4 minute read

De Voedselbank doet méér

Next Article
Kasteel de Haar

Kasteel de Haar

Stichting Voedselbank Plus in Leidsche Rijn geeft niet alleen etenswaren, maar ook andere vormen van hulp. Oprichter Sabiet vertelt wat de voedselbank doet en voor wie.

Sabiet Balwant-gir begon de voedselbank in Leidsche Rijn zo’n 20 jaar geleden. De producten stonden in haar keuken opgestapeld. Inmiddels is er een sociale winkel in Terwijde met een uitgebreid assortiment van houdbare producten, toiletartikelen en veel verse groente en fruit.

De voedselbank vormt een verbindende factor tegen uitsluiting. Dat je niet genoeg te eten hebt of geen nieuwe schoenen kunt kopen, is armoede. Maar als er in een klas van dertig kinderen vijf geen iPhone hebben en de rest wel, dan voelen die vijf zich uitgesloten. Ook dat soort armoede bestrijdt de voedselbank. En dat is soms maatwerk. De een heeft een laptop nodig voor een studie, de ander moet gewoon haar verhaal kwijt.

Visjes

En verander je daarmee het systeem? Nee. “Maar”, zegt Sabiet, “Ik denk altijd aan het verhaal van Paolo Coelho: er spoelen heel veel visjes aan op het strand en iedere keer pakt een jongen een spartelende vis en gooit die terug in het water. En dan vraagt een meneer: waarom doe je dat, wat maakt het uit? En de jongen pakt één vis en hij zegt: voor deze vis maakt het uit. Dus ik kan misschien niet duizenden helpen, maar als ik er één heb geholpen, daar gaat het om.”

Supermarkt

In de loop van de jaren is de klandizie van de voedselbank toegenomen, met een steeds groter aandeel werkenden. Momenteel zijn er ongeveer 150 gezinnen. Sabiet hecht eraan dat klanten hun eigen boodschappen kunnen doen. Dit geeft ze waardigheid: “Het is een supermarkt, geen kant-en-klarepakkettensysteem. Ik wil niet voor jou bepalen wat je gaat eten Je moet zelf je keuzes maken. Het aanbod bestaat nadrukkelijk niet uit dumpproducten. De gedachte: oh, het is een dag over de datum, dan mag jij het wel hebben, creëert een tweedeling. Dat moet je niet willen.”

Ook immateriële hulp is nodig. Sabiet: “Eigenlijk zou onze core business moeten zijn: we geven eten. Maar dat kan niet meer. Ik heb weleens bij Mitros gezeten met iemand die uit huis gezet dreigde te worden.”

Gul

Gelukkig kan de voedselbank al jaren rekenen op een groep toegewijde en trouwe vrijwilligers. Er is zelfs een wachtlijst van mensen die willen helpen. Sabiet merkt dat de gemeenschapszin in Leidsche Rijn groot is. Niet alleen buurtbewoners, maar ook plaatselijke ondernemers zijn gul met giften en donaties en ook met de kerken is er een duurzame samenwerking. Die donaties zijn hard nodig. De voedselbank maakt geen gebruik van subsidies en dat is een bewuste keuze: “Als je aan het infuus gaat zitten van geld, moet je helaas ook knikken naar de overheid.” Sabiet behoudt graag haar onafhankelijkheid. Zo kan Voedselbank Plus eigen keuzes maken.

De plus

De plus van Stichting Voedselbank Plus staat voor extra’s als hulp bij het schrijven van sollicitatiebrieven en het vinden van de juiste potjes voor zaken waar een klant recht op heeft. Hiervoor is er samenwerking met onder meer Buurthuis Leidsche Rijn, Hogeschool Utrecht, de Rabobank en Oracle. Het gaat niet alleen om geld, maar ook om expertise van mensen die actief meedraaien.

Kerstkleding

Sabiet heeft langzamerhand een waslijst aan mooie ervaringen. Ze pikt er eentje uit: de kerstkleding vorig jaar. “Er kwam een ondernemer binnen, die vroeg: wat zou jij het liefst willen? Ik zei dat ik graag kerstkleding zou willen voor de kinderen van de voedselbank. Hij maakte direct geld over, echt een groot bedrag, en hij zei: ik wil dat je daarna ook lekker gaat eten met de kinderen. En hij vroeg nergens naar. Hij wilde helemaal niks terug. Dat raakte me.”

Bijbaan

Binnenkort opent een tweede locatie haar deuren. Dat zou voor elke andere organisatie een feest zijn, maar voor de voedselbank is uitbreiding geen goed teken. Het is mooi dat het kan, maar pijnlijk dat het nodig is. Gelukkig is de doorstroom goed, 99% van de mensen komt er weer uit.

En dan komt dat visje van Coelho weer boven. Sabiet: “Ik weet nog dat er een bezorger kwam van een winkel. We hadden daar spullen besteld, en voor hij wegging, zei die jongen: dankuwel hè, mevrouw, voor alles wat u heeft gedaan. Dus ik zei: sorry, ik ken je niet. Hij zei: ik kwam tien jaar geleden met mijn moeder bij de voedselbank en toen hebben we van de voedselbank geleefd. Ik zei: oh, en hoe gaat het, gaat het nu goed met je? Hij zei: ja, ik studeer en dit dit is mijn bijbaan.”

www.voedselbankplusleidscherijn.nl

TEKST: MIRANDE DE JONG / FOTOGRAFIE: WIM VAN IJZENDOORN

This article is from: