Keuring, inspectie en bouw van (chemie)installaties BRL K903 gecertificeerd. Staal, RVS en kunststof.
Website: www.eurotronic.nl
CHEMICALS
Chemicals, Lime, Recycling and Automotive
INSPECTIE, TANKS DRUKAPPARATEN, VLOEREN
Wolga 5 2491 BK DEN HAAG Tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 E-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
PIPE SUPPORTS
Dutramex BV
Ambachtstraat 1a 4143 HB LEERDAM Tel: +31 (0)345- 61 40 11 Fax: +31 (0)345- 61 95 25 E-mail: info@dutramex.com Website: www.dutramex.com
PROCESS CONTROL
MAGION Process Control Engineering B.V. Wolga 5 2491 BK DEN HAAG Tel: +31 (0)70- 444 27 70 Fax: +31 (0)70- 444 20 82 E-mail: info@magion.nl Website: www.magion.nl
Indien u ook vermeld wilt worden in de Market Review van Petrochem, neemt u dan contact op met Jetvertising, Arthur Middendorp, tel. 070 399 0000.
60
PETROCHEM 9 – 2017
PET9 Advertenties.indd 60 Alle pagina's PET01_MartketReview.indd
30-08-17 08:27
MARKET REVIEW PROCESWATERKOELING
Koeltorens met open en gesloten koelwatercircuit & hybride verdampingskoelers Voor Nederland:
DEVAP PRODUCTS
Bizetlaan 16 5251 HA Vlijmen Tel: +31 (0)627 49 07 55 E-mail: info@devap.nl Website: www.devap.nl
STUDBOLTS
VEILIGHEID
BC Basco MANUFACTURER OF HIGH INTEGRITY BOLTING
Vierschaarstraat 7A 9160 LOKEREN Tel: +32 9 348 21 35 Gsm: +32 472 73 10 56 E-mail: sales@basco.be Website: www.bc-basco.com Contactpersoon : Toyah Timmermans
STAALCONSTRUCTIES
Bea Nederland B.V. Frijns Steel Construction b.v. De Valkenberg 14 6301 PM Valkenburg a/d Geul Postbus 150 6300 AD Valkenburg a/d Geul
G4S Fire & Safety BV
Veiligheidstoezicht, Veiligheidsmaterialen & -middelen, Technische veiligheidsmiddelen Donk 1c 2991 LE BARENDRECHT Tel: +31 (0) 88 1160630 E-mail: safety@nl.g4s.com Website: www.g4ssafetysolutions.nl
WARMTEBEHANDELING
Elektrisch voorwarmen en gloeien / Inductie verwarmen / Stationaire en mobiele gloeiovens / Uitdrogen beton en coatings
Delta Heat Services B.V.
Scheelhoekweg 2 3251 LZ STELLENDAM Postbus 52 3250 AB STELLENDAM Tel: +31 (0)187- 49 69 40 Fax: +31 (0)187- 49 68 40 E-mail: info@delta-heat-services.nl Website: www.delta-heat-services.nl
UW VERMELDING HIER?
Anthony Fokkerstraat 2 3261 LB Oud Beijerland Postbus 1554 3260 BB Oud Beijerland Tel.: +31 (0)186 - 62 02 88 Fax: +31 (0)186 - 62 02 44 E-mail: sales@beaned.nl Website: www.beagroup.com
Neem contact op met Jetvertising Arthur Middendorp, tel. 070 399 0000
Tel: +31 (0)43 601 01 01 Fax: +31 (0)43 601 01 02 E-mail: info@frijnsgroup.com Website: www.frijnsindustrialgroup.com
Smit Gloeidienst B.V.
Havenlaan 16 5433 NL KATWIJK (N. Br.) Tel: +31 (0)485 31 65 66 Fax: +31 (0)485 31 87 32 E-mail: info@smit-industrial.com Website: www.smit-industrial.com
ADVERTENTIE-INDEX 54events. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 Abonnees. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61 Aerzen Nederland . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
Petrochem.nl
geeft nog meer waarde voor uw geld
Andus Group. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
Meer nieuws dan ooit
Applus RTD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
• A ctuele berichtgeving over de olie- en chemische industrie • Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar • Volledig evenementenoverzicht • Online catalogi met producten en diensten • Multimediale bedrijfspresentaties • Tweewekelijkse Nieuwsbrief • Live twitter updates • LinkedIn interacted
easyFairs Nederland. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Eco Ketelservice Verhuur. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 Environmental Technology Publications . . . . . . . . . . . . . . 28 Evides. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 Frijns Steel Construction. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Hanse Staalbouw. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 Hi-Force Nederland. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Petrochem-abonnees krijgen meer
iMaintain Prestatiemanagement 2017. . . . . . . . . . . . . . . . 48
• D e nieuwste Petrochem staat een week voor verschijnen online • Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen • Volg de status van nieuwe projecten en uitbreidingen in de projectendatabase • Ga naar www.petrochem.nl en kies abonneren
Leemberg. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Market review . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60-61 Masters of Industry 21-9-2017. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42 MODELEC Data-Industrie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Nijenrode Collegereeks Plant Management. . . . . . . . . . . 18 Pietersen Elektriciteit. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58 RvB Engineering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 Sinus Jevi Electric Heating. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58 Wagenborg Nedlift . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Ga direct naar Petrochem.nl en blijf iedereen voor PETROCHEM 9 – 2017
_adv1_4staand_www_petrochem.indd 43
PET9 Advertenties.indd 61
61 21-10-14 10:19
30-08-17 29-08-17 08:27 14:02
COLUMN
‘Zouden we de helft van alle elektriciteit in Nederland met zonnecellen willen opwekken, dan moeten we meer dan zestig kilometer zonnecellen van één meter breed per dag produceren.’
Procesindustrie 5.0 Mooi nieuws: China eist dat volgend jaar acht procent van de nieuwe auto’s elektrisch rijdt en in 2020 zelfs twaalf procent. Eerder betoogde ik hier al dat ik duurzaamheid vanuit een marktwerking niet op tijd zie lukken. Daarvoor is stimulering vanuit de overheid nodig en ook wetgeving. Natuurlijk zijn er ook protesten. Van wie? Van de autofabrikanten die met de sjoemelsoftware het milieu toch al niet serieus namen. Ik vind het prima. Dankzij fiscale maatregelen in Nederland verdubbelde het aantal stekkerauto’s in 2015. Dus het werkt wel. Klaar voor de toekomst Zwartkijkers zullen opmerken dat het verbruik van de stekkerauto’s erg geflatteerd is, en dus niet klopt. Zij hebben gelijk. Eerder had ik had u beloofd om te melden of mijn stekkerauto van bijna 2.300 kilo zuiniger rijdt, zoals de specificaties beloven, dan het autootje van 900 kilo van mijn vrouw. Soms wel, maar meestal niet: in de praktijk wordt nooit alleen de standaardrit van de overheid gereden. Maar het verschil is minder groot dan ik dacht. Zeurpieten zullen ook betogen dat je er milieutechnisch niet veel mee opschiet, omdat de elektrische energie waarop wordt gereden hoogstwaarschijnlijk van fossiele oorsprong is. Ook zij hebben gelijk. Maar Rome en Napels zijn niet op één dag gebouwd en het stedelijke klimaat, zeker in China, verbetert in ieder geval alvast wel. Ook hebben we dankzij het aantal stekkerauto’s nu een infrastructuur van laadpalen met bijbehorende organisaties gekregen, waardoor we klaar staan voor de toekomst. Want dat het fossiele autotijdperk wordt afgesloten, is geen vraag, hooguit wanneer. In Noorwegen is dat al in 2025 en in Frankrijk en Engeland in 2040. Indrukwekkend De elektriciteit voor die stekkerauto’s gaan we steeds meer duurzaam opwekken. Langzaamaan worden de raffinaderijen dus werkeloos. Een stukje procesindustrie gaat daarmee verloren. Maar er komt ook iets nieuws voor in de plaats: de productie van PV-zonnecellen die naast windenergie voor een belangrijk deel de elektriciteitsproductie zullen gaan verzorgen. Vooral in Duitsland is dat goed te zien. Niet alleen op daken
liggen panelen, maar ook op het land. Laatst vloog ik met mijn zweefvliegtuig, op zonne-energie dus, over Ahlhorn. Links en rechts van het vliegveld daar liggen zonnecellen met een oppervlakte van tientallen hectaren. Kijk zelf maar eens op Google Maps. Echt indrukwekkend. Die cellen hebben een beperkte levensduur en moeten na ongeveer 25 jaar worden vervangen. De fabricage van zonnecellen zal dus grootschalig op een procesmatige manier moeten plaatsvinden. Laten we maar even rekenen: volgens het CBS consumeren wij in Nederland 115 miljard kilowattuur aan elektriciteit. Als alle acht miljoen auto’s in Nederland vijftienduizend kilometer per jaar elektrisch gaan rijden met een verbruik van 0,2 kilowattuur per kilometer, dan komt daar 24 miljard kilowattuur bij (reken maar na). Stel dat we die elektriciteit willen opwekken met zonnecellen die jaarlijks 120 kilowattuur per vierkante meter leveren, dan hebben we daarvoor tweehonderd vierkante kilometer aan zonnecellen nodig (reken ook maar na). Dat betekent dat we dus alleen al voor de auto’s acht vierkante kilometer per jaar aan vervangende zonnecellen moeten fabriceren. Dat is bij volcontinubedrijf 22 kilometer zonnecellen van één meter breed per dag! Zouden we de helft van alle elektriciteit in Nederland met zonnecellen willen opwekken, dan moeten we meer dan zestig kilometer zonnecellen van één meter breed per dag produceren. Lijkt mij een indrukwekkende fabriek en al helemaal als je ervan uitgaat dat de oude zonnecellen volgens het cradle-to-cradle-principe gaan worden gerecycled! Geen fossiele moleculen En dan ben ik de fabricage van accu’s nog vergeten. Als we uiteindelijk conform het principe van Electricity-to-Heat/Chemicals/Power etc. alles vanuit duurzaam opgewekte elektriciteit gaan produceren, dan hebben we nog eens een veelvoud aan zonncellen en windmolens nodig. Ook hebben we dan geen fossiele moleculen meer nodig. De procesindustrie 5.0 dient zich aan. Henk Leegwater is onafhankelijk consultant. Reacties zijn welkom: henk.leegwater@lexxin.com
PETROCHEM 9 - 2017 62
PET9 I-Column Leegwater.indd 62
30-08-17 08:18
Servingthe theindustry industry Serving Rijndijk Staalconstructies is een speler formaat (middel)grote staalconstructieprojecten Rijndijk Staalconstructies is een speler vanvan formaat voorvoor (middel)grote staalconstructieprojecten in de (petro)chemische industrie, zware industrie, energiemarkt complexe utiliteitsbouw. in de (petro)chemische industrie, zware industrie, energiemarkt en en complexe utiliteitsbouw. Tot Tot de de opdrachtgevers behoren industriele multinationals, EPC-contractors grote civiele aannemers opdrachtgevers behoren industriele multinationals, EPC-contractors en en grote civiele aannemers in in binnenbuitenland. Projectmanagement, engineering, productie en montage worden in eigen binnenen en buitenland. Projectmanagement, engineering, productie en montage worden in eigen beheer uitgevoerd. beheer uitgevoerd. Kennismaken? Graag. u even of kijk op www.rijndijk.com. Kennismaken? Graag. BeltBelt u even of kijk op www.rijndijk.com.
RijnDijk Staalconstructies | Fabrieksstraat 6021 RE Budel T +31 (0)40 - 246 7228 E info@rijndijk.com RijnDijk Staalconstructies BV BV | Fabrieksstraat 104,104, 6021 RE Budel | T |+31 (0)40 - 246 7228 | E |info@rijndijk.com
RD omslag Staalconstructies A4 MagAd.indd 1 RD Staalconstructies A4 MagAd.indd 1 PET09 los.indd 63
30-08-17 08:23 14-08-17 13:34 30-08-17 08:23 14-08-17 13:34 30-08-17 16:35
Petrochem Nr. 9 - 2017
PET9 A-Voorplaat.indd 1 PET09 omslag los.indd 64
30-08-17 16:35