LAD-magazine, december 2023

Page 1

Magazine

Neem de regie over de toekomst van de zorg

# 44 - December 2023 Kwartaalmagazine van de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD)


Voorwoord

­­­­ ­­­­

Daad bij het woord

Aan de duizend deelnemers in de zaal en de ruim vijf­ duizend online kijkers thuis werd gevraagd waar ze het eerst aan denken bij het oplossen van dit vraag­stuk. De ‘ingrediënten’ die het vaakst werden ge­noemd: werkplezier, goede arbeidsvoorwaarden, zeg­gen­schap, minder regeldruk en meer vertrouwen in zorg­profes­sio­ nals. Die vijf punten kwamen ook terug in het debat met de kandidaat-Kamerleden. Zo gaf een aantal partijen aan zich hard te willen maken voor marktconforme be­ loning van met name de lagere en middeninkomens, pleitten andere Kamerleden voor het aanpakken van ‘het administratieve monster’ en werd benadrukt dat het weer leuk moet zijn om in de zorg te werken – waarbij zeggenschap een belangrijke rol speelt. Natuurlijk waren er ook kritische noten te kraken in hun pleidooien. Want hoewel iedere partij zich uitsprak voor het verminderen van de regeldruk, vroeg presentator Donatello Piras terecht waarom we dat al tien jaar roepen

LAD magazine | 2

en het nog steeds niet is gelukt: een vraag waar niemand een echt antwoord op had … Wat bij mij het meest bleef hangen, is dat alle debat­ thema’s sterk met elkaar samenhangen en dat we voor een complexe uitdaging staan. Zorg is een onderwerp waar een nieuw kabinet simpelweg niet omheen kan. Als we willen dat ons zorgstelsel toegankelijk, goed en betaalbaar blijft, moeten we het anders organiseren. Dat betekent dat de politiek keuzes moet maken over welke zorg wel en niet kan worden blijven geleverd, want de zorg kan niet álles oplossen. Preventie wordt dus belangrijker dan ooit. Daarnaast moet vertrouwen in zorg­ profes­sionals weer het uitgangspunt worden, anders nekt de regeldruk ons. En goede arbeidsvoorwaarden zijn tot slot een belangrijk instrument om het werken in de zorg aantrekkelijk te houden, zodat zorg ook in de toekomst kan worden geleverd. Aan het eind van het debat kregen de deelnemers en kijkers thuis de vraag of ze op basis van het debat wisten waar­op ze zouden stemmen op 22 november. Ruim veer­tig procent gaf aan dat nog steeds niet te weten. Ik begreep dat eerlijk gezegd wel. Want hoewel er heel veel goede voornemens voorbijkwamen tijdens de avond, bleek er vooral behoefte te zijn aan daadkracht: aan een kabinet dat doorpakt en de zorg serieus neemt. Ik zou een nieuw kabinet dan ook willen meegeven goed te luisteren naar zorg­profes­sionals en patiënten en vooral: om de daad bij het woord te voegen. Suzanne Booij, voorzitter LAD

Colofon: Kwartaalblad van de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD) met nieuws, opinie en achtergrondinformatie. (oplage 35.750) Redactieadres Mercatorlaan 1200, Postbus 20058, 3502 LB Utrecht, Telefoon 088 13 44 100, E-mail: redactie@lad.nl Redactie Caroline van den Brekel, Marjolein Dekker en Jet Labrie. Met medewerking van Lyanneke Krauss Columnist Inoek Koopmans (aios interne geneeskunde) Illustraties Ronald Slabbers Fotografie Ivar Pel Ontwerp Member Since Druk Centrum Drukwerk - ISSN-nummer 2213-9923

Medio november was ik bij Het Grote Zorgdebat dat ruim twintig zorgorganisaties samen organiseerden. Kandidaat-Kamerleden van negen politieke partijen (VVD, D66, CDA, Nieuw Sociaal Contract, BBB, GroenLinks-PvdA, SP, PVV en ChristenUnie) gingen met elkaar in debat over belangrijke zorgthema’s, zoals preventie, passende zorg en de impact van vergrijzing. Vanuit het perspectief van de LAD was ik vooral benieuwd naar het thema arbeids­markt, want daar liggen de komende jaren nogal wat uit­dagingen. De zorgvraag verdubbelt vanwege de vergrijzing, terwijl we met minder zorgprofessionals zijn. Hoe zorgen we dat mensen dan toch goede zorg krijgen en hoe voorkomen we dat zorgprofessionals zichzelf niet voorbij hollen?


Inhoud

4

Verkeerd bed? “Die patiënt ligt op een verkeerd bed”, hoort columnist Inoek Koopmans een arts-assistent zeggen. Maar is het bed kapot of de zorg zelf?

Boodschap aan een nieuw kabinet Wat wil jij een nieuw kabinet meegeven? Die vraag stelden we aan drie artsen. De top drie: verminder de regeldruk, geef zorgprofessionals vertrouwen en maak scherpe keuzes over de toekomst van de zorg.

“Leiderschap is regie nemen”

“Beperk je niet tot de gebaande paden”

10

In de zorg gaat veel tijd zitten in het ‘uit­ voeren’ en is er nauwelijks ruimte voor ‘uit­ vinden’. Terwijl dat laatste juist kan leiden tot oplossingen voor complexe zorg­vraagstukken, vindt organisatiefuturoloog Arjen Banach. Leiderschap is in zijn ogen belangrijk om ver­ nieuwingen te stimuleren. “Het gaat erom dat je regie neemt. Er zijn altijd radertjes waaraan je kunt draaien.”

In een wereld waarin traditio­ nele carrièrepaden vaak de norm zijn, had Mattijn Buwalda de moed een avontuur­lijkere weg te be­wandelen. Jarenlang was hij waarnemend anesthe­ sio­loog en sinds 2020 werkt hij in Noorwegen. “Als je be­reid bent buiten je comfort­zone te stappen, kun je een leven leiden dat zowel profes­sio­neel als persoonlijk veel voldoening geeft.”

Proactief werken aan inspraak Arts-VG Cécile Verdegaal en basisarts Laura Blom doen samen met hun collega’s bij SEIN mee aan het LAD-project Gezond en veilig werken. Ze willen onder andere meer inspraak creëren. “We zijn nu proactiever bezig.”

LAD-trainingen Ook in 2024 biedt de LAD weer de trainingen ‘Beter in beeld’ en ‘Beter in onderhandelen’ aan. Via de trainingen krijg je inzicht in je kern­competenties en het vergroten van je invloeds­sfeer.

6

14

15

18

Loondoorbetaling

Arbeidsvoorwaarden

Gevoelig

In ’t kort

Een Hidha heeft voor de ANWdiensten zelf een over­een­ komst met de huis­artsen­post gesloten. Hoe zit het met loondoorbetaling nu ze ziek is?

Het arbeidsvoorwaardenbeleid van de LAD is de basis voor de inzet aan cao-tafels. Wat zijn de plannen voor de onder­han­de­ lingen die in 2024 starten?

Kèren Zaccai behandelt als uroloog gevoelige onder­ werpen in de spreekkamer. “Het is mooi als ik patiënten daarbij kan helpen.”

Lees de column van Caroline van den Brekel, het laatste nieuws over evenementen, cao’s, trainingen en andere activiteiten.

December 2023 | 3


Tekst Lyanneke Krauss

“Leiderschap vraagt om het tonen van kwetsbaarheid” Repeterende gedachtepatronen staan vernieuwingen in de zorg in de weg, zo stelt orga­ni­ satie­­futuroloog Arjen Banach, een van de sprekers tijdens de jubileumbijeenkomsten van de LAD. Het is volgens hem belangrijk dat artsen zich kwetsbaar opstellen en durven uitspreken dat ze niet alles weten. “Pas dan ontstaat er ruimte voor creativiteit en kun je op zoek naar oplossingen.”

LAD magazine | 4


LAD 75 jaar Je hebt zelf geen medische achtergrond, maar houd je als spreker en schrijver wel bezig met leiderschap in de zorg. Hoe ben je dit vak ingerold? “Ik kom uit een gezin waar iedereen in de zorg werkt. Mijn vader is huisarts, mijn moeder psychotherapeut en mijn beide broers werken in een ziekenhuis. Zelf val ik al flauw bij het zien van een druppel bloed, dus koos ik voor een opleiding in de makelaardij en vastgoed. Al snel kwam ik tot de conclusie dat dit niet echt wat voor mij was. Daarom begon ik mij tijdens mijn studie te verdiepen in leiderschap, een onderwerp dat ik toen al heel interessant vond. Na het lezen van een boek van Stephen Covey raakte ik geïntrigeerd door het feit dat we veel meer invloed kunnen uitoefenen dan we zelf denken. Ik ben toen workshops gaan geven aan studenten en dat heeft uiteindelijk geleid tot wat ik nu doe.” Wat versta jij onder leiderschap en waarom is het zo belangrijk voor artsen? “Ik zeg altijd: leiderschap moet je pakken en een managementrol moet je krijgen. Leiderschap is dus niet hetzelfde als leiding­ geven, het gaat erom dat je regie neemt. Dat begint bij het durven tonen van kwets­baar­ heid. We weten dat er een zorginfarct dreigt en de waarheid is dat niemand weet hoe we dit moeten oplossen. Door dat toe te geven, ontstaat ruimte voor creativiteit en kun je op zoek naar oplossingen.” Het is niet altijd makkelijk om te veranderen, zeker in de zorg. Wat is volgens jou nodig om vernieuwingen te stimuleren? “Binnen de gezondheidszorg staat de patiënt op nummer 1, dáár ligt de focus. Maar goed zorgen voor patiënten begint met goed voor jezelf te zorgen. In de zorg gaat veel tijd zitten in het ‘uitvoeren’ en is er nauwelijks ruimte voor het ‘uitvinden’. Terwijl dat laatste juist kan leiden tot oplossingen die de werkdruk verlagen en het werkplezier vergroten. En dat komt weer ten goede aan de kwaliteit van zorg. Om als arts meer ruimte vrij te kunnen maken om te experimenteren, is het belangrijk om kritisch naar je werkzaamheden te kijken. Ik zie vaak dat mensen worden gegijzeld door bezigheden die op zichzelf geen waarde creëren, maar die wel noodzakelijk zijn.

De LAD viert in 2023 haar 75-jarig jubileum. Tijdens ons jubileumjaar gaan we via een reeks bijeenkomsten met onze leden in gesprek over de thema’s innovatie, leiderschap en cultuur. Je kunt je nog aanmelden voor de regio­bijeenkomst op woensdagavond 24 januari 2024 in Eindhoven. Tijdens die regiobijeenkomst geeft Arjen Banach een verdiepingssessie over leiderschap, verkent innovatie-spreker Nancy Rademaker waar innovatie verschil kan maken en gaat KNOarts Froukje Verdam in op de vraag hoe je een werk­cultuur creëert die veerkracht en vitaliteit stimuleert. Op woensdagmiddag 17 april volgend jaar presenteren we alle be­vindin­ gen tijdens een slotcongres in Amersfoort met opnieuw in­spireren­de sprekers. Meer informatie vind je op www.lad.nl/lad-75-jaar.

­

Denk aan allerlei ­administratieve handelingen. Mensen voeren deze werkzaamheden ge­ wetens­­vol uit, waarbij ze zich laten leiden door hun interne ‘Japie krekel’ uit het verhaal van Pinok­kio. Maar wat er eigenlijk moet ge­beuren, is dat ze deze werkzaamheden be­spreek­baar maken met collega’s om samen te onder­ zoeken hoe het anders kan. Dat betekent ook keuzes durven maken en niet klakkeloos doen wat je altijd al deed. Mensen hebben meer in­vloed dan ze zelf denken. Er zijn altijd radertjes waaraan je kunt draaien om iets te veranderen.” Je geeft aan dat er meer ruimte moet komen voor creativiteit. Wat is er nodig om dat aan te wakkeren? “Ik hoor mensen vaak zeggen dat ze niet crea­ tief zijn, maar dat is echt onzin. Iedereen is crea­tief. Kijk maar eens naar kleine kinderen, die komen vaak met de meest originele ideeën. Het probleem is alleen dat naarmate we ouder worden, we steeds meer binnen de lijn­tjes gaan kleuren. Vaak door druk van buiten­af. En tegen de tijd dat we 44 zijn, lijden we allemaal aan terminale serieusheid. De kunst is om die creativiteit weer de ruimte te geven en dat kun je doen door elkaar vragen te stellen. Waarom doen we de dingen zoals we ze doen? En zou het anders kunnen? Een optimistische houding is daarbij onmisbaar, want als je bij voorbaat al zegt dat iets niet kan, weet je in ieder geval zeker dat het zal mislukken.”

Afgelopen oktober heb jij een verdiepings­ sessie gegeven over leiderschap tijdens een regiobijeenkomst van de LAD en in januari ga je dat nogmaals doen. Wat viel jou daarin op? “Veel artsen waren benieuwd hoe je anderen kunt inspireren, hoe je het vuurtje binnen je organisatie kunt aanwakkeren. Ook merk ik dat artsen behoefte hebben aan vrijheid en autonomie. Maar die autonomie werkt alleen goed als sprake is van een ‘aanspreekcultuur’, een cultuur waarin mensen elkaar feedback durven geven en daar zelf ook voor open­staan. Het succes van zelfsturende teams bijvoor­beeld, valt of staat met de psychologische veilig­heid die mensen op de werkvloer er­varen.” In jouw podcast ‘Toekomst van Werk’ spreek jij de grootste dwarsdenkers en visionairs. Wat is jou het meest bijgebleven waar artsen nog iets van kunnen leren? “Ik ben bij veel organisaties langs geweest die opvallen vanwege hun manier van werken en die dingen nèt even anders doen. Een in­teres­sante les die ik heb geleerd, is dat dit in de meest uiteenlopende sectoren gebeurt: van campings en bedrijven in de installatie­ techniek tot zorg en onderwijs. Je kunt het zo gek niet verzinnen, overal gebeuren bijzondere dingen. Wat we daarvan kunnen leren, is dat iedere organisatie de kans heeft om dingen beter te doen dan ze nu doet. Dat vind ik per­ soonlijk een grote inspiratiebron.”

December 2023 | 5


Reconstructie

ANW-diensten vergoeding: hoe zit het als je uitvalt? Pien Versteegh* werkt als Hidha in een huisartsenpraktijk. Ze is sinds 1 april aan­ge­sloten bij de huisartsen­diensten­ structuur in haar regio. Dat houdt in dat ze voor het verrichten van avond-, nacht- en weekenddiensten een eigen overeenkomst met de huisartsenpost heeft gesloten. Vanwege ziekte valt Versteegh in juni langere tijd uit. Ze vraagt zich af of ze haar dienstenvergoeding nu wel krijgt doorbetaald en neemt contact op met het Kennis- en dienst­ verleningscentrum van de Federatie Medisch Specialisten en de LAD.

­­

Tip van Harmen Huijgen Het geheel aan arbeids­voor­ waarden, met de daarbij behoren­de rechten en plichten, is ge­baseerd op één rechts­ver­ houding, namelijk die tussen werk­nemer en werkgever. Met het individueel aansluiten van een huisarts in dienstverband bij een huis­artsen­post voor het ver­ richten van diensten wordt deze rechts­ver­houding doorkruist. Wij raden de constructie om die reden af. Mocht je als huisarts in dienst­verband voor de keuze worden gesteld om je direct aan te sluiten bij de huisartsenpost, teken dan niet zomaar de aan­ sluit­overeenkomst, maar neem eerst contact met ons op. Wij kun­nen je vertellen wat je rechten en plichten zijn.

* Namen van cliënten in deze rubriek zijn fictief i.v.m. de privacy van de cliënt.

LAD magazine | 6

Versteegh heeft een arbeidsovereenkomst bij een praktijkhouder. Volgens haar arbeids­ overeenkomst is ze verplicht om naast haar normale werktijden ANW-diensten te ver­ richten. Tot voor kort was alleen de praktijk­ houder voor wie ze werkt aangesloten bij de huisartsenpost. Daarmee was hij ver­ant­ woordelijk voor de verdeling van de ANWdiensten tussen hemzelf en de Hidha’s in de praktijk. De wijze van verdeling tussen praktijkhouder en Hidha(’s) is vastgelegd in de Cao Hidha, die van toepassing is op Versteegh. Sinds 1 april 2023 is de huisartsendiensten­ structuur veranderd. Voor Hidha’s (en dat geldt ook voor huisartsen in dienst van een gezond­heids­centrum) zijn er nu twee ma­nie­ ren om diensten te verrichten: op de oude manier, zoals die tot voor kort voor Versteegh gold, of door een eigen aansluitovereenkomst (naast de arbeidsovereenkomst) met de huis­ artsenpost aan te gaan. De Hidha blijft dan in dienst van de praktijkhouder maar verbindt zich voor het uitvoeren van diensten aan een andere partij. De achterliggende gedachte is dat een Hidha zo meer zeggenschap heeft over de te verrichten diensten en meer in­ spraak heeft in het beleid van de huis­artsen­ post. De uitbetaling van de ANW-vergoeding blijft in deze constructie via de werkgever lopen.

Meer verantwoordelijkheid

Versteegh heeft gekozen voor de tweede optie en vraagt zich af wat haar rechten en plich­ten zijn. Ze komt bij het Kennis- en dienst­ver­ lenings­centrum in contact met arbeidsjurist Harmen Huijgen. Hij vertelt haar dat ze door de aangepaste dienstenconstructie in feite

een stukje verantwoordelijkheid naar zich heeft toegetrokken. “Sluit je je als Hidha direct aan bij de huisartsenpost, zoals mijn cliënt heeft gedaan, dan ben je namelijk ook zelf verplicht om vervanging te regelen bij ziekte of andere vormen van afwezigheid”, aldus Huijgen. Versteegh vertelt dat ze voor de constructie heeft gekozen omdat ze meer regie wilde heb­ben over de diensten en het beleid daarin van haar huisartsenpraktijk. “Dat kan een begrijpelijke afweging zijn, al is de vraag wel hoeveel meer inspraak het je daadwerkelijk oplevert”, vindt Huijgen. “Bovendien heb je als werknemer geen middelen om waar­ne­ ming en vervanging te regelen. Wij geven huisartsen om die reden ter over­weging mee goed na te denken of meer zeggen­schap op­weegt tegen de toenemende ver­ant­woor­de­ lijkheden.”

Wel of geen loondoorbetaling?

De dienstenvergoeding van Versteegh wordt als een bruto vergoeding uitbetaald. Deze wordt als losse salarispost op de loon­strook vermeld. Hoe zit het nu met de loondoor­ betaling bij ziekte? In de Cao Hidha staat dat Hidha’s recht hebben op 100% van het netto­salaris in het eerste ziektejaar en 70% in het tweede ziektejaar. Omdat de ver­goeding van de ANW-diensten als losse post op de loonstrook is opgenomen, is de vergoeding onderdeel geworden van het netto­loon. “De praktijkhouder moet daarom het volledige salaris doorbetalen, inclusief de diensten­ ver­goeding”, vertelt Huijgen, die dit voor Versteegh op een rij zet. Daarmee gaat zij naar haar werkgever, die haar dienstvergoeding netjes uitbetaalt.


Column

Inoek Koopmans (29) rondde in augustus 2019 haar opleiding geneeskunde af. Toen ze haar diploma op zak had, wist ze niet direct welke kant ze op wilde. Ze ging in gesprek met dokters binnen en buiten het ziekenhuis over de keuzes die zij hebben ge­maakt. Intussen is ze erachter wat ze het liefste wil: internist worden! Ze werkt sinds 1 april 2022 als aios interne geneeskunde in het Isala ziekenhuis. Over de zoek­ tocht naar haar droombaan schrijft ze blogs op haar website dokters­diehetandersdoen.nl. Je kunt haar ook volgen op Instagram via @doktersdiehetandersdoen.

Een verkeerd bed en kapotte zorg “Die patiënt ligt op een verkeerd bed”, hoorde ik de arts-assistent zeggen toen ik als coassistent voor het eerst op een afdeling in het ziekenhuis stond. Ik keek eens goed naar het bed, maar zag er niets vreemds aan. Maar goed, ik had ook geen verstand van bedden. “Wat gaan we doen aan dat kapotte bed?”, vroeg ik de arts-assistent na de visite. Ze keek me niet-begrijpend aan. “Kapot bed? Hoe bedoel je?”

Het bed blijkt niet kapot, maar de zorg lijkt dat soms wel Een verkeerd bed is geen kapot bed. Sterker nog, er is niets aan de hand met het bed. Het ‘probleem’ is dat het bed op de verkeerde plek staat. Een ver­keerd bed heeft alles te maken met de steeds langer wordende wachtrij voor thuiszorg of een plek om te revalideren en aan te sterken. ‘Verkeerd bed patiënten’ hebben geen ziekenhuiszorg, en dus geen zieken­­huisbed (meer) nodig, maar zijn toe aan de vervolg­stap: naar huis met thuiszorg of eerst aansterken in een (geriatrisch) revalidatiecentrum alvorens ze naar huis kunnen. Maar omdat daar nog geen plek is voor de patiënt, wachten ze in het zieken­huis. Juist, in dat verkeerde (ziekenhuis)bed. Om nog maar te zwijgen over de kwetsbare ouderen die worden ingestuurd ‘omdat het thuis niet meer gaat’. Geen reden voor een ziekenhuisopname, maar ook een onhoudbare situatie thuis. Familie

die vaak totaal in de knel zit omdat hun geliefde (schoon)vader of -moeder zorg nodig heeft die thuiszorg niet kan leveren, maar waarbij ook geen zicht is op een definitieve plek. Een situatie die vanuit huis niet kan worden opgelost. En dus gaat de patiënt uit nood naar de spoedeisende hulp zonder acute aandoening, ligt daar uren te wachten en wordt vervolgens overgeplaatst naar de afdeling waar het verdere wachten zich voortzet. Wachten op een plek die niet lijkt te bestaan, en als deze wel bestaat de komende tijd vol zit. En zo liggen vele, vaak kwetsbare ouderen dagen en soms zelfs weken in het ziekenhuis te wachten op een plekje waar ze de zorg kunnen krijgen die ze nodig hebben en verdienen. Ze liggen simpel­ weg vaak hele dagen te wachten in hun verkeerde bed. Hun conditie verslechtert tijdens dat wachten waardoor ze, als ze eindelijk kunnen gaan revali­de­ ren, veel hebben ingeleverd en van ver(der) moeten komen. Ze moeten langer revalideren en zijn dus langer en meer afhankelijk van zorg, soms zelfs met blijvend functieverlies. Of erger nog, ze worden (opnieuw) ziek tijdens het wachten. Want dat ver­ keer­de bed beschermt hen niet tegen alle bacteriën en virussen die rondzweven op de afdeling. En zo verandert het verkeerde bed weer in een zieken­huis­ bed en is de patiënt niets op­ge­schoten. De patiënt gaat van de wachtlijst af, zijn ziekte wordt behandeld waarna opnieuw het wachten, onderaan de wachtlijst, weer begint. Het bed blijkt niet kapot, maar de zorg helaas soms wel …

December 2023 | 7


Podium

Een toenemende zorgvraag, personeelstekorten, een hoge werkdruk … de zorg staat de komende jaren voor grote uitdagingen. Wat moet een nieuw kabinet straks doen om te zorgen dat ons zorgstelsel toegankelijk blijft en zorgprofessionals met plezier naar hun werk blijven gaan? We vroegen het drie artsen.

Wat wil jij een nieuw kabinet meegeven?

LAD magazine | 8


Tekst Lyanneke Krauss Illustratie Ronald Slabbers

Eric de Kruif

Faye Trossèl

Puck Prince

SEH-arts:

aios ouderengeneeskunde en voorzitter Vason:

waarnemend huisarts en LHV-ambassadeur:

Mijn belangrijkste boodschap is: durf keuzes te maken. Aan de ene kant moet en wil iedereen 24/7 gebruik kunnen maken van alle mogelijke zorg en aanspraak kunnen maken op nieuwe, veelbelovende kostbare behandelingen. Aan de andere kant stijgen de zorgkosten hard en loopt de zorg vast door personeelstekorten en een toe­­ nemende vergrijzing. We willen dus méér, maar het mag niet te veel kosten. Dat is vreemd, want als ik mijn oude auto bij een garage zou laten pimpen met de nieuwste snufjes, moet ik daar ook voor betalen. We moeten dus óf accepteren dat in de toekomst niet alles meer mogelijk is, óf het kabinet moet meer geld vrijmaken voor de zorg. Daarnaast moeten we kritisch kijken wat we verstaan onder zinnige zorg. Een veelgebruikt voorbeeld is: gaan we bij iedere patiënt boven de 40 jaar met een tri­viale trauma capitis een CT-scan uitvoeren? Welk risico mogen we nog lopen? Las­tige gewetenskwesties waar ik zelf ook niet altijd een antwoord op heb. Ik zou een nieuw kabinet ook willen meegeven goed naar de marktwerking in de zorg te kijken. In de praktijk leidt markt­werking vaak tot con­­ centratie en/of schaalvergroting. Maar acute zorg, zeker de laagcomplexe zorg, moet voor iedereen goed en snel bereik­baar zijn. Ook voor het werkplezier van zorg­profes­sionals is het belangrijk dat zij kunnen werken waar ze willen én dat hun werk vol­doen­de af­­wis­selend is. Toch moeten we niet vergeten dat de zorg in Nederland op veel vlak­ken al uit­­­stekend geregeld is. Niet alles wat je wilt ver­anderen, hoeft ook te worden ver­anderd.”

Momenteel werk ik in een revalidatie­ centrum. Daar zie ik dat een deel van de ouderen na het ontslag tussen wal en schip raakt. Ze zijn te kwetsbaar om zelf­stan­dig thuis te wonen, maar voldoen ook niet aan de voorwaarden om naar een ver­pleeg­huis te mogen. Om die groep maak ik mij zorgen. Ik ben daarom een groot voor­stander van een terugkeer van verzorgings­huizen in ons land, omdat deze het ontstane gat kunnen opvangen. Thuiszorg kan op papier een op­los­sing bieden, maar in de praktijk zie je dat de mid­delen on­toereikend zijn om vaker dan twee keer per dag bij een kwetsbare oudere langs te gaan. Dat is in sommige ge­vallen echt te weinig. Naast mijn oproep aan het ka­binet om ver­ zorgingshuizen nieuw leven in te blazen, hoop ik ook dat er meer aan­dacht komt voor pre­ventie. Niet alle ziektes zijn te gene­zen, maar een deel kun je wel voor­komen. Daar­ bij is het belangrijk dat men­sen zich gaan realiseren dat een dokter niet alles kan gene­ zen en dat palliatieve zorg ook een be­­lang­rijk onderdeel is van ons werk. Dat bete­kent dat we het levenseinde uit de taboe­­­­sfeer moeten halen en ik denk dat de over­­heid daar een rol in kan spelen. Last but not least: de administratielast moet nu echt omlaag. De tijd die ik kwijt ben aan het invullen van allerlei papierwerk be­­steed ik liever aan mijn patiënten. Ik wil de tijd voor hen kunnen nemen en patiënten het ge­voel geven dat ze worden gehoord. Dat komt de kwaliteit van zorg in mijn ogen alleen maar ten goede.”

De huisvesting van huisartsen is van cruciaal belang om ervoor te zorgen dat wij effectief en efficiënt kunnen werken en om de toegankelijkheid van basis­­zorg voor patiënten te waarborgen. Uit onderzoek van de LHV in 2021 blijkt dat driekwart van de huisartsen kampt met huis­vestingsproblemen: ruimtes zijn te krap, te duur of ongeschikt. Ook om mij heen zie ik collega’s die graag een eigen praktijk willen starten, maar geen ge­schik­ te ruimte kunnen vinden. Vanwege de vrije markt­werking worden huisartsen als com­mer­ ciële huurders gezien, terwijl de inkomsten van huisartsen ontoereikend zijn om dit te kunnen betalen. Daar moet een nieuw ka­bi­­net wat mij betreft echt iets aan doen. Zij zouden regels kunnen opstellen waarbij de huis­arts niet als commerciële partij wordt gezien, maar als maatschappelijke onder­ ne­ming. Het is belangrijk dat een nieuw kabi­­net zich realiseert hoe belangrijk het is dat iedere Nederlander nu en in de toekomst een huisarts in de eigen wijk heeft. Dit ver­ betert niet alleen de leefbaarheid van de wijk, het is ook bewezen dat mensen langer en gezonder leven als ze laagdrempelig hun huisarts kunnen bezoeken en een vertrouwd gezicht zien. Een ander aandachtspunt vind ik de administratieve lasten. Ik krijg zo vaak verzoeken om allerlei briefjes in te vullen, dat daar een groot deel van mijn tijd in gaat zitten. Ondanks allerlei goed bedoelde initia­ tieven, zoals Ontregel de Zorg, komen er nog steeds nieuwe regels bij. Ik hoop daarom dat het nieuwe kabinet meer gaat regeren vanuit vertrouwen in plaats van wantrouwen.”

December 2023 | 9


Mattijn Buwalda (59) is waarnemend anesthesioloog in Noor­wegen. Na het af­ronden van zijn opleiding tot anesthesioloog-intensivist, werkte hij acht jaar in het UMC Utrecht. In 2010 besloot hij Medical & Educational Services (MES) op te richten. Sindsdien heeft hij als waar­nemend anesthe­sio­loog, inten­sivist en hyperbaar arts gewerkt in tal van zieken­huizen binnen en buiten Nederland. Buwalda woont afwisselend in Nederland en Noorwegen.

“In Noorwegen ben je arts voor het leven”

LAD magazine | 10


Werk/privé

In een wereld waarin traditionele carrièrepaden vaak de norm zijn, had Mattijn Buwalda de moed een avontuurlijkere weg te bewandelen. Jarenlang was hij waarnemend anesthesioloog binnen en buiten Nederland en sinds 2020 werkt hij in Noorwegen. Het realiseren van een goede werk-privébalans is een rode draad in zijn loopbaan. “Ik hecht sterk aan mijn vrijheid.”

Baas zijn over je eigen agenda is voor Buwalda een belangrijk uitgangspunt; zowel in zijn werk als in zijn privéleven. Na zijn opleiding in het AMC en een periode van academisch werk in het UMCU kwam hij tot het besef dat de hiërar­chische structuur van een groot zieken­ huis niet goed bij hem past. “Ik ver­langde naar meer vrij­heid en flexi­biliteit. Daar kwam bij dat de moeder van mijn zoon naar een andere plaats was ver­huisd en ik geen ‘weekendvader’ wilde zijn voor mijn zoon. Ik wilde als co-ouder graag nauw be­trokken zijn bij de opvoeding.” Hij besloot waar­nemend anesthesioloog te worden; geen ‘gebruikelijke’ stap voor me­disch specialisten, maar het beviel hem me­teen goed. “Ik kon mijn werkweek afstem­men op mijn co-ouderschap, waardoor ik een goede werk-privébalans kon vinden. Daar­naast gaf de waar­neemconstructie mij de moge­lijk­heid regelmatig op uithoeken van de wereld te duiken.”

Op een gegeven moment dacht ik: kan ik met mijn oude kop nog een nieuwe taal leren? Ik ontdekte dat Noors voor Nederlanders het makkelijkst is, omdat het veel overeenkomsten heeft met Nederlands en Duits. Ik begon met een Noorse talencursus en toevallig kreeg mijn zoon in die periode een Noorse vriendin. Mijn zoon en ik hielden vaak een wedstrijdje om te zien wie de hoogste scores haalde met Duo­ lingo, een tool om via zelfstudie een andere taal te leren.” Buwalda had destijds nog niet de intentie het Noors ook in de praktijk te brengen via zijn werk, totdat hij contact had met een Noors uitzendbureau. “Er bleek een enorme vraag te zijn naar waarnemers. In Noorwegen heb­ben werknemers, en dus ook artsen, betaald ouder­schaps­verlof van een jaar. In die verlof­ periodes kunnen ze heel goed waarnemers gebruiken, dus ik kon meteen beginnen.”

Brexit

Hij vond wel dat hij de taal nog beter moest leren spreken. “Ik vind het belangrijk om in de moedertaal van de patiënt te kunnen com­mu­ ni­­ceren, want ik wil niet dat een patiënt zich ongemakkelijk voelt. Daarom besloot ik nog een jaar te wachten voordat ik uiteindelijk begon.” De cultuurverschillen vond hij de grootste uit­daging. “Noren zijn vaak wat afstandelijk en erg conflictmijdend. Dat botst soms met de directheid die wij Nederlanders hebben. Een ander verschil is dat een goede werk-privébalans in Noorwegen niet alleen belangrijk is, maar dat de cultuur ook zo is dat je er invulling aan kan geven. De werksfeer is ont­spannen en er is tijd om een praatje te maken met patiënten en collega’s. In Nederland wordt er veel meer nadruk gelegd op pro­ductie en finan­ciën; dat is hier minder leidend in het dagelijkse werk waardoor de werk­druk letter­lijk een stuk lager voelt.” Om­ gekeerd lopen de organisatie en opleiding volgens Buwalda wel wat achter op Nederland. “Zo zijn er weinig administratieve systemen,

In de afgelopen twintig jaar heeft hij in veel ziekenhuizen gewerkt, zowel in Nederland als daarbuiten (waaronder de Antillen, België en Engeland). “Het is ontzettend leuk zoveel zieken­huizen van binnen te mogen zien. Toen de Brexit de situatie in Engeland bemoeilijkte, besloot ik mijn horizon te verbreden. Scandi­ na­vië kwam op mijn pad en uiteindelijk koos ik voor Noorwegen.” Buwalda is intussen al drie jaar werkzaam als waarnemend arts in Noorwegen, waarbij hij tijdelijke opdrachten aanneemt die enkele weken of maanden duren. Tussendoor is hij in Nederland.

Noors leren

Hij ziet het als een persoonlijke uitdaging om zich aan te passen aan verschillende cul­turen en werkwijzen. “Dit heeft mijn begrip voor verschillende benaderingen in de ge­nees­ kunde verdiept.” Bovendien geniet hij ervan om nieuwe talen te leren en zichzelf op die manier intellectueel uit te dagen. “Vroeger ging ik vaak op vakantie naar Scandinavië.

Cultuurverschillen

laat staan dat daar uitwisseling tussen is. Verder is de opleiding vooral gericht op het aantal handelingen dat je doet, in plaats van de kwaliteit ervan. Er is geen herregistratie, dus als je eenmaal bent ingeschreven als Noorse arts, ben je dat voor het leven – tenzij je het heel bont maakt.”

Adembenemende natuur

“Voldoening halen uit mijn werk vind ik ont­ zettend belangrijk”, vervolgt hij. “Nu mijn zoon het huis uit is en mijn hypotheek bijna is afbetaald, heb ik de vrijheid om meer tijd te besteden aan reizen en andere leuke acti­vi­ teiten.” Zijn flexibele werkschema stelt hem in staat te genieten van zijn vrije tijd en het leven ten volle te ervaren. “Noorwegen heeft mij op persoonlijk vlak veel gebracht. Ik geniet van de adembenemende natuur en de rust die het Noorse landschap biedt.” In zijn vrije tijd is hij dan ook vooral in het bos te vinden.

Verbreed je horizon

Buwalda wil graag andere artsen aanmoedigen hun perspectief te verbreden. “Er is zoveel meer dan alleen de traditionele route”, zegt hij. “Ik geloof dat het leven te kort is om jezelf te beperken tot de gebaande paden. Als je bereid bent buiten je comfortzone te stappen en nieuwe mogelijkheden te verkennen, kun je een leven leiden dat zowel professioneel als persoonlijk veel voldoening geeft.”

“Het leven is te kort om jezelf te beperken tot de gebaande paden” Op de vraag of Buwalda nog een volgende be­stem­ming heeft na Noorwegen moet hij lachen. “Stiekem wel. Een jaar geleden heb ik een vakantiehuisje in Frankrijk gekocht. Momenteel ben ik bezig met het opknappen ervan en fris ik mijn Frans op. Mijn plan is daar per­manent te gaan wonen zodra ik met pensioen ga.”

December 2023 | 11


Gezond en veilig werken

Tekst Jet Labrie

Het team artsen Lang verblijf Midden-West Nederland van SEIN, het expertisecentrum voor epilepsie en slaapgenees­kunde, doet sinds maart 2022 mee met het project Gezond en veilig werken. “Ik las in het LADmagazine een artikel over het project. Ons team wilde al langer meer duidelijkheid over waar we staan in de organisatie en meer inspraak krijgen. Ik heb het artikel aan mijn collega’s laten lezen. We waren het snel eens en hebben ons meteen aangemeld”, vertelt Cécile Verdegaal, arts voor verstandelijk gehandi­capten (arts VG).

“ Meer energie door Sinds vorig jaar draait het project Gezond en veilig werken van de LAD in 24 instel­lin­gen, zo­als verpleeghuizen, ggz-, VVT-, gehan­dicap­ ten­zorginstellingen, GGD-en, zieken­huis­vak­ groepen en huisartsen. Tijdens een nul­meting wordt gekeken of de artsen een ‘gezonde’ werk­druk ervaren, of zij betrokken worden bij het beleid van de instelling en hoe zij zich ge­­waardeerd voelen. Na de nulmeting bepalen de artsen zelf waarmee ze twee jaar aan de slag gaan. In die twee jaar worden ze begeleid door een externe procesbegeleider.

Stem in de organisatie

Verdegaal: “Het team artsen Lang verblijf be­­staat uit zeven leden. Uit onze nulmeting kwam onder andere naar voren dat wij het ge­voel hadden dat wij niet een stem hadden in de or­ga­nisatie en dat wij niet betrokken werden bij beleidszaken, zoals de introductie van het nieuwe Elektronische Patiëntendossier (EPD) en het coronabeleid. We constateerden dat de neurologen daar wel inspraak in had­den en wilden dat ook. Wij hebben daarom de werk­ groep Positionering opgezet, die zich buigt over de vraag hoe wij als team meer zeg­gen­ schap krijgen en goed advies kunnen geven. We hebben gekeken wat de beste oplossing zou zijn: aansluiten bij de medische staf van

LAD magazine | 12

de neurologen of bij een inhoudelijke raad. We kozen voor het laatste. Wij leveren namelijk niet alleen medische zorg, maar ook woonzorg. Die zorg is multidisciplinair. Dit werd duidelijk zichtbaar tijdens de coronacrisis. Als cliënten op hun kamer moeten blijven, heeft dat ook enorme gevolgen voor hun gedrag en ge­ moeds­­toestand. Dan heb je echt een ge­drags­ weten­schaper of een psycholoog nodig om samen afwegingen te maken voor het beleid.”

“Deelname aan het project levert ons echt iets op” Laura Blom

Adviesraad

Er bestond al een adviesraad, maar die stond nog niet stevig. Verdegaal legt uit wat dat be­­te­kent. “We hebben besloten om deze te pro­­ fes­­­sionaliseren en verder te formaliseren in de multi­disciplinaire Professionele Adviesraad (PAR). Op dit moment bestaat de PAR uit zeven leden en zijn we bezig met het maken van een regle­ ment, het vastleggen van afspraken en een jaarplan. We gaan ook samen met de me­dische staf van neurologen onder­zoeken wat de po­si­ tie van de PAR is ten opzichte van de staf. Hier komen we vast uit, want tenslotte willen we allemaal het beste voor de cliënt. Zo weet de organisatie wat ze aan de adviesraad heeft en weten de mensen in de adviesraad wat er van hen wordt ver­wacht.”


Project Gezond en veilig werken

Het project Gezond en veilig werken is een initiatief van de LAD. Tussen 2023 en 2025 worden groepen artsen in 24 instellingen begeleid. Doel is een weten­schap­ pelijk bewezen proces­inter­ventie te ontwikkelen die artsen helpt de werkcultuur te verbeteren en hun duurzame inzet­baarheid te vergroten. Er wordt ervaring

opgedaan in alle zorg­disciplines en het project wordt uitgevoerd in samenwerking met de Federatie Medisch Specialisten, Landelijke Huisartsen Vereniging en KNMG en gesubsidieerd door een stichting (SWG), waar deze organisaties en de LAD aan zijn ver­bonden. Kijk voor meer info op www.lad.nl/ gezond-en-veilig-werken.

Omdat de subsidie alleen voor de 24 groepen geldt, kunnen we het traject voor nieuwe aan­ mel­­dingen alleen tegen betaling aanbieden. Wil je meer weten over de mogelijkheden? Neem dan contact op met project­­leider Romy Steenbeek via lad.gvw@lad.nl.

proactief te werken” Rolduidelijkheid

Uit de nulmeting kwam ook naar voren dat niet duidelijk was hoe de rolverdeling is; niet alleen binnen het team, maar ook bin­nen de organisatie. Basisarts Laura Blom legt uit hoe dat komt. “Oorspronkelijk viel alle me­dische zorg binnen SEIN onder de verant­woor­de­lijk­ heid van de neurologen, ook de huis­­artsen­­ zorg. De neurologen voelden echter dat ze daar minder bekwaam in werden en dus zijn er huis­artsen komen werken. In het begin heb­­ben we allemaal dezelfde zorg geleverd en toen kwam er taakdifferentiatie. Daar zit echter wel een overlap in. Het is daarom be­lang­­­rijk om goede afspraken te maken zodat je elkaars exper­tise ten volle benut en de beste zorg levert aan de cliënt. Dat is dan ook een van de onderwerpen die in de werk­groep Rolduidelijk­ heid worden opgepakt. De gesprekken over de taakverdeling met de neuro­logen zijn nog in volle gang.”

Competenties

In de werkgroep is ook gekeken naar de rol­ verdeling binnen het team en welke com­pe­ ten­ties iedereen heeft. Blom: “Dit heeft ertoe geleid dat we nu duidelijke afspraken hebben gemaakt over wie op een dag verantwoordelijk

is voor de spoedzorg en wie voor de beleids­ matige zorg. Dat staat in een rooster. Zo weten de doktersassistenten en de verpleging pre­ cies wie ze daarvoor kunnen benaderen op een dag. Dat was hiervoor anders.”

Meer energie

“We zijn nu proactiever bezig en dat geeft energie” Cécile Verdegaal

Beide artsen zijn heel tevreden over hun deel­ name aan het project. Verdegaal vertelt dat ze zich in het begin soms wel afvroeg waar ze alle tijd vandaan moest halen. “Tijdens de gesprekken met de procesbegeleider zag ik de lijst van taken alleen maar groeien. Ook vond ik de PAR toen nog heel abstract met regels en processen. Als arts ben je meer gericht op het hier en nu. Onze procesbegeleider heeft ons hier heel goed doorheen geloodst. Zij gaf steeds aan dat we goed op weg waren, waar we aan moesten denken en hielp ons met het voor­­bereiden van de gesprekken met het manage­ment. We zijn nu proactiever bezig en dat geeft meer energie. Sommige dingen spelen al vijftien jaar en nu gebeurt er echt iets.” Blom is het daar helemaal mee eens. “Deel­name aan het project levert ons echt iets op.”

December 2023 | 13


Nieuws

Koopkrachtverbetering, een normalisering van de arbeidsduur, minder regeldruk en een goede borging van zeggenschap van artsen in zorginstellingen: het zijn een paar belangrijke punten waar de LAD op inzet aan cao-tafels. In het Arbeids­voor­ waardenbeleid voor 2024 zijn alle speerpunten vastgelegd die de basis vormen voor cao-onderhandelingen die volgend jaar starten.

Cao-inzet voor 2024

De hoge werkdruk moet volgens de LAD langs meerdere sporen omlaag

“Het is juist nu essentieel om de zorg aantrekkelijk te houden, óók financieel”

LAD magazine | 14

De zorg staat onder grote druk. De personeels­ tekorten zijn hoog, evenals het verzuim en het verloop. Daarnaast kampen artsen en andere zorgprofessionals met een hoge werk- en regel­druk. Om zorgprofessionals voor hun vak te blijven behouden, zijn goede arbeids­ voorwaarden en -omstandigheden juist nu heel belangrijk, maar de LAD verwacht niet dat de cao-onderhandelingen met werk­­ge­vers volgend jaar makkelijk zullen ver­lopen. “In 2023 zijn in veel zorgcao’s de lonen tus­sen­­­ tijds aangepast om tegemoet te komen aan de ge­stegen kosten voor levens­onder­houd. Werk­gevers­organisaties hebben aan­ge­geven dat het geld dat zij erbij krijgen via de Over­ heids­bijdrage in de Arbeids­voor­waarden­ont­ wikkeling (OVA) geen gelijke tred houdt met die loonstijgingen en dat daarnaast andere kosten – zoals energielasten – voor hen ook zijn gestegen”, schrijft de LAD in het arbeids­ voorwaardenbeleid.

Houd de zorg aantrekkelijk

Toch is het juist nu essentieel om de zorg aan­­trekkelijk te houden, vindt de LAD, óók fi­nan­cieel. In 2021 concludeerde de SociaalEconomische Raad dat de lonen van mid­ den­­groepen in de zorg zo’n zeven tot negen procent achterliepen op lonen van ver­ge­lijk­ bare beroepen in andere sectoren. Het kabinet trok hierop 625 miljoen euro uit om deze kloof te dichten. Daarmee is de achterstand echter nog lang niet ingelopen. De LAD vindt het belangrijk dat de kloof met andere sectoren wordt gedicht, maar dit mag niet ten koste gaan van andere inkomensgroepen in de zorg. Zoals LAD-voorzitter Suzanne Booij eerder in een column schreef: “Het oplossen van een arbeidsmarktprobleem van een specifieke groep zorgprofessionals mag nooit ten koste gaan van de arbeidsvoorwaarden van een andere groep.” De inzet voor 2024 is daarom om koopkrachtverbetering te realiseren voor alle zorgprofessionals via een procentuele loonsverhoging.

Gezond en veilig werken

Gezond en veilig werken is net als afgelopen jaren een tweede speerpunt in het arbeids­ voorwaardenbeleid. De hoge werkdruk moet langs meerdere sporen omlaag, waaronder een betere naleving van regelgeving en cao’s, stimuleren van eHealth, terugdringen van de regeldruk en het invoeren van integraal levens­ fasebewust personeelsbeleid/generatie­beleid. Daarnaast wil de LAD een normal­isering van de arbeidsduur bespreek­baar maken en vindt ze dat er extra aandacht moet zijn voor per­ soonlijke omstandigheden en coaching, en de mogelijkheid van gratis mentale begeleiding.

Zeggenschap en positionering

Zeggenschap en positionering komen als derde speerpunt terug in het arbeidsvoorwaarden­ beleid. Het is belangrijk dat artsen en andere zorgprofessionals betrokken zijn bij het beleid binnen hun instelling. Dit zorgt volgens de LAD niet alleen voor meer werkplezier en be­­­­­trok­ ken­heid, maar ook voor kwalitatief betere be­sluiten met meer draagvlak. De LAD wil zeg­­gen­­schap om die reden borgen in cao’s, bij­­voor­beeld via medische staven, spe­­cia­­lis­ tische staven of vergelijkbare over­leg­­con­ structies. Verder vindt ze dat zorg­pro­­fes­sionals uitdrukkelijk moeten worden betrokken bij de uitvoering van sociale of tech­nologische innovaties en de ruimte moeten krijgen zich hierin te scholen en ontwikkelen.

Andere punten

De LAD zet verder in haar arbeidsvoor­waarden­ beleid onder andere in op het aanpakken van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag, het realiseren van een tegemoetkoming voor co­­assistenten in lijn met andere wo-stages, (door­betaalde) tijd voor scholing en ontwik­ke­ling, behoud van werk bij reorganisaties en het recht op loopbaan­be­geleiding. Meer lezen? Bekijk het volledige Arbeids­voor­waardenbeleid op www.lad.nl/arbeidsvoorwaardenbeleid.


LAD-lid in beeld

Tekst Lucie Pelzer Fotografie Ivar Pel

Kèren Zaccai Uroloog St Jansdal, Harderwijk

Waarom heb je gekozen voor urologie?

“Ik heb bewust gekozen voor de urologie vanwege de diversi­teit en uitdagingen die het vak met zich meebrengt. In mijn spreek­ kamer behandel ik gevoelige on­derwerpen zoals urine-inconti­ nen­tie en erectiele dysfunctie. Het is heel mooi als ik patiënten hierbij kan helpen. Als uroloog ben ik betrokken bij het hele proces, van diagnostiek tot het uitvoeren van ingrepen en het communiceren van onder­zoeks­ resultaten tijdens zowel positieve als negatieve gesprekken. Ik ben verantwoordelijk voor het stellen van indicaties, het nemen van gezamenlijke beslissingen en het zorgdragen voor de follow-up. Dit biedt mij de gelegenheid waar­devolle behandelrelaties op te bouwen.”

Hoe haal je voldoening uit je werk?

“Het is moeilijk om van het werk te genieten als er veel admini­ stratieve taken zijn, de vraag naar zorg steeds groter wordt en er niet genoeg zorg­ver­leners zijn om te helpen. Gelukkig maken de goede sfeer onder collega’s, humor op de werk­­vloer en het intensieve en dank­bare patiën­ten­­ contact veel goed. Als uroloog heb ik een heel gevarieerd taken­­ pak­ket. Bovendien maakt het behandelen van een diverse patiën­ten­popu­latie mijn vak on­ gelooflijk afwisselend en leuk.”

Wat zijn vooroordelen over het vak urologie?

“Dat we alleen maar prostaten voelen en piemels zien. Natuurlijk is een verhoogd PSA (ProstaatSpecifiek Antigeen) een veel­voor­ komende zorgvraag. En zien we geregeld een man van middel­bare leeftijd met erectiele dys­fun­ctie of plas­klachten. Maar we doen zo­veel meer. Nierpatho­logie, blaas­­­problematiek en functio­ nele klachten aan het urogeni­tale stelsel komen bij zowel jong als oud en zowel bij mannen als vrouwen voor.”

Wat is voor jou de toegevoegde waarde van de LAD?

“Een groot deel van de urologen werkt inmiddels in loondienst. Het is belangrijk dat er wordt toegezien op hun belangen en uiteraard op die van alle artsen in loondienst. Ik vind het een fijn idee dat de LAD zich inzet voor goede werkomstandigheden, omdat dit helpt om plezier in je werk te behouden. Verder is het erg prettig om juridische ondersteuning te hebben wan­ neer je dit nodig hebt. Omdat de LAD alle artsen in loondienst vertegenwoordigt, biedt dat een sterke positie bij cao-onder­ handelingen.” Huisartsen, aios, medisch specialisten en specialisten ouderengeneeskunde: de LAD heeft leden in alle disciplines. Wie zijn ze en wat drijft hen? In deze rubriek brengen we LAD-leden letterlijk in beeld.

“Ik behandel gevoelige onderwerpen in de spreekkamer”

­ December 2023 | 15


Tekst Marjolein Dekker

Hoe zorg je dat je meepraat? Leer het tijdens de LAD-trainingen Hoe zorg je dat je in je zorginstelling ‘aan tafel’ zit als het gaat om het zorg­inhoudelijke beleid, de roostering of de capaciteit? Dat is de rode draad in de trainingen ‘Beter in beeld’ en ‘Beter in onderhandelen’. De LAD liet beide trainingen speciaal voor artsen en andere zorg­profes­sionals ont­wik­kelen en biedt ze ook in 2024 weer aan. De LAD vindt positionering van artsen belang­ rijk vanuit de gedachte dat inspraak niet alleen bijdraagt aan een betere kwaliteit van zorg, maar ook zorgt voor een hoger werkplezier. “Als je bij het maken van beleid wordt betrok­ ken door je werkgever, geeft dat het gevoel dat je serieus wordt genomen. Dat maakt je werk betekenisvoller – en dus leuker”, zegt Rob Koster, hoofd Collectieve belangenbehartiging. Daarnaast past inspraak volgens hem ook bij de medeverantwoordelijkheid die artsen en andere zorgprofessionals dragen voor de kwali­teit van zorg. “Een verantwoordelijkheid waar­op zij ook tuchtrechtelijk kunnen worden aangesproken. Vanuit die insteek moet het van­zelfsprekend zijn dat zij meepraten over zorginhoudelijk beleid.”

Kernkwaliteiten

Inspraak van zorgprofessionals is om die rede­ nen al jarenlang een van de speerpunten van de LAD bij de onderhandelingen over cao’s, waarin de randvoorwaarden worden ge­regeld. Daarnaast biedt de LAD al tien jaar posi­tio­­ne­ rings­trainingen aan, om artsen ge­richt hand­ vatten te bieden bij het pakken van hun rol. Het begon in 2013 met ‘Beter in beeld’, een training waarbij de nadruk ligt op iemands kern­­kwaliteiten: waar ben je goed in en hoe kun je die kwaliteiten inzetten om je invloed te ver­groten? “Artsen richten zich vaak het liefst op de patiëntenzorg, maar vergeten wel

LAD magazine | 16

eens dat er nog een heel speelveld buiten de spreekkamer is waar ze dingen kunnen regelen om hun werk te vergemakkelijken of de kwaliteit van zorg te verbeteren. Hoe opereer je in dat speelveld, wie heb je daarbij nodig en wat is de beste plek om invloed uit te oefenen? We leren deelnemers de juiste weg te bewandelen”, aldus Remco Heukels die de training samen met Mascha de Ridder verzorgt.

Trainingsdata 2024

Effectief onderhandelen

‘Beter in onderhandelen’ vindt plaats op: • donderdag 25 april • woensdag 16 oktober

Van leden die ‘Beter in beeld’ volgden, kreeg de LAD regelmatig te horen dat ze behoefte hadden aan een verdiepingsslag. Dat was in 2017 de aanleiding om ‘Beter in onder­han­de­ len’ toe te voegen aan het aanbod: een ver­ diepingstraining die als een vervolg op ‘Beter in beeld’ maar ook los daarvan kan worden gevolgd. “Deze training gaat een stap verder en zoomt in op de vraag hoe je je punt maakt met behoud van de relatie en hoe je effectief onderhandelt”, aldus Mascha de Ridder. Deelnemers waarderen beide trainingen ge­­mid­deld met een 8,5 en vinden het vooral meer­waarde hebben om deze met artsen uit alle zorgdisciplines te volgen. De trainingen worden gegeven in kleine groepen van maxi­maal twaalf deelnemers en leveren 6 accre­ditatie­punten op. LAD-leden kunnen ze tegen een gereduceerd tarief van 475 euro per training volgen.

De training ‘Beter in beeld’ wordt in 2024 op de volgende dagen in de omgeving Utrecht aangeboden: • woensdag 13 maart • vrijdag 17 mei • donderdag 12 september • vrijdag 29 november

Interesse of meteen inschrijven? Kijk op lad.nl/beterinbeeld of lad.nl/beterinonderhandelen.

Beter in beeld

Beter in onderhandelen


3 Tips Wat zijn de belangrijkste tips en val­kuilen? Die vraag krijgen trainers Remco Heukels en Mascha de Ridder regelmatig. Ze zetten de drie belang­ rijkste op een rij:

1 Leer ‘nee’ zeggen Nee zeggen tegen het een, betekent ja zeggen tegen het ander. Iemand die op een juiste manier nee leert zeggen, is een serieuzere gesprekspartner dan iemand die op alles ja zegt. Met andere woorden: ja krijgt meer waarde als je ook in staat bent nee te zeggen.

2 Time je boodschap Je kunt een prachtig onderbouwd verhaal hebben, maar als je merkt dat de raad van bestuur of je leidinggevende tijdens een gesprek eigenlijk andere prioriteiten heeft, komt je boodschap simpelweg niet aan. Voorbereiding is één, maar een goede timing is een kwestie van aanvoelen. Wees flexibel als het niet het moment is om je plei­ dooi te houden en neem zelf het initia­ tief om een ander moment te prikken.

3 Voeg een andere kleur toe Ben je van nature aardig en vriendelijk, stop dan niet nóg meer energie in je boodschap aardig en vriendelijk overbrengen. Ben je van nature duidelijk en direct, waak er dan voor nog duide­­lijker en directer te worden. Voeg liever een andere kleur toe. Wie van nature aardig, begripvol en vriendelijk is, kan dat bijvoorbeeld combineren met een duidelijk verhaal met een kop, romp en staart en heldere voorwaar­ den en verwachtingen. Voor wie van nature daad­krachtig en direct is, is het verstandig voldoende vragen te stellen, begrip te tonen voor weerstand en te accepteren dat belangrijke zaken tijd kosten.

December 2023 | 17


In het kort

Kom naar de laatste regiobijeenkomst en/of het slotcongres Hoe behouden we jonge en ervaren artsen voor het vak, als de zorgvraag de komende jaren verdubbelt? Welke rol kan innovatie spelen in je dagelijkse werk? Hoe kun je als arts zelf de regie nemen binnen je zorginstelling en meer tijd claimen voor vernieuwingen? Die vragen staan centraal tijdens de bijeenkomsten die de LAD organiseert vanwege haar 75-jarig bestaan. Op woensdagavond 24 januari organi­ seren we de laatste regiobijeen­komst in Eindhoven. De sprekers die bij het startcongres op 14 juni een TED-talk hielden over de onderwerpen innova­ tie, leiderschap en cultuur, geven dan verdiepingssessies met veel ruimte voor interactie. Internationaal key­note speaker Nancy Rademaker ver­kent graag de mogelijkheden van innovatie in je dagelijkse werk, organisatie­futu­ roloog Arjen Banach geeft hand­vatten voor leiderschap (zie ook het interview op pagina 4/5) en KNO-arts Froukje Verdam gaat in op de vraag hoe je zelf een werkcultuur kunt creëren die

56% Bijna 56% van de geneeskundestudenten vindt dat er te weinig onderwijs is om een goed beeld te krijgen van specialisaties buiten het ziekenhuis (bron: De Geneeskundestudent)

Het aantal artsen per 1.000 inwoners steeg in alle 38 OESO-landen van 3,2 in 2011 naar 3,7 in 2021. Nederland telt 3,9 artsen per 1.000 inwoners (bron: OESO)

Froukje Verdam geeft tijdens de regiobijeenkomst op 24 januari een verdiepingssessie over cultuur

veerkracht en vitaliteit stimuleert. De bevindingen van het startcongres en de regiobijeenkomsten komen samen tijdens een slotcongres op woens­dag­ middag 17 april 2024 in Amersfoort, met opnieuw interessante sprekers. De regiobijeenkomsten zijn goed voor 2,5 accreditatiepunten. Het slotcongres levert 3 accreditatiepunten op. De bij­ eenkomsten zijn gratis voor LAD-leden en interessant voor artsen van jong tot oud en van alle specialismen. Meer weten of aanmelden? Ga naar www.lad.nl/lad-75-jaar.

4 op 5 4 op de 5 huisartsen zijn meer tijd kwijt aan admini­ stratie dan 5 jaar geleden. Een meerderheid besteedt meer dan een dag per week aan administratieve verplichtingen (bron: Landelijke Huisartsen Vereniging)

LAD magazine | 18

3,7

Volg ons op Instagram Sinds een klein halfjaar is de LAD ook actief op Instagram. Op onze Instagram-pagina @lad.artsen.in.dienstverband vind je onder meer filmpjes waarin LAD-leden vertellen wat ze belangrijk vinden in de dienstverlening van de LAD. Daarnaast geven we wekelijks een tip of inkijkje in onze activiteiten en blijf je via wistjedat-jes op de hoogte van de laatste actuele ontwikkelingen. Volg ons ook op Instagram! Daarnaast vind je ons ook op LinkedIn via @Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband.

Intussen op Instagram … @lad.artsen.in.dienstverband “Onder­handelen = de kunst van het geven”, aldus Rob Koster, hoofd Collectieve belangen­ behartiging van de LAD, die op 4 november tijdens het DJS Congres een workshop gaf over onderhandelen als vaardigheid in je werk. Zijn belangrijkste ‘do’: zorg dat je niet alleen komt ‘halen’, maar ook iets te geven hebt. Het begint met échte interesse hebben in de ander. En zijn don’t: heb geen haast en word niet bang of boos, want dan verlies je als onderhandelaar. #djscongres #artsen #onderhandelen


Column

Kijken hoe het anders kan We zitten volop in de onderhandelingen voor een aantal cao’s, zoals de nieuwe Arbeids­ voorwaardenregeling Medisch Specialisten, Cao UMC en Cao Jeugdzorg. Bij al die onder­ handelingen zijn werkdruk (of eigenlijk: het terugdringen daarvan), vitaliteit en duur­zame inzetbaarheid steeds belangrijker geworden: zowel voor ons als voor de andere vak­bonden. Nu is het niet zo dat deze thema’s vijf­tien jaar geleden geen issue waren, maar de roep om meer aandacht voor een goede werkprivébalans is wel steeds nadrukkelijker geworden. Deze ontwikkeling is niet heel verrassend als je kijkt naar de toenemende zorgvraag en stijgende personeelstekorten. Het is bittere noodzaak om maatregelen te nemen die de werkdruk verminderen. Artsen en andere zorgprofessionals kunnen simpelweg niet blijven doorhollen, want de werkdruk is nu al torenhoog. Het is daarom onze taak om aan cao-tafels goede randvoorwaarden af te spreken: duidelijke afspraken over de arbeids­duur, rusttijden, dienstendruk, duur­ zame inzetbaarheid, etc.

Natuurlijk weet ik dat de praktijk van een zorg­instelling vaak weerbarstig is, zeker als sprake is van personeelstekorten. Daarom zou ik ook een beroep willen doen op artsen zelf. Tijdens de bijeenkomsten die we orga­­ ni­seren in het kader van ons 75-jarig jubi­ leum, hebben diverse sprekers laten zien dat artsen vaak meer invloed hebben dan ze zelf denken. Organisatiefuturoloog Arjen Banach zegt het in een interview in dit num­ mer (zie pagina 4/5) heel mooi: “Er zijn altijd radertjes waaraan je kunt draaien om iets te veranderen.” Grote vraag is natuurlijk: hoe doe je dat dan? Hoe creëer je ruimte voor vernieuwingen als de werkdruk al torenhoog is? Hoe zorg je dat je spaarzame tijd niet op­gaat aan administratieve handelingen waar­door je nog minder tijd hebt voor de patiënt? Precies daar proberen we tijdens onze ‘jubileumreis’ een antwoord op te vinden én we willen je er handvatten voor aanreiken. Volgens Arjen be­ tekent het regie nemen, keuzes durven maken en samen met col­lega’s onderzoeken hoe het anders kan. Maar bovenal begint het met de intentie en het lef om het anders te willen doen. Nieuwsgierig naar zijn pleidooi of naar het

Ester de Kleijn beste opleider van 2023 Ester de Kleijn, opleider kinder­ geneeskunde in het Albert Schweitzer ziekenhuis, mag zich een jaar lang ‘beste opleider van Nederland’ noemen. Ze kreeg de Opleidingsprijs uitgereikt tijdens het DJS Congres, dat De Jonge Specialist op 4 november samen met de LAD, Federatie Medisch Specialisten en VvAA organiseerde. De aios die De Kleijn begeleidt, hadden haar voorgedragen, om­dat ze volgens hen oog heeft voor de persoon achter de aios, een veilig opleidingsklimaat bin­nen de hele vakgroep creëert

en óók nog eens aan de anios denkt. “Ester is niet te beroerd om zelf een dienst op te vangen wanneer dat nodig is. Oftewel: een opleider met een echt onderwijs- en opleidingshart.” De Kleijn ontving de prijs uit handen van Tessa Noijons, be­ stuurslid bij DJS. De andere twee genomineerden, Dion Paridaens (opleider oogheel­kun­de in Het Oogziekenhuis Rotterdam) en Arjan Braam (opleider psychia­ trie bij Altrecht) werden tijdens de uitreiking ook in het zonnetje gezet door hun aios.

verhaal van de andere sprekers? Kom dan op 24 januari naar onze regiobijeenkomst in Eindhoven en/of woon op 17 april het slot­ congres in Amersfoort bij. Ik hoop je daar te zien! Caroline van den Brekel, directeur

26% Aangepaste voeding kan vermoeidheid tijdens een nachtdienst met meer dan 26% verminderen

Ester de Kleijn (l) ontvangt de Opleidingsprijs uit handen van Tessa Noijons

(bron: Stichting Arbeidsmarkt Ziekenhuizen)

December 2023 | 19


In één klap goed verzekerd!

Ontvang 5% extra LAD-korting

Solliciteren, nieuwe baan, misschien wel verhuizen... Als starter in de zorg heb je het druk genoeg. Maar denk je ook aan je verzekeringen? Met het Verzekeringspakket Young Professionals heb je de drie belangrijkste verzekeringen in één keer goed geregeld. • Aansprakelijkheidsverzekering • Reisverzekering • Inboedelverzekering Vanaf €10,37 per maand en maandelijks opzegbaar. En ben je minder dan één jaar geleden afgestudeerd? Dan krijg je extra korting!

Vraag het 3-in-1 pakket nu aan via: vvaa.nl/starter

De stem en steun van zorgverleners


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.