2014 I 3
een brede kijk op jazz in Vlaanderen en de wereld
foto: © Jos L. Knaepen
Eve Beuvens
Verschijnt driemaandelijks • Veertiende jaargang - Nr. 3 - september-oktober-november 2014 • Kantoor van afgifte: Brussel X - P4091231 2014/3
in
in • ZA 27 SEPTEMBER
• DO 2 OKTOBER
TUTU PUOANE SEXTET TUTU PUOANE (ZANG); EWOUT PIERREUX (PIANO); NICOLAS THYS (BAS); JASPER VAN HULTEN (DRUMS); CARLO NARDOZZA (TROMPET); WIETSE MEYS (TENORSAXOFOON)
• ZO 5 OKTOBER
THE JIVE CATS LISA HOSTE (ZANG); BRECHT VAN ARNHEM (ZANG); STEVEN VERHULST (GITAAR); HELEEN ANDRIESSEN (PIANO); EDWARD DEMOOR (CONTRABAS); HUYBRECHT T’JOLLYN (DRUMS); MATHIAS LEMMENS (TROMPET); FLORIS VERHOEVEN (ALT SAX); TOM HEYNSSENS (TENOR SAX); FREDERIK MOLLET (BARITON SAX)
• WO 22 OKTOBER
PHILIP CATHERINE & MARTIN WIND
• WO 5 NOVEMBER
JEF NEVE SOLO
• DO 13 NOVEMBER
AN EVENING WITH BRANFORD MARSALIS met vooraf
DUMOULIN/ESKELIN/WEISS
JENS MAURITS ORCHESTRA: TRIGGERS & THRESHOLDS JENS BOUTERY (DRUMS); NIELS VAN HEERTUM (EUPHONIUM); GREGOR SIEDL (SAX); DORIAN DUMONT (PIANO); BENJAMIN SAUZEREAU (GITAAR); JORIS LINDEMANS (CONTRABAS)
• WO 8 OKTOBER - BRAM WEIJTERS CONNECTIONS ALBERT VILA QUARTET (ES)
ALBERT VILA (GITAAR); BRAM WEIJTERS (PIANO); HUGO ANTUNEZ (BASS); TOON VAN DIONANT (DRUMS)
• DO 23 OKTOBER - JAZZLAB SERIES IGOR GEHENOT TRIO
IGOR GEHENOT (PIANO); SAM GERSTMANS (BAS); TEUN VERBRUGGEN (DRUMS)
• ZA 1 NOVEMBER (CD-RELEASE)
BRAM WEIJTERS CONNECTIONS & 200 JAAR SAX
ZYGOMATIK PIET VERBIST (BAS); HERMAN PARDON (DRUMS); BRAM WEIJTERS (FENDER RHODES); JEROEN VAN HERZELE (TENORSAXOFOON)
• DO 6 NOVEMBER (DOUBLE BILL)
JAZZLAB SERIES & 200 JAAR SAX
MOKER BART MARIS (TROMPET); JORDI GROGNARD (TENORSAXOFOON, KLARINET); MATHIAS VAN DE WIELE (GITAAR); LIEVEN VAN PEE (CONTRABAS); GIOVANNI BARCELLA (DRUMS)
SIDONY BOX (FR) ELIE DALIBERT (ALTSAXOFOON); MANUEL ADNOT (GITAAR); ARTHUR NARCY (DRUMS)
• WO 19 NOVEMBER - 200 JAAR SAX
CARATE URIO ORCHESTRA (E/IE/IS/FR/D/B)
MET VOORAF SAM KULIK SOLO
NICO ROIG (GITAAR, ZANG); SEAN CARPIO (DRUMS, GITAAR, ZANG); SAM KULIK (TROMBONE); FRANTZ LORIOT (VIOOL, EFFECTEN); BRICE SONIANO (BAS, ZANG); PASCAL NIGGENKEMPER (BAS); JOACHIM BADENHORST (RIETEN, ZANG)
• VR 28 NOVEMBER - BRAM WEIJTERS CONNECTIONS • DO 27 NOVEMBER
THE SWALLOW QUINTET STEVE SWALLOW (BAS); CARLA BLEY (HAMMONDORGEL); CHRIS CHEEK (TENORSAX); STEVE CARDENAS (GITAAR); JORGE ROSSY (DRUMS)
• ZA 29 NOVEMBER
JACK VAN POLL 80! FOR THE LOVE OF AFRICA met speciale gasten
BERT JORIS, TUTU PUOANE, EWOUT PIERREUX, JANOS BRUNEEL, DADO MORONI, BART VAN CAENEGEM, LISSA & REBIRTH::COLLECTIV
JACLYN GUILLOU (CAN) & EUROPEAN TRIO JACLYN GUILLOU (ZANG); BRAM WEIJTERS (PIANO); PIET VERBIST (BAS); TOON VAN DIONANT (DRUMS)
• WO 3 DECEMBER - JAZZLAB SERIES
AUGUSTO PIRODDA QUARTET AUGUSTO PIRODDA (PIANO); MANOLO CABRAS (CONTRABASS); MAREK PATRMAN (DRUMS); BEN SLUIJS (SAXOFOON)
• ZO 14 DECEMBER
BRAM DE LOOZE SEPTYCH BRAM DE LOOZE (PIANO); ROBIN VERHEYEN (SOPRAAN- TENORSAX); BO VAN DER WERF (BARITONSAX, BASKLARINET); GEBHARD ULLMANN (TENORSAX, BASKLARINET); LESTER ST-LOUIS (CELLO); DANIEL LEVIN (CELLO); FLIN VAN HEMMEN (DRUMS)
CHECK ONZE WEBSITES VOOR HET JAZZPROGRAMMA IN HET VOORJAAR VAN 2015 DE ROMA: TURNHOUTSEBAAN 286, 2140 BORGERHOUT • RATAPLAN: WIJNEGEMSTRAAT 27, 2140 BORGERHOUT INFO & TICKETS: WWW.DEROMA.BE - WWW.RATAPLANVZW.BE + TICKETBALIE: TURNHOUTSEBAAN 327, 2140 BORGERHOUT - 03 292 97 40 + JAZZMUZIEKWINKEL MARK SOUND, WOLSTRAAT 6, 2000 ANTWERPEN + FNAC-WINKELS 2
2014/3
Voorwoord
M/V
Jazzmozaïek is het driemaandelijks jazzmagazine uitgegeven door de vzw Muziekmozaïek.
Secretariaat (abonnementen en administratie): Muziekmozaïek vzw, Wijngaardstraat 5, B-1755 Gooik tel. +32 (0)2 532 38 90 info@muzmoz.be www.muziekmozaiek.be – www.jazzmozaiek.be Redactie: Jazzmozaïek, Laarstraat 105 B-2610 Wilrijk-Antwerpen (België) e-mail: redactie.jazzmozaiek@skynet.be - Stichter: Luc De Baets († 13/09/2009) - Hoofdredacteur: Bernard Lefèvre - Redactie: Mischa Andriessen, Patrick Bivort, Peter De Backer, Frederik Goossens, Chris Joris, Leon Lhoëst, Georges Tonla Briquet, Marc Van den Hoof, Marc Van de Walle, Jack van Poll, Bert Vuijsje - Medewerkers: Patrick Auwelaert, Pauwel De Wilde, Arne Van Coillie - Fotografie: Jos L. Knaepen - Media Support (advertenties): Christine Ruyssen christine.ruyssen@muzmoz.be - Grafisch ontwerp: Brigid Sullivan Jaarabonnement: - België: € 15 - Buitenland: € 25 Betaling: - Op rekening 734-0064446-47 van Muziekmozaïek vzw, Wijngaardstraat 5, B-1755 Gooik BIC KREDBEBB / IBAN BE22 7340 0644 4647 - Vermelding: “Abo JM 2014”
Can Women play jazz? Dat vroeg DownBeat zich al in 1942 af. Bij het prille begin van de jazz waren er enkele opmerkelijke vrouwelijke muzikanten, vooral pianistes. Denk maar aan Lil Hardin die met Louis Armstrong trouwde en Jeanette Kimball die in tegenstelling tot vele mannelijke collega’s in die tijd muziek kon lezen. In deze en volgende edities verdiept onze medewerker Frederik Goossens zich in deze materie, waarover zelfs tot eind dit jaar een expo loopt in JazzCentrum Vlaanderen. Als het op waardering aankomt van vrouwelijke jazzmuzikanten, dan zien we in het pantheon van de jazzgroten – NEA Jazz Masters – bijna uitsluitend zangeressen (Ella Fitzgerald als eerste in 1985). Met uitzondering van Melba Liston (trombone) in 1987 zijn het vooral pianistes: Cleo Patra Brown in 1987, Dorothy Donegan in 1992, Marian McPartland in 2000, Toshiko Akiyoshi in 2007 en nu voor 2015 Carla Bley. Ook bij de Grammy Awards zien we vooral zangeressen scoren op Maria Schneider en Terri Lyne Carrington na. Nemen we bij ons de Django d’Or en ook Sabam Jazz Awards, dan is slechts één enkele vrouwelijke muzi-
© Copyright (teksten en foto’s): Zonder voorafgaande en schrifte-
lijke toestemming van vzw Muziekmozaïek mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of welke andere wijze dan ook. Iedere redacteur is verantwoordelijk voor de inhoud van zijn tekst. Publiciteitsteksten en bijhorende illustraties vallen onder de verantwoordelijkheid van de betrokken adverteerder. Teksten en fotomateriaal kunnen door de redactie van Jazzmozaïek geweigerd worden zonder dat deze beslissing dient te worden gerechtvaardigd.
“Te veel vrijheid om te improviseren is niet altijd goed”
Focus 8 Vansina Orchestra Bruno Vansina geniet na van Mddelheim
“Hopelijk krijgt dit een vervolg”
10 Bram Weijters
“Verschillende aspecten ontplooien in diverse groepen biedt meer diepgang”
13 Yvonne Walter
“Ballads zijn echt mijn ding”
Sabam Jazz Awards 2014 15 Bart Maris
“Ik ben gewoon op zoek naar mijn stem in het muzieklandschap”
Verantwoordelijke uitgever en afzendadres: Filip Verneert – Wijngaardstraat 5 – B-1755 Gooik Dit magazine is gedrukt op milieuvriendelijk papier met het FSC-label.
Mooi van JazzBrugge om op de Belgische dag zowel de First Lady of Jazz, Nathalie Loriers, – samen met Tineke Postma – als aanstormend talent Eve Beuvens te programmeren. Deze pianiste stelde een opvallende groep samen, waarover je alles verneemt in deze Jazzmozaïek. Natuurlijk zijn we overtuigd dat vrouwen jazz kunnen spelen, alleen vertaalt zich dat (nog) niet in hoge onderscheidingen. Eigenaardig genoeg zien we bij de samenstelling van de jury geen vrouwen zetelen… Er zijn toch geen excuses om het vrouwelijk jazztalent, zowel instrumentaal als vocaal, te negeren. Vrouwen en jazz, een uitdaging voor de 21ste eeuw? Bernard Lefèvre, Hoofdredacteur Wil je reageren? Mail dan naar bernard.lefevre@skynet.be
Inhoud Interview 4 Eve Beuvens
Issn 1376-6619
kant en ook pianiste onderscheiden: Nathalie Loriers in 1999 (en Eurodjango in 2000).
16 Muze van Sabam: Jos Knaepen Festival 20 JazzBrugge: Fijnproeversfestival 22 Festivalnieuws 25 JazzLab Series 26 Festivalzomer in beeld
30 Jack van Poll 80 Muzikale impressies 33 Jazzmozaïekjes 37 Laatste Noot 39 Winnaar 10-daagse MM-Jazzwedstrijd: John Ghost 40 Blindfold Test: Dree Peremans Jazzhistorie: 42 Vrouwen in jazz – deel 1: Van pianopioniers tot family bands 45 Nieuw op cd Jazz en Kunst 58 Peter De Greef (1901-1985): Illustrator met een hart voor jazz 60 Muziektheorie: Autumn Quiz Columns 19 Album Souvenir: Pukkeljazz Marc Van den Hoof 57 De Jazzlezer: Hoe leer je je neefje jazz? Bert Vuijsje 62 Holland Muziekland: Zelfkennis Mischa Andriessen Cover: Eve Beuvens - © Jos L.Knaepen
2014/3
3
Interview
Eve Beuvens
“Te veel vrijheid om te improviseren is niet altijd goed” De carte blanche die Eve Beuvens vorig jaar kreeg in Gaume wordt terecht vervolgd tijdens Jazz Brugge. Met Heptatomic leidt de pianiste een septet van Belgische topmuzikanten door een jazzlandschap geïnspireerd op zeer diverse bronnen, gaande van Ornette Coleman tot de Mona Lisa.
4
2014/3
Interview: EVE BEUVENS Met haar debuut-cd, Noordzee, leverde Eve Beuvens in 2009 een ingetogen visitekaartje af. Ondertussen keert ze meer en meer terug naar jazz uit de jaren vijftig en zestig. Door bijvoorbeeld standards te brengen in gezelschap van vocalist Sander De Winne of door haar rol bij The Sidewinders. Daarnaast komt er een vervolg op haar Zweeds avontuur met Mikael Godée en MEQ. Momenteel werkt ze vooral aan haar nieuwste project Heptatomic met in de gelederen Laurent Blondiau, Grégoire Tirtiaux, Benjamin Sauzerau, Manolo Cabras en João Lobo en voor JazzBrugge Sylvain Debaisieux (die Gregor Siedl vervangt). Van waar het idee achter Heptatomic: de combinatie van instrumenten, de muzikanten zelf of gewoon een wilde droom? Ik had al een aantal stukken geschreven voor een groter ensemble en vond dat een boeiende uitdaging. Het inspireerde mij enorm om met zo een divers klankenpalet te kunnen werken. Toen Jean-Pierre Bissot mij vorig jaar een carte blanche aanbood voor Gaume Jazz was mijn keuze snel gemaakt. De samenstelling van het instrumentarium was voor mij meteen duidelijk. Ik wilde sowieso een blazerssectie. Toen de muzikanten die ik in het hoofd had ook nog allemaal toezegden, vielen de puzzelstukjes mooi in elkaar. Met zeven op het podium is een hele uitdaging, muzikaal maar ook praktisch en financieel. Dat besef ik ondertussen (lacht). Het concert voor Gaume Jazz organiseren en in elkaar steken viel goed mee. Toen Rik Bevernage mij meteen na dit concert voorstelde om een jaar later op te treden tijdens JazzBrugge besefte ik pas ten volle waar ik aan begon. Rik bood mij een unieke kans waarvoor ik hem zeer dankbaar ben maar het was de start van een heleboel kopzorgen. Aan mij nu om hele machine draai-
ende te houden en voor een vervolg te zorgen. De muziek geeft mij gelukkig de energie om verder te gaan. Luisterde je naar bepaalde platen als voorbeeld of inspiratiebron? Niet echt, neen. Charlie Haden en zijn Liberation Music Orchestra kende ik al voordien evenals Charles Mingus zijn ensembles. Ik ging zeker niet op zoek om bepaalde trucjes te leren of over te nemen maar apprecieer bij Mingus bijvoorbeeld enorm die directe energie en dat brute aspect. Ook bij Haden vind je dat terug. Niets vrijblijvends, maar muziek met ballen.
Eve Beuvens:
“Het inspireerde mij enorm om met zo een divers klankenpalet te kunnen werken”
Geen Maria Schneider? Het is interessant wat zij doet maar ik ben niet zo vertrouwd met haar werk. Een plaat die ik daarentegen dan weer wel naar voren wil schuiven is The Thelonious Monk Orchestra At Town Hall vooral door de originele combinatie van instrumenten met o.a. tuba en Franse hoorn. Ik grijp vaker terug naar oudere dingen.
De hippe nieuwe spullen uit New York interesseren mij minder. Niet dat het hele actuele gebeuren mij niet boeit maar ik ben thuis van jongs af aan opgegroeid met Monk, Count Basie en hun tijdgenoten. Dat heeft duidelijk sporen nagelaten. Luister maar naar de opnames van Coltrane en Monk. Daar kan je eindeloos nieuwe dingen in ontdekken. Wat is je manier van componeren? De uitdaging van een wit blad of is er steeds een beeld of idee dat je wil uitwerken? Meestal vertrek ik van een sfeer die ik wil creëren maar soms is het ook iets concreter zoals bij Les Roses De Sadi. Hier gaat het om een gedicht waarbij ik muziek schreef. Het zou dus kunnen uitgroeien tot een lied, alleen is het geschreven in zeer archaïsche taal en dus niet zo evident om te zingen. Bij La Lettre Du Scribe à La Joconde dacht ik aan Ornette Coleman of Don Cherry. Ik wilde iets dat niet echt tonaal is maar dat toch dat gevoel weerspiegelde. De titel zelf kwam er na mijn bezoek aan het Louvre waar ik onder de indruk geraakte van de Mona Lisa en van een Egyptisch beeldje, Le Scribe Accroupi. Ik kocht een postkaart van beide en hing ze omhoog aan de muur bij mij thuis. En toen begon ik te fantaseren over wat die twee tegen elkaar zouden kunnen zeggen of wat er gebeurt als het museum ’s avonds de deuren sluit? In dat nummer ontplooi je een energie à la FES. Dat is dankzij de muzikanten die er helemaal voor gaan. Daarom koos ik ze ook. In hoeverre krijgen ze vrijheid? Dat hangt af van de stukken. Jazz is als een gezelschapsspel dat voor iedereen boeiend moet blijven. Te veel vrijheid om te improviseren is niet altijd goed want dan bestaat het gevaar dat je uiteindelijk
Eve Beuvens’ Heptatomic tijdens Gaume Jazz 2014/3
5
Interview: EVE BEUVENS ideeën te kort komt en in cirkels gaat draaien. Dat is vermoeiend voor muzikanten en publiek. Als alles op voorhand vast ligt is het evenmin interessant want dan krijg je geen ruimte voor eigen input. Ik probeer met dat alles zoveel mogelijk rekening te houden. Als componist moet je ook aanvaarden dat je stuk soms een heel andere richting uitgaat dan je aanvankelijk vooropgesteld had. Hoe valt het mee om als vrouw deze mannenbende te leiden? Het is een aspect waar ik niet bij stilstond toen ik begon met Heptatomic. Ondertussen ben ik mij wel bewust van die gelaagdheid maar het heeft geen invloed op de muziek. We blijven gewoon muzikanten onder elkaar. Natuurlijk reageer ik in bepaalde situaties als een vrouw, daar kan ik nu eenmaal niets aan veranderen (lacht) maar als ik iets te zeggen heb, doe ik het. Merk je een bepaalde evolutie in de Belgische jazz sinds je begon? Nathalie Loriers was toen zowat de enige vrouwelijke jazzmuzikante. Voor het overige merk ik geen noemenswaardige verschillen, althans muzikaal. Er is wel de economische realiteit die omgegooid is. Cd’s verkopen niet meer. Of dat eveneens een directe invloed heeft op de muziek durf ik niet te stellen, wel moet je alles heel goed plannen en organiseren. De cd van Heptatomic zal verschijnen in de herfst van 2015 maar ik ben nu al volop de concerten aan het voorbereiden terwijl de opnamen nog moeten plaatsvinden. Je moet echt meer berekend gaan werken in strategieën. Georges Tonla Briquet
Concertnieuws > Heptatomic live op 2 oktober tijdens JazzBrugge Eve Beuvens
Jazzacademie gaat opnieuw van start In het najaar kan elke muzikant die samen met anderen jazz wil (her)ontdekken en spelen opnieuw terecht in de Jazzacademie. In Knesselare (op zondagnamiddag) en in Leuven (op maandagavond) gaan nieuwe lessenreeksen (10 lessen) van start, die openstaan voor jong en oud, voor beginners en gevorderden, voor iedereen met de jazzmicrobe. Ervaren lesgevers die zelf volop actief zijn als jazzmuzikant geven je gedurende anderhalf à tweeënhalf uur onder meer meteen bruikbare tips omtrent techniek, compositie en samenspel. Zowel individueel als klassikaal wordt er gemusiceerd, krijg je een portie relevante theorie mee en wie weet ontmoet je wel de muzikanten waar je in de toekomst mee samenspeelt.
6
Data Jazzacademie Knesselare
Data Jazzacademie Leuven
Meer info via
(op zondag, tussen 12.00 en 16.00 uur) > 28 september 2014 (kennismakingsles/’opendeurles’) > 5 & 19 oktober 2014 > 9 & 23 november 2014 > 7 december 2014 > 11 & 25 januari 2015 > 8 februari 2015 > 1 & 15 maart 2015
(op maandag, tussen 17.00 en 22.00 uur) > 20 oktober 2014 (kennismakingsles/’opendeurles’) > 3 & 17 november 2014 > 1 & 15 december 2014 > 2 & 23 februari 2015 > 9 & 23 maart 2015 > 20 april 2015 > 4 mei 2015
Muziekmozaïek Folk & Jazz vzw 0475 297 287 pablo.smet@muzmoz.be www.jazz-academie.be www.muziekmozaiek.be
De laatste lesdag wordt afgesloten met de traditionele jam in de Litanie in Knesselare.
Deelnemen kost tussen 139 en 250 euro, afhankelijk van je keuze.
2014/3
Wij houden van pianisten. Pianisten houden van ons. Al meer dan 75 jaar. De beste merken onder één dak : Steinway&Sons, Boston, Essex, Yamaha, Kawai, Shigeru Kawai, Sauter, Doutreligne, outlet-afdeling met tweedehands piano’s, Grootste keuze aan nieuwe en tweedehandse Steinway-vleugels Verhuurservice met recente concertvleugels van zowel Steinway&Sons, Yamaha, Yamaha Premium als Bösendorfer Team van meer dan 10 top pianotechnici voor stemmen en onderhoud, die regelmatig worden bijgeschoold bij o.a. Steinway Hamburg 4 showrooms in België voor het testen en vergelijken in de beste omstandigheden Ook gespecialiseerd in digitale piano’s en stagepiano’s (Yamaha, Yamaha Avant Grand, Kawai, Roland, Nord) Gerenommeerd atelier voor restauratie van hedendaagse en historische piano’s Bouw van pianofortes en klavecimbels
Ahmad Jamal - Jef Neve Herbie Hancock - Bram De Looze - Chick Corea Tigran - Hiromi - Bram Weijters - Fulco Ottervanger Michel Bisceglia - Natalie Loriers Erik Vermeulen - Kris Defoort - Dominique Vantomme - Pierre Anckaert - Diana Krall Leif Ove Andsnes - Kenny Wenner - Severin Von Eckardstein Liebrecht Vanbeckevoort - Melvin Tan - Alexei Lubimov - Tom Beghin Inge Spinette - Jan MIchiels - Julien Libeer - Claire Chevallier - Malcolm Bilson Stefaan Desmet - Piet Goddaer - Levente Kende - Tatiana Loguinova - Petra Somlai Melvin Tan - Ivan Paduart - Wim Mertens - Miguel Wiels - Chris Wauters - Piere-Alain Volondat - Bart Van Oort - Jan Vermeulen - Peter Vanhove - Harisson Steingueldoir - Marta Argerich - Hank Jones - Florejan Verschueren - Hannes De Maeyer - Mathias Coppens Jamie Cullum - Agnes Obel - Jan Leyers - Mitsuko Uchida - Nico Vancouver - Raymond van het Groenewoud - Luc Devos - François Glorieux - Alfred Brendel - Plamena Mangova - Abdel Raman El Bacha - Daniel Blumenthal - ... : Allemaal Ambassadeurs van de piano, op hun manier en in hun specifieke genre. Alllen hebben in het verleden al met ons samengewerkt, op onze instrumenten gespeeld, of hebben één of meer instrumenten bij ons gekozen.
Beleef Piano’s : Breng een vrijblijvend bezoek aan één van onze showrooms
GENT
ANTWERPEN BRUSSEL
RUISELEDE
Meer info, adres- en contactgegevens vind je op www.maene.be 2014/3
7
F
cus
Bruno Vansina geniet na van Middelheim
“Hopelijk krijgt dit een vervolg” Bruno Vansina Orchestra met op de voorgrond in het midden: Teun Verbruggen (d), Bruno Vansina (as) Dree Peremans (tb), Tom Verschoren (tb), Stefan Bracaval (fl), Bart Indevuyst (hoorn), John Ruocco (kl),
Enthousiaste reacties van het publiek, een festivalorganisator die het een succes vond, en medemuzikanten die vertelden dat ze zich in geen tijden zo geamuseerd hadden: Bruno Vansina had alle redenen om tevreden te zijn toen hij op 15 augustus na het concert van zijn Vansina Orchestra op Jazz Middelheim van het podium stapte. “Maar het mooiste compliment kreeg ik toch van Marc Van den Hoof”, vertelt Vansina enkele dagen later, bij hem thuis in Antwerpen. “Die vertelde me dat hij tijdens ons concert tot tranen toe bewogen was. Wauw, dacht ik, als we dat kunnen teweegbrengen bij mensen die toch heel vaak naar muziek luisteren.” Dat de muziek van zijn uitstekende cd Morning Forest/ Nose Up Bottom Down een gevoelige snaar raakt, wist de altsaxofonist en componist wel. “Bij het mixen van de muziek in de studio kreeg ik telkens weer kippenvel toen ik intensief naar de arrangementen van Dree (Peremans, red.) luisterde. Die klank, die harmonie… Of bij die solo van Malik (fluitist Malik Mezzadri, red.). Of bij de intro van Dark Night: gegarandeerd kip8
2014/3
penvel. Ja, bij andere platen heb ik dat ook. Zoals op die ene welbepaalde plek, een minuut voor de gitaarsolo, in The Illinois Enema Bandit van Frank Zappa, op Zappa in New York. Maar het was wel voor het eerst dat ik bij een eigen opname datzelfde kippenvel kreeg.” Jullie concert op Middelheim was eigenlijk het eerste echte optreden van het Vansina Orchestra. Klopt. We hadden in december wel een try-out gedaan in de Rataplan. Maar dat was toen de allereerste keer dat we samen die muziek bekeken. Allemaal nog heel embryonaal dus. In januari hebben we de cd opgenomen, en daarna was het zeven maanden wachten op ons eerste echte concert. Zeker als je daarmee rekening
houdt, was Middelheim echt wel plezant. Ik denk oprecht dat het een goed concert was. Meer zelfs: Chantal Pattyn, nethoofd van Klara, noemde het een van de hoogtepunten van deze editie. En daar ben ik heel blij mee. Ook Marc Weyts van Klara, die aan de wieg staat van dit project door ons opnametijd in Studio Toots aan te bieden, was heel enthousiast. We hadden het al op het podium gevoeld dat het allemaal goed zat. Tot vlak voor het concert waren we nog alles aan het overlopen: wie geeft wat waar aan, enz. En Frank Vaganée was de dag voordien nog mee komen repeteren, ik wilde dat hij mij wat zou coachen. Hoezo? Die muziek is toch af?, vond Frank. Maar ik wilde dat hij gewoon voor de band kwam staan en zou luisteren, met zijn ervaring en onbetwist vakmanschap. Ik ben heel blij dat hij dat heeft gedaan. Een jazzcd maken met een zeventienkoppige band; evident is dat niet. Hoe is dat idee gegroeid? Twee jaar geleden speelden we de stukken die nu op de cd staan al in kwintetbezetting. Ik vond bij Dark Night al meteen dat die compositie pas echt tot haar recht zou komen met
een groot ensemble. Ik vroeg Dree Peremans om het stuk te arrangeren voor blazers inclusief hobo, fagot, fluit. Toch wel een man of elf. Dree bekeek me met grote vraagtekens: Dat is toch geen haalbare kaart? Maar het idee bleef in mijn hoofd rondspoken. En toen we plots Studio Toots ter beschikking kregen is het plan almaar gegroeid. En toen we er allemaal mee bezig waren, heb ik de man van Rataplan gebeld en gevraagd of ik in plaats van met mijn kwartet op te treden niet ook nog eens elf blazers mocht meebrengen. (lacht) Ik wilde er ook nog percussie bij. Ik hou heel erg van percussie zoals je die ook bij Zappa hebt. En met Kobe Proesmans wilde ik al lang samenwerken. Uiteindelijk was hij niet vrij, die dag in de Rataplan, maar wel voor een opnamedag van de cd. Op Middelheim heeft hij de hele set meegespeeld, en die tandem met drummer Teun Verbruggen werkte heel goed. Dat is dan mijn Zappa-invloed: Zappa hield ook van die grote ritmesecties. Als het kon, gebruikte ik ook nog een marimba en vibrafoon. Ik hou van een soort Grand Wazoo sound. Jouw Vansina orchestra telt zeventien muzikanten, maar heeft zeker niet de
foto: © 2014 Jos L. Knaepen
en Bert Cools (g) en verder op achterste rij v.l.n.r.: Christian Mendoza (p), Stefan Lievestro (cb), Maayan Smith (ts), Jean-Paul Estiévenart (t), Steven Delannoye (ts), Carlo Nardozza (t), Kristien Ceuppens (hobo), Kobe Proesmans (perc), Kensuke Taira (fagot)
bezetting van een traditionele bigband. Dat komt omdat ik niet echt een fan ben van klassieke bigbands: die brassy klank met vier trompetten en vier trombones is niks voor mij. Ik ben meer te vinden voor de bands van Duke Ellington, waar minder kopers in zaten, veel meer houtblazers. Of Mingus, die ook arrangementen heeft met tuba of hobo, of Yusef Lateef, die ook hobo speelde. Of Gil Evans. Niet dat ik mij zwaar op hem heb gebaseerd, het gaat om de wat andere bezetting: wat hobo, fagot, klarinet of dwarsfluit. Ik heb ook meegespeeld op het concert van Dirk Vermeulens Prima La Musica met het Wayne Shorter Quartet, op North Sea. En in Montreal zag ik diezelfde Shorter met de Imani Woodwinds. Dat zijn allemaal zaken die zijn blijven hangen. De plaat opnemen is een ding, ze gepubliceerd krijgen een ander. Hoe heb je dat voor mekaar gekregen? Aanvankelijk was niemand geïnteresseerd om de cd uit te brengen. Ik heb het project nochtans bij veel mensen uit de doeken gedaan. Waarom er niet meer interesse voor was, begrijp ik niet zo goed. De cd is nu uit op Rat Records, een label dat ik jaren geleden sa-
men met Teun Verbruggen heb opgericht, omdat ik het project zelf heb kunnen financieren met subsidies van de Vlaamse Gemeenschap. Dat heeft als voordeel dat we volledige artistieke vrijheid hebben. Een ander label is vooral interessant als ze mee financieren en de cd professioneel verdelen en een uitgebreide omkadering aanbieden. Dat zijn zaken die we nu allemaal zelf moeten doen. Is jullie zo succesrijke concert op Middelheim dan geen zoete weerwraak? (zucht) Neen, ik heb geen wraakgevoelens, waarom zou ik? De grootste ‘overwinning’ van Middelheim bestond er toch vooral in dat iedereen zich daar echt geamuseerd heeft. Het was een onvergetelijk concert, en daarvoor doen we het uiteraard het meest. Stefan Bracaval, die voor Malik was ingevallen, complimenteerde me voor mijn composities. Complimenten van collega’s zijn toch de allergrootste complimenten. Ach, ik snap de programmatoren wel. Wat ik wel mis is dat concertzalen er niet meer in slagen een vast publiek op te bouwen, dat naar elk concert komt, wat het ook is, omdat het er vertrouwen in heeft dat het altijd goed zal zijn.
De titels op je cd dragen vaak intrigerende titels. Zoals het titelstuk. Dat heette eigenlijk Nose Up Bottom Down, een stuk dat ik al jaren geleden heb geschreven. We hebben dat vijf, zes keer geprobeerd in kwartet of kwintet, in allerlei tempo’s en grooves. Dat werkte nooit. Maar van Peter Vermeersch heb ik geleerd nooit op te geven. Hij brengt soms ook een stuk mee naar de repetities van Flat Earth Society
Bruno Vansina:
“In mijn dromen neem ik nog graag drie cd’s op met deze band”
dat eerst niet werkt maar twee jaar later in een aangepaste versie wel blijkt te marcheren. Met Nose Up Bottom Down was dat ook zo. Ik had nog eens gegrasduind in mijn demo’s en ik botste op een melodie die ik nog niet had gebruikt in de originele versie. Door die eraan toe te voegen kreeg het stuk een soort tango-gevoel. Ik luisterde in die periode ook vaak naar Martin Denny, Latin jazz uit de jaren 50, met veel exotica, vogelgeluiden en zo. Ik
plukte voor de grap wat vogelgeluiden van het internet – een ervan heette Morning Forest – en zette ze voor en na dat stuk. De vogelgeluiden zijn niet op de cd beland, maar die titel vond ik wel passen bij het stuk. Die piano-intro van Christian Mendoza, ik hoor daar echt de jungle in. Vandaar ook de hoes. Bike inspiration: zit daar ook een verhaal achter? Dat is geïnspireerd op een basfiguur die letterlijk op de fiets is ontstaan. Ik deed mijn zoon naar school met de fiets en ineens had ik een baslijn in gedachten. Dan moet je proberen op de fiets te analyseren hoe dat ineen zit, zonder ongevallen te veroorzaken. Ik ben die baslijn blijven doorzingen en heb ze thuis meteen opgeschreven. En Ploink? Mijn muzikale invloeden gaan nogal breed. Mijn kinderen zijn verzot op Wordy Rappinghood van Tom Tom Club. Ik wilde graag wat meer van die Talking Heads/Tom Tom club-grooves in mijn muziek. Ritmisch was daar ook iets mee aan de hand. Dit stuk deed me denken aan een flipperkast. Ik zie dit als een soundtrack voor een flipperkast, of een pingpongspelletje op een oude Atari-computer.
Tot slot: na Middelheim moet er nu toch een vervolg komen. Wat zijn de plannen met deze band? In januari hebben we drie concerten, in Flagey, deSingel en de Porgy en Bess (Terneuzen) en dan later op het jaar in september in Neerpelt. Maar dan zijn mijn subsidies op. Nu, de respons op Middelheim was zo goed dat er meer moét inzitten. Voor de opnames van de cd en ons concert in de Rataplan heb ik de muzikanten nauwelijks kunnen vergoeden. Ik ga nu proberen meer concerten georganiseerd te krijgen. Krijg ik deze band nog op de planken, dan wil ik er zeker mee doorgaan. In mijn dromen neem ik nog graag drie cd’s op met deze band. Welke muzikant wil zoiets niet? Ik heb geleerd dat je je ambities hoog genoeg moet leggen, maar niet te hoog. Ik heb al gigantische teleurstellingen opgelopen waardoor ik een half jaar geen muziek meer kon spelen. Daar wil ik me een beetje tegen wapenen. Maar ik ga zeker proberen nog meer concerten te regelen. Alle muzikanten die hieraan hebben meegewerkt, verdienen dat. Peter De Backer www.brunovansina.be/ orchestra.htm 2014/3
9
F
cus
Bram Weijters
“Verschillende aspecten ontplooien in diverse groepen biedt meer diepgang” Ondanks zijn talrijke projecten in diverse genres heeft pianist Bram Weijters nog steeds een low profile. Zijn kwaliteiten staan echter buiten kijf. Bij Rataplan hebben ze het goed begrepen want volgend seizoen krijgt hij daar vier avonden carte blanche. Recent leverde Bram Weijters bijdragen op de cd’s van Marjan Van Rompay, Missthrioso en Eef Van Acker. Dez Mona nodigde hem nog eens uit voor de jubileumtoer en de volgen-
Bram Weijters
10
2014/3
de maanden zal hij te horen zijn op nieuwe releases van Zygomatik, Bram Weijters-Chad McCullough Quartet en Hamster Axis Of The One-Click Panther met als speciale gast Mauro
Pawlowski. Aan de hand van Bram Weijters Connections in Rataplan krijg je daarenboven de kans om ook een aantal andere aspecten van deze veelzijdige pianist te (her)ontdekken.
Hoog tijd voor een update. Begin voorbije zomer nodigde Lionel Beuvens hem uit voor een weeklange residentie in de Brusselse Music Village. “We brachten een week lang standards, en liefst op een manier die nog relevant is voor vandaag.” Hoe doen jullie dat om overbekende nummers relevant te laten klinken? Ik denk dat als je goed en eerlijk speelt alles relevant kan klinken. Elkeen brengt daarbij eigen invloeden mee. Dat varieert dan van de onvermijdelijke grote voorbeelden waaronder bv. de kwintetten van Miles Davis tot ook totaal andere dingen waar we ieder naar luisteren. Bij mij zijn dat o.a. Keith Jarrett en Brad Mehldau die op hun beurt teruggrijpen naar standards. Herbie Hancock is nog zo iemand naar wie ik opkijk. Al zijn dat muzikanten die zo een ruim oeuvre hebben dat het meestal gaat om specifieke periodes die mij aantrekken. Niet dat de rest oninteressant is maar ik pik
Focus: Bram Weijters meestal iets heel specifieks op. Esbjörn Svenssons aanpak intrigeert mij eveneens. Momenteel ben ik sterk onder de indruk van John Escreet. Van Aaron Parks ontdekte ik een live trio-cd met enkel standards, opgenomen door hem zelf met zijn Iphone in een Japanse club en gratis ter beschikking gesteld op het internet. Het zijn dus niet altijd de bekendste platen die je absoluut moet gehoord hebben. Dit is meteen ook een bewijs dat de live ervaring bij jazz nog steeds primeert. De studio is een andere wereld met andere mogelijkheden. In het promofilmpje voor de nieuwe cd met Chad McCullough, zitten jullie bijvoorbeeld elk in een apart hokje. We bevonden ons weliswaar niet in eenzelfde open ruimte maar hadden wel visueel contact. Belangrijk hier was dat we net een tournee achter de rug hadden en we heel goed op elkaar ingespeeld waren. Als je dan apart zit in een studio kan je je helemaal focussen op de klank zelf. Iedereen kon voluit gaan. Met alle muzikanten in eenzelfde ruimte is dat uitgesloten want je moet dan rekening houden met technische aspecten voor de opname, bijvoorbeeld in verband met volume en overspraak. Hierdoor zou je dan anders – harder of zachter – moeten spelen, en dat levert een ander eindresultaat op. Voor jou dus liefst eerst toeren en daarna de studio in? Ik vind het in elk geval logischer. De cd vormt dan de afsluiting, een soort best of als het ware. Vanuit zakelijk standpunt is het natuurlijk gangbaar om eerst een cd uit te brengen en vervolgens te gaan toeren. Je vertrekt dan muzikaal vanuit de studio, om van daar uit te evolueren want meestal is er minstens een half jaar tussen beide. Elke werkwijze heeft voor- en nadelen. Wat mogen we in Rataplan verwachten van Zygomatik? In tegenstelling tot de meeste andere groepen vertrekken we hier vanuit de ritmesectie en voegen we daar gastmuzikanten aan toe. Zo waren dat in het verleden Matt Renzi, Vin-
cent Brijs, Fred Delplancq en ook Jasper Blom. Voor mij is dat een leuke ervaring omdat al die solisten hun eigen touch aan de muziek toevoegen. Voor de nieuwe cd is Vincent er opnieuw bij maar ook Jeroen Van Herzeele maakt nu deel uit van de kerngroep. Alles is al ingeblikt en verschijnt in het najaar, opnieuw bij Origin Records.
vooral hoe ze dat met een band moet brengen. Ze heeft daarbij een zeer eigen visie, wat niet evident is voor een vocaliste omdat die zich meestal concentreert op de tekst. De kunst is om dat alles ook nog in een muzikaal verhaal te gieten en daarbij de muzikanten genoeg vrijheid te bieden. Zij heeft dat duidelijk in de hand.
Leverden die vorige releases bij een Amerikaans label al concrete resultaten op? Ik ontmoette McCullough tijdens een workshop in het Canadese Banff. Toen hij een tijdje later in Frankrijk was, organiseerde ik een kleine toer met hem en drummer John Bishop. Zij zijn de verantwoordelijken achter Origin Records. Nadien nodigden ze mij bij hen in Seattle uit voor een reeks optredens en namen we de eerste cd op, Imaginary Sketches. Origin Records volgt hun promo alleszins uitstekend op. De reacties waren uiterst positief. Het is vooral heel leerrijk omdat in de rest van de wereld onze muziek op een andere manier bekeken wordt, ze hebben meer afstand om te beoordelen. Hier kent iedereen ons en weet men met welke andere projecten we nog bezig zijn. Dat is ginder niet het geval. Zo krijg je een meer objectieve kijk.
Dan is er ook nog je project met de Spaanse gitarist Albert Vila. Vila leerde ik kennen via Toon Van Dionant. We concerteerden
Je gaat ook in zee met de Canadese zangeres Jaclyn Guillou. De combinatie van piano en vrouwelijke zang leidt gemakkelijk tot een wereld van clichés. Het contact kwam er opnieuw via Banff en de bassist die toen de artistieke leider was van haar groep. We deden ginder twee tournees van bijna een maand. De setlist bestond uit standards en materiaal uit haar eerste cd, To The City. Daarna toerden we ook door Vlaanderen met een Belgische ritmesectie. In 2013 volgde een nieuwe toer en een nieuwe cd, The Lover’s Walk. Alles gebeurde in eigen beheer. Het waren nachtelijke opnamesessies in Jet Studio. Een aparte sfeer die perfect paste bij de muziek met Piet Verbist op bas en Toon Van Dionant achter de drums. Die cd stellen we voor in Rataplan. Guillou ontwikkelt een heel persoonlijke stijl en ze weet
Bram Weijters (over Zygomatik):
“Het is een leuke ervaring als solisten hun eigen touch aan de muziek toevoegen” al een aantal keer samen o.a. in de bekende jazzclub Unterfahrt in München. Wat mij bij hem aanspreekt, is zijn eigen wat doorwrochte kosmos boordevol gezochte harmonische paden. Hij kiest nooit voor de meest evidente wegen. Als componist won hij al verschillende prijzen waaronder ook in Nederland en België (de Sabam compositiewedstrijd in 2012, gtb). Ik ben dus niet de enige die zijn werk apprecieert. Zijn doorgedreven composities bieden mij de kans een andere kant van mezelf verder te ontwikkelen. Het is voor mij interessant om al die verschillende aspecten in diverse groepen te kunnen ontplooien. Zo bereik je meer diepgang. Als je alles wil combineren in een enkele groep krijg je al vlug een heel breed spectrum, te breed soms.
In het verleden was je ook betrokken bij rockgroepen en waren er zelfs links met hiphop. Heb je nog affiniteiten met die werelden? Zeker, maar minder dan vroeger. De concerten in Rataplan zijn een fantastische gelegenheid om mijn ‘puurder’ jazzwerk extra in de kijker te plaatsen. Maar daarnaast start in november een andere reeks waar ik als pianist bij betrokken ben, namelijk Small Zoo in CC Luchtbal. Hier krijgt Hamster Axis Of The One-Click Panther carte blanche. We nodigen gastmuzikanten uit van buiten de jazz. Vorig seizoen kregen we ook al die kans en toen stonden o.a. Tijs Delbeke (Sir Yes Sir, Dez Mona), Pascal Deweze en Mauro bij ons op het podium. Met deze laatste heeft Hamster trouwens een plaat opgenomen die ergens begin 2015 zou verschijnen. Een van de gasten volgend seizoen zal Gregory Frateur zijn. Ik maakte jarenlang deel uit van Dez Mona en voor het tienjarig jubileum speelde ik nog eens enkele concerten mee. De connectie met andere genres is er dus nog zeker. Over een paar weken doe ik trouwens mee aan een J.J. Cale tribute o.l.v. gitarist Geert Hellings en zijn band Stanton (het interview had plaats in juli-gtb). Dat is een toffe bende muzikanten die ik enorm waardeer en die op hun beurt actief zijn buiten de jazz. Het is fijn om op die manier zuurstof toe te voegen aan mijn eigen jazz. Naast dit alles heb je ook nog je kwartet met Carlo Nardozza, Piet Verbist en Lionel Beuvens. Voor mij is dit een ‘all stars’ bezetting aangezien elk van
hen op zijn beurt groepsleider is. Dat betekent dat ze een duidelijke visie hebben, weten wat een goede compositie is en vooral ook ongelooflijk sterke muzikanten zijn. Ik heb dus enorm veel geluk dat die mannen in mijn groep willen spelen. Doordat ze allemaal in België wonen, kan ik de optredens meer spreiden. Zo kan je echt spreken van een ‘work in progress’ in tegenstelling tot wanneer je met buitenlandse artiesten samenwerkt en alles heel intens plaatsgrijpt gedurende een korte periode omwille van de praktische omstandigheden. Ondanks al deze activiteiten ben je ontegensprekelijk iemand met een low profile in de media. Ik kan de bal terugkaatsen naar de media natuurlijk (lacht). Ik lig er niet wakker van maar het is ontegensprekelijk fijn als je aandacht krijgt en automatisch volgen op die manier meer aanbiedingen. Het is een feit dat muziek tegenwoordig een product is waar reclame rond gemaakt moet worden aan de hand van promoteksten, video,… Sommigen zijn daar beter in dan anderen. Probleem is dat er veel tijd kruipt in die communicatie en promo wat dan ten koste gaat van andere dingen en dat vind ik jammer. Toch vind ik het belangrijk om mijn website up to date te houden en mijn muzikale bezigheden ook aan te kondigen via Facebook, Twitter en een mailinglist. Ik nodig dan ook graag alle geïnteresseerden uit om via één van die manieren met mij in contact te blijven! Georges Tonla Briquet
Concertagenda > Bram Weijters Connections in Rataplan: 8 oktober (Albert Vila Quartet), 1 november (Zygomatik), 28 november (Jaclyn Guillou), 20 mei (Bram Weijters Quartet) > Small Zoo met Hamster Axis Of The One-click Panther in CC Luchtbal: 6 november, 11 november, 26 maart, 23 april > Bram Weijters-Chad McCullough Quartet op tournee in Vlaanderen: 9-21 februari 2015 zie verder www.bramweijters.com 2014/3
11
F
cus
Yvonne Walter
“Ballads zijn echt mijn ding” Na het Coltrane album I Wish I Knew (2009) ontpopt Yvonne Walter zich verder in de balladsfeer met Bitter Sweet, opgedragen aan de zangeres Ann Burton, die 25 jaar geleden op 56-jarige leeftijd overleed.
Wie inspireert je om te zingen? Op internationaal niveau natuurlijk Ella Fitzgerald en Sarah Vaughan en later vooral Carmen McRae. In Nederland had je op de allereerste plaats Rita Reys en verder Greetje Kauffeld en Ann Burton. Dan kwam ik, geboren in 1946. Niemand van mijn generatie in Nederland zong in die traditie. Mijn allereerste plaatje was Oscar Peterson, My Fair Lady. Omdat ik weinig budget had, ging ik bij Van Leest in Eindhoven in zo’n hokje luisteren. Zo ontdekte ik Miles Davis met John Coltrane in ‘Round Midnight. Hoe kwam Ann Burton op het voorplan? Ik heb haar voor het eerst gehoord in een radioprogramma van Willem Duys. Ik was direct gegrepen door de manier waarop ze zong. Die stem… ook de repertoirekeuze, liedjes over onderwerpen die me raakten. Toen heb ik haar een bandje gestuurd van mijn eerste lp, toen nog als Yvonne de Kok met het Mary Hehuat Trio, met de vraag of ze me wat tips wou geven. Dat vond ze helemaal niet nodig, het is gewoon goed, kreeg ik te horen. Naderhand vertelde Mark Murphy die bij haar logeerde en met haar toerde, dat ze dat bandje onderweg in de auto draaiden. Mark Murphy leerde ik bij Jack van Poll thuis kennen tijdens een workshop. Het klikte meteen. Ik heb dan nog zanglessen bij hem gevolgd. Vier jaar na het overlijden van Ann Burton, bracht ik onder mijn artiestennaam mijn eerste cd Close Enough (1993) uit en daarover schreef muziekrecensent Coen de Jonge: “het lijkt wel of Yvonne Walter de fakkel van Ann Burton wil overdragen…” Daar had ik nooit bij stil gestaan. Ik wou me helemaal niet wagen aan het coveren van Ann. Toen in 1999 een biografie door Anneke Muller verscheen, leerde ik bij de boekpresentatie Keizo Takada kennen, die in Japan heel wat voor Ann had betekend. Hij logeerde een tijdje in Antwerpen en vroeg me of ik een tribute album wou opnemen. Ann Burton was razend populair en op Ella Fitzgerald na de populairste jazzzangeres in Japan. De platenmaatschappij Muzak Records die ook de vorige cd I Wish I Knew in Japan uitbracht, kwam dan opnieuw met de vraag. Nou ja, het repertoire sprak me wel aan, ballads zijn echt mijn ding, dat gaf de doorslag.
Yvonne Walter
12
2014/3
Hoe ben je tot de keuze van de nummers gekomen? Ik hou van doorleefde nummers zo-
als I Am A Fool To Want You en Don’t Explain. En heel erg typisch voor Ann Burton is bv. Go Away Little Boy. Maar ik heb ook drie nummers die Ann nooit gezongen heeft opgenomen. Het niet zo bekende The Wind van pianist Russ Freeman en Where Can I Go, wat Pia Beck zong en hier
Yvonne Walter:
“Rony Verbiest kwam als geroepen om op Bitter Sweet de ruimte in de ballads met altsaxofoon te kleuren”
in België een juke box-hit werd. Voor Félix (Tirry, Yvonnes partner-nvdr) is dat puur jeugdsentiment. In Nederland kennen ze natuurlijk wel Pia Beck, maar minder dat nummer. En dan is er je eigen compositie Song For Libra? Inderdaad. Die had ik geschreven op mijn woonboot in een woelige periode, net na Thrills (Mons Records 1997). Toen Antje De Boeck voor Stille Waters (VRT-serie 2001) werd gevraagd een liedje te zingen, kwam ze via Paul van Café Hopper met mij in contact. Actrices letten eerst en vooral op de tekst. En dus haalde ik mijn Song For Libra boven. Ik ben met Antje de studio ingetrokken voor de opname. Het werd op de soundtrack met de overige nummers van Steve Willaert vastgelegd. Daarna heb ik Antje nog uitgenodigd om samen met Rony Verbiest en Brice Soniano tijdens Zuiderzinnen (Antwerps Literair Festival tot 2012-nvdr) op te treden. Antje haalde Dirk Joris erbij en ook actrice Els Dottermans die ze beter vond zingen dan zij zelf. Zo kwam ik ook in het theatermilieu terecht. Tijdens de tournee sloeg de vonk over tussen Antje en Rony. Libra betekent tussen ons allen iets heel speciaals.
De muzikanten zijn vertrouwd op Bitter Sweet… Mary Hehuat was 12 jaar mijn levensgezel en is nog altijd de bassist in mijn trio. Pianist Sabin Todorov leerde ik kennen via Poalo Radoni met wie ik vaak gespeeld heb. We zouden destijds ook een groep hebben gevormd als Poalo niet was overleden (2007-nvdr). Drummer Eric Ineke ken ik ook al mijn hele muzikale leven. Samen met Mary Hehuat en Wout Hendriks vormden we al vroeg een trio met zangeres. En als gast Rony Verbiest op altsaxofoon… Dat is een heel apart verhaal. Toen ik de opnames naar Japan stuurde vond mijn Japanse vriend dat het jammer was dat we altsaxofonist Piet Noordijk er niet bij hadden gehaald om accenten te leggen zoals hij dat ook bij Ann Burton had gedaan. Ze wisten daar dus niet dat Noordijk overleden was. Net rond die periode kwam Rony Verbiest me verrassen omdat hij zijn altsaxofoon weer had ontdekt. In Hopper zong ik met zijn trio waarin gitarist Hans Van Oost en drummer Mario Vermandel repertoire in de trant van Jim Hall-Paul Desmond. Rony kwam dus als geroepen om op Bitter Sweet de ruimte in de ballads met altsaxofoon te kleuren. Het is alsof hij antwoordt op wat ik zing. Meesterlijk. Dit is voor jezelf een mijlpaal? Jazeker. Maar ik heb nog heel veel plannen. De volgende cd ga ik met Belgische muzikanten aan de slag om hun composities samen met mij op te nemen. Zo heb ik afspraken met Chris Joris, Ivan Paduart, Jef Neve, Pierre Anckaert, Philip Catherine… Jack van Poll vroeg me al jaren geleden om een tekst te maken bij een compositie die hij schreef voor zijn moeder. Daar maak ik nu werk van. De opnames plan ik hier in Félix’ studio waar een vleugelpiano staat en alles voorhanden is om dit project te realiseren. Bernard Lefèvre
Agenda
28 september 2014 | Café Hopper Antwerpen – Releaseconcert Bitter Sweet 31 oktober 2014 | Sounds Jazzclub Brussel – voorstelling Bitter Sweet zie verder www.yvonnewalter.com
7 - 9 noveMBer
de Warande
neve FesT ival Tord GusTavsen ensemble vrijDAG 20.15 uur
les FêTes GalanTes J e F n e v e s o lo amp Fiddler zAterDAG vAnAf 19 uur
JeF neve en orkesT ‘in vlaamse velden’
zonDAG 15 uur
TiGran Hamasyan zonDAG 20.15 uur DE WARANDE TURNHOUT www.warande.be 014 41 69 2014/3 91 13
(c) Lieve Blancquaert
Focus: Yvonne Walter
“IF YOU HAVE TO ASK WHAT JAZZ IS, YOU’LL NEVER KNOW” LOUIS ARmSTRONg
© istockphoto
WE CARE ABOUT CREATORS 14
2014/3
Sabam Jazz Award 2014
Bart Maris
“Ik ben gewoon op zoek naar mijn stem in het muzieklandschap” Bart Maris staat al jarenlang op podia in allerlei formaties, in allerlei genres. Hoofdzakelijk jazz, uiteraard. Voor die jarenlange staat van dienst kreeg hij dit jaar de Sabam Jazz Award in de categorie Gevestigde Waarde.
Bart Maris: “Als ik het juryrapport lees, zie ik dat ze vooral gecharmeerd zijn door de vele activiteiten buiten het officiële circuit die ik zelf organiseer en waardoor ik speelkansen bied aan jongere muzikanten en aan minder evidente projecten. Bovendien weet ik er ook een publiek voor te mobiliseren.” “Ik ben een beetje manusje van alles, niet strikt een uitvoerder van jazz. Ik breng onbekenden wekelijks samen in Hot Club de Gand voor sessies, geef workshops koperblazen aan kinderen en volwassenen, speel op straat met fanfaartjes of solo, met installaties, met de geluidsmontages van Kreng, met de dj’s van Global Warming Sounds, met dichters zoals Bart Janssens en Peter Flynn, met dansers zoals Pe Vermeersch en David Hernandez. Daarnaast speel ik in vaste duo’s en grotere ensembles met een eigen stem, gaande van jazz tot alle denkbare genres.” Vind je dat de Award een bijzondere uitstraling heeft? Ik voel dat de jury de definitie van jazz in vraag durft te stellen: wat is jazz nu, hoe werkt jazz nu? Is het een afgebakende stijl die moet worden aangeleerd, vormgegeven in Amerika en nu gekopieerd in Europa? Is het iets dat enkel door de paar perfecte genieën kan en mag worden gespeeld, of is het een ‘state of mind’ die continu in evolutie is? Natuurlijk zit het daar ergens tussenin, maar
laat me duidelijk zijn: iedereen heeft gelijk, de geschiedenis zal het allemaal wel inventariseren. Voor het nu is enkel dit moment van tel. Als ik uit m’n bed stap moet het concert van gisteren me motiveren om vandaag verder te gaan en nieuwe dingen te willen ontdekken. Ondanks je indrukwekkende palmares rijg je de prijzen niet aaneen… Ik ben niet met muziek bezig om prijzen of erkenning te krijgen. Maar je bent zo blij als een kind als je ze krijgt natuurlijk. Uiteraard doet het wat met me, maar ik ben gewoon op zoek naar mijn stem in het muzieklandschap, naar de plaatsen waar die kan groeien. En dat is een slinger van steeds nieuwe prikkels en uitdagingen: ik geloof dat een muzikant enkel verder kan groeien door dialoog met andere muzikanten en media (dans, woord, beeld), en door zijn muziek te brengen op andere plaatsen en op andere manieren dan in de traditionele concertruimte. Het is die denkoefening en ervaring die de taal van de muzikant kneedt en rijper maakt. Het houdt de muzikale gewrichten soepel en het maakt z’n woordenschat groter en duidelijker. Er worden heel veel standaardoplossingen aangereikt: podia, festivals, … maar de honger is veel groter dan de beperkte speelkansen die deze kunnen bieden en daar begint die zoektocht naar wat nog kan.
Bart Maris
Je wordt voorafgegaan door muzikanten zoals Kris Defoort en David Linx. Een fijne lijst om in te staan? Ja, mijn voorgangers zijn kleppers van formaat. Ik moest even alles goed op een rijtje zetten om m’n eigen plaats een beetje te kunnen duiden. Alle winnaars zijn mensen die jazz als werkwoord gebruiken om een eigen universum te creëren, die jazz een nieuwe reden van bestaan geven, want dat is toch de grote uitdaging van muziek en muzikant zijn: waar plaats ik mijn verhaal in deze maatschappij, hoe verwonder ik de mensen, dialogeer ik met m’n medemuzikanten, hou ik voeling met hen, hoe laat ik muzikant en publiek samen genieten van muziek, wat is m’n plaats daarin, … dat zijn echte vragen voor mij. Wat ga je doen met de 10.000 euro die je won? Wel, ik ben nog aan het puzzelen wat ermee aan te vangen. Voor alle duidelijkheid: ze komen niet op mijn bankrekening, maar moeten integraal geïnvesteerd worden. Er zijn een aantal dingen waar ik werk ga van maken. Met het verdwijnen van Myspace, heb ik geen online agenda meer. Daar wil ik aan verhelpen. Verder zijn er een aantal duo’s waarmee we opnames willen gaan maken, en dan schuiven de budgetten snel. Glits is een duo met Peter Vandenberghe (Too Noisy Fish), waarmee we al een demo-cd opnamen. Een échte cd zou wel mogen. Het-
zelfde verhaal voor het duo met coloratuursopraan Sylvie De Pauw en het duo met accordeonist Stijn Bettens. Neem daar nog m’n trio en andere projecten bij … Het is een mooie zaak dat ik de aanbesteding mag spreiden en niet per se alles binnen het jaar moet opmaken. Vind je het jammer dat je uiteindelijk zelf niets overhoudt van dat geld? Nee, ik hoef geen prijzengeld van Sabam, maar hun gift is welkom. Ik maak uiteraard aanspraak op mijn auteursgeld, maar daarvoor moet ik mijn documenten op tijd ingevuld krijgen. Er zijn altijd wel andere deadlines die voorrang krijgen en daardoor krijg ik dat papierwerk amper rond. Daarom had ik wel graag een deel van m’n prijzengeld gebruikt om m’n familie nog eens mee te nemen als ik ergens eens in het buitenland speel. Want zij hebben maar mooi die rare vader/echtgenoot die dag en nacht op baan is en aan het studeren, telefoneren, mailen, componeren of organiseren is. Vooral hen had ik hiermee graag eens m’n appreciatie getoond voor hun geduld. Jammer genoeg is dat geen optie. Spijtig, maar begrijpelijk: er doen indianenverhalen de ronde over vroegere aanbestedingen, dus het is normaal dat Sabam een garantie wil dat het geld terugstroomt naar de muziek. Pauwel De Wilde 2014/3
15
Sabam Jazz Awards
Muze van Sabam Jos L. Knaepen We nemen plaats in de perstent naast het grote podium van Jazz Middelheim, terwijl het zachtjes begint te regenen. Jos heeft zoals steeds twee fototassen met zich mee, die hij met zorg op de tafel naast zich plaatst. Al sleurt hij nu gelukkig veel minder materiaal mee dan vroeger. Uit de tent horen we de voorzichtige noten van de soundcheck. Ik feliciteer Jos met zijn erkenning als Muze, maar de fotograaf blijft er heel bescheiden over – een kenmerkend karaktertrekje. “Ik was zeer verbaasd, toen mij dat werd verteld. Dat is absoluut een waardering na vele jaren foto’s te hebben gemaakt.” Ik werk samen met Jos op Jazz Middelheim als festivalfotograaf, en we hebben net een paar foto’s gemaakt tijdens de soundcheck van het Jef Neve Trio. Zo meteen is Vijay Iyer aan de beurt, maar dan mogen we geen foto’s maken. Het gebeurt steeds meer, dat artiesten zo’n strenge beperkingen opleggen aan de fotografen.
Zijn er te veel fotografen? (denkt lang na) Ja. Ik vind van wel. Omdat er ook niet zo veel bladen zijn. Er zijn wel veel websites en zo, maar daarvoor zijn er dus in principe fotografen van het festival zelf. Er is bijvoorbeeld een festival in Duitsland waar men twee fotografen heeft ingehuurd, die alle foto’s maken voor dat festival. Iedereen die een foto-accreditatie aanvraagt, krijgt nul op het rekest: “Wij hebben twee fotografen, en al het fotomateriaal dat u nodig hebt, kunt u daarvan betrekken.” Punt uit. Er wordt dan afgesproken met die fotografen waar en wanneer ze kunnen en mogen fotograferen, en dat is het dan. Het is niet zozeer dat de muzikanten anders worden gestoord – voor een stuk natuurlijk wel – maar ook het publiek wordt gestoord. Als men achter in de zaal gaat staan, dan ziet men die hele rij fotografen, en ja, dan kan ik zeggen: dit stoort de mensen, dit stoort het publiek dat betaald heeft. Daar gaat het om. De fotograaf moet onzichtbaar zijn? Hij zou inderdaad onzichtbaar moeten zijn. Of dat helemaal mogelijk is, weet ik niet. Kledij, dat moet inder-
foto: © Bruno Bollaert (volume12.net)
Het is een druilerige zomerochtend in augustus waarop ik met Jos L. Knaepen heb afgesproken. Jos is dé grote jazzfotograaf van België. Hij is huisfotograaf van Jazzmozaïek, festivalfotograaf van Gent Jazz Festival en Jazz Middelheim, en zijn foto’s verschijnen regelmatig in internationale bladen zoals DownBeat en JazzTimes. Deze zomer mocht hij op het Gent Jazz Festival de Muze van Sabam ontvangen, een prijs die wordt uitgereikt aan een Belgische jazzpersoonlijkheid die succesvolle acties ondernomen heeft ter ondersteuning van de jazz.
Heb je er als fotograaf begrip voor dat er soms geen foto’s meer mogen gemaakt worden tijdens het concert? Ja, toch wel. Er zijn een heleboel fotografen die voortdurend fotograferen, en dat stoort. Er was een tijd dat er maar een drietal fotografen in de frontstage stonden, en toen viel dat niet zo op. Nu zijn we met z’n twintig of meer, en als dan iedereen op hetzelfde ogenblik begint te klikken, tsja... dan krijgt men als gevolg no photos!
Jos L. Knaepen met Toots Thielemans backstage op Jazz Middelheim 2014
16
2014/3
Sabam Jazz Awards daad low profile zijn, want het valt natuurlijk op als men met een wit pak of met kleuren die erg opvallend zijn, in de frontstage staat. Dat stoort, echt waar. (Jos gaat zelf altijd helemaal in het zwart gekleed.-nvdr) Wat is de belangrijkste kwaliteit van een fotograaf? Kijken én zien. De fotograaf moet gewoon de tijd nemen om te zien wat er gebeurt. Iedereen kijkt, maar niet iedereen ziet. Een fotograaf moet te allen tijde zijn ‘oog’ ontwikkelen. Men moet voortdurend foto’s maken in zijn geest, overal beelden zien. Op het ogenblik dat men dan de camera erbij haalt, is die gewoon een verlengstuk van het oog. En zo zou elke fotograaf eigenlijk moeten fotograferen.
23 september Ingrid Laubrock’s Anti-House
Ingrid Laubrock, Mary Halvorson, Kris Davis, John Hébert, Tom Rainey
6 oktober Lucian Ban & Mat Maneri 7 oktober Peter Evans Quintet
Peter Evans, Rob Stabinsky, Tom Blancarte, Jim Black, Sam Pluta
Jos L. Knaepen:
“Iedereen kijkt, maar niet iedereen ziet”
22 oktober Al Foster Quartet
Al Foster, Dayna Stephens, Adam Birnbaum, Doug Weiss
8 november Alexander Hawkins & Louis Moholo-Moholo Seppe Gebruers Solo Is er dan ook een connectie met de muziek? Dit is heel belangrijk. Als men de muziek kent, dan kan men ook anticiperen op de bewegingen en de expressies van de muzikanten. Soms is dat er van bij het begin. Neem nu Ingebrigt Håker Flaten (die op Jazz Middelheim speelde bij B.O.A.T.-nvdr), die man zit gewoon ín zijn bas. Maar soms heb je iemand zoals Ron Carter, die heel erg weinig expressie toont. Dan is het vaak veel moeilijker om dat juiste moment te vatten.
20 november Dave Liebman Trio feat. John Ruocco ‘Lieb plays The Beatles’
Dave Liebman, John Ruocco, Marius Beets, Eric Ineke
21 november Dans Dans
Bert Dockx, Fred Leynn, Steven Cassiers
Hoe streng ben je voor jezelf? Dat is in drie criteria samen te vatten: goed belicht, goed in beeld gebracht, en scherp. Als het beeld niet aan één van die drie criteria beantwoordt, dan gooi ik het gewoon weg. Dat beeld mag nog zo mooi zijn, nog zo goed in beeld gebracht zijn, als het niet scherp is of niet goed belicht, dan gaat het de vuilbak in. Waarom? Als men alles gaat bewaren wat behoorlijk is, niet goed maar ‘behoorlijk’, dan heeft men over vijf jaar duizenden foto’s die eigenlijk niet goed zijn en waar men toch niets kan mee aanvangen.
29 november Michael Moore Bigtet
Liever geen foto dan een slechte? Absoluut.
12 december Barry Altschul’s 3Dom Factor
Waar ga je naar op zoek? Ik ga op zoek naar dat intens moment dat de muzikant beleeft, en dat wil ik vasthouden. En dan gaat dat niet alleen over één muzikant, maar in dat moment ligt hij op één lijn, zowel met zijn groep als met het publiek. Men voelt dan dat er een vonk ontstaat, en dát is het moment dat ik probeer vast te houden en vast te leggen. Bruno Bollaert
‘60th Birthday Concert’
Michael Moore, Giuseppe Doronzo, Eric Boeren, Wolter Wierbos, Kaja Draksler, Jorrit Westerhof, Jasper Stadhouders, Michael Vatcher
6 december A.C.T. Collective
Jonathan Ragonese, Wim Leysen, Jos Machtel, Guilhem Flouzat
Jon Irabagon, Joe Fonda, Barry Altschul
27 december Tineke Postma, Nathalie Loriers & Philippe Aerts
de SINGER Bavelstraat 35, 2310 Rijkevorsel
INFO & RESERVATIES www.desinger.be of 03 380 10 10
2014/3
17
BILL FRISELL: ‘GUITAR IN THE SPACE AGE’
DO 30.10.14 Bill Frisell (gitaar), Greg Leisz (mandoline, pedal steel gitaar), Tony Scherr (bas), Kenny Wollesen (drums)
ROBIN VERHEYEN & MARC COPLAND DI 16.12.14 Robin Verheyen (sopraan- en tenorsax), Marc Copland (piano)
CHRIS POTTER TRIO
VR 27.02.15 Chris Potter (sax, basklarinet, fluit), Larry Grenadier (contrabas), Eric Harland (drums) (t.b.c.)
STEFANO BOLLANI SOLO DI 3.03.15 Stefano Bollani (piano)
LOUIS SCLAVIS SILK AND SALT MELODIES
Handelsbeurs Concertzaal
Kouter 29, 9000 Gent TICKE TS 09 265 91 65
www.handelsbeurs.be
DO 23.04.15 Louis Sclavis ((bas)klarinet), Benjamin Moussay (keyboards), Gilles Coronado (gitaar), Keyvan Chemirani (percussie)
Bekijk het volledige programma op
www.handelsbeurs.be/jazz
ontwerp Pascal Van Hoorebeke / foto Stefano Bollani (© Sergio Zeni)
Album Souvenir
Pukkeljazz Marc Van den Hoof Sinds ik beroepshalve niet meer echt op tijd of zelfs enkele uren op voorhand op het festivalterrein moet zijn, is het weer zoals vroeger: ik arriveer op Jazz Middelheim als de eerste set al even bezig is. Zoals ik in 1970 Peter Brötzmann en Evan Parker en die drie trombonisten en Fred Van Hove en Han Bennink al van ver hoorde tekeergaan, zo hoorde ik op m’n eerste dag Middelheim 2014 dat MikMâäk al begonnen was. En ik dacht aan 1970. En nog verder: aan de eerste keer Comblain, tien jaar eerder, 1960. Zo’n festival in openlucht, op een festivalweide, dat was toen nog een gloednieuw idee. In de States had je Newport, maar Comblain was in Europa het eerste in z’n soort. We hadden Comblain eindelijk gevonden – je reed nog naar Luik over kasseien, via Leuven, Tienen, Landen … - en op de jazzweide had het kwartet van Robert Jeanne net Close Your Eyes ingezet, een melodie die ik kende omdat ik een EP’tje had van het merk Everest waarop het Jo Jones trio met Ray en Tommy Bryant het speelde. Dat was dus jazz in het echt. Comblain 1960 was, denk ik toch, nog een echt jazzfestival, met o.m. Romano Mussolini (Chet Baker: “He’s a big name in Italy!”), Claudio Lo Cascio uit Sicilië, de Vaticaanse diplomaat en drummer Prins Pignatelli, Albert en Emil Mangelsdorff en Joki Freund, en Philip
Catherine, toen ‘s lands wonderknaap van de jazz – we logeerden in hetzelfde hotel in het naburige Aywaille – en Chet Baker met Martial Solal, Benoît Quersin en de grote Kenny Clarke. Het jaar daarop was Comblain jammer genoeg al verkocht aan de commercie. Behalve de jazzmen was er een hele stoet variété-artiesten, van ‘The Cousins’ tot Frankie Avalon en Sacha Distel, die ontsnapte aan het tomatenbombardement dat Avalon te beurt was gevallen omdat hij behalve ‘crooner’ toch ook wel een bekwame jazzgitarist was. Dat jaar logeerden we bij een bejaard echtpaar in Comblain-au-Pont, ‘bed & breakfast’, met een toilet helemaal achteraan in de groententuin. We zijn er een dag langer gebleven omdat we aansluitend op het festival met vakantie bleven in de buurt van Spa. Die extra dag hebben we ons in de streek laten rondleiden door onze gastheer en gastvrouw, die ervan overtuigd waren dat het monument voor ‘le maquisard inconnu’ wel degelijk was opgetrokken voor die ene verzetstrijder waarvan men de naam nooit had teruggevonden. Zoveel jaar later zijn Robert Jeanne en z’n drummer van toen, Félix Simtaine, mijn vrienden geworden, en Philip …
En terwijl ik me dat alles in een flits herinner, heb ik, getooid met armbandje en badge, op het ergste voorzien met paraplu en regenjas, de Rubico van Park den Brandt overgestoken – alea jacta est! - en kan ik van ver MikMâäk al zien staan op het grote Middelheim 2014 podium, in die kathedraal van een tent. Ik heb nog fotootjes van Comblain, gemaakt met een boxje dat mijn zus gewonnen had met de een of andere prijsvraag. Een heel klein podiumpje, heel in de verte, en op de voorgrond de Brigitte Bardotkapsels van de jazzmeisjes van toen. En wat later zie ik m’n oude kostschoolen klasgenoot die trombone speelde in ons klasbandje. ‘Harmolodics’ avant la lettre: de piano speelde in do, de trombone stond in bes en m’n ouwe altsax in es! Niemand van ons was zich ervan bewust dat dit niet de manier was waarop het hoorde. Als het maar een beetje op jazz leek. In de krant van de week, de dag na Middelheim, het overlijdensbericht van onze drummer van toen. Hij had zowaar een echt drumstel, maar hield het na de vierde Latijns-Grieks voor bekeken in het internaat. Nooit meer teruggezien. Maar ik ben hem nooit vergeten: hij had echt een drumstel.
MikMâäk op Jazz Middelheim 2014 (v.l.n.r.): Geoffroy De Masure (tb), Laurent Blondiau (t), Bart Maris (t), Niels Van Heertum (tuba), Jean-Paul Estiévenart (t), Michel Massot (tuba), Bo van der Werf (sax), Grégoire Tirtiaux (sax), João Lobo (d), Jeroen Van Herzeele (sax), Guillaume Orti (sax), Claude Tchamitchian (cb), Yann Lecollaire (kl), Quentin Menfroy (fl), Pierre Bernard (fl), Fabian Fiorini (niet in beeld) (p)
2014/3
19
Jazz Brugge
Fijnproeversfestival Om de twee jaar en dit sinds 2002 toen Brugge Culturele Hoofdstad van Europa was, verovert de Europese jazz begin oktober vier dagen lang het Concertgebouw (avondconcerten) en het Sint-Janshospitaal (middagconcerten). Voor het eerst introduceert het festival twee themadagen: een Belgian Jazz Day en een labeldag met focus op ECM. En natuurlijk zijn er nog tal van randactiviteiten waaronder een educatieve dag (4/10) georganiseerd in samenwerking met Muziekmozaïek.
Mâäk Quintet opent het festival (2/10 – 12u) op de Belgische jazzdag en introduceert meteen de nieuwste release op het W.E.R.F.-label. Midden de jaren 90 ontstond Mâäk’s Spirit rond trompettist Laurent Blondiau en groeide uit tot een van de meest avontuurlijke jazzensembles. Sinds 2010 heet de groep kortweg Mâäk en kent ze ook een uitgebreide formatie als MikMâäk, nog te bewonderen op de jongste editie van Jazz Middelheim. In Brugge mag je het pure kwintet verwachten met Laurent Blondiau (t), Jeroen Van Herzeele (ts), Michel Massot (tb, tuba), Guillaume Orti (as) en João Lobo (d). In de kamermuziekzaal volgt om 19u een andere cd-release van het W.E.R.F.label, dan wel een live-opname van een project op het Gaume Festival van vorig jaar door Nathalie Loriers. Zij nodigde naast vaste metgezel Philippe Aerts de Nederlandse saxofoniste Tineke Postma uit, die internationale weerklank geniet en onlangs nog samen met Greg Osby een plaat uitbracht. Onze leading lady of jazz, Nathalie Loriers, weet telkens opnieuw te verrassen met haar lyrische pianospel en de bijzonder aanstekelijke composities. Naast haar trio schittert
ze als pianiste van het Brussels Jazz Orchestra. Eveneens een project van het Gaume Festival in 2013 was Heptatomic, een band rond pianiste Eve Beuvens (lees het interview in deze editie). Daarbij is ze omringd door Laurent Blondiau (t), Manolo Cabras (b) en João Lobo (d), nog versterkt met Grégoire Tirtiaux (as), Sylvain Debaisieux (ts) en Benjamin Sauzerau (g). Het concert in Brugge (concertzaal 20u30) wordt live opgenomen om te worden uitgebracht op een nieuwe plaat op het W.E.R.F.-label in 2015. En om de avond groots af te sluiten is er de podiumvullende band van Flat Earth Society met als speciale gast Mauro Pawlowski. In hun Terms of Embarrassment-project duiken ze in het eindeloos veelzijdige repertoire van de extravagante gitarist/componist Frank Zappa om die op hun eigenzinnige manier te interpreteren. Pawlowski kennen we van de popgroep dEUS (waarvan frontman Tom Barman ook al op het jazzpad is verzeild - zie Gent Jazz!), maar ook van de noiseband Othin Spake rond drummer Teun Verbruggen. Zappa-fans moeten wel voor ogen houden dat de interpretaties à la FES alle richtingen uitgaan, waaronder nieuwe stukken met titels als Me Standard, You Poor en Apes, Apps & Spies. Zappa zei het al: “Jazz is not dead, …”
Europese verscheidenheid Kamerjazz vind je zowel in de middagconcerten als in de vooravond. Han Bennink speelt in duo met de Estse gitarist Jack Sooäar, een unieke confrontatie. Cellist Ernst Reyseger viert een zilveren jubileum met Georg Grauwe en Gerry Hermingway. De Franse cellist Vincent Courtois gaat in de clinch met twee saxofonisten, Daniel Erdmann en Robin Fincker. De Italiaanse sterpianiste Rita Marcotulli mag deze editie voor de derde maal aantreden op Jazz Brugge. Zij speelt samen met accordeonist Luciano Biondini, die in 2010 op Jazz Brugge te beleven viel.
Mâäk (v.l.n.r.): Michel Massot, Jeroen Van
In de concertzaal leiden de Scandinaviërs de hoofdacts in. Op vrijdagavond start de Finse trompettist Verneri Pohjola met zijn kwartet dat al zo’n tien jaar actief is, met pianist Aki Rissanen, bassist Antti Lötjönen en drummer Joonas Riipa. Pohjola liet zich opmerken met enkele opmerkelijke ACT-releases (Aurora, Ancient History) en tekende recent voor het Edition-label, waarmee hij een deal voor drie albums afsloot, De Zweeds-Noorse formatie Atomic leidt zaterdagavond de concertzaal in. De muziek van deze groep staat haaks op de minimalistische Scandinavische soundscapes. Verwacht je dus aan eerder explosieve hedendaagse improjazz. Rietspeler Frederik Ljunkvist staat in voor de composities en is vergezeld van trompettist Magnus Broo, pianist Håvard Wiik, drummer Hans Hulbækmo en bassist Ingebrigt Håker Flaten. Wat de Frans-Catalaanse Renaud García-Fons met zijn 5-snarige contrabas uithaalt, moet je zelf gezien en gehoord hebben. Hij wordt niet voor niets de Paganini van de contrabas genoemd. In La Linea del Sur komen flamencogitarist Kiko Ruiz en accordeonist David Venitucci hem bijstaan voor een bezielde warme performance die breed meandert van jazz tot volksmuziek. De voorlaatste avond pakt de Italiaanse trompettist Paolo Fresu met
Paolo Fresu Devil Quartet
Educatieve dag en randactiviteiten Op zaterdag 4 oktober is er een educatieve dag met workshops per instrument, masterclass o.l.v. Nathalie Loriers, jamsessie deelnemers masterclass. Inschrijven enkel via educatie@concertgebouw.be (inschrijven kan tot 26 september). 20
2014/3
De workshops en masterclass worden georganiseerd i.s.m. Muziekmozaïek en Conservatorium Brugge. In de rand van het festival is er verder aandacht op de ECM festivaldag van 5 oktober met een
ECM cd/lp verkoop door Rombaux en een tentoonstelling in het Concertgebouw van 2 tot 5 oktober. Overigens zijn er nog vele randactiviteiten, waarvoor alle details terug te vinden zijn op de website.
Herzeele, Laurent Blondiau en Guillaume Orti
zijn Devil Quartet beslist het publiek in, want zijn aanstekelijke sound, al gauw gelinkt aan Miles, zoekt ook alle grenzen op. Hij heeft al een indrukwekkend palmares aan opnames, zowel als leider als sideman, o.a. met Carla Bley (Lost Chords). Met het Devil Quartet verkent hij de rockjazz die aanleunt bij Miles’ In A Silent Way-periode.
In een vorige editie brachten we de labeldag in het teken van ECM al onder de aandacht. Andy Sheppard, Lucian Ban-Mat Maneri, Elina Duni en Tomasz Stanko maken van de laatste festivaldag (5/10) een echte zondag. Bernard Lefèvre www.jazzbrugge.be
CONCERTGEBOUW SINT-JANSHOSPITAAL www.jazzbrugge.be Donderdag 02/10 MÂÄK QUINTET (BE) LORIERS - POSTMA - AERTS (BE/NL) EVE BEUVENS’ HEPTATOMIC (BE) FLAT EARTH SOCIETY + MAURO (BE)
Vrijdag 03/10 BENNINK - SOOÄÄR (NL/EE) GRAEWE - REIJSEGER - HEMINGWAY (DE/NL/US) VERNERI POHJOLA QUARTET (FI) RENAUD GARCIA-FONS - LA LINEA DEL SUR (FR/ES)
Zaterdag 04/10 COURTOIS - ERDMANN - FINCKER (FR/DE) MARCOTULLI - BIONDINI (IT) ATOMIC (SE/NO) PAOLO FRESU DEVIL QUARTET (IT)
Zondag 05/10 ANDY SHEPPARD’S TRIO LIBERO (UK/FR) COLLECTIF ARFI - KOKO DE CLOWN (FR) LUCIAN BAN - MAT MANERI (RO/US) ELINA DUNI QUARTET (AL/CH) TOMASZ STANKO QUARTET (PL) ECM LABEL SPECIAL . CD RELEASES . BELGIAN JAZZ DAY VINYL MARKET . CAFE CONCERTS . WORKSHOPS
INFO & RESERVERINGEN www.jazzbrugge.be www.concertgebouw.be Ticketbalie: In&Uit Brugge Een organisatie van Jazz Brugge vzw ism De Werf, Concertgebouw Brugge, Musea Brugge
Renaud García-Fons
Jazzagenda
Festivalnieuws Op vrijdag 24 en zaterdag 25 oktober 2014 vindt Parkjazz in respectievelijk Muziekcentrum Track en Schouwburg Kortrijk plaats. De eerste dag is volledig ingenomen door Belgische formaties met Dans Dans, Frank Deruytter Quartet en Black Flower. In de Schouwburg opent de volgende dag LABTrio gevolgd door Rabih Abou-Khalil en als afsluiter Dal Sasso/Belmondo Big Band. Dans Dans bestaat uit Bert Dockx (Flying Horseman), Fred
Lyenn (Lyenn en Mark Lanegan) en Steven Cassiers (Dez Mona). Hun muziek is een mix van garagejazz, blues en extatische noir soundtracks, lezen we in de persmap. Te ontdekken! Kortrijks saxofonist Frank Deruytter stelt met zijn kwartet, waarin pianist Eric Legnini, bassist Bart De Nolf en drummer Peter Erskine, de nieuwste plaat Moon Of Ensor (Prova Records) voor, de opvolger van zijn alom geprezen debuutalbum (zie ook inter-
view in Jazzmoza誰ek 3/2013). M e t Bl ack F l ow er k o n je ook al kennismaken in Jazzmoza誰ek en ze waren live te beleven op het jongste Gent Jazz Festival. De band rond saxofonist en componist Nathan Daems brengt een bijzonder aanstekelijke mix van groovy jazz, funky soul en Ethiopische invloeden. LABTrio heeft intussen een bijzondere status verworven, zowel in binnen- als buitenland. Hun jongste cd Fluxus was opnieuw een schot in de
roos en bevestigt het talent van pianist Bram De Looze, bassiste Anneleen Boehme en drummer Lander Gyselinck. Daarnaast programmeert Parkjazz nog enkele internationale kleppers. De Libanese grootmeester van de oud, Rahib Abou-Khalil, bracht in 2012 zijn jongste album Hungry People (Harmonia Mundi) uit, waarin sopraansaxofonist Gavino Murgia, tuba誰st Michel Godard en accordeonist Luciano Biondini een belangrijke rol spelen.
De mengeling van Arabische klanken met Westerse jazzinvloeden vormt een kleurrijk palet. Met welke bezetting hij komt, is bij het afsluiten van deze editie niet bekend. De afsluitende headliner van deze 9 de editie wordt de Dal Sasso/Belmondo Big Band uit Frankrijk. Niet minder dan 15 schitterende muzikanten brengen een ode aan het legendarische Coltrane-album A Love Supreme. Info: www.parkjazz.be
Frank Deruytter kwartet
Voor meer festivalnieuws zie ook www.jazzinbelgium.com en www.jazzmozaiek.be 22
2014/3
tS * icke t o u d n Wi de
Jazzagenda
voor volgen concerten!!
Onder de noemer Skoda Jazz vallen vanaf 3 oktober
22 oktober
Philip Catherine & Martin Wind foto: © Danny Clinch
in De Roma
Martin Wind & Philip Catherine
6 november
Medeski, Scofield, Martin & Wood
Branford Marsalis
in De Roma (27/11) en De Bijloke (28/11) en Stacey Kent in Flagey (19/11), Brugge (3/12) en Hasselt (5/12). Nog een tip is het concert van Aki Takase
Solo: My Ellington in Handelsbeurs Gent (5/11). Alle details op www.skodajazz.be
in De Bijloke
foto: © ACT - Dean
tot 6 december vele concerten op verschillende podia in het land mee te maken. Het Igor Gehenot Trio stelt zijn nieuwste cd Motion (Igloo Records) voor (releaseconcert in Flagey 3/10) en in verschillende culturele centra en in double bill met het Tutu Puoane Sextet in Handelsbeurs Gent. Dit sextet komt ook naar De Casino (Sint-Niklaas). Na de schaarse releaseconcerten staan Philip Catherine en Martin Wind er in duo om opnieuw de prachtige songs van hun album Duo Art: New Folks te brengen. Niet te missen in Botanique (Brussel), De Roma (Antwerpen) De Werf (Aalst) of De Boogaard (Sint-Truiden). Vanuit de VS komt Branford Marsalis voor een eenmalig concert in De Roma (13/11), verder Medeski, Scofield, Martin & Wood in De Bijloke Gent (6/11) en De Muze Heusden Zolder (7/11), The Bad Plus in cc Hasselt (15/11), Gregory Porter in Bozar (24/11), The Swallow Quintet
Medeski, Scofield, Martin & Wood
Vraag 1 (Duoticket Philip Catherine & Martin Wind)
Welke song van Paul McCartney coveren Catherine & Wind op hun album New Folks? Vraag 2 (Duoticket Scofield, Medeski, Martin & Wood)
In welk album werkte John Scofield voor het eerst samen met Medeski Martin & Wood? (Geef titel van album en releasedatum.) Schiftingsvraag Hoeveel antwoorden zullen we ontvangen voor 20/09 middernacht? Mail je antwoorden voor uiterlijk 20/09 naar christine.ruyssen@muzmoz.be.
Aki Takase
Eén duoticket per persoon te winnen voor de eerste 5 juiste antwoorden op één van de vragen (overeenkomstig keuze) en bij dichtste benadering van de schiftingsvraag. * Let wel: alleen betalende abonnees 2014/3 kunnen deelnemen!
23
Jazzagenda Het Neve Festival krijgt ook dit jaar een vervolg in De Warande Turnhout van 7 tot en met 9 november 2014. Naast Jef Neve zelf die zijn solo piano release in première brengt en ook met orkest In Vlaamse Velden is er de Noorse pianist Tord Gustavsen die zijn trio heeft uitgebreid met de saxofonist Tore Brunborg. Het kleurenpallet wordt hierdoor iets voller en rijker. Tigran Hamasyan vormt de afsluitende headliner. Een buitenbeentje in het programma vormt Les Fêtes Galantes wat verwijst naar Verlaine. Het wordt een totaalspektakel gebracht door Veerle Simoens (cello), Emilie De Voght (sopraan) en Leen Van der Roost (harp) en als verteller Kurt Van Eeghem. Info en tickets: www.warande.be Flagey stelt van 13 tot 24 januari 2015 de eerste editie van het Brussels Jazz Festival voor met o.a. de Frans-Amerikaanse Cécile McLorin Salvant, het trio Galliano/Fresu/Lundgren, een huldeconcert aan Philip Catherine en het Brussels Jazz Orchestra met composities van de Italiaanse meesterpianist Enrico Pieranunzi. Daarnaast is er een uniek optreden met Teun Verbruggen en Jozef Dumoulin die de Noorse muzikanten Arve Henriksen (t) en Stian Westerhus (g) uitnodigen. In een volgende editie komen we daar in details op terug. Info: www.flagey.be
Jef Neve
JAZZ MET PIT 1415
Jazzactiviteiten in in de de Druivenstreek waar waar pit pit in in zit zit!! seizoen ‘14-‘15 Info en tickets via de website: website: www.jazzmetpit.be www.jazzmetpit.beofofde dewebsites websites van de cultuurcentra, www.debosuil.be, van www.debosuil.be,www.muziekmozaiek.be, www.muziekmozaiek.be, www.denblank.be, www.5voor12hoeilaart.be www.5voor12hoeilaart.be Een samenwerkingsverband samenwerkingsverband tussen Een tussende degemeentebesturen gemeentebesturenvan van Hoeilaart, Overijse Overijse en Hoeilaart, en Tervuren, Tervuren, vzw vzwMuziekMozaïek MuziekMozaïeken enGC GCde de Bosuil. Bosuil.
24
2014/3
JazzLab Series sePT - NoV 2014
Het najaar van Black Flower, het Gentse collectief rond saxofonist Nathan Daems dat een opzwepende mix van jazz met Ethiopische ritmes en melodieën brengt, is op de zomerfestivals niet onopgemerkt gebleven. Zo waren ze bijvoorbeeld band in residence op Gent Jazz Festival. De exotische sounds en melancholische melodieën worden op een excentrieke manier gebracht en zijn vastgelegd op een zeer geslaagd debuutalbum (Zephyrus en W.E.R.F Records, april 2014). Met de septembertournee van Black Flower als seizoensopener is de toon alvast gezet voor een jaar vol beklijvende jazz. In oktober maken de podia zich klaar voor de jazzpianist Igor Gehenot, amper de kaap van 25 voorbij en al getipt als de nieuwe belofte van de Belgische jazz. Er wordt naar hem gerefereerd als de Waalse Jef Neve. Vraag het maar aan Teun Verbruggen, drummer van het Jef Neve Trio, die zijn naam zonder aarzelen verbond aan Gehenots nieuwe trio. Philippe Aerts, vorige seizoenen nog te zien bij JazzLab Series met het Ivan Paduart Quintet en Nathalie Loriers New Trio, vervolmaakt het trio als een solide en harmonisch onderlegde bassist. Met concerten op London Jazz Festival en Jazz à Vienne op zak staat het trio voor de grote doorbraak. Het debuutalbum Road Story verscheen in 2012 (Igloo Records) en werd lovend onthaald in de pers. De plaat getuigt van lyrisme en sensibiliteit, die vakkundig in evenwicht worden gehouden door een aantal meer uptempo passages met veel punch en aanstekelijke grooves. Naar aanleiding
Za 13/09/2014 – 20:30
Jan de Haas Vibes Quartet B ReleaseconceRt Dreams ago - W.e.R.F.123 Vibrafonist Jan de Haas brengt naast eigen composities ook actuele adaptaties van standards van o.a. John coltrane en antonio carlos Jobim.
van hun tournee met JazzLab Series brengt het Igor Gehenot Trio in september 2014 een tweede album Motion uit. Muziek met humor, op de grensvlakken van muzikale uitersten. Zo wordt het repertoire van het Gentse kwintet van gitarist Mathias Van de Wiele wel eens omschreven. Moker zet voor de novembertournee swingende jazzritmes tegenover stevige rockgrooves en wisselt vrije improvisaties af met doortimmerde structuren. Met trompettist Bart Maris (kersvers laureaat Sabam Jazz Award – gevestigde waarde) en saxofonist/klarinettist Jordi Grognard heeft Van De Wiele een flamboyant koppel blazers in zijn band gehaald. Zelf beschikt hij over een door effectpedalen bepaald gitaargeluid dat zowel liefelijk als meedogenloos kan zijn. Contrabassist Lieven Van Pee zagen we bij JazzLab Series al passeren met het prettig gestoorde trio De Beren Gieren. Giovanni Barcella (ook drummer bij o.a. BackBack en Jeroen Van Herzeele Quartet) laat zijn Italiaanse passie in zijn drumspel ten volle naar boven komen. Moker bundelt al die baldadigheid in het album Overstroomd (W.E.R.F label, 2013), een plaat die er stààt.
VR 19/09/2014 – 20:30
bas bulteel trio B ReleaseconceRt Coming Home - W.e.R.F.121 Pianist Bas Bulteel schreef twaalf ijzersterke composities bij elkaar, die qua feel en oorwormgehalte perfect naast de betere standards kunnen staan. een wondermooi debuut. VR 24/10/2014 – 20:30
Marc cary Focus trio USA
De afro-amerikaanse pianist Marc cary kleurt graag buiten de lijntjes van de jazztraditie. Met zijn Focus Trio brengt hij een sprankelende mix van hip hop, soul, hardbop jazz en roots muziek. Ma 03/11/2014 – 20:30
Mark turner return FroM tHe stars USA
topsaxofonist Mark turner ontwikkelde een geheel eigen sound die het midden houdt tussen Wayne shorter en Warne Marsh. in zijn ‘Return From The Stars’-band vinden we o.a. trompettist avishai cohen.
Naast deze concerten biedt Jazzlab Series ook laagdrempelige jazzcursussen aan. Dit seizoen zijn weer verschillende lessenreeksen ‘JazzClass Series’ te volgen. Surf naar de website voor concrete data en locaties.
VR 07/11/2014 – 20:30
Moker B
Het pittige Gentse collectief brengt uitdagende hedendaagse jazz met een serieuze hoek af. soms wordt de mosterd gehaald uit de rijke jazztraditie. Andere momenten worden alle conventies overboord gegooid en geeft de groep zich over aan hun tomeloze honger naar experiment.
Info: www.jazzlabseries.be
VR 21/11/2014 – 20:30
dasH! Vs Pauni trio NL
Dash! en Pauni trio combineren stoere funk -en jazzgrooves met aanstekelijke traditionele Bulgaarse samenzang en overgieten alles met een goeie scheut improvisatorisch geweld. VR 29/11/2014 – 20:00
@BIeKoRF
dans dans B
Deze drie heren wisten hun liefde voor zowel rock als jazz met succes te versmelten tot een eclectisch en opwindend geheel.
sons oF keMet UK
sons of Kemet brengt een explosieve en bezwerende mix van jazz, Caribische folk en muziek uit de Afrikaanse diaspora, gehuld in een psychedelisch jasje.
w w w. d e w e r f. b e www.dewerfrecords.be
info & tickets: WeRfstRAAt 108 - 8000 BRUGGe 050 33 05 29
Mathias Van de Wiele
met de steun van
ReseRvAtie@deWeRf.Be
ZOMERFESTIVALS 2014
Zomerfestivals in beeld
(Foto: Š Lieve Boussauw)
De weergoden waren de jazzfestivals dit jaar weinig gunstig gestemd. Daardoor kwamen wat minder bezoekers opdagen. Gelukkig waren er prachtige concerten om al die waterellende te doen vergeten. De beelden in deze bijdrage roepen herinneringen op aan de hoogtepunten van de zomerfestivals, al verwijzen we naar bijdragen in deze editie waar bijzondere projecten zoals het Bruno Vansina Orchestra extra aandacht krijgen. Bernard Lefèvre Fotografie: Jos L.Knaepen
Brosella Jazz Gitarist Bert Cools kreeg carte blanche op de 38ste editie van Brosella en nodigde met zijn trio de Amerikaanse violist Eyvind Kang als gastmuzikant uit.
Gent Jazz De trompettist Avishai Cohen mocht op de Garden Stage van Gent Jazz in drie sets bewijzen dat hij een van de aanstormende talenten is in de New Yorkse jazzscene. Hij vormt naast zijn trio ook een family band met zus Anat (kl, sax) en broer Yuval (sax).
Chick Corea haalde in duo met Stanley Clarke in een akoestische set herinneringen op aan Return To Forever waarmee vaste Gent Jazz-bezoekers goed vertrouwd zijn. 26
2014/3
ZOMERFESTIVALS 2014 Gent Jazz Darcy James Argue’s Secret Society bracht een indrukwekkend concert, opgebouwd rond het jongste project Brooklyn Babylon.
Gaume Jazz
De cellist Jean-Paul Dessy gaf een subliem soloconcert in de kerk van Rossignol.
Keuvelend tussen de regenvlagen door: (v.l.n.r.) Sarah Klenes, Yann Lecollaire, André Klenes, François Vaiana, Eve Beuvens en Thomas Champagne.
Gouvy Jazz
(Foto : © Jean Paul Bour)
De 82-jarige zanger/pianist Freddy Cole (jongere broer van Nat ‘King’ Cole), energieker dan ooit, pakte het publiek in met zijn warme charme en kreeg een verdiende staande ovatie.
2014/3
27
ZOMERFESTIVALS 2014 Jazzenede Zanger Sander De Winne en gitarist Hans Van Oost brachten met de Big Swing Band het feest op gang tijdens Jazzenede.
Jazz Middelheim
Gewoonweg schitterend hoe Jef Neve zijn publiek wist te bespelen en ze zelfs aan het zingen bracht, en dan geheel solo in schoonheid eindigde met Solitude (een track uit het binnenkort te verschijnen solo-album). Een jubileumconcert dat gebeiteld staat in de Middelheim-geschiedenis.
Joachim Badenhorst stond met zijn zevenkoppige band Carate Urio Orchestra zondag al om 12u30 op het podium. Wie er tijdig bij was, beleefde unieke muzikale momenten.
28
2014/3
(Foto : © Jos L. Knaepen)
Herbie Hancock & Wayne Shorter zorgden voor een uitverkochte dag 1. Het was fascinerend hoe deze ‘heren van stand’ heel broos en aanvankelijk met heel veel effecten (Hancock op laptop, synthesizer) muzikale wegen zochten om dan heel lyrisch en geheel akoestisch een prachtige climax te bereiken. Enig!
ZOMERFESTIVALS 2014
Jazz Middelheim Stefano Bollani & Enrico Rava mogen elkaar nog zo goed kennen, ze dagen elkaar altijd opnieuw uit. Die verfrissende aanpak is net de kracht van dit duo. Italiaanse delicatesse!
Toots Thielemans zorgde voor een groots emotioneel moment op Jazz Middelheim toen hij onverwachts aan het einde van het aan hem opgedragen concert zelf het podium opkwam en Wonderful World speelde. Velen waren tot tranen toe ontroerd…
(Foto : © Jos L. Knaepen)
Vijay Iyer maakte het als artist in residence helemaal waar. Met zijn sextet had hij in de frontlinie de knappe saxofonisten Mark Shim en Steve Lehman en de kornettist Graham Haynes. Ook zijn andere projecten waren van een hoogstaand niveau.
2014/3
29
Jack van Poll 80
Muzikale impressies Op 29 november 2014 wordt pianist Jack van Poll 80. Zijn muzikale anekdotes konden rekenen op heel wat trouwe lezers in Jazzmozaïek. Zijn carrière had zowel zakelijke als muzikale kanten, omdat Jack piano spelen eerder als een hobby zag. Toch kende hij internationaal bijval. In 1962 behaalde hij de beste solistenprijs in Düsseldorf. Bij zijn 75ste verjaardag werd hij Ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Zijn volledige levensverhaal wacht om opgetekend te worden. Hier alvast een voorsmaakje.
Antwerpen “Als je uit Roosendaal komt, is Antwerpen de grote stad.” Jacks vader nam hem ’s zondags mee naar de Hoogmis in de Carolus Borromeuskerk. Jack trok daarop naar de Stadswaag waar hij o.a. in De Stal – uitgebaat door de ouders van Butch Peleman – kennismaakte met het jazzmilieu. “In Antwerpen had ik de meeste steun van Jack Sels. Nonkel Sacks noemden we hem, een samentrekking van Sax en Jack, hij was een goeie 12 jaar ouder dan ik. Met hem heb ik in de jaren 50-60 van de kust, Knokke, Oostende… tot in de Ardennen, tot en met Comblain Jazz, getoerd. Hij wou dat ik hem met zijn auto rondreed, want die had een schuifdak en dan kon hij’s avonds als we terugkeerden al liggend naar de hemel, de sterren staren. Jack Sels was wel van alle muzikanten in het Antwerpse jazzmilieu diegene die de meeste indruk op me heeft nagelaten.”
In Roosendaal waren geen gelijkgestemde zielen. Die vond ik in Antwerpen met o.a. Jack Sels. En ook in een kwartet dat ik vormde met de altsaxofonisten Joop Hendriks uit Breda en Tony Vos uit Eindhoven. Die had een broer die piano speelde, maar hij vond dat ik meer groovde. De ritmesectie bestond uit drummer Fred Gilhuis uit Dordrecht en de Deense bassist, Børge Ring, die in Amsterdam resideerde.”
Catherine, Philip Een relatie van Jacks vader – directeur van de Koninklijke Drukkerij van Poll – was papierleverancier en die had een zoon die gitaar speelde. Of Jack als jazzpianist eens wou luisteren… “Ik zag me daar
Bebop “In Roosendaal kenden we in de na-oorlogse periode vooral dixieland- en swingbands. Zo trok ik naar de repetitie van The Caldonians die bleven steken bij In The Mood van Glenn Miller. Ik kom dus uit een omgeving die heel anders lag dan bv. Pim Jacobs en Mischa Mengelberg die uit de randstad van Amsterdam kwamen. Voor mij gebeurde de overgang van de swing naar moderne jazz eerder geleidelijk. Dat kwam door Shaw’Nuff van Dizzie Gillespie en Charlie Parker, mijn kennismaking met bebop. Mijn vader vond dat geen muziek, hij schreeuwde om ‘dat lawaai’ te stoppen. Ik begreep dat als ik me op Honeysuckle Rose baseerde ik al gauw Scrapple From The Apple kon spelen. Zo leerde ik bebop spelen door de begeleiding van thema’s gebaseerd op standards zoals I Got Rhythm en Honeysuckle Rose. Mijn interesse voor moderne jazz begon bij bebop en groeide daarna via Miles Davis en de cool jazz. Het was Miles die harmonisch en symfonisch inhoud gaf. Het was geweldig hoe hij met Gershwin omging. Jack van Poll met Philip Catherine
30
2014/3
zo’n Beatle met zijn gitaar op een stoeltje… stamelend: tu parles français, en ik: oui, un petit peu waarop hij: but my mother is English, so I speak English too… dat was Philip Catherine. En na wat kennis maken vraagt hij of we niet samen gaan spelen in de Brussels Jazz Club. Philip had contrabassist Freddie Deronde uitgenodigd en drummer Vivi Mardens. Philip keek er van op dat ik zo groovy speelde. Dat is natuurlijk ook mijn sterkste kant… We zijn nog met zijn vieren in heel België opgetreden. Philip was een verschrikkelijke gamin, soms kreeg hij de slappe lach en dan was er geen spelen meer aan…hij had een geweldig gevoel voor humor. Dat was een heel mooie tijd. Philip Catherine is na Toots veruit de grootste jazzmuzikant van België.”
Drums “Een goeie drummer. Dat is iemand die op de eerste plaats kan luisteren. Dré Pallemaerts is een van de besten die ik ken. Al sinds zijn 15de heb ik hem opgemerkt. Hij is nog altijd een van de meest gevoelige drummers. Dat zeggen ook buitenlanders, Amerikanen, die met hem spelen. He has a natural timing. Dré heeft het uit zichzelf. Ook Bruno Castellucci is van een generatie die een heel eigen uitstraling hebben. Dat zijn niet zo maar drummers, dat zijn muzikanten. Vroeger werd een trio al lachend voorgesteld als twee muzikanten en een drummer… Zoals je geboren drummers hebt, zijn er hier ook bij ons contrabassisten en dan denk ik aan een boom van een vent zoals Jean-Louis Rassinfosse. Ook Bart De Nolf en Janos Bruneel hebben dat niveau.”
Erkenning “Het is moeilijk om dit over mezelf te zeggen, ik heb me altijd bescheiden opgesteld. Ik ben bekend geworden toen ik piano speelde als hobby en het was een
Jack van Poll 80 Garner noemen, maar vooral Oscar Peterson. Die is voor mij misschien wel het grote voorbeeld. Ook qua techniek. De loopjes die ik op het gehoor geleerd heb, die heb ik van de platen van Oscar Peterson. De meeste pianisten willen dat niet gezegd hebben, ze refereren liever naar Bud Powell of Thelonious Monk. Oscar Peterson vinden ze een berg techniek, weet je wel, maar voor mij is hij de meest groovy en veruit favoriete pianist.”
Klassiek
Jack van Poll Quartet in de Hopper met saxofonist Piet Noordijk en drummer John Engels
soort uitlaatklep naast mijn zakelijke bedrijvigheden. Omdat ik musiceren niet als beroep zag, paste ik niet in het rijtje van de groten uit die tijd in Nederland. Ik ging wel met Louis Van Dijk in duo op tournee. En als Amerikaanse muzikanten op doorreis van Amsterdam via Antwerpen naar Parijs passeerden, vonden ze me wel om ze te begeleiden, o.a. Don Byas, Ben Webster, Bud Freeman, Johnny Griffin, Clark Terry…”
Grensgeval “Ik ben al eens omschreven als een grensgeval en in de letterlijke betekenis ben ik dat wel. Al liggen Antwerpen en Rotterdam even ver van Roosendaal, er is een wezenlijk verschil. Antwerpen is voor mij meer thuis. Het heeft niet zozeer te maken met landsgrenzen, eerder met een mentaliteit. Er is natuurlijk ook de religie, al ben ik niet zo katholiek. De sfeer is gewoon anders. Ik ben als jazzmuzikant eerst begonnen in Antwerpen. Maar ik ging ook al eind de jaren 50 spelen in Brussel en ik was er vanaf het begin bij in Comblain la Tour. Joe Napoli kende ik persoonlijk. Ik ben altijd gewaardeerd geweest in België. Ik sprak ook een mondje Frans, wat toch wel een voordeel was in Brussel.”
Indruk “Wie het meest indruk naliet is Dee Dee Bridgewater. Ik heb haar een maand lang elke avond in Zürich begeleid. We kenden elkaar nog niet. Ik kende wel haar man, trompettist Cecil Bridgewater, want die speelde met Mel Lewis, samen met Hein van de Geyn en Dré Pallemaerts. Dee Dee is een zangeres die enthousiasme uitstraalt naar het publiek. Wat ze ook heel goed doet is de inhoud van de tekst tot uitdrukking brengen. Als ze bv. Stormy Weather brengt, dan zit daar dramatiek in. Ze heeft wat ze zingt ook echt beleefd.”
Jazzvoorbeelden Wie waren voor jou de voorbeelden waar je naar opkeek? “Ben Webster en als pianisten zou ik Erroll
Jacks vader wilde hem van jongsaf aan eerst en vooral klassiek laten studeren. “Mijn vader liet me luisteren naar Debussy en Ravel. Dat was modern en dus dacht hij dat ik daarvan hield. Hij vroeg toen ik 6-7 jaar werd aan de orgelist van het koor waarin hij zong om me les te geven. Wekelijks leerde ik zo vingeroefeningen en wat notenleer. In volle oorlogsperiode, in 1943, was ik onderweg naar de pianoles, toen ik door een vriend werd overtuigd om samen naar de plaatselijke kermis te trekken. We waren er nog maar net toen het bomalarm klonk. Na het bombardement spoedde ik me naar huis, waar mijn moeder me lijkbleek aankeek en blij was me te zien. Het bleek dat het huis van de pianoleraar helemaal platlag en ik dus ontsnapt was aan de dood. Ik had toen maar één wens: ik wil nooit meer pianoles volgen, en daar hebben mijn ouders zich aan gehouden. Zo ben ik dus autodidact.”
Lyrics “Omdat ik instrumentalist ben, had ik vroeger weinig aandacht voor de tekst. Door het begeleiden van zangeressen is mijn aandacht gegroeid voor de verbinding tussen tekst en melodie. Voor mij komt de melodie eerst, de muziek geeft de sfeer aan om er een passende tekst bij te verzinnen. Ik vind in jazz dat je als componist ook wel in staat moet zijn een tekst erbij te maken of anders de tekstschrijver toch wel aangeeft wat het verhaal is bij je compositie.”
Hopper “In de September Jazzclub speelde Mary Hehuat in mijn vast trio. Die wilde in die periode graag zelf een club beginnen op het Zuid in Antwerpen. Of ik daar bezwaar tegen had?Maar nee, voor mij was September Club een faze in mijn leven, ik had nooit de intentie daar een carrière mee op te bouwen. Mary Hehuat startte zo Hopper Jazzcafé wat een kweekvijver werd en is voor jazztalent. Via de jamsessies treffen gevestigde en studerende muzikanten elkaar en ontstaan er ook groepen zoals bv. Rebirth::Collective, dat er zijn thuisbasis heeft. Zelf heb ik er geregeld opgetreden met gasten zoals bv. Piet Noordijk. En heel recent stond ik er nog in trio met bassist Stefan Lievestro en drummer Hans van Oosterhout.” Jack van Poll (rechts) en aan de andere vleugel (v.l.n.r.) Ewout Pierreux, Bart Van Caenegem en Christian Mendoza 2014/3
31
Jack van Poll 80 Mijlpaal “Na de verkoop van de September Jazzclub ben ik als pianist verder gegaan. Maar ik was niet bereid om hele tournees aan een stuk tot in Tokyo te gaan ondernemen. Ik heb het altijd op mijn eigen ritme gedaan. Nu ik tachtig wordt wil ik nog wel de kansen grijpen die zich voordoen, maar niet ten koste van alles. Het betekent een mijlpaal. De jongste jaren had Herman Van Hove het prachtig geregeld met Jack en Jazz At The Fakkel, maar dat is nu afgelopen. Die tachtigste verjaardag vormt in zekere zin een afsluiting van een periode. Niet dat ik een streep onder mijn muzikale carrière trek, ik heb lichamelijk geen probleem en voel me volkomen fit, maar ik wil het wel selectief op mijn manier verder zetten. Het zou bijvoorbeeld leuk zijn nog eens met Hein Van de Geyn en Dré Pallemaerts op te treden. Met de Fakkel-jazz heb ik gitarist Eric Melaerts ontdekt, die zich opnieuw aan jazz begeeft, daar wil ik graag met nog een bassist, ik denk aan Bart De Nolf, wat samen doen.”
Pianisten “Vroeger speelde ik in duo met Michel Herr en Louis Van Dijk. Dat is uitgegroeid tot vier pianisten met twee vleugelpiano’s. Ewout Pierreux is een perfecte partner, die luistert terwijl je speelt, en vult aan. Ook Jef Neve is daar meesterlijk in, die heeft ook die groove. Bijzonder is het moment waarop we opstaan en doorschuiven en blijven doorspelen. Als je de opname hoort, merk je daar niets van. Soms speel ik tegen drie of anders twee tegen twee, of in duo, enz. Op het verjaardagsfeest gaat een van mijn favoriete pianisten, Dado Moroni, de uitdaging aan, samen met Ewout, Bart Van Caenegem en mezelf.”
Quiet Now “Dat is misschien wel een van mijn beste composities. De titel was er vanzelf. De inspiratie kwam naar aanleiding van een relatie die je onverwachts overvalt, waar je voelt dat je over de schreef gaat, (zingt) Quiet
Jack van Poll met Toots Thielemans
Now, It’s all right, We’ve just crossed the line... De opgave was het goed te verwoorden zonder dat het banaal wordt. Het kwam spontaan opwellen. Daar heb ik dus geen dagen over gedaan. Mooi hoe Tutu het in haar album heeft opgepikt.
September Jazzclub “Na de plotse dood van mijn vader op 59-jarige leeftijd in 1968 moest ik de leiding overnemen van alle 5 bedrijven. Die heb ik een paar jaar later aan Elsevier verkocht en met dat geld ben ik in Antwerpen een jazzclub begonnen. De naam September was geïnspireerd op wat Frank Sinatra zong: September Of My Years. In de club kwamen vooral jazzmuzikanten op doorreis. Die traden op in Amsterdam en passeerden via Antwerpen naar Brussel en Parijs. Clark Terry, Art Pepper, John Clayton en Jeff Hamilton, dat zijn enkele namen. Later is er dan ook het platenlabel samen met Hans Kusters door ontstaan. Daar kwamen toen vooral live-opnames van concerten in de club op uit, een van de eerste was met zangeres Dee Daniels.
Toots Thielemans “Toots heeft me veel kansen geboden. Ik las in een interview dat hij zijn eerste optreden in Nederland aan mij te danken had. Dat kwam zo. Mijn eerste ontmoeting met Toots was in Brussel, toen ik daar met Freddie Deronde en Vivi Mardens of Al Jones speelde. Toots kwam binnen en vroeg om enkele nummers mee te spelen. In Roosendaal had ik fier verteld dat ik met Toots had gespeeld en ze vroegen me daarop: wel nodig Toots dan uit om hier te komen optreden. Zo concerteerde Toots begin jaren 60 in het Koetshuis in Roosendaal, de eerste keer in Nederland. Hij was overigens ook een graag geziene gast in September Club. Toots is uniek. Er is niemand in de wereld die dat geluid met harmonica maakt. Hij speelt erop alsof hij fluit of zingt. Hij heeft geen enkele rem inzake techniek. Ik vind hem veruit de grootste muzikant die we hier in België kennen. Bluesette en For My Lady zijn toch wel heel bijzonder mooie composities.
Zuid-Afrika “Ik heb destijds drie zangeressen uit Zuid-Afrika mee naar hier gebracht. Tutu Puoane is de meest dankbare en bijzonder succesvolle van de drie. Een heel avontuur. Terugkeren naar Zuid-Afrika doe ik tussendoor nog wel, maar er opnieuw gaan wonen, daar denk ik niet meer aan.” Jack draagt het verjaardagsconcert op aan het goede doel: For The Love of Africa. Bernard Lefèvre
29 november 2014: Jack van Poll 80 > met Bert Joris, Tutu Puoane, Ewout Pierreux, Janos Bruneel, Dado Moroni, Bart Van Caenegem, Lissa en Rebirth::Collectiv e.a. in De Roma, Antwerpen www.deroma.be Jack van Poll met zangeres Tutu Puoane
32
2014/3
JazzmozaIekjes Jeroen van Vliet werd onderscheiden met de Buma Boy Edgarprijs 2014. De Buma Boy Edgarprijs
Brosella/Djangofolllies, Brussels Jazz Orchestra, FLAGEY, Jazztronaut, Jazz Station en Visitbrussels stellen, op initiatief van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, het Brussels Jazz Platform voor. Dit gloednieuwe platform wordt vanaf september 2014 gelanceerd. Om de stad Brussel verder op de jazzkaart te zetten, nemen enkele actoren uit de Brusselse jazzsector het initiatief voor de oprichting van een Brussels Jazz Platform met als doel de krachten te bundelen en een betere communicatie te verzorgen over het jazzaanbod in Brussel en daarnaast een heus Brussels jazzseizoen te ontwikkelen. Het platform wil ook fungeren als netwerkplaats waar al deze organisaties elkaar kunnen ontmoeten om zo tot een betere samenwerking te komen.
B-Jazz is versie 2.0 van het gerenom-
meerde internationaal concours gekend als ‘Jazz Hoeilaart’. Jazz Hoeilaart werd in 1979 door Albert Michiels opgericht in het kader van het jaarlijkse druivenfestival in Hoeilaart, met de intentie om talentvolle jonge jazzmuzikanten een podium te bieden. Aanvankelijk namen enkel Belgische en Nederlandse groepen deel. Sindsdien is het festival uitgegroeid tot één van de meest gerenommeerde internationale jazzwedstrijden. Tussen 1979 en 2013 werden ruim 2000 inschrijvingen geregistreerd uit meer dan 50 landen. Vanaf 2015 organiseert Muziekmozaïek - in samenwerking met cultuurcentrum 30CC en OPEK - B-Jazz als onderdeel van het stadsfestival Leuven Jazz, waar voor de eerste maal de Grote Prijs Albert Michiels zal uitgereikt worden aan de winnaar. Meer info vind je op www.b-jazz.be.
foto: © Bruno Bollaert [volume12.net]
jury roemt Van Vliet als onderscheidend musicus, met een eigen stem in de traditie waarmee hij de kloof tussen genres overbrugt en met een oneindige zucht naar avontuur. De prijs bestaat uit een door Van Vliet zelf samen te stellen concertavond op 14 december 2014 in het Bimhuis, een geldbedrag van 12.500 euro en een plastiek van Jan Wolkers. Begin dit jaar bracht Van Vliet zijn soloproject Wait op Challenge Jazz uit. Naast dit soloproject bracht Van Vliet een album uit met het trio OGU in eigen beheer (met Bram Stadhouders en Etienne Nillisen) en het album Eno Supo (Challenge Records), waarbij hij deel uitmaakt van de groep Estafest (met Anton Goudsmit, Oene van Geel, Mete Erker).
Gent Jazz organisator Bertrand Flamang en Juryvoorzitter Simon Korteweg overhandigen de prijs aan Thijs Troch (rechts) van het duo Keenroh, winnaar van Jong Jazztalent Gent 2014.
Het duo Keenroh is de winnaar van Jong Jazztalent Gent 2014, de wedstrijd voor jonge beloftevolle bands die Gent Jazz Festival organiseert in samenwerking met Brouwerij Duvel-Moortgat. Voor de tweede maal krijgt een band een begeleidingsbudget van 10.000 euro. Keenroh volgt hiermee OakTree op. Keenroh bestaat uit pianist Thijs Troch en fluitist Jan Daelman. Hun ingediende ambitieuze project, waarin het duo wil werken met composities van bekende Belgische jazzmusici, kon op veel bijval rekenen bij de jury van Jong Jazztalent Gent 2014. Een belangrijk uitgangspunt van Keenroh is veelzijdige improvisatie en intense dialogen. Een benadering die ze willen integreren en confronteren met andere stijlen binnen de jazz. Het duo gaat de beurs alvast gebruiken om samen te werken met muzikanten en componisten waarmee de groep een grote affiniteit heeft. Gastcomposities zullen onder meer geschreven worden door Kris Defoort, Jozef Dumoulin en Bo Van Der Werf. De groep zal in de projectperiode ook enkele residenties doen in Vlaamse kunstencentra. Het resultaat van het project wordt voorgesteld aan het grote publiek met een zomerconcert op Gent Jazz Festival 2015.
UNiEKE fAmiliEVOORsTElliNG TijDENs jAZZ BRUGGE
KOKO DE ClOWN Collectif Arfi ZONDAG 05.10.14 / 15:00 Vanaf 7 jaar CONCERTGEBOUW BRUGGE, ‘T ZAND
Knotsgekke collage van animatiefilms met live jazz Tickets en info: 12 euro & 6 euro (-26 jaar) via: +32 70 22 33 02 (ma-vr: 16:30-18:30) In&Uit Brugge
In het Jazz Centrum Vlaanderen aan de Leopold II-laan in Dendermonde kan je dit seizoen terecht voor een uitgebreid aanbod aan concerten, lezingen, filmvoorstellingen, tentoonstelling, workshops en open repetities. Je kan er ook gaan neuzen in het steeds groeiende archief van vele duizenden lp’s, cd’s,
Gratis voor festivalpashouders Jazz Brugge en dagpashouders zondag Jazz Brugge www.concertgebouw.be - www.jazzbrugge.be
2014/3
33
Jazzmozaïekjes
foto: © Christian Overdeput
Zie voor concertagenda ook Festivalnieuws, JazzBrugge en artikels in deze editie.
De laureaten van de Sabam Jazz Awards: Jos L. Knaepen, Seppe Gebruers (midden) en Bart Maris
BO ZAR MU SIC
Season 2014 - 2015
JAZZ
The sound of surprise
Op het Gent Jazz Festival werden de SABAM Jazz Awards uitgereikt. Bart Maris ontving de SABAM Jazz Award in de categorie ‘Gevestigde Waarde’. Aan deze award verbindt SABAM een geldbedrag van 10.000 euro. De prijs voor jong talent, de SABAM Jeugd & Muziek Jazz Award, ging naar Seppe Gebruers. De Jeugd & Muziek Award wordt door SABAM en door Jeugd en Muziek Vlaanderen ondersteund met een bedrag van 5.000 euro. De jury voor beide categorieën bestond uit: Rob Leurentop, Toon Van Deuren, Pieter Kooten, Mik Torfs en Wim Wabbes. Ook de Muze van SABAM werd uitgereikt. Deze prijs wordt door SABAM toegekend aan een Belgische jazzpersoonlijkheid die omwille van zijn of haar verdiensten succesvolle acties ondernomen heeft ter ondersteuning van de jazz. Die prijs gaat naar fotograaf Jos L. Knaepen. Hij is de vaste fotograaf van Jazzmozaïek en huisfotograaf van Gent Jazz en Jazz Middelheim. Zijn werk wordt ook gepubliceerd in de Amerikaanse jazzbladen Downbeat en JazzTimes. Info: www.sabam.be, www.jeugdenmuziek.be
IbRAhIM MAAlouf buIKA RAnDy WeSTon & bIlly hARpeR oTIS TAyloR blueS bAnD RoScoe MITchell conveRSATIonS TRIo RAbIh Abou-KhAlIl QuARTeT fReD heRSch DAve hollAnD & cRAIg TAboRn AnD MoRe…
Ibrahim Maalouf © Denis Rouvre
Untitled-1 1
STORM! contest 2015
08/08/14 17:01
STORM! contest transformeert tot een robuuste wedstrijd met prestigieus prijzenpakket en lanceert een oproep aan artiesten die de Belgische jazzscene stormenderhand willen veroveren. Tijdens de eerste editie van het festival STORM! (april 2013) organiseerde het Oostendse kunstencentrum Vrijstaat O. in samenwerking met JazzLab Series en vzw Muziekmozaïek de eerste editie van de STORM! contest, een wedstrijd voor jong jazztalent. Laureaat van deze wedstrijd was Nordmann (foto), die op de volgende editie van STORM! (februari 2015) zijn debuutalbum in première voorstelt. De tweede editie is meteen een stuk prestigieuzer door de alliantie met een extra partner (De Werf Records) en een ruimer prijzenpakket. De organisatie wil zich met deze wedstrijd vooral richten op de nieuw(st)e generatie muzikanten met groeipotentieel.
Foto: © Leon De Backer
Procedure: Gericht op bands/muzikanten die zich toespitsen op jazz of geïmproviseerde muziek. Jazz als basis, maar crossover wordt niet uitgesloten. Minstens de helft van de groepsleden moet Belg zijn. Elk groepslid mag maximum 30 jaar zijn op 1 maart 2015 met uitzondering van 1 groepslid. Elke kandidaat/groep moet een opname inzenden (minimum 2 nummers, minimum speelduur 15 minuten) voor 5 januari (contact: stormcontest@muzmoz.be). Finale is op vrijdag 13 februari 2015 in Vrijstaat O. (Oostende). Prijzenpakket: * Creatietraject bij Vrijstaat O. * Tournée JazzLab Series, najaar 2016 * Release cd op W.E.R.F.-label * Wildcard finale B-Jazz (internationale jazzwedstrijd in het kader van Leuven Jazz, vroeger Jazz Hoeilaart) op 20,21 of 22 maart 2015 * Exclusieve reportage in Jazzmozaïek + fotosessie Jos L. Knaepen.
34
2014/3
Volledig wedstrijdreglement en alle informatie via de websites van de organisatoren: www.jazzlabseries.be, www.muziekmozaiek.be, www.vrijstaat-o.be, www.dewerf.be
Jazzmozaïekjes boeken en tijdschriften over jazz. Of misschien wil je zelf wel een lezing of workshop over jazz en blues organiseren in je school of met je vereniging? Ook dan kan je beroep doen op een van de gepassioneerde medewerkers van het JCV. Je kan het allemaal bekijken op de website www.jazzcentrumvlaanderen.be
Samba meets Jazz Workshops in Rio de Janeiro Onder de artistieke leiding van Nilson Matta en met medewerking van de Belgische saxofonist John Snauwaert en andere gerenommeerde jazzmuzikanten vinden voor de vijfde keer van 18 tot 24 januari 2015 workshops plaats in Rio de Janeiro, Brazilië. Het programma is nog niet volledig bekend, maar er zijn ook pre-camps (18 en 19/1) en post-workshops (4 dagen in de week volgende op het kamp). Wil je ook de unieke gelegenheid te baat nemen om wat op te steken van Braziliaanse ritmes en jazz en boeiende muzikale ontmoetingen aan te gaan, dan neem je contact op met John Snauwaert op john@sambameetsjazz.com – Info en programma: SambaMeetsJazz.com.
ZO 19.10 | 20.00 U | 30CC/WAGEHUYS
NATHALIE LORIERS - PHILIPPE AERTS - TINEKE POSTMA VS LINUS double bill als afsluiter van AppeltuinJazz festival
VR 31.10 | 20.00 U | 30CC/SCHOUWBURG
MELINGO
tango meets blues, croonerrock en bossanova
ZO 07.12 | 20.00 U | 30CC/SCHOUWBURG Carla Bley
De NEA Jazz Masters, de hoogste onderscheiding in de jazz, gaat in 2015 naar saxofonist Charles Lloyd, pianiste Carla Bley, saxofonist George Coleman en clubeigenaar Joe Segal. Info: http://arts.gov/honors/jazz/year/2015
BRAM DE LOOZE’S SEPTYCH
ft. Joachim Badenhorst, Robin Verheyen, Bo Van der Werf & more
DI 09.12 | 20.00 U | 30CC/SCHOUWBURG
TINARIWEN
bezwerende woestijnblues; dé missing link tussen West-Afrika en de Mississippidelta
WWW.30CC.BE - 016 300 900 - 30CC/TICKETBALIE, DIESTSESTRAAT 49, LEUVEN
De sax van Dex die van Hawk en zoveel meer ...
SAX200 Nog tot 11 januari in het Muziekinstrumentenmuseum in Brussel.
www.mim.be www.sax200.be 2014/3
35
Jazzmozaïekjes
Concerttips Gent Jazz Club presenteert vanaf oktober in het
Belfort Stadscafé, onder de stadshal, op het Gentse Emile Braunplein vier najaarsconcerten: Craig Taborn Trio (13/10), Ben van Gelder Quartet feat. Ambrose Akinmusire (27/10), Harris Eisenstadt’s ‘Canada Day’ (17/11) en VEIN feat. Dave Liebman (8/12). Met deze vier concerten bouwt de Gent Jazz Club in het Belfort Stadscafé verder op de succesformule met een internationale selectie van interessante projecten van of met gevestigde waarden, en het kruim van de nieuwe generatie. Info: www.gentjazz.com
De Sjruur – Maaseik programmeert het Jef Neve Trio (met Sean Fasciani en Teun Verbruggen) op 18/9, The Rhythm Junks op 19/9, Bart Lust
Quintet op 18/10, Skordatura PunkJazz Ensemble op 15/11, Daan Demeyer Quintet op 20/12. Dit kwintet bestaat naast Daan Demeyer op piano uit Rob Banken (sax), Carlo Nardozza (t), Jos Machtel (cb) en Matthias De Waele (d). Info: www.sjruur.be In Handelsbeurs Gent speelt Jef Neve solo op 26/11 en staat Robin Verheyen in duo met pianist Marc Copland op 16/12 naast nog aangekondigde concerten in festivalnieuws. Info: www.handelsbeurs.be
De Casino Sint Niklaas ontvangt het Igor
Gehenot Trio op 17/10, Tutu Puoane Sextet op 31/10 en Moker op 28/11. Info: www.decasino.be
Hnita JazzClub Heist o/d Berg brengt op
12/10 Ralph Alessi Baida Quartet en op 21/11 het Alex Goodman Trio. Info: hnita.wordpress.com
De Lokerse Jazzklub start op 20/9 met Boss Ross meets Phil Abraham, vervolgt op 11/10 met Talking Cows, 24/10 met Keenroh + Niels Van Heertum solo, 1/11 met Nathalie Loriers/Tineke Postma/Philippe Aerts, 15/11 Martin Jacobsen Quartet en 20/12 The N.O. Train Jazzband. Info: www.lokersejazzklub.be
Bozar stelt het nieuwe seizoen voor met op 30/10
Ibrahim Maalouf Illusions, 15/11 Randy Weston & Billy Harper: The Roots of The Blues, en volgend jaar 22 april een double bill met Dave Holland Prism & Fred Hersch solo. Info: www.bozar.be
De Singer Rijkevorsel verrast telkens opnieuw met een bijzonder exclusieve en
Al Foster
Call for artists
eigenzinnige jazzprogrammering: Ingrid Laubrock’s Anti-House opent het nieuwe seizoen op 23 september. Laubrock (sax) verzamelt in deze groep supertalenten uit New York: Mary Halvorson (g), Kris Davis (p), John Hébert (b) en Tom Rainey (d). Op 6/10 treedt pianist Lucian Ban in duo met violist Mat Maneri op. Een dag later is het de beurt aan Peter Evans met een topgroep uit NY en op 22 oktober komt de legendarische drummer Al Foster met zijn kwartet langs, waarin Dayna Stephens (ts), Adam Birnbaum (p) en Doug Weiss (cb). Op 8 november is er een double bill met Seppe Gebruers solo piano en de Britse pianist Alexander Hawkins die in duo met de Zuid-Afrikaanse drumlegende Louis Moholo-Moholo voor muzikaal vuurwerk zorgt. Dit is een Belgische première en een zeldzame kans om Louis Moholo-Moholo in ons land aan het werk te zien. Op 20 november is Dave Liebman in trio met Marius Beets (cb), Eric Ineke (d) en als gast John Ruocco (ts, kl) present. Op 29/11 is er een 60th Birthday Concert van Michael Moore, 12/12 volgt Barry Altschul’s 3Dom Factor met Joe Fonda en Jon Irabagon en 27/12 mag Tineke Postma met Nathalie Loriers en Philippe Aerts het prachtige jazzjaar afsluiten. Vermelden we nog dat onder de noemer ‘de Singer Jazz 2.0’ een reeks van jonge en uitdagende jazzgroepen kans krijgt zich voor te stellen, o.a. Dans Dans (21/11), A.C.T. Collective (6/12), De Beren Gieren/Kaja Draksler/Susana Santos Silva (29/1/2015) en andere. Alle details en tickets: www.desinger.be
is op zoek naar jong ambitieus jazztalent! Improvisatie, explosieve energie en het plezier om je muziek te delen met andere jonge internationale jazzmusici! Dat is de kern van B-Jazz. 100% jazz & more!
36
Selectie?
Prijzen?
Meer info?
Stuur voor 17 november drie mp3’s in via www.b-jazz.be. Jazz in alle vormen en stijlen waarvan minstens 1 eigen compositie & 1 jazzstandard. We verwelkomen deelnemers van alle nationaliteiten die geboren zijn na 1 november 1984. De finale vindt plaats van 20 tot 22 maart tijdens Leuven Jazz. De volledige procedure kan je bekijken op onze website.
De winnaar ontvangt de grote prijs Albert ter waarde van 2000 euro, krijgt een contract voor een optreden op het Getxo festival en een tournee in België. De tweede en derde laureaat ontvangen 1500 en 1200 euro. Alle andere finalisten krijgen 350 euro. Verder wordt er nog de SABAM cultuurprijs, een prijs voor de beste solist en de beste bassist uitgereikt.
Het volledige wedstrijdreglement en alle informatie vind je op
2014/3
www.b-jazz.be Een organisatie van
Laatste Noot In de Verenigde Staten is jazzzanger Jimmy Scott op 12 juni 2014 overleden, 88 jaar oud. Hij leed aan het syndroom van Kallman, een zeldzame aandoening, waardoor de puberteit uitblijft en hem die bijzonder hoge stem gaf.
Hij werkte samen met Lionel Hampton, Charlie Parker en Ray Charles. Scott inspireerde ook vele muzikanten waaronder Madonna. Door een gastoptreden in de serie Twin Peaks kwam hij in de jaren 90 opnieuw in de belangstelling.
Jazzpianist en -componist Horace Silver , pionier van de hardbop in de jaren vijftig van de vorige eeuw, is 18
juni 2014 op 85-jarige leeftijd overleden. Horace Silver werd vooral bekend dankzij Song For My Father, een klassieker op het Blue Note label. Horace Ward Martine Tavares Silva werd in Norwalk (Connecticut) op 2 september 1928
geboren. Zijn familie kwam oorspronkelijk uit de Kaapverdische eilanden. Eerst speelde hij tenorsaxofoon, maar schakelde later over op piano. Hij was sideman van o.a. Lester Young, Miles Davis en Sonny Rollins, en ging in 1950 met
duo-album Beyond the Missouri Sky (Verve, 1997) met Pat Metheny en het album American Dreams (Verve, 2002) met Michael Brecker. Nog recent verschenen in duo met Keith Jarrett Jasmine (ECM, 2010)
en The Last Dance (ECM, 2014), beide in 2007 bij Jarrett thuis opgenomen. Het jongste album eindigt met Goodbye en lijkt een voorbode van Hadens afscheid. Naast talrijke prijzen en drie
Grammy Awards, ontving Charlie Haden in 2012 de hoogste onderscheiding in de jazz, de NEA Jazz Master Award.
In 2007 ontving hij de NEA Jazzmaster Award.
Hij liet zijn contrabas zingen...
Charlie Haden (06-08-1937 – 11-07-2014)
De Amerikaanse contrabassist Charlie Haden is op 11 juli 2014, 76 jaar oud, overleden in Los Angeles, na een aanslepende ziekte. Geboren op 6 augustus 1937 in Shenandoah, Iowa, groeide hij op in een muzikaal gezin, dat countrymuziek en Amerikaanse folkliederen nauw aan het hart lag. Vanaf zijn twee jaar zong hij mee met de familie, maar kreeg op vijftienjarige leeftijd polio, waardoor hij geen toonhoogte meer kon houden. Zijn oudere broer bracht hem de interesse voor jazz bij en hielp hem met het bespelen van de contrabas. In 1957 verhuisde hij naar Los Angeles. Met saxofonist Ornette Coleman stond hij aan de wieg van de freejazz met het legendarische album The Shape Of Jazz To Come. In 1969 kwam het eerste album van Haden’s Liberation Music Orchestra onder diezelfde naam uit. Het was de eerste plaat van vijf waarin Haden zijn krachten bundelde met pianiste Carla Bley. In 1987 stond LMO op Jazz Middelheim met een opmerkelijke solo van Dewey Redman. Die vormde ook, samen met Don Cherry, Ed Blackwell en Haden van 1976 tot 1987 Old and New Dreams. Haden was er in de jaren 70 ook bij in het
trio dat Keith Jarrett oprichtte met Paul Motian. Later kwam ook Dewey Redman in deze groep (Birth, 1971). Als The Montreal Tapes (Verve) verscheen in 1999 een reeks opnames van het festival waarin Haden als leider en met het LMO een carte blanche kreeg en de meest vooraanstaande muzikanten uitnodigde, o.a. Joe Henderson, Al Foster, Geri Allen, Paul Motian, Don Cherry, Ed Blackwell, Gonzalo Rubalcaba, Pat Metheny, Jack Dejohnette, Egberto Gismonti, Paul Bley, Tom Harrell, Joe Lovano. Met Lovano en Rubalcaba en de toen nog weinig bekende altsaxofonist Mihuel Zénon stond Charlie Haden met zijn Land Of The Sun-orkest op Gent Jazz (toen nog Blue Note Festival). Eén van zijn bijzondere projecten was nog Quartet West in de jaren 80 wat nog een vervolg kreeg met Sophisticated Ladies (Emarcy, 2011). Haden speelde met zowat alle groten in de jazz, te veel om op te noemen. Misschien toch even in de jongste periode de opmerkelijke albums met Lee Konitz en Brad Mehldau aanhalen: Alone Together (Blue Note Records, 1997) en Live At Birdland (ECM 2011). Heel wat duo-opnames werden onderscheiden, zoals het
Bernard Lefèvre
2014/3
37
De Franse contrabassist Jean-Jacques Avenel overleed op 12 augustus 2014 aan de gevolgen van kanker. Op 16 juni werd hij 66. Hij was vanaf de jaren tachtig de vaste bassist van Steve Lacy tot aan diens dood in 2004. Avenel was daarnaast bedrijvig in groepen met Don Cherry, Pharoah Sanders, Archie Shepp e.a. In 2009 werd met Avenel als bassist in het Jeroen Van Herzeele Quartet de W.E.R.F.-cd Da Mo uitgebracht. Daarna volgde een JazzLab tournee en in 2010 stond het kwartet op Jazz Middelheim.
Laatste Noot Stan Getz op tournee, waarmee hij een debuutalbum opnam. Na een samenwerking met Art Blakey en het album Horace Silver and the Jazz Messengers vormde hij een eigen hardbop kwintet met aan de drums Louis Hayes. In 1965 bracht Horace Silver op het Blue Note label de legendarische plaat Song For My Father uit. Hierin verwerkte Silver invloeden uit gospel en bossa nova en echo’s van de Kaapverdische muziek. Het werd een van zijn grootste hits, waar vele artiesten mee aan de haal gingen via samples (US3) of intro’s (Steely Dan met Rikki Don’t Lose That Number. De Antwerpse zanger/gitarist Sam Coenegrachts (31) is op 11/12 juli in Noorwegen op tragische wijze om het leven gekomen. Hij zou vrijdag 11 juli na een optreden tijdens een wandeling op het eiland
38
2014/3
GentFestVla_test.indd 1
Senja gevallen zijn. Sam Coenegrachts was de zanger/ leadgitarist van Le Femme Belge, een groep die in 2006 als straatband ontstond, en in de reeks Djangofollies in 2012 optrad. In 2013 bracht de groep met verder Rik Sturtewagen (viool), Frederic Evrard (ritmegitaar), Geert Van der Hallen (ritmegitaar) en Filip Vandebril (contrabas) een eerste cd uit: Supersized. De Amerikaanse drummer Idris Muhammad (geboren Leo Morris °13 november 1939) overleed op 29 juli, 74 jaar oud, in New Orleans, waar hij geboren was en zich terugtrok in 2011. Hij was een geweldige jazzdrummer bekend van bij Ahmad Jamal, Lou Donaldson en Pharoah Sanders. Tevens speelde hij in de r&b en soulscene een belangrijke rol en nam zo met Fats Domino Blueberry Hill op in 1956. Hij was ook side-
man van Grover Washington, Johnny Griffin en Sam Cooke. Pianist Kenny Drew Jr overleed op 3 augustus, 56 jaar
oud. Hij was de zoon van de befaamde pianist Kenny Drew en volgde aanvankelijk klassieke studies waarna hij zich in zijn tienerjaren voor jazz interesseerde. In 1990 won hij de
Amerikaanse Jazz Piano Competition in Jacksonville, Florida. Drew Jr. was vooral beïnvloed door Thelonious Monk en nam graag solo op.
18/07/14 16:10
10-daagse Muziekmozaïek
John Ghost wint MM-jazzwedstrijd Tijdens de Gentse Feesten vond op initiatief van Muziekmozaëk opnieuw een jazz- en bigbandwedstrijd op het Luisterplein (F. Laurentplein) plaats. John Ghost won in de categorie jazz en UB2 Bigband in de categorie bigband. In 2010 begon Jo De Geest met medestudenten aan het conservatorium van Gent de groep John Ghost. Na wat zoeken naar composities, visie in de muziek en met een wisselende bezetting kreeg de groep pas echt vorm in het najaar van 2013. De Gentse kern met naast gitarist/componist Jo De Geest (RaDaR) contrabassist Lieven Van Pee (De Beren Gieren, Moker), saxofonist Mattias De Craene (Nordmann, MannGold de Cobre) en vibrafonist Wim Segers (Compro Oro, An Pierlé, Sh.tg.n) kreeg gezelschap van toetsenist Karel Cuelenaere (BYJO, Trioxide – conservatorium Antwerpen) en drummer Elias Devoldere (BYJO, Nordmann – nu conser-
vatorium Brussel). Jo De Geest staat voor John Ghost en licht een en ander toe. Wat was de motivatie om aan deze wedstrijd deel te nemen? Naast het feit dat we op een mooie locatie middenin de Gentse feesten konden staan, gaf de wedstrijd ons ook de kans om eens te spelen voor een breder publiek. Aan naambekendheid winnen speelt dus ook zeker mee. We gaan ervan uit dat ons optreden voor sommigen wellicht een aangename verrassing was. De wedstrijd is intussen welbekend bij de muzikanten uit het Gentse en daarbuiten. Wat ons aansprak is een ongedwongen maar gezonde competitieve sfeer. Wat vind je zelf vormt de essentie van jullie muziek? Ik denk dat, in essentie, onze muziek draait rond compositie, en dat alles in het teken wordt gezet om die compositie optimaal tot z’n recht te laten komen. “Samenspel in functie van de compositie” is een mooie manier om het te verwoorden denk ik. Het feit dat de stukken telkens op partituur
Wim Segers en Jo De Geest van de groep John Ghost ontvangen de eerste prijs in de MM-Jazzwedstrijd van Maarten Weyler.
volledig worden uitgewerkt betekent daarom niet rechtstreeks dat ze ook live goed werken. Doordat we tijdens het repeteren verder sleutelen aan de nummers krijgen ze hun klank door de inbreng van iedereen. Het aandeel van de groep is dus in elk geval onontbeerlijk. Het is immers belangrijk dat ieder bandlid zijn eigen stempel kan drukken op de muziek, anders is de uitdaging ver zoek. Je zou kunnen stellen dat ons nieuwer werk gericht is op klank en groove, en dat we soms gebruik maken van vrije escapades die de verschillende gecomponeerde luiken aan elkaar moeten binden. Welke invloeden (artiesten, genres) zie je zelf in jullie muziek? Onze invloeden zijn heel uiteenlopend; dat gaat van Squarepusher tot Arvo Pärt tot Charles Mingus tot Frank Zappa tot Mogwaï tot Steely Dan tot Henryk Gòrecki... om maar wat te noemen. Er zijn er immers teveel om alles in een lijstje te kunnen zetten. Toch zijn er een aantal invloeden die vrij rechtstreeks inspiratie hebben gegeven bij het schrijven van de muziek. Dan denk ik maar aan John Hollenbeck (Eternal Interlude), Jaga Jazzist, Kurt Rosenwinkel, Steve Reich. Daarnaast heeft ieder van ons natuurlijk hun roots in de jazzopleiding mee. We zijn allemaal behoorlijk vertrouwd met het jazzrepertoire van de voorbije eeuw, en dat is ook het punt geweest waar we in de eerste plaats onze interesses deelden, en nog steeds. Hoe positioneren jullie zich en/of denken jullie ruimer dan alleen jazz? Volgens mij is jazz altijd al een symbiose geweest van verschillende stijlen of stijlkenmerken gedurende de jaren heen, en dat vooral in de laatste decennia. Als er iets is dat we wel heel belangrijk vinden in onze muziek dan is het communicatie en improvisatie (of ‘op het moment gegenereerd spel’). Dat zijn volgens ons ook altijd
de sleutelbegrippen geweest van muziek die onder te brengen is onder het jazzgenre. Hebben jullie opnameplannen? Deelname andere wedstrijden? Ambities naar optredens toe? Concrete plannen qua opnames zijn er op dit moment nog niet, maar we streven er wel naar om in het najaar van 2015 een debuutalbum op te nemen. De vorige opnames dateren van eind 2013. We willen voornamelijk veel spelen in het komende jaar zodat we, tegen dat de opnames starten, ons repertoire ook volledig beheersen. Dat is volgens ons een must als je werkt met een uitgebreide bezetting en met uitgebreide composities. Het vraagt immers veel werk om de stukken speel- of opname-klaar te krijgen. Er moet nog behoorlijk wat gesleuteld worden aan de muziek, en dat werkt het beste door veel te spelen. We ambiëren toch om wat grotere podia te strikken in de nabije toekomst. We denken dan aan ‘de kraakpand sessies’ in de Handelsbeurs, Vrijstaat O, Rataplan, De Werf, het podium op Sint Jacobs tijdens de Gentse Feesten, ‘Garden Stage’ op Gent Jazz… om er maar een aantal te noemen. We denken dat iets grotere podia gunstig kunnen zijn voor de stijl van muziek en het geluid dat wij brengen. Ook onze iets grotere bezetting vraagt soms wat meer ruimte op het podium. Natuurlijk houden we er evenzeer van om in clubs te spelen. Het spelen is daar heel anders: het is akoestisch intiemer en we houden ook van de directe interactie met elkaar en het publiek. Een combinatie van de twee zou dus ideaal zijn. Daarnaast willen we ons in het komende jaar zeker nog inschrijven voor een aantal wedstrijden. We denken o.a. aan Storm, Jong Jazztalent, Concours Tremplin, B-Jazz (vroegere Jazz Hoeilaart-nvdr). Bernard Lefèvre www.johnghost.be 2014/3
39
BLINDFOLD TEST
Dree Peremans Met zijn Rebirth::Collective bewijst hij dat bebop en hardbop ook vandaag nog fris klinken. Maar Dree Peremans is ook actief als arrangeur, zoals voor drie stukken op de indrukwekkende cd van Vansina Orchestra. En je kent hem ook als prima trombonist. We lieten hem enkele pakkende jazzstukken horen, benieuwd naar zijn commentaar.
John Lindberg Trio Give and Take, uit: Give and Take, Black Saint, 1985. Lindberg (b), George Lewis (tb), Barry Altschul (d) Michel Massot? Die maakt wel zo’n muziek. Beetje vreemde muziek. De trombonist gebruikt veel extended techniques, technieken waarvoor een trombone eigenlijk niet gemaakt is. Heel moeilijk, allemaal dingen die ik niet kan. Is op een bepaalde manier dus heel virtuoos. Neen, Michel Massot zal het toch niet zijn, want hij heeft geen cd in die bezetting. Of dit avant-garde is? Jazeker, al heeft dit stuk wel een thema en een groove, en spelen de bassist en de drummer niet zo uit de haak als de trombonist. Het is misschien niet weird genoeg om Michel Massot te zijn. Neen, hier hou ik niet echt van, dit is geen muziek die mij beroert. Echte freejazz is dit niet, maar het klinkt wel zeer avant-garde.
Bob Brookmeyer Jive Hoot, uit: Bob Brookmeyer and Friends, Columbia, 1964. Brookmeyer (tb), Stan Getz (ts), Herbie Hancock (p), Gary Burton (vib), Ron Carter (b), Elvin Jones (d) Mooi! Dit is Bob Brookmeyer met Stan Getz. Dit is wel atypisch omdat Brookmeyer ventieltrombone speelt. Dan fraseer je anders. Met die schuif ga je op een andere manier van de ene noot naar de andere. Brookmeyer heeft een heel coole klank, die tegelijkertijd warm en licht is. Een subtiel verschil met de schuiftrombone. Die combinatie met Stan Getz! Op conservatoria is iedereen bezig met John Coltrane of Sonny Rollins, niemand met Stan Getz. Terwijl hij supervirtuoos is en 40
2014/3
heel mooi speelt. Maar Getz heeft niet die rauwe hipheid van Coltrane. Misschien is het wel wat ouderwets om gewoon mooi te spelen, met van die lichte lijnen? Brookmeyer is een heel onderschat figuur. Een fantastische trombonist, maar niet de man van wie je solo’s transcribeert. Wel befaamd om zijn arrangementen, daarin was hij héél goed. Trouwens, Dré Pallemaerts heeft nog met hem gespeeld. Alles wat Brookmeyer speelt en schrijft heeft iets mainstreams, het ligt altijd goed in het gehoor, maar het is wel heel straf: elke compositie of arrangement is superelegant.
J. J. Johnson Blue Trombone, uit: Blue Trombone, Columbia, 1957. Johnson (tb), Tommy Flanagan (p), Paul Chambers (b), Max Roach (d) (Onmiddellijk) Dit is J. J. Johnson. Blue Trombone, die plaat ken ik. Want wat John Coltrane en Miles
Davis voor sax of trompet zijn, is J. J. Johnson voor de trombone. Om hem kan je niet heen. Hij is de allereerste die je bestudeert als je op hoger niveau trombone wil studeren. Er is geen enkele trombonist die niet naar Johnson heeft geluisterd. Johnson is degene die de trombone een bepaald sérieux heeft gegeven, hij heeft aangetoond dat je er ook bebop op kan spelen. Hij is echt mijn favoriete trombonist. The Eminent J. J. Johnson uit 1954, dat is echt een fantastische plaat. Er zijn weinig trombonisten die me kunnen bekoren, maar J. J. heb ik intensief bestudeerd. Nu ik zelf lesgeef, moeten studenten bij mij een transcriptie van zijn solo’s maken. Hij speelt supertransparant, met een heel duidelijke time, altijd to the point. Solo’s van Miles Davis zijn vaak flarden noten, J. J. is er altijd boenk op, ritmisch gesproken. Hij heeft een bepaald register, altijd haalbaar, zelfs voor goeie amateurs. Harmonisch en ritmisch is hij heel interessant. Het klinkt allemaal voor de hand liggend, maar het is heel straf wat hij doet. De allereerste plaat die ik ooit kreeg, als ik acht of negen jaar oud was, was er een met een aantal
Blindfold test: Dree Peremans trombonisten op, onder wie J. J. Johnson. Dat is nog altijd een van mijn favoriete platen.
Frank Rosolino
Dit ken ik niet. Interessant, ik zal het zo zeggen. Niet de klank waar ik het meest van hou, met van die power akkoorden op de gitaar. Dit doet me niet heel veel. Lijkt een beetje op Nordmann, niet? Die groep is ook wat crossover. MannGold de Cobre, een groep van Peter Vermeersch waar ik deel van uitmaak, doet ook iets gelijkaardigs, maar dan nog veel psychedelischer. Als ik moet gokken, dan zeg ik Robin Eubanks. (Achteraf) Reut Regev? Die ken ik niet. Ik ken trouwens weinig vrouwelijke trombonisten. Het instrument heeft een nogal mannelijke reputatie. Als kinderen hun instrument kiezen, op jonge leeftijd, zullen maar weinig meisjes spontaan aan de trombone denken. Al is er zeker geen enkel fysiologische reden waarom een vrouw met dat instrument niet uit de voeten zou kunnen.
Me, Myself and I, uit EB3 live, RKM Music, 2006. Eubanks (tb, loops, elektronische percussie)
Yo Yo, uit: Kenton Presents Frank Rosolino, Capitol, 1954. Rosolino (tb), Pete Jolly (p), Charlie Mariano (as), Max Bennett (b), Sam Noto (t), Curtis Counce (d)
Reut Regev Swill, uit: This is R time, Ropeadope, 2009; Regev (tb), David Phelps (g), Brad Jones (elb), Igal Foni (d)
Robin Eubanks
(Onmiddellijk) Da’s Rosolino. Een opname die ik niet ken. Hij heeft een nogal in your face klank, helemaal anders dan J.J. Johnson. Iets scherper, en er zit meer poeier achter. Hij heeft zo van die typische lijnen, echt zijn handtekening. En hij speelt altijd superhoog. Na Johnson is hij de tweede trombonist die je als student op het conservatorium leert kennen. Maar zijn muziek is al wat moeilijker. Hij doet veel dingen die niet zo makkelijk te kopiëren zijn. Ik hoor hem heel graag, Rosolino. J.J. Johnson heeft de trombone in de jaren 50 op de kaart gezet, Rosolino is er een decennium later een stap mee verder gegaan. Hij was echt een vedette in zijn tijd, ook al is hij een tragische figuur (Rosolino pleegde zelfmoord nadat hij zijn twee zoons had neergeschoten, nvdr). Toen ik solo’s van hem wilde naspelen, botste ik op mijn eigen limieten. Het is echt heel virtuoos wat hij doet. J.J. Johnson gebruikte alleen de enkeltongtechniek. Bij Frank Rosolino is dat een dubbeltongtechniek, echt wel een stap verder.
Tof. Al zou ik wel die jaren 80-drumcomputer niet gebruikt hebben, dat is niet echt de meest inspirerende sound. Met die effecten, dat loopstation, kan hij laag boven laag leggen. Hier had dat wel een muzikale functionaliteit. Ik weet dat Robin Eubanks veel met elektronica heeft geknutseld. Is hij het? Ik vind dit wel toffer dan zijn werk bij Dave Holland. Van de huidige generatie steekt Eubanks er wel bovenuit. Zéér virtuoos. Doorgaans hou ik niet van de virtuositeit om de virtuositeit, maar Eubanks komt ermee weg omdat hij dat zeer muzikaal doet. Hoe hij dit nummer zo helemaal alleen speelt, je moet het maar doen, de luisteraar zo meenemen. Bij Dave Holland ben ik zelden geboeid. Als Eubanks zijn eigen ding mag doen, komt hij beter tot zijn recht. Ik denk wel dat hij een rolmodel is voor de jonge trombonisten van vandaag. Hij heeft de lat weer hoger gelegd. Ik hoor bij veel muzikanten invloeden van hem.
> NAJAAR 2014
TICKETS & INFO: www.GENTJAZZ .COM +
Muziekkeuze en reacties opgetekend door Peter De Backer
13 OKT 2014
17 NOV 2014
Craig Taborn Trio
harris Eisenstadt’s ‘Canada Day’ NATE wOOLEy (TROMPET), MATT BAUDER (TENORSAxOFOON), ChRIS DINGMAN (VIBRAFOON), EIVIND OPSVIK (CONTRABAS), hARRIS EISENSTADT (DRUMS)
CRAIG TABORN (PIANO), ThOMAS MORGAN (CONTRABAS), GERALD CLEAVER (DRUMS) De veelzijdige toetsenist Taborn laveert in een muzikale wereld vol donkere schoonheid en opwinding tussen hedendaags, improvisatie, jazz en zelfs ambient.
‘Canada Day’ zet met verdoken popinvloeden de deur open naar een breder publiek maar deze vijf sublieme muzikanten houden het spannend en lonken geregeld naar de avant-garde.
27 OKT 2014 8 DEC 2014
Ben van Gelder Quartet feat. Ambrose Akinmusire, Matt Brewer & Craig weinrib
Vein feat. Dave Liebman MIChAEL ARBENZ (PIANO), ThOMAS LähNS (CONTRABAS), FLORIAN ARBENZ (DRUMS), DAVE LIEBMAN (SOPRAANSAxOFOON)
BEN VAN GELDER (ALTSAxOFOON & BASKLARINET), AMBROSE AKINMUSIRE (TROMPET), MATT BREwER (CONTRABAS), CRAIG wEINRIB (DRUMS)
Met zijn uitgesproken moderne stijl, geworteld in de traditie vindt Liebman wonderwel zijn weg in de composities van het Zwitserse trio Vein.
Een kwartet, lyrisch en helder. Jazz van nu met traditie van toen. Gaaf tot in de puntjes, een perfecte clubavond.
DEUREN > 19.30u CONCERT > 20.30u VVK € 8 + € 2,5 reservatiekost (ADD: € 12)
ABONNEMENT 4 concerten: € 25 + € 2,5 reservatiekost
LOCATIE > BELFORT Stadscafé > Emile Braunplein > 9000 Gent STUDENTEN € 5 (ADD op vertoon van studentenkaart)
2014/3
41
Jazzhistorie
Can Women Play Jazz? [Deel 1]
Van pianopioniers tot family bands
Photo: Courtesy of the New Orleans Jazz Club Collection of the Louisiana State Museum
“Kunnen vrouwen wel jazz spelen?” Een aantal lezers van DownBeat vroegen het zich destijds af, in 1942. Ze reageerden op de uitspraken van Viola Smith, een vrouwelijke drummer die in een interview enthousiast en vol lof over haar collega’s had gesproken. Smith was er van overtuigd dat heel wat vrouwen gerust hun mannetje konden staan tijdens jamsessies. Een vrouw die even goed jazz kan spelen als een man?! Dat ging er bij een aantal abonnees van DownBeat niet in. Toch in 1942 nog niet.
‘Sweet’ Emma Barrett stond bekend als de ‘Bell Gal’ omdat ze kleine belletjes rond haar benen droeg.
Nog tot eind dit jaar kan je in het Jazz Centrum Vlaanderen in Dendermonde gaan kijken naar de tentoonstelling Can Women Play Jazz? Op dinsdagavond 16 september geeft samensteller Frederik Goossens er bovendien voor de tweede maal een onderhoudende voorstelling over het onderwerp. In de komende edities van Jazzmozaïek kan je de begeleidende tekst lezen.
42
2014/3
Er is de laatste 70 jaar heel wat veranderd. Vandaag kan elke jazzliefhebber meteen een hele reeks vrouwelijke jazzmuzikanten opnoemen. We doen een korte poging, uit het blote hoofd: saxofonisten als Matana Roberts of Tineke Postma, pianist Geri Allen, gitariste Mary Halvorson, bassisten Esperanza Spalding of Linda Oh, drummer Terri Lyne Carrington, en zelfs heuse bandleidsters als Maria Schneider. Maar we hoeven ze niet eens zo ver te gaan zoeken. Ook bij ons spelen steeds meer vrouwen jazz: Nathalie Loriers natuurlijk, Eve Beuvens, Marie-Anne Standaert, Yannick Peeters, Marjan Van Rompay, Sara Meyer, en ga zo maar door. Auteur Sherrie Tucker deed heel wat historisch onderzoek naar de vrouwen in jazz. Zij concludeerde: “Vrouwen hebben steeds jazz gespeeld - op elk instrument, in elke mogelijke stijl, en hun bijdrage aan de esthetische en technische evolutie van deze muziek is even belangrijk als die van hun mannelijke collega’s.” Die bijdrages, zo merkte Tucker verder op, werden echter nauwelijks door de jazzchroniqueurs – toegegeven, heel vaak zijn dat mannen – opgetekend. Hun muziek werd bovendien zelden opgenomen. Hun verhaal werd vergeten. De weinige uitzonderingen zijn meestal zangeressen (Billie Holiday, Ella Fitzgerald, …) en een aantal pianisten als Mary Lou Williams of de Britse Marian McPartland.
Early Jazz
Piano pioniers
In het vaak vertelde verhaal stonden bij de geboorte van de jazz in New Orleans enkel vaders aan de wieg: iedereen kent het geniale wonderkind Louis Armstrong of de breedsprakige pianoprofessor Jelly Roll Morton. Als er al vrouwen in hun verhaal opduiken, dan spelen die de rol van prostituees die naakt dansten op de tonen van de ragtime en wiens jasmijnparfum de jazz (‘jass-min’) haar naam zou geven – althans volgens minstens één overlevering. Nochtans herinnerde Jelly Roll Morton zich dat het vooral jonge vrouwen waren die in de vroege jaren van de twintigste eeuw de toen moderne ragtime op piano speelden. Meer nog, hij vertelt hoe hij als jonge knaap voor de eerste keer de blues hoorde spelen door een vrouw, Mamie Desdunes. Ook Louis Armstrongs carrière kende pas haar eigenlijke start door de niet aflatende steun van zijn toenmalige vrouw Lil Hardin, in wiens orkest Armstrong zelfs een tijdje speelde. Vrouwen hebben steeds moeten vechten om op te boksen tegen vooroordelen en om een plaatsje voor zichzelf op het podium op te eisen. Bertha Hope, jazzpianiste, zei later hierover: “women would like to do what men do, but end up having to take care of the children and the family.” Sommigen weigerden zich daaraan te conformeren…
In de negentiende en vroege twintigste eeuw leek het alsof de hele wereldbevolking door New Orleans passeerde. De soundtrack van deze kosmopolitische havenstad was een bonte mix van Afrikaanse, Franse, Spaanse, Britse en andere Europese muziek. The Big Easy had zijn Mardi Gras, zijn beroemde street parades, zijn opvallende begrafenisstoeten. Het was bovendien de eerste stad in de Nieuwe Wereld die een eigen operagebouw had. Geen wonder dat New Orleans de geboorteplaats werd van de jazz. Pioniers als pianoprofessor Jelly Roll Morton, de mythische kornettist Buddy Bolden en de andere ‘trumpet kings’ waren de vaders van wat je gerust de meest hybride aller muziekstijlen kan noemen. Maar aan de wieg van de jazz stonden natuurlijk ook moeders. Bunk Johnson herinnerde zich nog heel goed een zwarte pianiste die in het begin van de twintigste eeuw speelde in de uitgangsbuurt van Storyville. Mamie Desdunes was (in de woorden van Johnson) “a blues-singing poor gal. She used to play pretty passable piano around them dance halls on Perdido Street.” Ook Jelly Roll Morton herinnerde zich Mamie nog heel erg goed: “Two middle fingers of her right hand had been cut off, so she played the blues with only three fingers. Although I heard them previously, I guess it was
Pas 18 jaar later zou ze opnieuw in Celestins band gaan spelen. Daarnaast gaf ze muziekles en bespeelde ze het orgel in haar parochiekerk. Billie Pierce (Willie Madison Goodson) mag dan wel niet oorspronkelijk van New Orleans afkomstig zijn, ze zou vanaf 1929 – ze was toen 22 – onafscheidelijk verbonden blijven met de stad. Ze kwam uit een grote muzikale familie en haar zes zussen speelden allemaal piano. Billie werd echter zo goed dat ze reeds als vijftienjarige door de alom geprezen blueszangeres Bessie Smith als begeleidster werd gekozen toen die in de buurt concerten gaf. Daarna toerde Billie doorheen het hele zuiden van de VS, met talloze orkesten én als solo-performer. Eenmaal in New Orleans aanbeland, speelde ze in de band van Alphonse Picou. In 1935 trouwde ze er met kornettist De De Pierce. Het koppel bleef de daaropvolgende decennia onafscheidelijk in en rond New Orleans. Ze maakten een opmerkelijke comeback in de jaren zestig. Dan werden ook hun meeste opnames gemaakt. Billie Pierce stierf in 1974, slechts een paar maanden na het overlijden van haar echtgenoot. Het verhaal van Dolly Douroux Adams is tekenend voor veel van haar generatiegenoten. Ze groeide op in een muzikale familie. Haar beide ouders speelden kornet en zelf leerde ze bas, drums, trompet en gitaar. Maar ze muntte uit op de piano en maakte deel uit van de bands van Peter Bocage, Luis ‘Papa’ Tio, Lorenzo Tio Jr. en Alphonse Picou. Wanneer ze echter in 1922 trouwde, verbood haar echtgenoot haar nog langer op te treden op Rampart Street. Ze voedde daarentegen haar kinderen op met muziek. Wanneer de familie in 1937 in geldproblemen verkeerde, hernam Dolly haar muziekcarrière. Ze speelde tot in de jaren zestig samen met drie van haar zonen.
Family Bands Heel wat pianistes, dus. Snaarinstrumenten als piano, harp, viool, cello of gitaar hoorden immers thuis in de vrouwelijke sfeer. Het wordt echter moeilij-
Jeanette Salvant Kimball kon, in tegenstelling tot haar mannelijke collega’s, vlot muziek lezen.
ker om in de early jazz vrouwen te vinden die ook een ander instrument bespeelden. De veeleer ‘militaire’ blazers en drums werden doorgaans bespeeld door mannen. Maar na WO I nemen vrouwen steeds meer deel aan het openbare sociale en culturele leven. De entertainment business werd een aantrekkelijk alternatief voor jonge vrouwen die op zoek waren naar een job... Opnames zijn er niet, maar natuurlijk kennen we een aantal getuigenissen; de nicht van De De Pierce, bijvoorbeeld, speelde kornet in een ‘all-girl band’. We kennen ook Lilian en Jamesette Humphrey, de dochters van trompettist Jim Humphrey, die allebei contrabas speelden. De bekendste is waarschijnlijk Irma Young. Irma was de oudere zus van de beroemde saxofonist Lester Young. Ook zij speelde saxofoon in de Young Family Band. Naar het schijnt was zij het die haar jongere broertje de beginselen van de sax had aangeleerd. Overigens, veel vrouwen speelden in dit soort van Family Bands. Zo werd Edythe Turnham een van de allereerste vrouwelijke bandleiders. Ze leidde de Knights of Syncopation, een orkest dat hoofdzakelijk bestond uit gezinsleden. Haar man, Floyd Sr. speelde drums en haar zoon Floyd Jr. was saxofonist.
Andere bekende familieorkesten waren de Pettiford Family Band, met de jonge Oscar op bas en diens zus Marjorie op saxofoon, en de Hampton Family Band (trombonist Slide Hampton werd natuurlijk het meest beroemd). In Texas speelden de Teagardens, een familieorkest waarmee telgen Jack, Charlie, Clois en Norma hun eerste stappen in de muziekbusiness zetten. Pianiste Norma Teagarden zou later trouwens nog vaak met
haar broer Jack blijven optreden en opnames maken. In de volgende aflevering vertellen we over de diaspora van de jazz en hebben we het over de All Girl Bands, curieuze orkesten die enkel uit vrouwen bestonden en die erg populair werden in de jaren twintig en dertig. Samengesteld door Frederik Goossens
Photo: Courtesy of the New Orleans Jazz Club Collection of the Louisiana State Museum
Mamie who first really sold me on the blues.” Mortons opname van Mamie’s Blues is een passend eerbetoon aan deze jonge vrouw, die op 32-jarige leeftijd overleed aan de gevolgen van tbc. Mamie’s Blues werd een pakkend meesterwerk. Tussen de ‘clan’ van jazzpioniers vinden we nog meer vrouwen. De meesten onder hen speelden piano. De piano was destijds, net als de gitaar, een typisch huiskamerinstrument. In de negentiende eeuw maakte een scholing op een van beide instrumenten deel uit van de opvoeding van elk meisje in blanke én zwarte hogere klassen. Het was wenselijk dat de dochters des huizes het gezin en hun gasten konden onderhouden met muziek. Daarom is het niet verwonderlijk dat heel wat vrouwen de toen populaire ragtime muziek uitvoerden. Sommigen onder hen leerden ook spelen in de ritmisch stuwende, ‘stomping’ stijl, die ‘gutbucket’ werd genoemd. Een van de meest bekende was ongetwijfeld ‘Sweet’ Emma Barrett, die ook tijdens de revival van de jaren veertig en vijftig nog groot succes kende. Zij zat achter de piano bij een van de meest populaire bands van New Orleans, Papa Celestin’s Original Tuxedo Orchestra. Met dat orkest werd Barrett in 1923 een van de allereerste vrouwen in de jazz die de kans kregen om een opname te maken. Ze zou een lange carrière kennen en later doorheen de hele VS toeren met de band van Percy Humphrey. Ze stond bekend als de ‘Bell Gal’ omdat ze kleine belletjes rond haar been droeg die rinkelden als ze speelde. Ze had een herkenbare, stevig stuwende ‘pile-driver attack’. Ze was een vaste klant in de Preservation Hall. De meeste van haar opnames dateren uit haar latere carrière. Ze stierf in 1982. Papa Celestin introduceerde nog een andere pianiste, Jeanette Salvant Kimball. Kimball had een degelijke muzikale opleiding gehad en kon, in tegenstelling tot de meeste van haar mannelijke collega’s, vlot muziek lezen. Ze werd een onmisbare aanwinst voor Celestin en zou pas in 1935 de groep verlaten, toen ze moeder werd en voor haar kinderen ging zorgen.
Photo: Courtesy of the New Orleans Jazz Club Collection of the Louisiana State Museum
Jazzhistorie: Can Women Play Jazz?
Billie Pierce trouwde met kornettist De De Pierce in 1935. 2014/3
43
JA ZZ
SEIZOEN 2014 2015 8 OKT 14 BOBO STENSON TRIO 6 NOV 14 MEDESKI, SCOFIELD, MARTIN & WOOD 14 NOV 14 DOUBLE BILL: JOZEF DUMOULIN, ELLERY ESKELIN & DAN WEISS | BRUSSELS VOCAL PROJECT 28 NOV 14 STEVE SWALLOW QUINTET 9 DEC 14 BRAM DE LOOZE SEPTYCH 30 JAN 15 ENRICO PIERANUNZI, BERT JORIS & BRUSSELS JAZZ ORCHESTRA 4 FEB 15 MICHAEL WOLLNY & TAMAR HALPERIN 31 MAR 15 MARE NOSTRUM FT. PAOLO FRESU, RICHARD GALLIANO & JAN LUNDGREN 24 APR 15 DOUBLE BILL: URI CAINE | PHILIPPE THURIOT 26 MEI 15 CHRISTIAN MCBRIDE TRIO
RESERVEER NU: debijloke.be | 09 269 92 92
44
2014/3
Nieuw op cd/lp/dvd Redactie:
DEADLINE volgend nummer:
Mischa Andriessen, Peter De Backer, Chris Joris, Bernard Lefèvre, Georges Tonla Briquet, Arne Van Coillie, Marc Van de Walle
Te bespreken cd’s, dvd’s en ander audiovisueel materiaal graag ten laatste op 11 oktober 2014 op het redactie-adres: Jazzmozaïek, Bernard Lefèvre, Laarstraat 105, 2610 WilrijkAntwerpen (Belgium)
Nazomeren Al vroeg werden we deze zomer verwend met tropische toestanden maar helaas sloeg het weer snel om. Gelukkig spoelde de regen de muzikale kwaliteit van de augustusfestivals niet weg. Het was opnieuw genieten en nagenieten, want de platenverkoop na de concerten bleek duidelijk te boomen. Na zo’n liveconcert zoek je dé opname, soms zelfs de vraag naar wat er nog niet is vastgelegd. Als het ooit tot een release komt… Dan blijft toch de herinnering; dat pakken ze niet meer af. Unieke momenten om te koesteren, zoals de Wonderful World met Toots op het podium van Jazz Middelheim. We kijken nu uit naar het nieuwe seizoen en daar horen ook opmerkelijke platen bij, waarvan in deze rubriek al wat te vinden is, dus luisteren en kopen, die prachtmuziek.
Nieuw op cd/lp/dvd Jazzmozaïek klasseert in deze rubriek de cd’s (nieuwe releases en heruitgaven) in alfabetische volgorde en illustreert het betere werk met de afdruk van de hoesjes. De quotering is als volgt. Top = In kader over twee kolommen met afbeelding van hoesje Zeer Goed = op één kolom met achtergrondkleur en afbeelding van hoesje Goed met hartje = op één kolom met afbeelding van hoesje Goed = geen achtergrondkleur en geen afbeelding van hoesje
Bernard Lefèvre
Paul Abirached / Alain Jean-Marie Nightscape Rainbow/Harmonia Mundi – 40:23 “Transcrire la nuit par le langage de la musique (…) le chant poétique qu’elle dessine est peut-être le principal objet de Nightscape.” Dixit Paul Abirached op het hoesje, en daarmee is het eigenlijk allemaal gezegd. In tien tunes van de hand van Paul Motian, Joe Lovano, Jim Hall, Wayne Shorter, Billie Holiday en ook van de muzikanten zelf wordt een avondlijke, rustige sfeer gecreëerd. En dat door een mooi samenspel tussen 6/12-snarige akoestische en elektrische gitaar en akoestische piano. Samenspel waarbij de muzikanten elkaar netjes volgen en afwisselend begeleiden en soleren. Op zich zijn alle nummers mooi gestructureerd en vallen ze harmonisch mooi in de plooi. Toch heeft de muziek iets te weinig overtuigingskracht om veertig minuten lang te boeien. Een plaat met een ietwat impressionistisch karakter, waar je in de sfeer moet voor zijn. Of is het omgekeerd: zou de plaat de sfeer moeten kunnen creëren? Een mooie cd van twee getalenteerde muzikanten. Marc Van de Walle Paul Abirached (6 & 12 string g), Alain Jean-Marie (p)
A.C.T. Collective Flow Eigen beheer – 66:50 Bescheidenheid is mooi, maar tussen het immense aanbod cd’s kan een beetje opvallen ook geen kwaad.
De hoes van deze debuut-cd van het internationale kwartet dat de ook al niet bijster opmerkelijke naam A.C.T. Collective heeft gekozen, laat zich echter makkelijk over het hoofd zien. Dat is jammer,
want Flow is een knappe, bij vlagen zelfs opwindende plaat. Het eerste nummer met de sierlijk dansende sopraansax van de Amerikaan Jonathan Ragonese doet ergens aan de vroege ECM-platen van
Melissa Aldana Melissa Aldana & Crash Trio Concord Jazz – 52:38 De eerste twee albums van Melissa Aldana heb ik gemist – net zoals het begin van de carrière, die zich in thuisland Chili blijkbaar al sinds haar zestiende op de belangrijke podia ontplooit. Maar het winnen van de Thelonious Monk International Jazz Saxophone Competition in 2013 leverde haar onder andere een contract bij Concord op, met een betere verdeling tot gevolg – en nu ligt de plaat met haar Crash Trio op mijn virtuele draaitafel. Wie de hoes ziet en een Candy Dulferachtige act verwacht, komt (aangenaam) bedrogen uit: Aldana speelt hedendaagse freebop, met één been in de traditie, met veel ruimte voor interactie, met een indrukwekkende maturiteit en authoriteit. Een vanzelfsprekende authoriteit, met een fluwelen handschoen (een Selmer Mark VI, waarop haar grootvader al speelde): geen assertief haantjesgedrag, maar een veeleer zachte klank, een beetje flou, welhaast vibratoloos, al is er wel regelmatig plaats voor een goedgeplaatst glissando. Dit is een trio zonder akkoordinstrument: dat lijkt voor de moderne tenorist, sinds Sonny Rollins, bijna een noodzakelijke faze – maar ál te vaak wordt de vrijgekomen ruimte door de drie overblijvende instrumenten helemaal volgespeeld. Hier niet: het Crash Trio (en de opname) klinkt bijzonder transparant en akoestisch, en straalt op één of andere manier rust uit, zelfs in de snellere of vrijere nummers – al wil drummer Francisco Mela, zeker live, wel eens de stokebrand spelen. De cd besluit met een bijzonder warme, integere soloversie van Monks Ask Me Now. Bijzonder sterk: ik wacht op haar eerste doortocht... Arne Van Coillie Melissa Aldana (ts), Pablo Menares (b), Francisco Mela (d)
Miroslav Vitous met John Taylor en John Surman denken. Maar dit viertal laat zich niet op een stijl vastpinnen. Er zijn bijvoorbeeld duidelijk traceerbare rockinvloeden, die vooral door de dan erg robuust drummende Flouzat de muziek wat minder vloeiend maken, maar die in zichzelf heel spannend zijn. Het zijn niet alleen welkome breekpunten die de luisteraar aangenaam verrassen. Daar waar het wat ruiger wordt, vallen de somtijds stevige akkoorden van Leysen goed op hun plaats en wordt ook Ragonese gedwongen om zijn verfijnde maar nu en dan ook wel voorspelbare stiel te verlaten en er vol in te gaan. Dat doet hij ook zonder voorbehoud en op die momenten kan iedereen die zich de cd niet heeft laten ontgaan, zich gelukkig prijzen. Mischa Andriessen Jonathan Ragonese (sax), Wim Leysen (p), Jos Machtel (b), Guilhelm Flouzat (d)
Afrikän Protoköl Freedom From The Known Abozamé Records – 57:56
Het idee van Afrikän Protoköl komt van saxofonist Guillaume Van Parys toen hij tijdens zijn reis in Burkina
Faso zwaar onder de indruk raakte van de enorme ritmische en culturele rijkdom die hij ginder ontdekte. Hij liet het daar niet bij en rekruteerde een lokale ritmesectie, voegde er blazers uit Ivoorkust aan toe en kreeg Toine Thys zo ver om mee te doen. Samen brengt dit kleurrijk gezelschap op Freedom From The Known een eigen versie van Afrobeat gelinkt aan Congolese soukous en geaccentueerd met een waaier van lokale invloeden. Laurent Blondiau geeft in twee nummers acte de présence. In het uitgebreide hoesboekje pende Van Parys een aantal verhelderende teksten over de band tussen zijn muziek en het postkolonialisme. Opmerkelijk debuut en zeker voor fans van Fela Kuti, Aka Moon en Manu Dibango. Georges Tonla Briquet Guillaume Van Parys (as), Toine Thys (ss, ts), Yzin (ts), Moïse Ouattara (d), Achille Ouattara (b), Zourate Kone (perc) + gast: Laurent Blondiau (t)
Cyrille Aimée It’s A Good Day Mack Avenue – 43:02
Met haar lichte, fijne stem die speels met de muziek omgaat, brengt Aimée de Franse zigeunerjazz à la Django op een guitige 2014/3
45
Nieuw op cd/lp/dvd manier weer tot leven. Gemengd met Dominicaanse ritmes levert dat meestal lichtvoetige muziek op, die je goedgemutst maakt. Op Young at Heart klinkt die stem al heel wat jazzier en rokeriger, meer gekorreld. Dus: ‘the lady’s got potential’. Met een trio kundige gitaristen die de gipsystijl heel goed in de vingers hebben, een bassist en een drummer die het geheel swingend houden ben je in goede handen als je een leuke cd wilt beluisteren met pretentieloze, levensvreugdige en kwalitatief hoogstaande tunes. Op de beste momenten (Off the Wall, Love me or Leave me) wordt een evenwicht bereikt tussen de elektrische en akoestische gitaarsound en krijgen de nummers een stevige ruggengraat. Jammer dat niet alle nummers even sterk zijn qua compositie en karakter. Marc Van de Walle
woorden/poëzie en vrije improvisatie. Ze is zeker niet aan haar proefstuk toe, omdat ze al in verschillende muzikale theaterproducties als soliste was betrokken. Je moet deze Fair is Foul and Foul is Fair als luisteraar aandachtig opnemen (de teksten staan in het inlegboekje) en laten doorwerken. Dan wordt het een aangrijpend muzikaal verhaal. Bernard Lefèvre Costanza Alegiani (stem + leader), Jan Daelman (fl), Ben De Greef (as), Thomas Jillings (ts), Thijs Troch (p), Daniele Cappucci (cb), Armando Luongo (d)
Angles 9 Injuries Clean Feed/instantjazz.com – 76:32
Cyrille Aimée (voc), Michael Valeanu (g), Adrien Moignard (g), Guilherme Monteiro (g), Sam Anning (b), Rajiv Jayaweera (d)
Alexander Zethson (p), Matthias Stahl (vib), Johan Berthling (b), Andreas Werlin (d), Magnus Broo (t), Mats Äleklint (tb), Goran Kajfes (c), Eirk Hegdal (bs, ss), Martin Küchen (as, ts)
Costanza Alegiani Fair is Foul and Foul is Fair Improvvisatoreinvolontario.com 39:37
Dit is het debuutalbum van de Italiaanse zangeres Costanza Alegiani, die dit project in de jazzafdeling van het Koninklijk Conservatorium van Brussel ontwikkelde. Daardoor is ze omringd door Belgisch en Italiaans talent. De opnames gebeurden in de Igloo studio door Daniel Leon. De inspiratie haalde ze bij karakters van Verdi’s Macbeth en Othello. Het is een samenspel van
voor te zeggen, gezien ook Martin Küchen kiest voor een soort melodieuze avant-garde en graag uitpakt met politieke boodschappen. Al blijft die hier wel beperkt tot een wat hermetische hoestekst over change. Over de zin en onzin van verandering valt zeker een filosofische boom op te zetten, maar dit is vooral prima moderne jazz met een zeer Europese inslag. Het lang uitgesponnen A Desert On Fire, A Forest/I’ve Been Lied To, een traag stuk, doet zelfs een beetje klassiek aan. Al overwegen hier de uptempo nummers waaruit een vrolijke joie de vivre spat. Zoals het hippe bands dezer dagen past is de muziek ook verkrijgbaar als een dubbelelpee. Met als grappig resultaat dat ook het cd-hoesje spreekt van een A, B, C en D-kant. Peter De Backer
Het begint nog sober met alleen maar een vibrafoon, maar al snel ontbrandt openingstrack European Boogie in wat wel een Balkan-feestje lijkt. Dat Angles 9, de groep rond de Zweedse altsaxofonist Martin Küchen, graag in de verf zet dat Scandinavische jazz meer is dan de etherische fjordenmuziek van Jan Garbarek of de bedachtzame pianotrio’s à la Tord Gustavsen, wisten we al. Intussen kennen we wel meer uitstekende Scandinavische freejazzgroepen, zoals The Thing of Atomic. Van die laatste band vinden we trompettist Magnus Broo terug in Angles 9. De band heeft dezelfde opzwepende energie als bijvoorbeeld het voormalige Willem Breuker Kollektief. Het Portugese label Clean Feed noemt Angles 9 zelfs de Europese versie van Charlie Haden’s Liberation Music Orchestra. Daar valt wat
Baloni Belleke Clean Feed/instantjazz.com – 47:22
2014/3
Challenge Records/NewArtsInt 42:43
Uit het duospel van pianist Wolfert Brederode met drummer Joost Lijbaart is de groep Batik gegroeid. Daarbij vonden ze gitarist Ed Verhoeff en basgitarist Mark Haanstra om een tapijt aan klanken als meer dan de som van alle delen te verweven. Brederode mocht al ECM opnames scoren en bepaalt ook grotendeels de sound in Headland. Die gaat van soms minimalistische trekjes over in meer uitgesproken jazz. In de liner notes verwijst Lijbaart naar de Nederlandse kunstenares Claudy Jongstra, die werkt met wol en vilt: “een verweven wereld” en daar sluit de muziek bij aan. Je mag er lekker bij wegdromen, de beelden komen vanzelf. Bernard Lefèvre Joost Lijbaart (d, perc), Wolfert Brederode (p), Ed Verhoeff (elg, g), Mark Haanstra (bg)
De drie leden maken tevens deel uit van het Carate Urio Orchestra, een van die andere wonderlijke groepen waar Badenhorst de hand in heeft. Hier wordt echter heel wat ingetogener en fragieler te werk gegaan. Titels als Snowflakes, Casse Méditative en Turning Inwards, Like A Glove wijzen rechtstreeks in de richting die deze muziek uitgaat: filosofische bespiegelingen uitgewerkt door een onorthodox gebruik van de instrumenten. Er wordt geblazen, gekrast, gestreeld, getokkeld en zelfs ook fijnzinnig gemusiceerd. Akoestische soundscapes van het extreme type met imponerende stiltes en getekend door een wonderlijke poëtische zeggingskracht. Zoals bij lettristische poëzie het woord plaats moet ruimen voor de klank van de afzonderlijke letters zijn hier de noten van belang en niet de melodie. Mooi vervolg op Fremdenzimmer. Georges Tonla Briquet Joachim Badenhorst (bkl, kl, ts), Frantz Loriot (viola), Pascal Niggenkemper (cb)
46
Batik Headland
Brian Blade & The Fellowship Band Landmarks Blue Note – 53:24 Brian Blade is de virtuoze drummer van het Wayne Shorter Quartet, maar net zo goed is hij singer-songwriter of sideman van diverse lui als Herbie Hancock, Joni Mitchell, Daniel Lanois of zelfs Bob Dylan. En dan is er zijn eigen Fellowship Band, waarmee Blade erin slaagt een heel eigen soort, bijna ondefinieerbare muziek te maken. Er zit jazz in, uiteraard, maar ook veel folk en rock. Landmarks is nu al de vierde cd van The Fellowship, en het recept blijf hetzelfde: meeslepende melodieën, een snuif Americana en virtuoze muzikanten. Pianist Jon Cowherd – die in New York vaak met onze eigenste Nicolas Thys samenwerkte en in deze band zowat de eerste assistent van Blade – schreef twee stukken, Brian Blade pende al de rest, op de standard Shenandoah na, die hier als kort tussendoortje wordt opgediend. Opvallend zijn de twee lang uitgesponnen stukken Ark.La.tex en Farewell Bluebird, maar het hoogtepunt is niettemin het veel kortere He Died Fighting. Wat een heerlijke melodie, wat een meeslepende opbouw. En wat een mooie altsaxsolo van Myron Walden. Niet alle composities zijn even sterk, zodat dit zeker niet de beste
Sylvie Courvoisier Mark Feldman Quartet Birdies For Lulu Intakt Records – 50:46 Zoals met Courvoisier & Feldman’s vorige cd’s, mogen we meesnoepen van zeer integer compositie- en ensemblewerk. Het is proeven van alle werelden: Europese schriftuur; abstracte denkwijze op Amerikaanse drive en grooves, en omgekeerd. Het is er allemaal: plechtige melodieën, die zich oplossen in concrete, beeldende klanken, de snaarinstrumenten in mekaar opgaand in haardunne samenzang, tot de piano assertief voor opschudding zorgt. Deze vier meestermuzikanten brengen klasse. Terwijl Feldman’s composities een zekere tristesse en wereldbeschouwing uitdragen, gaan die van Sylvie Courvoisier er iets scherper tegenaan, maar ze kunnen de rollen ook omdraaien: een perfecte compliciteit. Wat kunnen deze artiesten met zulk een breekbaar concept toch enorme kracht uitstralen. Geen festival-act, zegt u? Deze muziek vertegenwoordigt (met o.a. Aki Takase, Barry Guy & Lucas Niggli) veel meer wat er zich in de Europees-Amerikaanse hedendaagse muziek afspeelt, dan al de neo-funk en pseudo-wereldmuziek, die ons door de booking-agents wordt aangepraat. Chris Joris Sylvie Courvoisier (p), Mark Feldman (v), Scott Colley (cb), Billy Mintz (d)
cd is van The Fellowship Band. Maar zelfs een gewoon goede cd van Brian Blade blijft meer dan de moeite waard. Peter De Backer Brian Blade (d), Jon Cowherd (p, mellotron, org), Chris Thoma (b), Myron Walden (as, bcl), Melvin Butler (ts, ss), Jeff Parker of Marvin Sewell (g)
Rubén Blades Tangos Sunnyside Records – 48:08 Salsa-zanger en tv- en filmacteur Rubén Blades is sinds tientallen jaren een idool, zowel voor de VS als voor haar latino-bevolking. Hij is onbetwistbaar een sterk interpretator van de Latijns-Amerikaanse dansmuziek en chanson. Met jazzmuziek heeft dit album echter niets te maken en het is wellicht in deze jazzrubriek beland, omdat Blades, en dus salsa, met jazzinvloeden wordt geassocieerd, maar dit zijn tango- en milonga-liederen. Het orkest, bestaande uit piano, bandoneon, contrabas en strijkers, evoceert die melancholische cultuur uit Buenos Aires, doch Rubén Blades’ stem werd er veel te dik bovenop gemixt en mist het geheel aan tango-gehalte, al zijn de arrangementen en de opnamekwaliteit prachtig. Voor de afficionados en zij die Spaans begrijpen zijn dit gouden liederen, maar wie niet tot deze groep behoort mist de helft. Het gaat hier duidelijk vooral om de zanger-vedette en veel minder om de tango. Chris Joris Rubén Blades (voc) + orkest (geen informatie)
Johnathan Blake Gone, But Not Forgotten Criss Cross Jazz – 68:13 Voor zijn debuut als leader verzamelde Johnathan Blake composities van (of opgedragen aan) overleden mensen uit zijn eigen muzikale universum – vandaar de eclectische repertoirekeuze. Het werd gelukkig géén funeraire plaat: hier wordt gespééld, niet gemijmerd. Chris Potter en Mark Turner, als blazers, zijn natuurlijk ook geen doetjes. Toch zorgt die keuze voor twee tenoristen enerzijds, het weglaten van een harmonisch instrument anderzijds, voor een redelijk ééndimensionele klank. Ondanks alle talent is deze Gone, But Not Forgotten vooral geslaagd voor mensen die erg van tenorsaxofoon houden. Arne Van Coillie Chris Potter (ts, af), Mark Turner (ts, ss), Ben Street (b), Johnathan Blake (d)
Nieuw op cd/lp/dvd
Theo Crocker Afro Physicist Okeh Records – 55:23 Met dit derde soloalbum bewijst Crocker zijn capaciteiten als componist (zes nummers zijn van zijn hand), arrangeur en gelukkig maar, ook als muzikant. De cd bevat ook nummers van Stevie Wonder, Roy Hargrove e.a. Zelf noemt Crocker zijn muziek in de liner notes Dark Funk. Daarmee doelt hij op een mengeling van jazz, rock, funk, triphop, free, Afrikaanse ritmiek en smooth jazz. En dat wordt meteen duidelijk op de plaat. De opener is een twee minuten lange trompetsolo (Alapa – For Doc) opgedragen aan Doc Cheatham, zijn grootvader. Dat was de trompettist die tussen de jaren 20 en 90 (dus meer dan 70 jaar!) maar bleef musiceren op een hoog niveau. Deze/dit derde parel(tje) aan de kroon van Crocker werd geproducet door Dee Dee Bridgewater (die ook op drie tracks zingt). Vanaf het tweede nummer word je meegezogen in wervelende watervallen met loepzuivere unisono’s, gedragen door funky gitaar- en drumwerk en percutant baswerk. Hier en daar zijn er adempauzes voorzien. In Visions (#7) bv, waar je vibrafonist Stefon Harris een schitterende solo hoort presteren, gevolgd door een lyrische monoloog van Crocker zelf. Daarna gaat het weer adembenemend verder in neo-bopstijl van het zuiverste water (The Fundamentals), verlengd met het swingende Roy Allen dat gedragen wordt door de verfrissende sound van de Fender Rhodes. Dit is een overweldigende cd: de muziek wordt a.h.w. in je gezicht geslingerd, zit vol dynamiek, klinkt spontaan, voelt natuurlijk aan, maar blijft verrassen. De immer strakke composities (waarin de vrije improvisaties ruim aan bod kunnen komen) blijven getuigen van de scherpe muzikale visie van Crocker als arrangeur. Doe daar bovenop nog de verzorgde opname en sound, de wisselende bezettingen die uiteraard meehelpen aan het veelzijdige karakter van deze schijf en een melodieuze sterkte, en je weet het wel. Dit schijfje krijg je met moeite nog uit je speler. Voorwaar een oppeppend, fris en zelfs dansbaar jazzproject dat naar (véél) meer smaakt! Marc Van de Walle Theo Crocker (t) met wisselende bezettingen: Sullivan Fortner (hammond org), Karriem Riggins (d), Michael Bowie (b), David Gilmore (g), Luisito Quinterno (perc), Dee Dee Bridgewater (voc), Roy Hargrove (voc)
Sarah Buechi Flying Letters Intakt Records – 48:19 De muziek van de Zwitserse Buechi is een weerspiegeling van haar verre reizen en de meest uiteenlopende ontmoetingen. Overal pikte ze wel wat op, distilleerde ze deze inspiratiebronnen en invloeden en verwerkte ze in haar composities. De meest expliciete referenties hier zijn Susanna Abbuehl, Lucas Niggli (met wie ze toerde), Steve Coleman (bij wie ze een workshop volgde) en vooral de Indische R.A.Ramamani (Charlie Mariano) bij wie Buechi ging studeren. Haar vocale kunsten, boordevol ritmische contrasten, reiken zeer ver. Haar muzikanten zijn daarbij de ideale techniekers die het hele radarwerk gesmeerd laten lopen. In een nummer als Game laten ze bovendien horen wat ze als trio zonder zangeres allemaal in hun mars hebben. Flying Letters valt niet vast te pinnen op een welbe-
scene en toch klinkt Spaces uiterst Europees. De titel weerspiegelt perfect de inhoud. De composities van Cataldo ademen bijna allemaal een heel open en lyrische sfeer uit. Tussen beginen eindpunt zijn er weliswaar een aantal rechtstreekse links met het bopverleden uit de Amerikaanse jazz maar het is vooral de melodische en verhalende aanpak die primeert. Cataldo zelf eist slechts een beperkt aantal maal de spotlights op en laat vooral veel vrijheid aan zijn medemuzikanten waaronder zijn Siciliaanse landgenoot Salvatore Bonafede die we hier kennen van zijn werk met Pierre Vaiana. Saxofonist David Binney geeft meer dan regelmatig de toon aan. Uiterst genietbaar zijn de twee meest intimistische passages, een akoestisch nummer van Cataldo zelf en een solostuk van Erik Friedlander. Cataldo, met een stijl die reikt van Jim Hall tot Kurt Rosenwinkel via Philip Catherine, levert hier een inspirerend werkstuk af op de grens van Amerikaanse en Europese jazz. Georges Tonla Briquet
Francesco Cataldo Spaces Alfa Music – 75:38
De cd werd opgenomen in New York met een aantal bekende hoofdprotagonisten uit die jazz-
André Ceccarelli (d), Jean-Michel Pilc (p), Thomas Bramerie (b)
Frank Deruytter Quartet Moon of Ensor Prova Records/LC Music – 59:26
Francesco Cataldo (el g, bariton g), David Binney (s), Salvatore Bonafede (p), Scott Colley (cb), Clarence Penn (d), Erik Friedlander (clo)
Ceccarelli / Pilc / Bramerie Twenty Bonsaï Music/ Harmonia Mundi 61:46
paald genre. Er wordt gegoocheld met stijlen maar zonder dat het richtingloze crossover wordt. Te ontdekken, laagje bij laagje. Georges Tonla Briquet Sarah Buechi (voc), Stefan Aeby (p), André Pousaz (cb), Lionel Friedli (d)
Burton Lane, Bronislaw, plus eigen composities. Luister naar het titelnummer (Twenty) en je merkt de boeiende stijl: het trio jongleert met vertragen en versnellen, dynamiek en stilte, energie en rust, spanning en ontspanning. Die aanpak is kenmerkend voor de hele cd: licht, transparant, zweverig (in positieve betekenis), toegankelijk, evenwichtig, rustig en toch gedreven. Ceccarelli is duidelijk in zijn element, druk maar begrensd en beheerst en gecontroleerd omgaand met zijn instrument. Het prachtige Returning van de hand van Pilc illustreert de lyrisch-melodieuze capaciteiten van dit drietal van stand. Straight No Chaser laat de band dan weer horen in alle nervositeit. Wat een energie-explosie! Marc Van de Walle
Ceccarelli heeft sinds 1978 een stevige reputatie opgebouwd, en terecht. Hij heeft het subtiele drumwerk verfijnd, geperfectioneerd en gepersonaliseerd. Hij is een meester in het bemeten borstel- en schijvenwerk; de juiste tik(ken) op de juiste schijf(ven), elegante accenten, beperkt gebruik van grote trom, impressionistische figuren. Dat past wonderwel samen bij het pianospel en bij de ondersteunende melodieuze baslijnen. Alsof Ceccarelli vanuit de achtergrond de twee overige bandleden inspireert en drijft en bezielt. De cd opent en sluit met een bewerking van een Milesnummer (All Blues – Solar). Daar tussenin vind je inventieve bewerkingen van Brel, Monk, Brassens,
Een jaar na zijn titelloze debuutalbum brengt Frank Deruytter nu een vervolg met Moon Of Ensor. Naast pianist Eric Legnini en bassist Bart De Nolf is ook de Amerikaanse drummer Peter Erskine van de partij. In Moon of Ensor graaft Deryutter nog dieper in de jazz zonder de hem typerende groovy sound te verguizen. Overigens kunnen we met Erskine beamen dat de spirit van Michael Brecker om voortdurend te graven en te speuren ook wezenlijk in Deruytters spel te bespeuren valt en leidt tot frisse muziek. Volgens Frank Deruytter is de groepsdynamiek van een uitzonderlijk niveau: “We komen allemaal uit een andere wereld, toch is er een raakpunt waar we samenkomen. En er zijn ook heel veel clashen als we spelen, er komt van alles binnen dat misschien van een andere wereld komt... and we all grab it.” Met Moon Of Ensor bevestigt Frank Deruytter zijn uitzonderlijk warme unieke sound. Bernard Lefèvre Frank Deruytter (sax), Eric Legnini (p), Bart De Nolf (cb), Peter Erskine (d)
2014/3
47
Nieuw op cd/lp/dvd Sinne Eeg Face The Music Stunt Records/NewArtsInt – 50:02
Helderheid van stem en trefzekerheid maken van Eeg al meer dan een decennium een vaste waarde in de jazz. Met haar nieuwe album covert ze een aantal standards (Woods, Bernstein, Berlin, Tizol/Mills) maar ze voegt er ook een vijftal werken van eigen hand aan toe, al of niet geholpen door Mads Mathias en anderen. Dit is een erg traditionele én homogene cd: de muzikanten doen niets revolutionairs, maar wat ze doen, doen ze ver-
domd goed. Ook qua composities en melodieuze lijnen blijft het allemaal braaf (in de positieve zin van het woord) aansluiten bij de traditie van de – uitstekende – jazzdiva die al even uitstekend begeleid wordt door een klassiek samengesteld trio. Kortom: deze plaat brengt geen vernieuwende deining teweeg, maar je hoort een uit de kluiten gewassen trio op topniveau musiceren (en begeleiden). Sinne Eeg zet haar nummers schijnbaar moeiteloos neer – maar er zijn er maar weinig die het haar zullen nadoen. Een must voor de liefhebber en ook een frisse verademing tussen het vele jazzgeweld dat de wereld wordt ingestuurd. Marc Van de Walle Sinne Eeg (voc), Morten Lund (d), Morten Ramsbol (b), Jacob Christoffersen (p) + gastmuzikanten (Jesper Riis, Michael Bladt, Rune Olesen, Thomas Fonnesbaek)
De Laat & Schreurs I Found You Found Me Eigen Beheer – 50:20 In de twaalf nummers op deze cd toont dit duo zich als een perfecte match. De titel van de cd zegt het zelf: de twee muzikanten hebben elkaar gevonden. Het pianospel van de Belg Schreurs en de baslijnen van de Nederlander De Laat vullen elkaar aan, steunen elkaar, zingen samen the body acoustic, passen bij elkaar als de boter bij het vlootje. Schreurs speelt gedreven, berekend en toch impulsief, met volle grepen rijke akkoorden. Dynamisch, gebald of lyrisch: hij trekt het juiste register open op het juiste moment. De Laat tekent daarbij prachtige, melodieuze baslijnen. Hij volgt én dwingt af tegelijkertijd, interageert bliksemsnel en etaleert met recht zijn verbazingwekkende vocale mogelijkheden. Of het nu Braziliaanse muziek is (Nascimento, Jobim) of een bewerking van Jarrett (Memories of Tomorrow), het gaat hem even goed af en hij kan de niet altijd evidente toonwendingen moeiteloos aan. Zijn stem is aangenaam en zacht maar krachtig en past als een derde instrument bij de twee overige. In Walk On The Wild Side (Lou Reed) illustreren ze – met de welkome hulp van Rony Verbiest – hoe een eenvoudige maar mooie popsong in hun handen kan uitgroeien tot een eigenzinnige jazzstructuur met een heel eigen dynamiek en een nieuw ritme, die toch dezelfde sfeer ademt van het origineel. Twaalf nummers, een mengeling van standards en eigen werk, houden ze deze spanning en harmonie aan. Zonder ook maar één moment te vervelen houden ze de aandacht gevestigd op de melodische lijn zonder instrumentalistisch exhibitionisme. Toch trekken een percutante baspartij (Berimbeijo) of melodieus jazzy pianowerk mét schitterende baspartij (A Sleeping Bee) de aandacht door de ongemene virtuositeit van dit stel. Vijftig minuten lang spannende en mooie muziek – toegankelijk en artistiek zéér hoogstaand. Je moet het gewoon in je collectie hebben. Marc Van de Walle Henk De Laat (voc, b), Dirk Schreurs (p)
48
2014/3
John Ellis & Andy Bragen MOBRO Parade Light Records – 75:35
Een concept-cd met een origineel onderwerp als deze kom je niet zo vaak tegen. Dat de uitwerking tevens even intrigerend is maakt het dubbel interessant. De New Yorkse componist-saxofonist John Ellis (John Patitucci, Robert Glasper) en auteur Andy Bragen zijn niet aan hun proefstuk toe. Na Dreamscapes en The Ice Siren is dit de derde samenwerking. Uitgangspunt hier is de vijfentwintigjarige rondvaart van een schip geladen met meer dan 3000 ton afval. De tocht startte in New York en daar kwam het ook terug aan nadat het vergeefs geprobeerd had om de meegevoerde afvalberg op reglementaire wijze kwijt te raken. Een absurd verhaal Monty Python waardig. Het duo werkte dit gegeven uit voor negen muzikanten en vier vocalisten. MOBRO dien je in zijn geheel te beluisteren als een soort mini jazzopera. Herkenningspunten zijn de gekke eigenzinnigheid van FES en het barokke van Frank Zappa geaccentueerd met oerschreeuwen
à la Copernicus (nog zo een buitenbeentje uit de New Yorkse scene) en saxofoonuithalen in de stijl van Jon Irabagon. Hoekige contouren en bruuske wendingen vormen de rode draad in dit verhaal opgebouwd rond doorgedreven composities en verrassende improvisaties. Intrigerend over heel de lijn. Georges Tonla Briquet Becca Stevens (voc), Miles Griffith (voc), Sachal Vasandani (voc), Johnaye Kendrick (voc), John Ellis (ts, ss), Alan Ferber (tb), Josh Roseman (tb), Shane Endsley (t), John Clark (hn), Mike Moreno (g), Ryan Scott (g), Joe Sanders (b), Rodney Green (d)
Paolo Fresu Quintet 30! Bonsaï Music – 58:25
Laid In Heart. Heel wat variaties en stemmingen in dit album, van meeslepende grooves over dromerige passages en bijna stiltes tot Afrikaanse ritmes. Dit album straalt een evenwicht uit dat alleen bereikt wordt door een groep die is gerijpt over zovele jaren. Maar bovendien de uitdaging aangaat om verder te evolueren en uit te pakken met frisse, moderne jazz. Hoewel Fresu natuurlijk leidt, staat de dynamiek van alle muzikanten voorop om een evenwaardig globaal klankbeeld na te streven. Bernard Lefèvre Paolo Fresu (t, bugel), Tino Tracanna (ts, ss), Roberto Cipelli (p, frh, keys), Attilio Zanchi (cb), Ettore Fioravanti (d, perc) + Bonnot op Chiaro
Barry Guy New Orchestra Amphi-Radio Rondo Intakt Records – 56:22
Zes jaar na Songlines/Night & Blue trok Paolo Fresu met zijn kwintet in de studio om 30 jaar samenwerking te vieren. Naast Fresu die voor 4 nummers tekent, dragen de andere leden elk wel een of meer nummers bij en is er een bijzondere interpretatie van Purcells When I Am
Twee stukken van elk ongeveer een halfuur vullen deze cd. Ze verschillen duidelijk van elkaar: een schriel gestreken bas opent
03/10 New CD Release - Flagey (Brussel) 10/10 CC Mine (Genk) 11/10 Kunstencentrum Nona (Mechelen) 13/10 CC De Hallet (Geel) 16/10 Handelsbeurs (Gent) 17/10 De Casino (Sint-Niklaas) 23/10 Rataplan (Borgerhout) 29/10 CC Belgica (Dendermonde) 08/11 CC de Werf (Aalst) NEW CD-IGL253 Igloo Records Bld Léopold II, 153 -1080 Brussels +32 (0)2 538 90 01 info@igloorecords.be www.igloorecords.be - www.igorgehenot.be
Amphi en gaat een duo aan met de barokviool van Maya Homburger. Het stuk ontplooit zich majestueus in lange, trage bewegingen met een mooie dramatiek en plaatst ons in een wijd landschap (op deze aardbol of een andere planeet, dat kies je zelf). Radio Rondo is veel gewelddadiger en vertolkt de boze energieke freestijl uit de jaren 60. In de helft van de tijdspanne ontstaat er een geschreven thema, dat het ensemble nog een paar minuu tjes laat ontplooien in gramschap en verontwaardiging, om dan in staccato-gesprekjes neer te dalen. Hiervoor zijn vooral de koperblazers en piano verantwoordelijk, maar de storm breekt terug los en dan monden we weer uit in een geschreven partij: onheilspellend en met die dramatiek van de eerste track. Naar het einde toe krijg je een Stravinsky-gevoel, maar in de laatste minuut incasseren we nog een stevige mep op ons gezicht. Enfin, het bekende recept, dat ons wat aan het ICP-orkest doet denken. Chris Joris Barry Guy (cb), dir), Agustí Fernández (p), Maya Homburger (barokv), Evan Parker (s), Jürg Wickihalder (s), Mats Gustafsson (s, f), Hans Koch (bk), Herb Robertson (t), Johannes Bauer (tb), Per Ake Holmlander (tba), Paul Lytton (perc), Raymond Strid (perc)
Bernard Guyot & Charles Loos Summer Residence Clazzics
Igor Gehenot Trio Motion Igloo Records – 53:24 We zijn gezegend in dit kleine land met uitstekende trio’s en als grote voorbeeld Jef Neve. Nu komt uit het zuiden Igor Gehenot opzetten, die dezelfde drummer deelt. Het mag duidelijk wezen, Gehenot maakte al zijn eigen Road Story (Igloo Records, 2012), won de Sabam Jeunesses Musicales Jazz Award, en tekent opnieuw voor een opmerkelijk sterk album. Al bij de opener Crush zet Gehenot met de krachtige ritmiek van Teun Verbruggen en de subtiele baslijnen van Philippe Aerts een pianistiek hoogstandje neer. Prachtig hoe dit trio spanning opbouwt, zowel introspectief als uitbundig, altijd verrassend en uiterst harmonieus. Drie muzikanten die gefascineerd naar elkaar luisteren en elkaar perfect aanvoelen. Gehenot schreef alle nummers op eentje na. Een album dat je niet gauw loslaat. Bernard Lefèvre Igor Gehenot (p), Philippe Aerts (cb), Teun Verbruggen (d)
lend klassiek en puur jazz klinkt, is bij momenten heel sterk. Sonata in A Major: 4th Movement (Franck) en Suzanne ung Jour zijn hiervan sterke voorbeelden. Kamerjazz die even goed gedijt in een melomaan decor als in een jazzclub zoals de Jazzstation waar de cd uiterst succesvol voorgesteld werd. Een project dat aandacht verdient in zowel klassieke middens als in het jazzmilieu. Georges Tonla Briquet Bernard Guyot (ss, ts), Jean-Paul Estiévenart (t, bug), Stéphane Mercier (as), Charles Loos (p, frh), Peter Hertmans (g), Boris Schmidt (cb), Wim Eggermont (d)
Cypres – 53:16
Fred Hersch Trio Floating Palmetto Records – 58:34
Dit is deel twee van wat ooit begon als een zomerresidentie, vandaar de titel. Ondertussen is er een kleine wijziging in de bezetting: Yannick Peeters werd vervangen door Boris Schmidt en Peter Hertmans kwam er bij. Er werd deze keer gekozen om werk van Belgische componisten als Orlandus Lassus, Jacques-Alexandre de Saint Luc, César Franck, Guillaume Lekeu, Eugène Ysaÿe en Jean-Marie Rens te transponeren/ vertalen naar een jazzidioom. Je zou het natuurlijk third stream kunnen noemen maar de omschrijving hedendaagse jazz dekt evenzeer de lading. De arrangementen van Loos, Guyot, Mercier en Hertmans getuigen van een verregaande en doordachte visie. Vooral de manier waarop de blazerssectie afwisse-
Dit is het eerste studio-album in vier jaar van pianist Fred Hersch waarvan wel nog een aantal live-opnames verschenen. De setopbouw loopt wel alsof het een liveconcert is. Zo opent het trio met de standard You & The Night & The Music, waarna Hersch’ eigen originele composities de toon zetten om af te sluiten met heel eigenzinnige interpretaties van If Ever I Would Leave You (Sonny Rollins) en Let’s Cool One van Monk, waar Hersch altijd al een boontje voor heeft. Dit trio met Hébert en McPherson bracht Hersch voor het eerst in de studio samen een jaar na zijn twee
maanden durende coma voor het album Whirl (Palmetto 2010). Autumn Haze draagt Hersch op aan Kevin Hays. Maar ook de andere composities hebben telkens een verhaal. En een verhaal vertellen kan Fred Hersch als geen ander. Zijn gevoeligheid zet zich door in de vloeiende sound die als vanzelf drijft op één lijn. Bernard Lefèvre Fred Hersch (p), John Hébert (b), Eric McPherson (d)
Ideal Bread Beating the Teens, Songs of Steve Lacy Cuneiform – 2cd – 60:20/61:53 Steve Lacy had zich zozeer in het spelen van Monk-stukken gespecialiseerd, dat een mens haast zou vergeten dat hij zelf ook een prima componist was. Dat zet deze band recht. Op twee lange cd’s speelt dit viertal hier dertig stukken van Lacy. Opmerkelijk: in de band geen sopraansax, het instrument van Lacy. Maar geen nood: Monk kan je ook prima coveren zonder piano. De band heeft er al twee cd’s opzitten met werk van Lacy. Op deze derde worp gaan ze vrijer om met het materiaal. De composities komen allemaal van Macy’s platen Scratching The Seventies/Dreams, opgenomen in Parijs in de jaren zeventig in diverse bezettingen. Sommige, zoals The Wane, zijn getrouw uitgevoerd. Maar de meeste andere zijn de aanzet om iets helemaal nieuws te creëren. Een aanpak die een creatieve geest als Lacy zelf ongetwijfeld bekoord zou hebben. Peter De Backer Josh Stinton (bs), Kirk Knuffke (kornet), Adam Hopkins (b), Tomas Fujiwara (d)
Nieuw op cd/lp/dvd Jon Irabagon It Takes All Kinds Jazzwerkstadt/Irabbagast Records – 69:23
sioneel graafwerk is de opdracht. Geen probleem voor Altschul (Chick Corea, Anthony Braxton), evenmin voor Helias (Wynton Marsalis, Tim Berne). It Takes All Kinds is net als een tekst volledig in hoofdletters. Elke letter en elk leesteken heeft belang. Elke noot en elke uithaal is bewust geplaatst. Een uitgerust luisteraar is er twee waard. Georges Tonla Briquet Jon Irabagon (ts), Mark Helias (cb), Barry Altschul (d, perc)
Tenorsaxofonist Jon Irabagon behoort al een tijdje tot het vaste kwintet van Dave Douglas (voorbije zomer nog te zien op Middelheim). Daarnaast bepaalt hij mee de sound van Mostly Other People Do The Killing en heeft hij vooral een aantal eigen projecten waaronder dit trio met anciens Mark Helias en Barry Altschul. Met deze laatste stond hij twee jaar geleden nog op het podium van Brosella wat voor vele aanwezigen toch een shock was. Wat Irabagon met zijn eigen groepen doet, stevent namelijk dikwijls af op het extreme. Hij doet dat niet als gimmick maar zijn honger naar nieuwe mogelijkheden op zijn instrument blijkt niet te stillen. Zijn ademen blaastechniek is verbluffend. Dat alles maakt hij nog eens duidelijk op deze live cd. Het trio ontspint heftige dialogen en gunt elkaar haast geen minuut rust. Daarom is de impact van een verstilde solopassage als Sunrise zo direct. Wie met Irabagon in zee gaat, als muzikant of als luisteraar, is verwittigd. Obses-
Anne Mette Iversen’s Double Life So Many Roads Bjurecords – 36:33 De intro is een bassolo met zin voor melodie. Daarna mag het strijkkwartet inzetten en geeft dan ook het ritme aan. Via de trombone belanden we dan in de wereld van de jazz. De ritmesectie komt er vervolgens aan en meteen verandert de toon, swingt het geheel en verdwijnen de violen naar de achtergrond. Even later is classic bop aan de orde van de dag. Voor je het beseft, leiden Iversen en haar groep je zo continu naar een andere wereld. Het sterke punt is dat dit heen en weer geflits steeds gebeurt zonder bruuske overgangen of breuklijnen. De inspiratie voor dit alles putte Iversen uit haar eigen levenservaringen. Het was een voortdurend zoeken naar evenwicht, net zoals hier tussen improvisatie en compositie en tussen jazzkwintet en klassiek
Keith Jarrett / Charlie Haden Last Dance ECM Records – 74:41 Deze opnames vonden op hetzelfde moment plaats als wat ze uitbrachten vier jaar geleden op Jasmin. Het was een unieke ontmoeting nadat ze elkaar terug kruisten in voorbereiding van de documentaire Rambling Boy (2009). Ze doken in 2007 samen de huisstudio van Jarrett in en legden een heel repertorium van standards vast, waarvan dus al eerder Jasmin en nu Last Dance het resultaat is. Enkele tunes (Where Can I Go Without You en Goodbye) worden hernomen op dit album, hoewel anders vertolkt. Hoewel ze 30 jaar geleden elk hun eigen muzikale weg gingen, klikte het opnieuw meteen bij deze opnames. Deze topmuzikanten voelen elkaar in dit repertoire vlekkeloos aan en de relaxte sfeer van de huisstudio laat alle ruimte om vrijuit te spelen. Ze nemen de handschoen op om Monks‘Round Midnight of Powells Dance of The Infidels naar hun hand te zetten, krachtig en fris te laten klinken. En een hoogtepunt vormt ook het intens mooi uitgesponnen It Might As Well Be Spring. Door het recent overlijden van Charlie Haden is deze Last Dance heel geladen, ook al door nummers als Every Time We Say Goodbye en Goodbye. Bernard Lefèvre Keith Jarrett (p), Charlie Haden (cb)
2014/3
49
Nieuw op cd/lp/dvd strijkerskwartet. Indien haar leven ondertussen even goed geordend is als haar muziek moet Iversen nu een zeer gelukkige vrouw zijn. Georges Tonla Briquet Anne Mette Iversen (cb), John Ellis (ss, ts), Peter Dahlgren (tb), Danny Grissett (p), Otis Brown III (d, perc) + 4Corners
Stéphane Kerecki Quartet Nouvelle Vague Out Note – 58:16
ROBERT JEANNE QUARTET Laughing Bastards Drumless Yet Soulful
donkere tinten. De composities van Danstrup (die jaren met John Tchicai werkte) vertonen een mooi evenwicht tussen verhalende jazzidiomen en verhulde referenties naar Scandinavische mythen en sagen. Het verleent de muziek een dubbele gelaagdheid met verrassende invalshoeken en contrasten. Meer contemplatieve passages worden afgewisseld met gradueel opgebouwde ontladingen. Muziek met zowel heel intense momenten als met veel open ruimte. Een meer dan waardige opvolger voor het titelloze debuut van vorig jaar. Georges Tonla Briquet
Eigen beheer – 45:14
De hoes doet ons meteen denken aan de strip Bone van Jeff Smith. Op het eerste zicht heel simpel en eenvoudig tot je meegesleurd wordt in het verhaal en je daar een gans andere wereld ontdekt. Ook zo bij Laughing Bastards. In een akoestische setting en zonder drums worden rechtstreekse links verborgen met de werelden van o.a. Carla Bley, Eddie Harris, Jimmy Giuffre en Horace Silver. Geen obsessief erudiete uitstalling van kunstjes maar aan de hand van netjes geordende patronen en met een eigen fijnzinnig vocabularium wordt hier een rijke muzikale wereld ontplooid. De klare lijn verplaatst naar kamerjazz waarbij de details het verschil maken. Voor luisteraars met stijl die houden van warme tinten à la Nino Rota. Ook soms onder de vorm van een kwartet met Lander Gyselinck achter het drumstel. Georges Tonla Briquet
Anders Banke (s), Peter Danstrup (cb), Anders Provis (d)
The KutiMangoes Afro-Fire Tramp Records/NewArtsInt – 50:56
Zowel de films als de soundtracks van de Franse Nouvelle Vague blijven een dankbaar referentiepunt. In gezelschap van John Taylor, Emile Parisien en Fabrice Moreau samen met gastzangeres Jeanne Added presenteert de veelzijdige jonge bassist Stéphane Kerecki (Daniel Humair, Tony Malaby, Yaron Herman) een bloemlezing uit het repertoire. De oorspronkelijke muziek had al een aantal sterke links met jazz door de componisten waaronder Miles en Solal voor respectievelijk Ascenseur Pour L’Echafaud en A Bout De Souffle. Andere cultklassiekers die aan bod komen zijn o.a. Alphaville, Pierrot Le Fou en Tirez Sur Le Pianiste. Het eindresultaat is een mooie verzameling rustige jazzmelodieën waarbij vooral de sopraansaxofoon de klankkleur bepaalt. Hier dus geen suspense of wilde achtervolgingsscènes maar uiterst verfijnde en lyrische muziek met oor voor details en omhuld in een zweem van melancholie. Af en toe schemert wel Kerecki’s connectie met New York door zodat de spanning blijft. Georges Tonla Briquet John Taylor (p), Emile Parisien (ss), Fabrice Moreau (d), Stéphane Kerecki (cb), Jeanne Added (voc)
Klökkeblömst Romanticist ILK – 42:42
De combinatie van saxofoon, contrabas en drums leidt bij dit Deense trio tot een ingetogen geheel met 50
2014/3
De muziek van Fela Kuti staat weer volop in de belangstelling, denk alleen maar aan de jonge Nederlandse groep Jungle By Night. Het Deense sextet The KutiMangoes eert de legendarische Nigeriaan niet alleen met de groepsnaam, maar ook met de muziek, die ondanks duidelijke jazzinvloeden in de eerste plaats Afrikaans georiënteerd is. Dwingende, opzwepende ritmes en dito blaaspartijen. Monter maar met een zweem melancholie. In de liner notes haalt de groep ook de invloed van Ornette Coleman en Charles Mingus aan. Coleman hoor ik er niet in terug, maar Mingus’ rauw- en robuustheid laat zich vooral dankzij de vuige baritonsaxen en de opvallende trombonist Rasmussen wel enigszins herkennen. Minugus’ Moaning is bovendien de enige compositie die niet uit de eigen koker komt. Knap is hoe de groep ook als het tempo omlaag gaat, stuwend en pakkend blijft. Sowieso zijn het stuk voor sterke songs, waarin de groep lekker fel en hecht klinkt, maar ook op zijn tijd relaxed of weemoedig. Er wordt schwungvol en kundig gesoleerd maar The KutiMangoes zijn in de eerste plaats een echte groep. Een waarvan live vuurwerk verwacht mag worden al lijkt er op de hoesfoto nauwelijks publiek in de zaal te zitten. Mischa Andriessen Michael Bilcher (sax), Lars Greve (sax), Gustav Rasmussen (tb, g), Johannes Buhl Andresen (keys), Morten ærø (d), Casper Mikkelsen (perc) + talloze gasten o.a. op zang en balafon
Michel Mast (ts), Nils Vermeulen (cb), Jan-Sebastiaan Degeyter (g)
OUT NOW www.hanskustersmusic.be SEPT 5175
Ingrid Laubrock Octet Zürich Concert Intakt Records – 73:33
Een ontmoeting op hoog niveau in kringen van improvisatie onder leiding van saxofoniste Ingrid Laubrock. Het openingsnummer is meteen ook het kortste (net geen vijf minuten) en zet de toon. Fragiele geluiden doorkruist met wat licht snerpende tonen om uiteindelijk tot een spacy idioom uit te groeien. De volgende zes taferelen klokken af tussen tien en achttien minuten en blijven in hetzelfde sfeertje hangen.
Azar Lawrence The Seeker Sunnyside Records – 57:13
Distributed in Benelux by LC Music
Geschuifel en haast schoorvoetende bijdragen van elkeen, meestal alleen, soms in duo of in trio en heel uitzonderlijk eens samen. Ondanks de uitgebreide bezetting wordt dus geopteerd om te musiceren in kleine clusters met beperking van volume en technische hoogstandjes als rode draad. Slechts een paar korte stroomstootjes verstoren dit magisch-realistisch tableau en ook op het einde van het achttien minuten lange Nightbus is iedereen duidelijk aan boord. Een soundtrack alsof je bij een zwoele zomeravond met een open raam in de verte de geluiden opvangt van een stad die zwoegt onder een tropische temperatuur. Georges Tonla Briquet Ingrid Laubrock (ss, ts), Mary Halvorson (g), Tom Arthurs (t), Ted Reichman (acc), Liam Noble (p), Ben Davis (clo), Drew Gress (b), Tom Rainey (d, xyl)
Na een jarenlange sabbat neemt Azar Lawrence de draad weer op waar hij die losliet: in de muzikale wereld van McCoy Tyner uit de jaren 70. Ik zag hem nog met de McCoy Tyner band in het PSK in 1973 (met Alphonse Mouzon, Guillerme Franco en Juney Booth). Ook de 2-akkoorden tapijtjes en grooves van Pharoah Sanders worden gretig gebruikt, maar vooral Coltrane’s kwartetsound komt veelvuldig op de proppen en lijken Lawrence’s solo’s erg op Coltrane’s plotse intervallen, fraseringen en cracking multi-notes. Al heeft hij een evenredig verleden in de r&b (speelde met Ike & Tina Turner, Roberta Flack en Earth, Wind & Fire), toch houdt hij heel nostalgisch vast aan de Coltrane-periode van 1965. Voor een persoonlijkheidsproef zou hij
Louis Moholo-Moholo Unit For The Blue Notes Ogun/instantjazz.com – 70:01 De Zuid-Afrikaanse drummer, componist en improvisator is de laatst overblijvende van de legendarische Blue Notes (Chris McGregor, Dudu Pukwana, Nikele Moyake, Mongezi Feza, Johnny Dyani en hijzelf), waarmee hij in 1964 het apartheidsregime ontvluchtte naar Europa en hier vanuit hun mengvorm van hardbop en Z-Afrikaanse Kwela zeer snel werden opgenomen in de progressieve jazzfamilie en een bom van positieve invloed uitoefenden. De Unit-leider is mede-oprichter van het Ogun-label, dat dit jaar zijn 40ste verjaardag viert, waarop een waar archief van Zuid-Afrikaanse muzikale bijdragen zijn verzameld. Dit concert, spijtig genoeg zeer slecht opgenomen in Italië, is ondanks de onkunde van de klankman, een subliem emotioneel verslag van een prachtige performance vol overgave en aangrijpende hymnes; gebalde thema’s, die met brede, forse groepsgeest ons een haast religieus genezingsritueel laten ondergaan. We vergeven Ogun dan ook graag (sic) de slechte klankbalans en begrijpen we waarom Louis Mohol-Moholo dit document op cd wou. Composities werden gekozen uit repertoire van The Brotherhood Of Breath, The Blue Notes, Viva La Black en van de drummer zelf. Noteren we dat er naast de sterke Euro-Afrikaanse blazerssectie een schitterend onstuimig pianist opereert en een fantastische Creoolse zangeres gewoon zichzelf is. Chris Joris Louis Moholo-Moholo (d, perc), Alexander Hawkins (p), John Edwards (cb), Jason Yarde (ss, as), Ntsuks Bonga (ss, as), Henry Lowther (t), Alan Tomlinson (tb), Francine Luce (voc)
dus in de rode cijfers belanden en zelfs van klonen kunnen worden beschuldigd, maar de band speelt met bravoure en dan nog live in de Jazz Standard club in New York (december 2011). Barokke, romantische emotionaliteit met een hoog Trane is in the house-gehalte; maar kom, dit mag ook nog aan bod komen naast al die odd meters en dat balkan-gedweep van vandaag. Chris Joris Azar Lawrence (ts, ss), Nicolas Payton (t), Benito Gonzalez (p), Essiet Okon Essiet (cb), Jeff ‘Tain’ Watts (d)
Arto Lindsay Encyclopedia Of Arto Ponderosa – 88:57
DJ Spooky. Deze studio-opnamen klinken nog tamelijk radiovriendelijk. Soms lijkt het wel een trip van Talking Heads in het land van 101 ritmen. Wat later hoor je dan spielereien met electro en spacy lounge. Twaalf nummers en twaalf gedaanten van dezelfde Lindsay. Maar er is nog een andere Lindsay. Deze die live solo zijn duivels ontbindt. Hier geen grenzen meer. Experiment en noise à gogo met verrassende covers van o.a. Erotic City (Prince) en Simply Beautiful (Al Green). Het laatste nummer kreeg de veelzeggende titel Wall Of Guitar. Alleen voor verwittigde luisteraars die zowel naar John Zorn als naar Jorge Ben luisteren. Live op 08 november in het Depot te Leuven. Georges Tonla Briquet Arto Lindsay (voc, g) + vele anderen (info zie inlegboekje)
Mark Alban Lotz Solo Flutes LopLop Records – 50:53
Hoe link je de stedelijke nervositeit van een wereldstad als New York aan een poëtisch Braziliaans exotisme? Eén naam: Arto Lindsay. De zanger-gitarist-componist laat zich al jaren inspireren door deze twee uitersten. In gezelschap van anderen maar ook solo. Op deel 1 hoor je hem aan het werk met o.a. Brian Eno, Nana Vasconcelos en
Lotz gaat erg op de wetenschap der klanken af, maakt gebruik van zijn stem (niet zonder humor),
Nieuw op cd/lp/dvd stuurt ademstoten en grollende of stotende medeklinkers door de kanalen van zijn gamma aan fluiten (van contrabasfluit tot piccolo) en geniet van mediteren. Zo ontwaren we supersonisch diepe klanken en gefluister, wat op zichzelf een interessant gegeven kan zijn, maar die de cd erg langzaam en moeizaam op gang brengen. Slechts vanaf de 6de track gaat hij mobieler te werk en horen we de onderlegde fluitist, doch eens Lotz uit zijn abstractie stapt, blijven de melodische sequenties te voor de hand liggend, klassiek en zelfs wat inspiratieloos. Daarentegen weet hij ons zijn observatievermogen te verraden in track 8 (Piccolo For Makeba), waarin hij de Zuid-Afrikaanse penny whistle-stijl heel raak evoceert via een zeer persoonlijk verhaal. Zo roepen andere grappige of illustratieve titels beelden op van hommages aan seizoenen, stijlen, personen, natuur en omstandigheden en gaat er respect uit naar Lotz’ inspanning, maar de cd blijft als geheel oneven, wat de opbouw en algehele output betreft. Chris Joris Mark Alban Lotz (f, af, bf, pvc-cbf, voice, piccolo)
Thierry Maillard Trio The Alchemist Cristal records/Harmonia Mundi 65:00
gestelde maatsoorten. Een modeverschijnsel dus. Van avontuur en durf geen sprake, maar wel een respectabel werkstuk. Chris Joris Thierry Maillard (p, glspl, arr, comp, dir), Matyas Szandai (cb), Yoann Schmidt (d), Guests: Didier Malherbe (f, duduk), Minimo Garay (perc), Neil Gerstenberg (f, whistle), Dorothé Cornec (harp), Djemai Abedenour (oud), Bruno Bongarçon (g), Miwa Rosso (clo) + strijkorkest
Thomas Maintz Present Beach Farm Records – 69:25
nathan Blake (Ravi Coltrane, Kenny Barron). Het eindresultaat: twaalf mooi afgeronde verhalen met een homogeen karakter. De composities van Maintz zijn geënt op klassieke patronen maar zonder weg te zinken in clichés. De emotionele zeggingskracht van deze topmuzikanten zorgt daar voor. Of het nu Blake is die pastelklanken schildert met zijn borsteltjes, Colley die overal licht slingerende baslijnen tussen verweeft of Maintz zelf die regelmatig wisselt van gitaar en zijn ‘glider capo’ techniek aanwendt. Dat James Farber (Paul Motian, Brad Mehldau) achter de knoppen zat, zegt ook al wat. Present is een van die cd’s die je voor zowel het pure luisterplezier nog eens opzet of om verder te onderliggende details te exploreren. Zoals de recente cd’s van Philip Catherine of het werk van L’Ame Des Poètes. Georges Tonla Briquet Thomas Maintz (g), Scott Colley (b), Johnathan Blake (d)
Met This Is The Color… (2009) oogstte deze Deense gitarist meteen heel wat bijval. Dit debuut werd zelfs genomineerd voor beste jazzalbum van het jaar. Het gaf hem de kans buiten zijn eigen landsgrenzen te musiceren. Na Brazilië belandde hij zo in New York waar hij dit nieuw kleinood opnam in gezelschap van niemand minder dan Scott Colley (Brian Blade, Chris Potter) en Joh-
No Vibrato Live My Jazz – Jazz My Life Eigen beheer – 56:53 Pianist-componist Etienne Richard is de stuwende kracht achter No Vibrato dat afwisselend als kwartet en kwintet optreedt. Idem voor deze opnamen (2010 en 2014) waar de twee combinaties aan bod komen. Als componist weet Richard vlotte thema’s te presenteren die je met-
Tineke Postma / Greg Osby Sonic Halo Challenge Records/NewArtsInt – 64:24 Thierry Maillard is ongetwijfeld een begenadigd pianist, orchestrator en orkestleider. Zijn trio wordt omringd door een waar strijkorkest van hoog niveau, dat bovendien prachtig werd opgenomen. Langs deze rode draad plaatst Maillard ethnische instrumenten op sommige tracks: duduk, Bawu-fluit, oud, percussie, enz. Elke compositie kent verschillende bewegingen, klimaten, zeg maar, en schrijft de pianist mooie arrangementen voor het grote ensemble. Zo ademt deze muziek een zeer figuratief, perfect uitgevoerd karakter uit met elementen van filmmuziek, volksmuziek, Europese fusion en technisch netjes neergezette jazz. Soms is Maillard wat gulzig in zijn overgangen en stapelingen, zodat atmosferen al eens te haastig wisselen of de vertikale boel wat te overdadig overkomt. Ook is het drumwerk typisch van deze tijd: heel veel binair gehak op de toms in samen-
Greg Osby maakte ooit een duo-album met Joe Lovano, Friendly Fire, wat me bij het beluisteren van deze Sonic Halo plots te binnen schoot. Osby liet zich ook opmerken in een aantal prachtige Blue Note albums met Jason Moran (New Directions) en Andrew Hill (The Invisible Hand). Tineke Postma, die nauw samenwerkte met Terri Lyne Carrington (Mosaic Project dat een Grammy won), ontmoette Greg Osby in Mexico in 2007. Osby werd haar mentor in New York en dat veranderde haar muzikale visie. Daarop namen ze de uitdaging aan om samen een album te maken. Dankzij een fondswerving konden ze Sonic Halo realiseren, waarin ze voor origineel werk gaan op Body and Soul na. Postma tekent voor 5, Osby voor 3 nummers. Hoewel ze beiden alt- en sopraansax spelen hoor je wel degelijk contrasten van elk met een eigen stem, soms heel energiek, dan weer ingehouden, maar altijd confronterend. Dat levert een spannend album op, waar je pas de finesses van doorgrondt na herhaaldelijk beluisteren. Ook een pluim voor pianist Matt Mitchell en bassiste Linda Oh (Dave Douglas Quintet) en drummer Dan Weiss, die prachtige accenten leggen. Bernard Lefèvre Tineke Postma (as, ss), Greg Osby (as, ss), Matt Mitchell (p, frh), Dan Weiss (d), Linda Oh (b)
2014/3
51
Nieuw op cd/lp/dvd een herkent en die in je hoofd blijven hangen. Ze vormen vooral de ideale uitgangspunten om muzikanten als Jean-Paul Estiévenart, Fred Delplancq en Nicola Lancerotti hun ding te laten doen. Alles blijft weliswaar binnen de perken van classic jazz uit de jaren vijftig en zestig maar daar is niets mis mee vooral omdat dankzij Christine Verschorren de klankkwaliteit gegarandeerd is. Zeker een aangenaam gezelschap om in clubverband aan het werk te horen. Georges Tonla Briquet Etienne Richard (p), Fred Delplancq (ts), Bilou Doneux (d), Chris Mentens (cb), Nicola Lancerotti (cb), Jean-Paul Estiévenart (t), Manu Domergue (voc, mellophone)
Oak Tree Well Home Records – 57:33
Well is de tweede cd van OakTree, winnaar van het concours Jong Jazztalent Gent 2013. Een gedurfde keuze van de jury. Dat het schijfje verscheen bij Home Records is niet echt een verrassing want dit Belgische label grossiert in muziekjes die niet meteen te klasseren zijn. We denken daarbij aan o.a de cd’s van Aurelia. Well behoort tot dezelfde categorie: een sprookjeswereld in het schemergebied van muziektheater, avant-garde, jazz en poëzie. De bijdragen van Tcha Limberger, Michel Massot en Kristof Hiriart zorgen voor de gepaste kanttekeningen. OakTree zweeft ergens tussen Laurie Anderson en Tuur Florizoone. Georges Tonla Briquet Sarah Klenes (stem, perc), Annemie Osborne (cello, stem), Thibault Dille (acc, perc, stem), + gasten: Tcha Limberger (v, stem), Michel Massot (tba, tb, euph), Kristof Hiriart (ttun-ttun, stem)
Sonny Rollins Road Shows-Volume 3 Okeh Records – 72:52
Dit is alweer het derde volume uit de feestelijke Road Shows-serie van de forse Sonny Rollins, onder52
2014/3
tussen op respectabele leeftijd. Hij maakt het testament op van zijn tweede jeugd. De 6 concert-tracks gaan over de tijdspanne van 2001 tot 2012, afkomstig van opnames in Frankrijk, Japan en ééntje in St-Louis, Missouri. Vaste waarden in de wisselende bezettingen zijn Bob Cranshaw en neef Clifton Anderson. We horen vier thema’s van Rollins en twee standards, waarvan het swingende Why Was I Born? wel 23 minuten duurt, opgenomen op het festival van Marciac. Dit kennen we van de niet-aflatende tenorkolos: hij kon in ellenlange solo’s wegduiken alsof zijn leven er van afhing. Al is zijn concept van de laatste decennia erg mainstream en heel gericht op het grote publiek; het spelplezier is aanstekelijk. Patanjali en het nooit ontbrekende Don’t Stop The Carnival stammen uit 2012 en horen we toch niet die vermoeidheid, die we op Gent Jazz konden ontwaren, een paar jaar geleden. Chris Joris Sonny Rollins (ts), Clifton Anderson (tb), Bob Cranshaw (eb), Stephen Scott (p), Bobby Broom of Peter Bernstein (g), Perry Wilson, Victor Lewis, Steve Jordan of Kobie Watkins (d), Kimati Dinizulu of Sammy Figueroa (perc)
Sound For The Organization Of Society The Sun Opened Up PJCE Records – 66:57
Met acht muzikanten heb je natuurlijk muzikale mogelijkheden genoeg maar komen er tevens heel wat problemen bij kijken. Dit is dan ook de derde en laatste cd van dit internationaal kwintet. Na deze opname (2009) ging elkeen zijn weg. Een verlies voor de jazzwereld want wat dit gezelschap hier laat horen, boeit over de ganse lijn. Hoewel de groep indertijd opgericht werd in New Orleans heeft dit niets te maken met old school jazz of pure traditie. Het gezelschap tast continu grenzen af en probeert de meest diverse combinaties. Verwijzingen variëren van Bill Frisell en Wadada Leo Smith tot John Hollenbeck en Philip Glass. Rode draad is vrije improvisatie gekoppeld aan gericht ex-
Joshua Redman Trios Live Nonesuch/Warner Music – 58:16 Het is nu al meer dan twintig jaar geleden dat Joshua Redman als een wonderkind werd onthaald in de jazzwereld. De saxofonist is in al die jaren alleen maar beter geworden, al waren zeker niet al zijn cd’s even sterk. Maar deze live-registratie van enkele concerten in twee jazzclubs – de New Yorkse Jazz Standard en de Blues Alley in Washington – bewijst dat hij in triovorm misschien nog het best tot zijn recht komt. Zeker met een vurige drummer als Gregory Hutchinson als sideman, en met afwisselend Matt Penman en Reuben Rogers, twee sterke bassisten. Redman speelt hier drie eigen stukken, drie klassiekers en een verrassende cover van Led Zeppelins The Ocean. In het openingsnummer Mack The Knife klinkt Redman als een waardige erfgenaam van Sonny Rollins: wat een virtuositeit, wat een energie. In Never Let Me Go zakt het tempo, maar Redman imponeert net zo goed in die mooie ballade. Op twee van zijn eigen stukken speelt Redman sopraansax, waarop hij een eigen sonoriteit heeft ontwikkeld en al even virtuoos blijkt. Opvallend is zijn aanpak van Trinkle, Tinkle, een stuk van Thelonious Monk dat hij opnam met John Coltrane. Hier en daar hoorbaar door het publiek aangemoedigd maakt Redman er hier een heerlijke eigen versie van. Slotnummer is The Ocean van Led Zeppelin dat hier klinkt als was het van bij het begin aan een jazzstuk. Trios Live is moderne jazz van de bovenste plank. Peter De Backer Joshua Redman (ts, ss), Reuben Rogers, Matt Penman (b), Gregory Hutchinson (d)
periment. Decibeluitbarstingen blijven achterwege ook al worden de contouren een paar keer extra benadrukt. Iedereen kent duidelijk zijn rol en vult precies aan en in waar nodig. Alsof alles tot in de puntjes georkestreerd is. Sterk spul met een afsluiter die je sprakeloos achterlaat. Een double bill met Vansina Orchestra had mooi geweest. Georges Tonla Briquet Ingo Deul (d, perc), Kevin Van Geem (d, perc), Eric Klerks (cb, b, lap steel g), Sarah Phillips (p, fl, gaida, harm), Andrew Oliver (p, harm, kornet, perc), Chris Mosley (g), Mary-Sue Tobin (ss, as, cl), Tom Garcia (ss, ts, bs)
bekend van Taj Mahal, voor een plezant tussendoortje. Peter De Backer Bob Stewart (tuba), Curtis Stewart (vl), Jannina Norpoth (vl), Nick Revel (avl), Amanda Goekin (c), Jerome Harris (g), Matt Wilson (d), Randall Haywood (t), Nick Finzer (tb)
Tamarindo Somos Agua Clean Feed/instantjazz.com – 55:08
Bob Stewart Connections – Mind the Gap Sunnyside Records – 64:12
Als een jazzfan één Amerikaanse tubaspeler kent, dan is het Bob Stewart. Hij speelde op platen van Arthur Blythe, Charles Mingus én Elvis Costello, en heeft met zijn eigen First Line Band een boeiend ensemble. Op deze cd combineert hij jazz met klassiek in een vijfdelige suite voor strijkkwartet, gecomponeerd door Jessie Montgomery. Een sterke compositie, die wel misschien beter in één lange gulp was geserveerd, in plaats van als rustpuntjes tussen de andere nummers te dienen. Op zijn best klinkt dit als Arvo Pärt met tuba. Alle andere stukken zijn voor de First Line Band. Het zijn op één compositie van Stewart na allemaal covers van mensen met wie hij ooit samenwerkte. En ook in de First Line Ban speelt de viool van zoon Curtis Stewart een prominente rol. In Bush Baby bijvoorbeeld, waarin hij het dartele motiefje van Arthur Blythe mooi in de verf zet. Op Odessa, nog een stuk van Blythe, speelt gitarist Jerome Harris een mooie, lang uitgesponnen solo, waarna Curtis Stewart weer gezwind overneemt. En zo gaat dat voort, met een lekkere tango van Piazzola, en prima bewerkingen van Monk’s Mood en van Jump Monk, een stuk van Mingus. Op dat laatste zorgen trompet en trombone voor wat extra kleur. Jerome Harris zorgt met een gezongen versie van Fishin’ Blues,
Tamarindo is het triumviraat gevormd door Tony Malaby, William Parker en Nasheet Waits. Drie heren die mijlenver musiceren van afgelijnde structuren maar totale vrijheid en experiment hoog in het vaandel voeren. Hun derde cd, Somos Agua, staat synoniem voor bijna een uur lang vuurwerk dat openspat langs alle kanten. Schrille en hoekige uithalen contrasteren met gedempte passages. Malaby haalt de meest extreme klanken uit zijn tenor maar bewijst vooral ook dat de sopraan eveneens nog steeds heel wat mogelijkheden biedt. Parker en Waits drijven mee de spanning ten top of remmen af naargelang de situatie. Elke ontwrichting wordt telkens weer in evenwicht gebracht. Intense muziek op het scherp van de snee waarbij solomomenten en strak samenspel elkaar naadloos aanvullen en verrijken. Georges Tonla Briquet Tony Malaby (ss, ts), William Parker (cb), Nasheet Waits (d)
Andrés Thor Nordic Quartet Nordic Notes – 44:30
Thor, wellicht IJslands meest toonaangevende hedendaagse gitarist, zet met Nordic Quartet zijn vierde project als leider neer. Het is een cd geworden waarin hij een ruim spectrum van zijn mogelijkheden laat horen. Butterfly, de opener, zou je een IJslandse versie van de
Nieuw op cd/lp/dvd
Håkon Storm Fosfor Norcd – 48:41 Deze Noorse gitaarvirtuoos (docent aan het Conservatorium van Oslo) heeft op zijn tweede solo-cd geen moeite met haakse melodieën (die veeleisend zijn voor de vingerzetting): op een of andere op de aleatoriek lijkende wijze vallen zijn composities altijd netjes op hun pootjes. Opvallend is ook dat zijn sonore ruimte erg uitgebreid is. Gerammel van snaren, aangehouden flageoletten e.d.m. worden probleemloos in zijn soundscapes opgenomen (luister naar Hu Hei). Storm is gekend door een aantal eigen projecten, maar ook van groepswerk met Winther (de cd’s Spinnaker en Patchwork). Fosfor is een markante cd, omdat Storm zijn kunnen etaleert door het neerzetten van elf tracks (waarvan zeven van zijn hand) die boeien omdat zij alle klankschappen en verhalen op zich zijn, die toch met elkaar verbonden zijn. Je kunt de hele cd eigenlijk als één geheel beluisteren, waarin spanning en ontspanning een ietwat mysterieuze sfeer creëren. Verwacht geen eenvoudige melodietjes, maar eerder grillige, fragmentarische expressies, soms rakend aan detuned guitar improvisations. Storm gebruikt verschillende gitaren (akoestische en elektrische: Martin, Guild, Ramirez, Taylor en Gibson) en laat die met elkaar dialogeren. Daarbij mikt hij op de contrasterende en harmoniërende klanken, op expressionistische soli en op het ritmisch gebruik van het instrument (klankkast, schurende snaren…). Bij die totaalaanpak van de gitaar toont hij zich een meester in de combinatie van solopartijen met begeleiding en baslijnen. Niets lijkt hem te veel en zijn fraseringen zijn dikwijls van een vreemde schoonheid, Latijns-Amerikaans beïnvloed, maar evengoed atonaal en free. Beginnend met een Noorse traditional gaat het met eigen werk over Ambleside van John Taylor, naar Keith Jarrett (Questar) om te eindigen met My One and Only Love (Wood/Mellin). Die fraaie gitaarklankenwereld is magnifiek geregistreerd door Jan Erik Kongshaug in de Rainbow Studio van ECM in Oslo. Dit is een erg rijke en verrassende cd die wellicht vooral gewaardeerd zal worden door gitaristen. Knap! Marc Van de Walle Håkon Storm (Martin, Guild; Ramirez, Taylor, Gibson g)
bossa kunnen noemen. Het structurerend principe in deze tune geldt voor zowat de hele plaat: rond een vrij lyrische melodie (meestal gespeeld door de sax) windt Thor een tegenpartij, en daarna gaat hij solo op een schijnbaar conventionele manier. Toch heeft de man een heel eigen melodische aanpak en bouwt hij erg persoonlijke lijnen op. Basic is geconstrueerd op het staccato van de bas, waarover de sax een melodieuze riff blaast, en ook hierop gaat Thor dan eigenwijs verder. In Komodo gebruikt hij dan weer de pedal steel gitaar – wat een ietwat droevig, slepend effect veroorzaakt: de IJslandse blues? Verder vind je op de plaat nog akoestisch werk. De hele cd straalt rust en bezadigdheid uit, wordt nooit agressief, houdt het eerder langs de lieflijke kant. Een plaat om rustig te degusteren bij valavond bv, zoals je een exclusieve maaltijd savoureert. Marc Van de Walle Andrès Thor (g); Anders Lonne Gronseth (ts, ss, basklarinet); Andreas Dreier (b); Erik Nylander (d)
Sebastiaan van Bavel Trio As The Journey Begins O.A.P. Records – 51:29
paalde kracht in architectuur van de thema’s en de mooie rangschikking van drive- en ballade-bewegingen. Hij speelt breed en met een dosis romantiek en dynamiek, die een mooie toekomst beloven. Hij is tevens actief als klassiek pianist. Op de ballade As The Journey Progresses verschijnt éénmalig vocaliste Vera Naus, die het breekbare stuk met hoge, glasheldere stem naar een crescendo brengt. Sfeervolle cd. Chris Joris Sebastiaan van Bavel (p), Maciej Domaradzki (cb), Remi Troost (d), Vera Naus (voc)
Karl Van Deun & Ruben Machtelinckx Ask Me-Don’t Ask Me El Negocito – 39:45 De jonge Ruben Machtelinckx liet zich recent opmerken met sfeervolle schijfjes als Faerge en Onland. Karl Van Deun stond vooral in de kijker een aantal decennia terug toen hij musiceerde aan de zijde van o.a. Mal Waldron en Erwin Vann maar verdween dan plots onder de radar door persoonlijke problemen. Met zijn Le Mariage bracht Kurt Van Herck nog een eerbetoon aan hem. Machtelinckx en Van Deun vonden elkaar aan het Conservatorium van Antwerpen. Het klikte en ze besloten een duo-plaat op te nemen waarbij beiden gitaar en banjo spelen. In totaal horen we elf broze pareltjes gecomponeerd door Van Deun. Poëtische weemoed zonder een overbodige noot. Wie uitkijkt naar vinnige hoogstandjes à la ‘Dueling Banjos’ is er aan voor de moeite. Ask Me-Don’t Ask Me klinkt eerder als een akoestische ontmoeting tussen Philip Catherine en Pierre Van Dormael, niet toevallig twee gitaristen die het pad van Van Deun kruisten. Verstilde eenvoud voor wie de tijd even durft stil te zetten. Uitgegeven in een aangepaste kunstzinnige hoes en natuurlijk ook verkrijgbaar op vinyl. Georges Tonla Briquet Karl Van Deun (g, bj), Ruben Machtelinckx (g, bj)
De jonge pianist Sebastiaan van Bavel (°1992; zoon van Rob van Bavel) sleepte op piepjonge leeftijd reeds ettelijke jazzprijzen in de wacht en dat hoor je: hij schrijft mooie, zij het vrij klassieke, jazzthema’s en bezit die volwassenheid in het vastankeren van een goed piano-trio-gebeuren. In het openingsnummer en tevens titelsong lijkt het of hij het motiefje van In A Mellow Tone in zijn achterhoofd hoorde spoken bij het schrijven van dit overigens originele thema. Die originaliteit behoudt hij in het verdere verloop van deze debuut-cd, ook in de uitwerking van zijn composities binnen het trio-concept. Het woord klassiek is dus relatief, want van Bavel overstijgt de mainstream enigszins door be-
Peter Van Huffel’s Gorilla Mask Bite my Blues Clean Feed/instantjazz.com – 53:47 Als een rechttoe rechtaan punkband, zo schiet deze cd uit de startblokken. Om maar te zeggen dat de elektrische bas van Roland Fidezius in hoge mate de klankkleur van dit trio bepaalt. De Canadese altsaxofonist met de wel zeer Vlaams klinkende naam nam al eerder op voor Clean Feed, maar dan eerder in een kamerjazz setting. Met deze band, die opereert vanuit Berlijn, speelt hij metaljazz zoals we die ook wel kennen van John Zorns Painkiller. Al klinkt Van Huffel wel anders dan Zorn. Beeld je in hoe Peter Brötzmann en David S.
Aki Takase La Planète Flying Soul Intakt Records – 58:54 Wanneer men denkt Aki Takase’s systeem en klankkeuzes door te hebben gebladerd en men ze in één envelopje kan steken, verrast zij weerom met een nieuw opzet. Met klarinet, basklarinet (Louis Sclavis), viool en cello schildert ze hier 15 miniatuurtjes neer van een uitgesproken frivoliteit. Ze heeft een sterke voorliefde, althans op cd, voor korte stukjes en dat werkt appelfris, maar resulteert tevens in een suite-gevoel. De tracks zijn aan mekaar geregen als kantwerk. Herkenbaar in haar composities zijn de fijne bokkesprongetjes, die heel speels naar legato’s overgaan op het juiste moment. De vier musici spelen perfect klankbord voor elkaar en wordt de interactie geheimzinnig binnen de discipline van de geschreven composities gehouden. Zo laat Takase ons met het vingertje aan de mond raden waar de partituur stopt en waar de improvisatie begint. Met titels als Wasserspiegel, Finger Princess, Morning Bell, Intoxication en Mooncake voelen we waar ze naar toe wil. Eén stuk is van echtgenoot Alex Von Schlippenbach (Twelve Tone Tales) en in Flying Soul maakt ze gebruik van opnames van zingende kinderen. Dit is wellicht één van haar meest sprookjesachtige en vrouwelijke cd’s, maar de forse contrastjes ontbreken geenszins. Chris Joris Aki Takase (p, celesta), Louis Sclavis (k, bk), Dominique Pifarély (v), Vincent Courtois (clo)
Ware op altsax zouden klinken en je hebt een idee. Gorilla Mask speelt vooral stevige en soms zelfs heel dansbare uptemponummers en maakt indruk met zijn rauwe energie, al zit er een stevige muzikaliteit achter al die power. Van Huffel schreef alle stukken zelf. De muziek werd live opgenomen in
clubs van Toronto, maar de hoesfoto werd wel genomen in de Gentse Handelsbeurs. Peter De Backer Peter Van Huffel (as), Roland Fidezius (elb, effects), Rudi Fischerlehner (d)
Trio 3 & Vijay Iyer Wiring Intakt Records – 69:54 Trio 3 heeft links met het verre verleden, reikend van Coltrane tot Cecil Taylor en dat via het World Saxophone Quartet. Workman, Cyrille en Lake zijn echter nooit stil blijven staan bij hun bijdragen aan de jazzgeschiedenis en musiceren nog steeds op het scherp van de snee als ware shapeshifters. Na Jason Moran, Geri Allen en Irène Schweizer haalden ze er nu Vijay Iyer bij om met hen een nieuw hoofdstuk te schrijven. Elkeen leverde een of meerdere composities. Intense uithalen (Lake in Shave bijvoorbeeld) contrasteren fel met de stilte en het lyrisme van Rosmarie dat de intro vormt van een driedelige suite. In deel II hiervan vullen Lake en Iyer elkaar eerst aan om een donkere atmosfeer te creëren waarna ze om beurten de verhaallijn verder uittekenen. In Tribute To Bu zijn het de aanrollende golven van Cyrilles drumsolo die voor een aparte inkleuring zorgen. De heren grijpen hoog, heel hoog maar komen weg met elk nieuw experiment. Dit kwartet bewijst dat Wayne Shorter niet de enige is die zonder vangnet kan musiceren. Georges Tonla Briquet Oliver Lake (as), Vijay Iyer (p), Reggie Workman (b), Andrew Cyrille (d) 2014/3
53
Nieuw op cd/lp/dvd Ack van Rooyen / Paul Heller Live & In Studio Mons Records – 2cd – 103:55
Vansina Orchestra Morning Forest / Nose Up Bottom Up
JACK VAN POLL JUST FRIENDS (LIVE AT THE CRYPT)
Rat Records – 72:51
Paul Heller en Ack van Rooyen werken al vijftien jaar samen. Live & In Studio is een dubbelaar: de tweede cd, een liveset uit 2011, is de boeiendste. Een aantal originals, een stuk van Jerry van Rooyen, een intieme lezing van Ivan Lins’ Começar De Novo: Heller speelt gepassioneerd, met in zijn klank de vocale kwaliteit van Johnny Griffin, en dat contrasteert mooi met de beschaafde bugel van (krasse tachtiger) van Rooyen. De eerste cd, opgenomen in 2013, voelt tammer aan: van Rooyen is bedachtzamer, Hellers klank mist warmte. Het standardrepertoire, het ontbreken van drums en een aantal keuzes (Angel Eyes als bossa, All The Things You Are als walsje) maken deze cd nogal mainstream; daarvoor bieden een dissonante Oleo en een ironische blues te weinig tegengewicht. Een hartje voor de liveset! Arne Van Coillie Ack van Rooyen (bug, t), Paul Heller (ts, ss), Hubert Nuss (p), Ingmar Heller (b)
Rony Verbiest Meets Monk father & son: released September/LC Music – 59:16
Monk op accordeon, werkt dat? Na een kleine vier minuten van deze cd ken je het antwoord. Want dan heb je een fraaie versie van Monk’s Mood gehoord, helemaal alleen door Rony Verbiest op accordeon gespeeld. Verbiest was wat aarzelend begonnen aan dit project. Monk was nooit echt zijn ding, maar dat was Dave Brubeck evenmin, en toch maakte Verbiest in 2012 een zeer mooie cd met diens composities. Het was producer Hans Kusters die Verbiest met drummer Thelo54
2014/3
Een Belgische productie die je vaak aan Gil Evans, af en toe aan Darcy James Argue en zelfs heel even aan Frank Zappa doet denken? Nooit gedacht dat we die zouden tegenkomen, maar deze cd van Vansina Orchestra doet het allemaal. Gil Evans hoor je in de pakkende arrangementen van deze zeventienkoppige band, waarvan Dree Peremans er enkele voor zijn rekening nam. De bijzondere klankkleur van hobo, fagot, fluit en hoorn lijkt wat op Argue, en hier en daar hoorden we zelfs een flardje Zappaiaanse klanken. Om maar te zeggen dat dit echt wel een productie is van internationale klasse. De composities van Vansina zijn supersterk en de band (inclusief de Franse fluitist Magic Malik Mezzadri en de Amerikaanse halve Belg John Ruocco op tenorsax en klarinet) is dat evenzeer. Opener Dark Night start traag en bedachtzaam, maar groeit uit tot een klassiek aandoend stuk, dat zelfs op de Bolero van Ravel gaat lijken. Fiesta Festivo heeft een heerlijk exotisch rondhuppelend ritme (ook al dankzij de extra percussie) en een pakkende gitaarsolo van Bert Cools, als was hij de Vlaamse versie van Lionel Loueke. Ploink start nerveus en botst van hot naar her, tot de blazerssectie het stuk richting geeft en fluitist ‘Magic’ Malik een mooie solo blaast. In het trage maar emotioneel geladen Groove Along steekt Bruno Vansina aarzelend de neus aan het venster, begeleid door de blazers en een woordenloze stem, waarna Magic Malik nog maar eens sterk overneemt. Slotnummer Bike Inspiration is gebaseerd op een basriff met een heel bijzondere timing, en biedt ook een prima solo van pianist Christian Mendoza. Tussen de vijf stukken voor het orchestra door, zijn er nog twee composities voor het Vansina Quintet te horen, waarvan het titelstuk plots wel een tango lijkt en Symphony of the Fried Bananas het meest Zappaiaanse stuk van deze cd is. Waarom niet alle platenmaatschappijen stonden te springen om deze prachtmuziek uit te brengen is ons een raadsel. Na het succesrijke optreden van deze band op Jazz Middelheim hebben ze er hopelijk allemaal spijt van. Peter De Backer Bruno Vansina (as), Christian Mendoza (p), Bert Cools (g), Stefan Lievestro (b), Teun Verbruggen (d), Malik Mezzadri (fl), John Ruocco (kl, ts), Kristien Ceuppens (oboe), Kensuka Taira (fagot), Bart Indevuyst (frh), Steven Delannoye (ts), Wietse Meys (ts, kl), Carlo Nardozza (t), Jeroen Van Malderen (t, bugel), Frederik Heirman (tb), Tom Verschoren (tb, btb, eufonium), Kobe Proesmans (perc)
nious Monk Jr. in contact bracht. Monk Jr., beter bekend als T.S. Monk, kent als geen ander de muziek van zijn vader, een van de grootste genieën die de jazz heeft voortgebracht. De drummer heeft ook zelf al een cd gemaakt met Monk-stukken, Monk on Monk, en weet maar al te goed dat er duizenden versies bestaan van klassiekers als Straight No Chaser of Blue Monk. Maar op accordeon? Neen, dat niet. Straight No Chaser, met bijna elf minuten het langste stuk op deze cd, eindigt merkwaardig met een korte drumsolo, waarna bassist Mario Vermandel het thema van Ask Me now mag inzetten. Op dat stuk speelt Verbiest baritonsax.
Dat hij een fan is van Serge Chaloff en Gerry Mulligan zal je wel merken. In hetzelfde stuk schakelt hij ook over op harmonica, en Ugly Beauty is al helemaal op harmonica. Opvallend hoe Verbiest zijn band hier meetrekt in het verhaal. Mario Vermandels warme klank zit als gegoten en de ingetogen gitarist Hans Van Oost haalt op ‘Round Midnight (met Verbiest alweer op bariton) zijn akoestische gitaar boven voor een pakkende intro. Ook op slotnummer Blue Monk, dat tot jolijt van T.S. Monk een walskleedje kreeg aangemeten, speelt Van Oost akoestisch. En T.S. Monk zelf? Die blijft opvallend bescheiden. Zoals hij schrijft
OUT NOW www.hanskustersmusic.be SEPT 5174
op de hoes, was deze sessie voor hem “een van de meest pretentieloze en verrijkende muzikale ervaringen van mijn leven”. Peter De Backer
Distributed in Benelux by LC Music
Verbruggen / Ducret / Wooley The Evil Art Contest Rat Records/BOAT – 33:14
Rony Verbiest (acc, bs, hca), Mario Vermandel (b), Hans Van Oost (g), T.S. Monk (d)
Teun Verbruggen & Trevor Dunn Department Of Entomology Rat Records – 34:01
De veelzijdigheid van Teun Verbruggen hoeft geen betoog meer. Dat bewees hij nog tijdens Jazz Middelheim als drummer van het Vansina Orchestra en het Jef Neve Trio en vooral als leider van B.O.A.T., zijn eigen internationaal project. Met een aantal van dit laatste collectief dook hij een studio in onder het mom in alle vrijheid te improviseren zonder al te veel voorafgaande afspraken.
Bezoek onze stand op
Jazz Brugge 2-3-4-5 okt. 2014
2014/3
55
Nieuw op cd/lp/dvd En dat levert tweemaal verrassend intimistische resultaten op. Uitroeptekens worden tot het minimum beperkt. En hoewel op elke cd songtitels vermeld staan, klinkt het allemaal als een gerichte flow van ideeën met donkere ondertoon. Ze vormen niet elkaars yin en yang deze opnamen en zijn uiterst genietbaar afzonderlijk. Wel twee nieuwe aanwinsten voor het ondertussen stilaan indrukwekkend oeuvre dat Verbruggen bij elkaar puzzelt op zijn labels. De vinylversies zijn telkens verantwoorde investeringen. Georges Tonla Briquet Teun Verbruggen (d, elec), Trevor Dunn (cb, objects) Teun Verbruggen (d, elec), Marc Ducret (g), Nate Wooley (t)
composities aan zijn repertoire toe. De opener We Are The State knalt er meteen fabuleus in, zo sterk, dat de direct daarop volgende nummers zelfs wat gewoontjes lijken. Interview is opnieuw een knappe plaat, waarmee Wirtz zich andermaal laat zien, al is het zonder meer aanneembaar dat hij zichzelf nog ruimschoots zal overtreffen. Mischa Andriessen
Yvonne Walter (voc), Sabin Todorov (p), Mary Hehuat (cb), Eric Ineke (d) + Rony Verbiest (as)
Bart Wirtz (as), Sean Jones (t), Jan Smit (bkl), Jasper Soffers (p, Wurlitzer, Rhodes, Hammond), Vincent Houdijk (vib), Jeroen Vierdag (b), Joost van Schaik (d)
Bart Wirtz Interview Challenge Records/NewArtsInt 43:56
YVONNE WALTER BITTER SWEET
Remembering Ann
Denny Zeitlin Stairway To The Stars Sunnyside Records – 66:39
Yvonne Walter Bitter Sweet September – 56:18
Na de ballads van John Coltrane in I Wish I Knew koos zangeres Yvonne Walter voor een uitgelezen set van standards en ook haar eigen song Libra in dit nieuwe album Bitter Sweet. Ze draagt het op aan Ann Burton die 25 jaar geleden overleed. Yvonne Walter voelt zich perfect thuis in dit repertoire waar ze dan ook haar eigen stem in legt. Natuurlijk wil ze geen coveralbum, maar heel eigen interpretaties. Ze heeft wel zoals saxofonist Piet Noordijk bij Ann Burton deed Rony Verbiest op altsax gevraagd om mee de ballads die extra
Op de valreep
56
stemming te geven. Bovendien mag ze rekenen op de gevoelige toetsen van Sabin Todorov en een degelijke ritmesectie. Bitter Sweet is een sfeervol album, geladen door liefde (sweet) maar evenzeer hunkering en verdriet (bitter). Dit zijn songs waar alleen een rijpe zangeres als Yvonne Walter zich kan aan wagen om ze doorleeft te vertolken. Bernard Lefèvre
2014/3
Voor zijn vorige cd Idreamer had de Nederlandse saxofonist Bart Wirtz de beschikking over een volledig Amerikaanse sterrencast. Voor de navolgende tournee waren die musici niet beschikbaar, maar wel de virtuoze trompettist Sean Jones. Dat bleek een geweldige match. Jones is in zichzelf al een superbe musicus, maar hij had ook een fantastische klik met Wirtz en haalde het beste in de jonge Rotterdammer boven. Ook op de nieuwe cd is Jones weer van de partij. Wirtz, die voor alle composities tekende, blijft dicht bij de koers die hij op zijn succesvolle vorige cd heeft uitgezet. De arrangementen zijn wat geraffineerder, mede dankzij de uitgebreidere bezetting, waarin Smit en Houdijk als extra sfeermakers zijn ingezet. Zo kwikzilverig soepel als Jones speelt Wirtz niet en er is ook geen mens die dat verwacht. De twee passen wonderwel bij elkaar, en qua schwung en passie is Wirtz minstens Jones gelijke. Wirtz excelleert in hard bop met een twist, en voegt andermaal een paar ijzersterke
De uitstekende mainstream pianist Zeitlin werd in de jaren 60 (in die tijd van Jazz Bilzen) nogal heftig gepushed op Europese festivals en enthousiast verkocht als de grote nieuwe belofte binnen het piano-trio-gebeuren. Zijn eigen enthousiasme was dan ook aanstekelijk en dobberde hij tussen die mainstream en de opkomende avant-garde als een zonderling achter zijn klavier. Het is dan toch wat stiller geworden rond hem in latere decennia, wat Europa betreft, in ieder geval. Vandaag put hij vooral uit klassieke standards en behandelt hij die ronduit schitterend en razend virtuoos met een gouden ritmesectie naast hem: Buster Williams op contrabas en
Graag signaleren we een 3cd box van Flat Earth Society die Igloo Records uitbrengt en al voor de avontuurlijke jazzfans een interessant eindejaarscadeau vormt. In deze box een compilatie-cd X-Legged Sally (1986-1997), de cd Peter Vermeersch – Josse De Pauw – FES - Boot & Berg en FES Call Sheets, Riders & Chicken Mushroom. Bovendien ontvangt de koper downloadcodes voor het gratis ophalen van 12 albums!
OUT NOW www.hanskustersmusic.be SEPT 5171
Matt Wilson op drums (voorheen Al Foster). Je geniet hier dus van onberispelijke piano-trio-jazz op traditioneel zeer hoog niveau, opgenomen in The Jazz Bakery in november 2001. Geen koppige hoekjes, noch scherpe kantjes,
Distributed in Benelux by LC Music
maar een avond clubjazz van gerijpte kwaliteit. Chris Joris Denny Zeitlin (p), Buster Williams (cb), Matt Wilson (d)
ECM Records brengt op dvd een film over de net bekroonde NEA Jazzmaster Charles Lloyd: Arrows Into Infinity. In deze film van Dorothy Darr & Jefferey Morse, waaraan 8 jaar is gewerkt, vind je unieke optredens vanaf 1964 tot 2010, maar bovenal de vele facetten van het boeiende leven van Charles Lloyd. Legendarisch. Top-realisatie!
De Jazzlezer
Hoe leer je je neefje jazz? Bert Vuijsje - www.bebopbusiness.com Mijn jazzgeneratie groeide halverwege de jaren vijftig in Nederland op met ‘het boekje van Berendt’: Jazz van New Orleans tot Cool (Prisma Pocket 186, vertaald uit het Duits). Ik kende destijds hele alinea’s uit mijn hoofd en zou ook vandaag nog wel een paar zinnen van Joachim Ernst Berendt over Charlie Parker kunnen reciteren. Het was, ook achteraf gezien, geen slechte inleiding tot jazzbegrip, en het is dan ook niet schandelijk dat Berendt (1922-2000) zijn werk tot 1989 is blijven uitmelken met om de paar jaar een geactualiseerde nieuwe editie.Vermakelijk waren de steeds modieus aangepaste ondertitels: Von New Orleans bis Free Jazz (1968), Von Rag bis Rock (1973), Von New Orleans bis Jazz Rock (1981) en Von New Orleans bis in die achtziger Jahre (1989). Zelfs verscheen in 2005 nog een postume editie: Von New Orleans bis in 21. Jahrhundert. Nadien is door velen overal ter wereld geprobeerd het voorbeeld van Berendt te volgen. Door de overvloed ben ik het zicht er een beetje op kwijtgeraakt, maar ik weet wel dat ik nog maar één keer een boek ben tegengekomen dat ik met volle overtuiging kon aanbevelen als jazzgids voor het spreekwoordelijke neefje dat met de muziek wil kennismaken. James Lincoln Colliers The Making of Jazz: A Comprehensive History uit 1978 geeft een even helder als ter zake overzicht van de jazzontwikkeling, met tegen het slot zelfs een verdienstelijke blik vooruit op de toekomstige trends (de toen net opkomende vernieuwing à la David Murray, maar ook de achterwaartse revolutie die later zou worden gepersonifieerd door Wynton Marsalis).
net zijn eerste luisterervaring opdoet, werkelijk zoveel jazzfeiten willen en kunnen verstouwen? Daarbij komt dat Stephans zijn zucht naar volledigheid combineert met de drang tot juichen. Er komen vele honderden jazzmusici ter sprake, en voor vrijwel allemaal heeft de auteur voornamelijk lof. Na de eerste paar honderd pagina’s dreigt die eenvormigheid de geloofwaardigheid aan te tasten.
Nederlanders zien hun patriottische gevoelens wat meer bevredigd. Misha Mengelberg en Jasper van ‘t Hof worden correct vermeld, en Han Bennink krijgt zelfs op twee plaatsen uitbundige aandacht. Hij dient als binnenkomer in de sectie over percussie: “This master drummer is known for playing floors, chairs, pots and pans, and even his Dutch clogs” (klompen).
Eerder, in het drummershoofdstuk, heeft Ook rijst de vraag op Han Bennink een volle pagina gekregen. “Even welke doelgroep het boek though a Bennink perforzich in werkelijkheid mance can be lively and richt. De extreme gedeKevin Whitehead: even humorous, this is not tailleerdheid zal de prille Why Jazz? A Concise Guide. at all gimmickry; in fact, kennismaker met de jazz Oxford University Press it is consistent with the gemakkelijk kunnen afISBN 978 0 19 973118 3 paths followed by Cage, schrikken. De serieuze Antheil and Partch – all kenner zal een ander proarchitects of sound.” Dat bleem hebben: Michael is al niet mis, maar Bennink is ook nog “an Stephans toont weinig oorspronkelijkheid excellent visual artist, whose paintings, drawin zijn schrijftrant en ideeën. Doorgaans ings and found-object sculptures have been biedt hij nauwelijks meer dan een compiexhibited at various art galleries in Europe”. latie van de heersende opvattingen in de En: “Above all, Han Bennink is a complete mujazzliteratuur. sician – and an accomplished one at that. He can swing mightily in the tradition of the great De geoefende liefhebber gaat dan automabop drummers like Kenny Clarke and Philly tisch op zoek naar details waarop hij met Joe Jones, and he can play in the free-flowing de auteur van mening avant-garde style favored by Sunny Murray kan verschillen. Zoals: and Milford Graves. […] To see and hear him Waarom krijgt Dorothy is to truly experience improvised music being Donegan veel meer created in the hands of a master.”Zo horen we ruimte dan Earl Hines het weer eens van een ander. e n Te d dy Wi l s o n ? I s Oscar Peterson werkelijk Toch zal ik mijn neefje (of kleinzoon) als een volgeling van Bud hij aan jazz toe is, niet aan het schrikken Powell? Hoe kan het dat maken met dit bijna vuistdikke boek. Gebij de tenorsaxofonisten schikter is het in 2011 verschenen Why Jazz? Don Byas en Chu Berry A Concise Guide van Kevin Whitehead, de niet worden genoemd? Amerikaan die jaren in Nederland woonde En is Roland Kirk niet om het materiaal te verzamelen voor zijn minstens het vermelden waardevolle boek New Dutch Swing. waard?
De recentste poging om Berendt en Collier overbodig te maken staat op naam van Michael StepMichael Stephans: hans, drummer, dichter, Resteert voor Europese Experiencing Jazz – jazzjournalist en univerlezers de vraag: hoe koA Listener’s Companion. sitair docent schrijven. men onze musici er in The Scarewrow Press, Inc., Met zijn Experiencing dit Amerikaanse boek Lanham, Maryland Jazz – A Listener’s Comvan af? Voor België heb ISBN 978 0 8108 8289 8 panion wil de auteur de ik weinig goed nieuws. leek wegwijs maken in Philip Catherine wordt de jazz, maar ik vrees in een opsomming even dat hij in menig opzicht zijn doel voorbij genoemd, maar Bobby Jaspar, René Thomas schiet. en zelfs Toots Thielemans bestaan niet voor Michael Stephans. Kris Goessens krijgt Het eerste probleem is de omvang van het wel een vermelding, maar wordt onder het boek: bijna 500 bladzijden. Zou iemand die hoofdje Holland geïntroduceerd.
Whitehead heeft voor Why Jazz? een ongewone vorm gekozen. Het inderdaad prettig beknopte boek (172 pagina’s) bestaat, als een soort catechismus, louter uit vragen en antwoorden, van Why listen to jazz? tot de slotvraag What is the future of jazz? (Antwoord: Nobody knows.) Die didactische formule met veel pregnante formuleringen werkt over het algemeen goed, tot en met de laatste 30 bladzijden, waarin Whitehead een helder exposé geeft van de ‘post-moderne periode’ vanaf 1980 en het ‘poly-stylisme’ van nu.
2014/3
57
Kunst en jazz
Peter De Greef (1901-1985)
Illustrator met een hart voor jazz Levenslange vriend van René Magritte, drummer, tapdanser, fotograaf, jazzliefhebber, illustrator en ontwerper van muziekpartituren, platenhoezen, boekbanden, publiciteitswerken, emailplaten, decors, affiches, fotomontages, ‘storefronts’ voor bioscopen, humoristische tekeningen en karikaturen: Peter De Greef was het allemaal en hij was een van de besten. ‘Un peu, un tout p’tit peu’ Na zijn pensionering raakte De Greefs werk helaas snel in de vergetelheid. Gelukkig bracht de Brusselse jazzhistoricus Robert Pernet (1940-2001) het opnieuw onder de aandacht. Tijdens de
tentoonstelling De dolle jaren in België 1920-1930, die plaatsvond in de Galerij van de ASLK in Brussel van 29 oktober 1981 tot 24 januari 1982, waren enkele door Pernet uit zijn privéverzameling geselecteerde muziekpartituren van De Greef te zien. Aan de ingang prijkte op de koop toe een reproductie van 2,5 m bij 2,5 m van De Greefs illustratie voor de partituur ‘Un peu, un tout p’tit peu’ van Bertal Maudon en Teddy Moon. Daarna bleef De Greefs werk meer dan dertig jaar onder de radar. Tot het Jazz Station in Sint-Joostten-Node en de tweedehandswinkel Hors Série in de Brusselse Zuidstraat er respectievelijk in het voorjaar en het najaar van 2012 een tentoonstelling aan wijdden. Bij de Geraardsbergse uitgeverij Belgatone verscheen in hetzelfde jaar van de hand van Christian Van den Broeck een drietalig biografisch boek over Peter De Greef, verlucht met 600 illustraties. Tot slot deed ook het Gentse Design Museum zijn duit in het zakje door onder de titel Peter De Greef (1901-1985): illustrator van bladmuziek een tentoonstelling over de dan al lang overleden ‘ambachtsman’ te organiseren. Deze expo vond plaats van 19 juli tot 27 oktober 2013. Enkele van De Greefs werken vonden trouwens al eerder een plaats in de tentoonstelling Jazz in Little Belgium. De verzameling Robert Pernet, die doorging in het Brusselse Muziekinstrumentenmuseum van 15 oktober 2004 tot 17 april 2005. Wie was Peter De Greef? En wat maakte zijn werk zo bijzonder dat het vandaag een bijdrage verdient in Jazzmozaïek? Een beknopte schets.
foto: rr
Illustrator van jazz en music-hall
Peter De Greefs illustratie voor de partituur ‘Un peu, un tout p’tit peu’
58
2014/3
Peter De Greef werd in 1901 in Anderlecht geboren. Zijn vader was bookmaker, zijn moeder operettezangeres. Al op 15-jarige leeftijd gaf Peter blijk van zoveel beeldend talent dat hij de lessen mocht volgen aan de Academie voor Schone Kunsten in de Brusselse Zuidstraat. Hij studeerde er van 1916 tot 1922 tekenen en ornamenteel en decoratief schilderen. Tot zijn medeleerlingen behoorden onder anderen René Magritte, Victor Servranckx, Paul Delvaux, Edgar P. Jacobs, Pierre-Louis Flouquet en Victor Bourgeois: stuk voor stuk kunstenaars die het ver brachten en op internationale aandacht mochten rekenen. In de jaren 1920-1950 kenden muziekpartituren een grote bloei in België. Ze hadden meestal een illustratie op het omslag en daarvoor zorgden getalenteerde tekenaars zoals Peter De Greef. De Greef tekende zijn eerste omslag in 1921 voor de Brusselse uitgeverij Pletinckx J. Na afloop van zijn studies en zijn legerdienst werd het menens voor hem: in de loop van zijn carrière tekende hij honderden omslagen voor een dertigtal Belgische en Parijse uitgeverijen met vergeten namen zoals Mado, Maison Musicale Moderne, Office Musical, L. Maillochon en Le Réveil Artistique. Goede tekenaars konden in die jaren met hun talent terecht bij verschillende artisanale firma’s die onder meer emailplaten, glasramen en behangpapier produceerden. De Greef was zo goed in zijn vak dat hij snel uitgroeide tot de meest gevraagde illustrator van jazz en music-hall in België, al voorzag hij ook partituren van andere muziekgenres van een passend omslag. Meestal deed hij dat onder eigen naam, maar hij signeerde zijn tekeningen ook wel eens met de pseudoniemen en initialen Paul Jiggo, Ganzoren, Degraive, d’Agraives, Piter, Freddy, P., P.D., PDG, Peter, Degreef en Pierre Greef. Stilistisch evolueerde hij van kubisme en art deco naar de stijl van de toenmalige stripverhalen.
Peter De Greef als Wilkie
Samenwerking met Félix-Robert Faecq Peter De Greef was zo’n groot jazzliefhebber dat hij zelf als muzikant aan de slag wilde. Vanaf het einde van de jaren 1920 waagde hij zich aan een nevencarrière als drummer onder de naam Peter Wilkins (of Wilkie). Met de pianist Sylvain Hamy speelde hij in duo en nam hij een tiental 78-toerenplaten op. Een tijdlang speelde hij zelfs in het orkest van Peter Packay, toentertijd het beste orkest van België. Daarnaast tapdanste hij ook. Van beslissend belang voor De Greefs loopbaan was zijn decennialange samenwerking met de Brusselse muziekuitgever Félix-Robert Faecq (1901-1992). Vanaf 1922 vertegenwoordigde Faecq het Engelse platenlabel Edison Bell in België. In 1925 opende hij de muziekwinkel Universal Music Store in de Brusselse Madeleinestraat. Hij verkocht er niet alleen Europese opnamen, maar ook platen van Amerikaanse labels als Gennett, Paramount, Brunswick, Perfect en Okeh. Omdat platen en partituren in die tijd een vanzelfsprekende combinatie vormden, richtte Faecq daarnaast zijn eigen muziekuitgeverij op: de International Music Company. Peter De Greef tekende meestal de omslagen van de partituren. Vanaf 1930 verzekerde hij zich daarmee alleen al van een vast inkomen. Faecqs partituren kenden wereldwijd een ruime verspreiding, zodat De Greefs naam doordrong tot in de V.S. en Rusland. Naast een muziekuitgeverij stampte Faecq ook nog een muziektijdschrift uit de grond, Musique Magazine, dat verscheen vanaf oktober 1924. In 1925 kortte Faecq de naam in tot Music, ‘the oldest continental magazine for modern rhythmic music and its artists’. Nog later herdoopte hij het tijdschrift tot L’Actualité Musicale. Peter De Greef werkte er vanaf het begin aan mee. Vanaf 1929 werd hij er zelfs de hoofdillustrator van. ‘De illustraties voor muziekpartituren plus de karikaturen voor het blad (Music, nvdr) waren de grafische vertolking van zijn lievelingsmuziek, zodat de jazz onvermijdelijk het belangrijkste thema van zijn oeuvre werd.’
Jazz Club de Belgique Eind 1932 richtte Faecq samen met enkele jazzliefhebbers de Jazz Club de Belgique (JCB) op. Peter De Greef ontwierp er het logo voor – een logo dat ook dienst deed voor het platenlabel dat de JCB in 1939 opstartte. Tussen de bedrijven door slaagde hij erin ook nog te werken als etalagist en publiciteitstekenaar bij het warenhuis Au Bon Marché in de Brusselse Nieuwstraat.
Hij zag zich daartoe genoodzaakt omdat op het einde van de jaren 1920 de vraag naar luxueus uitgegeven muziekpartituren zakte als gevolg van de mondiale monetaire crisis. Tijdens de Tweede Wereldoorlog kon De Greef dankzij zijn talloze contacten doorgaan met muziekpartituren te illustreren. ‘Liever dan te collaboreren verkoos hij zijn grafisch talent aan te wenden voor het vertier van de Brusselaars.’ Daarnaast vond hij een baan bij Ordo, een Brusselse reclamestudio die vooral werkte voor music-halls en bioscopen. Hij ontwierp er cabaretdecors, concertscènes, programma’s, affiches, reclamebijdragen voor tijdschriften en reclametekeningen voor grammofoonplaten, alsook ‘storefronts’ voor bioscopen. En alsof dat allemaal nog niet genoeg was, tekende hij ook nog decors voor Brusselse dancings zoals de Corso, La Gaîté en Le Bœuf sur le Toit. Na de oorlog opende Félix-Robert Faecq samen met Jack Kluger (1912-1963) de nachtclub Victory Club in Brussel. Ze richtten samen ook een platenlabel op: Victory. Peter De Greef tekende er de hoezen voor. Van 1946 tot 1956 werkte hij in vast dienstverband voor de Société Centrale d’Editions, waarvoor hij in hoofdzaak omslagen voor romans ontwierp. Daarnaast leverde hij wekelijks ook twee tekeningen af voor het Antwerpse dagblad Le Matin, ongeveer 1.000 in totaal. Vanaf het midden van de jaren 1950 begon De Greef het moeilijk te krijgen. OmKarikatuur van Louis Armstrong getekend door Peter dat de pers stilaan de voorkeur gaf aan De Greef foto’s boven tekeningen, vond hij geen werk meer in zijn branche. Hij moest daarnaast ook concurreren met jongere en dus goedkopere grafici. Uiteindelijk vond hij een nieuwe baan bij een uitgeverij die gespecialiseerd was in overdrukprentjes op het Luxemburgplein in Brussel. Gelukkig deden de platenlabels Sphinx en Victory zo nu en dan nog een beroep op hem voor het tekenen van hoezen, zodat zijn carrière niet helemaal in mineur eindigde. Op 4 juni 1985 overleed Peter De Greef in Ganshoren als gevolg van een ziekte. Gelet op de tentoonstellingen en publicaties die men de afgelopen jaren aan zijn leven en werk wijdde, ziet het er naar uit dat hij nog een tijdje het voorwerp van onderzoek zal uitmaken. En dat is niet meer dan terecht.
foto: rr
foto: rr
Kunst en Jazz: Peter de Greef
Patrick Auwelaert
Christian Van den Broeck, Who is Peter De Greef?
Speciale aanbieding voor onze lezers!
Geraardsbergen: Belgatone, 2012, 164 blz. De winkelprijs van dit boek is € 29,50.
Lezers van kunnen het kopen voor € 25, verzendingskosten inbegrepen. > Storten op rekening van Belgatone BE23 0003 2603 5891 met vermelding van adres + ‘Actie Jazzmozaïek’. > Bestellen kan ook via het e-mailadres belgatone@live.be of telefonisch op het nummer 0485 82 04 89. 2014/3
59
Muziektheorie
Autumn Quiz Met de herfst in aantocht lijkt het me aardig om een quiz te doen over een van de bekendste jazzstukken aller tijden – Autumn Leaves. Dit stuk werd in 1945 geschreven door Joseph Kosma met als titel Les Feuilles Mortes: de tekst was van Jacques Prévert. Het kreeg bekendheid door de versie van de Franse zanger/acteur Yves Montand in de film Les Portes de la Nuit. De Engelse tekst van Johnny Mercer dateert uit 1949. Sinds die tijd is het stuk gecoverd door vrijwel iedere zanger en instrumentalist, van Nat ‘King’ Cole tot Bobby McFerrin en van Charlie Parker tot Chick Corea.
Autumn Leaves is waarschijnlijk een van de eerste stukken die beginnende jazzmuzikanten leren spelen. Net zoals de melodie is de akkoordprogressie van met name het A-gedeelte erg eenvoudig en ligt zeer goed in het gehoor. Honderden stukken zijn geheel of ten dele gebaseerd op deze progressie die volledig diatonisch is en die verloopt via de kwintencirkel. Ook Chorus 1
Chorus 2
60
2014/3
in het klassieke repertoire zijn er gelijkaardige (delen van) werken te vinden die mogelijk gediend hebben als inspiratiebron voor o.a. Autumn Leaves: hieronder de Harpsichord Suite in G minor (HMW 432) van Händel uit 1720, het eerste deel van Mozart’s Sonata in F (K 332), gepubliceerd in 1784, en de overture-fantasia Hamlet, Op. 67 van Tchaikovsky uit 1888.
Muziektheorie: Autumn quiz
Leon Lhoëst De quiz! Hieronder zien we een solo van drie chorussen over het akkoordenschema van Autumn Leaves. De solo is samengesteld uit bestaande solo’s van bekende jazzmusici. Per zestien maten, aangeduid met de cijfers 1 t/m 6, is de solo van een andere
musicus. Speel de solo (!) en probeer te achterhalen van wie de achtereenvolgende fragmenten zijn. De oplossingen zijn te vinden op blz. 62 van deze editie van Jazzmozaïek. Alle integrale opnamen zijn te beluisteren op YouTube en/of Spotify.
Chorus 3
Literatuur > http://songbook1.wordpress.com/ fx/1947-standards/autumn-leaves > http://www.jazzstandards.com/ compositions-0/autumnleaves.htm
2014/3
61
Holland Muziekland
Zelfkennis Mischa Andriessen Een verzinsel zo bleek, maar een met een confronterende kern van waarheid. The New Yorker publiceerde een artikel waarin Sonny Rollins allerlei krachtige aantijgingen ten opzichte van jazz in de mond werden gelegd. Bijvoorbeeld dat elk lied om zeep geholpen werd omdat de musici zo nodig zelf iets moesten verzinnen, en iedereen pas stopte zo gauw ze niets meer konden bedenken, wat door het publiek vreemd genoeg nog met applaus beloond werd ook.
vroeger tijden verdiende je er letterlijk je naam mee, werd je niet de onvolgroeide versie van een ander, maar werd je jezelf, uit duizenden herkenbaar. Zo is het altijd geweest, maar gaat die vlieger nog op? ik ben aan het twijfelen geslagen. Ik zie steeds meer jazzmusici die als een echte groep onder een bandnaam opereren en niet het kwartet van de drummer of het
Op Facebook werd het artikel door veel muzikanten gedeeld. Saxofonist Yuri Honig noemde het een reality check, en dat is het ook. De keuze om Sonny Rollins hiervoor te misbruiken, lijkt me allesbehalve kies, maar natuurlijk was dit de manier om ieders aandacht te trekken. Zulke kritiek uit de mond van de meest archetypische jazzmusicus. Goed, het artikel bleek een fop en natuurlijk was de daarin uitgevente negativiteit tamelijk overtrokken en hoe dan ook onheus. Toch sterkte het me in gedachten die recentelijk al vaker kwamen opgeborreld. Ik Tineke Postma kende de premissen van jazz; your own man zijn, jezelf laten kennen middels de muziek. septet van de trompettist zijn. Ik hoor Maar schoot het individualisme niet diksteeds vaker jonge groepen die de solo’s wijls te ver door? Was het niet waar, wat overslaan, die vanuit de compositie dende vileine schrijver zogenaamd via Sonny ken en er niet vanuit een vluchtig opgeRollins zei, dat mooie composities niet schreven thema op los improviseren. Ik zelden om zeep werden geholpen omdat houd van allebei, dat is het niet, maar ik alle musici per se een rondje solo’s wilden heb het idee dat jazz op het punt staat om afwerken? In pop en rock gelden bas- of ingrijpend te veranderen en ik geloof dat drumsolo’s, zo ze er al zijn, als een teken het hard nodig is ook. dat er maar weer eens bier gehaald moet worden, in jazz ligt dat anders, maar hoeDaaraan denkende, kwam een interview veel van die solo’s zijn echt noodzakelijk, dat ik ooit had met saxofonist Tineke hoeveel blijven je er bij? Postma in mijn gedachten. Postma vertelde destijds eerlijk hoe ze geworsteld had Ik weet het, zelfexpressie is het wezen van met het vinden van een eigen stijl en zich jazz. Jazz gaat over zelfverwezenlijking, de kritiek negerend nu maar op andere iemand worden dankzij de muziek. In zaken concentreerde. Groot gelijk, zelf-
kennis is waarschijnlijk wezenlijker dan zelfexpressie. Rond die tijd kwam ook de nieuwe cd Sonic Halo uit die Postma opnam met saxofonist Greg Osby en nog drie bijzondere Amerikaanse muzikanten waaronder de markante pianist Matt Mitchell en de altijd verbazende drummer Dan Weiss. Na vele knappe maar ook keurige cd’s kwam Postma hier met totaal andere koek op de proppen. Een geweldige wisselwerking met Osby, indrukwekkend intens spel, maar vooral heel uitdagende composities. Heel de cd lang is duidelijk dat daarop ook de focus lag, dat het geheel belangrijker is dan de delen, dat de stukken die de groep speelt prioriteit hebben en niet wat een van hen in zijn eentje teweeg brengt. De solo’s zijn een verdieping van de composities en niet een onderbreking ervan, zoals de compositie ook niet louter een opkontje voor het soleren is. Gelukkig blijkt het niet waar dat Sonny Rollins liever accountant was geworden, maar de via hem buikgesproken boodschap dat het in jazz misschien te vaak om de verkeerde dingen gaat, is al lang en breed overgekomen bij de jonge musici die weten dat er nog een ander wezenskenmerk van het genre is, namelijk dat het zich te allen tijde aan de veranderende omstandigheden aanpast, dat de status quo zijn grootste vijand is en dat jazz daarom steeds weer anders is. Weten wie je bent en wat je wilt, en doorzetten, willen groeien wat er ook over je wordt gezegd. Leg Sonic Halo naast Postma’s eersteling en je begrijpt dat het niet alleen met Postma maar met jazz sowieso een andere, maar de goede kant opgaat. > Tineke Postma/Greg Osby – Sonic Halo - Challenge Records
Autumn Quiz – De antwoorden van het artikel Muziektheorie door Leon Lhoëst p.60 4. Wynton Kelly cd: Wynton Kelly - Wynton Kelly!,1961. 1e chorus 5. Bill Evans cd: Bill Evans Trio - Portrait in Jazz, 1959. 1e chorus 6. Keith Jarrett cd: Keith Jarrett - Still Live, 1988. 3e chorus 2014/3
1. Chet Baker cd: Chet Baker - She Was Too Good To Me, 1974. 1e chorus 2. Jimmy Raney cd: Jimmy Raney Trio - Live in Tokyo, 1976. 2e chorus 3. Stan Getz cd: Stan Getz - Live at Midem ‘80, 1980. 3e chorus
62
ZO 19/10
VR 14/11
ANGELA AVETISYAN QUARTET
SOLEDAD
CC Muze HEUSDEN-ZOLDER
C-mine cultuurcentrum GENK ZA 15/11
DI 21/10
THE BAD PLUS
CHRISTIAN WALLUMRØD ENSEMBLE
cultuurcentrum HASSELT
CC MAASMECHELEN
CARATE URIO ORCHESTRA
ZA 25/10
DO 20/11
PHILIP CATHERINE & MARTIN WIND
JazzCase Dommelhof NEERPELT
Academiezaal SINT-TRUIDEN
MARCUS WYATT / EWOUT PIERREUX GROUP
DI 04/11
ZO 23/11
MARK TURNER QUARTET
CC Muze HEUSDEN-ZOLDER
CC MAASMECHELEN
VR 05/12
WO 05/11
STACEY KENT
BEN VAN GELDER feat. AMBROSE AKINMUSIRE
cultuurcentrum HASSELT
JazzCase Dommelhof NEERPELT
BILZEN JAZZ NIGHT feat. EUREGIO JAZZ CONCOURS, ERNIE HAMMES, JACLYN GUILLOU…
VR 07/11
MSMW feat. MEDESKI, SCOFIELD, MARTIN & WOOD CC Muze HEUSDEN-ZOLDER
ZA 06/12
CC De Kimpel BILZEN DO 11/12
BRAM DE LOOZE’S SEPTYCH C-mine cultuurcentrum GENK
2014/3
63
WELCOME TO THE JAZZCLUB! J A Z Z ★ I M P R O V I S AT I E ★ E X P E R I M E N T ★ F U S I O N 03/10 04/10 17/10 31/10 28/11 06/12 16/01 23/01 20/02 27/02 13/03 03/04 07/05
* TAKSIM TRIO FLAT EARTH SOCIETY FEAT. MAURO @ STADSSCHOUWBURG * IGOR GEHENOT TRIO * TUTU PUOANE SEXTET * MOKER THE HERBALISER ALEXANDRE CAVALIERE MANOUCHE QUINTET * ORQUESTA TANGUEDIA JOE FONDA QUARTET MARIS & WALABIX + MARIS & VERCAMPT * JEAN-PAUL ESTIÉVENART TRIO * LINUS + BLONDIAU/PEETERS * YVES PEETERS GUMBO
*
*
*
EN OOK CASINO BOITE: AMATORSKI, ERIKSSON DELCROIX, SUBURB SONGS, MAD ABOUT MOUNTAINS, SPECTORS, ANNA RUNE, HYDROGEN SEA, BRNS, YUKO, GEPPETTO & THE WHALES, …
STATIONSSTRAAT 104, 9100 SINT-NIKLAAS • T. 03 776 11 98 • INFO@DECASINO.BE
64
2014/3
Foto: Sven Dullaert / Vorm: Power & Glory
* In samenwerking met Cultuurcentrum Sint-Niklaas en/of Jazzlab Series.