Petrochem 4, 2023

Page 1

Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta

Nr. 4 - 2023 www.petrochem.nl • losse verkoopprijs € 23,50
‘Zeg ik TikTok, dan kijken PhD’s me angstig aan’ • Industriële transformatie van Zeeland en Gent in vijf beelden • Djewels moet potentie technologie bewijzen • Thema: Safety

Gasdetectie

EURO-INDEX is importeur en/of distributeur van draagbare en stationaire gasdetectie van onder andere Ion Science, Honeywell BW, Gas Clip, MSA, Sewerin en GMI.

Wij helpen u graag met advies, aanschaf, training, onderhoud, reparatie en kalibratie van deze instrumenten.

EURO-INDEX is importeur en/of distributeur van draagbare en stationaire gasdetectie van onder andere Ion Science, Honeywell BW, Gas Clip, MSA, Sewerin en GMI. Wij helpen u graag met advies, aanschaf, training, onderhoud, reparatie en kalibratie van deze instrumenten.

Enkel- en multigasmonitoren voor:

Enkel- en multigasmonitoren voor:

 Brandbare en explosieve gassen (ppm, %LEL en Vol.%)

 Brandbare en explosieve gassen (ppm, %LEL en Vol.%)

 Zuurstof en/of toxische gassen

 VOC’s, waaronder PAK’s en benzeen specifiek

 Zuurstof en/of toxische gassen VOC’s, waaronder PAK’s en benzeen specifiek

Meer

Digitaliseer uw Werkvergunningen en Shiftoverdracht!

Digitaliseer uw

Permit Manager

Permit Manager

PLATO Permit Manager is een digitaal platform voor het uitgeven en beheren van werkvergunningen voor alle werknemers en zorgt voor naleving van de relevante regelgeving en wetten.

PLATO Permit Manager is een digitaal platform voor het uitgeven en beheren van werkvergunningen voor alle werknemers en zorgt voor naleving van de relevante regelgeving en wetten.

▪ Werkvergunningregistratie

▪ Werkvergunningregistratie

▪ Personeels-/Aannemersregistratie

▪ Personeels-/Aannemersregistratie

▪ Digitaal logbook (Werkvergunningen)

▪ Digitaal logbook (Werkvergunningen)

▪ Werkvergunningenbeheer (Planner)

▪ Werkvergunningenbeheer (Planner)

▪ Taak Risico Analyse (TRA) registratie

▪ Taak Risico Analyse (TRA) registratie

▪ Uitstekende historische gegevens

▪ Uitstekende historische gegevens

▪ Integratie met derde systemen

▪ Integratie met derde systemen

▪ Meertalig

▪ Meertalig

▪ Klantspecifieke rapportages

▪ Klantspecifieke rapportages

Shift Manager

Shift Manager

PLATO Shift Manager is digital registratiesysteem om de ploegenoverdracht voor alle industriële installaties te stroomlijnen en te verbeteren.

PLATO Shift Manager is digital registratiesysteem om de ploegenoverdracht voor alle industriële installaties te stroomlijnen en te verbeteren.

▪ Ploegen planning (meerdere roosters)

▪ Ploegen planning (meerdere roosters)

▪ Personeelsplanning en urenregistratie

▪ Personeelsplanning en urenregistratie

▪ Digitaal logbook

▪ Digitaal logbook

▪ Takenbeheer

▪ Takenbeheer

▪ Instructies

▪ Instructies

▪ Ploegenoverdracht

▪ Ploegenoverdracht

▪ Uitstekende historische gegevens

▪ Uitstekende historische gegevens

▪ Integratie met derde systemen

▪ Integratie met derde systemen

▪ Meertalig

▪ Meertalig

▪ Klantspecifieke rapportages

▪ Klantspecifieke rapportages

Process Automation Solutions BV An ATS Company Nikkelstraat 2, 4823AB BREDA 076 – 65876738
Een product van Process Automation Solutions B.V. www.plato-pa.com plato@pa-ats.com
Gasdetectie
naar gasdetecteren.nl Process Automation Solutions BV An ATS Company Nikkelstraat 2, 4823AB BREDA 076 – 65876738
Meer weten? Ga
Werkvergunningen
Een product van Process Automation Solutions B.V. www.plato-pa.com plato@pa-ats.com
en Shiftoverdracht!
weten? Ga naar gasdetecteren.nl

10 ‘ZEG IK TIKTOK, DAN KIJKEN PHD’S ME ANGSTIG AAN’

Sinds april dit jaar is Jacotte Brokken een bekend gezicht op de Vlaamse televisie, als weervrouw bij de VRT. Een scheikundige in het dagelijkse spotlicht. Geen reuzenstap overigens: ‘Het weer wordt bepaald door fysische en chemische processen.’ En er is ook een verband tussen de chemische industrie en het klimaat. Als presentator van EIES23 in december is ze vooral geïnteresseerd in de oplossingen die de industrie kan bieden voor klimaatuitdagingen.

14 ZEELAND EN GENT IN VIJF BEELDEN

Grensoverschrijdende samenwerking tussen industriële clusters is meer nodig dan ooit. Wat dat betreft geven de regio’s Zeeland en Gent het goede voorbeeld. Ruim vijf jaar geleden gingen hun havenbedrijven samen in North Sea Port. Met veel focus op de procesindustrie. En de ambities op het vlak van industriële transformatie lijken steviger dan ooit. Van groene ammoniak tot chemische bouwstenen uit CO2.

24 UPDATE PROJECT DJEWELS

Waterstofproductie op gigawatt-schaal is nodig om processen in de chemische industrie te verduurzamen. Daarbij is niet alleen veel energie nodig maar gaat bijvoorbeeld ook ruimte een belangrijke rol spelen. Daarom wil HyCC met het Djewels-project – een 20 MW elektrolyzer op Chemie Park Delfzijl – ervaring opdoen met nieuwe technologie: traditionele alkaline, maar wel onder druk en met hogere stroomdichtheid. ‘We zien de grote potentie van een compacte, energie-efficiënte en snel regelbare fabriek’, zegt Joost Sandberg van HyCC.

30 SAMENWERKEN IS SLEUTEL TOT SUCCES

Koole Tankstorage Pernis is een belangrijke speler in de opslag van plantaardige oliën en vetten in de haven van Rotterdam. In de afgelopen jaren heeft het bedrijf fors ingezet op veiligheid, verduurzaming en een cultuurverandering waarbij de nadruk ligt op veiligheid en teamwork. Dit resulteert in een nieuwe veiligheidscultuur en veel energie. Terminalmanager René Stoel speelt een belangrijke rol in deze veranderingen en het in goede banen leiden daarvan.

36 TRANSITIE SCHUDT OOK BRZO DIENSTEN OP

De energie- en grondstoffentransitie zorgt voor nieuwe bedrijven, technologieën en bijbehorende risico’s. Er is dus werk aan de winkel voor de Brzo+ omgevingsdiensten. Het aantal vergunningaanvragen neemt toe en het kennisniveau moet omhoog om alle ontwikkelingen te kunnen bijbenen.

IN DEZE EDITIE PETROCHEM 4 - 2023 3
Commentaar 5 Feiten en cijfers • Elektrische kraker BASF, Linde en Sabic nadert voltooiing • SynPet bouwt plasticrecyclingfabriek in Antwerpen 6 Petrochem platform 34 Column • Henk Leegwater 38
EN VERDER

ADVERTENTIE-INDEX

Het managementblad voor de olie- en chemische industrie in de Rijn/Schelde-delta

Nummer 4 - 2023

UITGAVE VAN: Industrielinqs pers en platform BV, Postbus 36420, 1020 MK Amsterdam redactie@industrielinqs.nl website: www.petrochem.nl

HOOFDREDACTIE: Wim Raaijen | wim@industrielinqs.nl

REDACTIE: Jacqueline van Gool, Monique Harmsen, Liesbeth Schipper, Breg Schoen redactie@industrielinqs.nl

VASTE MEDEWERKERS: Chris Aldewereld, Henk Leegwater, Wim Soetaert, Francis Voermans, Evi Husson

LAY-OUT: Bureau OMA, Doetinchem

OMSLAGFOTO: Wim Raaijen

ADVERTENTIEVERKOOP: Jetvertising BV, Robbin Hofman 070 3990 000 | robbin@jetvertising.nl

TRAFFIC: Breg Schoen | breg@industrielinqs.nl

Petrochem

geeft nog meer waarde voor uw geld

Meer nieuws dan ooit

• Actuele berichtgeving over de chemische industrie

• Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar

• Volledig evenementenoverzicht

• Online catalogi met producten

• Multimediale bedrijfspresentaties

• Wekelijkse nieuwsbrief

• Volg de status van nieuwe projecten en uitbreidingen in de projectendatabase

Petrochem-abonnees krijgen meer

• De nieuwste Petrochem staat een week voor verschijnen online

• Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen

• U kunt naar aanleiding van uw abonnement ook besluiten om bedrijfslid van het Petrochem platform te worden. Hierbij krijgt u onder andere voor twee personen toegang tot het jaarcongres Deltavisie. Meer weten?

Kijk op www.petrochem.nl/bedrijfslidmaatschap

COMMERCIEEL MANAGER: Janet Robben | 06 38 73 70 39 | janet@industrielinqs.nl

DRUKWERK: PreVision Graphic Solutions

ABONNEMENTEN (excl. 9% BTW)

Nederland/België € 186,- per jaar

Overig buitenland € 216,50 Losse verkoopprijs € 23,50

Meer informatie vindt u via www.petrochem.nl/abonneren

OPZEGGEN: Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor wordt uw abonnement steeds stilzwijgend met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen en wijzigen kan via abonnementen@industrielinqs.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door ons is ontvangen. Als u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Overige vragen kunt u stellen via abonnementen@industrielinqs.nl

ISSN: 1380-6386

Prijswijzigingen voorbehouden. © Industrielinqs pers en platform BV

Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever.

Papier:

13-12-17 12:45

Abonnees 4, 8 Easyfairs 8 EIES23 .............................................................................. 32 Equans ............................................................................. 22 EURO-INDEX ..................................................................... 2 Krohne na 34 Lengkeek Staalbouw 39 Market review 32 Process Automation Solutions 2 Selectum 18 StuvEx 18 Van der Linden & Veldhuis Isolatie ................................ 40 Vega ................................................................................. 28
Ga direct naar petrochem.nl/abonneren en blijf iedereen voor
PET_kwart_staand.indd 1

Om de huidige uitdagingen aan te gaan, is communicatie en verbinding van groot belang. Het liefst niet via voorbedachte, geregisseerde boodschappen, maar in normale, natuurlijke gesprekken tussen mensen.

Bèta’s

Ik ben er ook zo eentje. Half bèta, half creatieveling. Of eigenlijk ben ik beide ten volle. Net als Jacotte Brokken, weervrouw bij de VRT en scheikundige. De keuze voor een scheikundestudie, die ze in 2015 afrondde, maakte ze op basis van haar rapporten. Ze had zeker aanleg voor bèta-vakken, maar ook voor creativiteit. ‘Tijdens mijn studententijd ging ik bijvoorbeeld toneelspelen’, vertelt ze in het hoofdinterview. ‘In de groep zaten naast mij hooguit nog één of twee andere bèta’s.’

Misschien is die combinatie inderdaad zeldzaam, maar om op voorhand beweren dat technici niet communicatief zijn, klopt natuurlijk van geen kant. Tijdens interviews, opnames voor vlogs en aan tafel bij talkshows spreek ik veel technici die helder en duidelijk kunnen uitleggen waar ze dagelijks mee bezig zijn. Ja, je moet wel interesse in hen tonen en hen soms met een zachte hand begrenzen als ze te veel vakjargon gebruiken. Vaak lukt dat moeiteloos.

Wel heb ik het idee dat veel technici zich verschuilen achter dat imago van non-communicatie. Dat ze het prima vinden als ze niet al te veel hoeven te praten. En ja, dat kan soms ook worden ingegeven door onvermogen, verlegenheid of andere redenen. Dit is zeker geen pleidooi om alle technici meer te laten communiceren. Maar ik ken er genoeg die het wel kunnen, maar zich misschien te veel verschuilen achter het stereotype en daardoor te weinig op de voorgrond treden. Gewoon omdat ze er geen zin in hebben, omdat ze het niet gewend zijn, of omdat ze hun prioriteiten elders leggen.

Verbinding

En dat is echt jammer. Juist in deze tijd van transitie, economische uitdagingen, terechte nadruk op de gezondheid van omwonenden en meer, is het belangrijk dat de industrie in gesprek gaat. En niet alleen via juristen en communicatiedeskundigen, juist niet, zou ik zeggen, maar vooral via de mensen die dagelijks in fabrieken werken. Die vaak zelf actief deelnemen aan de samenleving en meer dan gemiddeld in de buurt van fabrieken wonen.

Ook zij hebben zorgen over hun gezondheid, de verandering van het klimaat en geopolitieke omstandigheden die het voortbestaan van de industrie in Europa bedreigen – en misschien ook wel de fabriek waarin zij met veel plezier werken. Om de huidige uitdagingen aan te gaan, is communicatie en verbinding van groot belang. Het liefst niet via voorbedachte, geregisseerde boodschappen, maar in normale, natuurlijke gesprekken tussen mensen. Waarin zorgen kunnen worden gedeeld, maar ook optimisme over mogelijke oplossingen. Waarin wantrouwen en vertrouwen elkaar mogen afwisselen, maar waar ook respect en het recht om gehoord te worden centraal staan.

Gevaarlijke mix

Dit thema is overigens niet nieuw. Ongeveer twintig jaar geleden mocht ik voor de Vlaamse chemische industrie een presentatie geven over imago. Ik gaf het de titel: ‘De gesloten industrie, de opportunistische journalist en de slapende burger’. Een gevaarlijke mix, vooral als het fout gaat. Want dan is het te laat voor de industrie om open en eerlijk te communiceren. Journalisten en overheden grijpen dan een ongeluk aan om hard om zich heen te slaan. En de burger, die wordt wakker. Die wordt boos, angstig en vaak een combinatie van beide. Dit wordt nog versterkt doordat de burger vaak te weinig informatie heeft, geen binding met de industrie heeft en daardoor in het duister tast.

Nuance

Uiteraard is dit probleem niet zomaar opgelost. Maar we kunnen wel alvast stoppen met het stereotype dat bèta’s niet kunnen communiceren. Want dan verlies je sowieso het contact en de nuance, als dat er al is geweest.

Reageren? Via de mail: wim@industrielinqs.nl of via twitter: @wimraaijen

COMMENTAAR PETROCHEM 4 - 2023 5

Shell Chemicals gaat in de Rotterdamse haven samenwerken met LBC Tank Terminals voor de opslag van pyrolyse-olie, geproduceerd uit afvalplastic. Shell heeft een overeenkomst van vijf jaar gesloten met LBC voor de opslag van pyrolyse-olie in de Rotterdamse terminal van het tankopslagbedrijf. Dankzij deze opslaglocatie kan de markt voor pyrolyse-olie groeien, zegt Shell. Het zegt de opslagcapaciteit hard nodig te hebben om pyrolyse-olie van verschillende toeleveranciers op te slaan en vervolgens te verwerken. ‘De flexibiliteit van de waardeketen wordt hierdoor verbeterd’, aldus het bedrijf.

Rotterdam The Hague Airport wil de komende jaren proeven doen met vliegtuigen op waterstof. De luchthaven heeft daarom plannen om een waterstofopslagfaciliteit te ontwikkelen. RTHA start dit jaar met de ontwikkeling van een opslagfaciliteit en bijbehorende tank voor 125 liter vloeibare waterstof. Vervolgens zal de HYDRA-II drone van het NLR als proef vliegen op waterstof. Het doel hiervan is om te ervaren welke operationele aspecten er komen kijken bij waterstof-aangedreven vliegtuigen en bij het opslaan van waterstof op het luchthaventerrein. De luchthaven hoopt per begin 2024 te kunnen beginnen met de ontwikkelingen op het gebied van waterstof.

De NAM heeft het Winningsplan Norg ingediend bij het ministerie van Economische Zaken en Klimaat voor beoordeling en besluitvorming. NAM wil het gasveld Norg in productie nemen en stoppen met het gebruik van het veld als gasopslag. Het bedrijf wil de opslagfunctie gefaseerd afbouwen, door in de zomer te stoppen met de injectie van aardgas. Vervolgens wil het het opgeslagen aardgas, het werkvolume, produceren. Daarna wil het bedrijf het zogeheten kussengas produceren. Dit is het aardgas dat overblijft nadat het werkvolume is geproduceerd. Als de overheid instemt met het winningsplan, komt er een einde aan de ruim 25-jarige ondergrondse gasopslag Norg.

ELEKTRISCHE KRAKER BASF, LINDE EN SABIC NADERT VOLTOOIING

BASF, Linde en Sabic ronden de bouw van hun elektrische demonstratie-kraker in Ludwigshafen af. Onlangs zijn de laatste transformatoren geïnstalleerd. De partijen begonnen ongeveer een jaar geleden met de bouw van de elektrisch verwarmde stoomkraker.

De kraker wordt gebruikt om elektrische verwarming voor de productie van olefines te testen. De installatie heeft een stroombehoefte van 6 MW, deze wordt duurzaam opgewekt. De transformatoren zorgen ervoor dat de netspanning wordt omgevormd tot het benodigde voltage. In totaal zijn er negen transformatoren opgesteld. De installatie moet nog voor het einde van het jaar zijn opgeleverd, waarna deze stapsgewijs in gebruik wordt genomen.

SYNPET BOUWT PLASTIC RECYCLING FABRIEK IN ANTWERPEN

Het Turks-Belgische bedrijf SynPet gaat een grote fabriek voor de recycling van plastic bouwen in de haven van Antwerpen. Vorig jaar kondigde het bedrijf aan dat de installatie in Genk zou komen, maar het bedrijf kiest nu toch voor Antwerpen, aldus diverse Vlaamse media.

SynPet werkt samen met het Zwitserse bedrijf Kolmar in de ontwikkeling van de nieuwe installatie. Met de bouw van de fabriek is een investering van zo’n 100 miljoen euro gemoeid. Het is de bedoeling dat deze in 2025 in gebruik wordt genomen. Het bedrijf zal dan met name afval uit Italië, Spanje en Griekenland verwerken. In de eerste fase gaat het om zo’n 180.000 ton plastic per jaar en tegen 2030 groeit de verwerkingscapaciteit tot ongeveer een miljoen ton per jaar. In de installatie wordt plastic afval omgezet in olie die weer kan worden gebruikt als grondstof.

RWE INVESTEERT IN BATTERIJOPSLAGPROJECT EEMSHAVEN

RWE heeft een investeringsbeslissing genomen voor de bouw van een batterij met een capaciteit van 35 MW in Eemshaven. Het bedrijf plaatst 110 kasten met lithium-ion batterijen bij de biomassacentrale in Eemshaven. Met de plannen is een investering van ongeveer 24 miljoen euro gemoeid.

Het batterijproject maakt deel uit van het offshore windpark OranjeWind, waaraan RWE momenteel werkt. De onderneming won in 2022 de aanbesteding voor dit offshore project. In Oranjewind zet RWE in op een aantal innovaties om een optimale integratie te bereiken van de productie van windenergie, waterstofproductie en andere oplossingen zoals batterijopslag.

Het energie-opslagsysteem wordt virtueel verbonden met de energiecentrales van RWE. Op deze manier kan de batterij afhankelijk van de productie van de centrales flexibel en regelbaar vermogen leveren.

RWE wil tegen 2030 meer dan drie GW aan batterijopslag hebben gebouwd. De onderneming heeft al een aantal grote projecten in bedrijf en in ontwikkeling. Begin dit jaar nam het bedrijf een megabatterij in het Duitse Lingen en Werne in gebruik. De totale capaciteit van dit systeem is 117 MW. RWE wil dit systeem virtueel aansluiten op de energiecentrales die ze heeft langs de rivier de Moezel. Veder bouwt het bedrijf aan een batterijopslagsysteem bij de Duitse centrales Neurath en Westfalen. In maart nam RWE JBM Solar over. Dit bedrijf heeft een aantal batterijopslagprojecten – met een totale capaciteit van 2,3 GW – in een vergevorderd ontwikkelstadium. Daarnaast werkt de onderneming aan de implementatie van innovatieve zonnebatterijcentrales in de Duitse dagbouwmijnen en won het een aanbesteding in Australië voor een batterijopslag van 50MW/400 Mwh.

PETROCHEM 4 - 2023 6 Blijf op de hoogte en schrijf u in voor de nieuwsbrief op www.petrochem.nl

FEITEN & CIJFERS

VOPAK VERKOOPT ROTTERDAMSE CHEMIETERMINALS

Vopak heeft een overeenkomst gesloten met Infracapital over de verkoop van haar drie chemieterminals in Rotterdam (Botlek, TTR en Chemiehaven). Infracapital betaalt 407 miljoen euro voor de terminals die een gezamenlijke capaciteit hebben van 1,4 miljoen kubieke meter.

De verkoop van de drie terminals past in de strategie die Vopak in februari aankondigde. Het bedrijf wil de financiële prestaties van haar portfolio verbeteren. Daarbij wil het bedrijf actiever worden in de gasop en -overslag en industriële operaties. Daarbij wil het versneld investeren in nieuwe energiedragers. Het bedrijf stelde in haar ‘Shaping the Future’ strategie tegen 2030 een miljard euro te willen investeren in industriële en gasinfrastructuur. Ook wil het in dezelfde tijdspanne een miljard euro investeren in infrastructuur voor nieuwe energievormen.

Infracapital is gespecialiseerd in investeringen in de infrastructuur-sector. Voordat de transactie kan worden afgerond, zal het bedrijf in overleg gaan met vakbonden en andere betrokkenen. Het bedrijf verwacht de overname voor het einde van het jaar af te ronden.

DBG GROUP KRIJGT VERGUNNINGEN VOOR BIOGASFABRIEK IN DELFZIJL

DBG Group heeft van de Provincie Groningen en het Waterschap Hunze &Aa de bouw-, milieu- en exploitatievergunningen gekregen voor de fabriek die het bedrijf wil bouwen in Delfzijl.

DBG Group gaat afval uit de papierindustrie gebruiken als grondstof voor de productie van biogas. Het afval wordt nu nog veelal verbrand. DBG ontwikkelde een technologie waarbij het de afvalstroom met enzymen omzet. Hierna wordt deze stroom in anaërobe vergisters omgezet tot biogas.

De fabriek in Delfzijl is de eerste van DBG Group, maar het bedrijf meldt plannen te hebben voor nog twee andere installaties in Nederland en een aantal in andere Europese landen. DBG gaat deze eerste installatie op het industriepark Oosterhorn in Delfzijl realiseren. Het bedrijf leidt het project vanuit haar kantoor in Appingedam. De installatie krijgt een capaciteit om 290.000 ton papiersludge per jaar te verwerken. Aan- en afvoer van de grondstoffen en producten gebeurt per schip.

VLAAMSE REGERING STAAT GARANT VOOR OVERBRUGGINGSLENING PROJECT ONE

De Vlaamse regering staat voor 250 miljoen euro garant voor de overbruggingslening die Ineos afsluit om de kosten te dekken voor de stilgelegde bouw van Project One. In totaal leent Ineos 400 miljoen euro bij de banken in afwachting van de uitkomst van het nieuwe stikstofonderzoek dat het bedrijf moet uitvoeren.

Deze zomer werd de omgevingsvergunning voor Project One ingetrokken. Verschillende organisaties hadden een rechtszaak aangespannen omdat de impact van stikstof op omliggende natuurgebieden volgens hen niet goed was onderzocht. De werkzaamheden werden stilgelegd. Maar Ineos ziet de kosten voor het project wel doorlopen.

Daarom zag het bedrijf zich genoodzaakt een overbruggingslening bij de banken aan te vragen. Maar om de benodigde 400 miljoen euro te krijgen, was er een waarborg van de Vlaamse overheid nodig.

De overheid staat nu dus voor 250 miljoen euro garant. Mocht Ineos dit bedrag niet zelf kunnen afbetalen, dan zal de Vlaamse regering dit moeten doen. De waarborgstelling is volgens de Vlaamse regering geen nieuwe ondersteuning. Eerder vroeg Ineos een lening aan van 800 miljoen euro, waarvoor de regering 500 miljoen euro garant stond. De 250 miljoen waarvoor ze nu garant staat, maakt hier deel van uit. Het wachten is nu nog op een nieuwe vergunning. Ineos moet hiertoe een nieuw en diepgaander onderzoek doen naar de impact van de stikstofuitstoot op de nabijgelegen natuurgebieden. Binnen de Vlaamse regering is er onenigheid over of dit voldoende is. De partij Nieuw-Vlaamse Alliantie vindt dat er een stikstofdecreet moet komen om de vergunning te ondersteunen. Maar de partijen komen er niet uit over wat daar precies in moet komen te staan.

Het project PVC upcycling met superkritische CO2 heeft 2,5 miljoen euro subsidie ontvangen vanuit het Just Transition Fund (JTF). Het project richt zich op het hergebruiken van PVC-houdende materialen, zodat deze weer als grondstof kunnen worden hergebruikt in andere producten. De deelnemende partijen kijken naar de scheiding van PVC van vaste stoffen, weekmakers en niet meer bruikbare bestanddelen met superkritische CO2

De Vlaamse Regering heeft de cofinanciering voor het project Kairos@C van BASF Antwerpen en Air Liquide Large Industry goedgekeurd. De Vlaamse Regering draagt via het Vlaamse Agentschap Innoveren & Ondernemen 10 miljoen euro bij aan het CCS-project. Ook keurt ze de cofinanciering voor de Antwerp@C CO2-Export Hub goed. Hiervoor krijgen Air Liquide, Fluxys en de Haven van Antwerpen-Brugge een bijdrage van 2,5 miljoen euro. Met de ontwikkeling van de infrastructuur kan Vlaanderen tegen 2030 een reductie van de CO2-uitstoot van twee tot vier miljoen ton per jaar behalen. De CO2 kan vervolgens naar opslaglocaties in het Noordzeegebied worden getransporteerd.

Abu Dhabi National Oil Company (Adnoc) is geïnteresseerd in Covestro Het Duitse bedrijf bevestigt in gesprek te zijn gegaan met de onderneming uit de Verenigde Arabische Emiraten over een eventuele overname. Of het tot een overeenkomst komt en hoe deze eruit zal zien, hangt af van de lopende gesprekken. Covestro was tot 2015 onderdeel van Bayer. Een jaar eerder besloot Bayer haar bedrijfsonderdeel MaterialScience af te stoten. Antwerpen is één van de belangrijkste Europese productiesites van Covestro. Hier produceert het onder andere polycarbonaat, aniline en polyether. Ook in Nederland heeft Covestro diverse activiteiten. In 2021 rondde Covestro de overname van de Resins & Functional Materials-activiteiten van DSM af. Eerder dit jaar opende het bedrijf haar Nederlandse hoofdkantoor in Geleen.

PETROCHEM 4 - 2023 7

Industrielinqs inspireert en verbindt met actuele berichtgeving, wekelijkse nieuwsbrieven, online talkshows en diverse evenementen.

Abonnees van het magazine Industrielinqs krijgen meer:

• Acht edities Industrielinqs per jaar, met onder andere de projectendatabase •

OKTOBER 2023 REGISTREER NU VOOR GRATIS TOEGANG via www.transport-logistics.be met code : BABF1000 Of scan en registreer TLA23-Advertentie.indd 9 24/08/2023 09:59
Industrielinqs
winterperiode
Industrielinqs
Innovatie
zomerperiode
edities Industrielinqs
Catalogus in de
Project &
update in de
• Twee digitale
alle interviews, artikelen
edities
Prorail wil terug naar hoger veiligheidsniveau Energietranstie kost 52 miljard euro Gunvor begint alsnog aan uitgestelde stop industrie linqs SEPTEMBER 2020 www.industrielinqs.nl Naamloos-2 1 31-07-20 14:43 Prorail wil terug naar hoger veiligheidsniveau Energietranstie kost 52 miljard euro Gunvor begint alsnog aan uitgestelde stop industrie linqs SEPTEMBER 2020 www.industrielinqs.nl Naamloos-2 1 14:43 VERBINDT INDUSTRIËLE KETENS Corona verscherpt discussie noodzaak shutdowns Zijn micro-organismen fabrieken van de toekomst? Samenwerking waterketens bespaart systeemkosten www.industrielinqs.nl SEPTEMBER 2020 Aluminiumfabriek als spil in de energietransitie A_Voorplaat.indd 1 10:17 Verbindt industriële ketens Ga direct naar industrielinqs.nl/abonneren en blijf anderen voor Aboadv ILINQS halve liggend.indd 1 09-09-20 10:19
• Toegang tot
en
op de website www.industrielinqs.nl

ZEELAND REFINERY TEKENT INTENTIEVERKLARING VOOR VERDUURZAMING

Zeeland Refinery heeft als achtste bedrijf een intentieovereenkomst gesloten met de ministeries van Economisch Zaken en Klimaat en Infrastructuur en Waterstaat om extra stappen te zetten om de raffinaderij versneld te verduurzamen. Het bedrijf wil in 2030 de totale CO2-uitstoot met 1 megaton per jaar verminderen, dat is 62 procent minder dan het niveau in 2022. Als onderdeel van de overeenkomst wil Zeeland Refinery ook de stikstofuitstoot en het gebruik van water met minstens tien procent verminderen en onderzoeken of ze dit tot vijftig kan reduceren. Deze intentieverklaring is een belangrijke stap op weg naar een bindende overeenkomst tussen de overheid en Zeeland Refinery. De partijen onderzoeken samen welke maatregelen uit te voeren om de genoemde reducties van CO2, stikstof en watergebruik te behalen. Een externe adviescommissie zal de plannen verder uitwerken en beoordelen. Daarna worden ze vastgelegd in een overeenkomst, die leidt tot een bindende maatwerk afspraak. De overheid onderzoekt samen met Zeeland Refinery wat eventuele knelpunten zijn, zoals het aanleggen van benodigde pijpleidingen of het uitbreiden van elektriciteitsnetten, en op welke manier de overheid een rol kan spelen om deze weg te nemen.

Zeeland Refinery denkt 1 Mton CO2-uitstoot te kunnen reduceren door haar productieprocessen te verbeteren en zo het energieverbruik verminderen. Het bedrijf onderzoekt meerdere scenario’s en technieken om de reductie te realiseren. Zo wil het groene waterstof inzetten voor haar productieprocessen. Zeeland Refinery wil hiervoor een elektrolyzer gebruiken die volledig draait op groene elektriciteit. Voor dit project krijgt het bedrijf een bijdrage van de Europese Unie (EnergHys-project).

Ook wil het bedrijf inzetten op het verduurzamen van de huidige grijze waterstofproductie. Het wil de CO2 die vrijkomt bij de productie van waterstof uit aardgas afvangen en opslaan. Het is de bedoeling dat de raffinaderij uiteindelijk volledig overstapt op groene waterstof en geen fossiele brandstoffen meer gebruikt. Zeeland Refinery onderzoekt ook de verdere integratie van groene elektriciteit in haar processen.

VARO ENERGY BOUWT BIOBRANDSTOFFABRIEK IN ROTTERDAM

Varo Energy gaat een grootschalige productiefaciliteit voor duurzame vliegtuigbrandstof (SAF) bouwen op de Gunvor Energy-locatie in Rotterdam. Met de bouw van de fabriek, die voor een deel gebruikmaakt van de bestaande infrastructuur op de Gunvor-site, is een investering gemoeid van 600 miljoen dollar.

De faciliteit moet een grote verscheidenheid aan biogrondstoffen kunnen verwerken tot brandstof. Het gaat daarbij om maximaal 350 kiloton per jaar, met een SAF-productiecapaciteit van 245 kiloton per jaar, naast een mengsel van bio-nafta en biopropaan.

De productie zal naar verwachting beginnen in het vierde kwartaal van 2026.

Battolyser Systems ontvangt een bedrag van twee miljoen euro uit het Just Transition Fund (JTF) voor het project Betaalbare groene waterstof Battolyser Systems ontwikkelt een geïntegreerd systeem voor energie-opslag en waterstofproductie. Het systeem bestaat uit een batterij, die als deze opgeladen is waterstof kan produceren. Zodra er meer stroom beschikbaar is dan de batterij kan opslaan, wordt de energie door de ingebouwde elektrolyzer gebruikt om waterstof te produceren. Met de steun uit het JTF kan Battolyser Systems haar systeem verder ontwikkelen. Het bedrijf wil in Schiedam een pilotfabriek realiseren voor de productie van de systemen. De totale investering van het project bedraagt meer dan acht miljoen euro.

Bilfinger neemt delen van Stork in Nederland en België over van Fluor Ook zijn bij de overname enkele afdelingen in Duitsland en de VS betrokken. Bij de betrokken bedrijfsonderdelen werken 2.700 mensen. Gezamenlijk hebben ze een omzet van ongeveer 500 miljoen euro. Het is de bedoeling dat de overeenkomst in de eerste helft van 2024 wordt afgerond. De ondernemingen verwachten dat de bedrijfsonderdelen halverwege 2025 volledig zijn geïntegreerd.

Het Belgische bedrijf B4Plastics wil over enkele jaren een pilotfabriek bouwen voor de productie van bio-afbreekbare plastics. Dat schrijven diverse Vlaamse media. Momenteel heeft het bedrijf een maximale productiecapaciteit van 500 ton per jaar. B4Plastics maakt gebruik van organische reststromen om bio-afbreekbare plastics te produceren. Het bedrijf werd in 2014 opgericht en won sindsdien diverse prijzen. Eind vorig jaar haalde B4Plastics 6 miljoen euro aan kapitaal op om de groei van het bedrijf te ondersteunen. Met de bouw van een pilot-installatie zou een investering van 5 tot 10 miljoen euro gemoeid zijn. De installatie zou een capaciteit van zo’n 5 kiloton per jaar krijgen.

FEITEN & CIJFERS PETROCHEM 4 - 2023 9
BRENT RUWE OLIEKOERS PRIJS PER VAT IN US DOLLARS 80 82 84 86 88 90 92 94 96 98 100 141815 1312 11 8765413130292524232221 18 151716 14 11 10 9874321312827262524 Augustus 2023 Juli 2023 September 2023

‘Zeg ik TikTok, dan kijken PhD’s me angstig aan’

INTERVIEW PETROCHEM 4 - 2023 10

Sinds april dit jaar is Jacotte Brokken een bekend gezicht op de Vlaamse televisie, als weervrouw bij de VRT. Een scheikundige in het dagelijkse spotlicht. Geen reuzenstap overigens: ‘Het weer wordt bepaald door fysische en chemische processen.’ En er is ook een verband tussen de chemische industrie en het klimaat. Als presentator van EIES23 in december is ze vooral geïnteresseerd in de oplossingen die de industrie kan bieden voor klimaatuitdagingen.

Wim Raaijen

‘Het wordt vaak gezegd dat je tijdens je studie vrienden voor het leven maakt. Dat gold niet voor mij tijdens mijn studie scheikunde. Ik kon zeker wel goed overweg met mijn medestudenten, maar mijn huidige vriendenkring groeide veel meer tijdens de communicatieopleiding die ik daarna deed’, stelt Jacotte Brokken.

Niet dat ze spijt heeft. De keuze voor een scheikundestudie, die ze in 2015 afrondde, maakte ze op basis van haar rapporten. Aanleg voor bèta had ze zeker, maar ook voor creativiteit. ‘Tijdens mijn studententijd ging ik bijvoorbeeld toneelspelen. In de groep zaten naast mij hooguit nog één of twee andere bèta’s.’ Ze heeft na haar studie scheikunde nog kort in de industrie gewerkt. ‘De onbekende massa in het noorden van Antwerpen’, zegt ze glimlachend. ‘Ik was nog nooit op een fabriek geweest, maar ik studeerde theoretische scheikunde. Vanuit de ingenieursopleidingen zal er meer verbinding zijn.’

Voelsprieten

Toch lijkt haar opmerking over de ‘onbekende massa’ niet uit de lucht gegrepen. En ook binnen de industrie groeit het besef dat onbekend al gauw onbemind maakt. En dat is zeker niet handig met het oog op de huidige uitdagingen op het gebied van klimaat en economie. Veel hangt daarbij ook af van maatschappelijke acceptatie.

De industrie moet zich daarom veel meer laten zien, vindt ook de kersverse Nederlandse Plantmanager of the Year Anne Arkenbout van Nobian. In de vorige editie van Petrochem stelde zij dat mensen niet altijd een idee hebben van wat er in de procesindustrie gebeurt: ‘Er is heel weinig kennis. De discussie

PETROCHEM 4 - 2023 11
FOTO’S: WIM RAAIJEN

gaat hoogstens over de invloed van de procesindustrie op het bruto nationaal product of zorgen over de industrie, maar het gaat niet over wat de industrie ons aan welvaart brengt. Want het gaat wel degelijk over zaken als een schoon klimaat, zwembaden, isolatiemateriaal, stoffen voor onze kleding en medicijnen. Het gaat over heel veel dingen die onze welvaart naar het huidige niveau hebben gebracht. Zaken die bijna net zo essentieel zijn als voedsel en die je gewoon wilt borgen in je land. De vraag is: hoe krijg je daar nu op een juiste manier aandacht voor? Dat is niet per se mijn vak, maar daarover ga ik nadenken.’ Zij stak daarbij ook nadrukkelijk de hand in eigen boezem. ‘We hebben van-

uit de industrie ook wel eens momenten gekend – en dan druk ik me zacht uit – waarin we minder oog hebben gehad voor de omgeving. We moeten onszelf afvragen of we alle voelsprieten wel hebben uitstaan om zorgen in de omgeving tijdig mee te krijgen en actie te ondernemen.’

Toegankelijker

Het begint sowieso allemaal bij betere en intensievere communicatie. Bijvoorbeeld met de journalistiek. In zowel Nederland als België zijn journalisten met een bèta-achtergrond dun gezaaid. Brokken: ‘Er zijn te weinig wetenschappers die de richting van de journalistiek ingaan, maar ook andersom.’

Wel ziet ze positieve ontwikkelingen. ‘Tijdens studies is er een groeiend aanbod van communicatievakken. Doctoraatstudenten krijgen er bijvoorbeeld steeds meer begeleiding in. Zelf geef ik ook workshops over bijvoorbeeld de mogelijkheden van videocommunicatie. Er zijn momenteel heel veel mogelijkheden, met name op sociale media. Zo overweldigend veel, dat mensen ook kunnen dichtklappen. Het is goed om ze te begeleiden, mogelijkheden aan te reiken waarop ze hun ideeën en bijvoorbeeld de resultaten van hun onderzoek laagdrempelig kunnen aanbieden. Hoe maak je een vlog of een podcast? En hoe blijf je daarbij geloofwaardig? Als ik over TikTok begin, kijken PhD’s me soms angstig aan. Voor sommigen is dat misschien een brug te ver. Maar ook daar liggen mogelijkheden om verbinding te maken.’

Brokken is wat dat betreft ook realistisch. ‘Niet iedere bèta kan goed communiceren of wil dat. Misschien moet je communicatievakken daarom ook niet verplichten tijdens studies. Maar het is goed om ze toegankelijker te maken en het aanbod te vergroten. Dat kan al een belangrijke stap zijn.’

Geen reuzenstap

Zelf heeft ze haar weg inmiddels gevonden. Zo deed ze na haar scheikundestudie de opleiding Digital Content

Creation en maakte ze in samenwerking met de Vlaamse STEM Olympiade en het tijdschrift Eos de wetenschapsvlog

Weet je Watt? voor jongeren en leerkrachten. Ze is geboeid door wetenschap en wetenschapscommunicatie, geeft lezingen en maakte de afgelopen jaren online podcasts en video’s, voornamelijk over klimaat en wetenschap. Op TikTok en YouTube deelde ze regelmatig video’s. In 2019 ging ze bij de VRT aan de slag als digital creative. Daar werkte ze tot april dit jaar vooral achter de schermen voor verschillende programma’s. Steeds meer ontstond bij haar de behoefte om ook voor de schermen te komen. Zo nu en dan liet ze dat ook vallen. Toen weerman Frank Deboosere afscheid nam, kwam er een plaatsje vrij. Met succes solliciteerde ze op de vacature en vanaf 3 april dit jaar is Brokken te zien als de nieuwe weervrouw. Geen reuzenstap voor een scheikundige: ‘Natuurlijk moet

INTERVIEW PETROCHEM 4 - 2023 12
Jacotte Brokken: ‘Er zijn te weinig wetenschappers die de richting van de journalistiek ingaan, maar ook andersom.’

ik me meer verdiepen in meteorologische kennis, maar het weer wordt vooral bepaald door fysische en chemische processen.’

Weersvoorspelling

Een superinteressante positie vindt Brokken, helemaal nu het verhaal van klimaatverandering zo op de voorgrond treedt. ‘Dat het vandaag 20 graden is en er wat regenbuien zijn, is natuurlijk nog gewoon het weer. Dat het zeewater vijf graden warmer is dan voorheen, dat is

EIES23 IN ANTWERPEN

Jacotte Brokken: ‘Hoe speelt “die onbekende massa in het noorden van Antwerpen” in op klimaatverandering?’

klimaat. Dat we nu in Vlaanderen een natte zomer hebben gehad en dat de afgelopen jaren warmer waren dan ooit, heeft met klimaatverandering te maken. Alles wat we wisten over seizoenen en gemiddelde temperaturen geldt niet meer. Naast de weersvoorspelling zullen

Na vier edities in Nederland gaat The European Industry and Energy Summit (EIES23) de grens over. Op 7 en 8 december heeft EIES23 plaats in Waagnatie, Antwerpen. Tijdens plenaire en parallelle sessies vertellen onder meer C-level-beslissers en experts hoe de Europese industrie de klimaatuitdagingen kan aangaan en tegelijkertijd competitief kan blijven. Geen de-industrialisatie, maar re-industrialisatie! Hoe maken we de beloftes waar van groene en blauwe waterstof, circulaire en biogebaseerde grondstoffen, groene ammoniak, koolstofopslag en -gebruik, hernieuwbare energieopwekking, elektrificatie, biotech en meer? EIES23 geeft een podium aan vernieuwende projecten, verbindende initiatieven, nevenevenementen, een Young Professional-competitie en de Dragons’ Den of Transition.

Ga voor meer informatie en inschrijven naar: www.industryandenergy.eu

we dat verhaal ook steeds meer moeten brengen. Vanuit dat perspectief bevinden we ons nu in een zeer interessante tijd.’

Onbekende massa

En dan is de relatie met verduurzaming ook zo gelegd. Ontwikkelingen op het gebied van duurzame energie, maar ook de transitie van de industrie, het heeft allemaal – hopelijk positieve – invloed op klimaatverandering. Toen Brokken onlangs werd gevraagd om European Industry and Energy Summit 2023 – 7 en 8 december in Antwerpen – mee te modereren, reageerde ze meteen enthousiast. Als weervrouw, scheikundige en jonge klimaatjournalist weet ze ook al de positie die ze gaat innemen: ‘Het meest ga ik letten op de plannen van de industrie op het gebied van verduurzaming. Hoe speelt “die onbekende massa in het noorden van Antwerpen” in op klimaatverandering, bijvoorbeeld met innovatieve oplossingen?’ ■

PETROCHEM 4 - 2023 13

Industriële transformatie van Zeeland en Gent

Grensoverschrijdende samenwerking tussen industriële clusters is meer nodig dan ooit. Wat dat betreft geven de regio’s Zeeland en Gent het goede voorbeeld. Ruim vijf jaar geleden gingen hun havenbedrijven samen in North Sea Port. Met veel focus op de procesindustrie. En de ambities op het vlak van industriële transformatie lijken steviger dan ooit. Van groene ammoniak tot chemische bouwstenen uit CO2

De procesindustrie in Europa verkeert in zwaar weer. Hoge energieprijzen, stijgende kosten voor personeel en equipment, meer nadruk op de gezondheid van de omwonenden, klimaatuitdagingen en meer trekken een zware wissel op het voortbestaan van veel Europese fabrieken. Om te overleven lijkt een vlucht naar voren noodzakelijk. Groenere processen en grondstoffen kunnen zowel de klimaatuitdagingen aangaan als de afhankelijkheid van landen buiten Europa verminderen, of op zijn minst flexibiliseren.

Orkestratie

stelde CEO Daan Schalck indertijd in Petrochem. ‘We hebben een onderzoek laten uitvoeren door McKinsey. Daarin werd ook de vraag gesteld wat er zou gebeuren als Gent met Antwerpen zou fuseren. Dat lijkt misschien een voor de hand liggende keuze, maar dat is het niet. In havens als Antwerpen en Rotterdam wordt bijna alles afgemeten aan de opslag en doorvoer van containers. Zowel Gent als Zeeland willen deze tonnen-fetisj juist loslaten. We richten ons allebei veel meer op de toevoegende waarde van de industrie.’ Na de fusie werd North Sea Port de derde industriehaven van Europa.

Een belangrijk antigif voor de-industrialisatie lijkt samenwerking. Door meer van elkaar te leren, gecombineerd met slimmere en toekomstbestendige onderlinge infrastructuur en meer orkestratie daarvan, kunnen industriële clusters in Noordwest-Europa elkaar versterken. Wat is er nodig om gezamenlijk de vlucht naar voren te maken? Kan de urgentie van een re-industrialisatie van Europa de clusters dichter bij elkaar brengen en zogenoemde trilaterale samenwerking eindelijk vlottrekken? Met name de industrie in België, Duitsland en Nederland is al met elkaar verknoopt, maar kan nog veel meer baat hebben bij een nauwere samenwerking.

Derde industriehaven

Wellicht kunnen de clusters een voorbeeld nemen aan North Sea Port. Waar grote clusters als Rotterdam en Antwerpen het afgelopen decennium nauwelijks dichter bij elkaar zijn gekomen, is ruim vijf jaar geleden zelfs een grensoverschrijdend havenbedrijf ontstaan: North Sea Port. Per 1 januari 2018 gingen Zeeland Seaports en Havenbedrijf Gent samen. ‘De gebieden sluiten naadloos aan’,

Scherper in beeld

Die nadruk op industrie is vijf jaar later onverminderd. En ook de mogelijkheden voor de transformatie van de industrie in Zeeland en de regio rond Gent krijgen steeds meer vorm. Een uitdagende puzzel, met grote industriële productiebedrijven als Dow Chemical, staalbedrijf ArcelorMittal, de raffinaderij van Zeeland Refinery en kunstmestfabrikant Yara in het gebied. De aanwezigheid van dergelijke bedrijven, maar ook de ligging aan de Noordzee, geeft meteen richting aan de mogelijkheden voor transitie. Dat blijkt ook wel uit de aangekondigde investeringsprojecten en -plannen. Daarbij lijkt veel focus te liggen op de productie, opslag en import van groene waterstof en ammoniak. De productie van groen staal, de afvang, opslag en ook hergebruik van CO2 en CO. En niet te vergeten het hergebruiken van kunststofafval als grondstof.

Om de ontwikkelingen wat scherper in beeld te krijgen, hierbij de industriële transformatie van het North Sea Port cluster in vijf beelden.

PETROCHEM 4 - 2023 14 REGIO NORTH SEA PORT

Net als bij andere industriële clusters aan zee, heeft de regio van North Sea Port uitgebreide plannen voor groene waterstof. Met name in Zeeland. Al eerder werd een nuchtere stap gezet door Dow, Yara en Gasunie. Dow had in Terneuzen al jaren een overschot aan waterstof, terwijl Yara geen waterstof genoeg kan krijgen om er eerst ammoniak en vervolgens kunstmest van te maken. Door een oude gasleiding van Gasunie weer in gebruik te nemen, maar dan voor het transport van waterstof is, ontstond een mooie match.

Naast Yara zijn er meer grote netto-gebruikers van waterstof in het gebied, denk bijvoorbeeld aan Zeeland Refinery. Inmiddels zijn er verschillende plannen in Zeeland om de huidige vraag deels te vergroenen. Gasunie en North Sea Port ontwikkelen een regionaal transportnetwerk voor waterstof in Zeeland. Het Hydrogen Delta Network NL wordt een open netwerk dat in 2027 wordt verbonden met de landelijke waterstofinfrastructuur die Gasunie in Nederland ontwikkelt.

Ook aan de productiekant van waterstof zijn er verschillende initiatieven. Naast plannen voor blauwe waterstof, waarbij CO2 wordt afgevangen en opgeslagen, zijn er ook veel initiatieven voor de elektrolyse van water. Zo wil Ørsted in Zeeland in twee fasen een elektrolysecapaciteit van 1 gigawatt realiseren. Het bedrijf wil die koppelen aan een groot windmolenpark (2GW) in het Nederlandse deel van de Noordzee. In een eerste fase gaat het om 500 megawatt aan elektrolysecapaciteit. De ontwikkeling van deze fase begint zodra de regelgeving en een regionaal waterstofnetwerk klaar is. De tweede fase is afhankelijk van de aansluiting op de nationale waterstofinfrastructuur.

Axelse Vlakte

Het bedrijf VoltH2 bouwt momenteel een groene waterstoffabriek in Vlissingen. Het gaat om een 25 megawatt elektrolyse-eenheid die jaarlijks tot 3.600 ton groene waterstof kan produceren. Sweco ontwerpt de installatie zo dat deze kan worden uitgebreid naar 100 MW. Aan de andere kant van het water heeft VoltH2 in Terneuzen, samen met Virya

Energy, ook plannen voor de bouw van een groene waterstoffabriek, op industriepark Axelse Vlakte. Het gaat hier eveneens om een 25 megawatt eenheid. Eventueel kan de productie later nog worden verdubbeld en mogelijk verdrievoudigd.

Verschillende

elektrolysetechnologieën

Ook Zeeland Refinery heeft plannen om groene waterstof te produceren. Daarbij gaat het om de bouw van een honderdvijftig megawatt elektrolyzer in Vlissingen. Deze zou vanaf 2025 waterstof aan de raffinaderij kunnen gaan leveren. Een groei naar één gigawatt in 2030 behoort ook tot de mogelijkheden. Het bedrijf wil schonere, groene waterstof inzetten voor haar productieprocessen. Air Liquide heeft vergevorderde plannen om een 200 MW elektrolyzer te bouwen in Terneuzen. Het project, ELYgator genaamd, integreert op een slimme manier twee verschillende elektrolysetechnologieën (PEM en alkaline) in één ontwerp. Als het project doorgaat, kan de installatie in 2024 beginnen met de productie van groene waterstof.

PETROCHEM 4 - 2023 15
BEELD: VOLTH2
Beeld 1: Groene waterstof in het verschiet VoltH2 bouwt in Vlissingen een 25 MW waterstoffabriek die jaarlijks tot 3.600 ton groene waterstof kan produceren.

Yara wil in Sluiskil de productie van kunstmest verregaand verduurzamen. Een belangrijke stap daarbij is het gebruik van groene ammoniak als chemische bouwsteen. Zo is het bedrijf van plan om zelf groene ammoniak produceren. Daarvoor werkt het samen met Ørsted. Een 100 megawatt elektrolyzer moet de windenergie van Ørsted omzetten in groene waterstof, waarmee Yara zo’n 75.000 ton groene ammoniak per jaar kan maken, en vervolgens groene meststoffen.

Groene ammoniak wordt ook gezien als een interessante drager van waterstof. Tansport van waterstof na omzetting in ammoniak heeft diverse voordelen. Zo wordt ammoniak al een lange tijd in diverse industrieën gebruikt en zijn de infrastructuren voor ammoniaksynthese volop aanwezig. Ook kan ammoniak vloeibaar worden bewaard in licht gekoelde tanks van -33 °C of bij kamertemperatuur onder een druk van 8-10 bar. Dit maakt het opslaan en vervoeren

van ammoniak relatief makkelijk en betaalbaar.

Gekoelde opslagcapaciteit Helaas heeft ammoniak ook nadelen. Naast dat het zeer giftig is, staat het kraken van ammoniak, om er weer waterstof van te maken, nog in de kinderschoenen. Bovendien zijn er na het kraken extra stappen nodig om de waterstof te zuiveren voor gebruik. Daarom is het vooralsnog veel interessanter om de ammoniak direct in te zetten als chemische bouwsteen, zoals bij de productie van kunstmest. Zeeland heeft daarom met de kunstmestfabrieken van Yara grote aantrekkingskracht voor de aanvoer van groene ammoniak uit zonovergoten oorden waar de productie van groene waterstof en vervolgens groene ammoniak beduidend goedkoper is dan in Noordwest-Europa. Denk daarbij aan landen als Portugal, Marokko, Chili en Australië.

Het is daarom niet verwonderlijk dat er in Zeeland ook plannen zijn voor de

aanvoer en opslag van groene ammoniak. Zo willen Uniper en Vesta een bestaande terminal van Vesta in Vlissingen opknappen en uitbreiden voor de opslag van ammoniak. Vesta Terminals heeft momenteel 60.000 kubieke meter gekoelde opslagcapaciteit voor ammoniak in Vlissingen en wil in een eerste fase naar een doorvoercapaciteit van 96.000 ton per jaar. De ingebruikname voor de uitbreiding is gepland voor begin 2026.

Overige infrastructuur

Ook Vopak Terminal Vlissingen treft voorbereidingen getroffen voor de opslag van groene ammoniak. Twee bestaande gekoelde LPG-opslagtanks, met een capaciteit van elk 55.000 kubieke meter, kunnen hiervoor gereed worden gemaakt. Ligplaatsen, leidingen en overige infrastructuur zijn aanwezig. Ook is er ruimte beschikbaar voor uitbreidingen en andere industriële activiteiten zoals een installatie om de ammoniak weer om te zetten naar groene waterstof.

PETROCHEM 4 - 2023 16 REGIO NORTH SEA PORT
BEELD: WIM RAAIJEN
Beeld 2: Groene ammoniak

De haven van Gent wil een hub worden voor het vloeibaar maken en opslaan van CO2. Als het aan initiatiefnemers Fluxys, ArcelorMittal en North Sea Port ligt, verwerkt Ghent Carbon Hub vanaf 2027 zes miljoen ton CO2 per jaar. Met dat doel zijn de drie partijen een haalbaarheidsonderzoek begonnen.

Inmiddels ontvingen de drie partijen een 9,6 miljoen euro EU-financiering voor een onderzoek naar de bouw van een CO2-terminal in Gent en CO2-leidingennetwerk naar Wallonië. De Ghent Carbon hub moet een open toegankelijke infrastructuur worden. Er komt in Gent een terminal voor de opslag van CO2 en een terminal waar het gas vloeibaar wordt gemaakt. Daarnaast moet

er een CO2-leidingennetwerk komen. Daarbij ontwikkelt Fluxys een verbinding tussen Bergen en Gent om de CO2 van bedrijven in Wallonië te kunnen afvoeren. De geproduceerde vloeibare CO2 zal met schepen naar een permanente opslag op zee worden vervoerd. Het grootschalige opslaan van CO2 zal op de korte en middellange termijn nodig zijn om klimaatdoelstellingen te behalen. De meest elegante manier is het echter niet. Veel mooier zou het zijn als de koolstof uit kooldioxide kan worden hergebruikt als chemische bouwsteen voor brandstoffen, materialen of zelfs proteïnen.

Geavanceerde ethanol

Wat dat betreft mogen ArcelorMittal en Lanzatech in Gent koplopers worden

genoemd. In juni produceerde hun nieuwe fabriek in Gent de eerste ethanol uit de afvalgassen CO2 en CO van de staalproductie van ArcelorMittal.

De fabriek werd in december 2022 in gebruik genomen en in mei dit jaar werden de eerste gassen van de hoogoven veilig in contact gebracht met de biokatalysator van LanzaTech. De 200 miljoen euro kostende Steelanol-faciliteit is de eerste in zijn soort voor de Europese staalindustrie.

De geproduceerde ethanol dient als bouwsteen voor de productie van verscheidene chemische producten, waaronder brandstof voor transport, verf, kunststoffen, kleding en zelfs cosmetische parfum. ArcelorMittal en LanzaTech brengen de geavanceerde ethanol gezamenlijk op de markt.

PETROCHEM 4 - 2023 17 FOTO: ARCELORMITTAL
Beeld 3: CO2-hub en -hergebruik ArcelorMittal zet in de Steelanol-fabriek in Gent afvalgassen uit het staalproductieproces om in ethanol.

Bouwen aan persoonlijke en duurzame relaties

Wij zijn Selectum, de betrokken detacheerder van technisch personeel in Nederland. Dat betekent dat wij ook na een plaatsing altijd contact houden. Hoe vergaat het jou bij je nieuwe werkgever? En wat zijn de mogelijke volgende stappen in je carrière? Dat betekent ook wij geloven in het bouwen van persoonlijke en duurzame relaties. Zowel met reeds geplaatste technische specialisten, potentiële kandidaten als met onze opdrachtgevers. Want bij ons is iedereen vooral een mens en niemand een nummer.

Varianten

C M Y CM MY CY CMY K ai1692956095338_STU_ADV_185x132mm_Earthing_NL.pdf 1 25/08/2023 11:34:57

Het opslaan en hergebruiken van afvalgassen is niet de enige transitieroute voor staalfabrikant ArcelorMittal in Gent. Twee jaar geleden kondigden ArcelorMittal, de federale Belgische en de Vlaamse overheid aan samen 1,1 miljard euro te investeren om de productie van staal te vergroenen. ArcelorMittal wil zijn CO2-uitstoot met 3,9 miljoen ton per jaar terugdringen.

Het staalbedrijf investeert daartoe in een zogenoemde DRI-oven (direct-gereduceerd ijzer) en twee elektrische ovens. Voor de productie van staal wordt momenteel fossiele steenkool ingezet, onder meer om ijzer uit ijzererts te halen. Een DRI-oven gebruikt gas in plaats van steenkool. In eerste instantie wordt gekeken naar aardgas, maar op langere termijn kan (groene) waterstof voor een

verdere verduurzaming zorgen omdat er bij de verbranding dan helemaal geen CO2 vrijkomt, wat bij aardgas nog wel het geval is. In juni gaf de Europese Commissie groen licht voor de Belgische investeringssteun van 280 miljoen euro aan deze vergroeningsstap van de staalproductie bij ArcelorMittal in Gent.

Elektrochemisch

DRI is overigens één van de drie technologieën waarnaar ArcelorMittal kijkt om de CO2-uitstoot te verminderen. Het bedrijf onderzoekt daarnaast de mogelijkheden van Smart Carbon. En samen met John Cockerill heeft het staalconcern plannen om een lage-temperatuur ijzerelektrolyse fabriek te bouwen. Deze installatie moet gebruik gaan maken van de zogenoemde Volteron-technologie. Dit is een innovatief elektrochemisch

proces om ijzeroxide te verwerken tot ijzerplaten.

Het gaat om een direct elektrolyseproces dat bij lage temperatuur plaatsvindt. Het wordt gebruikt om met elektriciteit ijzer uit ijzererts te winnen. Het proces is op pilotschaal bewezen. De ijzeren platen die met dit proces worden gemaakt, worden tot staal verwerkt in een vlamboogoven. ArcelorMittal wil het proces voor 2027 op commerciële schaal uitvoeren en hiermee het eerste bedrijf zijn dat staal kan maken via deze route. Het is nog niet bekend waar de nieuwe fabriek zal worden gebouwd.

In het geval van Smart Carbon moeten de hoogovens worden aangepast om gebruik te kunnen maken van schone energiebronnen zoals bio-energie. Daarbij wordt het CO2 afgevangen en opgeslagen.

PETROCHEM 4 - 2023 19 FOTO: ARCELORMITTAL
Beeld 4: Groene staalproductie ArcelorMittal’s bestaande walserij in Gent

Beeld 5: Circulaire grondstoffen

Een belangrijke transitierichting in het North Sea Port gebied is ook de inzet van circulaire grondstoffen. Zo willen Neste en Ravago in Vlissingen een fabriek bouwen die plastic afval gaat verwerken met de thermochemische liquefactietechnologie van het Amerikaanse Alterra Energy. De installatie krijgt een verwerkingscapaciteit van ongeveer 55 kiloton gemengd plastic afval per jaar. De installatie is bedoeld als startpunt van gezamenlijke wereldwijde activiteiten op het gebied van chemische recycling.

Erg actief op het gebied van recycling

PROJECTEN NORTH SEA PORT

Opdrachtgever: Air Liquide

Waar: Terneuzen

Investering: onbekend

Beslissing: 2022

Opdrachtgever: Alpha Terminals

Waar: Vlissingen

Investering: 450 miljoen

Afronding: 2022

is ook kunststoffabrikant Trinseo in Terneuzen. Dat heeft afgelopen zomer bijvoorbeeld haar pilotinstallatie voor het terugwinnen van polycarbonaat in gebruik genomen. Het bedrijf ontwikkelde de ‘dissolution recycling’ technologie waarmee de polymeren met behulp van oplosmiddelen terug kunnen worden gewonnen. De geëxtraheerde polymeren kunnen opnieuw worden gebruikt in plastic productie.

Extra zwart pigment

Het is overigens niet de eerste stap van Trinseo in recycling. In de nieuwe compounding-fabriek – sinds 2019 in

gebruik – slaagt het bedrijf er regelmatig in om tot vijftig procent circulair granulaat te mengen bij het virgin geproduceerde ABS of polycarbonaat. De fabriek is een scharnierpunt in de ambities van Trinseo om steeds meer met circulaire grondstoffen te produceren. Een groot deel van de plastics uit de fabriek gaat naar de automobielindustrie. Dat is een voordeel voor het hergebruik van kunststoffen. Veel kunststofonderdelen van auto’s zijn immers zwart. En die kleur is het gemakkelijkst te maken met mechanisch gerecycled, bont granulaat. Je hoeft er vaak alleen maar wat extra zwart pigment aan toe te voegen.

Air Liquide heeft vergevorderde plannen om een 200 MW elektrolyzer te bouwen in Terneuzen. Het project, ELYgator genaamd, integreert op een slimme manier twee verschillende elektrolysetechnologieën (PEM en alkaline) in één ontwerp. Als het project doorgaat, kan de installatie in 2024 beginnen met de productie van groene waterstof.

Alpha Terminals investeert 450 miljoen euro in een nieuwe terminal voor vloeibare bulk in het havengebied van Vlissingen. De tankterminal krijgt 59 tanks met een gezamenlijke opslagcapaciteit van 720.000 kubieke meter. Daarnaast komt er een steiger voor het lossen en laden van zee- en binnenvaartschepen.

PETROCHEM 4 - 2023 20 REGIO NORTH SEA PORT
FOTO: NESTE/ PETER BUTEIJN De locatie in Vlissingen waar Neste en Ravago een fabriek willen bouwen die ongeveer 55 kiloton gemengd plastic afval per jaar gaat verwerken met de thermochemische liquefactietechnologie van het Amerikaanse Alterra Energy.

Opdrachtgever: ArcelorMittal

Waar: Gent

Investering: onbekend

Afronding: 2027

Opdrachtgever: Engie en Equinor

Waar: Gent

Investering: onbekend

Beslissing: onbekend

Opdrachtgever: Evolution Terminals

Waar: Vlissingen

Investering: onbekend

Afronding: 2023

Opdrachtgever: Neste en Ravago

Waar: Vlissingen

Investering: onbekend

Afronding: onbekend

Opdrachtgever: Ørsted

Waar: Zeeland

Investering: onbekend

Beslissing: onbekend

Opdrachtgever: Uniper en Vesta

Waar: Vlissingen

Investering: onbekend

Afronding: begin 2026

Opdrachtgever: VoltH2

Waar: Vlissingen

Investering: 35 miljoen euro

Beslissing: eind 2022

Opdrachtgever: VoltH2 en Virya Energy

Waar: Terneuzen

Investering: 40 miljoen euro

Beslissing: eind 2022

Opdrachtgever: Zeeland Refinery

Waar: Vlissingen

Investering: onbekend

Beslissing: onbekend

Opdrachtgever: Yara

Waar: Sluiskil

Investering: onbekend

Beslissing: 2022

ArcelorMittal en John Cockerill hebben plannen om een lage-temperatuur ijzerelektrolyse fabriek te bouwen. Deze installatie maakt gebruik van de zogenoemde Volteron-technologie. In eerste instantie zal de fabriek 40.000 tot 80.000 ton ijzerplaten per jaar maken. Het is de bedoeling dat de plant in 2027 wordt opgestart.

Engie en Equinor onderzoeken de technische en economische haalbaarheid van een fabriek die blauwe waterstof produceert in Gent. Het H2BE-project gebruikt autothermische reforming-technologie (ATR) om waterstof uit aardgas te produceren. Afgevangen CO2 wordt vervolgens getransporteerd en opgeslagen onder de Noorse Noordzee.

Evolution Terminals ontwikkelt in Vlissingen een terminal voor de opslag van vloeibare bulkgoederen. Het bedrijf is van plan minimaal 619.000 kubieke meter vloeibare bulkopslagcapaciteit en een diepwatersteiger met een diepgang tot 17 meter te bouwen. De terminal krijgt ook infrastructuur voor het laden en lossen van vrachtwagens en treinen.

Neste en Ravago willen in Vlissingen een fabriek bouwen die plastic afval gaat verwerken met de thermochemische liquefactietechnologie van het Amerikaanse Alterra Energy. De installatie krijgt een verwerkingscapaciteit van ongeveer 55 kiloton gemengd plastic afval per jaar.

Ørsted wil in twee fasen een elektrolysecapaciteit van 1 GW realiseren. Het bedrijf wil die koppelen aan een groot windmolenpark (2GW) in het Nederlandse deel van de Noordzee. In een eerste fase gaat het om 500 MW aan elektrolysecapaciteit. De ontwikkeling van deze fase begint zodra de regelgeving en een regionaal waterstofnetwerk klaar is.

Uniper en Vesta willen een bestaande terminal van Vesta in Vlissingen opknappen en uitbreiden voor de opslag van ammoniak. Vesta Terminals heeft momenteel 60.000 kubieke meter gekoelde opslagcapaciteit voor ammoniak in Vlissingen en wil in een eerste fase naar een doorvoercapaciteit van 96.000 ton per jaar.

VoltH2 bouwt een groene waterstoffabriek in Vlissingen. Het gaat om een 25 MW elektrolyse-eenheid die jaarlijks tot 3.600 ton groene waterstof kan produceren. Sweco ontwerpt de installatie zo dat deze kan worden uitgebreid naar 100 MW. De investering voor de eerste fase is begroot op 35 miljoen euro.

VoltH2 Terneuzen en Virya Energy bereiden de bouw van een groene waterstoffabriek op industriepark Axelse Vlakte in Terneuzen voor. Het gaat om een 25 MW elektrolyzer. De fabriek zal jaarlijks tot 3.600 ton groene waterstof produceren. Eventueel kan de productie later nog worden verdubbeld en mogelijk verdrievoudigd.

Zeeland Refinery heeft plannen voor de bouw van een honderdvijftig megawatt elektrolyzer in Vlissingen. Deze zou vanaf 2025 waterstof aan de raffinaderij kunnen gaan leveren. Een groeipad naar één gigawatt in 2030 behoort ook tot de mogelijkheden.

Yara wil in Sluiskil groene ammoniak produceren. Daarvoor werkt het samen met offshore windparkontwikkelaar Ørsted. Een 100 megawatt elektrolyzer moet de windenergie van Ørsted omzetten in groene waterstof, waarmee Yara zo’n 75.000 ton groene ammoniak per jaar kan maken, en vervolgens groene meststoffen.

PETROCHEM 4 - 2023 21

Nieuwe Omgevingswet verlegt verantwoordelijkheid voor PGS 31 verplichting

Bedrijven met chemische stoffen in opslagtanks krijgen vanaf 1 januari 2024 te maken met de nieuwe Omgevingswet. Deze wet bevat minder regels, maar bedrijven krijgen een grotere verantwoordelijkheid voor het voldoen aan de PGS 31 en de BRL SIKB 7800 richtlijn. En hiermee dus ook voor de veiligheid van hun installaties en een gezonde leef- en werkomgeving. Bedrijven met opslaginstallaties van 250 tot 150.000 liter moeten al sinds 2018 voldoen aan de PGS 31 en de BRL SIKB 7800 (voorheen BRL-K903).

Bedrijven worden zich bewust van de komende verandering, merkt Arie Bakker, inspecteur en specialist PGS 31 bij Equans, in de praktijk. ‘We krijgen meer vragen over wat PGS 31 precies inhoudt. PGS betekent Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen, en 31 gaat specifiek over niet-brandbare gevaarlijke stoffen. In de richtlijn staat wat bedrijven die deze stoffen verhandelen, opslaan of produceren, moeten doen. Hoe de installatie eruit hoort te zien, hoe die moet worden gebouwd met oog voor de veiligheid van mens, dier en milieu. Er staan bijvoorbeeld regels voor brandbestrijding en veilige afstanden in, en andere maatregelen om rampen te voorkomen.’

BRL SIKB 7800

De nieuwe richtlijn PGS 31 staat niet op zichzelf, maar houdt nauw verband met de BRL SIKB 7800 richtlijn die is gericht op de controle van de technische staat en het onderhouden van installaties. ‘Voordat je een installatie bouwt, moet je voldoen aan PSG 31 eisen. Eenmaal gebouwd mag de tankinstallatie pas in gebruik worden genomen als een gecertificeerde installateur een kwaliteitsverklaring heeft afgegeven volgens BRL SIKB 7800.’ Bakker komt nog veel oudere installaties tegen die niet tot nooit zijn gecertificeerd of niet gebouwd zijn volgens

de PGS 31. Deze kunnen een intredekeuring krijgen of opnieuw worden gecertificeerd aan de hand van een classificatie die staat in de BRL SIKB 7800. Opnieuw certificeren heeft voor bedrijven veel voeten in de aarde. ‘Het verschilt per bedrijf. Als je een bestaande installatie herkeurt op basis van die 7800 en deze voldoet niet meer, dan zal een bedrijf bijvoorbeeld een nieuwe tank moeten kopen of het leidingensysteem moeten aanpassen. Dat vergt de nodige investeringen, en wat vooral van belang is: de productie komt stil te liggen. Het is een puzzel om onderhoud te kunnen plegen, soms regelen we tijdelijke opslag totdat een bedrijf de mogelijkheid heeft om de installatie of delen ervan te vervangen.’

Installatiecertificaat

Bij nieuw te installeren tankinstallaties geldt een algemene maximale herkeuringstermijn voor een tank van tien jaar. Er zijn langere keuringstermijnen mogelijk, vijftien tot twintig jaar, waarbij de tankinstallatie veilig in bedrijf kan worden gehouden. Dit wordt bepaald per type tankinstallatie, materiaal en opgeslagen stof. Bij bepaalde combinaties van kunststoftanks en opgeslagen stof kan de maximale keuringstermijn vijf jaar bedragen. De herkeuringsperiodes worden na de eerste periode bepaald aan de hand van de staat van de installatie. Hierbij kunnen weersinvloeden een factor zijn.

Meer informatie over de nieuwe Omgevingswet, PGS 31 en BRL SIKB 7800 is te vinden in de whitepaper van Equans: De gevolgen van BRL SIKB 7800 en PGS 31 voor bedrijven met tankinstallaties. Deze is gratis te downloaden op equans.nl/PGS31.

Bakker wijst erop dat een gecertificeerde tank alleen niet voldoende is. ‘De Omgevingswet eist een installatiecertificaat dat loopt vanaf het vulpunt, daar waar een vrachtwagen staat te lossen, tot aan het doseerpunt, daar waar men het gaat gebruiken. Dat geldt ook voor alles wat ertussen zit; leidingwerk, afsluiters, appendages en doseerkast. Veel bedrijven denken dat ze klaar zijn als ze hun tank laten keuren, maar het installatiecertificaat loopt

PETROCHEM 4 - 2023 22 BRANDED CONTENT

Volgens Arie Bakker van Equans worden met de nieuwe Omgevingswet eigenaren en niet de installateurs echt verantwoordelijk voor hun installaties.

dus van je vulpunt tot aan je doseerpunt. De tank is leidend qua herkeuring, maar de rest moet eveneens worden gekeurd. Zo moeten de leidingen allemaal worden getest en geperst, ook daar zit een keuringseis aan.’

ondernemen om ervoor te zorgen op tijd gecertificeerd te zijn. ‘Alleen gecertificeerde technische dienstverleners, zoals Equans, mogen tankinstallaties inspecteren, modificeren, keuren en certificeren. KIWA voert jaarlijks een audit uit bij deze bedrijven. Voor de PG 31 zijn er niet zo heel veel gecertificeerde installateurs die dit mogen. Misschien dat daar wat meer wachttijd om de hoek komt kijken.’

Goed huisvaderschap

Nu het ernaar uitziet dat de nieuwe Omgevingswet in 2024 zal ingaan, zitten bedrijven er volgens Bakker wat meer bovenop. Het is volgens hem zaak om tijdig actie te

Met de nieuwe Omgevingswet worden volgens Bakker eigenaren en niet de installateurs echt verantwoordelijk voor hun installaties. ‘Het draait om goed huisvaderschap. Je kunt jezelf niet verschuilen achter de installateur of zeggen: “Ik wist het niet.” Dat zal niet meer worden geaccepteerd. Je mag als opdrachtgever natuurlijk wel verwachten dat de installateur je de juiste handleiding geeft en tips om zaken op te lossen.’

PETROCHEM 4 - 2023 23
Arie Bakker: ‘Veel bedrijven denken dat ze klaar zijn als ze hun tank laten keuren, maar het installatiec ertificaat loopt van je vulpunt tot aan je doseerpunt.’
FOTO: EQUANS

Djewels moet potentie technologie bewijzen

Waterstofproductie op gigawatt-schaal is nodig om processen in de chemische industrie te verduurzamen. Daarbij is niet alleen veel energie nodig maar gaat bijvoorbeeld ook ruimte een belangrijke rol spelen. Daarom wil HyCC met het Djewels-project – een 20 MW elektrolyzer op Chemie Park Delfzijl – ervaring opdoen met nieuwe technologie: traditionele alkaline, maar wel onder druk en met hogere stroomdichtheid. ‘We zien de grote potentie van een compacte, energie-efficiënte en snel regelbare fabriek’, zegt Joost Sandberg van HyCC.

Hoewel de productie van waterstof via traditionele elektrolyse energie-efficiënt en betrouwbaar is, kent deze technologie ook nadelen. Alkaline is minder flexibel kan dus niet zo goed meebewegen met het directe aanbod van zonne- en windenergie. Met dat laatste kan PEM dan weer wel goed uit de voeten, en bovendien neemt dit type elektrolyzer minder ruimte in. Maar PEM is afhankelijk van de beschikbaarheid van iridium, en dat is een serieus beperkende factor. Ook andere technologieën om waterstof uit water te produceren, zoals solid oxide en AEM (anion exchange membranes), hebben hun voors en tegens. Het lijkt er daarom op dat voor elke situatie een ander type elektrolyzer zal worden ingezet, afhankelijk van welke factoren in die omstandigheden prioriteit hebben.

Willen we in de toekomst grote elektrolyzers van 200 MW of zelfs 500 MW inzetten om de chemische industrie te verduurzamen, dan gooit alkaline met betrouwbaarheid en energie-efficiëntie hoge ogen. Maar op deze schaal gaat ruimte ook een belangrijke rol spelen.

Valt alkaline dan toch af? Als het aan HyCC ligt niet. Het waterstofbedrijf van Nobian en de Green Investment Group wil op Chemiepark Delfzijl een 20 MW elektrolyzer bouwen die ongeveer 3.000 ton groene waterstof per jaar gaat maken. Deze elektrolyzer is gebaseerd op traditionele alkaline-technologie, maar is toch innovatief. De splitsing van water gebeurt namelijk onder druk en met een hogere stroomdichtheid. Vooral dat laatste maakt dat er meer waterstof kan worden geproduceerd op hetzelfde oppervlak.

Weerstand

Hogere stroomdichtheid is een van de heilige gralen die we allemaal onderzoeken, stelt Joost Sandberg, commercieel directeur HyCC en verantwoordelijk voor het Djewels-project op Chemie Park Delfzijl. ‘Hogere stroomdichtheid betekent dat we meer stroom door dezelfde oppervlakte van een elektrolyzer sturen. Op die manier kun je met dezelfde apparatuur meer waterstof maken. Dat klinkt logisch, maar in de praktijk is dit best complex omdat er in het proces dingen gebeuren die het gewenste effect tegengaan.’

Even terug naar de basis: bij elektrolyse wordt een elektrische spanning aangebracht tussen elektroden, een anode en een kathode. Hierdoor bewegen positief geladen deeltjes naar de kathode en negatief geladen deeltjes naar de anode. In het geval van water komt waterstof vrij aan de kathode en zuurstof aan de anode. Daarbij ontstaan bubbeltjes, immers waterstof en zuurstof zijn bij atmosferische druk gasvormig. Sandberg: ‘Als je de stroomdichtheid verhoogt, maak je meer gas, dus meer bubbels. Maar die bubbels zorgen voor weerstand. Daardoor gaat de efficiëntie van de elek-

PETROCHEM 4 - 2023 24 PROJECT
Liesbeth Schipper

trolyse niet omhoog, maar juist omlaag. We zoeken dus een manier om zoveel mogelijk bubbels te maken en toch zo weinig mogelijk weerstand.’

Druk

Een nieuw type elektrolyzer van McPhy lijkt dit te kunnen. ‘McPhy gebruikt bijzondere materialen die ervoor zorgen dat de bubbels sneller loskomen van de

MATERIALEN

elektrodes’, vertelt Sandberg. ‘Een ander voordeel van deze technologie is dat de elektrolyzer onder druk opereert. Daar-

Om in 2030 grote elektrolyzers van bijvoorbeeld 500 MW te kunnen bouwen, moet de industrie nu aan de slag om technologie verder te ontwikkelen, efficiëntie te verbeteren veiligheid te onderzoeken. ‘En we kijken dus bijvoorbeeld naar ruimtegebruik. In het geval van Djewels onderzoeken we daarvoor druk en stroomdichtheid’, vertelt Joost Sandberg van HyCC. ‘Maar we verliezen ook zeker niet uit het oog welke materialen we kunnen gebruiken bij de opschaling van elektrolyzers. We willen bij een grotere schaal niet tegen de beperking van allerlei zeldzame aardmetalen aanlopen. Dat is voor ons een reden om op dit moment voor alkaline te kiezen. De basis van deze technologie is nikkel en dat is een breed beschikbaar materiaal.’

door worden de bubbels kleiner terwijl er net zoveel waterstof in zit.’

De verhoogde druk in het proces levert daarnaast ook op het gebied van energie-efficiëntie en betrouwbaarheid winst op, verwacht Sandberg. ‘In alle toepassingen van waterstof, of het nou voor mobiliteit of voor de industrie is, heb je wel een mate van druk nodig. Als je waterstof met een atmosferisch proces produceert, gebruik je compressoren om de waterstof onder druk te brengen. Maar compressoren gebruiken veel energie. Deze maken dat de energie-efficiënte van de fabriek omlaag gaat.’

Bovendien betekent meer apparatuur ook dat er meer kans is dat er iets kapot-

PETROCHEM 4 - 2023 25
BEELD: HYCC
Joost Sandberg: ‘We verwachten dat we uiteindelijk een simpelere fabriek kunnen maken, die beter kan reageren op het fluctuerende elektriciteitsaanbod.’

gaat, stelt Sandberg. ‘Bedenk dat we met deze fabriek de wind en de zon willen volgen. Dus er gaat meer en minder stroom in de fabriek en dat heeft direct

BIOMCN

invloed op de hoeveelheid waterstof die wordt geproduceerd. Deze dynamische productie zou je, als je de waterstof nog onder druk zou moeten brengen, goed

moeten aansluiten op de compressoren. Dat zorgt voor complexiteit. We verwachten dat we uiteindelijk een simpelere fabriek kunnen maken, die beter kan reageren op het fluctuerende elektriciteitsaanbod, door deze stap eruit te halen.’

Verwachten

De technologie van McPhy combineert de voordelen van alkaline-elektrolyse met een energie-efficiënte en snel regelbare fabriek. Sandberg: ‘Dat maakt deze technologie zo interessant. En dat is dus wat we met de demonstratie van deze nieuwe technologie willen aantonen, maar ook willen ervaren. We verwáchten dat elektrolyse onder druk grote verbeteringen voor de overall energie-efficiëntie oplevert en bovendien voordelen biedt op het gebied van betrouwbaarheid. Want we verwáchten dat het dynamische gedrag van de waterstofproductie op deze manier beter op te vangen is.’

Het oorspronkelijke plan van Djewels was om de waterstof van de beoogde 20 MW elektrolyzer op Chemie Park Delfzijl, ongeveer 3.000 ton per jaar, te leveren aan BioMCN. Dit bedrijf produceert op hetzelfde terrein methanol en wilde de groene waterstof combineren met CO2 uit haar proces om er e-methanol van te maken. In 2021 legde moederbedrijf OCI de twee productielijnen van BioMCN echter stil vanwege de extreem hoge gasprijzen in Europa. Het zag er niet goed uit voor het bedrijf, dat sinds maart is omgedoopt tot OCI Methanol Europe. Onlangs maakte OCI echter bekend de productie in Delfzijl te willen verduurzamen. Het bedrijf wil aardgas als grondstof in het proces vervangen door huishoudelijk afval en biomassa te gaan vergassen. Een investeringsbeslissing voor dit GasifHy-project staat gepland voor eind 2023. Wat dit betekent voor Djewels is nog niet bekend. ‘Het primaire doel van Djewels is om nieuwe technologie te demonstreren’, stelt Joost Sandberg van HyCC voorop. ‘En we willen heel graag waterstof aan OCI leveren omdat de productie van duurzame methanol een mooie toepassing is, maar het is niet een noodzakelijkheid. Er zijn ook andere mogelijkheden om dit project te laten slagen. Dat is een van de redenen waarom we bij dit project hebben gekozen voor Chemie Park Delfzijl. Het terrein is heel compact en goed op elkaar aangesloten. Op een relatief klein oppervlak hebben we veel mogelijkheden om onze waterstof toe te passen. Binnen de chemie, maar ook voor mobiliteit en energie zien we toepassingen.’

Sandberg legt expliciet de nadruk op het woord verwachten. ‘De losse elementen kunnen we beredeneren en aantonen, maar we moeten het ook zien omdat de manier waarop alles met elkaar samenhangt zeer complex is. Elektrochemie is helaas nog een empirisch gebeuren, we kunnen het heel moeilijk modelleren. We willen de technologie dus binnen Djewels gaan demonstreren om heel goed te kijken naar de effecten. Hoe blijven de elektroden er bijvoorbeeld onder als elektriciteit er hard in en weer uit gaat? Blijven die doen wat ze moeten doen, namelijk de belletjes zo snel mogelijk loslaten?’

Een belangrijk onderdeel van Djewels is daarom ook om de elektrolyzer voor een langere termijn flexibel te opereren. ‘We gaan dit drie jaar lang demonstreren, echt met wind en zon mee. We denken dat we het allemaal weten, maar we wil-

PETROCHEM 4 - 2023 26

len het zien, dat wat we verwachten ook echt gebeurt.’

Subsidie

In juli tekende HyCC officieel een contract met McPhy voor het leveren van de elektrolyzers voor Djewels. ‘McPhy heeft al een 1 MW installatie in Frankrijk staan om deze nieuwe technologie te testen. Maar wij willen nu vier van deze stacks van 1 MW in één module gebruiken, zodat we kunnen zien hoe ze

VEILIGHEID

zich samen gedragen. Hoe gaat bijvoorbeeld de gas/vloeistof-scheiding van vier stacks in één module? En dan koppelen we ook nog vijf modules aan elkaar, dus dat levert eveneens een nieuw dynamisch gedrag van de fabriek op. Deze sprong

In Hazop-studies spelen faalfrequenties een belangrijke rol. ‘We kunnen heel goed in kaart brengen wat de effecten van een incident zijn, maar willen meer kennis opbouwen over de kans op een incident, zeker met nieuwe technologie’, vertelt Joost Sandberg van HyCC. ‘Dat kun je theoretisch inschatten, maar we willen daarover binnen HyCC en ook industriebreed kennis en data opbouwen. Door nieuwe technologie te demonstreren kunnen we in de praktijk bepalen wat de faalfrequenties zijn. Wat gebeurt er nou echt in zo’n fabriek?’

Voor het Djewels-project heeft HyCC behoorlijk wat maatregelen genomen die conservatief te noemen zijn, stelt Sandberg. ‘We hebben vanuit de mogelijke effecten mitigerende maatregelen in het ontwerp meegenomen. Daarmee is de fabriek veilig en zijn we niet afhankelijk van een theoretisch inschatting. Voor grootschalige fabrieken in de toekomst willen we echter economisch beter onderbouwde keuzes kunnen maken. Ook dan kiezen we nog steeds voor veiligheid, maar naar verwachting niet meer met laag op laag op laag aan zekerheid, want dat maakt fabrieken heel duur.’

van 1 naar 20 MW brengt technologierisico’s met zich mee.’ HyCC krijgt daarom steun vanuit Europa. ‘The Fuel Cells and Hydrogen Joint Undertaking vindt het belangrijk dat deze technologie in Europa verder wordt ontwikkeld. Ook het Waddenfonds heeft ondersteuning aan het project gegeven. We wachten nu alleen nog op subsidie van de Nederlandse overheid. Eigenlijk gaat het er vooral om of Nederland vanuit Europa goedkeuring krijgt om subsidie te mogen aanbieden.’

Investeringsbesluit

Het is nog onbekend of en wanneer die goedkeuring er komt. ‘Maar als die er is, willen we heel snel het investeringsbesluit nemen. Daarom hebben we in juli ook al een contract getekend met Technip. De innovatieve technologie van McPhy moet passen in de gehele waterstoffabriek en daar gaat Technip Energies voor zorgen. Dat de samenhang tussen de kernequipment en de processen eromheen een veilige fabriek vormt.’

PETROCHEM 4 - 2023 27 ■
Joost Sandberg: ‘We denken dat we het allemaal weten, maar we willen het zien, dat wat we verwachten ook echt gebeurt.’

Contactloze radarniveaumeting accurater én breder inzetbaar

Met de VEGAPULS 6X serie wordt contactloze radarniveaumeting, dankzij een nieuwe chip en een nieuw ontwikkeld antennesysteem, voor nog meer applicaties mogelijk. Het kiezen en configureren van een nieuwe sensor wordt door het nieuwe 6X platform bovendien een stuk eenvoudiger dan voorheen. Het 6X platform is daarnaast intrinsiek cybersecure en dat maakt de sensor, met steeds strengere eisen rondom cybersecurity, toekomstbestendig.

Contactloze radarniveaumeting heeft zich de afgelopen jaren bewezen als een robuuste en accurate techniek voor talloze toepassingen. Toch is deze techniek door de introductie van de VEGA 6X serie nog verder verbeterd ten opzichte van vorige generaties radarniveaumeters. “Bij onze eerste generatie niveaumeters hadden we toch nog te maken met bepaalde limieten”, vertelt Rob Smulders, Business Development Manager bij VEGA. “Voorheen konden we bijvoorbeeld tot maximaal

veertig bar werken met onze hoogfrequente radar. Tegenwoordig is dat honderdzestig bar. Een vergelijkbaar verhaal geldt voor temperaturen. Nu kunnen we in dit soort hele lastige situaties toch niveau meten met onze hoge zendfrequentie van 80 GHz.” Concreet betekent het dat bepaalde applicaties, die vroeger eigenlijk alleen met andere meetprincipes – bijvoorbeeld geleide radar – konden worden uitgerust, nu uitstekend voorzien kunnen worden van contactloze radar. “En dat is eigenlijk altijd gunstiger”, weet Smulders. “Als je iets niet hoeft aan te raken, is dat voor alles beter.”

Verschil in de praktijk

Dat contactloos meten met de 6X generatie voor verbeteringen in het proces zorgt, weet Smulders uit de praktijk. “Ik had laatst een klant die dankzij de 6X sensor ongeveer vijf procent meer uptime heeft kunnen realiseren. Als je dat op een verjaardag vertelt, valt je neef misschien niet direct van z’n stoel, maar vijf procent is het verschil tussen een proces dat voorheen net aan goed

ging en een proces dat ineens wél soepel loopt. Een andere klant van ons, Kemira, waar speciale vloeistoffen voor de olie- en gasindustrie worden geproduceerd, ging van een niveaumeting die voor minder dan 90%

betrouwbaar was, naar een meting die 96% betrouwbaar is met de 6X niveaumeter. Dat maakt echt een groot verschil in je proces.”

Hoog dynamisch bereik

VEGA is niet de enige partij die 80 GHz radarniveaumeters bouwt. “De techniek bestaat nu ongeveer tien jaar en diverse partijen gebruiken die techniek in hun sensoren”, legt Smulders uit. “Wij zijn wel de enige partij die hierin zijn gespecialiseerd en we hebben hierin maximaal geïnvesteerd. De 6X chip, het hart van de sensor, hebben we in huis ontwikkeld en produceren we helemaal zelf. Ik durf dus ook echt wel hardop te zeggen dat wij de beste contactloze radarniveaumeter maken.”

De 6X chip zorgt, samen met het nieuw ontwikkelde antenne-systeem, voor een meting met een enorm hoog dynamisch bereik en een zeer lage ruis. “Je hebt dus minder interferentie van het radarsignaal, waardoor een schoner signaal het vat in gaat en een schoner signaal terugkomt. Dat betekent dat onze sensor, in applicaties waar sensoren van andere partijen het laten afweten, alsnog prima resultaten oplevert.”

Online bestellen

Waar VEGA voorheen een hele serie radarniveaumeters in het assortiment had, zijn alle soorten contactloze

‘Je hebt dus minder interferentie van het radarsignaal, waardoor een schoner signaal het vat in gaat en een schoner signaal terugkomt.’
ADVERTORIAL

niveaumeters nu in het 6X platform ondergebracht. “Vroeger moest je al weten welke uitvoering en specificaties je voor je proces nodig had, voordat je de juiste sensor kon bestellen. Bij het 6X platform doorloop je een serie vragen, waarna je een 6X sensor voor jouw specifieke proces kunt configureren. Elke 6X sensor is dus ook uniek en made to order. Alle sensoren uit de 6X serie zijn op het 6X platform gemaakt, maar hebben elk hun individuele specifieke eigenschappen.”

Volgens Smulders is die nieuwe manier van werken onder andere het gevolg van veranderingen in de procesindustrie. “Er zijn personeelstekorten, de oude rotten verlaten het vak en de nieuwe generatie moet maar ‘even’ de tijd zien te vinden om een serie nieuwe niveaumeters te configureren en bestellen. Wij maken dat configuratieen bestelproces een stuk makkelijker voor ze. Bovendien kan dat complete proces nu ook helemaal online worden gerealiseerd. Het kan overigens ook

nog steeds op de traditionele manier: stuur ons de tekeningen van je proces en wij zorgen voor de juiste sensor. De investering is in beide gevallen gelijk.”

(Cyber)security en safety

Bij de ontwikkeling van het VEGAPULS 6X platform is er sterk rekening gehouden met veiligheid. Niet alleen met procesveiligheid, want elke 6X is ook in ATEX en SIL te verkrijgen, maar ook met cyberveiligheid. “In de markt zie je dat de eindgebruiker nog nauwelijks bezig is met cybersecurity van meetapparatuur in het proces, maar wij vinden het belangrijk”, legt Smulders uit.

‘Ons complete 6X platform voldoet dus aan de internationale IEC 62443-4-2 norm met betrekking tot cybersecurity. Dat betekent dat het design intrinsiek cybersecure is. Je kunt een bestaande sensor niet achteraf cybersecure maken, zo werkt het niet. Wij hebben het 6X platform dus vanaf de tekentafel ontworpen met cybersecurity als basisvoorwaarde. Het lijkt me een prettige gedachte dat als je veel geld investeert in nieuwe meetapparatuur, dat die klaar is voor de toekomst.”

VEGA anticipeert niet alleen op veiligheid, maar ook op het nieuwe communicatieprotocol dat eraan zit te komen. “Vanaf volgend jaar zijn de VEGAPULS 6X sensoren ook in APL verkrijgbaar”,

besluit Smulders. “Met dit snelle protocol wordt contactloze radar voor nog meer applicaties mogelijk.”

Kijk voor meer informatie en de specificaties op: https://www.vega.com/ nl-nl/radar

VEGA NL

Arnhemseweg Zuid 213-2

3817 CG Amersfoort

www.vega.com

“Ons complete 6X platform voldoet aan de internationale IEC 62443-4-2 norm met betrekking tot cybersecurity.”

PLANTMANAGER

Koole Tankstorage Pernis is een belangrijke speler in de opslag van plantaardige oliën en vetten in de haven van Rotterdam. In de afgelopen jaren heeft het bedrijf fors ingezet op veiligheid, verduurzaming en een cultuurverandering waarbij de nadruk ligt op veiligheid en teamwork. Dit resulteert in een nieuwe veiligheidscultuur en veel energie. Terminalmanager René Stoel speelt een belangrijke rol in deze veranderingen en het in goede banen leiden daarvan.

Monique Harmsen

René Stoel kan bogen op een veelzijdige carrière in de industrie. Hij begon in de operatie in de raffinagewereld en na verschillende promoties en een avondstudie Chemische Technologie groeide hij door naar leidinggevende posities. In 2014 stapte hij over van Lyondell Basell naar de wereld van onafhankelijke tanksopslag.

Sinds 2021 is hij terminalmanager van Koole Tankstorage Pernis. ‘Een heel andere tak van sport’, zegt hij. ‘Deze rol geeft me veel energie. Dat heeft te maken met het vertrouwen en de vrijheid die ik krijg van het Koole management, maar bovenal met het team dat ik heb opgebouwd. We stellen met elkaar het jaarplan op en werken aan doelen op het gebied van veiligheid en performance. We zijn ook echt bezig met een cultuurverandering.’

Koole is van oorsprong een familiebedrijf. Begonnen in 1943 op het water, groeide het bedrijf uit tot een concern met 21 tankterminals in 7 Europese landen. In 2015 gingen de broers Koole uit het bedrijf en stapte een grootaan­

deelhouder in. Dit leidde tot verdere groei en uitbreiding van het aantal terminals. Stoel: ‘We zijn een groot bedrijf geworden en nu gaat het erom dat we een blueprint creëren waarmee we verder kunnen met onze expansie en stappen kunnen zetten in de energietransitie.’ Het gaat vooral om de synergie binnen het bedrijf en een heldere identiteit, stelt Stoel. ‘Je wil met elkaar dezelfde taal spreken. In het DNA van Koole zit ondernemerschap en dat willen we behouden, dat maakt ons slagvaardig. Als er een nieuw bedrijf wordt overgenomen, moet je deze blueprint er zo overheen kunnen leggen.’

Inzicht

Als terminalmanager legt Stoel de focus op safety, people en performance. ‘Het gaat vooral om een veilige omgeving voor mijn mensen. Op het gebied van veiligheid willen we continu verbeteren. We hebben onze ideeën samengebracht om te kijken hoe we proactief en actief met elkaar kunnen zorgen dat iedereen aan het einde van de dag veilig naar huis gaat. Dat is cruciaal.’

Om de prestaties van de terminal verder te verbeteren, ligt er ook meer nadruk op het gebruik van data. ‘Meten is weten! Zo maak je eventuele lacunes inzichtelijk en kun je erop anticiperen. Toen ik binnenkwam werd veel gedaan op ervaring en gevoel, maar hoe kun je meten of dit goed is? We proberen nu bijvoorbeeld inzicht te krijgen in alle stappen die worden genomen als een schip aanmeert. Dit gaat van het verrichten van metingen in de ruimen, monsters nemen, slangen aansluiten, leidingen schoonmaken, enz. We meten nu hoeveel tijd iedere handeling kost. Daarbij gaat het niet alleen over efficiency maar ook over effectiviteit. Data maakt dit inzichtelijk. Deze

PETROCHEM 4 - 2023 30
‘Samen verbeteren is de sleutel tot succes’

metingen vinden handmatig plaats maar we zetten steeds meer in op automatisering.’

Andere vibe

Alles valt of staat volgens Stoel met een goede cultuur en leiderschap. ‘Daarbij gaat het vooral over soft skills: wat verwachten we van onze mensen? Wat zijn gedragingen die we belangrijk vinden?

Hoe gaan wij vanuit ons leiderschap om met onze mensen. Je hebt ook een coachende rol als leider van een team en je moet aanvoelen hoe iemand in de wedstrijd zit, hoe je hem kunt helpen.

Maar ook: hoe ontwikkel je mensen, hoe spreek je ze aan, hoe geef je een compliment? Het is echt in het breedste spec­

René Stoel: ‘In het DNA van Koole zit ondernemerschap en dat willen we behouden, dat maakt ons slagvaardig.’

trum van de term leiderschap.’

Stoel heeft hier altijd interesse in gehad. ‘De leiderschapscursussen en een persoonlijk ontwikkelingstraject bij De Baak komen in deze functie bij elkaar.

We zijn als management echt samen met ons middenkader aan de slag gegaan met wat we verwachten van onze mensen en wat onze doelen zijn. Ik krijg daar energie van.’

De ingezette cultuurverandering betekent volgens hem niet dat het voorheen

niet goed ging. ‘Deze terminal heeft in het verleden op een bepaalde manier gedraaid en de mensen die er toen zaten, moeten we een groot compliment geven voor de wijze waarop ze dat hebben gedaan. Maar het is belangrijk dat we uitleggen waar we als bedrijf naartoe willen groeien. Een cultuurverandering kost jaren, maar we zitten nu in een fase dat ik ook vanuit onze organisatie hoor dat er een heel andere vibe is. Iemand zei: “Er is muziek op KTP (Koole Tank­

PETROCHEM 4 - 2023 31
FOTO’S:
MONIQUE HARMSEN

MARKET REVIEW

DEMONTAGE

PIPE SUPPORTS

PROCESS CONTROL

batenburg | magion

Wolga 5

2491 BK DEN HAAG

WARMTEBEHANDELING

DDM Demontage B.V. Demontage, Sloopwerken Industriële verhuizingen, Asbestsanering

3454 PW DE MEERN

Tel: +31 (0)30- 666 97 80

E-mail: info@ddm.eu

Website: www.ddm.eu

MANUFACTURING EXECUTION SYSTEMS (MES)

batenburg | magion

Wolga 5

2491 BK DEN HAAG

Tel: +31 (0)70- 444 27 70

Fax: +31 (0)70- 444 20 82

E-mail: info@magion.nl

Website: www.magion.nl

Dutramex B.V.

Energieweg 19

4143 HK LEERDAM

Tel: +31(0)345 - 61 40 11

E-mail: sales@dutramex.com

Website: www.dutramex.com

Veerhangers & -supports

Hydraulische Schokdempers

Trillingsdempers

Bewegingsbegrenzers

Pijpophangingen

Pijpondersteuningen

Klemsystemen

Glijplaten

Isolatiepakketten

Counter Weight Systemen

Staalconstructies

Indien u ook vermeld wilt worden in de Market Review van Petrochem, neemt u dan contact op met Jetvertising, Robbin Hofman, tel. 070 399 0000.

Tel: +31 (0)70- 444 27 70

Fax: +31 (0)70- 444 20 82

E-mail: info@magion.nl

Website: www.magion.nl

STUDBOLTS BC Basco

MANUFACTURER OF HIGH INTEGRITY BOLTING

Vierschaarstraat 7A

9160 LOKEREN

Tel: +32 9 348 21 35

E-mail: sales@basco.be

Website: www.beck-industries.com

Elektrisch voorwarmen en gloeien / Inductie verwarmen / Stationaire en mobiele gloeiovens / Uitdrogen beton en coatings

Delta Heat Services B.V.

Scheelhoekweg 2

3251 LZ STELLENDAM

Postbus 52

3250 AB STELLENDAM

Tel: +31 (0)187- 49 69 40

Fax: +31 (0)187- 49 68 40

E-mail: info@delta-heat-services.nl

Website: www.delta-heat-services.nl

SMIT Heat Treatment PO Box 117 5430 AC Cuijk

Locatie Rotterdam:

Scheepsbouwweg 45, Rotterdam +31 78 699 96 90 rotterdam@smit-industrial.com

Locatie Cuijk: Havenlaan 16, Katwijk NB cuijk@smit-industrial.com www.smit-industrial.com

EUROPEAN INDUSTRY & ENERGY SUMMIT 2023

ENERGIZING A SUSTAINABLE FUTURE 7-8 DECEMBER • WAAGNATIE ANTWERP [Register now!] www.industryandenergy.eu

storage Pernis, red.).” Het wordt herkend en erkend en dat is een compliment aan alle mensen hier. Ik ben trots op wat onze mensen in zo’n korte tijd hebben geabsorbeerd en bereikt.’

Energietransitie

Leiderschap is ook nodig om mee te kunnen in de energietransitie die tot een verschuiving op de terminalmarkt leidt. Aardolieproducten zullen op den duur worden vervangen door biobrandstoffen. ‘Dat gebeurt vooral op de andere locaties van Koole, maar de energietransitie houdt ons allemaal bezig. Daar hoort ook verduurzaming van de terminals bij’, aldus Stoel.

Er zijn al stappen gezet. Bij Koole Tankstorage Pernis worden allerlei plantaardige oliën opgeslagen in verwarmde tanks om ze vloeibaar te houden. Dit gebeurde tot een aantal jaren geleden nog in een paar niet geïsoleerde tanks waardoor er warmte verloren ging. Door deze tanks te isoleren is het gasverbruik en de CO2-uitstoot afgenomen.

Een ander initiatief is de samenwerking met het buurbedrijf Recycling Kombinatie REKO waarbij REKO stoom levert aan Koole. ‘Dit initiatief is in gang gezet door mijn voorganger. REKO reinigt teerasfalt in een thermische reinigingsinstallatie. Hierbij komt veel warmte vrij die wordt omgezet in stoom om elektriciteit te maken voor het elektriciteitsnet. Bij Koole gebruiken we aardgas om stoom te maken voor het verwarmen

DE PLANTMANAGER

van de tanks. REKO levert straks een deel van de stoom rechtstreeks aan ons via een tie-in op ons stoomnetwerk. Dat zorgt voor reductie op aardgas en een verlaging van onze CO2- footprint.’

In deze rubriek ‘De plantmanager’ laten wij elke keer een andere plantmanager aan  het woord over zijn werk, visie en bedrijf. Hoe lukt het plantmanagers om succesvol te zijn en kunnen ze anderen daarin inspireren?  Kent u interessante plantmanagers? Mail dan naar redactie@industrielinqs.nl

Buurtbedrijven

Hier blijft het niet bij als het aan Stoel ligt. ‘We zijn als organisatie altijd in beweging om mogelijkheden te exploreren. Ik heb ook de vrijheid om te handelen als ik kansen zie. We zijn met buurtbedrijven in gesprek om te kijken of we iets voor elkaar kunnen betekenen op het gebied van samenwerking. Kunnen we de handen ineenslaan om samen te verbeteren? Ik geloof dat dit de sleutel is tot succes, niet alleen bij ons maar in de hele branche.’

PETROCHEM 4 - 2023 33 ■
René Stoel: ‘Ik ben trots op wat onze mensen in zo’n korte tijd hebben geabsorbeerd en bereikt.’

Het Petrochem platform brengt experts, gebruikers en leveranciers van producten en diensten bijeen om bij te dragen aan transparante informatievoorziening rond de olie- en chemische industrie. Het Petrochem platform bereikt zijn doelgroep via het vakblad Petrochem, de website www.petrochem.nl, de nieuwsbrief en events, zoals het jaarcongres Deltavisie.

PARTNERNIEUWS PARTNERS

BASF heeft de verkoop van haar vestiging in De Meern aan ASC Investment afgerond. Voortaan belevert IQatalyst de klanten vanuit De Meern. Denk daarbij aan Fischer-Tropsch katalysatoren en FOCAT (Fat and Oil CATalysts) katalysatoren. BASF besloot de vestiging te verkopen om de doeltreffendheid van haar wereldwijde productienetwerk voor chemische katalysatoren te verhogen. BASF blijft een breed gamma aan chemische en raffinagekatalysatoren verkopen vanuit haar andere productievestigingen in Europa, Azië en de Verenigde Staten.

Nobian heeft een vijftienjarige overeenkomst gesloten met Axpo voor de afname van zonne-energie. Axpo Nederland gaat 17 GWh aan duurzame energie per jaar leveren aan de productieactiviteiten van Nobian in Delfzijl. Axpo neemt de energie af van het zonnepark Valgenweg van leverancier Wircon vlak bij het chemiepark in Delfzijl. Wircon realiseerde dit zonnepark – met een capaciteit van 17,5 MWp – samen met Groningen Seaports in vijf maanden tijd. Het bedrijf had al een zonnepark met een capaciteit van 30,8 MWp in Delfzijl.

Chemelot maakt zich grote zorgen om de continuïteit en bereikbaarheid van de haven Stein nu Rijkswaterstaat van plan is het Julianakanaal maandenlang volledig af te sluiten. Het kanaal is een onmisbare noord-zuidroute voor de binnenvaart in de Benelux en essentieel voor de continuïteit van Chemelot. ‘Deze plannen vormen een groot risico voor de geruisloze economische levensader van Limburg’, stelt directeur Bob Joosten van Wessem Port Services, verantwoordelijk voor een groot deel van de logistiek in de haven van Chemelot. De haven Stein is wezenlijk voor de aan- en afvoer van grondstoffen voor Chemelot en de producten van de bedrijven, met circa 3.500 schepen per jaar.

Bekijk de partnerfilmpjes op www.petrochem.nl/partners-en-leden

CONTENTPARTNERS

LEDEN VAN HET PETROCHEM PLATFORM

Wilt u meer weten over lidmaatschap of partnering van het Petrochem platform, kijk dan op www.petrochem.nl of neem contact op met Janet Robben: janet@industrielinqs.nl - 06 38 73 70 39

VAN HET PETROCHEM PLATFORM
LEADER IN HIGH TEMPERATURE SOLUTION

‘QU TES’

We moeten van het aardgas af. Maar voor waterstofproductie is ruimte nodig en die kunnen wij als Groningen Seaports faciliteren. Van waterstofproductie tot logistiek; onze locatie en voorzieningen zijn er geschikt voor.’

Cas König, directeur van Groningen Seaports, in De Ondernemer over de rol van Groningen Seaports in MissieH2.

Niet iedere bèta kan goed communiceren of wil dat. Misschien moet je communicatievakken daarom ook niet verplichten tijdens studies. Maar het is goed om ze toegankelijker te maken en het aanbod te vergroten.’

Jacotte Brokken, weervrouw bij de VRT, in deze editie over het groeiende aanbod van communicatievakken bij bètastudies.

Hoewel ik zelf altijd de ruimte heb gekregen om veiligheid en gezondheid uit te dragen en te bevorderen tijdens mijn industriële loopbaan, zijn er dus helaas vele voorbeelden waar dat niet vanzelfsprekend was. Blijkbaar is de industrie niet in staat om voldoende zelfregulerend te zijn, ook al werken daar normale burgers die vaak ook kinderen hebben, die in de buurt wonen.’

Henk Leegwater, onafhankelijk consultant en columnist voor Petrochem, in zijn column in deze editie.

HET EXPERTPANEL VAN HET PETROCHEM PLATFORM BESTAAT UIT DE VOLGENDE SPECIALISTEN

Johan Alebregtse Manufacturing & Technology Executive Consultancy

Frank Beckx Kennis- en Lobbycentrum Voka, directeur

Jos Benders voormalig topman Lyondell

Sandra de Bont VOTOB Academy, directeur

Jan Bout Stichting HaskoningDHV, bestuurslid

Jan Van Doorslaer voormalig woordvoerder BASF Antwerpen

Niko van Gent voormalig woordvoerder Huntsman Holland

Michel Grijpink Hogeschool Utrecht, Learning & Development consultant

Ronald Hoenen Equans, regio directeur

Plant Manager of the Year

2015

Joris Hurenkamp Havenbedrijf Rotterdam, senior business manager

Emre Kaya Organik Kimya, global supply chain director Plant Manager of the Year

2017

Cor Kloet voormalig algemeen directeur SPIE Nederland

Tijs Koerts EPSC, operations director

Cas König Groningen Seaports, directeur

Enrico Lammers Pro6com en DWG Process & Safety managing director Henk Leegwater Lexxin, consultant

Bart Leenders Neste, vice president production

Frank de Leng ACTAD, operations manager

Michel Leyseele Pipelink, managing director

Marit van Lieshout Kenniscentrum Duurzame Havenstad, Iector Procesoptimalisatie en -intensificatie

Cor van de Linde iTanks, managing director

Michel Meertens DSM, vice president premix operations

Genserik Reniers TU Delft, professor Safety and Security Science Group

Elsbeth Roelofs MVO Nederland, sectormanager Chemie, Internationaal MVO programma

Egbert Schellenberg FNV, vakbondsbestuurder procesindustrie

Dik Schipper voormalig production leader Dow Benelux

Gerald Schotman Shell, senior vice president

Jaap Schouten TU Eindhoven, professor

Wim Soetaert Universiteit Gent, professor

Wouter Stam Flowid, managing director

Niek Stokman Bilfinger Tebodin West Nederland, sales manager oil & gas

Gabriel Tschin Plant One Rotterdam, managing director

Henk Veldink Hexion, senior director global strategic development

René Venendaal BTG Biomass Technology Group, algemeen directeur

Roelf Venhuizen voormalig voorzitter Profion en directeur NAM

Roelof van Wijk Teijin Aramid, plantmanager

Maaike de Wit Straatman Koster advocaten, advocaat

Jeroen van Woerden Jitink, managing director Plant Manager of the Year 2016 Cor Zijderveld voormalig voorzitter SBE

Transitie schudt ook Brzo diensten op

De energie- en grondstoffentransitie zorgt voor nieuwe bedrijven, technologieën en bijbehorende risico’s. Er is dus werk aan de winkel voor de Brzo+ omgevingsdiensten. Het aantal vergunningaanvragen neemt toe en het kennisniveau moet omhoog om alle ontwikkelingen te kunnen bijbenen.

Chemours, Tata Steel, asfaltcentrale APN in Nijmegen, het zijn voorbeelden van bedrijven die in het nieuws zijn omdat ze een zware wissel trekken op de gezondheid in de directe leefomgeving en op het milieu. Omwonenden vrezen voor hun gezondheid door de uitstoot van gevaarlijke stoffen en eisen, in het geval van Chemours en Tata, dat hier zo snel mogelijk een eind aan wordt gemaakt. De bedrijven stellen dat zij binnen de vergeven vergunningen opereren. Om burgers en milieu te beschermen en bedrijven zekerheid te bieden over de grenzen waarbinnen ze kunnen opereren, is er in Nederland wetgeving en een stelsel van vergunningen. Voor bedrijven die een hoog risico vormen, is het Besluit risico’s zware ongevallen 2015 (Brzo) van kracht. Het Brzo integreert alle wet- en regelgeving op het gebied van arbeidsveiligheid, omgevingsveiligheid en rampbestrijding in één juridisch kader. Doelstelling is het voorkomen en beheersen van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn.

Voorbereiden

De verschillende toezichthouders, zoals omgevingsdiensten, Inspectie SZW, vei-

BRZO EN NIEUWE OMGEVINGSWET

Bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 januari 2024 verandert de term Brzo in Seveso. Bedrijven moeten dan voldoen aan de bestaande Europese Seveso III richtlijn. In de Omgevingswet worden 26 bestaande wetten, ongeveer zestig algemene maatregelen van bestuur en tal van regels gebundeld. De vijftigduizend bestaande bestemmingsplannen worden gebundeld in één omgevingsplan

per gemeente. Gemeenten, provincies en waterschappen krijgen daardoor meer ruimte om eigen ambities in de leefomgeving te realiseren. Uitgangspunt hierbij is de bewoonbaarheid van het land en de bescherming en verbetering van het leefmilieu. Participatie is een belangrijke voorwaarde voor het verlenen van vergunningen. Brzo-bedrijven zullen meer moeten samenwerken met hun omgeving.

ligheidsregio en Rijkswaterstaat, werken samen in de controle op een eenduidige naleving van de veiligheidsregels door de meest risicovolle bedrijven. Van de 29 omgevingsdiensten zijn er zes speciale Brzo+ diensten. Zij controleren de huidige ongeveer vierhonderd bedrijven, varierend van complexe chemische industrie tot relatief eenvoudige opslagbedrijven voor bepaalde typen gevaarlijke stoffen, die onder het Brzo vallen.

Deze lijst van vierhonderd bedrijven is niet statisch. Ontwikkelingen als gevolg van de energie- en grondstoffentransitie zorgen voor een andere inzet van energie en grondstoffen. Voor sommige nieuwe technologieën bestaat er nog maar weinig regelgeving, zoals voor grote energieopslagsystemen die een belangrijke rol innemen in de energietransitie. Hiervoor is na een lange voorbereiding de PGS 37-1 richtlijn gepubliceerd, in afwachting van verdere wet- en regelgeving. Er ontstaan ook nieuwe stoffen waarvan de effecten op gezondheid en milieu op de langere termijn nog niet geheel duidelijk zijn. Hier stelt de overheid strenge eisen. Daarnaast zorgt klimaatverandering voor nieuwe risico’s zoals overstromingen, piekbuien, perioden van grote droogte en hitte. Brzo-bedrijven moeten zich hierop voorbereiden en maatregelen treffen om te voorkomen dat hierbij gevaarlijke stoffen vrijkomen. Uit een analyse van het RIVM blijkt dat nog niet veel bedrijven zich hierop voorbereiden.

Weinig ervaring

Een van die nieuwe bedrijven die nog in het proces van kennisgeving zit om te worden opgenomen op de lijst van Brzo-bedrijven, is de Flagship Plant van Avantium waar uit biogrondstof FDCA wordt gemaakt, een bouwsteen voor het bioplastic PEF. Volgens plantmanager

PETROCHEM 4 - 2023 36
Monique Harmsen
TOPIC SAFETY

Patrick van den Berg is de fabriek een lage drempel Brzo-inrichting. Deze classificering hangt samen met de hoeveelheid gevaarlijke stoffen die in het bedrijf aanwezig zijn. In de praktijk maakt het volgens hem niet zoveel uit of je een laag of hoog drempelbedrijf bent. ‘Je wordt alleen wat vaker en uitgebreider geïnspecteerd.’

Ook is er volgens hem niet veel verschil tussen nieuwe bedrijven met nieuwe technologieën en bestaande bedrijven als het gaat om het Brzo. Dat is anders als het gaat om de Omgevingswet. ‘Vooral als het gaat om stoffen die nog niet zo bekend zijn en die nog niet helemaal zijn uitgezocht. Omdat overheden hier vaak nog geen of weinig ervaring mee hebben, worden heel lage grenzen voor blootstelling aangehouden. Met name met emissies naar water of lucht.’

De eisen die aan deze nieuwe bedrijven worden gesteld, zijn volgens Van den Berg vaak strenger dan die aan bedrijven met technologieën die al vele jaren bestaan. ‘In ons geval is dat technologie die op olie gebaseerde chemie gebruikt. Bedrijven die deze oude technologie toepassen mogen veel meer lozen omdat het nog bestaande vergunningen zijn die naar andere normen zijn toebedeeld. De overheid wil een betrouwbare overheid zijn en stelt zich op het standpunt van eenmaal vergund blijft vergund. Tenzij het bedrijf zelf iets gaat veranderen, dan kan de overheid nieuwe eisen stellen. Dan gaat het specifiek over het stuk dat ze veranderen.’

Detectiegrens

Avantium heeft vooral te maken met strenge eisen op het gebied van afvalwater en lucht. ‘Er komen stoffen vrij die, als je op olie gebaseerde technologie toepast, redelijk bekend zijn. Wij hebben

varianten van biobased stoffen, en die kunnen ook gevaarlijke of aquatoxische eigenschappen hebben. Hierdoor val je in een categorie waarbij je bijna beneden de detectiegrens valt om het te mogen aanbieden aan de afvalwaterzuivering of naar buiten mag blazen via een afgasreiniger. Vanuit concurrentie-oogpunt is dit heel vervelend, maar wij zijn het er wel mee eens. We mogen geen nieuwe PFAS-fabriek worden waar nieuwe technologie het wondermateriaal Teflon opleverde, dat vervolgens de hele omgeving besmette.’

Voor alle nieuwe bedrijven gelden strenge regels. Ook bedrijven die vanuit een achtergrond van voeding zijn doorgegroeid naar biochemie vallen onder Brzo-wetgeving. Zo ontwikkelt Koninklijke Avebe nieuwe technologieën om zoveel mogelijk producten uit het zetmeel van een aardappel te halen. Hierbij worden ook chemische stoffen gebruikt. De locaties in Foxhol en Ter Apelkanaal vallen dan ook onder het Brzo. Avebe kijkt zoveel mogelijk naar het vervangen van chemicaliën door alternatieven met minder risico’s. Daarnaast probeert Avebe risico’s te beheersen met technische maatregelen, zoals vonkvrije

motoren, het installeren van veiligheidskleppen en explosieluiken. Er wordt strak gelet op werkvergunningen, werkoverleg en het opstellen van veiligheidsvoorschriften.

Kennisniveau

De komende jaren is er veel werk aan de winkel voor de Brzo omgevingsdiensten. Het aantal vergunningaanvragen neemt toe en met de opkomst van nieuwe bedrijven en technologieën moet ook het kennisniveau toenemen. De zes omgevingsdiensten zetten dan ook in op kennisuitwisseling en betere instrumenten. Datagedreven toezicht is de toekomst voor het maken van risicoanalyses en het monitoren van Brzo-bedrijven. Door inspectiegegevens van een bepaalde branche te analyseren, kunnen zwakke punten in de naleving van regels worden gevonden en kan hierop de volgende keer in de hele branche extra worden gecontroleerd. Nieuwe methoden, zoals het gebruik van drones en het gebruik van camera’s om warmtelekken te detecteren, kunnen de inspectie verder verrijken en risico’s op een vroeger tijdstip inzichtelijk maken. Hiermee wordt het toezicht efficiënter en inzichtelijker.

PETROCHEM 4 - 2023 37 ■
FOTO: AVANTIUM De Flagship Plant van Avantium in Delfzijl, waar uit biogrondstof FDCA wordt gemaakt, wordt een lage drempel Brzo-inrichting.

‘De overheid zelf vindt geld verdienen soms ook belangrijker dan veiligheid en gezondheid. Denk maar aan de gaswinning in Groningen.’

Geld verdienen

Moet ik nu tot de conclusie komen dat ik jarenlang te goedgelovig of zelfs naïef ben geweest als het gaat om veiligheid en gezondheid? Wat is er aan de hand? Laat ik beginnen te zeggen dat ik als werknemer in de procesindustrie heb ervaren dat veiligheid en gezondheid bovenaan de agenda staan. Als manager heb ik daar later ook uitvoering aan gegeven. Letterlijk bovenaan de agenda, dus het eerste agendapunt van elke vergadering: veiligheid.

Ik ben indertijd verplicht naar vele cursussen op dat gebied gestuurd. Cursussen die vaak werden gegeven vanuit de DuPont-organisatie. Volgens DuPont zelf zijn de kernwaarden voor veiligheid twee eeuwen geleden gevestigd door E.I. du Pont en bestaan die nog steeds. In een presentatie van DuPont lees ik dat hun doel is: “…. making lives better, safer and healthier for people everywhere.” en ook: “Goal of zero waste and emissions.”

Onder de pet Veiligheid en gezondheid zit dus in de genen van DuPont, zou je zeggen. Hoe moet ik dat dan rijmen met het PFAS-schandaal? Hoewel de fabrieken in Dordrecht nu van Chemours zijn, waren ze vroeger van DuPont. En er is geen sprake van nul emissies en ook de gezondheid wordt daar geschaad. Er zijn vele aangrijpende voorbeelden van omwonenden in de pers aan de orde geweest: van het niet eten van zelfgekweekte groente en lokaal gevangen vis, het niet zwemmen in lokale wateren tot het niet geven van borstvoeding aan toe. Wist DuPont dit dan niet? Uit onderzoek en documenten blijkt dat DuPont en ook Chemours hier al veel langer weet van hadden. Toch hielden ze het onder de pet. Waarom? Blijkbaar is geld verdienen toch belangrijker dan gezondheid.

Helaas zijn hiervan meerdere voorbeelden in de wereld. In de begintijd van de kolenmijnen werd mijnwerkers met stoflongen verteld dat ze bronchitis hadden. Waarom? Blijkbaar is geld verdienen toch belangrijker dan gezondheid. Andere voorbeelden zijn asbest, chroom-6 en glyfosaat. Ook de tabaksindustrie wist al veel langer dat roken de gezondheid schaadt, maar probeerde de mensen toch met nep-argumenten van het tegendeel te overtuigen. Sterker nog, door het nicotinegehalte te verhogen en door het toevoegen van bepaalde additieven werd het roken nog verslavender gemaakt. Geld verdienen is belangrijker dan gezondheid.

Hoewel ik zelf altijd de ruimte heb gekregen om veiligheid en gezondheid uit te dragen en te bevorderen tijdens mijn industriële loopbaan, zijn er dus helaas vele voorbeelden waar dat niet vanzelfsprekend was. Blijkbaar is de industrie niet in staat om voldoende zelfregulerend te zijn, ook al werken daar normale burgers die vaak ook kinderen hebben en in de buurt wonen.

Streng handhaven

Hoe moet het dan wel? Streng handhaven door de overheid is dan de oplossing zou je zeggen. Maar de overheid zelf vindt geld verdienen soms ook belangrijker dan veiligheid en gezondheid. Denk maar aan de gaswinning in Groningen. Tegen het advies van Staatstoezicht op de Mijnen verhoogde de minister van Economische Zaken indertijd de aardgasproductie in plaats van die te verminderen zoals geadviseerd.

Blijft over het onafhankelijke orgaan Onderzoeksraad voor Veiligheid. De Groninger Bodembeweging kreeg echter nul op het rekest toen ze daar het bovengenoemde besluit van de minister van EZ aankaartte. Er moest eerst iets zijn gebeurd voordat de OVV iets kon gaan doen, was het argument. De omgevingsdiensten dan? Die zijn niet onafhankelijk zoals de OVV. Ze worden door politici en bestuurders gefinancierd en gecontroleerd. Zij blijken ook vaker niet in staat te zijn geweest om adequaat handhavend op te treden. We kennen de voorbeelden. Daarbij zijn de VGM-aspecten ook nog eens verdeeld over drie partijen: de omgevingsdienst, de arbeidsinspectie en de veiligheidsregio. Dat is goed te merken bij BRZO-inspecties.

Gelijk speelveld

Laat ik niet langer goedgelovig of naïef zijn. Ik beveel dringend aan: hef de genoemde versnippering en afhankelijkheid op en richt één VGM-dienst in met vergaande bevoegdheden die net zo onafhankelijk is als de OVV. Met werknemers die zich qua professionaliteit en salaris kunnen meten met hun collega’s in de industrie. Dan pas krijg je een gelijk speelveld. En dat is dé manier om veiligheid en gezondheid echt op de eerste plaats te krijgen, in plaats van het verdienen van geld voor aandeelhouders die op veilige afstand wonen.

Henk Leegwater is onafhankelijk consultant. henk.leegwater@lexxin.com

COLUMN PETROCHEM 4 - 2023 38

Maatwerk | vakmanschap | veiligheid (VCA-P)

Maatwerk | vakmanschap | veiligheid (VCA-P)

Lengkeek Staalbouw realiseert als fullservice aanbieder, staalconstructie onderdelen voor industriële productiefaciliteiten. Met bijna 90 jaar ervaring zijn wij gespecialiseerd in onderhouds-, reparatie-, inspectie- en nieuwbouwwerkzaamheden in de zware en (petro)chemische industrie.

Lengkeek Staalbouw realiseert als fullservice aanbieder, staalconstructie onderdelen voor industriële productiefaciliteiten. Met bijna 90 jaar ervaring zijn wij gespecialiseerd in onderhouds-, reparatie-, inspectie- en nieuwbouwwerkzaamheden in de zware en (petro)chemische industrie.

• Staal- en trapconstructies, platforms, leidingbruggen, tijdelijke constructies, etc.

• Staal- en trapconstructies, platforms, leidingbruggen, tijdelijke constructies, etc.

• Inmeting en engineering door eigen professionals.

• Inmeting en engineering door eigen professionals.

• On-site werkzaamheden onder zeer uitdagende omstandigheden, in operationele fabrieken.

• On-site werkzaamheden onder zeer uitdagende omstandigheden, in operationele fabrieken.

• Montagewerkzaamheden tijdens turn-arounds.

• Montagewerkzaamheden tijdens turn-arounds.

• Betrouwbaarheid, snelheid van levering en flexibiliteit staan altijd voorop!

• Betrouwbaarheid, snelheid van levering en flexibiliteit staan altijd voorop!

Lengkeek Staalbouw is een zelfstandige werkmaatschappij binnen de De Acto Groep en actief in een breed industrieel werkveld.

Lengkeek Staalbouw is een zelfstandige werkmaatschappij binnen de De Acto Groep en actief in een breed industrieel werkveld.

Kennismaken? Graag. Bel of kijk op www.lengkeek-staalbouw.nl

Kennismaken? Graag. Bel of kijk op www.lengkeek-staalbouw.nl

Lengkeek Staalbouw BV | Oppermanstraat 80, 3194 AC Hoogvliet NL | T +31 (0)10 - 416 16 44 | E info@lengkeek-staalbouw.nl
Lengkeek Staalbouw BV | Oppermanstraat 80, 3194 AC Hoogvliet NL | T +31 (0)10 - 416 16 44 | E info@lengkeek-staalbouw.nl

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.