6 minute read
Wat de Oude Cheng te zeggen heeft
from samsaramagazine
u De abt van een boeddhistisch klooster nodigt de oude Cheng uit om zijn monniken te onderwijzen over de Oorspronkelijke Geest. De zaak loopt lichtelijk uit de hand.
Advertisement
De oude Cheng grijpt niet in om tegemoet te komen aan de verlangens van een enkeling om gebeurtenissen in stand te houden of de loop der gebeurtenissen te veranderen. De oude tradities hoeven niet bewaakt te worden en er is ook geen revolutie nodig, maar alleen wat nu, op dit ogenblik, voor de hand ligt.
Kaalgeschoren schedels, als ik me op een ongebruikelijke manier tot jullie richt, dan gebeurt dat in de hoop dat jullie eindelijk de moed zullen opbrengen de Oorspronkelijke Geest rechtstreeks in jezelf te zien, in plaats van die steeds weer te zoeken aan de hand van grappenmakers die al eeuwen dood zijn of door steeds weer met malle oude kerels te praten zoals ik.
Mijn methode is jullie door elkaar te schudden als een struik in de bergwind. Zo breek ik al jullie steunpunten aan stukken. En daar sta je dan, helemaal de kluts kwijt, met niets meer om je aan vast te klampen. Maar doordat ik al jullie kleinzielige zekerheidjes ontkracht, raak je in paniek en om jezelf dan weer gerust te stellen, zeggen jullie dat ik zondig tegen de traditie en tegen het goede fatsoen en dat ik een lelijke heiligschenner ben.
GEKAKEL Jullie denken dat je op zoek bent naar de Oorspronkelijke Geest, maar in feite zoeken jullie naar een toestand van voldoening en naar bevrediging van kennis en aanzien. En daarom, arme kaalkoppen, zijn jullie totaal betoverd door alles wat verandert en sterft, in je en buiten je. Daarom gaan de woorden van de oude Cheng dwars door jullie heen zonder een spoor achter te laten, zoals vogels geen spoor nalaten in de lucht.
Kaalgeschoren schedels, alles wat jullie over de Oorspronkelijke Geest denken en zeggen, is alleen maar gekakel van jullie persoonlijke kleine geest.
Zeggen dat de Oorspronkelijke Geest niet louter niets is, maar ook niet als een iets bestaat… wat een gewauwel. Denken over de Oorspronkelijke Geest… wat een vergif. Opgeven van de gedachte en denken aan de afwezigheid van deze gedachte… nog meer vergif. Kaalgeschoren schedels, jullie zijn voortdurend aan het zoeken met jullie gedachten en zo doe je niets anders dan gedachten voortbrengen. Denken dat de Oorspronkelijke Geest kan worden begrepen door middel van gedachten, is jullie ondergang. Wierook branden, soetra’s reciteren, je tijd doorbrengen met je ter aarde buigen, opletten of je wel helemaal stilzit, je op een gedachte of juist het uitbannen van die gedachte concentreren, kijk, dat is jullie dwaling. Jullie menen te kunnen ingrijpen en daardoor doe je niets anders dan steeds weer activiteiten produceren. Je leeft in de illusie dat je
de Oorspronkelijke Geest kunt zien door middel van (juist) handelen.
Kaalgeschoren schedels, jullie zijn ervan overtuigd dat je zo ooit de Oorspronkelijke Geest te zien zult krijgen. Maar op die manier pak je alleen jezelf bij de staart, en niets anders. Nooit, hoor het goed, nooit zul je op die manier de Oorspronkelijke Geest te zien krijgen. Maar jullie luisteren niet naar mij. Je blijft liever doof. Jullie zien de Oorspronkelijke Geest niet omdat je liever blind blijft. Jullie zijn niet meer te redden.
De Oorspronkelijke Geest zien houdt in dat je die ziet, of er gedachten zijn of niet, of je onbeweeglijk of actief bent, of je spreekt zoals ik dat doe voor jullie dan wel of je zwijgt, of je keizer of monnik of dakloze zwerver bent. Welk belang kunnen zulke dingen hebben? Wat voor verschil zou er kunnen zijn tussen de Boeddha en een ongeletterde plattelandsmonnik die alleen maar hout kan kloven, maar die de Oorspronkelijke Geest heeft gezien?
Ieder mens wordt (voortdurend) door de Oorspronkelijke Geest verlicht. Sommigen zien het, anderen zien het niet. Dat is het enige verschil tussen hen. Maar jullie zijn als een dronkenlap die zich vastklampt aan het bamboe aan de buitenkant van een omheining, schreeuwend dat ze hem hebben opgesloten en dat hij onschuldig is, en smekend om te worden bevrijd. Kaalgeschoren schedels, niemand houdt je gevangen behalve jijzelf. Wat een ramp!
Ik sta hier voor jullie als een stuk hout waar geluid uit komt. Dat is geen verdienste en het is van geen enkel belang, want wezens als de oude Cheng zijn er altijd geweest en zullen er zijn tot aan het einde der dagen om hetzelfde geluid te laten horen.
Geschoren sufkoppen, de gedachte aan de Oorspronkelijke Geest is niets anders dan de weerkaatsing van die Geest in de beperkte geest. Zoals het beeld van de maan in een plas niets anders is dan de weerkaatsing van de maan. De Oorspronkelijke Geest blijft tegenwoordig en onveranderd, onberoerd door het lawaai van jullie denken en doen, net zoals de maan niet verandert en niet beroerd wordt door de helderheid of de troebelheid van het water, of door zijn kalmte of zijn golven, of door de grootte van de hoeveelheid water in de plas. Door al die dingen wordt alleen het beeld van de maan veranderd of weggevaagd. In werkelijkheid zit er geen maan in de plas.
EN DE OUDE CHENG ZEI: Kaalgeschoren schedels, de wezenlijke natuur van alle wezens en dingen is niet meer waard bij degene die haar ziet dan bij degene die haar niet ziet. Ze wordt op geen enkele manier beïnvloed door de vraag of ze al dan niet gekend wordt, en ook niet door de dingen waar je haar achter wegmoffelt.
Maar het staat jullie volkomen vrij je te blijven verliezen in het zoeken naar onderscheid en nuances en subtiliteiten en spitsvondigheden. En daarmee heb ik alles gezegd. Kaalgeschoren schedels, de Boeddha heeft de Oorspronkelijke Geest aanvankelijk geprobeerd te vinden met behulp van zijn menselijke geest. Hij ontdekte dat dit onmogelijk was. Toen ging de Boeddha op zoek naar de Oorspronkelijke Geest met behulp van disciplines, zelfbeheersing en oefeningen. En opnieuw ontdekte hij dat deze manier nooit tot het doel kon leiden.
Toen hij onder de bodhiboom zat, had hij de Oorspronkelijke Geest nog steeds niet gevonden, maar hij had wel begrepen dat zijn denken noch zijn voelen noch zijn handelen in staat was hem zijn ware natuur te laten zien. Toen gaf de Boeddha het gebruik van zijn menselijke geest en van zijn handelen op; hij accepteerde zijn onwetendheid en erkende zijn onmacht daaraan een eind te maken.
In hem waren alleen nog maar onzekerheid en verwondering overgebleven zonder dat hij verder ergens door in beslag werd genomen. Onbeweeglijk zat hij, als een stuk dood hout, totdat, bij het opkomen van de morgenster, de Oorspronkelijke Geest hem verlichtte. Dat is de ervaring van de Boeddha. Dat is het voorbeeld en het fundamentele onderricht dat hij ons heeft nagelaten. Maar jullie met z’n allen, discipelen van de Boeddha, wat hebben jullie gedaan? Je hebt je de Boeddha meester gemaakt om van zijn leven een legende te maken waar je in verrukking over kunt
u NIEMAND HOUDT JE GEVANGEN BEHALVE JIJZELF t
denken en van zijn persoon een afgod, geschikt om te aanbidden. Jullie hebben je van de woorden van de Boeddha meester gemaakt om er iets heiligs van te maken, waardig om uit je hoofd te leren en te worden gereciteerd. Kaalgeschoren schedels, jullie zijn erin getrapt en je hebt je laten verleiden door al die dingen waarvan de Boeddha onderkend had dat het dwaalwegen waren die alleen maar tot chaos konden leiden. Door dat te doen, hebben jullie een hemelhoge muur opgetrokken rond de Oorspronkelijke Geest, die je wilt zien. En nu luister naar me met alle aandacht die je hebt. Nu zal ik je eindelijk het grote geheim onthullen van de Oorspronkelijke Geest. Wat ik je nu ga zeggen, is het belangrijkste en meest diepzinnige wat er ooit over gezegd is, namelijk dit: Er bestaat geen geheim van de Oorspronkelijke Geest!
De oude Cheng maakte een pirouette en verdween. Niemand heeft daarna ooit nog iets van hem gehoord. t
Dit artikel verscheen eerder in het tijdschrift Inzicht.
Oorspronkelijke geest Sengtsan 12,50