7 minute read

Japanmuseum Sieboldhuis (Kris Schiermeijer

Herbarium van Ito Keisuke [foto] Marc de Haan ©Japanmuseum SieboldHuis Von Siebold verrijkte onze flora

Hosta sieboldiana, Hydrangea macrophylla‘Otaksa’, Pachysandra terminalis en nog veel meer planten- en bomennamen staan vermeld op de muur achter het borstbeeld van Philipp Franz Balthasar von Siebold (1796-1866) in de tuin van Japanmuseum SieboldHuis. Dit is niet zonder reden. De grootste deelcollectie uit de Japan-collectie die de Duitse arts in Nederlandse dienst van 1823-1829 in Japan verzameld heeft, zijn voorwerpen die samenhangen met het

Advertisement

plantenrijk. [tekst] Kris Schiermeier [foto’s] Marc de Haan, Adri Mulder.

Philipp Franz von Siebold, Lithografie van E. Chiossone, 1875 Siebolds grote Japanse liefde. Uit: Philipp Franz von Siebold - Nippon

Siebold slaagde erin om ruim 12.000 aan planten gerelateerde objecten te verzamelen waaronder herbaria, planten op sterk water, schilderingen van planten, levende en gedroogde planten en wat men verder nog aan plantenkennis mee kan nemen. In Leiden zijn ruim 1.200 type-exemplaren van Japanse planten aanwezig en dit betreft een kwart van de in Japan aanwezige plantensoorten. Het is daarom zonder twijfel dat de plantencollectie van Siebold bijzonder belangrijk is. Van veel planten beseffen we niet meer dat ze oorspronkelijk uit Japan komen. De blauwe regen (wisteria), hortensia, camelia en hosta lijken altijd al in onze tuinen en parken aanwezig te zijn geweest. Een aantal plantensoorten draagt zelfs Siebolds naam, zoals Hosta sieboldiana, Magnolia sieboldii, Sedum sieboldii, Rhododendron sieboldii en Primula sieboldii. Andere verwijzen naar Japan in het algemeen zoals Fatsia japonica en Fallopia japonica, de Japanse duizendknoop die als woekerplant overlast kan veroorzaken, of ze verwijzen zelfs naar Siebolds Japanse vrouw zoals de bolhortensia (Hydrangea macrophylla ‘Otaksa’), die Sonogi Kusumoto (bijnaam O-taki) eert. Philipp Franz Balthasar von Siebold, op 17 februari 1796 geboren in het Duitse Würzburg, ging in de voetsporen van zijn voorvaders medicijnen studeren. In zijn studietijd ontmoette hij beroemde plantkundigen als de gebroeders Nees van Esenbeck en ontwikkelde hij een diepe en levenslange interesse voor de plant- en dierkunde. In 1822 treedt hij als chirurgijn-majoor in dienst van het Nederlands-Indisch leger op de post in Batavia

S(het huidige Jakarta), destijds het centrum van de Nederlandse handel in Azië. In april 1823 schreef Philipp Franz zijn familie in Würzburg dat hij in juni voor vijf tot zes jaar zou vertrekken naar Japan als lijfarts van het Nederlandse opperhoofd en als natuuronderzoeker. Ook vertelde hij dat hij zelfs bij een bekend kunstenaar les genomen had in botanisch en anatomisch tekenen. Voor zijn onderzoek kon hij in ieder geval beschikken over Thunbergs Flora Japonica, Roxburghs Flora Indica, Rumphius’ Herbarium Amboinense en een groot aantal oudere werken over Japan. Op Deshima, het kunstmatige eiland voor de kust van Nagasaki, legde hij een botanische tuin aan. Ook stichtte hij een school, Narutaki, die uitgroeide tot een levendig centrum van de westerse wetenschap in Japan. Siebold droeg zijn studenten een breed scala aan onderzoeksprojecten op, waaronder Japanse kunstnijverheid en flora en fauna, en liet hen over deze onderwerpen in het Nederlands (‘het Latijn van het Oosten’) verslagen schrijven. Zijn roem verspreidde zich snel. Artsen en geleerden uit geheel Japan verzamelden zich in Nagasaki om zich te laven aan Siebolds kennis en vaardigheden. Trots schreef hij naar huis over zijn universiteit waar aan alle wetenschappen gewerkt wordt. Geïnspireerd door de Japanners droeg Siebold ook bij aan de groei van de theecultuur door zaden van de theeplant in ijzerhoudende leem verpakt naar Java te sturen. Doordat Siebold een landkaart in zijn bezit had, wat voor buitenlanders ten strengste verboden was, werd hij in 1829 zelfs het land uitgezet.

Zijn Japanse vrouw O-Taki en hun driejarige dochtertje O-ine moest hij achterlaten, want Japanners mochten het land niet uit.

Rond 1830, het jaar van de opstand van België tegen de Nederlanden, verscheepte Siebold levende planten naar Gent. De eerste lading levende planten reisde al een jaar eerder naar de Hortus botanicus in Leiden. Van de 500 bleven er maar 137 in leven, en na verloop van enkele seizoenen waren er nog maar 40 over. Van de planten in Gent ontving Siebold in 1841 stekjes. Uiteindelijk richtte hij in de jaren ’40 op het terrein van zijn huis ‘Villa Nippon’ buiten Leiden een firma op die onder meer handelde in Japanse gewassen.

Siebold was er niet gelukkig mee dat de gedroogde planten naar het Rijksherbarium in Brussel gingen en regelde dat dit Rijksherbarium overgebracht werd naar de Universiteit Leiden. Hij bewoonde van 1832 tot 1847 het klassieke grachtenpand nummer 19 aan het Rapenburg. Siebold toonde hier ook zijn prenten, lakwerk, keramiek, fossielen, herbaria, geprepareerde dieren, munten, kleding, oude landkaarten en honderden andere schatten in een eigen museum, dat door hooggeplaatste personen, zoals de latere tsaar Alexander II en koning Willem II, werd bezocht. Sinds 2005 is Japanmuseum SieboldHuis in dit pand gevestigd. Naast de vaste Sieboldcollectie zijn er, verspreid over het jaar, tijdelijke tentoonstellingen over de meest uiteenlopende onderwerpen.

In de tuin van het Japanmuseum staat op de grond voor het borstbeeld een tekst die Siebold vanuit Japan op 18 november 1823 aan zijn oom schreef: ‘Ik zal Japan niet eerder verlaten dan nadat ik een uitvoerige beschrijving van het land heb gemaakt, en alle materiaal voor een Japans museum en een flora bijeen heb vergaard.’ We kunnen wel concluderen dat Siebold zijn intentie meer dan waar heeft gemaakt. Naast het ‘Japans Museum’, een uitgebreide beschrijving van het land en de fauna, zorgde Siebold ervoor dat wij nog steeds kunnen genieten van zijn uitgebreide verzameling planten. Hij introduceerde meer dan 730 plantensoorten van Oost-Aziatische oorsprong in Europa, en in de Leidse Hortus groeien tien originele Sieboldplanten, onder meer in de ‘Von Siebold Gedenktuin’. Hieronder zijn de prachtige blauwe regen met korte trossen heerlijk geurende blauwe bloemen (Yamafuji/Wisteria floribunda) maar ook de blauwe regen met lange trossen (Fuji/Wisteria sinensis), soorten die zelfs wel 350 jaar oud kunnen worden. Tevens bomen, zoals de Japanse iep (Keyaki/Zelkova serrata) waarvan het fijnnervige zilvergrijze hout vaak wordt gebruikt om mooie doosjes

‘Tegenwoordig is 70% van alle soorten struiken en bomen in Nederlandse parken en tuinen van Oost-Aziatische oorsprong.’

Herbaria en schildering in de Flora- en Faunakamer [foto] Marc de Haan ©Japanmuseum SieboldHuis

van te maken en de altijd-groene struik Sharimbai/ Rhaphiolepsis umbellata die in de maanden april en mei trosjes witte geurige bloemetjes draagt. Kortom, Siebold heeft met zijn kennis over Japan ons leven verrijkt, maar zeer zeker ook in kleur en geur ons leven aangenamer gemaakt.

Vriend worden!

De geschiedenis van Philipp Franz Balthasar von Siebold wordt heden ten dage levend gehouden in Japanmuseum SieboldHuis te Leiden.

Het museum heeft een trouwe vriendenkring in Europa en Japan. Dit wordt onderschreven door de stedenband tussen Leiden en Nagasaki die sinds 2017 is bekrachtigd en de oprichting van de Stichting Leidse Vrienden van Nagasaki. Om vriend te worden of het Japanmuseum op andere wijze te ondersteunen, kunt u op de website onder het kopje ‘steun ons’ informatie vinden. www.sieboldhuis.org | info@sieboldhuis.org

Panoramakamer Japanmuseum SieboldHuis [foto] Marc de Haan ©Japanmuseum SieboldHuis

Borstbeeld Von Siebold in tuin Japanmuseum SieboldHuis [foto] Marc de Haan ©Japanmuseum SieboldHuis

Von Siebold enriched our flora

Hosta sieboldiana, Hydrangea macrophylla ‘Otaksa’, Pachysandra terminalis are plant and tree names engraved behind the statue of Philipp Franz Balthasar von Siebold in the garden of Japan Museum SieboldHuis. Many of today’s popular plants were brought here by Siebold, including Hydrangea macrophylla ‘Otaksa’, named after his wife, and other hortensia’s.

Philipp Franz Balthasar von Siebold was a ship’s surgeon at Batavia (1822) in service to the Dutch King and later (1823) resident physician and scholar on the Dutch trading post Deshima. In 1829 he was banished from Japan for having maps in his possession. His wife O-Taki and their daughter O-ine were left.

Some of his original introductions can still be found in the Hortus in Leiden near Rapenburg 19 where Siebold first displayed his collection and where in 2005 Japan Museum SieboldHuis was officially opened.

At the foot of his statue are the words: ‘I will not leave Japan until I have compiled a detailed description of the country and have gathered all the materials and flora needed for a Japan museum’.

Friends of Japan Museum SieboldHuis The museum is supported at home and abroad by a loyal ‘family’ of Friends. For information on how to become a Friend: www.sieboldhuis.org

This article is from: