Kwartaalblad maart 2006 no. 49
Scharreveld
49
Kwartaalblad van de Stichting Het Drentse Landschap Uitgave Stichting Het Drentse Landschap Bezoekadres: Kloosterstraat 5 - 9401 KD Assen Postadres: Postbus 83 - 9400 AB Assen Tel. (0592) 31 35 52 / Fax (0592) 31 80 89 e-mail: mail@drentslandschap.nl Web-site: www.drentslandschap.nl Bankrek. nr. 43.97.50.962 Redactie E.W.G. van der Bilt, J.D.D. Hofman, S.S. van der Meer, m.m.v. J.G. Schenkenberg van Mierop en B. Zoer Vormgeving Albert Rademaker BNO, Annen Grafische productie Koninklijke van Gorcum BV, Assen Omslag Scharreveld (foto Jaap de Vries)
3
Kom er even voor zitten
4
Op weg naar een groot Scharreveld
Het Drentse Landschap is een uitgave van de Stichting Het Drentse Landschap. Het geeft informatie over de terrein bezittingen en activiteiten van de Stichting. Het blad verschijnt viermaal per jaar, bij het wisselen der seizoenen en wordt gratis toegezonden aan de begunstigers van het Landschap. Begunstiger kan men worden door bijgevoegde kaart in te vullen en te verzenden. Minimale bijdrage € 17,50 per jaar. Begunstiger voor het leven € 400,– . Als u Het Drentse Landschap extra wilt steunen dan kan dat op de volgende wijze: Periodieke gift In plaats van of naast uw begunstigersbijdrage. Dit is een voor de inkomstenbelasting volledig aftrekbare periodieke bijdrage, die u voor minimaal 5 jaar met een eenvoudige notariële acte toezegt. Voor bijdragen van € 50 en hoger per jaar regelt en betaalt de stichting de acte. Het kwartaalblad wordt u gratis toegezonden om u op de hoogte te houden van Het Drentse Landschap.
— terreinbeschrijving
10
12
De Fazant - 1
— Stichting Oude Drentse Kerken Olav Reijers
Sytze Bottema
— In memoriam
16
Henk M. Luning
Hervormde kerk Bovensmilde
15
Eric van der Bilt
— fauna
ISSN 1380-3263 Overname van artikelen met bronvermelding is toegestaan. De inhoud van de bijdragen van gastschrijvers weerspiegelt niet noodzakelijk de opvattingen van de Stichting Het Drentse Landschap.
— bestuursberichten
Eric van der Bilt
Onze Kiek op Drenthe
— erfgoed
Werkgroep Boerenerven Drenthe
18
Ecologische Hoofdstructuur
19
Knapzakroutes
20
WMD
21
Elper Westerveld
— wandelroute
Bertus Boivin/Eric van der Bilt
25
NPL
26
Klein Hoefblad
— flora
Joan D.D. Hofman
Andere giften Indien het totaal van uw giften in enig jaar zowel 1% van uw drempelinkomen als ook € 60 te boven gaat, is het meerdere aftrekbaar voor de inkomstenbelasting tot ten hoogste 10% van het drempelinkomen. Vanaf 1 januari 2006 is Het Drentse Landschap vrijgesteld van schenkingsrecht.
28
Lofar
29
Paaswandelingen
30
De Fazant - 2
Legaten of erfstellingen U kunt de Stichting Het Drentse Landschap ook in uw testament begunstigen. Vanaf 1 januari 2006 is Het Drentse Landschap vrijgesteld van successierecht.
32
— fauna
Arend J. van Dijk
Grafisch proeflokaal Drenthe
— cultuur
Gerrit Eerland
33
Museumweekend
34
Groene kikkers
— fauna
Geert de Vries
36
Kortweg
41
Agenda
— berichten
Bestuursberichten
3
Kom er even voor zitten . . . In dialoog met de natuur In dit eerste kwartaalblad van 2006 sta ik stil bij de aanzet tot een nieuw en bijzonder project van onze stichting: een beeldenpark bij de havezate De Havixhorst in De Wijk. De tuinen van dit unieke eigendom van Het Drentse Landschap zijn enkele jaren geleden gerestaureerd in de barokke stijl van de vermaarde Franse tuin architect Le Notre. Een stijl die in het midden van de 18e eeuw, de periode waarin De Havixhorst gebouwd werd, in zwang was bij vele Nederlandse landhuizen en kastelen.
foto: Joop van de Merbel
Le Notre placht op markante punten in door hem ontworpen tuinen beelden te plaatsen. En dat gaat nu ook gebeuren bij De Havixhorst. Een ambitieus plan, want er wordt daarbij gemikt op kwalitatief uitmuntende beelden uit de 20e eeuw. Een onderbelichte periode in de beeldhouwkunst met desondanks talloze klinkende namen: Mendes da Costa, Mari Andriessen, Nic Jonk, Bertus Sondaar en Pieter d’Hont en Eddy Roos, om maar een paar te noemen. Er staan nu nog maar 5 beelden in het beeldenpark in wording, maar dat aantal zal hopelijk in de loop der jaren, met de hulp van sponsoren en bruikleengevers vertienvoudigd worden. Misschien dat enkelen onder u zich verbazen over dit ‘uitstapje’ van een stichting die zich in hoofdzaak richt op de Drentse natuur, het Drentse landschap en het Drentse culturele erfgoed. In de ogen van de directie en het bestuur is het echter een logische stap. En daar zal de beroemde schilder Paul Klee het vast mee eens geweest zijn. Hij zei ooit: “Voor een kunstenaar blijft de dialoog met de natuur een essentiële voorwaarde. De kunstenaar is mens, is zelf natuur in de natuurlijke ruimte”. En aan die dialoog dragen we graag een stenen beeld(tje) bij.
Aleid Rensen Voorzitter Stichting Het Drentse Landschap
4
Terreinbeschrijving
Nog geen 75 jaar geleden was het Scharreveld, pal ten zuidwesten van Westerbork, een uitgestrekt nat heideveld. Alleen het omwalde Kerkestuk en de bovenloop van de Noordelijke Niklaasbeek waren vanaf 1850 als vochtig grasland ontgonnen. Dit deel is tegenwoordig nog steeds als een groene enclave in de heide ter herkennen. Vanaf jaren ‘30 van de vorige eeuw werd het heideveld voortvarend op de schop genomen. Tot er uiteindelijk 30 jaar later verspreid over een ontginningslandschap een viertal middelÂgrote heiderestanten overbleven. Het Holtherzand, het Scharreveld-Noord en Zuid en de Boekweitenplas. Het Drentse Landschap is bezig om er nu weer een groot Scharreveld van te maken.
Eric van der Bilt*
1960-1975
Verworven bestaand
1975-1985
natuurterrein
1985-1995
Verworven als landbouwgrond
1995-2005
Op weg naar een groot Stichting Het Drentse Landschap kon al in 1961 de eerste 4 ha grond bij het Scharreveld verwerven. Juist in die tijd speelde de ruilverkaveling De Broekstreek, een van de meest nietsontziende en vernietigende ruilverkavelingen die Drenthe ooit gekend heeft. Gelukkig werd besloten om de nog aanwezige heiderestanten te sparen. Wat overigens vanzelfsprekend was gezien het Kroonbesluit uit 1964 waarbij verdere ontginning van woeste gronden in Nederland werd verboden. Nog in 1966 werden er een zestal nieuwe boerderijen gebouwd langs de Kerkestukkenweg waarvan twee met kavels in de beide Scharrevelden. Nog opmerkelijker was dat in 1973, eveneens in het kader van genoemde ruilverkaveling, vele kilometers deels onderduikerde waterschapsleidingen dwars door de heiderestanten werden gelegd. De uitkomst van dit inrichtingsproces was een totaal verknipt landschap waar de belangen van landbouw en natuur vrijwel op alle punten conflicteerden. Door verdroging, vergrassing, vermesting en versnippering bleek het voor Het Drentse Landschap een bijna onmogelijke strijd om het natuurbeheer dusdanig uit te voeren dat verlies aan soortenrijkdom kon worden tegengehouden. Uit karteringen van voor en vlak na de ontginning blijkt dat door het hele gebied een rijke, voor natte heidevelden karakteristieke, flora
foto: Jaap de Vries
Scharreveld
6 Heidekartelblad
foto: Jan Winters
als wenselijk werd ervaren, namelijk de sloop van beide boerderijen om herstel van een groot en open heideveld mogelijk te maken. In 1997 werden de gronden tussen de Boekweitenplas en het Scharreveld-Noord natuurtechnisch ingericht. De bouwvoor werd eraf geschoven en de geëgaliseerde dekzandruggen werden voorzover mogelijk hersteld.
te vinden was met soorten als Valkruid, Rozenkransje, Heidekartelblad en Klokjesgentiaan. Na de ontginning konden vele soorten nauwelijks standhouden of verdwenen volledig uit het gebied, zoals Valkruid en Rozenkransje.Van het Heidekartelblad, dat ooit verspreid door het hele gebied was aan te treffen, is nog één groeiplaats over.
Door de ingezette natuurontwikkeling herstellen veel soorten in het gebied zich uitstekend. Soorten als
Terugkeer van Gentiaanblauwtje Uit monitoringonderzoek door leden van de Vlinderwerkgroep Drenthe blijkt dat natuurontwikkeling nu al succesvol uitpakt voor deze sterk bedreigde vlindersoort. Al in 1998 werd een eerste deel van het ontwikkelingsproject opgeleverd. Het betrof hier het verwijderen van de bouwvoor tussen de heiderestanten ScharreveldNoord en Boekweitenplas. Binnen twee jaar na dit werk bleken de eerste Klokjesgentianen zich al uitgezaaid te hebben in het nieuw ingerichte perceel. Afgelopen seizoen werden de eerste eitjes van het Gentiaanblauwtje al aangetroffen op deze nieuwe groeiplaats. Duidelijk is waar te nemen dat zowel de gentianen als de vlinders bezig zijn om het heidegebied-in-ontwikkeling vanaf de bestaande vliegplekken te koloniseren. Ondertussen is de vegetatie al dusdanig ontwikkeld dat ook de knoopmieren, belangrijke gastheren voor overwinterende poppen, hun leefgebied kunnen uitbreiden.
foto: Geert de Vries
Natuur onder druk
In de zeventiger jaren van de vorige eeuw verdwenen natuur- en landschapswaarden op zo’n enorme schaal dat de overheid onder druk van de bevolking en natuurbeschermingsorganisaties daar iets aan moest doen. In 1976 zag de Relatienota het licht, toen nog onder de verantwoordelijkheid van het ministerie van CRM (Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk). Inzet van de Relatienota was om in heel Nederland 200.000 ha reservaatsgrond te verwerven en 100.000 ha waardevol cultuurlandschap door boeren te laten beheren onder een beheersovereenkomst.Vanaf dat moment verliep de verwerving van de heiderestanten van het Scharreveld voortvarend. Rijk en provincie Drenthe betaalden op basis van een onderlinge afspraak elk 50% van de aankoopkosten. Omstreeks 1980 overschreed de oppervlakte natuurreservaat de 100 ha. Inmiddels bedraagt deze ruim 300 ha. Als resultaat van 30 jaar consequent overheidsbeleid is Het Drentse Landschap stevig op weg naar herstel van het oude grootschalige Scharreveld. Belangrijke stappen werden in 1991 en 1994 gezet toen er een tweetal ruilverkavelingsboerderijen uit 1966 konden worden verworven. Elk met een huiskavel van ruim 25 ha die soms ver het natuurgebied in stak. Enige jaren later gebeurde wat al kort na de ruilverkaveling De Broekstreek
Soortenrijkdom
foto: Jan Albert Kuivenhoven
Vogels voelen zich thuis Al tijdens de inrichtingsfase keerde de Watersnip met 4 paartjes, na jaren van afwezigheid, terug als broedvogel in het Scharreveld. De aantrekkingskracht van de nieuwe natte delen op de vogels is ronduit spectaculair te noemen. Regelmatig worden er nu weer Kemphanen, Regenwulpen, Goudplevieren en kiekendieven pleisterend waargenomen. In de grootste waterpartij is vanaf 2004 een kokmeeuwenkolonie gaan broeden, waartussen ook al meerdere paartjes Geoorde futen zijn gaan broeden. Ook Waterral en Porseleinhoen zijn aangetroffen. ‘Klassieke’ weidevogels als Grutto, Wulp en Kievit lijken de nieuwe natte natuur en daarmee samenhangend extensief grondgebruik te waarderen. Terwijl in de omliggende cultuurgronden al jaren geen enkele weidevogel meer tot broeden komt, lijkt de stand zich rond de nieuwe natte natuur te stabiliseren en voor sommige soorten zelfs, tegen de landelijke verdrukking in, uit te breiden. Een sterke aanwijzing dat veel nattigheid en een extensief grondgebruik veel bepalender is voor weidevogelbescherming dan zaken als nestbescherming en vossenjacht. Kortom er is nu al sprake van een forse toename van vogels, zowel doortrekkers als broedvogels. Wat dat betreft is het nauwelijks meer verbazingwekkend dat ook een toppredator als de Zeearend het de moeite waard vindt om dit terrein te bezoeken en hier afgelopen winter ook enkele dagen werd waargenomen. Watersnip
Moeraswolfsklauw, Kleine en Ronde zonnedauw en Klokjesgentiaan zijn volop bezig de van bouwland naar natuurgebied geregenereerde percelen te koloniseren. Ook soorten als Bruine snavelbies, Tormentil en Dophei zijn alweer volop in het gebied aanwezig. Tijdens de werkzaamheden ontstond er een uitgestrekte natte laagte die via het Kerkestuk naar de Noordelijke Niklaasbeek afwaterde. Het brongebied van dit beekje werd als het ware hersteld. Inmiddels zijn hier al 25 verschillende soorten vlinders waargenomen. Herstel waterhuishouding
Al vanaf het begin van de jaren negentig was het volstrekt helder dat de op de landbouw gerichte waterhuishouding een toereikend beheer in de weg stond. Kort na de aankoop van de eerste boerderij in 1991 stelde Het Drentse Landschap bij het toenmalige waterschap voor om het oorspronkelijke watersysteem van de Oude Vaart te herstellen. In 1993 werd er een proefproject van gemaakt in het kader van de Rijksbijdrageregeling Regionaal Integraal Waterbeheer, een zogenaamd ReGiWa-project. Inzet van het project was de scheiding van de waterhuishouding voor de landbouw en de natuur. Pas vele jaren en een tweetal waterschapsfusies later werd de scheiding tussen beide functies door het waterschap Reest en Wieden gerealiseerd in het Oude Diep-project. Door het ontkoppelen van de waterhuishoudkundige belangen kon recent het grote natuurontwikkelingsproject langs het Scharreveld-Zuid gerealiseerd worden. Extra geld
In 2002 werd het Natuuroffensief gelanceerd. Een initia-
tief van staatssecretaris Geke Faber van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Het plan behelsde de inzet om met het beschikbaar stellen van ruim € 100 miljoen de Ecologische HoofdStructuur (EHS), het samenhangend netwerk van natuurgebieden in Nederland, een injectie te geven waardoor deze versneld gerealiseerd zou kunnen worden. Het initiatief volgde nadat alle groene organisaties hun zorgen kenbaar hadden gemaakt over de onverminderd snelle achteruitgang van de biodiversiteit in Nederland. Ook in de Natuurbalans over 2004 wordt deze schrikbarende achteruitgang nog eens nadrukkelijk door het Milieu- en Natuurplanbureau bevestigd. De rijksinzet van het Natuuroffensief verschilde overigens hemelsbreed met het beleid dat een half jaar later onder het kabinetBalkenende I werd gevoerd toen door de aankoopstop de hele uitvoering van de EHS daverend tot stilstand kwam. Nieuwe plannen
Het Natuuroffensief betekende nieuwe kansen voor het uitbreiden van het Scharreveld. Het Drentse Landschap stelde daarom samen met het Ingenieursbureau Oranjewoud een inrichtingsplan op voor het Scharreveld en het Reigerveen (zie ook kwartaalblad 45). Dit plan werd na veel duwen trekwerk door medewerkers van LNV-Noord, De Landschappen en Het Drentse Landschap in augustus 2003 gehonoreerd.Voor de inrichting van 130 ha nieuwe natuur werd 100% subsidie van het ministerie van LNV ontvangen. Al in september van dat jaar was het werk aan de fa. Oosterhuis uit Nijeveen gegund. Maar voordat kon worden gestart, moesten milieuvergunning, flora- en faunaontheffing, aanlegvergunning, archeologisch onderzoek en keur-
8
Terreinbeschrijving
ontheffing worden verleend. Bovendien volgde er zelfs een door de tijdsklem benauwende Raad van State-procedure met een buurman. Toch lukte het om nauwelijks een jaar later het werk af te ronden. Een groot compliment is op z’n plaats voor alle betrokkenen die onder grote tijdsdruk en met zoveel financiële risico’s het toch maar weer voor elkaar wisten te boksen. Herstel dekzandruggen
Kansen voor amfibieën?
De verwachting is dat amfibieën zullen profiteren van de inrichting van het nieuwe gebied. Zo is het aantal voortplantingswateren voor soorten als Groene kikker, Bruine kikker en Heikikker verveelvoudigd. Uit inventarisatiegegevens komt het beeld naar voren dat de Adder ondertussen uit alle deelgebieden is verdwenen met uitzondering van Scharreveld-Noord. In dit deel is de adderpopulatie kritiek klein en beperkt tot een klein deel van het terrein. Isolatie door versnippering van het terrein heeft de overlevingskansen van de soort voor dit gebied in de laatste decennia zorgwekkend verkleind. De recent afgeronde herinrichting van het terrein heeft het potentiële leefgebied van de Adder ongetwijfeld vergroot. Of de huidige gedecimeerde popu-
foto: Jaap de Vries
Het resultaat van alle inspanningen is geweldig. Naast de andere zaken is er bijna 40 ha nieuwe natuur langs het Scharreveld-Zuid tot stand gebracht. Uitgestrekte natte laagten zijn ontstaan waar het nu al wemelt van de eenden, ganzen en steltlopers. Op veel plaatsen zijn de aanwezige en buiten de heiderestanten vergraven dekzandruggen hersteld of weer opnieuw aangebracht. Aan de buitenzijde van het terrein is veel grond uit de bouwvoor in het reliëf verwerkt waarna dit met circa 50 cm mineraal zand is afgedekt. Met als doel om opnieuw heischrale omstandigheden te creëren zodat er de komende jaren heide ontstaat. Het grootste deel van de bouwvoor is in een groot depot geconcentreerd en zal door de fa. Hulzebosch uit Beilen de komende jaren afgezet worden naar de lokale markt. Er is een bijna 10 meter hoge kijkheuvel gemaakt tegen het bos naast de Boekweitenplas.Vanaf hier heeft de bezoeker een geweldig uitzicht over het uitgestrekte terrein. In een later stadium zal ook nog een uitgebreide wandelroute worden gemaakt.
Heikikker
Sombere toekomst voor de natuur De rijksoverheid zet momenteel sterk in op beheer door particulieren in plaats van verwerving door natuur beschermingsorganisaties. Tenminste 40% van de resterende EHS zal door particulieren beheerd moeten gaan worden. De aankoopgelden voor Drenthe zijn sterk ingekrompen, omdat onze provincie relatief succesvol haar opdracht om de EHS te realiseren heeft uitgevoerd en nu ‘beloond’ wordt met minder budget tot 2018. In 2005 heeft Het Drentse Landschap bijvoorbeeld slechts 47 ha verworven - waarvan slechts 22 ha met subsidie - waar dat in de jaren ervoor steeds ca 150 ha was. Een ander gevolg van deze beleidswijziging zal zijn dat er versnipperde reservaten zullen ontstaan of blijven bestaan. Dit betekent niet alleen verlies van biodiversiteit maar ook meer overleg over het dagelijkse beheer. Het pijnlijkste gevolg zal zijn dat door deze ontwikkelingen het op vrij grote schaal inrichten van nieuwe natuurgebieden, zoals het Scharreveld, onder grote druk zal komen te staan. Want wie neemt deze taak over nu de georganiseerde natuurbescherming na bijna 100 jaar trouwe dienst op het tweede plan is gezet. Particulieren misschien? Of het rijk zelf? Of de waterschappen? Of de provincie Drenthe? Het Drentse Landschap vermoedt: niemand. En als de probleemeigenaar verdwijnt dan wordt het probleem niet opgelost. Met alle negatieve gevolgen vandien voor onze natuur. Stichting Het Drentse Landschap hoopt op bezinning bij onze rijksoverheid. We zijn bang dat anders over enige jaren de feiten voor zich zullen spreken; nog minder aantallen en soorten planten en dieren in Drenthe en in Nederland.
foto: Jaap de Vries
9
latie nog over voldoende veerkracht beschikt om hiervan te profiteren zal de komende jaren blijken. Ringslangen zijn in de loop van de tijd volledig uit het gebied verdwenen. De vele nieuwe waterpartijen en de explosief toenemende kikkerpopulatie maken het Scharreveld nu weer bijzonder aantrekkelijk voor hervestiging van deze ‘waterslang’. Een soortgelijk verhaal geldt voor de, binnen Drenthe zeldzaam voorkomende, Rugstreeppad. Deze, op zich mobiele soort, werd de laatste jaren slechts incidenteel waargenomen binnen het Scharreveld, maar wist hier echter geen populatie op te bouwen. Herkolonisatie lijkt nu slechts een kwestie van tijd. Veel steun
Klaar zijn we nog lang niet. Op 4 november 2005 heeft echter al wel de feestelijke oplevering van het nieuw ingerichte gebied plaatsgevonden. Onze voorzitter, Aleid Rensen, sprak toen woorden van dank aan de heer H. Oosterveld, directeur LNV-Noord, en aan gedeputeerde mevrouw A. Edelenbosch. Beiden spraken vervolgens hun dank uit voor de inspanningen van Het Drentse Landschap om dit nieuwe natuur-
gebied aan Drenthe toe te voegen. Het Drentse Landschap heeft voor de realisatie van het project niet alleen veel steun ontvangen van het ministerie van LNV en de provincie Drenthe, maar ook van het Prins Bernhard Cultuur Fonds, het Groenfonds, de Nationale Postcode Loterij, waterschap Reest en Wieden en de gemeente Midden-Drenthe. Er zal nog veel grond verworven en ingericht moeten worden om het Scharreveld in oude luister te herstellen. De verbinding met het Holtherzand moet nog gemaakt worden, terwijl het ook een oude wens van Het Drentse Landschap is om Landgoed Vossenberg met het Scharreveld te verbinden. Ruim 40 jaar noeste arbeid heeft ons zover gebracht als we nu zijn. Met veel natuurresultaat zoals uit het voorgaande blijkt. Momenteel waait er echter een nieuwe politieke wind die de verdere voortgang in ernstige mate zal belemmeren (zie kader). * Drs. E.W.G. van der Bilt is directeur van Stichting Het Drentse Landschap. Dit artikel is tot stand gekomen met medewerking van Bertil Zoer, medewerker onderzoek en planning van Het Drentse Landschap.
10
Fauna - Cultuurhistorie
Met verwijzing naar de Verslagen van de Nederlandsche Ornithologische Vereeniging van 1905 vermeldt het standaardwerk Vogels van Drenthe (1982) dat de eerste Fazanten in Drenthe tussen 1900 en 1905 zijn uitgezet bij De Punt. Volgens de publicatie Jacht en Visscherij van R.D.Mulder (1948) zijn in die tijd echter ook elders in Drenthe Fazanten ‘gepoot’. Veel maakt het niet uit omdat ook deze mededeling niet het begin aangeeft van de dubieuze, maar ook succesvolle entree van deze vogels in Drenthe. Henk M. Luning*
De Fazant Ooit uitgezet in Drenthe
Volgens Mulder zijn de Fazanten door de Romeinen in ons land geïmporteerd. In ieder geval was er in 1384 al sprake van een geschil tussen de bisschop van Utrecht en de Amersfoorters over Fazanten die ‘minen Heere toebehoren’. Gelderse plakkaten van omstreeks 1700 rekenden de vogels al onder de jachtdieren. Aannemelijk is dat er in Drenthe in die tijd geen Fazanten voorkwamen omdat ze in geen enkel gewestelijk reglement worden genoemd. Sterker nog, ook in andere bronnen komen ze niet voor. Het is een Drentse krant die voor het eerst in 1872 bekend maakt dat er in de gemeente Marum een ‘edel en keurig soort wild’ is geschoten: twee Fazanten! Dat was een bijzonderheid en gesuggereerd werd dat de dieren afkomstig waren uit de bossen bij Beetsterzwaag waar ze enige jaren eerder waren uitgezet. Gezien de afstand die de dieren dan hadden afgelegd, zouden ze ook het westen van Drenthe bereikt kunnen hebben. Berichten hierover ontbreken.
foto: Drents Arc
hief
Jachtobject
De vroegste vermelding van het fokken van Fazanten in Drenthe is in 1877 op het landgoed Amelte bij Assen van de Haagse jonkheer John Francis Loudon. Op het landgoed werden grote jachtpartijen georganiseerd waaraan diverse adelijken en notabelen zullen hebben deelgenomen. Er werd gejaagd op Hazen, Houtsnippen, Patrijzen en Korhoenders. Om de jacht lucratiever te maken ving jachtopziener Boersma verscheidene Wezels
Fauna - Cultuurhistorie
Kolonisatie
Vanuit de boven geschetste situatie veroverde de Fazant het Drentse landschap. In 1898 werd er in de vrije wildbaan op twee plaatsen in Drenthe een Fazant geschoten, in Smilde en in Lieveren. Het was een bijzondere
In de cartouche, op de kaart van Drenthe van Cornelis Pijnacker (eerste helft 18e eeuw), zijn twee jagers verwerkt.
foto: Drents Archief
en Bunzings en schoot hij Vlaamse gaaien, Eksters, Blauwe reigers, een Steenmarter en in één jaar tijd twintig Valken. Ook fokte hij de Fazanten waarop ze later als een speeltje hun kruit konden verschieten. In 1877 werden de jagers van elders door middel van de krant gewaarschuwd er rekening mee te houden dat er op het landgoed Amelte jonge Fazanten waren uitgezet. Hetzelfde gebeurde bij de gestichten in Veenhuizen. In 1887 maakten zeven Antwerpse jagers in hun grote jachtgebied tussen Beilen, Wijster en Westerbork ook al jacht op Fazanten die ze zelf hadden uitgezet. Dit gold ook voor hun rechtsopvolgers, de jachtcombinatie Wijster.Vanaf 1917 werden er in dit gebied jaarlijks ongeveer 150 Fazanten geschoten. De dieren werden uitgebroed en opgefokt met Sluis’zaden bij de villa Susette in Baarn en vervolgens in Wijster uitgezet. Ook acht Hongaarse Hazen, waarvan gehoopt werd dat ze een talrijk kroost mochten hebben, werden in de Wijsterbroekse bossen losgelaten. In maart 1897 werd door de Commissaris der Koningin consent verleend tot vervoer van jonge Fazanten van station Assen naar de gemeente Norg.
11
gebeurtenis, want nog bijna niemand had ooit een Fazant gezien. In 1920 was de soort al aanwezig bij Havelte en vanaf 1930 kwam de vogel ook voor bij Schoonebeek. De Jachtwet van 1923 rekende de Fazanten tot het schadelijk wild dat niet ‘gepoot’ mocht worden. Het verhinderde niet dat dit in Veenhuizen, Zuidlaren, Anloo, Hooghalen, Oosterhesselen en mogelijk op meer plaatsen nog steeds gebeurde. Zo klaagden in 1930 de boeren van Diever dat ze naast de schade die zij leden van de grote hoeveelheid wilde Konijnen afkomstig van het landgoed Berkenheuvel, ook nog eens te maken kregen met duizend jonge Fazanten die werden losgelaten. Pas in 1938 kregen de vogels de wettelijke status dat ze tot het zogenaamde
klein wild behoorden. Ondanks een dubieuze start ontwikkelde de Fazant zich in Drenthe tot een talrijke broedvogel, zoals de auteurs van Vogels in Drenthe in 1982 meedeelden. Sedertdien is hun aantal echter sterk teruggelopen, waarbij het verbod van 1993 tot uitzetten en bijvoeren een belangrijke rol zal hebben gespeeld. De historische status als jachtobject is tot vandaag de dag in stand gebleven. In de Flora- en Faunawet (2002) wordt de Fazant met vijf andere diersoorten aangemerkt als wild waarop een groot deel van het jaar gejaagd mag worden.
* H.M. Luning is amateurhistoricus.
12
Stichting Oude Drentse Kerken
Olav Reijers*
Hervormde kerk van Bovensmilde Langs de Drentse Hoofdvaart tussen Smilde en Assen, midden in Bovensmilde, ligt een terrein met de hervormde kerk en bijbehorende pastorie. Vanwege de gaafheid en prachtige ligging is het hele complex in 1995 tot rijksmonument verklaard. Bovensmilde is in de 19e eeuw ontstaan langs de Drentse Hoofdvaart toen de uitgebreide veengebieden tussen Assen en Smilde aan snee kwamen. Blijkbaar groeide de nederzetting snel want al in 1839 stond er een kapel waar kerkdiensten plaatsvonden. Dit gebouwtje stond precies tussen de huidige kerk en pastorie in. Tot 1860 hoorde Bovensmilde bij Hijkersmilde. Toen erkende koning Willem III het bij Koninklijk Besluit als eigen kerkelijke gemeente. Hij motiveerde dit besluit zo: “In aanmerking nemende dat het zielental dier gecombineerde gemeente bedraagt 4325, waarvan plus minus 1200 te Bovensmilde, dat een predikant in deze gecombineerde gemeente niet voldoende is te achten om te voorzien in hare geestelijke behoeften.” Bovensmilde kreeg dus
het recht op een eigen kerk en predikant. De koning was wel goed maar niet gek, getuige de laatste zin uit zijn besluit: “Vergroting van de kapel dient te geschieden buiten bezwaar van ’s Lands Kas.” Nieuwe kerk
De kapel was echter veel te klein en bouwvallig, zodat de kerkvoogden al
snel een fonds in het leven riepen voor de bouw van een nieuwe kerk. Behalve provincie (uit een speciaal potje: de kas Ad pios usus, Latijn voor ‘Tot vrome doeleinden’) en particulieren droeg, jawel, ook het rijk hieraan bij. In 1868 werd met de bouw begonnen, 30 januari 1870 werd de kerk ingewijd. Het is een sober bakstenen gebouw op een rechthoekige plattegrond. De
foto: Drents Plateau
lange zijde met toegang ligt langs de Hoofdvaart. De uitspringende ingangspartij met stoep valt het meest op. Het bestaat uit een dubbele deur in een witte houten omlijsting met erboven een dubbelvenster. Het portaal wordt bekroond door een houten torentje met een opengewerkte klokkenstoel. De gevels van de kerk zijn in vlakken verdeeld; elk vlak bevat een venster met glas-in-loodraam. In de noordmuur bevindt zich een tweede deur met omlijsting. Aan de achterzijde is de kerk in 1902 uitgebreid met een consistoriekamer. Het interieur is van een prachtige eenvoud. Tegenover de ingang staat de preekstoel en aan een van de korte wanden bevindt zich een tribune met orgel. Bijzonder en zeldzaam voor ons land zijn de gebogen banken die in een halfronde cirkel om de preekstoel heen staan. Het kerkje had oorspronkelijk een gipsen plafond maar dit is in 1921 vervangen door het huidige houten gewelf. Uitzonderlijk voor een protestantse kerk bevat het raam boven de ingang een afbeelding van Christus. Waterstaatskerk
De stijl waarin de kerk is gebouwd, past binnen een lange traditie. De gelijkstelling van godsdiensten in 1798 zorgde ervoor dat alle kerkgenootschappen weer kerken konden bouwen. In 1824 bepaalde de regering echter dat toestemming van de overheid nodig was bij bouw of verbouw van kerken. Dit toezicht lag bij het ministerie van Waterstaat. Kerken uit deze periode worden daarom vaak waterstaatskerken genoemd. Ten onrechte,
want slechts in uitzonderingsgevallen sloegen de waterstaatsingenieurs zelf aan het ontwerpen. Het toezicht dat zij uitoefenden is te vergelijken met het welstandstoezicht van onze tijd, met dat verschil dat aan een positief oordeel van Waterstaat ook een rijkssubsidie vastzat. Het toezicht had nauwelijks invloed op de stijl waarin de kerken werden uitgevoerd. Halverwege de 19e eeuw was deze stijl, het neoclassicisme, namelijk overal in trek. Er werd teruggegrepen op voorbeelden uit de klassieke oudheid, zoals grote symmetrische bouwblokken, zware kroonlijsten, zuilen en tempelfrontons. In Drenthe waren het juist de hervormde gemeenten die deze stijl adopteerden, met als bekendste voorbeeld de Jozefkerk in Assen. Waarschijnlijk hebben de kerkvoogden van Bovensmilde goed gekeken naar de grote buur. Beide kerken hebben dezelfde rechthoekige plattegrond met de monumentale ingang aan de lange zijde, bekroond door een toren. Iets van de grandeur van de Jozefkerk straalde daarmee af op Bovensmilde. Het kerkje van Bovensmilde is waarschijnlijk de laatste waterstaatskerk die werd gebouwd in Drenthe. Orgel
Het orgel is pas in 1897 in de kerk geplaatst, maar dateert in oorsprong uit 1684. De zoektocht naar de herkomst leest als een detective. De kas dateert grotendeels uit de bouwtijd en dit geldt ook voor een belangrijk gedeelte van het pijpwerk. Het is onbekend wie de oorspronkelijke bouwer is. Bij een restauratie zijn kranten uit 1809
13
foto: Drents Plateau
Stichting Oude Drentse Kerken
en 1847 gevonden.Verder is bekend dat de huidige windlade in 1809 door L.J. van Dam is gemaakt. De sleutel tot het raadsel loopt via de orgelbouwer J.Proper. Hij kwam uit Kampen en bouwde daar in 1896 een nieuw orgel voor de doopsgezinde kerk, de vroegere Waalse kerk. Het oude orgel nam hij over en dit werd door hem in 1897 geplaatst in Bovensmilde. Op een gedenkplaat is te lezen dat het is geschonken ter nagedachtenis aan de familie Sickens door hun neven, de gebroeders De Wal. Op deze wijze werd het orgelbezit in Drenthe uitgebreid met een waardevol historisch orgel. Het is thans een van de oudste instrumenten in Drenthe. Toekomst
In 1974-1975 is de kerk ingrijpend
Curieus genoeg verrees al in 1862, vlak na de verzelfstandiging van Bovensmilde, de pastorie als huis voor de nieuwe predikant. Het contrast met het bouwvallige eerste kerkje moet groot geweest zijn.
In memoriam Met het overlijden van Sytze Bottema op 21 november j.l. verloor de Drentse natuur- en milieubescherming een van haar meest kleurrijke en beeldbepalende voorvechters. Na zijn studie biologie in Groningen trad hij als palynoloog in dienst van het door professor Van Giffen opgezette Biologisch Archeologisch Instituut (BAI) in diezelfde stad. Sytze promoveerde op pollenonderzoek waarmee inzicht werd gegeven in de vegetatiegeschiedenis van noordwest Griekenland. Hij ontwikkelde zich als een vooraanstaand geleerde ten aanzien van de invloed van de moderne mens op de vegetatiegeschiedenis van het oostelijke Middellandse Zee-gebied en het Nabije Oosten. De wetenschap voerde hem naar landen als Griekenland, Servië, Zwitserland, Syrië, Cyprus, Turkije en Iran. Zijn vondst van een legsel van de Woestijnplevier in Centraal Syrië in 1967 was voor hem een hoogtepunt in zijn leven. In 1993 werd Sytze bijzonder hoogleraar aan de Universiteit van Leiden, in 1994 te Groningen gevolgd door een gasthoogleraarschap te Leuven in 1995. Hetgeen zijn kwaliteiten als wetenschapper onderschreef.
foto: Drents Plateau
gerestaureerd. Aannemer Hendrik van Veen bood bij deze gelegenheid de koperen haan aan die nog steeds de toren siert. Ruim dertig jaar later staat het kerkgebouw opnieuw voor een ingrijpende wijziging. De gereformeerde en hervormde gemeenten van Bovensmilde gaan gezamenlijk verder als Protestantse Kerken Nederland en hebben besloten te kerken in de gereformeerde kerk uit 1953. Daarmee komt na bijna 135 jaar een einde aan het gebruik als hervormde kerk. Op 21 november 2004 is de laatste dienst gehouden. Naar het zich nu laat aanzien verrijst op het terrein achter de kerk een groot zorgcomplex van GGZ Drenthe. De Stichting Oude Drentse Kerken is bereid het voormalige kerkgebouw over te nemen en samen met GGZ te zoeken naar een nieuwe bestemming zodat dit waardevolle Drentse erfgoed behouden kan blijven.
* Drs. O. Reijers is directeur van Drents Plateau.
foto: Harry Cock
Bij een restauratie in 1921 zijn de oorspronkelijke blanke ramen door glas-in-lood vervangen. De gestileerde gekleurde bloemmotieven zijn kenmerkend voor de jugendstil van die tijd.
Sytze Bottema (1937-2005) Bevlogenheid Door stuifmeelonderzoek uit Noord-Nederlandse vennen en venen gold Sytze ook als deskundig inzake de historische vegetatieontwikkeling in onze contreien. Zijn kennis wilde hij graag ten dienste stellen aan onder meer de Stichting Het Drentse Landschap en de Milieufederatie Drenthe. Hij was bestuurslid van onze stichting van 1974 tot 1990, jaren later gevolgd door zijn vrouw Nicolien, eveneens bioloog. Zijn belangrijkste bijdrage leverde Sytse als lid van de beheerscommissie van Het Drentse Landschap in de periode 1975 - 2000. Scherp herinner ik mij de discussies over begrazing, bosen heidebeheer, het cultuurlandschap en de jacht. Door zijn grote en brede kennis, zijn humor en relativeringsvermogen droeg Sytze in belangrijke mate bij aan het goede en moderne natuurbeheer waar Het Drentse Landschap de afgelopen decennia bekend om stond. Sytze barstte van de verhalen en anekdotes waardoor de terreinbezoeken en discussies in de context van de beheerscommissie een feest waren.
Dierenliefde Sytze heeft een levenslange liefde voor de Kievit gevoeld. De vogel uit zijn jeugd waar hij samen met anderen de rest van zijn leven studie naar heeft gedaan. De vondst van het eerste kievitsei van Drenthe in 1986 bij Lieveren gaf hem ontzettend veel voldoening. Zijn interesse in huisdieren, vooral vogels, leidde tot een kleine dierentuin langs de brink in Yde. Krombekeenden, Hyacintduiven, Zwartblesschapen, Lakenvelders en talloze eenden- en ganzensoorten bevolkten zijn erf. Hij verzamelde dode muizen als voedsel voor de toen zeer zeldzame Kerkuilen die de deel van hun woonboerderij bevolkten. Sytze stond vanuit die liefde aan de basis van de oprichting van de Stichting Zeldzame Huisdierrassen in 1976 en kocht zelfs samen met mevr. Clason de laatste Groninger hengst Baldewijn te Een waardoor hij dit prachtige paardenras voor de ondergang wist te behoeden. Ook Het Drentse Landschap heeft voor dit doel nog een aantal jaren Groningers gehouden.
Sytze was een enorm sociaal mens, altijd bezig, ongelofelijk energiek en met een onovertroffen waarnemingsvermogen. Hij sprak met iedereen, vormde deel van het brinkdorp Yde, bedreef de jacht, steunde de Boermarke, schreef fantastische columns in Noorderbreedte en bedreef wetenschap op hoog niveau. Het was een wreed lot dat juist hij door MSA (Multiple System Atrophy) werd getroffen waardoor hij uiteindelijk zijn spraak en bewegingsvrijheid verloor. Zijn vrouw en kinderen hebben Sytze tot het einde bewonderenswaardig verzorgd. Met Sytze is een geweldig en compleet mens van ons heen gegaan. Velen met mij zijn blij deze tintelende en vrijheidslievende geest gekend te hebben. E.W.G. van der Bilt Directeur Het Drentse Landschap
Veel reacties op campagne Kiek op Drenthe “Wat vindt u mooi en lelijk in het Drentse landschap?” Deze vraag stelden Het Drentse Landschap en de Milieufederatie Drenthe in de landschapsprijsvraag van Kiek op Drenthe. Negentig mensen gaven hun kiek op Drenthe per brief of per mail. Uit de inzendingen heeft de jury, bestaande uit Marijke Augusteijn, Eric van der Bilt, Pieter Brink, Harry Cock en Greet Bierema, drie prijswinnaars gekozen en zeven eervolle vermeldingen. Bovendien heeft de jury plekken geselecteerd die een goede bijdrage kunnen leveren aan de discussie over de vraag wat wel of juist niet in het Drentse landschap past. De genomineerde plekken komen voort uit thema’s die veelvuldig werden ingezonden, zoals nieuwbouwwijken, bedrijventerreinen en agrarische bebouwing. Het publiek heeft de mogelijkheid gekregen op deze mooie en lelijke plekken hun stem uit te brengen. Naast de landschapsprijsvraag hebben we ook via een enquête samen met het Dagblad van het Noorden naar uw mening gevraagd over het Drentse landschap. In totaal hebben via de krant ruim 700 mensen gereageerd. Bovendien werd via een representatieve steekproef nog eens ruim 300 mensen naar hun mening gevraagd. Uit de enquête blijkt dat veel Drentse inwoners het landschap lelijker vinden worden. De aanleg van nieuwe natuurgebieden wordt wel positief gewaardeerd. Nieuwe ontwikkelingen, zoals woningbouw en uitbreiding van bedrijventerreinen, mag beperkt worden toegestaan onder landschappelijke voorwaarden. Extra themanummer De resultaten van de prijsvraag en de stemming zijn op donderdag 2 maart in het Drentse kwaliteitsdebat besproken met Drentse inwoners, ambtenaren, bestuurders en deskundigen. “Hoe realiseren we in Drenthe een goede landschappelijke inpassing, beeldkwaliteit en passende architectuur?” Deze vraag stond centraal tijdens het kwaliteitsdebat. Architect/stedenbouwkundige Ashok Bhalotra, Eric van der Bilt (directeur van Het Drentse Landschap), Sjoerd Wagenaar (artistiek leider PeerGroup) en Catharinus Wierda van de Melkvee Academie gaven hierop hun visie. In mei ontvangen begunstigers van Het Drentse Landschap een extra themanummer over de landschapscampagne.
Meer over de resultaten van de prijsvraag, de enquête en het Drentse kwaliteitsdebat vindt u op www.kiekopdrenthe.nl.
foto’s: Hans Dekker
(Dia)lezing Kiek op Drenthe Op donderdag 6 april om 20.00 uur houdt Het Drentse Landschap een dialezing over Kiek op Drenthe. Hiervoor zijn Judith van den Berg (Milieufederatie Drenthe) en Pieter Brink (Bureau B+O Architecten) uitgenodigd. Zij geven hun visie op hoe het landschap van Drenthe ook in de toekomst mooi kan blijven. Plaats: Drenthehof/VVV-Orvelte, Dorpsstraat 1a, Orvelte. Toegang is gratis.
Onze Kiek op Drenthe Harmonie tussen bomen en wonen. Hoe wordt er vanouds gewoond? De oude bomen brengen structuur in het landschap, ze zijn altijd zwaarder dan het wonen. Vandaag de dag vraagt het gebouw vaak de meeste aandacht. Als we op zoek willen naar harmonie tussen mens, gebouw en landschap is de boom de verbinding. Werkgroep Boerenerven Drenthe
Realisatie van de Ecologische Hoofdstructuur in Drenthe
armoe troef Terugkijkend op het jaar 2005 moet worden geconstateerd dat maar een zeer beperkte oppervlakte kon worden verworven. De subsidies waren slechts toereikend voor 22 hectare terwijl een veelvoud aan gronden werd aangeboden. Opnieuw een jaar in een reeks waarin geldgebrek bepalend was. In 2002 kwam halverwege het jaar de aankoopstop die ook in 2003 voortduurde. In 2004 moest de financiering van de Ecologische HoofdStructuur (EHS) weer schoorvoetend op gang komen, met de toezegging dat in 2005 er weer voldoende geld zou moeten zijn. In Drenthe was het dankzij gelden van de Europese Unie en met grote steun van de provincie, toch mogelijk in deze periode een aantal aankopen te realiseren. Dit neemt echter niet weg dat de reguliere financiering van de EHS slechts kan worden gekarakteriseerd als beleid van hangen en wurgen. Aandacht voor dit sombere beeld lijkt helemaal op zijn plaats nu de eerste geluiden van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de provincie Drenthe om iets af te spreken over het krediet voor 2006 niet hoopgevend zijn. Het budget is alleen al nodig om aan de bestaande verplichtingen te kunnen voldoen. Kloof Hoe is het mogelijk dat er zo’n groot verschil zit tussen beleid en werkelijkheid? Waarom wordt steeds gezegd dat geld niet de beperkende factor is, terwijl in de praktijk de aankoop van gronden bijna helemaal stilstaat. Rijk en provincie hebben een verantwoordelijkheid in deze. De provincie Drenthe heeft aangegeven bereid te zijn de kosten voor te financieren, maar tot op heden heeft dat geen positief effect gehad op het te besteden aankoopbudget. De praktijk van alledag is dat onderhandelingen niet kunnen worden aangegaan omdat er onvoldoende of geen geld beschikbaar is. Is de financieringsstructuur van de EHS inmiddels zo complex en onduidelijk geworden dat niemand meer voldoende overzicht heeft om verantwoordelijkheid te kunnen nemen? Voor Het Drentse Landschap is de kluwen van positieve beleidsdoelen en ontbrekende budgetten inmiddels niet meer te ontwarren, laat staan dat de situatie aan derden kan worden uitgelegd. Overlegsituaties over de financiering van aankopen slokken momenteel veel meer tijd op dan de feitelijke onderhandelingen met verkopers. Ook de aandacht voor Particulier Natuurbeheer en Agrarisch Natuurbeheer leidt tot dusverre tot veel overlegsituaties zonder dat hier concrete resultaten voor natuurwaarden tegenoverstaan. Een situatie die voor eigen medewerkers al onbegrijpelijk is geworden, valt aan landbouwers en grondeigenaren helemaal niet meer uit te leggen. Zij hebben wel te maken met de aanduiding ‘nieuwe natuur’ op hun grond maar wanneer men daarover wil praten om te verkopen of te ruilen blijkt de overheid niet thuis te geven. Voor alle betrokkenen is het noodzaak dat het overheidsbeleid wordt ondersteund met een bijbehorend budget, zodat woorden waargemaakt kunnen worden. Een proces dat afglijdt in versukkeling leidt slechts tot ergernis en frustratie bij betrokkenen en gaat ten koste van het draagvlak dat in Drenthe in de loop der jaren voor de EHS is opgebouwd. De achteruitgang van soorten zoals in de Natuurbalans van het Milieu- en Natuurplanbureau pijnlijk wordt duidelijk gemaakt, kan niet worden tegengegaan zonder een slagvaardige aanpak van de EHS.
Recreatie
19
Knapzakroutes Wandelen langs de meest bijzondere plekken in Drenthe? Meanderende beekjes volgen, langs kronkelige bospaadjes struinen en dan via een eeuwenoud kerkenpad de hei op? Met een Knapzakroute komt u er! De Knapzakroutes zijn al jarenlang dé betrouwbare wandelgidsen die je langs de mooiste plekken in Drenthe leiden. Met ruim 1400 kilometer wandelnetwerk door meer dan 70 dorpen laten deze routes u op sportieve en avontuurlijke wijze kennismaken met het Drentse landschap in al haar verscheidenheid.
Nieuwe serie gezamenlijk initiatief van BOKD en Het Drentse Landschap De meeste lezers van dit tijdschrift ken nen de Knapzakroutes vast en zeker wel. Twintig jaar geleden waren het de eerste Drentse cultuurhistorische routes. Samen met haar aangesloten dorpsbelangen verenigingen heeft de vereniging Brede Overleggroep Kleine Dorpen in Drenthe (BOKD) vanaf 1983 maar liefst zestig Knapzakroutes ontwikkeld. Uniek voor de Knapzakroutes is de combinatie van mooie wandelroutes door vaak minder bekende gebieden en cultuurhistorische informatie. De kennis die een dorp heeft over de omgeving is aangevuld met wetenschappelijk verantwoorde informa tie over het landschap. De routes hebben inmiddels binnen en buiten de provincie erg veel navolging gekregen, maar nog steeds horen ze bij de mooiste wande lingen die Drenthe te bieden heeft. De Knapzakroutes hadden echter groot onderhoud nodig. Dus namen de BOKD en Stichting Het Drentse Landschap het initiatief de routes drastisch te herzien. Het project kon mede door gang vinden dankzij steun van de Europese Unie, EFRO en Leader+, het Samenwerkingsverband NoordNederland, EZ/Kompas, provin cie Drenthe, provincie Fryslân, Recreatieschap Drenthe en de Nationale Postcode Loterij. De Asser uitgeverij In Boekvorm geeft de nieuwe serie routes uit. De eerste negen zullen nog vóór de zomer verschijnen.
Grondig herzien De eerste negen Knapzakroutes zijn inmiddels geheel herzien. De ervaren wandelaars Theo Brugman en Roelof Huisman namen de routes grondig onderhanden. In samenwerking met de dorpen verlegden ze de routes waar nodig of leidden ze om als er nieuwe, mooiere paden waren. Vervolgens wer den de routebeschrijvingen door vrijwil ligers in het veld ‘getest’. Drenthe-kenner Bertus Boivin, die ook de wandelingen voor Het Drentse Landschap schrijft, onderwierp de teksten aan revi sie. Hij voegde de nieuwste informatie aan de routes toe en sprak met ooggetui gen onderweg. Speciaal voor de Knapzakroutes werd er gebruik gemaakt van oude foto’s, pren ten en kaarten uit verschillende archie ven. Ook uit collecties van verzamelaars in de betrokken dorpen kwam veel bruikbaar beeldmateriaal tevoorschijn. Daarbij werden er tientallen nieuwe foto’s gemaakt. Voor het eerst verschij nen de Knapzakroutes in kleur. Dat bete kent onder andere ook nieuw en helder kaartmateriaal. De Knapzakroutes zijn ingetekend op topografische kaarten, schaal 1:25.000. Nieuw is verder het Knapzak-ABC, een naslagwerk bij de wandelroutes waarin achtergrondinformatie over de dor pen en landschappen te vinden is. Het Knapzak-ABC komt als apart boekje in de handel.
Dit voorjaar negen Knapzakroutes in een nieuw jasje
Nieuwe deeltjes De nieuwe Knapzakroutes hebben het zelfde handzame formaat gehouden als de oude routes. Route plus routebeschrij ving vindt u steeds achterin het boekje. De prijs is € 5,25 per deeltje. Vóór de zomer verschijnen de eerste negen routes. Tot en met juni 2007 zul len in totaal 22 nieuwe Knapzakroutes verschijnen. K1 Knapzakroute Gasteren (verschijnt in maart 2006) K2 Knapzakroute Buinen (maart) K3 Knapzakroute Ees (maart) K4 Knapzakroute Orvelte (verschijnt in april 2006) K5 Knapzakroute Elp (april) K6 Knapzakroute Schoonloo/Grolloo (april) K7 Knapzakroute Wapserveen (verschijnt in juni 2006) K8 Knapzakroute Hoogersmilde (juni) K9 Knapzakroute Wijster (juni) U kunt de gidsjes bij uw boekhandel kopen of bij de VVV Drentheplus kantoren. Ook kunt u de routes rechtstreeks bij de uitgever bestellen via de ingevoegde antwoordkaart of via www.inboekvorm.nl.
Maatschappelijk verantwoord waterwinnen Betrouwbaar drinkwater, een vanzelfsprekendheid in Nederland. In Drenthe voorziet Waterleidingmaatschappij Drenthe (WMD) de inwoners van betrouwbaar drinkwater. Voor de drinkwaterproductie wordt grondwater gebruikt omdat het bacteriologisch betrouwbaar is. Ook is het van een constante kwaliteit en temperatuur. Daarnaast is de zuivering van grondwater relatief eenvoudig en minder duur dan andere vormen van drinkwaterproductie. Echter grondwateronttrekkingen kunnen ook bijdragen aan verdroging. Daarom streeft de WMD naar duurzame waterwinningen en een bewust gebruik van de bronnen.
Grondwaterwinning Vanaf 1997 heeft de WMD gebieden aangekocht in Breevenen. Een gebied van 250 hectare in het Hunzedal ten noordoosten van Gieten. Voorheen was het landbouwgebied. Nu is het waterwingebied. In Breevenen wordt voor de drinkwaterproductie jaarlijks 3,5 miljoen m3 grondwater gewonnen. Hiermee wordt voorzien in een kwart van de Drentse drinkwatervoorziening. Met het ontwikkelen van natte natuur en door gebruik te maken van natuurgestuurde winningen wil de WMD lokale verdroging als gevolg van waterwinning compenseren. Natte natuur Breevenen is ook natuurontwikkelings gebied. Het doel is om de oorspronkelijke natte kwelafhankelijke natuur in Breevenen te herstellen. Sloten zijn gedempt, drainage is verwijderd, er zijn slenken gegraven en het waterpeil
Deze pagina wordt verzorgd door NV Waterleidingmaatschappij Drenthe
is verhoogd. Zo zijn condities gecreĂŤerd voor het terugkeren van oorspronkelijke flora en fauna, zoals de Snavelzegge en de Grutto. Natuurgestuurd winnen Natuurgestuurd winnen is duurzaam winnen. Waterwinning in harmonie met de omgeving. Zo worden de winputten afwisselend ingezet. De winning wordt afgestemd op de beschikbaarheid van grondwater in de verschillende jaargetijden. In het voorjaar en de zomer wordt het meeste grondwater onttrokken uit de winputten langs de Hunze en in de winter wordt relatief meer onttrokken uit de winputten langs de Hondsrug. Op deze manier wordt de belasting op de omgeving tot een aanvaardbaar niveau beperkt en kan een meer soortenrijke vegetatie ontstaan. Kijk voor meer informatie op www.wmd.nl
Een eindje om met Het Drentse Landschap
Bertus Boivin / Eric van der Bilt
Wandelroute
foto: Jaap de Vries
Elper Westerveld
29
Het Elper Westerveld Beschouw het Elper Westerveld als een doorsnee stuk Drents landschap. Aan de rand van het dorp Elp ligt een bosje met grillige eiken, dan komt u via een dicht jeneverbesstruweel op een open geaccidenteerd heideveld, dat overgaat in natte heide en eindigt in de groenlanden van de Westerbroeken. Duidelijk een aflopende zaak dus. Onderweg zult u erachter komen dat natuur soms lang niet zo natuurlijk is als zij er op het eerste gezicht uitziet. En dat de betiteling ‘een doorsnee stuk Drents landschap’ beslist een eretitel is!
8
7
3 Aan het eind van de weg neemt u rechtsaf de Spankampen. Vroeger lagen hier houtwallen om de Westerkamp - rechts van de weg - te beschermen tegen het stuifzand van de
4 Na de Spankampen gaat u rechtsaf, een klein eindje terug richting dorp. 5 Neem voor het akkertje links het bospad linksaf. Het pad brengt u het Elper Westerveld op. Een eeuw geleden was het Elper Westerveld nog meer dan 80 hectare groot. Toen Stichting Het Drentse Landschap het zo’n dertig jaar geleden in eigendom kreeg, was er niet veel meer van over dan een lange, smalle strook sterk vergraste heide. Het gaat om het stuk links van het pad over het veld. Alles wat op het veld rechts van u ligt, was destijds tot landbouwgrond ontgonnen. Het werd later door Het Drentse Landschap verworven en bij het veld getrokken. Het Drentse Landschap heeft veel in het Westerveld geïnvesteerd omdat het hier om een zeer karakteristiek stukje Drents landschap gaat. Het begint met een strubbenbosje op een voormalige zandverstuiving aan de rand van het dorp en loopt via een dicht jeneverbesstruweel, geaccidenteerde droge heide
6
10
4
1 START 5 11 2
3
foto: Jaap de Vries
2 Op de Westerborkerstraat neemt u de eerste weg rechts: de Hogebrinksweg. U houdt de ijsbaan van het dorp met een haakse bocht aan uw linkerhand. De weg brengt u in westelijke richting het dorp uit. Vooraan op de Hogebrinksweg ziet u rechts de twee oudste boerderijen van het dorp. Het zijn boerderijen met een zogeheten langsdeel die de baanderdeuren aan de achterkant hebben. In de loop van de achttiende eeuw schakelde de Drentse landbouw over op boerderijen met een dwarsdeel en de baanderdeuren aan de zijkant.
hogere delen van het Elper Westerveld en uiteraard ook tegen al te nieuwsgierige schapen met de scheper onderweg naar het veld. De essen lagen aan de noorden oostkant van het dorp. Hier aan de westkant werden later extra kampjes land ontgonnen. Links van de Spankampen krijgt u een goede indruk van de kleinschaligheid van het oorspronkelijke landschap op de overgang van hoog en laag.
© Topografische Dienst Emmen
1 Vanuit De Koekoekshof steekt u de Hoofdstraat schuin over. U loopt de Westerborkerstraat in. Het dorp Elp moet in de vroege middeleeuwen op deze plaats ontstaan zijn. Anders dan in de grotere Drentse dorpen is de bebouwing van Elp niet erg verdicht. Sinds mensenheugenis staan de boerderijen van het dorp min of meer in twee ruime cirkels: Hoofdstraat en Boerstraat vormen het bovenste rondje, Tipweg, Dwarsweg en Hogebrinksweg liggen in het zuidelijke deel van de acht. Binnen de twee ringen liggen de dorpsweitjes achter de boerderijen.
9
Het Elper Westerveld Lengte route 4 km. Benodigde tijd circa 1-1,5 uur. Begaanbaarheid paden Redelijk te belopen in alle jaargetijden.
Openbaar vervoer Buslijn Beilen-Borger, uitstappen halte Schoolweg in Elp. Zie www.9292ov.nl of bel (0900) 9292.
foto: Jaap de Vries
Honden Niet toegestaan vanwege de runderen en schapen.
Startpunt Centrum van het dorp, bij Hotel-Restaurant De Koekoekshof.
foto: Geert de Vries
< Situatie rond 1900
Kommavlinder
en een vochtig heideveld door tot aan de kletsnatte groenlanden aan de rand van de Westerbroeken. Een groot deel van de neerslag stroomde westwaarts het Westerveld af, maar ingrepen in de waterhuishouding maakten daar in de jaren zestig van de vorige eeuw grotendeels een eind aan. Diepe van noord naar zuid lopende sloten zorgden voor een compleet andere waterhuishouding en het Elper Westerveld ging in snel tempo verdrogen. Het Drentse Landschap doet er sindsdien alles aan om deze ingrepen waar mogelijk weer ongedaan te maken. Zo hoopt men dat het verschil in vegetatie tussen de hoger en lager gelegen delen van het veld weer zal toenemen. De massale aanwezigheid aan de westkant van het veld van de vochtminnende Klokjesgentiaan met zijn prachtige blauwe bloemen in de zomer bewijst dat het inmiddels de goede kant weer opgaat met het Westerveld. Vrijwel het hele veld rechts van u was nog landbouwgrond toen Het Drentse Landschap hier begon. De grond werd in de loop van de tijd aangekocht. Alleen de smalle bossingel, die over een groot deel van het veld loopt, is nog steeds particulier eigendom. Als voormalige landbouwgrond bij een natuurterrein getrokken wordt, gaan ze als het ware langzaam maar zeker naar elkaar toegroeien. Het natuurgebied wordt verrijkt met de mineralen die aan de voormalige akkers onttrokken worden, terwijl de akkers zelf verschralen. Wie nu over het Elper Westerveld loopt, ziet hooguit aan de egalere bodem dat rechts van het pad veel nieuwere natuur ligt dan links ervan. 6 Over Elper Westerveld lopend moet u aan het eind van de bossingel aan uw rechterhand straks om het bosje heen. Blijf eerst het pad echter nog een stuk volgen.
7 Als rechts van u na een houtwal het Elper Westerveld eindigt, bent u op een interessante plek gekomen om even goed rond te kijken. Hierna loopt u het pad terug naar punt 6 waar u linksaf het veld op loopt naar het eind van de bossingel. Op deze plek is goed te zien wat de effecten van de heideontginningen geweest zijn. Er loopt hier van noord naar zuid een zogeheten steilrand die de grens markeert van de hogere veldgronden en de lager gelegen Westerbroeken. Links is de oorspronkelijke structuur zichtbaar gebleven, rechts werd met een bossingel en een diepe sloot een overgang tussen hoog en laag geforceerd. Zo’n steilrand was voor de prehistorische mens een uitgelezen plek om zich te vestigen. Er lag hoog en droog voldoende grond voor hun akkers en er was voldoende water en grasland in de buurt. U bevindt zich hier ongeveer ter hoogte van de plaatsen waar archeologen rond 1960 belangrijke vondsten deden uit vooral de late bronstijd (1100-800 v.Chr.). De vondsten gaven zoveel inzicht in het leven van de boeren in die tijd dat men deze archeologische periode de Elp-cultuur is gaan noemen. De paalgaten - of beter: de donkere ronde vlekken in de grond op de plaatsen waar de palen gestaan hebben - leverden een goed beeld op van het boerenleven in de bronstijd. De boerderijen van de Elp-cultuur hadden destijds een afmeting van maar liefst zes bij veertig meter en boden waarschijnlijk plaats aan zo’n dertig stuks vee. Naast veeteelt kende het boerenbedrijf in de bronstijd akkerbouw met granen als gerst, gierst en ‘emmertarwe’. Bouwkundigen zijn tot de conclusie gekomen dat de Drentse boeren dit type boerderij tot ver in de middeleeuwen vrijwel op dezelfde manier bleven bouwen. Pas met de uitvinding van het
gebint was het niet meer nodig de palen in te graven, de constructie had voortaan voldoende stevigheid van zichzelf.
verrees in 1911 het bescheidener Heidehuis van de andere Elper schilder Reinhart Dozy (1880-1947).
8 Ter hoogte van de bossingel aangekomen ziet u verderop schuin links voor u een hek liggen. Die kant moet u op.
Beide schilders kenden elkaar uit de Antwerper kunstwereld. De heren waren er behoorlijk succesvol en konden zich een stulpje ‘in de diepste binnenlanden van Drenthe’ permitteren. Het zijn de woorden van Roessingh zelf. Dozy en hij legden op hun doeken een Drents landschap vast dat toen op het punt stond te verdwijnen. Roessingh was behalve schilder ook een niet onverdienstelijke dichter.Velen beschouwen hem zelfs als de eerste ‘echte’ Drentse streektaaldichter. In zijn gedicht ‘Drenthe’ staat Roessingh stil bij de veranderingen in het landschap. Het begint zo:
9 Via het wildrooster naast het hek gaat u rechtsaf de Smalbroeksweg op. Links van de weg hebben de bomen, heesters en gazons meer weg van het park van een kasteeltje ergens op het Franse platteland dan van een Drentse tuin. Na enkele minuten ziet u dat er aan het eind van het park een heus wit kasteeltje staat. Het is De Zandhof die de schilder Louis Albert Roessingh (1873-1951) hier in 1909 aan de Smalbroeksweg liet bouwen. In de loop der jaren groeide het tot zijn ‘börchien’ en werd het voorzien van een trapgeveltje, een torentje en allerlei bijgebouwen. Schuin tegenover De Zandhof aan de rechterkant van de Smalbroeksweg
An het mooie hier in Drenthe, Hebt ze ropt, aal hiel mien leven! Maor hoe dapper z’ook hebt knooid Drenten bint tòch Drenten bleven. Ze kunnen aan Drenthe ‘roppen en knooien’ wat ze willen, Drenten blijven
Aan de rand van zijn geliefde Elp schilderde Roessingh begin jaren twintig het uitzicht over het veld. Op dit olieverfschilderij zijn aan de horizon nog een kerktoren en een molen te zien. Dat moet het dorp Rolde geweest zijn, vóór de aanleg van de Staatsbossen…
foto: Jaap de Vries
Het Elper Westerveld
Bij de konijnen af Er is een tijd geweest dat de aanwezigheid van de Oryctolagus cuniculus, ofwel het konijn in de Drentse natuur zo normaal was dat we nauwelijks op ze letten. Je had hooguit last van ze als ze nieuwe aanplant aanvraten of in de moestuin op bezoek kwamen. Pas in de middeleeuwen werden ze hier als troeteldier annex jachtprooi ingevoerd, maar de soort gedijde in onze streken ‘bij de konijnen af’. Vanaf de jaren vijftig van de vorige eeuw kreeg de konijnenstand het zwaar te verduren door de ziekte myxomatose. Vanaf de jaren tachtig kwam daar de virusziekte Viraal Haemorrhagisch Syndroom bij dat in Nederland naar schatting 70 procent van de totale populatie wilde konijnen doodde en ervoor zorgde dat het dier in sommige delen van Nederland inmiddels vrijwel uitgestorven is. Gelukkig hoeft u het op het Elper Westerveld nog niet zonder konijnen te stellen. Onder andere in de buurt van punt 7 in de route, waar in de heide naast het pad een grote bewoonde konijnenburcht ligt, zult u ze beslist ‘s avonds in het veld zien zitten peuzelen aan de grassprietjes die tussen de heidestruiken groeien.
Drenten. Wie net een rondje Elper Westerveld achter de rug heeft, begrijpt iets van het toen bepaald niet voor de hand liggende optimisme van de Elper ‘kasteelheer’. We begonnen de heide om te spitten. We groeven sloten, maar we gooiden ze ook weer dicht. We plantten bos, maar we kapten het. We maakten van akkerland weer heideveld. En Drenthe bleef Drenthe, doodgewoon.
10 Ga ter hoogte van het witte kasteeltje rechtsaf het bospad langs het Heidehuis op. 11 Aan het eind van het pad neemt u linksaf de Zwiggelterweg die u naar het centrum van het dorp terugbrengt.
© Stichting ‘Het Drentse Landschap’ (maart 2006) Bezoekadres: Kloosterstraat 5 – 9401 KD Assen – Postadres: Postbus 83 – 9400 AB Assen Tel. (0592) 31 35 52 – e-mail: mail@drentslandschap.nl
Natuur en landschap krijgen weer miljoenen euro’s van
De 12 provinciale Landschappen zijn weer enorm verheugd met de 12,5 miljoen euro van de Nationale Postcode Loterij. Dit bedrag werd bekend gemaakt tijdens het Goed Geld Gala, de jaarlijkse bijeenkomst eind januari met alle goede doelen van de loterij. Tijdens deze bijeenkomst maakte de Postcode Loterij bekend dat de opbrengst over 2005 ruim 419 miljoen euro bedroeg. Dat is een stijging van 6,7 % ten opzichte van 2004. Ruim 210 miljoen komt ten goede aan mens en natuur via de 50 beneficiënten, waaronder de 12 provinciale Landschappen. Met dit geld zijn we weer in staat vele projecten uit te voeren en nog meer natuur veilig te stellen. Voorbeelden hiervan zijn de natuurherstelprojecten in het Hunzedal en in het dal van het Oude Diep.
foto: Jaap de Vries
De 12 provinciale Landschappen willen de deelnemers aan de Nationale Postcode Loterij bedanken voor dit geweldige resultaat. Dankzij de ruim 4 miljoen loten die elke maand worden verkocht, kunnen inmiddels 50 goede doelen op het gebied van mensenrechten, ontwikkelingssamenwerking en natuur nog beter hun doelstellingen realiseren.
Bel (0900) 300 1500
26
Flora
Klein hoefblad Joan D.D. Hofman*
“Nu is dat werkelijk een heel mooi bloempje. Het hoofdje zit op den dikken, beschubden stengel en als de zon schijnt, dan gaan de fijne straalbloempjes wijd uitstaan, als de stralen van een zonnetje, het gele hartje komt dan te zien en zelfs een volkomen oningewijde kan dan merken, dat het bestaat uit een aantal bekervormige kleine bloempjes.”
Met deze afschuwelijke, lange zin beschrijft Thijsse het ‘heel mooi bloempje’ van het Klein hoefblad; de eerste lentebode die soms al in februari uitbundig de bodem kleurt.Vanuit een ondergrondse wortelstok spruiten de bloemstengels uit de kale, koude grond. En meteen zijn er ook de bloemen; op elke stengel één. Eigenlijk schijnbloemen, want Klein hoefblad hoort bij de Composietenfamilie, de samengesteldbloemigen. De bloem is in feite een hele bos van honderden kleine bloempjes die dicht opeen op een gemeenschappelijke bloembodem staan, een ‘hoofdje’. Peuter er maar eens een open; mag best, want er zijn genoeg. Dan zie je in het midden tientallen kleine gele buisvormige bloempjes staan, omringd door een dichte krans van een paar honderd straalbloempjes die elk een naar buiten gericht geel lint dragen, ‘als de stralen van een zonnetje’. De buisbloempjes zijn de mannelijke organen van de plant, de straalbloempjes de vrouwelijke. Bij heel veel plantensoorten zitten de mannelijke en vrouwelijke organen in één en dezelfde bloem. Sommige soorten, zoals Klein hoefblad, hebben echter aparte mannelijke en vrouwelijke bloemen. Als
foto: Jaap de Vries
(Jac. P.Thijsse, Lente, 4e druk, 1910)
die aan dezelfde plant zitten wordt dat eenhuizig genoemd. Er zijn ook soorten die aparte mannelijke en vrouwelijke planten kennen, en dat heet dan tweehuizig. Al zijn ze nog zo opvallend geel gekleurd en al bevatten de buisbloempjes wat nectar, voor de bestuiving kan Klein hoefblad geen beroep doen op insecten, want die zijn er zo vroeg in het jaar nauwelijks. De wind moet dus zorgen voor transport van stuifmeel van de ene naar de andere plant. Bestuiving binnen het bloemhoofdje komt echter het meest voor. Bestuiving luidt in de loop van april het einde van de bloei in. De bloemen verwelken met een roodachtige tint en de stengel laat letterlijk het koppie hangen. In de straalbloempjes worden dan de vruchtjes gevormd: draaddunne vruchtjes van slechts enkele millimeters lang, voorzien van een ragfijn steeltje waarop een harig parapluutje als bij de Paardenbloem. In mei buigt de stengel het hoofdje weer naar boven, de omwindselblaadjes van het hoofdje worden teruggeslagen en er ontvouwt zich een pluizenbolletje waar de wind de vruchtjes afblaast. De bloeistengel heeft zijn taak verricht en vergaat daarna snel. Filius ante patrem
Oftewel: de zoon komt eerder dan de vader. Zo werd in de middeleeuwen de eigenschap beschreven die Klein hoefblad bijzonder maakt, namelijk dat de bladeren pas verschijnen als de bloemen zijn uitgebloeid. Dat hebben maar
foto: Johan Vos
Hangende koppies
Klein hoefblad en bruine kikker
heel weinig plantensoorten. De stevige bladeren zijn van boven diepgroen. De onderzijde is opvallend wit door een viltige harenmassa. De naam hoefblad kan gemakkelijk worden verklaard door de vorm van een paardenhoef. In de loop van de zomer groeien ze uit tot vaak meer dan 20 centimeter. Zolang ze groen zijn, tot in de herfst, vullen ze de ondergrondse wortelstok weer bij en kan die verder uitgroeien en na de winter weer bloeistengels en bladeren produceren. Niet in de tuin
Klein hoefblad voelt zich het lekkerst op vochtige, kalkhoudende, matig voedselrijke gronden die overigens niet dicht begroeid zijn. Je vindt ze in Drenthe vaak op ruige hoekjes, akkers, braakliggende terreinen, langs slootkanten en greppels. Kortom, plekken waar in de bodem gerommeld wordt. Je moet over speciale eigenschappen beschikken om je op zulke plekken te kunnen handhaven. De overlevingsstrategie van Klein hoefblad berust op zijn forse zaadproductie en zijn ondergrondse wortelstok. Als de bodem met rust gelaten wordt en er zich geleidelijk ook andere planten vestigen en de begroeiing de hele
bodem gaat bedekken, is de biotoop niet meer geschikt voor Klein hoefblad. Ongetwijfeld zal een deel van zijn zaadjes elders geschikte plekken hebben gevonden om zijn rol als pionier weer te kunnen spelen. Het is verleidelijk om dit ‘heel mooi bloempje’ in de tuin te zetten. Door de uitdijende wortelstok staat je tuin er echter na verloop van tijd vol mee. Ga je dan de tuin omspitten om ze binnen de perken te houden, dan wordt het probleem alleen maar groter. Elk afgesneden stukje wortelstok groeit weer uit! Daarom kan het in akkers ook zo’n lastige plant zijn. Medicijn
Al sinds de oude Romeinen wordt Klein hoefblad bij allerlei kwalen toegepast, maar toch wel het meest tegen hoest. De Latijnse geslachtsnaam Tussilago betekent letterlijk ‘hoestverdrijver’. Men brouwde er van de bloemen, stengels en bladeren met honing een siroop van of gebruikte de bladeren als tabak die astmalijders verlichting bood. *Drs. J.D.D.Hofman is redacteur en bestuurslid van Het Drentse Landschap.
Stichting Het Drentse Landschap heeft voor de realisatie van het LOFAR-project een zeer aanzienlijke bijdrage ontvangen van het VSBfonds. De stichting wil samen met de initiatiefnemer van het project, ASTRON, de gronden waarop de ultramoderne radiotelescoop LOFAR komt, als natuurgebied inrichten en beheren. Met de bijdrage, voor de aankoop en inrichting van de gronden, van het VSBfonds komt die wens een grote stap dichterbij. Het aankopen en inrichten van de gronden is onderdeel van het project ‘Van de Hunze en de sterren’. Doel van dit project is de idealen van twee organisaties, Het Drentse Landschap en ASTRON, met elkaar te verenigen. ASTRON ontwikkelt de grootste radiotelescoop en sensornetwerk ter wereld, waarmee nieuwe wetenschappelijke ontdekkingen gedaan kunnen worden. LOFAR moet antwoord geven op vragen als Wat is de geschiedenis van het heelal? en Welke objecten werden het eerst gevormd na het ontstaan van het heelal? Voor dit project zijn grote stukken ‘stil’ land nodig.
Zekerstelling natuur in LOFAR-project grote stap dichterbij
Stichting Het Drentse Landschap is in het Hunzedal bezig met het ontwikkelen van nieuwe natuurgebieden. Door samen te werken met ASTRON hoopt de stichting in dit gebied 240 ha meer natuur te realiseren. Beide partijen zien goede mogelijkheden om het Hunze- en het LOFAR-project in elkaar te laten vloeien waardoor er geweldige kansen ontstaan om dit gebied nog unieker te maken. De samenwerking tussen Het Drentse Landschap en ASTRON is er op gericht de natuurfunctie aan het einde van het LOFAR-project te kunnen garanderen. De beide organisaties zijn dan ook zeer verheugd met de bijdrage van het VSBfonds omdat het een geweldige impuls aan het project geeft. Ook worden nu andere partijen, zoals provincie, rijk, Nationale Postcode Loterij en andere fondsen benaderd in de hoop het project Van de Hunze en de sterren tot een succes te maken. Het VSBfonds steunt onder andere projecten op het gebied van natuur en milieu die bijdragen aan de versterking van draagvlak voor natuur en aan de bevordering van een duurzame, milieubewuste leefstijl van inwoners van Nederland.
Op 2e Paasdag, maandag 17 april, organiseren we in nauwe samenwerking met Dagblad van het Noorden Paaswandelingen in verschillende natuurgebieden van de stichtingen Het Drentse en Het Groninger Landschap. Bij inlevering van de bon op de lezersservicepagina van Dagblad van het Noorden van vrijdag 14 april bij één van de genoemde vertrekpunten, ontvangt u een leuke attentie.
Dagblad van het Noorden Paaswandelingen bij het Drentse en Groninger Landschap In Groningen kunt u onder begeleiding van deskundige gidsen genieten van de volgende wandelingen:
In Drenthe kunt u in de volgende mooie natuurgebieden onder begeleiding van een gids wandelen om 14.00 uur:
•
Bourtange 13.30 uur Start: informatiecentrum van de Stichting Het Groninger Landschap, Bisschopsweg 1 in Bourtange.
•
•
•
Zuidlaardermeer 06.30 uur Start: hoek Ruigelaan – Oude Middelhorst in Haren
•
Leekstermeer 10.00 uur Start: informatiepaneel aan de Hooilanden 12 in Lettelbert
Stapelerveld bij de Wijk Start: informatiecentrum ’t Ende, Stapelerweg 20 in de De Stapel bij de Wijk Beschreven wandelroutes zijn vanaf 13.00 uur gratis beschikbaar bij:
•
• Informatiecentrum Doldersummerveld bij de
•
• Informatiecentrum Hijkerveld bij de schaapskooi
Ennemaborgh 13.30 uur Start: werkschuur naast de borg, Hoofdweg 100a in Midwolda Pieterburen 14.00 uur Start: Waddencentrum, Hoofdstraat 83 in Pieterburen Voor meer informatie: • kantoor van de Stichting Het Groninger Landschap, telefoon (050) 313 59 01 op werkdagen van 9.00 tot 17.00 uur of kijk op www.groningerlandschap.nl
foto: Jaap de Vries
Landgoed Lemferdinge te Paterswolde Start: parkeerplaats van Lemferdinge, Lemferdingelaan 2 in Paterswolde
schaapskooi, Huenderweg 1 in Doldersum
(route via borden vanaf Hijken aangegeven)
Voor meer informatie: • kantoor van de Stichting Het Drentse Landschap, telefoon (0592) 31 35 52 (Hans Colpa) of kijk op www.drentslandschap.nl
30
Fauna
Elders in dit blad treft u een artikel van Henk Luning aan over de historische vestiging van Fazanten in Drenthe. Aanvullend daarop zal hier de recente ontwikkeling worden weergegeven.
Ongeveer honderd jaar geleden is de Fazant in Drenthe als jachtwild ge誰ntroduceerd. In de loop van de vorige eeuw ging het de Fazant vooral dankzij het jaarlijkse uitpoten van duizenden kunstmatig uitgebroede jonge Fazanten en door bijvoedering voor de wind. Bosontwikkeling en intensivering in de landbouw (voedsel) speelden de Fazant extra in de kaart. Het draaide bij de Fazant simpel om het fokken van veel vogels om ze vervolgens in het veld te brengen en tijdens de jacht af te schieten. Jachtopzieners waren hierbij essentieel, want zij moesten het de jachtheer naar de zin maken met veel wild. Om dit te bereiken werden (vermeende) rovers van fazanteneieren en -kuikens of belagers van volwassen vogels, zoals marters, vossen, maar ook egels en uiteraard roofvogels, uilen, reigers en kraaiachtigen te vuur en te zwaard bestreden. Dat gebeurde met het geweer, maar ook het uitleggen van gehakt, een dooie duif of eieren waarin een giftig goedje was verstopt, was een probaat middel. Dat het gif behalve de beoogde slachtoffers ook nog talloze andere dieren om zeep bracht, was ondergeschikt aan het genot van de jacht op Fazanten.
Arend J. van Dijk*
De Fazant Geliefd, verafschuwd en vergane glorie
foto: Joop van de Merbel
Kentering
In samenhang met groeiend milieubewustzijn en meer interesse voor de natuur kwam er eind vorige eeuw een kentering in de houding ten opzichte van dit jachtbedrijf. Het vaak r端cksichtslos doden van dieren puur voor de lol werd niet meer breed geaccepteerd. In de jachtwereld was de Fazant
geliefd, maar ook bij menige natuurgenieter, want welke andere mooi gekleurde vogel kon je van zo dichtbij in het wild bekijken! Door de antijachtlobby werd de Fazant als boegbeeld van de plezierjacht verafschuwd. Bij natuuronderzoekers stond deze uitheemse gast laag aangeschreven, onder andere vanwege het negatieve effect op de inheemse fauna (o.a. eten van bepaalde insecten en hagedissen). In 1978 kwam het tot een beleidswijziging. Het uitzetten van Fazanten werd afgebouwd en in 1993 zelfs verboden; evenals het bijvoeren. Als gevolg hiervan is de stand in sommige gebieden, zoals op de Veluwe, in Flevoland en in Midden-Drenthe volledig ingeklapt, maar elders werd nog wel gewag gemaakt van (illegaal) uitzetten of bijvoederen. Dalende afschotcijfers bevestigen de teloorgang. Begin jaren tachtig werden landelijk nog minimaal 400.000 Fazanten per jaar geschoten en in 2000 nog ruim 100.000. Zaten Fazanten vroeger veel in lichte bossen (‘bosfazant’) en in kleinschalige cultuurlandschappen, tegenwoordig zijn ze vooral sterk vertegenwoordigd in grootschalige akkergebieden, zoals in Zeeland en in de Veenkoloniën. Hier is vaak voldoende voedsel en dekking en tevens zijn geduchte fazantenpredatoren zoals de Vos en Havik er doorgaans dun gezaaid. Vergane glorie
Tot ongeveer dertig jaar geleden was Drenthe een eldorado voor de Fazant, maar daarna ging het bergafwaarts. Precieze cijfers zijn er nauwelijks,
foto: Joop van de Merbel
31
hetgeen onder meer samenhangt met sterke wisseling van aantallen door uitzetten en afschot.Verder wordt het tellen bemoeilijkt doordat fazantenhanen er een harem op nahouden (wat moet je aanhouden: hanen, hennen of nesten?). In Zuidwest-Drenthe is de stand van fazantenhanen vanaf 1970 systematisch gevolgd. In de hoogtijdagen telde de populatie daar 1820 hanen. Tien jaar later was de stand ongeveer gehalveerd en in 1990 nogmaals. Anno 2005 staat de teller op 150, nog maar 8% van het beginaantal. In bossen zijn kraaiende hanen thans alleen nog aan de randen te vinden; heidevelden zijn zo goed als ontvolkt evenals open graslandgebieden. De grootste kans op een Fazant in Drenthe heb je tegenwoordig in afwisselende
landschappen met essen, graslanden, bosjes, houtwallen, singels, ruige randen en percelen, moerasjes (rietzaden) en aan randen van bebouwing met veel groen. Maar het bolwerk bevindt zich in de Veenkoloniën. Drenthe herbergt thans 4000 tot 5000 hanen. Ondanks de afname weet deze hoenderachtige zich op een laag niveau te handhaven en wordt nu daarom als een volwaardig ingeburgerde lidmaat van onze natuur beschouwd. In menig natuurgebied is hij tegenwoordig een bijzonderheid, maar het zal nog wel even duren voordat er drommen vogelaars op af zullen komen. *A.J. van Dijk is medewerker van SOVON Vogelonderzoek Nederland en is vrijwilliger bij Het Drentse Landschap.
32
Cultuur
Uniek grafisch proeflokaal in Gerrit Eerland*
De regelmatige bezoeker van Orvelte kent hem wel. Woonachtig in een oude boerderij van Het Drentse Landschap aan de Schoolstraat nr. 3 : Toon Wegner, 79 jaar oud, graficus, winnaar van de Culturele prijs van Drenthe en trotse bezitter van een unieke collectie van circa 20 drukpersen, sommige méér dan een eeuw oud. En alles werkt nog. Toon beschikt namelijk over de kennis om deze apparaten te onderhouden en te bedienen. Gedurende meer dan 30 jaar is hij als grafisch kunstenaar actief. Een indrukwekkende en veelzijdige productie grafische kunst is het resultaat.
Het plan is om een nieuw grafisch proeflokaal te bouwen naast het bestaande, maar verouderde atelier van Toon. B + O architecten heeft inmiddels een mooi ontwerp gemaakt. Daarin is naast werk- en bezoekersruimte ook voorzien in een bescheiden verblijfsgelegenheid voor één á twee kunstenaars, een zogeheten Artist in residence. De verwachting is dat de komende maanden de noodzakelijke planologische procedures doorlopen kunnen worden, waarna met de bouw kan worden begonnen. Inmiddels is ook gezocht naar een opvolger voor Toon, zijn er contacten gelegd met de Provinciale Bibliotheekcentrale over mogelijkheden tot ontsluiting van de grafische bibliotheek en is het internationale grafische netwerk geactiveerd. Voorkomen moet worden dat deze schat aan oude werkende drukpersen en aan vakkennis verloren gaat. De grafische werkplaats van Toon verdient een blijvend toekomstperspectief. Daartoe is enige tijd terug de Stichting Grafisch Erfgoed opgericht. Naast beheer en behoud is ook het doel de apparatuur in bedrijf te houden. Bovendien moet dit alles
toegankelijk zijn voor amateur- en professionele kunstenaars en voor scholieren en bezoekers van Orvelte die kennis willen maken met grafische kunst(technieken). In nauwe samenwerking met Het Drentse Landschap, Stichting Orvelte, de gemeente Midden-Drenthe en de provincie Drenthe wordt gezocht naar mogelijkheden.
Samenwerking Leer
Contacten zijn gelegd met de AEPM (Association of European Printing Museums), het Gutenbergmuseum en de Druckladen in Mainz.Voorts is er sinds vorig jaar intensief overleg met ‘Die Grafische Gesellschaft Leer’. Dit heeft geleid tot een bijzonder samenwerkingsproject bestaande uit:
Orvelte
* Drs.G.J. Eerland is voorzitter van de Stichting Grafisch Erfgoed.
8 en 9 april 2006
foto: Jaap de Vries
workshops voor kunstenaars, tentoonstellingen en scholierenuitwisselingen. Gedurende drie weekeinden hebben 6 Drentse en Groningse kunstenaars en 5 leden van de Grafische Gesellschaft afwisselend in Leer en Orvelte bij elkaar “over de grens gekeken”. Hun indrukken van deze oude plaatsen en het omliggende Oost-Friese en Drentse landschap vonden weerslag in houtsneden, etsen en steendrukken. Het resultaat daarvan is inmiddels vanaf half november tot eind december vorig jaar te zien geweest tijdens een tentoonstelling in Leer. In een unieke expositieruimte, het karakteristieke bakstenen gebouw van het voormalige Zollamt, vond onder grote belangstelling op 18 november de opening plaats. De tentoonstelling zal dit jaar in Orvelte komen te staan. Bijna tegelijkertijd hebben leerlingen van scholengemeenschappen uit Ost-Friesland en Noord-Nederland een gezamenlijke grafiekworkshop in Orvelte gevolgd, onder begeleiding van Toon Wegner en collegakunstenares Wia Stegeman. Het samenwerkingsproject dat de titel “Anders gezien - Anders gesehen” droeg, werd uitgevoerd door de Grafische Gesellschaft Leer en de Stichting Grafisch Erfgoed. Dit was mede mogelijk dankzij de EDR in het kader van het programma People to people, de provincie Drenthe, Het Drentse Landschap, Niedersachsen en het Ostfriesische Landschaft. In de komende tijd zullen dergelijke uitwisselingsprogramma’s vaker worden opgezet.
Museumweekend in teken van de lente Het Nationaal Museumweekend op zaterdag 8 en zondag 9 april 2006 wordt ook dit jaar in Assen weer door een aantal erfgoedinstellingen gezamenlijk georganiseerd. Het landelijke thema dit jaar is ‘De kunst van het weten’. Het Drents Museum, het Drents Archief en de Stichting Het Drentse Landschap bieden het publiek een gevarieerd programma aan waarbij in Assen de ‘lente’ centraal staat. Een bijzondere ontdekkingstocht, ‘Creëer je eigen lente’, voert kinderen langs de drie erfgoedinstellingen, waarbij ze mee kunnen doen aan allerlei verschillende activiteiten en daarbij zelf de komst van de lente leren herkennen en hun eigen lenteboden in elkaar kunnen knutselen. De entree tot de drie instellingen is het hele weekend gratis. De activiteiten starten beide dagen om 11.00 uur. Ontdekkingstocht ‘Creëer je eigen lente’ De ontdekkingstocht ‘Creëer je eigen lente’ start op de Brink, vóór het Drents Museum, waar ieder kind een plattegrond met opdrachten krijgt. Daarna mogen ze zelf weten waar ze willen beginnen. In het Drents Archief ontmoeten kinderen de heer en mevrouw Van Valkenstijn. Dit echtpaar bewoonde meer dan 150 jaar geleden het huis Vredeveld, even buiten Assen. De Van Valkenstijns wilden daar een rustig en teruggetrokken bestaan leiden, maar dat gaf meteen al aanleiding tot een hoop geroddel. Er gingen zelfs geruchten dat ze menseneters waren en dat mevrouw Van Valkenstijn een dochter van Lodewijk Napoleon was! Tot de dag van vandaag is het huis Vredeveld en zijn bewoners met geheimzinnigheid omgeven. De kinderen maken kennis met het echtpaar in het Drents Archief. Daar ontdekken ze wat de heer Van Valkenstijn al die jaren in zijn archief heeft bewaard. Een gedroogd viooltje speelt daarbij een belangrijke rol... In de tuin van Het Drents Landschap (ingang Kloosterstraat) ontdekken kinderen de lente in Drenthe, waarbij vogels en insecten natuurlijke voortekenen zijn van het nieuwe seizoen. In het Drents Museum gaan kinderen met bloemen aan de gang.
Wanneer men in Drenthe kwakende kikkers hoort dan zijn dat groene kikkers. Bruine kikkers en padden maken slechts zacht grommende en knorrende geluiden. Een kwakende kikker is altijd een mannetje. Vrouwtjes kwaken niet. Over het algemeen gaat het goed met de groene kikkers. Het zijn waterbewoners die hun leven in het water of langs de waterkant doorbrengen. Geert de Vries*
Tegenwoordig onderscheidt men drie verschillende soorten groene kikkers. Twee ervan zijn in het veld meestal wel te herkennen. Dat zijn de Poelkikker en de Meerkikker. Tot voor kort ook wel de Kleine en de Grote groene kikker genoemd. De Poelkikker is kleiner dan de Meerkikker. Het mannetje van de
Poelkikker heeft in de voortplantingstijd een gele kop. Zijn iris heeft in tegenstelling tot die van de Meerkikker geen zwarte vlekjes (zie foto). De Poelkikker heeft witte kwaakblazen, terwijl die van de Meerkikker donkergrijs zijn. Het beste onderscheid tussen deze twee kikkers zijn de verdikte knobbels op de achterpoottenen van
Levenscyclus
Groene kikkers ontwaken pas uit hun winterslaap nadat de Bruine kikker en de Gewone pad het water waarin ze zich voortplanten, allang hebben verlaten. Groene kikkers planten zich pas voort vanaf eind mei. De mannetjes zoeken elkaar op en kwaken luidkeels
foto: Geert de Vreis
foto: Geert de Vreis
Groene kikkers
de Poelkikker. De Meerkikker kwaakt op een karakteristieke, bijna lachende manier. Dit verklaart zijn Latijnse naam Rana ridibunda, wat betekent â&#x20AC;&#x2DC;lachende kikkerâ&#x20AC;&#x2122;. Er is nog een derde soort groene kikker die sinds kort Bastaardkikker heet (voorheen Middelste groene kikker). Het is een kruising tussen de Poel- en Meerkikker. Hij lijkt op beide kikkers en is in het veld alleen door specialisten te herkennen. De kruising is zeer succesvol want het is nu verreweg de meest voorkomende groene kikker in ons land. In het grootste deel van Europa zijn paringen van Bastaardkikkers weinig succesvol. Nederland en de omliggende landen vormen hier een uitzondering op. Hier leveren de paringen van Bastaardkikkers wel jongen op.Voor de instandhouding van onze populatie Bastaardkikkers is het van belang dat de Meerkikker of Poelkikker zo af en toe voor vers bloed zorgt. In Drenthe vervult vooral de Poelkikker deze rol. Paringen tussen Poelkikkers en Bastaardkikkers leveren een vitaal nageslacht van jonge Bastaardkikkers op. Een paring tussen de Bastaardkikker en de Meerkikker levert meestal alleen maar jonge Meerkikkers op.
Fauna
in koren, die uit wel 50 exemplaren kunnen bestaan. Binnen zo’n koor hebben de mannetjes hun eigen territorium en proberen ze te paren met alles wat beweegt. Wanneer een mannetje per ongeluk een seksegenoot vastgrijpt, dan maakt die met een kwakend geluid duidelijk hier niet van gediend te zijn. Een vastgepakt vrouwtje stemt stilzwijgend in met de paring. Tijdens de paring legt het vrouwtje wel meer dan 2000 eitjes. Het mannetje strooit daar zijn sperma over. Het dril is okergeel van kleur. Het duurt minstens twee maanden voordat kikkervisjes kikkers worden. Ze veranderen dan van vegetariërs in vleeseters. Ze eten onder meer muggen en wormen. In de herfst gaan ze in winterslaap, die meer dan een half jaar duurt. Na twee jaar zijn de meeste groene kikkers geslachtsrijp en kunnen ze zich voortplanten.Van de paar duizend kikkervisjes die een vrouwtje jaarlijks voortbrengt, wordt er gemiddeld maar één volwassen.
Biotoop
Paring tussen een Poelkikkerman en een Bastaardkikkervrouw
Kikkerdril van een groene kikker
De Meerkikker is in Drenthe heel zeldzaam. Hij woont bij voorkeur in laagveengebieden zoals het Friese merengebied en Noordwest-Overijssel. De Poelkikker is vooral een bewoner van vennen. De Bastaardkikker voelt zich hier ook thuis, maar ook in plassen, poelen, vijvers en sloten. In de winter slapen Meerkikkers op de bodem van meren en sloten. Poelkikkers slapen op het land. Daarom hebben zij verdikte knobbels aan de tenen van hun achterpoten. Die dienen als een soort schepje om een eigen holletje voor de winter te kunnen graven. De Bastaardkikker is een echte intermediair. Een deel houdt een winterslaap in de modder en een ander deel graaft zelf een holletje. Toekomst
De laatste jaren wordt de waterkwaliteit beter. Daardoor neemt het aantal groene kikkers weer toe. De Bastaardkikker is veruit het meest succesvol. Hij is ook de meest zwerf-
35
lustige van de groene kikkers. Zodra ergens een (tuin)vijver is aangelegd verschijnt als eerste de Bastaardkikker. De Poelkikker is een Rode Lijst-soort. Hij geeft de voorkeur aan voedselarme vennen met kale plekjes langs de oever om te zonnen.Veel vennen hebben last van verzuring. Wanneer het water te zuur wordt gaan de eitjes dood. Gelukkig is het melodieus kwakend concert van Poelkikkers nog steeds te horen ten teken dat er nog nakomelingen worden verwekt. In verschillende soorten en maten...
* G.W. de Vries is werkzaam bij het IVN Consulentschap Drenthe en is bestuurslid van Stichting Het Drentse Landschap.Voor het schrijven van dit artikel is gebruik gemaakt van informatie van RAVON, de Stichting Reptielen, Amfibieën en Vissen Onderzoek Nederland.
De ontwikkeling van ei tot kikker duurt ongeveer twee maanden.
36
Kortweg
Kortweg
3 5 ASSEN
1
3 4
EMMEN
HOOGEVEEN MEPPEL 2 2
foto: Dick van Dorp
2-Reestdal
Tijgerspin
1-Hijkerveld Uit recent ontvangen inventarisatiegegevens van dit terrein komt onder meer naar voren dat de in 2004 ontdekte Zandhagedissen in 2005 jongen hebben gekregen. Er werden 3 jonge exemplaren aangetroffen. Zeer waarschijnlijk lopen er nog wel wat meer rond. Op veel plekken in Drenthe lijken de Zandhagedissen het de laatste jaren goed te doen. Ongetwijfeld pakken de warmere zomers van de laatste jaren gunstig uit voor deze warmteminnende hagedis.
Omdat de Zandhagedis zijn eieren in het zand begraaft, is hij meer dan zijn kleine ‘neefje’ de Levendbarende hagedis afhankelijk van zonne-energie. Ook de vanuit het zuiden oprukkende Tijgerspinnen werden afgelopen jaar weer aangetroffen op het Hijkerveld. Dit jaar werd hier voor het eerst een nestje met eieren, goed bewaakt door een moederspin, aangetroffen op de heide.
Geleidelijk aan wordt het duidelijk dat de door de Noord-Nederlandse politiek zo gedroomde zweeftrein er niet zal komen. Daarmee komen de al eerder bestudeerde varianten wel weer in beeld. Waaronder een snelle verbinding via Zwolle en Hoogeveen naar Groningen. Een probleem vormen de scherpe bochten zowel bij Meppel als bij Hoogeveen. Bij deze variant zal ongetwijfeld weer gekeken worden naar een bochtafsnijding bij Meppel door het Reestdal. In de ogen van Het Drentse Landschap een onzalig idee. Gelukkig is de gemeenteraad van Staphorst zeer alert terwijl ook in de gemeente Meppel de onrust toeneemt. Het Drentse Landschap zal deze ontwikkelingen nauwgezet volgen en alles op alles zetten om het Reestdal tegen zo’n grove ingreep te beschermen. Overigens zal elk tracé dat in discussie wordt gebracht, kritisch worden beoordeeld op mogelijke gevolgen voor natuur en landschap.
3-Hunzedal Ter hoogte van Bronneger op de overgang van het Voorste Diep naar de Hondsrug ligt een aantrekkelijk stukje landschap. Een groep hunebedden, twee grafheuvels, wat oud eikenbos en een klein maar erg fraai stukje droge heide, bekend onder de naam Bloemendellen. Ondanks de geringe omvang herbergt het heideveldje een verrassend soortenrijke flora met onder meer Klein warkruid en de aan stuifzand gebonden plantjes: Zandblauwtje, Buntgras en Rendiermos. Ook de Drentse paddestoelenwerkgroep bleek gecharmeerd van dit heideveldje. Er werden dan ook een paar grote heksenkringen van de zeer zeldzame Grijze vorkplaat aangetroffen. Dit is een soort die landelijk met meer dan 90% achteruit is gegaan in de laatste decennia. Op Bloemendellen staan ze echter nog in grote groepen.
5-Gasterse Duinen
4-Elper Westerveld In het Elper Westerveld is in oktober 2005 een bijzondere paddestoel ontdekt door Eef Arnolds en Rob Chrispijn van de Paddestoelenwerkgroep Drenthe. Het gaat om de Tolvormige stuifzwam (Bovistella radicata), een opvallende stuifzwam met een wortelende steel.Verspreid over het terrein zijn vier groeiplekken met in totaal 30-40 exemplaren aangetroffen. De soort groeit alleen op de droogste delen in grazige vegetaties die kort worden gehouden door heideschapen en konijnen. In Nederland is de Tolvormige stuifzwam voornamelijk op de Veluwe gevonden, voor het laatst in 1975. In Drenthe
is de soort slechts één keer eerder waargenomen, in grazig jeneverbesstruweel in De Palms bij Meppen in 1979, eveneens een terrein van Het Drentse Landschap. De meest recente vondst in Nederland dateert van 1989 bij Helmond. Ook elders in West-Europa is de soort zeer zeldzaam en zij staat hoog genoteerd op de Voorlopige Europese Rode Lijst van bedreigde paddestoelen.Voor het behoud van de vindplaatsen is continuïteit van het begrazingsbeheer en het vermijden van grootschalige bodemverstoring van groot belang.
Tijdens de voorbereidingen van een mossenexcursie in januari jl. over de Gasterse Duinen is het enkele millimeters hoge Strodakmos (Leptodontium gemmascens) herontdekt. Tien jaar geleden was deze soort al eens opgemerkt door de DrentsGroningse Mossenwerkgroep. Het betrof toen de eerste waarneming van deze soort in Nederland! Sindsdien is dit kleine mosje nog op twee plaatsen in Gelderland gevonden. De soort werd voor het eerst beschreven in 1887 in ZuidEngeland. Ze kwam daar uitsluitend voor op strodaken. Lange tijd werd ze als een endeem beschouwd. Een soort dus die slechts in een beperkt gebied voorkomt. Het wekte onder moskundigen dan ook enige verwondering toen op het Marioneiland, een eiland dat zich ten zuidoosten van Zuid-Afrika bevindt, het Strodakmos werd gevonden!
foto: Eef Arnolds
Tolvormige stuifzwammen op het Elper Westerveld
Daarnaast komt deze soort vermoedelijk ook in de Andes voor. In Zuid-Amerikaanse literatuur wordt namelijk een mossoort beschreven die sprekend op het Strodakmos lijkt. Sinds 1958 en vooral vanaf 1990 breidt de soort zich in Europa uit. Het Strodakmos is inmiddels bekend van enkele plekken in bijvoorbeeld Frankrijk, Duitsland, België en Denemarken. Echter overal blijft ze uiterst zeldzaam. In de Gasterse Duinen groeit deze soort op half vergaan gras tussen vochtige pollen van Bochtige smele in sterk vergraste heide. In Engeland is gebleken dat het gras tenminste 10 jaar dood moet zijn, voordat het mos zich daarop kan vestigen. In Europa vermeerdert het Strodakmos zich uitsluitend vegetatief, met behulp van zogenaamde gemmen. Dit zijn kleine broedkorrels die zich aan de toppen van de bladeren bevinden en gemakkelijk afvallen. Het doel van dergelijke gemmen is het snel kunnen koloniseren van de directe omgeving van het volwassen plantje.Van sporen is bekend dat ze met behulp van de wind van het ene naar het andere continent kunnen worden verplaatst.Voor gemmen geldt dit, voorzover bekend, niet. Ze zijn veel groter en zwaarder. Hoe het Strodakmos dan toch in de Gasterse Duinen is terechtgekomen, blijft een raadsel. De Drents-Groningse mossenwerkgroep gaat binnenkort onderzoek doen naar de levensvatbaarheid en verspreidingsmogelijkheden van deze gemmen.
Provinciaal Meerjaren Plan Drenthe Diversen Samen met gemeenten, waterschappen en belangengroepen zowel als met de natuurbeschermingsorganisaties, is de provincie Drenthe een Provinciaal Meerjarenprogramma aan het opzetten. Met als doel om de plattelandsontwikkeling in de periode 2007-2013 via het beschrijven van projecten vorm te geven. Dat heeft te maken met zaken als natuur, recreatie, waterberging, landbouw enzovoort. Dat programma zal deel gaan uitmaken van het zogenaamde Investeringsprogramma Landelijk Gebied of ILG. In dat ILG spreken diverse ministeries, de provincies, gemeenten en waterschappen af wat ze allemaal gaan realiseren in het platteland. Ook het Programma Beheer schijnt erin opgenomen te worden, hetgeen ons toch wel zorgen baart. Na zes jaar bureaucratische mishandeling door deze subsidieregeling hoopten we in rustig vaarwater te komen maar dat zou best eens anders kunnen uitpakken. Samen met de provincie Drenthe probeert de natuurbescherming invloed op dit proces uit te oefenen. Wat nieuw is aan het ILG is dat er meer integraal gebiedsgericht werken wordt gepropageerd. Iets dat in Drenthe onder gedeputeerde Edelenbosch al gemeengoed is geworden. Onze provincie is daar verder in dan de meeste andere, hetgeen ook door de visitatiecommissie onder oud-minister De Graaff werd geconstateerd. Deze commissie bezocht alle provincies om te kijken hoever ze met de voorbereidingen voor het ILG stonden. Ook Het Drentse Landschap en andere natuurbeherende organisaties werden gehoord en konden hun zorgen over het Programma Beheer en ook het ontbreken van aankoopmogelijkheden op dit moment, onder de aandacht brengen. Net als in 2002 zijn er geen gelden bij LNV om aankopen te financieren, waardoor de motor achter functieverandering van gronden stilvalt. Enerzijds propageert het rijk gebiedsgericht en integraal werken. Anderzijds maakt LNV dat onmogelijk doordat de aankoopsubsidies zijn weggevallen. Kom daar maar eens uit! Wat Het Drentse Landschap evenzeer bezighoudt is het feit dat hier sprake is van een contract voor 7 jaar. De provincie vraagt vervolgens aan haar partners om zich voor die periode aan de doelen te verbinden en koppelt daar zelfs financiĂŤle toezeggingen aan. Deze werkwijze staat haaks op de werking van de Algemene Subsidieverordening (ASV) die het principieel onmogelijk maakt toezeggingen voor meer dan een jaar te doen. Het Drentse Landschap is erg benieuwd hoe de provincie deze zaken kan rijmen.
â&#x20AC;˘ In memoriam Coby Verbeek-Marinissen Aan het begin van het nieuwe jaar overleed op 69-jarige leeftijd Coby Verbeek-Marinissen. Zij behoorde bij de pioniers uit de periode dat de stichting nog geen eigen medewerkers in dienst had. In de jaren 60 van de vorige eeuw werden de werkzaamheden voor de stichting verricht door enkele ambtenaren van de provincie Drenthe. Coby was werkzaam op het Kabinet van de Commissaris van de Koningin. Tussen de bedrijven door deed zij met grote voortvarendheid de administratie van Het Drentse Landschap. Dit is zij blijven doen tot het moment dat rond 1970 een rentmeester en een
administrateur in dienst van de stichting kwamen. Daarna heeft zij nog vele jaren de begunstigersadministratie gevoerd. Toen ook deze taak door eigen medewerkers van de stichting werd overgenomen, bleef zij een grote betrokkenheid en interesse houden bij natuur en landschap en het wel en wee van de stichting en haar medewerkers. Haar naam zal nauw verbonden blijven met de beginjaren van Het Drentse Landschap toen de stichting vanuit een slapend bestaan uitgroeide naar een eigen organisatie.
foto: Joop van de Merbel
Extra vleesverkoop in april
• Windmolens De laatste maanden is er in de Drentse politiek weer veel te doen over windmolens in onze provincie. Het ziet ernaar uit dat de meeste politieke partijen meer en meer overhellen naar het plaatsen van de molens in ons mooie Drentse landschap. Het bestuur van Het Drentse Landschap heeft zich onomwonden tegen plaatsing uitgesproken.Vooral vanwege het zeer ontsierende karakter van de molens. De politiek in Drenthe constateert regelmatig hoe belangrijk ons mooie landschap voor onze provincie is. Als woon- en leefklimaat, voor onze gezondheid en niet in de laatste plaats als basis voor toerisme en recreatie, de gestaag groeiende economische sectoren. Dit zet men op het spel door het plaatsen van windmolens die niet passen in de schaal van ons landschap. Ga maar eens in Denemarken kijken hoezeer windmolens daar het vlakke land molesteren. Verder is het duidelijk dat windmolens alleen met veel subsidie rendabel zijn te maken. Als men een bewuste energiepolitiek zoekt waarom dan niet meer mikken op bezuinigingen. Iedereen kan rond de kersttijd constateren dat stad, dorp, tuin, straat en vaart allemaal baden in de kerstverlichting.Verspilling op grote schaal en het lijkt elk jaar erger te worden. Laten we zuinig zijn op onze horizon, onze toeristisch-recreatieve sector, ons landschap en dus geen windmolens plaatsen.
Op donderdag 6 april a.s. organiseren wij samen met ABZ Anloo te Anloo en Aldershof te Oosterwolde een extra afhaaldag voor onze vleesproducten. Naast gehakt, saucijzen en burgers is er ook nog een zeer beperkt aantal rundvleespakketten verkrijgbaar van 15 kilogram (Schotse Hooglander en Limousin) en enkele lammeren. Dit betreft alleen verpakt en ingevroren vlees. We kunnen u deze pakketten nog voor de prijzen van 2005 aanbieden. Bestellingen kunnen vóór 1 april ingestuurd worden via de ingehechte antwoordkaart. Dit kan ook per e-mail aan Ellen Zindel (e.zindel@drentslandschap.nl). Bestel snel want de voorraad is beperkt.
• Siemen Dijkstra in Drents Museum In het Drents Museum in Assen is vanaf 21 februari 2006 een overzichtstentoonstelling te zien van één van Nederlands bekendste grafische kunstenaars, Siemen Dijkstra. Ruim 100 indrukwekkende kleurenhoutsneden en tekeningen met Nederlandse (vooral Drentse) en Deense landschappen geven een prachtig beeld van het oeuvre van deze graficus. De realistische werken zijn persoonlijke impressies van vaak oneindige landschappen die onaangeraakt lijken door de tijd. De zoektocht naar de essentie van het landschap, in combinatie met een ongelooflijke techniek, heeft Dijkstra voor een groot publiek tot een bekend kunstenaar gemaakt. De werken op de tentoonstelling zijn grotendeels afkomstig uit particulier bezit. De tentoonstelling op de bovenverdieping van het Drents Museum duurt tot en met 18 juni 2006.
• Nieuwe expositie in Museum Galerie Campis In Museum Galerie Campis is tot en met 2 juni werk te bezichtigen van de hedendaagse abstracte kunstenaar Albert Oost. Zijn schilderijen bestaan uit materie van olieverf, was en hars. De materieverschuivingen, kleine groeven en abrupte stops op het doek maken dat elk werk boeiend is. Het oog van de kijker wordt vastgehouden door de kleur, indeling en structuur. De zijkanten van het doek vertellen hun eigen verhaal: duidelijk waarneembaar laten zij de ontstaanswijze zien als een stille getuige van wat er zich heeft afgespeeld. Het werk dient daarom maagdelijk te worden tentoongesteld d.w.z. zonder glas en zonder kader. Albert Oost heeft diverse tentoonstellingen op zijn naam staan en exclusief voor Drenthe vindt een solo-expositie plaats in Campis. Zijn werk is ook te zien op de Kunstrai in Amsterdam van 3 t/m 7 mei a.s. bij ‘de Kunstruimte’ van Fred Wagemans uit Beetsterzwaag.
Museum Galerie Campis [Boerderij] Kamps 1, 9451 TB Rolde 0592-248350. Open: woe t/m vrij 13.0017.00 uur en op afspraak. Museum: werk van de dichter/ kunstenaar Lucebert. Toegang € 1,50. Galerie: Albert Oost, schilderijen; 8 maart t/m 2 juni. Toegang vrij. • Schenkingen en giften Ook de afgelopen maanden ontving Het Drentse Landschap weer tal van bijdragen.Van THC Control BV. uit Assen € 200,--.Verder werden van diverse particulieren bedragen ontvangen: € 70,-- uit Ees, € 225,-- uit Emmen, € 800,-uit Assen en € 1.000,-- uit De Bilt. Hartelijk dank daarvoor.
39
40
© Truus Rademaker
Tekening uit de kinderspeurtocht Hijkerveld
Kortweg
• Kinderspeurtocht Hijkerveld Speciaal voor gezinnen met jonge kinderen of grootouders en hun kleinkinderen verschijnt in mei een speurtocht over het Hijkerveld. De kinderspeurtocht, in de vorm van een vouwblad, is gebaseerd op de bestaande bewegwijzerde wandelroute. Door middel van vragen en opdrachten worden kinderen gestimuleerd beter te kijken en zich bewuster te worden van de natuur en cultuur ter plekke. De speurtocht over het Hijkerveld zal het thema ‘Sporen van leven en dood’ gaan krijgen. Kinderen gaan onderweg op zoek naar allerlei diersporen, grafheuvels, kleine bodemdier-
tjes, dode en levende bomen en worden verder uitgenodigd iets creatiefs te maken van natuurlijke materialen. De speurtocht is mede mogelijk dankzij een bijdrage van de Rabobank Midden-Drenthe. Op 13 mei a.s. zal de speurtocht tijdens een speciale kinderactiviteitenmiddag voor leden van de Rabobank worden gepresenteerd. De speurtocht is vanaf half mei verkrijgbaar à € 1,- (excl. verzendkosten) bij het secretariaat van de stichting, tel.: 0592-313552 of via e-mail: mail@drentslandschap.nl.
• Gezocht: Vrijwilligers Het Promotieteam van Stichting Het Drentse Landschap zoekt versterking. Het vrijwilligersteam merkt dat het aanbod aan activiteiten nog steeds groeit en ze wil graag daarop kunnen anticiperen. Het team bestaat nu uit 20 vrijwilligers. Zij trekken er regelmatig met een promotiekar op uit om voorlichting te geven over het werk van de stichting tijdens bijvoorbeeld de open dagen van de eigen bedrijven, Museumweekeinde, de Fietsvierdaagse of beurzen. De activiteiten vinden vooral in maart/april en september plaats, maar het is ook mogelijk om een meer actieve rol binnen het team te vervullen.
Belangstelling? Bel dan met Everhard Reckman (0592) 24 32 75 of met Han Manrho (0592) 54 30 20 voor aanvullende informatie over het promotieteam.Voor alle overige vrijwilligersactiviteiten kunt u contact opnemen met Hans Colpa. Hij is vrijwilligerscoördinator van Het Drentse Landschap en is telefonisch te bereiken via (0592) 313552.
Agenda
41
Agenda
foto: Joop van de Merbel
Algemeen
Te huur Prachtige vakantie woningen in de Drentse natuur Stichting Het Drentse Landschap verhuurt een aantal prachtig gelegen vakantiewoningen. Het zijn heerlijke plekken waar u even helemaal tot rust kunt komen. Wat dacht u van wakker worden tussen de Schotse hooglanders of in de tuin te luisteren naar het geklepper van Ooievaars? Ook zijn de woningen uitermate geschikt als vertrekpunt van mooie wandel- en fietstochten. Onze woningen zijn modern en comfortabel ingericht, maar herbergen vaak ook nog wel iets uit het verleden. Dat maakt ze juist ook zo bijzonder. Kijk voor meer informatie op www.drentslandschap. nl/eropuit of bel voor een folder of boeking met mevrouw A. Semler, telefoon (0593) 59 22 94.
Vertrek schaapskuddes De schaapskuddes van het Hijkerveld en het Doldersummerveld vertrekken met herder om 9.30 uur naar de heide. De kuddes zijn rond 16.30 uur weer terug bij de kooi. Zie voor routebeschrijving bij Informatiecentra. Vogelkijkhut Diependal De vogelhut is in principe het gehele jaar geopend, behalve als het gevroren heeft.Van 1 april tot eind september is er op zondagen meestal een vogelkenner aanwezig, die u graag het een en ander vertelt over het vogelleven op de vloeivelden. De hut is te bereiken door vanaf het Oranjekanaal, vlakbij de ‘Speelstad Oranje’, de Zwarte weg in te slaan. Een en ander is met borden aangegeven. Wie dubbel wil genieten doet er goed aan een verrekijker mee te nemen! Lemferdinge Op landgoed Lemferdinge in Paterswolde zijn in de galerie regelmatig exposities te bezichtigen. De galerie is open van vrijdag t/m zondag 12.0017.00 uur. Informatiecentra
De Blinkerd Vamweg te Wijster Het hele jaar open van 10.00 uur tot zonsondergang
•
Hijkerveld Bij de schaapskooi. Route: vanaf Hijken aangegeven met bordjes Het hele jaar open van 9.30 tot 16.30 uur
•
’t Ende Stapelerweg 20, De Stapel (bij De Wijk) van 1 april tot 1 november dagelijks van 10.00-17.00 uur
•
Orvelte Dorpsstraat 1a te Orvelte van 1 april tot 1 november dagelijks van 10.00-17.00 uur
•
Huenderhoeve Huenderweg 1. Dit is de weg tussen Wateren en Doldersum van 1 april tot 1 november dagelijks van 10.00-17.00 uur
•
Voor alle excursies geldt dat honden helaas niet zijn toegestaan, ook niet aangelijnd.
za 18 maart 14.00 uur Broedvogels op Diependal Op Diependal komen tientallen soorten vogels voor. U kunt ze ongestoord observeren onder begeleiding van een vogeldeskundige. Start: vogelkijkhut. Deze is te bereiken door bij Speelstad Oranje de Zwarteweg in te slaan. De route is aangegeven met bordjes. zo 19 maart 12.00 -16.00 uur Lammetjesdag bij schaapskooien Hijkerveld en Doldersummerveld De lente begint met lammetjes. Vanaf 12.00 uur worden u en uw (klein)kinderen verwelkomd met beschuit met muisjes. De activiteiten vinden plaats bij de schaapskooien van het Hijkerveld en het Doldersummerveld. De route voor de schaapskooi op het Hijkerveld is vanaf het dorp Hijken aangegeven met bordjes. De schaapskooi Doldersummerveld ligt aan de Huenderweg 1, Doldersum. zo 26 maart 14.00 uur Potklei van De Kleibosch Op zoek naar sporen van potklei. Start: boerderij Tichelwerk, Moleneind 4, Foxwolde. zo 26 maart 14.00 uur Stinsenflora op landgoederen De Havixhorst en Dickninge Een prachtige voorjaarswandeling over twee oude landgoederen aan de Reest. Start: parkeerplaats De Havixhorst aan de Schiphorsterweg bij De Wijk.
42
Verrekijker aan te bevelen
Laarzen gewenst!
Spiegeltje en loep aanbevolen
Eigen fiets meenemen
Activiteiten speciaal gericht op kinderen
Agenda
1 do 6 april 20.00 uur Dialezing Kiek op Drenthe* Hoe ervaren de inwoners van Drenthe het landschap? Milieufederatie Drenthe en een architect geven hun visie. Plaats:VVV-Orvelte, Dorpsstraat 1a, Orvelte. vr 7 april 20.30 uur De vleermuizen op het Landgoed Rheebruggen Telefonische opgave bij Jan Mager: 0528-271575. Start: beheersboerderij Rheebruggen, Rheebruggen 8, Ansen. za 8 en zo 9 april 11.00-17.00 uur Museumweekend Thema: ‘Lente in Drenthe’. Dit in samenwerking met Drents Museum, Drents Archief en Drents Plateau. Locatie: kantoor Het Drentse Landschap, Kloosterstraat 5, Assen. do 13 april 20.00 uur Dialezing ‘Vogels en planten van het Doldersummerveld’ Arend-Jan van Dijk en Hester Heinemeijer tonen de nieuwste resultaten van hun inventarisaties. Locatie: bezoekerscentrum DrentsFriese Wold. Opgave via Het Drentse Landschap, 0592-313552. ma 17 april 14.00 uur Paaswandelingen Lemferdinge, Stapelerveld, Doldersummerveld en Hijkerveld In samenwerking met het Dagblad van het Noorden op stap met gidsen in enkele mooie natuurgebieden van Het Drentse Landschap. Voor meer informatie: www.drentslandschap.nl of bel tijdens kantooruren: 0592-313552.
zo 23 april 10.30 uur Levend stuifzand op het Orvelterzand Gidsen laten u het leven zien dat zich heeft aangepast aan de barre levensomstandigheden van stuivend zand. Start: picknickplaats Staatsbosbeheer.Vanaf Orvelte de Orvelterbrug over.Vervolgens gaat u rechtsaf langs het Oranjekanaal. Daarna 1e weg links en na 500 meter komt de parkeerplaats in zicht. di 2 mei 14.00 uur Drouwenerzand Gidsen leggen uit hoe het landschap rondom Drouwen en Gasteren is ontstaan. Start: parkeerplaats bungalowpark Drouwenerzand, Gasselterweg 7, Drouwen.
zo 7 mei 14.00 uur Uffelter Binnenveld en WO II Wat doet en heeft de natuur gedaan met de restanten uit de Tweede Wereldoorlog? Start: parkeerplaats aan de Markegenotenweg (een zijweg van de weg Uffelte-Havelte). 3 zo 7 mei 14.00 uur Hunzedal - Elzemaat In het kader van Nieuwe Natuur* laten gidsen zien wat natuurontwikkeling doet met het landschap. Start: informatiepaneel in de bocht van de Elzemaat tussen Eexterveen en Eextermade. za 13 mei 09.00 uur Vogelgeluiden op het Doldersummerveld In de ochtend zingen vogels uit volle borst om hun territorium zeker te stellen. Start: informatiecentrum bij de schaapskooi aan de Huenderweg 1, Doldersum.
3 zo 14 mei 14.00 uur Natuurontwikkeling van Reigerveen Nieuwe Natuur* in een oud gebied met verrassende vegetatie. Start: informatiepaneel Het Drentse Landschap bij de brug over het Linthorst-Homankanaal, ten oosten van Wijster. do 18 mei 20.30 uur Boomkikkers van de Reest Boomkikkerluisteravond in het Reestdal met vooraf een dialezing in het Infocentrum De Wheem in Oud-Avereest (Ov.). vr 19 mei 19.00 uur Lente op het Groote Zand Een avondwandeling over dit afwisselende heidegebied. Start: parkeerplaats bij het Herinneringscentrum Kamp Westerbork aan de weg Hooghalen-Amen.
* Drie thema’s uitgelicht
Havik
3 zo 28 mei 14.00 uur De Kleibosch Van natuurbeheer naar natuurontwikkeling, in het kader van Nieuwe Natuur*. Start: boerderij Tichelwerk, Moleneind 4, Foxwolde.
foto: Jaap de Vries
zo 28 mei 14.00 uur Schapendrijven op het Hijkerveld en het Doldersummerveld De herders laten zien hoe je een kudde schapen bij elkaar houdt. Locaties: schaapskooi Hijkerveld is vanaf het dorp Hijken met bordjes aangegeven. Schaapskooi Doldersummerveld is gelegen aan de Huenderweg 1, Doldersum.
2 zo 21 mei 14.00 uur Fietstocht langs monumenten uit een ver verleden Een archeologische fietstocht langs hunebedden, grafheuvels en andere sporen rondom Kampsheide, Ballooërveld en wijde omtrek. Start: informatiepaneel aa n het Van den Muyzenbergpad ten westen van Balloo. zo 21 mei 14.00 uur Planten van beekdal De Stroeten Gidsen laten u zien wat er groeit en bloeit in een klein maar fijn beekdal. Start: protestantse kerk aan de Wheem in Zweeloo.
do 8 juni 20.00 uur Dialezing ‘Libellen van het Reestdal’ Aan de hand van schitterende dia’s laat Jan Visser u kennismaken met deze prachtige vliegers. Plaats: informatiecentrum ‘t Ende, Stapelerweg 20, De Stapel bij De Wijk. za 10 juni 09.00 uur Zonnedauw en Adders van het Doldersummerveld Een wandeling over het Doldersummerveld met deskundige gidsen die u alles kunnen vertellen en laten zien van de flora en reptielen van dit gebied. Start: informatiecentrum bij de schaapskooi aan de Huenderweg 1, Doldersum. za 17 juni 11.00 uur Ooievaar- en boerderijenfietstocht Reestdal Een fietstocht door het mooie Reestdal met haar monumentale boerderijen en Ooievaars. Telefonische opgave bij Wolter Moorman: 0528-372744.
3 vr 23 juni 19.00 uur Wandeling in het beekdal Oude Diep Gidsen laten u zien wat natuurontwikkeling heeft bereikt. Dit in het kader van Nieuwe Natuur*. Start: parkeerplaats De Blinkerd. Deze is vanaf Spier en Wijster met bordjes aangegeven. vr 23 juni 19.00 uur Een zomers Kampsheide Een zomeravondwandeling in dit mooie gebied dat ondermeer bekend staat om zijn spechten. Start: informatiepaneel aan het Van den Muyzenbergpad, ten westen van Balloo. 3 zo 25 juni 10.00 uur Kano-excursie door de nieuwe meanders van het Annermoeras In het kader van Nieuwe Natuur* krijgt u vanuit de kano uitleg over de natuur in ontwikkeling. Telefonische opgave: kantoor Het Drentse Landschap: 0592-313552. Max. 20 deelnemers. zo 25 juni 14.00 – 16.00 uur Schaapscheren op het Hijkerveld en het Doldersummerveld Demonstratie schaapscheren en activiteiten voor kleine en grote kinderen. Locaties: schaapskooi Hijkerveld is vanaf Hijken met bordjes aangegeven. Schaapskooi Doldersummerveld is gelegen aan de Huenderweg 1, Doldersum.
Landschapscampagne 1 Kiek op Drenthe Stichting Het Drentse Landschap en Milieufederatie Drenthe maken zich zorgen over de aantasting van de kwaliteiten van het Drentse landschap, met name in het landelijk gebied omdat de veranderingen daar sluipenderwijs plaatsvinden. Denk daarbij aan het verdwijnen van houtwallen en esrandbosjes of het plaatsen van smaakloze bedrijventerreinen. Maar ook het slopen van karakteristieke boerderijen of het verbouwen ervan tot ongepaste ‘boerderettes’ baart ons zorgen. Twee fietsexcursies en een dialezing zijn hieraan gewijd. 2
unebedden: H een wereld te winnen Verloederen onze hunebedden? Hoe gaan we met deze archeologische monumenten in de toekomst om? Doet hun omgeving nog wel recht aan de bijzondere betekenis van deze overblijfselen uit een ver verleden? Sommige hunebedden staan tegen een flatgebouw, bij een bushalte of aan de rand van een akker. Ze zijn als het ware vervreemd geraakt van hun oorspronkelijke omgeving. Enkele erfgoedorganisaties waaronder Stichting Het Drentse Landschap, willen hier iets aan doen. Het project ‘Hunebedden: een wereld te winnen’ heeft als doel om hunebedden beter te beschermen en om ze een omgeving te geven die meer recht doet aan hun bijzondere historische waarde.
Nieuwe 3 Natuur Op veel plekken gaan natuurgebieden of voormalige akkerbouwgebieden in de buurt ervan letterlijk op de schop. Er wordt nieuwe natuur ‘gemaakt’ en de bestaande natuur wordt gevarieerder. Veelal gebeurt dit in het kader van de Ecologische Hoofdstructuur, waarbij geprobeerd wordt om grote en kleine natuurgebieden met elkaar te verbinden. Wat zijn nu de successen van deze natuurontwikkeling? Tijdens enige excursies wordt dit duidelijk gemaakt.
Deze uitgave werd mede mogelijk gemaakt dankzij een financiële bijdrage van:
• • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Aannemingsbedrijf VEDDER BV Eext (0592) 26 26 20 Grond-, weg- en waterbouw Bouwbedrijf H. Poortman Veeningen (Zuidwolde Dr.) (0528) 39 14 82 Restauratie-nieuwbouw-onderhoud-verbouw ROYAL HASKONING Nijmegen (024) 328 42 84 Adviesbureau voor water en milieu GRONTMIJ DRENTHE Assen (0592) 33 88 99 Advies- en ingenieursbureau ORANJEWOUD BV - HEERENVEEN Heerenveen (0513) 63 45 67 Ingenieursbureau ABN AMRO BANK N.V. Assen (0592) 33 33 00 De bank voor Drenthe ESSENT MILIEU Wijster (0593) 56 39 39 Inzameling, hergebruik en verwerking van afvalstoffen NAM B.V. Assen (0592) 36 20 74 Aardoliemaatschappij Havesathe ‘de Havixhorst’ De Wijk (0522) 44 14 87 Hotel - Restaurant NV Waterleidingmaatschappij ‘Drenthe’ Assen (0592) 85 45 00 Als je de kraan opendraait... Buro Hollema Rolde (0592) 24 13 13 Tuin- en landschapsarchitekten BNT HOLLAND CASINO Groningen Groningen (050) 317 23 17 Een mooie gelegenheid om uit te gaan ARCADIS Assen (0592) 39 21 11 Advies- en ingenieursbureau (inrichting, infrastructuur, milieu en ecologie) Hulzebosch grondwerken B.V. Beilen (0593) 52 21 39 Natuurbouw, grond-, straat- en rioleringswerk, leverantie van zand en grind KADASTER DIRECTIE NOORD Assen (0592) 30 48 88 Bevordert de rechtszekerheid bij het maatschappelijk verkeer in vastgoed christiaan deN DEKKER b.v. Lisse (0252) 41 86 50 De ecologische aanpak in waterbodemsanering Quercus Boomverzorging en Advisering Gasselte (0592) 26 11 71 Uw bomen, onze zorg N.V. Waterbedrijf GRONINGEN Groningen (050) 368 86 88 Wees wijs met water Nationale Postcode Loterij Amsterdam (0900) 300 15 00 Ma. t/m vr. 09.00 - 21.00 uur Loterij voor mens en natuur
• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
RTV Drenthe Assen (0592) 33 80 80 Radio Drenthe,TV Drenthe, RTV Drenthe Programmablad Stichting Publieksvoorlichting NOTARIAAT DRENTHE Postbus 1 – 7860 AA Oosterhesselen Namens de gezamenlijke notarissen in Drenthe KONINKLIJKE VAN GORCUM BV Uitgeverij/grafisch bedrijf Assen (0592) 37 95 55 Bureau B + O ARCHITECTEN Rheebruggen (0521) 35 10 14 BORK B.V. Stuifzand (0528) 33 12 25 Sloopwerken, asbestsanering en puinrecycling DE ROO DRENTE BV Stadskanaal (0599) 61 28 52 Cultuurtechniek en groenvoorzieningen HARWIG Installatiegroep Emmen (0591) 65 67 69 Almere (036) 530 22 72 Elektrotechniek, cv/sanitair, telematica, beveiliging DAGBLAD VAN HET NOORDEN Groningen (050) 584 44 44 BARSINGERHORN CONSULTANCY Delfzijl (0596) 61 22 66 Training en coachen van personeel en organisatieadvies BTL UITVOERING Vestiging Emmen (0591) 63 00 80 www.btl.nl Aanleg en onderhoud van stedelijk/landschappelijk groen en historische buitenplaatsen Architectenbureau Wouda & van der schaaf Meppel (0522) 25 57 96 DESTIC KUNSTSTOFFEN B.V. Veendam (0598) 61 45 64 Productontwikkeling, displays, bewerkingen, inrichting en presentaties JBF multi media Communicatie Groningen (050) 313 59 20 De Verhalenvertellers Concordia bouwmaterialenhandel Meppel (0522) 25 36 31 Hout- en bouwmaterialenhandel oosterhuis bv Nijeveen (0522) 49 16 86 Loonbedrijf - Aannemersbedrijf g.w.w. - Landschapswerk VAN DER ZEE Vleesgrootverbruik Emmen (0591) 63 70 01 Leverancier van vlees, vleeswaren, kaas, wild en gevogelte WOONCONCEPT Meppel (0800) 61 62 Meer dan wonen EELERWOUDE Oosterwolde (0516) 52 30 62 Natuurlijk ruimte voor groen HERFST en HELDER b.v Lelystad (0320) 26 06 16 Verf van goede huize KAMER van KOOPHANDEL Meppel (0522) 26 56 00 Staat voor ruimte om te ondernemen ASTRON/LOFAR Dwingeloo www.astron.nl www.lofar.nl
Stichting Het Drentse Landschap zet zich in voor het behoud van de Drentse natuur en maakt zich sterk voor het in stand houden van ons culturele erfgoed. Dit doet ze door het aankopen en beheren van natuurterreinen en cultuurhistorisch waardevolle objecten. Stichting Het Drentse Landschap behartigt ook de belangen van:
• Stichting Drentse Boerderijen • Stichting Oude Drentse Kerken • Stichting Orvelte • Stichting Lemferdinge