UTILITIES NUMMER 04 - juni 2015 • ZESTIENDE JAARGANG
Technologie en economie in de energie-, water- en gassenmarkt
Heineken kijkt verder in de waterketen Kringloopsluiting geen noodzaak maar bewuste keuze Electro coagulatie maakt afvalwater textielindustrie schoner www.utilities.nl
Ingenieuze afvalwater
OPLOSSINGEN zijn er om gevonden te worden
Hergebruik van (afval)water en het sluiten van de waterketen worden steeds belangrijker. Dat is voor de industrie niet altijd even makkelijk op te lossen. Maar wij hebben het antwoord. Want betrouwbaarheid, leveringszekerheid en kwaliteit zijn kernvereisten bij ons ‘maatwerk in water’ voor de chemische-, petrochemische- en drank- en voedingsmiddelenindustrie. Wij leveren onze opdrachtgevers diverse soorten proceswater, zorgen voor de zuivering van afvalwater en maken hergebruik van water (effluent) mogelijk. En dat 24/7 vanuit operational excellence. Voor minder doen we het niet.
Evides Industriewater, vindingrijk
www.evides.nl/industriewater
L
D
i n h o u d
V E R D E R Technologie 16
Met onder meer windturbines zonder wieken, een Intelligente stroomverdeler voor elektrische auto’s, een thuisopslagsysteem van Tesla en de snelste waterstofbatterij ooit. Oppervlaktewater kan in helft warmte en koude voorzien 18
Een combinatie van energie uit oppervlaktewater en warmte en koudeopslag biedt veel potentie om gebouwen duurzaam te verwarmen en koelen. Met name in de grote steden zou bijna de helft van de warmte en koude behoefte op deze manier kunnen worden ingevuld.
Heineken in de waterketen
10
Heineken is zeer begaan met zijn omgeving, mede omdat het consumentenmerk dicht bij zijn klant produceert. Peter Jonkers en Ron Bohlmeijer lichten toe hoe het bedrijf zijn watergebruik balanceert en zijn invloed aanwendt om ook de keten daarbij te betrekken.
Sluit waterkringloop
Emissiehandel trekt scheve markt uiteindelijk wel recht 31
22
Subsidies op zowel fossiele brandstoffen als duurzame energieopwekkers zijn niet meer nodig als emissiehandel volwassen wordt. Volgens Sectretaris generaal van Eurelectric Hans ten Berge is decarbonisatie de enige drijfveer voor de energiebranche om over te gaan op duurzame bronnen als wind- en zonne-energie. Maar daarmee veranderen de marktmodellen wel drastisch.
Schoon textiel
VASTE RUBRIEKEN
Hoewel de waterstress in Nederland redelijk meevalt, kiezen grote multinationals steeds vaker voor het sluiten van hun waterkringloop. Volgens de panelleden van de rondetafeldiscussie van het Watervisie Platform is het vooral zaak om integraal naar de waarde van water te kijken en dan is hergebruik niet altijd de beste optie, valorisatie wel.
28
Textielfabrieken kunnen hun waterverbruik tot negentig procent verminderen door gebruik te maken van de EColoRO-techniek bestaande uit electro coagulatie gevolgd door membraanfiltratie om hun afvalwater te behandelen en vervolgens te hergebruiken.
Commentaar 5 Infostroom 6 Trending news 8 Product en oplossing 34 Market Review 36 Agenda 37 In het volgende nummer 38
UTILITIES 3 nr. 4 - juni 2015
THEMA RESTWARMTE VOOR DE INDUSTRIE
23 JUNI 2015 | WORLD PORT CENTER ROTTERDAM Sprekers Ferry van Kann, Rijksuniversiteit Groningen Wilco van der Lans, Havenbedrijf Rotterdam Nieuwe werkcolleges! Om te voorkomen dat nieuwe mogelijkheden te gemakkelijk worden gehypet, is verdieping nodig. Miniaturisering en modulaire bouw zijn mooie voorbeeldkreten, maar waar liggen de reële kansen om industriële installaties kleiner, veiliger en efficiënter te maken en in modules op te bouwen? En wat is er mogelijk, haalbaar en betaalbaar als restwarmte van de ene site ingezet moet worden op andere plaatsen? Tijdens Masters of Industry wordt telkens een actueel onderwerp onder de loep genomen. Om meer diepgang te geven aan veelbelovende industriële ontwikkelingen. Om hypes te voorkomen en toch op een doordachte manier te verbeteren.
Doelgroep Masters of Industry werkcolleges zijn onder andere bedoeld voor: directieleden, productiemanagers, plantmanagers, maintenance managers, utilities managers, ontwikkelaars, technisch (project) managers, engineers, beleidsmakers en investeerders uit de proces- en maakindustrie. Thema: Restwarmte voor de industrie ‘Restwarmtebenutting kan een nuttige bijdrage leveren aan de verduurzaming van onze energievoorziening en aan de vermindering van afhankelijkheid van aardgas.’ Daarmee begint Minister Kamp een van zijn antwoorden op Kamervragen over het proefschrift van planoloog Ferry van Kann. Tijdens zijn college zal Van Kann zijn
MELD U NU AAN OP
studie toelichten en spreken over het gebruik van thermische energie en het concept exergie. Wilco van der Lans van het Havenbedrijf Rotterdam zal tijdens zijn college ingaan op de geïntegreerde aanpak om de energieinfrastructuur in Zuid-Holland te realiseren. Programma 14:30-15:00 15:00-15:10 15:10-15:50
15:50-16:00 16:00-16:45
16:45-16:55 16:55-17:30 17:30-18:00
Ontvangst Inleiding College Ferry van Kann, Rijksuniversiteit Groningen Pauze College Wilco van der Lans, Havenbedrijf Rotterdam Pauze Debat Afsluiting met borrel
www.mastersofindustry.nl
Toegangsprijs: € 195,00 Voor leden en partners van Industrielinqs geldt een gereduceerde prijs van € 95,00
E
Saai Niet echt een uitnodigende titel en het onderwerp is dat ook eigenlijk niet. Maar ik wil het u toch even voor de voeten werpen. Ik hoorde namelijk de laatste tijd steeds meer aanwijzingen waar de industrie het op het gebied van water- en energiebesparing laat liggen: goed rentmeesterschap. Als je de experts mag geloven dan worden jaarlijks kapitalen weggegooid door verkeerd ingerichte of slecht onderhouden stoomsystemen, lekkende perslucht, overvloedig watergebruik of lekkende leidingen. Nu klinkt beheer en onderhoud heel wat saaier dan innovatietrajecten of nieuwbouwprojecten, maar ik hoop u toch te kunnen overhalen er eens over na te denken. Het grootste probleem is dat men vaak niet eens weet dat er lekken zijn of dat er al duurzame alternatieven voorhanden zijn voor systemen die men al jarenlang gebruikt. Goed rentmeesterschap begint bij het in kaart brengen van de processtromen. Ik heb de afgelopen jaren meerdere consultants gesproken die opvallende resultaten haalden door te kijken hoeveel energie en water een bedrijf instroomde en hoeveel er aan de achterkant overbleef. En dan zien ze soms heel grote gasstromen binnenkomen voor het opwekken van stoom om vervolgens verder in het proces heel veel koelvermogen in te zetten om de warmte weer uit het proces te halen. Je hoeft geen Einstein te zijn om te zien dat er ergens winst valt te behalen. Het probleem is alleen dat het mensen die processen al jarenlang op dezelfde manier bedrijven niet eens meer opvalt dat ze inefficiënt bezig zijn. Onlangs hoorde ik zelfs de uitspraak dat innovatie goed rentmeesterschap in de weg zit. In plaats dat werknemers kijken hoe ze de dagelijkse verspillingen kunnen terugdringen, wachten ze allemaal op die ene innovatie die alles oplost. Incrementele verbeteringen doorvoeren is vaak een zaak van de lange adem, van systemen inrichten, meten en rekenen. Heel saai, maar broodnodig.
David.vanbaarle@industrielinqs.nl
t
m
e-
t
COLOFON zestiende jaargang nummer 1 - februari 2015 Utilities (8x per jaar) Technologie en economie in de energie-, water- en gassenmarkt Uitgever IndustriePerspectief Joke Smitstraat 12 2401 KN, Alphen aan den Rijn T: 06-51499670 redactie@utilities.nl Hoofdredactie David van Baarle 06-51499670 Vaste medewerkers Klaas de Jong, Pieter Pulleman, Teus Molenaar, Gerard van Nifterik, Francis Voermans, Cyril Widdershoven, Tseard Zoethout, Jeroen Akkermans Lay-out Klaas Dijkstra Inzet advies www.inzet-advies.nl Drukkerij PreVision Graphic Solutions
Advertentie-acquisitie Jetvertising BV Postbus 1890, 2280 DW Rijswijk T: 070 399 0000 - F: 070 390 2488 www.jetvertising.nl Arthur Middendorp: arthur@jetvertising.nl Abonnementen (excl. 6% BTW) Utilities verschijnt 8x per jaar. Nederland/België € 130,50 per jaar Introductie NL/B 25% € 98,- per jaar Overig buitenland € 155,Losse verkoopprijs € 18,50 Studenten € 38,50 Proefabonnement 3 mnd € 27,00 De abonnementenadministratie wordt verzorgd door: Abonnementenland Postbus 20 1910 AA UITGEEST Website: www.bladenbox.nl (nieuwe abonnementen) Website: www.aboland.nl (wijzigingen en vragen) T: 0900-ABOLAND (0900-22 65 263, 10 ct/min) F: 0251-31 04 05
Opzeggen Dit magazine hanteert de opzegregels uit het verbintenissenrecht. Wij gaan er van uit dat u het blad ontvangt uit hoofde van uw beroep. Hierdoor ufacts wordt manstilzwijgend uw abonnement steeds met een jaar verlengd. Proef- en kennismakingsabonnementen worden niet automatisch verlengd en stoppen na het aantal aangegeven nummers. Opzeggen kan via www.aboland.nl, per post of per telefoon. De opzegtermijn is 8 weken voor het einde van uw abonnementsperiode. Als opzegdatum geldt de datum waarop uw opzegging door Abonnementenland is ontvangen. Indien u hierom verzoekt, ontvangt u een bevestiging van uw opzegging met daarin de definitieve einddatum van uw abonnement. Adreswijzigingen kunt u doorgeven via www.aboland.nl, per post of per telefoon. Overige vragen kunt u stellen op www.aboland.nl of neem telefonisch contact met Abonnementenland op.
Abonnementenland Postbus 20 1910 AA Uitgeest Tel. 0900-ABOLAND of 0900-226 52 63 € 0,10 per minuut Fax 0251-31 04 05 Site: www.bladenbox.nl voor abonneren of www.aboland.nl voor adreswijzigingen en opzeggingen. Abonnementenland is ook bereikbaar via Twitter. Stuur uw tweet naar: @Aboland_klanten. Prijswijzigingen voorbehouden. © IndustriePerspectief 2015 Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd zonder toestemming van de uitgever. ISSN: 1389-6385
UTILITIES 5 nr. 4 - juni 2015
infostroom 4,7 biljoen euro subsidies voor fossiel Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) houdt bij hoeveel subsidie wereldwijd wordt gespendeerd aan fossiele brandstoffen. Het IMF is namelijk van mening dat subsidies marktverstorend werken en de opkomst van schone energiebronnen in de weg zit. De ontnuchterende conclusie is dat de landen bij elkaar meer uitgeven aan energiesubsidies dan het IMF ooit had gedacht. Veel landen subsidiëren op een of andere manier fossiele brandstoffen. Bijvoorbeeld door belastingvoordelen voor gebruikers van fossiele brandstoffen of door brandstoffen onder de prijs aan te bieden. Waar men in 2011 nog dacht dat er wereldwijd zo’n 1,7 biljoen euro werd uitgegeven aan energiesubsidies, ligt de verwachting in 2015 op zo’n 4,7 biljoen euro. Het grote verschil zit met name in de nieuwe rekenmethode die het IMF hanteert. Met name het meenemen in de berekeningen van de aan fossiele brandstoffen gerelateerde milieuschade zorgt voor het grote verschil tussen 2015 en 2011.
Kolen domineren elektriciteitsmarkt De gemiddelde jaarprijs voor een megawatt elektriciteit lag in Nederland in 2014 op 41 euro; in 2013 was dat nog 52 euro. De marktprijzen tussen Nederland en Duitsland kruipen dus naar elkaar toe. Uit de Market Review van TenneT blijkt verder dat Duitsland voor zijn baseload afhankelijk is van kolenstroom en men verwacht dat die situatie ook voor Nederland zal gelden. Waren de marktprijzen van Nederland en Duitsland in 2013 nog in 19 procent van de tijd gelijk aan elkaar, in 2014 is dat gegroeid naar bijna dertig procent. Dit blijkt uit de nieuwste Market Review van hoogspanningsnet-
beheerder TenneT. Hierin bekijkt en analyseert TenneT de marktontwikkelingen, waaronder de prijsontwikkelingen op de Europese wholesale- elektriciteitsmarkt in 2014. De focus ligt op Nederland en de ons omringende landen Duitsland, België en Frankrijk. De oorzaken voor de prijsdaling op de Nederlandse markt in 2014 zijn divers. Zo lag de gasprijs gemiddeld lager, zijn er drie nieuwe kolencentrales aan het Nederlandse elektriciteitsproductiepark toegevoegd, werd een aantal gasgestookte centrales uit productie genomen en vond er grootschalig import plaats van goedkopere elektriciteit uit Noorwegen en Duitsland.
AcW: versterk innovatie in de waterketen De Adviescommissie Water vindt het noodzakelijk om de waterketen in de toekomst duurzamer te maken en tegelijkertijd betaalbaar te houden. Daarvoor zijn innovaties en betere samenwerking in de keten nodig. In een advies aan de minister van Infrastructuur en Milieu doet de AcW een aantal aanbevelingen om het innovatieklimaat in de waterketen te versterken. Nederland heeft een goed functionerend systeem van drinkwatervoorziening, riolering en zuivering van afvalwater (de waterketen) tegen relatief lage kosten. De waterketen wordt in de toekomst echter geconfronteerd met hogere eisen aan de zuivering vanwege nieuwe waterkwaliteitsproblemen zoals medicijnresten in water. Door klimaatverandering zal bij piekbuien de capaciteit van de riolering vaker tekortschieten. Toenemende schaarste aan grondstoffen en energie maakt daarnaast dat in de waterketen steeds meer aandacht is voor het terugwinnen van energie en grondstoffen. De commissie signaleert bovendien initiatieven in de samenleving voor zelfvoorzienende, circulaire systemen waar overheden een antwoord op moeten hebben. De commissie vindt dat belemmeringen voor samenwerking aan innovaties in de waterketen moeten worden weggenomen. 6 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
Kijk voor meer nieuwsberichten op www.utilities.nl
Onvoldoende informatie salderen Veel energieleveranciers informeren consumenten met een zonnepaneel onvoldoende over saldering en teruglevertarieven. De methode die leveranciers hanteren bij het salderen en de tarieven die zij de consument bieden als deze elektriciteit teruglevert blijken wel in orde. Dit concludeert de Autoriteit Consument & Markt (ACM) in een onderzoek naar aanleiding van binnengekomen vragen en klachten bij het informatieloket ConsuWijzer. Eind vorig jaar heeft ACM met de energieaanbieders afspraken gemaakt over hoe de consument voortaan te informeren over producten en prijzen. Het aanbod van leveranciers aan consumenten moet begrijpelijk en vergelijkbaar zijn waarbij alle aanbieders dezelfde duidelijke termen gebruiken. Consumenten kunnen zo een geïnformeerde keuze maken voor een leverancier en facturen controleren. Uit dit onderzoek blijkt echter dat veel leveranciers niet of zeer beperkt de vereiste informatie geven aan zonnepaneelbezitters terwijl zij verplicht zijn hen volledig te informeren over saldering en teruglevering. ACM heeft de aanbieders hier op aangesproken en zal scherp monitoren of aanbieders hun informatievoorziening verbeteren. Gebeurt dit niet, dan zal ACM overgaan tot handhaving.
E.ON investeert in offshore wind E.ON heeft aangekondigd een bedrag van 1,9 miljard euro te investeren in het windpark Rampion aan de kust van Sussex (VK). Het project omvat de installatie van 116 3,45 megawatt windturbines die gezamenlijk vierhonderd megawatt elektriciteit zullen produceren. Het Rampion Windpark zal dertien kilometer uit de kustlijn van Sussex worden geplaatst. Het project omvat naast de aanleg van de 116 windturbines en funderingen ook de inrichting van offshore substations en bekabeling. Men verwacht een jaarlijkse productie van 1.300 gigawattuur aan duurzaam windvermogen. E.ON neemt de verantwoordelijkheid voor de bouw, bedrijfsvoering, onderhoud en energiemanagement van het park. De Duitse energiereus is daarbij ook verantwoordelijk voor de aanlanding van de elektriciteit en investeert daarvoor in zowel offshore al onshore bekabeling en onderstations.
Solaroad presteert boven verwachting Het energieopwekkende fietspad Solaroad heeft in het eerste half jaar meer stroom opgeleverd dan de onderzoekers verwachtten. Inmiddels heeft het fietspad 3000 kilowattuur opgeleverd en zit daarmee aan de bovenkant van de theoretische grens. De opbrengst van SolaRoad is boven verwachting hoog. Sten de Wit, woordvoerder SolaRoad: ‘We hadden niet gedacht dat het fietspad al zo snel zo veel zou opleveren. Het fietspad ging een half jaar geleden open en heeft al meer dan 3000 kilowattuuur opgewekt. Hiermee kan een eenpersoonshuishouden voor een jaar van elektriciteit worden voorzien of kan een elektrische scooter 2,5 keer de wereld rond. Als we dit vertalen naar een jaaropbrengst, dan komen we boven de 70 kilowattuur per vierkante meter per jaar uit die we in de laboratoriumfase als bovengrens hadden voorspeld. We kunnen dan ook spreken van een succesvol eerste half jaar.’
Eneco kreeg onlangs het Better Biomass-certificaat voor haar nieuwe biomassacentrale Bio Golden Raand. Met dit certificaat laat Eneco zien dat de installatie in Delfzijl, die uit afvalhout duurzame elektriciteit maakt, voldoet aan de internationale eisen voor duurzaam geproduceerde biomassa. ‘Better Biomass’ is de nieuwe naam voor de certificaten die op basis van NTA 8080 worden afgegeven aan bedrijven die duurzame biomassa produceren, verhandelen of verwerken.
TenneT heeft de introductie aangekondigd van een uitgifteprogramma voor zogeheten groene obligaties, ook wel Green Bonds genoemd en een bijbehorend Green Bonds Framework. De obligaties hebben betrekking op de aanlanding van elektriciteit van windparken op zee.
Utility-bedrijven lijken steeds meer doordrongen van het belang van big data analytics voor hun bedrijfsvoering. Dit blijkt uit het rapport Big Data BlackOut: Are Utilities Powering Up Their Data Analytics? van Capgemini Consulting. Desondanks heeft slechts een vijfde van de utilities big data analytics ingebed in de bedrijfsvoering, 41 procent ontplooit nog helemaal geen big data activiteiten.
De Nederlandse consument stapt gemakkelijk over naar een nieuwe energieleverancier. In vergelijking met andere Europese landen zelfs heel gemakkelijk. Meer dan de helft gebruikt groene stroom, maar die stroom komt voor tachtig procent van de grootste drie energiebedrijven. Dat blijkt uit een rapportage van ACM.
uw mailbox? Al het nineuvoworsoninze nieuwsbrief op Meld u aa
utilities.nl!
UTILITIES 7 nr. 4 - juni 2015
Trending news op www.utilities.nl
1 Stoomsysteem Shell Moerdijk wordt opgestart
Het stoomsysteem van Shell dat in oktober 2014 beschadigd raakte als gevolg van een verkeerde loogdosering is in mei weer opgestart. De laatste stap in het proces was het schoonmaken van de leidingen die tijdens het repareren open zijn geweest. Dat gebeurde door er onder hoge druk stoom doorheen te blazen. Shell waarschuwde omwonenden ervoor dat ze dat stomen konden zien en mogelijk ook horen. Om de overlast te beperken werd de stoom via een geluidsdemper de lucht in geblazen. De opstart van het stoomsysteem is ook een voorbereiding voor de opstart van de etheenfabriek, de kraker. De verwachting is dat die tegen het einde van het derde kwartaal in 2015 in bedrijf wordt genomen.
2
AkzoNobel haakt aan bij Centrale Afvalwaterzuivering Botlek
Het Rotterdamse haven- en industriegebied Botlek krijgt een centrale afvalwaterzuivering. AkzoNobel Industrial Chemicals is aangehaakt als ‘launching partner’ en heeft de intentieverklaring ondertekend. Evides Industriewater is de projectontwikkelaar en toekomstige bedrijfsvoerder van de nieuwe afvalwaterzuivering. Het project omvat de bouw van een persriool ter inzameling van het bedrijfsafvalwater in het Botlekgebied en de bouw van een nieuwe aërobe afvalwaterzuivering. Bedrijven uit de omgeving kunnen hierop aansluiten om hun industriële afvalwater te laten zuiveren door Evides. De komende tijd werkt Evides Industriewater verder aan het uitwerken van het ontwerp van de CAB. De tekenpartners van de intentieverklaring stellen hun expertise hiervoor ter beschikking. Naast AkzoNobel zijn dit Huntsman, Emerald Kalama Chemical en Kemira.
3 TenneT actualiseert visie ondergrondse 220- en 380 kV-kabels
TenneT heeft zeer recent haar visie op de aanleg van ondergrondse 380 kV-kabel geactualiseerd en is tot de conclusie gekomen dat het inmiddels mogelijk is situationeel meer te verkabelen, dan de twintig kilometer die enkele jaren geleden als voorlopig maximum is gesteld. In 2008 heeft TenneT aangegeven maximaal twintig kilometer 380 kV-kabel verantwoord in het Nederlandse, vermaasde hoogspanningsnet ondergronds aan te kunnen leggen. De tracélengte met een totale kabellengte van 240 kilometer was op dat moment op de grens van wat wereldwijd in de praktijk was beproefd. TenneT houdt er rekening mee, dat er situationeel meer kan worden verkabeld, mits de kabeltracés geografisch worden gespreid.
Sinds de Utilities-site weer volop actief is, kunnen we aan de statistieken zien wat de Utilities-lezer beweegt. Vanaf nu laten we de top tien zien van meest gelezen nieuwsberichten op www.utilities.nl. Blijf ons vooral volgen en blijf ook via Twitter reageren. Wie weet komt u uw reactie wel tegen in het trending news.
8 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
vides Industriewater bouwt AES breidt energieopslag 4 ERO-waterfabriek 7 voor uit naar Nederland Albemarle
Evides Industriewater verwelkomt de Amsterdamse vestiging van de Amerikaanse katalysatorenproducent Albemarle als nieuwe klant. Evides gaat een RO-waterfabriek bouwen voor Albemarle. Evides Industriewater ontwerpt, bouwt en financiert de waterbehandelingsinstallatie voor Albemarle op basis van een DBFO-contract. De RO-waterfabriek van Evides wordt gebouwd op het terrein van Albemarle in Amsterdam-Noord, waar een grote locatie zit van de Catalysts divisie van Albemarle.
VO Monitor: ‘Chemie 5 Mmoet meer over grens kijken’
Bedrijven in de chemie onderschatten de sociale en milieurisico’s in hun internationale keten. Producenten en handelaren in de chemie die aan maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) doen, associëren dat vooral met energiebesparing, een veilige werkomgeving, en met klimaat, milieu en de directe omgeving. Dat blijkt uit de MVO Monitor, een grootschalig onderzoek naar de stand van zaken op maatschappelijk verantwoord ondernemen in dertien sectoren.
6
Shell
flirt openlijk met Petrobras
Bestuursvoorzitter Ben van Beurden van Shell wil de banden met het Braziliaanse staatsoliebedrijf Petrobras aanhalen. Dat zei hij na afloop van een ontmoeting met president Dilma Rousseff. Aan het eind van dit decennium zal Shell een vijfde van zijn productie uit Brazilië halen. De topman bestempelde Petrobras als een competent bedrijf. Een versterking van de positie van Shell in Brazilië was een van de voornaamste redenen dat het concern een overnamebod van ruim 64 miljard euro uitbracht op de Britse gasproducent BG.
AES Europe heeft haar plannen aangekondigd voor de bouw van een tien megawatt energieopslag bij Delta Netwerkgroep, gebaseerd op batterijen. Deze opslag zal twintig megawatt aan flexibel inzetbare capaciteit toevoegen aan het elektriciteitsnet. Het AES project in Nederland betekent de eerste stap van het door AES ontwikkelde Advancion-systeem op het vasteland van Europa.
onsortium onderzoekt 8 Cindustriële warmteopslag
Een consortium van een aantal onderzoeksinstellingen, consultants en leveranciers gaat voor Dow en Emmtec onderzoeken of het economisch mogelijk is industriële restwarmte met een temperatuur tussen de honderd en 250 graden Celsius op te slaan. Onder de naam Locosto kijkt men onder meer naar het gebruik van nieuwe phase changing materials.
Venlo 9 Gemeente installeert WKO
De gemeente Venlo gunt Cofely de realisatie van een duurzaam energieopslagsysteem voor het stadskantoor van de gemeente Venlo. De opslag van koude-en warmte vindt plaats in een watervoerend pakket in de bodem. Het grondwatersysteem bestaat uit een warme-en koude bron die door transportleidingen met elkaar zijn verbonden.
meest transpa10 Hranteineken over watergebruik
Onderzoekers van de Universiteit Twente hebben een ranking ontwikkeld voor de transparantie van het gebruik van water door de 75 grootste beursgenoteerde bedrijven in Nederland. De lijst wordt aangevoerd door Heineken.
UTILITIES 9 nr. 4 - juni 2015
Heineken is zeer begaan met zijn omgeving, mede omdat het consumentenmerk dicht bij zijn klant produceert. Water stewardship is een belangrijk onderdeel van de strategische keuzes die de bierbrouwer maakt in waterstress gebieden. Peter Jonkers en Ron Bohlmeijer lichten toe hoe het bedrijf zijn watergebruik balanceert en zijn invloed aanwendt om ook de keten daarbij te betrekken. ENERGIE
Eerlijk helder Heineken
Peter Jonkers: ‘Het compenseren van de CO2-uitstoot is een stuk eenvoudiger dan het balanceren van het waterverbruik omdat je het waterverbruik niet elders op de wereld kunt compenseren.’
Dat een bierbrouwer een stevige relatie heeft met water, mag geen verrassing zijn. Maar die relatie gaat verder dan alleen het eigen product. Want eerlijk is eerlijk: het meeste water dat in de brouwerijen wordt gebruikt, gaat uiteindelijk de fles, het fust of 10 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
het blik in. Het watergebruik buiten de brouwerij, water voor het laten groeien van gerst en hop, is echter vele malen groter. Heineken probeert dan ook de keten zoveel mogelijk te helpen bij het maken van keuzes die waterbesparing in de hand werken. ‘Maar dat is niet altijd mogelijk omdat wij onze grondstoffen niet direct van de boeren kopen’, zegt Peter Jonkers. Jonkers is als program manager Green Brewer bij Heineken verantwoordelijk voor terugdringen van het waterverbruik binnen alle brouwerijen van Heineken, inmiddels 144 stuks wereldwijd. Het waterbeleid buiten de brouwerijen is het aandachtsgebied van Ron Bohlmeijer, verantwoordelijk voor de uitvoering van het water stewardship programma van Heineken. Want dat een van de grootste brouwers ter wereld zich wel degelijk ook buiten de brouwerijen bekommert om water en zijn invloed aanwendt om de kwantiteit en kwaliteit te behouden of te verbeteren, dat blijkt wel uit de beide programma’s die Heineken al heel lang voert.
Niet compenseren ‘De relatie tussen bier en water is snel gelegd’, zegt Jonkers. ‘De eerste brouwerijen ontstonden in de middeleeuwen omdat men erachter kwam dat
mensen ziek werden van het slechte drinkwater en, dankzij het koken van water in het brouwproces, niet van bier. Iedere stad had dan ook zijn eigen brouwerij. Gelukkig is de waterkwaliteit sinds die tijd met sprongen vooruit gegaan en de huidige kwaliteit van het Nederlandse drinkwater kent zijn gelijke bijna niet. Het is goed om daar bij stil te staan omdat Nederlanders wel eens vergeten hoe belangrijk de toegang tot schoon, drinkbaar zoetwater is. Heineken heeft ook brouwerijen in gebieden met waterschaarste en daar is het watermanagement heel wat uitdagender.’ Jonkers is niet alleen verantwoordelijk voor het waterverbruik, maar ook voor de CO2-uitstoot van de brouwerijen. ‘Het compenseren van de CO2uitstoot is een stuk eenvoudiger dan het balanceren van het waterverbruik omdat je het waterverbruik niet elders op de wereld kunt compenseren. Waterproblemen zijn altijd lokaal en de oplossingen moeten dus ook lokaal gezocht en geïmplementeerd worden. In Nederland hebben we nauwelijks last van waterstress, maar dat wil niet zeggen dat we dan in een landen als bijvoorbeeld in Afrika of Europa niets hoeven te doen. Het transporteren van bier is nu eenmaal duur omdat
Abonnees lezen meer op www.utilities.nl
water veel weegt. En dus zorgen we ervoor dat we zo dicht mogelijk bij de klant produceren: ook in waterstressgebieden zoals die onder andere voorkomen in Noord-Afrika, Europa –Spanje- en het Amerikaanse continent -bijvoorbeeld Mexico. We zoeken uiteraard wel naar locaties waar water voorhanden is. Daarbij komt wereldwijd ongeveer het gehele scala aan bod: we gebruiken leidingwater, bronwater, oppervlaktewater en ontzilten in sommige gevallen zelfs zeewater. In alle gevallen blijft de doelstelling hetzelfde: we willen de afname uit het watersysteem zoveel mogelijk beperken. Omdat de omgeving waar we onze brouwerijen vestigen ook de omgeving is waar onze klanten wonen, kunnen we het ons niet veroorloven om de waterhuishouding in de war te schoppen. Als de lokale bevolking geen drinkwater heeft omdat wij het onttrekken voor de productie van bier, houden we het niet heel lang vol.’
Intrinsieke drijfveer Dezelfde duurzame filosofie hanteert Heineken overigens ook in het waterrelaxte Nederland. ‘We onttrekken water, zuiveren het, gebruiken het in het proces en zorgen er uiteindelijk voor dat het in een gezuiverde vorm terug in het systeem komt. We kijken wel degelijk naar het terugdringen van het watergebruik in de processen, maar de overwegingen hiervoor zijn zuiver economisch. Tegenwoordig zie je dat overal een MVO-sausje overheen wordt gegoten, maar uiteindelijk lopen bij ons die criteria aardig in lijn met de strategische doelen. Want hoewel de kosten van water in Nederland relatief laag zijn, kost de behandeling en het transport van water en ook het zuiveren van afvalwater energie en chemicaliën. Iedere besparing hierin levert geld op. Er is dus een intrinsieke drijfveer om de efficiency van de waterketen te verhogen.’ Die laatste opmerking is ook een boodschap aan de Nederlandse overheid, die de waarde en prijs van
water onlangs kunstmatig probeerde recht te trekken. ‘We zitten echt niet op te wachten op een kunstmatige verhoging van de waterprijs aan de voorkant. Volgens mij werkt zo’n prijsverhoging alleen maar contraproductief omdat we daarmee minder geld overhouden om procesverbeteringen door te voeren. Bovendien zullen we die hogere prijs ergens moeten compenseren. We zouden uiteindelijk ook een prijs kunnen hangen aan het gezuiverde water dat we terug in het systeem brengen, maar ik denk niet dat daarmee de efficiency van de keten verbetert.’
Balanceren Strikt genomen valt er ook niet heel veel te winnen wat betreft het waterverbruik binnen de brouwerijen. ‘In Nederland werken we met verhoudingen van ongeveer één op 3,5’, zegt Jonkers. ‘Per 3,5 liter water dat de fabriek ingaat gaat er één liter in de fles, twee liter wordt gebruikt in het proces en komt uiteindelijk terug in het water
UTILITIES 11 nr. 4 - juni 2015
systeem. Dan blijft er nog een halve liter over dat verdampt of met de bijproducten verdwijnt uit het watersysteem. Als Heineken spreekt over water balancing, hebben wij het over die anderhalve liter die verdwijnt, in het product en tijdens het proces. Dat water willen we compenseren, maar wel alleen in de gebieden waar beschikbare (zoet)water voorraden onder druk staan, gebieden waar de
watervoorziening van de brouwerij en de bevolking mogelijk bedreigd kan worden En dat is in Nederland dus niet het geval. Daar komt gelijk een uitdaging om de hoek kijken: er zijn namelijk nog geen standaarden voor water balancing.’ Even om de verhoudingen duidelijk te maken: Als de gehele keten wordt meegerekend kost de productie van een liter bier ongeveer 110 liter
water. Het grootste deel van het waterverbruik zit in de groei van de grondstoffen gerst en hop. Bohlmeijer: ‘Natuurlijk heeft Heineken wel maatregelen genomen om de invloed van zijn productie op de lokale waterhuishouding te beperken. Dit doen wij door projecten te initieren of deel te nemen aan projecten die de hoeveelheid - of de kwaliteit van het water in het stroomgebied/watersysteem vergroten en verbeteren. Een manier om de wateronttrekking te beperken, is bijvoorbeeld boeren bewuster te leren omgaan met water en te stimuleren minder water te gebruiken voor het laten groeien van hun gewassen. Ten tweede kunnen we in ecologisch aangetaste gebieden de natuur helpen zijn werk weer te doen door ruimte en tijd te geven voor ecologisch herstel, hetgeen leidt tot grotere beschikbaarheid van watervolumes in het watersysteem. Tot slot kunnen we ook helpen in waterschaarse gebieden op het gebied van de drinkwatervoorziening voor de lokale bevolking, bijvoorbeeld
UTILITIES 13 nr. 4 - juni 2015
Utilities.nl
geeft nog meer waarde voor uw geld Meer nieuws dan ooit • • • • • • • •
Actuele berichtgeving over de energie- en watermarkt Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar Volledig evenementenoverzicht Online catalogi met producten en diensten Multimediale bedrijfspresentaties Tweewekelijkse nieuwsbrief Live twitter updates LinkedIn interacted
Utilities-abonnees krijgen meer • De nieuwste Utilities staat een week voor verschijnen online • Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen • Volg de status van nieuwbouwprojecten en uitbreidingen in de projectendatabase • Ga naar www.utilities.nl en kies abonneren
Ga direct naar Utilities.nl en blijf iedereen voor acts
manuf
_adv_A5liggend_www_uilities.indd 43
Advertentie-index
20-10-14 14:35
UTILITIES AJK Hydrolift............................................................................... 14 TU Delft | Executive Education................................................... 32 Esders......................................................................................... 26 Evides Industriewater...................................................................2 Flexim Instruments Benelux........................................................ 26 IIR.....................................................................................bijsluiter
Infraflex...................................................................................... 32 Logisticon Water Treatment......................................................... 39 MODELEC Data-Industrie........................................................... 40 Monostore................................................................................... 12 Yokogawa Europe Solutions........................................................ 14
RVS – en stalen tanks - Autoclaven
- Kolommen
- RVS tanks
- Reactors
- Opslagtanks
- Silo’s
- Buffervaten
- Filtertanks
- Druktanks
- Warmtewisselaars
AJK Hydrolift, Industrie Kanaal-Noord 1173, B-3960 Bree Tel. +32 89 46 93 90 email: info@ajkhydrolift.eu Web: www.ajkhydrolift.eu
door waterputten aan te leggen en op lokaal niveau te helpen het lokale watermanagement te verbeteren.’
Samenwerken Bij alle maat-
14:35
regelen, zoekt Heineken de samenwerking op met lokale overheden of internationale samenwerkingsverbanden. ‘De genoemde maatregelen kunnen niet door individuele bedrijven worden uitgevoerd’, zegt Bohlmeijer. ‘Al was het maar dat men soms achterdochtig wordt als grote multinationals zich met lokale zaken gaan bemoeien. Maar de oplossing is vaak ook behoorlijk complex en vraagt om intensieve samenwerking tussen de stakeholders. We hebben een belangrijke stap gemaakt door een partnership aan te gaan met UNIDO, wat staat voor United Nations Industrial Development Organization. UNIDO zal onder andere de stakeholders in het watersysteem/stroomgebied mobiliseren en engageren mee te weken in de water balancing projecten. Daarnaast is Heineken actief lid van het Sustainable Agriculture Initiative (SAI, red.) platform, het belangrijkste voedselindustrie platform ter promotie van het verduurzamen van de landbouw op mondiaal niveau. Heineken heeft de SAI Principles and Practices overgenomen. Dat betekent dat Heineken streeft naar efficiënte productie van landbouwproducten, op een manier die het milieu, de sociale en economische omstandigheden van boeren, hun werknemers en lokale gemeenschappen beschermt en verbetert. Water gebruik hoort daar gewoon bij.
op watergebied eerst in Nederland moeten testen zodat we de technieken later in het buitenland kunnen inzetten. Ik ben een andere mening toegedaan omdat je volgens mij een euro maar één keer kunt uitgeven. Heineken heeft 23 brouwerijen in prioriteitsgebieden aangegeven waar de waterstress voelbaar is en waar echte slagen kunnen worden gemaakt om de waterkwantiteit en kwaliteit te borgen. Het effect van innovatie is in dat soort gebieden veel meer voelbaar en investeringen verdienen zich daar ook eerder terug. Innovatie moet ook geen excuus worden om het watermanagement te laten verslappen. Je kunt al heel veel doen door je processen goed in te regelen en de water- of energiestromen te volgen. Dat klinkt wat saaier dan het zoveelste innovatietraject, maar goede monitoring en procesmanagement levert nog altijd incrementele verbeteringen op. We gebruiken een virtuele brouwerij als benchmark waarbij ook de utilities onder de loep worden genomen. Afhankelijk van variabelen zoals klimatologische omstandigheden, equipment en verpakkingsmix
komt daar een theoretisch energie- en waterverbruik uit. De kunst is om de doelstellingen ieder jaar bij te stellen om die theoretische prestaties te halen of daar zelfs het model te verslaan met betere, lees lagere, verbruiken. We hebben hier in de brouwerij in Zoeterwoude bijvoorbeeld winst gemaakt door andere spuitmondjes toe te passen die worden gebruikt voor reiniging van de retourflessen. Dat zijn geen game changers, maar met een paar kleine stappen, kun je met relatief lage investeringen toch al veel bereiken. De mens blijkt ook in deze processen de bepalende factor. Door continu te monitoren en bij te sturen en bijvoorbeeld goed onderhoud aan de systemen te plegen kom je al heel ver. Dat wil overigens niet zeggen dat wij de utilities per se in eigen handen willen houden. Als er een partij is die ons een goed voorstel kan doen om het watermanagement uit handen te nemen, of ons verbruik van water verder te verlagen en daarbij dezelfde normen hanteert als wij, dan hebben we daar zeker oren naar.’ ■
Factor mens ‘Eerlijk gezegd heeft Nederland en eigenlijk bijna heel Europa weinig aandacht nodig wat betreft waterkwaliteit, noch kwantiteit’, zeg Jonkers. ‘De grote slagen zijn te maken in landen in Noord-Afrika of het Midden Oosten, maar zelfs ook in Amerika, neem Californië dat momenteel grote problemen ondervindt als gevolg van droogte. In Nederland is enorm veel innovatie op het gebied van waterzuivering en hergebruik. Er is een stroming die vindt dat we innovaties
UTILITIES 15 nr. 4 - juni 2015
technologie Windturbines zonder wieken zijn goedkoper en minder onderhoudsgevoelig
Ze moeten zich nog bewijzen in de praktijk, maar als de Vortex Bladeless windturbines hun verwachtingen waarmaken, kunnen ze een alternatief vormen voor de traditionele windturbines. Door gebruik te maken van de vortexstromen rondom objecten, fungeert de mast als energieopwekker en kunnen rotorbladen achterwege blijven. Hiermee worden kosten bespaard bij de productie, maar ook
tijdens de beheer- en onderhoudsfase. De Spaanse start up Vortex Bladeless gebruikt de vortex-stromen van de wind rondom een taps toelopende mast om deze in beweging te krijgen. De turbine zit dan ook aan de voet van de mast, wat het onderhoud vergemakkelijkt. De kegel die de windwervelingen omzet in beweging is gemaakt van glasvezel en zo ontworpen dat hij optimaal gebruik maakt
van de winstromen. Twee magneten in de voet van de mast zetten de beweging vervolgens om elektriciteit. De ontwikkelaars claimen dan ook dat deze manier van windenergieproductie goedkoper is omdat de mast nauwelijks bewegende delen kent en daardoor ook bijna geen onderhoud nodig heeft. Enige nadeel is dat de vortex windturbine een dertig procent lager rendement heeft dan een traditionele windturbine van vergelijkbare omvang. Dat nadeel kan volgens de makers worden gecompenseerd doordat twee van deze installaties kunnen worden gezet op de plek waar normaal gesproken één windturbine zou passen. Men verwacht dat de turbines meer dan de helft goedkoper kunnen worden geproduceerd dan een gangbare windturbine omdat de kosten daarvan grotendeels worden bepaald door de turbinebladen en het regelsysteem. Vervolgens verwacht men in de beheer- en onderhoudsfase nog eens de helft goedkoper uit te zijn.
Intelligente stroomverdeler maakt sneller laden elektrische auto’s mogelijk De nieuwe generatie elektrische voertuigen hebben grotere batterijen en laden op een veel hoger vermogen (krachtstroom). Om op hoger vermogen te kunnen laden of meerdere elektrische auto’s tegelijk te kunnen laden, is extra vermogen op het lokale elektriciteitsnetwerk nodig. Daarnaast vereist elk type elektrische auto een specifieke aanpak voor het benodigde laadvermogen. Clean Tech startup Cohere heeft in samenwerking met de TU Delft een kleine intelligente stroomverdeler ontwikkeld waarmee het laden dynamisch wordt afgestemd waardoor er aanzienlijk sneller kan worden geladen. Daarnaast kan in combinatie met zonnepanelen de 16 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
capaciteit worden vergroot en kan de auto direct met duurzame energie worden laden. De kleine computer in de meterkast maakt het ook mogelijk een slimme koppeling te maken tussen zonnepaneel, het lokale elektriciteitsnetwerk en de auto waardoor het laadvermogen van de elektrische auto op de hoeveelheid zonne-energie kan worden aange-
past. Hierdoor kan altijd op de zelf opgewekte energie worden gereden. Wekken de zonnepanelen energie op, dan is er zelfs meer capaciteit beschikbaar in de meterkast. Dat betekent sneller laden als de zon feller schijnt. Maar gebruikers zijn niet gebonden aan de hoeveelheid zonlicht. De laadsnelheid kan eenvoudig worden verhoogd via een online applicatie.
Wetenschappers kweken algen die gedijen op varkensmest
Onderzoekers van de Australische Murdoch University ontwikkelden algen die kunnen gedijen op de hoge concentraties ammoniak in varkensmest. De microalgen halen niet alleen de ammoniak uit de mest, maar ook pathogenen, waardoor het water in de mest kan worden hergebruikt. Een onderzoeksbureau van de Australische varkenssector vroeg de wetenschappers van Murdoch University, die al ervaring hebben met het kweken van microalgen, om een soort te kweken die onder de extreme omstandigheden van varkensmest kan gedijen. De onderzoekers stelden de
sector niet teleur en kwamen met maar liefst drie verschillende types algen die op onbehandelde varkensmest kunnen groeien. Varkensmest wordt ook in Australië eerst vergist onder anaerobe omstandigheden. Het residu uit deze vergisting leverde uitdagingen op vanwege de hoge concentraties ammoniak. De algen halen ammoniak uit de mest waardoor vervuiling van grondwater wordt voorkomen. De wetenschappers denken dat ze de algen weer kunnen inzetten als varkensvoer, of als extra biomassa voor vergisting. De wetenschappers zijn inmiddels enthousiast geworden en denken dat als deze methode werkt voor varkens, het ook voor ander vee moet kunnen worden toegepast. Dr Moheimani en zijn collega’s zijn intussen verder gaan zoeken naar nog betere algen. Want wat microalgen goed kunnen, kunnen macroalgen nog beter. Door hun omvang kunnen ze eenvoudiger worden geoogst.
Tesla kondigt thuisopslagsysteem aan Na eerdere aankondigingen heeft Tesla dan eindelijk officieel zijn energieopslagsysteem voor thuisgebruik gelanceerd. De accu voor thuisgebruik heet Powerwall en de accu voor het bedrijfsleven heet Powerpack. De accu's voor thuisgebruik hebben een capaciteit van respectievelijk 10 en 7 kilowattuur. De accu's zijn in eerste instantie vooral gericht op woningbezitters met zonnepanelen. Maar Tesla wil ook bedrijven met zonnepanelen bedienen. De batterij kan het overschot aan energie gedurende de dag opslaan met volgens Tesla een efficiency van 92 procent. Een Powerwall-accu kan continu twee kilowatt leveren met een piek van drie kilowatt. Genoeg om de televisie te laten spelen en de koelkast aan te houden tijdens een stroomstoring. Wie daar niet genoeg aan heeft kan meerdere Powerwalls in serie
schakelen. De accu staat constant in verbinding met Tesla Energy via het internet. Tesla testte de accu's de afgelopen maanden al samen met het SolarCity-project in ongeveer driehonderdhuizen in Californië en elf Walmart-winkels. Het doel is aan het eind van het jaar ook aan Duitsland en Australië te leveren. Tesla-baas Elon Musk ziet ook mogelijkheden voor ontwikkelingslanden waar mensen slecht toegang hebben tot betrouwbare netwerken of waar helemaal geen elektriciteitsnetten zijn.
Snelste waterstofbatterij ooit brengt waterstofauto dichterbij Auto’s die rijden op mierenzuur? Het scenario is niet ondenkbaar na de vondst die fysisch chemicus Georgy Filonenko deed in zijn promotieonderzoek. Hij ontdekte een katalysator waarmee waterstof met koolstofdioxide (CO2) samen bliksemsnel mierenzuur kunnen vormen, sneller dan ooit gemeten. En de omgekeerde reactie gaat net zo makkelijk. Een stabiele en snelle batterij voor waterstof lijkt in de maak voor toepassing in bijvoorbeeld toekomstige waterstofauto’s. Al enkele jaren is bekend dat waterstof met CO2 is te combineren tot vloeibaar mierenzuur, waardoor je veel meer waterstof kan opslaan in hetzelfde volume. Maar de bottleneck was tot dusverre de snelheid waarmee de waterstof in het CO2 wordt opgenomen, weer wordt vrijgegeven, en hoe dit kan worden gecontroleerd. Tijdens experimenten stuitten twee bachelor studenten Scheikundige Technologie, die werkten onder begeleiding van Georgy Filonenko, per toeval op een katalysator die de reactie extreem snel liet verlopen: een complex van een organisch molecuul met een atoom van edelmetaal ruthenium. Filonenko sloeg aan het rekenen en wist de reactie te optimaliseren. Hij haalde zodoende een reactiesnelheid die tien keer hoger lag dan het wereldwijd snelste bekende systeem, dat ook nog eens een aanzienlijk duurdere katalysator vergt. ‘Ook bijzonder is dat de reactie heel makkelijk omkeerbaar is’, zegt Filonenko. ‘Bij een temperatuur van 65 graden is het mierenzuur stabiel, maar verwarm je het naar 90 graden, dan komt het waterstof snel vrij.’ De snelheid van de reactie en de stabiliteit maken het mierenzuur tot een potentiele kandidaat voor een waterstofbatterij, bijvoorbeeld in een auto. ‘Voor het zover is moet de opslagdichtheid nog wel omhoog’, zegt Evgeny Pidko, de begeleider van Filonenko. ‘Daarom kijken we ook naar andere moleculen om waterstof in op te slaan, zoals methanol.’
UTILITIES 17 nr. 4 - juni 2015
Een combinatie van energie uit oppervlaktewater en warmte en koudeopslag biedt veel potentie om gebouwen duurzaam te verwarmen en koelen. Met name in de grote steden zou bijna de helft van de warmte en koude behoefte op deze manier kunnen worden ingevuld. De kansenkaart van Rijkswaterstaat geeft inzicht in de potentie van het hoofdwatersysteem. Energie
Tekst: Ivo Pothof en Pascal Boderie, Deltares Sanne de Boer en Barry Scholten, IF Technology
Oppervlaktewater kan in helft warmte en koude voorzien Een woonwijk verwarmen of een datacenter koelen met oppervlaktewater is al lang mogelijk, maar gebeurt vooralsnog slechts op kleine schaal. Door warmte of koude uit het oppervlaktewater te onttrekken en tijdelijk op te slaan in de ondergrond, kan de thermische energie uit het oppervlaktewater veel rendabeler worden benut. Bijkomend voordeel is dat het onttrekken van warmte en koude met deze techniek ook de waterkwaliteit verbetert. Bij meer dan vijftig procent van de watergangen breder dan 25 meter kan het oppervlaktewater de totale warmtevraag van de nabijgelegen bebouwing leveren. Deze kennis geeft de waterbeheerders zoals Rijkswaterstaat, maar ook de waterschappen nieuwe mogelijkheden om naar de invulling van hun duurzaamheidsambities te kijken en tegelijkertijd deze ambities te combineren met waterkwaliteitsverbetering. Bovendien krijgt de energiesector nieuwe kansen om duurzame systemen te realiseren en bestaande Warmte- en Koude-opslagsysteem (WKO) systemen beter te laten functioneren.
Projectopzet Binnen het Corporate Innovatieprogramma van Rijkswaterstaat verkenden Deltares en IF Technology in 2014 de potentie van 18 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
thermische energie uit het hoofdwatersysteem en regionale waterlopen. Het doel van de verkenning was de potentie inzichtelijk te maken van Energie uit Oppervlaktewater (EOW) in combinatie met opslag in een WKO . Daarbij keken de onderzoekers welke bijdrage deze combinatie van technieken kan leveren aan het behalen van de emissiedoelstellingen van Rijkswaterstaat, maar ook wat het kan opleveren voor de waterkwaliteit. Om de potentie te bepalen keek men hoeveel thermische energie kan worden geleverd door het oppervlaktewatersysteem, ook wel de onttrekkingscapaciteit oppervlaktewater (OC) genoemd. Hierbij is ervan uitgegaan dat het oppervlaktewater met maximaal drie graden Celsius mag worden opgewarmd in de winter en maximaal zes graden Celsius mag worden afgekoeld in de zomer. De thermische energie die wordt onttrokken uit het oppervlaktewater wordt meestal niet direct gebruikt. Door de energie met behulp van een WKO-systeem tijdelijk op te slaan kan de energie later worden gebruikt. Hiervoor is het relevant om te weten hoeveel warmte of koude in de ondergrond kan worden opgeslagen, wat zich vertaald naar de bodemopslagcapaciteit (BC). Daarnaast is in het onderzoek de
koppeling gelegd met de energievraag bovengronds. Waar geen warmte of koudevraag (W/K) is, is het potentieel niet realistisch omdat dit nooit wordt ontsloten. In de studie is zoveel mogelijk gebruik gemaakt van bestaande informatie zoals statische informatie van het hoofdwatersysteem en regionale waterlopen zoals de breedte, diepte enzovoorts om de warmteflux vast te leggen. Ook keek men naar het typische temperatuurverloop over de seizoenen in de waterlopen. Verder gebruikten de onderzoekers informatie over de bodemopbouw en de locatie van bestaande WKO-systemen in de directe omgeving van het hoofdwatersysteem. Als laatste werd ook de beschikbare informatie over de totale vraag naar warmte/koude in de directe omgeving van het hoofdwatersysteem gebruikt in het onderzoek.
Capaciteit De basis van deze studie wordt gevormd door het door Deltares ontwikkelde Deltamodel: een modelinstrumentarium dat kan worden gebruikt bij de waterstaatkundige onderbouwing van beleidskeuzes voor de lange termijn. Op basis van een aantal uitgangspunten zoals afmetingen van de watergang, warmteoverdracht
Abonnees lezen meer op www.utilities.nl
naar de atmosfeer en stroomsnelheden is met behulp van het Deltamodel bepaald wat de onttrekkingscapaciteit van het oppervlaktewater is in gigajoule per jaar. Bij het berekenen van de thermische energielevering is onderscheid gemaakt in koude- en warmteonttrekking om inzichtelijk te krijgen of de ene vorm meer of minder potentie heeft dan de andere vorm. Door het onttrekken van koude wordt het oppervlaktewater waaraan de koude wordt onttrokken warmer. Koudeonttrekking is dus equivalent met het opwarmen van water. Bruikbare koude kan worden onttrokken in de winter wanneer het oppervlaktewater kouder is dan zeven graden Celsius. De hoeveelheid koude (MWth) die gegeven de omstandigheden kan worden onttrokken is de koude-onttrekkingscapaciteit en deze hangt af van de hoeveelheid water (debiet), de watertemperatuur én de heersende normen voor opwarming van water. Bij het onttrekken van warmte wordt het water waaraan dit wordt onttrokken kouder. Warmte-onttrekking is dus equivalent met het afkoelen van water. In tegenstelling tot het opwarmen van het oppervlaktewater zijn er nog geen normen voor afkoeling van oppervlaktewater.
Bodemopslag Om te achterhalen wat de opslagcapaciteit is van
de bodem in de nabijheid van het hoofdwatersysteem is gebruik gemaakt van de WKO Tool Nederland. Deze web applicatie is bedoeld om op quick scan-niveau op een bepaalde locatie een indruk te krijgen van de kansen voor de toepassing van open en gesloten bodemenergiesystemen, al dan niet in combinatie met een warmtepomp. Voor de verkenning van de kansenkaarten is de onderliggende database van de WKO Tool gebruikt. Men beperkte zich in deze verkenning tot de bodemopslagcapaciteit in de eerste kilometer langs het hoofdwatersysteem. Voor het berekenen van de hoeveelheid warmte of koude, die per hectare per jaar in de ondergrond maximaal kan worden opgeslagen, is een aantal randvoorwaarden opgesteld. Zo gaat men ervan uit dat open systemen alleen gebruik maken van de zandpakketten in de ondergrond tot een maximale diepte van 250 meter beneden maaiveld. Voor de berekeningen is dan ook de totale beschikbare dikte d meegenomen. Een andere voorwaarde is dat filters over tachtig procent van de totale dikte van het pakket kunnen worden geplaatst en dat zeventig procent van het bruto-oppervlak kan worden benut. Verder wordt in de berekeningen ervan uitgegaan dat de helft van het beschikbare volume wordt gebruikt voor de warme bron, de andere helft voor de koude bron. De bodem boven de gemiddelde
grondwaterstand wordt niet meegenomen in de berekening. Rekening houdend met deze randvoorwaarden komt de hoeveelheid winbare energie per kubieke meter grond uit op 21 gigajoule per hectare per meter filterlengte, oftewel 0,0021 gigajoule per jaar per kuub zand. De dikste zandpakketten zijn maximaal 250 meter diep en liggen in Noord- en Zuid-Holland. Hier is de maximale opslagcapaciteit dus circa vijfduizend gigajoule per hectare. Naar het oosten en noordoosten daalt de opslagcapaciteit naar ongeveer duizend gigajoule per hectare. Nu de theoretische capaciteit bekend is, is het interessant om te kijken hoeveel WKO’s al zijn gerealiseerd in de nabijheid van het hoofdwatersysteem. Om dit te bepalen is het aantal WKO’s binnen een afstand van één kilometer van de waterlopen geteld. Hoe dichterbij de WKO namelijk bij het oppervlaktewater is, hoe gunstiger de financiële haalbaarheid wordt. Vanuit de WKO bekeken heeft thermische energie uit oppervlakte ook een mooi neveneffect: deze vorm van energie kan ook worden ingezet als regeneratievoorziening in geval dat een WKO-systeem niet in balans is. Deze vorm van regeneratie is duurzamer dan regeneratie door een droge koeler of zonnecollectoren. In de tussenseizoenen kan het oppervlaktewater bovendien direct worden gebruikt. Met dit positieve effect is
UTILITIES 19 nr. 4 - juni 2015
in deze verkenning nog geen rekening gehouden. Uit de analyse blijkt dat in een strook van één kilometer aan weerszijden van het hoofdwatersys-teem 1.100 WKO-installaties aanwezig zijn. Deze installaties kunnen in potentie worden uitgebreid met een EOWinstallatie.
Warmte en koude vraag Om de totale vraag naar warmte en koude in de directe omgeving van het hoofdwatersysteem te bepalen, zijn data uit de warmteatlas gebruikt. In opdracht van RVO heeft TNO recent, met behulp van het Vesta-model van het Planbureau voor de leefomgeving, een meer gedetailleerd overzicht opgesteld van zowel de warmte- als koudevraag voor woningen en utiliteitsbouw. De warmtevraag is bepaald voor zowel de utiliteitssector als de woningbouw. De warmtevraag langs het hoofdwatersysteem is over het algemeen kleiner dan duizend gigajoule per hectare per jaar. Met uitzondering van de grote steden waar de warmtevraag oploopt tot vijfduizend gigajoule per hectare per jaar. De koudevraag langs de watergangen is beperkt gebleven tot de utiliteitssector en over het algemeen kleiner dan honderd gigajoule per hectare per jaar.
Combineren van data voor de Kansenkaart Nadat alle gegevens beken waren, konden de onderzoekers de data combineren om vervolgens conclusies te trekken. Zo werd de onttrekkingscapaciteit voor warmte en voor koude en de bodemopslagcapaciteit gecombineerd en vergeleken met respectievelijk de warmte- en koudevraag om tot een kansenkaart te komen. De potentie wordt berekend als de fractie van de warmte- of koudevraag die zowel kan worden geleverd door de watergangen als kan worden opgeslagen in de ondergrond. In de eindkaart is de potentie weergegeven in percentages: tot 25, 25 – 50, 50 – 75 en meer dan 75 procent. In vrijwel alle watergangen van het hoofdwatersysteem die breder dan 25 meter zijn, kan het oppervlaktewater 20 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
minimaal vijftig procent van de warmtevraag leveren. Uit analyse blijkt dat om te voorzien in de warmtevraag, de breedte van de watergang en/of de doorstroming van de watergang bepalend zijn. De bodemcapaciteit is in het stedelijk gebied niet limiterend. In de detailkaart van de kansenkaart voor de warmtevoorziening is goed te zien dat de doorstroomde watergangen in Den Haag een hogere potentie hebben, dan de minder doorstroomde watergangen. Ook in grote steden kan het oppervlaktewater praktisch overal de gehele koudevraag leveren. Tevens is in deze gebieden de opslagcapaciteit in de bodem voor de koudevoorziening ruim voldoende om aan de koudevraag in de utiliteitssector te voldoen. Het oppervlaktewater heeft dus beduidend meer functies dan degene die het nu vooral heeft: de functie van afvalemmer voor warmtelozingen.
Steden Ruim 1.100 WKOsystemen liggen in de directe nabijheid van het hoofdwatersysteem. Dit oppervlaktewater kan in principe worden benut om de WKO-systemen robuuster te maken. Door het oppervlaktewater te gebruiken om eventuele thermische onbalans te vereffenen kan een WKO-systeem beter in balans worden gehouden. Dit verlaagt het risico op handhaving vanuit de vergunning en verhoogt het rendement van het systeem. Daarnaast levert het aanzienlijke kostenbesparingen op ten opzichte van andere rege-
neratiemethoden. Nader onderzoek op specifieke locaties wordt aanbevolen om de economische haalbaarheid van deze EOW-uitbreiding te bepalen. Met name in de stedelijke omgeving kan het kansen bieden. Vanuit landelijk perspectief zijn de locaties met een grote warmte/koude-vraag binnen één kilometer van oppervlaktewater: Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Leiden en Groningen. In deze steden is de combinatie EOW-WKO het meest interessant. Een struikelblok bij de realisatie van energie uit oppervlaktewatersystemen op dit moment is de huidige onduidelijkheid in de regelgeving voor koudelozingen. Op dit moment wordt per waterschap of hoogheemraadschap nagedacht over het vormgeven en het implementeren van het beleid. Dit heeft bij sommige projecten vertraging opgeleverd voor de realisatie. Vanuit de ontwikkelingskant is er daarom behoefte aan landelijk uniforme regelgeving voor koudelozingen. De kansenkaart voor Rijkswaterstaat is voor iedereen beschikbaar. Het voorbeeld van Den Haag toont aan dat met behulp van deze kaart de eerste stap voor het inzichtelijk maken van kansen goed mogelijk is. Om de kaart gebruiksvriendelijker te maken is de volgende stap het digitaal beschikbaar stellen van de huidige kaart. Op deze wijze kunnen lokale initiatieven en kansen onder de aandacht worden gebracht van gebruikers van WKO, energiebedrijven en andere belanghebbenden. ■
WATERVISIE
UTILITIES 21 nr. 4 - juni 2015
WATER Hoewel de waterstress in Nederland redelijk
meevalt, kiezen grote multinationals steeds vaker voor het sluiten van hun waterkringloop. Bedrijven voelen de publieke druk, maar nemen ook strategische keuzes om strengere wet- en regelgeving voor te zijn. Volgens de panelleden van de rondetafeldiscussie van het Watervisie Platform is het vooral zaak om integraal naar de waarde van water te kijken en dan is hergebruik niet altijd de beste optie, valorisatie wel.
Kringloopsluiting is een bewuste keuze Water is misschien wel de meest onderschatte utility in Nederland. Want als wij het al over water hebben, dan is het toch meestal over de strijd tégen het water. Die denkwijze is tegen het zere been van internationale organisaties als de Oeso en de Verenigde Naties. Zo kwam de VN in maart nog in het nieuws nadat ze een rapport publiceerde dat al een watertekort voorzag in 2030. Als landen hun beleid op het gebied van watergebruik niet veranderen, bestaat de reële kans dat er al in 2030 een flink watertekort op aarde is. Het gaat om een tekort van naar schatting veertig procent. ‘Het is eigenlijk raar dat we ons over energie veel meer druk maken dan over water’, zegt Jean-Claude de
Maaijer. We zouden in principe jaren zonder olie kunnen, maar geen dag zonder water. En toch waarderen we het maar met mate.’ Het goede nieuws is dat Nederland momenteel nog weinig waterstress kent. Hoewel een droge zomer wel degelijk problemen kan opleveren met de koeling van energiecentrales of chemische fabrieken of bijvoorbeeld met de bevloeiing van gewassen. Dit is echter niets vergeleken met landen in Noord-Afrika, het Midden-Oosten of bijvoorbeeld delen van Amerika en Australië. Nu lijkt dat een ver van mijn bed show, maar veel Nederlandse multinationals zijn actief in deze landen of betrekken grondstoffen uit deze landen. De vraag is in hoeverre die bedrijven hun verantwoordelijkheid
DEELNEMERS AAN DEZE RONDETAFELDISCUSSIE Frank Oesterholt, KWR Henri Spanjers, TU Delft Roy Tummers, VEMW Reinout Holland, Tebodin Bart Küpers, Endress+ Hauser Jean-Claude de Maaijer, BASF Master Builder Solutions Jan Willem Mulder Evides Industriewater
22 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
willen of kunnen nemen om de keten te dwingen verantwoorde keuzes te maken. Maar ook dichter bij huis kunnen de grote industriële bedrijven hun toeleveringsketen verleiden of verplichten om hun waterverbruik terug te dringen of te verduurzamen. De eerste discussie van het Watervisie Platform van dit jaar gaat over ketenverantwoordelijkheid.
Keten Frank Oesterholt presenteerde onlangs nog de resultaten van een studie naar ketenintegratie. ‘Door waterstromen op elkaar aan te sluiten, te bundelen of waterkringlopen te sluiten neemt de druk op het watersysteem af’, zegt Oesterholt. ‘Onze studie onderzocht onder meer of het in Nederland mogelijk is om dit soort ketenintegratie voor elkaar te krijgen. De uitslag op deze vraag was niet heel verrassend: het is technisch mogelijk om waterkringlopen te sluiten. Maar de vervolgvraag was of het ook economisch haalbaar is. Het antwoord daarop is heel wat complexer, met name omdat je dan te maken krijgt met zowel publieke als private partijen die met elkaar moeten gaan samenwerken. Door verschillen in doelstellingen en verant-
woordelijkheden kunnen die partijen elkaar maar moeilijk tegemoetkomen. Daar komt bij dat de investeringen in ketenintegratie een relatief lange terugverdientijd kennen, waardoor met name het bedrijfsleven niet direct enthousiast wordt. Alleen wanneer andere motieven dan economische meespelen, is het zinvol om te investeren in ketenintegratie. Meestal zijn dat motieven in het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen, maar er zijn ook strategische motieven om de waterketen te sluiten. Bijvoorbeeld om de voorzieningszekerheid in de toekomst te borgen. Of zo’n project in de praktijk ook slaagt, is vaak weer afhankelijk van mensen. Vaak is er een CEO of duurzaamheidsexpert die zo’n kar trekt en door zijn enthousiasme mensen meeneemt in het traject.’ Reinout Holland snapt de terughoudendheid van bedrijven wel. ‘Er zijn elders namelijk veel grotere stappen te maken. Voor veel bedrijven is het indirecte waterverbruik namelijk veel groter dan de hoeveelheden water die voor de eigen productie nodig zijn. Neem de kledingindustrie. Veel partijen kopen katoen uit gebieden waar veel waterschaarste is. Het is
voor hen verstandiger om daar te helpen het verbruik terug te dringen dan dat beetje wat in Nederland wordt gebruikt nog meer terug te dringen. Een aantal multinationals gaat nog verder en kijkt ook verder in de keten, bij de klant, naar het waterverbruik. Unilever stimuleert jongeren bijvoorbeeld om korter te douchen of maakt producten die minder water nodig hebben in de gebruiksfase.’
Strategische keuze Roy Tummers moet bekennen dat bij het merendeel van zijn achterban de aanvoer van zoetwater tot nog toe geen zwaarwegend issue is. ‘Omwille van leveringszekerheid is het voor de meeste bedrijven nog niet noodzakelijk om extra maatregelen te nemen. Een aantal bedrijven heeft wel voor zichzelf een duidelijke waterpolicy opgesteld en wil de invloed van zijn productie op de omgeving zo veel mogelijk beperken. Zo houdt de voedingsmiddelenindustrie zich aan strikte regels omdat ze vaak dicht op hun klanten zitten en die moeten niet het idee krijgen dat ze met de bedrijven moeten concurreren op het gebied van zoetwater.’ ‘Dat is ook precies de reden waarom
DOW in Terneuzen ervoor koos om effluent te gebruiken’, zegt Jan Willem Mulder. ‘Zeeland kent wel degelijk waterstress omdat men te maken heeft met verzilting. Als de lokale bevolking dan moet concurreren met een grote chemiereus, is dat niet goed voor de reputatie van DOW. En dus kijkt men naar alternatieven. De toegang tot water staat in het risicolijstje van de board van het chemiebedrijf en dus wil men zekerheden inbouwen. Uiteindelijk gaat het om risicomanagement en daarbij hoort ook de kwaliteit en kwantiteit van proceswater. Veel bedrijven gebruiken oppervlaktewater als basis voor hun proceswater, maar wie garandeert de kwaliteit daarvan in de toekomst?’ Bart Küpers vult aan: ‘Om dezelfde reden gebruikt ook de NAM effluent uit de RWZI van Emmen voor de productie van stoom in Schoonebeek. Men gebruikt de stoom om de stroperige olie vloeibaarder te maken maar wil daarvoor geen aanspraak doen op de natuurlijke waterbronnen.’ Het niet benutten van grondwater sluit aan op het antiverdrogingsbeleid van de provincie Drenthe. De NAM koos ook bewust niet voor het gebruik van oppervlaktewater omdat de water
UTILITIES 23 nr. 4 - juni 2015
HET WATERVISIEPLATFORM KOPPELT DE KETENS HET WATERVISIEPLATFORM KOPPELT DE KETENS PARTNERS WATERVISIE PLATFORM PARTNERS WATERVISIE PLATFORM Scan de foto en bekijk het filmpje 1) Installeer op uw smartphone of tablet ‘iLinqs’ Scan de deapp foto en bekijk het filmpje 2) Start de app op uw smartphone 1) Installeer op uw smartphone of tablet of tablet de apphet ‘iLinqs’ 3) Scan de foto waarbij icoon 2) Start de app op uw smartphone is geplaatst of tablet filmpje verschijnt 4) Het bijbehorende 3) Scan de foto waarbij het icoon op smartphone of tablet is geplaatst 4) Het bijbehorende filmpje verschijnt op smartphone of tablet
LEDEN WATERVISIE PLATFORM
LEDEN WATERVISIE PLATFORM
Niels Groot Waterspecialist Dow Benelux Niels Groot Waterspecialist Benelux
Johan Raap Martijn Kruisweg Lector biobased Eco Efficiency & Economy, Avans sustainable growth Johan Raap Martijn Kruisweg Hogeschool AkzoNobel Dow Eco Efficiency & Lector biobased Economy, Avans sustainable growth Hogeschool AkzoNobel
Georg Stockinger Roy Tummers Henri Spanjers Directeur Water Shell Global Prof. Industrieel VEMW Solutionsccc watermanagement Georg Stockinger Roy Tummers Henri Spanjers TU Delft Directeur Water Shell Global Prof. Industrieel VEMW Solutionsccc watermanagement TU Delft
Meer informatie Congresinformatie: Marjolein Veeninga • marjolein@industrielinqs.nl • 020–31 22 791 Partnerinformatie: Anouk Bouwmeester • anouk@industrielinqs.nl • 020–31 22 797
www.watervisie.com www.watervisie.com Meer informatie
Congresinformatie: Marjolein Veeninga • marjolein@industrielinqs.nl • 020–31 22 791 Partnerinformatie: Anouk Bouwmeester • anouk@industrielinqs.nl • 020–31 22 797
29_S_Veolia Mars.indd 28
29_S_Veolia Mars.indd 28
28-01-15 16:36
28-01-15 16:36
kwaliteit kan wisselen en beperkt beschikbaar is in droge perioden. Voor chemiebedrijven is de keuze voor het sluiten van de kringloop dan ook een afweging van kosten en risico’s. In de voedingsmiddelenindustrie komt daar nog een component bij: er bestaat een mentale blokkade om afvalwater te gebruiken in levensmiddelen. Toch is er ook in die industrietak langzaamaan beweging te bespeuren op het gebied van waterhergebruik. Oesterholt: ‘De aardappelverwerkende industrie gebruikt veel water om de producten schoon te spoelen. Tot voor kort zagen ze daar geen problemen in omdat er water genoeg is, maar ook die industrie neemt langzaamaan zijn verantwoordelijkheid. Omdat het spoelwater nog redelijk schoon is, kan men het eenvoudig opwerken tot demiwater voor de stoomprocessen verderop in het proces. Of wat te denken van het schoonspoelen van de leidingen, wat met zogenaamde cleaning in place-technieken gebeurt. Het vaak warme spoelwater zou eenvoudig kunnen worden gebruikt, terwijl de warmte ook zou kunnen worden teruggewonnen. Of wat te denken van de grondstoffen of voedingsstoffen die nog in de leidingen zit?’
voor dat bedrijven zeer ruim water gebruiken voor de productie van stoom om die warmte vervolgens aan het einde van het proces weg te koelen. Bedrijven moeten zich aan de voorkant goed afvragen hoeveel proceswater of stoom ze daadwerkelijk nodig hebben. Alles het water dat niet in het proces komt, is pure winst. De grondstofprijzen zullen daarin niet
Wetgeving Tummers waarschuwt
doorslaggevend zijn, maar de energiebesparingen kunnen enorm oplopen. Dat begint er wel mee dat bedrijven goed moeten weten welk water ze voor welke processen gebruiken en welke kwaliteit daarvoor nodig is. Het ontbreekt veel bedrijven aan dat inzicht, dus voordat aan de achterkant naar kringloopsluiting wordt gekeken, is het verstandig de hele kringloop erbij te betrekken. Een aantal bedrijven kijkt daarbij zelfs over de bedrijfsgrenzen en bundelen afvalstromen of leveren laagwaardige warmte aan bijvoorbeeld ge glastuinbouw of aan woningen in de buurt. Maar er zijn ook steeds meer technieken voorhanden om laagwaardige warmte met een temperatuurrange van rond de 55 graden Celsius redelijk energiezuinig op te waarderen naar bruikbare temperaturen.
tatieve doelstellingen tot bindende wet- en regelgeving. Bedrijven die voor een investeringsbeslissing staan in hun watersysteem zouden er dan ook verstandig aan doen om deze ontwikkelingen in hun risicoprofiel mee te nemen. Er is een nieuwe Eurocommissaris voor Milieu en Water aangesteld die onder meer wil inzetten op verdere beprijzing van water. . Ook in Nederland onderzoekt het ministerie van I&M of het, met het oog op de toekomstige financiering, nodig is om meer prijsprikkels in te voeren. Een van de conclusies in het rapport was namelijk dat de lage prijs van water onvoldoende prikkels gaf om er zuiniger mee om te gaan. Als de overheid die druk vervolgens kunstmatig gaat opvoeren door belasting te heffen op water, dan reken je ineens met heel andere getallen. We
dat de rapporten van de Oeso en de Verenigde Naties wel degelijk tot maatregelen kunnen leiden vanuit Brussel: ‘De Europese Commissie heeft waterhergebruik als speerpunt genomen voor hun toekomstig beleid. Men buigt zich momenteel over eventuele maatregelen, die kunnen variëren van kwantitatieve of kwali-
Waarde in water Henri Spanjers: ‘Als we het over waterkwaliteit hebben, gaat het er niet alleen om of het schoon is, maar ook over de temperatuur, energie-inhoud, de aanwezigheid van grondstoffen enzovoorts. Water heeft op zichzelf geen waarde, maar er wordt gedurende veel processen wel veel waarde aan toegevoegd. Het terugwinnen van water kan dan ook een secundair doel dienen. Het primaire doel is zoveel mogelijk waarde onttrekken voordat het water wordt geloosd.’ Diezelfde waarde kan bedrijven prikkelen om al aan de voorkant van het proces te kijken naar de kosten die gepaard gaan met het op kwaliteit brengen, opwarmen en weer afkoelen van water. Als bedrijven die kosten verdisconteren in hun waterkosten kunnen de keuzes soms heel anders uitvallen. Het komt maar al te vaak
UTILITIES 25 nr. 4 - juni 2015
16:36
Innovatieve leklokaliseringen drukbeproevingsapparatuur voor gas- en waterleidingen.
Esders ontwikkelt, produceert en verkoopt: » explosieveilige gaswaarschuwingsapparatuur » explosieveilige gasdetectoren » correlerende ruisloggers » digitale drukmeetkoffers Voor meer informatie kijk op www.esders.nl
Ondergronds FLOW meten zonder procesonderbreking! Bewezen in de praktijk met onze FLUXUS®-meters p Geen aanpassingen aan het leidingwerk p Alle mogelijke leidingdiameters p Naast staal ook geschikt voor (gewapend) beton, asbestcement, kunststof en leidingen met binnenbekleding (staal/ cement, staal/rubber enz.) p Groot meetbereik (0,025 tot 25 m/s)
Van buiten meten, wat van binnen stroomt. Flexim Instruments Benelux BV Tel.: +31(0)10 24 92 333 www.flexim.com benelux@flexim.com
p Waterdichte sensoren (IP68) p Zand erover!
hebben de verhoging van belasting op leidingwater kunnen voorkomen, maar dat wil niet zeggen dat dit soort maatregelen in de toekomst niet nog een keer voorbij zullen komen.’ Het feit dat de waterschaarste in Nederland vooral seizoensgebonden is, biedt ook mogelijkheden. Oesterholt: ‘Met name tuinders experimenteren steeds meer met zogenaamde aquifer storage and recovery, ofwel ASR. Men slaat overtollig water uit het natte seizoen ondergronds op om dit te kunnen gebruiken op het moment dat de droogte toeslaat. De industrie maakt tot nog toe weinig gebruik van deze mogelijkheid, maar zou dat uit strategisch oogpunt wel kunnen doen. Waterberging kan in de toekomst nog wel eens meer in de belangstelling komen te staan als de klimaatveranderingen doorzetten. Holland: ‘Een van de gevolgen van het broeikaseffect is dat we extremere weersomstandigheden kunnen verwachten. Dat wil zeggen dat lange droge perioden worden afgewisseld met extreme stortbuien. Met name die laatste component zou nog wel eens tot problemen kunnen leiden omdat het huidige rioolsysteem
zulke hoeveelheden niet aankan. Het gevolg daarvan is dat men moet overstorten, wat gevolgen heeft voor de kwaliteit van het oppervlaktewater. Gezien het feit dat ongeveer veertig procent van de industrie afhankelijk is van water uit de Maas of de Rijn, kunnen dit soort scenario’s verstrekkende gevolgen hebben.’ De panelleden zijn het eens met het scenario dat Holland schetst, maar ziet wel bezwaren voor investeringen vanuit de industrie. Mulder: ‘Het probleem is dat het inrichten van een waterberging relatief duur is, met name omdat je hem maar een aantal maanden nodig hebt. Dan wordt het lastig voor bedrijven om daar een business case van te maken.’ Oesterholt denkt dat die business case wel te maken is omdat berging in de bodem van zoetwater voorkomt dat er grote kunstmatige bergingen moeten worden aangelegd om de overlast van overvloedig regenwater tegen te gaan.
Zout water Mocht er een conclusie aan de discussie worden verbonden, dan is het toch met name dat kringloopsluiting in Nederland niet opportuun is. Tenminste niet
uit het oogpunt van waterschaarste. Inspanningen op dat gebied zouden moeten plaatsvinden in gebieden met meer waterstress. Maar als integraal wordt gekeken naar water als drager van warmte, koude en grondstoffen dan is er nog veel te winnen, ook in Nederland. ‘Waterhergebruik is in dat licht niet altijd de meest efficiënte methode’, vindt het panel. ‘Soms kan lozen net zo effectief zijn voor het milieu. Vergeet ook niet dat het verwerken van water ook weer energie kost. Membranen kunnen steeds meer vervuilingen uit het water halen, maar die hebben nog steeds osmotische druk nodig. En dat kost ook weer energie.’ De enige uitdaging in Nederland is eigenlijk de behandeling van zout water, waar we redelijk veel last van hebben. Veel innovaties richten zich dan ook op het terugwinnen van water uit brijn ofwel het indikken van de zoute afvalstroom. De andere innovaties richten zich met name op de afvalstroom: het terugwinnen van grondstoffen en energie. In die gebieden is het wel degelijk interessant om over de eigen keten heen te kijken en samenwerking te zoeken. ■
UTILITIES 27 nr. 4 - juni 2015
WATER Textielfabrieken kunnen hun waterverbruik tot
negentig procent verminderen door gebruik te maken van de EColoRO-techniek bestaande uit electro coagulatie gevolgd door membraanfiltratie om hun afvalwater te behandelen en vervolgens te hergebruiken.
Electro coagulatie pakt afvalwater textielindustrie aan In textielproductie worden doorgaans grote hoeveelheden water gebruikt. Tijdens het verven van textiel gaat de stof in de meeste gevallen door een verfbad om ze kleur te geven. Daarna volgt een aantal spoelgangen om de verf die zich niet aan de stof heeft gehecht te verwijderen. Het spoelwater, dat verfpigmenten en chemicaliën bevat, gaat momenteel in het gunstige geval naar een eigen of openbare zuiveringsinstallatie. De kleur wordt daar echter niet uit het afvalwater gehaald zodat men in het ergste geval zelfs in sommige textielgebieden paarsgekleurde beekjes kan waarnemen. Het jonge Nederlandse bedrijf EColoRO heeft voor dit probleem een oplossing gevonden door een combinatie van bestaande technieken. Electro coagulatie vormt de basis van het EColoRO concept. Hiermee is het mogelijk 93 tot 96 procent van de pigmenten ofwel kleurstoffen uit het afvalwater te halen. Daarna kan het water met behulp van membranen via ultrafiltratie al dan niet in combinatie met omgekeerde osmose volledig zuiver worden gemaakt. Op die manier is het mogelijk om tot negentig procent van het water opnieuw te gebruiken. De overige tien pro 28 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
cent gaat verloren door verdamping en doordat restwater achterblijft in de geconcentreerde afvalstromen. De techniek is inmiddels al succesvol toegepast bij textielbedrijven in onder meer Turkije en is daarmee de pilotfase voorbij. De Europese Unie vond de techniek echter zo interessant voor haar lidstaten dat het geld beschikbaar stelde om een aantal demonstratieprojecten in te richtten. Op 1 juni 2015 startte dan ook een Europees consortium onder leiding van EColoRO en het Institute for Sustainable Process Technology (ISPT) met het 3,5-jaar durende project om de werking van de nieuwe technologie op volle industriële schaal aan te tonen. De eerste pilot is bij een textielfabriek in België en later staat ook een test bij een textielfabriek in Italië gepland.
Coagulatie De meest gebruikelijke manier om afvalwater te zuiveren is via coagulatie, Latijns voor stollen. In vuil water zitten namelijk doorgaans gesuspendeerde vaste stoffen, colloïdale deeltjes en opgeloste stoffen. Colloïdale of zwevende deeltjes zijn minder dan één micron in doorsnede, hebben een negatieve
lading en zijn stabiel in water. Dat wil zeggen dat ze niet uit zichzelf bezinken zoals gesuspendeerde vaste stoffen dat uiteindelijk wel doen. Door coagulatiemiddelen als ijzer- of aluminiumchloride toe te voegen wordt de negatieve lading van de colloïdale deeltjes geneutraliseerd door de positieve lading van de metaalionen van ijzer of aluminium. Deze ladingsneutralisatie destabiliseert de colloïdale oplossing waardoor de deeltjes elkaar niet langer afstoten maar samenklonteren. De samengeklonterde deeltjes kunnen vervolgens uit het water worden verwijderd via filtering. Nadeel van deze methode is dat er redelijk wat chemicaliën nodig zijn om het coagulatieproces op gang te brengen.
Modulair In plaats van gebruik te maken van coagulatiemiddelen is het ook mogelijk om een anode van ijzer of aluminium en een inerte kathode in water te hangen en daar een elektrische stroom door te geleiden. De anode oxideert en zorgt voor de neutralisatie van de negatieve lading van de colloïdale deeltjes. Bijkomend voordeel is dat dit proces ook zorgt voor de zogenaamde precipitatie, ofwel neerslagvorming, van zouten.
Nu bestaat deze manier van coagulatie al heel lang, maar volgens Eric van Sonsbeek, directeur van EColoRO is het nooit gelukt om het proces op industriële schaal in te zetten. ‘We hebben echter een paar aanpassingen in het concept gedaan waardoor we de afvalstromen volcontinu kunnen behandelen’, zegt Van Sonsbeek. ‘Zo gebruiken we in het proces een speciale omvormer die wisselstroom omzet in gelijkstroom met een lage spanning, maar hoge stroom. Daarmee kunnen we het energieverbruik redelijk beperken. Ook zorgt het ontwerp van de installatie ervoor dat het afvalwater goed in contact komt met de ionen. Vooral deze eerste stap in het proces is belangrijk omdat anders de membranen die later in het proces worden ingezet heel snel kunnen verstoppen. Uiteindelijk is er altijd energie nodig om het water door de membranen te persen en chemicaliën om de membranen weer schoon te maken, maar door het ontwerp van de installaties is dit tot een minimum beperkt. We gebruiken ook modulaire systemen in zeecontainers waardoor de configuratie van het systeem eenvoudig kan worden aangepast aan de eisen van de klant. Want eerlijk gezegd is geen textielfabriek gelijk. Iedereen gebruikt zijn eigen kleurmiddelen en
methoden en de kwaliteit van het afvalwater wisselt dan ook sterk. Het is ook de vraag of bedrijven hun afvalwater weer willen hergebruiken. We hebben projecten in Turkije en Egypte gehad waar water een hoge waarde had. In die gebieden kun je het water filteren tot de demiwaterkwaliteit die de textielindustrie nodig heeft. Maar partijen kunnen er ook voor kiezen om alleen de kleur uit het water te halen en het water via andere technieken te zuiveren om het vervolgens schoon te lozen. ’
Papierindustrie In het demonstratieproject wordt wel degelijk gekozen voor zero liquid discharge. ‘Helemaal op nul zitten we overigens niet’, zegt Van Sonsbeek. Zo zitten in het afvalwater behoorlijk wat organische stoffen, maar ook zouten. In de slurry die overblijft, zit dan ook nog wat water. Vito gaat kijken of dit water nog kan worden teruggewonnen en of de reststoffen weer kunnen worden hergebruikt in het proces. Een besparing van negentig procent op de waterrekening is voor veel bedrijven al een mooie winst. Bedrijven betalen toch al snel zo’n één tot twee euro per kuub water dus daar zit een aardige besparing in. We hebben dan ook berekend dat een installatie in Europa zich in twee tot vier jaar kan terugverdienen. In
gebieden met meer waterstress en dus een hogere prijs is die terugverdientijd ook veel korter. De EU ziet echter meer dan alleen de waarde van het water. Men wil ook de eigen textielindustrie beschermen en voorkomen dat productie naar lagelonenlanden verdwijnt. Dit soort innovaties zorgt ervoor dat de Europese textielbedrijven hoog scoren op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen, maar ook de kosten laag kunnen houden. Bedrijven hoeven hun proces ook niet aan te passen. We kunnen de modules redelijk eenvoudig aansluiten op de afvalwaterstromen. En als de markt verandert en er ineens meer of minder capaciteit nodig is, kunnen we eenvoudig modules aan of afkoppelen. ‘Eigenlijk heeft de technologie zich al bewezen’, besluit Van Sonsbeek. Bij een textielbedrijf in Egypte behandelden we probleemloos tweehonderd kuub afvalwater per uur en ook in Turkije draait de zuivering naar tevredenheid. Met dit demonstratieproject kunnen we in ieder geval ook andere markten inspireren. De papierindustrie kent bijvoorbeeld dezelfde problematiek. Ook in papier en karton zitten kleurstoffen die maar moeilijk uit het afvalwater kunnen worden gehaald. Electro coagulatie zou hier zonder noemenswaardige aanpassingen kunnen worden ingezet.’ ■
UTILITIES 29 nr. 4 - juni 2015
“Is your plant ready for the future?”
Utilities.nl geeft nog meer waarde voor uw geld
SEE CLEARLY
acts
manuf
Meer nieuws dan ooit
The TDLS analyser utilizes powerful and highly sensitive lasers and can detect and analyse combustion gases under a wide variety of conditions.
KNOW IN ADVANCE
Advanced plant management solutions for performance based operation, event analysis, operation ef�ciency improvement and plant resource manager. ACT WITH AGILITY
• Actuele berichtgeving over de energie- en watermarkt • Alle productinnovaties overzichtelijk bij elkaar • Volledig evenementenoverzicht • Online catalogi met producten en diensten • Multimediale bedrijfspresentaties • Tweewekelijkse nieuwsbrief • Live twitter updates • LinkedIn interacted
Utilities-abonnees krijgen meer • De nieuwste Utilities staat een week voor verschijnen online • Abonnees krijgen toegang tot alle eerder verschenen artikelen • Volg de status van nieuwbouwprojecten en uitbreidingen in de projectendatabase • Ga naar www.utilities.nl en kies abonneren
Our DCS is a core platform and a key component of our comprehensive solutions that make it possible for power plants to operate more ef�ciently.
Ga direct naar Utilities.nl en blijf iedereen voor Visit us at www.yokogawa.com/eu/pge
Energie Subsidies op zowel fossiele brandstoffen
als duurzame energieopwekkers zijn niet meer nodig als emissiehandel volwassen wordt. Volgens Sectretaris generaal van Eurelectric Hans ten Berge is decarbonisatie de enige drijfveer voor de energiebranche om over te gaan op duurzame bronnen als wind- en zonne-energie. Maar daarmee veranderen de marktmodellen wel drastisch.
Emissiehandel trekt scheve markt uiteindelijk wel recht Dat de energiewereld in een transitiefase zit, moge duidelijk zijn. Nog nooit werd er zoveel geïnvesteerd in duurzaam decentraal vermogen als afgelopen jaar. En de gevolgen daarvan zijn te merken. Grote energiebedrijven zoals RWE, E.ON en Vattenfall schreven afgelopen jaar behoorlijk af op hun fossiele assets. De investeringen in duurzaam vermogen en dan met name windenergie renderen, dankzij overheidsstimulering, wel en de bedrijven geven dan ook aan op de duurzame voet door te gaan. De Powergen beurs en congres in Amsterdam (9-11 juni) staat niet voor niets in het teken van deze transitie. De energiebranche zal zichzelf opnieuw moeten uitvinden. Onder de titel: Omarm de mogelijkheden van verandering, kijkt een internationaal panel van energie-experts naar de toekomst van de Europese energiebedrijven. Een van die experts is Hans ten Berge, secretaris generaal van de Europese belangenvereniging van de elektrische sector Eurelectric. Ten Berge heeft een achtergrond in de chemie en heeft onder meer gewerkt bij Exxon Chemicals en Kemira. Daarnaast was Ten Berge lid van de Raad van Bestuur van Eneco en com-
missaris van APX-Endex. Over de energievoorziening van de toekomst en de rol daarin voor elektriciteit is Ten Berge duidelijk: ‘fossiel heeft daar geen rol meer in.’
ETS ‘De energietransitie zal worden gedreven door de noodzaak tot CO2reductie’, is de stellige overtuiging van Ten Berge. ‘Er is geen gebrek aan fossiele brandstoffen en het is ook niet de verwachting dat de voorraden de komende jaren onder druk staan. Ook het argument dat duurzame energie goed is voor de werkgelegenheid, is niet houdbaar. Hét argument om over te gaan op duurzame energiebronnen is het feit dat ze geen kooldioxide uitstoten. Vanuit milieuoogpunt is het voorkomen van CO2 namelijk de belangrijkste drijfveer. De Europese Unie heeft met Emission Trade Scheme (ETS, red.) een sterk instrument in het leven geroepen om CO2 een waarde te geven. Enige bezwaar is dat bij de introductie van het instrument teveel rechten zijn weggegeven waardoor er een overschot ontstond met alle gevolgen van dien voor de CO2-prijs. Inmiddels neem de Europese Commissie maatregelen om het evenwicht terug te brengen.
Zo worden de veilingen van nieuwe emissierechten uitgesteld tot 20192020, wat ook wel backloading wordt genoemd. Bovendien richt de EC een marktstabiliteitsreserve in die naar gelang de behoefte emissierechten kan inkopen of verkopen om zo de prijs marktconform te houden. Door die maatregelen zal rond 2020 een evenwicht ontstaan in de markt en kan ETS echt zijn kracht gaan bewijzen.’
Prikkels De gevolgen van een dergelijk marktinstrument reiken volgens Ten Berge heel ver. ‘Door een prijs te verbinden aan kooldioxide, pak je het
UTILITIES 31 nr. 4 - juni 2015
AD_Energy 185x132.pdf
3
13/04/2015
11:47
C
M
Y
CM
MY
CY
CMY
K
If you are a professional or consultant working in the area of energy, TU Delft offers you the opportunity to bring your expertise to a higher level. The Business in Energy Systems programme offers you the strategic knowledge and the operational experience needed in the new sustainable energy market. This will enable you to make the next step for your organisation and in your career.
www.energy-bes.tudelft.nl
Ontmoet Peter, Waste Water Expert bij Royal HaskoningDHV Heb jij, net als Peter, het zuiveren van water in de vingers? Kom dan ook ons team versterken!
KIJK OP WWW.RHDHVAFVALWATERVACATURES.NL
royalhaskoningdhv.com
probleem bij de bron aan. De kosten van CO2 die normaal gesproken op de maatschappij worden afgewenteld, worden nu meegerekend in de kostprijs van de leverancier. Het gevolg daarvan is dat er geen subsidie meer nodig is om de scheve markt recht te trekken. Energiebedrijven, maar ook de industrie krijgen de keuze om op de oude voet door te gaan en daar de economische gevolgen van op de koop toe te nemen of om anders naar hun processen te kijken. Naast gebruik te maken van duurzame bronnen, is het ook mogelijk om CO2 op te vangen en in de grond te stoppen. In mijn optiek is CO2 Capture and Sequestration (CCS, red.) niet goedkoper dan duurzame energie, maar de markt heeft in ieder geval de keuze om ook end of pipe-oplossingen te gebruiken om het probleem het hoofd te bieden. Als de emissiemarkt daadwerkelijk volwassen wordt, hoeft de EU ook geen targets meer te stellen op het gebied van renewables of energie-efficiency omdat de economische prikkels voor deze doelstellingen groot genoeg zijn.’
Capaciteitsmarkt Deze trend van decarbonisatie zorgt wel voor nieuwe marktmodellen in de ener-
giebranche. ‘Het aandeel duurzaam vermogen in de energiemix is momenteel nog niet zo groot, maar zou naar verwachting kunnen oplopen tot 75 procent in 2050. Daarmee verandert de markt behoorlijk dankzij de eigenschappen van wind- en zonne-energie. Want waar de prijzen van fossiele energiebronnen met name werden bepaald door de kosten van olie en gas, wordt die bij duurzame bronnen bepaald door de capaciteit van het geïnstalleerd vermogen. Bedrijven en particulieren betalen in de toekomst dan ook niet voor de levering van energie, maar voor het vermogen dat ze denken nodig te hebben. Niet de elektriciteit zelf, maar de zekerheid dat een klant op het moment dat hij energie nodig heeft hier ook toegang toe heeft, bepaalt de prijs. De elektriciteitsmarkt van de toekomst lijkt meer op die van het internet. Net zoals bij een internetaansluiting geen prijs per bit per seconde wordt berekend, maar klanten betalen voor de bandbreedte waar ze gebruik van willen maken, zo zal een eindgebruiker betalen voor vermogen. Dat betekent dat elektriciteit bijna gratis wordt, maar de toegang tot elektriciteit krijgt wel degelijk een prijs.’
Capaciteitsvergoeding Een gevolg van deze omwenteling is dat assets die de leveringszekerheid vergroten ook een waarde krijgen, zonder dat ze direct hoeven te leveren. Het is niet voor niets dat Eurelec de discussie aanzwengelde om een capaciteitsvergoeding te krijgen voor het beschikbaar houden van centrales. Het is echter de vraag of de centrales van de energiebedrijven die rol krijgen omdat er ook andere manieren mogelijk zijn om pieken in de vraag op te vangen. Bijvoorbeeld door batterijen neer te zetten of de laadcapaciteit van elektrische auto’s te gebruiken. Veel is ook al te bereiken met demand side management. Ook hier gelden eenvoudige marktprincipes. Wie overdag als er veel vraag is en weinig aanbod toch stroom wil hebben, betaalt hiervoor. Partijen die bewust hun stroomverbruik beperken op het moment dat het aanbod laag is en de vraag hoog kunnen hiervoor een beloning krijgen. Bij duurzame energiebronnen als zon en wind zit nu eenmaal een ongelijktijdigheid tussen energieopwekking en –vraag. Dynamische prijszetting is cruciaal om die twee in balans te krijgen.’ ■
UTILITIES 33 nr. 4 - juni 2015
product & oplossing Thuisaccu
➧
Thuis je door zonnepanelen opgewekte energie opslaan om deze later weer te gebruiken? Het wordt de toekomst. Solarwatt werkt al jaren samen met BMW i, de elektrische tak van de autofabrikant, in het geheim aan een nieuwe accu voor thuis: de MyReserve. Met deze nieuwe-generatie accu sla je zelf opgewekte energie thuis op, zodat je deze weer kunt gebruiken wanneer je het nodig hebt. De introductie van thuisaccu’s betekent een grote transformatie van de energie-infrastructuur in de wereld. Samen met de nieuwe Energy Manager van Solarwatt kan de stroomverzorging in het complete huishouden eenvoudig worden geoptimaliseerd. De kilowattprijs van dit product komt al dicht in de buurt van die op de huidige energiemarkt. Anders dan bij vergelijkbare accu’s beschikt de MyReserve over een DC-technologie, waardoor de accu geschikt is voor alle PV-omvormers. Met een rendement van 93 procent is de accu zeer efficiënt en dankzij zijn compacte ontwerpen en eenvoudige installatiesysteem erg gebruikersvriendelijk. Meer informatie: www.solarwatt.net
Robuuste tablets
➧
Voor de mobiele professional in het veld heeft Panasonic Toughbook onder meer robuuste (rugged) tablets ontwikkeld. Ze hebben een veel langere levensduur dan consumentenversies. Daarnaast bieden ze additionele voordelen zoals uitstekende schermleesbaarheid (zelfs in fel zonlicht), een zeer lange batterijduur, voorzieningen als seriële poorten, mogelijkheden voor koppeling met barcodescanners, betrouwbare connectiviteit en zelfs inbouwkits, die afgestemd zijn op de toepassing in de professionele omge-
ving. Ze zijn bovendien bestand tegen vallen en stoten en tegen extreme (weers)omstandigheden. Door het speciale design; het gebruik van speciale materialen en de speciale bouw zijn ze weliswaar duurder in aanschaf, maar de ‘total cost of ownership’ van rugged devices valt aanzienlijk lager uit. Een rugged uitvoering gaat zo’n vijf jaar mee, terwijl de gemiddelde levensduur van een consumentenversie maximaal twee jaar is. Meer informatie: www.toughbook.eu
True-RMS-stroomtangen
➧
34 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
Beha-Amprobe introduceert de AMP-200-EUR-serie en AMP-300-EUR-serie stroomtangen, met een compleet scala van meetfuncties voor de hedendaagse moderne toepassingen in de elektrotechniek en voor motoronderhoud. De meters van deze series bieden True-RMS voor nauwkeurige spanningsmetingen, zelfs in de meest verstorende elektrische omgevingen, laagdoorlaatfilters voor stroom- en spanningsmetingen aan frequentiegeregelde aandrijvingen, en de Amp-Tip-functie voor het precies meten van stroom tot een tiende van een ampère. Daardoor kunnen draden met een grote diameter en met een kleine diameter nauwkeurig worden doorgemeten. De universele stroomtangen met multimeterfuncties AMP-210-EUR 600 A AC en AMP-220-EUR 600 A AC/DC zijn ideaal voor monteurs en elektriciens die een breed scala van elektrotechnische taken uitvoeren. Zij meten nauwkeurig de stroom, spanning en frequentie aan alle elektrische systemen, de capaciteit van start- en bedrijfscondensatoren van motoren, en de weerstand en doorgang om de kwaliteit van elektrische aansluitingen te verifiëren Meer informatie: www.beha-amprobe.com.
Kijk voor meer productinnovaties op www.utilities.nl
Breekplaten Fike Europe heeft recent een aantal nieuwe procesbeveiligingsproducten gelanceerd. De Fike LARGE Atlas breekplaat wordt gebruikt om installaties met een risico op overdruk te beschermen. Hierdoor kan men schade aan materiaal en personeel vermijden, en kan stilstand - na een incident - zo kort mogelijk gehouden worden. De Fike LARGE Atlas is gemaakt voor diameters van DN450 tot DN900, daar waar de meeste overdrukbeveiligingspanelen beperkt zijn tot DN200. De Fike AGT SC breekplaat is een sanitaire breekplaat, speciaal ontworpen voor de Europese geneesmiddelenindustrie, voedsel- en drankensector, en de biotechnologie. Verder kan de AGT SC een aanzienlijke kos-
tenverlaging opleveren, aangezien er bij gebruik van deze breekplaat niet voldaan moet worden aan de PEDregelgevingen (overdruk 0,5 barg). Fike Sani-V/A is een hygiënisch explosiepaneel, wat betekent dat het vooral ontworpen is voor markten waarvoor het hygiënische aspect van hun processen zeer belangrijk is. Kenmerkend aan het ontwerp is dat het een lichtgewicht constructie is die gemakkelijk hanteerbaar is, dat het voldoet aan alle vereisten van de Europese normen m.b.t. explosiedrukontlasting (EN14797 en EN14491) en van de NFPA68, en dat de specifieke behoeften van hygiënische Clean in Place / Steam in Place – productieomgevingen voldaan zijn. Meer informatie: www.fike.com
Olie/waterafscheider De huidige milieuwetgeving stelt dat er absoluut geen olie of sporen van olie in het milieu terecht mogen komen. Om het milieu te beschermen staan olieopslagtanks en transformatoren in een ‘bak’, oftewel een bund. Deze bunds bevinden zich meestal buiten en lopen daarom langzaam vol met water. Dit water mag afvloeien in het riool mits het vrij is van olie is. Hiervoor heeft HVAC Nederland een oplossing: de Greenline BundGuard.De Greenline BundGuard zorgt voor optimale bescherming en beveiliging. Het systeem onderscheidt water van olie en verwijdert op een veilige manier overtollig water, zonder verontreiniging van het omliggende milieu met olie. Het systeem maakt gebruik van de laatste microprocessor- en sensortechnologie en zorgt zo voor het best mogelijke resultaat en absolute zekerheid.De pomp/sensorunit is een zelfstandig werkende eenheid. De unit is geheel vervaardigd uit rvs. Aan de bovenzijde van de unit is een handgreep geplaatst voor het eenvoudig hanteren van de pomp/sensorunit. Deze handgreep kan ook aan een hijsketting worden bevestigd, waardoor diepere putten geen problemen geven. De pomp heeft een capaciteit van 110 liter per minuut bij een opvoerhoogte van 3 meter. Het regelpaneel is vervaardigd uit rvs en voorzien van bevestigingstrippen voor montage aan de wand. Beschermingsklasse IP66. Meer informatie: www.havac.nl
Modulaire niveaumeter Optiwave 5200 C/F is een prijsgunstige FMCW radar niveaumeter voor vloeistofapplicaties met een meetrange tot 30m. Het 2-draads meetinstrument meet het niveau en volume van opslag- en procestanks onder procescondities tot een flenstemperatuur van 250°C en 40 bar. De Optiwave 5200 C is ontworpen en ontwikkeld voor gebruik in SIL 2 gerelateerde veiligheidssystemen volgens IEC 61508. De elektronica kan met verschillende antennes worden gecombineerd. De PP en PTFE Wave Horn antennes zorgen voor een directe afdichting zonder toepassing van traditionele O-ring afdichting. Hierdoor zijn deze antennes uitermate geschikt voor toepassing in extreem corrosieve omgevingen. Meer informatie: nl.krohne.com
Lichtsterkte meter voor LED verlichting De Sonel LXP-10 meet de lichtsterkte zowel in Lux als in Foot candles (Fc). Er zijn twee uitvoeringen van de LXP10, namelijk de LXP-10A met een meetbereik van 0,001 lx (0,0001 fc) en de LXP-10B met een meetbereik van 0.01 lx (0.001 fc).Beide uitvoeringen voldoen aan de CIE fotopisch spectrale response en ze zijn volledig cosinus gecorrigeerd ten behoeve van de hoeklichtinval. Hierdoor is de Sonel LXP-10 geschikt om LED (nood)verlichting te meten. Met name voor de noodverlichting gelden strikte eisen. De stabiele sensor is voorzien van een siliconen fotodiode met spectraal responsfilter. De metingen zijn zeer nauwkeurig en de meter heeft een snelle responstijd. De Sonel LXP-10 heeft datalogging functie voor 16.000 meetwaarden; deze kunt u zowel via een standaard USB poort als via een optionele adapter draadloos downloaden op de pc (software is inbegrepen). Handmatig kunt u 999 metingen opslaan. Het grote scherm is makkelijk af te lezen, mede dankzij de achtergrondverlichting. Daarnaast is de LXP10 voorzien van extra functies als auto zero, auto-off, datahold, MIN/MAX, Peak hold en REL. Meer informatie: www.have-digitap.nl
Viscositeit en dichtheid onder hoge druk De MIVI sensor van Sofraser is een viscositeitsmeter bij resonantie frequentie die reeds 30 jaar in vele uiteenlopende processen zorgt voor betrouwbare en flexibele viscositeitsmetingen. De vernieuwde MIVI sensor van Sofraser heeft nog meer te bieden: naast de dynamische viscositeit wordt ook de dichtheid gemeten en kan de kinematische viscositeit worden bepaald. Doordat de sensor ATEXgecertificeerd is, onder hoge druk en bij hoge temperatuur presteert, is de meting uitermate geschikt voor zware processen en veeleisende omgevingen. Meer informatie: www.inventech.nl/proces/sofraser
UTILITIES 35 nr. 4 - juni 2015
MARKET REVIEW WATER
PRODUCTEN
GAS
PRODUCTEN
Esders BERMAD Holland Postbus 5130 3295 ZG ‘S-GRAVENDEEL Tel: +31 (0)78 - 6 73 47 61 Fax: +31 (0)78 - 6 73 70 87 E-mail: info@bermad.nl Website: www.bermad.nl
Dr Paul Janssenweg 144 Postbus 10131 5000JC Tilburg Tel: +31 (0)13-4680856 Fax: +31 (0)13-4686075 E-mail: info@esders.nl Website: www.esders.nl
INSPECTIE EN KEURINGEN
Esders
Kiwa Nederland
Dr Paul Janssenweg 144 Postbus 10131 5000JC Tilburg Tel: +31 (0)13-4680856 Fax: +31 (0)13-4686075 E-mail: info@esders.nl Website: www.esders.nl
Sir Winston Churchilllaan 273 2288 EA RIJSWIJK Postbus 70 2280 AB RIJSWIJK Tel: +31 (0)70 414 44 00 Fax: +31 (0)70 414 44 20 E-mail: inspectie@kiwa.nl Website: www.kiwa.nl
BRANCHEVERENIGINGEN
Jotem Waterbehandeling Parelstraat 24 7554 TM HENGELO Tel: +31 (0)74 - 24 25 255 Fax: +31 (0)74 - 24 34 880 E-mail: info@jotem.nl Website: www.jotem.nl
Hét kenniscentrum en dé belangenbehartiger voor zakelijke energie- en watergebruikers Website: www.vemw.nl
OVERIG
DIENSTEN
Lubron Waterbehandeling
DDM Demontage
Postbus 540 4900 AM OOSTERHOUT NB Tel: +31 (0)162 - 42 69 31 Fax: +31 (0)162 - 45 91 92 E-mail: info@lubron.eu Website: www.lubron.eu
Industriële verhuizingen Demontage – Sloopwerken Transport – Asbestsanering Offshore Postbus 253 3454 ZM DE MEERN Tel: +31 (0)30 - 666 97 80 Fax: +31 (0)30 - 245 91 27 E-mail: info@ddm.eu Website: www.ddm.eu
Indien u ook vermeld wilt worden in de Market Review van UTILITIES, neemt u dan contact op met Jetvertising: Arthur Middendorp, tel. 070 399 0000 36 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
agenda Power-Gen Europe 9-11 juni Amsterdam RAI www.powergeneurope.com
De Europese energiesector ondervindt de gevolgen van de energietransitie. De traditionele methode van leveren van elektriciteit via grote centrales via eenrichtingsverkeer aan de consument is zo goed als voorbij. Windenergie krijgt voorrang op elektriciteit van fossiele energiecentrales terwijl de energieconsument via zonnepanelen ineens producent wordt. Power-Gen Europe biedt ruimte voor energiebedrijven om hun strategie te herzien en gelijkgestemden te ontmoeten.
Gas 2015 10 t/m 12 juni WTC Rotterdam www.gas2015.org
Voor de achtste keer organiseert NEN en ISO/TC 158 Gasanalyse het internationale Gas Analyse Syposium. Het evenement deelt kennis over gasanalyse, apparatuur en optimalisatie van industriële processen op zowel wetenschappelijk als praktisch niveau.
Slimme Meter Platform 15 - 16 juni Utrecht www.iir.nl/smp
Op 1 januari 2015 is de grootschalige aanbieding van de slimme meter van start gegaan. De eerste miljoen meters, van de in totaal zeven miljoen te plaatsen meters, zijn geïnstalleerd. De strijd om de energieklant is los gebarsten - van het kastje aan de muur naar de smartphone. Welke kans pakt u? Op 16 juni hoort u alle ins & outs tijdens het Slimme Meter Platform (voorheen Energie, Metering & Billing). Dé smart meter update van de lage landen!
Energie 2015 6 t/m 8 Oktober Brabanthallen, Den Bosch www.energievakbeurs.nl
Energie is hét jaarlijkse ijkpunt voor professionals om de balans op te maken op het gebied van energie. Drie dagen lang komt alles en iedereen op het gebied van energiebesparing en duurzame energieopwekking samen voor het grootste live energieplatform van Nederland. De juiste, energiebewuste keuzes kunnen uw bedrijf veel opleveren. Op Energie ervaart u de wereld aan mogelijkheden. Bekijk de nieuwste oplossingen van dichtbij, neem deel aan interactieve lezingen en live demonstraties en doe waardevolle contacten op.
Het Nationale Warmte Congres 5 november www.euroforum.nl
Warmte heeft een belangrijke rol in het energieakkoord en de energietransitie naar een duurzame maatschappij. Op 6 november 2014 kwam de gehele warmtesector dan ook bijeen om alles te horen over de strategische en operationele vraagstukken die centraal staan om de mogelijkheden van warmte optimaal te benutten. Ook dit jaar wordt weer kennis gedeeld over de nuttige toepassing van restwarmte, energiebesparing en warmtebuffering.
Watervisie 2015 6 November Amsterdam RAI www.watervisie.com
In 2015 kijken we weer naar de uitdagingen van de industrie op het gebied van proces- en afvalwater. In drie rondetafelbijeenkomsten discussiëren we over technologie, economie en management van de waterstromen en de rol van de keten daarin. Vrijdag 6 november, tijdens de waterweek, komt de inhoud van de discussies samen in het Watervisie Congres dat dit jaar tijdens de Aquatech beurs wordt gehouden.
Utilities ontvangt graag uw bijdrage aan deze pagina. Redactie Utilities, postbus 12936, 1100 AX Amsterdam of redactie@utilities.nl
Kijk voor meer evenementen in de industrie op www.utilities.nl
UTILITIES 37 nr. 3 - mei 2015
I N
H E T VOL G E N D E
N UM M E R
UTILITIES NUMMER 5 VERSCHIJNT IN AUGUSTUS
Gas: IndustriĂŤle gassen, kennis en innovatie
Gaskwaliteit onder druk
De groene centrale
Met het productieplafond van het Groningenveld ontstaat een nieuw probleem: we importeren meer gas, met vaak hogere calorische waarden. Minister Kamp wil dan ook de stikstofcapaciteit vergroten. Maar wat zijn de gevolgen van deze wisselende kwaliteit voor de industrie?
Doorgaans wordt wind- en zonne energie ingezet voor de productie van elektriciteit. Maar het is ook mogelijk wind en zon warmte en koude te laten produceren en leveren. Elektriciteit is in deze omgekeerde wereld een restproduct. De groene centrale, zoals het concept heet, is geschikt om te acteren op de onbalansmarkt door overcapaciteit op de elektriciteitmarkt om te zetten in warmte met opslag in buffers.
De revival van waterstof
Hoewel waterstof nooit weg is geweest uit de industrie, ontstaat er opnieuw belangstelling uit de transportsector. Nu de grote automerken waterstofversies uitbrengen van hun paradepaardjes en er langzamerhand ook tankstations komen, lijkt de opmars van het schone gas niet meer te stuiten. Met de toename van het gebruik kan waterstof wel eens een commodity worden.
38 UTILITIES nr. 4 - juni 2015
THEMA'S 2015 6
Energie: Energie-efficiency
7
Water: Ketensamenwerking
8
Gas: Nieuw gas
LOGISTICON WATER TREATMENT DÉ SPECIALIST IN WATERBEHANDELING!
Demiwater
Afvalwater
25 JAAR
Koelwater
Olie/Water separatie
Condensaat polishing
Een zuivere samenwerking Welke vorm van waterbehandeling u ook wenst, Logisticon levert u: Klant specifieke installaties Ontwerpen in 3D Procesontwerp, Werktuigbouw/Elektrotechniek en Constructie in één hand Optie huur installaties mogelijk Bel of mail gerust en maak gebruik van onze expertise in water.
Logisticon Water Treatment b.v. Postbus 38, 2964 ZG Groot-Ammers, Nederland Telefoon: +31 (0) 184 - 60 82 60 Website: www.logisticon.com
25 JAAR
www.moxa.com
Fanless Rugged Zone 2 19-inch LCD Panel Computer De EXPC-1319 serie panel computers zijn ontwikkeld om aan uiterste betrouwbaarheid- en veiligheidseisen in de olie en gasindustrie te voldoen. De hoge kwaliteit van de computer mede door het lage vermogensverbruik en de dual core Intel Atom D525 1,8 GHz processor resulteren in een robuuste, volledig afgeschermde UL Class 1 Div.2 panel computer die geheel conform is met IEC 60079-15 ATEX Zone 2. Er is zoveel meer over te vertellen... Meer weten? Bel 0318-636262 of bezoek www.modelec.nl
www.modelec.nl Tel. 0318-636262 sales@modelec.nl
Adv_A4_Moxa_PanelComp.indd 1
17-11-14 16:11