Cultuurkrant NL, 2020 nr. 3

Page 1

VOOR PROFESSIONALS IN CULTUUREDUCATIE EN CULTUURPARTICIPATIE

Andere stemmen in Museum Van Loon p4

Intercultureel cultuuronderwijs p8

SEPTEMBER 2020

Cultuurkrant NL Oude fanfare, nieuw elan! p 15

Cultuurreanimatie Cultuureducatie en -participatie worden driedubbel geraakt door de coronacrisis. Inkomsten vallen weg, gemeenten bezuinigen en er is te weinig toegang tot steunmaatregelen. Vallen we tussen wal en schip? Overheid, red de sector nu het nog kan. Door Bas Verberk • Illustratie Sjoukje Bierma

“We kunnen niet iedereen redden.” Die uitspraak hebben we menig bestuurder en politicus sinds de intelligente lockdown in maart 2020 horen doen. De samenleving als patiënt, getroffen door een virus. De overheid als chirurg die geen andere optie ziet dan delen te amputeren om de overlevingskans te vergroten. Maar als je goed kijkt kun je je afvragen wie het grootste gevaar is voor de patiënt: het virus, of de chirurg.

Steunpakketten

Om te voorkomen dat de economie zou omvallen trok het kabinet de portemonnee; in juni werd bekend dat het Rijk afstevent op een tekort van 68 miljard euro in 2020. De steun komt echter niet of nauwelijks terecht bij organisaties en professionals op het gebied van cultuureducatie en -participatie. De voorwaarden voor de regelingen voor zzp’ers, zoals de TOZO en de TOGS, sluiten grote groepen professionals binnen de culturele sector uit. Bijvoorbeeld door bepaalde registratiecodes bij de Kamer van Koophandel, of doordat er geen rekening gehouden wordt met seizoensgebonden werk, waarin het grootste deel van een jaarinkomen verdiend moet

worden. Grotere organisaties en verenigingen komen op hun beurt niet of slechts deels in aanmerking voor de NOW. Het eerste steunpakket van 300 miljoen voor de culturele sector kwam vrijwel geheel ten goede aan grote instellingen uit de landelijke BIS. Slechts 48,5 miljoen was beschikbaar voor gemeenten en provincies om lokale instellingen te ondersteunen. Voorwaarde was wel dat de gemeente en de provincie dan zelf evenveel middelen bijleggen. In totaal is nu in alle steunpakketten bij elkaar 326,5 miljoen bedoeld voor het overeind houden van de lokale infrastructuur. De grote vraag blijft echter hoeveel er van deze middelen terecht komen bij de cultuureducatie en -participatiesector.

Al met al worden organisaties en professionals in de sector driedubbel geraakt door de coronacrisis. Ten eerste door het wegvallen van werk en inkomsten. Ten tweede door het risico op lokale bezuinigingen als gevolg van financiële problemen bij gemeenten. [Zie het kader ‘Gemeenten in zwaar weer’ op pagina 3, red.] En ten derde door het gebrek aan toegang tot steunmaatregelen.

Het tweede steunpakket van 482 miljoen brengt misschien verlichting, maar vooralsnog valt de sector tussen wal en schip.

Toename van de tweedeling De coronacrisis heeft verschillen in de samenleving die er

altijd al waren nog zichtbaarder gemaakt. 35 procent van het LKCA-panel ziet dat de tweedeling in de samenleving door de crisis is vergroot. Zo komt een grote groep kinderen en jongeren van huis uit niet in aanraking met kunst en cultuur.

55 procent van het panel ziet dat er door de coronacrisis nog meer leerlingen buiten de boot vallen. 60 procent van het panel bereikt bovendien sinds de coronacrisis nog maar een

Lees verder op pagina 3

INHOUD 2 Column: Sanne Scholten 6 Volwassenenfonds Sport & Cultuur 6 Coronaschade 10 Interview: Sharina Gumbs

11 Rubriek: Geld 12 Interview: Fianne Konings 12 Herziene canon 13 Column: Evert Bisschop Boele 14 Man & cultuur

DIT IS EEN UITGAVE VAN LKCA • LKCA.NL • INFO@LKCA.NL • POSTBUS 452, 3500 AL UTRECHT


2 Nieuws

Roze past bij ónze huidskleur Met mijn zoons zit ik aan de eettafel. We zijn weer eens in een strijkkralenperiode beland en er wordt geconcentreerd gewerkt aan het verbeelden van de figuren uit een van hun favoriete games, Brawlstars. Niet alle kleuren zijn meer voorradig en we maken een lijstje met aan te schaffen kleuren. Roze? Nee, kijk, er zijn nog verschillende rozetinten. “Deze is goed voor huidskleur” zegt de jongste. “Nee, niet voor huidskleur, voor ónze huidskleur”, verbetert hij zichzelf. Verrast kijk ik hem aan. Mijn oudste zoon klaagt onder het avondeten over de geschiedenisles. Waarom moet hij leren wat er vroeger gebeurde, wat heeft hij daaraan? Omdat de week ervoor in Utrecht het Black Lives Matterprotest plaatsvond, leg ik aan de hand daarvan uit hoe zonder kennis van het slavernijverleden niet goed te begrijpen is waarom we nu zijn waar we zijn. Ik maak enige indruk, geloof ik. Met een vriend heeft hij gesproken over diens voorouders die tot slaaf gemaakt waren en hoe heftig hij en zijn moeder dat vinden. Zo komt een geschiedenisles wel binnen.

De viool werd afgepakt

Ik bezoek voor hem een informatieavond op een categoraal gymnasium. Ik hoor de rector uitleggen dat op deze school de leerlingen kennismaken met de klassieke beschaving. En ik vraag me af: kun je in deze tijd nog alleen de Grieken en Romeinen bestuderen als je meent de jeugd bekend te moeten maken met oude beschavingen? Zelf lees, luister en kijk ik op het moment heel veel over racisme en over ons slavernijverleden. Het voelt alsof ik nu iets moet inhalen dat heel vanzelfsprekend had moeten zijn in mijn onderwijsloopbaan, vooral op het basis- en voortgezet onderwijs. Als we in ons land een gelijkwaardige behandeling van verschillende culturele en etnische groepen willen, moeten we in het onderwijs veel ter discussie stellen. Ook in het cultuuronderwijs. Het gaat om fundamentele verschuivingen. Niet alleen leren over westerse cultuur, maar ook over andere culturen. Aandacht voor meer vormen van kunst, niet alleen de canonieke. En minstens zo belangrijk: de bewustwording van de professionals in het onderwijs en bij culturele instellingen. Peggy Brandon zegt in deze krant: “Kijk voortdurend naar de groep waar je voor werkt.” Daar voeg ik aan toe: En wees je bewust van jouw waarden, aannames en blik op de wereld; die zijn niet algemeen geldend. Een schrijnend voorbeeld hiervan vond ik de anekdote van een klas waar een violist op bezoek kwam. Een jongen stak enthousiast zijn vinger op toen werd gevraagd wie wel eens viool had gespeeld. Hij vertelde dat hij het van zijn opa had geleerd. Toen hij de viool op zijn schoot nam, zoals hij had geleerd, kreeg hij te horen dat dat niet goed was en werd de viool afgepakt. Een duidelijk voorbeeld van hoe het niet moet. Ik ben blij dat er ook voorbeelden zijn van hoe het wel moet en dat daar in deze krant aandacht aan wordt besteed. Hopelijk doet goed voorbeeld goed volgen. MEER OVER INTERCULTURELE CULTUUREDUCATIE OP PAGINA 4, 8 EN 12.

Sanne Scholten is directeur van het LKCA

WHEELCHAIR BALLET, MARILYNN K. YEE / THE NEW YORK TIMES/ FLICKR

Programma Cultuurparticipatie: gelijke kansen voor iedereen Ruim 5 miljoen euro stelt minister Van Engelshoven jaarlijks beschikbaar voor het Programma Cultuurparticipatie 2021-2024. Hiermee stimuleert zij de samenwerking tussen de culturele sector en het sociaal domein. De subsidieregeling Samen Cultuurmaken start op 15 september. Het programma bestaat uit drie programmalijnen: subsidieregelingen, kennisdeling en het bevorderen van de zichtbaarheid van (inclusieve) cultuurbeoefening. Hiermee willen het ministerie van OCW, het Fonds voor Cultuurparticipatie (FCP) en LKCA iedereen gelijke kansen geven om deel te nemen aan het culturele leven. Het streven is cultuur, zorg en welzijn met elkaar te verbinden en drempels voor cultuurdeelname te verlagen. Zorg en sociaal werk worden verbonden met professionele culturele instellingen, amateur- en erfgoedverenigingen en kunstenaarsinitiatieven.

Belangrijk onderdeel is de subsidieregeling Samen Cultuurmaken 2021-2024, voor samenwerkingsprojecten tussen professionals uit kunst & cultuur en het sociaal domein. Die is vanaf 15 september dit jaar beschikbaar. Het kan gaan om grote projecten van landelijke betekenis, maar ook om kleine lokale initiatieven. Je kunt aanvragen als culturele instelling, instelling uit het sociaal domein, of als zelfstandig professional uit het culturele of sociale domein. Het is belangrijk dat je aantoonbaar samenwerkt met een partij uit het andere domein. En dat je de kennis die je opdoet over samenwerken en het wegnemen van drempels deelt, zodat anderen hiervan kunnen leren. Lees de overige subsidievoorwaarden op cultuurparticipatie.nl. Voorloper hiervan is de (aanloop)regeling Samen Cultuurmaken Verbreden 2020 (sluitingsdatum: 14 september). Op cultuurparticipatie.nl staat ter inspiratie een overzicht van de gesteunde projecten. Kennis over de samenwerking tussen culturele en sociale professionals wordt door LKCA vastgelegd en gedeeld via online kennisdossiers. Je kunt deze kennis inzetten om cultuurdeelname te stimuleren bij groepen die minder snel in aanraking komen met kunst en cultuur. Ook wordt gewerkt aan de zichtbaarheid van actieve en inclusieve kunstbeoefening. CULTUURPARTICIPATIE.NL, LKCA.NL

MEER OVER HET PROGRAMMA CULTUURPARTICIPATIE OP PAGINA 11 (‘SAMEN SCOREN’) EN 13 (‘CULTURELE DEMOCRATIE’).

Kickstart Cultuurfonds Het nieuwe, tijdelijke Kickstart Cultuurfonds stelt ruim 16 miljoen euro beschikbaar voor instellingen die geen gebruik kunnen maken van de 300 miljoen aan noodsteun die het kabinet eerder verleende. Theaters, concertzalen, muziekpodia, musea en producenten kunnen aanvragen doen om aanpassingen aan de 1,5 metersamenleving door te kunnen voeren. Projecten worden gesteund die cultuur op een goede manier bij het publiek weet te brengen. Toekenningen liggen tussen de 5.000 en 100.000 euro. Het fonds is een initiatief van de BankGiroLoterij, het Prins Bernhard Cultuurfonds, VSBfonds en de VandenEnde Foundation. Andere private fondsen en het ministerie van OCW hebben zich hierbij aangesloten. KICKSTARTCULTUURFONDS.NL


Cultuurkrant NL 3

Kwetsbare zzp’ers Vervolg van pagina 1

Dit schreven panelleden “De grote gesubsidieerde instellingen krijgen wel steun, maar de zzp’ers hebben het moeilijk. Ze krijgen wel 3 maanden steun maar zijn daarna afhankelijk van hun partner of moeten ander werk zoeken.” Theatermaker uit Groningen “Er zitten zoveel voorwaarden aan de steunmaatregelen dat vele zelfstandige musici en muziekdocenten buiten de boot vallen.” Muziekdocent uit Haarlem “Ik geef volwassenen les en juist de oudere, minder gezonde mensen twijfelen nu of zij nog naar les durven komen. Terwijl het voor hen meer is dan zich blijven ontwikkelen, het is ook hun passie en behoud van sociale contacten.” Beeldend kunstenaar uit provincie Utrecht “De prijzen stijgen, dus minder toegang voor mensen met een smalle beurs.” Zelfstandig muziekdocent uit de provincie Brabant “Eenzame ouderen worden door de Coronacrisis nog veel meer in een geïsoleerde positie gedrongen.” Theatermaker uit de provincie Noord-Holland “Ik merk wel dat kunst en kunsteducatie nu soms nog meer als luxeproduct worden gezien. Waar op scholen aandacht uit gaat naar taal en rekenen, komt dit onderaan de prioriteitenlijst.” Interdisciplinair kunstenaar uit de provincie Overijssel

Het LKCA-panel is een vast panel van circa 500 professionals die een afspiegeling zijn van de sector cultuureducatie en -participatie, van docent tot directeur, in verhouding tot de verdeling in de praktijk. Je kunt je aanmelden via lkca.nl.

deel van de leerlingen, of zelfs helemaal niemand meer. In een rechtvaardige samenleving heeft eenieder het recht om vrijelijk deel te nemen aan het culturele leven van de gemeenschap en om te genieten van kunst. Zo staat het letterlijk in artikel 27 van de rechten van de mens. Lokale culturele voorzieningen en activiteiten spelen een cruciale rol in het waarborgen van dit recht. Juist voor groepen die van huis uit niet vanzelfsprekend in aanraking komen met kunst en cultuur. Toch zijn het juist deze voorzieningen die als eerst worden geslachtofferd. Dat is uiteindelijk niet zozeer een financiële, maar vooral een politieke overweging.

Uitvoerders

En als we het dan toch over tweedelingen hebben is er nog wel een andere tweedeling die door de coronacrisis zichtbaarder is geworden. Namelijk een tweedeling in de culturele sector zelf. Een tweedeling tussen de docenten, dirigenten, regisseurs en artistiek begeleiders aan de ene kant en beleidsmakers, coördinatoren en directies aan de andere kant. Tussen de uitvoerende en de ondersteunende en beleidsmakende functies, zou je kunnen zeggen. Waar de uitvoerende professionals veelal zzp’er zijn, en als eerst geraakt worden door de crisis door het wegvallen van werk en inkomen, hebben de ondersteunende en beleidsmakende professionals vaak een dienstverband. De verwachting die zij hebben van de overheid is

Van de panelleden bereikt 60% nog maar een deel van de leerlingen, of niemand meer

dan ook heel anders. 45 procent van de zelfbenoemde uitvoerende professionals uit het panel zet het krijgen van opdrachten om weer aan de slag te komen op de eerste plaats, op de vraag wat voor een steun zij van de overheid nodig hebben. Bij de zelfbenoemde ondersteunende en beleidsmakende professionals komen waardering/ aandacht en financiële ondersteuning op de eerste plaats.

De kunst van politiek

Uiteindelijk is het redden van sectoren een politieke exercitie en geen chirurgische. Kijk alleen al naar de wijze waarop wordt omgegaan met ‘vitale’ beroepen. Welke delen zuurstof krijgen (de horeca en KLM) en steunpakketten (economie en landbouw) zijn grotendeels politieke besluiten. Gelukkig vergeet het kabinet de culturele sector niet, zo blijkt uit het nieuwe steunpakket van 482 miljoen, maar cultuur is meer dan alleen professionele podiumkunsten. In het politieke debat zijn cultuureducatie en amateurkunst vaak

onderbelicht. 61 procent van het panel geeft dan ook aan de afgelopen periode een duidelijk herkenbare stem of een herkenbaar politiek gezicht gemist te hebben om de belangen van cultuureducatie en -participatie te verdedigen. Maar de cultuursector zou de cultuursector niet zijn als zij niet dacht in oplossingen. Ruim een derde van het panel ziet zijn toekomst positief. Nog eens een derde gematigd positief. Toch zal het moeilijk worden om piano te spelen zonder vingers. Hoog tijd dat de chirurg deze vitale delen redt nu het nog kan. MEER OVER DE CORONA-SCHADE ÉN

EEN OPROEP VAN LKCA RICHTING DE OVERHEID OP PAGINA 7: ‘DE WANHOOP NABIJ’.

Bas Verberk is specialist beleid en public affairs bij LKCA.

In welke mate ondervind jij persoonlijk financiele schade?

Uitvoerders Ondersteuners Beleidsmakers

Totaal

Uit: LKCA-panel over beleving en gevolgen coronacrisis, Tangram advies & onderzoek, juli 2020

Gemeenten in zwaar weer Van alle overheidsuitgaven aan cultuur leveren gemeenten met circa 61 procent de grootste bijdrage. Gemeenten zitten momenteel echter in financieel zwaar weer. Dit komt onder andere door de decentralisatie van de zorgtaken in 2015. Gemeenten werden verantwoordelijk voor de jeugdzorg, werk en inkomen en zorg aan langdurig zieken en ouderen. Het Rijk gaf de gemeente voor deze taken minder budget dan zij er zelf tot dan toe aan besteedde. Het idee was dat gemeenten het lokaal efficiënter, en dus goedkoper zouden kunnen doen. Het tegendeel bleek waar. Door de betere, lokale, toegankelijkheid zijn er meer problemen zichtbaar geworden, waardoor de kosten juist zijn gestegen en nog steeds stijgen. En nu is er ook nog de coronacrisis. De lokale maatregelen en extra uitvoeringskosten kosten veel geld. Ook hier is een financiële compensatie vanuit het Rijk noodzakelijk. Tot slot is er de zogenaamde trap-op-trapaf-systematiek, waardoor gemeenten minder middelen van het Rijk ontvangen als gevolg van tussentijdse bijstellingen. Het gezamenlijk exploitatietekort bij gemeenten is inmiddels gestegen van 197 naar 768 miljoen euro in 2019. Gemeenten zijn verplicht een sluitende meerjarenbegroting in te dienen en moeten dus iets bedenken om al die extra kosten te dekken. Door wettelijk verplichte taken en geoormerkte middelen die gemeenten ontvangen van het Rijk zijn er slechts beperkte mogelijkheden. De meest voorkomende zijn het verhogen van lokale belastingen, zoals OZB en bezuinigen op maatschappelijke voorzieningen, zoals zwembaden en culturele voorzieningen. Het recente steunpakket voor gemeenten en provincies van 777 miljoen neemt hopelijk de ergste bezuinigingsnoodzaak weg.


4 Koersverlegging Museum Van Loon

Doe. Het. Samen.

FOTO JEAN VAN LINGEN

Otmar Watson: ‘Puzzelstukjes vallen op hun plaats’ Tijdens de expositie verzorgde Untold, een culturele en empowerment organisatie uit Amsterdam Zuid-Oost, een performance met West-Afrikaanse dans uit Ivoorkust en Afro-Caribische zang en dans. Het optreden in het museum inspireerde directeur en artistiek leider Otmar Watson tot nader onderzoek van zijn familiegeschiedenis. Zijn voorouders werkten, net als die van Marian Duff, als slaaf gemaakten op een van de plantages waar de familie Van Loon mogelijk in had geïnvesteerd. “Voor de expositie wist ik dat niet. Ik was ook nooit eerder in Museum Van Loon.” In Suriname bezoekt hij altijd de plantage van zijn voorouders, om hen ritueel eer te bewijzen. In de slavenregisters, die sinds 2018 op internet staan, heeft hij via de moeder van zijn opa ook háár moeder kunnen traceren. Nu heeft hij ook de andere bewoners van de plantage leren kennen, de slavenhouders in Suriname. Watson wil de documentatie die hij heeft opgediept vastleggen in een boekje, voor het nageslacht. Hij heeft gemerkt dat de jongeren met wie hij werkt bij Untold en Eternity Percussion meer belangstelling krijgen voor hun erfgoed. “Ze weten heel veel niet, maar begrijpen wel dat de kennis van je erfgoed noodzakelijk is om zaken in een perspectief te plaatsen. Zo vallen de puzzelstukjes op hun plaats.”

Veel culturele instellingen worstelen ermee: de koers verbreden, nieuw publiek trekken. Museum Van Loon slaagde erin. Daar waren de stemmen te horen van de nazaten van tot slaaf gemaakten, die werkten op de plantages waarvan de familie Van Loon mede-eigenaar was. Door Francine van der Wiel

M

armer, kristal, schilderijen, uurwerken, dure wand- en vloerkleden, overdadig gedecoreerde plafonds, versierde gevel – de overdaad in Museum Van Loon, aan de Keizersgracht in Amsterdam, is overweldigend. RIJK! schreeuwen zowel interieur als exterieur de bezoeker toe. Het pand stamt dan ook uit de Gouden Eeuw en de familie Van Loon, die het pand in 1884 betrok, was een zakelijk uiterst succesvolle patriciërsfamilie. Dit was tot niet zo heel lang geleden de bondige samenvatting van de historie van het museum. Bij de leiding groeide de laatste jaren echter een gevoel van urgentie om dat verhaal uit te breiden. Want hoe was die rijkdom, dat succes vergaard? Over die vraag werd bij het museum al langer nagedacht, wat onder meer tot uiting kwam in de expositie Suspended histories (2013). Daarin werd de relatie belicht tussen de familie en Azië, door contact te zoeken met hedendaagse kunstenaars met een band met Azië. Zij reflecteerden op de rol die de Van Loons hadden binnen de VOC, en in ‘de Oost’. Met het uitdrukkelijke doel ook de schaduwzijden van het succes voor het voetlicht te halen.

Gijs Schunselaar:

Amsterdamse superdiversiteit laten zien

Directeur Gijs Schunselaar wil méér dan alleen een tijdelijke tentoonstelling over dit aspect van de historie en begon bij zijn aantreden in 2018 meteen over een koersverbreding na te denken. In oktober 2019 opende de tentoonstelling Aan de Surinaamse grachten – Van Loon & Suriname (1728-1863) waarbij het museum samenwerkte met mede-curator Marian Duff, die als directeur van OSCAM (Open Space Contemporary Art Museum) en onafhankelijk curator gespecialiseerd is in jonge subculturen. Schunselaar: “De vragen die ik mijzelf stelde zijn de vragen die je je altijd stelt: zijn we relevant genoeg, wat doen we als organisatie, zijn er blinde vlekken? Ik heb heel veel gesprekken gevoerd. Met vrienden, met mensen als Marian, collega’s, om een beeld te vormen van de stappen die wij als museum moesten zetten om iets te betekenen voor een zo divers mogelijke groep.” Zag u meteen mogelijkheden in deze expositie? Marian Duff: “Ik heb wel geaarzeld. Wat ik veel zie is dat

de gesprekken over zwart bewustzijn en het openstellen van depots en huizen wel worden gevoerd, maar niet altijd vanuit het juiste gedachtegoed. Wat mij in de werkwijze van Museum Van Loon aanspreekt is: samen bouwen, samen het gesprek voeren, samen ontwikkelen. Dus niet vanuit een witte organisatie met witte mensen, maar samen met communities in het veld. Voor deze expositie hebben we over elk object, elke punt en komma overlegd, dat is heel bijzonder. Bij andere instellingen blijft het vaak bij het afstrepen van diversiteitsbeleid – een subsidiecriterium – maar bij Van Loon is het een intrinsieke overtuiging.” Gijs Schunselaar: “Het was dapper van Marian om hier in te stappen. Als je in dit museum komt, dat met een bepaalde vanzelfsprekendheid enorme welvaart etaleert, en je kent het verhaal dat erbij hoort, zijn er duizend redenen om weg te lopen. Hoe weet je dat dit ook geen window dressing is? Marian heeft de moed gehad om op haar gevoel af te gaan.”


Cultuurkrant NL 5

Do’s en don’ts Schunselaar en Duff hebben uiteraard niet dé oplossing voor alle instellingen en musea die werken aan meerstemmigheid en perspectiefverbreding. Een paar tips zijn wel te geven. • Wees je ervan bewust, en zeg dat ook, dat je bepaalde dingen niet weet. • Praat niet óver als je mét kunt. Ofwel: nodig externe (ervarings-) deskundigen uit, houd het niet binnen het eigen team. Ga het gesprek aan en realiseer je dat die gesprekken niet vrijblijvend zijn. • Stel je open en kwetsbaar op. • Wees helder in de keuzes die je maakt bij het samenstellen van een expositie: waarom heb je het zo aangepakt, dit object of document geselecteerd? Zo houd je de communicatie open en gelijkwaardig. • Doe het samen.

MUSEUM VAN LOON, FOTO PETER KOOIJ

PRENT VAN MARRONS, 1839, DOOR BENOIT. PRIVÉCOLLECTIE

Marian Duff:

Behoorlijk emotioneel tijdens de opening

FOTO MICHIEL VAN NIEUWKERK

Waar begin je bij een dergelijke tentoonstelling, welke gesprekken voer je? MD: “Je begint bij de mensen om wie het gaat. Nazaten,

direct en indirect, van de tot slaaf gemaakten. Kritische mensen, die elkaar tijdens de participatiegesprekken voor het eerst ontmoetten. Dat heeft prachtige momenten opgeleverd, momenten van inzicht. Zij gaven input om de expositie verder te ontwikkelen.” GS: “Uitgangspunt was dat we het grote verhaal van de plantage-economie, de trans-Atlantische slavenhandel en de Amsterdamse economie die daarop dreef, heel concreet wilden presenteren. Niet in macrogetallen, maar oog in oog met de mensen die onderdeel zijn van die gedeelde geschiedenis. Daarnaast vonden we het belangrijk over te brengen dat hoewel er verschillende perspectieven mogelijk zijn, die wel allemaal voortkomen uit dezelfde geschiedenis.” MD: “Voor mij is ‘de zwarte kant van de geschiedenis’ ook niet het juiste woord. Het gaat erom het zwarte verhaal fysiek en inhoudelijk zichtbaar te maken en recht te doen.”

Aan de Surinaamse grachten kreeg ruimschoots aandacht in de landelijke media. The New York Times noemde het museum als een van de instellingen in Nederland die in variërende mate met een perspectiefverbreding bezig zijn. Het Amsterdam Museum bijvoorbeeld ook, en het Rijksmuseum, dat komend voorjaar een grote expositie over het slavernijverleden presenteert. De grote diversiteit van de bezoekers die Museum Van Loon bezochten – ruim de helft van de bezoekers van zowel de expositie als de publieksactiviteiten had een cultureel diverse achtergrond – valt waarschijnlijk vooral toe te schrijven aan de inhoudelijke meerstemmigheid en het gedeelde curatorschap. Velen kwamen uit de achterban van Duff, en vaak kwamen zij voor het eerst in het museum. Duff zelf was er vóór de tentoonstelling ook nooit eerder geweest, ondanks de band die zij via haar voorouders met de familie Van Loon heeft: zij werkten als tot slaaf gemaakten op een van de plantages waar de familie mogelijk ook in belegde. Wat heeft de tentoonstelling opgeleverd, wie kwamen eropaf en hoe waren de reacties? MD: “Mijn voorouders van vaderszijde komen van

Plantage Overtoom. Die kant van de familie ken ik niet goed. Tijdens een van de eerste participatiebijeenkomsten was veel familie aanwezig die ik nog nooit had ontmoet.” GS: “Aan de Surinaamse grachten heeft echt een substantieel ander publiek op de been gebracht, met een veel groter aantal zwarte mensen die specifiek voor deze tentoonstelling zijn gekomen.” MD: “Ik was behoorlijk emotioneel tijdens de opening. [Lachend:] Ik weet niet wat er gebeurde, maar ik heb geloof ik twee minuten lang huilend in de armen van de wethouder gehangen. Zó opgelucht; kennelijk spelen onderbewust toch allerlei emoties mee. Ook omdat ik wel tegen scepsis vanuit verschillende communities ben

aangelopen: ‘moet je dat wel doen?’ Maar de feedback na de opening was goed. Het grootste compliment voor mij kwam van Perez Jong Loy, een van de meest kritische activisten die ik heb gekend. Alleen al dat hij er was vond ik een enorme eer.” GS: “Om de meningen te peilen hadden we ook een opinion wall, waar mensen direct na hun bezoek hun opmerkingen konden achterlaten. Daar is gigantisch veel gebruik van gemaakt; de behoefte om een mening of bericht achter te laten was enorm. Op een enkele uitzondering na allemaal positief, of positief-kritisch, en elk geval opbouwend. Voor mij was dat een belangrijke graadmeter.” Wat is nu de volgende stap? GS: “We zijn nu bezig de permanente collectie van

uitgebreider context te voorzien, die wordt digitaal benaderbaar in het museum. Dat geeft veel meer mogelijkheden voor extra informatievoorziening. Ook moet je aanpakken wat qua representatie niet in orde is. Daar is een nieuwe rolverdeling voor nodig. We moeten die verhalen verder sámen gaan schrijven. Naast de feitelijke kennis willen we ook persoonlijke verhalen opnemen: wat doet het met je? Zo kan de bezoeker op verschillende manieren de verbinding aangaan. In het tentoonstellingsprogramma van de komende jaren hebben we een scala aan onderwerpen dat we samen met vertellers en kunstenaars gaan exposeren. Op die manier willen we ook – juist – de superdiversiteit van de stad Amsterdam laten zien. Dat is de opdracht voor ons als museum: een plek te zijn waar een stem is voor iedereen.”

Familie Van Loon Het museum is genoemd naar de oprichters, de laatste bewoners van het grachtenpand. Willem van Loon was in 1602 medeoprichter van de VOC. De Van Loons bezaten aanvankelijk zelf geen plantages en zijn voor zover bekend nooit in Suriname geweest. Ze waren investeerders in fondsen die er verschillende plantages in beheer hadden. Toen die niet (voldoende) rendeerden, ging het bezit over in handen van de beleggers. Met de afschaffing van de slavernij in 1863 deden de Van Loons hun aandeel van de hand.


6 Nieuws Impact Corona Amateurkunstverenigingen, kunstdocenten en artistiek begeleiders worden hard geraakt door de corona-pandemie, blijkt uit onderzoek.

De wanhoop nabij

Door Arno Neele

S

inds het begin van de corona-pandemie is er vooral veel aandacht voor kunstenaars en organisaties die het moeten hebben van publiek. Maar ook professionals in kunst­ educatie en cultuurparticipatie worden hard geraakt door het virus, zo blijkt uit onderzoek van LKCA, Koornetwerk Nederland, KNMO en Huis voor de Kunsten Limburg.

De financiële schade is enorm. Amateurkunstverenigingen leden tussen 16 maart en 1 juni gemiddeld 2.539 euro schade. Inkomsten vielen weg terwijl de grote uitgaven bleven. Zo heeft 86 procent van de verenigingen de artistiek begeleider (deels) doorbetaald en 78 procent de docenten. En met de huidige protocollen kunnen zij nog lang niet op de oude voet verder. Voor de rest van het jaar verwachten zij een gemiddeld schadebedrag van 2.925 euro. De verenigingen moeten dat zelf ophoesten. Zij kunnen niet of nauwelijks een beroep doen op de financiële steunregelingen.

Kunsteducatie

Ook kunstdocenten en artistiek begeleiders krijgen harde klappen. Dat geldt zeker voor degenen die werken met groepen, zoals dirigenten, regisseurs en dansdocenten. Slechts een derde van deze

BEELD ISTOCK

Verenigingen

kunstprofessionals kon een beroep doen op de financiële steunregelingen van het Rijk. Het is dan ook geen wonder dat zij tussen 16 maart en 1 juni gemiddeld 4.071 euro schade leden. Ook zij kunnen nog niet al hun werkzaamheden weer

oppakken, vooral niet als ze werken met groepen. Tussen 1 juni en 31 december denken de kunstdocenten en artistiek begeleiders nog eens geconfronteerd te worden met een schade van gemiddeld 6.769 euro.

Centra voor de kunsten en muziek-, theater- en dansscholen worden eveneens hard geraakt. Zij moesten op 16 maart allemaal hun deuren sluiten. Ook al heeft een groot aantal instellingen (72 procent) een beroep kunnen doen op

Meedoen via het Volwassenenfonds Sport & Cultuur Dankzij het nieuwe Volwassenenfonds Sport & Cultuur kunnen nu ook volwassenen die leven rond het bestaansminimum worden gestimuleerd om hun creatieve of sportieve hobby’s uit te oefenen. Door Francine van der Wiel

Net voor de coronacrisis, in februari, kreeg Nederland er een nieuw fonds bij: het Volwassenenfonds Sport & Cultuur. Ruim 1 miljoen Nederlanders missen de financiële middelen voor een hobby. Het fonds gaat gemeenten helpen om hen toegang te verlenen tot sportieve en culturele activiteiten. De landelijke Alliantie ‘Sporten en bewegen voor iedereen’ nam het

initiatief tot de oprichting. Het nieuwe fonds is zo het logische vervolg van het Jeugdfonds Sport & Cultuur, dat al twintig jaar bestaat en lid is van de Alliantie. In juli hadden zich zeven gemeenten aangesloten en na de zomer volgen in elk geval nog twee grote. Dat lijkt bescheiden, maar de aanwas ligt op schema, aldus Rita van Driel, de kersverse voorzitter van het Volwassenenfonds. “Het doel was dit jaar tien gemeenten, en dat gaat lukken, we zijn met veel gemeenten in gesprek.” Bovendien stak al vlot nadat het fonds actief werd het Covid-19 virus een stok in de wielen. Muziekscholen, buurthuizen en sportverenigingen gingen maanden op slot.

Systematiek Het Volwassenenfonds hanteert dezelfde systematiek als het Jeugdfonds Sport & Cultuur. Aangesloten gemeenten stellen budget beschikbaar dat door het fonds wordt verdeeld op grond van de aanvragen van intermediairs. Dit zijn professionals: buurtsportcoaches, cultuurcoaches en maatschappelijk werkers - zij komen via hun werk in aanraking met mensen met een inkomen rond het bestaansminimum. Gemeenten bepalen zelf bestemming en budget van hun ‘inleg’, en hebben de zekerheid dat het geld ook daadwerkelijk in hún gemeente wordt besteed. Vooralsnog ziet Van Driel vooral

aandacht voor ouderen, maar het is nog te vroeg om duidelijke tendensen of verhoudingen te signaleren omtrent oud, jongvolwassen, mensen met een beperking of migratie-achtergrond. “Sommige gemeenten willen gewoon aanhaken waar het Jeugdfonds eindigt.” Ook is het nog onduidelijk hoe precies de verhouding ligt tussen de bestedingen voor cultuur en sport. Inclusiviteitsbeleid lijkt in de sport in zijn algemeenheid wel verder dan in de culturele sector. Van Driel hoopt dat het Volwassenenfonds een verdere openstelling, met meer inclusief cultureel aanbod, kan stimuleren. Naar voorbeeld van de buurtsportcoaches komen er steeds meer cultuurcoaches


Cultuurkrant NL 7

‘Mijn angst om alles te verliezen wat in 20 jaar is opgebouwd is heel groot’

geen nieuwe leden bij. “Ik denk dat wij volgend jaar niet meer bestaan als het zo doorgaat”, aldus een bestuurslid.

Sociale schade

Het uit elkaar vallen van verenigingen is desastreus voor de leden. Verenigingen en hun artistiek begeleiders laten massaal weten dat de sociale schade veel erger is dan de financiële schade. Een paar quotes: “Per week verdampt de cohesie”, “Mensen die het contact het meeste nodig hebben durven niet te komen” en “De gevolgen van het coronavirus maakt onze leden eenzaam, ze missen de wekelijkse bijeenkomsten”. Of om in de metafoor van schade te blijven: “Het contact en het samen zingen worden zo gemist, dát is de prijs die we betalen”.

Ander werk zoeken

de landelijke financiële steunregelingen, de financiële schade voor het hele jaar bedraagt gemiddeld enkele tienduizenden euro’s per instelling. Zij lopen met name inkomsten mis uit lesgelden van cursisten en deelnemers. Dit terwijl veel instellingen hun kunstdocenten en artistiek begeleiders en de huur van repetitie-/lesruimten (moeten) doorbetalen.

Voortbestaan in gevaar

Deze percentages en gemiddelden geven inzicht in algemene trends en noden, maar cijfers kunnen ook de menselijke kant van het verhaal versluieren. Uit het onderzoek blijkt namelijk dat er achter de getallen veel leed, zorgen en angst schuilgaan. Verenigingen geven aan dat ze zich serieus zorgen maken over hun voortbestaan als de huidige richtlijnen lang van kracht blijven. De angst is dat leden op den duur afhaken, uit angst voor besmetting of omdat er geen activiteiten georganiseerd kunnen worden. Bij 15 procent van de verenigingen gebeurt dit al. Er komen in deze situatie ook

bij om het enthousiasme voor kunst en cultuur aan te jagen. Zij kunnen het fonds onder de aandacht brengen van zowel deelnemers als gemeente en zelf aanvragen indienen. “De coaches weten waar de nood en de behoefte zit. Nu het fonds er is, hebben ze echt iets te bieden”, zegt Van Driel. Zij ziet dat er vaak alleen middelen zijn om één keer een gratis les aan te bieden. “En dan moet je dankbaar zijn, maar daarna gaat de deur weer dicht. Daar moeten we vanaf.”

Geen uitgebreide inkomenstoets

De gemeenten betalen de kosten voor de aanbieders: sportvereniging, kunstdocent of –instelling. Daarbovenop betalen ze een licentiebedrag op basis van het aantal inwoners. Dat ze zelf de bestemming van het geld bepalen is een voordeel, maar ook een nadeel, omdat er net als bij de Wmo grote verschillen tussen gemeenten kunnen ontstaan. Dat verschil moet op termijn worden opgevangen door derde

Kunstdocenten en met name artistiek begeleiders die werken met groepen hebben zorgen over het behoud van werk en inkomen. Sommigen zijn de wanhoop nabij, ook omdat onzeker is hoe lang het allemaal gaat duren. Zo zegt een kunstprofessional: “De onzekerheid en de angst om alles te verliezen wat ik in 20 jaar heb opgebouwd, is heel groot.” Een aantal geeft aan op het punt te staan ander werk te gaan zoeken, zeker de zzp’ers met een gezin. Anderen zijn vooral verbitterd en voelen zich in de kou gezet door het ontbreken van steun vanuit de overheid. Dit zijn aanzienlijke gevolgen, op financieel, sociaal én menselijk niveau. En nu steeds duidelijker wordt dat het virus nog volop onder ons is en een tweede golf een steeds serieuzere bedreiging vormt voor kunsteducatie en cultuurparticipatie, moeten we de noodkreet van een van de deelnemers aan het onderzoek zeer serieus nemen: “Help de kunstsector!! Please!” LKCA.NL, ZOEK OP ‘GEVOLGEN CORONACRISIS’

Nieuws Oproep aan de overheid LKCA doet naar aanleiding van de onderzoeksresultaten deze oproep. • Gemeenten, ondersteun verenigingen, instellingen en ondernemers, bijvoorbeeld bij het vinden van geschikte locaties. Maak bijvoorbeeld budget vrij om cultuurpodia en andere culturele instellingen geschikt te maken voor repetities, lessen, presentaties. Rijksoverheid: • Zorg dat in de bestuurlijke afspraken over het (aanvullend) steunpakket voor cultuur ook budget wordt gereserveerd voor (organisaties voor) cultuureducatie en -participatie. • Zorg dat meer zzp’ers uit de sector gebruik kunnen maken van de financiële regelingen en bied hen ondersteuning (bijvoorbeeld met een helpdesk) om hun zakelijke positie te verbeteren. • Ondersteun ook de klanten van zzp’ers. Vergroot bijvoorbeeld de mogelijkheden van het Jeugdfonds om kwetsbare groepen te ondersteunen. • Zorg voor landelijke en lokale subsidiemogelijkheden en ondersteuning voor verenigingen, in lijn met de Tweede Kamermotie. LEES MEER AANBEVELINGEN OP LKCA.NL/ARTIKEL/GEVOLGEN-CORONAVIRUS-VOOR AMATEURKUNST

ARNO NEELE IS ONDERZOEKER BIJ LKCA.

geldstromen als loterijen en bedrijfsleven. Eerst moet het fonds op stoom komen en zijn effectiviteit bewijzen. Van Driel heeft daar het grootste vertrouwen in. Zij heeft jarenlange ervaring met het stimuleren van mensen met een handicap om in beweging te komen. Toen al zag ze de impact van méédoen op het zelfbewustzijn. Met de mooie verhalen die daarover straks te vertellen zijn, moeten die derde partijen over de brug worden gehaald. Het Volwassenenfonds werkt niet met een uitgebreide administratieve inkomenstoets. Bij andere regelingen zorgt die vaak voor een enorme drempel, onder andere als gevolg van schaamte. Het Volwassenenfonds gaat af op het oordeel van de intermediairs die de mensen en hun achtergrond kennen. “We gaan niet uit van misbruik. Dat hebben we van het Jeugdfonds geleerd. Dat is het mooie van deze aanpak.” VOLWASSENENFONDS.NL

Subsidie MBO Card stopt De subsidie voor de MBO Card wordt beëindigd. Minister Van Engelshoven (OCW) vindt het belangrijk dat cultuur en beroepsonderwijs meer met elkaar worden verbonden, maar wil dat bewerkstelligen met een meer projectmatige samenwerking tussen culturele instellingen en scholen. Organisatieadviesbureau Berenschot adviseerde eerder juist de kaart te versterken door er een budget van 5 euro aan te koppelen, zoals dit ook voor leeftijdsgenoten op havo en vwo wordt gedaan. Met de Cultuurkaart met budget zijn vorig schooljaar ruim 1,1 miljoen activiteiten door vo-leerlingen bij 1.083 culturele instellingen ondernomen, aldus CJP. In totaal zijn in schooljaar 2019-2020 bijna 400.000 studenten voor de MBO Card aangemeld. Daarnaast hebben 4.500 mbo-docenten een docentenpas ontvangen. Bijna alle door Berenschot ondervraagde mbo-docenten willen culturele ontwikkeling aan hun studenten meegeven. CJP gaat in samenspraak met JOB, MBO Raad en het Ministerie van OCW onderzoeken of de MBO Card ook zonder subsidie voortgezet kan worden. CJP-directeur Walter Groenen: “Deze doelgroep is over het algemeen lastig te bereiken, maar de MBO Card met budget maakt het mogelijk om duizenden activiteiten te integreren in het onderwijs. En vergeet niet dat de toegang van de culturele sector tot deze belangrijke doelgroep in deze lastige tijden van corona van groot belang is.” BRON: CJP

Rita van Driel::

‘Cultuurcoaches weten waar de nood zit’

Krijg je de Cultuurkrant NL op je werk- of studieadres en wil je hem voortaan liever op je huisadres ontvangen? Stuur een mailtje met je huisadres naar cultuurkrantnl@ lkca.nl.


8 Onderwijs

Intercultureel cultuuronderwijs

Geen enkel kind discrimineert uit zichzelf Na de dood van George Floyd kwamen racisme en inter­ culturaliteit stevig op de maatschappelijke agenda. Wat doen scholen om intercultureel cultuuronderwijs vorm te geven, en hoe kan het beter? Door Peter Zunneberg • Tekening Bas van der Schot

Flashmob in het winkelcentrum

Een heel diverse school én team Hubert Roza, rector Arte College, Almere Jullie zijn een cultuurprofielschool. Waarom is het voor jullie belangrijk om intercultureel te zijn?

“Onze school is heel divers, met leerlingen uit veel verschillende culturen. En dat geldt ook voor ons team. Cultuurprofielschool werden we al direct bij de start van de school, elf jaar geleden. Het gaf ons extra mogelijkheden. We hoefden ons rooster niet aan te passen, we konden het helemaal naar eigen inzicht inrichten. Waar mogelijk integreren we kunstvakken in de andere vakken. Daarnaast hebben we extra-curriculair jaarlijks drie projectweken, de zogenaamde Arte-weken. ” Hoe maken jullie het interculturele zichtbaar?

“Een mooi voorbeeld is het project A New History, waar vmbo-leerlingen zich twee jaar mee bezig hebben gehouden. Ze verdiepten zich in erfgoed, onder andere door een bezoek aan het Tropenmuseum. Maar Flevoland en Almere hebben nauwelijks erfgoed. Daarom hebben docent Door Heijne en kunstenaar Harmke Datema Chang de leerlingen laten focussen op hun eigen erfgoed, op gebruiken die in hun familie belangrijk waren en dergelijke. Dat hebben ze vertaald naar drie verschillende disciplines: dans, mode en beeldend. Van

al het beeldende werk is een compilatie gemaakt, die via allerlei lasertechnieken zichtbaar is gemaakt in metalen platen. En die zijn door de kunstenaar verwerkt in een poort die straks voor de school komt te staan.”

Waarom zijn dergelijke projecten voor jullie belangrijk?

“Veel van onze leerlingen zien voor zichzelf een toekomst als ondernemer. Dat vraagt om een open houding, waarbij ze makkelijk over grenzen heen kunnen stappen. Als je leerlingen een telenovela laat maken, combineer je het creatieve aspect met een onderzoek naar mens en maatschappij én met de praktische vaardigheid van samenwerken.” Nu is er op dit moment onder meer door de dood van George Floyd veel aandacht voor het thema racisme en discriminatie. Is daar op jullie school extra aandacht voor?

“Toevallig had ik daar pas een gesprek over met geschiedenisdocenten. Zij vonden dat in de methode weinig aandacht is voor het slavernijverleden van Nederland en willen daar volgend jaar in projecten meer ruimte voor maken.” MEER OVER A NEW HISTORY OP HARMKEDATEMA-CHANG.NL

Henk van Dijk, directeur obs ’t Prisma, Hoogvliet (Rotterdam)

meerderheid vond het juist leuk en begon te applaudisseren.”

Hoe ziet het cultuuronderwijs op ’t Prisma eruit?

Hoe is dat zichtbaar in jullie cultuuronderwijs?

“Wij zijn een openbare school en hebben als opdracht dat álle leerlingen bij ons welkom zijn en zichzelf ook écht thuis moeten kunnen voelen. Ons onderwijs is gericht op het leren omgaan met diversiteit. Door kinderen te leren zichzelf én anderen te kennen en te begrijpen. We verbreden hun perspectief op de wereld en leren hen om niet alleen naar hun eigen zuil te kijken. Uitgangspunt in ons cultuuronderwijs is de cultuurtheorie van Barend van Heusden, waardoor we onze leerlingen de culturele basisvaardigheden waarnemen, verbeelden, conceptualiseren en analyseren willen meegeven.”

“Het maakt kinderen niet uit wat de herkomst van een verhaal is. Als het spannend is, als het hen pakt, is het goed. En dat geldt voor theater, dans, muziek, noem maar op. En dus werken we samen met kunstenaars uit alle windstreken, zoals Balinese dansers of Afrikaanse verhalenvertellers en met instellingen als Maas theater en dans en Villa Zebra. Daarbij gaat het niet alleen om samen dingen te doen of te maken, maar ook om te leren wat kunstenaars beweegt, waarom ze doen wat ze doen.”

Dat klinkt heel idealistisch, maar wat betekent dat in de praktijk?

“We willen met ons onderwijs bijdragen aan een positieve en optimistische samenleving. Daarvoor moet je je voortdurend bewust zijn van de consequenties van wat je doet. Dat hebben we onze leerlingen eens laten zien door een flashmob te organiseren in het winkelcentrum. Dan wordt daar door publiek heel verschillend op gereageerd. Sommigen ervaren het als overlast, maar de

Op dit moment is er in de samenleving bijvoorbeeld door Black Lives Matter van alles gaande. Speelt dat in jullie onderwijs een rol?

“Uiteraard zijn dat belangrijke ontwikkelingen, maar we zetten daar in ons cultuuronderwijs niet extra op in. Dat heeft te maken met onze visie en onze aanpak. Doordat wij vinden en uitdragen dat iedereen gelijk is, is er in onze school sowieso geen ruimte voor pesten, voor discriminatie en voor racisme. Ons cultuuronderwijs staat ook niet op zichzelf, het is nauw verbonden met burgerschap.”


Cultuurkrant NL 9

Taal staat niet los van cultuur Hilda de Windt Ayoubi, oud-docent Spaans, Communicatie en Pedagogiek, vo en Universiteit van de Nederlandse Antillen, Curaçao. Ze schreef de tweetalige poëziebundel Geef me je taal. Dat ik je beter versta. (In de Knipscheer, 2019), waarin taal en cultuur een belangrijke rol spelen.

vertellen over thuis, over hun gebruiken, bijvoorbeeld over wat zij aten. Discriminatie begint bijna altijd bij onwetendheid en vooroordelen. Kennis over elkaar leidt vaak tot begrip voor elkaar.”

Hoe kun je dat als docent aanpakken?

“Het heeft mij altijd verbaasd dat wij hier op de Antillen heel veel moesten leren over Nederland, maar dat omgekeerd kinderen in Nederland nauwelijks iets leerden over de Antillen. Nog altijd weten Nederlanders niets van de Antillen. Terwijl er al een heel simpele eerste aanzet mogelijk was geweest. Als Nederlandse basisscholen aandacht aan de Antillen hadden geschonken, bijvoorbeeld door het aanleren van liedjes in het Papiamentu, en in het voortgezet onderwijs het lezen van Antilliaanse schrijvers als Frank Martinus Arion, waren er al grenzen doorbroken.”

“Ik liet mijn leerlingen en studenten geregeld boeken lezen uit verschillende culturen, maar met hetzelfde thema, bijvoorbeeld liefde. Dat is iets wat hen ook zelf bezighoudt en daardoor zijn ze al extra gefocust. Vervolgens liet ik ze daar in groepjes mee aan de slag gaan door bijvoorbeeld te kijken naar de overeenkomsten of juist de verschillen tussen die boeken. Dat heeft prachtige filmpjes opgeleverd. Daar zou bij taalonderwijs veel meer aandacht voor mogen zijn, bijvoorbeeld door het kiezen van een goede methode. Natuurlijk is grammatica belangrijk voor de kennis van een taal. Maar als je niets weet van de cultuur van die taal schiet je er niet zo veel mee op.”

“Het is in ieder geval een belangrijke schakel. Geen enkel kind discrimineert uit zichzelf, dat is allemaal aangeleerd. Ook hier is discriminatie, bijvoorbeeld van Chinese minderheden. Maar als ik dat in mijn klas zag, liet ik die leerlingen

“Belangrijk is dat er al tijdens de opleiding van leerkrachten en docenten aandacht voor is. Niet alleen moeten zij basiskennis hebben van verschillende culturen, ze moeten ook over vaardigheden beschikken om met culturele verschillen binnen de klas om te gaan.”

Hoe kijk je tegen intercultureel cultuuronderwijs aan?

Kan intercultureel cultuuronderwijs een einde maken aan bijvoorbeeld discriminatie?

Is er meer nodig om culturele grenzen te doorbreken?

Zonder hitte

Peggy Brandon, directeur Mocca, Amsterdam Wat is er nodig voor goed intercultureel cultuuronderwijs?

“Als je kijkt naar dat begrip, intercultureel, wil dat zeggen kennis van en begrip voor andere culturen. Dat klinkt heel idealistisch en daar moeten we ook zeker naar streven. In de praktijk zie je dat we vooral kiezen waar we op lijken. Maar de kinderen waar we voor kiezen, die willen zich ook in het aanbod kunnen herkennen. Ze moeten ook de ruimte hebben om zich op hun eigen manier te ontplooien. Als je laat zien dat pianisten altijd oudere witte mannen zijn, dan klopt dat beeld niet.” Wat vraagt dat van leerkrachten en docenten?

“Kijk voortdurend goed naar de groep waar je mee werkt, dan ben je al inclusief bezig. Wees je bewust van de veranderende samenleving. Volgens cijfers van het CBS zijn we in Nederland nog nooit met zoveel verschillende culturen bij elkaar geweest. Wees je ook bewust van de manier waarop jongeren met cultuur omgaan, namelijk vooral via internet. Mijn dochter is groot fan van K-pop. Toen ik met haar in Rome was zag ze een meisje lopen in eenzelfde shirt als zij had. Ze stapte op dat meisje af, ze wisselden een paar woorden, vielen elkaar in de armen en deden

een dansje. Mijn dochter is gekleurd, dat meisje sprak misschien niet eens Engels en toch was er direct een band. Grenzen tussen groepen worden steeds diffuser.”

Hoe pak je het in praktijk aan?

“Ga op zoek naar samenwerkingspartners, schakel kunstenaars en instellingen in die iets voor de héle klas kunnen betekenen. Met Mocca nemen we mensen uit het onderwijs geregeld mee naar instellingen, niet eens zo gek ver bij hen vandaan, waarvan ze het bestaan niet kenden. Die meerstemmigheid die we in Nederland zien, breng die ook aan in je onderwijs. En leg een link met burgerschap en geschiedenis.” Nu is bijvoorbeeld door Black Lives Matter de roep om intercultureel cultuuronderwijs nog sterker. Hoe kijk je daar tegenaan?

“De samenleving polariseert steeds meer en volgens mij is dat iets wat we geen van allen willen. Als we zonder hitte met elkaar in gesprek kunnen blijven gaan, elkaar kunnen vertellen waar we ons niet lekker bij voelen, zonder dat dat tot verwijten leidt, hebben we al een belangrijke stap gezet.”


10 Nieuws Museum- en erfgoededucatie

Interview • Sharina Gumbs

Interactie en inclusie: gemakkelijker gezegd dan gedaan

FOTO UIT HET TRENDRAPPORT. FOTO FRANS HALS MUSEUM /MO SCHALKX

Op welke manier proberen musea en erfgoedinstellingen doelgroepen aan zich te binden? Welke prioriteiten stellen educatoren? Welke invloed hadden het programma Cultuureducatie met kwaliteit, en de vernieuwingen binnen het vak CKV? Daarover gaat het nieuwe trendrapport museum- en erfgoededucatie. Het is bedoeld voor iedereen die zich met museum- en erfgoededucatie bezig (wil) houden. ‘Interactie’ en ‘inclusie’ hebben zich in het afgelopen decennium een stevige positie weten te verwerven in de museum- en erfgoedsector. Er is geen instelling meer te vinden die geen interactie wil met zijn publiek. En dat publiek moet dan ook zo divers en veelomvattend mogelijk zijn; niemand zou zich buitengesloten moeten voelen. Maar dit is makkelijker gezegd dan gedaan, blijkt uit Interactie en inclusie - Trendrapport museum- en erfgoededucatie. Hoe zorg je ervoor dat je met – meestal – minimale middelen en formatie toch iedereen zich welkom en begrepen voelt in jouw instelling?

Diepte-interviews

Ten behoeve van het rapport werd in het najaar van 2019 een enquête gehouden onder alle musea en erfgoedinstellingen die educatie tot hun taak rekenen. De vragen zijn zoveel mogelijk identiek gehouden aan de vragen die tijdens de vorige trendonderzoeken (de rapporten verschijnen iedere tien jaar) zijn gesteld, zodat vergelijking mogelijk is. Ook waren er met vertegenwoordigers van dertig instellingen diepte-interviews. Daarin vertellen mensen die verantwoordelijk zijn voor educatie openhartig over hun werkzaamheden: hun motieven, hun dromen en welke hobbels

zij op hun weg tegenkomen. De meeste respondenten geven aan dat zij op gebied van interactie en inclusie nog lang niet bereikt hebben wat ze zouden willen. In het rapport vertellen ze op welk punt zij zich op dit moment ongeveer bevinden en hoe zij in de toekomst hun ideaalbeeld verder denken te realiseren.

Iedere tien jaar

Omdat dit nieuwe trendrapport onderdeel vormt van een reeks – dit is de vijfde editie - kan worden vergeleken of de positie van educatoren is verbeterd. Ook wordt duidelijk welke verschuivingen hebben plaatsgevonden wat betreft doelgroepen, doelen, financiën en samenwerkingspartners en welke invloed het overheidsbeleid heeft gehad. Het rapport biedt veel informatie over de wijze waarop collega’s hun werk aanpakken. Over hoe zij het onderwijs benaderen en welke inspanningen zij verrichten om in contact te komen met bijvoorbeeld zorginstellingen. En: welke verwachtingen hebben zij van hun rondleiders en publieksbegeleiders en op welke wijze proberen zij hen bij te scholen? Op lkca.nl reageren Reinwardt Academie-docenten Herman van Gessel, Marlous van Gastel en Valentijn Rambonnet op het rapport. Ook staat daar de reflectie van Aspha Bijnaar, initiatiefnemer van Musea Bekennen Kleur. INTERACTIE EN INCLUSIE: TRENDRAPPORT MUSEUM- EN ERFGOEDEDUCATIE 2019 IS EEN UITGAVE VAN LKCA. GRATIS DOWNLOAD VIA LKCA.NL. STUUR VOOR EEN (GRATIS) GEDRUKT EXEMPLAAR EEN MAIL NAAR RECEPTIE@LKCA.NL MET JE NAAM, JE ADRESGEGEVENS EN DE NAAM VAN DE PUBLICATIE.

SHARINA GUMBS: “ABSTRACTE KUNST HELPT DREMPELS WEG TE NEMEN” FOTO PRIVÉCOLLECTIE S. GUMBS

Abstracte kunst als uitlaatklep

Sharina Gumbs weet het uit ervaring: als je als zorgprofessional leert omgaan met je eigen stress, kun je je cliënten ook beter helpen. Voor haar kunstproject ontving zij de Gouden C. Door Anne van den Dool

V

oor aanvang van het gesprek vraagt Sharina Gumbs of we het Zoom-interview kunnen opnemen. Zodat ze de conversatie kan terugkijken en zo haar interviewtechnieken kan verbeteren. “Ik wil graag van alles iets leren,” legt ze uit. In juni van dit jaar nam kunstenaar en pedagogisch coördinator Sharina Gumbs de Gouden C in ontvangst, de prijs van het Fonds voor Cultuurparticipatie die jaarlijks wordt uitgereikt aan een bijzonder cultuurparticipatieproject. Ze ontving hem voor Re-fill your cup with authenticity, waarbij

ze zorgprofessionals leert hun – soms stressvolle – privé- en werkervaringen om te zetten in abstracte kunst. Ik spreek haar over dit project via een kraakheldere verbinding met Aruba, waar zij woont. De zes uur tijdverschil maken dat het bij haar klaarlichte dag is, terwijl op mijn scherm de avond valt. Op de achtergrond de contouren van haar kantoor. Af en toe loopt iemand bij haar binnen om haar iets te vragen, terwijl ze met passie vertelt over het project, dat ze met hulp van de subsidieregeling Cultuurmakers van nu van het Fonds voor Cultuurparticipatie vormgaf.


Cultuurkrant NL 11 Geld impact, en met de mogelijkheid zich als een olievlek te verspreiden,” aldus de jury.

Begrijp je de bewondering voor dit project?

“Nieuw aan Re-fill your cup with authenticity is dat we ons richten op zorgprofessionals zelf, en niet op hun cliënten. Als zij beter leren omgaan met stress, kunnen zij anderen daar ook beter bij helpen.” Wat kunnen de kunsten en de zorg van elkaar leren?

“In alle verschillende functies die ik in de zorg heb gehad – van de verslavingszorg tot het werken met kinderen – heb ik gezien dat je als hulpverlener heel breed moet kunnen denken, creatief moet zijn en snel moet kunnen schakelen. Met name abstracte kunst helpt die vaardigheden te trainen: je kunt je fantasie laten groeien, zodat je ook in de zorg met creatievere oplossingen kunt komen. Andersom geldt dat je in de zorg heel methodisch moet zijn. Je moet alles documenteren en verantwoorden. Dat levert veel hulpverleners een hoop stress op. Wanneer je kunst maakt, moet je ook voortdurend reflecteren op je handelen: wat ben ik aan het doen en Wat was de aanleiding om dit project op te zetten?

“Als social worker weet ik uit eigen ervaring in welke heftige situaties je als werknemer in de zorg terecht kunt komen. Wij zorgen goed voor anderen, maar te weinig voor onszelf. Als kind had ik al interesse in kunst. Op de basisschool ontdekte ik dat ik kon tekenen. Later pakte ik ook het penseel op. Door te tekenen kon ik me als verlegen kind toch op mijn eigen manier uiten. Met die kracht van kunst wilde ik ook anderen laten kennismaken, met name toen ik zag onder welke stress collega’s gebukt gingen. Ik kon me voorstellen dat het maken van kunst voor hen een uitlaatklep en ontspanningsmiddel kon zijn.” Hoe zien de workshops eruit?

“Tijdens de lessen leert men eerst de basisvaardigheden van de abstracte kunst: over kleur, diepte, lijnen en overgangen. Vervolgens vraag ik aan hen om hun eigen werkervaringen om te zetten in kunst. Uit gesprekken weet ik dat collega’s graag bezig willen zijn met kunst, maar bang zijn dat ze het niet kunnen. Het vrije karakter van abstracte kunst helpt die drempel weg te nemen. Wie een realistisch schilderij moet maken, kan de geslaagdheid ervan meten aan de werkelijkheid. Bij abstracte kunst kun je je eigen creativiteit aanspreken en je eigen realiteit creëren.” Voor die aanpak ontving Gumbs lof. De Gouden C werd uitgereikt door minister Van Engelshoven tijdens de lancering van het Programma Cultuurparticipatie. Zij gaf aan bewondering te hebben voor de “mini-opleiding” die Gumbs heeft neergezet. “Een kleinschalig project met grote

“Kijk waar mensen goed in zijn”

waarom? Wat betekent deze keuze voor het geheel? Met één streek verander je de hele compositie. Dat geldt ook voor de hulp die je in de zorg biedt: als je met een gezin werkt, kun je niet alleen maar bezig zijn met wat goed is voor de ouders óf het kind, maar met allebei. Je kijkt verder dan alleen de individuele doelen.” Heb je adviezen voor professionals uit de culturele sector die willen samenwerken met de zorgsector en andersom?

“Werk vanuit de praktijk. Laat een project organisch groeien. In het begin wist ik dat ik iets wilde doen met kunst in de zorg, maar ik wist nog niet hoe. Ik ben begonnen te kijken: waar ligt mijn passie? Als je daarin de juiste combinatie hebt gevonden, ben je rijk. Luister ook goed naar de wensen en ideeën van collega’s en kijk waar mensen goed in zijn. Dat geeft hun kracht.”

FOTO THIS IS NOT A NICKNAME, FLICKR.

Samen scoren en drempels wegnemen In een mum van tijd was het budget van 3,6 miljoen euro van de subsidieregeling Samen Cultuurmaken Verbreden overvraagd. Op 15 september opent een vervolgregeling. Blijkbaar is er in het cultureel én in het sociaal domein veel behoefte om cultuurdeelname voor iedereen mogelijk te maken. Maar geld alleen is niet genoeg om de duurzame samenwerking écht van de grond te krijgen. Door Fenna van Hout en Anouk Witte

E

r zijn nogal wat drempels die mensen ervan kunnen weerhouden om deel te nemen aan cultuur. Zo is er de fysieke toegankelijkheid: is een kunstencentrum überhaupt toegankelijk voor iemand in een rolstoel? Of neem de financiële drempel, waarvoor gratis aanbod van cultuuractiviteiten aan (kinderen uit) minimagezinnen een veel toegepaste oplossing is. En dan zijn er nog drempels van digitale, informatieve, sociale, mentale, praktische en logistieke aard. Met alleen (rijks)cultuurgeld komen we er niet: ook andere sectoren en de gemeenten zullen moeten bijdragen.

Schaars cultuurbudget

Op 15 september opent de meerjarensubsidieregeling Samen Cultuurmaken waarmee het Fonds voor Cultuurparticipatie initiatieven steunt die actieve cultuurdeelname bevorderen van mensen die drempels ervaren. Met de aanloopregeling Samen Cultuurmaken Verbreden werd afgelopen jaar proefgedraaid, en met succes. Er kwamen bijna 100 aanvragen binnen en het budget was ruim voor de sluitingsdatum uitgeput. Net als bij Cultuureducatie met Kwaliteit (CMK), put de regeling Samen Cultuurmaken uit schaars cultuurbudget waarmee cultuurorganisaties de opdracht krijgen hun ankers uit te slaan in een ander domein. Bij CMK doet het cultureel domein dat in het onderwijs. Bij Samen Cultuurmaken is een voorwaarde voor subsidiëring een duurzame

samenwerking tussen het cultureel en het sociaal domein.

Vaste dansles

Gaat deze regeling de samenwerking tussen beide domeinen succesvol en blijvend op de kaart zetten? Zij verleent meerjarige financiële steun, maar dat is nog geen garantie voor blijvend succes. Hoe fantastisch zou het zijn als er een vaste wekelijkse dansles uitrolt voor bijvoorbeeld parkinsonpatiënten. Waarbij de dansdocent in dienst is bij de zorgaanbieder, en de deelnemer dit declareert via het Wmo-loket van zijn gemeente. De initiatieven zijn er, maar vaak kennen die na afloop een open einde: “we kijken naar de mogelijkheden”.

Scoren doe je samen

De sleutel tot succes zit hem in een structurele samenwerking tussen beide domeinen. Mentaliteitsverandering is daarbij cruciaal: van bewustwording naar (beleids)verankering in juist het sociaal domein. Ook de gemeente is een belangrijke partner, vanwege de link met de Wmo. Scoren doe je samen. De bal kan niet alleen bij cultuurorganisaties blijven liggen. Hopelijk beseffen gemeenten en het sociaal domein dat zij onmisbaar zijn. Alleen dan kan hun commitment zich na afloop vertalen in een nieuw normaal. CULTUURPARTICIPATIE.NL/SUBSIDIE-AANVRAGEN/25/SAMEN-CULTUURMAKEN


12 Nieuws Onderzoek

Wat dragen culturele instellingen bij aan het onderwijs? Fianne Konings promoveerde op de bijdrage van culturele instellingen aan doorlopende leerlijnen cultuuronderwijs in de basisschool. Door Amalia Deekman Fianne Konings promoveerde in Groningen, momenteel is zij verbonden aan de Erasmus School of History, Culture and Communication van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Wat heb je onderzocht?

“Kunnen culturele instellingen bijdragen aan doorlopende leerlijnen cultuuronderwijs en hoe dan? Dat kunnen ze, maar ze kunnen van nog veel meer betekenis zijn wanneer ze proberen gerichter de cognitie, waaronder ook het verbeeldend vermogen, van kinderen te ontwikkelen. Ik gebruikte het analytisch kader van Barend van Heusden over cultuur. Dat biedt een fundament om tot een betere afstemming over en onderbouwing van cultuuronderwijs te komen.”

Fianne Konings ‘Laat geldstromen ook via onderwijsbeleid lopen’

Waarom heb je dit onderzocht?

“Het rijke aanbod van culturele instellingen verrijkt het onderwijs niet, daar was ik toen ik met mijn onderzoek begon verwonderd over. Ik kwam tot het inzicht dat we heel weinig weten over wat culturele instellingen aan onderwijs bijdragen. Terwijl in het cultuurbeleid wel wordt ingezet op een rol voor culturele instellingen in het onderwijs.” Wat zijn de belangrijkste uitkomsten?

“Het aanbod van cultuureducatie wordt nauwelijks inhoudelijk geëvalueerd. Het culturele veld is minder gericht op het werken aan doelen. Je hebt een evaluatiesystematiek nodig om te weten wat culturele instellingen bijdragen aan de ontwikkeling van leerlingen. Hier moet in de samenwerking tussen culturele instellingen en scholen veel meer aandacht voor komen.” Wat verbaasde je het meest?

“Dat we samenhang nastreven, maar door de manier waarop we het onderwijs inrichten, geen samenhang bereiken. Vaardigheden zoals verbeelden, redeneren, betogen én onderwerpen waaraan we betekenis geven, zijn in het onderwijs uit elkaar gehaald. In de geschiedenisles staat bijvoorbeeld een bepaalde periode centraal. De leerlingen leren hierover uit de methode, terwijl je hierover ook kunt leren door dit te verbeelden in theater of een tekening. Dit gebeurt misschien wel, maar het doel is dan niet dat leerlingen zich verbeteren in theatrale en beeldende vaardigheden. In de ‘kunstzinnige oriëntatie’ staan

weer het uiting geven aan emoties en ervaringen centraal, maar wordt niet benadrukt dat het gaat om voor leerlingen relevante thema’s zoals bijvoorbeeld ‘black lives matter’. Maak via de onderwerpen connecties naar het kind en de andere vakgebieden. Het verbaast me dat in curriculum.nu ‘kunst en cultuur’ en ‘mens en maatschappij’ twee afzonderlijke domeinen zijn.” Wat hebben culturele professionals en het onderwijs aan je onderzoek?

Door andere De onlangs gepresenteerde herijkte canon besteedt meer aandacht aan het koloniale verleden, aan gastarbeiders en aan vrouwen. Welke aanknopingspunten zijn er voor docenten om inclusiever les te geven? En wat kunnen educatiemedewerkers van musea ermee? Door Joost Groeneboer

Nieuw in de canon is onder meer het venster over Anton de Kom, de Surinaamse anti-koloniale schrijver, nationalist en verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederland. “Dat is zeker een aanknopingspunt voor mij”, zegt Aspha Bijnaar van EducatieStudio, die op basisscholen lessen verzorgt over ons koloniale verleden. Het sluit volgens haar erg aan bij de lesbrief voor het basisonderwijs die EducatieStudio samen met Nederland Wordt Beter en IZI Solutions ontwikkelt. Die gaat in op: wat is racisme, hoe kunnen we het herkennen, waar komt het vandaan? Maar ook: wat kunnen we er vandaag aan doen? “We willen het probleem tackelen bij alle kinderen met roots in andere landen. We gaan ze trainen om het voor elkaar op te nemen als er iets speelt.” Terwijl ze met leraren van groep 7 en 8 bezig waren met het lesmateriaal, werd de wereld opgeschud door George Floyds dood en Black Lives Matter. “Dat versterkt de urgentie om door te pakken met de lesbrief, ook al is er weinig tijd en geld.” Ook voor musea biedt de canon nieuwe kansen. Bijnaar is ook coördinator van Musea Bekennen Kleur,

“Laat geldstromen voor cultuuronderwijs via cultuurbeleid, maar ook via onderwijsbeleid lopen. Zet in op goed onderwijsontwerp en -evaluatie door de scholen, met hulp van de culturele instellingen.”

ZITTEN WE OP ÉÉN LIJN? EEN STUDIE NAAR DE BIJDRAGE VAN CULTURELE INSTELLINGEN AAN DOORLOPENDE LEERLIJNEN CULTUURONDERWIJS IN DE BASISSCHOOL STAAT OP RUG.NL.

Vertaalslag

Verhalen vertellen is de core business van Raymond den Boestert, directeur

Laagdrempelige culturele initiatieven

“Culturele professionals mogen het zien als een pleidooi dat leerlingen leren hun eigen kunsttaal te ontwikkelen over voor hen relevante thema’s. Hierbij kunnen culturele instellingen en scholen baat hebben bij het analytisch kader van Van Heusden, onderwijsontwerptheorie en een evaluatiesystematiek.” Wat is je dringendste advies aan de professionals in beleid, culturele instellingen en onderwijs?

een netwerk van dertien Nederlandse musea dat zich inzet voor meer diversiteit en inclusie. Ze is blij dat er nu meer vrouwelijke helden in de canon staan. Maar belangrijk vooral is dat de verhalen worden verteld, of dat nu vanuit mannelijk of vrouwelijk perspectief gebeurt. Zo zijn er ook vrouwelijke helden in de geschiedenis van de slavernij. Ook vrouwen kwamen in verzet. Klassiek is het verhaal over Jacqueline, een jong meisje dat haar meester wil vergiftigen omdat ze haar vriend niet meer mag zien.

Gemeenten dragen de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van onder meer de Wmo. Daarvoor zal een cliënt een indicatie moeten hebben. Maar er zijn ook mogelijkheden om mensen te helpen buiten de Wmo om; sommige mensen hebben baat bij laagdrempelige hulp waar geen indicatie voor nodig is. Wat levert de beste ondersteuning? In de online publicatie De kracht van het gewone staan negen uiteenlopende initiatieven, waaronder culturele, die zonder indicatie mogelijk zijn. Ze zijn verzameld door Platform 31 en

LKCA. Het gaat om kleine activiteiten die ertoe bijdragen dat iemand een ‘gewoon’ leven kan hebben en kan meedoen in de maatschappij. Bijvoorbeeld het initiatief Kunst op Recept, waarbij eerstelijns zorgverleners mensen met lichte psychosociale klachten doorverwijzen naar een speciaal aanbod van culturele activiteiten. Uit onderzoek blijkt dat dit positief bijdraagt aan het welzijn van de deelnemers. Of de SKVR, die danslessen organiseert voor onder meer licht dementerende ouderen in zorginstellingen of Huizen van de Wijk. Docenten merken dat tenminste een deel van de deelnemers zich energieker voelt, minder klachten krijgt en zich zekerder voelt bij bewegen. Ook bevat de publicatie adviezen (‘bouwstenen’) voor wethouders, strategische adviseurs en beleidsadviseurs. GRATIS DOWNLOAD OP PLATFORM31.NL


Cultuurkrant NL 13

ogen en het gezin ondersteunde in crisistijd. De nieuwe vensters nodigen weliswaar uit tot het vertellen van verhalen, zegt Den Boestert, over wie wij zijn, hoe we gevormd zijn en waar we vandaan komen. Maar de vaardigheid om die verhalen op een inclusieve manier te vertellen, wordt er helaas niet bij geleverd. “Dat leren aankomende docenten niet meer op de pabo, hoe je verhalen vertelt.” Hij pleit ervoor om alle geschiedenisdocenten en medewerkers van archieven en erfgoedinstellingen een training van een dag aan te bieden, zodat ze die vertaalslag leren maken: hoe vertel je een verhaal en vanuit welk perspectief?

Minder elitair

ASPHA BIJNAAR GEEFT LES OP DE ST. JANSSCHOOL IN AMSTERDAM-WEST OVER HET KOLONIAAL VERLEDEN. FOTO JOOST GROENEBOER

van en docent bij de Vertelacademie en ontwerper van de workshop Inclusie door Storytelling. Hij vindt de geschiedenis van Anton de Kom eigenlijk een heel Nederlands verhaal. Om wat hij voor Suriname heeft gedaan. Maar ook: omdat hij als banneling in Nederland in verzet kwam tegen de Duitse bezetting, wat hem zijn leven kostte. Het verhaal van De Kom kan volgens Den Boestert evengoed vanuit het perspectief door de ogen van zijn vrouw Petronella worden verteld. Hoe zij het opkomende nationaalsocialisme beleefde

Blijf op de hoogte van ontwikkelingen in je vakgebied! Neem kosteloos een abonnement op de Cultuurkrant NL via lkca.nl/ cultuurkrantnl. De Cultuurkrant NL verschijnt vier keer per jaar.

Fleur Geenen, opleidingsdocent geschiedenis en aardrijkskunde aan de Fontys Hogeschool Kind en Educatie probeert pabostudenten vooral gevoelig te maken voor wat actueel is. De vernieuwde canon vindt ze een goede gelegenheid om te kijken naar wat je met elkaar wilt als land. Ze is blij dat de commissie bij inclusie niet alleen heeft gelet op etniciteit en gender, maar ook op geografische spreiding. Zo is het venster over de gasbel verruimd tot kolen en gas. Daarmee komen de kolenmijnen veel meer naar voren. “Bij het venster Kolen en gas denk ik gelijk aan Limburgers en Groningers”, zegt Den Boestert, “en dus aan mensen. Boven op die delfstoffen woonden en wonen ook mensen. Dat nodigt uit tot een inclusiever verhaal, over de mensen die ermee te maken hadden maar er vaak niet van hebben geprofiteerd.” CANONVANNEDERLAND.NL

MET DANK AAN AMALIA DEEKMAN EN MARK SCHEP.

Houd Cultuur Levend Het Prins Bernhard Cultuurfonds is de actie Houd Cultuur Levend gestart. Het fonds zamelt geld in voor cultuurmakers die als gevolg van de coronacrisis al geruime tijd met financiële problemen kampen. Uit een onlangs verschenen onderzoek van het Cultuurfonds blijkt dat bijna 70 procent van de Nederlanders het “heel erg” zou vinden als kunst en cultuur verdwijnen als gevolg van de coronacrisis. Toch heeft slechts 10 procent een financiële donatie gedaan aan een culturele instelling. Het eerdere burgerinitiatief Doe Mee Met Je AOW waarin AOW’ers werden opgeroepen om het vakantiegeld van de AOW geheel of gedeeltelijk over te maken was succesvol en leverde ruim een miljoen euro op. Minister Van Engelshoven verdubbelde dit bedrag.

DONEREN KAN VIA HOUDCULTUURLEVEND.NL

Culturele democratie Op 15 september opent de aanmelding voor de subsidieregeling Samen Cultuurmaken 2021-2024, het paradepaardje van het vierjarige Programma Cultuurparticipatie. Bij de aftrap van dat programma zei minister Van Engelshoven dat zij hoopte dat in 2024 het programma niet meer nodig zou zijn. De ambities zijn hoog. Cultuurparticipatie is in Nederland een beleidsprobleem, anders zou er geen subsidieregeling nodig zijn. De regeling benoemt het probleem ook. Het gaat onder meer om het wegnemen van drempels voor cultuurparticipatie. In vakjargon: de regeling streeft naar democratisering van cultuur. Iedereen moet toegang hebben tot de huidige culturele sector. Drempels die leiden tot niet-participeren moeten worden weggenomen. Dat is lastig genoeg. Niet-participeren is dikwijls een kwestie van redenen als “het komt er gewoon niet zo van” of “niet zo’n zin”, en projecten waarin wordt samengewerkt met een partner uit ‘het sociaal domein’ (verplicht in deze regeling) helpen daar vermoedelijk niet zo veel aan. Maar er zijn ontegenzeggelijk ook nog echte drempels, en die verdienen het geslecht te worden. De regeling wil echter niet alleen bijdragen aan de democratisering van cultuur, maar ook aan culturele democratie. De regeling schrijft: “Het begrip culturele democratie poogt de traditionele machtsverhoudingen binnen het culturele veld te doorbreken. Hierbij wordt letterlijk en figuurlijk ruimte gemaakt binnen het veld voor niet binnen de canon (h)erkende kunstpraktijken, zoals underground kunstvormen, niet-traditionele kunst­ praktijken, kunst gemaakt door mensen met een beperking etc.” Daar wordt het interessant. Gaat het een subsidieregeling - gesteund en gefinancierd door het centrum van de macht in de cultuursector (het ministerie) en ontworpen en uitgevoerd door een van de belangrijke instituten binnen diezelfde cultuursector (het Fonds voor Cultuurparticipatie) - lukken om “de traditionele machtsverhoudingen binnen het culturele veld te doorbreken”? Baron Von Münchhausen – die van dat haar en dat moeras – zou er jaloers op zijn. Ik hoop het van harte. En het Fonds voor Cultuurparticipatie heeft, dat lees je aan alles, oprecht moeite gedaan om de regeling open te houden, en toegankelijk. Dat kent natuurlijk zijn grenzen: zo mogen zelforganisaties zonder rechtspersoonlijkheid wel als partner optreden maar niet zelf aanvragen, dat recht blijft voorbehouden aan instellingen en professionals – al is het dan wel weer mooi dat amateurkunstverenigingen hier ook tot de instellingen worden gerekend.

Het is vloeken in de kerk

Wat niet helpt is dat ook in deze regeling de artistiek-inhoudelijke kwaliteit weer bovenaan het lijstje van beoordelingscriteria prijkt. Precies de voortdurende nadruk op artistiek-inhoudelijke kwaliteit maakt culturele democratie zo lastig. Zodra die wordt besproken wordt gewoonlijk immers de gevestigde orde ingevlogen, en kunnen we fluiten naar het doorbreken van de traditionele machtsverhoudingen in het veld. Wat zou er gebeuren als we het artistiek-inhoudelijke criterium eens weg zouden laten uit zo’n regeling? Als we mensen uitnodigen in te schrijven met wat voor hen belangrijk is? Betekenisvol? Spannend? Origineel? Of gewoon leuk – een woord dat ik in de tijd dat ik nog wel eens in beoordelingscommissies van cultuursubsidieaanvragen functioneerde heel snel leerde niet hardop te noemen op straffe van homerisch gelach van de gevestigde orde aan tafel? Geen kwaliteit. Ik weet het: het is vloeken in de kerk. Maar misschien kan het in de regeling 2025-2028. Want ik ben bang (sorry mevrouw Van Engelshoven) dat we culturele democratie in 4 jaar niet gaan redden.

Evert Bisschop Boele is bijzonder hoogleraar Betekenis van Cultuur­ participatie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam en lector Kunsteducatie aan de Hanzehogeschool Groningen.


14 Onderzoek Achter de cijfers

Waar zijn de jongens en de mannen? Er is één groep die significant minder aan kunst doet. In het onderwijs én daarbuiten. Moeten we hen dan echt maar gewoon aan hun lot overlaten? Arno Neele kijkt achter de cijfers.

Nu op lkca.nl Programma Cultuurparticipatie

In juni lanceerde minister Van Engelshoven het Programma Cultuurparticipatie. Hiermee willen het ministerie van OCW, LKCA en het Fonds voor Cultuurparticipatie zorgen dat iedereen gelijke kansen krijgt om deel te nemen aan cultuur. Ter inspiratie en ondersteuning vind je op lkca.nl een ruim overzicht van kennisdossiers. Deze bevatten achtergronden, inzichten en voorbeelden van cultuurparticipatie gezien vanuit tien thema’s uit het sociale domein. Aan bod komen onder meer armoede en eenzaamheid. LKCA.NL/ARTIKEL/KENNISDOSSIERS-CULTUURPARTICIPATIE

Man-vrouwverhouding

Deze verhouding is nog extremer bij cultuuronderwijs in het voortgezet onderwijs. Van de havisten en vwo’ers met het profiel Cultuur & Maatschappij is 20 procent man en 80 procent vrouw. Veel meer meiden dan jongens doen eindexamen in een kunstvak. Op het vmbo bedroeg het aandeel jongens dat tussen 2006 en 2017 eindexamen deed in een kunstvak gemiddeld 33 procent. Op de havo was dat gemiddeld 23 en op het vwo gemiddeld 21 procent.

Genderneutraal

BRON: CBS (2020), HAGENAARS (2018), LKCA (2017)

D

e laatste tijd werkt de culturele sector (weer) hard aan inclusie, diversiteit en gelijke kansen. De Code Diversiteit & Inclusie streeft ernaar dat de culturele en creatieve sector de brede diversiteit van de Nederlandse samenleving representeert. En de subsidieregeling Samen cultuurmaken van het Fonds voor Cultuurparticipatie binnen het Programma Cultuurparticipatie ’21-’24 heeft als doel: actieve cultuurparticipatie toegankelijker maken voor zoveel mogelijk verschillende groepen mensen. De gedachte hierachter is dat sommige groepen drempels ervaren waardoor zij niet of minder aan kunst kunnen doen. Bijvoorbeeld mensen met een beperking, statushouders, kansarme jongeren, eenzame ouderen.

Over de mate van cultuurparticipatie van deze groepen en de drempels die ze daarbij ervaren, weten we (nog) heel weinig uit onderzoek. Eenvoudigweg omdat ze niet of nauwelijks onderzocht worden. Maar uit onderzoek dat wel wordt gedaan, komt steevast een groep naar voren die significant minder aan kunst doet dan de gemiddelde Nederlander: jongens en mannen. Van mensen die in hun vrije tijd aan kunst doen is 39 procent man en 61 procent vrouw. Het kleinere aandeel van mannen

Wat zijn de drempels?

Hoe komt dit? Ervaren mannen meer drempels om kunstvakken te volgen en aan kunst te doen? En welke drempels dan? Waarschijnlijk geen financiële, fysieke of logistieke drempels. Sluit het aanbod niet aan bij hun behoeften? Of is het meer een ideële drempel; past kunstbeoefening niet bij de heersende ideeën van ‘mannelijkheid’? Alleen maar vragen, en geen antwoorden. Misschien is het ook niet belangrijk. Mogelijk zelfs gevaarlijk om met de dichotomie man-vrouw te werken nu we meer richting genderneutraal gaan. Maar misschien valt er ook wel wat te winnen. We willen als sector tenslotte de brede diversiteit van de Nederlandse samenleving representeren. En ook de groepen waar de Code Diversiteit & Inclusie en het Programma Cultuurparticipatie ’21-’24 zich op richten, zal voor ongeveer de helft bestaan uit mannen. Of moeten we de mannelijke wederhelft maar gewoon aan zijn lot overlaten en accepteren dat mannen nu eenmaal van Mars komen en vrouwen van Venus? • MONITOR AMATEURKUNST. LKCA 2017. • VO; LEERLINGEN, ONDERWIJSSOORT IN DETAIL, LEERJAAR. CBS, STATLINE. • ZORGELIJKE ONTWIKKELINGEN. KUNST­ VAKKEN IN DE TWEEDE FASE. PIET HAGENAARS 2018, KUNSTZONE (3).

geldt voor alle kunstdisciplines. Bij zingen en musiceren ligt het met respectievelijk 46 procent en 54 procent nog redelijk dicht bij elkaar, maar bij toneelspelen wordt het verschil met 42 om 58 procent al groter. En bij dans en beeldende activiteiten zijn drie keer zoveel vrouwen dan mannen actief.

Arno Neele is onderzoeker bij het LKCA

Gevolgen coronacrisis voor onze sector

In juni deden LKCA, Huis voor de Kunsten Limburg, Koornetwerk Nederland en KNMO onderzoek naar de gevolgen van de corona­ crisis voor kunsteducatie en actieve cultuurparticipatie. De gevolgen zijn enorm, zeker ook voor kunstdocenten, artistiek begeleiders, ondernemingen, verenigingen en andere organisaties die actief zijn in het veld van cultuureducatie en cultuurparticipatie. De analyse van de uitkomsten is verwerkt in een aantal artikelen. LKCA.NL > KENNIS > CORONA

Nu op Cultureel Kapitaal.nl Liesbeth Kleuver Subsidies voor cultuureducatie als lapmiddel

Waarom is er subsidie nodig om bevoegde groepsleerkrachten bij te scholen in de kunstvakken? Biedt de pabo te weinig kennis en kunde voor deze vakken? Liesbeth Kleuver analyseert opleiding en praktijk en vraagt zich af wat er nodig is om kunstvakonderwijs structureel te verbeteren.

Crétien van Campen Kunst en de kwaliteit van leven van ouderen

Hoe kun je de coronamaatregelen voor ouderen op een verstandige manier versoepelen? Maak gebruik van de kennis die is opgedaan in co-creative communities, schrijft Crétien van Campen. En zorg vooral dat ouderen niet verder geïsoleerd raken.


Cultuurkrant NL 15 Interview • Thijs Hazeleger

De Zuilense methode: multidisciplinair en... jong! Vernieuwen, maar ook trouw blijven aan je oorsprong. Zo heeft het Zuilens Fanfare Corps zijn imago nieuw leven ingeblazen. Met resultaat: de muziekvereniging werd opgenomen in de Utrechtse cultuurnota 2021-2024. Dat is zéér ongebruikelijk in hafabra-land. Door Francine van der Wiel

E

rnstig kijken de muzikanten vanonder hun petten – slechts een enkeling draagt een hoed – in de camera, hun instrumenten rustend in de hand. Uit welk jaar die foto stamt, vermeldt de website van het Zuilens Fanfare Corps (ZFC) niet, maar het is uit de beginperiode van het 120 jaar oude orkest, de “oudste en nog enige fanfare van Utrecht.” En ook de innovatiefste, want tien jaar geleden is na de vernieuwingsoperatie ‘Fanfare 2.0’ in de Utrechtse wijk een herboren corps ontstaan. Geboren Utrechtenaar en euphoniumspeler Thijs Hazeleger heeft sinds 2008 als artistiek leider intensief meegewerkt aan de innovatieslag. Die leverde het orkest vier jaar geleden voor het eerst een plaats op in de cultuurnota van de gemeente Utrecht. Onlangs kreeg het opnieuw een positief advies voor een vierjarige subsidie – zéér ongebruikelijk, in hafabra-land.

Wat is er zo bijzonder aan het ZFC?

“Wij zijn op projectbasis gaan werken met professionals uit verschillende disciplines en genres, bijvoorbeeld theatermakers, vj’s en acteurs, maar ook improviserende musici. Daardoor heeft de artistieke kwaliteit een vlucht genomen. Bij ons vorige project is voor het eerst ook een professionele productieleider ingeschakeld. Vooral onze multidisciplinaire, theatrale concerten die we elk jaar in januari geven, zijn onderscheidend. Vorig jaar bijvoorbeeld over een liefdesgeschiedenis (Selma), waarvoor we samenwerkten met regisseur Celil Toksöz van Theater Rast. Het verhaal voerde van Turkije naar Nederland, langs allerlei muziekgenres: een echte ontdekkingstocht. Soms moesten de muzikanten ook mee-acteren. Zo treden we buiten onze comfortzone en stralen we een eigentijds beeld uit. ” Subsidiënten stellen ook eisen aan diversiteit en inclusie. Hoe geven jullie daar invulling aan. Fanfare is zoiets oerHollands.

“Een van de dingen die we meer zijn gaan

doen is rondkijken in de wijk, verbinding zoeken. Zuilen is een cultureel diverse wijk. Tijdens het maken van Selma hebben we een aantal Turkse vrouwen uit de wijk ontmoet. Zij namen hun achterban mee naar de voorstelling; iedereen was erg ontroerd. Zo bereik je andere groepen. We laten ons daarnaast in de komende vier jaar adviseren over diversiteit en inclusie door ‘critical friends’, professionals uit de stad. In het ledenbestand en het bestuur kunnen we nog wel stappen maken.” Een optie zou kunnen zijn om de traditionele fanfare-bezetting los te laten. Sommige orkesten in Nederland doen dat en laten zelfs het woord fanfare helemaal los. In Zuilen is er bewust voor gekozen om de fanfarebezetting te handhaven om

‘We laten ons adviseren door ‘critical friends’

FOTO ILJA VOORSMIT

jaar. Onder de nieuwe aanwas bevinden zich meerdere alumni van opleidingen uit het hele land die zich in de Domstad hebben gevestigd. “Vaak zijn het mensen die in hun oude woonplaats bij de fanfare speelden. Als die onze multidisciplinaire projecten zien, gaat het weer kriebelen.” Maar niet elke fanfare heeft geld voor professionals en multidisciplinaire projecten.

het erfgoed in ere te houden. Incidenteel, zoals bij wereldmuziekprojecten, worden ook andere instrumenten ingezet. Vanuit zijn eigen onderneming helpt Hazeleger als fanfarecoach ook andere verenigingen (ook koren) die willen vernieuwen. Vele kampen zoals bekend met een vergrijzingsprobleem. Bij ZFC is de gemiddelde leeftijd opvallend laag, 30

“Dat is waar. Als je nieuwe stappen zet, zul je nieuwe financiële bronnen moeten vinden. Wij waren nooit hier gekomen als we niet met de gemeente in gesprek waren gegaan over onze ambities, onder andere om tot stadsfanfare door te groeien. Zo werden we uitgenodigd om een vierjarenplan te schrijven. Dat bleek goed te werken – het dwingt je na te denken over wat je wilt veranderen én wat je wilt behouden. Daarnaast zijn er zo veel potjes in Nederland: potjes voor activiteiten om eenzame mensen te betrekken, potjes voor projecten met een educatief aspect. Die kunnen ook voor dorpsfanfares interessant zijn.”

Wat adviseer je collega-verenigingen die op zoek zijn naar nieuw bloed, nieuw elan?

“Onze manier is geen blauwdruk. Vernieuwen is maatwerk. Maar een paar dingen kan ik wel zeggen. Kijk om je heen. Wat gebeurt er in je eigen omgeving, kun je verbindingen maken? Wij hebben bijvoorbeeld een theaterconcert over onze eigen vereniging en de wijk gemaakt. Zo ontdek je wat er is veranderd, wat er is gebleven: je identiteit kortom. Vraag hulp. Voor ons werkt het samenwerken met professionals goed. Maar ook onder de leden is veel kennis; gebruik die. Want voor een grote verandering heb je iedereen nodig, en draagvlak. Wij zijn gaan reorganiseren en hebben alle leden overzichtelijke taakjes gegeven in projectteams, logistiek, commercieel et cetera. Zo hoefde het bestuur niet meer met operationele zaken bezig te zijn, dat komt de slagkracht ten goede. En: wees geduldig. Voordat was doorgedrongen dat wij die theaterconcerten deden, waren we vijf jaar verder.” FANFARECOACH.NL


16 Colofon

Nieuwe publicaties

TECHNOLOGIE TALENTEN VAN LEERLINGEN BEVORDEREN

R

uth Churchill Dower is onderzoeker bij de Manchester Met Universiteit en directeur van EarlyArts. In haar boek Creativity and the Arts

in Early Childhood: Supporting young children’s development and wellbeing beschrijft zij het

belang van creatieve leerprocessen en kunst voor de fysieke, sociale en emotionele ontwikkeling van jonge kinderen. Een praktische gids voor onder meer pedagogische medewerkers, kunstenaars en therapeuten, met principes voor creatieve leerplannen, lesgeven, beoordelingen en omgevingen. Elk hoofdstuk bevat een ‘practitioner toolkit’. Engelstalig. TE BESTELLEN BIJ BOL.COM, 32 EURO

ummer 54 van Cultuur +Educatie is gewijd aan het onderzoeksprogramma Curious Minds – Kunsteducatie van de Onderzoeksgroep Kunsteducatie van de Hanzehogeschool Groningen. Onder de gastredactie van Evert Bisschop Boele en Ineke Haakma beschrijven zij de eerste bevindingen. De vakoverstijgende benadering ondersteunt leraren in het basisonderwijs om de talenten van leerlingen te bevorderen. Dat gebeurt door aan te sluiten bij hun nieuwsgierigheid en onderzoekende houding.

N

GRATIS TE DOWNLOADEN OP LKCA.NL/

23 september Erfgoedsymposium Verbindend Verleden & Uitreiking BNG Erfgoedprijs 2020

Hoe vormt erfgoed de verbinding met cultuur, duurzaamheid en landschap en draagt het bij aan de sociale verbinding tussen mensen? Luister ’s ochtends naar de lezing van Hans Goedkoop en ga ’s middags op pad naar rondleidingen en lezingen in prachtige kasteelinterieurs of op andere bijzondere locaties. den.nl/actueel/agenda

1 t/m 31 oktober Maand van de Geschiedenis

Samen met honderden culturele, literaire en mediaorganisaties wordt geschiedenis onder de aandacht gebracht. Dit jaar is het thema Oost/West. Met diverse activiteiten voor het onderwijs en culturele instellingen. Je kunt ook je eigen activiteit aanmelden. maandvandegeschiedenis.nl

Werk je of wil je werken aan de

HOE JE KINDEREN ERBIJ BETREKT n het Handboek Jeugdparticipatie: Kinderen worden geen mensen, ze zijn het al neemt Kindercorres-

I

Ook lees je wat er nodig is om de verbinding tussen kunst & technologie te benutten in het onderwijs, de vrije tijd en in sociale vraagstukken. Zie ook de agenda hieronder: 6 oktober. VANAF BEGIN OKTOBER TE

pondent Tako Rietveld je mee in de wereld van jeugdparticipatie. Hoe betrek je kinderen op een goede manier bij alles wat er in hun leven gebeurt? Thuis, op school en in de politiek. Jonge en oude deskundigen delen ter inspiratie hun tips en ervaringen. Want kinderen en jongeren horen bij de samenleving, zijn medeburgers en moeten serieus genomen worden.

DOWNLOADEN OP LKCA.NL/

24,95 EURO

Kunst: Over de verbinding van kunst en technologie in onderwijs schetst de trends.

TE BESTELLEN BIJ BOL.COM,

PUBLICATIES

PUBLICATIES

Agenda

6 oktober Conferentie Technologie

W

elke gevolgen heeft de digitalisering van de samenleving voor cultuureducatie en kunstbeoefening? Hoe worden nieuwe technologische ontwikkelingen toegepast in kunst? En hoe wordt kunst gebruikt om te reflecteren op deze ontwikkelingen? De publicatie Technologie

Kunst

Neem nu kosteloos een abonnement op de Cultuurkrant NL en blijf op de hoogte van ontwikkelingen in je vakgebied. www.LKCA.nl/cultuurkrantnl

verbinding van kunst en technologie? Laat je via een livestream inspireren: Onderzoekers, kunstenaars en ondernemers presenteren hun bevindingen en praktijkvoorbeelden waar technologie en kunst samen worden toegepast in het onderwijs, de vrije tijd en sociale vraagstukken. Zie ook de gelijknamige publicatie op deze pagina. lkca.nl/agenda

Waarmee kunnen we je helpen?

13 oktober, 18 november, 10 december Kunstloc Connects | Het nieuwe werken

Op 13 oktober delen zzp’ers in de cultuur hun ervaringen met het ‘nieuwe normaal’. Hoe heeft de coronacrisis jou geraakt? Wat was de waarde van je contract? Wat betekende het voor je ondernemerschap? Wat zijn je ervaringen met NOW, TOGS of TOZO? Maar ook: Wat heb je ervan opgestoken? Heb je nieuwe verdienvormen bedacht? Er zijn ook bijeenkomsten op 18 november (nieuwe verdienmodellen) en 10 december (waarde-propositie, financiën en marketing). kunstlocbrabant.nl/agenda

27 november Event Code Diversiteit & Inclusie Dit jaarlijkse event over diversiteit en inclusie mag je als cultuurprofessional niet missen. We blikken terug op één jaar Code Diversiteit & Inclusie én kijken vooruit. Ook worden de jaarlijkse &Awards uitgereikt. codedi.nl/community/eventcode-diversiteit-en-inclusie-2020

Wil je weten…

waar je de cursus icc kunt volgen in jouw regio? waar je literatuur kunt vinden voor je onderzoek? hoeveel muziekscholen er in Nederland zijn? of CKV ook verplicht is in het speciaal voortgezet onderwijs? bij wie je in Gelderland terecht kunt voor advies over fondsenwerving? Of in Noord-Holland?

Of heb je een hele andere vraag? Tob niet langer, maar bel ons. Of mail ons. Daar zijn we voor. Voor jou. Samen met jou. FOTO NINA CHRISTINE SCHWARZ VIA PIXABAY

KUNST EN JONGE KINDEREN

KUNST

Cultuurkrant NL is een uitgave van LKCA. De krant is voor professionals in cultuureducatie en cultuurparticipatie en verschijnt 4 maal per jaar. Postbus 452, 3500 AL Utrecht • www.lkca.nl • Tel.030 711 51 00 • cultuurkrantnl@lkca.nl Je kunt kosteloos een abonnement nemen op de Cultuurkrant NL via www.lkca.nl/cultuurkrantnl De opinies in deze krant geven niet noodzakelijkerwijs de mening of het beleid van LKCA weer. Artikelen mogen alleen na toestemming van de redactie en de auteur worden overgenomen. Hoofd- en eindredactie Marianne Selie Basisontwerp & vormgeving Marinka Reuten Druk Flevodruk Harlingen Oplage 8400 Redactieadviesraad Evert Bisschop Boele, Astrid Poot, Astrid Rass, Sonja Rinkel en Otmar Watson. En verder werkten mee Sjoukje Bierma, Amalia Deekman, Anne van den Dool, Paulien Franken, Joost Groeneboer, Arno Neele, Sanne Scholten, Bas van der Schot, Miriam Schout, Bas Verberk, Josien Vogelaar, Francine van der Wiel, Peter Zunneberg en informatie­ specialisten LKCA

030-7115100 vraag@lkca.nl www.lkca.nl

Samen werken aan cultuur voor iedereen


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.