6 minute read
Een staalkaart van tuinontwerpen (Kees Langeveld
from Hortus Leiden
Een staalkaart van tuinontwerpen
Lotus in de Chinese kruidentuin [foto] Kees Langeveld In het afgelopen decennium zijn verschillende delen van de Hortus op de schop gegaan. De herinrichting van zo’n eeuwenoude tuin is een delicate klus. Hoe ga je als ontwerper daarbij te werk? Ik sprak hierover met Marc van der Zwet, die bij Copijn Landschapsarchitecten verantwoordelijk was voor het ontwerp van het Sterrewachtterrein, de Chinese kruidentuin en de vernieuwde entree van de Hortus botanicus.
Advertisement
[tekst] Kees Langeveld [illustraties] Copijn Tuin- en Landschapsarchitecten
Ontwerp Sterrewachttuin Copijn Tuin- en Landschapsarchitecten
DDe plattegrond van de Hortus botanicus is een staalkaart van tuinontwerpen. Er is een geschiedenis in af te lezen die zich uitstrekt van het einde van de 16e eeuw tot de eerste decennia van de 21e eeuw. De inrichting stond steeds ten dienste van de functie: de collectie tonen, onderwijs geven, onderzoek doen, maar ook publiek ontvangen. In de laatste decennia is de publieksfunctie van de Leidse
Hortus steeds belangrijker geworden. Dat is allemaal terug te zien in de huidige inrichting. Samen met ontwerper en kunstenaar Marc van der Zwet neem ik drie plekken onder de loep waar hij in de afgelopen 10 jaar een ontwerp voor heeft gemaakt.
Sterrewachttuin
Een ontwerper moet rekening houden met de historie. Marc van der Zwet: ‘In een gebied als de Leidse Hortus begin je niet blanco. Je voegt iets toe aan wat er al is. De tuin zoals je die nu ziet kent meerdere ‘lagen’, een opbouw die meerdere perioden beslaat. Je moet waardevolle elementen zien te behouden, zoals de eeuwenoude bomen. Dat speelde heel duidelijk bij de inrichting van de Sterrewachttuin.’
Net als Marc duiken we even in de geschiedenis. De Sterrewacht en de huidige Sterrewachttuin liggen op het voormalige Blauwe Bolwerk, dat in 1817 aan de Hortus werd toegevoegd, na de Franse overheersing. De Hortus werd op deze plaats ingericht in de Engelse landschapsstijl, met slingerende paden en een quasinatuurlijke aankleding. In 1857 werd dit deel van de Hortus opgeofferd voor de bouw van de Sterrewacht, die tot 1974 in gebruik was bij de sterrenkundigen. Daarna kreeg het gebouw een andere functie en verrommelde de tuin rond de Sterrewacht. De spontaan opgeslagen bomen hadden vrij spel, tot zo’n 10 jaar geleden. Toen werd de Sterrewacht gerestaureerd en kreeg de Hortus het omliggende terrein terug.
Marc vertelt over de aanpak: ‘Dat begon met historisch onderzoek. Het bolwerk was aangepast om de Sterrewacht te kunnen bouwen. In het ontwerp hebben we geprobeerd om het idee van een bolwerk terug te brengen, bijvoorbeeld met het talud met gazon. In die groene wildernis hebben we gezocht wat er nog over was van het oorspronkelijke ontwerp van de tuin. We vonden een schitterende bruine beuk en een oude taxus uit de tijd waarin de Sterrewacht was aangelegd. Die wilden we zeker bewaren.’ Om deze oude bomen en de gerenoveerde Sterrewacht tot hun recht te laten komen, moesten bijna vijftig verwilderde bomen en zaailingen worden verwijderd. Door deze ingreep is er een echte blikvanger ontstaan, met een natuurlijke begrenzing tussen de Sterrewacht – tegenwoordig in gebruik bij de Rechtenfaculteit – en de Hortus botanicus. En van begin af aan had dit gedeelte al de potentie om onderdeel te worden van het Singelpark, ook al moest het idee van het Singelpark toen nog geboren worden.
Sterrewachttuin [foto] Jan Meijvogel
Chinese kruidentuin
De plaats waar nu de Chinese kruidentuin is, heeft een volledige metamorfose ondergaan. Tot 2015 lagen hier terrasgewijs aangelegde plantvakken met bakstenen keermuurtjes. De smalle paadjes en trappetjes waren niet echt uitnodigend voor de bezoeker. Die oorspronkelijke indeling hoefde dus niet bewaard te blijven. Bij het ontwerp van de Chinese kruidentuin speelden vragen als: hoe kunnen we de collectie het beste aan de bezoeker tonen? En kun je een Chinese sfeer creëren zonder een traditionele Chinese tuin aan te leggen?
Voor Marc van der Zwet betekende dit een heel andere aanpak dan bij de Sterrewachttuin. ‘De nadruk lag op het tentoonstellen van medicinale planten. De curator bepaalde het assortiment. Je kunt de vloer zien als een tentoonstellingsruimte waarin vakken zijn uitgespaard voor de expositie van planten. Die vakken zijn te beschouwen als eilanden in een zee met grillige oevers. Om de tuin een besloten karakter te geven hebben we stroken van bamboepalen als afscheiding in het ontwerp opgenomen.’ Zo heeft naast de Japanse tuin ook dit stukje Hortus een Aziatische uitstraling gekregen die goed past bij het zwaartepunt van de collectie: planten uit Zuidoost-Azië.
Clusiustuin en entreegebied
De indeling van de Hortus zoals we die nu kennen, hebben we voor een groot deel te danken aan Baas Becking, die in 1931 aantrad als prefect. Hij vond de landschapsstijl niet geschikt voor de Leidse Hortus, die daar naar zijn mening te klein voor was. De verspreid door de tuin liggende kassen liet hij vervangen door één groot, centraal gestookt kassencomplex. Dit kassencomplex, waartoe onder andere de Victoriakas behoort, bestaat nog steeds. De slingerende paden en de 19e-eeuwse kassen maakten plaats voor lange, rechte paden langs het Notenveld en de Systeemtuin. In zijn ontwerp voor de Systeemtuin bracht Baas Becking de rechthoekige plantvakken terug die zo kenmerkend
Entreegebied met Clusiustuin
waren voor de oorspronkelijke Hortus in de 17e eeuw. In het Hortusarchief vonden Baas Becking en hortulanus Veendorp een manuscript van hortulanus Cluyt met het beplantingsschema van de Hortus in zijn oudste vorm. Dat bracht Baas Becking op het idee een reconstructie van die eerste Hortus te maken, de Clusiustuin. Aanvankelijk lag die aan de 5e Binnenvestgracht, maar bij de herinrichting van de Voortuin in 2009 keerde de Clusiustuin terug naar zijn oorspronkelijke omgeving. ‘Maar let op,’ zegt Marc, ‘het is niet de oorspronkelijke Hortus die je hier ziet. De reconstructie is iets kleiner dan vroeger en de muren die de Hortus omsloten, zijn er niet meer.’
Toen de Wintertuin aangepast moest worden aan het sterk stijgende aantal bezoekers van de Hortus, kreeg Copijn Landschapsarchitecten het verzoek om een ontwerp te maken voor de herinrichting van het entreegebied. ‘Bescheidenheid is vereist, gezien
Chinese kruidentuin [foto] Adri Mulder
Clusiustuin [foto] Adri Mulder
de historische bagage van de Hortus’, stelt Marc van der Zwet, ‘zeker op deze plek. Maar dat mag je niet hinderen om ook vrij te denken: wat als je de Clusiustuin weghaalt? Of in een andere vorm aanlegt?’ Door zulke alternatieven naast de bestaande situatie te zetten, werd duidelijk dat de Hortus sterk gehecht was aan de Clusiustuin op zijn huidige plek. Vandaag de dag weten de mensen vanuit de Nonnensteeg hun weg te vinden naar het terras achter de Wintertuin en wandelen bezoekers van het Academiegebouw naar de entree van de Hortus alsof het altijd zo geweest is. Door het gebruik van oude gebakken klinkers sluit het entreegebied nog beter aan op de stedelijke openbare ruimte van Leiden. Ook daarin schuilt het vakmanschap van de ontwerper. ‘Als het goed is, ziet de bezoeker niets van de techniek die daarachter zit.’ Maar de ontwerptekeningen verklappen nog één klein ding: de Clusiustuin ligt scheef ten opzichte van de omringende gebouwen. Kijk maar eens goed op de plattegrond.
Ontwerp Chinese kruidentuin van Copijn Tuin- en Landschapsarchitecten
Sampling of garden designs
The Leiden Hortus botanicus has been expanded many times in the course of the centuries and with each expansion came a new garden design; additionally, the layout of various sections of the Hortus has also undergone change. This has led to our having a sampling of garden designs. This article describes three sections of the garden that have been laid out in the past 10 years: the Observatory Garden, the Chinese Herb Garden and the entrance to the Hortus including the Clusius Garden. The designs for these gardens are the work of Marc van der Zwet, a designer at Copijn Landschapsarchitecten (Copijn Landscape Architects).