DESONDANKS de eetditie De eerste cookie dough bar opent Pittig verhaal: Freek maakt zijn eigen sambal De fotograaf des vaderlands Ahmet Polat
voorwoord
Voorwoord De kranten staan dagelijks vol met ellende: de vluchtelingen blijven komen, er worden homo’s in elkaar geslagen, er wordt fakenews verspreid, de persvrijheid is in het geding en er worden cyberaanvallen uitgevoerd. Desondanks gebeuren er genoeg mooie dingen in de wereld. Rotterdam viert de diversiteit en er worden bijzondere operavoorstellingen gespeeld. Je kan je eigen maaltijd bij elkaar plukken in het bos en het gaat goed met de brouwerijen in Nederland. Ook is het festivalseizoen in aantocht, dit jaar worden er naar schatting 800 festivals georganiseerd in Nederland. Wij schrijven over de leukste, hipste en meest bijzondere festivals van Nederland. We hebben geprobeerd een selectie van mooie verhalen met een boodschap te maken, maar ook verhalen die gezellig zijn om te lezen en je inspireren. Er ligt een speciale editie van ‘Desondanks’ voor u: de ‘Eetditie’. De zomer komt er weer aan en dat is de tijd van eetrages, vorig jaar ging Nederland massaal aan de gin-tonic en de gemberthee. De laatste veertien pagina’s wijden we geheel aan eten. Wat de hypes van deze zomer zijn? Je vindt het in de ‘Eetditie’. Dit magazine is samengesteld door eerstejaarsstudenten Journalistiek van hogeschool Windesheim. Wij hebben een week lang alles op alles gezet om een grandioos magazine voor u te maken. Naar onze mening is dat gelukt! Dikke knuffel van de hoofdredactie, Freek Morren, Marenthe Burgers en Marijn Helms Klas JN1C
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 2
REPORTAGE
34
24
6
42
38
18
20
36
10
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 5
REPORTAGE
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 4
Fotocredits Timo Ilbrink
REPORTAGE
Rotterdam viert diversiteit Nederland was het allereerste land ter wereld waar het huwelijk tussen mensen van gelijk geslacht werd toegestaan. Nederland stond altijd heel positief tegenover de LHBT-gemeenschap, maar ook in Nederland zijn we er nog lang niet. De belangrijkste vraag hierbij is ‘Is iedereen in Nederland gelijk aan elkaar, ongeacht je seksuele geaardheid?’ Het antwoord op deze vraag is NEE. Daarom kwamen mensen op woensdagavond bij elkaar in FERRY (gayclub en café) Rotterdam om diversiteit te vieren en samen een vuist te maken tegen homofobie. LHBT-MONITOR
Uit de LHBT-monitor 2016 bleek dat mensen die onderdeel zijn van de LHBT-gemeenschap zich op minder plekken veilig voelen dan heteroseksuelen. Zo voelt 49,8% zich niet veilig in de buurt van een plek waar jongeren hangen. Uit dezelfde monitor bleek dat homoseksuele en lesbische werknemers veel vaker last hebben van conflicten op de werkvloer. De LHBT-monitor van 2017 moet nog komen, maar aangezien we allemaal weten wat er met het stel in Arnhem is gebeurd, kunnen we wel verwachten dat het aantal LHBT’ers dat zich veilig voelt op een openbare plek flink gedaald zou zijn.
“ WHY DO I GET TO STAND HERE AND SPEAK MY MIND?” DIVERS PUBLIEK
Naar aanleiding van de dag tegen homofobie en transfobie organiseerde IDAHOT (International Day Against Homophobia & Transphobia) Nederland de hele week evenementen op verschillende plekken in Nederland. Organisaties Natuurlijk Samen en RADAR organiseerden ‘Rotterdam viert diversiteit.’ Het publiek wat hier op af kwam was dan ook heel erg divers. Jong, oud, dik en dun. Maar ook homo’s, lesbiennes en transgenders waren vertegenwoordigd. Het aanwezige publiek was ook niet alleen maar blank. Het publiek had verschillende huidskleuren. Samen wilden ze een vuist maken tegen de homofobie en transfobie.
atie niet meer zo perfect was nadat ze uit de kast kwam. Haar streng christelijke ouders waren het niet eens met het feit dat Susanne lesbisch is. Susanna vertelt dat colour ground er is voor de LHBT’ers die een andere etnische afkomst hebben dan Nederlands. Ze vertelt dat in een gemiddelde Nederlandse opvoeding je eigen geluk het belangrijkst is, maar dat dit niet het geval is in veel andere opvoedingen. Dat in andere opvoeding vaak familie-eer voorop staat. Colour ground is een platform voor mensen met een andere afkomst die LHBT’ers zijn en via colour ground steun kunnen vinden met anderen die in een vergelijkbare situatie zitten.
CABARETIÈRE
De avond wordt afgesloten door een Grieks-Nederlands cabaretière die haar coming-out verhaal op een komische manier verteld. In haar verhaal komt vooral duidelijk naar voren dat het verhaal wat Susanna eerder hield inderdaad de keiharde waarheid is, omdat in haar verhaal naar voren komt dat de eer van de familie toch wel erg belangrijk was voor haar ouders. ● DOOR TIMO ILBRINK
DONYA DATTA
De aftrap van de avond werd gedaan door spoken word artist Donya Datta. Zij houdt een verhaal over hoe zij de discriminatie tegen de LHBT-gemeenschap door haar ogen ziet. Ze geeft ook eerlijk toe dat het voor haar misschien makkelijk praten is omdat ze zelf niet weet hoe het is om gediscrimineerd te worden vanwege je seksuele geaardheid. “Why do I get to stand here and speak my mind.” Ze voegt er wel aan toe dat toen ze de kans kreeg om hier te staan ze vond dat ze het moest doen, omdat ze mee wilde strijden met LHBT’ers tegen het onrecht de hen is aangedaan.
PERSOONLIJK VERHAAL
Susanna, coördinator van colour ground, begint haar presentatie met een heel persoonlijk verhaal. Ze vertelt dat haar perfecte gezinssitu-
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 5
REPORTAGE
Fotocredits Josefien Matulessy
Méér dan een asiel… Achter de schermen bij dierenasiel Zwolle
“Sommige mensen denken dat ik de hele dag katten aan het knuffelen ben of de hele dag aan het schoonmaken ben”, vertelt dierverzorgster Maud van Lennep over haar werk in dierenasiel Zwolle. “Maar ons werk bestaat uit een mix van allerlei grote werkzaamheden.” DE BIJEENKOMST
De medewerkers van het dierenasiel verzamelen zich in de kantine. Er liggen broodtrommeltjes op tafel en iedereen drinkt thee of koffie van het huis. Dan spreekt leidster Geesje van den Berg iedereen toe. “Josefien komt een reportage maken over ons dierenasiel. Ze zal jullie vragen of ze foto’s kan maken van jullie.” Iedereen glimlacht
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 6
vriendelijk. Eén van de mannen reageert: “Liever niet van mij. Ik zie er altijd raar uit op de foto”, zegt hij met een ironische ondertoon. “Ik heb ook geen spiegels thuis”. “Nee?” vraagt een jonge vrouw naast hem. “Hoe kam je dan je haar?” grapt een andere vrouw.
REPORTAGE WANDELEN
Het is kwart voor elf en één voor één lopen de medewerkers de kantine uit; ze gaan de honden uitlaten. Ik merk gelijk dat het dierenasiel in Zwolle veel meer is dan alleen een opvangplek voor asieldieren. Zo hebben ze ook een pension. Ik loop langs de hokken van de honden en sta stil bij een lichtbruine hond met een prachtige krulstaart. Hij begint op een nare hoge toon te huilen. “Hij heeft last van verlatingsangst”, vertelt de medewerkster. “Daarom geven we hem zoveel mogelijk aandacht.” Ik aai de hond zachtjes op zijn snuit. Hij stopt met huilen. “Lieve hond”, denk ik nog.
“UITEINDELIJK VOND HIJ TOCH ZIJN GOUDEN MANDJE” KITTENROOM
Voor ik in de kantine kwam, mocht ik ook al kijken in de kittenroom. Daar werken Charlotte en Relinde. Charlotte is een stagiaire van de opleiding dierverzorging. Relinde is vrijwilligster. Relinde pakt een kitten uit het nest, terwijl Charlotte de moederpoes vertroetelt. Ik vraag wat ze aan het doen zijn. “We zijn de kittens aan het wegen”, legt Charlotte uit. “Zo kunnen we er op tijd bij zijn, mocht er iets mis zijn.” Relinde geeft heel voorzichtig het witte kitten terug aan Charlotte en die legt de kleine weer bij haar moeder.
QUARANTAINE
Ik loop later met een andere vrijwilligster door de lange grijze gangen van het asiel. Ik kan van geluk spreken dat ik iemand heb die voor me uitloopt. Het is een doolhof. Er is een sterke geur van honden- en kattenhaar. Mijn gids laat me de quarantaine zien. Hier komen de honden die net zijn binnengekomen. “Als de honden zijn ingeënt, worden ze verplaatst naar een andere gang”, vertelt de vrijwilligster mij. “Dan duurt het twee weken voordat ze echt naar een nieuw baasje kunnen.”
SHADOW EN SAM
Voor een asieldier echt naar een nieuw baasje kan, vindt er een proces plaats om te kijken of het dier een goede keuze is voor de nieuwe eigenaar. Baasje Lieke zit midden in dit proces. Ze wil een metgezel kopen voor haar zwarte herder Shadow. Ze loopt samen met een vrijwilligster naar een kleine speeltuin met een hoog hek eromheen. Hier laten ze Shadow met een andere hond los. De gelukkige is het kleine hondje Sam. De twee honden snuffelen en lopen een beetje doelloos rond. “We hadden eerder nog een tweede hond, maar die hebben we moeten laten inslapen. Ze was vijftien jaar”, vertelt Lieke. Sam komt naar ons toegerend en gaat op twee pootjes staan. Ik aai het hondje over zijn bolletje, terwijl ook Shadow naar ons toekomt. Zowel Lieke als de vrijwilligster lijkt tevreden te zijn met de match.
ZIEKE DIEREN
Het werk bij het dierenasiel lijkt me tot nu toe prachtig, maar dierverzorgster Maud van Lennep vertelt mij dat het niet altijd zo makkelijk is. “Soms zijn er dieren waar je hard voor gevochten hebt”, legt ze mij op een emotionele toon uit. Ze doelt op de zieke dieren die het niet redden. “Het is niet verkeerd dat je dan flink staat te janken. Je hebt alles geprobeerd om het diertje beter te maken.”
DIEREN DIE TERUGKOMEN
“Het is ook triest als sommige dieren weer terugkomen”, vult dierverzorger Marianne aan. Maar er zijn ook veel mooie momenten volgens Maud van Lennep. “We hadden bijvoorbeeld een hond genaamd Diesel. Hij was een hele lieve hond naar andere mensen toe, maar hij had andere gedragsproblemen. Hij heeft hier heel lang gezeten,” vertelt ze. “Uiteindelijk vond hij toch zijn gouden mandje.” ●
DOOR JOSEFIEN MATULESSY
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 5
INTERVIEW
Luisteren naar de stemlozen Alejandra Slutzky vluchtte op veertienjarige leeftijd naar Nederland vanuit Argentinië.Voordat ze hier naartoe kwam, groeide ze op onder een dictatuur, werd haar vader ontvoerd en vermoord, en was ze op de vlucht voor militairen. In de jaren sinds haar komst heeft ze niet stilgezeten: ze heeft boeken geschreven, acties gevoerd en kunst gemaakt.
Hoe kijk je terug op de ervaringen die je hebt opgedaan voordat je vluchtte? “De tijd voordat ik vluchtte was mijn kindertijd en vroege pubertijd en voor mij was het gewoon niet anders dan dat. Ik ben geboren en opgegroeid onder een dictatuur en ik was het heel erg gewend dat er altijd politie en militairen op straat waren, dat er veel doden vielen en veel aanslagen plaatsvonden. Dat soort dingen waren niet ongewoon – niet dat het leuk was, maar zo was het nou eenmaal. M’n vader zat vijf jaar lang in de gevangenis en ik woonde bij m’n grootouders, m’n moeder ziek was. Nadat hij ontvoerd was begon het onderduiken en het verstoppen en het leven hier en het leven daar totdat we weg gingen.”
“ JE HEBT GEWOON PECH DAT JE DAAR GEBOREN BENT EN MOET DE SHIT DRAGEN DIE WIJ VEROORZAAKT HEBBEN.” Hoe was het toen je hier aankwam? “Toen ik hier kwam en ik mijn verhaal vertelde, zeiden mensen altijd ‘Oh wat erg’ en ‘Oh wat zwaar’, maar zo zag ik het helemaal niet. Voor mij was dat gewoon mijn leven; het was niet makkelijk, maar ik zou niet weten hoe het anders zou moeten zijn. Ik kende niemand die anders leefde. Al mijn vriendinnen en vriendjes leefden in de zelfde wereld als ik. Daarom zo keek ik er in het begin tegen aan. Later dacht ik wel dat mijn kindertijd wel rottig was, maar ik kwam er wel achter dat ik er niet veel trauma’s aan had overgehouden. Dit denk ik omdat ik er op zo’n manier naar keek en er steeds het beste van probeerde te maken. Dus als ik nu terug kijk naar de tijd voordat ik vluchtte en de tijd daarna zie ik het wel als een hele goede leerschool. Ik heb hele moeilijke dingen meegemaakt, maar ik heb wel veel geleerd. Dat is dus wel het positieve er aan.” Hoe voel je je over de huidige situatie van vluchtelingen in Nederland? “Alle oorlogen en milieuproblemen die wij veroorzaken zijn niet hier, maar in de landen van de vluchtelingen. Wanneer ze dan hier komen, zeggen wij, “Je hebt gewoon pech dat je daar geboren bent en moet de shit dragen die wij veroorzaakt hebben.” Daar krijg ik gewoon buikpijn van, dat we zo arrogant kunnen zijn dat we dat kunnen zeggen en denken.”
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 8
Op welke manieren ben je bezig geweest op artistiek niveau met wat je hebt meegemaakt? “Ik denk dat iedere creatieveling zichzelf wel mee neemt in zijn werk en z’n eigen leven daar in verwerkt. Toen ik aan het vluchten was, was het schrijven van gedichten en verhalen een van de eerste dingen die ik deed. Dat is altijd zo geweest, ik begon al op jonge leeftijd te schrijven en ik tekende ook heel veel. Zo tekende ik mensen met en zonder hersenen. De mensen met hersenen waren de normale mensen en die zonder hersenen waren de militairen. Met tekenen en schrijven heb ik heel veel verwerkt, denk ik. Naast schrijven en tekenen heb ik bijvoorbeeld ook met een vriend performances gedaan. Die gingen vaak over sociale onderwerpen zoals asielbeleid, vluchtelingen, het koningshuis en uitsluiting.” Dus je doet ook dingen op activistisch niveau, heeft dit ook te maken met je achtergrond? “Ja, dat denk ik wel. Omdat ik vind dat ik zo’n geluksvogel was doordat ik zoveel meegemaakt en geleerd had en telkens alles overleefde ben ik gaan studeren, werken en actief geworden in een vakbond en vrouwenbeweging en andere sociale organisaties. Bij elke situatie waar ik in terecht kom of in terecht gekomen ben gaan mijn gedachten uit naar de stemloze personen, naar degenen die je niet hoort of ziet. Daar maak ik me druk over en probeer ik iets voor te doen.”
“BIJ ELKE SITUATIE WAAR IK IN TERECHT KOM OF IN TERECHT GEKOMEN BEN GAAN MIJN GEDACHTEN UIT NAAR DE STEMLOZE PERSONEN, NAAR DEGENEN DIE JE NIET HOORT OF ZIET. ” Vind je dat anderen zich ook moeten inzetten. “Wat ik belangrijk vind is dat je solidair moet zijn met elkaar. Je moet niet denken dat ik dit allemaal doe omdat ik Argentijns ben, maar je moet zelf solidair zijn met de mensen die je eigenlijk niet ziet, de mensen aan de onderkant van de samenleving, wat je positie in de maatschappij ook is.” ● DOOR MARIJN HELMS
REPORTAGE
Fotocredit Marijn MEI 2017 | REDACTIE JN1CHelms 5
REPORTAGE
Veel inhoud, met weinig om het lijf “Ik vind het erg leuk maar ik weet verder nog niet zo goed wat ik er van moet vinden,” zegt een vrouw in het publiek tijdens de voorstelling. We kijken naar ‘ZOOM Hestia en Sheela Na Gig’ een samenwerking van dansmaker Lana Coporda en visueel artiest Fanny Hagmeier. Het stuk is een representatie van vrouwen in het dagelijkse leven en de hedendaagse media. Met veel explosieve dans en een bijna psychedelische visuele show is het een ontzettend leuke show voor de fervent dansliefhebber.Voor de nieuweling kan deze voorstelling wel even veel te verwerken zijn.
Het Dansfestival Moving Futures is een festival waarbij meerdere danshuizen samenwerken om voorstellingen van jonge makers aan een publiek te helpen. Het festival gaat dit jaar voor de derde keer door Nederland en doet hierbij acht grote steden aan. Wie een klassiek ballet of stijldans verwacht is hier aan het verkeerde adres. MEI 2017 | REDACTIE JN1C 10
Het bestaat voornamelijk uit moderne dansstukken ontwikkelt door jonge makers, die vaak ook meedansen in het eigen stuk. “Bij het Nederlands Dans Theater weet je een beetje wat je kan verwachten,” zegt Sanne in een pauze tussen stukken door, “Hier weet je niet echt wat er gaat komen en ken je de makers en dansers vaak niet. Dat maakt het
eigenlijk wel zo leuk!” Het festival is dan ook een festival voor mensen die echt van dans houden. Minimalisme lijkt ook een belangrijk thema wat terugkomt in de voorstellingen waar ik aanwezig ben: er is weinig decor. Soms staan er twee stoelen, soms hangt er één witte
REPORTAGE
banner en soms wordt er gebruik gemaakt van een beamer op de grond of op de muur. Er is relatief weinig muziek en relatief weinig kleding. Zoveel mogelijk is weggestript om de dans te laten spreken. Het grappige is dat het festival daarentegen zelf heel compleet is. In bijna elke stad zijn er verschillende voorstellingen, interactieve inleidingen voor de optredens en er is een korte talkshow genaamd Talking Talks na de tijd. Op deze manier wordt een festival dat vooral voor de doorgewinterde dansfan lijkt, een stuk toegankelijker voor de persoon die er niet zo veel mee heeft of er van weet. Het unieke van het festival zit hem in de samenwerking. “Voor dit festival werken vijf danshuizen uit verschillende delen van het land samen zodat er veel verschillende stukken zijn van verschillende jonge makers.” Vertelt Nynke Joustra, een freelance medewerker aan het festival. “We zitten nu wat aan het einde van de tour. Dus nu kun je spannende dingen, zoals een triple bill, doen. Dat zijn drie voorstellingen achter elkaar. Sommige stukken zijn echt vlak voor de tournee afgemaakt, dus dan is het nog even uitvogelen hoe een voorstelling werkt. Aan het eind van de tournee loopt alles op rolletjes en kun je er leuke dingen mee gaan doen.” Er zijn stukken met breakdance, moderne dans, poëzie, visuele kunst door middel van lichtshows, om nog maar eens te benadrukken hoe divers het festival is. Ook wordt er met bezoekers gepraat over optredens en kunnen makers op een zo vrij mogelijke manier het dansstuk maken dat zij willen zien. Op deze manier kan jong talent zich ontwikkelen en worden liefhebbers bekend met jonge talenten in de dansscene. Toch is het door de inleiding en een nagesprek heel toegankelijk voor de bezoeker die iets nieuws wil zien zonder het gevoel te hebben dat hij of zij in het diepe gegooid wordt. Zoals Danseres Zoë Leduc zei: “It’s a very peaceful journey for me.” ● DOOR FEDDE BOSKMA
Fotocredits Steven Ligthart
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 5
INTERVIEW
Gegijzeld voor Big Macs
Fotocredit Thijs Struik
Binnen drie dagen wist de gijzelsoftware tweehonderdduizend bedrijven en instellingen in ruim 150 landen te treffen. Het virus genaamd WannaCry, wist in razendsnel tempo om zich heen te slaan. Het virus kwam tot een abrupte stilstand nadat een Britse cyber security expert de stopknop gevonden had. Ik sprak met Reza Rafati van RedSocks, een cyber security leverancier, over het WannaCry-virus en de toekomst van cybercriminaliteit. Hoe is het virus uiteindelijk gestopt? “De Britse cyber security professional heeft het online domein geregistreerd. Ze waren gewoon vergeten het te registreren. Door het domein te registreren kon het virus geen contact meer maken met dat online domein en het zette zichzelf stil. De verspreiding van een nieuw virus kan echter niet gestopt worden op dezelfde manier.”
“ZE WAREN GEWOON VERGETEN HET DOMEIN TE REGISTREREN” Hoe kan een nieuw virus dan wel worden gestopt? “Het virus besmette vooral verouderde windowssystemen. Er is nog geen duidelijke aanpak voor een vernieuwde versie van het virus . Voorkomen is de beste remedie; verouderde systemen moeten worden geüpdatet, hetzelfde geldt voor antivirussoftware. Als jouw systemen nog niet geraakt zijn, dan is het van belang om deze direct te updaten. Als iedereen gewoon de patch had gebruikt die al maanden geleden door Microsoft was aangeboden, had de grote schaal van het oude virus voorkomen kunnen worden.”
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 12
En wat betreft het geld, hebben ze er veel aan verdiend? “Het is niet goed in te schatten hoeveel geld eraan verdiend is door de hackers. Dit kan enkele tienduizenden euro’s betreffen maar ook honderdduizenden of zelfs meer. De hackers vroegen verschillende bedragen per systeem dat geïnfecteerd is: systemen waar meerdere apparaten aan verbonden zijn, betalen vaak meer dan een enkele privécomputer. Wij hebben vernomen dat het bedrag werd afgeleid van de prijs van de Big Mac in die landen. Als je in België bijvoorbeeld twee euro voor een Big Mac betaald dan moet je tweehonderd euro aan losgeld betalen. Is de Big Mac in Nederland duurder, dan betalen de getroffenen hier meer losgeld. Op deze manier zorgden de hackers voor een hogere betaalbereidheid.” Waren er ook bedrijven bereid om te betalen? “Jazeker. Onofficieel is er vanuit Amerika ook het advies gegeven dat bedrijven of instanties ervoor zorgen dat ze bitcoins in de kas moeten hebben. Er zijn situaties geweest waarin ziekenhuizen tienduizenden euro’s hebben betaald om zo snel mogelijk weer draaiende te zijn. Het blijft echter wel een gok; het blijven criminelen en je weet nooit of ze hun kant van de deal ook nakomen.”
INTERVIEW
Gaan we dit soort aanvallen in de toekomst meer zien? “Dit soort aanvallen is niet nieuw en dus ook geen verrassing voor de cyber securitywereld. Maar de methode waarop deze aanval zich verspreidde, door meerdere systemen binnen een netwerk te infecteren, laat heel mooi zien dat de wereld niet luistert naar de security oplossingen die worden aangeboden. Het is een heel mooi voorbeeld voor beginnende cybercriminelen: ze zien wat de impact is van zo’n aanval. Ze weten nu dat er veel zijn die kwetsbaar zijn. Het zou geen verrassing zijn als we in de toekomst meer van dit soort aanvallen gaan zien, maar dan op grotere schaal.”
Wat kan er gedaan worden om deze nalatigheid te bestrijden? “De digitale wereld is een wereld van jongeren. Het is van belang dat de juisten mensen op de juiste plekken zitten. Jongeren met de juiste kennis kunnen heel veel meer geld verdienen door voor een bedrijf te gaan werken dan voor de overheid. Overheden doen wat ze kunnen; ze verspreiden awareness en informatie. Opleidingen moeten ook up-to-date zijn.
Het virus is op straat komen te liggen door nalatigheid bij de Amerikaanse inlichtingendienst. Zijn ze nalatig geweest? “Tegenwoordig zie je veel voorbeelden van inlichtingendiensten die dit soort virussen gebruiken om zelf inlichtingen te verzamelen. Ze stappen naar individuen die zo’n online exploitatiemiddel hebben gevonden en ze betalen er vervolgens goed geld voor. Vroeger had je wapenfabrikanten die veel geld verdienden aan het produceren van wapens - nu wordt er veel geld verdiend aan de online wapenhandel. Als inlichtingendiensten zich als online wapenfabrikant opstellen, is het wel van belang dat ze ervoor zorgen dat die wapens niet zomaar op straat komen te liggen.”
Wat zijn de grootste gevaren van cyberterrorisme, wat kan men in handen krijgen? “Het ergste wat kan gebeuren is dat er mensenlevens in gevaar worden gebracht. Wanneer hackers zich gaan focussen op kritische infrastructuur. Denk bijvoorbeeld aan een waterplantage waarbij hackers de hoeveelheid chloor aanpassen. Het kan een gigantische impact hebben. Daarom is het van belang dat er geluisterd wordt naar de waarschuwingen van cyber security experts. ●
“INLICHTINGENDIENSTEN BETALEN ER GOED GELD VOOR”
DOOR THIJS STRUIK
Hoe weer jij jezelf tegen cybercrime? Ara Khachadorian 1e jaars Financial services management
Kees Verver Multimedia vormgeven, animation & games
Ianthe van Veen 1e jaars Journalistiek
Djimmer Vos Artez conservatorium Zwolle
“Ik klik nooit op links die ik niet herken. Zo probeer ik het aantal virussen te beperken. Daarnaast gebruik ik adblock. Ook bescherm ik mijn accounts op Facebook en Instagram door ze op privé te zetten, omdat ik niet wil dat Jan en alleman mijn persoonlijke gegevens kunnen vinden.”
“Ik weet hoe ik dat moet doen, want ik ben zelf ict’er geweest. Je moet goed letten op welke info je vrijgeef. En je moet je ook goed tegen virussen beschermen. Daarnaast zijn er nog mensen die je kwaad willen doen. Daar moet je voor oppassen, m aar je kunt je helaas nooit volledig beschermen.”
“Ik ben totaal niet bezig met het beveiligen van mijn laptop. Wél ga ik bewust om met facebook en Instagram. Zo zorg dat mijn accounts op privé staan en beperk ik het gebruik op deze platforms.”
“Niet echt, maar ik maak me er niet druk om. Ik heb een smartphone, maar die gebruik ik niet veel. Dat boeit me niet echt. Internetbankieren doe ik ook niet op mijn smartphone. Ik heb een computer, maar daar zit geen virusscanner op.”
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 13
Fotocredit Ariët Rouwhorst
Dansend naar Colombia Een meisje dat een tussenjaar neemt en naar highschool gaat in het buitenland: deze verhalen komen regelmatig voor. Meestal gaan deze jongeren naar Amerika of Groot-Brittannië. Ariët (15 jaar) heeft niks met deze landen. Ze houdt van landen met een randje. Daarom gaat ze een jaar bij een gastgezin in Colombia wonen. Ik heb haar thuis in Borculo (Achterhoek) opgezocht. Hoe ben je op het idee gekomen om een jaar naar het buitenland te gaan? “Als kind was ik al nieuwsgierig naar andere culturen en wilde ik de hele wereld zien. Ik heb er voor gezorgd dat mijn ouders gastgezin zijn geworden voor buitenlandse jongeren. We hebben een meisje uit Chili bij ons in het gezin gehad - ze woonde een jaar lang bij ons. Toen heb ik ook gezien hoe het is om in een totaal andere cultuur terecht te komen, helemaal alleen. Voor mij was ze de zus die ik nooit heb gehad en daarom wil ik zelf ook graag een jaar bij een gastgezin wonen. Daarvoor moet je minimaal vijftien jaar zijn en op het moment dat ik 15 werd, heb ik mij natuurlijk direct aangemeld.” Er zijn zo veel mooie landen op de wereld en de meeste mensen die een tussenjaar nemen gaan naar een Engelstalig land. Waarom Colombia? “Allereerst vind ik het landschap prachtig! Je hebt woestijn, bergen en strand. In Colombia doen ze veel aan dansen. En daar hou ik van! Ze spreken Spaans in Colombia en dat is een prachtige taal. Ik heb altijd al gehouden van landen waarvan mensen zeggen ‘Is dat niet gevaarlijk? Zou je dat nou wel doen?’ De wereld bekijken vanuit meerdere perspectieven. Ik wil ook wel naar meer landen op reis, zoals Australië, China, Japan en ook naar Chili. Dan kan ik bij ‘mijn zus’ langs en kijken hoe zij daar woont. “ Hablas un poco Español? “Nee, ik spreek nog helemaal geen Spaans. Ik denk wel dat je het snel oppakt wanneer je in een gastgezin woont. Het meisje uit Chili MEI 2017 | REDACTIE JN1C 14
dat bij ons woonde, pakte het Nederlands ook erg snel op. Ik ben al wel aan het oefenen, maar het is een lastige taal. Je moet wel wat basisdingen kennen van de taal, maar als ik terug kom spreek ik vloeiend Spaans! “ Weet je al bij welk gezin je komt te wonen? “Nee, ik ben nog niet geplaatst. Ik krijg bericht zodra ik geplaatst ben. Dan weet ik ook in welke omgeving en kan ik contact opnemen met het gastgezin. Ik vertrek 28 augustus. Dus de eerste paar schooldagen in Nederland kan ik met mijn vriendinnen mee naar school.” Ja, school. Hoe reageren ze op school op je plan? “Ze vinden het erg stoer van mij en wensen me veel plezier. Ze zeiden ook dat ze me erg gaan missen. Dat vind ik lief en ik ga hen ook missen, net als mijn vriendinnen en familie. Zij mogen niet langskomen in Colombia. Nou ja, dat is ook niet de bedoeling, want dan kan je kans krijgen op heimwee. Dan zit je met je hoofd in Nederland en niet in Colombia. Mijn gastouders zijn dat jaar mijn ouders en ik ben een jaar lang hun kind. “ Waar heb je het meest zin in? “Het ontmoeten van de mensen daar en de cultuur leren kennen. Ik volg een blog van een jongen die daar nu in een gastgezin woont en dat is echt heel vet! Ik denk dat ik de zoute drop en pindakaas het meest ga missen, oh, en mijn familie natuurlijk ook!” ● DOOR FREEK MORREN
REPORTAGE
Meer techniek dan fysiek “Je moet de bal met iets meer gevoel gooien”, zegt een van de deelnemers aan het nationaal kampioenschap Petanque Doubletten bij jeu des boulesclub DBC Karro Deux in Deventer. De uit Frankrijk overgekomen sport werd afgelopen weekend door ruim honderd teams, zowel dames, heren en jeugd gespeeld in de gemeente Deventer.
Petanque doubletten wordt gezien als de simpele versie van jeu de boules, ondanks dat de regels hetzelfde zijn. Het grote verschil tussen de twee sporten is dat bij deze variant meer gevoel en techniek nodig is dan fysieke kracht. Er wordt een cirkel neergelegd op de grond waar de spelers in moeten staan als ze gaan gooien. De teamleden krijgen zes ballen die ze zo dicht mogelijk bij het doel, een klein balletje, moeten gooien. Het team dat het eerst 13 punten verzamelt gaat door naar de volgende ronde en schakelt de tegenstander uit. Aangezien je niet buiten de ring mag komen en de banen kleiner zijn dan bij de jeu de boulesversie, is er dus meer techniek vereist van de deelnemers. Dit is dan ook een grote reden dat er weinig animo vanuit de jeugd was: “De oudere mensen zien deze sport als een ideale bezigheid vanwege het niet zo fysieke aspect van deze sport. Tactiek en techniek is het belangrijkste, waardoor het voor jongeren minder interessant is. Die zoeken toch meestal iets op wat fysiek uitdagender is”, aldus Jan, een van de fanatieke deelnemers aan dit toernooi.
Ook aan de toeschouwers was duidelijk merkbaar dat dit toernooi bij de jongere generatie niet erg leeft. Het waren vooral familieleden en geïnteresseerden boven de dertig jaar. Er was een jonge toeschouwer aanwezig, maar die was na een paar minuten in de zeurmodus gegaan omdat hij zich verveelde en niet wist waar hij naar keek. Overigens was het aantal ouderen naar het toernooi kwamen kijken ook opvallend laag. Dit betekende niet dat het toernooi niet druk bezocht werd. Terwijl het bij de opening van het toernooi nog relatief rustig was, werd het weer in de loop van de dag beter en namen de toeschouwersaantallen ook toe. Het toernooi werd gespeeld op een kleine oppervlakte en telde zo’n twintig banen waarop tegelijkertijd gespeeld kon worden. Er waren drie categorieën die tegelijkertijd aan het spelen waren. Deze categorieën bestonden uit jeugd, dames en heren. Het was al snel duidelijk dat het bij het mannentoernooi zowel qua toeschouwers als qua teams het drukst was. De dames en de jeugd kregen minder aandacht van de toeschouwers en ook qua teams was het
aantal deelnemers beduidend minder. Het meest opvallende duo bestond uit moeder en dochter. Ondanks dat dit duo al snel was uitgeschakeld, hebben zij wel genoten van het kampioenschap: “Dit was, behalve dat we uitgeschakeld zijn, leuk om mee te maken. We kamen hier eerlijk gezegd ook niet met de verwachting dat we gingen winnen en kwamen vooral voor de ervaring zelf en die was top”. Het viel ook op dat de leeftijd bij de categorie die het meeste aantal teams had, de mannen, niet erg hoog lag. Uitzonderingen nagelaten, waren het toch vooral mensen in de leeftijdscategorie 30-40 die meededen. Al met al is het dus duidelijk dat de sport geen jonge teams of toeschouwers aantrekt, maar dat het aantal ouderen ook niet extreem hoog is. De sport is, aan het aantal teams duidelijk te zien, toch wel een sport waar veel mensen in Nederland interesse in hebben. Ook aan het aantal toeschouwers was dit weekend duidelijk te zien dat Petanque Doubletten, of jeu de boules, toch een ● sport is die veel mensen interessant vinden. DOOR LARS LEEFTINK
Fotocredit Lars Leeftink
Liever huis-, tuin- en keukenfoto’s
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 15
REPORTAGE
Opera
maar dan anders MEI 2017 | REDACTIE JN1C 4
Fotocredits Salih Kilic
REPORTAGE Wanneer je de zaal binnenkomt, is het ontzettend donker. De bezoekers zoeken tastend naar een zitplek. Opeens wordt er gezongen, hoge schelle tonen. Tegelijkertijd zie je sterren, en iets dat lijkt op bergen. Voetstappen kraken in de sneeuw. Een zware, mannelijke stem vertelt je waar je bent. Sørøya, een van de noordelijkste plekken van Europa. Dit is het begin van de voorstelling Poolnacht, een van de ruim honderd opvoeringen tijdens de Operadagen in Rotterdam. Op het podium staan geen acteurs of zangers. Geluid, muziek, zang en verhalen vertellen het verhaal. De beelden van bergen en sneeuw, het spelen met licht en perspectief vertellen het gevoel. Zo zit Poolnacht in elkaar. Het vertelt de ervaringen van vijf kunstenaars die weken in Sørøya hebben doorgebracht. De zon scheen er nooit, ze hadden geen klok of ander tijdsbesef. Ze waren compleet afgesloten van de wereld zoals wij die kennen.
“WE WILLEN NIEUWE VORMEN VAN THEATER TONEN. VORMEN DIE URGENT ZIJN IN DEZE TIJD” In de lobby van de Schouwburg is het een drukte van jewelste. Een omroeper kondigt de verschillende voorstellingen aan, medewerkers begeleiden je daarna naar de zalen. In de lobby staat een podium, regelmatig treden er muzikanten op. Mensen hangen er rond met een drankje in de hand. Op de grote, comfortabele banken zitten regelmatig kunstenaars en theatermakers te kletsen met hun publiek. Ine van Baelen ploft neer op de bank, Stijn Grupping neemt plaats op tafel. Zij zijn een paar van de kunstenaars die zijn meegegaan naar Sørøya en uiteindelijk hebben ze Poolnacht gemaakt. “We hebben maanden geëxperimenteerd tot alle vijf de kunstenaars het gevoel hadden dat het goed was. Iedereen heeft verschillende ervaringen opgedaan in Sørøya, daar hebben we één verhaal van gemaakt.” Poolnacht is misschien niet wat mensen van een opera zouden verwachten.
Tijdens de Operadagen worden er namelijk geen klassieke stukken opgevoerd. “We willen nieuwe vormen van theater tonen. Vormen die urgent zijn in deze tijd”, verklaart Winfred Voordenberg. Hij is een van de organisatoren van de Rotterdamse Operadagen. “We willen aantonen dat er veel verschillende verhalen te vertellen zijn over opera. We proberen een mix te maken in locaties en soorten voorstellingen om zoveel mogelijk mensen te bereiken. Ieder jaar ben ik weer verrast door wat voor voorstellingen er zijn. Ik hoop dat de bezoekers dit ook hebben. Dat ze geraakt worden door de ervaring, dat ze op het puntje van hun stoel zitten!” Dit is alweer de twaalfde editie van de Rotterdamse Operadagen. Er is in de tussentijd veel veranderd. Voordenberg “Tien jaar terug was opera een kunstvorm die niet in ontwikkeling was. Nu is dat heel anders. Steeds meer jonge mensen en theatermakers houden zich bezig met opera. Opera is een mengvorm van verschillende disciplines. Dans, choreografie, zang, circus, beeld en geluid: het komt allemaal bij elkaar. Daardoor is opera levend. Mensen willen dit maken, ongeacht hoe groot, klein of moeilijk het is.” ● DOOR NIKKIE SERRARENS In Nederland zijn drie grote opera-instituten: de Nationale Opera, de Reisopera en Opera Zuid. Daarnaast zijn er veel kleine en middelgrote gezelschappen. De Rotterdamse Operadagen laat ruim honderd verschillende voorstellingen zien. Dit zijn vooral nieuwe, moderne operastukken. De Operadagen worden jaarlijks gehouden en duren 10 dagen. Dit jaar vond het evenement plaats van 12 tot 21 mei.
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 17
INTERVIEW
Mannenhaters Vrouwen die mannen haten en andere misvattingen over feminisme
Feminisme. Waar denk je nu aan? Lesbische vrouwen? Mannenhaters? Misschien vraag je je zelfs wel af of ‘feministen’ nog wel bestaan. Zeker, ze zijn misschien meer ondergronds gegaan, maar er is wel enigszins een derde feministische golf gaande. Feministen over de hele wereld strijden voor het gelijkstellen van vrouwen aan mannen – dat betekent niet dat ze mannen haten. Freya Sheldon is 16 jaar, woont in het Verenigd Koninkrijk en is feminist. Feminisme betekent voor haar het bieden van kansen voor meisjes en vrouwen over de hele wereld. “Natuurlijk betekent feminisme verschillende dingen in verschillende landen,” zegt ze “Maar ik denk dat elke feminist hetzelfde doel heeft: het bewustzijn vergroten dat mannen en vrouwen nog niet gelijk zijn en vechten om die gelijkheid een feit te maken.” “Het is een enorme misvatting dat feministen ‘gewoon mannen haten’. Ik begrijp zelf ook wel dat er radicale feministen zijn die mannen haten, maar dat zijn persoonlijke opvattingen. Veel feministen vragen ook hulp aan mannen om de gelijkheid aan te pakken. Bovendien is er een verschil tussen mannen die vrouwen en femi-
nisme respecteren en mannen die het verafschuwen,” legt ze uit. “Ik moet wel toegeven dat ik het een beetje oncomfortabel vindt als mannen – of vrouwen – het feminisme ondermijnen, maar ik haat mannen ab-so-luut niet.” De eerste keer dat Freya in contact kwam met feminisme was in een geschiedenisles. Haar leraar vertelde het verhaal van de Suffragettes in de jaren ‘20, die vaak werden verteld ‘onvrouwelijk’ te zijn, en legde uit dat er nog steeds strijd wordt gevoerd om de gelijkheid tussen seksen een realiteit te maken. “Ik herkende het seksisme wel. Ik was er best door geschokt,” vertelt ze, “Toen ik thuis kwam, ging ik meteen achtergrondinformatie zoeken. Sindsdien identificeer ik me als feminist.”
Fotocredit Marijn Helms
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 18
INTERVIEW
Fotocredit Jan Kees Helms
Daarna ging ze het er met anti-feministen en haar vrienden over hebben. “Ik zette het niet meteen op Social Media, of zoiets.” Verstoppen dat ze feminist is doet ze niet. “Als iemand een seksistische opmerking maakt zeg ik er wel wat van, maar het is niet dat je bij de eerste ontmoeting ziet dat ik feminist ben. Ik draag ook geen dingen waar groot ‘feminist’ op staat – ik weet namelijk dat er mensen zijn die dan meteen denken dat ik mannen haat en dat is niet zo, dus dat doe ik niet.” “Ik hoor ook wel eens dat feministen het niet genoeg hebben over de problemen die mannen tegenkomen. Ik vind dat gelijkheid twee kanten op gaat. Ik denk dat mannen zich soms gehinderd voelen om hun ‘vrouwelijke’ kanten te laten zien, wat ervoor kan zorgen dat ze zich onder druk gezet voelen. En het hebben over problemen van mannen zorgt er ook niet automatisch voor dat de problemen die vrouwen ervaren opgelost worden.” Feminisme speelt een dagelijkse rol in Freya’s leven, vooral bij haar onderwijs. “Als ik nu Engelse teksten lees, merk ik dat ik ze op een andere manier lees en ze anders kan analyseren. Ook helpt het om op te staan tegen mijn vader die soms een beetje lullig kan doen over bepaalde dingen en het helpt me om campagne te voeren voor dingen die ik belangrijk vind. Het heeft me geleerd dat ik prima make-up kan dragen zonder ‘nep’ of ‘slet’ te worden genoemd omdat niemand het recht heeft me zo te noemen.”
Freya heeft al actie gevoerd op haar school. Daar moet iedereen een uniform dragen, wat voor meisjes betekent dat ze een rok moeten dragen. “Onze vorige directeur was ervan overtuigd dat broeken niet elegant genoeg waren. Met een aantal vrienden hebben we ervoor gezorgd dat meisjes vanaf nu broeken mogen dragen.”
“HET IS EEN ENORME MISVATTING DAT FEMINISTEN ‘GEWOON MANNEN HATEN” “Ik zou tegen iedereen willen zeggen – niet-feministen, man, vrouw – dat het zich loont om eens op te zoeken wat feminisme precies inhoudt, want de meeste haat tegenover feminisme is gebaseerd op misvattingen. Aan de jonge meisjes die denken dat ze geen vriendje krijgen als ze zichzelf feminist noemen: de enige partner die je nodig hebt, is er eentje die jou en je opvattingen respecteert. Want dat is waar feminisme over gaat: gerespecteerd worden om wie je bent.” ● DOOR ANNA-CARLIJN NAKKEN MEI 2017 | REDACTIE JN1C 19
INTERVIEW
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 4
FOTOCREDITS MEREL REVET
INTERVIEW
Eindelijk een huis! Een jaar en zeven maanden geleden vluchtte Ahmed Asaad Abo Karam met zijn zoon Karam vanuit Syrië naar Nederland. Na een jaar en vier maanden in het asielzoekerscentrum in Zeewolde heeft hij net te horen gekregen dat hij eindelijk een huis krijgt in Nederland.
Voor mijn interview heb ik met Ahmed afgesproken in het AZC. Het is de eerste keer dat ik daar ben en ik heb geen idee wat ik kan verwachten. Ahmed staat me al op te wachten bij de ingang en we moeten ons melden bij de beveiliging. Daar moeten we ons identificeren en krijgen we een bezoekerspas, anders komen we niet binnen. We lopen over het park waar allemaal gekleurde gebouwen staan. Door de spelende kinderen op de weg en het zonnetje krijg ik bijna een vakantiegevoel. Terwijl ik weet dat hier allemaal mensen zitten die hun eigen land zijn ontvlucht en onwetend zijn over hun toekomst. In het huisje van Ahmed verwelkomen zijn vrouw en kinderen mij. De tafel staat vol met hapjes en er wordt mij meteen Arabische koffie aangeboden. We gaan aan tafel zitten en praten eerst nog over van alles en nog wat. Hij laat mij foto’s zien van zijn thuisstad Palmyra en vertelt een facebookpagina te hebben waar hij 60 duizend foto’s op heeft staan. Dit doet hij om de inwoners van de stad te laten zien hoe het was, voor de oorlog begon. Vol liefde praat hij over zijn eigen stad, waar hij werkte als gids en 2 hotels bezat. Ben je gelukkig dat je in Nederland terecht gekomen bent? ‘’Ik weet de betekenis van gelukkig zijn niet meer, maar ja ik ben blij dat ik hier ben. De laatste vijf jaar in Syrië ben ik mijn huis niet uit geweest. Er waren continue explosies en luchtaanvallen en onschuldige mensen werden vermoord. Ik bleef me afvragen waar de menselijkheid was. Op dat moment begon ik te geloven dat dit de aard van de mens was. Maar toen ik weg ging en in Griekenland aankwam stonden daar jonge mensen ons op te wachten. Ze hielpen ons met voedsel en dekens. Mijn mening begon te veranderen, ineens waren er mensen die om ons gaven. En dat merk ik hier in Nederland ook. Dus ja ik ben blij.’ ’
Wat vind je van je huis? Het is een klein huisje, maar het is goed. In Syrië woonden we in een groot huis van 200 vierkante meter. Met een terras en prachtig uitzicht. Ik begrijp dat huizen hier kleiner zijn, maar het is een mooi huis. ‘’ Ben je blij dat je nu gaat verhuizen? ‘’Het is een dubbel gevoel. Ik woon nu al meer dan een jaar hier en het voelt als mijn thuis. Ik heb hier veel vriendschappen opgebouwd en had graag een huis gekregen in Zeewolde. Aan de andere kant ben ik wel blij met mijn nieuwe huis. Gelukkig is Huizen niet zo ver weg en kan ik ze opzoeken.” Denk je dat er veel gaat veranderen als jullie in Huizen wonen? ‘’Ja dan begint het zelfstandige leven. Hier doen de COA en vluchtelingenwerk Nederland heel veel voor ons en dan moeten we het zelf doen. Als ik nu een brief krijg die ik niet snap kan ik het gewoon vragen, maar dan moet ik het zelf doen. Ben je daar bang voor? ‘’Nee. Mensen zijn aardig en ik kan overal hulp vinden. De kinderen zullen naar school gaan en wij gaan Nederlandse lessen volgen.’ ’ Wat is je grootste droom op dit moment? ‘’Dat mijn kinderen hier gelukkig worden.’ ’ Na het interview praten we nog even na en maken we foto’s van Ahmed en zijn kinderen. Voor ik weg ga krijg ik de uitnodiging om langs te komen bij hem in Huizen. Ik beloof hem langs te komen en dan nemen we afscheid. Terwijl ik terug loop naar de auto realiseer ik me dat alle berichten in de media over vluchtelingen ineens een gezicht hebben gekregen. ● DOOR MEREL REVET
Voel je je welkom in Nederland? ‘’Ja. Met sommige mensen voelt het alsof ik met familie ben. Ze doen zo ontzettend veel voor ons, ze zorgen voor ons en helpen ons met alles. Zeewolde is echt heel erg speciaal.’ ’ En nu gaan jullie bijna verhuizen naar jullie eigen huis, ben je al begonnen met het verzamelen van spullen? ‘’Nog niet. Meestal beginnen vluchtelingen meteen met het verzamelen van spullen, maar ik niet. We wilden eerst het huis zien zodat we weten hoeveel ruimte we hebben. Dan pas weet ik wat we nodig hebben. Ik wil precies aanschaffen wat ik nodig heb, niet te weinig, maar ook niet te veel. MEI 2017 | REDACTIE JN1C 5
COLUMN
Een moederloze dag De laatste Moederdag die ik heb gevierd was met een zieke moeder. Ze lag in een bed in de huiskamer met blauwe plekken op haar hoofd verspreid door de operatie die ze had ondergaan en was constant onder de invloed van medicijnen. Het had door de omstandigheden dus een uitzonderlijke Moederdag moeten zijn, waarop mijn broertje en ik alles uit de kast trokken om haar speciaal te laten voelen. We trokken niet alles uit de kast, maar enkel een paar dingen. Natuurlijk wisten we niet dat het de laatste Moederdag was: de tumor was er toch uit? Ze zou nu toch beter moeten worden? Dit slapen in de huiskamer en die blauwe plekken waren toch het begin van een herstel? We maakten er geen speciale Moederdag van, want ze was moe en had weinig energie en geduld (door de leuke pilletjes die ze moest slikken) en in plaats daarvan was het een normale. Een oprechte Moederdag, zonder bullshit en gemaakte blijdschap want alles was nu eenmaal niet fantastisch, maar we waardeerden haar ietsjes meer als moeder die keer. Dat wel. Twee jaar vlogen voorbij en nu is Moederdag een buikpijn-dag. Een dag die je wilt ontwijken, wilt negeren, maar dit wordt onmogelijk gemaakt. De reclamewereld staat op zijn kop in mei: waar je ook gaat en staat is er een advertentie voor de beste parfum voor jouw lieve moeder of een radioreclame die je vertelt dat je moeder juist een
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 22
boek wil. Dit is vermoeiend als je al een cadeautje hebt, vervelend als je niet weet wat je wilt kopen en alleen maar meer in de war wordt gebracht door al die opties, en confronterend wanneer je moeder er niet meer is. Elke Etos reclame is als een klap in je gezicht. “Koop deze mooie lipstick voor je moeder maar alleen als ze nog leeft!� lijken ze te schreeuwen. Dat doen ze niet: geen een reclame die ik ben tegengekomen houdt rekening met diegenen waarvan de moeders er niet meer zijn, of waarvan de moeders gewoon rotmoeders zijn. Want ja, die zijn er ook en voor de kinderen daarvan is Moederdag ook een rotdag. Roze bloemetjes en hartjes achtervolgen mij in mei. Ze lijken mij te bevelen om dankbaar te zijn voor mijn moeder, alsof ik dat op andere dagen niet ben. Begrijp me niet verkeerd, ik ben geen Moederdag-cynischt. Ik denk dat moeders een dagje in de watten gelegd verdienen te worden (behalve wanneer ze simpelweg geen goede moeders zijn, maar dat is een onderwerp waar ik niet al te veel vanaf weet, want mijn moeder was een topvrouw), maar dat neemt niet weg dat ik geen moeite heb met slikken wanneer ik geconfronteerd wordt met die derde zondag in de maand mei. - Marijn
INTERVIEW
Fotocredit Nikkie Serrarens
Hospice Zwolle “vijfsterren hotel” “Mensen in het hospice willen vaak samen met de familie rustig de laatste periode doorbrengen. De vrijwilligers helpen daarbij. Zij zorgen dat mensen zich hier thuis voelen en dat alles naar wens is.”
“Uiteindelijk is het allemaal gelukt. Aan het eind van de dag zat de hele familie samen om het bed van de cliënt. Dat geeft veel voldoening. Ondanks allemaal familieproblemen, willen de meeste families het toch samen goed afsluiten. Wanneer dat dan lukt, is dat geweldig.”
Alma (64) is vrijwilligster bij Hospice Zwolle, daar verzorgt ze mensen die terminaal ziek zijn. Samen drinken we een kop thee in de spreekkamer van het hospice. Omdat het 24 mei nationale dag Aandacht voor het Sterven is, vertelt Alma honderduit over haar bijzondere werk.
Alma heeft veel mooie herinneringen aan de cliënten uit het hospice, maar één springt er wel uit. Een vrouw, de enige gast op dat moment, kreeg een dagje uit. Met de wensambulance en haar dochters ging ze een dag naar Zandvoort. Alma: “Daar heeft ze met haar voeten in de zee gezeten. Ze heeft er mooie foto’s gemaakt met haar dochters. Het was echt een dagje uit. Toen ze thuiskwamen, hebben we een feest gehouden in de woonkamer. Er was een band en we hebben gedanst. Het was echt een feest. Van deze dag is een mooi fotoboek gedrukt.”
“Iedere cliënt heeft een eigen woonruimte, volledig afgesloten van de rest. Daar kunnen ze familie ontvangen, hun eigen meubels neerzetten of mensen laten logeren. Er is hier veel mogelijk. In de zomer willen mensen vaak buiten liggen, dan regelen we dat. Maar we kunnen ook scootertochten, feesten, uitjes of speciaal eten regelen. Het is belangrijk dat alles naar wens is. Mensen noemen het hier ook vaak een 5-sterren hotel.” Van oorsprong is ze verpleegkundige, maar vanwege haar reuma is ze afgekeurd. Zodra Alma hoorde dat er een hospice kwam in Zwolle, heeft ze zich gelijk ingeschreven als vrijwilliger. In het hospice kan ze zichzelf zijn, ze kan weer voor mensen zorgen en dat doet haar goed. Toch gaat het niet altijd goed in het hospice. “Binnen één familie was er veel ruzie. Het was zo erg dat sommige familieleden niet samen in de kamer van de cliënt konden zijn. Zij hebben me gevraagd te helpen. De hele dag ben ik bezig geweest, ik heb gependeld tussen verschillende kamers en iedereen tijd gegeven met de cliënt.”
“De vrijwilligers in het hospice zijn erg belangrijk,” zegt Anne Goossensens, hoogleraar Vrijwilligers Palliatieve en Terminale Zorg. Zij doet onderzoek naar vrijwilligerswerk in bijvoorbeeld hospices. “Er is ontzettend weinig onderzoek gedaan naar vrijwilligers in de palliatieve zorg. Ze hebben een groot takenpakket, maar geen professionele kennis of steun.” In Nederland zijn ongeveer 150 hospices. Die zijn erg afhankelijk van vrijwillige hulp. Goossensens: “Gewoon personeel heeft weinig tijd voor gesprekken met de patiënten, maar de vrijwilligers hebben de tijd om te praten en samen koffie te drinken. Zij kunnen mensen geruststellen die bang zijn voor de dood, praten over het leven of juist gewoon gezellig kletsen. Dat is een heel belangrijke taak.” ● DOOR NIKKIE SERRARENS MEI 2017 | REDACTIE JN1C 23
REPORTAGE
Fotograaf des Vaderlands
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 24
REPORTAGE
MEI 2017 Fotocredit | REDACTIE Thijs JN1C Struik 25
REPORTAGE
fotocredits Ahmet Polat
De Turks-Nederlandse Ahmet Polat (39) is in 2015 uitgeroepen tot Fotograaf des Vaderlands. Dit voor het vastleggen van de straat als directe, alledaagse leefomgeving. Heel bijzondere foto’s zijn het niet: hij noemt ze zelf liever huis-, tuin-, keukenfoto’s.
Ditmaal in opdracht van Stichting voor Vluchteling-Studenten UAF. Met dit initiatief laat hij zien hoe vluchtelingen hun leven in Nederland weer hebben opgepakt. In het kader hiervan bezoekt hij meerdere hoge scholen en universiteiten om colleges te geven. Ik besloot zo’n college bij te wonen en met hem in gesprek te gaan. Veel van de foto’s die Ahmet tijdens zijn college laat zien, lijken op het eerste oog niet bijzonder. Volgens Ahmet zorgt dit juist voor vernieuwing. “Ik maak liever huis-, tuin- en keukenfoto’s waarbij mensen weglopen met het idee dat de foto een nieuwe kijk geeft in tegenstelling tot het gebruikelijke drama.”
“IK MAAK LIEVER HUIS-, TUIN- EN KEUKENFOTO’S” Hij vertelt over Daniel, die in 2010 Guinee ontvluchtte en onlangs zijn Nederlandse nationaliteit verwierf. “Jij en ik denken er niet over na, maar voor hem is het een hele opluchting om eindelijk dezelfde rechten te hebben die wij altijd al hebben gehad”, vertelt Ahmet. “Het is belangrijk om een beeld te laten zien dat heel herkenbaar is voor de Nederlandse huishoudens. Het idee van het open moeten
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 26
maken van een pot augurken. Of het thuiskomen met de fiets in de hand bij een heel Hollands voortuintje.”
“IK WIL EEN BEELD LATEN ZIEN DAT OOK HERKENBAAR IS VOOR NEDERLANDERS” Ahmet heeft een grote diversiteit aan vluchtelingen ontmoet tijdens zijn rondreis door Nederland. Terwijl Daniel nog maar 6 jaar in Nederland verblijft, zit Nosrat inmiddels al 24 jaar in Nederland. De 47-jarige ontvluchtte Iran en werkt inmiddels als beeldend kunstenaar in Amsterdam. Daarnaast geeft hij workshops aan scholieren en vluchtelingenkinderen in asielzoekerscentra. Na afloop van het college weet Ahmet even de tijd te vinden om zich door mij te laten interviewen. Terwijl zijn lunch geregeld wordt lopen we zelfs even naar buiten en geeft hij me een korte cursus fotografie. Door verschillende poses en handelingen te verrichten weet hij mij – een amateur die niets van fotograferen weet – er al gauw van te overtuigen dat hij zijn titel ‘Fotograaf des Vaderlands’ dik verdiend heeft. Zelfs mij weet hij te enthousiasmeren op het gebied van fotograferen.
REPORTAGE Tijdens het college vertelde Ahmet over hetgeen dat hij met zijn foto’s wil neerzetten. Hij probeert het beeld dat de media over vluchtelingen creëert te doorbreken. Nadat we zijn gaan zitten voor het interview en terwijl Ahmet een hap van zijn broodje heeft genomen, besluit ik door te vragen over zijn kritiek op de media. Tijdens je college had je het over het gebruikelijke drama. Vind je dat het in de media te veel om drama gaat? “Erkenning is niet meer essentieel: foto’s moeten bijzonder en dramatisch zijn. Veel fotografen maken zich daar schuldig aan. Ik vind het belangrijk om de verhalen te vertellen die niet gewild zijn, maar wel de werkelijkheid reflecteren.” En het verhaal dat je nu hebt willen vertellen, reflecteert dat die werkelijkheid? “Bij vluchtelingen denkt men vaak aan AZC’s. Kranten hebben het zelfs over een vluchtelingentsunami”, vertelt Ahmet duidelijk geërgerd. “Het is heel makkelijk om vanuit angst te berichten, ik vind het echt populistische onzin. Ze zijn meer dan alleen vluchtelingen. Ze proberen, en veel zijn daarin geslaagd, om hier een eigen bestaan op te bouwen.”
“IK VIND HET BELANGRIJK OM DE VERHALEN TE VERTELLEN DIE NIET GEWILD ZIJN, MAAR WEL DE WERKELIJKHEID REFLECTEREN”
▲
Over opbouwen gesproken, ik zie dat je bij de inburgeringseed van Daniel bent geweest. Kost het veel tijd om een goede vertrouwensband op te bouwen? Ahmet knikt beamend. “Ik heb zeker wel een aanloopje van een paar maanden nodig voor zo’n project. Zo kan ik de relatie opbouwen die nodig is om de juiste foto’s te kunnen maken.”
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 27
INTERVIEW Heb je tot slot nog tips voor beginnende fotografen zoals… “Zeker”, vertelt Ahmet voordat ik mijn zin af kan maken. “Ga niet te snel naar het buitenland. Er zijn ook voldoende goede verhalen in je eigen omgeving te halen. Beperk jezelf niet tot het werken in kaders, het is belangrijk om vrij te blijven in je creativiteit. Daarnaast moet je je spullen ook op orde hebben.” Terwijl Ahmet dat zegt merk ik dat die laatste tip zeker op mij van toepassing is. In paniek kijk ik om me heen, waar o waar is mijn lensdop gebleven? Nadat ik mijn zakken een tiental keer heb gecontroleerd en Ahmet mij een beetje argwanend aan begint te kijken durf ik het hem te vragen. Heb je misschien mijn lensdop weggestopt? Hij kijkt mij even streng aan en tovert vervolgens een grijns op zijn gezicht. “Dat is waar ook, die stop ik altijd in mijn zak”, zegt hij lachend. ● DOOR THIJS STRUIK
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 28
“BEPERK JEZELF NIET TOT HET WERKEN IN KADERS - HET IS BELANGRIJK OM VRIJ TE BLIJVEN IN JE CREATIVITEIT”
REPORTAGE
Fotocredits Timo Ilbrink
Scheuren door de Biesbosch We weten allemaal dat oldtimers populair zijn. Er zijn oldtimerclubs. Er zijn oldtimerbeurzen en ga zo maar door. We begrijpen ook allemaal waarom mensen deze auto’s mooi vinden. Wat velen van ons niet weten is dat er ook clubs zijn voor Mazda mx5’s. In Nederland zijn er zo’n vijf á zes clubs specifiek voor iedereen die zo’n auto heeft. Een van die grotere clubs is de ‘MX5 Owners’. Deze club organiseert elke maand een toerrit. Ze zien alle hoeken en gaten van het land. Ze rijden door natuurgebieden en door steden. Deze club organiseert ook ritten naar het buitenland. Naar Denemarken, Ierland, Oostenrijk, IJsland, Duitsland, de Noordkaap enzovoort. De club rijdt door heel Europa met haar leden. De club is open en ontvangt nieuwe leden altijd vol enthousiasme. Babbeltjes worden gemaakt door liefhebbers die elkaar tot voor kort nog nooit gezien hadden. Ook het ledenbestand is zeer divers. De leden komen uit alle hoeken en gaten van het land. Amsterdammers, Friezen, Zwollenaren en Limburgers. De meeste accenten worden vertegenwoordigd bij deze club. Op zondag 21 mei stond de Biesbosch route op het programma. Ze reden door de binnenstad van Dordrecht en de Biesbosch. De Biesbosch wordt gekenmerkt door haar ongerepte natuur. Deze natuur is niet super goed te zien vanuit de auto. Om het natuurgebied echt te verkennen zul je uit die auto moeten komen. Met 32 auto’s verzamelde de MX5 Owners club zich ’s ochtends om 10.00 uur in het Brabantse dorpje Hank. Nadat de leden weer kort hebben
bij gekletst wordt de dag afgetrapt met het uitdelen van de route, waarna de eerste auto’s vertrekken. Na een paar uur rondgereden te hebben in de omgeving van de Biesbosch is er in Werkendam een lunch verzorgd. Na de lunch wordt de toer vervolgd. Na wederom een paar uur is het tijd voor een borrel en een snack bij het eindpunt in Dordrecht. De route van de dag bevatte twee pondjes en een hoop lussen en bochten. De auto’s gingen volle kracht. ‘Dat geeft een kick, lekker rondtoeren in mijn sportwagentje, heerlijk.’ Maar wat is nou de magie van die Mazda mx5, wat maakt dat de leden ervoor kozen om deze auto te kopen en niet een andere populaire bak? ‘Het fijne aan deze auto is dat het mooie wagens zijn die ook nog eens heerlijk en sportief rijden. Daarnaast is het een betaalbare auto. Voor veel mensen is het een derde auto die ze alleen gebruiken voor de ritten die we maken met deze club, daar gaan mensen natuurlijk geen ontzettend dure auto voor kopen.’ vertelt Benno. ● DOOR TIMO ILBRINK MEI 2017 | REDACTIE JN1C 29
Fotocredit Marenthe Burgers
De persvrijheid van het Westen Persvrijheid lijkt de normaalste zaak in landen als Engeland, Italië en Nederland, maar eigenlijk staat het steeds slechter gesteld met de persvrijheid in deze landen. Dit blijkt uit de persvrijheidsindex van Reporters without Borders. Leon Willems (61) is de directeur van Free Press Unlimited, een organisatie die projecten uitvoert met journalisten en mediaorganisaties. Hij legt uit hoe dit komt. Hoe kan het dat het zo slecht gaat met de persvrijheid in het Westen? “Het probleem bij democratische landen is dat de overheid moeite heeft met tegenwerkingen. Mensen die persvrijheid belangrijk vinden, willen dat de pers deze functie heeft. Ze vinden namelijk dat de overheid fouten maakt. In Italië waar de politieke structuur zwak is, zie je dat de politici succesvol de rol van de pers gaan achterstellen. Je kan zien dat populistische leiders of leiders met een absolutie meerderheid de neiging hebben om tegenspraak te vermijden door het eigendom van mediaorganisaties bij vriendjes onder te brengen.” Maakt u zich zorgen over de persvrijheid in democratische landen? “We maken ons heel erg zorgen. We zijn zelfs aan het overwegen om een programma gericht op de Europese Unie te maken. In Nederland werken wij gewoon samen met mediaorganisaties die ons steunen, dus in Nederland hebben wij een coalitie. Over Europa maken we ons wel zorgen over. We zien dat de Europese Unie er niet toe in staat is de verslechteringen tegen te gaan.” In Nederland komt er hoogstwaarschijnlijk een wet waardoor journalisten makkelijker worden afgeluisterd. Wat vindt u van de verslechtering van de persvrijheid in Nederland? “Free Press Unlimited voert campagne tegen die wet, maar er is wel een grote kans dat het wordt aangenomen. Wij zijn aan het kijken of we het gaan aanvechten bij het Europese Hof van de Rechten van de Mens. Wij vinden namelijk dat hier de fundamentele rechten van de journalisten worden ondermijnd. Het belangrijkste element is dat het recht van bronbescherming van de journalisten aan het wankelen raakt.” Heeft u ook verhalen gehoord van westerse journalisten die bijvoorbeeld met de dood bedreigd werden of gegijzeld waren? “Ja, vorig jaar werd de Nederlandse journalist Okke Ornstein gearresteerd in de Panama vanwege zijn betrokkenheid bij de Panamapapers. Hij heeft een tijd in hechtenis gezeten en heeft een steunverzoek gedaan aan ons, wij steunen namelijk journalisten die MEI 2017 | REDACTIE JN1C 30
in het buitenland in moeilijkheden komen met het vondst Reporters Respond. Uiteindelijk is hij door inspanning van de overheid zonder rechtszaak vrijgelaten. In Italië is het probleem de macht van de maffia. Journalisten die over deze groep schrijven, krijgen bijvoorbeeld een briefje met ‘We weten waar je kinderen op school zitten.” Op de Internationale Dag van de Persvrijheid heb je in Hilversum het Festival van het Vrije Woord. Waarom is zo’n festival nodig? “Wij zijn een van de organisatoren. Ik denk dat het erg belangrijk is dat er aandacht wordt besteed aan persvrijheid. Wij leven in een land dat internationaal bekend staat als een land waar de persvrijheid goed is. Dat betekent niet dat er geen dingen zijn die problematisch zijn. Journalisten worden steeds vaker bedreigd als ze op plekken in het land filmen.” Is er een oplossing? “Overheden zijn op dit moment zo bang voor social media dat ze alles willen controleren en dichtzetten. Ik denk dat dit een slechte strategie is en niet gaat helpen. Het zal beter zijn als ze gaan nadenken hoe ze kunnen organiseren dat burgers zich vrij uit kunnen spreken, maar ook kunnen laten zien dat niet al het nieuws betrouwbaar is. Er wordt bovendien te weinig geïnvesteerd rondom media. Media en informatie is een van de belangrijkste aspecten in het leven van de opgroeiende jongeren, maar dat is in het onderwijs nog niet te zien.” Hoe ziet u de toekomst van de persvrijheid? “Ik denk dat we op de verkeerde weg zijn, maar ik geloof dat we dit kunnen omdraaien. Hopelijk accepteren we in vijf à tien jaar niet meer dat Facebook allerlei onware bericht deelt. Ook moet de wijsheid van mensen over hoe om te gaan met social media toenemen, maar ook moet de media sector als geheel beter gaan nadenken over haar effect. Nu is er veel sensatie, waarbij de media heel veel gepolariseerde informatie extra aandacht geven. Ik denk dat we terug moeten naar de nuance.” ● DOOR MARENTHE BURGERS
INTERVIEW
Nepnieuws in tijden van Trump Hoogleraar journalistiek Bart Brouwers geeft lezingen over nepnieuws in tijden van Trump. Het lijkt voor veel mensen alsof de journalistiek zich hierdoor in zwaar weer bevind. Maar is dat wel zo? “Wat je nu in Amerika ziet is dat The New York Times of de Washington Post, en andere traditionele media, groter en krachtiger zijn dan ooit. Het lijkt erg tegenstrijdig maar de journalistiek wint er nu bij. Dit zie je nadrukkelijk in de Verenigde staten maar eigenlijk ook over de volle breedte.” “Ik denk dat we steeds meer in gaan zien dat nepnieuws een verschijning is wat we niet willen. Zo wordt de drempel lager om weer te gaan betalen voor journalistiek. Simpelweg omdat je van sommige outlets weet dat de betrouwbaarheidsgrens gewoon wat hoger ligt dan bij het gratis gedeelte. Dit is toch de trend die je nu ziet. Of dit jarenlang doorgaat durf ik niet te zeggen. Maar in eerste instantie is de reactie op nepnieuws vooral één van versterking.” Toch loopt het aantal kranten abonnementen al jaren terug. Veel mensen bleken het niet nodig te vinden om te betalen voor journalistiek. Hebben grote nieuwsorganisaties hun positie eerst niet een beetje voor lief genomen? “Ik denk dat de journalistiek al twintig jaar in opperste verwarring is. We merkten pas te laat dat internet wel een belangrijk onderdeel van de journalistiek zou worden. Toen zijn we het pas serieus gaan nemen, alleen we hebben geen oplossing. Dit is een probleem waar veel van de journalistiek nog steeds mee zit.” Iedereen kan nu alles op het internet zetten en een even groot platform hebben als het NRC of De Volkskrant. Gaat dit in combinatie met nepnieuws de journalistiek veranderen? “Wat je tegenwoordig ziet met Trump, is dat journalisten over elkaar heen buitelen om schande te spreken over wat er gebeurt. Daar ook feiten bij aan dragen. Maar de hoeveelheid feiten is zo immens dat de lezer of de kijker denkt er komen morgen wel weer nieuwe feiten of nieuwe verhalen en dan zien we wel weer verder. Dit is dus niet de oplossing. Nepnieuws is inmiddels onderdeel van de nieuwsverspreiding, daarom word mediawijsheid. Hoe beter we in staat zijn in te schatten wat de waarde is van een bepaalde bericht des te sterker we kunnen staan in de maatschappij.” Wat is de toekomst van opiniejournalistiek ? “Rob Weinberg heeft hier een mooie theorie over. Hij benadrukt vooral dat het helemaal niet erg is om een bepaald standpunt te
hebben. Zolang je er eerlijk voor uitkomt en het onderbouwt met goeie argumenten. Dan maakt het niet uit dat je een andere conclusie trekt dan je buurman.” “In de toekomst blijf je net als nu verschillende vormen zien. Bijvoorbeeld The New York Times natuurlijk een heel sterk opiniegedeelte. Maar ze maken reclame dat je voor de feiten bij hen moet zijn. Het één zal het andere niet gaan verdringen.” De Telegraaf en Het Algemeen Dagblad worden in Nederland gezien als populaire kranten. Zijn deze kranten vatbaarder voor nepnieuws? “Als je je als krant meer richt op snelheid, als de taken op een redactie opstapelen of als de krant zich meer richt op entertainment ben je vatbaarder voor nepnieuw. De Telegraaf en het AD nemen wel meer een entertainende rol aan dan NRC of Trouw. Maar het is in Nederland bij lange na niet zo gesteld als in Engeland.” Vorig jaar schreef u in De Nieuwe Reporter over journalistiek: ‘Het beste moet nog komen.’ Wat is het beste dan precies? “Technologie gaat de journalistiek verder helpen. Maar wij als journalisten moeten wel bereid zijn om die stappen te maken richting die technologie. Wij moeten snappen wat kunstmatige intelligentie is en hoe dat ons kan helpen. Wij moeten gaan snappen wat Augumented Reality en virtual reality is en hoe dat ons kan helpen en wat het ons kan brengen. Wat robotisering ons kan brengen, wat drons ons kunnen brengen. En soms zijn dat hele simpele dingen zoals bij drones voor de beelden. Dat kunnen we ons allemaal wel makkelijk voorstellen. Maar bij kunstmatige intelligentie is dat nog echt wel een stapje verder en daar hebben we hulptroepen bij nodig die ons gaan helpen daarbij. Maar daar zitten wel heel veel kansen om onze verhalen beter slimmer, vollediger, leuker mooier te maken dan ooit.” ● DOOR FEDDE BOSKMA
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 31 Fotocredit Fedde Boskma
REPORTAGE
There is no love sincerer than the love of food George Bernhard Shaw
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 4
REPORTAGE
Het spijslokaal Zonder eten en drinken ga je dood. Maar tegenwoordig is voeding meer dan alleen een eerste levensbehoefte. Eten en drinken moet je beleven. Wij willen met deze ‘Eetditie’ bijdragen aan jouw beleving. Je kan je eigen sambal maken, wildplukken en onze verslaggever Marenthe is voor jou naar een hipster foodtruckfestival geweest. Dit en meer beleef je in de ‘Eetditie’.
MEIFotocredit 2017 | REDACTIE Marenthe JN1CBurgers 33
REPORTAGE
Eten uit de berm In het stadspark in Groningen komen hordes mensen om te hardlopen en even te ontsnappen van de sleur van de studentenstad. Eén tot twee keer per maand kun je er ook een klein groepje natuurliefhebbers vinden. Deze lopen mee met Marin Leus, die in haar vrije tijd wildplukworkshops organiseert. Ik liep mee om te ontdekken wat wildplukken precies inhoudt. “Je kan de hele berm wel eten”, zegt Marin aan het begin van de wandeling van bijna twee uur. We zijn pas een paar minuten onderweg en zijn al gestopt omdat Marin lookzonder-look gespot heeft – een plantje die je in zijn geheel kan eten en lichtelijk naar knoflook smaakt. Terwijl ze naar de berm kijkt, geeft ze aan dat ze hier alles wel zou willen aanwijzen dat te eten valt, maar dat we dan niet vooruit zouden komen. Onder de tien wandelaars die vandaag mee zijn – waaronder ook ik – klinkt een licht gelach. Wildplukken is iets wat al eeuwen en eeuwen gedaan wordt. De verzamelaars in de prehistorie deden het, maar ook tijdens de hongerwinter werd deze manier van eten vinden gebruikt. Nu is het deel van de foodtrend om bewust en groen te eten en leven; het is veganistisch, er zijn geen chemicaliën gebruikt op je eten en je eten is local. Al met al lijkt het dus goed voor het milieu, zo lang je niet te veel plukt en in de gaten houdt welke planten momenteel beschermt zijn – deze mag je namelijk niet plukken. Marin is altijd al geïnteresseerd geweest in wildplukken, maar er leek altijd een drempel te zijn. Dit veranderde wanneer ze ‘wildplukwoensdag’ in het leven riep; een serie op haar blog Groene Avonturen waar ze elke week een plant in de spotlight zette. Hierdoor leerde ze elke maand vier planten kennen en een half jaar later wist ze genoeg om te beginnen met het geven van workshops. Terwijl ze door het park loopt zegt Marin: “Je hoeft eigenlijk helemaal geen salade mee te nemen als je gaat picknicken. Je kan hem gewoon liggend plukken.” De jonge Groningster (voormalig Den-Hager en toekomstig waar-ze-ook-maar-terecht-kan-er, aangezien ze van plan is om rond te trekken door Nederland en België) lijkt volledig in haar element wanneer ze plantje na plantje aanwijst. Zo demonstreert ze hoe je brandnetel kan plukken en rauw kunt eten zonder MEI 2017 | REDACTIE JN1C 34
jezelf te prikken – je moet de twee van de bovenste blaadjes aan de onderkant pakken, naar elkaar toe vouwen en dan plukken. Hierna kan je ze opvouwen in een pakketje en het zonder risico opeten. Zelf ben ik niet ongelooflijk wild van rauwe brandnetel, maar ik vind zevenblad – een van de beruchtste soorten onkruid – wel weer erg lekker.
“DE JONGE GRONINGSTER LIJKT VOLLEDIG IN HAAR ELEMENT WANNEER ZE PLANTJE NA PLANTJE AANWIJST” Tijdens de wandeling lijkt iedereen constant verbaast door de hoeveelheid planten die je kan eten. “Ik dacht dat we gingen leren wat je kan eten, maar we leren eigenlijk wat je niet kan eten”, zegt een studente die meeloopt. Dit is zeker waar: er zijn meer planten die gevaarlijk zijn om te eten dan planten die veilig zijn en er worden er dertig aangewezen door Marin tijdens de wandeling. Iedereen – waaronder ook ik – is positief verrast door de hoeveelheid aan eetbare planten. Op mijn weg terug naar het station merk ik meteen dat ik met meer aandacht naar de planten om mij heen kijk en pluk ik een paar blaadjes look-zonder-look, die ik meteen in mijn mond steek. Marin is van plan om in juli te gaan reizen door Nederland en België en hier te werken bij verschillende boerderijen, wat betekent dat ze haar workshops op meerdere locaties in het land zal gaan doen. Data van deze wandelingen en haar ervaringen zijn te vinden op haar blog groeneavonturen.nl. ● DOOR MARIJN HELMS Fotocredit Marijn Helms
REPORTAGE
“Je hoeft eigenlijk helemaal geen salade mee te nemen als je gaat picknicken. Je kan hem gewoon liggend plukken.”
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 5
REPORTAGE
In de rij voor cookie dough Foodlovers opgelet, vanaf nu kun je in Rotterdam terecht voor cookie dough. Een idee dat is overgewaaid uit New York. Bij Bakers Dough kan er gekozen worden uit vier soorten deeg en verschillende topics zoals Oreo, stukjes brownie of vers fruit. Tijdens de opening stond er een lange rij voor de deur en eigenaren Paul Bakker en Eline Moor hopen dat dit de komende tijd zo zal blijven. De deuren van Bakers Dough openen om twaalf uur, maar een half uur voor de opening staan er al tientallen mensen geduldig te wachten op het moment dat zij eindelijk naar binnen mogen. Het zijn voornamelijk studenten die bij de opening aanwezig zijn, maar ook moeders met kinderwagens hebben tijd vrij gemaakt om hierbij te kunnen zijn. “Het is gewoon nostalgie, vroeger toen mijn moeder appeltaart bakte pikte ik altijd wat deeg. Heerlijk dat we dat nu gewoon hier kunnen doen”, zegt Ingrid tegen haar vriendin Jorie. De dames komen uit Rotterdam en zijn samen met Ingrids zoontje aanwezig bij de opening.
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 36
Rotterdammer Darren de Boer staat vooraan in de rij en is vandaag aanwezig omdat hij gek is op nieuwe dingen in zijn stad. ‘’Ik ben een foodlover en dan is vooral zo’n opening heel speciaal.’ ’ Hij moest niet ver reizen voor de opening, maar heeft wel al zijn afspraken afgezegd omdat hij de opening echt niet wilde missen. In de rij staan niet alleen Nederlanders, maar ook Roshni Hindrien uit Cologne en Sacha Marois uit Parijs wilden de opening niet missen. “Ik volg ze al een tijdje op Instagram en zag dat ze vandaag de opening hadden. Ik heb altijd al cookie dough willen eten want
Fotocredits Merel Revet
REPORTAGE
ik hou van koekjes, daarom moesten we hier gewoon bij zijn”, lacht Roshni. De twee studeren aan de Erasmus universiteit en zijn nu bezig met het schrijven van hun scriptie. ‘’Hier naartoe gaan is een soort studiebreak.’ ’ Welke smaak ze willen, weten ze nog niet, zolang het maar iets met chocolade is.
“HIER NAAR TOE GAAN IS EEN SOORT STUDIEBREAK” Om twaalf uur precies worden de deuren geopend door de moeders van Paul en Eline. “Omdat zij onze inspiratiebron zijn”, vertelt Eline. De moeders laten weten ontzettend trots te zijn op hun kinderen en het heel leuk te vinden dat zij de zaak mogen openen. Voor Ellen Bakker, de moeder van Paul, zal het de eerste keer zijn dat ze het koekjesdeeg mag proeven. Jenny Moor, de moeder van Eline, heeft al eerder cookie dough mogen proeven en vindt het erg lekker. “Het is alleen niet zo goed voor mijn figuur”, lacht ze.
Eigenaresse Eline Moor laat weten ontzettend blij te zijn dat ze eindelijk open zijn. ‘‘Drieënhalve maand was een korte tijd om een heel concept uit te bouwen, maar het is gelukt Dus ja het is nu echt een last die van mijn schouders valt.’ ’. Angelina Kelly heeft gekozen voor de sticky fingers. Salty caramel en brownie dough met vanille fudge, brownie, salted caramel sauce en stroopwafel. Op het moment dat ze haar eerste hap neemt begint ze te lachen. “Het is heerlijk, echt heel goed. Precies zoals ik verwacht had.” Haar vriendin Xiomara Bloemenveld is het helemaal met haar eens. De meiden zijn aanwezig bij de opening omdat Xiomara vanuit Suriname even op vakantie is in Nederland. Zij vinden dit een goede manier om even lekker bij te praten terwijl ze wachten op iets lekkers. Angelina bezoekt Baker & Moore al vanaf het begin. “Dit is gewoon een droom die uitkomt, cookie dough met iets lekkers er op. Het is gewoon geweldig!” ● DOOR MEREL REVET
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 37
REPORTAGE
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 4
Fotocredits FOTOCREDITS Marenthe MARENTHE Burgers BURGERS
REPORTAGE
Festivalbeleving “Het is hier zo gemoedelijk,” zegt een vrouw tegen haar man. Zij zijn niet de enige bezoekers, ook andere stelletjes, scholieren en families genieten op de frisse vrijdagavond van ‘Eten op Rolletjes’. Van 19 mei tot en met 21 mei vindt het foodtruckfestival plaats. Bij dit evenement in Hilversum kan je genieten van verschillende soorten gerechten.Volgens de organisator Bob Nagel is de beleving de trend. Rond half vijf is het park nog aardig leeg. Het drukste plekje is de kleine speeltuin. Enthousiaste kleuters en peuters vullen de plek. Met glunderende ogen rennen ze door het steeds vollere speeltuintje. “Mama kom mee! Zullen we op de wipwap?” Niet alleen de kinderen, maar ook de ouders genieten van het familie-uitje. “De kinderen spelen hier met plezier”, zegt Carin Boersma lachend. “Zelf kan je als volwassenen onder elkaar praten.” Naast de speeltuin zit de enthousiaste ‘Juf Julia’. Ze draagt een jurk waar Karin Bloemen bijna jaloers op zou zijn. Een grote vrolijke gekleurde jurk met verschillende zakjes zorgt volgens Jacqueline Boerebach, ‘Juf Julia’, voor veel nieuwsgierigheid bij de kleintjes. Zij praten openlijk en lachen vol genot met Jacqueline. Zij werkt bij een bibliotheek in Hilversum en verkleed zich vaak als de juf. Het is een heerlijke ervaring voor de kinderen. Boerebach is erg enthousiast over het evenement: “Het is leuk dat jong, oud en verschillende culturen elkaar ontmoeten.” Toch gaat de aandacht van de kleintjes vooral naar de poppenkast waar elke dag een paar voorstellingen plaatsvinden. Over enkele minuten begint de voorstelling Pietje Puk. Langzaam vullen gezinnen het grasveld en de banken voor de poppenkast. Sommigen kijken enthousiast en lichtelijk ongeduldig. Na zo’n vijf minuten begint het dan eindelijk. “Zijn jullie er klaar voor?” “Ja!”, schreeuwen ze enthousiast. Dan galmt het liedje “We all stand together” van Paul MCarthy door het park wat de belevening van dit festival goed omschrijft. Geen toeschouwer is er toe in staat om zijn of haar ogen van de poppen af te houden. Onder de voorstellingen schatert niet alleen het jonge publiek, maar ook de ouders lachen mee. “Ik heb dit al zolang niet meer gezien”, zegt Debbie weemoedig.
Ook muziek ontbreekt niet bij het festival. Vooral straatmuzikanten treden op. “Het is wel jammer dat ze vanwege geluidsoverlast nu zo zacht moeten spelen”, zegt Renate van Ligten. Toch geniet zij met haar vrienden en vriendinnen volop van het evenement. Al is dat deels ook dankzij de lege glazen op tafel die eerst gevuld waren met, volgens de groep, een heerlijke rode wijn. Op een gegeven moment gaat de beleving van de muziek nog een stapje verder. Een muzikant die op zijn gitaar verschillende liederen speelt, loopt langs de etende en drinkende bezoekers. “Geweldig dat hij dat doet”, zegt eigenaar van Rich Pork, Richard Matulessy.
“DE BELEVING HOORT ER GEWOON BIJ.” Wil je poffertjes? Dan kan je terecht bij ‘Pofferdikkie’. De foodtrucks maken volgens de klanten niet alleen lekker eten, maar ook de aankleding van veel trucks valt goed in de smaak. Daarnaast zorgt volgens organisator Nagel de omgeving ook voor de beleving: “Het park is erg mooi en er is veel groen.” Ook de gekleurde lampjes zorgen voor een goede sfeer. Het eten doet er steeds minder toe op de verschillende locaties van het festival. De belevenis is het gene wat het meeste met de bezoekers doet en zorgt voor het totale plaatje van het festival. Dit zorgt voor gezelligheid en gemoedelijkheid. Nagel denkt dat de trend niet zo snel zal stoppen: “De beleving hoort er gewoon bij.” Hij wil samen met de rest van de organisatie het festival uitbreiden, zodat het avontuur bij ‘Eten op Rolletjes’ nog groter wordt. ● DOOR MARENTHE BURGERS
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 39
REPORTAGE
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 4
Fotocredits Josefien Matulessy
TEST
Wat voor groentesoort ben jij? Heb jij je weleens afgevraagd wat voor groentetype jij bent? Dit is je kans om erachter te komen! Vul deze test in en laat je verrassen. Welke sport beoefen jij graag? A. Teamsporten is niks voor jou. Liever doe jij een vechtsport als judo of karate. B. Sporten?! Daar doe jij niet aan. C. Sporten vind je erg leuk, maar vooral op vakantie met vrienden. Badminton en beachvolleybal kunnen niet ontbreken op vakantie en T-shirts stel je het liefst uit tot dat het zweet van je hoofd afdruipt. Jouw favoriete vakantieplek is... A. Een land dat een interessante geschiedenis heeft. Daar ga jij op zoek naar de bijzonderste plekker. B. Nederland, want dan ben je dicht bij huis. C. Maakt je niet uit, als het maar zon, zee en cultuur heeft.
Wat kijk je het liefst op televisie? A. Voor televisieseries als ‘NCIS New Orleans’ en programma’s als ‘Pauw!’ maak je graag je tijd vrij. B. De televisie is allang uit jouw leven. Het liefst lees jij een boek. C. Jij bent verslaafd aan Amerikaanse series als ‘Game Of Thrones’ en ‘Orange Is The New Black’. Hoe besteedt jij je vrij tijd? A. Jij spreekt graag met vrienden af om te chillen en te discussiëren. B. Het liefst verstop je je achter een boek op een comfortabele zitzak of gewoon op je bed. C. Alleen thuis zitten? Nee, dat is voor jou te saai. Jij spreekt graag met vrienden af om iets te eten.
Wat draag jij vaak in de zomer? A. Een korte broek met een casual T-shirt of blouse. Het mag wel simpel, niet te moeilijk. B. Het liefst draag je lange kleding in zwart of wit. Je haat korte broeken en t-shirts. C. Een korte broek met een vrolijke gekleurde T-shirt. of zomerjurkjes, lekker zomers. Hoe wordt jij graag bereid? A. Het liefste wordt jij op de gril gelegd. B. Niks is zo heerlijk als gestoomd worden. C. In de zomer wordt jij graag op de barbecue gelegd.
Wat drink jij het liefst? A. Niks gaat boven een goed biertje. B. Alcohol sla jij het liefst over. C. Alcohol?! Doe mij dan maar een cocktail of tien.
Welke saus eet jij het liefst? A. Op bijna al het vlees dat je eet smeer je dikke klodders chilisaus. Wat is nou lekkerder dan een pittig sausje? B. Pittige saus? Dat krijg jij écht niet door je strot heen. Jij wil graag een standaard sausje bij het eten, zoals mayonaise C. Normale sausjes zijn voor jou veel te standaard. Geef jou maar iets aparts. Meestal kies jij voor de Chunky Burger Saus van Calvé.
Heb jij vooral antwoord A? Dan ben jij een echte broccolli. Deze groentesoort is de hangjongere onder de groentes. Je bent realistisch, wat niet bij iedereen goed ligt. Je houdt van discussiëren, en geeft altijd je mening.
De uitslag
Heb jij het meest antwoord B ingevuld? Dan ben jij een rode biet. Hoe rood de biet is, zo rood zijn jouw wangen bij beschamende momenten en dat gebeurt best wel vaak. Daarom sta ja niet zo graag in het middelpunt en kom je vaak verlegen over.
Heb jij het meest antwoord C ingevuld? Dan ben jij een echte gele paprika; Je bent erg enthousiast en behulpzaam. Je houdt van leuke dingen doen met vrienden en familie. In je vriendengroep sta je bekend als het feestbeest.
Fotocredits Kris Arnold, Mathias Appel, Mario Bonifacio
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 41
REPORTAGE
Sambal in pot slaat nergens op! Op NPO3 zijn de komende 5 weken de foodweken, de zender staat elke dinsdag en donderdag in het teken van eten. Ik zat te kijken naar een uitzending van ‘De Keuringsdienst van Waarde’, een uitzending over sambal. Deze uitzending bracht mij in shock, sambal in pot is fout! Ik voelde me een kenner van de Aziatische keuken, pepers en specifiek sambal. Ik kijk veel naar 24Kitchen en ik heb wel 4 verschillende potjes sambal in de koelkast staan. Ik maak graag rendang, en dat serveer ik met sambal Badjak (uit pot). Het beeld van mijzelf als connaisseur van de Oosterse keuken viel in duigen door de uitzending van de Keuringsdienst. Ik ben naar mijn vaste Balinese toko in Zwolle gefietst en heb medewerker Mudi om uitleg gevraagd. Het is een traditionele schattige kleine toko net iets buiten het centrum van Zwolle. In de winkel ruikt het heerlijk, er wordt verse kroepoek gebakken. Mudi loopt met een schaal net gevouwen loempia’s door de winkel. Verschillende soorten kruiden zo ver het oog rijkt, verse pepers, lombok en rawit. En ze verkopen er potjes met mijn favoriete peperprutje: Peteh, Badjak, Brandal, Djeroek, Kemiri, Ketjap, Oelek, en nog veel meer soorten. In Indonesië zijn ze groot fan van sambal, maar deze pittige pepersaus verkopen ze daar nergens in pot. In de gemiddelde Nederlandse toko verkopen ze dit wel.
Ik heb Mudi geconfronteerd met dit absurde feit. “Waarom verkopen jullie sambal in pot?” “Sambal in pot verkopen we voornamelijk voor de Nederlandse klanten. Het is makkelijk en langer houdbaar. In Indonesië worden bijna nergens potjes sambal verkocht. Mensen maken het zelf, meestal naar familierecept. De sambal in pot is houdbaar gemaakt met zuren, dit verpest de smaak het wordt een soort augurk.” “Mudi, als je zelf sambal eet, eet je dit dan uit pot of zelfgemaakt?” “Ik maak mijn eigen sambal. Zelfgemaakte sambal is een stuk lekkerder. Soms als ik weinig tijd heb en voor veel mensen moet koken maak ik een uitzondering. Dan gebruik ik een potje sambal, maar dat is zelden voorgekomen.” “Voor de sambal die ik maak gebruik ik rawit. Rawit-pepers zijn klein en dun, maar ze zijn wel ontzettend scherp. De kleur zegt niks over de pittigheid. Meestal zijn kleine pepers wel pittiger dan grote pepers. En je hebt trassi nodig (gefermenteerde garnalenpasta). Sambal zonder trassi dat kan niet.”
“SAMBAL IN POT IS FOUT!”
Fotocredit Freek Morren
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 42
REPORTAGE
Ik heb Mudi gevraagd wat je nodig hebt om zelf de lekkerste sambal te maken en ben de keuken ingedoken. Het belangrijkste ingrediënt is uiteraard de peper, maar ook knoflook, ui, trassi, zout en suiker horen thuis in de saus. Ik had verwacht dat de keuken heerlijk zou ruiken naar de specerijen, knoflook en ui. De werkelijkheid is weerbarstiger, het stinkt verschrikkelijk! Tijdens het maken van de sambal is het hele huis gaan ruiken naar rotte vis. Dat is ook niet zo gek, want trassi is verrotte garnaal. Tot dan toe was ik nog niet onder de indruk, maar dat veranderde nadat ik de saus heb geproefd. Het resultaat mag er wezen! Het is inderdaad een stuk smaakvoller. Je proeft de pure smaak van de peper en de specerijen een stuk beter, niet het zuur van de conserveermiddelen want die zitten er niet in. Daarom is het ook maar een weekje houdbaar, en zo veel sambal als ik nu heb gemaakt verorber ik niet in dat tijdsbestek. Maar wanneer je eenmaal zelfgemaakte sambal hebt geproefd wil je niet meer anders! ● DOOR FREEK MORREN Sambal a la Mudi • • • • • • • • • •
12 rode rawit (kleine rode peper) 5 cabe rawit (kleine groene peper) 1 lombok (spaanse peper) 3 knoflook tenen ½ rode ui 2 theelepels suiker Halve theelepel zout Theelepel gember (vers geraspt) 1 theelepel trassi Zonnebloem olie (om in te bakken)
Snijd de pepers zo fijn mogelijk en snijd de knoflook en ui in dunne plakjes. Doe dit met de trassi en de gember in een cobek (vijlsel) en wrijf met de ulukan (stamper) fijn tot een brei. Roer er de suiker en het zout doorheen. Verhit een bodempje olie in een koekenpan en doe het peperprutje in de pan. Bak het tot het glazig is. Meng alles door elkaar en klaar is de sambal! Selamat makan! Fotocredit MEI 2017 | Jeanette REDACTIEWilligenburg JN1C
5
REPORTAGE
Bierbrouwen in
Een stukje ondergewaardeerd vakmanschap Als je aan bier denkt, denk je al snel aan België. Het land staat bekend om haar vele speciaal bieren en exclusieve bierbrouwerijen. Nederland staat nou eenmaal niet te boek als een bierland, maar is dat onterecht? “Absoluut. Maar daar gaat de komende jaren wel verandering in komen.” Zegt Gerrit Wolf. Nederland is bezig met een inhaalslag op het gebied van bier.
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 44
Nederland Bij binnenkomst in de Zutphense bierbrouwerij zie je aan alles dat je in een bierbrouwerij staat: de gigantisch grote gouden bierbrouwinstallaties, de sterke geur en natuurlijk de ontelbaar vele speciaal gebrouwen biertjes achter de bar. Het mooie aan de brouwerij is dat je bijna het gehele brouwproces voor je neus ziet gebeuren. Op de vraag waarom Nederland in het rijtje van bierbrouwende landen eigenlijk nooit genoemd wordt, heeft Gerrit ook geen passend antwoord: ‘’Ik denk dat dat gewoon een stereotype is: België en Duitsland zijn de bierlanden. Wat veel mensen niet weten is dat België zo’n 170 bierbrouwerijen telt en Nederland maar liefst 350. Ik denk dat dat genoeg zegt.” Ondertussen komt er een vijftal mannen binnen gelopen. “Goedemorgen!” De mannen volgen een rondleiding met uiteindelijk een bierproeverij. Dagelijks komen er groepen geïnteresseerden naar de bierbrouwerij. Hoe komt het toch dat het Nederlandse bier blijkbaar in de lift zit? “Nederlanders zijn nou eenmaal heel erg innovatief. Het past niet bij ons om stil te blijven staan en te teren op ons succes - wat onze zuiderburen nu wel lijken te doen”, concludeert Frederik Groenbos, een van de mannen die de rondleiding volgt, “Maar uiteindelijk gaat het wel om het bier hoor!”
Fotocredit Pixabay
De mannen krijgen een korte uitleg over de geschiedenis van de bierbrouwerij en over de stad Zutphen in combinatie met bier. Vervolgens worden de bierliefhebbers uitgenodigd naar beneden, de kelder. De gewelvenkelder van de bierbrouwerij ziet er precies uit zoals je dat zou verwachten: oud, alles van steen, grote brouwinstallaties en natuurlijk bier. Hier wordt de heren stap voor stap uitgelegd hoe het bier wordt gemaakt. Van hop en gist tot alcoholisch genot. Na een uiterst gedetailleerde toelichting krijgen de mannen wat ze het meeste vreugd doet: bier drinken. Er wordt een viertal bieren uitgedeeld dat men kan
REPORTAGE
proeven. Het betreft de huisbieren van de brouwerij zelf: het Liesje (7%), die door Peter Simons niet al te best beoordeeld wordt: “Een vrouwenbiertje, doe het mij allemaal maar een paar tikkeltjes zwaarder hoor.” Een Broedertje (8,5%): “Dit vind ik ook niks, het smaakt naar sinaasappel.” Wat kan kloppen, aangezien er wordt verteld dat er in dit bier gebruik is gemaakt van Stiermarkse hop in combinatie met banaan en vanillekruiden, wat voor de sinaasappelsmaak zorgt. Een Droge Nap (10%): “Dit begint er al meer op te lijken: iets zwaarder en kruidiger. En ten slotte een Magistraat (13%). Hier zijn de mannen allen enthousiast over: “Nu gaan we echt bier drinken!”
“HET PAST WEL BIJ ONS, DE NEDERLANDERS, OM NIET STIL TE BLIJVEN STAAN EN TE TEREN OP ONS SUCCES” Nederlandse brouwerijen staan er volgens eigenaar Gerrit tegenwoordig om bekend dat ze anders durven te zijn: “Maar dit moet eigenlijk ook wel, omdat je tegenwoordig in elke stad wel twee of drie brouwerijen kunt vinden. Je moet je dus wel onderscheiden.” Over de vraag of de lijn omhoog blijft gaan of dat het slechts een tijdelijk iets is, hoeft hij dan ook niet lang na te denken: “Daar ben ik van overtuigd. Ik denk dat er in Nederland steeds meer bierbrouwerijen bij blijven komen, want de crisis is voorbij en mensen durven weer. Ik denk bijvoorbeeld niet dat je een jaar of acht geleden een nieuwe brouwerij had moeten beginnen, hoor. Dan had je binnen een half jaar de boel weer kunnen opdoeken. Al hoop ik natuurlijk niet dat er straks ineens vijf nieuwe brouwerijen in Zutphen bij gaan komen.” ● DOOR STAN MEERDINK MEI 2017 | REDACTIE JN1C 45
COLUMN
Breng een beetje groen naar รกl het onderwijs Basisscholen lijken een stap voor te zijn in vergelijking met middelbare scholen en hogescholen, want heel veel basisscholen krijgen een groen schoolplein. Geen tegels en kunstgras, maar bomen, dieren, heuvels en water. Op deze manier willen basisscholen verveling op het schoolplein voorkomen en iets doen tegen de natuurtekortstoornis bij veel kinderen. Het lijkt een beetje een sprookje. Ik had vroeger alleen maar durven dromen van een schoolplein waar zoveel te doen was. Ik hield heel veel van klimmen als kind. In de pauze rende ik altijd direct naar de klimrekken toe. Ik herinner me nog goed hoe ik een keer uit een boom was gejaagd door een juffrouw. De boom stond er voor de sier en het was niet de bedoeling dat je erin ging klimmen. Maar kinderen op een groen schoolplein mogen klimmen in bomen! Ze kunnen hun creativiteit helemaal kwijt. Ik had best kind willen zijn in deze tijd. Natuur is heel belangrijk voor je gezondheid. Het zorgt voor vermindering van stress en helpt bij een goede persoonlijke ontwikkeling. Daarbij stimuleert het om sociale contacten te maken en zorgt het voor meer beweging. Natuur houdt de mens gezond. Een groen schoolplein heeft dus een geweldig effect, maar waarom zouden we al stoppen bij basisscholen?
Op de middelbare scholen heb je met een beetje geluk gras op het schoolplein. Op mijn eerste middelbare school was er alleen steen. Weg van het schoolplein was niet mogelijk, want het was omheind met een stalen hek met enge punten erboven. Er was een afdakje waar alle rokers zaten. Ook stonden er ongeveer drie bankjes en een tafeltennistafel waar niemand gebruik van maakte. Het schoolplein was een sombere plek en leek meer op een plein uit een gevangenis. Niemand kwam er dan ook, iedereen zat altijd in de kantine. Hoe mooi zou het zijn als op deze plekken wat meer bomen zouden komen? Heel misschien was ik er dan zelfs in geklommen. Nu zit ik op een hogeschool. Tegenwoordig hebben steeds meer studenten last van grote prestatiedruk, burn-outs en heel wat stress. Nu is er niet echt een schoolplein, maar heel veel gras waar je fijn kan zitten. Maar ook hier zou ik wensen dat er wat meer natuur was. Je zit midden in de stad en er is geen stukje bos in de buurt. Natuur helpt geweldig tegen stress. Dus hoe geweldig zou het zijn als er voor studenten een parkje was bij de campus of een mooie vijver met bankjes eromheen waar je tot rust kunt komen. Geweldig dat basisscholen de stap hebben genomen naar meer groen. Nu is het tijd voor andere scholen. - Josefien
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 46
COLOFON
Chefs
Opmaakredactie
Redactie
Freek Morren
Nikkie Serrarens
Fedde Boskma
Marijn Helms
Josefien Matulessy
Stan Meerdink
Marenthe Burgers
Manon Lammers
Merel Revet
Anna-Carlijn Nakken
Tomas Vermeulen
Eindredactie Jesse Seppenwoolde
Timo Ilbrink
Docent
Thijs Struik
Binne Keulen
Lars Leeftink
Ton Jager Kirsten Leafdes
MEI 2017 | REDACTIE JN1C 47