Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2009

Page 1

— Catalogus

Koninklijke Prijs voor Vrije  SchildeRkunst 2009

KoninklIJk Paleis Amsterdam —



Esiri Erheriene-Essi

Marie Aly

Carien Yatsiv

Koninklijke Prijs voor Vrije  SchildeRkunst 2009

Hans Hoekstra


© Rijksmuseum, Amsterdam

1871 – 2009

Nicolaas Pieneman Willem III (1817 – 90), Koning der Nederlanden [1856] Olieverf op doek 93 × 62,5 cm

2


TEN GELEIDE

Ten geleide

Ieder jaar wordt door Hare Majesteit de Koningin de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst uitgereikt. Deze aanmoedigingsprijs, die in 1871 door Koning Willem III werd ingesteld als Koninklijke Subsidie, is bedoeld om jong talent op het gebied van de schilderkunst te stimuleren. Koningin Emma, Koningin Wilhelmina, Koningin Juliana en Koningin Beatrix hebben deze traditie van de prijs voortgezet. Nederlandse kunstenaars die de beeldende kunst beroepsmatig en zelfstandig beoefenen en op 1 januari 2009 de leeftijd van 35 jaar nog niet hadden bereikt, konden meedingen naar een Koninklijke Prijs. Kunstenaars die de prijs eerder ontvingen, mochten, indien zij op de genoemde datum jonger waren dan 30 jaar, opnieuw meedingen. Vier kunstenaars komen ieder jaar in aanmerking voor een Koninklijke Prijs, te weten 6.000 euro per kunstenaar. Zij worden voorgedragen door een jury. Over het geldbedrag hoeft geen belasting of premie te worden afgedragen. In 2009 zonden, in reactie op advertenties in diverse media, 270 kunstenaars dia’s en documentatie in. Ruim 2100 dia’s passeerden de revue. Aan 71 kunstenaars werd gevraagd twee schilderijen in te zenden voor de tweede ronde. De Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst wordt uitgereikt in het Koninklijk Paleis in Amsterdam. Daar vindt ook de jaarlijkse tentoonstelling plaats die ter gelegenheid van de uitreiking wordt georganiseerd. Het werk van de winnaars krijgt dan, samen met een selectie uit de inzendingen, bijzondere aandacht. De prijsuitreiking en de tentoonstelling vinden plaats onder auspiciën van de Stichting Koninklijk Paleis te Amsterdam. Aan de tentoonstelling is ieder jaar een publieksprijs verbonden. In 2008 kreeg Sandro Setola de meeste stemmen.

···

3


© Rijksmuseum, Amsterdam

1871 – 2009

J an Veth Koningin Emma, prinses van Waldeck-Pyrmont. Weduwe van Koning Willem III [1918] Olieverf op doek 99 × 70 cm

4


JURYRAPPORT

Juryrapport

2009

Dit juryrapport staat in het teken van de verrassing. En eerlijk gezegd is verrassing nog een understatement, zo groot is het contrast tussen de winnaars van dit jaar en de schilderijen die vorig jaar de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst verdienden. Toen waren kleurrijke spektakelstukken dominant. Met grote gebaren werd een maatschappelijke diversiteit verbeeld en van commentaar voorzien, zodat we konden spreken van ‘actuele historiestukken’. Het zou onzin zijn te beweren dat dit kritische engagement één jaar later alweer uit de gratie is, maar terwijl wij in 2008 de mond vol hadden van dit genre, viel er nu toch even een stilte bij de uitkomst van ons beraad. Drie dagen hadden we erover gedaan. Een verheugend aantal van 270 kunstenaars, aanzienlijk meer dan de jaren hiervoor, had zich van zijn beste kant laten zien, eerst op dia of digitaal en vanaf de tweede ronde – zoals gebruikelijk – in het echt. Schilderijen werden bekeken en besproken; ze mochten blijven of werden afgevoerd, en in een enkel geval weer terug gehaald. Ten slotte was het werk van de vier winnaars op een rij gezet, en daar stond de jury met zijn ogen te knipperen: als een veelkoppig monster dat niet kan geloven dat het links en rechts hetzelfde ziet. Overtroefd door de schilderkunst, was dat het? Niets is zo verhelderend als verwarring, heeft Wim T. Schippers eens gezegd. En dat moet het zijn, want wij twijfelden niet aan de kwaliteit van onze selectie. Wat ons in het uitverkoren werk wél moest treffen, was het steeds terugkerende onderwerp, terwijl noch onderwerp noch thema voor ons een selectiecriterium was geweest. Nu stonden wij echter oog in oog met mannen, alleen maar mannen, ook al gingen zij dan vergezeld van vier honden en één aap. Er waren mannen naakt poserend op de bank, naast mannen achterover leunend of liggend op een kleed, naast mannen schouder aan schouder in een tuin. De dominantie van het mannelijke model was verbluffend, waarbij meteen kan worden aangemerkt dat van verregaande verbroedering geen sprake was. Integendeel, aan illusies over de condition humaine deden deze figuren niet.

5


© Stichting Historische Verzamelingen van het Huis Oranje-Nassau

1871 – 2009

Herman Mees Wilhelmina, Koningin der Nederlanden (1880 – 1962) [1937] Olieverf op doek 85 × 65 cm

6


JURYRAPPORT

Wanneer zij bij uitzondering samenkwamen op één en hetzelfde schilderij, belichaamden zij meestal een duistere kant van het bestaan, vervuld van dreiging en geweld.Vier mannen met honden rezen onheilspellend voor ons op en ook was er een groep opgehangen mannen bij. Zij belichaamden een sociale rampspoed die op de andere schilderijen geheel ontbrak. De meeste mannen hadden het doek voor zichzelf alleen en presenteerden zich onopgesmukt, in een naakte staat van zijn. Het leek wel een statement, deze focus op het individu, hetzij een statement van de jury, hetzij van de kunstenaars – en misschien ís het dat ook. Onwillekeurig kunnen we hier getuigen van een perspectivische omkering, die als contrapunt fungeert. In het besef van de grote, voorttollende buitenwereld, wordt onze blik teruggekaatst naar onszelf als enkeling in dat grote geheel en als middelpunt van het eigen, kleine universum. Anders dan het steeds wisselende decor dat in journaal en krant het menselijke bestaan laat zien in zijn ongrijpbare variëteit, verschijnt hier de eigen kamer, het eigen atelier of de achtertuin als podium voor het individu – een nabije omgeving, die door hem zelf kan worden bespeeld en overheerst. De maatschappelijke complexiteit wijkt hier achter de rug van het individu. Tegenover het conflictueuze gewemel in een mondiaal verband, waar de enkeling in verdwijnt als een mier in de mierenhoop, plaatsen deze winnende schilderijen de menselijke figuur pontificaal vooraan. De portretten die aldus de hoofdrol spelen bij de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2009, zijn geen portretten in de strikte zin van het woord. Het gaat hier om een eigenzinnig genre dat het midden houdt tussen een persoonlijke en een archetypische weergave van de mens. In zijn kritische soevereiniteit is dit portret, het portret dus van ‘de mens als individueel exempel’, even eigentijds als het actuele historiestuk. Het is een portret dat aansluit bij de vraag die Rüdiger Safranski opwerpt in zijn essay Hoeveel globalisering verdraagt de mens? uit 2003. Hierin beschrijft de Duitse filosoof het globalisme als symptoom van overbelasting. De continue informatieoverdracht toont een warnet van mondiale problemen, die botsen op onze persoonlijke mogelijkheden. In onze rijkdom aan kennis en perspectieven schuilt zo ook onze zwakte. Zonder effectief filtersysteem zijn wij verloren in de informatiestroom. ‘We moeten een keer het toneel omdraaien en onszelf inprenten dat ons hoofd niet alleen in de wereld is, maar de wereld ook in ons hoofd is’, schrijft Safranski. ‘Ook het individu is een geheel waar hemel en aarde elkaar raken.’ En het is in dit verband, dat Safranski ons de kunst ten voorbeeld stelt. Het kunstwerk schept uit zijn aard immers een afgebakende

7


© Sylvia Willink, Amsterdam

1871 – 2009

Carel Willink Koningin Juliana [1976] Olieverf op doek 50 × 40 cm

8


JURYRAPPORT

betekeniszone, waarvan te leren valt hoe belangrijk inperkingen zijn. Binnen de grenzeloze reikwijdte van ons universum, stelt het kunstwerk de eigenzinnigheid veilig van het individuele; het specifieke. Deze voor de kunst waardevolle conclusie rekent definitief af met de verwarring – niet kwalitatief maar inhoudelijk – waar de jury in 2009 aanvankelijk mee kampte, tegenover het werk van de vier winnaars, oog in oog met die reeks schilderachtige exempels van de mens als individu. Actueel historiestuk of actueel portret: het is slechts een wisseling van scène in hetzelfde theater. En dat het hier slechts mánnen betreft, ten slotte, wordt verzacht, voor wie daarvoor gevoelig is, door het aantal vrouwelijke kunstenaars dat hierin de hand heeft gehad. Namens de jury is het mij een eer de volgende vier kunstenaars, onder wie drie vrouwen, voor te dragen aan Hare Majesteit de Koningin als kandidaten voor de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2009. De vier geselecteerde kunstenaars zijn in alfabetische volgorde: Marie Aly Esiri Erheriene -Essi Hans Hoekstra Carien Yatsiv Het werk van deze kunstenaars is te zien op de tentoonstelling in de galerijen van het Koninklijk Paleis te Amsterdam. Van nog twintig kunstenaars koos de jury bovendien een werk dat eveneens in de expositie is opgenomen. Daarnaast worden de schilderijen gedocumenteerd in de catalogus, die dit jaar dankzij Ian Brown even chic als verfijnd is vormgegeven. In deze catalogus verschijnt ook het speciaal hiervoor geschreven essay van Maria Barnas, schrijfster en kunstenares. Het spel met de schilderkunst dat Barnas hierin speelt vraagt om navolging door iedere lezer en is een ode aan de eigenzinnigheid van de schilderkunst. De jury van de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst bestond in 2009 uit Hanne Hagenaars, Stijn Huijts, Carla Klein, Ronald Ophuis, Gé-Karel van der Sterren, Lily van der Stokker, Barbara Visser en Wilma Sütö (voorzitter).

Namens de jury,

Wilma Sütö

9


© The Andy Warhol Foundation for the Visual Arts Inc. c/o Pictoright Amsterdam 2009

1871 – 2009

Andy Warhol Koningin Beatrix (Queen Beatrix of The Netherlands – Reigning Queens) [1985] Zeefdruk op board 100 × 80 cm

10


WINNAARS

Marie Aly Esiri Erheriene - Essi Hans Hoekstra Carien Yatsiv

11




WINNAARS

Esiri Erheriene-Essi

Hans Hoekstra

[1982]

[1983]

‘Mijn werk,’ aldus Esiri Erheriene-Essi, ‘kan simpel worden samengevat met een citaat van John Baldessari: historie verkeerd uitgesproken klinkt als hysterie.’ Maar wat zijn haar actuele ‘hysteriestukken’ geraffineerd geschilderd. De thematiek van wreedheid en geweld wordt opgepompt met schelle kleuren en een ritmische intensiteit in de compositie. Soms lijken beelden als schermen over elkaar heen te schuiven, waarin verleden en heden elkaar verdringen. Op andere doeken krijgen juist de lege witte vlakken een spookachtige expressie. De dreiging is onontkoombaar. Vier mannen met honden rijzen voor ons op en het is te laat om over te steken. Erheriene-Essi dwingt de confrontatie af, maar daarin ook ons respect.

Het menselijk lichaam krijgt van Hans Hoekstra scherpe contouren. De constructie van lijf en ledematen is nadrukkelijk aanwezig, als bij een anatomisch model, en het lichaam lijkt ook op die tegennatuurlijke manier te kunnen scharnieren. Deze intrigerende knikken en hoekigheid komen de schilderkunstige compositie ten goede. Toch heeft het mannelijk naakt dat hier domineert ook een persoonlijke zeggingskracht. De architectuur van het lichaam is als vormenspel al interessant, maar de naakte deformatie en positie van het mannenlijf, in combinatie met het archetypische gezicht van deze figuur, belichamen ook een herinnering aan het lijdensverhaal van Christus, waarin een schrijnende actualiteit vervat lijkt te zijn.

Contact:

Esiri Erheriene-Essi esiri.essi@gmail.com

14

Contact:

Hans Hoekstra De Roodborst 1 9231 SE Surhuisterveen hanshoekstra83@hotmail.com


Esiri Erheriene - Essi

Esiri Erheriene-Essi The hounds [2008] Olieverf op doek 200 × 200 cm

15


Esiri Erheriene-Essi Riders on the storm [2008] Olieverf op doek 200 × 300 cm

WINNAARS

16


Esiri Erheriene - Essi

17


Hans Hoekstra Liggende man I [2009] Acrylverf op doek 200 × 295 cm

WINNAARS

18


Hans Hoekstra

19


Hans Hoekstra Liggende man II [2009] Gouache op doek 130 × 200 cm

WINNAARS

20


Hans Hoekstra

21


WINNAARS

Marie Aly

22

Twee prachtige broers [2008] Olieverf op doek 150 × 120 cm


Marie Aly

Marie Aly De mandril met de wielewaal [2008] Olieverf op doek 90 × 65 cm

23


Carien Yatsiv Freddy [2009] Acrylverf op doek 145 × 190 cm

WINNAARS

24


Carien Yatsiv

25


Carien Yatsiv Kristinn [2009] Acrylverf op doek 145 × 190 cm

WINNAARS

26


Carien Yatsiv

27


WINNAARS

Marie Aly

Carien Yatsiv

[1980]

[1984]

Alleen al de titels van haar schilderijen klinken als een gedicht. Twee prachtige broers heet het ene doek; het andere is getiteld De mandril met de wielewaal. De beelden van Marie Aly zijn bovendien even rijk aan suggestie als deze woorden. Twee vreemd geproportioneerde mannen verrijzen achter een muurtje, in een landschap waar de zon oranje lichtvlekken werpt. Zij dragen decoratieve kleding en kapsels, waar echter ook iets theatraals, kunstmatigs in schuilt. Terecht, want door hun aderen stroomt geen bloed, maar olieverf, zoals Marlene Dumas eens over geschilderde figuren heeft gestipuleerd. Aly speelt zo te zien met dit gegeven. Zij ontsluit een aanlokkelijk droomgebied, op de grens van natuur en cultuur.

Carien Yatsiv maakte een reeks naaktportretten van invloedrijke mannen in haar omgeving. Behalve het machtsspel in het kunstcircuit, schildert zij zo een correctie op de kunstgeschiedenis. ‘Ik heb de klassieke rol van de mannelijke schilder overgenomen, die zijn tijd doorbrengt met het schilderen van naakte vrouwelijke modellen.’ De jury heeft plezier in de lichtvoetige ernst van dit concept, maar waardeert ook de uitvoering. De frontale compositie en sobere kleurcontrasten maken de portretten monumentaal in heel hun sensibiliteit. En in randverschijnselen als een kamerplant en het panterbont op de sofa schuilt een welkome grillige toets.

Contact:

Marie Aly Stadhouderskade 86 1073 AT AMSTERDAM mariealy@t-online.de

28

Contact:

Carien Yatsiv carienyatsiv@gmail.com


PROEVEN

PROEVEN ——

Maria Barnas

Ik bevond me in goed gezelschap. Prosecco fonkelde in mijn glas, de zon stond laag aan de hemel en legde de binnenplaats waar we aan tafel zaten in een zachtroze licht. Ik nam nog maar een slok, en nog een. Ik at een stukje brood. Ik vertelde een lang verhaal, maar toen kon ik het met goed fatsoen toch echt niet langer uitstellen om de oester die op mijn bord lag, los te maken uit zijn schelp. Ik prikte wat met mijn vork, en sprak mezelf moed in door me voor te houden dat een schelpdier geen hart heeft, geen hersens. Wat zag ik daar in het hart van het schelpdier bewegen? Het leek op een lang spits zwart tongetje dat heen en weer slingerde in een doorzichtig blaasje. Een kikkervisje? Om te zien of het licht mij misschien iets had voorgespiegeld, boog ik me dieper naar de oester toe. Iemand kneep een citroen uit boven het dier, wat het bleke vlees ineen deed schrompelen. ‘Hij leeft!’ krijste ik, veel harder dan ik had gewild. Het geluid dat mijn keel uitrolde, was schel en deed het gezelschap verstijven. De meesten aan tafel waren al aan hun vijfde oester toe, en prezen de versheid en de vlezigheid van de schelpdieren. Ik lachte, om te doen alsof mijn gil een

29


PROEVEN

grap was geweest. Tergend langzaam nam het schelpdier zijn oorspronkelijke vorm weer aan. Ik had de pijn van het in elkaar krimpende dier niet alleen gezien, ik had het gevoeld. Aan tafel ontstond een discussie over de kwestie of oesters nog leven op het moment dat je ze eet. ‘Ze moeten nog leven, je wilt toch geen bedorven vlees eten?’ zei de een, die prompt een levende oester zijn keel in liet glijden. ‘Welnee, het zijn stuiptrekkingen’, zei de ander die met een vorkje schokkende bewegingen ontlokte aan het schelpdier op haar bord. De ene na de andere oester werd met zacht, goedkeurend gegrom uit de schelp geslurpt. Ondertussen steeg de spanning voor mij. Ik wilde aan de mensen om me heen laten zien dat ik best een oester kan eten. Ik zag mijn zoon, die net nog probleemloos zat te eten, bezorgd naar zijn bord kijken. Dit kon zo niet langer. Ik probeerde aan iets anders te denken. Ik probeerde mijn angst te verbergen achter een mooi schilderij in mijn hoofd. Ik zou mijn afgrijzen voor het weke vlees verbergen achter een meesterwerk, en zodra mijn hoofd was gevuld met het schilderij, zou ik ongemerkt een hap kunnen nemen. Toen deed ik een ontdekking die mijn begrip van schilderkunst, en mogelijk zelfs kunst in het algemeen, onderuithaalde. Ik ontdekte dat ik geen enkel schilderij voor de geest kan halen. Geen enkel! Niets! In paniek zocht ik mijn gedachten af naar schilders. Ik hoopte dat hun

30


PROEVEN

werk dan als vanzelf zou volgen. Het bedenken van namen van schilders ging me gemakkelijk af. Ik merkte daarbij dat de volgorde waarin schilders in mijn hoofd opduiken, wordt bepaald door een niet onmiddellijk te duiden systeem. De volgorde trok zich in ieder geval niets aan van het alfabet, kunststromingen of indelingen zoals die in de kunstgeschiedenis gebruikelijk zijn. Jan van Scorel was de eerste die in me opkwam. Jan van Scorel zou me redden uit mijn ongemakkelijke situatie. Hij kwam waarschijnlijk als eerste in me op omdat ik net een grote aankondiging had gezien van de tentoonstelling Scorels Roem. Ik had me voorgenomen er naar toe te gaan, omdat ik benieuwd was naar mogelijke banden met het dorp Schoorl, waar ik als kind heb gewoond. Vervolgens dacht ik aan Maaike Schoorel, met haar suggestieve, bijna lege doeken, maar uiteindelijk toch meer aan het dorp Schoorl en het aangrenzende Schoorldam, waar Picasso ooit een boerenmeid vereeuwigde. Tot zover kon ik de logica van mijn gedachtegang nog volgen. Maar daarna volgden de schilders elkaar zonder directe samenhang op, met bussen tegelijk. Een touringcar vol Bergense School, waar zomaar een busje surrealisten achteraan kwam. Deze werd op de bumper gevolgd door een Peugeootje met Magritte op de achterbank bij Degas en Matisse. Mondriaan liep zijn hond uit te laten, en deed net alsof hij niet bij de optocht hoorde. Een paar meter achter hem liet een man een kreeft uit. Hij

31


PROEVEN

kwam me bekend voor. Wie was hij ook alweer? De optocht verliep chaotisch, en toen ik Frans Hals met paard en wagen de hele stoet zag inhalen, wist ik zeker dat ik bij de schilders zelf geen rust zou vinden. De schilders bewegen zich nog steeds voort in mijn hoofd. Maar hun schilderijen lijken te zijn opgesloten in een diepe, donkere bunker. Hoe komt het dat ik me geen enkel schilderij voor de geest kan halen? Ik zou graag een beschrijving van een schilderij geven, een bijzonder detail, waarvandaan ik vertakkingen zou zien naar andere doeken om mijn liefde voor de schilderkunst niet alleen te verklaren, maar ook zichtbaar en invoelbaar te maken. Ik zou nu naar de boekenkast kunnen lopen om een schat aan reproducties op tafel te leggen. Maar het baart me zorgen dat de schilderijen die ik als mijn referenties beschouw, zich in een schemergebied terugtrekken zodra ik probeer ze voor de geest te halen. Ik wil citeren uit een schilderij zoals uit een gedicht, maar wanneer ik mijn ogen sluit om scherp te stellen op mijn geheugen, lopen kleuren over in elkaar, vervormen formaten en vlakken. Het is alsof de schilderijen in mijn hoofd nog niet af zijn. Alsof een schilder – nog niet tevreden met het resultaat – voorstellingen bijwerkt, en soms zelfs een doek helemaal wegveegt met een grote in terpentine gedrenkte doek, om opnieuw te beginnen. Deze schilder is de wanhoop nabij.

32


PROEVEN

Nu ga ik het echt proberen. Ik kan het niet langer uitstellen. Ik ga proberen om een schilderij dat indruk op me maakte, te beschrijven zonder er een reproductie bij te halen. Ongeveer een jaar geleden zag ik in de installatie A Canary in a Coalmine van Lucas Lenglet in het SMBA een donker schilderij hangen. Het schilderij – van Tjebbe Beekman – zag er opvallend handgemaakt uit, vergeleken bij de industrieel vormgegeven hekwerken die deel uitmaken van de installatie. Voor zover ik me herinner, bestaat het enige ‘levende’ materiaal uit een gele kanarie, en de verf op het doek. Het is geen groot schilderij, hooguit 70 bij 90 centimeter. Destijds maakte het schilderij grote indruk op mij. Ik weet nog dat ik me afvroeg hoe het mogelijk is dat er zo’n enorme, donkere wereld kan worden afgebeeld op een klein oppervlak. Ik dacht aan een kolenmijn, een bunker, een grote onverlichte loods. Ik denk dat er hoge ladders op het doek staan, maar misschien zag ik dwarsbalken van het plafond aan voor treden. De ruimte is in ieder geval erg hoog. Er is geen mens op te zien. De verf ligt dik op het doek. De meeste beschrijvingen zijn blijkbaar herinneringen rondóm het doek. Als ik alle gissingen achterwege laat, blijft er over: het is geen groot schilderij, het is donker, de verf ligt er dik op. Een tweede poging. Ik bezocht een aantal keren het Palazzo Doria Pamfili in Rome, om het portret van Paus

33


PROEVEN

Innocentius X te bekijken dat Velázquez maakte. Als klimop die zich niet meer laat terugsnoeien, woekeren de schilderijen hoog over de wanden van het paleis. Als ik me nu probeer te concentreren op het portret van de paus, moet ik eraan denken dat Francis Bacon zich door dit portret liet inspireren tot een serie schilderijen. Maar wat staat er nu precies op het doek van Velázquez? Ik herinner me een hoedje, dat als een kleine omgekeerde rode emmer op het hoofd van de wrede paus staat. Hoe ziet de man eruit? Ik zou het – laat ik eerlijk zijn – niet weten. Wanneer ik mijn ogen sluit, zie ik onder het emmertje een donkere vlek. Ik zie een gewaad, en vaag zie ik zijn handen op hoge armleuningen een plek zoeken om te rusten. Ben ik voor deze vlekken in mijn hoofd naar Rome gereisd? Heb ik mijn leven lang tentoonstellingen bezocht om mijn geheugen te vullen met vage contouren? Misschien moet ik proberen een schilderij dat ik geregeld zie, tot leven te roepen. Dat moet toch zeker kunnen? In de woonkamer van mijn ouders hangt een klein schilderij van Peter Vos. Het is een sneeuwlandschap, herinner ik me. En in het sneeuwlandschap staat een huis, of een gevel. Het huis is zó frontaal in beeld gebracht dat je niet met zekerheid kunt zeggen of er een huis achter de gevel schuilgaat. Ik herinner me dat het schilderij een soort negatief is. Ik herinner me dat ik dat constateerde, maar niet hoe dat negatief eruit ziet. Is het landschap donker, of juist het huis? Zolang ik

34


PROEVEN

het niet weet, flakkert de gevel als een stroboscoop, zwart-wit tegen een contrasterende achtergrond. Ik moet onder ogen zien dat de schilderijen die ik dacht tot mijn bagage te kunnen rekenen, zich niet laten oproepen. Er zit maar één ding op: ik zal ze allemaal opnieuw moeten bekijken. En steeds opnieuw, want een goed kunstwerk blijkt zich niet te laten kennen. Je kunt het – als het gezicht van een geliefde – eigenlijk geen moment uit het oog verliezen. Ik zal het donkere schilderij van Beekman opzoeken. Ik zal het landschap van Vos blijven bekijken. Ik zal weer naar Rome gaan! Het kan erger. En opeens weet ik hoe ik voortaan een oester te lijf moet gaan: ik leg de oester op mijn vork, sluit mijn ogen en probeer me de oester voor te stellen. Ik zie een prachtige schelp met een bleke vlek in het midden. De details ontgaan me. Voor ik het weet, heb ik de oester in mijn mond. Proef ik de zee. En maak ik een zacht grommend, goedkeurend geluid.

···

35


EXPOSANTEN 2009

EXPOSANTEN

2009

Frank Ammerlaan, 1979 Studio: Stephensonstraat 16 1097 BB AMSTERDAM ammerlaanfrank@gmail.com

Heddy-John Appeldoorn, 1975 Onderlangs 36h 1097 ZK AMSTERDAM heddy-john@hotmail.com

Badende Argus [2009] Olieverf op doek 161 × 232 cm

Zonder titel [2009] Olieverf op doek 200 × 165 cm

36

Gies Backes, 1977 Kwietheuvel 35 5911 GT VENLO giesbackes@gmail.com

Paul Beumer, 1982 Govert Bidloostraat 43 2563 XC DEN HAAG polopaul@live.nl

Once we were warriors [2009] Acrylverf en olieverf op doek 170 × 200 cm

I myself prefer my New Zealand eggs for breakfast [2009] Olieverf, lakverf, knipsels op doek 160 × 190 cm


EXPOSANTEN 2009

Niels Broszat, 1980

Marie Civikov, 1979

Johan van Dijke, 1978

Lilian Kreutzberger, 1984

Rietvoorn 18 3648 HG WILNIS nielsbroszat@zonnet.nl

mariecivikov@yahoo.com

Uilenstede 21-3089 1183 AA AMSTELVEEN contact@johanvandijke.com

liliankreutzberger@yahoo.com

And I will give you rest [2009] Olieverf en acrylverf op doek 200 × 280 cm (tweeluik)

Zonder titel [2009] Olieverf op doek 150 × 200 cm

Zonder titel [2009] Acrylverf en mixed media op doek 190 × 260 cm

Charlotte Mouwens, 1981 RJH Fortuynstraat 173 1019 WK AMSTERDAM charlottemouwens@live.nl

Marius Lut, 1976 Regentesselaan 280 2562 EK DEN HAAG info@mariuslut.com

I.K.B. [2009] Emaillak, textiel, lint en knijpers op plexiglas 152 × 140 × 10 cm

Jack Holden, 1979 jackholden@hotmail.com

Nefertiti [2009] Olieverf op doek 70 × 50 cm

Lotte van Lieshout, 1978 Steven Hoogendijkstraat 54c 3071 BW ROTTERDAM lottevan@gmail.com

Zonder titel [2009] Olieverf, acrylverf en oilstick op doek 160 × 120 cm

When the light goes down [2009] Acrylverf, olieverf en medium op doek 180 × 200 cm

Zonder titel [2008] Olieverf op doek 111× 278 cm & 100 × 269 cm

37


EXPOSANTEN 2009

Joep Overtoom, 1981

Maarten Overdijk, 1977

Frank Peeters, 1975

Bonnie Severien, 1978

Freesiastraat 3 2651 XL BERKEL EN RODENRIJS joepovertoom@gmail.com

Nieuwstraat 47 2312 KA LEIDEN maartenoverdijk@hotmail.com

Berkenstraat 14 5616 LV EINDHOVEN defrankman@hotmail.com

Lien Gisolfland 40 1705 LJ HEERHUGOWAARD mail@bonnieseverien.nl

Wollemia nobilis [2008] Acrylverf, houtskool, fineer, pvc en plakband op doek 145 × 190 cm

Two towers [2009] Olieverf en acrylverf op doek 170 × 210 cm

The lost generation, maar Michiel de Ruijter kon ook niet voetballen [2009] Olieverf op doek 197 × 270 cm

Toyah van de Ven, 1982 Joubertstraat 78 6543 NW NIJMEGEN info@toyahvandeven.nl

Sabina Timmermans, 1984 Admiraliteitslaan 710 5224 ES ’s-HERTOGENBOSCH info@sabinatimmermans.nl

Verloren stadium [2009] Acrylverf op doek 110 × 190 cm

Jeroen Vrijsen, 1975 Jvrijsen4@hotmail.com

Hotel [2009] Acrylverf op paneel 120 × 200 cm

Casper Warmoeskerken, 1977 Berberisstraat 42 2565 XB DEN HAAG info@casperwarmoeskerken.nl

Straat 157,01,XZ [2009] Olieverf op doek 192 × 292 cm

Zonder titel [2008] Olieverf en stencil graffiti op doek 180 × 150 cm

Autopsie [2008] Acrylverf op doek 175 × 133 cm

38


WINNAARS 1947–2009

WiNnaArs

1947–2009

1947 Pieter Defesche·Jef Diederen· Chris van Geel·Jan Groenestein· Frans Wiegers· Nicolaas Wijnberg 1948 Herman Berserik·Jef Diederen·Theo Kroeze·Ger Lataster·Frans Wiegers 1949 Herman Berserik· Elisabeth de Boer·Jef Diederen·Ger Lataster· Frans Nols 1950 Elisabeth de Boer·Nora van der Flier· Cootje Horst-van Mourik Broekman·Frans Nols· Max Reneman·Dirk Trap 1951 Henk Bies·Dirk Breed·Mia Jongmans·Jacob Kuyper·Dirk Trap·Jan Jaap Vegter 1952 Rudi Bierman·Arie Kater· Harry op de Laak·Frans Nols· Pierre van Soest·Co Westerik 1953 Jaap Ploos van Amstel·Max Reneman·Pierre van Soest· Marijke Stultiens-Thunnissen· Gerrit Veenhuizen·Co Westerik 1954 Geery de Bakker·Hans Engelman·Kees Franse·Jaap Ploos van Amstel·Wim Strijbosch·Marijke StultiensThunnissen 1955 Ko Oosterkerk·Lei Molin· Hans Truyen·Aat Velthoen· Louis Visser·Toon Wegener 1956 Jacques Frenken·Hens de Jong·Lei Molin·Jan Sierhuis· Marijke Stultiens-Thunnissen 1957 Jaap Hillenius·Han Mes·Ko Oosterkerk Ton Orth·Willem den Ouden·Aat Velthoen 1958 Gerard van den Eerenbeemt· Pieter Engels·Ton Frenken· Jaap Hillenius·Trees Suringh· Auke de Vries 1959 Gerard van den Eerenbeemt· Arie van Houwelingen·Steven Kwint· Guillaume Lo-A-Njoe· Annemiek Rutten·Lukas Smits 1960 Henk Dorré·Willem Kloppers·Han Mes·Ton Orth· Gerard Verdijk· Aat Verhoog 1961 Peter Jansen·Willem Kloppers· Han Mes·Jacques Slegers·Jan Willem Smeets 1962 Han Mes·Wim Moerenhout· Ton Orth·Jan Roeland·Lukas Smits

1963 Pat Andrea·Gustave Asselbergs·Hans Hamers·Ton Klop·Joop van Meel 1964 Jan Dibbets·Jaap van der Pol·Jacques Slegers 1965 Peter Jansen·Ton Klop· Jaap van der Pol·Henk Westein 1966 Frits Calon·Ton Klop·Theo Schuurman·Henk Westein 1967 Mareike Geys·Henk Huig· Evert Maliangkay·Wim Moerenhout·R.W. van de Wint· Jacob Zekveld·Siet Zuyderland 1968 Mareike Geys·Age Klink· Jacob Zekveld 1969 Walter Nobbe·Kees Spermon· R.W. van de Wint· Wladimir Zwaagstra· Pieter Zwaanswijk·Siet Zuyderland 1970 Mareike Geys·Cécile Hessels·Kees Spermon·Jacob Zekveld·Pieter Zwaanswijk· Siet Zuyderland 1971 Pat Andrea·Peter Blokhuis· Gèr Boosten·Mareike Geys· R.W. van de Wint·Pieter Zwaanswijk 1972 Arie van Geest·Dick Gorter· Mareike Geys·Gerard van Zon 1973 Jules Bekker·Annemarie Fischer·Dick Gorter·Burgert Konijnendijk·Nelleke Montfoort· Flip Rutten 1974 Hans Boer·Arie van Geest· Dick Gorter·Burgert Konijnendijk·Peter Leeuwen Johan van Oord. 1975 Hans Boer·Hedy Gubbels· Burgert Konijnendijk· J.F.B. Stuurman·Peter Thijs 1976 Hans Boer·Hedy Gubbels· Burgert Konijnendijk· J.F.B. Stuurman·Peter Thijs· Hans de Wit 1977 Gerard Hendriks·John van ‘t Slot·Peter Thijs·Frans van Veen· Albert Verkade·Hans van Wingerden 1978 Nic Blans jr.·Cees Bouw· Roland Sohier·Toon Teeken· Elizabeth de Vaal·Willem van Veldhuizen 1979 Alumet Inge van Haastert· Sjef Henderickx·Egidius Knops· Pieter Mol·Marc Volger

1980 Hedy Gubbels·Eugène Jongerius·Henk Metselaar· Sonia Rijnhout·Tiny van der Sar 1981 Ernst Blok·Ansuya Blom· Jan Commandeur·Peter Kenniphaas·Emo Verkerk· Henk van Woerden 1982 Arja van den Berg· Jos Boomkamp·Joris Geurts· Kees de Goede·Maarten Ploeg· Nies Vooijs 1983 Helma Pantus·F.F. Beckmans·Peter Klashorst· Jos van Merendonk·Marien Schouten·Han Schuil 1984 Bettie van Haaster·Frank Hutchison·Guus Koenraads· Erik Pott·Conrad van de Ven· Willem van Weelden 1985 Ellen van Eldik·Manuel Esparbé Gasca·Reggy Gunn· Berend Hoekstra· Lex van Lith· Kees Versloot 1986 Steven Aalders·Jan van den Dobbelsteen·Bart Domburg· Michiel Duvekot·Diederick van Kleef·Gerard Kodde 1987 Hans Ensink op Kemna· Hewald Jongenelis·Jacqueline Peeters· Lauran Schijvens· Marianne Theunissen· Klaasje Vroon 1988 Siert Dallinga·Nour-Eddine Jarram· Karenina de Jonge· Ton Kraayeveld·Bob Negrijn· Maaike Vonk 1989 Suzan Drummen·Mirjam Hagoort·Marja van der Heiden· Benoît Hermans· Hein Jacobs· Wim Konings 1990 Britta Huttenlocher·W.J.M. Kok·Jan van der Ploeg· F.G.Th. Ros·Paul Vos de Wael 1991 Tjong Ang·Ton Boelhouwer·Jacqueline Böse· Noëlle von Eugen·Kiki Lamers· Robert Suermondt 1992 Wim Bosch·Sarianne Breuker·Hans Broek·Allard Budding· Janpeter Muilwijk· Rinke Nijburg 1993 Richard Brouwer·Pierre Cops·Rens Janssen·Michael Raedecker· Wouter van Riessen· H.W. Werther

1994 Irina Balen·Hannah van Bart· Koen Ebeling Koning·Gijs Frieling·Elsa Hartjesveld· Rob Verf 1995 Noud van Dun·Maarten Janssen·Carla Klein·Paul Nassenstein·Danne van Schoonhoven·Machiel van Soest 1996 Annemiek de Beer· Norbert Grunschel· Bas Meerman·Rik Meijers· Dino Ruissen·Ellen Zwarteveen 1997 Frank Lenferink·Paul Nassenstein·Dieuwke Spaans· Serge Verheugen 1998 Arthur den Boer·Mattijs van den Bosch·Natasja Kensmil· Dieuwke Spaans 1999 Robbert‑Jan Gijzen· Frederika Hasselaar·Joris van der Horst·Gé‑Karel van der Sterren 2000 Henk Jonker·Fahrettin Örenli· Bas Zoontjens· Ina van Zijl 2001 Peter Brenner·Sara van der Heide·Rezi van Lankveld· Marcelino Stuhmer 2002 Lise Haller Baggesen·Raaf van der Sman·Esther Tielemans· Chantal Veerman 2003 Antoine Adamowicz·Wafae Ahalouch el Keriasti·Sander van Deurzen·Thomas Raat 2004 Thomas Raat·Marjolein Rothman·Peter Vos· Barbara Wijnveld 2005 Mariëlle Buitendijk· Melissa Gordon· Aukje Koks· William Monk 2006 Antoine Berghs· Wouter Kalis·Lucy Stein· Anneke Wilbrink 2007 Pascal van der Graaf· Simon Hemmer· Malin Persson· Marjolijn de Wit 2008 Alex Jacobs· Sebastiaan Verhees· Helen Verhoeven·Bas de Wit 2009 Marie Aly·Esiri Erheriene-Essi· Hans Hoekstra·Carien Yatsiv

39


COLOFON

Catalogus Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst 2009 ISBN 978-90-72080-38-7 Redactie: Liesbeth Heenk, Gaby Çelebi-Arendsen Grafisch ontwerp & concept: Ian Brown Fotoverantwoording: Studio Tom Haartsen, Ouderkerk aan de Amstel: schilderijen (kleurenfotografie) Gabriëlle Hengeveld, Amsterdam: schilderijen (zwart/wit fotografie) pp. 12-13 : Burgerzaal van het Koninklijk Paleis, Amsterdam (vóór renovatie) Fotografie: Alexander van Berge, Amsterdam Druk: Drukkerij Calff & Meischke, Amsterdam Productie: Stichting Koninklijk Paleis Amsterdam

s t i c h k o n i n p a l a m s t e

t i n k l i j e i r d a

g k s m

Tentoonstelling Koninklijk Paleis Amsterdam, 10 oktober 2009 tot en met 1 november 2009

Bij het regelen van de auteursrechten van de illustraties is met grote zorgvuldigheid te werk gegaan. Mochten er onvolkomenheden geconstateerd worden dan zal de uitgever daarvan graag op de hoogte gesteld worden. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

© Stichting Koninklijk Paleis Amsterdam

40



sk o t n i c i nh k o n i n aa ll pp aa m m ss t t e e

kt l i i nj kg k l i j k ee ii ss rr dd aa m m


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.