Inkijkexemplaar Kind op Zondag - jaargang 93 blok 1

Toen Jezus naar de hemel ging, was zijn verhaal nog lang niet voorbij. Zijn leerlingen trokken eropuit om het verhaal van Jezus verder te vertellen. Deze herfst lezen we hoe dat ging. Ze kwamen bij joodse mensen, maar ook bij niet-joodse mensen. De beweging groeide en groeide, en dat riep ook vragen op. Moesten niet-joodse mensen die in Jezus geloofden zich aan de oude geloofsregels houden? En konden de apostelen zomaar met al deze mensen omgaan? De verhalen laten zien hoe de vroege kerk soms worstelde met deze vragen, maar ook antwoorden vond.

Ook in onze tijd hebben we te maken met overeenkomsten en verschillen tussen mensen. We kunnen heel uiteenlopende achtergronden hebben, en verschillende ideeën over wat goed en waar is. Dat kan tot verdeeldheid leiden, maar ook tot een gevoel van gedeelde rijkdom. We leven met een verhaal dat in alle toonaarden betekenisvol kan zijn: voor u en mij, voor mensen om ons heen en voor mensen verder weg. Dat de woorden uit de Bijbel ons tot zegen mogen zijn!

Aan het begin van het nieuwe seizoen houden veel kerken een startzondag. Op p. 2 en 3 vindt u suggesties voor de invulling van deze dag. En wilt u alvast vooruitkijken naar advent en kerst? Op 11 september organiseren we een webinar over het adventsproject ‘Help jij me hopen?’. Graag tot dan!

Ik wens u en de kinderen weer veel inspiratie toe rond de verhalen van deze periode.

In deze periode

04| Zondag 1 sept 2024 | Marcus 8:22-26

Zie je iets?

Er wordt een blinde man bij Jezus gebracht. Jezus neemt hem bij de hand en brengt hem buiten het dorp. Daar geneest hij de man. Eerst ziet de man nog vaag, maar later weer helemaal goed.

09| Zondag 8 sept 2024 | Handelingen 11:1-18

Regel voor mij, regel voor jou?

Petrus heeft op verschillende plaatsen verteld over Jezus. Ook niet-Joodse mensen zijn tot geloof gekomen. Als Petrus terugkomt in Jeruzalem, vragen Joodse mensen hem hoe het kan dat hij met niet-Joodse mensen heeft gegeten. Petrus vertelt over een visioen dat hij gehad heeft. Er kwam een groot kleed aan de hemel met allemaal dieren erop. Petrus kreeg te horen dat hij van alle dieren mocht eten.

14| Zondag 15 sept 2024

| Handelingen 13:13-16.42-52

Ken je dit verhaal?

Paulus en Barnabas komen in de stad Antiochië in Pisidië. Daar vertelt Paulus over de heilsgeschiedenis van Israël en over Jezus. Veel niet-Joodse mensen komen tot geloof, maar vanuit Joodse kringen is er weerstand.

19| Zondag 22 sept 2024

| Handelingen 15

Zijn we het eens?

Paulus en Barnabas gaan naar Jeruzalem. Daar bespreken ze met de apostelen of niet-Joodse mensen zich aan de Joodse wet moeten houden (vooral: of ze besneden moeten worden).

Besloten wordt dat deze mensen zich aan een paar regels moeten houden, maar niet aan de besnijdenis en andere ‘zware lasten’.

24| Zondag 29 sept 2024 | Handelingen 24:1-23

Onschuldig!

Paulus moet voor de rechter verschijnen. Hij wordt ervan beschuldigd dat hij een opstand veroorzaakt en dat hij de tempel heeft ontwijd. Paulus zegt dat hij onschuldig is. De rechter durft Paulus niet te veroordelen en ook niet te laten gaan.

Rubriek Vieren met jongeren: zie www.kindopzondag.nl

29| Zondag 6 okt 2024 | Marcus 10:13-16

Lang leve de kinderen!

De leerlingen van Jezus willen de kinderen tegenhouden. Maar Jezus zegt dat de kinderen juist bij hem mogen komen. Het koninkrijk van God is voor wie kan leven als een kind van God.

34| Zondag 13 okt 2024 | Marcus 10:17-31

Gratis en voor niks

Een rijke man vraagt aan Jezus hoe hij het koninkrijk van God kan binnengaan. Jezus vertelt hem dat hij al zijn bezittingen weg moet doen.

Leer elkaar beter kennen!

Leer iemand kennen die je nog niet zo goed kent. Maak willekeurige tweetallen: laat iedereen zelf kiezen óf loop met elkaar door de ruimte terwijl er muziek klinkt. Op het moment dat de muziek stopt, kiest iedereen iemand die op dat moment dichtbij is. De tweetallen kunnen aan elkaar vertellen wie ze zijn en wat hen bezig houdt. Om het gesprek op gang te helpen kunnen de volgende vragen gebruikt worden:

– Wat heb je gisteren gedaan?

– Woont er iemand bij jou in huis? Zo ja: wie?

– Wat vind jij leuk om te doen?

– Waar hoop jij op in het nieuwe seizoen?

Tip: Kopieer de vragen op kaartjes en geef elk tweetal een kaartje mee.

Startzondag

Veel kerken beginnen het nieuwe seizoen met een startzondag: een moment om elkaar beter te leren kennen en stil te staan bij wat in de kerk gevierd wordt. Op deze bladzijden vindt u suggesties voor de invulling van deze dag. De suggesties kunnen met jong en oud gebruikt worden.

Maak een informatiefolder over de kerk!

Maak in groepen van ca. 4 mensen (jong en oud) een informatiefolder over de kerk. Beschrijf in de folder hoe het kerkgebouw eruit ziet en welke plekken bijzonder zijn. Schrijf ook wat er allemaal in de kerk te doen is, benoem hierbij ook de kerkelijke activiteiten op andere momenten in de week en op andere plekken (bijvoorbeeld bij mensen thuis). Plaats ook foto’s en/of tekeningen in de folder. De folder kan digitaal gemaakt worden of op papier. Maak na afloop een gezamenlijke presentatie van de folders die gemaakt zijn.

Tip: Maken jullie de folder digitaal? In het schrijfprogramma Word zijn verschillende sjablonen te vinden. Ook zijn er diverse websites waar je een folder kunt ontwerpen.

Jouw preek van één minuut

Wat geef jij de mensen mee?

Denk na over de vraag: als jij een preek van één minuut zou mogen houden, waar zou het dan over gaan? Laat het maar horen! Maak filmpjes van de mini-preken en deel ze later met de rest van de gemeente.

Foto’s voor een verjaardagskalender

Maak een verjaardagskalender voor de gemeente. Tijdens de startzondag kun je foto’s maken van de jarigen van elke maand. Deze foto’s kunnen gebruikt worden voor een verjaardagskalender die je online kunt maken en bestellen.

Tip: Laat de kalender in veelvoud printen en verkoop ze binnen de gemeente. De opbrengst kan aan een goed doel worden gedoneerd.

Open podium

Bij jullie in de kerk zijn er vast veel talenten. Laat je horen op een open podium! Maak muziek, vertel een verhaal of doe een dans. Veel plezier!

Voorbereiden

Zie je iets?

Marcus 8:22-26

WELK VERHAAL LEZEN WE?

Er wordt een blinde man bij Jezus gebracht. Jezus neemt hem bij de hand en brengt hem buiten het dorp. Daar geneest hij de man. Eerst ziet de man nog vaag, maar later weer helemaal goed.

Visioen

In het verhaal van vandaag wordt een blinde man genezen. Daarmee wordt niet alleen iets verteld over wat er op zekere dag bij het dorpje Betsaïda gebeurd is; er wordt ook iets fundamenteels verteld over de betekenis die Jezus voor mensen heeft. Dat gebeurt in het licht van de grote profetieën van Israël. In Jesaja 35 wordt bijvoorbeeld verteld over een visioen, over de dag dat God naar zijn volk zal omzien. Op die dag, zo zegt het visioen, zullen de ogen van blinden geopend worden en de oren van doven worden ontsloten. Als het evangelie vertelt wat Jezus voor mensen deed, wordt duidelijk dat iets van dit visioen is doorgebroken op aarde.

Betsaïda

Het verhaal speelt zich af en Betsaïda, dat ‘vissershuis’ betekent. De geschiedschrijver Flavius Josephus vertelt dat koning Filippus het dorp verhief tot een stad. Het lag aan het meer van Galilea.

Bij Jezus gebracht

Als Jezus en zijn volgelingen in Betsaïda komen, wordt er een blinde bij hem gebracht. Men smeekt Jezus dat hij de man aanraakt. Eerder in het evangelie heeft Jezus al verschillende mensen genezen; o.a. de dove man in Marcus 7:31-37, een verhaal dat lijkt op het verhaal van vandaag.

Buiten het dorp

Jezus pakt de man bij de hand en neemt hem mee buiten het dorp. Het lijkt alsof dit wonder een beetje buiten het zicht van de massa moet gebeuren; al blijkt later wel dat er mensen in de buurt zijn, want zij worden door de man gezien. Jezus geneest de man niet alleen door te spreken, zoals dat in veel andere genezingsverhalen gebeurt. Hij doet om te beginnen wat speeksel op de ogen van de man. Mogelijk werd speeksel gezien als iets dat genezende kracht had. Ook legt Jezus de man de handen op.

Wandelende bomen

Als Jezus vraagt of de man iets kan zien, antwoordt hij dat hij mensen ziet; ‘want het zijn net bomen maar ik zie ze rondwandelen!’ (vert. Naardense Bijbel). Het is opvallend dat de genezing van de man in twee stappen gaat. Dat grote visioen van Jesaja, over hoe mensen Gods aanwezigheid in het bestaan zullen zien, dat gaat blijkbaar niet van het ene op het andere moment.

Tweede keer

Pas als Jezus voor de tweede keer zijn handen op de ogen van de man legt, ziet hij alles scherp. In de voorgaande teksten uit Marcus is gebleken dat de leerlingen van Jezus vaak niet goed konden begrijpen wat ze met Jezus meemaakten. Net vóór het verhaal over de blinde man is verteld hoe Jezus voor de tweede keer brood deelde met duizenden mensen, en dat hij daarna de vraag stelde of zijn leerlingen het nu nóg niet begrepen. Met de blinde man gebeurt in zekere zin hetzelfde: hij kan niet meteen alles zien en doorgronden. Maar in tweede instantie ziet hij helder. Zouden de ogen van Jezus’ leerlingen door dit soort verhalen ook steeds verder open kunnen gaan?

1 september 2024

Niet het dorp in Jezus stuurt de man naar huis met de opdracht om niet het dorp in te gaan (blijkbaar woonde hij buiten het dorp). Mogelijk heeft dit ermee te maken dat er niet teveel ruchtbaarheid gegeven aan mag worden. Het gebeurt op meer plekken in het Marcusevangelie, dat Jezus niet wil dat er gesproken wordt over wat hij doet.

Erik Idema

Vieren

Zie je iets?

Marcus 8:22-26

Kindermoment in de kerk

Neem een oude bril mee, het liefst in een stoffig doosje en laat dit doosje aan de gemeente zien. Wie kan raden wat hierin zit?

Vertel dat dit niet zomaar een bril is, maar een hele speciale. Als je deze bril opzet, kun je de dingen een beetje beter zien. En dan bedoel je niet dat je de letters beter kunt lezen. Nee, met deze bril kun ze de mensen van binnen een beetje beter zien. Misschien zie je met deze bril dat je buurvrouw eigenlijk helemaal niet zo’n mopperkont is. Misschien zie je dat iemand verdrietig is.

Of dat de dominee er vandaag weer zo leuk uit ziet.

Vraag wie de bril weleens op zou willen zetten en heel goed zou willen kijken.

Wat zie je allemaal? Wat hoop je te zien?

Vertel dat vandaag de kinderen horen hoe Jezus een blinde man geneest. De andere mensen in het verhaal kijken heel goed naar wat Jezus doet.

Een vraag met veel antwoorden

Elke week stellen we een vraag waarop veel antwoorden mogelijk zijn. De vraag van deze week is:

Wat hoop jij deze week te zien?

Laat een paar kinderen en volwassenen reageren op deze vraag.

Gebed

Goede God, Misschien is het een dag zoals heel veel andere zondagen.

We zien dingen die we vaker zien: misschien croissantjes bij het ontbijt, de kerk, de mensen die we kennen.

En misschien, als we heel goed kijken, dan zien we iets dat ons eerder niet opgevallen is.

Wilt U ons een fijn samenzijn geven, hier in de kerk en ook straks thuis.

Geef ons een open blik en scherpe kijk zodat we de ander echt kunnen zien en misschien wel iets moois ontdekken wat we nog niet wisten.

Amen

Zingen

Duizend woorden

Open mijn ogen voor de schoonheid van uw schepping.

Open mijn oren voor Uw liefdevolle stem die aan mij zegt: ‘Ik hou van jou mijn kind, kom bij mij’.

Open mijn ogen om Uw heerlijkheid te zien Heer. Open mijn oren om te horen naar Uw stem.

Ik zeg U: ‘Heer ik houd van U mijn vader, ik kom bij U’.

Ik open mijn hart voor de Heer die ik dien.

Ik open mijn hart, laat mij zien met Uw ogen.

Open mijn hart, maak het sterk en bewogen.

Ik open mijn hart.

Opwekking 600, couplet 1, 2, refrein

Lezen en zingen

zingen

Werkblad

oDe blinde man kan weer zien. Eerst ziet hij nog niet zo goed en ziet bomen aan voor mensen. We spelen met het ontluikende gezichtsvermogen op het werkblad. Herkennen de kinderen op het werkblad ook mensfiguren in de bomen? Hoeveel? Zou je er zelf ook eentje kunnen tekenen? Kan jouw schoudermaatje ontdekken waar jouw ‘mens’ te zien is? Tip: knip de bomen uit en plak ze op een heel groot vel: een bos vol met mensen. Zij kijken en verwonderen zich en wij met hen.

Nodig: kleurpotloden en stiften, lijm, scharen en papier.

Werkblad: zie blz. 8.

Lezing uit het Oude Testament Zacharia 8:4-8.20-23 Antwoordpsalm 34:12-23 Epistellezing Efeziërs 6:10-20

Lezing uit het Evangelie

Marcus 8:22-26

Lezen en

Jaar B

Vertellen

Zie je iets?

Marcus 8:22-26

Vertelling 4–7 jaar

Jezus laat een blinde man zien

In de stad Betsaïda woont een man. De man woont in de stad, maar hij kan de huizen, de bomen en de mensen niet zien. De man is blind. De bewoners van de stad zorgen voor de man als dat nodig is. Ze helpen hem met oversteken of brengen hem naar de markt.

Jezus en zijn leerlingen komen op bezoek in de stad. De mensen wijzen en stoten elkaar aan. Ze weten best wie Jezus is, ze hebben al zoveel over hem gehoord. Vlug lopen ze naar de blinde man toe. Iemand pakt de blinde man bij de arm. ‘Kom, we gaan naar Jezus toe’.

‘Jezus’, roepen de mensen als ze bij hem zijn. ‘Wil je deze blinde man aanraken?’ Jezus kijkt naar de man. ‘Kom maar met mij mee’, zegt hij. Dan pakt hij de hand van de man en neemt hem mee, een stukje buiten de stad.

De man kan niet zien waar hij is. Hij wacht op wat er komen gaat. Dan voelt hij een beetje nattigheid op zijn ogen. Jezus heeft er wat spuug op gedaan.

‘Zie je iets?’ vraagt Jezus aan de man.

De man knippert met zijn ogen. Eén keer, twee keer, drie keer. ‘Ja, ik zie wat. Ik zie een soort bomen. Maar het zijn geen bomen, want ze bewegen. Ik denk dat ik mensen zie!’

Dan legt Jezus zijn handen op de ogen van de man. De man doet zijn ogen wijd open en… hij kan alles haarscherp zien. De mensen, de bomen, de huizen, de wolken, de vogels en Jezus. De man is zo ontzettend blij!

Jezus zegt tegen de man: ‘Ga naar huis. Maar ga de stad maar niet in!’

Jolanda van der Marel

1 september 2024

Werkvormen

4-7 jaar

lGesprek: Jezus nam de man mee, buiten de stad, om hem te genezen. Zouden de andere mensen het gezien hebben? En wat zouden ze gedacht hebben?

p

Spel: Maak het zo donker mogelijk in de ruimte. Zien de kinderen nog iets? Zorg ervoor dat het steeds een beetje lichter wordt. Wat zien ze nu?

s

Creatief: Maak een verrekijker met twee closetrolletjes. Maak met ronde kartonnetjes twee klepjes die over de kijkers kunnen. Laat de kinderen het verschil verkennen tussen iets en niets zien. En als ze door de verrekijker kijken met de klepjes open, wat zien ze dan allemaal?

8-10 jaar

lGesprek: Doe je ogen dicht terwijl je nog eens naar het verhaal luistert. Wat zie je voor je als je dit verhaal hoort?

pSpel: Laat de kinderen in tweetallen de blinde man en Jezus spelen. Eerst doet de een zijn/ogen dicht en laat zich door de ander meevoeren. De ander legt zijn/haar vinger op de dichte ogen en de ogen gaan open. Wat ziet het kind dat eerst de ogen dicht had en hoe reageert hij/zij? Wissel daarna van rol.

sCreatief: Teken met witte wasco een tekening op wit papier. Nu is er nog niet zoveel te zien. Wat gebeurt er als je met ecoline of verf over het papier gaat? Laat de kinderen hun tekening ‘tevoorschijn toveren’.

11-12 jaar

lGesprek: De verwachtingen van de mensen zijn hoog gespannen. Waar hopen ze op? Begrijp je waar die hoop en verwachting vandaan komt?

sCreatief: De blinde man zag eerst boomfiguren. In de boom op het werkblad zijn ook figuren (gezichten) te ontdekken. Hoeveel figuren zien de kinderen? Laat ze ook zelf een tekening maken van een boom of bos met daarin figuren die verstopt zitten. Zien de anderen ze?

Vertelling

8–12 jaar

Zie ik het nou goed?

Net buiten de stad Betsaïda staan een paar mensen. Allemaal proberen ze vooraan te staan zodat ze zo ver mogelijk kunnen kijken. De een staat op haar tenen, de ander is op een steen geklommen. ‘Zie je iets?’ vragen ze aan elkaar. ‘Ja’, wijst er een. ‘Ik zie hem, daar komt hij!’

De bewoners kijken uit naar Jezus. Ze hebben gehoord dat hij en zijn leerlingen op weg zijn naar de stad en ze kunnen niet wachten om hem te zien en te spreken. Ze hebben al zoveel over hem gehoord!

Als Jezus eindelijk de stad inloopt, lopen de mensen met hem mee. Tussen hen in loopt ook een blinde man. Hij weet niet goed waar hij moet lopen, maar dat is nu niet nodig. Twee mensen hebben hem een arm gegeven en sturen hem in de goede richting, de richting van Jezus.

‘Alsjeblieft’, vragen de mensen aan Jezus. ‘Wil je deze blinde man aanraken?’

Jezus stopt en kijkt naar de man. Hij pakt zijn hand en zegt: ‘Kom mee.’ De man loopt met Jezus mee de andere kant op. Ze gaan een stukje buiten de stad staan. Daar doet Jezus wat spuug op zijn vingers en smeert het op de ogen van de man.

De blinde man kan niks zien, maar hij voelt wel wat Jezus doet. En hij hoort wat Jezus zegt.

‘Ziet je iets?’ vraagt Jezus.

De man knippert met zijn ogen. ‘Ik zie bomen. Maar het zijn geen bomen, want ze bewegen. Het moeten wel mensen zijn.’ Dan legt Jezus zijn handen op de ogen van de man. Nu hoeft de man niet meer te knipperen. Zijn ogen gaan wijd open. Hij ziet Jezus voor hem staan. En in de verte ziet hij de bewoners van de stad naar hem kijken. ‘Ik ben beter’, zegt de man blij. ‘Ik zie alles haarscherp!’

Jezus lacht en knikt. Dan kijkt hij naar de bewoners in de stad. ‘Ga maar gauw naar huis’, zegt hij tegen de man.

De mensen in de stad zien de man weglopen. ‘Waar gaat hij naartoe?’ vraagt er een. ‘Zie ik het nou goed?’ zegt een ander. ‘Hij lijkt zo anders te lopen en kijkt zo blij om zich heen…, zou hij…’

Jolanda van der Marel

Zie je iets?

1 september 2024

Bijbel: Marcus 8:22-26

Kijk bij Vieren voor uitleg bij dit werkblad

www.kindopzondag.nl

Zie je mij?

Materiaal voor de zondagen 20 oktober t/m 24 november 2024

– Verhalen uit Marcus

– Materiaal voor Hervormingsdag, gedachtenis en dankdag