Lentis Magazine #1, 2025

Page 1


In dit nummer onder andere:

Radio Lentis is niet meer

Anne Helmus was bij de laatste uitzending met RadioBingo.

Afsluiten van zorg

Een symposium met als onderwerp ‘Afsluiten van zorg’.

Door ervaring wijzer

Bijeenkomst georganiseerd door Bureau Ervaringsdeskundigheid Lentis.

Jorrit Vroom

Activiteitenbegeleider voor cliënten met autisme

Het tijdschrift voor medewerkers en geïnteresseerden verschijnt drie keer per jaar zowel in digitale uitgave als gedrukt magazine.

LM #1 2025

‘Autisme is een heel breed begrip. Belangrijk is om duidelijk te maken wat de verwachtingen zijn.’

‘Hey, jij staat toch op de voorkant van Lentis Magazine?’ Het eerste magazine van 2025 is een feit. Afgelopen jaar zijn we begonnen met deze hybride variant van het Lentis Magazine, waarbij we een kleine oplage laten drukken en daarnaast ontvangt iedere medewerker het blad digitaal. De redactie krijgt veel positieve reacties op deze nieuwe vorm. Bovendien worden de collega’s die op de cover hebben gestaan regelmatig nog aangesproken met ‘Hey, ik herken je van het personeelsblad!’ of ‘Sta jij niet op de voorkant van Lentis Magazine?’ Het feit dat ze verspreid over de organisatie liggen zorgt duidelijk voor meer zichtbaarheid. Voor deze editie staatcollega Jorrit Vroom op de cover. Hij werkt als activiteitenbegeleider voor cliënten met autisme en hij vertelt in een interview wat zijn werk inhoudt, maar vooral ook wat voor werk deze cliënten doen. Jorrit biedt ze structuur gedurende de dag en probeert ze te motiveren: ‘Ze zijn bezig, ze doen iets wat ze leuk vinden en waar ze zich in kunnen verdiepen.’

Cliënt André houdt zichzelf ook bezig met de meest uiteenlopende zaken en daar schrijft hij graag artikelen over. Zo kregen wij een artikel van hem onder ogen, over de ontwikkeling van computerspellen. André’s blik geeft je een kijkje in zijn leven en zijn hobby’s. Je leest zijn artikel in dit Magazine. We hebben André gevraagd of hij vaker een bijdrage met ons wil delen en daar was hij erg enthousiast over. We zullen André’s blik dus vaker delen. Verder kun je onder andere weer een column van Stynke Castelein lezen, we delen nieuws over het vernieuwde Atrion en er wordt een aangrijpend ervaringsverhaal vanuit Bureau Ervaringsdeskundigheid Lentis gedeeld.

Veel leesplezier!

Namens de redactie, Saskia Scholte

Colofon

Redactie Lentis Magazine

Postbus 128, 9470 AC Zuidlaren

Telefoon (050) 409 76 43, magazine@lentis.nl . Redactie

Saskia Scholte (hoofdredactie), Petra Albertema, Anne Helmus, Jannie Strijk en Anjo te Velde

Ontwerp en opmaak

Klaas van Slooten | bno

Inhoud

2

Laatste keer Radio Lentis met RadioBingo

Radio Lentis is niet meer. Door digitalisering werd het steeds lastiger om radiouitzendingen te maken.

Redactielid Anne Helmus was bij de laatste uitzending aanwezig en doet verslag.

4

Afsluiten van Zorg

Anne was in januari aanwezig bij het symposium dat door onze VS-opleiding werd georganiseerd, met als thema ‘Afsluiten van zorg’. Veel hulpverleners worstelen met dit thema, blijkt al snel.

6

Wat is Eef Goesten gaan doen na zijn pensioen? Hij doet alles waar hij vroeger van droomde.

8

André’s blik: De ontwikkeling van computerspellen

André is cliënt bij Lentis en weet heel veel van computerspellen. Hij vertelt er graag over en neemt je mee in deze onlinewereld.

10

Door ervaring wijzer

Tobias heeft op zijn zachts gezegd geen makkelijke jeugd gehad. Gelukkig kan hij er nu goed over praten. Als ervaringsdeskundige in de Zorg vertelt hij zijn verhaal in een symposium dat door Bureau Ervaringsdeskundigheid Lentis werd georganiseerd.

11

Column Stynke Castelein

Met veel bombarie worden er dagelijks bijzondere besluiten genomen, ‘Trump’geroffel zou zomaar het nieuwe woord van 2025 kunnen worden.

14

Helmus zoekt date

In de vaste rubriek van ‘Helmus zoekt’ duikt

Anne deze keer in de (online) date-wereld. Hoe werkt dat tegenwoordig en kan het voor de GGZ ook kansen bieden?

16

Wegwijs op het Dennenoordterrein

Rense Schuurmans over de bebording op het Lentisterrein.

18

Dagbesteding voor cliënten met autisme

Jorrit werkt als activiteitenbegeleider met cliënten met autisme. In dit interview vertelt hij over zijn werk, maar vooral ook over het werk van cliënten.

20 Kort Nieuws

De opening van het vernieuwde Atrion in Winschoten en een beestachtige wisseling van de wacht op het Lentisterrein in Zuidlaren. Je leest het in Kort Nieuws.

22

Samen maken wij Lentis

Meer foto’s van de opening van het Atrion en van het opleidingssymposium ‘Afsluiten van Zorg’ zie je op de achterkant van dit Magazine.

Voor het laatst Radiobingo

Radio Lentis is niet meer

Door Anne Helmus

Hans Huiting van Radio Lentis vindt het erg jammer dat de uitzendingen en de Radiobingo gaan stoppen. Hij vertelt dat het te maken heeft met het digitaliseren van het radiosignaal. Lang kon hij de radio-uitzendingen verzorgen via een besloten analoog kabelnet, een soort draadomroep. Op het terrein is langzamerhand alles omgezet naar digitaal. Het werd technisch steeds moeilijker om uit te zenden en door corona waren de vrijwilligers ook afgehaakt.

Hans heeft veel appjes, mailtjes en mondelinge reacties van mensen gekregen, die het allemaal superjammer vinden dat het stopt. In de avonduren is er toch al weinig te doen op de afdelingen en het terrein. De zender is echt een begrip en bestaat al vele tientallen jaren. De uitzendingen bracht mensen met elkaar in contact. Je kon verzoekplaten voor jezelf en anderen aanvragen. Fijn om dan als aanvrager van een plaatje te horen: ‘Leuk dat je mijn lievelingsplaat hebt aangevraagd’.

100 bewoners doen mee aan de bingo Vanavond wordt er wederom Radiobingo gespeeld. Dat gaat als volgt. De afdelingen worden gevraagd om mee te doen. Arnoud gaat vervolgens de afdelingen langs om de bingokaarten langs te brengen. Je kunt individueel of groepsgewijs meespelen. De groepsprijs is een taart gemaakt door de taartenservice van de

BINGO!

WWA. De vaste prijs voor individuele deelname is een tompouce. Gemiddeld doen er 14 afdelingen mee en totaal ongeveer 100 bewoners. Voorafgaand aan de Bingo was het muziekprogramma van Robert van der Heide te beluisteren. Robert is punk, ook in zijn kleding en draait het liefst zijn eigen muziek. Gelukkig is er ook ruimte voor andere genres. Toen de studio nog in een kelder in De Kimme was gehuisvest draaide hij veel vinyl, waar hij een grote collectie van had.

Dan is het tijd voor de Radiobingo. Inmiddels is Arnoud teruggekeerd van zijn rondje langs de afdelingen en zit klaar voor de bingo-administratie. Naast hem zit Joop van de Enk, die de nummers op de bingoballetjes gaat voorlezen. Dit doet hij vervolgens luid en duidelijk met zijn mooie stem. Na ongeveer vijf minuten komt de eerste bingo-melding binnen. Arnoud checkt even of de melding klopt en noteert de naam van de winnaar voor een tompouce. Na een kwartier is er iemand die de juiste cijfers heeft voor de taart. ‘Die is er snel uit,’ zegt Hans. De eerste ronde zit erop. Hans maakt wat grapjes en zet André Hazes op en andere gezellige Nederlandstalige muziek.

Voor de studio in het wijk restaurant Zuidend zit een bewoner met een André Hazes hoed, ze krijgt gezelschap van een medewerker van het restaurant. Samen horen ze live, dicht bij de studio, de getallen aan en kijken nauwlettend op hun bingo kaartjes. ‘Vroeger zat er weleens een hele grote groep live hier aan tafel mee te doen. Hartstikke gezellig’, zegt Hans. Na de tweede bingoronde worden de taart en de tompouces uitgedeeld.

Joop Boersma bewoner van De Enk, die de nummers voorleest en al geruime tijd op het terrein woont, vindt het ook jammer dat de bingo via de radio verdwijnt. Hij is wel van plan om de bingo op de afdeling te gaan spelen.

Symposium ‘Afsluiten van zorg’

Vanuit de VS-opleiding van Lentis werd er donderdag 23 januari j.l. een symposium georganiseerd, met als onderwerp ‘Afsluiten van zorg’.

Redactielid Anne Helmus was erbij.

Een van de sprekers zei grappend tijdens dit symposium: ‘Het is erg moeilijk om de GGZ binnen te komen en nog moeilijker om er weer uit te vertrekken.’

Een ongewenste situatie, maar de uitspraak maakt wel veel duidelijk. Lentis wil hier verandering in brengen, daarom introduceert Ester Kuiper, voorzitter van de Raad van Bestuur, in haar openingswoord een aantal inrichtingsprincipes om hieraan te werken. Een paar citaten hieruit: ‘We beginnen met het einde van het traject voor ogen.’ En ‘We stimuleren eigen regie/ autonomie en sluiten tijdig af. We zijn er op momenten van terugval (zonder wachtlijst).’

Gelet op de massale deelname aan dit symposium leeft het onderwerp echt onder de medewerkers.

‘Wel 150 deelnemers’, roept Liesbeth Visser, een van de organisatoren, enthousiast. Het accent in beide lezingen lag op afscheid nemen binnen de psychotherapie. In dit verslag komen met name de algemeen geldende kwesties rond afscheid nemen en afsluiten van therapie en zorg aan de orde.

Belemmeringen en aandachtspunten bij het afsluiten van de behandeling

Dr. Anton Hafkenscheid benoemde in zijn lezing een aantal belemmerende factoren om de behandeling af te sluiten. Zoals psychose en verslavingsgevoeligheid, werkloosheid, slechte huisvesting en gezondheid, de uitkering stopt of uitzetting dreigt. Redenen om te stoppen zijn volgens hem:

• Als de effecten van de behandeling onduidelijk zijn.

• Als de patiënt erdoor wordt geschaad.

• Als het redelijkerwijs niet meer nodig is. Anton liet in zijn presentatie zien welke aandachtpunten volgens Greenberg van belang zijn in de fase van afscheid: Beschouw de patiënt als zelfsturend. Geef aandacht aan de pijn en het verdriet dat bij het afscheid hoort. Benadruk de eigen kracht van de patiënt. Versterk de in de behandeling verworven inzichten. Bouw de behandelfrequentie geleidelijk af en bied de mogelijkheid van terugkeer aan.

Tussen de beide lezingen in gingen de aanwezigen in groepjes uiteen om aan de hand van een zogeheten praatplaat het thema van deze middag verder uit te diepen. De volgende vragen kwamen onder andere aan de orde: Wat ervaar je in het contact? Wanneer sluit je zorg af? Hoe maak je dat bespreekbaar?

Geanimeerd werd er in de verschillende groepen over dit onderwerp gesproken. Hulpverleners zijn over het algemeen empathische mensen. Ze zijn vaak gehecht aan hun cliënten en de cliënten aan hen. Afbouwen voelt snel als een afwijzing, er ontstaat een toegenomen afhankelijkheid binnen de relatie. Het liefst houdt men een vinger aan de pols. Ook als een therapie succes heeft is het moeilijk om af te sluiten. Het is immers fijn om een succesje in je caseload te hebben. Naar voren kwam verder: Maak jezelf niet te belangrijk en zet de patiënt aan het werk. En niet langer behandelen dan nodig, gelet op de lange wachttijden.

Het proces van afscheid nemen in de therapie

De tweede spreker was Gea Boomsma-Vos, gezondheidspsycholoog, zij liet een model zien waar binnen het afscheid plaats kan vinden. Te beginnen bij signaleren en herkennen van verandering in zelfstandigheid, motivatie en samenwerking Belangrijk om stil te staan bij eerdere ervaringen en rouwen om wat niet gelukt is. Ook het evalueren van het behandelplan en de samenwerking in de relatie moet op het menu staan. Vooruitblikken door een plan te maken voor na de therapie biedt steun en vervolgens moet er daadwerkelijk afscheid genomen worden tijdens het laatste contactmoment. Ook stond ze stil bij het afscheid nemen, geef je een knuffel of een hand? Geef je een cadeautje of neem je er een aan?

Het onderwerp is te belangrijk om het hierbij te laten. Want tijdig afscheid nemen van patiënten geeft ruimte in de caseload van de medewerkers en een kans om mensen van de wachtlijst in te laten stromen.

Wat is Eef Goesten gaan doen na zijn pensioen?

Met mijn shopper loop ik de hal in waar je doorheen moet om de Lidl van Winschoten te bereiken. Hé, ik hoor iemand zingen. ‘Forever Young, forever Young, won’t you stay forever young?’ Een song van Bob Dylan. Ik kijk naar links en zie een tanige man met een kek hoedje op. Verhip, dat is Eef! De jas die hij aan heeft lijkt op het exemplaar dat Dylan aanhad op een foto, afgebeeld op een van zijn eerste platenhoezen. In het foedraal van zijn gitaar liggen al heel wat muntjes en papiergeld. Aan de stander van zijn bladmuziek is een bord bevestigd met de tekst: ‘Opbrengst gaat naar oorlogsslachtoffers.’

We maken een praatje en een afspraak voor een interview om het onder andere te hebben over zijn muzikale ambities.

Als de toon maar niet te veel wordt van ‘Kijk mij eens’ dan kon Eef daar wel mee akkoord gaan. Eef werkte voor zijn pensionering bij Lentis als ambulant verpleegkundige op verschillende locaties. Francien, de ega des huizes, is pas met pensioen en is nu een weekje aan het paardrijden in Tsjechië. Hun gezamenlijke credo is ‘Met pensioen: alles doen waar je van droomde.’

Lekker in het zonnetje in de serre van Eef zijn huis raken we aan de praat.

Eef: ‘Het begon bij mij op achttienjarige leeftijd, toen een buurjongen mij een paar gitaarakkoorden leerde. Daar ben ik een beetje mee doorgegaan. Maar op een gegeven moment kwam ik niet verder. Twee jaar geleden heb ik de draad weer opgepakt. Ik zong en speelde liedjes in eerste instantie voor mezelf en de hond. Na mijn pensionering heb ik weer contact gezocht met die buurjongen van vroeger. We hadden elkaar veertig jaar niet gezien. We spraken ergens af in de Bommelerwaard waar ik vandaan kom. In het gesprek bleek dat hij zijn hele leven in bandjes had gespeeld. Na een half jaar stuurde hij mij een instrumentale versie van het nummer The thrill is gone van BB King, met de vraag om daarbij de tekst in te zingen. Met allerlei hulpmiddelen lukte dat en stuurde ik het naar hem op. De uitslag stond van tevoren alvast: ‘Ik kon heel goed zingen en we gingen een band beginnen.’ Zelf speelt hij sologitaar en hij kende nog wel iemand die basgitaar speelt. We huurden een studiootje ergens aan de Linge

voor drie uur, kosten veertig euro. Daar zijn we met enige regelmaat aan het repeteren. Ik reis er altijd samen met mijn gitaar naar toe met de trein. Ik zit dan zes uur in de trein voor drie uur repeteren en dan beleef ik ook weer van alles. Gisteren nog, gewapend met mijn gitaar ga ik zitten tegenover twee dames, ze zeggen; ‘Oh die meneer gaat een liedje voor ons zingen.’ We raakten aan de praat, ze waren op weg om het Rijksmuseum te bezoeken. Uiteindelijk heeft dit me een optreden opgeleverd. Voordat we afscheid van elkaar namen hadden we afgesproken dat ik met mijn bandje op ga treden op het feest van het vijftigjarig bestaan van de tennisvereniging van Nieuweschans op vijf juli. En op vier juli geef ik zelf een feest, dan zijn alle bandleden hier ook om samen te spelen en kunnen we aansluitend de volgende dag muziek maken in Nieuweschans. De band op toer in het Noorden, haha! Ik heb heel veel plezier in de muziek en spelen in een band, er gaat heel veel tijd inzitten. Al met al ben ik er doorgaans wel zo’n vijftien uur in de week mee bezig. Ook heb ik in een ander bandje auditie gedaan. Daar mag ik backing vocals verzorgen.

Nog even over mijn optreden bij de Lidl. Het was ook om te oefenen voor publiek. Thuis gaat dat nog wel, maar als er mensen voor je staan is het een heel ander verhaal. Ik ben echt niet verlegen, maar dan gieren bij mij ook wel de zenuwen door de keel. De eerste twee, drie keer dat ik optrad met de band ging het toch wel behoorlijk mis. Je moet in het juiste ritme spelen met de rest. Niet eenvoudig. Mijn optredens bij de Lidl waren een mooie manier om ervaring om te doen.

Ik heb in drie keer twee uurtjes 150 euro opgehaald met mijn optreden. Ik heb toen een foto met het geld naar al mijn whatsapp contacten gestuurd. De vraag bij de foto was: ‘Als je raadt hoeveel geld hier ligt dan wordt je inleg vervijfvoudigd. De inleg is vijf euro. Wie er het dichtst bij zit krijgt het.’ In totaal bracht deze actie 700 euro op, wat ik vervolgens op de rekening van Oxam Novib heb gestort.

Afgelopen periode heb ik ook nog drie keer gespeeld, wat ook weer 150 euro opleverde dat heb ik gestort op de rekening van de organisatie Groningen Yabalja, dat is een stad in de Gazastrook. De mensen die ik bij de Lidl ontmoette vonden het hartstikke leuk. Als ze wat gaven: prima, een opgestoken duim: ook goed. De ruimte waar ik speelde had echt een goede akoestiek. Het leuke aan de Lidl is dat Jan en Alleman daar komt, een leuk gemêleerd publiek dus. Sommigen vroegen nog. ‘Mag je hier wel staan van de politie? Daar houd ik me echt niet mee bezig. Ik doe trouwens het liefst dingen die niet mogen.’

Eef vermaakt zich tijden zijn pensioen waanzinnig goed. De tijdsdruk is er helemaal af. Lekker tuinieren en klussen aan zijn motor en auto. Hij stapt op de fiets en rijdt zo 100 kilometer. Hij bedenkt aldoor van alles. We gaan even de tuin in om zijn zelfgebouwde tuinhuisje te bewonderen. Samengesteld uit bomen uit het bos, mooie gietijzeren ramen en een dak van boogvormige kunststofplaten. Verder bottelt hij cider en stookt af en toe sterker spul zoals Calvados en Grand Marinier. Ik mocht er even aan ruiken. Heel bijzonder allemaal!

André’s blik: Computerspellen door decennia heen

André is sinds 2004 in behandeling bij Lentis en woont nu enkele jaren naar tevredenheid op Lentislocatie het Vondelhuys, in Winschoten. Hij heeft een rumoerige tijd achter de rug, met veel verplaatsingen, maar hij vindt nu rust op deze locatie in Winschoten. André: ‘In Nederland kun je best wel in een instelling verblijven. Je geniet er tot zekere hoogte vrijheid, zolang je je maar netjes gedraagt en je medicatie inneemt. Overigens ben ik van plan om over vijf jaar weer op mezelf te gaan wonen, los van Lentis, in Leens, een dorpje in de kop van Groningen. We zullen zien. Ook ben ik van plan flink te gaan solliciteren om een betaalde baan te krijgen. Gezien mijn opleidingen moet dat wel lukken. Ik pak alles aan.’

Door André van der Laan en Saskia Scholte

Ondertussen houdt André zich druk bezig met zijn hobby’s: koken, bakken, muziek luisteren, schrijven over de meest uiteenlopende onderwerpen én computerspellen spelen. André deelt graag meer over deze laatstgenoemde hobby. Hij neemt ons mee in zijn verzameling aan computers en computerspellen. ‘Hallo allemaal, mijn naam is André en ik ben 51 jaar. Ik ga hier iets schrijven over de computerspellen die ik sinds de jaren ’80 heb gespeeld. Het begon in 1981 toen ik van mijn tante een bakje kreeg met het spel ‘pong’. De opzet van het spel was gemakkelijk: je moest tussen twee balkjes een vierkanten balletje heen en weer spelen en zo punten scoren. Je kon dit tegen de computer doen maar ook tegen een opponent. Op naar de commodore c16. Deze computer kreeg ik van mijn moeder voor mijn verjaardag toen ik dertien jaar werd. Feitelijk had ik, volgens de buurman, een c64 moeten kopen maar je mag een gegeven paard niet in de bek kijken. Bij deze computer zaten vier

spellen: Rolf Harris Picture Builder, Chess, Punchy en Xzap. Deze spellen op cassette heb ik bijna zwart gespeeld, vooral Chess en Xzap. Voor de leek: Chess is schaken en Xzap is een spel van rond de 150 levels die je moet uitspelen.

Een dag voor mijn vijftiende verjaardag, de 23e juli 1986, kreeg ik een commodore 64. Mijn vrienden kwamen langs en we hebben de hele avond zitten spelen. Op den duur had ik een kleine 1000 spellen, de meeste gekopieerd en een gedeelte origineel. Meestal zaten we te Boulderdashen of Impossible Mission te spelen. Blue Max en Zaxxon waren ook favorieten. Later kwam daar Maniac Mansion bij; dit was nadat ik een c64 had gekocht op de rommelmarkt in Nieuw Compagnie.

In 1995 kocht ik mijn eerste tweedehandse Personal Computer, een 286 met groenbeeld monitor en 32 mb intern geheugen zonder geluidskaart of muis. Op deze computer was Norton Commander geïnstalleerd en diverse handige programma’s als: a.i.e: alles in één en Word Perfect. Als je iets wou kopiëren ging je naar een computerwinkel en kon je printen.

Op 26 februari 1998 kocht ik een Pentium 120. Dit was een computer met SVGA-kleurenmonitor, vier mb videokaart, 16 mb intern geheugen, geluidskaart en muis. Deze pc werd geleverd met drie spellen: Quake, Doom 2 en Duke Nukem 3d. De Duke heb ik helemaal uitgespeeld: prachtige levels, goede gameplay en

schitterende graphics (voor die tijd) completeerden alles. Later kocht ik nog: Star Trek Pinball, Caesar 2, Little Big Adventure 2 (dit spel kun je nu gratis spelen via ‘dosspellen’((een aanrader)), Tombraider 2 , Fifa 97 en Quake 2.

André is een enthousiaste verteller en schrijft over uiteenlopende zaken. We hebben hem gevraagd om op regelmatige basis een bijdrage te leveren voor Lentis Magazine en dat doet hij graag.

Op naar de Pentium 2,6. Deze pc kocht ik bij de Aldi voor euro 1269 in 2003. Het was het nieuwste van het nieuwste met een 128mb Videokaart, 256 intern geheugen, Geluidskaart, muis en 5 in 1 geluid. De boxen waren 32 euro. Het duurde dan ook niet lang voordat ik weer wat spelletjes had: Thief 2: the metal age, Fifa soccer 2003, Fifa 2004, Fifa2005, Fifa 2006, Pes6, NBA2003, Far cry, Day of the Tentacle, Sam and Max : hit the road, Thief4. Ik had inmiddels een printer, een canon fotorealistische printer, een scanner, een tekenblok en een fototoestel met interne kaart; de hele zaak compleet.

In 2015 kocht mijn broer voor mij bij de Mediamarkt een Pentium 4 3,2 ghz met nieuwe monitor. Volgens de winkel zou het een gamer pc moeten zijn maar FIFA 2015 wou er al niet meer op draaien. Pes 2015 wel al was het met een foefje. Baldurs gate was het enig andere spel.

Oké, op naar 2020, toen kocht ik mijn huidige pc. Ik vind vooral de oudere spellen leuk en heb er ook een aantal op mijn 3,8 ghz pc staan. Spellen als: Return to Castle Wolfenstein, Tombraider 2 Dagger of Xian, Return of the Tentacle en FIFA 2021.

Tot zover dit overzicht! Hopelijk kunt u dit stukje tekst waarderen.’

Groet, André

Door ervaring wijzer

Bijeenkomst georganiseerd door Bureau Ervaringsdeskundigheid Lentis

De ruimte vult zich langzaam, er druppelen steeds nieuwe mensen binnen en er klinkt een gezellig geroezemoes. Veel aanwezigen blijken elkaar te kennen. Er gaat thee en koffie rond in het zaaltje, gesitueerd in een voormalig winkelpand in de Wijert. Ik ben aanwezig bij een bijeenkomst van BEL (Bureau Ervaringsdeskundigheid). De gastvrouwen zijn Marjon Huiting en Silvia Siekman. Met enige regelmaat organiseren zij bijeenkomsten waar het verhaal van een ervaringsdeskundige centraal staat. Deze middag is dat het verhaal van Tobias. Na afloop van zijn verhaal vroegen de toehoorders zich af: ’Was er dan niemand die het doorhad of ingreep?’

Het syndroom van Münchhausen by proxy

Aan de hand van een uitstekende PowerPointpresentatie deelt Tobias Kuijper zijn verhaal: ‘Het delen van mijn herstelverhaal met jullie is belangrijk voor mij.

Ervaringsdeskundige word je niet zomaar. Daar hoort een herstelverhaal bij.

Ik had een slechte start. Ik ben opgegroeid in de Oosterparkwijk bij een vrouw waar, wel pas heel veel jaren later, de diagnose het syndroom van Münchhausen by proxy, is vastgesteld.’ Dit is een psychiatrische aandoening en een vorm van fysieke en/of psychische kindermishandeling, waarbij iemand herhaaldelijk medische hulp zoekt voor bewust gefingeerde of zelf veroorzaakte stoornissen of ziektes bij een derde, met name bij hun eigen kind. Meestal zijn het vrouwen die deze diagnose krijgen.

Tobias: ‘Hoe ziet het eruit voor een kind dat opgroeit bij een moeder met deze aandoening? Ik kan me een voorval herinneren toen ik drie jaar was. Ik moest huilen om iets, zij loopt op me af en pakt me vast, schudt me door elkaar en roept: ‘Harder janken!’ Ik krijste vervolgens de boel bij elkaar, zwaar overstuur sputter ik, ‘maar waarom’, waarop ze met een duivels gelaat antwoorde ‘dan voel je je beter’. Tegen hysterisch aan reageerde ik ‘maar ik voel me niet beter’. Waarop moeder antwoorde met een, ‘maar ik wel’. Sindsdien heb ik in mijn jeugd niet meer normaal kunnen huilen, ik werd gelijk hysterisch. Ik had best veel speelgoed, dat is materialistisch en dat kun moeder laten zien en de schijn van ‘niks aan de hand’ mee ophouden. Ik kreeg geen liefde of genegenheid. Ik was enorm gericht op spullen. Liefde en geborgenheid waren verwisseld voor speelgoed.   Ik werd met enige regelmaat meegenomen naar de huisarts. Op een keer nam de huisarts mijn moeder mee naar een andere ruimte, door de deur hoorde ik de huisarts op luide toon tegen mijn moeder zeggen: ‘Dat kind is niet ziek, jij bent ziek!’ Ouders die mishandelen doen dit vaak uit onmacht. Maar bij het syndroom van Münchhausen doen ze het willens en wetens.

Gedurende de lagere schoolperiode werd ik bij elk incident hysterisch. Niemand die met me in gesprek wilde. Want een hysterisch kind, daar kun je niks mee. Er was uiteindelijk een invalkracht. Die ging doorvragen wat er was gebeurd. Ik werd weer hysterisch. Ze zei tegen me ‘Toe Tobias, word eens rustig. Adem in, adem uit.’ Dat werkte. De invalkracht ging op hoge poten naar de directie en werd boos dat ze dit zo lang hadden laten gebeuren, zonder er iets aan te doen.’

Er klopte iets niet

‘Heel stelselmatig werd er bij mij schade door haar aangericht. Gedurende mijn hele jeugd heb ik er nooit de vinger op kunnen leggen. Ik dacht altijd wel: Ergens klopt hier iets niet. Ik had altijd het idee: als ik een vader heb gaat het wel goed. Op mijn tiende kwam er een stiefvader in beeld. Die had in een eerder huwelijk zijn kinderen vermoord en had in de Van Mesdagkliniek gezeten. Toen zat ik met twee psychopaten in huis. Eerst werd er een psychologische oorlogsvoering tegen mij gevoerd. De stiefvader wilde mij het huis uit hebben. Dat lukte niet, want ik deed heel erg mijn best om de perfecte zoon te zijn. Ik deed niks meer verkeerd, ik probeerde alles goed te doen. Maar niets was ooit goed genoeg. Daar werd de stiefvader gefrustreerd van, maar als je een stok zoekt om een hond te slaan, dan zul je die vinden, luidt het gezegde. Ik liep op mijn teentjes. Toen stiefvader bij

mij niets konden vinden, gingen ze tegen elkaar te keer. Uiteindelijk is dat op mijn twaalfde geëxplodeerd en werd er met kokend water gegooid. Mijn jongere halfbroertje, waar ik nog steeds een goed contact mee heb, heeft daar nog de littekens van.

Toen kwam Jeugdzorg in beeld. In vier en een half jaar heb ik in vijf pleeggezinnen en twee tehuizen gezeten. Deze periode heeft viereneenhalf jaar geduurd. Daar heeft zoveel misbruik en mishandeling plaatsgevonden dat ik in 2021 een rechtszaak tegen de staat ben begonnen. Ik kreeg erkenning door mijn zaak te winnen en ontving een excuusbrief en een schadevergoeding. Van het geld heb ik mijn rijbewijs gehaald en een motor gekocht.’

Rock bottom

‘Op mijn zestiende kwam ik eindelijk tot rust dankzij een pleegvader die mij liet puberen en nog iets van een jeugd liet ervaren, na een reis langs een aantal pleeggezinnen en tehuizen waar ik veel rottigheid had meegemaakt. Op dat moment kon ik me van mijn jeugd weinig herinneren. Ik heb toen zelfs nog heel kort bij mijn moeder gewoond.  Dat kon, omdat ik me niets meer van vroeger kon herinneren. Maar dat ging na een paar maanden helemaal fout. Ik raakte aan de drugs en kwam in een drugspand in Delfzijl terecht. In een jaar tijd heb ik alle soorten harddrugs gehad die er maar onder de zon te verkrijgen zijn. Ik was in die tijd dan ook compleet afhankelijk van drank en drugs. Uiteindelijk was de huisgenoot waar ik mee samenwoonde vertrokken en kwam ik erachter dat hij

Marjon en Silvia

de vaste lasten nooit had betaald. Waarom rekeningen betalen als je er ook drugs van kan kopen? Een absoluut logische gedachtegang van een junk.

Uiteindelijk zat ik in een drugspand zonder gas en licht, ik ruimde niks meer op, het kon me niks meer schelen en het werd een grote puinhoop in dat huis. Na een periode van drie dagen niet eten raakte ik met mezelf in gesprek en begon ik mijn situatie onder ogen

te zien. Op het moment dat ik tegen mezelf kon zeggen dat het mijn eigen schuld was dat ik deze belabberde situatie terecht was gekomen, kon ik er ook zelf voor zorgen om er weer uit te komen.  Wij zijn echter geen eigenaar van de trauma’s die ons worden aangedaan, maar wel van de keuzes die we daarna maken.

Ik noem dat het rock bottom moment, het punt dat je niet lager kunt zinken.   Het punt waar voor mij de eerste fase van het herstel begon. Ik ben bij mezelf te rade gegaan en heb mezelf afgevraagd: Is dit zoals je wilt eindigen? Ik heb mijn oma gebeld. Het eerste wat ze vroeg: ‘Wil je afkicken?’ De dag erna heeft ze me opgehaald uit Delfzijl.  Vervolgens kwam ik terecht in het Hoendiephuis, een tehuis voor dakloze jongeren. Ik heb daar ongelofelijk veel geleerd. Ik had door alle toestanden weinig sociale vaardigheden kunnen ontwikkelen. Door de omgang daar met de andere jongeren leerde ik snel bij. Ik kijk met een goed gevoel terug op die tijd. Op mijn 20ste kon ik een uitkering aanvragen en een appartement huren.

Ik kreeg van alles veel last en zocht hulp bij de GGZ. Het lukte me niet om hun te vertellen wat er gebeurd was. Ik kreeg antipsychotica omdat men dacht dat ik een dissociatieve stoornis had. ‘Oké dan’, dacht ik. Ik kreeg bijwerkingen. De medicatie werd stelselmatig verhoogd en dan krijg je uiteindelijk 700 mg antipsychotica per dag. Op een gegeven moment was ik 124 kilo. Ik zoop er ook nog bij. Ik dacht: dit klopt niet. Ik voelde me niet goed in mijn lijf en in mijn hoofd.

Ik kreeg na een consult met een psychiater te horen dat hij me niet wilde helpen met het afbouwen van de medicatie, hij kon me wel een andere versie geven waardoor ik eerder zou afvallen dan aankomen. Ik heb de desbetreffende psychiater toen verteld dat dit een mededeling was en geen verzoek. Ik ben afgekickt van de medicatie. Ik ben heel veel gaan lopen en sporten. Langzaam heb ik de antipsychotica afgebouwd. Rond mij 24e had ik weer een normaal postuur en ging het lichamelijk en geestelijk beter met me.

Toen begon het te borrelen. Ik wilde meer zijn dan alleen een survivor. Ik wilde iets met mijn ervaringen. Ik belde het UWV en ik zei dat ik wel weer naar school wilde. Ze wilden daar niet aan meewerken en zeiden: ‘Ga maar vrijwilligerswerk doen’. Ik ben toen zelf naar het Noorderpoort gegaan. Uiteindelijk heb ik de MBOopleiding Kinderopvang en Jeugdzorg niveau drie en vier gehaald. Ik kwam een leuke meid tegen en we kregen een zoontje. Ik had alle nodige papieren en heb ook nog de ondernemersacademie gedaan.

Toen kwam ik erachter dat je niet mocht werken in de Jeugdzorg met MBO. Ik kwam thuis te zitten met een baby en realiseerde me dat ik zeer zware PTSS had. Ik was niet stressbestendig en er zijn weinig dingen stressvoller dan alleen zijn met een baby thuis. Dus dat ging helemaal mis. Ik kreeg EMDR-therapie en dat werkte. Toen vroeg het UWV: ‘Waarom werk je niet, je hebt twee diploma’s?’ Ik werd toen heel boos aan de telefoon. Het UWV had mij al die jaren terug verteld dat zij geen potentie in mij zagen en er geen vertrouwen in hadden dat ik mijn opleiding succesvol zou afronden. Toch accepteerde ik de hulp van een jobcoach die me op het spoor zette van Ervaringsdeskundige in de Zorg. Ik deed in ruim twee jaar een hbo-opleiding hiervoor. Al met al heeft het tien jaar geduurd voor ik bereikte waar ik nu ben.   Nooit opgeven dus. Ik werd ervaringsdeskundige in de GGZ. Dat doe ik nu sinds zeven jaar. Met veel plezier en succes.

Tobias Kuipers

Stynke Castelein, hoofd onderzoek Lentis GGz samen met gastcolumnist: Stijn Crutzen, senior onderzoeker Lentis Research (apotheker en psycholoog)

‘Trump’geroffel

Volgens het Nederlands woordenboek staat tromgeroffel voor ‘het lawaai dat ontstaat door hard en snel op een trommel te slaan, meestal met de bedoeling om aandacht te trekken’ en ‘met (te) veel lawaai, bombarie en aandachttrekkerij iets bekend maken.’ Binnen de huidige geopolitieke situatie is het beangstigend hoe snel nepnieuws het wint van feiten gebaseerd op wetenschappelijke kennis. Zo werden bijvoorbeeld klimaatrapporten jarenlang genegeerd en is de temperatuurstijging inmiddels een feit. Met de tweede termijn van Trump is er ontzettend veel veranderd in slechts 3 maanden tijd, waarvan de gevolgen merkbaar zullen zijn in zowel de zorg als de wetenschap. Met veel bombarie worden er dagelijks bijzondere besluiten genomen, ‘Trump’geroffel zou zomaar het nieuwe woord van 2025 kunnen worden.

Ik neem u even mee met een paar voorbeelden. Het Witte Huis heeft de Amerikaanse variant van het RIVM (de CDC) inmiddels opgedragen om alle verwijzingen naar de LHBTIQA+* gemeenschap van hun website te halen en ook uit databases. Toegekende onderzoeksubsidies van miljoenen dollars ten behoeve van suïcidepreventie onder LHBTIQA+-jongeren in de VS, zijn teruggetrokken. Ook circuleert er inmiddels een lijst met termen die wetenschappers niet meer mogen gebruiken, variërend van transgender, homoseksualiteit, zwangere mensen en zélfs het woord vrouwen (female). Medici mogen niet meer standaard naar congressen buiten de VS. Hoogleraren worden ontslagen.

Wat gaat hier fout? Ten eerste is de wetenschap er voor iedereen en niet om bepaalde groepen mensen buiten te sluiten. Ten tweede mag politiek geen invloed hebben op (het uitvoeren van) wetenschappelijke activiteiten. Academische vrijheid is een groot goed. Alleen zo profiteert iedereen maximaal van uitkomsten van (gezondheidszorg)onderzoek. Wereldwijd zijn er nu ‘Stand up for science’ protesten, die gaan over het gedegen wetenschappelijk onderzoek blijven doen en publiceren zonder politieke invloed. We voelen met zijn allen aan dat er van inclusieve zorg straks zeker geen sprake meer is in de VS. Des te belangrijker dat we binnen Europa hier wel aandacht voor blijven hebben. Binnen Lentis wordt er promotieonderzoek gedaan naar mensen met een genderdiverse identiteit die bij de GGZ in behandeling zijn, ook is er een Genderpoli. Hard nodig, want onze cliënten met hun zorgbehoeften zijn altijd een afspiegeling van wat er speelt in de maatschappij. Een feit is dat ons onderzoek naar mensen met een transgenderdiverse identiteit binnen twee maand voldoende deelnemers had. Laten we ons alsjeblieft blijven inzetten voor een inclusieve GGZ, ook als de maatschappij straks nog meer gaat verharden (wat ik verwacht). Hopelijk zal dan het ‘Trump’geroffel verstommen…

Stynke Castelein, hoofd onderzoek Lentis

Meer lezen?

Zie: Academische vrijheid en internationale wetenschappelijke samenwerking onder druk in de VS - KNAW]

*LHBTIQA+ is de afkorting van de woorden lesbisch, homoseksueel, bi+, transgender, intersekse, queer en aseksueel.

Helmus zoekt dates

Psychoot zoekt dwangneuroot als huisgenoot

Door Anne Helmus

Onze jonge overbuurvrouw kan smakelijk vertellen over haar avonturen in de wereld van het daten. Zo had ze gedurende een bepaalde periode lange telefoongesprekken met een man. Het was heel gezellig dat chatten. Toen ze hem live ging opzoeken bleek hij iets te voortvarend. Hij had de massageolie al klaar staan en was direct vrijpostig. ‘Op naar de volgende’, zegt ze dan. Onze huisschilder maakt onderdeel uit van een soort open appgroep waarmee hij allerlei activiteiten, zoals wandelen en samen uitgaan, onderneemt.

Een zestiger vertelde dat vrouwen verwachten dat je een soort George Clooney op leeftijd moet zijn.

Het fenomeen daten is ook het onderwerp van allerlei datingprogramma’s. Iemand gewoon versieren in de kroeg is er niet meer bij. In de krant las ik dat ook veel ouderen zijn gaan daten. De ervaringen waren niet alleen positief. Een zestiger vertelde dat vrouwen verwachten dat je een soort George Clooney op leeftijd moet zijn. Vrouwen hebben volgens hem een waslijst aan eisen. In de horecagelegenheid waar de ontmoeting plaatsvond, hadden een paar vriendinnen zich aan een andere tafeltjes verdekt opgesteld om hem te keuren. Toen hij dit door had is hij de zaak uitgelopen. Hij bekende zelf ook niet helemaal eerlijk te zijn geweest en had zichzelf twee jaar jonger gemaakt in zijn profiel en zijn hartinfarct achterwege gelaten.

Veel mensen met een psychiatrische aandoening wonen alleen. Iedereen die huisbezoeken doet bij de doelgroep zal dat kunnen beamen. Men zit thuis in zijn uppie en voelt zich niet zelden eenzaam en zijn vaak afhankelijk van hulpverleners voor het contact. Uit ervaring weet ik dat als cliënten in een groep worden behandeld er contacten uit ontstaan. Vaak alleen voor de gezelligheid en om samen leuke dingen te doen. Deze contacten zijn vaak blijvend. Ook komen er wel relaties uit voort. Groepswerk lijkt echter steeds minder voor te komen. De cliënten worden individueel gezien en missen zo de kans om anderen die in hetzelfde schuitje zitten te ontmoeten. Veel gemiste kansen dus. De hulpverlener zou meer als een soort matchmaker kunnen fungeren. Hij zou koppels kunnen

samenstellen. Bijvoorbeeld de psychosegevoelige patiënt koppelen aan iemand met een dwangstoornis, samen kunnen zij de zaakjes ordenen en op een rijtje zetten. Degene met een depressie zou wellicht iets kunnen hebben aan iemand die ontremd vrolijk is. Ook cliënten met soortgelijke problematiek kunnen bij elkaar terecht voor herkenning en lotgenotencontact. Bijkomend effect voor de medewerker is dat hij mensen echt gelukkig kan maken, zijn caseload kleiner wordt en hij ruimte krijgt voor nieuwe cliënten.

In den lande zijn er al organisaties die het mogelijk maken om mensen met dezelfde problematiek te ontmoeten. De club onder de naam ‘Iets drinken’ organiseert op verschillende plaatsen in het land in een café, ontmoetingsavonden voor hoog- en normaalbegaafde autisten. De site ‘Durf jij met mij’ richt zich op mensen met psychiatrische en psychosociale problematiek.

Je kunt daar verschillende soorten ontmoetingen regelen. Zoals naar de film gaan of een terrasje pikken. Ook kun je voor een romantische ontmoeting kiezen. Op de site worden ook allerlei tips gegeven met betrekking tot het daten. Dit initiatief wordt mede ondersteund door Lentis en Parnassia, een grote zorgorganisatie die samen met Lentis eigenaar is van de PsyQ-vestigingen in het hele land. Cliënten kunnen zich op de site aanmelden en deelnemen aan de diverse activiteiten.

Wegwijs op het Dennenoordterrein

Eigenheid is tijdgevoelig. Wie zich over het zorglandgoed Dennenoord beweegt kan zien dat er een nieuwe bewegwijzering is. Benamingen als Randwijk, Zonneheuvel, Hoofdgebouw, Reehorst, Ontmoetingskerk en Zuidend klinken vertrouwd, want deze zijn gebleven.

Verdwenen paviljoenen vernoemd

Voor een ingewijde valt op dat verschillende gebouwen de naam dragen van paviljoenen, die lang geleden werden afgebroken. Het zijn namen die een verhaal vertellen. Zo was Tuinlust (1898-1968) een paviljoen voor mannen. Het gebouw met de naam Tuinlust (E077) wordt nu extern verhuurd. Mogelijk wordt de muziektherapie hier halverwege het jaar in ondergebracht. Bij de aanleg van Dennenoord, het gesticht, dat ook wel therapeutisch landgoed werd genoemd, is veel aandacht besteed aan de ruimtelijke indeling van het park. Dat is is terug te vinden in de naam Middenpark (1898-1985) een vrouwenpaviljoen. Nu heet het gebouw E025 een gebouw, met een kleine binnentuin, Middenpark. Ook laten de namen soms zien dat Dennenoord veel kenmerken had van een besloten dorpsgemeenschap. Timmerwinkel bijvoorbeeld, de naam die Bouwbedrijf (E026) vervangt.

Wie wil nog gereduceerd worden tot zijn handicap? Misschien meer tot verbeelding sprekend, want aansluitend bij bestaansreden van Lentis, zijn de naamsveranderingen waarbij de ziektebeelden zijn vervangen door neutralere namen. Zo is de benaming Onconventionele Woningen vervangen door (de letterlijk aanwezige) Bosrand en hebben de bewoners van de WWA (Wonen Werken Autisten)

gekozen voor de niet-ziekte aanduidende naam want wie wil tegenwoordig nog gereduceerd worden tot de handicap? Groenehage (1899-1996) werd de nieuwe naam.

Kleur van de leefomgeving

Naast de verandering in naamgeving is er ook sprake van een kleurverandering van de bewegwijzering. Het huidige groen is een kleur die eerder een centrale plek innam bij het sinds 1895 bestaande Dennenoord. Het past bovendien naadloos bij de eigentijdse herwaardering van verbondenheid bij de natuurlijke leefomgeving. Met het afscheid nemen van de felle kleuren op de borden en van de benamingen van functies en ziektebeelden lijkt Dennenoord iets zichtbaar te maken: het zorglandgoed is een plek is waar de mens die in zichzelf of in de omgeving is vastgelopen korter of langer woont en zorg ontvangt op de levensgebieden die dit behoeven. De zichtbaarheid in naamgeving als

ziekenhuis, met een verscheidenheid aan functies, van opleiding tot specifieke woon- en werkvormen, is met de verandering in naamgeving verdwenen. Het zorglandgoedheeft daarmee de uitstraling van een fraai gesitueerde woonwijk in Zuidlaren.

De bewoners en andere gebruikers hebben de regie over het inlichten van de buitenwereld. Zo dient de neef of zuster van de cliënt met autisme te weten dat die woont in Groenehage, de museumbezoeker dat die terecht kan in de Timmerwinkel en de cursist dat de studiedag wordt gehouden in de Ontmoetingskerk.

De E-nummering van de gebouwen is gebleven. Ook dat wortelt in historie, vanaf de beginperiode van Dennenoord . Omstreeks 1900 was Zuidlaren namelijk ingedeeld in (post)gebieden: A,B, C, …, E. Het Dennenoordterrein kreeg het E-nummer.

Dagbesteding voor de WWA

Door Anne Helmus

Jorrit Vroom is activiteitenbegeleider voor cliënten met autisme. Hij werkt in een speciaal voor deze doelgroep ingericht gebouw, gelegen achter op het terrein van de Lentis locatie Zuidlaren.

Jorrit: ‘Wij werken vooral voor mensen die hier op het terrein wonen op de WWA (Wonen en Werken voor mensen met Autisme). De bewoners kunnen hier komen voor een activiteit. Het ligt aan de interesse van deze mensen. Met hout werken of buiten in het groen of meer productiewerk. Daar proberen wij ons op te richten. Zo bieden wij ze structuur gedurende de dag en proberen ze te motiveren. Ze zijn bezig, ze doen iets wat ze leuk vinden en waar ze zich in kunnen verdiepen. We hebben hier van alles. Ik doe vooral houtbewerking en de tuinen. We krijgen hier opdrachten binnen van de collega’s hier op het terrein of van de afdeling zelf. Ook van mensen die buiten de instelling

wonen. Dat kan van alles zijn. Vorig jaar hebben we een hele partij bloembakken gemaakt. We maken banken, stoelen en vogelhuizen. Vorig jaar was er een ingenieursbedrijf, dat wilde 125 vogelhuisjes laten maken. Dat hebben we gedaan. Het zijn huisjes gemaakt van kastanjehout. Het is duurzaam en wel iets duurder, doordat het kwalitatief goed materiaal is. De deelnemers vinden het leuk om aan zo’n grote opdracht te werken. Seriewerk vinden ze niet erg. Ze weten hoe het moet, het is herhalend. Anderen houden van wat meer afwisseling en meer uitdagende projecten.

Individuele talenten ontwikkelen

Bij het aanbieden van activiteiten aan de doelgroep houden we rekening met de kenmerken van de doelgroep. Autisme is een heel breed begrip. Belangrijk is om duidelijk te maken wat de verwachtingen zijn. Rust, structuur en duidelijkheid zijn natuurlijk van belang. Dat verschilt per individu. De een kan heel veel afwisseling aan als er telkens weer iets nieuws te doen is. Anderen hebben behoefte aan eenduidigheid en doen het liefst elke dag hetzelfde. Dat proberen we ook wel te doorbreken om ze een beetje flexibel te houden. Belangrijk is dat we de cliënten structuur bieden en dat het duidelijk is wat er van ze wordt verwacht. Talenten moet je benutten. Sommige mensen zijn creatief en kunnen bijvoorbeeld goed schilderen, dan proberen we ze zich daar ook in te laten ontwikkelen. Twee dames kunnen mooi schilderen, de een meer sprookjesachtig de ander wat realistischer. We proberen ze in hun kracht te zetten en ze aan te moedigen. We kijken steeds: wat vindt de cliënt leuk en wat past bij hem. We hebben ook een jongen die werkt graag buiten. Ik heb een groot aantal boomstammen laten komen. Een hele partij. Toen de vrachtwagen kwam aanrijden schrok ik toch wel even, de partij boomstammen was iets groter dan ik dacht. Momenteel hebben we al een groot deel van het hout verwerkt. Samen met deze jongen heb ik een kettingzaagcursus gedaan. Hij zaagt met mij de boomstammen in blokken en dan zijn er weer anderen die kunnen kloven. De een klooft met de machine, de ander met de bijl en anderen gooien het gekloofde hout weer in de kratten. Zo ontstaat er een keten van werk waar iedereen weer aan bijdraagt. Dat was en is een leuk project. We proberen het allemaal zo veilig mogelijk te doen. De jongen en ik zijn de enigen die mogen zagen en we hebben veiligheidsschoenen en speciale kleding aan. Het is werk dat ertoe doet. Het moet zinvol werk zijn. Het is ook leuk om te zien hoe ze omgaan met de klanten die het hout afnemen. Ze helpen mee de aanhanger met

hout vol te gooien en maken contact met afnemers die altijd weer blij zijn met hun haardhout. We gaan af en toe ook naar klanten toe om het hout op te stapelen. Ik probeer ze er wel zoveel als mogelijk bij te betrekken. Het is goed om fysiek en buiten bezig te zijn, daar zitten veel voordelen aan.

Sociale contacten

Je moet wel een beetje gestructureerd kunnen werken. Want de deelnemers hebben wel vaak problemen met het plannen van dingen. Maar het ligt allemaal niet zo vast als mensen weleens denken. De cliënten kunnen bijvoorbeeld best een grapje hebben. Ze kennen me en weten wat ze aan me hebben. Het is belangrijk om consequent te zijn.

‘Ik probeer cliënten overal zoveel mogelijk bij te betrekken. Het is goed om fysiek en buiten bezig te zijn, daar zitten veel voordelen aan.’

Wij leren de mensen goed kennen, en de cliënten ons ook. Dat kan ook wel kloppen want ze zien ons ook vaak en je leert elkaar vooral goed kennen als je bezig bent. Tijdens de pauze hebben de cliënten veel contact met elkaar. Ze halen hier hun vriendschappen en hun

sociale contacten ook wel uit. Op deze manier hebben ze het gevoel ergens bij te horen. Ze gaan met plezier naar hun werk.

Generatieverschillen in activiteiten en toekomstige ontwikkelingen

De mensen die hier komen zijn best wel actief. Ik zie wel verschil tussen de generaties. De mensen van een jaar of veertig, vijftig pakken het werk gemakkelijker op. Met hout, breien of ander handvaardigheden, ze hebben dat ook geleerd. De generatie, die er nu aan komt, heeft de aandrang om praktische dingen te doen veel minder. Ze zijn meer gericht op de computer en alles wat daarbij hoort. Bij veel van deze jongeren speelt zich het leven online af. Wij hebben als collega’s weinig kennis van ICT. Dat moeten we wel ontwikkelen. Er zijn wel dagbestedingsprojecten die helemaal zijn ingericht op het werken met computers, ze halen ze uit elkaar, repareren ze, ze proberen de software uit en programmeren ook. We hebben wel een WWAkrant. Een bewoner verzorgt samen met een collega de teksten en de foto’s. Het zou een mooie stap zijn om daarop aan te sluiten en ons op dat vlak te ontwikkelen. Werken met computers vinden veel jongere cliënten leuk en uitdagend. Ze willen vaak ook wat dieper op de materie in gaan dan alleen het Officepakket. Ik ben benieuwd hoe zich dat verder ontwikkelt.’

Kort nieuws

Atrion in Winschoten feestelijk geopend

Dinsdag 4 maart was de feestelijke opening van het vernieuwde Atrion in Winschoten. Een mooi moment om stil te staan bij de nieuwe, frisse uitstraling en de stap dat alle ambulante teams nu onder één dak samenwerken. Gerda Groen (Directeur Zorg en Bedrijfsvoering) opende deze bijeenkomst met een korte speech. Hierin stond ze stil bij deze mooie stap en de voordelen die medewerkers nu al ervaren. Minder schotten en meer samenwerken is hierin de rode draad. Ook zijn de medewerkers bedankt voor hun inzet, flexibiliteit en het meedenken tijdens deze periode van verbouwen.

De locatie in Winschoten is flink opgeknapt. Niet alleen de kamers zijn vernieuwd, maar ook het Atrion heeft een metamorfose ondergaan. Zo zijn er, met behulp van groene tussenschermen, verschillende zithoekjes gecreëerd en is er op een aantal ramen plakfolie op ramen aangebracht. Dit alles zorgt voor een verbeterd gevoel van geborgenheid en privacy in combinatie met een serene en natuurlijke sfeer. Samen

met de verbeterde akoestiek is er zo een aangenamere wachtplek ontstaan voor onze cliënten. Na de speech van Gerda Groen nam iemand van de cliëntendeelraad het woord. Er werd stilgestaan bij de mooie samenwerking en de ruimte die gegeven is om mee te denken. Als bedankje werd er een schilderij aan Janet Owen, Teamleider FACT, overhandigd dat een mooie plek op deze locatie gaat krijgen. Na de speeches konden alle aanwezigen het vernieuwde gebouw verkennen onder het genot van een hapje en een drankje. Tijdens de wandeling door het gebouw hoorde je al mooie verhalen van minder afstand en meer samenwerken. Bij creatieve therapie wordt vanuit volwassenen de samenwerking met ouderen opgezocht en de gezamenlijke lunch op vrijdag wordt steeds bekender bij de medewerkers op deze locatie. De eerste stappen zijn gezet en we gaan voor een mooie toekomst, met veel samenwerking en fijne momenten op deze vernieuwde locatie. Meer foto’s van deze middag zie je op de achterkant van dit Magazine.

Wisseling van de wacht – Nieuwe aardevarkens op Lentisterrein Zuidlaren

Door Jonny van der Schuur

Op ons mooie Dennenoord terrein is het tijd voor een wisseling van de wacht. Twee jaar lang scharrelden vier trouwe aardevarkens op verschillende plaatsen over het terrein. Dag na dag wroetten ze in de aarde, op zoek naar termieten, mieren en overig voedsel. Maar hun tijd zit erop. De oude gravers zijn er niet meer. Hun plek is nu ingenomen door zes jonge, enthousiaste knorrende medewerkers in het groen. Deze energieke aardevarkens zijn nog onervaren maar met volle overgave begonnen aan hun taak: het verbeteren van de bodem en het bevorderen van de biodiversiteit op Dennenoord. Waar hun voorgangers rustig en bedachtzaam te werk gingen, stormt deze nieuwe generatie zonder twijfel hun snoet

de grond in. Geen ongedierte is meer veilig, geen stukje aarde blijft onaangeroerd. Met deze zes jonge enthousiastelingen zit het wel goed, ze zijn nu tijdelijk te bewonderen achter het restaurant Zuidend, niet te lang, ik wil de koks in het Restaurant Zuidend geen inspiratie geven voor een weekmenu. �� De varkens worden na een tijdje verplaatst naar ander werkterrein waar de grond geschikt wordt gemaakt voor nieuw gras en/of bloemenmengsel. De bodem van Dennenoord blijft in beweging!

Samen maken wij Lentis

Symposium ‘Afsluiten van zorg’

Opening Atrion in Winschoten

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.