Kwartaalblad dec. 2010 no. 68
68
Uffelter Binnenveld
Kwartaalblad van Stichting Het Drentse Landschap
Redactie E.W.G. van der Bilt, J.D.D. Hofman, S.S. van der Meer, m.m.v. H. Colpa, J.G. Schenkenberg van Mierop en B. Zoer Vormgeving Albert Rademaker BNO, Annen Grafische productie Koninklijke van Gorcum BV, Assen Omslag Uffelter Binnenveld / foto: Joop van de Merbel ISSN 1380-3263
3
Eruitgelicht
4
Uffelter Binnenveld
9
10
— bestuursberichten — terreinbeschrijving BertilZoer
Speciale activiteiten Jammeren en juichen over de natuur
— commentaar
Eric van der Bilt
12
NPL
13
Vakantiewoningen huren?
Hans Colpa
14
De Pieterberg, nieuw beheercentrum
Eric van der Bilt
17
Dieren
Rutger Kopland
18
Het Drentse Hoen
Hilbert Pater
Als u Het Drentse Landschap extra wilt steunen dan kan dat op de volgende wijze:
21
WMD
Periodieke gift In plaats van of naast uw begunstigersbijdrage. Dit is een voor de inkomstenbelasting volledig aftrekbare periodieke bijdrage, die u voor minimaal 5 jaar met een eenvoudige notariële akte toezegt. Voor bijdragen van € 50 en hoger per jaar regelt en betaalt de stichting de akte. Het kwartaalblad wordt u gratis toegezonden om u op de hoogte te houden van Het Drentse Landschap.
Olav Reijers
24
Wandelroute De Pieterberg
Bertus Boivin/Eric van der Bilt
26
Klimop
Geert de Vries
28
Keuterij Ghysselte
Eric le Gras
31
Huurders gezocht
32
Steenuil en Boerenzwaluw
Kathelijn de Maeijer
Overname van artikelen met bronvermelding is toegestaan. De inhoud van de bijdragen van gastschrijvers weerspiegelt niet noodzakelijk de opvattingen van Stichting Het Drentse Landschap. Het Drentse Landschap is een uitgave van Stichting Het Drentse Landschap. Het geeft informatie over de terrein bezittingen en activiteiten van de stichting. Het blad verschijnt viermaal per jaar, bij het wisselen der seizoenen en wordt gratis toegezonden aan de begunstigers van het Landschap. Begunstiger kan men worden door bijgevoegde kaart in te vullen en te verzenden. Minimale bijdrage € 17,50 per jaar. Begunstiger voor het leven € 400,– .
Andere giften Indien het totaal van uw giften in enig jaar zowel 1% van uw drempelinkomen als ook € 60 te boven gaat, is het meerdere aftrekbaar voor de inkomstenbelasting tot ten hoogste 10% van het drempelinkomen. Legaten of erfstellingen U kunt Stichting Het Drentse Landschap en/of Stichting Oude Drentse Kerken ook in uw testament begunstigen. Stichting Het Drentse Landschap en Stichting Oude Drentse Kerken zijn vrijgesteld van schenkings- en successierecht, zodat uw gift, schenking of legaat geheel ten gunste komt van deze stichtingen. Nadere inlichtingen over de hierboven vermelde mogelijke vormen van steun kunt u inwinnen bij het kantoor van de stichting of bij uw notaris. Het Drentse Landschap
www.de12landschappen.nl
22
34
— vrijwilligerswerk — beheer
— gedicht
— erfgoed
De kerk van Odoorn
— Stichting Oude Drentse Kerken — wandelroute — flora
— erfgoed
— fauna
De grote afrekening
— voor het voetlicht
Eric van der Bilt
36
Drie Drentse schansen
Hans van Westing en Reinder Reinders
39
Waarvan akte
Melle Buruma
40
Kortweg
— cultuurhistorie — aankopen — berichten
foto: Joop van de Merbel
Uitgave Stichting Het Drentse Landschap Bezoekadres: Kloosterstraat 5 - 9401 KD Assen Postadres: Postbus 83 - 9400 AB Assen Tel. (0592) 31 35 52 / Fax (0592) 31 80 89 e-mail: mail@drentslandschap.nl Web-site: www.drentslandschap.nl Bankrek. nr. 30.28.75.751
Bestuursberichten
December alweer en we zijn inmiddels een beetje gewend aan het nieuwe kabinet. Zoals alles went, waar je niets aan kunt doen, ook al ben je het er niet mee eens. Maar het was een hele schrik, dat de staatssecretaris voor landbouw, natuur en plattelandsontwikkeling daags na zijn aantreden de provincies opdracht gaf geen bestedingen meer te doen voor de ontwikkeling van projecten in het buitengebied. Niet voor de natuur, niet voor de toeristische fiets- en wandelpaden, niet voor de boerderijverplaatsingen en niet voor nog heel veel meer. Mijn gevoel over deze actie van de heer Bleker kan ik het beste beschrijven door een citaat te gebruiken. “De natuur kent zichzelf niet als natuur. Wij benoemen haar als zodanig. In die benoeming ligt een beeld besloten: ons beeld van de natuur. Maar meer nog drukt het uit hoe we onszelf in verhouding tot die natuur zien. Daardoor vormt het tevens een weerspiegeling van ons zelfbeeld. Natuurbeeld en zelfbeeld zijn nauw met elkaar verbonden. Hoe we naar onszelf kijken en de plaats die we onszelf binnen de aardse werkelijkheid geven, zijn sterk bepalend voor onze visie op natuur”. * Ik kan alleen maar hopen dat de staatssecretaris dit citaat ter ore komt en dat het hem op andere gedachten brengt. Het getuigt van slecht rentmeesterschap de botte bijl te zetten in plannen, die de natuur in Nederland weer wat kansen moeten bieden. Wat mij betreft went dát nooit.
*Dit citaat is geleend van Prof. Dr. Matthijs G. C. Schouten in zijn boek: De Spiegel van de Natuur.
Ali Edelenbosch voorzitter Stichting Het Drentse Landschap
3
4
Terreinbeschrijving
Uffelter Binnenveld Bertil Zoer*
Een wandeling over de Drentse hei wordt door veel mensen
hakhout geëxploiteerd.Veel van de eiken bestaan dan ook uit meerdere stammen rustend op één stamvoet. Niet de dikte van de stammen maar de omvang van de voet waaruit ze ontspruiten, verraadt de werkelijke leeftijd. Takkenbossen die geoogst werden uit de wallen waren gewild om de ovens van de bakkers te stoken. Het regelmatig afzetten van de stammen zorgde er voor dat de wal begroeid bleef met jonge en lastig doordringbare opslag. Hierdoor kregen de wallen een veekerende functie die er voor zorgde dat het vee dat graasde op de heide, niet al te makkelijk het hooiland kon bereiken. De Oude Vaart is vanaf de rand van het Uffelter Binnenveld aan het zicht onttrokken door de in kaden ingepakte Drentse Hoofdvaart. De Hoofdvaart werd al tussen 1767 en 1780 aangelegd in het beekdal. Het is één van de oudste kanalen van Drenthe.Vanaf 1900 verloor het Uffelter Binnenveld net als de meeste andere heideterreinen, zijn betekenis als graasgrond voor het vee. In en rond het veld zette de ontginning van de heide door, waardoor het heideveld verder verkleind werd. Een deel van het veld bleef echter ongeschikt voor ontginning vanwege de reliëfrijke en lastig te bewerken keileemrijke ondergrond. Midden in het gebied werd een eeuw geleden een groot vierkant perceel afgegraven. Het vrijkomende zand werd gebruikt voor de aanleg van een, al weer lang verdwenen, trambaan langs de Hoofdvaart. Een niet afgegraven zandbult markeert een oude huisplaats. Delen van de heide werden ingeplant met bos en op andere plekken trad, met het wegvallen van de begrazing, spontane verbossing op. De heide werd daardoor nog kleiner en strakker ingekaderd door andere vormen van grondgebruik. Het Binnenveld kwam steeds verder binnenin te liggen. In de jaren vijftig werden er dwars door het veld diepe sloten aangelegd om een betere drooglegging voor de omliggende landbouwgronden te krijgen. De overgebleven heide raakte hierdoor ernstig verdroogd.
gezien als het ideale middel om te ontspannen. Lekker zwerven, de boel de boel latend en de grote wereldproblemen even van je af laten glijden. Wie met deze instelling aan een wandeling over het Uffelter Binnenveld begint, komt echter van een koude kermis thuis. Op dit heideveld wordt de argeloze wandelaar namelijk toch weer indringend geconfronteerd met de gevolgen van oorlogsgeweld, immigratieproblematiek en de klimaatcrisis.
Op 27 april 1861 tilde schaapherder Roelof Jan Westerhof uit nieuwsgierigheid een grote kei in het Uffelter Binnenveld op. Tot zijn verbazing trof hij daaronder een aarden kruik in een half vergane linnen zak aan. De kruik bleek gevuld met 16 gouden en 32 zilveren munten. De muntschat lag er kennelijk al een tijdje, want de jongste munt bleek te
foto: Jaap de Vries
Oorlogsgeweld © Topografische Dienst
Links ca. 1900 Rechts ca. 2000
Het Uffelter Binnenveld is een afwisselend natuurterrein van ruim 100 ha. Tot 1920 bestond het terrein nog hoofdzakelijk uit een open heidegebied. Rondom en tussen de heide waren groenlanden in cultuur gebracht met hierop enkele keuterijen. Het veld raakte omsloten door de in cultuur gebrachte percelen wat de term ‘binnenveld’ verklaart. Langs de oostkant grensde het heideveld aan het beekdal van de Oude Vaart. De overgang van de heide naar de hooilanden langs de beek is nu nog op veel plekken gemarkeerd met een hoge houtwal. De eiken op deze wal werden lang als
foto: Jaap de Vries
Leeuwendaalder 1576
Heideblauwtjes
stammen uit 1576. Wat er na de vondst met de schat gebeurd is, is niet meer te achterhalen. Hoogstwaarschijnlijk heeft de scheper zijn kostbare schat verkocht aan een verzamelaar, want een jaar later was hij in staat enig akkerland en een perceel weiland te kopen. Hij kon zijn karige herdersbestaan opgeven en boer worden. Het is bekend dat de jongste munten uit de schat zilveren Leeuwendaalders uit 1576 waren. Het ligt voor de hand dat de schat ergens in de jaren hierna aan de bodem van het Uffelter Binnenveld toevertrouwd werd. We zitten dan midden in de 80-jarige oorlog wat ook voor Zuidwest-Drenthe een bijzonder roerige tijd was. Zo werd in 1580 het nabijgelegen Steenwijk belegerd door de Spaansgezinde stadhouder Graaf van Rennenberg. Het Uffelter Binnenveld lag in die tijd op de doorgaande route tussen Van Rennenbergs woonplaats Groningen en Steenwijk. Het beleg pakte weinig succesvol uit voor de graaf, maar vervolgens brak er in 1581 een pestepidemie uit waarbij het merendeel van de Steenwijker bevolking omkwam. Ook de bevolking in de dorpen rondom het Uffelter Binnenveld dunde in die tijd zeer waarschijnlijk stevig uit. In 1582 kwam Steenwijk alsnog in Spaanse handen. De Spaanse troepen werden slecht en onregelmatig betaald. Om het inkomen aan te vullen werd er tot ver in Drenthe geroofd en geplunderd. Waarschijnlijk is de muntschat in deze periode in de grond gestopt. De eigenaar zou nooit meer in de gelegenheid komen de schat weer op te graven. Van het beleg van Steenwijk en andere schermutselingen uit de 80-jarige oorlog zijn tegenwoordig geen herkenbare sporen te vinden in het Binnenveld. Wel werd het terrein in de Tweede Wereldoorlog behoorlijk op zijn kop gezet. Het veld ligt dan aan de rand van het vliegveld Havelte dat de Duitsers in 1942 begonnen aan te leggen. Het vliegveld zelf lag direct ten noorden van Havelte. Om het vliegveld te beschermen tegen geallieerde aanvallen werden in het Uffelter Binnenveld bunkers met luchtafweergeschut, loopgraven en schuttersputjes aangelegd. Het lukte de Duitsers niet om het vliegveld operationeel te krijgen voor het einde van de oorlog.Voordat ze zich in der Heimat terugtrokken, werden alle bunkers opgeblazen. Restanten bestaande uit bomkraters en grote brokken gewapend beton, zijn nog altijd aanwezig in het terrein. Ook een groot deel van de loopgravenstructuur is nog altijd goed herkenbaar in het gebied.
foto: detectorvondsten.nl
Terreinbeschrijving
6
Immigratieproblematiek
Met het kleiner worden en geĂŻsoleerd komen te liggen van het heideveld krijgen aan heide gebonden diersoorten het steeds moeilijker.Voor sommige weinig mobiele soorten biedt het terrein uiteindelijk onvoldoende leefruimte om te kunnen overleven. Het veranderende en vooral intensievere grondgebruik tussen het Uffelter Binnenveld en de uitgestrekte heidegebieden van het Ooster- en Westerzand verderop maakt uitwisseling tussen de heidebewoners moeilijker. De versnippering in het moderne landschap heeft zijn tol al geĂŤist voor Gentiaanblauwtjes en Adders. Van het Gentiaanblauwtje werden tot 1998 nog jaarlijks eitjes aangetroffen op de Klokjesgentianen in het veld. Tegenwoordig bloeien er meer Klokjesgentianen dan ooit in het terrein. Maar eitjes zijn er helaas niet meer te vinden. Voor de blauwtjes van de meest nabijgelegen populatie op slechts twee kilometer afstand is het Uffelter Binnenveld tegenwoordig onbereikbaar. Het tussenliggende landschap is onpasseerbaar vanwege het te intensieve grondgebruik en het opgaande bos. Gentiaanblauwtjes vliegen niet ver
Terreinbeschrijving
De wereldproblematiek laat zijn sporen na op een Drents heideveld Loopgraaf
Tijgerspin
foto: Jaap de Vries
van hun geboorteplek en hebben moeite om hoge barrières zoals bos over te komen. Ook Heideblauwtjes hebben moeite om grote afstanden tussen heideterreinen te overbruggen. Toch lijkt deze soort nog heel goed te kunnen overleven in het Binnenveld. In de zomermaanden ziet het er vaak letterlijk blauw van boven de heide. In tegenstelling tot het Gentiaanblauwtje komen de Heideblauwtjes dan ook in veel grotere dichtheden voor. Dat betekent dat de geringe omvang van het terrein geen probleem is voor de Heideblauwtjes maar wel voor het Gentiaanblauwtje. Ook voor de Adder is het Uffelter Binnenveld veel te klein om op de langere termijn met een levensvatbare populatie te overleven. Een gezonde adderpopulatie heeft al snel 150 hectare geschikt aaneengesloten leefgebied nodig. Binnen het terrein is naar schatting hooguit 10 hectare beschikbaar. Immigratie vanuit nabijgelegen heideterreinen is nauwelijks te verwachten, aangezien Adders slechts met grote tegenzin de dekking van hun heideveld verlaten. Zo’n 10 jaar geleden werd er voor het laatst een Adder waargenomen in het Uffelter Binnenveld. Ringslangen zijn daarentegen heel wat mobieler ingesteld. Een beetje Ringslang deinst er niet voor terug om wat akkers, een paar bloementuintjes en een golfbaan over te steken op zoek naar nieuw leefgebied. Ook kunnen ze grote afstanden afleggen door zich zwemmend door sloten en beken te verplaatsen. Ringslangen zijn dan ook nog altijd aan te treffen in het Uffelter Binnenveld omdat ze minder specifiek terreingebonden zijn.
7
foto: Bertil Zoer
Hoewel het Uffelter Binnenveld voor sommige soorten een onbereikbaar eilandje is geworden, duiken er toch ook wel eens nieuwe diersoorten op. Sommige van die immigranten zijn afkomstig uit warmere streken. In 2004 werd er voor het eerst een Tijgerspin, ook wel Wespspin genoemd, gezien in het terrein. Tijgerspinnen zijn al jaren bezig hun leefgebied uit te breiden vanuit het zuiden. Deze warmteminnende soort profiteert van het broeikaseffect. Ondertussen heeft de Tijgerspin zich definitief gevestigd in het Binnenveld. Zelfs de behoorlijk strenge winter van vorig jaar heeft de spin niet weer kunnen verdrijven uit het gebied. De soort weeft zijn web en eicoconnen graag tussen de hoge Pijpestro langs de randen van de vennen. De forse spin vangt veel grote prooien als libellen en sprinkhanen. Prooidieren die hier volop te vangen zijn. Ook onder de libellen zitten enkele nieuwkomers. De Vuurlibel is net als de Tijgerspin een naar het noorden oprukkend dier.Vooralsnog wordt deze soort af en toe als doortrekker waargenomen boven de vennen in het Binnenveld. Of hij ooit tot de vaste bewoners gaat behoren, moet nog even worden afgewacht. Een andere
foto: Hero Moorlag
Broeikaseffect
Vuurlibel
Het Uffelter Binnenveld ligt tussen Uffelte en Havelte. Door het terrein loopt een wandelroute van 5 km. Het startpunt voor de rondwandeling ligt aan de Markegenotenweg halverwege Uffelte en Havelte. Een wandelfolder is te downloaden van de website van Het Drentse Landschap (www.drentslandschap.nl).
foto: Joop van de Merbel
libel die tegenwoordig steeds vaker waargenomen wordt is de Bandheidelibel. Ook deze soort is, vooral in ZuidwestDrenthe, duidelijk bezig toe te nemen. Bij Bandheidelibellen is het echter nog niet helemaal duidelijk of de toename enkel aan het klimaat te danken is. Waarschijnlijk profiteert deze soort ook van de verbetering van de waterkwaliteit van de laatste jaren. In het Uffelter Binnenveld werden het afgelopen jaar meerdere exemplaren waargenomen waaronder ook enkele vers uitgeslopen, dus dichtbij geboren, exemplaren. Beheer
in 1980 besloten om 35 hectare in te rasteren en te laten begrazen door Schoonebeker heideschapen. Het Uffelter Binnenveld was het eerste heideterrein van de stichting waar begraasd ging worden met heideschapen. De verbossing kon sindsdien makkelijker onder controle gehouden worden. Sinds 1980 bestaat het basisbeheer uit begrazing. Ondertussen niet alleen met schapen maar ook met enkele Schotse hooglanders. Het begrazingsbeheer wordt aangevuld met maatregelen als maaien en plaggen. Het aandeel open heide werd in de loop der jaren vergroot door op meer plekken het bos te verwijderen. Een groot probleem vormde de in de jaren ‘50 gegraven waterschapsleiding dwars door het natuurgebied. Plaatselijk sneed die leiding meer dan 3 meter diep door het veld. Pas in 1998 kon deze gedempt worden. Het leidde tot een spectaculaire vernatting van het heideterrein waarbij spontaan een groot nieuw ven ontstond. In het voorjaar wemelt het hier nu van de libellen, groene kikkers, Heikikkers en Kleine watersalamanders. De vernatting leidde tot een sterke uitbreiding van planten die op natte heidevelden thuishoren, zoals Kleine zonnedauw, Witte en Bruine snavelbies en Moeraswolfsklauw. Ook is het Eenarig wollegras recent in dit terrein teruggekeerd.
In 1968 kocht Het Drentse Landschap de eerste 41 hectaren aan van de Gemeente Havelte. Het terrein werd later met een reeks van kleine aankopen uitgebreid. In de beginjaren bestond het beheer uit het verwijderen van bosopslag op de overgebleven heide. De verbossing trad echter dusdanig krachtig op dat het tegengaan ervan een beetje als ‘vechten tegen de bierkaai’ werd ervaren. Eind jaren ’70 bestond het terrein uit twee door bos van elkaar gescheiden heideterreintjes. Nadat het tussenliggende bos verwijderd was, werd De heuvelplattegrond van het Eupen barchien Aan de westelijke rand van het terrein ligt een grafheuvel uit de Midden-Bronstijd. De heuvel staat bekend onder de naam Eupen barchien of Klöppersbarchien. Het is een familiegrafheuvel uit de middenbronstijd. De heuvel is onderzocht en vervolgens gerestaureerd in 1946. Uit dit onderzoek bleek dat in de heuvel gedurende enkele generaties minimaal acht doden zijn begraven. Eén van de doden kreeg als grafgift een bronzen beitel in een foedraal mee. De heuvel is niet het oudste bewoningsspoor in het Uffelter binnenveld. In het terrein zijn namelijk ook enkele vuursteenartefacten uit het Neolithicum aangetroffen. Op de plattegrond uit 1946 staan aangegeven: Lijkschaduwen (midden), Grafkuilen (ruitjes met stippen) een onvolledige steenkrans(zwarte vlekken) en aangetroffen recente kuilen (dubbele arcering) . Bron: archief BAI-Groningen
* B. Zoer is medewerker Onderzoek en Planning van Het Drentse Landschap.
Activiteiten
9
Activiteiten eruit gelicht Kijk voor meer activiteiten in de agenda september 2010 - maart 2011 of op www.drentslandschap.nl
Kerstwandeling rond Orvelte
foto: foto: Joop Fokkovan Hamminga de Merbel
zondag 26 december 11.00-16.00 uur
Open Dag Molenaarswoning en molen (bij voldoende wind zal de molen draaien)
© foto: Truus Sake Rademaker Elzinga
zondag 9 januari 13.00–16.00 uur
zondag 20 februari 14.00 uur
Hero Moorlag van de Dassenwerkgroep Zuid-Drenthe vertelt met behulp van foto’s en filmpjes een boeiend en leuk verhaal over Dassen. Geschikt voor kinderen en (groot)ouders. Locatie: informatiecentrum ’t Ende, Stapelerweg 20, De Stapel (bij De Wijk). Deelname is gratis en opgave is niet nodig.
foto: foto: Sonja Jaap de vanVries der Meer
maandag 28 februari 19.30-22.00 uur Cursus Boerenerven in Wachtum
Na de molen wordt binnenkort ook de molenaarswoning in Gieterveen gerestaureerd. Drie generaties Mulder hebben hier gewoond en gewerkt. Tijdens de Open Dag zullen medewerkers en vrijwilligers verhalen uit deze geschiedenis proberen op te tekenen. Tevens is het Kleine Kerkje geopend tussen 13.00-16.00 uur. Naast een tentoonstelling van wandkleden en textiele werkvormen is er een piano-optreden. Locaties: • Molenenaarswoning en Korenmolen De Eendracht Gieterveen, Broek 62, 9511 PV Gieterveen. • Kleine Kerkje, Broek 2, Gieterveen.
foto: Hanna Sonja van Schipper der Meer
Wissewasjes over dasjes
Bij de Drenthehof in Orvelte kunt u tussen 11.00 en 14.00 uur een wandelroute ophalen die u langs sfeervolle plekjes in en rond het dorp brengt. Onderweg kunt u op verschillende plaatsen genieten van muziek en andere activiteiten. Begunstigers kunnen gratis meelopen, andere belangstellenden betalen € 2,50 p.p. Zie voor meer informatie www.drentslandschap.nl. Start: Drenthehof, Dorpsstraat 1a, Orvelte.
U maakt kennis met verschillende aspecten van boerenerven. De waarde van het Drentse erf zit in de eenvoud, de functionaliteit en de harmonie met het omringende landschap. We gaan op zoek naar een evenwicht tussen de waardevolle elementen van het oude erf en hun functies en de hedendaagse wensen van nieuwe bewoners. De cursus bestaat uit twee theorieavonden (28 februari en 7 maart) en één excursie (5 maart). Kosten en locatie worden later bekend gemaakt. Zie voor meer informatie www.boerenervendrenthe.nl of mail naar boerenerven@hetnet.nl.
10
Commentaar Eric van der Bilt*
Jammeren en juichen over De afgelopen maanden werd pijnlijk duidelijk hoe vreselijk verschillend er vanuit diverse belangen naar ons landschap wordt gekeken. En hoe gapend de kloof is tussen de opvattingen van sommige ‘landschapsdeskundigen’ en de ervaringen van de gewone Nederlander. De Vereniging Nederlands Cultuurlandschap (VNC) publiceerde in juni een rapport waarin het landschap in de verschillende provincies op kwaliteit werd beoordeeld (www.nederlandvandekaart.nl). Waar eerder het Milieu- en Natuurplanbureau volgens de burgers het landschap nog met een 7,3 waardeerden, scoorde het volgens de VNC slechts gemiddeld een 3,3. Opvallend was dat Friesland met 7,3 het hoogste scoorde. Nog opvallender was dat Drenthe samen met Zeeland volgens de VNC het lelijkste landschap herbergt en slechts een 2,2 scoorde. Verbijstering
foto: Joop van de Merbel
Deze uitkomst oogstte alom verbijstering omdat zij hoegenaamd niet strookt met de breed gedeelde waardering voor ons Drentse landschap.
Op dit punt vervreemden de deskundigen van de VNC zich volledig van de opvatting van de gebruiker van het landschap. De verklaring is dat de VNC als referentie het jaar 1900 heeft gekozen. Als voorwaarde voor een waardering als ‘mooi’ gold onder andere dat in cultuurhistorische landschappen nog ten minste 50% van de oorspronkelijke perceelsgrenzen uit de periode 18501900 aanwezig moeten zijn. Dat is in Drenthe niet het geval omdat in deze provincie vanaf het begin van de 19e eeuw een groot deel van de ‘woeste grond’ ontgonnen is, de boswachterijen zijn aangelegd en prikkeldraad en ruilverkavelingen het agrarische landschap gerationaliseerd hebben tot het huidige landschap. Het Drentse landschap is inderdaad volstrekt veranderd de afgelopen eeuw maar volgens veel
mensen juist daardoor aantrekkelijk geworden. Het landschap van Drenthe is geen openluchtmuseum. De verontwaardiging die de diskwalificatie van ons Drentse landschap door de VNC opriep was enorm. Geen goede zaak voor degenen die het landschap een warm hart toedragen. Favoriete vakantiebestemming
Niet lang na het erbarmelijke rapportcijfer van de VNC kwam het Nationaal Bureau voor Toerisme met een andersluidend bericht. De provincie Drenthe was na de Hollandse kust de meest favoriete vakantiebestemming van Nederland. Zij had in 2009 de Veluwe op dat punt van de 2e plaats verdreven. Gekoppeld aan het feit dat er in Drenthe ook de minste buitenlandse bezoekers komen, betekent dit dat het Drentse landschap door de Nederlandse toeristen toch wel heel erg gewaardeerd wordt. Een uitkomst die volledig haaks staat op de waardering die door de deskundigen van de VNC wordt gegeven.
Commentaar
11
het Drentse landschap Nationale Wandelmonitor 2010
Nog interessanter wordt het verschil in opvatting wanneer we de uitkomsten van de Nationale Wandelmonitor 2010 door het Wandelplatform LAW bezien. Zo’n 6,6 miljoen Nederlanders wandelen regelmatig waarvan ca. 4 miljoen elke week. Er gaan zelfs 400.000 landgenoten jaarlijks te voet op vakantie in eigen land. Boswandelingen zijn bij 2/3 van de wandelaars favoriet en u raadt het al, Drenthe is daarbij de topper. Zij trekt de meeste wandelaars van buiten de provincie en de relatieve aantrekkelijkheid voor wandelaars is in Drenthe het hoogst. Drenthe scoort daarbij twee keer zo hoog als bijvoorbeeld Friesland en Gelderland. De economische betekenis van deze feiten is van groot belang omdat elke wandelaar jaarlijks zo’n € 270 besteedt. Uitgaande van 710 miljoen wandelingen levert dat landelijk een omzet van 1,8 miljard euro.Vanuit dat perspectief is het faciliteren en promoten van wandelen in onze provincie economisch gezien wenselijk en noodzakelijk. Ook
Het Drentse Landschap zal daar haar steentje aan bijdragen vanuit de gelukkige constatering dat ons landschap door onze medelanders buitengewoon gewaardeerd wordt (www.wandelnet. nl). De Groene Peiler
De milieufederaties ontwikkelden een zogenaamde duurzaamheidsbarometer, Het Groene Peil. Bijna 6000 panelleden die als ‘groene Nederlanders’ te kwalificeren zijn, beantwoorden met enige regelmaat enquêtes over een groot aantal onderwerpen. Het blijkt dat de top drie belangrijkste onderwerpen de natuurbescherming, de kwaliteit van ons landschap en energiebesparing zijn. Opnieuw een bevestiging van het belang van ons landschap. Wat wel opvalt is het feit dat economische groei door een stijgend aantal respondenten als belangrijker wordt ervaren dan nieuwe natuur. Overigens vindt nog steeds een forse meerderheid van 77,3% het omgekeerde. Best een indrukwekkend gegeven
in crisistijd. Een tweede opmerkelijke trend is dat een groeiend aantal mensen van mening is dat er minder geld in natuurontwikkeling moet worden gestoken. Naar aangenomen wordt mede veroorzaakt door een aantal grootschalige projecten in den lande waar ook Het Drentse Landschap kanttekeningen bij plaatst. Niettemin is nog steeds 76,1% er wél voor. Het maakt duidelijk dat de communicatie rond natuurontwikkelingsprojecten de komende tijd meer aandacht verdient. Conclusie
Ondanks de kille academische en negatieve beoordeling van de kwaliteit van ons Drentse landschap door de deskundigen van de VNC vindt een grote horde landgenoten volstrekt het tegendeel en onderstreept dat ook door hun beleving van het landschap.
* Drs. E.W.G. van der Bilt is directeur van Het Drentse Landschap.
Nationale Postcode Loterij bedankt! In november werd bekend dat De12Landschappen de komende vijf jaar weer kunnen rekenen op steun. Een fantastische opsteker voor Het Drentse Landschap. Want juist in een tijd dat de Rijksoverheid de stekker uit het natuurbeleid trekt, is het inspirerend steun te krijgen van een trouwe bondgenoot. De Postcode Loterij steunt De12Landschappen sinds 2000 met een jaarlijkse bijdrage van 12 miljoen euro. Daarnaast hebben diverse Landschappen extra steun gekregen voor speciale projecten. Stichting Het Drentse Landschap heeft dankzij de bijdrage al honderden projecten kunnen realiseren. Zo konden we in Drenthe op verschillende plekken nieuwe natuurgebieden verwerven en inrichten en vele restauraties uitvoeren aan onze boerderijen en de landgoederen. Ook zorgde de bijdrage van de Postcode Loterij ervoor dat we extra konden investeren in kantoorruimten en werden er educatieve programma’s en activiteiten ontwikkeld. Het werk dat Stichting Het Drentse Landschap met de steun van de Postcode Loterij kan doen betekent winst voor de natuur, cultuur en voor de mens. Daarvoor willen we de Loterij heel hartelijk bedanken. Maar u wint ook, want bij de Postcode Loterij maakt u elke maand kans op duizenden prijzen. Als u meedoet aan de Postcode Loterij wint u dus eigenlijk altijd. Pak die kans en geef zo de natuur en cultuur in Drenthe extra steun.
Hans Colpa*
Wist u dat u ook Vrijwilliger Roel Smit is in gesprek geraakt met een echtpaar uit Rotterdam. Hij deelt hun enthousiasme over de provincie Drenthe en vertelt zelf over zijn prachtige ontmoeting met 21 Lepelaars die hij enkele dagen eerder vanuit de vogelkijkhut Diependal zag. Ondertussen pakt hij onopvallend de folder ‘Drentslandschap-logies’ en zegt “Wist u ook dat u prachtige vakantiewoningen van Het Drentse Landschap kunt huren?”
foto: Jan E.D. Visser
Bel (0900) 300 1500 voor meer informatie.
Vrijwilligerswerk
13
foto: Hans Colpa
vakantie-woningen kunt huren?
Roel Smit is vrijwilliger van het promotieteam. Hij staat met de promotiekraam van Het Drentse Landschap bij het nieuwe natuurgebied Oude Kene. Het is de derde dag van de Fiets4daagse. Op deze dag heeft de stichting ook speciaal voor kinderen die meefietsen activiteiten georganiseerd. Het echtpaar uit Rotterdam stapt af om Roel Smit enthousiast te vertellen hoe mooi ze Drenthe vindt. Ze blijken al jaren achtereen naar Drenthe te komen en hebben al vele mooie plekjes bezocht. Roel Smit probeert meteen vanaf het eerste contact een inschatting te maken waar de bezoekers behoefte aan hebben. De folder over vakantiewoningen blijkt voor dit echtpaar een schot in de roos. Ze hou-
den van bijzondere vakantiewoningen en nemen de folder dan ook graag mee. Hij wenst de Rotterdammers verder een fijne vakantie toe en richt zich vervolgens op andere belangstellenden.
Vandaag werkt hij samen met collega’s van het Waterschap Reest en Wieden en enkele dames van de Fiets4daagse. Roel vindt dat juist leuk, want hij werkt graag samen met anderen. Jaarlijks staat hij, samen met tiental andere vrijwilligers van het promotieteam, met een informatiekraam bij activiteiten van Het Drentse Landschap en bij activiteiten die door anderen worden georganiseerd. Het promotieteam ondersteunt de PR van de stichting en heeft als belangrijkste taken het vergroten van de naamsbekendheid en het creëren van meer draagvlak bij inwoners en bezoekers van Drenthe. De vrijwilligers zijn op dat moment het gezicht van Het Drentse Landschap. In de kraam, die ze zelf hebben ingericht, ligt informatiemateriaal maar ook zijn er wandel- en fietsroutes beschikbaar. Ook zorgen ze er altijd voor dat kinderen bij de stand iets kunnen doen, bijvoorbeeld door ze een educatieve natuurpuzzel te laten maken. Na afloop krijgen ze een cadeautje. Tevreden gezichten, daar doen de leden van het promotieteam het voor!
Samenwerken
Kinderen die vandaag meefietsen met de Fiets4daagse mogen waterdiertjes vangen aan de rand van de beek.Vele honderden gezinnen met kinderen komen langs en stappen bij de kraam af. Roel Smit legt uit wat de bedoeling is. Hij maakt bewust een praatje met de ouders die aan de rand toekijken hoe hun kinderen met netjes in het water woelen. Op die manier probeert hij belangstelling voor de Drentse natuur en het werk van Het Drentse Landschap te wekken.
*J.G. Colpa is medewerker Communicatie, educatie en vrijwilligerszaken van Het Drentse Landschap.
Beheer
14
De Pieterberg
Nieuw beheercentrum geopend
Eric van der Bilt*
Op 11 november j.l. heeft gedeputeerde Munniksma het nieuwe beheercentrum van Het Drentse Landschap in Westerbork geopend. De werkschuur annex kantoor van de buitendienst ging in 2006 in bestuursleden stond in Wenen te wachten op de vlucht naar Amsterdam, toen ze het nieuws te horen kregen. We kwamen terug van een succesvolle afsluiting van ons Costuleni-project langs de Jijia rivier in RoemeniÍ waar we samen met het Waterschap Hunze en Aa’s aan hadden deelgenomen. Het nieuws sloeg in als een bom.
foto: Marcel Jurian de Jong
Wat er overbleef na de felle brand was een smeulende puinhoop. De vernietiging was totaal. Al snel werd ook duidelijk dat de brand was aangestoken. De verbijstering die zich na zoveel kwaadaardigheid van ons meester maakte, werd nog heviger toen in 2008 de schaapskooi in Orvelte in vlammen opging en kort daarna het bij de Pieterberg gelegen Schepershuisje werd aangestoken. Om het risico op ongelukken zo klein mogelijk te houden, werden de restanten van de werkschuur in Westerbork snel geruimd. Alleen de oude stenen van het voorhuis werden bewaard om ze weer opnieuw te gebruiken. Gelukkig bood de Gemeente MiddenDrenthe de medewerkers andere kantoorruimte aan in het oude gemeentehuis van Westerbork. We konden natuurlijk toen nooit voorzien dat ze pas 4 jaar later hun intrek zouden kunnen nemen in het nieuwe beheercentrum op de Pieterberg. Nadenken over de toekomst
De verleiding was groot om helemaal te vertrekken uit Westerbork en elders een kantoor voor de buitendienst in gebruik te nemen. Westerbork ligt evenwel prachtig centraal in de provin-
foto: Marcel Jurian de Jong
vlammen op. Het moment staat nog goed in ons geheugen gegrift want een aantal medewerkers en
Beheer
cie en daarom werd besloten hier een groter en multifunctioneel centrum te bouwen. Dit centrum moest niet alleen geschikt zijn als kantoor voor de buitendienstmedewerkers, maar ook voor de terreinmedewerkers en de bouwploeg. Er moest een werkplaats, een kantine en schuurruimte voor opslag van materiaal komen van waaruit het beheer van de 8000 ha natuurgebied en onze 250 gebouwen georganiseerd zou kunnen worden. Ter completering werd er tevens een vergaderruimte gepland, ook te gebruiken door allerlei locale verenigingen en organisaties. Om meer toezicht op het eigendom te krijgen werd in de planvorming opgenomen dat in het voorhuis een woonhuis zou moeten komen. Op deze manier zou Het Drentse Landschap haar beheer efficiĂŤnter, veiliger, grootschaliger en goedkoper kunnen organiseren. Uiteindelijk een voordeel voor het hele natuurbeheer in Drenthe. Procedures
De Gemeente Midden-Drenthe bleek bereid het perceel aan de Pieterbergweg aan ons te verkopen. De voormalige schaapskooi/werkschuur was namelijk in erfpacht aan de stichting uitgegeven. Op basis van
een nieuw stedebouwkundig plan en een gunstig milieuonderzoek bleek de Gemeente verder bereid een wijziging in het bestemmingsplan door te voeren. Het bouwkundig teken- en adviesbureau Willem van der Salm uit Dwingeloo maakte een voortreffelijk projectplan met tekening, bestek en begroting op basis van het plan van eisen van Het Drentse Landschap. De kosten waren echter fors en voor de stichting niet alleen te dragen. Dankzij de Provincie Drenthe kon de helft van de kosten via het gebiedsgerichte beleid in Zuidwest-Drenthe gedragen worden. Deze middelen worden via het Europese Landbouw Fonds Plattelandsontwikkeling (ELFPO) ter beschikking gesteld aan Drenthe. De andere helft werd door de brandverzekering MARSH, de Nationale Postcode Loterij en Het Drentse Landschap gefinancierd. Drie jaar na de brand kon het werk in 2009 dan eindelijk worden aanbesteed. De fa. Moes uit Dwingeloo kreeg de klus en bleek een voortreffelijke aannemer. De installatie lag bij de fa. Sjabbens uit Diever. Het project werd aangemeld als een leerlingbouwplaats waar in samenwerking met Fundeon en de OCB te Ruinen een aantal
jonge bouwvakkers zich, in het kader van het leerlingstelsel, in het restauratiewerk konden bekwamen. Een plaatje
Ruim een jaar na de start van de bouw staat het nieuwe beheercentrum De Pieterberg te stralen. Het is echt prachtig geworden en het past voortreffelijk bij het Schepershuisje. Het voorhuis geeft met de oude stenen de indruk dat het er altijd heeft gestaan. De buitenzijde maakt een sobere maar weldadige indruk door de gebruikte materialen. Gesmoorde Oudhollandse pannen en zwart potdekselwerk met een bestrating van klinkers van amstelformaat. Het interieur doet licht en gezellig aan. Met een hoofdrol voor de zware van gelijmd hout gemaakte spanten die overal in het zicht zijn gebleven. De werkplaats staat inmiddels vol machines voor de bouwafdeling, maar er is ook ruimte voor het repareren van een tractor. Het kantoor bestaat uit twee met glas van elkaar gescheiden ruimten voor het hoofd terreinbeheer en de rayonbeheerders. Een trap leidt naar boven naar de vergaderruimte die door het gebruik van glazen knieschotten licht aandoet en contact met beneden
15
foto: Marcel Jurian de Jong
mogelijk maakt. Op de vloeren liggen vrij ruwe en grote platen leisteen. Het hele gebouw wordt verwarmd en ook gekoeld met behulp van aardwarmte. De muren en het dak zijn maximaal geïsoleerd en overal is dubbel glas gebruikt. Waardoor sprake is van een bescheiden energiegebruik en een lage CO2-uitstoot. Het is echt een prachtig maar duurzaam functioneel gebouw geworden met een lage exploitatielast. De Stichting Het Drentse Landschap dankt de Provincie Drenthe, de gebiedscommissie Zuidwest Drenthe, de EU (ELFPO), de Nationale Postcode Loterij, de Gemeente Midden-Drenthe en allen die aan de totstandkoming van dit gebruiksvriendelijke centrum hebben bijgedragen, zeer. Het is een voorbeeld hoe men geïnspireerd door het verleden een stukje ruimtelijke kwaliteit in een dorp als Westerbork kan terugbrengen. De eerste zwaluw heeft al in 2010 een nest in de schuur gemaakt. Het feest kan beginnen…
Open huis
* Drs. E.W.G. van der Bilt is directeur van Het Drentse Landschap.
Op zondag 16 januari van 11.00 –16.00 uur kunnen belangstellenden een kijkje nemen in het nieuwe Beheercentrum De Pieterberg. Medewerkers van de stichting zullen dan rondleidingen verzorgen. Een bezoek aan het beheercentrum kan goed gecombineerd worden met een wandeling door het gebied. De route van deze wandeling vindt u elders in dit kwartaalblad.
Gedicht
Dieren
Witte morgen waarin de sporen van wat vannacht is gebeurd. Wit woud dat vannacht een huis is geweest, maar nu. Het is morgen geworden, er is gekomen, geweest, gegaan. Het sneeuwt door dak en muren naar binnen, er zal niets zijn gebeurd.
foto: Joop van de Merbel
Rutger Kopland
Uit: Dankzij de dingen. Uitgeverij G.A. van Oorschot, Amsterdam, 1989.
17
18
Erfgoed
Het Drentse hoen is het oudste kippenras van Nederland, ontstaan in de provincie Drenthe. Eens stond dit oudste pluimveeras aan de rand van uitsterven. Al waren deze hoenders al in de 17e eeuw bekend als regionaal ras, van een uniform fenotype was geen sprake. Het was de Meppeler zakenman Roel Houwink die rond 1890 de laatste resten in Drenthe en in het Stellingwerfse opkocht met als doel het oude ras nieuw leven in te blazen.
Drentse hoenders, van boerenkip tot rashoen Hilbert Pater*
geen Drentse hoenders werden toegelaten. Men vond het maar rasloze dieren die tussen de toen moderne rassen zouden misstaan. Men gaf liever de voorkeur aan Rhode Island Reds, Wyandottes en Leghorns. Deze arrogante houding, vooral van pluimveehouders uit het westen van het land, heeft het Drentse hoen jarenlang parten gespeeld.
Weinig inteelt
foto: Drentse Hoen Club
Roel Houwink
In die periode werd ons land overspoeld met pluimveerassen uit het Verre Oosten. Niet veel later kwamen de rassen uit de Verenigde Staten ook naar ons land. De zakenman Roel Houwink vreesde dat met de komst van al deze rassen het oude Drentse landhoen zou verdwijnen. Hij liet een groot pluimveepark bouwen in Darp en begon met kruisen en experimenteren. Houwink was een Darwinist, hij kon zich vinden in de theorieën van Charles Darwin met het oog op de evolutietheorie waarbij survival of the fittest van toepassing is. Hij dacht met de wetten van Mendel en Lamarck te kunnen bewijzen dat het Drentse hoen afstamde van het wilde Gallus bankiva, oftewel Bankivahoen. Deze hoenders waren met de Hollandse zeelieden vanuit Azië in ons land terechtgekomen. Later herzag hij zijn mening toen bekend werd dat de Romeinen al heel vroeg hoenders meebrachten op hun veroveringstochten door NoordEuropa. Het succes van de pogingen van Houwink om het Drentse landhoen meer onder de aandacht te brengen, kwam pas toen het ras door de Nederlandse Hoender Club werd erkend.Voor die tijd kwam het zelfs voor dat op diverse tentoonstellingen
Het Drentse hoen heeft zich honderden jaren kunnen handhaven op de schrale zandgronden, waar ze vaak zelf voor hun kostje moesten zorgen. Het gevolg daarvan is dat deze hoenders nu nog ijverige voedselzoekers zijn die een grote resistentie hebben ontwikkeld tegen bepaalde pluimveeziekten. Soms werden ze een beetje bijgevoerd met wat graan maar niet teveel want kippen “krabbn achteruut” en brachten maar weinig op. Hoe deze hoenders op de hoger gelegen zandgronden terecht zijn gekomen is niet bekend. Door het wantrouwen tegen al wat nieuw was kregen de toen moderne rassen als Brahma’s en halfaziaten als Wyandottes geen kans zich te vermengen met het Drentse landhoen. Doordat deze hoenders de hele dag vrij rondscharrelden om de boerderijen werd hun karakter ook uiterst schuw. Deze halfwilde toestand zorgde er overigens wel voor dat er van een uniform type en kleur geen sprake was. De patrijskleur overheerste echter wel en bleek tevens een uitstekende schutkleur te zijn. Drentse hoenders behoren tot de groep West-Europese landhoenders en zijn genetisch verwant aan het Friese
foto: Drentse Hoen Club
19
hoen, het Ardennerhoen, het Westfaalse landhoen en het Deense landhoen. Deze rassen kenmerken zich door een blauwe pootkleur, witte oren en een enkele kam. Door de geïsoleerdere ligging van Drenthe en door te nauwe inteelt ontstonden ook afwijkende vormen van het normale hoen. Zo is bij het Drentse hoen een staartloze variant ontstaan, de Drentse bolstaart, ook wel klomphoenders genoemd. Deze afwijkende vorm is het gevolg van een mutatie waarbij het staartbeentje ontbreekt. Geen ‘nuthoen’
Als bedrijfshoenders hebben de Drentse hoenders een bescheiden rol gespeeld, hoewel er op de destijds gehouden legwedstrijden behoorlijke resultaten werden geboekt. Zo werden door een stam van 8 hennen loslopend
in het seizoen 1901-1902 totaal 1375 eieren gelegd. Met het ontdekken van het heterosiseffect door de Amerikaan D.C.Warren, waar twee exemplaren van onverwante stammen gekruist in de eerste generatie een groot aantal eieren legden, konden de Drentse hoenders in legkracht niet meer meekomen. Het einde van de Drentse hoenders als bedrijfskip was een feit. Niet alleen Drentse hoenders verloren de strijd maar ook Barnevelders en Welsumers konden zich als nuthoen niet handhaven. Ze werden vervangen door de moderne hybriden, veelal kruisingen tussen Leghorns en Rhode Island Reds. De zakenman Houwink richtte vanaf toen ál zijn aandacht op de pluimveetentoonstellingen waar de Drentse hoenders afkomstig uit zijn stammen veel successen boekten. In de Tweede
Wereldoorlog werd het houden van pluimvee erg beperkt in verband met het toewijzen van voer door de bezetter. Op het pluimvee-instituut Het Spelderholt in Beekbergen werden enige exemplaren van Drentse hoenders en andere Nederlandse rassen gehouden, hopende op betere tijden. Na de oorlog werd begonnen met de restanten van het ras nieuw leven in te blazen. Dit gebeurde eerst op Het Spelderholt zelf, later werden er tomen uitgezet bij verschillende fokkers. Het huidige bestand van Drentse hoenders is afkomstig van enkele exemplaren die de oorlog overleefd hebben. Nadat men zich realiseerde dat van bedrijfsmatig houden van Drentse hoenders geen sprake meer kon zijn, kreeg het ras een toenemende belangstelling van de kleine sportfokker. Was het Drentse hoen eens een onderdeel
20
Erfgoed
Drentse Hoen zilverpatrijs
foto’s: Drentse Hoen Club
Drentse Hoen bolstaart blauw goudpel
van levende stoffering op de boerenerven, nu is het in handen van fokkers die het ras koesteren en uiteraard ook vermeerderen. Pluimveetentoonstellingen
In ons land worden jaarlijks veel kleindierententoonstellingen gehouden met als hoogtepunt de grote bondshow in de Prins Bernhardhallen in Zuidlaren. De inzenders komen uit het hele land met hun gefokte dieren om deze te laten beoordelen door ervaren keurders. De op 16 januari 1965 opgerichte Drentse Hoen Club houdt daar een van haar clubshows, die veel aandacht krijgt van het talrijke publiek. De hoofdshow van de Drentse Hoen Club is altijd in Meppel als onderdeel van de Poort van Drenthe Show. Het Drentse hoen is nu een graag geziene gast op deze shows, al is dat in het verleden wel eens anders geweest. Toch is dit prachtige landhoen met al zijn kleurenpracht een zeldzaam pluimveeras
gebleven en is de fok daarvan hoofdzakelijk een Drentse aangelegenheid. De oorzaak van de weinige belangstelling van de zijde van sportfokkers ligt hoofdzakelijk in het vererven van bepaalde kleurslagen en het nogal vrijheidslievende karakter van dit hoen. De Drentse hoenders behoren tot de groep zeldzame huisdieren en hebben als zodanig ook de aandacht van de Stichting Zeldzame Huisdieren. Het openluchtmuseum De Zeven Marken, beter bekend als Ellert en Brammert, in Schoonoord heeft een rijke collectie aan Drentse hoenders die gehuisvest
zijn in riante onderkomens. Ook in het pluimveemuseum in Barneveld en in het Openluchtmuseum in Arnhem zijn Drentse hoenders te zien. Het spreekt vanzelf dat dit Drents erfgoed, uit een tijd dat een kip nog vrij rondliep en als echte scharrelkip zich kon handhaven, ieders belangstelling verdient. Meer gegevens vindt u op www.drentsehoenclub.nl waar u onder andere alle kleurslagen kunt vinden die er zijn.
* H. Pater is verbonden aan de Drentse Hoen Club.
Geef natuur de tijd
foto: Joop van de Merbel
Waterleidingmaatschappij Drenthe (WMD) beheert grote natuurgebieden en levert daarmee een belangrijke bijdrage aan de soortenrijkdom in Drenthe.
Moeraskartelblad
WMD produceert jaarlijks uit grondwater een kleine 30 miljoen kubieke meter drinkwater, vooral voor gebruik door de Drentse bevolking. Daarvoor heeft WMD 850 hectare grond in bezit, waarvan 600 hectare natuurgebied. Waterwinning en natuurbescherming kunnen elkaar prachtig versterken omdat voor beide zaken de vervuiling van de bodem door mest en bestrijdingsmiddelen zoveel mogelijk moet worden tegengegaan. Waar mogelijk worden maatregelen genomen om de natuur te versterken en de biodiversiteit te vergroten. Bij elk wingebied zijn natuurdoelstellingen geformuleerd: welke natuur willen we waar laten ontstaan of in stand houden? En de rijkdom aan soorten wordt nauwkeurig gemeten. Het blijkt dat steeds meer soorten de terreinen van WMD koloniseren. Uit monitoring van planten en dieren in Breevenen blijkt dat het gebied vanaf de inrichting in 2000 nog volop in ontwikkeling is. In 2010 werden bijvoorbeeld als nieuwe soorten Brede orchis, Moeraskartelblad, Bosbies en Rondbladig wintergroen gevonden.
Kijk voor meer informatie over drinkwater op wmd.nl.
Daarnaast vat het Drentse waterbedrijf haar taak sowieso breder op: het gaat om mĂŠĂŠr dan de productie van schoon en betaalbaar drinkwater. Daarom is een groot deel van de waterwingebieden in Drenthe, voor zover het natuurgebieden zijn, opengesteld voor het publiek.
22
Stichting Oude Drentse Kerken
De kerk van Odoorn
baksteen was natuurlijk makkelijk te verklaren omdat het in de regio geproduceerd kon worden. Tufsteen en zandsteen moesten van ver komen, respectievelijk vanuit de Eifel en Bentheim, en over water worden aangevoerd. Graniet was moeilijk te bewerken maar op sommige plaatsen, met name op de Hondsrug, wel direct beschikbaar in de vorm van zwerfkeien.
Olav Reijers*
In Drenthe weten we wel wat je met zwerfkeien kunt doen. Onze verre voorouders maakten er immers hunebedden van. Om aan te geven hoe groots deze prestatie was geven we hen zelfs de bijnaam ‘kathedralen van de prehistorie’. Veel minder bekend is dat er ook echte kerken met zwerfstenen gebouwd zijn zoals die van Odoorn.
Links staat het huidige koor, duidelijk te zien is de basis van zwerfkeien in de zijmuur van de kerk.
In de 12e en 13e eeuw werden er in een behoorlijk tempo nieuwe kerken gesticht in Drenthe. Dit zal te maken hebben gehad met de relatieve welvaart en bijbehorende bevolkingsgroei in die periode en de grote afstanden die gelovigen moesten afleggen om bij een kerk te komen. Drenthe kende waarschijnlijk eerst drie, later zes ‘oerkerken’ (Vries, Anloo, Rolde, Beilen, Diever en Sleen / Emmen) van waaruit alle latere kerken zijn ontstaan. Zo is de kerk van Odoorn waarschijnlijk een dochterkerk van die van Emmen.
De oudste kerken werden in hout gebouwd maar daarvan is er in Drenthe geen enkele meer bewaard gebleven; zij werden later vervangen door stenen exemplaren. Wel zijn bij opgravingen in een aantal kerken sporen van de oorspronkelijke houten kerk gevonden.Vanaf het midden van de 12e eeuw werden tufsteen en graniet als bouwmateriaal gebruikt en vanaf halverwege de 13e eeuw tenslotte baksteen. Pas aan het eind van de middeleeuwen kwam zandsteen in de mode. De grote voorkeur voor
Er zijn nog slechts twee kerken in Drenthe waar we graniet als bouwmateriaal kunnen zien: in het koor van Odoorn en de toren van Emmen. Het is verleidelijk te concluderen dat dit te maken had met de onderlinge relatie van beide kerken. Belangrijker zal geweest zijn dat zij beide lagen in een gebied waar zwerfkeien als bouwmateriaal ruim voorhanden waren, in een periode dat er nog niet in baksteen werd gebouwd. Het koor van de kerk van Odoorn dateert van ca. 1200 en is tot een hoogte van ca. anderhalve meter opgebouwd uit bewerkte zwerfkeien. Het is nu met baksteen verhoogd en er zijn, bij een verbouwing in de 14e of 15e eeuw, spitsboogvensters ingebracht. Het gewelf aan de binnenzijde zou nog wel eens uit de stichtingsperiode kunnen stammen. Al met al is dit koor een van de oudste en meest interessante bouwresten die we kennen in Drenthe. Ook de rest van het kerkgebouw is
foto: Drents Plateau
foto: Drents Plateau
Met veldstenen gebouwd
Stichting Oude Drentse Kerken
tot een bepaalde hoogte ooit opgetrokken geweest uit graniet. De drie Podagristen die in 1842 door Drenthe zwierven, hebben de kerk nog in oude staat gezien. Zij schrijven er als volgt over: ‘Zoekt gij er werken van kunst, - derzelver katalogus begint en eindigt met No 1, ’t kerkgebouw der Hervormden, een snoeperig kerkje, met een even snoeperig torentje, - tot een zekere hoogte van gekapte veldstenen opgetrokken.’Van dit ‘snoeperige’ kerkje bestaat gelukkig ook een afbeelding van J.Reynders die de waarneming van de Podagristen bevestigt. Daarop is te zien dat de basis van de middeleeuwse kerk dezelfde opbouw van zwerfkeien heeft als het koor.
‘Dit orgel is een geschenk van den heer Jan Hadders uit Valthe. Ging, wat H. Zegering schonk, bij ’s beehuis’ ramp verloren. Thans in de gift des neefs prijkt nog
23
worden en zijn nieuwe voorzieningen nodig om bezoekers te ontvangen, als een keuken en gehandicaptentoilet. Gelukkig hebben Rijk en Provincie de handen ineengeslagen om dit monuAan de onderkant van een aantal stenen is een gekartelde rand te zien. Dit zijn boorgaten die zijn gemaakt om de steen te splijten.
In 1856-1857 is de oude vervallen kerk vervangen door een nieuwe en ruimere kerk, ontworpen door W. van Ernst. Deze lijkt in niets meer op zijn voorganger. Het is een eenvoudige bakstenen kerk met grote halfronde vensters, gebouwd in de voor die tijd gebruikelijke neoclassicistische stijl. Meest opvallend element is de slanke witgepleisterde toren die iets uit de voorgevel springt. De kerk ging al in 1897 verloren door een grote brand die ook enkele andere gebouwen in de as legde, maar werd direct weer in zelfde stijl herbouwd. Zowel bij nieuwbouw als brand is het koor gelukkig gespaard gebleven en doet sindsdien dienst als consistorie, de kamer waar de kerkenraad vergadert en de predikant zich omkleedt. Daartoe is in de voorheen gesloten achterzijde nu een deur gemaakt. Het orgel, geschonken door Henderikus Zegering, ging wel in de brand verloren maar uit de inscriptie op het huidige orgel is te lezen dat zijn neef Jan Hadders voor vervanging zorgde:
foto: Drents Plateau
Door brand verwoest
des ooms herboren. Hoe ’t vuur ook woeden mocht, de mildheid won den strijd; Zoo juich dan, Orgelklank, opnieuw aan God gewijd.’ Multicultureel gebruik
Het kerkgebouw is nog steeds als zodanig in gebruik door de Vrijzinnig Hervormde Kerk die naast Odoorn ook Exloo,Valthe, Odoornerveen en Klijndijk bedient. Door vergrijzing en ontkerkelijking beslaat de kerkgang nog maar 25-30 personen terwijl er toch nog altijd 750 personen ingeschreven staan. Gezamenlijk dragen zij het onderhoud en beheer van dit voor Drenthe zo belangrijke gebouw. Dit drukt des te zwaarder omdat de kerk voor het laatst in 1970 is opgeknapt en nogal wat achterstallig onderhoud kent. Ook moet de verwarming vervangen
ment een opknapbeurt te geven en is de restauratie inmiddels gestart. Het zal nu vaker gebruikt worden voor culturele activiteiten als exposities en muziekuitvoeringen. Op dit moment is het al in gebruik door een muziekcorps van 140 leden. Hopelijk betekenen restauratie en nieuwe activiteiten dat het gebouw vaker open is en zo zijn middeleeuwse schat aan iedere geïnteresseerde kan tonen.
* Drs. O. Reijers is directeur van Drents Plateau.
Stichting Het Drentse Landschap behartigt ook de belangen van Stichting Oude Drentse Kerken.
24
Wandelroute 43 Bertus Boivin / Eric van der Bilt
De Pieterberg bij Westerbork Aan de rand van elk zichzelf respecterend Drents dorp ligt wel een stukje tamelijk onoverzichtelijke natuur. Waarom het er nog ligt, is nooit helemaal duidelijk. Waren de zandduinen hier te hoog en werd het daarom te kostbaar om het veld te egaliseren? Was de kwaliteit van de grond van dien aard dat het hier de moeite van het ontginnen niet waard was? Of waren de boeren het onderling niet eens over wat hier moest gebeuren? Een paar honderd meter vanaf het Gualthérie van Weezelplein midden in Westerbork ligt zo’n natuurgebiedje bij De Pieterberg. Na afloop van deze wandeling zult u het met ons eens zijn dat het één van de fraaiste stukjes ‘boerennatuur’ van Drenthe is.
foto: Archief HDL
foto: Bertil Zoer
Schaapskooi De plek van de voormalige schaapskooi aan de Pieterbergweg, waar de wandelroute begint, is in 2010 weer in gebruik genomen nadat het oude gebouw enkele jaren eerder door brand verwoest werd (punt 1 in de route). De schaapskooi was allang niet meer als zodanig in gebruik. Stichting Het Drentse Landschap gebruikte het gebouw sinds 1988, toen de kudde van Westerbork opgeheven werd, als werkschuur. De schapen van de Westerborker kudde graasden op het heideveld achter het bos (waar u straks langs komt) en op het Scharreveld aan de overkant van N381 Beilen-Emmen. Bij de aanleg van de autoweg is destijds zelfs speciaal voor deze schaapskudde een tunneltje aangelegd. (U komt bij het tunneltje door bij punt 3 in de route de asfaltweg te blijven volgen.) Spoedig daarna ging de laatste scheper met pensioen en is de kudde uiteindelijk naar Orvelte verhuisd. Ook de
kudde van Het Drentse Landschap op het Hijkerveld komt uit de oude kudde van Westerbork voort. Bij de herbouw van de schaapskooi besloot Het Drentse Landschap in het gebouw niet alleen kantoren en werkplaatsen onder te brengen. Om te voorkomen dat het nieuwe gebouw net als zijn voorganger een belangrijk deel van de tijd leeg staat, is het voorhuis een woning geworden.
Schapendrift Waarschijnlijk verloopt het eerste stukje van de route een beetje moeizaam vanwege het mulle zand of de modder, al naar gelang het weer van de dagen ervoor (punt 2 in de route). U volgt hier een stukje van de voormalige schapendrift die schapen naar het Scharreveld en het Hamveld voerden. Ook werd langs deze zandweg het vee naar de weilanden bij de Ruimsloot gebracht. Het mulle zand herinnert er aan dat de
foto: Drents Archief
Uitneembaar routekaartje in dit nummer. Ook te downloaden op www.drentslandschap.nl
25
Door de bomen het bos In de ‘boerennatuur’ bij De Pieterberg is bijzonder weinig lijn en logica te ontdekken (3-4 en 8-10 in de route). Mens en natuur hebben hier altijd maar wat gedaan... Langzaam maar zeker groeide het stuifzandgebied tussen het Hamveld en het dorp dicht met bos. Voor een deel gebeurde dat indertijd bewust. Zo werden er Grove dennen en Douglassparren geplant om het stuifzand vast te leggen. Een enkele boer legde op zijn stukje een ‘sparrenakker’ aan of plantte er lariks. Hier en daar stond wat eikenhakhout. Duidelijk is verder dat ook de Amerikaanse eik bij een deel van de eigenaren nogal in de smaak gevallen is. Op de hellingen van de heuvels groeit een prachtig beukenbos. In een belangrijk deel van het bos bij De Pieterberg is sprake van ‘spontaan’ bos. De petgaten Aan uw linkerhand van het bospad na de asfaltweg (punt 4 in de route) ligt een kletsnat berken-broekbos. Hier en daar ziet u grote pollen Pijpenstrootje.
2
foto: Hanna Schipper
ondergrond vroeger veel van de dagelijkse passages van vele honderden schapenhoefjes te lijden gehad heeft. Intensieve begrazing en druk verkeer braken het heidedek en brachten het witte zand aan de oppervlakte. Om u heen in dit voormalige stuifzandgebied kunt u nog goed zien wat de gevolgen waren als het zand dan ‘op de wind’ ging. Opmerkelijk zijn de fraaie Jeneverbessen langs het pad. De Jeneverbes beleefde begin twintigste eeuw zijn hoogtijdagen op de Drentse hei toen de schapen het veld verlaten hadden en de jonge struikjes Jeneverbes plotseling de kans kregen om zich te ontwikkelen. Tegenwoordig gaat het zo slecht met de Jeneverbes in Drenthe dat er een speciale actiegroep gekomen is om de Jeneverbes van de ondergang te redden.
foto: Anneke Bloema
1
3
Komt het Pijpenstrootje onder water te staan, dan sterft een deel van de plant af en vormt zo een ‘stoel’ waarop het Pijpenstrootje later weer uitgroeit. In dit veengebiedje zitten tientallen zogeheten petgaten. Indertijd zijn ze door Westerborker boeren gegraven om hier hun turf te steken. Veenputten werden vaak door de grondeigenaren voor een bedrag per jaar verhuurd aan belangstellenden.
1 Waar nu aan de Pieterbergweg een kleine nieuwe woonwijk ligt, lag sinds de Tweede Wereldoorlog Kamp De Pieterberg. Het kamp werd gebouwd om onderdak te bieden aan de ‘arbeidsmannen’ van de Nederlandsche Arbeidsdienst. Later werd De Pieterberg onder andere een woonoord waar tussen 1951 en 1962 zo’n vijftig Molukse gezinnen woonden. De foto werd in de zandverstuiving bij de schapendrift gemaakt. Later werden de gebouwen gebruikt als vakantiecentrum en asielzoekerscentrum. De gebouwen van De Pieterberg werden in 1998 gesloopt.
Het Hamveld Ten zuiden van het bos ligt een klein heideveld dat eens onderdeel uitmaakte van het verder geheel ontgonnen Hamveld (punt 6 in de route). Aan de noordkant van het veld liep de Westerborkerstroom en aan de zuidkant een in een ver verleden tot Ruimsloot vergraven beekje. Verderop kwamen beide stroompjes bij elkaar om als Beilerstroom verder te gaan. Aan de zuidkant van het heideveldje volgt de route de overgang met het veel lager gelegen beekdal van de Ruimsloot. Een van de oude veldnamen in dat gebied is Weidestukken. Tussen het heideveld en het bos ligt een berkenwal die ervoor zorgde dat de schapen uit het bos vandaan bleven.
2 Naast de schaapskooi is het huisje van scheper Noordhuis herbouwd dat tot 1997 halverwege de Pieterbergweg stond en het veld moest ruimen voor de oprukkende nieuwbouw van het dorp (zie linkerpagina). Een actie tegen de sloop vanuit de bevolking werd opgepakt door Het Drentse Landschap. Dankzij subsidies kon dit piepkleine huis van scheper Noordhuis hier een nieuwe plek vinden. U kunt via www.drentslandschaplogies.nl het Schepershuisje huren als een van alle gemakken voorziene vakantiewoning (inclusief bedstede!). 3 De Westerborker schaapskudde was de enige in Drenthe met Schoonebeker heideschapen, een schapenras dat iets groter is dan het ‘gewone’ Drentse heideschaap. U herkent het dier met name aan zijn lange staart en het ontbreken van hoorns. Bij het opheffen van de Westerborker kudde is de helft van de Schoonebekers naar Orvelte gegaan en de andere helft naar het Hijkerveld. Er waren op dat moment nog maar 160 raszuivere Schoonebekers over. Inmiddels is het aantal geregistreerde Schoonebekers weer gegroeid tot rond de 2000 dieren. De schaapskooi op het Hijkerveld is een door de Stichting Zeldzame Huisdierrassen erkend fokcentrum voor Schoonebekers.
26
Flora
De Klimop is een algemeen voorkomende plant die zich uitstekend heeft aangepast aan het koude jaargetijde. De leerachtige bladeren maakt deze wintergroene heester ongevoelig voor vorst en uitdroging. Hij komt dan ook in bijna heel Europa voor, behalve in de extreem koude gebieden in Rusland en ScandinaviĂŤ omdat de plant dan langdurig bedekt wordt onder de sneeuw. In het kale winterse landschap is deze frisgroene klimplant een lust voor het oog. Klimop is geliefd bij mens en dier.
Geert de Vries*
Het is een karakteristieke plant van Drenthe, die echter niet overal te vinden is. Zo mijdt hij zure gronden, zoals jonge heide- en hoogveenontginningen. Ook heeft hij een hekel aan langdurig natte voeten. Zijn voorkeur gaat uit naar voedselrijke of kalkrijke bodems. In menig houtwal is leem aanwezig. Geen wonder dat de Klimop daar present is. In bossen op relatief kalkrijke bodems zoals De Kleibosch en het Gasterse Holt is de Klimop zeer opvallend aanwezig. Hoe rijker de bodem, hoe meer de Klimop van een kruiper in een klimmer verandert. In voedselarme bossen op bijvoorbeeld voormalige stuifzanden kan hij het niet gauw hogerop zoeken. Uiterlijk
De Hazelaar bloeit in januari en de Meidoorn in mei. Maar wanneer bloeit de Klimop eigenlijk? De bloei mag dan voor ons onopvallend zijn, voor menig insect is de bloei van de Klimop van levensbelang. De Klimop bloeit pas aan het eind van het jaar. De bloemen produceren veel nectar en dat trekt erg veel insecten aan. De Klimop heeft handvormige bladeren. De takken met bloemen hebben ovaalvormige bladeren zonder zijlobben. De Klimop
foto: Geert de Vries
foto: Geert de Vries
Klimop
kan heel goed in de schaduw groeien. Alleen de takken die zonlicht krijgen, dragen bloemen. Hij kan vele honderden jaren oud worden. Het is een misverstand te denken dat de Klimop met zijn hechtwortels voedingsstoffen uit de boom haalt. Die hechtwortels dienen uitsluitend ter ondersteuning. Een gezonde boom heeft dan ook niet direct last van de Klimop. Toch wordt menig Klimop
Flora
27
Een groen blijvende plant zoals de Klimop heeft altijd de aandacht van mensen getrokken. Op menig grafzerk en overlijdensadvertentie wordt een rank met klimopbladeren afgebeeld als symbool van eeuwig leven. Ook is de Klimop eeuwenlang geassocieerd met trouw omdat de plant zich zo goed hecht. Een plant die zo goed bekend was bij de bevolking werd al gauw vele medicinale kwaliteiten toegedicht. In het verleden zijn de giftige bladeren en bessen met wisselend succes gebruikt voor inwendig gebruik. Het uitwendig gebruik in allerlei smeersels op brandwonden en zweren, was minder risicovol. Tot op de huidige dag wordt het extract van bladeren gebruikt in massagecrèmes. De Klimop wordt veel toegepast als bodembedekker en om schuttingen en andere omheiningen te verlevendigen.Veel gekleurde variëteiten zijn afstammelingen van de wilde Klimop. In een vogel- en vlindervriendelijke tuin ontbreekt de Klimop zelden. Voedselrijk
De nectarrijke bloemen en de vruchten zijn voor veel dieren een belangrijke voedselbron. Zo fungeren de bloemen aan het eind van het jaar nog als een soort nectarkroeg in een tijd
foto: Geert de Vries
Eeuwig leven
De vruchten zijn eerst groen en worden pas in de loop van de lente rijp. De blauwzwarte bessen worden gegeten door vogels zoals Merels en Houtduiven, in een periode dat er nauwelijks vruchten voorhanden zijn. De vruchten zijn voor ons giftig, maar voor dieren niet. De groene bladeren worden gegeten door een heel leger insecten van onder meer snuittorren en rupsen. Het Boomblauwtje legt graag eitjes op jonge bladeren van de Klimop. Veel vogelsoorten zoals de Heggenmus en Winterkoning broeden in Klimop. Merels, Groenlingen en vele andere soorten gebruiken de Klimop in het winterseizoen als slaapplaats. De Citroenvlinder is een bekende dagvlinder die het grootste deel van zijn leven slapend doorbrengt. In de zomer houdt hij zich wekenlang schuil in onder meer de Klimop. Menig Citroenvlinder brengt de winter door in de Klimop. Een vlinder die zo lang in struikgewas slaapt moet natuurlijk niet opvallen. Geen wonder dat zijn vleugels enigszins op de blaadjes lijken. Zelfs de ‘bladnerven’ zijn in de vlindervleugels van de Citroenvlinder te herkennen. In het voorjaar verruilen deze vliegende vlinderblaadjes de ‘onsterfelijke’ Klimop voor een kortstondig lentegeluk.
foto: Geert de Vries
Citroenvlinder
dat andere kroegen reeds gesloten zijn. Een geluk voor een aantal soorten zweefvliegen en (nacht-)vlinders. Door de warmer wordende winters blijven steeds vaker Atalanta’s overwinteren in plaats van naar Spanje af te reizen. De Atalanta houdt geen echte winterslaap. Hij moet in de winter dan ook regelmatig even bijtanken. De nectar van de Klimop kan dan uitkomst bieden.
door wegbeheerders doodgemaakt. Niet omdat men bezorgd is om de boom, maar omdat men bezorgd is om de weggebruikers. Een boom die volledig is begroeid met Klimop zou bij harde storm eerder kunnen omwaaien en voor onveilige verkeerssituaties kunnen zorgen.
* G.W. de Vries is projectleider bij het IVN Consulentschap Drenthe en zit in de wetenschappelijke adviescommissie van Het Drentse Landschap.
Erfgoed
28
Nicolette Kessler:
Keuterij Ghysselte in goede handen In 2009 werd Het Drentse Landschap eigenaar van een boerderijtje bij Gijsselte, dat na een verbouwing in januari 2011 in de verhuur gaat. Daarmee is een interessant stukje Drentse cultuurhistorie veiliggesteld. Roelof Wever en Nicolette Kessler vertellen het verhaal van het ‘Huus van Bart Sluus’.
Eric le Gras*
foto: Sake Elzinga
Nicolette Kessler en Roelof Wever
Roelof Wever (1930) is geboren in Gijsselte en kent het boerderijtje al sinds zijn vroegste jeugd. Hij spreekt van een boerderijtje en liever niet van een keuterij. Wever: “Wanneer dit boerderijtje is gebouwd weet ik niet precies. Toen ik werd geboren stond het er al. We woonden vlakbij en als kind kwam ik hier graag. Bart Sluus was de bewoner. Dat was zijn bijnaam,
Erfgoed
bij Het Drentse Landschap hij heette eigenlijk Bart Jacobs. Zijn vader heeft voor Bart op deze plek geboerd.” De woonkamer met open haard en bedsteden lag aan de weg. Daarachter de deel met daarin ruimte voor vier of vijf koeien en drie of vier varkens. In het woongedeelte en in de deel lag een lemen vloer. Wever: “Bart had ook een paard. Naast de boerderij lagen een kapschuur die later is afgebrand, en de put. De wc stond aan het zandpad. Nee, niet met zo’n deur met een hartje erin. Er zat helemaal geen deur in.” Eenzaam
Bart Sluus had twee rijen bijenkorven achter het huis. De bijen zochten nectar op de heide, die in de jaren dertig van de vorige eeuw nog een geweldige vlakte was. Wever: “Je kon Echten en Pesse toen zien liggen.Voor de oorlog kreeg je de werkeloosheid. Werkelozen uit het Westen hebben toen de heide ontgonnen en later heeft Staatsbosbeheer de bossen geplant.” De nabijgelegen plassen heten de Gijsselter Koelen. Wever vermoedt dat het veenplassen zijn, die zijn uitgegraven vanwege het veen. Zijn vader groef zijn eigen turf: “Hij kocht een strook heide met veen, liefst een stuk dat was overstoven met zand. Dat was het goedkoopst. Mijn vader en mijn broers en ik gingen dan het zand weggraven. Dat was zwaar werk, maar je deed het gewoon en het was nog gezellig ook.” Bart Sluus trouwde later met zijn huishoudster en kreeg een kind. Zijn vrouw vond het volgens Wever te eenzaam hier en wilde verhuizen: “Hij verkocht het boerderijtje aan de
familie Kessler. Hé, dacht ik toen, hoe zit dat met het land, zou ik dat kunnen huren? Daar had ik wel belang bij. Ik ben erheen gegaan en heb het land gepacht.” Gijsselte
De Kesslers woonden in Amsterdam en waren in de ogen van Wever echte stadsmensen: “Zij hebben het boerderijtje verbouwd. Erg veel hebben ze niet veranderd, het meeste is goed herkenbaar gebleven. Nu is het boerderijtje eigendom van Het Drentse Landschap. Ik heb een sleutel en houd het wat in de gaten. Mijn pony’s staan hier en ik ga er toch al vaak heen. ‘t Huus van Bart Sluus, zo noem ik het.” Hier neemt Nicolette Kessler (1918) het verhaal over. De familie Kessler zocht in de jaren zestig van de vorige eeuw een huisje ergens buiten. Die zoektocht bracht hen naar Ruinen, waar hun vriend Jan Jacob Roeters van Lennep burgemeester was: “Jan Jacob nam ons mee op een wandeling bij Gijsselte, of Giesselte zoals ze hier zeggen. We liepen langs de vennetjes van de Giesselterkoelen en we vonden het boerderijtje, dat op dat moment te koop stond, meteen mooi. Dat zeiden we aan Jan Jacob en toen we erlangs liepen maakte die een praatje met Bart Sluus. ‘Lukt het met de verkoop?,’ vroeg hij en Bart zei dat het niet zo wilde vlotten.” Afstandelijk
De Kesslers kochten het boerderijtje in 1965 van Bart Sluus. “Wat me vooral aansprak, was de rust en de natuur. Het boerderijtje zag er prachtig uit
als je er van veraf, over de heide, naar keek. Roelof Wever woonde op de Gijsselterweg en kreeg de grond in pacht. Roelof is nu tachtig en hij en zijn vrouw Mina zijn verhuisd naar Ruinen. Zijn pony’s lopen nog in het land.” Roelof was in het begin afstandelijk, vertelt Nicolette Kessler: “Stadse mensen, wat moesten die hier nou? Dat is veranderd, we zijn goede vrienden geworden. Ook met andere mensen in de buurt hebben we goede contacten. Ik voel me hier thuis, het is de plek waar mijn hart ligt.” In goede handen
Het boerderijtje is verbouwd onder architectuur van Jelle Abma, een architect die destijds het nieuwe gemeentehuis van Ruinen bouwde. De voorgevel bleef zoals die was. Wat nu de voorste slaapkamer is, was woonkamer en keuken, inclusief fornuis. Daarnaast lagen de slaapkamertjes van de ouders en de dochter. In de melkkelder kwam de natte cel. De stal werd woonkamer, met in het midden de kachel en de open haard, een ontwerp van Abma. Het afvalwater van het boerderijtje ging destijds via een septic tank de sloot in en vandaar kwam het terecht in de Giesselterkoelen. Rond 1970 groeide de aandacht voor het milieu en daar is toen wat aan gedaan. Kessler: “Ook het beheer van het land dat we verpachtten, eerst aan Roelof en later aan Bernhard Korten, werd milieuvriendelijker. Er gaat geen kunstmest meer op.” Zo is de achteruitgang van de vennen enigszins vertraagd, maar niet gestopt:
29
Keuterij Ghysselte is te huur
foto: Hans Dekker
Het boerderijtje in Gijsselte is te huur. De vakantiewoning is onlangs gerenoveerd. Het ligt prachtig verscholen in de Drentse natuur en heeft uitzicht op een mooi ven. Wie van rust, stilte en ruimte houdt zal zich hier helemaal in zijn element voelen. De vakantiewoning biedt plaats aan 9 personen. Kijk voor meer informatie en om te reserveren op www.drentslandschaplogies.nl of bel tijdens kantooruren met Ellen Zindel, (0592) 31 35 52. Begunstigers van Het Drentse Landschap krijgen 5% korting op het boeken van een vakantiewoning van de stichting.
de toekomst van het boerderijtje en de grond. We wilden het geheel zo goed mogelijk behouden. Onze kinderen hadden geen belangstelling om eigenaar te worden. De grond is daarom overgegaan naar Het Drentse Landschap, later volgde het boerderijtje. Zo laat ik het achter in goede handen.”
Klokjesgensiaan
* E. le Gras is freelance journalist en medeauteur van het boek Keuterijen in Drenthe.
foto: Jaap de Vries
“Toen we hier net kwamen, vond ik Valkruid, Klokjesgentiaan en orchideeën. De grote zwerfkeien die bij het ven lagen, zijn weggehaald door Staatsbosbeheer wat ik wel jammer vond. In de jaren zestig zag ik er ook nog Kraanvogels.” De familie Kessler kwam graag naar Drenthe. Eerst kostte dat veel tijd, de verbindingen waren slecht. Toen de A28 was doorgetrokken tot voorbij Meppel, ging het sneller. “De mensen van Het Drentse Landschap hebben ons ‘pioniers van de recreatie in Drenthe’ genoemd”, vertelt Kessler. “Daar zit iets in, alleen al omdat het in het begin nog een beetje een onderneming was om hierheen te rijden. Toen mijn man en ik wat ouder werden, gingen we nadenken over
31
foto: Archief HDL
Huurders gezocht
Prachtige vervenerswoning
Bedrijfspand in centrum Assen
Stichting Het Drentse Landschap restaureert momenteel de vervenerswoning aan het Zuiderdiep in Valthermond. In het voorste gedeelte van dit Rijksmonument zijn wij bezig met de Stichting Cultuurhistorische Waarden om daar een vervenersmuseum te vestigen. Voor het woongedeelte zijn wij nog op zoek naar huurders. Het object bestaat uit twee bouwlagen; de begane grond bestaat uit een ruime woonkamer, een leefkeuken, een bijkeuken, een hal en een slaapkamer met badkamer. De verdieping bestaat uit een ruime overloop, met berging, badkamer en twee slaapkamers. Het perceel is ongeveer 1700 m2 groot en de tuin mag naar eigen inzicht worden ingedeeld.
Stichting Het Drentse Landschap is bezig met de uitbreiding van haar hoofdkantoor in Assen. Momenteel worden een provinciaal monument gelegen aan Kloosterstraat 9 en een gemeentelijk monument gelegen aan Kloosterstraat 11 verbouwd tot twee kantoorruimtes. Wij zoeken een huurder voor Kloosterstraat 11. De aanbieding betreft een turn-key ruimte, inclusief installaties, levering van diensten, plafonds en een afbouwpakket (inclusief stoffering). Het kantoor omvat circa 68 m2 VVO beneden en circa 36 m2 VVO boven. Huurders maken gebruik van een gemeenschappelijke entree en gang, die toegang naar de verdieping verschaft. Er kan ook gebruik worden gemaakt van de voordeur aan de Kloosterstraatzijde van het pand.
Belangstelling?
Heeft u belangstelling voor het huren van een van de bovenstaande panden of bent u op zoek naar een woning of bedrijfspand, dan kunt u contact opnemen met de heer Kooistra, medewerker gebouwen van Stichting Het Drentse Landschap (a.kooistra@drentslandschap.nl).
Fauna
32
Steenuil en Boerenzwaluw vertoeven graag op boerenerf Kathelijn de Maeijer*
Veel oude functies van het boerenerf zijn verdwenen. De erven zijn steeds netter geworden. Ook leidt het intensievere landgebruik en het veelzijdige gebruik ervan tot minder karakteristieke kleinschalige cultuurlandschappen. Hierdoor hebben vogelsoorten die zich hierin prettig voelen het steeds zwaarder te verduren gekregen. In Drenthe moet het project Erfvogels ervoor zorgen dat bijvoorbeeld de Steenuil en de Boerenzwaluw terugkomen. En wie weet komen door de getroffen maatregelen ook wel weer de Spotvogel en Grauwe vliegenvanger terug op het boerenerf. Het project Erfvogels is in 2009 van start gegaan. Het is een vervolg op het succesvolle landelijke project ‘Steenuil onder de pannen’, waarbij samen met bewoners van het buitengebied gestreefd wordt naar het herstel van het kleinschalige cultuurlandschap. Nieuw was nu dat niet louter en alleen maatregelen voor de Steenuil werden getroffen, maar voor
veel meer soorten die graag op het erf vertoeven. Boegbeelden hiervoor zijn de Steenuil en de Boerenzwaluw. Als onderzoeksgebied werd de omgeving van Wittelte/Uffelte/Ansen gekozen. Dit is in Drenthe hét domein van de Steenuil. Ongeveer de helft van de Drentse paren broedt hier. Ook voor de Boerenzwaluw is dit gebied een ideaal leefgebied. De gedachte is dat door het
versterken van de populaties in dit kerngebied de populaties in de omliggende gebieden zullen worden uitgebreid. Het project is een samenwerking van Vogelwacht Uffelte e.o., Steenuilwerkgroep Drenthe, Stichting Het Drentse Landschap, bewoners en Landschapsbeheer Drenthe en is financieel mogelijk gemaakt door de Provincie Drenthe,Vogelbescherming Nederland en de Nationale Postcode Loterij.
foto: Arend Jan van Dijk
Inventarisatie
Voor het onderzoek zijn in de omgeving Wittelte/Uffelte/Ansen vijfentwintig erven bezocht door medewerkers van Landschapsbeheer Drenthe. Hierbij werd het erf en de directe omgeving gescand op geschiktheid voor de Steenuil en de Boerenzwaluw. Een belangrijk aandachtspunt bij de erfinrichting is bijvoorbeeld dat het mogelijk moet zijn om een nestplek te creëren of een nestkast te plaatsen. Denk bij de Steenuil aan het laten staan van oude holle bomen. Boerenzwaluw en Huiszwaluw hebben veel aan klei-, leem- of modderpoeltjes om hun nest mee te kunnen metselen. Op het erf moet ook voldoende voedsel beschikbaar zijn. Er moeten bijvoor-
33
foto: Sonja van der Meer
Fauna
Maatregelen
De erfbewoners die meededen aan het erfonderzoek hebben na het bezoek van de landschapbeheerders een schriftelijk advies gekregen met een kaart van hun erf en de maatregelen die genomen moesten worden. Hierna zijn ze zelf aan de slag gegaan, soms met hulp van vrijwilligers van de Vogelwacht Uffelte e.o. De meeste
adviezen betroffen het planten van streekeigen bomen, struiken en haagjes en het ophangen van nestkasten. Het plantgoed en de kasten werden beschikbaar gesteld vanuit het project. Niet alleen inrichtingsmaatregelen zijn van belang, maar ook het beheren vergt de nodige aandacht. Immers een poel moet periodiek worden geschoond, fruitbomen gesnoeid, nestkasten onderhouden en geschoond. Als dat niet gebeurt zijn dat soort plekken niet meer aantrekkelijk voor de erfvogels en zullen ze elders hun heil zoeken. Ook is het goed om te kijken of het beheer misschien soms net even iets anders kan. Wat bijvoorbeeld veel voorkomt is dat het gras onder boomgaarden met enige regelmaat wordt gemaaid. Door niet in een keer alles te maaien verschraalt het grasland en wordt het aantrekkelijker voor allerlei insecten. Door de randen wat te laten doorgroeien ontstaat er een type landschapje waar erfvogels het heerlijk vinden om in te leven. Uit het onderzoek is gebleken dat er eigenlijk helemaal niet zo heel erg veel voor nodig is om de Steenuil en de Boerenzwaluw weer een plek te geven in het cultuurlandschap van Drenthe. Het begin is in de omgeving van
Wittelte/Uffelte/Ansen gemaakt. Nu maar hopen dat het een sterke aantrekkingskracht heeft op soortgenoten in de buurt… * K. de Maeijer is medewerker van Landschapsbeheer Drenthe.
Erfwijzer
beeld verschillende prooidieren leven die Steenuilen eten, zoals amfibieën, muizen en insecten. Dit stelt eisen aan de inrichting. Door bes- en nootdragende of bloemdragende struiken en bomen te planten en door poelen, composthopen of een boomgaard aan te leggen wordt een leefmilieu gecreëerd voor de soorten die de Steenuil eet. Voor met name de Steenuil is het ook belangrijk dat er meerdere schuilplaatsen op het erf aanwezig zijn. Dit is vooral nodig voor de jonge vogels die nog niet goed kunnen vliegen en zich snel uit de voeten moeten maken. Houtstapels, takkenrillen en steenhoopjes kunnen hiertoe dienen. Helemaal mooi is een oud schuurtje dat een ideale plek is om je te verstoppen voor jachtige katten, honden of Steenmarters.
Tijdens het project is uit de samenwerking tussen Stone, SOVON, Vogelbescherming en Landschapsbeheer een hulpmiddel ontwikkeld: de Erfwijzer Steenuil. Dit is een uitwerking van de eerder door Landschapsbeheer ontwikkelde Erfscan. Het is een eenvoudige manier om te kijken welke maatregelen u op uw erf en aangrenzend land kunt treffen; in dit geval voor de Steenuil, maar daar profiteren ook andere soorten van. Er wordt ook een soortgelijke wijzer voor de Boerenzwaluw ontwikkeld. De Erfwijzer en bijbehorende streeplijst zijn gratis te downloaden op de website van STONE (www.Steenuil.nl) en wordt in februari 2011 op grote schaal verspreid onder de steenuilvrijwilligers, die hiermee de boer op kunnen. Hier is ook een uitgebreide maatregelencatalogus met inrichtings- en beheertips te vinden.
34
Voor het voetlicht
De grote afrekening Eric van der Bilt*
Natuur en landschap
de (Drentse) politiek
Het regeerakkoord van het nieuwe kabinet betekent een abrupt einde van het natuurbeleid, zoals dat de afgelopen decennia tamelijk succesvol is vormgegeven. De verontwaardiging in de sector is groot. Ook Het Drentse Landschap is geschokt over wat er aan bezuinigingen op ons afkomt. We zetten ons al 40 jaar op een betrouwbare manier in om het natuurbeleid van het Rijk vorm te geven: beter natuurbeheer, grotere reservaten, mooiere landschappen, het remmen van het verlies aan biodiversiteit, meer recreatiemogelijkheden en het vormgeven van een op klimaatverandering gericht waterbeheer. Een stevig maar noodzakelijk beleid in een land waar sinds 1700 nog maar ca. 15% van zijn natuurlijke rijkdom aan soorten dieren en planten resteert. Hoe is het mogelijk dat dit beleid nu abrupt en zonder valide inhoudelijke argumenten afgebroken wordt? En dat terwijl de affiniteit van een groot deel van de bevolking met natuur en landschap onverminderd groot is. Waarom hebben de natuurorganisaties de nieuwe regering niet kunnen overtuigen van de waarde van 35 jaar overheidsbeleid? Juist nu het steeds duidelijker wordt dat er voor onze planeet keiharde grenzen aan de groei zijn, komt het irrationeel over dat de regering niet inziet dat natuur en landschap essentiële waarden zijn voor onze samenleving. Geen ministerie meer Wat allereerst opvalt is dat het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) is opgeheven. Dit ministerie gaat deel uitmaken van het ministerie van Economie, Landbouw en Innovatie (ELI). Te vrezen valt dat het belang van de natuur hierdoor volkomen gemarginaliseerd gaat worden. De totale bezuiniging op natuur en leefomgeving bedraagt maar liefst 390 miljoen euro. Percentueel een ongehoorde 38% van het totale budget voor natuur en landschap. Dat is geen bezuiniging, maar een kille sanering. Helemaal als we denken dat niet eens 0,2% van ons nationaal inkomen wordt besteed aan de natuur. Door de maatregel zullen natuurambities sterk krimpen of geheel verschrompelen. De Provincies krijgen de verantwoordelijkheid voor Ruimtelijke Ordening, Economie en Natuur wat op zichzelf een goede zaak is. De verantwoordelijkheid voor de realisatie van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), het samenhangende netwerk van natuurgebieden, wordt overgedragen onder meer via het ILG (Investeringsprogramma Landelijk Gebied). Maar wel met een bezuiniging van 25%.
Natuur De EHS zal na 2018 herijkt worden gerealiseerd. Duidelijker gezegd: de EHS zal veel kleiner worden gemaakt; als deze überhaupt nog gerealiseerd wordt. De Robuuste Verbindingen worden per direct geschrapt wat het hele concept van de EHS onderuit haalt. Want een netwerk zonder verbindingen is geen netwerk meer en kan ook niet meer als klimaatbuffer functioneren. In Drenthe heeft de Provincie na 3 jaar hard werken net de verbinding tussen de Sallandse Heuvelrug en het Drents Plateau qua plan vastgelegd. Dit lijkt nu in de ijskast te belanden. Net als het waterbeheerplan voor het Dwingelderveld. Wat voor effect het besluit op het Hunzeproject zal uitoefenen is volstrekt onbekend. Uit de eerste brief van staatssecretaris Bleker aan de Provincies blijkt de inzet van het Rijk om zich per direct ook aan alle lopende verplichtingen aangaande gebiedsontwikkeling te onttrekken. Een houding die gezien de Bestuursovereenkomst ILG die tot 2013 loopt, moeilijk anders dan als onbehoorlijk bestuur valt aan te merken. Het is bovendien een ongehoorde kapitaalvernietiging gezien de grote langjarige investeringen die talloze partners in gebiedsontwikkelingsprocessen hebben geïnvesteerd. Verwerving versus beheer Verwerving zal goeddeels beëindigd worden en de nadruk zal maximaal op beheer komen te liggen. Bij voorkeur door boeren en particulieren. Een politieke keuze die nooit gebaseerd kan zijn op de weinig hoopgevende resultaten van deze vorm van beheren. Opnieuw ontbreekt de ratio van dit besluit. Vanaf nu kunnen er dus geen grote goed gebufferde natuurgebieden meer ontstaan. Een onbegrijpelijk besluit omdat het natuurbeleid juist op dat punt succesvol is en ervoor zorgt dat het verlies aan planten en dieren nog een beetje tot stilstand komt. In Europa wordt onze aanpak zelfs erg geprezen. Een andere niet te begrijpen maatregel is de gedwongen verkoop van Staatsbosbeheer van 15.000 ha natuur. Het gaat hier om gebieden die buiten de EHS liggen. Het lijkt het begin van de ontmanteling van een organisatie die voor het natuurbehoud in Nederland van grote waarde is. Tenslotte lijkt het er op dat er ook flink gesnoeid gaat worden in de beheervergoedingen die we als terreinbeherende organisaties ontvangen. Dat maakt zelfs een goed beheer van onze natuurgebieden onmogelijk.
N atuurbeleid
Voor het voetlicht
35
Andere ingrepen De ingrepen van het Rijk blijven niet alleen beperkt tot alleen natuurverwerving en beheer. Ook wordt er tot 2027 circa € 570 miljoen op de Kaderrichtlijn Water (KRW) bezuinigd. Uitvoerders van de KRW zijn de waterschappen en ook zij moeten fors inleveren. Het is zeer de vraag of zij de nodige investeringen in waterberging, verbetering waterkwaliteit en de realisatie van klimaatbuffers nog wel kunnen doen. Het vreemde is dat hierover afspraken zijn gemaakt met de Europese Unie (EU) maar ook die lijkt het Rijk aan zijn laars te lappen… De regering heeft het voornemen om agrariërs voor bovenwettelijke taken en maatschappelijk belang te belonen, denk aan groen-blauwe diensten. Het Drentse Landschap onderschrijft dit streven, maar vindt dat daarvoor middelen via het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid van de EU vrijgemaakt moeten worden. Geen eenvoudige opgave omdat de regering tegelijk 1 miljard euro minder aan de EU wil afdragen. Mochten de vergoedingen via de EU worden betaald, dan zullen er veel minder middelen voor plattelandsbeleid beschikbaar zijn. Stilstand Samenvattend kan niet anders geconcludeerd worden dan dat deze regering het natuur- en landschapsbeleid om puur politieke redenen financieel en bestuurlijk uitkleedt. Voor Drenthe betekent dit de volledige stilstand van elke vorm van plattelandsontwikkeling met grote nadelen voor het verbeteren van de bedrijfsstructuur voor de landbouw, kavelruil en bedrijfsverplaatsing, het realiseren van waterberging, recreatiemogelijkheden en de natuur. Het Rijk kent vele gezichten. Nooit tevoren echter heeft een regering met zoveel rancune de groene sector het werken onmogelijk gemaakt als nu het geval is. Voor de natuur is dit waarlijk een roofbouwkabinet. Terwijl de noodzaak groter is dan ooit om ons ten bate van een duurzame samenleving in te spannen voor het behoud van ons woon- en leefklimaat, de biodiversiteit, het milieu en het via de realisatie van de EHS zoeken naar oplossingen voor klimaatverandering. Stichting Het Drentse Landschap voelt zich verantwoordelijk voor een leefbare provincie en zal zich blijven inzetten om haar maatschappelijke taken te blijven uitvoeren. Meer dan ooit is duidelijk geworden dat we dit alleen maar kunnen doen met de steun van de mensen in de straat, van onze begunstigers, vrijwilligers, bedrijven en fondsen. Alleen door een gezamenlijke inspanning en met steun van de Provincie kunnen we het tij enigszins ten goede keren...
Eric van der Bilt Directeur Stichting Het Drentse Landschap
De mogelijke gevolgen voor Drenthe • Per direct kunnen er geen nieuwe gronden meer worden aangekocht. • De gronden voor natuur die reeds zijn aangekocht door Bureau Beheer Landbouwgronden worden niet meer doorgeleverd aan natuurorganisaties als Het Drentse Landschap. • Er worden geen nieuwe inrichtingsplannen meer gemaakt, bijvoorbeeld ook niet meer voor het Hunzegebied. • Het plan voor het Dwingelderveld, maar ook de plannen voor het Achterste Diep en Tusschenwater in het Hunzedal worden niet meer uitgevoerd. • Alle activiteiten voor het instellen van Robuuste Verbindingszones zijn gestopt. • Alle kavelruilprocessen en bedrijfsverplaatsingen van landbouwers zijn gestaakt.
bij het oud
u
36
Cultuurhistorie
Drie Drentse schansen Hans van Westing en Reinder Reinders*
Tot ver in de 19e eeuw waren de hooggelegen zandgronden van Drenthe omgeven door slecht toegankelijke veengebieden die een belangrijke rol hebben gespeeld bij de verdediging van het gebied. De vestingen Groningen, Coevorden en Steenwijk beschermden de belangrijkste verbindingsroutes. Op plaatsen waar een weg door een veengebied liep, over een dijk of zandrug, legde men schansen aan om de passage te controleren. Vele schansen zijn verdwenen, maar de Zwartendijksterschans, Emmerschans en Katshaarschans bleven bewaard en kwamen in 2009 in beheer van Stichting Het
1
foto: TOPFOTO
Drentse Landschap toen de Stichting Oud-Drenthe haar eigendommen overdroeg.
Cultuurhistorie
Emlichheim via Schoonebeek naar Dalen. De situatie ter plaatse is op de luchtfoto goed te zien. Het vestingwerk bestond uit een vierkante redoute met een aarden wal van 50 x 50 m, omgeven door een gracht. Ten zuidoosten van de redoute lag een vooruitgeschoven vestingwerk (retranchement), bestaande uit twee vooruitstekende tenailles en een tussengelegen wal met een gracht aan de
1. Zwartendijksterschans
Op de overgang tussen de veengebieden van Smilde en Nienoord is in 1593 de Zwartendijksterschans aangelegd. De schans lag langs een weg over een zandrug door het moeras: een belangrijke verbinding tussen Drenthe en Friesland. Later zijn de veengebieden ontwaterd en verloor de schans zijn betekenis. Zoals we op de foto kunnen zien, is de Zwartendijksterschans een klein verdedigingswerk met wallen van aarde, omgeven door een natte gracht. De schans heeft de vorm van een regelmatige vierhoek met op de hoekpunten bastions voor de opstelling van geschut. De afstand tussen de punten van de bastions bedraagt ongeveer 110 m. In roerige tijden bivakkeerden er soldaten. Bij de aanleg vonden enige schermutselingen plaats tussen Nederlandse en Spaanse eenheden waarbij een Nederlandse hopman sneuvelde. Ook in 1672, bij de inval van Bernard van Galen (beter bekend als Bommen Berend) in OostNederland, heeft men de schans nog in staat van verdediging gebracht. Bij de restauratie is de brug over de gracht herbouwd. Deze geeft toegang tot het binnenplein van waaruit men via een oprit kanonnen op de bastions kon plaatsen. De Katshaarschans is in 1797 aangelegd op een langgerekte zandrug (haar), met aan weerszijden lager gelegen moerasgebied. De schans controleerde de route van
foto: TOPFOTO
2. Katshaarschans
2
buitenzijde. Via opritten in de tenailles kon men kanonnen op de walgang brengen. Vier schietgaten in de tussenliggende wal boden de mogelijkheid een naderende vijand onder vuur te nemen. Bij archeologisch onderzoek zijn fragmenten gevonden van gekloofde, aangepunte palen die dienden als palissade rond het retranchement.
37
38
Cultuurhistorie
3. Emmerschans
Op de foto zien we de Emmerschans liggen aan de rand van de Hondsrug, op de grens van zand en veen, met op de achtergrond een nieuwbouwwijk van Emmen. De schans dateert in de huidige staat uit 1799/1800. Het is een eenvoudig, rechthoekig verdedigingswerk, een redoute, van 60 x 45 m. De hoeken van de redoute zijn afgeschuind en voorzien van opritten om de kanonnen naar de walgang te brengen. De schans controleerde de route over de Emmerdijk tussen Emmen en Roswinkel.Veel passages door veenge-
bieden waren niet het hele jaar toegankelijk: ‘Emmerdyck Somers passabel’ staat op een kaart te lezen. Ten oosten van de Emmerschans, op de voorgrond, loopt het terrein sterk af. Hoewel het veen is afgegraven, is de vroegere situatie vanaf het vestingwerk goed voorstelbaar omdat het voorterrein als natuurgebied bewaard is gebleven. De Emmerdijk liep om de redoute heen het veen in, ongeveer zoals het huidige pad loopt.Via schietgaten aan de oostzijde kon men vanuit de redoute de dijk onder vuur nemen.
Ten slotte…
In de periode 1950-1960 heeft Van Giffen in de drie schansen archeologisch onderzoek verricht. Op basis daarvan zijn ze gerestaureerd: de grachten zijn uitgediept en de wallen zijn onder profiel gebracht. De historische en archeologische gegevens over de verdedigingswerken zijn de afgelopen jaren bestudeerd door Hans van Westing. Het is de bedoeling de resultaten in boekvorm te publiceren als een bijdrage aan de ontsluiting van dit bijzondere cultureel erfgoed. Een artikel over de Zwartendijksterschans zal verschijnen in het decembernummer van Waardeel. Tot 2009 waren de schansen eigendom van de Stichting Oud-Drenthe. Ze zijn in dat jaar overgedragen aan de Stichting Het Drentse Landschap, die garant staat voor behoud en beheer. Schansen vragen om geregeld onderhoud. Een punt van zorg is de opslag van struiken en bomen omdat daardoor het karakter als verdedigingswerk wordt verstoord. Het ligt in de bedoeling het achterstallige onderhoud van de drie schansen in 2011 op te pakken. De schansen zijn toegankelijk voor publiek en het is mogelijk op de terreinen een wandeling te maken.
3
foto: TOPFOTO
* H. van Westing en R. Reinders zijn archeoloog. De heer Reinders zit in de Raad van Advies van Het Drentse Landschap.
Aankopen
39
Melle Buruma*
Waarvan akte...
De eerste 9 maanden van het jaar 2010 hebben slechts een zeer beperkt aantal aankopen opgeleverd. Het ging daarbij hoofdzakelijk om kleine bosperceeltjes en nauwelijks om de aankoop van cultuurgrond ten behoeve van nieuwe natuur. Tussen het ministerie van LNV en de Provincie Drenthe zijn indertijd afspraken gemaakt over de realisatie van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) over een periode tot en met 2013. Hiervoor zijn door het Rijk middelen beschikbaar gesteld. De voortvarende wijze waarop in Drenthe gronden ten behoeve van de natuur worden aangekocht, betekent dat de beschikbare middelen tot en met 2013 nu al bijna uitgeput zijn. In de laatste maanden van 2010 wordt ingezet op heel gerichte aankopen op basis van het resterende budget. Gelijktijdig heeft het nieuwe regeerakkoord zijn schaduw vooruitgeworpen; grondverwerving ten behoeve van nieuwe natuur lijkt tot stilstand te komen. Argumenten die het grote belang van de Ecologische Hoofdstructuur voor de biodiversiteit onderstrepen, blijken geen enkele rol te spelen. Juist in Drenthe is de afgelopen jaren duidelijk geworden dat het natuurbeleid niet meer uitsluitend sectorbeleid is. In gebiedsprocessen komen plannen tot ontwikkeling voor waterdoelen zoals waterberging en krijgen nieuwe natuurgebieden een belangrijke betekenis voor de leefbaarheid en de recreatie. Nu de Ecologische Hoofdstructuur in Drenthe voor grote delen is gerealiseerd, is het ook niet in het belang van landbouwers om een inkomen te moeten verwerven op landbouwenclaves binnen een gebied met een natuurfunctie. Juist de afgelopen jaren is veel bereikt met kavelruil door grondeigenaren, in goede samenwerking, alternatieven en verbeteringsperspectieven te bieden. De aankoop in de Mandelanden bij Westdorp is hierbij heel illustratief. Vele jaren zijn er inmiddels besteed aan dit gebiedsproces met als doel hier een nat natuurgebied van meer dan 100 hectare te realiseren dat een belangrijke waterbergingsfunctie krijgt voor het dorp Borger. Uitvoering met aanpassing van de waterhuishouding is, zoals altijd, echter pas mogelijk wanneer de laatste hectare is verworven. Voor dit gebied is dit nu gelukt door de aankoop van de laatste 2,22.45 ha. Het regeerakkoord lijkt echter geen enkel oog te hebben voor belang en de successen van dit beleid, met als doemscenario dat dit soort processen tot stilstand komen.
Belangrijke aankopen
* Ing. M.H. Buruma is rentmeester van Stichting Het Drentse Landschap.
foto: Joop van de Merbel
• Hunzedal 0,05.90 ha. grasland nabij Spijkerboor 2,22.45 ha. bouwland nabij Westdorp 2,52.60 ha. bos bij Gieten Verkoop van 7,16.25 ha. ruilgrond nabij Annen t.b.v. een kavelruil. • Orvelte 1,47.60 ha. bos • Esbosjes Zuidwolde 0,45.61 ha. bos • Drouwenerzand 0,08.35 ha. bos
40
Berichten
2-Hunzedal
Kortweg
foto: Edo van Uchelen
Zomertaling
1-Scharreveld De respons op het afgraven van de bouwvoor heeft in de loop van de jaren geweldige resultaten opgeleverd. De meeste zaden komen uit de van oorsprong aanwezige heidevegetaties, maar er zijn ook nieuwkomers. In het noordelijke natuurontwikkelingsgebied, ingericht in 1998, hebben zich duizenden Klokjesgentianen en Kleine zonnedauw gevestigd. Bruine en Witte snavelbies nemen toe. Ook Heidekartelblad is met enkele exemplaren teruggekeerd in het terrein. Nieuwkomers zoals Moeraswolfsklauw en Geelgroene zegge breiden zich gestaag uit.Verder is de eerste Koningsvaren voor het gebied gevonden. Dit jaar werd een groeiplaats van enkele
vierkante meters met Draadrus naast de grote plas gevonden. Uit oude bronnen bleek deze ijle en wat onopvallende rus ook in de veertiger jaren in het gebied te zijn waargenomen. Er staat hierover een notitie op oude topografische kaarten van wijlen professor Barkman. Het Scharreveld-Zuid is later ingericht, tussen 2003 en 2006. In de periodiek droogvallende zandige en lemige laagtes bloeit de ragfijne Naaldwaterbies in vegetatiebepalende matten. Deze soort groeide voor de inrichting in de diepe waterschapsleiding die het gebied doorsneed. Pilvaren, een pionier gebonden aan hetzelfde milieu, breidt zich van de ene plek naar de andere uit. Je kunt zien dat het een varentje is
omdat de jonge biesvormige blaadjes zijn opgerold als de veer van een horloge. Beide soorten worden vaak vergezeld door Waterpostelein. Met name vogels die gebonden zijn aan water komen de laatste jaren steevast in het gebied voor. Denk hierbij aan Watersnip, Slobeend en Zomertaling. Door de uitgestrektheid van het Scharreveld is het gebied uitermate geschikt voor grote aantallen Veldleeuweriken en Graspiepers.
Inmiddels is de Klimaatbuffer Torenveen volop in uitvoering. Op 2 september werd het Hunzedal bezocht door de directeur Ruimte van VROM. Samenwerking gebaseerd op het realiseren van de Klimaatbuffer door natuurontwikkeling in beekdalen leek zeer voor de hand te liggen. Ware het niet dat de nieuwe regering niet alleen een streep door de Robuuste Verbindingszone’s heeft gezet, waartoe ook de Hunze behoort, maar zelfs het hele Ministerie van VROM heeft opgeheven. Het kan verkeren. De Hunze bevalt de Bevers kennelijk goed. Op één plek langs de Hunze werden drie jongen geboren. Alle langs de Hunze uitgezette Bevers lijken nog steeds aanwezig te zijn langs de beek. Eén Bever, waarschijnlijk zelfs een paartje, heeft het Zuidlaardermeer ondertussen achter zich gelaten en heeft zich ook langs de Hunze gevestigd. In september werd een burcht in aanbouw aangetroffen bij het Annermoeras. De Bever die in januari gesignaleerd werd langs het Paterswoldse meer is in de loop van het voorjaar verhuisd naar de benedenloop van de Drentse Aa. Hier zijn gedurende de zomer meerdere zichtwaarnemingen en vondsten van sporen gedaan. Er zijn ondertussen aanwijzingen dat een tweede Bever vanuit het Zuidlaardermeergebied richting Drentse Aa is getrokken. Dit dier was dit najaar bezig met een uitgebreide verkenningstocht langs de Drentse Aa. Knaagsporen werden aangetroffen nabij Assen, Deurze en Amen.
Berichten
3-Takkenhoogte-Meeuwenveen In het natuurontwikkelingsgebied Takkenhoogte is afgelopen zomer een forse groeiplaats van de Grote wolfsklauw gevonden. Naast een koeienpaadje tussen de Struikhei vond onze vrijwilliger Hans Dekker één plant met uitlopers van enkele meters. Gezien het formaat staat de soort al enkele jaren in dit terrein. De plant had dit jaar nog geen sporenaren. Verder breiden Bruine snavelbies, Kleine zonnedauw en Moeraswolfsklauw zich gestaag uit. Het gaat om ongekend grote aantallen planten. In het Meeuwenveen is de groeiplaats met Witte snavelbies aanzienlijk toegenomen. Radbout Echten de vogelaar die het gebied in 2010 inventariseerde heeft een aantal bijzonderheden vastgesteld: Blauwborst, Grauwe klauwier
en 11 paartjes Roodborsttapuiten. 49 Paar Oeverzwaluwen hebben genesteld in de oeverzwaluwwand. In het gebied zijn ook Raven met jongen gesignaleerd; waar deze gebroed hebben is niet duidelijk. In het kader van de Landinrichting Zuidwolde zal het graslandje tussen Takkenhoogte en het Meeuwenveen worden aangepakt. De potenties van dit stukje zijn gezien de resultaten in het aanliggende terrein heel groot.Veel bijzondere soorten wisten zich in forse aantallen te vestigen en te handhaven. Naast herstel van reliëf zal een gedeelte van de bouwvoor worden afgegraven.
4-Landgoed Vledderhof Enkele jaren geleden is er voor enkele kletsnatte graslandjes, ontstaan uit dichtgeschoven vennen, besloten om het maaibeheer te beëindigen. Het maaibeheer leverde niet het gewenste bloemrijke resultaat, terwijl er wel aardige kansen voor veenvorming in het verschiet lagen. Ook werd er een afwaterende sloot afgedempt. Ondertussen is er inderdaad een fraaie veenvorming met een stevige veenmosontwikkeling op gang gekomen. Behalve
2
veenvorming leverde de keuze ook veel meer waarnemingen van Ringslangen en Hazelwormen op.Van beide soorten werden afgelopen zomer ook veel jongen gezien op de niet meer gemaaide percelen. Bovendien werden er voor het eerst ook Levendbarende hagedissen waaronder enkele pasgeboren exemplaren aangetroffen.
ASSEN
2 5 4
1 6
Grauwe klauwier
41
EMMEN
5-Doldersummerveld
HOOGEVEEN MEPPEL
De Grote wolfsklauw is in 2010 ook hier waargenomen in een struikheivegetatie aan de rand van de Beenbreeklaagte. Dit betreft geen groot exemplaar, maar wel met uitlopers naar verschillende kanten. In 2007 werd 100 meter verderop een heel jonge plant gevonden, deze was later verdwenen. Een aantal broedvogels hebben het dit jaar goed gedaan. Op 4 verschillende locaties zijn zingende Nachtzwaluwen gehoord.Verder zijn broedgevallen vastgesteld van 6 Tapuiten en 3 Paapjes en ontbrak de Grauwe klauwier ook dit jaar niet. foto: Johan Vos
3
42
Berichten
Hengel
6- Landgoed Rheebruggen Rheebruggen herbergde dit jaar bijzondere roofvogels. Zowel de Wespendief als de Boomvalk hebben er genesteld. Kerkuilen waren jaarrond aanwezig maar zijn niet tot broeden gekomen. De Bosuil heeft zich inmiddels als een vaste bewoner gevestigd. In 2010 met 2 paar. Mogelijk veroorzaakt door het mooie en warme weer hebben een tweetal paartjes Boerenzwaluwen 3 maal achter elkaar met succes een nest jongen weten groot te brengen. Andere speciale broedvogels waren Grauwe
klauwier met 4 paar, 1 Paapje en zelfs 19 paar Roodborsttapuiten. Het aantal Gekraagde roodstaarten nam van 1 paar in 2009 toe naar 7 paar in 2010. Ook elders in Nederland deed deze soort het opmerkelijk goed. In 2007 werd in de wegbermen van het landgoed voor het eerst weer een exemplaar Hengel aangetroffen. Nu, 3 jaar later, komt de soort in behoorlijke aantallen op 4 locaties voor. Mogelijk heeft de hervestiging te maken met de geleidelijke afname van de stikstofdepositie.
foto: Geert de Vries
Diversen Cultuurprijs voor Albert Rademaker ‘Onze’ huisvormgever Albert Rademaker heeft de Culturele Prijs van Drenthe ontvangen. Hij kreeg deze grootste onderscheiding van Drenthe op het gebied van kunst en cultuur voor zijn inmiddels veertig jaar omvattende oeuvre. De juryvoorzitter, Bert Naarding, legde tijdens de uitreiking van de prijs op 8 november uit dat Rademaker de prijs ontvangt vanwege ‘zijn creatieve visie, zijn tomeloze energie, zijn liefde voor mensen, het Drentse landschap en zijn enthousiasmerend vermogen’. Een waardering die we als stichting zeer zeker kunnen onderschrijven. En uiteraard zijn we als stichting natuurlijk apetrots dat Albert Rademaker al vanaf het allereerste begin als vormgever betrokken was bij ons kwartaalblad en bij o.a. de uitgave van ons Handboek en de jubileumuitgave Have en Goed. Tijdens de uitreiking werd Het Rademaker Handschrift, een selectie uit 40 jaar werk gepresenteerd. Verkrijgbaar via de boekhandel of rechtstreeks via www.vangorcum.nl ISBN 9 789023 247524
Berichten
Schenkingen Afgelopen maanden ontving Het Drentse Landschap een aantal wel heel bijzondere schenkingen. Van tuincentrum GroenRijk A. de Boer in Assen ontving de stichting een gift van € 2.500,-. De reden hiervoor vormde het feit dat het bedrijf TenneT, u weet wel dat van de hoogspanningsmasten, bij werkzaamheden vele orchideeën op de grond van GroenRijk De Boer had vernield. De schadevergoeding hiervoor werd aan de stichting aangeboden. Een mooi gebaar van GroenRijk. Evenzeer bijzonder vormde een bedrag van € 100,--, ontvangen via de Landschapsveiling. Zowel Kristina John als Analisa Grigg heeft voor € 50,-- een plek voor de Grauwe klauwier gekocht. Met deze bedragen wordt een specifiek op deze vogel gericht landschapsbeheer gefinancierd. Op de website www.landschapsveiling.nl kunnen mensen elementen uit de natuur ‘kopen’. In de afgelopen jaren heeft de stichting hierdoor al meerder giften mogen ontvangen. Van een groeiend aantal begunstigers en mensen die ons werk waarderen, ontvangt de stichting incidentele en periodieke schenkingen. De afgelopen maanden betrof dat een bedrag van ongeveer € 9.000,--. Zeer hartelijke dank aan al deze vaak anonieme schenkers.
foto: Bert Hukema
Natuurcollectief biedt voordeel Stichting Het Drentse Landschap ontvangt via het Natuurcollectief van De Friesland Zorgverzekeraar jaarlijks bijdragen om projecten uit te voeren en activiteiten te organiseren. We zijn als stichting erg blij met deze samenwerking omdat we met deze steun weer veel extra’s doen voor de natuur in Drenthe. Als begunstiger van Het Drentse Landschap profiteert u ook van deze samenwerking omdat u een extra hoge korting van 8% ontvangt op de basis- en aanvullende verzekeringen. Onlangs heeft u bij een brief over de Kerstwandeling meer informatie ontvangen over het Natuurcollectief. Wilt u nog meer weten dan kunt u informatie vinden op www.defriesland.nl drentslandschap. U kunt ook bellen met de afdeling Klantcontacten, tel. (058) 291 31 31. Wanneer u informatie wilt aanvragen of u wilt aanmelden voor het Natuurcollectief, dan hebt u een collectiviteitnummer nodig. Dit is: 344201.
Veel inzendingen fotowedstrijd Hunzeloop Op zaterdag 23 oktober heeft Bert Hukema uit Zuidlaren de 1e prijs van de fotowedstrijd Hunzeloop in ontvangst genomen van de kickboxer Sem Schilt. De wedstrijd was uitgeschreven ter gelegenheid van de eerste Hunzeloop op 18 september. De prijsuitreiking vond plaats in de CBKwarenhuisgalerie op de tweede verdieping van Warenhuis Vanderveen in Assen. Sem Schilt woont in Zuidlaren en meldde tijdens de prijsuitreiking dat hij bijna dagelijks geniet van de rust en de ruimte van de Hunzevallei. Er werden in totaal 78 foto’s ingezonden. De 2e prijs werd gewonnen door Jan Dij-
kema uit Dedemsvaart en de 3e door Pouwelien Nijenhuis uit Franeker. Aan de Hunzeloop hebben circa 1600 mensen meegedaan. De organisatie is zeer tevreden over het aantal deelnemers en het verloop van het evenement. De Hunzeloop is een initiatief van Het Drentse Landschap en Het Groninger Landschap en werd dit keer georganiseerd in nauwe samenwerking met De Friesland Zorgverzekering, de KNBLO, de Zuidlaarder Ondernemers Vereniging, het Dagblad van het Noorden en de Hunzevallei. Op 15 september 2012 vindt de tweede Hunzeloop plaats.
43
Berichten
foto: Sonja van der Meer
44
Ieder kind heeft recht op natuur! Een groeiend aantal onderzoeken bevestigt wat veel mensen ook uit eigen ervaring weten: dat kinderen natuur nodig hebben voor hun welzijn, gezondheid (overgewicht), weerbaarheid en ontwikkeling (concentratievermogen, motoriek, cognitief functioneren en sociale ontwikkeling). Uit onderzoek blijkt ook, dat kindervaringen met de natuur een basis vormen voor de ontwikkeling van natuur- en milieuvriendelijk gedrag. Het is daarom mede in het belang van de natuur en de samenleving, dat kinderen opgroeien met en in de natuur. De kinderen van nu zijn immers de bestuurders, politici, ondernemers en natuurbewaarders van de toekomst. Als zij als kind de natuur leren waarderen en respecteren, dan zullen zij zich daar ook als volwassene naar gedragen. Terwijl juist nu de kloof tussen kinderen en natuur snel groeit! Het Drentse Landschap herkent zich in deze bevindingen.
Door educatieve programma’s in natuurreservaten aan te bieden probeert ze kinderen te stimuleren meer de natuur in te gaan. Op dit moment draaien er bijvoorbeeld projecten over bodem, vleermuizen en bevers. Op initiatief van het IVN is de petitie Ieder kind heeft recht op natuur! gemaakt. Hiermee wordt de Nederlandse overheid gevraagd om zich sterk te maken binnen de Verenigde Naties voor een opname van dit recht in (of binnen het raamwerk van) het wereldwijde Kinderrechtenverdrag en om nu reeds zorg te dragen voor een realisatie van het kinderrecht op natuur. Bijvoorbeeld door in steden natuurlijke omgevingen te realiseren waarin kinderen veilig kunnen spelen. Maakt u zich ook zorgen over de snel groeiende afstand tussen kinderen en de natuur? Kijk dan op www.iederkindheeftrechtopnatuur.nl en onderteken de petitie ‘Ieder kind heeft recht op natuur!’.
Nieuwe knapzakroutes Op de Knapzakroute Veenhuizen hebben veel mensen lang moeten wachten. En gelukkig niet voor niets want deze nieuwe route is zeker de moeite waard! Het voormalige gevangenisdorp was tot in de jaren tachtig alleen te bezoeken op ‘uitnodiging’ van Justitie of als je er woonde of werkte. Dat heeft als plezierig gevolg gehad dat zowel het dorp als de omgeving goed geconserveerd zijn gebleven.Vandaag de dag nodigt Veenhuizen juist hartelijk uit voor een wandeling door dit dorp met zijn boeiende geschiedenis en prachtige omgeving. De Knapzakroute Veenhuizen voert u door het opvallend ‘keurige’ kolonielandschap langs de Drents-Friese grens. U krijgt een deel van Veenhuizen te zien waar tot voor kort niemand mocht komen, namelijk de oude bossen tussen de Kolonievaart en het Fochtelooërveen. Onderweg lijken de huizen en gebouwen in het dorp
zelf ook hun verhaal te willen vertellen. In de Knapzakroute leest u van alles over de architectuur van deze gebouwen en vertelt een voormalige bewaker over het leven en werken in dit bijzondere dorp. Gelijk met deze route verschenen ook de Knapzakroutes Balloo-Rolde, Deurze en Hooghalen. Drie zeer gevarieerde routes die zeker de moeite waard zijn. Wilt u meer weten over deze en andere Knapzakroutes, kijk dan op www.knapzakroutes.nl Knapzakroutes kosten € 5,25 en zijn o.a. te verkrijgen bij TIP-kantoren of bij de boekhandel. U kunt ze ook bestellen via www.inboekvorm.nl (portokosten € 3,18). Knapzakroute K 37 Veenhuizen ISBN 9789077989 432 Knapzakroute K 38 Balloo-Rolde ISBN 9789077989 449 Knapzakroute K 39 Deurze ISBN 9789077989 456 Knapzakroute K 40 Hooghalen ISBN 9789077989 463
Berichten
Rectificatie Per abuis is in het Kwartaalblad 67 bij de wandelroute Schoonebeek een afbeelding van de Emmerschans geplaatst i.p.v. de Katshaarschans. Hiervoor onze excuses.
Foto-impressie Oude Kene Deze zomer werden tijdens een workshop van beeldend kunstenaar Gerco de Ruijter, die vooral bekend is geworden door het vastleggen van landschappen, op een heel bijzondere wijze foto’s gemaakt van het natuurgebied Oude Kene. Zijn manier van werken is een zeer ongebruikelijke; hangend aan een vlieger maakt zijn camera foto’s vanaf een hoogte van 20 tot 100 meter. De resultaten zijn heel bijzonder, ze laten het landschap zien vanuit vogelperspectief. Op de geplande dag in augustus 2010 bleek het vrijwel windstil te zijn. Een vlieger oplaten was onmogelijk, zeker met het gewicht van een camera eronder. Gerco de Ruijter had echter een alternatief in de vorm van een met helium gevulde grote ballon. Zo kon de camera dan toch de lucht in. Alle fotografen hebben een deel van de wandelroute door Oude Kene afgelegd. Het hele gebied is op die manier prachtig en zeer verrassend in beeld gebracht. De workshop maakte deel uit van het kunstproject Aandacht Voor Oude Kene, een initiatief van beeldend kunstenaar Ine van den Heuvel. foto: Ingrid de Roode en Ine van den Heuvel
Verrekijkers Gasunie N.V. Nederlandse Gasunie heeft aan de twaalf provinciale Landschappen in Nederland 420 verrekijkers geschonken voor de bezoekerscentra. Elk Landschap kreeg 35 exemplaren. Gasunie legt momenteel zo’n 500 kilometer aardgastransportleiding aan door heel Nederland. Op 1 oktober 2010 is de eerste 275 kilometer in gebruik genomen. Dat leek Gasunie een mooie aanleiding voor deze gift aan alle Landschappen. Immers niet alleen de provinciale Landschappen herstellen het Nederlandse landschap in oorspronkelijke staat, ook Gasunie doet dit na de aanleg van een leiding. Want ongeveer een jaar na de werkzaamheden herinneren alleen gele markeringspaaltjes aan de aanwezigheid van een gastransportleiding in de ondergrond. Het Drentse Landschap gaat de kijkers gebruiken voor educatieve doeleinden. Ze zullen worden gebruikt bij natuurspeurtochten met schoolkinderen, vogelexcursies in geheel Drenthe en bij de vogelkijkhut Diependal.
45
Berichten
46
Kunst Kado in Lemferinge Wilt u dit jaar iemand een heel bijzonder cadeau geven voor Sinterklaas of Kerst? Bezoek dan de verkoopexpositie Kunst Kado, die van 26 november t/m 19 december plaatsvindt in galerie Lemferinge in Paterswolde. Tien kunstenaars op het gebied van de beeldende en
foto: TOPFOTO
Landgoed Lemferdinge
de toegepaste kunst tonen daar werk. De galerie is geopend op vrijdag, zaterdag en zondag van 12.00 tot 17.00 uur en is te vinden in de Lemeferdingelaan 2, 9765 AR Paterswolde. Nieuwe Wildernis Natuurfilosoof Matthijs Schouten heeft op 19 oktober jl. een
colloquium gehouden voor leden van de vereniging Nieuwe Wildernis en andere ge誰nteresseerden. De bijeenkomst werd gehouden in de Hof van Saksen die de bijeenkomst ook financieel mogelijk maakte. Doel van de bijeenkomst was o.a. om na te gaan hoe onze grondhouding van invloed is
op hoe we met natuur omgaan. Hierbij werd uiteraard ook ingegaan op de beleidsvoornemens van het kabinet Rutte om geen geld meer uit te trekken voor de Ecologische Hoofdstructuur en natuurontwikkelingsprojecten. Meer informatie over de Nieuwe Wildernis staat op: wildernis.nu.
47
Lammetjesdagen gaan weer niet door Ook in 2011 gaan de altijd succesvolle lammetjesdagen van Het Drentse Landschap niet door. Het gaat concreet om de schaapskooien Hijkerveld (Hijken) en Huenderhoeve (Doldersum). De reden is dat er op dit moment in Nederland onvoldoende vaccins beschikbaar zijn tegen de Q-koorts en dat daarom de schapen van onze kudden niet ingeënt zijn. Hoewel er bij de schaapskooien in Drenthe nog geen gevallen van Q-koorts geconstateerd zijn, wil Het Drentse Landschap toch geen risico van besmetting bij de bezoekers van de kooien nemen.
Nieuw in Nederland: tropische natuur! Koraalriffen, mangrovebossen en nevelwouden: op 10 oktober jl. werd Nederland een hele rij bijzondere ecosystemen met zo’n 10.000 tot 15.000 soorten rijker! Als gevolg van de staatkundige hervorming van het Koninkrijk kwam het land de Nederlandse Antillen te vervallen en kwamen de Caribische eilanden Bonaire, St. Eustatius en Saba als bijzondere gemeenten bij Nederland. Curaçao en St.Maarten gaan net als Aruba verder als zelfstandige landen binnen het Koninkrijk. Deze enorme uitbreiding van de Nederlandse natuur, nota bene midden in het internationale jaar van de biodiversiteit, is natuurlijk prachtig, maar schept ook belangrijke verantwoordelijkheden. De bescherming van deze unieke natuur staat al jaren onder druk vanwege gebrek aan geld, wettelijke instrumenten en het ontbreken van ruimtelijke ordening of natuurbeleid op de eilanden. Via onze koepelorganisatie De12Landschappen steunt Het Drentse Landschap de collega’s van de Dutch Caribbean Nature Alliance (DCNA) in hun moeilijke taak. Want het behoud van deze prachtige tropische natuur is iets wat ook ons aangaat! Meer weten over de unieke natuur in Caribisch Nederland? Zie www.dcna.nl
Knaagsporen van een bever
foto: Hanna Schipper
Begunstigersavond druk bezocht Op 10 november hebben zo’n 140 begunstigers de begunstigersavond van Het Drentse Landschap in Exloo bezocht. Het thema was De Hunze. Sprekers waren op deze avond directeur Eric van der Bilt, Geert de Vries (oud bestuurslid) en Peter Bennema (LOFAR). Naast de verhalen werd er ook gretig gebruik gemaakt van de mogelijkheid om vragen te stellen. In het najaar van 2011 wordt opnieuw een begunstigersavond georganiseerd met als thema ‘Paarse pracht, 30 jaar heidebeheer werpt haar vruchten af’. In de komende kwartaalbladen zult u hier meer over lezen.
Drents Archief gaat verbouwen De voorbereidingen voor de verbouw van het Drents Archief zijn in volle gang. Om bezoekers een nieuwe belevenis in het archiefgebouw te bieden, zal het monumentale pand van binnen een fikse metamorfose ondergaan. Architectenbureau Zecc, gespecialiseerd in de herbestemming van oude gebouwen, maakte een ontwerp waarbij de nieuwe doelstellingen van het archief goed ingepast zijn in de historie van het gebouw. Lichte kleuren en transparante ruimtes laten het interieur uit 1901 goed tot z’n recht komen. Er komt een nieuwe entree aan het Museumlaantje. Samen met Het Drentse Landschap en de Gemeente wordt bekeken of de binnentuinen geschikt gemaakt kunnen worden voor gezamenlijk gebruik. De vleugel uit 1980 wordt ingericht als studio met een tribune die plaats biedt aan 48 personen. Individuele bezoekers lopen door naar het monumentale pand waar ze het Drentse verleden kunnen ontdekken en beleven. Bijvoorbeeld door het inzoomen op oude kaarten van Drenthe op een digitale kaartentafel. Er zijn ook loungebanken
en werktafels waar gezocht kan worden naar oude foto’s, films en andere informatie over de eigen woonplaats of interessegebied. Het achterste deel van de zaal is ingeruimd voor onderzoek in originele archiefstukken. De bouwwerkzaamheden beginnen in augustus 2011 en zijn in het voorjaar van 2012 afgerond. Opnieuw steun van het PBCF Vanuit een tweetal fondsen op naam te weten Helena Vrucht Fonds en Röpcke – Wynia Fonds steunt het Prins Bernhard Cultuur Fonds opnieuw bij de realisatie van een natuurontwikkelingsproject in de Hunze. Met maar liefst € 66.000,-- wordt het project Zoersche Landen gesubsidieerd. Een reconstructie van een bovenloop van het Achterste Diep met als inzet om de beverbiotoop ter plaatse te verbeteren. Hiervoor hartelijk dank.
Deze uitgave werd mede mogelijk gemaakt dankzij een financiële bijdrage van:
• Nationale Postcode Loterij Amsterdam (0900) 300 15 00 Ma. t/m vr. 09.00 - 21.00 uur Loterij voor mens en natuur • VSBfonds Groningen - www.vsbfonds.nl Zet zich in voor de kwaliteit van de Nederlandse samenleving • PBCF Amsterdam - www.prinsbernhardcultuurfonds.nl Voor cultuur en natuurbehoud in Nederland • JMFonds Groningen - www.jmfonds.nl Levert bijdragen aan maatschappelijke ontwikkelingen • Aannemingsbedrijf VEDDER BV Eext (0592) 26 26 20 Grond-, weg- en waterbouw • Bouwbedrijf H. Poortman Veeningen (Zuidwolde Dr.) (0528) 39 14 82 Restauratie-nieuwbouw-onderhoud-verbouw • GRONTMIJ DRENTHE Assen (0592) 33 88 99 Advies- en ingenieursbureau • ORANJEWOUD BV - HEERENVEEN Heerenveen (0513) 63 45 67 Ingenieursbureau • Attero Wijster (088) 550 10 00 Energiek met milieu – Terugwinning grondstoffen en productie duurzame energie uit afvalstromen. • NAM B.V. Assen (0592) 36 20 74 Aardoliemaatschappij • Havesathe ‘de Havixhorst’ De Wijk (0522) 44 14 87 Hotel - Restaurant • NV Waterleidingmaatschappij ‘Drenthe’ Assen (0592) 85 45 00 Als je de kraan opendraait... • Buro Hollema Rolde (0592) 24 13 13 Tuin- en landschapsarchitekten BNT • ARCADIS Assen (0592) 39 21 11 Advies- en ingenieursbureau (inrichting, infrastructuur, milieu en ecologie) • Quercus Boomverzorging en Advisering Gasselte (0592) 26 11 71 Uw bomen, onze zorg • N.V. Waterbedrijf GRONINGEN Groningen (050) 368 86 88 Wees wijs met water • KONINKLIJKE VAN GORCUM BV Assen (0592) 37 95 55 Uitgeverij/grafisch bedrijf • BORK SLOOPWERKEN B.V. Stuifzand (0528) 33 12 25 Sloopwerken, asbestsanering en puinrecycling • DE ROO DRENTE BV Stadskanaal (0599) 61 28 52 Cultuurtechniek en groenvoorzieningen
• HARWIG Installatiegroep Emmen (0591) 65 67 69 Almere (036) 530 22 72 Groningen (050) 597 39 59 Uw installatie in goede handen! • BARSINGERHORN CONSULTANCY Delfzijl (0596) 61 22 66 Training en coachen van personeel en organisatieadvies • ARCHITECTEN MEPPEL Meppel (0522) 25 57 96 • Concordia bouwmaterialenhandel Meppel (0522) 25 36 31 Hout- en bouwmaterialenhandel • oosterhuis bv Nijeveen (0522) 49 16 86 Loonbedrijf - Aannemersbedrijf g.w.w. - Landschapswerk • WOONCONCEPT Meppel (0800) 61 62 Meer dan wonen • EELERWOUDE Oosterwolde (0516) 52 30 62 Natuurlijk ruimte voor groen • ASTRON/LOFAR Dwingeloo www.astron.nl www.lofar.nl • WARENHUIS VANDERVEEN (ASSEN) Assen (0592) 31 16 11 Shop-in-shop totaalwarenhuis • elton bv Roden (050) 502 11 99 Producenten van ELLEN tochtprofielen • mueller sales Assen (0592) 36 16 00 Totaalconcept in Melkkoeling • Van liere grafisch bedrijf bv Emmen (0591) 611 099 Uw partner in communicatie • VNO NCW Noord Haren (050) 534 38 44 Belangenbehartiger van het Noorden • Ensing Schilders Assen (0592) 348 080 Onderhoud- en protectiesystemen • bouwkundig teken- en adviesburo WILLEM VAN DER SALM Dwingeloo (0521) 593 638 Nieuwbouw, verbouw, renovatie, projectontwikkeling en restauratie • DE FRIESLAND ZORGVERZEKERAAR Leeuwarden (058) 291 31 31 • FIETEN & ROOS BV Hoogeveen (0528) 230 990 inbraak- en brandbeveiliging - camerasystemen pc netwerken - toegangscontrole • Bureau B+O Architecten BV Meppel (0522) 246 625 • De Bonte Wever Assen 0592 - 356 000 / www.debontewever.nl Het meest complete all-in hotel van Nederland! • Exxenta b.v. Assen (0592) 370 510 Meetbaar rendement van organisatie tot communicatie
Stichting Het Drentse Landschap zet zich in voor het behoud van de Drentse natuur en maakt zich sterk voor het in stand houden van ons culturele erfgoed. Dit doet ze door het aankopen en beheren van natuurterreinen en cultuurhistorisch waardevolle objecten. Stichting Het Drentse Landschap behartigt ook de belangen van:
• Stichting Drentse Boerderijen • Stichting Oude Drentse Kerken • Stichting drs. A.V.J. den Hartogh Fonds