UNIQUE Een uitzonderlijke visie
l Grote contrasten in Londen l Street art komt tot leven op de muren in New York City
Foto: Danique Hoekstra Foto: Roy Prent, Foto’s cover: Danique Hoekstra
UNIQUE Voor je ligt het magazine Unique, een toepasselijke naam voor onze eenmalige uitgave over respect en diversiteit. In dit nummer wordt onder andere veel aandacht besteed aan gentrificatie, kunst en de Amerikaanse verkiezingen. Deze verhalen vind je terug in de vorm van portretten, reportages, interviews en blogs. Een week lang is onze redactie op reis geweest naar New York, London, Berlijn en Utrecht. Op de cover zie je een graffitiportret van Audrey Hepburn. Dit portret is terug te vinden in de straten van New York, waar redacteur Danique verslag van deed.
Persoonlijk spreekt het onderwerp respect mij erg aan. Ik vind respect belangrijk. Ik vind het, net als ieder ander, fijn om gerespecteerd te worden om wie ik ben. Nu is dit voor mij heel normaal, maar dat is het niet altijd geweest. In het verleden heb ik regelmatig opmerkingen te horen gekregen over mijn geaardheid. Hierdoor heb ik dan ook interesse in dit soort onderwerpen en heb ik hier een interview en blog over geschreven. Ik hoop dat deze onderwerpen niet alleen mij, maar ook jou aanspreken. Namens de volledige redactie wens ik je veel leesplezier. Van de hoofdredacteur,
Roy Prent
6
46
34
8
26
25 Foto: Danique Hoekstra
Inhoud 6
Laurens Reichenbach eigenaar muziekhandel Reichenbach
8
Streetart in New York
14
Interview: jong, homo en christen
15
Uit de kast
16
Maffia in Berlijn
20
De tandpastaman
21
Twee uitersten in een wijk in Londen
25
Berlijn in de steigers
26
Dichten in Deventer
28
Verhipstering in Berlijn
30
Verkiezingen in New York
34
Fotoreportage steden
36
Migranten in Berlijn
38
Gentrification in New York
40
Bio en koffietenten in Berlijn
42
Waar heb jij respect voor?
43
Een tollerante sfeer in Holtenbroek
46
Chineze koffie in China Town
‘‘Wie zijn vak kent, kent geen vrees’’
Foto’s: Vivian Ugbah
De etalage van muziekhandel Reichenbach hangt vol met Bruce Springsteen voorwerpen. ‘’Bruce Springsteen, waar ik een groot fan van bent, komt binnenkort naar Nederland. Als muziekwinkel houden we onze etalages actueel, vandaar dat de etalage nu vooral om hem draait´´, vertelt Laurens Reichenbach. DOOR VIVIAN UGBAH
H
ij is nog maar 23 jaar en nu al de eigenaar van muziekhandel Reichenbach. ”Ik kan mij niet anders herinneren dan dat ik altijd al in de winkel stond. Als jochie van vijf jaar stond ik stiekem mee te kijken en probeerde ik soms brutaal een klant wat aan te smeren. Mijn vader heeft ons op jonge leeftijd bij de winkel betrokken. Toen ik een jaar of twaalf was begon ik te werken in de zaak als bijbaantje.
06
Ik werkte mee met het personeel en werd hetzelfde behandeld. Ik kreeg geen voorkeurbehandeling van mijn vader´´, vertelt Laurens. Laurens Reichenbach is de 23-jarige eigenaar van muziekhandel Reichenbach. Hij groeide op in een groot, muzikaal en ondernemend gezin in Zwolle. Hij woont, samen met zijn moeder en zus, in Zwolle. Zijn vader Anton Reichenbach (1942-2014) werkte met volle overtuiging in de muziekhandel. Laurens was nog maar twaalf jaar toen hij de eerste klanten hielp en hij is er trots op dat hij het familiebedrijf voort kan zetten. Vanaf 2010 is hij de officiële eigenaar van de 170-jaar oude muziekhandel.
Geschiedenis
‘’De muziekzaak heeft verschillende vormen gekend. In 1846 begon mijn betovergrootvader Nicolaas als vioolen luitbouwer. Instrumenten werden op aanvraag gemaakt. Zijn zoon nam dit vak over. Pas bij de derde generatie kreeg het bedrijf vorm zoals wij nu een reguliere muziekwinkel kennen. Mijn opa Johannes Reichenbach breidde de zaak uit met mandolines en de eerste moderne gitaar. Vooral mandolines waren in die tijd, rond 1930, erg populair. In en na de oorlog zat alles
behoorlijk op zijn gat. Een muziekinstrument is immers geen primaire levensbehoefte. Pas in de jaren 60 kwam er een gigantische boost van muzikanten. De Britse bandjes zoals The Beatles en The Rolling Stones kwamen op en dat merkte je ook in de handel. Gitaren, orgels en drumstellen waren niet aan te slepen. De muziekhandel floreerde’’, vertelt hij. Samen met zijn 29-jarige zus Eugenie Reichenbach staat hij in de winkel. “We zaten er met onze neus bovenop, we hebben alle instrumenten zelf in onze handen gehad. Hier zijn we opgegroeid”, vertelt Eugenie aan de Peperbus. Volgens Eugenie is ook de lange geschiedenis een meerwaarde. “Het zit in de chemie van een familiebedrijf’’, vertelt ze aan de Peperbus. “Het motto van onze opa was: muziek is voor iedereen. Een beginner kan hier binnenlopen en een instrument vinden. Ik heb altijd al geweten dat ik iets met de winkel zou gaan doen. In welke vorm en wat voor functie heb ik nooit bij stilgestaan’’, vertelt Laurens.
Gezondheidsproblemen
‘’Ik vind het zakelijke aspect van een zaak hebben interessant. Het spelen met de cijfertjes, slim inkopen doen, het onderhandelen en de deals sluiten.
Het is een interessante business. Het is vooral het ondernemen wat mij trekt’’.
‘’Mijn vader kampte al langer met gezondheidsproblemen. Hij kon het simpelweg niet meer aan en ik was de enige persoon die op dat moment kon inspringen. Ik stopte met mijn studie en nam de zaak volledig over. Mijn zus Eugenie kwam mij niet veel later vergezellen. Er is in mijn ogen niet echt sprake van een keus. Je doet wat je moet doen. Er zijn veel mensen afhankelijk van de muziekhandel. Hoewel ik altijd wel dacht iets met de zaak te gaan doen, had ik nooit verwacht dat ik mij volop op de zaak zou gaan storten. Het kwam op mijn pad. Niemand keek er gek van op dat ik de stap nam. Mijn vader en moeder vonden het mooi en waren trots dat ik het deed.’’
schommelde. Meerdere doctoren spraken over een aanhoudende griep. Na aandringen op een onderzoek kwam de diagnose. Hij had vergevorderde slokdarmkanker. De kanker was volledig uitgezaaid. Na de diagnose begon mijn vader af te takelen. Na enkele bestralingen kwam mijn vader in een delirium. Hij herkende ons niet en kon niet meer communiceren. De stress rondom de gehele situatie werd mijn moeder
Profiel
teveel. Zij kreeg in het ziekenhuis een hartaanval.’’ Laurens had een moeilijke tijd na het overlijden van zijn vader. ‘’We hadden het allemaal moeilijk, maar ik heb van mijn vader geleerd om nooit bang te zijn. Je moet niet bang zijn om iets te ondernemen, niet bang zijn om te verliezen of bang zijn voor tegenstand. Hij heeft mij geleerd om sterk en zeker te zijn van je eigen kunnen. Want wie zijn vak kent, kent geen vrees.’’ l
‘‘Krakende wagens rijden het langst’’ ‘’Stel dat dit er niet meer is, dan is een deel van onze geschiedenis weg. Muziek is emotie. Er kleeft altijd een verhaal aan een instrument vast’’, zegt Eugenie Reichenbach tegen Rtv Oost. ‘’De winkel is een verlengde van je lichaam. Onze naam is er altijd mee verbonden. Het is altijd Laurens van muziekhandel Reichenbach en niet Laurens Reichenbach’’, vertelt Laurens. ‘’Mijn vaderkampte altijd al met gezondheidsproblemen. Ik ken niet anders dan dat hij altijd ziek was. Hij was hartpatiënt, leed aan reuma en had diabetes. Ik heb de binnenkant van het ziekenhuis vaak gezien. Hoewel mijn vader altijd pijntjes en klachten had, was er nooit echt wat aan de hand. Hij zei zelf altijd: krakende wagens rijden het langst.”
Moeilijke tijd
Begin juni 2014 begonnen de klachten van mijn vader heftiger te worden. Hij was snel moe, slikken lukte niet goed en zijn suikerspiegel
CV Geboortedatum 18 oktober 1992 Woont al zijn hele leven in Zwolle Rechten aan de Chr. Hogeschool Windesheim 2009 - 2011 Eigenaar van de muziekhandel Reichenbach 2010 - heden Adviseur bij Braingineers 2015 - heden
07
Foto: Danique Hoekstra
08
NewonderYork een laag Graffiti
09
Audrey Hepburn poseert voor toeristen. Twee grote ogen kijken naar je. Adembenemend. Haar iconische zwart-witfoto is vermengd met felle kleuren. Ergens op een muur in het midden van Little Italy. Groepjes met ouderen, jonge stellen en willekeurige voorbijgangers stoppen om een foto van de Amerikaanse ster te maken. De muurschildering te midden van Little Italy is een prachtig portret, street art in al haar glorie.
DOOR DANIQUE HOEKSTRA
A
udrey is niet het enige meesterwerk dat zich bevindt in New York City. De metropool is de geboortestad van de graffiti en in een stad als deze, is kunst van de straat niet meer weg te denken. Toch wordt graffiti nog vaak verward met street art. Er is een wezenlijk verschil tussen de twee vormen van werken, ondanks dat het allebei met spuitbussen is. Graffiti is de overkoepelende term, maar het gaat hierbij vaak om de naam van de artiest. Street art richt zich meer op de afbeelding zelf.
Jaren 70
Street art, letterlijk vertaald straatkunst, wordt anno 2016 als kunst beschouwd, maar vroeger was dat niet zo. In de jaren zeventig werden de wagons van de New Yorkse metro’s beklad. Het was een manier om je werk aan veel mensen te laten zien. Roman Mars, maker van het programma 99% invisable, noemt het een hiërogliefen-taal die de meeste mensen niet konden lezen. ‘‘Inwoners van New York hadden het gevoel dat de metro’s gecontroleerd werden door bendes. Voor een deel was dat ook zo.’’
10
Foto’s: Danique Hoekstra
Voor de bestuurders van New York betekende graffiti op treinen dat ze de controle kwijt waren. Vanaf de jaren zeventig probeerden burgemeesters de graffiti terug te dringen. Twee decennia lang waren er pogingen, maar de graffiti bleef terugkomen. Opmerkelijk was het witverven van 7000 wagons, The great white fleed. Het was natuurlijk een vers wit canvas voor de artiesten.
‘‘Ik ben absoluut geen street artist’’ Hiphop artist Lady pink was toen der tijd veel aan het schilderen en herinnert zich de witte treinen nog goed. ‘‘Ja, de white trains. Ik heb een schildering gemaakt toen ik ongeveer 19 was. Iemand had ze wit geschilderd en voor ons was dat een mooi nieuw doek om overheen te spuiten.’’ Het schilderij heet The death of graffiti. ‘‘Ik weet niet meer waarom ik het zo genoemd heb. Ik denk dat we allemaal
Reportage bang waren dat de graffiti zou verdwijnen.Gelukkig is dat nooit gebeurd. Er is nog steeds veel kunst te vinden in New York.’’ Uiteindelijk nam de hoeveelheid graffiti langzamerhand af. Op 12 mei 1989 werd officieel de overwinning op bespoten treinen uitgeroepen. ‘‘Het bekladden van metro’s is natuurlijk nooit gestopt. Veel werken zullen nooit gezien worden door mensen, omdat de treinen worden schoongemaakt voordat ze het daglicht zien. De plek waar de meeste mensen bespoten metro’s zien is op #cleantrains via Instagram’’, vertelt Roman Mars.
Vandalisme
Ondanks dat street art gewaardeerd wordt door voorbijgangers en toeristen, is en blijft het spuiten op andermans muren illegaal. Maar het kan ook anders legt Lady pink uit. ‘‘Street artists zijn mensen die de wet overtreden en eigendommen van andere mensen vernielen. Zo ben ik niet. Ik schilder ook wel op straat, maar dat is altijd in overleg met de eigenaar van het pand. Dat zijn Murals en dat is publieke kunst. Ik ben absoluut geen street artist. Hiphop mensen zijn anders dan street artists. Zij zijn entertainers en zij hoeven zich geen zorgen te maken over het overtreden van de wet. Ik heb dat nog nooit gedaan.’’
Maatschappelijke taak
De graffiti-scene is erg veelzijdig. Verschillende artiesten gebruiken diverse manieren van werken. Sommige schilderingen zijn tot in detail uitgewerkt en vaak blijft het niet alleen bij een mooi plaatje. De boodschappen verwerkt in de muurschilderingen hebben maatschappelijke thema’s en snijden taboes aan.Sommige artiesten worden activisten genoemd. De creatievelingen laten hun mening horen door middel van kunst. Het lijkt de enige manier om de stem van de menigte te laten horen. De meeste street art is gewoon een mooi plaatje, maar vaak gaat er een boodschap schuil achter de gesprayde muren.
4
11
Een recent voorbeeld is het portret van de doodgeschoten leeuw Cecil. Drie rolluiken breed is de steunbetuiging aan de koning van de jungle. Met onderin de tekst: for Cecil. Street art laat op die manier zien dat de maatschappij het niet altijd eens is met de keuzes die gemaakt worden in de wereld. Maar is street art alleen een uitlaatklep voor de andersdenkende kunstenaar die geen cent te makken heeft? Of is de beweging breder vertegenwoordigd? Uit onderzoek blijkt dat vooral de buitenwijken van New York als canvas dienen voor straatartiesten. Er is geen duidelijke reden voor te vinden. Wel zijn er in de buitenwijken meer metro’s die bovengronds rijden, dus meer publiek om de kunstwerken te bewonderen. Ook zijn er in de buitenwijken grotere gebouwen, gemaakt van bakstenen. Die ideaal zijn om overheen te verven.
De kunst van street art
Het mooie aspect van kunst op straat is volgens de artiesten zelf, dat iedereen het kan zien. Caleb Neelon begon met graffiti toen hij vijftien was. ‘‘Ik wilde zijn zoals de mensen die street art maakten en niet zomaar iemand die het alleen bekeek. Ik was gefacineerd door street art.’’ ‘‘Toen ik begon met buiten schilderen, realiseerde ik me heel snel dat mensen de kunst op straat heel anders beleven. Het leeft voor iedereen, niet alleen voor mensen die er de tijd voor nemen en geld voor betalen. Street art leeft vanaf het moment dat het gecreëerd is’’, vertelt Neelon.
Streets of New York
Wanneer je New York bezoekt kan je niet om de graffiti heen. Het is overal. Om street art te kunnen bewonderen, zal je kleinere wijken moeten opzoeken of met in een metro gaan zitten die richting uptown rijdt. Eén ding is zeker, New York blijft het Mekka van street art. Neem vooral een kijkje en vergeet niet Audrey op te zoeken als je in Little Italy bent. l
12
13
Interview
Foto: Roy Prent
Jong, homo en christen
“Mijn moeder bidt nog steeds elke dag voor me”
De 27-jarige Jordy groeide op in een christelijk gezin. Op zijn twaalfde kwam erachter dat hij homo is. Na een lange strijd waarin hij een weg heeft moeten vinden tussen het geloof en zijn gevoelens, kan hij zichzelf nu accepteren. DOOR ROY PRENT
‘H
et was echt een strijd, ik heb geprobeerd om heel loyaal aan mijn geloof en aan God te blijven. Mijn gevoelens klopten Bijbels gezien niet. Later ben ik hier zelf een weg in gaan vinden. Een tijd lang zat ik in een ontkenningsfase. Mijn wens was dat God
14
in zijn vingers zou knippen en me hetero zou maken. Ik voelde me niet waardig genoeg. Nu kan ik mezelf accepteren, maar dit heeft wel jaren geduurd. Toen ik uit de kast kwam heeft mijn moeder met de Bijbel in haar hand
gestaan. Ze huilde en vroeg me hoe ik dit kon doen. Een jaar lang wilde ze geen contact met me. Hierna kwam ze tot de conclusie gekomen dat ze moest proberen me te accepteren. Dit lukt alleen nog niet. Ze bidt nog steeds elke avond dat God mij toch mag aanraken. Ze denkt dat
Blog
‘Ik dacht dat mijn geaardheid een zonde was, een strijd die God me gaf, die ik moest dragen ik later niet in de hemel terechtkom, dit zit haar ongelofelijk dwars. Ik word wel geaccepteerd, maar binnen mijn familie wordt er niet over gepraat. Ze zullen nooit uit zichzelf een gesprek aangaan over mijn geaardheid. Er blijft een enorm taboe op rusten. Als christen mag je wel homoseksuele gevoelens hebben, maar geen relatie met een man aangaan. Dit vind ik erg frustrerend. Wat moet je dan met je gevoelens? Ik wil, net als een hetero-
“Ze zei dat ze niet naast me kon zitten” man, mijn gevoelens kunnen delen. Op deze manier maak je het iemand alleen maar moeilijker. Het is niet zo dat ik hierom geen relatie met een man zou aangaan. Dit heb ik ook altijd gewoon gedaan. Ik heb gedacht dat mijn geaardheid een zonde was, een strijd die God me gaf, die ik moest dragen. Ik ben al jaren bezig met mijn geloof en bekijk dingen van een andere kant. In de Bijbel staan duidelijke dingen over homoseksualiteit, maar voor mij accepteert God iedereen zoals hij is. Ik heb niet het gevoel dat God mij niet accepteert. Het heeft wel jaren geduurd voordat ik dit kon denken. Geen mens zou mij het gevoel nog kunnen geven dat God niet van mij houdt. Ik ben geen slecht mens omdat ik homoseksueel ben. Het is voor mij moeilijker dan voor een niet gelovige homo. Ik vind mezelf absoluut niet zielig, maar als homo moet je dubbel zo hard vechten voor een
plekje binnen de kerk. Ik ging eens in de kerk naast een vrouw zitten en vervolgens stond ze op, ze keek me aan en zei: “Naast jou kan ik niet zitten.” Ze is toen twee rijen achter mij gaan zitten. Dit maakte me erg verdrietig. Het zou er eigenlijk niet eens toe moeten doen. Je gaat naar de kerk voor je relatie met God, niet om je te bewijzen tegenover andere mensen. Daar was ik in het begin vooral mee bezig. Jarenlang heb ik jeugddiensten gezongen in de kerk, toen ik uit de kast kwam mocht ik dit niet meer doen. Ik werd keihard veroordeeld. Als homoseksueel mag je geen taken uitvoeren binnen de kerk. Dit maakt het voor mij nog moeilijker. Trouwen is voor mij niet toegestaan. In de Bijbel wordt een duidelijke richtlijn gegeven over man en vrouw. Ik heb mezelf lang afgevraagd wat ik moet doen als ik ooit zou willen trouwen. Ik zou graag willen trouwen. Maar ik zou nooit in een kerk trouwen. God is daar heel duidelijk over geweest. Hij ziet het huwelijk als iets heiligs tussen man en vrouw. Wanneer ik in de kerk zou trouwen, zou dit tegen mijn gevoel ingaan. Voor mij is dit een stukje respect naar God. Ik ga in Zijn huis niet tegen Zijn regels in. Ik zou bijvoorbeeld wel een voorganger of een dominee laten komen op de locatie waar ik mijn feest houd. Ik heb hier een keer een discussie over gehad met mijn voorganger. Ik vroeg hem wat voor hem de voornaamste reden was om mensen te trouwen. Zijn antwoord was: “Als ik zie dat er echte liefde is tussen twee mensen, dan is dat voor mij een reden om hen te trouwen.” Toen ik vroeg wat het verschil was tussen de liefde tussen man en vrouw en de liefde tussen twee mannen, was het stil.” l
Foto: Vivian Ugbah Op mijn dertiende ben ik erachter gekomen dat ik op mannen val en op mijn veertiende ben ik uit de kast gekomen. Gelukkig reageerden mijn ouders hier erg positief op. DOOR ROY PRENT ‘Helaas’ zijn ouders niet de enige personen die weten dat ik op mannen val. In dezelfde periode heb ik ook aan mijn klasgenoten verteld dat ik homo ben. Een aantal klasgenoten woont in hetzelfde kleine dorp als ik en zoals je je kunt voorstellen hoe dat in kleine dorpen gaat, verspreidde ook dit nieuwtje zich als een lopend vuurtje. Niet alleen in mijn dorp, maar ook op mijn middelbare school ging het verhaal snel rond. Een dag nadat ik mijn klasgenoten had verteld wat er aan de hand was, kwamen er meisjes die ik totaal niet kende naar me toe en zeiden dingen als “ik hoorde dat je homo bent. Wat leuk, nu kunnen we een keer gaan shoppen.” Er zijn zoveel vooroordelen over homo’s. Ik kan hier tegenwoordig niet meer mee zitten, maar voor jonge homo’s die nog niet uit de kast zijn gekomen, is dit lastig. Soms durven ze gewoon niet zichzelf te zijn omdat ze bang zijn voor reacties. In mijn omgeving heb ik te vaak meegemaakt dat vrienden niet uit de kast durven te komen. Voor mij is het makkelijk praten. Ik heb een relatief makkelijke coming-out gehad. Uiteraard heb ook ik vervelende opmerkingen naar mijn hoofd geslingerd gekregen, maar ik denk niet dat ik mag zeggen dat ik het moeilijk heb gehad. l
15
Foto: Danique Hoekstra
Turken en Arabieren vechten elkaar de Berlijnse Oranjestraat uit In de wijk Kreuzberg in Berlijn worden de geliefde curryworsten de laatste jaren verdreven door de broodjes döner kebab. Zelfs de meeste groenteboeren, tandartsen en stratenleggers, noem maar op, komen uit het buitenland. Naast gezelligheid brengt de multiculturele samenstelling in Kreuzberg ook veel problemen met zich mee.. Willkommen in Kreuzberg, of ‘hoş geldiniz’!
Maffiaclans domineren straatbeeld
DOOR BENJAMIN HAGEN
D
e ene kant van de Oranienstrasse is Turks, de andere kant Arabisch.” Het zijn de woorden van de 45-jarige Richard Müller, terwijl hij voor mij de tweedeling aanwijst. In deze straat in de Berlijnse wijk Kreuzberg leven de twee dominante groeperingen dus zelfs letterlijk lijnrecht tegenover elkaar.. Richard woont al 45 jaar in de Oranienstrasse. De multiculturele samenleving in Duitsland kreeg in de jaren ’60 vorm, toen er een enorm aantal gastarbeiders nodig was voor de industrie. Waar er in 1961 284 Turken in het land woonden, zijn dat er nu zeker 160.000. Kreuzberg was destijds al erg populair, doordat de huizen er oud (en dus goedkoop) waren.
“De multiculturaliteit in deze straat is niet erg positief.. Bovendien is lang niet iedereen blij met de enorme stroom aan toeristen, en met gentrificatie. De woningen worden duur, de winkels worden duur.. Alles wordt duur door die gentrificatie.” “Ik denk dat er hier wel meer dan honderd verschillende culturen lopen. Als ik een middagje koffie of wijn ga drinken, komt alles voorbij. Finland, Portugal, Afrika, alles!” Maar zoals gezegd domineren vooral Turken en Arabieren. Er leeft behoorlijk wat angst. “Bij mij niet heel erg, maar
Cijfers die ook duidelijk zichtbaar zijn, want de Turken verstoppen zich niet. Wanneer je een week vertoeft in Kreuzberg, stikt het van Turkse beginnende ondernemers. Banken, kappers, schoenenzaken, je kan het zo gek niet bedenken of het is in Turkse handen. Over het algemeen wordt het geaccepteerd, maar de multiculturaliteit levert wel degelijk ook veel problemen op.. Ik focuste mij op de Oranienstrasse. En ja, deze is vernoemd naar het Koninklijke Huis van Nederland. De website Berlijninfo noemt de Oranienstrasse een ‘typische Kiez’: een buurt waarin mensen niet alleen wonen, maar ook écht leven. Men kent elkaar, doet er boodschappen en heeft elkaar lief. Na mijn week in de Oranienstrasse durf ik vooral dat laatste, het elkaar liefhebben, wel te betwijfelen. In feite wordt de straat namelijk gedomineerd door een felle strijd tussen Turken en Arabieren. Beiden hebben ze hun eigen deel, en gaan ze regelmatig de confrontatie met elkaar aan.
Angst bij de gewone burger
Het gros van de ‘gewone’ burgers, die zich niet met de Turks-Arabische strijd bemoeien, voelen zich er onveilig door. Er heerst onvrede over de multiculturaliteit in de Oranienstrasse. Zo ook bij Richard Müller.
18
Arabische deel Foto: Danique Hoekstra
bij anderen wel. Als ik hier, middenin de Oranienstrasse, ’s avonds niets te zoeken heb, kom ik er ook maar niet. Men is bang voor een clash.” Opvallend is dat veel mensen die ik er over vraag op straat, erg terughoudend reageren. Of zelfs helemaal niet. Op die manier vertellen ze zonder woorden dat er dus inderdaad veel angst is voor de twee kampen. Minister van Justitie Thomas Heilmann erkende eerder al dat clans van verschillende culturen aan ‘klimaat van angst creëren in Duitsland’.
“De autochtone Kreuzbergers hebben er genoeg van” Abou-Chaker-Clan
’s Middags ziet de Oranienstrasse, ook wel de Oranienburger Strasse genoemd, er gemoedelijk en vrolijk uit. In de avonduren slaat dat beeld volledig om. Neem bijvoorbeeld de straatprostitutie, waar de straat bekend om staat. Het Rotlichtmeile (‘Red Light-district’) wordt zeer waarschijnlijk volledig gecontroleerd door de Arabische Abou-Chaker-Clan. Zij zijn ook zeer actief in het geld witwassen en in de mensen- en drugshandel. Bovendien worden veel overvallen aan hen gelinkt. Het hoofd van de clan is Nasser Abou Chaker, die in 2013 na ruim zeven jaar gevangenisstraf voor de zogenaamde ‘Pokerroof’ in het Grand Hyatt Hotel, weer vrij is gekomen.
Little Istanbul
Reportage
Turken op hun beurt zijn vooral in aantal erg groot. Berlijn wordt bijvoorbeeld ‘Little Istanbul’ genoemd, omdat de stad het hoogste percentage aan Turkse inwoners heeft buiten Turkije. Het resulteert in een enorme machtsstrijd. “En daar hebben de autochtone Kreuzbergers nu helemaal genoeg van”, vertelt Job Janssen. Hij is politicoloog, volger van de Duitse politiek voor DuitslandNieuws.nl en tevens al vijf jaar woonachtig in de Oranienstrasse. “Arabieren zijn nog geen drie generaties, zoals de Turken, in Berlijn. Daar zitten veel jongeren tussen uit Noord-Afrika die in Duitsland hun geluk komen zoeken, maar het nauwelijks redden..” “Zij vervallen dan ook vaak in de criminaliteit. Nu het zoveel Arabische jongeren zijn, klitten ze bij elkaar en vormen zich criminele groepen. Zij beroven mensen. Een bekende methode is het ‘aandansen’ van dronken mensen. Doen alsof ze zelf dronken zijn en dan iemands portemonnee rollen.”
“En dan zijn er inderdaad Arabische groepen die in de zwaardere criminaliteit terecht zijn gekomen. Dat zijn vaak hele families. Dat is echt iets van de laatste jaren”, legt Janssen, die in De Volkskrant op de Opiniepagina al eens een uitgebreid verhaal schreef over de nadelen van multiculturaliteit in Berlijn (foto hierboven).
Politie gaat de strijd aan
De politie in Berlijn zet de laatste weken veel wapens in tegen de georganiseerde criminaliteit. Vooral de Arabische Abou-Chaker-Clan is een speerpunt in het beleid. Steeds vaker koppen de Duitse media namelijk dat er weer een kopstuk uit de groepering is vastgezet. Een groot obstakel voor de strijd tegen de maffia’s zijn de vluchtelingen. Hier zijn er enorm veel van in Berlijn, en een groot deel wordt door voornamelijk de Abou-Chaker-Clan ‘gerekruteerd’. De vluchtelingen, die met lege handen komen en dus bereid zijn om ver te gaan voor een inkomen, worden ingezet voor het ‘vuile werk’ zoals inbreken, drugshandel en fysieke confrontaties met andere groeperingen.
Turkse deel
Logischerwijs worden zij zo veel mogelijk opgepakt door de politie, maar door de massale stroom van vluchtelingen naar Berlijn staan er altijd weer anderen klaar om de karweitjes te doen. Er mag dan ook geconcludeerd worden dat de huidige dominantie van de maffia’s in Berlijn een indirect gevolg is van de migratiestroom door kansarme vluchtelingen..l
19
Blog
E
en maand geleden heb ik de film Monsieur Chocolat gezien. De film speelt zich 100 jaar geleden af en gaat over Rafael Padilla, een clown die eind negentiende eeuw erg bekend was in Parijs. Honderd jaar geleden mochten donkere mensen alleen maar beesten of kannibalen vertolken in het circus of de dierentuin, maar Rafael bracht hier verandering in. Hij werd ontdekt door een bekende clown en vormde, na veel oefenen, het clownsduo Footit & Chocolat met deze man. Het voornaamste wat ze deden tijdens de act, was dat de blanke clown ‘de neger’ voor zijn kont schopte. Iedereen vond het hilarisch en met deze act werden ze groot in Parijs.
De tandpastaman
DOOR VIVIAN UGBAH Rafael wilde zijn dromen najagen en een toneelstuk in het theater spelen. Maar vanwege zijn huidskleur werd het hem moeilijk gemaakt. In de film komt duidelijk naar voren dat hij niet als gelijke wordt gezien en dat donkere Parijzenaars dat allemaal niet werden gezien. Hij krijgt minder betaald vanwege zijn huidskleur, hij wordt uitgescholden en er wordt gedacht dat hij dom is. De film loopt niet goed af en het trieste leven van de clown is goed zichtbaar. Ik vond de film goed, maar door de film ben ik gaan nadenken. Eigenlijk wilde ik, naast de negatieve verhalen die er zijn over die tijd, ook weleens positieve verhalen lezen. Ik vind geschiedenis over acceptatie van andere culturen interessant en zo ben ik dus op zoek gegaan. Ik kwam tijdens mijn zoektocht terecht in Hengelo. In 1925, kwam Joseph Sylvester naar Nederland. Hij kwam uit Saint Luca, vluchtte naar Amerika, maar moest vluchten uit Amerika vanwege het geweld van de Klu Klux Klan. Hij vestigt zich in Hengelo. Hij viel op vanwege zijn donkere huidskleur en zijn parelwitte tanden. In Hengelo begint hij een handeltje, namelijk het verkopen van zijn eigen tandpasta. De tandpasta, de Babajaba Menthol Tandpasta, presenteert hij als ‘het natuurgeheim van het zwarte ras’. Hij presenteert zich als ‘de redder van de tanden van de mensen’ en heeft groot succes. Hij reist door heel Nederland en geeft demonstraties op markten.
20
Foto: Historisch Museum Hengelo
Zijn demonstraties hebben veel bekijks. Dit is een positiever verhaal dan wat er in Frankrijk gaande was. Joseph leerde in de Nederlandse mannequin Anna Marie Roosje Borchert uit Hengelo kennen. In 1928 trouwden ze met elkaar. Het huwelijk kreeg landelijke bekendheid en werd in de pers veelvuldig aangeduid als ‘het eerste huwelijk tussen black and white’. Ik vraag mij af of Nederland voorliep op Frankrijk qua acceptatie. Joseph kreeg de kans, Rafael niet. Of komt het door de manier waarop Joseph zich heeft gepresenteerd? Hij heeft, in
mijn ogen, erg slim gebruik gemaakt van zijn huidskleur. Het verhaal van Joseph Sylvester en Rafael Padilla zijn nu, in Nederland en Frankrijk, onvoorstelbaar. Mensen worden over het algemeen geaccepteerd en niet meer vreemd aangekeken: of ze nu een donkere huidskleur hebben of niet. We leven in een multiculturele samenleving en de discussie wordt vaak gevoerd of dat positief of negatief is, maar het is duidelijk dat er veel is veranderd binnen honderd jaar tijd. En dat is onder andere aan mensen als Joseph Sylvester en Rafael Padilla, te danken. l
Reportage
Onbetaalbare appartementen in verpauperde wijk Fotos: Merten Simons
Luxe eenkamerappartementen links staan in schril contrast met de Railway Arches rechts
Het grootste verpauperde appartementencomplex aan de ene kant van de straat en onbetaalbare nieuwbouw aan de andere kant van de straat. De Londense wijk Brixton hangt van tegenstrijdigheden aan elkaar. De wijk die in de jaren ’80 het nieuws domineerde met grootschalige rassenrellen bruist als nooit tevoren, maar is een voedingsbodem voor nieuwe conflicten. DOOR MERTEN SIMONS
B
rixton is niet meer te vergelijken met de wijk die het in de jaren ’80 was. Het doet Giselle Gabriel pijn als ze kijkt naar de veranderingen die in Brixton plaatsvinden. De 52-jarige van oorsprong Braziliaanse staat dag in dag uit met fruit op de befaamde Brixton Market. De markt met uitsluitend etenswaren kent meer dan zeventig culturen, waarmee het symbool staat voor de multiculturele wijk. De markt is daarmee echter wel
één van de weinige aangelegenheden die nog doet denken aan de wijk uit het verleden en dat beseft ook Gabriel. “Luxe koffietentjes en ketens als de Kentucky Fried Chicken nemen de wijk over. Steeds meer jongeren met een grote toekomst in Londen komen in de wijk wonen en bepalen het beeld op straat in Londen.”
Uitzichtloze toekomst
Nog geen honderd meter verder wordt dat beeld voor de inwoners van Brixton pijnlijk duidelijk. Grootschalige
onbetaalbare nieuwbouw wordt aan de rand van de markt uit de grond getrokken, terwijl je aan de andere kant van de straat niet om de uitzichtloze toekomst van arme oorspronkelijke bewoners van de wijk heen kan. Een reusachtige verloederd appartementencomplex zorgt voor een afscheiding met het vernieuwde Brixton. Het zogenaamde Southwyck House bestaat uit meer dan tweehonderd woningen
4
“Brixton is niet meer te vergelijken met de wijk die het in de jaren ’80 was” 21
en herbergt de grootste armoede van de wijk. Op elke hoek van de buurt staat een grote camera en passanten met een capuchon kunnen elk moment van de straat worden geplukt voor een routinecontrole van de politie. Anne Saenen weet er alles van. Namens RTL, SBS en de publieke omroep brengt Saenen Nederland geregeld op de hoogte van problemen in de wijk. “Mensen in dit complex en de huizen die hierachter staan zitten letterlijk opgesloten in een sociale klasse waar ze niet uitkomen. Elk moment kunnen hier opnieuw rellen uitbreken. Jongeren tussen de vijftien en achttien jaar worden hier neergeschoten voor een paar tientjes”, spat de frustratie van haar gezicht als ze een kijkje neemt bij de achterbuurt van Brixton. Woorden die bevestigt worden door beelden op Google Maps. Een vlugge blik op de digitale stratenencyclopedie
toont al meerdere politieacties waarbij inwoners van de achterbuurt staande worden gehouden. “Als je deze straatnaam op je CV zet kan je het eigenlijk al vergeten. Een schril contrast met de snelle opkomst van de wijk. Als je twee straten verder bent zie je een compleet ander straatbeeld.”
“Jongeren tussen de vijftien en achttien jaar worden hier eergeschoten voor een paar tientjes”
Onbetaalbare appartementen
Een beeld dat niet alleen aan de andere kant van de straat bij de nieuwbouw duidelijk wordt. Op twee minuten lopen is het contrast in één oogopslag op te nemen. In zogenaamde Railway Arches, ruimtes vergelijkbaar met garageboxen onder de spoorlijn, ontstaan lokale verkooppunten van mensen uit de wijk. Pal tegenover bogen, die de verkooppunten onderscheiden, staan enkele ‘Te Koop’-borden bij een appartementencomplex voor eenkamerappartementen van omgerekend 500.000 euro. De oorspronkelijke inwoners van Brixton kunnen het hun nieuwe medebewoners niet kwalijk nemen. Hoewel de angst bij de Railway Arches leeft dat gevestigde ketens zich ook willen vestigen in de karakteristieke bogen, richten de bewoners zonder grote toekomst hun frustratie niet op de intrekkende jonge zakenlui. “Het is
Dagelijks moet de politie uitrukken naar het Southwyck House om rellen de kop in te drukken
“Op deze manier is het
Foto: Danique Hoekstra
logisch dat zij hier in de wijk komen en dat beseft iedereen hier. Als er zulke dure appartementen worden gebouwd en er allemaal luxe winkels in de straten komen snapt iedereen dat mensen hier willen wonen. Helemaal omdat je heel dicht bij het centrum van Londen zit”, deelt fruitverkoopster Gabriel de mening van de vele Brixton-inwoners. “De boosheid wordt dan ook eigenlijk niet gericht op deze zogenaamde yuppen. Je merkt dat de overheid het moet ontgelden en de politie in de wijk niet serieus wordt genomen. De overheid moet ingrijpen en ook denken aan de mensen die Brixton groot hebben gemaakt. Op deze manier is het wachten op nieuwe grote rellen als in de jaren ’80.”
Schrikbeeld
Een schrikbeeld voor Kevin Lahey. De 39-jarige Engelsman geborßßen in Manchester werkt in één van de luxueuze koffiezaken die Brixton sinds
“Juist door de intrek van nieuwe bewoners kan dat multiculturele karakter versterkt worden” een aantal jaren kent. “Brixton is van oorsprong een multiculturele wijk en dat moet zou blijven. Juist door de intrek van nieuwe bewoners kan dat multiculturele karakter versterkt worden. Maar dan moet de aandacht niet alleen gevestigd worden op die
nieuwe bewoners en dat gebeurd nu ook door overheden wel te veel.” Lahey zelf weet maar wat goed in wat voor wijk hij terecht is gekomen en wat voor verleden Brixton kent. In de jaren ’80 raakten jonge zwarte mannen samen met sympathiserende blanke jongeren langdurig slaags met de politie. Een ‘stop and search’-beleid zorgde ervoor dat iedereen willekeurig van de straat geplukt kon worden voor controles. In de praktijk waren dit vaak de donkere inwoners. Ruim honderd gebouwen gaan in vlammen op. Er raken 325 mensen gewond onder wie 280 agenten. “Dat mag nooit meer gebeuren. Samen moet er aan een nieuw Brixton gebouwd worden en alle beetjes daarbij helpen.” Zelf probeert Lahey zijn beste beentje daarbij voor te zetten. Samen met zijn collega luncht hij in het een lokaal klein eettentje. “Elke werkdag wil ik
wachten op nieuwe rellen”
4
Eigen valuta
eigenlijk ergens lokaal eten. Je leert Brixton daarmee kennen en je merkt ook dat de oorspronkelijke inwoners dat waarderen. Dat is de manier om de wijk op te laten bloeien. Brixton is ‘booming’. Nog geen tien jaar geleden wilde je hier niet dood gevonden worden. Nu leeft het helemaal.”
Om de lokale winkels en oorspronkelijke kenmerkende etenswarenverkoop te stimuleren heeft een lokale groep Brixton-inwoners de Brixton Pound enkele jaren geleden in het leven geroepen. Een eigen valuta waarmee alleen bij de lokale verkooppunten betaald kan worden.
“Overheden en politie hoeven hun gezicht hier niet te laten zien. Dat is vragen om problemen” Voor het moment daar is dat het vizier in Brixton collectief vooruit kan moet er echter nog wel een grote horde genomen worden om de kloof tussen arm en rijk te dichten. “De oorspronkelijke en nieuwe bewoners gaan redelijk goed met elkaar om. Maar overheden en politie hoeven hun gezicht hier niet te laten zien. Dat is vragen om problemen”, licht Gabriel snel nog even toe, terwijl ze enkele mango’s aan de man brengt. Knikjes van klanten om haarheen zijn veelzeggend. “Daarin is nog veel werk te doen”, vervolgt Gabriel. “Als de wijk echt vooruit wil moeten de oorspron-
“Het is begonnen als een soort protest tegen ketens als Starbucks en de KFC, maar is ondertussen een interessant experiment geworden om te kijken of geld wat hier verdiend wordt wel in Brixton blijft”, glundert Marta Owczarek, één van de initiatiefnemers van de Brixton Pound, als ze het idee achter de lokale valuta uitlegt. Gezichten van de in Brixton geboren David Bowie en Vincent van Gogh, die lange tijd in Brixton woonde, sieren de biljetten die dezelfde waarde vertegenwoordigen als de normale pond.
Giselle Gabriel op de Brixton Market kelijke inwoners het gevoel krijgen dat zij ook meetellen en dat is nu nog niet het geval. Brixton was een wijk met vele culturen en is dat nog steeds. De komst van nieuwe inwoners kan dat versterken en daar moeten we aan werken.” l
Kevin Lahey (links) luncht met een collega
24
“De biljetten laten zien dat inwoners trots zijn op hun wijk. Langzaamaan zie je ook dat nieuwe inwoners de valuta kopen. Zij kopen het om in contact te komen met de oorspronkelijke bewoners. Als je betaalt met deze valuta heb je namelijk gelijk een gespreksonderwerp. Natuurlijk wordt dit niet hét betaalmiddel van Brixton, maar het is een mooie manier van de oorspronkelijke bewoners om zich te laten zien.”
Marta Owczarek
Berlijn in de steigers
Blog
DOOR LIAN GROTEN
L
inks en rechts, waar je ook kijkt staat Berlijn in de steigers. Letterlijk, maar figuurlijk misschien ook wel. Al lopend door de straten van Berlijn komen vreemde luchtjes voorbij. Wat zal het zijn, bier of wiet? Maar de sterke lucht van een pas geasfalteerde weg overheerst. Een groepje jongeren heeft hun vaste hangplek gevonden vlakbij een station. Meteen schiet mij te binnen dat ik hier liever niet in mijn eentje langs loop ’s avonds. Gewoon recht voor je uit kijken en doorlopen zeggen we tegen elkaar. Al lopend door verschillende straten valt meteen op hoe verschillend de gebouwen en huizen eruit zien. Met name tussen voormalig Oost en West Berlijn. Ondanks dat Berlijn haar best heeft gedaan de sporen uit te wissen van die tijd, is het nog altijd zichtbaar. In de kleine dingen vooral, aan de stoplichten kun je bijvoorbeeld zien waar je bent. Her en der bevinden zich krakerspanden, met veel graffiti en spandoeken zijn deze huizen ‘versiert’. Graffiti, de hele stad zit er onder. Veel. Heel veel graffiti. Overal zie je muurschilderingen en alles is beplakt met stickers en posters. Eigenlijk is het best wel een rotzooitje. Maar toch heeft het wat. Het is Berlijn, ook wel ‘Hipsterstad’ genoemd, dus waarom niet.
Foto: Lian Groten
Opvallend is ook dat bijna bij alle prullenbakken in de stad lege (drank)flessen staan. Drank mag je trouwens gewoon nuttigen op straat in Berlijn. De lege flessen worden meestal weggehaald door de armere mensen en de zwervers, met de bedoeling dat zij er het statiegeld voor krijgen. Als we een park doorkruizen valt mijn mond nog net niet open, een groepje Afrikanen is aan het handelen met drugs, terwijl even verderop in het park kinderen aan het spelen zijn in een kinderboerderij. Alsof het de normaalste zaak is. Het is een dagelijks terugkerende gebeurtenis. Al vind ik zelf dat het toch wel een vrij bijzondere combinatie is. Je ziet van alles in Berlijn, je kunt je prima vermaken met een dagje ‘mensen kijken’. Hipsters, punkers, gothics, tattoo hier, piercing daar. Wat maakt het uit, het is Berlijn en niemand kijkt er van op. Alleen wij dan. Berlijn is een stad in de stijgers, veel gebouwen worden gerenoveerd, er komen nieuwe winkelcentra en meer en meer toeristen komen er op af. En ik geef ze groot gelijk, er is van alles te doen en te zien in deze Duitse hipsterstad.l
25
Een spin die draadjes weeft CV Fotos: Margot Attema
Geboortedatum 28 maart 1990 Singer & Songwriter aan de Popacademie van het ArtEZ conservatorium in Enschede 2009 – 2013 Oprichting NNENN oktober 2013 Woont in Deventer sinds december 2014 Stadsdichter Deventer augustus 20152017
Vroeger was Johanneke verlegen. “Als ze weer iets gemaakt had wilde ze dat graag aan oma en andere familieleden laten horen, maar ze durfde dat niet goed. Ik vroeg dan of het bezoek even wilde stoppen met praten en bedacht voor Johanneke om met de rug naar ons toe te staan, dan durfde ze wel,“ vertelt Johannekes moeder, Marion Gerverdinck.
J
DOOR MARGOT ATTEMA ohanneke ter Stege is stadsdichter van Deventer. Ze schrijft gedichten, maakt muziek met de band NNENN en fotografeert. Johanneke komt uit een creatief gezin, haar moeder is een dichtende dramadocent en haar vader is een muziek- en literatuur liefhebbende meubelmaker. Ze werd op haar 25ste benoemd tot stadsdichter. Heel wat jaren jonger dan de vorige stadsdichter Herman Posthumus Meyjes die als 85-jarige deze taak op zich nam.
Stadsdichter
De stadsdichter wil mensen op een hoopvollere manier naar hun stad laten kijken. Johanneke vindt het een hele eer om stadsdichter te mogen zijn in Deventer. ‘Er zijn zoveel soorten mensen in deze stad. Het zou fijn zijn
26
als we onze oordelen over anderen laten varen en ombuigen naar interesse in elkaar.’ Eerder schreef ze gedichten over de liefde en het ontdekken van je identiteit. Nu schrijft ze over bijzondere momenten in de stad. Johanneke wordt regelmatig benaderd om over een gebeurtenis te schrijven. ‘Ik ben helemaal vrij in wat ik zeg, wanneer ik het zeg en hoe ik het zeg. Er is geen censuur. Ik heb zoveel ideeën om over te schrijven.’ In Johannekes tweede jaar als stadsdichter wil ze meer tijd steken in haar vrije gedichten. ‘Ik loop regelmatig door de stad en zie eigenlijk op elke route in de stad een gedicht.’
Vernieuwend
De opdracht om een gedicht te maken over het Stadhuiskwartier, sprak Jo-
hanneke erg aan. Ze heeft dit gedicht op een vernieuwende manier voorgedragen. Ze heeft voor het eerst de muziek bij de poëzie betrokken door bouwgeluiden te imiteren. Ze begon met een soundscape. ‘Ik tik met een drumstokje op een versterker, waardoor het klinkt als het gehamer van de bouwvakker. Ik heb daarover een donderbus gezet, wat klinkt als een betonmolen. Ik begon met fluiten en dan krijg je een idee van hoe ik elke morgen gewekt werd door de bouwgeluiden. Ik wil in de toekomst vaker poëzie en muziek combineren.’ Heleen Bosma, Deventer stadsdichter (2009-2011) noemt dat de toon van Johanneke iets heel gemakkelijks heeft. Iets soepels en origineels. De associaties komen bij Johanneke
Foto: Danique Hoekstra
Profiel
naar je hart
heel gemakkelijk en snel. Er komt bij haar altijd veel meer binnen dan ze kan verwerken. ‘Ik kom wel makkelijk op iets, maar ben vervolgens heel kritisch, wat ik schrijf moet kloppen.’ Het motto van Johanneke is: ‘Ik verzamel de mooiste stukjes tijd en rijg ze aan elkaar, er is niet veel wat mij ontgaat behalve misschien de rode draad.’ Ze kan enorm opgaan in het moment, daardoor verliest Johanneke soms de grote lijn uit het oog. Johanneke focust zich heel erg op de details. ‘Ik kan verdwalen in het moment. Voor een liedje of gedicht is dat goed, maar als ik een afspraak heb is dat niet handig. Het is wel eens voor gekomen dat ik in een bus zat en dat ik op het eindpunt uitkwam, omdat ik te veel zat te dromen.’ Rob Kramer is voormalig artistiek en zakelijk leider van Productiehuis OostNederland waar Johanneke met haar elektronica duo NNENN bij aangesloten is. Ze vormt dit duo met haar vriend Tonny Nobel. Hij zorgt voor de
digitale beats, terwijl Johanneke zingt en pianospeelt. Rob was haar coach op het conservatorium van ArtEZ. Hij zegt over Johanneke: ‘Je hoort in haar gedichten dat ze een muzikale achtergrond heeft, ze ‘tinkelen’ vaak een beetje.’ Johanneke heeft met NNENN het album ‘Snapshots of Eternity’ uitgebracht. Als je de cd koopt krijg je er kaarten bij met door Johanneke gemaakte foto’s en gedichten. Eén van die gedichten is: ‘Waarheid’.
Waarheid Als alle mensen in een gebouw worden gestopt dat net zoveel ramen als ogen telt, dan is waarheid het totaal aan blikken naar buiten.
Tuinfeest
Op het Tuinfeest, het poëziefestival aan de vooravond van de Boekenmarkt, in Deventer op 6 augustus 2016, is Johanneke gastprogrammeur. Ze mag twaalf dichters een podium bieden in de haar toegewezen tuin. De namen van de dichters op Het Tuinfeest zijn eigenlijk nog geheim, maar ze verklapt dat de voormalige stadsdichter van Groningen, Joost Oomen komt.
Boekwinkel Praamstra
Johanneke heeft twee keer opgetreden bij Praamstra live in Deventer. Ze vindt het leuk om direct contact te hebben met het publiek. ‘Als artiest ben je een soort spin, je weeft een draadje naar het hart van alle mensen die luisteren, als dat lukt voel je echt de verbinding met de mensen.’ Johanneke zoekt verbinding met mensen en kijkt nu mensen ook aan als ze voordraagt. Door mensen echt aan te kijken wordt het kwetsbaar, dat kan voor onzekerheid zorgen. ‘Ik merk dat ik steeds minder verlegen word om mijn gedichten voor te dragen.’l
27
Reportage
Stenen naar de Subway Verhipstering van Berlijn zorgt voor spanningen
“Bizim kiez, wir sind diese strasse. Wir Bleiben. Aktiv gegen verdrangung nachbarschaft erhalten.” Ofwel: “Wij zijn deze straat. We blijven. Actief tegen verdringing in de buurt.” Dit opvallende spandoek is verspreid over de breedte van de straat en gespannen tussen de huizen. Versierd met gekleurde letters. Er hangen posters op de ramen met teksten over een plaatselijke winkel zoals: “Bizim Bakal bleibt”. Hier leeft duidelijk iets.
DOOR LIAN GROTEN
O
p het eerste gezicht lijkt de Wrangelstrasse in de Berlijnse wijk Friedrichshain-Kreuzberg niet zo bijzonder. Maar als je goed om je heen kijkt, zie je dat dit geen doorsnee straat is in Berlijn. Bijna alles is Turks. Turkse supermarkten, Turkse platenwinkels, Turkse eetcafés en één Barbershop. Een vrouw van rond de veertig met een hoofddoek passeert ons met haar volle boodschappentassen. Een klein groepje jongens, zo rond de twintig, staat meisjes na te kijken die voorbijlopen. Dat gevoel dat je ogen voelt branden in je rug. Ze beginnen tegen elkaar te praten, onverstaanbaar. Het zal Turks zijn waarschijnlijk. Naast de koffieshop op de hoek bevindt zich een café. Een jongen met donker haar dat in dezelfde kleur overloopt in een baard, met een dikke winterjas en sportschoenen aan, zet een voet buiten het café. Zijn vriend is kaal, een stuk langer en draagt vergelijkbare
28
kleding. Beiden steken een sigaret op en nemen plaats aan een tafeltje. De eerste jongen heet Cylkan, hij komt oorspronkelijk uit Istanbul. Hij woont zo’n acht jaar in Berlijn, waarvan ruim twee jaar in deze straat. “In deze straat wonen veel migranten families, veel Duitse mensen met een andere achtergrond. Veel families hebben een eigen bakkerij of supermarkt. Het merendeel in deze straat is Turks. Er zijn zelfs speciale ontmoetingsplaatsen. Ik denk dat ruim vijftig procent van de winkels hier wordt gerund door Turkse mensen. Maar daardoor voel ik mij wel thuis hier, veel meer dan in de wijk Mitte bijvoorbeeld”, vertelt Cylkan. “Er is sinds kort een nieuwe supermarkt met biologisch eten. Iedere keer als er een nieuwe supermarkt of iets dergelijks wordt geopend, is dat weer een teken van gentrificatie. Ook wordt alles steeds duurder. Er is zelfs één
Mac Donalds in de straat en dat is ook meteen de enige in Kreuzberg. Eerst waren de bewoners er niet mee eens dat die er kwam. Maar toch zit hij er nog steeds. Er heeft ook een tijdje een Subway gezeten vlakbij de straat, maar mensen waren er zo op tegen dat er stenen werden gegooid en het beklad werd. Toen hebben ze dat opgegeven”, vervolgt Cylkan zijn verhaal.
“Door de vele cafés en bars wordt het echt een feeststraat” “De straat heeft veel te maken met gentrificatie. Door de vele cafés en bars wordt het echt een feeststraat”,
Foto: Danique Hoekstra
Prenzlauer Berg, Kreuzberg en Neukölln, met leuzen als “klassenoorlog” en “yuppies eruit”, schrijft stadsgeograaf Cody Hochstenbach.
Gevolgen
Het gevolg van gentrification is dat lager opgeleide bewoners worden verdreven. Het wordt te duur, ze kunnen het niet meer betalen en voelen zich vervreemd in hun eigen buurt. Cylkan herkent zich hierin: “Als mensen moeten vertrekken dan gaan ze op zoek
Foto’s: Lian Groten
gaat Cylkan verder. Sinds de jaren tachtig is er een kentering in de bevolkingsstromen opgetreden. Berlijn wordt in sneltreinvaart opgeknapt. In de binnensteden worden oude panden opgekocht, opgeknapt en door nieuwe, meestal hoger opgeleide bewoners betrokken. De terugkeer van hoge inkomensgroepen naar de stad wordt ook wel gentrification genoemd. Deze ontwikkeling is niet alleen in Berlijn, maar ook internationaal zichtbaar.
Geschiedenis
De gentrificationgolf voltrekt zich in Berlijn als een soort cirkelbeweging. Vanaf de jaren tachtig van de vorige eeuw begon de opwaardering van wijken in Kreuzberg. Na de Wende zette deze beweging zich voort richting Prenzlauer Berg. Inmiddels zijn ook Friedrichshain en Neukölln aan de beurt, zo schrijft Duitsland Instituut. Angst en onvrede over een dergelijk proces van gentrificatie zijn ook duidelijk terug te vinden in de veel voorkomende graffiti in Berlijnse wijken als
Cylkan
“Ondanks dat in deze straat veel gentrificatie is, is het nog steeds fijn om te wonen” naar een ander appartement in de buurt als ze dat vinden, maar anders vertrekken ze naar de buitenwijken, naar de rand van Berlijn. Er is een gentrificatie-cultuur. De Turkse mensen voelen dat zij de zaken moeten ‘adopteren’, of zij hebben dat al gedaan. Ze renoveren het vervolgens. Er is nu net een zaak omgetoverd tot ‘hipsterzaak’ bijvoorbeeld. Afgelopen jaar gebeurde er echt iets opmerkelijks. Een supermarkt zou weggaan, maar er was een initiatief van de buurt. Je kunt het aan de poster zien die daar hangt, hij wijst naar een poster aan de overkant van de straat met de tekst “Bizim Bakal bleibt”. De buurt heeft een straatfestival georganiseerd. Uiteindelijk mocht de supermarkt blijven”, vertelt de van oorsprong Turkse jongen met een serieus gezicht. “Ik voel dat er gentrificatie heeft plaatsgevonden, en nog steeds, maar ik ben er zelf ook onderdeel van geweest”, grapt Cylkan. “Ik voel dat ik hier thuishoor. Ondanks dat in deze straat veel gentrificatie is, is het nog steeds fijn om te wonen. Ik houd van dit gedeelte van de stad.” l
29
Sanders flyert Immigranten beĂŻnvloeden strategie
onder Arabieren pro-islamitische Sanders
Foto’s: Danique Hoekstra
Voor een Arabische supermarkt in de immigrantenwijk Bay Ridge staan enkele moslims voor zich uit te staren. Even verderop doemt de geur van vis uit een Chinese winkel inmiddels op. Zelfs op een bewolkte zaterdagmiddag bruist New York volop. Hier in Bay Ridge spelen de verkiezingen momenteel een grote rol. Dat de meeste inwoners immigrant zijn, maakt helemaal niets uit. Hun invloed wordt namelijk stukje bij beetje groter. “Bernie Sanders flyerde hier zelfs al eens in het Arabisch. Hij heeft aanzien onder deze groep.” DOOR ARMON VEENEMAN
E
ven wandelen door Bay Ridge en opeens sta je in een Joodse straat. Een man met een shtreimel, een grote ronde hoed gemaakt van bont, duwt zijn jonge zoontje met pijpenkrullen voort in de buggy. Een foto maken van de twee blijkt uit den boze. ‘Then pay me!’, zegt de oudste van het stel wat dreigend. Andere joden in de straat, die voor hun huis staan, zien het belangstellend aan.
Harnas
Sander is hier niet populair. De presidentskandidaat, van oorsprong Joods, boekte in New York nog wel de grootste winst in Greenpoint, een wijk waar vooral twintigplussers en studenten wonen, maar jaagt zijn op het oog grootste aanhang juist
32
tegen zich in het harnas. De Joden verafschuwen Sanders gezien zijn proislamitische standpunten. Samen met Amerika-correspondent Michael Persson van de Volkskrant wandelen we door de buurt. Terwijl hij naar een Joods stel wijst, vertelt hij over Sanders. “De Democraat kiest voor zijn agenda, vertelt Persson. “Sanders spreekt duidelijk uit waar hij voor staat. Hij houdt zich aan de agenda die hij bespreekbaar wil maken. Dat hij niet populair is onder de joden komt vooral doordat hij vindt dat Israël zich moet terugtrekken uit Palestina. Dat steekt de joodse bevolking natuurlijk.” Als we na even wandelen zijn aangekomen in Sunset Park komen de joden uitgebreid ter sprake. In dit park, waar de Arabieren gejuicht schijnen
te hebben tijdens de aanslagen van 11 september 2001, is het een zee van rust. Omringd door wat bomen en kinderen die aan het voetballen zijn op een speciaal aangelegd veldje, kijk je uit over de skyline van ‘the city that never sleeps’. Het is ongetwijfeld een plek waar de joden uit deze buurt, de anti-Sanders populatie, graag vertoeven. Ondertussen kiezen zij partij tijdens de verkiezingen. Maar welke partij? Persson: “Met name de Republikein Ted Cruz (die zijn kandidatuur voorlopig heeft opgeschort red.) is populair. Dat kun je ook zien in een graphic die The New York Times publiceerde. Op deze plaats, waar we nu zijn, was een grote ‘Cruzvlek’ te zien. Sanders is de wat meer pro-islamitische kandidaat, aangezien hij opkomt voor de belangen van vluchtelingen en Arabisch wil invoeren als spreektaal in het onderwijs.
Foto: Danique Hoekstra
Reportage Zijn partij heeft in Bay Ridge zelfs al in het Arabisch geflyerd. Dat zegt veel. Hij heeft aanzien onder deze groep.”
Te verwaarlozen
Een bezoek aan Harlem, in de wijk Manhattan en aan de andere kant van New York, leert dat de verkiezingen er niet zo’n item zijn. “Hier bijna geen woord daarover hoor”, zegt Keith Jones, directeur van zorginstelling Harlem United. De opvanglocatie huisvest mensen die aan een verslaving lijden of andere problemen hebben. Al die kwesties zorgen ervoor dat de invloed van Harlem op de ‘elections’ te verwaarlozen is. “Met 500.000 inwoners zijn we allereerst al een klein gedeelte van de acht miljoen die New York er in totaal heeft. Als je daar alle probleemgevallen, voornamelijk daklozen bij op telt, blijven er niet zo veel mensen over die hun stem kunnen uitbrengen. En dan is het nog maar de vraag of de groep die over blijft, ook daadwerkelijk allemaal stemt”, zegt Jones. Gekeken naar de graphic van The New York Times blijken de woorden van de Amerikaan te kloppen. In de straat waar Harlem United is gehuisvest, West 124 Street, stemde slechts één (!) Republi-
kein. Deze stem was voor Trump. De Democraten deden het iets beter, al zal het met 83 stemmen op Clinton en 52 op Sanders weinig invloed hebben. Jones, die lange tijd in Afrika werkte om hiv te bestrijden, verwacht voor verkiezingen in de toekomst hetzelfde effect. “Het is niet reëel om te denken dat Harlem invloed kan gaan uitoefenen. Het aantal daklozen wat hierheen komt, blijft stijgen. Dat brengt problemen met zich mee en werkt in het nadeel van deze buurt.”
Bom
Zie je bij de bewoners in Harlem niet de populaire posters achter de ramen hangen met daarop hun favoriete presidentskandidaat, hoe anders is dat in Bay Ridge. Tijdens de wandeling in Brooklyn volgt de ene na de andere steunbetuiging. Met, daar is die weer, meestal Sanders die de support krijgt. Toch moet de ‘politieke bom’ nog barsten, zegt Persson. “Op sociale media wordt er zo af en toe fel gediscussieerd, maar daar blijft het tot nu toe ook bij. Als de spanningen rondom de verkiezingen eenmaal uitbarsten, dan gebeurt er ook echt wel wat. Dat heb je kunnen zien in
Chicago, waar er rond rally’s protesten waren van de Hispanics, die Trump dieven en verkrachters noemde.” In Californië mondde het zelfs uit tot een rel waarbij Trump de voordeur van het conferentiecentrum niet kon bereiken. “De Hispanics voelen zich sterk en hebben de lobby’s van de kandidaten niet nodig. Zij scharen zich achter de Democraten. De haat voor Trump is er, ook door andere groepen die zijn anti-islam aanpak afkeuren.” Een kerk nabij Sunset Park verwelkomt de Hispanics nog maar al te graag, gezien het elektronische bord voor het bedehuis dat Spaanse teksten weergeeft. “De bevolking hier zal niet snel met hooivorken de straat op gaan. Bij de klassieke blanke groep mensen gaat het echt nog wat ouderwets. Ze laten hun mening blijken via columns of in opiniebladen.” Moet in Bay Ridge de lont nog worden aangestoken, de media, met name FOX News, doen ondertussen hard hun best het vuurtje aan te wakkeren en mensen te beïnvloeden. Al hebben ze daar, zoals Sanders dat heeft, geen Arabische flyer voor. l
33
Wereld
steden
Berlijn na de val
Midden door de Adalbertstraße liep tientallen jaren geleden een stukje van een kilometerslange muur. Deze muur moest West- en Oost-Berlijn van elkaar scheiden. Volgens Otto Müller stonden midden in de straat soldaten op de wacht om eventuele overlopers van Oost naar West tegen te houden. “Ze controleerden iedereen die in de auto langskwam.”
Foto: Danique Hoekstra
van ‘die Mauer’
Reportage
DOOR ROY PRENT
O
tto (81) heeft met zijn eigen ogen gezien hoe de arbeiders de Muur hebben gebouwd. “Dit is wel een angstige tijd voor mij geweest. Ik wist niet wat de toekomst zou brengen.” Otto heeft zijn hele leven in West-Berlijn gewoond en is daar altijd erg gelukkig geweest. Hij zou dan ook niet willen verhuizen naar het oostelijke deel van de stad.
Friederike Schmidt (32) is een van de velen mensen die in een huis in OostBerlijn woont dat de na de val van de Muur is opgeknapt. “Het is vreemd om te weten dat er zoveel gebeurd is in deze stad. Eerst de tweede wereldoorlog en daarna ook nog de muur.” Voor Friederike maakt het niet uit of ze nu in Oost- of West-Berlijn is. “Ik weet niet hoe het is geweest toen Berlijn nog verdeeld was, daar was ik te jong voor.”
Vlak na de Tweede Wereldoorlog verdeelden de geallieerden Berlijn in vier sectoren. Deze behoorden tot de Sovjet-Unie, de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. In 1961 werd Berlijn door middel van de Berlijnse Muur gescheiden.
Volgens Friederike zijn er veel migranten in Berlijn, dit was ons ook opgevallen. In de Adalbertstraße zijn dan ook, meer dan in andere delen van Berlijn,
In de tijd dat de muur het oosten en het westen van elkaar scheidde zijn beide delen van de stad veranderd. Het grote verschil werd pas duidelijk na de val van de muur. Op 9 november 1989 werd de muur langzaam afgebroken door demonstranten. Dit betekende het einde van een verdeeld Berlijn. Sinds de val van de muur is er veel gebeurd in Berlijn. Na de val van de muur werden de huizen in Oost-Berlijn pas opgeknapt. “Sommige huizen zaten nog vol met kogelgaten uit de oorlog” weet Otto ons te vertellen.
“Als je erover nadenkt is het best gek dat deze stad vroeger in twee stukken verdeeld was”
Foto’s: Roy Prent
“Voor mij is iedereen hier welkom” veel Turkse winkeltjes en restaurantjes te vinden. “Ik vind het erg leuk dat verschillende culturen zo goed met elkaar samen kunnen leven.” In de Adalbertstraße wonen naast Duitsers en Turken nog vele andere nationaliteiten. Dit is te merken aan het grote aantal mensen dat geen Duits of Engels spreekt. Dat er nog steeds veel migranten naar Berlijn komen, wordt nogmaals duidelijk op het voormalige vliegveld Tempelhof, dat tot 2008 in gebruik was. Hier worden duizenden vluchtelingen opgevangen in de vertrekhallen. Naast het feit dat hier vluchtelingen worden opgevangen, doen de landingsbanen dienst als stadspark. Je kunt er op de fiets of op je skateboard door heenrijden. Volgens Otto is het vluchtelingenprobleem niet zo groot als het lijkt. “Voor mij zijn die mensen hier meer dan welkom.” l
37
Reportage
No easy answers
Gentrificatie in New York
Van een afstand lijkt 133rd Street op elke andere straat in Harlem. Hoge bakstenen huizen, trappen aan de voorkant en airco’s die vanachter tralies uit de ramen hangen. Maar in het midden van deze straat staat een gebouw dat anders is dan de rest. Gemaakt van staal en glas, een constructie genaamd ‘The Nest’ staat midden in de zaal. Genoemd naar een voormalige jazzclub. Dit gebouw is het nieuwe medisch centrum van Harlem United. DOOR BASTIAAN KAH
I
k sprak hier met Dokter Jonathan Keith Joseph over gentrificatie. Gentrificatie is het vernieuwen en gaan bewonen van in verval rakende stedelijke gebieden door mensen met een middel- tot hoog inkomen. Vaak wordt hierbij de oorspronkelijke bevolking, verdrukt. In dit opzicht is ‘The Nest’ een goed voorbeeld van de twee gezichten van gentrificatie. Nieuwe faciliteiten worden opgericht, maar ten koste van de voormalige bewoners en cultuur van de wijk. Dit herkend Dr. Joseph ook: “Er zijn mensen die bij mijn ouders in de straat wonen, die moeten verhuizen omdat de huurprijzen zo omhoog gaan. Vaak worden die mensen uitgekocht door
Dr. Jonathan Keith Joseph
38
hun huisbaas, voor een klein bedrag. Maar aan de andere kant is het ook zo dat de buurt verbeterd. Er komen betere winkels en faciliteiten. Er zijn hier nu winkels die er twintig jaar geleden niet waren. Als je de prijsverhogingen kunt overleven is het heel fijn dat de wijk verbeterd. Ikzelf hoef nu niet meer zo ver met de auto als ik wil winkelen.”
“Harlem word vaak gezien als het centrum van AfroAmerikaanse cultuur”
Dit is te zien in de hoofdstraat. Een Starbucks zit naast een duur restaurant, dat weer naast een pandjeshuis zit. Op de hoek van de straat staan groepjes zwarte mannen om zich heen te kijken, terwijl een blanke vrouw met een kinderwagen een broodje bij de Subway haalt. Het gaat er allemaal gemoedelijk aan toe. Dit was vroeger wel anders. In de jaren tachtig en negentig was deze wijk niet begaanbaar voor blanken. De buurt werd geteisterd door werkeloosheid, drugsproblemen
Foto’s Bastiaan Kah en bendes. Nu, door de instroom van geld, is de buurt een stuk veiliger geworden. Toch is een groot deel van de bevolking niet blij met die nieuwe instroom van rijke, vaak blanke, mensen. “Harlem word vaak gezien als het centrum van Afro-Amerikaanse cultuur, zowel politiek als sociaal” legt Dr. Joseph uit. “De nieuwe mensen verdrukken die cultuur en er is een zekere nostalgie voor hoe het vroeger was.” De oorspronkelijke bevolking word nu vaak gedwongen om naar Brooklynn of de Bronx te verhuizen. “Als ik naar vergaderingen in de buurt ga, hoor je dat mensen gefrustreerd zijn over de huidige situatie”. De overheid doet helaas erg weinig voor deze mensen. De stad is erg blij met al die nieuwe rijken mensen, die geld opleveren in plaats van geld kosten. En in de VS draait het uiteindelijk toch vaak weer om geld. Volgens hem is het lastig een oplossing te vinden voor beide partijen. Goedkope huizenbouw zou een oplossing kunnen zijn, iets wat de huidige burge-
Foto: Danique Hoekstra
meester veel doet. Maar dit is alleen korte termijn. “De enige manier om dit probleem op te lossen op de lange termijn zijn langdurige, intensieve sociale hervormingen om een eerlijkere en rechtvaardigere maatschappij te creeëren. There are no easy answers.” En in het huidige politieke klimaat van Amerika gaat dat voorlopig niet gebeuren. Een andere wijk in New York waar gentrificatie de laatste jaren enorm is toegenomen is Brooklyn. Maar waar in Harlem de yuppen en hipsters de oorspronkelijke bevolking verdrukken, in Brooklyn zijn het de immigranten die de huizen opkopen en de buurt opknappen. In een rondleiding van Michael Perrson wordt duidelijk hoe deze wijk is veranderd. De wijk was vroeger al een wijk vol immigranten. Vooral Italianen en Joden woonden in de wijk. Aan de randen woont vooral de zwarte bevolking van Brooklyn. De Joden wonen er nog steeds, maar de Italianen zijn naar Staten Island verhuist. Voor hen in de plaats zijn Arabieren, Chinezen en Latijns-Amerikanen gekomen. Elk van deze groepen verschuilen zich in hun eigen blok. Als je de straat oversteekt voelt het alsof je van Iran naar China naar Mexico loopt. Hier is de ‘melting pot’ meer een ‘salad bowl’. De groepen leven naast elkaar, maar spreken geen engels en gaan niet met elkaar om.
Maar wat belangrijker voor de wijk zelf is, is de welvaart die deze nieuwe mensen met zich meebrengen. Deze immigranten nemen hun eigen
“Hier is de melting pot meer een salad bowl”
netwerk mee en openen hier winkels en bedrijven. Door deze instroom van geld word ook deze wijk bijna onbetaalbaar voor de oorspronkelijke bewoners. Michael vertelt dat zijn huisbaas, een man uit Haiti, bakken met geld verdiend met het verhuren van huizen. Waar in de jaren negentig de huizen bijna werden weggegeven, kost een klein appartement nu vaak 3000 dollar per maand. Dit is voor velen niet te betalen en ook hier zie je een exodus richting de buitenwijken en naar de Bronx. Maar waar het in Harlem redelijk gemoedelijk gaat, levert het hier in Brooklyn problemen op. Vooral de Chinezen zijn de dupe. Hun aggresieve uitbreiding door Brooklyn maakt veel oorspronkelijke bewoners bang. Dit heeft zelfs tot geweld tegen de Chinese inwoners van New York geleid. Maar voor alle verschillen tussen de wijken is er één overeenkomst. In beide wijken is het de arme zwarte bevolking die achterblijft. Weggeduwt door rijke blanken en succesvolle immigranten, deze mensen blijven aan de randen van de samenleving leven. Sommigen, zoals Dokter Joseph, lukt het om te ‘ontsnappen’ aan de armoede. Helaas is er voor een grote meerderheid geen toekomst. En helaas zijn er voor deze groep ook No Easy Answers. l
39
FOTO’S DOOR: CASPAR VAN DE POEL
Overal bio-winkels en hippe koffietenten Berlijnse wijk Friedrichshain-Kreuzberg worstelt met gentrificatie Alle straten in Berlijn hebben een eigen historie, een eigen verhaal. Dat is ook niet gek in een stad met zo’n lange geschiedenis. De laatste grote omwenteling was de Val van de Berlijnse Muur op 9 november 1989, toen Oosten West-Berlijn werden herenigd.
40
Foto: Danique Hoekstra
DOOR CASPAR VAN DE POEL
‘E
en moment van totale euforie”, zo beschrijft stadsgids Matthias Rau het. “Zelf woonde ik destijds in Friedrichshain, een wijk in de DDR. De dag dat de Muur viel, was ik op de Oberbaumbrücke, een brug die Friedrichshain met Kreuzberg, een West-Berlijnse wijk, verbindt. Ik kon toen ineens naar Kreuzberg om vrienden op te zoeken. Dat was echt een onbeschrijfelijk gevoel.”
In 2001 werd Berlijn heringedeeld en werden Friedrichshain en Kreuzberg tot één wijk samengevoegd: Friedrichshain-Kreuzberg word geboren. Hoewel de delen naast elkaar liggen, zijn er nog steeds grote verschillen. Zo wonen er in Kreuzberg veel Turkse migranten, terwijl die in Friedrichshain in geen velden of wegen te vinden zijn. De reden? Het Oost-Duitse Friedrichshain liet geen gastarbeiders toe en het West-Duitse Kreuzberg juist wel. Maar wat kenmerkend is voor heel Friedrichshain-Kreuzberg, is de snelle gentrificatie van de wijk. Waar in Nederland Rotterdam en Amsterdam snel gentrificeren, heeft Berlijn hier ook last van. “Bij gentrificatie wordt een vervallen wijk enorm opgewaardeerd”, vertelt Reinout Kleinhans, professor aan de TU Delft. “Er trekken veel jonge, welvarende, creatieve mensen naar een wijk en zij settelen zich daar. Deze mensen trekken op hun beurt weer bepaalde voorzieningen aan. Zo wordt de Turkse supermarkt vervangen door een bio-winkel of een koffiebar.”
kan het heel erg lastig zijn om een gegentrificeerde buurt in te komen omdat de prijzen zo hard zijn gestegen. Ook kan de oorspronkelijke bevolking zich niet meer thuis voelen in de buurt door alle veranderingen en de komst van een nieuwe bevolkingsgroep.” Lopend door Friedrichshain-Kreuzberg zie ik veel tekenen die wijzen op gentrificatie: elke straathoek kent een bio-winkel en ook het aantal hippe koffietentjes is onwerkelijk. Op straat lopen veel jonge mensen, mannen met hipster-baardjes en vrouwen met zilverkleurige futuristische kapsels. Ze lijken zich precies op hun plek te voelen in de wijk, het gentrficatieproces gaat er kennelijk rap.
“Niemand wil een tweede Prenzlauer Berg”
“Niemand wil een tweede Prenzlauer Berg”, zei Franz Schulz, de wijkburgmeester van Friedrichshain-Kreuzberg, in een interview met The Economist. Prenzlauer Berg is een wijk die midden in Berlijn ligt en na de Val van de Muur sterk is opgewaardeerd, de buurt staat nu te boek als een stadsdeel voor de welvarenden. Het feit dat de wijkburgmeester van Friedrichshain-Kreuzberg daartegen waarschuwt, spreekt volgens mij al boekdelen. Toch zijn het niet alleen de yuppies die opvallen in Berlijn. Het zijn ook de minder bedeelden die in het oog springen, het contrast tussen arm en rijk is namelijk gigantisch. Het maffe is: je ziet dit niet alleen aan de mensen op straat, je kan het ook aan de gebouwen zien. Een prachtig gebouw met gouden engelvormige kozijnen staat naast een aftands betonnen bakje met een deur vol graffiti.
“Gentrificatie is niet per se goed of slecht, het is maar hoe je er naar kijkt”
“Gentrificatie is niet per se goed of slecht, het is maar hoe je er naar kijkt. Een oude buurt wordt helemaal opgeknapt zonder dat de overheid er geld in hoeft te steken. De huizenprijzen stijgen wel enorm, maar dat is niet direct nadelig voor de oorspronkelijke bewoners. Zij hebben een koophuis of een vorm van huurbescherming. Maar voor mensen die niet rijk zijn,
Reportage
subculturen te redden, vind ik een politieke vraag”, zegt Reinout Kleinhans. “Wel vind ik dat zulke culturen een stad kleur geven, je verliest dus iets kostbaars zodra een cultuur helemaal verdwijnt. Maar of je er iets aan moet doen, heeft echt met je doelstellingen als stad te maken. Amsterdam omarmt de gentrificatie bijvoorbeeld, al zet de gemeente wel een rem op het proces.”
In de jaren negentig was Berlijn een stad vol met subculturen, het was altoparadise. Maar door de snelle gentrificatie komen deze alternatieve culturen in de verdrukking. “Of deze opwaardering moet worden voorkomen om
Toch zijn er nog stukjes in Friedrichshain-Kreuzberg waar de tijd heeft stilgestaan. Neem bijvoorbeeld de Mainzerstrasse in Kreuzberg, die ik twee keer heb bezocht. De eerste keer wist ik niet wat ik zag: de straat was uitgestorven. Op straat lagen stukken van een oude bank en in vensterbanken stonden cactussen zo oud dat ze bruin waren geworden. Ook was er een kauwgomballenautomaat die het, tot mijn grote spijt, niet deed. De tweede keer dat ik er was, raakte ik helemaal in de war. De straat leefde. Het bleek een straat waar een grote Turkse gemeenschap woont, het deed mij denken aan Istanbul samengevat in één straat. Maar ook de Mainzerstrasse heeft een verhaal. In de jaren negentig stonden er veel gebouwen leeg, waar krakers in gingen wonen. Na een tijdje was de Berlijnse politie het zat en werden de krakers met groot machtsvertoon uit de gebouwen verwijderd. “In de Mainzerstrasse is absoluut geen sprake van gentrificatie. Er woont een grote groep Turken, net zoals in heel Kreuzberg”, bevestigt Matthias Rau terwijl hij naar Turkse zaakjes wijst. “Mensen worden steeds bozer vanwege de duurder wordende huizen. Ze betalen maar liefst 30 tot 50 procent van hun inkomen aan huur”, verklaart Franz Schulz in The Economist. De snelle gentrificatie van FriedrichshainKreuzberg leeft enorm, op de muren staan graffititeksten als: “Gentrifizierung stoppen!” De mensen zijn het zat, zij willen hun oude vertrouwde wijk terug. Geert Wilders zou het goed doen in de Duitse hoofdstad. “Willen we meer of minder gentrificatie?!” “MINDER! MINDER! MINDER!” l
41
Waar heb jij respect voor?
“ “
Ik heb respect voor mensen die anderen belangrijker vinden dan zichzelf, juist omdat dit er maar weinig zijn. Al is het alleen al opstaan voor ouderen in de bus.”
Ik heb respect voor iedereen, maar bewondering voor mensen die ergens voor staan en daarvoor durven te vechten. Bijvoorbeeld voor onderdrukte personen die vechten voor gelijkheid en acceptatie.”
“ “ “
Voor mensen die zichzelf durven te zijn en zich niets aantrekken van anderen. Bijvoorbeeld mensen die geen alcohol drinken op een feestje, terwijl ieder ander dat wél doet en zelfs ook van jou verwacht.” Mensen die zichzelf wegcijferen in het belang van anderen. Van mijn zusje die doodziek eerst aan haar directe omgeving denkt, tot een Erik van Muiswinkel die besluit een Zwarte Pieten-statement te maken. Met alle gevolgen van dien..”
Ik heb respect voor mensen die altijd klaar staan voor anderen. Dat gaat van gehandicaptenverzorger tot een shoarmaboer die zelfs na sluitingstijd nog bereid is om een lekker broodje te maken voor jou.”
42
Reportage
Een positieve insteek
Foto’s: Leonie van der Veen
In de rest van Holtenbroek staan nog veel galerijflats
‘Daar moet je ’s nachts niet komen’ was lange tijd het devies van de Zwolse wijk Holtenbroek. Inmiddels is dat veranderd naar ‘een grote mix aan mensen en een tolerante sfeer’. De voormalig achterstandswijk is volop in ontwikkeling. Wat is daarvan te merken? En denkt iedereen daar zo over?
DOOR LEONIE VAN DER VEEN
I
n bijna elke voortuin staat een bankje of een comfortabele tuinstoel. Het is een zonnige zaterdagmiddag en veel inwoners zitten buiten voor hun huis. In één van de tuintjes zitten drie moeders met opgestroopte broekspijpen te kletsen, terwijl hun zoontjes zorgeloos op straat spelen. Ze lijken zich niet druk te maken om eventueel verkeer. De smalle straat is eerder een verlengde van het speeltuintje
verderop, dan dat het gebruikt wordt door auto’s. ‘Zodra de zon schijnt, zijn de mensen buiten te vinden’, vertelt Joep Roozen (57), voorzitter van de wijkorganisatie Holtenbroek N.U., die vier jaar in Holtenbroek woont. ‘De inwoners zijn bereid om elkaar te ontmoeten. Wat dat betreft is het heel gezellig hier. Ik heb ook in Amsterdam gewoond en daar doet Holtenbroek me erg aan denken. Alle soorten tinten en
generaties zijn hier te vinden en dat verdraagt elkaar goed. Er is een ontspannen en tolerante sfeer.’ Die sfeer is niet altijd zo goed geweest. Holtenbroek stond jarenlang bekend als een achterstandswijk. Driekwart van de huizen waren sociale huurwoningen, waarvan de kwaliteit matig was. De leefbaarheidsscore was slecht, de sociale achterstand groot, er was drugsoverlast en er waren weinig voorzieningen.
4
43
Inmiddels is er veel veranderd en verbeterd. In 2000 begonnen Projectteam Holtenbroek 1, een samenwerkingsverband tussen woningcorporaties SWZ en deltaWonen, en de Gemeente Zwolle met het vernieuwen van de wijk. Oude portiekflats werden gesloopt en vervangen door nieuwe woningen, waarvan het merendeel bestemd werd voor verkoop. Het winkelcentrum werd vernieuwd en uitgebreid, er kwam een nieuw wijkcentrum en in 2009 opende het Deltion College een campus voor 16.000 studenten. ‘Het is wel iets beter, maar je kunt het niet echt verbeterd noemen’, meent Diana Terveer (42). Zij woont in Holtenbroek 3 (de wijk is opgedeeld in vier buurten), maar eigenlijk wil ze verhuizen. Terveer is nog sceptisch over de vernieuwing van de wijk. ‘Ik heb een koophuis, maar dat raak ik niet kwijt. Hier zitten nog steeds de drugsdealers en de criminelen. Het voorste gedeelte met Holtenbroek 1 en 2, dat is een succes. Maar dat is gewoon nieuwbouw dus daar zitten andere mensen die dat wel kunnen betalen. De oude bewoners zitten nu voornamelijk hier, in Holtenbroek 3.’
Imago
Holtenbroek 1 was tot voor kort het oudste deel van Holtenbroek. De buurt stond bekend als de Trapjeswijk, maar vooral berucht om het slechte imago. Als onderdeel van de wijkvernieuwing werd in 2013 alles gesloopt en ontstond er de compleet nieuwe Muziekwijk. Het esthetische contrast tussen de Muziekwijk en de rest van Holtenbroek is groot. Tussen de grijze galerijflats en de kleine rijtjeshuizen staan spiksplinternieuwe huizen met drie verdiepingen. Te midden van de nieuwbouw ligt een bescheiden meertje. Vanuit de tuinen kun je met een bootje het water op varen. De beige bakstenen zijn nog vlekkeloos, er is geen vogelpoep of aanslag te bekennen. Voor de omliggende nieuwe flatgebouwen geldt hetzelfde. De onaangetaste oranje zonneschermen steken fel af tegen het groen van de bomen. Huib Wennips (30), ICT-consultant, heeft vierenhalf jaar in de Muziekwijk gewoond. ‘Ik merkte dat er rond de
44
“Op dit moment is de wijk in volle bloei”
De zusjes Sumeyye (20) en Aysegul (23) Karadeniz nieuwbouw verkooptrajecten waren waarbij Holtenbroek aangeprezen werd. Het oude imago werd helemaal weggestopt. Om te voorkomen dat het oude imago bleef hangen, spraken ze daarbij telkens over de Muziekwijk en niet over de Trapjeswijk. Het oude imago was dat je ’s nachts niet in de Trapjeswijk moest komen. Nu zijn het allemaal starterswoningen voor jonge gezinnen’, vertelt de oud-bewoner.
‘Het oude imago van Holtenbroek is echt achterhaald’, vindt ook Ron van Toorenenburg (62), fotograaf voor de wijkorganisatie. ‘Als wijkorganisatie hebben we veel contact met de gemeente en de wijkagent. Als er spanningen zijn, dan lossen zij dat op. Die communicatie, ook met de bewoners, is onderling heel goed. In Holtenbroek is er nog nooit iemand doodgeschoten hoor. Er is hier wel eens een overval
De spiksplinternieuwe huizen in de Muziekwijk Foto: Danique Hoekstra
waardoor ze zich gelijk thuis voelden in de moskee’, vertelt Aysegul. Haar zusje vult aan: ‘Het verbaasde me dat mensen zo goed reageerden op de komst van onze moskee. De bewoners gaan gewoon een gesprek met je aan. Met name de jongeren spreken goed Nederlands, dus we kunnen die vragen ook prima beantwoorden.’
“Heel af en toe doen zich incidenten voor als het gaat om veiligheid, waarbij iemand weer een wapen trekt” Kwetsbaar geweest, maar dat gebeurt in de rest van Nederland ook’, vertelt hij nuchter. Volgens de fotograaf, die al vijftien jaar in Holtenbroek 3 woont, is de wijk nog in ontwikkeling en wordt er veel geld in gestoken om de wijk weer bewoonbaar te maken. ‘Maar daar gaat ook wat tijd overheen hé. Op dit moment is de wijk in volle bloei.’
Mix
In het hart van de wijk ligt het winkelcentrum. Het is niet groot, maar het is genoeg om bruisend te zijn. Rondom de winkels zijn allerlei mensen te zien. Van een jonge moslima met een hoofddoek die de supermarkt uitloopt tot een bejaarde, blanke vrouw die een wandelingetje maakt. In Holtenbroek wonen ongeveer 75 verschillende nationaliteiten en dat is duidelijk te zien. ‘Het is heel erg gemixt qua mensen. Het is typerend dat er zo veel soorten mensen bij elkaar wonen. Ze zijn wel verdeeld in groepjes, zo zie je bijvoorbeeld bij de Turkse bakker alleen Turkse mannen zitten. Er is geen spanning tussen de verschillende groepjes,
toch zullen ze niet zo snel onderling mixen’, denkt Wennips. ‘Ik had zelf niet het idee dat ik dan bij het groepje ‘blanken’ hoorde. Je woont er, dus dan ben je gewoon ook een Holtenbroeker. Iedereen maakt deel uit van de wijk.’ De zusjes Aysegul Karadeniz (23), studente Verpleegkunde, en Sumeyye Karadeniz (20), voorzitter van de meidencommissie van de moskee, voelden zich ook welkom toen in 2015 de Turkse ULU-moskee naar Holtenbroek verhuisde. ‘Bij de opening was er ook belangstelling van niet-Turkse mensen. Ze stonden er heel open voor. We begonnen toen met het Wilhelmus,
“Het verbaasde me dat mensen zo goed reageerden op de komst van onze moskee”
Holtenbroek lijkt langzaamaan op te krabbelen. Het negatieve, oude imago is nagenoeg verdwenen, er heerst een gemoedelijke ‘ons-kent-ons’-sfeer en de vele verschillende bevolkingsgroepen zorgen voor dynamiek tussen de bewoners. Holtenbroek zit op de goede weg, maar het evenwicht is nog kwetsbaar. De Muziekwijk geeft het goede voorbeeld, maar Joep Roozen erkent dat er nog werk aan de winkel is. ‘Heel af en toe doen zich incidenten voor als het gaat om veiligheid, waarbij iemand weer een wapen trekt. En achterin in de wijk staan grote flats waarvan ik verhalen heb gehoord dat de vuilniszakken gewoon naar beneden worden gegooid. Dat is ook onderdeel van het dagelijkse leven hier.’ Desondanks overheerst het optimisme. ‘Iedereen vindt in Holtenbroek wel zijn plekje’, volgens Roozen. ‘Ik voel me nooit onveilig. Je kunt hier je gang gaan, je kunt je af en toe verbazen over wat er kan gebeuren, maar de meesten zijn aanspreekbaar op hun gedrag. De bewoners weten dat je het met z’n allen moet doen. De insteek is heel positief. Niet sikkeneuren, maar er met elkaar wat leuks van maken.’ l
45
Blog
MADE IN CHINA TOWN Het metrostation uit op Canal Street, take a left, even een stukje lopen en je staat in China. Of beter gezegd, China Town. Midden in Manhattan in New York. De wolkenkrabbers zijn in geen velden of wegen te bekennen. Je staat in een wijk die verdacht veel lijkt op een Chinese markt en je vraagt jezelf af waar je terecht bent gekomen. Dat gevoel overkomt je wanneer je China Town bezoekt. Alles is Chinees. DOOR DANIQUE HOEKSTRA
H
et meest Amerikaanse bedrijf dat je kan bedenken, de Mac Donalds, staat te glimmen in de bekende rode kleur met gele Chinese tekens, die lijken te zeggen: ‘Mac Donalds’. Maar Chinees lezen kan ik niet, dus ik weet het niet zeker.
Het tweede grootste bedrijf waar je aan kan denken verkoopt precies dezelfde koffie als in Harlem, of aan de Upper East Side, maar dan vanuit een Chinees Starbucks pand. Bij het zien van het gebouw klinkt de Chinese muziek in mijn oren en vraag ik me af of de medewerkster mij wel verstaat. Gelukkig is ‘cappuccino’ een woord dat de meeste mensen wel verstaan in iedere taal. Sinds 1850 zijn er al Chinezen in deze wijk, maar China Town kreeg pas zijn bekende vormen na 1965. De immigratie werd soepeler en China Town groeide. Gevels kregen Chinese uithangborden en de Amerikaanse stempel op de wijk verdween uit het straatbeeld. Nu wonen er zo’n 700.000 Chinezen in New York City. Volgens Newyorktravelguide vertoeven er naar schatting zo’n 300.000 daarvan in hun vertrouwde China Town. Minstens tien Chinese vrouwtjes vragen iets aan me wat ik niet versta. Ze buigen hun hoofd naar me toe en vragen: ‘Miss? Miss? Wanna buy something?’ Tien New York giftshops pal naast elkaar. Met allemaal een Chinees vrouwtje in de deuropening. Ze proberen je naar binnen te lokken en je een veel te dure I love New York-mok aan te smeren. De Gucci tassen staan uitgestald en er zijn ontelbaar veel verschillende maten Vrijheidsbeeldjes. Dat is waar China Town op draait, toerisme. Naast 200 traditionele Chinese restaurants en de viskramen op straat, zie je Chinese dames bezig met naald en draad. Chinese nijverheid zoals je die traditioneel verwacht. Hoewel de grotere kledingindustrie terug verhuisd is naar de thuisbasis China, zijn er nog genoeg kledingwinkels die flink wat werk te doen hebben. China Town op z’n best, traditionele winkeltjes en genoeg bekijks voor de vele toeristen die de wijk in Manhattan bezoeken. Dat de wijk nog steeds populair is voor nieuwe immigranten blijkt wanneer het naastgelegen Little Italy nóg kleiner wordt.l
FOTO: DANIQUE HOEKSRA
46
Foto: Danique Hoekstra
Colofon
Respect diversiteit
Hoofdredacteur Roy Prent
Adjunct hoofdredacteur Lian Groten Vormgeving Lian Groten Danique Hoekstra Roy Prent (Eind)redactie Margot Attema Lian Groten Benjamin Hagen Danique Hoekstra Bastiaan Kah Casper van der Poel Roy Prent Merten Simons Vivian Ugbah Leonie van der Veen Armon Veeneman Begeleidend docent Jan Eijbrink Erik van Schaik Techniek Jan Eijbrink
Deze productie is gemaakt door studenten van de opleiding Journalistiek van Hogeschool Windsheim. Ondanks de constante zorg en aandacht die we besteden aan de samenstelling van dit product, kan de opleiding Journalistiek niet instaan voor de volledigheid, juistheid of voortdurende actualiteit van de gegevens en de inhoud hiervan. Mocht u feitelijke onjuistheden tegenkomen dan stellen wij een reactie erg op prijs via info@windesheim.nl. De inhoud van deze productie kan zonder vooraankondiging wijzigen. Aan de inhoud hiervan kunnen derhalve geen rechten worden ontleend. Op de inhoud van dit platform rust auteursrecht. Het is niet toegestaan de auteursrechtelijk beschermde werken of andere informatie openbaar te maken of te verveelvoudigen zonder toestemming van de opleiding Journalistiek.
47
Foto: Danique Hoekstra